Publieksonderzoek Muziekschool Kumulus
Rapportage:
Gemeente Maastricht Publieks- en Bestuursdienst i.o. Servicecentrum Onderzoek & Statistiek Ans Schoenmakers, Ingrid Windemuller en Marcel Theunissen Stadhuisstraat 6 Postbus 1992 6201 BZ Maastricht ? 043 - 3504355 Fax 043 - 3504230 E-mail
[email protected]
Opdrachtgever:
Kumulus centrum voor de kunsten Maastricht
Druk:
DPC, gemeente Maastricht
Ontwerp kaft:
Ben Theunissen
Maastricht, augustus 2002
Inhoudsopgave
1
2
Inleiding
1
1.1 1.2 1.3 1.4
1 1 2 3
Aanleiding onderzoek Probleemstelling Dataverzameling en onderzoeksopzet Opbouw van het rapport
De cursus
2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10
Inleiding Cursisten en afhakers Het soort cursus Afhakers en cursusduur Het type muziek en type cursus Groepsles of individuele les Andere cursussen De dag en tijdstip van de cursus De duur van de les Tijd voor oefenen en voorbereiding
5
5 5 9 11 14 18 21 23 24 25
3
4
5
De inhoud en kwaliteit van de cursus
27
3.1 3.2 3.3
27 27 31
Inleiding Enkele stellingen Rapportcijfer kwaliteit cursus
Motieven en aanleiding
33
4.1 4.2 4.3
33 33 37
Inleiding Motivatie Reden voor deelname
De dienstverlening en voorzieningen
37
5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8
Inleiding Voorzieningen De medewerkers van de administratie Rapportcijfer medewerkers van de administratie De baliemedewerkers Rapportcijfer baliemedewerkers Nevenactiviteiten muziekschool Opmerkingen
37 37 40 41 41 42 43 47
Achtergrondgegevens Vragenlijst Aankondigingsbrief Rappelbrief
49 53 69 71
Bijlagen bijlage I bijlage II bijlage III bijlage IV
Inleiding
1.1
hoofdstuk 1
Aanleiding onderzoek
Als antwoord op de toenemende druk op de budgetten door een deregulerende en terugtrekkende overheid is in 1996 in opdracht van de Vereniging Kunstzinnige Vorming (VKV) een instrument ontwikkeld met als doel het verkennen van de markt in de sector kunstzinnige vorming. Dit instrument is tweeledig en bestaat uit een regiopeil en een leerlingenpeil. Het regiopeil is gericht op marktverkenning; hoe kunnen nieuwe leerlingen met het bestaande aanbod bereikt worden? Het leerlingenpeil is gericht op het evalueren van het bestaande aanbod en wordt uitgevoerd onder de leerlingen, cq. cursisten die op dat moment bij de organisatie staan ingeschreven. De muziekafdeling van het Centrum voor de Kunsten van de gemeente Maastricht, Kumulus, heeft het servicecentrum Onderzoek & Statistiek van de gemeente Maastricht gevraagd een onderzoek uit te voeren naar de tevredenheid van de leerlingen over het huidige aanbod, om op deze manier uiteindelijk te komen tot het opzetten van een kwaliteitssysteem.
1.2
Probleemstelling
De probleemstelling van het onderzoek laat zich als volgt omschrijven: Hoe worden verschillende aspecten van het cursusaanbod van de muziekafdeling van Kumulus door de leerlingen gewaardeerd?
Inleiding
z
1
Uit deze probleemstelling zijn de volgende meer specifieke onderzoeksvragen af te leiden: • Hoe tevreden zijn de huidige leerlingen van de muziekafdeling van Kumulus over het activiteitenaanbod, de docenten en de dienstverlening? • Verschilt het oordeel van afhakers in vergelijking met het oordeel van huidige leerlingen? • Wat is de motivatie van leerlingen om aan muziekonderwijs deel te nemen? • Aan welke nevenactiviteiten nemen leerlingen deel?
1.3
Dataverzameling en onderzoeksopzet
In het onderzoek is een onderscheid gemaakt tussen cursisten die in het afgelopen jaar een cursus hebben gevolgd en cursisten die het jaar daarvoor een cursus hebben gevolgd maar in het jaar 2002 niet meer, of het afgelopen cursusjaar zijn gestopt. In totaal heeft de muziekafdeling van Kumulus 2500 leerlingen. Per jaar stopt ongeveer 25% van deze leerlingen wat uiteindelijk neerkomt op ongeveer 625 leerlingen. Bij de bepaling van de hoogte van de steekproef is uitgegaan van een betrouwbaarheid van 95%, een onnauwkeurigheid van 5% en een maximale standaardfout van 0.5. Omdat ten tijde van het trekken van de steekproef nog niet van alle leerlingen bekend was of ze in de loop van het cursusjaar zijn gestopt of nog zouden gaan stoppen is uit het leerlingenbestand een steekproef van 1100 leerlingen getrokken. Op die manier is ervoor gezorgd voldoende cursisten te benaderen die de cursus ook daadwerkelijk hebben afgemaakt. Verder zijn alle leerlingen, van wie wel bekend was dat ze in de loop van het cursusjaar zijn gestopt en alle leerlingen die zich per 1 september 2001 niet meer voor een nieuwe cursus hebben aangemeld, aangeschreven. In totaal waren dit 571 leerlingen. In totaal hebben van deze 1671 cursisten 792 mensen de vragenlijst ingevuld teruggestuurd, 151 zogenaamde ‘afhakers’ en 607 cursisten. 2
Wat betreft de uitspraken over de cursisten die het cursusjaar 2001- 2002 hebben voltooid is de betrouwbaarheid ruim 95%. De betrouwbaarheid van de cursisten die zijn gestopt is door de tegenvallende respons slechts 84%.
1.4
Opbouw van het rapport
Hoofdstuk 1 het onderhavige hoofdstuk, bestaat uit de inleiding. In hoofdstuk 2 wordt allereerst een onderscheid gemaakt tussen afhakers en cursisten en wordt nagegaan in hoeverre de (ex)cursisten het volgende seizoen weer aan een cursus denken deel te nemen. Vervolgens komen tal van cursusaspecten aan de orde zoals onder andere het soort en type cursus, de tevredenheid over het deelnemen aan groepslessen, het deelnemen aan andere cursussen op muzikaal en/of creatief gebied, de duur van de cursus en de tevredenheid hierover. In paragraaf 2.4 wordt kort ingegaan op een extra analyse van de het leerlingenbestand van de muziekschool zelf. Aan de hand van een aantal gegevens zoals inschrijfdatum is berekend hoeveel jaren afhakers muzieklessen hebben gevolgd, alvorens met de cursus te stoppen. In hoofdstuk 3 worden enkel aspecten met betrekking tot de inhoud en de kwaliteit van de muziekcursussen besproken. Hoofdstuk 4 beschrijft de motieven van zowel cursisten als ook ouders van cursisten om te kiezen voor het beoefenen van muziek als vrijetijdsbesteding. Hoofdstuk 5 tenslotte gaat allereerst in op de tevredenheid van cursisten over enkele voorzieningen die de muziekschool haar cursisten biedt en beschrijft vervolgens de mening van cursisten over de dienstverlening van balie - en administratief medewerkers.
Inleiding
z
3
4
De cursus
2.1
hoofdstuk 2
Inleiding
In dit hoofdstuk wordt in de eerste paragraaf ingegaan op het onderscheid tussen cursisten en afhakers. Met cursisten bedoelen we die leerlingen die het volledige cursusjaar 2001-2002 hebben doorlopen. Afhakers zijn die leerlingen die aan het begin van het cursusjaar zich niet meer hebben ingeschreven of in de loop van het jaar zijn gestopt. Daar waar alle leerlingen samen wordt bedoeld spreken we van (ex)cursisten. In de rest van het hoofdstuk komen tal van cursusaspecten aan de orde zoals onder andere het soort en type cursus, de tevredenheid over het deelnemen aan groepslessen, het deelnemen aan andere cursussen op muzikaal en/of creatief gebied, de duur van de cursus en de tevredenheid hierover.
2.2
Cursisten en afhakers
In totaal blijkt 20% van de cursisten te zijn gestopt, 5% in de loop van het cursusjaar en 15% in september 2001. Rekening houdend met het feit dat de respons onder mensen die zijn afgehaakt over het algemeen wat lager ligt, kan worden gesteld dat het percentage redelijk overeenkomt met hetgeen verwacht werd. In de praktijk blijkt namelijk dat elk jaar ongeveer rond de 25% van de cursisten stopt. Cursisten in de leeftijd 15 tot 20 jaar stoppen relatief vaker met de cursus dan cursisten van een andere leeftijd. Waarom mensen met de cursus stoppen, kan verschillende oorzaken hebben. In figuur 1 zijn de verschillende argumenten die de ‘afhakers’ hebben aangekruist in volgorde van belangrijkheid weergegeven. Bovenaan staat ‘het geen zin meer hebben in de cursus’. Dit geldt voor ongeveer eenderde deel van de cursisten. Studie blijkt ook een belangrijke reden evenals ‘het geen tijd meer hebben’. Een aantal argumenten wordt door de De cursus
z
5
ene leeftijdcategorie wat vaker gebruikt dan de andere. Zo is ‘studie’ voor cursisten in de leeftijd van 15 tot 20 jaar een belangrijk argument en ‘geen tijd’ en ‘geen zin meer hebben’ voor de 10 tot 15 jarigen.
figuur 1
Reden van ‘afhakers’ om te stoppen met het volgen van cursussen (%)
32%
geen zin meer
28%
studie
22%
geen tijd meer anders
14%
docent niet goed
14% 13%
lessen niet leuk
12%
andere hobby
11%
niet meer studeren
10%
te duur
8%
tijdstip
7%
stukken niet leuk wilde pauze
6%
wil wat anders
6%
aanraden docent
4%
was te moeilijk
4%
genoeg geleerd afstand
0%
3% 2% 5%
10%
15%
20%
25%
30%
35%
Aan alle cursisten en ‘afhakers’ is vervolgens gevraagd of zij denken dat ze het volgend jaar opnieuw een cursus of andere activiteit binnen de muziekschool gaan volgen.
6
Van de cursisten die niet zijn gestopt, weet in totaal 81% zeker of waarschijnlijk zeker dat ze het volgende jaar opnieuw een cursus of andere activiteit binnen de muziekschool gaan volgen. Van de groep die is gestopt denkt 11% dit. Van de afhakers weet bijna de helft (43%) dat ze volgend jaar zeker geen cursus meer bij Kumulus gaan volgen.
figuur 2
Inschatting om opnieuw cursus te volgen in 2002 naar cursisten en afhakers (%). 61
zeker wel 4 20
waarschijnlijk wel 7 7
waarschijnlijk niet 32 6
zeker niet 43 6
weet niet 14
cursisten 0
10
20
30
40
50
60
70
afhakers
%
In figuur 3 zijn de argumenten waarom mensen niet meer opnieuw een cursus willen volgen wederom in volgorde van belangrijkheid weergegeven. Op de eerste plaats staat ‘studie’. Ook nu wordt dit argument naar verhouding vaker door de 15 tot 20 jarigen gebruikt. ‘Het geen zin meer hebben’, hier op de derde plaats, wordt ook nu weer met name door 10 tot 15 jarigen als argument aangevoerd, evenals ‘het niet meer willen studeren’.
