Rosa Beroepscollege Zorg en Welzijn Schoenerstraat 7 1034 XZ Amsterdam
Inhoud Doelstelling
blz. 3
Algemene informatie - Wat is dyslexie - Belemmering bij het leren - Signalering - Dyslexieverklaring
blz. 4 blz. 4 blz. 7 blz. 8
De rechten van de leerling met dyslexie - Buiten de lesuren - Tijdens de lesuren
blz. 9 blz. 9
Informatie voor de vakdocent - Regels voor het afnemen van schriftelijke overhoringen en proefwerken - Regels tijdens de les
blz. 10 blz. 11
De rol van de mentor
blz. 12
Extra informatie - Financiering - Maatregelen voor bij het centrale examen - Handige links en adressen
blz. 13 blz. 16 blz. 17
Bijlagen: - De tien C’s - Tips voor leerlingen - Hand-out dyslexie op de Rosa school
blz. 19 blz. 21 blz. 24
2
Doelstelling Onze algemene doelstelling is de leerlingen met dyslexie het onderwijs te laten volgen waar zij de capaciteiten voor hebben.
3
Algemene informatie Een definitie van dyslexie In dit protocol wordt de volgende definitie van dyslexie gehanteerd: “Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of spellen op woordniveau” Daarbij moet in beschouwing worden genomen dat: - het gaat om objectief waarneembaar gedrag - het gaat om problemen bij het aanleren én toepassen van lezen en spellen - dyslexie soms duidelijk is bij het spellen en in veel mindere mate bij het lezen - bij een IQ van minder dan 70 dyslexie moeilijk vast te stellen is - dyslexie niet wordt veroorzaakt door omgevingsfactoren - dyslexie gevolgen heeft voor alle vakken - de mate waarin en de wijze waarop dyslexie zich manifesteert, bij iedereen anders is. In het kort kan gezegd worden dat er bij dyslectische leerlingen drie probleemgebieden zijn namelijk; - lezen en/of spellen op woordniveau in het Nederlands en in de moderne vreemde talen - het snel en accuraat lezen (decoderen) van teksten bij alle vakken - het snel en accuraat spellen (coderen) bij functioneel schrijven bij alle vakken
Belemmeringen bij het leren Zoals al gezegd, verschilt dyslexie van leerling tot leerling. De mate waarin de leerling dyslectisch is of waarin de dyslexie naar voren komt, is uniek. Toch vallen er duidelijke gevolgen van dyslexie in het voortgezet onderwijs te bemerken. Hieronder vindt u een overzicht van de gevolgen van dyslexie bij de taken en vakken die een beroep doen op de geletterdheid van de leerling.
4
Technisch lezen - moeite met het identificeren van (nieuwe, onbekende) klanken en woorden in het Nederlands en in de moderne vreemde talen - moeite met het (hardop) accuraat, snel en vloeiend lezen van zowel complexe, als alledaagse woorden bij alle vakken - moeite met het flexibel inzetten van decodeerstrategieën bij alle vakken Spellen - moeite met het spellen van zowel complexe woorden met moeilijke lettercombinaties, als alledaagse eenvoudige woorden - interferentie van de spelling van het Nederlands bij de vreemde taal - moeite met het flexibel inzetten van verschillende spellingstrategieën die een leerling in het voortgezet onderwijs normaliter beheerst: regelstrategieën, inprentstrategieën en luisterstrategieën bij alle vakken Spreken - uitspraakproblemen: ook bij veel voorkomende woorden - moeite met het nazeggen van moeilijke woorden in de vreemde taal en complexe woorden in het Nederlands Luisteren - moeite met het verstaan van ‘snelle’ spraak (van moedertaalsprekers in de moderne vreemde talen) - moeite met luisteroefeningen omdat de woorden en klanken niet goed worden gehoord - moeite met het flexibel inzetten van luisterstrategieën Voorwaarden voor lezen en spellen in het Nederlands en in de moderne vreemde talen - problemen met het doorzien van de klankstructuur van de taal - problemen met het doorzien van ‘losse’ klanken in woorden, het waarnemen van verschillen tussen op elkaar lijkende klanken en de volgorden van klanken - moeite met het snel oproepen van aanwezige taal- en symboolkennis - problemen met het vloeiend lezen en spellen 5
