Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Voorwoord Hierbij biedt het college van burgemeester en wethouders de begroting 2016, inclusief meerjarenbegroting 2017-2019, aan de gemeenteraad aan. Op hoofdlijnen zijn de cijfers ten opzichte van de kadernota 2016 niet drastisch gewijzigd. Wel zijn er nog enkele stevige mee- en tegenvallers. De meevallers zitten vooral in de dividenden (totaal € 155.000 extra van De Meerlanden en Eneco), de tegenvaller bij werk en inkomen (totaal min € 255.000 op bijstandsverlening en bijzondere bijstand). Voor 2016 is het resultaat positief, de meerjarenbegroting sluit met een kleine plus. Belangrijk is dat Heemstede zijn financiële zaken op orde heeft, waardoor er geen extra bezuinigingen nodig zijn. Dat geeft rust voor bijvoorbeeld de maatschappelijke voorzieningen. Ook wordt het goede nieuws van de kadernota in deze begroting bevestigd: voor de eigenaren van een huis met een gemiddelde woningwaarde zullen de lasten in 2016 niet stijgen, maar in euro’s gelijk blijven. Voor huurders zullen de lasten met 4,5% dalen. Gezien de stand van de meerjarenbegroting is er geen ruimte voor structureel nieuw beleid, anders dan door oud beleid te schrappen. De begroting 2016 laat wel ruimte zien. Het college stelt u voor die ruimte vooralsnog te reserveren voor ontwikkelingen die zich de komende tijd voordoen. Een van die ontwikkelingen zijn de kosten die voortvloeien uit de taakstelling voor statushouders. De verhoging van het budget bijzondere bijstand is hier een onderdeel van, maar het zoeken en vinden van oplossingen voor de huisvesting van statushouders brengt waarschijnlijk extra kosten met zich mee. Ook de schade van de zomerstorm aan het bomenbestand in Heemstede en met name de Vrijheidsdreef kan nog stevige extra lasten opleveren. Voorstellen hiervoor worden nog in het najaar 2015 met de raad(scommissies) besproken. Het effect van de septembercirculaire 2015 is nog niet opgenomen.
Onderste rij van links naar rechts: Heleen Hooij, Marianne Heeremans, Christa Kuiper Bovenste rij van links naar rechts: WIllem van den Berg, Remco Ates
Programmabegroting 2016
3
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Inhoudsopgave Programmabegroting 2016
Voorwoord
3
Inleiding
6
Programma’s
16
Opbouw programma’s Programma 1 : Bestuur en dienstverlening Programma 2 : Veiligheid Programma 3 : Verkeer, vervoer en waterstaat (infrastructuur) Programma 4 : Algemene voorzieningen (welzijn, sport en cultuur, gezondheid en onderwijs) Programma 5 : Werk en inkomen (inclusief economische zaken) Programma 6 : Wet maatschappelijke ondersteuning Programma 7 : Jeugdwet Programma 8 : Groen en openbare ruimte Programma 9 : Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Programma 10 : Duurzaamheid en reiniging Programma 11 : Financiën en dekkingsmiddelen Recapitulatie programma’s
17 19 26 34 45 57 68 77 83 89 95 102 109
Paragrafen
Paragraaf Paragraaf Paragraaf Paragraaf Paragraaf Paragraaf Paragraaf
1 2 3 4 5 6 7
: Paragraaf lokale heffingen : Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing : Paragraaf onderhoud kapitaalgoederen : Financieringsparagraaf : Paragraaf bedrijfsvoering : Paragraaf verbonden partijen : Paragraaf grondbeleid
Kerngegevens
4
110 111 118 131 134 137 141 152
155
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Inhoudsopgave Inleiding begroting 2016 Een sluitende meerjarenbegroting 2016-2019
3
De belangrijkste (financiële) ontwikkelingen
3
Bezuinigingen opgenomen in de meerjarenbegroting 2016-2019
3
Nieuwe beleidsvoornemens
3
Begrotingsbeeld 2016
3
Lokale lastenontwikeling: geen stijging van de woonlasten
3
Weerstandsvermogen
3
Evaluatie van de begroting
3
De uitkomsten van de meerjarenbegroting 2017-2019
3
Uitgangspunten begroting
3
Besluitvorming
3
Programmabegroting 2016
5
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Inleiding begroting 2016 Deze Programmabegroting 2016 is zowel schriftelijk als digitaal beschikbaar. Bovendien is de programma-indeling -conform de adviezen van de raadswerkgroep evaluatie begroting- aangepast aan de nieuwe taken in het sociaal domein. Financiële afwijkingen groter of gelijk aan € 10.000 in de meerjarenbegroting worden toegelicht. De doelstelling is de inzichtelijkheid van de begroting hiermee te verbeteren. In deze inleiding wordt op hoofdlijnen inzicht geboden in de begroting voor het komende jaar (2016) en de drie daarop volgende jaren (2017-2019). Dit boekwerk omvat geen 10 maar 11 programma’s, waar de beleidsvoornemens voor 2016 worden toegelicht, en 7 wettelijk verplichte paragrafen. Daarnaast is een Bijlagenboek bijgevoegd.
Een sluitende meerjarenbegroting 2016-2019 De voorliggende begroting 2016 en de meerjarenbegroting 2017 - 2019 laten het volgende beeld zien:
2016
2017
2018
2019
659.700
49.700
97.700
242.700
-100.000 -80.700
-100.000 -80.700
-100.000 -80.700
-100.000 -80.700
Uitkomst meerjarenbegroting 2016-2019 (inclusief nieuw beleid) 479.000
-131.000
-83.000
62.000
Uitkomst meerjarenbegroting 2016-2019 (exclusief nieuw beleid) Nieuwe beleidsvoornemens 1. verhogen kwaliteitsniveau onderhoud openbare ruimte 2. milieuvriendelijke onkruidbestrijding
De meerjarenbegroting 2016-2019 laat een structureel sluitend beeld zien. De uitkomst is in 2016 iets positiever dan in de kadernota 2016-2019 (incl. addendum meicirculaire 2015). De jaarschijf 2016 wordt ter vaststelling voorgelegd in de begrotingsraad van november 2015. De jaarschijven 2017-2019 worden ter kennisname aan de raad voorgelegd. Ten opzichte van de kadernota 2016-2019 hebben een aantal bijstellingen van de budgetten plaatsgevonden. Op basis van actuele informatie is het dividend van Meerlanden en Eneco structureel met respectievelijk € 100.000 en € 55.000 positief bijgesteld. Een aanbesteding van het leerlingenvervoer was mede aanleiding om het budget voor leerlingenvervoer met € 40.000 te verlagen. Daarnaast is in 2016 eenmalig een bedrag van € 157.000 opgenomen voor leges omgevingsvergunningen. De verwachting is dat in 2016 een aanvraag wordt gedaan voor een relatief groot project (Slottuinen). Tegenover deze voordelen staan ook een aantal nadelen. Er is een structureel nadeel opgenomen van € 135.000 voor bijstandsverlening. De lasten (aantallen bijstandscliënten) en baten (rijksvergoeding) zijn geactualiseerd. Conform de reservenota worden schommelingen in de lasten en baten voor bijstand verrekend met de reserve WWB. Door bijstelling van de budgetten wordt de komende jaren minder beroep gedaan op de reserve en blijft deze toereikend om de komende jaren fluctuaties in de bijstandsuitgaven op te kunnen vangen. Daarnaast is een nadeel van € 120.000 verwerkt voor bijzondere bijstand. Vanaf 2015 stijgt het aantal statushouders. Door het Rijk is aan de gemeente een taakstelling opgelegd voor huisvesting van statushouders. De meerkosten bedragen € 120.000 structureel. Op dit moment ontvangt de gemeente hiervoor geen vergoeding. Uit de meerjarencijfers blijkt een overschot voor 2016. Wij stellen voor deze gelden op dit moment niet in te zetten, maar deze incidentele gelden beschikbaar te houden voor initiatieven uit de samenleving en/of in te kunnen inspringen op kansen die zich voordoen (bv. cofinanciering) tussen nu en eind 2016. Het structurele voordeel in de meerjarenbegroting is beperkt.
De belangrijkste (financiële) ontwikkelingen De effecten uit de meicirculaire 2015 In deze programmabegroting zijn de effecten van de meicirculaire 2015 verwerkt. De ontwikkeling van de algemene uitkering wordt voor een belangrijk deel bepaald door de ontwikkeling van de rijksuitgaven. Volgens de normeringssystematiek ‘samen de trap op en samen de trap af’, hebben wijzigingen in de rijksuitgaven direct invloed op de alge-
6
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
mene uitkering. Deze zogenoemde accressen hebben vanaf 2017 geleid tot negatieve bijstellingen. De afgelopen jaren is het groot onderhoud van het gemeentefonds uitgevoerd. In de meicirculaire 2015 zijn vanaf 2016 de uitkomsten van de tweede fase van het groot onderhoud verwerkt. Dit heeft geleid tot een positieve bijstelling van ca. € 100.000. Op advies van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en de Raad financiële verhoudingen (Rfv) vindt nog een nader onderzoek plaats naar het cluster Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Stedelijke Vernieuwing binnen het gemeentefonds. De verwerking van het aanvullend onderzoek wordt meegenomen in de meicirculaire 2016. Integratie-uitkeringen sociaal domein Met ingang van 2015 zijn 3 grote taken en bevoegdheden in het sociaal domein naar gemeenten gedecentraliseerd: de Wmo, de jeugdwet en de Participatiewet. Deze decentralisaties gaan gepaard met bezuinigingen. De gelden die gemeenten van het Rijk ontvangen worden uitgekeerd in de vorm van integratie-uitkeringen. Dit betekent dat zij onderdeel uitmaken van het gemeentefonds. Deze integratie-uitkeringen kunnen door gemeenten naar eigen inzicht worden ingezet (dus ook buiten het sociaal domein). Conform het collegeakkoord 2014-2018 worden deze budgetten binnen Heemstede wel volledig ingezet voor het sociaal domein. Het uitgangspunt is dat de budgetten taakstellend zijn. De ontvangen budgetten 2015 van het Rijk voor Wmo en Jeugd zijn gebaseerd op een historische verdeling (c.q. zorggebruik). Met ingang van 2016 worden de financiële middelen verdeeld volgens een objectief verdeelmodel (dus op basis van structuurkenmerken). Naar aanleiding van de meicirculaire 2015 bedragen de bijgestelde bedragen:
Integratie-uitkering Wmo 2015 Integratie-uitkering Jeugdwet Integratie-uitkering Participatiewet
2015
2016
2017
2018
2019
3.051.000 3.066.000 2.061.000
3.245.000 2.895.000 1.884.000
3.195.000 2.852.000 1.708.000
3.075.000 2.875.000 1.550.000
3.040.000 2.882.000 1.477.000
8.178.000
8.024.000
7.755.000
7.500.000
7.399.000
Gezien het taakstellend karakter van de integratie-uitkeringen heeft de (per saldo) daling van de integratie-uitkeringen van € 8,0 miljoen in 2016 naar € 7,4 miljoen in 2019 geen invloed op de meerjarenbegroting 2016-2019. Per saldo zijn de uitgaven (in de vorm van taakstellingen) in de meerjarenbegroting ook neerwaarts bijgesteld. Een concrete invulling van de taakstellingen (d.w.z. op welke wijze de budgetten daadwerkelijk neerwaarts zullen worden bijgesteld) zal in 2016 -nadat de ervaringsgegevens over geheel 2015 bekend zijn- worden voorgelegd aan de raad via de periodieke rapportages sociaal domein. Hierbij geldt als uitgangspunt dat in principe eerst wordt gekeken of de taakstelling gerealiseerd kan worden binnen het specifieke beleidsdoel (Wmo, Jeugd of Participatiewet). Is dit niet mogelijk dan wordt gekeken of binnen het totaal van deze budgetten sociaal domein de taakstelling kan worden gerealiseerd. Op basis van de huidige informatie wordt ervan uitgegaan dat de uitgaven (meerjarig) in overeenstemming kunnen worden gebracht met de hoogte van de (meerjarige) integratie-uitkeringen. Gezien de aard van de integratie-uitkeringen (onderdeel gemeentefonds) staan deze verantwoord op programma 11. Het beleid (en de budgetten) met betrekking tot de Participatiewet is verwerkt bij programma 5. Het beleid (en de budgetten) ten aanzien van de Wmo en Jeugdwet is verwoord bij de nieuwe programma’s 6 en 7. In de financiële toelichting bij de programma’s 5, 6 en 7 is een tabel opgenomen waar de relatie wordt gelegd tussen de lasten en baten (d.w.z. hoogte integratie-uitkeringen) van elk van de drie decentralisaties. Dividend Eneco In het “ontwerp methodebesluit ACM (Autoriteit Consument en Markt)” worden de maximaal toegestane inkomsten en tarieven vastgelegd voor de netwerkbeheerders van gas- en elektriciteitsnetwerk. De nieuwe wetgeving leidt ertoe dat Eneco de netbeheerkosten, welke zij doorberekent aan de burger, moet verlagen. Dit leidt tot daling van de winst van Eneco en daarmee tot een lagere dividenduitkering aan de aandeelhouders, waaronder de gemeente Heemstede. De verwachting is dat dit nadeel zich fasegewijs in 3 jaar (periode 2015-2017) zal manifesteren. Verwezen wordt in dit kader ook naar de toelichting bij de volgende paragraaf bij het onderdeel ‘Dividend Eneco: taakstelling Stedin/Eneco’.
Programmabegroting 2016
7
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Realisatie (bestaande) taakstelling bedrijfsvoering Het tekort in de meerjarenbegroting 2015-2018 is sluitend gemaakt door o.a. een besparing door te voeren op de bedrijfsvoering van € 325.000 in 2015 oplopend naar € 770.000 vanaf 2017. Conform het dekkingsplan opgenomen in de kadernota 2016-2019 blz 18 en 19 is deze taakstelling inmiddels geheel gerealiseerd en als zodanig verwerkt in deze programmabegroting 2016-2019. Ook de overige bezuinigingsvoorstellen waarover bij de programmabegroting 2015 (zie blz 6 programmabegroting 2015) is besloten (korting onderwijshuisvesting, kostendekkenheid riool- en afvalstoffenheffing en inzet surplus algemene reserve tbv extra afschrijven) zijn inmiddels volledig gerealiseerd.
Bezuinigingen opgenomen in de meerjarenbegroting 2016-2019 Bezuinigingsmaatregelen vanaf 2016 (ter besluitvorming): Verkoop gemeentelijke eigendommen Vanaf 2016 is een bezuiniging opgenomen van € 75.500. Zoals ook gerapporteerd in hoofdstuk 3 van de voorjaarsnota 2015 en conform de notitie ‘Stand van zaken optimalisatie onroerende zaken’ van maart 2015 (C-stuk) wordt deze taakstelling ingevuld door verkoop van de peuterspeelzaal Reggelaan 14 (B-stuk) incl. verkoop van de grond bij het perceel als bouwkavel (opbrengst € 23.000) en de geplande herontwikkeling van het gebied Havendreef. De verkoop van de grond levert jaarlijks een rentevoordeel op van ca. € 37.000. Voor de realisatie van het overig deel van de taakstelling worden nog aanvullende maatregelen ontwikkeld. Herijking subsidiebeleid/huisvesting bibliotheek Conform het collegeakkoord 2014-2018 wordt het subsidiebeleid herijkt. Een grove inschatting is dat dit in 2016 ca. € 50.000 zal opleveren, oplopend naar € 150.000 in 2018. De inhoud staat hierbij centraal d.w.z. het primaire doel is dat inhoudelijke uitgangspunten voor het toekomstig subsidiebeleid worden geformuleerd. Afhankelijk van de geformuleerde uitgangspunten zal bepaald worden welk financieel voordeel hier uit voortvloeit. Derhalve hebben wij ervoor gekozen om in de meerjarenbegroting financiële ruimte beschikbaar te houden voor het geval de financiële taakstelling niet (geheel) wordt gerealiseerd. Dividend Eneco: taakstelling Stedin/Eneco Het dividend van Eneco laat een daling zien als gevolg van het methodebesluit. Wij zullen ons als aandeelhouder inzetten om Stedin/Eneco ertoe te bewegen ook kritisch te kijken naar de uitgaven die Eneco maakt om daarmee de daling van de winst van het bedrijf en daarmee de daling van de dividenduitkering te beperken. Als taakstelling is hiervoor een bedrag van € 50.000 in 2016 oplopend naar € 150.000 in 2018 opgenomen. Stedin/Eneco is gestart met een reorganisatie met o.a. als doel de bedrijfskosten terug te dringen. Deze taakstelling moet wel in relatie worden gezien met de daling van de dividenduitkering welke in de meerjarenbegroting is verwerkt. Gelet op deze taakstelling is in de meerjarenbegroting 2016-2019 rekening gehouden met de volgende dividenduitkeringen van Eneco: 2016: € 875.000; 2017: € 740.000; 2018: € 790.000 en 2019: € 790.000. Het werkelijk dividend 2014 (te verantwoorden in 2015) bedraagt € 924.000.
Bezuinigingsmaatregelen vanaf 2017 (ter kennisname): Inzet onderwijsreserves/overdracht buitenonderhoud In de meerjarenbegroting (zie blz 6 Programmabegroting 2015) was oorspronkelijk een taakstelling opgenomen van € 50.000 in 2017 oplopend naar € 100.000 vanaf 2018. Bij de vaststelling van de begroting 2015 is besloten de algemene reserve in te zetten voor het extra afschrijven van onderwijsinvesteringen. Dit vindt plaats in 2014 en 2015. Hiervoor was een voordeel geraamd van € 160.000. Het werkelijk voordeel bedraagt € 190.000. Het extra voordeel van € 30.000 is ingezet ter dekking van een deel van deze taakstelling. Dit leidt er toe dat thans nog een taakstelling resteert van € 20.000 in 2017 oplopend naar € 70.000 vanaf 2018. De intentie is dat het overige deel van de bezuiniging wordt gerealiseerd door inzet van de onderwijsreserves. De reserve huisvesting onderwijs heeft per 1-1-2015 een omvang van ruim € 2,2 miljoen. De reserve is gevormd uit eigen gemeentelijke gelden. Door de gemeenteraad is in het verleden besloten gelden binnen de gemeentebegroting te oormerken om hiermee te waarborgen dat er altijd voldoende geld beschikbaar was voor het buitenonderhoud van schoolgebouwen. De gemeente blijft ook na 1 januari 2015 verantwoordelijk voor nieuwbouw en renovatie van schoolgebouwen. De verantwoordelijkheid voor het (overige) buitenonderhoud van schoolgebouwen is met ingang van 2015 8
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
overgegaan van gemeenten naar schoolbesturen. Zij ontvangen hiervoor direct van het Rijk een vergoeding. Een mogelijkheid bestaat de reserve van € 2,2 miljoen in te zetten voor het afboeken van materiële vaste activa. Structureel levert dit ca. € 100.000 voordeel op. In de begroting 2015 is aangegeven dat definitieve besluitvorming hieromtrent pas zal plaatsvinden als de gevolgen van deze wetswijziging inzichtelijk zijn. De wetswijziging heeft geleid tot het opstellen van een nieuwe verordening voorzieningen huisvesting onderwijs 2015. Deze verordening is 23 april 2015 vastgesteld door de raad. Op verzoek van de commissie Samenleving heeft overleg plaatsgevonden met de schoolbesturen en zijn zij geïnformeerd over de voorgenomen wijziging van de verordening. Door de schoolbesturen is aangegeven dat verdere afspraken over renovatie, nieuwbouw, uitbreiding en overdracht van gebouwen, mochten deze situaties in de toekomst aan de orde zijn, wenselijk zijn. De uitkomst van deze nadere afspraken zullen voor december 2015 met de commissie Samenleving worden gedeeld. In afwachting hiervan blijft de bezuinigingstaakstelling, alsmede de reserve, gehandhaafd.
Nieuwe beleidsvoornemens In het collegeakkoord 2014-2018 staan de ambities voor de komende 4 jaar verwoord. Aan een deel van deze ambities zijn ook financiële consequenties verbonden. Aangegeven is dat, wanneer de financiële ruimte het toe laat, eerst geïnvesteerd zal worden in infrastructuur en groenonderhoud. Daarna vindt een heroverweging plaats van eerdere doorgevoerde bezuinigingen. In deze begroting is het volgende opgenomen: • Verhogen onderhoudsniveau aan wegen Het college is van mening dat de doorgevoerde bezuiniging op het onderhoudsniveau wegen uit 2013 moet worden teruggedraaid nu de financiële positie dit toelaat. Hiermee wordt voorkomen dat de algemene toestand van de wegen achteruit gaat. De extra kosten bedragen € 100.000 structureel. • Milieuvriendelijke onkruidbestrijding In navolging van het amendement “1 jaar eerder inzetten op milieuvriendelijke onkruidbestrijding” aangenomen in de raad van november 2014 is het voorstel om structureel over te stappen op een milieuvriendelijke onkruidbestrijding. De structurele extra lasten voor de gemeente bedragen ruim € 80.000. • Geen stijging van de woonlasten Het totaal van de woonlasten (OZB, afvalstoffenheffing en rioolrecht) voor een huiseigenaar met een woning met een gemiddelde WOZ-waarde stijgt niet ten opzichte van 2015. Ondanks dat een inflatiecorrectie wordt toegepast gaat deze huiseigenaar niet meer aan woonlasten betalen. Dit komt o.a. doordat uit recente informatie blijkt dat de verwachte OZB-opbrengst 2015 hoger uitvalt dan geraamd. Dit wordt met name veroorzaakt doordat de waardedaling van woningen minder hoog uitvalt dan geprognosticeerd. Dit wordt in 2016 weer gecompenseerd in de tarieven. Daarnaast blijkt uit de laatste jaarrekening(en) van de gemeente dat de afval- en rioolexploitatie positiever uitvallen dan geraamd. Met ingang van 2016 wordt vooraf rekening gehouden met deze efficiencyvoordelen. Hierdoor wordt de tariefstijging, welke jaarlijks plaatsvindt als gevolg van o.a. de inflatiecorrectie, genivelleerd. Huishoudens met een huurwoning betalen alleen afvalstoffenheffing. Deze daalt in 2016.
Programmabegroting 2016
9
28%
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens 3% 2%
Begrotingsbeeld 2016
56%
De begroting 2016 van de gemeente Heemstede heeft een omzet (lasten en baten) van € 48.820.035. In de volgende Lokale heffingen Algemene uitkering grafieken wordt zichtbaar waaraan we deze gelden uitgeven (lasten 2016 per programma) binnen komt Huren en pachten en wat er Rijksvergoedingen Dividenden Overige (baten 2016 per soort). 5% 2%
Lasten 2016 per programma Bestuur en dienstverlening Veiligheid Verkeer, vervoer en waterstaat Algemene voorzieningen Werk en inkomen Wmo Jeugdwet Groen en openbare ruimte Ruimtelijk ordening Duurzaamheid en reiniging Financiën (incl begrotingsresultaat)
€ € € € € € € € € € €
5.060.910 1.865.850 7.437.099 7.722.981 7.207.028 8.071.652 3.272.530 2.879.202 1.845.167 2.351.208 1.106.408
10% 4% 15% 16% 15% 16% 7% 6% 4% 5% 2%
€ 48.820.035 100%
4%
6% 7%
15%
16% 16% 15% Bestuur en dienstverlening Veiligheid Verkeer, vervoer en waterstaat Algemene voorzieningen Werk en inkomen WMO
Baten 2016 per soort Lokale heffingen Huren en pachten Dividenden Algemene uitkering Rijksvergoedingen Overige
10%
4%
Jeugdwet Groen en openbare ruimte Ruimtelijk ordening Duurzaamheid en reiniging Financiën (incl begrotingsresultaat)
5% 6%
€ 13.792.028 € 1.353.485 € 1.184.500 € 27.267.000 € 2.995.000 € 2.228.022
28% 3% 2% 56% 6% 5%
28%
3% 2%
56%
€ 48.820.035 100%
Lokale heffingen Huren en pachten Dividenden
5% Lokale lastenontwikkeling: geen stijging van de woonlasten 4%
Algemene uitkering Rijksvergoedingen Overige
2%
6%
10% 4%
Onroerende zaakbelasting Voor 2016 wordt de OZB-opbrengst verhoogd met 1,75% ter compensatie van 7% de inflatie. Echter uit een prognose van 15% GBKZ met betrekking tot de verwachte opbrengsten 2015 blijkt dat voor woningen € 72.000 meer aan inkomsten wordt gerealiseerd dan opgenomen in de begroting. Dit komt overeen met 1,6%. Dit wordt veroorzaakt doordat de belastingcapaciteit per 1-1-2014 (basis voor OZB-opbrengst 2015) hoger uitvalt dan geprognosticeerd. Dit wordt in 2016 weer 16% gecompenseerd. Dit betekent dat ondanks dat de OZB-opbrengsten worden geïndexeerd voor inflatiecorrectie, een huiseigenaar met een woning met een gemiddelde WOZ-waarde (nagenoeg) niet meer aan OZB gaat betalen dan in 2015. 16% Toegevoegd wordt dat voor niet-woningen de verwachte opbrengst 2015 een nadeel laat15% zien van € 47.000. Dit komt overeen met 3,7%. Conform de gehanteerde systematiek zal dit in 2016 eveneens worden gecompenseerd, maar dan Bestuur en dienstverlening Jeugdwet Veiligheid met een stijging van het tarief. Groen en openbare ruimte Verkeer, vervoer en waterstaat Algemene voorzieningen Werk en inkomen WMO
Ruimtelijk ordening Duurzaamheid en reiniging Financiën (incl begrotingsresultaat)
De definitieve OZB-tarieven 2016 worden, conform het vastgestelde gemeentelijke beleid, bepaald door de inflatiecorrectie alsmede de ontwikkeling van de belastingcapaciteit (met name waardeontwikkeling woningen). De gegevens 10
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
over de waardeontwikkeling van het onroerend goed in Heemstede zijn ten tijde van het schrijven van deze begroting nog niet beschikbaar. Dit betekent dat in dit boekwerk wel de begrote OZB-opbrengst voor 2016 is opgenomen (incl. de 1,75% verhoging a.g.v. inflatiecorrectie), maar nog niet de OZB-tarieven 2016. De definitieve vaststelling van de tarieven voor 2016 vindt immers niet in de begrotingsraad plaats maar in de raadsvergadering van december 2015 door vaststelling van de belastingverordening 2016. Rioolheffing Het tarief voor 2016 is bepaald op € 202,62 (in 2015: € 195,83). De toename wordt o.a. veroorzaakt door de gewijzigde financieringsmethodiek bij rioolinvesteringen zoals besloten in de raad van 27 juni 2013. Vanaf 2015 worden meer bestaande kosten toegerekend aan de rioolexploitatie. De stijging van het tarief wordt gefaseerd opgevangen door de inzet van de egalisatiereserve riolering van € 66.000 in 2015 en € 34.000 in 2016. Daarnaast is -conform de kadernota 2016 (blz 12)- een efficiencyvoordeel geraamd van € 90.000 (gebaseerd op de resultaten van de laatste 3 jaren). Het blijkt dat de uitgaven voor rioleringen lager uitvallen dan geraamd. Door het vooraf ramen van dit voordeel in de begroting kan de verhoging van de rioolheffing worden beperkt. Afvalstoffenheffing De hoogte van het tarief 2016 (240 liter rolemmer) bedraagt € 241,44 (in 2015: € 252,72). Jaarlijks blijkt dat de uitgaven voor afvalstoffenheffing lager uitvallen dan geraamd. Vanaf 2016 is vooraf in de begroting rekening gehouden met een voordeel van € 80.000, gebaseerd op de resultaten van de laatste drie jaren. Daarnaast is besloten (21 april 2015, B-stuk) de textielinzameling toe te voegen aan de dienstverlening van Meerlanden en de opbrengst van € 20.000 ten goede te laten komen aan de afvalstoffenheffing. In totaliteit leidt dit tot een verlaging van de afvalstoffenheffing.
Recapitulatie woonlasten voor burgers Heemstede in 2015 en 2016 In de hierna gepresenteerde tabel zijn de woonlasten voor 2015 en 2016 weergegeven waarbij als uitgangspunt een meerpersoonshuishouden is gehanteerd met een eigen woning en een gemiddelde WOZ-waarde van € 360.000.
Belastingsoort
2015
mutatie 2016 t.o.v. 2015
OZB (o.b.v. gemiddelde WOZ waarde woning 2014: € 360.000; bron: GBKZ) Rioolheffing (incl. gewijzigde financieringssystematiek rioolinvesteringen) Afvalstoffenheffing (o.b.v. 240 liter rolemmer)
392
397
1,2%
196
203
3,5%
253
241
-4,5%
Totaal
841
841
0,0%
Het uitgangspunt is dat de totale woonlasten (OZB, afvalstoffenheffing en rioolrecht) voor een huiseigenaar met een woning met een gemiddelde WOZ-waarde in 2016 niet stijgen ten opzichte van 2015. Uit de tabel blijkt dat dit ook kan worden gerealiseerd. De definitieve tarieven worden in de belastingverordeningen 2016 in december 2015 vastgesteld door de raad. Toegevoegd wordt dat de definitieve berekening van de OZB-tarieven plaatsvindt op basis van de belastingcapaciteit. Hierbij ontstaan altijd afwijkingen als gevolg van afrondingen ed. In bovenstaande tabel is het voorlopige OZB-tarief 2016 zodanig rekenkundig bepaald (mutatie 1,2%) dat de stijging van de totale woonlasten op nul uitkomt. In feite wordt hiermee een veiligheidsmarge ingecalculeerd voor afrondingsverschillen. Het kan zijn dat bij de definitieve berekening van de tarieven dit percentage lager blijkt uit te vallen. Het uitgangspunt blijft: geen stijging van de totale woonlasten. De woonlasten voor huishoudens met een huurwoning blijven beperkt tot de afvalstoffenheffing, die met 4,5% daalt.
Programmabegroting 2016
11
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Weerstandsvermogen In de notitie reserves en voorzieningen –weerstandsvermogen 2014 is bepaald bij de beoordeling van het weerstandsvermogen de norm van 2,0 van het benodigde weerstandsvermogen te hanteren. Gekozen is voor een bandbreedte van 1,8 – 2,2. De algemene reserve heeft per 1-1-2016 een stand van ruim € 4,8 miljoen. De risico-omvang bedraagt € 2,1 miljoen. Voor een specificatie van de risico’s wordt verwezen naar de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. De ratio (risico’s/beschikbare weerstandscapaciteit) bedraagt per 1 januari 2016 2,3. Voor de beoordeling van de benodigde weerstandscapaciteit worden de volgende uitgangspunten gehanteerd:
Ratio
Beoordeling
> 2,0 1,4 – 2,0 1,0 – 1,4 < 1,0
Uitstekende weerstandscapaciteit Ruim voldoende weerstandscapaciteit Voldoende weerstandscapaciteit Onvoldoende weerstandscapaciteit
In de voorjaarsnota 2015 (blz 13) is aangegeven dat de voorziening pensioenen en wachtgelden bij de najaarsnota 2015 wordt geactualiseerd. Dit naar aanleiding van de opmerkingen van de accountant bij de jaarrekening 2014. De systematiek voor het bepalen van de hoogte van de voorziening moet worden aangepast. Dit zou kunnen betekenen dat eenmalig een substantieel bedrag uit de algemene reserve moet worden overgeheveld naar de voorziening pensioenen en wachtgelden. Hier tegenover staat dat de jaarlijkse storting in de voorziening kan worden verlaagd dan wel vervalt. Dit alles heeft uiteraard consequenties voor het weerstandsvermogen. In de najaarsnota 2015 en het raadsvoorstel over de septembercirculaire 2015 (1e begrotingswijziging 2016) wordt de raad hierover nader geïnformeerd.
Evaluatie van de begroting Met ingang van 2015 is de programmabegroting op een nieuwe en digitale wijze vormgegeven. Naar aanleiding van de behandeling van de Programmabegroting 2015 in de raad van 7 november 2014 zijn er twee moties aangenomen: 1. Motie over de structuur van de begroting en 2. Motie grip op decentralisaties, met het verzoek aan de auditcommissie om met voorstellen te komen. Door de auditcommissie is een (raads)werkgroep evaluatie begroting ingesteld. Op advies van deze werkgroep is o.a. de programma-indeling als gevolg van de decentralisaties vanaf 2016 gewijzigd. Er is gekozen voor een apart programma voor elk van de decentralisaties. De Participatiewet is ondergebracht bij het bestaande programma 5 Werk en inkomen. Vervolgens zijn 2 nieuwe programma’s toegevoegd, namelijk Wmo en Jeugdwet. Daarnaast is aanvullend in een memo aan de raad door de wethouder sociaal domein via een vrijdagbericht van 17 juli 2015 voorgesteld het voormalige programma 6 Maatschappelijke zorg te laten vervallen. De resterende budgetten van dit programma zijn verschoven naar het nieuwe programma 4 Algemene voorzieningen. De programma-indeling ziet er vanaf 2016 als volgt uit:
Begroting 2016 Programma 1 Bestuur en dienstverlening Programma 2 Veiligheid Programma 3 Verkeer, vervoer en waterstaat Programma 4 Algemene voorzieningen Programma 5 Werk en inkomen Programma 6 Wet maatschappelijke ondersteuning Programma 7 Jeugdwet Programma 8 Groen en openbare ruimte Programma 9 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Programma 10 Duurzaamheid en reiniging Programma 11 Financiën en dekkingsmiddelen
12
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
De voormalige programma’s 7 t/m 10 zijn 1 nummer doorgeschoven, dus zijn nu programma’s 8 t/m 11. Bij het onderdeel “Opbouw programma’s” is een wijzigingstabel als gevolg van een nieuwe programma-indeling decentralisaties in detail bijgevoegd. Deze tabel gaat nader in op de samenstelling van de nieuwe programma’s 4 t/m 7. Deze tabel was ook gevoegd bij het vrijdagbericht aan de raad van 17 juli 2015. Daarnaast is naar aanleiding van de evaluatie van de begroting afgesproken dat alle financiële afwijkingen t.o.v. het voorgaande (begrotings)jaar of de volgende begrotingsjaren groter dan € 10.000 worden toegelicht, ongeacht te oorzaak. Dit advies is in deze programmabegroting 2016 eveneens uitgewerkt. Naar aanleiding van de behandeling van de Kadernota 2016-2019 in de commissie middelen van juni 2015 is aangegeven over welke onderwerpen de raad in de programma’s nader wenst te worden geïnformeerd. Ook deze opmerkingen zijn meegenomen bij het opstellen van deze programmabegroting. Conform de wens van de raad is een schriftelijke en digitale versie van de programmabegroting 2016-2019 beschikbaar. De formulering van de besluitvorming is eveneens aangepast. Tot slot wordt -op verzoek van de raad- de inhoud per programma kort toegelicht.
De uitkomsten van de meerjarenbegroting 2017-2019 Hierna treft u het meerjarenperspectief voor de periode 2017 tot en met 2019 aan.
2016
2017
2018
2019
479.000
479.000
479.000
479.000
1. Financiële mutaties: - algemene uitkering (meicirculaire 2015) - gratis bewaakte stalling station (tijdelijke proef ) - vrijval vacatureruimte (dekking bezuiniging bedrijfsvoering) - brandweerzorg (bijdrage aan VRK voor brandweerkazerne) - regionaal mobiliteitsfonds - verkiezingen - incidentele kosten gemeenteraadsverkiezingen - groeiplaatsverbetering Landzichtlaan - vervanging bomen Asterkade - vervanging laambomen Vaumontlaan oost-west - bijdrage Sportplaza - Firewall - Anti-virus - dividend Eneco (mogelijk effect ontwerp methodebesluit ACM) - leges omgevingsvergunningen - overige diverse kleine verschillen
-208.000 8.000 38.000 40.000 0 -40.000 0 -14.000 0 -35.000 -5.000 0 -20.000 -185.000 -157.000 8.000
-298.000 16.000 81.000 40.000 -25.000 -40.000 -20.000 0 -22.500 0 -10.000 -78.000 0 -185.000 -157.000 27.500
-144.000 16.000 81.000 45.000 -25.000 -108.000 0 0 0 0 -24.000 0 -20.000 -185.000 -157.000 24.000
2. gemeentelijke investeringen: - vrijval kapitaallasten - investeringsprogramma
140.000 -300.000
298.000 -459.000
483.000 -673.000
50.000 20.000 50.000
100.000 70.000 100.000
100.000 70.000 100.000
-131.000
-83.000
62.000
Saldo begroting 2016
3. bestaande heroverwegingen: - herijking subsidiebeleid/huisvesting bibliotheek - inzet onderwijsreserveringen/ overdracht buitenonderhoud - dividend Eneco: taakstelling Stedin/Eneco Saldo begroting 2016 en meerjarenbegroting 2017-2019
Programmabegroting 2016
479.000
13
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Uitgangspunten begroting Een overzicht van de uitgangspunten aan de hand waarvan de begroting 2016 en de meerjarenbegroting 2017 - 2019 zijn opgesteld. In het kort noemen wij de belangrijkste:
Loonkostenstijging (t.o.v. vorig jaar) Op basis van de opgestelde prognose van het Centraal Planbureau (CPB) is voor 2016 rekening gehouden met 2,0% stijging sociale lasten/generieke loonstijging. Daarnaast leiden de periodieke verhogingen tot een verhoging van ongeveer 0,3%).
2,3%
Prijsstijging (t.o.v. vorig jaar) (De prijsstijging voor 2016 is -op basis van het CPB- ingeschat op 1,2%. Deze prijsstijging is verwerkt in de budgetten voor zover er sprake is van contractuele verplichtingen. (Het restant is ingezet ter dekking van de bezuiniging op de bedrijfsvoering).
1,2%
Stijging overige inkomsten en leges (t.o.v. vorig jaar) Betreft een gewogen gemiddelde van de loon- en prijsstijging)
1,75%
Index investeringskredieten/budgetten infrastructuur (o.b.v. CROW-normen) (De investeringskredieten worden niet geïndexeerd, de laatst bekende procentuele aanpassing bedraagt 0,1%)
0,0%
Index huren
0,8%
Meerjarenbegroting peil 1 januari 2016 Aantal productieve uren binnendienst buitendienst
1.350 1.480
Rente langlopende geldleningen vanaf 2016
2,0%
Besluitvorming Aan de raad wordt voorgesteld: • de (schriftelijke) programmabegroting 2016 vast te stellen; • de kredieten 2016 conform punt A en de voorbereidingskredieten 2016 conform punt B ‘overzicht kredieten 2016’ beschikbaar te stellen; (zie overzicht op volgende bladzijde) • kennis te nemen van de meerjarenbegroting 2017-2019. Toelichting 2e beslispunt: De investeringen voor 2016 worden geautoriseerd bij de vaststelling van de begroting. Afzonderlijke investeringskredieten autoriseren is daardoor niet meer nodig. Investeringen die lopende het jaar naar voren komen, dienen uiteraard lopende het jaar alsnog te worden geautoriseerd. Nadat de kredieten door de raad zijn geautoriseerd, worden deze vervolgens via een collegebesluit ter beschikking gesteld aan de ambtelijke organisatie. Tevens wordt op dat moment de vakcommissie over dit besluit geïnformeerd. Het spreekt voor zich dat bij grote investeringen en/of politiek belangrijke investeringen de raad nauw zal worden betrokken. De lijst met ter beschikking te stellen kredieten treft u aan in bijlage 3 in het Bijlagenboek.
Wettelijke termijnen indienen begroting Voorafgaand aan ieder begrotingsjaar moet de gemeenteraad een begroting vaststellen. Deze begroting 2016 moet voor 15 november 2015 aan de toezichthouder, in casu de provincie Noord Holland, worden aangeboden.
14
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Overzicht kredieten 2016 Project
voorberei- beschikbaar dingste stellen krediet reeds bruto krediet beschikbaar gesteld
reserves of voorzieningen
subsidies beschikbaar derden te stellen netto krediet
A. KREDIETEN die bij de begroting 2016 beschikbaar worden gesteld op basis van de lijst noodzakelijke investeringen 2016 Vervangen riolering Dr. Piersonstraat e.o.
€ 84.800
Vervangen riolering Burg. Van Lennepweg Herinrichting Wilhelminaplein
€ 1.634.200
€ 77.000
€ 1.557.200
€ 454.000 € 15.000
€ 425.000
€ 454.000 € 50.000
€ 375.000
Renovatie openbare verlichting2016
€ 183.300
€ 183.300
Vervanging verkeersregelinstallatie K4: H. Dreef/Lanckhorstlaan
€ 164.500
€ 164.500
Vervanging verkeersregelinstallatie K3: H.Dreef/Julianaplein
€ 122.200
€ 122.200
Vervangen parkeermeters station e.o. (fase 4) Vervangen deel beschoeiing Ringvaart
€ 50.000
€ 50.000
€ 1.400.000
€ 1.400.000
Aanpassing elektriciteitsvoorziening weekmarkt
€ 21.000
€ 21.000
Vervangen bomen W. Denijslaan
€ 58.280
€ 58.280
Vervangen 3 auto''s serviceteams
€ 105.000
Vervangen mobiele telefoontoestellen flexkantoor
€ 110.000
€ 110.000
Vervangen klantafhandelingssysteem
€ 72.000
€ 72.000
Vervangen PC's en laptops beheerders
€ 25.000
€ 25.000
Software assurance Microsoft licenties
€ 40.000
€ 40.000
Business Intelligence software + imple
€ 54.000
€ 54.000
Totaal beschikbaar gestelde kredieten bij begroting 2016
€ 99.800
€ 4.918.480
€ 10.000
€ 127.000
€ 10.000
€ 95.000
€ 4.781.480
B. VOORBEREIDINGSKREDIETEN die bij de begroting 2016 beschikbaar worden gesteld op basis van de lijst noodzakelijke investeringen Riolering Rivierenwijk noord
€ 108.500
Riolering Heemsteedse Dreef
€ 50.700
Riolering Javalaan
€ 21.700
Fietsstraat Cruquiusweg
€ 20.000
Vervangen voetgangersbrug Asterkade
€ 15.000
Vervangen parkeermeters station e.o. (fase 4)
€ 50.000
Totaal beschikbaar gestelde voorbereidingskredieten bij begroting 2016
Programmabegroting 2016
€ 215.900
15
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Inhoudsopgave Programma’s Opbouw programma’s
3
Programma 1
Bestuur en dienstverlening
3
Programma 2
Veiligheid
3
Programma 3
Verkeer, vervoer en waterstaat
3
Programma 4
Algemene voorzieningen
3
Programma 5
Werk en inkomen (inclusief economische zaken)
3
Programma 6
Wet maatschappelijke ondersteuning
3
Programma 7
Jeugdwet
3
Programma 8
Groen en openbare ruimte
3
Programma 9
Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting
3
Programma 10
Duurzaamheid en reiniging
3
Programma 11
Financiën en dekkingsmiddelen
3
16
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Opbouw programma’s Inleiding Op basis van het Besluit Begroting en Verantwoording gemeenten (BBV) dient een begroting opgesteld te worden die bestaat uit programma’s en paragrafen. Voorts dienen de ramingen voor het komende begrotingsjaar (2016) en drie daaropvolgende jaren (2017 -2019) in beeld gebracht te worden. Ook is het verplicht om de jaarrekeningcijfers van het voorgaande jaar (2014) en de begroting van het lopende jaar (2015) op te nemen. In de begroting 2016 van de gemeente Heemstede wordt gewerkt met 11 programma’s en 7 paragrafen. De programma’s zijn als volgt ingedeeld: Wat willen we bereiken? Hierin wordt aangegeven wat er in het collegeakkoord 2014 - 2018 wordt gesteld over het betreffende programma en welke ambities daaruit voortvloeien. Daarnaast wordt aangegeven welke beleidsnotities en verordeningen op de uitvoering van het programma van toepassing zijn. Wat gaan we ervoor doen? Per programma wordt het beleid voor 2016 vertaald in een aantal beleidsdoelstellingen, waaronder doelstellingen die specifiek voortvloeien uit het collegeprogramma. De doelstellingen zijn vervolgens vertaald in concrete activiteiten. Hoe gaan we dit meten? De doelstellingen worden zoveel mogelijk concreet geformuleerd en vervolgens voorzien van te leveren prestaties/ indicatoren. Wat mag het kosten? Bij dit onderdeel wordt aangegeven welke kosten en opbrengsten in 2016 zijn gemoeid met de uitvoering van het programma, voorzien van een financiële toelichting. Voorts is aangegeven wat de financiële verwachtingen zijn voor de jaren 2017 - 2019. De kosten zijn inclusief gemeentelijke overheadkosten. Overheadkosten betreffen de personele (loonkosten, opleidingskosten, etc.) en materiële kosten (automatiseringskosten, huisvestingskosten, kosten wagenpark, etc.) die verbonden zijn aan het functioneren van een organisatie, welke niet direct zijn toe te rekenen aan één gemeentelijk (eind)product. Tevens zijn de voorgenomen investeringen voor de jaren 2016 - 2019 bij dit onderdeel opgenomen. Daarnaast wordt in de paragrafen via dwarsdoorsneden ingegaan op belangrijke beheersmatige aspecten die niet onder één programma vallen. Opgenomen zijn de voorgeschreven paragrafen: lokale heffingen, weerstandsvermogen en risicobeheersing, onderhoud kapitaalgoederen, financiering, bedrijfsvoering, verbonden partijen en grondbeleid.
Wijzigingstabel 2016 als gevolg van nieuwe programma-indeling decentralisaties Zoals ook aangegeven in de inleiding is de programma-indeling als gevolg van de decentralisaties met ingang van 2016 gewijzigd. In het vrijdagbericht van 17 juli 2015 van de wethouder sociaal domein zijn deze wijzigingen beschreven. In de memo is aangegeven dat de wijzigingstabel integraal in deze programmabegroting wordt opgenomen.
Begroting 2015 Programma 4 Voorzieningen (onderwijs, sport en cultuur) Programma 5 Werk en inkomen (inclusief economische zaken) Programma 6 Maatschappelijke ondersteuning en zorg
Programmabegroting 2016
17
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Begroting 2016 Programma 4 Algemene voorzieningen Programma 5 Werk en inkomen (inclusief economische zaken) Programma 6 Wet maatschappelijke ondersteuning Programma 7 Jeugdwet
Programma Programma Productnr. 2015 2016
Productnaam
6 6 6 6 6 6 6 6 6 6
4 4 6 4 6 6 6 6 6 4 4 7
1640 1641 1643 1648 1649 1650 1651 1653 1655 1660 1661 1665
6 6 6 6 6 6
7 7 4 4 4 7
1666 1667 1680 1681 1700 1701
Maatschappelijke begeleiding Ouderenwerk Loket wonen, zorg en welzijn Activiteiten sociaal beleidsplan * Zorgondersteuning Wmo 2007 * Wmo leefvoorzieningen Wmo woonvoorzieningen Wmo huishoudelijke hulp Wmo 2015 Jeugd- en jongerenwerk Stichting Casca Jeugd- en opvoedhulp, jeugdzorg Plus, jeugdbescherming en -reclassering Begeleiding, behandeling, pers.verzorging en (kortdurend) verblijf Jeugd GGZ en dyslexiezorg Peuterspeelzalen Kinderdagverblijven en naschoolse opvang Gezondheidszorg Centrum voor jeugd en gezin
* nieuwe producten voortvloeiend uit de nieuwe programma’s Wmo (programma 6) en Jeugdwet (programma 7)
18
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Programmabegroting 2016
Programma 1 Bestuur en dienstverlening Portefeuillehouder: Marianne Heeremans
Wat willen we bereiken? Wat gaan we ervoor doen? Hoe gaan we dit meten? Wat mag het kosten?
Inhoud programma Het programma omvat het bestuur onderverdeeld in raad en commissies, college van B&W en griffie; het ambtelijk apparaat en de dienstverlening aan de burgers; de uitvoering van diverse wettelijke regelingen en het organiseren van verkiezingen.
