Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland juni 2012
Gemeenten: Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Purmerend, Waterland, Wormerland, Oostzaan, Zaanstad en Zeevang
Inhoud 1
Samenvatting
2
Inleiding
10
3
Beschrijving van de regio
11
4
Stand van zaken regionale samenwerking
13
5
Analyse van maatschappelijke vraagstukken, knelpunten en prioriteiten
14
6
Indeling vraagstukken en prioriteiten naar de drie speerpunten van de RSA
17
7
Draagvlak, communicatie en besluitvorming over uitvoering
22
8
Planning van de uitvoering
22
Bijlage 1
2
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
5
17
Gemeente Beemster
Gemeente Edam-Volendam
3
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Gemeente Landsmeer
Gemeente Purmerend
4
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
1 Samenvatting In deze eerste Regionale Sociale Agenda (RSA) van Zaanstreek-Waterland geven de negen gemeenten aan welke onderwerpen in het sociale domein zij agenderen voor de periode 2012 – 2015. Hoewel de gemeenten al langere tijd in regioverband met elkaar samenwerken, hebben zij elkaar meer dan ooit nodig om de grote nieuwe opdrachten in het sociale domein adequaat op te pakken en uit te voeren. De AWBZ-begeleiding, de jeugdzorg en de Wet werken naar vermogen brengen gemeenten, maatschappelijke organisaties, zorgaanbieders, vrijwilligersorganisaties, mantelzorgers, eigenlijk alle burgers in een andere positie ten opzichte van elkaar. Met de term 'de Kanteling', inmiddels gemeengoed in overheidsland, maar daarbuiten betekenisloos, doelt de gemeente op een cultuuromslag in de zorg- en welzijnssector, en eigenlijk in het gehele sociale domein. Niet de overheid zorgt primair voor de burger, de burgers zorgen primair voor elkaar. Van zorgplicht naar zorgbehoefte…. Het compensatiebeginsel in de Wmo geldt pas als de burger er zelf, en ook niet met steun van anderen in zijn omgeving uitkomt. Hoe die omslag te organiseren is de grote uitdaging die de gemeenten in Zaanstreek-Waterland in deze RSA centraal stellen. Hierbij trekken zij samen op. De agenda is dan ook gericht op:
concrete projecten die gezamenlijk, dus door alle gemeenten, opgezet en uitgevoerd worden met een regionale insteek uitgaand van grotere zelfverantwoordelijkheid van burgers en organisaties
die organisaties klaar stoomt om eigen kracht van burgers aan te boren
die efficiency bevordert
die samenwerking tussen gemeenten, met bewoners en met maatschappelijke instellingen bevordert
en die gericht is op experiment, onderzoek (innovatie/ leren) en implementatie (toepassing) opdat daarmee de kwaliteit van leven in de regio toeneemt.
De regio Zaanstreek-Waterland heeft drie prioriteiten benoemd voor de periode 2012 – 2015: 1 Focus op de Kanteling Alle gemeenten in de regio onderkennen het belang van de Kanteling, en meer in het bijzonder daarbij het accent op de eigen kracht en de eigen verantwoordelijkheid van burgers om een bijdrage te leveren aan de participatie van een ieder aan de samenleving. Maar hoe communiceren we hierover richting burgers? Gemeenten willen hierin de krachten bundelen om een 'burgergerichte' campagne te ontwikkelen opdat een ieder straks weet wat van hem wordt verwacht. 2 Innovatie van methodieken en voorzieningen Alle gemeenten zijn op zoek naar nieuwe manieren om sociale professionals én voorzieningen in te zetten volgens de uitgangspunten van Welzijn Nieuwe Stijl én met het oog op de drie decentralisaties. Zaanstad en Purmerend experimenteren hierbij met een innovatieve aanpak ('Hemelse Modder' en 'Met lef en vertrouwen') die wordt gekenmerkt door meer generalisme (inclusief relatie met armoedebeleid en sociale zaken), outreachend werken, aanboren van eigen kracht en netwerken in de buurt, één gezin – één hulpverlener, en een integrale aanpak van
5
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
meerdere problemen. De gemeenten met kleinere omvang en met name de gemeenten met dorpskernen gaan uit van dezelfde basisprincipes (dichtbij de burger, eigen kracht, lokale netwerken, meer generalisme, integrale benadering) maar hebben een ander schaalniveau. Zij zoeken de oplossing in de mogelijkheid om sociale professionals ondersteunend te laten zijn aan bewoners, vrijwilligers en mantelzorgers en om dorpshuizen een vitale functie te geven (leefbaarheid, cohesie, hulp en steun). 3 Versterken regionale uitvoeringskracht Deze prioriteit is in feite randvoorwaardelijk aan de eerste twee. Het richt zich op het brede sociale beleid (zorg, welzijn, jeugd) en daarmee op deze sociale agenda. Het doorsnijdt daarmee ook de drie provinciale speerpunten: Wmo, Wonen, zorg en voorzieningen en Vitaal platteland. Een aantal inhoudelijke noties kan direct een opmaat zijn om het regionale overleg te benutten voor concrete samenwerking, afspraken en eventuele gezamenlijke uitvoering. Samenwerking bij het vormgeven van de transities en bij de uitvoering ervan kan leiden tot een meer afgewogen en efficiënt lokaal beleid. De provincie Noord-Holland heeft vanuit haar rol als ondersteuner bij bovenlokale, regionale vraagstukken in het sociale domein de totstandkoming van deze RSA gefaciliteerd. De regiogemeenten van Zaanstreek-Waterland slaan in de periode juni – augustus 2012 de handen ineen om op basis van deze agenda een subsidieaanvraag te doen voor de uitvoering van een aantal regionale projecten.
6
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Over-gemeenten (gemeenten Wormerland en Oostzaan)
Gemeente Waterland
7
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Gemeente Zaanstad
8
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Gemeente Zeevang
9
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
2 Inleiding De gemeenten in de regio Zaanstreek-Waterland werken op het gebied van sociaal beleid al langere tijd samen. Juist dit beleidsterrein is sterk in beweging. Na de invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) van enkele jaren geleden, staan de gemeenten voor de omvangrijke opgave om nieuwe doelgroepen te bedienen. De gemeenten treffen elk de voorbereidingen om de decentralisatie van de AWBZ-begeleidingsfunctie, de transitie van de jeugdzorg en de Wet werken naar vermogen op adequate wijze op te pakken. De gemeenten in Zaanstreek-Waterland willen hiervoor de handen ineenslaan en bezien op welke punten zij elkaar kunnen bijstaan. Ook de provincie Noord-Holland heeft zich georiënteerd op een nieuwe rol in het sociale domein. Met het beleidskader Provinciale Sociale Agenda 2012-2015 introduceert zij deze nieuwe rol en werkwijze op het gebied van Zorg en Welzijn: de provincie concentreert zich op bovenlokale vraagstukken via een regionale benadering met de gemeenten als belangrijkste partner. De komende jaren staan drie centrale beleidsthema’s centraal: •
Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
•
Wonen, Zorg en Voorzieningen.
•
Vitaal Platteland.
De Provincie Noord-Holland heeft in nauw overleg met de bestuurders in de regio's gekozen voor de Regionale Sociale Agenda als instrument om het regionale en bovenlokale beleid op deze thema's een impuls te geven. Binnen deze thema’s krijgen Mantelzorg en Vrijwilligers extra aandacht, gezien de druk die op hen wordt gelegd, de inspanningen die van hen gevraagd worden, het belang dat zij hebben bij een toekomstbestendige zorg- en ondersteuningsstructuur, hun bijdrage aan sociale cohesie, leefbaarheid en vitaliteit. Juist bij dit thema zullen de instellingen die het dichtst bij de vrijwilligers en mantelzorgers staan betrokken worden omdat zij het meeste kennis en ervaring hebben in het betrekken, ondersteunen en stimuleren van vrijwillige inzet. DSP-groep is gevraagd om de procesbegeleiding bij het tot stand komen van de RSA ZaanstreekWaterland te verzorgen. De gemeente Zaanstad heeft zich bereid gevonden om de trekkersrol voor haar rekening te nemen. Deze eerste RSA Zaanstreek-Waterland geeft het kader dat ten grondslag zal liggen aan de projectplannen die in de zomer van 2012 door de gemeenten worden uitgewerkt. De projectplannen worden door middel van een subsidieaanvraag voorgelegd aan de provincie Noord-Holland. Zowel bestuurlijk als ambtelijk bestaat er grote mate van consensus over deze voorliggende RSA. Formeel gezien beslaat de looptijd van deze RSA de periode 2012 – 2015. De gemeenten in de regio benadrukken tegelijkertijd dat deze agenda geen statisch document is, maar jaarlijks zal
10
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
worden bijgesteld op basis van de ervaringen in de uitvoering en de veranderingen die zich in het beleid kunnen voordoen.
