gemeente Eindhoven
Dienst Stedelijke ontwikkeling en Beheer
Raadsnummer O8. RZ 6gZ. OOZ Inboeknummer o8bstorarZ Beslisdatum B&w to juni 2008 Dossiernummer 8ag.aSB
Raadsvoorstel tot het vaststellen uan de Subsidieparagraaf Stimulering onderhoud particuliere woningen Inleiding Op 8 januari 2008 heeft uw raad ingestemd met de nieuwe aanpak voor de particuliere woningvoorraad. Onderdeel hiervan is een stimuleringsregeling voor het onderhoud van particuliere woningen in de integrale wijkvernieuwingsgebieden, krachtwijken en actiegebieden. De kosten voor het vooronderzoek met het daarop gebaseerde opnamerapport en meerjarenonderhoudsplan (MOP) komen voor rekening van de gemeente. De kosten voor de uitvoering van het onderhoud kunnen middels een laagrentende lening via het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn) gefinancierd worden. Een tweede onderdeel is de aanpak van de Verenigingen van Eigenaren (VvE’s) op stedelijk niveau gericht op preventie. Middels een beperkte financiele bijdrage aan het opnamerapport en MOP wordt het onderhoudsbewustzijn gestimuleerd. Daarnaast zal meer aandacht worden besteed aan voorlichting en informatie-uitwisseling. Voor de uitvoering van deze stimuleringsregeling is een subsidieparagraaf opgesteld.
Doelstelling Met het vaststellen van deze subsidieparag raaf willen wij de volgende doelstellingen bereiken: 1 het stimuleren van het onderhoudsbewustzijn bij particuliere woningeigenaren; 2 het op peil brengen en houden van de onderhoudssituatie van het particuliere woningbezit; 3 het voorkomen van een verslechtering van de woon- en leefomgeving in wijken en buurten. Voorstel 1 ÃćâĆňâĂİ de Subsidieparagraaf Stimulering onderhoud particuliere woningen vaststellen;
de Subsidieverordening Stimulering onderhoud Eindhovense woningvoorraad intrekken;
de reserve Gemeenterekening Stimulering onderhoud particuliere woningen in te stellen en onder te brengen bij het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn); de begrotingswijziging vaststellen.
Argumenten 1.1 Di tis een uitvoering van een eerder genomen besluit van uw raad. Op 8 januari 2008 heeft uw raad besloten dat er een nieuwe aanpak komt voor het onderhoud van particuliere woningen. Om deze stimuleringsregeling te kunnen uitvoeren is de Subsidieparagraaf Stimulering onderhoud particuliere woningen opgesteld.
1.2 Vaststelling van de subsidieparagraaf kan niet wachten. Dit voorstel wordt u separaat ter vaststelling aangeboden, omdat het niet kan wachten op de aanpassing van de Subsidieverordening, die in december 2008 wordt verwacht. Wij willen de regeling al laten ingaan in het najaar van 2008. 1.3 De ’oude’verordening komt te vervallen. Met het vaststellen van de nieuwe subsidieparagraaf, komt de oude regeling te verva l l en.
1.4 Een deel van het beschikbare budget (ter grootte van&800.000,–) wordt ondergebracht bij het 5 ti muleri ngsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (5 Vn).
De uitvoering van de regeling wordt opgedragen aan de SVn. Om het budget administratief goed weg te zetten, is het instellen van een reserve nodig. 1.5 Het beschikbare budget moet worden opgenomenin de begroting. In de Voorjaarsnota 2008-2011 is door uw raad reeds 6 1.000.000,ÃćâĆňâĂİ beschikbaar ge-
steld voor een periode van twee jaar (2008 en 2009). De besteding van deze middelen is al vastgesteld in het raadsvoorstel van 8 januari 2008. Hiervoor is een begrotingswijziging nodig.