- moeite met het herhalen van woorden met meer lettergrepen - klanktekenkoppelingsproblemen: problemen met het in de juiste volgorden koppelen van tekens aan de bijbehorende klanken - moeite met het ontdekken van ‘analoge delen’ bij het lezen en spellen van onbekende woorden (bijvoorbeeld ‘jour’ zit zowel in ‘toujours’ als in ‘journal’) - moeite met het doorzien van spelling in relatie tot grammatica Algemene leerproblemen (geheugen, aandacht, informatieverwerking en automatisering) - onvoldoende kunnen verwerken, verwoorden en terughalen van instructie en talige informatie - moeite met het onthouden van recent geleerd vocabulaire: onvoldoende resultaat van intensief oefenen - moeite met het snel structureren en analyseren van taken - moeite met generaliseren en transfer - problemen met het integreren van kennis van hogere en lagere orde (visueel, fonologisch, semantisch, motorisch enz.) - afname van tempo en de nauwkeurigheid als er onder druk gewerkt moet worden (proefwerken, schoolonderzoeken, examens) Functionele taken en vakken die een beroep doen op de geletterdheid - stagnaties bij begrijpend lezen in alle vakken: ondanks voldoende verbale competentie is er onvoldoende begrip door de hardnekkige problemen met de leestechniek - spellingproblemen bemoeilijken het zelf construeren van teksten zoals boekverslagen en brieven - slechte tekststructuur: de ‘rode draad’ raakt zoek, waardoor de teksten onsamenhangend zijn - onheldere lay-out en indeling van de tekst - onvoldoende nauwkeurigheid bij proefwerken, vooral multiple choice - fouten maken of fouten over het hoofd zien bij het zelf corrigeren van oefeningen tijdens klassikale besprekingen - fouten maken bij het overnemen van aantekeningen van het bord, de overhead of beamer - stagnerende ontwikkeling van talenten in domeinen buiten het lezen (bètavakken, creatieve talenten)
6
Signalering Dyslexie komt doorgaans al duidelijk naar voren in de basisschoolperiode. Idealiter zou de leerling al tijdens de basisschoolperiode uitgebreid getest moeten zijn en indien nodig een dyslexieverklaring gekregen moeten hebben. Vanaf schooljaar 2006-2007 is de sectie Nederlands op de Rosa begonnen met het afnemen van algemene ontwikkelingstoetsen op het gebied van spelling en grammatica. Leerlingen met een grote achterstand worden hierbij gesignaleerd en krijgen een persoonlijk ontwikkelingsplan. Mocht het vermoeden rijzen dat een leerling mogelijk dyslexie heeft dan neemt de mentor contact op met de ouders/verzorgers. De mentor zal dan doorgaans een nader onderzoek adviseren.
7
Dyslexieverklaring Wat is een dyslexieverklaring? In een dyslexieverklaring staat dat er is aangetoond dat de leerling dyslectisch is. In deze verklaring staat welke belemmeringen een leerling ondervindt bij het volgen van onderwijs en in de samenleving. Er wordt ook aangegeven welke maatregelen, faciliteiten, begeleidingsvormen en behandelingsvormen er noodzakelijk zijn. Deze instructie is bij ieder leerling anders, aangezien de mate en vorm van dyslexie ook nooit gelijk is. Mocht uw dochter een dyslexieverklaring bezitten dan is het in belang van uw dochter dat de Rosa een kopie van deze verklaring ontvangt. De kopie komt in het dossier van de leerling. Waarom is een dyslexieverklaring noodzakelijk? In principe maken alleen de leerlingen met een dyslexieverklaring aanspraak op de extra voorzieningen die de Rosa aanbiedt. Leerlingen met ernstige dyslectische kenmerken komen daar ook voor in aanmerking. Bij het eindexamen in het vierde schooljaar kan uw dochter alleen aanspraak maken op de extra maatregelen als zij in bezit is van een dyslexieverklaring, waar de school een kopie van heeft ontvangen. Deze rechten en regels komen in een later hoofdstuk aan de orde. Hoe komt mijn dochter aan een dyslexieverklaring? Niet iedereen hulpverlener mag een dyslexieverklaring afgeven. Hij/zij moet namelijk een aparte bekwaamheidsregistratie hebben. Op de Rosa is niemand bevoegd om deze verklaring af te geven. Mocht er een vermoeden zijn van dyslexie, dan moet er een externe instantie ingeschakeld worden. Er moet dan een uitgebreid en kostbaar onderzoek gedaan worden. De gemiddelde kosten voor dit onderzoek liggen tussen de €500 en €1000. Deze kosten dienen door de ouders betaald te worden. In veel gevallen is het wel mogelijk om een deel van de kosten terug te vragen aan de overheid of aan uw ziektekostenverzekering. Meer informatie hierover is te vinden in de bijlage: financiering.
