Schoolgids 2012-2013
School voor ZMOK - Afdeling VSO
Inhoud INHOUD
Voorwoord 1.
Het Schoolbestuur
2.
Profilering Don Boscoschool
3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 3.10
De organisatie van het onderwijs Groepsgrootte en stamgroepen Pro stroom AKA stroom VMBO stroom Groepsdoorbrekend werken Activiteiten van leerlingen Het mentoruur Het niveau-uur Specifieke VSO voorzieningen Huiswerkbeleid
4. 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10
De leerlingenzorg Toelaatbaarheid en plaatsing Het interdisciplinair overleg De uitstroomprofielen De klassenconsultaties Het leerlingvolgsysteem Specifieke zorg Coördinatie stage en stagebegeleiding Maatschappelijke stage Coördinatie schoolverlaters Ambulante begeleiding
5. 5.1 5.2 5.3 5.4
Personeel Teamsamenstelling/werkrooster Vervangingsbeleid Nascholingsbeleid Beoordelingsgesprek
6. 6.1 6.2 6.3 6.4
Samenwerking ouders, leerlingen, school Algemeen De nieuwsbrief De medezeggenschapsraad De vrijwillige ouderbijdrage
7. 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7
De veilige school Algemeen De Gedragscode van MosaLira De klachtenregeling De contact (vertrouwens) persoon Medicijnverstrekking en medisch handelen Schoolregels Schorsing en verwijdering
8. 8.1 8.2 8.3
Jaarverantwoording Algemeen Inspectietoezicht Door- en uitstroomniveaus 2009-2010 / 2010-2011 Verdere opbrengsten
8.4 9. 9.1 9.2 9.3 9.4 9.5 9.6 9.7
Overige zaken Schoolverzekering en eigen verantwoordelijkheid Sponsoring en donaties Foto’s en video-opnames Boekenborg Schoolmaterialen Vervoer Belangrijke adressen
10. 10.1 10.2 10.3 10.4 10.5
Regeling school en vakantie tijden Schooltijden Vakantierooster Activiteitenrooster Verzoek om verlof Zieke leerlingen en ziekmelden
VOORWOORD VOORWOORD
Maastricht, juli 2012
Beste ouders/verzorgers, Trots presenteren wij u onze vernieuwde schoolgids. We denken dat dit een handige bron van informatie voor u is. Zoals u al gewend bent van onze schoolgids vindt u er allerlei nuttige informatie over de school, de toelating, het onderwijs en de specifieke leerlingenzorg en ook algemene informatie over het team, de contacten met ouders / verzorgers, de lestijden, de resultaten van ons onderwijs, huishoudelijke zaken etc. Ook hebben we moeite gedaan om er een kleurrijk geheel van te maken met veel foto’s. De gids zal jaarlijks aangepast worden aan de actuele situatie. Elk schooljaar zult u dan ook een nieuw exemplaar ontvangen. Indien u hier behoefte aan heeft verstrekken wij u een papieren versie. Vraag dit aan de mentor van uw zoon/dochter/pupil. Deze schoolgids zal verstrekt worden aan ouders, voogden en verzorgers van onze leerlingen. Bewaar deze gids goed. U vindt hierin namelijk informatie, die u niet mag missen. De schoolgids kunt u ook digitaal nalezen op onze website www.donboscoschool.eu Mocht u vragen of suggesties ter verbetering van de schoolgids hebben dan kunt u zich uiteraard altijd tot de schoolleiding wenden. Wij wensen u in ieder geval veel leesplezier en voor leerlingen, ouders en verzorgers een leerzaam en plezierig schooljaar.
Els Timmermans, Directeur
Ron Thimister, Locatiedirecteur
pagina 3
Het schoolbestuur 1. HET SCHOOLBESTUUR
MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding, is het bevoegd gezag van 17 scholen voor basisonderwijs, 2 scholen voor speciaal basisonderwijs en 3 voorzieningen voor (voortgezet) speciaal onderwijs. Binnen het speciaal onderwijs zijn er scholen voor zeer moeilijk lerende kinderen (REC 3), kinderen met gedragsproblematiek en kinderen met een stoornis in het autistisch spectrum (REC 4). Op onze scholen werken circa 800 personeelsleden voor ruim 6.000 leerlingen. Missie MosaLira biedt een veilige uitdagende leeromgeving waarin kinderen zich ontwikkelen tot verantwoordelijke en succesvolle medeburgers. Ouders zijn partners bij het onderwijs. Persoonlijke talenten, respect voor elkaar en een duurzame samenleving zijn voor MosaLira leidend. Hoofddoelstelling MosaLira streeft naar het behalen van maximale leeropbrengst voor ieder kind, waarbij in een waarde gerichte benadering de vorming en het welbevinden van het gehele kind centraal staat. MosaLira denkt dat haar hoofddoelstelling het meest effectief gerealiseerd kan worden door te werken aan de hieronder genoemde drie strategische doelstellingen. Visie Tevens heeft MosaLira in het strategisch programma 2015 voor elke strategische doelstelling haar visie geformuleerd wat in 2015 bereikt moet zijn: 1. Beter benutten van haar breed onderwijsaanbod en goede kwaliteitszorg 2. Versterken van de professionele cultuur 3. Versterken van het persoonlijk meesterschap Identiteit MosaLira is een waarde gestuurde stichting waarin samenwerking gezocht wordt in de zoektocht naar antpagina 4
woorden op levensvragen. Daarbij wil MosaLira recht doen aan diversiteit, ook aan diversiteit in sturende waarden. Het bestuur heeft een commissie ‘Onderwijs en Identiteit’ in het leven geroepen die gevraagd en ongevraagd adviseert met betrekking tot levensbeschouwelijke zaken. Bestuur De stichting kent 2 organen: Het College van Bestuur De Raad van Toezicht Het College van Bestuur Het College van Bestuur is belast met het besturen van de stichting en komt alle taken en bevoegdheden toe die wettelijk het bestuur van de stichting toekomen, met uitzondering van de taken en bevoegdheden die in de statuten en de wet expliciet aan de Raad van Toezicht zijn toegekend. Het College van Bestuur is verantwoordelijk voor de eenheid van het totale beleid en schept op bestuursniveau waarborgen ter bescherming van en bevordering van de denominatieve identiteit respectievelijk het openbaar karakter van de stichting en van de onderscheiden onder zijn beheer staande scholen en overige voorzieningen. Het College van Bestuur heeft zijn werkzaamheden vastgelegd in het bestuursstatuut. Het College van Bestuur bestaat uit de volgende personen: Voorzitter: Mevr. P. van Horssen Lid: Dhr. D. Huntjens
De Raad van Toezicht De Raad van Toezicht houdt toezicht op de verwezenlijking van de doelstelling van de stichting, de algemene gang van zaken binnen de stichting alsmede het functioneren van het College van Bestuur. De Raad van Toezicht heeft de taken en bevoegdheden van de Raad van Toezicht vastgelegd in het bestuur statuut.
Directeurenberaad De directeuren van de scholen ressorterend onder de stichting vormen tezamen het directeurenberaad. Dit is een overlegorgaan met een adviserende functie.
De Raad van Toezicht bestaat uit de volgende personen: Voorzitter: Dhr. F. Groutars Lid: Mevr. M. Driessen Lid: Dhr. P. Brugman Lid: Mevr. M. Heijltjes Lid: Dhr. H. Manders Lid: Dhr. Van Ruyven
Bs. St. Aloysius Bs. Amby Bs. Anne Frank Bs. de Vlinderboom UWC Primary Bs. John F. Kennedy Bs. De Lètterdoes Bs. Het Mozaïek Bs. De Maasköpkes Bs. Markus Bs. Montessori Binnenstad Bs. St. Oda Bs. Petrus en Paulus Bs. St. Pieter Bs. de Schans Bs. Scharn Bs. ’t Spoor Bs. Wyck SBO De Opstap SBO de Sprong ZMLK Jan Baptist SO en VSO Don Bosco SO en VSO diplomastroom IvOO SO, VSO diplomastroom, VSO AD, JRK
De volgende scholen ressorteren onder het bevoegd gezag van MosaLira:
Adresgegevens MosaLira MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding Pastoor Habetsstraat 40a 6217 KM Maastricht Tel. : 043-35 40 133 Fax.: 043-35 40 136 e-mail:
[email protected] website: www.mosalira.nl pagina 5
De profilering van Don Bosco 2. DE PROFILERING VAN DON BOSCO
Profilering Don Bosco Giovanni Bosco (Castelnuovo Don Bosco, 16 augustus 1815 - Turijn, 31 januari 1888) was een Italiaans priester. Hij werd geboren als zoon van een arme boer die met hard werken zijn kost verdiende. Op tienjarige leeftijd had hij in een droom ‘de jeugd’ als werkterrein gezien. Die droom is verschillende keren teruggekeerd. De jeugdjaren van Don Bosco waren niet gemakkelijk. Toch kon hij in 1841 na zijn studie priester worden. Tijdens zijn priesterschap leerde Don Bosco de trieste levensomstandigheden van de jongens kennen in de voorsteden van Turijn. Jonge mensen doolden door de straten, werkloos, verloren, tot het ergste bereid. Don Bosco wilde een eind maken aan die sociale wantoestanden. Het begon met een ontmoeting met een ontmoedigde jongen. De jongen bracht na een goed gesprek vrienden mee. Zo groeide een centrum waar de jongens terechtkonden. Op aanraden van minister Rattazzi en Paus Pius IX stichtte hij de Salesianen van Don Bosco en de Zusters van Don Bosco. Zo groeide het werk van Don Bosco voor jongeren wereldwijd. Don Bosco in Maastricht wil een plek zijn waar leerlingen met gedragsproblemen zich thuis kunnen voelen. Waar ze erkend worden. Waar het veilig is en waar ze in eigen tempo hun weg naar de toekomst kunnen bewandelen, zonder afkeuring van anderen. Vanuit deze visie zijn een aantal doelstellingen geformuleerd: Don Bosco wil bekend staan als: • een school met een eigen gezicht binnen en buiten onze omgeving; • een school, waar plaats en ruimte is voor alle gezindten; • een school, waar leerkrachten, leerlingen en ouders positief met elkaar omgaan; pagina 6
•
• •
een school, die kennis bij brengt en die de emotionele en creatieve kanten van de leerlingen zo breed mogelijk ontwikkelt; een school, waar structureel rekening gehouden wordt met de verschillen, die er tussen leerlingen zijn; een veilige omgeving voor leerlingen, leerkrachten en ouders.
Don Bosco: een school waar mensen samen werken. Don Bosco wil goed onderwijs realiseren. Dat kan alleen als we als team open staan voor elkaar vanuit een eerlijke en respectvolle houding. Respect voor de persoon is daarbij de basis, ondanks de verschillen in ideeën, opvatting en kwaliteit. Daarnaast is er ook aandacht voor knelpunten, en vragen van mensen. We erkennen ongelijkheid. We vinden het erg belangrijk, dat alle mensen binnen de school mogelijkheden krijgen om zich te ontwikkelen. We streven naar een professionele cultuur, een situatie, waarbij mensen: • • • • • • • • • • • •
elkaar positief benaderen; elkaar ondersteunen en vertrouwen in elkaar hebben; hulp willen en kunnen vragen; ervaringen met elkaar delen; verantwoordelijkheidsgevoel tonen; zichzelf kunnen zijn; echt betrokken zijn bij anderen; initiatief nemen om dingen in positieve zin te veranderen; weten wat bij kinderen leeft en die kennis gebruiken in hun onderwijs; zich autonoom kunnen voelen binnen de gezamenlijke kaders; open staan voor levenslang leren en dit ook bij kinderen stimuleren; humor hebben, kunnen relativeren.