3 Beschrijving van de regio De regio Zaanstreek-Waterland bestaat uit de gemeenten Zaanstad, Purmerend, Zeevang, EdamVolendam, Beemster, Waterland, Landsmeer, Wormerland en Oostzaan. De laatste twee hebben een samengevoegde werkorganisatie: 'Over-gemeenten'. Het gebied heeft zowel een landelijk als stedelijk profiel. Zo staat polder De Beemster op de werelderfgoedlijst. Het land rondom Zaanstad en Purmerend raakt snel verstedelijkt door de oprukkende Randstad. De Zaanse Schans, EdamVolendam, Monnickendam en het eiland Marken zijn belangrijke toeristische attracties.
Het gemengde stedelijke en landelijke karakter van het gebied geeft grote verschillen in bevolkingssamenstelling en -dichtheid tussen de gemeenten. De regio heeft ruim 320.000 inwoners. Naar leeftijd en geslacht komt de samenstelling overeen met het gemiddelde in Nederland. Wel zijn er in Zaanstreek-Waterland minder 20-35 jarigen en relatief meer 40 – 55
11
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
jarigen. Met uitzondering van Zaanstad en Purmerend zijn in de regio relatief weinig allochtonen woonachtig. De verwachte bevolkingsgroei tot 2030 in de regio bedraagt 5%. Tabel 1 laat zien dat voor sommige gemeenten sprake is van afname, terwijl voor andere gemeenten een groei wordt verwacht. Het aandeel 65-plussers groeit van 15% naar 24%. Gemeenten die met een afname van het aantal inwoners te maken krijgen zijn Landsmeer, Waterland en Zeevang. De grootste toename vindt naar verwachting plaats in Edam-Volendam en Zaanstad. Tabel 3.1
Bevolkingsaantal, bevolkingsdichtheid en bevolkingsprognose Aantal inwoners
Aantal inwoners
Prognose aantal
Bevolkingsgroei
1 januari 2010
2
inwoners 2030
%
8.584
122
9.082
5,8
Edam-Volendam
28.506
1.750
30.596
7,3
Landsmeer
10.233
454
10.097
-1,3
9.149
793
9.169
0,2
Purmerend
79.038
3.371
81.727
3,4
Waterland
17.057
327
16.498
-3.3
Wormerland
15.862
409
16.540
4,3
Zaanstad
145.332
1.968
155.166
6,8
Zeevang
6.307
166
6.135
-2,7
320.068
1.030
335.010
4,7
16.547.989
491
17.400.000
5,0
Beemster
Oostzaan
Zaanstreek-Waterland Nederland
per km
Bron: CBS-Statline, Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland 2011
De groene druk is de verhouding tussen het aantal personen van 0 – 20 jaar ten opzichte van personen in de zogenaamde 'productieve leeftijdsgeroep' van 20 – 65 jaar. De grijze druk is de verhouding tussen het aantal personen van 65 jaar en ouder ten opzichte van de 'productieve leeftijdsgeroep'. Tabel 2 laat zien hoe het in peiljaar 2010 is gesteld met deze twee vormen van druk in de gemeenten van regio Zaanstreek –Waterland.
Tabel 3.2
12
Bevolkingsaantal, bevolkingsdichtheid en bevolkingsprognose op 1 januari 2010 0-19 jaar
20-64 jaar
65+
Groene druk
Grijze druk
(%)
(%)
(%)
(%)
(%)
Beemster
24
58
17
42
30
Edam-Volendam
26
60
14
43
23
Landsmeer
23
59
18
39
30
Oostzaan
25
59
16
43
28
Purmerend
24
61
15
39
24
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Waterland
24
59
18
40
30
Wormerland
25
58
18
43
31
Zaanstad
24
61
15
39
25
Zeevang
26
59
15
44
25
Zaanstreek-Waterland
24
59
16
41
27
Nederland
24
61
15
39
25
Bron: CBS-Statline
De jongste bevolking is te vinden in Zeevang en Edam-Volendam. In Landsmeer, Waterland en Wormerland is de bevolking relatief het oudst. Zaanstad, Beemster en Purmerend komen wat dat betreft ongeveer uit op het gemiddelde in Nederland. Alle gemeenten in de regio krijgen te maken met verdergaande vergrijzing. De gemeenten met de hoogste grijze druk vergrijzen het sterkst (meer ouderen én oudere ouderen). Dit zijn voornamelijk de plattelandsgemeenten. Opleidingsniveau Het opleidingsniveau bepaalt in hoge mate de kansen van mensen in de maatschappij. Het percentage laagopgeleiden in de regio bedraagt 31% ten opzichte van het landelijke gemiddelde van 33%. Het aandeel varieert naar gemeente. Edam-Volendam heeft de meeste laagopgeleiden, Waterland, Wormerland en Beemster de minste. De jeugdwerkloosheid is het hoogst in Purmerend, Zaanstad en Landsmeer. Het hoogste percentage achterstandsleerlingen is eveneens te vinden in Zaanstad en Purmerend, en ook in Edam-Volendam. De twee grootste gemeenten hebben het hoogste percentage vroegtijdige schoolverlaters. Inkomen Mensen met een hoog inkomen leven ongeveer veertien jaar langer in goede gezondheid, en gemeten naar opleiding loopt dat verschil zelfs op naar 17 jaar. In Beemster (39%) en Zaanstad (39%) is het percentage huishoudens met een laag besteedbaar inkomen het hoogst. Wel liggen beide nog onder het landelijk gemiddelde van 40%. Overigens is er weinig variatie in sociaaleconomische status in Zaanstreek-Waterland. De ses-score is voornamelijk gemiddeld.
4 Stand van zaken regionale samenwerking De gemeenten in Zaanstreek-Waterland werken inmiddels langere tijd op uiteenlopende gebieden samen, zowel op bestuurlijk als ambtelijk niveau. Deze samenwerking heeft zowel betrekking op regionale afstemming als op intergemeentelijk niveau. Zo hebben de gemeenten Wormerland en Oostzaan één ambtelijke backoffice (Over-gemeenten) en zoeken verschillende gemeenten in de regio naar intensievere vormen van samenwerking met elkaar.
13
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Het bestuurlijk overleg wordt inhoudelijk over twee beleidsterreinen gevoerd: de sociale sector (Wmo) en de fysieke sector. Via het bestuurlijk overleg en ambtelijk overleg wordt beleid onderling afgestemd. De bestuurders in de regio zitten zeker niet verlegen om méér overleg. Integendeel: het zou goed zijn als het ambtelijk overleg meer gebundeld plaats heeft, ter voorbereiding op het bestuurlijke Wmo-overleg. Momenteel zijn er verschillende ambtelijke overleggroepen waar (nagenoeg) elke gemeente in is vertegenwoordigd, namelijk:
transitie AWBZ-begeleiding
transitie jeugdzorg
transitie Wet werken naar vermogen
jeugdzorg
individuele voorzieningen Wmo
maatschappelijke opvang
platform OGGZ
volksgezondheid (waaronder AB GGD)
sociale werkvoorziening Zaanstreek-Waterland (Baanstede)
Het zijn, zeker voor de kleinere gemeenten, veelal dezelfde ambtenaren die deze overleggen bijwonen. Bestuurlijk en ook ambtelijk is het streven om het ambtelijk overleg te bundelen, bijvoorbeeld tot één voorbereidend ambtelijk overleg voor het daarop volgende portefeuillehoudersoverleg. Geopperd is ook om de regionale afstemming en uitwisseling hierin te benadrukken. De RSA zou daarin richtinggevend kunnen zijn. Binnen de regio zijn diverse regionaal werkende organisaties actief. Het gaat om zorg- en welzijnsorganisaties, woningcorporaties, de veiligheidsregio, maar ook maatschappelijke organisaties zoals de GGD. Gestreefd wordt naar een efficiënte uitvoering door regionale samenwerking, met ruimte voor de lokale kleur en daarmee aansluiting op de lokale samenleving.
5 Analyse van maatschappelijke vraagstukken, knelpunten en prioriteiten Sociaal beleid De reikwijdte van de RSA is bepaald door het beleidskader provinciale sociale agenda 2012 – 2015 van de provincie Noord-Holland. Hierin zijn drie speerpunten benoemd:
Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)
Wonen, zorg en voorzieningen
Vitaal platteland.
