schoolgids 2010-2011
praktijkonderwijs
pro | vmbo | havo | atheneum | gymnasium
schoolGIDS INDEX PRO 1. De school 1.1. Visie en doelstelling van De Goudse Waarden 1.2. De structuur van De Goudse Waarden 1.3. Locaties
4. Het Praktijkonderwijs 6 6 7
2. Algemene informatie 2.1. Aanmelding en toelating 2.2. Roosters en schooltijden 2.3. Vakanties 2.4. De eerste schooldag 2.5. Verzuim
8 9 10 11 11
3. Informatie voor leerlingen 3.1. De 10 Goudse Waarden- gedragsregels 3.2. Dagopening 3.3. In en rond de school 3.4. Fotorechten
17 17 17 19
6. Praktische informatie
4.1. Praktijkonderwijs in het algemeen 4.1.1. De missie 21 4.1.2. De organisatie 22 4.1.3. Het onderwijs 23 4.2. De onderbouw: leerjaar 1 en 2 4.2.1. Werkwijze onderbouw 25 4.2.2. Beroepsoriëntatie 28 4.2.3. Afronding onderbouw 28 4.3. De bovenbouw: leerjaar 3, 4 en 5 4.3.1. Werkwijze bovenbouw 29 4.3.2. Stage 30 4.3.3. Afronding bovenbouw 31
5. Aandacht voor de leerlingen 5.1. Veiligheid 5.2. Coach 5.3. Logopedie en orthopedagogie 5.4. Zorg Advies Team (ZAT) 5.5. Vertrouwenscontactpersoon 5.6. Dossier
6.1. Medezeggenschapsraad 6.2. Klachten en geschillen 6.3. Resonansgroep 6.4. Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten (WTOS) 6.5. Leerling gebonden financiering (LGF) 6.6. Ongevallenverzekering 6.7. Aansprakelijkheidsverzekering 6.8. Ouderbijdrageregeling 6.9. Reizen met korting
37 37 37
38 38 39 39 40 40
7. Namen
41
8. Verwijsinstanties
42
33 33 33 33 34 35 3
4 | schoolgids 2009-2010 pro
TER INLEIDING Aan het begin van het nieuwe schooljaar een nieuwe schoolgids met allerlei belangrijke informatie over de schoolorganisatie. Ook deze keer is er hard aan gewerkt om een zo volledig mogelijk beeld van De Goudse Waarden te beschrijven. Gelukkig is onze scholengemeenschap meer dan alleen dat. Wij willen er ook dit schooljaar voor je zijn in de les, maar ook bij de vele activiteiten die er rond de school georganiseerd worden. Het is steeds weer een uitdaging om samen met je mee op te lopen. We weten dat het een bijzondere periode in je leven is. Hoewel het behalen van het certificaat daarbij natuurlijk een belangrijk doel is, vinden wij het ook van belang dat je in De Goudse Waarden-tijd je talenten en interesses leert ontdekken en vrienden maakt. Worden wie je bent is voor ons een belangrijk richtpunt bij het vormgeven van het onderwijs. Je kunt dat zien aan bijvoorbeeld de manier van werken binnen natuurlijk leren. Ook kom je het tegen in de vele activiteiten naast de lessen: stages, toneel, muziek, reizen naar het buitenland, sport, etc.
Een hartelijk welkom ook aan de ouder(s)/verzorger(s) die voor het eerst met onze school te maken hebben omdat u uw eerste kind bij ons hebt ingeschreven. De stap naar de brugklas is voor veel leerlingen spannend. Onze ervaring is echter dat na enkele weken de nieuwe leerlingen hun plaats in school al helemaal gevonden hebben. Wij vinden het belangrijk dat uw kind erkend en herkend wordt in onze school, dat zult u ervaren in de sfeer in school. Daarnaast is de school zodanig georganiseerd in locaties, afdelingen en units dat uw kind zich snel thuis zal voelen. Wij danken u voor het in ons gestelde vertrouwen en gezien de grote aanmelding dit schooljaar zijn er veel ouders die ons hun vertrouwen geven. Wij zullen al het mogelijke doen om dit vertrouwen waar te maken. En als iets niet helemaal goed gaat volgens u, dan wil ik u graag uitnodigen om contact met ons op te nemen. Ik wens iedereen een goed schooljaar toe. En voor alle examenkandidaten hoop ik dat je aan het eind van het schooljaar dat mooie certificaat kunt ondertekenen.
Pieter Dijkshoorn Voorzitter College van Bestuur 5
1. DE school 1.1. Visie en doelstelling van De Goudse Waarden Onze scholengemeenschap wil herkenbaar zijn als een christelijke school waar iedereen welkom is. Het Evangelie van Jezus Christus geldt als norm en uitgangspunt voor ons handelen en denken. Ons doel is om onze leerlingen op een goede manier te begeleiden naar een volwaardige rol in de samenleving. We willen dat de leerlingen zich in de maatschappij bewust zijn van hun verantwoordelijkheid tegenover God, de medemens, de natuur en de cultuur. De scholengemeenschap leidt op voor een diploma en rust jonge mensen toe met kennis, inzichten en vaardigheden, zodat ze eigen aard en aanleg in de samenleving kunnen functioneren.
1.2. DE STRUCTUUR VAN DE GOUDSE WAARDEN
wetenschappelijk onderwijs mbo
hoger beroepsonderwijs
gymn.
ath.
gymn.
ath.
havo
gymn.
ath.
havo
gymn.
ath.
havo
gymn.
ath.