1. Wat willen we bereiken? Wij zetten ons in voor een bestendig, collegiaal en transparant bestuur.
Beleidsnota’s: n Communicatienota
2. Wat gaan we ervoor doen? Beleidsdoel Burgers betrekken bij besluitvorming Activiteiten Inwoners van Heemstede moeten actief betrokken worden bij de bestuurlijke besluitvorming. Uitgangspunt is dat zoveel mogelijk mensen meedoen en dat de drempel om deel te nemen laag is. Het bestaande participatiebeleid wordt herijkt, waarbij de focus niet ligt op het eenmalig schrijven van een nota, maar op het actief ervaring opdoen Programmabegroting 2016
19
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
met nieuwe vormen van burger- en overheidsparticipatie. Met als doel het bewustzijn over participatie te vergroten en een professionele werkwijze te ontwikkelen. Een raadswerkgroep bestaande uit vertegenwoordigers van alle politieke partijen voert de regie hierover. De opgedane inzichten worden in 2016 doorgevoerd in de gemeentelijke participatieprocedures. Daarbij wordt bij de start van een initiatief/project bepaald wie belanghebbenden zijn, hoe de rolverdeling is tussen gemeente en samenleving en welke vorm van participatie gewenst is (maatwerk). Voor de ambtelijke organisatie wordt een ‘participatie-kit’ ontwikkeld (checklists e.d.) om dit proces te ondersteunen en gestructureerd te doorlopen.
Beleidsdoel Stimuleren burgerinitiatieven Activiteiten Initiatieven vanuit onze inwoners, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties worden aangemoedigd en omarmd. In 2015 is de gemeente gestart met een politieke en ambtelijke oriëntatie op overheidsparticipatie. Uitgangspunt daarbij is het geven van ruimte en het delen van verantwoordelijkheden met burgers. Met als doel zicht te krijgen op welke maatschappelijke initiatieven er spelen en hoe wij burgers, indien gewenst, kunnen helpen om deze te realiseren. Binnen de gemeentelijke organisatie is de leergang overheidsparticipatie gestart. Deze wordt in 2016 verder uitgerold met als doel medewerkers te versterken in hun rol bij het omgaan met burgerinitiatieven. En ervoor te zorgen dat de gemeente optimaal gebruik maakt van het ondernemerschap, de kennis en creativiteit van inwoners. Afhankelijk van het soort project zijn en worden verschillende projecten ingericht op basis van overheidsparticipatie (zoals de Haven en de Reggelaan). Onderzocht wordt of het vanuit de gemeente faciliteren van online platforms voor burgerinitiatieven toegevoegde waarde heeft of dat deze juist vanuit de samenleving zelf opgestart moeten worden.
Beleidsdoel Integraal samenwerken Activiteiten Samenwerken in netwerken De huidige (complexe) maatschappelijke vraagstukken vragen om een integrale benadering waarbij vanuit verschillende invalshoeken en in samenhang aan oplossingen gewerkt wordt. Steeds meer werkt de gemeente binnen relevante netwerken actief samen met andere gemeenten en maatschappelijke partners. Dit geldt voor alle beleidsterreinen, maar zeker voor het sociale domein waar de gemeente nauw samenwerkt om de nieuwe taken vorm te geven en uit te laten voeren. Samenwerken met Bloemendaal De ambtelijke samenwerking met Bloemendaal moet leiden tot het waarborgen van continuïteit, versterking van de professionaliteit, het verbeteren van de dienstverlening of hogere efficiency. Na de bedrijfsvoering in 2014 zijn inmiddels ook de samenwerkingsopties verkend voor alle andere werkvelden. De uitkomsten zijn in maart 2015 aan de raad gerapporteerd. Dit heeft onder andere aanleiding gegeven om aan alle afdelingen de opdracht te geven met hun Bloemendaalse evenknie werkprocessen zoveel mogelijk te harmoniseren. Dit traject loopt tot de zomer van 2016. Overzicht samenwerkingsvormen In paragraaf 6 (‘Verbonden partijen’) staat een overzicht van alle (inter)gemeentelijke samenwerkingsvormen waaraan de gemeente deelneemt als de gemeente daarin een financieel en bestuurlijk belang heeft.
20
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Beleidsdoel Excellente dienstverlening op menselijke maat Activiteiten Invoering drie decentralisaties Sinds januari 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor nieuwe taken met een omvangrijke dienstverlening binnen het sociale domein. Kenmerkend is een menselijke benadering waarbij de dienstverlening nauw aansluit bij de individuele situatie van de mensen en waarbij zoveel mogelijk gebruik wordt gemaakt van de eigen kracht en het netwerk van de burger. En met een sterke regierol voor de gemeente om het nu versnipperde aanbod samen met partners te bundelen en centraal aan te bieden. Deze aanpak zal in 2016 verder vormgegeven worden. Online informatievoorziening op basis van toptaken & webrichtlijnen In 2016 wordt de gemeentelijke website verder ingericht op basis van toptaken. Daarbij wordt onderzocht wat de belangrijkste redenen zijn waarom iemand naar de gemeentelijke website komt. Deze ‘taken’ worden vervolgens compact en in begrijpelijke taal beschreven en prominent op de homepage en in de navigatie opgenomen. Dezelfde informatie wordt intern gekoppeld aan de kennisbank van de publieksbalie, zodat medewerkers in staat zijn om zoveel mogelijk vragen in één keer te beantwoorden. Ook is alle informatie opgenomen op basis van de ‘webrichtlijnen’ zodat deze ook voor mensen met een visuele handicap goed raadpleegbaar is. Invoering Basisregistratie Personen (BRP) Persoonsgegevens van de inwoners worden nu door elke gemeente bijgehouden in de eigen lokale bevolkingsadministratie. Na invoering van de BRP worden deze gegevens in een landelijke databank bijgehouden. Belangrijke doelen zijn het sneller en goedkoper uitwisselen van actuele, kwalitatief hoogwaardige gegevens tussen gemeenten en derden (zoals belastingdienst en verzekeringsmaatschappijen) en plaatsonafhankelijke (digitale) dienstverlening. Heemstede neemt deel aan een koplopersoverleg van de werkgroep Operatie BRP van het ministerie BZK. Dit traject loopt door in 2016 waarbij, afgestemd op de landelijke planning, de interne organisatie wordt voorbereid op de nieuwe werkwijze en software. Stroomlijnen informatiebeveiliging gegevens De gemeente beheert privacy gevoelige informatie van haar burgers voor het uitvoeren van de dienstverlening. Goede en betrouwbare informatiebeveiliging is zeer belangrijk, onze burgers moeten erop kunnen vertrouwen dat deze gegevens veilig worden opgeslagen en dat hier vertrouwelijk mee wordt omgegaan. Voor de verschillende onderdelen (BRP, BAG, waardedocumenten etc.) zijn in het verleden afwijkende beveiligingseisen gesteld. De doelstelling is om in 2016 de informatiebeveiliging van deze onderdelen op elkaar af te stemmen zodat een nog beter en betrouwbaarder systeem ontstaat. Betere dienstverlening door zaakgericht werken Zaakgericht werken zorgt dat klantcontacten (zoals vragen, vergunningen, bezwaren) centraal als ‘zaak’ worden geregistreerd en worden uitgezet bij de betrokken afdelingen. Dit verbetert de samenwerking tussen afdelingen en voorkomt dat burgers ‘van het kastje naar de muur’ gestuurd worden. Klanten kunnen via de website de status van hun aanvraag volgen. In 2015 zijn alle medewerkers zaakgericht gaan werken. Daarmee is er een solide basis gelegd om in 2016 de digitale dienstverlening verder uit te breiden zodat meer producten via de website aangevraagd kunnen worden (bijv. op het gebied van werk en inkomen, vergunningen en subsidies). In 2016 zal de publieksbalie/Klant Contact Centrum (KCC) ook het binnenkomende telefoonverkeer zaakgericht gaan afhandelen. Hierbij wordt op basis van het inkomende telefoonnummer automatisch aan de medewerkers getoond over welk onderwerp (zaak) de bellende burger contact opneemt. Hierdoor kunnen vragen dus sneller beantwoord worden. Dienstverlening mobiel raadpleegbaar Burgers gebruiken steeds vaker mobiele apparaten voor onze dienstverlening. Daarom moet de dienstverlening en informatievoorziening van de gemeente ook goed raadpleegbaar zijn op smartphones en tablets. Alle gemeentelijke websites zijn inmiddels voorzien van een ‘responsive design’ zodat de lay-out zich automatisch aanpast aan het formaat van het mobiele apparaat. Daardoor is Heemstede nu opgenomen op lijst van Gemeente.nu voor mobielvriendelijke websites. In 2016 wordt verder gegaan met het geschikt maken van alle digitale formulieren voor mobiel gebruik.
Programmabegroting 2016
21
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Nieuwe vormen van dienstverlening In 2016 worden experimenten gestart met nieuwe vormen van dienstverlening. Gedacht kan worden aan WhatsAppgroepen of chat-functionaliteit voor de communicatie tussen burgers en de gemeente. Of het digitaal faciliteren van dienstverlening op het gebied van de burgerlijke stand, zoals het via de website aangifte doen van een geboorte of ondertrouw. Ook wordt gekeken naar nieuwe mogelijkheden om aangevraagde reisdocumenten aan huis te bezorgen. Transparantie door open data Open data zijn openbare gegevens die door de overheid vrij beschikbaar gesteld worden. Derden, zoals ontwikkelaars van apps, kunnen deze gegevens hergebruiken om informatieproducten te maken. Een voorbeeld is de gratis app ‘OmgevingsAlert’ die Heemstedenaren informatie geeft over aangevraagde en verleende bouwvergunningen in hun buurt. De gemeente zorgt dat de ‘open datasets’ die via de gemeentelijke website (www.heemstede.nl/open-data) beschikbaar worden gesteld up-to-date worden gehouden. Voor 2016 zijn er geen concrete plannen om nieuwe datasets toe te voegen maar wij staan open voor verzoeken van derden en landelijke initiatieven om nieuwe data beschikbaar te stellen. Met als doel een bijdrage te leveren aan een betrouwbare en goed controleerbare overheid en betere publieke dienstverlening. Basisregistratie Geografische Topografie landelijk beschikbaar In 2016 wordt de nieuwe Basisregistratie Geografische Topografie operationeel. Dit is een landelijke kaart waar op maaivlakniveau de verschillende onderdelen bijgehouden worden, zoals onder andere water, wegen, gebouwen en groen. De gemeente is verantwoordelijk voor het bijhouden van de gemeentelijke onderdelen. De kaart is via een landelijke voorziening voor iedereen raadpleegbaar of als open data beschikbaar, zodat burgers of bedrijven diensten kunnen ontwikkelen op basis van deze gegevens. Inzicht in beleving leefomgeving en dienstverlening door Heemstedenaren Wij willen weten hoe Heemstedenaren denken over hun leefomgeving en de gemeentelijke dienstverlening. Daarom doen wij om het jaar mee aan de benchmark ‘Waarstaatjegemeente.nl’. Deze landelijke monitor brengt op basis van marktonderzoek in kaart hoe inwoners oordelen over hun woonomgeving, veiligheid, burgerparticipatie, vertrouwen in het gemeentebestuur en de dienstverlening. Daarvoor worden 1.200 enquêtes verstuurd aan een representatieve groep inwoners en krijgen klanten in de publiekshal een vragenlijst over de klanttevredenheid. In 2015 is voor het laatst meegedaan zodat het onderzoek niet in 2016 wordt uitgevoerd.
3. Hoe gaan we dit meten? Participatie Burgers worden voldoende betrokken bij maken plannen De gemeente is geïnteresseerd in de mening van burgers Er zijn voldoende mogelijkheden tot inspraak op plannen Burgers worden voldoende betrokken bij uitvoering plannen
Dienstverlening Oordeel dienstverlening door burger (totaal beleving) Oordeel toegang tot informatie
2013
2014
6,3 6,7 6,5 6,2
-
2013
2014
7,9 7,7
-
2015 *) ambitie (landelijk) -
7,0 7,0 7,0 7,0
(5,7) (6,1) (5,9) (5,6)
2015 *) ambitie (landelijk) -
8,0 8,0
(7,7) (7,1)
(*1) De resultaten voor 2015 zijn pas begin 2016 beschikbaar Bron: benchmark ‘Waarstaatjegemeente.nl’
22
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
4. Wat mag het kosten?
(x € 1.000)
Lasten Baten Totaal saldo
Mutaties reserves: Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat programma
rekening
begroting
begroting
meerjarenbegroting
2014 5.092 549
2015 5.022 591
2016 5.060 558
2017 5.093 558
2018 5.112 558
2019 5.162 558
-4.543
-4.431
-4.502
-4.535
-4.554
-4.604
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
-4.543
-4.431
-4.502
-4.535
-4.554
-4.604
(na mutatie reserves)
Lasten programma 1
Baten programma 1 € 5.060.910
€ 558.252
Aandeel programma in totale begroting van € 48.820.035
Lasten programma 1 Totaal lasten begroting Baten programma 1 Totaal lasten begroting
Programmabegroting 2016
€ 5.060.910 € 48.820.035 € 558.252 € 48.820.035
23
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Detailtabel programma 1 – Bestuur en dienstverlening (x € 1.000) Prod. Omschrijving product nr.
rekening 2014
begroting 2015
begroting 2016
meerjarenbegroting 2017 2018
2019
Lasten, uitgesplitst per product 1000
Raad en commissies
340
356
370
370
370
370
1001
College en secretariaat
739
644
660
660
660
660
1002
Gemeentelijke samenwerking
15
2
2
2
2
2
1003
Griffie
287
347
350
350
350
350
1010
Kabinetszaken
1011
Bestuursondersteuning
1012 1013 1020
Huwelijken
1021
Documenten burgerlijke stand
1022
Overige burgerlijke stand
1023
Gemeentelijke basisadministratie (GBA)
1024
Documenten GBA
49
45
46
46
46
46
1025
Rijbewijzen
118
111
113
113
113
113
1026
Reisdocumenten
424
426
437
437
437
437
1027
Gedecentraliseerde taken
29
18
19
19
19
19
1028
Privacy en beveiliging
39
37
38
38
38
38
1029
Kadaster
0
6
5
5
5
5
1030
Verkiezingen
126
105
36
77
97
145
1035
Servicenormen
100
96
99
99
99
99
1041
Publieksvoorlichting
751
716
748
740
739
741
5.092
5.022
5.060
5.093
5.112
5.162
2
2
2
2
2
2
1.477
1.485
1.497
1.497
1.497
1.497
Representatie
39
31
31
31
31
31
Evenementen
26
25
25
25
25
25
106
109
110
110
110
110
19
18
19
19
19
19
69
67
68
68
68
68
337
376
385
385
385
385
Totale lasten van het programma Baten, uitgesplitst per product 1000
Raad en commissies
0
0
0
0
0
0
1001
College B&W en secretariaat
0
0
0
0
0
0
1002
Gemeentelijke samenwerking
0
0
0
0
0
0
1003
Griffie
0
0
0
0
0
0
1010
Kabinetszaken
0
0
0
0
0
0
1011
Bestuursondersteuning
0
0
0
0
0
0
1012
Representatie
0
0
0
0
0
0
1013
Evenementen
0
0
0
0
0
0
1020
Huwelijken
100
117
118
118
118
118
1021
Documenten burgerlijke stand
10
7
7
7
7
7
1022
Overige burgerlijke stand
0
0
0
0
0
0
1023
Gemeentelijke basisadministratie (GBA)
1024
Documenten GBA
1025
Rijbewijzen
1026
Reisdocumenten
1027
Gedecentraliseerde taken
1028
Privacy en beveiliging
1029
0
0
0
0
0
23
23
23
23
23
79
79
79
79
79
79
319
326
331
331
331
331
12
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Kadaster
0
0
0
0
0
0
1030
Verkiezingen
0
39
0
0
0
0
1035
Servicenormen
0
0
0
0
0
0
1041
Publieksvoorlichting
0
0
0
0
0
0
549
591
558
558
558
558
-4.543
-4.431
-4.502
-4.535
-4.554
-4.604
Totale baten van het programma Saldo programma
24
0 29
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Toelichting op de financiële cijfers: Lasten Raad en commissies Het nadeel ad € 14.000 ontstaat ten gevolge van hogere loonkosten door de toegepaste indexatie op de salarissen en sociale lasten (€ 21.000). Hier tegenover staat het wegvallen in 2016 van het via resultaatbestemming uit 2014 naar 2015 meegenomen bedrag ad € 5.000 voor rekenkameronderzoek. College en secretariaat Het nadeel ad € 16.000 ontstaat door indexatie van de salarissen en sociale lasten (€ 15.000) en de stijging van de kosten voor de APPA verzekering van de wethouders (€ 4.000). Anderzijds is sprake van een lagere toerekening van overheadkosten van € 3.000. Bestuursondersteuning Het nadeel van € 12.000 ten opzichte van 2016 ontstaat door de hogere doorberekening vanuit de kostenplaatsen aan dit product. In deze doorberekening is onder meer de indexatie van de salarislasten begrepen. Reisdocumenten De kosten zijn ten opzichte van 2015 met € 11.000 gestegen in verband met hogere afdracht aan rijksleges € 5.000 en hogere toerekening van overheadkosten. Verkiezingen In het meerjarenperspectief is rekening gehouden met 1 (gecombineerde) verkiezing in 2015 (Provinciale Staten/ Waterschappen), in 2017 1 verkiezing (Tweede Kamer), in 2018 1 verkiezing (Gemeenteraad) en in 2019 2 verkiezingen (Europees Parlement en Provinciale Staten/ Waterschappen). De gemiddelde kosten per verkiezing zijn € 40.000. De meerkosten voor de gecombineerde verkiezingen zijn geschat op € 28.000. Daarnaast is in 2018 rekening gehouden met extra uitgaven van € 20.000 i.v.m. de gemeenteraadsverkiezingen. Om de Heemsteedse kiezers te informeren worden er -conform de gemeenteraadsverkiezingen in 2014- verschillende communicatiemiddelen ontwikkeld. Publieksvoorlichting De lasten stijgen ten opzichte van 2015 met € 32.000. Dit wordt veroorzaakt door een toename van de kapitaallasten van € 27.000 (vanaf 2017 dalen deze lasten vervolgens jaarlijks) en een hogere toerekening van de overheadkosten van € 15.000. Hier tegenover staat een voordeel van € 10.000 in verband met het vervallen van het eenmalige budget voor overheidsparticipatie in 2015.
Baten Verkiezingen In 2015 is een bijdrage van € 39.000 geraamd van het Hoogheemraadschap van Rijnland voor het meeliften met de verkiezingen Provinciale Staten.
Voorgenomen investeringen Investeringen:
2016
2017
Voorlichting: Vernieuwen website naar moderne technieken Totaal investeringen
Programmabegroting 2016
2018
2019
50.000 0
0
50.000
0
25
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Programmabegroting 2016
Programma 2 Veiligheid Portefeuillehouder: Marianne Heeremans
Wat willen we bereiken? Wat gaan we er voor doen? Hoe gaan we dit meten? Wat mag het kosten?
Inhoud programma
Het programma omvat de openbare orde en veiligheid.
1. Wat willen we bereiken? We willen bereiken dat Heemstede schoon, heel en veilig is, de verkeersveiligheid verbetert en burgers een actieve rol spelen in hun eigen buurt.
Beleidsnota’s n Nota Integraal Veiligheidsbeleid 2014-2018 n Beleidsnota “Integrale handhaving” gemeente Heemstede 2012 n Uitvoeringsprogramma 2015
26
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
2. Wat gaan we ervoor doen? Beleidsdoel Veilige woon- en leefomgeving Activiteiten Verminderen woninginbraken De gemeente blijft voorlichting geven over het voorkomen van woninginbraken. We volgen hierbij het streven van het ministerie om landelijk gezien het aantal inbraken in de periode 2013-2017 met 30% te verminderen. In dit kader zullen we ook buurtpreventie-initiatieven stimuleren, zoals reeds ontwikkeld in het Groenendaalkwartier en Glip I. Hiertoe zijn een stappenplan (website) en checklist (flyer) ontwikkeld. Met de politie wordt over intensivering van acties gesproken op het moment dat het aantal woninginbraken daarom vraagt. Nieuwe mogelijkheden zijn in ieder geval een matrixbord waarop verschillende waarschuwingsteksten kunnen verschijnen en het rondsturen van waarschuwingsbrieven die in een bepaalde straat/buurt verspreid worden als daar recent is ingebroken. Wijkschouw Jaarlijks vinden er twee wijkschouwen plaats, waarbij het onderhoudsniveau van de openbare ruimte wordt beoordeeld. Per schouw wordt een overzicht gemaakt van de meldingen en constateringen. Dit overzicht wordt teruggekoppeld aan het college en waar nodig wordt om een advies gevraagd. Het overzicht wordt dan omgezet in een actielijst. Op basis van ontvangen signalen (via postbus veiligheid, meldpunt overlast of via externe partners) wordt bepaald welke wijk in aanmerking komt voor een schouw. Van de wijkschouw wordt 2x per jaar een rapportage opgesteld. Buurtbemiddeling De gemeente heeft afspraken met de Stichting Meerwaarde om buurtbemiddeling in de gemeente aan te bieden. Burgers worden door voorlichting gestimuleerd om hier gebruik van te maken als zij in een conflictsituatie dreigen te komen. De landelijke website www.problemenmetjeburen.nl zal gepromoot worden. Hierbij heeft Buurtbemiddeling zich onlangs aangesloten. Op deze site staat allerhande informatie (tips en suggesties) over het voorkomen en oplossen van problemen met je buren. Terugdringen fietsendiefstallen De gemeente neemt een aantal maatregelen om fietsendiefstallen terug te dringen, zoals het geven van voorlichting en het verwijderen van fietswrakken. Daarnaast is per 16 juni 2015 in samenwerking met de NS en ProRail een pilot van twee jaar gestart waarbij fietsen gratis gestald kunnen worden in de fietsenstalling bij het NS-station. Doel is om meer mensen gebruik te laten maken van de stalling die in betaalde vorm voor een groot deel niet benut werd. Als meer mensen gebruik maken van de stalling zal de druk op de nu overvolle fietsenrekken in de buitenruimte afnemen. We zullen veel aandacht besteden aan het bekend maken van de stalling om het gebruik te stimuleren. De politie zal de lokfiets blijven inzetten. De politie stalt deze fietsen met GPS-zender op plaatsen waar veel fietsen worden ontvreemd. Zo kunnen verdachten van diefstal/heling worden opgespoord. De campagne “Fietsendief je bent gezien” waarbij gebruik wordt gemaakt van posters zal voortgezet worden. De boodschap van de campagne zal via poster en canvas banners uitgedragen worden. Digitaal Opkopers Register Om heling te stoppen gaan de gemeente en politie ondernemers die tweedehandsgoederen verkopen stimuleren om het digitaal opkopers register te gebruiken. Door het invoeren van serienummers van bijvoorbeeld telefoons, fietsen of tablets kan achterhaald worden of goederen gestolen zijn. Het gebruik van een digitaal register is nog geen verplichting maar biedt veel voordelen ten opzichte van de huidige papieren registratie. Burgernet We blijven deelname aan Burgernet promoten via website en preventiekrant. Aan nieuwe inwoners wordt ook gevraagd deel te nemen. Zij ontvangen een flyer als ze zich komen inschrijven. Begin 2015 was 8,1% van de bevolking van Heemstede deelnemer. Eind juni was dit aantal na de promotieactie in het voorjaar gestegen tot 9,6%. Op die datum waren er 2.543 deelnemers.
Programmabegroting 2016
27
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Handhaving door BOA’s (Buitengewoon Opsporings Ambtenaar) Wekelijks voeren gemeente en politie samen een wijkgerichte handhavingsdienst uit. Per 1 juli 2015 beschikt Heemstede weer over drie wijkagenten. Op korte termijn wordt er nog een wijkagent (operationeel expert) aangesteld. De handhaving vindt plaats volgens het ‘Uitvoeringsprogramma Integrale handhaving’, waarin de inzet en prioritering vermeld staat. Daarnaast is er ook dagelijks inzet op zaken die ad hoc aandacht verdienen. Hierbij gaat het om meldingen die via Meldpunt Overlast of telefonisch binnenkomen. Er is maandelijks wijkveiligheidsoverleg met gemeente en politie waar de handhavingsknelpunten besproken worden. De gezamenlijke inzet levert een verdere verhoging van de zichtbaarheid op straat op en zorgt daardoor voor een verbetering van de veiligheid. Op jaarbasis is de gemeentelijke inzet 50 x 8 uur = 400 uur.
Beleidsdoel Veilig ondernemen Activiteiten Keurmerk Veilig Ondernemen Gemeente, ondernemers, politie en brandweer werken samen om de veiligheid van winkeliers en burgers te verbeteren. De volgende aspecten komen hierbij aan de orde: Verkeersveiligheid, bestrating, verlichting, winkeldiefstal, zakkenrollen, tassenroof, pinfraude, brandveiligheid, cybercrime en overvallen. Momenteel hebben criminaliteit in en rond de winkel- en brandveiligheid prioriteit. Doelstelling is om in maart 2016 de vierde ster van het keurmerk te halen. In het kader van de brandveiligheid is alle ondernemers gevraagd een zelfscan te houden aan de hand van een digitale vragenlijst. Deze scan is gericht op blusmiddelen, nooduitgangen, nooduitgang-verlichting en de hoeveelheid klanten die tegelijkertijd maximaal aanwezig zijn in de zaak. De gemeente en de brandweer zullen in 2015/2016 bezig zijn met de afhandeling van het project. Het doel is om er voor te zorgen dat alle ondernemers uiteindelijk voldoen aan de brandveiligheidseisen uit het bouwbesluit. Dit laatste is overigens in eerste instantie een eigen verantwoordelijkheid van de ondernemers. Controles Nieuwe Drank- en Horecawet De Omgevingsdienst IJmond controleert ter handhaving van de drank- en horecawet ondernemers die alcohol verkopen. Hierbij gaat het onder meer om het handhaven van de leeftijdsgrenzen, bezit van de juiste vergunning en ongeoorloofde reclame-uitingen. Met de Omgevingsdienst is een dienstverleningsovereenkomst afgesloten voor 300 uur op jaarbasis. De Omgevingsdienst wordt ook zoveel mogelijk pro-actief ingezet als een nieuwe ondernemer zich meldt voor een vergunning. Zij kunnen telefonisch of ter plekke voorlichting geven over de haalbaarheid van de plannen van de ondernemer. Deze kan dan indien nodig zijn plannen tijdig aanpassen. In de nieuwe APV zijn de openingstijden van de terrassen aangescherpt. De Omgevingsdienst zal controleren of de nieuwe regels nagevolgd worden.
Beleidsdoel Verminderen jeugdoverlast Activiteiten Peilstokoverleg Dit is een maandelijks overleg met politie, Casca, Streetcornerwork en Halt. Het doel is om informatie uit te wisselen over jeugdoverlast, een objectief beeld van de overlast te krijgen en te komen tot een aanpak van de overlast zodat het aantal meldingen afneemt. Streetcornerwork Deze stichting wordt door de gemeente ingezet om jongeren met meervoudige problemen te helpen en te begeleiden. De medewerker komt in actie op basis van meldingen en informatie-uitwisseling over overlast op bepaalde locaties. Hier wordt zowel met melder als overlastgever contact gezocht. De inzet is altijd eerst om, mede door observatie, te komen tot een objectief beeld inzake de mate van overlast. Met Streetcornerwork hebben wij een subsidierelatie. De inzet is 16 uur per week.
28
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Centrum Jeugd en Gezin (CJG) Het CJG heeft in haar takenpakket het geven van voorlichting over de gevolgen van misbruik van alcohol en drugs. Activiteiten vinden mede plaats op basis van het Uitvoeringsprogramma voor de uitvoering van de drank- en horecawet. De focus ligt hierbij op jongeren. Bureau Halt Met het Halt- en Stop-project (jonger dan twaalf jaar) wordt geprobeerd om jeugdcriminaliteit in een vroeg stadium aan te pakken om erger te voorkomen. Jongeren van 12-18 jaar die door de politie worden aangebracht vanwege een strafbaar feit kunnen, als ze voor de eerste keer in overtreding zijn, worden doorgestuurd naar Bureau Halt. ‘Stop’ is een leeractiviteit voor kinderen onder de 12 jaar en een pedagogische handreiking voor de ouders. De afhandeling van Halt verwijzingen is een verplichting vanuit het Rijk. Daarnaast is er met Halt nog een dienstverleningsovereenkomst voor voorlichtingsactiviteiten gericht op het basisonderwijs en voortgezet onderwijs. Thema’s zijn hierbij onder andere: vuurwerk, online-veiligheid, normen en waarden, groepsdruk, overlast en respect ten opzichte van een veilige publieke taak.
Beleidsdoel Fysieke veiligheid burgers Activiteiten Verkeershandhaving Jaarlijks actualiseren we het Uitvoeringsprogramma Handhaving op prioriteiten. Hierin wordt de inzet van de Buitengewoon Opsporings Ambtenaren (BOA’s) op de Binnenweg (fout parkeren, laden en lossen) en rond de basisscholen opgenomen. Omdat de doorgang voor de hulpdiensten en ook het reguliere verkeer op sommige plekken wordt gehinderd, zal in 2016 ook routebelemmering door fout geparkeerde auto’s prioriteit hebben. Bij de uitvoering van de handhaving wordt samengewerkt met de politie. De inzet van de parkeercontroleurs in de winkelgebieden Binnenweg, Raadhuisstraat en Zandvoortselaan gaan we verbreden, waardoor zij ook bij verkeersovertredingen kunnen optreden. De druk op de wijkagenten wordt hierdoor minder. Zij kunnen zich dan meer richten op taken die voor de wijk van belang zijn. Brandweercontroles Jaarlijks stelt de VeiligheidsRegio Kennemerland (VRK) een pro-actie en preventieplan op. Dit gebeurt in overleg met gemeente en brandweer. Op basis van de gemaakte afspraken voert de brandweer controles uit bij bedrijven en instellingen. In 2016 zal gestart worden met een nieuwe manier van controleren. Bedrijven en instellingen wordt gevraagd om zelf aan de hand van een digitale checklist een enkelvoudige zelfcontrole (met name blusmiddelen, nooduitgangen, nooduitgang-verlichting) uit te voeren. De brandweer zal indien nodig de betrokkenen de eerste keer op weg helpen. De zelfcontrole moet de administratieve last voor bedrijven en instellingen verminderen. De controle van de brandweer zal zich vooral richten op degenen bij wie de zaken niet in orde zijn. Rampenbestrijding en crisisbeheersing Door collegeleden en medewerkers die een rol hebben in de crisisorganisatie van de VRK, wordt jaarlijks zo’n drie keer getraind en geoefend.
Beleidsdoel Integriteit en veiligheid Activiteiten Georganiseerde criminaliteit Wie een drank- en horecavergunning aanvraagt moet in het kader van de wet BIBOB gegevens aanleveren. Aan de hand hiervan bepaalt de gemeente of verder onderzoek nodig is of dat een vergunning verstrekt kan worden.
Programmabegroting 2016
29
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Polarisatie en radicalisering De gemeente en politie wisselen gegevens uit over signalen die kunnen duiden op radicalisering. Binnen de gemeentelijke organisatie zijn sleutelfiguren geïnstrueerd om signalen van radicalisering te herkennen en deze te melden bij de ambtenaar openbare orde en veiligheid en/of politie.
3. Hoe gaan we dit meten? Uitkomsten veiligheidsmonitor De uitkomsten van de veiligheidsmonitor 2014 zijn vergeleken met de uitkomsten van de vorige meting van drie jaar geleden. De resultaten laten voor Heemstede net als drie jaar geleden een overwegend positief resultaat zien. Hoge waarderingen voor leefbaarheid, veiligheid en de fysieke omgeving. Dit geldt ook voor het functioneren van de gemeente op genoemde thema’s. De drie belangrijkste problemen die door de bewoners in de eigen buurt worden ervaren zijn: te hard rijden, parkeerproblemen en hondenpoep. Op deze drie problemen zal de afdeling Handhaving gerichte en geïntensiveerde inzet plegen. De volgende Veiligheidsmonitor zal in 2017 plaatsvinden.
Aantal woninginbraken naar jaar
Aantal gestolen fietsen
Aantal meldingen jeugdoverlast
2011
2012
2013
2014 verschil
169
187
170
2011
2012
2013
178
219
227
2011
2012
2013
219
202
138
133
2011
2012
2013
2014
43
46
29
18
117
-53
2014 verschil 236
9
2014 verschil -5
% -31%
% 4%
% -4%
Bron: driehoeksmonitor politie
Aantal verwijzingen naar Halt
Bron: jaarcijfers Halt
30
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
4. Wat mag het kosten?
(x € 1.000)
Lasten Baten Totaal saldo
Mutaties reserves: Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat programma
rekening
begroting
begroting
meerjarenbegroting
2014 1.882 163
2015 1.859 140
2016 1.866 140
2017 1.826 140
2018 1.826 140
2019 1.821 140
-1.719
-1.719
-1.726
-1.686
-1.686
-1.681
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
-1.719
-1.719
-1.726
-1.686
-1.686
-1.681
(na mutatie reserves)
Lasten programma 2
Baten programma 2 € 1.865.850
€ 140.038
Aandeel programma in totale begroting van € 48.820.035
Lasten programma 2 Totaal lasten begroting Baten programma 2 Totaal baten begroting
Programmabegroting 2016
€ 1.865.850 € 48.820.035 € 140.038 € 48.820.035
31
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Detailtabel programma 2 – Veiligheid (x € 1.000) Prod. Omschrijving product nr.
rekening 2014
begroting 2015
begroting 2016
meerjarenbegroting 2017 2018
64
60
64
64
64
64
2019
Lasten, uitgesplitst per product 1100
Vergunningen APV/bijzondere wetten
1101
Toezicht naleving APV/bijzondere wetten
160
173
173
173
173
173
1102
Openbare orde en veiligheid
154
152
152
152
152
152
1115
Rampenbestrijding
47
47
47
47
47
47
1116
Brandweerzorg
1.433
1.407
1.409
1.369
1.369
1.364
1642
Bureau HALT
16
16
17
17
17
17
1762
Lijkbezorging
8
4
4
4
4
4
1.882
1.859
1.866
1.826
1.826
1.821
Totale lasten van het programma Baten, uitgesplitst per product 1100
Vergunningen APV/bijz. wetten
1101
Toezicht naleving APV/bijz. wetten
8
5
5
5
5
5
20
0
0
0
0
1102
0
Openbare orde en veiligheid
0
0
0
0
0
0
1115
Rampenbestrijding
0
0
0
0
0
0
1116
Brandweerzorg
135
135
135
135
135
135
1642
Bureau HALT
0
0
0
0
0
0
1762
Lijkbezorging
0
0
0
0
0
0
163
140
140
140
140
140
-1.719
-1.719
-1.726
-1.686
-1.686
-1.681
Totale baten van het programma Saldo programma
Toelichting op de financiële cijfers: Lasten Brandweerzorg In 2016 heeft de VRK een daling van de bijdrage geraamd in verband met de efficiencymaatregelen. Deze daling komt niet tot uiting bij een vergelijking tussen de begroting 2015 en de begroting 2016 omdat in de begroting 2015 rekening is gehouden met de terugbetaling van het rekeningsresultaat 2014 van de VRK. Deze terugbetaling in 2015 bedroeg € 47.000. De verlaging van de bijdrage aan de VRK in de begroting 2016 is eveneens € 47.000 zodat beide bedragen tegen elkaar wegvallen. Een vergelijking tussen de bijdragen 2015 en 2016 aan de VRK vindt in onderstaande tabel plaats.
Bijdrage VRK
2015
2016
verschil
1.251.000 18.000 434.000 19.000 19.000 6.000
1.202.000 20.000 443.000 19.000 19.000 6.000
49.000 -2.000 -9.000 0 0 0
Bijdrage totaal Resultaat VRK 2014 terugbetaling
1.747.000 -47.000
1.709.000
38.000 -47.000
Totaal
1.700.000
1.709.000
-9.000
Brandweerzorg VBK (multidisc.samenw.) GGD OGZ DD-JGZ GHOR Veiligheidshuis
32
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Hieruit blijkt de daling van de bijdrage aan de VRK op basis van de efficiencymaatregelen zoals die in de programmabegroting 2016 van de VRK opgenomen zijn. De begroting voor onderhoud brandkranen is vanaf de begroting 2014 geschrapt, omdat de beheerder geen kosten meer in rekening bracht, ook niet na herhaaldelijke verzoeken van de gemeente hierover. Inmiddels wil de beheerder van het leidingnet (waternet) een jaarlijks bedrag voor onderhoud in rekening brengen. Ook het contract bevat hiervoor een bepaling. Op dit moment vinden over de hoogte van de onderhoudsbijdrage (die per brandkraan wordt berekend) onderhandelingen plaats met de beheerder van het net. Een bedrag van € 25.000 is nu reeds in de begroting 2016 opgenomen. Dit vormt een structureel nadeel vanaf 2016 ten opzichte van de begroting 2015. Bij de kapitaallasten valt de afschrijving over de toegangsweg van de kazerne weg en resteren alleen de rentelasten over de grond waarop de kazerne staat. Dit leidt tot een voordeel ten opzichte van 2015 van € 21.000. Ook de daling van de meerjarenbegroting houdt verband met de daling van de bijdragen aan de Veiligheidsregio Kennemerland (VRK) op basis van de efficiencymaatregelen. Daarnaast daalt de bijdrage aan de kapitaallasten voor de brandweerkazerne als gevolg van het lineair afschrijven. De voordelen op de totale bijdragen aan de VRK zijn hierdoor in 2017, 2018 en 2019 respectievelijk € 40.000, € 40.000 en € 45.000.
Programmabegroting 2016
33
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Programmabegroting 2016
Programma 3 Verkeer, vervoer en waterstaat (infrastructuur) Portefeuillehouder: Heleen Hooij
Wat willen we bereiken? Wat gaan we ervoor doen? Hoe gaan we dit meten? Wat mag het kosten?
Inhoud programma Het programma omvat het aanleggen en onderhouden (in de breedste zin van het woord) van wegdek, trottoirs, bruggen, landhoofden en beschoeiing. Tevens het zorgdragen voor verkeersveiligheid (openbare verlichting, verkeersplannen), parkeerbeleid en beheer watergangen. Voorts omvat het programma het afvoeren van vuil en overtollig water, het zoveel mogelijk voorkomen van wateroverlast op straat en het gecontroleerd laten overstorten van het riool op open water.
1. Wat willen we bereiken? Wij willen de infrastructuur op peil houden en op punten verbeteren.
Relevante nota’s n Beleidsplan Openbare Verlichting 2013 - 2017 n VGRP+ (Riolering + oppervlakte water) 2011 - 2015 - Bijlagen nota VGRP+ - Afkoppelplan hemelwater n Beleidsplan bruggen en beschoeiingen 2016 - 2020 n Baggerplan 2015 - 2024
34
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
2. Wat gaan we ervoor doen? Beleidsdoel Verhogen van de verkeersveiligheid met name voor kwetsbare verkeersdeelnemers Activiteiten Johan Wagenaarlaan In 2016 krijgt de Johan Wagenaarlaan een ‘onderhoudsbeurt’. Daarbij wordt aandacht besteed aan de veiligheid van de fietsers op de laan en de inrichting van de oversteekplaatsen. Aanleg 30 km zones Er is een beperkt budget beschikbaar voor het aanleggen van 30 km zones in woonwijken. De wijken Omgeving Molenlaan en het Grotstuk zijn de laatste woonwijken die door middel van verkeersborden worden aangewezen als 30 km zone. Er wordt nog bezien of er infrastructurele snelheidsremmende maatregelen in deze wijken worden getroffen. Binnenweg/Raadhuisstraat In de uitwerking van de visie winkelcentra Heemstede (fase 2 – september 2015 tot ca. januari 2016) zal verkeersveiligheid op de Binnenweg en Raadhuisstraat nader worden onderzocht. Fietsknelpunten Vanuit de fietsknelpuntenlijst worden knelpunten opgepakt die gecombineerd kunnen worden met reguliere werkzaamheden of projecten.
Beleidsdoel Parkeermogelijkheden behouden en creëren Activiteiten: Parkeren rond station In 2016 zal het nieuwe parkeerbeleid rondom het station geëffectueerd zijn. Dit betekent dat in een groot aantal van de gebieden rond het station vergunning parkeren is ingevoerd. De Zandvoortselaan en het gebied direct aangrenzend aan het station blijven betaald parkeergebieden. Parkeerbeleid winkelgebieden In de uitwerking van de visie winkelcentra Heemstede (fase 2 – september 2015 tot ca. januari 2016) zal het parkeerregime op de Binnenweg en Raadhuisstraat nader worden onderzocht. Uitgangspunten hierbij: de parkeerdruk tijdens piektijden verminderen en de economische aantrekkelijkheid van de winkelgebieden bevorderen. Fiets parkeren station Er is een tekort aan fiets parkeerplekken rondom het station. Het college werkt in samenwerking met Prorail en NS aan een plan om het fiets parkeren van nu tot aan 2030 te faciliteren. Met NS is afgesproken dat de bewaakte stalling tot medio 2017 gratis is om zo het gebruik van de stalling te vergroten.
Beleidsdoel Verbeteren verkeersdoorstroming, verminderen verkeersdruk Activiteiten Regionale samenwerking We blijven samenwerken en in overleg met omliggende gemeenten om te komen tot regionale oplossingen voor verkeersproblematiek. Voor de optimalisering van de doorstroming van het verkeer wordt regionaal gewerkt aan Dynamisch Verkeers Management (DVM) waarbij de provincie als trekker optreedt. Bij DVM worden op basis van de
Programmabegroting 2016
35
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
actuele situatie op de weg (‘real time’) maatregelen getroffen om de verkeersafwikkeling te reguleren. In 2016 is DVM operationeel en de komende jaren zullen effectmetingen worden gedaan en waar nodig zal dit leiden tot bijstellingen en bijsturing. Het college is voorstander van onderzoek naar robuuste oost-west verbindingen. We ondersteunen de aanleg van de Duinpolderweg als blijkt dat deze een verbetering van de verkeerssituatie in Heemstede en de regio zal betekenen. VRI’s Heemsteedse Dreef Drie verkeersregelinstallaties (VRI’s) op de Heemsteedse Dreef zijn aan vervanging toe, dit zijn de installaties ter hoogte van de kruispunten met de Zandvaartkade-Johan Wagenaarlaan, het Julianaplein en de Lanckhorstlaan. Met de vervanging proberen we ook de doorstroming en verkeersveiligheid op deze kruispunten waar mogelijk te verbeteren. De mogelijkheden hiervoor zullen in 2015/2016 bekeken worden, de vervanging is dan mogelijk vanaf 2017.
Beleidsdoel Fietsverbindingen realiseren Activiteiten Aanleg nieuwe fietsroute naar Zandvoort We omarmen de plannen voor de aanleg van een fietsroute van station Hoofddorp naar Zandvoort. Via een fietsbrug over de Ringvaart komt deze Heemstede binnen. Het fietspad loopt via Merlenhoven, Groenendaal en het Manpadslaangebied. Daar moet het pad via een nieuwe brug over de Leidsevaart en de voetgangersoverweg Leyduin in en via de Oase naar Zandvoort. Het fietspad van Oase naar Zandvoort is het eerste deel dat nu in ontwikkeling is. ProRail, Landschap Noord-Holland en de Fietsersbond zijn met de provincie in gesprek over de financiering van de brug over de Leidsevaart en het openbaar maken van de spoorwegovergang bij Leyduin. Regionaal fietsroutenetwerk In de regionale visie ‘Zuid-Kennemerland – bereikbaar door samenwerking’ is opgenomen dat de fiets een groter aandeel moet krijgen in het verbeteren van de economische bereikbaarheid van de regio ZuidKennemerland. De Bereikbaarheidsregio Zuid-Kennemerland wil daarom de komende jaren investeren in regionale verbindende fietsroutes voor het regionale woon-werk en zakelijk fietsverkeer. Hiervoor is een uitvoeringsprogramma opgesteld om de knelpunten in het netwerk aan te pakken. De gemeenten Bloemendaal, Haarlem, Heemstede en Zandvoort hebben een fietsnetwerk gedefinieerd. In dit netwerk zijn de belangrijke centrumgebieden, werkgebieden en treinstations met elkaar verbonden. Ook sluit het netwerk aan op de buurgemeenten en regio’s. Het netwerk is door de vier gemeenten in het voortraject afgestemd met de Fietsersbond. Het aanpassen of aanleggen van deze fietsroutes wordt (mede) gefinancierd vanuit het regionale mobiliteitsfonds, waarin ook Heemstede een jaarlijkse bijdrage stort. Fietspad Westelijke Randweg en aansluiting Vogelpark De aansluiting van Vogelpark en de aanleg van de fietsbrug over de Leidsevaart zijn vooralsnog gepland in 2017. Aansluitend aan het groot onderhoud aan de N208 (Westelijke Randweg) in 2016, start begin 2017 de aanleg van het fietspad parallel aan de N208 en de aantakking naar Vogelpark.
Beleidsdoel Openbaar vervoer Heemstede behouden/verbeteren Activiteiten Gunning OV in Heemstede We blijven ons inzetten voor behoud en waar mogelijk versterking van het openbaar vervoer in Heemstede. In december 2015 zou Connexxion wederom het openbaar vervoer in de regio Haarlem-IJmond mogen verzorgen voor een periode van 10 jaar. Echter de regionale trein- en busvervoerder Syntus heeft bezwaar gemaakt tegen de gunning van de concessie Haarlem-IJmond aan vervoerder Connexxion. Onbekend is welke vervoerder alsnog de concessie krijgt. De gemeente heeft zich in ieder geval sterk gemaakt voor het behoud van het huidige ov-aanbod in Heemstede.
36
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Dynamische reisinformatie Eind 2015, begin 2016 zullen alle haltes van lijn 50 op de Herenweg voorzien zijn van dynamische reisinformatie (DRIS). Deze kleine DRIS-panelen zullen in samenwerking en met financiële steun van de provincie Noord-Holland vanaf eind 2015 worden aangelegd. Begin 2016 moet deze ombouw zijn afgerond. De haltes van lijn 340 krijgen in 2016 reisinformatieborden zoals eerder al op deze R-net-route in Haarlem en Haarlemmermeer geplaatst zijn. Lijn 140 is R-Net 340 geworden Lijn 140 (Haarlem-Heemstede-Hoofddorp-Uithoorn) is sinds december 2014 overgaan in lijn 340. Dit is een hoogwaardige R-Netbuslijn geworden die dezelfde route is blijven rijden in een hogere frequentie. Reizigers vanuit Haarlem en Heemstede hebben hierdoor een betere verbinding met Schiphol. Daarnaast willen de Stadsregio en Connexxion lijn 340 ook versnellen. Door het nemen van infrastructurele maatregelen én het opheffen van diverse haltes is het mogelijk om de rijtijd voor veel reizigers op lijn 340 te verkorten en daarmee de kwaliteit te verbeteren. De huidige bushaltes waar lijn 340 stopt zullen in samenwerking en met financiële steun van de provincie Noord-Holland vanaf eind 2015 worden aangepast zodat het volwaardige R-net haltes worden, die voldoen aan de huidige normen voor toegankelijkheid. Begin 2016 moet deze ombouw zijn afgerond.
Beleidsdoel Onderhoud aan wegen Activiteiten Opschalen onderhoudsniveau aan wegen Bij bezuinigingen in voorgaande jaren heeft de gemeente besloten het onderhoud aan wegen te plegen op een minimumniveau. De komende jaren zal, waar mogelijk door meer financiële armslag, dit niveau van onderhoud aan wegen opgeschaald worden. De wegen worden nu op ‘C-niveau’ onderhouden; wanneer besloten wordt het onderhoud op te schalen naar ‘B-niveau’ betekent dit dat er ca. €100.000 extra gestort wordt in de voorziening Wegen. Dit extra budget zal gebruikt worden voor onderhoud aan asfaltwegen, o.a. delen van de Johan Wagenaarlaan en de Cruquiusweg. Onderhoud wegen In verband met de geringe financiële armslag heeft de gemeente de keuze gemaakt bij schades aan verhardingen pas in te grijpen als de veiligheid in het geding komt. Van groot belang is het hierbij om de staat van het onderhoud wel goed te volgen. Het gehele areaal wordt eens per drie jaar geheel geïnspecteerd volgens de daarvoor geldende landelijke normen (laatste inspectie in 2013 uitgevoerd door een extern bureau). Op basis hiervan worden onderhoudsplannen voor de jaren daarna opgesteld. Naast deze inspectie worden jaarlijks de wegen door onze eigen dienst gecontroleerd op kleine gebreken. Vanuit deze reguliere inspecties wordt voor de verschillende onderdelen van de openbare ruimte (zoals wegen, banken, verkeersborden, anti-parkeerpalen) een prioriteitenlijst opgesteld. Op basis van deze lijst kunnen we snel handelen indien er financiële mogelijkheden zijn om het onderhoud op te schalen. Johan Wagenaarlaan Het onderhoud aan het asfalt in de Johan Wagenaarlaan, op het wegvak tussen Heemsteedse Dreef en Wagnerkade, is in 2016 gepland. Bezien zal worden of hier geluid reducerend asfalt kan worden toegepast. Tevens wordt onderzocht op welke wijze de verkeersveiligheid voor fietsers en voetgangers verder verbeterd kan worden. Dr. N.G. Piersonstraat e.o. De vervanging van de riolering in de wijk rond de Dr. N.G. Piersonstraat in 2016 wordt aangegrepen om de straten hier een opknapbeurt te geven. Parallel aan dit project lopen twee burgerinitiatieven betreffende de inrichting van het aangrenzende groengebied “De Kuil” en de aanleg van een speelplaatsje aan de Dr.Schaepmanlaan.
