S C H O O L G I D S. Basisschool Willem Christiaans. Schooljaar. Tel: Mail: Dorpsstraat 33, 5846 AB Ledeacker

S C H O O L G I D S Basisschool Willem Christiaans Tel: 0485 381200 Mail: [email protected]

Dorpsstraat 33, 5846 AB Ledeacker

1

Schooljaar 2011-2012

Inhoudsopgave. Voorwoord. Directie College van Bestuur Blz: Hfdst.1.

Onze school

1.1

Huidige situatie

1.2

Welke functies zijn er bij ons op school.

1.3 1.4

Hfdst.2

Leerling- en ouderpopulatie Overige omstandigheden

De opdracht van onze school

2.1

Waar staan wij voor? De visie van onze school.

2.2

Wat komt er op ons af. Samenwerkingsverband WEB

2.3

Wat willen wij? Onze missie, de gewenste kwaliteit

2.4

Beleidsvoornemens

Hfdst.3

De onderwijskundige vormgeving van onze school

3.1

De onderwijskundige doelen

3.2 3.3

De ordening van de inhoud van het onderwijs

3.4

De opbrengsten

3.5 Hfdst.4

Speciale voorzieningen in het schoolgebouw

Een toelichting op de vakken

De zorg voor kinderen Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school De speciale zorg voor kinderen. Schoolmaatschappelijk werk Zieke leerlingen De permanente Commissie Leerlingenzorg, PCL Onderwijskundige rapporten Aanmelding van kinderen met een “Rugzak” Logopedie op school. Jeugdtandverzorging Leesproblemen en dyslexie Overgang van kinderen van groep 2 naar groep 3

Hfst.5

De ouders Informatievoorziening aan ouders Maatregelen om lesuitval en schoolverzuim tegen te gaan Regels voor vrijstelling van het onderwijs en de vervangende activiteiten Regels voor toelating, schorsing en verwijdering. Oudervereniging Regels m. b. t. ondersteunende werkzaamheden van ouders De vrijwillige ouderbijdrage

Voor- tussen en naschoolse opvang Medezeggenschapsraad

2

7

8 8 8 9 13 14 14 16 17 22 23 24 24 24 25 25 26 26 27 27 27 28 29 29 29 30 30 30 30 31 32 32 32

Bijlagen: A B C D E F G H I J K L M N O P R

3

Klassenverdeling Verzuim van leerkrachten Vrije dagen en vakanties. Activiteitenoverzicht schooljaar 2011- 2012 Verlofregelingen voor kinderen betreffende familieomstandigheden. Regels met betrekking tot leerlingendossiers. Klachtenregeling. Modelovereenkomst vrijwillige ouderbijdrage Schoolregels Model privacyovereenkomst. Sponsoring Regels m.b.t. ondersteunende werkzaamheden van ouders. Vervoer van kinderen. Adressen. Brigadierlijst 2011 – 2012. Lijst van meefietsen Instemming MR.

33 34 35 36 38 39 39 43 44 45 47 48 48 50 54 55 57

Voorwoord van de directeur Voor u ziet u de nieuwe schoolgids voor schooljaar 2011 -2012. De schoolgids is een belangrijk instrument in de communicatie tussen school en ouders. Deze communicatie is van groot belang en moet dus van een hoog gehalte zijn. Elk jaar weer proberen we dit zo goed mogelijk te doen. Dit schooljaar krijgt u een volledige schoolgids. Op verschillende plaatsen is hij aangepast aan de huidige situatie. We hopen dat u er een goed gebruik van kunt maken van deze schoolgids met voor u, als ouders, veel nuttige informatie. Wanneer u suggesties heeft voor verbetering of aanvulling van deze schoolgids houden wij ons aanbevolen. Ook als er fouten instaan betreffende huis- of telefoonnummers wilt u die dan aan ons doorgeven. Tot slot wens ik u een goed schooljaar toe.

Rien van de Steeg

4

Van het College van Bestuur "Sámen

sterker in onderwijszorg, onderwijskwaliteit en onderwijsvernieuwing"

Stichting Primair Onderwijs "Peelraam" is op 1 januari 2007 ontstaan uit een fusie tussen Stichting Basisonderwijs Gezamenlijk Overleg Sint Anthonis en Rijkevoort (Goser) en Stichting Katholiek Basisonderwijs Mill C.A. (SKBM). Een jonge stichting in de startblokken van een uitdagend, rijk en gezamenlijk creatieproces van de organisatie. Stichting Peelraam vormt het bevoegd gezag van 13 basisscholen met circa 2.100 leerlingen en 220 personeelsleden. Stichting Peelraam werkt volgens het Raad van Toezicht model. In dit model heeft de Raad van Toezicht (RvT) gedelegeerde bevoegdheden overgedragen aan het College van Bestuur (CvB). De RvT houdt toezicht op en controleert het CvB achteraf. Het College van Bestuur houdt toezicht op de uitvoering van beleid in de scholen. Het CvB geeft daarbij leiding aan integraal verantwoordelijke directeuren. Het CvB legt verantwoording af aan de RvT over de resultaten van de stichting. In deze structuur zijn de directeuren van de afzonderlijke scholen integraal verantwoordelijk voor de resultaten van hun school en geven derhalve ook integraal leiding aan hun school. De directeuren hebben binnen het strategisch beleid en de strategische kaders van de stichting de vrijheid hun eigen beleid te voeren op de scholen. De directeuren leggen op hun beurt verantwoording af aan het CvB over de resultaten van de scholen waaraan zij leiding geven en over hun bijdrage aan de ontwikkeling van de stichting. Menselijke maat Voor Stichting Peelraam blijft een duidelijke communicatie met betrokkenen en de menselijke maat een belangrijk uitgangspunt. Met de fusie denken beide voormalige besturen een krachtige organisatie neergezet te hebben, waarbij de kwaliteit van onderwijs op elke school gegarandeerd blijft of verhoogd kan worden. De krachten worden met name gebundeld door de benoeming van een lid van het College van Bestuur die meer invloed in de plaatselijke, regionale en landelijke contacten met (overheids-)instellingen en andere schoolbesturen kan uitoefenen. Daarnaast worden de ondersteuningsmogelijkheden ten dienste van de scholen, personeelsleden en ouders groter. Goed onderwijs Stichting Peelraam wil binnen haar scholen eigentijds goed onderwijs realiseren. Het onderwijs richt zich op de mogelijkheden en talenten van kinderen en gaat uit van een maximale persoonlijke groei. Het onderwijs sluit aan bij de belevingswereld van kinderen en de verschillen tussen kinderen in herkomst, mogelijkheden en belangstelling. Er wordt geïnvesteerd in leerarrangementen voor alle kinderen. Er wordt maatwerk geboden (passend onderwijs). Stichting Peelraam is gericht op de persoonlijke ontplooiing van ieder kind. Elk kind dient uitgedaagd te worden om zich binnen zijn / haar grenzen maximaal te ontwikkelen, met als doel kinderen zo toe te rusten dat zij verantwoordelijke, kritische en volwaardige deelnemers aan onze samenleving kunnen zijn. Elk kind dient uitgedaagd te worden om het maximale uit zijn persoonlijke groei te halen, zowel op cognitief als sociaal-emotioneel gebied. Stichting Peelraam gaat uit van een gezamenlijke pedagogische verantwoordelijkheid van ouders en de school. Ouders / verzorgers worden gezien als (educatief) partner en worden actief betrokken bij de schoolontwikkeling.

5

Het ICT-beleid van Stichting Peelraam is erop gericht om het primaire proces en de onderwijsondersteunende processen maximaal te ondersteunen. Samenwerken (verantwoorden) In Stichting Peelraam staat het kind centraal. Er is een zorgplicht. Er is een passende plaats voor ieder kind binnen Stichting Peelraam. Ook is er sprake van solidariteit tussen scholen als het gaat om de opvang van kinderen. Er is een zorgnetwerk dat ondersteunend is voor de leerkracht. Zorg is gericht op het handelen van deze leerkracht. Alle scholen hebben een zorgstructuur. De zorg binnen Peelraam en de scholen is gerelateerd aan de zorg binnen het samenwerkingsverband WSNS (zorgplan). Stichting Peelraam kiest voor brede scholen waar mogelijk. De school wordt een ontmoetingscentrum op vele terreinen en heeft een belangrijke taak in het zorgen voor samenhang in de gemeenschap. Stichting Peelraam is gericht op een sociale en rechtvaardige samenleving. De stichting is maatschappelijk betrokken, heeft oog voor de ontwikkeling van kinderen en hun ouders in de maatschappij. Leerlingen worden vaardigheden en kennis bijgebracht die hen in staat stellen volwaardig deel te nemen en bij te dragen aan de moderne samenleving. Lerende organisatie Stichting Peelraam creëert een rijke leeromgeving voor alle betrokkenen. Kinderen, leerkrachten en leidinggevenden. Er is sprake van een professionele organisatie, die in alle lagen deskundigheid en een hoog ambitieniveau heeft. Men maakt gebruik van elkaars kwaliteiten en competenties. Men deelt kennis en er heerst een cultuur van bevragen, reflecteren, verantwoorden (geven en nemen) en feedback geven. Binnen de kaders van gemeenschappelijk uitgesproken ambities is er veel ruimte voor de professional, de leerkracht. Hij/zij is bepalend voor het primaire proces. Stichting Peelraam innoveert continu ten behoeve van het primaire proces. Stichting Peelraam is een lerende organisatie, welke wordt uitgedaagd door nieuwe ontwikkelingen. Stichting Peelraam streeft een professionele organisatie en cultuur na waar medewerkers binnen een open en veilige cultuur professioneel met elkaar samenwerken en elkaar kunnen (aan)spreken. Kwaliteit van onderwijs staat voorop; verschillen in kwaliteiten tussen professionals worden onderkend (ondanks dat iedereen als mens gelijkwaardig is). Doordat verschillen worden gewaardeerd en het personeel zichzelf en elkaar accepteert (in het eigen kunnen en niet kunnen) ontstaat er ruimte voor talenten. Proactief sturen en faciliteren als hulpmiddel Stichting Peelraam heeft een heldere koers en strategie met heldere doelen en resultaten. De stichting hecht eraan dat scholen hun eigen identiteit ontwikkelen, in samenspraak met de ouders en met de omgeving waarin de school opereert. Er zijn korte contactlijnen en een open communicatie en een transparante besluitvorming. Er is een sfeer van vertrouwen. Er wordt geïnvesteerd in het welbevinden en de professionalisering van de medewerkers door scholing en begeleiding. Er zijn duidelijke beschrijvingen van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Stichting Peelraam heeft een katholieke identiteit. Stichting Peelraam wil haar verantwoordelijkheden richting kinderen, ouders / verzorgers, andere belanghebbenden in de regio en de overheid gestalte geven vanuit deze katholieke identiteit. Stichting Peelraam beschouwt het financiële beleid als een integraal onderdeel bij het realiseren van de strategische doelstellingen van de organisatie. Het financiële beleid is degelijk en transparant. De huisvesting van Stichting Peelraam sluit zo veel mogelijk aan bij de (onderwijs)visie van de school. De huisvesting van de school is veelal de eerste indruk voor leerlingen en ouders en van groot belang bij de schoolkeuze. Stichting Peelraam heeft zich ten doel gesteld te zorgen dat alle scholen binnen de stichting een aantrekkelijk gebouw hebben, dat voldoet aan de minimum standaard van de stichting ten aanzien van huisvesting.

6

A.G.M. (Lowi) van der Mark, voorzitter College van Bestuur

HOOFDSTUK 1.

ZE SCHOOL

1.1. HUIDIGE SITUATIE

Basisschool Willem Christiaans is een katholieke dorpsschool. In de omgeving is geen openbare basisschool: - de school is toegankelijk voor alle kinderen, ongeacht hun godsdienst of levensbeschouwing; - het personeel dat aan de school benoemd wordt, dient de uitgangspunten van de school te onderschrijven en er daadwerkelijk vorm aan te geven. 1.2. WELKE FUNCTIES / TAKEN ZIJN ER BIJ ONS OP SCHOOL. -

Directeur: Bij ons op school is er één directeur. Hij geeft leiding aan de school; Wnd. Directeur. Zij geeft les en vervangt de directeur als hij afwezig is; Interne begeleider (I.B.er): Zij moet er voor zorgen dat de zorgvraag van het individuele kind wordt onderkend en is voor de collegae de coach in het onderwijsproces. Groepsleraar: Hij/zij moet lesgeven, meewerken aan bovenschoolse activiteiten en hij/zij kan een bijzondere functie hebben, bijv. als ICT-er. Interieur verzorgster: Zij moet de school schoonhouden; Conciërge: Hij draagt zijn steentje bij in onderwijs ondersteunende activiteiten. Preventiemedewerker: Zij zorgt voor de veiligheid in het schoolgebouw.

In Bijlage- Adressen kunt U de namen en adressen vinden; In Bijlage A- Klasssenverdeling kunt U zien in welke groepen de leerkrachten werken. 1.3. LEERLING- EN OUDERPOPULATIE De kinderen van onze school komen voornamelijk uit Ledeacker. Een klein aantal woont in Sint Anthonis. De ouders hebben over het algemeen een MBO / HBO opleiding. Veel ouders werken in loondienst buiten het dorp. In toenemende mate nemen beide ouders deel aan het arbeidsproces. De school krijgt mede dankzij de inzet van contactouders voldoende hulp van ouders. Van de mogelijkheid om de kinderen te laten overblijven wordt steeds meer gebruik gemaakt. In het algemeen spreken de kinderen ABN. Dialect -sprekende kinderen komen weinig voor.

7

In de Bijlage-Adressen leerlingen kunt U de adressen van de leerlingen per groep vinden.

1.4. OVERIGE OMSTANDIGHEDEN Omstandigheden die van invloed zijn: - Basisschool Willem Christiaans telt ongeveer 64 leerlingen. Deze zijn verdeeld over 3 groepen. De komende jaren gaat het leerlingenaantal door een geringe aanwas in een flink tempo omlaag. - In voorkomende, speciale gevallen gaan kinderen uit Ledeacker naar school in St. Anthonis of omgekeerd en komen kinderen uit St. Anthonis naar school in Ledeacker. Dit laatste komt vaker voor. Ouders kiezen dan voor de onderwijsvorm die onze school biedt. Voor ouders kan ook de kleinschaligheid de doorslag geven bij de schoolkeuze. Als een kind van basisschool verandert, is er altijd vooroverleg op directieniveau. - De gemeente Sint Anthonis telt 7 basisscholen. Alle 7 zijn bijzondere scholen; - Onze school hoort bij Stichting Primair Onderwijs Peelraam. Onder het bestuur van Peelraam vallen de scholen in de gemeenten Mill en St. Anthonis en de school in Rijkevoort. Op deze scholen zitten samen ongeveer 2100 kinderen; - Basisschool Willem Christiaans wil zich profileren door in het onderwijs daar waar mogelijk het passend onderwijs in te passen.

HOOFDSTUK 2.

DE OPDRACHT VAN ONZE

SCHOOL 2.1. DE VISIE VAN ONZE SCHOOL We willen onze visie relateren aan de visie die Stg Primair Onderwijs Peelraam heeft opgesteld. Onze visie past bij onze identiteit. Visie. Bij het onderdeel de Samenwerking tussen de scholen van “WEB” kunt u de visie van de school lezen. 2.2. WAT KOMT ER OP ONS AF

8

Onderwijs is in beweging. Dit houdt in dat er steeds veranderingen plaatsvinden. De terugtredende overheid zorgt ervoor dat de schoolbesturen steeds autonomer worden. Tegelijkertijd zorgt dit voor ontwikkelingen op lokaal niveau . Bestuurlijk is onze school een deel van de Stichting Primair Onderwijs Peelraam waaronder 13 scholen ressorteren. Stichting Primair Onderwijs Peelraam heeft als bestuursvorm een College van Bestuur. Hierin heeft Dhr van der Mark zitting. Naast het College van Bestuur is een staf van directeuren werkzaam op de gebieden: Onderwijs, Personeel en Financieel - Materieel. Samenwerking met het speciaal onderwijs staat centraal in WSNS. Veel aandacht wordt besteed aan de samenwerking tussen het reguliere basisonderwijs en het speciaal onderwijs. Doel van de samenwerking is stabilisering dan wel terugdringing van het aantal verwijzingen. Het basisonderwijs krijgt in specifieke gevallen steun. Verder is de interne begeleider een steeds belangrijker persoon. Per 1-8-2003 is de wet “Leerling-gebonden financiering” van kracht ook de wet ‘Rugzak’ genoemd, zodat kinderen met een handicap, zorg en onderwijs kunnen inkopen. Onze school heeft hiermee ook te maken, omdat kinderen ook vanuit de basisschool zorg vragen Om er voor te zorgen dat ieder kind een ononderbroken ontwikkeling kan doormaken en dus de schoolcarrière af kan sluiten met een diploma wordt er beleid gemaakt van het volgen en sturen van de ontwikkeling van een leerling. Op gemeentelijk niveau is er een bundeling van onderwijs- en welzijnsorganisaties. Wat het leerlingenaantal betreft zijn onze prognoses niet positief. Vanaf schooljaar 2008-2009 hebben we te maken gehad met een behoorlijke terugloop van aanmeldingen. Dit houdt in dat in de nabije toekomst onze school ook minder personeelsformatie heeft.

