11.02.2008 RONDE TAFEL “SCREENING EN VROEGTIJDIGE DIAGNOSE” Deelnemers Filip Ameye (Belgian Association of Urology), Freddy Avni (Société Belge de Radiologie), Luc Bleyen (Consortium centra borstkankeropsporing Vlaanderen), Pieter Blondeel (FOD Volksgezondheid, DG Basisgezondheidszorg & Crisisbeheer), Geneviève Bruwier (Conseil national pour la promotion de la Qualité), Jean-Benoît Burrion (Brumammo), Marie-Eve Coelst (Consortium centra borstkankeropsporing Vlaanderen), Chris De Laet (Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg), Dirk Dewolf (Kabinet Vlaams Minister Steven van Ackere), Greet Haelterman (FOD Volksgezondheid, DG1 Dienst Acute, Chronische en Ouderenzorg), Piet Hinoul (Vlaamse Vereniging voor Obstetrie Gynaecologie), Pascale Jonckheer (Société scientifique de médecine générale), Fabienne Liebens (CHU SaintPierre, Bruxelles), Marc Peeters (Koninklijke Belgische Vereniging voor Gastroenterologie & UZ Gent), Leo Neels (Pharma.be), Paul Pardon (FOD Volksgezondheid, DG Basisgezondheidszorg & Crisisbeheer), Dominique Paulus (Centre fédéral d'Expertise des Soins de Santé), Johanne Schröder (Ministère de la Santé, Communauté germanophone), Philippe Simon (Groupement des Gynéco-obstétriciens), Gabie Thijs (Domus Medica), Bertrand Tombal (Belgian Association of Urology, WG Oncology), Liesbeth Van Eycken (Registre National du Cancer), Guido van Hal (Consortium centra borstkankeropsporing Vlaanderen), Guido Van Hal (Centrum voor Kankerpreventie), Erik Van Limbergen (Consortium centra borstkankeropsporing Vlaanderen), An Van Nieuwenhuyse (Wetenschappelijk Instituut voor de Volksgezondheid), Herman Van Oyen (Wetenschappelijk Instituut voor de Volksgezondheid), Charlene Vandenberghe (Pharma.be), Anne Vandenbroucke (Centre Communautaire de Référence pour le Dépistage du Cancer du Sein), Pieter Vandenbulcke (Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid, Dienst Preventie), Patrick Vankrunkelsven (Senator Open VLD), Johny Verschakelen (Société Belge de Radiologie), Geert Villeirs (Belgische Vereniging voor Radiologie) Behandelde thema’s -
Borstkanker: mammotest en/of senologische bilan, nood aan een grotere deelname aan de mammotest, leeftijdsgroep die toegang heeft tot de mammotest, risicogroepen, controle van kwaliteit van de apparatuur, noodzaak tot registratie, registratie van de pathologieën, bevolkingsgroepen met risico (genetische factor) leeftijdsbeperkingen mammotest.
-
Baarmoederhalskanker: noodzaak tot registratie met vermelding van de vaccinatie en de opsporing, periodiciteit van de opsporing, vaccinatie en leeftijdsgroepen, rol van de huisarts, correct gebruik van het colposcopisch onderzoek.
-
Colorectale kanker: gestructureerde benadering van het preventieve zorgtraject, meedelingsbenadering, proefexperimenten uitgevoerd door de Gemeenschappen, terugbetaling door het RIZIV, ontbreken van een universele test, opsporen van poliepen.
-
Prostaatkanker: opvolging van de gegevens via het Kankerregister, ondersteuning voor de minimale invasie benadering, PSA-testen en spectroscopie.
-
Longkanker: antitabakcampagne veeleer dan vroegtijdige opsporing, Nelsonproject.
-
Erfelijke vormen van kanker: beroep doen op een centrum voor menselijke genetica.