De cursus
z
7
figuur 3
Reden om waarschijnlijk niet opnieuw aan een cursus deel te nemen (cursisten en afhakers) (%) 31%
studie
25%
anders
23%
geen zin meer
19%
ander hobby
18%
geen tijd
11%
te duur
10%
lessen niet leuk
8%
even pauze
7%
wil wat anders
6%
klikt niet met docent
5%
wil niet meer studeren stukken niet leuk
4%
tijdstip
4% 3%
afstand instrument niet leuk
2%
heb genoeg geleerd
2% 1%
te moeilijk 0%
8
5%
10%
15%
20%
25%
30%
35%
Van de (ex)cursisten die denken het volgde jaar ‘zeker’ of ‘waarschijnlijk zeker’ aan een cursus deel te nemen, kiest 84% voor een vervolgcursus en 6% voor een ander - of eerste instrument.
figuur 4
Keuze volgend jaar van cursisten die zeker of waarschijnlijk opnieuw een cursus gaan volgen (%)
vervolgcursus
84
ander / eerste instrument
6
anders
weet niet
0
20
40
60
80
100 %
2.3
Het soort cursus
Aan de (ex) cursisten is gevraagd aan te geven welke cursus ze hebben gevolgd. In figuur 5 zijn de antwoorden op deze vraag en de gegevens uit de praktijk naast elkaar gezet. Hierbij moet worden opgemerkt dat uit de analyses is gebleken dat 21% van de (ex)cursisten op de vraag naar het soort cursus de categorie ‘anders’ heeft aangekruist. Deze cursisten blijken te hebben deelgenomen aan onder andere kindercursussen zoals Mollenhol, de blauwe giraf en VIO. Deze groep is in figuur 5 gemakshalve even buiten beschouwing gelaten.
De cursus
z
9
figuur 5
Deelnemers aan soort cursus in steekproef en populatie 25
houtblaasinstrument
26 23
toetsinstrument
21 14
tokkelinstrument
14
koperblaasinstrument
12
steekproef
12
populatie
11
slagwerk
12 7
strijkinstrument
10 8
zang
5 0
5
10
15
20
25
30
%
Het overzicht in figuur 5 maakt duidelijk dat de samenstelling van de steekproef redelijk goed overeenkomt met de samenstelling van de populatie met uitzondering van twee groepen. De strijkers zijn iets ondervertegenwoordigd en de zangers iets oververtegenwoordigd.
10
In figuur 6 is het percentage afhakers en cursisten naar keuze voor instrument weergegeven. Het aantal afhakers is naar verhouding het grootst onder de strijkers en het kleinst onder de slagwerkers. Ook na correctie voor het feit dat de strijkers enigszins zijn ondervertegenwoordigd blijft deze uitkomst onveranderd. figuur 6
Het soort instrument naar cursisten en afhakers strijkinstrument
38
63
toetsinstrument
25
75
houtblaasinstrument
25
75
tokkelinstrument
24
76
zang
19
koperblaasinstrument
81
17
slagwerk
83
7 0%
93 10%
20%
30%
40%
50%
gestopt
2.4
60%
70%
80%
90%
100%
cursist
Afhakers en cursusduur
In deze paragraaf worden de resultaten van een analyse van het leerlingenbestand van de muziekschool zelf besproken. Aan de hand van een aantal gegevens, zoals inschrijfdatum, is berekend hoeveel jaren afhakers muzieklessen hebben gevolgd, alvorens te stoppen met de cursus. 1
1 Omdat niet precies na te gaan is op welke datum afhakers precies zijn gestopt is voor het gemak gesteld dat alle afhakers per 1 september 2002 hun cursus hebben beëindigd. Afhakers die in de loop van het cursusjaar 2001 – 2002 zijn gestopt hebben dus in feite iets korter de cursus gevolgd dan waarvan nu wordt uitgegaan. In totaal ging het hierbij om 645 afhakers.
De cursus
z
11
In figuur 7 zijn de resultaten van deze analyse weergegeven. Het merendeel van de afhakers is gestopt na twee of drie jaar les te hebben gevolgd. In totaal vormt deze groep bijna de helft (47%) van het aantal afhakers in het cursusjaar 2001 – 2002. Iets meer dan een derde (35%) heeft vijf jaar of langer een cursus gevolgd.
figuur 7
afhakers naar cursusduur 1 jaar
6
2 jaar
23
3 jaar
24
4 jaar
12
5 jaar
9
6 jaar
10
> 7 jaar
16
0
5
10
15
20
25
30 %
In de overzichten in figuur 8 zijn de afhakers van de verschillende soorten instrumenten weergegeven. Opmerkelijk is dat van de afhakers die een strijkinstrument hebben bespeeld, de helft al vijf jaar of langer een cursus heeft gevolgd. Bij zang zijn in het cursusjaar 2001 – 2002 de meeste cursisten na twee, drie jaar afgehaakt.
12
figuur 8
afhakers naar cursusduur en soort instrument strijkinstrument toetsinstrument 50% 45% 45% 40% 40% 35%
35%
30%
30%
25%
25%
20%
20%
15%
15%
10%
10%
5%
5%
0%
0% 1 jaar
2 jaar
3 jaar
4 jaar
1 jaar
> 5 jaar
zang
2 jaar
3 jaar
4 jaar
> 5 jaar
4 jaar
> 5 jaar
tokkelinstrument
45%
45%
40%
40%
35%
35%
30%
30%
25%
25%
20%
20%
15%
15%
10%
10%
5%
5%
0%
0%
1 jaar
2 jaar
3 jaar
4 jaar
> 5 jaar
1 jaar
De cursus
2 jaar
z
3 jaar
13
slagwerk
koperblazers
45%
45%
40%
40%
35%
35%
30%
30%
25%
25%
20%
20%
15%
15%
10%
10%
5%
5%
0%
0%
1 jaar
2.5
2 jaar
3 jaar
4 jaar
> 5 jaar
1 jaar
2 jaar
3 jaar
4 jaar
> 5 jaar
Het type muziek en type cursus
Aan de (ex)cursisten is gevraagd tot welke type de cursus behoord die ze hebben gevolgd en welk type muziek daarbij aan de orde is gekomen. In figuur 9 zijn de resultaten van deze vraag weergegeven. De meeste deelnemers zijn te vinden bij de beginnerscursus (41%) en de vervolgcursus (40%). Voor een cursus ensemble, samenspel of het koor kiest 3% van de muziekleerlingen. figuur 9
Type cursus naar percentage deelnemers (%) 41
beginnerscursus
40
vervolgcursus
16
orientatie
3
samenspel
0
10
20
30
40
50 %
14
Naar verhouding zijn de meeste afhakers te vinden onder de cursisten die deelnemen aan een vervolgcursus of ensemble, samenspel of koor (zie figuur 10). Let wel, bij de groep leerlingen die hebben gekozen voor samenspel gaat het om een relatief kleine groep.
figuur 10
Type cursus verdeeld naar percentage cursisten en afhakers (%) samenspel (3%)
50
vervolgcursus (40%)
50
26
74
beginnerscursus (41%)
14
86
orientatie (16%)
12
88
0%
20%
40%
60%
80%
100%
gestopt cursist
Wat het type muziek betreft heeft het merendeel (37%) van de (ex)cursisten gekozen voor het spelen van diverse stijlen en genres (zie figuur 11), 17% heeft het antwoord ‘anders’ aangekruist. Het betreft hier onder andere mensen die gekozen hebben voor een basis- of oriëntatiecursus, theorieles of noten leren lezen. Voor het spelen van pop en jazz kiezen (ex)cursisten minder vaak (13%).
De cursus
z
15
figuur 11
Muziekgenre diverse stijlen
37
anders
17
harmonie
17
klassiek
16
pop / jazz
13
0
5
10
15
20
25
30
35
40 %
Kijken we naar waar relatief gezien de meest ‘afhakers’ te vinden zijn, dan is dat bij de cursisten die deelnemen aan cursussen waar vooral klassieke muziek gespeeld wordt (zie figuur 12).
figuur 12
Muziekgenre naar afhakers en cursisten (%) klassiek
30
pop / jazz
70
26
diverse stijlen
74
19
harmonie
81
14
86
13
87
gestopt anders 0%
16
20%
40%
60%
cursist 80%
100%
Klassieke muziek wordt vooral gespeeld door (ex)cursisten die een strijkinstrument bespelen, van deze groep houdt twee derde (69%) zich hier mee bezig. Harmonie en fanfare is een genre dat vooral door hout- en koperblazers en slagwerkers wordt beoefend. figuur 13
Muziekgenre naar soort instrument strijkinstrumenten
69
toetseninstrument
28
zang
18
tokkelinstrument
18
31
15
57
66
16
26
klassiek pop/jazz
56
harmonie houtblazers
16
koperblazers
5
slagwerk
3
2
34
diverse
48
11
55
5
30
59
0%
10%
20%
30%
33
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
In figuur 14 is het muziekgenre naar leeftijd weergegeven. Het overzicht laat zien dat het beoefenen van pop en jazz vooral bij (ex)cursisten in de leeftijd van 20 tot 24 jaar populair is. Voor klassieke muziek wordt in elke leeftijdsklasse, met uitzondering van de 0 tot 5 jarigen, ongeveer even vaak gekozen. figuur 14
Genre naar leeftijd 25 en ouder
21
20 - 24 jaar
28
19
27
15 - 19 jaar
32
38
20
22
11
13
24
klassiek
44
pop/jazz 10 - 14 jaar
16
6
31
harmonie
46
diverse 5 - 9 jaar
20
3
10
67
0 - 4 jaar
100
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
De cursus
z
17
2.6
Groepsles of individuele les
Cursussen kunnen individueel of in een groep gevolgd worden. Het overzicht in figuur 11 laat zien dat iets minder dan een derde van de (ex)cursisten (31%) deelneemt aan groepslessen. Van deze groep neemt 55% deel aan de les met 10 personen of meer, 16% maakt deel uit van een groep van 5 tot 10 personen en 29% maakt deel uit van een groep van 5 tot 10 personen.
figuur 15
figuur 16
Groepsles versus individuele les (%)
Groepsgrootte (%)
10 of meer
55
31
groepsles
5 t/m 9
16
69
individueel les
2 t/m 4
0
10
20
30
40
50
60
70
80
29
0
10
20
30
40
50
%
Verdere analyse wijst uit dat het bij de groepen die bestaan uit 5 tot 10 en 10 of meer, met name gaat om (ex)cursisten die andere dan in de vragenlijst opgenoemde cursussen volgen, zoals oriëntatiecursussen, cursussen voor kinderen, mollenhol, de blauwe giraf en het deelnemen aan een orkest, band of koor. De (ex)cursisten die in groepen van 2 tot en met 4 personen zitten zijn voornamelijk (ex)cursisten die tokkelinstrumenten bespelen en houtblazers.