Samenwerkingsverband WEB = Willem Christiaans- Pater Eymard – Berg en Beek Inleiding De afgelopen drie schooljaren (2008 – 2011) hebben de basisscholen Berg en Beek en Willem Christiaans op een groot aantal vlakken met elkaar samengewerkt. Dit heeft voor beide scholen veel positieve ervaringen opgeleverd. De samenwerking was positief voor het onderwijs op beide scholen en werd als zodanig ook ervaren door de teamleden. Deze ervaringen, maar ook onderstaande actuele ontwikkelingen, hebben ertoe geleid dat het College van Bestuur in februari 2011 heeft besloten dat het samenwerkingsverband Berg en Beek – Willem Christiaans wordt uitgebreid met een derde school, basisschool Pater Eymard. In augustus 2011 wordt de pilot ‘samenwerking scholen’ opgestart. Samenwerking betekent geen scholenfusie. Uitgangspunt hierbij is dat elke school blijft bestaan. Wel komt er een nieuwe structuur. Scholen worden immers aan elkaar gekoppeld. Waarom samenwerking? Sinds 3 jaar wordt de Stichting Primair Onderwijs Peelraam geconfronteerd met een daling van het aantal leerlingen. In 2010 was het totaal aantal leerling 2210. Volgens de prognose zal dit aantal in 2019 gedaald zijn naar 1694 leerlingen. Dit geeft aan dat vanaf laatste teldatum nog een daling van 500 leerlingen te verwachten is. Als scholen kleiner worden, wordt direct gekort op de inkomsten van de school. Dit heeft als gevolg gedwongen ontslag van medewerkers, leegstand in de schoolgebouwen en de materiële instandhouding van scholen staat onder druk. Met name het moeten bezuinigen op leerkrachten brengt de kwaliteit van het onderwijs in gevaar. Minder leerkrachten in een school betekent minder jaargroepen met meer kinderen in de groep en/of meerdere jaargroepen bij één leerkracht. Peelraam heeft de ambitie de kwaliteitsnorm van het onderwijsaanbod onveranderd hoog te houden. Elk kind moet een passend onderwijsaanbod krijgen om zich optimaal te kunnen ontwikkelen binnen een positief pedagogisch klimaat. Daar waar Peelraam zich zorgen moet gaan maken over de kwaliteit van het onderwijs, wil zij ingrijpen. Men wil niet afwachten en pas in actie komen als een school in de problemen komt. Peelraam kiest voor proactief beleid om te voorkomen dat er sterfhuisconstructies gaan ontstaan. Afspraak binnen het huidige beleid is het streven om in de kerkdorpen een eigen onderwijsvoorziening te houden. Hierbij moeten we het sociaal welbevinden van de leerlingen goed in het oog houden. Actuele ontwikkelingen:  De daling van het leerlingenaantal in zowel de kern Sint Anthonis als in de kerkdorpen;  De daling van de werkgelegenheid voor Peelraam als gevolg hiervan (personeelsstop);  De directe bedreiging voor onderwijskwaliteit van met name de kleinste scholen;

9

 De financiële situatie van Peelraam en aangekondigde bezuinigingen door de overheid. De behoefte aan brede scholen / integrale kindcentra; Passend onderwijs en zorgplicht

 

Het College van Bestuur heeft een stuurgroep (bestaande uit de drie directeuren en de adjunct directeur van BS Berg en Beek) de opdracht gegeven om te komen tot een organisatie die zorgdraagt voor blijvend goed onderwijs en management en een professioneel gefaciliteerd team op de scholen in Sint Anthonis, Ledeacker en Stevensbeek. De stuurgroep dient rekening te houden met de volgende gegevens en ontwikkelingen: *Een kwalitatief goed onderwijsaanbod, waarbij geanticipeerd wordt op de nieuwste ontwikkelingen binnen passend onderwijs. *Het samengaan van onderwijs en opvang in 2015, zoals is aangekondigd door de staatssecretaris. *De ontwikkeling in leerlingenaantallen voor de periode 2010/2020, volgens de leerling-prognose 2010 en de diverse landelijke nota’s ‘krimpende kernen’. *De toenemende financiële noodzaak om scholen samen te voegen. *De bezuinigingen als gevolg van economische crisis opgelegd door het ministerie met ingang van schooljaar 2010-2011 waaronder een korting op de gelden van Bestuur en Management. *Het in hoog tempo afnemen van de vrije reserves van Peelraam als gevolg van bovenstaande *financiële knelpunten die ten laste zullen komen van de vrije reserves. *De dreigende leegstand binnen de drie kernen. *Het efficiënt gebruiken van de schoolgebouwen passend bij de leerlingaantallen. *Een belangrijk uitgangspunt is het streven van Peelraam om samen met Springkinderopvang integrale kindcentra te realiseren. In deze kindcentra bieden Peelraam en andere partners dagarrangementen voor kinderen en ouders. Uiteraard wordt tevens gekeken naar andere partners die een belangrijke rol kunnen spelen in het vormen van dagarrangementen. We denken hierbij aan samenwerking met sport-, cultuur-, dorps- en wijkorganisaties. We zien tevens een aantal ontwikkelingen die de kwaliteit van onderwijs onder druk zetten - lumpsum en bezuinigingen. - Integrale kindcentra en brede scholen: samengaan van onderwijs en opvang in 2015. - Steeds grotere verantwoording van de inzet van middelen in relatie tot de behaalde resultaten. - Andere rol van de directeur: onderwijskundig leider en aanstuurder van professionals. - Andere rol van de leerkracht: van docent naar begeleider van een kind. - Referentiekader doorlopende leerlijnen taal en rekenen. - Wet “Passend Onderwijs”. Kwaliteit van het onderwijs speelt bij dit alles een belangrijke rol. Bij het bepalen van deze kwaliteit wordt een 6-tal indicatoren betrokken. In willekeurige volgorde:  een goed pedagogisch klimaat  sociaal welbevinden van kinderen  passende onderwijsopbrengsten  hoog kwalitatief onderwijsaanbod  vakbekwame leerkrachten  goed functioneren zorgsysteem en management Bovenstaande vraagt nog om een verdere uitwerking binnen de Stichting Peelraam. Goed pedagogisch klimaat Om een goed pedagogisch klimaat te kunnen realiseren heb je een bepaald aantal kinderen nodig. Opvoeden is in eerste instantie een zaak van ouders. Opvoeden binnen de schoolcontext betekent normen en waarden aanleren, voorbeeld geven en voorbeeld zien, maar ook ongewenst gedrag zien om te zetten in gewenst gedrag. Naast volwassenen hebben kinderen hier ook leeftijdsgenoten voor nodig. Hierbij speelt ook het sociaal welbevinden van kinderen een rol. Kinderen in een te kleine school zitten met weinig tot heel weinig leeftijdsgenoten in de groep. Dus jarenlang weinig keuze in vriendschappen. Deze kinderen zitten vaak meerdere schooljaren achter elkaar bij dezelfde leerkracht. Bij passende onderwijsopbrengsten bedoelen we de leerresultaten van de leerlingen op de specifieke 10

school. De leeropbrengsten op de ene school mogen anders zijn dan op de andere. Dat heeft te maken met de populatie. Alle scholen moeten voldoen aan de door de inspectie gehanteerde kwaliteitsnorm “Elk kind moet een passend onderwijsaanbod krijgen om zich optimaal te ontwikkelen”. Het hoog kwalitatief onderwijsaanbod staat dus onder druk. Een krimpende school krijgt steeds minder inkomsten. Er is steeds minder formatie voor de school. Er komen steeds minder groepen met meer leerlingen in de totale groep. Echter de opbrengsten moeten er wel zijn. Hoe bekwaam een leerkracht ook is, de enorme verscheidenheid aan leerlingen in verschillende groepen kan niet adequaat bediend worden. Op basis van goed werkgeverschap moet de belastbaarheid van leerkrachten heel consciëntieus in de gaten gehouden worden. Want leerkrachten voelen zich enorm verantwoordelijk voor hun werk. In het inspectieverslag “De staat van het onderwijs 2008/2009” (meest recent) staat: De inspectie beoordeelt de afstemming van instructie en verwerking op onderwijsbehoeften van leerlingen op kleine scholen vaak als onvoldoende. Omdat leraren hier altijd lesgeven aan combinatie-groepen is afstemming extra van belang. De kwaliteit van het onderwijs op kleine scholen is bovendien kwetsbaar, omdat de impact van één zieke of minder competente leraar relatief groot is” Zoals eerder aangegeven speelt de wetgeving rond passend onderwijs een belangrijke rol de komende jaren. Een en ander zal op de scholen een enorme impact hebben. Kinderen dienen, nog meer dan nu het geval is, op de eigen school een betekenisvol onderwijsaanbod te krijgen. Een aanbod dat goed aansluit op de ontwikkelings- en opvoedingsvragen van het kind; dus onderwijs dat past bij de leer- en ontwikkelvragen van ieder kind. Dit vraagt grote inspanning van leerkrachten om meer specifieke deskundigheid te ontwikkelen. Daarnaast is het van belang om een goede zorgstructuur en leerlingbegeleiding in te richten op scholen. Dit om het onderwijs- en ontwikkelaanbod nog nadrukkelijker aan te laten sluiten op wat kinderen nodig hebben, van hoog- en meerbegaafde tot zwak lerende kinderen. Van leerkrachten mag verwacht worden dat zij onder andere het volgende kunnen realiseren: - de leervraag van het kind centraal stellen (kind heeft recht op een passend leerarrangement); - het kind een uitdagende leeromgeving bieden; Hierbij staan een aantal waarden en opdrachten centraal: - sociale redzaamheid - coöperatief leren - communiceren - ICT - blijvende ontwikkeling - uitgaan van het ontwikkelingsperspectief van dit kind; - goede aansluiting bij het VO (zie ook doorgaande leerlijn) - werken met andere professionals (binnen en buiten de school); - goede afstemming zorgvragen Dit vraagt om een verdergaande professionalisering van directie en vooral leerkrachten. In de scholen van Peelraam heeft de directeur bij voorkeur geen groepsverantwoordelijkheid of lesgevende taken. Uiteraard is hierbij ‘de balans’ directeur / medewerkers een belangrijke factor. Om de gegeven taken als directeur optimaal uit te kunnen voeren en de verantwoordelijkheid daadwerkelijk waar te kunnen maken dient de directeur zich op een voldoende wijze kunnen concentreren op het directeurschap.

11

Ouders Ouders worden steeds meer betrokken bij het onderwijs. Ouders willen op de hoogte gehouden worden van het onderwijs dat hun kind ontvangt. Niet alleen het cognitieve aspect is van belang, maar ook de sociaalemotionele ontwikkeling van het kind is belangrijk. Aan het eind van de schoolperiode willen ouders dat hun kind een brede ontwikkeling heeft doorgemaakt en dat het kind klaar is ‘om de maatschappij aan te kunnen’. Doordat deze maatschappij steeds hogere eisen stelt aan de kinderen, steeds ingewikkelder wordt en normen en waarden steeds meer dreigen te vervlakken, stelt het onderwijs hogere eisen aan de begeleiding van het kind. Onderwijs en opvoeding worden steeds meer toegesneden op het individuele kind. Het veranderende kind dat de school bezoekt, is een kind dat individuele aandacht vraagt. Het is mondiger, minder zelfstandig, sociaal zoekend. Het onderwijs moet daar, door het te geven onderwijs, op in spelen. De schoolgids is een instrument waardoor ouders steeds intensiever op de hoogte gebracht worden van de schoolontwikkeling. Ouders krijgen ook meer inspraak. Door enquêtes wordt bijvoorbeeld rekening gehouden met de wensen en klachten van de ouders. Leerkrachten en ouders moeten samenwerken aan de opvoeding van de jongeren. De school wordt steeds meer een instantie die met open oog naar anderen kijkt. Samenwerking op velerlei gebieden is gevraagd en wordt ook gerealiseerd. In dit verband kan genoemd worden: -

De Bestuurlijke Samenwerking; Het netwerk van de interne begeleiders; Het overleg van de I.C.T.’ers; Verschillende overlegmomenten tussen leerkrachten. De studiedag van de leerkrachten van Stg Primair Onderwijs Peelraam;

Allerlei instanties komen voor samenwerking c.q. raadpleging in aanmerking. Te denken valt aan: 12

Stichting Onderwijs en Levensbeschouwing; De gemeente Sint Anthonis; OBD Giralis/BCO Samenwerking ‘Gemeenten Land van Cuyk; De Meander. De Brede School Pabo’s en Scholingsinstituten;

2.3. WAT WILLEN WIJ? ONZE MISSIE. DE GEWENSTE KWALITEIT Zie ook 1.1. Huidige situatie Het team van de BS Willem Christiaans heeft haar visie, samen met de andere scholen van het WEB, geformuleerd. De volgende uitgangspunten worden daarbij gehanteerd: Vanuit de visie formuleren we onze missie: “Waar gaan we voor” We kunnen dit aangeven vanuit een aantal hoofdpunten. Deze worden in een later stadium verder uitgewerkt.  

Werken met heterogene groepen waarin het dragen van verantwoordelijkheid van groot voor klein. Zorg op maat voor elk kind, zowel op cognitief gebied als op sociaal-emotioneel gebied.

   

Kinderen moeten zich op school veilig en prettig voelen. Er moet een zo naadloos mogelijke aansluiting bestaan met het voortgezet onderwijs. Van zelfstandig werken naar zelfstandig leren. Kinderen zelf verantwoordelijk laten zijn voor het leerproces, maar er rekening mee houden dat niet alle leerlingen dit kunnen. Een registratie van de voortgang van de ontwikkeling door de gehele school. De vaardigheden ontwikkelen om kennis te zoeken / vinden met hulp van de moderne media. Aandacht schenken aan de veelzijdigheid van de samenleving. Dit vertaalt zich in het houden van projecten zoals “Jodendom” en doe-creaochtenden, contacten met ouderen in het dorp. Aandacht voor de ontwikkeling van “het hele kind” zowel op cognitief als creatief gebied. Een tijdige en open communicatie naar ouders. Uitgaande van een gezamenlijke pedagogische verantwoordelijkheid van ouders en school. Een aantrekkelijk schoon gebouw. De ruimten moeten aantrekkelijk en hygiënisch verantwoord zijn.

     

Wij, het team van Basisschool Willem Christiaans, willen deze consequenties realiseren en regelmatig nagaan of onze activiteiten eraan voldoen.

13

2.4. BELEIDSVOORNEMENS 1.

Met de visies, de bijbehorende consequenties en de missie de komende jaren richting geven aan activiteiten en het ontplooien van nieuwe activiteiten. 2. Vanuit “Wat werkt op school” gaan we het pedagogisch handelen van de leerkrachten vergroten en op elkaar afstemmen. 3. Beleid t.a.v. hoogbegaafdheid bij kinderen. 4. Verdere kennismaking met het fenomeen “Integraal Kind Centrum”. Dit doen we door het houden van info- avonden en studiemiddagen. 5. De verdere oriëntatie en implementatie van het vakgebied techniek. 6. De opbrengsten van de verschillende vakgebieden worden structureel geanalyseerd, geëvalueerd en plannen van aanpak opgesteld en daar waar nodig bijgesteld. 7. Het ontwikkelen van criteria t.b.v.ontwikkelingsperspectief. 8. HGPD. Handelings Gerichte Proces Diagnostiek. Waarin de zorg voor het kind en het ontwikkelen van groepsplannen aan de orde komt. 9. De leerkrachten gaan deelnemen aan de cursus coöperatief leren. 10. De implementatie van de nieuwe rekenmethode “Alles telt”. 11. Het voltooien van de implementatie van de nieuwe methode voor het voortgezet technisch lezen, Estafette en verdere scholing in woordenschat en begrijpend lezen.

HOOFDSTUK 3.

DE ONDERWIJSKUNDIGE VORMGEVING VAN ONZE SCHOOL

3.1. DE ONDERWIJSKUNDIGE DOELEN Onze onderwijskundige doelen zijn in de eerste plaats de doelstellingen zoals die in het artikel 8 van de Wet op het Basisonderwijs zijn omschreven: Artikel 8: 1.Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. Het wordt afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. 2.Het onderwijs richt zich in elk geval op de emotionele en de verstandelijke ontwikkeling, en op het ontwikkelen van de creativiteit, op het verwerven van de noodzakelijke kennis en van sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden. 3.Het onderwijs gaat er mede van uit dat de leerlingen opgroeien in een multiculturele samenleving. 4.Ten aanzien van leerlingen die extra zorg behoeven, is het onderwijs gericht op individuele begeleiding die is afgestemd op de behoefte van de leerling.

Het basisonderwijs, bestemd voor kinderen vanaf vier jaar, is dus verplicht zich te richten op: - de emotionele ontwikkeling; - de verstandelijke ontwikkeling; - het ontwikkelen van de creativiteit; - het verwerven van noodzakelijke kennis; - het verwerven van sociale vaardigheden; - het verwerven van culturele vaardigheden; - het verwerven van lichamelijke vaardigheden. Wij interpreteren dat als volgt: In de Wet op het Basisonderwijs wordt gesproken over de emotionele ontwikkeling en het verwerven van sociale vaardigheden.

