Schoolgids 2014-2015
Ruimte voor
ontwikkeling vwo, tweetalig vwo en havo
correspondentieadres bezoekadres telefoon iban email homepage
Postbus 246, 3620 AE Breukelen Schepersweg 6a, 3621 JK Breukelen 0346 258060 NL76 RABO 0304 6780 15
[email protected] www.rsgbroklede.nl
Inhoudsopgave 1. Voorwoord 2. RSG Broklede -
Uitgangspunten De school Onze kijk op onderwijs Leefstijl
-
Het onderwijskundig beleid
3. Onderwijs op RSG Broklede -
Leerwegen Onderwijs onderbouw Overgangsnormen onderbouw De tweede fase: de bovenbouw Overgangsnormen Havo 4 en Vwo 4 + 5
4. De organisatie en inrichting van ons onderwijs -
Schooltijden Vakanties Absentie Lesuitval De Mediatheek
-
Leefregels
5. De leerlingbegeleiding A lgemeen -
Specifieke leerlingbegeleiding Schoolmaatschappelijk werk
-
Leer- en gedragsproblematiek
6. De leerlingbegeleiding buiten school 7. Financiën -
Kosten onderwijs Tegemoetkoming studiekosten
8. Broklede in cijfers 9. Betrokken bij het onderwijs -
Contacten ouders - school Ouderraad Medezeggenschapsraad Leerlingenraad Klachtenregeling
10. Belangrijke namen en adressen
1. Voorwoord Geachte lezer, Als plaatsvervangend rector van regionale scholengemeenschap Broklede is het mij een genoegen om hierbij de schoolgids voor het schooljaar 2014-2015 te introduceren. Speciaal heet ik bij deze gelegenheid de vele nieuwe ouders en leerlingen, die voor onze school hebben gekozen, van harte welkom op Broklede. Deze schoolgids is naast andere informatiebronnen van de school, zoals de website, en de diverse ouderavonden een belangrijke schakel tussen school en thuis. Deze gids bevat veel nuttige informatie voor alle leerlingen en ouders. Ik hoop dat deze gids en onze website de juiste hulp biedt om snel thuis te raken op onze school. Broklede bestaat komend schooljaar 50 jaar. De school werd in 1964 gesticht om in de Vechtstreek ook openbaar onderwijs te bieden op een hoger niveau. Vanuit deze HBS ontstond een sch olengemeenschap waar nu 1500 leerlingen en personeelsleden samen werken aan goed onderwijs. In dit schooljaar zal op meerdere momenten stilgestaan worden bij dit jubileum, maar het hoogtepunt zal vallen in de tweede week van april met een grote reünie op 11 april 2015. Broklede wil een inspirerende, veilige en zorgzame school zijn met een duidelijk HAVO/VWO profiel en een sterke samenhang tussen pedagogisch en onderwijskundig beleid. De kwaliteit van ons onderwijs staat voorop. Door die kwaliteit te waarborgen gaan onze leerlingen van school als zelfbewuste en kritisch denkende burgers, met verantwoordelijkheidsbesef en oog voor wat mooi en waardevol is. De school stelt zich als doel een pedagogisch klimaat te creëren waarin leerlingen zich betrokken voelen bij de school. Bovendien heeft Broklede expliciet aandacht voor de toenemende mondialisering en de rol van informatie en communicatie technologie. Deze ambitie vormt de leidraad voor ons dagelijks handelen en wordt in de Vechtstreek goed versta an. Dit schooljaar heeft dit opnieuw geleid tot een grote instroom van een hoog niveau. In deze gids treft u ook een meerjarenoverzicht aan van onze onderwijsresultaten in alle leerjaren. Wij zijn trots op de resultaten die de afgelopen jaren geboekt zijn. De rapporten van de onderwijsinspectie bevestigen dat Broklede een school is waar veel leerlingen succesvol een diploma halen. Om goed onderwijs van onze docenten te ondersteunen heeft Broklede in de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in de huisvesting en de lesvoorzieningen in de klassen. Elk lokaal is toegerust met moderne ICT -voorzieningen met op veel plaatsen digitale schoolborden en in de gehele school is een draadloos netwerk gerealiseerd. RSG Broklede is gevestigd op één locatie aan de Schepersweg in Breukelen. Met 1370 leerlingen en ongeveer 135 personeelsleden zijn wij een middelgrote school. Wij zijn een scholengemeenschap waarin je gekend, herkend en erkend wordt. Een school waar de leerling zijn of haar eigen plek weet te vinden en zich iedere dag verder ontwikkelt. In de schoolgids en ook op onze website kunt u alle informatie vinden over onze kijk op onderwijs, hoe ons onderwijs is georganiseerd en bijvoorbeeld welke normen worden gehanteerd. Maar u kunt ook lezen over het mentoraat en het belang dat wij hechten aan een adequate leerlingbegeleiding. Of over financiën, Broklede in cijfers en de betrokkenheid van ouders, de rol van de ouderraad, leerlingenraad en medezeggenschapsraad. Verder vindt u een overzicht met namen en adressen, informatie over de klachtenregeling en een verwijzing naar ons huishoudelijk reglement en het leerlingenstatuut. Hierin staan de regels en afspraken die wij hanteren om vanuit respect voor elkaar en voor de omgeving samen te leven en te leren op school. Tot slot wens ik al onze leerlingen een succesvol schooljaar toe in goede gezondheid en met het nodige plezier. Ik reken op een goede samenwerking tussen leerlingen, ouders, medewerkers en schoolleiding om op die manier met elkaar te werken aan een goede ontwikkeling en vorming van onze leerlingen op weg naar de volwassenheid. F.C.J. van de Kamp Plaatsvervangend rector
2. RSG Broklede Uitgangspunten RSG Broklede verzorgt openbaar onderwijs. Leerlingen, ouders en medewerkers uit alle groeperingen waaruit de Nederlandse samenleving bestaat, voelen zich er thuis. De verschillen van opvattingen en achtergrond maken het samenleven boeiend, zolang er respect is voor de opvattingen van anderen. Dat stimuleert een klimaat waarin vertrouwdheid en betrokkenheid geen loze kreten zijn. De docenten en het onderwijsondersteunend personeel kennen heel veel leerlingen en treffen hun collega’s makkelijk voor een gesprek over een leerling of over een klas. Ook de schoolleiding heeft dagelijks contact met de leerlingen.
De school RSG Broklede, opgericht in 1964, is een scholengemeenschap voor HAVO (Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs), VWO (Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs) en TVWO (Tweetalig VWO). De school vervult een streekfunctie. De leerlingen zijn afkomstig uit Breukelen, Maarssen, Maarssenbroek, Vleuten-De Meern, Nieuwer ter Aa, Vinkeveen, Nieuwersluis, Tienhoven, Kockengen, Loenen a/d Vecht, Vreeland, Loenersloot, Baambrugge en Abcoude. Bij de inrichting van het dag- en weekrooster wordt daarmee rekening gehouden. RSG Broklede heeft een ruim, modern gebouw met een aantal nieuwe lokalen, een grote aula, een fietsenstalling en studieruimtes. De school heeft een verbinding met de gemeenschappelijke bibliotheek, de muziekschool, het kinderdagverblijf en het regionaal historisch archief. RSG Broklede voert een personeelsbeleid dat is gericht op een prettig werkklimaat waarin optimaal functioneren mogelijk wordt gemaakt.
Onze kijk op onderwijs RSG Broklede streeft ernaar een zorgzame school te zijn, met een sterke samenhang tussen pedagogisch en onderwijskundig beleid, een duidelijk HAVO/VWO-profiel, een hoog lesrendement, intensieve begeleiding en een goede aansluiting op het HBO en universitair onderwijs. Tijdens hun schoolloopbaan wordt de leerlingen geleerd in toenemende mate zel fstandig en zelfverantwoordelijk te kunnen werken en leren. In de onderbouw is de zorg gericht op het creëren en in stand houden van een veilig pedagogisch klimaat en het rekening houden met verschillen tussen leerlingen. Er is enerzijds hulp voor zwakkere leerlingen, zodat er weinig leerlingen van school moeten veranderen en anderzijds wordt de sterkere leerlingen waar mogelijk extra uitdaging geboden. Leren en toepassen krijgen evenveel aandacht en de ontwikkeling van creativiteit wordt sterk gestimuleerd. In les- en buitenlesactiviteiten wordt een brede algemene vorming nagestreefd op cognitief, cultureel, sociaal, emotioneel en motorisch gebied. We stimuleren de leerlingen eruit te halen wat erin zit. In de bovenbouw streven we ernaar dat leerlingen op basis van hun prestaties een zo breed mogelijke basis hebben voor hun vervolgopleiding.
Leefstijl In het eerste en tweede leerjaar gebruiken de teams het programma Leefstijl. Leefstijl wil bevorderen dat jongeren opgroeien tot zelfstandige, sociaal vaardige en betrokken mensen en sluit hiermee goed aan bij het schoolplan van RSG Broklede. Hoofdthema’s van het programma zijn communicatieve vaardigheden, emotionele vaardigheden, zelfvertrouwen, samenwerken, conflicthantering, keuzes maken, de invloed van w aarden en normen op je gedrag en op het gedrag van anderen. De kerndoelen met betrekking tot actief burgerschap zijn allemaal in dit programma verwerkt. De nadruk ligt op werkvormen die de leerlingen activeren. Alle mentoren en teamleiders van het 1e en 2e leerjaar hebben hier een scholing voor gevolgd.