Kanttekeningen Niet van toepassing. Kosten
De reserve Gemeenterekening Stimulering onderhoud particuliere woningen heeft de volgende kenmerken: doel: het verstrekken van leningen voor onderhoud aan particuliere woningen volgens de subsidiepa rag raaf Stimulering onderhoud particuliere woningen; maximale hoogte: onbeperkt;
minimale hoogte:<0,ÃćâĆňâĂİ ;
voeding: nu eenmalig 6 800.000,ÃćâĆňâĂİ ; renteopbrengst van de leningen en de
rekeningcourant bij de SVn; onttrekkingen: beheervergoedingen SVn; looptijd: doordat het een revolverend fonds is, is de looptijd in principe onbeperkt.
Communicatie De subsidieparagraaf zal na vaststelling worden gepubliceerd in het gemeenteblad. Ook zal er een persbericht uitgaan over de nieuwe aanpak.
Planning en uitvoering Vooralsnog zijn er financiele middelen gereserveerd voor twee jaar (2008 en 2009). Er zal werkt worden met een zogenaamd ’ingroeimodel’. Het gaat hier immers om een nieuwe stimuleringsregeling en uit ervaring blijkt dat het even duurt voordat een regeling echt goed gaat lopen. Bij het ingroeimodel wordt uitgegaan van de aanpak van 80 woningen in twee jaar (30 woningen in 2008 en 50 woningen in 2009) in de integrale wijkvernieuwingsgebieden, krachtwijken en actiegebieden. Voor de uitvoering wordt samengewerkt met de Stichting Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn). De SVn beheert voor een groot aantal gemeenten revolverende fondsen. Voor de gemeente Eindhoven beheert SVn onder andere het fonds voor de Startersleningen. De SVn draagt zorg voor de financiele toets, waaronder toetsing bij BKR en de gehele administratie rondom de lening. Ook debiteurenadministratie (aanschrijven van wanbetalers) is hier onderdeel van. Het risico van wanbetalers ligt bij de gemeente Eindhoven. Voor de aanpak richting de VvE’s zijn ook voor twee jaar (2008 en 2009) financiele middelen gereserveerd. Een inventarisatieronde naar de VvE’s in de stad wordt nu uitgevoerd. Op basis hiervan kunnen de eerste contacten worden gelegd met de VVE’s en kan de problematiek in Eindhoven in beeld worden gebracht. Wij stellen jaarlijks de subsidieplafonds vast.
Deze subsidieparagraaf en de subsidieparagraaf Stimulering energiebesparende maatregelen kunnen gelijktijdig worden aangevraagd. Er wordt dan een lening verstrekt. Dit is in beide subsidieparagrafen geregeld. Evaluatie Een jaar na de start van de regeling (september 2009) vindt een terugkoppeling plaats over de stand van zaken. Vervolgens zal voor de voorjaarsnota 2010 een evaluatie plaatsvinden om te bezien of de regeling de gewenste resultaten oplevert of eventueel aanpassingen behoeft. Bijlage(n)
Geen.
2. Raadsbesluit inzake particuliere woningverbetering: taak van gemeente of woningeigenaren? Een nieuwe aanpak van de particuliere woningvoorraad d.d. 8 januari 2008. Een ontwerpraadsbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan.
Burgemeester en wethouders van Eindhoven,
A. Brunninkhuis, secretaris.
Raadsbesluit De raad van de gemeente Eindhoven; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 juni 2008; besluit: 1 ÃćâĆňâĂİ de Subsidieparagraaf stimulering onderhoud particuliere woningen vast te
stellen; de Subsidieverordening stimulering onderhoud Eindhovense woningvoorraad in te trekken; de reserve Gemeenterekening Stimulering onderhoud particuliere woningen in te stellen en onder te brengen bij het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten; de begrotingswijziging vast te stellen.