14

Sociaal-emotionele ontwikkeling. Wij werken aan deze vaardigheden in de dagelijkse gebeurtenissen, maar ook specifiek door het geven van lessen waarin aspecten op het sociaal– emotionele vlak voorkomen. Aspecten van desociaal-emotionele ontwikkeling zijn: a. het samenwerken, het samen spelen, het samen kunnen delen, hulpvaardig zijn; b. respect hebben voor elkaars mening en inbreng; c. elkaar de ruimte geven om zelfontdekkend bezig te zijn; d. het kunnen oplossen van conflictsituaties; e. het kunnen inleven in gevoelssituaties; f. anderen accepteren en respecteren in hun anders zijn; g. een gevoel van saamhorigheid. De verstandelijke ontwikkeling: De school ontwikkelt bij het kind vaardigheden om kennis te verwerven. Kinderen hebben een individuele ontwikkeling. De school geeft kinderen de kans zich verder te ontplooien en stimuleert hen om nieuwe vaardigheden te verwerven. Het ontwikkelen van creativiteit: Kinderen moeten de kans krijgen om creatief bezig te zijn om hun creatieve gaven verder te ontwikkelen. Deze ontwikkeling krijgt een kans in alle vak- en vormingsgebieden. Aspecten verbonden met de ontwikkeling van de creativiteit zijn onder meer het ontwikkelen van creativiteit in ruimere zin: - zelfontdekkend bezig zijn - komen met eigen oplossingen - verschillende oplossingen vinden voor één probleem - experimenteren - het toepassen van kennis en vaardigheden in uiteenlopende situaties - het ontwikkelen van creativiteit in het kader van de expressievakken. Het verwerven van de noodzakelijke kennis Om te kunnen functioneren in de maatschappij moet de leerling een aantal basisvaardigheden en minimale noodzakelijke kennis hebben. Wat deze noodzakelijke kennis is, staat omschreven in de kerndoelen. Het verwerven van culturele vaardigheden Onder culturele vaardigheden wordt verstaan: luisteren, spreken, schrijven, rekenen, gezond gedrag en sociale redzaamheid. Het verwerven van lichamelijke vaardigheden Het verwerven van lichamelijke vaardigheden is behalve doel op zich ook van belang voor de verstandelijke en sociaal- emotionele ontwikkeling van de kinderen. Andere onderwijskundige doelstellingen van onze school zijn: -Het leggen van een basis voor een vorm van voortgezet onderwijs, die past bij het niveau en de interesse van het kind; -Het functioneren van de school als deel van de dorpsgemeenschap en de gemeenschap in het algemeen. Uiteraard zijn de kerndoelen van de overheid ook de doelen van onze school.

15

3.2. DE ORDENING VAN DE INHOUD VAN HET ONDERWIJS Ordening van de inhoud van het onderwijs En de relatie van de inhoud van de ordening met de toetsing en rapporten Onderwijsinhouden Kring Werken met ontwikkelingsmateriaal. Nederlandse Taal Taalvaardigheden -mondeling -schriftelijk

Onderdelen Taalontwikkeling Taalontwikkeling Rekenontwikkeling Taal en lezen - Spreken - Luisteren - Schrijven - Spelling - Woordenschat

Toetsing Taal voor kleuters Rekenen voor kleuters

Luisteren Spelling/ spelling van werkwoorden vanaf gr.7 Woordenschat

Taalbeschouwing - Stellen - Boekbeoordeling Lezen

Engels Rekenen / wiskunde

Wereldoriëntatie

Levensbeschouwelijke vorming Sociaal-emotionele ontwikkeling

- Techn. lezen - Begrijpend lezen - Leesbeleving - Spreekvaardigheden - Schrijfvaardigheden - Getallen en bewerkingen - Meten, tijd en geld - Hoofdrekenen Aardrijkskunde Geestelijke stromingen Geschiedenis Natuur en Techniek Bevordering Gezond Gedrag Sociale redzaamheid / Verkeer Projecten Bijbelverhalen Methode

Kunstzinnige vorming / beeldende vorming

Muzikale vorming Dramatische vorming Bewegingsonderwijs

16

Tekenen Handvaardigheid Muziek / dans Drama Spel Gymnastiek Ritme en bewegen

Leestempo / DMT Begrijpend lezen

Rekenen en wiskunde Rekenen en wiskunde Rekenen en wiskunde Toetsen Toetsen (methode gebonden) Toetsen

Viseon

Voortgangsrapportage (De wijze waarop het welbevinden en de leervorderingen van de kinderen besproken worden met de ouders) Twee keer per jaar worden de ouders van groep 1 t / m 8 uitgenodigd voor een bespreking. In het eerste oudergesprek wordt voornamelijk gesproken over de sociaal-emotionele kant van het kind. In het tweede gesprek komen de resultaten van de toetsen (leerling- en onderwijsvolgsysteem,LOVS) aan de orde. Een oudergesprek duurt 10 minuten per leerling (of langer indien de leerkracht dit noodzakelijk acht.) Verder worden de ouders voor een gesprek uitgenodigd indien de leerkracht dit van belang vindt i.v.m. de vorderingen van het kind. Als ouders zelf behoefte hebben aan een gesprek, kunnen ze hiervoor altijd een afspraak maken, ook met de directie of interne begeleider. Ook de ouders van de kinderen in groep 1 worden jaarlijks uitgenodigd voor een oudergesprek.

3.3. EEN TOELICHTING OP DE VAKKEN GROEP 1 en 2

Algemeen Bij de kinderen van groep 1 is het in eerste instantie belangrijk dat ze wennen aan het naar school gaan. Er is aandacht voor gewoontevorming en regelmaat. De kinderen leren al spelend. Daarnaast worden de kinderen van groep 1 ook werkjes met korte en duidelijke opdrachten aangeboden. Dit gaat bij de kinderen van groep 2 door, maar hier hebben de leerkrachten een meer sturende rol. De kinderen van groep 2 worden ook allerlei speelse activiteiten aangeboden, die voorbereiden op het leren lezen, schrijven en rekenen in groep 3. De kinderen van groep 2 werken ook met werkbladen- boekjes. In het boekje staan verschillende opdrachten zoals telopdrachten, verschillen zoeken, schrijfoefeningen enz. De sociale en de emotionele ontwikkeling is natuurlijk ook heel erg belangrijk en spelenderwijs worden allerlei vaardigheden ontwikkeld. Er wordt gewerkt aan de hand van thema’ s uit de methode “Schatkist”, taal en rekenen. Daarnaast zijn er vaste thema’s die ieder jaar terugkeren, zoals de feesten en de seizoenen. Op deze manier leren de kinderen hoe de wereld in elkaar zit. Er is veel aandacht voor taalvorming omdat dit veelal de basis is voor veel ander leren. Regelmatig worden er observaties uitgevoerd om vroegtijdig eventuele problemen te signaleren. De dagindeling: ‘s Morgens:  De kring;  Buiten of binnen spelen  Fruit eten;  Werken met ontwikkelingsmateriaal en in de hoeken ’s Middags:  De kring;  Werken in heterogene groepen;  Spelen. 17

Voor kinderen in groep 1 en 2 is het belangrijk dat de dag een duidelijke structuur heeft: De kringactiviteiten:  Korte vertelkring. Elk kind mag iets vertellen als hij of zij dat wil;  Klassengesprek ( Samen praten over een onderwerp);  Vertelling;  Voorlezen;  Versje aanleren;  Liedje aanleren;  Prentenboek;  Spelletjes in de kring;  school TV;  Verjaardag vieren. Spelen buiten of binnen  Buiten spelen met het buitenspelmateriaal;  Vrij spelen in de speelzaal;  Gymles met toestellen of materialen in de speelzaal Fruit eten: De kinderen mogen iedere morgen fruit meebrengen. Dit wordt in de klas of soms buiten opgegeten. We stellen het op prijs als de kinderen alleen fruit of iets dergelijks meebrengen. Het meebrengen van koek wordt niet op prijs gesteld. Werken met ontwikkelingsmateriaal en in de hoeken: De kinderen werken elke week met verschillende soorten materialen zoals:  Kleur en vorm materialen;  Puzzels en lotto’s;  Voorbereidend lees-, schrijf- en rekenmateriaal;  De hoeken; de poppenhoek, de bouwhoeken themahoek.  Knutselen, tekenen en schilderen Eerste schooldag Op de eerste schooldag van uw kind mag u tijdens de kring mee kijken met de klas. Om goed te wennen is het echter van belang uw kind te stimuleren, om alleen naar binnen te gaan. Verjaardagen Bij verjaardagen wordt de jarige ‘s morgens in de kring door de groep gefeliciteerd. Dit is een goede gelegenheid voor een gezonde traktatie. Ouders zijn hierbij van harte welkom. Tekenboek / Letterboek Elk kind in de klas heeft een tekenboek. Op het einde van groep 2 krijgt het kind zijn / haar tekenboek mee naar huis. e Kinderen van groep 2 hebben een letterboek. In de 2 helft van het schooljaar wordt er elke week een letter aangeboden. De kinderen zijn dan op een leuke manier bezig met letters herkennen, kleuren, knippen en plakken. Dit is een goede voorbereiding voor het leren lezen in groep 3. Gymschoenen De kleuters moeten aan het begin van het schooljaar gemakkelijke gymschoenen, voorzien van hun naam, mee naar school brengen. Deze blijven dan op school, omdat bij slecht weer in de speelzaal gespeeld wordt. -Ouderinformatie Aan het begin van het schooljaar is er een ouderavond. Deze avond is voor alle ouders van kinderen uit groep 1-2-3-4. In november zijn er 10-minuten-gesprekken voor de ouders van de oudste kleuters. In maart zijn er gesprekken voor de ouders van de jongste en oudste kleuters.

18

Bij twijfels of problemen neemt de leerkracht contact op met de ouders. De ouders kunnen natuurlijk altijd bij de leerkracht terecht met vragen. De kinderen krijgen 2 x per jaar een overzicht. Leesonderwijs. Aanvankelijk lezen(groep 3): We werken met de methode Veilig Leren Lezen, nieuwe maanversie. De woorden worden op verschillende manieren aangeboden Ongeveer om de andere dag wordt er in de kring een globaalwoord aangeboden, zowel auditief, visueel als schrijfmotorisch. Drie belangrijke aspecten van de taal zijn: * Koppeling van klanken en letters. * Combinatie van letters en klanken tot woorden en zinnen. * De betekenis van woorden en zinnen. De globaalwoorden worden aangeboden door middel van zowel auditieve als visuele discriminatie, (verschillen zoeken), synthese (plakken) en analyse (hakken). De methode maakt het mogelijk om optimaal in te spelen op de verschillen binnen een groep 3. Voortgezet technisch lezen. Voor de groepen 4 tm 8 gebruiken we de methode “Estafette”. De leerlingen krijgen hierbij een leerstofpakket aangeboden dat bij hun eigen leesniveau past. De verschillen lopen door de jaargroepen heen. Kinderen krijgen een verschillende aanpak in de leesinstructie. De leerstofpakketten maken het mogelijk bepaalde kinderen zelfstandig te laten werken en geven de ruimte om zwakke lezers de instructie te geven waar zij behoefte aan hebben. Begrijpend lezen: We gebruiken de methode “Goed gelezen (nieuw) ”in de groepen 4 t / m 8. Er zijn leerkrachtgebonden lessen en lessen voor zelfstandig werk. Naast de methode Goed gelezen gebruiken we Nieuwsbegrip. Dit is een digitale “Krant” met actuele onderwerpen voor de leerkracht gebonden les. De baklessen gebruiken we voor de zelfstandige lessen. Deze leesvaardigheden, (o.a. hoofdzaken onderscheiden, de hoofdpersoon zoeken etc,) moeten de kinderen zich eigen maken. Daarna verwerken ze het geleerde bij het zelfstandig werken met leeskaarten. Er zijn drie verschillende niveaus. (Aanvankelijk) schrijfonderwijs: Methode: Pennenstreken Hierin wordt systematisch aandacht besteed aan de motorische ontwikkeling. Het is van belang dat het kind de symbolen of lettertekens goed weet te vormen. We leren de schrijfletters en cijfers aan met behulp van verbale, visuele en motorische ondersteuning. In het begin is het leren schrijven voornamelijk een technisch gebeuren, dat geautomatiseerd moet worden. In Pennenstreken worden de letters meteen in lopend schrift geschreven. Wanneer we de schrijftaal koppelen aan het gelezene, dan ontstaat er voor het kind een eenheid tussen lezen, schrijven en spellen binnen het taalonderwijs. Kinderen met een motorisch probleem leren schrijven in blokschrift. (Mijn eigen handschrift) Groep 2 werkt met voorbereidende oefeningen. Vanaf de 2e helft van groep 3 leren ze het lopende schrift (aan elkaar) Vanaf groep 4 leren de kinderen de hoofdletters. Vanaf groep 5 leren de kinderen temposchrijven / blokschrift / sierschrift.

19

Rekenonderwijs: We gebruiken de methode “Alles telt”. Bij “Alles telt” is er aandacht voor elke leerling. Dit betekent veel differentiatie voor leerlingen op elk niveau.Ook is er een scala aan oefenmateriaal om de rekenvaardigheid onder de knie te krijgen. De methode bestaat uit een praktische uitvoerbaarheid van differentiatie door:  Aanduiding van de moeilijkheid van sommen binnen een opgave.  Plusschriften voor zeer goede rekenaars (groep 3 tm 8)  Maatschriften voor zwakke rekenaars (groep 3 tm 8)  Taalbeleid voor taalzwakke leerlingen De methode legt de nadruk op oefenen,memoriseren en automatiseren. Dit betekent elke les automatiseren m.b.v. een kwismeester, hoofdrekenen. Er zijn herhalingsopgaven en verrijkingsopgaven. Een systematische herhaling en oefening van de bekende stof. Er is digitale oefensoftware.

Taal-en spellingsonderwijs: We gebruiken de methode “Taal Actief” in de groepen 4 t / m 8. De leerstof is verdeeld in 10 thema`s ( 1 thema per 4 weken). Deze sluiten aan bij het ontwikkelingsniveau en de belevingswereld van de kinderen. De lessen bieden de leerkracht veel differentiatiemogelijkheden: verlengde instructie en uitdagende internetopdrachten. De opdrachten in de leerlingenboeken en de extra materialen, voor taal en spelling, bieden kinderen de mogelijkheid om vaker en daadwerkelijk zelfstandig te werken. In de extra opdrachten voor taal leren kinderen de apart aangeleerde vaardigheden taalbeschouwing, stellen, spreken / luisteren / gesprek en informatie verwerken geïntegreerd toe te passen Daarnaast gebruiken we de leerlijn “woordenschat”. Gebruik van de computer: We hebben op Bs Willem Christiaans meerdere computers. Deze zijn verbonden in een netwerk wat in verbinding staat met een centrale server. Naast de computers in de klas heeft elke klas de beschikking over een activ-board. De computer wordt gebruikt als: * Kennismaking: het leren omgaan met de computer; * Hulpmiddel tijdens de lesactiviteiten; voor extra oefening of verdieping * Remediërende oefening (aangepaste activiteit op niveau). * Basis voor de digitale schoolborden in alle groepen . We proberen dagelijks de computer te integreren in ons onderwijs. Zowel tijdens de reken-, taal- , en leesactiviteiten als tijdens de wereldoriënterende vakgebieden. Wereld -oriënterende vakken De wereld -oriënterende vakken omvatten de volgende kennisgebieden: Aardrijkskunde, Geschiedenis en Natuur en Techniek. Bij deze vakken gebruiken we de volgende methoden:”Wijzer door de wereld”, “Tijdstip” en “Natuniek”. Na de wet op het basisonderwijs(1985) werd hieraan toegevoegd: Maatschappelijke verhoudingen en Geestelijke Stromingen. Het internet staat ons ten dienste bij het werken aan de wereld oriënterende vakken. Op onze school proberen we zoveel mogelijk uit te gaan van de leef- en ervaringswereld van het kind. Door middel van verhalen, gesprekken, videobeelden en / of projecten worden kennis en vaardigheden ieder leerjaar uitgebreid. Naarmate het kind opklimt in de basisschool wordt de belangstelling voor de wereld om hem / haar heen steeds groter en het blikveld ruimer. Het kind krijgt steeds meer inzicht in zijn eigen leefwereld. We starten altijd met thema`s dicht bij huis. Het is dan ook makkelijker om plaatjes, foto`s en ander visueel materiaal te verkrijgen, waardoor een "tentoonstelling" ingericht kan worden in de klas en / of in de hal. Iedereen ziet meteen welk onderwerp in een bepaalde tijd centraal staat. Excursies en 20

zelfontdekkende en onderzoekende activiteiten worden gestimuleerd. Alles met als doel: verantwoording leren dragen en zorg hebben voor de wereld dichtbij en veraf. De lesstof voor de wereldoriënterende vakken is verdeeld in leerkrachtgebonden lesstof en een zelfstandige verwerking. Voor het vak geschiedenis gebruiken we de methode “Tijdstip”. Deze voldoet aan de nieuwe eisen van het ministerie. De geschiedenisstof is verdeeld in 10 tijdvakken. Deze tijdvakken hebben karakteristieke namen zoals: Tijd van jagers en boeren of Tijd van televisie en computer. De lessen hebben verschillende onderdelen: leerkrachtgebonden en zelfstandige werktijd. In de methode wordt de geschiedenis vanuit verschillende invalshoeken bekeken, zoals de staatkundige ontwikkeling, de sociale organisatie, migratie, kunst en cultuur of economische ontwikkeling Natuur techniek en wetenschap. Voor het vak natuur- techniek en wetenschap gaan we in het schooljaar werken met de nieuwe methode Natuniek voor de groepen 3 t/m 8. Natuniek is doen! Natuniek leert kinderen onderzoeken, ontwerpen en presenteren. Projectonderwijs We werken regelmatig met projecten. In alle leerjaren staat dan hetzelfde onderwerp centraal. Ook hebben we elk jaar een projectweek voor groep 1 t/m 8, waarin thema`s aan de orde komen uit de vakgebieden Geestelijke Stromingen en Bevordering Gezond Gedrag. In een cyclus komen de volgende onderwerpen aan de orde: 1. De Islam, 2.Het Jodendom. 3.Christendom 4. Dit jaar staat “Jodendom“ op het programma. Bij de levensbeschouwelijke lessen werken we met projecten rond thema`s die passen bij de leeftijd van het betreffende kind. Hierbij werken we samen met de Identiteitsbegeleider van het Centrum voor Onderwijs en Levensbeschouwing. Sociale Redzaamheid w.o. verkeer We gebruiken de methode”Klaar over”. In het kader van het project “Brabants Veiligheidslabel” werken we door het jaar heen aan een aantal projecten. Deze zijn per jaar verschillend. Onderdelen zijn: een veilige verkeersomgeving bij de school, deelname aan het theoretisch en praktisch verkeersexamen(elk jaar voor groep 7). Engels In het afgelopen jaar zijn we begonnen met Engels in de groepen 1-2-3-4. We gebruiken hierbij Cool, English at school. Centraal staan hierbij het aanleren van kleuren, het lichaam, dieren etc.. Dit schooljaar krijgen ook de kinderen van groep 5-6 Engels. Ook in groep 7 en 8 krijgen de kinderen Engels. De nadruk bij het leren van Engels ligt op het voeren van gesprekjes en het zingen van liedjes. Gymnastiek De groepen 1 en 2 hebben gymnastiek in de grote zaal van het Dorpshuis. De groepen 3 t/m 8 maken gebruik van de gymnastiekzaal te Sint Anthonis . De bewegingslessen worden voor alle groepen door een gespecialiseerde leerkracht “bewegingsonderwijs”. Voor de begeleiding van de kinderen van groep 3-4 en 5-6, worden de ouders van deze groepen ingedeeld. Wie er meegaat, staat op de bijlage P. Expressie activiteiten Op school doen de leerlingen mee aan verschillende expressie activiteiten. In klassenverband zijn er handenarbeidlessen, tekenlessen, muzieklessen, dans en drama. In schoolverband zijn er de crea- middagen. Individueel of in groepsverband kan ieder kind meedoen aan de maandsluiting met een dansje, voordrachtje of iets anders. In schoolverband doen de kinderen ook mee aan een kerstspel of musical. Voor de vakken muziek, drama, dans en tekenen gebruiken we o.a. de methode “Moet je doen”.

