Le
ra
ez
o
n
d
st
St ag eh
w
e el gre zi e jn
h ud a ei ie de rw n d j ijs sz a d on ar l o de rs rg 2 e te un en 0 14 id er n i iv n W ea 20 g u en e 2 A lz 1 in ss o Zo c ij 5 r g i at n en e D
G
On
ar
2 HAN | LGW HAN | LGW 3
4
Bi
jla
3
ge
28
ag
De st n
De
2
1
e
s
va
de
le
g
6
12
d in
p id
oe
u er op
tb
o he n
er
h ov uw
le bo 18
op
Al
in
Deze handleiding voor de stages van de Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn (LGW) van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, voor het studiejaar 2014-2015, geeft informatie over de organisatorische en de inhoudelijke aspecten van de stageperiodes van de LGW. Meer informatie over inhoud en organisatie van de opleiding is terug te vinden in het Opleidingsstatuut Lerarenopleiding G&W 2014-2015.
Voor
wie is de opleiding bedoeld?
Leraar 2e graad VO Gezondheidszorg en Welzijn Als je professional bent in de zorg en/of welzijnsector, minimaal MBO niveau 4 of een HBO-opleiding hebt èn 2 jaar werkervaring, en minimaal 20 uur werkzaam bent in de sector zorg of welzijn, kun je de LGW volgen in 3 tot 3,5 of 2 tot 2,5 jaar. Wanneer je een niveau 3 opleiding hebt gevolgd ben je toelaatbaar met een succesvol afgeronde 21+ toelatingstoets voor het HBO ( (HSAN). De opleiding duurt dan 4 jaar. Het diploma van de LGW is een 2e graad didactische bevoegdheid als leraar in het VMBO en MBO, en als opleider in de praktijk in zorg- en welzijnsinstellingen.
Colofon Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Associate Degree Onderwijsondersteuner in Zorg en Welzijn
Associate Degree Onderwijsondersteuner in zorg en welzijn Als onderwijsondersteuner ben je werkzaam op (V) MBO’s of leerwerkplaatsen. Je geeft vooral lessen/ instructie op het gebied van beroepsvaardigheden en begeleidt op die manier het leerproces van verschillende groepen leerlingen/stagiaires. Je werkt nauw samen met de leraar of opleider in de praktijk. Het Ad-programma is voor professionals in de sector zorg of welzijn, uitstroomniveau 4, met minimaal 2 jaar werkervaring. Als je bij de start het betreffende instroomtentamen met goed gevolg hebt afgelegd kun je het Ad programma in minimaal 1 tot maximaal 2 jaar afronden. Het programma bevat 1 dag per week onderwijs en ± 1 dag per week stage gedurende het hele jaar . Als je al lesgeeft op een (V)MBO of leerwerkplaats dan kun je stage en werk, in overleg met de opleiding, combineren. Deze opleiding is onderdeel van de bachelor (HBO) LGW en geeft een erkende graad ‘Associate degree of Education’. Dit geeft de mogelijkheid door te stromen naar het 3e jaar van de bachelor LGW.
Adres: Berg en Dalseweg 81 6522 BC Nijmegen T (024) - 3530600 Teksten: Team LGW Redactie: Joke Beltman E
[email protected] i.s.m. Godelieve Huijbregts E
[email protected] Vormgeving: Joke Beltman E
[email protected] Opleidingsmanager: Thijs Lemmen E
[email protected]
BVE
beroeps- en volwasseneneducatie
Gebruikte afkortingen HAN LGW Ad BVE
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn (leraar in het VO 2e graad) Associate Degree Onderwijsondersteuner in Zorg en Welzijn beroeps- en volwasseneneducatie
OWE SBL SLB OS OER COL
onderwijseenheid/-eenheden Stichting Beroepskwaliteit Leraren studieloopbaanbegeleiding/-begeleider opleidingsstatuut onderwijs- en examenregeling collegiaal ondersteund leren
Druk: Grafisch ProductieCentrum HAN
4
HAN | LGW
HAN | LGW
5
6
In ge de m co ze ga et mb bac be ng je p ine he w roe spu ers erd lor ijs p n o . o on v te on De ple De de an n. lij o idi vo LGW rs le Je ke ntw ng te ra m on i lge kk wo un ar a t n l d er ge akt wik eli rde d e (v oce e d idt vo zo ke ke ng n o r n o or nd n lin va we i do or t e pt ko he nis g n rk i w b ( b c e e n o e m id m zi he , s t en sz e jn op ero nt reid het rkv he t t i e t or t a hi be age e . n l V en M ld b w ei p g el de s- de d lle erv ro e en er B e zi m n ta oo ep n s jn r in en BVE id O-o : oep w sin d vo - d n el ken r de sam tud va zi st e p lw sec elb der n jn di uit en ie el ra as to aa w o lin k s pl of e in r b ijs r e e t ge ij no on h id er n ki n e o de et ri ep n de rn zo rw so d rg ij nd e - si er en n w ROC ijs ) ’s)
r ve p o e s ro l e be al et h
1
HAN | LGW HAN | LGW 7
DE COMPETENTIES
Professionals uit zorg en welzijn worden bij de LGW opgeleid om op verschillende niveaus en in uiteenlopende contexten anderen te professionaliseren
Je begeleidt leerlingen en stagiaires in lessituaties en coacht hen tijdens hun beroepspraktijkvorming. Je enthousiasmeert leerlingen voor een beroep in de zorg- en welzijnsector, leidt op tot professional of begeleidt verdere professionalisering in de praktijk. Daar werk je samen met alle personen en instanties die betrokken zijn bij het leerproces. Je ontwerpt leermateriaal en organiseert krachtige leeromgevingen. Samen met je collega’s stel je leerplannen op en ontwikkel je onderwijs- en opleidingsbeleid. Je zet innovaties in gang en onderzoekt en verbetert de kwaliteit van de opleiding. Cruciaal hierbij is dat je ook je eigen professionaliteit en ontwikkeling versterkt en onderhoudt. Tijdens de Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn ontwikkel je de competenties om deze beroepstaken succesvol te kunnen uitvoeren.
1
1 interpersoonlijk competent Hij kan op een goede, professionele manier met leerlingen omgaan.
Afgestudeerde leraren Gezondheidszorg en Welzijn beschikken over de competenties die in deze landelijke bekwaamheidseisen zijn geformuleerd
Landelijke bekwaamheidseisen (SBL) In opdracht van het ministerie van OCW heeft de Stichting Beroepskwaliteit Leraren (SBL) in 2004 in nauwe samenwerking met het werkveld bekwaamheidseisen opgesteld voor de beroepsgroep van leraren. De bekwaamheidseisen van SBL beschrijven de competenties van leraren in het (voorbereidend) beroepsonderwijs en zijn daarnaast ook van betekenis voor opleiders in de beroepspraktijk.
Bekwaamheidseisen en profiel
De verantwoordelijkheden van de leraar zijn samengevat in vier beroepsrollen: de interpersoonlijke, de pedagogische, de vakinhoudelijke & didactische en de organisatorische rol.
De LGW onderscheidt zich van veel andere lerarenopleidingen Gezondheidszorg en Welzijn, door niet alleen docenten voor het (voorbereidend) beroepsonderwijs op te leiden, maar ook opleiders in de praktijk in zorg- en welzijnsinstellingen. Deze bacheloropleiding voldoet aan de eisen die in de verschillende werkvelden aan het beroep van leraar/ opleider in zorg en welzijn worden gesteld. Het beroepsprofiel dat de opleiding hanteert is afgeleid van de landelijke bekwaamheidseisen voor leraren en van de landelijke vakinhoudelijke kennisbasis Gezondheidszorg en Welzijn.
Deze beroepsrollen worden vervuld in vier typen situaties die kenmerkend zijn voor het beroep van leraar: het werken met leerlingen, met collega’s, met de omgeving van de school en met zichzelf. Bij dat laatste gaat het om het werken aan de eigen professionele ontwikkeling. De vier beroepsrollen en de vier typen situaties zijn met elkaar in verband gebracht, waardoor een matrix is ontstaan voor de beschrijving van lerarenbekwaamheid in zeven competenties. Deze competenties vormen het uitgangspunt voor het competentieprofiel zoals dit bij de LGW wordt gehanteerd.