Programmabegroting 2016
37
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Burgemeester Van Lennepweg In deze straat is vervanging van riolering in het deel ter hoogte van het Sorghbosch in de planning opgenomen. De uitvoering hiervan start in 2016. Het plan voorziet in de vervanging van de huidige verharding door nieuwe straatstenen. Herinrichting Kop Blekersvaartweg Al in 2006 is voor het noordelijk deel van de Blekersvaartweg en voor de Koediefslaan, tussen Blekersvaartweg en Binnenweg een herinrichtingsplan vastgesteld. Dit is tot nu toe slechts voor een deel uitgevoerd, vanwege bouwplannen van Albert Heijn. Nu duidelijk is geworden dat Albert Heijn (nagenoeg) alleen inpandig gaat verbouwen, kan tot uitvoering van het oude plan overgegaan worden. Onderhoud openbare verlichting In 2016 zullen in het kader van het project Renovatie Openbare verlichting 2015 de bolarmaturen op de Heemsteedse Dreef worden vervangen. Tevens zullen in het kader van Renovatie Openbare Verlichting 2016 de nodige armaturen en masten worden vervangen. De keuze zal hierbij op zuinige LED-verlichting vallen.
Beleidsdoel Herinrichting Wilhelminaplein Activiteiten We willen het Wilhelminaplein herinrichten zodat het plein aantrekkelijker wordt voor publiek en voor diverse doeleinden gebruikt kan worden. De voorbereiding van de werkzaamheden is inmiddels ver gevorderd. Het inrichtingsplan wordt voorbereid in samenspraak met een klankbordgroep. De herinrichting moet in 2016 zijn beslag krijgen.
Beleidsdoel Milieuvriendelijkere onkruidbestrijding op verhardingen Activiteiten Voor de bestrijding van onkruid op verhardingen wordt sinds 2015 geen gebruik meer gemaakt van het chemische onkruidbestrijdingsmiddel Round-up. In 2015 is het bestrijdingsmiddel Ultima in de gehele gemeente toegepast in combinatie met branden en borstelen. Daarbij is ook extra inzet gepleegd van de veegmachine en handkracht. Ook is een proef uitgevoerd naar het effect van een verdere beperking van Ultima. Mogelijk worden in 2016 nog meer duurzame alternatieven onderzocht.
Beleidsdoel Aandacht voor riolering, hemelwater, grondwater en oppervlaktewater Activiteiten Samenwerking met regiogemeenten en Rijnland In het Nationaal Bestuursakkoord Water is vastgelegd dat er in de waterketen moet worden samengewerkt om er voor te zorgen dat besparingen worden gerealiseerd zodat de kosten voor de burger zo laag mogelijk worden gehouden. In deze regio werken samen: de gemeenten Heemstede, Bloemendaal, Haarlem, Haarlemmermeer, HaarlemmerliedeSpaarnwoude, Velsen, Zandvoort, Hillegom, het hoogheemraadschap van Rijnland en PWN. Voor sommige onderwerpen wordt er Rijnland-breed samengewerkt. Onderwerpen waar in 2016 aan gewerkt wordt zijn o.a.: voorbereidingen rond de sluiting van de rioolwaterzuivering Heemstede, uitwerking overname van primaire watertaken door Rijnland (wettelijke verplichting), het inrichten van een uniform Waterloket voor het informeren van burgers en het actualiseren van het grondwatermeetnet samen met de omliggende gemeenten. Beheerplannen en beheersystemen Er worden werkzaamheden voorbereid en uitgevoerd die voortkomen uit het nieuwe baggerplan en het beheerplan beschoeiingen. Daarnaast worden periodiek de beheersystemen geactualiseerd (riolering, hemelwater, drainage, baggeren en beschoeiingen).
38
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Actualiseren beleidsplan Het Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan+ (VGRP+ 2011-2015) loopt aan het eind van 2015 af. We actualiseren of vernieuwen dit plan samen met de gemeente Bloemendaal. In het VGRP+ is het beleid voor riolering, hemelwater, grondwater en oppervlaktewater opgenomen. Daarnaast maakt het investerings- en vervangingsprogramma van de onderdelen van de bijbehorende stelsels onderdeel uit van het plan. Vervangen voetgangersbrug IJsbaanpad De voetgangersbrug in het IJsbaanpad is aan vervanging toe. Bekeken wordt of het mogelijk is deze brug te vervangen door een hogere brug zodat kleine boten de zijarm van de Bronsteevaart in kunnen varen. Tevens kunnen er dan ligplaatsen aangelegd worden. Vervangen voetgangersbrug Asterkade De brug is aan groot onderhoud toe. De wens leeft om in deze omgeving tot een goede fietsverbinding over de Leidsevaart te komen. De provincie bestudeert de mogelijkheid van een fietsbrug naast de brug in de N208 (Westelijke Randweg). De relatie van dat project met de brug over de Asterkade moet nader bezien worden. De voorbereidingen voor vervanging van deze brug zullen in 2016 opgepakt worden. Vervangen beschoeiing Ringvaart De beschoeiing langs de Ringvaart moet op verschillende plaatsen vervangen worden. De beschoeiing van de Ringvaart ter hoogte van het sportpark en Merlenhoven is in slechte staat en wordt in 2016 vervangen. De houten beschoeiing zal in 2016 door een duurzaam materiaal vervangen worden. Onderzoek riolering In 2016 meten we in de riolering, in nauwe samenwerking met gemeente Bloemendaal. Het meten in de riolering heeft als doel ons rioolmodel te controleren en te valideren. Het rioolmodel wordt gebruikt om de werking van het rioolstelsel te berekenen en op basis van deze berekeningen worden noodzakelijke maatregelen genomen. Vervanging riolering In 2016 wordt gestart met het vervangen van de riolering in de Dr. N.G. Piersonstraat en omgeving. Ook bereiden we het vervangen van het riool in de Burgemeester van Lennepweg voor. Bij beide projecten wordt een hemelwaterriool naast het vuilwaterriool aangelegd en wordt de openbare ruimte afgekoppeld van het vuilwaterriool. Rioolpompen en rioolgemalen De telemetrie, waarmee de hoofdpost en de gemalen met elkaar communiceren, wordt in 2016 vervangen. Verder vervangen we een aantal rioolpompen.
3. Hoe gaan we dit meten? Regelmatig wordt het burgeronderzoek ‘Waarstaatjegemeente.nl’ landelijk onder regie van KING (Kwaliteits Instituut Nederlandse Gemeenten) uitgevoerd. In dit onderzoek meten we op verschillende terreinen de tevredenheid van inwoners. Een belangrijk onderdeel is de kwaliteit van het onderhoud van de Openbare Ruimte. Heemstede scoort hier op bijna alle onderdelen boven gemiddeld. Het onderdeel ‘Burger als Wijkbewoner’ gaat met name over de Openbare Ruimte. (zie www.waarstaatjegemeente.nl).
Programmabegroting 2016
39
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
4. Wat mag het kosten?
(x € 1.000)
Lasten Baten Totaal saldo
Mutaties reserves: Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat programma
rekening
begroting
begroting
meerjarenbegroting
2014 6.882 3.262
2015 7.528 3.361
2016 7.439 3.422
2017 7.669 3.557
2018 7.881 3.744
2019 7.994 3.841
-3.620
-4.167
-4.017
-4.112
-4.137
-4.153
41 41
0 357
0 41
0 41
0 41
0 41
-3.620
-3.810
-3.976
-4.071
-4.096
-4.112
(na mutatie reserves)
Lasten programma 3
Baten programma 3 € 7.437.099
€ 3.461.857
Aandeel programma in totale begroting van € 48.820.035
Lasten programma 3 Totaal lasten begroting Baten programma 3 Totaal baten begroting
40
€ 7.437.099 € 48.820.035 € 3.461.857 € 48.820.035
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Detailtabel programma 3 – Verkeer, vervoer en waterstaat (infrastructuur) (x € 1.000) Prod. Omschrijving product nr.
rekening 2014
begroting 2015
begroting 2016
meerjarenbegroting 2017 2018
2019
1.823
1.820
1.893
1.922
1.932
1.930
Lasten, uitgesplitst per product 1200
Wegen
1201
Schoonhouden wegen
735
825
835
835
835
835
1202
Gladheidbestrijding
137
140
142
142
142
142
1203
Bruggen en landhoofden
403
350
342
341
354
354
1204
Openbare verlichting
260
341
331
340
348
357
1205
Overige voorzieningen wegen
178
193
197
197
197
197
1210
Verkeersborden en -tekens
85
94
95
95
95
95
1211
Straatnaamborden
27
30
30
30
30
30
1212
Wegbelijning en figuraties
1213
Verkeersregelinstallaties
1214
Bovenlokaal verkeer
1215
Verkeersplannen
1216 1217 1218
Verkeerstellingen
27
28
28
28
25
25
1231
Fiscaal parkeren
372
386
409
398
392
392
1240
Watergangen
178
218
231
231
231
231
1241
Waterkeringen en watertechn.werken
113
130
148
204
203
202
1242
Woonschepenhaven
47
1
1
1
1
1
1731
Pompen
103
88
88
88
88
88
1732
Riolen en drainage
1.808
2.208
1.988
2.112
2.279
2.371
1733
Rioolheffing
23
25
25
25
25
25
179
219
230
254
253
268
48
53
54
54
54
54
176
188
183
183
208
208
Verkeersmaatregelen
41
51
51
51
51
51
Verkeersverzoeken burgers
60
64
66
66
66
66
Totale lasten van het programma
59
76
72
72
72
72
6.882
7.528
7.439
7.669
7.881
7.994
Baten, uitgesplitst per product 1200
Wegen
29
0
0
0
0
0
1201
Schoonhouden wegen
7
28
0
0
0
0
1202
Gladheidbestrijding
0
0
0
0
0
0
1203
Bruggen en landhoofden
54
0
0
0
0
0
1204
Openbare verlichting
1
9
9
9
9
9
1205
Overige voorzieningen wegen
22
16
16
16
16
16
1210
Verkeersborden,tekens en wegwijzers
2
0
0
0
0
0
1211
Straatnaamborden
0
0
0
0
0
0
1212
Wegbelijningen en figuraties
0
0
0
0
0
0
1213
Verkeersregelinstallaties
7
5
5
5
5
5
1214
Bovenlokaal verkeer
0
0
0
0
0
0
1215
Verkeersplannen
7
0
0
0
0
0
1216
Verkeersmaatregelen
0
0
0
0
0
0
1217
Verkeersverzoeken burgers
0
0
0
0
0
0
1218
Verkeerstellingen
0
0
0
0
0
0
1231
(Fiscaal)Parkeren
721
725
725
725
725
725
1240
Watergangen
0
0
0
0
0
0
1241
Waterkeringen en watertechn.werken
34
32
34
34
34
34
1242
Woonschepenhaven
4
4
6
6
6
6
1731
Pompen
0
0
0
0
0
0
1732
Riolen en drainage
2
76
34
0
0
0
1733
Rioolheffing
2.372
2.466
2.593
2.762
2.949
3.046
3.262
3.361
3.422
3.557
3.744
3.841
-3.620
-4.167
-4.017
-4.112
-4.137
-4.153
Totale baten van het programma Saldo programma voor mutaties reserves
Programmabegroting 2016
41
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
1201
Storting in reserves
0
0
0
0
0
0
1201
Onttrekking uit reserves
0
37
0
0
0
0
1203
Storting in reserves
0
0
0
0
0
0
1203
Onttrekking uit reserves
41
41
41
41
41
41
1732
Storting in reserves
41
0
0
0
0
0
1732
Onttrekking uit reserves
Saldo programma na mutaties reserves
0
279
0
0
0
0
-3.620
-3.810
-3.976
-4.071
-4.096
-4.112
Toelichting op de financiële cijfers: Lasten Wegen In de Kadernota 2016-2019 is voor nieuw beleid structureel een bedrag gereserveerd van € 100.000 voor onderhoud wegen. In 2015 was er sprake van een incidentele verhoging voor onderhoud wegen van € 40.000, zodat er ten opzichte van dat jaar sprake is van een stijging van € 60.000. Voorts is sprake van een lichte stijging van de kapitaallasten en van de doorbelasting van uren. Meerjarig nemen de lasten toe als gevolg van de met nieuwe investeringen samenhangende kapitaallasten. Schoonhouden wegen Eveneens in de Kadernota 2016-2019 is voor nieuw beleid structureel een bedrag van € 80.700 gereserveerd voor een nieuwe, milieuvriendelijke methode van onkruidbestrijding. In 2015 is dit beleid bij amendement vervroegd ingevoerd. Indexering van de aanneemsom Meerlanden zorgt voor een stijging van de uitgaven. Bruggen en landhoofden De fluctuaties in de meerjarenraming ontstaan als gevolg van de met nieuwe investeringen samenhangende kapitaallasten. Openbare verlichting Enerzijds is sprake van een besparing op energie van € 32.000, anderzijds nemen de kapitaallasten in 2016 ten opzichte van 2015 toe met € 20.000 als gevolg van nieuwe investeringen. Meerjarig nemen de lasten toe als gevolg van de met nieuwe investeringen samenhangende kapitaallasten. Verkeersregelinstallaties De stijging van de lasten wordt deels veroorzaakt door de kapitaallasten (€ 5.000) en deels door de toerekening van uren (€ 5.000). Meerjarig nemen de lasten toe als gevolg van de met nieuwe investeringen samenhangende kapitaallasten. Verkeersplannen In 2013 heeft de raad ingestemd met het vormen van een Regionaal Mobiliteitsfonds. Het fonds wordt gedurende 15 jaar gevoed door de deelnemende gemeenten. In de begroting 2016 is hiervoor een bijdrage geraamd van € 119.000. Conform besluitvorming bedraagt de bijdrage vanaf 2018 € 144.000. Fiscaal parkeren In deze begroting wordt nog rekening gehouden met de vervanging van de parkeermeters bij het station, waardoor de kapitaallasten met € 16.000 toenemen ten opzichte van 2015. Er worden plannen ontwikkeld om over te gaan tot vergunningparkeren, waardoor deze lasten zouden kunnen vervallen. Hier staan echter andere kosten tegenover, die nu nog niet in de begroting zijn meegenomen. Daarnaast staan hierop, conform de voorjaarsnota 2015 blz. 8, de kosten van de proef gratis bewaakte stalling station verantwoord (2015: € 8.000; 2016: € 16.000 en 2017: € 8.000). Watergangen De kapitaallasten nemen in 2016 toe met een bedrag van € 12.000, als gevolg van het laten opstellen van een nieuw baggerplan voor de komende 10 jaar.
42
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Waterkeringen en watertechnische werken Vervanging van de beschoeiing in de Cruquiushaven en de Van Merlenvaart en het ophogen van een deel van de dijk langs de Ringvaart zorgen voor een toename van de kapitaallasten van € 17.000 in 2016. In 2016 wordt de rest van de Ringvaartdijk aangepakt, waardoor de kapitaallasten vanaf 2017 verder toenemen. Riolen en drainage De daling van de lasten in 2016 ten opzichte van 2015 heeft hoofdzakelijk een technische oorzaak en houdt verband met het omzetten van de egalisatiereserve riolering naar een voorziening riolering in 2015 (conform de Voorjaarsnota 2015, blz. 12). Dit wordt weer gecompenseerd door de mutatie in de reserves. Voorts wordt rekening gehouden met een efficiencyvoordeel op de uitgaven van € 90.000 (meegenomen in de berekening van de rioolheffing). De stijging van de lasten in de meerjarenraming wordt veroorzaakt door de storting in de voorziening voor toekomstige rioolinvesteringen, welke jaarlijks met € 70.000 toeneemt en de kapitaallasten als gevolg van nieuwe investeringen. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf lokale heffingen.
Baten Schoonhouden wegen In 2015 was voor een milieuvriendelijke manier van onkruidbestrijding sprake van een eenmalige dekking via de nota duurzaamheid en ISV. Deze dekking vervalt vanaf 2016. Riolen en drainage Conform de besluitvorming bij de programmabegroting 2015 wordt de stijging van de rioolheffing (als gevolg van het meer toerekenen van betaalde kosten) fasegewijs toegerekend aan de burger, vandaar dat in 2016 een onttrekking uit de voorziening rioolheffing is geraamd van € 34.000. Na 2016 wordt er geen bedrag meer onttrokken. Rioolheffing Uitgangspunt is 100% kostendekkendheid van de rioolheffing. Dit betekent dat de inkomsten uit rioolheffing, overeenkomstig de uitgaven voor rioleringen, meerjarig stijgen. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf lokale heffingen.
Programmabegroting 2016
43
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Voorgenomen investeringen Investeringen: Riolen: Vervangen riolering Dr. Piersonstraat e.o. Vervangen riolering Burg. van Lennepweg Opstellen VGRP 2016-2020 Rivierenwijk Noord ~ riool Renoveren riool H'steedse dreef Renoveren riool Javalaan Vervangen rioolontstopper Herenweg fase 4 ~ riool Vervangen riolering omg. Slotlaan Vervanging riolering Berkenlaan e.o. Wegen: Vervangen riolering Dr. Piersonstraat e.o. ~ wegen Herinrichting Wilhelminaplein Wagenaarlaan (H.Dreef-Wagnerkade) Rivierenwijk Noord ~ wegen Herenweg fase 4 ~ wegen Heemsteedse Dreef (Wagenaarlaan-Wipperplein) Heemsteedse Dreef geluidarm asfalt Openbare verlichting: Renovatie openbare verlichting 2016 Renovatie openbare verlichting 2017 Renovatie openbare verlichting 2018 Renovatie openbare verlichting 2019 Waterkeringen en watertechnieken: Vervangen deel beschoeiingen Ringvaart (aangepast) Verkeersregelinstallaties: Vervanging verkeersregelinstallatie K4 Dreef/Lanckhorstln Vervangen VRI H'steedse dreef/Julianaplein K3 Vervanging VRI Wagenaarlaan/Dreef Overig programma 3: Vervangen parkeermeter station e.o. (4 van 4) Fietsstraat Cruquiusweg, parallelweg zuid Vervangen voetgangersbrug Asterkade Vervanging handhelds handhaving Totaal investeringen
44
2016
2017
2018
2019
1.323.000 454.000 40.000 1.085.000 507.000 217.000 21.000 690.000 567.000 469.000
312.000 440.000 130.000 112.630 1.003.000 423.000 47.000
183.300 183.300 183.300 183.300
1.400.000
164.500 122.200 188.000
50.000 450.000 200.000 30.000 4.619.000 4.498.930 1.877.300
183.300
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Programmabegroting 2016
Programma 4 Onderwijs, Algemene sport en cultuur voorzieningen (welzijn, sport en cultuur, gezondheid en onderwijs)
Portefeuillehouder: Portefeuillehouder: Remco Ates, Christa Kuiper Remco Ates, Christa Kuiper, Heleen Hooij Wat willen we bereiken? Wat gaan we ervoor doen? Hoe gaan we dit meten? Wat mag het kosten?
Inhoud programma Het programma omvat het uitvoeren van de taken die voortvloeien uit de onderwijswetgeving en uit het eigen, lokale onderwijsbeleid. Deze taken omvatten het onderwijshuisvestingsbeleid, het toezicht op naleving van de leerplicht, de schoolbegeleiding, de instandhouding en verhuur van gemeentelijke gymnastiekaccommodaties, het zorgdragen voor het vervoer van leerlingen en het aanbieden van schoolzwemmen, vakleerkrachten gymnastiek en muziekonderwijs. Het programma omvat voorts het uitvoeren van de taken die voortvloeien uit het vastgestelde beleid op het gebied van cultuur, sport en recreatie en de weekmarkt.
1. Wat willen we bereiken? We willen dat kinderen en jongeren kwalitatief goed onderwijs kunnen volgen en voorkomen dat zij vroegtijdig de school verlaten. We willen een algemeen voorzieningenniveau bieden dat voldoet aan de behoeften van inwoners, dat bijdraagt aan hun gezondheid en sociale participatie, dat voor iedereen toegankelijk is en dat ertoe bijdraagt dat het gebruik van individuele voorzieningen (zie Programma 6 en 7) wordt verminderd, c.q. kan worden uitgesteld.
Relevante beleidsnota’s n n n n
Beleidsplan Sociaal Domein/lokaal gezondheidsbeleid 2015 t/m 2018 Cultuurnota Nota “Sport en bewegen” Visiedocument Peuterspeelzaalwerk
Programmabegroting 2016
45
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
2. Wat gaan we ervoor doen? Beleidsdoel Het bieden van voldoende en adequate huisvesting van het onderwijs Activiteiten Vanaf 1 januari 2015 is de verantwoordelijkheid voor het buitenonderhoud en voor aanpassingen voor basisscholen over gegaan van gemeenten naar schoolbesturen. We zullen volgens de nieuwe regelgeving de resterende taken op het gebied van onderwijshuisvesting uitvoeren, zoals nieuwbouw en uitbreiding.
Beleidsdoel Het voorkomen van schoolverzuim Activiteiten Alle kinderen tussen 5 en 16 jaar die in Nederland wonen, moeten ingeschreven zijn op een school en onderwijs volgen (Leerplicht). Jongeren tussen 16 en 18 jaar moeten onderwijs volgen tot zij een startkwalificatie hebben (Kwalificatieplicht). Een startkwalificatie is (minimaal) een havo-diploma, vwo-diploma of een mbo-diploma op niveau 2 of hoger. De gemeente is voor de handhaving van de leerplicht en de kwalificatieplicht aangesloten bij de ‘Gemeenschappelijke regeling schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten West-Kennemerland’. We zullen de Leerplichtwet (de leerplicht en de kwalificatieplicht) volgens deze regeling handhaven.
Beleidsdoel Het faciliteren van goed onderwijs voor kinderen en jongeren op een redelijke afstand van huis waarbij recht wordt gedaan aan de schoolkeuze van de jeugdige en zijn/haar ouders Activiteiten Om meer recht te kunnen doen aan schoolkeuze door jongeren/ouders hebben we ons ingezet voor een ander plaatsingssysteem voor het voortgezet onderwijs dan het systeem van loting dat tot nu toe in de regio door de scholen voor voortgezet onderwijs werd gehanteerd.
Beleidsdoel Het bieden van vervoer aan leerlingen naar scholen voor speciaal onderwijs (SO) en speciaal basisonderwijs (SBO) Activiteiten Ouders kunnen (volgordelijk) in aanmerking komen voor een vergoeding van de kosten van openbaar vervoer of van eigen vervoer of voor aangepast vervoer naar scholen voor speciaal (basis)onderwijs (SBO en SO). Het SBO (speciaal basisonderwijs) is bedoeld voor kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden. Het SO (speciaal onderwijs) is bedoeld voor visuele of auditief gehandicapte kinderen, lichamelijk en/of verstandelijk gehandicapte kinderen, kinderen met gedragsstoornissen en/of psychiatrische problemen. Voor het aangepast vervoer is samen met de gemeenten Bloemendaal, Haarlemmerliede en Spaarnwoude en Zandvoort vanaf het schooljaar 2015-2016 een 2-jarig contract met een vervoerder gesloten (ETS/Munckhof ).
46
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Beleidsdoel Het bijdragen aan de ondersteuning van leerlingen bij leer- en/of gedragsmoeilijkheden Activiteiten De gemeente ondersteunt de scholen voor basisonderwijs via een subsidie voor schoolbegeleiding. Schoolbegeleiding is gericht op het optimaliseren van de schoolontwikkeling van individuele kinderen van het basisonderwijs. Sprake is van begeleiding van leerlingen bij leer- en/of gedragsmoeilijkheden (zoals sociaal-emotionele problematiek, dyslexie of dyscalculie en hoogbegaafdheid). Naast de gemeentelijke bijdrage zetten de scholen rijksgelden in ten behoeve van deze begeleiding.
Beleidsdoel Het bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen via het ondersteunen van het peuter-speelzaalwerk Activiteiten Het peuterspeelzaalwerk vormt een van de schakels in de sluitende aanpak voor jeugdigen. Door de invoering van voor- en vroegschoolse educatie (VVE) heeft het peuterspeelzaalwerk een nadrukkelijke rol gekregen bij het voorkomen en bestrijden van achterstanden bij peuters. Conform het Visiedocument peuterspeelzaalbeleid (2013) zijn alle gesubsidieerde peuterspeelzalen gehuisvest in of nabij scholen. De samenwerking met de basisscholen heeft gestalte gekregen en de warme overdracht van peuters naar de basisschool is een feit. Tevens heeft de samenwerking met het Centrum voor Jeugd en Gezin (zie voor nadere informatie over het CJG: Programma 7) invulling gekregen. De komende periode zal deze wijze van samenwerken doorgetrokken worden naar de kinderopvang. Dit zal in het overleg met betrekking tot de Lokaal Educatieve Agenda (LEA) worden besproken. Aan dit overleg wordt onder regie van de gemeente deelgenomen door het onderwijs en alle voorschoolse voorzieningen.
Beleidsdoel Het bieden van voldoende sport- en recreatievoorzieningen en het stimuleren van sportbeoefening Activiteiten Afspraken met betrekking tot sportvoorzieningen Gelet op het belang van een goed voorzieningenniveau op het vlak van sport én het behoud daarvan draagt de gemeente zorg voor een kwalitatief goed eigenarenonderhoud van het sportpark, de sporthal en zwembad Groenendaal en de tennisparken, gebaseerd op vastgestelde Meerjarenonderhoudsplannen. De gemeente heeft voor het beheer en de exploitatie van sportpark, sporthal en zwembad Groenendaal een exploitatie- en beheersovereenkomst gesloten met Sportplaza Heemstede BV. Deze BV verhuurt de betreffende sportvoorzieningen aan sportverenigingen tegen een huurprijs die aanzienlijk lager is dan de daadwerkelijke kostprijs; dit wordt indirecte subsidiering genoemd. Subsidiëring activiteiten Met betrekking tot de zaalsport- en zwemverenigingen is tevens sprake van directe subsidiëring. Ook het gebruik van het sportpark en de sporthal van de Stichting HBC wordt via een subsidie gefaciliteerd. De gemeente ondersteunt tevens via subsidiëring de inzet van vakleerkrachten gymnastiek op het basisonderwijs. Via de inzet van subsidies (het Sportstimuleringsfonds en de ondersteuning van Sportservice Noord-Holland) stimuleert de gemeente het sporten door jeugdigen, ouderen en mensen met een beperking. Ook wordt de ontwikkeling van jeugdige talenten ondersteund. Programmabegroting 2016
47
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Combinatiefuncties en schoolzwemmen De gemeente zet de uitvoering van de combinatiefuncties in 2016 voort. Combinatiefuncties zijn functies waarbij een medewerker ten behoeve van twee sectoren - sport en onderwijs - werkzaam is. Het schoolzwemmen wordt begeleid vanuit deze combinatiefuncties.
Beleidsdoel Het kwantitatief en kwalitatief op peil houden van speellocaties Activiteiten Speellocaties moeten in zowel kwaliteit (veilig, uitdagend en gevarieerd) als in kwantiteit (voldoende speellocaties) aanwezig zijn. Het onderhoud en de vervanging van speeltoestellen staan centraal. Een aantal toestellen bereikt binnenkort zijn afschrijvingstermijn of heeft deze al overschreden. Dit betekent dat geleidelijk de kosten voor het onderhoud gaan toenemen. Eerst wordt de oplossing gezocht in reparaties voordat overgegaan wordt tot vervanging. Uitdaging en variatie komen bij vervanging of herinrichting aan de orde. In overleg met de doelgroep wordt de keuze gemaakt voor een type toestel. Per locatie wordt zoveel mogelijk speelwaarde (diversiteit aan toestellen) gecreëerd, gericht op de doelgroep. Verzoeken voor nieuwe speellocaties worden aan de hand van cijfers over de bevolkingssamenstelling getoetst. Wanneer hieruit geconcludeerd wordt het verzoek reëel is, wordt bekeken wat de mogelijkheden zijn en hoe dit gefinancierd kan worden. Indien mogelijk lift de aanleg mee met een herinrichtingsproject van een buurt. Dit is het geval bij de Thorbeckelaan (en omgeving) en Piersonstraat (en omgeving) Ook financiering uit het onderhoudsbudget is een mogelijkheid.
Beleidsdoel Het bijdragen aan de bevordering van de gezondheid van de Heemsteedse inwoners Activiteiten Uitvoering wettelijke taken De gemeente schept via de uitvoering van de wettelijke taken van de Wet Publieke Gezondheid (PG) de voorwaarden om de gezondheid van de bevolking te bevorderen. Onder de taken van de Wet PG vallen onder andere: epidemiologie, het uitvoeren van preventieprogramma’s gericht op de bevordering van de gezondheid, het uitvoeren van bevolkingsonderzoeken (het oproepen van vrouwen voor deelname aan de onderzoeken naar borstkanker (50-75 jaar) en baarmoederhalskanker (30-60 jaar)), het bevorderen van de medische milieukunde, het bevorderen van de technische hygiënezorg (toezicht op de hygiëne bij grote evenementen of in risico-instellingen), het bevorderen van de openbare geestelijke gezondheidszorg, het uitvoeren van infectieziekte-bestrijding en het uitvoeren van de jeugdgezondheidszorg voor 4-19 jarigen (schoolartsen) en voor 0-4 jarigen (consultatiebureaus). De jeugdgezondheidszorg voor 0-4 jarigen wordt in de regio’s Zuid- en Midden Kennemerland uitgevoerd door de Jeugdgezondheidszorg Kennemerland. De overige taken van de Wet PG worden uitgevoerd door de GGD Kennemerland, onderdeel van de Veiligheidsregio Kennemerland (VRK). Uitvoering Beleidsplan Sociaal Domein/lokaal gezondheidsbeleid 2015 t/m 2018 In 2016 zal uitvoering worden gegeven aan de beleidsvoorstellen uit het Beleidsplan Sociaal Domein/lokaal gezondheidsbeleid 2015 t/m/ 2018. Deze voorstellen zijn gericht op de speerpunten van het gezondheidsbeleid: de ondersteuning bij of het bijdragen aan de vermindering van depressieve klachten, dementie, overgewicht, roken en schadelijk middelengebruik. Bij de invulling van het lokale preventieve gezondheidsbeleid wordt tevens een belangrijke rol vervuld door het Loket Heemstede (zie Programma 6) en het Centrum voor Jeugd en Gezin (zie Programma 7).
48
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Beleidsdoel Het stimuleren van cultuurbehoud, cultuurparticipatie en cultuureducatie Activiteiten Nieuwe Cultuurnota In het laatste kwartaal van 2015 wordt het cultuurbeleid, gericht op cultuurbehoud (monumenten en archeologie), cultuurparticipatie (onder andere kunstbeoefening, tentoonstellingen en podiumkunst) en cultuureducatie (onder andere op scholen), herijkt en wordt een nieuwe cultuurnota opgesteld. In 2016 zal dit nieuwe cultuurbeleid worden uitgevoerd. Bibliotheek De Bibliotheek Heemstede is een vestiging van de Stichting Bibliotheek Zuid-Kennemerland. Deze bibliotheek voert de kerntaken op grond van de nieuwe Bibliotheekwet uit, volgt de trends op het gebied van het bibliotheekwerk intensief en draagt er zorg voor dat haar vestigingen toekomstgericht zijn op digitaal (bijvoorbeeld via het bevorderen van het gebruik van e-books) en fysiek vlak en op het gebied van mogelijkheden voor ontwikkeling, educatie en informatieverstrekking. In 2016 zullen we uitwerking geven aan het besluit om te komen tot de bibliotheek als ontmoetingscentrum, geïntegreerd met andere (welzijns)instellingen. Hierbij wordt gestreefd naar een toekomstgerichte voorziening, waar de bibliotheekinvulling wordt gecombineerd met voorzieningen die een bijdrage kunnen leveren aan de transformatie op het sociaal domein.
Beleidsdoel Het bieden van ondersteuning in de vorm van algemeen maatschappelijk werk Activiteiten De gemeente is verantwoordelijk voor het algemeen maatschappelijk werk (AMW). Het AMW - een algemene, laagdrempelige en kosteloos toegankelijke voorziening - helpt mensen die moeilijkheden ondervinden in hun persoonlijk en sociaal functioneren. Concreet gesproken zijn de problemen waarvoor mensen een beroep doen op algemeen maatschappelijk werk voor bijna de helft psychisch of psychosociaal (bijvoorbeeld depressiviteit, eenzaamheid en angsten), (rouw)verwerking en problemen op het gebied van gezondheid (inclusief verslavingen). Bij een kwart gaat het om relationele problemen, terwijl de overige cliënten overwegend materieel-sociale problemen hebben (met bijvoorbeeld geld, huisvesting of maatschappelijke instituties). De Stichting Kontext geeft voor de gemeente uitvoering aan het algemeen maatschappelijk werk en wordt hiervoor via een budgetsubsidie ondersteund.
Beleidsdoel Het bieden van sociaal-cultureel werk, jeugdwerk, en ouderenwerk Activiteiten De gemeente ondersteunt de Stichting CASCA via een budgetsubsidie voor het bieden van sociaal cultureel werk, vrijwilligerswerk en jeugdwerk. De Stichting Welzijn Ouderen Heemstede (WOH) wordt via een budgetsubsidie ondersteund voor het bieden van ouderenwerk. Het uitgangspunt voor de gemeente is dat burgers zoveel mogelijk, naast hun eigen verantwoordelijkheid en eigen netwerk, ondersteund worden vanuit algemene voorzieningen. Pas als de benodigde ondersteuning hiermee niet in voldoende mate vorm gegeven kan worden, kan worden overgegaan tot een individuele voorziening. Om invulling te kunnen geven aan dit uitgangspunt is een sterk algemeen voorzieningenniveau vereist. Om hieraan bij te dragen is bij de subsidieverstrekking aan CASCA en de WOH als voorwaarde gesteld dat beide stichtingen een gezamenlijk opgesteld plan indienen, waarin wordt aangegeven hoe zij in de periode 2015 t/m 2016 vorm gaan geven aan een transformatie met betrekking tot het aanbod (inclusief accommodatiegebruik), de werkwijze (dienstverlening) en de intensivering van de (organisatorische) samenwerking.
Programmabegroting 2016
49
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
De stichtingen hebben in dit kader het Transformatieplan “Welzijn Heemstede” opgesteld, gericht op aansluiting bij de uitgangspunten en doelstellingen van het Beleidsplan Sociaal Domein 2015 t/m 2018. Op basis van dit plan zal met ingang van de tweede helft van 2015 (gefaseerd) gestart worden met een transformatie van hun aanbod (onder andere leidend tot meer integraliteit) en hun werkwijze. Tevens zullen de stichtingen zich vanaf medio 2015 richten op een fusietraject. De vorming van één welzijnsorganisatie zal tevens aanleiding zijn om de huidige vorm van budgetsubsidiëring ten behoeve van de activiteiten van 2 organisaties te herzien.
Beleidsdoel Het stimuleren en ondersteunen van vrijwilligerswerk Activiteiten De inzet van de vele vrijwilligers draagt bij aan het algemene voorzieningenniveau van Heemstede. Daarnaast draagt het verrichten van vrijwilligerswerk bij aan de sociale participatie van vrijwilligers zelf. In 2016 wordt (verdere) uitvoering gegeven aan de voorstellen op dit vlak van het Beleidsplan Sociaal Domein 2015 t/m 2018 (bijvoorbeeld het op een vernieuwende wijze werven (met inzet van het Steunpunt Vrijwilligerswerk van Stichting CASCA), het stimuleren van vrijwilligerswerk voor mensen met een beperking, de afstemming hierover met de zorgaanbieders, het stimuleren van vrijwilligerswerk in het kader van de Tegenprestatie van de Participatiewet, het aanbieden van de jaarlijkse Vrijwilligersprijs/het jaarlijkse Vrijwilligersfeest.
Beleidsdoel Het herijken van het subsidiebeleid
Activiteiten In het laatste kwartaal van 2015 wordt het subsidiebeleid herijkt. Dit betreft alle subsidieverstrekkingen én de indirecte subsidiëring genoemd onder het beleidsdoel sport- en recreatievoorzieningen. Naast een actualisatie gelet op nieuw beleid (Beleidsplan Sociaal Domein/lokaal gezondheidsbeleid 2015 t/m 2018 en de voorgenomen nieuwe Cultuurnota), zal hierbij gestreefd worden naar meer transparantie (bijvoorbeeld met betrekking tot het afwegingskader).
3. Hoe gaan we dit meten? De aanpak van het schoolverzuim meten we via het jaarlijkse Leerplichtverslag. Jaarverslagen van de gesubsidieerde instellingen geven een beeld van het gebruik/het aantal gebruikers van de betreffende algemene voorzieningen. Klanttevredenheidsonderzoeken van gesubsidieerde instellingen geven inzicht in de resultaten van het aanbod.
50
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
4. Wat mag het kosten?
(x € 1.000)
Lasten Baten Totaal saldo
Mutaties reserves: Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat programma
rekening
begroting
begroting
meerjarenbegroting
2014 13.136 1.593
2015 9.452 748
2016 7.721 726
2017 7.677 726
2018 7.653 726
2019 7.665 726
-11.543
-8.704
-6.995
-6.951
-6.927
-6.939
603 532
0 979
0 22
0 0
0 0
0 0
-11.614
-7.725
-6.973
-6.951
-6.927
-6.939
(na mutatie reserves)
Lasten programma 4
Baten programma 4 € 7.722.981
€ 748.793
Aandeel programma in totale begroting van € 48.820.035
Lasten programma 4 Totaal lasten begroting Baten programma 4 Totaal baten begroting
Programmabegroting 2016
€ 7.722.981 € 48.820.035 € 748.793 € 48.820.035
51
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Detailtabel programma 4 – Algemene voorzieningen (welzijn, sport en cultuur, gezondheid en onderwijs (x € 1.000) Prod. Omschrijving product nr.
rekening 2014
begroting 2015
begroting 2016
meerjarenbegroting 2017 2018
2019
Lasten, uitgesplitst per product 1300
Weekmarkt
1400
Basisonderwijs; huisvesting
1401
Basisonderwijs; financiën
1402
Voortgezet onderwijs
1403 1404 1405
63
66
67
67
67
67
3.773
805
270
269
268
266
122
91
94
94
94
94
2.306
822
850
850
850
850
Leerplicht
65
88
65
65
65
65
Schoolbegeleiding
62
57
58
58
58
58
Schoolzwemmen
103
79
80
80
80
80
1406
Leerlingenvervoer
168
213
175
175
175
175
1407
Gymlokalen
152
153
155
155
155
155
1408
Overige lokaal bestuurlijke taken
169
162
169
169
169
169
1423
Openbaar onderwijs: algemeen
23
26
30
30
30
30
1503
Bibliotheek; verhuur deel Julianalaan
0
0
0
0
0
0
1504
Bibliotheek
764
786
800
800
800
800
1505
Bibliotheek; huisvesting
130
383
155
154
154
153
1511
Vormingswerk
11
10
10
10
10
10
1520
Gemeentelijke sportaccommodaties
1.038
1.549
1.020
1.014
983
999
1521
Sport
223
226
203
203
203
203
1533
Muziekverenigingen
19
20
20
20
20
20
1534
Overige cultuur en recreatie
221
297
244
244
244
244
1535
Beeldende kunst
36
73
75
53
53
53
1540
Oudheidkunde
14
14
15
15
15
15
1541
Monumenten
18
20
23
23
23
23
1563
Feest- en herdenkingsdagen
51
58
46
46
46
46
1564
Speelobjecten
108
120
114
114
114
114
1640
Maatschappelijke begeleiding
260
276
244
244
244
244
1641
Ouderenwerk
320
315
240
233
241
241
1648
Activiteiten sociaal beleidsplan
0
0
128
128
128
128
1660
Jeugd- en jongerenwerk
107
94
16
16
16
16
1661
Stichting Casca
1.002
1.015
1.030
1.024
1.024
1.023
1680
Peuterspeelzalen
207
185
150
150
150
150
1681
Kinderdagverblijven/naschoolse opvang
231
237
249
248
248
248
1700
Gezondheidszorg
Totale lasten van het programma
1.370
1.212
926
926
926
926
13.136
9.452
7.721
7.677
7.653
7.665
Baten, uitgesplitst per product
52
1300
Weekmarkt
1400
Basisonderwijs; huisvesting
43
45
45
45
45
45
568
0
0
0
0
1401
Basisonderwijs; financiën
0
0
0
0
0
0
0
1402
Voortgezet onderwijs
1403
Leerplicht
100
0
0
0
0
0
0
23
0
0
0
1404
0
Schoolbegeleiding
0
0
0
0
0
0
1405
Schoolzwemmen
0
0
0
0
0
0
1406
Leerlingenvervoer
0
3
1
1
1
1
1407
Gymlokalen
21
23
22
22
22
22
1408
Overige lokaal bestuurlijke taken
0
0
0
0
0
0
1423
Openbaar onderwijs: algemeen
0
0
0
0
0
0
1503
Bibliotheek; verhuur deel Julianalaan
1
0
0
0
0
0
1504
Bibliotheek; budgetsubsidie
0
0
0
0
0
0
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
1505
Bibliotheek; huisvesting
1511
Vormingswerk
1520
Gemeentelijk sportcomplex
1521 1533
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
136
133
135
135
135
0
0
0
0
0
0
112
103
103
103
103
103
Sport
0
0
0
0
0
0
Muziekverenigingen
0
0
0
0
0
0
1534
Overige cultuur en recreatie
0
0
0
0
0
0
1535
Beeldende kunst
0
5
5
5
5
5
1540
Oudheidkunde
0
0
0
0
0
0
1541
Monumenten
0
0
0
0
0
0
1563
Feest- en herdenkingsdagen
0
0
0
0
0
0
1564
Speelobjecten
0
0
0
0
0
0
1640
Maatschappelijke begeleiding
0
0
0
0
0
0
1641
Ouderenwerk
3
3
3
3
3
3
1648
Activiteiten sociaal beleidsplan
0
0
0
0
0
0
1660
Jeugd- en jongerenwerk
0
0
0
0
0
0
1661
Stichting Casca
245
250
251
251
251
251
1680
Peuterspeelzalen
9
5
5
5
5
5
1681
Kinderdagverblijven/naschoolse opvang
155
155
156
156
156
156
1700
Gezondheidszorg
200
0
0
0
0
0
Totale baten van het programma Saldo programma voor mutaties reserves
135
1.593
748
726
726
726
726
-11.543
-8.704
-6.995
-6.951
-6.927
-6.939
1400
Storting in reserves
386
0
0
0
0
0
1400
Onttrekking uit reserves
318
0
0
0
0
0
1402
Storting in reserves
67
0
0
0
0
0
1402
Onttrekking uit reserves
63
0
0
0
0
0
1505
Storting in reserves
0
0
0
0
0
0
1505
Onttrekking uit reserves
0
250
0
0
0
0
1520
Storting in reserves
0
0
0
0
0
0
1520
Onttrekking uit reserves
0
475
0
0
0
0
1534
Storting in reserves
0
0
0
0
0
0
1534
Onttrekking uit reserves
0
60
0
0
0
0
1535
Storting in reserves
0
0
0
0
0
0
1535
Onttrekking uit reserves
0
22
22
0
0
0
1700
Storting in reserves
150
0
0
0
0
0
1700
Onttrekking uit reserves
151
172
0
0
0
0
-11.614
-7.725
-6.973
-6.951
-6.927
-6.939
Saldo programma na mutaties reserves
Toelichting op de financiële cijfers: Lasten Basisonderwijs: huisvesting Bij de programmabegroting 2015 is besloten een bedrag van € 4,9 miljoen extra af te schrijven op onderwijsinvesteringen. Voor een bedrag van € 4,4 miljoen heeft dit plaatsgevonden in 2014. In 2015 wordt nog een bedrag van ruim € 0,5 miljoen extra afgeschreven. Vanaf 2016 nemen de kapitaallasten derhalve af met dit bedrag. Voortgezet onderwijs De bijdrage aan College Hageveld wordt jaarlijks met 3% geïndexeerd. Dit komt overeen met een bedrag van € 23.000. Daarnaast wordt € 5.000 meer aan overhead toegerekend. Leerplicht Betreft de bijdrage aan de gemeente Haarlem in het kader van de Gemeenschappelijke regeling “Schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten West-Kennemerland” na verrekening van de bijdrage kwalificatieplicht van het ministerie Programmabegroting 2016
53
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
OCW. In de jaarschijf 2015 was de bijdrage van het ministerie nog apart als bate geraamd (zie toelichting bij “baten leerplicht”). Leerlingenvervoer In 2015 heeft een nieuwe aanbesteding plaatsgevonden van het leerlingenvervoer. Hierdoor dalen de lasten met ingang van 2016. Bibliotheek Het nadeel ad € 14.000 ten opzichte van 2015 ontstaat door de indexering van de budgetsubsidie (€ 5.000) en de doorberekende kosten vanuit de kostenplaats welzijn. Huisvesting bibliotheek Het voordeel ad € 228.000 ontstaat door het vervallen van de éénmalige storting in het onderhoudsfonds voor achterstallig onderhoud in 2015 ad € 250.000. Hier tegenover staan de hogere kapitaallasten ad € 21.000 voor het investeringsplan. Gemeentelijke sportaccommodaties Het voordeel ad € 529.000 ontstaat door het wegvallen van de eenmalige storting in de voorziening eigenarenonderhoud sportpark (€ 475.000) in 2015 die op basis van het meerjarenonderhoudsplan plaats vond. Daarnaast dalen in 2016 de kapitaallasten met € 65.000 doordat activa inmiddels geheel zijn afgeschreven. Hier tegenover staat de stijging van de budgetsubsidie aan Sportplaza met € 10.000 op basis van de exploitatie-overeenkomst en de afgesproken indexatie. De bijdrage aan Sportplaza stijgt op basis van de exploitatie-overeenkomst in 2017, 2018 en 2019 met respectievelijk € 5.000, € 10.000 en € 24.000. De overeenkomst loopt in principe tot 1 juli 2019. De kosten voor het jaar 2019 zijn daarom via extrapolatie bepaald. Sport Het voordeel ad € 23.000 ten opzichte van 2015 ontstaat doordat de kosten voor breedtesport (€ 25.000) en het hardloopevenement (€ 7.500) verhuizen naar het product activiteiten sociaal beleidsplan in dit programma. Hier tegenover staat de verplichte indexering van subsidies (€ 7.000) en de hogere doorberekening vanuit de kostenplaats welzijn (€ 5.000). Overige cultuur en recreatie Het voordeel ad € 53.000 ten opzichte van 2015 op dit product ontstaat door het wegvallen van de subsidie aan de Oude Kerk (€ 60.000) in 2016. Ook zijn de kosten voor sociale cohesie (€ 2.500) naar het product activiteiten sociaal beleidsplan verhuisd in dit programma. Hier tegenover staat de hogere doorberekening vanuit de kostenplaats welzijn (€ 10.000). Beeldende kunst De kosten voor achterstallig onderhoud beeldende kunst, gedekt door een onttrekking aan de reserve 1% regeling kunst, vallen met ingang van 2017 weg. Dit levert een voordeel van € 22.000 op. Feest- en herdenkingsdagen De 5 mei viering wordt eens in de 5 jaar gesubsidieerd indien er een aanvraag volgt. Dit bedrag valt vanaf 2016 weer weg waardoor er een voordeel ad € 12.000 op dit product ontstaat. Maatschappelijke begeleiding De kosten voor buurtbemiddeling (€ 13.000) en de Baan ondersteuning en deskundigheidsbevordering (€ 16.000) verhuizen in verband met de nieuwe programma’s naar het product activiteiten sociaal beleidsplan in dit programma. Daarnaast zijn de uitgaven aan stichting ’t Web vervallen (€ 5.000) omdat deze stichting is opgeheven. Ouderenwerk De kosten voor dagopvang ad € 85.000 aan de Stichting Hervormde Diaconale Huizen (SHDH) zijn verschoven naar het product zorgondersteuning Wmo 2007 in programma 6 (Wmo). Anderzijds is sprake van een hogere doorbelasting van de afdeling Welzijn van € 8.000.