21

De opbrengsten Opbrengsten schooljaar 2010-2011 EINDOPBRENGSTEN CITO LOVS SCHOOLJAAR 2010-2011 GROEP 1 Taal voor kleuters 35% AB is goed 65% CDE is onvoldoende Rekenen voor kleuters 82 % AB is goed, 18 % CDE is ruim voldoende. GROEP 2 (let op slechts 4 leerlingen) Dwarsdoorsnede: Taal voor kleuters en Rekenen voor kleuters Taal voor kleuters 75% (A)B is goed 25% CDE is onvoldoende Rekenen voor kleuters 75 % AB is goed, 25 % CDE is onvoldoende. GROEP 3 Luisteren: 85% AB is goed. Rekenen en wiskunde: 72 % AB is goed. Spelling: 72 % AB is goed. Begrijpend lezen: 58% is goed. DMT: 30% AB is onvoldoende, 70% CDE( zit ook een tempocomponent in) Leestechniek: 15% AB is onvoldoende, 85% CDE( zit ook een tempocomponent in) Leestempo AB is 58 % AB is goed Woordenschat AB is slechts 25 % AB en dus 75% CDE is onvoldoende GROEP 4 Luisteren: 30% AB is goed, dat is onvoldoende, maar de toets is verouderd en telt heel streng. Er is wel een verbetering zichtbaar; het laagste niveau is C. Rekenen en wiskunde: 80 % AB is goed. Spelling: 73 % AB is goed. Begrijpend lezen: 73% is goed. DMT: 43% AB is onvoldoende, 57% CDE( zit ook een tempocomponent in) Leestempo: 43% AB is onvoldoende, 57% CDE( zit ook een tempocomponent in) Woordenschat AB is slechts 25 % AB en dus 75% CDE is onvoldoende GROEP 5 Rekenen en wiskunde: 75 % AB is goed. Spelling: 42 % AB is onvoldoende, 58% op CDE Begrijpend lezen: 62% is goed.(is van medio groep 5, er is geen eindversie) DMT: 15% AB is onvoldoende, 85% CDE( zit ook een tempocomponent in) Leestempo: 35% AB is onvoldoende, 65% CDE( zit ook een tempocomponent in) Woordenschat AB is slechts 25 % AB en dus 75% CDE is onvoldoende GROEP 6 Rekenen en wiskunde: 80 % AB is goed. Spelling: 70 % AB is goed Begrijpend lezen: 60% is goed.(is van medio groep 6, er is geen eindversie) DMT: 89% AB is goed Leestempo: 60% AB is goed Woordenschat AB is 40 % AB en dus 60% CDE is onvoldoende GROEP 7 Rekenen en wiskunde: 90 % AB is goed. Spelling: 40 % AB is onvoldoende, CDE 60 % Begrijpend lezen: 60% is goed.(is van medio groep 7, er is geen eindversie) DMT: 50% AB is goed Leestempo: 50% AB is goed Spelling werkwoorden AB is 80 % AB is goed GROEP 8 Rekenen en wiskunde: 66 % AB is goed. Spelling: 10 % AB is onvoldoende, CDE 90 % 22

Begrijpend lezen: 66% is goed.(is van medio groep 8, er is geen eindversie) DMT: 58% AB is goed Spelling werkwoorden AB is 42% AB is onvoldoende, CDE 58% Leestempo:58% AB is goed Wel een aandachtspunt is spelling, we zien telkens dat dat een moeilijk onderdeel is in groep 7 en 8 en ondanks veel extra oefening blijft het lastig. Conclusie algemeen: Woordenschat is steeds onder de maat, in groep 7 en 8 wordt het niet meer getoetst! DMT, Leestempo en AVI zijn aandachtspunten in groep 3, 4 en 5 daarna lijkt het te herstellen. Spelling is vanaf groep 5 een aandachtspunt!

3.4. SPECIALE VOORZIENINGEN IN HET SCHOOLGEBOUW Het schoolgebouw heeft 4 grote lokalen, een lokaal voor de RT, en een gemeenschapsruimte. Bij het lokaal voor de groepen 1 en 2 is een apart toilet en een douche. Verder is in de school aanwezig: Een vertrek voor de conciërge, een lokaal voor de I.B’er, een teamkamer en een directiekamer. Daarnaast kan de school gebruik maken van verschillende ruimtes van het, aan de school gelegen, Dorpshuis. In de school mag niet worden gerookt.

23

HOOFDSTUK 4.

De zorg voor

kinderen Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school Eind 1991 kwam de eerste fase van “Weer Samen Naar School” op gang. Het doel van deze maatregel is, dat elke basisschool probeert ervoor te zorgen dat het onderwijs past bij de behoefte van elk afzonderlijk kind, zodat kinderen minder snel verwezen worden naar een school voor speciaal onderwijs. De basisscholen kregen te maken met zorgverbreding: zorg op maat voor de leerlingen op school. Om dit goed te organiseren, benoemden de scholen een Interne Begeleider. Deze organiseert en coördineert de zorgverbreding op school. De ontwikkeling van de kinderen wordt gevolgd: -

door het maken van observaties door het geven van beoordelingen van de werkzaamheden de ouders van leerlingen van groep 1 en 2 krijgen twee keer per jaar een overzicht van de schoolvorderingen van hun kind de ouders van de leerlingen van de groepen 3 en 4 krijgen drie keer per jaar een overzicht waarop de schoolvorderingen staan, aangevuld met een toelichting. De ouders van de leerlingen van de groepen 5 t / m 8 krijgen drie keer per jaar een rapport waarop de schoolvorderingen staan in cijfers, aangevuld met een toelichting. het houden van leerlingenbesprekingen. toetsen afnemen op het gebied van lees- en rekenvoorwaarden in groep 2 toetsen op het gebied van lezen (D.M.T.), spelling, begrijpend lezen, woordenschat, rekenen en sociaalemotionele ontwikkeling in de groepen 3 t/m 8. Dit zijn toetsen van het CITO. Door methodegebonden toetsen. Dit zijn toetsen, die bij de verschillende methodes horen. het houden van een schoolvorderingentoets, voor de leerlingen van groep 7 op het einde van het schooljaar het meedoen aan de Cito eindtoets voor leerlingen van groep 8 in het voorjaar

De Interne Begeleider, Mevr. M. van den Boomen, organiseert en coördineert het Leerling- en Onderwijs Volg Systeem. Dit zijn de toetsen in groep 1 t/m 8. Onze school maakt gebruik van het CITO-LOVS. Dit systeem zorgt ervoor dat leerlingen die problemen hebben vroegtijdig gesignaleerd worden. De speciale zorg voor kinderen. Bij een leerling met problemen, maakt de groepsleerkracht een beschrijving van de problematiek, en bespreekt dit met de Interne Begeleider. In geplande leerlingenbesprekingen wordt d.m.v. collegiale consultatie geprobeerd om meer duidelijkheid te krijgen over de juiste aanpak van een probleem. Aan de hand van de toetsuitslagen kan bijv. een spellingsprobleem worden gesignaleerd. Dan wordt er een handelingsplan opgesteld . Hierin staan de extra activiteiten en gemaakte afspraken over een kind vermeld, bijv. extra oefenen in de groep. De ouders worden hiervan op de hoogte gesteld. De leerkrachten worden door de Interne Begeleider ondersteund bij de afstemming van het programma, op basis van het handelingsplan. Ook kan een Onderwijsbegeleidingsdienst geraadpleegd worden, voor advies, voor observaties of voor verder onderzoek. De Interne Begeleider woont Netwerk–bijeenkomsten bij. In dit Netwerk zitten Interne Begeleiders van scholen behorend bij Stg Peelraam.Op die manier kan er overlegd worden met elkaar.

24

Schoolmaatschappelijk werk. Op de scholen worden kinderen begeleid: voor elke leerling wordt naast een goed leerstofaanbod ook een goede persoonlijke begeleiding geboden. De leerlingen worden zo persoonlijk mogelijk benaderd en er wordt geprobeerd de ontwikkeling van elk kind zo goed mogelijk te volgen. Soms krijgen leerlingen daarvoor een aangepast programma en een daarbij passende zorg. Een veel gebruikte term daarbij is “zorg op maat”. Deze “zorg op maat” is soms alleen nodig op het terrein van het leren maar soms ook op het terrein van de sociaal-emotionele ontwikkeling. Voor een tijdige signalering en advisering krijgt de school, via het Regionaal Maatschappelijk Centrum, ondersteuning van een schoolmaatschappelijk werker. Voor onze school betreft dit: Mevr. Jeanine Grommen. Deze schoolmaatschappelijk werker voert samen met de Interne Begeleider van de school het schoolmaatschappelijk werk overleg. Hierin worden leerlingen met sociaal-emotionele en/of maatschappelijke problemen besproken en er komt dan een advies over de te volgen aanpak. Bij die bespreking kunnen op verzoek ook leerkrachten en andere deskundigen van bijvoorbeeld de GGD geraadpleegd worden. Kinderen kunnen ook aangemeld worden voor een Sova- of een faalangstreductietraining. Voordat een leerling in het overleg besproken wordt, zal er door school om schriftelijk toestemming gevraagd worden aan de ouders. Hoe kunt u als ouder/verzorger gebruik maken van de inzet van de schoolmaatschappelijk werker? 

Wanneer u ziet of denkt dat de sociaal-emotionele ontwikkeling van uw kind niet verloopt zoals u dat verwacht, kunt u uw vraag voorleggen aan de leerkracht of aan de Interne Begeleider van de school. Zij zijn voor u de contactpersonen en kunnen op uw verzoek de schoolmaatschappelijk werker inschakelen. Samen met u worden dan de vervolgstappen bepaald.

Voorbeelden zijn: - Mijn kind wordt gepest op school, hoe kan ik er voor zorgen dat hij/zij weerbaarder wordt? - Mijn kind luistert niet naar mij, wat kan ik doen? - Wij hebben als ouders hele verschillende ideeën over de opvoeding; hoe kunnen we samen tot overeenstemming komen over de opvoeding? - Mijn zoon/dochter van 8 jaar slaapt nog iedere avond bij ons in bed, omdat ze bang is in het donker. Is dit normaal? - Mijn zoon/dochter zit wel 3 uur per dag achter de computer. Moet ik dat goed vinden? Zieke leerlingen Als blijkt dat uw kind door ziekte meerdere dagen niet naar school kan komen dan is het van belang dat u dit aan de leerkracht kenbaar maakt. De leerkracht kan dan samen met u bekijken hoe het onderwijs aan uw kind toch voortgezet kan worden. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van de deskundigheid van een consulent onderwijsondersteuning zieke leerlingen van de onderwijsbegeleidingsdienst of van het academisch ziekenhuis. Het is niet alleen onze wettelijke plicht om voor elke leerling, ook als hij/zij ziek is, te zorgen voor goed onderwijs. Wij vinden het minstens zo belangrijk dat uw kind in die situatie goed contact heeft met de klasgenoten en de leerkracht. Vanzelfsprekend is het continueren van het onderwijs belangrijk omdat een zieke leerling dan actief blijft met wat bij het dagelijkse leven hoort namelijk: onderwijs. Hierdoor wordt voorkomen dat een leerling die ziek is achterop raakt waarbij zelfs sprake zou kunnen zijn van doubleren.

25

Als u meer wil weten over onderwijs aan zieke leerlingen dan kunt u informatie vragen aan de leerkracht van uw kind. U kunt ook informatie hierover vinden op de website van Ziezon, het landelijk netwerk ziek zijn & onderwijs, www.ziezon.nl. De permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL). Basisschool Willem Christiaans streeft naar onderwijs respectievelijk zorg op maat voor alle kinderen. En toch, ondanks alle inspanningen, blijft het voorkomen dat we op de basisschool niet het gewenste resultaat kunnen realiseren. Uw kind is dan wellicht toch beter af op een speciale school voor het basisonderwijs. Hoe gaat dat dan? Hoe komt een kind op een speciale school voor basisonderwijs? Wie moet het kind aanmelden? Naar welke school kan / mag het kind? Vragen te over. In het kort willen we in deze schoolgids U hierover wat informatie verschaffen. Op school is een brochure aanwezig, die U nog meer helderheid kan geven. Het SamenwerkingsVerBand (SVB) is een vereniging waarbinnen het basisonderwijs en het speciaal basisonderwijs samenwerken. Om de aanmeldingen voor een speciale school voor het basisonderwijs te stroomlijnen en, is een Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) in het leven geroepen. In het hele proces van verwijzing van basisschool naar en toelating tot een speciale school voor basisonderwijs spelen een aantal partijen een belangrijke rol. Op de eerste plaats de ouder(s),verzorger(s) of voogd(en). Daarnaast de betrokken basisschool en de PCL. Iedere aanmelding van een leerling moet de PCL passeren. Aanmelding kan alleen nadat de ouders toestemming hebben gegeven. De ouders zijn formeel de aanmelders. Aanmelding gebeurt met het daarvoor bestemde formulier. Dit formulier bevat de schoolgegevens, de leerlinggegevens en de akkoordverklaring van de ouders. Daarnaast is het verplicht een onderwijskundig rapport in te leveren. De school verzorgt het invullen en opsturen van de rapporten. De leden van de PCL bestuderen de gegevens, kunnen om aanvullend onderzoek vragen en nodigen de interne begeleider en / of de groepsleerkracht uit voor een bijeenkomst. Op grond van alle beschikbare gegevens besluit de PCL al dan niet tot het afgeven van een toelaatbaarheidverklaring. Dit besluit wordt met redenen omkleed aan alle betrokkenen medegedeeld. Daarnaast kan de PCL andere hulp adviseren nl. via Collegiale Ondersteuning, Passende Plaats of met behulp van Preventieve Ambulante Begeleiding. Het kan voorkomen dat ouder(s), verzorger(s) of voogd(en) het niet eens zijn met de beslissing van de PCL. Er kan dan bezwaar worden aangetekend worden bij de PCL. Deze stuurt het bezwaar op naar de Regionale VerwijzingsCommissie (RVC). De RVC geeft advies over het bezwaarschrift en stuurt deze retour naar de PCL. De PCL doet dan opnieuw een uitspraak. Verdere eventuele stappen staan vermeld in de eerder genoemde op de school aanwezige brochure. Hierin staan ook de noodzakelijke adressen vermeld. Voor ouders bestaat tevens de mogelijkheid om klachten in te dienen tegen gedragingen of het nalaten daarvan van de PCL. De maximale termijn van het indienen van klachten is één jaar. Onderwijskundige rapporten. Naast de voortgangsrapporten kent de school de onderwijskundige rapporten. Deze rapporten zijn ten behoeve van de overgang van een leerling naar een andere basisschool, een speciale school voor het basisonderwijs of een school voor het voortgezet onderwijs. De onderwijskundige rapporten hebben als doel het informeren van de ontvangende school over het kind dat de overgang maakt. De ouder(s), verzorger(s) of voogd(en) van het kind hebben recht om een afschrift van het rapport te ontvangen.

