Schoolondersteuningsprofiel

Schoolondersteuningsprofiel 2014 Petrus Canisius College te Alkmaar, Bergen en Heiloo

Inhoud Voorwoord ............................................................................................................................................................. 3 Contactgegevens .................................................................................................................................................. 4 1.

Inleiding ........................................................................................................................................................ 5

2.

Algemene informatie .................................................................................................................................. 5

3.

Basisondersteuning .................................................................................................................................... 10

4.

Extra ondersteuning binnen de school ................................................................................................... 18

5.

Ambities ...................................................................................................................................................... 19

6.

Afsluiting ..................................................................................................................................................... 19

7.

Bijlage 1 Overzicht basisondersteuning Petrus Canisius College te Alkmaar .................................. 20

Instemming MR: 14 april 2014

14 93001 Schoolondersteuningsprofiel PCC 20140417.docx

2 van 24

Voorwoord Het Petrus Canisius College heeft vijf vestigingen.     

PCC PCC PCC PCC PCC

Het Lyceum Fabritius Oosterhout Heiloo Bergen

Alle vestigingen werken vanuit een gezamenlijke visie en missie en hebben ieder hun eigen cultuur. Het onderwijsaanbod verschilt per vestiging. Zie ook de website van de school: www.pcc.nu Dit ondersteuningsprofiel is opgesteld in het kader van de invoering van Passend Onderwijs. De inhoud van dit schoolondersteuningsprofiel geldt in grote lijnen voor alle vestigingen. A. A. Heijnen, voorzitter College van Bestuur April 2014


3 van 24

Contactgegevens Naam Opleidingen Adres Telefoon E-mail Website Naam Opleidingen Adres Telefoon E-mail Website Naam

PCC Het Lyceum Onderbouw: vwo-Xtra Bovenbouw: gymnasium, atheneum , havo Blekerskade 11, 1814 CG Alkmaar 072 - 535 35 40 [email protected] www.pcc.nu/hetlyceum PCC Fabritius Onderbouw: vwo, havo, mavo Bovenbouw : mavo+ Fabritiusstraat 1, 1816 EA Alkmaar 072 - 518 18 18 [email protected] www.pcc.nu/fabritius

Adres Telefoon E-mail Website

PCC Oosterhout Onderbouw: mavo, vmbo-Kb, vmbo Bb Bovenbouw: Kb, Bb Vondelstraat 41, 1813 BA Alkmaar 072 - 541 04 30 [email protected] www.pcc.nu/oosterhout

Naam Opleidingen Adres Telefoon E-mail Website

Petrus Canisius College Heiloo Onderbouw: vwo, havo, mavo, vmbo-Kb De Dors 2, 1852 RG Heiloo 072 - 533 27 80 [email protected] www.pcc.nu/heiloo

Naam Opleidingen Adres Telefoon E-mail Website

Petrus Canisius College Bergen Onderbouw: vwo, havo, mavo, vmbo-Kb Geestweg 19, 1861 TL Bergen 072 - 581 34 37 [email protected] www.pcc.nu/bergen

Opleidingen


4 van 24

1. Inleiding Passend onderwijs is onderwijs waarbinnen onderwijs aan leerlingen, die extra ondersteuning nodig hebben, wordt gerealiseerd. Het gaat om zowel lichte als zware vormen van ondersteuning. Bijvoorbeeld extra begeleiding op school, aangepast lesmateriaal, hulpmiddelen of onderwijs op een speciale school. Onderscheiden worden de basisondersteuning en extra ondersteuning. Basisondersteuning is de binnen het samenwerkingsverband afgesproken ondersteuning die een school aan alle leerlingen moet kunnen bieden. Het samenwerkingsverband van scholen voor voortgezet (speciaal) onderwijs in NoordKennemerland geeft scholen ook de beschikking over ondersteuningsmiddelen waarmee zij extra ondersteuning op maat kunnen inzetten. Een school kan deze extra middelen gebruiken om de basisondersteuning verder te verbreden met expertise vanuit de school zelf of met expertise van buitenaf. De school kan er ook voor kiezen om de ondersteuningsmiddelen te gebruiken voor een tijdelijke plaatsing op het speciaal onderwijs. Extra ondersteuning kan licht en kortdurend van aard zijn, maar ook zwaar en langdurig; zij kan plaatsvinden binnen de school of buiten de school. Het schoolondersteuningsprofiel is een weergave van de stand van zaken en van de ambities van de school als het gaat om het ondersteuningsaanbod. Het biedt ouders de mogelijkheid om per school te beoordelen of het ondersteuningsniveau van een school past bij wat hun kind nodig heeft. Het schoolondersteuningsprofiel is een beknopt document: voor meer informatie kan worden gekeken in het schoolplan en/of zorgplan van de school of op ‘Vensters voor Verantwoording’. Deze laatste website is een project van de VO-raad waarbij allerlei cijfermatige informatie over scholen voor voortgezet onderwijs, afkomstig van de onderwijsinspectie en van de scholen zelf, verzameld en gevisualiseerd wordt in één systeem. Het schoolondersteuningsprofiel is gemaakt met behulp van een in het Samenwerkingsverband VO afgesproken format. De medezeggenschapsraad van de school heeft directie daarbij geadviseerd. Alle in dit schoolondersteuningsprofiel genoemde websites en documenten zijn te bereiken via de website van de school.

2. Algemene informatie In dit hoofdstuk wordt kort weergegeven wat de school als haar opdracht ziet en met name in het licht van passend onderwijs: de onderwijsvisie. Tevens zijn de belangrijkste kengetallen opgenomen. 2.1

Onderwijsvisie en visie op ondersteuning Missie Het PCC stimuleert en helpt leerlingen hun ambitie waar te maken Het is de missie van de school om leerlingen optimaal voor te bereiden op een samenleving die voortdurend verandert. Dee school dient de leerlingen te stimuleren hun identiteit, passie en talenten te ontdekken en te ontwikkelen en hen te helpen om hun ambities waar te maken. De school legt samen met ouders en leerlingen een basis om de leerlingen succesvol te laten zijn in de vervolgopleiding en in hun rol in een internationale samenleving, zodat zij met vertrouwen in staat zijn om op een zinvolle en effectieve manier de uitdagingen van hun tijd tegemoet te treden. Een rol waarin zij gelukkig zijn en zich verantwoordelijk voelen en verantwoordelijkheid kunnen en willen nemen voor de eigen ontwikkeling, de ontwikkeling van anderen en die van hun omgeving.