Stimulering onderhoud particuliere woningen Artikel 1 Begri psomschrij vi ngen
In deze paragraaf wordt verstaan onder: a. onderhoudsmaatregelen: onderhoudsmaatregelen als bedoeld in artikel 8; b. SVn: stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten; c. Gemeenterekening "Stimulering onderhoud particuliere woningen": de bij de SVn in beheer zijnde reserve waaruit de gemeente incidentele subsidies toekent ter stimulering van onderhoud particuliere woningen; d. VVE: vereniging van eigenaren; e. aangewezen gebied: bestuurlijk aangewezen wijkvernieuwingsgebieden/ krachtwijken en actiegebieden; f. BKR: Bureau Krediet Registratie te Tiel.
Artikel 2 Subsidieverlening 1. Het college kan,voor zover passend binnen het gemeentelijk woonbeleid, incidentele subsidies verstrekken voor: a. het maken van een meerjarenonderhoudsplan in opdracht van een VVE van in Eindhoven gelegen appartementen b. het maken van een meerjarenonderhoudsplan voor een grondgebonden woning in een aangewezen gebied c. het treffen van onderhoudsmaatregelen overeenkomstig een meerjarenonderhoudsplan voor een grondgebonden woning of appartement in een aangewezen gebied. 2. a. de subsidies als bedoeld onder 1.a. en 1.b. worden verstrekt in de vorm van
een bedrag ineens.
b. De subsidie als bedoeld in 1.c wordt verstrekt in de vorm van een laagrentende geldlening, die wordt beheert en bewaakt door de SVn. 3. De geldlening heeft de volgende kenmerken: a. de looptijd is maximaal 10 jaar. b. boven een bedrag van 612.500 is de looptijd maximaal 15 jaar en wordt hypothecaire zekerheid verlangd; c. het rentepercentage bedraagt 2o/o; d. de aflossing gaat in op het moment van vaststelling van de subsidie; e. de lening wordt afgelost op basis van het annuiteitensysteem; f. extra aflossingen op de lening zijn altijd mogelijk; g. Bij verkoop van de woning waaraan de onderhoudsmaatregelen zijn getroffen dient de restantschuld ineens en volledig afgelost te worden; h. de algemene voorwaarden van de SVN zijn op de geldlening; i. van toepassing; j. de afsluitprovisie bedraagt 1,5o/o. Artikel 3 Subsi di eaanvrager
1. Voor subsidie als bedoeld in artikel 2 subl.a komt in aanmerking een appartementseigenaar die het appartement ook metterdaad bewoond. 2. Voor subsidie als bedoeld in artikel 2 sub 1.b komt in aanmerking een natuurlijke persoon die eigenaar-bewoner is van een in een aangewezen gebied
gelegen bestaande grondgebonden woning. 3. Voor subsidie bedoeld in artikel 2 sub 1.c komt in aanmerking een natuurlijke persoon die eigenaar-bewoner is van een in een aangewezen gebied bestaande grondgebonden woning of appartement. 4. De subsidieaanvrager dient voor minstens 50o/o eigenaar te zijn van de woning dan wel het appartement. 5. Een VVE kan de aanvragen voor subsidie voor het maken van een meerjarenonderhoudsplan zoals bedoeld in artikel 2 sub 1.a voor het appartementencomplex coordineren. Artikel 4 Indi eni ngtermij n aanvraag
1. In afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 1 met betrekking tot de indieningtermijn van een subsidieaanvraag, kan een aanvraag voor een subsidie doorlopend bij het college worden ingediend. 2. Een aanvraag wordt minstens ingediend 6 weken voorafgaand aan het opmaken van een meerjarenonderhoudsplan dan wel de start van de realisering van de te treffen onderhoudsmaatregelen. Artikel 5 Subsi di ewei geri ng
Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1 wordt subsidie geweigerd indien: a. de grondgebonden woning of appartement waarvoor subsidie gevraagd wordt een WOZ-waarde van 6 200.000,- (prijspeil 2005) te boven gaat;
b. ingeval van subsidieaanvraag als bedoeld in artikel 2 sub 1b minder dan 60 /o van de eigenaars van woningen in een straat die gezamenlijk met de woning van de subsidieaanvrager een bouwkundige eenheid vormen, een opdracht tot het opstellen van een meerjarenonderhoudsplan geeft. c. de financiele lasten van de subsidieaanvrager(s) bij toekenning van een subsidie als bedoeld artikel 2 sub 1. c de normen van de Nationale Hypotheek Garantie te boven gaan; d. de kosten van de te treffen maatregelen in geval van een subsidie als bedoeld in artikel 2 sub 1.c een bedrag van 6 2500,ÃćâĆňâĂİ niet te boven gaan.