26

Aanmelding van kinderen met een “LGF”. We kennen al vele jaren het “aanvullende formatie beleid” (AFB). Hierin wordt beschreven hoe de basisscholen o.a. voor leerlingen met speciale zorg extra formatie en middelen kunnen aanvragen. Dit beleid heeft ertoe bijgedragen dat wij op onze school in de afgelopen jaren leerlingen met speciale zorg hebben kunnen begeleiden. Deze AFB - regeling is per 1 augustus 2003 omgezet in een wettelijke regeling: de leerling gebonden financiering (LGF), ook wel het Rugzak - beleid genoemd. Op dit moment wordt door de school de volgende procedure gevolgd: Bij aanmelding van: 1. of een leerling met een positieve beschikking van een commissie van indicatiestelling (ook wel leerling met een Rugzak genoemd); 2. of voor een leerling met een positieve beschikking van de Permanente Commissie Leerlingenzorg van het samenwerkingsverband WSNS; 3. of voor een leerling die wordt teruggeplaatst van een speciale school; wordt aan de hand van een aantal onderwerpen, de onderwijskundige vragen van het kind doorgenomen. Vervolgens wordt bezien of de school in staat is de onderwijskundige antwoorden te bieden. Centraal in die beantwoording staat het belang van het kind en de mogelijkheden van de school om het ontwikkelingsproces van het kind te ondersteunen. Bij die beantwoording zal gebruik gemaakt worden van de ondersteuning van bijvoorbeeld een school aangesloten bij een Regionaal Expertise Centrum. Bij het besluit (uiteindelijk zal het bevoegd gezag van onze school dit besluit nemen) tot toelating of weigering zal er altijd sprake zijn van een teambesluit. We gaan er immers van uit dat –bij toelating- de leerling de gehele basisschoolperiode op onze school welkom zal zijn. In principe zijn wij als school bereid tot toelating van leerlingen met een handicap. Aangezien er echter geen sprake is van een plaatsingsplicht, zal bij ieder verzoek opnieuw een afweging gemaakt worden. Kern van deze afweging is de vraag of de combinatie van handicap en de extra ondersteuning die noodzakelijk is, overeenkomt met de mogelijkheden van de school. Het gaat natuurlijk steeds om de balans tussen de hulpvraag van het kind (in termen van pedagogische aanpak, didactische aanpak, kennis en vaardigheden van de leerkracht / het team, organisatie binnen school en de klas, gebouwelijke en materiële aspecten, de positie van de medeleerlingen, de rol van de ouders en de externe ondersteuning) én de (on)mogelijkheden van de school. Een tweede gegeven is dat het altijd om een individuele beslissing gaat. Op voorhand is dus niet aan te geven welke leerlingen wel of welke leerlingen niet toegankelijk zijn. Wel zal ten alle tijd het Zorgprofiel van de school leidend zijn bij een eventuele discussie over het wel of niet toelaten van een leerling. Logopedie op school. Behalve de jeugdarts en de jeugdverpleegkundige van de afdeling Jeugdgezondheidszorg van de GGD komt ook de logopedist van de GGD op school. Zijn / haar aandacht is vooral gericht op de vier- envijfjarige kinderen, maar ook kinderen van andere leeftijden kunnen worden aangemeld voor een onderzoek op het gebied van stem, spraak, taal en eventueel het gehoor. De logopediste zal de kinderen niet meer zelf screenen, maar de screening zal gebeuren a.d.h. van screeningslijsten, die ingevuld worden door de leerkrachten van groep 1-2 en de ouders. Het kind kan worden aangemeld door de ouders/verzorgers, leerkracht, jeugdarts en de jeugdverpleegkundige. Naar aanleiding van het logopedisch onderzoek of de logopedische screening kan advisering plaatsvinden aan de ouders/verzorgers en/of de leerkracht in de vorm van verwijzing, controle, instructie of begeleiding. Voor meer informatie: www.ggdhvb.nl Jeugdtandverzorging. De Stichting Jeugdtandverzorging heeft tot doel het bevorderen van de mondgezondheid van de jeugd van 2 tot 18 jaar. Zij biedt de deelnemende kinderen een vorm van tandheelkundige verzorging waarbij het voorkomen van mond- en tandziekten voorop staat. 27

De Dental Car komt 2 keer per jaar bij de school. De deelnemende kinderen krijgen hiervoor een oproep. Aanmeldingsformulieren zijn op te vragen via de administratie van de Jeugdtandverzorging. Tel. 0412-625967 of via de website. Voor meer informatie kunt u terecht op www.jeugdtandverzorging.org Leesproblemen en Dyslexie. De scholen van Stichting Primair Onderwijs “Peelraam” hebben gezamenlijk een dyslexieprotocol ontwikkeld. Het is bedoeld om leerkrachten een houvast te bieden bij het vroegtijdig onderkennen en aanpakken van leesproblemen. Hoe eerder leesproblemen worden opgespoord, des te groter is de kans dat een interventieprogramma (begeleidingsplan) succes heeft. Door uit te gaan van een protocol, waarin volgens vastomlijnde kaders wordt gewerkt, kan de aanpak van de leesproblemen op een controleerbare en efficiënte manier plaatsvinden. Het protocol heeft als doelstelling dat:  alle kinderen met een voldoende leesniveau doorstromen naar het voortgezet onderwijs;  de begeleiding van zwakke lezers en kinderen met ernstige lees- en / of spellingproblemen kwalitatief verbetert;  kinderen met ernstige lees- en / of spellingproblemen een acceptabel niveau van functionele lees- en schrijfvaardigheid behalen;  de leerkracht samen met de interne begeleider een dossier opbouwt voor kinderen met lees- en / of spellingproblemen waarin toetsgegevens, handelingsplannen en evaluaties van de begeleiding systematisch zijn geordend, zodat een doorgaande lijn van zorg gewaarborgd is tot en met de overgang naar het voortgezet onderwijs. Met dit beleid willen we aangeven hoe we in de praktijk omgaan met leerlingen die te maken hebben met leesproblemen en hoe wij willen komen tot verbetering van het onderwijs aan deze leerlingen. Mocht er bij u in de familie lees- en / of spellingproblemen voorkomen, of is er sprake van dyslexie, dan is het verstandig om dit zo snel mogelijk aan de leerkracht van uw kind door te geven; ook als uw kind nog maar in groep 1 zit. Dyslexie kan namelijk erfelijk zijn, dus uw kind loopt dan een verhoogd risico. Wilt u meer weten of bent u geïnteresseerd om het protocol in te zien, dan kunt u met een van de leerkrachten contact opnemen.

28

Overgang van kinderen van groep 2 naar groep 3. Vroeger was het in de wet geregeld dat kinderen die voor 1 oktober 6 jaar werden naar groep 3 gingen. Sinds de Wet op het Basisonderwijs is deze strakke richtlijn afgeschaft. Wel is uit wetenschappelijk onderzoek en uit onze eigen ervaring in het werken met jonge kinderen gebleken dat de meeste kinderen rond de zes jaar zover in hun ontwikkeling zijn dat zij kunnen starten met het aanvankelijk lezen en het rekenen. Natuurlijk zijn niet alle kinderen tegelijk in die fase van ontwikkeling. Er zijn onderlinge verschillen. Daar willen wij ook rekening mee houden. Ons uitgangspunt is om ons onderwijs zo passend mogelijk te laten zijn en op de ontwikkeling van het kind aan te sluiten. Tegelijkertijd is de situatie op onze school zo (en op bijna alle scholen), dat wij werken met een jaarklassensysteem en daarom 1 keer per jaar starten met groep 3. De laatste jaren is het uitgangspunt van ons onderwijs om zoveel mogelijk rekening te houden met verschillen. In de kleutergroepen krijgen de kinderen al alle gelegenheid om ervaringen op te doen m.b.t. hun ontluikende geletterdheid en gecijferdheid. Daaruit vloeit voort dat het ene kind op een wat jongere leeftijd naar groep 3 gaat dan het andere. Uitgangspunt is altijd de mate van ontwikkeling van het kind in al zijn aspecten. De onderwijsinspectie is van mening dat alle kinderen die voor 1 januari van het betreffende schooljaar 6 jaar worden naar groep 3 zouden moeten gaan. Als deze kinderen toch in groep 2 blijven moet de school daar duidelijke aantoonbare redenen voor kunnen aanvoeren. Voor onze school verandert er eigenlijk niets; er zijn altijd kinderen geweest die een langere kleuterperiode doormaakten, maar ook kleuters die wat eerder naar groep 3 gingen. Voorheen was het min of meer vanzelfsprekend dat een kind dat bij de start van groep 3 nog geen 6 jaar was in de kleutergroep bleef, tenzij er goede redenen waren om dit kind naar groep 3 te laten gaan. Nu het uitgangspunt van de Onderwijsinspectie op dit punt veranderd is betekent dit dat wij in de toekomst met de ouders van kinderen die voor 1 januari 6 jaar worden, zullen bespreken waarom zij eventueel nog niet naar groep 3 gaan.

Hoofdstuk 5 DE OUDERS Het belang van de betrokkenheid van ouders. Natuurlijk is betrokkenheid van de ouders van groot belang. Ouders hebben bepaalde verwachtingen van de school t.a.v. educatie, sociale betrokkenheid en het bijbrengen van cognitieve vaardigheden. In deze schoolgids worden ouders geïnformeerd over het hoe en waarom van het onderwijs aan Basisschool Willem Christiaans, maar als er opmerkingen en vragen zijn, verwachten we dat de ouders meteen aan de bel trekken. Als er klachten zijn, dan kunnen ouders, leerlingen en leerkrachten gebruik maken van de klachtenregeling. U kunt meer informatie hierover vinden elders in deze schoolgids. Voor een volledige klachtenregeling, kunt u op school informatie krijgen bij de contactpersoon van onze school, Mevr. Marianne van den Boomen. Zie bijlage: G Om het kind te begeleiden tijdens de acht jaar van het basisonderwijs, moet er een regelmatig en goed contact zijn. Ouders, leerkracht en kind kunnen hier hun voordeel mee doen. Wanneer er zich in het opvoedingsproces storingen voordoen, moet er adequaat gesignaleerd en ingegrepen worden. Dit kan alleen als er voldoende uitwisseling van ervaringen is. Voor de school is het belangrijk dat de ouders meehelpen bij het realiseren van het onderwijs. Meefietsouders, crea-ouders enz. zijn onmisbaar. Wanneer ouders mee kunnen helpen bij activiteiten staat in de maandelijkse info en wordt door de contactouders gecoördineerd. Informatievoorziening aan ouders over het onderwijs en de school - Ieder jaar verschijnt er een schoolgids voor de ouders met daarin belangrijke gegevens over de school; - Iedere maand verschijnt de INFO, via mail, met daarin gegevens over projecten, mededelingen, verjaardagkalender e.d.; - Elke ouder heeft de mogelijkheid om na school of d.m.v. een afspraak te informeren naar zijn / haar kind; - In groter verband zijn er jaarlijks algemene informatieavonden voor de verschillende groepen. Meestal zijn ze in het begin van het schooljaar; - Daarnaast zijn er 10-minuten-gesprekken voor de ouders met de leerkracht. Deze gesprekken worden tweemaal per jaar gevoerd; - De oudervereniging organiseert eenmaal per jaar een algemene info-avond. 29

Maatregelen om lesuitval en schoolverzuim tegen te gaan. De afwezigheid van kinderen wordt dagelijks door de betreffende leerkrachten geregistreerd. Indien het bij de school niet bekend is waarom een kind verzuimt, wordt er direct contact opgenomen met de ouders. Indien kinderen naar de huisarts, de tandarts, het ziekenhuis enz. moeten, willen we dit gaarne van te voren weten. Kinderen mogen onder schooltijd niet alleen naar huis. Indien een kind op school ziek wordt, laten wij dit de ouders weten zodat deze het kind kunnen komen ophalen. Voor verlof buiten de vakanties hanteert de directie de richtlijnen uit de brochure “Wegwijzer leerplicht Land van Cuijk”. Voor extra verlof door “gewichtige omstandigheden” is toestemming nodig van de directeur. In het praktische deel van deze schoolgids vindt U hierover meer informatie. Ook kunt U met vragen altijd op school terecht. Hoe er gehandeld wordt als leerkrachten de school moeten verzuimen, kunt U lezen onder het hoofdstuk “Verzuim van leerkrachten”. Regels voor vrijstelling van het onderwijs en de vervangende onderwijsactiviteiten. Indien ouders vragen om vrijstelling van onderwijs kan het bevoegde gezag overgaan tot toestemming. Deze vrijstelling kan gebaseerd zijn op bijv. godsdienstige redenen. De directie van de school zal dan zorgen voor vervangende onderwijsactiviteiten. Regels voor toelating, schorsing en verwijdering. Eenmaal per jaar (meestal eind maart / begin april) kunnen kleuters, die het komende schooljaar 4 jaar worden, aangemeld worden bij de teamleider. De juiste datum wordt in een vroegtijdig stadium bekend gemaakt via diverse informatiekanalen t.w. info van de school, parochieblad, gemeentelijk weekblad en in de peuterspeelzaal. De eerste schooldag van de maand nadat het kind de leeftijd van 4 jaar heeft bereikt, mag het kind naar school komen. Kinderen die bijvoorbeeld door verhuizing naar onze school wensen te komen, kunnen natuurlijk altijd terecht op onze school. Het schoolbestuur beslist over de toelating van de leerling. Schoolbesturen van bijzondere scholen (zoals onze school) mogen leerlingen weigeren als ouders de godsdienstige of levensbeschouwelijke richting van de school niet onderschrijven. De betrokken leerling mag niet geweigerd worden als er binnen redelijke afstand van de bijzondere school geen openbare school is. Als een leerling zich ernstig misdraagt, kan deze een paar dagen van school worden gestuurd of voorgoed. De beslissing over schorsing en verwijdering wordt genomen door het schoolbestuur. Als een besluit moet worden genomen over verwijdering, moeten de groepsleerkracht en de ouders eerst worden gehoord. Na het besluit tot verwijdering blijft de leerling op school, totdat het schoolbestuur een andere school gevonden heeft. Als dit binnen acht weken niet lukt, mag de toegang tot de school worden geweigerd. Als het schoolbestuur wil schorsen of verwijderen, moet het bestuur hierover overleg plegen met de ouders. De ouders kunnen de onderwijsinspectie vragen te bemiddelen als het overleg niets oplevert. Als het schoolbestuur bij haar besluit blijft, kunnen de ouders schriftelijk bezwaar aantekenen. Het schoolbestuur is dan verplicht binnen vier weken schriftelijk te reageren. Als het schoolbestuur bij haar besluit blijft, kunnen de ouders in beroep gaan bij de rechter. Oudervereniging. De oudervereniging is een groep ouders, die zich bezig houdt met het organiseren en verzorgen van een aantal activiteiten voor de leerlingen van Basisschool Willem Christiaans. Zo coördineert en organiseert de oudervereniging onder andere de volgende activiteiten:  brigadieren  St. Maarten viering  Sinterklaasmiddag  Kerst op school (versiering en kerstdiner)  Carnaval (versiering)  Laatste week activiteiten. 30

De oudervereniging heeft regelmatig overleg met het team van de school over genoemde zaken. Ouders worden tijdig op de hoogte gesteld en eventueel wordt praktische hulp gevraagd. Ter financiering van de activiteiten wordt er een ouderbijdrage geheven (€ 8,00 per kind) en is er een bijdrage t.b.v. schoolreizen en schoolverlaterdagen. Opmerkingen, vragen, suggesties zijn altijd welkom. De oudervereniging bestaat uit 5 ouders, die telkens voor een periode van 3 jaar worden gekozen De algemene jaarvergadering wordt in januari/februari gehouden Zie bijlage D- Activiteitenoverzicht voor data Zie bijlage Q - Brigadiers

Regels met betrekking tot ondersteunende werkzaamheden van ouders. Sinds schooljaar 2004 – 2005 kent onze school contactouders. Elke combinatiegroep heeft contactouders. De taak van deze ouder is om gedurende het schooljaar te zorgen voor begeleiding van verschillende activiteiten, die in zijn / haar groep plaatsvinden. Voor dit schooljaar zijn dit: Voor groep 1-2-3-4 : Mevr. Brigitte de Kleijnen en Mevr Nicole van Hees Voor groep 5-6 : Mevr. Conny Roelofsen Voor groep 7- 8 : Mevr. Angelique van den Hout en Mevr. Dorothé Jans Algemene Contactouder: Mevr. Monique Jans Per activiteit worden de ouders benaderd. We laten het aan de verantwoordelijkheid van de ouders over om mee te helpen aan de activiteiten voor hun kinderen. Als ouders ondersteunende werkzaamheden doen op school, doen ze dit onder leiding en in opdracht van de leerkracht (via de contactouders). Bij het verrichten van de ondersteunende werkzaamheden vallen de ouders onder de WA-verzekering van de school.

Zie bijlage: L - Regels met betrekking tot ondersteunende werkzaamheden van ouders.

31

De vrijwillige ouderbijdrage. Er wordt contributie geheven per kind per schooljaar. Voor ieder kind is dit € 8,-. Dit geld wordt gebruikt voor o.a. de St. Maartenviering en de Sinterklaasmiddag. Aan het begin van het schooljaar krijgt iedereen een overeenkomst voor de vrijwillige ouderbijdrage, waarop ook te zien is dat er een aanvullende bijdrage wordt gevraagd voor, schoolreisje (voor de leerlingen van de groepen 1 t/m 4 en groepen 5 t/m 8) en schoolverlaterdagen ( voor de leerlingen van groep 8). Zie bijlage H - Modelovereenkomst vrijwillige ouderbijdrage.

