NOTULEN van de openbare en besluitvormende vergadering van de raad der gemeente Diemen, gehouden op donderdag 7 juni 2007 in het Gemeentehuis te Diemen, bijeengeroepen om 20.00 uur. Aanwezig: (*fractievoorzitters) Voorzitter
A.E. Koopmanschap
PvdA F.A.L. Polsbroek, N.C. Portegijs, R.R. Rohlof, M.L.A. Sikkens, R. Verheuvel* VVD Y. de Baay, F. Mulder, M.H.M. Thissen, B.H.M. Wielage* SP M. Haak*, K. Verhofstad, P. Visser Leefbaar Diemen R. Herder*, G. Smit-van der Wal CDA R.L.A. Budhu Lall, M.G.F. Tokkie* GroenLinks R.M. Smit, H. G. Uiterdijk* Democraten Diemen M.J. Israël* Wethouders
R.P. Grondel, A.J.M. Scholten, L.W.M. Worm
Notulist:
Marissa Smis
Afwezig:
-
1a.
OPENING EN MEDEDELINGEN De VOORZITTER: Ik heb bericht van verlating van de heer Tokkie. Van anderen heb ik geen bericht van verhindering gekregen. De griffier is een brief van de Kamer van Koophandel aan het uitdelen. Die hoort bij agenda punt 2, dat gaat over Bergwijkpark. 1b.
VASTSTELLING AGENDA Akkoord.
1c.
VRAGEN VAN PUBLIEK AAN DE RAAD Geen.
1d.
INGEKOMEN STUKKEN AAN DE RAAD EN MEDEDELINGEN VAN HET COLLEGE AAN DE RAAD Afhandeling conform voorstel.
1e.
VRAGEN VAN DE RAAD AAN HET COLLEGE Geen.
2.
VISIE ONTWIKKELING BERGWIJKPARK Mevrouw HERDER: Wij hebben begrepen dat de voorkeur van het college uitgaat naar ontwikkelingsrichting 3. Desondanks vragen wij ons af of het college niet te ambitieus is over dit grote project, terwijl er nog twee grote projecten, onder andere het Centrumplan en de Sniep, in ontwikkeling zijn. Wij verwachten wel dat wanneer het project doorgaat dat betaalbare huurwoningen en starterswoningen de voorkeur zullen hebben boven koopwoningen. Dit gezien de verontrustende situatie in Diemen, waarin zowel de corporaties als beleggers hun leegstaande woningen in de verkoop doen. Wij zullen op een ander tijdstip hierop terug komen en mocht alles doorgaan dan stemmen wij in met plan 3.
1
De heer BUDHU LALL: In de informatieve vergadering heb ik een aantal opmerkingen gemaakt die deels ondersteund werden door de fractie van de SP. Het verslag heb ik net kunnen lezen. Ik zal die niet herhalen, maar kort samenvatten, dat de indruk van het CDA is dat er weinig keuze overblijft dan keuze 3. Wij vragen ons af of dit al op dit moment geconstateerd zou moeten worden. Mevrouw Herder geeft ook al aan dat je ook zou kunnen constateren, dat er op dit moment zodanig behoefte is aan woonruimte, dat je wellicht optie 2 nog uitvoerig zou moeten bekijken. Laat het duidelijk zijn dat met de huidige financiële positie dat niet realistisch is op dit moment. Ook in eerdere vergaderingen hebben we uitgesproken, dat we ons afvragen op welke momenten we het college van een boodschappen lijstje kunnen voorzien. Om het wat officiëler te zeggen, wanneer we wat randvoorwaarden kunnen geven die in de gesprekken moeten worden meegenomen. De wethouder de heer Scholten gaf aan dat daar nog alle ruimte voor is. Mevrouw Herder gaf al een voorschot met de soorten van woningen. Daar zouden wij ook een suggestie voor kunnen doen. Al is het maar dat de Kamer van Koophandel, in de brief die net uitgereikt is, daar ook alvast een schot voor de boeg geeft, ruime appartementen en woningen voor doelgroepen die nu nog onvoldoende worden bediend. Laat het duidelijk zijn, dat de toezegging is, dat we hierover nog nadrukkelijk met elkaar kunnen spreken. Dan is er wat ons betreft niets op tegen om in te stemmen met een rapport dat een realisatie van een kerk vindt leiden tot een verlevendiging van een gebied. Daar kunnen wij het alleen maar mee eens zijn. Mevrouw UITERDIJK: GroenLinks kan zich geheel vinden in de gekozen variant, ontwikkelingsrichting 3, om een visie voor het Bergwijkpark te ontwikkelen. Wij denken dat we ook mooi op tijd beginnen, want het is inderdaad pas de ontwikkeling van een visie voor Bergwijkpark en het zal nog wel enige tijd duren voor er een paal voor echte uitvoering van die visie en de plannen die daaruit voorkomen, worden gerealiseerd. We hebben in de informatieve raad al bevraagd aan het college wat de kansen zijn voor de sociale en betaalbare woningen in het project. Toen werd ons duidelijk gemaakt dat de gemeente hier partners voor zal moeten zoeken en vinden. Wij wensen het college veel wijsheid in het zoeken van die partners en we hopen oprecht dat ze gevonden worden, want na de toch niet gelukte kansen om in het Centrumplan betaalbare woningen neer te zetten en naar de marginale, maar we weten nog niet hoe het echt uit zal pakken, invulling van betaalbare woningen op de Sniep, hadden wij ook graag gezien dat in het Bergwijkpark project daar dan juist weer een beetje balans gevonden kan worden. Diemen heeft dergelijke woningen toch altijd nog broodnodig. De heer SCHOLTEN: Ik kan heel kort zijn. Optie 2 hebben we uiteindelijk niet de voorkeur gegeven, omdat dat ook de sloop van bestaande kantoren inhoudt en een aantal kantoren wordt tot volle tevredenheid van de eigenaars en gebruikers gebruikt. Die zijn dus ook niet uit te kopen. Betaalbare huur- en koopwoningen is ook waar het college naar streeft, alleen het college streeft ook nog naar een ander ding. Dat is financiële evenwicht in het geheel. Vooralsnog is ons standpunt hier, dat we gaan proberen Bergwijkpark te ontwikkelen op een manier dat een gemeente daar verder geen geld mee hoeft te nemen. Dat betekent dat wat mij betreft de inzet voor sociale huur- en sociale koopwoningen met name vanuit corporaties moet komen en alle aandacht er ook op gericht is om corporaties mee te laten participeren in de ontwikkeling van het gebied. Gelukkig heeft de Key al een flink stuk aangekocht en wellicht volgen er meer. Het programma gaan we verder invullen en zoals ik ook al in de informatieve raad heb gezegd, zullen we een aantal keren hier met u spreken over de richting, de mogelijkheden, de onmogelijkheden en al terecht zullen we dat project hier ontwikkelen. TWEEDE TERMIJN Mevrouw HAAK: Ik wil even reageren op wat de wethouder zei. Ik vroeg me af of u bij het zoeken naar partijen, dus woningbouwverenigingen, ook denkt aan woningbouwverenigingen die ver buiten het Amsterdamse opereren. Ik heb begrepen dat het wel eens gebeurt, dat er 2
woningbouwverenigingen uit Friesland, die veel geld hebben dan in samenwerking met woningbouwverenigingen hier op zo’n locatie, die niet zoveel risico met zich meebrengen, wel willen investeren. Is u dat bekend en doet u pogingen om ook buiten de regio te kijken naar participanten? De heer ROHLOF: Wat ik eigenlijk alleen even wil aangeven, zoals al eerder is aangegeven, steunen wij variant 3 als PvdA fractie. Ik sluit me graag aan bij wat GroenLinks, het CDA en Leefbaar Diemen ook al aangeven hebben. Je moet zeker goed kijken of er mogelijkheden zijn voor de doelgroep voor sociale woningbouw en goedkope koopwoningen. Dat ondersteunen wij graag. Veel succes ermee. De heer THISSEN: Ook wij kunnen ons vinden in de ontwikkelingsrichting 3. Ook om de reden die de wethouder al aangeeft. Er staat een aantal kantoren en het zou jammer zijn om die te slopen, zeker als die in gebruik zijn. Wij vragen ons af met welke partijen de wethouder al in zee is gegaan. Kunt u daar al wat over zeggen? Wij denken dan niet alleen aan woningbouwverenigingen, maar ook aan commerciële partijen, want het is natuurlijk op dit moment toch hoofdzakelijk een industrie gebied. Kunt u daar iets over zeggen? De VOORZITTER: Alvorens ik de wethouder het woord geef, ga ik u er toch even op wijzen dat we natuurlijk ook een informatieve behandeling van dit hebben gehad. Dit lijken mij vragen die daar eigenlijk thuis horen. Ik wil u nog even laten bedenken wat nou waar thuis hoort. Het Gaat vanavond over het finaal ja of nee, met al of niet een statement of een brandende vraag, ik denk dat dat het zou moeten zijn. De heer Scholten. De heer SCHOLTEN: Ja, een corporatie buiten de regio, ik heb er eerlijk gezegd nog niet naar gekeken. Er zijn ook niet zo geweldig veel projecten in corporatieland die op dat punt succesvol zijn. Meestal kenmerken ze zich doordat een rijke corporatie elders een arme corporatie ondersteunt. Ik zoek in principe een corporatie die bereid is geld erin te steken. In Amsterdam zijn er nogal wat en ik zal ongetwijfeld mijn ogen open houden. Mocht iemand zich aandienen; hij of zij is onmiddellijk welkom. Met welke partij wordt er gesproken? We hebben gesproken met alle partijen die grond of kantoren bezitten of gebruiken. We zullen die partijen binnenkort weer opnieuw spreken. We hebben nog geen enkel contract of afspraak gemaakt. De VOORZITTER: Dank u wel meneer Scholten. Is er behoefte aan stemming over dit voorstel? Niet. Akkoord. 3.
AANPASSING LEGESTARIEVEN 2007 Mevrouw HAAK: Bij de informatieve raad hebben we een aantal vragen gesteld die toen in principe bevredigend zijn beantwoord. We wilden dat nog even memoreren, zodat het ook op schrift wordt gesteld. Het ging om het feit dat als mensen een optocht willen doen of een buurtfeest houden en ze niet georganiseerd zijn in verenigingsverband, of ze toch aanspraak mogen maken op het €25,- tarief, voor niet commerciële doeleinden? Dat is naar mijn idee toen bevredigend beantwoord met ja. En het tweede is dat als mensen onvoldoende of een laag inkomen hebben en toch een invalide parkeerplaatskaart nodig hebben dat ze dat vanuit de WMO aangevuld zouden krijgen. Wordt dat ook in de folders over de WMO opgenomen? Wij willen dat dat duidelijk is voor iedereen. De heer THISSEN: Ik heb net nog even geïnformeerd of de vraag in de informatieve raad is gesteld, maar dat is niet het geval. Vandaar dat ik hem nu stel. Wat ons opvalt in de legestarieven is dat er inkomensafhankelijke tarieven worden gesteld. Waarbij we toch ook al een progressief belastingssysteem hebben, met mensen die meer verdienen meer betalen. Wat is de reden waarom u meent dat desondanks naast het overige rijksoverheidsbeleid, dat al bestaat, hier ook op 3
gemeentelijk niveau ook nog tot een dergelijke zeer gedetailleerde tarifering naar inkomen te moeten komen. Ik kan me voorstellen dat voor iemand die €33.000,- tot €36.000,- verdient, een bedrag van €595,18 behoorlijk hoog is. Dat steekt schril af tegenover misschien de buurman die €89,28 betaald. Wij zouden graag willen weten welke overwegingen u hebben doen besluiten om een dergelijke zeer gedetailleerde tarifering naar inkomen te moeten hanteren? Dat u dat in grove lijnen zou doen of in twee of drie verschillende klassen, zouden we ons kunnen voorstellen, maar dit is uitermate gedetailleerd. De heer BUDHU LALL: Mijn vraag is gesteld door mevrouw Haak, dus ik wacht even het antwoord af. De heer WORM: Ik kan heel kort zijn met het antwoord op de vraag van mevrouw Haak. Voor de buurtfeesten en de optocht die niet commercieel zijn bedoeld bestaat het €25,- tarief en daar is het ook voor bedoeld, dus dat wil ik hier graag herhalen. Voor wat betreft de WMO en de relatie tot de gehandicaptenparkeerplaats. Ik heb dat niet helemaal in beeld, maar volgens mij moet dat Bijzondere Bijstand zijn en niet de WMO. Dat wordt uit de Bijzondere Bijstand betaald. Dat is ook bekend en vormt verder geen probleem. De heer Thissen, er is een heel eenvoudige reden die ten grondslag ligt aan de inkomenstabellen. Wij hebben ze wel even netjes afgerond, maar het is de systematiek waarin een dergelijke verordening werkt. Vandaar dat we dus die systematiek hebben doorgetrokken. Dat is het enige verhaal, meer is er niet. De heer THISSEN: U bedoelt: daar hebben wij niks over te zeggen? De heer WORM: Dan moet je dus de hele systematiek over boord gooien. Dat hadden wij, gelet op de eerste behandeling van de legesverordening, ook niet gedaan. Daar is toen geen opmerking over gemaakt. We hebben het dus alleen in die zin aangepast. De laatste opmerking die ik graag zou willen maken, gaat ook in de richting van mevrouw Haak. Wij hebben natuurlijk een aantal aanvragen gehad van het operettekoor etc. en we willen de verordening, als de raad vanavond ja zegt tegen de legesverordening met terugwerkende kracht vanaf 1 januari invoeren. De VOORZITTER: Dank u wel meneer Worm. Is er behoefte aan een tweede termijn op dit punt? Niet. Is er behoefte aan stemming over dit punt? Niet. Akkoord. 1ste WIJZIGING VERORDENING OP HET BURGERINITIATIEF Mevrouw HERDER: Ik wil in de eerste plaats zeggen dat wij blij zijn met dit voorliggende voorstel tot wijziging op verordeningen op het burgerinitiatief, omdat er nu een aanzet is gedaan voor een evenwichtiger besluitvorming. Er is dus minder plaats voor persoonlijke wensen en de daaruit voortkomende inzichten. Ik wil dan ook op de brief die de burgemeester naar de fracties heeft gestuurd, naar Democraten Diemen en Leefbaar Diemen, terugkomen. In de eerste plaats u schrijft hier dat de drie verschillende invalshoeken zijn waarin u in uw brief wilt reageren. De laatste alinea: ‘dat is een beslissing van de meerderheid van de raad en daar zal ik als voorzitter dan ook niet intreden’. Ik wil u toch zeggen dat wij het niet eens zijn met het feit dat de burgemeester en de griffier een besluit voorstelden wat verder nog inhoudelijk door de fracties nog niet over was gesproken. Er lag een besluit en we waren het er gewoon niet mee eens. In uw antwoord aan ons laat u eigenlijk weten dat u het wijkgericht werken actief wilt ondersteunen. Daar gaan wij niet mee akkoord. Dan punt twee. Procedureel stelt u in uw brief dat een van de regels: ‘vervolgens hebben de raadsgriffier en ik alles gehoord hebbende aan u willen voorleggen wat er volgens ons de algemene mening van de meerderheid van de raad was’. U vergeet dat de meerderheid van de raad alleen maar antwoord heeft gegeven of vragen heeft gesteld en antwoord gegeven op wat het burgerinitiatief naar voren bracht. We waren niet en zijn niet tegen het burgerinitiatief, maar de manier waarop het behandeld is. En ook, u schrijft hier ‘om te voorkomen dat het initiatiefnemers met lege handen naar huis zouden gaan, op die manier aan de officieel aan de raad gestelde vraag 4.