8
De rechten van de leerling met dyslexie De volgende regels zijn alleen van toepassing als de leerling in het bezit is van een dyslexieverklaring. Buiten de lesuren maar wel op school: - De leerling heeft recht op deelname aan de hulplessen Nederlands - De leerling heeft recht op deelname aan de huiswerkklas - Er vindt iedere maand een gesprek plaats tussen de leerling en de mentor waarbij de vorderingen en mogelijke problemen aan bod komen Tijdens de lesuren: - De leerling krijgt, indien nodig, extra tijd voor proefwerken en schriftelijke overhoringen. Dit bedraagt maximaal 20% meer. - De leerling hoeft maximaal twee taalproefwerken per week te maken m.u.v. de centrale examens. De verantwoordelijkheid voor het inhalen van de proefwerken ligt bij de leerling. - Indien noodzakelijk maken de vakdocenten per sectie afspraken voor een voorwaardelijke aparte normering voor de leerling. - De leerling mag, onder voorwaarde, gebruik maken van hulpmiddelen tijdens de les, zoals een laptop en de easy reading pen. - Mocht de grootte van de letter uit de schoolboeken een belemmering zijn voor het optimaal presteren van de leerling dan is de school verplicht deze te vergroten. - Alle vakdocenten proberen de lessen zoveel mogelijk geschikt te maken voor de leerling met dyslexie.
9
Informatie voor de vakdocent Regels voor het afnemen van schriftelijke overhoringen en proefwerken: - De dyslectische leerling hoeft maximaal twee proefwerken van taalvakken per week te maken. Mocht er een derde proefwerk tijdens die week worden opgegeven dan is het de verantwoordelijkheid van de leerling om aan te geven dat zij deze liever op een ander moment maakt. Bij voorkeur gebeurt dit tijdens de les, maar indien nodig kan het proefwerk buiten de lesuren worden ingehaald. Deze regel geldt niet tijdens de proefwerkweek. - De leerling krijgt tijdens schriftelijke overhoringen en proefwerken extra tijd. Indien nodig maximaal 20% bovenop de oorspronkelijke tijd. Het heeft de voorkeur om de toetsen tegelijk met de andere leerlingen af te nemen. Doorgaans is er genoeg tijd binnen de lesuren. Mocht er onvoldoende tijd zijn, dan wordt het proefwerk buiten de lesuren afgenomen. - De leerling heeft recht op een lettergrootte van minimaal 14. - Bij zaakvakken mogen spelfouten en zwakke formuleringen geen invloed hebben op het cijfer. Dit is alleen voorwaardelijk en indien nodig. - Maakt de leerling meerdere malen dezelfde fout bij taalvakken dan wordt deze maar één maal meegerekend. Voorwaardelijk en indien nodig gelden al deze regels. - Het is aan te raden om per vaksectie een aparte normering op te stellen. Uniformiteit heeft de voorkeur boven individuele aangepaste normeringen. - Stel altijd maar één vraag per vraag. Dubbele vragen maken de leerling in de war. - Wees concreet! - Overhoor niet alleen schriftelijk, maar ook mondeling - Geef bij een mondeling de leerling voldoende bedenktijd (minimaal 3 sec) - Vergelijk de leerling niet met zijn klasgenoten - Zorg voor een goede overzichtelijke lay-out. Bij voorkeur met extra ruimte tussen de vragen zodat de leerling de gemaakte vragen kan afdekken en snel kan zien waar ze gebleven is. - Sta hulpmidden toe zoals een laptop.
10
Regels tijdens de lessen: -
-
Geef duidelijke en foutloze dictaten. Waardeer alle mogelijke en zinvolle inbreng van de leerling. Varieer en differentieer in je uitleg. Nieuwe termen eerste uitleggen. Een leerling moet een term gemiddeld zeven keer horen voor deze onthouden wordt. Controleer of de stof is overgekomen. Geef concrete voorbeelden en probeer de leerstof te visualiseren. Dyslectische leerlingen hebben zeer veel moeite met het maken van aantekeningen. Probeer dit te vermijden. Is het onvermijdelijk maak dan een kopie van goede aantekeningen een geef deze aan de leerling. Geef de leerling oefensoftware mocht deze aanwezig zijn.