Tussenschoolse Opvang. Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag bestaat er de mogelijkheid om uw kinderen te laten overblijven. De procedure voor aanmelding vindt u in de bijgevoegde Overblijfgids. Voorschoolse- en naschoolse opvang. Per 1 augustus 2007 heeft de school wettelijk de verplichting om voor- en na schooltijd opvang aan te bieden aan leerlingen als ouders hierom vragen. Kinderen, die gebruik maken van deze voorzieningen gaan naar Buitenschoolse Opvang van de Brede School “Oelbroeck”te Sint Anthonis. Medezeggenschapsraad In de wet op het Basisonderwijs staat dat ouders, leerlingen en personeel mee moeten kunnen praten en beslissen over het functioneren van de school. Dit recht staat omschreven in het medezeggenschapsreglement. De MR wordt gekozen door ouders en onderwijsgevenden en bestaat uit ouders en teamleden. De MR heeft wettelijke mogelijkheden: - De MR mag gevraagd en ongevraagd zijn mening kenbaar maken over alles wat met de school te maken heeft - In sommige omschreven gevallen mag de MR meebeslissen, bijvoorbeeld over schooltijden en activiteitenplan. Ook heeft de MR een stem in de sollicitatieprocedure. Op school ligt een klapper ter inzage zodat elke ouder die daar behoefte aan heeft, zich op de hoogte kan stellen van de gang van zaken in de MR. Ook is er een digitale versie van het MR-reglement. Sinds de besturenfusie in 1997 bestaat er een GMR (Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad ) waarin de MR van onze school vertegenwoordigd is. Onze MR blijft actief ten aanzien van schoolspecifieke zaken. Sinds 2007 bestaat de GMR van Stichting Peelraam voor een deel uit vertegenwoordigers van de ouders en een deel uit personeelsleden. De procedure is dusdanig dat wij tot 2013 vertegenwoordigd worden door een personeelslid. De GMR houdt zich bezig met zaken, die in een reglement zijn vastgelegd en schooloverstijgend zijn. Een voorbeeld om de verschillende bevoegdheden van de MR en GMR duidelijk te maken is het volgende: De GMR praat mee over de nota Werving en benoeming van personeel waarin beschreven staat waaraan o.a. een goede sollicitatie procedure moet voldoen, en een GMR-afgevaardigde zitting heeft in de sollicitatiecommissie. Ouders die belangstelling hebben voor het reilen en zeilen van een school en nieuwsgierig zijn naar wat er allemaal nodig is om een school te laten functioneren, en die zich actief op willen stellen voor het belang van de school of ideeën hebben voor een prettige school, nodigen we van harte uit om contact op te nemen met de vertegenwoordigers die nu zitting hebben in de MR.

Zie Bijlage-Adressen voor de namen en de functies binnen de MR.

32

HOOFDSTUK 5.

Gro ep 1 2 3 4 5 6 7 8

Bijlage A- Klassenverdeling

In het schooljaar 2011 - 2012 is de klassenverdeling als volgt: Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Voor Namiddag Voormiddag Namiddag Voormidda voormiddag namiddag midda g g Marianne Marianne Marianne Marianne Jolanda Jolanda Jolanda Marianne Marianne Marianne Marianne Jolanda Jolanda Jolanda Marianne Marianne Marianne Marianne Jolanda Jolanda Jolanda Marianne Marianne Marianne Marianne Jolanda Jolanda Jolanda Astrid Astrid Astrid Astrid Anneke Astrid Astrid Astrid Astrid Astrid Astrid Anneke Astrid Astrid Rien Rien Peter Peter Rien Peter Peter Rien Rien Peter Peter Rien Peter Peter

In het onderstaande overzicht kunt U zien wie verantwoordelijk is voor welke groep: Groep 1. Groep 2. Groep 3. Groep 4. Groep 5. Groep 6. Groep 7. Groep 8.

Juf Jolanda van Leuken Juf Marianne van den Boomen Juf Jolanda van Leuken Juf Marianne van den Boomen Juf Astrid Nabuurs Juf Astrid Nabuurs Meester Peter van Hout Meester Peter van Hout

Groep 1 tm 4. De kinderen van groep 1 tm 4 hebben elke vrijdagmiddag vrij van school.

33

Vrijdag Voormidda namiddag g Jolanda Jolanda Jolanda Jolanda Astrid Astrid Peter Peter

Astrid Astrid Peter Peter

HOOFDSTUK 6. Inzet van uren,schooltijden De schooltijden van Basisschool “Willem Christiaans” zijn : Op maandag,dinsdag, donderdag en vrijdag. Van 8.30 uur – 12.00 uur en van 13.15 uur - 15.15 uur Op woensdag zijn de kinderen van de groepen 1 t/m 8 van 8.30 uur – 12.30 uur op school. De pauze is van 10.30 uur – 10.45 uur. In de benedenbouw (groep 1 t / m 4) zijn de kinderen wettelijk verplicht om 3520 uur naar school te gaan. In de bovenbouw (groep 5 t/ m 8) is dit totaal 4000 uur. Dit schooljaar gaan de kinderen naar school: Groep 1+4: 922,25 uur per groep Groep 5 t/m 8: 1000,75 uur per groep

Bijlage B. Verzuim van leerkrachten. Bij ziekte of verlof van leerkrachten zorgt de directie voor de vervanging. Hiervoor kunnen personen gezocht worden uit het eigen schoolbestand of uit de vervangerlijst. Indien het niet mogelijk is om vervanging geregeld te krijgen uit bovengenoemde bestanden, zal een noodplan in werking treden.  Wanneer er geen invalleerkracht gevonden wordt kan door herverdeling van groepen een leerkracht vrij gemaakt worden;  Een leerkracht, die een LIO- er in de klas heeft, kan indien de situatie dat toelaat een andere leerkracht vervangen.  De groep kan verdeeld worden over andere groepen. Deze verdelingen zullen maximaal voor één dag zijn en alleen als het redelijkerwijs mogelijk is. Biedt voorgaande geen aanvaardbare oplossing dan kan, volgens de richtlijnen van de hoofdinspectie, de betreffende groep thuis blijven. Alleen in het uiterste geval zal men hiertoe overgaan. Ouders worden schriftelijk op de hoogte gesteld en in geval van nood zal een telefoonketting in werking treden om ouders zo snel mogelijk te informeren. Voor leerlingen waar geen opvang voor is, kan de school benaderd worden voor het regelen van opvang.

34

HOOFDSTUK 7. Bijlage C- Vrije dagen en vakanties.

Eerste dag

Laatste dag

Vrije dagen

Wegens

21 september 2011

Studiedag

10 november 2011 06 december 2011

Herfst studiemiddag studiedag

Herfstvak. 24 oktober 2011

Kerstvak.

28 oktober 2011

26 december 2011 06 januari 2012

Kerstmis 23 januari 2012

Meivakantie

23 april 2012

4 mei 2012

Studiemiddag Carnaval Studiemiddag Pasen Voorjaar

Hemelvaart

17 mei 2012

18 mei 2012

Hemelvaart

Carnavalvak.

20 februari 2012

24 februari 2012 29 maart 9 april 2012

Pinksteren Zomervak.

2 juli 2012

28 mei 2012

Pinksteren

06 juni 2012

studiedag

10 augustus 2012 Zomervakantie

De data van de studiedagen zijn onder voorbehoud. Wijzigingen worden in de maandelijkse info aangekondigd.

35

HOOFDSTUK 8. Bijlage D- Activiteiten -overzicht schooljaar 2011- 2012 Eerste schooldag Luizencontrole Leesproject Rode Draad Kinderpostzegels Loop voor Unicef Kinderboekenweek Boswachter Luizencontrole Streetwise Nationaal schoolontbijt Sint Maarten Doecrea Sinterklaasviering Crea kerstmis Kerstspel Kerstviering Luizencontrole CITO eindtoets groep 8 Carnavalsviering Luizencontrole Lentecrea Paasviering Sportdag Goser Doecrea Luizencontrole Praktisch verkeersexamen Schoolreis groep 1 t / m 4 Schoolreis groep 5 t / m 8 Schoolverlaterdagen (Onder voorbehoud) Eindmusical Bedankmiddag Eindmusical Groep 8 vrij van school

36

Ma. 22 augustus 2011 Ma. 22 augustus 2011 Week 37 Woe. 28 september 2011 Zo. 25 september 2011 Week 5 – 15 oktober 2011 Week 42 Ma. 31 oktober 2011 Do. 3 november 2011 Vr. 4 november 2011 Vr. 11 november 2011 Woe. 16 november 2011 Van 10.30 uur – 12.30 uur Ma 5 december 2011 Woe. 14 december 2011 Van 10.30 uur – 12.30 uur Woe. 21 december 2011 19.00 uur ouders. Do 22 december 2011 18.00 uur Vr. 23 december begint de kerstvakantie om 12.00 uur! Ma. 9 januari 2012 Di,woe. do 7-8-9 februari 2012 Vr. 17 februari 2012 Ma. 27 februari 2012 Woe. 21 maart 2012 Van 10.30 uur – 12.30 uur Vr. 6 april 2012 Vr. 13 april 2012 Woe. 18 april 2012 Van 10.30 uur – 12.30 uur Ma. 7 mei 2012 Di 5 juni 2012 Vr. 22 juni 2012 Ma. 25 juni 2012 Woe.do.vr. 13-14-15 juni 2012 Do. 28 juni 2012 10.00 uur kinderen Do. 28 juni 2012 13.15 uur Do. 28 juni 2012 19.00 uur ouders Vr. 29 juni 2012 Zomervakantie 12.00 uur!!! Voor groep 1 tm 7.

Rapporten/overzichten Rapport 1 : gr 2 t / m 8 dinsdag 22 november 2011 Rapport 2 : gr 1 t / m 8 dinsdag 6 maart 2012 Rapport 3 : gr 1 en 3 t / m 8 dinsdag 19 juni 2012

Groep 1 t/m 8 Groep 1 tm 8

Ouderavonden Dinsdag 30 augustus 2011 Inloopavond voor alle ouders en kinderen Maandag 19 september 2011. Een algemene ouderavond per groep. Thema:”Wat doen we in dit jaar in de klas” De begintijden zijn zo dat u, indien u in meerdere groepen moet zijn, alle informatie kunt krijgen Groep 1-4. Van 18.30 uur tot 19.30 uur Groep 5-6 Van 19.30 uur tot 20.00 uur Groep 7-8 Van 20.00 uur tot 20.30 uur. Aansluitend is er, van 20.30 uur tot 21.00 uur informatie voor ouders van de kinderen van groep 8.

. 10 minuten- gesprekken In week 42 2011 kunnen ouders, die de leerkrachten graag willen spreken, zich via een inschrijfformulier melden. Anderzijds kunnen leerkrachten, die ouders willen spreken dit ook kenbaar maken. Donderdag 20 oktober evaluatieavond voor groep 1 t/m. 4 Op dinsdag 29 november en donderdag 1 december 2011 zijn er oudergesprekken voor groep 1 t / m 8. Op dinsdag 28 februari 2012 zijn er adviesgesprekken voor ouders en kinderen van groep 8. De laatste oudergesprekken voor groep 1 tm 7 vinden plaats op dinsdag 27 maart 2012 Als projecten komen dit schooljaar aan de orde. Rode Draad: Kinderboekenweek De gezonde school: Cultuureducatie:

In het begin van het schooljaar. Thema: Superhelden Van 5 t/m 15 oktober 2011. 3 thema`s. Hygiëne,Voeding,Beweging, week 44 Drama:

Gr. 1-2 Kleine Moek – Moekla 16-04-2012 Gr. 3-4 Hands Up! – Lejo 07-06-2012 Gr.5-6 Kip en het meisje 20-01-2012 Gr.7-8 Achtste groepers huilen niet. 15-11-2011 Sociale talenten: Gewerkt wordt met het lesprogramma van “Sociale talenten” de even jaren groep 2-4-6-8 Hiervoor wordt een rooster opgesteld. Week van de lentekriebels Week 12 van 19 maart tot 23 maart. Geestelijke stromingen/Burgerschapskunde: week 14, 2 april tot 6 april 2012 Jodendom

37

Bijlage E: Verlofregelingen voor kinderen betreffende familieomstandigheden Vanaf de dag dat een kind 5 jaar wordt, is het volgens de wet leerplichtig. Schoolverzuim dient altijd te worden medegedeeld en moet geoorloofd zijn. Bij ongeoorloofd schoolverzuim is de directeur verplicht om binnen 3 dagen aangifte te doen bij de gemeentelijke ambtenaar die de portefeuille “leerplicht” onder zijn beheer heeft. Is uw kind ziek of is het om andere redenen verhinderd, geeft u ons dan even bericht. Is uw kind ziek geweest en moet het onder het speelkwartier binnenblijven, wilt u dan een briefje meegeven of dit aan de leerkracht persoonlijk mededelen. Voor elk verlof, behalve bezoeken aan de huisarts, tandarts en specialist, kan alleen dan verlof worden gegeven als er sprake is van gewichtige en/of dwingende redenen. Onder dwingende en/of dwingende redenen worden o.a. verstaan: - huwelijk van ouders en/of zeer naaste verwanten - huwelijks- en/of ambtsjubileum van ouders of zeer naaste verwanten - overlijden en/of begrafenis van ouders, zeer naaste verwanten en personen waarmee men een bijzondere band had - een gewonnen prijs, zijnde een vakantie die buiten de normale schoolvakantie valt, indien men een bewijsstuk kan overleggen - vakanties van gezinnen, welke ten gevolge van arbeidsomstandigheden van de kostwinner niet binnen de normale seizoenen c.q. vakanties gepland kunnen worden - belangrijke en weinig voorkomende tentoonstellingen en/of beurzen, die van groot belang zijn voor het gezin, waarvan de leerling deel uit maakt (alleen voor zelfstandigheden) - het afhalen/ wegbrengen van naaste familieleden, welke per schip of vliegtuig in ons land aankomen of uit ons land vertrekken. Vanzelfsprekend bij wijze van uitzondering Voornoemd verlof dient altijd aan de directeur gevraagd te worden. Ten overvloede wijzen wij erop dat niet als gewichtige omstandigheden gelden: - een tweede vakantie - sportevenementen buiten schoolverband, tenzij de leerling moet uitkomen in een team (actieve deelname) - concerten e.d. - op wintersportvakantie gaan na de schoolvakantie, omdat tijdens de schoolvakantie de gelegenheid ontbrak - het bezoeken van tentoonstelling, pretpark e.d. buiten schoolverband - een of meer dagen eerder met vakantie gaan of later terugkomen, bijvoorbeeld om financiële redenen of vervoerstechnische redenen De opvatting, dat een leerling recht zou hebben op 10 dagen extra verlof per jaar, berust op een misverstand.

38

Bijlage F- Regels met betrekking tot leerlingen - dossiers Op school worden van de gegevens van leerlingen, dossiers aangelegd. Hierin staan gegevens over de ouders, schoolresultaten, testgegevens, verslagen van de leerlingbespreking en andere op de leerling betrekking hebbende gegevens. Ook wordt een leerling - volgsysteem opgezet, om de vorderingen van de individuele leerling te kunnen volgen. Deze gegevens zijn strikt vertrouwelijk. Als ouder mag u de gegevens van uw kind wel inzien. Als de school de gegevens aan derden wil laten zien, bijv. De schoolbegeleidingsdienst, dan is uw toestemming nodig. Zie hiervoor ook de privacy - verklaring. De leerlingen - dossiers blijven minimaal 5 jaar na het verlaten van de school in stand.

HOOFDSTUK 9. Bijlage G- Klachtenregeling

KLACHTENREGELING.

Stichting Primair Onderwijs Peelraam.

Op school kan van alles gebeuren waar ouders het niet mee eens zijn. Meestal is het in gesprek gaan met de leerkracht of de schoolleider de beste manier om een probleem op te lossen. Het voeren van een gesprek op school helpt niet altijd. Het kan nodig zijn dat met hulp van buitenaf een oplossing wordt gevonden. Om die reden moet de school een klachtenregeling hebben. Daarin staat hoe klachten behandeld kunnen worden. De klachtenregeling ligt op de school ter inzage. Een klacht kan gaan over beslissingen of gedragingen van het schoolbestuur, de schoolleiding of van iemand anders die aan de school verbonden is. Niet alleen geweld, seksuele intimidatie en pesterij hoeven aanleiding te geven tot een klacht. Iedere handeling die ertoe leidt dat men zich tekortgedaan voelt, kan grond opleveren voor een klacht. In de klachtenregeling wordt aangegeven wie zich met de behandeling van een klacht kunnen bezighouden: De interne contactpersoon van de school is belast met het verwijzen naar regels en naar instanties die ondersteuning kunnen bieden. De contactpersoon houdt zich niet zelf inhoudelijk met de klacht bezig. Bij de externe vertrouwenspersoon voor ouders/verzorgers kan men wel terecht voor de inhoudelijke behandeling van een klacht (in principe via de interne contactpersoon van de school). Op de externe vertrouwenspersoon kan een beroep worden gedaan voor inzet en/of advies bij vragen rondom het thema seksuele intimidatie of machts-misbruik. Het accent van de taak van de vertrouwenspersoon ligt op het bemiddelen en begeleiden. Het is niet de bedoeling dat de vertrouwenspersoon een inhoudelijk oordeel uitspreekt over de klacht. De klachtencommissie kan wel een inhoudelijke uitspraak doen over een klacht. Iedere school moet een klachtencommissie hebben. De meeste besturen hebben aansluiting gezocht bij een landelijke commissie. Basisschool Willem Christiaans is aangesloten bij de klachtencommissie voor het katholiek basisonderwijs in Den Haag. De klachtencommissie onderzoekt de klacht en geeft daarover advies aan het bestuur. Een advies van de klachtencommissie is niet bindend.

