FOCUS HAAGLANDEN jaargang 5
[
ATER W : A M E TH
]
PROJECT OVERSTROMING HAAGLANDEN Ger van Opstal: 'Oefenen en voorbereiding zijn noodzakelijk.'
VERSTERKING DELFLANDSE KUST Hoogheemraadschap Delfland heeft regie bij strandverbreding
WATERCENTRUM DELFT Gebundelde kennis over deltatechnologie
WINTER 2008 Relatiemagazine voor overheid en bedrijfsleven
4
FOCUS HAAGLANDEN
expand your capacity think out of the box to expand your career professionals who think out of the box will expand your company’s creativity USG Capacity bemiddelt marketing- en communicatieprofessionals op minimaal hbo-niveau met 3 jaar relevante werkervaring, op vaste en tijdelijke basis. Met ons landelijk dekkend kantorennetwerk bevinden wij ons altijd bij ú in de buurt. Met ons ruime aanbod aan professionals, kunt u in gesprek komen met passende professionals uit heel Nederland. Vergroot uw kans op succes en neem contact met ons op.
voor marketing- en communicatieprofessionals
expandyour capacity.nl
Inhoudsopgave
6
12
In dit nummer
pagina
17
Thema Water
pagina
Voorwoord
5
Soepele samenwerking project Overstroming Haaglanden
6
De Stelling
9
Overheden werken samen in Waterkader Haaglanden
10
In the picture
16
Werkzaamheden ter versterking Delfslandse kust gestart
12
USG Capacity levert communicatiemensen aan Duinwaterbedrijf
25
Grontmij: Veiligheid en ruimtelijke kwaliteit in kustgebied
14
PublicSpirit over werving van overheidspersoneel
28
Varen met de Ooievaart door de Haagse grachten
17
Column
30
Watercentrum Delft bundelt kennis over deltatechnologie
18
Kort in de regio
30
Hollands landschap: de Driemanspolder als waterbekken
20
Actorion: webapplicatie Beleid in Beeld
32
Ondernemers in protest tegen inleveren grond
22
De netwerkkaart, hulpmiddel bij slachtofferregistratie
24
Nieuw kiesstelsel bij waterschapsverkiezingen
26
18
26
3
32
Colofon Focus Haaglanden is een gezamenlijke kwartaaluitgave van het Stadsgewest Haaglanden, de Kamer van Koophandel Den Haag en de Hulpverleningsregio Haaglanden. Dit nummer is mede tot stand gekomen dankzij redactionele bijdragen van de gemeenten Den Haag, Zoetermeer en Delft. Redactieadres Stadsgewest Haaglanden Grote Marktstraat 43 Postbus 66 2501 CB Den Haag Tel: 070 7501500 Fax: 070 7501501 E-mail:
[email protected] www.focushaaglanden.nl Abonneren www.focushaaglanden.nl
Aan dit nummer werkten mee Remco Bordewijk, Brigitte Beeks, Erwin Dijkgraaf, Sicco van Grieken, Dries Groot, Judith Jongejan, Marinka Klaassen, Luuk van der Lee, Elsbeth Lelyveld, Chris Lieshout, Rens Plaschek, provincie Zuid-Holland, Hans Oerlemans, Peter van Oosterhout, Danny Peters, Barry Raymakers, Hans Rebers, Gemma Schoot, Marieke van Seggelen, Hadewych Veys Druk DeltaHage grafische dienstverlening Oplage 5.000 exemplaren Commerciële exploitatie Actorion Communicatie Adviseurs, tel. 026 - 443 82 87 Concept, uitgave en vormgeving Actorion Communicatie Adviseurs, Velp Copyright en verantwoordelijkheid Het auteursrecht op de in dit tijdschrift verschenen artikelen wordt door de uitgever voorbehouden. De verantwoordelijkheid voor een artikel ligt bij de betreffende organisatie.
Uitgave Winter 2008 Het volgende nummer van Focus Haaglanden verschijnt medio maart 2009. Het overkoepelend thema is Innovatie. Kijk voor meer informatie op www.focushaaglanden.nl Op de voorpagina Ger van Opstal, projectmanager van het project Overstromingen Haaglanden. Fotografie: Sicco van Grieken Partners Actorion Communicatie Adviseurs, Velp Grontmij, Waddinxveen HTM, Den Haag USG Capacity Vesteda, Den Haag Wilkens C.S. Leiderdorp Den Haag Citymarketing
WINTER 2008
4
Een volgende sprong in je loopbaan?
Lumion
helpt je verder!
Training en coaching door Lumion krijgen vorm binnen het kader van de vraagstelling van de organisatie. De persoonlijke leerpunten van de deelnemers staan centraal. De stijl van werken is activerend en resultaatgericht; Lumion maakt het effect van gedrag en communicatie inzichtelijk. Een positieve ontwikkeling van de werknemer heeft een positieve uitwerking op de organisatie!
Training & Coaching Werving & Selectie Werving en selectie richten zich op communicatieprofessionals voor de overheid, op alle niveaus. Als zusterbedrijf van Actorion Communicatie Adviseurs, gespecialiseerd in overheids communicatie, kent zij het werkveld van binnenuit. Lumion heeft daardoor een goede kijk op de kennis, ervaring en competenties die in een specifieke functie, cultuur en orga nisatie nodig is. Extra dienst voor jonge professionals: Talententeam!
Meer informatie? Lumion Training, Werving & Selectie Rozendaalselaan 14 6881 LC Velp T 026 361 8010 F 026 389 2548 W www.lumion.info
VOORWOORD
FOCUS HAAGLANDEN
Verfrissend: werken met water Een gevleugeld gezegde luidt ‘if you can’t beat them, join them’, afkomstig overigens van een Amerikaanse senator uit de jaren dertig van de vorige eeuw. Vervang ‘them’ door ‘it’ en het is ook toepasbaar voor water. Het is precies de boodschap die ik verkondigde op de Unesco Coastal City Conference in Florida in november van dit jaar: ‘We moeten van werken tegen het water, naar werken met water.’
5
In Nederland is die omslag al gemaakt. Het advies van de Deltacommissie, primair ingesteld om onze kust te beschermen op de lange termijn, stelt immers ook dat “werken met water perspectieven biedt”. Bouwen op water, overstroombestendige gebouwen, waterbergingen in gebieden, natuurvriendelijke oevers, het toevoegen van zand (zand suppleties) aan ons kustgebied, het zijn allemaal voorbeelden van het nieuwe denken om water als kans te zien en niet als bedreiging. Dat is ook toepasbaar voor het Stadsgewest Haaglanden. De zee is immers een van onze grenzen en we leven in een waterrijk gebied. Op allerlei manieren zijn we bezig met water. Zo zoekt het samenwerkingsverband Waterwerken Haaglanden onder meer naar innovatieve oplossingen voor hemelwater en kijken we binnen het project Kustvisie Zuid-Holland naar mogelijkheden om stranden te verbreden, duinen en dijken op te hogen. Mijn stelling is dat wie water bekijkt vanuit kansen, ook innovatiever is bij het vinden van oplossingen tegen de waterproblemen. Bas Verkerk, Burgemeester van Delft Regiobestuurder Ruimte, Stadsgewest Haaglanden
Lumion, voor Training & Coaching en Werving & Selectie, twee disciplines die elkaar versterken.
l u m io n Training, Werving & Selectie
WINTER 2008
4
FOCUS HAAGLANDEN
HRH
Soepele samenwerking bij project Overstroming Haaglanden
Haaglanden bereidt zich voor op ergst denkbare watersnood November 2010. Erwin Krol aan het woord in het NOS-journaal: ‘Boven de Noordzee heeft zich een extreem zware depressie ontwikkeld die onze kant uitkomt. Binnen 36 uur kunnen we te maken krijgen met een storm van orkaankracht. Het KNMI houdt rekening met windsnelheden en vloedgolven van ongekende omvang. Daar komt bij: deze superstorm valt samen met springtij. U weet, zo ging het ook in 1953 bij de Watersnood in Zeeland.’
6
Tekst: Hans Oerlemans, i.o. Hulpverlenersregio Haaglanden Fotografie: Sicco van Grieken
W
at gebeurt er vervolgens na zo’n aankondiging van een storm? Hoe bereiden overheden, bedrijfsleven en burgers zich voor? Wat te doen als de zee daadwerkelijk door de duinen breekt? In september 2007 heeft de Hulpverleningsregio Haaglanden (HRH) het plan opgevat om een nieuwe strategie te ontwikkelen voor de hulpverlening bij grote overstromingen. Tegelijkertijd kwam het kabinet met een vergelijkbaar initiatief onder regie van de Taskforce Management Overstromingen (TMO). Elke veiligheidsregio in Nederland heeft opdracht gekregen om voor eind 2008 een coördinatieplan te ontwikkelen in geval van overstromingen. Ger van Opstal is hoofd Operationele Voorbereiding van de HRH en tevens manager van het project Overstromingen Haaglanden. Hoe verklaart hij de groeiende aandacht voor watersnoodscenario’s? “Uiteraard speelt ook hier de klimaatverandering mee. Als de stijging van de zeespiegel gepaard gaat met meer en heviger stormen, nemen de risico’s toe. Om die reden wordt de kustverdediging versterkt zoals in Noordwijk, Scheveningen en Ter Heijde. Wat ook meespeelt, zijn de overstromingen in New Orleans in 2005 als gevolg van Katrina. We hebben allemaal de ontreddering kunnen zien op de televisie. Het heeft in Nederland de vraag doen rijzen of we wel voldoende voorbereid zijn.” Ramp belemmert hulpverlening De opdracht aan de veiligheidsregio’s was om binnen een jaar een strategieen een coördinatieplan te ontwikkelen voor een dreigende grote overstroming.
7 Deze plannen moeten resulteren in een flexibel draaiboek voor de dagen voorafgaande aan de ramp (evacuaties) en de periode na de overstroming (redden van achterblijvers). “We kunnen ons moeilijk voorstellen wat een zware overstroming in de Randstad kan betekenen. Het effect zal vele malen groter zijn dan bij de Watersnood in Zeeland: meer slachtoffers, meer evacués en veel meer economische schade.” “Een watersnood is een calamiteit van een heel andere orde dan bijvoorbeeld een massale kettingbotsing op de snelweg”, legt Van Opstal uit. “Het getroffen gebied is dan geografisch beperkt, maar bij een zware overstroming raken de
infrastructuur en nutsvoorzieningen in een groot gebied ontregeld. De ramp belemmert de hulpverleners om hun werk te doen. De elektriciteit zal uitvallen, telecommunicatie wordt moeilijk en wegen zullen slecht begaanbaar zijn. Dat vraagt om een andere aanpak dan we gewend zijn bij calamiteiten.” Waarin een overstroming ook afwijkt, is dat de ramp zich aankondigt. Meteorologen zien zo’n zes dagen van tevoren dat de Nederlandse kust mogelijk door een storm met orkaankracht getroffen gaat worden en wat daarvan de gevolgen kunnen zijn. “Dat maakt het mogelijk om ons tijdig en gefaseerd voor te bereiden. Vanaf de eerste waar-
Eigen verantwoordelijkheid bedrijfsleven Als de kustverdediging het begeeft, is niets en niemand in het achterland opgewassen tegen de kracht van het water. Toch kunnen burgers en ondernemers wel het nodige doen om geen slachtoffer te worden en de materiële schade te beperken. Ze hebben daarin een eigen verantwoordelijkheid. “Ondernemers zijn meestal wel voorbereid op calamiteiten binnenshuis zoals een grote brand,” zegt Ger van Opstal. “Maar ik vermoed dat ze weinig stilstaan bij het risico van overstromingen. De noodaggregaten voor als de stroom uitvalt, staan vaak in de kelder. Daar heb je niets aan bij een overstroming. Ik kan me voorstellen dat bij nieuwbouw het aggregaat op het dak wordt geplaatst. Vitale installaties zoals ondergrondse schakelstations kunnen extra worden beschermd door een dam eromheen te leggen. Ondernemers zouden in hun calamiteitenmanagement meer moeten stilstaan bij de risico’s van overstromingen, ook in geval van overvloedige regenval.” “Daarnaast hebben we het bedrijfsleven nodig als er een overstroming dreigt. In zo’n alarmerende situatie kan de overheid het niet alleen. Bedrijven in het grondverzet kunnen waterkeringen versterken. Touroperators kunnen bussen beschikbaar stellen om bewoners te evacueren en hotels kunnen mensen tijdelijk opvangen. De ervaring leert overigens dat er in noodsituaties een grote bereidheid is om te helpen. Zo ging het ook in 1995 in de Betuwe toen de rivierdijken het bijna begaven. In een week tijd konden tweehonderdduizend mensen worden geëvacueerd.”
V.l.n.r.: Ger van Opstal, programmamanager project Overstromingen Haaglanden, Antoinette Gelton - Schiebroek, projectleider opleiden en oefenen project Overstromingen Haaglanden GHOR, André de Rond, projectleider planvorming project Overstromingen Haaglanden HRH Brandweer
schuwing tot aan een doorbraak en overstroming kunnen stap voor stap maatregelen worden genomen. Je kunt bijvoorbeeld uit voorzorg in een vroeg stadium ouderen en andere minder zelfredzame bevolkingsgroepen evacueren.” Zoetermeer Kopje Onder Het meest zichtbare onderdeel van het project Overstromingen Haaglanden was de regionale oefening ‘Kopje Onder’ op dinsdag 30 september in Zoetermeer. Voor het eerst werd in Haaglanden operationeel en realistisch geoefend met een watersnoodscenario. Twee locaties - de Noord Aa en de Dobbeplas - waren het toneel van een zware overstroming. Ruim honderdvijftig ernstig en licht gewonde slachtoffers waren achtergebleven in het rampgebied. Ze moesten in veiligheid worden gebracht door honderdvijftig hulpverleners en zonodig worden vervoerd naar ziekenhuizen in de regio. De oefening was bedoeld om het nieuwe coördinatieplan in de praktijk te testen en de hulpverleners te trainen in de gekozen werkwijze. De gemeente Zoetermeer hield in het verlengde hiervan de oefening ‘Warme Deken’ om de geëvacueer-
den te registreren en eerste opvang te bieden. “We gingen uit van een situatie waarin de elektriciteit en de communicatie grotendeels zijn uitgevallen”, licht Van Opstal toe. “Een commandostructuur met een centraal crisiscentrum is dan onmogelijk. Het antwoord daarop zijn de Decentrale Operationele Teams (DOT). Ze moeten zonder centrale aansturing maar wel met duidelijke instructies in het rampgebied opereren en handelen op basis van hun bevindingen. In Zoetermeer hebben we twee multidisciplinaire teams ingezet met medewerkers van brandweer, politie, GHOR (Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen), reddingsbrigades en defensie. In de praktijk werkte dat heel goed. De teams zijn effectief en vindingrijk te werk gegaan. Onze strategie bij grote overstromingen steunt in belangrijke mate op de Decentrale Operationele Teams.” Defensie Wat heeft de oefening ‘Kopje Onder’ aan nieuwe inzichten opgeleverd? Ger van Opstal: “Het is waardevol dat we hebben kunnen oefenen met instanties en
bedrijven die we anders niet tegenkomen bij de hulpverlening. Zo zal het ministerie van Defensie een belangrijke logistieke rol vervullen bij een watersnoodramp. Ook energieleveranciers en telecombedrijven zijn cruciale partners. Als de levering van elektra stilvalt, moeten snel noodvoorzieningen worden getroffen.” “Opvallend was hoe soepel de opvang van de gewonden verliep, beter nog dan bij oefeningen in het verleden. Het laat zien dat de GHOR bij grootschalige rampen adequaat kan opereren. De opdracht was burgers met zeer uiteenlopend letsel op te vangen en de eerste medische hulp te verlenen. Ook regionale ziekenhuizen bleken later in de oefening goed in staat om snel de benodigde capaciteit vrij te maken.” Deze oefening heeft volgens Van Opstal nog eens duidelijk gemaakt hoe groot de ‘keteneffecten’ zijn van een overstroming. “Het stelt ons voor nieuwe bestuurlijke dilemma’s. Wat doe je met de handhaving van de openbare orde in een gebied dat is geëvacueerd? Hoe gaat het met de voedselvoorziening als wegen onbegaanbaar zijn geworden? Wat doe je als een reddingsboot bij een
WINTER 2008
4
DE STELLING DE STELLING
HRH
FOCUS HAAGLANDEN
Wachten op de overheid of zelf het heft in handen nemen? Binnen enkele dagen kan een zware overstroming grote delen van Haaglanden treffen. Wat doet u?
