Radboud Universiteit Academische plechtigheden juli 2016 Academische plechtigheden Radboud Universiteit De academische plechtigheden worden gehouden in de Academiezaal van de Aula, Comeniuslaan 2 (tenzij anders vermeld) • Wilt u meer informatie over (een van) deze gebeurtenissen, neem dan contact op met Wetenschapscommunicatie Radboud Universiteit: (024) 361 60 00 of
[email protected]. • Wilt u meer weten over promoties, oraties en afscheidsredes op de medische faculteit/ Medische Wetenschappen, neem dan contact op met de persvoorlichters van Medische Wetenschappen, (024) 361 89 10 of
[email protected]. • De wetenschapsagenda is ook te vinden op internet: www.ru.nl/wetenschapsagenda • Een deel van de proefschriften en redes verschijnt ook elektronisch op http://www.ru.nl/ubn/publicaties/ (niet vóór de promotiedatum)
Op weg naar gepersonaliseerde borstkankerscreening Vrijdag 1 juli 2016 om 10.30 uur precies Promotie mevrouw T.M. Ripping MSc. (Medische Wetenschappen) Titel: Towards risk-based breast cancer screening: benefits and harms Promotor: prof. dr. A.L.M. Verbeek Copromotor: dr. M.J.M. Broeders Voor meer informatie kunnen journalisten contact opnemen met de persvoorlichters van het Radboudumc,
[email protected] In vrijwel alle Europese borstkankerscreeningsprogramma’s bepaalt iemands leeftijd de doelgroep van het programma. Dit geldt ook voor Nederland, waar vrouwen tussen de 50 en 75 jaar elke twee jaar een uitnodiging ontvangen voor het bevolkingsonderzoek naar borstkanker. Leeftijd is een van de sterkste risicofactoren voor borstkanker, maar niet de enige. Door andere risicofactoren voor borstkanker mee te nemen om de doelgroep voor screening te bepalen, is mogelijk de borstkankerscreening te optimaliseren. Tijdens haar promotietraject heeft Dorien Ripping de voor- en nadelen van borstkankerscreening geëvalueerd in groepen vrouwen die waren samengesteld op basis van de volgende risicofactoren: sociaal-economische status (SES), familiegeschiedenis van borstkanker, comorbiditeit en mammografische borstdensiteit. Ze laat zien dat deze factoren invloed hebben op de kans dat borstkankersterfte wordt voorkomen (voordeel) en/of het risico op een foutpositieve screeningsuitkomst en intervalkanker (nadeel). Daarnaast heeft ze zich ook bezig gehouden met het zoeken naar de beste manier om de omvang van overdiagnose vast te stellen en met het zoeken naar een heldere definitie voor het percentage overdiagnose. Theodora Maria Ripping (1988) studeerde Voeding en gezondheid aan de Wageningen Universiteit. Hierna werkte ze aan haar promotieonderzoek op de afdeling for Health Evidence van het Radboudumc, binnen het Radboud Institute for Health Sciences (RIHS). Momenteel start Ripping een eigen bedrijf, Newbold.
Vrijdag 1 juli 2016 om 12.30 uur precies Promotie mevrouw A.V. Lartseva (Medische Wetenschappen) Titel: Reading emotional language in autism spectrum disorder Promotoren: prof. dr. J.K. Buitelaar, prof. dr. A.F.J. Dijkstra Voor meer informatie kunnen journalisten contact opnemen met de persvoorlichters van het Radboudumc,
[email protected] Mensen met autisme hebben moeite met veel aspecten van persoonlijke relaties tussen mensen. Een van deze aspecten is het begrijpen van, en reageren op, emoties van andere mensen. We weten nog steeds weinig over de oorzaak van deze problemen. Alina Lartseva heeft hersenactiviteit gemeten bij mensen met en zonder autisme tijdens de verwerking van woorden. Lartseva toonde aan dat mensen met autisme het emotionele aspect van woorden negeerden, in taken waar de emotionele waarde niet relevant was. Bijvoorbeeld, als mensen moesten antwoorden of een letterreeks een bestaand of nietbestaand woord was. Maar in taken waar de emotionele waarde wel relevant was (bijvoorbeeld, als mensen moesten antwoorden of een woord positief of negatief was), reageerden mensen met autisme hetzelfde als mensen zonder autisme. Lartseva concludeerde dat de verschillen tussen mensen met en zonder autisme niet zozeer worden veroorzaakt door een gebrek aan bepaalde verwerkingsprocessen, maar door het kiezen van een andere verwerking- of gedragsstrategie.
Radboud Universiteit Academische plechtigheden juli 2016 Alina Lartseva (1985) behaalde haar diploma in psychologie in Moskou in 2008 en een Master in Neurowetenschap bij Radboud Universiteit in 2010. Haar promotieonderzoek voerde ze uit bij de Afdeling Cognitive Neuroscience binnen het Donders Center for Neuroscience van het Radboudumc in samenwerking met de afdeling Psychiatrie en kind- en Jeugdpsychiatriecentrum Karakter. Momenteel werkt Lartseva als engineer bij Philips.