4
om officieel behandeld te worden’. U bedoeld daarmee burgemeester dat u eigenlijk, u nam het besluit, terwijl de raad een besluit had moeten nemen. U wilde het burgerinitiatief niet met ongerichte zaken naar huis laten gaan, terwijl er verdorie er hier heel veel zaken onverricht naar huis gaan en die worden niet meteen ad hoc gehonoreerd. Daar maakten wij ons eigenlijk heel erg boos over. We zijn er daarentegen wel eens met dat voorliggende stuk. Dan deze brief, u schrijft er ook in dat er eigenlijk in de raad, in het seniorenconvent, besproken zou worden. Daar is het natuurlijk al te laat voor, want het seniorenconvent dat vindt pas plaats 19 juni. Deze brief is helaas niet in het seniorenconvent behandeld. Daar is gewoon geen tijd meer voor. Ik ben blij dat er nu eigenlijk gesproken is. Dan kunnen wij dit ook vergeten alleen hopen wij, dat zo vlug als de blikvanger geplaatst was, twee dagen na het burgerinitiatief, zo hoop ik dat ook de afvalbakken en andere dingen die de burgers vragen dat die ook spoedig geplaatst worden. Wij hopen dat daar ook gevolg aan wordt gegeven en zeker in het kader van het wijkgericht werken. Mevrouw UITERDIJK: Ik heb een vraag aan mevrouw Herder. U merkte op dat met het besluit van de raad het burgerinitiatief, de initiatiefnemers althans, op hun wenken bediend zouden zijn. Zij hebben dat gevoel niet gehad. Het enige wat de raad ze belooft heeft, is dat de plaatsing van de blikvanger buiten het initiatief zou worden gehaald, om direct uitgevoerd te kunnen worden. Dat is dan wel direct gehonoreerd, maar verder heeft de raad alleen besloten om een onderzoek in te stellen naar de haalbaarheid van hun wensen. Ik geloof dat de initiatiefnemers daar ook niet helemaal juichend mee de raadzaal verlieten. Mevrouw HAAK: Nu de verordening opnieuw wordt vastgesteld, wil mijn fractie graag een amendement indienen om van de gelegenheid gebruik te maken om de leeftijdsgrens van 16 jaar er helemaal uit te halen, zodat ook Diemenaren van onder de 16 jaar, met vijftig man sterk, een burgerinitiatief kunnen indienen. De VOORZITTER: Heeft u daar ook een amendement voor geformuleerd? Mevrouw HAAK: Dat leek mij zo eenvoudig dat we eerst kunnen kijken of daar draagvlak voor is. De VOORZITTER: Dus u voorstel is om de 16 jaarsgrens te laten vervallen? Mevrouw HAAK: Ja, die is arbitrair en ik zie geen enkele reden waarom 10- of 12 jarigen geen burgerinitiatief mogen indienen. We hebben een keer gehad dat iemand van 14 jaar het wilde doen en die moest volwassenen gaan mobiliseren om een pingpong tafel in Diemen Noord te krijgen. Hij heeft het er toen bij gelaten. Als het één keer in de drie jaar voorkomt, gebeurt er tenminste af en toe weer iets leuks. Het is goed voor het betrekken van de jonge mensen bij de politieke gang van zaken, in het kader van burgerschapscompetenties. De VOORZITTER: Zijn er anderen die nog over dit punt willen spreken? Nee. Ik ga even kijken, want er zijn een aantal vragen gesteld naar aanleiding van mijn brief en ik schat in dat ik die zelf moet beantwoorden. Misschien wil mevrouw Polsbroek een paar beknopte punten van die 16 jaar, maar misschien ook nog een paar andere punten, die mevrouw Herder heeft aangedragen beantwoorden. En waarom vraag ik dat mevrouw Polsbroek te doen? Laat ik daar nog even helder over zijn. Mevrouw Polsbroek is voorzitter van het Presidium. Het Presidium heeft dit voorstel aangepast zoals het er nu ligt, dus vandaar. Mevrouw POLSBROEK: Ik wilde heel kort even ingaan op de reactie van de fractie van Leefbaar Diemen, die aangeeft dat ze wel tevreden zijn met de wijziging van de verordening, met de gang van zaken rondom de procedure van de avond, daar hebben zij samen met Democraten Diemen een brief over geschreven. Tijdens een van onze Presidium vergaderingen hebben wij de brief van Leefbaar Diemen en Democraten Diemen behandeld en we hebben gekeken of dat een 5
aangelegenheid van het Presidium was of voor het seniorenconvent. Daaruit is naar voren gekomen dat het Presidium dit kon afhandelen. De reactie naar de fracties Leefbaar Diemen en Democraten Diemen was al weg, vandaar dat in het antwoord aan uw fracties nog staat dat het seniorenconvent bijeen zou komen om uw klacht te behandelen. Wat betreft de leeftijdsgrens, ik kijk even naar mevrouw Haak van de SP fractie, het komt vrij onverwachts. We hebben het daar in de informatieve raad al over gehad, over de wijziging op de verordening. Uw fractie is daar niet meer op teruggekomen, dus ik weet niet of u de raad nu verzoekt om een schorsing, zodat er in de fracties even over gesproken kan worden. Ik denk toch dat er even naar gekeken moet worden. Misschien moeten we even inventariseren hoe iedereen daartegen aankijkt. Ik weet niet of er jurisprudentie over is namelijk. Dit komt vrij onverwachts. Mevrouw SMIT: Mag ik misschien vragen wat de minimum leeftijdsgrens is? Mevrouw POLSBROEK: Mevrouw Smit u haalt me de woorden uit de mond. Ik weet niet of er jurisprudentie is over een bepaalde minimum leeftijdsgrens. Dat zou ik dan wel graag uitgezocht willen hebben. De VOORZITTER: We hebben in de verordening 16 jaar staan, terwijl voor vele zaken 18 jaar geldt, dus in die zin zijn we al gezakt. We zouden ook kunnen zeggen, we gaan het nog even beter nakijken, maar de intentie van het voorstel van mevrouw Haak is om ervoor te zorgen dat de jeugd van 8 of 10 jaar die een initiatief heeft ook iets kan doen. Weliswaar onder dezelfde condities. Ik denk dat dat wel het belang is. Ik heb mevrouw Haak ook niet anders horen zeggen. Is er behoefte aan schorsing om onderling nog te overleggen? Wat een aarzeling. Ik ga even een paar vragen die mevrouw Herder aan mij heeft gesteld, naar aanleiding van de brief, nog even beantwoorden en dan hoor ik vast hoe het bij u zit met de behoefte aan schorsing. Mevrouw Herder geeft aan dat met het voorstel zoals het er nu ligt in ieder geval bijdraagt aan een evenwichtiger besluitvorming dan we in de raad hebben gehad. Daarom is het voorstel natuurlijk ook gedaan. Er is duidelijk gebleken dat het goed is om even wat tijd te maken om daar met elkaar over te praten, niet alleen maar hier, maar mogelijk ook in ander bilateraal verband. Dat ik ook de reden waarom het voorstel gedaan is, zoals het hier nu ook ligt. U geeft aan dat het suggereert dat het wijkgericht werken direct actief ondersteund wordt. Ik moet u zeggen dat ik niet het idee heb gehad, dat we in die raad nou direct met een voorstel in het kader van wijkgericht werken bezig waren. Dat is een burgerinitiatief en wat de gedachte erbij geweest is van de griffier en ik samen om het voorstel te maken, is niet om inhoudelijk een toezegging te doen naar de indiener, maar om de indiener te laten weten waarmee hij naar huis kon, in de zin van welke afspraak de raad met hem zou maken over een verdere procedure. Dus nemen we een besluit. Gaan we een aantal dingen uitzoeken en mogelijk ook nog die blikvanger direct plaatsen, of zeggen wij we vinden het niks en we doen er helemaal niets mee? Waar het over gaat, ik denk ook dat de nieuwe procedure daarin voorziet, is dat op het moment dat iemand een burgerinitiatief indient, die al aan allerlei eisen heeft moeten voldoen. Daar hebben wij het in de vergadering daarvoor ook nadrukkelijk over gesproken en dat betekent dat als iemand komt en zo’n voorstel toelicht en daar worden vragen over gesteld, dan denk ik dat degene die dat voorstel heeft ingediend er ook recht op heeft om te weten wat er nou aan het eind van die bespreking of nadat we dit voorstel hebben aangenomen, een vergadering later, uitkomt ten behoeve van zijn voorstel. Dat is de gedachtegang erbij geweest en ik heb gemeend dat we op die manier gehoord de discussie konden formuleren. Het was dus een procedurevoorstel en in het geheel niet een inhoudelijk voorstel. Mevrouw Herder heeft het er ook over dat het aan de ene kant die blikvanger heel snel geplaatst is en dat ze zou hopen dat ook een aantal andere dingen ook zo snel zullen gaan. U komt dan eigenlijk met het voorbeeld waarbij bewoners, burgers van Diemen, komen met een voorstel naar de raad. Maar daar waar men komt inspreken met een goed voorstel is dat natuurlijk toch van een andere orde dan het burgerinitiatief wat al die procedures door is gegaan en wat ik denk daarin een zwaarder gewicht heeft dan iemand die hier komt inspreken en ook een goed idee heeft, maar dat op een andere manier procedureel 6
heeft aangepakt. Ik denk dat ik daarmee alle punten heb behandeld. Wat u eigenlijk heel graag wilt en wij, denk ik ook, is een snelle afhandeling van zaken. Ik denk dat we hebben laten zien dat dat soms kan, maar soms is dat niet mogelijk. Dat hangt dus af van het soort onderwerp dat aangedragen wordt. Ik kijk even rond, is er behoefte aan schorsing? Ik geloof dat de Partij van de Arbeid een schorsing wil. De vraag is dus even, gaan we naar een andere of geen leeftijdsgrens? Gaan we de leeftijdsgrens loslaten ja dan nee? De heer TOKKIE: Voorzitter, ik vind het een sympathieke motie, maar ik denk dat we eerst even moeten uitzoeken of wettelijk het toegestaan is dat wij die leeftijd aanpassen. We kunnen natuurlijk geen besluit nemen wat mogelijk tegen de wet of een voorschrift indruist. Mijn voorstel is eigenlijk om de motie aan te houden, totdat wij zekerheid hebben dat het wettelijk gezien kan. De VOORZITTER: Ik denk dat het goed is, dat iedereen dat in overweging meeneemt in de schorsing. Ik stel voor dat u om 10 over half 9 weer terug bent. Dank u wel. Schorsing 20:34 tot 20:40 uur De VOORZITTER: Dames en heren, de heer Verheuvel heeft gevraagd om een schorsing en ik ben heel benieuwd wat de schorsing betreft de PvdA fractie heeft opgeleverd. De heer VERHEUVEL: Een redelijke discussie die we graag de vorige keer hadden willen voeren, bij de behandeling in de opiniërende raadsvergadering, maar dat neemt niet weg dat we daarover in eerste instantie van mening verschilden. We zijn tot de conclusie gekomen, dat naar de opvatting van onze fractie, het beter is om de verordening nu ongewijzigd te laten en mochten zich initiatieven voordoen van jongeren die jonger zijn dan deze leeftijd, we dat initiatief zullen behandelen alsof het een raadsinitiatief is zoals het hier staat. We zullen jongeren serieus nemen, ook degene die niet 16 jaar zijn, maar dat we in het kader van deze officiële raadsverordening gewoon de leeftijd handhaven zoals die is. De heer ISRAËL: Ik wilde eigenlijk alleen maar aanwijzen dat het misschien verstandig is om gewoon te kijken wat iedereen ervan vindt en als het dan straks juridisch niet mag het dan gewoon niet te doen. Ik zou gewoon voorstellen om te kijken of de intentie om dit door te zetten in de raad aanwezig is. Als dat zo is dan kan die verordening gewoon geformuleerd worden en is er niks aan de hand. De heer TOKKIE: Wat ik een beetje jammer vind in deze discussie is, ik heb me inmiddels laten overtuigen door onze kundige griffier dat het een Diemense verordening is en het dus geen wettelijke regeling bestaat. Wat ik wel jammer vind, ik bewonder wel uw spontaniteit, maar het was wel aardig geweest als het even op een A4’tje had gestaan. Dan hadden wij ons a. voor kunnen bereiden, dat had een heleboel woorden en een hoop vragen gescheeld. Dan hadden we b gewoon efficiënter tot een besluit kunnen komen. Wij hebben er op zich niet zo heel veel bezwaar tegen dat jongeren ook met een initiatiefvoorstel kunnen komen. Daar ligt het punt niet, maar de wijze waarop u dit neerlegt. Nogmaals ik respecteer uw spontaniteit en ook u als persoon, maar ik vind dat het voortaan anders kan. Dank u wel. Mevrouw UITERDIJK: Graag even een opmerking. Wij zaten al met de procedure hoe doe je dat dan? Gevoelsmatig hebben wij geen probleem met het verlagen van de leeftijdsgrens naar 12 jaar. Het loslaten van de leeftijd is hartstikke sympathiek, maar dan wil je wel zeker weten dat dat geen problemen ergens met een regeltje of dingetje in Nederland oplevert. Ook wat beeldvorming betreft moet het burgerinitiatief toch wel als iets reëel voor alle Diemenaren over blijven komen. We hadden graag wat meer achtergrondinformatie gehad over de vraag of je de leeftijdsgrens zomaar los kunt laten. Nu kunnen we dus niet echt besluiten, omdat je net een stukje informatie mist. Ik 7
denk dat het verstandig is om er nu hier niet verder over te besluiten, maar eerst uit te zoeken of de leeftijdsgrens losgelaten kan worden. Als dat kan dan hebben wij daar ook niet veel problemen mee. De VOORZITTER: Maar stel dat het amendement in stemming zou komen, wat zou dat dan betekenen voor de fractie van GroenLinks? Mevrouw UITERDIJK: Te weinig informatie. Dan zouden wij tegen stemmen. De heer THISSEN: Wij vinden het juist heel aardig de spontaniteit van mevrouw Haak, die met dit idee komt. Wij juichen dat eigenlijk onmiddellijk toe en we begrijpen eigenlijk niet waarom de raad daar eigenlijk zo moeilijk over doet. Wij hadden gehoopt dat dit nou een moment was waarop de raad deed wat die moet doen en dat is namelijk besluiten nemen, in plaats van meteen allerlei procedurele bezwaren en ambtelijke procedures te gaan bedenken waarvoor wij hier niet zitten. Wij zijn gewoon burgers die in onze vrije tijd nog wat goede ideeën op een rij willen zetten. Wij begrijpen niet waarom dit zo moeilijk moet. Wij ondersteunen het initiatief van mevrouw Haak van harte en we zouden graag willen dat dit soort dingen op een eenvoudige wijze tot stand kon worden gebracht. Mevrouw HAAK: Als ik had voorzien hoeveel nadenken dit de overige fracties zou kosten, dan had ik het uiteraard niet zo spontaan ingebracht. Ik bied mijn excuses aan en zal het nooit meer doen. Ik vraag me af of de fractie van GroenLinks niet mee kan gaan in de suggestie van de heer Israël om in principe uit te spreken of ze ervoor zijn. Mevrouw UITERDIJK(interrumpeert): Ik wil het even verduidelijken. We hebben een hele verordening. Iemand die zo’n burgerinitiatief indient, moet aan al die eisen in de verordening, waaronder een rechtsgeldige handtekening, voldoen. Ik vindt u voorstel juist hartstikke sympathiek, maar ik wil graag een echte beslissing daarover. Mevrouw HAAK: Op de tribune krijg ik al de suggestie, laten we ervan uitgaan dat het kind wel moet kunnen schrijven. Dat correspondeert dan goed met de handtekening. Ik denk dat 12 jaar net zo arbitrair is al 16 jaar. De VOORZITTER(interrumpeert): Mevrouw Uiterdijk ik wil de discussie stoppen. We gaan dus stemmen. Mevrouw HAAK: Zodra een kind de leeftijd heeft om iets dergelijks te bedenken en goede ideeën kunnen van alle leeftijden komen, dus wij willen het als zodanig in stelling brengen. Wij hopen op een meerderheid van 10 tegen 9. De VOORZITTER: Ik wil met u toe naar een besluitvorming over dit punt. Eerst het amendement, het is natuurlijk een essentiële wijziging, en dan over het voorstel zoals het is aangepast. Wie zijn er vóór het amendement van de SP? De fractie van de SP, de VVD, Leefbaar Diemen en Democraten Diemen. De heer TOKKIE: Pardon een interruptie voorzitter. De VOORZITTER: We zijn aan het stemmen de heer Tokkie, dit kan niet. De heer TOKKIE: Maar 14 jaar is het voorstel? De VOORZITTER: Leeftijdsgrens losgelaten. Het voorstel van de SP is de leeftijdsgrens los te laten. Er zijn allerlei suggesties gedaan, maar die zijn niet overgenomen. Nog een keer, wie zijn er 8
vóór het voorstel van de SP om de leeftijdsgrens los te laten? SP, VVD, Leefbaar Diemen, Democraten Diemen en de heer Tokkie van het CDA. Daarmee is het voorstel aangenomen. Dan gaan we kijken of er behoefte is aan stemming over het voorstel ten aanzien van de aanpassing van het burgerinitiatiefverordening. Niet. Akkoord. 5.