havo
arbeidsmarkt
brugklas lyceum-havo (gymnasium, havo/vwo en havo/vmbo-t)
vmbo-t
vmbo-g
vmbo-k
vmbo-b
vmbo-t + vmbo-g
vmbo
vmbo
vmbo
vmbo
vmbo
praktijk onderwijs
brugklas vmbo
brugklas vmbo brugklas vmbo
Afkortingen vmbo: voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs havo/vmbo-t: brugklas waarin leerlingen worden geplaatst met een havo/vmbo-t-advies havo: hoger algemeen voortgezet onderwijs vwo: voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (gymnasium en atheneum) mbo: middelbaar beroepsonderwijs 6 | schoolgids 2009-2010 pro
Op het vmbo zijn vier leerwegen: vmbo-t: theoretische leerweg vmbo-g: gemengde leerweg vmbo-k: kaderberoepsgerichte leerweg vmbo-b: basisberoepsgerichte leerweg
LOCATIES 1.3. Locaties Sector vmbo (tevens hoofdlocatie en postadres) Beroepsgerichte leerwegen (vmbo-k, vmbo-b, lwoo en praktijkonderwijs) Kanaalstraat 31, 2801 SH Gouda T 0182 - 51 60 77 F 0182 - 58 40 64 E
[email protected]
Sector lyceum-havo Vanaf klas 2 Heemskerkstraat 105, 2805 SN Gouda T 0182 - 57 30 00 F 0182 - 53 79 19 E
[email protected]
Sector vmbo Theoretische/gemengde leerweg (vmbo-t en vmbo-g) Winterdijk 10, 2801 SJ Gouda T 0182 - 51 60 77 F 0182 - 58 40 64 E
[email protected]
Sector lyceum-havo Brugklassen Calslaan 100, 2804 RT Gouda T 0182 - 57 30 00 F 0182 - 53 79 19 E
[email protected]
Centrale administratie Postbus 872, 2800 AW Gouda T 0182 - 58 48 00 F 0182 - 51 17 89 E
[email protected] 7
2. ALGEMENE INFORMATIE 2.1. Aanmelding en toelating U kunt uw kind aanmelden voor het praktijkonderwijs en het lwoo tot 1 februari 2011. Later kan niet in verband met de aanvraag van een beschikking. Aanmelden kan via de directeur van de basisschool of rechtstreeks bij ons. Het aanmeldingsformulier krijgt u op de basisschool of bij onze administratie. Het staat ook als download op www.degoudsewaarden.nl. Het volledig ingevulde formulier stuurt u naar onze Centrale administratie, Postbus 872, 2800 AW, Gouda. De basisschool moet zorgen voor gegevens over het IQ van de leerling, de leerachterstanden en eventuele sociaal-emotionele problematiek. Deze gegevens zijn vastgelegd in een Onderwijs kundig Rapport (OR). Zij bespreken dit OR met de ouders. Vervolgens ondertekenen de ouders dit OR. Daarna wordt het digitaal verstuurd naar het Regionaal Interzuilair Samen werkingsverband V.O. Midden-Holland en Rijnstreek. De toelatingscommissie van De Goudse Waarden bekijkt het OR en dient een aanvraag voor een beschikking in bij de Permanente Commissie Leerlingzorg (PCL). Als de PCL positief oordeelt, dan stuurt deze de aanvraag door naar de Regionale Verwijzingscommissie (RVC.) 8 | schoolgids 2009-2010 pro
RVC en de beschikking De Regionale Verwijzingscommissie (RVC) heeft het laatste woord over het afgeven van een beschikking. Een positieve beschikking betekent dat we de leerling definitief plaatsen en dat we voor de opleiding van de leerling betaald krijgen. Zonder beschikking kunnen we een leerling niet plaatsen. Uiterlijk begin juni ontvangen de leerlingen die voor de brugklas zijn aangemeld een bericht van toelating of afwijzing. We nodigen de nieuwe leerlingen uit om vóór de zomervakantie te komen kennismaken met hun nieuwe klasgenoten en mentor. De toelatingscommissie van De Goudse Waarden bestaat uit K. Clements (voorzitter), D. de Lange, K.J. Redert en P.M. van der Windt. Ambtelijk secretaris is Mevr. C. Bogaard-Frederiks.
2.2. Roosters en schooltijden Lestijden onderbouw Aanvang 08.15 uur 1e lesuur 08.20 - 09.10 uur 2e lesuur 09.10 - 10.00 uur Pauze 10.00 - 10.15 uur 3e lesuur 10.15 - 11.05 uur 4e lesuur 11.05 - 11.55 uur Pauze 11.55 - 12.25 uur
5e lesuur 6e lesuur 7e lesuur Pauze 8e lesuur 9e lesuur
12.25 - 13.15 uur 13.15 - 14.05 uur 14.05 - 14.55 uur 14.55 - 15.10 uur 15.10 - 16.00 uur 16.00 - 16.50 uur
Voor de bovenbouw geldt: 5e lesuur 11.55 - 12.45 uur Pauze 12.45 - 13.15 uur.
Periode-indeling Het schooljaar is verdeeld over zes periodes van ieder zes lesweken. Na iedere periode volgt een vertraagde week. In deze week krijgen leerlingen de kans het werk wat nog niet af is, alsnog af te ronden. Leerlingen die hun werk al af hebben, volgen die week een beloningsprogramma met diverse leuke (buitenschoolse) activiteiten.
9
2. ALGEMENE INFORMATIE 2.3. Vakanties 2010-2011 Herfstvakantie maandag 18 oktober tot en met vrijdag 22 oktober 2010 Kerstvakantie maandag 20 december tot en met vrijdag 31 december 2010 Voorjaarsvakantie maandag 21 februari tot en met vrijdag 25 februari 2011 Goede vrijdag vrijdag 22 april tot en met en Pasen maandag 25 april 2011 Meivakantie maandag 2 mei tot en met vrijdag 6 mei 2011 Hemelvaart donderdag 2 en vrijdag 3 juni 2011 Pinksteren maandag 13 juni 2011 Zomervakantie maandag 4 juli tot en met vrijdag 19 augustus 2011
10 | schoolgids 2009-2010 pro
2.4. De eerste schooldag De eerste schooldag is op dinsdag 24 augustus 2010. We verwachten de leerlingen van het praktijkonderwijs en van leerjaar 1 en 2 van het leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) om 9.30 uur in de aula.
2.5. Verzuim Voor goed onderwijs is het van het grootste belang dat er zo min mogelijk wordt verzuimd. Verzuim is alleen geoorloofd in de volgende gevallen: • Wegens ziekte Ouders* melden ziekte van hun kind op de eerste verzuim dag vóór 9.30 uur aan de medewerkers van onze school administratie en aan het stageadres. • Als een bezoek aan arts, tandarts of specialist niet buiten schooltijd kan Bezoeken aan arts, tandarts of specialist moeten bij voorkeur in de vrije uren van de leerling gemaakt worden. Mocht dit niet lukken, dan moet er vooraf verlof aangevraagd worden via een schriftelijk verzoek aan de betreffende unitleider.
• Bij bijzondere omstandigheden Verzoeken tot vrijstelling van het bijwonen van lessen moeten schriftelijk gedaan worden aan de verantwoordelijke unitleider. De unitleider beslist over de geldigheid van de reden. Wanneer leerlingen zonder toestemming verzuimen, is er sprake van ongeoorloofd verzuim. Dit verzuim moeten we als scholengemeenschap doorgeven aan de leerplichtambtenaar van de betreffende gemeente. Zie ook www.leerplicht.net.
* Waar ‘hij’ staat kan ook ‘zij’ gelezen worden en waar ‘ouders’ staat worden ook ‘verzorgers’ bedoeld. Dit is gedaan voor een betere leesbaarheid van de schoolgids.