Landen leiden levens Vrijdag 1 juli 2016 om 15.45 uur precies Oratie de heer prof. dr. M. Lubbers, hoogleraar Algemene en theoretische sociologie (Sociale Wetenschappen) Titel: Landen leiden levens. In- en uitsluiting in context ‘Wij zijn onze context’, stelt socioloog Marcel Lubbers in zijn oratie. De context waarin we leven heeft invloed op de menselijke mogelijkheden en beperkingen. Landen vormen een belangrijke context waarbinnen levens vorm krijgen. De ideologie gekoppeld aan het centraal stellen van een land is het nationalisme. De centrale hypothese die Lubbers poneert, is dat hoe sterker de nationalistische ideologie is, des te groter de ongelijkheid tussen de mensen binnen en buiten die specifieke groep en des te groter de conflicten tussen hen. Kort samengevat: nationalisme leidt tot ongelijkheid. Lubbers toetst zijn hypothese aan de hand van onderzoek naar steun voor nationalistische partijen in Europa en de positie van migranten in deze landen. Daarnaast problematiseert hij de relatie tussen steun voor nationalistische ideologie en de positie van migranten. De vraag die daarbij centraal staat is in hoeverre recente migranten kennis hebben van het bestaan van uitsluitende reacties vanuit het ontvangende land en welke consequenties dat heeft. Marcel Lubbers is per 1 november 2015 benoemd tot hoogleraar Algemene en theoretische sociologie aan de Radboud Universiteit. Hij verzorgt het onderwijs in de theoretische sociologie en doet onderzoek op het gebied van de sociale cohesie, in het bijzonder integratie van migranten, radicalisering en de gevolgen van Europese integratie.
Nieuwe manier biopten nemen voor prostaatkanker Maandag 4 juli 2016 om 10.30 uur precies Promotie mevrouw W.J.M. van de Ven MSc. (Medische Wetenschappen) Titel: MRI guided TRUS prostate biopsy - a viable alternative? Promotoren: prof. dr. ir. N. Karssemeijer, prof. dr. J.O. Barentsz Copromotor: dr. ir. H.J. Huisman Voor meer informatie kunnen journalisten contact opnemen met de persvoorlichters van het Radboudumc,
[email protected] Een toenemend aantal mannen krijgt te maken met verdenking op prostaatkanker. Om een diagnose te kunnen stellen is een biopsie vereist. De huidige manier van het nemen van een biopt is onder begeleiding van een echo. Maar tumoren zijn niet zichtbaar op een echo waardoor de biopten vaak een verkeerd beeld geven en de verkeerde diagnose wordt gesteld. De MRI is wel in staat een tumor in beeld te brengen, waardoor er gericht een biopt kan worden genomen. Wendy van de Ven onderzocht het combineren van de voordelen van beide technieken, de zogenaamde ‘MRI-geleide echobiopten’. Dit houdt in dat er een biopt wordt genomen onder begeleiding van een combinatie van echo en MRI. De beelden worden eerst samengevoegd en vervolgens gebruikt om gericht een biopt te nemen. Ze keek naar zowel de technische eisen, als ook de haalbaarheid om dit toe te passen in de praktijk. Van de Ven concludeert dat MRI-geleide echobiopten voor een deel van de tumoren succesvol is. Deze methode wordt momenteel met name toegepast in onderzoeksettings. Wendy van de Ven (1987) studeerde natuurwetenschappen aan de Radboud Universiteit en behaalde in 2012 cum laude haar diploma. Bovenstaand onderzoek voerde zij uit op de afdeling Radiologie binnen het Radboud Institute for Health Sciences. Momenteel is Wendy werkzaam als design engineer bij ASML.
Alcoholpreventie in de huisartsenpraktijk Maandag 4 juli 2016 om 12.30 uur precies Promotie mevrouw M.N. Keurhorst MSc. (Medische Wetenschappen) Titel: Prevention of risky alcohol consumption in primary health care. Do professionals care? Promotoren: prof. dr. M.J.P. Wensing, prof. dr. P. Anderson (UM) Copromotoren: dr. M.G.H. Laurant, dr. M.M. Heinen
Radboud Universiteit Academische plechtigheden juli 2016 Voor meer informatie kunnen journalisten contact opnemen met de persvoorlichters van het Radboudumc,
[email protected] Zo’n 20 tot 30 procent van de patiënten in de huisartsenpraktijk drinkt overmatig. Echter wordt bij minder dan 5 procent van de patiënten screening en advies aangeboden voor overmatig alcoholgebruik. Keurhorst laat zien hoe preventieve zorgverlening in de huisartsenpraktijk ten aanzien van overmatig alcoholgebruik kan worden verhoogd. Scholing en financiële vergoedingen helpen, maar wel in beperkte mate en op korte termijn. Keurhorst concludeert dat de potentie van de huisartsenpraktijk belangrijk, maar beperkt is. Ze pleit voor horizonverbreding waarbij de huisartsenpraktijk alcoholpreventie oppakt samen met de overige wijkzorg. Myrna Keurhorst (1988) studeerde aan de Vrije Universiteit te Amsterdam waar zij in 2010 haar Master Health Sciences: Prevention and Public Health behaalde. Bovenstaand onderzoek voerde ze uit op afdeling IQ healthcare van het Radboudumc, binnen het onderzoeksinstituut Radboud Institute for Health Sciences. Op dit moment werkt ze als docent en onderzoeker geriatrische en palliatieve zorg bij Saxion.