5 van 24

Visie Om een volwaardig, gelukkig en succesvol deelnemer in de maatschappij te zijn, heeft elke leerling naast vakkennis en vakvaardigheden ook persoonlijke kwaliteiten nodig. Het PCC moet aansluiten bij ontwikkelingen waarbij de ‘harde eisen’ en ‘meten is weten’ een steeds grotere nadruk krijgen, met als risico dat andere waarden in het onderwijs verdwijnen. Het is daarom noodzakelijk om als PCC een evenwicht te vinden tussen deze ontwikkeling en de eigenheid en identiteit en zo vorm te geven aan de persoonlijke waardeontwikkeling die ook belangrijk is voor de leerling als individu, als actief lid van een leefbare maatschappij en om succesvol én gelukkig te kunnen zijn in de wereld van vandaag én morgen. Ambitie Werken op een school waarin leerlingen en medewerkers mogen en kunnen excelleren en er samen voor zorgen dat de school tot de betere scholen van Nederland behoort. Goed onderwijs in een veilige omgeving zal ertoe leiden dat de leerlingen met plezier naar school komen en dat de (oud-)leerlingen spreken over hun school als een school waar je veel aan gehad hebt, in allerlei opzichten, en waar de medewerkers met plezier komen werken. De school streeft daarbij niet alleen naar uitstekende ‘harde’ resultaten van de leerlingen, maar ook naar hoge scores in tevredenheidsonderzoeken onder de (oud-) leerlingen, medewerkers en ouders. Er wordt gestreefd naar een school waar leerlingen en medewerkers trots zijn op elkaar en op de behaalde resultaten. De bovenstaande missie, visie en ambitie beschrijven een vergezicht dat wordt nagestreefd en waar elke dag aan wordt gewerkt. Het Petrus Canisius College heeft haar wortels in de katholieke traditie en stelt van daaruit een zestal kernwaarden centraal: ontmoeting, vertrouwen, eigenheid, spiritualiteit, traditie en verwondering. Zie voor een nadere uitwerking de website. Visie op ondersteuning In de visie van het PCC worden leerlingen uitgedaagd en gestimuleerd om te onderzoeken wat zij belangrijk vinden en daar voor te gaan. Zij leren doordachte keuzes te maken, zich daarvoor in te spannen en zó voldoende en effectieve bagage te verwerven om na hun middelbare schoolperiode naar de bij hen passende vervolgopleiding te gaan. De begeleidende en ondersteunende rol van docenten en overige medewerkers in dit leerproces van de leerling is daar dan ook op gericht. Het mag duidelijk zijn, dat de aard en het moment van de begeleiding en ondersteuning van leerlingen zeer doordacht moet zijn en dat de begeleiding en ondersteuning met zorg dient te gebeuren. Alleen dan zal deze leerlingondersteuning effectief zijn en kunnen leiden tot het in de visie gestelde doel. De school onderscheidt twee soorten leerlingenondersteuning, namelijk de onderwijskundige ondersteuning en de sociaal-emotionele ondersteuning. Beide zijn binnen het leer- en ontwikkelproces nodig voor alle leerlingen. Het betreft hier de reguliere en preventieve ondersteuning. Voor een aantal leerlingen is de reguliere en preventieve begeleiding en ondersteuning niet voldoende. Daarom kent het PCC ook ‘ondersteuning op maat’ voor zowel onderwijskundige als sociaal-emotionele aspecten. Alle medewerkers op school zijn betrokken bij leerlingenondersteuning. Dit betekent dat elk personeelslid in bepaalde mate en vanuit zijn functie/taak daarin een rol heeft. Juist de samenhang in begeleiding van alle betrokken medewerkers maakt dat een leerling op de best mogelijke manier wordt ondersteund. Het PCC vindt daarbij de driehoek ouders - leerling - school essentieel voor het realiseren van een goede leerlingondersteuning. De school investeert daarom in deze driehoek om zo een optimale samenwerking te realiseren in het belang van de leerling. 14 93001 Schoolondersteuningsprofiel PCC 20140417.docx

6 van 24

2.2

Kengetallen leerlingpopulatie Hieronder worden de belangrijkste kengetallen van de school weergegeven. Meer specifieke informatie is te vinden op Vensters voor Verantwoording. 1

231 226 199

2 2 1

Bergen

342 312 284

Heiloo

Bergen

710 771 782

Oosterhout

Heiloo

573 541 521

Fabritius

Oosterhout

943 953 1033

Het Lyceum

Fabritius

2011-2012 2012-2013 2013-2014

Aantal lwoo-leerlingen

Het Lyceum

Aantal leerlingen

266 311 301

Onderstaand schema geldt voor het totale Petrus Canisius College 2011-2012 2012-2013 2013-2014

Verwijzing naar VSO 3 2 7 voorlopig

Leerlingen met REC-indicatie 65 77 60

Het aantal leerlingen met een dyslexieverklaring varieert op de diverse vestigingen van het Petrus Canisius College tussen de 20 en 30 %. Klassengrootte lwoo-leerlingen De lwoo-leerlingen worden in reguliere klassen en niet in aparte klassen geplaatst. Zij krijgen bij de klassenindeling een wegingsfactor mee, waardoor klassen kleiner worden naarmate er meer lwoo-leerlingen in worden geplaatst. Dit geldt voor alle leerwegen in het vmbo. Onderwijsresultaten Over het geheel genomen is de school tevreden over de slagingspercentages, die meestal rond de 90% liggen. De cijfers liggen nagenoeg op het landelijk gemiddelde. Toch werkt het PCC voortdurend aan kwaliteitsverbetering van het onderwijs en probeert de school de examenresultaten verder te optimaliseren. Dit zijn de geslaagden-percentages van het PCC over schooljaar 2012-2013:    