8
aanlegsteiger aankomt en er staan tientallen mensen te wachten? Wie gaat er mee? Hoe ga je om met mensen die willen achterblijven?” Gecompliceerde vragen waarbij operationele hulpverleners vaak zelf de beslissingen zullen moeten nemen. “Dat maakt het des te meer noodzakelijk om vooraf hierover na te denken en heldere richtlijnen vast te stellen.”
Wacht u op de overheid of neemt u zelf het heft in eigen hand?
EDO (Ergst Denkbare Overstroming) in Haaglanden. Hier staat het water na vier en na twaalf uur
Droge voeten in Haaglanden dankzij Dijkring 14 In de Randstad bestaat nauwelijks angst voor overstromingen, hoewel een groot deel van de bevolking enkele meters onder de zeespiegel woont. Burgers vertrouwen erop dat dijken, duinen en dammen een solide bescherming vormen tegen hoog water. Haaglanden ligt binnen een primaire waterkering, Dijkring 14, die bestand moet zijn tegen een extreme combinatie van orkaanstormen en een hoge zeewaterstand die zich statistisch slechts eens in de tienduizend jaar voordoet. De Ergst Denkbare Overstroming (EDO) is de meest extreme overstroming die experts voor mogelijk houden. Deze situatie zal statistisch gezien niet vaker dan één keer in de honderdduizend jaar voorkomen. Toch wordt bij het opstellen van rampenplannen en bij oefeningen zoals recent ‘Kopje Onder’ en ‘Waterproef’ rekening gehouden met dit scenario. Wie op het ergste is voorbereid, zal niet voor verrassingen komen te staan. Bij een EDO is de schade aan gebouwen, infrastructuur en nutsvoorzieningen enorm. De hulpverlening zal ernstig worden bemoeilijkt door de gevolgen van de ramp. Dijkring 14 is de aaneengesloten waterkering tussen Den Haag, Amsterdam, Utrecht en Rotterdam. Binnen dit gebied liggen zes veiligheidsregio’s, vijf waterschappen, drie provincies en tientallen gemeenten. Bij de voorbereiding op een mogelijke ramp zullen overheden intensief moeten samenwerken en plannen op elkaar moeten afstemmen. Belangrijk is om te voorkomen dat bijvoorbeeld de ene regio besluit tot evacuatie van de bevolking, terwijl dat in een aangrenzende regio met vergelijkbare risico’s niet gebeurt.
Alle hens aan dek bij alarm voor watersnood De Hulpverleningsregio is verantwoordelijk voor het project Overstromingen Haaglanden. Bij de planvorming, de trainingen van hulpverleners en de oefening ‘Kopje Onder’ in Zoetermeer is samengewerkt met een groot aantal partijen. Als het ooit tot een zware overstroming komt, zullen zij actief zijn bij de evacuatie van de bevolking, de hulpverlening, voedseldistributie en een eerste herstel van de schade. Gezien het aantal actieve partners en de vermoedelijk chaotische situatie is een heldere afstemming van taken en verantwoordelijkheden van het hoogste belang. Deelnemers aan het project zijn onder meer Hulpverleningsregio Haaglanden (HRH), Brandweerkorpsen uit de regio, Politie Haaglanden, GHOR, Ziekenhuizen in de regio, Stadsgewest Haaglanden en de negen gemeenten, Provincie Zuid-Holland, Ministerie van Defensie, Hoogheemraadschap van Delfland, Rijkswaterstaat Zuid-Holland, Vrijwillige Reddingsbrigades, Taskforce Management Overstromingen (TMO), Ministerie van Binnenlandse Zaken, Eneco, Drinkwaterbedrijf EVIDES/Duinwaterbedrijf Zuid-Holland en KPN.
René Roorda Directeur Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL)
Waterproef en Watergolf Op initiatief van de landelijke TMO werd begin november de grote bestuurlijke oefening ‘Waterproef’ gehouden. In drie delen van het land - het rivierengebied, Flevoland en de kuststreken hebben overheden en hulpdiensten een dreigende watersnood geoefend. De deeloefening ‘Watergolf’ had betrekking op het kustgebied. Binnen vijf dagen zou een zeer zware storm de Nederlandse kust bereiken en dat in combinatie met een hoge zeewaterstand. De Hulpverleningsregio Haaglanden heeft samen met het Rijk en andere partners alle noodzakelijke maatregelen in gang gezet voor de dagen voorafgaande aan een (mogelijke) ramp. Meer informatie www.crisis.nl Informatie hoe burgers zich kunnen voorbereiden op een overstroming, zoals de inhoud van een noodvoorraad en een evacuatiepakket. www.denhaag.nl/veilig De gemeente Den Haag laat zien hoe gemeentelijke diensten zich voorbereiden op een overstroming en wat in zo’n situatie van burgers mag worden verwacht. www.risicokaart.nl De provinciale risicokaart informeert over risico’s in de woon- en leefomgeving, waaronder overstromingsgevaar. www.ahn.nl Wie wil weten hoe hoog (of laag) hij woont ten opzichte van NAP kan op deze website zijn adres of postcode invoeren.
“
Robin Los
Artze Prins Organisatorisch manager Spoedeisende Hulp (SEH), HagaZiekenhuis in Den Haag
“
“De levensmiddelenbranche heeft vanaf de jaren negentig de nodige calamiteiten meegemaakt. Denk aan de grote uitbraken van veeziektes zoals vogelpest, varkenspest en BSE. De bevoorrading in afgeschermde gebieden werd ernstig gehinderd. Stroomstoringen zijn natuurlijk ook een bekend fenomeen. Een supermarkt zonder noodaggregaat krijgt dan heel snel grote problemen. Iedereen herinnert zich nog de dreigende overstromingen in het rivierengebied en de ‘echte’ overstromingen in Limburg. Ook supermarkten moesten evacueren.
Alle grote ketens hebben inmiddels noodscenario’s klaarliggen voor dit soort onvoorziene situaties. We volgen daarin tot op zekere hoogte onze eigen weg. De veiligheid van het personeel en publiek staat voorop, daarna komt het veilig stellen van de voorraden. Mocht de volksgezondheid gevaar lopen, dan zullen we alles doen om die risico’s te vermijden. Maar er komt een moment dat je als branche tamelijk machteloos bent. Als een halve provincie of een deel van de Randstad onder water staat, zal het transport goeddeels stilvallen. Zeker in de steden kan voedselschaarste ontstaan. De supermarktketens kunnen vanuit andere delen van het land levensmiddelen aanvoeren. Bij een overstroming van behoorlijke schaal, kunnen wij niet meer zelfstandig opereren in het rampgebied. Dan zal de overheid voor vervoer over water of door de lucht moeten zorgen. De branche denkt na over al dit soort noodscenario’s.”
”
Manager afdeling Health, Safety & Environment bij bloemenveiling FloraHolland, vestiging Naaldwijk
“
“Bij een alarm voor een zware ramp nemen we direct contact op met de GHOR (Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen) en zetten we het Ziekenhuis Rampen Opvang Plan (ZROP) in werking. Ziekenhuizen en hulpverleningsorganisaties moeten dan gecoördineerd aan de slag gaan. Als manager Spoedeisende Hulp ben ik een verbindende schakel tussen de slachtoffers en onze artsen en hulpverleners. Samen met de medisch manager houd ik zicht op de omvang van de ramp en het aantal en type slachtoffers dat naar ons ziekenhuis komt. Hoe beter die informatie, hoe beter wij medische zorg kunnen bieden. Het HagaZiekenhuis kan bij een beperkte overstroming blijven functioneren. De noodaggregaten en luchtbehandeling van de operatiekamers staan op het dak. Deze afdeling is natuurlijk van cruciaal belang voor patiënten in kritieke toestand. Toch is het denkbaar dat medewerkers en alle patiënten geëvacueerd moeten worden. Maar dan praten we echt over een diepe plas water voor de deur. Ons ZROP werd recentelijk nog geoefend tijdens ‘Kopje Onder’. We kregen rond de veertig slachtoffers van een ‘watersnoodramp’ in Zoetermeer. De oefening was bij weinigen bekend in het ziekenhuis, maar binnen no-time waren alle posten bezet. Van de raad van bestuur tot en met specialisten en verpleegkundigen. De organisatie bleek goed te anticiperen en de samenwerking met het GHOR verliep soepel. Hoe beter die samenwerking en voorbereiding, hoe beter we de slachtoffers kunnen helpen.”
Ook reageren op De Stelling? Kijk op www.focushaaglanden.nl
9
”
“Mocht de Hollandse zeewering het begeven, dan zou dat weleens in deze omgeving kunnen zijn. Onze vestiging in Naaldwijk krijgt dan al snel twee meter water te verduren. Loopt héél Westland onder, dan moet de overheid de leiding nemen in de chaos. Het zou hoogst onverantwoord zijn als bedrijven uit de pas gaan lopen en bijvoorbeeld een oproep tot evacuatie negeren. De burgemeester kan besluiten dat bepaalde bedrijfsactiviteiten preventief stilgelegd moeten worden of dat een gebied moet worden ontruimd. Dan doen we uiteraard de poort dicht, ondanks de enorme economische schade. FloraHolland heeft een eigen verantwoordelijkheid bij de voorbereiding op calamiteiten. Er is een crisisplan, dat recent nog met de gemeente werd geoefend. De vestiging heeft ook een bedrijfsnoodplan. Regelmatig houden wij proefontruimingen en operationele trainingen met de brandweer. We geloven in publiek-private samenwerking bij rampenbestrijding. Ik denk ook dat wij bij een overstroming kunnen bijdragen aan de hulpverlening. Onze Bedrijfsbeveiligingsdienst zou bijvoorbeeld in staat zijn om het verkeer te regelen. Ze zijn daarvoor opgeleid door de Politie Haaglanden. Onze gebouwen zouden dienst kunnen doen als eerste opvang voor slachtoffers. Als de ramp zich echt voordoet, zal de praktijk anders zijn dan we ons nu voorstellen. Toch is het goed rampenscenario’s te oefenen, zoals we elders in de wereld zien.”
”4
WINTER 2008
STADSGEWEST HAAGLANDEN
“We willen geen luchtfietserij, maar kennis die bruikbaar is” Als we niks aan de waterproblematiek doen, krijgen inwoners van Nederland op korte termijn natte voeten. Langzaam groeit het besef dat we nu in actie moeten komen. Na het rapport van de Deltacommissie denken veel overheden na over oplossingen. Waterkader Haaglanden is al langer bezig met de waterproblematiek. En dat is niet voor niets. Haaglanden is de kwetsbaarste regio.
10
FOCUS HAAGLANDEN
Overheden gaan binnen Waterkader Haaglanden samen de waterproblematiek te lijf
Tekst: Brigitte Beeks, Stadsgewest Haaglanden Fotografie: Sicco van Grieken
W
aterkader Haaglanden is een samenwerkingsverband tussen het Stadsgewest Haaglanden met zijn negen gemeenten, het Hoogheemraadschap van Delfland en de provincie Zuid-Holland. Op het Programmabureau van Waterkader zijn vijf mensen dagelijks bezig met de waterproblematiek. Programmaleider a.i. Hans van Greuningen en programmacoördinator Carl Paauwe zijn twee van hen. “Getriggerd door de wateroverlast van de afgelopen perioden, met name in het Westland, is het besef van de noodzaak tot samenwerking gegroeid”, vertelt Van Greuningen. “Zodra er straten onder water komen te staan, zien politici dat er een probleem is. De traditionele manier van regenwater opvangen voldeed niet meer. Die was ook niet meer mogelijk gelet op de verstedelijking. De regio Haaglanden is een van de dichtstbebouwde gebieden van ons land. Het kassengebied is ook
Een essentieel punt is dat Haaglanden een relatief veel groter probleem heeft met al dat water. Ter illustratie: landelijk wordt er zeshonderd miljoen euro geïnvesteerd in de aanpak, driehonderd miljoen hiervan is bestemd voor de Delflandse regio (Haaglanden), honderd miljoen dáárvan gaat weer naar het Westland. De toon voor Waterkader Haaglanden was gezet: samen werken aan innovatieve oplossingen voor de opvang het hemelwater. Er werd een FES-aanvraag (Fonds Economische Structuurversterking) ingediend om geld los te krijgen. Daarnaast is gestart met de ontwikkeling van pilots om er innovatie op los te laten. Bij de keuze van de gebieden waar deze zogenaamde ‘proeftuinen’ werden gecreëerd, werd gekeken waar de problemen in Haaglanden zaten en welke kenmerkende innovaties hier neergezet konden worden. Daarbij is
‘De traditionele manier voor de opvang van water voldoet niet meer’ verhard, dat heeft gevolgen voor de opvang. Het biedt weinig ruimte. Er moest worden gezocht naar alternatieve mogelijkheden en technieken. Meervoudig ruimtegebruik is hierbij een must.” Paauwe vult aan: “Daarbij realiseerde Delfland zich dat ze voor een gigantische opgave stonden. Zij hadden de hulp van de gemeenten nodig om de ruimten te bestemmen voor waterberging.”
gekeken naar glas (voor het glastuinbouwgebied), gras (voor het landelijk gebied) en stad (voor het stedelijk gebied). Kennis voor Klimaat Tegelijkertijd haakt het programmabureau aan bij ‘Kennis voor Klimaat’, een landelijk programma dat zich richt op de klimaatbestendigheid van Nederland. Dit ambitieuze onderzoeksprogramma wil, via samenwerking tussen
Carl Paauwe (l.) en Hans van Greuningen van Waterkader Haaglanden
de Nederlandse overheid, het bedrijfsleven en wetenschappers, toegepaste kennis ontwikkelen om tijdige beslissingen op langere termijn af te stemmen op de gevolgen van klimaatverandering. Samen met het verschijnen van het rapport van de Deltacommissie werd hiermee het toetsingskader verbreed. Van Greuningen: “Het ging nu niet alleen meer om het hemelwater, maar ook het klimaat werd erin betrokken. Deze zaken hebben ook met elkaar te maken. Meer neerslag in de rivieren betekent niet dat we alleen hier een probleem hebben, het raakt ook andere regio’s.” Beide heren onderkennen dat het klimaat op dit moment een hype is en dat zij daar dankbaar op meeliften. “Sinds
Al Gore op ‘missie’ trok door de Verenigde Staten en de rest van de wereld, weet iedereen van de effecten van deze klimaatveranderingen”, licht Paauwe toe, “Waterkader Haaglanden was er echter al. Daar moeten we wat mee doen. Naast de zorg over het opvangen van het hemelwater is onze focus komen te liggen op het creëren van een klimaatbestendige regio.” De functie van Waterkader is nu tweeledig. Onderzoek en ontwikkeling vormen het kennisprogramma. De proeftuinen vormen het uitvoeringsprogramma. De uitvoerders in deze proeftuinen krijgen geld vanuit het Waterkader. Een vereiste is wel dat zij de informatie die voortvloeit uit deze projecten ter beschikking stellen aan Waterkader zodat zij deze kunnen publiceren. Paauwe: “De relatie met de praktijk is erg belangrijk. Wij willen geen luchtfietserij, maar kennis die bruikbaar is. Dit hoeft niet per se over het waterprobleem te gaan, niet alleen maar graven en bouwen, maar het kan ook het opzetten van een beter juridisch samenwerkingsverband zijn of een onderzoek ter verdieping.” Bekendheid Er is nu een programmadocument en een onderzoeksagenda opgesteld. Paauwe: “We gaan met gerichte onderzoeksvragen de markt op om partijen met ideeën te laten komen. Daarnaast gaan de projecten in onze proeftuinen natuurlijk door. Onze projecten hebben een volume van totaal tachtig miljoen euro. Tot voor kort konden alleen overheden aanspraak maken op subsidie. Nu is deze subsidiestroom, na goedkeuring door Brussel, vrijgegeven.” Met haar manier van samenwerken was Waterkader Haaglanden de eerste in Nederland. Hiermee heeft het program-
Proeftuinen Noordpolder Totale Wateropgave: 50.500 m³ waarvan 1.450 m³ in de Landgoederenzone Rijswijk en 49.000 m³ in het Haagse Moerwijk en Laakkwartier. Uitdaging: Hoe kan via een integrale gebiedsontwikkeling in de Noordpolder het waterbergingsprobleem innovatief worden opgelost, zodat het ruimtelijke inpasbaar is en economisch haalbaar? Midden-Delfland Totale wateropgave: 230.000 m³. Uitdaging: Hoe kan het oplossen van de wateropgave een bijdrage leveren aan het versterken van de economische positie van de agrariërs en daarbij tevens een bijdrage leveren aan het openhouden van het gebied en het versterken van de landschappelijke kwaliteit van Midden-Delfland?