Het onderwijskundig beleid Het onderwijskundig beleid is gericht op verbetering en vernieuwing. Daarbij wordt aangesloten op landelijke onderwijskundige ontwikkelingen zowel in de onderbouw als in de bove nbouw. Zo is er veel aandacht voor actief en zelfstandig werken en voor de integratie van Informatie en Communicatie Technologie (ICT) in de lessen. Daarnaast neemt de school deel aan meerdere samenwerkingsprojecten. Een voorbeeld is het bètapartnersproje ct waarbij we samen met Universiteit van Amsterdam, Vrije Universiteit, Hogeschool van Amsterdam, het NEMO, VHTO en 7 andere scholen werken aan onderwijsvernieuwingen om het bètaonderwijs op RSG Broklede nog aantrekkelijker te maken voor de leerlingen. Inmiddels heeft RSG Broklede zich in vervolg hierop gekwalificeerd als Universumschool. Met als basis een goede kwaliteit van bètaonderwijs op de eigen school streeft RSG Broklede ernaar dat meer leerlingen kiezen voor een vervolgstudie in de bètarichting. De school heeft extra aandacht voor de basisvaardigheden taal, rekenen en ict. Voor het TVWO werkt RSG Broklede mee aan het netwerk Tweetalige Scholen en aan het U -Teachproject van de Universiteit van Utrecht (opleiding voor leraren in het tweetalig onderwi js).
3. Onderwijs op RSG Broklede Leerwegen De eerste klassen beginnen hun opleiding in een HAVO, HAVO/VWO, VWO of een TVWO klas. Zij worden ingedeeld op grond van het advies van de basisschool en een tweede toelatingsgegeven. Leerlingen van het Tweetalig VWO hebben daarnaast een toelatingsgesprek en -toets gehad. Het vervolg van hun schoolloopbaan speelt zich af binnen het schema van mogelijkheden zoals hieronder weergegeven. Aan het eind van het tweede jaar HAVO/VWO doet de school een bindende uitspraak over het vervolg van de leerroute: HAVO 3 of VWO 3. Aan het eind van het 3e leerjaar maken de leerlingen hun profielkeuze voor de bovenbouw. Leerlingen uit VWO 3 kunnen, mits het rapport het toestaat, gericht bevorderd worden naar HAVO 4. Na het behalen van het Havodiploma is onder zekere voorwaarden een overstap naar VWO 5 mogelijk.
Leerjaar 6
TVWO
VWO
Leerjaar 5
TVWO
VWO
Leerjaar 4
TVWO
VWO
HAVO
VMBO
Leerjaar 3
TVWO
VWO
HAVO
MBO
Leerjaar 2
TVWO
VWO
VWO / HAVO
HAVO
Leerjaar 1
TVWO
VWO
VWO / HAVO
HAVO
HAVO
Rientjes MAVO+
Samenwerking met de Rientjes Mavo Leerlingen met een MAVO/HAVO advies van de basisschool starten in een MAVO+ -klas op de Rientjes Mavo. Na bevordering naar HAVO 2 kunnen deze leerlingen instromen in HAVO op RSG Broklede. Toetsbeleid In het huishoudelijk reglement worden in verschillende artikelen de rechten en plichten van leerlingen en docenten t.a.v. toetsing geregeld. Daarnaast zijn er binnen de school nog aanvullende afspraken gemaakt. De belangrijkste daarvan zijn: • In iedere vaksectie worden gemeenschappelijke afspraken gemaakt over alle proefwerken die worden afgenomen. Dit betreft afspraken over correctie, beoordeling, frequentie en gewicht van de proefwerken. • Iedere toets wordt nabesproken in de les. De leerling heeft daarbij inzicht in het door hem of haar gemaakte werk. • Het is bij een groot deel van de vakken niet goed mogelijk een groot aantal verschillende, gelijkwaardige vers ies te maken. Bij deze vakken krijgen de leerlingen het gemaakte werk dan ook niet mee naar huis. Tijdens de bespreking moet de leerlingen daarom wel voldoende gelegenheid geboden worden om inzicht te krijgen in de onderdelen waar hiaten zitten, zodat ze daaraan later thuis kunnen werken. In de bovenbouw wordt daarvoor bij verschil lende vakken het formulier ‘foutenanalyse’ gebruikt.
Onderwijs onderbouw De vaardighedenlijn Naast de vaklessen schenkt RSG Broklede aandacht aan vaardigheden in de zogenaamde vaardighedenlijn. Door het aanbieden van projectonderwijs in het 1e leerjaar en vakoverstijgend onderwijs in het 2e en 3e leerjaar worden de leerlingen voorbereid op het maken van praktische opdrachten en profielwerkstukken in de bovenbouw. Daarnaast wordt er in de mentoruren gewerkt aan deze vaardigheden. Projectonderwijs Met de invoering van De Nieuwe Onderbouw is in het schooljaar 2006-2007 het zogeheten projectonderwijs gestart in het 1e leerjaar op drie aaneengesloten lesuren per week. Een onderwerp of thema duurt 5 à 6 weken. Het aanleren van vaardigheden staat bij het projectonderwijs centraal. V en V RSG Broklede wil met het vak Vaardigheden en Verrijking aansluiten bij de behoefte van de leerlingen. Bij dit vak wordt in klas 1 en 2 extra gewerkt aan de vaardigheden bij Nederlands en wiskunde. Daarvan worden 6 lesuren gebruikt voor ict-vaardigheden. Op deze manier worden de leerlingen voorbereid op de komende
toetsen voor taal en rekenen ter afsluiting van de onderbouw. De leerlingen zijn dan zo ict-vaardig dat ze ict efficiënt kunnen inzetten t.b.v. het leren in de bovenbouw. In klas 3 wordt een uur per jaar gewerkt aan de voorbereiding op de profielkeuze voor de bovenbouw. Tevens kunnen leerlingen in dit uur aan de hand van opdrachten per profiel wennen aan de manier van werken in de bovenbouw. Bij V en V wordt ook gewerkt aan verrijking. De leerlingen in de hele onderbouw maken 1 uur per week kennis met onderdelen van een vak waar in de reguliere lestijd niet altijd tijd voor is. In modules van zes weken komen vakken langs als Spaans, Robotica, Kunstgeschiedenis, De leerlin gen ontvangen een beoordeling voor hun inzet. Beoordeling Voor de beoordeling van proefwerken en andere prestaties wordt gebruik gemaakt van de cijfers 1 tot en met 10. Op het rapport komt het hele cijfer per periode en het voortschrijdend gemiddelde op 2 decimalen achter de komma en afgerond als geheel getal. In het eerste leerjaar worden gedurende het eerste trimester (tot kerst) geen cijfers beneden een 4 gegeven. Rapporteren De cijfers die de leerlingen krijgen voor hun geleverde prestaties worden d oor de docenten genoteerd in een administratiesysteem Magister. Ouders en leerlingen hebben inzage in dit systeem. Ouders en leerlingen ontvangen aan het begin van de schoolloopbaan een instructie om van deze mogelijkheid gebruik te maken. De instructie staat ook op de website. Daarnaast stelt de school drie keer per jaar een cijferrapport op. Deze rapporten verschijnen in december, maart en juli. Na zes weken ontvangt de leerling één keer een tussenrapport (begin november), om een indruk te geven van de start van het schooljaar.
Overgangsnormen onderbouw Op het rapport is tevens een voortschrijdend gemiddelde te zien. Aan het einde van het schooljaar komt het jaargemiddelde. Dit 4e cijfer is het gemiddelde van alle behaalde cijfers in het schooljaar. De vaksectie bepaalt de weging van elk afzonderlijk cijfer. De cijfers van de 1e periode tellen 1x mee en de cijfers van de 2e en 3e periode tellen 2x zo zwaar mee. Bevorderingsrichtlijnen Aan de hand van de rapportcijfers wordt bepaald of een leerling is bevorderd en welke leerlingen besproken worden op de rapportvergaderingen. Hieronder staan de richtlijnen voor de bevordering. Aan onvoldoende cijfers op het 4e rapport worden tekortpunten toegekend. Een 5: levert één tekortpunt op Een 4: levert twee tekortpunten op Een 3: levert drie tekortpunten op, enz.
Bevorderen
cijfers O, 1 of 2 tekorten, waarbij geldt dat in het derde leerjaar bij de kernvakken* maximaal 1 tekort mag staan. dat in het tvwo geen tekort mag staan bij het vak Engels. Er is sprake van gerichte bevordering wanneer een leerling afgewezen wordt in zijn/haar eigen stroom en wel bevorderd wordt naar een andere stroom, bijvoorbeeld van VWO 1 naar HAVO 2.
Bespreken
Een totaal van 3 of 4 tekorten En/of in het derde leerjaar 2 tekortpunt bij de kernvakken. Voor het tvwo geldt daarbij nog: een tekortpunt bij Engels (de leerling wordt dan besproken voor bevordering naar tvwo en kan evt. gericht worden bevorderd naar het volgende leerjaar vwo)
Afwijzen
Meer dan 4 tekortpunten. Indien een leerling op het 3e rapport bevorderd zou zijn, maar op het 4e rapport afgewezen, dan wel op het 4e rapport bevorderd maar op het 3e rapport afgewezen, dan is hij/zij automatisch een bespreekgeval.
* Kernvakken = Nederlands, Engels en wiskunde Ouders hebben de plicht om de school tijdig – dus ruim voor de rapportvergaderingen - te informeren over zaken die een rol spelen bij (het achterblijven van) prestaties van leerlingen. Informatie die is achtergehouden door ouders kan niet na de vergadering ten behoeve van revisie worden ingebracht.
Als een leerling in de bespreekzone zit, kan in de docentenvergadering het volgende worden besloten: de leerling wordt bevorderd naar het volgende leerjaar in dezelfde afdeling of stroom van de school, de leerling wordt gericht bevorderd naar een lagere afdeling of stroom van de school, de leerling wordt niet bevorderd en doubleert in dezelfde afdeling of stroom van de school, de leerling wordt niet bevorderd en doubleert in een lagere afdeling of stroom van d e school. Bij afwijzing kan in de docentenvergadering het volgende worden besloten: de leerling doubleert in dezelfde afdeling of stroom van de school de leerling doubleert in een lagere afdeling of stroom van de school de leerling wordt gericht bevorderd naar een lagere afdeling of stroom van de school. Een leerling kan na de overgangsvergadering door de teamleider worden voorgedragen voor revisie op basis van feiten waar eerder geen rekening mee is gehouden. Dit moet aanhangig gemaakt worden bij de scho olleiding. De schoolleiding bepaalt of het verzoek voldoet aan de voorwaarden. Een leerling mag niet twee keer achter elkaar in hetzelfde leerjaar blijven zitten en het is evenmin toegestaan om twee achtereenvolgende leerjaren te doubleren.