RAADSINITIATIEF VAN DE VVD, OPRUIMEN REGELBRIJ DIEMEN De heer BUDHU LALL: Een kort ordepunt. We hebben dit voorstel al eerder besproken. Mijn voorstel zou zijn, het idee voorzover u dat al niet van plan was, nog even kort toelicht wat ze na de beraadslagen van de vorige keer vinden dat over moet blijven van het voorstel. De VOORZITTER: Het voorstel ligt er zoals het er ligt en we hebben er tot nu toe niet in geknipt of wat dan ook. Dat is wat er voorligt. De heer BUDHU LALL: Prima, dan ga ik gewoon de discussie van de informatieve raad straks overdoen. De VOORZITTER: Wat jammer nou. Mevrouw Smit u krijgt als eerste het woord. Mevrouw SMIT: Voor ons is het ook een beetje moeilijk om hier een beslissing over te nemen, omdat ons eigenlijk feitelijk toegezegd is geworden, dat er informatie zou komen uit Amstelveen. Wat er dan als regelbrij afgeschaft zou worden en die lijn zou doorgetrokken worden naar Diemen. Dan zou er gekeken kunnen worden wat hier eventueel afgeschaft zou kunnen worden, want hoe kan je nou beslissen over regelbrij verminderen als je nog niet eens weet waarover we het hebben. Naar ons idee is dit punt niet aan de orde vanavond. De heer BUDHU LALL: Ik sluit daar graag op aan en doe er nog een schepje bovenop. Een raadsinitiatief dat zegt wat in Amstelveen kan, moet in Diemen ook kunnen. Dat zouden wij graag gewijzigd willen zien in wat in Amstelveen kan, moet je niet altijd in Diemen willen. Daar ging het nou net om. We hebben geen flauw idee waar ze in Amstelveen mee bezig zijn. We hebben ook gevraagd aan de wethouder en de VVD doe nou eens een voorzet behalve dan die dakkapellen. Vooropgesteld dat inderdaad minder regelgeving een belangrijk punt is. Maar dat is te makkelijk om te roepen. Dat hebben wij de vorige keer ook gezegd. Wij zijn erg benieuwd waar het over gaat. Niet in de laatste plaats gaf de wethouder ook aan, als je voor het zomerreces van het college een besluit wil hebben, dan is de vraag of dat mogelijk is. Dat waren de vragen die er volgens mij nog open liggen. Vandaar dat ik me genoodzaakt zie om een inbreng te herhalen. De heer VISSER: Wij vinden dit ook allemaal een beetje snel gaan. We onderscheiden wel de doelstelling dat het allemaal wat eenvoudiger moet, maar om nu al het ambtelijk apparaat in te schakelen gaat ons ook een beetje ver. Hoeveel uren gaan daar allemaal wel niet inzitten om dat uit te zoeken? Wij hebben juist een fractiebudget om zoiets zelf te onderzoeken. Dat kan de VVD ook doen. Liever hadden wij gezien dat de VVD zelf met vier of vijf voorbeelden was gekomen, dan had dat misschien wat makkelijker praten geweest. De heer MULDER: Er wordt een verzoek gedaan vanuit de VVD om aan het college te vragen om eens te onderzoeken of een stuk regelbrij in Diemen minder kan. Wij hebben daar ook bij aangegeven dat er een aantal gemeenten is die daar al mee bezig zijn. De VVD fractie is ook afgelopen dinsdag op het VNG congres vertegenwoordigd geweest en ook daar was een workshop over het verminderen van de regelbrij aan de hand. Kennis en ervaring en prospectussen genoeg om daarna te kijken. De VVD heeft, meneer Visser, geen belangstelling om nog meer tijd daaraan zelf te besteden als die kennis gewoon heel makkelijk voor handen is. Dat is ook de taak van elke gemeente om daar consequent mee bezig te zijn en wij roepen deze gemeente eigenlijk op om daar gewoon in haar dagelijkse werkzaamheden rekening mee te houden. Sterker nog, wij roepen ons 9
zelf ook tot de orde, met meneer Israël even in de achterhoofd houden, om ons zelf daar kritisch in te zijn elke keer als we een besluit nemen. Meneer Budhu Lall roept ons op om eens een aantal concrete gevallen ook weer voor te schotelen. We hebben één à twee voorbeelden gegeven. Ik heb net denk ik aangegeven dat er voldoende prospectussen in heel Nederland zijn om daar eens even naar te kijken. Ik zou zeggen dat dat zo voldoende moet zijn. Het gaat ons om het initiatief om ons allen in te zetten om de burgers hier in Diemen niet onnodig lastig te vallen met allerlei regels of procedures die veel makkelijker kunnen en die ook veel ambtelijke tijd in beslag nemen. Door te versimpelen in onze regelgeving hebben wij ook minder ambtenaren nodig. Aan de ene kant helpen we de burgers door sneller en makkelijker met de gemeente te kunnen praten en aan de andere kant helpen we onszelf een stukje met het realiseren van de taakstelling die we de ambtelijke organisatie opgelegd hebben. Ik zou zeggen dat dat toelichting genoeg zou moeten zijn om dit aan te nemen en aan het college vragen of ze de opdracht die hier geformuleerd staat willen aanvaarden. Tot zo ver. De VOORZITTER: Maar die opdracht kan natuurlijk alleen aanvaard worden als uw raad dat in meerderheid aanvaard. De heer MULDER: Vanzelfsprekend. De VOORZITTER: Zijn er nog andere vragen te stellen aan de heer Mulder van de VVD fractie? De heer ISRAËL: Ik heb tijdens de informatieve raad al bezwaar gemaakt tegen het agendapunt als zodanig. Ik zou zeggen dat op het ogenblik in Diemen andere dingen op te knappen zijn als dit. Het zou een initiatief kunnen zijn dat ambtenaren die een cursus klantgericht werken ook leren dat ze af te toe hun verstand kunnen gebruiken en overbodige regels minder strak hoeven te hanteren. Dat lost al een heleboel op. Ik denk dat op het ogenblik belangrijkere zaken in Diemen zijn op te lossen en dat moet zeker de VVD fractie weten. De heer MULDER: Meneer Israël, als u vindt, en dat zouden wij best misschien wel met elkaar eens kunnen zijn, dat er belangrijkere dingen zouden zijn dan zou ik zeggen: dien ook een initiatief in om daartoe te komen, maar dat heb ik tot op heden nog niet van u mogen ontvangen. De heer ISRAËL: Meneer Mulder ik heb vele initiatieven ingediend over het veranderen van de moeilijkheden die er zijn. Ik heb daarvan van u nooit bijval gekregen en u zult straks horen wat ik daarvan vind. De VOORZITTER: Dank u wel. Ik wil de discussie sluiten. Ik ga kijken in hoeverre er steun is voor het voorstel dat ingediend is door de VVD. Wie zijn er vóór het voorstel zoals het door de VVD wordt voorgesteld? De heer BUDHU LALL(interrumpeert): Voorzitter, ik dacht toch echt dat we nog een reactie van een wethouder zouden krijgen? De VOORZITTER: De VVD stelt u iets voor. Daar is in de vorige bijeenkomst over gesproken en vandaag opnieuw. Pas als u ja heeft gezegd tegen dit voorstel gaat de wethouder komen met een voorstel. En niet eerder. We nemen een opdracht van de raad aan. De heer BUDHU LALL(interrumpeert): De vorige keer hebben wij hier op dezelfde manier over gesproken. De wethouder heeft gezegd, denk erover na dat het eigenlijk niet uitvoerbaar is voor het zomerreces of woorden van gelijke strekking. Dat is dan heel belangrijk om dat nu mee te nemen voordat we met zijn alle ja zeggen en een opdracht geven die onuitvoerbaar is.
10
De VOORZITTER: Ik denk dat wat u daar over zegt, dat dat nog steeds geldt. Dat is niet anders dan twee weken geleden. Dus neem dat mee in uw afweging. Wie zijn er vóór het voorstel zoals de VVD die heeft ingediend? Fractie van de VVD, van GroenLinks, de Partij van de Arbeid. De anderen zijn tegen, daarmee is het voorstel aangenomen. Akkoord. Daarmee heeft de heer Worm een opdracht. 6.