Tegen deze algemene achtergrond ligt het voor de hand dat gemeenten vraagstukken en knelpunten naar voren hebben gebracht die het gehele sociale domein omvatten. In bijlage 2 is de
14
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
actuele stand van zaken rond het sociale beleid van de gemeenten in Zaanstreek-waterland opgenomen. Leidend daarin is de opgave waar alle gemeenten voor staan: de drie transities, te weten de decentralisatie van de AWBZ-begeleiding naar de Wmo, de decentralisatie van de jeugdzorg en de Wet werken naar vermogen. Alle gemeenten treffen hiertoe binnen hun mogelijkheden de voorbereidingen en zoeken daarbij vooral naar één conceptueel kader (samenhang) en schaalvoordeel (samenwerking, afstemming). Regionale samenwerking ligt dan ook voor de hand. Gemeenten vinden bij de voorbereidingen rond deze transities houvast bij de uitgangspunten van Welzijn Nieuwe Stijl en de Kanteling. Hierover is inmiddels veel gezegd en geschreven. In de kern staan drie grote uitdagingen centraal waarvan feitelijk, in de praktijk, nog weinig gerealiseerd is of waarnaar al evaluatief onderzoek is gedaan. Het gaat dan vooral om 'hoe-vragen', de watuitgangspunten lijken op veel consensus te kunnen rekenen. Door de val van het kabinet Rutte is er overigens onzekerheid onder de gemeenten over de planning van de transities. De Kanteling Hoe bevorderen we de Kanteling? Oftewel, hoe zorgen we ervoor dat bewoners hun 'eigen kracht' benutten, elkaar ondersteunen en hiervoor een netwerk van contacten in stelling brengen, vrijwilligers en mantelzorgers optimaal worden ingezet, en bewoners eerst gebruik maken van welzijnsvoorzieningen en collectieve arrangementen? Wat is daarvoor nodig? Hoe bereiken we die omslag? Wat moeten gemeenten hiervoor doen? Deze vragen hebben voornamelijk betrekking op draagvlak onder bewoners, communicatie met bewoners en goede informatievoorziening. Methodiek en uitvoering Hoe zetten we gebiedsgerichte teams en voorzieningen op die passend zijn bij de Wmo en de voorgenomen transities? Om tegemoet te komen aan de uitgangspunten (bakens) van Welzijn Nieuwe Stijl is extra aandacht nodig voor de uitvoering van dit beleid: meer gebiedsgericht, dichter bij de (kracht van de) burger, laagdrempeliger en sterker activerend. Hoe organiseer je dat? Hoe slecht je de grenzen tussen zorg en welzijn? Hoe verlaag je de bureaucratie en kom je tot één sociale professional per huishouden als aanspreekpunt? Hoe houd je de leefbaarheid op dorpsniveau op peil bij toenemende vergrijzing? Dit zijn grotendeels organisatievraagstukken op uitvoerend niveau. De gemeente Purmerend experimenteert hier al mee in het regionale pilotproject 'Met lef en vertrouwen'. Ook Zaanstad zoekt in het project 'Hemelse Modder' naar innovatieve manieren om hier invulling aan te geven.
Intermezzo 'Hemelse Modder'
De gemeente Zaanstad is in november 2011 gestart met het actieonderzoek Hemelse Modder. In dit actieonderzoek stelt de gemeente zichzelf de vraag hoe de drie decentralisaties (Werk & Inkomen, Awbz/Wmo en Jeugdzorg) kunnen worden aangegrepen om de kwaliteit van ondersteuning aan inwoners te verbeteren. Om die vraag te beantwoorden gaat zij te rade bij een aantal huishoudens die op dit moment, maar ook in het verleden, op diverse manieren ondersteuning ontvangen. Bijvoorbeeld mensen die
15
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
inkomensondersteuning en budgethulp krijgen, of opvoedondersteuning en psychische begeleiding. Of mensen die hulp krijgen bij het zoeken naar werk en medische bijstand.
Tot nu toe heeft Zaanstad met ongeveer de helft van de gezinnen in kaart gebracht wat zij als oplossing zien voor de problemen waar ze tegen aanlopen. Wat de gemeente daar nu al van heeft geleerd is dat deze mensen vooral oplossingen formuleren die hen in staat stellen om zelf voor een groot deel de rest van hun problemen op te lossen. Een gezin dat in korte tijd veel emotionele klappen te verwerken heeft gekregen en dat ook moeite heeft om het huishoudboekje sluitend te krijgen, heeft er bijvoorbeeld baat bij dat zij snel ondersteuning krijgen bij hun financiën.
Alle mensen die we met Hemelse Modder tegenkomen willen het zelf doen. En ze willen meedoen. En dat kunnen ze vaak ook. Ze doen pas een beroep op zorg, als ze tegen de grenzen aanlopen van wat ze zelf kunnen. En dan hebben ze ook echt ondersteuning nodig. Die ondersteuning bestaat lang niet altijd uit een voorziening. De gezinnen duidelijkheid geven over kansen en processen is vaak al genoeg om hen verder te helpen. Of meedenken over welke alternatieve wegen iemand zelf zou kunnen bewandelen om een oplossing te vinden.
Maar wat de gemeente Zaanstad tot nu toe vooral merkt, is dat de oplossingen die mensen zelf aandragen voor datgene waar ze last van hebben, vaak verrassend simpel zijn. En relatief goedkoop. Bovendien spelen mensen in die oplossingen altijd zelf een belangrijke rol. Het actieonderzoek Hemelse Modder loopt nog tot augustus van dit jaar. Dan heeft de gemeente alle oplossingen die nodig zijn voor de huishoudens op een rij. En heeft zij de meeste oplossingen in de steigers gezet om uit te voeren in de praktijk. Op basis van de ervaringen daarmee formuleert de gemeente uitgangspunten voor de manier waarop zij ondersteuning wil bieden in Zaanstad in de toekomst. Dat zijn uitgangspunten die gaan over zorginhoudelijke kwesties, over toegang, opdrachtgeverschap en opdrachtnemersschap, over verantwoording, professionalisering en samenhang en samenwerking.
De meeste andere gemeenten zijn vooral op zoek naar manieren om de rol van informele zorg en vrijwilligers te vergroten en daarnaast ook naar concepten om de kleine kernen leefbaar te houden (dorpshuizen, inloopvoorzieningen). Bundeling en samenwerking Welke voorzieningen en diensten komen in aanmerking voor (regionale of intergemeentelijke) samenwerking? Oftewel, welke terreinen lenen zich voor samenwerking, een grotere doelmatigheid of meer kwaliteit? Hoe bereiken we die samenwerking en waar zou die kunnen uitmonden in een gezamenlijke uitvoeringsstrategie? Denk hierbij aan, bijvoorbeeld, gezamenlijke aanbesteding, of een gezamenlijk aanbod van zorg- en welzijnsvoorzieningen. De gemeenten in Zaanstreek-Waterland zien zich elk gesteld voor dezelfde opgave: hoe dragen wij er zorg voor om ten tijde van zware bezuinigingen een grotere verantwoordelijkheid te dragen voor inwoners die aangewezen zijn op hulp en steun? Deze grote opgave speelt zich af in een veranderend speelveld, waarbij de relaties tussen overheid, maatschappelijk middenveld en burgers sterker uit elkaar worden getrokken. Gemeenten zijn daarbij binnen de wettelijke (Wmo)
16
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
kaders beleidsbepalend en sturend (regie, opdrachtgeverschap), het maatschappelijk middenveld van zorg- en welzijnsaanbieders voert uit, en burgers zijn niet langer klant, consument en volgend, maar veeleer coproducent, vrijwilliger en zelf verantwoordelijk voor het eigen welzijn en geluk, als ook van dat van een ander. Hoe zorgen we als overheid voor die omslag? Hoe kunnen we daar als gemeenten binnen de regio Zaanstreek-Waterland elkaar in bijstaan met een zo groot mogelijk maatschappelijk effect?
6 Indeling vraagstukken en prioriteiten naar de drie speerpunten van de RSA Op grond van het voorgaande kan het overkoepelende thema voor de Regionale Sociale Agenda Zaanstreek-Waterland als volgt samengevat worden:
De regionale sociale agenda van Zaanstreek-Waterland is gericht op: - concrete projecten die gezamenlijk, dus in principe door alle gemeenten, opgezet en uitgevoerd kunnen worden -
met een regionale insteek
-
uitgaand van grotere zelfverantwoordelijkheid van burgers en organisaties
-
die organisaties klaar stoomt om eigen kracht van burgers aan te boren
-
die efficiency bevordert
-
die samenwerking tussen gemeenten, met bewoners en met maatschappelijke instellingen bevordert
-
en die gericht is op experiment, onderzoek (innovatie/ leren) en implementatie (toepassing)
opdat daarmee de kwaliteit van leven in de regio toeneemt.
In twee sessies hebben de gemeenten in de regio actuele beleidsthema's benoemd en geprioriteerd. Daarnaast heeft de procesbegeleider samen met een vertegenwoordiger van de provincie Nood-Holland een bezoek gebracht aan alle gemeenten zodat de thema's ook konden worden uitgediept en toegelicht. Onderverdeeld naar de drie provinciale speerpunten van sociaal beleid zijn de majeure thema's en onderwerpen die de gemeenten hebben voorgesteld hieronder gerangschikt. Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) De kaders die de provincie Noord-Holland hierbij stelt zijn de implementatie en de kanteling van de Wmo, de realisatie van nieuwe zorg- en welzijnstaken en het stimuleren van bovenlokale samenwerking. Thema's die door meerdere gemeenten genoemd zijn en direct betrekking hebben op de Wmo zijn:
17
Versterken collectieve voorzieningen met het oog op de drie decentralisaties
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Kennis- en expertise-uitwisseling aandachtswijken
Campagne ontwikkelen om eigen kracht/ kanteling/ wederkerigheid bij alle burgers bekend te maken, en daaraan gekoppeld: hoe versterk je eigen kracht en wederkerigheid (zoals bij de inzet van studenten die iets terug doen in de wijk voor een betaalbare woning). Oftewel: hoe versterk je het besef van eigen verantwoordelijkheid, juist ook dat van de 'gezonde burger'?