De tweede fase: de bovenbouw Profielen Een profiel bestaat uit een gemeenschappelijk deel (voor alle leerlingen verplicht), een profieldeel (Cultuur en Maatschappij, Economie en Maatschappij, Natuur en Gezondheid, Natuur en Techniek) en een vrij deel. Voor elk vak is bepaald hoeveel uur een leerling hieraan totaal in zijn opleiding dient te werken (studielasturen). Studiehuis Net als in de onderbouw is in de bovenbouw steeds meer nadruk komen te liggen op vaardigheden, zowel algemene als vakspecifieke. Van alle bovenbouwleerlingen zal een grotere eigen verantwoordelijkheid gevraagd worden en zal er meer tijd per week op school besteed gaan worden aan zelfstandig werken: zelfstudie, grotere opdrachten, werkstukken, etc. Bij het zelfstandig werken zijn bij de studie -uren onderwijsassistenten aanwezig voor toezicht. Examen Het eindexamen is als gevolg van deze ontwikkelingen ook veranderd. Het centraal schriftelijke gedeelte blijft voor de meeste vakken, maar sommige vakken hebben alleen een schoolexamen, dat zich uitstrekt over de hele bovenbouw zodat de leerling al direct in het vierde leerjaar gaat starten met het opbouwen van een examendossier. Sommige vakken worden al in de voorexamenjaren afgesloten. PTA Om precies te weten wat hem allemaal te wachten staat krijgt de leerling bij de start van het leerjaar een zogenaamd Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) uitgereikt waarin is aangegeven wat er wanneer wordt getoetst, wat er wanneer ingeleverd dient te worden en hoe dit allemaal meetelt voor het rapportcijfer en voor het schoolexamen. In Magister zijn de PTA-toetsen te zien met afnamedatum en eventuele beoordeling. Beoordeling Voor de beoordeling van proefwerken en andere prestaties wordt gebruik gemaakt van de cijfers 1 tot en met 10. Op het rapport komt het hele cijfer per periode en het voortschrijdend gemiddelde op 2 decimalen achter de komma en afgerond als geheel getal. In het vierde leerjaar is in de eerste 6 weken een instapperiode. In deze periode wordt gewerkt aan alle onderdelen en vaardigheden van de verschillende vakken. Aan het eind van deze periode volgt er eventueel een mentorgesprek met leerling en ouders. Rapporteren De cijfers die de leerlingen krijgen voor hun geleverde prestaties worden door de docenten genoteerd in een administratiesysteem Magister. Ouders en leerlingen hebben inzage in dit systeem. Ouders en leerlingen ontvangen aan het begin van hun schoolloopbaan een instructie om van deze mogelijkheid gebruik te maken. De instructie is ook te lezen op de website. Daarnaast stelt de school drie keer per jaar een cijferrapport op. Deze rapporten verschijnen in december, maart en juli. Na zes weken ontvangt de leerling één keer een tussenrapport (begin november), om een indruk te geven van de start van het schooljaar. De beslissing over het al dan niet bevorderen van een leerling wordt genomen op grond van het eindrapport. Het cijfer op het eindrapport is het afgeronde gewogen gemiddelde van alle becijferde toetsen en opdrachten; dit kunnen eventueel ook schoolexamens zijn. In VWO 4 worden de cijfers van de vakken maatschappijleer en algemene natuurwetenschappen gecombineerd tot één cijfer. De bevorderingsnormen zijn afgeleid van de slaag/zakregeling bij het eindexamen.
Overgangsnormen HAVO 4 en VWO 4+5 Bevorderen
cijfers De leerling wordt bevorderd als voldaan is aan de volgende drie voorwaarden: 1. Alle eindcijfers * 6 of hoger of * 1x5 en alle overige eindcijfers een 6,0 of hoger of 1x4 en het gemiddelde van alle eindcijfers een 6,0 of hoger of 2x5 en het gemiddelde van alle eindcijfers een 6,0 of hoger of 1x4 en 1x5 en het gemiddelde van alle eindcijfers is 6,0 of hoger 2. bij de eindcijfers voor de vakken wiskunde, Engels en Nederlands staat niet meer dan één tekortpunt. 3. Bovendien moeten de vakken CKV1 en LO voldoende of goed beoordeeld zijn. Deze vakken tellen niet mee in de bepaling van het gemiddelde van de eindcijfers.
Bespreken
Afwijzen
De leerlingen van HAVO 4 en VWO 4 moeten een maatschappelijke stage doen van 30 uur. Deze stage moet vóór 19 mei 2015 voldoende zijn afgerond. Als een leerling slechts één punt verwijderd is van bevordering en de vakken CKV1 en LO voldoende of goed beoordeeld zijn. Voor de leerlingen in TVWO 5 geldt bovendien dat de eindbeoordeling van de internationale stage voldoende moet zijn. Als een leerling twee of meer punten verwijderd is van bevordering, als er een 3 op de eindlijst voorkomt of als CKV1, LO of de maatschappelijke stage onvoldoende beoordeeld zijn.
Ouders hebben de plicht om de school tijdig – dus ruim voor de rapportvergaderingen - te informeren over zaken die een rol spelen bij (het achterblijven van) prestaties van leerlingen. Informatie die is achtergehouden door ouders kan niet na de vergadering ten behoeve van revisie worden ingebracht. Als een leerling in de bespreekzone zit, kan in de docentenvergadering het volgende worden besloten: de leerling wordt bevorderd naar het volgende leerjaar in dezelfde afdeling of stroom van de school, de leerling wordt gericht bevorderd naar een lagere afdeling of stroom van de school, de leerling wordt niet bevorderd en doubleert in dezelfde afdeling of stroom van de school, de leerling wordt niet bevorderd en doubleert in een lagere afdeling of stroom van de school. Bij afwijzing kan in de docentenvergadering het volgende worden besloten: de leerling doubleert in dezelfde afdeling of stroom van de school de leerling doubleert in een lagere afdeling of stroom van de school de leerling wordt gericht bevorderd naar een lagere afdeling of stroom van de school. De beslissing van de docentenvergadering over bevorderen, gericht bevorderen of doubleren is bindend. Een leerling kan na de overgangsvergadering door de teamleider worden voorgedragen voor revisie op basis van feiten waar eerder geen rekening mee is gehouden. Dit moet aanhangig gemaakt worden bij de schoolleiding. De schoolleiding bepaalt of het verzoek voldoet aan de voorwaarden. De bevorderingsnormen zijn afgeleid van de slaag/zakregeling bij het eindexamen.
4. De organisatie en inrichting van ons onderwijs Schooltijden klas 1, 2 en 3 klas 4, 5, en 6 klas 1, 2 en 3 klas 4, 5 en 6
08.30 – 09.20 uur: 09.20 – 10.10 uur: 10.10 – 10.30 uur: 10.10 – 11.00 uur: 11.20 – 12.10 uur: 12.10 – 12.40 uur: 12.10 – 13.00 uur: 13.30 – 14.20 uur: 14.20 – 15.10 uur: 15.10 – 16.00 uur:
1e lesuur 2e lesuur pauze 3e lesuur 4e lesuur pauze 5e lesuur 6e lesuur 7e lesuur 8e lesuur
10.30 – 11.20 uur: 3e lesuur 11.00 – 11.20 uur: pauze 12.40 – 13.30 uur: 5e lesuur 13.00 – 13.30 uur: pauze
Op dinsdag zullen de lessen via een 45 minuten rooster plaatsvinden.
klas 1, 2 en 3 klas 4, 5, en 6 klas 1, 2 en 3 klas 4, 5 en 6
08.30 – 09.15 uur: 09.15 – 10.00 uur: 10.00 – 10.20 uur: 10.00 – 10.45 uur: 11.05 – 11.50 uur: 11.50 – 12.20 uur: 11.50 – 12.35 uur: 13.05 – 13.50 uur: 13.50 – 14.35 uur:
1e lesuur 2e lesuur pauze 3e lesuur 4e lesuur pauze 5e lesuur 6e lesuur 7e lesuur
10.20 – 11.05 uur: 3e lesuur 10.45 – 11.05 uur: pauze 12.20 – 13.05 uur: 5e lesuur 12.35 – 13.05 uur: pauze
Bij het maken van afspraken voor activiteiten buiten school dient u er rekening mee te houden dat er in de loop van het schooljaar roosterwijzigingen noodzakelijk kunnen zijn. De leerling dient van 08.30 uur tot 16.00 uur beschikbaar te zijn voor lessen en andere (les)activiteiten. Bij uitzondering kan het voorkomen dat een leerling in de bovenbouw een negende lesuur heeft. In dat geval is de leerling verplicht tot 17.00 uur beschikbaar te zijn voor lessen en andere (les)activiteiten. Inhaaltoetsen Leerlingen die door omstandigheden een toets hebben gemist, halen de toets op een later moment in. Dat doen ze in de studiezaal bovenbouw. Onderbouwleerlingen doen dat op maandag en/of woensdag het 8e uur nadat ze een afspraak heb ben gemaakt met hun vakdocent. De vakdocent zorgt er dan voor dat de toets klaarligt. Bovenbouwleerlingen doen dat op de eerstvolgende dinsdagmiddag na hun afwezigheid, om 15.00 uur. De vakdocent legt de toets klaar. Jaaragenda Binnen een schooljaar worden veel activiteiten georganiseerd. Naast de lessen zijn er activiteitenweken, ouderavonden, culturele voorstellingen, mentor- en ouderspreekuren. Op de website wordt een agenda bijgehouden waarin de komende activiteiten vermeld staan. Er is ook een totaaloverzicht te vinden onder het tabblad Algemeen. Op de kennismakingsavond met de mentor wordt een jaaragenda voor het betreffende leerjaar uitgereikt.