Met leerlingen
8
Een goede leraar is...
HAN | LGW
Interpersoonlijk
1
Pedagogisch
2
Vakinhoudelijk en didactisch
3
Organisatorisch
4
Met collega’s
Met omgeving
Met zichzelf
5
6
7
Vakinhoudelijke kennisbasis Gezondheidszorg en Welzijn Wanneer je als docent of opleider werkzaam bent, zul je naast pedagogisch-didactische vaardigheden ook over vakinhoudelijke kennis moeten beschikken. Voor de leraar Gezondheidszorg en Welzijn is deze vakinhoudelijke kennis landelijk vastgelegd in de vakinhoudelijke kennisbasis Gezondheidszorg en Welzijn. Deze kennisbasis bestaat uit elf thema’s, die weer zijn opgedeeld in categorieën. Door middel van een landelijke kennistoets, bestaande uit meerkeuzeen juist/onjuist vragen, wordt in de loop van de opleiding vastgesteld of je de vastgestelde vakinhoudelijke kennis paraat hebt. Deze landelijke kennistoets moet je met een voldoende afsluiten om het getuigschrift van Leraar Gezondheidszorg en Welzijn te kunnen verkrijgen. Vanwege vooropleiding en ervaring in het beroep ben je al in meer of mindere mate bekend met de vakinhoudelijke kennis. Binnen de opleiding ligt daarom de nadruk op verbreding en verdieping van deze kennis. Voor een goede voorbereiding op de verplichte landelijke kennistoets worden er onderwijseenheden aangeboden, waarbinnen de vakinhoudelijke kennis centraal staat. De kern van de vakinhoudelijke kennis is geplaatst in studiejaar 2. De thema’s Zorg voor specifiek doelgroepen (thema 6 LKB), Gezondheid en maatschappij (thema 1, 2 en 3 LKB), Gezondheid en ziekte, (thema 5 LKB deel 1 ), Voeding (thema 7 LKB), GVO (thema 8 en 9 LKB) en Facilitaire dienstverlening (thema 10 LKB) komen aan de orde in de onderwijseenheden V1 en V2. In leerjaar 3 staat in onderwijseenheid B2 het begeleiden van onderwijsprocessen aan groepen centraal. In de deeltentamens ‘proefles’ en ‘videofragmenten van een les in de praktijk’ zijn onderdelen uit de kennisbasis het onderwerp van de les die wordt uitgevoerd. Daarnaast leer je in leerjaar 3 tijdens onderwijseenheid E2 je vakinhoudelijke bekwaamheid te verdiepen en te verbreden en je vakinhoudelijke kennis te presenteren en publiceren. De thema’s Mens in ontwikkeling (thema 4 LKB) en Gezondheid en ziekte (thema 5 LKB deel 2) staan tijdens deze onderwijseenheid centraal.
2 pedagogisch competent Hij kan de leerlingen in een veilige werkomgeving houvast en structuur bieden om zich sociaal-emotioneel en moreel te kunnen ontwikkelen. 3 vakinhoudelijk en didactisch competent Hij kan de leerlingen helpen zich de culturele bagage eigen te maken die iedereen nodig heeft in de hedendaagse samenleving. 4 organisatorisch competent Hij kan zorgen voor een overzichtelijke, ordelijke en taakgerichte sfeer in zijn groep of klas. 5 competent in het samenwerken met collega’s Hij kan een professionele bijdrage leveren een goed pedagogisch en didactisch klimaat op de school, aan een goede onderlinge samenwerking en aan een goede schoolorganisatie. 6 c ompetent in het samenwerken met de omgeving van de school Hij kan op een professionele manier communiceren met ouders en andere betrokkenen bij de vorming en opleiding van zijn leerlingen. 7 competent in reflectie en ontwikkeling Hij kan op een professionele manier over zijn bekwaamheid en beroepsopvattingen nadenken. Hij kan zijn professionaliteit ontwikkelen en bij de tijd houden.
Voor de volledige kennisbasis leraar gezondheidszorg en welzijn verwijzen wij naar de website www.10voordeleraar.nl
HAN | LGW
9
DE COMPETENTIES Een goede onderwijs-
ondersteuner niveau 2 is... 1 i nterpersoonlijk competent; hij kan leerlingen/ deelnemers zodanig begeleiden, dat het onderwijs/leerproces optimaal verloopt. 2 p edagogisch competent; hij kan een veilige leeromgeving tot stand brengen en bevorderen dat leerlingen/deelnemers zich kunnen ontwikkelen.
Associate Degree: Onderwijs ondersteuner in zorg en welzijn Als onderwijsondersteuner, ook wel genoemd ‘praktijkinstructeur’ of vaardigheidstrainer’, ben je werkzaam op vmbo, mbo of leerwerkplaatsen. Daar geef je vooral lessen/instructie op het gebied van beroepsvaardigheden en begeleidt zo het leerproces van verschillende groepen leerlingen/stagiaires. Je werkt nauw samen met de leraar of praktijkopleider. Je werkzaamheden vinden meestal plaats in teamverband en zijn primair gericht op het mede realiseren van het onderwijsleerproces, het aanleren/instrueren van vaardigheden. In september 2009 is de LGW gestart met een Associate degree onderwijsondersteuner in zorg en welzijn. De opleiding is bestemd voor professionals in de sector zorg of welzijn, uitstroomniveau 4, met minimaal 2 jaar werkervaring. Het Ad programma duurt
1
2 jaar (120 studiepunten), maar kan in anderhalf jaar worden afgerond, afhankelijk van de resultaten van de kennistoets. De Associate Degree opleiding (Ad) is een onderdeel van de bachelor hbo Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn (LGW) en geeft een erkende graad ‘Associate degree of Education’. Het niveau waarop je afstudeert geeft de mogelijkheid door te stromen naar het 3e jaar van de bachelor LGW. Het profiel voor de leraar in het (voorbereidend) beroepsonderwijs is opgesteld door de Stichting Beroepskwaliteit Leraren (SBL) in 2004. De bekwaamheden van de onderwijsondersteuner niveau 2 zijn hiervan afgeleid, zie kader ‘Competenties’. Voor het juiste onderscheid tussen de taken en bevoegdheden van de onderwijsassistent (niveau 1), onderwijsondersteuner (niveau 2) en de leraar (2e graad) zie de tabel hieronder.
Vergelijking taken en bevoegdheden onderwijsassistent (niveau 1), onderwijsondersteuner (niveau 2) en leraar (2e graad) Onderwijsassistent Niveau 1 Taken onderwijsleerproces
Assisteert de leraar op basis van diens aanwijzingen
Vakinhoudelijk
Pedagogisch
10
Assisteert de leraar bij de uitvoering van de professioneel planmatige aanpak, zodat leerlingen/deelnemers zich kunnen ontwikkelen.
HAN | LGW
Onderwijsondersteuner Niveau 2
Leraar
Werkt bij de uitvoering zelfstandig met eigen verantwoordelijkheid t.a.v. inhoud en vormgeving, ingekaderd binnen lijnen curriculum
Leraar is leidend en eindverantwoordelijk t.a.v. het primaire proces
Heeft een specialisatie in vak/ leergebied waaraan de vakinhoudelijke en pedagogische/ didactische eisen worden gesteld, beheerst de betreffende onderwijsinhouden
Overzicht totale curriculum van vak/leergebied, uitleggen en verantwoorden in referentie aan maatschappelijke bedoelingen onderwijs en de wetenschappelijke verantwoording van onderwijsinhouden. Ontwerpen en eindverantwoordelijk voor curriculum
Signaleert leerproblemen of problemen in schoolloopbaan
Leraar is verantwoordelijk voor een doelmatige aanpak bij leerproblemen e.d.
Kerntaken en kernopgaven Kerntaak 1 - (mede)ontwikkeling, voorbereiding en uitvoering van onderdelen van een vak/leergebied: zorg voor een pedagogisch, inhoudelijk en didactisch adequate invulling van het onderwijsleerproces in algemene zin, zorg voor passend onderwijs zorg voor een balans tussen sturing (door de onderwijsondersteuner) en zelfsturing (door de leerling/deelnemer) op zowel pedagogisch als vakinhoudelijk/didactisch; als organisatorisch vlak eigen grenzen bewaken. Kerntaak 2 - taken rondom het primaire proces: zorg voor een krachtige leeromgeving zorg voor een goed en doorzichtig verloop van processen Omgaan met tijdsdruk en beperkte middelen.