Rol van zorgverzekeraars bij het versterken van de 0e en 1e lijnvoorzieningen (bijvoorbeeld bij het inzetten van wijkverpleegkundigen en huishoudelijke verzorging)
Huidige opdrachten jeugdzorg afstemmen op regionale schaalniveau (transitie jeugdzorg met nieuwe rol voor de regio)
Keukentafelgesprekken uitbreiden naar de jeugdzorg
Matchpoint: 1 gezin 1 casemanager bij multiprobleemgezinnen via het CJG (digitaal, fysiek, casebesprekingen)
Samenwerking versterken tussen gemeente, de zorgsector en vrijwilligers/ mantelzorgers
Ontwikkelen van kwaliteitsbeleid en daaraan verbonden instrumentarium voor de (AWBZ) begeleidingsfunctie in de Wmo (klanttevredenheid)
Regionale rol ontwikkelen voor centrale toegang van zorgwekkende zorgmijders, OGGZen GGZ-klanten
Verkennen van de mogelijkheden om maatschappelijke stages te benutten voor zorg en welzijn (mede in het licht van eigen kracht).
Wonen, zorg en voorzieningen Centraal gaat het hierbij om het bieden van een passend huis in een aangename omgeving met voldoende zorg en dienstverlening in de buurt , of anderszins bereikbaar, en met de mogelijkheid om sociale netwerken te onderhouden voor mensen met beperkingen. Thema's die door meerdere gemeenten naar voren zijn gebracht en betrekking hebben op 'wonen, zorg en voorzieningen' zijn:
Ontwikkelen woonzorgvisie (domotica/ eenzaamheidsbestrijding)
Verkenning van gemaksdiensten, buurthulpcentrales
Digitale zorg/ domotica (o.a. e-health)
Verkennen van mogelijkheden voor hulp in de buurt (kleinschalige klussen, wonen+)
Opplussen van woningen en levensloop bestendig wonen: verkennen van ieders rol daarin, te weten burgers, corporaties, gemeente
Uitbreiding van sociale alarmering onder ouderen en kwetsbaren
Zorgvoorzieningen meewegen bij nieuwbouwplannen (in relatie tot wat er al is)
Welzijn op recept: maatschappelijke participatie bevorderen door het laagdrempelig te maken iets in de wijk voor elkaar te doen (via ontmoeting, kookcursussen etc, buurthuis nieuwe stijl).
Vitaal platteland De provincie biedt de mogelijkheid om extra in te zetten op de sociaal economische vitaliteit en leefbaarheid van kleine kernen op het platteland zodat die hun aantrekkingskracht behouden en mensen op aangename wijze kunnen blijven wonen.
18
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Thema's die direct raken aan 'vitaal platteland' en door meerdere gemeenten zijn genoemd:
Kleinschalig karakter van dorpen als 'good practices' uitbouwen als voorbeeld voor andere gemeenten (wijken) in het kader van Welzijn Nieuwe Stijl
Hoe in te spelen op vergrijzing in relatie tot vitaal platteland? Wat is minimaal nodig om kernen leefbaar te houden?
Het ontwikkelen van dorpsontwikkelplannen waarin een visie staat over een passend voorzieningenniveau, en hoe die voorzieningen te realiseren en exploiteren. Wat doen gemeenten daarin zelf en wat met andere gemeenten samen? Hoe kunnen dorpskernen elkaar daarbij aanvullen en wat dient elk dorp in de basis zelf te hebben?
Hoe houd je de jeugd vast in de dorpskernen? Versterken onderwijs- en jeugdbeleid met het oog op de langere termijn.
Ontwikkelen van een profiel voor een dorpshuis dat Wmo-proof is, mede in het licht van de decentralisaties.
Stimulans voor vrijwilligers en mantelzorgers in de plattelandskernen: hoe die adequaat te ondersteunen zodat zij inzetbaar en bereikbaar zijn in alle kernen?
Na deze eerste inventarisatie is een keuze gemaakt voor drie clusters van onderwerpen die dwars door de drie speerpunten van de provincie heenlopen, maar wel elk steeds een groot raakvlak hebben met één van die speerpunten. De clusters zijn in prioritaire volgorde hieronder opgenomen. De eerste twee clusters bevatten beide concrete uitvoeringsactiviteiten. Het derde cluster is in essentie voorwaardenscheppend. Dit betreft vooral het organiseren van een betere samenwerkingsstructuur tussen gemeenten. De gemeenten nemen hierin zelf de verantwoordelijkheid om samenwerking en afstemming efficiënter in te richten, en dien dit als randvoorwaarde voor een goede uitvoering van de clusters 1 en 2. De drie clusters zijn: 1 Focus op de Kanteling (niveau burgers/ doelgroep van beleid) Alle gemeenten in de regio onderkennen het belang van de Kanteling, en meer in het bijzonder daarbij het accent op de eigen kracht en de eigen verantwoordelijkheid van burgers om een bijdrage te leveren aan de participatie van een ieder aan de samenleving. Dit onderwerp staat hoog op alle gemeentelijke agenda's. Maar hoe communiceren we hierover richting burgers? Dit is bij uitstek een onderwerp dat regionaal tot actie noopt. Gemeenten willen hierin de krachten bundelen om een 'burgergerichte' campagne te ontwikkelen opdat een ieder straks weet wat van hem wordt verwacht. Hierin kan onderscheid worden gemaakt tussen twee vormen van communicatie richting burgers. Enerzijds gaat het om informatievoorziening oftewel voorlichting (hoe, wat, waar, waarom), anderzijds zijn we uiteindelijk uit op een gedragsverandering: meer zelf en voor anderen doen. Dit laatste is lastiger realiseerbaar, vraagt een lange adem en een andersoortige campagne, namelijk actiegericht. Daarnaast betekent de Kanteling ook een cultuuromslag voor sociale professionals in de wijken en dorpen. Zij zullen zich anders moeten opstellen om de eigen kracht van burgers aan te boren en te stimuleren en ondersteunen. Nieuwe gesprekstechnieken maken hier onderdeel vanuit.
19
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Gemeenten in de regio hebben dit al opgepakt, maar zullen deze cultuuromslag verder moeten doorzetten. Het is van wezenlijk belang dat zowel beleidsmedewerkers én communicatieadviseurs van de regiogemeenten betrokken zijn bij het ontwerp van een passende communicatiestrategie om de Kanteling (onderdeel eigen kracht en bevorderen informele zorg) adequaat te implementeren. Daarnaast zullen platforms van burgers bij het traject betrokken worden. Verder acht de regio het van belang om te bezien welke andere regio's in Noord-Holland willen investeren in communicatie over de Kanteling. Indien er belangstelling voor is in andere regio's, ligt het voor de hand om de krachten te bundelen, en een regio-overstijgende aanvraag te doen bij de provincie. Naast dit communicatietraject is een ander thema dat op brede steun kan rekenen eveneens sterk verbonden aan de Kanteling – de eigen kracht in het bijzonder: woonvoorzieningen voor ouderen en kwetsbaren in het licht van levensloopbestendig wonen. Het gaat hier om een cluster van ideeën rond aanpak van de woningen en de welzijns- en zorgvoorzieningen in de woonomgeving zodat mensen zo lang mogelijk in hun eigen woning kunnen blijven. De aandacht gaat dan uit naar sociale alarmering, het versterken informele zorg, versterken voorliggend aanbod in de wijk of kern. Dit onderwerp speelt in alle gemeenten in Zaanstreek-Waterland. Een gezamenlijke aanpak die gekoppeld is aan de Kanteling ligt daarom dan ook voor de hand. Bij de uitwerking van dit onderdeel is het raadzaam om een samenwerkingsverband op te zetten tussen gemeenten, woningcorporaties en welzijns- en zorgaanbieders.
2 Innovatie van methodieken en voorzieningen (niveau project- en uitvoeringsorganisaties Zorg en Welzijn) Alle gemeenten zijn op zoek naar nieuwe manieren om sociale professionals én voorzieningen in te zetten volgens de uitgangspunten van Welzijn Nieuwe Stijl én met het oog op de drie decentralisaties. Zaanstad en Purmerend experimenteren hierbij met een innovatieve aanpak ('Hemelse Modder' en 'Met lef en vertrouwen') die wordt gekenmerkt door meer generalisme (inclusief relatie met armoedebeleid en sociale zaken), outreachend werken, aanboren van eigen kracht en netwerken in de buurt, één gezin – één hulpverlener, en een integrale aanpak van meerdere problemen. Ook wordt gekeken naar de rol van de wijkcoach en de samenstelling van sociale wijkteams. De gemeenten met kleinere omvang en met name de gemeenten met dorpskernen gaan uit van dezelfde basisprincipes (dichtbij de burger, eigen kracht, lokale netwerken, meer generalisme, integrale benadering) maar hebben een ander schaalniveau. Zij zoeken de oplossing in de mogelijkheid om sociale professionals ondersteunend te laten zijn bewoners, vrijwilligers en mantelzorgers en om dorpshuizen een vitale functie te geven (leefbaarheid, cohesie, hulp en steun).