Wij willen veel van elkaar leren door collegiale consultaties, klassenbezoeken, maatjeswerk, het bespreken van leerlingen samen met onze Commissie van Begeleiding. Daarbij gaat het niet alleen om het probleem van het kind, maar ook om het leerkrachtgedrag. Wat kunnen anderen van mij leren en wat wil ik graag van de ander leren? Samenwerken vormt niet alleen voor de schoolcultuur een belangrijk uitgangspunt, maar tevens voor het onderwijs in de klas. Kinderen leren samenwerken, met elkaar communiceren, rekening houden met elkaars sterke en zwakke punten, wederzijds respect voor elkaar. Onze visie op burgerschap en integratie is afgeleid van onze visie op onderwijs: Don Bosco is zich bewust van het feit dat onderwijs een specifieke rol speelt binnen de samenleving omdat er mensen met verschillende leefstijlen en achtergronden met elkaar werken en samenleven. Wij bieden daarom gelijke kansen aan leerlingen uit ongelijke sociale en culturele milieus. Wij benaderen bij Don Bosco alle aanwezigen met respect. Wij staan geen enkele discriminatie toe op grond van andere geloofsovertuiging, ras, geslacht, seksuele geaardheid of welke andere gronden dan ook. Wij geloven erin dat onze leerlingen zich dienen te ontwikkelen tot zelfstandige mensen die kunnen participeren binnen de maatschappij en hiertoe hun eigen verantwoordelijkheid nemen. Wij leren onze leerlingen om een actieve bijdrage te leveren aan de samenleving. Hiervoor nemen alle leerlingen binnen Don Bosco deel aan Maatschappelijke Stage (4.8). Verder is de inrichting van ons onderwijs en begeleiding erop gericht leerlingen te laten kennis maken met en kennis laten hebben van verschillende culturen en achtergronden van leeftijdsgenoten (bijv. tijdens kooklessen of een bezoek aan de moskee). We houden oog voor risico’s. We stemmen ons aanbod af op ongewenste opvattingen, houding en gedrag van leerlingen. Deze zaken zijn expliciet beschreven in ons schoolveiligheidsplan. Op die manier hopen we intolerantie en discriminatie te voorkomen en uit te gaan van de zeven basiswaarden van de democratische rechtsstaat. Leerlingen bieden wij tijdens ons onderwijsprogramma politieke, sociale en communicatieve vaardigheden. Ze dienen deel te nemen aan het verbeteren van de omgeving. Zowel op als buiten school. Hiervoor dienen ze te beschikken over inzicht in eigen handelen maar vooral vertrouwen in eigen kunnen. Ze dienen bewust te worden van de wisselwerking tussen hun eigen persoonlijkheid en de reactie van de omgeving. Conflicthantering speelt binnen onze onderwijsmuren een grote rol. We leren hen omgaan met kritiek, oplossen van problemen, omgaan met andere mensen maar vooral het respecteren van verschillen. Bij het uitdragen van deze waarden is de rol van docent en onderwijsondersteuner essentieel. Hij/zij vervult een voorbeeldfunctie. Burgerschap begint in de klas. Bij leerlingen die actief betrokken zijn bij de lessen, die meer verantwoordelijkheid leren dragen voor de opbrengsten van hun eigen leerproces en resultaat. De begeleiding vanuit de mentor (tijdens mentoruur) sluit hier uitstekend bij aan. pagina 7
De profilering van Don Bosco vervolg Don Bosco: de zorg voor goed onderwijs Als school voor speciaal onderwijs hebben we een speciale verantwoordelijkheid voor alle leerlingen. Elke leerling vraagt om een andere benadering. We proberen ons onderwijs voortdurend te ontwikkelen door het op de hoogte blijven van nieuwe ontwikkelingen en met elkaar in gesprek te blijven. We willen dat alle leerlingen die onze school bezoeken, met plezier komen. We willen dat ze zich veilig voelen, dat ze lekker in hun vel zitten. We richten ons niet alleen op cognitieve resultaten maar ook op creativiteit, hoe gaan we met elkaar om, kunnen we met elkaar lachen en genieten. We streven ernaar om onderwijs te verzorgen waarbij elke leerling zich optimaal kan ontwikkelen. Let wel…we geven geen individueel onderwijs maar kijken wel naar, en houden rekening met, de verschillende onderwijsbehoeften die leerlingen vragen. We sluiten aan bij de mogelijkheden en onmogelijkheden van de diverse leerlingen.
pagina 8
Wij willen dat uw kind bij het verlaten van onze afdeling VSO: • in het bezit is van een AKA, VMBO-Basisberoepsgericht Leerweg (B), VMBO-Kadergerichte Leerweg (K) of VMBO-Theoretische Leerweg (T) diploma; • voldoende theoretische kennis en sociaal emotionele vaardigheden bezit om te schakelen naar het regulier onderwijs; • Via stage doorgeleid kan worden naar werk of beschermde werkplek.
De organisatie van het onderwijs 3. DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS We vinden het belangrijk dat elke leerling zichzelf kan zijn. Een leerling kan zich pas dan ontwikkelen als er aandacht wordt besteed aan de omgeving waarin hij zich dient te ontwikkelen. Ons onderwijs richt zich op de individuele ontwikkeling van de leerling waarbij deze de ruimte krijgt om zelf te ontdekken. Hij wordt actief betrokken bij zijn eigen handelingsplan waarbij zijn uitstroomprofiel centraal staat. Hierbij wordt rekening gehouden met het feit dat deze leerlingen vaak in conflict leven met hun omgeving en zij zodoende vaak niet in staat zijn om binnen een reguliere school hun onderwijsdoelen te realiseren. Ze zijn vaak weinig effectief in het aangaan en onderhouden van relaties met een wederkerig karakter. Ze hebben weinig zelfvertrouwen maar eveneens weinig vertrouwen in de ander. School dient hen daarbij een veilig kader te bieden waarin de leerling langzaam leert om te vertrouwen, te groeien en te durven vertrouwen op zijn eigen kunnen. Als dit gerealiseerd is kan het onderwijsleerproces zich weer richten op het realiseren van onderwijsdoelen. Hun intelligentie wijkt immers meestal niet of nauwelijks af van leerlingen van reguliere scholen. Hun motivatie voor leren is mede door de negatieve ervaringen op andere scholen laag te noemen. Ze beginnen op Don Bosco niet zelden met een leerachterstand. Om de leerlingen zoveel mogelijk te ondersteunen vertonen de leerkrachten en overige medewerkers op school voorbeeldgedrag. Gewenst gedrag wordt door de leerkracht benoemd. We hebben vooral oog voor de positieve ontwikkeling bij leerlingen. Situaties worden in stukjes gehakt en het gewenst gedrag per onderdeel benoemd. Hierbij horen duidelijke regels en afspraken. Storend gedrag wordt niet getolereerd. Uiteraard kunnen wij dit handhaven van regels en afspraken niet alleen als school maar zijn wij in hoge mate afhankelijk van de ondersteuning van ons beleid door ouders en samenwerkingspartners.
3.1 Groepsgrootte en stamgroepen De VSO-afdeling kent de volgende groepen: AKA-groep klas onderbouw VSO (1B en 2B, AKA toestroom) klas 1- GT klas 2- GT klas 3- B/K klas 3- T klas 4- B/K klas 4- T Door de permanente in- en uitstroom van leerlingen is het niet mogelijk aan te geven of bovenstaande indeling zal bestaan uit één of meerdere klassen. Ook is het mogelijk om bepaalde niveaus in één klas samen te voegen (bijvoorbeeld een klas 1- B/KGT). Ook dit is afhankelijk van het leerlingenaanbod bij aanvang van het schooljaar en de in- en uitstroom gedurende het schooljaar. Wisselingen zijn dus gedurende het schooljaar mogelijk. In principe vinden wisselingen gedurende het schooljaar alleen plaats na een vakantie. Ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen worden hierover altijd schriftelijk ingelicht door de directie via de Nieuwsbrief. Doel van de groepsindeling binnen de VSO- afdeling is een zo soepel mogelijke aansluiting, in- en doorstroom van en naar het reguliere Voortgezet Onderwijs (VO). Binnen de VSO- afdeling wordt gewerkt volgens het 45- of 50 minuten lesroostersysteem. Concreet wil dit zeggen dat leerlingen na elk lesuur wisselen van vak, leslokaal en docent. Binnen de AKA- en PRO-stroom wordt deze wisseling beperkt tot een aantal vakken. Deze beperking heeft met vele factoren te maken (leerlingenaantallen / lesroostersysteem / aantal vakken / balans tussen theorie- en praktijkvakken). Alle leerlingen, alsmede ouder(s)/verzorger(s) ontvangen een compleet lesrooster waarop alle vakken, lokalen en docenten per dag en lesuur worden angegeven. Bij aanpassing van het lesrooster (los van dagelijkse roosterwijzigingen door afwezigheid van docenten) pagina 9
De organisatie van het onderwijs vervolg ontvangen alle leerlingen, ouder(s)/verzorger(s) altijd een nieuwe versie. Een nieuw lesrooster gedurende het schooljaar gaat altijd van start op de eerste dag na een vakantie. De meest recente versie van het lesrooster is altijd beschikbaar via de website van de school. De groepsgrootte is afhankelijk van het aantal leerlingen. Een zelfstandige groep bestaat uit minimaal 4 en maximaal 12 leerlingen die tegelijkertijd onderwijs volgen. Onder de 4 leerlingen, zal de groep worden samengevoegd met een ander niveau binnen de jaargroep waardoor een combinatiegroep ontstaat. Boven de 12 leerlingen wordt een groep gesplitst en wordt een 2e (of 3e) groep geformeerd binnen de jaargroep en het niveau. 3.2 PRO-stroom De PRO-stroom staat voor onderwijs op het niveau van Praktijk Onderwijs. Met deze stroom wil de afdeling een aanbod bieden aan leerlingen waarvoor het VMBO-niveau niet geschikt en met name te theoretisch is, en waarvoor de AKA-stroom mede vanwege leeftijd (minimaal 15 en een half jaar) niet of nog niet haalbaar is. De PRO-stroom wordt tijdens het schooljaar 20122013 middels een pilot-traject verder ontwikkeld en vorm gegeven. Een en ander zal nauwlettend gevolgd worden door de CVB en het Ontwikkelteam dat belast is met deze klus. Onder het motto ‘learning by doing’ willen we als afdeling ontdekken wat haalbaar, werkbaar en noodzakelijk is om praktijkonderwijs binnen het VMBO aan onze leerlingen aan te bieden. 3.3 AKA-stroom AKA betekent: Arbeidsmarkt gekwalificeerd assistent. Dit is een brede assistentenopleiding op niveau 1. Je leert om, onder toezicht en/of begeleiding van een ervaren collega, eenvoudige werkzaamheden uit te voeren in een bedrijf of instelling. De AKA is er verantwoordelijk pagina 10
voor dat de werkzaamheden vlot, nauwkeurig en volgens kwaliteitsnormen worden uitgevoerd. De AKAopleiding is voor deelnemers die door zeer uiteenlopende oorzaken in hun schoolloopbaan zijn belemmerd en voor wie de overige mbo-opleidingsmogelijkheden ontoereikend zijn. Met de opleiding kan deze groep deelnemers voor het onderwijs worden behouden. Deelnemers hoeven vooraf aan deze opleiding geen keuze te maken voor een bepaalde beroepsrichting of voor een sector waar men wil gaan werken. Het kwalificatiedossier biedt de ruimte om tijdens de opleiding een weloverwogen, gerichte keus te maken voor een bepaalde beroepsrichting of sector. Hier gelden de sectoren Economie en Handel, Voedsel en Leefomgeving, Techniek, Zorg en Welzijn. Tevens is het mogelijk om gedurende de opleiding van sector te veranderen. Leerlingen kunnen met het AKA-diploma een plek op de regionale arbeidsmarkt verwerven. Met het diploma wordt aan de potentiële werkgevers duidelijk gemaakt dat de leerling in staat is om werkzaamheden te vervullen in hun bedrijf of instelling. Daarnaast is de opleiding erop gericht dat deelnemers – direct, dan wel in de toekomst – kunnen doorstromen naar een beroepskwalificerende niveau 1 opleiding (BKA) of naar een opleiding op niveau 2 (BOL of BBL) om zo alsnog een startkwalificatie te behalen.
De BPV (Beroepspraktijkvorming) = kortweg Stage Stage is een verplicht en essentieel onderdeel binnen de AKA / Arbeidstoeleiding. Het geeft een helder beeld van wat er gevraagd wordt van de school, de leerlingen en de stagebedrijven. Er wordt per individuele leerling gewerkt aan een passend traject. Het is aan de kundigheid en flexibiliteit van de professional en de stagegever om in goede samenspraak en samenwerking met de jongere, ouders en het gehele netwerk om de jongere heen, te komen tot juist die passende aanpak die leidt tot succes.
Het betreft leerlingen in de leeftijd van 15 en een half jaar tot 20 jaar die vraaggestuurd, individueel en beroepsgericht onderwijs op maat geboden wordt, rekening houdend met hun beperkingen maar vooral met hun capaciteiten en mogelijkheden, zodat zij zich kunnen ontwikkelen naar een passend uitstroomperspectief.