Kerntaak 3 - organisatie- en professiegebonden taken: zorg voor een professionele onderwijsorganisatie (cultuur en werkprocessen) zorg voor het onderhouden en ontwikkelen van de eigen professionaliteit.
3 v akinhoudelijk en didactisch competent; hij kan zijn vak/leergebied een krachtige leeromgeving tot stand brengen en bijdragen aan de ontwikkeling en verbetering daarvan. 4 o rganisatorisch competent; hij kan zorgen voor het ordelijk en goed verlopen van het onderwijsleerproces en een ordelijke en overzichtelijke leeromgeving. 5 competent in het samenwerken met collega’s 6 competent in het samenwerken met de omgeving van de school; hij kan communiceren met betrokkenen buiten de school, daarmee samenwerkingsrelaties aangaan en die onderhouden. 7 c ompetent in reflectie en ontwikkeling; hij kan reflecteren op zijn handelen, zijn beroepsopvattingen onderzoeken en expliciteren en zijn bekwaamheid verder ontwikkelen
HAN | LGW
11
n va ng w i u id o le pb p o o e de
12
G en edu pr he ren de akt t p de De pr ijk ra de en be akt opd ktij op st vi ro ijk ra kle lei ag a ep e ch re di e sta sp n d te n v ng in g ra a n, e , d de es kt ar di rdi e be , w ijk ook e re ep sta ro aa ve c je g ep rb rk gro hts je e in s- ij en te tr in d en een je nd eek de e b vo st ver eels s o be ero lw ag de w nt ro ep as e r v or le ep sp se in ia de en st ra ne he h n d ak kt ne t v et uit zijn en ijk du m pr ge a m ca bo akt vo an et tie én ijk er ve ee ler d. rp n en lic ht is.
D
2
HAN | LGW HAN | LGW 13
De opleiding in praktisch opzicht Het programma bevat 1 lesdag per week en gedurende het hele jaar ongeveer 1 dagdeel per week stage (exclusief voorbereidingstijd). Als je al werkzaam bent in het onderwijs op een (v)mbo of een leerwerkplaats kunnen stage en werk, in overleg met de opleiding, gecombineerd worden. De studiebelasting is gelijk verdeeld over het opleidings- en praktijkdeel en is gemiddeld 20 uur per week. Ieder leerjaar heb je les op een vaste dag per week van 9.30 uur tot 16.00 uur. Soms zijn er tussen16.00 tot 18.00 uur begeleidingsgesprekken of facultatieve colleges voor extra oefening of verdieping. Een groep bestaat uit gemiddeld 18 studenten.
Onderwijseenheden De lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn is opgebouwd uit onderwijseenheden (OWE) die met elkaar samenhangen en op elkaar voortbouwen. Samen vormen ze de bouwstenen van de opleiding. Meestal staat in elke OWE één beroepstaak op één bepaald niveau centraal, soms worden deze gecombineerd. De beroepstaken zijn ontleend aan de actuele
2
beroepspraktijk van de leraar G&W. De beoogde eindkwalificaties (beroepstaken, competenties en vakkennis) en de inhoud van het LGW programma zijn met elkaar verbonden. Gedurende de OWE ga je, zowel op de opleiding als in de beroepspraktijk (stage- of werkplek), actief aan de slag met de beroepstaak die op dat moment centraal staat. Je werkt in die periode aan een beroepsproduct of beroepsprestatie, die samenhangt met de competenties die nodig zijn om de beroepstaak op het beoogde niveau te kunnen uitvoeren. Deze competenties zijn afgeleid van de huidige SBL competenties. Uitzondering hierop vormen de twee OWE die in studiejaar 2 worden aangeboden, wanneer wordt gewerkt aan het verwerken van de vakinhoudelijke kennis uit de kennisbasis Gezondheidszorg en Welzijn. Elke OWE vormt een voorbereiding op het tentamen/ integrale toets. Een volledig overzicht van alle onderwijseenheden van de opleiding is achterin deze gids te vinden en in het OS Ba LGW op Scholar.
Dublin descriptoren Kwalificaties Bachelor Kennis en inzicht
Toepassen kennis en inzicht
Is in staat om zijn/haar kennis en inzicht op dusdanige wijze toe te passen, dat dit een professionele benadering van zijn/haar werk of beroep laat zien, en beschikt verder over competenties voor het opstellen en verdiepen van argumentaties en voor het oplossen van problemen op het vakgebied.
Oordeelsvorming
Is in staat om relevante gegevens te verzamelen en interpreteren (meestal op het vakgebied) met het doel een oordeel te vormen dat mede gebaseerd is op het afwegen van relevante sociaal-maatschappelijke, wetenschappelijke of ethische aspecten.
Communicatie
Leervaardigheden
14
Heeft aantoonbare kennis en inzicht van een vakgebied, waarbij wordt voortgebouwd op het niveau bereikt in het voortgezet onderwijs en dit wordt overtroffen; functioneert doorgaans op een niveau waarop met ondersteuning van gespecialiseerde handboeken, enige aspecten voorkomen waarvoor kennis van de laatste ontwikkelingen in het vakgebied vereist is.
HAN | LGW
Is in staat om informatie, ideeën en oplossingen over te brengen op een publiek bestaande uit specialisten of niet-specialisten. Bezit de leervaardigheden die noodzakelijk zijn om een vervolgstudie die een hoog niveau van autonomie veronderstelt aan te gaan.
Beroepstaken en competenties De LGW heeft een eigen competentieprofiel ontwikkeld, waarin de taken en competenties van de ‘docent gezondheidszorg & welzijn’ in vijf beroepstaken zijn samengevat, die elkaar opvolgen: A Ontwerpen en organiseren van leeromgevingen B Begeleiden van leerprocessen C Beoordelen van leerprocessen D Verbeteren van de kwaliteit van leerprocessen E Ontwikkelen van het beroep Het onderwijsprogramma van de LGW bestaat uit onderwijseenheden van 5, 9, 13 of 18 studieweken, waarin steeds één of meer beroepstaken centraal staan. In deze OWE bekwaam je je in de competenties die nodig zijn om de beroepstaak op het betreffende niveau te kunnen uitvoeren. De beroepstaken zijn uitgewerkt naar complexiteitsniveaus. De LGW volgt daarmee de onderwijskundige kaders van de HAN: beroepstaken - in verschillende complexiteitsniveaus - moeten bepalend zijn voor de inrichting en vormgeving van het onderwijs.