Vakanties Herfstvakantie Kerstvakantie Krokusvakantie Pasen Meivakantie Hemelvaart Pinksteren Zomervakantie
20-10-14 t/m 24-10-14 22-12-14 t/m 02-01-15 23-02-15 t/m 27-02-15 05-04-15 t/m 06-04-15 (Goede vrijdag is een lesdag) 27-04-15 t/m 08-05-15 14-05-15 t/m 15-05-15 24-05-15 t/m 26-05-15 13-07-15 t/m 21-08-15
Absentie Absentie Afwezigheid van een leerling dient altijd dagelijks gemeld te worden. Als de leerling ziek is en niet in staat is om naar school te gaan, dan wordt hij/zij door één van de ouders/verzorgers voor 08.30 uur telefonisch ziek gemeld bij een van de conciërges (0346-258060). Na het 2e lesuur wordt contact opgenomen met de ouders van leerlingen, die zich niet hebben afgemeld. Afwezigheid die kan worden voorzien (bv. tandartsbezoek) dient uiterlijk één dag van tevoren schriftelijk te worden gemeld bij de conrector. Het briefje bevat in ieder geval de volgende gegevens: naam
leerling, klas, datum, uur, reden afwezigheid. Het briefje is ondertekend. Van alle leerlingen wordt het hele jaar door de afwezigheid geregistreerd. Bij veelvuldige ziekmeldingen wordt het protocol van GGD Midden Nederland gehanteerd. Eventueel wordt de schoolarts ingeschakeld. Alle absenties worden via een centrale melding doorgegeven aan de afdeling leerplicht van de gemeente waar de leerling woont. 18+ Onze voorkeur gaat er naar uit dat ook voor leerlingen van 18 jaar of ouder de ouder(s)verzorger(s) nog steeds verantwoordelijk zijn voor de aan- en afwezigheid van hun kinderen en in voorkomende gevallen dit volgens de afspraken aan de school melden. We willen tevens graag dat ouder(s)/verzorger(s) op de hoogte blij ven van de vorderingen van hun zoon/dochter en de toegang tot Magister behouden. Omdat het in dat geval gaat om een leerling van 18 of ouder moet de leerling zelf hiervoor toestemming geven. Hiervoor wordt aan het begin van elk schooljaar aan de leerling en de ouder(s)/verzorger(s) een toestemmingsbrief toegestuurd. Verlof Verlof aanvragen wegens bijzondere omstandigheden moeten minstens één maand voor de aanvang van het verlof ingediend worden. De aanvraag dient schriftelijk te gebeuren bij de conrector. Buiten de hier vermelde tijden kunnen leerlingen niet op vakantie. Leerlingen die zonder toestemming afwezig zijn, verliezen het recht op inhalen van proefwerken e.d. Dat kan hun schoolresultaten in gevaar brengen. Onwettig verzuim Bij onwettig verzuim (verzuim van één of meer lesuren dat niet telefonisch of schriftelijk is aangemeld) wordt de leerling aangesproken en worden de ouders op de hoogte gesteld. Er zijn duidelijke sancties gesteld op onwettig verzuim. Leerplicht en voortijdig schoolverlaten Elk kind dat jonger dan 18 jaar is, moet naar school. Ouders zijn verplicht om hun kind als leerling van een school in te schrijven en te zorgen dat hij/zij deze school bezoekt. De gemeenten Montfoort, Oudewater, Stichtse Vecht, De Ronde Venen en Woerden zien hier gezamenlijk op toe onder de naam Regionaal Bureau Leerplicht Utrecht Noordwest. RBL Utrecht Noordwest Het bureau bestaat uit 15 mensen en is centraal punt voor alle leerplichtzaken en hulp aan jongeren tot 23 jaar op het gebied van onderwijs. Doel is het verbeteren van de dienstverlening aan jongeren en ouders, gelijke behandeling van kinderen en jongeren en kostenefficiënt werken. Voor meer informatie over dit onderwerp http://www.woerden.nl/onderwerpen/leerplicht-en-voortijdig-schoolverlaten Voor het onderdeel leerplicht verschijnt een leerplichtambtenaar, mevrouw Ankie Bots of mevrouw Yvonne van Well, regelmatig op school. Zij voert gesprekken met leerlingen en hun ouders als leerlingen te vaak lessen verzuimen – hierbij valt te denken aan leerlingen die regelmatig te laat komen, spijbelen of zeer regelmatig absent zijn. De gesprekken hebben in eerste instantie een preventief karakter – de aanleiding voor een dergelijk gesprek komt vanuit een melding aan de teamleider van de leerling die van de absentenadministratie een signaal ontvangt over zorgelijke absentie. Ouders krijgen van te voren bericht over het gesprek dat gevoerd zal worden en zij kunnen bij het gesprek aanwezig zijn. Bij de bespreking in het zorgadviesteam speelt leerplicht een belangrijke rol.
Lesuitval De school streeft ernaar de lesuitval zoveel mogelijk te beperken. Lesuren in het eerste, tweede en derde leerjaar die uitvallen, worden in principe vervangen door andere docenten of door een onderwijsassistent. Van oudere leerlingen wordt verwacht dat zij het vrijgekomen uur zelfstandig invullen, bijvoorbeeld met behu lp van een studiewijzer. Op de website onder het tabblad leerlingen zijn de roosters en roosterwijzigingen te vinden.
De Mediatheek Leercentrum De mediatheek van RSG Broklede werkt nauw samen met de openbare bibliotheek van Breukelen, die slechts door één binnendeur gescheiden is van de school. Het boekenbestand van RSG Brokled e is geheel geïntegreerd in de collectie van de bibliotheek. Beide ruimtes worden intensief bezocht en functioneren als leercentrum en informatiebron. De leerlingen kunnen er zelfstandig werken en zoeken hun informatie in de collectie van ca. 19.000 boeken, ca. 50 tijdschriften en kranten. Daarnaast zijn digitale bestanden en internet een belangrijke informatiebron en kunnen ze een aanvulling zijn op de geboden leerstof, bijvoorbeeld achtergrondinformatie over auteurs en hun werk (Uittrekselbank), recensies uit dagbladen (Literom) en alle krantenartikelen van de bekende dagbladen van de afgelopen jaren (Krantenbank). Computers In de mediatheekruimte van de school staan computers die de leerlingen kunnen gebruiken voor school. Tevens kan er gewerkt worden met een eigen tablet of laptop. Alle leerlingen krijgen aan het begin van het jaar een schoolpasje met een printbudget van € 1,-. Bij de mediatheek kan het budget tegen contante betaling worden aangevuld. Met dit pasje kan ook een computer vooraf gereserveerd worden. Tevens staan er een scanner, een printer en er zijn digitale camera’s te leen voor de leerlingen.
Boeken Elke leerling krijgt een gratis bibliotheekpasje waarmee materialen voor 3 weken geleend kunnen worden. Verlengen, ook via internet, is altijd mogelijk. De boete bij te laat terugbrengen is € 0,15 per dag. Het bibliotheekpasje is in de hele provincie Utrecht geldig. Uiteraard kunnen leerlingen in de bibliotheek terecht voor hun boeken voor de leeslijsten. Voor opdrachten, spreekbeurten en discussies is er een collectie informatieve boeken. Mediatheeklessen Alle brugklassen komen een lesuur naar de mediatheek voor een instructie over de mediatheek, bibliotheek en over de elektronische leeromgeving. Aan de hand van opdrachten leren leerlingen hoe ze betrouwbare informatie moeten zoeken en wat de gang van zaken is. Ook nieuwe leerlingen uit andere leerjaren krijgen deze instructie. Openingstijden De mediatheek is dagelijks open van 8.30 uur tot 16.00 uur (dinsdag tot 14.30 uur). Het e-mailadres is
[email protected].
Leefregels RSG Broklede streeft naar een goed leefklimaat door een school te zijn waar men respect heeft voor elkaar, waar de docenten en leerlingen op een ongedwongen manier met elkaar omgaan en waar de leerling ruimte gelaten wordt voor eigen verantwoordelijkheid. Om dit te kunnen realiseren is een aantal leefregels opgesteld voor de omgang met elkaar, met het schoolgebouw, met de schoolomgeving en met de leermiddelen. Vrije meningsuiting Ieder heeft het recht op vrije meningsuiting en vrije meningsverspreiding, mits die meningen niet kwetsend zijn voor anderen. Gedrag/orde Leerlingen gedragen zich in en buiten de school ordelijk en rustig. Zij volgen de aanwijzingen van de medewerkers van de school op. Een leerling die uit de les is gestuurd, meldt zich bij de studiezaa l. Aanvang lessen Leerlingen zijn op tijd bij het lokaal. Nadat de lessen zijn begonnen, is toegang tot het leslokaal alleen mogelijk als de leerling in het bezit is van een te-laat-briefje. Eten en drinken De verantwoordelijkheid en zorg voor onze leefomgeving brengt met zich mee dat eten en drinken alleen is toegestaan in de aula en de centrale hal. Leerlingen laten de ruimtes netjes achter, evenals het schoolterrein en de omgeving van de school. Feesten en andere activiteiten Leerlingen dragen er zorg voor dat feesten en andere activiteiten in goede sfeer verlopen. Zij veroorzaken geen overlast. Leerlingen onder de 1 8 jaar mogen voor en tijdens het feest geen alcoholhoudende dranken nuttigen. Alcohol op school is voor alle leerlingen verboden. Digitale (communicatie) apparatuur In het gebouw mag de mobiele apparatuur, waar onder smartphones gebruikt worden. In de les moet het uitgezet worden als de docent dat eist.. Het maken van geluid- en/of beeldopnamen van docenten en leerlingen is, zonder de uitdrukkelijke toestemming van de betrokken docent/leerling, niet toegestaan. Ten aanzien van het gebruik van digitale apparatuur zijn de leerlingen en medewerkers gehouden aan wat daarover in het betreffende protocol is vastgesteld. Zie website onder tabblad algemeen. Laserpennen Laserpennen zijn strikt verboden, ongeacht de sterkte of grootte. Ook andere voorwerpen waar een bedreiging van kan uitgaan, zijn niet toegestaan. Het huishoudelijke reglement Het huishoudelijk reglement en het leerlingenstatuut is te lezen op de website onder tabblad algemeen.