11
Waalblok, Naaldwijk Totale wateropgave: 13.000 m³. Uitdaging: Het combineren van de herstructurering van de glastuinbouw met het realiseren van innovatieve oplossingen voor waterberging en duurzaam omgaan met gietwater in een gebiedsproces met tuinders, gemeente Westland, LTO en Delfland. Het uitwerken van publiek-private samenwerking en financiering van waterberging en gietwaterzuivering. Het Nieuwe Water Totale wateropgave: 75.000 m³ (boezemberging ca. 24 hectare). Met daarnaast 100-1200 woningen. Uitdaging: ‘Het Nieuwe Water’ zal het innovatieve en dynamische karakter van het Westland uitstralen. De Poelpolder wordt waterrijker door het peil te verhogen naar boezempeil. Het Nieuwe Water is een gebalanceerde duurzame gemeenschap met als pijlers ecologie en water gerelateerde ontwikkelingen. Het project zal dienen als katalysator en benchmark voor hybride wonen in toekomstige ontpolderde landschappen van Nederland. Plaspoelpolder, Rijswijk Totale wateropgave: 20.000 m³. Uitdaging: Hoe kan de waterberging in de Plaspoelpolder op een maatschappelijk efficiënte en effectieve wijze worden gecombineerd met de revitalisering en duurzaam beheer van het businesspark Plaspoelpolder?
mabureau zich direct in the picture gespeeld. Hun bekendheid is groeiende. Van Greuningen: “Het is een uniek samenwerkingsverband. Het wordt niet van boven aangegeven, maar van de zijkant. Normaal speelt iedereen het balletje van de ene naar de ander. Wij spelen allemaal met hetzelfde balletje. De kracht zit hem in het realiseren en toegeven dat je het niet alleen kan. Vanwege die aanpak worden we regelmatig geraadpleegd over de manier waarop die acceptatie van samenwerking tot stand is gekomen.” Paauwe: “We zijn dan wel de regio met het grootste probleem, maar niet de enige regio. En ook de kleine problemen moeten worden opgelost.” www.waterkaderhaaglanden.nl
WINTER 2008
4
stadsgewest Haaglanden
Breder strand en extra duinen beschermen regio tegen overstroming stedenbouwkundig ontwerp gemaakt door de Spaanse architect De SolàMorales. Voor de uitvoering hiervan was extra geld nodig dat vanuit het project niet kon worden gefinancierd. Er is extra geld gekomen en Den Haag voert na het aanbrengen van de versterking, dit inrichtingsproject straks ook zelf uit.” Bij Scheveningen wordt gebruik gemaakt van een hybride ontwerp: de Dijk-in-Boulevard. Eisen vanuit ruimtelijke kwaliteit (uitzicht op zee; badplaatsfunctie) stelden een maximum aan de hoogte van de dijk. Door de dijk te combineren met extra zand op het strand en in de vooroever, is een veilige oplossing ontworpen die in de toekomst uit te breiden is via zandsuppleties.
De kustlijn van Nederland telt zes zwakke schakels die in 2004 zijn aangewezen door het Rijk. Twee daarvan liggen in het gebied van het Hoogheemraadschap Delfland: Scheveningen en de Delflandse Kust. Bij die laatste wordt vijftien kilometer kustlijn verbreed en worden extra duinenrijen aangelegd. Begin november is het startsein gegeven voor de werkzaamheden om de kust weer veilig en
12
FOCUS HAAGLANDEN
Achttien kubieke meter zand voor vijftien kilometer Delflandse kust
aantrekkelijk te maken.
Tekst: Brigitte Beeks, Stadsgewest Haaglanden Fotografie: Sicco van Grieken
M
ichiel van Haersma Buma is dijkgraaf van het Hoogheemraadschap Delfland dat trekker is van het project Delflandse Kust. Naast het Hoogheemraadschap nemen ook de provincie Zuid-Holland, Rijkswaterstaat en de gemeenten Den Haag, Westland, Rotterdam en deelgemeente Hoek van Holland deel aan het project. Als kleine jongen heeft de dijkgraaf uit verhalen van zijn ouders hun ervaringen over de Watersnoodramp van 1953 meegekregen. “Mijn moeder is nu 87 en ze schrikt soms ’s nachts nog wakker van de wind. Want die doet haar denken aan de storm die aan die ramp vooraf ging.” De zes zwakke schakels zijn niet acuut zwak, aldus de dijkgraaf. “Maar de komende twintig jaar kunnen ze een gevaar gaan vormen. Als er een dijk doorbreekt, komt de zee er met grote kracht doorheen zetten. Zo’n gat dicht je niet even. Daarbij is de aantasting door zout water desastreus. Het zal een
De Delflandse kustlijn loopt van Hoek van Holland tot het zuidelijke havenhoofd van Scheveningen en is zo’n 15 kilometer lang. Er zijn verschillende mogelijkheden onderzocht om de kust van Delfland te versterken. Na bestudering van verschillende versterkingsalternatieven bleek een zeewaartse verbreding van de kust de beste oplossing. “De kust moet op meerdere plekken worden aangepakt en iedere plek vraagt weer zijn eigen oplossing”, licht Van Haersma Buma toe. “Zo ligt er bij Ter Heijde een uitstulping. Naast de veiligheid door de zeewaartse versterking gaat het ook om kwaliteit. Tenslotte moet rond ’s-Gravenzande ook natuur worden gecompenseerd.” Natuurcompensatie Die natuurcompensatie is een verantwoordelijkheid van Rijkswaterstaat. Door de aanleg van de Tweede Maasvlakte moet er elders in de omgeving natuur voor in de plaats komen. Het gaat om een gebied van 35 hectare tus-
‘Een duindoorbraak levert een economische schade op die in de miljarden loopt’ economische schade opleveren die in de miljarden loopt. De regio zal voor twee jaar uitgeschakeld zijn. En dat heeft ook gevolgen voor de rest van Nederland. Het brengt Nederland naar de bedelstaf. We zetten daarom alles op alles om dit te voorkomen.”
sen Hoek van Holland en ’s-Gravenzande. De Tweede Maasvlakte is een nieuw haven- en industriegebied dat de positie van de grootste haven van Europa, Rotterdam, moet versterken. Door de groei van de haven neemt het scheepvaartverkeer toe met als gevolg meer
Dijkgraaf Michiel van Haersma Buma
uitstoot van stikstof. Dat is naar verwachting nadelig voor het beschermde natuurgebied bij Voorne. Het mooie aan deze manier van kustversterking door de stranden breder te maken en de duinen uit te breiden met een extra rij is dat de natuur zelf het verdere werk doet. Van de zeebodem worden miljoenen kubieke meters zand gehaald. Die worden door baggerschepen op het strand gespoten en bulldozers en graafmachines schuiven dit naar de juiste plaats. “Om ervoor te zorgen dat het niet wegwaait, planten we helmgras aan bij deze nieuwe duinen. De wind doet de rest in een ongelooflijk snel tempo. Het bredere strand functioneert als een soort transportband.” Scheveningen is een apart geval. Van Haersma Buma: “De gemeente Den Haag had de wens om ook de boulevard opnieuw in te richten. Dit is samen opgepakt met de opgave om de kust ter plaatse te versterken. Er is een nieuw
Samenwerking De discussie rond de kustversterking begon in het Kabinet Balkenende II (2003). Nu vijf jaar later wordt gestart met de uitvoering die relatief snel op gang is gekomen, gelet op het aantal betrokken partijen. De dijkgraaf verklaart dit vanuit een verandering in de samenwerking tussen het Hoogheemraadschap, het Rijk, de provincie en de gemeenten. “Die samenwerking is in vergelijking tot vroeger, radicaal anders. Het is niet meer ‘zij en wij’, maar er wordt veel meer één-op-één gewerkt. We kunnen elkaar makkelijk vinden. De wil: ‘wij gaan dit samen regelen’, was er en de wetgeving is er ook op ingericht. Procedures rond vergunningen en inspraak lopen bij versterking van waterkeringen veel meer gelijktijdig in plaats van achter elkaar. Dat is een groot verschil met andere infrastructuurprojecten. Dat inspireert iedereen om er vol voor te gaan. Daarbij scheelt het dat we projectleiders hier maximaal voor vrij hebben gemaakt. Zij hebben veel gesproken met alle partijen. Ze hadden veel oog voor alle verschillende belangen. Elk probleem is besproken en uiteindelijk zijn de plannen hierop aangepast.” Een belangrijke groep in deze planbesprekingen waren de paviljoenhouders op de stranden van Scheveningen, Kijkduin en Hoek van Holland. Zij moeten soms tijdelijk wijken voor de werkzaamheden. “Graven is moeilijk”, ver-
telt Van Haersma Buma, “je hebt met een strandseizoen, een broedseizoen, een stormseizoen te maken. Je zit altijd wel iets of emand in de weg. Je probeert dat natuurlijk zo min mogelijk te doen, maar graven kan gewoon niet helemaal zonder overlast en hinder.” Veel paviljoenhouders koesteren de wens om het hele jaar door te exploiteren. Nu moeten de strandtenten voor het stormseizoen opbreken. De dijkgraaf wijst niet alleen op de gevaren voor de strandtenten zelf, maar ook voor de duinen. “Je moet hiermee geen risico nemen. Zo’n strandtent gaat bij een overstroming als een sloperskogel op de zeewering af en kan enorme schade aan zo’n duin aanrichten. Daarnaast moet het zand vrij spel kunnen krijgen bij een storm. Staat daar een paviljoen, dan gaat het zand zich daaromheen draaien en ontstaan er weer zwakke plekken. In Den Haag leeft de wens om jaarrond-
exploitatie van strandpaviljoens mogelijk te maken. Omdat Delfland als beheerder van de waterkering daar ook een verantwoordelijkheid in heeft, zijn we hierover nog in gesprek.” De werkzaamheden bij ’s-Gravenzande en het natuurgebied tussen ’s-Gravenzande en Hoek van Holland zijn op 7 november gestart. Het strand wordt straks overal zo’n honderdzeventig tot tweehonderd meter breed. Er komen twee nieuwe strandopgangen bij. Alleen op rustige delen van het strand wordt ook in de lente en de zomer gewerkt. Maar de meeste werkzaamheden vinden in het najaar en de winter plaats. Eind 2011 moet de Delflandse kust weer op sterkte zijn. In Scheveningen beginnen de werkzaamheden naar verwachting eind 2009 en duren tot 2013.
13
www.delftlandsekust.nl
Op 7 november zijn de werkzaamheden bij de kust van ’s-Gravenzande gestart. V.l.n.r.: Dijkgraaf Michiel Van Haersma Buma, Lenie Dwarshuis-van de Beek (gedeputeerde provincie), ir. Folkert Post (hoofdingenieur directeur Rijkswaterstaat Zuid-Holland) en ing. Johan Kloet (algemeen directeur Van Oord Nederland bv.).
WINTER 2008
4
FOCUS HAAGLANDEN
GRONTMIJ
Provincie Zuid-Holland onderzoekt natuurlijke vormen van kustverdediging
Veiligheid en ruimtelijke kwaliteit als gelijktijdige opgave Deze eeuw staat Nederland voor de uitdaging een antwoord te bieden op klimaatverandering, dat twee doelen dient. Het eerste is het achterland te beschermen tegen de kracht van de zee. Het tweede is de economische ontwikkeling een impuls te geven en natuur- en recreatiegebieden te laten ontstaan. Dat is goed voor het woon- en leefklimaat, de economie én de internationale concurrentiepositie van de Zuidvleugel.
14
Tekst: Gemma Schoot Fotografie: Hadewych Veys (Gert Dral), provincie Zuid-Holland
B
eide processen zijn van groot belang voor Haaglanden, vinden Lenie Dwarshuis, gedeputeerde van de provincie Zuid-Holland en Gert Dral, lid de raad van bestuur van Grontmij. Al in 2003 heeft de provincie ZuidHolland zes plekken in de nu nog vei lige Noordzeekust benoemd, die op termijn ‘zwakke schakels’ zullen worden als we er niets aan doen. Dat zijn Noordwijk, Katwijk, Scheveningen, Delflandse kust, Voorne en het Flaauwe Werk op Goeree. De provincie is meteen samen met de hoogheemraadschappen en gemeenten plannen voor verbetering gaan maken. Onlangs is de reparatie van de zwakke schakel aan de Delflandse kust gestart, maar één zwakke schakel ís al klimaatbestendig en een lust voor het oog bovendien: die bij Noordwijk. Hier is het duin verbreed, waarin bovendien een dijk is verpakt. Je ziet dus alleen mooie, brede duinen. Hoewel ooit veiligheid de aanleiding was voor de kustverbetering, werd ruimtelijke kwaliteit al snel als tweede noodzaak benoemd. ‘Zandmotor’ Naast de versterking van de zwakke schakels doet de provincie ook onderzoek naar meer natuurlijke vormen van kustverdediging. Actueel in dit kader is nu de uitwerking van een pilotproject dat de ‘Zandmotor’ is gedoopt. Het plan is om ergens voor de Delflandse kust tussen Hoek van Holland en Scheveningen twintig miljoen kubieke meter zand uit zee op te spuiten tot een ‘megaduin’. Wind en stroming doen vervolgens hun eeuwenoude werk en zorgen ervoor dat het zand vandaar noordelijk, zuidelijk en landinwaarts ruimte op de zee verovert. Het mega-
Gert Dral, lid raad van bestuur Grontmij
Lenie Dwarshuis: gedeputeerde provincie Zuid-Holland
duin fungeert zo als aanzet voor de natuurlijke processen van strand en duinvorming. “Het is veel zand, die twintig miljoen kuub. Méér dan alle suppleties die Rijkswaterstaat in de afgelopen vijftien jaar, één miljoen kubieke meter per jaar, heeft uitgevoerd”, zegt Gert Dral.
suppletie van zand onder water voor de gehele Delflandse kust. Op basis van de MER moet er een definitieve keuze worden gemaakt.”
Grontmij legt in deze periode de laatste hand aan de startnotitie Milieueffectrapportage (MER) voor dit innovatieve plan. Dral: “We hebben in samenwerking met Deltares verschillende alternatieven voor de zandmotor globaal onderzocht, vast aan de kust of los van de kust. Hoe gaat het zand zich verspreiden? Wat zijn potenties voor natuur en recreatie? Wat kost het? Welke procedures zijn nodig om de zandmotor te realiseren? Dat soort vragen. En waar leren we het meeste van? Op basis daarvan zijn er drie mogelijkheden overgebleven. Twee daarvan zijn iets ten zuiden van Ter Heide geprojecteerd: een eiland voor de kust en een schiereiland aan de kust. De derde mogelijkheid is een grootschalige
lossen we onze belofte in. In het eerste kwartaal van 2009 hopen we een uit voeringsovereenkomst met elkaar af te sluiten.” Dral zou met Grontmij graag ook in de verdere planvoorbereiding, uitvoering en monitoring van deze opgave betrokken zijn. Maar: “We zullen er opnieuw voor moeten knokken, in competitie met andere aanbieders.” De Zandmotor is een pilot. Wat de precieze effecten van dit ‘bouwen met de natuur’ zijn, weten de ingenieurs dus nog niet voor honderd procent zeker. “We gaan het eerst maar eens goed volgen”, zegt Lenie Dwarshuis. “Op een bepaald moment zullen we de keuze moeten kunnen maken, of we op dezelfde voet voortgaan of dat we juist meer snelheid moeten maken met het opspuiten van extra zand. Ik denk zelf dat we voortgang nodig hebben, zeker als ik kijk naar de druk op de Randstad en de enorme woningbouwopgave waarmee we de nieuwe inwoners moeten opvangen. Daarnaast moeten we ook het - internationale - vestigingsklimaat voor bedrijven op peil houden, teneinde de economische ontwikkeling op gang te houden en bij te blijven in de internationale concurrentie tussen regio’s. Dit alles in aanmerking genomen schat ik dat we in 2010 beginnen met aanleg van de Zandmotor.”