Meer algemeen: de gegevens van het Kankerregister uitbreiden, toegang van de actoren tot de informatiesystemen, sociale gelijkheid inzake de toegankelijkheid, nadruk op de Europese richtlijnen, stimuleren van het onderzoek, wetenschappelijke benadering, rol van de huisarts, opleiding. 1. BORSTKANKER - De problematiek aanpakken van het onterecht als screening gebruiken van de diagnostische mammografie met echografie: -
leidt tot gebrek aan registratie, evaluatie, kwaliteit (geen tweede lezing, geen apparatuurcontrole); financiële sturing door de terugbetaling, veeleer dan gratis.
Opmerkingen: - Screeningsmammografie wordt sneller gelezen dan de diagnostische mammografie die meer gehonoreerd wordt maar meer tijd vraagt; - Nivellering van de prijs is niet de oplossing.
- Noodzaak van de registratie van de klacht (bij diagnostische mammografie). -
Sensibiliseren van de artsen én de ook handelen vanuit een zekere gewoonte.
aanvragende
patiënten
die
beide
- Responsabiliseren van de artsen is belangrijk. - Informeren en sensibiliseren van de radiologen is belangrijk. - Het is opportuun om de participatiegraad verhogen door communicatie en informatie: - op een correcte en betrouwbare manier; - op een aanvaardbare manier (niet screeningsweigering).
dreigen
met
financiële
maatregelen
bij
- Angst voor het onderzoek, pijn en de mogelijke diagnose houdt patiënten tegen. Het is nodig om minder de nadruk te leggen op het meedelen van het risico. - Deelname moet worden ervaren als een sociaal gebeuren. Het verband met kanker is secundair. Positief gedrag benadrukken, levert vruchten op. - Het is opportuun om onderzoek voeren (ev. enquêteren van patiënten) naar: - waarom neemt men niet deel aan de screening? - waarom laat men zich, na initiële deelname,
niet
verder
screenen?
- Oprichting van borstklinieken met strenge kwaliteitscriteria is een goede zaak, maar: - Regels in KB Demotte zijn te streng voor sommigen (strenger dan EU-richtlijnen, Eusoma): als gevolg hiervan zullen slechts 17 borstcentra gerealiseerd zijn.
- Risico dat patiënt onderbehandeld wordt. - Nood aan gemeenschappelijk standpunt leeftijdsgroep: -
evidence based, EU Guidelines: screenen tussen 50 en 69 jaar; met individuele uitzonderingen, in functie van de medische parameters.
- Onderzoek naar de jaarlijkse stijging van borstkanker is nodig. - Aandacht voor stralingsrisico is nodig. - Het gebruik van NMR is beperkt door gebrek aan artsen en technici. - Oproepsysteem tot screening kan verlammend werken op het aanmoedigen van patiënten door huisarts of de gynaecoloog die ervan uitgaat dat de patiënt toch wordt opgeroepen. - De oprichting borstpathologieregister preventieprogramma’s is opportuun.
ter
ondersteuning
en
evaluatie
van
de
- Erfelijk belaste patiënten intensief opvolgen, surveillance (internationale aanbevelingen, technische onderzoeken, commissie voor specialisten). 2. BAARMOEDERHALSKANKER - Preventiedomein bij uitstek. Vaststelling van praecancereuze letsels op zeer efficiënte manier, weinig belastend voor de patiënt, met maximale kans op volledige genezing. - Nood aan een nationaal register en een georganiseerd programma: -
die zorgt voor een koppeling tussen vaccinatie, screening en registratie; screening optimaliseren: internationale aanbeveling tot screening om de 3 jaar wordt in België niet toegepast; doelgroepen bepalen; met call/recall systeem; complementaire rol van vaccinatie (vb. via leeftijdscohorten). Opportuniteit om te streven naar de terugbetaling van het HPV-vaccin.
- Er is een financiële ondersteuning nodig van een medisch dossier bij de huisarts, dat rekening houdt met: - opvolgen correct interval tussen de screenings; - het bevorderen van het screenen van de doelgroep. - Nastreven terugbetaling HPV-vaccin. -
bij ASCUS en lichte dysplasie; andere prelevementen ev. gebruiken voor onderzoek met andere financieringsbron.
- Correct gebruik van de colposcopie is belangrijk.