Vwo, PCC Het Lyceum: Havo, PCC Het Lyceum: Mavo, PCC Fabritius: Vmbo, PCC Oosterhout:

89% 82% 93% 94%

Wilt u meer gedetailleerde informatie over het schooltype of de leerweg van uw keuze bezoek dan Vensters voor Verantwoording. Via 'Vensters voor Verantwoording' presenteren veel scholen voor voortgezet onderwijs in Nederland op identieke wijze hun schoolprestaties. Klik op een van de onderstaande links en bezoek de afdeling ‘Resultaten’:     1

PCC PCC PCC PCC

Het Lyceum: http://www.schoolvo.nl/?p_schoolcode=71436-02QX-0000 Fabritius: http://www.schoolvo.nl/?p_schoolcode=71436-02QX-001 Oosterhout: http://www.schoolvo.nl/?p_schoolcode=71436-02QX-003 Heiloo: http://www.schoolvo.nl/?p_schoolcode=71436-02QX-007

www.venstersvoorverantwoording.nl


7 van 24



PCC Bergen: http://www.schoolvo.nl/?p_schoolcode=71436-02QX-0066

U kunt ook de website ‘Schoolkompas’ bezoeken voor nadere informatie:      

PCC Het Lyceum: http://www.schoolkompas.nl/VergelijkenSchool.aspx?s=71436-02QX-000 PCC Fabritius: http://www.schoolkompas.nl/VergelijkenSchool.aspx?s=71436-02QX-001 PCC Oosterhout: http://www.schoolkompas.nl/VergelijkenSchool.aspx?s=71436-02QX-003 PCC Heiloo: http://www.schoolkompas.nl/VergelijkenSchool.aspx?s=71436-02QX-007 PCC Bergen: http://www.schoolkompas.nl/VergelijkenSchool.aspx?s=71436-02QX-006

Uitstroomgegevens

Vervolgopleiding oud-leerlingen 2011-2012 | havo Landelijk gemiddelde VO MBO HBO UIT

2011-2012 | vwo Landelijk gemiddelde MBO HBO WO UIT


8 van 24

2011-2012 | vmbo-(g)t Landelijk gemiddelde VO MBO UIT

2011-2012 | vmbo-b Landelijk gemiddelde MBO UIT

2011-2012 | vmbo-k Landelijk gemiddelde MBO UIT


9 van 24

3. Basisondersteuning 3.1

Inleiding Op de scholen voor regulier voortgezet onderwijs in Noord-Kennemerland wordt een schematisch overzicht van aspecten van basisondersteuning gehanteerd. U vindt dit overzicht in bijlage 1. Basisondersteuning kenmerkt zich door het nauwgezet volgen van de ontwikkeling van de leerlingen en een intensief intern overleg daarover. Basisondersteuning is geen vast gegeven: scholen zijn en blijven in ontwikkeling en de inhoud van de basisondersteuning zal dan ook regelmatig worden aangepast. Voor alle scholen geldt dat het onderwijs zoveel mogelijk wordt afgestemd op de onderwijs- en ontwikkelingsbehoeften van de leerling. Waar nodig wordt extra tijd en aandacht aan de individuele leerling geschonken. Zo biedt de school een scala aan ondersteuningsmogelijkheden en hulpmaterialen en onderhoudt zij actief (werk)relaties met externe deskundigen. De scholen ontwikkelen zich daarbij voortdurend en besteden veel aandacht aan de professionalisering van de medewerkers.

3.2

Basisondersteuningsprofiel Het Petrus Canisius College heeft recent in kaart gebracht hoe zij staat ten opzichte van het gewenste niveau van basisondersteuning met behulp van het genoemde overzicht van de basisondersteuning. De uitkomst van deze zelfanalyse is als bijlage bij dit schoolondersteuningsprofiel gevoegd. Uit de analyse blijkt dat de school al ver is gevorderd in haar ontwikkeling van de basisondersteuning, maar dat een aantal zaken nog gerealiseerd of afgerond dienen te worden. Het is van belang om duidelijk te maken dat de school de basis- en extra ondersteuning alleen waar kan maken binnen de grenzen van de mogelijkheden van de school en haar externe partners. Indien de ondersteuningsbehoefte van een leerling de mogelijkheden van de school te boven gaat, zal de school hierover met de ouders/verzorgers communiceren en deze op alternatieven buiten de school (indien aanwezig) wijzen.

3.3

Onderwijsondersteuningsstructuur Het dichtst bij de leerling staat de docent (vak/leergebied), de mentor en het onderwijsondersteunend personeel (oop). Zij hebben de ‘dagelijkse contacten’ met de leerlingen. Meer individuele begeleiding en groepsbegeleiding wordt geboden door de studiebegeleider, de decaan en de leerlingbegeleider. Zij hebben de meer specifieke kennis en ervaring die voor sommige zaken en in speciale gevallen nodig is. Voor heel ‘specialistische zorg’ heeft de school contacten met instellingen buiten de school. Voor een beperkt deel van de specialistische zorg (met name op sociaalemotioneel gebied) heeft het PCC eigen functionarissen in huis (schoolmaatschappelijk werk en schoolpsycholoog). Zo worden binnen de basisondersteuning drie niveaus onderscheiden voor wat betreft de rollen van medewerkers binnen de leerlingenondersteuning: de 1 e-, 2e- en 3e-lijns ondersteuning.


10 van 24

In onderstaand schema worden tevens de samenhang en integraliteit van de ondersteuning op het Petrus Canisius College uitgedrukt.