11
2. ALGEMENE INFORMATIE Afwezigheid leerlingen Als een leerling door ziekte of om andere redenen niet naar school kan komen, moet de ouder/verzorger dit vóór 9.30 uur doorgeven aan de school en het stageadres. Een leerling die op school ziek wordt, kan met toestemming van de teamleider naar huis. Ieder lesuur houdt de leer meester bij welke leerlingen afwezig zijn. Indien een leerling één of meerdere uren zonder toestemming afwezig is (dus spijbelt), neemt de leermeester maatregelen om de gemiste uren in te halen. Leerlingen die met regelmaat te laat komen of afwezig zijn, krijgen in eerste instantie een gesprek met de leermeester. Indien het verzuim niet ophoudt, volgt een gesprek met ouders en leerlingbegeleider. Daarna melden we het ongeoorloofde verzuim bij de leerplichtambtenaar. Als een leerling om een andere reden dan ziekte, lessen wil verzuimen, moeten de ouders vooraf schriftelijk toestemming vragen aan de unitleider. De overheid verbiedt de school vrij te geven buiten de schoolvakanties om. Praktijkonderwijs De Goudse Waarden kan daarom niet ingaan op verzoeken voor een vervroegde of verlengde vakantie. Afwezigheid docenten De school probeert het uitvallen van lessen zoveel mogelijk te voorkomen. Toch kan het soms gebeuren dat een docent 12 | schoolgids 2009-2010 pro
onverwacht afwezig is. Als door lesuitval het lesrooster wordt aangepast, krijgt de leerling hierover altijd een brief mee om de ouders te informeren. Spijbelaars en laatkomers naar Halt Een gemiste les is een gemiste kans: jongeren die spijbelen of vaak te laat komen, lopen een groter risico het onderwijs zonder diploma te verlaten. En jongeren zonder diploma hebben minder kans op een baan. Onderzoek heeft aangetoond dat zij ook een groter risico lopen om in de criminaliteit terecht te komen. Daarom pakken we spijbelen en te laat komen steeds harder en vooral vroeger aan: nu kan zelfs de beginnende spijbelaar of de regelmatig te laat komende leerling van de leerplichtambtenaar een proces-verbaal krijgen en naar Halt worden gestuurd. Leerplicht stuurt de verzuimgegevens van de jongere door naar Halt en Halt roept de leerling en zijn ouders snel op voor een gesprek. Zij krijgen de kans om uit te leggen wat er is gebeurd. De Halt-medewerker vertelt hoe de leerling zijn fout kan herstellen. Dat kan zijn: een aantal uren werken, een voorlichting volgen en/of meedoen aan een leeractiviteit. Eén van de voorwaarden is dat de jongere niet meer spijbelt of te laat komt.
De duur van het werk hangt af van de leeftijd en van hoe vaak en hoeveel uur hij heeft gespijbeld of te laat is gekomen. Het werk duurt maximaal 14 uur en gebeurt in vrije tijd, bijvoorbeeld na school, in het weekend of in de vakantie. Soms geven spijbelende of vaak te laat komende leerlingen aan dat er meer aan de hand is: er zijn misschien problemen op school of thuis. Halt kan jongeren en ouders in contact brengen met organisaties, die helpen bij het oplossen van deze problemen. Als een leerling zich goed aan de gemaakt afspraken heeft gehouden, stuurt Halt een positief bericht naar school en naar de leerplichtambtenaar. Deze ‘seponeert’ dan de zaak, zodat er geen strafvervolging door justitie plaatsvindt. De Halt-procedure is daarmee afgerond.
14 | schoolgids 2009-2010 pro
15
16 | schoolgids 2009-2010 pro
3. INFORMATIE VOOR LEERLINGEN 3.1. De 10 Goudse Waarden-gedragsregels
3.2. Dagopening
De gedragsregels van De Goudse Waarden gelden zowel voor leerlingen als voor medewerkers. Aan het begin van elk schooljaar worden ze door de mentor in de klas besproken. De gedragsregels zijn als het ware de ‘grondwet’ van de school.
We beginnen elke dag met een dagopening in de klas. Met Kerst en Pasen zijn er vieringen. Ook op andere momenten in het schooljaar zijn er bijeenkomsten waarbij een bepaald thema centraal staat. Thema’s zijn bijvoorbeeld vrede, anders zijn en racisme. Alle leerlingen, docenten en medewerkers nemen deel aan deze vieringen.
1. Ik maak geen misbruik van mijn macht en ik heb respect voor een ander. 2. Ik maak me niet schuldig aan seksuele intimidatie. 3. Ik laat mij niet negatief uit over ras, geslacht, geloof, seksuele geaardheid of uiterlijk. 4. Ik vloek niet en gebruik geen grove taal. 5. Ik pest, bedreig of negeer niemand en gebruik geen geweld. 6. Ik geef duidelijk aan als ik iets niet wil, maar speel niet voor eigen rechter. 7. Ik blijf van de spullen van een ander af. 8. Ik neem geen wapens, vuurwerk, drugs of alcohol mee naar school. 9. Ik houd de school schoon en netjes. 10. Ik houd mij aan de regels en werk er aan mee dat anderen zich daar ook aan houden.
3.3. In en rond de school Afspraken na schooltijd Leerlingen krijgen meerdere keren per jaar een nieuw lesrooster. Daarom is het van belang om vóór 16.00 uur geen vaste afspraken te maken voor bijvoorbeeld muziekles of sportactiviteiten. Chipkaart Iedere leerling van De Goudse Waarden krijgt een chipkaart. Op deze kaart staan een aantal persoonlijke gegevens van de leerling zoals de naam, de geboortedatum, een foto en een barcode. De chipkaart kan voor diverse doeleinden gebruikt worden. Zo kunnen leerlingen er mee betalen in de kantine (ook automaten) en betalen ze hun prints en kopieën. 17
Met de kaart kunnen leerlingen in de mediatheek werken, een pc gebruiken en materialen lenen. Ook bij schoolfeesten moeten ze hun kaart tonen. Kortom, de chipkaart wordt dagelijks gebruikt. De kosten van de kaart zijn € 11,30 inclusief een krediet van € 2,25. We vervangen de kaart iedere twee jaar. Voor nieuwe brugklassers nemen we de chipkaart op in de schoolkosten. Bij verlies of beschadiging moet de leerling voor € 11,30 een nieuwe kaart halen bij de conciërge. Fietsen Fietsen mag men alleen plaatsen in de kelder of buiten in de daarvoor bestemde rekken. Fietsen mogen niet in de looppaden staan. Voor bromfietsen is er een bromfietsstalling. Genotmiddelen De scholengemeenschap heeft een reglement opgesteld voor het gebruik van genotmiddelen op school, zoals roken, alcohol en soft drugs. In dit reglement staat aangegeven wat de maatregelen zijn als leerlingen de regels worden overtreden. Het reglement staat op de schoolsite.
18 | schoolgids 2009-2010 pro
3. INFORMATIE VOOR LEERLINGEN Kluisjes Elke leerling heeft een kluisje om waardevolle voorwerpen in op te bergen. De huur is opgenomen in de schoolkosten. De school kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade of diefstal van eigendommen van leerlingen. Dit geldt ook voor de voorwerpen die in een kluisje zijn opgeborgen. Bij moedwillige vernieling aan de kluisjes verhalen we de kosten op de dader. De directie heeft het recht om de inhoud van de kluisjes op elke gewenst moment te controleren en is niet aansprakelijk voor inbraak of diefstal. Te laat Als een leerling te laat is, gaat hij meteen naar het lokaal. De docent zet een paraaf op de telaatkaart.
3.4. Fotorechten Tijdens het hele schooljaar maken we in en rondom de school foto’s en filmopnames. Een deel van deze beelden gebruiken we voor ons eigen informatie- en PR-materiaal. Ouders van leerlingen die niet gefotografeerd of gefilmd willen worden melden dit schriftelijk tijdens de eerste week van het schooljaar. U stuurt uw brief of mail naar de directie van de sector vmbo, Kanaalstraat 31, 2801 SH, Gouda. (
[email protected]). Wij gaan er vanuit dat bedoelde leerlingen de fotograaf waarschuwen dat zij niet in beeld gebracht willen worden.