54
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Activiteiten sociaal beleidsplan Dit is een nieuw product vanaf de begroting 2016 dat is gemaakt in verband met de toevoeging van de programma’s Wmo en Jeugdzorg. Naar dit product zijn de volgende kosten verschoven: hardloopevenement, breedtesport, sociale cohesie, buurtbemiddeling, De Baan (zowel ondersteuning en deskundigheidsbevordering als activiteiten sociaal cultureel werk), streetcornerwork, jeugd RIAGG en stichting De Geestgronden. Onder dit product zijn die activiteiten uit het sociaal beleidsplan geschaard die niet onder programma 6 Wmo thuis horen maar in programma 4 Algemene voorzieningen. In totaal gaat het om € 128.000. Dit zijn geen nieuwe kosten maar kosten die verschoven zijn van andere producten. Dekking van de kosten vindt plaats uit de integratie-uitkering Wmo 2007 en de reserve Wmo. Jeugd- en jongerenwerk De kosten voor streetcornerwork verhuizen naar het product activiteiten sociaal beleidsplan en leiden hiermee tot een voordeel op dit product ad € 27.000 ten opzichte van 2015. Daarnaast wordt € 51.000 minder aan overhead doorberekend. Stichting Casca De budgetsubsidie voor stichting Casca wordt geïndexeerd. Hiermee ontstaat een nadeel ad € 10.000 ten opzichte van 2015. Daarnaast wordt € 5.000 meer aan overhead doorberekend. Peuterspeelzalen Vanuit het rekeningsresultaat 2014 is € 10.000 voor verhuiskosten en € 18.000 voor tekortsubsidie meegenomen naar 2015. Dit valt weg in 2016 zodat hiermee een voordeel ad € 28.000 ontstaat. Daarnaast is de peuterspeelzaal aan de Reggelaan 14a ontruimd zodat de kosten van het gebouw voortaan verantwoord worden op het product gebouwen en gronden. Dit leidt tot een voordeel ad € 10.000. Kinderdagverblijven en naschoolse opvang Het nadeel ad € 12.000 ten opzichte van 2015 ontstaat door de hogere kosten aan de GGD voor de inspecties kinderopvang (€ 5.000) en de hogere doorberekening vanuit de kostenplaats welzijn (€ 7.000). Gezondheidszorg Het voordeel ad € 286.000 op dit product ontstaat voornamelijk doordat de uitgaven ten laste van het invoeringsbudget decentralisaties vervalt in 2016. Dit leidt tot een voordeel ad € 172.000. Daarnaast verhuizen de kosten voor Tandem (mantelzorg € 24.000), thuiszorg gehandicapten (€ 9.000), draagnet (€ 34.000), de hospicegroep (€ 2.500) en het tegengaan van huiselijk geweld (€ 10.000) naar het product zorgondersteuning Wmo 2007 in programma 6 Wmo. De uitgaven voor De Baan (€ 21.000), de jeugd RIAGG (€ 5.000) en de Geestgronden (€ 10.000) verschuiven naar het product activiteiten sociaal beleidsplan. Tezamen leidt dit tot een voordeel van € 116.000 op dit product. De kosten voor de stichting onbekende kwaliteiten (€ 16.000) zijn door het opheffen van de stichting vervallen. Tegenover deze voordelen staan de hogere kosten voor de GGD van de Veiligheidsregio Kennemerland (€ 9.000) die hier opgenomen zijn en de kosten voor Hygiënisch woningtoezicht die ten opzichte van 2015 met € 5.000 stijgen. Voor een verklaring van de kosten van de GGD wordt verwezen naar programma 2, brandweerzorg.
Baten Leerplicht De bijdrage kwalificatieplicht van het ministerie OCW wordt direct verrekend met de bijdrage aan de gemeente Haarlem. Vandaar dat deze bate niet meer wordt opgenomen in de begroting. (zie ook toelichting bij “lasten leerplicht”).
Programmabegroting 2016
55
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Voorgenomen investeringen Investeringen: Weekmarkt: Aanpassing elektriciteitsvoorziening weekmarkt
2016
2019
60.500
Gemeentelijke sportaccommodaties: Alliance, hockeyveld 3, semi-zandkunstgrasveld Veld 3 Alliance sportveld hekwerk H.B.C. Baan 1 en 2, kunstgrasmat vervangen H.B.C. Baan 1 en 2, lichtmasten vervangen H.B.C. Baan 3 en 4, kunstgrasmat vervangen H.B.C. Baan 3 en 4, lichtmasten vervangen H.B.C. Baan 5 en 6, kunstgrasmat vervangen H.B.C. Baan 5 en 6, lichtmasten vervangen H.B.C. Baan 7, kunstgrasmat vervangen V.E.W.-voetbal hoofdveld kunstgras Alliance, hockeyveld 5, zandkunstgrasveld Alliance, hockeyveld 6, zandkunstgrasveld Veld 5 Alliance sportveld hekwerk Veld 6 Alliance sportveld hekwerk T.V. Merlenhove baan 1 tm 13, gravel toplaag vervangen T.V. Merlenhove baan 1 tm 13, beregeningsinst. vervangen
56
2018
21.000
Ouderenwerk: Vervanging KoBus
Totaal investeringen
2017
250.917 30.092 39.741 15.708 39.741 15.708 39.741 15.708 21.206 250.000 125.000 250.000 22.500 30.000 107.136 14.726 21.000
341.509
187.553
799.362
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Programmabegroting 2016
Programma 5 4 Onderwijs, Werk en inkomen sport Economi(incl. en cultuur sche Zaken) Portefeuillehouder: Portefeuillehouders: Remco Christa Kuiper Christa Ates, Kuiper, Marianne Heeremans Wat willen we bereiken? Wat gaan we ervoor doen? Hoe gaan we dit meten? Wat mag het kosten?
Inhoud programma Het programma omvat het verstrekken van uitkeringen in het kader van de Participatiewet, IOAW, IOAZ en BBZ. Tevens het verstrekken van bijzondere bijstand, minimabeleid, schuldhulpverlening. Het programma omvat voorts het re-integratiebeleid, WSW en economische zaken.
1. Wat willen we bereiken? We zorgen voor inwoners die in een kwetsbare positie verkeren en bevorderen een zelfstandige participatie aan de samenleving.
Relevante beleidsnota’s n n n n
Beleidskadernota participatiewet 2015 Beleidsplan Sociaal Domein 2015 – 2018 Uitvoeringsprogramma Participatiebudget 2015 Heemstede Notitie Economisch Beleid Heemstede 2010 - 2015
Programmabegroting 2016
57
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
2. Wat gaan we ervoor doen? Beleidsdoel Uitkeringsgerechtigden begeleiden naar werk Activiteiten Participatiewet Op 1 januari 2015 is de Participatiewet van kracht geworden. Met de Participatiewet wil de overheid meer mensen met een arbeidsbeperking aan het werk krijgen. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de re-integratie van mensen die kunnen werken maar daarbij wel ondersteuning nodig hebben. Tot de doelgroep van de Participatiewet behoren ook die mensen die niet in staat zijn door arbeid voldoende inkomsten voor levensonderhoud te verwerven. Mensen die een grote afstand hebben tot de arbeidsmarkt en voorheen een WSW-indicatie (WSW=Wet Sociale Werkvoorziening) zouden hebben gehad, vallen nu onder de werking van de Participatiewet. De toegang tot de WSW is afgesloten. Ook jong gehandicapten die nog arbeidscapaciteit hebben en die zich melden voor (inkomens)ondersteuning vallen onder de Participatiewet. Voor de begeleiding naar werk biedt de Participatiewet een aantal instrumenten. De wijze van inzet van deze instrumenten, de beleidskeuzes, is vastgelegd in verordeningen, beleidsregels en in het uitvoeringsprogramma Participatiewet 2015. Omdat de middelen die het rijk beschikbaar stelt voor (re)integratie de komende jaren verder afnemen, wordt bij het maken van beleidskeuzes rekening gehouden met deze verlaagde budgetten. Het uitvoeringsprogramma is gebaseerd op prognoses van aantallen nieuwe instroom, bestaande doelgroepen en bestedingen. In het derde kwartaal van 2015 komt er een aanvulling op dit uitvoeringsprogramma dat mede zal dienen als basis voor 2016. In 2015 is gestart met het Poortmodel op het werkplein. Dit model heeft als doel potentiële bijstandsgerechtigden zo snel mogelijk te ondersteunen bij het vinden van werk, waardoor er geen, of kortere tijd, beroep hoeft te worden gedaan op een uitkering. Dit model zal in de loop van 2015 worden geëvalueerd. De uitkomsten van deze evaluatie zullen zo nodig worden gebruikt om het model in 2016 aan te scherpen. De kosten die gemoeid zijn met het werkplein zijn in de begroting opgenomen. Re-integratietrajecten Een van de manieren om de afstand tot de arbeidsmarkt te verkleinen is het aanbieden van een re-integratietraject. Onderdelen van die trajecten kunnen onder andere zijn: extra scholing, taaltraining, schuldbemiddeling, motivatie- of sollicitatietrainingen. Directe werkbemiddeling (door consulenten van de Intergemeentelijke Afdeling Sociale Zaken of in samenwerking met een re-integratiebedrijf ) voor mensen met geen/minder arbeidsbeperkingen is in eerdere jaren succesvol gebleken en wordt – indien financieel mogelijk - in 2016 gecontinueerd. Met het re-integratieonderdeel Pasmatch van Paswerk sluiten we weer een contract af voor 2016. De middelen voor re-integratie nemen tot 2018 jaarlijks af. Deze middelen zijn, samen met de rijkssubsidie WSW, onderdeel van de integratieuitkering Sociaal Domein. Ook de rijkssubsidie WSW neemt de komende jaren verder af. De prognose is dat het aantal uitkeringsgerechtigden de komende jaren juist zal toenemen. Het is daarom van groot belang voor zowel de uitkeringsgerechtigden als voor de gemeente dat middelen voor re-integratietrajecten beschikbaar blijven. Hiermee wordt de kans op uitstroom uit de uitkering vergroot. Loonkostensubsidie en garantiebanen Gemeenten kunnen werkgevers aanmoedigen om banen aan te bieden aan mensen met een arbeidsbeperking. De gemeente kan gedeeltelijk het loon meebetalen in de vorm van een loonkostensubsidie tot maximaal het minimumloon. De gemeente kan ook werkplekaanpassingen voor een werkgever betalen of een jobcoach inschakelen. Met een zogenoemde no-riskpolis kan het mogelijke risico voor de werkgever worden weggenomen. Werkgevers en overheid hebben landelijk afgesproken extra zogenoemde garantiebanen te scheppen voor mensen met een arbeidsbeperking. Bij het niet behalen van de afgesproken aantallen garantiebanen zal de Quotumwet waarschijnlijk per 2017 worden geactiveerd. In 2015 is het werkgeversservicepunt gestart waarin gemeenten, UWV, Paswerk en IJmond Werkt samenwerken met als doel het faciliteren van werkgevers en het invullen van garantiebanen. In 2016 zal deze samenwerking worden voortgezet.
58
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Regionaal Werkbedrijf (voor arbeidsmarktregio Zuid-Kennemerland en IJmond) Het regionaal Werkbedrijf is een bestuurlijk regionaal samenwerkingsverband van regiogemeenten, werkgevers, vakbonden en het UWV. Bedrijven voor sociale werkvoorziening, voor de doelgroep relevante onderwijsinstellingen en cliëntenorganisaties kunnen betrokken worden bij de activiteiten van het bestuur van een Werkbedrijf. Gemeenten nemen het voortouw bij de Werkbedrijven met een zware vertegenwoordiging van werkgevers en werknemersorganisaties in het bestuur. De wethouder en trekker van de arbeidsmarktregio (Haarlem) is voorzitter van het samenwerkingsverband. In 2015 is een convenant gesloten waarin bovengenoemde partijen afspraken maken met betrekking tot de te bereiken doelen. De centrumgemeente heeft een budget ontvangen van € 1 miljoen voor de periode 2014-2016 dat kan worden ingezet om de doelen te realiseren. Er is geen extra budget benodigd vanuit de algemene middelen van de participerende gemeenten. WSW (oud) De Wet sociale werkvoorziening (WSW) is er op gericht mensen met een arbeidsbeperking (begeleid) te laten werken in een passende arbeidsomgeving. De toegang tot de WSW is met de inwerkingtreding van de Participatiewet per 1 januari 2015 afgesloten. Zittende WSW-medewerkers behouden hun rechten. De rijkssubsidie WSW maakt per 2015 onderdeel uit van de integratie-uitkering sociaal domein. De rijksoverheid kort tot 2020 jaarlijks op de WSW-subsidie en dat betekent dat de gemeente elk jaar wordt geconfronteerd met een oplopend subsidietekort. Dit tekort werd tot 2016 gedekt uit de re-integratiegelden die deel uitmaken van de integratie-uitkering sociaal domein. Omdat ook de re-integratiegelden teruglopen en de prognose is dat het aantal bijstandsgerechtigden de komende jaren zal toenemen is het niet langer opportuun om het tekort op de WSW te dichten vanuit de re-integratiegelden. Er zou dan immers geen geld over blijven om uitkeringsgerechtigden te ondersteunen bij het vinden van een baan. Voor het SW-bedrijf Paswerk is de opgave de komende jaren alle energie te richten op verbetering van het operationele resultaat en een reductie van de kosten. Dit door een gecombineerde inzet op kostenbeheersing en - waar mogelijk - het verder ontwikkelen van het verdienvermogen. Paswerk heeft hiertoe in 2015 een strategisch plan ingediend dat de komende jaren ten uitvoer moet worden gebracht. Het doel van dit plan is hiermee het operationeel resultaat van Paswerk te verbeteren en het WSW-tekort te verminderen. Voor 2016 kan het tekort op de WSW worden gedekt uit de reserve participatiewet. Het streven is om de tekorten WSW in de daarop volgende jaren structureel te dekken door de effecten van de voorgestane integrale aanpak in het brede sociale domein conform het Beleidsplan. Beschut werken (nieuw) Bedoeld voor mensen die door hun lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking een zodanige mate van begeleiding en aanpassingen van de werkplek nodig hebben, dat niet van een reguliere werkgever mag worden verwacht dat hij deze mensen in dienst neemt. Met ‘beschut werk’ kan de gemeente deze mensen toch in een dienstbetrekking laten werken. In 2015 wordt regionaal onderzocht hoe het beschut werken het beste vorm kan krijgen. Tegenprestatie De tegenprestatie gaat uit van de gedachte dat uitkeringsgerechtigden iets mogen betekenen voor de maatschappij. Omdat bij het opleggen van de tegenprestatie rekening moet worden gehouden met een aantal beperkingen, qua ureninzet en periode, etc., zal vooral worden ingezet op het verrichten van vrijwilligerswerk en mantelzorg, alvorens het opleggen van een tegenprestatie aan de orde is. In het vierde kwartaal van 2015 wordt een start gemaakt met het sluitend uitvoeren van de tegenprestatie. Bij de gehele potentiële doelgroep wordt geïnventariseerd of er uitsluitingsgronden aanwezig zijn voor het vervullen van de tegenprestatie en of al vrijwilligerswerk of mantelzorg wordt verricht. Blijkt hieruit dat nog niet wordt voldaan aan de tegenprestatie, dan krijgt iemand zelf de gelegenheid om alsnog binnen 8 weken een tegenprestatie te organiseren. In het uiterste geval kan een tegenprestatie of maatregel worden opgelegd.
Beleidsdoel Bijstandsverlening Activiteiten Levensonderhoud Gedurende de periode dat iemand niet zelfstandig een inkomen uit arbeid kan verwerven of anderszins niet over middelen beschikt om in het eigen levensonderhoud te voorzien wordt een bijstandsuitkering op grond van de ParticipaProgrammabegroting 2016
59
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
tiewet toegekend voor de noodzakelijke kosten van levensonderhoud. De verwachting is dat in 2016 het aantal uitkeringsgerechtigden Participatiewet landelijk zal toenemen. In de periode tot en met 2020 is de prognose dat het aantal bijstandsontvangers met ongeveer 12% zal stijgen (bron meicirculaire gemeentefonds 2015). Omdat de verwachte toename afhankelijk is van veel factoren zijn de uitgaven voor 2016 nu nog geraamd op basis van het huidige niveau (stand per 1 juni 2015). In de voorjaarsnota zal het begrote bedrag worden aangepast op basis van de dan bekende aantallen. De gebundelde uitkering (BUIG) is ter bekostiging van uitkeringen op grond van de Participatiewet, de IOAW, de IOAZ en het Bbz 2004 (voor zover deze laatste betrekking heeft op levensonderhoud voor startende ondernemers). Vanaf 2015 kunnen gemeenten de gebundelde uitkering ook benutten voor de inzet van het nieuwe instrument loonkostensubsidie. Het betreft een zogenaamde open einderegeling. Dat wil zeggen dat er geen financieel plafond kan worden gesteld aan de uitgaven. Met het in werking treden van de Participatiewet is de budgetteringssystematiek gewijzigd en heeft het Rijk gekozen voor het zogenoemde multiniveau-model. Dit model leidt in Heemstede tot een verlaging van het BUIG budget. Er is door vele gemeenten die nadeel ondervinden van dit model bezwaar aangetekend (o.a. Amsterdam, Rotterdam, Utrecht, Den Haag, Arnhem, Ede, Zwolle, Tilburg, Heerlen, Enschede, Nijmegen, Apeldoorn). Alle bezwaren zijn ongegrond verklaard. Wel is er een kleine tussentijdse correctie toegepast en is er het eerste halfjaar 2015 door het SCP veel energie gestoken in verbeteringen van het model vanaf 2016. De VNG heeft daar een voorlopig advies op gegeven waarbij zij concludeert dat het model nog niet volledig is uitontwikkeld en misschien wel te vroeg en te snel is toegepast in 2015. Zij adviseert de staatssecretaris dan ook het overgangsregime te heroverwegen en een groter deel van het budget voorlopig nog historisch te verdelen. Voor 2016 is de verwachting dat er sprake zal zijn van een tekort. Onder het nieuwe verdeelmodel is er één integrale vangnetregeling ingevoerd. De vangnetuitkering biedt gemeenten financiële compensatie voor grote tekorten op het budget. Door deze vangnetuitkering kan het tekort in 2016 nooit hoger worden dan ongeveer € 200.000. De verwachting is dat het tekort zal uitkomen op ongeveer € 40.000. Dit tekort wordt gedekt uit de reserve BUIG (per per ultimo 2015 bedraagt deze reserve naar verwachting € 394.000). Bijzondere bijstand en Minimabeleid Wanneer iemand bijzondere kosten heeft kan bijzondere bijstand worden verstrekt. Bijzondere bijstand wordt betaald uit de algemene uitkering en betreft een open einderegeling. De taakstelling voor het huisvesten van statushouders voor de gemeente Heemstede is in 2015 opgehoogd. In 2014 moesten er 27 statushouders worden gehuisvest; hiervan zijn er in dat jaar daadwerkelijk 14 gehuisvest. In 2015 is de taakstelling verhoogd naar 46. Samen met de nog in te lopen achterstand heeft Heemstede in 2015 dus de taak om 59 statushouders te huisvesten. (Tussen 1 januari en 1 augustus 2015 zijn hiervan reeds 21 opgevangen). Statushouders die zich in Heemstede vestigen doen ook een beroep op de (bijzondere) bijstand. Zij krijgen een uitkering en bijzondere bijstand voor de inrichting van hun huis, een overbruggingsuitkering en bijstand voor de aanschaf van een fiets. Met de toegenomen taakstelling nemen dus ook de kosten van de bijzondere bijstand toe. De taakstelling voor 2016 bedraagt 50 en daarom zullen de kosten van bijzondere bijstand in 2016 worden opgehoogd van € 170.000 naar € 290.000. Het Rijk heeft structureel extra middelen ter beschikking gesteld voor bestrijding van armoede. De staatssecretaris heeft hierbij vooral aandacht gevraagd voor de situatie van kinderen in gezinnen met lage inkomens en vraagt gemeenten er voor te zorgen dat juist kinderen kunnen blijven participeren. Wij onderschrijven deze doelstelling en doen al het mogelijke om de beschikbaar gestelde middelen bij de doelgroep terecht te laten komen. Alle bijstandsgerechtigden krijgen ambtshalve een beschikking waarin het recht op minimabeleid wordt vastgesteld. Middels een declaratieformulier kunnen kosten vervolgens eenvoudig worden geclaimd. De overige bekende minima ontvangen na afloop van een (school)jaar een nieuw aanvraagformulier voor het komende jaar. In het eerste kwartaal van 2015 hebben wij een groot aantal maatschappelijke instellingen aangeschreven om het minimabeleid extra onder de aandacht te brengen bij de doelgroep. Via de Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs zal in het derde kwartaal 2015 informatie over ons minimabeleid worden verstrekt aan alle ouders van Heemsteedse leerlingen. Daarnaast zorgen we voor een huisaan-huis verspreide folder over het Sociaal Domein: het minimabeleid maakt hier onderdeel vanuit. Bij gemeenten in de omgeving zal navraag worden gedaan naar goede manieren om de doelgroep te bereiken. Ook worden mensen die in aanmerking komen voor kwijtschelding van gemeentelijke belastingen individueel gewezen op het minimabeleid. 60
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Van de extra middelen stimulering armoedebeleid is € 45.000 toegevoegd aan de re-integratiemiddelen. Dit vanuit het oogpunt dat werken de beste manier van armoedebestrijding is.
Beleidsdoel Levendige lokale economie Activiteiten Herijking economisch beleid In 2015 vindt een herijking plaats van het economisch beleid, zodat de activiteiten die in de periode 2016-2020 worden opgepakt stoelen op een actuele stand van zaken. Een plan van aanpak waarmee een nieuw actieprogramma wordt opgezet heeft in december 2014 de instemming gekregen van de commissie Middelen en is in 2015 in uitvoering genomen. Zzp’ers Heemstede heeft veel zzp’ers. De gemeente organiseert regelmatig bijeenkomsten voor deze groep. Onderwerpen daarbij zijn o.a. nieuwe belastingwetgeving, zakelijk netwerken, presentatietechnieken. In 2015 heeft de gemeente het initiatief tot het opzetten van een Heemsteeds zzp-netwerk ondersteund. De frequentie van 2 zzp-bijeenkomsten per jaar wordt in 2016 voortgezet, waarbij het accent wordt verlegd naar meer ‘dóór dan vóór’ zzp’ers. Breed economisch overleg We gaan in 2016 door met het Breed Economisch Overleg met vertegenwoordigers van de grotere in Heemstede aanwezige branches. Dit overleg is vooral informatief van aard. Onderwerpen als de stand van zaken decentralisaties en raakvlakken daarbij voor ondernemers, ‘een rondje langs de velden’ met de vraag hoe staat het er voor in de economische sectoren van Heemstede, de startnotitie voor een nieuw economisch programma Heemstede konden rekenen op veel belangstelling. Regionaal Economisch Overleg In het Regionaal Economisch Overleg o.l.v. de provincie worden in samenwerking met de gemeenten in Zuid-Kennemerland initiatieven ontplooid die de aantrekkelijkheid van de regio versterken. Onderwerpen als versterking toerisme, binnenstedelijke bedrijventerreinen, economische agenda’s van gemeenten, ontwikkelingen in de creatieve industrie zijn daar besproken en waar mogelijk van afspraken voorzien. Voor Heemstede is het Weekend Landgoederen en Buitenplaatsen een goed voorbeeld van aandacht voor lokale en regionale aantrekkelijkheid. Dit is inmiddels een jaarlijks terugkerend evenement. Bedrijfsbezoeken In 2013 is de portefeuillehouder, samen met de externe economisch adviseur, gestart met bedrijfsbezoeken. Dit om het contact met de in Heemstede gevestigde bedrijven te versterken. Een resultaat van de bezoeken is de oprichting van een ondernemersplatform voor het bedrijventerrein Cruquiusweg, Industrieweg en Nijverheidsweg. De bedrijfsbezoeken (5 per jaar) worden in 2016 gecontinueerd. Periodiek overleg met grote zorginstellingen Naast het Breed Economisch Overleg is er ook een periodiek overleg met de grote zorginstellingen in Heemstede. In dit overleg komt aan de orde welke ontwikkelingen bij zowel de zorginstellingen als bij de gemeente van belang zijn voor het goed functioneren van die instellingen. In samenwerking met de portefeuillehouder Zorg zal in 2016 een nieuwe bijeenkomst gepland worden. Daarnaast worden de zorginstellingen vanaf 2016 ook uitgenodigd deel te nemen aan het Breed Economisch Overleg. Winkelstraten Twee keer per jaar wordt overleg gevoerd met de gezamenlijke winkeliersverenigingen, naast de overleggen die op ad hoc basis plaatsvinden. Onderwerpen als hoe om te gaan met leegstand, wel of geen mogelijkheden voor branchering, fysieke maatregelen ten behoeve van de aantrekkelijkheid en het afstemmen van gezamenlijke evenementen zijn daarbij aan de orde geweest.
Programmabegroting 2016
61
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
In het collegeakkoord voor de periode 2014-2018 is als één van de doelstellingen geformuleerd dat het college zich inzet voor een florerende Binnenweg en Raadhuisstraat in samenspraak met ondernemers, omwonenden en andere belanghebbenden. In dit kader werkt het college met de winkeliers en omwonenden samen om te komen tot een up to date visie op de huidige staat en toekomst van vitale en aantrekkelijke winkelcentra en hun woonomgeving. Deze visie wordt eind 2015, dan wel begin 2016 door de raad vastgesteld.
3. Hoe gaan we dit meten? We geven per kwartaal inzicht in de effecten van beleid en bewaking van budgetten via rapportages. Daarnaast levert de IASZ maandrapportages met de belangrijkste financiële kengetallen per gemeente aan de verantwoordelijke portefeuillehouder sociale zaken. Tegenprestatie Op dit moment hebben in Heemstede 269 personen een uitkering. Aan 63 personen is een ontheffing van de arbeidsverplichting verleend en 95 personen volgen een dagvullend re-integratietraject. De netto-doelgroep van de tegenprestatie betreft dus 111 personen. Van deze groep staat per 1 juli 2015 geregistreerd dat 39 personen vrijwilligerswerk en 2 personen mantelzorg verrichten. Wij gaan er naar streven dat in 2016 50% van de netto-doelgroep onbeloonde maatschappelijk nuttige activiteiten zal verrichten. Minimabeleid Aantal personen dat gebruik maakt van (personen kunnen op meerdere regelingen aanspraak maken):
2015 2016 (halfjaar) (prognose)
2012
2013
2014
Regeling studiekosten kinderen Declaratieregeling maatschappelijke activiteiten Tegemoetkoming collectieve ziektekostenregeling Computerregeling
83 154 231 6
101 189 208 3
68 185 204 9
44 96 185 3
90 190 200 6
Bijzondere bijstand incidenteel Bijzondere bijstand periodiek
156 36
140 32
148 34
91 43
150 50
2012
2013
2014
195 107 23
204 110 23
208 125 44
Participatiewet
Aantallen bijstandsuitkeringen Heemstede Aantallen bijstandsaanvragen Heemstede Beëindigde uitkeringen door werkaanvaarding
62
2015 2016 (halfjaar) (prognose) 233 60 30
240 130 50
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Re-integratietrajecten Met iedere uitkeringsgerechtigde wordt een plan van aanpak gemaakt, waarin is beschreven hoe de uitkeringsgerechtigde (weer) aan het werk komt. Een aantal uitkeringsgerechtigden heeft voldoende vaardigheden om dit zelfstandig te realiseren. De IASZ houdt in deze gevallen een vinger aan de pols door met regelmaat met de uitkeringsgerechtigde de voortgang te bespreken. In een aantal situaties wordt gebruik gemaakt van gespecialiseerde re-integratiebureaus omdat er meer steun nodig is bij het vinden van werk. In deze gevallen maakt de IASZ voornamelijk gebruik van de diensten van Pasmatch en Agros. Met deze partijen worden overeenkomsten gesloten waarin prestatieafspraken worden gemaakt. Met Pasmatch is een (uitstroom)resultaat van minimaal 30% afgesproken. Met Agros is een ‘no cure less pay’ contract gesloten waarbij 40% resultaat wordt nagestreefd. Garantiebanen In het sociaal akkoord hebben kabinet en sociale partners afgesproken dat ze extra banen gaan creëren voor mensen met een arbeidsbeperking. In totaal gaat het om 125.000 extra banen (ten opzichte van peildatum 2013) voor deze mensen, die in 2026 gerealiseerd moeten zijn. Tot de doelgroep voor de garantiebanenafspraak behoren mensen die onder de Participatiewet vallen en niet in staat zijn het wettelijk minimumloon te verdienen. Verder behoren mensen met een WSW-indicatie, Wajongers met arbeidsvermogen en mensen met een WIW-baan of ID-baan ook tot de doelgroep van de garantiebanenafspraak. Om in aanmerking te kunnen komen voor een garantiebaan moet een kandidaat beschikken over een inschrijving in het doelgroepregister. Mensen uit de Participatiewet komen in het zogenaamde doelgroepregister nadat het UWV heeft beoordeeld dat zij tot de doelgroep garantiebanen behoren. Het UWV gaat het doelgroepregister beheren en de matching van de mensen op de garantiebanen regelen. In onze regio gebeurt dit in samenwerking met het werkgeversservicepunt. Voor 2015 is een prognose gedaan voor wat betreft het aantal mensen met een arbeidsbeperking (kandidaten garantiebaan). In Heemstede zijn dit 14 mensen. Op dit moment heeft Heemstede twee cliënten die zijn ingeschreven in het doelgroepregister en dus in aanmerking komen voor een garantiebaan. Matching op een garantiebaan heeft nog niet plaatsgevonden. Zoals boven aangegeven gaat het UWV monitoren hoeveel mensen uit de geregistreerde doelgroep aan het werk zijn. Begin 2016 is het eerste beoordelingsmoment en kan ook de IASZ de balans opmaken voor 2015.
4. Wat mag het kosten?
(x € 1.000)
Lasten Baten Totaal saldo
Mutaties reserves: Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat programma
rekening
begroting
begroting
meerjarenbegroting
2014 6.847 5.671
2015 7.070 3.249
2016 7.207 3.240
2017 7.093 3.215
2018 6.847 3.190
2019 6.774 3.190
-1.176
-3.821
-3.967
-3.878
-3.657
-3.584
136 136
0 106
0 82
0 159
0 90
0 90
-1.176
-3.715
-3.885
-3.719
-3.567
-3.494
(na mutatie reserves)
Programmabegroting 2016
63
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
Lasten programma 5
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Baten programma 5 € 7.207.028
€ 3.322.000
Aandeel programma in totale begroting van € 48.820.035
Lasten programma 4 Totaal lasten begroting Baten programma 4 Totaal baten begroting
64
€ 7.207.028 € 48.820.035 € 3.322.000 € 48.820.035
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Detailtabel programma 5 – Werk en inkomen (x € 1.000) Prod. Omschrijving product nr.
rekening 2014
begroting 2015
begroting 2016
0
27
20
meerjarenbegroting 2017 2018
2019
Lasten, uitgesplitst per product 1301
Economische zaken
1430
Volwasseneducatie
53
53
3
3
3
3
1610
Bijstandsverlening
3.579
3.656
3.917
3.927
3.933
3.933
1611
Bijzondere bijstand en minimabeleid
772
796
943
943
943
943
1612
Fraudebeheersing
47
50
52
52
52
52
1620
Participatiewet re-integratie
518
477
459
417
384
403
1621
Participatiewet WSW
1.804
1.951
1.764
1.682
1.463
1.371
1671
Inburgering
74
60
49
49
49
49
6.847
7.070
7.207
7.093
6.847
6.774
0
Totale lasten van het programma
20
20
20
Baten, uitgesplitst per product 1301
Economische zaken
0
0
0
0
0
1430
Volwasseneducatie
40
40
0
0
0
0
1610
Bijstandsverlening
3.348
3.159
3.190
3.165
3.140
3.140
1611
Bijzondere bijstand en minimabeleid
42
50
50
50
50
50
1612
Fraudebeheersing
0
0
0
0
0
0
1620
Participatiewet re-integratie
440
0
0
0
0
0
1621
Participatiewet WSW
1.777
0
0
0
0
0
1671
Inburgering
Totale baten van het programma Saldo programma voor mutaties reserves
24
0
0
0
0
0
5.671
3.249
3.240
3.215
3.190
3.190
-1.176
-3.821
-3.967
-3.878
-3.657
-3.584
1610
Storting in reserves
0
0
0
0
0
0
1610
Onttrekking uit reserves
136
106
40
65
90
90
1621
Storting in reserves
136
0
0
0
0
0
1621
Onttrekking uit reserves
Saldo programma na mutaties reserves
0
0
42
94
0
0
-1.176
-3.715
-3.885
-3.719
-3.567
-3.494
Toelichting op de financiële cijfers: Lasten Volwasseneducatie Vanaf 2016 is geen bijdrage aan het Nova College meer geraamd van € 40.000 omdat de Heemsteedse kosten van volwasseneducatie rechtstreeks door de gemeente Haarlem worden betaald. Daarnaast wordt € 10.000 minder aan overhead toegerekend. Bijstandsverlening De bijstandsuitkeringen zijn ten opzichte van de begroting 2015 met € 100.000 verhoogd tot € 3.100.000. Daarnaast zijn de kosten kinderopvang met € 10.000 verhoogd en is een stelpost opgenomen van € 14.000 voor de uitkering van individuele studietoeslag voor mensen met een arbeidshandicap. Aan overhead is € 136.000 meer toegerekend. Voor 2017 t/m 2019 zijn de bijstandsuitkeringen op het niveau van € 3.100.000 gehouden. De stelpost individuele studietoeslag neemt in 2017 toe met € 10.000 tot € 24.000 en vanaf 2018 tot € 30.000. Bijzondere bijstand en minimabeleid De bijzondere bijstand is als gevolg van de hogere taakstelling statushouders (inrichtingskosten huisvesting) met € 120.000 verhoogd tot € 290.000. Daarnaast is € 27.000 meer toegerekend aan overhead. Programmabegroting 2016
65
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Participatiewet re-integratie Voor 2016 is vanuit de beschikbare integratie-uitkering van het rijk (onderdeel sociaal domein) € 203.000 ingezet voor re-integratie. Om 1 op 1 aan te sluiten met het van het rijk ontvangen budget van € 213.000 voor re-integratie is via de algemene middelen daaraan nog structureel toegevoegd € 10.000 (door het in 2016 niet meer opnemen van de post bijdrage nadelig saldo Paswerk). Daarnaast is van de extra van het rijk ontvangen gelden voor stimulering minimabeleid jaarlijks een bedrag van € 45.000 ingezet voor inkoop van re-integratiediensten. Ten opzichte van 2015 dalen de lasten re-integratie met € 32.000. Daarnaast wordt er € 14.000 meer toegerekend aan overhead. Participatiewet WSW De lasten WSW zijn opgenomen conform de (meerjaren)begroting van de Gemeenschappelijke Regeling Zuid Kennemerland (Paswerk). De via het gemeentefonds beschikbare budgetten voor de WSW (onderdeel sociaal domein) zijn hiervoor jaarlijks niet toereikend. Voor 2016 is een onttrekking benodigd van € 42.000 uit de reserve participatiewet (deze is opgenomen onder de baten). Voor 2017 kan nog het restant van deze reserve van € 94.000 worden onttrokken. Daarnaast zijn voor 2017 t/m 2019 extra taakstellingen opgenomen van respectievelijk € 27.000, € 209.000 en € 270.000, die als negatieve lasten zijn opgenomen. De mogelijkheid bestaat dat deze taakstelling wordt betrokken bij de andere programma’s uit het sociaal domein (Wmo en Jeugdwet). Hierbij geldt als uitgangspunt dat in principe eerst wordt gekeken of de taakstelling gerealiseerd kan worden binnen de Participatiewet. Is dit niet mogelijk dan wordt gekeken of binnen het totaal van deze budgetten sociaal domein de taakstelling kan worden gerealiseerd. De lasten 2016 dalen ten opzichte van 2015 met € 187.000. Dit bestaat voornamelijk uit een daling van de lasten WSW Paswerk met € 179.000 (tot € 1.723.000). Daarnaast is vanaf 2016 geen bijdrage meer opgenomen in het nadelig exploitatiesaldo van Paswerk, wat een voordeel oplevert van € 10.000 en is de toegerekende overhead € 2.000 hoger. De lasten 2017 t/m 2019 dalen conform de (meerjaren)begroting van Paswerk Inburgering De afname van de lasten ten opzichte van 2015 van € 11.000 betreft de afloop van de bekostiging van trajecten van de overgangsdoelgroep.
Baten Volwasseneducatie Vanaf 2016 zijn geen baten volwasseneducatie meer geraamd omdat dit voortaan rechtstreeks door het rijk aan de gemeente Haarlem (als centrumgemeente) wordt overgemaakt. Zie ook de toelichting bij de lasten. Bijstandsverlening De baten bijstandsverlening 2016 bestaan enerzijds uit 2 specifieke doeluitkeringen van het rijk, het gebundeld BUIG rijksbudget (Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorzieningen Gemeenten) van afgerond € 2.900.000 (voor de Participatiewet, IOAW en IOAZ) en het BBZ rijksbudget van € 95.000 en anderzijds uit baten verstrekte leningen van € 195.000. Ten opzichte van de begroting 2015 is het BUIG rijksbudget met € 31.000 verhoogd tot afgerond € 2.900.000. Het BBZ rijksbudget en de baten uit verstrekte leningen is ten opzichte van de begroting 2015 niet gewijzigd. In 2017 en 2018 dalen de baten jaarlijks met € 25.000 als gevolg van de ingroeiregeling van het nieuwe objectieve verdeelmodel van het rijksbudget BUIG. Uit de reserve BUIG moet in 2016 € 40.000 worden onttrokken (€ 3.100.000 bijstandsuitkering -/- € 2.900.000 BUIG rijksbudget -/- € 160.000 baten verstrekte leningen). In 2017 en 2018 loopt deze onttrekking jaarlijks met € 25.000 op tot respectievelijk € 65.000 en € 90.000 in verband met de daling van de rijksuitkering BUIG.
Algemeen Overzicht baten en lasten integratie-uitkering participatiewet De structuur van de programmabegroting is opgezet vanuit beleid(sdoelstellingen). Dit betekent dat de baten en lasten van de integratie-uitkeringen sociaal domein verantwoord staan op diverse programma’s. Als (financieel) uitgangspunt voor deze begroting is gehanteerd dat de integratie-uitkeringen sociaal domein toereikend zijn om uitvoering te geven aan het Heemsteedse beleid. Derhalve wordt in onderstaande tabel zichtbaar gemaakt op welke wijze –in dit geval- de baten en lasten integratie-uitkering participatiewet meerjarig zijn verwerkt in deze begroting. 66
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
BATEN (integratie-uitkering participatiewet)
|
Paragrafen
|
2016
2017
2018
Kerngegevens
2019
programma 11 1930
algemene uitkering
1.884.000
1.708.000
1.550.000
1.477.000
LASTEN programma 5 programma 5 programma 5
Participatiebudget re-integratie *) Participatiewet WSW **) onttrekking reserve
203.000 1.723.000 -42.000
161.000 1.641.000 -94.000
128.000 1.422.000
147.000 1.330.000
1.884.000
1.708.000
1.550.000
1.477.000
1620 1621 1621
Totaal
*) excl. € 55.000 dekking algemene middelen en excl. € 201.000 overheadkosten ••) excl. € 11.000 bijdrage bestuurs- en secretariaatskosten en € 30.000 overheadkosten
Programmabegroting 2016
67
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Programmabegroting 2016
Programma 6 Wet maatschappelijke ondersteuning Portefeuillehouder: Christa Kuiper Wat willen we bereiken? Wat gaan we ervoor doen? Hoe gaan we dit meten? Wat mag het kosten?
Inhoud programma Het programma omvat de nieuwe taken op het vlak van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015). Deze nieuwe taken begeleiding en kortdurend verblijf zijn vanuit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) per 1 januari 2015 gedecentraliseerd van het rijk naar de gemeenten. Het programma omvat voorts de zorgondersteuning vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning 2007 (Wmo 2007) zoals de individuele voorzieningen vanuit de oude Wet voorziening gehandicapten en de uitvoering van de huishoudelijke hulp.
1. Wat willen we bereiken? We willen bereiken dat alle Heemsteedse inwoners kunnen participeren in de samenleving. Inwoners die dat niet op eigen kracht, via hun sociale netwerk of via onze algemene voorzieningen (zie Programma 4) kunnen, bieden we ondersteuning op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). We maken dit mogelijk via een samenhangend en kwalitatief goed sociaal beleid. Stevige verbanden tussen werk, inkomen, zorg, welzijn en gezondheid vinden we hierbij noodzakelijk. Door het eerder signaleren én het breder en sneller inzetten van effectieve en efficiënte (samenhangende) ondersteuning willen we burgers in staat stellen zo optimaal mogelijk te participeren. De ondersteuning die ons voor ogen staat heeft de volgende uitgangspunten: - is gericht op het vergroten van participatie en eigen kracht en het probleemoplossend vermogen - is laagdrempelig en neemt de burger en zijn of haar vraag als vertrekpunt. - is op maat en waar nodig integraal - is specialistisch waar nodig - vindt, daar waar mogelijk en nodig, dicht bij de burger plaats - is gebaseerd op één gezin, één plan (arrangement), één aanpak, één regisseur - wordt geleverd binnen de beschikbare middelen en met zo min mogelijk bureaucratie 68
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Relevante beleidsnota’s n Beleidsplan Sociaal Domein/lokaal gezondheidsbeleid 2015 t/m 2018 n Notitie mantelzorgondersteuning in Heemstede
2. Wat gaan we ervoor doen? Beleidsdoel Het bieden van advies en informatie op het vlak van welzijn en zorg en het realiseren van een goede toegang tot Wmo-voorzieningen Activiteiten Loket Heemstede Soms is meer nodig dan een algemene voorziening om inwoners te ondersteunen. Heemsteedse inwoners die problemen ondervinden kunnen zich voor informatie en advies op het vlak van onder andere welzijn, financiën en zorg wenden tot het Loket Heemstede. Indien nodig kunnen de Loket-medewerkers lichte ondersteuning bieden. De medewerkers zijn onder andere getraind in de Eigen-krachtmethodiek, ondersteuning van mantelzorgers, cliëntondersteuning en in het signaleren van ouderenmishandeling. De volgende partijen participeren, onder aansturing van een gemeentelijke coördinator, in het Loket Heemstede: Stichting MEE, Stichting Kontext, RIBW, Stichting Welzijn Ouderen Heemstede, Zorgbalans, Zorgspecialist, de Intergemeentelijke Afdeling Sociale Zaken en Tandem. Doorontwikkeling Loket Heemstede Het Loket Heemstede vormt tevens de toegang tot de ondersteuning op grond van de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning).De medewerkers in het Loket Heemstede werken vanuit een integrale vraagverheldering (een werkwijze om duidelijk te krijgen wat de (werkelijke) zorg- of hulpvraag van iemand is, de ‘vraag achter de vraag’) en volgens de uitgangspunten zoals hierboven vermeld onder het kopje Wat willen we bereiken? Bij de toegang wordt cliëntondersteuning geboden, zoals in de Wmo is vastgelegd. De komende periode zal de doorontwikkeling van het Loket verder vorm worden gegeven: we gaan na of er - en zo ja welke - expertise aan het Loket dient te worden toegevoegd én we investeren in een doorontwikkeling en borging van de werkwijze in het Loket en de deskundigheid van de medewerkers.
Beleidsdoel Het bieden van voldoende en kwalitatief goede individuele voorzieningen (maatwerkvoorzieningen) Activiteiten Aanbod maatwerkvoorzieningen Als het sociaal netwerk, het algemene voorzieningenniveau (Programma 4) en de advisering en ondersteuning vanuit het Loket Heemstede niet voldoende is om inwoners te ondersteunen, kan de inzet van een individuele voorziening (maatwerkvoorziening) in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning vereist zijn. De maatwerkvoorzieningen die we, na advisering vanuit het Loket, kunnen bieden, bestaan uit: a. Begeleiding Groep (dagbesteding) voor volwassenen die ten gevolge van het ouder worden kampen met beperkingen en voor volwassenen met een lichamelijke of zintuiglijke beperking of chronische ziekte en/of een verstandelijke beperking en/of psychiatrische problematiek. Ook het vervoer van en naar de dagbesteding valt hieronder.
Programmabegroting 2016
69
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
b. Begeleiding Individueel voor volwassenen die ten gevolge van het ouder worden kampen met beperkingen en voor volwassenen met een lichamelijke of zintuiglijke beperking of chronische ziekte en/of een verstandelijke beperking en/of psychiatrische problematiek c. Kortdurend verblijf (respijtzorg om de mantelzorger te ontlasten) d. Huishoudelijke ondersteuning (zo nodig met (lichte) begeleiding) e. Woonvoorzieningen (zoals trapliften) f. Vervoervoorzieningen (zoals collectief vervoer en scootmobielen) g. Hulpmiddelen (zoals rolstoelen) Contracten met aanbieders Voor het kunnen bieden van de (nieuwe) maatwerkvoorzieningen (hierboven genoemd onder a t/m d) hebben we contracten gesloten met ruim 30 instellingen. Onderdeel van deze overeenkomsten is de (inhoudelijke en financiële) opdracht aan aanbieders om binnen de gemeentelijke uitgangspunten een bijdrage te leveren aan een transformatie van (met name) het aanbod. Bijvoorbeeld via een snellere inzet van de juiste zorg (minder schakels), het efficiënter gebruiken van accommodaties voor dagbesteding, het combineren van bestaande producten in nieuwe ondersteuningsvormen en het optimaliseren van de inzet van vrijwilligers. Voor het verstrekken van scootmobielen en rolstoelen hebben we een overeenkomst gesloten met JenS. Regeling Huishoudelijke Hulp Toelage In zowel 2015 als in 2016 stelt het rijk extra middelen beschikbaar voor aanvullende inzet op het vlak van huishoudelijke ondersteuning (de zogenoemde Regeling Huishoudelijke Hulp Toelage). Hiervoor is aan de gecontracteerde aanbieders een gemaximeerde subsidie verstrekt, uitgaande van € 12,50 per uur per cliënt/mantelzorger. De cliënt/ mantelzorger dient zelf een bijdrage te betalen van € 10 per uur. Collectief vervoer Voor het collectief (Wmo) vervoer zal in 2016 op bovenregionaal niveau aanbesteding gevolgd moeten worden, leidend tot een nieuwe vervoersovereenkomst per 2017. In 2016 wordt dit vervoer nog uitgevoerd door de BIOS-Groep.
Beleidsdoel Het realiseren van een integraal aanbod, goede nazorg en de mogelijkheid van opschaling Integraal aanbod Vanuit het Loket Heemstede wordt ingezet op het bieden van een integraal aanbod. Dit aanbod kan bestaan uit een combinatie van ondersteuning vanuit het eigen netwerk van een cliënt, vanuit de algemene voorzieningen (bijvoorbeeld de dagopvang die de Stichting WOH en de SHDH gezamenlijk aanbieden, ondersteuning door de Stichting Kontext, lotgenotencontact voor mantelzorgers of de activiteiten voor mensen met een verstandelijke beperking van Stichting De Baan) én via een maatwerkvoorziening. In voorkomende gevallen wordt hierbij gezamenlijk opgetrokken met het Centrum voor Jeugd en Gezin (zie Programma 7) en de Intergemeentelijke Afdeling Sociale Zaken (zie Programma 5). Op deze wijze vindt de verbinding plaats tussen de Wet maatschappelijke ondersteuning, de Jeugdwet en de Participatiewet. Vanuit het Loket Heemstede wordt tevens nazorg geboden via het onderhouden van het contact met de cliënten (en hun mantelzorgers). Tevens wordt zorg gedragen voor het op het juiste moment opschalen naar bijvoorbeeld de Wet langdurige zorg (Wlz).
70
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Beleidsdoel Het bieden van goede mantelzorgondersteuning Activiteiten We zullen in 2016 uitvoering geven aan de beleidsvoorstellen zoals opgenomen in de notitie Mantelzorgondersteuning in Heemstede. Dit betekent dat we onder andere thuiswonende mensen met (beginnende) dementie en hun naasten (extra) ondersteuning willen bieden door de inzet van specifieke cliëntondersteuning en via een aan het Loket Heemstede toe te voegen consulent dementie, het algemene voorzieningenniveau ter ondersteuning van mantelzorgers willen versterken, een dag van de mantelzorger zullen organiseren (inclusief persoonlijke blijk van waardering) en extra aandacht zullen schenken aan de ondersteuning van jonge mantelzorgers.