11
De rol van de mentor De mentor is verantwoordelijk voor: - Het contact tussen de school en de ouders over de voortgang van de leerling. - De maandelijkse evaluatiegesprekjes met de leerling - Het bemiddelen bij een conflict tussen leerling en vakdocent aangaande de regels over dyslexie. Het is de taak van de mentor om op te komen voor de rechten van de leerling. Het is noodzakelijk dat er een gesprek tussen de mentor, de dyslectische leerling en de ouders plaatsvindt. Tijdens dit gesprek moeten de volgende vragen beantwoord worden: - Was er op de basisschool al sprake van een taalachterstand? - Welke taal wordt er thuis gesproken? - Hoe probeerden ze je op de basisschool te helpen? - Tegen welke problemen loop je aan? - Wat zou je graag willen dat de school voor je doet? Tijdens dit gesprek moet de mentor een beeld zien te krijgen van de leerling. Door gericht te vragen kan de mentor er achter komen welke zorg deze leerling nodig heeft en graag zou willen krijgen. Het kan bijvoorbeeld zijn dat de basisschool een zorgplan had dat niet aansloot bij de wensen van de leerling. Door middel van dit gesprek kan worden voorkomen dat dezelfde fout gemaakt wordt. Een korte samenvatting van dit gesprek moet uitgeschreven worden en overhandigd aan de coördinator van de onderbouw of bovenbouw. Deze persoon zorgt er voor dat het in het “leerlingvolgsysteem” komt.
12
Extra informatie Financieringen Belastingdienst De kosten voor een dyslexieonderzoek zijn enorm. Ze variëren tussen de €500 en €1000. Deze kosten zijn voor een deel terug te vragen bij de belastingdienst. Vaste belastingaftrek voor dyslexie: € 787,- per jaar. Voor uitgaven wegens chronische ziekte mag u bij uw belastingaangifte een vast bedrag aftrekken van €787 per gezinslid. Dat geldt ook voor dyslexie. Om voor deze vaste aftrek in aanmerking te komen moet u aan alle volgende voorwaarden voldoen: - U was op 31 december 2004 jonger dan 65 jaar. - U had geen recht op de vaste aftrek voor arbeidsongeschiktheid. - U geeft in het betreffende jaar daadwerkelijk meer dan €311 uit aan specifieke uitgaven. Voor elk gezinslid waarvoor u tenminste €311 uitgeeft, mag u deze vaste aftrek van €787 toepassen. Bij de elektronische belastingaangifte verschijnt de categorie ‘Vaste aftrek voor chronische ziekte’ pas, als u bij ‘specifieke uitgaven’ (P-biljet vraag 28c) meer dan €311 aan aftrekbare kosten hebt ingevuld. (bron:www.belastingdienst.nl) Belastingaftrek van bijzondere ziektekosten Ziektekosten die niet of niet geheel vergoed worden, kunnen via de aangifte inkomstenbelasting als buitengewone lasten worden afgetrokken van het belastbaar inkomen. Hierbij moet echter een hoge drempel wordt overschreden. De belastingrechter heeft hierover al een uitspraak gedaan. Hij oordeelde dat dyslexie beschouwd moest worden als een zekere vorm van invaliditeit en accepteerde op deze gronden de buitengewone lastenaftrek. De staatssecretaris heeft deze zaak niet voorgelegd aan de Hoge Raad, zodat geconcludeerd kan worden dat de buitengewone lasten aftrek voor dyslexie toegestaan is. Hulpmiddelen voor dyslexie zijn aftrekbaar voor de inkomstenbelasting als uitgaven wegens ziekte en/of invaliditeit "Ingevolge art. 6.17, tweede lid, Wet IB 2001 is vereist dat het (hulp)middel de persoon in staat stelt tot het verrichten van normale lichaamsfuncties. In art. 20a, onderdeel b, Uitv.besl. IB 2001 is de eis 13
neergelegd dat het middel van zodanige aard is, dat het hoofdzakelijk door zieke of invalide personen wordt gebruikt (voor meer dan 70%). Indien aan de voorwaarden in art. 20a Uitv.besl. IB 2001 is voldaan, behoeft niet meer te worden getoetst of ook aan de voorwaarden van art. 6.17, tweede lid. Wet IB 2001 is voldaan. Voor wat betreft de Daisy-speler, de ReadingPen en het softwareprogramma Kurzweil 3000 kan worden vastgesteld dat het hier aftrekbare hulpmiddelen betreft voor uw kind, omdat bovengenoemde zaken niet of nauwelijks worden gebruikt door mensen die niet de beperking van uw zoon (dochter.red) hebben." U kunt gerust naar deze tekst verwijzen indien de belastinginspectie bezwaar maakt tegen uw aangifte. (bron:www.lexima.nl)