Waarom stage? De ervaring van school leert dat elke stage in de arbeidstoeleiding een krachtige leeromgeving is. De stage is niet alleen bedoeld om de leerling voor te bereiden op arbeid, maar laat de leerling ook ervaren wat de competenties en beschermende factoren zijn, waar de interesses liggen en wat de leerling moeilijk vindt. De stage maakt het mogelijk om kennis, sociale redzaamheid en vaardigheden bij de leerlingen in de praktijk verder te ontwikkelen en hun gevoel van eigenwaarde en zelfvertrouwen te stimuleren. Het stagetraject Leerlingen maken onder begeleiding van school kennis met werkzaamheden die in verschillende werkomgevingen in het bedrijfsleven, dus buiten school, verricht worden. De aandacht ligt op de mogelijkheden die er zijn binnen de verschillende sectoren. Te weten: Handel en economie, techniek, voedsel en leefomgeving en zorg en welzijn; AKA-brede opleiding. Horeca en zorghulp BKA-smalle opleiding. Tijdens externe Stage lopen de leerlingen zelfstandig stage bij een geaccrediteerd bedrijf of instelling en worden regelmatig bezocht door een stagebegeleider vanuit school. De leerling moet in staat zijn in een bedrijf/instelling te functioneren als een aankomend werknemer (assistent) en komt onder begeleiding in aanraking met de belangrijke aspecten van toekomstig werk. Het leren werken in een arbeidsorganisatie, aanleren van vakvaardigheden en beroepshouding staan hierbij centraal.
Wat doe je als je werkt als Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent (AKA)? Over het algemeen voer je, onder toezicht en/of begeleiding van je leidinggevende of van een ervaren collega, ondersteunende werkzaamheden uit. Het is werk dat bij je past en veel van de klussen die je doet, komen vaak terug. Meestal heb je alleen met collega’s te maken, afhankelijk van je werk, soms ook met klanten. Je vindt het dan ook leuk om met collega’s samen te werken, je houdt ervan om praktisch bezig te zijn en je kunt goed, nauwkeurig en volgens afspraak werken. De vaste stagedagen voor leerlingen van de AKA-stroom zijn donderdag en vrijdag. Extra dagen zijn mogelijk. Op de stagedagen volgen de leerlingen geen lessen binnen de school. Indien een leerling door ziekte niet aanwezig kan zijn dienen zowel de stageplaats als de school hiervan in kennis gesteld te worden. Ongeoorloofd stageverzuim wordt ook gemeld bij de leerplicht. De stagebegeleider is de contactpersoon tussen school, stageplaats en leerling. Een stage wordt pas aangemerkt als officieel erkende stageplaats als het ‘Stagecontract’ hiervoor is opgesteld en ondertekend. Leerlingen zonder stageplaats zijn op de stagedagen aanwezig op school. 3.4 VMBO-stroom De VMBO-stroom sluit qua didactiek volledig aan bij het VMBO binnen het reguliere VO. Door de permanente in- en uitstroom vanuit en naar het reguliere VO (door deelname aan projecten Herstart en Op de Rails) werkt deze stroom binnen Don Bosco op gelijke wijze. We werken naar een volwaardig en volledig VMBO-diploma toe, op Basis-, Kader- en Theoretisch niveau. Daartoe zijn de lessentabellen, alsmede boekenpakket, lesopbouw, exameneisen en puntensysteem volledig gelijk geschakeld aan het reguliere VO.
pagina 11
De organisatie van het onderwijs vervolg 3.5 Groep doorbrekend werken Om te voldoen aan de gestelde (examen)eisen van het Voortgezet Onderwijs is groepsdoorbrekend werken nauwelijks tot niet mogelijk tijdens de reguliere vakken. Daar waar mogelijk en verantwoord wordt er groepsdoorbrekend gewerkt binnen de praktijkvakken. Los daarvan zal in het schooljaar 2012-2013 een start gemaakt worden met zogenaamde themadagen waarbinnen er groepsdoorbrekend gewerkt kan worden binnen een bepaald thema/onderwerp. Binnen het ‘niveau uur’ wordt eveneens groepsdoorbrekend gewerkt (zie 3.7.). 3.6 Activiteiten voor leerlingen De activiteiten voor de leerlingen worden bepaald door de (examen)eisen die gesteld worden aan zowel AKA als VMBO. Afhankelijk van leerjaar en niveau bestaan de activiteiten uit:
Niveau Leerjaar
VMBO-B 1 2 3
4
VMBO-K 1 2 3
4
VMBO-T 1 2
AKA 3
PRO
4
Nederlands X X X X X X X X X X X X X X _________________________________________________________________________________________________________ Engels X X X X X X X X X X X X X X _________________________________________________________________________________________________________ Duits X X X X X X X _________________________________________________________________________________________________________ Wiskunde X X X X X X X X X X X X X X _________________________________________________________________________________________________________ NaSk X X X X X X X X* _________________________________________________________________________________________________________ Economie X X X X X X X X X X* _________________________________________________________________________________________________________ Aardrijkskunde X X X X X X X X X X* _________________________________________________________________________________________________________ Geschiedenis X X X X X X X X X X* _________________________________________________________________________________________________________ Biologie X X X X X X X X X X* _________________________________________________________________________________________________________ C.K.V X X X _________________________________________________________________________________________________________ Maatschappijleer X X X _________________________________________________________________________________________________________ Koken X X X X X X X X _________________________________________________________________________________________________________ Verzorging X X X X X X X X _________________________________________________________________________________________________________ Lich. Oef. X X X X X X X X X X X X X X _________________________________________________________________________________________________________ HanTek X X X X X X X X X X X _________________________________________________________________________________________________________ Techniek X X X X X X X X X X X _________________________________________________________________________________________________________ Muziek / Drama X X X X X X X X X _________________________________________________________________________________________________________ Handel / Admin X X X X _________________________________________________________________________________________________________ Mentoruur X X X X X X X X X X X X X X _________________________________________________________________________________________________________ LLB X X _________________________________________________________________________________________________________ Stage X (X) _________________________________________________________________________________________________________ Niveau uur X X X X X X X X X X X X X X _________________________________________________________________________________________________________ MAS X X X X X X X X X X X X _________________________________________________________________________________________________________ pagina 12
X* = keuzevak voor eindexamen vakkenpakket NaSk = Natuur- & Scheikunde CKV = Culturele Kunstzinnige Vorming Lich. Oef. = Lichamelijke Oefening / Sport & Beweging HanTek = Handvaardigheid & Tekenen Handel / Admin = Handel en administratie LLB = Leren, Loopbaan en Burgerschap Nederlands >> staat gelijk aan ‘taal’ Wiskunde >> staat gelijk aan ‘rekenen’ MAS = Maatschappelijke Stage 3.7 Het mentoruur Het wekelijkse mentoruur is bedoeld om als mentor klassikaal contact te leggen en te onderhouden met de eigen mentorleerlingen binnen de diverse leerjaren. Binnen het mentoruur: • Bespreking mentoraangelegenheden; • Afronding van taken en werkzaamheden; • Werken aan huiswerk. Dit schooljaar wordt in het kader van ‘Opbrengstgericht werken’ door het ontwikkelteam onderzoek gedaan naar een lesmethode om het mentoruur te ondersteunen en meer vorm en inhoud te geven. 3.8 Niveau-uur Binnen het wekelijkse niveau uur wordt per leerjaar / klas en niveau gewerkt aan groepsdoorbrekende activiteiten in het kader van sociaal emotionele ontwikkeling en pedagogische leerdoelen per groep. Het niveau-uur wordt dit schooljaar voor het eerst ingevoerd en als zodanig ook nader vorm en inhoud gegeven door het ontwikkelteam. De CED leerlijnen zelfbeeld en sociaal gedrag zullen hierbij als onderlegger dienen. 3.9 Specifieke VSO- voorzieningen De VSO- afdeling maakt gebruik van het volledige gebouw aan de Mariënwaard. Hierdoor beschikt de afdeling over een eigen: • volledig geoutilleerde gymzaal; • leskeuken; • leslokaal muziek; • leslokaal ICT; • leslokaal drama; • leslokaal techniek en keramiek; • leslokaal tekenen- / handvaardigheid. pagina 13
De organisatie van het onderwijs vervolg Aan het einde van het derde leerjaar wordt binnen het VSO bekeken of de leerling voldoet aan: • didactische (exameneisen) voor de overgang naar klas 4; • pedagogische voorwaarden voor de overgang naar klas 4. De leerlingen van klas 4 zullen deelnemen aan het Staatsexamen om zodoende hun VMBO-diploma in de wacht te slepen. 3.10 Huiswerkbeleid Binnen de VSO-afdeling neemt huiswerk/leerwerk een centrale plaats in van het totale lesprogramma en onderwijsaanbod. Om een diploma te kunnen behalen is het noodzakelijk dat leerlingen ook in de thuissituatie tijd en energie steken in schoolwerk. De hoeveelheid en aard van het huiswerk is afhankelijk van niveau en leerjaar. Leerlingen in de onderbouw hebben met ander en minder huiswerk te maken dan leerlingen in de bovenbouw (examenklassen).
pagina 14
Onder huiswerk vallen ook activiteiten zoals: • het bezoeken van een museum, theater, muziekvoorstelling, bibliotheek etc.; • het verwerken van doe opdrachten via de computer / het internet; • het maken van werkstukken of producten; • het verrichten van maatschappelijke stage. In het kader van ‘leren, leren’ wordt leerlingen geleerd hoe huiswerk te plannen en te organiseren, en het gebruik van de agenda aangeleerd. Dagelijks is er binnen de school een ‘inhaaluur’ ingeroosterd aan het einde van de lesdag. Dit uur kan en mag door leerlingen gebruikt worden om, onder begeleiding, huiswerk te maken/leren. Leerlingen kunnen dit op eigen initiatief regelen, maar in veel gevallen zal de lerarenvergadering, de mentor en/of de Commissie van Begeleiding het ‘inhaaluur’ voor de leerling inzetten als huiswerkuur in het kader extra leertijd als onderdeel van de leerlingenzorg. Daarnaast kan het inhaal uur ingezet worden als een leerling door te laat komen of storend gedrag lestijd heeft gemist.
Leerlingenzorg 4. LEERLINGENZORG
4.1 Toelaatbaarheid en plaatsing Wanneer kinderen vier jaar zijn kunnen ze tot een basisschool worden toegelaten. Niet alle kinderen zijn in staat om met succes een goede ontwikkeling in het basisonderwijs te realiseren. Op de momenten dat er extra zorgen over die ontwikkeling bestaan gelden er voor ouders en scholen in onze regio speciale afspraken. Een onafhankelijke Commissie voor de Indicatiestelling van een regionaal Expertisecentrum (REC) beslist over de vraag of uw kind voor speciaal onderwijs of leerlinggebonden financiering in aanmerking komt. De CvB (Commissie van Begeleiding) geeft adviezen ten aanzien van het handelingsplan. De invoering van de nieuwe wijze van indicatiestelling (sinds augustus 2003)wordt begeleid en geëvalueerd door de Commissie Advisering Indicatiestelling. Deze landelijke commissie adviseert de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen over eventuele veranderingen van de landelijke richtlijnen en criteria voor toelating tot het speciaal onderwijs. De over u en uw kind verzamelde gegevens worden door de betrokken commissies strikt vertrouwelijk behandeld. Deze gegevens worden alleen aan derden verstrekt wanneer u en/of uw kind daartoe uitdrukkelijk toestemming geeft: u bepaalt wanneer en aan wie en met welk doel de gegevens aan derden worden verstrekt. Voor aanmelding vindt er altijd eerst een gesprek plaats tussen de directie en de ouder(s)/verzorger(s). Er dient bij aanmelding een aanmeldingsformulier te worden ingevuld dat door minstens één van de ouders/-verzorgers dient te worden ondertekend.