Achtertuin Wat de recreatieve component betreft is de Randstad echt op achterstand gekomen ten opzichte van andere Europese regio’s, vindt Lenie Dwarshuis. “Die achterstand wordt je duidelijk als je ziet hoe uiteenlopende steden als Barcelona, Liverpool, Kopenhagen en Talinn hun kustgebieden hebben ontwikkeld. We hebben onze kust zonder dat we ons dat bewust waren, als een achtertuin behandeld. Dat beginnen we nu te merken, nu de Randstad blijft groeien, een groei die, hoe begrijpelijk ook, ten koste is gegaan van natuur. We zullen dus natuur- en recreatiegebieden inclusief de nodige voorzieningen moeten ontwikkelen voor het groeiend aantal inwoners. We hebben de zeewaartse verlegging van de kustlijn hard nodig.” De ontwikkeling van een bijbehorende visie op het achterland van de ‘nieuwe’ kust loopt intussen ook al, als paralleltraject: hoe mooi en aantrekkelijk kan het hier in de toekomst wel niet worden? “Heel mooi natuurlijk, maar het moeten wel realistische plannen zijn”, zegt Lenie Dwarshuis nuchter. Bij de ontwikkeling van de visie op het achterland zijn ook weer diverse disciplines actief, van landschapsarchitecten tot verkeerskundigen, van projectontwikkelaars tot toeristisch ondernemers, en niet te vergeten gemeenten en Stadsgewest Haaglanden.
Deltacommissie Het advies ‘Samen werken met water’ van de Deltacommissie (commissieVeerman) ervoer Lenie Dwarshuis als een flinke steun in de rug. “Het plan kijkt tot 2100 en gaat ook van de notie uit dat zand toevoegen veiligheid en ruimtelijke kwaliteit biedt. Natuurlijk laten we de aanbevelingen van Veerman goed op ons inwerken. Het rapport wordt pas in het voorjaar door het kabinet vastgesteld. De aanbevelingen nemen we mee in ons eigen provinciale Waterplan dat we later in 2009 vaststellen.”
15
Intussen gaat de provincie op diverse fronten wel door met het voorbereidende onderzoeks- en ontwikkelwerk. “We moeten wel, je moet ver vooruit durven kijken bij deze grote projecten. Dat vind ik trouwens het mooie van bestuurder zijn. Ik sta met mijn voeten in vandaag, maar ik kijk, samen met anderen, wel verder dan de huidige dag. Je moet verkennen hoe de wereld er over twintig jaar uit ziet. Dat is best moeilijk en je zult tussentijds je beelden moeten bijstellen. Maar dat is wel visie aan realiteit verbinden. En niet dagdromen.”
www.zuidholland.nl/zandmotor www.grontmij.nl
Er zijn veel partijen bij dit plan rond veiligheid, landwinning en innovatie betrokken. De provincie is bestuurlijk trekker, andere partijen zijn het Rijk, het hoogheemraadschap, gemeenten en de Milieufederatie. In mei van dit jaar hebben zij de ambitieovereenkomst voor de Zandmotor ondertekend. Dral neemt zijn petje af voor gedeputeerde Lenie Dwarshuis die de afgelopen jaren de overheden op alle niveaus op één lijn heeft gekregen. “Dat is hartstikke mooi. Wat eerst primair een veiligheidsvraagstuk was, is nu een kans op een integrale verbetering van de Zuidvleugel.” Lenie Dwarshuis zelf vertelt, dat de provincie ook het Innovatieplatform met premier Balkenende geïnteresseerd heeft voor het project. In februari kreeg ze dan ook de opdracht om eind dit jaar met een concreet plan voor de Zand motor te komen. “Met de startnotitie
WINTER 2008
4
GEMEENTE DEN HAAG
IN THE PICTURE
De gemeente Westland werd in 2004 gevormd door de samenvoeging van zes dorpskernen. De nieuwe burgemeester werd Sjaak van der Tak. Van der Tak was een aantal jaren gemeenteraadslid en wethouder in zijn geboorteplaats Rotterdam. Naast burgemeester is hij ook lid van het algemeen bestuur van het Stadsgewest Haaglanden.
Deze stichting organiseert sinds vijf jaar boottochten in en om Den Haag. Onlangs vaarde de honderdduizendste passagier mee.
Tekst: Chris Lieshout, gemeente Den Haag Fotografie: Peter van Oosterhout
16
U
Wat zijn uw ambities als bestuurder? “Mijn scope is breed, maar steeds gefocust op dienstbaar zijn. Ik ben niet gericht op winst maken maar op het dienen van de samenleving. Ook nooit ambities gehad voor de Haagse politiek. Ik ben graag met vandaag bezig, met de dingen die in de samenleving leven. De landelijke politiek staat toch vaak ver van de dagelijkse realiteit, de vraag is of ik er zou kunnen aarden. Ik beïnvloed de Haagse politiek graag, maar tot nu toe heb ik er nog niet zoveel mee.” U bent naast burgemeester ook lid van het algemeen bestuur van het Stadsgewest Haaglanden. Hoe bevalt deze combinatie? “Die combinatie valt mij mee. De kunst is om de belangen van Westland zo goed mogelijk te verbinden met de belangen van Haaglanden. Bij het Regionaal Structuurplan is dat uitstekend gelukt. De plannen van Greenport
Varen met De Ooievaart door de Haagse grachten Bezoekers of Hagenaars die Den Haag eens van een andere kant willen bekijken moeten eens meevaren met de rondvaartboten van De Ooievaart.
Sjaak van der Tak bent sinds 2004 burgemeester van de gemeente Westland. Wat is uw indruk? “Westland is van groot economisch belang voor onze regio en ons land. We zijn met ons glastuinbouwcluster wereldmarktleider op het gebied van bloemen, groenten, veredeling, noem maar op. Dat brengt een enorme dynamiek met zich mee, waardoor er geen dag hetzelfde is. Die dynamiek, dat ondernemende, gekoppeld aan het sociale karakter van deze gemeente, maakt het tot een prachtige plek voor een burgemeester.”
FOCUS HAAGLANDEN
D Westland/Oostland zijn hierin integraal opgenomen. Ook op het gebied van economische zaken vinden er goede discussies plaats. Als Westland willen we constructief meedenken over de toekomst van Haaglanden. Daarom heeft de Westlandse delegatie bouwstenen aangeleverd om de werkwijze van het algemeen bestuur te verbeteren. Maar we hebben ook meerdere kanttekeningen geplaatst bij de huidige stemverhoudingen.” Hoe kijkt u tegen het algemeen bestuur (AB) aan en hoe kan de samenhang binnen dat bestuur vergroot/versterkt worden? “Nog niet zo lang geleden is in het AB een notitie besproken om te komen tot verbeteringen van het functioneren van het AB. Een van de voorstellen daarin is om de Haagse delegatie minder zwaar te belasten en het verbeteren van de communicatie met de inwoners van het gebied. Bovendien is het belangrijk dat we meer belangrijke bovenlokale agendapunten ‘aan de voorkant’ bespreken en werken aan een grotere bekendheid van Haaglanden. Want die bekendheid is ronduit onvoldoende.” In het scenario van een EDO (Ergst Denkbare Overstroming) is Westland de ergst getroffen gemeente. Hoe kijkt u daar tegenaan? “De mooie ligging aan de kust brengt het nadeel met zich mee dat we ook laag liggen. Al vanaf 2005 werken we in de regio eraan om te komen tot een adequate aanpak van het probleem. Dit jaar
nog gaat de schop de grond in voor de versterking van de Westlandse kust. Dat moet uiteindelijk leiden tot een extra duinenrij en een breder strand. Een project van honderden miljoenen euro’s, waarover de verschillende overheden intensief met elkaar hebben overlegd.” Wat doet het Westland om zich hier op voor te bereiden? “De kustversterking zal het risico op overstromingen verminderen, maar je kunt het nooit uitsluiten. Daarom moeten we blijven oefenen. De afgelopen jaren zijn binnen de Hulpverleningsregio Haaglanden al een paar oefeningen gehouden. Met de regionale partners werken we aan een aanpak zodat we optimaal voorbereid zijn. In het kader van de risicocommunicatie vind ik het belangrijk dat er voor ieder huishouden een kaart beschikbaar komt met tips wat men moet doen in geval van een dreigende overstroming.” Welk boek ligt er momenteel op uw nachtkastje? “Een boek over leiderschap, van de oud-burgemeester van New York, Rudy Giuliani. Die man toonde leiderschap op de momenten dat het nodig was.”
at de boottochten in Den Haag enorm populair zijn, bleek wel uit de prijzen die De Ooievaart in de laatste jaren ontving. In 2004 werd de Promotieprijs van Den Haag uitgereikt, een jaar later de Nieuwe Stad Prijs voor kleinschalige projecten. “Onze boottochten zijn voor de stad een enorme trekker”, vertelt Peter Duivesteijn, sinds 2003 voorzitter van Stichting De Ooievaart. “De mensen staan in de rij. Het is enorm druk. We varen inmiddels het hele jaar door de Haagse grachten.” Het ontstaan van De Ooievaart kent een bijzonder verhaal. Duivesteijn: “We zijn voortgekomen uit een protestorganisatie van bewoners rond het gebied Bierkade en Dunne Bierkade. In die tijd ging het hollend achteruit met de buurt. De omgeving was vies en de grachten zagen er smerig uit. Toen kwam iemand op het idee om rondvaarten in de buurt te organiseren. Hoe gek het ook klinkt, de buurt knapte er van op. Buurtbewoners vonden het prachtig en kregen belangstelling voor hun omgeving. De buurt wilde een goed gastheer zijn.” Duivesteijn legt uit dat De Ooievaart geheel door vrijwilligers draaiende wordt gehouden. “Dat maakt ons zo uniek. Ons succes is te danken aan onze gidsen en schippers. Allemaal mensen die het leuk vinden om in hun vrije tijd belangeloos te werken. We zijn begonnen met een klein scheepje. Nu varen we met drie grote boten. Dit jaar staat de teller al op 35.000 passagiers.” Erwtensoep en poncho’s Duivesteijn weet nog goed dat hij zelf voor het eerst met passagiers uit varen ging. “Ik was die dag knap zenuwach-
17 tig. Het valt niet mee om een boot met een lengte van tien meter, vol met passagiers, door de grachten te manoeuvreren. Maar alles ging goed. Het is zo leuk om dit werk te doen.” De stichting vaarde het eerste jaar met veilingboten. “Boten die altijd bloemen en groenten uit het Westland hadden vervoerd. Nu varen we met vier open boten, zeven dagen in de week. Ook in de wintermaanden varen onze boten uit en in principe ook bij slecht weer. Als het koud is serveren we de mensen een kop erwtensoep en als het regent krijgen ze van ons poncho’s.” Het valt Peter op dat zelfs Hagenaars niet alles weten over hun stad. “Dat merken we aan de vragen die we krijgen. Je herkent ook sommige plekken vanaf het water niet zo snel. Wel leuk dat mensen na afloop zo enthousiast reageren. De mensen komen uit heel Nederland. Echt, in heel Nederland zijn onze tochten al populair.” Duivesteijn legt uit dat zijn organisatie bij de gemeente Den Haag erg gewild is. “Toen we met onze plannen kwamen, reageerde men eerst wat sceptisch. Nu worden we als organisatie bij alle evenementen betrokken. Groepen komen regelmatig naar ons toe om te varen. Ambtenaren van regio Haaglanden zijn uiteraard van harte welkom.”
www.ooievaart.nl Kaarten zijn te koop bij het VVVkantoor (hoek Wagenstraat/Dunne Bierkade of via internet)
WINTER 2008
4
FOCUS HAAGLANDEN
GEMEENTE DELFT
Watercentrum bundelt kennis en innovatie
Delft maakt werk van water en deltatechnologie Voor waterbeheer moet je in Delft zijn. De stad herbergt een schat aan kennis en expertise bij wetenschappers en ondernemers op het gebied van deltatechnologie. Delft wil al die kennis nu bundelen en zichtbaar maken in een Watercentrum. In december opent het de deuren.
Tekst: Barry Raymakers, gemeente Delft Fotografie: Erwin Dijkgraaf en Beeldbank V&W
18
‘Een plek om deltatechnologie te beleven’ “Een plek waar bezoekers deltatechnologie kunnen beleven.” Dat is wat Ron Thiemann, lid van het directieteam van Deltares, wil bereiken met het Watercentrum. “Wat betekent de Deltacommissie voor de burger? In het Watercentrum kunnen we dat goed laten zien.” Deltares – één van de partners van het Watercentrum – is een onafhankelijk instituut voor deltatechnologie. In dit instituut hebben WL | Delft Hydraulics, GeoDelft, de unit Bodem en Grondwater van TNO en delen van Rijkswaterstaat hun krachten gebundeld. “We staan voor state-of-the-art kennisontwikkeling, voor overheid en bedrijfsleven, en zijn kennispartner voor onder meer Verkeer en Waterstaat. Deltares heeft een belangrijke maat-
schappelijke taak: een bijdrage leveren om wereldwijd het wonen, werken en recreëren in kwetsbare deltagebieden mogelijk te maken en te houden. Dat willen we graag laten zien aan de burger. Dat kan nu maar één keer per jaar, tijdens de Wetenschapsdag. Daar komen veel bezoekers op af. In het Watercentrum kan dat straks permanent. Ik ben daarom blij dat de gemeente en het Hoogheemraadschap van Delfland het initiatief zo voortvarend oppakken. Delft heeft met de TU Delft, TNO, UNESCO-IHE en Deltares bijzondere kennisinstituten in huis, die allemaal bezig zijn met verschillende facetten van deltatechnologie. In het Watercentrum kunnen we gezamenlijk laten zien wat Delft en Nederland in huis hebben op dit gebied.”
19
D
elft als stad van water en deltatechnologie: het is wereldwijd een sterk merk. Met de gevolgen van de klimaatverandering zien de gemeente, het Hoogheemraadschap van Delfland en de Delftse kennisinstituten goede kansen deze positie te versterken. “Dit is het moment om Delft internationaal neer te zetten als hét centrum voor deltatechnologie”, zegt wethouder Ronald Vuijk (Economische Zaken). “Delft loopt voorop in waterbeheer en in de aanpak van wateroverlast. Hier wordt in feite ‘de wereld van morgen’ gemaakt. Al die kennis en innovatie willen we nu samenbrengen in een Watercentrum.” De focus op deltatechnologie is actueel. Klimaatverandering leidt tot een verdere stijging van de zeespiegel, waardoor de laaggelegen delen van de wereld – de deltagebieden – in de gevarenzone komen. Dat zijn juist de gebieden met de meeste bewoners en de grootste bedrijvigheid. Er staat veel op het spel, en dus is de druk om met oplossingen te komen groot. Deltatechnologie is een belangrijke sleutel om de delta’s in de wereld droog te houden. Dat stelt ook de Deltacommissie, die voor Nederland een nieuw ‘Deltaplan’ voorstelt, met hogere dijken, solide stormvloedkeringen en ruimere waterberging. “In feite gaat het rapport van de commissie-Veerman over Delft”, vindt Vuijk. “De oplossingen die de commissie noemt worden voornamelijk hier bedacht en uitgewerkt, bij de kennisinstituten en ondernemingen in Delft. De Maeslantkering, de Oosterscheldedam de Flevopolders – het zijn allemaal projecten waar veel Delftse kennis in zit. De ijkdijk in Oost-Groningen is een ander mooi voorbeeld. Dat is een ‘intelligente’ dijk, waarmee onderzoekers
Wethouder Ronald Vuijk (l.) en Ron Thiemann van Deltares: “Het Watercentrum laat zien wat Nederland in huis heeft op het gebied van deltatechnologie”
Ook in de Maeslantkering zit Delftse kennis
kennis over sterkte van dijken en waterkeringen kunnen opdoen. Ook deze dijk is grotendeels Delfts: hij is gebouwd onder toezicht van Deltares en er wordt gewerkt met sondes en meetapparatuur van een ander Delfts bedrijf, Alert Solutions.”
waar ondernemers, wetenschappers en bestuurders terecht kunnen, en verder iedereen die meer wil weten over water en waterbeheersing. In het Watercentrum kan men een beeld krijgen van de stand van de techniek en wat er op het gebied van bescherming tegen water en het ‘bouwen met de natuur’ allemaal gebeurt.”