DE VERANTWOORDING VAN DE FRACTIEVERGOEDING 2005 EN 2006 Mevrouw HAAK: Wij zouden nog een paar dingen, die wel vergoed mogen worden, eruit willen halen. De VOORZITTER: Mevrouw Haak even goed kijken naar welk punt wij nu onder handen hebben. We hebben alle onderdelen over de fractievergoedingen uit elkaar getrokken. We hebben het hierover de verantwoording van de fractievergoedingen. Mevrouw HAAK: De verantwoording is oké. Prima. De VOORZITTER: Hoe is dat met de anderen? Is iedereen akkoord met de verantwoording van de fractievergoeding 2005 en 2006? Dan hebben wij die vastgesteld. Akkoord. BESTEDING FRACTIEVERGOEDING Mevrouw HAAK: Sorry, soms ben ik te langzaam dan weer te snel. Ik zou willen voorstellen namens mijn fractie om toch een aantal dingen te schrappen, zoals een cursus voor fractieleden zijnde niet-raadsleden en zijnde niet-fractieopvolgers, dit is uiterst moeilijk beheersbaar en controleerbaar. Teambuildingsactiviteiten vinden wij ook echt vragen om oprekken. En de bloemen van de dodenherdenking, omdat meneer Israël naar ons idee daar een correct verhaal over heeft gehouden bij de informatieve vergadering. Dat was het. De heer BUDHU LALL: Mijn dank aan het Presidium voor het voorbereiden van het voorstel. Ik merk op dat er een tweetal vragen zijn die nadrukkelijk aan de orde kwamen in de informatieve raad, inderdaad de bloemen bij de dodenherdenking en het vakliteratuur. Die zijn niet toegelicht in het voorstel zoals het nu voorligt. Ten aanzien van de bloemen van de dodenherdenking, daar willen wij ook kort over zijn. Gelet op de aard van het onderwerp doet de CDA het voorstel om in de toekomst gezamenlijk vanuit de gemeenteraad alle politieke partijen daar een boeket aan te bieden, zodat we elkaar niet de loef hoeven af te steken met de mooiste bloemen op die dag. Wat dat betreft zou dat punt dan ook van de lijst geschrapt kunnen worden, als dat voorstel geaccordeerd wordt. Nogmaals er is onduidelijkheid over de vakliteratuur. Een derde punt wat nog van belang is, is de ingangsdatum. Door de griffier was de vorige keer reeds opgemerkt dat er wellicht al een aantal kosten gedaan zijn in de loop van het jaar. Het is van belang om even met elkaar vast te stellen wanneer je deze nieuwe richtlijn in laat gaan. De heer ISRAËL: Toen ik door deze verantwoording keek, ben ik een beetje geschrokken. Er komen vergoedingen in voor die zo onverbloemd worden opgevoerd zoals computers, € 15,telefoonkosten. De heer VERHEUVEL: Burgemeester we hebben het niet over de verantwoording. De VOORZITTER: We zijn ondertussen bij agendapunt 7. Daar heb ik om gevraagd en niemand heeft daar gereageerd. Gaat u met agendapunt 7 voort? De heer ISRAËL: Ik ben over de wijze waarop de gelden besteed zijn, de verantwoording, gevallen, Het is waar, en dat is misschien mijn eerste gedachtefout dat je daar volgens de bestaande regels aan zou kunnen voldoen. Ik ben er erg van geschrokken want integriteit kun je niet in 11
verordeningen en regels vatten. Integriteit is wat je persoonlijk moet hebben en moet passen bij een persoonlijk inzicht. Als ik naar de bestedingen heb gekeken dan moeten we nu precies gaan voorschrijven hoe we dat gaan doen. Ik weet niet of dat hier kan maar ik wil toch even aanduiden. Ik heb de salarisstrook van iedereen meegenomen. Ik heb dat ook al in de informatieve raad gezegd, ik heb dat wat verder uitgewerkt. Er wordt € 144,80 aan ieder raadslid persoonlijk uitbetaald voor zijn onkosten. Dat is € 1.730,- per jaar. Dat wil zeggen dat aan de raad in totaliteit € 32.000,- wordt uitbetaald aan kosten die men maakt. Dan vind ik het belachelijk dat men bij de verantwoording kosten opvoert ookal is dit weliswaar terecht. Men denkt dat zo te moeten doen. Ik zou liever tot een voorstel willen komen om, en dit is een beetje verwarrend van deze agenda, de fractievergoedingen in zijn geheel af te schaffen en een fonds te vormen waarin de raad haar communicatieverplichtingen kan betalen. Dat de raad dus zelf een advertentie kan plaatsen of dat soort dingen kan ondersteunen. Daar heeft het politiek werk in Diemen meer aan. Buiten dat krijgt ieder raadslid een vergoeding als raadslid en wij zeggen altijd dat het vrijwilligerswerk is dus is de vergoeding dat voor het gedeelte van het werk en de kosten die je daarvoor maakt. Ik vind eigenlijk dat de fractievergoeding afgeschaft moet worden. Misschien is het verstandig een fonds te vormen wat door het Presidium beheerd wordt. Meneer VERHEUVEL: Wij kunnen heel kort zijn. Wij gaan akkoord met het voorstel zoals die door het Presidium is ingediend. Wij vinden dat dit voorstel ongewijzigd aangenomen kan worden vanavond. We hebben ook geen moties of amendementen gelezen, dus we stellen voor om het voorstel aan te nemen zoals het hier ligt. Mevrouw POLSBROEK: Op het voorstel van het Presidium komen nu toch wel wat reacties die ook in de informatieve raad wel zijn genoemd. Hiervan hebben wij als Presidium gezegd dat er voor de besluitvormende raad waarschijnlijk wel amendementen zouden komen. Ik ben het eens met de heer Verheuvel. We hebben geen amendement of motie gezien. Wij zijn hier als Presidium achter gaan staan. Wij hebben daar goed naar gekeken. Ik zou voorstellen om het raadsvoorstel aan te nemen zoals het hier ligt. De VOORZITTER: Is er behoefte aan een tweede termijn op dit punt? TWEEDE TERMIJN De heer ISRAËL: Ik dacht dat we hier in de raad zaten om ook een debat te voeren en niet om voorstellen blindelings aan te nemen. We hebben net iets ingebracht als een debat en we willen de mening van de rest van de raad horen. Ik denk dat we daar recht op hebben. De VOORZITTER: De rest van de raad mag daar natuurlijk ook op reageren meneer Israël. Die kans is er nu ook. Mevrouw HAAK: Mijn fractie kan zich goed vinden in het voorstel van de heer Israël en zou dat graag willen steunen als hij dat in de vorm van een motie zou willen gieten. Dan zijn we in een keer af van alle rekkelijkheden en dat soort zaken af. De heer VISSER: De fractie van het CDA sluit zich daarbij aan. De VOORZITTER: Ik denk dat het goed is dat we even exact weten wat het voorstel van de heer Israël inhoudt. Ik wil graag dat hij dat opsomt en dat we dat aan papier kunnen toevertrouwen. Ik heb ook dingen gehoord waarvan ik mij wel afvraag of dat wel kan. Dat is wel van belang om daar met elkaar bij stil te staan. De heer Israël mag ik u nog een keer vragen of u wilt herhalen wat u voorstel is?
12
De heer ISRAËL: Mijn voorstel is om de fractievergoeding met alles wat daarbij hoort af te schaffen. En op de een of andere manier, dat heb ik nog niet uitgewerkt, tot een fonds te komen om de communicatie van de raad beter te verzorgen dan op het ogenblik. Mevrouw BAAY: Ik vraag me af of dat wel kan, want volgens mij hebben wij het hier over een verordening en moeten we vanavond besluiten over de besteding daarvan. Een verordening kun je niet zomaar schrappen volgens mij. De VOORZITTER: Het is de verordening van de raad en de raad mag haar eigen verordeningen intrekken, maar het is wel wijs om daar even goed over na te denken. Het is een heel sympathiek plan, maar voor we alles afschaffen vanavond, is het misschien toch goed om eventjes stil te staan bij wat we dan precies doen. Mevrouw HAAK: Meneer Israël had dat al bij de informatieve raad ingebracht. Wij hadden daar al goed over nagedacht en zijn bij ons volle verstand. Wij vinden het, evenals de heer Israël, schandalig dat mensen kosten voor een eigen computer of hoge telefoonkosten declareren. Dat kan allemaal uit de persoonlijke vergoeding. Wij denken dat het fractiebudget besteed moet worden aan communicatie met de burger. Zo hebben wij het ook besteed. Mevrouw POLSBROEK: Volgens mij staat er heel expliciet in het gevraagde raadsbesluit dat computerkosten en telefoonkosten absoluut niet uit de fractievergoeding betaald kunnen worden. Ook in het vorige voorstel stond dat aangegeven, dat computer en telefoonkosten niet vergoed werden uit de fractievergoeding. Met alle respect, maar ik denk dat u twee dingen door elkaar haalt. Dat u de fractieverantwoording over 2005 en 2006, waarin inderdaad bij een aantal fracties computers zijn aangeschaft van de fractievergoeding, verwart met de raadsvoorstel wat het Presidium een aantal weken geleden heeft ingediend en dat nu met een oplegvel voor u ligt waar expliciet in gemeld staat dat de computerkosten en de telefoonkosten niet uit de fractievergoeding bekostigd kunnen worden. Mevrouw HAAK: Juist omdat de fractieverantwoording zo ontzettend afwijkt van de regelgeving willen wij nu graag helderheid. Er staat nu nog wel teambuilding en vergoeding van cursussen op van mensen die noch fractie volgen noch raadslid zijn. Dat lijkt ons ook weer aanleiding geven tot ruime interpretaties. Dan zitten we volgend jaar misschien weer met een fractieverantwoording waarvan de een zegt dat past niet in de regelgeving en de ander zegt ja dat past er wel in. Dan moeten we het weer gaan gedogen. Daarom denk ik juist dat het voorstel van de heer Israël zo elegant is, als er een fonds is, waaruit je dan aangeeft wat je wilt gebruiken om fractienieuws of iets dergelijks te verspreiden. Dat is eenduidig en dan moet het verantwoord worden op het moment dat het wordt aangevraagd. Dat lijkt ons beter. Mevrouw HERDER: Mevrouw Haak, ik denk dat u voorbij gaat aan de kleine partijen die geen budget uit Den Haag krijgen en waar de flyers niet van worden betaald. Wij hebben geen budget, alleen van onze leden en onze vrijwilligersvergoeding. De heer TOKKIE: Mevrouw Herder even een interruptie. Flyers zijn verkiezingspropaganda en mogen niet uit de fractievergoeding worden betaald. De Haagse partijen zoals het CDA krijgen geen vergoeding uit Den Haag, maar moeten alleen maar afdragen. Mevrouw BAAY: En dat geldt ook voor de VVD. Mevrouw HERDER: Dan wil ik iedereen bedanken dat ze hier zitten en zo hard werken. De VOORZITTER: Nog anderen in laatste termijn? 13
LAATSTE TERMIJN Mevrouw POLSBROEK: Ik wilde toch nog even reageren op zowel de SP fractie als op de fractie van Democraten Diemen om een totale afschaffing van de fractievergoeding. Bij mijn weten ligt hier een raadsvoorstel voor besteding fractievergoeding in Diemen. Nogmaals daar kom ik toch nog een keer op terug, er zijn geen schriftelijke amendementen ingediend, ook niet om de hele raadsvergoeding af te schaffen. Wij hebben richtlijnen waarover wij kunnen discussiëren of wij dit raadsvoorstel ter besluitvorming voor hebben liggen of dat er een amendement voorligt om de raadsvergoeding helemaal af te schaffen. Ik vind dit een lastige discussie, omdat wij daar in de informatieve raad over hebben gesproken. Vervolgens is er niets meer gebeurd en er vanavond toch wel amendementachtige zaken aan de orde zijn. De VOORZITTER: Ik geef de heer Israël even het woord. Volgens mij gaat hij nu een tekst voorlezen of opnoemen die mogelijk dienst zou kunnen doen als wat hij wil indienen. Dan krijgen we daarna mevrouw Haak en de heer Budhu Lall nog aan het woord. Dan gaan we kijken hoe verder. De heer ISRAËL: Ik denk dat ik daarvoor een voorlopige tussenoplossing heb gevonden. ‘De gemeenteraad van Diemen vergadert bijeen op 7 juni 2007. Aan de orde het onderwerp besteding fractievergoeding. Gehoord hebbende de beraadslagingen, besluit te onderzoeken of het mogelijk is het totale budget fractievergoeding per 1 januari 2008 onder te brengen in een fonds ter besteding aan communicatiedoeleinden met de burger en onder welke voorwaarden dat mogelijk zou zijn. De fracties Democraten Diemen en Leefbaar Diemen’. Mevrouw HAAK: Ik wilde even heel kort ingaan op de verbazing van de afwezigheid van de moties en amendementen, maar ik wijs erop dat het hier een geheel is waarin de coalitie kennelijk zich met elkaar kan vinden. Wij willen eerst even een debat en afstemmen. Dan kan er altijd geschorst worden, als u de amendementen op schrift wil hebben. De heer BUDHU LALL: Ik sluit me daarbij aan. Ik vraag me toch af of mevrouw Polsbroek bedoelt op te roepen om in het vervolg met elkaar te discussiëren in de vorm van amendementen. Dat is zeker niet onze bedoeling, maar als u dat wilt, dan kan dat natuurlijk in het vervolg. We hebben een aantal concrete vragen gesteld, die worden heel nadrukkelijk onder het kopje toelichting meegenomen. Er wordt geen toelichting bij gegeven. Ze worden impliciet beantwoord of niet beantwoord. Het gaat hier om vakliteratuur, dodenherdenking en dat staat er gewoon weer op. Ik verwacht op zijn minst een toelichting daarop. Aanvankelijk van die toelichting besluit ik inderdaad, zoals mevrouw Haak zegt, om daar in tweede termijn of derde termijn een motie over in te dienen. De VOORZITTER: Ik ga er even vanuit meneer Israël, dat de tekst die u net heeft voorgelezen ook een ingediende tekst is geworden. Als u dat ook op die manier wilt beschouwen, dan wil ik met u toe naar ten eerste het voorstel zoals het er ligt. Het is een amendement, dus komt het eerst in stemming. De heer PORTEGIJS: Even in de richting van de heer Budhu Lall, in zijn betoog had hij ook een amendement richting de dodenherdenking. Hij zei: Zullen we het daar over eens zijn”, maar nu doet hij verder niks meer. Hij wil niet in amendementen verder discussiëren. De heer BUDHU LALL: Mevrouw de voorzitter ik dacht zwijgen is toestemmen.
14
De VOORZITTER: U als ervaren raadslid weet dat dat in deze raad niet zomaar is. Ik wil met u toe naar de stemming. De heer Israël, mevrouw Herder en mevrouw Smit, de fracties van Leefbaar Diemen en Democraten Diemen. Wie zijn er voor dat amendement? De fracties van Leefbaar Diemen, Democraten Diemen, de SP en het CDA. De anderen zijn tegen. Daarmee is het niet aangenomen. Dan ga ik met u toe naar het voorstel zoals het er ligt. Is er behoefte aan stemming over dat voorstel? Wie zijn er voor het voorstel zoals het in de bundel zit? De fractie van de Partij van de Arbeid, de VVD, GroenLinks en het CDA. Daarmee is het voorstel aangenomen. Akkoord. 7.
AANGEHOUDEN MOTIE PVDA, VVD EN GROENLINKS BEGROTING 2007 INZAKE VERLAGING FRACTIEVERGOEDING
21.20 uur De SP, Leefbaar Diemen en Democraten Diemen verlaten de raadszaal. De VOORZITTER: We gaan naar agendapunt 8 en ik hoor dat de heer Tokkie een punt van orde heeft. De heer TOKKIE: Voorzitter, dit betreft een motie van de coalitiepartijen PvdA, VVD en GroenLinks. Wij merken gedurende de beraadslagingen van vanavond dat het niet zoveel uitmaakt wat de oppositie van dingen vindt. De oppositiepartijen kiezen ervoor om de behandeling van dit punt buiten de raadszaal af te wachten. De heer PORTEGIJS(interrumpeert): De SP heeft toch al een amendement aangenomen gezien, vanavond volgens mij. De VOORZITTER: Meneer Tokkie, ik begrijp dat u namens de oppositiepartijen spreekt en ik moet constateren dat de fractie van de SP, Leefbaar Diemen en Democraten Diemen de raadszaal heeft verlaten om 21.20 uur. Ik wil met u toe naar bespreking van agendapunt 8. Wie wil daarover het woord voeren? Mevrouw UITERDIJK: Ik mag namens de indieners van de motie vertellen dat er een tekstuele wijziging in de motie komt. Deze was al aangekondigd in de informatieve vergadering. De laatste zin draagt het college op in overleg met de raadsfracties de hoogte van de fractievergoedingen te verlagen met 10 procent. Wij hebben voor dit percentage gekozen, omdat het in de buurt komt van de bezuinigingen die in de gemeente op de personele lasten zijn en worden uitgevoerd. Ik wil nog bij mijn betoog voegen dat het hier gaat om een werkelijke bezuiniging en wij gaan het niet in een potje stoppen. De VOORZITTER: Met ingang van wanneer is nog even de vraag mevrouw Uiterdijk. Met ingang van 1 januari 2007? Mevrouw UITERDIJK: Ja, met terugwerkende kracht. De VOORZITTER: De motie wordt aangepast met de toevoeging van een verlaging van 10% met ingang van 1 januari 2007. Heeft een van de fracties nog behoefte aan een woord hierover? Niet. Wilt u stemming? Niet. Dan is bij deze de aangepaste motie door de PvdA, VVD en GroenLinks met algemene aanwezige stemmen aangenomen. Akkoord. 21.23 uur De SP, Leefbaar Diemen en Democraten Diemen nemen weer plaats in de raadszaal. 8.