en die betrekking hebben op één of meer van de volgende gebieden: • emotionele stoornissen; • gedragsstoornissen; • diffuse of specifieke ontwikkelingsstoornissen. én: bij hem of haar een ernstige sociaal-emotionele en/of gedragsproblematiek is aangetoond die samenhangt met de hierboven genoemde stoornissen. De problematiek heeft een integraal karakter. Dat wil zeggen dat deze aantoonbaar optreedt in de schoolsituatie, de thuissituatie en/of tijdens de vrije tijdsbesteding. én: er sprake is (dan wel recent is geweest) van hulpverlening die gericht is op één van bovengenoemde stoornissen en/of problematiek. én: er sprake is van ontbrekende algemene leervoorwaarden in verband met gedrag en/of gedrag waardoor de leerling een gevaar voor zichzelf of voor anderen is. Met ingang van schooljaar 2008-2009 moet een en ander blijken uit gegevens van een psychodiagnostisch onderzoek van een gedragsdeskundige niet ouder dan een jaar en uit het onderwijskundig rapport én: het moet duidelijk zijn dat hulp/begeleiding vanuit de zorgstructuur van het regulier onderwijs (incl. het speciaal basisonderwijs, het leerwegondersteunend onderwijs en het praktijkonderwijs) en/of vanuit de zorgsector onvoldoende effect heeft gesorteerd (of zal sorteren). Verder is deelname mogelijk via de projecten Herstart en Op de Rails
WETTELIJKE CRITERIA INDICATIE CLUSTER IV Een leerling wordt toegelaten op een cluster IV school als: bij hem of haar (op basis van de DSM-IV) een psychische stoornis of ontwikkelings-psychopathologie is vastgesteld. Het gaat hierbij om de categorie stoornissen die meestal voor het eerst op zuigelingenleeftijd, kinderleeftijd of in de adolescentie gediagnosticeerd worden
• Herstart Dit project is bedoeld voor leerlingen die tenminste vier weken zonder onderwijs thuis zitten en die niet in een indicatietraject zitten. Aanmelding/plaatsing vindt plaats via de leerplichtambtenaar of inspectie, in overleg met de uitvoerende school. Tijdens het traject dient de pagina 15
Leerlingenzorg vervolg leerling binnen zeven weken bij de Commissie voor Indicatie (CvI) ter indicatie voor te liggen indien indicatie noodzakelijk blijkt. Het is de bedoeling dat de leerlingen na 16 weken uitstromen naar het reguliere onderwijs, het speciaal onderwijs of naar de arbeidsmarkt. • Op de Rails Dit is een project in het kader van de veiligheid in het reguliere onderwijs. Om de scholen voor regulier onderwijs veiliger te maken zijn landelijk 1000 plaatsen gecreëerd bij het cluster IV onderwijs. Die plekken zijn bedoeld voor leerlingen van 10 jaar en ouder met ernstige gedragsproblemen, zonder dat die direct te herleiden zijn tot een geclassificeerde stoornis. Deze leerlingen krijgen ondersteuning op de school voor regulier onderwijs, binnen een school voor cluster IV onderwijs of zelfs in de thuissituatie. Dat kan ook gebeuren in een setting die ontstaat door de drie milieus te combineren. In ieder geval is het de bedoeling dat de jongere, binnen het tijdsbestek van een jaar terug gaat naar de reguliere school. De samenwerking met jeugdzorg staat hierbij centraal. 4.2 Het interdisciplinair overleg Vergadering Commissie van Begeleiding Dit overleg heeft de laatste jaren in het kader van de Wet Kwaliteit (V)SO een grote ontwikkeling doorgemaakt binnen de afdeling VSO. Wekelijks voert de Commissie van Begeleiding (CvB) overleg. Tijdens deze CvB-vergadering worden procedures en algemene afspraken besproken. Daarnaast is er binnen deze vergadering ruimte en aandacht voor casuïstiek. Zowel docenten als mentoren, alsmede ook CvB-leden dragen leerlingen voor ter nadere bespreking. We hebben een nieuwe zorgcyclus ontworpen, waarbinnen op afroep , maar minimaal twee keer per jaar, meerdere deskundigen zijn toegevoegd aan de CvB. • CvB, VSO- Don Bosco; • Locatiedirecteur VSO- Don Bosco; • Schoolagent VSO- Don Bosco; pagina 16
• • • •
GGD, schoolarts; Leerplicht / Bureau VSV; Vast aanspreekpunt Bureau Jeugdzorg; Maatschappelijk werk.
Op verzoek kunnen hier andere, externe deskundigen bij aansluiten of uitgenodigd worden. (bv. Mondriaan Verslavingszorg). Twee keer per jaar, tijdens de VCB (Voortgangscontrolebespreking) zullen de CvB samen met de mentor alle mentorleerlingen besproken worden. Tijdens deze VCB worden zowel de pedagogische- als didactische doelen en vorderingen besproken. Ook worden er handelingsadviezen verstrekt aan zowel leerkrachten, begeleiders als ook ouders, om het geheel voor de leerling en zijn benodigde zorg te stroomlijnen. Eveneens wordt, indien noodzakelijk, het groepsplan, c.q. individueel handelingsplan bijgesteld. Hierbij wordt bekeken of het ontwikkelingsperspectief, zoals door de orthopedagoog / psycholoog bij de start is aangegeven, haalbaar is en het gewenste uitstroomprofiel nog binnen bereik ligt. Uiteraard gebeurt dit laatste altijd in samenspraak met ouders en leerling. Los van deze bijeenkomsten nemen leden van de CvB ook deel aan: • Thuiszittersoverleg Met leerplicht, Bureau Jeugdzorg, afvaardiging Voortgezet Onderwijs, Veiligheidshuis, afvaardiging REC-4 scholen. • OAC Onderwijs en Advies Commissie van REC-4, Zuid-Limburg. • Veiligheidshuis Overleg waarin, politie, leerplicht, Bureau Jeugdzorg, woningstichtingen, gemeente, school, buurtwerk etc. participeren. Leerlingbespreking Eenmaal in de twee weken komen docententeam en CvB in vergadering bijeen om een algemeen thema
rondom leerlingenzorg en daarnaast bepaalde leerlingen of klassen te bespreken. Rapportbesprekingen Drie tot vier maal per jaar (afhankelijk van het aantal rapporten) komen alle teamleden en CvB-leden in vergadering bijeen om de didactische vorderingen van alle leerlingen te bespreken. Deze besprekingen leveren de uitkomsten op voor een rapport. Dit zal door mentoren persoonlijk uitgereikt worden aan ouder(s)/verzorger(s) en leerling. Ook wordt tijdens deze gesprekken de voortgang met betrekking tot het ontwikkelingsperspectief van de leerling besproken. Indien nodig worden de plannen bijgesteld en door ouders en leerling ondertekend. Wij wijzen u op deze plek nogmaals op een goede samenwerking tussen u als ouders/leefgroep en ons als school. Alleen samen kunnen wij zorgen voor een optimale ontwikkeling van uw zoon/dochter/pupil. Periodiek Overleg met Leerplicht Gemiddeld 6 maal per jaar komt de CvB met de locatiedirecteur in vergadering bijeen met de Leerplichtambtenaar. Tijdens dit overleg worden alle leerlingen waarbij sprake is van schoolverzuim besproken, waarna er acties voor Leerplicht en/of CvB worden uitgezet. Wij kunnen niet alle schoolverzuim voorkomen maar doen er alles aan om een doorgaande lijn in de ontwikkeling van de leerlingen te waarborgen waarbij een regelmatig schoolbezoek een must is. 4.3 De uitstroomprofielen Don Bosco hanteert als uitstroomprofiel: vervolgonderwijs. Dit betekent concreet dat alle leerlingen die onze school verlaten in het bezit zijn van een diploma. Voor de AKA stroom, voor de leerlingen die geen diploma kunnen behalen, geldt het uitstroomprofiel arbeidstoeleiding. Hier geldt dat de leerling de school verlaat indien hij/zij een werkplek heeft weten te bemachtigen.
4.4 De klassenconsultaties Gedurende het schooljaar vinden er door directie, de intern begeleider en/of orthopedagoog klassenconsultatie plaats. Deze hebben tot doel de schoolontwikkeling te stimuleren, de persoonlijke groei te begeleiden en te stimuleren en ervoor te zorgen dat ontwikkelingen een vaste plaats binnen de organisatie krijgen. Voorafgaande aan deze klassenconsultaties kan gebruik gemaakt worden van een formulier voor de betreffende leerkracht waarop wordt aangegeven waar specifiek naar gekeken zal worden. De klassenconsultaties duren meestal een dagdeel. Na afloop van deze werkdag zal met betrokkenen de klassenconsultatie geëvalueerd worden en eventuele vervolgafspraken worden gemaakt. Indien noodzakelijk maken wij gebruik van Video Interactie waarbij de situatie binnen de klas op video wordt gezet. Naderhand wordt het geobserveerde doorgesproken en voorzien van verbeteracties. Daarnaast kennen we binnen de afdeling ook de collegiale klassenconsultaties. Personeelsleden kunnen dan naar aanleiding van een specifieke vraag bij een collega in de klas gaan kijken naar een les of andere activiteit. Op die manier leren wij van en door elkaar. 4.5 Het leerlingvolgsysteem Het leerlingvolgsysteem is de wijze waarop leerlingen worden getoetst en de middelen die worden gebruikt om de vorderingen van de leerlingen in kaart te brengen. De vorderingen van de leerlingen worden op twee manieren bijgehouden. Door de resultaten van methodegebonden toetsen en observaties te registreren en door het gebruik van landelijk genormeerde toetsen. Ook voor het VSO zullen in de loop van dit schooljaar de CITO toetsen in gebruik worden genomen. Het gebruik van landelijk genormeerde toetsen geeft de mogelijkheid om de prestaties van de leerlingen in de toekomst met de landelijke resultaten te vergelijken. Met behulp van het leerlingvolgsysteem kan de voortgang van elke leerling op deze wijze precies en systematisch worden bijgehouden. Het onderwijs kan op pagina 17
Leerlingenzorg vervolg deze wijze zo goed mogelijk worden afgestemd op de leerlingen. De intern begeleider coördineert de uitvoering van methodische toetsen en de registratie en de toetsen van het leerlingvolgsysteem. Voor een optimale begeleiding van de leerlingen is het van belang om steeds een overzicht te hebben van de prestaties en ontwikkeling van de leerlingen. Daarom worden de gegevens, die de basis vormen voor de regelmatig te houden leerling-bespreking, centraal door de intern begeleider verzameld. De intern begeleider trekt met het team conclusies over het te voeren beleid voor zorgverbreding. Er wordt hierbij op een planmatige wijze gekeken naar gegevens op school-, groeps- en individueel niveau (Tijdens de VCB’s). In de groepsplannen en/of individuele handelingsplannen staat per groep, of per leerling, vermeld hoe er gewerkt wordt in situaties waarin sprake is van een opvallende en / of afwijkende ontwikkeling op didactisch en pedagogisch gebied. De school werkt de laatste jaren aan veranderingen die het systeem van leerlingenzorg sterker dienstbaar moeten maken aan het realiseren en bepalen van opbrengsten. Verbetertrajecten hebben onder andere geleid tot de implementatie van CED leerlijnen en gebruik van een digitaal leerlingvolgsysteem (Schooldatabeheer). Onlangs heeft de commissie voor de begeleiding (CvB) bovendien een start gemaakt met het formuleren van ontwikkelingsperspectieven door voor de leerlingen uitstroomprofielen te schetsen die gekoppeld zijn aan leerroutes. 4.6 Specifieke zorg Iedere leerling op onze school krijgt de zorg die het nodig heeft. Wanneer er problemen zijn, wordt er extra aandacht aan besteed. De mentor doet samen met de intern begeleider en orthopedagoog een onderzoek. Dat kan bestaan uit het afnemen van toetsen en verrichten van observaties in de groep. Soms is het van belang de Commissie van Begeleiding (CvB) van de school in te schakelen als uitgebreider onderzoek ( b.v. een intelligentieonderzoek) noodzakepagina 18
lijk is. Ook zij werken dan met testen, observaties en vragenlijsten. Voordat een dergelijk onderzoek plaatsvindt, wordt altijd eerst met de ouders over de problemen gesproken. De leerkracht, intern begeleider of de directeur legt dan het contact naar de ouders voor een bespreking. In gevallen waar dat noodzakelijk is wordt met uw toestemming de hulp van buitenaf geraadpleegd. Binnen de VSO-afdeling zijn binnen de Commissie van Begeleiding (CvB) de volgende disciplines aanwezig voor ondersteuning, begeleiding en het volgen van de leerling: • Intern Begeleider/ Zorgcoördinator; • Orthopedagoog; • Creatief Therapeut; • Psycholoog; • Logopedist (op aanvraag); • Maatschappelijk werk (op aanvraag); • Leerkrachten / mentoren en stagebegeleiding (op aanvraag). Daarnaast kan de CvB een beroep doen op: • Schoolarts; • Schoolagent. • Leerplicht 4.7 Coördinatie stage en stagebegeleiding Waarom stage? De ervaring van school leert dat elke stage in de arbeidstoeleiding een krachtige leeromgeving is. De stage is niet alleen bedoeld om de leerling voor te bereiden op arbeid, maar laat ook de leerling ervaren wat de competenties en beschermende factoren zijn, waar de interesses liggen en wat de leerling moeilijk vindt. De stage maakt het mogelijk om kennis, sociale redzaamheid en vaardigheden bij de leerlingen in de praktijk verder te ontwikkelen en hun gevoel van eigenwaarde en zelfvertrouwen te stimuleren. Het stage traject Leerlingen maken onder begeleiding van school kennis
met werkzaamheden die in verschillende werkomgevingen in het bedrijfsleven, dus buiten school, verricht worden. De aandacht ligt op de mogelijkheden die er zijn binnen de verschillende sectoren. Te weten: Handel en economie, techniek, voedsel en leefomgeving en zorg en welzijn; AKA-brede opleiding. Horeca en zorg hulp BKA-smalle opleiding. Tijdens externe Stage lopen de leerlingen zelfstandig stage bij een geaccrediteerd bedrijf of instelling en worden regelmatig bezocht door een stagebegeleider vanuit school. De leerling moet in staat zijn in een bedrijf/instelling te functioneren als een aankomend werknemer (assistent) en komt onder begeleiding in aanraking met de belangrijke aspecten van toekomstig werk. Het leren werken in een arbeidsorganisatie, aanleren van vakvaardigheden en beroepshouding staan hierbij centraal. De stagecoördinatie en begeleiding is binnen de VSOafdeling in handen van een aantal teamleden. Deze zorgen voor de werving van stageplaatsen en stagebedrijven, de accreditering van stagebedrijven en de praktische ondersteuning en begeleiding van stagebedrijven en werk- en leermeesters. Daarnaast worden de leerlingen binnen de stagebedrijven regelmatig bezocht door de stagebegeleiders vanuit de VSO-afdeling. Deze hebben de opleiding tot assessor binnen het MBO met succes afgerond.