Mentor

Decaan

Hulp bij leerprocessen (b.v steunlessen rekenen en taal, dyslexie)

Vakdocent Studiebegeleider

Leerlingbegeleider

Afdelingsleider Bijzondere begeleiding (bv. faalangstreductie, trajectgroep) Trainingen en testen (bv. examentraining, beroepskeuzetest)


11 van 24

In het volgende schema is duidelijk de plek van het interne zorgteam en het zorgadviesteam weergegeven:

e

Mentoren Vakdocenten

Interne deskundigen e

2 -lijns ondersteuning

e


(zie onderstaand schema)

Externe deskundigen en instellingen

Zorg Advies Team Interne en externe deskundigen

Leerling

Intern Zorgteam


Toelichting op de niveaus van ondersteuning Niveau 1e-lijns ondersteuning

2e-lijns ondersteuning

Ondersteuningsmogelijkheden  De leerling mag van alle docenten en personeelsleden verwachten, dat ze in de dagelijkse manier van omgaan begeleidend bezig zijn. Ondersteunen, helpen, proberen met de leerling mee te denken, corrigeren als dat nodig is.  Binnen die groep van docenten en personeelsleden is er één die het eerste aanspreekpunt is voor de leerling: de mentor. Iedere klas of groep krijgt een mentor toegewezen.  De mentor is óók het eerste aanspreekpunt voor de ouders.  In het eerste leerjaar wordt de leerling geleerd hoe hij het best kan studeren en plannen, hoe de school in elkaar zit, enz.  Tot de dagelijkse begeleiding worden ook gerekend het helpen na de les door de eigen docenten.  Uiteraard kan de mentor niet alles. Soms vraagt de leerling om méér aandacht op sociaal-emotioneel terrein.  Iedere vestiging van het PCC heeft daarvoor een specialist die ervaring heeft met allerlei sociaal-emotionele problemen: de leerlingbegeleider.  Maar het hoeft niet altijd te gaan om sociaal-emotionele


12 van 24



3e-lijns ondersteuning

 

 





problemen. Door te kijken naar de resultaten van toetsen of omdat bepaalde dingen opvallen in de les, kan de mentor en/of de rapportvergadering vermoeden, dat er op leergebied moeilijkheden zijn. Dan is er op iedere vestiging een studiebegeleider die samen met de leerling en soms met behulp van testen, nagaat wat er aan de hand is. Vervolgens wordt in overleg met leerling en ouders een begeleidingsprogramma opgesteld (voor hulp bij leerprocessen of bijzondere begeleiding. De mentor en de decaan spelen een centrale rol in de begeleiding van leerlingen én ouders als het gaat om het keuzeproces. Wat is de beste leerweg? Welk ‘profiel’ moet je kiezen? Hoe ga je om met keuzevakken? Soms is de uitgebreide begeleiding, zoals die hiervoor is beschreven, niet voldoende. Komen leerling, ouders, mentor en decaan niet uit de keuzeproblematiek, dan zijn er beroepskeuzetesten en specialisten van andere organisaties, zoals de Geldergroep, de Onderwijsbegeleidingsdienst en Jeugdzorg om te helpen. Ook kunnen zich leer- en/of gedragsproblemen openbaren die extra, gespecialiseerde aandacht vergen. Als er te grote sociaal-emotionele problemen zijn verwijst de leerlingbegeleider in overleg met de leerling en/of de ouders naar bijvoorbeeld het RIAGG of het algemeen maatschappelijk werk. De school beschikt over een zorgadviesteam van deskundigen van binnen en buiten de school, dat - als het écht mis dreigt te gaan - nagaat wat er aan de hand is en wat er het beste kan gebeuren. Op de website van de school is een overzicht te vinden van het dienstverleningsaanbod van de sector Jeugdgezondheidszorg GGD Hollands Noorden (v/h GGD Noord Kennemerland) aan de leerlingen van de school en hun ouders.

Zorgfunctionarissen en/of functionaliteiten Bij de ondersteuning van leerlingen zijn de volgende functionarissen betrokken of is er sprake van een bij een zorgdeskundige ondergebrachte functionaliteit. 1e lijns ondersteuning:   2e       

Docent Mentor lijns ondersteuning Afdelingsleider Leerlingbegeleider Decaan Vertrouwenscontactpersoon Zorgcoördinator Hulp bij leerprocessen: ondersteuning bij dyslexie, rekenen, taal Bijzondere begeleiding: ondersteuning bij faalangst, sociale vaardigheden

Voor de taakomschrijving van genoemde functionarissen en functionaliteiten wordt verwezen naar het zorgplan van de school.


13 van 24

3e-lijns ondersteuning: De 3e lijns ondersteuning wordt geboden door de externe deskundigen zoals genoemd bij zorgadviesteam en bij externe contacten (zie hieronder). Zorgteams De school beschikt over een Intern zorgteam en een Zorg Advies Team (ZAT). Intern zorgteam De voortgang rond leerlingen met een ondersteuningsbehoefte wordt besproken in het intern zorgteamoverleg van de school. Dit team is samengesteld uit medewerkers van de school en komt eenmaal per maand bijeen. Zorgadviesteam (ZAT) Indien gewenst kan de afdelingsleider de leerling inbrengen in het zorgadviesteam (ZAT) van de school. Dit wordt vooraf met de ouders/verzorgers besproken. Toestemming van de ouders is vereist. In het ZAT wordt vanuit verschillende disciplines naar het probleem van de leerling gekeken. Er wordt een plan afgesproken en er wordt vastgesteld wie welke acties gaat ondernemen en binnen welke termijnen. Bijvoorbeeld: schoolmaatschappelijk werk wordt ingezet, een bezoek aan de jeugdarts of een bezoek bij de leerplichtambtenaar wordt in gang gezet. De terugkoppeling naar de leerling en de ouders vindt plaats via de afdelingsleider. In het ZAT hebben in ieder geval de volgende personen zitting:        

Voorzitter van het ZAT (de zorgcoördinator of een daartoe aangewezen afdelingsleider) Afdelingsleider(s) van de ingebrachte leerling(en) Leerlingbegeleider Schoolmaatschappelijk werker Jeugdarts GGD Leerplichtambtenaar Schakelmedewerker Bureau Jeugdzorg Wijkagent

PCC-breed worden per jaar ongeveer 50 leerlingen in een zorgadviesteam besproken. Externe contacten Onder functionele externe contacten vallen collega-scholen, instellingen en voorzieningen. Deze contacten zijn onder andere gericht op het adequaat inzetten van betrokken deskundigheid ten behoeve van de leerling of het doorverwijzen van de leerling naar een collega-school of hulpverlener die in staat is een onderwijsaanbod of hulp te verlenen, waartoe de school zelf niet in staat is. Naast de samenwerking met instanties, genoemd als lid van het zorgadviesteam, wordt meer incidenteel ook samengewerkt met onderstaande instellingen en organisaties:         