VOORJAARSNOTA 15
De heer VERHEUVEL: Soms moet je nadenken of je reageert op een krantenbericht of dat je dat niet doet. In dit geval vindt mijn fractie dat het verstandig is om wel te reageren, omdat door te zwijgen je wellicht, zoals de heer Budhu Lall heeft gezegd toestemt. Wij hebben in een krantenartikel van de DiemerCourant van vorige week gelezen waarin Leefbaar Diemen en Democraten Diemen zich uitspreken over de situatie rond de financiën in Diemen. Dat die zorgelijk is, onderschrijven wij net zo, maar er worden daar termen gebruikt in dat krantenbericht, als tenminste de partijen goed zijn geciteerd, waar wij ons van willen distantiëren en dan met name de term dat er hier sprake is van een schijndemocratie. Wij zijn het met dit woordgebruik niet eens. We zouden de desbetreffende partijen willen aanmoedigen om dit soort uitlatingen niet meer te doen. Wij proberen hier met volle inzet van iedereen, niet alleen de mensen hier rond deze tafel, maar ook de mensen die hier in de organisatie werken, zo goed mogelijk de financiën van de Gemeente Diemen weer op orde te krijgen. Dat is ook voor een groot deel gelukt, is onze mening. We zouden het daarom jammer vinden dat de burgers in Diemen de indruk krijgen dat er hier sprake is van een schijndemocratie. Ik denk ook niet dat de voorzitter van deze raad het prettig vindt dat er over zo’n term gesproken wordt. Dank u wel. De behandeling van het agendapunt wordt verder overgenomen door mijn collega Richard Rohlof. De heer ROHLOF: Even mijn fractievoorzitter bijvallen. Inderdaad is het van belang dat de financiële situatie weer op orde komt. Volgens mij is hij daar hard mee bezig om dat voor elkaar te gaan krijgen. Zo ook kun je dat zien aan de Voorjaarsnota. Sowieso zijn we heel blij dat dit een stuk is dat veel beter is dan vorig jaar en oogwaarschijnlijk lijkt het ook nog eens tot een positief resultaat te leiden. Dat heeft voornamelijk te maken met vrij veel reserves. Zoals het voorstel er ligt van het college, zullen wij daarmee instemmen. De heer ISRAËL: Wij hebben de term gebruikt ‘zich gaat ontwikkelen’. Als je een voorstel voorkrijgt en er wordt verteld: als je niet doet wat wij zeggen, dan gaat het failliet, dan zeggen wij: dan bent u aan iets bezig dat verkeerd is. Er zit daar iets mis in en ik zal dat ook vol blijven houden. Ik voel me zeker niet aangesproken of schuldig. Ik wil terugkomen op de Voorjaarsnota zoals die nu aan de hand is. Ik wil beginnen een stukje voor te lezen uit de financiële doorlichting van het BMC. Daar staat op pagina 6 dat het duidelijk mag zijn dat drastische maatregelen nodig zijn om financieel weer gezond te worden. Het gaat om de slot alinea; dit laatste achten wij gerechtvaardigd, omdat bij de jaarrekening 2006 is gebleken dat meerdere malen onjuiste rekeningresultaten zijn gepresenteerd en een onjuist beeld is gegeven van de financiële situatie. Op basis van deze beelden zijn in het verleden besluiten genomen om af te zien van aanpassingen van het OZB. Het is naïef om te denken dat dit alleen om het OZB gaat. We hebben besluiten genomen waarvoor voorstellen door dit college zijn voorbereid. In ieder geval door de huidige wethouder van financiën, zoals de brede school en de werf. In ieder geval is het duidelijk dat op grond van verkeerde cijfers besluiten door deze raad zijn genomen. De heer ROHLOF: Interruptie voorzitter. Volgens mij kon het college dit helemaal niet weten, want die zaken waren dus al eerder verward, waardoor men uitging van verkeerde cijfers. Het is dus niet veroorzaakt door dit college. Mevrouw UITERDIJK: Wat ik al eerder heb opgemerkt, kun je achteraf redenerend meer zeggen dan in de situatie zelf. Er is toentertijd niet meer of andere informatie voor handen geweest om andere besluiten op te kunnen baseren. De besluiten zijn genomen zoals ze genomen zijn met de nu bekende financiële gevolgen, maar het is gebeurd in colleges waar u ook in mede als partij verantwoording in droeg. Mevrouw HERDER: In 1998 hadden we een VVD wethouder en de PvdA wethouder. Elk jaar is er een wisseling van wethouder geweest. In 1998 zijn de problemen begonnen en ik zou de raad en het college willen adviseren om zich volwassen te gedragen. 16
De VOORZITTER: Mag ik iedereen vragen zich van commentaar te onthouden, want wij hebben helemaal niets aan dit soort heen en weer geschiet. Ik denk dat het nu zo is dat de Voorjaarsnota voorligt, de heer Israël is met een betoog bezig, waarvan mede een stukje in de krant is gekomen. Ik stel voor dat hij zijn betoog afmaakt. En dat u meneer Israël probeert exact te zijn in de beweringen die u doet en niet veronderstellingen maakt en misschien nog andere zaken de wereld in slingert, want daar kopen we niets voor. We staan voor een zaak om Diemen financieel gezond te maken. Gaat u gang. De heer ISRAËL: In ieder geval was het bekend al vanaf 2005 dat de administratie niet klopte. Dat de cijfers niet klopten en dat er dus een herziening van beleid nodig was. Dat is niet gebeurd. Verschillende malen heb ik aan de wethouder van financiën gevraagd of de cijfers betrouwbaar waren of dat ze dat niet waren. Iedere keer heb ik het antwoord gekregen dat dat zo was en dat de cijfers zoals ze dus in de verschillende stukken die ons aangediend waren bekend waren. Achteraf bleken dan steeds weer andere cijfers uit te komen. Ik heb bewondering voor de ambtenaren die op dit ogenblik bezig zijn om deze onzinnige klus te klaren. Onzinnig in die zin dat het een soort Syfisus arbeid is, waarbij ze stukken produceren waarin ze in feite de waarheid niet boven tafel krijgen. Ik heb al eerder mijn standpunt gebracht. Je moet als je met stukken naar de raad gaat waar beleid op is, zorgen dat die stukken kloppen en het moet inzicht geven in de wijze waarop het beleid te voeren is. Dat is de raad onthouden en daar is de wethouder van financiën verantwoordelijk voor. Ik vind dus dat de wethouder van financiën in dezen gefaald heeft. Als ik hier naar de stukken kijk die ons de afgelopen tijd toegezonden zijn, en dan heb ik het ook over vorige verantwoordingen, zijn dat allemaal problemen, onjuiste feiten en onjuiste stukken geweest. Als ik daarna kijk dan denk ik aan zulke kreten als ‘Haast je langzaam’, ‘Zachtjes aan dan breekt het lijntje niet’ en één van de meest fantastische vond ik ‘Lukt het vandaag niet, dan lukt het morgen’. Een variant op een ander is de visie van een provincie die meer inhoud heeft. Dat is het probleem wat wij hebben. Wij wisten dat het een rommel was. Dat is ook een insteek geweest om tot bepaalde acties te komen. We blijven zitten in de rommel, waarbij besluiten zijn genomen, die eigenlijk allemaal herroepen hadden moeten worden. Wij hebben indertijd een motie ingediend, waarin wij gevraagd hebben om een tijdje te stoppen en eerst de zaken in orde te brengen en af te zien van het produceren van stukken die onjuist zijn en verkeerde informatie geven en niet kunnen bijdragen aan wat de juiste inzicht om te besluiten mogelijk is. De VOORZITTER: De heer Israël ik ga u even onderbreken. U suggereert, en daar wil ik erg graag afstand van nemen, dat wij als college bewust stukken bij u inleveren die onjuist zijn. Een aantal van u heeft het al gezegd. Je komt gaandeweg tot inzicht en dus ook tot verbetering, maar het is absoluut pertinent onjuist, dat wij als college u hebben willen voorzien van onjuiste stukken. De kennis achteraf kan dus soms u tot de conclusie moeten brengen dat het niet juist was, maar dat is iets anders dan moetwillig onjuiste stukken indienen. Ik wil echt dat u er afstand van neemt, dat dat het geval is. Ik denk niet dat het een goede manier van discussiëren en werken is, want zoals ik u net zei: wij staan voor een klus die niet een eenvoudige is en waar we ook nog niet mee klaar zijn. Ik zou dus graag willen dat we met zijn allen positieve energie erin zetten om dat ook te doen. Ook al zou dat pijnlijke besluiten moeten opleveren. Wilt u uw betoog beëindigen? De heer ISRAËL: Mevrouw u bent zo vrij om van mening te verschillen. We zijn al zo lang wij in de raad zitten bezig met het proberen om orde te krijgen in de financiële toestand. De heer GRONDEL(interrumpeert): Ik heb toch veel moeite met het feit dat nu voortdurend wordt betoogd alsof waar het BMC rapport over gaat over de afgelopen anderhalf jaar is. De verwijzing is naar een aantal jaar geleden. Ik vind het buitengewoon bijzonder dat u betoogt dat u al die tijd bezig bent, terwijl, net al in een interruptie gemeld, dat uw partij medeverantwoordelijk is voor de situatie waarin wij nu zitten. Dat zou u sieren als u dat meenam in uw betoog. 17
De heer ISRAËL: U kunt mijn partij daar zeker niet van beschuldigen. In het begin zijn wij raadsbreed uitgelachen voordat wij ons met die cijfers bemoeiden, want dat was toch allemaal goed dus dat is niet zo. Het is van voor uw tijd en het is jammer dat u niet in Diemen woont. Dan weet je niet wat er aan de hand is. De VOORZITTER: De heer Israël, ik stel voor dat u nu uw paar laatste zinnen afmaakt en dat u dan ook anderen het woord wilt geven over dit agendapunt. De heer ISRAËL: Ik denk dat wij een wat afwijkende mening hebben. Ik wil graag mijn mening naar voren brengen en ik wil daar ook de tijd voor hebben om dat te doen. Ik ben verschillende malen onderbroken en wil dus graag mijn verhaal afmaken. Wij hebben een bepaald inzicht. Dat inzicht hebben we ook verschillende malen duidelijk gemaakt. Het was bekend dat de cijfers niet klopte en dat je op grond daarvan dat geen besluit kan nemen. Dat houd ik dus vol. Dat het besluit toch genomen is, is jammer, dat blijkt dus nu. Daardoor is Diemen in een plek gekomen waar het niet had moeten zijn en dat ook niet nodig was geweest als we op een andere manier hadden ingegrepen. Wij hebben ook heel weinig vragen gesteld over de aangeboden Voorjaarsnota, omdat we te vaak antwoorden hebben gekregen waar we altijd ongelijk krijgen en achteraf wij toch gelijk hebben of dat we een antwoord krijgen waar we verder toch niet mee uit de voeten kunnen komen. Een voorbeeld is het laatste antwoord op de vraag over de kapitaallasten. Op de rekening stond € 90.000,- kapitaallasten voor de scholen terwijl u weet wat de openbare scholen in Diemen kosten. U weet dat de kapitaallast veel en veel meer zullen zijn. Dat kan bijna niet voor € 90.000,Mevrouw UITERDIJK: Een interruptie. Meneer Israël, dat gaat over de kapitaallasten van de voorgenomen investeringen in nieuwbouw of renovatie. De heer ISRAËL: Wij hebben in der tijd vragen gesteld naar de uitkomst van het proces. Wat de gevolgen daarvan zijn. Wij zouden daar later op terug horen. Nu moeten wij ontdekken dat ergens een koppeling is gemaakt tussen dubieuze debiteuren en het verlies van de gemeente. Ik denk dat u erg kwaad zou zijn als u door de gemeente zomaar als dubieuze debiteur aangemerkt wordt. Er was gewoon geen rekening meer mee gehouden. De zaak is verloren en dat verlies heb je te nemen. Het is juridisch een heel andere zaak iemand een dubieuze debiteur te noemen. Vervolgens blijkt dat we een nieuwe zaak zijn aangegaan waarvan wij ook niet wisten, maar goed dat hoeven wij ook niet te weten, maar het gaat over twee hele andere zaken, die volkomen niet toegelicht worden. Als u, als wethouder van financiën, door het stuk was gegaan dan had u zeker gedacht: dat moet ik aan de raad verklaren. Ik kwam daar iets tegen wat ook verder niet toe werd gelicht, een calamiteit op de Stammerdijk. Nou valt het bedrag mee, maar het is raar dat de gemeenteraad van de calamiteiten niets weet. Ik heb het aan andere leden gevraagd, maar ook bij hen was het volkomen onbekend. Ik noem dat maar als voorbeelden waar een miscommunicatie wordt bedreven. Wij hebben ook kennisgenomen van het stuk van de ondernemingsraad, en u zult begrijpen dat wij ons in een groot gedeelte daarvan konden vinden. In de begeleidende brief stond, dat wij ook stukken over bezuinigingen hadden gekregen, die onder embargo waren. Wij kunnen ons zulke stukken niet herinneren. Ik zou dus graag willen weten welke stukken de ondernemingsraad over bezuinigingen heeft gekregen en ons als raad worden onthouden. Ik denk dat ik het hier voorlopig in de eerste termijn mee kan doen. Mevrouw WIELAGE: Allereerst wil de fractie van de VVD het college en het ambtelijke apparaat complimenteren met het op tijd leveren van de Voorjaarsnota 2007 en de Kadernota. Ook zijn wij tevreden met het bericht dat de accountant een goedkeurende verklaring heeft afgegeven voor de Jaarrekening 2006 die wij op een later tijdstip zullen behandelen.