39

Namen en adressen:  



Interne contactpersoon van de school: Mevr. Marianne van den Boomen tel: 381200 Externe vertrouwenspersoon: GGD Hart voor Brabant, coördinator mevrouw N. Breedijk, Postbus 3166 Telefoon: 073 – 640 40 90 Klachtencommissie voor het katholiek onderwijs Postbus 82324 2508 EH Den Haag 070 – 392 55 08

Bij de afhandeling van klachten dient opgemerkt te worden dat de inhoud van alle gevoerde gesprekken schriftelijk vastgelegd moet worden, door de desbetreffende leerkracht of de directeur. Alle betrokkenen dienen op de hoogte te zijn van de inhoud van dit verslag en dit te ondertekenen. Een kopie hiervan gaat naar de directeur. De klachten en de afhandeling daarvan zullen jaarlijks worden geëvalueerd. In de klachtenregeling wordt het volgende onderscheid gemaakt:  A. Klachten met betrekking tot de schoolorganisatie, dus bijvoorbeeld m.b.t. het functioneren van de leerkracht of andere betrokkenen binnen de school, de begeleiding en beoordeling van leerlingen en de toepassing van strafmaatregelen. Aankruisen indien gevolgd ▼



 

 

   

40

Stap 1:  U bespreekt uw klacht met de desbetreffende leerkracht (andere leerkrachten zullen u ook naar deze persoon terugverwijzen. Op anonieme klachten wordt niet ingegaan). Stap 2:  Bij aanhoudende klachten bespreekt u uw klacht nogmaals met deze leerkracht. Stap 3:  Indien uw klacht dan nog niet naar tevredenheid is opgelost, gaat u een gesprek aan met de directeur. Stap 4:  De directeur gaat vervolgens een gesprek aan met de desbetreffende leerkracht, zo mogelijk gevolgd door een gesprek met leerkracht + ouder(s). Stap 5:  Indien u al deze stappen gevolgd heeft, en u na deze gesprekken van mening bent dat uw klacht niet opgelost is, dient u uw klacht schriftelijk in bij het Algemeen Bestuur. Stap 6:  Een afgevaardigde van het Algemeen Bestuur zal dan contact met u opnemen voor een persoonlijk gesprek met u betreffende de klacht. Stap 7:  Na dit gesprek zal het betreffende bestuurslid contact opnemen met de directeur. Stap 8:  Indien nodig volgt er een gesprek tussen een afgevaardigde van het Algemeen Bestuur, de directeur en de betrokken leerkracht. Stap 9:  Uiteindelijk zal de afgevaardigde van het Algemeen Bestuur contact met u opnemen m.b.t. uw klacht en de geboden oplossing.

 Stap 10: 



  

 

 





 



41

Bij blijvende ontevredenheid m.b.t. de afhandeling van uw klacht, kunt u contact opnemen met de interne vertrouwenspersoon, deze kan u begeleiden bij het indienen van een klacht bij de klachtencommissie van het katholiek onderwijs.

B. Klachten met betrekking tot de directeur van de school. Stap 1:  U bespreekt uw klacht met de directeur (anderen zullen u naar deze persoon terugverwijzen. Op anonieme klachten wordt niet ingegaan). Stap 2:  Bij aanhoudende klachten bespreekt u uw klacht nogmaals met de directeur Stap 3:  Indien u al deze stappen gevolgd heeft, en u na deze gesprekken van mening bent dat uw klacht niet opgelost is, dient u uw klacht schriftelijk in bij het Algemeen Bestuur. Stap 4:  Een afgevaardigde van het Algemeen Bestuur zal dan contact met u opnemen voor een persoonlijk gesprek met u betreffende de klacht. Stap 5:  Er volgt een gesprek tussen een afgevaardigde van het Algemeen Bestuur, het BMT– lid Personeelszaken en de betrokken directeur. (BMT = Bovenschools Management Team) Stap 6:  Uiteindelijk zal de afgevaardigde van het Algemeen Bestuur contact met u opnemen m.b.t. uw klacht en de geboden oplossing. Stap 7:  Bij blijvende ontevredenheid m.b.t. de afhandeling van uw klacht, kunt u contact opnemen met de interne vertrouwenspersoon, deze kan u begeleiden bij het indienen van een klacht bij de klachtencommissie van het katholiek onderwijs. C. Klachten over machtsmisbruik, zoals ongewenste intimiteiten, discriminerend gedrag, agressie, geweld en pesten binnen de onderwijssituatie. Stap 1:  U bespreekt uw klacht als eerste met degene die met de klacht te maken heeft, bijvoorbeeld de leerkracht van uw kind (andere leerkrachten zullen u ook naar deze persoon terugverwijzen). Stap 2:  Indien dit niets oplevert, kunt u contact opnemen met de directeur. Stap 3:  Indien deze wijze echter, gelet op de aard van de klacht, niet mogelijk is of indien de afhandeling niet naar tevredenheid was, neemt u contact op met onze interne vertrouwenspersoon. Deze fungeert als eerste aanspreekpunt bij vermoedens van klachten met betrekking tot machtsmisbruik. Deze interne vertrouwenspersoon luistert naar uw verhaal en kijkt samen met u wat er nu gaat gebeuren. Hier is dus sprake van doorverwijzing en NIET van bemiddeling. Stap 4:  De interne vertrouwenspersoon verwijst u met uw klacht naar de externe vertrouwenspersoon. Deze persoon is deskundig op het gebied van onderwijs, machtsmisbruik, seksueel geweld en de gevolgen hiervan. Deze zal samen met u kijken welke volgende stappen wenselijk zijn en kan u daarbij begeleiden.

Dit kan een vorm van hulpverlening zijn, het indienen van een klacht en/of het doen van aangifte bij de politie.





42

Stap 5:  Ook kunt u via de interne vertrouwenspersoon of de externe vertrouwenspersoon, of rechtstreeks contact opnemen met de klachtencommissie van het katholiek onderwijs. (dit kan ook wanneer u alleen informatie wilt, telefonisch op per e-mail). Stap 6:  Als de klacht in behandeling wordt genomen, stelt de Klachtencommissie voor het katholiek onderwijs een klachtencommissie in met leden van de stichting en houdt een zitting waar de klager en aangeklaagde door middel van hoor en wederhoor hun verhaal kunnen doen. Ook hoort de klachtencommissie eventueel getuigen. De klachtencommissie oordeelt of de klacht gegrond of ongegrond is. Na afloop krijgen de klager, de aangeklaagde en het Algemeen Bestuur de uitspraak en het advies op schrift.

HOOFDSTUK 10. 1.

Bijlage H- Modelovereenkomst vrijwillige ouderbijdrage Het bestuur van de stichting GOSER, zijnde het bevoegd gezag Van Basisschool Willem Christiaans, vertegenwoordigd door de heer R. van de Steeg, verder te noemen: ‘de school’

en 2.

De heer/mevrouw zijnde de wettelijk vertegenwoordiger van verder te noemen: ‘de wettelijk vertegenwoordiger’ in aanmerking nemende - dat de wettelijk vertegenwoordiger de leerling heeft ingeschreven bij de school, welke inschrijving de school heeft aanvaard; - dat de school naast het verzorgen van het reguliere, op diplomering gerichte onderwijs zich tevens sterk maakt voor een verdieping van het onderwijs door middel van diverse activiteiten, welke ten doel hebben de maatschappelijke en persoonlijke ontwikkeling van de leerling te bevorderen; - dat voor genoemde activiteiten volgens artikel 27 lid 2 Wet op het Voortgezet Onderwijs (WVO) c.q. artikel 40 lid 1 Wet op het Primair Onderwijs (WPO) c.q. artikel 40 lid 1 Wet op de Expertisecentra (WEC) een overeenkomst voor een ouderbijdrage gesloten kan worden; - dat deze ouderlijke bijdrage vrijwillig is, zodat deze overeenkomst niet behoeft te worden aangegaan, doch wanneer deze overeenkomst is ondertekend er wel een - verplichting tot betaling van de overeengekomen bijdrage door de wettelijk vertegenwoordiger bestaat; - dat het de wettelijk vertegenwoordiger bovendien vrij staat de overeenkomst slechts voor een gedeelte van de door de school aangeboden diensten en activiteiten aan te gaan; - dat de wettelijk vertegenwoordiger het van belang acht dat de leerling naast het reguliere onderwijs tevens deelneemt aan de hierna genoemde, door de school verzorgde activiteiten, en bereid is de daaraan verbonden kosten aan de school te voldoen; - dat de wettelijk vertegenwoordiger door het aangaan van deze overeenkomst eveneens gehouden is de daarin opgenomen bijdrage aan de school volledig en tijdig te voldoen, verklaren te zijn overeengekomen: 1. De wettelijk vertegenwoordiger wenst de leerling gebruik te laten m aken van c.q. deel te laten nemen aan de volgende diensten of activiteiten, van welke diensten of activiteiten een uitgebreide beschrijving is opgenomen in de schoolgids. Activiteiten overzicht Lidgeld oudervereniging. Schoolreisje gr. 1 t/m 4 Schoolreisje gr. 5 t/m 8 Schoolverlatersdagen 2.

per kind per kind per kind per kind

Bijbehorend bedrag € 8,00 € 10,00 € 30,00 € 70,00

Aantal kinderen Bedrag

TOTAAL De wettelijk vertegenwoordiger betaalt het hiervoor vermelde totaalbedrag uiterlijk binnen twee weken na ondertekening van deze overeenkomst op banknummer 1311.90.415, t.n.v Basisschool Willem Christiaans, Ledeacker

3.

Het niet intekenen op een dienst of activiteit dan wel niet (tijdige) betaling van de daar aan verbonden kosten betekent dat de leerling van de desbetreffende dienst of activiteit is uitgesloten.

4.

De school kan voor de verschuldigde ouderbijdrage op verzoek van de wettelijk vertegenwoordiger gehele dan wel gedeeltelijke kwijtschelding verlenen:

5.

Deze overeenkomst wordt voor de duur van één schooljaar aangegaan.

Aldus overeengekomen en opgemaakt in tweevoud te Ledeacker d.d.……………………………………. 1.-Wettelijke vertegenwoordiger ………………………….2.-School ………………………………………………………

43

HOOFDSTUK 11. Bijlage I- SCHOOLREGELS voor Basisschool Willem Christiaans  

Kinderen mogen een kwartier voor schooltijd op het schoolplein; Kinderen die over moeten steken, moeten dat doen bij de brigadiers, ze lopen met de fiets aan de hand naar het schoolplein en zetten hun fiets in de fietsenstalling;



Voor het tafeltennisspel is er een schema voor in de pauze, voor schooltijd mag iedereen tafeltennissen;



Als de school begint gaat de bel, de kinderen gaan per groep in de rij staan;



De groepsleerkracht gaat de kinderen buiten ophalen, de kinderen gaan per groep naar binnen. Als eerste groep 7-8, daarna groep 5-6, daarna groep 3-4 en als laatste groep 1-2.



De kinderen hangen hun jassen aan de kapstok bij hun eigen groep en gaan zonder te rennen naar de klaslokalen;



Kinderen mogen niet zonder toestemming in de koffiekamer, kopieerruimte, directiekamer, dorpshuis.



In alle klassen hangt een wc-kaart. Onnodig wc gebruik voorkomen.



In elke klas zijn twee kinderen hulpje van de week. Deze kinderen zorgen voor verschillende taken binnen de groep. (Hangt een lijstje van in de klas.)



Bij het naar huis gaan, moeten de kinderen van groep 1 tot en met 4 wachten. De leerkrachten letten erop of dat alle kinderen worden opgehaald.



De kinderen gaan na school meteen naar huis en blijven niet op de speelplaats spelen.



Op dinsdag en vrijdag zetten de kinderen aan het einde van de dag,de stoelen op de tafel . ( er wordt dan in de klassen gepoetst.)



Van de kinderen wordt verwacht dat ze met zorg omgaan met de spullen van school,van andere kinderen en van zichzelf.

44

HOOFDSTUK 12. Bijlage J. Model Privacy overeenkomst.

Bs Willem Christiaans Dorpsstraat 33 5846 AB Ledeacker telefoon (0485) 381200 e-mail [email protected]

Privacyovereenkomst Betreft : het maken van video-opnamen / het publiceren van foto’s, doorgeven van leerlinggegevens het controleren op hoofdluizen.

1.

Het maken van een videoregistratie in een groep ten behoeve van een onderzoek (groeps- of individueel gericht) is alleen toegestaan indien school en / of ouders van mening zijn dat een en ander van wezenlijk belang is voor een onderzoek of deskundigheidsbevordering van de leerkracht (in- of extern). Indien u dit als ouders bezwaarlijk vindt, dan kunt U dit hier aangeven.

2. Tijdens groeps- en schoolactiviteiten worden er regelmatig foto’s en video`s gemaakt (door leerkrachten en ouders). Foto’s en videobeelden, waarop uw kind te zien is, kunnen verspreid worden (ouders kunnen bijv. foto’s,cd-roms kopen), Indien U dit bezwaarlijk vindt dan kunt U dit hier aangeven:

3. Foto’s en video`s (zie 2) kunnen gepubliceerd worden (in schoolinfo’s) en/of op de schoolwebsite/weblog. Indien U dit bezwaarlijk vindt, dan kunt U dit hier aangeven:

4. Opmerkingen bij de onderdelen 2 en 3: a. Ouders, die bij 2 en 3 hebben aangegeven dat zij bezwaren hebben tegen de publicatie en of verspreiding van foto’s en video`s, dienen een fotoserie/video-opname vooraf zelf te controleren. b Bij geen toestemming tot plaatsing op de website kan het voor komen, ook na controle door de ouders, dat een foto/video-opname toch per ongeluk geplaatst wordt. Ouders wordt in dit geval gevraagd zo spoedig mogelijk contact op te nemen met de directeur van de school. Betreffende foto/video wordt binnen twee dagen weggehaald van de website.

5. Jeugdgezondheidszorg (waaronder logopedie en schoolarts) en schoolbegeleidingsdienst verzoeken de school jaarlijks een aantal leerlinggegevens door te geven. Als U dit bezwaarlijk vindt kunt U dit hier aangeven. In dat geval moet U zelf deze gegevens doorgeven aan betreffende instanties.

6. Na een vakantie worden de kinderen door een enkele ouders nagekeken op hoofdluizen. We hebben daarvoor uw toestemming nodig. Als uw kind hoofdluizen heeft, wordt u, als ouder, meteen ingelicht. Indien u bezwaar tegen een dergelijke controle heeft, kunt u dat hier aangeven.

45

Ondertekening De ouders / verzorgers van: (naam kind): Handtekening ouders / verzorgers:

(geboortedatum) Handtekening directeur van de school:

Indien U niets invult (per onderdeel) heeft U geen bezwaren en bent U akkoord met het gestelde. Deze verklaring bij meerdere kinderen in een gezin per kind invullen

46

HOOFDSTUK 13. Bijlage K- SPONSORING Scholen kunnen zich laten sponsoren. Door sponsoring kunnen scholen financiële speelruimte creëren die zowel ten goede komt aan het onderwijs als allerlei nevenactiviteiten. Met dat sponsorgeld kunnen allerlei extraatjes worden gedaan. Onze school staat dan ook positief tegenover sponsoring. Omdat wij op een verantwoorde en zorgvuldige manier met sponsoring willen omgaan moet de sponsoring aan een aantal voorwaarden voldoen. 

Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school.  Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de school en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen.  Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloeden, dan wel in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die onze school aan het onderwijs stelt.  Speciale aandacht richten wij op sponsoruitingen in gesponsord lesmateriaal. Boven genoemde punten vinden hun basis in het convenant sponsoring, dat de staatssecretaris van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen en alle landelijke onderwijsorganisaties van besturen, personeel, ouders en leerlingen en een aantal andere organisaties – waaronder de Consumentenbond- hebben ondertekend. Dit convenant ligt op school ter inzage. Om de sponsoring op onze school in goede banen te leiden, beschikt de school over een sponsorbeleidsplan. Ook dit plan ligt op school ter inzage. Alle sponsoractiviteiten, die de school onderneemt, behoeven de goedkeuring van het schoolbestuur en de instemming van onze medezeggenschapsraad en worden vastgesteld in overleg met het leerkrachtenteam en onze schoolcommissie. Ouders, die klachten hebben over sponsoring, uitingsvormen van sponsoring en niet akkoord gaan met de wederprestatie die aan de sponsoring verbonden is, kunnen een klacht indien bij de klachtencommissie van de school. Sponsoractiviteiten op onze school vallen onder de verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag en worden gecoördineerd door de sponsorcommissie die bestaat uit:  de directeur van de school;  één lid van de medezeggenschapsraad, de oudergeleding vertegenwoordigend (dit lid is tevens lid van de oudergeleding van de medezeggenschapsraad);  één lid van de medezeggenschapsraad, de personeelsgeleding vertegenwoordigend.

Via de info zullen wij u informeren over eventuele sponsoractiviteiten.