Beleidsdoel Het realiseren van een laagdrempelige GGZ-inloop Activiteiten Onder de Wet maatschappelijke ondersteuning is het bieden van een inloopvoorziening Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) een verantwoordelijkheid van gemeenten geworden. De inloopfunctie - waarvoor geen indicatie vereist is - is bedoeld voor inwoners met ernstige psychiatrische klachten, die zich tevens vaak in een sociaal isolement bevinden. Via de laagdrempelige inloopmogelijkheid is contact met activiteitenbegeleiders, medecliënten en vrijwilligers (vaak ervaringsdeskundigen) mogelijk, wordt de psychische gezondheid bewaakt en kan opname in een instelling worden voorkomen of uitgesteld. Het landelijke budget voor deze inloop is verdeeld over alle gemeenten. Dit betreft ook de gemeenten die - zoals Heemstede - geen inloopvoorziening kennen. Voor 2015 dragen de gemeenten van Zuid-Kennemerland via subsidiëring (van Ecosol, Roads en RIBW) bij aan het continueren van de regionale inloopvoorzieningen. In de tweede helft van 2015 zal in overleg worden gegaan met de betreffende instellingen om te realiseren dat vanaf 2016 - of zoveel eerder als mogelijk - de inloopfunctie zoveel mogelijk lokaal wordt belegd in de sociale basisstructuur. Daarbij zal worden bezien in hoeverre de inloopfunctie door of in samenwerking met andere (welzijns)organisaties kan worden verzorgd.
Beleidsdoel Taken op het vlak van de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ)
Activiteiten De OGGZ duidt op alle activiteiten en bemoeienis (bemoeizorg) met sociaal kwetsbare mensen, meestal zonder duidelijke hulpvraag (zorgmijders), bijvoorbeeld dak- en thuislozen, sterk vereenzaamde ouderen, mensen met ernstige schuldenproblematiek en mensen met verslavingsproblematiek. Vaak is sprake van multiprobleemsituaties. Op gemeentelijk niveau vindt regie en monitoring plaats van lichte en beginnende (multi)probleemsituaties. Heemstede beschikt hiervoor over een Sociaal Team, dat een caseload kent van circa 50 situaties. Het Sociaal Team is een samenwerkingsverband bestaande uit het Loket Heemstede, de Intergemeentelijke Afdeling Sociale Zaken, de GGD Kennemerland, de woningbouwverenigingen, de politie (wijkagenten), GGZ InGeest, de Brijderstichting, ZorgBalans en Stichting Kontext. In het Sociaal Team worden signalen van zorgmijdend gedrag ingebracht en wordt afgestemd of sprake is van een situatie die lokaal kan worden opgelost (en zo ja, door welke organisatie) of dat moet worden opgeschaald naar de centrumgemeente Haarlem in het kader van maatschappelijke opvang. De aanpak van zorgmijders voor zover het gezinnen met kinderen betreft vindt plaats via het CJG Heemstede (zie voor wat betreft het CJG: Programma 7).
Programmabegroting 2016
71
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
3. Hoe gaan we dit meten? De inzet en kwaliteit van het gecontracteerde aanbod wordt gemonitord via frequente, periodieke (per kwartaal) gesprekken met de aanbieders. In dit kader dienen de betreffende instellingen per kwartaal een (voortgangs)rapportage te leveren. De resultaten van de rapportages en de gesprekken vormen onderdeel van de (brede) Kwartaalrapportages Sociaal Domein die ter kennisname worden gebracht van de raad. Aanvullend hierop geven klanttevredenheidsonderzoeken van de gecontracteerde aanbieders inzicht in de kwaliteit en de resultaten van het aanbod. Ook zullen we als gemeente in de tweede helft van 2015 een klantonderzoek uitvoeren naar de ervaringen van klanten over onze dienstverlening in het Loket. De resultaten hiervan zullen we betrekken bij onze uitvoering in 2016. Bekostiging? Bij de bekostiging hanteren we het uitgangspunt (Beleidsplan Sociaal Domein 2015 t/m 2018) dat de uitgaven voor de uitvoering van de taken op het vlak van de onderdelen van de Wet maatschappelijke ondersteuning gedekt dienen te worden door de rijksmiddelen die we voor de betreffende taken verstrekt krijgen. Deze rijksmiddelen bestaan uit: - de Algemene middelen (voor wat betreft de woonvoorzieningen, de vervoervoorzieningen en de hulpmiddelen) - de Integratie-uitkering Wmo 2007 (‘Wmo-oud’). Hieronder valt onder ander de bekostiging van de huishoudelijke ondersteuning - de Integratie-uitkering Wmo 2015 – ‘Wmo nieuw’ - (onderdeel van de Uitkering Sociaal Domein). Hieronder valt de bekostiging van de nieuwe taken die vanaf 2015 onder gemeentelijke verantwoordelijkheid vallen.
4. Wat mag het kosten?
(x € 1.000)
Lasten Baten Totaal saldo
Mutaties reserves: Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat programma
rekening
begroting
begroting
meerjarenbegroting
2014 4.481 685
2015 7.813 992
2016 8.072 968
2017 7.802 968
2018 7.682 968
2019 7.647 968
-3.796
-6.821
-7.104
-6.834
-6.714
-6.679
465 0
0 -14
0 159
0 0
0 0
0 0
-4.261
-6.835
-6.945
-6.834
-6.714
-6.679
(na mutatie reserves)
72
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
Lasten programma 6
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Baten programma 6 € 8.071.652
€ 1.127.050
Aandeel programma in totale begroting van € 48.820.035
Lasten programma 6 Totaal lasten begroting Baten programma 6 Totaal baten begroting
€ 8.071.652 € 48.820.035 € 1.127.050 € 48.820.035
Detailtabel programma 6 – Wet maatschappelijke ondersteuning (x € 1.000) Prod. Omschrijving product nr.
rekening 2014
begroting 2015
begroting 2016
meerjarenbegroting 2017 2018
261
281
242
242
242
0
0
166
74
74
74
1.370
1.519
1.537
1.537
1.537
1.537
2019
Lasten, uitgesplitst per product 1643
Loket Heemstede
1649
Zorgondersteuning Wmo 2007
1650
Wmo leefvoorzieningen
1651
Wmo woonvoorzieningen
361
468
474
474
474
474
1653
Wmo huishoudelijke hulp
2.476
2.242
1.980
1.980
1.980
1.980
1654
Maatschappelijke stages
13
0
0
0
0
0
1655
Wmo 2015
Totale baten van het programma
242
0
3.303
3.673
3.495
3.375
3.340
4.481
7.813
8.072
7.802
7.682
7.647
0
Baten, uitgesplitst per product 1643
Loket Heemstede
0
0
0
0
0
1649
Zorgondersteuning Wmo 2007
0
0
0
0
0
0
1650
Wmo leefvoorzieningen
20
17
18
18
18
18
1651
Wmo woonvoorzieningen
51
50
50
50
50
50
1653
Wmo huishoudelijke hulp
614
545
520
520
520
520
1654
Maatschappelijke stages
0
0
0
0
0
0
1655
Wmo 2015
Totale lasten van het programma Saldo programma voor mutaties reserves
0
380
380
380
380
380
685
992
968
968
968
968
-3.796
-6.821
-7.104
-6.834
-6.714
-6.679
1649
Storting in reserves
0
0
0
0
0
0
1649
Onttrekking uit reserves
0
0
159
0
0
0
1653
Storting in reserves
465
0
0
0
0
0
1653
Onttrekking uit reserves
Saldo programma na mutaties reserves
Programmabegroting 2016
0
-14
0
0
0
0
-4.261
-6.835
-6.945
-6.834
-6.714
-6.679
73
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Toelichting op de financiële cijfers: Lasten Loket Heemstede De uitgaven aan het loket Heemstede (wonen, zorg en welzijn) dalen omdat de doorberekening vanuit de kostenplaats welzijn hieraan is gefixeerd op € 80.000 op basis van het beleidsplan sociaal domein. Dit is een voordeel ten opzichte van 2015 van € 40.000. Zorgondersteuning Wmo 2007 Dit is een nieuw product dat is gemaakt in verband met de opname van de twee nieuwe programma’s Wmo (programma 6) en Jeugdwet (programma 7). Kosten die gefinancierd worden uit de integratie-uitkering Wmo 2007 plus de reserve Wmo én die behoren tot programma 6 (Wmo) zijn verschoven van andere producten naar dit nieuwe product zorgondersteuning Wmo 2007. De kosten die weliswaar op dezelfde wijze gefinancierd worden maar die geen Wmo uitgaven zijn, worden vanaf 2016 verzameld op het nieuwe product activiteiten sociaal beleidsplan en opgenomen in programma 4 (Algemene voorzieningen). Hiermee wordt bereikt dat programma 6 enkel Wmo kosten bevat. Op dit product zorgondersteuning Wmo 2007 worden de kosten verantwoord van Tandem (mantelzorg, € 24.000), stg. Thuiszorg Gehandicapten (€ 9.000), Draagnet (€ 34.000), dagopvang ouderen (€ 86.000), hospicegroep (€ 3.000) en het tegengaan van huiselijk geweld (€ 10.000). Omdat het hier om een nieuw product gaat vormt dit een nadeel van tezamen € 166.000 ten opzichte van 2015. De kosten zijn echter niet nieuw: in de begroting 2015 werden zij onder andere producten geraamd. De integratie-uitkering Wmo 2007 stijgt in 2017 met € 67.000 ten opzichte van de begroting 2016. De onttrekking uit de Wmo reserve zou dan nog € 92.000 (€ 159.000 – € 67.000) bedragen. Omdat er vanuit gegaan wordt dat dit als taakstelling wordt ingevuld is dit bedrag (€ 92.000) van 2017 in mindering gebracht op de uitgaven zorgondersteuning Wmo 2007. Wmo leefvoorzieningen De kosten stijgen door een hogere doorberekening vanuit de kostenplaatsen met € 18.000. Wmo huishoudelijke hulp De kosten die de afdeling IASZ hier aan toe mag rekenen zijn op basis van het beleidsplan sociaal domein gefixeerd op € 215.000. Dat is € 237.000 minder dan in 2015 werd toegerekend en daarmee een voordeel op dit product. Daarnaast is in 2016 de geraamde terugvordering PGB gesaldeerd met de uitgaven zodat dit aan de lastenkant een voordeel ad € 25.000 is. In totaal komt het voordelig verschil t.o.v. 2015 daarmee op € 262.000.
74
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Wmo 2015 Om aansluiting te maken naar de Wmo 2015 decentralisatie uitkering moeten de lasten die op dit product geraamd zijn worden gecorrigeerd.
2015
2016
verschil
Product Wmo 2015 lasten Eenmalige toelage huishoudelijk hulp niet in integratie-uitkering Wmo 2015 * Uitvoeringskosten staan niet op dit product ** Doorbelasting IASZ niet geraamd in 2015 ***
3.303 -117 170 75
3.673 -128 80
-370 11 90 75
Lasten Wmo
3.431
3.625
-194
(*) De eenmalige uitkeringen huishoudelijke hulp zijn onderdeel van product 1655 Wmo maar horen niet tot de Wmo 2015 integratie-uitkering (eenmalig extra geld). Dit moet daarom van de begrote bedragen worden afgetrokken. (**) De uitvoeringskosten worden niet op dit product geraamd maar dienen ter dekking van lasten die op andere producten in de begroting worden geraamd (bijvoorbeeld de beveiligingsmedewerker komt ten laste van publiekszaken maar wordt deels bekostigd uit de uitvoeringskosten van de Wmo 2015). Omdat deze middelen hier niet geraamd zijn, maar wel onderdeel uitmaken van de Wmo 2015 moeten de uitvoeringskosten bij de begrote lasten worden opgeteld. (***) De doorbelasting van de IASZ is nog niet geraamd in 2015. Daarom moet dit bedrag worden opgeteld bij de begrote lasten 2015. Bij de rekening 2015 zal immers wel doorbelasting plaatsvinden.
Het verschil tussen 2015 en 2016 wordt gevormd door de extra middelen voor de Wmo 2015 ad € 194.000 die het Rijk ter beschikking stelt. Dit bedrag is niet verdeeld, maar als “taakstelling” opgenomen onder dit product (als kostentoename) omdat de mogelijkheid bestaat deze taakstelling te betrekken bij de andere programma’s uit het sociaal domein (participatiewet en jeugdwet). In de jaren 2017, 2018 en 2019 daalt de integratie-uitkering Wmo 2015 ten opzichte van de begroting 2016 met respectievelijk € 50.000, € 170.000 en € 205.000. Ook deze bedragen worden als taakstelling op de kosten ingeboekt (kostenverlaging) en vormen daarmee een voordeel ten opzichte van de begroting 2016. Voorts vervallen de uitgaven ten laste van de eenmalige toelage huishoudelijke hulp vanaf 2017 omdat de toelage vervalt. Dit vormt een voordeel van € 128.000 ten opzichte van de begroting 2016.
Baten Zorgondersteuning Wmo 2007 Het product zorgondersteuning Wmo 2007 wordt samen met het product activiteiten sociaal beleidsplan en Wmo huishoudelijke hulp gefinancierd uit de integratie-uitkering Wmo 2007. Indien deze uitkering niet gelijk is aan de uitgaven wordt het verschil onttrokken of toegevoegd aan de reserve Wmo. Deze mutatie vindt plaats op dit product en vormt daarmee in 2016 een voordeel van € 159.000. Omdat het tekort is ontstaan door een daling van de integratie-uitkering Wmo 2007 van het Rijk is er sprake van een taakstelling ad € 159.000. Voor de begroting 2016 wordt een onttrekking aan de Wmo reserve geraamd om de uitgaven budgettair neutraal te laten plaatsvinden (dus geen effect op het begrotingsresultaat te laten hebben). Wmo huishoudelijke hulp De terugvordering PGB wordt vanaf 2016 in de begroting gesaldeerd met de uitgaven waardoor er in 2016 ten opzichte van de begroting 2015 een nadeel ad € 25.000 ontstaat. Bij de lasten vormt ditzelfde bedrag een voordeel, waarmee het dus tegen elkaar wegvalt. Daarnaast werd tot en met de begroting 2015 de onttrekking of toevoeging aan de reserve Wmo op dit product verantwoord. Vanaf 2016 gebeurt dat op het product zorgondersteuning Wmo 2007. Hiermee vormt de onttrekking uit 2015 die wegvalt op dit product in 2016 een nadeel ad € 14.000.
Programmabegroting 2016
75
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Wmo 2015 De verwachte baten bij de Wmo 2015 zijn in zowel 2015 als 2016 geraamd op € 380.000. Afgezet tegen de lasten (zie hiervoor) ontstaat een saldo van € 3.051.000 in 2015 en € 3.245.000 in 2016. Dit sluit aan met de integratie-uitkering Wmo 2015.
Algemeen Overzicht baten en lasten integratie-uitkeringen Wmo 2007 en Wmo 2015 De structuur van de programmabegroting is opgezet vanuit beleid(sdoelstellingen). Dit betekent dat de baten en lasten van de integratie-uitkeringen sociaal domein verantwoord staan op diverse programma’s. Als (financieel) uitgangspunt voor deze begroting is gehanteerd dat de integratie-uitkeringen sociaal domein toereikend zijn om uitvoering te geven aan het Heemsteedse beleid. Derhalve wordt in onderstaande tabel zichtbaar gemaakt op welke wijze –in dit geval- de baten en lasten integratie-uitkeringen Wmo 2007 en Wmo 2015 zijn verwerkt in deze begroting.
BATEN (integratie-uitkering Wmo 2007)
2016
2017
2018
2019
programma 11 1930
algemene uitkering
1.812.000
1.879.000
1.879.000
1.879.000
LASTEN programma 6 programma 4 programma 6 programma 6 programma 6 programma 6
loket heemstede *) activiteiten sociaal beleidsplan zorgondersteuning Wmo 2007 Wmo huishoudelijke hulp bijdrage Wmo huishoudelijke hulp onttrekking Wmo-reserve
217.000 128.000 166.000 1.980.000 -520.000 -159.000
217.000 128.000 74.000 1.980.000 -520.000 -
217.000 128.000 74.000 1.980.000 -520.000 -
217.000 128.000 74.000 1.980.000 -520.000 -
1.812.000
1.879.000
1.879.000
1.879.000
2016
2017
2018
algemene uitkering
3.245.000
3.195.000
3.075.000
3.040.000
Wmo 2015 *) Wmo 2015 (bijdragen) uitvoeringskosten
3.535.000 -380.000 90.000
3.485.000 -380.000 90.000
3.365.000 -380.000 90.000
3.330.000 -380.000 90.000
3.245.000
3.195.000
3.075.000
3.040.000
1643 1648 1649 1653 1653 1649
Totaal *) excl. € 25.000 uitvoeringskosten
BATEN (integratie-uitkering Wmo 2015) programma 11 1930 LASTEN programma 6 programma 6
Totaal
1655 1655 div
2019
*) excl. € 128.000 in 2016 eenmalig extra toelage huishoudelijke hulp en €10.000 structureel overhead
76
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Programmabegroting 2016
Programma 7 4 Onderwijs, Jeugdwet sport en cultuur Portefeuillehouder: Christa Kuiper
Portefeuillehouder: Remco Ates, Christa Kuiper Wat willen we bereiken? Wat gaan we ervoor doen? Hoe gaan we dit meten? Wat mag het kosten?
Inhoud programma Het programma omvat de nieuwe taken op het vlak van de Jeugdwet. Deze nieuwe taken zijn per 1 januari 2015 gedecentraliseerd naar de gemeenten. Deze nieuwe taken bestaan uit 3 tranches. De eerste tranche betreft de taken die vanuit de Wet op de Jeugdzorg zijn overgekomen vanuit de provincie en betreffen de jeugd-en opvoedhulp, de jeugdbescherming, de jeugdreclassering en de jeugdzorgPlus (gesloten jeugdzorg). De tweede tranche betreft de vanuit de Algemene Wet Bijzondere Zieketekosten (AWBZ) overgekomen taken begeleiding en kortdurend verblijf . De derde tranche betreft de taken die zijn overgekomen vanuit de Zorgverzekeringswet en betreffen de Jeugd GGZ en de Dyslexiezorg.
1. Wat willen we bereiken? We willen dat kinderen en jongeren gezond en veilig opgroeien, zich kunnen ontplooien en kunnen participeren in de samenleving. Jeugdigen (en hun ouders) die het niet op eigen kracht, via hun sociale netwerk of via onze algemene voorzieningen (zie Programma 4) redden, bieden we ondersteuning op grond van de Jeugdwet aan. We maken dit mogelijk via een samenhangend en kwalitatief goed sociaal beleid. Stevige verbanden tussen werk, inkomen, zorg, jeugd, welzijn, onderwijs en gezondheid vinden we hierbij noodzakelijk. Door het eerder signaleren én het breder en sneller inzetten van effectieve en efficiënte (samenhangende) ondersteuning aan jeugdigen (en hun ouders) willen we kinderen en jongeren in staat stellen zo optimaal mogelijk op te groeien.
Programmabegroting 2016
77
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
De ondersteuning die ons voor ogen staat heeft de volgende uitgangspunten: - is gericht op het vergroten van participatie en eigen kracht en het probleemoplossend vermogen - is laagdrempelig en neemt de jeugdige (en/of het gezin) en zijn of haar vraag als vertrekpunt. - is op maat en waar nodig integraal - is specialistisch waar nodig - vindt, daar waar mogelijk en nodig, dicht bij de jeugdigen (en/of het gezin) plaats - is gebaseerd op één gezin, één plan (arrangement), één aanpak, één regisseur - wordt geleverd binnen de beschikbare middelen en met zo min mogelijk bureaucratie
Relevante beleidsnota’s n Beleidsplan Sociaal Domein/lokaal gezondheidsbeleid 2015 t/m 2018
2. Wat gaan we ervoor doen? Beleidsdoel Het realiseren van een goede toegang tot ondersteuning van jeugdigen (en/of het gezin) Activiteiten De gemeentelijke toegang voor jeugdigen en hun ouders die problemen ondervinden bij het opgroeien en opvoeden is het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). De volgende partijen participeren, onder aansturing van een gemeentelijke coördinator, in het CJG: Jeugdgezondheidszorg Kennemerland, GGD Kennemerland, Kontext, Stichting MEE, Kenter Jeugdhulp (voormalig: OCK Spalier en Jeugd Riagg), GroeiMEE, Streetcornerwork en de Hartekamp Groep. De medewerkers in het CJG werken vanuit een integrale vraagverheldering en conform de uitgangspunten zoals opgenomen onder 1. Wat willen we bereiken? De komende periode zal de doorontwikkeling van het CJG verder vorm worden gegeven: we gaan na of er - en zo ja welke - expertise aan het CJG dient te worden toegevoegd én we investeren in een doorontwikkeling en borging van de werkwijze in het CJG en de deskundigheid van de medewerkers.
Beleidsdoel Het bieden van een voldoende en kwalitatief goed aanbod op het vlak van opvoed- en opgroeiondersteuning Activiteiten Soms is meer nodig dan een algemene voorziening om kinderen en jongeren (en/of hun ouders) te ondersteunen. Jeugdigen en/of hun ouders kunnen zich in dat geval richten tot het CJG voor informatie en advies. Indien nodig kunnen de CJG-medewerkers lichte opvoed- en opgroeiondersteuning bieden. Zo zijn de CJG-medewerkers getraind in de Eigen-krachtmethodiek en kunnen zij ondersteuning en hulp bieden aan kinderen die te maken hebben met echtscheiding (het KIES-programma - kinderen in een echtscheidingssituatie). Daarnaast wordt vanuit het CJG onder ander ondersteuning geboden gericht op de bevordering van sociaal-emotionele vaardigheden bij kinderen op basisscholen. Niet alleen kunnen de jeugdigen (en/of hun ouders) zich tot het CJG wenden, ook treedt het CJG naar buiten. Aan elke Heemsteedse school is een CJG-medewerker gekoppeld. Het CJG organiseert daarnaast samen met partners circa 15 themabijeenkomsten per jaar gericht op opvoed- en opgroeiondersteuning. Tevens worden verschillende voorlichtingsactiviteiten aan scholieren geboden (waaronder voorlichting op het gebied van het gebruik van genotmiddelen).
78
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Beleidsdoel Het bieden van voldoende en kwalitatief goede individuele voorzieningen op het vlak van jeugdhulp, jeugdreclassering en jeugdbescherming Activiteiten Aanbod individuele voorzieningen Als het sociaal netwerk, het algemene voorzieningenniveau (Programma 4) en de opvoed- en opgroeiondersteuning vanuit het CJG niet voldoende is om kinderen en jongeren (en hun ouders) te ondersteunen, kan de inzet van een individuele voorziening in het kader van de Jeugdwet vereist zijn. De individuele ondersteuning die we, na advisering vanuit het CJG, kunnen bieden, bestaat uit: - Jeugd- en opvoedhulp (inclusief pleegzorg); - Jeugdbescherming en jeugdreclassering; - JeugdzorgPlus (gesloten Jeugdzorg); - Voormalige AWBZ-ondersteuning (Begeleiding individueel, dagbesteding, (kortdurend) verblijf, behandeling, persoonlijke verzorging); - Jeugd-GGZ (Geestelijke gezondheidszorg) en dyslexiezorg. Contracten met aanbieders Voor het kunnen bieden van de individuele ondersteuning op het vlak van jeugdhulp, jeugdreclassering en jeugdbescherming hebben we contracten gesloten met ruim 45 instellingen. Daarnaast hebben we overeenkomsten gesloten met ruim 50 vrij gevestigde aanbieders (Jeugd-GGZ en dyslexiezorg). Onderdeel van de overeenkomsten is de inhoudelijke en financiële opdracht aan aanbieders om binnen de gemeentelijke uitgangspunten een bijdrage te leveren aan een transformatie van (met name) het aanbod. Bijvoorbeeld een verschuiving van verblijf in een instelling naar pleegzorg, een snellere inzet van de juiste zorg (minder schakels) en kortere inzet van individuele ondersteuning (door middel van goede en tijdige afschaling).
Beleidsdoel Realiseren van een goede nazorg en de mogelijkheid van afschaling na de inzet van individuele voorzieningen gericht op jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering Activiteiten Vanuit het CJG wordt tevens ondersteuning geboden aan jongeren die vanuit een jeugdhulptraject komen en behoefte hebben aan nazorg. In dit kader kan ook worden gewezen op het programma Nieuwe Kansen. Dit is een vorm van intensieve begeleiding van jongeren met complexe problemen op het vlak van huisvesting, verslaving, justitie, etc. We hebben de afgelopen periode CJG-coaches getraind in het kunnen bieden van dit programma. Daarnaast zullen we de komende periode de mogelijkheden voor afschaling van individuele voorzieningen naar ondersteuning vanuit het CJG verbeteren via de doorontwikkeling van het CJG.
3. Hoe gaan we dit meten? De inzet en kwaliteit van het gecontracteerde aanbod wordt gemonitoord via frequente, periodieke (per maand, per 2 maanden of per kwartaal) gesprekken met de aanbieders. Daarnaast dienen de betreffende instellingen per kwartaal een (voortgangs)rapportage te leveren. De resultaten van de rapportages en de gesprekken vormen onderdeel van de brede Kwartaalrapportages Sociaal Domein die ter kennisname worden gebracht van de raad. Aanvullend hierop geven klanttevredenheidsonderzoeken van de gecontracteerde aanbieders inzicht in de kwaliteit en de resultaten van het aanbod. Ook zullen we als gemeente een klantonderzoek uitvoeren naar de ervaringen van klanten over onze dienstverlening in het CJG.
Programmabegroting 2016
79
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Bekostiging? Bij de bekostiging hanteren we het uitgangspunt (Beleidsplan Sociaal Domein/lokaal gezondheidsbeleid 2015 t/m 2018) dat de uitgaven voor de uitvoering van de taken op het vlak van de Jeugdwet gedekt dienen te worden door de rijksmiddelen die we hiervoor verstrekt krijgen. Voor zover we de komende jaren zullen worden geconfronteerd met een korting op de rijksmiddelen, is het ons streven dit structureel te kunnen opvangen door: - de transformatie van het aanbod; - de bijstelling (op onderdelen) van de tarieven van het aanbod (2016); - door de effecten van de - conform het genoemde Beleidsplan voorgestane - integrale aanpak (beleidsmatig en op uitvoeringsniveau) in het brede Sociale Domein.
4. Wat mag het kosten?
(x € 1.000)
rekening
begroting
begroting
Lasten Baten
2014 292 33
2015 3.507 15
2016 3.272 15
2017 3.229 15
2018 3.252 15
2019 3.259 15
Totaal saldo
-259
-3.492
-3.257
-3.214
-3.237
-3.244
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
-259
-3.492
-3.257
-3.214
-3.237
-3.244
Mutaties reserves: Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat programma
meerjarenbegroting
(na mutatie reserves)
Lasten programma 7
Baten programma 7 € 3.272.530
€ 15.000
Aandeel programma in totale begroting van € 48.820.035
Lasten programma 7 Totaal lasten begroting Baten programma 7 Totaal baten begroting
80
€ 3.272.530 € 48.820.035 € 15.000 € 48.820.035
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Detailtabel programma 7 – Jeugdwet (x € 1.000) Prod. Omschrijving product nr.
rekening 2014
begroting 2015
begroting 2016
1.238
1.085
meerjarenbegroting 2017 2018
2019
1.042
1.072
Lasten, uitgesplitst per product 1665
Jeugd- en opvoedhulp
0
1666
Begeleiding, behandeling ed.
0
708
708
708
708
708
1667
Jeugd GGZ en dyslexiezorg
0
1.040
1.040
1.040
1.040
1.040
1701
Centrum voor jeugd en gezin
Totale lasten van het programma
1.065
292
521
439
439
439
439
292
3.507
3.272
3.229
3.252
3.259
Baten, uitgesplitst per product 1665
Jeugd- en opvoedhulp
0
15
15
15
15
15
1666
Begeleiding, behandeling ed.
0
0
0
0
0
0
1667
Jeugd GGZ en dyslexiezorg
0
0
0
0
0
0
1701
Centrum voor jeugd en gezin
33
0
0
0
0
0
33
15
15
15
15
15
-259
-3.492
-3.257
-3.214
-3.237
-3.244
Totale baten van het programma Saldo programma
Toelichting op de financiële cijfers: Lasten Jeugd- en opvoedhulp, Jeugdzorg Plus, jeugdbescherming en jeugdreclassering In 2016 wordt de integratie-uitkering voor de jeugdzorg verlaagd. Deze verlaging is in 2016 als taakstelling op de begroting opgenomen en vormt daarmee een voordeel ten opzichte van de begroting 2015 ad. € 171.000. Dit bedrag is niet verdeeld, maar als “taakstelling” opgenomen onder dit product (als kostenafname) omdat de mogelijkheid bestaat dat deze taakstelling wordt betrokken bij de andere programma’s uit het sociaal domein (Wmo 2015 en participatiewet). Tegenover deze verlaging staat de doorberekening IASZ van € 18.000. Deze doorberekening houdt verband met de uitbreiding bij de IASZ voor de decentralisatiewerkzaamheden en wordt ten laste gebracht van de uitvoeringskosten. De integratie-uitkering jeugdzorg daalt in 2017, 2018 en 2019 ten opzichte van de begroting 2016 met respectievelijk € 43.000, € 20.000 en € 13.000. Ook dit wordt verwerkt met de taakstelling op de kosten (kostenverlaging). Centrum voor jeugd en gezin (CJG) In de begroting 2015 is rekening gehouden met de resultaatbestemming 2014 voor opvoedondersteuning ad. € 91.000. In 2016 valt dit bedrag weg. Hier tegenover staat de indexering van de kosten bij het CJG ad € 9.000. Per saldo nemen de kosten van het CJG met € 82.000 af ten opzichte van 2015.
Algemeen Overzicht baten en lasten integratie-uitkering jeugdwet De structuur van de programmabegroting is opgezet vanuit beleid(sdoelstellingen). Dit betekent dat de baten en lasten van de integratie-uitkeringen sociaal domein verantwoord staan op diverse programma’s. Als (financieel) uitgangspunt voor deze begroting is gehanteerd dat de integratie-uitkeringen sociaal domein toereikend zijn om uitvoering te geven aan het Heemsteedse beleid. Derhalve wordt in onderstaande tabel zichtbaar gemaakt op welke wijze –in dit geval- de baten en lasten integratie-uitkering jeugdwet zijn verwerkt in deze begroting.
Programmabegroting 2016
81
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
BATEN (integratie-uitkering jeugdwet) programma 11 1930 LASTEN programma 7 programma 7 programma 7 programma 7
1665 1665 1666 1667 div
Totaal
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
2016
2017
2018
2019
algemene uitkering
2.895.000
2.852.000
2.875.000
2.882.000
jeugd- en opvoedhulp *) baten jeugd- en opvoedhulp begeleiding en behandeling jeugd GGZ en dyslexiezorg uitvoeringskosten
1.067.000 -15.000 708.000 1.040.000 95.000
1.024.000 -15.000 708.000 1.040.000 95.000
1.047.000 -15.000 708.000 1.040.000 95.000
1.054.000 -15.000 708.000 1.040.000 95.000
2.895.000
2.852.000
2.875.000
2.882.000
*) excl. € 18.000 overhead
82
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Programmabegroting 2016
Programma 8 4 Onderwijs, Groen en sport en cultuur openbare ruimte Portefeuillehouder: Heleen HooijChrista Kuiper Remco Ates, Wat willen we bereiken? Wat gaan we ervoor doen? Hoe gaan we dit meten? Wat mag het kosten?
Inhoud programma Het programma omvat het aanleggen en onderhouden van het openbaar groen, waaronder de bloemenborders en plantenbakken, evenals het in stand houden van het wandelbos Groenendaal, de kinderboerderij Het Molentje en de Algemene Begraafplaats.
1. Wat willen we bereiken? We willen het groene karakter van Heemstede behouden en zorgen voor een openbare ruimte die bijdraagt aan het veilige en goede woonklimaat van Heemstede.
Relevante beleidsnota’s n Groenbeleidsplan 2014
Programmabegroting 2016
83
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
2. Wat gaan we ervoor doen? Beleidsdoel Groen: behouden, onderhouden en investeren Activiteiten Uitvoeren projecten uit groenbeleidsplan 10 jaar geleden hebben we een aantal bloemenbermen aangelegd als vast beheeronderdeel binnen het groen. Begin 2016 zaaien we enkele van deze bermen opnieuw in en zullen we kijken of omvormingen van andere bermen mogelijk is. Aansluitend op de groeiplaatsverbetering van de laanbomen op de Zandvoortselaan in 2015 zullen we in 2016 in de wijk Merlenhove de omstandigheden van diverse laanbomen verbeteren. Uitvoeren investeringsprojecten Bij de vervanging van het riool in en rond de Dr. N.G. Piersonstraat investeren we ook een deel in de groenvoorziening, waaronder nieuwe laanbomen. In 2015 is de voorbereiding gestart en de daadwerkelijke uitvoering van dit project volgt in 2016. Parallel aan dit project loopt een burgerinitiatief over de inrichting van het aangrenzende groengebied ‘De Kuil’. In de W. Denijslaan vervangen we de slechte laanbeplanting en bij het project ‘herinrichting Wilhelminaplein’ vergroten we, indien mogelijk, de groene uitstraling van het plein. Onderhoud openbaar groen We gaan het onderhoudsniveau van geadopteerde boomspiegels en plantsoenen periodiek toetsen. De kwaliteit van het groenonderhoud dat we uitvoeren is gebaseerd op de gestandaardiseerde ‘kwaliteitscatalogus openbare ruimte’ van het kennisinstituut CROW. Zij hanteren de kwaliteitsnormen A+, A, B, C, D; waarbij A+ het hoogste kwaliteitsniveau is. Het onderhoud wordt uitgevoerd als een combinatie van de kwaliteitsnormen A en B. Het schoonhouden (schoffelen) van de plantsoenen wordt uitgevoerd op A-niveau. Adoptie van groenonderhoud door buurtbewoners Particuliere initiatieven stimuleren en ondersteunen we indien mogelijk. Het kan hierbij gaan om zeer uiteenlopende verzoeken ter verfraaiing van de openbare ruimte. Omdat de gemeente verantwoordelijkheid draagt voor de openbare ruimte, worden daarbij een aantal aspecten beoordeeld: - past het initiatief binnen het beleid op hoofdlijnen? - zijn er gevolgen op lange termijn? - zijn er gevolgen voor beheer(kosten)? - draagt het initiatief bij aan een verbetering van de uitstraling voor de omwonenden? Beeldbepalende bomen en groen behouden Beeldbepalende particuliere en gemeentelijke bomen en groen blijven beschermd. We geven gratis (snoei)advies aan particulieren voor het behoud van de bomen en zullen het belang van groene tuinen bij onze inwoners benadrukken.
Beleidsdoel Onderhoud Wandelbos Groenendaal: onderhoud conform beheerplan Activiteiten Jaarlijks stellen we in het derde kwartaal een werkplan op met de reguliere en specifieke werkzaamheden voor het aansluitende jaar. Door het uitvoeren van het werkplan borgen we de kaders vanuit het Beheerplan Wandelbos Groenendaal 2015-2032. In 2015 hebben we een Gebruikersgroep Wandelbos Groenendaal samen gebracht. De samenstelling van deze groep bestaat uit een afspiegeling van de gebruikers en hun belangen. Deze gebruikersgroep kan de gemeente adviseren over het beheer en de voorbereiding van projecten. Twee keer per jaar wordt deze groep uitgenodigd om mee te praten over diverse onderwerpen. In 2015 is gestart met de voorbereiding van het vervangen van de laanbomen van de Torenlaan. In 2016 wordt het plan 84
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
concreet gemaakt. Het moment van uitvoering is mede afhankelijk van de resultaten van een fauna (vleermuis)onderzoek dat in 2015 en 2016 wordt uitgevoerd.
Beleidsdoel Algemene begraafplaats: aantrekkelijk en financieel gezond Activiteiten De landelijke trend is dat het aantal crematies stijgt en het aantal begrafenissen daalt. In het eerste kwartaal 2015 was de landelijke verhouding tussen begraven en cremeren 37% tegenover 63%. Om de Algemene begraafplaats Heemstede ook in de toekomst financieel solide te houden, is een kwaliteitsimpuls op het gebied van asbestemming gewenst, zodat we de teruggang van begrafenissen kunnen opgevangen. Bovendien zijn er andere manieren van begraven mogelijk, waarmee de begraafplaats interessant blijft voor bestaande, maar ook nieuwe relaties. Op basis van een activiteitenplan voeren we in 2015 en 2016 een aantal (deel)projecten uit met als doel de begraafplaats aantrekkelijk te houden. Het onderhoud op de Algemene begraafplaats wordt voornamelijk uitgevoerd door de vaste medewerkers en onder aansturing van een opzichter. Daarbij ook ondersteund door een team van Paswerk. Door het beheer vast te leggen in een meerjarig onderhoudsplan, kunnen ook noodzakelijke investeringen worden gepland.
Beleidsdoel Kinderboerderij ’t Molentje: ontspanning en educatie Activiteiten We maken de (jonge) bezoekers op een recreatieve en educatieve manier vertrouwd met de dieren en werkzaamheden op de kinderboerderij. Daarnaast maken we hen bewust van de in en om de kinderboerderij aanwezige natuur. Voor de jongste bezoekers is de kinderboerderij een bekend terrein waar ook op het educatieve gebied veel te leren en te ontdekken is. Voor de oudere kinderen (bovenbouw) is dit wat minder. In 2016 wordt verder aandacht besteed aan het aanbieden van activiteiten voor deze doelgroep. Hiervoor zoeken we samenwerking met enkele basisscholen of andere aanverwante partijen. We voldoen aan het Keurmerk kinderboerderijen waarmee we ervoor zorgen dat de kinderboerderij niet alleen leuk en leerzaam is, maar ook veilig en verantwoord. Voor de bezoekers die behoren tot de zogeheten ‘risicogroepen’, is het extra belangrijk dat het op de kinderboerderij veilig is en risico’s minimaal zijn. Hiervoor wordt de kinderboerderij ondersteunt door de Vereniging Samenwerkende Kinderboerderijen Nederland (vSKBN) en de Stichting Vrienden kinderboerderij Heemstede.
Beleidsdoel Meldpunt overlast: servicegericht afhandelen van meldingen Activiteiten Via de gemeentelijke website kunnen inwoners schade of gevaar in de openbare ruimte melden. Er kunnen meldingen worden gemaakt over de aandachtsgebieden straatmeubilair, wegen/bestrating, openbaar groen, overlast, sloten en waterwegen/riolering, schoonhouden/afval, verkeer/verkeersvoorzieningen en verkeerssituaties, verlichting en gemeentelijke gebouwen. Jaarlijks worden gemiddeld 2750 meldingen afgehandeld via het Meldpunt Overlast. Deze meldingen worden opgepakt door de afdelingen AJZ (Algemene en Juridische Zaken), VOR (Voorbereiding Openbare Ruimte) en UOR (Uitvoering Openbare Ruimte incl. handhaving en bouwkunde).
3. Hoe gaan we dit meten? Groen Tweejaarlijks wordt via de gemeentemonitor ‘Waarstaatjegemeente.nl’ aan inwoners van Nederlandse gemeenten om een rapportcijfer gevraagd. Voor het item ‘in de buurt zijn perken, plantsoenen en parken goed onderhouden’, is door inwoners van Heemstede in 2013 een rapportcijfer 7,4 gegeven. Het streven is om dit cijfer minimaal te behouden. In 2016 kan dit weer worden getoetst omdat dan de cijfers van 2015 beschikbaar komen. Programmabegroting 2016
85
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Wandelbos Groenendaal Jaarlijks wordt in het derde kwartaal een werkplan opgesteld met de reguliere en specifieke werkzaamheden voor het aansluitende jaar, waarbij ook het voorafgaande beheer wordt besproken. Jaarlijks wordt ter voorbereiding van het werkplan in het derde kwartaal een gebruikersoverleg gehouden. Algemene begraafplaats Doordat op de begraafplaats een aantal (deel)projecten worden gerealiseerd in 2015 en 2016, wordt er t.o.v. de laatste jaren een stijging verwacht van het aantal begrafenissen/asbestemmingen. Het aantal begravingen/asbestemmingen in 2014 was 164. Een daling van 11 ten opzichte van 2013. Voor 2016 wordt gestreefd naar minimaal het niveau van 2012 (185). Meldpunt Overlast Per onderwerp wordt bij de jaarrekening het aantal meldingen gegeven.
4. Wat mag het kosten?
(x € 1.000)
Lasten Baten Totaal saldo
Mutaties reserves: Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat programma
rekening
begroting
begroting
meerjarenbegroting
2014 2.844 711
2015 2.805 635
2016 2.879 617
2017 2.934 617
2018 2.907 617
2019 2.886 617
-2.133
-2.170
-2.262
-2.317
-2.290
-2.269
46 37
0 -8
0 33
0 33
0 28
0 18
-2.142
-2.178
-2.229
-2.284
-2.262
-2.251
(na mutatie reserves)
86
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
Lasten programma 8
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Baten programma 8 € 2.879.202
€ 649.904
Aandeel programma in totale begroting van € 48.820.035
Lasten programma 8 Totaal lasten begroting Baten programma 8 Totaal baten begroting
€ 2.879.202 € 48.820.035 € 649.904 € 48.820.035
Detailtabel programma 8 – Groen en openbare ruimte (x € 1.000) Prod. Omschrijving product nr.
rekening 2014
begroting 2015
begroting 2016
meerjarenbegroting 2017 2018
2019
Lasten, uitgesplitst per product 1550
Kapvergunningen
22
21
8
8
8
8
1560
Groenvoorziening
1.658
1.611
1.645
1.701
1.679
1.660
1561
Kinderboerderij
276
284
309
309
309
309
1562
Wandelbos Groenendaal
308
330
340
339
339
339
1760
Begraafplaats, uitvaartverzorging
355
392
408
408
403
401
1761
Begraafplaats, onderhoud
225
167
169
169
169
169
2.844
2.805
2.879
2.934
2.907
2.886
0
Totale lasten van het programma Baten, uitgesplitst per product 1550
Kapvergunningen
0
0
0
0
0
1560
Groenvoorziening
55
5
5
5
5
5
1561
Kinderboerderij
66
68
68
68
68
68
1562
Wandelbos Groenendaal
1760
Begraafplaats, uitvaartverzorging
1761
Begraafplaats, onderhoud
Totale baten van het programma Saldo programma voor mutaties reserves 1760
Storting in reserves
1760
Onttrekking uit reserves
Saldo programma na mutaties reserves
Programmabegroting 2016
0
0
0
0
0
0
365
400
375
375
375
375
225
162
169
169
169
169
711
635
617
617
617
617
-2.133
-2.170
-2.262
-2.317
-2.290
-2.269
46
0
0
0
0
0
37
-8
33
33
28
18
-2.142
-2.178
-2.229
-2.284
-2.262
-2.251
87
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Toelichting op de financiële cijfers: Lasten Kapvergunningen Door een wijziging in het beleid rondom de noodzakelijke verlening van een omgevingsvergunning voor het kappen van bomen is er minder tijd nodig voor de behandeling van de aanvragen. Hierdoor is een voordeel ontstaan in de doorbelasting overhead van € 13.000 ten opzichte van 2015. Groenvoorziening Als gevolg van wijzigingen in de urenbegroting en een hoger uurtarief voor de buitendienstmedewerkers is sprake van een hogere doorbelasting van € 24.000, overeenkomend met 3%. Daarnaast stijgen door groeninvesteringen in de Thorbeckelaan, de Torenlaan en de Billitonstraat de kapitaallasten met € 10.000 ten opzichte van 2015. In 2017 is sprake van een incidentele verhoging van het budget met € 14.000 voor groeiplaatsverbetering Landzichtlaan en met € 35.000 voor vervanging laanbomen Vaumontlaan. In 2018 is sprake van een incidentele verhoging van het budget met € 23.000 voor vervanging bomen Asterkade. Kinderboerderij Er is ook hier sprake van een hogere doorbelasting als gevolg van gewijzigde urenverdeling en een hoger uurtarief voor de buitendienst. De toename bedraagt € 7.000 ten opzichte van 2015. Bovendien heeft er een verschuiving plaatsgevonden van de storting in het onderhoudsfonds woningen en gebouwen: een bedrag van € 18.000 is overgeheveld van het wandelbos naar de kinderboerderij. Wandelbos Groenendaal Er is ook hier sprake van een hogere doorbelasting als gevolg van gewijzigde urenverdeling en een hoger uurtarief voor de buitendienst. De toename bedraagt € 29.000 ten opzichte van 2015. Anderzijds is een deel van de storting in het onderhoudsfonds woningen en gebouwen overgeheveld naar de kinderboerderij (zie hiervoor).
Baten Uitvaartverzorging De inkomsten zullen naar verwachting dalen met € 25.000, te dekken uit de egalisatiereserve begraafplaats.
Voorgenomen investeringen Investeringen: Wandelplaatsen en plantsoenen: Vervangen bomen W. Denijslaan Dr. Piersonstraat; groen Rivierenwijk Noord ~ groen Herenweg fase 4 ~ groen Vervanging riolering Berkenlaan e.o. ~ groen Vervangen riolering omg. Slotlaan-groen Totaal investeringen
88
2016
2017
2018
2019
58.280 84.000 35.210 61.800 66.880 39.600 142.280
97.010
106.480
0
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Programmabegroting 2016
Programma 9 4 Onderwijs, Ruimtelijke sport en cultuur Ordening en Volkshuisvesting Portefeuillehouder: Remco Ates Ates, Christa Kuiper Wat willen we bereiken? Wat gaan we ervoor doen? Hoe gaan we dit meten? Wat mag het kosten?
Inhoud programma Het programma omvat het ordenen van de bebouwde en onbebouwde omgeving en het in stand houden van de woningvoorraad, alsmede het planmatig uitvoeren van het volkshuisvestingsbeleid.
1. Wat willen we bereiken? We willen het karakter van Heemstede behouden en de doorstroming in de woningmarkt waar mogelijk bevorderen.