Bijzondere bijstand aanvragen bij de gemeente Als u uw ziektekosten niet zelf kunt betalen en ook niet terugkrijgt van uw verzekeraar, kunt u bij uw gemeente een beroep doen op de bijzondere bijstand. U kunt dan het volledige bedrag of een deel daarvan terugkrijgen. Wie kan bijzondere bijstand aanvragen? Bijzondere bijstand is er niet alleen voor mensen met een bijstandsuitkering, maar voor iedereen met een laag inkomen en hoge kosten. U kunt een beroep doen op de bijzondere bijstand als u: - alleen een AOW-uitkering heeft - alleen een WAJONG-uitkering heeft - alleen een bijstandsuitkering heeft - alleen een inkomen op bijstandsniveau heeft. Informeer bij uw gemeente. Vergoeding via ziektekostenverzekering Een onderzoek en behandeling van dyslexie wordt vaak niet vergoed door de ziektekostenverzekering. De ene verzekering is hier echter soepeler in dan de andere. Vergoeding hangt vaak af van de precieze formulering van de onderzoeksvraag en de inhoud van de behandeling. Vaak is de formulering "dyslexie onderzoek en behandeling" een reden om vergoeding te weigeren. Onderzoek naar leer- en gedragsproblemen geeft soms wel mogelijkheden. Soms wordt 14
onderzoek of behandeling door een orthopedagoog wel vergoed, en soms moet dit onderzoek of de behandeling door een psycholoog gedaan worden om voor vergoeding in aanmerking te komen. De eisen die de verzekeringen stellen aan de kwalificaties van deze onderzoekers kunnen ook verschillen. Het gaat bij een onderzoek en een behandeling vrijwel altijd om een combinatie van een primaire leerstoornis en secondaire sociaalemotionele problematiek (forse faalangst, stemmingsproblemen, psychosomatische klachten). Vaak zijn er ook nog gedragsproblemen en/of aandachtsproblemen. Dit is werk voor dyslexiespecialisten, die of pedagogisch geschoold zijn (en post-hbo nageschoold) en werken onder verantwoordelijkheid van een psycholoog of orthopedagoog, of die zelf psycholoog/orthopedagoog zijn. Door de complexiteit gaat het zowel in het onderzoek als in de behandeling om veel meer dan alleen dyslexie. Het vakgebied van leer- en ontwikkelingsstoornissen is het domein van psychologen én van orthopedagogen. In vacatures op dit gebied worden deze beroepsgroepen veelal als inwisselbaar beschouwd en wordt vaak een psycholoog/orthopedagoog gevraagd. Het is dus zaak om goed te vragen aan de verzekering wat de mogelijkheden zijn. Welke verzekeringen vergoeden? Dit hangt uiteraard af van het verzekeringspakket dat u heeft afgesloten. Bij een aanvullende verzekering is de kans aanmerkelijk groter. We weten van de volgende verzekeringen dat ze een gedeelte van de kosten vergoeden: ONVZ, de Amersfoortse, Stad Rotterdam, FBTO, PNO media, Salland, SR verzekeringen.
15
Maatregelen bij het centraal examen In artikel 55 van het eindexamenbesluit voor vwo, havo en vmbo is opgenomen dat voor een dyslectische kandidaat de examencondities aangepast kunnen worden op grond van een rapport van een deskundige, waarin is aangegeven welke maatregelen nodig zijn. Deze aanpassingen betreffen zowel het schoolexamen als het centraal examen. Afhankelijk van de mate, de ernst en de soort dyslexie komen de volgende maatregelen voor:
verlenging van de examentijd (voor het c.e. hoogstens 30 minuten) vergroting van de opgave ("grootschrift") auditieve ondersteuning ICT-ondersteuning Er bestaat geen mogelijkheid om de correctienormen aan te passen.