4.8 Maatschappelijke Stage (MAS) voor VMBO Zoals alle middelbare scholen in Maastricht zijn ook wij vorig schooljaar (2011-2012) van start gegaan met de maatschappelijke stage. Deze stage is verplicht voor alle VMBO-, HAVO- en VWO-leerlingen. Voor de VMBO-leerlingen zal dat minstens 32 uur zijn. Het hoofddoel is jongeren tijdens hun schooltijd kennis te laten maken met de samenleving en daaraan een onbetaalde bijdrage te leveren.
Een bijkomend doel van de maatschappelijke stage is dat jongeren de belangstelling kunnen ontwikkelen om zelf (nu of later) vrijwilligerswerk te doen. Veel scholen voor voortgezet onderwijs oriënteren zich op dit moment op de mogelijkheden van de maatschappelijke stage. Elke school heeft de vrijheid de maatschappelijke stage naar eigen inzicht in te vullen. Don Bosco kiest ervoor als volgt te werk te gaan: Gedurende de hele schoolloopbaan zijn er activiteiten en projecten die onder de maatschappelijke stage kunnen vallen. Het staat leerlingen vrij daaraan deel te nemen. Wanneer leerlingen reeds vrijwilligerswerk- of onbetaalde activiteiten doen (bijvoorbeeld aan het fluiten bij een hockey of voetbalwedstrijd van de (jongste) jeugd), kunnen deze ook tot de maatschappelijke stage worden gerekend. De coördinator MAS bepaalt of deze activiteiten, met de daaraan gekoppelde uren, horen tot de maatschappelijke stage. In het begin van het schooljaar zal de coördinator MAS de leerlingen, en hun mentoren, uitgebreid informeren over het hoe, wat, waar, wanneer en waarom van de maatschappelijke stage. De uitvoering ervan gebeurt, voor het grootste deel, in de eigen tijd. De coördinatoren MAS zijn: Mevr. E. Driessen (
[email protected]) en Dhr. J.P.G. Stassen (
[email protected]). Zij zullen het aanspreekpunt zijn voor de leerlingen, ouders, mentoren en stage-aanbieders. 4.9 Coördinatie schoolverlaters De coördinatie van de schoolverlaters en de schakeltrajecten is in handen van de mentor en de Commissie van Begeleiding. De leerlingen van AKA en leerjaar 3 VMBO nemen deel aan de Beroepskeuze- en Intelligentietesten. pagina 19
Leerlingenzorg vervolg Deze testen worden afgenomen door een extern bureau. Bij de uitslag van de testen wordt ook een vervolgonderwijsadvies geformuleerd. De CvB bespreekt dit met de desbetreffende mentor. Deze laatste bespreekt dit met de leerling en ouder(s)/verzorger(s). Voor AKA-leerlingen zal de stagebegeleider daar waar mogelijk ook begeleiden naar arbeid. Verder volgen wij de schoolloopbaan van onze schoolverlaters minstens drie opeenvolgende schooljaren om te bekijken of onze doorverwijzing en schooladvies de juiste was. De resultaten van de uitstroom van afgelopen jaar vindt u op pagina 28 e.v. van deze gids en op onze website. 4.10 Ambulante begeleiding Sinds de invoering van de leerlinggebonden financiering, de zgn. ‘rugzak’, kunnen ouders van leerlingen die een indicatie voor REC IV onderwijs hebben er voor kiezen of ze hun zoon / dochter op een school voor speciaal onderwijs plaatsen of op een reguliere school, meestal in de eigen buurt. In dit laatste geval heeft de leerling recht op een aantal faciliteiten. De school krijgt extra geld om de speciale leerling te begeleiden én om materialen aan te schaffen. Daarnaast is er geld om speciale hulp, de ‘ambulante begeleiding’ in te kopen bij een REC-school (dat is dus in dit geval een school voor ZMOK onderwijs). Wanneer na beoordeling van de Commissie van Indicatie een beschikking voor speciaal onderwijs wordt gegeven dan kunt u als ouder/verzorger kiezen voor plaatsing van uw kind op een reguliere school met begeleiding van een ambulante begeleider van Mosalira, met gebruikmaking van leerlinggebonden financiering. De begeleiding en ondersteuning kan zich richten op de reguliere school als zodanig, de leerkrachten van deze school die het onderwijs aan de betreffende leerling verzorgen, of op de leerling en zijn of haar ouders zelf. pagina 20
Er worden drie vormen van ambulante begeleiding onderscheiden:
1.
2.
3.
Preventieve Ambulante Begeleiding (PAB): ter voorkoming van plaatsing in het reguliere onderwijs met een rugzak of plaatsing in een cluster 4 school. Terugplaatsing Ambulante Begeleiding (TAB): ter ondersteuning van terugplaatsing van speciaal onderwijs naar regulier onderwijs. Reguliere Ambulante Begeleiding (RAB): Rugzak Ambulante Begeleiding voor geïndiceerde leerlingen binnen het reguliere onderwijs.
Ook onze school biedt deze ambulante begeleiding aan. De begeleiding is mogelijk in het reguliere basisonderwijs, speciaal basisonderwijs alsook in het voortgezet onderwijs. Inhoud ambulante begeleiding: • het geven van voorlichting aan directie en team over de specifieke leerstijlen en mogelijkheden van het kind met een zmok indicatie; • het doen van handelingsgerichte observaties; • het opstellen van het begeleidingsplan waarin de afspraken omtrent de begeleiding verhelderd worden. Dit gebeurt in nauwe samenspraak met de school; de begeleiding gebeurt vraaggestuurd en kan gericht zijn op de ondersteuning van leerkracht en team als ook op het individueel werken met de leerling; • ondersteuning kan geboden worden bij de opstelling van het handelingsplan en ontwikkelingsperspectief; • de bewaking van het totale ontwikkelingsproces en advisering van hulp door externen (denk aan BJZ, RCD, speltherapie etc.); • de sturing van het integratieproces binnen de reguliere setting. Een overzicht van de opbrengsten van de Ambulante Begeleiding treft u aan bij de Jaarverant-woording.
Personeel 5. PERSONEEL
5.1 Teamsamenstelling en werkrooster Naam Functie Mw. A. Ellenbroek Dhr. M. Cauberg Mw. J. Drent
AE MC JD
Mw. E. Driessen Mw. M. Giesen
ED MG
Mw. Groothausen Mw. N. Jonas Dhr. T. Kerkvliet Dhr. S. van Grispen Mw. D. Van Mil
KG NJ TK RK DvM
Dhr. M. Nobbe
MN
Mw. M.J. Pinckaers Mw. D. Poesen Mw. J. Rutten Dhr. P. Rutten Dhr. JP. Stassen Mw. E. Timmermans Dhr. R. Thimister
MJP DP JR PR JPS ET RT
Dhr. R. Vankan
RV
Docent / stagebegeleider Docent Orthopedagoog / Casemanager HS* Docent Administratief medewerkster Leraarondersteuner Docent Docent Docent Intern Begeleider / Zorgcoördinator Docent / Casemanager OdR* Onderwijsassistente Creatief Therapeute Onderwijsassistente Docent / stagebegeleider Vakleerkracht wiskunde Directeur Don Bosco Locatiedirecteur VSO / Docent Vakdocent lichamelijke oefening
Ma O X X X
M X X X
Di O
M
Wo O
Do O
M
X X
X X
X X
X X
X X
X X
X X X X X
X X X X X
X
X
X X X
X
X
X
X
X X X X X
X X X X X
Vr O X X
X X
X X
X X
X X
X X
X X
X
X
X X X
X X X X X
X X X X X
X X X X X
X X X X
X X X X
X
X
X
X
X
X X X X X X X
X X X X X X X
X X X X X X
X X X X X X
X X X X X X
X X X X X X
X X X X X X
X
X
X
X
X
M X X
* OdR = Op de Rails - * HS = Herstart 5.2 Vervangingsbeleid Tijden veranderen, dus ook de werktijden van ons personeel. Het is in veel gevallen niet meer zo dat een leraar of onderwijsassistente altijd vijf dagen werkt en de enige leerkracht of ondersteuner van een groep is. Velen werken parttime. Verschillende groepen hebben dus meerdere personen voor de klas. We proberen het zo te regelen dat zij elkaar vervangen of aanvullen bij ziekte, zodat er niet teveel leerkrachten in de groep
komen. Dit lukt niet altijd; zeker niet als iemand voor langere tijd ziek wordt. We hebben voor dit doel een leraar ondersteuner opgeleid, die kortdurend alle leerkrachten binnen de school kan vervangen. Mocht de vervanging langer gaan duren, dan roept de school een (vaste) vervanger op via de vervangerspool van MosaLira. Door de moeilijke doelgroep is het soms lastig een vervanger te vinden. Wij doen er echter alles aan om geen leerlingen naar huis te sturen. pagina 21
Personeel vervolg 5.3 Nascholingsbeleid Het onderwijs is voortdurend in beweging. We volgen de nieuwste ontwikkelingen binnen het onderwijs. Het personeel neemt met regelmaat deel aan nascholing. Dit kan bijvoorbeeld bestaan uit cursussen over de sociale en emotionele ontwikkeling van de leerlingen (gedragsstoornissen en autisme), de ontwikkeling van ons SDB, het leerlingvolgsysteem, een cursus m.b.t. agressieregulatie en conflicthantering of andere binnen het persoonlijk ontwikkelingsplan beschreven specialisaties. Daarnaast hebben veel leerkrachten de opleiding speciaal onderwijs afgerond. Een speerpunt van beleid is opbrengstgericht werken, waaronder de implementatie van de CED leerlijnen. 5.4 Beoordelingsgesprekken Binnen MosaLira is gekozen voor een driejarige IPB cyclus. Het eerste jaar vindt er een POP (persoonlijk ontwikkelingsplan) gesprek plaats, in het tweede jaar een zogenaamd voortgangsgesprek en het derde jaar een beoordelingsgesprek. Wij zullen met het personeel van Don Bosco vanaf komend schooljaar gaan participeren in deze cyclus.