Waarom kinderen niet praten na een hersentumoroperatie Maandag 4 juli 2016 om 14.30 uur precies Promotie mevrouw drs. K.M. van Baarsen (Medische Wetenschappen) Titel: The anatomical substrate of cerebellar mutism. Back to basics Promotor: prof. dr. J.A. Grotenhuis Copromotoren: dr. A.M. van Cappellen van Walsum, dr. M. Kleinnijenhuis Voor meer informatie kunnen journalisten contact opnemen met de persvoorlichters van het Radboudumc,
[email protected] Ruim dertig procent van de kinderen die geopereerd zijn aan een tumor in de kleine hersenen, kan enkele dagen na de operatie niet praten. Deze kinderen leiden aan Cerebellair Mutisme. Ze begrijpen wel wat anderen tegen ze zeggen maar kunnen zelf niet praten. Dat is verschrikkelijk voor zowel het kind als de ouders, zeker tijdens deze periode van grote angst en onzekerheid. Bovendien leidt Cerebellair Mutisme vaak tot ernstige cognitieve en psychologische problemen op de lange termijn. De functies van taal en spraak zijn toegeschreven aan de linker hersenhelft. De rol die de kleine hersenen hierin spelen is nog steeds onduidelijk. Kirsten van Baarsen heeft de hersenbanen in kaart gebracht die mogelijk verband houden met het ontstaan van Cerebellair Mutisme. Deze kennis draagt bij aan een beter begrip van de aandoening en zorgt zo voor betere uitleg aan familie en aan paramedici die het kind behandelen tijdens de revalidatie. Kennis over de betrokken hersenbanen geeft ook nieuwe aanknopingspunten voor verder onderzoek op gebied van medicatie en genetica. Bovendien kan het leiden tot hernieuwde chirurgische inzichten. Kirsten van Baarsen (1983) studeerde optometrie en orthoptie aan de Hogeschool Utrecht en daarna geneeskunde aan de Universiteit Utrecht. Ze behaalde het artsexamen in 2009. Bovenstaand onderzoek voerde ze uit op de afdeling Neurochirurgie binnen het Donders Center for Neuroscience. Momenteel is ze bezig met een fellowship neuro-oncologische chirurgie in het UMC Utrecht.
Behavioral and neuroscientific essays on decision-making under uncertainty Maandag 4 juli 2016 om 16.30 uur precies Promotie mevrouw drs. K. Fairley (Managementwetenschappen) Promotoren: prof. dr. G.U. Weitzel, prof. dr. A.G. Sanfey Copromotor: dr. J. Vyrastekova
Physical security analysis of embedded devices Dinsdag 5 juli 2016 om 10.30 uur precies Promotie de heer B. Ege MSc. (Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica) Promotor: prof. dr. B.P.F. Jacobs Copromotor: dr. L. Batina
Dinsdag 5 juli 2016 om 12.30 uur precies Promotie de heer A.J. Lindenhovius MSc. (Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica) Titel: C(A) Promotor: prof. dr. N.P. Landsman E-mailadres:
[email protected]
Radboud Universiteit Academische plechtigheden juli 2016
Bert Lindenhovius deed onderzoek naar de wiskunde achter quantummechanica met mogelijke toepassingen in computerwetenschappen, in het bijzonder de quantumcomputing. Hij richtte zich op C*-algebra's, wiskundige objecten die gebruikt kunnen worden om natuurkundige systemen te beschrijven. Het voordeel van het C*-algebraïsche formalisme is dat het zowel heschikt is voor quantummechanica als voor de klassieke mechanica van Newton. De zogeheten commutatieve C*algebra's spelen een rol in de beschrijving van de klassieke mechanica. Nu is het een doctrine van Niels Bohr dat we alleen door een `klassieke bril' naar de de quantumwereld kunnen kijken; als we daadwerkelijk metingen aan een quantumsysteem uitvoeren, krijgen we altijd klassieke data. In dit proefschrift onderzoekt Bert Lindenhovius C*-algebra's door middel van hun commutatieve C*deelalgebra's, die het wiskundige analagon van de klassieke bril van Bohr vormen. In andere woorden: gegeven een C*-algebra dat een bepaald quantumsysteem representeert, wordt alle experimenteel toegankelijke informatie in dat quantumsysteem gerepresenteerd door de collectie van commutatieve C*-deelalgebra's van de C*-algebra. Met name is Lindenhovius geïnteresseerd in de identificatie van C*-algebra's aan de hand van hun commutatieve C*-deelalgebra's. Bert Lindenhovius (Den Helder, 1984) studeerde mathematische fysica aan de Universiteit van Amsterdam onder begeleiding van Prof. Robert Dijkgraaf, waarna hij promovendus werd aan de Radboud Universiteit onder leiding van Prof. Klaas Landsman. Na zijn promotie, die mede werd gefinancierd door NWO, zal hij als postdoctoraal onderzoeker aan de slag gaan in New Orleans.