18
Dit zijn signalen dat het beter gaat met Diemen. Wij zijn op de goede weg. Maar wij zijn er nog niet. De opruimklus is achter de rug en de blik moet vooruit. Hierbij richten wij ons op een drietal zaken. Dat is ten eerste de exploitatie. De VVD fractie maakt zich zorgen om de exploitatie. De laatste jaren laten een trend zien van een tekort op de exploitatie. Er is onvoldoende dekking voor de uitgaven waardoor we interen op onze vermogenspositie. Niet zo heel erg als je naar de totale reservecijfers kijkt, maar toch. Dit moet worden omgedraaid. Door een gedegen financieel beleid wil de VVD bewerkstelligen dat er zelfs weer kan worden gespaard. Hiertoe moet er kritisch worden gekeken naar de uitgaven maar moet ook de blik worden gericht op inkomsten verhogende maatregelen, hier hebben wij al vaker over gesproken. Hierbij denken wij aan het alert blijven op subsidiemogelijkheden maar ook bijvoorbeeld aan inkomsten uit reclameborden. Mede daarom zijn wij geïnteresseerd in de stand van zaken met betrekking tot de Pilot Reclameborden waarvoor wij samen met de PvdA en GroenLinks een amendement hebben ingediend bij de begroting. De algemene reserve is een tweede punt waar wij ons op richten. De VVD fractie maakt zich zorgen over de stabiliteit van de Algemene Reserve. Zolang de exploitatie een tekort laat zien kunnen we als gemeente niet sparen. Maar wij lopen wel risico’s op een aantal grote projecten: Woonwijk De Sniep, Het Centrumplan, De Hoed en de Brede Scholen. Graag zouden wij een toename zien van de Algemene Reserve om financiële Risico’s af te dekken waardoor toekomstige extremen in gemeentelijke belastingen kunnen worden voorkomen. Dit verstaat de VVD onder een gedegen financieel beleid. In die zin verwacht de VVD van het college nog voor het reces meer inzicht in de afvalstoffenheffing die wordt gehanteerd. En wij zullen daar zelf ook haar steentje aan bijdragen. Heeft de SP daarstraks gezegd kunnen jullie dat niet zelf, daar zullen wij dus ook zelf nog naar kijken. Het dekkend maken van deze heffing heeft geleid tot een enorme belastingverhogingen die nadere bestudering vereisen. Hoe verhouden onze afvalstoffenheffingen zich tot de andere gemeenten die bij de Meerlanden zijn aangesloten? Hoe is ons dienstenniveau t.o.v. deze gemeenten en kunnen we daar nog aanpassingen realiseren die voor de burgers verder geen pijn doen maar wel die lasten wat kunnen verlagen? Nieuw beleid. Wij zijn trots op het coalitieakkoord dat wij samen met onze coalitiepartners hebben opgesteld en zouden dat beleid graag uitvoeren binnen de financiële mogelijkheden. Bij het vaststellen van de begroting 2007 is vanuit dit akkoord beperkt nieuw beleid voorgesteld. Daarna is op verzoek van de gemeenteraad de nota minimabeleid opgesteld en besproken. In februari 2007 is besloten dat het college dekking hiervoor moest vinden en dit moest aangeven in de kadernota. Het verruimde minimabeleid is nu echter in de Voorjaarsnota opgenomen als structureel negatief wat niet strookt met het genoemde besluit in februari en wij vragen daarom het college om een toelichting hierop. De VVD fractie zal vooral ook aandacht blijven vragen voor nieuw beleid waar niet direct een prijskaartje aanhangt. Het terras aan de Weespertrekvaart, de betere dienstverlening aan de burger door bijvoorbeeld avondopenstelling van het gemeentehuis, minder regelgeving daar waar mogelijk, beter op elkaar afstemmen van regels, minder welstandsregels. De blik naar buiten door Wijkgericht werken, de burger betrekken bij zijn omgeving. Wij benadrukken de cultuuromslag die merkbaar moet worden voor de burger. Ambtenaren die meedenken met de burger. Het servicegevoel van de burger verhogen. Dat zijn de sleutels om het vertrouwen van de burger terug te winnen. En wij zullen ons uiterste best doen om dat te bereiken. Tot slot hoopt de VVD op een constructieve houding van de raad. Vanaf 2002 is er een aantal zaken niet goed verlopen. Dit had diverse oorzaken. Wij hebben daar al meerdere malen over gesproken en rapportages over ontvangen. Het Plan van Aanpak waartoe de raad heeft besloten in 2005 had tot doel de zaken weer op orde te krijgen. Wij zijn ervan overtuigd dat het college en het MT hard heeft gewerkt om dit te bewerkstelligen. Ook de accountant is deze mening toegedaan. Zaken opschonen, 19
organisatie veranderen, de blik gericht naar de toekomst. De patiënt was erg ziek, lag op de intensive care. En natuurlijk heeft de dokter gedurende het ziekteproces niet alles goed gedaan. Fouten zullen altijd en overal worden gemaakt. Daar moeten we kritisch naar blijven kijken. Maar de patiënt is aan het herstellen en komt er boven op. Wij zijn er zeker van dat het doel zal worden bereikt. Dit hele proces heeft bestuurlijk heel veel lef gevraagd en dat vraagt nog steeds het lef om door te pakken, ook de burgemeester heeft daar in het verleden diverse malen over gesproken. De VVD fractie zal het proces kritisch blijven volgen en ondersteunen. Mevrouw UITERDIJK: Wij zijn het eens met veel dingen die de VVD heeft gezegd. We willen allereerst opmerken dat wij de indruk hebben dat de wethouder Worm bij alle financiële perikelen sinds zijn aantreden juist voldoende slagen om de arm heeft gehouden, voldoende dingen heeft aangegeven, marges van zekerheid, overal heeft geprobeerd om aan te geven waar onze besluiten naartoe zouden lijden en welke dingen we nog konden doen. We zijn met het aantreden van dit college heel dapper begonnen met het ombuigen van het uitgaven patroon en het bekijken van hoe maken we hier weer een goed geoliede machine van in het gemeentehuis. En het valt ons allemaal tegen hoe lang dat proces nou feitelijk duurt. We zijn er echter wel van overtuigd dat we op de goede weg zijn. En daar zijn wij ook erg blij mee. Mevrouw HAAK: Mijn fractie vindt de kwestie natuurlijk buitengewoon ernstig, dat er zoveel niet op orde blijkt te zijn geweest. Toch vinden wij dat juist, omdat we wethouder Worm voor een deel van de tijd, waarin het allemaal nog niet zo duidelijk was, hoeveel er ontbrak, al wethouder was en dat hij toch zijn bijdrage heeft geleverd bij het ophelderen van alles wat er mis was. Dit vinden wij juist ook een teken van moed. Hij had het ook misschien nog wel tegen kunnen houden, terwijl hij weet dat keer op keer iedereen over hem heen gaat rollen. Ik denk dat het grotendeels aan de gemeentesecretaris, het MT en alle ambtenaren, die zich daarvoor inzetten, te danken is dat het op orde is gekregen. Wethouder Worm heeft daar zeker een aandeel in gehad, om dat bij elkaar te krijgen. Hij heeft het in ieder geval niet tegen gehouden. Terwijl hij weet hoezeer hij daarmee zijn nek uitsteekt. Wij hebben begrepen dat nu in beeld is wat er allemaal verkeerd is gegaan en hoe groot die bedragen zijn. Wij willen daarom ook graag van de wethouder horen dat als wij over een jaar te horen krijgen dat we weer een miljoen te kort schieten, dat het weer verkeerd is begroot, dat hij daar dan ook de consequenties uittrekt. En dat hij bereid is om dan op te geven. Mevrouw UITERDIJK: Interruptie mevrouw Haak. Kunnen wij daar wel uitzonderingen op maken om onvoorziene omstandigheden, bijvoorbeeld dat het Rijk ons weer anderhalf miljoen uit de portemonnee vist? Mevrouw HAAK: Dat is heel wat anders. Ik denk dat iedereen begrijpt wat wij bedoelen. De heer TOKKIE: Interruptie voorzitter. Verliezers hebben altijd een excuus en winnaars hebben een oplossing. Ik denk dat onvoorziene omstandigheden gewoon een bullshit verhaal is. Mevrouw HAAK: Het gaat om zaken als verkeerd ingeschat zijn. We kunnen allemaal het rapport daarover wel dromen. Wij willen heel graag ons vertrouwen uitspreken, dat er nu echt alleen nog wat losse rafels opgeruimd moeten worden, maar dat de gemeente het stuurwerk goed in handen heeft. Wij denken dat dat zo is en daarom durven wij de wethouder hier ook om te vragen. Wij denken ook dat we in het kader van de bezuinigingen, we hebben het daar bij de informatieve raad ook al gezegd, dat het structureel is. Door de verkeerde berekeningen hebben wij eigenlijk jarenlang op te grote voet geleefd. Wij denken dat er dus gestreefd moet worden naar structurele oplossingen, waarmee grote bedragen gemoeid zijn. Dan moet je het niet zoeken in het afschaffen van het fietsenplan voor de ambtenaren, die juist zo hard hun best doen om het hier overeind te houden. Wij willen graag dat er gekeken wordt wat er uit de grote projecten te behalen is aan bezuinigingen. Wij hebben wel gehoord van andere partijen dat daar al met de stofkam doorheen gegaan is, maar dat 20
was in een totaal andere financiële situatie dan nu. Wij denken dat daar best nog eens kritisch naar gekeken kan worden. Desnoods met een kritische SP blik. Ik hoor wel vaker, dat hebben wij natuurlijk allemaal gedaan, maar toen waren wij er nog niet. Wij hebben natuurlijk meer vertrouwen in onszelf dan in anderen en daar hebben wij ook recht op. Daar zijn wij voor gekozen. Wij willen graag dat er naar de grote bedragen gekeken gaat worden en dat ook overwogen wordt om het OZB, die dus jarenlang te laag is geweest, te verhogen tot wat wettelijk toegestaan is. De heer BUDHU LALL: Graag spreek ik ook namens het CDA het vertrouwen en de waardering uit in de wethouder, in de stukken die er nu liggen en in de werkzaamheden van het MT om orde op zaken te stellen. Ik was nog het meest verrast door de opmerking van de VVD die rekent op subsidies. Tijden kunnen veranderen. Maar goed dat is niet anders. Inderdaad “inkomsten verhogende maatregelen”, maar dan eigenlijk iedereen overslaan die je normaal niet overslaat en uitsluitend de bedrijven gaan belasten. De subsidies en de reclamebelastingen daar gaat de VVD de inkomsten zoeken. Wat ons betreft moeten we niet zo populistisch te werk gaan. De heer MULDER: Ter interruptie u maakt een opmerking die volgens mij volledig niet klopt. Legt u ons even uit dat de VVD van plan is om de werkgevers of de ondernemers te belasten. Als u dat uit ons betoog heeft opgemaakt, dan heeft u het waarschijnlijk niet goed begrepen en dan zijn wij bereid om een nadere toelichting te geven. De heer BUDHU LALL: Ik denk dat die nadere toelichting noodzakelijk is, want ik dacht dat ik mevrouw Wielage citeerde toen zij zei dat er meer gekeken moet worden naar meer mogelijkheden van meer subsidies en naar de mogelijkheden om via reclame belastingen, zoals via het amendement van de PvdA is ingediend, de inkomsten van de gemeente te vergroten. Volgens mij is dat een uitstekend citaat. Maar daar gaat het eigenlijk niet om, maar het is toch opvallend. Belangrijk is inderdaad dat we stilstaan bij wat er gebeurd is en in dat opzicht hebben wij ook begrip voor de gevoelens vanuit Democraten Diemen. We moeten natuurlijk vooruit kijken en we willen met elkaar natuurlijk ook de komende periode die nog resteert, toekomen aan het nieuwe beleid. In dat opzicht en daar onderbrak u mij net, denk ik dat we niet alleen maar er steeds vanuit moeten gaan dat we die burger moeten overslaan. Ook vanuit het kabinet worden er mogelijkheden in het vooruitzicht gesteld de OZB te verhogen, mits daar natuurlijk realistische diensten tegenover staan. En laten we die burger niet overslaan. Ze hoeven niet als eerst aan bod te komen, maar sla ze niet over, want die avondopenstelling die u bepleit, moet ook door iemand betaald worden. Zo kunnen wij nog verder gaan. Daar zal het CDA in ieder geval in de komende periode naar kijken, welke inkomensverhogende maatregelen getrokken kunnen worden. Nog een puntje. Ook uit de brief van de ondernemingsraad lijkt het erop alsof er suggesties zijn gedaan voor inkomensverhogende maatregelen. Ik heb ze niet paraat of ik heb ze over het hoofd gezien. Ik denk dat het heel interessant is om van die suggesties kennis te nemen en na te gaan of we daar inderdaad zaken over het hoofd zien. De heer WORM: Ik ga het rijtje af. U heeft al tegen de heer Israël het nodig over gezegd. Het is niet zo dat het college willens en wetens de gemeenteraad stukken voorlegt waarvan het college het gevoel heeft dat de cijfers niet kloppen. Ik wil u in herinnering brengen wat er precies aan de hand geweest is. Dat verhaal kent u eigenlijk al voldoende. Sinds wij vorig jaar de Decade-situatie opnieuw hebben heringericht, is het duidelijk geworden dat op basis daarvan een aantal verkeerde zaken zijn gebeurd. We kunnen twee dingen doen, we laten het nog een tijdje hangen of we gaan het nu echt bij de kop pakken. We hebben dat laatste uiteraard gedaan. We hebben die maatregelen genomen die er toe moeten lijden dat de cijfers in ieder geval kloppen. U verbindt daar de conclusie aan, ondanks wat de wethouder het afgelopen jaar gedaan heeft, dat deze wethouder faalt. Ik heb niet de indruk dat dat zo is, maar u mag uiteraard die mening hebben. Wij wisten met zijn allen dat half 2005 de financiële administratie bepaald geen schoonheidsprijs verdiende. Daar hebben wij het nodige aan gedaan. U moet het naar mijn gevoel zo zien. We hebben de zaak zodanig opgeschoond 21