Artikel 6 Subsidieaanvraag 1. Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1met betrekking tot de in te dienen gegevens wordt bij een subsidieaanvraag als bedoeld in art 2 sub 1.a en 1.b een
offerte overgelegd. 2. Bij een subsidieaanvraag als bedoeld in artikel 2 sub 1.c. worden tevens de
volgende bescheiden overgelegd: a. een meerjarenonderhoudsplan; b. inkomensbescheiden als loonstroken en/of andere gegevens waaruit een reeel inzicht in het inkomen van aanvrager(s) en eventuele partner(s) kan worden verkregen; c. Bescheiden waaruit de schuldpositie van aanvrager(s) en eventuele partner(s) blijkt; d. offertes van aannemers, installateurs en/of leveranciers ter zake van te treffen onderhoudsmaatregelen als bedoeld in artikel 8 en/of de bijdrage die de aanvrager met het oog op het treffen van onderhoudsmaatregelen verschuldigd is aan de vereniging van eigenaren. Artikel 7 Subsi di ebedrag
a. het subsidiebedrag voor subsidies als bedoeld in art 2 sub 1.a bedraagt maximaal t 275,ÃćâĆňâĂİ
b. het subsidiebedrag voor subsidies als bedoeld in artikel 2 sub 1 b bedraagt maximaal 6 1200,ÃćâĆňâĂİ
c. het subsidiebedrag voor subsidies als bedoeld in artikel 2 sub 1.c bedraagt minimaal C 2500,ÃćâĆňâĂİ en maximaal C 30.000,ÃćâĆňâĂİ wordt berekend aan de hand van de
overgelegde offertes alsmede de verschuldigde afsluitprovisie. A r ti kei 8 Lijst subsi di abele onderhoudsma a tregelen
Voor subsidiering als bedoeld in artikel 2 subl.c komen de volgende onderhoudsmaatregelen in aanmerking: a. veiligheid installaties: het voldoen aan NEN 1010 (elektra) en Nen 1078 (gas) alsmede het vervangen van loden leidingen; b. fundering: het herstel van zettingen,scheefstand en scheuren;
c. buitengevel: het herstel van scheurvorming, loszittende delen, scheefstand en het vervangen van los voegwerk; d. dak: het herstel van de constructie, de goten/gootdelen, de hemelwaterafvoer en losse schoorsteendelen alsmede het vervangen van kapotte pannen en aangetaste platdakbedekking en het slopen van de schoorsteen; e. ramen/deuren/kozijnen: rotte delen vervangen. Artikel 9 Eisen meerj arenonderhoudsplan
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan het meerjarenonderhoudsplan. Arti ke/10 Subsi di eplafond
1 De subsidieplafonds voor het subsidieren van activiteiten, zoals bedoeld in deze paragraaf, worden jaarlijks vastgesteld door het college, binnen de door de raad vastgestelde begroting, voor aanvang van het tijdvak waarop de activiteiten betrekking hebben. 2 Indien het bedrag waarvoor op grond van alle ingediende aanvragen subsidie wordt gevraagd, groter is dan het op grond van het eerste lid vastgestelde subsidieplafond, beslist het college op de aanvragen in de volgorde waarin de aanvragen zijn ingekomen. 3. Wanneer de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Awb gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt de dag waarop de aanvraag is aangevuld voor de verdeling als datum van ontvangst. Artikel 11Advi seri ng
1. Alvorens te beslissen op de subsidieaanvraag voor subsidiering als bedoeld in artikel 2 sub 1.c wordt advies gevraagd bij de SVn. 2. Een BKR-toets en een toets aan de normering van de Nationale Hypotheek Garantie maken deel uit van de advisering. Artikel 12 Beslistermij n subsidieaanvraag
1. In afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 1 met betrekking tot de beslistermijn, besluit het college binnen 6 weken na ontvangst van de aanvraag. 2. De termijn als bedoeld in het eerste lid kan door het college met een termijn van 4 weken worden verlengd. Artikel 13 Samenloop subsi di eaanvragen
Bij samenloop van subsidieaanvragen als bedoeld in artikel 2 sub 1.c. van deze regeling en die van de paragraaf "Stimulering energiebesparende maatregelen" wordt een subsidiebedrag toegekend waarbij hypothecaire zekerheid wordt verlangd boven een bedrag groot 6 12.500,ÃćâĆňâĂİ.
