WELZIJN EN (GEZONDHEIDS)ZORG
Hoofdstuk 14
Welzijn en (gezondheids)zorg
14.1 Inleiding Een belangrijke doelgroep voor het welzijns- en zorgbeleid zijn de ouderen. Dit hoofdstuk begint daarom met het in kaart brengen van deze groep Leidenaren. Ook gezondheid, gebruik van Wmovoorzieningen en AWBZ-begeleiding komen daarbij aan de orde. Het welzijn van mensen hangt ook af van hoe mensen met elkaar omgaan en of men dingen voor elkaar doet. Dit hoofdstuk kijkt daarom ook naar vrijwilligerswerk en mantelzorg en naar de sociale cohesie in de buurt. Achtereenvolgens komen aan de orde: 14.2 Leidenaren van 55 jaar en ouder 14.3 Wet maatschappelijke ondersteuning en AWBZ-begeleiding 14.4 Gezondheid van volwassen Leidenaren 14.5 Mantelzorg en vrijwilligerswerk 14.6 Sociale samenhang in de buurt, sociale cohesie 14.7 Trends en ontwikkelingen Samenvatting x x x
x x x
Het aantal Leidse 65-plussers is tussen 2000 en 2012 gestegen van 13,7 duizend tot 15,3 duizend. De prognose voor 2020 is 19,7 duizend 65-plussers en voor 2030: 24,1 duizend. In de jaren tot 2020 zal vooral het aantal 65- t/m 74-jarigen toenemen: van 8,5 naar 12,0 duizend, tot 2030 vooral de 75- t/m 84-jarigen: van 7,7 naar 11,5 duizend. 5,4 duizend Leidenaren maken gebruik van een of meer Wmo-voorzieningen, 1,4 duizend Leidenaren ontvangen een of meerder vormen van AWBZ-begeleiding. Het gebruik neemt toe met de leeftijd. Een achtste van de volwassenen tot 65 jaar beoordeelt de eigen gezondheid als matig of slecht, van de 65-plussers is dat een kwart (cijfers GGD-peiling 2009). 24% van de volwassen Leidenaren verleent (wel eens) mantelzorg, 29% doet wel eens vrijwilligerswerk. Op sociale cohesie scoort Leiden een 5,8, net iets minder dan het gemiddelde van de middelgrote steden (6,0).
Staat van Leiden 2012
119
WELZIJN EN (GEZONDHEIDS)ZORG
14.2 Leidenaren van 55 jaar en ouder Leiden is een stad met veel jonge inwoners, die in de komende decennia toch ook te maken krijgt met vergrijzing. Anno 2012 is één van elke acht inwoners een 65-plusser, in 2030 is dat één van elke vijf inwoners (24,1 van de 124,6 duizend). Tot ongeveer 2021 gaat het vooral om een toename van het aantal 65- t/m 74-jarigen, in het decennium daarna gaat het vooral om een toename van de 75plussers. Begin deze eeuw bereikten steeds meer Leidenaren geboren in de eerste tien jaren van de naoorlogse geboortegolf de leeftijd van 55 jaar. Daardoor groeide het aantal 55- t/m 64-jarigen van 2000 tot 2012 van 9,2 duizend tot 13,6 duizend. Inmiddels bereikten de eersten van hen de 65-jarige leeftijd, de komende jaren zullen daarom vooral een stijging laten zien in de leeftijd van 65 tot en met 74 jaar: van 8,5 duizend in 2012 tot 12,0 duizend in 2020. De jaren twintig van deze eeuw tenslotte, zijn het decennium van de grote toename van het aantal 75-plussers: van 7,7 duizend in 2020 tot 11,5 duizend in 2030.
(x duizend)
Vergrijzing in Leiden: toename van het aantal 55-plussers van 2000 tot 2030 14,5
13,6
13,8
55 t/m 64
12,0
12,6 11,5
12 9,2 8,5 8
65 t/m 74 7,7 6,9 6,8
6,8
75 of ouder
4
2030
2029
2028
2027
2026
2025
2024
2023
2022
2021
2020
2019
2018
2017
2016
2015
2014
2013
2012
2011
2010
2009
2008
2007
2006
2005
2004
2003
2002
2001
2000
0
Bron: GBA (2000 t/m 2012) en CBS/PBL (prognose 2013 t/m 2030)
Het Roodenburgerdistrict, de Merenwijk en het Bos- en Gasthuisdistrict zijn de districten waar nu veel inwoners tussen de 55 en 74 jaar wonen. Hoewel er geen bevolkingsprognoses op districtsniveau zijn, kan er toch wel iets worden gezegd over waar de toekomstige 65-plussers naar verwachting zullen wonen. Immers, de huidige 55- t/m 74-jarigen worden de 65- en 75-plussers van de jaren twintig en dertig van de 21e eeuw. Ouderen verhuizen veel minder dan jongeren, dus waar nu veel Leidenaren tussen de 55 en 74 wonen zal straks ook een groot deel van de oudere leeftijdsgroepen wonen. Meer dan de helft van de huidige 55- t/m 74-jarigen (11,3 van de 22,1 duizend) wonen in één van de drie genoemde districten; daar zijn dan in de toekomst ook de nóg ouderen te verwachten.