Telefoon Het is niet toegestaan om in de onderwijsruimten mobiel te bellen of te worden gebeld. Zonder toestemming beeld- en/of geluidsopnamen maken met telefoon of digitale camera is ten strengste verboden. Misbruik maken van beeld- of geluidsopnamen om medeleerlingen of medewerkers in diskrediet te brengen, is onacceptabel en wordt zwaar bestraft.
19
20 | schoolgids 2009-2010 pro
4. HET PRAKTIJKONDERWIJS 4.1.
Praktijkonderwijs in het algemeen
4.1.1. De missie Doelstelling Praktijkonderwijs De Goudse Waarden biedt (eind)onderwijs aan leerlingen van 12 tot en met 18 jaar, die (nog) niet in staat zijn onderwijs op het reguliere vmbo te volgen. Ons doel is leerlingen optimaal te vormen, zodat zij zelfstandig en op eigen niveau kunnen deelnemen aan de maatschappij. Dat wil zeggen dat een leerling wordt voorbereid op een leven waarin hij zo zelfstandig mogelijk woont, werkt, recreëert en bijdraagt aan de samenleving. De mogelijkheden van de leerling staan hierbij centraal. Het leerprogramma stemmen we individueel af op iedere leerling. Een protestants-christelijke school In ons onderwijs is de Bijbel de rode draad. Dat betekent dat ons onderwijs is geïnspireerd door het Evangelie van Jezus Christus, zoals dat in de Bijbel staat. Van onze leerlingen (en hun ouders) vragen wij ten minste respect voor de wijze waarop wij onze grondslag vormgeven. We beginnen elke dag met een dagopening in de stamgroep. Hierbij staat er wekelijks een thema centraal. Dat thema is ook steeds terug te vinden op onze website. Met Kerst en Pasen zijn er centrale vieringen. Alle leerlingen moeten hierbij aanwezig zijn.
Klimaat en sfeer Wij vinden het belangrijk dat leerlingen zich veilig en geaccepteerd voelen in de school. Daarvoor is een goed pedagogisch klimaat een voorwaarde. Het gevoel van veiligheid neemt hierin een belangrijke plaats in. Om in een school te kunnen leren en werken moet een school immers veilig zijn. Pas als zowel de leerlingen als het personeel zich veilig voelen, kan er een voedingsbodem ontstaan waarin een leerling zichzelf kan ontplooien en ontwikkelen. En voor personeelsleden ontstaan dan de mogelijkheden deze situaties voor de leerlingen te verzorgen. Kennismaken Om zo vroeg mogelijk kennis te maken met de nieuwe school, klas, mentor en klasgenoten, nodigen we de toekomstige leerlingen al voor de zomervakantie uit voor een intake gesprek en een kennismakingsmiddag. Op 24 augustus 2010 volgen de leerlingen een introductieprogramma. In de tweede schoolweek (30 augustus t/m 3 september) gaan alle brugklassen op kamp. Het brugklaskamp draagt bij aan groepsvorming en sociale vaardigheden. We organiseren voor de ouders van nieuwe brugklas leerlingen een kennismakingsavond. Een uitnodiging hiervoor ontvangt u te zijner tijd.
21
4.1.2. De organisatie Sector vmbo De directie van het vmbo is ook verantwoordelijk voor het praktijkonderwijs. Het praktijkonderwijs staat los van het vmbo. Locatie Het praktijkonderwijs is gehuisvest aan de Kanaalstraat in hetzelfde gebouw als het vmbo. Dat heeft verschillende voordelen: – er is intensieve samenwerking mogelijk met het lwoo; – de leerlingen kunnen gebruik maken van de praktijklokalen van het vmbo, om daar individueel te werken aan hun praktische vaardigheden. Ook kunnen ze daar instructies ontvangen; – in de praktijkruimten kunnen de leerlingen werken aan hun prestaties. Onderbouw en bovenbouw Het eerste en tweede leerjaar van het praktijkonderwijs werkt intensief samen met de leerlingen en docenten van het lwoo. Praktijkonderwijsleerlingen die meer uitdagingen qua praktische vaardigheden en leerstof aankunnen, kunnen heel makkelijk overstappen naar het lwoo. Hierbij werken we eerst met een proefperiode. In die proefperiode krijgen de leerlin22 | schoolgids 2009-2010 pro
4. HET PRAKTIJKONDERWIJS gen extra workshops zoals Nederlands, rekenen/wiskunde en Engels. In de bovenbouw, leerjaar 3, 4 en 5, kunnen leerlingen praktijkvakken volgen bij de diverse sectoren binnen het vmbo. De bovenbouwdocenten vmbo verzorgen deze lessen.
4.1.3. Het onderwijs Natuurlijk Leren Praktijkonderwijs De Goudse Waarden biedt het onderwijs aan volgens het concept van Natuurlijk Leren. Natuurlijk Leren is een manier van leren waarbij de leerling beter gemotiveerd is omdat deze steeds zelf keuzes mag maken. Leren is hierdoor betekenisvoller en de leerling houdt de opgedane kennis, inzichten en vaardigheden beter vast. Een vaste groep docenten begeleidt de leerlingen bij het uitvoeren van zogenoemde prestaties. Een prestatie is een uitdagende opdracht, waarbij kennis (theorie) en vaardigheden (praktijk) op natuurlijke wijze zijn gecombineerd. Het daagt de leerlingen uit om actief te leren, samen te werken en te reflecteren op hun eigen functioneren. Zij leren verschillende communicatievormen te beheersen en ze herkennen waar hun sterke, dan wel hun verbeterpunten liggen. Ook
leren ze om zelfstandig beslissingen te nemen en een goede planning op te zetten en te hanteren bij de uitvoering van de verschillende werkzaamheden. Bovendien verwachten we van de leerlingen dat zij in staat zijn het product en het proces van hun eigen werk in het openbaar te presenteren. De prestaties die onze leerlingen leveren, beoordelen we naar de inspanningen die ze hebben gekost of aan vooraf gestelde doelen. We vergelijken ze niet met de prestaties van medeleerlingen. Naast prestaties wordt er gewerkt aan ‘Denk, Doe- en Onderzoeksvragen’ (DD&O-vragen). Dit zijn interessante kennisvragen die de leerlingen moeten beantwoorden. In de diverse workshops krijgen de leerlingen onder leiding van een expert de kennis en vaardigheden aangeleerd, die als basis nodig zijn bij de realisatie van de prestaties. Dit betekent dat er geen afzonderlijke vakken meer zijn. Allerlei leergebieden komen samen in de prestaties en DD&O-vragen. Iedere leerling bepaalt zijn eigen weekritme door middel van intekenlijsten. De leerling bepaalt zelf op welk moment hij workshops volgt en wanneer hij zelfstandig aan prestaties of DD&O-vragen werkt. Na iedere periode verandert dit weekritme. Iedere dag begint en eindigt een leerling in zijn stamgroep. Dit is een 23
vaste groep leerlingen met een eigen leermeester. In dit uur besteedt de groep extra aandacht aan sociale vaardigheden. Daarnaast krijgen leerlingen de mogelijkheid om resultaten die zij bereikt hebben te delen met anderen. In het stam groepuur noteert de leerling de dagelijkse planning in de agenda. De leermeester controleert deze agenda. Portfolio Iedere leerling heeft een eigen portfolio. Dit is een map met daarin alle vorderingen, ontwikkelingen en bewijzen (of foto’s) van prestaties en DD&O-vragen. Men volgt de leerling op een aantal ontwikkelingslijnen en leerlijnen. Bij ontwikkelingslijnen gaat het om persoonlijke kwaliteiten als zelfstandigheid, doorzettingsvermogen, opkomen voor jezelf, samenwerken, initiatief nemen enzovoorts. Bij leerlijnen gaat het om concrete zaken en vaardigheden die de leerling zich eigen moet maken, zoals informatie verzamelen, computergebruik, boodschappen doen, de administratie bijhouden enzovoorts. Bij Natuurlijk Leren geven we dus geen cijfers. Kijk- en luisteravond Na een periode van zes weken, waarin leerlingen aan prestaties en Doe- en Onderzoeksvragen werken, volgt een ‘vertraagde week’, waarin de leermeester portfoliogesprekken voert met de leerling over zijn vorderingen. Daarna nodigt de leerling zijn ouders uit voor de Kijk- en luisteravond. 24 | schoolgids 2009-2010 pro
4. HET PRAKTIJKONDERWIJS Tijdens die avond laat de leerling zien hoe hij in de afgelopen periode is gegroeid en wat hij heeft geleerd. Kijk- en luisteravonden vinden plaats in de vertraagde weken van het schooljaar. Stage Het doel van praktijkonderwijs is om de leerling via stages aan werk te helpen. Om de benodigde vaardigheden aan te leren, loopt de leerling in de bovenbouw (vanaf het 15e levensjaar) stage in een bedrijf of instelling. Om te bepalen wat een leerling kan en wil, maken we gebruik van een stageonderzoek. We noemen dit een assessment. De stage begint intern in het tweede leerjaar. Vanaf het derde leerjaar gaan leerlingen extern stagelopen. Als het goed gaat, breiden we dit in het vierde jaar uit naar twee dagen per week. In het vijfde leerjaar loopt een leerling uiteindelijk vier dagen stage. De overstap naar het ‘echte’ werken wordt hierdoor eenvoudiger.