3. COLORECTALE KANKER - Nood aan preventief zorgtraject met gestructureerde en georganiseerde aanpak. Lessen trekken uit problemen met borstscreening. - Het is de taak van de overheid om onderzoek in de verschillende fasen van het programma te stimuleren en in het algemeen te zorgen voor financiële middelen. - Streven naar gelijkheid tussen de gemeenschappen; de publieke opinie benaderen met één globale boodschap. - Screening is nuttig. Focussen op premaligne letsel. - Belang van de rol van de huisarts om te waken over verdere follow-up van de colonoscopie - Het is opportuun om de terugbetaling van de colonoscopie te bespreken met het RIZIV. - FOBT-test: -
benefit op overleving; onvoldoende sensitiviteit en specificiteit
- Methodologie voor het opsporen van poliepen. - Gebrek aan universele test voor screening. 4. PROSTAATKANKER - Coördinatie tussen de Gemeenschappen door de Federale Overheid. - Gegevensopvolging via het kankerregister. - Financiële ondersteuning van minimaal invasieve aanpak is opportuun. - PSA controle: -
goede communicatie met huisartsen om overconsumptie te vermijden; terugbetaling voorlopig behouden in afwachting van betere resultaten en/of middelen; zo nodig aanvullen met MR-spectroscopie (ev. surveillanceprogramma).
5. LONGKANKER - Momenteel beter investeren in antirookcampagnes dan in vroegtijdige detectie (Nelsonproject bij risicopersonen). - Aandacht voor stralingsrisico (vb. slecht scannergebruik voor kankerdetectie).
6. ERFELIJKE VORMEN VAN KANKER - Doorverwijzen naar centrum voor menselijke erfelijkheid is opportuun. - Vereist een andere aanpak dan screening. 7. ALGEMENE AANBEVELINGEN - Kankerregister uitbreiden met cytologische, histologische en virologische gegevens en zorgen voor financiering. - Toegang geven tot de informatiesystemen aan de verschillende actoren die met kanker bezig zijn. Informatie responsabiliseert op termijn. - Verplichte registratie van HPV-vaccinatie. - “Meten is weten”. Registratie. Georganiseerde programma’s. Duidelijkheid scheppen in wat we doen en aantonen waar we moeten ingrijpen. - Uitwerken van een call/recallsysteem. - Streven naar sociale gelijkheid in de toegankelijkheid. Bij bijvoorbeeld borstscreening lijkt de sociale ongelijkheid toe te nemen. - Niet alle kankers tezamen beschouwen: - enerzijds: screening borst-, cervix- en darmkanker; - anderzijds: andere kankers. Hergroeperen; - zorgen voor goede communicatie naar de bevolking toe. Sensibiliseren. Gerichte acties. - Focussen op de EU-richtlijnen. - Inspelen op opleiding huisartsen en specialisten (“superspecialisten”). - Stimuleren van het onderzoek in de verschillende fasen van een screeningsprogramma door de Federale Overheid. Voldoende evaluatie, feedback in proefprojecten. Verdere stappen goed overleggen. - Belang van onderzoek, ontwikkeling van diagnostische testen, klinische studies. - Problematiek van de verschillende strategieën op Franstalig en Vlaams niveau. - Hetgeen wetenschappelijk goed onderbouwd is, meer en beter uitvoeren (i.p.v. altijd van alles meer te doen) - Sturing door de Federale Overheid vb.: -
correcte terugbetaling van cervixscreening (ev. gratis); de arts een zekere vergoeding geven bij het bereiken van een doelstelling (“target payment”).
- Aandacht voor mensen die niet of niet meer gescreend worden (erfelijk risico, leeftijd). - Goedkeuring van het KB inzake erkenning anatomopathologen; deelname aan registratie. - Erkenning oncologie (orgaanspecificatie). - Softwarematige ondersteuning van huisartsen en gynaecologen. - Centrale rol huisarts in de opvang van patiënten met positieve screening. - Belang van “informed consent” bij screening. - Wens tot frequente opvolgvergaderingen met feedback om een verdere gezamenlijke, constructieve aanpak op dezelfde golflengte te verzekeren. Belang van goede verstandhouding.