120
Staat van Leiden 2012
WELZIJN EN (GEZONDHEIDS)ZORG
(x duizend)
55- t/m 74-jarige Leidenaren per district, 1 januari 2012
4
40% 35%
3
30% 26%
2
20% 12%
1
12%
14%
16%
19%
20%
19%
25% 22%
20% 15% 10% 5%
0
0%
Binnen- Binnen- Stations - Leiden Rooden- Bos - en Mors Boer- Meren- Stevens s tad-Z s tad-N dis trict Noord burgerd. Gas thd. dis trict haaved. wijkd. hofd. aantal 55 t/m 64
aantal 65 t/m 74
% 55-74 jarigen in het dis trict
Bron: GBA
14.3 Wet maatschappelijke ondersteuning en AWBZ-begeleiding In 2012 maken ruim 5,4 duizend Leidenaren gebruik van één of meer Wmo-voorzieningen, dat is 4,6% van de Leidse bevolking. Veertienhonderd Leidenaren krijgen één of meer vormen van AWBZbegeleiding, 1,2% van de bevolking. Momenteel is nog niet bekend hoeveel overlap er zit tussen beide groepen. De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo); doel van de wet is ondersteuning bieden aan mensen met een beperking zodat zij kunnen meedoen aan de samenleving en zelfstandig kunnen blijven wonen. De ondersteuning kan bijvoorbeeld bestaan uit huishoudelijke hulp, vervoersvoorzieningen of aanpassingen aan de woning. Individuele of groepsbegeleiding (in de volksmond ‘dagbesteding’) van mensen met een beperking of aandoening om hun zelfredzaamheid te bevorderen heeft in grote lijnen hetzelfde doel. De uitvoering van begeleiding valt nu nog onder de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten. Er zijn (voorlopig geparkeerde) plannen om de begeleiding op termijn onder te brengen onder de Wmo. Van degenen die gebruik maken van één of meer Wmo-voorzieningen is drie kwart een 65-plusser (76%), van degenen met AWBZ-begeleiding is dat ruim een kwart (28%). Vooral het gebruik van Wmo-voorzieningen stijgt vanaf 65-jarige leeftijd. Zo maakt van de 65- t/m 74-jarigen één van elke negen Leidenaren gebruik van de Wmo (11%), van de 85-plussers zijn dat er zes van de negen (67%). Het gebruik van AWBZ-begeleiding neemt met de leeftijd ook wel iets toe maar veel minder dan geldt voor de voorzieningen die nu al onder de Wmo vallen.
Staat van Leiden 2012
121
WELZIJN EN (GEZONDHEIDS)ZORG
(x duizend)
Leidenaren met Wmo-voorzieningen of AWBZ-begeleiding, 2012 – aantal en % Wm o voorziening(en)
AWBZ begeleiding
% Wm o
% AWBZ
1,6
80%
1,2
60%
0,8
40%
0,4
20%
0,0
0% 0 t/m 11
12 t/m 17
18 t/m 49
50 t/m 64
65 t/m 74
75 t/m 84
85+
Bron: TCare (Wmo, jan 2012), Zorg en Zekerheid (AWBZ, april 2012) en GBA (bevolking januari 2012)
14.4 Gezondheid van volwassen Leidenaren In 200914 beoordeelde 12,3% van de Leidse volwassenen tot 65 jaar de eigen gezondheid als matig (11%) of slecht (1,3%). Voor de 65-plussers liggen deze percentages hoger: 24% beoordeelt de eigen gezondheid als matig, 3,7% als slecht. De psychische gezondheid van volwassenen en ouderen ligt veel minder ver uit elkaar. Lichamelijke en psychische gezondheid volwassen Leidenaren LICHAMELIJKE GEZONDHEID 11%
ervaring gezondheid matig ervaring gezondheid slecht
24%
1,3% 3,7% 45%
min. 1 chronische aandoening
82%
PSYCHISCHE GEZONDHEID 36% 33%
matig risico angst / depressie hoog risico angst / depressie
6,0% 4,6% 33% 35%
sociaal eenzaam emotioneel eenzaam 19 t/m 64 65+
0%
13% 11%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
Bron: GGD Hollands Midden, volwassenen- en ouderenpeiling 2009
Overgewicht15 komt vaker voor onder ouderen dan onder volwassenen tot 65 jaar, wel is het percentage van de laatstgenoemde groep gestegen tussen 2000/2002 en 2009: van 36% naar 41%. Van de Leidse 65-plussers heeft 51% overgewicht. Volwassen Leidenaren tot 65 jaar drinken en roken meer dan 65-plussers. 14
De volgende volwassenen- en ouderenpeiling wordt in het najaar van 2012 gehouden. Overgewicht bepaald op basis van BMI = het gewicht (in kilogram) gedeeld door het kwadraat van de lengte (in meters). Bij een BMI boven de 25 kg/m2 is sprake van overgewicht. 15