18
60 %
In hoeverre is het individueel of in een groep les krijgen en de groepsgrootte van belang bij het al dan niet voortzetten of beëindigen van de cursus? In figuur 17 en 18 zijn de gegevens uit de figuren 15 en 16 uitgesplitst naar cursisten en ‘afhakers’.
figuur 17
figuur18
Groepsles versus individuele les naar cursisten en afhakers (%)
Groepsgrootte naar cursisten en afhakers (%)
groepsles
16
10 of meer
84
9
5 t/m 9
individueel les
21
91
16
84
79
gestopt
2 t/m 4
31
gestopt
69
cursist 0%
20%
40%
60%
80%
cursist
100% 0%
20%
40%
60%
80%
100%
Wat het percentage ‘afhakers’ betreft, is er tussen het individueel les volgen of het les krijgen in een groep geen noemenswaardig verschil te zien. Bij de groepslessen heeft in totaal 16% zich niet meer opnieuw ingeschreven of is in de loop van het cursusjaar gestopt. Voor de cursisten die individueel les hebben gehad is dit 21%. Kijken we naar de groepsgrootte en het aantal cursisten dat is gestopt dan zijn de verschillen wel heel duidelijk. Cursisten die in een grote groep zitten stoppen minder snel dan de cursisten in een kleinere groep. Al eerder zagen we dat het bij deze grote groepen met name gaat om cursisten die deelnemen aan oriëntatiecursussen, cursussen voor kinderen, mollenhol, de blauwe giraf en het deelnemen aan een orkest, band of koor.
De cursus
z
19
Aan de mensen die groepslessen volgen, is een aantal stellingen voorgelegd. Daarop kon worden geantwoord met: ‘helemaal mee eens’, ‘mee eens’, ‘niet mee eens /niet mee oneens’, ‘oneens’ of ‘helemaal mee oneens’. De stellingen2 zijn: 1. de groep was / is niet plezierig 2. de groep was / is te groot 3. de sfeer in de groep was / is prima 4. spelen in een groep was / is leerzaam In figuur 19 zijn de uitkomsten weergegeven. Let wel, stelling 1 en 2 zijn omwille van de vergelijkbaarheid van een negatieve formulering omgezet naar een positieve. figuur 19
Leskrijgen in een groep stelling 1: plezierig
89
9
stelling 3: sfeer prima
89
9
stelling 4: is leerzaam
85
8
eens stelling 2: niet te groot
80
11
neutraal oneens
0%
2
9
20%
40%
60%
80%
100%
In verband met de betrouwbaarheid van de gegevens zijn de antwoorden van (ex)cursisten die zowel bij stelling 1 als bij stelling 3 dezelfde mening hebben weergegeven (dus beide antwoorden ‘helemaal mee eens’, ‘mee eens’, of beide antwoorden ‘oneens’ of ‘helemaal mee oneens’), buiten beschouwing gelaten.
20
Het merendeel van de (ex)cursisten (89%) vindt de groep plezierig en de sfeer goed. Met de stelling ‘spelen in een groep is leerzaam’ is 85% het (helemaal) mee eens. Met de stelling ‘de groep is te groot’ is 80% het (helemaal) oneens; in figuur 15 omgezet als (helemaal) mee eens. Tussen cursisten en afhakers zijn geen verschillen in mening gevonden. Als het gaat om de groepsgrootte, stelling 2, dan zijn daar de minst tevreden (ex)cursisten te vinden, 11% vindt de groep te groot. In deze groep van 11% zijn echter geen afhakers te vinden.
2.7
Andere cursussen
Ongeveer een derde (31%) van de (ex)cursisten neemt aan nog een andere activiteit of cursus op muzikaal of creatief gebied deel. Van deze groep doet 10% dat bij Kumulus en 21% bij een andere organisatie (zie schema 1).
Schema 1
Deelname activiteiten bij Kumulus of andere organisatie
Neemt behalve de muziekcursus ook nog aan andere activiteiten of cursussen op muzikaal of creatief gebied deel?
31% ja
69% nee
Is dat bij Kumulus of bij een andere organisatie?
10% Kumulus
21% andere organisatie
De cursus
z
21
Aan de (ex)cursisten die deze activiteit niet bij Kumulus volgen is gevraagd naar de reden hiervan. In figuur 20 is een overzicht gegeven. Bovenaan staat de categorie anders (23%) De antwoorden die hier zijn gegeven zijn zeer divers en variëren van ‘de activiteit is op het werk’ tot ‘gezelliger op andere plaats’. Het feit dat Kumulus de betreffende activiteit niet in het programma heeft zitten is voor 20% van de (ex)cursisten, die nog andere activiteiten ondernemen, een belangrijke reden om te kiezen voor een andere organisatie.
figuur 20
Reden waarom cursus niet bij Kumulus wordt gevolgd (%)
23%
anders niet in programma
20%
te duur
13%
harmonie / fanfare
13% 11%
zelf / priveles 8%
te ver
7%
onbekend of kan
6%
andere beter 0%
22
5%
10%
15%
20%
25%
2.8
De dag en tijdstip van de cursus
Het meest genoemde tijdstip waarop cursisten de cursus volgen is de middag. Met de middag bedoelen we de periode van 12 tot 18 uur. Aan de top staat de woensdagmiddag (17%) , gevolgd door de maandagmiddag (16%), donderdagmiddag (12%) en de dinsdagmiddag (12%). Het tijdstip waarop het minst vaak cursussen worden gevolgd is de ochtend.
figuur 21
Tijdstip en dagdeel waarop aan de cursus wordt deelgenomen 17%
woe-middag 16%
ma-middag don-middag
12%
di-middag
12% 9%
ma-avond di-avond
8%
vrij-middag
7%
woe-avond
7%
don-avond
6% 2%
vrij-avond zat-ochtend
1%
vrij-ochtend
1%
don-ochtend
1%
woe-ochtend
1%
di-ochtend
1% 0%
2%
4%
6%
8%
10%
12%
14%
16%
De cursus
18%
z
23
Van de cursisten geeft 15% de voorkeur aan een andere dag en / of tijdstip. De antwoorden op de vraag naar welk tijdstip de voorkeur dan uit gaat, geven een zeer gevarieerd beeld waarin geen duidelijk patroon te herkennen valt.
2.9
De duur van de les
In figuur 22 is de duur van de les weergegeven. In figuur 23 is vervolgens weergegeven of (ex)cursisten dit te kort of te lang vinden. Het merendeel van de (ex)cursisten (54%) heeft lessen van 20 minuten. Iets meer dan de helft van deze groep (51%) vindt dit te kort. Ook van de groep (ex)cursisten die 30 of 40 minuten les hebben vindt een klein percentage (resp. 19% en 15%) dit te kort. Samenvattend kan worden gesteld dat, met uitzondering van de groep (ex)cursisten die lessen van 20 minuten hebben, de meerderheid van de (ex)cursisten tevreden is over de duur van de lessen.
figuur 22
figuur 23
De lesduur
De mening van (ex)cursisten over de lesduur
2 0 min
54%
20 min 1 uur
51
49
16%
1 uur 3 0 min
6
93
11%
30 min
19
80
7%
4 0 min
40 min
15
81
4%
> 1 uur
> 1uur
95
1%
5 0 min
50 min 0%
10%
20%
30%
40%
50%
90
10
60%
0%
10%
20%
30%
40%
te kort
24
4
50%
goed
60%
70%
te lang
80%
90%
100%
2.10
Tijd voor oefenen en voorbereiden
Aan de (ex)cursisten is gevraagd hoeveel tijd ze per week gemiddeld besteden aan het oefenen en voorbereiden, de lestijd niet meegerekend. In figuur 24 is een overzicht van de uitkomsten gegeven. Een kwart van de (ex)cursisten besteed minder dan 1 uur aan oefenen en voorbereiding. Iets meer dan een derde van de (ex)cursisten besteed 1 à 2 uur per week.
figuur 24
Tijd voor oefenen en voorbereiden per week 25%
< 1 uur
1 à 2 uur
38%
3 à 5 uur
16%
4%
6 à 10 uur
> 10 uur
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
35%
40%
De cursus
z
25
De inhoud en kwaliteit van de cursus
3.1
hoofdstuk 3
Inleiding
In dit hoofdstuk worden enkele aspecten met betrekking tot de inhoud en kwaliteit van de muziekcursussen nader besproken. De verschillende aspecten hebben zowel te maken met de didactische vaardigheden van de docenten als ook de sfeer tijdens de les en de verwachtingen van de cursist.
3.2
Enkele stellingen
Aan de (ex)cursisten zijn een aantal stellingen voorgelegd. Hierop konden ze antwoorden met ‘helemaal mee eens’, ‘mee eens’, ‘niet mee eens /niet mee oneens’, ‘oneens’ of ‘helemaal mee oneens’. In onderstaande tabellen zijn de resultaten weergegeven. Omwille van de leesbaarheid zijn de categorieen ‘helemaal mee eens’, ‘mee eens’ samengevoegd evenals de categorieen ‘oneens’ en ‘helemaal mee oneens’. In tabel 1 zijn de stellingen die een positieve strekking hebben bij elkaar gezet, in tabel 2 de negatief geformuleerde stellingen.