Beroepstaken
OWE
A
Ontwerpen van een krachtige leeromgeving 1 Ontwerpen van een krachtige leersituatie 2 Ontwerpen van krachtige leeromgevingen voor groepen 3 Adviseren over en verbeteren van de kwaliteit van leer- en onderwijsprocessen
B
Begeleiden van leerlingen bij leer- en werkprocessen 1 Begeleiden van leerlingen bij het ontwik kelen van beroepsvaardigheden 2 Begeleiden van leeractiviteiten van groepen leerlingen 3 Professioneel omgaan met diversiteit in het begeleiden van leeractiviteiten van groepen
A1 A2 A3
B1 B2 B3
C Beoordelen en evalueren van leerprocessen en leerproducten
C3
D Praktijkonderzoek naar leer- en onderwijsprocessen
D3
E
Ontwikkelen van het beroep 1 Ontwikkelen van jezelf als leraar G&W 2 Ontwikkelen van het beroep naar bredere professionaliteit 3 Ontwikkelen van het beroep: bevorderen van de eigen professionele ontwikkeling als leraar/opleider en die van de hele beroepsgroep
V
Ontwikkelen van de vakinhoudelijke bekwaamheid 1 Ontwikkelen van de vakinhoudelijke bekwaamheid van de thema’s: gezondheid en maatschappij, EHBO en hygiëne 2 Ontwikkelen van de vakinhoudelijke bekwaamheid van de thema’s: gezondheid en ziekte, voeding, GVO en facilitaire dienstverlening
HAN | LGW
E1 E2 E3
V1
V2
15
Samenhang in het onderwijsprogramma De samenhang in het onderwijsprogramma is gebaseerd op drie principes. Onderwijskundige chronologie: de beroepstaken volgen elkaar op in de chronologie van ontwerp (A), uitvoering (B), toetsing (C) en kwaliteitsbewaking (D). De persoonlijke ontwikkeling (E) vormt de basis van en de rode draad door de beroepstaken. Complexiteit: het niveau van complexiteit van de beroepstaken neemt toe van laag-, naar midden-, naar hoogcomplex niveau, waarbij een steeds groter beroep wordt gedaan op de vereiste HBO competenties (uitgedrukt in de Dublin descriptoren). Bij elke beroepstaak ligt het accent in meer of mindere mate op enkele van deze descriptoren. Het praktijkleren tijdens de opleiding wordt getoetst aan de hand van criteria, die rechtstreeks zijn afgeleid van de Dublin descriptoren (zie het kader op de vorige pagina). Vakinhoudelijke verbreding en verdieping: afhankelijk van de eerder verworven vakinhoudelijke competenties verbreedt de student zijn kennis van andere vakinhouden. Het kan voorkomen dat studenten al over deze vakkennis beschikken. Op basis van een instroomtentamen, dat voor aanvang van de opleiding wordt afgenomen, wordt vastgesteld of aan de student vrijstelling kan worden verleend voor OWE V1 en/of V2, waarin de vakinhoudelijke kennis G&W centraal staat. In dat geval kunnen zij vanuit de propedeuse doorstromen naar studiejaar 3 of instromen (afhankelijk van de genoten vooropleiding). In studiejaar 3 en 4 wordt de landelijke kennistoets Gezondheidszorg en Welzijn afgenomen, die behaald moet worden om het getuigschrift van de LGW in ontvangst te kunnen nemen.
2
Differentiatie In het laatste studiejaar kies je een differentiatie oftewel specialisatie: 1 de leraar G&W in het VMBO onderwijs 2 de leraar G&W in de BVE sector (mbo en volwasseneneducatie) 3 de opleider in zorg- of welzijnsinstellingen (niveau 5)
16
HAN | LGW
Afhankelijk van je ambities, het werkveld en je eerder verworven competenties kun je je specialiseren in een van de drie werkvelden waarvoor de lerarenopleiding G&W opleidt. In elke afstudeerdifferentiatie staan dezelfde beroepstaken (A3, D3, B3, E3) met dezelfde competenties centraal. Bij elke differentiatie worden echter andere inhoudelijke accenten gelegd. De volgende beroepstaken vormen het uitgangspunt van de gekozen verdiepende minor: Beroepstaak A op niveau 3: verantwoorden van een eigen ontwerp binnen het (organisatie)leerplan Beroepstaak B op niveau 3: professioneel hanteren van diversiteit bij het begeleiden van leren in groepen Beroepstaak E op niveau 3: bevorderen van de eigen professionele ontwikkeling als leraar/ opleider Beroepstaak D op niveau 3: praktijkonderzoek naar leer- en onderwijsprocessen
Leren vanuit je professionele deskundigheid Je hebt al een beroepsopleiding (MBO niveau 4 of HBO) in de sector gezondheidszorg en/of welzijn afgerond en ook minimaal als professional 2 jaar in die betreffende setting hebben gewerkt; veel studenten zijn al veel langer werkzaam in de beroepspraktijk. Dit betekent dat je inmiddels de nodige vakinhoudelijke kennis en deskundigheid hebt opgebouwd. In het leerplan van de LGW ligt daarom het accent op de ontwikkeling van (vak)didactische en pedagogische competenties en pas in tweede instantie op het verwerven van nieuwe vakinhoudelijke kennis. De ontwikkeling van kennis, inzichten en oplossingen in de beroepspraktijk gaat snel. Het is belangrijk dat je jouw actuele situatie en de (vakinhoudelijke) kennis die per situatie nodig is, kunt analyseren, dat je op basis daarvan leervragen kunt formuleren, en op een efficiënte en effectieve manier de benodigde kennis verwerft, vernieuwt en toepast in je rol als leraar/opleider.
Wat betekent dit voor het leren in de praktijk en voor de stage? Stage binnen het ROC binnen de sector zorg en welzijn niveau 1 t/m 4 Logischerwijs zul je met een verpleegkundige achtergrond je stage-activiteiten binnen de sector zorg uitvoeren en met een welzijn achtergrond binnen die setting. Immers het gaat bij de beroepsopleidingen juist om de vertaalslag van de vakinhoudelijke kennis en deskundigheid naar onderwijs. Met andere woorden, je leert je ‘expertise’ te vertalen naar een leersituaties die je kunt verantwoorden vanuit de hedendaagse vakdidactische en pedagogische principes.
De VMBO stage: Ook deze stage vindt plaats binnen de sector zorg en welzijn, in het 3e en 4e leerjaar. De vakinhoudelijke kennis die nodig is binnen deze voorbereiding op het middelbaar beroepsonderwijs, zal voor een groot deel terug te halen zijn uit je genoten beroepsopleiding. Wanneer blijkt dat er sprake is van een vakinhoudelijk kennistekort zul je, op basis van een zelfanalyse, de ontbrekende kennis moeten verwerven of actualiseren. Belangrijk aandachtspunt binnen de stage op het VMBO is het leren toepassen van de vakdidactische en pedagogische principes voor deze doelgroep.
De stage als opleider in de praktijk in een instelling voor gezondheidszorg en/of welzijn. De kennis die centraal staat in de beroepspraktijk betreft vooral kennis op het gebied van pedagogische/ agogische, didactische kwaliteiten en kennis op het gebied van organiseren, en samenwerken.
De stage in de leerroute AD onderwijsondersteuner betreft drie beroepstaken: E1 De ontwikkeling als onderwijsondersteuner A1 Ontwerpen van een krachtige leeromgeving B1 Begeleiden van leerlingen bij het ontwikkelen van beroepsvaardigheden.
HAN | LGW
17
e ag st
HAN | LGW
e
18
N in a o ov he riën ui erl t v ta be tze eg mb tie Je zig tte me o, h op bi st m n. t je et de be j en age et Tijd SL m ve ro g be he en B bo rsc ep ee ge t o s -e en h il st ft le nt je r e aa fe id w st en de len k ed er ikk ag w be de be b be e e e r s he ac ge len be lov oep tag er k o le v n er sp em st p id an je w ra o de t j je in e oge kti ge e m d be e n jk, lijk at aa r n st k h o p a u e e w rin, eps rak ge n j den aa w id ti ro e rin oo en jks ut in e je nt tite itu ee ac it at ie n tiv . ite ite n
D
3
HAN | LGW 19
Het leren in de praktijk Een goede opleiding kan niet los gezien worden van een integratie van het leren op de opleiding en het leren in de praktijk. De LGW gebruikt het onderwijsmodel van competentiegericht leren. Een competentie is het vermogen om in de specifieke context van de praktijk effectief te presteren. In competentiegericht onderwijs vormen realistische, complexe beroepstaken het uitgangspunt van het onderwijs. Ofwel: dat wat je in de (latere) beroepspraktijk moet weten, moet kunnen (je kennis toepassen op basis van inzicht) en hierbij een professionele houding laten zien. Vanaf het begin van de opleiding word je dan ook getraind in het
ontwikkelen van een beroepsidentiteit. Bij competentiegericht leren gaat het erom dat: opdrachten worden ontleend aan (kritische) beroepssituaties/-taken en de producten die je in een specifieke context moet kunnen leveren, de ‘beroepsproducten’; deze beroepsproducten uitgangspunt zijn bij de toetsing en dus ook bij de vormgeving van de leereenheden zodat: integratie wordt gerealiseerd. transfer wordt bevorderd je beroepsmatig handelen wordt versterkt.