122
Staat van Leiden 2012
WELZIJN EN (GEZONDHEIDS)ZORG
Roken en drinken volwassen Leidenaren rookt
16%
19 t/m 64
24%
65+ drinkt w el eens drinkt overmatig *
0%
78% 10%
10%
83%
14%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
* overmatig = > 21 glazen per week voor mannen, > 14 glazen per week voor vrouwen
Bron: GGD Hollands Midden, volwassenen- en ouderenpeiling 2009
14.5 Mantelzorg en vrijwilligerswerk Mantelzorg is informele zorg van iemand uit de eigen omgeving (bijvoorbeeld partner, ouders, kinderen, buren) aan iemand die voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt is. Bijna een kwart (24%) van de Leidenaren geeft wel eens mantelzorg, 7% zes of meer uur per week. Vrouwen geven vaker mantelzorg dan mannen en ouderen vaker dan jongeren. Bijna drie van elke tien Leidenaren (29%) doen wel eens vrijwilligerswerk. Zij zijn actief in vele sectoren en verrichten een groot aantal verschillende activiteiten: zowel in de zorg- of dienstverlening, maar ook bijvoorbeeld bardiensten bij een vereniging, het schrijven voor een clubkrant, lid zijn van een bestuur, hulp op school of activiteiten voor een kerk. Vijf procent van de Leidenaren doet zes of meer uur in de week vrijwilligerswerk. Ook hier doen vrouwen vaker dan mannen vrijwilligerswerk en ouderen vaker dan jongeren. Vrijwilligerswerk en verlenen van mantelzorg
40% 30% 20% 10% 0% totaal
geeft m antelzorg
mannen
vrouw en
jonger dan 45
ouder dan 45
doet vrijwilligers werk
Bron: Stadsenquête Leiden 2011
Staat van Leiden 2012
123
WELZIJN EN (GEZONDHEIDS)ZORG
14.6 Sociale samenhang in de buurt, sociale cohesie Voor de sociale samenhang in een buurt is het van belang of mensen zich er prettig voelen, de samengestelde indicator ‘sociale cohesie’ uit de veiligheidsmonitor geeft een maat voor deze sociale samenhang. Leiden scoort in 2011 op dit aspect iets lager dan het gemiddelde van de middelgrote steden (G32): een 5,8 tegenover 6,0. De sociale cohesie wordt in de veiligheidsmonitor bepaald met de antwoorden op de volgende vier stellingen: 1. De mensen kennen elkaar in deze buurt nauwelijks 2. De mensen gaan in deze buurt op een prettige manier met elkaar om 3. Ik woon in een gezellige buurt waar veel saamhorigheid is 4. Ik voel mij thuis bij de mensen die in deze buurt wonen Opvallend is dat in 2011 een groter deel van de Leidenaren aangeeft elkaar nauwelijks te kennen dan in 2009 (37% tegenover 32%), terwijl tegelijkertijd meer mensen vinden dat men op een prettige manier met elkaar omgaat en in een buurt woont waar veel saamhorigheid is. Een ander opvallend punt is Leiden Noord waar men in 2011 op drie van de vier stellingen positiever is dan in 2009. Percentage Leidenaren dat het (volledig) eens is met de stelling, 2011 en verandering tegenover 2009
district
De mensen kennen elkaar in deze buurt nauwelijks
De mensen gaan in deze buurt op een prettige manier met elkaar om
Ik woon in een gezellige buurt waar veel saamhorigheid is
Ik voel mij thuis bij de mensen die in deze buurt wonen
2011
verschil
2011
verschil
2011
verschil
2011
verschil
Leiden
37%
-
65%
+
36%
+
54%
o
Binnenstad-Zuid
42%
o
61%
o
31%
o
47%
o
Binnenstad-Noord
45%
o
61%
+
25%
o
39%
o
Stationsdistrict
42%
o
70%
o
34%
o
59%
o
Leiden Noord
24%
o
68%
+
52%
+
69%
+
Roodenburgerdistrict
30%
o
72%
o
47%
o
64%
o
Bos- en Gasthuisdistrict
46%
o
60%
+
27%
o
45%
o
Morsdistrict
40%
-
66%
o
36%
o
50%
o
Boerhaavedistrict
26%
o
80%
+
53%
o
61%
o
Merenwijkdistrict
30%
o
67%
o
36%
o
60%
o
Stevenshofdistrict
40%
-
57%
o
35%
o
53%
o
significante verandering 2009-2011: o = geen verandering, - = slechter, + = beter Bron: Veiligheidsmonitor
De sociale cohesie en de fysieke voorzieningen in een buurt bepalen voor een groot deel de leefbaarheid van de buurt. In hoofdstuk 5 Omgevingskwaliteit staan hierover meer gegevens.