2. Wat gaan we ervoor doen? Beleidsdoel De ruimtelijke ontwikkeling van Heemstede moet aansluiten bij de bestaande omgeving en de vigerende bestemmingsplannen Activiteiten Landgoederen en groene gebieden We zijn gestart met het herzien van het in 2007 vastgestelde bestemmingsplan Landgoederen en groene gebieden. Dit bestemmingsplan wordt gedigitaliseerd en geactualiseerd en in 2017 door de raad vastgesteld. Allereerst zijn de ontwikkelingswensen van de landgoedeigenaren en overige belanghebbenden geïnventariseerd. Deze wensen worden ruimtelijk getoetst op de vraag of de wens bijdraagt aan de instandhouding of verbetering van het landgoed dan wel het landschappelijk karakter van het desbetreffende gebied. Als die vraag positief wordt beantwoord, zal de raad worden voorgesteld de desbetreffende wens juridisch-planologisch mogelijk te maken door middel van het instrument bestemmingsplan. Programmabegroting 2016
89
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Manpadslaangebied Het college werkt verder aan de opdracht van de raad om het Manpadslaangebied in te richten als natuurgebied en ter financiering daarvan zo min mogelijk woningbouw toe te staan. Hierover moet overeenstemming worden bereikt met de projectontwikkelaars die een grondpositie in dit gebied hebben. Het resultaat van de onderhandelingen is nu nog niet bekend. Het onderhandelingsresultaat kan niet één op één worden vertaald in een overeenkomst waarbij wordt overeengekomen dat de projectontwikkelaar een bouwrecht krijgt voor een aantal bouwkavels in ruil waarvoor de gemeente de resterende grond krijgt geleverd om in te richten als natuurgebied. Een dergelijke overeenkomst is nietig, aangezien de bevoegdheid van de raad om een bestemmingsplan vast te stellen niet mag worden ingezet als privaatrechtelijk middel. Daarom dient eerst voor het gebied met als instrument een structuurvisie te worden vastgesteld op grond waarvan vervolgens met het instrument anterieure exploitatieovereenkomst een en ander rechtsgeldig kan worden geregeld. Ontwikkelperspectief Binnenduinrand De gemeenten uit Zuid-Kennemerland, de gemeente Velsen en de provincie Noord-Holland hebben in 2015 een ontwikkelperspectief opgesteld voor de Binnenduinrand met als doel de kwaliteit van de Binnenduinrand voor de toekomst te behouden en waar mogelijk te versterken. Het ontwikkelperspectief is in 2015 door de gemeenteraden vastgesteld. Het ontwikkelperspectief wordt in 2016 door de gemeenteraden vastgesteld. Het ontwikkelperspectief heeft als instrument de status van een (intergemeentelijke) structuurvisie. Aan een structuurvisie kunnen burgers en bedrijven geen rechten ontlenen, maar heeft wel een zelfbindend karakter voor de betrokken bestuursorganen. Havendreef Voor het gebied rond het voormalig Zilveren Kruisgebouw (het project Havendreef ) heeft de raad in april 2015 een nieuw bestemmingsplan vastgesteld. Het plan behelst de bouw van 61 woningen en 15 appartementen. De verkoop is gestart in 2015. In 2015 is op initiatief van de raad het overheidsparticipatietraject voor een ontwerp voor de inrichting van de haven gestart. In 2016 zal blijken of dit tot een daadwerkelijk ontwerp leidt. Dit is het eerste grote overheidsparticipatietraject in Heemstede en daarmee een leertraject voor zowel ons college als de raad en onze inwoners en bedrijven. Een aantal in het verleden vergunde projecten zijn ingehaald door de crisis in de bouw. Dat betekent dat de woningen/ appartementen van deze projecten niet worden verkocht en de projecten moeten worden herontwikkeld. Bij deze herontwikkelingen streeft het college naar het behoud van het karakter van Heemstede maar heeft oog de voor bestaande rechten; een vergunning is immers al afgegeven. Bovendien geldt hier dat een ontwikkelaar met zijn plannen kan wachten op betere tijden en dan alsnog kan besluiten om het project te realiseren. Bij herontwikkeling moet er een reëel verdienmodel zijn en zijn daarmee de mogelijkheden om het bestaande karakter te perfectioneren beperkt. Lopende projecten zijn: Watermuziek Voor de realisering van het stedenbouwkundig plan Watermuziek heeft de raad als instrument in september 2015 het bestemmingsplan Watermuziek vastgesteld, op basis waarvan de omgevingsvergunningen voor het bouwen van deze woningen kan worden verleend. Spaarnelicht Over dit project zijn we met de ontwikkelaar in overleg om een nieuw plan te ontwikkelen dat zo goed als mogelijk tegemoet komt aan de bezwaren van de omwonenden. Slottuin Ook voor het terrein van het voormalige Nova College, genaamd Slottuin wordt een nieuw plan ontwikkeld. Het initiatief hiervoor ligt bij Elan Wonen. Het uiteindelijke stedenbouwkundig plan zal worden voorgelegd aan de commissie Ruimte. Indien de commissie oordeelt dat het plan rijp is voor besluitvorming, zal als instrument een bestemmingsplan aan de raad worden voorgelegd. Overige bouwprojecten - Aan Stadsherstel zijn omgevingsvergunningen om Het Wapen van Heemstede te restaureren. In het hoofdgebouw komen 7 appartementen. Op het achterterrein worden 2 woningen gebouwd. - De Meerlhorst aan de Van Merlenlaan door woningcorporatie Elan Wonen verkocht aan Nova Zembla, een zorgverlener. Na sloop van het bestaande pand wordt met de bouw van 16 zorgappartementen, voorzien in een Heemsteedse behoefte. - Voor de Nijverheidsweg 3 is de procedure gestart om op de locatie van de bestaande monteurswoning huisvesting voor 8 personen met een licht verstandelijke beperking te realiseren. 90
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
- De Hartekamp: De nieuwe woningen zijn bestemd voor mensen met een verstandelijke beperking met een intensieve, fysieke zorgvraag en/of intensieve gedragsmatige problemen. Voor deze cliënten komen 194 plaatsen. Daarnaast komen er 13 crisis- en observatieplaatsen. Oplevering in 2015.
Beleidsdoel Realisatie van een florerende Binnenweg en Raadhuisstraat Activiteiten De voorbereiding en opstelling van de visie winkelcentra Heemstede zal in 2015 plaatsvinden. De vaststelling van visie door de raad is gepland in het eerste kwartaal van 2016. In de visie worden de maatregelen vastgelegd die moeten leiden tot een florerende Binnenweg en Raadhuisstraat. Ahold heeft nog steeds plannen met betrekking tot het Albert Heijn filiaal aan de Blekersvaartweg. Het plan tot sloop en nieuwbouw is inmiddels verlaten. Het plan gaat uit van optimalisering van de bestaande winkel en parkeergarage.
Beleidsdoel Doorstroming in de woningmarkt Activiteiten Woonvisie Het is noodzakelijk voor Heemstede dat er een actuele visie komt op het wonen in Heemstede. Er kan nu niet adequaat genoeg worden omgegaan met beleidsmatige vragen op het gebied van het wonen omdat er onvoldoende inzicht en informatie over de actuele Heemsteedse situatie beschikbaar is. Deze Woonvisie dient als basis voor de prestatieafspraken met de corporaties, onder andere om de doorstroming op de woningmarkt waar mogelijk te bevorderen. Eigenaren van te koop staande leegstaande woningen een vergunning op grond van de Leegstandswet verlenen om tijdelijke verhuur mogelijk te maken. De woonvisie wordt in 2016 opgeleverd. Behalve het bevorderen van een doorstroming in de woningmarkt staat het college voor een kwalitatief goede woningvoorraad met de realisatie van de volgende projecten: - Volmaackt (Van Lent terrein): 22 eengezinswoningen waarvan 6 woningen opgeleverd. In 2015 is gestart met de bouw van een grote villa op twee kavels. Start 14 overige woningen onbekend. - Slottuin: oorspronkelijk plan van 95 woningen wordt herontwikkeld. - Watermuziek (terrein Spaarne Ziekenhuis): Dit plan is herontwikkeld. In het ontwerp-bestemmingsplan dat in procedure is gebracht mag de ontwikkelaar het oorspronkelijke aantal van 41 woningen bouwen. Verwacht wordt dat dat er minder zullen worden. - Spaarnelicht (terrein Spaarne Ziekenhuis: oorspronkelijk plan gaat uit van 56 woningen. In verband met de crisis in de bouw wordt dit plan herontwikkeld. - Havendreef: Het plan gaat uit van 61 eengezinshuizen en 15 appartementen, een horecavoorziening en een nieuwe locatie voor de in het gebied aanwezige dierenspeciaalzaak. - Het Wapen van Heemstede: 7 appartementen in het hoofdgebouw en 2 woningen op het achterterrein. - Nijverheidsweg 3: woonruimte voor 8 bewoners met een licht verstandelijke beperking. Huisvesten statushouders De taakstelling betreft een opdracht die het Rijk aan ieder gemeente in Nederland oplegt. Op grond van artikel 28 van de Huisvestingswet zijn gemeenten verplicht zorg te dragen voor de voorziening in de huisvesting. De taakstelling wordt elk half jaar door het Rijk bepaald en is gebaseerd op het aantal inwoners van de gemeente. In totaal moeten tot 1 januari 2017 88 statushouders worden gehuisvest. De in Heemstede werkzame corporaties zijn Pré Wonen en Elan Wonen. Met de corporaties wordt zowel op ambtelijk als bestuurlijk niveau goed samengewerkt. Het streven van het Ministerie is om statushouders te huisvesten in normale woningen. In de praktijk betekent dat, dat woonruimte voor statushouders moet worden geleverd door de woningcorporaties. De corporaties zijn zich van die taak bewust. Sociale huurwoningen zijn schaars in Zuid-Kennemerland. Niet alleen in Heemstede, maar ook in de ons omliggende gemeenten. De mutatiegraad van sociale huurwoningen in Heemstede ligt jaarlijks rond de 60 woningen. De prognose voor de taakstelling voor 2016 is dat circa 65 statushouders moeten worden gehuisvest. Bij de huisvesting van gezinnen betekent dat, dat in 2016 maximaal 20 van de
Programmabegroting 2016
91
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
60 vrijkomende sociale huurwoningen aan statushouders worden toegewezen. Dat betekent dan ook dat nog steeds 66% van de vrijkomende sociale huurwoningen aan reguliere woningzoekenden kunnen worden toegewezen. Het huisvesten van statushouders legt zonder meer druk op de markt van sociale huurwoningen, maar zoals het zich nu laat aanzien is de taakstelling overzienbaar. In de contacten met het COA wordt vanuit de gemeente gestuurd op het toewijzen van gezinnen. Startersleningen In de vergadering van de raad van 28 maart 2013 is op initiatief van de fracties van PvdA, GroenLinks en D66 de Verordening Starterslening Heemstede vastgesteld. Daarbij is een resolverend fonds van € 675.000 beschikbaar gesteld. Starters op de koopmarkt komen in aanmerking voor een zogenaamde starterslening van maximaal € 30.000. Met het bedrag van € 675.000 corresponderen 25 à 30 woningen. Tot nu toe (september 2015) zijn 9 startersleningen verstrekt. De starterslening wordt in 2016 gecontinueerd.
3. Hoe gaan we dit meten? Heemstede heeft behoefte aan woningen in het middensegment dat wil zeggen de middeldure huur- en koopwoningen tot circa € 400.000. Eind 2016 wordt geteld hoeveel van deze woningen aan de Heemsteedse woningvoorraad zijn toegevoegd.
4. Wat mag het kosten?
(x € 1.000)
Lasten Baten Totaal saldo
Mutaties reserves: Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat programma
rekening
begroting
begroting
meerjarenbegroting
2014 2.034 958
2015 1.884 951
2016 1.845 1.059
2017 1.840 897
2018 1.834 891
2019 1.818 886
-1.076
-933
-786
-943
-943
-932
0 12
0 45
0 21
0 21
0 21
0 21
-1.064
-888
-765
-922
-922
-911
(na mutatie reserves)
Lasten programma 9
Baten programma 9 € 1.845.167
€ 1.080.713
Aandeel programma in totale begroting van € 48.820.035 92
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
Lasten programma 9 Totaal lasten begroting Baten programma 9 Totaal baten begroting
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
€ 1.845.167 € 48.820.035 € 1.080.713 € 48.820.035
Detailtabel programma 9 – Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting (x € 1.000) Prod. Omschrijving product nr.
rekening 2014
begroting 2015
begroting 2016
meerjarenbegroting 2017 2018
2019
Lasten, uitgesplitst per product 1800
Bestemmingsplannen
547
597
558
558
558
558
1801
Bovenlokale RO
18
20
20
20
20
20
1810
Volkshuisvesting
234
100
76
76
76
76
1813
Woonruimteverdeling
11
12
12
12
12
12
1814
Toegelaten instellingen
29
24
20
15
9
4
1816
(Ver)bouwplannen
129
137
137
137
137
137
1821
Gebouwen en gronden
258
217
230
230
230
219
1822
Grondzaken
1825
Omgevingsvergunningen
1827 1828 1840
Woonwagens
47
30
38
38
38
38
640
637
642
642
642
642
Handhaving woningwet en wet RO
77
76
77
77
77
77
Commissie welstand
43
33
34
34
34
34
1
1
1
1
1
1
2.034
1.884
1.845
1.840
1.834
1.818
Totale lasten van het programma Baten, uitgesplitst per product 1800
Bestemmingsplannen
0
0
0
0
0
0
1801
Bovenlokale RO
0
0
0
0
0
0
1810
Volkshuisvesting
177
0
0
0
0
0
1813
Woonruimteverdeling
5
3
3
3
3
3
1814
Toegelaten instellingen
29
24
20
15
9
4
1816
(Ver)bouwplannen
0
0
0
0
0
0
1821
Gebouwen en gronden
539
529
603
603
603
603
1822
Grondzaken
1825
Omgevingsvergunningen
1827 1828 1840
2
0
0
0
0
0
203
395
430
273
273
273
Handhaving woningwet en wet RO
0
0
0
0
0
0
Commissie welstand
0
0
0
0
0
0
Woonwagens
3
0
3
3
3
3
958
951
1.059
897
891
886
-1.076
-933
-786
-943
-943
-932
Totale baten van het programma Saldo programma voor mutaties reserves 1810
Storting in reserves
0
0
0
0
0
0
1810
Onttrekking uit reserves
6
45
21
21
21
21
1822
Storting in reserves
0
0
0
0
0
0
1822
Onttrekking uit reserves
6
0
0
0
0
0
-1.064
-888
-765
-922
-922
-911
Saldo programma na mutaties reserves
Programmabegroting 2016
93
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Toelichting op de financiële cijfers: Lasten Bestemmingsplannen Het budget voor bestemmingsplannen, dat in 2015 incidenteel is verhoogd, wordt weer teruggebracht naar het ‘oude’ niveau. Dat betekent een (structureel) voordeel ten opzichte van 2015 van € 41.000. Volkshuisvesting In 2015 is een eenmalig bedrag van € 25.000 beschikbaar gesteld voor het laten opstellen van een woonvisie. Dit bedrag wordt gedekt door de reserve volkshuisvesting. Toegelaten instellingen Dit heeft betrekking op de (dalende) rentelasten van in het verleden verstrekte geldleningen aan woningbouwverenigingen t.b.v. sociale woningbouw. Hier tegenover staat een gelijk bedrag aan rentebaten (zie onder “baten”). Gebouwen en gronden De kapitaallasten nemen met € 12.000 toe vanwege de verbouwing van het Oude Slot (toilet en berging). In 2019 vervalt een deel van de kapitaallasten van het Oude Slot wegens volledige afschrijving.
Baten Toegelaten instellingen Dit heeft betrekking op de ontvangen rentevergoeding van woningbouwverenigingen voor verstrekte geldleningen t.b.v. sociale woningbouw (zie onder “lasten”). Gebouwen en gronden Vanaf 2016 wordt de resterende bezuiniging “verkoop gemeentelijke eigendommen” in de begroting meegenomen. De oorspronkelijke taakstelling was € 97.500. In verband met verkoop van de woning Raadhuisplein 25 is inmiddels een besparing gerealiseerd van € 11.000. In 2014/2015 staat de verkoop van Nijverheidsweg 3 gepland. Dit levert eveneens een structureel voordeel op van € 11.000. Er resteert dan nog een taakstelling van €75.500. Verkoop van het pand Reggelaan 14a en de ontwikkelingen bij het plan Havendreef zorgen voor een groot deel voor de invulling hiervan. Omgevingsvergunningen In de begroting wordt er rekening mee gehouden dat de projectontwikkelaar van de Slottuin in 2016 nieuwe bouwplannen zal indienen. Dit betekent een legesopbrengst die naar verwachting € 35.000 hoger zal uitkomen dan begroot voor 2015. Voor de jaren vanaf 2017 wordt een structurele opbrengst van € 273.000 per jaar begroot.
94
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Programmabegroting 2016
Programma 10 4 Onderwijs, Duurzaamheid sport en reiniging en cultuur Portefeuillehouder: Remco Ates Portefeuillehouder: Remco Ates, Christa Kuiper Wat willen we bereiken? Wat gaan we ervoor doen? Hoe gaan we dit meten? Wat mag het kosten?
Inhoud programma Het programma omvat het zorgdragen voor het milieu en het adviseren, informeren en stimuleren van inwoners op het gebied van duurzaamheid. Voorts omvat het programma het zoveel mogelijk gescheiden inzamelen van afval van huishoudens.
1. Wat willen we bereiken? We willen een duurzame gemeente zijn, zorgdragen voor het milieu en inwoners adviseren, informeren en stimuleren op het gebied van duurzaamheid. We willen de landelijke ambitie om in 2020 75% van het huishoudelijk afval te recyclen realiseren.
Relevante beleidsnota’s n Duurzaamheidsnota n Beleidsnota afvalinzameling en afvalscheiding – op weg naar 65% n Beleidsplan Openbare Verlichting 2014 – 2024
Programmabegroting 2016
95
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
2. Wat gaan we ervoor doen? Beleidsdoel Het doelmatig en servicebewust gescheiden inzamelen van huishoudelijk afval Activiteiten Afspraken over de afvalinzameling met Meerlanden Ons huishoudelijke afval wordt ingezameld door Meerlanden. De kosten voor de afvalinzameling worden betaald via de afvalstoffenheffing en deze is 100% kostendekkend. Om een goede dienstverlening te garanderen zijn de taken op dit gebied vastgelegd in een dienstverleningsovereenkomst. De huidige dienstverleningsovereenkomst is in 2015 verlengd tot en met 2017. Goede samenwerkingsrelatie met Meerlanden We hechten grote waarde aan de goede relaties met partijen waarmee wordt samengewerkt of waarvan de gemeente deel uitmaakt. Als medeaandeelhouder denken wij mee over de koers, strategie en het profiel van Meerlanden. Meerlanden wordt gezien als een samenwerkingspartner van en voor de gemeente. Meerlanden opereert niet als commerciële marktpartij richting de gemeente, maar als een maatschappelijke, overheid gedomineerde onderneming die op proactieve wijze bijdraagt aan het bewerkstelligen van de gemeentelijke doelstellingen. Goede samenwerking met andere gemeenten Een betere samenwerking kan meerwaarde betekenen in zowel organisatorisch als financieel opzicht. In 2013 is een start gemaakt om de samenwerkingsrelatie tussen Meerlanden en de gemeenten als opdrachtgever verder te verbeteren. Er vindt regelmatig uitwisseling plaats van kennis en informatie met andere gemeenten. De uitwerking hiervan wordt in 2016 gecontinueerd. Efficiënte klachtenafhandeling Meerlanden registreert de meldingen en klachten en handelt deze af. Het gemiddeld aantal klachten binnen het verzorgingsgebied van Meerlanden is ongeveer 5 per 100 aansluitingen. Het streven is in Heemstede een meer dan gemiddeld serviceniveau aan te bieden. Het aantal klachten is hiervoor een maatstaf, er wordt gestreefd naar minder dan 5 klachten per 100 aansluitingen. Textielinzameling door Meerlanden Tot eind 2015 is de opbrengst van de textielinzameling bestemd voor een charitatieve inzamelaar. Vanaf 2016 wordt dit uitgevoerd door Meerlanden en komt de opbrengst van de textielinzameling ten goede aan de afvalstoffenheffing. Mogelijkheden voor verbeteren afvalscheiding onderzoeken De landelijke doelstelling voor 2020 is om 75% van het huishoudelijk afval te scheiden en maximaal 105 kg restafval per inwoner over te hebben. Dit kan niet alleen met communicatie gerealiseerd worden, er zijn ingrijpendere wijzigingen nodig. Nieuwe inzamelmethoden zoals ‘omgekeerd inzamelen’ (plastic – papier - GFT ophalen door Meerlanden en zelf wegbrengen restafval) of een extra rolemmer voor verpakkingsafval worden onderzocht. Na-scheiding van het restafval is een andere mogelijkheid om de afvalscheiding te verbeteren. Afvalverwerker AEB wil medio 2017 een afvalscheidingsinstallatie operationeel hebben. Op dit moment is een aantal zaken nog onzeker. Mogelijk komt er in de toekomst ook een vergoeding voor blikjes en kleine petflesjes. Drankenkartons en blik kunnen worden toegevoegd aan de inzameling van kunststof verpakkingsafval, maar dat heeft gevolgen voor de capaciteit van de containers. In 2015 zijn in samenwerking met Meerlanden verschillende opties doorgerekend. Dit wordt in 2016 verder uitgewerkt.
96
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Beleidsdoel De gemeente verder verduurzamen samen met onze inwoners en de Adviesgroep Duurzaamheid Activiteiten Uitoefenen voorbeeldfunctie Het verduurzamen van de gemeentelijke organisatie wordt voortgezet. Gemeentelijke gebouwen en de openbare verlichting worden energiezuiniger gemaakt en het plaatsen van zonnepanelen op de gemeentelijke gebouwen wordt gecontinueerd. Bij inkoop worden de duurzaamheidscriteria gevolgd die door de Rijksdienst van Ondernemend Nederland (RVO) zijn ontwikkeld. Bij vernieuwing of uitbreiding van het wagenpark zal gekozen worden voor aardgas of elektrische auto’s. Faciliteren inwoners en bedrijven Door middel van wijkbijeenkomsten en diverse media worden inwoners met het beschikbare instrumentarium (het duurzaam bouwloket, de zon atlas, de warmtecamera, de energy battle etc.) geïnformeerd over de mogelijkheden om hun woning en hun gedrag te verduurzamen. Duurzame initiatieven van inwoners en bedrijven worden van harte ondersteund. In samenwerking met de vereniging MVO Heemstede worden bijeenkomsten georganiseerd waarbij bedrijven worden gestimuleerd om over te gaan op maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO).
Beleidsdoel Inwoners blijvend stimuleren om afval gescheiden aan te bieden Activiteiten Communicatie We zetten diverse communicatiemiddelen in om inwoners te adviseren, informeren en stimuleren. Meer kennis over het nut van scheiden kan aanzetten tot gewenst gedrag. Daarnaast zullen nieuwe inzamelmethoden en de wijzigingen worden ondersteund met een voorlichtingscampagne. Per actie worden de meest geschikte communicatiemiddelen toegepast. Afvalkalender Jaarlijks wordt een afvalkalender uitgebracht waarin inwoners kunnen zien wanneer en hoe het huishoudelijk afval ingezameld wordt. Sinds 2013 heeft Meerlanden een digitale afvalkalender, waarvan de ‘papieren versie’ ook uitgeprint kan worden of opgehaald op het Raadhuis. Onderzocht wordt met Meerlanden of we in 2016 kunnen aansluiten op de landelijke app Recyclemanager (waaraan dan de afvalkalender gekoppeld zal worden). Binnen deze app wordt uitgebreide informatie/tips gegeven over het inzamelen van afval. Scholen betrekken In samenwerking met Meerlanden en de gemeente zijn in 2014 drie basisscholen gestart met het verbeteren van de afvalscheiding op school. Ook is voorlichting gegeven via gastlessen. Dit wordt in 2016 voorgezet en zo mogelijk uitgebreid op andere basisscholen. Ook worden basisscholen betrokken bij projecten om zwerfafval te voorkomen of het opruimen hiervan.
Beleidsdoel Naar een zuinigere openbare verlichting Activiteiten In het Beleidsplan Openbare Verlichting 2013-2017 wordt gestreefd naar een afname van 1% van het jaarlijkse verbruik. Met LED verlichting is die besparing op energie haalbaar. De aanschafprijs van LED verlichting is zodanig dat toepassing hiervan financieel ook aantrekkelijk is. In de vervangingsprojecten wordt standaard LED toegepast.
Programmabegroting 2016
97
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
3. Hoe gaan we dit meten? Sorteeranalyse restafval (gewicht percentages) Jaarlijks wordt steekproefsgewijs onderzoek uitgevoerd naar de samenstelling van het huishoudelijk restafval. Zo wordt inzicht verkregen welk afval goed gescheiden wordt en wat beter kan. De uitkomsten van de sorteeranalyse worden vergeleken met de landelijke normen en doelstellingen
Sorteeranalyse gft-afval papier en karton plastic verpakkingen glas textiel
2011
2012
2013
2014
2015*
24,1 % 17,5 % 9,6 % 3,1 % 5,6 %
28,9 % 15,3 % 14,4 % 2,2 % 5,7 %
32,1 % 9,4 % 12,5 % 3,7 % 4,3 %
43 % 10 % 9% 3% 2%
39% 9% 9% 3% 3%
* betreft voorlopige resultaten op basis van een concept-sorteeranalyse.
Scheidingspercentage vergeleken met de landelijke normen en doelstellingen
2012
Landelijke doelstelling
Heemstede 2011
Heemstede 2012
Heemstede 2013
Heemstede 2014
Heemstede 2015*
gft-afval papier en karton plastic glas textiel Totaal afvalscheiding
55% 85% 42% 90% 50% 65% in 2015
79 % 71 % 29 % 88 % 39 % 60%
76% 71% 22% 91% 29% 60%
71% 79% 27% 96% 40% 61%
55% 73% 29% 87% 54% 62%
57% 75% 29% 83% 50% -
*voor 2015 betreft het een voorlopig resultaat op basis van een concept-sorteeranalyse en een inschatting van de totale respons over heel 2015. Voor het totale scheidingspercentage zijn meer gegevens nodig (bijvoorbeeld ook grofvuil). Het totale percentage kan daarom pas na afloop van het jaar worden gegeven.
Ontwikkeling afvalstoffenheffing
Tarief afvalstoffenheffing kleine rolemmer (basistarief ) Tarief afvalstoffenheffing grote rolemmer Aantal klachten per 100 aansluitingen
2013
2014
2015
2016
198,96 248,64 4,8
197,76 247,20 4,3
202,20 252,72 -
193,08 241,44 -
Monitoring duurzaamheid De energiebesparing en toepassing van duurzame energie in de gemeente worden gemonitord met de web applicatie ‘Energie in beeld’ (de nul situatie is in 2014 vastgelegd). Voor de eigen gebouwen zal, naast de jaarlijkse energiefacturen, een gedetailleerd monitoringssysteem worden ingezet. Vereniging MVO-Heemstede Het aantal duurzame bedrijven wordt gerelateerd aan het aantal leden van de vereniging MVO-Heemstede.
98
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
4. Wat mag het kosten?
(x € 1.000)
rekening
begroting
begroting
2014 2.323 2.791
2015 3.038 2.800
2016 2.352 2.743
2017 2.352 2.743
2018 2.352 2.743
2019 2.352 2.743
468
-238
391
391
391
391
99 0
0 652
0 0
0 0
0 0
0 0
369
414
391
391
391
391
Lasten Baten Totaal saldo
Mutaties reserves: Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat programma
meerjarenbegroting
(na mutatie reserves)
Lasten programma 10
Baten programma 10 € 2.351.208
€ 2.741.938
Aandeel programma in totale begroting van € 48.820.035
Lasten programma 10 Totaal lasten begroting Baten programma 10 Totaal baten begroting
Programmabegroting 2016
€ 2.351.208 € 48.820.035 € 2.741.398 € 48.820.035
99
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Detailtabel programma 10 – Duurzaamheid en Reiniging (x € 1.000) Prod. Omschrijving product nr.
rekening 2014
begroting 2015
begroting 2016
meerjarenbegroting 2017 2018
2019
Lasten, uitgesplitst per product 1710
Restafval
773
1.459
750
750
750
750
1711
Groente-, fruit- en tuinafval
405
404
409
409
409
409
1713
Glas, papier en kunststof
144
143
154
154
154
154
1714
Grofvuil (incl. WEB)
35
44
45
45
45
45
1715
Klein gevaarlijk afval
48
46
47
47
47
47
1717
Milieustraat
423
387
391
391
391
391
1718
Voorlichting, beleid en klachtenafhandeling
46
48
48
48
48
48
1719
Afvalstoffenheffing
97
175
166
166
166
166
1720
Beleid afvalstoffeninzameling
1740
Algemeen milieubeleid
1743
Milieuhandhaving
1746
Bodembescherming
Totale lasten van het programma
61
74
80
80
80
80
255
227
231
231
231
231
36
31
31
31
31
31
0
0
0
0
0
0
2.323
3.038
2.352
2.352
2.352
2.352
Baten, uitgesplitst per product 1710
Restafval
131
125
130
130
130
130
1711
Groente-, fruit- en tuinafval
0
0
0
0
0
0
1713
Glas, papier en kunststof
0
0
0
0
0
0
1714
Grofvuil (incl. WEB)
0
0
0
0
0
0
1715
Klein gevaarlijk afval
0
0
0
0
0
0
1717
Milieustraat
0
0
0
0
0
0
1718
Voorlichting, beleid en klachtenafhandeling
0
0
0
0
0
0
1719
Afvalstoffenheffing
2.616
2.671
2.609
2.609
2.609
2.609
1720
Beleid afvalstoffeninzameling
1740
Algemeen milieubeleid
1743 1746
0
0
0
0
0
0
39
0
0
0
0
0
Milieuhandhaving
0
0
0
0
0
0
Bodembescherming
5
4
4
4
4
4
2.791
2.800
2.743
2.743
2.743
2.743
468
-238
391
391
391
391
99
0
0
0
0
0
Totale baten van het programma Saldo programma voor mutaties reserves 1710
Storting in reserves
1710
Onttrekking uit reserves
Saldo programma na mutaties reserves
100
0
652
0
0
0
0
369
414
391
391
391
391
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Toelichting op de financiële cijfers: Lasten Restafval De daling van de lasten in 2016 ten opzichte van 2015 heeft hoofdzakelijk een technische oorzaak en houdt verband met het omzetten van de egalisatiereserve afvalstoffenheffing naar een voorziening afvalstoffenheffing in 2015 (conform de Voorjaarsnota 2015, blz. 12). Dit verklaart een verschil van € 652.000 voordelig, dat wordt gecompenseerd door de mutatie in de reserve. Voorts wordt rekening gehouden met een efficiencyvoordeel op de uitgaven van € 80.000 (meegenomen in de berekening van de afvalstoffenheffing). Anderzijds wordt de aanneemsom van Meerlanden verhoogd met € 22.000 (indexering). Glas, papier en kunststof De aanneemsom Meerlanden wordt verhoogd met € 11.000 (indexering).
Baten Afvalstoffenheffing De afvalstoffenheffing is 100% kostendekkend. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf lokale heffingen.
Voorgenomen investeringen Investeringen:
2016
Restafval: Vervangen ondergrondse containers restafval en GFT Totaal investeringen
Programmabegroting 2016
2017
2018
2019
0
0
121.500 0
121.500
101
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Programmabegroting Programmabegroting2016 2016
Programma Programma411 Onderwijs, Financiën en sport dekkingsen cultuur middelen Portefeuillehouder: Portefeuillehouder: Heleen Hooij Remco Ates, Christa Kuiper Wat willen we bereiken? Wat gaan we ervoor doen? Hoe gaan we dit meten? Wat mag het kosten?
Inhoud programma Het programma omvat een groot deel van de gemeentelijke inkomsten zoals de algemene uitkering uit het gemeentefonds (incl. integratie-uitkeringen sociaal domein), gemeentelijke belastingen (met name de onroerende zaakbelastingen) en inkomsten uit aandelenbezit (Eneco, Bank Nederlandse Gemeenten en Meerlanden). Voorts zijn in dit programma diverse stelposten en de post onvoorzien voor onverwachte noodzakelijke (kleine) uitgaven opgenomen.
1.Wat willen we bereiken? Een financieel stabiele en gezonde gemeente.
Kaderstellende beleidsnota’s: n n n n n n
102
Verordening financieel beleid en beheer artikel 212 (2015) Controleverordening artikel 213 (2003) Verordening betreffende doelmatigheids- en doeltreffendheidsonderzoeken artikel 213a (2004) Treasurystatuut (2011) Nota activabeleid (2011) Nota reserves en voorzieningen – weerstandsvermogen (2014)
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
2. Wat gaan we ervoor doen? Beleidsdoel Het realiseren van een reëel sluitende meerjarenbegroting Activiteiten Bezuinigingsvoorstellen Er is sprake van een sluitende (meerjaren)begroting 2016-2019. In de meerjarenbegroting zijn een aantal (bestaande) bezuinigingen opgenomen, welke nog gerealiseerd moeten worden, namelijk: herijking subsidiebeleid/huisvesting bibliotheek, verkoop gemeentelijke eigendommen en inzet onderwijsreserves/overdracht buitenonderhoud scholen. Deze bezuinigingsmaatregelen worden nader toegelicht in de inleiding. Geen stijging van de totale woonlasten in 2016 Het totaal aan woonlasten (OZB, afvalstoffenheffing en rioolrecht) voor een huiseigenaar met een woning met een gemiddelde woz-waarde stijgt niet ten opzichte van 2015. Ondanks dat bij de OZB een inflatiecorrectie wordt toegepast gaat de huiseigenaar niet meer aan woonlasten betalen. Het uitgangspunt van 100% kostendekkendheid voor afvalstoffenheffing en rioolrecht blijft gehandhaafd. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de inleiding en de paragraaf lokale heffingen. Gemeentefonds De raming van de algemene uitkering uit het gemeentefonds is gebaseerd op de meicirculaire 2015. In het addendum bij de Kadernota 2016-2019 is de gemeenteraad hierover geïnformeerd. Als er in de komende septembercirculaire nieuwe ontwikkelingen zijn volgt de informatie daarover afzonderlijk. Taakstellende budgetten: integratie-uitkeringen sociaal domein Met ingang van 2015 zijn 3 grote taken en bevoegdheden in het sociaal domein naar gemeenten gedecentraliseerd: Wmo/AWBZ, Jeugdzorg en de Participatiewet. In deze begroting zijn de gelden die de gemeente Heemstede hiervoor ontvangt van het Rijk geraamd. Er wordt van uit gegaan dat deze gelden toereikend zijn om het Heemsteedse beleid (incl. uitvoeringskosten) te kunnen betalen. Dividenden De gemeente Heemstede ontvangt jaarlijks dividenden van de BNG, Meerlanden en Eneco. De dividendramingen voor de periode 2016-2019 van de BNG en Meerlanden zijn gebaseerd op de hoogte van het werkelijk dividend 2014 en actuele informatie. De geraamde dividenduitkering 2016 van Eneco bedraagt € 875.000. De werkelijke dividenduitkering 2014 bedraagt € 924.000 (uit te betalen in 2015). Vanaf 2016 is rekening gehouden met een verdere daling van de dividendinkomsten als gevolg van het “Ontwerp methodebesluit ACM (Autoriteit Consument en Markt”)”. De nieuwe wetgeving leidt ertoe dat vanaf 2015 Eneco de netbeheerkosten, welke zij doorberekent aan de burger, moet verlagen. De verwachting is dat het nadeel dat hierdoor ontstaat deels kan worden gecompenseerd doordat Stedin/Eneco ook kritisch naar de uitgaven van het bedrijf gaat kijken. Financiering/investeringen Jaarlijks blijkt uit de voor- en najaarsnota en de jaarrekening dat de kapitaallasten (rente en afschrijvingen) lager uitvallen dan geraamd. In de begroting 2016 is (vooraf ) rekening gehouden met dit voordeel door een stelpost “onderuitputting kapitaallasten” op te nemen van € 200.000. Onvoorzien In de begroting is een post onvoorzien opgenomen voor kleine incidentele niet-voorziene uitgaven van € 20.000 (wettelijke verplichting). Nieuwe beleidsvoornemens 2016 Er is weer beperkt financiële ruimte voor nieuwe ambities zoals verwoord in het collegeakkoord 2014-2018. Hierin is aangegeven dat wanneer de financiële ruimte het toelaat eerst geïnvesteerd zal worden in de infrastructuur en groenonderhoud. Daarna vindt een heroverweging plaats van eerder doorgevoerde bezuinigingen. In de (meerjaren) begroting is vanaf 2016 rekening gehouden met een verhoging van het onderhoudsniveau aan wegen. Hiervoor is
Programmabegroting 2016
103
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
een bedrag van € 100.000 uitgetrokken. Daarnaast wordt structureel overgestapt op een milieuvriendelijke onkruidbestrijding. De kosten hiervan bedragen ruim € 80.000. Deze nieuwe beleidsvoornemens worden nader toegelicht in de inleiding.
Beleidsdoel Het verbeteren van de inzichtelijkheid van de begroting en jaarrekening Activiteiten Programmabegroting 2016: een groeimodel Met ingang van 2015 is de programmabegroting op een nieuwe en digitale wijze vormgegeven. Naar aanleiding van de behandeling van de Programmabegroting 2015 in de raad van 7 november 2014 zijn er twee moties aangenomen: 1. Motie over de structuur van de begroting en 2. Motie grip op decentralisaties met daarin verzoeken aan de auditcommissie om met voorstellen te komen. Door de auditcommissie is een werkgroep evaluatie begroting ingesteld. Op advies van deze werkgroep is o.a. de programma-indeling vanaf 2016 gewijzigd. Er zijn 2 nieuwe programma’s toegevoegd, namelijk Wmo en Jeugwet. Daarnaast is afgesproken dat alle financiële afwijkingen t.o.v. het voorgaande (begrotings)jaar of de volgende begrotingsjaren groter dan € 10.000 worden toegelicht, ongeacht te oorzaak. Beide adviezen zijn in de programmabegroting 2016 geïmplementeerd. Daarnaast is naar aanleiding van de behandeling van de Kadernota 2016-2019 in de commissie middelen van juni 2015 aangegeven over welke onderwerpen de raad in de programma’s nader wenst te worden geïnformeerd. Ook deze opmerkingen zijn meegenomen in deze programmabegroting. Het betreft een groeimodel. Op basis van ervaringen zullen we het concept verder ontwikkelen.
3. Hoe gaan we dit meten? 2016 Beoordeling financiële positie door provincie Noord- Holland*)
repressief toezicht
(bron: brief Provincie Noord-Holland betreffende financieel toezicht) Bij brief van 7 januari 2015 heeft de provincie Noord-Holland aangegeven dat voor 2015 het repressieve toezicht geldt. *)De provincie Noord-Holland beoordeelt –als toezichthouder- jaarlijks de financiële positie van de gemeente Heemstede. Naar aanleiding hiervan bepaalt de provincie of er sprake moet zijn van preventief- danwel repressief toezicht.
104
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
4. Wat mag het kosten?
(x € 1.000)
rekening
begroting
begroting
Lasten Baten
2014 4.049 29.517
2015 1.022 33.726
2016 628 34.706
2017 529 34.042
2018 443 33.753
2019 401 33.806
Totaal saldo
25.468
32.704
34.078
33.513
33.310
33.405
1.828 6.389
1.024 2.699
0 268
0 181
0 181
0 181
30.029
34.379
34.346
33.694
33.491
33.586
Mutaties reserves: Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat programma
meerjarenbegroting
(na mutatie reserves)
Lasten programma 11
Baten programma 11
€ 628.049
€ 34.974.490
Aandeel programma in totale begroting van € 48.820.035
Lasten programma 11 Totaal lasten begroting Baten programma 11 Totaal baten begroting
Programmabegroting 2016
€ 628.049 € 48.820.035 € 34.974.490 € 48.820.035
105
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Detailtabel programma 11 – Financiën en dekkingsmiddelen (x € 1.000) Prod. Omschrijving product nr.
rekening 2014
begroting 2015
begroting 2016
0
0
0
meerjarenbegroting 2017 2018
2019
Lasten, uitgesplitst per product 1310
Nutsbedrijven
1910
Aandelen
20
18
18
18
18
18
1920
Onroerende zaakbelastingen (OZB)
211
178
171
171
171
171
1921
Wet waardering onroerende zaken (WOZ)
272
153
145
145
145
145
1922
Precariobelasting
1
2
2
2
2
2
1923
Belasting op roerende ruimten
0
0
0
0
0
0
1924
Hondenbelasting
5
13
12
12
12
12
1930
Algemene uitkering
5
5
5
5
5
5
1940
Algemene baten en lasten
1.979
675
275
176
90
48
1950
Saldo van kostenplaatsen
0
-22
0
0
0
0
1992
Resultaat
1.556
0
0
0
0
0
4.049
1.022
628
529
443
401
1.086
924
875
740
790
790
295
209
309
309
309
309
5.797
5.880
5.957
5.957
5.957
5.957
0
0
0
0
0
0
161
168
171
171
171
171
5
5
5
5
5
5
131
121
122
122
122
122
20.821
26.356
27.267
26.738
26.399
26.452
1.221
63
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Totale baten van het programma
29.517
33.726
34.706
34.042
33.753
33.806
Saldo programma voor mutaties reserves
25.468
32.704
34.078
33.513
33.310
33.405
Totale lasten van het programma
0
0
0
Baten, uitgesplitst per product 1310
Nutsbedrijven
1910
Aandelen
1920
Onroerende zaakbelastingen (OZB)
1921
Wet waardering onroerende zaken (WOZ)
1922
Precariobelasting
1923
Belasting op roerende ruimten
1924
Hondenbelasting
1930
Algemene uitkering
1940
Algemene baten en lasten
1950
Saldo van kostenplaatsen
1940
Storting in reserve
1.828
1.024
0
0
0
0
1940
Onttrekking uit reserves
6.389
2.699
268
181
181
181
30.029
34.379
34.346
33.694
33.491
33.586
Saldo programma na mutaties reserves
Toelichting op de financiële cijfers: Lasten Algemene baten en lasten Hier staan de baten en lasten geraamd die niet direct zijn toe te rekenen aan een specifiek programma. Dit verschilt van jaar tot jaar. De toelichting heeft betrekking op de budgetten die geraamd zijn voor 2016 en volgende jaren. Het betreft enerzijds (bezuinigings)taakstellingen en anderzijds bedrijfsvoeringskosten vanaf 2017. Onder de “algemene baten en lasten” staan de bezuinigingstaakstellingen “herijking subsidiebeleid/ huisvesting bibliotheek” (2016: € 50.000 oplopend naar € 150.000 vanaf 2017) en “inzet onderwijsreserveringen/overdracht buitenonderhoud” (2017: € 20.000 oplopend naar € 70.000 vanaf 2018) verantwoord. De bezuinigingstaakstellingen worden in de inleiding nader toegelicht. Daarnaast is de stelpost “onderuitputting kapitaallasten” van € 200.000 opgenomen alsmede een stelpost van € 20.000 voor ondersteuning financiën in het kader van sociaal domein. Deze laatste (bestaande) post maakt onderdeel uit van de 3% uitvoeringskosten sociaal domein. Het budget hiervoor staat centraal verantwoord omdat concrete invulling nog niet geheel heeft plaatsgevonden. Tot slot is de jaarlijkse post onvoorzien van € 20.000 hier geraamd en de kosten 2016 van het bestaande programma voor duurzaamheid “samenwerken en verbinden” van € 86.465. Deze kosten worden -conform besluitvorming- gedekt uit de algemene reserve. 106
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Omdat de bedrijfsvoeringskosten van toepassing zijn op alle programma’s worden om praktische redenen de mutaties in bedrijfsvoeringskosten vanaf 2017 centraal verantwoord op dit programma. Het betreft hier de vrijval kapitaallasten en kapitaallasten van bijvoorbeeld de automatiseringskredieten opgenomen in het investeringsoverzicht op de laatste pagina van dit programma. Daarnaast is rekening gehouden met kosten firewall € 78.000 (in 2018), anti-virussoftware van € 20.000 (in 2017 en 2019) en vrijval van vacatureruimte oplopend naar € 81.000 vanaf 2018 ter realisatie van bedrijfsvoeringstaakstelling (kadernota 2016-2019, blz. 19). Saldo van kostenplaatsen Overheadkosten (w.o. kosten afdelingen) worden middels vooraf vastgestelde verdeelsleutels verbijzonderd naar de eindproducten. Als er nadat deze toerekening heeft plaatsgevonden toch nog mutaties op de overheadkosten plaatsvinden wordt er voor gekozen niet de gehele toerekening op nieuw te doen. De nagekomen posten worden dan rechtstreeks verantwoord op “saldo kostenplaatsen”. Dit geldt zowel voor de begroting als de jaarrekening.
Baten Nutsbedrijven Uit recente informatie blijkt dat de dividenduitkering van Eneco over 2015 (te ontvangen in 2016) structureel € 55.000 hoger zal uitvallen dan geraamd. Rekening houdend met het ontwerp methodebesluit ACM en de taakstelling die Eneco is opgelegd zoals verwoord in de kadernota 2016 – 2019 (pag.22) is in de (meerjaren)begroting de volgende dividenduitkering van Eneco opgenomen
2015
2016
2017
2018
2019
Dividend (rekening houdeend met methodebesluit) Taakstelling Eneco
924.000 -
770.000 50.000
585.000 100.000
585.000 150.000
585.000 150.000
Recente bijstelling dividend 2015
924.000 -
820.000 55.000
685.000 55.000
735.000 55.000
735.000 55.000
924.000
875.000
740.000
790.000
790.000
Opgenomen dividend in begroting
Aandelen De pay-out ratio bij De Meerlanden wordt structureel gewijzigd naar ten minste 60% van de winst (was 40%). Dit leidt tot een structureel hogere dividenduitkering van € 100.000. Onroerende zaakbelastingen (OZB) De OZB-opbrengst stijgt als gevolg van toepassing van een inflatiecorrectie van 1,75%. De extra opbrengst ten opzichte van de bijgestelde begroting 2015 bedraagt € 77.000. In de voorjaarsnota 2015 is de opbrengst reeds met een bedrag van € 25.000 positief bijgesteld. In totaliteit is sprake van een voordeel van € 102.000 ten opzichte van de vastgestelde (primaire) begroting 2015. Algemene uitkering De stijging van de algemene uitkering ten opzichte van 2016 wordt in belangrijke mate beïnvloed door het accres. Voorts stijgt de algemene uitkering als gevolg van de 2e fase van het groot onderhoud van het gemeentefonds en zijn de in 2015 te verwachten op te leveren nieuwbouwwoningen verwerkt die een positief invloed hebben op de algemene uitkering vanaf 2016. De integratie-uitkeringen sociaal domein dalen met € 154.000 ten opzichte van 2015. De mutaties in het meerjarenbeeld 2017-2019 worden in belangrijke mate beïnvloed door dalende accressen. Algemene baten en lasten De detacheringsbijdrage voor een personeelslid van de gemeente Heemstede is met ingang van 2016 vervallen.
Programmabegroting 2016
107
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Voorgenomen investeringen Investeringen: Applicaties: Vervangen financieel systeem Verv/uitbr Datadistributie/Servicebus/Digikoppeling Burgerzaken kassasysteem, migratie mGBA Vervangen software ruimtelijke plannen Vervangen software Ruimtelijke beleidsplannen Informatievoorziening: Business Intelligence software plus implementatie Vervangen beheersoftware BAG/WKPB/BGT Infrastructuur: Vervangen mobiele toestellen flexkantoor Vervangen klantafhandelingssysteem Vervangen PC's en laptops beheerders Software assurance Microsoft licenties Vervangen printers/plotters/scanners Vervangen Presentatiemiddelen vergaderruimtes Vervangen CAD-stations en andere PC's en laptops Vervangen switches en routers Sotware assurance Microsoft licenties Vervangen ICT infrastructuur deel 1 Vervangen Brandblusapparatuur/UPS serverruimte Vervangen mobiele toestellen flexkantoor Vervangen deel apparatuur in Burger-/Raadzaal Vervangen telefooncentrale/oplossing telefonie
2016
2017
2018
173.000 58.000 90.000 38.000 38.000
54.000 83.000
110.000 72.000 25.000 40.000 24.000 25.000 35.000 80.000 40.000 435.000 17.000 110.000 30.000 80.000
Overig: Vervangen presentatiemiddelen flexkantoor Vervangen Sociale zaken applicatie Wagenpark: Vervanging 2 open auto's serviceteams Vervanging 1 gesloten auto serviceteams Vervanging bode-auto Vervanging 3 auto's serviceteams Totaal investeringen
108
2019
24.000 238.000
70.000 35.000 16.000 191.000 637.000
308.000
613.000
673.000
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Recapitulatie programma’s rekening
begroting
begroting
begroting
begroting
begroting
Lasten alle programma's Baten alle programma's
2014 49.862 45.933
2015 51.000 47.208
2016 48.341 48.194
2017 48.044 47.478
2018 47.789 47.345
2019 47.779 47.490
Totaal saldo
-3.929
-3.792
-147
-566
-444
-289
3.218 7.147
1.024 4.816
0 626
0 435
0 361
0 351
0
0
479
-131
-83
62
Mutaties reserves: Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat programma (na mutatie reserves)
Programmabegroting 2016
109
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Inhoudsopgave Paragrafen Paragraaf 1
Lokale heffingen
3
Paragraaf 2
Weerstandsvermogeen en risicobeheersing
3
Paragraaf 3
Onderhoud kapitaalgoederen
3
Paragraaf 4
Financieringsparagraaf
3
Paragraaf 5
Bedrijfsvoering
3
Paragraaf 6
Verbonden partijen
3
Paragraaf 7
Grondbeleid
3
110
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
1. Paragraaf lokale heffingen Inleiding Deze paragraaf geeft een overzicht van de diverse lokale heffingen en belastingen op hoofdlijnen. Hiermee ontstaat inzicht in de lokale lastendruk, wat van belang is voor de integrale afweging tussen enerzijds beleid en anderzijds inkomsten. Tevens wordt weergegeven welk beleid de gemeente in het begrotingsjaar zal voeren ten aanzien van de lokale heffingen. De tarieven, grondslagen en overige bepalingen van in deze paragraaf genoemde heffingen worden jaarlijks door uw raad in de maand december definitief vastgesteld in de verschillende (belasting)verordeningen. In het begrotingsjaar is 28% van de inkomsten van de gemeente Heemstede afkomstig uit lokale heffingen. Bij de lokale heffingen maken we onderscheid naar retributies en belastingen. Retributies hebben een directe relatie met een gemeentelijke taak, zoals riolering, afvalstoffeninzameling, begraafplaats en leges. Bij retributies mogen de geraamde opbrengsten niet uitgaan boven de geraamde kosten ter zake. Belastingen hebben een algemeen karakter en geen directe relatie met een gemeentelijke taak. Zij worden onder meer geheven als een bijdrage in de kosten van de voorzieningen van openbaar nut die de gemeente heeft getroffen. Er is sprake van een autonoom beleid ten aanzien van de hoogte van de belastingtarieven. Deze inleiding wordt afgesloten met een tabel die inzicht geeft in de geraamde opbrengsten uit lokale heffingen, zoals die zijn ingezet als dekkingsmiddel in de begroting 2016. Retributies
Programma Omschrijving
lasten
baten excl. onttrekking reserves
kosten-dekking
109.910
117.872
107%
19.115
7.380
39%
1
Huwelijken
1
Uittreksels/akten burgerlijke stand
1
Bevolkingsadministratie/GBA
45.913
22.730
50%
1
Rijbewijzen
113.114
79.000
70%
1
Reisdocumenten
436.798
331.170
76%
2
Vergunningen/ontheffingen APV
64.536
5.338
8%
3
Liggeld woonschepen
23.282
5.600
24%
4
Weekmarkt
67.168
44.860
67%
10
Bodemonderzoek
3.500
pm
9
Omgevingsvergunningen
642.146
430.000
67%
10
Afvalstoffeninzameling/-verwerking
2.609.494
2.608.438
100%
3
Riolering
2.592.603
2.592.523
100%
8
Begraafplaats
576.904
530.000
92%
7.300.983
6.778.411
93%
lasten
baten
netto opbrengst
409.079
725.000
315.921
totaal
Belastingen Programma Omschrijving 3
Parkeerbelasting
3
Precario recreatieboten
11
Onroerende zaakbelasting
11
Precariobelasting
11
Roerende ruimte belasting
11
Hondenbelasting
totaal
Programmabegroting 2016
17.728
33.517
15.789
170.724
5.957.000
5.786.276
2.000
170.700
168.700
0
5.400
5.400
12.300
122.000
109.700
611.831
7.013.617
6.401.786
111
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Leges burgerzaken De hoogte van de leges van de producten van burgerzaken (programma 1) is gebaseerd op kostendekkendheid. Uitgezonderd hiervan zijn de leges burgerlijke stand, waarvoor door het rijk de hoogte wordt vastgesteld en de leges voor de reisdocumenten en rijbewijzen, waarvoor het rijk het maximum bedrag vaststelt. De totale dekking van de kosten van de producten burgerzaken bedraagt 77% (in 2015 78%).