Per studiejaar zijn de stages gericht op:
3
Studiejaar 1
Studiejaar 2
Studiejaar 3
Studiejaar 4
20
• het begeleiden van het individuele leren en het leren in groepen in de buitenschoolse setting
• het verwerven van vakinhoudelijke bekwaamheid m.b.t. Gezondheidszorg en Welzijn
• het begeleiden van leerprocessen in groepen in een binnenschoolse setting
• het begeleiden van het leren in de context van de gekozen differentiatie: buitenschools dan wel binnenschools
HAN | LGW
• • •
Ontwerpen van een krachtige leersituatie (A1) Begeleiden van leerlingen bij leren in de praktijk (B1) Werken aan persoonlijke ontwikkeling als begeleider (E1)
• • •
Toepassen van vaardigheden in de beroepsuitoefening en ervaring opdoen als professional G&W Ontwikkelen van een visie op het gehele vakgebied van de professional G&W Communiceren en samenwerken met anderen in de beroepspraktijk van G&W
• • • •
Ontwerpen van een (afgebakend) leerprogramma voor groepen (A2) Begeleiden van leeractiviteiten van groepen (B2) Ontwikkelen van de eigen bekwaamheid in een nieuw vakinhoudelijk gebied en het vertalen van deze bekwaamheid in een ontwerp (en gedeeltelijke uitvoering) van leeractiviteiten (E2) Ontwerpen van een toetsinstrument en beoordelen van leerprocessen/leerproducten (C 3)
• • • •
Verantwoorden van een eigen ontwerp binnen het (organisatie)leerplan (A3) Opzetten en uitvoeren van een praktijk onderzoek naar de kwaliteit van leer- en onderwijsprocessen (D3) Professioneel hanteren van diversiteit bij het begeleiden van leren in groepen (B3) Professioneel communiceren over actuele ontwikkelingen en over de eigen bekwaamheid en beroepsopvattingen en van daaruit bijdragen aan de deskundigheidsbevordering van de beroepsgroep (E3)
Die integratie - als richtinggevend principe - wordt als volgt gestimuleerd: De beroepstaken van leraar/opleider in de praktijk kun je uitvoeren op de stageplaats of op je eigen werkplek; Binnen de OWE worden beroepssituaties, beroepstaken en praktijkproblemen als uitgangspunt genomen; Je persoonlijke ontwikkeling kan plaatsvinden in de gewenste competenties. Per OWE stel je, op basis van de te verwerven competenties, je beginsituatie vast en je formuleert je persoonlijke leerdoelen, die je opneemt in je POP/PAP. Binnen welke stagesetting je de genoemde beroepstaken met de daarbij behorende competenties ontwikkelt, is afhankelijk van je individuele voorkeuren en mogelijkheden. Logisch is dat je vanuit de lopende OWE die competenties verwerft in je stage van dat moment. Een overzicht hiervan zie je hiernaast.
Duur van de stages Gedurende de hele opleiding wordt een derde deel van de studiebelasting ingevuld door stage en stage-activiteiten. Naast een aanstelling van minimaal 16-20 uur per week in de beroepspraktijk heb je een studiebelasting van 20 uur per week inclusief de stage: Stage-activiteiten op stage/werkplek 4 uur Stage-activiteiten thuis (voorbereiding etc.) 2 uur Contactdag LGW 6 uur Zelfstudie 8 uur
Een studiejaar is voor wat betreft de stages in twee semesters ingedeeld: Semester 1: van september t/m januari Semester 2: van februari t/m juni
Verplichte stages Iedere student loopt tenminste: a één stage van een half jaar = 20 weken op het VMBO of praktijkonderwijs Zorg en Welzijn (het voorbereidend beroepsonderwijs) én b één stage van een half jaar = 20 weken binnen het beroepsonderwijs: ROC Zorg/ Welzijn en/of bij afdeling opleiding (zorgacademie, leerhuis) van een gezondheidszorg instelling c Tijdens de differentiatiestage loop je stage in de gekozen afstudeerrichting (VMBO of ROC of opleider in de praktijk) Daarnaast worden de overige stages naar eigen keuze, en in overleg met de SLB-er vastgesteld! Omdat de achtergrond van de studenten heel divers is bestaat er geen vaste stageroute. Afhankelijk van je achtergrond/opleiding, werkervaring en je differentiatievoorkeur wordt in overleg met de SLB’er een individuele stageroute vastgesteld. In het overzicht hierna kun je de mogelijke stageroutes zien.
HAN | LGW
21
Overzicht onderwijseenheden en mogelijke stageroutes voor de leraar Gezondheidszorg en Welzijn
E1 -1
Eigen werkplek1
Stage mogelijkheid 2
Eigen werkplek
Stage mogelijkheid 4 Stage mogelijkheid 5
3 4 5 2
B1
Stage mogelijkheid 1
Stage mogelijkheid 3
1
A1
E1 V1 V2 -2 Eigen werkplek i.v.m. professionalisering vakinhoud
Onderwijseenheden
Leerjaar 3
Lj 2 A2
Leerjaar 1
Leerjaar 4 Onderwijseenheden
B2
C
E2
A3
D3
BE3
VMBO2 stage
MBO3 stage
Differentiatie4
MBO stage
VMBO stage
Differentiatie
VMBO stage
Differentiatie ROC of opleider in de praktijk
ROC stage
Differentiatie VMBO
Eigen werkplek5
(V)MBO stage
Differentiatie
Stage mogelijkheid 6
Eigen werkplek
MBO stage
VMBO stage
Differentiatie
Stage mogelijkheid 7
Eigen werkplek
VMBO stage
MBO stage
Differentiatie
Eigen werkplek binnen beroepspraktijk gezondheidszorg en/of welzijn. VMBO (beroepsvoorbereidende leerweg) minimaal één stage van 20 weken. MBO (beroepsopleidende leerweg): minimaal één stage van 20 weken, vindt plaats òf op een ROC sector zorg en welzijn òf bij de dienst (praktijk)opleiding in instelling voor gezondheidszorg en/of welzijn. Differentiatie: Leraar VMBO of ROC sector zorg en welzijn óf Opleider in de praktijk Werkplek bij dienst praktijkopleiding met mogelijkheid leerprogramma te ontwerpen (A2) en groepen te begeleiden/lesgeven (B2)
3
Stageplaatsen De LGW heeft een samenwerkingsovereenkomst met Bureau Extern: http://www.bureau-extern.nl/lgw-han.html Dit bureau van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen verzorgt de contacten tussen de instituten voor lerarenopleidingen en de scholen voor middelbaar beroepsonderwijs (ROC) en VMBO in de regio Nijmegen. Bureau Extern is aanspreekpunt voor de scholen ten oosten van de lijn Enschede - Apeldoorn - Wageningen - Den Bosch - Roermond.
Het scholenoverzicht vind je op http://www.bureau-extern.nl/scholenoverzicht.html Je moet zelf een stageplaats regelen: Als je een stageschool vindt waar Bureau Extern geen contact mee onderhoudt; Als je buiten de regio woont; Als je een stageplaats zoekt bij een zorg/welzijnsinstelling.
Jouw verantwoordelijkheid Voorbereiding op je stage
Je bent zelf verantwoordelijk voor het tijdig aanvragen/vinden van een stageplaats bij Bureau Extern. Aanvragen gaan via de stagecoördinator LGW. Deadlines voor het aanvragen van een stage zijn: Semester 1 (sept. t/m jan) uiterlijk 1 juni Semester 2 (jan. t/m juni) uiterlijk 1 december Achterin deze gids vind je het aanvraagformulier om een stageplaats bij Bureau Extern aan te vragen.
22
HAN | LGW
Afhankelijk van je achtergrond en ervaring ben je al dan niet bekend met de activiteiten op een bepaalde stageplaats. Je moet ernaar streven om de stages zo optimaal mogelijk te benutten, in het kader van de ontwikkeling van je competenties. Voordat je stage gaat lopen is het van belang dat je je oriënteert op de verschillende stagemogelijkheden (zie bijlage 7). Daarna kun je in overleg met je SLB’er een weloverwogen stageroute uitzetten.