4.2.
De onderbouw: leerjaar 1 en 2
4.2.1. Werkwijze onderbouw Leerjaar 1 In het eerste leerjaar raken de leerlingen vertrouwd met het kiezen van en samenwerken aan prestaties, het zelfstandig werken aan DD&O-vragen en het volgen van workshops. De meeste tijd vullen we met praktijkvakken als techniek, verzorging, keramiek en textiel. Daarnaast zijn er verplichte workshops Nederlands, rekenen/wiskunde, Engels en arbeidsoriëntatie. Voor de ontspanning zijn drie gymnastieklessen verplicht. Daarnaast zijn er keuzeworkshops voor tekenen en handvaardigheid. Leerjaar 2 Het tweede leerjaar is een uitbreiding van het eerste leerjaar. Nieuw is dan de interne stage, als vervolg op de arbeidsoriëntatie. De twee jaren van de onderbouw ronden de leerlingen af met een uitgebreide prestatie: ‘Klaar voor de bovenbouw’. Weekrooster De lessen starten elke dag om 8.20 uur en duren op maandag, woensdag en donderdag tot 14.55 uur. Op dinsdag eindigen de lessen om 14.05 uur in verband met de teamvergaderingen. Op vrijdag eindigen de lessen om 12.45 uur. 25
Docenten onderbouwteam Dhr. B. Kraaijenbrink teamleider PrO 1 en leerlingbegeleider Vacant leermeester stamgroep 1 Mevr. G.J.A. Jonkers-van ’t Hoff leermeester stamgroep 1 Mevr. S. van de Griendt-Schepes leermeester stamgroep 1 Dhr. G.J. Jonkers teamleider PrO 2 en leerlingbegeleider Mevr. M.H.C. Dekkers leermeester stamgroep 2 Dhr. O.A. Elferink leermeester stamgroep 2 Dhr. M.L.M. Klinkhamer werkmeester keramiek Dhr. A.H.J. de Bas werkmeester gym Prestaties De leerlingen moeten uit een gevarieerd aanbod van prestaties kunnen kiezen. De aangeboden prestaties zijn gegroepeerd rond een periodethema. Leerlingen hebben dan zes weken de tijd om twee prestaties af te ronden. Eén prestatie moet samen met een andere leerling gerealiseerd worden. Dit zorgt ervoor dat de leerlingen leren samenwerken. De tweede prestatie mag een leerling alleen afwerken.
26 | schoolgids 2009-2010 pro
DD&O-vragen Naast interne stage, prestaties en workshops blijft er voor de leerling nog tijd over om te werken aan de Denk/Doe- en Onderzoeksvragen (DD&O-vragen). Leerlingen kunnen zich verdiepen in onderwerpen die ze zelf kiezen of die we aanreiken. Ze verdiepen zich door informatie te verzamelen op internet of uit boeken. Voor een DD&O-vraag moet de leerling een verwerkingsvorm kiezen. Bijvoorbeeld een verslag, gedicht of rap schrijven, een poster, collage, strip, demonstratiemodel, filmpje, PowerPoint-presentatie, quiz, spel of puzzel maken of een workshop geven. Tijdens elke periode moet elke leerling ten minste één DD&O-vraag presenteren in de stamgroep. Portfoliomap Bij de start in het eerste leerjaar gaan de leerlingen bewijzen verzamelen voor een aantal leer- en ontwikkelingslijnen (L&O-lijnen). Bij leerlijnen gaat het om de eigen vaardigheden en ontwikkelingslijnen om de persoonlijke ontwikkeling. In de onderbouw is er een keuze gemaakt voor een beperkt aantal L&O-lijnen. In de bovenbouw komen er opnieuw L&O-lijnen bij. Zo groeit het portfolio uit tot een compleet overzicht van wat de leerling heeft gedaan en wat hij beheerst.
4. HET PRAKTIJKONDERWIJS
27
4.2.2. Beroepsoriëntatie Algemeen In het eerste leerjaar maken we samen met de leerlingen een verkenning langs de beroepsmogelijkheden. We kijken vooral naar de mogelijkheden voor deze leerlingen in deze regio. Waar mogelijk gaan leerlingen kijken bij een bedrijf of ze lopen een dag mee met een werknemer. Interne stage in leerjaar 2 In het tweede leerjaar mag de leerling alvast ‘proeven’ aan het stagelopen: de interne stage. Een leerling loopt dan mee met bijvoorbeeld de conciërge, de medewerkster in de aulakeuken, de administratiemedewerker, enzovoorts. Dit alles gebeurt bij voorkeur in het gebouw op de locatie Kanaalstraat.