Brede steun Delft versterken als centrum van deltatechnologie: het kan rekenen op brede steun. Dat bleek ook tijdens een Delftse waterconferentie, begin 2008. Een kleine twintig partijen zat daar aan tafel. Waaronder de gemeente, het Hoogheemraadschap van Delfland, de TU Delft, TNO, UNESCO-IHE, Rijkswaterstaat, het Stadsgewest Haaglanden, Deltares, Delft Cluster en de stichting Leven met Water. Samen
bogen ze zich toen over de vraag hoe Delft meer werk kan maken van water. De deelnemers legden in een verklaring vast dat ze meer willen samenwerken, kennis willen delen en innovaties willen bevorderen. Ze spraken zich ook uit voor het opzetten van een Watercentrum, ‘om innovaties op het gebied van waterbeheer en deltatechnologie te etaleren en exporteren’. “Er gebeurt heel veel in Delft en dat willen we in het Watercentrum laten zien. Het Watercentrum moet een etalage worden van alles wat we te bieden hebben op het gebied van deltatechnologie”, zegt wethouder Vuijk, die hiervoor intensief optrekt met Michiel van Haersma Buma, dijkgraaf van het hoogheemraadschap. “Het wordt een internationaal ontvangstcentrum, een plek
Vanuit het Watercentrum kunnen bezoekers projecten in de omgeving bekijken. Dat kunnen grote werken zijn, zoals de waterkering in de Nieuwe Waterweg. Maar ook kleine proefprojecten zijn mogelijk. Delft en het Hoogheemraadschap van Delfland kunnen fungeren als een ‘proeftuin’ om nieuwe technieken toe te passen en verder te ontwikkelen.
Het Watercentrum wordt vooral een centrum voor bedrijvigheid. Een gebouw waarin startende ondernemers een vestigingsplaats kunnen krijgen, en waaromheen instituten, ingenieursbureaus en ondernemingen zich kunnen vestigen, elkaar kunnen opzoeken en zaken kunnen doen met elkaar. Het is ook dé plek om het waterbeheer in Nederland te coördineren. “De commissie Veerman adviseert om een Deltaregisseur aan te stellen”, zegt de Delftse wethouder. “Ik kan me zo voorstellen dat deze zich vestigt in het Watercentrum in Delft.” Kwartiermakers Het watercentrum begint bescheiden: het wordt ingericht in het voormalig pand van de GGD, op een steenworp
afstand van het station. “Het is de eerste stap”, zegt Vuijk. “We beginnen nu met een kleine bezetting van kwartiermakers. In het centrum richten we de eerste ruimten in, voor overleggen, besprekingen en ontmoetingen. Wellicht kunnen enkele bedrijven zich er al vestigen. Als we in 2009 de business case hebben afgerond, willen we het watercentrum uitbouwen. De ambitie is om in de komende jaren te komen tot een innovatief en herkenbaar gebouw bij Deltares, op het Technopolis Innovation Park.”
www.delft.nl/watercentrum Contact: programmaleider René van der Werf (gemeente Delft)
[email protected]
WINTER 2008
4
GEMEENTE ZOETERMEER
FOCUS HAAGLANDEN
Een veiliger Zuid-Holland in een typisch Hollands landschap
Droge voeten door Nieuwe Driemanspolder als waterbekken Eens in de vijf tot 25 jaar krijgt Nederland te maken met enorme hoeveelheden water. Het lukt soms niet om het water op te vangen met sloten, kana-
Waterweg “De verandering van het klimaat heeft enorme invloed op ons werk.” Aan het woord is Aad Zonneveld, adviseur bij Hoogheemraadschap Rijnland. “We krijgen te maken met langere periodes van droogte en heftigere regenval. In Rijnland, het gebied tussen Amsterdam, IJmuiden, Wassenaar en Gouda, voeren we het water vanuit de polder via een boezemstelsel naar Katwijk. Daar verdwijnt het in zee. In het gebied oostelijk van Stompwijk ontstaat er steeds meer moeite om, als er heel veel water is, dat af te voeren.
Voor dit waterbeheersingprobleem zijn verschillende oplossingen mogelijk. Bijvoorbeeld steviger bemalen. Of de boezemkanalen breder en dieper maken. Dat laatste is erg duur. De Nieuwe Driemanspolder biedt een betere en goedkopere oplossing. Bij echte grote regenval loopt de polder vol en daarna kan het boezemstelsel in een normaal tempo het water alsnog afvoeren naar zee. Dit zorgt er straks, samen met de versterking van het boezemgemaal in Katwijk, voor, dat iedereen in Rijnland droge voeten houdt.”
len, plassen en meren in de omgeving. De provincie Zuid-Holland realiseert daarvoor samen met de gemeenten Zoetermeer, Leidschendam-Voorburg en Den Haag, en de Hoogheemraadschappen Delfland en Rijnland de Nieuwe Driemanspolder.
Tekst: Marinka Klaassen, gemeente Zoetermeer Fotografie: Remco Bordewijk Tekening: Hoofdafdeling Ruimte gemeente Zoetermeer
D
e Nieuwe Driemanspolder wordt een plek voor waterberging, maar ook recreatie en natuur. Eind december wordt de overeenkomst voor de realisatie van de waterberging ondertekend. De Nieuwe Driemanspolder ligt tussen de drie gemeenten in en bestaat uit de huidige Nieuwe Driemans-polder, Potteveen, Roeleveen en de Limietsloot. Een typisch Hollands landschap: een gebied met weilanden, schapen, koeien en sloten. Maar het grazend vee en de aardappelvelden maken plaats voor recreatie, natuur én waterberging.
De ‘nieuwe’ Nieuwe Driemanspolder Het gebied wordt een groene buffer tegen de oprukkende steden in de omgeving. De Nieuwe Driemanspolder bestaat straks voor een groot deel uit water: de plas, het moeras en de rietgebieden, met daaromheen een dijk met een fietspad. Straks zijn er tal van recreatievormen mogelijk. Vissen, varen, wandelen, maar ook met grote laarzen banjeren door het riet. De polder wordt onderdeel van de zogenaamde Groenblauwe Slinger. Dit is een gebied dat het Groene Hart en Midden-Delfland met elkaar verbindt. “Een zo groen mogelij-
“Al veel eerder waren er ideeën voor de inrichting van dit gebied, maar pas vanaf 2001 hebben de betrokken partijen overeenstemming bereikt. Nu gaat het er echt van komen”, vertelt Monique Melger, projectleider bij de Provincie Zuid-Holland voor de Nieuwe Driemanspolder. “Op dit moment liggen de ontwerpbestemmingsplannen ter inzage die begin 2009 definitief moeten zijn. Over een jaar of vijf ziet de huidige polder er heel anders uit. Dan zijn de weilanden en sloten verdwenen en is het natuur- en recreatiegebied ‘af’.”
De groene hoepel rond Voorlopig ontwerp
“Zoetermeer ligt als het ware met de kop in het Groene Hart. Delen daarvan en andere recreatie- en groengebieden liggen als een groene hoepel rond de stad. De Nieuwe Driemanspolder vult een gat in die hoepel nu het verandert van landbouwgrond naar natuur-, recreatie- en waterbergingsgebied”, aldus Viviane de Groot. Ze is projectleider bij de gemeente Zoetermeer en maakt deel uit van de projectgroep die zorgt voor de inhoudelijke voorbereiding van de plannen voor de Nieuwe Driemanspolder. “Samenwerking tussen zeven verschillende partijen met ieder eigen belangen klinkt erg ingewikkeld. Toch is het simpel. De projectgroep is erg collegiaal en verschillen vallen veelal weg. Het kon net zo goed intern zijn”, lacht Viviane de Groot.
Nieuwe Driemanspolder datum: januari 2008
Legenda Aanvoerroute Rijnland
grens driemanspolder water (-475) water water (top10) waterriet zegge moeras nat grasland natte strooisel ruigte bloemrijk grasland bloemrijk rietland droge ruigte wilgenstruweel bossages parkeerplaats gebouw baggerdepot baggerdepotkade golfbaan greppel bestaande weg weg nieuw bestaand fietspad fietspad voetpad/fietspad voetpad, halfverharding vlonderpad laarzenpad ruiterpad
Aanvoerroute Delfland
DLG realiseert groene plannen voor 16 miljoen Nederlanders!
20
ke regio heeft onze aandacht, maar alleen kunnen we dat niet bereiken. Zo heeft iedere partij zijn eigen redenen om mee te doen. Niet alleen het groen en het recreëren maar ook waterbeheer”, aldus Monique Melger.
Wilsveen
Potteveen
Buytenpark
tunnel brug dam met duiker duiker aquaduct
Voorweg
stuw waterinlaat hoogtelijn
Leidschenveen (Gem. Den Haag)
parkeer mogelijkheid
horeca en botenverhuur
speelen ligweide sanitaire voorzieningen natuurcamping
SBB Zoetermeerse rijweg (N469)
DLG Regio West
Westerpark
Roeleveen
Meters T:\Projecten\Leidschendam\ Driemanspolder\NDMP2008\NDMP_inrichting_jan08.mxd
0 50100
200
300
400
500
Bronnen: © De auteursrechten en databankenrechten: Topografische Dienst Kadaster, Emmen, 2004
De Nieuwe Driemanspolder kan achthonderd zwembaden water opvangen
De rol van water Door de klimaatverandering krijgt ons land steeds meer water te verwerken. Dat water moet ergens heen. De sloten, kanalen, plassen en meren in de omgeving kunnen al dat regen- en rivierwater op een gegeven moment niet meer verwerken. De Nieuwe Driemanspolder vangt dat overtollige water voor deze regio eerst op en voert het later langzaam af naar zee. Dan gaat het waterpeil in het gebied omhoog. Als het gebied vol is gelopen, staat het water ruim een meter hoger dan normaal en zit er voor zo’n achthonderd zwembaden water in. Allemaal om te voorkomen dat mensen in een groot deel van onze regio natte voeten krijgen of erger: natte huizen. Door het jaar heen fungeert de Nieuwe Driemanspolder als seizoensberging. Dan bewaart de polder in de winter schoon regenwater, voor gebruik in de zomer als het droger is. De omvang van de waterplas verandert dan niet. De provincie is de spil in de samenwerking. Ze trekt het project, zoekt compromissen, faciliteert bijeenkomsten, organiseert informatieavonden en betrekt belanghebbenden. “Om het echt van de grond te krijgen hebben we elkaar wel nodig. Iedere organisatie heeft zijn eigen expertise en taken”, concludeert Monique. “En in het nieuwe jaar start er echt een nieuwe fase: het voorbereiden van de uitvoering. Dan nemen de Hoogheemraadschappen Delfland en Rijnland samen met de gemeente Zoetermeer het trekken van het project over. De basis is er. Wat overblijft is het concreet maken van plannen en zorgvuldig zoeken naar oplossingen voor mensen die nu hun brood verdienen in de polder.”
21
‘Slachtoffers’ worden opgevangen in een gymzaal
Natte voeten, en dan… Komt het water toch, wat doe je dan als gemeente? In zo’n geval staat de burgemeester aan het hoofd van het gemeentelijk beleidsteam en de uitvoerende teams, die regelmatig met elkaar oefenen. Zoals op 30 september gebeurde. Perswoordvoerder Noortje van Zanten is nauw betrokken bij wat de gemeente Zoetermeer doet in geval van een ramp. “Deze oefening deden we niet alleen,” vertelt ze. “Zo’n driehonderd hulpverleners uit de hele regio waren bij de Dobbeplas in het Stadscentrum en bij de Noord Aa om kletsnatte of gewonde personen zo snel en zo goed mogelijk te helpen. Slachtoffers werden opgevangen door een team van vijftig mensen. Zij zorgden voor bedden, eten, drinken, droge kleding, hulpverleners en wat er verder nodig is voor kletsnatte, net geredde bewoners. Goede voorbereiding is belangrijk. Voor ons als gemeente, maar ook voor onze inwoners. Daarom besteden we ook aandacht aan hoe onze inwoners zich op zo’n noodsituatie kunnen voorbereiden. Door zo’n buffer als de Nieuwe Driemanspolder is de kans op een overstroming kleiner, maar uitsluiten kun je dit nooit.”
WINTER 2008
4
KAMER VAN KOOPHANDEL
FOCUS HAAGLANDEN
Westlands waterplan heeft veel voeten in de aarde
Ondernemers in protest tegen inleveren van grond zou overtollig water tijdelijk opgeslagen moeten kunnen worden in zogenaamde waterbergingslocaties. Ook worden de komende jaren op een aantal locaties de kades verbreed, versterkt of verhoogd om voldoende veiligheid te bieden tegen overstromingen.
Het Westland heeft afgelopen jaren regelmatig wateroverlast gehad van hevige regenval. Om deze overlast te voorkomen en in te spelen op het veranderende klimaat maakten gemeente
22
Collectief protest Het bedrijvige Westland liet het er niet bij zitten en gezamenlijk zijn de Kamer van Koophandel Den Haag, LTO Noord Glaskracht en VNO-NCW West gaan lobbyen tegen de financiering van het waterplan. Eind juni reageerden zij op de Zienswijze Waterplan Westland. Ondernemersvertegenwoordigers zijn van mening dat de voorgestelde invulling van het waterplan leidt tot veel te veel ruimtebeslag. Aangezien in het Westland alle beschikbare ruimte al zeer intensief wordt benut, betekent dit hoe dan ook een substantieel verlies van het glastuinbouwareaal. De door partijen van tevoren aangedragen ideeën voor meer flexibiliteit, temporisering, maatwerk en innovatieve oplossingen zijn nog niet of nauwelijks overgenomen in het waterplan.
Westland en het Hoogheemraadschap Delfland het waterplan ‘Westlands Water, Nu en Later’. Het plan legt een claim op grond van bedrijven in de polder. Ondernemers waren ertegen en vroegen met succes om een alternatief.
Tekst: Danny Peters, Kamer van Koophandel Den Haag Fotografie: Sicco van Grieken
O
m het waterpeil in de toekomst te kunnen bedwingen, zou volgens het waterplan ongeveer honderdzestig hectare extra waterbergingsruimte vergraven moeten worden. De ruimte voor deze voorziening zou volgens het plan door bedrijven in de polder kosteloos ter beschikbaar gesteld moeten worden. Iets wat niet in goede aarde viel bij de Westlandse ondernemers. “Iedereen in het Westland wil de voeten droog houden. Grosso modo zijn alle partijen het dan ook eens met het waterplan.” Ook volgens Mark van Oosten, sinds kort kantoordirecteur van de Kamer van Koophandel in Naaldwijk, is de noodzaak van een waterplan het discussiepunt niet. “Het financieringsvraagstuk van het waterplan is echter een ander verhaal. Nu zou de individuele ondernemer die zijn bedrijf wil ontwikkelen, voor de kosten van de waterberging op moeten draaien. Dat is oneerlijk, omdat iedereen erbij gebaat is dat de wateropvang goed geregeld is. Zowel burgers als bedrijfsleven. Een dergelijke maatregel remt de innovatie en ontwikkeling die zo hard nodig is voor de economische groei in het Westland.” Een ander punt waar Van Oosten over viel, was de beperkte ruimte voor inno-
Realisatie van de wateropgave door open waterberging alleen kost teveel ruimte. Innovatieve oplossingen kunnen uitkomst bieden. Mark van Oosten, kantoordirecteur Kamer van Koophandel in Naaldwijk (boven) en glastuinder Bram Sonneveld zijn het hierover eens
vatieve oplossingen. “Maximaal vijftig procent van de waterberging zou op een innovatieve manier mogen plaatsvinden. Buiten de discussie wat wel
vatieve oplossingen uitkomst bieden.” De gemeente en het hoogheemraadschap willen het watersysteem in 2015 zodanig op orde hebben, dat het
‘Innovatieve oplossingen nodig in een sector als de glastuinbouw’ of niet tot innovatieve waterberging gerekend mag worden, vinden wij deze maximering beperkend. Innovatieve oplossingen zouden juist gestimuleerd moeten worden in een innovatieve sector als de glastuinbouw. Ook met het oog op kostenbesparingen kunnen inno-
bestand is tegen piekbuien. Hiervoor moet er op Westlands grondgebied circa honderdzestig hectare ruimte voor water gevonden worden. Het vasthouden van overtollig regenwater is in het Westland nauwelijks mogelijk vanwege de hoeveelheid bebouwing. Daarom
Glastuinder Bram Sonneveld maakte veertien jaar lang deel uit van het dagelijks bestuur van het Hoogheemraadschap Delfland. Zijn expertise op het gebied van water en herstructurering gebruikt hij nu in zijn functie als bestuurslid van LTO Noord Glaskracht. Ook hij vindt dat het waterplan er moet komen, maar heeft er nog wel een aantal kanttekeningen bij. “Het Hoogheemraadschap heeft berekend honderdtwaalf miljoen euro nodig te hebben voor het graven en inrichten van de extra waterbergingen. Volgens onze berekeningen is dit bedrag veel te hoog. Het bedrijfsleven zou de grond voor deze werkzaamheden gratis ter beschikking moeten stellen, begroot op 105 miljoen euro. Daar hebben wij grote bezwaren tegen. Bovendien is het niet haalbaar om de uitvoering van het waterplan in zeven of acht jaar te voltooien. Zo’n twintig jaar zou realistischer zijn. Bijkomend voordeel is dat de investeringen dan over een grotere periode uitgesmeerd worden.”