De inhoud en kwaliteit van de cursus
z
27
Met de stelling ‘de leraar kan goed uitleggen’ zijn de meeste (ex)cursisten (92%) het (helemaal) mee eens, gevolgd door de stelling ‘als ik / mijn kind iets goed doe(t) zegt de leraar dat ook’, waar 91% van de (ex)cursisten het (helemaal) mee eens is. Samenvattend zou men kunnen stellen dat (ex)cursisten tevredener zijn over de leskwaliteiten van de docenten dan over andere aspecten die met de les te maken hebben. tabel 1
Oordeel cursisten met betrekking tot de inhoud en kwaliteit van de lessen (%) (helmaal) niet mee eens / (helemaal) positieve stellingen mee eens niet mee oneens oneens 1
de leraar kan duidelijk uitleggen
92%
5%
3%
2
als ik /mijn kind iets goed doe(t), zegt de leraar dat ook
91%
5%
4%
3
de leraar vertelt duidelijk wat ik/ mijn kind aan een stuk moet oefenen
89%
8%
3%
4
als ik / mijn kind ergens niet mee eens ben /is, kan dat rustig worden gezegd
89%
7%
4%
5
ik / mijn kind kan goed met de leraar opschieten
89%
7%
4%
6
als ik /mijn kind iets moeilijk vindt, kan de leraar goed helpen
88%
8%
5%
7
ik vind dat ik waar voor mijn geld heb gekregen
79%
12%
9%
8
de leraar kan leuk vertellen over muziek
76%
16%
8%
9
de stukken die gespeeld worden zijn leuk
74%
20%
6%
10
ik ben / mijn kind is over de les enthousiast
72%
18%
10%
In tabel 2 zijn de uitkomsten van tabel 1 met positief geformuleerde stellingen uitgesplitst naar cursisten en afhakers. Het is opvallend dat de mening van ‘afhakers’ bij alle stellingen negatiever is dan bij de cursisten. Bij stelling 1 en 5 tot en met 10 is er sprake van een duidelijk verschil in mening tussen de afhakers en de cursisten, bij stelling 2, 3 en 4 is dit niet het geval. Afhakers vinden dus minder vaak dan cursisten dat de leraar goed kan uitleggen, goed kan helpen, leuk kan vertellen over de muziek, dat de stukken die gespeeld worden leuk zijn en dat ze waar voor hun geld hebben gekregen. Ook zijn ze minder vaak dan de cursisten enthousiast over de les.
28
tabel 2
Het percentage (ex)cursisten dat het met de stelling (helemaal) eens is uitgesplitst naar cursisten en afhakers (%) positieve stellingen
cursisten
afhakers
totaal
1
de leraar kan duidelijk uitleggen
94%
83%
92%
2
als ik /mijn kind iets goed doe(t), zegt de leraar dat ook
91%
88%
91%
3
de leraar vertelt duidelijk wat ik/ mijn kind aan een stuk moet oefenen
91%
81%
89%
4
als ik / mijn kind ergens niet mee eens ben /is, kan dat rustig worden gezegd
91%
87%
89%
5
ik / mijn kind kan goed met de leraar opschieten
90%
79%
89%
6
als ik /mijn kind iets moeilijk vindt, kan de leraar goed helpen
91%
81%
88%
7
ik vind dat ik waar voor mijn geld heb gekregen
83%
65%
79%
8
de leraar kan leuk vertellen over muziek
79%
63%
76%
9
de stukken die gespeeld worden zijn leuk
78%
63%
74%
10
ik ben / mijn kind is over de les enthousiast
75%
57%
72%
* De vet gedrukte percentages in deze tabel verschillen significant van elkaar
In tabel 3 zijn 4 stellingen weergegeven die een negatieve strekking hebben. Met de stelling ‘het kan de leraar niet schelen of ik / mijn kind iets goed of slecht doe(t)’ is slechts 5% het (helemaal) eens, 86% is het met deze stelling niet eens. Vergeleken met wat verwacht zegt ongeveer een op de tien cursisten (11%) tijdens de cursus minder te hebben geleerd. Iets meer dan drie kwart (77%) is het hier echter niet meer eens.
De inhoud en kwaliteit van de cursus
z
29
tabel 3
Oordeel cursisten met betrekking tot de inhoud en kwaliteit van de lessen (%) negatieve stellingen
(helemaal) niet mee eens / (helemaal) mee eens niet mee oneens oneens
1 het kan de leraar niet schelen of ik / mijn kind iets goed of slecht doe(t)
5%
9%
86%
2 de leraar stelt te hoge eisen aan mij /mijn kind
8%
15%
77%
3 ik / mijn kind vind de les vaak saai
10%
13%
77%
4 vergeleken met wat verwacht heb ik / heeft mijn kind tijdens de cursus minder geleerd
11%
12%
77%
5 ik /mijn kind bepaal(t) zelf wat er in de les gebeurt
14%
24%
62%
Ook nu weer oordelen ‘afhakers’negatiever dan cursisten, alhoewel de verschillen niet bij alle stellingen significant verschillend zijn. De meningen verschillen het meest bij stelling 3 en 4 (zie tabel 4). Afhakers vinden vaker dan cursisten de lessen saai en hebben vaker dan cursisten naar verwachting minder geleerd.
tabel 4
Het oordeel over de inhoud en kwaliteit van de cursussen uitgesplitst naar cursisten en afhakers (%) negatieve stellingen
cursisten
afhakers
totaal
1 het kan de leraar niet schelen of ik / mijn kind iets goed of slecht doe(t)
89%
77%
86%
2 de leraar stelt te hoge eisen aan mij /mijn kind
78%
72%
77%
3 ik / mijn kind vind de les vaak saai
81%
61%
77%
4 vergeleken met wat verwacht heb ik / heeft mijn kind tijdens de cursus minder geleerd
80%
64%
77%
5 ik /mijn kind bepaal(t) zelf wat er in de les gebeurt
64%
58%
62%
30
3.3
Rapportcijfer kwaliteit cursus
Als gemiddeld rapportcijfer geven (ex)cursisten een 7,6 voor de kwaliteit van de cursus in het algemeen. Van alle (ex)cursisten samen geeft 4% een cijfer lager dan een 6,0. Afhakers geven gemiddeld een 7 voor de kwaliteit van de cursus. Cursisten geven een beduidend hoger cijfer, namelijk een 7,8. Vergelijken we de rapportcijfers die door de (ex)cursisten van de verschillende soorten cursussen gegeven worden dan zien we hierin geen duidelijke verschillen.
De inhoud en kwaliteit van de cursus
z
31
32
Motieven en aanleiding
4.1
hoofdstuk 4
Inleiding
Er zijn vele mogelijkheden voor het besteden van vrije tijd. Waarom (ex)cursisten uiteindelijk kiezen voor het beoefenen van muziek wordt in dit hoofdstuk nader onderzocht. In de eerste paragraaf worden de motieven van de cursisten zelf als ook de motieven van ouders aan de orde gesteld. In paragraaf 4.3 wordt verder gekeken naar de uiteindelijke reden voor het deelnemen aan een muziekcursus en hoe (ex)cursisten op het spoor van Kumulus zijn gebracht.
4.2
Motivatie
De vragenlijst is gericht aan de (ex)cursisten van de muziekschool, dus ook aan kinderen waarvoor de enquête mogelijk te moeilijk is. In dat geval is aan de ouders of verzorgers gevraagd de vragenlijst in te vullen of het kind daarbij te helpen. Daarbij is tevens opgemerkt dat het belangrijk is steeds van de situatie of mening van het kind uit te gaan. Bij het vragen naar motieven om te kiezen voor het beoefenen van muziek ligt dat wat moeilijker. Kinderen kunnen andere motieven hebben om voor muziek te kiezen dan ouders. In die gevallen waar de ouders de vragenlijst voor de kinderen of samen met de kinderen hebben ingevuld is eveneens naar de motieven van de ouder gevraagd. Van de vragenlijsten is 50% door de cursist zelf ingevuld, 35% door de cursist samen met de ouders en verzorgers en 15% alleen door de ouders of verzorgers. In de figuren 25 en 26 zijn de motieven van ouders en (ex)cursisten naast elkaar gezet.
Motieven en aanleiding
z
33
Voor zowel de (ex)cursisten als ook de ouders staat het plezier en de ontspanning als reden om te kiezen voor muziekonderwijs bovenaan. Voor ouders is vervolgens de ontwikkeling van het kind het belangrijkste motief (93% (zeer) belangrijk). Voor de (ex)cursisten zelf komt deze reden pas op een vijfde plaats. ‘Het beter leren muziek spelen’ staat bij (ex)cursisten op de tweede plaats. In het algemeen blijken ouders, met uitzondering van ‘het beter leren muziek spelen’ en de ‘voorbereiding voor een beroepsopleiding in de muziek’ , de verschillende motieven vaker (zeer) belangrijk te vinden dan (ex)cursisten zelf.
figuur 25
figuur 26
Motieven van de cursist
Motieven van de ouders
plezier / ontspanning
93
beter muziek spelen
88
iets leren
11
69
ontwikkeling 36
beroeps
14
0%
35
belangrijk
40%
60%
neutraal
iets leren
80%
onbelangrijk
100%
9
86
beter muziek spelen
beroeps
60
7
90
11
76
ontmoeten
29
26
20%
13
4
93
meer weten v. muziek
8
29
96
ontwikkeling 6
23
58
ontmoeten
plezier / ontspanning
10
83
meer weten v. muziek
34
6
20
47
7
0%
37
38
20% belangrijk
3
4
16
55
40%
60%
neutraal
80%
onbelangrijk
100%
4.3
Reden voor deelname
In figuur 27 is een overzicht van de verschillende aanleidingen om mee te gaan doen aan een cursus, in volgorde van belangrijkheid, weergegeven. De meeste (ex)cursisten besluiten een muziekcursus te gaan volgen omdat dit hun eigen idee is (62%). In 14% van de gevallen is het een besluit van de ouders. figuur 27
Reden voor deelname eigen idee
62%
besluit ouders
14% 10%
actie vereniging advies anderen
7%
vervolgcursus
6%
anders,
5%
actie school 0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
Motieven en aanleiding
z
35
Ruim een derde van alle cursisten (36%) is via het horen van anderen op het spoor gebracht van de cursussen bij de muziekschool. Via een vereniging is 16% over de muziekcursussen bij Kumulus geïnformeerd.
figuur 28
Op spoor gebracht van de cursussen bij Kumulus via anderen
37
via vereniging
16
infogids muziekschool
14
open dag
11
school
8
zelf actieondernomen
6
anders
6
info krant/radio
2
0
36
5
10
15
20
25
30
35
40 %
De dienstverlening en voorzieningen
5.1
hoofdstuk 5
Inleiding
Bij de muziekschool kunnen (ex)cursisten van diverse voorzieningen gebruik maken, zoals onder andere het kopieerapparaat, audiovisuele apparatuur, versterkers en instrumenten. Verder hebben cursisten ook te maken met medewerkers van de muziekschool, zoals de conciërge en medewerkers van de administratie. In dit hoofdstuk wordt aandacht besteed aan het oordeel van de (ex)cursisten over deze aspecten van dienstverlening en voorzieningen.
5.2
Voorzieningen
In deze paragraaf wordt gekeken naar de tevredenheid over de voorzieningen die door de muziekschool worden geboden. Er wordt hierbij ook gekeken of er verschillen zijn tussen de cursisten en de ‘afhakers’. De vragen konden worden beantwoord met ‘zeer tevreden’, ‘tevreden’, niet tevreden/niet ontevreden’, ‘ontevreden’ of ‘zeer ontevreden’. Omwille van de leesbaarheid zijn de categorieën ‘zeer tevreden’ en ‘tevreden’ samengevoegd evenals de categorieën ‘ontevreden’ en ‘zeer ontevreden’. De categorie niet tevreden/niet ontevreden is aangeduid met ‘neutraal’.