20
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Beide invalshoeken (stedelijk: sociale gebiedsteams, dorpen: dorpshuizen en vrijwilligers) moeten nader verkend en onderzocht worden. Die verkenning betreft ook plannen rond domotica en sociale alarmering. Een aantal experimenten loopt al of is in voorbereiding. Doorontwikkeling van de nieuwe concepten én implementatie ervan in andere wijken en dorpen voorzien in een grote behoefte. Een goede evaluatie van de huidige stand van zaken, kennisuitwisseling hierover en het toepasbaar maken van de opgebouwde inzichten zijn noodzakelijke stappen voor verdere implementatie.
3 Versterken regionale uitvoeringskracht (niveau gemeenten/ beleid) Dit cluster richt zich op het brede sociale beleid (zorg, welzijn, jeugd) en daarmee op deze sociale agenda. Het doorsnijdt daarmee ook de drie provinciale speerpunten. Een aantal inhoudelijke noties kan direct een opmaat zijn om het regionale overleg te benutten voor concrete samenwerking, afspraken en eventuele gezamenlijke uitvoering. Samenwerking bij het vormgeven van de transities en bij de uitvoering ervan kan leiden tot een meer afgewogen en efficiënt lokaal beleid. Hierbij is een aantal onderwerpen genoemd: regionale aanpak bij OGGZvoorzieningen (o.a. daklozen, verslaafden), centrale toegang GGZ-patiënten, collectieve arrangementen en gezamenlijk inkopen (het verkennen van de mogelijkheid voor een regionaal inkoopbureau bij bijvoorbeeld AWBZ-begeleiding voor verschillende doelgroepen, bijvoorbeeld VG), ontwikkeling van een breed Wmo-loket geschikt voor kleine kernen (visie, toegang, vervoersdienst) en tot slot, in het verlengde daarvan, het versterken van algemene en collectieve voorzieningen waaronder ook dagbesteding, sociale firma's en inloopvoorzieningen. Dit zijn concrete mogelijkheden waar sommige gemeenten voorlopig aan denken, en die uiteraard eerst goed onderling besproken dienen te worden. Bedoeling van dit cluster is om meerjarig (2012 – 2015 en verder) de krachten te bundelen om zodoende: •
de voortgang van de uitvoering van deze agenda te bewaken en stimuleren
•
de samenwerking tussen alle gemeenten in de regio te verbeteren
•
de efficiency van te vergroten door het overleg te bundelen (minder verschillende vormen van
overleg) •
de uitwisseling van kennis en ervaring te bevorderen
•
afspraken te maken over gezamenlijke activiteiten, maatregelen en projecten
•
de regionale sociale agenda tussentijds te actualiseren.
In de huidige situatie is sprake van een versnippering van ambtelijke overleggen over deelonderwerpen van het sociaal beleid. Gestreefd wordt naar een clustering van gecoördineerd ambtelijk overleg waarin deze deelonderwerpen aan bod komen. Dit ambtelijk overleg is voorbereidend op het portefeuillehoudersoverleg van de wethouders van de gemeenten. De RSA is hierin nadrukkelijk onderdeel. Nog in 2012 zal worden bepaald:
21
•
wat de reikwijdte is van dit overleg (onderwerpen, beleidsterreinen, projecten)
•
wat het mandaat is in dit overleg (beslissingsbevoegdheid)
•
wie de gemeenten ambtelijk vertegenwoordigen
•
hoe de aansluiting van ambtelijk en bestuurlijk overleg het beste geregeld wordt.
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
7 Draagvlak, communicatie en besluitvorming over uitvoering Deze eerste RSA Zaanstreek-Waterland zal uiterlijk de eerste week van juni 2012 worden voorgelegd aan de verantwoordelijke portefeuillehouders van de afzonderlijke gemeenten. Vervolgens biedt de regio de RSA aan de provincie Noord-Holland aan. Elke gemeente is ambtelijk gedurende het proces van de totstandkoming van deze RSA betrokken geweest. Daarnaast hebben alle portefeuillehouders, zowel individueel als gezamenlijk, de mogelijkheid gekregen om voorstellen te doen voor de RSA.
8 Planning van de uitvoering Deze RSA vormt de basis voor het opstellen van een subsidieaanvraag bij de provincie NoordHolland om uitvoering te geven aan één of meerdere projecten. De aanvraag hiertoe zal in de zomer van 2012 worden voorbereid. Medio half september dient de aanvraag binnen te zijn bij de provincie Noord Holland. De regio Zaanstreek-Waterland kiest nadrukkelijk voor een voorstel met een lange termijnvisie (2012- 2015). Jaarlijks zal deze visie getoetst worden op voortgang en realisatie. Eveneens jaarlijks zal op basis van deze actualisering een subsidieaanvraag worden gedaan bij de provincie NoordHolland. De planning ziet er voorlopig als volgt uit: juli – augustus 2012:
voorbereiding subsidieaanvraag RSA-projecten 2012
half september 2012:
indienen subsidieaanvraag bij provincie Noord-Holland
e
2 helft 2012:
verbeteren samenwerking (cluster 3): ontwerp nieuw model overlegstructuur
e
2 helft 2012:
start voorbereiding communicatietraject de Kanteling
2013:
ontwerp communicatiecampagne de Kanteling eerste communicatie-uiting de Kanteling
2013:
innovatie van methodieken en voorzieningen (voorlopig): - opplussen woningen - versterken voorliggende voorzieningen.
22
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
BIJLAGE 1: KERNCIJFERS Zaanstreek Waterland Noord-Holland 1.886.343 927.665 958.678 6% 12% 11% 18% 37% 9% 7%
Zaanstreek-Waterland 320.068 157.928 162.140 5% 12% 11% 18% 37% 9% 7%
Beemster 8.584 4.294 4.290 5% 13% 11% 14% 40% 10% 7%
Edam-Volendam 28.506 14.300 14.206 6% 14% 11% 19% 36% 9% 5%
Landsmeer 10.233 4.915 5.318 5% 12% 12% 13% 41% 10% 8%
3% 5% 7% 9% 10% 11%
2% 4% 6% 7% 9% 9%
2% 2% 19% 32% 40% 45%
2% 4% 5% 6% 8% 9%
0% 0% -1% -2% -2% -1%
844.903 35% 65% 58.913
139.010 32% 68% 10.892
3.523 28% 72% 192
11.258 26% 74% 594
4.369 28% 72% 324
5% 9% 13% 16% 17% 18%
5% 9% 12% 15% 16% 17%
4% 8% 28% 44% 52% 58%
5% 10% 14% 18% 19% 21%
6% 9% 12% 14% 16% 18%
Sociaal economisch Gemiddeld gestandaardiseerd inkomen Gemiddeld besteedbaar inkomen % lage inkomens % niet-westerse allochtonen
26.006 21.790 37% 10%
25.036 20.710 38% 13%
28.700 23.000 39% 3%
27.700 22.600 36% 4%
29.100 23.800 33% 5%
Wmo en zorg Aantal uren huishoudelijke hulp Aantal uren dagelijkse verzorging/verpleging Aantal indicatiestellingen Extramuraal + beg. Extram. zonder beg. Intramuraal Vervoer bij begeleiding groep / 1.000 inw.