5. De leerlingbegeleiding Algemeen Leerlingen op RSG Broklede worden tijdens hun schoolloopbaan op verschillende momenten en door diverse mensen begeleid. De meeste leerlingen hebben genoeg aan de algeme ne begeleiding, studie- en leefstijlbegeleiding. Een deel van de leerlingen heeft meer ondersteuning nodig. Binnen school is er specifieke leerlingbegeleiding aanwezig. Als de problematiek meer expertise vergt, kan de leerling en/of de school specialistische ondersteuning krijgen buiten de school. Meer informatie over begeleiding is te vinden op de website.
Docenten De leerlingen krijgen les van gekwalificeerde docenten die deskundig zijn op het gebied van hun vakgebied, didactiek en pedagogisch handelen. Docenten die een probleem constateren melden dat bij de mentor en/of teamleider.
Mentoraat Mentor Elke klas in de onderbouw heeft een mentor. De taak van de mentor is omvangrijk en gevarieerd, gericht op de belangen van de individuele leerling en van de klas. Geregeld bespreekt de mentor met de klas belangrijke onderwerpen als huiswerk, studievaardigheden, gedrag en de gang van zaken in de lessen. De mentor is tevens de centrale figuur voor de leerling die extra zorg nodig heeft. De mentor signaleert (i n gesprek met leerling, ouders, docenten) het probleem en bespreekt dit vervolgens met de teamleider en de conrector. De conrector schakelt vervolgens indien nodig de zorgcoördinator of de vertrouwenspersoon in. Mentoren zijn onderverdeeld in teams. Er zijn teams voor HAVO klas 1, 2en 3; HAVO/VWO klas 1 en 2;(T)VWO klas 1, 2 en 3. In de bovenbouw zijn er teams HAVO 4 en 5 en VWO 4, 5 en 6 . Ieder team vergadert regelmatig onder leiding van een teamleider. Het team bespreekt de dagelijkse gang van zaken in de klassen en houdt zich in de onderbouw bezig met het pedagogisch didactisch klimaat in de klas. Mentoruur Alle klassen in de onderbouw en VWO 4 hebben een ingeroosterd mentormoment. Daarin kan de mentor met de hele klas of met individuele leerlingen gesprekken voeren over de dagelijkse gang van zaken in de school en over wat wel of niet goed gaat in de lessen. Ook de vorderingen en perspectieven van de klas of de individuele leerlingen komen aan de orde. Daarnaast kunnen in het mentoruur allerlei activi teiten worden voorbereid. De mentor draagt er zorg voor geïnformeerd te zijn over de resultaten en het gedrag van de klas en de leerlingen. Op de rapportvergadering geeft de mentor adviezen m.b.t. de voortgang van de leerling. Aan het eind van het schoolja ar wordt de overgangbeslissing genomen door de vergadering van de docenten van de betrokken leerling, op grond van een voorstel van de mentor. Mentor en ouders De mentor is ook de hoofdschakel tussen school en thuis. Hij/zij speelt een belangrijke rol bij de rapportage en op de ouderavonden. Omgekeerd geldt dat de mentor beter functioneert naarmate de ouders haar/hem beter op de hoogte houden over hun kind. Bij problemen die niet binnen de school kunnen worden opgelost, helpt de mentor in overleg met de zorgcoördinator de juiste hulp te vinden. Mentoraat 1ste leerjaar De mentoren van de eerste klassen besteden ruim aandacht aan de overgang van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs, leefstijl, het leren kennen van de school en de klasgenoten. Zij worden daarbij geholpen door een juniormentor. Dat is een leerling uit een hoger leerjaar van de school. In oktober wordt de kennismakingsperiode afgesloten met een schoolkamp. In de tweede helft van het schooljaar wordt voorlichting gegeven over de opbouw van de school in hogere leerjaren en een start gemaakt met de keuze begeleiding. Mentoraat 2e leerjaar In het mentorprogramma van het 2e leerjaar spelen onderwerpen als huiswerk, omgaan met elkaar en studievaardigheden en leefstijl een voorname rol. Halverwege het schooljaar doen alle docenten voor de H/V-klassen een voorlopige uitspraak over het niveau van de leerling en de mogelijke vervolgrichting HAVO of VWO. Deze aanduiding wordt aangevuld met een beschrijving waarin uitspraken worden gedaan over het inzicht, de zelfstandigheid bij het leren, de sociale vaardigheden, de inzet en de planning en organisatie van het werk van de leerling. Aan het eind van het jaar geeft de docentenvergadering voor alle leerlingen van het 2e leerjaar een bindend advies over het vervolg van de leerroute: HAVO 3 of VWO 3. Mentoraat 3e leerjaar In het mentorprogramma van het 3e leerjaar spelen naast de algemene mentortaken, de voorbereiding op de bovenbouw en de keuze van een profiel een belangrijke rol. Mentoraat bovenbouw Het mentoraat in de bovenbouw richt zich op diverse soorten van begeleiding: studiebegeleiding op het gebied van werkaanpak, planning en voortgangscontrole van het examendossier, begeleiding op het gebied van loopbaanoriëntatie (samen met de decaan), sociaal emotionele begeleiding en organisatie en begeleiding van groepsactiviteiten in het leerjaar. Om dit allemaal mogelijk te maken is er in de 1e helft van het schooljaar een ingeroosterd mentormoment voor VWO 4. De overige leerlingen zitten in een mentorgroep. Zij hebben regelmatig contact met hun mentor. Om de overstap van onder - naar bovenbouw makkelijker te maken is er in HAVO 4 en VWO 4 tot de herfstvakantie een speciale instapperiode waarin extra aandacht besteed wordt aan de aansluiting van onder- naar bovenbouw.
Decanaat Decaan RSG Broklede heeft een decaan met een ondersteunend medewerkster. Leerlingen kunnen bij een decaan terecht voor informatie over studies en beroepen. De decaan bereidt samen met de mentoren de leerlingen voor op de profielkeuze en de vervolgopleiding. De decaan voert gesprekken met leerlingen, verstrekt adviezen, stimuleert het bezoek aan informatiedagen van vervolgopleidingen en reikt up-to-date informatie aan. De decaan onderhoudt daarnaast contacten met vervolgopleidingen. Veel in formatie hierover is ook op de website te vinden, o.a. op www.broklede.dedecaan.net.
Keuzebegeleiding Vóór de kerstvakantie oriënteren de leerlingen zich op vervolgopleidingen en beroepskeuze. Dit gebeurt o.a. tijdens keuzewerktijd waar de leerlingen werken met een computerprogramma onder begeleiding van de mentor. Dit levert belangrijke informatie op voor de bepaling van een “zeer voorlopige profielkeuze“. Daarnaast krijgen de leerlingen vakkenvoorlichting van de vakdocenten. Profielkeuze Na een voorlichtingsavond in november en gesprekken met vakdocenten en de mentor moet in februari de voorlopige profielkeuze ingeleverd worden. Indien gewenst kan ook een afspraak met de decaan worden gemaakt. Vervolgens geeft de docentenvergadering een advies over de voorlopige profielkeuze. Tenslotte moet in april de definitieve profielkeuze worden gemaakt.
Team- en schoolleiding Teamleider De teamleiders zijn verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken in hun team. Zij voeren regelmatig overleg met de mentoren van het team, met de conrector, met de schoolleiding en met het interne zorgteam of de vertrouwenspersonen. Conrector Indien de mentor een probleem signaleert (in gesprek met leerling, ouders, docenten) kan deze het bespreken met de teamleider en/of de conrector. De conrector schakelt vervolgens indien nodig de zorgcoördinator of de vertrouwenspersoon in.