4.2.3. Afronding onderbouw Bovenbouwproef De leerling rondt de twee leerjaren van de onderbouw af met de uitgebreide prestatie ‘Klaar voor de bovenbouw’. Daarin toont de leerling met bewijzen van interne stage, prestaties, DD&O-vragen, persoonlijke scores en portfolio aan wat hij beheerst aan vaardigheden en kennis. Bij dit afrondende gesprek zijn, naast de leerling en zijn leermeester, de ouders en een docent van de bovenbouw aanwezig. 28 | schoolgids 2009-2010 pro
4. HET PRAKTIJKONDERWIJS 4.3.
De bovenbouw: leerjaar 3, 4 en 5
4.3.1. Werkwijze bovenbouw Algemeen In de bovenbouw van het praktijkonderwijs zitten de leerlingen uit stamgroep 3, 4 en 5. Zij krijgen les van een vaste groep docenten (coaches en experts). In tegenstelling tot de onderbouw (waar de leerling nog verplicht was een aantal workshops te volgen), heeft een leerling in de bovenbouw een vrijere keuze in de workshops. Zo kan de leerling zijn lespakket beter afstemmen op zijn persoonlijke situatie. Ook kan de leerling rekening houden met beroepsinteresses en (on)mogelijkheden. Docenten bovenbouwteam Mevr. P.C. van Keulen teamleidster bovenbouw, stagedocent Mevr. I. Vegter leermeester stamgroep 3a, expert woonhuis en winkel Mevr. J. Blijleven leermeester 3a, expert woonhuis en winkel Mevr. B.J. de Ruyter leermeester stamgroep 3b, expert AVO
Dhr. J.W.C. Middendorp teamleider bovenbouw, leermeester stamgroep 4a, stagedocent Mevr. M. Volman leermeester stamgroep 4b/5 en expert AVO Mevr. G. Heijstek leermeester stamgroep 4b/5, stagedocent Dhr. P.A.M. Vollebregt expert techniek Dhr. A.H.J. de Bas expert sport/gym Leerjaar 3 In het derde leerjaar mogen leerlingen voor het eerst een lesprogramma samenstellen dat past bij hun interesses en (on)mogelijkheden. Als een workshop niet past bij de persoon, hoeft de leerling deze niet langer te volgen. Leerjaar 4 Leerlingen uit het vierde leerjaar kunnen naast het reguliere praktijkonderwijs één dagdeel per week praktijklessen volgen bij het vmbo. Deze praktijklessen moeten passen bij de stagerichting. De leerlingen gaan hiervoor naar de diverse afdelingen binnen de school: Techniek Breed, Verzorging Breed, Handel en Verkoop en Consumptieve Techniek. De leerlingen krijgen vaardigheden en technieken aangeboden door vakleerkrachten die niet binnen het team van de bovenbouw praktijkonderwijs werkzaam zijn. 29
4. HET PRAKTIJKONDERWIJS Daarnaast kunnen de leerlingen die hiervoor in aanmerking komen het VCA-diploma bemachtigen door deel te nemen aan het examen. In overleg met de leerlingen en hun ouders kijken we of deelname aan dit examen gewenst is. Voor dit examen rekenen we een bijdrage in de onkosten bij de ouders. Leerjaar 5 In het vijfde leerjaar krijgen alle leerlingen kans deel te nemen aan het AKA 1-traject. In dit traject kunnen de leerlingen een arbeidskwalificatie behalen. Hiermee wordt de kans op arbeid voor de leerling vergroot. De leerling heeft hierdoor eventueel de mogelijkheid een vervolgopleiding op het ROC te volgen. De leerlingen zijn drie dagen per week op stage. De rest van de week bestaat uit één theoriedag die gericht is op onderwijs dat past bij het AKA 1-programma en één praktijkdag die past bij de stagerichting (zie hiervoor de afdelingen die bij leerjaar 4 zijn genoemd).
30 | schoolgids 2009-2010 pro
4.3.2. Stage Assessment Vanaf het moment dat leerlingen in het derde leerjaar komen (en 15 jaar oud zijn), mogen ze deelnemen aan de stage. Van tevoren nemen we bij de leerling een assessment af om te zien of hij ‘stagerijp’ is. Ook nemen we een beroepskeuzetest af om een beter inzicht te krijgen in het interessegebied van de leerling. Opbouw stage In de loop van de drie bovenbouwjaren neemt de stage een steeds prominentere rol in binnen het lesprogramma van de leerling. Tijdens het derde leerjaar loopt de leerling (zodra hij 15 jaar oud is) één dag externe stage per week. De stage is erop gericht kennis te maken met de algemene arbeidsvaardigheden zoals ‘op tijd komen’, ‘inzet tonen’ en omgang met de (direct) leidinggevende. Daarnaast geeft de stage de leerling een blik op de diverse arbeidsmogelijkheden en richtingen. Tijdens het vierde leerjaar loopt de leerling twee dagen stage. Het doel hierbij is om een beter inzicht te krijgen in de (on)mogelijkheden van de leerling en een betere keuze te maken betreffende de arbeidsrichting. In het vijfde leerjaar loopt de leerling drie dagen per week stage. Uiteindelijk gaat dit, bij zicht op een vast contract, over in een stage van vier dagen per week.
Stagebegeleiding Zoals eerder vermeld heeft de leerling in de bovenbouw een aangepast programma. Het programma is meer op individuen afgestemd dan in de onderbouw. De stage neemt in de bovenbouw een grote plaats in. De juiste begeleiding voor de leerling en de stagebegeleider zijn hierbij van essentieel belang. Onze stagedocenten bezoeken de leerling op de werkplek minimaal eens in de vijf à zes weken. Als het nodig is, komen zij vaker langs en soms is er ook telefonisch contact.
Het aantal leerlingen dat de school verlaat en doorstroomt naar een vervolgopleiding is de laatste jaren toegenomen. Nazorg (jobcoaching) Uit onderzoek blijkt dat veel leerlingen die het praktijkonderwijs hebben verlaten om te gaan werken, in het eerste jaar ‘vastlopen’ en hun baan verliezen. Om dit zoveel mogelijk te voorkomen, verzorgt praktijkonderwijs De Goudse Waarden nazorg gedurende het eerste jaar dat de leerling de school verlaten heeft. Onze jobcoaches volgen de oud-leerling gedurende dit eerste jaar.
4.3.3. Afronding bovenbouw Uitstroom naar werk Aan het einde van het vijfde leerjaar (of zodra een leerling 18 is) stoomt het grootste gedeelte van de leerlingen uit naar werk. Het niveau van werk is onder te verdelen in vier categorieën: a. dagbesteding (de leerling werkt op zijn of haar eigen niveau); b. de beschermde werkplek (sociale werkvoorziening); c. het vrije bedrijf (meestal met jobcoach vanuit school); d. het vrije bedrijf (vier dagen) en een opleiding op het mbo (BBL) ook meestal met jobcoaching vanuit school.
Onze jobcoaches zijn: Mevr. P.C. van Keulen Mevr. G. Heijstek
31
32 | schoolgids 2009-2010 pro
5. AANDACHT VOOR DE LEERLINGEN 5.1. Veiligheid
5.3. Logopedie en orthopedagogie
Praktijkonderwijs De Goudse Waarden heeft als doel de leerlingen optimale zorg te bieden. Daarvoor is veiligheid een voorwaarde. De leerling (en de ouders) moeten kunnen rekenen op de juiste zorg en begeleiding. Om dit te realiseren biedt de school een duidelijke structuur in een vertrouwenwekkend schoolklimaat. Langzaam maar zeker wordt de leerling binnen dit klimaat zelfstandiger en weerbaarder.
Vaak hebben leerlingen in het praktijkonderwijs een taal achterstand. Soms zijn er ook spraak- en/of taalproblemen. Onze logopediste bekijkt voor elke leerling welk persoonlijk taalontwikkelingstraject we kunnen uitvoeren. De logo pediste verzorgt ook sociale vaardigheidstrainingen. Als er bij een leerling testen afgenomen moeten worden, dan zorgt onze orthopedagoog daarvoor.