9,6 2,8 74.875 26% 24% 51% 4,1
9,2 2,7 11.765 26% 24% 50% 3,8
9,8 2,6 380 18% 22% 59% 4,1
8,2 2,2 820 22% 24% 54% 2,6
10,4 2,8 320 23% 23% 53% 4,4
818.347 59% 30% 11% 1% 839.600 -15.900
136.533 56% 35% 8% 0% 139.100 -2.800
3.416 73% 21% 6% 0% 3.500 -100
11.441 75% 17% 7% 0% 11.400 -
4.329 65% 27% 8% 0% 4.300 -
14 5 24 6 2 -1
6 2 37 1 1 -9
22 15 17 36 -18 30
26 6 41 24 20 10
26 7 42 5 -5 1
Bevolking Aantal mannen Aantal vrouwen % 0-4 jarigen % 5-14 jarigen % 15-24 jarigen % 25-39 jarigen % 40-64 jarigen % 65-74 jarigen % 75 plussers Groei/krimp t.o.v. 2010 2015 2020 2025 2030 2035 2040 Huishoudens % eenpersoons % meerpersoons Aantal eenouderhuishoudens Groei/krimp t.o.v. 2010 2015 2020 2025 2030 2035 2040
Woningen Eigen woningen Woningcorporatie Overige verhuurders Eigendom onbekend Gewenste woningvoorraad Woningtekort Leefbaarometer (gem = 0) Samenstelling bevolking Sociale samenhang Publieke ruimte Veiligheid Voorzieningen Woningvoorraad Bronnen: CBS Statline, 2009, 2010, 2011, 2012 Noord-Holland in Cijfers, 2010 Niv el, VAAM 2010 ABF Research, Primos prognose 2011 CIZ, 1 juli 2011 BZK, Leefbaarometer 2010
Bewerking door DSP - groep voor Regionale Sociale Agenda's Noord-Holland, conceptversie 22 mei 2012
23
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
24
Oostzaan 9.149 4.452 4.697 5% 14% 11% 15% 39% 9% 7%
Purmerend 79.038 38.663 40.375 5% 12% 12% 19% 37% 8% 7%
Waterland 17.057 8.529 8.528 5% 12% 12% 14% 40% 10% 7%
Wormerland 15.862 7.925 7.937 5% 13% 11% 15% 38% 11% 7%
Zaanstad 145.332 71.697 73.635 6% 12% 11% 20% 36% 9% 7%
Zeevang 6.307 3.153 3.154 6% 14% 11% 14% 42% 10% 5%
0% -1% -3% -4% -4% -4%
2% 3% 3% 3% 3% 4%
0% -2% 0% 2% 4% 6%
-1% -2% 2% 6% 10% 12%
4% 7% 10% 11% 12% 13%
1% 4% 0% -2% -3% -4%
3.760 26% 74% 269
34.364 32% 68% 3.048
7.209 29% 71% 418
6.606 28% 72% 451
65.365 35% 65% 5.469
2.556 24% 76% 127
2% 6% 6% 6% 6% 6%
4% 8% 10% 11% 11% 12%
4% 4% 8% 11% 13% 15%
1% 4% 10% 15% 19% 20%
6% 10% 14% 16% 18% 19%
4% 12% 12% 12% 11% 11%
27.500 22.400 34% 5%
24.300 20.000 38% 15%
28.600 23.200 34% 3%
25.400 20.600 37% 5%
23.700 19.900 39% 17%
27.300 22.700 37% 3%
9,5 2,6 295 17% 27% 56% 2,7
9,3 2,8 3.245 27% 23% 50% 4,1
9,9 2,6 490 18% 23% 58% 2,1
9,6 2,6 420 26% 26% 48% 3,2
9,2 2,9 5.635 27% 25% 48% 4,3
8,4 2,1 160 28% 28% 44% 2,4
3.777 64% 28% 8% 0% 3.700 100
33.772 58% 37% 5% 0% 34.700 -600
7.082 65% 27% 7% 1% 7.400 -300
6.515 58% 32% 9% 1% 6.600 -100
63.700 47% 42% 10% 0% 65.000 -1.800
2.501 78% 18% 3% 0% 2.500 -
25 1 43 27 -14 6
5 -2 34 -10 3 -15
26 8 41 19 -14 8
20 15 46 32 -21 4
-6 -1 38 -8 4 -19
25 22 18 38 -31 32
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
BIJLAGE 2: KORTE SCHETS BELEID EN PLANNEN GEMEENTEN Gemeente Beemster Op dit moment zijn we in de gemeente Beemster bezig met de vele veranderingen in het sociale domein in kaart te brengen. Dit betreft met name de decentralisaties. De bestuurlijke visie is als volgt geformuleerd: “Zorg en sociale zekerheid dichter bij de burger brengen. Hierbij gaan wij uit van de eigen kracht van de burger en maken optimaal gebruik van onze lokale mogelijkheden” Om aan deze visie uitwerking te geven hebben wij de volgende doelen. Deze doelen kunnen gezien worden als onze missie. 1. Ontwikkelen van een vorm van ‘Dorpszorg” 2. Verdere ontwikkeling van het Centrum voor jeugd en gezin (CJG) 3. Gebruik maken van lokaal aanbod op de arbeidsmarkt voor regulier werk tot dagbesteding 4. Ondersteunen van de ontwikkeling van een regionale Sociale dienst 5. Versterken sociale netwerken en vrijwilligerswerk Tevens moet er een nieuw lokaal volksgezondheidsbeleid en een nieuwe nota voor de Wmo worden geschreven. Deze nota’s willen we graag in één maatschappelijke nota samenvoegen, zodat er duidelijk wordt wat de samenhang en dwarsverbanden zijn. Het is gebleken dat er bij de verschillende doelgroepen dezelfde thema’s spelen (alcoholpreventie onder jongeren blijkt ook bij ouderen van belang te zijn). De mogelijkheden hiervoor gaan de komende tijd verder onderzoeken.
Gemeente Landsmeer Wmo In Landsmeer staat de burger centraal als een verantwoordelijk en, voor zover mogelijk maatschappelijk actief lid van de gemeente. Iedereen moet zo goed mogelijk kunnen deelnemen aan de samenleving, ongeacht leeftijd, (functie) beperking, maatschappelijke of economische positie. De gemeente betrekt daartoe, waar mogelijk haar inwoners bij de totstandkoming van beleid. Inwoners hebben een eigen individuele en gezamenlijke verantwoordelijkheid voor zelfstandige participatie. De gemeente schept rekening houdende met de gemeentelijke maat, de lokale situatie en haar financiële mogelijkheden, de voorwaarden waardoor deze verantwoordelijkheid waar kan worden gemaakt. Kwetsbare burgers zullen daarin, waarnodig door of via de gemeente worden ondersteund. Wonen met voorzieningen Op grond van de vastgestelde Woonvisie Landsmeer “een kader voor beslissingen op het gebied van wonen “2007-2012” wordt uitwerking gegeven aan de volgende ambities:
25
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
•
Bij nieuwbouw en innovatieprojecten wordt ingezet op de realisatie van levenloopbestendige
woningen; •
Het volkshuisvestingsinstrument (overleg/afsprakenkader tussen gemeente en corporaties)
wordt ingezet ten behoeve van de huisvesting voor jongeren, mensen met minder financiële draagkracht en zorgbehoevende ouderen; •
In de beleidsontwikkeling wordt rekening gehouden met een grote toename van het aantal
ouderen in absolute en relatieve zin; •
Nieuwbouw in of nabij het centrum wordt in eerste instantie voor de doelgroep ouderen
bestemd, daarnaast wordt het beter geschikt laten maken (opplussen) van de bestaande huur- en koopwoningenvoorraad bevorderd; •
Gemeente Landsmeer zal waar mogelijk gebruik maken van de stimuleringsregelingen om
meer kleinschalige woonvormen te ontwikkelen voor kwetsbare doelgroepen. Met Rochdale is een overeenkomst gesloten voor het opplussen van 62 woningen, gelegen tussen Kerkebreek, Burgemeester Postweg, Zijltjespad en Frans Vaerderpad tot zorgwoning. Deze opgepluste woningen worden met voorrang toegewezen aan zorgvragers met een zorgindicatie bedoeld voor de sector Verpleging, Verzorging en Thuiszorg of een indicatie voor een woningaanpassing. Naast de zorgwoningen van Rochdale zijn er in Landsmeer nog een aantal nultredenwoningen aanwezig (b.v. de Knik, Cassandrahof ), waar in principe 24-uurszorg kan worden geboden. In de Jonkerhof zijn 15 plaatsen beschikbaar voor beschermd wonen en in Luijendijk-Zuid worden 20 zorgwoningen gerealiseerd.
Over-gemeenten Oostzaan Oostzaan is een gemeente met ruim 9.000 inwoners. Ongeveer 1000 jaar geleden bestond het gebied nog uit uitgestrekte veengronden. Het Oostzanerveld is nu nog een beschermd veenweidegebied, met de status van Nationaal Landschap. De komende jaren wil de gemeente dit gebied toegankelijk maken voor de natuurliefhebber door het creëren van vaar- en kanoroutes. Het recreatiegebied Het Twiske is een grote trekker voor de hele omgeving met zijn fiets, wandelen zwem- en andere recreatiemogelijkheden. Om de leefbaarheid te verbeteren en de verkeersoverlast te verminderen worden bedrijven verplaatst uit het dorp naar een bedrijventerrein. Inmiddels kent Oostzaan drie bedrijventerreinen, de Ambacht, Skoon en Bombraak (in ontwikkeling). 1) Wmo Op het gebied van de Wmo zijn wij bezig met het verder uitwerken van de kanteling. Op dit moment hebben de Wmo-consulenten de cursus gesprekstechnieken gevolgd bij BMC. Wij werken momenteel aan een nieuw werkproces voor de Wmo en een nieuw automatiseringssysteem dat het nieuwe werkproces ondersteunt.