A1
Stage mogelijkheid 1
1
3 4 2
(V)MBO stage
E1-1
Lj 2 B1
E1-2
Eigen werkplek1
Stagemogelijkheid 2
Eigen werkplek
(V)MBO sector zorg en welzijn2
Stagemogelijkheid 3
MBO sector zorg en welzijn
VMBO
Stagemogelijkheid 4
VMBO
MBO
Stagemogelijkheid 5
(V)MBO sector zorg en welzijn3
Eigen werkplek4
V1
V2
Eigen werkplek i.v.m. professionalisering vakinhoud
Leerjaar 1
Overzicht onderwijseenheden en mogelijke stageroutes voor de AD Onderwijsondersteuner
Eigen werkplek binnen (V)MBO als ‘instructeur – vaardigheden’ of binnen afdeling opleiding binnen instelling zorg en/of welzijn als trainer vaardigheden Als instructeur vaardigheden Als instructeur vaardigheden Eigen werkplek binnen (V)MBO als ‘instructeur – vaardigheden’ of binnen afdeling opleiding binnen instelling zorg en/of welzijn als trainer vaardigheden
Je bent zelf verantwoordelijk voor je leerproces. Voor de stage betekent dit het volgende: Je zorgt dat je op tijd een stageplaats hebt. Op de stageplaats moet je de benodigde competenties eigen kunnen maken en de daaraan verbonden beroepsproducten kunnen realiseren. Afhankelijk van je huidige functie kan dit soms op je eigen werkplek plaatsvinden, maar meestal zul je elders een stageplaats moeten zoeken. Per stage dient er een stagecontract in 3-voud ondertekend te worden: 1 exemplaar is bestemd voor de stageverlenende instelling, een voor jezelf en een voor de SLB-er. Je bereidt je inhoudelijke voor op de stage. Je neemt zelf het initiatief voor het regelen van de stagebegeleiding bij de realisering van beroepsproducten en de feedback daarop (zie bijlage 1 ‘leerplan onder toetsing en examinering’). Je werkt per stage aan één of meer beroepstaken. Ter voorbereiding op de komende stageperiode vorm je je met betrekking tot deze beroepstaken een beeld: van de gewenste competenties, van de aan te leveren beroepsproducten en de criteria daarvoor, van de aard van de te ondernemen activiteiten en van de voorwaarden om deze activiteiten uit te kunnen voeren. De voor de beroepstaak te realiseren competenties en beroepsproducten legt je in de vorm van leerdoelen en leeractiviteiten vast in het POP (Persoonlijk Ontwikkeling Plan). Dit POP en PAP wordt voor de start (of in het begin van de stage) voorgelegd aan de SLB-er en indien
akkoord ondertekend op het formulier ‘stage-overzicht’ (zie bijlage 5 en Digitaal Portfolio). Je neemt zelf initiatieven voor het realiseren van de voorwaarden die voor de te ontwikkelen competenties en beroepsproducten noodzakelijk worden geacht: het plannen van leeractiviteiten, het kunnen bijwonen van het ontwerpen van een krachtige leeromgeving, etc. het vragen om begeleiding van stagebegeleider of SLB-er Per stage vindt er in ieder geval één contact plaats tussen SLB-er en stagebegeleider, telefonisch dan wel d.m.v. een stagebezoek. Jouw ontwikkeling staat hierin centraal. Ter afsluiting van iedere stage vindt een gesprek plaats tussen stagebegeleider en student aan de hand van een reflectie van de student en het door de stagebegeleider ingevuld ontwikkelingsgericht advies (zie bijlage 4 ). Je zorgt ervoor dat 1 exemplaar bij de SLB’er terecht komt (opgenomen in het Digitaal Portfolio) en dat waar aangegeven een exemplaar wordt toegevoegd bij de bijbehorende beroepsproducten. Je houdt bij waar je gedurende je opleiding stages loopt op het ‘formulier stage-overzicht’. Op dit overzicht vul je ook in wanneer de SLB-er op stagebezoek is geweest, en wanneer er telefonisch overleg was tussen SLB-er en stagebegeleider. Dit overzicht vormt een onderdeel van het (Digitaal) Portfolio en is altijd inzichtelijk voor de SLB-er.
Deze werkwijze geldt ook als je je stage-activiteiten verricht op je eigen werkplek.
HAN | LGW
23
Je bent zelf verantwoordelijk voor je leerproces, ook in de praktijksituatie. Natuurlijk word je tijdens je studie wel ondersteund.
3 Verantwoordelijkheid van de stageplaats De stageplaats (het werkveld) wordt op verschillende manieren actief betrokken bij het onderwijs.
Het leerplan van de LGW De beroepstaken en daarbij behorende competenties zijn afgeleid van de landelijk vastgestelde bekwaamheidseisen voor leraren Om de twee jaar is er een bijeenkomst van de beroepenveld commissie (BVC) voor regionale onderwijsinstellingen op het terrein van Zorg en Welzijn, waar recente ontwikkelingen in het veld en de aansluiting van het leerplan van de LGW hierop wordt bediscussieerd. Ieder jaar is er een discussiebijeenkomst voor de begeleiders van studenten op de stageplaats over begeleiding en vorm van het leren in de praktijk. Vertegenwoordigers uit het werkveld zijn als ‘velddeskundigen’ bij het afsluitende examengesprek aan het einde van de opleiding. De opleidingscommissie met studenten en docenten van de LGW komt 4x per jaar bijeen, en brengt gevraagd en ongevraagd advies uit over alles wat met het leerplan te maken heeft.
24
HAN | LGW
De stagebegeleider op de stageplaats: Bespreekt met jou je POP/PAP bij de start van de stage voor wat betreft realiteit en haalbaarheid vanuit je beginsituatie, het doel van de stage en je opleidingsfase; Faciliteert en schept voorwaarden voor jouw leeractiviteiten; Heeft tot taak jou te ondersteunen bij de voortgang van het leertraject op de stageplaats; Zorgt er onder meer voor dat je bepaalde activiteiten kunt bijwonen of uitvoeren, begeleidt je bij het oefenen van vaardigheden, of verwijst je door naar de juiste personen voor informatie; Stimuleert jou om je beroepsproducten niet alleen aan de eisen van de opleiding te laten voldoen, maar ook bruikbaar voor de praktijk te maken; Geeft feedback bij een aantal beroepsproducten die past bij je huidige OWE, op het daarvoor bestemde feedback formulier. Deze feedback moet je als aanvullend bewijsmateriaal in het betreffende beroepsproduct opnemen; het is onderdeel van de competentiebeoordeling bij de tentaminering (zie bijlage 1 ‘leerplan);
De stagebegeleider voert overleg: Ten minste 1x per stage neemt de SLB’er telefonisch contact op met de stagebegeleider om je ontwikkeling te bespreken. Ten minste 1x tijdens de opleiding vindt er een stagebezoek plaats (bij voorkeur in leerjaar 3) door de SLB’er om een lesactiviteit van de student bij te wonen en te beoordelen. Daarnaast vindt er een gesprek plaats met de stagebegeleider, waarin o.a. aan de orde komt: de stand van zaken m.b.t. competentieontwikkeling (resultaten en hoe er is gewerkt), de mogelijkheid tot leren op de stageplaats. op het formulier ‘stage-overzicht’ vul je in wanneer de SLB’er op stagebezoek is geweest. Bij onduidelijkheden, vragen m.b.t. de opleiding of de voortgang in je ontwikkeling vindt er een overleg plaats met jou, stagebegeleider en SLB’er (via mail, telefoon en zo nodig een bezoek van de SLB’er op de stageplek). Als zich problemen voordoen waardoor je leerproces wordt belemmerd, bij jou of bij de stageverlenende instelling, kun jij of kan de stagebegeleider contact opnemen met de SLB’er.
Deze werkwijze geldt ook als je je stage-activiteiten verricht op je eigen werkplek.
Aantal stagebegeleidingsuren per stage van 20 weken, afhankelijk van de beginsituatie Activiteit
Uren
Kennismakingsgesprek
1
Lezen POP/PAP
1
Bespreken POP/PAP
1
Voorbereiden tussentijdse evaluatie
1
Tussentijdse evaluatie halverwege stage
1
Ontwikkelingsgericht advies einde stage
2
± 1x per 4 weken voortgangsgesprek POP/PAP (30 min. per gesprek)
3
Voor en nabespreking stage-activiteiten
6
Feedback beroepsproducten
4
Overige
5
Totale begeleidingstijd
± 20 – 25
HAN | LGW
25
Begeleiding in de stage binnen de LGW Begeleiding door medestudenten Samen leren en van elkaar leren is een belangrijk principe bij de LGW. Medestudenten coachen daarom bij een groot deel van het leerproces. De onderwijsgroep wordt opgedeeld in begeleidingsgroepen van 4 à 5 personen. Tijdens de lesdagen is er contact met deze groep, maar ook tussentijds, via Scholar, WhatsApp of Facebook om ervaringen te delen of bij vragen over POP en activiteiten plan.