De dienstverlening en voorzieningen
z
37
figuur 29
Tevredenheid over de betreffende voorziening
instrumenten
(54%)
lesruimten
(73%)
67
audiovisuele app.
(22%)
67
kopieerapp.
(31%)
61
versterkers
(21%)
60
89
7 4
22
11
tevreden 26
7
neutraal ontevreden
0%
20%
26
34
40%
60%
80%
13
6
100%
Niet iedereen maakt gebruik van alle geboden voorzieningen. In figuur 29 zijn tussen haakjes de percentage gebruikers weergegeven. Het meest tevreden zijn de (ex)cursisten over de instrumenten die ze van de muziekschool kunnen gebruiken, 89% is hierover (zeer) tevreden. Van deze voorziening maakt 54% van de (ex)cursisten gebruik. Van de lesruimten maakt 73% van de (ex)cursisten gebruik. Van deze groep zijn twee van de drie gebruikers (zeer) tevreden over deze voorziening. Wat de audiovisuele apparatuur, het kopieerapparaat en de versterkers, betreft is er sprake van een relatief kleine groep gebruikers (variërend van 21% tot 31%). Ook hiervan is het merendeel tevreden, maar zijn er ook relatief veel gebruikers die ‘neutraal’ antwoorden, dus niet tevreden/niet ontevreden zijn.
38
In een volgende vraag is aan de (ex)cursisten gevraagd een oordeel te geven over een aantal zaken, te weten: • de toegankelijkheid van het gebouw • de sfeer in het gebouw • de bereikbaarheid van de muziekschool • de telefonische bereikbaarheid van de muziekschool • de informatie die de muziekschool verstuurt • informatie over de activiteiten • de berichtgeving bij het uitvallen van een les
Het meest te spreken zijn de (ex)cursisten over de bereikbaarheid en toegankelijkheid van de muziekschool, 80% is hierover (zeer)tevreden. Het minst te spreken is men over de sfeer in het gebouw, 57% is (zeer) tevreden en 14% is (zeer) ontevreden.
figuur 30
Tevredenheid overige voorzieningen
bereikbaarheid
80%
13%
7%
toegankelijkheid
80%
14%
6%
telef. bereikbaar
76%
6%
18%
tevreden info muziekschool
70%
neutraal
8%
22%
ontevreden uitvallen les
68%
info activ.
68%
sfeer
18%
21%
57%
0%
10%
20%
30%
50%
60%
70%
11%
14%
29%
40%
14%
80%
90%
100%
De dienstverlening en voorzieningen
z
39
5.3
De medewerkers van de administratie
Als cursisten zich bij de muziekschool aanmelden of anderszins met vragen zitten kunnen ze hiervoor onder andere terecht bij de medewerkers van de administratie. In deze paragraaf wordt aandacht besteed aan het oordeel van de (ex)cursisten over de behulpzaamheid, de vriendelijkheid, de aandacht, deskundigheid, het tempo en de wachttijd. Ongeveer een kwart van alle (ex)cursisten heeft bij de verschillende vragen ‘weet niet’ ingevuld. Waarschijnlijk omdat ze nooit of zelden te maken met de administratief medewerkers. Bij de analyse is deze groep buiten beschouwing gebleven. Over het algemeen zijn (ex)cursisten behoorlijk tevreden over de dienstverlening van de administratieve medewerkers. Als het gaat om de behulpzaamheid en vriendelijkheid beoordeelt 90% dit met (zeer) goed (zie figuur 31). Over de aandacht en deskundigheid zijn (ex)cursisten ook behoorlijk tevreden, maar iets minder (resp. 80% en 76% (zeer) goed). Het minst is men te spreken over de wachttijd. De meningen van afhakers en cursisten verschillen niet.
figuur 31
Oordeel (ex)cursisten over medewerkers administratie behulpzaamheid
90%
8%
vriendelijkheid
90%
9%
aandacht
80%
goed
18%
matig deskundigheid
76%
tempo
70%
wachttijd
40
26%
66%
0%
20%
slecht
19%
29%
40%
60%
80%
100%
5.4
Rapportcijfer medewerkers administratie
Aan de (ex)cursisten is gevraagd een rapportcijfer te geven voor de manier waarop ze de laatste keer door één van de medewerkers van de administratie zijn behandeld. Ongeveer een vijfde (21%) van alle (ex)cursisten heeft geen cijfer gegeven. De overige (ex)cursisten geven gemiddeld een 7,3. Afhakers geven gemiddeld een 7,2 en cursisten een 7,4. Van alle (ex)cursisten geeft 5% een cijfer lager dan een 6.
5.5
De baliemedewerkers
Bij binnenkomst bij de muziekschool hebben cursisten meestal te maken met de medewerkers van de balie. In deze paragraaf zal de tevredenheid over het contact met deze medewerkers belicht worden. Ook nu heeft een vrij grote groep ‘weet niet’ ingevuld (variërend van 18% bij ‘behulpzaamheid’ tot 29% bij de vraag naar ‘deskundigheid’). Bij de verdere analyse van de gegevens is deze groep telkens buiten beschouwing gelaten. Ook nu blijken, zoals in figuur 32 is weergegeven, (ex)cursisten behoorlijk tevreden te zijn als het gaat om dienstverlening van de baliemedewerkers. Behulpzaamheid en de vriendelijkheid scoren wederom het hoogst. Het oordeel van afhakers wijkt niet af van het oordeel van cursisten.
De dienstverlening en voorzieningen
z
41
figuur 32
Oordeel over het contact balie medewerkers
behulpzaamheid
90%
9%
vriendelijkheid
89%
10%
aandacht
81%
goed
17%
matig deskundigheid
76%
tempo
68%
wachttijd 20%
slecht
27%
66%
0%
5.6
20%
29%
40%
60%
80%
100%
Rapportcijfer baliemedewerkers
Aan de (ex)cursisten is gevraagd een rapportcijfer te geven voor de manier waarop ze de laatste keer door één van de baliemedewerkers zijn behandeld. Ongeveer een vijfde (22%) van alle (ex)cursisten heeft ook hiervoor geen cijfer gegeven. De overige (ex)cursisten geven gemiddeld een 7,4. Tussen afhakers en cursisten is hierin geen verschil. Van alle cursisten geeft 5% een cijfer lager dan een 6.
42
5.7
Nevenactiviteiten muziekschool
Naast het reguliere cursusaanbod organiseert de muziekschool ook uitvoeringen. Van de (ex)cursisten bezoekt een derde (34%) deze uitvoeringen af en toe (zie figuur 33). Een klein percentage (3%) zegt deze uitvoeringen altijd te bezoeken. Worden deze bezoekcijfers uitgesplitst naar cursisten en afhakers dan zien we dat cursisten over het algemeen vaker dan afhakers zeggen de uitvoeringen te bezoeken (zie figuur 34). Van de cursisten bezoekt 21% de uitvoeringen altijd of meestal, van de afhakers doet 8% dit. figuur 33
figuur 34
Bezoek uitvoeringen
Bezoek uitvoering naar cursisten en afhakers
ja altijd
3
ja altijd
3
meestal
16
2 18
meestal
af en toe
6
34
36
af en toe zelden
29
20
18
zelden nooit
27
27
0
5
10
15
20
25
30
35
40
25
nooit
36
%
0
5
10
15
20
25
30
35
40 %
gestopt
cursist
Bespelers van een strijkinstrument bezoeken de uitvoeringen het vaakst, 36% van deze groep gaat altijd of meestal. De groep (ex)cursisten die een tokkelinstrument bespelen kent het hoogste percentage cursisten die zeggen nooit een uitvoering te bezoeken (zie figuur 35). De dienstverlening en voorzieningen
z
43
figuur 35
Bezoek uitvoeringen naar soort instrument strijkinstrument
36
zang
40
21
houtblazers
44
19
toetsinstrument
18
15
31
16
8
21
20
35
altijd/meestal
31
22
af en toe
27
zelden
tokkelinstrument
14
koperblazers
12
slagwerk
12
29
21
36
39
33
0%
26
24
20%
nooit
24
40%
30
60%
80%
100%
Kijken we naar leeftijd (figuur 36) dan zien we dat de (ex)cursisten in de leeftijd van 0 tot 4 jaar het hoogste percentage kent dat altijd of meestal naar de uitvoeringen gaan. Het minst vaak gaan (ex)cursisten in de leeftijd van 20 tot 24 jaar. figuur 36
Bezoek uitvoeringen naar leeftijd 0 - 4 jaar
31
5 - 9 jaar
38
25
15
37
15
13
25
altijd/meestal 10 - 14 jaar
20
29
22
29
af en toe
15 - 19 jaar
14
30
32
zelden
25
nooit 20 - 24 jaar
8
25 en ouder
14
0%
44
34
24
48
20%
40%
34
12
60%
26
80%
100%
Aan de (ex)cursisten die de uitvoeringen bezoeken is gevraagd een oordeel over deze uitvoeringen te geven als het gaat om de sfeer, het aantal, de gezelligheid en het niveau. Op deze vragen konden de (ex)cursisten antwoorden met ‘zeer goed’, ‘goed’, ‘niet goed/niet slecht’, ‘slecht’ en ‘zeer slecht’. Omwille van de leesbaarheid zijn de categorieën “zeer goed’ en ‘goed’ samengevoegd, evenals de categorieën ‘slecht’ en ‘zeer slecht’. De categorie ‘niet goed/niet slecht’ is aangeduid met ‘neutraal’. Uit figuur 37 blijkt dat de sfeer tijdens de uitvoering het hoogste scoort, 89% van de (ex)cursisten die uitvoeringen bezoeken, beoordeelt dit met (zeer) goed. Ook over het niveau zijn de meeste (ex)cursisten zeer te spreken, 80% beoordeelt dit met (zeer) goed. Tussen cursisten en afhakers is er wat betreft het oordeel over de uitvoeringen geen verschil te vinden.
figuur 37
Beoordeling uitvoeringen (%) sfeer
89%
niveau
10%
80%
19%
goed neutraal
gezelligheid
75%
aantal
68%
0%
20%
40%
slecht
21%
26%
60%
80%
100%
Vervolgens is aan alle cursisten gevraagd of ze het aantal uitvoeringen dat de muziekschool organiseert voldoende of onvoldoende vinden. Een grote groep (ex)cursisten (38%) heeft deze vraag met weet niet of geen mening beantwoord. Dit blijken met name cursisten te zijn die nooit uitvoeringen bezoeken. Van de overigen vindt het merendeel het aantal uitvoeringen voldoende (71%) (zie figuur 38).