Studie- en leefstijlbegeleiding Studiegroep team A (1, 2 en 3 havo) Leerlingen die ondersteuning nodig hebben, worden ingedeeld in de studiegroep en volgen steeds een 5-wekelijks programma waarna wordt gekeken of de leerling uit de studiegroep kan. Er zijn op jaarbasis 4 studiegroepen. Er wordt dus gewerkt met een vaste groep per 5 weken. De leerling volgt de studiegroep zolang ondersteuning nodig is. Dit kan dus eenmalig een periode van 5 weken zijn, maar ook meerdere periodes zijn. Er is een aanwezigheidsadministratie. Ouders moeten de leerlingen officieel afmelden bij onmogelijke aanwezigheid! Doel van de studiegroep is om de tekorten op te halen en begeleiding te bieden bij de ontwikkeling van een leefstijl die leerlingen daarna zelfstandig kunnen toepassen. Daarbij hoort het leren plannen en organiseren en het ontwikkelen van studievaardigheden. Tot slot wordt ook gekeken naar de ontwikkeling van een positieve werkhouding. Vakhulp Docenten zijn op een dinsdagmiddag beschikbaar voor leerlingen die extra hulp bij een bepaald vak nodig hebben. De leerling kan zelf het initiatief nemen, door een mentor worden verwezen of kan door een docent uitgenodigd worden om op het spreekuur te komen. Vakhulp kan gebruikt worden om hulp te krijgen bij het inhalen van een achterstand opgelopen door ziekte, voor extra uitleg over een bepaald onderdeel of voor een gesprek over werkhouding en gedrag in de les. Ook kan het gebruikt worden voor een intensievere nabespreking van toetsen. Docenten zijn op dinsdagmiddag beschikbaar voor leerlingen die extra hulp bij een bepaald vak nodig hebben. Tutorhulp Als een leerling in de onderbouw moeite heeft met een vak, kan er hulp worden ingeroepen van een bovenbouwleerling die goed is in dat vak. Deze tutor kan bijvoorbeeld overhoren of iets nog eens uitleggen. Bovendien is het mogelijk een tutor te krijgen voor planning en organisatie. Die hulp duurt in principe 6 weken en kan n.a .v. de rapportvergadering, na overleg met de ouders worden aangevraagd door de mentor. Voor tutorhulp wordt een bijdrage aan ouders gevraagd (ca. €4,- per uur). Leerlingen met ernstige problemen kunnen niet door een tutor worden begeleid. Huiswerkklas RSG Broklede verzorgt in samenwerking met Lyceo huiswerkbegeleiding, bijles en coaching. Iedere middag zijn er na het 6e uur begeleiders van Lyceo in school aanwezig om onze leerlingen te begeleiding bij het huiswerk. Lyceo huiswerkbegeleiding begeleidt leerlingen 2, 3, 4 of 5 middagen per week bij het plannen en leren van het huiswerk. Ook bieden zij hulp bij lastige vakken of bij het aanleren v an de juiste studiemethodiek. Van de brugklas tot de eindexamenklas: voor iedere leerling bieden ze begeleiding op maat. Leerlingen kunnen zich inschrijven via www.lyceohuiswerkbegeleiding.nl. Voor meer informatie kunt u mailen naar
[email protected] of bellen naar 06-48831459. Begeleiding NT2 Een leerling die een andere taal dan Nederlands als moedertaal heeft, kan indien nodig, extra taalhulp krijgen. Deze kan worden aangevraagd bij de zorgcoördinator. Er dient van deze leerlingen een onderwijskundig rapport van de Nederlandse school die de leerling heeft bezocht direct voorafgaand aan Broklede ingeleverd te worden. Daaruit moet de nationaliteit van beide ouders, voogden en kind, land van geboorte en het aantal jaren dat het kind in Nederland is, blijken. Deze hulp is niet bedoeld voor structurele hulp of individuele bijles.
Specifieke leerlingbegeleiding Indien ouders problemen bij een leerling vermoeden, kunnen zij contact opnemen met de mentor of de teamleider. Via de mentor of teamleider komt de leerling terecht bij de zorgcoördinator of zorgbegeleiders als het gaat om leer - of gedragsproblemen, of bij de vertrouwenspersonen als het gaat om sociaal emotionele problemen.
Zorgteam Diana Brug-Geerling (zorgcoördinator en voorzitter ZAT-team)
[email protected] Carla van den Heuvel (zorgbegeleider dyslexie)
[email protected] Geurt Posthouwer (zorgbegeleider leer- en gedragstoornissen)
[email protected] Thomas Mentink, Brigitte Leegerstee en Barbara van Kleef (BOF- en sovatraining) Nico Kuipers, Annemieke Tol, Geurt Posthouwer (vertrouwenspersonen)
[email protected] Sociale vaardigheidstraining en B(eter) O(mgaan) met Faalangsttraining. Alle tweede klassers doen mee aan een test voor de herfstvakantie. Naar aanleiding van deze test worden er leerlingen geselecteerd voor de cursus sociale vaardigheden. Leerlingen worden ook via de mentoren aangemeld. Naar aanleiding van de uitslag krijgen sommige leerlingen, in overleg met de mentor en de ouders, de gelegenheid om mee te doen aan een serie van ca. acht BOFlessen. Op de website staat hierover meer informatie. Mentoren van bovenbouwleerlingen of bovenbouwleerlingen zelf kunnen in geval van faalangst contact opnemen met de zorgcoördinator. In samenwerking met de mentor zal er gekeken worden of er leerlingen zijn die kunnen worden ondersteund in de dagelijkse schoolpraktijk. Pestprotocol RSG Broklede vindt het aanpakken van pesten belangrijk. Pesten berokkent niet alleen veel schade aan personen; ook de sfeer en de prestaties in een klas kunnen er onder lijden. Om deze aanpak zowel preventief als curatief in goede banen te leiden, hanteren wij op school een pestprotocol. Dit protocol is in te zien op de website.
Schoolmaatschappelijk werk Er is een maatschappelijk werkster verbonden aan Broklede. Marianne van Voorthuizen werkt bij het Algemeen Maatschappelijk Werk Careyn, op de locatie Breukelen en Loenen. Het komend schooljaar gaat zij 4 uur per week aan de slag. Wanneer kan er ondersteuning worden ingeroepen? Zij kan ingeschakeld worden wanneer het met een leerling niet goed gaat. Het kan zijn dat een jongere bijvoorbeeld onzeker is, problemen thuis heeft of om een andere reden niet lekker in zijn vel zit. Maar ook ouders/verzorgers kunnen met vragen bij haar terecht, bijvoorbeeld over spanningen thuis en het omgaan met een opgroeiend kind. Bovendien kan zij met medewerkers van de school in gesprek gaan over vragen die zij hebben over een leerling. Het streven is dat een leerling zich op alle levensgebieden goed kan ontwikkelen en met plezier naar school gaat. Haar taak is vooral in kaart te brengen wat er aan de hand is. Ze kan kortdurende hulp bieden en wanneer dat nodig is doorverwijzen en toe leiden naar passende hulpverlening. Daarnaast is zij ook deelnemer van het Zorg Advies Team (ZAT) op school. Onze school maatschappelijk werkster is aanwezig op Broklede op donderdagochtend tussen 8.30 -12.30 uur. Zij is bereikbaar via het algemene nummer van Broklede: 0346-258060. Van 8.30-9.00 uur houdt zij telefonisch spreekuur. U kunt haar ook bereiken op:
[email protected] Ouders krijgen van te voren bericht over het gesprek dat gevoerd zal worden en zij kunnen bij het gesprek aanwezig zijn. Vertrouwenspersonen RSG Broklede kent vertrouwenspersonen. Zij zijn conform de gemeentelijke verordening contactpersoon bij klachten over ongewenste omgangsvormen en vervullen tevens counselortaken. Leerlingen met sociaal-emotionele problemen die met iemand anders dan de mentor willen praten, kunnen ook bij de vertrouwenspersoon terecht. De vertrouwenspersoon zal op basis van gesprekken met de betreffende leerling bepalen of externe hulp nodig is. De vertrouwenspersoon fungeert als contactpersoon tussen leerlin g, ouders, conrector en externe instanties en verwijst door. De vertrouwenspersoon zal zelf geen intensieve begeleiding geven. Indien gewenst is het mogelijk contact te zoeken met de externe vertrouwenspersoon. Voor onze school is dat Karin van den Heuvel van Careyn (voorheen Zuwe Zorg), Bereikbaar via de informatielijn: 0346 -581413. Zorg Advies Team In de school wordt regelmatig met en over leerlingen gesproken: in de les, tijdens vakhulp, in het mentoruur, bij rapportvergaderingen, in teamoverleg, enz. Sinds enkele jaren heeft Broklede een Zorg Advies Team (ZAT). Dit team bestaat uit een leerplichtambtenaar van gemeente Stichtse Vecht, een schoolarts, een jeugdmaatschappelijk werker, jeugdzorg, een vertrouwenspersoon van de school en twee conrectoren/team leiders en komt zes keer per jaar bij elkaar. Al deze instanties en personen hebben als doel om ertoe bij te dragen dat leerlingen zo goed mogelijk de school kunnen doorlopen en waar nodig extra begeleiding kunnen krijgen. De docenten kunnen hun zorg rondom een leerling aan de mentor doorgeven. De mentor zal in het team of met de teamleider nagaan of de leerling aangemeld moet worden voor bespreking in het ZAT. Het ZAT schakelt, indien nodig, zo snel mogelijk de juiste hulp en ondersteuning in voor de leerling, de ouders en de docenten. Ouders worden om toestemming gevraagd, alvorens een leerling in het ZAT wordt besproken.