Begeleiding door de studieloopbaanbegeleider De studieloopbaanbegeleider (SLB’er) wordt je aan het begin van de opleiding toegewezen en begeleidt je in principe gedurende de hele opleiding (kijk voor uitgebreide informatie in het OS op Scholar).
3
De doelen van de SLB zijn: Begeleiden naar zelfsturing en zelfverantwoordelijk leren: een resultaatgerichte studieloopbaan; Samen met jou onderzoeken wat voor jouw ontwikkeling (binnen de mogelijkheden van de LGW) een inspirerende, effectieve en efficiënte leerroute is; jou adviseren en dit schriftelijk vastleggen in een studieadvies; begeleiden naar een balans in studie, stage, werk en privé. Voor wat betreft de stage: Op basis van je beginsituatie ondersteuning bij het vaststellen van de stageroute; Feedback op je POP/PAP ter goedkeuring, en vermelding hiervan op het formulier ‘stage-overzicht’ (zie bijlage 5), voor de stage of bij aanvang hiervan ; Controle en ondertekening van het stagecontract en inleveren bij het secretariaat, zodat de gegevens van het stageadres in het ‘bestand samenwerkende instellingen’ kunnen worden opgenomen; 1x per stage, rond de tussentijdse evaluatie, contact met de stagebegeleider om jouw ontwikkeling te bespreken;
26
HAN | LGW
Wanneer er na een eerste contact met de stagebegeleider twijfel bestaat over je ontwikkeling of de mogelijkheden op een stageplaats, contact op met de stagebegeleider; Tenminste 1x gedurende de opleiding een stagebezoek (bij voorkeur in leerjaar 3).voor het bijwonen en beoordelen van een lesactiviteit, en een gesprek met jou en de stagebegeleider. Onderwerpen die aan de orde komen zijn o.a.: De stand van zaken m.b.t. competentieontwikkeling (resultaten en hoe er is gewerkt); De mogelijkheid tot leren op de stageplaats; De student vult op het formulier ‘stage-overzicht’ in wanneer de SLB-er op stagebezoek is geweest; Toezicht op het voldoen aan de eisen die de LGW stelt aan het stagelopen; Voor de start van de differentiatiefase vindt er een individueel gesprek plaats waarbij: Gekeken wordt of je tot dan toe voldaan hebt aan de eisen die de opleiding stelt aan stagelopen; Afspraken gemaakt worden over de invulling van de stage gedurende de differentiatiefase; Bij de afronding van de differentiatiestage neemt de SLB-er contact op met de stagebegeleider waarbij het ontwikkelingsgericht advies uitgangspunt van het gesprek is. De SLB’er is in eerste instantie de aanspreekbare contactpersoon tussen de student en de stagebegeleider.
Het stagecontract Iedere ingeschreven student bij de HAN die een stage loopt buiten de eigen werkplek om is, juridisch gezien, verplicht te werken met een stagecontract (zie bijlage 3). Dit contract dient, in 3-voud, volledig te worden ingevuld en door betrokken partijen te worden ondertekend: 1 exemplaar is voor de stageverlenende instelling, 1 exemplaar hou je zelf, 1 exemplaar lever je in bij de SLB’er.
S tagecoördinatoren van de
LGW Wanneer er zich problemen mochten voordoen van organisatorische aard kun je contact opnemen met de stagecoördinatoren van de LGW: Godelieve Huijbregts:
[email protected] Bereikbaar van woensdag t/m vrijdag (024) 35 30 583. Ellen Leenaarts:
[email protected] Bereikbaar op maandag - dinsdag - vrijdag (024) 35 30 604.
HAN | LGW
27
3
28
Fo rm
HAN | LGW
ul
s
ie
ip re
ië
n
Sc
or
la
op
or
n
vo
rp
la r
zi
op
er
ie
ov
at
ho
nt
en
st ag e
t OWE
de
ch
en
ee
AG
2 T
JL
1 L
BI
4
HAN | LGW 29
LGW studiejaar 1, propedeutische fase: oriënteren en begeleiden Beroepstaak/ OWE/Niveau
Duur 9 wk
E 1-09 Ontwikkelen van jezelf als leraar/ opleider of onderwijsondersteuner G&W
9 wk
18 wk
1-09 A Ontwerpen van een krachtige leersituatie
B 1-09 Begeleiden van leerlingen bij het ontwikkelen van beroepsvaardigheden
Leerinhoud
Compe tenties
Tentamens/ integrale toetsen
• M ethodisch reflecteren SBL 7 op het eigen functioneren en beroepsmatig handelen • Het ontwikkelen en uitdragen van een consistente visie op leren en opleiden
• Visieverslag • Integrale toets
• H et maken van een SBL 3 verbeterontwerp voor SBL 4 (een onderdeel van) de SBL 5 leeromgeving dat de zelfstandigheid van de leerling(en) ondersteunt, • Het ontwerpen van een leersituatie, gericht op het ontwikkelen van beroepsvaardigheden
• Het motiveren, begeleiden en ondersteunen van leerlingen en stagiaires bij het aanleren van beroepsvaardigheden • Het didactisch, pedagogisch en vakinhoudelijk verantwoorden hiervan
SBL1 SBL2 SBL3 SBL4 SBL 5 SBL 7
Stp Weging 0,50 0,50
15 • •
Analyse met aanbevelingen Feedback uit beroepspraktijk
1,00 Voldaan
15 • • •
eedbackformulieren F en een ontwikkelingsgericht advies Begeleidingsplan of (Ad) lesplan Reflectieverslag over competentieontwikkeling
Voldaan
0,50 0,50 30
LGW studiejaar 3: ontwerpen, begeleiden en beoordelen Duur
4
9 wk
Beroepstaak/ OWE/Niveau A2-12 Ontwerpen van leerprogramma’s voor groepen
Beroepstaak/ OWE/Niveau
18 wk
18 wk
Leerinhoud
Compe tenties*
Tentamens/ integrale toetsen
V 1-14 • Verdieping in de thema’s SBL 3 Ontwikkelen van EHBO, verpleegkunde de vakinhoudelijke en de organisatie van bekwaamheid als de gezondheidszorg in professional G&W: Nederland, middels • Gezondheid en zelfstudie, praktijkopmaatschappij drachten en • EHBO en (gast)colleges hygiëne
• Digitale kennistoets over vakinhoudelijke thema’s
V2-14 • Verdieping in de thema’s SBL 3 Ontwikkelen van anatomie en pathologie, de vakinhoudelijke voeding, facilitaire bekwaamheid als dienstverlening, GVO, professional G&W: middels zelfstudie, • Gezondheid praktijkopdrachten en en ziekte (gast)colleges • Voeding • GVO • Facilitaire dienstverlening
• D igitale kennistoets over vakinhoudelijke thema’s • Verantwoording praktijkleren • (Ad) presentatie tijdens voorlichting voor leerlingen in het (V)MBO
Compe tenties
Tentamens/ integrale toetsen • •
Stp Weging
• Ontwerpen van een SBL 2 doeltreffend leerpro SBL 3 gramma voor een groep SBL 4 leerlingen dat hun zelfstandigheid ondersteunt en recht doet aan specifieke kenmerken
• H et leerproces van groepen leerlingen stimuleren, ondersteu nen en bewaken • Methodisch reflecteren op het eigen handelen
• F eedbackformulieren en ontwikkelings- gericht advies • Reflectieverslag • Videofragmenten • Proefles • Integrale toets 22,5
Voldaan
E2-12 • Verdieping in de thema’s SBL3 Ontwikkelen naar anatomie en pathologie, een bredere lichamelijke, psychische professionaliteit en sociale ontwikkeling middels zelfstudie, praktijkopdrachten en (gast)colleges