Waterplan Westland Het waterplan Westland bestaat uit een beleidsdeel, een waterstructuurvisie en een uitvoeringskader. Het beleidsdeel van het waterplan beschrijft de visie op het water in Westland tot 2030. Om die visie te verwezenlijken zijn concretere doelstellingen benoemd voor de kortere termijn, tot 2015. De waterstructuurvisie bevat de ruimtelijke vertaling van de maatregelen die nodig zijn om het watersysteem op orde te krijgen en te houden. Het uitvoeringskader bevat afspraken over de werkwijze bij de uitvoering, de uitvoeringsorganisatie, de kostenverdeling en de te nemen maatregelen. Met dit waterplan wordt de kwaliteit en het peil van het Westlandse water op het gewenste niveau gebracht.
Sonneveld draagt ook al een oplossing aan voor de financiering: “Met de oprichting van bijvoorbeeld een waterfonds zouden de financiële middelen voor dit project beheerd kunnen worden. LTO heeft al aangegeven dat de waterschapslasten voor de glastuinbouw verdubbeld zouden kunnen worden. Hiermee kan een flinke basis gelegd worden voor de inkomsten van het waterfonds, aangevuld met de 112 miljoen van het Hoogheemraad schap. Daarnaast zou het goed zijn om meer flexibiliteit in de waterberging te brengen. Dit zou gerealiseerd kunnen worden met een waterbank. Partijen die meer waterberging hebben dan noodzakelijk is, kunnen deze extra capaciteit inbrengen in de waterbank. Andere partijen die niet aan hun waterbergingsverplichting kunnen voldoen, kunnen via aankoop uit de waterbank alsnog aan hun waterbergingsquota voldoen.” Innovatie In het waterplan wordt vooral ingezet op realisatie van de wateropgave door open waterberging. Volgens Sonneveld is deze vorm van waterberging goed voor de ecologische ontwikkeling van het gebied, maar die mag geen doel stelling zijn in dit proces. “Innovatieve oplossingen kunnen uitkomst bieden. Bij innovatie wordt vaak gedacht aan gecompliceerde, technische ingrepen. Maar er zijn ook simpele innovatieve oplossingen. Denk bijvoorbeeld aan parkeerkelders of verlaagde parkeer terreinen die in geval van nood als waterbassin kunnen dienen. Of door het ophogen van lage gedeeltes in een
23
polder waardoor in het gehele gebied het waterpeil verhoogd kan worden. Daarnaast kunnen gietwaterbassins en waterberging in kelders onder kassen of gebouwen gedeeltelijk voor extra opvang dienen.” Tot nu toe vindt de oproep tot alter natieve waterberging nog maar voor een klein gedeelte gehoor bij gemeente en hoogheemraadschap. De gemeenteraad stemde eind september in met de maatregelen in het Westlandse waterplan, maar ging niet akkoord met de financiering. Op dit punt is de collectieve weerstand dus succesvol geweest. Op korte termijn zullen afspraken gemaakt worden over de wijze waarop de financiering van het waterplan dan wel vorm gegeven kan worden. De gemeente is op zoek naar een bemiddelaar om partijen op één lijn te krijgen. LTO Glaskracht Westland hoopt dat er snel knopen worden doorgehakt want zolang er geen akkoord is over de financiering van het waterplan, zit de reconstructie op slot. De gemeente verwacht snel een geschikt persoon te vinden. Daar is haast bij, want op 16 december praat de gemeenteraad weer over het plan.
Meer informatie www.gemeentewestland.nl onder Projecten>Water en Groen
WINTER 2008
4
Nieuw hulpmiddel bij slachtofferregistratie
USG CAPACITY
GEMEENTE DEN HAAG
FOCUS HAAGLANDEN
Netwerkkaart: duidelijkheid over taken van politie, gemeente en GHOR bij rampen
Zonder goede duinen, geen goed drinkwater
Een ramp in Haaglanden met vermisten en dodelijke slachtoffers: je moet er niet aan denken. Maar “We denken er niet bij na, als we de kraan open draaien, hoe we aan ons drinkwater komen. Dat maakt mijn werk zo interessant.” Marijke Poppelier
Registratie- en Inlichtingenbureau (CRIB) is binnen een gemeente hiervoor verantwoordelijk. Een
werkt al dertien jaar met veel plezier bij Duinwaterbedrijf Zuid-Holland. Als hoofd Communicatie heeft ze een goede relatie met USG Capacity dat al
handig hulpmiddel is de Netwerkkaart, die in juni officieel werd gepresenteerd.
verschillende keren communicatieprofessionals heeft geworven voor het Duinwaterbedrijf.
Tekst: Chris Lieshout, gemeente Den Haag Fotografie: Peter van Oosterhout
Tekst: Rema van der Linden Fotografie: Judith Jongejan
G
emeenten en hulpdiensten zijn op crisissituaties goed voorbereid. “Toch leert de praktijk dat bij een echte ramp alles anders loopt”, aldus Sybrand Adama ad interim voor planning en control bij Brandweer Haaglanden. “Het is een complex samenspel tussen allerlei partijen die ieder verantwoordelijk zijn voor hun eigen taken. Je ziet vaak, dat de linkerhand niet weet wat de rechterhand doet.” Voor deze baan was Adama directie-secretaris bij de dienst Burgerzaken van de gemeente Den Haag. Daar was hij verantwoordelijk voor de planvorming voor het registreren van slachtoffers bij rampen en ongevallen. Adama: “Ondanks mooi uitgeschreven deelplannen was het niet precies duidelijk wie 273129_BD_Netwerkkaart
11-03-2008
15:58
11-03-2008
15:58
waarvoor verantwoordelijk was en bij wie je terecht kon voor informatie en samenwerking. Met de Netwerkkaart, die door Politie Haaglanden, de Geneeskundige Hulpverleningsregio (GHOR) en de dienst Burgerzaken van de gemeente Den Haag is ontwikkeld, is die duidelijkheid er nu wel.” Incident stadsdeel Laak Adama herinnert zich nog goed het incident in Den Haag, in stadsdeel Laak, in november 2004. “Terroristen hadden zich in een woning in de Antheunisstraat verschanst. De omgeving werd afgezet en woningen ontruimd. Na afloop gaf dit incident ons nieuwe inzichten in de complexiteit van het registratieproces van slachtoffers en in dit geval mensen die hun huis niet in
Pagina 1
Crisisorganisatie Den Haag
273129_BD_Netwerkkaart
Pagina 1
Crisisorganisatie Den Haag
Netwerkkaart I: Samenwerken bij registreren
Netwerkkaart I: Samenwerken bij registreren
Gemeente Den Haag
g e m ee n t e Gemeente Den Haag
>>
<<
>>
<<
>> >>
an i sa ti e bij ij O On n ge g v a l l en e v a l l en e en Rampenn Rampen
ie
po lit ie
I Wat heb je als Politie nodig van de GHOR? a. Ondersteuning bij het informeren van nabestaanden
un
di g
e
lp Hu
ve
rle
eb
lit
I Wat heb je als Politie nodig van de GHOR? a. Ondersteuning bij het informeren van nabestaanden
a ti
o
n
ni s
w
in G H ORgsorg OR
n
ge
or ga
o
GH
t
w
gs
de
st
ge
Verantwoordelijk voor: gewondenlijst Produkten: a. Gewondenregistratie Processen: Spoedeisende Medische Verantwoordelijk voor: gewondenlijst Hulpverlening (SMH) Produkten: Psychosociale hulpverlening (PSHOR) a. Gewondenregistratie Procesverantwoordelijke: Hoofd sectie Processen: Spoedeisende Medische geneeskundige hulpverlening (HSGH) Hulpverlening (SMH) Psychosociale hulpverlening (PSHOR) Procesverantwoordelijke: Hoofd sectie geneeskundige hulpverlening (HSGH)
l en
in
do
li j
Doel: door samenwerking informeren over lot en verblijfplaats van getroffenen t.b.v. contactherstel
ie
n
st
la t
de
li j
re
Centrale vragen
Doel: door samenwerking informeren over • Wie zijn betrokken lot en verblijfplaats van getroffenen • Waar zijn ze? t.b.v. contactherstel
ds
Het CRIB koppelt de
• Wie zijn betrokken • Waar zijn ze?
l i js
Af
ha
nk
el
ij
ei
el
ie
nk
la t
ha
re
Af
ds
ij
ei
c. Identiteit bekend/ onbekend? c. gebruik geregistreerden d. Medicijn Tijdsverwachting tot gewondenlijst Is er behoefte aan PSHOR? II d. Wat heb je als GHOR nodig van de Gemeente? a. Waar zijn opvangcentra ingericht? b. Hoeveel mensen in het opvangcentrum hebben ondersteuning nodig? c. Medicijn gebruik geregistreerden d. Is er behoefte aan PSHOR?
diverse registraties Centrale vragen
do
po
Produkten: a. Eerste registratie van evacués (registratiepost) Verantwoordelijk voor: dodenlijst b. Registratie in het kader van strafProdukten: rechtelijk onderzoek a. Eerste registratie van evacués c. Identificeren (registratiepost) d. Informeren van nabestaanden b. Registratie in het kader van strafProcessen: Registratie en identificatie rechtelijk onderzoek Procesverantwoordelijke: c. Identificeren Hoofd Rechercheteam d. Informeren van nabestaanden Processen: Registratie en identificatie Procesverantwoordelijke: Hoofd Rechercheteam
Het CRIB koppelt de diverse registraties
en
ie
I Wat heb je als Gemeente nodig van de Politie? ie lata. verzamelplaats registratieteam re b. Assistentie bij begidsen medewerkers c. Overdracht van de eerste registratie ds i e d. Aantallen doden + geg. eerste registratie kh Identificatie I e. Wat heb je als locatie Gemeente nodig van de Politie? f. tot dodenlijst a. Tijdsverwachting verzamelplaats registratieteam g. bij het contactherstel b. Ondersteuning Assistentie bij begidsen medewerkers II Wat heb je als van Politie nodig van de Gemeente? c. Overdracht de eerste registratie a. gegevens d. Controle Aantallenvan doden + geg.gemeentelijke eerste registratie e. basisadministratie Identificatie locatie b. wijk/ ontruimd gebied f. Inwoneraantallen Tijdsverwachting tot dodenlijst c. registratiegegevens g. Tussentijdse Ondersteuning bij het contactherstel Lijst medewerkers II d. Wat heb je als PolitieCRIB nodig van de Gemeente? a. Controle van gegevens gemeentelijke basisadministratie b. Inwoneraantallen wijk/ ontruimd gebied c. Tussentijdse registratiegegevens d. Lijst medewerkers CRIB Verantwoordelijk voor: dodenlijst
nd
la t
t
re
l i js
ds
en
ei
Verantwoordelijk voor: gezochtenlijst g e m ee n t e Produkten: a. Verwantentelefoon (melden gezochten) b. Registratie van evacuées Af Verantwoordelijk voor: gezochtenlijst ha c. Sitrap (situatierapportage) nk Produkten: el Processen: CRIB (centrale registratie en ijk a. Verwantentelefoon (melden gezochten) h inlichtingenbureau) I Wat heb je als Gemeente nodig van de GHOR? b. Registratie van evacuées Af Verantwoordelijke: a. Hoeveel mensen liggen er in de ziekenhuizen? h an c. Sitrap (situatierapportage) b. Wie ligt in welk ziekenhuis? Hoofd Actiecentrum CRIB k el c. Identiteit bekend/ onbekend? Processen: CRIB (centrale registratie en i jk d. Tijdsverwachting tot gewondenlijst h inlichtingenbureau) III Wat nodig vanvan de Gemeente? Wat heb heb je als GHOR Gemeente nodig de GHOR? a. zijnmensen opvangcentra Verantwoordelijke: a. Waar Hoeveel liggen ingericht? er in de ziekenhuizen? b. in het opvangcentrum hebben b. Hoeveel Wie ligt mensen in welk ziekenhuis? Hoofd Actiecentrum CRIB ondersteuning nodig?
nd
kh
>> >>
24
het kán gebeuren. Wie registreert de slachtoffers en wie levert de juiste informatie? Het Centrale
Versie: maart 2008 er projectgroep registreren (Sybrand Adema, Guus Auerbach, g iSaskia Noorderwier, Jacobine Glasbergen, d un Geraldine Beckers) Versie: maart 2008 es k ne projectgroep registreren Ge (Sybrand Adema, Guus Auerbach, Saskia Noorderwier, Jacobine Glasbergen, Geraldine Beckers)
ne Ge
es k
l pv
>> << De Netwerkkaart geeft het volgende> aan: > Welke partijen zijn bij slachtofferregistratie betrokken? << Wat zijn hun verantwoordelijku eH
heden? Wat is het juridische kader rond de uitwisseling van gegevens? Wat hebben partijen van elkaar nodig? Waarop kunnen zij elkaar bevragen? In welke volgorde en binnen welke termijn komt de informatie beschikbaar? Exemplaren van de Netwerkkaart (zakformaat!) zijn via de Bestuursdienst of de dienst Burgerzaken van de gemeente Den Haag op te vragen.
konden. Wie registreert nu wat en wie levert welke informatie? Welk registratiesysteem kiezen we en wie zijn onze partners bij het uiteindelijke doel: het bij elkaar brengen van mensen?” Politie Haaglanden, de GHOR en de dienst Burgerzaken van de gemeente Den Haag kwamen in 2006 bij elkaar om het registratieproces onder crisisomstandigheden nader te bekijken. Toen ontstond het idee van de Netwerkkaart. Adama: “Twee vragen stonden centraal: ‘welke personen zijn erbij betrokken?’ en ‘waar bevinden zij zich?’ Alleen als we goed samenwerken kunnen we de juiste informatie geven over het lot en de verblijfplaats van getroffenen. Het is een ingewikkelde puzzel waarvan iedereen een deel in handen heeft.” Politie Haaglanden en de GHOR zijn nu verantwoordelijk voor respectievelijk de registratie van de dodenlijst en het samenstellen van de gewondenlijst. De dienst Burgerzaken is op haar beurt verantwoordelijk voor het matchen van de registratie van de opgevangen slachtoffers en de zoekvragen van de Verwanten-telefoon. Adama legt uit dat goed gekeken is naar het juridische kader en met name de privacyrichtlijnen. “Het CRIB is een bij wet aangewezen organisatie en valt onder de burgemeester. Politie en ziekenhuizen kennen geen wettelijke belemmeringen voor het uitwisselen van gegevens met het CRIB als het gaat over gegevens als naam, adres en verblijfplaats. Dit is juist cruciale informatie in relatie tot bijvoorbeeld zoekvragen over verwanten via de Verwanten telefoon.” Volgens Adama is de Netwerkkaart een voorbeeld van goede samenwerking. “De kaart toont in al zijn eenvoud waar het uiteindelijk om gaat: wie zijn bij de ramp betrokken en waar zijn de slachtoffers?”