De dienstverlening en voorzieningen
z
45
figuur 38
Oordeel (ex)cursisten over het aantal uitvoeringen (%)
voldoende
71%
ruim voldoende
17%
onvoldoende
12%
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
Tevens is aan de (ex)cursisten gevraagd wat ze vinden van de mogelijkheden die de muziekschool de cursisten biedt om voor te spelen. De uitkomsten van deze vraag zijn in figuur 39 weergegeven. Ook hier heeft ongeveer een derde (30%) van de (ex)cursisten met ‘weet niet / geen mening’ geantwoord. Van de overige cursisten vindt 65% de mogelijkheden die geboden worden om voor te spelen voldoende, 18% vindt deze onvoldoende. figuur 39
Oordeel (ex)cursisten over de mogelijkheden om voor te spelen (%)
voldoende
65%
onvoldoende
18%
ruim voldoende
17%
0%
46
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
5.8
Opmerkingen
In een laatste vraag is de (ex)cursisten de mogelijkheid geboden op of aanmerkingen te maken met betrekking tot de enquête of andere zaken. Een kwart van de (ex)cursisten heeft bij deze vraag een opmerking gemaakt. Een aantal keren worden onderwerpen die al eerder in de vragenlijst aan de orde zijn gekomen herhaald, zoals opmerkingen over muffige leslokalen, te dure lessen of opmerkingen over een docent die niet bevalt, of juist positieve opmerkingen als ‘heb genoten van de lessen’ en ‘het is een leuke muziekschool met leuke leraren en leraressen’. Een punt dat meerdere malen aan de orde komt is het uitvallen van docenten, de gebrekkige berichtgeving over het uitvallen van de docenten en de vervanging ervan en het niet kunnen inhalen van deze lessen. Verder wordt er gevraagd of het mogelijk zou zijn om in termijnen te betalen, wordt voorgesteld of het mogelijk zou zijn een internet aansluiting en de mogelijkheid te bieden muziek te kunnen downloaden, wordt gevraagd om een 10uur-lessenkaart Tenslotte zijn er nog verschillende opmerkingen die de vragenlijst betreffen. Enkelen vinden deze te lang, te moeilijk of soms minder van toepassing, omdat men in een dependance les krijgt.
De dienstverlening en voorzieningen
z
47
Bijlage I
Achtergrondgegevens
figuur B1
Leeftijd 0-4 jaar
2% 26% 32%
10-14 jaar
19% 5%
20-29 jaar
4%
40-49 jaar
7% 5%
> 77 jaar
0%
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
35%
figuur B2
Geslacht
56%
vrouw/meisje
44%
man/jongen
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
Bijlage I
z
49
figuur B3
hoofdbezigheid overdag student/scholier
79%
loondienst
13%
anders
4%
gepens.
2%
aow/aww/wao
1%
Huisvrouw/man
1%
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
figuur B4
Opleiding
51%
basisschool Lager onderwijs
9%
LBO
2%
MAVO/MULO
6%
MBO
4%
HAVO/VWO
14%
HBO/WO
14%
0%
50
10%
20%
30%
40%
50%
60%
90%
figuur B4
Niveau inkomen naar eigen inschatting respondent
40%
hoog
midden
50%
laag
10%
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
Bijlage I
z
51
Bijlage II
Vragenlijst
Aanwijzingen voor het invullen van de vragenlijst Lees dit alstublieft eerst goed door voordat de vragenlijst wordt ingevuld!!!
•
De vragenlijst is gericht aan de cursisten van de muziekschool, dus ook aan kinderen waarvoor de enquête te moeilijk is. Het is de bedoeling dat in dat geval de ouders of verzorgers de vragenlijst invullen of het kind daarbij helpen. Het is belangrijk dat geprobeerd wordt steeds van de situatie of mening van het kind uit te gaan, tenzij anders is vermeld.
•
Als er in u gezin meerdere kinderen muziekles volgen dan de vragenlijst bedoeld voor het kind aan wie de vragenlijst is gericht en wiens naam dus op de envelop staat.
•
Het invullen van de vragenlijst gebeurt door het hokje bij het betreffende antwoord aan te kruisen, zoals hieronder is gebeurd. voorbeeld: 1G 20 minuten 2G 30 minuten 40 minuten 3G 50 minuten 47 1 uur 5G langer dan 1 uur 6G
•
Als een vraag fout is ingevuld en u wilt dit verbeteren, dan maakt u het foute hokje helemaal zwart en kruist vervolgens het goede antwoord aan. voorbeeld: 1G 20 minuten 30 minuten 2G 40 minuten 3G 50 minuten 4 1 uur 57 langer dan 1 uur 6G
•
Per vraag mag maar één antwoord worden aangekruist, tenzij er bij staat dat er meer antwoorden mogelijk zijn.
•
Let op een doorverwijzing. Als er achter het aangekruiste antwoord drie pijlen staan met daarbij een nummer dan betekent dat, dat u kunt doorgaan met deze vraag voorbeeld:
Bijlage II
Vragenlijst
z
53
A.
De cursus
De eerste vragen in deze vragenlijst gaan over wanneer u /uw kind de cursus heeft gevolgd en om welke cursus het gaat. 1.
Welke van de onderstaande situatie is op u/uw kind van toepassing? 1 G vanaf september 2001 een cursus gevolgd, maar de cursus niet afgemaakt: in de loop van het jaar gestopt 2 G vanaf september 2001 géén muziekcursus meer gevolgd 3 G vanaf september 2001 een cursus gevolgd ÄÄÄ ga naar vraag 3 4 G anders namelijk, ……………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ………….……………………………………… ÄÄÄ ga naar vraag 3
2.
Waarom bent u / is uw kind gestopt met het volgen van de muzieklessen? (meer antwoorden mogelijk) 1 G vanwege de school /studie vanwege andere hobby’s 2 G 3 G de leraar raadde dat aan 4 G ik / mijn kind vond de leraar niet goed / klikt niet ik / mijn kind vond de lessen niet leuk 5 G 6 G ik / mijn kind vond de stukken niet leuk 7 G ik / mijn kind vond het instrument niet leuk 8 G ik / mijn kind wilde niet meer studeren het was te duur 9 G 10 G het was te moeilijk de muziekschool was te ver 11 G de lessen werden op een lastig tijdstip gegeven 12 G ik / mijn kind wilde even pauze 13 G 14 G geen tijd meer 15 G geen zin meer 16 G ik heb / mijn kind heeft genoeg geleerd ik / mijn kind wil weer eens wat anders 17 G 18 G anders namelijk, ……………………………………………………………………………….. …………………………………….………………………………………………………………… ………….…………………………………………………………………….………………………
54
3.
Welke cursus volgt u / uw kind, of heeft u / uw kind gevolgd? 1 G zang 2 G toetsen (piano, orgel, keyboard, synthesizer, klavecimbel, accordeon e.d.) 3 G strijkinstrumenten ((alt-)viool, cello, contrabas e.d.) 4 G tokkelinstrumenten (gitaar, basgitaar, saz, ud, sitar e.d.) 5 G slagwerk (drums, percussie, djêmbé e.d.) 6 G houtblazers (klarinet, dwarsfluit, piccolo, hobo, fagot, blokfluit, panfluit, e.d.) 7 G koperblazers (trompet, tuba, cornet, trombone, hoorn, bariton e.d.) 8 G andere blazers (saxofoon e.d.) 9 G anders namelijk, ………………………………………………………………………………..
4.
welk type muziek is/was dit? 1 G klassiek 2 G pop / jazz 3 G harmonie / fanfare 4 G diverse stijlen / genres 6 G anders namelijk, ………………………………………………………………………………..
5.
welk type cursus is/was dit? 1 G algemene oriëntatie 2 G beginnerscursus 3 G ensemble / samenspel / koor 4 G vervolgcursus
6.
Is / was dit een groepsles of individuele les? 1 G groepsles 2 G individuele les ÄÄÄ ga naar vraag 9
7.
Met hoeveel personen wordt/werd aan de les deelgenomen? 1 G met 2 t/m 4 personen (inclusief uzelf / uw kind) 2 G met 5 t/m 9 personen (inclusief uzelf / uw kind) 3 G met 10 of meer personen (inclusief uzelf / uw kind)
Bijlage II
Vragenlijst
z
55
8.
De volgende stellingen gaan over het volgen van de lessen in de groep. Wilt u bij elke stelling aangeven of u en / of uw kind het er helemaal mee eens, mee eens, niet mee eens / niet mee oneens, oneens of helemaal mee oneens bent. helemaal mee mee eens niet mee eens / oneens helemaal mee weet niet eens niet mee oneens oneens 1 de groep was / is niet plezierig 1G 2G 3G 4G 5G 6G 2 de groep was / is te groot 1G 2G 3G 4G 5G 6G 3 de sfeer in de groep was / is prima 1G 2G 3G 4G 5G 6G 4 spelen in een groep is leerzaam 1G 2G 3G 4G 5G 6G
B.
De inhoud en kwaliteit van de cursus
9.
De volgende vragen gaan over de inhoud en kwaliteit van de cursus. Wilt u bij elke stelling aangeven of u en / of uw kind het er helemaal mee eens, mee eens, niet mee eens / niet mee oneens, oneens of helemaal mee oneens bent. Omwille van de leesbaarheid zijn de stellingen niet in de verleden tijd geschreven. Bent u of is uw kind met een cursus gestopt dan gelden de uitspraken voor de cursus die u of uw kind als laatste heeft gevolgd.
helemaal mee eens
mee eens
niet mee eens / niet mee oneens
oneens
helemaal mee oneens
weet niet
1
de leraar kan duidelijk uitleggen
1G
2G
3G
4G
5G
6G
2
het kan de leraar niet schelen of ik / mijn kind iets goed of slecht doe(t)
1G
2G
3G
4G
5G
6G
3
de leraar vertelt duidelijk wat ik/ mijn kind aan een stuk moet oefenen
1G
2G
3G
4G
5G
6G
4
als ik /mijn kind iets moeilijk vindt, kan de leraar goed helpen
1G
2G
3G
4G
5G
6G
5
ik / mijn kind kan goed met de leraar opschieten
1G
2G
3G
4G
5G
6G
6
de leraar kan leuk vertellen over muziek
1G
2G
3G
4G
5G
6G
7
de leraar stelt te hoge eisen aan mij /mijn kind
1G
2G
3G
4G
5G
6G
8
als ik /mijn kind iets goed doe(t), zegt de leraar dat ook
1G
2G
3G
4G
5G
6G
9
als ik / mijn kind ergens niet mee eens ben /is, kan dat rustig worden gezegd
1G
2G
3G
4G
5G
6G
1G
2G
3G
4G
5G
6G
10 ik / mijn kind vind de les vaak saai
56
11 ik ben / mijn kind is over de les enthousiast
1G
2G
3G
4G
5G
6G
12 ik /mijn kind bepaal(t) zelf wat er in de les gebeurt
1G
2G
3G
4G
5G
6G
13 de stukken die gespeeld worden zijn leuk
1G
2G
3G
4G
5G
6G
14 vergeleken met wat verwacht heb ik / heeft mijn kind tijdens de cursus minder geleerd
1G
2G
3G
4G
5G
6G
15 ik vind dat ik waar voor mijn geld heb gekregen
1G
2G
3G
4G
5G
6G
10. Als u tenslotte een rapportcijfer zou moeten geven voor de kwaliteit van de cursus die u/ uw kind volgt of heeft gevolgd, welk cijfer geeft u dan? (1= zeer slecht; 10= uitstekend)
Cijfer: ……..(getal invullen)
C.