26
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Voor de kanteling moet nog een communicatieplan worden gemaakt en uitgevoerd zodat bij inwoners ook bekend is wat wij van ze verwachten en ook wat zij van de gemeente mogen verwachten. Collectieve voorzieningen willen we versterken door bijvoorbeeld uitleenpunten op te zetten voor rolstoelen en scootmobiels. 2) Wonen, zorg en voorzieningen Oostzaan werkt nu aan een structuurvisie waarin scenario’s worden geschetst voor de toekomstige ontwikkeling. De keuze voor de strategie is bepalend voor de bevolkingsontwikkeling en het draagvlak voor voorzieningen. Bij ongewijzigd beleid zal de bevolking krimpen en vergrijzen en zal het draagvlak voor voorzieningen afnemen. Ook de noodzakelijke bezuinigingen leggen druk op de voorzieningen. 3) Vitaal platteland De gemeente Oostzaan is bezig met de ontwikkeling van een nieuwe structuurvisie. De keuzes die hierin worden gemaakt zijn ook van invloed op de demografische ontwikkeling van Oostzaan (vergrijzing, ontgroening, draagvlak voor voorzieningen). Wormerland Wormerland is een levendige, veerkrachtige gemeente en vormt de groene buffer tussen de stedelijke gebieden Zaanstad en Purmerend. Met een gevarieerde bevolkingsopbouw en een evenwichtige dynamiek van wonen, werken en recreëren biedt de gemeente een aantrekkelijke leefomgeving voor zowel jong als oud. Wormerland is een op 1 januari 1991 gevormde zelfstandige gemeente, ontstaan door samenvoeging van de eerdere gemeenten Wormer, Jisp en Wijdewormer. De gemeente heeft circa 16.000 inwoners en beslaat een oppervlakte van ruim 4.500 hectare. Wormerland bestaat uit de woonkernen Wormer, Wijdewormer, Jisp, Oostknollendam en Spijkerboor. 1) Wmo Op het gebied van de Wmo zijn wij bezig met het verder uitwerken van de kanteling. Op dit moment hebben de Wmo-consulenten de cursus gesprekstechnieken gevolgd bij BMC. Wij werken momenteel aan een nieuw werkproces voor de Wmo en een nieuw automatiseringssysteem dat het nieuwe werkproces ondersteunt. Voor de kanteling moet nog een communicatieplan worden gemaakt en uitgevoerd zodat bij inwoners ook bekend is wat wij van ze verwachten en ook wat zij van de gemeente mogen verwachten. Collectieve voorzieningen willen we versterken door bijvoorbeeld uitleenpunten op te zetten voor rolstoelen en scootmobiels en het opzetten van vrijwilligersvervoer. 2)Wonen, zorg en voorzieningen
27
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
De vergrijzing en het scheiden van wonen met zorg heeft gevolgen voor de woningen, de woonomgeving en het zorg en welzijnsaanbod. Welke concepten kunnen worden ontwikkeld en met welke partijen? 3)Vitaal platteland Wormerland zal in de toekomst te maken krijgen met toenemende vergrijzing en ontgroening wat invloed heeft op het voorzieningen niveau en het draagvlak hiervoor met name in de dorpskernen. Van belang is het om te zoeken naar mogelijkheden om de kernen leefbaar te houden. Samenwerking tussen corporaties, gemeente, welzijns- en vrijwilligersorganisaties is hierbij van belang.
Gemeente Purmerend Purmerend is een stad waarin alle inwoners goed gedijen, omdat ze deelnemen aan het maatschappelijke, sociale en culturele leven en waar ze veilig en plezierig wonen in buurten en wijken. Inwoners hebben aandacht voor elkaar, helpen elkaar en worden uitgedaagd en zo nodig geholpen om mee te doen. Burgers, instellingen, bedrijven en gemeente pakken hierbij ieder hun eigen verantwoordelijkheid op. 1. Purmerend is een leefbare stad met een grote sociale samenhang in buurten en andere sociale netwerken; 2. In Purmerend zijn de inwoners zelfredzaam en betrokken bij hun omgeving: ze nemen zoveel mogelijk hun eigen verantwoordelijkheid en ondersteunen elkaar onderling waar dat mogelijk is; 3. In Purmerend worden burgers die (tijdelijk) niet meer op eigen kracht kunnen meedoen of zich afgewend hebben van de maatschappij, ondersteund bij het (weer) op een volwaardige manier kunnen deelnemen aan het maatschappelijk verkeer. In 2011 is het maatschappelijk beleidskader vastgesteld. Dit kader is richtinggevend voor wat de gemeente Purmerend samen met maatschappelijke partners de komende jaren voor Purmerendse inwoners nastreeft op sociaal en maatschappelijk gebied. De gemeente wil minder prominent aanwezig zijn en meer ruimte bieden aan instellingen, bedrijven en burgers om de problemen die zij ervaren zelf op te lossen. Er is een steeds grotere rol weggelegd voor instellingen en burgers. Echt nieuw daarbij is dat de organisaties en de inwoners ruimte krijgen om naar eigen inzicht te handelen, ofwel: zolang ze binnen de gestelde kaders blijven, is de wijze van uitvoering aan hen. Vertrouwen is daarin essentieel. Wonen is meer dan een dak boven je hoofd hebben. Het gaat om leven in een prettig huis dat bij je past, in een omgeving waarin je je thuis voelt. Deze Woonvisie wil al die aspecten van het wonen samenbrengen. Hiervoor zijn vijf maatschappelijke opgaven geformuleerd die sterke onderlinge relaties hebben.
28
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
1. Een aansprekende woningvoorraad Iedereen die in Purmerend woont moet perspectief hebben op een aantrekkelijke, passende woning. Bij deze eerste opgave staat de woningvoorraad in Purmerend centraal. Uitgaand van de huidige Purmerender, welk woningaanbod is er dan nodig? In hoeverre sluit dat aan op de bestaande woningvoorraad? 2. Iedereen op de juiste plek Waar men gaat wonen is een vrije keuze. Maar niet iedereen in Purmerend woont in een woning die past bij de gezinssamenstelling of het inkomen. Verhuiswensen blijven vaak onbeantwoord als gevolg van gebrekkige doorstroming. De opgave is dan ook om die doorstroming te bevorderen. 3. Een prettige woonomgeving Naast een goede woning, wil je ook een woonomgeving waar je je prettig en veilig voelt en die goed onderhouden is. Betrokkenheid en zorg voor de buurt zijn belangrijke elementen bij deze opgave. 4. Ruimte voor bijzondere doelgroepen De woningmarkt reguleert zich voor een belangrijk deel zelfstandig, maar sommige groepen mensen hebben een steuntje in de rug nodig. Zij krijgen voorrang of doen een beroep op een woning die past bij de individuele (zorg)vraag. 5. Duurzaam wonen en leven Duurzaam wonen en leven dient een maatschappelijk doel en drukt de woonlasten van een huishouden. Daarom is een opgave geformuleerd op het gebied van duurzaamheid. Deze opgave betreft energiebesparing, duurzame energie en duurzaam omgaan met materialen.
Gemeente Edam-Volendam Ten behoeve van de Regionale Sociale Agenda van de Provincie is ons gevraagd een korte impressie te geven van het beleid en de plannen van de Gemeente Edam-Volendam voor de speerpunten wmo en wonen, zorg en voorzieningen. Het speerpunt vitaal platteland is voor onze gemeente niet van toepassing. Wmo Een nieuw Wmo-beleidsplan voor 2012-2015 is nog in de maak. De contouren die nu al zichtbaar zijn, worden hieronder aangegeven. Dit zal echter nog afgestemd worden met onze stakeholders en met het maatschappelijk veld. Daarna dient dit nog opiniërend in de gemeenteraad besproken te worden. Dit is dus een eerste opzet. Uit de evaluatie van het eerste Wmo-beleidsplan (2008-2011) in combinatie met de uitkomsten uit de SGBO-enquête naar maatschappelijke participatie komen de volgende aanbevelingen voor het nieuwe Wmo-beleidsplan:
29
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Vooral aandacht voor de volgende doelgroepen: •
ouderen (i.v.m. vergrijzing en vereenzaming),
•
jeugd (i.v.m. transitie jeugdzorg en alcoholontmoediging),
•
OGGZ-cliënten en
•
vrijwilligers en mantelzorgers (i.v.m. steeds meer gekanteld werken en daarmee meer
opvangen via het netwerk), Speerpunten zullen zijn: •
eigen kracht,
•
preventie meer centraal,
•
wijkgericht werken,
•
gezinsaanpak (1 gezin > 1 plan),
•
deelname aan de maatschappij oftewel participatie,
•
zorgen voor een goed werkend vangnet voor de kwetsbaren en
•
armoedebeleid.
Meedoen – oftewel participeren – is de doelstelling van het Wmo-beleid. Burgers moeten een eigen huishouden kunnen voeren, een sociaal netwerk kunnen onderhouden en kunnen deelnemen aan de samenleving en de arbeidsmarkt. Uitgangspunt is de verantwoordelijke burger die zelf regie voert over zijn leven en een gemeente die dit stimuleert. Daar waar nodig biedt de gemeente aanvullende zorg en diensten. Deze visie leidt tot een andere verdeling van taken en verantwoordelijkheden tussen burgers, gemeente en professionele instellingen. De nieuwe visie vraagt om een omslag in denken en doen. Communicatie en participatie van burgers (in de zin van meedenken en meedoen) zijn dus heel belangrijke middelen om dit te bereiken. Wonen, zorg en voorzieningen Op 16 februari 2012 is de Woonzorgvisie vastgesteld door de gemeenteraad. Daarin staan de volgende aanbevelingen: 1. samenwerkingsovereenkomst met de zorgpartijen opstellen, 2. woonvormen met 24-uurszorg op de inbreilocaties stimuleren, 3. campagne rond comfortabel wonen opstarten (opplussen nieuwe stijl), 4. eisen voor levensloopbestendige woningen meenemen in plannen voor nieuwe woonwijk, 5. Aanhaken bij de particuliere (bouw)initiatieven rond wonen (en zorg), zodat initiatieven elkaar kunnen versterken en een zo´n groot mogelijk aanbod aan woonvormen met zorg worden gerealiseerd, 6. nultredenwoningen corporaties aanpassen aan deze tijd, 7. stimuleren spreek-/luisterverbinding oftewel alarmering zonder medische indicatie, 8. verbeteren toegankelijkheid in woonzorgzones, 9. signaalfunctie ten behoeve van onuitgesproken hulpvraag oftewel aantal vindplaatsen vergroten, 10. projecten om eenzaamheid te bestrijden opzetten.