Basisscholen in de regio Ambulante begeleiders ROC (VO/VAVO) Justitie (Reclassering) Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) Jeugdzorg (Triversum) GGZ en De Praktijk Speciaal Voortgezet Onderwijs Jeugdarts


14 van 24





Samenwerkingsverband VO/VSO Noord-Kennemerland met:  de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL)  het Zorgplatform havo/vwo  OPDC  Rebound (Keerpunt) VSO zoals Heliomare en Spinaker

Trainingen die de school verzorgt   

Sociale vaardigheidstraining Faalangstreductietraining Eindexamentraining

Opvangmogelijkheden In de zorg voor de leerling zijn verschillende regionale voorzieningen getroffen en zijn regionale commissies werkzaam. Een aantal van deze voorzieningen en commissies werken onder de regie van het Samenwerkingsverband VO/SVO Noord Kennemerland, waar onder de Permanente Commissie Leerlingenzorg en het Ortho Pedagogisch Didactisch Centrum (opdc). Tot het samenwerkingsverband VO/SVO Noord-Kennemerland behoren alle VO-scholen in Alkmaar, Bergen en Heerhugowaard. In de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) zitten de zorgcoördinatoren van de vo-scholen, die tot het Samenwerkingsverband behoren. De PCL is verantwoordelijk voor de besteding van het regionaal zorgbudget en daarmee voor het uitzetten van een adequaat zorgaanbod. In het verlengde hiervan is zij verantwoordelijk voor de daarbij behorende ontwikkel-, advies-, meld-, monitor- en bemiddelingstaken. Binnen het OPDC krijgen leerlingen les die over de mogelijkheid beschikken een vmbo-diploma te halen. Voor al deze leerlingen geldt, dat zij de extra ondersteuning binnen een kleine school als het opdc nodig hebben, omdat er een flink risico is dat hun schoolloopbaan anders vertraging oploopt. Andere opvangmogelijkheden onder regie van het samenwerkingsverband vo/vso Noord Kennemerland zijn waarvan de school zo nodig gebruik kan maken zijn:   

Keerpunt voor leerlingen, van wie vermoed wordt dat een Rec-4 plaatsing noodzakelijk is en voor leerlingen die tijdelijk een andere plaats nodig hebben (doel is dan terugplaatsing op een school voor regulier onderwijs). Eskeeb: biedt een passend onderwijs-arrangement aan. Hoe dit arrangement er uit komt te zien voor een leerling, wordt bepaald tijdens het intakegesprek. Het onderwijs wordt gegeven in klein groepsverband op de locatie Keerpunt. Gastleerlingschap bij een collega-school uit het samenwerkingsverband. In de schoolgids en het zorgplan van de school is meer informatie over het bovenstaande te vinden.

Professionaliteit/professionalisering interne zorgverleners Alle ondersteuners binnen de school zijn bekwaam en (des)kundig in de hun toegewezen taken en daar waar nodig hebben zij een speciale training/scholing gevolgd. In het kader van de wet BIO ontwikkelt de school een beleid zodat interne ondersteuners niet alleen bekwaam zijn, maar ook bekwaam blijven. Het beleid is er op gericht het geheel van kennis, inzicht, vaardigheden, motivatie, persoonlijke eigenschappen en het gedragsrepertoire te optimaliseren om op deze wijze de onderwijskundige, pedagogische en ondersteunende opdracht te kunnen realiseren.


15 van 24

3.4

Planmatig werken Ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) In het voortgezet onderwijs moeten scholen met ingang van 1 augustus 2014 (vso: 1 augustus 2013) een zogeheten ‘ontwikkelingsperspectiefplan’ opstellen voor leerlingen in het voortgezet speciaal onderwijs, leerlingen in het praktijkonderwijs en leerlingen die extra ondersteuning krijgen in het reguliere voortgezet onderwijs. In het ontwikkelingsperspectiefplan wordt beschreven wat de verwachte uitstroombestemming van de leerling is en wat de onderbouwing van deze verwachting is. Wat dit laatste betreft gaat het om de belemmerende en bevorderende factoren die van invloed kunnen zijn op het onderwijsleerproces. Het bevoegd gezag van de school stelt het ontwikkelingsperspectiefplan vast nadat hierover op overeenstemming gericht overleg (OOGO) met de ouders heeft plaatsgevonden. In het (v)so krijgt het bevoegd gezag hierbij advies van de Commissie van Begeleiding/Onderzoek. De school evalueert het ontwikkelingsperspectief jaarlijks met de ouders en stelt het zo nodig bij. Scholen voor regulier voortgezet onderwijs moeten vanaf 1 augustus 2014 in het Basisregister Onderwijs (BRON) aangeven welke leerling een ontwikkelingsperspectief heeft. De inspectie ziet toe op de kwaliteit van deze werkwijze binnen de scholen. Het opstellen van een OPP vraagt om een integrale werkwijze waarin de opsteller de informatie en expertise vanuit alle betrokkenen meeneemt: van de leerling zelf, van de ouders, de docenten, mentoren en andere schoolinterne deskundigen en van de ketenpartners van de school (de externe deskundigen die bij de leerling betrokken zijn). Het OPP wordt opgesteld vanuit de ontwikkelingsmogelijkheden van de leerling op de langere termijn, met einddoelen die passen bij het perspectief (uitstroom) van de leerling. Het OPP richt zich op de doelen die in de onderwijsinstelling behaald dienen te worden. Handelingsplannen werden vooral geschreven om hiaten op te vullen, een OPP is meer bedoeld om hiaten te voorkomen. De positie van de ouders is nu ook formeel vastgelegd. Indien geen overeenstemming wordt bereikt bij het vaststellen of bijstellen van het OPP kunnen ouders zich wenden tot de ‘Geschillencommissie Passend Onderwijs’ (v/h de ‘Geschillencommissie OPP’). Ten tijde van het opstellen van dit schoolondersteuningsprofiel zijn de scholen druk bezig zich voor te bereiden op deze nieuwe maatregel. (regulier VO) Werkwijze handelingsplannen/OPP In principe komt elke leerling van het PCC in aanmerking voor de extra ondersteuning die hij/zij nodig heeft, mits de school deze ondersteuning kan bieden. Uitgangspunt hierbij is niet ‘wat heeft de leerling’, maar de (hulp)vraag is steeds gericht op ‘wat heeft de leerling nodig’. De ondersteuningsvraag kan geformuleerd worden door de leerling, de ouders en of de school. De ondersteuningsvraag moet zijn onderbouwd door vaststelling van de onderwijsbelemmering. Bij leerlingen met dyslexie wordt bijvoorbeeld een dyslexieverklaring verlangd. In overleg met ouders en leerling beslist de school uiteindelijk over de inzet van de ondersteuning. Voor alle leerlingen die een extra ondersteuningsbehoefte hebben, wordt een individueel handelingsplan opgesteld: De zorgcoördinator is de regisseur van de opgestelde plannen. Hij bewaakt de uitvoering en evaluatie. De geboden ondersteuning en de handelingsplannen worden in het leerlingvolgsysteem vastgelegd. Op deze wijze is het mogelijk om op een doelmatige en efficiënte wijze de ontwikkelingen te volgen.