Leer- en gedragsproblematiek Dyslexie Het belangrijkste kenmerk van dyslexie is dat er een hardnekkig probleem is bij het snel en vl ot kunnen lezen, het spellen en soms ook het schrijven. RSG Broklede heeft een dyslexiebeleid dat grotendeels is gebaseerd op het Protocol Dyslexie Voortgezet Onderwijs. Veelal zijn leerlingen met dyslexie al opgevallen op de basisschool. Toch wordt bij circa 25% van de dyslectische leerlingen de dyslexie pas ontdekt op het voortgezet onderwijs. RSG Broklede zet hiervoor de signaleringstoets in. Deze taalscreening wordt in de brugklas afgenomen en bestaat uit een zinnendictee en een stilleestoets. Valt een leerling op dan worden ouders hiervan op de hoogte gesteld en wordt de leerling opgeroepen voor een indicatieve muiswerktest. Ook als een docent of de ouders het vermoeden hebben dat een leerling misschien dyslectisch is, kan dit worden gemeld bij de zorgbegeleider dyslexie. Er wordt dan gekeken of er reden is voor indicatieve muiswerktest. Ouders krijgen per brief het resultaat van deze indicatieve muiswerktest. Naar aanleiding van de resultaten van de muiswerktest wordt er mogelijk een aanbeveling gegeven aan ouders om de leerling te laten testen op dyslexie bij een erkende GZ-orthopedagoog of GZ-psycholoog. Meer informatie over dyslexie is te vinden op de website. Dyscalculie Dyscalculie betekent letterlijk 'niet kunnen berekenen'. Het is een ernstig e n hardnekkig probleem bij het aanleren van bepaalde vaardigheden, dat niet wordt veroorzaakt door een gebrek aan intelligentie of te weinig onderwijs. Bij dyscalculie gaat het om ernstige en hardnekkige problemen met het leren en vlot/accuraat oproepen/toepassen van reken-wiskundekennis (feiten/afspraken). Er is nog geen Protocol Dyscalculie Voortgezet Onderwijs en omdat het aantal leerlingen met dyscalculie op onze school zeer gering is, baseren wij ons handelen vooralsnog analoog aan het dyslexiebeleid met dien verstande dat er geen screening is op school. Wel kunnen we desgewenst een indicatieve test op school afnemen. Meer informatie over dyscalculie is te vinden op de website. Andere problematiek Behalve leerstoornissen kunnen leerlingen ook andere problematiek hebben. Dit kunnen gedragsstoornissen zijn zoals ADHD, ADD of autisme. Zie www.balansdigitaal.nl. Maar ook visuele of auditieve problematiek, ziekten, motorische beperkingen en/of bijzondere omstandigheden in het leven kunnen de ontwikkeling van een leerling beïnvloeden waardoor extra begeleiding of compensatie nodig is. Voor ouders en leerling is de mentor de belangrijkste contactpersoon binnen de school; immers de mentor informeert in principe de ouders over de studievoortgang en gedrag en zoekt contact met ouders indien er een duidelijke verandering optreedt in gedrag of resultaten. De school verwacht van de ouders dat zij contact opnemen met de mentor indien er zich problemen met de leerling voordoen. Mentoren, en in sommige situaties ook de ouders, kunnen binnen de school een beroep doen op ondersteuning van het zorgteam. Indien specifieke begeleiding of ondersteuning te specialistisch is, doet de school een beroep op het expertiseteam van het samenwerkingsverband. Meer informatie ook over leerling gebonden budget (rugzakje) en ambulante begeleiding (AB) is te vinden op de website. Toekenning faciliteiten bij problematiek Sommige leerlingen hebben een beperking. De school verstrekt faciliteiten om de handicap/problematiek van een leerling te compenseren of te dispenseren en worden opgenomen in het leerlingvolgsysteem. Faciliteiten worden uitsluitend verstrekt of gewijzigd door de zorgcoördinator of één van de zorgbegeleiders (kamer 013) en worden in de meeste gevallen vastgelegd op een faciliteitenkaart. De leerling krijgt uitsluitend op basis van een verklaring (diagnose), afgegeven door een erkende deskundige voor leer -, gedrag- of fysieke problemen, faciliteiten op Broklede. De leerlingen met een faci liteitenkaart moeten deze kunnen tonen op school. Bij misbruik kunnen de faciliteiten worden ingetrokken. De leerlingen gaan bij knelpunten bij het toepassen van de faciliteiten eerst naar de docent. Pas daarna, als ze er niet uitkomen, gaat een leerling n aar de mentor. Tot slot kunnen knelpunten naar voren worden gebracht bij het zorgteam.
6. De leerlingbegeleiding buiten school Samenwerkingsverband 20.1 RSG Broklede valt in het Samenwerkingsverband (SWV) Voortgezet Onderwijs 20.1. Utrecht en de Vechtstreek. Binnen het SWV trekken scholen gezamenlijk op om het onderwijs en de ondersteuning goed te organiseren. Het SWV geeft een advies op maat. Zie www.20.1swvvo.nl. Leerplichtambtenaar Stichtse Vecht RSG Broklede heeft een verzuimprotocol. Zie ‘Absentie’ in deze gids. Ter preventie van vroegtijdig schoolverlaten kan de school advies vragen aan de leerplichtambtenaren van de woonplaatsen van de leerlingen. De leerplichtambtenaren dragen tevens zorg voor de uitvoering v an het leerplichtbeleid. www.stichtsevecht.nl/werkonderwijs/leerplicht_3268 Schoolarts en schoolverpleegkundige De schoolarts verbonden aan de GGD Midden Nederland geeft algemeen advies bij plotselinge problemen. De schoolverpleegkundige onderzoekt jaarlijks de leerlingen van het 2e leerjaar. Hierbij worden ogen, oren, lichaamshouding en algemene conditie onderzocht. Ouders worden van te voren geïnformeerd. Het onderzoek vindt op school plaats. Ouders mogen daarbij aanwezig zijn. De schoolverpleegkundige houdt daarnaast op donderdag tussen 09.00-09.30 uur een inloopspreekuur op Broklede.
Jeugdmaatschappelijk werk Stichtse Vecht Bij sociaal emotionele problemen van leerlingen kan er een gesprek door zowel de school als door de leerling/ouders aangevraagd worden bij de jeugdmaatschappelijk werkers. Meer weten? Neem gerust contact op met de Careyn Informatielijn via: 0900-2359893 (€ 0,10 per minuut) of
[email protected] Onderzoekbureaus in de buurt
[email protected] www.detaalstroom.nl www.praktijkvoorschoolpsychologie.nl www.stichtingtaalhulp.nl www.zienindeklas.nl www.edi.nl www.eduniek.nl www.psy-vechtstreek.nl www.hippp.nl Leerlingen met ernstige problemen op het gebied van taal, rekenen, concentratie, gedrag of leerlingen waarbij onduidelijkheid bestaat over de capaciteiten worden in overleg met de ouders doorverwezen naar een extern onderzoeksbureau om een volledig beeld van de problematiek te krijgen. De school subsidieert e enmalig 30% van de onderzoekskosten indien het belang van het onderzoek onderschreven wordt d oor de zorgcoördinator (bij lee en gedragsproblemen of bij sociaal emotionele problemen) en indien het onderzoek niet geheel of gedeeltelijk vergoed wordt door de zorgverzekering van de leerling. Bij subsidiëring door de school zal de zorgcoördinator verzoeken om inzage in de voor de school relevante onderzoeksresultaten. Huisarts Bij ziekte of ongeval wordt door de school huisartsenpraktijk De Angstel, tel: 0346-257511 geraadpleegd. Advies en Meldpunt Kindermishandeling Voor vragen over seksuele intimidatie en ongewenste intimiteiten en andere problemen. Tel: 030-2761176. Centrum jeugd en gezin Bij het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) kunnen ouders, verzorgers, jongeren en professionals terecht voor informatie en advies over opvoeden en opgroeien. Het CJG is een plek waar jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen, maatschappelijk werkers en opvoedadviseurs samenwerken met andere professionals die zich bezig houden met kinderen en jongeren. Door deze samenwerking is er veel kennis aanwezig en kunnen de CJG medewerkers ouders snel en goed adviseren. Wanneer de CJG medewerkers de vraag van ouders of jongeren niet kunnen beantwoorden zoeken zij uit bij wie ze wel moeten zijn. Het CJG is er voor iedereen. Er is geen verwijzing nodig en de hulp is gratis. Veel informatie over opvoeden en opgroeien staat op de website: www.cjgstichtsevecht.nl Wie liever direct een medewerker wil spreken kan gebruikmaken van het inloopspreekuur. Daarnaast is het CJG telefonisch te bereiken op iedere werkdag van 9.00-17.00 uur op tel: 0346-260061. Mailen kan ook via de website. Internethulpverlening Jongeren in de leeftijd van 12 t/m 25 jaar kunnen met vragen ook terecht op het internet: www. internethulpverlening.nl. Via de mail wordt dan hulpverlening geboden door een maatschappelijk werker van Careyn. Het aanmelden kan anoniem en de privacy is gewaarborgd. Bureau Jeugdzorg Iedereen die in de provincie Utrecht hulp nodig heeft bij problemen van kinderen kan zich wenden dit bureau. www.bjzutrecht.nl Er zijn vier afdelingen: preventie, jeugdhulpverlening, jeugdbescherming en jeugdreclassering. Aan de hand van een intakegesprek zal worden beoordeeld bij welke afdeling de hulpvraag thuis hoort. Tel.: 0900-4005555, ma t/m vr. van 12.00–17.00 uur. Ook in het geval van acute crisis kunt u dit nummer bellen. Kindertelefoon Voor vragen over problemen, relaties, pesten, depressieve gevoelens, gezondheid e.d., kunnen leerlingen gratis bellen met de kindertelefoon van 14.00–20.00 uur. Tel.: 0800-0432. Advies en Meldpunt Kindermishandeling Voor vragen over seksuele intimidatie en ongewenste intimiteiten en andere problemen. Tel: 030-2761176. Victas Centrum voor Verslaving (voorheen Centrum Maliebaan) Bij dit bureau kan iedereen informatie over drugs- en alcohol krijgen en tips om verslaving te voorkomen. Tel: 088 1616200 - www.victas.nl
7. Financiën Kosten onderwijs Bijdrage van de ouders Iedereen betaalt, indirect via de belasting, mee aan het onderwijs. Dat levert o.a. op: een stuk grond, een schoolgebouw, meubilair, stoffering, docenten, onderwijsondersteunend personeel, leer - en hulpmiddelen, verwarming, verlichting alsmede gelden voor onderhoud, vernieuwing, verbruiksmateriaal, schoonhouden, enz. Het meeste is er dus al of er wordt voor gezorgd. Er blijven echter onvermijdelijk kosten over die ten laste moeten komen van ouders of verzorgers van de leerling zoals abonnementsgelden, excursies en werkweken, sportdagen, proefwerkpapier, keuzebegeleidinglessen, aanvullende materialen, gymkleding en nog een aantal zaken waar het rijk niet in voorziet. Instemming ouders MR Omdat hiervoor geen wettelijke regeling bestaat, wordt dan ook gesproken van een vrijwillige bijdrage. Over de hoogte en de besteding van deze ouderbijdrage wordt jaarlijks een begroting aan de Medezeggenschapsraad voorgelegd. De ouder/leerling geleding heeft daar een instemming srecht. Naast deze vrijwillige bijdrage wordt u jaarlijks een bedrag in rekening gebracht voor materialen die centraal door de school worden aangeschaft. Huur boeken De leerboeken worden gratis aan de leerlingen ter beschikking gesteld. U dient de boeken wel zelf , in naam van de leerling, via internet te bestellen bij Van Dijk Educatie. Diverse kosten Een overzicht van bijkomende kosten vindt u in de brief met algemene informatie die u in augustus ontvangt. De rekening volgt hiervoor eind september/begin oktober.