Uit inspectierapportages is gebleken dat een verlenging van de duur van de examentijd met dertig minuten in het algemeen genoeg is. In dat geval volstaat de diagnose uit de deskundigenverklaring. Indien andere faciliteiten dan verlenging van de examentijd noodzakelijk zijn, dient de deskundigenverklaring tevens aan te geven waaruit deze zouden kunnen bestaan dan wel (in geval van een eindexamen) dient de aanpassing aan te sluiten bij begeleidingsadviezen die in een eerdere deskundigenverklaring zijn gegeven voor de schoolloopbaan van betrokkene. Indien een leerling gedurende de schoolloopbaan op grond van een dergelijke verklaring begeleiding en faciliteiten heeft ontvangen, is het niet nodig dat er voor het examen een nieuwe verklaring wordt afgegeven. Het ligt in elk geval wel in de rede dat eerder tijdens de schoolloopbaan de diagnose is gesteld en dat de school passende maatregelen heeft genomen om de betrokken leerlingen tijdens hun schoolloopbaan ook daadwerkelijk te begeleiden. Deze leerlingen hebben dan tijdens hun schoolloopbaan ook al bij proefwerken en dergelijke kunnen profiteren van een aanpassing zoals zij die ook voor het examen kunnen aanvragen. De school moet de aanpassing zo spoedig mogelijk melden aan de Inspectie van het Onderwijs. In ieder geval moeten alle aanpassingen voor 1 november door de school zijn aangevraagd. (bron: Ministerie OCW)
16
Handige links en adressen Internetpagina’s met gratis programma’s om te oefenen: Nederlands: - Woordkasteel (www.woordkasteel.com) Een programma voor spelling. Je kunt je eigen moeilijke woorden invoeren. Andere talen: - Teach 2000 (www.teach2000.nl) Een erg goede site waarmee je jezelf kunt overhoren. Nederlands, andere talen en ook andere vakken als: aardrijkskunde, geschiedenis, biologie: - Overhoor(http://www.efkasoft.com/overhoor/overhoor.html) Een heel goed programma! Wil je graag de uitspraak van je lessen horen? Kijk dan ook bij dyslexie op deze site. Overzichtspagina’s: www.dyslexie.startpagina.nl Op deze site staat een keur van informatie verzameld over dyslexie. Op deze site is ook een lijst te vinden van begeleidingsbureaus. Informatie over de verschillende hulpmiddelen voor de dyslectische leerling is hier te vinden. www.balansdigitaal.nl Balans is een landelijke vereniging voor ontwikkelings-, gedrags- en leerproblemen. www.woortblind.nl Vereniging voor dyslexie. Dit steunpunt is ook telefonisch te bereiken voor al uw vragen. U kunt ze bellen op werkdagen van 10.00 tot 13.00 via 0900 666 2 666.
17
www.xs4all.nl/~pmms/ Dyslexie en hulpmiddelen http://www.hetklokhuis.nl/lees/dossiers/read/dossier_intro.cfm?did=CEA3 F580-001E-438F-B4774FE2685CC99B Iedereen kent wel iemand met dyslexie. Of misschien ben je het zelf. Dyslectische mensen hebben moeite met lezen en schrijven maar zijn niet dom en zeker niet blind. Wat is dyslexie eigenlijk?
18
Bijlage 1 De tien C’s (www.dyslexieweb.nl)
Met deze tien C’s kan er beter inzicht gekregen worden in de problematiek van dyslexie. Houd in de omgang met een dyslectische leerling altijd rekening met de C’s! Context Een rijke methodiek maakt gebruik van context, aansluitend bij belevingswereld van het kind of roept beleving op. Het gaat om het volgende: - meer begrip geeft een betere compensatie van de techniek - meer begrip geeft meer structuur en associaties en kan beter worden onthouden Concentratie Vanwege het minder geautomatiseerde proces is meer diepteconcentratie vereist. Een ‘prikkelarme’ omgeving wordt daarom verlangd. Vanwege het moeizame proces is de duur van de concentratie korter. Korte opdrachten vaker doen, is beter dan lange opdrachten. Complexiteit Vanwege het moeizame en minder geautomatiseerde proces kan bij complexe taken de aandacht niet verdeeld worden over alle taken. Maak de taak dus minder complex. Verdeel de taak in duidelijke fasen (stappen). Vervang verbonden schrijven door blokschrift en laat de computer gebruiken. Laat taallesjes invullen zonder overschrijven. Laat ze ‘Luister lezen’ door geluidscassettes te gebruiken. Concreet Abstracte begrippen zijn moeilijker te onthouden wanneer ze minder betekenis hebben. Ze moeten concreet worden gemaakt. Droge kennis moet daarom meer associaties krijgen. Begrippen moeten worden gevuld met betekenis, ezelsbruggen, geheugensteuntjes, verhalen met emotionele lading en binding. Concentrisch De leerstof moet overzichtelijk, gestructureerd worden opgebouwd. Kennis die bij elkaar hoort, dient gelijktijdig te worden aangeboden. 19