3.5

Basiskwaliteit van het onderwijs De inspectie Voortgezet Onderwijs heeft het PCC voor alle opleidingen op alle vestigingen het zogenaamde basisarrangement (basistoezicht) toegekend. Hiermee wordt


16 van 24

uitgedrukt dat de kwaliteit van het geboden onderwijs en de naleving van weten regelgeving in orde is. De school voert een actief kwaliteitsbeleid, gebaseerd op (eigen) onderzoek. Hierbij worden diverse instrumenten ingezet. Kwaliteitszorg is geen doel op zich maar op de eerste plaats een middel om antwoord te krijgen op de volgende vragen:     

Doen we als school, vestiging, team, medewerker de goede dingen? Doen we de goede dingen goed? Hoe weten we dat? Wat vinden anderen daarvan? Moeten we iets doen om te verbeteren? En wat dan?

De school kan zo ontdekken waar zij goed in is, waar zij als totale organisatie, als vestiging, als team en als medewerkers trots op kan zijn en wat verbeterd moet worden om de ambitie waar te maken. Op de tweede plaats is kwaliteitszorg een middel om verantwoording af te kunnen leggen over behaalde resultaten, de inzet van beschikbare middelen en over de mate van doelmatigheid. De school werkt met het kwaliteitsmodel Irisscoop, een systeem dat werkt met de zogeheten 'balanced scorecard-methodiek'. Een balanced scorecard is een overzicht van doelen, samengesteld om de realisatie daarvan in de gaten te kunnen houden. In de balanced scorecards van de school verwoorden de vestigingen in concrete cijfers hun te realiseren doelen tussen nu en vijf jaar. Ook de leerlingen oudertevredenheid is een belangrijke factor in de kwaliteitszorg. Veiligheid, sfeer en respect en de begeleiding door de mentoren in het algemeen zijn factoren die bij de leerlingen goed scoren. De ouders onderstrepen dit en geven aan over de hele linie tevreden te zijn over de school. Via 'Vensters voor Verantwoording' presenteren veel scholen voor voortgezet onderwijs in Nederland op identieke wijze hun schoolprestaties. Daarnaast worden de leerlingen en hun ouders/verzorgers (leerjaar 2 en leerjaar 3) jaarlijks gevraagd deel te nemen aan een tevredenheidonderzoek over prestaties, sfeer en veiligheidbeleving op school. Dat maakt het mogelijk om scholen onderling goed te vergelijken, aan de hand van twintig indicatoren. Het PCC doet hieraan graag mee en dat betekent dat iedereen die geïnteresseerd is in de school inzage heeft in de resultaten, onderwijsbeleid, kwaliteit en bedrijfsvoering. Klik voor de vestiging van uw keuze op een van de onderstaande links en bezoek de afdeling ‘Kwaliteit’:     

PCC PCC PCC PCC PCC

Het Lyceum: http://www.schoolvo.nl/?p_schoolcode=71436-02QX-0000 Fabritius: http://www.schoolvo.nl/?p_schoolcode=71436-02QX-001 Oosterhout: http://www.schoolvo.nl/?p_schoolcode=71436-02QX-003 Heiloo: http://www.schoolvo.nl/?p_schoolcode=71436-02QX-007 Bergen: http://www.schoolvo.nl/?p_schoolcode=71436-02QX-0066


17 van 24

4. Extra ondersteuning binnen de school 4.1 Inleiding Het samenwerkingsverband geeft scholen ook de beschikking over ondersteuningsmiddelen waarmee zij naast de basisondersteuning voor leerlingen extra ondersteuning op maat kan inzetten. De school investeert overigens ook zelf in deze specifieke extra ondersteuning. De scholen kunnen de extra middelen gebruiken om de basisondersteuning verder te verbreden met expertise vanuit de school zelf of met expertise van buitenaf. De scholen kunnen er ook voor kiezen om de ondersteuningsmiddelen te gebruiken om een tijdelijke plaatsing op het speciaal onderwijs of het speciaal basisonderwijs in te kopen. Deze extra ondersteuning werd voorheen bekostigd vanuit de zogenaamde ‘rugzakjes’, die op korte termijn worden afgeschaft. 4.2 Arrangementen Het Petrus Canisius College kent in het kader van de extra ondersteuning de zogeheten ‘Trajectgroep’. De belangrijkste kenmerken van dit arrangement zijn weergegeven in onderstaand schema: Trajectgroep

Extra ondersteuning

Doelgroep



Doelstellingen

       

     Beschikbare materialen

   