Tegemoetkoming studiekosten Kindgebonden budget Net als de kinderbijslag is het kindgebonden budget een bijdrage in de kosten voor kinderen onder de 18 jaar. Hierbij tellen het inkomen en het aantal kinderen jonger dan 18 jaar mee. Hoe meer kinderen iemand heeft, des te hoger het kindgebonden budget kan zijn. Bij een bruto gezinsinkomen tot € 28.897 ontvangt een gezin het maximale kindgebonden budget. Tot en inkomen van ca. € 50.000 komen de ouders voor het budget in aanmerking. Ouders die geen bericht ontvangen hebben kunnen het budget aanvragen via: www.toeslagen.nl Tegemoetkoming Scholieren Als de leerling 18 jaar of ouder is en een opleiding in het voortgezet onderwijs volgt, dan komt de leerling in aanmerking voor de Tegemoetkoming Scholieren. De ouders ontvangen d an geen kinderbijslag meer. De tegemoetkoming is een geldbedrag; er hoort geen studenten OV -chipkaart bij. De tegemoetkoming scholieren is een gift en geen lening. De leerling moet drie maanden (!) voor zijn achttiende verjaardag de Tegemoetkoming Scholieren zelf aanvragen via www.duo.nl De tegemoetkoming scholieren is als volgt samengesteld (bedragen per 1 juni 2014; de actuele bedragen zijn te lezen op www.duo.nl): • € 108,80 per maand voor de thuiswonende leerling • € 253,66 per maand voor de uitwonende leerling. De basistoelage is onafhankelijk van het inkomen van de ouders. De (extra) tegemoetkoming in de schoolkosten is afhankelijk van het inkomen van de ouders. Op www.duo.nl/particulieren/studiefinanciering/tegscholieren/aanvullende_toelage.asp kun je berekenen of je hiervoor in aanmerking komt. De eerste betaling is in de eerste maand van het kwartaal nadat de leerling 18 jaar is geworden.
8. RSG Broklede in cijfers Leerlingen 2013-2014 Totaal op peildatum 1-10-2013: 1399 Personeel 2013-2014 a. Er waren in totaal 174 personen werkzaam aan de school b. De verdeling naar geleding was als volgt: schoolleiding - onderwijzend personeel - onderwijs ondersteunend personeel - LIO - LIDO c. Verdeling van mannen en vrouwen naar functie
Directie
OP
OOP
LIO
LIDO
Man
3
63
18
1
4
Vrouw
2
58
21
3
1
(OP (OOP (LIO (LIDO
= onderwijzend personeel) = onderwijs ondersteunend personeel) = betaalde stagiaire) = onbetaalde stagiaire)
De resultaten Het percentage bevorderde leerlingen en geslaagde eindexame nkandidaten, voor zover bekend op 01 juli 2014. 09/10 10/11 11/12 12/13 13/14 leerjaar 1 98 97 98 98 100 leerjaar 2 89 90 94 97 98 HAVO 3 HAVO 4 HAVO 5 VWO 3 VWO 4 VWO 5 VWO 6
75 74 73 93 85 88 90
81 82 86 92 83 92 88
91 76 85 95 83 93 90
88 84 94 98 93 95 97
82 80 86 97 87 93 87
Kwaliteit Op de website vindt u een link voor “Vensters voor verantwoording”; daar kunt u informatie over de kwaliteit van de school vinden.
9. Betrokken bij het onderwijs Contacten ouders - school Betrokkenheid van de ouders RSG Broklede stelt betrokkenheid van ouders bij de school bijzonder op prijs. Via de Ouderraad en de Medezeggenschapsraad hebben ouders hun inbreng als het gaat om beleid. Informatie over de vorderingen van leerlingen kunnen ouders krijgen door contact op te nemen met de mentor. Contacten met de school Voor een gesprek met een lid van de schoolleiding, decaan, teamleider, mentor of docent kunt u telefonisch via het secretariaat of rechtstreeks een afspraak maken. Bij dringende zaken is het mogelijk de medewerkers per mail te bereiken. Op de website kunt u de mailadressen vinden. Daarnaast onderhoudt de school op de volgende manieren contact met ouders: Spreekuren Na het eerste en tweede rapport vindt er een docentenspreekuur plaats en drie keer per jaar kunnen de ouders de mentor spreken op het mentorspreekuur. Ouderavonden Voor alle leerjaren organiseert de school één of meerdere ouderavonden, de meeste in september. Veelal is er voor de pauze sprake van een gezamenlijk programma in de au la. Na de pauze ontmoeten de ouders de klassenmentor voor een gesprek over de klas, actuele ontwikkelingen en onderwerpen die ouders zelf inbrengen. Uitnodigingen worden ongeveer 10 dagen van te voren per mail verstuurd. Inschrijven gebeurt via Magister. Voorlopige data van deze avonden kunt u vinden in de jaaragenda en op de website. De website Op de website www.rsgbroklede.nl staan, naast de actuele mededelingen, de roosters van de leerlingen en de agenda ook de brieven die aan de leerlingen zijn meegegeven. Hiervoor is het van belang dat ouders en leerlingen hun magistergegevens up-to-date houden.
Ouderraad De ouderraad vergadert ongeveer één keer per maand. Op de agenda staan onderwerpen die te maken hebben met de dagelijkse gang van zaken op school en met de betrokkenheid van de ouders bij de school. Er is regelmatig overleg met de rector of één van de andere leden van de schoolleiding. In dat overleg adviseert de raad, gevraagd en ongevraagd over verschillende schoolzaken. Leden van de raad organiseren zelf activiteiten of werken daar aan mee (o.a. jaarlijkse festiviteiten). In het najaar organiseert de ouderraad een jaarvergadering met op de agenda een onderwerp van algemeen belang naast huishoudelijke onderwerpen. Agenda en berichten van de ouderraad vindt u vanaf augustus op de Brokledesite > tabblad Ouderraad. Het e-mailadres is:
[email protected]
Medezeggenschapsraad De medezeggenschapsraad bestaat uit vertegenwoordigers van alle geledingen in de school : leerlingen, ouders en medewerkers. Heel veel zaken in school kunnen alleen geregeld worden als ze de instemming hebben van de MR. Over alle andere zaken moet (of kan) de MR het bevoegd gezag adviseren. Het reglement van de MR is opvraagbaar bij de secretaris. Het e-mailadres is:
[email protected]
Leerlingenraad Met ingang van het schooljaar 2003-2004 is er een leerlingenraad opgericht. De leerlingenraad speelt een actieve rol binnen de school bij de organisatie van activiteiten.
Klachtenregeling Algemeen Het Bevoegd Gezag heeft voor RSG Broklede een klachtenregeling vastgesteld. Daarnaast is de school aangesloten bij de Landelijke Klachtencommissie Openbaar Onderwijs in Utrecht. Beide regelingen liggen op het secretariaat ter inzage en ze zijn te raadplegen op de website van de school onder tabblad algemeen > protocollen en reglementen.
10. Belangrijke namen en adressen RSG Broklede
Correspondentieadres: Postbus 246, 3620 AE Breukelen Bezoekadres: Schepersweg 6a, 3621 JK Breukelen Telefoon: 0346-258060 IBAN: NL76 RABO 0304 6780 15 E-mail:
[email protected] Website: www.rsgbroklede.nl
Inspectie
Inspectie van het onderwijs, Postbus 2730, 3500 GS Utrecht,
[email protected], www.onderwijsinspectie.nl Tel. 088-6696060 (gratis)
Schoolleiding Rector Plaatsvervangend rector Conrector onderbouw Conrector bovenbouw
Dhr. J.P. Beekman Dhr. F.C.J. van de Kamp Dhr. D.M. van Steenis Dhr. F.C.J. van de Kamp
Teamleiders Teamleider HAVO 1/2/3 Teamleider HAVO 4/5 Teamleider HAVO/VWO 1/2 Teamleider (T)VWO 1/2/3 Teamleider (T)VWO 4/5/6
Mevr. E. M. Leegwater-van Haaren Mevr. A. Noltes-Jongbloed Dhr. G.J.C. Achterberg Mevr. N. Stolk-Dijkstra Mevr. B. Verkade-van Raak
Decanen Decaan algemeen Decaan onderbouw
Dhr. L. Hesterman Mevr. A.R.M. Dijkhuizen
Leerlingenzorg Coördinator leerlingenzorg Leerlingbegeleider
Mevr. D.B. Brug-Geerling Dhr. G.H. Posthouwer Mevr. C. van den Heuvel
ICT-coördinator
Mevr. M.H.M. Bollen
Examensecretariaat
Dhr. R. Doumaid
Vertrouwenspersonen voor leerlingen
voor personeel
Mevr. A.H. Tol Dhr. N.W. Kuipers Dhr. G.H. Posthouwer Mevr. F.H.M. Kosterman
Integriteit (klokkenluidersregeling) inspecteur
Dhr. W. Debets Meldpunt vertrouwensinspecteurs - Tel. 0900-1113111
Secretariaat leerlingen onderbouw leerlingen bovenbouw medewerkster leerlingenadministratie schoolleiding mailadres leerlingensecretariaat
Mevr. W.H.J. Honkoop Mevr. I.M. van Lint Mevr. C.N. Frijters Mevr. M. Sijbesma
[email protected]
Bevoegd gezag
Stichting VO de Vechtstreek, Dhr. J.T. Havinga (bestuurder ) Correspondentieadres: Postbus 1270, 3600 BG Maarssen Bezoekadres: Industrieweg 10 (E), 3606 AS Maarssen Telefoon: 0346-584100, Fax: 0346-584109 IBAN: NL82 INGB 0656 5973 64 E-mail:
[email protected] Website: vodevechtstreek.nl