124
Staat van Leiden 2012
WELZIJN EN (GEZONDHEIDS)ZORG
14.7 Trends en ontwikkelingen Trends x De levensverwachting neemt toe met ongeveer 3 jaar tot 84 jaar. x De zorguitgaven stijgen sneller dan verwacht en lopen op van 19% tot 31% van het BBP in 2040. x De zorglasten van een modaal gezin nemen toe door enerzijds de vergrijzing en anderzijds de stijging van de zorgconsumptie. Beleidsontwikkeling op het gebied van zorg en welzijn x Op het brede terrein van de gezondheidszorg wordt een groter beroep gedaan op eigen mogelijkheden en eigen verantwoordelijkheid. x Er verdwijnen steeds meer vergoedingen uit het basispakket van de zorgverzekering. x Eigen bijdragen worden verhoogd. x De middelen en verantwoordelijkheden van de cliëntondersteuningsorganisatie MEE (voor kinderen en volwassenen met een handicap) komen onder de Wmo te vallen. x Onder de naam de Kanteling wordt gewerkt aan een omslag van claim- en aanbodgericht werken (voorzieningen en hulpmiddelen) naar vraag- en resultaatgericht. x Onder de naam Welzijn Nieuwe Stijl is een landelijk programma dat gemeenten ondersteunt bij het gemeenschappelijker, professioneler/effectiever en efficiënter uit voeren van de Wmo. x Vermaatschappelijking van zorg: steeds meer mensen met een psychische, psychogeriatrische, somatische of verstandelijke beperking wonen in de wijk. Zij blijven langer zelfstandig wonen of wonen in kleinschalige woonvormen. x Scheiden wonen en zorg: het demissionair kabinet versnelt het proces van scheiden van wonen en zorg door de ZorgZwaartePakketten 1 t/m 3 af te schaffen. In het ZorgZwaartePakket is zowel wonen als zorg en welzijn opgenomen in een samenhangend geheel. Met het afschaffen van de ZZP’s 1 t/m 3 krijgen de zorgaanbieders, gemeenten en vaak ook woningcorporaties een rol. x Overheveling AWBZ-begeleiding: er zijn plannen om de functie begeleiding volledig uit de AWBZ te schrappen. Gemeenten krijgen de taak om mensen die problemen hebben bij het voeren van de regie over hun dagelijks leven te begeleiden en hun zelfredzaamheid te bevorderen. Eerder was het plan deze verantwoordelijkheid per 2013 gefaseerd over te dragen. Met de val van het kabinet Rutte I is dit uitgesteld. x Decentralisatie Jeugdzorg: gemeenten worden waarschijnlijk vanaf 2015 verantwoordelijk voor de uitvoering van alle niet-medische zorg voor kinderen, jongeren en hun opvoeders. x Een brede regeling voor mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt: voor de val van het kabinet werd er gewerkt aan de invoering van de Wet werken naar vermogen (Wwnv). Deze wet was een brede voorziening met zo veel mogelijk gelijke rechten, plichten én arbeidsmarktkansen voor mensen met arbeidsvermogen. De Wwnv gaat (vooralsnog) niet door. Gemeenten en andere betrokken partijen kijken nu of ze een andere regeling kunnen ontwikkelen.
Meer informatie?
bijvoorbeeld…
Meer informatie over Welzijn en (gezondheids-) zorg vindt u op www.leiden.nl/statistiek
Î GGD rapport Dakloos in Leiden Î AWBZ cliënten in Holland Rijnland Î Stadsenquête over mantelzorg
Î Voor rapporten: klik op Onderzoeksbank Î Voor tabellen: klik op Leiden in cijfers
Staat van Leiden 2012
125