Non-invasive prenatal testing: a multifaceted assessment Dinsdag 5 juli 2016 om 14.30 uur precies Promotie mevrouw drs. L. Beulen (Medische Wetenschappen) Promotor: prof. dr. J.M.G. van Vugt (VU) Copromotoren: dr. B.H.W. Faas, dr. M.N. Bekker (UMCU) Voor meer informatie kunnen journalisten contact opnemen met de persvoorlichters van het Radboudumc,
[email protected]
Woensdag 6 juli 2016 om 10.30 uur precies Promotie de heer mr. C.G. Dijkstra (Rechtsgeleerdheid) Titel: Cumulatie van belastingen. Een onderzoek naar de samenloop van de heffing van inkomstenbelasting, schenk- en erfbelasting (en overdrachtsbelasting) Promotor: prof. mr. G.T.K. Meussen E-mailadres:
[email protected] Hoewel belasting betalen al niet tot de hobby van de gemiddelde Nederlander hoort, is dat bij dubbel belasting betalen helemaal het geval. In dit proefschrift gaat Christiaan Dijkstra in op het dubbel betalen van inkomstenbelasting, schenk- en erfbelasting en soms ook nog overdrachtsbelasting. De wetgever heeft wel regelingen gemaakt om deze dubbele belasting te voorkomen, maar deze zijn echter in sommige situaties geheel niet of slechts gedeeltelijk van toepassing. Dijkstra geeft in dit proefschrift een overzicht. In grensoverschrijdende situaties is deze dubbele heffing vaak nog erger. Vanuit de Europese Commissie wordt op dit moment uitsluitend nog nagedacht over grensoverschrijdende dubbele belasting bij dezelfde vorm van belastingheffing. Ook in het geval van bedrijfsopvolging komt dubbele belastingheffing veel voor. De veelbesproken bedrijfsopvolgingsregeling heeft een matigend effect. Maar ook deze regeling ligt onder vuur. Dijkstra stelt voor om een onderscheid te maken tussen situaties waarin iemand in een keer een vermogen ontvangt, bijvoorbeeld door een schenking of erfenis, en de situatie waarin iemand een periodieke uitkering ontvangt. In het eerste geval zou er uitsluitend schenk- of erfbelasting geheven moeten worden, in het tweede uitsluitend inkomstenbelasting. Deze oplossing is ook passend in het kader van bedrijfsopvolging. Voor wat betreft de samenloop met de heffing van overdrachtsbelasting stelt Dijkstra voor om ook bij een erfenis of schenking gewoon overdrachtsbelasting te heffen. Christiaan G. Dijkstra (Jutphaas, 1968) studeerde fiscaal recht aan de Universiteit van Leiden, werkte aan de Universiteit van Tilburg en aan de Radboud Universiteit. Vanaf 2006 is Dijkstra verbonden aan de Radboud Universiteit in Nijmegen als docent en onderzoeker. Dijkstra is partner bij Visser & Visser Belastingadviseurs te Barneveld en verantwoordelijke voor de vestiging in Dubai (The Watermill Consultants).
Radboud Universiteit Academische plechtigheden juli 2016
Zelfmanagement na een beroerte – een uitdagend proces! Woensdag 6 juli 2016 om 12.30 uur precies Promotie de heer A.J.H. Satink MSc. (Medische Wetenschappen) Titel: What about self-management post-stroke? Challenges for stroke survivors, spouses and professionals Promotoren: prof.dr.M.W.G. Nijhuis-van der Sanden, prof.dr. S. Josephsson (Karolinska Institutet, SE) Copromotoren: dr. E.H.C. Cup, dr. B.J.M. de Swart Voor meer informatie kunnen journalisten contact opnemen met de persvoorlichters van het Radboudumc,
[email protected] Voor veel mensen is het oppakken van het leven na een beroerte (een herseninfarct of hersenbloeding) een uitdaging. Satink onderzocht hoe deze patiënten, hun partners en de professionals aankijken tegen zelfmanagement en hoe dat zelfmanagement verloopt. Zelfmanagement is een complex en dynamisch leerproces,dat bestaat uit drie fases: zelfmanagement van de gevolgen na een beroerte; zelfmanagement van dagelijkse activiteiten, en zelfmanagement van een betekenisvol leven. Alle betrokkenen geven aan dat iemand met een beroerte zelfmanagement het beste ontwikkelt tijdens het uitvoeren van activiteiten in de thuissituatie. Naast het zelfmanagement van de patiënt, dient er ook aandacht te zijn voor zelfmanagement van de partner en zelfmanagement van beiden samen (comanagement) en familiemanagement.Twee verschillende programma’s worden geadviseerd: allereerst voor de periode na ontslag met als doel het bevorderen van zelfmanagement van dagelijkse activiteiten. Wanneer patiënten langere tijd thuis zijn, is behoefte aan programma’s met aandacht voor de werkelijke betekenis van het leven na een beroerte en de mogelijkheden die de patiënt daarin heeft. Ton Satink (1964) is ergotherapeut en behaalde in 2002 zijn Master of Science in Occupational Therapy aan de European Masters of Science in Occupational Therapy. Het promotieonderzoek is uitgevoerd binnen het Radboud Institute for Health Sciences en het lectoraat Neurorevalidatie van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Ton Satink is hoofddocent en onderzoeker bij de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en senior lecturer aan de European Masters of Science in Occupational Therapy.