De dag, het tijdstip, en de duur van de cursus.
11. Op welke dag en tijdsstip volgt /volgde u of uw kind de cursus? (Graag in onderstaande tabel de juiste dag en tijdstip aankruisen) (met de ochtend bedoelen we van 9 tot 12 uur, middag 12 tot 18 uur, avond is 18 uur en later.
1 2 3 4 5 6
maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag
ochtend 1G 1G 1G 1G 1G 1G
middag 2G 2G 2G 2G 2G 2G
Bijlage II
avond 3G 3G 3G 3G 3G 3G
Vragenlijst
z
57
12. Zou u de voorkeur geven aan een ander tijdstip? Zo ja welk ander tijdstip dan? 1 G nee, dag en tijdstip zijn prima 2 G ja, ik geeft de voorkeur aan een ander tijdstip, namelijk: (Graag in de tabel de dag en tijdstip aankruisen waaraan u de voorkeur zou geven) ochtend middag 1 maandag 1G 2G 2 dinsdag 1G 2G 3 woensdag 1G 2G 4 donderdag 1G 2G 5 vrijdag 1G 2G 6 zaterdag 1G 2G
13.
avond 3G 3G 3G 3G 3G 3G
Hoelang duurt de les die u / uw kind krijgt? 1 G 20 minuten 2 G 30 minuten 3 G 40 minuten 4 G 50 minuten 5 G 1 uur 6 G langer dan 1 uur 7 G anders namelijk, ………………………………………………………………………………… …………………….………….…………………………………………………………………
14. Vindt u dit: 1 G te kort 2 G precies goed te lang 3G 4 G anders namelijk, ………………………………………………………………………………… ……………………….…………………………………………………………………..………
15. Hoeveel tijd per week besteed u / uw kind ongeveer aan het oefenen en voorbereiden, de lestijd niet meegerekend? 1 G minder dan 1 uur 2 G 1 á 2 uur 3 G tussen de 3 á 5 uur 4 G tussen de 6 á 10 uur 5 G meer dan 10 uur 6 G weet niet 7 G niet van toepassing
58
D.
Motivatie
De volgende vragen gaan over de motivatie om muziekcursussen te volgen. 16.
Door wie wordt deze vragenlijst op dit moment ingevuld? 1 G de cursist 2 G de cursist samen met ouders / verzorgers ÄÄÄ ga naar vraag 18 3 G alleen de ouders / verzorgers ÄÄÄ ga naar vraag 18
17. Er zijn vele mogelijkheden voor het besteden van vrije tijd. Hoe belangrijk zijn de volgende redenen om te kiezen voor het beoefenen van muziek?
zeer belangrijk
belangrijk
niet belangrijk / niet onbelangrijk
onbelangrijk
zeer onbelangrijk
weet niet
1 iets willen leren
1G
2G
3G
4G
5G
6G
2 meer van muziek af willen weten
1G
2G
3G
4G
5G
6G
3 het is belangrijk voor de ontwikkeling
1G
2G
3G
4G
5G
6G
4 andere mensen ontmoeten
1G
2G
3G
4G
5G
6G
5 plezier en ontspanning
1G
2G
3G
4G
5G
6G
6 beter leren muziek spelen
1G
2G
3G
4G
5G
6G
7 de voorbereiding voor een beroepsopleiding in de muziek
1G
2G
3G
4G
5G
6G
ÄÄÄ ga naar vraag 20
Bijlage II
Vragenlijst
z
59
De keuze om uw kind een muziekcursus te laten volgen is een keuze die soms van het kind uitgaat en soms van de ouders. De volgende twee vragen gaan hierover. In de eerste tabel dient u uw eigen motieven weer te geven en in de tweede tabel die van uw kind. 18. Hoe belangrijk vindt u als ouder of verzorger de volgende redenen om te kiezen voor het beoefenen van muziek?
zeer belangrijk
belangrijk
niet belangrijk / niet onbelangrijk
onbelangrijk
zeer onbelangrijk
weet niet
1G
2G
3G
4G
5G
6G
2 meer van muziek af willen weten
1G
2G
3G
4G
5G
6G
3 het is belangrijk voor de ontwikkeling
1G
2G
3G
4G
5G
6G
4 andere mensen ontmoeten
1G
2G
3G
4G
5G
6G
5 plezier en ontspanning
1G
2G
3G
4G
5G
6G
6 beter leren muziek spelen
1G
2G
3G
4G
5G
6G
7 de voorbereiding voor een beroepsopleiding in de muziek
1G
2G
3G
4G
5G
6G
Motieven van ouder /verzorger
1 iets willen leren
19. Hoe belangrijk vindt uw kind de volgende redenen om te kiezen voor het beoefenen van muziek?
zeer belangrijk
belangrijk
niet belangrijk / niet onbelangrijk
onbelangrijk
zeer onbelangrijk
weet niet
1G
2G
3G
4G
5G
6G
2 meer van muziek af willen weten
1G
2G
3G
4G
5G
6G
3 het is belangrijk voor de ontwikkeling
1G
2G
3G
4G
5G
6G
4 andere mensen ontmoeten
1G
2G
3G
4G
5G
6G
5 plezier en ontspanning
1G
2G
3G
4G
5G
6G
6 beter leren muziek spelen
1G
2G
3G
4G
5G
6G
7 de voorbereiding voor een beroepsopleiding in de muziek
1G
2G
3G
4G
5G
6G
Motieven van het kind
1 iets willen leren
60
20. Hoe bent u / is uw kind voor het eerst op het spoor gebracht van de cursussen bij de muziekschool? 1 G door een open dag 2 G informatiegids van de muziekschool 3 G informatie via de krant of radio 4 G via anderen (kennis, vriend, familie) 5 G via school 6 G via een vereniging 7 G anders, namelijk …………………………………………………………..…. 8 G weet niet
21. Waardoor bent u of is uw kind mee gaan doen een cursus? 1 G mijn eigen idee /idee van mijn kind 2 G advies van anderen (familie, kennissen, vrienden) 3 G besluit van de ouders /mijn ouders 4 G actie van school 5 G actie van vereniging 6 G dit was een vervolgcursus 7 G anders, namelijk …………………………………………………………..…. 8 G weet niet
E.
Andere cursussen en de toekomst
22. Neemt u / uw kind behalve de muziekcursus ook nog aan andere activiteiten of cursussen op muzikaal of creatief gebied deel? 1 G ja ÄÄÄ ga naar vraag 25 2 G nee
23. Is dat bij Kumulus of bij een andere organisatie? 1 G Kumulus ÄÄÄ ga naar vraag 25 2 G andere organisatie
Bijlage II
Vragenlijst
z
61
24. Waarom volgt u of uw kind deze activiteit niet bij Kumulus? 1 G weet niet of dit ook bij Kumulus kan 2 G de activiteit is niet in het programma van Kumulus opgenomen 3 G kwaliteit van de activiteit is slecht 4 G docenten zijn niet goed genoeg 5 G de organisatie Kumulus is niet leuk 6 G ik voel me niet thuis / geen goede sfeer 7 G te duur 8 G te ver 9 G andere opleiding is beter 10 G begintijd en eindtijd van de cursus komen slecht uit 11 G anders namelijk, …………………………………………………………………………… ………….……………………………………………………………………………………
25. Denkt u dat u of uw kind volgend jaar opnieuw een cursus of andere activiteit binnen de muziekschool gaat volgen? 1 G ja zeker wel 2 G ja waarschijnlijk wel ÄÄÄ ga naar vraag 28 3 G nee waarschijnlijk niet ÄÄÄ ga naar vraag 28 4 G nee zeker niet ÄÄÄ ga naar vraag 28 5 G weet niet
26. Is dit dan een vervolgcursus of kiest u voor een ander instrument ? 1 G vervolgcursus 2 G ander instrument 3 G weet niet 4 G anders namelijk, …………………………………………………………………………… ………….……………………………………………………………………………………
27. Om wat voor soort activiteit of cursus gaat het dan? 1 G ensemble / orkest / band ÄÄÄ ga naar vraag 29 ÄÄÄ ga naar vraag 29 2 G les op een ander instrument 3 G voorspeelavonden of middagen ÄÄÄ ga naar vraag 29 4 G cursus muziektheorie ÄÄÄ ga naar vraag 29 5 G weet niet ÄÄÄ ga naar vraag 29 6 G anders, namelijk ……………………………ÄÄÄ ga naar vraag 29
62
28. Waarom denkt u dat u of uw kind niet opnieuw een cursus gaat volgen? 1 G vanwege de school /studie vanwege andere hobby’s 2 G 3 G de leraar raadde dat aan 4 G ik / mijn kind vind de leraar niet goed / klikt niet ik / mijn kind vind de lessen niet leuk 5 G ik / mijn kind vind de stukken niet leuk 6 G 7 G ik / mijn kind vind het instrument niet leuk 8 G ik / mijn kind wil niet meer studeren het is te duur 9 G 10 G het is te moeilijk de muziekschool is te ver 11 G de lessen worden op een lastig tijdstip gegeven 12 G wil even pauze 13 G 14 G geen tijd meer 15 G geen zin meer 16 G ik heb / mijn kind heeft genoeg geleerd wil weer eens wat anders 17 G 18 G anders namelijk, ………………………………………………………………….. ……………………………………………………………………………………..
F.
De dienstverlening en voorzieningen
Bij de muziekschool kunt u van diverse voorzieningen gebruik maken, zoals onder andere het kopieerapparaat, audiovisuele apparatuur, versterkers en instrumenten. Verder heeft u ook te maken met andere medewerkers van de muziekschool, zoals de conciërge en medewerkers van de administratie. Over deze zaken gaan de volgende vragen.
29
Wilt u in de volgende tabel aangeven of u tevreden of ontevreden bent over de volgende zaken: zeer tevreden tevreden niet tevreden / ontevreden niet ontevreden
1 2 3 4
het kopieerapparaat de audiovisuele apparatuur de versterkers de lesruimtes
1G 1G 1G 1G
2G 2G 2G 2G
3G 3G 3G 3G
Bijlage II
4G 4G 4G 4G
Vragenlijst
zeer ontevreden 5G 5G 5G 5G
z
weet niet / niet van toepassing 6G 6G 6G 6G
63
30
Hoe tevreden of ontevreden bent u / is uw kind over het gebruik en de kwaliteit van de instrumenten? 1 G maak hiervan geen gebruik ÄÄÄ ga naar vraag 32 ÄÄÄ ga naar vraag 32 2 G zeer tevreden ÄÄÄ ga naar vraag 32 3 G tevreden ÄÄÄ ga naar vraag 32 4 G niet tevreden / niet ontevreden 5 G ontevreden 6 G zeer ontevreden ÄÄÄ ga naar vraag 32 7 G weet niet / geen mening
31. Waarom bent u / is uw kind hierover (zeer) ontevreden? 1 G de kwaliteit is slecht 2 G de instrumenten zijn vaak stuk 3 G de instrumenten worden slecht onderhouden 4 G het huren is te duur 5 G de instrumenten zijn verouderd 6 G anders namelijk, …………………………………………………………………..