dat we stapeltjes kregen waar we inderdaad ook wat mee konden doen. We hebben daarin moeten constateren dat er regelgeving niet goed is toegepast. U heeft dat kunnen lezen. Dat heeft geleid tot dit soort cijfers. U heeft, en dat is juist, al een keer gezegd, en dan zeg ik het op mijn eigen wijze, trek de stekker er maar eens een tijdje uit en ga maar stilzetten met elkaar tot je alles klaar hebt. Dat kan niet, dat heb ik u toen ook gezegd. Je kunt niet zomaar de zaak stilzetten en dan maar eerst kijken of er orde te krijgen is. We hebben gezegd, we gaan zo stelselmatig proberen om de zaak door te krijgen. Mevrouw Wielage, ik zal het compliment aan de ambtelijke organisatie doorgeven die u gemaakt heeft. Ook binnen het college is er uiteraard zorgen over de exploitatie. Wij hebben de afgelopen jaren vanuit veel potjes geleefd. Dat heeft ertoe geleidt dat de exploitatie is uitgedijd. We moeten dus nu weer zorgen dat we de exploitatie op orde krijgen, dat we zelf sparen en dat we ook kijken op welke wijze wij dat doen. Daar heeft de heer Budhu Lall onder andere ook van gezegd, niet meteen eerst naar je burgers kijken, maar kijk ook eens naar andere manieren om inkomsten te verhogen. Kijk ook naar je eigen organisatie. Daarin speelt natuurlijk ook de brief die de ondernemingsraad vandaag heeft gestuurd een rol in, in de zin van: wat doe je wel en wat doe je niet zonder te vervallen in allerlei heftige discussies over kerntaken en wat ze nog meer zeiden. U heeft gevraagd naar de pilot met betrekking tot de reclameborden. Wij zijn bezig bedrijven te benaderen om die pilot gestalte te geven. Wij zijn nu nog druk doende met een inventarisatie over de precario, want dat moet ook gebeuren. Wij zijn ook bezig om te kijken hoe we de implementatie van de hondenbelasting tot stand kunnen brengen. Dat is ook nog een hele tour. Kortom, wij zijn nog met allerlei dingen bezig. Ik heb u toegezegd dat wij proberen om inzicht te geven waarop de afvalstoffenheffing ook in andere gemeenten tot stand komt. Dit blijkt een heel moeilijk zaak te zijn. Ik heb wel inmiddels een lijstje van de tarieven van afvalstofheffingen van verschillende gemeenten. Ik moet daarbij constateren dat Diemen niet in de laagste categorie valt. Met betrekking tot het nieuw beleid, maar dan het minimabeleid wat u naar voren brengt, dat is een incidenteel post, dat staat er nu dit jaar in, dat is geen structurele post. Dat is eenmalig en dan is die weer weg. We hopen dan dat het daarmee opgelost is. U zegt de patiënt was ziek, maar is herstellende. Dat gevoel hebben wij heel duidelijk ook. U heeft de brief kunnen lezen van de accountant waarin in ieder geval op getrouwheid de cijfers goedgekeurd zijn. Het is ook een hele uitdaging om nu te zorgen dat ook de rechtmatigheid op orde komt. Dat is een hele tour, omdat dat toch allerlei nieuwe procedures vergt binnen de organisatie om alles zodanig in dossiers te hebben, dat inderdaad alles terug te vinden is. Dat zullen wij überhaupt moeten doen. Is dit nu alles wat er boven water komt? Mevrouw Haak noemt het de laatste rafels, maar ik wel eens geleerd dat als je aan rafels trekt er hele lange draden van kunt krijgen. Daar zit een beetje het probleem. Als je die rafels kort blijft afknippen dan is het gauw gebeurd. Ik wil u in herinnering brengen, het staat overigens in de stukken, dat wij nog een weg te gaan hebben met de doorberekening van de uren. Dat is ook nog eens een ding dat opgelost moet worden. We zitten nog met de BTW kwestie dat nu uitgezocht wordt. Wij veronderstellen dat dat niet om al te grote bedragen gaat omdat dat zowel voor- als nadelig gedeclareerd wordt. Daar moeten wij nog eens goed naar kijken. U zegt dat de situatie buitengewoon ernstig was. Dat ben ik volstrekt met u eens. Wij vinden ook dat het op deze manier niet lang verder had gekund. Wij hebben dus op die manier ingegrepen. Dan ga ik even naar uw gewetensvraag van de rafels en de positie die ik daarin zou betekenen en de bereidheid om de politieke verantwoordelijkheid te nemen. Ja, dat zal dan moeten blijken. Ik ben niet iemand die tegen beter weten in op een stoel blijf zitten waar ik niet thuis hoor. Aan de andere kant is het zo dat de zaken die uit het verleden nog boven water komen, dat die gewoon nog opgelost moeten worden. Welke relatie u daar tussen legt, laat ik graag over aan de raad. Dat hoor ik dan ook graag. De heer ISRAËL(interrumpeert): De heer Worm, ik heb tijdens de vergadering van de informatieve raad gevraagd wat komt er uit 2005 nog boven tafel? Toen heeft u gezegd niets. Ik vind het merkwaardig in de context die u nu maakt. De heer WORM: Ik heb voor die tijd al genoemd de urensituatie, ik heb voor die tijd al genoemd de BWT kwestie. U heeft uw vraag in relatie gezegd tegen het activeren van posten, die nu in een 22
keer voor ons rekening genomen moet worden. Die waren niet in het kader van de BTW netjes opgelost. Toen heb ik gezegd, vanuit die situatie is het vrij onwaarschijnlijk dat daar verder nog wat zal gebeuren. Dat hebben wij vrij goed in beeld. De heer ISRAËL: U heeft steeds gezegd wat er uit 2004 kwam. Toen heb ik gevraagd wat komt er uit 2005 dan? De heer WORM: Ik heb u ook gezegd, en dat is overigens ook een logisch vervolgtrekking van het feit dat er allerlei posten op de balans stonden als onderhandenwerk, waarin allerlei uren geboekt waren, die hebben geleid tot de uitgangspunten voor de begroting 2006-2007. Kortom, dat daar nog wat te verhapstukken valt is niet meer dan logisch. We zullen dat dus op enige wijze af moeten werken. Even in de richting nog van mevrouw Haak. De onroerend zaakbelasting is vrijgegeven. Wij mogen verhogen zoveel als wij willen, zij het niet dat daarbij nadrukkelijk in het akkoord met de VNG en het kabinet is afgesproken dat het totaal van de lasten niet mag stijgen. Toen heb ik mij af zitten vragen hoe doe je dat? Dat lijkt mij nogal een hele ingewikkelde affaire. Wij zijn uitgenodigd voor een ledenraadpleging van de VNG voor het bestuursakkoord dus daar gaan wij naartoe. Dat zullen wij goed bestuderen en dan eventueel de vraag daar neerleggen. Want hoe stelt u zich dat voor dat gemeenten dit gaan doen? Als wij niet omhoog gaan, krijgen wij dan extra geld van het rijk of hoe zit dat dan? Overigens is het dan wel zo dat we er wel wat positiever aankijken wat Den Haag met de gemeente voor heeft dan dat een jaar geleden was. Voorzitter, even nog een opmerking in de richting van de heer Budhu Lall. Hij zou het leuk vinden als we aan het nieuwe beleid zouden kunnen beginnen. Ik denk dat het goed is om eerst ons weerstandvermogen weer eens op orde te krijgen. Dat we ook wat vet op de botten hebben en dat we dan op volle kracht ook in de richting van het nieuwe beleid kijken. De VOORZITTER: Ik wil met u kijken of er behoefte is aan een tweede termijn? En dan kijken of we kunnen overgaan tot besluitvorming. TWEEDE TERMIJN De heer ISRAËL: Ik wilde eerst reageren op mevrouw Wielage. In uw verhaal, en er zijn er meerdersw over een nieuw beleid. Er is geen één zakenman die aan nieuw beleid begint zonder te weten wat zijn basis is om uit te geven. Om beleid te krijgen moet je eerst weten wat je doet en dat mankeert hieraan. Mevrouw WIELAGE: De heer Israël, wij hebben een nieuw beleid vastgesteld bij de begroting 2007. Toen wisten we wat we in onze portemonnee hadden en op basis daarvan hebben we een beperkt nieuw beleid voorgesteld. Dat is in de begroting opgenomen en die cijfers kent u. De heer ISRAËL: Die cijfers die kloppen dus niet. Ik moet u ook zeggen, u heeft een coalitieprogramma gemaakt wat zelfs niet eens doorberekend is en waar we zelfs niet eens wisten hoeveel geld er was. Alleen wist u dat de financiën van de gemeente niet op orde waren. Maar ik wil graag verder gaan. Ik had u gevraagd, naar aanleiding van de brief van de ondernemingsraad, of er inderdaad stukken onder embargo zijn over de bezuinigingen die niet aan de raad zijn toegestuurd? Voor zover ik weet hebben wij dat niet gekregen. Dan zegt u heel trots dat jullie een goedkeuring hebben gekregen van de accountant. Misschien leest iedereen alleen de eerste bladzijde, maar onderaan de bladzijde staat een oordeel die toch vrij vernietigend is. Namelijk: “het voortschrijdend oordeel gelet op belang, …”, die tekst moet u kennen. Ik zou niet zo trots zijn, want het is de meest minimale goedkeuring die een accountant kan geven. Ze schreven waarom ze die goedkeuring niet kunnen onthouden. Dan wil ik ook vastgesteld zien, ik weet dat hier mensen ontzettend kwaad worden, maar in de eerste plaats is het probleem van de gemeente Diemen ontstaan door ambtelijke falen en niet alleen van de politiek. Het zijn ook de ambtenaren die de 23
zaak opknappen. Daar moeten we ze dankbaar voor zijn, maar in feite is het gevolg dat zij de rommel opknappen die hun collega’s hebben gemaakt. De VOORZITTER: Meneer Israël, ik wordt niet ontzettend boos. U mag boos zijn over het feit dat wij dingen niet op orde hadden zoals wij graag hadden gewild, maar u weet ook, net zoals ik, dat ambtenaren in deze organisatie, toen en nu, werken onder de verantwoordelijkheid van het politiek bestuur. U hoort het politiek bestuur aan te spreken en niet de ambtelijke organisatie, behalve als u complimenten maakt. De heer ISRAËL: Dan zal ik het anders zeggen. Er is blijkbaar in Nederland een nieuwe kaste ontstaan te weten die ambtenaren die in feite niet verantwoordelijk gehouden kunnen worden voor hun werk. Daar maak ik absoluut bezwaar tegen. Ik geef toe dat de politiek eerst verantwoordelijk is, maar ik wil vastgesteld zien dat, in de eerste plaats, problemen in de gemeente zijn gekomen, omdat het ambtelijk falen is ontstaan. Mevrouw POLSBROEK: Ik zit al de hele tijd met gekromde tenen naar de betogen van de heer Israël te luisteren. Ik ben daarnet ook even weggelopen, omdat ik de opmerkingen die de heer Israël maakt, zeer storend vind. Ik kan me voorstellen dat, er vanuit zijn gezichtspunt en naar zijn gevoel, onwaarheden zijn verkondigd, maar ik moet nogmaals aangeven dat ambtenaren in opdracht van het bestuur werken. Zij bedenken niet op eigen houtje van alles. Ik vind ook wel dat u op uw woorden kunt passen richting het ambtelijk apparaat. Ik heb het de vorige keer ook al gezegd. Ik herhaal het weer en ik blijf het herhalen. Mevrouw SMIT: Interruptie. Dit is wat wij nou bedoelen met schijndemocratie. Wij hebben allemaal het recht van meningsuiting. Ik vind het heel irritant dat andere mensen gaan zeggen hoe wij moeten denken. De VOORZITTER: Mevrouw Smit. Waar het hierover gaat, is dat u aantijgingen doet naar mensen die zich niet kunnen verweren, om de eenvoudige reden dat ambtenaren werken onder het bevoegd gezag van het bestuur. Het is dus niet zo dat u hen mag aanspreken behalve in die uitzondering die ik net aangaf. Het is het bestuur dat verantwoordelijk is en als er fouten zijn gemaakt dat hebben wij dat collectief gedaan. Natuurlijk zijn er ook ambtenaren die fouten maken, net zoals er bestuurders zijn die fouten maken, maar u hoort het bestuur aan te spreken op dingen die niet goed gaan. Er dus geen sprake van een schijndemocratie. Het bestuur zit hier om die verantwoordelijkheid te dragen. Mevrouw SMIT: Het gaat hier niet eens om die ambtenaren. Het gaat er hier gewoon om dat de partijen hun mening naar voren brengen en dat door non-verbale en andere verbale reactie mensen dusdanig gechoqueerd worden, dat ik op mijn beurt zeg het is hier een schijndemocratie. Wij zijn ook gekozen. Wij vertegenwoordigen ook een aantal mensen. Die mensen denken erover zoals wij daarover denken en wij hebben dus het recht om dit naar voren te brengen in keurige en nette bewoordingen. Ik vind het gewoon schandalig dat dit niet kan en niet mag. De VOORZITTER: Mevrouw Smit. U mag op een fatsoenlijke manier zeggen wat u vindt, maar u en iedereen in deze raad, hoort aan te spreken die daarvoor verantwoording dragen. Dat is dus het bestuur en niet de ambtenaren. Daar gaat het over. De heer ISRAËL: Ik wil toch zeggen, mevrouw Polsbroek, dat ik vanuit mijn politieke overtuiging tegen iedere kaste-vorming ben. Voor mij zijn alle burgers gelijk. Ik geef de burgemeester gelijk dat mensen in dienstverband in eerste plaats onder verantwoording van andere werken. Ik heb vastgesteld dat het in Diemen verkeerd is gegaan. Het is wel onder politieke verantwoording gebeurd, maar het heeft ook met iets anders te maken. Ik denk dat dat niet juist is. Dat is mijn 24
overtuiging en ik meen ook dat ik dat naar voren mag brengen. Ik zal zeker hier in de raad niet met ambtenaren in discussie gaan. Mevrouw POLSBROEK: Een korte interruptie mevrouw de voorzitter. Het is natuurlijk u goed recht, maar realiseert u zich ook wel dat degene tegen wie u die aantijgingen richt zich niet kunnen verweren, omdat die hier niet aan tafel zitten? De heer ISRAËL: Ik wil toch wijzen dat in het griffienieuws van 25 mei alweer verschillen zijn tussen de jaarrekeningen en de net ingediende Voorjaarsnota. Steeds weer lopen saldo’s anders. Ik ben een leek als raadslid, van mij wordt geen accountantskennis verwacht. Ik ben verantwoordelijk voor een behoorlijk bestuur. De heer SMIT(interrumpeert): Daarvoor heb je toch een Voorjaarsnota. De heer ISRAËL: Ik vind dat die voorliggende stukken die duidelijkheid niet geven. Ik dacht dat ik dat heel duidelijk had gemaakt. Daarbij zijn ze onbetrouwbaar. Het mag toch wel duidelijk zijn dat wij niet op een andere lijn zitten dan de rest van de raad. Wij vinden dat het zo spoedig mogelijk in orde moet komen. Het duurt te lang. U kunt in deze raad geen besluiten nemen zolang u niet kunt overzien wat de gevolgen daarvan zijn. Mevrouw UITERDIJK(interrumpeert): Meneer Israël, nu hoor ik u voor de tweede keer vanavond duidelijk zeggen dat wij alsmaar geen besluiten kunnen nemen over nieuwe dingen, omdat wij niet kunnen weten wat daarvan de gevolgen zullen zijn. We hebben echt wel een goed beeld van hoe gezond deze gemeente financieel is. Als wij met deze raad over bestaand of nieuw beleid besluiten nemen, hebben wij met deze raad ook een goed beeld wat die besluiten voor financiële gevolgen zullen hebben. Ik begrijp werkelijk niet waarom u hier steeds op hamert. Op dit moment houdt u betoog geen steek wat ons betreft. De heer ISRAËL: Mevrouw Uiterdijk, dat is mijn inzicht. Ik weet niet of u door koffiedik kijken weet hoe dat is, maar ik kan niet zien hoe u dat daaruit kunt halen. Het spijt me, misschien heb ik een andere zaak van inzicht. Vanuit vroeger ben ik toch gewend om belangrijke beslissingen over lange jaren te nemen. Ik weet dat je dat alleen maar kunt als je weet waar je aan toe bent en wat de uitkomsten zijn. Wat er nu gebeurt is dat besluiten terug genomen moeten worden, op een andere manier naar voren komen of andere financieringen gevonden moeten worden. Dat blijkt uit deze stukken en dat is een volkomen onmenselijke situatie. Ik heb het gevoel dat Diemen langzamerhand wordt voorbereid voor een overname. De heer WORM: Ik ben zojuist gestopt met het zeggen dat het verstandig is om te zorgen dat je eerst wat vet op de botten krijgt en dan daarmee verder gaat. Dat moet je inderdaad doen vanuit de basis die dan op orde dient te zijn. Meneer Israël, u heeft zonet als laatste in uw betoog gezegd dat die saldo’s en alles wat voorligt niet kloppen. Ik begrijp dat u daar last mee heeft. Ik zou u dan ook graag uitnodigen om, met het hoofd van de afdeling financiën en de ondergetekende, de zaak eens door te nemen. Dat kan wellicht een heleboel discussie en ergernis van uw kant schelen. Als u die uitnodiging aanneemt willen wij daar graag met u over praten. U heeft gezegd dat de minimale goedkeuring van de accountant het meest minimale is wat je kunt krijgen. U krijgt eerdaags het accountantsrapport en daarin zult u volstrekt helder zien waar nou die geschillen zijn en waar die goedkeuringstolerantie is. U kunt heel helder zien waar dat eventueel afwijkt. Dat zie je ook heel helder bij de rechtmatigheid. Daar zie je dan ook een aantal politieke beslissingen, ik kijk ook even naar de VVD, bijvoorbeeld over de geluidsschermen. Je kunt niet als er politieke besluiten genomen zijn, die wellicht niet helemaal rechtmatig zijn, die niet uitvoeren omdat ze niet rechtmatig genomen zijn. Ze zijn namelijk wel politiek. Maar dat is wat anders dan dat het allemaal aan de regeltjes voldoet. Daar zit dus ook een aantal zaken in die lastig zijn, maar die heb je wel te accepteren met 25
elkaar. Voorzitter, dat was het. De uitnodiging aan de heer Israël staat. Ik hoop dat hij die aanneemt en dan kunnen wij daar met elkaar eens flink over bakkeleien. De VOORZITTER: De heer Worm, er is nog één vraag over van de heer Israël. Dat is namelijk over de bezuinigingsvoorstellen. De heer WORM: Dat klopt. Ik moet even naar de griffier kijken, want ik weet niet wat er ter inzage is gelegd in de fractiekamer. Het is zo dat het advies van de ondernemingsraad binnen is. We zullen in het college het advies wegen ten opzichte van de bezuinigingsvoorstellen die zijn gedaan. Op basis daarvan zullen wij een besluit nemen en zullen wij u hierover zo snel mogelijk informeren. De VOORZITTER: Ik wil met u toe naar de besluitvorming van dit punt. Ik wil van u de handen omhoog zien wie vóór het voorstel is, zoals het college in het kader van de Voorjaarsnota heeft gedaan. Vóór het voorstel: de fractie van de PvdA, de VVD, GroenLinks, CDA. De anderen zijn tegen. Daarmee is het voorstel aangenomen. Akkoord. 10.