Over de grenzen van autoriteit Woensdag 6 juli 2016 om 14.30 uur precies Promotie mevrouw W. van der Linden MA (Letteren) Titel: Over de grenzen van autoriteit. Literaire gezagsverhoudingen tussen natuurwetenschappen, religie en geesteswetenschappen in De ontdekking van de hemel (1992) van Harry Mulisch Promotoren: prof. dr. J.H.Th. Joosten E-mailadres:
[email protected] In de internationale bestseller De ontdekking van de hemel (1992) van Mulisch is de autoriteit van natuurwetenschappen en technologie een belangrijk thema. De roman bevat vele referenties aan het belang van natuurwetenschappelijk onderzoek, technologische innovaties, en diens geschiedenis, vaak in relatie tot andere disciplines en praktijken zoals religie, geesteswetenschappen en literatuur. Op die manier mengt de roman zich in publieke debatten over de culturele betekenis en relevantie van natuurwetenschappen en technologie, die hun wortels hebben in de negentiende eeuw. In haar proefschrift betoogt Willemijn van der Linden dat literatuur een belangrijke rol speelt in de beeldvorming van natuurwetenschappelijk gezag. Op grond van een exemplarische casestudy van De ontdekking van de hemel toont ze aan dat romanliteratuur de veronderstelde superioriteit van natuurwetenschappelijke kennis ten opzichte van andere disciplines kan bevestigen, bekritiseren én relativeren. Willemijn van der Linden (Amersfoort, 1984) studeerde Nederlandse Taal en Literatuur aan de Universiteit Utrecht. In 2007 studeerde ze cum laude af op een onderzoek naar literaire representaties van natuurwetenschappelijke kennis. Tussen 2007 en 2015 was zij als docent verbonden aan de Universiteit Utrecht, de Vrije Universiteit Amsterdam en de Universiteit van Amsterdam. Sinds augustus 2015 woont en werkt Van der Linden in Buenos Aires, Argentinië.
Radboud Universiteit Academische plechtigheden juli 2016
Woensdag 6 juli 2016 om 16.30 uur precies Promotie de heer mr. R.H.W. Frins (Rechtsgeleerdheid) Titel: Mitigatie, compensatie en saldering in het omgevingsrecht Promotor: prof. mr. A.G.A. Nijmeijer E-mailadres:
[email protected] In een klein en dichtbevolkt land als Nederland is strijd met milieukwaliteitsnormen eerder regel dan uitzondering. Vandaar dat het voorkomen en wegnemen van voor de omgeving nadelige effecten van ruimtelijke ontwikkelingen een belangrijke plaats inneemt in het omgevingsrecht. In de wet- en regelgeving wordt dit vormgegeven als de verplichting om maatregelen te treffen die de nadelige effecten mitigeren (reduceren) of compenseren soms in combinatie met mogelijkheden tot saldering. In dit onderzoek is ten eerste de relevante wet- en regelgeving met betrekking tot mitigatie, compensatie en saldering geanalyseerd. Vervolgens is geanalyseerd hoe in de praktijk uitvoering wordt gegeven aan de uit deze wet- en regelgeving voortvloeiende verplichtingen. Aangezien hieruit volgt dat deze verplichtingen niet in alle gevallen worden nageleefd, is onderzocht welke juridische oplossingsrichtingen er zijn om deze uitvoering te verbeteren, zodat een verdere achteruitgang van de kwaliteit van het milieu wordt voorkomen. Ralph Frins werd op 24 augustus 1985 geboren in Kerkrade. Hij studeerde Nederlands recht en Internationaal & Europees recht aan de Radboud Universiteit en de Université Robert Schuman (thans Université de Strasbourg). Vanaf 2009 was hij als promovendus verbonden aan de vaksectie Bestuursrecht van de Radboud Universiteit. Daarnaast werkte hij vanaf 2009 tot oktober 2014 bij de provincie Gelderland. Aanvankelijk als juridisch adviseur ruimtelijke ordening, later als juridisch adviseur natuurbeschermingsrecht. Sinds 1 oktober 2014 is hij jurist omgevingsrecht bij Witteveen+Bos.