Zowel geïndiceerde cluster-3 als cluster-4 leerlingen als leerlingen met een extra zorgbehoefte, die worden ingebracht door het zorgteam Bieden van gestructureerde extra aandacht bij het reguleren van gedrag en bij planning/organisatie van het schoolwerk. Diagnostiek Op- of bijstellen van handelingsplannen, i.c. ontwikkelingsperspectiefplannen Ondersteuning bieden bij de planning en organisatie van schoolwerk Een rustpunt op een schooldag voor leerlingen die moeite hebben met drukte of fysiek rust nodig hebben. Lotgenotencontact Signaleren wanneer meer ondersteuning en hulp nodig is en verwijzen Aan het begin van de dag structuur aanbrengen in schooldag, eventueel aan het eind van de schooldag de dag nabespreken en een start maken met de verwerking van de dag (planning en organisatie schoolwerk, etc.) Een veilige plek bieden Trainingen verzorgen Bieden time-out gelegenheid Functioneren als expertisecentrum voor docenten, eventueel ook trainingen/cursussen verzorgen. Een vaste contactpersoon voor ouders tijdens de gehele schoolloopbaan van de leerling, communicatie. Transfer van kennis en ervaring naar docenten. Computers Afsprakenbord Waar nodig specifieke methodes/materialen


18 van 24

Ruimtelijke omgeving Deskundigheid Samenwerking met externe instanties



Een apart daarvoor ingerichte ruimte

  

Ambulant begeleider cluster 3 en 4. Trajectbegeleiders Zie externe contacten

5. Ambities Het is de ambitie van het PCC om te voldoen aan de kwaliteitseisen die aan de basisondersteuning, zoals weergegeven in bijlage 1, mogen worden gesteld.

6. Afsluiting Voor alle vragen, die tijdens het lezen van dit schoolondersteuningsprofiel bij u zijn gerezen, kunt u zich wenden tot de school. Overigens vindt u ook op de website van de school en in de vele documenten die u via de website gemakkelijk kunt bereiken, uitgebreide informatie over wat in deze notitie aan de orde is gesteld.


19 van 24

7. Bijlage 1 Overzicht basisondersteuning Petrus Canisius College te Alkmaar Vooropmerking Indien in onderstaand schema het kruisje in de kolom ‘In ontwikkeling’ uiterst rechts is geplaatst, dan betekent dat dat de ontwikkeling reeds in een vergevorderd stadium is. Aspecten 1

b c d e 2 a b c d e f g h i j k l m n o 3 a b c d e

Beleid met betrekking tot passend onderwijs De school heeft de intentie om leerlingen met een (extra) ondersteuningsbehoefte in principe aan te nemen, mits het ondersteuningsaanbod toereikend kan zijn De school meet minimaal één keer per twee jaar de tevredenheid van leerlingen en ouders/verzorgers De school bepaalt jaarlijks hoe de zorgmiddelen worden ingezet De school evalueert jaarlijks het rendement van geboden ondersteuning en gebruikt de conclusie als input voor het ondersteuningsbeleid Middelen die toegekend zijn voor ondersteuning worden daarvoor ingezet Passende begeleiding De school brengt onderwijsbehoeften in kaart door het verzamelen van informatie uit overdrachtsgegevens, warme overdracht en gesprek met de ouders De school voorziet in op maat gemaakte onderwijsarrangementen voor leerlingen die dat nodig hebben De school werkt met (groeps)handelingsplannen met een vaste structuur (Groeps)handelingsplannen bevatten handelingsgerichte, direct toepasbare adviezen De school gaat altijd na welke opbrengsten handelingsplannen opleveren De school beschikt over een goed functionerend leerling volg systeem (LVS) waarin de ondersteuning wordt vastgelegd Docenten en mentoren voeren leerlinggegevens m.b.t. onderwijsresultaten, sociaal-emotionele ontwikkeling en andere relevante informatie structureel in in het LVS Minimaal twee keer per jaar vinden leerlingbesprekingen plaats op basis van deze individuele informatie en m.b.t. groepssituaties De school stelt de informatie over onderwijsbehoeften van leerlingen ter beschikking van professionals, waarmee wordt samengewerkt. De mentor stelt informatie over onderwijsbehoeften van leerlingen structureel beschikbaar aan medewerkers van de school die hiervan op de hoogte dienen te zijn De school besteedt structureel aandacht aan de competenties van docenten en begeleiders in relatie tot de ondersteuningsproblematiek die speelt De school beschikt over goed getrainde mentoren die in staat zijn adequaat te signaleren en te interveniëren (binnen hun taakstelling) De school maakt gebruik van (eventueel externe)( specialisten als het gaat om extra ondersteuning De school zet externe zorgpartners preventief in ten behoeve van een vroegtijdige signalering, zodat eerder lichte ondersteuning kan worden ingezet Voor speciale onderwijsbehoeften schakelt de school zo nodig diagnostische expertise van buiten de school in De continuïteit van de passende begeleiding De verantwoordelijkheid voor de continuïteit van de ondersteuning is ondergebracht bij één of meer functionarissen Begeleidingsgegevens (al vanaf het BaO) worden vastgelegd in het leerlingvolgsysteem De school participeert in de overgangsprocedures BaO/VO zoals afgesproken De school participeert in de overgangsprocedures VO/MBO zoals afgesproken De school heeft afspraken over hoe de ‘warme overdracht’ wordt vormgegeven vastgelegd

In ontwikkeling

Aanwezig

x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x

Aspecten

In ontwikkeling

4 a b c

Basisondersteuning voorziet in opvang van leerlingen met een algemene hulpvraag De school verzorgt leerwegondersteuning (LWO) De school vangt leerlingen met een PRO-beschikking op in het VMBO met LWO Inzetten LWOO-ondersteuningsmiddelen (verantwoording begroting/jaarverslag)

d e f g h 5

De school biedt leerwerktrajecten De school beschikt over een onderwijsaanbod voor hoogbegaafden De school werkt met het doorstartconvenant Samenwerkingsverband De school biedt schoolloopbaan begeleiding De school heeft een verzuimcoördinatie en -registratie Differentiatie en competenties docenten Docenten kunnen reflecteren op eigen handelen en op grond van reflectie bijstellen Docenten zijn in staat handelingsgerichte leerlingbesprekingen te voeren Docenten zijn in staat handelingsgerichte gesprekken met leerlingen, ouders en collega’s te voeren