Continuïteit De verworven kennis zakt bij de dyslecticus weer snel weg. Het conserveren van kennis is daarom enorm belangrijk. Hierbij speelt systematische herhaling van alle verworven kennis een grote rol. Constructie Door een mindere bewuste analyse en beschouwing van de taal worden woorden samengevoegd tot één woord, samengestelde woorden juist losgekoppeld of moeilijke woorden verminkt. Aandacht voor de constructie van woorden, het leren bewust analyseren van samenstellingen en het verklaren hiervan, kan veel verminkingen ook bij het spellen voorkomen. Controle en Correctie De controlefase achteraf wordt door de dyslecticus vaak overgeslagen. Dat heeft verschillende oorzaken: - er is te weinig tijd over voor deze taak - het eigen handschrift is moeilijk leesbaar - door gebrek aan een goed woordbeeld kan er niet ‘scannend’ gecontroleerd worden - hierdoor moet het werk eigenlijk weer opnieuw worden gedaan Door het achterwege laten van de controle worden fouten niet opgemerkt en gecorrigeerd. Wel zien we vaak correcties tijdens het werk. Daardoor wordt het werk vaak slordig en geeft een rommelige indruk. Dat bevordert de controle ook niet. Preventie van fouten en verzorgder werk bevorderen controle. Een gerichte controle kan worden geoefend door achteraf bewust op het eigen foutenbeeld te controleren. De afspraken hiervoor kunnen per periode verschillen. Bewust zijn van het eigen foutenbeeld werkt tevens preventief. Creativiteit Begaafde dyslectici zijn vaak enorm creatief in het vinden van trucjes om hun zwakheden te verbergen. Ze vinden vaak handige compensatiemiddelen en ezelsbruggen. Meestal verbergen ze die bewust of onbewust. Ze schamen zich ervoor dat ze dat nodig hebben. Bij de begeleiding hoort vooral binnen de ‘A’cceptatie en het ‘B’egrip aandacht te zijn voor het stimuleren van die creatieve oplossingen van de eigen problemen. Er mag en er moet over gepraat worden. Slimme dyslectische leerlingen vinden oplossingen voor de wat minder slimme medeleerlingen.
20
Bijlage 2 Tips voor leerlingen met dyslexie (www.members.chello.nl/~rwielens/nederlands/hoofdpagina.htm)
Zelfstandigheid Werk zelf aan je dyslexie In de onderbouw moet je wat extra lezen oefenen. Maar wat je leert, gebruik je vaak beter dan anderen. Dyslexie is zeker geen excuus om minder te doen! Zoek uit wat voor jou de beste manier van leren is. In de bovenbouw gaat alles dan steeds gemakkelijker. Effectief studeren Neem voor het studeren de tijd. Probeer uit hoe je het beste kunt leren. ‘Begrijpen’ zal beter gaan dan ‘uit je hoofd leren’. In het begin duurt het wat langer. Op den duur gaat het tijd besparen. Studeer en werk op een zo rustig mogelijke plek. Je hebt last van afleiding en achtergrondgeluiden. Ga in de klas vooraanzitten. Leer thuis niet met muziek. Studeer in de stilste kamer of maak een stille kamer voor je zelf! Werk desnoods met oordopjes in. Neem lessen op verschillende manieren op. Lees, spreek uit, schrijf en stel je iets voor. Bijvoorbeeld: bij het leren van nieuwe woorden. Lees, spreek uit en luister naar jezelf. Schrijf het woord voor je zelf op en fantaseer over de betekenis. Vat lessen op je eigen manier samen en leer je eigen samenvattingen. In elke tekst staan veel overtollige woorden. Maak een schema of samenvatting van de tekst. Maak hierbij gebruik van kernwoorden. Zodra je eigen samenvatting klaar is ken je de les al bijna! Een samenvatting van je buurman/-vrouw overschrijven leer je niks van! Niet talige vakken Raak niet in paniek als je iets niet snel begrijpt!