Onderzoek naar genetische afwijkingen in kwaadaardige bloedziekten Donderdag 7 juli 2016 om 12.30 uur precies Promotie mevrouw L.I. Kroeze MSc. (Medische Wetenschappen) Titel: Unraveling the (epi)genetic makeup of myeloid malignancies Promotor: prof. dr. J.H. Jansen Copromotor: dr. B.A. van der Reijden Voor meer informatie kunnen journalisten contact opnemen met de persvoorlichters van het Radboudumc,
[email protected] Het ontstaan van kwaadaardige bloedziekten is een evolutionair proces. Veranderingen (mutaties) in het DNA van bloedstamcellen hopen zich op gedurende het leven en kunnen uiteindelijk leiden tot een kloon met zieke bloedcellen. Ook kunnen er tijdens het ziekteverloop nog nieuwe mutaties bijkomen, waardoor het ziektebeeld kan veranderen. Jansen onderzocht mutaties in het TET2 gen. Hij ontdekte dat in bloedcellen met een TET2-mutatie het proces is verstoord, dat regelt welke stukken DNA worden omgezet naar eiwit. Ook heeft hij genetische afwijkingen van elf patiënten met de bloedziekte myelodysplastisch syndroom in kaart gebracht en deze afwijkingen gevolgd tijdens het ziekteverloop. Deze analyse geeft inzicht in de genetische defecten die mogelijk een rol spelen bij resistentie tegen een behandeling. Ook kreeg hij meer inzicht in genetische defecten die vaak voorkomen bij patiënten met een verhoogde kans op progressie van de ziekte. De resultaten uit dit onderzoek kunnen gebruikt worden bij de behandelingskeuze (personalized medicine) en bij het ontwikkelen van nieuwe therapieën gericht tegen genetische afwijkingen. Leonie Kroeze (1985) behaalde haar diploma Bachelor of Applied Science aan de Saxion Hogeschool in Enschede (cum laude) en haar masterdiploma Medische Biologie aan de Radboud Universiteit (cum laude). Bovenstaand onderzoek voerde ze uit op de afdeling laboratoriumgeneeskunde binnen het Radboud Institute for Molecular Life Sciences van het Radboudumc. Het onderzoek naar genetische defecten in bloedziekten zet ze voort binnen het laboratorium hematologie.
Radboud Universiteit Academische plechtigheden juli 2016
Meer aandacht voor de moedertaal van immigranten Vrijdag 8 juli 2016 om 10.30 uur precies Promotie mevrouw R. van Rijswijk MA (Letteren) Titel: The strength of a weaker first language: Language production and comprehension by Turkish heritage speakers in the Netherlands Promotor: prof. dr. A.F.J. Dijkstra Copromotor: dr. A.G. Muntendam Contact:
[email protected] De kinderen van immigranten erven hun eerste taal van hun ouders, maar worden vaak dominant in hun tweede taal, de officiële taal van de samenleving. Remy van Rijswijk vergeleek het Nederlands van volwassen tweede-generatie Turkse Nederlanders met van dat van moedertaalsprekers van het Nederlands. Door linguïstische en psycholinguïstische onderzoeksmethoden te combineren toont Remy aan dat Turkse Nederlanders anders spreken, lezen en luisteren dan moedertaalsprekers van het Nederlands, tenminste wanneer het specifieke aspecten van het Nederlands betreft die structureel verschillen van het Turks. Terwijl veel voorgaande studies taalinvloed voornamelijk toedichtten aan taaldominantie, vond Remy ook invloed van de moedertaal op de dominante tweede taal. Deze resultaten hebben consequenties voor theorieën over meertaligheid en meer praktische implicaties voor de manier waarop immigrantenkinderen hun talen leren. Naast taalaanbod op zich (méér in beide talen) is aandacht voor bepaalde structurele verschillen tussen talen mogelijk belangrijker dan gedacht. Remy van Rijswijk (Nijmegen, 1988) studeerde Taalwetenschap (BA, MA cum laude) aan de Radboud Universiteit. In 2010-2011 deed zij tijdens haar Master veldonderzoek in het dorpje Conchacalla in Peru. Onder begeleiding van Dr. Antje Muntendam onderzocht zij de invloed van Quechua op de intonatie van het Andes Spaans. Haar promotieonderzoek startte in 2012. Tegenwoordig werkt zij als International Officer voor Psychologie en Artificial Intelligence aan de Radboud Universiteit.
Snijden met visie Vrijdag 8 juli 2016 om 15.45 uur precies Oratie de heer prof. dr. C Rosman hoogleraar aan de Radboud Universiteit / Faculteit der Medische Wetenschappen Titel: Snijden met visie Voor meer informatie kunnen journalisten contact opnemen met de persvoorlichters van het Radboudumc,
[email protected] Bij minimaal invasieve chirurgie wordt via een aantal kleine gaatjes in buik- of borstwand met lange instrumenten en een camera vanaf een beeldscherm geopereerd in plaats van een grote snee te maken. Het doel van de minimaal invasieve chirurgie is om, met minder schade aan de buikwand en beter zicht op de tumor, patiënten met minder complicaties en sneller te laten genezen. Bij patiënten met een kwaadaardige tumor kan de chirurg tijdens de operatie, ondanks een beter zicht, geen onderscheid maken tussen goed- en kwaadaardig weefsel. Bij iedere patiënt wordt dan ook uit voorzorg dezelfde (maximale) hoeveelheid weefsel uitgesneden om de kans zo groot mogelijk te maken dat alle tumorcellen worden verwijderd. Toch blijven ook bij deze aanpak bij tien procent van de patiënten nog tumorcellen achter. Nog vaker wordt een ruime hoeveelheid tumorvrij weefsel verwijderd. Rosman gaat in op het leerproces en de waarde van minimaal invasieve chirurgie bij hoog complexe operaties en op het verbeteren van de beeldvorming van tumoren vóór en tijdens de operatie. Doel is chirurgen hoog complexe minimaal invasieve operaties efficiënt en effectief te leren, zonder dat dit consequenties heeft voor de patiënt. Hij streeft naar een geïndividualiseerde behandeling, waardoor altijd alle tumorcellen worden verwijderd, gezond weefsel niet wordt beschadigd, geen complicaties optreden en de zorg kosteneffectief wordt. Camiel Rosman (Rotterdam, 1963) studeerde geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen en werd opgeleid tot chirurg in het UMCG, Groningen en Medisch Spectrum Twente, Enschede. In 1996 promoveerde hij op het proefschrift ‘Experimental studies on surgical treatment of peritonitis’. Hij werd staflid op de afdeling heelkunde van het UMCG en trad in 1999 toe tot de maatschap heelkunde van het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis (CWZ) Nijmegen waar hij onder andere de functie van opleider heelkunde en vervolgopleider maagdarmleverchirurgie vervulde. Sinds 1 januari is hij hoogleraar met als leeropdracht ‘minimaal invasieve chirurgie’.