5.2. leermeester
Logopediste: mevr. C. van den Brink Orthopedagoge: mevr. drs. A. Ferweda
Iedere klas heeft een eigen leermeester, die de individuele vorderingen van de leerlingen bewaakt en volgt. Hij is het aanspreekpunt voor leerlingen en ouders. Als het nodig is, komt de leermeester een keer op huisbezoek. De leermeester heeft met regelmaat overleg met de diverse experts om vorderingen van de leerlingen bij de diverse workshops goed te kunnen volgen.
5.4. Zorg Advies Team (ZAT) Met grote regelmaat heeft het Zorg Advies Team (ZAT) overleg over leerlingen die dreigen vast te lopen. Binnen het team is een aantal professionele hulpverleners actief die, waar nodig, de school en de leerlingen ondersteuning en begeleiding kunnen geven. Afhankelijk van de problemen die er spelen, kunnen we deze hulpverleners inzetten. Op die manier kunnen wij de leerlingen direct de juiste hulp bieden.
33
Het ZAT bestaat uit de volgende personen: Mevr. M. Bos-de Vos zorgcoördinator Mevr. A. Ferweda orthopedagoog Mevr. P. Kruse jeugdarts Mevr. E. van Geerenstein jeugdarts schoolmaatschappelijk werker (MEE) Mevr. D. van Steenis Dhr. K. Notenboom leerplichtambtenaar Gem. Gouda Dhr. B. Kraaijenbrink teamleider onderbouw PrO/ leerlingbegeleider PrO-1 Dhr. G.J. Jonkers teamleider onderbouw PrO/ leerlingbegeleider PrO-2 Dhr. J.W.C. Middendorp teamleider PrO 3, 4 en 5
5.5. Vertrouwenscontactpersoon Binnen de school zijn er vertrouwenscontactpersonen aanwezig. Zij bieden een luisterend oor aan slachtoffers op het gebied van seksuele intimidatie of ongewenst gedrag op school. In overleg met het slachtoffer stellen de contactpersonen een plan van begeleiding op. In principe voeren speciaal opgeleide deskundigen buiten de school de begeleiding uit. We behandelen alle informatie uiteraard in vertrouwen. Vertrouwenscontactpersoon voor het praktijkonderwijs is mevr. A.J. Bunnik. 34 | schoolgids 2009-2010 pro
5. AANDACHT VOOR DE LEERLINGEN 5.6. Dossier Om elke leerling gericht te kunnen begeleiden en de nodige zorg te geven, verzamelen we gegevens van leerlingen. Algemene informatie staat in het leerlingdossier (naam, adres, aanmeldings formulieren, enz.). Informatie die nodig is voor de begeleiding staat in het Persoonlijke Ontwikkeling Plan (POP). Hierin staan de testresultaten, afspraken uit leerling besprekingen, enz. Dit dossier is alleen toegankelijk voor de leermeester en de leerlingbegeleider. We gebruiken beide dossiers alleen binnen de eigen school. Bij het verzamelen van deze leerlinggegevens houden we ons aan de Wet bescherming persoonsgegevens. Wilt u meer weten over deze wet, kijk dan op www.cbpweb.nl. Wilt u meer weten over het leerlingdossier of het POP, dan kunt u altijd contact opnemen met de leerlingbegeleider. De leerling noteert in zijn Individueel OntwikkelingsPlan (IOP) de verslagen van de coachings- en portfoliogesprekken. Ook de resultaten van stages worden in het IOP bijgehouden.
35
36 | schoolgids 2009-2010 pro
6. PRAKTISCHE INFORMATIE 6.1. Medezeggenschapsraad Zoals een bedrijf een ondernemingsraad heeft, zo heeft De Goudse Waarden haar medezeggenschapsraad (MR). In de MR zitten vertegenwoordigers van het personeel, ouders en leerlingen. De MR bespreekt allerlei zaken die voor de scholengemeenschap van belang zijn. Zo komen bijvoorbeeld aan de orde: het personeelsbeleid, het leerlingenstatuut, het formatieplan of het boekenfonds. Voor een aantal zaken moet de schoolleiding (het College van Bestuur) de MR om advies vragen. In andere gevallen kan de MR al dan niet met een voorgenomen besluit instemmen.
6.2. Klachten en geschillen Landelijke klachtencommissie Postbus 907, 2270 AX Voorburg. Tel.: 070 - 348 11 80 Externe vertrouwenspersoon Deze functie wordt voor onze school vervuld door mevr. drs. A.S. Oeij-Dik (jeugdarts) bij de GGD Midden-Holland afdeling JGZ (Jeugdgezondheidszorg). Voor het adres, zie hoofdstuk 8, Verwijsinstanties: Jeugdgezondheidszorg GGD Midden-Holland.
Geschillencommissie De namen van de leden van de geschillencommissie van De Goudse Waarden zijn op te vragen bij dhr. P. Dijkshoorn (voorzitter College van Bestuur). De geschillencommissie behartigt zaken die genoemd zijn in het leerlingenstatuut.
6.3. Resonansgroepen Een resonansgroep is een eigentijdse manier om de ouder betrokkenheid vorm te geven. Iedere unit heeft een eigen resonansgroep en bestaat uit circa vijf tot tien (afhankelijk van de grootte van de betreffende unit) willekeurig gekozen ouders. Deze ouders stellen meer betrokkenheid op prijs, maar zonder dat ze de structurele vertegenwoordiging op zich willen nemen. Het mes snijdt aan twee kanten: de school komt de mening van ouders te weten en de betrokkenheid van ouders bij school wordt vergroot. In principe kunnen zij over alle onderwerpen hun mening geven, maar vanzelf sprekend zullen dat vooral onderwerpen zijn die zowel de ouders als de school raken. Denk aan identiteit, veiligheid, stages, uitgaan, het gebruik van genotmiddelen, gokken, gezondheid, puberteit, relaties, seksualiteit en de moderne communicatiemedia. Zo dragen resonansgroepen bij aan het kwaliteitsbeleid van de school en aan een goede communicatie tussen ouders en school. 37
6.4. Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten (WTOS) Ouders met een laag inkomen kunnen in aanmerking komen voor een bijdrage via de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten (WTOS). Als u al een uitkering krijgt via de WTOS hoeft u niets te doen. In augustus ontvangt u in één keer het hele WTOS-bedrag. De Informatie Beheer Groep (IBG) kan er eventueel meer over vertellen. Op www.ib-groep. nl vindt u informatie onder ‘tegemoetkoming ouders’. Zie ook de overige gegevens van de Informatie Beheer Groep in hoofdstuk 8, Verwijsinstanties.