21
Je bent goed in vakken met weinig taal, maar een instructie met veel informatie gaat je vaak te snel. Geen paniek! Kijk er nog eens na. Lees het een tweede keer. Vraag na de uitleg nog eens om herhaling van alles wat je niet snapt. Schrijf de belangrijkste punten even voor jezelf op. Lees dat nog eens na. Laat het bezinken! Oefen extra! Sommige dingen zoals sommen, worden door oefening geleerd. Mensen met dyslexie zullen sommige informatie wat langzamer in zich opnemen. Probeer voor je zelf wat extra te oefenen. Vraag om nog een paar sommen van dat moeilijke hoofdstuk en oefen deze goed! Je zult zien dat je straks de sommen beter maakt dan je klasgenootjes! Probeer vooruit te werken! Vraag aan het begin van het hoofdstuk om alle moeilijke opgaven. Ga deze vast oefenen. Zodat je er al op bent voorbereid als de klas daarmee begint. Zo snap jij het ook beter. Probeer ver van tevoren te weten te komen wanneer je dat moeilijke proefwerk hebt, zodat je vroeg kunt gaan leren. Elke dag een klein stukje, is beter dan in één avond het hele boek! Lees zo veel mogelijk! Hoewel lezen voor jou vaak niet echt leuk is het wel een hele goede oefening voor je. Lees elke dag een stukje hardop een halfuurtje per dag is al voldoende. Lees desnoods de ondertiteling van je favoriete televisie programma voor aan je kleine broertje of zusje! Zo oefen je op een leuke manier met lezen! En na een klein jaartje lees je ineens een stuk beter! Lees een tekst opnieuw als je niet begrijpt wat er staat! Soms kan het best lastig zijn wat er in een tekst staat. Maar lees dat moeilijke stukje even opnieuw. Lees dat stukje rustig voor je zelf door. Regel na regel. Probeer de moeilijke woorden te vertalen naar makkelijke woorden. En probeer op deze manier het stukje tekst te begrijpen. Vraag hulp als je er niet uitkomt. Extra tips. Lezen kan een vervelende bezigheid zijn. Als je een boekverslag MOET maken dan is dat verschrikkelijk! Een van de oplossingen hiervoor is ‘boek op band’: bij de blindenbibliotheek kan je cassettebandjes huren
22
waar (kinder)boeken op worden voorgelezen. Dit ‘leest’ veel makkelijker je neemt het boek makkelijk in je op! Probeer bij de eventuele extra lessen alleen het hoognodige te doen. Extra oefenen kan zinnig zijn, maar te veel is ook onnodig. Extra aandacht aan het schoolwerk besteden, is veel nuttiger. En daar leer je ook meer van! Als je op een nieuwe school komt, vertel dan meteen aan de leraren dat je last hebt van dyslexie. Vertel wat het is. En geef ze de informatie over jou, die zij nodig hebben. Zorg dat de school je probleem erkent. Zo werkt alles ook voor jou veel makkelijker. Begrip van de school zorg ervoor dat jij je examen daar ook kunt halen!
23
DYSLEXIE op de ROSA
Rechten van de leerling - De leerling krijgt, indien nodig, extra tijd (maximaal 20%) voor proefwerken en schriftelijke overhoringen. - De leerling hoeft maximaal twee taalproefwerken per week te maken met uitzondering van de centrale examens. - De verantwoordelijkheid voor het inhalen van de proefwerken ligt bij de leerling. - Indien noodzakelijk maken de vakdocenten per sectie afspraken voor een voorwaardelijke aparte normering voor de leerlingen met dyslexie. - De leerling mag, onder voorwaarde, gebruik maken van hulpmiddelen tijdens de les, zoals een laptop en de easy reading pen. - Mocht de grootte van de letter van de schoolboeken of van het (standaard) proefwerk een belemmering zijn voor het optimaal presteren van de leerling, dan is de school verplicht deze te vergroten. De leerling heeft recht op een lettergrootte van minimaal 14. - Alle vakdocenten proberen de lessen zoveel mogelijk geschikt te maken voor de leerling met dyslexie.
24
Plichten van de docent
- Geef duidelijke en foutloze dictaten. - Waardeer alle mogelijke en zinvolle inbreng van de leerling. - Varieer en differentieer in je uitleg. - Nieuwe termen eerst uitleggen. Een leerling moet een term gemiddeld zeven keer horen, voordat deze wordt onthouden. - Controleer of de stof is overgekomen. - Geef concrete voorbeelden en probeer de leerstof te visualiseren. - Dyslectische leerlingen hebben zeer veel moeite met het maken van aantekeningen. Probeer dit, indien mogelijk, te vermijden. Maak anders een kopie van goede aantekeningen een geef deze aan de leerling. -
Geef de leerling oefensoftware, mocht deze aanwezig zijn.
25