47

Bijlage L-

Regels met betrekking tot ondersteunende werkzaamheden van ouders.

Als ouders ondersteunende werkzaamheden doen op school, doen ze dit onder leiding en in opdracht van de leerkracht. Bij het verrichten van de ondersteunende werkzaamheden vallen de ouders onder de WA-verzekering van de school. Van de ouders, die op school werken wordt verwacht:  Dat zij werken conform de afspraken, die gemaakt zijn door: directie, team dan wel individuele leerkracht.  Dat zij de privacy van de leerlingen waarborgen. Dat zij geen persoonlijke mededelingen doen buiten schoolverband.  Dat zij zich tijdens de werkzaamheden op een correcte manier gedragen. Dit tegen de leerlingen en tegenover de leerkrachten.

HOOFDSTUK 14. Bijlage M- Vervoer van kinderen. Vervoer van kinderen is gebonden aan wetsregels. Wij geven u een aantal veiligheidsadviezen. Lopend Voetgangers moeten gebruik maken van het trottoir of het voetpad. Voetgangers gebruiken het fietspad of fiets/bromfietspad als er geen trottoir of voetpad is. Is er ook geen fietspad of fiets/bromfietspad, dan moeten voetgangers de wegberm gebruiken of de uiterste zijde van de rijbaan. Fiets · de fietser moet gebruik maken van het fietspad of fiets/bromfietspad indien dit aanwezig is en anders moet aan de meest rechter zijde van de weg gefietst worden. Natuurlijk moet de fiets aan de veiligheidseisen voldoen. · Achterop de fiets: kinderen beneden de acht jaar mogen alleen achterop de fiets vervoerd worden als ze zitten op een doelmatige en veilige zitplaats met voldoende steun voor de rug, handen en voeten. Bromfiets · Achter op de bromfiets: ook hier moeten kinderen onder de acht jaar een doelmatige en veilige zitplaats met voldoende steun voor de rug, handen en voeten hebben. Bovendien moeten ook passagiers een goed passende helm dragen, die door middel van een sluiting op deugdelijke wijze op het hoofd is bevestigd. De helm moet voorzien van een goedkeuringsmerk. Snorfiets · Achterop de snorfiets: hiervoor gelden dezelfde regels als voor op de fiets. Een helm is niet verplicht. Auto · In de auto: hier moet een onderscheid gemaakt worden tussen vervoer voorin de auto en achterin. · Voorin de auto moeten bestuurder en passagier gebruik maken van de beschikbare gordel. Kinderen jonger dan 12 jaar en korter dan 1.30 meter moeten gebruik maken van een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem dat is voorzien van een goedkeuringsmerk. Voor deze categorie is de gewone veiligheidsgordel dus niet genoeg. · Achterin de auto moeten passagiers gebruik maken van de voor hen beschikbare gordels. Zijn dit kinderen jonger dan 12 jaar en korter dan 1.50 meter dan moeten zij gebruik maken van een geschikt kinderbeveiligingssysteem dat is voorzien van een goedkeuringsmerk indien dit aanwezig is. Als er geen kinderbeveiligingssysteem aanwezig is moeten kinderen van 3 tot 12 jaar die korter zijn dan 1.50 meter gebruik maken van de beschikbare autogordel. Kinderen van 0 tot 3 jaar hoeven geen gebruik te maken van de gordel als er geen kinderbeveiliging -systeem aanwezig is. Zij mogen dan dus los in de auto zitten (bijvoorbeeld op schoot of in een reiswieg). Indien er meer kinderen achterin zitten dan er gordels aanwezig zijn, moeten de aanwezige gordels gebruikt worden en mogen de andere kinderen los (het mag maar is natuurlijk niet veilig). · Bestuurders en inzittenden die korter zijn dan 1.50 meter mogen een driepuntsgordel gebruiken als heupgordel.

48

Schoolbus · Vervoer per schoolbus en ander betaald personenvervoer: per 1 januari 2004 moeten kinderen vanaf vier jaar over een eigen zitplaats beschikken. Beschikbare gordels moeten worden gedragen. Veiligheid Natuurlijk valt er nog veel aan de veiligheid van het vervoer van kinderen toe te voegen. Nog een paar korte tips. Fiets gedurende een lange periode met de kinderen mee en wijs hen op de gevaren. Kies de veiligste fietsroute. Hou de veiligheid van de fiets goed in de gaten. Voor het vervoer met de auto is de wettelijke regeling dat er op de achterbank meer kinderen mogen worden vervoerd dan er gordels aanwezig zijn. Natuurlijk is het veiliger kinderen in een geëigend beveiligingsmiddel te vervoeren en niet meer kinderen mee te nemen dan beveiligingsmiddelen beschikbaar zijn. Bestuurders van auto's met airbags adviseren wij in het instructieboekje te lezen welke zitplaatsen op welke wijze gebruikt kunnen worden door kinderen. Leer kinderen altijd aan de kant van de stoep uit de auto stappen. Brengt u de kinderen met de auto naar school, zet de kinderen dan niet aan de overkant van de straat af. Let ook op de veiligheid van andere kinderen die lopend of fietsend komen, dus parkeer nooit op de stoep en geef hen de ruimte.

Gratis advies Voor advies, vragen en informatie kunnen ANWB-leden op werkdagen van 9.00 tot 17.00 uur bellen met ANWB Rechtshulp, op telefoonnummer (070) 314 77 88. Ook kunt u uw vraag stellen met behulp van onderstaand e-mailformulier.

49

HOOFDSTUK 15. Bijlage N Adressen Van de school: Dorpsstraat 33 5846 AB Ledeacker T: 0485 381200 Email: [email protected] www.wchrs.nl 15.1.0. Teamleden: Directeur: Dhr. Rien van de Steeg, Wnd.directeur: Mevr. Marianne van den Boomen-Willems, Groepslerares: Mevr. Jolanda van Leuken – Schel, Groepslerares: Mevr. Astrid Nabuurs, Groepslerares: Mevr. Anneke Giesbers Groepsleraar:

Dhr. Peter van Hout

Interieurverzorgster: Mevr. Thea Ali – van Raay, Conciërge: Dhr. Ad van Breda 15.1.1. Raad van Toezicht: Voorzitter: Dhr. K. van de Velden. 15.1.2. College van Bestuur: Dhr. L van der Mark. Stichting Peelraam Dorpsstraat 11 5446 AM Wanroij Telefoonnummer: 0485-471811 / 471854 Postadres: postbus 44, 5450 AA Mill Oudervereniging: Voorzitter: Secretaris: Mevr. Marion van de Heuvel Den Dries 21 5846 AT Ledeacker Penningmeester: Mevr. Paulette Wolters Vrijstraat 17 5846 AG Ledeacker Coördinatie brigadieren: Dhr. Joop van Dommelen Hoenderstr. 9 5846 AE Ledeacker Lid: Mevr. Daienne Baltussen Dorpsstraat 42 5846 AA Ledeacker

0485-382349 0485-381553 0485-381861 0485-381424

Medezeggenschapsraad: De MR bestaat in schooljaar 2011 – 2012 uit de volgende personen. Namens de ouders: Dhr. Twan Jans en Dhr. Gert Wolters. Namens het team: Mevr. Marianne van den Boomen en Mevr. Anneke Giesbers.

50

Overige adressen: Stichting Jeugdtandverzorging Noordoost Noord-Brabant, Obrechtstraat 25, 5344 AT Oss, tel. 0412 625967 Stichting Onderwijs en Levensbeschouwing, Brabant - Noordoost, Valuwe 2, 5431 AV Cuyk, tel. 0485 574981 G.G.D. Postbus 414, 5340 AK Oss, tel. 0900- 4636443 Inspectie van het Onderwijs, [email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 0800 -8051 (gratis) Klachtmeldingen over seksuele intimidatie,seksueel misbruik,ernstig psychisch of fysiek geweld:meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900 -111 3 111 (lokaal tarief) AOB Zuid Nederland. Adviesbureau Onderwijs en Beroep. Koornstraat 10, 5341 BR, Oss, tel 0412 622900 Schoolmaatschappelijk werk Jeanine Grommen: 06 10430558 Te bereiken op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag.

51

Leerlingenlijst Schooljaar 2011 -2012 Groep 1-2-3-4 Naam 1 Lara van Hees 2 Sanne Hegmans 3 Madina Naseri 4 Marit Arts 5 Julia Cornelissen 6 Lynn Daverveld 7 Daan Hegmans 8 Feline van den Heuij 9 Lars Kusters 10 Fleur Rongen 11 Giel Verhoeven 12 Guus Aben 13 Willem Cornelissen 14 Maarten van Hintum 15 Olaf de Kleijnen 16 Janne Kusters 17 Luc Verhoeven 18 Puk Claassen 19 Monica van Duuren 20 Linn van Hees 21 Marit van den Heuij 22 Jarno Arts 23 Noa van Bakel 24 Sophie Baltussen 25 Tim Hegmans 26 Demi de Kleijnen 27 Stan Linders 28 Janne Peeters

52

Groep 5-6 Naam 1 Joep Claassen 2 Dirk Cremers 3 Stijn van Haren 4 Niels Hendriks 5 Daan Jans 6 Teun Jans 7 Sabrina Naseri 8 Lars Peeters 9 Dirk Baltussen 10 Gijs Bergman 11 Mika Broeders 12 Luc van Dommelen 13 Luuk van Duuren 14 Job Hendriks 15 Bart Hoesen 16 Geke de Kleijnen 17 Jurgen Linders 18 Mathijs Peters 19 Lis Thijssen

Groep 7-8 Naam 1 Marlou Arts 2 Kiki Claassen 3 Lynn Cornelissen 4 Tom van Duuren 5 Simone van Els 6 Danique van der Heijden 7 Tijn van den Heuvel 8 Giel Jans 9 Eline Peeters 10 Jordy Schaaf 11 Jurre Wolters 12 Bart Bergman 13 Yara Broeders 14 Gijs Cremers 15 Julia van Dommelen 16 Jorn van den Heuvel 17 Sjoerd Jans 18 Willem Jans 19 Kees Leijssen 20 Mina Naseri

53

BRIGADIEREN 2011-2012 Maandag

8:15 uur 12:00 uur 13:00 uur 15:15 uur

Dorothé en Twan Jans Yvonne Cornelissen Sandra Arts Conny Roelofsen

383169 381883 371371 383448

en en en en

Sjoerd Jans Mina Naseri Bart Bergman Daienne Baltussen

383169 381462 479761 381424

Dinsdag

8:15 uur 12:00 uur 13:00 uur 15:15 uur

Monique Jans Sandra Broeders Marjo van Dommelen Angelique Cremers

385383 322673 381861 385062

en en en en

Willem Jans Yara Broeders Julia van Dommelen Gijs Cremers

385383 322673 381861 385062

Woensdag

8:15 uur Marjon van den Heuvel 382349 12:30 uur Gerry Jacobs 383917

en Jorn van den Heuvel en Kees Leijssen

382349 383531

Donderdag

8:15 uur 12:00 uur 13:00 uur 15:15 uur

385118 371836 385688 479761

en en en en

Mina Naseri Julia van Dommelen Nicole van Hees Bart Bergman

381462 381861 381985 479761

8:15 uur Paulette Wolters

381553

en Jorn van den Heuvel

382349

12:00 uur Thera Peeters /Marleen Hendriks 13:00 uur Annie Leijssen 15:15 uur Angélique vd Hout

385204 381298 383531 385229

en Gijs Cremers en Kees Leijssen en Tom van Duuren

385062 383531 385229

Vrijdag

Helanda van de Heijden Gerry Thijssen Rian Linders Simone Bergman

Brigadierscoördinator is Joop van Dommelen 381861 Bij evt. onjuistheden graag een mailtje naar [email protected] Reservebrigadiers

54

Linda Fransen Lion Linders Annemieke Claassen Anton Boumans Riek Boumans Arno Cornelissen Joop van Dommelen Peter van Duuren Mat vd Heijden Brigitte de Kleijnen Bert Schaaf

381582 385688 371655 381977 381977 381883 381861 385229 385118 382325 06 51901132

Karin de Beijer Henk Jans Annie Kempen Jac Bergman Ilse van Haren Willyanne van Bakel Marion Hegmans Willy van Duuren Li Juan Twan Jans Monique Arts (vd Heuy)

06 10280342 385383 383146 479761 381845 372127 381705 384408 384408 383169 384711

Lijst voor begeleiding van fietsen naar de gymzaal in St. Anthonis Groep 3-4-5-6: gymtijd donderdag van 13.10 - 14.10 13.15 vertrek Groep 5-6: gymtijd dinsdag van 14.10 - 15.15 14.00 vertrek

Telkens 1 ouder van groep 3-4 fietst 1 keer per week mee!(op donderdag) Een ouder van 5-6 fietst twee keer per week mee!( Datum Ouder van 5-6 Ouder van 3-4 23 aug.2011 Joep Claassen 25 aug. 2011 Joep Claassen en Marit v.d. Heuij 30 aug. 2011 Dirk Cremers 1 sept. 2011 Dirk Cremers en Noa van Bakel 6 sept. 2011 Stijn van Haren 8 sept. 2011 Stijn van Haren en Sophie Baltussen 13 sept. 2011 Niels Hendriks 15 sept. 2011 Niels Hendriks en Linn van Hees 20 sept. 2011 Sabrina Naseri 22 sept. 2011 Sabrina Naseri Tim Hegmans 27 sept. 2011 Daan Jans 29 sept. 2011 Daan Jans Demi de Kleijnen 4 okt. 2011 Lars Peeters 6 okt. 2011 Lars Peeters Stan Linders 11 okt. 2011 Teun Jans 13 okt. 2011 Teun Jans Puk Claassen 18 okt. 2011 Dirk Baltussen 20 okt. 2011 Dirk Baltussen Monica v Duuren 1 nov. 2011 Gijs Bergman 3 nov. 2011 Gijs Bergman Janne Peeters 8 nov. 2011 Job Hendriks 10 nov.2011 (vrij ‘s middags) 15 nov. 2011 Luc van Dommelen 17 nov. 2011 Luc van Dommelen Jarno Arts 22 nov. 2011 Luuk van Duuren 24 nov. 2011 Luuk van Duuren Marit v.d. Heuij 29 nov. 2011 Mika Broeders 1 dec. 2011 Mika Broeders Noa van Bakel 6 dec. 2011 (vrij hele dag) 8 dec. 2011 Geke de Kleijnen Sophie Baltussen 13 dec. 2011 Bart Hoesen 15 dec. 2011 Bart Hoesen Linn van Hees 20 dec. 2011 Jurgen Linders 22 dec. 2011 Jurgen Linders Tim Hegmans 10 jan. 2012 Mathijs Peters 12 jan. 2012 Mathijs Peters Demi de Kleijnen 17 jan. 2012 Lis Thijssen 19 jan. 2012 Stan Linders Lis Thijssen

Lijst voor begeleiding van fietsen naar de gymzaal in St. Anthonis ( vervolg) Groep 3-4-5-6: gymtijd donderdag van 13.10 - 14.10 13.15 vertrek Groep 5-6: gymtijd dinsdag van 14.10 - 15.15 14.00 vertrek 24 jan. 2012 26 jan. 2012 31 jan. 2012 2 febr. 2012 7 febr. 2012

55

Joep Claassen Joep Claassen en Dirk Cremers Dirk Cremers en Stijn van Haren

Monica v Duuren Janne Peeters

9 febr. 2012 14 febr. 2012 16 febr. 2012 28 febr. 2012 1 mrt. 2012 6 mrt. 2012 8 mrt. 2012 13 mrt. 2012 15 mrt. 2012

Stijn van Haren en Niels Hendriks Niels Hendriks en Sabrina Naseri Sabrina Naseri Daan Jans Daan Jans Lars Peeters Lars Peeters

20 mrt. 2012 22 mrt. 2012 27 mrt. 2012 29 mrt. 2012(vrij ’s middags) 3 april 2012 5 april 2012 10 april 2012 12 april 2012 17 april 2012 19 april 2012 8 mei 2012 10 mei 2012 15 mei 2012 17 mei 2012 (vrij hele dag) 22 mei 2012 24 mei 2012 29 mei 2012 31 mei 2012 5 juni 2012 7 juni 2012 12 juni 2012 14 juni 2012 19 juni 2012 21 juni 2012

Teun Jans Teun Jans Dirk Baltussen

56

Gijs Bergman Gijs Bergman Job Hendriks Job Hendriks Luc van Dommelen Luc van Dommelen Luuk van Duuren Luuk van Duuren Jurgen Linders Geke de Kleijnen Geke de Kleijnen Bart Hoesen Bart Hoesen Mika Broeders Mika Broeders Mathijs Peters Mathijs Peters Lis Thijssen Lis Thijssen

Jarno Arts Puk Claassen Marit v.d. Heuij Noa van Bakel Sophie Baltussen Linn van Hees

Tim Hegmans Stan Linders Monica v Duuren Janne Peeters

Marit v.d. Heuij Noa van Bakel Jarno Arts Linn van Hees Demi de Kleijnen

Bijlage – R De medezeggenschapsraad van Basisschool “Willem Christiaans” verklaart akkoord te gaan met de inhoud van de schoolgids voor schooljaar 2011 – 2012.

Plaats…………………………………

Voorzitter……………………………………………………

Datum………………………………

Secretaris……………………………………………………

Na vaststelling van de schoolgids door de Medezeggenschapsraad wordt de schoolgids aan het begin van het schooljaar en bij inschrijving van de leerling aan ouders en verzorgers uitgereikt.

57