6.5. Leerlinggebonden financiering (LGF) Per 1 augustus 2003 is de Wet leerlinggebonden financiering (LGF) van kracht. Ouders van kinderen met een handicap (lichamelijk of gedragsmatig) hebben hierdoor de mogelijkheid om voor hun kind een ‘rugzak’ aan te vragen als ze er voor kiezen hun kind aan te melden op een reguliere school. Met deze rugzak kunnen extra middelen voor onderwijs op een reguliere school bekostigd worden. Het Regionaal Expertise Centrum (REC) bepaalt of de leerling in aanmerking komt voor dit leerlinggebonden budget. 38 | schoolgids 2009-2010 pro
Als ouders een leerling met een handicap aanmelden, spreken we uitgebreid met de ouders. We gaan zorgvuldig na of de school de juiste zorg en begeleiding kan bieden. Hierbij kijken we naar het pedagogisch en didactisch klimaat, de leerlingenzorg, de professionalisering, de ondersteuningsmogelijkheden, de contacten met ouders, en de fysieke en materiële omstandigheden van de school. Centraal in het beslissingsproces staat het belang van het kind en de mogelijkheden van de school om het ontwikkelingsproces van het kind te ondersteunen. Als blijkt dat de school in staat is om de leerling op een goede manier te begeleiden, krijgen de ouders hiervan een schriftelijk bevestiging. Als dit niet het geval blijkt te zijn, kunnen we met de ouders andere mogelijkheden bespreken.
6. PRAKTISCHE INFORMATIE 6.6. Ongevallenverzekering
6.7. Aansprakelijkheidsverzekering
Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen; personeel; vrijwilligers) aanvullend verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering als een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voor zover de eigen verzekering geen dekking biedt (bijv. door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets enz.) valt niet onder de dekking.
De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als zij die voor de school actief zijn (bestuursleden, personeel en vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims als gevolg van onrechtmatig handelen. Wij willen u op twee aspecten wijzen die vaak aanleiding zijn tot een misverstand.
De verzekerde bedragen per leerling zijn: – € 25.000,– bij blijvende invaliditeit (ten hoogste); – € 2.500,– bij overlijden; – € 1.000,– bij tandheelkundige hulp (ten hoogste); – € 1.000,– bij geneeskundige kosten (aanvullend).
Ten eerste is de school of het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat, door de school moeten worden vergoed. Deze opvatting leeft wel bij veel mensen, maar is gebaseerd op een misverstand. De school heeft pas een schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus tekort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is mogelijk dat er schade ontstaat zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Bijvoorbeeld: een bal tegen een bril tijdens de gymnastiekles. Die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering, en de school vergoedt deze schade (dan ook) niet.
39
Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor (schade door) onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen (of, als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens andere door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf verantwoordelijk voor (of de ouders zijn dat). Het is dus van belang dat ouders zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering afsluiten.
6.8. Ouderbijdrageregeling Met de ouderbijdrage financiert de school belangrijke extra uitgaven die niet (voldoende) door de rijkssubsidies gedekt worden. Te denken valt aan de vormende activiteiten, die het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen niet subsidieert. De bijdrage van € 45,– is voor ouders in principe vrijwillig, maar het is voor ons een vanzelfsprekende voorwaarde om als school ‘meer dan het gewone’ te kunnen doen voor de leerlingen. Leerlingen, voor wie geen ouderbijdrage is betaald, kunnen we van bepaalde activiteiten uitsluiten. Wel wijzen wij u op de wet tegemoetkoming onderwijs bijdragen en schoolkosten (WTOS) en de regelingen van de Gemeentelijke Sociale Dienst. 40 | schoolgids 2009-2010 pro
6.9. Reizen met korting Leerlingen kunnen via de NS korting krijgen op een jaar trajectabonnement of maandabonnement. Ga voor informatie naar www.ns.nl/naarschool of bel met de NS klantenservice: tel.: 0900 - 8301 (€ 0,10 per minuut). Een abonnement aanvragen kan online of via een aanvraagpakket dat u kunt ophalen bij een NS servicebalie op het station.
7. NAMEN College van Bestuur Dhr. P. Dijkshoorn, voorzitter, T 0182 - 51 60 77 Dhr. J.Th.A Berg, T 0182 - 51 60 77
Unitleiding en leerlingbegeleiding unit unitleider leerlingbegeleider/teamleider • Leerjaar 1 en 2, lwoo en Dhr. D. de Lange Dhr. B. Kraaijenbrink (leerjaar 1) praktijkonderwijs Dhr. G.J. Jonkers (leerjaar 2) • Praktijkonderwijs bovenbouw Mevr. P.C. van Keulen en J.W.C. Middendorp (leerjaar 3, 4 en 5)
Directie Dhr. K. Clements, T 0182 - 51 60 77 (school), T 0182 - 61 02 22 (privé)
Zorgcoördinator Mevr. M. Bos-de Vos, T 0182 - 51 60 77
Dhr. C. Hoogendoorn, T 0182 - 51 60 77 (school), T 0183 - 56 57 59 (privé)
Vertrouwenscontactpersonen Mevr. A.J. Bunnik, T 0182 - 51 60 77
Centrale administratie – leerlingenadminstratie – personeels- en salaris administratie – financiële administratie Marc Bergstra, hoofd centrale administratie T 0182 - 58 48 00 41
8. VERWIJSINSTANTIES Aben en Pulles Adviesbureau voor school, studie en werk Crabethstraat 38a 2801 AN Gouda T 0182 - 67 06 20 F 0182 - 54 94 80 I www.abenenpulles.info
De Reling Christelijke Stichting Begeleide Kamerbewoning Oosthaven 31D 2801 PD Gouda T 0182 - 58 44 95 F 0182 - 58 50 71 I www.dereling.nl
Bureau Jeugdzorg Midden-Holland Postbus 370 2800 AJ Gouda T 0182 - 54 17 17 Bezoekadres: Crabethpark 24
Informatie Beheer Groep Postbus 30151 9700 LB Groningen Klantenservice T 050 - 599 77 55 F 050 - 599 98 50 I www.ib-groep.nl
Bureau Leerlingzaken ISMH Postbus 45 2800 AA Gouda Bezoekadres: Thorbeckelaan 5 2805 CA Gouda T 0182 - 54 55 50
Inspectie van het onderwijs Postbus 51 (rijksoverheid) Vragen over onderwijs: T 0800 - 8051 (gratis) E
[email protected] I www.onderwijsinspectie.nl
42 | schoolgids 2009-2010 pro
Jeugdgezondheidszorg GGD Hollands-Midden, vestiging Gouda Postbus 133 2800 AC Gouda Bezoekadres: Thorbeckelaan 5 2805 CA Gouda T 0182 - 54 56 50 Meldpunt vertrouwensinspecteurs Klachtmeldingen over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, ernstig psychisch of fysiek of geweld, discriminatie en extremisme T 0900 - 111 3 111 (tijdens kantooruren en tegen lokaal tarief)
Parnassia psycho-medisch centrum Verslavingszorg Gouda IJssellaan 2-2a 2806 TK Gouda T 0182 - 56 35 00 (ook buiten kantooruren) F 0182 - 56 35 21 Stek Organisatie voor Jeugdzorg J. v. Lennepkade 6 2802 LH Gouda T 0182 - 52 28 55 I www.stekjeugdzorg.nl
NOTITIES
De Goudse Waarden Christelijke scholengemeenschap voor pro | vmbo | havo | atheneum | gymnasium Kanaalstraat 31 | 2801 SH Gouda T (0182) 51 60 77 | F (0182) 58 40 64 | www.degoudsewaarden.nl