Radboud Universiteit Academische plechtigheden juli 2016
Een kroon of een vulling na een wortelkanaalbehandeling? Maandag 11 juli 2016 om 14.30 uur precies Promotie de heer J.A. Skupien (Medische Wetenschappen) Titel: Endodontically treated teeth: success and failure from a restorative perspective Promotor: prof. dr. M.C.D.N.J.M. Huysmans, prof. dr. F.F. Demarco Copromotor: dr. C.M. Kreulen, dr. T. Pereira-Cenci Voor meer informatie kunnen journalisten contact opnemen met de persvoorlichters van het Radboudumc,
[email protected] Na een wortelkanaalbehandeling van een kies raadt de tandarts vaak aan een kroon met een stiftopbouw te laten maken. Vaak moet er dan weer aan de kies worden geslepen. Tandkleurig vulmateriaal (composiet) kan dan een alternatief zijn. Composiet wordt aan de kies gehecht, waardoor het tandweefsel wordt behouden. Jovito Skupien bracht in kaart hoe succesvol vervolgbehandelingen van kiezen na een wortelkanaalbehandeling zijn. Uit haar analyse van de tandheelkundige literatuur blijkt dat de kroon met stiftopbouw het langst mee gaat. Hoewel Skupien uit een belastingsproef in het laboratorium concludeerde dat een kies sterker werd door de stiftopbouw, brachten praktijkgegevens uit Duitsland aan het licht dat de stiftopbouw niet per definitie betere resultaten in de praktijk laat zien. In een gerandomiseerd klinisch onderzoek, uitgevoerd in Brazilië, bleek tenslotte dat kiezen met stiftopbouw langer onderhoudsvrij blijven met kronen dan met composietvullingen. Het antwoord is niet eenduidig: de kroon met stiftopbouw lijkt de geschiktste behandeling, met de composietvulling als redelijk alternatief. Jovito Adiel Skupien (1984, São Luiz Gonzaga, Brazilië) behaalde een masterdiploma Tandheelkunde aan de State University in Santa Maria, Brazilië met tandheelkundige materialen als aandachtsgebied. Bovenstaand onderzoek voerde hij uit bij de afdeling Tandheelkunde van het Radboudumc, in samenwerking met het het Dental Graduate Program van de universiteit in Pelotas. Momenteel werkt hij als tandarts aan het Franciscan University Center in Santa Maria.
Waarom faalt een tandheelkundige vulling? Dinsdag 12 juli 2016 om 12.30 uur precies Promotie mevrouw F.H. van de Sande Leite MSc. (Medische Wetenschappen) Titel: Restoration survival in the composite resin age Promotoren: prof. dr. M.C.D.N.J.M. Huysmans, prof. dr. F.F. Demarco (Universidade Federal de Pelotas, BR) Copromotor: dr. N.J.M. Opdam, dr. M.S. Cenci (Universidade Federal de Pelotas, BR) Voor meer informatie kunnen journalisten contact opnemen met de persvoorlichters van het Radboudumc,
[email protected] Francoise van de Sande Leite onderzocht het probleem van falende tandvullingen en mogelijke oorzaken daarvan. Traditioneel was de opvatting dat vooral materiaaleigenschappen van de vulling en de nauwkeurigheid waarmee tandartsen een vulling aanleggen een belangrijke factor bij het falen is. Van de Sande Leite keek naar de levensduur van vullingen die door tandartsen in praktijken of universitaire centra zijn gelegd. Bij proefpersonen keek zij naar materiaalinvloed bij het ontstaan van tandcariës naast de vulling. In tegenstelling tot bestaande opvattingen lijken de materiaalverschillen en wijze waarop de tandarts de vulling aanbrengt veel minder belangrijk te zijn dan patiëntfactoren. De gevoeligheid voor het ontwikkelen van gaatjes, iets wat samen hangt met lifestyle en voedingspatroon van de patiënt, blijkt veel belangrijker te zijn. Voor het eerst werd ook vastgesteld dat tandenknarsen en tandklemmen een factor van betekenis is bij het falen van een tandvulling. Een van de conclusies van het onderzoek is dan ook dat voor het falen van restauraties, patiëntfactoren belangrijker zijn dan materiaalfactoren.