pagina 22
Samenwerking, ouders, leerlingen, school 6. SAMENWERKING, OUDERS, LEERLINGEN, SCHOOL
6.1 Algemeen De school vindt betrokkenheid van de ouders bij de school van groot belang. Het is absoluut noodzakelijk dat met het oog op de ontwikkeling van onze leerlingen, ouders en school korte lijnen onderhouden. Wij kunnen het niet zonder uw hulp. We zijn samen verantwoordelijk voor de opvoeding en de ontwikkeling van onze leerlingen. We maken samen afspraken en houden ons daaraan. Incidentele mededelingen over o.a. feesten, kamp, vakanties, vrije dagen, wijzigingen bij medewerkers e.d. worden via informatiebriefjes aan de leerlingen meegegeven. Ook ontvangt u via de mentor maandelijks de voortgangsrapportage waarin resultaten en bijzonderheden met betrekking tot het didactische en pedagogische proces beschreven worden. U dient dit te ondertekenen en weer mee terug te geven naar school. Minimaal tweemaal per jaar worden de vorderingen van de leerlingen besproken met de ouders. Vanuit het interdisciplinair overleg en de voortgangscontrolebespreking worden met ouders en de leerling tijdens deze gesprekken de doelstellingen voor de volgende periode vastgesteld. Ook maakt de leerkracht kennis met de omgeving van de leerling tijdens het huisbezoek. Het schoolteam staat altijd open voor wensen en aanbevelingen van de ouders ten aanzien van contact ouders met school. Hebt u iets mee te delen of wilt u contact met de leerkracht van uw kind, dan kunt u het beste bellen vóór of ná school. Ook kunt u gebruik maken van het e-mail adres van de leerkracht. Het oplossen van ongewenst en agressief gedrag van leerlingen behoort tot de verantwoordelijkheid van de directie. Soms gebeurt het wel eens dat het gedrag van ouders een reactie is op de aanpak van het gedrag van hun kind. Ook gaan ouders soms niet akkoord met een maatregel van school, of ze reageren op het gedrag van andere leerlingen naar hun eigen kind. In het omgaan met ernstig ongewenst of agressief gedrag verwachten
wij van alle partijen een open houding en bijbehorende communicatie om het probleem samen aan te pakken. Wij accepteren geen enkele vorm van verbaal of fysiek geweld, naar directie, leerkrachten of medeleerlingen. Mochten ouders zich niet aan deze afspraak houden dan kan hen een schoolverbod worden opgelegd. Dit betekent dat ouders niet zonder toestemming van de directie ophet terrein en in het gebouw van school mogen komen. De ouder wordt hiervan schriftelijk in kennis gesteld. 6.2 Nieuwsbrief Maandelijks wordt in de laatste week van de maand, de maandelijkse ‘Nieuwsflits VSO-Don Bosco’ uitgereikt aan alle leerlingen. Deze ‘Nieuwsflits’ maakt onderdeel uit van de Maandelijkse Voortgangs-Rapportgage (MVR) welke bestaat uit: • Puntenlijst; • Kopie van absentieregistratie; • Kopie Lesverwijderingsformulieren. Tijdens het schooljaar 2012-2013 wordt bekeken hoe deze stukken digitaal kunnen worden aangeleverd bij ouder(s)/verzorger(s). 6.3 De medezeggenschapsraad Er is aan onze school een medezeggenschapsraad verbonden. Deze raad bestaat idealiter uit vertegenwoordigers van ouders en personeel. Op dit moment heeft er niemand namens de ouders zitting in de MR. Indien u hierin geïnteresseerd bent kunt u zich aanmelden bij onze voorzitter van de MR: Mw. Daphne Poesen-Gerrits, werkzaam op de VSO afdeling en te bereiken onder telefoonnummer 043-3467760 of via de mail:
[email protected]. De medezeggenschapsraad kan over alle schoolaangelegenheden met de directie spreken, hen voorstellen doen en standpunten kenbaar maken. Door dit overleg is er een nauwe betrokkenheid van zowel ouders als pagina 23
De veilige school 7. DE VEILIGE SCHOOL
personeel bij de gehele gang van zaken in en rondom de school. U als ouder kunt ook een beroep doen op de MR. Als u vragen of opmerkingen heeft over een bepaald beleid op school, of als u zich wilt aanmelden als lid, kunt u bij de MR terecht. Al uw wensen en problemen worden serieus bekeken. De medezeggenschap is geregeld in de WMS (Wet Medezeggenschap op Scholen). 6.4 De vrijwillige ouderbijdrage Vanaf dit schooljaar zal er geen eenmalige vrijwillige ouderbijdrage van de ouder(s)/verzorger(s) meer worden gevraagd. In plaats hiervan zullen wij per activiteit (introductieweek / carnaval / schoolreis etc.) een vrijwillige bijdrage aan u vragen. Hiervoor ontvangt u ongeveer 14 dagen vóór aanvang van de activiteit een brief en/of e-mail met daarin de informatie over de betreffende activiteit en het te betalen bedrag. Het betreffende bedrag dient dan vervolgens vóór aanvang van de activiteit contant betaald te worden. U ontvangt hiervan van ons altijd een betalingsbewijs. Leerlingen waarvan het betreffende bedrag niet, of niet op tijd, wordt voldaan kunnen niet deelnemen aan de betreffende activiteit. Daar er sprake is van een activiteit onder school-/lestijd zullen wij als school zorgdragen voor een vervangende lesactiviteit binnen school.
Wij willen met nadruk opmerken dat de betaling van ouderbijdrage vrijwillig is, echter ook leerlingen waarvan geen ouderbijdrage wordt voldaan dienen op de betreffende activiteitendagen gewoon op school te verschijnen. Ook van afwezigheid op deze dag wordt altijd melding gemaakt bij de afdeling leerplichtzaken van de gemeente waarin de leerling woonachtig is.
7.1 Algemeen Op onze school streven we naar een veilig pedagogisch klimaat voor leerlingen en volwassenen. Naast fysieke veiligheid – heel belangrijk – gaat het ook om sociale veiligheid. Pas dan kan een mens tot ontwikkeling komen. We zorgen ervoor dat iedereen zichzelf kan zijn, we praten met elkaar, we helpen elkaar om te gaan met problemen en luisteren naar elkaar. Door kinderen te leren dat respect hebben voor elkaar ook betekent, dat je rekening houdt met anderen en dat je mensen respecteert zoals ze zijn, willen we bereiken dat kinderen zich veilig voelen op onze school. Tegen pesten treden we onmiddellijk op. Onze school heeft omgangsregels voor zowel kinderen als volwassenen die afgeleid zijn van de gedragscode van MosaLira. Onze school onderschrijft het convenant ‘Veiligheid op school krijgt voorrang – De gezonde veilige school’, dat in april 2012 door MosaLira is ondertekend. MosaLira heeft ervoor gekozen om een veiligheidsplan op bestuursniveau te formuleren en dit plan vervolgens, waar nodig geacht door de directeur van de school, te laten specificeren voor de individuele scholen in schoolveiligheidsplannen. Dit ligt voor Don Bosco ter inzage op onze school. Omdat wij het belangrijk vinden dat onze leerlingen en ons personeel zich op school veilig voelen hebben wij het afgelopen schooljaar een veiligheidsonderzoek verricht onder leerlingen en personeel. Daar waar nodig en wenselijk hebben wij verbeteracties uitgezet. Eén van de zaken die onze aandacht vroegen was het busvervoer van de leerlingen. Door goede contacten met het leerling-vervoer hebben wij hierin een verbeterslag kunnen maken. Vanaf komend schooljaar zullen wij participeren in het tweejaarlijks tevredenheidonderzoek dat MosaLira stichtingsbreed uitzet bij ouders, leerlingen en personeel. 7.2 De Gedragscode van MosaLira MosaLira en onze school werken aan een veilige school: een school waar het voor iedereen prettig werken en
pagina 24
leren is. Goede relaties tussen allen die in de school werken en afspraken over hoe je met elkaar omgaat, zijn daarbij heel belangrijk. Een school kan niet zonder afspraken. Voor kinderen kennen wij schoolregels en voor volwassenen is er een gedragscode opgesteld. Het naleven van de afspraken in deze gedragscode zal leiden tot een veilig, werkbaar en prettig schoolklimaat voor iedereen. Een schoolklimaat dat zich kenmerkt door veiligheid, acceptatie, respect en vertrouwen is een voorwaarde voor alle leden van de scholengemeenschap om optimale leer- en werkprestaties te kunnen leveren. Voorop staat dat iedereen op school gelijkwaardig is en dat er geen enkel onderscheid gemaakt wordt in de manier waarop we elkaar benaderen. Met ‘elkaar’ bedoelen we de relaties tussen leerlingen onderling, leerlingen en volwassenen en volwassenen onderling. Onder volwassenen verstaan wij ouders, personeel, stagiaires en vrijwilligers op school. Het doel van de Gedragscode van MosaLira is dat: • Duidelijk is wat we van elkaar in school verwachten; • Duidelijk is welk gedrag kan en welk gedrag niet kan; • We elkaar kunnen aanspreken op het naleven van de afspraken; • Het personeel van de school aan de ouders of verzorgers kan uitleggen hoe het omgaat met de leerlingen; • Vóór er een problematische situatie ontstaat, duidelijk is hoe de regels zijn; • Overtreding van de regels getoetst kan worden aan de Gedragscode; • Bij overtreding de juiste maatregelen genomen kunnen worden. Voor personeel gelden de afspraken in de CAO PO onder het hoofdstuk ‘ordemaatregelen en disciplinaire maatregelen’. Op de scholen van MosaLira houdt men zich aan de volgende ‘Gouden Regels’: 1 Wij werken aan een goed en veilig leer- en werkklimaat;
2 3
4 5 6
7
8
Wij delen de taken en verantwoordelijkheden met alle betrokkenen op onze school; Wij werken in een open communicatie, waarbij zorgvuldigheid een leidraad is. We lossen problemen op door erover te praten; Wij nemen elkaar serieus en helpen elkaar waar dat nodig is; Wij hebben respect voor de persoonlijke levenssfeer van de ander; Wij zijn ons bewust van de kwetsbare en afhankelijke relatie tussen leerling en volwassene en tussen leerlingen en volwassenen onderling; Wij houden ons aan de Gedragscode, het mediaprotocol en privacyprotocol en spreken elkaar hierop aan wanneer dat niet wordt gedaan; Wij vertonen professioneel gedrag, gerelateerd aan schoolse activiteiten.
De Gedragscode, met bijlagen, ligt ter inzage op school of is in te zien via de website van MosaLira (www.mosalira.nl). 7.3 De klachtenregeling Door de klachtenregeling, die door de overheid verplicht is gesteld, krijgen ouders en leerlingen wettige mogelijkheden hun klachten aan de orde te stellen. Onze school wil stimuleren, dat ouders en leerlingen een passend gebruik maken van deze nieuwe wetgeving, omdat klachten door team en directie beschouwd worden als een hulpmiddel, een handreiking om een veilig schoolklimaat te behouden. Veiligheid op school in de praktijk van alle dag is voor kinderen, ouders en personeel van groot belang. Klachten kunnen gaan over bijvoorbeeld onderwijskundige zaken, pedagogisch klimaat, leerkrachten, discriminerend gedrag, geweld, pesten of vermoedens van seksuele intimidatie. Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en directie op de juiste wijze afgehandeld kunnen worden. Indien dat echter niet mogelijk is, gezien de aard van de
pagina 25
De veilige school vervolg klacht of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kan men een beroep doen op de klachtenregeling. In het stappenplan is een en ander schematisch weergegeven. Voor het Reglement Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs zie: http://www.geschillencies-klachtencies.nl/187-klachten of www.mosalira.nl. Een exemplaar van dit reglement
ligt ter inzage bij de schoolleiding en een exemplaar bij de contactpersoon van de school. Voor de klachtenregeling van MosaLira zie: www.mosalira.nl. Een exemplaar van deze klachtenregeling ligt ter inzage bij de schoolleiding en een exemplaar bij de contactpersonen van de school.
De klachtenregeling van MosaLira Stap 1. De klager gaat met zijn klacht zo mogelijk in gesprek met degene tegen wie de klacht gericht is. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 2. Stap 2. De klager gaat met zijn klacht zo mogelijk in gesprek met de schoolleiding. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 3. Stap 3. De klager gaat met zijn klacht zo mogelijk in gesprek met de contactpersonen binnen de school. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 4. Stap 4. De klager kan, via de schoolleiding of de interne contactpersoon, een externe vertrouwenspersoon (laten) inschakelen om te bemiddelen tussen klager en aangeklaagde. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 5. Stap 5. De klager kan een klacht indienen bij het College van Bestuur. Het College van Bestuur neemt de klacht in behandeling. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 6. Stap 6. De klager kan een klacht indienen bij de landelijke klachtencommissie. Deze onafhankelijke klachtencommissie onderzoekt de klacht en adviseert het bevoegde gezag hierover. De klachtencommissie geeft advies over: a. de (niet-) ontvankelijkheid van klager; b. de (on-) gegrondheid van de klacht; c. het nemen van maatregelen; d. overige door het bevoegde gezag te nemen besluiten. Het indienen van een klacht bij de landelijke klachtencommissie moet binnen een jaar, gerekend vanaf de dag na die waarop de feiten waarop de klacht betrekking heeft moet hebben plaatsgevonden, dan wel vanaf de dag waarop de klager daarvan heeft kennis genomen. Binnen 4 weken na ontvangst van het advies van de klachtencommissie zal het bevoegde gezag het besluit hierop kenbaar maken aan: a. de klager b. de aangeklaagde c. klachtencommissie d. directie school e. onderwijsinspectie Deze termijn kan met ten hoogste 4 weken worden verlengd. Adres klachtencommissie Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs, Ambtelijk secretaris dhr. Mr. H.N. Nentjes Postbus 82324, 2508 EH DEN HAAG. Tel. 070-392 55 08 Fax. 070-302 08 36
7.4 De contact (vertrouwens) persoon Contactpersonen zijn personeelsleden van de school, zij praten over, horen van en zien onveilige situaties. De contactpersoon is voor iedereen die betrokken is bij de school aanspreekpunt met betrekking tot klachten over de schoolsituatie, bijvoorbeeld over pedagogisch klimaat, begeleiding van leerlingen, toepassing van een strafmaatregel, (cyber)pesten, intimidatie, roddels, discriminatie, agressie, een medewerker die zijn handen niet thuis kan houden, enzovoorts. Bij de behandeling van een klacht zet de contactpersoon de procedure in werking. De contactpersoon controleert en bewaakt of een klacht volgens de procedure juist wordt behandeld, maar bemiddelt niet tussen klager en aangeklaagde. Voor de procedure, zie het stappenplan in de klachtenregeling van MosaLira. De contactpersoon voor onze school is Mw. Jeanine Drent 7.5 Medicijnverstrekking en medisch handelen Het komt regelmatig voor, dat een leerling ziek wordt of een ongeluk krijgt op school, waarbij de leerkracht direct bepaalt wat er moet gebeuren; vaak kan het verholpen worden met eenvoudige middelen. Ook krijgt de schoolleiding steeds vaker het verzoek van ouder(s)/ verzorger(s) om hun kinderen de door een arts voorgeschreven medicijnen te laten toedienen of een medische handeling te laten verrichten. De schoolleiding aanvaardt met het verrichten van dergelijke handelingen een aantal verantwoordelijkheden en kan ervoor kiezen wel of geen medewerking aan het toedienen van medicijnen en het verrichten van medische handelingen te verlenen. Voor de individuele leerkracht geldt dat hij mag weigeren handelingen uit te voeren waarvoor hij zich niet bekwaam acht. Een en ander staat beschreven in het protocol medicijnverstrekking en medisch handelen van MosaLira, dat ter inzage ligt op school en u kunt nalezen op onze website.