25
M
arijke Poppelier is 44 jaar oud en woont in Den Haag. Ze begon bij bureau Voorlichting en PR van het Duinwaterbedrijf waar ze toen met z’n drieën zaten. Bureau Voorlichting is inmiddels uitgegroeid tot de afdeling Communicatie waarbij Marijke leiding geeft aan vijf communicatieprofessionals. Ze is sinds ruim acht jaar hoofd van de afdeling Communicatie van Duinwaterbedrijf Zuid-Holland en het bevalt haar nog steeds uitstekend. Eigenlijk is dit pas haar tweede werk gever nadat ze afstudeerde op Toegepaste Huishoud Wetenschappen, afstudeerrichting Voorlichting en Communicatie. Ze begon haar werk carrière bij een projectbureau voor de aanleg van een rivierwatertransport leiding van Bergambacht naar de duinen en daarbij had ze veel contact met het Duinwaterbedrijf. Het toenmalige hoofd Voorlichting van het waterbedrijf was gecharmeerd van Marijke Poppelier en zij bood haar de gelegenheid om een overstap te maken. Marijke ging erop in en zo kon zij zich verder in haar vak ontwikkelen. Ze groeide van voorlichter door tot afdelingshoofd. Naast het leidinggeven houdt ze zich ook nog bezig met strategisch communicatieadvies en woordvoering. “Gelukkig maar, want die combinatie maakt het werk voor mij heel bijzonder en leuk.”
Water van water maken Op de vraag waarom het werken voor een waterbedrijf zo interessant is, antwoordt ze: “Veel mensen zijn zich er niet van bewust waar ons drinkwater vandaan komt en wat eraan vooraf gaat voordat we het kunnen drinken. Wij maken water van duinwater. En zonder goede duinen hebben we geen goed
drinkwater.” Duinwaterbedrijf Zuid Holland is niet alleen een producent van water, maar ook natuurbeheerder van de duingebieden Solleveld, Meijendel en Berkheide. “Wat mijn werk ook zo aantrekkelijk maakt, zijn de waterprojecten in het buitenland”, zegt Marijke Poppelier. Toen Duinwaterbedrijf Zuid-Holland tien jaar geleden 125 jaar bestond, wilde het iets bijzonders doen. De organisatie is toen in contact gekomen met Simavi en investeert sindsdien in drinkwaterprojecten in Afrika, Azië en Oost-Europa. Het Duinwaterbedrijf steekt hiervoor energie in fondsenwerving, kennisoverdracht en onderzoek ter plekke. Onlangs heeft Simavi voorgesteld om deel te nemen aan een project voor een wolkenvanger in Nepal. Dat is een net waar wolken tegenaan moeten drijven om de waterdruppels op te vangen. Marijke Poppelier en haar collega’s dragen hun communicatiesteentje bij aan de buitenlandse projecten door bijvoorbeeld een bijsluiter bij de jaarrekening te maken over de projecten, een
dagboek van de werkzaamheden uit te geven, de jaarlijkse nieuwsbrief en natuurlijk de gebruikelijke middelen van het Duinwaterbedrijf in te zetten. Communicatieadviseur gezocht Momenteel zoekt Marijke Poppelier nog een communicatieadviseur om haar team te versterken. Daarvoor heeft ze al aangeklopt bij USG Capacity, waarmee ze al een aantal jaren naar volle tevredenheid zaken doet. Ze heeft door de jaren heen al met diverse bemiddelaars contact gehad en ze waardeert de goede samenwerking. “Omdat wij al langer met hen samenwerken, weet USG Capacity naar welke mensen wij zoeken. Ik kan er blind op varen. Ze denken met je mee.” De communicatieafdeling van het Duinwaterbedrijf is niet zo groot en daarom is het heel belangrijk dat er goed naar de persoon gekeken wordt. USG Capacity is hierin gespecialiseerd en zodoende voor Marijke Poppelier een goede gesprekspartner. www.usgcapacity.nl voor marketing- en communicatieprofessionals
WINTER 2008
4
FOCUS HAAGLANDEN
ACTORION
‘Lijstenpolitiek’, een poging tot vernieuwing van de waterschapsverkiezingen
De voor- en nadelen van een nieuw kiesstelsel Als het goed is hebt u recentelijk uw stem uitgebracht voor het bestuur van uw waterschap. De oplettende kiezer is het vast niet ontgaan dat de kandidaten voor het eerst in de geschiedenis bij een lijst aangesloten waren. Enkele direct betrokkenen over de voor- en nadelen van dit nieuwe systeem.
26
Tekst: Hans Rebers Fotografie: provincie Zuid-Holland
V
an 13 tot en met 25 november heeft iedereen de mogelijkheid gehad om via de post te stemmen voor de waterschapsverkiezingen. Waterschappen houden zich bezig met het onderhoud van dijken en andere (zee)waterkeringen, de aan-, afvoer en berging van water, het zuiveren van afvalwater en het zorgen voor schoon oppervlaktewater. Het belang hiervan is voor de meeste mensen wel duidelijk. Maar hoe ziet het bestuur van zo’n waterschap er eigenlijk exact uit, waar stemmen we nu precies voor?
Het bestuur van waterschappen Op basis van de verdeling van stemmen bij de waterschapsverkiezingen worden de leden van het algemeen bestuur bepaald. Indirect stemt u ook voor het dagelijks bestuur, want door de leden van het algemeen bestuur wordt uit hun midden het dagelijks bestuur gekozen. De dijkgraaf, die gezien kan worden als de burgemeester van een waterschap, wordt voor de periode van zes jaar benoemd door de Kroon en fungeert als voorzitter; hij is ook het leidend gezag in geval van calamiteiten. Algemeen bestuur, dagelijks bestuur en dijkgraaf samen vormen het bestuur van een waterschap. Van personenstelsel naar lijstenstelsel In de nieuwe Waterschapswet van 2008 is, naast vele andere dingen, een verandering van het kiesstelsel opgenomen. Doel is een breder maatschappelijk draagvlak voor de waterschappen te creëren. Het opkomstpercentage bij de afgelopen verkiezingen kwam immers zelden boven de twintig procent. In het nieuwe kiesstelsel doen niet langer individuen, maar lijsten aan de
27 verkiezingen mee. Dit moet de kiezer meer aanknopingspunten geven dan de lijsten met individuele namen die tot nu toe gebruikelijk waren. Dit oude systeem stamt nog uit de tijd dat Nederland uit duizenden polder besturen (de voorlopers van de waterschappen) kende. Inmiddels telt Nederland door vele fusies nog maar 27 waterschappen, waardoor voor veel kiezers de kandidaten grote onbekenden zijn. Met het lijstenstelsel wordt getracht hier verandering in te brengen. In de praktijk betekent dit dat bepaalde belangengroepen (boeren, natuur verenigingen, bewoners) met een lijst zijn gekomen, net als enkele lokale initiatieven (zoals Holland TIJ in Delfland) en zelfs hengelsportverenigingen. Ook de landelijke partijen staan bij veel waterschappen op de kieslijst. Van de grote partijen heeft alleen de SP ervoor gekozen niet mee te doen aan de waterschapsverkiezingen. Groen Links en D’66 steunen de lijst ‘Water Natuurlijk’. De overige grote partijen doen met een eigen lijst mee. Dubbele verantwoording Volgens dijkgraaf Michiel van Haersma Buma van het Hoogheemraadschap van Delfland heeft het nieuwe systeem voordelen ten opzichte van het oude personenstelsel: “Voor de kiezers is het nu makkelijker een keuze te maken. Politieke partijen en zelfs belangen verenigingen zijn makkelijker te plaatsen dan individuele kandidaten. In het vorige stelsel moest je maar net toevallig iets gelezen hebben over de standpunten van een kandidaat om te weten waar deze precies voor staat. Bij het nieuwe stelsel weet je veel beter waar je
op stemt. Bovendien komen de lijsten en programma’s op democratische wijze tot stand, wat kwaliteit garandeert. Partijen kunnen over het algemeen immers uit een grote vijver vissen. De kandidaten die uiteindelijk op de lijst komen, zijn zij met de meeste kwaliteiten. Ook het programma wordt op een dergelijke democratische en afgewogen wijze in elkaar gezet. Door onderling overleg dus. Bovendien garandeert een partij een bepaalde mate van continuïteit. Een individuele kandidaat die geen partij achter zich heeft staan, kan bij wijze van spreken de ene dag dit en de andere dag dat vinden.” Een ander voordeel is volgens Van Haersma Buma dat kandidaten in een lijstenstelsel dubbele verantwoording af moeten leggen. “Kandidaten worden niet alleen door kiezer afgerekend tijdens de verkiezingen. Ook binnen de partij moet men onderling verantwoording afleggen over het bestuurlijk functioneren. Als dit functioneren niet goed is, weet je niet of je de volgende keer wel terugkeert op de lijst. Een laatste voordeel is mijns inziens dat kan didaten gebruik kunnen maken van de deskundigheid van het politieke apparaat dat ze achter zich hebben staan.” Macht van bovenaf Er zijn echter mensen die kanttekeningen plaatsen bij het nieuwe systeem. Met name het feit dat er landelijke politieke partijen aan de verkiezingen meedoen, de zogeheten politisering van de waterschappen, is velen een doorn in het oog. Een van hen is Jaap van Dam van de Algemene Waterschapspartij Delfland. Zelf is hij al vier jaar lid van het algemeen bestuur van het Hoogheemraadschap van Delfland:
“De praktijk wijst uit dat politieke partijen bijvoorbeeld oud-wethouders die een nieuwe bestuursfunctie zoeken, naar voren schuiven. Dit heeft meerdere nadelen. Waterschappen werken bijvoorbeeld heel anders dan gemeente lijke of provinciale overheden. De macht komt van bovenaf, van de dijkgraaf en de hoogheemraden. Deze politici van buiten weten niet goed hoe dit systeem werkt, en hebben tijd nodig om deze processen te doorgronden. Een goede illustratie hiervan is het feit dat enkele kandidaten van de lijsten van politieke partijen al voor de uitslag van de verkiezingen gaan roepen dat ze dagelijks bestuurder, oftewel hoog heemraad, willen worden. Iemand met ervaring in waterschappen weet dat dit heel anders werkt, dat dit door het algemeen bestuur bepaalt wordt.” Een tweede argument dat Van Dam aanhaalt, is het gebrek aan inhoudelijke deskundigheid bij de kandidaten van politieke partijen. “Je moet inhoudelijk van wanten weten, het volstaat niet een goed politicus te zijn. De politieke besluiten worden immers niet door het waterschap, maar door de provincie genomen. Bij mijn eigen partij is bijvoorbeeld een onafhankelijke selectiecommissie ingesteld die op basis van
deskundigheid de samenstelling van de lijst bepalen. Zoals ik al eerder aangaf, zijn het bij de traditionele politieke partijen heel andere afwegingen die bepalen wie er op de lijst komen. Ten slotte hebben de landelijke politieke partijen niet zo’n goed imago. Ik hoor van veel mensen dat ze niet meer zo in de waterschappen geloven, nu de traditionele politiek zich ermee gaat bemoeien.” www.waterschapsverkiezingen.nl
Uitslag waterschaps verkiezingen In het Stadsgewest Haaglanden zijn de gemeenten verdeeld over twee waterschappen. De gemeenten Leidschendam, Zoetermeer en Wassenaar liggen in het Hoogheemraadschap van Rijnland. Delft, ’s-Gravenhage, Rijswijk, Pijnacker-Nootdorp, Midden-Delfland en Westland liggen in het Hoogheemraadschap van Delfland. In Delfland (opkomstpercentage 19,6 procent) hebben CDA, PvdA, Water Natuurlijk en de VVD ieder vier zetels behaald. De Algemene Waterschapspartij Delfland behaalde er drie en de Partij voor de Dieren twee. In Rijnland (opkomstpercentage 22,6 procent) is het CDA met vijf zetels de grootste partij. Vier zetels gingen er naar de VVD en Water Natuurlijk, drie naar de PvdA en twee naar de Algemene Waterschapspartij. ChristenUnie/SGP, LBRS en de Partij voor de Dieren moeten het met een zetel doen.
WINTER 2008
4
FOCUS HAAGLANDEN
PUBLICSPIRIT
Gemeenten moeten beloften in wervingscampagnes waarmaken
Bied jong talent groeimogelijkheden De arbeidsmarktcommunicatie van gemeenten wordt beter. Maar in een steeds krappere arbeidsmarkt zetten gemeenten helaas toch nog vaak een te ambitieus beeld van zichzelf neer. Realistische campagnes en versterking van het HR-beleid betekenen zeker een stap voorwaarts.
28
Tekst: Rik van Druten Fotografie Luuk van der Lee, Dries Groot (Jetske Goudsmit)
D
e arbeidsmarktcommunicatie van gemeenten wordt beter. Maar in een steeds krappere arbeidsmarkt zetten gemeenten helaas toch nog vaak een te ambitieus beeld van zichzelf neer. Realistische campagnes en versterking van het HR-beleid betekenen zeker een stap voorwaarts. Dat betogen Terco van Heumen en Jetske Goudsmit, samen de directie van top executive-searchbureau voor de publieke sector PublicSpirit en Peter Smit, directeur van Actorion Communicatie Adviseurs. PublicSpirit maakte naam door ook voor top- en doorgroeifuncties achtergestelde groepen op de arbeidsmarkt aan te spreken, zoals allochtonen en vrouwen. Van Heumen: “Er wordt vaak nog vooral geput uit de traditionele arbeidsmarktreservoirs. De overheid zou zich nog veel meer kunnen richten op toppers en talenten uit andere groepen, want daar komen wij echt veel talenten tegen.”
29 geslaagde werving. “We hebben onderzoek laten doen naar het succes van de arbeidsmarktcommunicatie van gemeenten op langere termijn. Op het gebied van personeelswerving succesvolle gemeenten blijken die nieuwe medewerkers te vaak binnen een paar jaar toch weer kwijt te raken als ze de bij de sollicitatie gewekte verwachtingen niet waarmaken.” Arbeidsmarktcommunicatiedeskundige Peter Smit analyseert: “Vaak nemen gemeenten voor zo’n arbeidsmarktcampagne een reclamebureau in de arm en wordt er niet meer gedaan dan een beeld van de organisatie neerzetten dat verkoopt, dat kandidaten aantrekt. Of dat beeld ook klopt, is dan maar de vraag. De koppeling met de aard en de ontwikkelingsrichting van de organisatie ontbreekt.” Leemlaag Innovatief personeelsbeleid staat bij gemeenten niet overal even hoog op de agenda, blijkt uit ander onderzoek. “Het zijn nog te vaak de gebaande paden die
‘Wijk af van de gebaande paden en ontwikkel een nieuwe aanpak’ Ook de manier waarop gemeenten zich als potentiële werkgever presenteren kan soms wel beter. “De arbeidsmarkt is al een tijdje aan het veranderen”, constateert Jetske Goudsmit. “Gemeenten maken het nu mee dat er op een traditionele campagne via personeelsadvertenties en vacaturesites geen enkele reactie komt. Dat is schrikken, ja!” Een geslaagde campagne is nog geen
worden bewandeld”, vertelt Van Heumen, “terwijl juist een nieuwe aanpak nodig is. Er wordt bijvoorbeeld bij sollicitaties vaak gesproken over mogelijkheden om door te groeien. Maar dat kan natuurlijk alleen als de werkgever ook iets doet om ruimte te creëren in de bijna klassieke leemlaag net onder de top. Dan pas komt er beweging in zo’n organisatie.”
Jetske Goudsmit, directeur PublicSpirit
Terco van Heumen, directeur PublicSpirit
Ook al is de demografische trend al geruime tijd zichtbaar, veel gemeenten lijken de dans te willen ontspringen. Van Heumen vreest dat dat niet gaat lukken. “Een flinke wervingscampagne als over een jaar of vijf de naoorlogse geboortegolf-generatie met pensioen gaat en de vergrijzing echt toeslaat, is straks echt niet voldoende”, waarschuwt Van Heumen. Er moet ook binnen de organisatie tijdig worden geïnvesteerd. Er zijn goede voorbeelden. “In sommige gemeenten is het roer al om”, zegt Smit. “Doetinchem bijvoorbeeld beseft dat als het nu niet in actie komt, er over een jaar of vijf, zes grote problemen dreigen te ontstaan.” Wellicht dat daarbij een rol speelt dat de Achterhoek het als perifere regio toch al lastiger heeft op de arbeidsmarkt. “In zo’n regio worden de effecten van vergrijzing en ontgroening als eerste zichtbaar”, zegt Smit. “In Zuid-Limburg zie je hetzelfde.”