Beleid tarieven en dekkingsgraad Het beleid ten aanzien van de tarieven van de in deze paragraaf genoemde belastingen en retributies voor 2016 is als volgt: OZB • In het collegeakkoord 2014–2018 is afgesproken dat de OZB in beginsel niet zal worden verhoogd, behoudens het toepassen van de inflatiecorrectie. Voor 2016 wordt de OZB-opbrengst verhoogd met de (gemiddelde loon/prijs) inflatiecorrectie van 1,75%. • Het totaal van de woonlasten (OZB, afvalstoffenheffing en rioolrecht) voor een huiseigenaar met een woning met een gemiddelde WOZ-waarde stijgt niet ten opzichte van 2015. Dit komt o.a. doordat blijkt dat de verwachte OZBopbrengst 2015 hoger uitvalt dan geraamd. Dit wordt met name veroorzaakt doordat de waardedaling van woningen minder hoog uitvalt dan geprognosticeerd. Dit wordt in 2016 weer gecompenseerd in de tarieven. Rioolheffing • Voor rioolheffing geldt het uitgangspunt van 100% kostendekkendheid. • Er wordt een vast percentage van 4% toegerekend aan de rioolinvesteringen, in plaats van het renteomslagpercentage. • Conform het raadsbesluit van 27 juni 2013 wordt vanaf 2014 gespaard in een voorziening vervangingsinvestering riolering, met ingang van 2023 worden de rioolinvesteringen direct ten laste van de exploitatie gebracht. • De afschrijvingstermijn van rioolinvesteringen is met ingang van 2014 verhoogd van 60 jaar naar 70 jaar. • Vanaf 2015 worden ca. € 100.000 meer aan bestaande kosten (rentekosten, btw, uitvoeringskosten GBKZ, en oninbare vorderingen) toegerekend aan de rioolheffing. Om de tariefstijging te beperken wordt in 2016 € 34.000 gedekt uit de voorziening rioolheffing. • Er wordt rekening gehouden met een efficiencyvoordeel van € 90.000 op de rioolexploitatie, gebaseerd op de resultaten van de afgelopen jaren. Afvalstoffenheffing • Voor afvalstoffenheffing geldt het uitgangspunt van 100% kostendekkendheid. • De gemeente Heemstede heeft met Meerlanden een dienstverleningsovereenkomst afgesloten voor de huishoudelijke afvalinzameling. De aanneemsom is -conform het contract- voor de begroting 2016 geïndexeerd met de (prijs) inflatiecorrectie van 1,2%. Meerlanden hanteert een ander indexcijfer, maar daar was ten tijde van het opmaken van deze begroting nog geen duidelijkheid over. • Vanaf 2015 worden ca. € 100.000 meer aan bestaande kosten (rentekosten, btw, uitvoeringskosten GBKZ, en oninbare vorderingen) toegerekend aan de afvalstoffenheffing. • Er wordt rekening gehouden met een efficiencyvoordeel van € 80.000 op de afvalexploitatie, gebaseerd op de resultaten van de afgelopen jaren. Begrafenisrechten • Het bestaande beleid is dat de exploitatie van de begraafplaats (uitvaartverzorging en onderhoud begraafplaats) kostendekkend is. • De tarieven voor 2016 worden verhoogd met de inflatiecorrectie (lonen en prijzen) van 1,75%. • Gelet op de ontwikkelingen van de afgelopen jaren worden de inkomsten ruim 6% lager geraamd dan in 2015. Leges omgevingsvergunningen • Het tarief blijft in 2016 2,7% van de bouwsom. In 2016 wordt er rekening mee gehouden dat de projectontwikkelaar van de Slottuin nieuwe bouwplannen zal indienen, waardoor de legesopbrengst hoger wordt begroot dan in andere jaren.
112
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Parkeerbelasting • Het tarief voor kort parkeren blijft ook in 2016 € 1,50 per uur. Overige tarieven • Voor de overige tarieven geldt het algemene uitgangspunt van 1,75% verhoging. Kwijtschelding De gemeente Heemstede voert voor een aantal heffingen een beleid, waardoor het voor belastingplichtigen die niet in staat zijn om hun belastingschuld te betalen, mogelijk is om in aanmerking te komen voor kwijtschelding. In het kader van de herijking en harmonisatie kwijtscheldingsbeleid gemeentelijke belastingen heeft de raad (30 oktober 2014) besloten het kwijtscheldingsbeleid gemeentelijke belastingen met ingang van 2015 te verruimen. Besloten is o.a. de kwijtschelding voor ondernemers (voor zover het heffingen in de privésfeer betreffen) mogelijk te maken. Bovendien worden bij aanvragen ter bepaling van de betalingscapaciteit de noodzakelijke kosten voor kinderopvang meegenomen. In 2016 kan kwijtschelding worden verleend voor: - afvalstoffenheffing; - hondenbelasting (alleen 1e hond). De totale kwijtscheldingen worden voor 2016 begroot op € 60.000 voor de afvalstoffenheffing en € 1.500 voor de hondenbelasting.
Nadere toelichting OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing: a. onroerend zaakbelastingen (OZB) Onder de naam “onroerende zaakbelastingen” worden over binnen de gemeente gelegen onroerende zaken twee belastingen geheven: een gebruikersbelasting voor niet-woningen en een eigenarenbelasting voor woningen en nietwoningen. Op basis van de Wet Waardering Onroerende Zaken (wet WOZ) wordt aan elke individuele onroerende zaak de waarde per 1 januari van ieder kalenderjaar vastgesteld. De waarde die op het aanslagbiljet 2016 staat vermeld, is de waarde per 1 januari 2015. Conform de beleidsuitgangspunten wordt de OZB-opbrengst 2016 met 1,75% inflatiecorrectie verhoogd. Dit resulteert in een te behalen OZB-opbrengst 2016 van: OZB-opbrengst 2015 (primaire begroting) € 5.855.000 bij: indexering i.v.m. inflatiecorrectie (1,75%) € 102.000 OZB-opbrengst 2016 € 5.957.000 Om de OZB-opbrengst van 2016 te realiseren dienen de tarieven 2016 t.o.v. 2015 te worden aangepast met: a. inflatiecorrectie; b. waardeontwikkeling van het onroerende goed in Heemstede (zoals prijsontwikkeling op de Heemsteedse woningmarkt, % beroep- en bezwaarschriften en % leegstand bij niet-woningen, incl. afrondingsverschillen). Als gevolg hiervan verschillen de stijgingspercentages voor de woningen (eigenaren), niet-woningen (eigenaren) en nietwoningen (gebruikers). Aangezien de definitieve waardeontwikkeling van het onroerend goed op dit moment nog niet bekend is, zijn er geen tarieven voor 2016 opgenomen in deze begroting. Definitieve besluitvorming over de OZB-tarieven 2016 vindt plaats naar aanleiding van het raadsvoorstel ”Belastingverordeningen 2016” in de raad van december 2015.
Programmabegroting 2016
113
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Huidige percentages in Heemstede 2015
Heemsteedse percentages 2016
Normpercentages Ministerie BZK 2015
OZB woningen eigenaar
0,1090%
Nog niet bekend
0,1135%
OZB niet-woningen eigenaar OZB niet-woningen gebruiker
0,1885% 0,1511%
Nog niet bekend Nog niet bekend
0,1504% 0,1213%
0,3396%
Nog niet bekend
0,2717%
Percentages van de WOZ-waarde:
totaal OZB niet woningen
Uit deze tabel komt naar voren dat het Heemsteedse percentage 2015 voor de OZB woningen eigenaren onder het normpercentage ligt. Bij de eigenaren en gebruikers van niet-woningen ligt het Heemsteedse percentage boven het normpercentage voor 2015. Dit wordt mede veroorzaakt door het feit dat in Heemstede vanaf 2001 tariefdifferentiatie is toegepast. De reden voor het invoeren van gedifferentieerde OZB-tarieven is gelegen in het feit dat de ontwikkeling van de WOZ-waarden voor de categorie woningen beduidend anders is dan die voor de categorie niet-woningen. Door gedifferentieerde OZB-tarieven toe te passen krijgt de lastendrukontwikkeling tussen de categorieën woningen en niet-woningen een evenwichtiger karakter. Uit de COELO Atlas voor de lokale lasten 2015 blijkt dat de OZB 2015 (0,1090%) in Heemstede circa 15% onder het landelijk gemiddelde van 2015 (0,1251%) ligt. De cijfers voor 2016 zijn in het voorjaar van 2016 bekend na publicatie van de COELO Atlas 2016. Enkele kengetallen met betrekking tot de OZB
Opbrengst OZB Heemstede (in euro’s) OZB-tarief woningen eigenaren Heemstede (in %) Gemiddelde OZB woningen eigenaren in Nederland o.b.v. COELO Atlas: - in percentages
2014
2015
2016
5.797.746 0,1033%
5.855.000 0,1090%
5.957.000 nog niet bekend
0,1184%
0,1251%
nog niet bekend
OZB-tarieven 2015 regio Kennemerland en enkele vergelijkbare gemeenten Een vergelijking van de OZB-aanslag van eigenaren van woningen van Heemstede met een WOZ-waarde van respectievelijk € 250.000, € 360.000 en € 500.000 met omliggende gemeenten en enkele vergelijkbare gemeenten, laat op basis van de OZB-tarieven 2015 het volgende beeld zien:
tarief
WOZ-waarde
tarief woningen
2015
250.000
360.000
500.000
Heemstede Bloemendaal Haarlem Wassenaar Haarlemmerliede Zandvoort Blaricum
0,1090% 0,1127% 0,1195% 0,1200% 0,1216% 0,1263% 0,1302%
273 282 299 300 304 316 326
392 406 430 432 438 455 469
545 564 598 600 608 632 651
Nederland gemiddelde
0,1251%
313
450
626
114
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
b. rioolheffing Op basis van de hiervoor genoemde uitgangspunten en het investeringsprogramma 2016 - 2019, zoals opgenomen in de programma’s van de programmabegroting 2016, zien de baten en lasten met betrekking tot de rioolheffing er voor de periode 2016 - 2019 als volgt uit:
Kosten riolering Kapitaallasten Exploitatielasten Veegkosten (bedrag 2015 + 1,2%) Doorbelasting kostenplaatsen afdelingen Doorbelasting GBKZ BTW-druk i.v.m. BCF (o.b.v. kosten 2016) BTW-druk i.v.m. BCF (investeringen na 01/01/03) Oninbare vorderingen (0,5%) Toeslag toekomstige investeringen Efficiencyvoordeel rioolexploitatie Onttrekking voorziening rioolheffing Totaal te verhalen lasten riolering
2016
2017
2018
2019
1.424.875 242.692 221.729 272.704 71.690 112.583 147.371 12.958 210.000 -90.000 -34.000
1.478.000 242.692 221.729 272.704 71.690 112.583 158.500 13.808 280.000 -90.000 0
1.574.000 242.692 221.729 272.704 71.690 112.583 178.600 14.744 350.000 -90.000 0
1.596.000 242.692 221.729 272.704 71.690 112.583 183.200 15.229 420.000 -90.000 0
2.592.603
2.761.707
2.948.743
3.045.828
Deze kosten leiden bij 12.795 aansluitingen tot een tarief van € 202,62 per aansluiting. Dit is 3,5% hoger dan het tarief van 2015 (€ 195,83). Ter vergelijking: het gemiddelde tarief in Nederland voor een meerpersoonshuishouden in 2015 was € 189,00.
Tarieven rioolheffing (€) Rioolheffing (wordt in rekening gebracht bij de eigenaar) Opbrengst rioolheffing Gemiddelde rioolheffing in Nederland in Nederland o.b.v. COELO Atlas: - eenpersoonshuishouden - meerpersoonshuishouden
2014
2015
2016
189,03
195,83
202,62
2.373.000
2.466.000
2.593.000
168 186
171 189
nog niet bekend nog niet bekend
De (meerjarige) stijging van het tarief wordt veroorzaakt door wijziging van de systematiek van financiering van rioolinvesteringen conform het amendement “kadernota riool variant 3” aangenomen in de raad van juni 2013, de toerekening van extra kosten van ca. € 100.000 en enkele nieuwe investeringen.
Programmabegroting 2016
115
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
c. afvalstoffenheffing De kosten van afvalstoffeninzameling en de daarmee verband houdende afvalstoffenheffing worden voor 2016 als volgt gespecificeerd:
2016 begroting
kosten afvalstoffeninzameling en -verwerking inzameling restafval inzameling GFT-afval inzameling glas, papier, kunststoffen inzameling grof vuil inzameling KGA milieustraat kosten voorlichting, klachten en afvalwijzer ledigen en verwerken afval-/hondenpoepbakken doorbelasting afdelingen effect BTW-compensatiefonds (Meerlanden + GBKZ) kwijtschelding afvalstoffenheffing oninbare vorderingen (0,5%) efficiencyvoordeel afvalexploitatie opbrengst Nedvang (glas, papier, kunststoffen) en WEB
816.528 408.653 153.632 45.065 46.526 391.275 48.309 128.007 245.618 462.834 60.000 13.047 -80.000 -130.000
Totaal verhaalbare lasten Rolemmers 120 ltr/hoogbouw/ondergronds 25 tikken Rolemmers 240 ltr/ondergronds 50 tikken
Tarieven afvalstoffenheffing (€)
2.609.494 aantal 5.793 6.171
tarief 193,08 241,44
2014
2015
2016
120 ltr rolemmer en hoogbouw
197,76
202,20
193,08
240 ltr rolemmer
247,20
252,72
241,44
2.616.000
2.671.000
2.609.000
211 261
211 263
nog niet bekend nog niet bekend
Opbrengst afvalstoffenheffing Gemiddelde afvalstoffenheffing o.b.v. COELO Atlas: - eenpersoonshuishouden - meerpersoonshuishouden
116
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Ontwikkeling van de woonlasten In de hierna gepresenteerde tabel zijn de woonlasten voor 2015 en 2016 weergegeven waarbij als uitgangspunt een meerpersoonshuishouden is gehanteerd met een eigen woning en een gemiddelde WOZ-waarde van € 360.000.
Belastingsoort OZB (o.b.v. gemiddelde WOZ waarde woning 2014: € 360.000; bron: GBKZ)
2015
mutatie 2016 t.o.v. 2015
392
397
1,2%
Rioolheffing (incl. gewijzigde financieringssystematiek rioolinvesteringen)
196
203
3,5%
Afvalstoffenheffing (o.b.v. 240 liter rolemmer)
253
241
-4,5%
Totaal
841
841
0,0%
Het uitgangspunt is dat de totale woonlasten (OZB, afvalstoffenheffing en rioolrecht) voor een huiseigenaar met een woning met een gemiddelde WOZ-waarde in 2016 niet stijgen ten opzichte van 2015. Uit de tabel blijkt dat dit ook kan worden gerealiseerd. De definitieve tarieven worden in de belastingverordeningen 2016 in december 2015 vastgesteld door de raad. Toegevoegd wordt dat de definitieve berekening van de OZB tarieven plaatsvindt op basis van de belastingcapaciteit. Hierbij ontstaan altijd afwijkingen als gevolg van afrondingen ed. In bovenstaande tabel is het voorlopige OZB-tarief 2016 zodanig rekenkundig bepaald (mutatie 1,2%) dat de stijging van de totale woonlasten op nul uitkomt. In feite wordt hiermee een veiligheidsmarge ingecalculeerd voor afrondingsverschillen. Het kan zijn dat bij de definitieve berekening van de tarieven dit percentage lager blijkt uit te vallen. Het uitgangspunt blijft: geen stijging van de totale woonlasten. De woonlasten voor huishoudens met een huurwoning blijven beperkt tot de afvalstoffenheffing, die met 4,5% daalt.
Programmabegroting 2016
117
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
2. Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing Inleiding Het weerstandsvermogen en het beheersen van risico’s vormen belangrijke en complexe gemeentelijke aangelegenheden. Hier komt nog bij dat niet elk risico gemakkelijk vertaald kan worden naar een financiële impact. Bij het samenstellen van deze paragraaf is de nota reserves en voorzieningen - weerstandsvermogen 2014 (vastgesteld in de raad van 26 juni 2014) als onderlegger gebruikt. Het spreekt voor zich dat daarbij wel rekening is gehouden met de kennis van nu. Allereerst wordt ingegaan op de gebruikte begrippen en worden de diverse onderdelen van de weerstandscapaciteit nader toegelicht. Vervolgens worden de risico’s van de gemeente Heemstede geïnventariseerd en gekwantificeerd. Hieruit vloeit de beoordeling van het weerstandsvermogen van Heemstede voort.
Weerstandsvermogen Om een goed oordeel te kunnen geven over het weerstandsvermogen zijn twee elementen van belang:
A. Beschikbare weerstandscapaciteit Dit zijn de middelen en mogelijkheden waarover een gemeente beschikt of kan beschikken om risico’s in financiële zin af te dekken. We onderscheiden incidentele (algemene reserve, post onvoorzien en stille reserves) en structurele weerstandscapaciteit (begrotingsruimte en reserve belastingcapaciteit). Conform de nota reserves en voorzieningen - weerstandsvermogen 2014 wordt in Heemstede de weerstandscapaciteit bepaald door de algemene reserve. Deze bedraagt per 1-1-2016: € 4.888.000. Deze wordt nader toegelicht onder A.
B. Benodigde weerstandscapaciteit (de risico’s) Inventarisatie van de risico’s die niet op een of andere manier zijn ondervangen en die een financieel gevolg kunnen hebben. Een risico is in dit verband een kans op het zich voordoen van een onvoorziene gebeurtenis met een financieel nadelig gevolg. De risico’s worden ingeschat op totaal € 2.082.000. Deze worden nader toegelicht onder B. Ratio’s weerstandsvermogen Bij de vaststelling van de nota reserves en voorzieningen - weerstandsvermogen 2014 is besloten om een norm van 2,0 als uitgangspunt te nemen voor het weerstandsvermogen met een bandbreedte van 1,8 – 2.2. Gekozen is voor een norm van 2,0 (=uitstekend weerstandsvermogen) omdat de voorkeur is gegeven aan een solide weerstandsvermogen, mede omdat dit de robuustheid van de financiële positie weergeeft. De ratio van het weerstandsvermogen kan per 1 januari 2016 als volgt worden berekend. A. Beschikbare incidentele weerstandscapaciteit B. Benodigde incidentele weerstandscapaciteit
118
=
4.888.000
= 2,3
2.082.000
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Deze ratio kan worden beoordeeld met behulp van onderstaande normtabel.
Normtabel weerstandsvermogen > 2.0 1,4 – 2,0 1,0 – 1,4 < 1,0
uitstekend ruim voldoende voldoende onvoldoende
De gemeente Heemstede heeft een berekende ratio voor het weerstandsvermogen van 2,3, wat volgens de normtabel overeenkomt met een uitstekend weerstandsvermogen. Uitgaande van een risico-omvang van € 2.082.000 en een ratio weerstandsvermogen van 2,0 (met een bandbreedte van 1,8 – 2,2) is een weerstandscapaciteit (lees algemene reserve) benodigd van maximaal afgerond € 4.580.400 (2,2 x € 2.082.000). A. De berekening van de beschikbare weerstandscapaciteit De beschikbare weerstandscapaciteit van Heemstede bestaat uit het geheel van middelen dat de organisatie daadwerkelijk beschikbaar heeft om de risico’s in financiële zin af te dekken. Voor Heemstede betreft dit de algemene reserve.
Beschikbare weerstandscapaciteit Algemene reserve per 1 januari 2016
4.888.000
B. De berekening van de benodigde weerstandscapaciteit (de risico’s) De belangrijkste risico’s zijn in deze paragraaf opgenomen. De lijst moet worden beschouwd als een zo goed mogelijke inschatting op basis van de beschikbare informatie. Ingeschat wordt hoe groot de kans is dat de risico’s zich inderdaad voordoen. Omdat niet alle risico’s zich tegelijk voor zullen doen en ook de risicokans niet gelijk is, is het niet noodzakelijk om de vastgestelde risico’s voor 100% op te nemen. Om enige spreiding te bewerkstelligen is, in overleg met onze accountant Ernst & Young, voor deze systematiek gekozen en wordt van onderstaande tabel uitgegaan.
Score
Risicokans
Gemiddelde risicokans
1. laag 2. gemiddeld 3. hoog 4. zeer hoog
0% - 25% 25% - 50% 50% - 75% 75% - 100%
12,50% 37,50% 62,50% 87,50%
Risico’s uit groep 4 (zeer hoog) doen zich vrijwel zeker voor en zijn daarmee niet echt een risico meer maar min of meer een zekerheid. Daarom dienen de risico’s in deze groep zoveel mogelijk te worden afgedekt door het vormen van een voorziening. Het is dan wel nodig dat het risico goed te kwantificeren is, want een voorziening moet altijd in overeenstemming met de onderliggende verplichting zijn. Er bestaan ook risico’s die door de hoogte niet afgedekt kunnen worden door de gemeente zelf. Indien mogelijk worden deze risico’s bij een verzekeraar onder gebracht. Dit geldt bijvoorbeeld voor aansprakelijkheid en brandschade. Risico’s uit groep 1 (laag) worden in de meeste gevallen niet afzonderlijk genoemd maar worden getotaliseerd. Risico’s lager dan € 50.000 worden niet in de risico-inventarisatie betrokken. Deze moeten worden gedekt uit de normale flexibiliteit van de bedrijfsvoering. Onderstaand een samenvatting van de inventarisatie van de risico’s die niet op een of andere manier zijn ondervangen (waar geen voorziening voor is gevormd of verzekering voor is aangegaan) en die een financieel gevolg kunnen hebben.
Programmabegroting 2016
119
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Ove
Berekening benodigde weerstandscapaciteit Risico’s 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15.
GR Zuid-Kennemerland WSW Alg. uitkering groot onderhoud Investeringsprojecten Garantiestelling leningen Veiligheidsregio Kennemerland Renteontwikkeling Precario op ondergrondse kabels en leidingen nutsbedrijven BTW Dividenduitkering Niet verhaalbare planschades APPA regeling bestuurders Decentralisatie overheidstaken Open einderegeling Vennootschapsbelasting overheden Overige risico’s maximaal risico
Maximaal risico
Kans
%
Risico bedrag
304.000 1.200.000 1.096.000 1.334.000 654.000 128.000
hoog gemiddeld gemiddeld laag gemiddeld gemiddeld
62,50% 37,50% 37,50% 12,50% 37,50% 37,50%
190.000 450.000 411.000 167.000 245.000 48.000
120.000 gemiddeld 2.418.000 laag 1.184.500 laag 100.000 laag p.m. p.m. p.m. p.m. p.m. p.m. p.m. p.m. 500,000 laag
37,50% 12,50% 12,50% 12,50% p.m. p.m. p.m. p.m. 12,50%
45.000 302.000 148.000 13.000 p.m. p.m. p.m. p.m. 63.000
benodigde weerstandscapaciteit
2.082.000
9.038.500
In onderstaande schema’s worden de risico’s nader toegelicht.
1. Gemeenschappelijke regeling Zuid-Kennemerland (WSW)
120
Omschrijving
De rijksbijdrage maakt, samen met de gelden voor re-integratie, onderdeel uit van de integratie-uitkering sociaal domein. Gemeenten moeten op contractniveau met Paswerk afspraken maken ten aanzien van het realiseren van Sociale Werkvoorziening (SW)-plaatsen, Begeleid Werken (BW)-plaatsen en detacheringen. De participatiewet zal ook gevolgen hebben voor Paswerk. De participatiewet biedt slechts voor een beperkte groep personen de mogelijkheid van een vorm van beschut werk.
Kans
Hoog
Impact
Uitgaande van een maximaal exploitatietekort Paswerk van € 1.000.000 zal de Heemsteedse bijdrage hierin maximaal 11% ofwel € 110.000 bedragen. Het maximale risico voor 4 jaar kan worden berekend op 4 maal € 110.000 ofwel € 440.000. Na aftrek van het bedrag opgenomen in de reserve Participatiewet per 1 januari 2016 van € 136.000, resteert een risico van € 304.000. Uitgaande van een hoog risico kan het incidentele risico worden berekend op 62,50% van € 304.000 ofwel € 190.000.
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
2. Algemene uitkering groot onderhoud Omschrijving
De afgelopen jaren is groot onderhoud aan het verdeelstelsel uitgevoerd. Met ingang van 2016 worden de uitkomsten van de tweede fase doorgevoerd. De voorlopige resultaten zijn eind mei 2015 bekend gemaakt. Het adviestraject door VNG en RFV heeft een flinke aanpassing gegeven in het cluster Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Stadsvernieuwing, met dito herverdeeleffecten. Er komt een nieuw onderzoek waarvan de resultaten bij de meicirculaire van 2016 bekend moeten worden. De effecten treden dan met ingang van 2017 in werking. De andere onderzochte clusters, Werk en Inkomen en Brandweer en Rampenbestrijding zijn ongewijzigd gebleven. De overgangsregeling kent een maximaal nadeel van € 15 per inwoner per jaar.
Kans
gemiddeld
Impact
Het risico bedraagt theoretisch maximaal € 15 per inwoner per jaar ofwel afgerond € 400.000 per jaar. Dit betekent vanaf 2017 t/m 2019 een maximaal risico van € 1.200.000. Uitgaande van een gemiddeld risico kan het incidentele risico worden berekend op € 450.000 (37,50% van € 1.200.000).
3. Investeringsprojecten Omschrijving
De gemeente loopt risico bij de investeringsprojecten waarbij zij zelf opdrachtgever is.
Kans
Gemiddeld
Impact
Uitgaande van een gemiddeld investeringsbedrag van € 1.096.000 voor grote projecten (bruto krediet > € 500.000), waarbij het risico zich in de komende 4 jaar één keer voordoet, wordt het risico berekend op 37,50% hiervan. Het berekend incidenteel risico komt daarmee op afgerond € 411.000.
Programmabegroting 2016
121
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
4. Garantiestelling leningen Omschrijving
De gemeente staat garant voor een aantal leningen, die onder andere aan College Hageveld, sportverenigingen en gezondheidsinstellingen zijn verstrekt. Hoewel jaarlijks de begrotingen en jaarrekeningen worden beoordeeld, loopt de gemeente financieel risico doordat zij aangesproken kan worden door een geldverstrekkende instantie. In de bijlagen is een overzicht opgenomen (overzicht gewaarborgde geldleningen) waarin de gegarandeerde geldleningen zijn weergegeven. Het bedrag van de geldleningen waarvoor de gemeente Heemstede garant staat (zonder de leningen die zijn overgenomen door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw) bedraagt volgens dit overzicht per 1 januari 2016 € 11 mln.
Kans
Laag
Impact
De kans dat een vereniging of instelling niet aan de verplichtingen kan voldoen, wordt op basis van de historie -ondanks de recente economische crisis- praktisch nihil geschat. Het risico wordt derhalve gekenmerkt als “laag”. Het gemiddelde bedrag per lening, waarvoor de gemeente garant staat, bedraagt € 1.334.000. Er wordt van uitgegaan dat in de komende 4-jaarsperiode één incident kan plaatsvinden. Uitgaande van een laag risico wordt het incidentele risico geschat op 12,50% van € 1.334.000= € 167.000.
5. Veiligheidsregio Kennemerland (VRK)
122
Omschrijving
In 2014 is de verplichte regionalisering van de brandweertaken een feit geworden. Hiermee zijn de gemeentelijke brandweertaken naar de Veiligheidsregio Kennemerland verschoven. Op basis van het aantal inwoners maakt Heemstede 5% uit van het totaal. Bij tekorten zal Heemstede ook voor dit percentage worden aangesproken. Inmiddels is bekend dat er geen risico’s ontstaan uit het vervallen van de BTW compensatiemogelijkheid voor de Veiligheidsregio Kennemerland omdat de compensatie via de BDUR (de brede doeluitkering) voldoende is. Vanaf 2015 is een traject van efficiencymaatregelen in gang gezet waarbij ook extra uitgaven voor intensivering (behoud kwaliteit organisatie) en autonome ontwikkelingen zijn betrokken. Per saldo daalt de gemeentelijke bijdrage hierdoor. Over 2014 heeft de VRK nog een accountantsverklaring met een beperking voor rechtmatigheid gehad. De VRK geeft aan dat dit over 2015 niet meer het geval zal zijn.
Kans
Gemiddeld
Impact
Het risico wordt beoordeeld als gemiddeld. Berekening vindt plaats aan de hand van de Heemsteedse bijdrage in 2016 aan de VRK (excl. de overgedragen lokale brandweerkosten en de kazerne) van € 654.000. Uitgaande van een gemiddeld risico wordt het risico (benodigde weerstandscapaciteit) berekend op 37,50% van € 654.000 ofwel afgerond € 245.000.
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
6. Renteontwikkeling Omschrijving
De renteontwikkeling is een onzekere en niet te beïnvloeden factor.
Kans
Gemiddeld
Impact
Uitgaande van een gemiddeld investeringsbedrag voor de komende 4 jaar van € 3,2 miljoen en een afwijkend rentepercentage van 1% kan het risico worden berekend op € 32.000. Dit betekent voor 4 jaar een maximaal risico van € 128.000. Uitgaande van een gemiddeld risico kan het incidentele risico worden bepaald op € 48.000. (37,50% van € 128.000).
7. Precario op ondergrondse kabels en leidingen van nutsbedrijven Omschrijving
Het Rijk is voornemens de precariobelasting voor kabels en leidingen van nutsbedrijven af te schaffen. Voor de gemeente Heemstede betekent dit een inkomstenderving van ca. € 120.000. De gemeenten mogen de inkomstenderving in 10 jaar afbouwen. Het wetsvoorstel is nog niet naar de Tweede Kamer. De minister heeft besloten meer tijd te nemen om te studeren op reële alternatieven. Derhalve is in deze meerjarenbegroting 2016-2019 de precario op ondergrondse kabels en leidingen van nutsbedrijven nog volledig geraamd.
Kans
Gemiddeld
Impact
In juni 2012 heeft de raad bij de bespreking van de kadernota 2012 in de motie “beperkte OZB-stijging” aangegeven dat deze inkomstenderving in principe gecompenseerd mag worden door een verhoging van de OZB. Echter in het collegeakkoord 2014-2018 wordt ervan uitgegaan dat de OZB niet wordt verhoogd. Het maximaal risico bedraagt in de planperiode 2016-2019 € 120.000 (2016: 10%, 2017: 20%, 2018: 30%, 2019: 40%). Het risicobedrag bedraagt derhalve € 45.000 (37,5% over € 120.000).
8. BTW Omschrijving
Van de meeste uitgaven die de gemeente als overheid doet kan de betaalde BTW deels of geheel gedeclareerd worden bij het BTW compensatiefonds (BCF). Daarnaast kan de gemeente ook de BTW die zij als ondernemer betaalt in vooraftrek brengen (Fiscale BTW). De belastingdienst ziet hierbij toe op de juistheid. Over 2014 heeft een extern bureau een controle uitgevoerd. Dit ligt ter beoordeling bij de belastingdienst. Naar verwachting volgt hieruit een nabetaling van € 11.000.
Kans
Laag
Impact
Het risico wordt beoordeeld aan de hand van de totaal gedeclareerde BTW over 2014 bij het BTW compensatiefonds en de in 2014 als ondernemer in vooraftrek genomen BTW. De BCF declaratie over 2014 bedroeg € 2.248.000 en de in vooraftrek genomen fiscale BTW bedroeg € 170.000. Het totale bedrag komt daarmee op € 2.418.000 wat bij een laag risico van 12,50% neerkomt op afgerond € 302.000.
Programmabegroting 2016
123
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
9. Dividenduitkeringen Omschrijving
Het is lastig om een voorspelling te doen van de dividenduitkeringen. De dividend-uitkeringen over 2014 die in 2015 worden ontvangen bedragen naar verwachting afgerond € 1.132.800 (Eneco € 923.673, Meerlanden € 241.860 en BNG € 69.780). In de begroting 2016 is een totaalbedrag van € 1.184.500 opgenomen.
Kans
Laag
Impact
Voor 2015 en verder wordt rekening gehouden met een afname van de dividenduitkering Eneco als gevolg van de verplichte aanpassing van tarieven (methodebesluit). Omdat hier al rekening mee is gehouden, blijft het overige incidentele risico laag en kan worden berekend op afgerond € 148.000 (12,50% van € 1.184.500).
10. Niet verhaalbare planschades Omschrijving
Hoewel ten behoeve van de afhandeling van claims inzake planschades met succes een beroep op externe expertise kan worden gedaan, blijven de uitkomsten van mogelijke procedures en risico’s een onzekere factor. Nu de wet uitdrukkelijk de mogelijkheid biedt planschadeovereenkomsten aan te gaan, wordt dit ook standaard gedaan, waardoor de risico’s tot een minimum beperkt blijven.
Kans
Laag
Impact
Uitgaande van een laag risico en een claim van € 100.000 in 4 jaar kan het incidentele risico worden berekend op afgerond € 13.000 (12,50% van € 100.000).
11. APPA regeling bestuurders
124
Omschrijving
De wet APPA biedt wethouders de mogelijkheid om het reeds opgebouwde pensioen aan de gemeente te laten overdragen. Daarmee wordt de gemeente de pensioen-uitvoerder. De gemeente heeft niet de mogelijkheid noch de kennis om deze pensioenen zodanig te beleggen dat er voldaan kan worden aan de pensioenverplichting in de toekomst. Daarom brengt de gemeente dit onder bij een pensioenverzekeraar. Ook dan ligt het risico bij de gemeente als het behaalde rendement niet overeenkomt met het benodigde rendement. Als het rendement achter blijft, dient de gemeente bij te betalen om het benodigde eindkapitaal veilig te stellen.
Kans
p.m.
Impact
De mate waarin extra gestort moet worden voor de belegde bedragen onder de APPA verzekering is afhankelijk van de waarde-ontwikkeling van de beleggingsportefeuille van de pensioenverzekeraar. Daarmee is dit niet kwantificeerbaar voor de gemeente. Daarnaast is het afhankelijk van de leeftijd en het arbeidsverleden van een wethouder of er een bijbetaling moet volgen als hij/zij zijn reeds opgebouwde pensioen laat overdragen naar de gemeente. Ook is het overdragen van het pensioen voor de wethouder geen verplichting maar een keuze. Daarmee is ook dit niet goed te kwantificeren. Het risico wordt hier daarom wel genoemd maar p.m. opgenomen.
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
12. Decentralisaties overheidstaken Omschrijving
De gemeenten hebben vanaf 1 januari 2015 op grond van de nieuwe Wmo, Jeugdwet en Participatiewet een brede integrale verantwoordelijkheid voor het sociaal domein.
Kans
p.m.
Impact
De decentralisaties gaan gepaard met aanzienlijke ombuigingstaakstellingen. De invoering heeft met ingang van 1 januari 2015 plaats gevonden en de eerste kwartaalrapportage (Q1) met de zienswijze van de commissie Samenleving is door het college vastgesteld. Bij het aanbieden van de notitie aan de commissie is gewezen op een aantal nuanceringen. Met inachtneming van de in deze notitie gestelde nuancering(en), is er op dit moment geen aanleiding om te veronderstellen dat het i.c. beschikbaar gestelde budget voor de uitvoering van de betreffende nieuwe taken in 2015 ontoereikend is. In de meicirculaire 2015 zijn voor 2016 per gemeente de nieuwe budgetten sociaal domein voor 2016 t/m 2020 bekend gemaakt. In de begroting 2016-2019 zijn deze jaarlijkse budgetten budgettair neutraal verwerkt. Per programma (5 Participatiewet, 6 Wmo en 7 Jeugdzorg) zijn in totaal de begrote lasten voor de jaren 2016-2019 gelijk aan de daarvoor te ontvangen integratie-uitkeringen. Indien noodzakelijk is per programma een taakstelling opgenomen. De mogelijkheid bestaat om binnen de 3 programma’s te compenseren. Als risico wordt rekening gehouden met de daling van de 3 integratie-uitkeringen sociaal domein van € 8.024.000 in 2016 naar € 7.399.000 ofwel € 625.000. In de inleiding zijn de bedragen per integratie-uitkering nader gespecificeerd. De integratie-uitkering Wmo 2007 (Wmo oud) stijgt van € 1.812.000 naar € 1.878.000. Uitgaande van het in de begroting opgenomen lastenniveau wordt hier geen risico ingeschat. Indien het financieel risico van € 625.000 zich daadwerkelijk zou manifesteren in Heemstede dan zijn er een aantal mogelijkheden om het risico af te dekken. Als eerste is in het collegeakkoord 2014-2018 het volgende aangegeven: “extra middelen voor noodzakelijke voorzieningen kunnen komen uit verhoging van de OZB, wanneer het rijksbudget niet toereikend blijkt”. Ten tweede is een bestemmingsreserve Wmo van € 1,8 miljoen beschikbaar ter afdekking van een mogelijk risico. Voor een risicoprofiel m.b.t. de Participatiewet wordt verwezen naar het beschreven risico m.b.t. de WSW onder punt 1. Ter (gedeeltelijke) afdekking is een bestemmingsreserve Participatiewet beschikbaar van € 136.000. Kortom: gezien het uitgangspunt verwoord in het collegeakkoord 2014-2018 en de beschikbare bestemmingsreserves wordt in deze paragraaf er van uitgegaan dat geen aanvullende dekking uit de algemene reserve noodzakelijk is.
Programmabegroting 2016
125
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
13. Open einde regeling WWB, IOAW en IOAZ Omschrijving
Voor de WWB, IOAW en IOAZ wordt door het rijk een specifieke uitkering verstrekt. Vanaf 2015 worden de bijstandsbudgetten verdeeld via een nieuw objectief verdeelmodel. Voor kleinere gemeenten zal naast een objectieve verdeling ook nog een historische component onderdeel hiervan gaan uitmaken. Er komt een overgangsregime van 3 jaar, waarbij in de eerste 2 jaren (2015 en 2016) het macrobudget voor 50% op basis van historische uitgaven wordt verdeeld en voor 50% op basis van het objectief verdeelmodel van SCP en in het 3e jaar (2017) voor 25% op basis van historische uitgaven en voor 75% op basis van het objectief verdeelmodel. Er is voor 2015 en 2016 een tijdelijke vangnetregeling vastgesteld dat 50% dekt van het tekort tussen 5%-10% en 100% dekt van het tekort boven de 10%.
Kans
p.m.
Impact
Om schommelingen op te kunnen vangen tussen het rijksbudget WWB, IOAW, IOAZ (het zgn BUIG budget) en de uitkeringslasten WWB, IOAW en IOAZ en tussen het vaste en declarabele rijksbudget BBZ en de uitkeringslasten BBZ, is een bestemmingsreserve aanwezig. Deze reserve WWB, IOAW, IOAZ en BBZ is gefixeerd op € 500.000. Daarnaast is er sprake van een tijdelijke vangnetregeling. Voor 2016 wordt er vanuit gegaan dat het tekort zal uitkomen op ongeveer € 40.000. Dit tekort wordt gedekt uit de reserve WWB, IOAW, IOAZ en BBZ. Tot slot is het verdeelmodel nog niet volledig uitontwikkeld. En volgens de VNG misschien wel te vroeg en te snel toegepast in 2015. De staatssecretaris is geadviseerd om het overgangsregime te heroverwegen en een groter deel van het budget voorlopig nog historisch te verdelen. In deze paragraaf is geen extra risico meer opgenomen.
14. Vennootschapsbelasting voor overheden Omschrijving
Met ingang van 1 januari 2016 treedt de wet Modernisering vennootschapsbelasting voor overheidsondernemingen in werking. Volgens deze wet moeten overheden die winst of structureel overschotten behalen met activiteiten die concurreren met de markt vanaf 1 januari 2016 in principe vennootschapsbelasting betalen. Gedurende 2015 vindt een inventarisatie plaats van de economische activiteiten binnen de gemeente Heemstede en kan bepaald worden welke financiële gevolgen de wetgeving heeft voor de gemeente Heemstede.
Kans
p.m.
Impact
Een grove inschatting is dat het aantal activiteiten welke door de gemeente worden uitgevoerd en waarvoor met ingang van 2016 vennootschapsbelasting moet worden betaald, beperkt zal zijn. De wetgeving heeft echter ook betrekking op de verbonden partijen (zoals Meerlanden). Het is aan Meerlanden om te toetsen of en welke consequenties deze nieuwe wetgeving heeft voor het bedrijf (en dus de gemeente Heemstede als aandeelhouder). Gezien het feit dat alle informatie nog niet beschikbaar is, wordt voorlopig een p.m. raming opgenomen als risico.
15. Overige risico’s
126
Omschrijving
Alle overige risico’s zijn te beperkt van omvang om ze apart te berekenen en toe te lichten.
Kans
Laag
Impact
Hiervoor worden 10 risico’s van € 50.000 met een laag risico geraamd. Dit komt neer op afgerond € 63.000.
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Kengetallen ter ondersteuning van de beoordeling van de financiële positie Conform de BBV is elke gemeente met ingang van 2016 verplicht in deze paragraaf de volgende kengetallen op te nemen: netto schuldquote en de netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen, solvabiliteitsratio, grondexploitatie, structurele exploitatieruimte en belastingcapaciteit. Deze kengetallen maken inzichtelijk(er) over hoeveel (financiële) ruimte de gemeente beschikt om structurele en incidentele lasten te kunnen dekken of opvangen. Ze geven zodoende inzicht in de financiële weerbaar- en wendbaarheid. De kengetallen worden gezamenlijk opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing, omdat deze paragraaf weergeeft hoe solide de begroting is en in hoeverre financiële tegenvallers kunnen worden opgevangen. 1A. Netto schuldquote De netto schuld weerspiegelt het niveau van de schuldenlast van de gemeente ten opzichte van de eigen middelen. De vraag is: Kan de gemeente met zijn inkomen de schuld wel dragen? 1A. Netto schuldquote Bij begroting ultimo jaar A B C D E F G
H
Onderhandse leningen = Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) Kortlopende schulden = Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) Langlopende uitzettingen = Financiële vaste activa (cf. art.36 lid d, e en f ) Kortlopende vorderingen en uitzettingen = Uitzettingen < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) Liquide middelen (cf. art. 40 BBV) Overlopende activa (cf. art. 40a BBV)
Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV (dus excl. mutaties reserves)) Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100%
2014 Rek. t-1
2015 Begr. t
2016 Begr. t + 1
31.854.706 29.052.758 30.250.811 1.387.073 6.940.750 6.773.554 3.207.998 3.207.998 3.207.998 0
0
0
5.456.703 584.442 877.424
3.806.703 0 877.424
3.806.703 0 877.424
29.531.208 34.517.379 35.548.236 45.934.675 47.724.957 48.193.222 64%
72%
74%
1B. Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen Om inzicht te verkrijgen in hoeverre sprake is van doorlenen wordt de netto schuldquote zowel in- als exclusief doorgeleende gelden weergegeven (netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen). Op die manier wordt duidelijk in beeld gebracht wat het aandeel van de verstrekte leningen is en wat dit betekent voor de schuldenlast. Zie tabel op volgende pagina.