7.6 Schoolregels Om u van dienst te zijn hebben wij de schoolregels van de VSO-afdeling van Don Bosco voor u gebundeld in een boekje. Dit wordt op de eerste schooldag uitgereikt aan ouders /verzorgers. Deze regels zijn bindend voor alle geledingen binnen de school om zodoende de zaken gestroomlijnd te laten verlopen en gedurende het jaar geen misverstanden te laten ontstaan. 7.7 Schorsing en verwijdering De beslissing over schorsing en verwijdering van leerlingen ligt bij het bevoegd gezag, nadat de school en eventueel de ouders/verzorgers hierover zijn gehoord. Indien een leerling om welke reden dan ook niet meer toegelaten kan worden tot onze school kan het bevoegd gezag overgaan tot verwijdering van deze leerling. Het bevoegd gezag dient wel alles in het werk te stellen een andere school bereid te vinden deze leerling op te nemen. Indien dit ondanks alle inspanningen niet lukt is het bevoegd gezag gerechtigd na 8 weken deze leerling toch van school te verwijderen. De regeling ‘Toelating, schorsing en verwijdering’ ligt ter inzage op school en treft u aan op de website van MosaLira via www.mosalira.nl.
pagina 27
Jaarverantwoording 8. JAARVERANTWOORDING
8.1 Algemeen In dit hoofdstuk willen we een verantwoording weergeven over het afgelopen schooljaar. Hierdoor krijgt u een beeld van de diverse activiteiten en de bereikte resultaten. 8.2. Inspectietoezicht In december 2011 heeft er een inspectiebezoek op locatie plaatsgevonden. Op deze wijze controleert de inspectie of er sprake is van tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijs en de naleving van regelgeving. Naar aanleiding van dit periodiek kwaliteitsonderzoek heeft de inspectie vastgesteld dat er geen sprake is van belangrijke tekortkomingen in de onderwijskwaliteit. Derhalve is er een basisarrangement toegekend. Dit betekent dat de inspectie geen reden heeft om het toezicht op onze school te intensiveren. Via www.onderwijsinspectie.nl kunt u het onderwijsrapport over onze school nalezen. 8.3 Door- en uitstroomniveaus 2009-2010 / 2010-2011
Grafiek 1: Weergave uitstroom schooljaar 2009-2010 , 2010-2011
AKA onderbouw
"!! *! )! (! '! &! %! $! #! "! !
!
Door- & uitstroomniveau AKA onderbouw AKA (bovenbouw): 44% VMBO BB: 28% VSO: 14% elders: 14% SO: het schakeltraject van een leerling i.v.m. verhuizing / verwijdering Elders: het schakeltraject van een leerling i.v.m. gedwongen opname
pagina 28
+,-./-+, -./-010 01 0 +2. +2 . 345678 34 567 8
Grafiek 2: Weergave uitstroom schooljaar 2009-2010 , 2010-2011
VMBO 1 BB
"!! *! )! (! '! &! %! $!
+,-./-+, -./-010 01 0 +2. +2 . 345678 34 567 8
#! "! !
!Door- & uitstroomniveau VMBO 1 BB > 2BB DB: 50% > AKA onderbouw: 25% VSO: 12,5% elders: 12,5% *VSO: het schakeltraject van een leerling i.v.m. verhuizing / verwijdering *elders: het schakeltraject van een leerling i.v.m. gedwongen opname / Grafiek 3: Weergave uitstroom schooljaar 2009-2010 , 2010-2011
VMBO 1 KGT
"!! *! )! (! '! &! %! $!
+,-./-+, -./-010 01 0 +2. +2 . 345678 34 567 8
#! "! !
!Door- & uitstroomniveau VMBO 1 KGT > 2KGT regulier: 14% > 2KGT DB: 58% doubleren: 14,% VSO: 7% elders: 7% *VSO: het schakeltraject van een leerling i.v.m. verhuizing *elders: het schakeltraject van een leerling i.v.m. gedwongen opname
pagina 29
Grafiek 4: Weergave uitstroom schooljaar 2009-2010 , 2010-2011
VMBO 2 BB
!Door- & uitstroomniveau VMBO 2 BB > 3BB regulier: 37,5% > 3BB DB: 18,6% > 3KB DB: 6,3% AKA: 18,8% VSO: 6,3 ROC: 12,5% * de hoge doorstroom naar 3BB regulier ten opzichte van 3BB DB heeft te maken met het feit dat wij pas in 2011-2012 gestart zijn met de klas 3B/K.
Grafiek 5: Weergave uitstroom schooljaar 2009-2010 , 2010-2011
!Door- & uitstroomniveau VMBO 2 KB > 3KB regulier: 24% > 3TL DB: 60% > doubleren: 8% *ROC: 8% ook voor kader geldt dat wij pas in 2011-2012 gestart zijn met klas 3B/K pagina 30
VMBO 2 KGT
Grafiek 6: Weergave uitstroom schooljaar 2009-2010 , 2010-2011
VMBO 3 TL
!Door- & uitstroomniveau VMBO 3 TL > 4TL regulier: 42% > 4TL DB: 15% > doubleren: 12% elders: 26% < 3KB DB: 4% * de hoge uitstroom naar 4TL regulier ten opzichte van 4TL DB is te verklaren door het feit dat we alleen in 2010-2011 een 4TL klas op Don Bosco hebben gehad. Gezamenlijke score voor > 4TL: 57%.
Grafiek 7.1 Weergave uitstroom schooljaar 2009-2010 , 2010-2011
VMBO 4 TL / 4 KB SMC
!Door- & uitstroomniveau VMBO 4 TL / 4KB SMC geslaagd: 65% gezakt: 15% < geplaatst Don Bosco: 7% elders: 7% Time-out Don Bosco: 14% pagina 31
Grafiek 7.2 Weergave uitstroom schooljaar 2009-2010 , 2010-2011
VMBO 4 TL / 4 KB SMC
! Door- & uitstroomniveau VMBO 4 TL / 4KB SMC ROC + diploma: 75% ROC - diploma: 8,3% elders klas 4: 8,3% SMC klas 4: 8,3%.
Grafiek 7.3 Weergave uitstroom schooljaar 2009-2010 , 2010-2011
! Door- & uitstroomniveau VMBO 4 TL / 4KB SMC geslaagd: 57% gezakt: 29% certificaten: 15% pagina 32
VMBO 4 TL DB
Jaarverantwoording vervolg Resultaten Ambulante dienst Onlangs voerde RZL4 een tevredenheidonderzoek uit bij reguliere scholen waar RZL4 ambulante begeleiding verzorgt. RZL4 ontving 176 ingevulde antwoordformulieren terug.
Hieronder een samenvatting van de resultaten: Algemene tevredenheid: 96,5% tevreden of zeer tevreden Ondersteuning bij het opstellen van handelingsplannen: 96,5% tevreden of zeer tevreden Kwaliteit van de begeleidingsplannen: 96% tevreden of zeer tevreden Resultaat van de ambulante begeleiding: 85% tevreden of zeer tevreden Advisering/coaching van de leraren: 88% tevreden of zeer tevreden Bijdrage aan zorgstructuur van de school: 78% tevreden of zeer tevreden Advisering aan leerling en ouders: 91,5% tevreden of zeer tevreden Advisering aan de school: 79% tevreden of zeer tevreden Invoelingsvermogen van de ambulant begeleider: 91% tevreden of zeer tevreden Professionaliteit van de ambulant begeleider: 98% tevreden of zeer tevreden Deskundigheid van de ambulant begeleider: 96% tevreden of zeer tevreden Beschikbaarheid en bereikbaarheid van de ambulant begeleider: 94,5% tevreden of zeer tevreden Informatieoverdracht door de ambulant begeleider: 96% tevreden of zeer tevreden
Verdere opbrengsten In het schooljaar hebben diverse onderwijskundige zaken en andere activiteiten plaatsgevonden. Opbrengstgericht werken De leerlijnen die vastgesteld zijn door het ministerie van onderwijs in de Wet Kwaliteit (V)SO en die verder vormgegeven zijn door het CED zijn op diverse onderdelen verfijnd en aangepast aan Don Bosco. We hebben voor rekenen, taal en lezen leerlijnen gemaakt. Voor komend schooljaar staan de andere vakken op het programma. Verder zijn we druk bezig met de verwerking van opbrengstgericht werken binnen Schooldatabeheer. Hiervoor wordt een nieuw programma geschreven zodat alle resultaten van de leerlingen nog beter in kaart gebracht en gemonitord kunnen worden. Zorgcyclus We hebben de Commissie van Begeleiding (CvB) dit jaar uitgebreid met meerdere deskundigen. De CvB toetst twee keer per schooljaar tijdens de Controle Voortgangsbespreking de aanpak en resultaten van de groepsplannen en indien nodig, individuele handelingsplannen van onze leerlingen. Er wordt optimaal ingezet om het ontwikkelingsperspectief van onze leerlingen zoals dit aan het begin van de schoolloopbaan wordt opgesteld door onze gedragswetenschapper, ook daadwerkelijk te realiseren. Incidentenregistratie Afgelopen schooljaar is er gewerkt aan het opzetten van een systeem van incidentenregistratie. Dit om de frequentie, aard en ernst van incidenten goed in kaart te brengen. Na analyse van de incidentenregistratie zetten wij waar mogelijk verbeteracties in. Ook hebben wij wekelijks overleg met politie om ongewenst gedrag van leerlingen aan te pakken en te verbeteren. Schoolveiligheidsbeleid Er is ingezet, mede door ondertekening van het Conpagina 33
Jaarverantwoording
vervolg
venant ‘Veiligheid op school krijgt voorrang – ‘De gezonde veilige school’ op extra ondersteuning door derden bij handhaving van het veiligheidsbeleid. Dit heeft ondermeer geresulteerd in een prima samenwerking met politie en het veiligheidshuis. Wij beschikken over een schoolagent die wekelijks spreekuur heeft op onze locatie. Hij onderhoudt nauwe contacten met zowel leerlingen als personeel. Hij is er preventief en curatief aanwezig. Leerlingen kunnen bij hem terecht met vragen. In andere gevallen worden er disciplinaire maatregelen genomen. Ook kan het zijn dat een leerling ondervraagd wordt over voorvallen waar hij/zij getuige van is geweest. Door het Ontwikkelteam Schoolveiligheid worden in samenspraak met de veiligheidscoördinator bestaande protocollen en procedures regelmatig onder de loep genomen en waar nodig aangescherpt. Na ernstige voorvallen vindt er altijd een briefing plaats met alle teamleden. Indien nodig wordt aan personeelsleden ondersteuning geboden door een maatschappelijk medewerker van de Arbodienst.