Aantrekkelijker En er liggen zeker kansen. Van de recent ingezette recessie zou de overheid in haar rol van werkgever juist weleens kunnen gaan profiteren, voorspelt Jetske Goudsmit. “Aan de ene kant komen er structureel minder mensen als gevolg van de vergrijzing en daar heeft iedereen last van, dus ook de overheid. Maar als het economisch wat minder gaat, wordt de zekerheid van een baan bij de overheid een stuk aantrekkelijker.” PublicSpirit ziet nu al een uitstroom vanuit het bedrijfsleven naar de overheid. “En veel zzp’ers (zelfstandigen zonder personeel, red.) merken nu dat zij bij tegenwind de eersten zijn die worden bedankt voor de moeite”, aldus Jetske Goudsmit. Als het bedrijfsleven minder lokt, wordt de overheid aantrekkelijk als werkgever. Let wel, kandidaten stellen meer eisen en zijn kieskeuriger, waarschuwt Van Heumen. “In zo’n krapper wordende
arbeidsmarkt worden degenen die op zoek zijn naar een nieuwe baan veeleisender. Als gemeente zul je je echt moeten onderscheiden.” Ook de heersende opvattingen over mobiliteit en loyaliteit aan de werkgever moeten op de helling. “We moeten er niet raar van staan te kijken als medewerkers na een jaar of drie door willen naar een andere baan. Dat is in het bedrijfsleven al heel lang heel gewoon.” Ook hier kunnen gemeenten profiteren die de trend op tijd zien en hun beleid daarop aanpassen. “Beuningen bijvoorbeeld heeft ingezien dat jong talent het na een paar jaar eens in Nijmegen of Arnhem wil proberen”, zegt Jetske Goudsmit. “Daar kun je je wel tegen verzetten, maar dan kan het gevolg zijn dat die groep jouw gemeente vervolgens links laat liggen. Nu heb je in ieder geval een aantal jaar veel plezier van die medewerkers.”
Meebewegen, adviseert PublicSpirit. “Na de eerste paar snelle carrièrestappen, zien ook die jobhoppers wel in dat ze na die fase ook eens ergens wat langer moeten blijven, juist als ze carrière willen maken. Dat kan ook best bij een kleinere gemeente zijn.” Mits die gemeente werk maakt van haar human resources-beleid. Van Heumen: “Met cosmetische middelen kom je er echt niet meer als werkgever, noch met incidentele lokkertjes. Zichtbaar ontwikkelingsmogelijkheden bieden aan jonge mensen op de arbeidsmarkt, daar kun je nog steeds talent mee aantrekken.”
www.publicspirit.nl
WINTER 2008
4
FOCUS HAAGLANDEN
COLUMN
Vriend en vijand
30
Water speelt een belangrijke rol in ons leven. Ons lichaam bevat veel water en wij drinken er per dag nog eens twee liter van. Wij hebben er zoals de Chinezen zeggen een dubbele verhouding mee. Enerzijds is niets zo zacht als water. Terwijl water op een ander moment zoveel kracht kan ontwikkelen dat het alles verwoestend is. Vriend en vijand. Eerst de vriendelijke kant. Er worden in ons land per jaar een kleine zestig miljoen watersportdagtochten gemaakt. Zonnen, zwemmen, vissen, toervaren, zeilen: het zijn bezigheden die moeilijk uit ons leefpatroon weg te denken zijn. De sector is economisch gezien van groot belang. Er zijn meer dan duizend jachthavens met zo’n honderdzeventig duizend ligplaatsen. De watersportindustrie telt 4.200 ondernemingen met 25.000 medewerkers. Zo bekeken is het water onze vriend. Het water is ook onze vijand. Door de eeuwen heen is ons land geteisterd door overstromingen, die veel menselijk leed en grote schade hebben veroorzaakt.
Februari 1953 bracht ons de grote watersnoodramp, die achttienhonderd mensenlevens en duizenden dierenlevens kostte. De schrik zat er goed in. Het Deltaplan, dat in korte tijd op tafel kwam, moest met name zuidwest Nederland voor nieuwe rampen behoeden. Dit plan is met grote voortvarendheid uitgevoerd. Wij zijn er nog zo verbaasd over, dat het woord ‘Deltaplan’ nu in allerlei beleidssectoren wordt gebruikt voor urgente problemen. Helaas worden die plannen met aanzienlijk minder succes en voortvarendheid gerealiseerd. Hoe het ook zij, water als vriend en vijand is ook een bron van inspiratie. De Technische Universiteit Delft is daarbij een frontrunner. Het gevecht tegen het water is actueel. Dat is ook goed voor onze industrie, die overigens een groot aandeel op de wereldmarkt heeft. De te verwachten zeespiegelstijging heeft onlangs opnieuw tot een Deltaplan geleid. Kust- en dijkversterking staan weer op de politieke agenda. Onze vriend Ronald Waterman (internationaal adviseur op chemisch-, milieu- en
Regio investeert 200 miljoen euro in schoon water Samenwerken aan schoon water, dat staat in het Bestuursakkoord Kaderrichtlijn Water Delfland dat op 7 november is ondertekend door het Hoogheemraadschap van Delfland, de dertien betrokken gemeenten en het Stadsgewest Haaglanden. De partijen gaan zich inspannen voor schoner water, meer waternatuur en betere recreatiemogelijkheden in dit dichtbevolkte deel van Nederland. Tot 2015 wordt hiervoor gezamenlijk tweehonderd miljoen euro geïnvesteerd. De maatregelen zijn vooral gericht op verbetering van de waterkwalicivieltechnisch gebied), de moderne Lely, krijgt na vele jaren zijn ideeën over de Kustlocatie wellicht toch gerealiseerd. Hulde! Luigi van Leeuwen, een Haaglander
KORT
Vernieuwen riolering met minder overlast Na ruim veertig jaar is Zoetermeer toe aan een nieuwe riolering. Het rioleringssysteem, met een lengte van achttien kilometer, is aan een opknapbeurt toe. Tot nu toe ging dat vaak gepaard met grote overlast voor de bewoners. Maar: opengebroken straten, veel rommel en moeilijk bereikbare straten of zelfs woningen, dat behoort in Zoetermeer tot het verleden. “Met een heel nieuwe methode gaan we aan de slag om de riolering te repareren, zonder dat er sprake is van de overlast die we vroeger kenden”, aldus Gerrit Zeilstra, gemeentelijk beheerder van de riolering in de stad. “De weg hoeft niet meer te worden opengebroken en wordt op de plaats van de werkzaamheden maar korte tijd afgesloten. De werkzaamheden worden namelijk uitgevoerd via de inspectieput in de weg. Een groot voordeel is dat de hele klus daardoor een stuk goedkoper is dan vroeger. Bewoners hoeven er alleen
bij het gebruik van wasmachine en toilet even rekening mee te houden.” Via de inspectieputten in het wegdek krijgt het oude riool een nieuwe binnenvoering. Eerst wordt het te renoveren riooldeel afgesloten van het rioolsysteem, daarna grondig gereinigd, vrijgemaakt van obstakels en geïnspecteerd. Daarna wordt met water de binnenvoering - een kous die geïmpregneerd is met kunsthars - via de straatput het schoongemaakte riool ingebracht. Het water zorgt ervoor dat de kous tegen de wand van de bestaande rioolbuis wordt gedrukt. Om de kunsthars te laten uitharden wordt het water tot tachtig graden verwarmd. Zo ontstaat aan de binnenzijde van het riool een nieuwe naadloze buis. Als laatste worden met een hiervoor speciaal ontwikkelde robot de huisaansluitingen vanuit het riool open geboord. Zo kan het riool weer enkele tientallen jaren mee. Verschillende wijken in Zoetermeer krijgen zo de komende anderhalf jaar een vernieuwde riolering.
teit. Vervuilende stoffen mogen niet meer in het water terechtkomen en de leefomgeving voor planten, dieren én mensen moet verbeteren. Daarvoor wordt flink geïnvesteerd in het verbeteren van de riolering en wordt 125 kilometer natuurvriendelijke oever en vijftien hectare vispaaiplaats, plekken waar vis zich kan voortplanten, aangelegd. Daarnaast wordt een aantal gemalen voor vissen passeerbaar gemaakt. Het Bestuursakkoord komt voort uit de Europese Kaderrichtlijn Water uit 2000, dat een duurzaam watersysteem voor ons en toekom-
stige generaties centraal stelt. De regionale overheden en de belangengroepen hebben onder regie van het Hoogheemraadschap van Delfland en voorzitterschap van regiobestuurder Ruimtelijke Ordening Bas Verkerk, de afgelopen twee jaar de waterkwaliteitsdoelen en maatregelen geformuleerd. Het bestuursakkoord onderstreept niet alleen de succesvolle samenwerking, maar is ook een startpunt voor de uitvoering van de maatregelen. Jaarlijks komen de ondertekenaars bijeen om de voortgang van de maatregelen te bespreken en elkaar te inspireren.
31
NewSkool en Koppert Cress winnen ondernemersprijzen De Baby Tycoon Award en de OndernemersPrijs Haaglanden hebben vorige maand voor het eerst gezamenlijk hun finaleavond gehouden. NewSkool werd, als startende onderneming, winnaar van de Baby Tycoon Award. Rob Baan, directeur van Koppert Cress, mag zich in Haaglanden dé ondernemer van het jaar noemen na het winnen van de OndernemersPrijs Haaglanden.
NewSkool is een detacheringsbedrijf voor ‘gesjeesde’ studenten. Tegelijkertijd begeleidt NewSkool de studenten op verschillende manieren bij het afmaken van hun studie. Koppert Cress is een tuinbouwbedrijf gespecialiseerd in ‘cressen’. Dit zijn zaailingen van unieke planten, met elk hun eigen, verrassende invloed op de zintuigen. Rob Baan van Koppert Cress (l.) en Alexander Kist van NewSkool
Gratis statistische informatie over Haaglanden De website www.haaglandenincijfers. nl is onlangs de lucht in gegaan. De website is een onafhankelijk online kenniscentrum van het Stadsgewest Haaglanden en de Vereniging Sociale Verhuurders Haaglanden, waarin gratis toegankelijke statistische informatie is te vinden over de woningmarkt en de
bevolking, werk en inkomen, leefbaarheid, voorzieningen et cetera in de regio Haaglanden. Uniek aan de databank is dat er cijfers tot op wijkniveau te vinden zijn. De actuele informatie op www.haaglandenincijfers.nl is afkomstig van o.a. het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek), UWV (Uitvoerings
instituut Werknemersverzekeringen), SVH (Vereniging Sociale Verhuurders Haaglanden) en uit diverse onderzoeken zoals bijvoorbeeld het WoON (Woononderzoek Nederland). Jaarlijks wordt de site geactualiseerd. www.haaglandenincijfers.nl
Mammoettankers tegen overstroming Het Hoogheemraadschap van Delfland kwam tijdens de grote landelijke oefening ‘Waterproef’ met een verrassende en creatieve methode om een overstroming te voorkomen. Men liet mammoettankers stranden voor de kust bij Ter Heijde en Scheveningen. De mammoettankers moeten als golf breker fungeren, zodat ze de duinafslag
dusdanig verminderen dat de primaire zeewering niet bezwijkt onder de overstroming. De maatregel is door externe deskundigen onderzocht en is door hen effectief bevonden. Het ministerie van Verkeer & Waterstaat en Delfland gaan de noodmaatregel verder onderzoeken en uitwerken.
WINTER 2008
4
ACTORION
Webapplicatie voorziet in behoefte
Beleid In Beeld over haar eigen grenzen heen…
2009
In 2008 startte Actorion met het nieuwe product Beleid In Beeld. Samen met Ontwerpbureau NEO en technisch partner JDI-ICT ontwikkelde Actorion deze webapplicatie voor collegepro-
32
gramma’s. Naast gemeenten, waar het product in eerste instantie voor is ontwikkeld, tonen steeds meer andere organisaties interesse.
een nieuw jaar
Tekst: Elsbeth Lelyveld
G
elukkig heeft Actorion voldoende goede adviseurs en copywriters in huis die van tijd tot tijd kunnen bijspringen, want het vaste Beleid In Beeldteam kan de klus niet meer in haar eentje klaren”, vertelt Carmen Schothuis, senior adviseur en coördinator Beleid In Beeld. “De opdrachten komen steeds sneller binnen.”
Moderne bestuurders, moderne media Het product is tijdens het VNG Congres van 3 en 4 juni voor het eerst officieel gepresenteerd. Een maand later gingen de eerste websites al de lucht in. Op dit moment werkt Actorion achter de schermen hard aan de productie van meer sites. Schothuis: “Veel van onze adviseurs werken met en voor gemeentebesturen. We hebben gemerkt dat er steeds vaker behoefte is aan een
Nieuwsgierig naar alle fabels en feiten? Wilt u meer voorbeelden zien van Beleid In Beeld? Gan dan naar www.beleid-in-beeld.nl. Bent u geïnteresseerd, wilt u graag een vrijblijvende afspraak maken, of meer informatie ontvangen? Neem dan contact op met Carmen Schothuis of Peter Smit, tel. (026) 443 82 87.
goede positionering en profilering door bestuurders. En dan liever niet alleen via de gebruikelijke huis-aan-huis krant. Moderne bestuurders willen hun collegeprogramma op een makkelijke en toegankelijke manier via Internet in de schijnwerpers zetten. Geen droge PDF’s, maar transparant en gebruikersvriendelijk. De commissie Wallage heeft gemeenten opgeroepen zich meer en beter te verantwoorden. Wij zien dat gemeenten dit advies goed en serieus oppakken, maar ook zoekende zijn naar de juiste vorm. Met Beleid In Beeld helpen wij gemeenten om aan die verantwoordingsplicht te voldoen.”
woningbezit en het onderhoud in te zetten. Via de kaart van ons werkgebied kunnen onze huurders precies zien wanneer hun woning aan de beurt is voor groot onderhoud. Het mooie aan dit product is dat het niet ingestoken wordt vanuit de techniek, maar vanuit de communicatiediscipline. En dat is de juiste insteek voor het contact met je huurder. Ik vind het erg belangrijk dat wij ons verantwoorden aan de huurders, dat wij zichtbaar zijn. We hebben met andere corporaties en de gemeente prestatieafspraken gemaakt. Beleid In Beeld helpt ons uitstekend bij de visuele verantwoording van die afspraken.”
Verantwoorden aan huurders Toen we het product ontwikkelden, wisten we niet dat het zo multifunctioneel kon worden. Maar inmiddels wordt de eerste Beleid In Beeld site gemaakt voor een woningbouwcorpo ratie. Algemene Woningbouw Vereniging Eigen Haard uit IJmuiden/ Velzen. “Wij zijn een moderne corporatie die het erg belangrijk vindt om informatie voor haar bestaande en potentiële klanten op een overzichtelijke en transparante manier in beeld te brengen”, zegt Jan Hoff, manager van Algemene Woningbouw Vereniging Eigen Haard. “Daarom hebben wij ervoor gekozen om het product Beleid In Beeld, niet alleen voor het beleid, maar ook voor ons
Fabels en feiten Bestuurders zijn veelal enthousiast, zoals bleek tijdens het VNG Congres, maar hoe zit het met hun communicatie adviseurs? Zij moeten er straks mee gaan werken en zien wellicht al een hoop werk op zich afkomen. “De afgelopen maanden heb ik een aantal collega adviseurs bij overheden gesproken. Daar heb ik veel van geleerd”, zegt Schothuis. “Ik heb al hun vragen verzameld en deze gebundeld en beantwoord. Daar is een rijtje fabels en feiten uitgekomen. Zo is het bijvoorbeeld een fabel dat het veel tijd kost. Maar het is wel een feit dat ook andere webprogramma’s een soortgelijke mogelijkheid kennen.”
een nieuw pand een nieuwe huisstijl
Actorion Communicatie wenst u een prettige jaarwisseling en een goed 2009! www.actorion.nl
Overheidsvertalingen
Rijksoverheid
Provinciale overheid
Gemeentelijke overheid
Overheidsvertalingen Het belang van onderscheid Het vaste team van Wilkens c.s. heeft de beschikking over een netwerk van gespecialiseerde vertalers met bewezen kwaliteiten op het gebied van teksten voor de overheid. Zij zijn bekend met internationaal vastgestelde terminologie en de Nederlandse beleidsstructuren. Of het nu een brochure of een beleidsnotitie betreft, Wilkens c.s. zorgt ervoor dat de vertaling nooit ten koste van uw tekst gaat.
BETROU WBAAR & des k undig
w w w. o v e r h e i d s v e r t a l i n g e n . n l T +31 (0)71 - 581 12 11 F +31 (0)71 - 589 11 49 E
[email protected]
VESTEDA18067_Den Haag.indd 1
28-08-2008 10:16:02
Den Haag Stad van vrede en recht Stad met zee, strand en duinen Internationale stad om goed te wonen, werken en uit te gaan