• P resentatie en publicatie van een vakinhoudelijk onderwerp • Digitale toets over de vakinhoudelijke thema’s 7,5
Voldaan
C3-12 beoordelen en evalueren van leerprocessen en leerproducten
0,80 0,20 Voldaan
LGW studiejaar 2: verwerven van vakinhoudelijke kennis en vaardigheden Duur
Leerinhoud
Lessenreeks inclusief analyse en verantwoording Feedback uit de beroepspraktijk
1,00
Voldaan
15
Stp Weging 14 wk 1,00
5 wk 30 1,00 0,80 (Ad) Voldaan 0,20
30
9 wk
B2-12 Begeleiden van leren in groepen
SBL 1 SBL 2 SBL 3 SBL 4 SBL 5 SBL 6 SBL 7
• O ntwikkelen en afnemen SBL 3 van een (competentie- SBL 5 gericht) toetsinstrument SBL 7 • Toetsresultaten interpreteren en op basis hiervan een advies aan de leerling geven
• • •
oetsinstrument T Reflectieverslag Feedback beroepspraktijk
0,33 Voldaan 0,33 0,33
1,00
15
* Voor de vakinhoudelijke KennisBasis G&W zie de specifieke onderwijseenheden
30
HAN | LGW
HAN | LGW
31
LGW studiejaar 4: differentiatie en verdieping Beroepstaak/ OWE/Niveau
Duur 5 wk
A3-12 • Verantwoorden van een eigen ontwerp binnen het (organisatie) leerplan •
(Als lintprogramma bij differentiatie)
15 wk
9 wk
4
32
Leerinhoud
Vervolg LGW studiejaar 4 Compe tenties
Ontwerpen van een SBL 3 onderdeel van het SBL 5 leerplan (‘corporate SBL 6 curriculum’) tot op het niveau van een raamwerk, Ontwerp ter discussiestellen, verbetersuggesties en onderbouwing
Tentamens/ integrale toetsen • H erontwerp, inclusief analyse en verant- woording • Schematische weergave van het leerplan • Feedback uit de beroepspraktijk
• Onderzoeksverslag • F eedback beroeps- praktijk
B3-09 Professioneel hanteren van diversiteit bij het begeleiden van leren in groepen
• K ennisdeling op het symposium • Reflectieverslag over de eigen competentieontwikkeling
HAN | LGW
SBL 1 SBL 2 SBL 3 SBL 4 SBL 5 SLB 6 SBL 7
1,00
Voldaan Voldaan 7,5
D3-12 • Opzetten en uitvoeren SBL 5 Verbeteren van van praktijkonderzoek SBL 7 de kwaliteit van naar leer- en onderwijsleer- en opleiprocessen in de stage of dingsprocessen/ werkplek, gericht op praktijkonderzoek kwaliteitsverbetering van leer- en opleidingsprocessen • Ontwikkelen van een kritische en onderzoekende houding, onderbouwing van keuzes met veranderkundige en didactische argumenten • Stimuleren, ondersteu nen en bewaken van het leerproces van leer- lingen in groepen, met aandacht voor de indivi- duele verschillen in leerbehoeften • Aanvang van een eigen begeleidingsstijl • Omgaan met verschillende vormen van diversiteit • Signaleren van problemen en belemmeringen in het leerproces, benadering vanuit een visie van kansen en mogelijkheden • Pedagogische, didactische en vakinhoudelijke verantwoording van keuze van interventies
Stp Weging
1,00 Voldaan
Duur 9 wk
Beroepstaak/ OWE/Niveau
Leerinhoud
Compe tenties
E3-12 • Ontwikkelen van compe- Bevorderen van tenties en leervaardighe- de eigen profesden om een leven lang te sionele ontwikleren en het beroep te keling als leraar/ ontwikkelen opleider • Ontwikkeling en verdie ping van bekwaamheden, verantwoording van keuzes • Signaleren en analyseren van actuele ontwikkelingen in de samenleving, die van invloed zijn op het onderwijs en het leren in organisaties, en deze te beoordelen op relevantie voor de professionele identiteit • Inzichten op professionele wijze delen met beroepsgroep
SBL 1 SBL 2 SBL 3 SBL 4 SBL 5 SLB 6 SBL 7
Tentamens/ integrale toetsen
Stp Weging
• A bstract, een schriftelijke bijdrage voor het symposium • Integrale toets
0,50
0,50
15
22,5 0,50 0,50
15
HAN | LGW
33
Tips voor oriëntatie op de stage Stage op het VMBO Zorg & Welzijn Op de VMBO-afdeling Zorg en Welzijn wordt er gewerkt volgens de werkplekkenstructuur (WPS). Bij WPS gaat het om het zelf doen, zelf leren en zelf op onderzoek uitgaan. De taak van de docent is vooral begeleidend. Hij is een soort coach (procesbegeleider). De werkplekkenstructuur bestaat uit 6 verschillende werkplekken: Facilitaire dienstverlening Huishouding Leerassistenten Uiterlijke verzorging Welzijn Hulpverlening
4
Binnen al deze werkplekken worden verschillende praktijksituaties zoveel mogelijk nagebootst. Hierdoor oriënteer je je als leerling op alle werkvelden binnen zorg en welzijn. De leerlingen werken in groepen in een bepaald werkveld en zij doen alsof zij een bepaalde functie uitoefenen. Met behulp van verschillende opdrachten komt de leersituatie zoveel mogelijk overeen met de praktijk. WPS zorgt voor een meer uitdagende leeromgeving en integratie van theorie en praktijk. Hierbij wordt het zelfstandig leren en werken gestimuleerd. Leerwegen in de sector Zorg en Welzijn: BB = basisberoepsgericht (doorstroom naar niveau 2 MBO) KB = kaderberoepsgericht (doorstroom naar niveau 3 en 4 MBO) LWT = leerwerktraject (doorstroom naar niveau 2 MBO in dezelfde beroepsrichting) Niveau 1 Zorghulp (doorstroom naar niveau 2 MBO Helpende zorg)
Onderwijsmethoden: Edu4all:http://www.edu4all.nl/index.php/pit.html Traject: Ik zorg er wel voor Werken naar aantrekkelijk beroepsonderwijs WPS: http://edepot.wur.nl/117293
34
HAN | LGW
VMBO Dr. Aletta Jacobs college: http://www.aletta. nl/aletta/main.php?school_id=9&menu_ hor=560&menu_ver=792&pagina_id=268
Beroepsopleidingen ROC ROC Nijmegen: https://www.roc-nijmegen.nl/ student/opleidingen/beroepsopleidingen?task=do meinen&id=1-zorg-en-welzijn ROC Rijn IJssel Arnhem: http://jongeren.rijnijssel.nl/opleidingen/Sociaal%20&%20Gezondheid/ ROC A12: http://www.a12.nl/mbo%20opleidingen Gilde opleidingen Venlo: http://www.gildeopleidingen.nl/default.aspx?id=19 6&sc=4&taal=nl&mid=109
Beroepspraktijk Zorgacademie Radboud: https://www.radboudumc. nl/Onderwijs/Zorgacademie/ Zorgacademie Amarant: http://www.zorgacademie-mb.nl/ Leerhuis MC Heerlen: http://www.atriummc.nl/index.php?id=22440 Jeroen Bosch ziekenhuis Den Bosch: http://www. jeroenboschziekenhuis.nl/Publicaties/101653/ Onderwijs-en-Wetenschap-Jeroen-Bosch-Academie Rijnstate Arnhem: http://www.werkenbijrijnstate.nl/leren-en-werken De Waalboog Nijmegen e.o.: http://www.waalboog.nl/werken-en-leren
F ormulieren op Scholar De benodigde formulieren voor de stage worden ieder jaar bijgesteld, en zijn dan ook niet in de Stagehandleiding opgenomen. Ze zijn te vinden op Scholar. De volgende formulieren zijn hier te downloaden: Formulier Aanvraag stageplaats Stage-/Praktijkcontract Formulier Ontwikkelingsgericht Advies Stagebegeleider Formulier Stage-overzicht Ba-3 Formulier Stage-overzicht Ba-2
HAN | LGW
35