b c d e f g

Docenten betrekken ouders bij de onderwijsondersteuning Docenten reageren op signalen van leerlingen en/of ouders door zelf actie te ondernemen of door de signalen door te spelen Docenten kunnen beperkingen van leerlingen vertalen in behoeften en daar de vereiste ondersteuning aan koppelen

h

Docenten maken zo nodig aanpassingen in de lessen

i

Er wordt door de docenten tijdens de lessen gedifferentieerd op grond van: . Docenten kunnen differentiëren naar tempo en niveau . Speciale psychologische of soc. emotionele kenmerken . Een meer of minder dan gemiddelde intelligentie . Verschillende leerstijlen

j k

2

Gedifferentieerde onderwijsprogramma’s zijn beschikbaar in het vakwerkplan Onderwijsprogramma’s voor leerlingen met fysieke beperkingen: . Goed ingerichte Elektronische Leer Omgeving (ELO) . Aangepaste onderwijskundige leer- en hulpmiddelen . Aangepast rooster . Beperkte lokaalwisseling . Ruimte voor verrichten van medische handelingen

Aanwezig

x x x

x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x2

x x

x

In overleg met de ouders wordt naar oplossingen gezocht.


21 van 24

Aspecten

6 a b c

Expertise op het gebied van deskundigheid, materialen en omgeving Er is binnen de school een cultuur waarin professionaliteit met elkaar gedeeld wordt (intervisie) Docenten kunnen extra aandacht besteden aan leerlingen met speciale onderwijsbehoeften Het zorgteam/ondersteuningsteam heeft expertise in: . Handelingsgericht werken . Individueel ontwikkelingsperspectief . Individuele leerlijnen

d e f

Er is een teamaanpak op gedrag in de klassen- en vrije situatie

. Kennis en aanpak dyslexie . Kennis en aanpak dyscalculie . Kennis en aanpak AD(H)D . Kennis en aanpak ASS . Kennis en aanpak faalangst

h i j k

Binnen school is kennis over gedragsontwikkelingsstoornissen en gedragsproblemen Binnen school is kennis over onderwijsachterstanden andere culturen Er zijn programma’s gericht op vergroten van sociale vaardigheden Er zijn programma’s gericht op vergroten van studievaardigheid Beschikbare trainingen en andere ondersteuning . Faalangst reductie training . Weerbaarheidstraining/ assertiviteitstraining


Aanwezig

x x

x x x x

Binnen school is kennis over onderwijszorgvoorzieningen in regio Samenwerkingsverband Bekwaamheid/kennis van docenten wordt op peil gehouden voor wat betreft: . Signaleren speciale onderwijsbehoeften voor leren en gedrag

g

In ontwikkeling

x

x x x x x x x Nee

Nee x x x

x

22 van 24

Aspecten . Dyslexie-ondersteuning (r.t.) . Dyscalculie-ondersteuning (r.t.) . Inzet externe coaches (o.a. OPDC, REC, Keerpunt) Leerlingen met speciale onderwijsbehoeften kunnen gebruik maken van l een eigen plek Er is voor mentoren en docenten tijd beschikbaar van het Zorg Advies m Team (ZAT) n Leerlingen krijgen de gelegenheid elkaar te helpen o De school heeft expertise m.b.t. de volgende moeilijke doelgroepen: . Leerlingen die voortdurend drugs gebruiken . Leerlingen met een schoolfobie/ zware blokkade om op school te komen . Leerlingen die een bedreiging zijn voor de veiligheid . Leerlingen die blijven spijbelen . Hoogbegaafde onderpresteerders . Leerlingen in het Praktijkonderwijs met frequent optredende, ernstige gedragsproblemen . Leerlingen met ASS (stoornis in het autistische spectrum) met een ondersteuningsbehoefte, waaraan het regulier onderwijs niet kan voldoen, maar die ook niet verwezen kunnen worden naar het VSO omdat het onderwijsaanbod daar tekort schiet p De school heeft een werkend protocol voor medische handelingen 7 Samenwerking externen met betrekking tot ondersteuning en zorg a De school heeft een goed functionerend Zorg Advies Team (ZAT)

In ontwikkeling

Aanwezig

x x x x x x3 Nee Nee Nee Nee Nee

Nee Nee Nee Nee Nee

Nee

Nee

Nee

Nee

x x

b c d e f g h i j k l m 8 a b 3 4

De doelstellingen van en de procedures rond het ZAT zijn voor alle medewerkers duidelijk Het beleid rond het ZAT is vastgelegd in een beleidsdocument (zorgplan) De school participeert in de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL)POVO De school participeert in het VMBO-MBO-overleg De school participeert in het VO-MBO-project (betreft overdracht zorgdossier VO-MBO via Intergrip) De school maakt gebruik van VAVO De school kent samenwerking met het HBO De school kent samenwerking met de Universiteit De school werkt samen met de voorzieningen van het samenwerkingsverband (OPDC, Keerpunt, Herstart/Op de Rails De wijze van samenwerking met de ouders van leerlingen die extra zorg en ondersteuning behoeven is beschreven Ouders kunnen problemen m.b.t. de zorgplicht aankaarten bij de Medezeggenschapsraad: procedures zijn opgenomen in het reglement van de MR De school kent een klachtenprocedure Arbitragezaken worden voorgelegd aan de geschillencommissie Passend Onderwijs, waarbij het bestuur van de school is aangesloten Veilige school Er is een programma voor een veilig klimaat De school heeft de volgende voorzieningen in het kader van een veilig

x x x x x x x x x Nee

Nee4 x x x

Er is geen tutoring aanwezig. Zie klachtenprocedure van de school.


23 van 24

c d

schoolklimaat: . Pestprotocol . Vertrouwenspersoon . Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld . Er zijn gezamenlijke afspraken en gedragscodes voor docenten . Verzuimprotocol De school zorgt voor fysieke toegankelijkheid De school is bereid om in verband met fysieke beperkingen aanpassingen te realiseren


x x x x x x x

24 van 24

Schoolondersteuningsprofiel

Recommend Documents