Artikel 14 Bevoorschot ti ng
1. Het college kan ingeval van een subsidie als bedoeld in artikel 2 lid 1.c op verzoek van de subsidieontvanger de rekeningen van aannemers, erkende installateurs en leveranciers rechtstreeks uit de verleende subsidie betalen. 2. Over de aldus opgenomen gelden is de subsidieontvanger rente verschuldigd. 3. Vanaf het moment dat het gehele subsidiebedrag is opgenomen is de subsidieontvanger rente en aflossing verschuldigd als ware de subsidie vastgesteld. Artikel 15 Aanvraag totsubsidievaststelling 1. De ontvanger van de stimuleringslening meldt het project uiterlijk binnen 1 jaar na het verlenen van de subsidie gereed bij het college doch uiterlijk twee maanden na het treffen van de onderhoudsmaatregelen dan wel het opstellen van het meerjarenonderhoudsplan. 2. De gereedmelding is tevens een aanvraag om vaststelling en geschiedt aan de hand van een door het college vastgesteld gereedmeldingsformulier. 3. De gereedmelding als bedoeld in het eerste lid gaat vergezeld van een verantwoording van de gemaakte kosten door overlegging van rekeningen van aannemers, erkende installateurs en leveranciers. 4. Ingeval van het opstellen van een meerjarenonderhoudsplan, dient een afschrift van dat plan te worden overgelegd. 5. Het college bevestigt binnen 2 weken de ontvangst van de gereedmelding. Artikel 16 5ubsi di evaststelli ng
Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1 van de verordening met betrekking tot de vaststelling van de subsidie, wordt de subsidie binnen 2 maanden na gereedmelding door het college vastgesteld. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 16 september 2008.
J. van den Biggelaar, waarnemend voorzitter.
J. Verheugt, griffier.
BE08008309
gemeente Eindhoven
Griffie gemeenteraad Commissiesecretariaat
Retouradres Postbus 9orso, 56oo RB Eindhoven
Aan de leden van de raad
van de gemeente Eindhoven.
Raadsnummer O8.RZ6gZ.OOZ Behandeld door M. Honing Telefoon (o4o) 238 24 88
Ons kenmerk griffie Verzenddatum
Commissieadvies Betreft cie WR: Raadsvoorstel tot het vaststellen van de Subsidieparagraaf Stimulering onderhoud particuliere woningen.
De commissie Wonen en Ruimte heeft in haar vergadering van 1 juli 2008 beraadslaagd over het bovengenoemde onderwerp. De commissie heeft a Is volgt geadviseerd: akkoord; akkoord; akkoord; akkoord; GroenLinks: akkoord; ’leefbaar eindhoven’ akkoord; akkoord; OuderenAppel: D66: akkoord; akkoord; De Stadspartij: akkoord; Lijst Pim Fortuyn: ChristenUnie: akkoord. PvdA:
CDA: SP:
VVD:
De secretaris van de commissie, M. Honing
Bijlage(n): 0
Bezoekadres Stadhuisplein Io Eindhoven Openingstijden
Postadres Postbus 90I50 56oo RB Eindhoven
ma t/m vr 9.oo-r6.oo uur
Telefonisch bereikbaar