30
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Gemeente Waterland De gemeente Waterland is een landelijke gemeente met 17.500 inwoners, gelegen op geringe afstand van Amsterdam, Purmerend, Hoorn en Zaandam. Een uniek monumentenbestand wordt gecombineerd met het zo typerende open en waardevolle veenweidelandschap. De gemeente is enig in zijn soort door het beschermde stadsgezicht van Monnickendam en de beschermde dorpsgezichten van Broek in Waterland, Marken en Zuiderwoude. Elke kern heeft daarbij zijn specifieke kenmerken en cultuur. Het open water van de Gouwzee en het Markermeer maken het sfeervolle plaatje compleet. Samen met haar inwoners werkt de gemeente aan het versterken van Waterland als geheel. Daarbij is de eigenheid van de kernen het uitgangspunt. Waterland is ambitieus en werkt de komende jaren onder meer aan het ontwikkelen van woningbouw, (brede) scholen en de digitale dienstverlening aan de burger. Daarnaast wordt er hard gewerkt om Waterland toeristisch en recreatief op de kaart te zetten. De gemeente Waterland bestaat uit de volgende negen kernen: Broek in Waterland, Ilpendam, Katwoude, Marken, Monnickendam, Overleek, Uitdam, Watergang en Zuiderwoude. 1) Wmo In het nieuwe beleidsplan 2013-2016 (nu in voorbereiding) gaat de gemeente verder met het ontwikkelen van de Wmo. De gemeente wil de eigen kracht van mensen verder versterken, kwetsbare groepen krijgen prioriteit, de gemeente wil mee denken met mensen om tot oplossingen te komen (in plaats van het oplossen voor de mensen), de participatiemogelijkheden van mensen worden gestimuleerd en het beleid is integraal. Zowel bij het opstellen als bij het uitvoeren van het beleid betrekken we alle relevante beleidsterreinen. Participeren is voor de gemeente ook belangrijk bij het opstellen en het uitvoeren van het beleid. Zo worden speelplaatsen opgeknapt na inspraak van burgers en worden bewoners betrokken bij de discussie over de bezuinigingen. In 2012 gaan we verder met het uitwerken van de Kanteling. Zo hebben de Wmo-consulenten dit jaar de cursus gesprekstechnieken gevolgd bij BMC. Ook willen we burgers en professionals informeren over de Kanteling en over wat wij van ze verwachten en ook wat zij van de gemeente mogen verwachten. 2) Wonen, zorg en voorzieningen Momenteel wordt een Woonvisie opgesteld in samenwerking met de coöperaties, die zal worden gevolgd door nieuwe prestatieafspraken met de coöperaties. Er liggen een aantal initiatieven om in Waterland zorgvoorzieningen te starten zoals woongroepen voor demente ouderen. De gemeente werkt in principe mee aan deze initiatieven zodat mensen langer zelfstandig thuis kunnen wonen of kunnen blijven wonen in de gemeente ook als zij intramuraal moeten wonen. 3)Vitaal platteland Waterland zal in de toekomst te maken krijgen met toenemende vergrijzing en ontgroening wat invloed heeft op het voorzieningen niveau en het draagvlak hiervoor vooral in de kleinere dorpskernen. Ook de huidige bezuinigingen leggen een druk op de voorzieningen in de gemeente.
31
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
Het is van belang om te zoeken naar mogelijkheden om de kernen leefbaar te houden. Samenwerking tussen corporaties, gemeente, welzijns- en vrijwilligersorganisaties is hierbij van belang.
Gemeente Zaanstad Wmo Zaanstad wil dat iedereen participeert, met of zonder beperking. De komende jaren gaat Zaanstad door met de taken die in de afgelopen jaren zijn uitgevoerd en gestart. Daarnaast gaat de overheveling van AWBZ-taken naar de Wmo en decentralisatie van taken naar gemeenten onverminderd door. Het gaat in elk geval om de overheveling van de functie Begeleiding & Dagbesteding uit de AWBZ naar de Wmo en de decentralisatie van de Jeugdzorg naar gemeenten. In het Wmo-beleidsplan zoekt Zaanstad de oplossing voor de financiële druk die op de Wmo ligt primair in een verandering van de werkwijze. Het gaat dan niet zozeer over compensatie niet meer bieden, maar ánders bieden. Het gaat dan niet om het schrappen van voorzieningen of functies, maar wel om het veel gerichter kijken wie welke ondersteuning echt nodig heeft en of die voorziening het gewenste effect heeft. Daarbij is het streven de compensatie die we bieden, goed te doen en niet half. We zoeken naar nieuwe vormen van ondersteuning die enerzijds wel de burgers helpen en activeren, maar op een lager kostenniveau liggen dan de individuele hulp die onder de Wmo en AWBZ wordt geboden. Deze vormen van ondersteuning kunnen deels de vraag naar individuele zorg afvangen. Effectiviteit en efficiency Het Zaanse collegeprogramma 2010 –2014 ‘Wederzijds Aanspreekbaar’ geeft aan dat bij de uitvoering van het nieuwe Wmo beleidsplan de effectiviteit en efficiency van de uitvoering van de (welzijns)activiteiten centraal staan. Op die manier kunnen de gevolgen van het nieuwe regeerakkoord en de daarmee gepaard gaande decentralisatie van taken naar gemeenten en de consequenties van de landelijke bezuinigingen, die overigens nog onvoldoende helder zijn, naar verwachting, worden opgevangen. Door een verschuiving van individuele naar algemene/collectieve voorzieningen in te zetten en de transitie naar ‘de klant centraal’ tot stand te brengen wil de gemeente de werkwijze zodanig veranderen dat er meer ondersteuning geboden kan worden voor minder geld. In hoofdstuk 3.2 wordt dit verder uitgewerkt. Dit houdt onder andere in dat mensen meer zullen worden aangesproken op hun eigen mogelijkheden en verantwoordelijkheden voordat de gemeente een voorziening organiseert. Deze verandering van een AWBZ-regime naar een meer activerend Wmo-regime betekent ook dat de nadruk in dit Wmo beleidsplan verschuift van het opstellen van beleidskaders, waar in de afgelopen vier jaar veel tijd in is gaan zitten, naar het versterken van de gemeentelijke regie en sturing op de resultaten en effectiviteit van de uitvoering.
32
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland
De gemeente Zaanstad hanteert in het Wmo-beleidsplan vier uitgangspunten: Wederzijds Aanspreekbaar, de Klant Centraal, Wijkgerichtheid en Integraliteit.
Gemeente Zeevang De gemeente Zeevang is een uitgestrekte, landelijke gemeente, gesitueerd aan het Markermeer. Zeevang vormt een "groene" schakel tussen de plaatsen Hoorn en Purmerend. De gemeente Zeevang wordt gevormd door de kernen Beets, Oosthuizen, Middelie, Kwadijk, Hobrede, Schardam en Warder en telt ruim 6.300 inwoners. 1 )Wmo Op het gebied van de Wmo zijn wij bezig met het verder uitwerken van de kanteling. Op dit moment hebben de Wmo-consulente en de coördinator van het wijksteunpunt de cursus gesprekstechnieken gevolgd bij BMC. Wij willen dit verder uitbouwen door het eerste gesprek altijd op het wijksteunpunt of bij de mensen thuis te laten plaatsvinden als mensen een beroep doen op de Wmo. Ook willen wij in de toekomst de toegang tot begeleiding via het Wmo-loket en indien mogelijk via het wijksteunpunt laten lopen. De verordening, beleidsregels, aanvraag/meldingsformulier moeten hier nog op worden aangepast. Tevens willen wij dat ook de burger zich beter bewust wordt van haar eigen verantwoordelijkheid en zal er communicatie op gang moeten komen waarbij de burger hier(de kanteling) stelselmatig over wordt geïnformeerd. 2) Wonen, zorg en voorzieningen Met WWZ-project de Verbinding met de gemeenten Beemster, Graft-De Rijp en Schermer hebben wij de afgelopen jaren al veel aandacht besteed aan wonen, zorg en voorzieningen op het platteland. Hierbij zijn o.a. de volgende deelprojecten aan de orde gekomen: Opplussen eigen woningbezit en corporatiebezit, domotica, oprichting wijksteunpunt en dorpsservicepunten, boodschappenbus, huisvesting 24-uurszorg en kleinschalige woonvormen. Wat de gemeente Zeevang betreft heeft dit deel-terrein van de sociale agenda dus wat minder prioriteit. 3) Vitaal platteland De gemeente Zeevang heeft door de nieuwbouwmogelijkheden in de nieuw te bouwen wijk “Watterrijk” niet te kampen met een bevolkingkrimp, eerder met een kleine toename van de bevolking. Wel is er sprake van een vergrijzing van de bevolking. Verder dan opplussen van het eigenwoningen corporatiebezit en overleg met de woningbouwvereniging en zorginstelling Zorgcirkel worden er op dit moment geen acties ondernomen om dit probleem op te vangen. Daarnaast is er ook met het deelproject Detaillering woningplanning (in de B- en Ckernen)aandacht besteed aan de lokale woningopgave.
33
Regionale Sociale Agenda (RSA) Zaanstreek-Waterland