Radboud Universiteit Academische plechtigheden juli 2016
Oorzaken van het ontstaan van secundaire cariës Dinsdag 12 juli 2016 om 14.30 uur precies Promotie mevrouw A. Fernandes Montagner MSc. (Medische Wetenschappen) Titel: After the bond has failed. Failure of the adhesive interface and its implications for secondary caries Promotoren: prof. dr. M.C.D.N.J.M. Huysmans, prof. dr. F.F. Demarco (Universidade Federal de Pelotas, BR) Copromotoren: dr. N.J.M. Opdam, dr. M.S. Cenci (Universidade Federal de Pelotas, BR) Voor meer informatie kunnen journalisten contact opnemen met de persvoorlichters van het Radboudumc,
[email protected] In de praktijk besteden tandartsen veel tijd aan het vervangen van restauraties, hoofdzakelijk vanwege secundaire cariës, het opnieuw ontstaan van gaatjes onder een vulling. Anelise Montagner onderzocht welke factoren invloed hebben op het ontstaan van secundaire cariës. De conditie van het raakvlak tussen de vulling en het tandbeen speelt hierbij een belangrijke rol zodra er sprake is van een randspleet. Bij een perfecte hechting tussen tand en vulling ontstond namelijk geen enkele carieuze beschadiging, terwijl dergelijke beschadigingen wel ontstonden in alle andere gevallen. Ook door veroudering van de restauratie neemt de vorming van cariës toe. Verouderde raakvlakken tussen tandbeen en vulling vertoonden meer demineralisatie dan de raakvlakken waarbij het tandbeen ofwel volledig wordt bedekt door kleefstoffen, of waarbij deze helemaal afwezig waren. Daarnaast versnelt veroudering de afname in effectiviteit van de hechting van een vulling en beïnvloedt veroudering de breukpatronen van adhesieve systemen op tandbeen. Anelise Montagner behaalde in 2010 haar mastertitel Dental Science en in 2013 haar dokterstitel Tandheelkunde in Brazilië. Bovenstaand onderzoek voerde zij uit bij de afdeling Tandheelkunde van het Radboudumc, binnen het Radboud Institute for Health Sciences.
Psoriasis bij kinderen en adolescenten: behandelingen en uitkomstmaten Woensdag 13 juli 2016 om 14.30 uur precies Promotie mevrouw M.J. van Geel MSc. (Medische Wetenschappen) Titel: Psoriasis in children and adolescents: treatments and assessment measures Promotoren: prof. dr. dr. P.C.M. van de Kerkhof, prof. dr. E.M.G.J. de Jong Copromotor: dr. M.M.B. Seyger Voor meer informatie kunnen journalisten contact opnemen met de persvoorlichters van het Radboudumc,
[email protected] Psoriasis is een chronische huidziekte die relatief vaak voorkomt bij kinderen en die een grote invloed kan hebben op hun kwaliteit van leven. De meeste behandelingen voor psoriasis zijn echter niet geregistreerd voor kinderen. Maartje van Geel concludeerde dat er ook weinig bekend is over de werkzaamheid en veiligheid van de verschillende behandelingsmogelijkheden bij kinderen met psoriasis, zeker als het gaat om de veiligheid op de lange termijn. Daarom onderzocht zij van een aantal behandelingen de veiligheid, werkzaamheid en invloed op kwaliteit van leven bij kinderen en adolescenten met psoriasis. Ook bestudeerde zij het effect van een trainingsprogramma voor kinderen en adolescenten met psoriasis en hun ouders. Zowel kinderen als ouders waren positief over dit trainingsprogramma. De beslissing voor een psoriasisbehandeling wordt samen met het kind en diens ouders genomen. Hierbij is het belangrijk dat zowel de ernst van de ziekte als de kwaliteit van leven wordt meegenomen. Daarom onderzocht Van Geel verschillende uitkomstmaten om de ernst van de psoriasis en de psychosociale impact op het kind te kunnen beoordelen. Maartje Johanna van Geel (1987) studeerde geneeskunde in Nijmegen en behaalde haar artsexamen in 2012. Bovenstaand onderzoek voerde zij uit bij de afdeling Dermatologie van het Radboudumc, binnen het onderzoeksinstituut Radboud Institute for Health Sciences (RIHS). Overige evenementen • •
Lunch lecture by Spinoza prize winner Mihai Netea (29 juni) Radboud Reflects @ Festival Op ’t Eiland | Met filosofen René ten Bos, Daphne Brandenburg, Arjen Kleinherenbrink en Simon Gusman (19 t/m 21 juli)
Radboud Universiteit Academische plechtigheden juli 2016 Op http://www.ru.nl/nieuws-agenda/agenda/agendaoverzicht/ vindt u het overzicht van alle andere activiteiten die binnenkort plaatsvinden op of gelieerd zijn aan de Radboud Universiteit. Als u meer informatie wenst over (een van) deze gebeurtenissen, kunt u contact opnemen met de genoemde contactpersonen op www.ru.nl/agenda of met het team Wetenschapscommunicatie van de Radboud Universiteit:
[email protected] of (024) 361 60 00.