KADERNOTA De heer VERHEUVEL: Bij de behandeling van de Voorjaarsnota is net al een paar opmerkingen gemaakt die eigenlijk, naar mijn idee, beter passen bij dit agendapunt, als je het hebt over het meerjarenbeleid, het meerjaren financiering en plannen die je voor de toekomst hebt. Ik kan niet anders dan me aansluiten bij datgene dat gezegd is, op één ding na. Het belangrijkste, naar mijn idee, is dat geld het beleid niet mag regeren. Eerst moet je een beleid vaststellen en vervolgens moet je kijken hoe je dat wil financieren. Dan kan het dus zo zijn dat je op een gegeven ogenblik bezuinigingen moet toepassen, dat je inkomstenverhogende maatregelen moet toepassen, dat je subsidies moet proberen te krijgen. Dat is allemaal de vorige keer in mei verteld. Dat zijn de belangrijke opdrachten naar mijn idee. Er staat ook in de kadernota dat, als het niet anders kan en je wil dat pakket handhaven op het niveau zoals het is, dan wellicht de burgers niet gespaard kunnen worden. Dat moet je allemaal overwegen. We hebben er alle vertrouwen in dat het college, bij de behandeling van de begrotingsvoorstellen voor het volgende jaar, al die overwegingen serieus zal nemen en dat ze met een gedegen voorstel zullen komen. Wij hebben voor de rest, als we nu naar de tekst kijken van deze kadernota, er geen problemen mee en gaan we met het voorstel akkoord. Mevrouw UITERDIJK: Zoals we inderdaad in de informatieve raad al hebben aangegeven begrijpen wij uit de kadernota heel goed dat de pas op de plaats gemaakt moet worden. Traditiegetrouw leveren wij bij de begroting meestal wat input voor een nieuw beleid. Onze fractie zal, wanneer ze dat wil doen, goed letten op het feit dat de kosten dan minimaal gehouden moeten worden, zoniet achterwege moeten blijven. Wij hopen echter wel en dat willen wij hier nogmaals uitspreken, dat we de daarop volgende jaren meer ruimte zullen krijgen voor nieuw beleid, dat nog steeds voortvloeit uit wat het college en deze raad van plan waren te doen. De heer VERHOFSTAD: Daar de fractie van de SP niet ingestemd heeft met de begroting van 2008 en de meerjaren raming van 2009-2011. De VOORZITTER (interrumpeert): Wij hadden nog niet een begroting van 2008. De heer VERHOFSTAD: Excuses, 2007. Wij kunnen onmogelijk met dit besluit instemmen. De heer ISRAËL: Gezien wat ik bij het vorige agendapunt heb opgemerkt menen wij ook dat de kadernota niet te steunen is.
26
De VOORZITTER: Dan gaan wij over tot stemming van de kadernota. Wie zijn er vóór het vaststellen van de kadernota? De fractie van de PvdA, de VVD, GroenLinks, de heer Budhu Lall van het CDA. Daarmee is het voorstel aangenomen. Akkoord. 11.
AFSLUITING EN RONDVRAAG Mevrouw HAAK: Ik had begrepen bij de informatieve raad, dat wij bij de stukken iets zouden krijgen zonder het apart aan te hoeven vragen. Het gaat over een berekening wat het kost om de wegen in en rondom Diemen op B+ niveau te handhaven? De heer WORM: Dat is uitgezet. Ik had eerlijk gezegd gedacht dat u dat zou hebben, maar ik zal het morgen even navragen. Dat is een heel verhaal. Mevrouw HAAK: Wij willen graag het hele verhaal om daar met eigen ogen kritisch naar te kijken. De heer WORM: U krijgt het hele verhaal. De heer VISSER: Ik heb een tweetal dingen. De SP fractie zit nog te wachten op beantwoording van het college op drie brieven. De eerste dateert nog van maart. De heer WORM: Ik heb die brieven gezien. Ik weet dat de secretaris die eergisteren getekend heeft. De Zalmsnip was weliswaar beantwoord maar was wat kort door de bocht. Wij hebben gevraagd om daar iets meer toelichting op te geven en die komt er ook aan. Mag ik misschien van de gelegenheid gebruik maken om nog een belangrijk SP item, Houdt Diemen Schoon, aan u voor te leggen? Daar was wat onduidelijkheid over. U heeft vorige week gevraagd of de huurdersvereniging erbij betrokken was, dat was zo. Het was alleen zo dat het communicatief niet helemaal goed gelopen was tussen de gemeente en Rochdale. Bij Rochdale ging men ervan uit dat zij op 8 juli, maar dat is op een zondag, een actie zouden gaan doen. Wij hadden 9 juni in ons hoofd. Het is nu zo dat die actie van de 8 ste juli een beetje op losse schroeven staat. Er is vanuit de bewoners weinig animo. Wij zouden juist vanuit de scholen wat willen doen met betrekking tot Houdt Diemen Schoon. Dan moet je dat wel doen als de scholen nog bezig zijn. Er wordt morgen met Rochdale en de scholen contact opgenomen. Op basis daarvan gaan we kijken of we overeenstemming kunnen krijgen over een leuke actie. Dat zal u dan middels een memo worden toegestuurd. De heer VISSER: Dat kan dan niet meer 9 juni. Dat zal dan in september, oktober zijn. Als er gecommuniceerd wordt met de bewoners dan komen de aanmeldingen vanzelf wel. De heer WORM: Rochdale heeft gezegd dat zij, in samenwerking met de bewoners, dat zouden doen. Ze hebben met de buren daarover gesproken. Daar bleek dat het niet zo vreselijk aansloeg. De heer VISSER: Ik woon in die wijk, maar heb nog geen communicatie gezien van Rochdale. De heer WORM: Ik heb vanmiddag met de behandelende ambtenaar gesproken. Ik heb gevraagd om daar nou eens dringend aan mee te werken. De VOORZITTER: Ik begrijp, de heer Worm, dat er gepoogd wordt het nog voor de zomervakantie te doen, maar het moet wel een succesvolle actie kunnen worden. De heer BUDHU LALL: Ik heb een vraag voor de heer Grondel. Vanuit onze achterban zijn wij erop geattendeerd dat er in Diemen centrum een tweetal dakloze personen zijn gesignaleerd. Wij vroegen ons af of de betreffende personen bij u bekend zijn? Dat de problematiek bekend is, omdat
27
dat toch gaat over personen die zich al geruime tijd in Diemen bevinden. We vroegen ons af of die problematiek van die personen bij u bekend is? De heer GRONDEL: Het begrip dak- of thuisloos is een begrip die nogal kan schemeren. Iemand die er dakloos uitziet heeft soms nog wel een huis. De meeste mensen die onder onze blikveld zijn nog wel onder zorg. Ik wil daarmee niet zeggen dat het feit dat ze van straat af zijn is geregeld. Het lijkt mij het verstandigst dat wij buiten de vergadering kijken wat er precies aan de hand is en of ze al in beeld zijn. Mevrouw SMIT: Ik vraag me af wat het gaat kosten voor de burger van Diemen als de brandweer gaat regionaliseren? De VOORZITTER: Dat vraag ik mij ook af. Ik denk dat het de bedoeling is dat het niks meer gaat kosten. We hebben daar echter nog geen concrete voorstellen voor. Mevrouw SMIT: Deze vraag is ons ingefluisterd door iemand van de brandweer zelf. Hij zei dat het bij de Meerlanden op een debacle is uitgelopen. Hij zei zelfs dat anderen gemeenten van de regionalisering af willen zien, omdat het zoveel meer kost. De heer TOKKIE: Ik ben bij een vergadering geweest waarbij dat aan de orde geweest is. Voorzitter, u bent ongetwijfeld beter op de hoogte dan ik, maar één ding wil ik in ieder geval meegeven. Als er wordt geregionaliseerd dan worden die stukken vastgelegd en gaan bij de gemeenteraden langs. Daar hebben wij wat over te zeggen. Als het al tot kostenverhoging zou leiden, want dat bericht heb ik nog niet gehad. De VOORZITTER: Mevrouw Smit, we hebben er al eerder met elkaar over gesproken. Het uitgangspunt is dat er geen kostenverhoging is. Het is nog niet zo dat we al zover zijn dat er concrete voorstellen zijn en dat ze al voor de zomer op uw tafel zouden komen. Ik verwacht ze in het najaar. Er is natuurlijk een aantal gevolgen. Er komt regionalisering. Dat betekent de overgang van de brandweer, dat betekent ontvlechting van van alles en ook dat een aantal gemeenschappelijke regelingen veranderd moeten worden. Zo zitten er fors wat dingen aan. In deze regio ken ik geen gemeente die het niet zullen doen. Ik kan u zeggen dat alle gemeenten in de regio vast van plan zijn dat te doen. Iedereen zit er natuurlijk wel bovenop dat de kosten niet hoog worden. Als eerste is dat de voorzitter van de stuurgroep regionalisering, uw eigen burgemeester. Ik zal dus niet met voorstellen komen die daartoe leiden, maar we zullen het moeten afwachten. Het is namelijk nog niet zo ver dat er al iets concreets voorligt. Dat zal na de zomer worden. De heer PORTEGIJS: Ik kan me herinneren dat ongeveer een jaar geleden er een werkbezoek was aan de bunker in Amsterdam. Toen hebben wij het ook over dit onderwerp gehad. Er was toen niemand die met dezelfde stelligheid, als die u net uitsprak, mij kon beloven dat het evenveel zou gaan kosten, want schaalvergroting kost gewoon meer geld. U zegt nu, als voorzitter van de stuurgroep, wij komen niet met voorstellen die extra geld kosten? De VOORZITTER: Ik ga niet met een voorstel komen waardoor u, straks als burger van Diemen, meer zou moeten gaan betalen aan deze brandweer dan u al deed. De heer VERHEUVEL: We hebben het vanavond een paar keer gehad over het feit dat de besluitvorming in deze vergadering ten goede zou komen als amendementen en moties van te voren indienen. Wat dat betreft steek ik de hand in eigen boezem. Achteraf hebben wij ons gerealiseerd dat, ons gezamenlijke voorstel van de coalitiepartijen voor het verlagen van de fractievergoeding, wij van te voren hadden bedacht dat we dat voorstel zouden indienen zoals we dat ingediend
28
hebben. Dat hebben wij niet van te voren kenbaar gemaakt, maar dat hadden wij wel kunnen doen. Ik bied daarvoor mij excuses aan. Mevrouw POLSBROEK: Ik heb niet zozeer een rondvraag vraag, maar twee presentjes voor twee afscheidsnemende Presidiumleden. We hebben een tijd geleden afscheid genomen van de heer Tokkie en de heer Thissen uit het Presidium. Wij wilden namens het Presidium, maar ook namens de raad, hen beide hartelijk danken voor hun inzet het afgelopen jaar. Ik had de eer om een passend presentje voor u uit te zoeken. Het zijn beide boekwerken geworden en ik denk dat beide boekwerken toch wel uw andere passie in uw privé-leven weergeven. De VOORZITTER: Ik stel voor dat wij de vergadering sluiten in dank zegging van deze Presidiumleden. Dank u wel.
De voorzitter sluit de vergadering om 22.31 uur. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 20 september 2007 , de voorzitter , de griffier
29