32. Hoe tevreden of ontevreden bent u over de volgende zaken:
zeer tevreden 1G
tevreden
niet ontevreden / niet tevreden
ontevreden
zeer ontevreden
weet niet
2G
3G
4G
5G
6G
1
de toegankelijkheid van het gebouw
2
informatie over de activiteiten
1G
2G
3G
4G
5G
6G
3
de telefonische bereikbaarheid van de muziekschool de bereikbaarheid van de muziekschool
1G
2G
3G
4G
5G
6G
1G
2G
3G
4G
5G
6G
5
de berichtgeving bij het uitvallen van een les
1G
2G
3G
4G
5G
6G
6
de informatie die de muziekschool verstuurd
1G
2G
3G
4G
5G
6G
7
de sfeer in het gebouw
1G
2G
3G
4G
5G
6G
4
64
33.
Als u zich bij de muziekschool aanmeldt of anderszins met vragen zit, kunt u onder andere terecht bij de medewerkers van de administratie. Kunt u aan de hand van onderstaande punten steeds aangeven hoe u in het algemeen door de medewerkers van de administratie wordt geholpen?
a. behulpzaamheid b. tempo c. aandacht d. vriendelijkheid e. deskundigheid f. wachttijd
zeer goed
goed
matig
slecht
zeer slecht
weet niet
1G
2G
3G
4G
5G
6G
1G
2G
3G
4G
5G
6G
1G
2G
3G
4G
5G
6G
1G
2G
3G
4G
5G
6G
1G
2G
3G
4G
5G
6G
1G
2G
3G
4G
5G
6G
34. Als u voor de manier waarop u de laatste keer door een van de medewerkers van de administratie bent behandeld een rapportcijfer zou moeten geven, welk cijfer geeft u dan? (N.B.: 1 = zeer slecht; 10 = uitstekend)
cijfer: .......... (getal invullen!) 35.
Als u bij de muziekschool binnenkomt heeft u te maken met het personeel achter de balie. Kunt u aan de hand van onderstaande punten steeds aangeven hoe u in het algemeen door de medewerkers achter de balie wordt geholpen?
a. behulpzaamheid b. tempo c. aandacht d. vriendelijkheid e. deskundigheid f. wachttijd
zeer goed
goed
matig
slecht
zeer slecht
weet niet
1G
2G
3G
4G
5G
6G
1G
2G
3G
4G
5G
6G
1G
2G
3G
4G
5G
6G
1G
2G
3G
4G
5G
6G
1G
2G
3G
4G
5G
6G
1G
2G
3G
4G
5G
6G
Bijlage II
Vragenlijst
z
65
36. Als u voor de manier waarop u de laatste keer door een van de medewerkers van de balie bent behandeld een rapportcijfer zou moeten geven, welk cijfer geeft u dan? (N.B.: 1 = zeer slecht; 10 = uitstekend)
cijfer: .......... (getal invullen!)
G.
Nevenactiviteiten van de muziekschool
37. Bezoekt u wel eens de uitvoeringen die de muziekschool organiseert? 1 G ja altijd 2 G meestal 3 G af en toe 4 G zelden ÄÄÄ ga naar vraag 39 5 G nooit
38.
Hoe beoordeelt u de volgende aspecten van deze uitvoeringen: zeer goed goed
1 2 3 4
39.
de sfeer het aantal de gezelligheid het niveau
1G 1G 1G 1G
2G 2G 2G 2G
niet goed / niet slecht 3G 3G 3G 3G
slecht
zeer slecht
weet niet
4G 4G 4G 4G
5G 5G 5G 5G
6G 6G 6G 6G
Vindt u het aantal uitvoeringen dat de muziekschool organiseert voldoende of onvoldoende? 1 G ruim voldoende 2 G voldoende 3 G onvoldoende 4 G weet niet / geen mening
40. Vindt u de mogelijkheden die de muziekschool de cursisten biedt om voor te spelen voldoende of onvoldoende? 1 G ruim voldoende 2 G voldoende 3 G onvoldoende 4 G weet niet
66
H.
Tenslotte nog een aantal algemene vragen
Vult u de vragenlijst voor uw kind in dan dient u bij de vier onderstaande vragen de gegevens van het kind te vermelden.
41. Bent u of is uw kind: 1 G man / jongen 2 G vrouw / meisje
42. Wat is uw leeftijd/ de leeftijd van uw kind? Leeftijd : …………………..(jaren)
43. Wat is de hoofdbezigheid overdag van u / uw kind? 1 G student/scholier 2 G huisvrouw/huisman 3 G werkloos/AWW/WAO 4 G in loondienst 5 G gepensioneerd 6 G iets anders 7 G wil niet zeggen
44. Wat is uw hoogst genoten opleiding die u /uw kind met een diploma heeft afgerond? 1 G nog geen opleiding afgerond, zit nog op basisschool 2 G lager onderwijs (incl. LAVO en VGLO) 3 G lager beroepsonderwijs (LTS,LHNO,LEAO) 4 G MAVO, MULO 5 G middelbaar beroepsonderwijs(MTS,MEAO,INAS) 6 G HAVO/VWO 7 G HBO/WO 8 G weet niet/wil niet zeggen
Bijlage II
Vragenlijst
z
67
Vult u de vragenlijst voor uw kind in dan dient u bij de onderstaande vraag uw eigen situatie weer te geven. 45. Er wordt wel eens gesproken over verschillende inkomensgroepen. Rekent u uw huishouden tot de groep met een laag inkomen, een gemiddeld inkomen of een hoger inkomen? 1 G laag inkomen 2 G gemiddeld inkomen 3 G hoger inkomen 4 G weet niet/geen mening
46.
Heeft u / uw kind nog op- of aanmerkingen bij deze enquête? 1G nee 2 G ja namelijk, ……………………………………………………………………………………... ……………………………………………………………...……………………………………
Dan was dit de laatste vraag van de enquête! U kunt de vragenlijst in de retourenvelop stoppen en terugsturen. Een postzegel is niet nodig. Hartelijk dank voor uw medewerking.
68
Bijlage III
Aankondigingsbrief Maastricht, 31 mei 2002
Beste cursist/ ouder,
De muziekschool Kumulus is er veel aan gelegen te weten hoe haar cursisten oordelen over de kwaliteit van haar muziekonderwijs. Alleen door deze informatie is de muziekschool in staat de kwaliteit van de producten die ze levert, te verbeteren en in stand te houden. De muziekschool Kumulus heeft het servicecentrum Onderzoek en Statistiek van de gemeente Maastricht daarom gevraagd een onderzoek te houden onder zowel de huidige cursisten van de muziekschool Kumulus als ook de cursisten die zijn gestopt. Uit het ledenbestand van de muziekschool zijn willekeurig 1700 cursisten geselecteerd. U bent hier één van. Uw naam en adres of die van uw kind zijn per toeval getrokken. U kunt erop vertrouwen dat de antwoorden volledig anoniem worden verwerkt. De vragenlijst is gericht aan de (ex)cursisten van de muziekschool, dus ook aan kinderen waarvoor de enquête mogelijk te moeilijk is. Het is de bedoeling dat in dat geval de ouders of verzorgers de vragenlijst invullen of het kind daarbij helpen. Het is belangrijk dat geprobeerd wordt steeds van de situatie of mening van het kind uit te gaan, tenzij anders is vermeld. Als er in uw gezin meerdere personen muziekles volgen dan is de vragenlijst bedoeld voor degene wiens naam op de envelop staat. Het is mogelijk dat gezinnen, waar meerdere gezinsleden deelnemen aan cursussen, ook meerdere vragenlijsten krijgen. Als dit het geval is willen we aan elk gezinslid vragen de eigen vragenlijst in te vullen, omdat ieder voor zich toch vaak een andere cursus volgt en dus ook te maken heeft met andere situaties. Bijgevoegd vindt u een retourenvelop waarin u de ingevulde vragenlijst kunt terugsturen. Een postzegel is niet nodig. Wij willen u vragen de vragenlijst vóór 1 juli terug te sturen. Door het meewerken aan deze enquête levert u een belangrijke bijdrage aan de kwaliteit van de producten en de dienstverlening van de muziekschool. Wij stellen uw medewerking daarom zeer op prijs en willen u alvast bedanken voor uw inzet. Met vriendelijke groet,
A.M.J. Schoenmakers onderzoeker Gemeente Maastricht
Bijlage III Aankondigingsbrief
z
69
Bijlage VI
Rappelbrief
Maastricht, 25 juni 2002 Beste cursist/ ouder,
Enige tijd geleden heeft u van het servicecentrum Onderzoek en Statistiek van de gemeente Maastricht een brief met daarbij een vragenlijst ontvangen. In deze brief hebben we u gevraagd mee te werken aan een onderzoek in opdracht van de muziekschool Kumulus. De muziekschool is zeer benieuwd naar het oordeel van cursisten over de kwaliteit van het muziekonderwijs. Alleen door deze informatie is de muziekschool in staat de kwaliteit van de producten die ze levert, te verbeteren en in stand te houden. Hoewel velen van u de vragenlijst reeds hebben teruggestuurd, hebben we helaas nog niet voldoende ingevulde vragenlijsten ontvangen. Om te achterhalen hoe tevreden of ontevreden cursisten van de muziekschool zijn, is het echter heel belangrijk zo veel mogelijk vragenlijsten te verzamelen. Als u de vragenlijst al heeft teruggestuurd, dan willen wij hierbij hartelijk bedanken voor uw medewerking en is de rest van deze brief niet meer aan u gericht. Mocht u de vragenlijst echter nog niet hebben teruggestuurd dan willen wij u vragen dit alsnog te doen vóór 15 juli. Daarvoor kunt u de bij de vragenlijst gevoegde antwoordenvelop gebruiken. Een postzegel is niet nodig. Door het meewerken aan deze enquête levert u een belangrijke bijdrage aan de kwaliteit van de producten en de dienstverlening van de muziekschool. Wij stellen uw medewerking daarom zeer op prijs en willen u alvast bedanken voor uw inzet. Met vriendelijke groet,
A.M.J. Schoenmakers onderzoeker Gemeente Maastricht
Bijlage IV Rappelbrief
z
71