Overige Zaken 9. OVERIGE ZAKEN
9.1 Schoolverzekering en eigen verantwoordelijkheid Als school hebben wij een (beperkte) ongevallenverzekering afgesloten. Wij geven echter het advies om uw kind ook nog te verzekeren via de folder die u separaat nog zult ontvangen. Ook gaan wij ervan uit dat u een WA-verzekering (Wet Aansprakelijkheidsverzekering Particulieren) voor uw kind heeft afgesloten. Verder nemen onze leerkrachten regelmatig leerlingen mee in hun eigen auto om zodoende de kosten van het vervoer binnen de perken te houden. Wij hebben voor alle leerkrachten onder schooltijd een auto-ongevalleninzittenden verzekering afgesloten. 9.2 Sponsoring en donaties In principe worden wij niet gesponsord. Ten aanzien van sponsoring van ons onderwijs conformeren wij ons aan de afspraken zoals vastgelegd in het ‘convenant sponsoring’. Dit convenant geeft uitgangspunten om op een verantwoorde manier met sponsoring om te gaan (zie: www.mosalira.nl) We hebben dit jaar van het Struijscomité, gesponsord door de Stichting Elisabeth Strouven een geweldig sportpakket mogen ontvangen. Dit pakket omvat materialen die zowel voor binnen- als buitensporten gebruikt kunnen worden. 9.3 Foto’s en video-opnames Omdat leerlingen en vaak ook de ouders veel plezier beleven aan opnames die op school of bij door de school georganiseerde activiteiten worden gemaakt, vragen wij de ouders of zij akkoord gaan met het maken van deze opnames. De opnames zullen nimmer de persoonlijke waardigheid schaden. Wij zullen discreet met deze opnames omgaan, die alleen bedoeld zijn om het plezier van onze leerlingen te vergroten, ouders op de hoogte te brengen van onze activiteiten en eventueel als voorlichtingsmateriaal. Ook op onze eigen website zullen wij vanaf dit schooljaar foto’s van onze activiteiten (b.v. voetbaltoernooi,
pagina 34
zomerfeest) gaan plaatsen om u als ouder, indien u zelf niet aanwezig kon zijn, toch mee te laten genieten van het plezier van uw kind. Als u niet akkoord gaat met de hierboven genoemde opnames, wordt u verzocht om dit schriftelijk in de eerste schoolweek aan de schoolleiding kenbaar te maken. We zullen hiermee dan rekening houden. Over de opnames in het kader van video interactie begeleiding ten behoeve van de ontwikkeling van onderwijs en leerkrachten geldt dat deze uitsluitend intern gebruikt worden en ook niet bewaard of opgeslagen worden. 9.4 Boekenborg Voor de bruikleen van schoolboeken wordt een boekenborg gevraagd van € 175,-. Dit bedrag dient per bank voldaan te worden. € 175,Bedrag: Dit bedrag dient zo spoedig mogelijk op bankrekeningnummer: 65.43.91.149 ING- bank t.n.v. MosaLira, stichting voor leren, onderwijs en opvoeding aan ons te worden overgemaakt. Dit onder vermelding van:
Betaling in termijnen is mogelijk. U dient hiervoor contact op te nemen met de locatiedirecteur. Bij het verlaten van de school/afdeling ontvangt u de betaalde borg binnen één maand na inlevering van de boeken retour, als alle boeken correct en niet beschadigd zijn ingeleverd. Beschadigingen en/of vermissingen worden in mindering gebracht op de betaalde boekenborg. Met ouder(s) / verzorger(s) van leerlingen waarvan de boekenborg niet binnen één maand na inschrijving is overgemaakt, wordt contact opgenomen. Bij het niet betalen van de boekenborg volgen passende maatregelen.
9.5 Schoolmaterialen Aan te schaffen door leerlingen
ALLE leerjaren behalve klas AKA • lijntjesschriften; • wiskunde schriften (A-4 formaat); • schrijfpotlood; • zwart en/of blauw schrijvende pen; • schoolagenda; • passer / geodriehoek / lineaal; • rekenapparaat ‘Casio FX 62 SX’ of ‘T.I. 32’; • gymkleding + handdoek; • schaar / lijm / kleurpotloden; • 23 rings (A-4) ringband met brede rug; • 23 rings tabbladen en 23-rings lijntjespapier; • kaftpapier; • woordenboeken: - Nederlands; - Nederlands / Engels en Engels / Nederlands; - Nederlands / Duits en Duits / Nederlands. ALLEEN voor leerlingen klas 3 VMBO- B / K / T • Extra (dus 2e) 23 rings (A-4) brede ringband voor examenvak ‘maatschappijleer’; • 12 tabbladen; • Extra (dus 2e) ringband lijntjespapier; • 20 plastic ringband (23-rings) insteekhoezen. 9.6 Vervoer Omdat de meeste leerlingen die onze school bezoeken zelfstandig kunnen reizen hebben wij weinig leerlingen die hiervan gebruik maken. Indien noodzakelijk verzorgt de gemeente (waar uw kind woont) het vervoer van uw kind naar school en terug. Het schoolvervoer is op de eerste plaats een zaak tussen ouders en gemeente. De gemeente besteedt het vervoer weer uit aan een door hun geselecteerd vervoersbedrijf.
pagina 35
Overige Zaken vervolg
REGELING SCHOOL-
9.6 Belangrijke adressen
10.1.
VSO Don Bosco Marienwaard 51 6222 AM Maastricht Tel. 043-3467760 Website: www.donboscoschool.eu
1e uur 2e uur
Bestuurskantoor MosaLira Past. Habetsstraat 40a 6217 KM Maastricht Tel. 043-3540133 Website: www.mosalira.nl
10. REGELING SCHOOL- EN VAKANTIETIJDEN Schooltijden Ma – Di – Do – Vr 08.30u 09.15u 09.15u 10.00u
Pauze
Wo 08.30u 09.15u
09.15u 10.00u
10.00u
10.15u
10.00u
10.15u
3e uur 10.15u 4e uur 11.00u SEO-tijd * 11.45u
11.00u 11.45u 12.00u
10.15u 11.00u
11.00u 11.45u
Pauze
12.00u
12.30u
5e uur 6e uur 7e uur Inhaaluur
12.30u 13.40u 14.10u 15.00u
13.40u 14.10u 15.00u 16.00u
11.45u
12.30u
12.30u
13.30u
* SEO-tijd = Sociaal Emotionele Ontwikkelingstijd - gezamenlijk eten - voedingswaren uitserveren /verkopen en opruimen - op orde maken leslokaal - spelen van gezelschapsspelletjes - intern stagemoment
10.2 Vakantierooster Soort vakantie van tot Herfstvakantie 13.10.2012 21.10.2012 Kerstvakantie 22.12.2012 06.01.2013 Carnavalsvakantie 09.02.2013 17.02.2013 Paasmaandag 01.04.2013 Meivakantie 27.04.2013 12.05.2013 Hemelvaart Valt in de meivakantie Pinksteren 20.05.2013 Zomervakantie * 29.06.2013 18.08.2013
pagina 36
EN VAKANTIETIJDEN Studiedagen Vrijdag, 08.02.2013 Vrijdag, 26.04.2013 (NB. Daags voor begin meivakantie) Overige studiedagen of studiemomenten worden gedurende het schooljaar vastgesteld. Ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen worden hier via de “Nieuwsflits”, website en brief over ingelicht * = zomervakantieperiode is afhankelijk van het besluit van De Tweede Kamer. De afdeling zal ouder(s)/verzorger(s) / leerlingen hier tijdig over informeren. 10.3 Activiteitenrooster Introductieweek 1e week schooljaar Alle leerjaren Kerstactiviteit Vrijdag voor Kerstvakantie Alle leerjaren Bezoek SWV te Nuth januari 2013 Klas, 2- VMBO Bezoek Hogeschool Zuyd Februari 2013 Klas, 3- VMBO Bezoek aan Kumulus Diverse momenten VMBO leerjaren Bezoek aan Tweede Kamer Voorjaar 2013 AKA Activiteitenweek Laatste week schooljaar Alle leerjaren Daarnaast zijn er in het kader van lessen ook werkbezoeken en activiteiten buiten school mogelijk. Dit wordt altijd vooraf kenbaar gemaakt aan ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen. 10.4 Verzoek om verlof In welke gevallen kunt u extra verlof aanvragen? De Leerplichtwet kent geen snipperdagen (bijvoorbeeld om een dag eerder met wintersport te gaan om de files voor te zijn), maar in bepaalde bijzondere omstandigheden kunt u wel extra verlof aanvragen. Extra verlof is mogelijk als de volgende omstandigheden zich voordoen: 1. Huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad van het kind: maximaal 2 dagen; 2. 12,5- of 25-jarig huwelijksjubileum van ouders: 1 dag; 3. 25-, 40-, of 50-jarig ambtsjubileum van ouders of grootouders: 1 dag; 4. Ernstige ziekte van ouders, bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad van het kind: duur in overleg met de directeur; 5. Overlijden van bloed- of aanverwanten tot en met de 4e graad van het kind: duur in overleg met directeur; 6. Verhuizing van gezin: 1 dag; 7. Sommige religieuze feesten: in overleg met directeur. Extra verlof kunt u aanvragen bij de school of de leerplichtambtenaar. Om tijd te creëren voor overleg of een eventuele bezwaarprocedure, dient uw pagina 37
REGELING SCHOOL- EN VAKANTIETIJDEN vervolg verlofaanvraag minimaal acht weken van tevoren bij de directeur van de school binnen te zijn. Dit geldt niet in het geval er sprake is van bijzondere omstandigheden. Bij de leerkracht/administratie zijn eventueel standaardformulieren verlofaanvragen te verkrijgen. De schooldirecteur is bevoegd een besluit te nemen over een extra verlofaanvraag voor maximaal tien dagen in een schooljaar (aaneensluitend of bij elkaar opgeteld). De leerplichtambtenaar is bevoegd een besluit te nemen over een extra verlofaanvraag voor meer dan tien dagen. Hij doet dit altijd in overleg met de schooldirecteur. Na ontvangst van uw ingevulde formulier, ontvangt u het formulier retour, voorzien van de vermelding van de directeur: akkoord, dan wel niet akkoord. Indien nodig neemt de directeur telefonisch contact met u op. Een kopie van de verlofaanvraag bewaren we in het leerling-dossier. De leerkracht vindt het verleende verlof terug op de maandelijkse absentielijst.
Vakantie onder schooltijd De Leerplichtwet stelt heel duidelijk dat vakantie onder schooltijd vrijwel onmogelijk is. Alleen als het gaat om een gezinsvakantie, die het gezin niet in de schoolvakantie kan opnemen door de specifieke aard van het beroep van (een van) de ouders, kan extra verlof worden verleend. Hierbij moet gedacht worden aan seizoensgebonden werkzaamheden in de agrarische sector en de horeca. In dat geval mag de schooldirecteur eenmaal per schooljaar het kind vrij geven (voor maximaal 10 schooldagen), zodat het gezin toch op vakantie kan. Het gaat daarbij om de enige gezinsvakantie in dat schooljaar. De verlofperiode mag overigens niet in de eerste twee weken van het schooljaar vallen. Op het aanvraagformulier is een werkgeversverklaring opgenomen. Bijzondere talenten Sommige kinderen hebben bijzondere talenten op het gebied van sport of kunst. Als zij iets met hun talenten pagina 38
doen, kan het voorkomen dat zij hiervoor lessen moeten verzuimen. De Leerplichtwet biedt hiervoor echter geen vrijstellingsmogelijkheid. Het is wel mogelijk hierover afspraken te maken met de schooldirecteur; hij kan vrijstelling geven van bepaalde onderwijsactiviteiten. Dit zijn structurele afspraken die jaarlijks bij het begin van het schooljaar worden gemaakt. Incidentele verzoeken om te mogen verzuimen vallen buiten deze regeling.
Verplichtingen voor schooldirecteuren Schooldirecteuren hebben op basis van de Leerplichtwet de verplichting om ongeoorloofd schoolverzuim te melden aan de leerplichtambtenaar van de gemeente waar de betreffende leerling staat ingeschreven. Wanneer niet aan bovenstaande verplichtingen is voldaan, dan is er sprake van vermoedelijk ongeoorloofd schoolverzuim. Dit kan een proces-verbaal tot gevolg hebben. 10.5 Zieke leerlingen en ziekmelden Ziekmeldingen van leerlingen dienen voor 09.00u ’s ochtends telefonisch gedaan te worden bij de receptie van de school. Bij ziekte van leerlingen tijdens de lesdag wordt altijd contact opgenomen met ouder(s)/verzorger(s). In overleg met ouder(s)/verzorger(s) wordt bekeken of de leerling naar huis wordt gestuurd of dient te worden opgehaald. Mocht uw zoon/dochter/pupil gebruik maken van schoolvervoer dient u het vervoersbedrijf waarmee uw kind gebracht wordt te waarschuwen. Als uw kind beter is neemt u weer contact op met het vervoersbedrijf, zodat uw kind weer wordt opgehaald. Indien u overdag de mentor van uw zoon / dochter wilt spreken dan gelieve niet tussen 8.30 uur en 15.00 uur te bellen. Vanwege lesactiviteiten is het niet mogelijk om op deze tijden door te verbinden. Mocht het dringend zijn dan wordt u doorverbonden met de locatiedirecteur Dhr. R. Thimister.
Samenstelling en redactie: School Don Bosco Maastricht
Druk: Drukkerij Comar, Margraten
Maastricht, 2012
Anjelierenstraat 40 6214 SW Maastricht
telefoon 043-3467777 www.donboscoschool.eu
DON BOSCO - Doeltreffend Speciaal