Programmabegroting 2016
127
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
1B. Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen Bij begroting ultimo jaar A B C D
F G
Onderhandse leningen = Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) Kortlopende schulden = Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) Langlopende uitzettingen = Financiële vaste activa (cf. art.36 lid d, e en f ) Kortlopende vorderingen en uitzettingen = Uitzettingen < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) Liquide middelen (cf. art. 40 BBV) Overlopende activa (cf. art. 40a BBV)
H
Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV (dus excl. mutaties reserves))
E
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100%
2014 Rek. t-1
2015 Begr. t
2016 Begr. t + 1
31.854.706 29.052.758 30.250.811 1.387.073 6.940.750 6.773.554 3.207.998 3.207.998 3.207.998 514.597
429.937
340.509
5.456.703 584.442 877.424
3.806.703 0 877.424
3.806.703 0 877.424
29.016.611 34.087.443 35.207.727 45.934.675 47.724.957 48.193.222
63%
71%
73%
2. De solvabiliteitsratio Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Onder het solvabiliteitsratio wordt verstaan het eigen vermogen (zowel de algemene reserve als de bestemmingsreserves) als percentage van het balanstotaal. 2. De solvabiliteitsratio Bij begroting ultimo jaar A B
Eigen vermogen (cf. art. 42 BBV) Balanstotaal Solvabiliteit (A/B) x 100%
2014 Rek. t-1
2015 Begr. t
2016 Begr. t + 1
19.460.657 15.637.512 15.489.058 63.131.222 62.608.208 63.421.216 31%
25%
24%
3. Kengetal grondexploitatie De afgelopen jaren is gebleken dat grondexploitatie een forse impact kan hebben op de financiële positie van een gemeente. Dit is overigens niet het geval bij de gemeente Heemstede, omdat wij gronden zelf niet exploiteren. De boekwaarde van de voorraden grond is van belang, omdat deze waarde moet worden terugverdiend bij de verkoop. Voor de berekening van dit kengetal worden de niet in exploitatie genomen gronden en de bouwgrond in exploitatie bij elkaar opgeteld en gedeeld door de totale baten. 3. Kengetal grondexploitatie Bij begroting ultimo jaar
A B C
Niet in exploitatie genomen bouwgronden (cf. art. 38 lid a punt 1 BBV) Bouwgronden in exploitatie (cf. art. 38 lid b BBV) Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV (dus excl. mutaties reserves)) Grondexploitatie (A+B)/C x 100%
128
2014 Rek. t-1
2015 Begr. t
2016 Begr. t + 1
0 0 0 37.994 37.994 37.994 45.934.675 47.724.957 48.193.222 0%
0%
0%
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
4. Structurele exploitatieruimte Voor de beoordeling van het structurele en reële evenwicht van de begroting wordt een onderscheid gemaakt tussen structurele en incidentele lasten. Bij incidentele lasten of baten gaat het om eenmalige zaken die zich gedurende maximaal drie jaar voordoen. Voorbeelden van structurele baten zijn de algemene uitkering en eigen belastinginkomsten. Bij structurele lasten zijn dat bijvoorbeeld de personeelslasten, kapitaallasten en bijdragen aan gemeenschappelijke regelingen. Een begroting waarvan de structurele baten hoger zijn dan de structurele lasten is meer flexibel dan een begroting waarbij structurele baten en lasten in evenwicht zijn. De structurele exploitatieruimte wordt bepaald door het saldo van de structurele baten en lasten en het saldo van de structurele onttrekkingen en toevoegingen aan reserves gedeeld door de totale baten en uitgedrukt in een percentage. 4. Structurele exploitatieruimte Bij begroting
2014 Rek. t-1
2015 Begr. t
2016 Begr. t + 1
A B C D
Totale structurele lasten Totale structurele baten Totale structurele toevoegingen aan de reserves Totale structurele onttrekkingen aan de reserves
40.769.190 48.741.382 48.197.211 43.545.666 47.602.957 48.016.222 1.536.827 259.000 0 623.714 1.328.018 317.298
E
Totale baten
1.863.363 -69.407 136.309 53.084.137 49.052.975 48.820.035
Structurele exploitatieruimte ((B-A)+(D-C))/(E) x 100%
4%
0%
0%
5. Belastingcapaciteit: woonlasten meerpersoonshuishouden De ruimte die een gemeente heeft om zijn belastingen te verhogen wordt vaak gerelateerd aan de totale woonlasten. De Coelo publiceert deze lasten ieder jaar in de Atlas van de lokale lasten. Onder de woonlasten worden verstaan de OZB en de rioolheffing en reinigingsheffing voor een woning met een gemiddelde WOZ-waarde in de gemeente. De belastingcapaciteit van een gemeente wordt daarom berekend door de totale woonlasten meerpersoonshuishouden in jaar t te vergelijken met het landelijk gemiddelde in jaar t-1 in en uit te drukken in een percentage. 5. Belastingcapaciteit: woonlasten meerpersoonshuishouden Bij begroting A B C D E F
OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde Afvalstoffenheffing voor een gezin Eventuele heffingskorting Totale woonlasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde (A+B+C-D) Woonlasten landelijke gemiddelde voor gezin in t-1 Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde jaar er voor (E/F) x 100%
2014 Rek. t-1
2015 Begr. t
2016 Begr. t + 1
382 189 247 -
392 196 253 -
397 203 241 -
818 697
841 704
841 716
117%
119%
117%
Beoordeling van de onderlinge verhouding tussen de kengetallen in relatie tot de financiële positie Uit de beschrijving van de verschillende kengetallen hierboven blijkt dat een afzonderlijk kengetal nog weinig zegt over hoe de financiële positie moet worden beoordeeld. Zo hoeft een hoge schuld geen nadelig effect te hebben op de financiële positie, maar is dat afhankelijk of en wat er aan eigen vermogen en baten tegenover die schuld staat en hoe groot de kans is dat de schuld weer wordt afgelost. Noch hoeft een tegenvallende ontwikkeling op de grondprijs geen negatieve invloed te hebben indien de structurele exploitatieruimte groot is of men over voldoende ruimte in belastingcapaciteit beschikt, omdat er dan ruimte is om tegenvallers op te vangen. Programmabegroting 2016
129
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Het is dus, met andere woorden, niet mogelijk om een individueel kengetal te gebruiken voor de beoordeling van de financiële positie. De kengetallen zullen altijd in samenhang moeten worden bezien, omdat ze alleen gezamenlijk en in hun onderlinge verhouding een goed beeld kunnen geven van de financiële positie van een gemeente. De uitkomsten van de kengetallen geven het volgende beeld: − De netto schuld bedraagt ca. 70% van de totale omzet van de gemeente Heemstede. Normaal ligt de netto schuldquote van een gemeente tussen de 0 en 90%. Als de netto schuldquote tussen 100% en 130% ligt, is de gemeenteschuld hoog (oranje). Als de netto schuldquote boven de 130% uitkomt, dan bevindt de gemeente zich in de gevarenzone (rood) (bron: VNG juni 2015). Heemstede scoort dus goed; − Het effect van doorgeleende gelden aan derden op de schuldpositie is beperkt; − De solvabiliteitsratio, of te wel het eigen vermogen (reserves) als percentage van het balanstotaal bedraagt ca. 25%; − De risico’s m.b.t. gronden in eigendom zijn nagenoeg nihil; − De begroting van de gemeente Heemstede is structureel en reëel in evenwicht; − De woonlasten voor een meerpersoonshuishouden zijn in Heemstede hoger dan het (ongewogen) landelijk gemiddelde. Dit heeft te maken met het feit dat huizen in de gemeente Heemstede gemiddelde een hoger WOZ-waarde hebben (ca. € 360.000) dan het landelijk gemiddelde (bron: COELO 2015 € 216.000). Hier staat tegenover dat onze gemeente ook meer wordt gekort op de algemene uitkering.
130
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
3. Paragraaf Onderhoud Kapitaalgoederen Inleiding Het beheer van de openbare ruimte heeft direct invloed op het leef-, woon- en werkklimaat van iedereen. Ten behoeve van de openbare ruimte heeft de gemeente Heemstede een groot aantal kapitaalgoederen in beheer. De kwaliteit en het onderhoudsniveau zijn bepalend voor het voorzieningenniveau binnen de gemeente. Het financieel beslag op de gemeentelijke middelen ziet er schematisch als volgt uit:
categorie
onderhoudsplannen
verkeer, vervoer, waterstaat
wegen bruggen beschoeiingen openbare verlichting baggerplan VRI's
riolering wagenpark woningen/gebouwen
VGRP+ nvt onderhoudsraming idem, sportcomplex idem, tennis groenbeleidsplan beheerplan jaarlijks budget
groenvoorziening Groenendaalse bos begraafplaats
looptijd
jaarlijkse uitgaven/storting dekking
2007-2021 vanaf 2015 vanaf 2015 2013-2017 vanaf 2015 verv. na 15 jr.
1034.000 67.000 100.000 183.000 120.000 gem. 158.000
voorziening voorziening voorziening inv.progr. voorziening inv.progr.
2011-2015 nvt 2010-2019 2015-2024 2015-2021 2014-2023 vanaf 2014 nvt
gem. 1.700.000 zeer divers 474.000 128.000 17.000 662.000 43.000 91.000
inv.progr. inv.progr. voorziening voorziening voorziening budget budget budget
Kwaliteitsniveaus In onderstaande paragrafen staan de onderhoudsniveaus (indien van toepassing) vermeld. De kwaliteitsniveaus zijn gebaseerd op de gestandaardiseerde ‘kwaliteitscatalogus openbare ruimte’ van het kennisinstituut CROW. Zij hanteren de kwaliteitsnormen A+, A, B, C, D; waarbij A+ het hoogste kwaliteitsniveau is. Onderhoudsstaat Voor zover bekend is er nergens sprake van achterstallig onderhoud.
Verkeer, vervoer en waterstaat Kengetallen Heemstede beschikt onder meer over: • 1.200.000 m² verharde wegen, fiets- en voetpaden • 9.025 straatkolken • 4.636 lichtmasten • 160.000 m² watergangen • 34.075 m1 beschoeiing Wegen Voor het klein en groot onderhoud van de wegen is een voorziening wegen ingesteld. De jaarlijkse stortingen zijn gebaseerd op de geprognosticeerde onderhoudskosten voor 15 jaar (2007 - 2021). Het programma wordt jaarlijks geactualiseerd. In 2016 wordt het kwaliteitsniveau verhoogd van niveau C naar niveau B. Hiervoor wordt de jaarlijkse storting in de voorziening verhoogd met € 100.000. Dit jaar worden werkzaamheden aan o.a. de Dr.N.G.Piersonstraat e.o., de Wagenaarlaan en de Burgemeester van Lennepweg uitgevoerd. Programmabegroting 2016
131
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Bruggen en Beschoeiingen (oevers) In 2015 is het beleidsplan Bruggen en Beschoeiingen opgesteld. Tevens is het hierbij behorende beheerplan opgesteld. De bruggen en beschoeiingen zijn opnieuw geïnventariseerd en geïnspecteerd. In het beheerplan is een meerjaren onderhoudsplan opgenomen. In 2016 wordt de brug in het IJsbaanpad vervangen, de beschoeiing van de Ringvaart en de Van Merlenvaart vervangen en de dijk langs de Ringvaart tussen Höcker en Bennebroek opgehoogd. Openbare verlichting Jaarlijks wordt voor renovatie van een deel van de openbare verlichting (2,5% van de masten en 5% van de armaturen) geld beschikbaar gesteld. In 2013 is een beleids- en beheerplan opgesteld voor de openbare verlichting voor de periode 2013 - 2017. Hierin is vastgesteld dat kwaliteitsniveau B wordt aangehouden. Watergangen In 2016 is een nieuw baggerplan opgesteld voor de periode 2015 - 2024. Dit jaar wordt een deel Crayenestervaart, de sloot achter het raadhuis, het Blekersvaartgebied, de Van Merlenvaart Zuid en het Heemstederveld Zuid gebaggerd. Verkeersregelinstallaties De verkeersregelinstallaties worden over een periode van 15 jaar afgeschreven en vervolgens in de investeringsplanning opgenomen om te worden vervangen. In 2016 worden 3 VRI installaties op de Heemsteedse Dreef vervangen.
Riolering Kengetallen Heemstede beschikt onder meer over: • vuilwaterriool: 107 km • hemelwaterriool: 18 km • drainage: 21 km • drukriolering: 5 km In 2010 / 2011 is het VGRP+ opgesteld voor de periode 2011 - 2015. In 2016 volgt een actualisatie of vernieuwing van dit plan samen met de gemeente Bloemendaal. In 2016 zal de uitvoering plaatsvinden van de projecten vervangen riolering in de omgeving van de Dr.N.G. Piersonstraat en de Burgemeester van Lennepweg
Wagenpark Kengetallen Het wagenpark bestaat uit 9 bedrijfsauto’s (waarvan 6 op aardgas), 2 trekkers, 10 aanhangers, een grafdelver en een maaimachine. Daarnaast voorziet de gemeente in een personenbus (KoBus). Het onderhoud aan het materieel wordt onder verantwoordelijkheid van de afdeling Uitvoering Openbare Ruimte uitgevoerd. Voor 2016 is vervanging van de drie bedrijfsauto’s van de serviceteams groen (2x) en bomen (1x) gepland.
Woningen en gebouwen Het onderhoud aan de gemeentelijke woningen en gebouwen wordt aan de hand van de meerjaren-onderhoudsplanning 2010-2019 uitgevoerd. In 2015 is het bestaande meerjarenonderhoudsplan in een nieuw meerjarenonderhoudsprogramma ingevoerd. De onderhoudswerkzaamheden worden conform de doelstelling “dynamisch beheer” uitgevoerd en gelinkt aan duurzaamheid, waarbij wordt gekeken naar geïntegreerde plannen met als doel een strategisch beleid. In 2016 wordt het leien dak van het oude Raadhuis gerenoveerd. De cv-installatie van de Bibliotheek en het pand Overboslaan 28-32 wordt in 2016 vervangen. De lift van de bibliotheek wordt ook in 2016 vervangen.
132
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Voor het sportcomplex en tennis Groenendaal is er een apart meerjarenonderhoudsplan. Het onderhoudsplan voor het sportpark, sporthal en het zwembad is in 2015 geactualiseerd en loopt tot en met 2024. Het onderhoudsplan voor de tennis loopt tot en met 2021.
Groenvoorziening Kengetallen Heemstede beschikt onder meer over: • • • • • •
308.000 m² gras 115.233 m² heesters 6.700 m1 hagen 10.472 bomen 76 ha wandelbos 10 ha begraafplaats
Wandelplaatsen en plantsoenen Het Groenbeleidsplan beschrijft de uitstraling waar het groen in Heemstede aan moet voldoen. Daarnaast is daarin de groenstructuur verankerd. In het Groenbeleidsplan zijn voor de periode 2014-2018 projecten opgenomen. In 2016 is de vervanging van de bomen in de Torenlaan gepland. Het schoonhouden (schoffelen) van de plantsoenen wordt uitgevoerd op A-niveau. Het onderhoud wordt uitgevoerd als een combinatie van de kwaliteitsnormen A en B. Het onderhouden van de groenvoorzieningen gebeurt voor het grootste deel door derden aan de hand van bestekken (onderhoudscontracten). Voor de volgende groenonderdelen zijn er (meerjarige) onderhoudscontracten: • • • •
Regulier groenonderhoud: jaarcontract met verlengingsopties tot maart 2019; Intensief maaiwerk: tweejarig contract met verlengingsopties tot maart 2017; Extensief maaiwerk: tweejarig contract met verlengingsopties tot maart 2017; Groot Groen (inzet groot materieel): jaarcontract met verlengingsopties tot maart 2019.
Milieuvriendelijkere onkruidbestrijding op verhardingen Het schoonhouden van de openbare ruimte, inclusief de onkruidbestrijding op verhardingen, wordt uitgevoerd op basis van beeldkwaliteit A volgens de ‘CROW Kwaliteitscatalogus Openbare ruimte’, versie juli 2010. Voor de bestrijding van onkruid op verhardingen wordt sinds 2015 geen gebruik meer gemaakt van het chemische onkruidbestrijdingsmiddel Round-up. De Gemeenteraad heeft in 2015 gelden extra beschikbaar gesteld om beeldkwaliteitsniveau A te behouden, zonder het gebruik van Round-up. In verband met areaaluitbreiding wordt het jaarlijkse budget voor onkruidbestrijding met ingang van 2016 verhoogd naar € 80.700. Wandelbos Groenendaal Het onderhoud van het wandelbos wordt uitgevoerd volgens het beheerplan dat hiervoor is opgesteld voor de periode 2015-2032. Het onderhoud aan de bosvakken en bospaden wordt, evenals de zorg voor de Schotse Hooglanders, door de bosmedewerkers zelf uitgevoerd. Waar mogelijk wordt samengewerkt met vrijwilligers.
Programmabegroting 2016
133
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
4. Financieringsparagraaf Inleiding De Wet Financiering decentrale Overheden (Wet Fido) geeft grotendeels het kader aan waarbinnen de financieringsfunctie bij decentrale overheden moet worden uitgevoerd. Een gemeente is o.a. verplicht om volgens een door de raad vastgesteld treasurystatuut te werken. In het treasurystatuut wordt onder treasury verstaan: “het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op: de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s”. Alle financieringsactiviteiten worden uitgevoerd conform het statuut, dat is vastgesteld in de raad van 30 juni 2011. Beleid en ontwikkelingen De ontwikkeling van de rentetarieven op de geld- en kapitaalmarkt wordt nauwlettend gevolgd. De gemeente Heemstede heeft hier in het geheel geen invloed op en zal de tarieven als gegeven moeten aanvaarden. Voor de ontwikkelingen van de rentestanden op korte en lange termijn baseert de gemeente Heemstede zich op de visie van de huisbankier, de Bank Nederlandse Gemeenten. Voor nieuwe geldleningen wordt vanaf 2016 gerekend met een rente van 2%. In de komende periode zal het treasurystatuut worden geactualiseerd en aangepast aan de gewijzigde wetgeving (w.o. het verplicht schatkistbankieren). Voor het overige zijn voor 2016 geen nieuwe ontwikkelingen -m.b.t. de financieringsfunctie- voorzien. Risicobeheer Verstrekking van gelden of het stellen van garanties mag de gemeente ingevolge het treasurystatuut alleen indien dat uit hoofde van de publieke taak gebeurt. Verstrekking van gelden uit hoofde van de treasury-functie mag alleen indien dit niet gericht is op het verkrijgen van inkomen en er geen overmatige risico’s gelopen worden. De Wet Fido geeft twee verplichte richtlijnen voor de bewaking en beheersing van de renterisico’s: a. de kasgeldlimiet voor de korte financiering (< 1 jaar) en b. de renterisiconorm voor de lange financiering(> 1 jaar). Kasgeldlimiet De kasgeldlimiet is het maximale bedrag waarmee een financieringstekort met een kortlopende lening gefinancierd mag worden. Jaarlijks bepaalt het ministerie van BZK de kasgeldlimiet.
Kasgeldlimiet Begrotingstotaal 2016 Toegestane kasgeldlimiet (8,5%)
134
2016 48.000.000 4.080.000
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Renterisiconorm Om te voorkomen dat er jaarlijks grote wijzigingen zijn in de rentelasten, is de risiconorm voorgeschreven. De jaarlijkse aflossingen en wijzigingen in de rente (bv bij een rentevast periode) mogen niet meer dan 20% van het begrotingstotaal zijn.
Renterisiconorm Berekening renterisiconorm Begrotingstotaal 2016 Renterisiconorm 2016 in € Renterisiconorm 2016 in % Berekening renterisico volgens begroting 2016 Reguliere aflossingen 2016 Vervroegde aflossingen 2016 Renteherzieningen gedurende het jaar 2016 Totaal renterisico Heemstede 2016 in € Totaal renterisico Heemstede 2016 in %
2016
48.000.000 9.600.000 20%
2.801.948 0 0 2.801.948 6%
Uit de tabel blijkt dat de gemeente Heemstede ruimschoots voldoet aan de renterisiconorm. Financiering (leningenportefeuille)
Aangegane langlopende geldleningen Leningenbestand per 1 januari 2016 Reguliere aflossing 2016 Vervroegde aflossing 2016 Nieuw aan te trekken lening 2016 Leningenbestand per 31 december 2016
Verstrekte langlopende geldleningen Leningenbestand per 1 januari 2016 Reguliere aflossing 2016 Verstrekkingen Leningenbestand per 31 december 2016
2016 28.884.288 2.801.948 0 4.000.000 30.082.340
2016 429.937 89.428 0 340.509
Liquiditeitenbeheer Voor het liquiditeitenbeheer is een overeenkomst met de Bank Nederlandse Gemeenten gesloten. Een tekort aan middelen kan hierdoor op voordelige wijze worden geleend. Voor overtollige gelden is -in het kader van het schatkistbankieren- een rekening-courant overeenkomst gesloten met het Rijk. Deze gelden worden uitgezet zonder risico voor de gemeente. Schatkistbankieren Het schatkistbankieren houdt in dat de gemeente verplicht is om overtollig geld in de schatkist te houden. Vanaf 1 januari 2014 zijn gemeenten verplicht te schatkistbankieren. Wel is er sprake van een drempel van 0,75% van het jaarlijks begrotingstotaal, voor Heemstede 0,75% van € 48 miljoen ofwel € 360.000. Programmabegroting 2016
135
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Debiteurenbeheer Verder voert de gemeente een actief debiteurenbeheer waardoor het debiteurenrisico zoveel mogelijk beperkt wordt. Indien debiteurenrisico’s bestaan dan zal daarvoor op basis van een analyse bij de jaarrekening een voorziening worden getroffen Gewaarborgde leningen Uit het overzicht van gewaarborgde geldleningen opgenomen in de bijlagen blijkt voor welke instellingen de gemeente garant staat uit hoofde van haar publieke taak. Er is niet gebleken dat daarbij sprake is van een instelling die een verhoogd risico heeft op het niet kunnen voldoen aan haar verplichtingen op lange termijn.
Garantiestelling per 1/1/2016 Garantiestelling publieke taak Achtervang garantiestelling WSW (1)
11.000.000 77.000.000 88.000.000
(1) D it zijn de geldleningen waarvoor de Stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) borg staat, waarbij de gemeente de achtervang heeft m.b.t. deze leningen. Het gemeentelijke financiële risico is te verwaarlozen.
Indien een instelling waarvoor de gemeente garant staat te laat is met betalen gaat er per omgaande een brief van de geldgever (vaak de BNG) naar de gemeente waarin wordt aangegeven dat er sprake is van een betalingsachterstand. In zo’n geval neemt de gemeente contact op met de instelling en de geldgever om afspraken te maken over de betaling. Tevens wordt de instelling uitgenodigd voor een gesprek om te kunnen beoordelen of er sprake is van een structureel probleem. Voor verstrekte geldleningen geldt in principe de zelfde procedure met dien verstande dat de geldlening dan verstrekt is door de gemeente en niet de BNG. Wet Hof De wet HOF (Wet Houdbare Overheidsfinanciën) bevat een richtlijn over de tekortnorm voor de decentrale overheden. Dit houdt in dat aan de kasstroom van de lagere overheden gezamenlijk (het EMU-saldo) een maximum is gesteld. Hiervan afgeleid kent iedere gemeente een zogenaamde referentiewaarde. Voor de gemeente Heemstede bedraagt deze (voorlopig) 1.550 mln (negatief, dus meer uitgaven dan inkomsten) voor 2016. Het geraamde EMU-saldo 2016 voor Heemstede bedraagt 1.883 mln. De individuele referentiewaarde wordt dus overschreden. Dit heeft geen consequenties voor de gemeente Heemstede. Er wordt met name gekeken naar de collectieve norm voor alle gemeenten. Vooralsnog zijn ook geen consequenties verbonden aan een eventuele overschrijding van deze collectieve norm.
136
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
5. Paragraaf bedrijfsvoering Inleiding Bedrijfsvoering ondersteunt de gemeentelijke organisatie bij het doelmatig en effectief uitvoeren van gemeentelijke taken voor burgers, bedrijven en instellingen en het bestuur. Een goede bedrijfsvoering is een voorwaarde voor het uitoefenen van onze primaire taken en processen. Binnen onze organisatie werken we aan een moderne, duurzame toekomstbestendige bedrijfsvoering passend bij de ontwikkeling van Heemstede. Tevens willen we een aantrekkelijk werkgever blijven zodat we over de juiste kwaliteit mensen kunnen beschikken.
Regionale samenwerking Tot en met de zomer van 2016 zal de samenwerking met Bloemendaal verder geconcretiseerd worden. Afhankelijk van de resultaten zal dan weer worden bekeken wat het vervolg moet zijn. In 2015 is binnen Personeel & Organisatie de stap gemaakt om met hetzelfde salarissysteem als Bloemendaal te gaan werken. Met de deze harmonisatie is de weg vrij om in 2016 gezamenlijk het e-HRM te kunnen gaan ontwikkelen. Bij Automatisering is in 2015 een gezamenlijke opzet en beheer van de ICT infrastructuur van Heemstede en Bloemendaal vorm gegeven. Begin 2016 zal hiervoor een lichte gemeenschappelijke regeling zijn gerealiseerd waarbij de gemeente Heemstede als centrumgemeente fungeert. Ook is besloten een gezamenlijk zaaksysteem te gebruiken ter ondersteuning van een excellente dienstverlening. Het uitgangspunt van zaakgericht werken (of proces gericht werken) is dat niet het document maar de zaak centraal staat. Deze gezamenlijkheid zal er toe bijdragen dat afdelingen van Bloemendaal en Heemstede makkelijker kunnen toewerken naar een harmonisatie van hun werkprocessen. Door deze te volgen wordt het proces beter inzichtelijk en kan inhoudelijke informatie over de voortgang teruggekoppeld worden aan burgers, bedrijven en instellingen.
HRM-beleid 2016 zal op hoofdlijnen eenzelfde inzet kennen als 2015: doordat de uitstroom naar verwachting beperkt zal zijn, moeten we aandacht blijven houden voor de duurzame inzetbaarheid van onze medewerkers en blijven investeren in opleidingen. Want het bijhouden van kennis en vaardigheden is cruciaal om goed te kunnen voldoen aan de steeds veranderende eisen die aan medewerkers gesteld worden. Zo zal in 2016 onder andere de leergang overheidsparticipatie organisatiebreed worden uitgerold. Weinig verloop betekent ook een beperkte instroom van jongeren (die toch al ondervertegenwoordigd zijn binnen ons personeelsbestand). We continueren onze inzet om dit te compenseren door zoveel mogelijk ruimte te bieden aan stagiaires, afstudeeronderzoekers en trainees. Om beter in te kunnen spelen op schommelingen in de vraag naar kennis en capaciteit is het streven meer inhoud te geven aan een grotere, beter wendbare flexibele schil van (tijdelijke) medewerkers. In 2015 is een regionaal “klussenplatform” operationeel geworden met behulp waarvan overheidsorganisaties onderling medewerkers en / of klussen kunnen uitwisselen. In 2016 zal dit moeten gaan floreren en zijn vruchten gaan afwerpen. Voor Heemstede is dit platform ook van toegevoegde waarde omdat het medewerkers de gelegenheid biedt hun loopbaanperspectief te verruimen binnen / naast hun Heemsteeds dienstverband. Een aspect wat hogelijk wordt gewaardeerd, zo kwam uit het Medewerkers TevredenheidsOnderzoek van 2013 naar voren. Andere accenten in het HRM-beleid zullen ook bepaald worden aan de hand van het Medewerkers TevredenheidsOnderzoek dat het eerste kwartaal 2016 zal worden uitgevoerd. Het ziekteverzuim is de eerste helft 2015 behoorlijk toegenomen. Afhankelijk van de verdere ontwikkeling hiervan in 2015 en zicht op de oorzaken hiervan, zal bepaald moeten worden of er actie mogelijk en / of noodzakelijk is om het verzuim weer terug te brengen.
Programmabegroting 2016
137
Voorwoord
|
Inleiding
HRM kerngegevens Formatie (fte’s) Salariskosten Aantal medewerkers Ziekteverzuimpercentage Leeftijdsverdeling: - < 25 jaar - 25 tot 35 jaar - 35 tot 45 jaar - 45 tot 55 jaar - 55 tot 60 jaar - > 60 jaar Verdeling man – vrouw Gemiddelde leeftijd Gemiddelde duur dienstverband
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
2014
2015
159,91 11,1 mln 182 2,53
161,32 * 10,7 mln 177 * 5 - 6**
2 23 39 71 24 23 95-87 47,3 12,1
4 16 38 75 25 19 89-88 47,3 12
* peildatum 1/7/2015 ** betreft schatting verzuim januari tot juli 2015. Doordat per 1 januari 2015 een nieuw salarissysteem in gebruik is genomen kan nog geen exact verzuimcijfer worden gegenereerd, net zo min als het verzuimcijfer over de periode juli 2014 t/m juni 2015. Bij een dergelijk verzuimcijfer zijn seizoensinvloeden (wintermaanden hoger verzuim, zomermaanden minder verzuim) uitgevlakt en is daarmee pas goed vergelijkbaar met het verzuimcijfer zoals weergegeven in de kolom ‘2014’. Een eerste analyse op hoofdlijnen laat zien dat er de eerste 6 maanden van 2015 relatief veel langdurend verzuim (30 dagen of meer) is geweest. Het merendeel van deze mensen is inmiddels weer aan het re-integreren of is al weer volledig gere-integreerd.
Automatiseringsbeleid Vernieuwing ICT Infrastructuur in samenwerking met Bloemendaal Een belangrijk uitgangspunt bij de samenwerking tussen de gemeenten Bloemendaal en Heemstede is het verminderen van de kwetsbaarheid en het vergroten van de kennis en kunde die in huis is. Daarnaast is een verdere professionalisering van de werkwijze noodzakelijk. Diensten worden geleverd aan twee organisaties, er wordt met meer mensen samengewerkt en de eisen aan de beveiliging worden steeds hoger. In de eerste fase van de samenwerking in 2015 lag de focus op het aanschaffen en inrichten van een gezamenlijke ICT Infrastructuur en het opzetten van een gezamenlijk bureau automatisering waarbij de gemeente Heemstede als centrumgemeente fungeert. In 2016 zal de nieuwe ICT Infrastructuur operationeel worden voor de gemeente Heemstede. Deze nieuwe infrastructuur zal beheerd gaan worden door het samenwerkingsverband voor automatisering. In 2016 zal een verdere integratie van de samenwerking worden opgepakt. Daarbij zal de focus meer liggen op verdere professionalisering en harmonisering van de werkprocessen en de informatiebeveiliging. Vervangen mobiele toestellen telefonie Voor een goede bereikbaarheid voor onze burgers en bedrijven, en rekening houdend met tijd- en plaats onafhankelijk werken, is drie jaar geleden gekozen voor een oplossing van een telefooncentrale in combinatie met mobiele toestellen. Deze opzet voldoet en zal dat voor de komende drie jaar ook nog doen. De mobiele toestellen zijn aan vervanging toe, waarbij kritisch gekeken zal worden tussen de functionaliteit die nodig is en de te verwachten levensduur van de nieuwe toestellen. Verbeteren koeling serverruimte Raadhuis De koeling in de serverruimte op het Raadhuis is verouderd en zal vernieuwd moeten worden. Naar verwachting zal nieuwe koeling energiezuiniger zijn. Eveneens zal gekeken worden naar een scheiding van de koude en de warme kant in de ruimte waardoor nog een extra energiebesparing gehaald kan worden. Hiermee doen we een stap naar duurzamer gebruik van middelen.
138
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Bezuinigingen bedrijfsvoering Tijdens de begrotingsraad van november 2014 is door verschillende fracties gevraagd hoe de stelpost bezuiniging op de bedrijfsvoering ingevuld gaat worden. In de kadernota 2016-2019 is, op bladzijde 18 en 19, aangegeven hoe het college deze stelpost wil gaan invullen. In 2015 is structureel € 284.000 bezuinigd waardoor voor 2016 ten opzichte van 2015 nog een bedrag resteert van € 131.000. De jaren daarna dient € 351.000 bespaard te worden ten opzichte van 2015. De bezuinigingstaakstelling is/wordt ingevuld langs 5 sporen, te weten: personeel, samenwerking met Bloemendaal, ondersteuning, prijsindexatie/aanbestedingsresultaten en accressen gemeentefonds. De personele bezuinigingen, oplopend van € 153.000 in 2015 naar € 251.000 vanaf 2018, betreffen het niet of gedeeltelijk opvullen van vacatures, lagere werkgeverslasten, werving & selectie, bedrijfsgeneeskundige & arbozorg en de korting op het opleidingsbudget ad. € 15.000 die tot 2017 liep doorzetten. De samenwerking met Bloemendaal gaat onder andere door de ICT-samenwerking vanaf 2016 een besparing opleveren van € 51.000. De besparing op de ondersteuning levert vanaf 2015 structureel een bedrag op van € 96.000. Dit bestaat met name uit een lagere bijdrage aan GBKZ, lagere energiekosten raadhuis, minder abonnementen en lagere kosten onderhoud & hosting website. In de begroting 2016 zijn de exploitatiebudgetten voor 2016 niet geïndexeerd voor prijsstijgingen (1,2%), behoudens contractuele verplichtingen. De daardoor vrijkomende middelen ad. € 85.000 zijn ingezet ter dekking van de stelpost bedrijfsvoering. Bij deze bezuinigingen zijn het sociaal domein en de budgettair neutrale posten (bijvoorbeeld afval en riool) uitgezonderd wat betekent dat de voordelen binnen die bestedingsrichting blijven vallen. Voor bijvoorbeeld het riool resulteert dat in een verlaging van de rioolheffing. De aanbestedingen in 2014 die met ondersteuning vanuit het regionaal inkoopbureau zijn uitgevoerd leveren vanaf 2015 een structurele besparing op de kapitaallasten op van € 35.000. Tot slot is 1/3 deel van de groei van het gemeentefonds (lees accressen) vanaf 2016 aangewend voor de dekking van de stelpost bedrijfsvoering. Daarbij is uitgegaan van de gemeentefondsaccressen uit de septembercirculaire 2014 € 101.000 (2016), € 239.000 (2017) en € 362.000 (2018)], die zijn meegenomen in 1e begrotingswijziging 2015. Dit tegen de achtergrond dat de stelpost bedrijfsvoering vorig jaar in de kadernota 2015-2018 is opgenomen naar aanleiding van een oplopend tekort van € 877.000 in 2015 naar € 2.179.000. Het aandeel van het gemeentefonds bedroeg daarin € 1.600.000 (73%). Toen heeft het college voorgesteld om 1/3 deel van de totale bezuinigingstaakstelling te dekken door een taakstelling op de bedrijfsvoering. Nu de korting op het gemeentefonds (o.b.v. de septembercirculaire 2014) lager uitvalt is het niet onredelijk om van die lagere korting ad. € 362.000 1/3 deel (121.000) in te zetten als dekking voor de bezuinigingstaakstelling. Dat is dan ook zo verwerkt in de begroting 2016-2019. In onderstaand overzicht een samenvatting van de voorstellen om de bezuinigingstaakstelling op de bedrijfsvoering in te vullen. Daaruit blijkt dat vanaf 2018 er € 4.000 meer wordt gedekt dan nodig is voor de taakstelling. In 2015 en 2016 wordt € 92.000 meer gedekt dan nodig is maar dat dient ter compensatie van het incidentele tekort van € 80.000 in 2017. Over de periode 2015-2019 wordt € 20.000 meer gedekt dan nodig is.
Programmabegroting 2016
139
Voorwoord
|
Inleiding
|
Samenvatting voorstellen bezuinigingstaakstelling bedrijfsvoering
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
percentage
2015
2016
2017
2018
2019
233.000
415.000
635.000
635.000
635.000
153.000 0 96.000 35.000 0
155.000 51.000 96.000 120.000 34.000
208.000 51.000 96.000 120.000 80.000
251.000 51.000 96.000 120.000 121.000
251.000 51.000 96.000 120.000 121.000
39% 8% 15% 19% 19%
totale dekking (B)
284.000
456.000
555.000
639.000
639.000
100%
Saldo per jaar (- bedrag is meer bezuinigd dan taakstelling)
-51.000
-41.000
80.000
-4.000
-4.000
taakstelling bedrijfsvoering (A) voorgestelde dekking: a. personeel b. samenwerking Bloemendaal c. ondersteuning d. prijsindexatie/aanbestedingsresultaten e. accressen gemeentefonds
140
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
6. Paragraaf verbonden partijen Inleiding Een verbonden partij is een privaat- of publiekrechtelijke organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft. Dit kan een direct of een indirect belang zijn. Bij een direct financieel belang is de gemeente aansprakelijk bij niet-nakoming van verplichtingen of schulden uit een faillissement. Bij een direct bestuurlijk belang heeft de gemeente zeggenschap in bijvoorbeeld het bestuur doordat daar een wethouder zitting in heeft. Bij een indirect bestuurlijk belang voert de verbonden partij een wettelijke taak uit van de gemeente. Zodra de gemeente in een externe partij een bestuurlijk en een financieel belang heeft wordt deze opgenomen in de paragraaf verbonden partijen. Samenwerkingsverbanden waarbij Heemstede fungeert als centrumgemeente worden beschouwd als deel van de gemeentelijke organisatie van Heemstede en daarom niet meegenomen in deze paragraaf. Dit is het geval bij de lichte gemeenschappelijke regeling (GR) “intergemeentelijke regeling sociale zaken (IASZ)”. In de raad van 30 oktober 2014 is ingestemd met het aangaan van een lichte gemeenschappelijke regeling tussen de gemeente Bloemendaal en de gemeente Heemstede op het gebied van ICT. De gemeente Heemstede fungeert hierbij als centrumgemeente. Het opstellen van de lichte gemeenschappelijke regeling is momenteel in voorbereiding. In deze paragraaf wordt hier derhalve ook niet nader op ingegaan.
Overzicht verbonden partijen
Naam
Rechtsvorm
Vestigingsplaats Publiek belang
Bank Nederlandse Gemeenten (BNG)
NV
Den Haag
Bankier voor overheden, huisbankier Heemstede
Onbepaald
Eneco Energie
NV
Rotterdam
Energievoorziening
Onbepaald
Meerlanden
NV
Rijsenhout
Afvalinzameling en verwerking
Onbepaald
Onbepaald
Tijdsduur
Veiligheidsregio Kennemerland (VRK)
GR
Haarlem
Regionale en lokale brandweerzorg, GGD, GHOR, Ambulance vervoer en meldkamer.
Stichting Regionaal Inkoopbureau IJmond en Kennemerland (Rijk)
Stichting
Heemstede
Inkoopsamenwerking
Onbepaald
Paswerk
GR
Cruquius
Sociale werkvoorziening
Onbepaald
Gemeentebelastingen Kennemerland Zuid (GBKZ)
GR
Bennebroek
Belastingheffing- en inning
Onbepaald
Onbepaald
Schoolverzuim en Voortijdig School verlaten “West-Kennemerland”.
GR
Haarlem
Leerplichtadministratie, leerplichthandhaving en voortijdig schoolverlaten.
Stichting Openbaar Onderwijs Zuid-Kennemerland (STOPOZ)
Stichting
Haarlem
Aanbod van openbaar onderwijs
Onbepaald
Bereikbaarheid Zuid-Kennemerland
GR
Haarlem
Bereikbaarheid regio Zuid-Kennemerland
Onbepaald
Programmabegroting 2016
141
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Hieronder wordt op de afzonderlijke verbonden partijen in gegaan:
Bank Nederlandse Gemeenten Doelstelling
BNG Bank is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. De bank draagt duurzaam bij aan het laag houden van de kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. BNG Bank streeft niet naar winstmaximalisatie en heeft daarom als doelstelling het behalen van een redelijk rendement.
Bestuurlijk belang
Stemrecht via de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA)
Bestuurlijke verantwoording
In de begroting wordt het verwachte dividend opgenomen. Bij de voorjaarsnota wordt gerapporteerd over het ontvangen dividend (dat betrekking heeft op voorgaand kalenderjaar) en dat is vastgesteld door de AVA. Indien nodig wordt dan tevens de meerjarenbegroting bijgesteld middels de kadernota.
Financieel belang
122.421 aandelen à € 2,50 nominaal
Jaarverslag (2014)
Eigen vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014 3.430 miljoen
Resultaat en uitgekeerd dividend
Resultaat na belastingen 2013 283 miljoen
Ontvangen dividend vs. begroting
2015 Begroot Werkelijk € 69.500
Ontwikkelingen
142
3.582 miljoen
€ 69.780
2014
Vreemd vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014 127.753 miljoen
Dividend per aandeel 2013
126 miljoen Meerjarenraming 2016 € 69.500
149.923 miljoen
€ 1,27
2014 € 0,57
2017
2018
2019
€ 69.500
€ 69.500
€ 69.500
Er zijn geen mutaties in het bestuurlijk of financieel belang
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Eneco Energie Doelstelling
Zorgen voor een betrouwbare, betaalbare en schone energievoorziening
Bestuurlijk belang
Namens de gemeenten in Noord-Holland die Eneco-aandelen bezitten is een wethouder vertegenwoordiger in de aandeelhouderscommissie
Bestuurlijke verantwoording
In de begroting wordt het verwachte dividend opgenomen. Bij de voorjaarsnota wordt gerapporteerd over het ontvangen dividend (dat betrekking heeft op voorgaand kalenderjaar) en dat is vastgesteld door de AVA. Indien nodig wordt dan tevens de meerjarenbegroting bijgesteld middels de kadernota.
Financieel belang
44.795 aandelen à € 100 nominaal (0,9% van de aandelen)
Jaarverslag (2014)
Eigen vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014 4.593 miljoen
Resultaat en uitgekeerd dividend Ontvangen dividend vs. begroting
2015 Begroot Werkelijk € 924.000
Ontwikkelingen
Programmabegroting 2016
5.188 miljoen
Resultaat na belastingen 2013 242 miljoen
€ 923.673
Vreemd vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014 4.610 miljoen
Dividend per aandeel 2013
2014
206 miljoen
€ 23,44
Meerjarenraming 2016 € 875.000
4.963 miljoen
2014 € 20,62
2017
2018
2019
€ 740.000
€ 790.000
€ 790.000
In het “ontwerp methodebesluit ACM (Autoriteit Consument en Markt)” worden de maximaal toegestane inkomsten en tarieven vastgelegd voor de netwerkbeheerders van gas- en elektriciteitsnetwerk. De nieuwe wetgeving leidt ertoe dat Eneco de netbeheerkosten, welke zij doorberekent aan de burger, moet verlagen. Dit leidt tot daling van de winst van Eneco en daarmee tot een lagere dividenduitkering aan de aandeelhouders. Wij zullen ons als aandeelhouder inzetten om Stedin/Eneco ertoe te bewegen ook kritisch te kijken naar de uitgaven die Eneco maakt om daarmee de daling van de winst van het bedrijf en daarmee de daling van de dividenduitkering te beperken. In de meerjarenraming is rekening gehouden met de mogelijke effecten uit het ontwerp methodebesluit ACM.
143
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Meerlanden Doelstelling
Afvalinzameling en –verwerking.
Bestuurlijk belang
Stemrecht via de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA). Heemstede wordt hierin vertegenwoordigd door een wethouder.
Bestuurlijke verantwoording
Meerlanden legt de begroting en de jaarrekening ter goedkeuring voor aan de AVA. De jaarrekening bevat onder meer het voorgestelde dividend per aandeel. Verantwoording over de voortgang van de uitvoering van de dienstverleningovereenkomst wordt ieder kwartaal afgelegd.
Financieel belang
24.580 aandelen à € 45,38
Jaarverslag (2014)
Eigen vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014 22,504 miljoen
Resultaat en uitgekeerd dividend Ontvangen dividend vs. begroting
2015 Begroot Werkelijk € 139.370
Ontwikkelingen
144
24,474 miljoen
Resultaat na belastingen 2013 2,601 miljoen
€ 241.860
Vreemd vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014 31,432 miljoen
Dividend per aandeel 2013
2014
3,011 miljoen
€ 5,67
Meerjarenraming 2016 € 240.000
27,061 miljoen
2014 € 9,84
2017
2018
2019
€ 240.000
€ 240.000
€ 240.000
Er zijn geen mutaties in het bestuurlijk of financieel belang
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Veiligheidsregio Kennemerland (VRK) Doelstelling
Uitvoeren van wettelijke taken op het gebied van brandweerzorg en gezondheidszorg die in het kader van de interregionale samenwerking of op basis van de Wet op de Veiligheidsregio’s zijn overgedragen aan de veiligheidsregio
Deelnemende gemeenten
Beverwijk, Bloemendaal, Haarlem, Haarlemmerliede, Haarlemmermeer, Heemskerk, Heemstede, Uitgeest, Velsen, Zandvoort.
Bestuurlijk belang
De burgemeester is lid van het Algemeen Bestuur. Daarnaast is de burgemeester lid van de bestuurscommissie Openbare Veiligheid en de wethouder volksgezondheid van de bestuurscommissie Publieke Gezondheid en Maatschappelijke Zorg.
Bestuurlijke verantwoording
Voor vaststelling van de begroting en het jaarverslag van de VRK wordt de zienswijze van de Raden gevraagd. Het Algemeen Bestuur van de VRK stelt vervolgens de begroting en het jaarverslag van de VRK vast, rekening houdend met de zienswijzen van de raden en de stemverhouding binnen de VRK. Bestuursrapportages van de VRK worden middels het vrijdagbericht ter kennisname gebracht van de raadsleden. Daarnaast rapporteert de burgemeester de raad mondeling over de onderwerpen uit de bestuurscommissie.
Financieel belang
Op basis van het inwoneraantal vormt Heemstede 5% van het totaal van deze GR
Jaarverslag (2014)
Eigen vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014 3,564 miljoen
Rekeningsresultaat
2015 Begroot Werkelijk € 1.747.000
Ontwikkelingen
Programmabegroting 2016
5,349 miljoen
39,004 miljoen
Resultaat voor bestemming rekeningsresultaat 2013 2014 € 961.921
Bijdrage vs. begroting
Vreemd vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014
€ 1.747.000
Hiervan verrekend met de bijdrage gemeenten 2013 2014
€ 1.910.000
Nihil
Meerjarenraming 2016 €1.709.000
37,936 miljoen
€ 1.277.000
2017
2018
2019
€ 1.673.000
€ 1.675.000
€ 1.672.000
Er zijn geen mutaties in het financieel belang. In verband met de vorming van een nieuw college in 2014 is de wethouder volksgezondheid gewisseld. De VRK heeft in 2014 een accountantsverklaring met een beperking op rechtmatigheid gehad. De oorzaak is het niet voldoen aan Europese voorschriften voor aanbesteding met betrekking tot (vaak meerjarig) continuerende leveringen en diensten. Hiervoor is een verbetertraject opgestart met als doel het voldoen aan Europese voorschriften in 2015. Verder worden er efficiëncymaatregelen getroffen waardoor de bijdrage meerjarig daalt.
145
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Stichting Regionaal Inkoopbureau IJmond en Kennemerland (stg. Rijk) Doelstelling
Het creëren van voordelen op zowel financieel, kwalitatief als procesmatig gebied voor zelfstandige gemeenten, onder andere door het faciliteren van een regionaal inkoopbureau en voorts al hetgeen met één en ander rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin des woords.
Deelnemende gemeenten
Beverwijk, Bloemendaal, Castricum, Diemen, Heemstede, Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout, Ouder-Amstel, Over-gemeenten, Ronde Venen, Uitgeest, Uithoorn, Teylingen, Velsen, Zandvoort.
Bestuurlijk belang
De gemeentesecretaris is lid alsmede voorzitter van het Dagelijks en het Algemeen Bestuur.
Bestuurlijke verantwoording
Het college van Burgemeester en Wethouders van Heemstede geeft voor vaststelling van het jaarverslag en de begroting van stg. Rijk in het Algemeen Bestuur een zienswijze aan. Het Algemeen Bestuur van stg. Rijk stelt vervolgens de begroting en het jaarverslag vast, rekening houdend met de zienswijzen en de stemverhouding binnen stg. Rijk.
Financieel belang
Op basis van de afgenomen productie uit het jaarverslag 2014 vormt Heemstede 8,16% van het totaal. De bij Rijk uitstaande waarborgsom bedraagt € 10.230.
Jaarverslag (2014)
Eigen vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014 € 393.049
Rekeningsresultaat
2015 Begroot Werkelijk € 158.513
Ontwikkelingen
146
€ 393.699
€ 188.222
Resultaat voor bestemming rekeningsresultaat 2013 2014 € 108.769
Bijdrage vs. begroting
Vreemd vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014
158.513
Hiervan verrekend met de bijdrage gemeenten 2013 2014
€ 23.314
nihil
Meerjarenraming 2016 € 158.512
€ 287.527
nihil
2017
2018
2019
€ 158.512
€ 158.512
€ 158.512
In 2015 treedt de gemeente Teylingen toe tot Stichting Rijk. Heemstede bedraagt dan nog 5,23% van het totaal.
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Gemeentebelastingen Kennemerland Zuid (GBKZ) Doelstelling
Een doelmatige en kwalitatief goede uitvoering van de gemeentelijke taken op het gebied van het heffen en invorderen van gemeentelijke belastingen en retributies, alsmede uitvoering van de wet WOZ.
Deelnemende gemeenten
Heemstede, Bloemendaal, Haarlemmerliede & Spaarnwoude en Zandvoort.
Bestuurlijk belang
De wethouder financiën is lid van het portefeuillehoudersoverleg.
Bestuurlijke verantwoording
Er wordt door GBKZ een bedrijfsplan en een jaarverslag opgesteld. Daarnaast wordt iedere vier maanden een managementrapportage opgesteld. Al deze rapportages gaan als C-stuk naar de leden van de commissie middelen.
Financieel belang
De gemeente Heemstede participeert voor 33%.
Afrekening (2014)
De GBKZ maakt deel uit van de gemeente Bloemendaal en publiceert geen eigen balans.
Bijdragen
Bijdrage vs. begroting
2013
2014
€ 691.462
€ 644.386
2015 Begroot Werkelijk € 669.500
Ontwikkelingen
Programmabegroting 2016
p.m.
Meerjarenraming 2016 € 667.200
2017
2018
2019
€ 667.200
€ 667.200
€ 667.200
Er zijn geen mutaties in het financieel belang. De bijdrage vanaf 2016 daalt als gevolg van de verrekening van BTW (100% compensabel in plaats van het mengpercentage waarbij een deel van de BTW kostenverhogend is).
147
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Gemeenschappelijke regeling werkvoorzieningsschap Zuid-Kennemerland (Paswerk) Doelstelling
De gemeenschappelijke regeling is getroffen ter uitvoering en behartiging van de gemeenschappelijke en afzonderlijke belangen van de deelnemende gemeenten op het gebied van de sociale werkvoorziening.
Deelnemende gemeenten
Haarlem, Heemstede, Bloemendaal, Haarlemmerliede & Spaarnwoude en Zandvoort.
Bestuurlijk belang
Wethouder Kuiper is lid van het dagelijks bestuur
Bestuurlijke verantwoording
De begrotingen en jaarrekeningen van Paswerk worden ter besluitvorming voorgelegd aan de gemeenteraad.
Financieel belang
De gemeente Heemstede participeert voor circa 9% in deze gemeenschappelijke regeling
Jaarverslag (2014)
Eigen vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014 € 5.994.447
Rekeningsresultaat
€ 6.213.185
Resultaat voor bestemming rekeningsresultaat 2013 2014 € 65.774
Bestuurskosten
Bijdrage in nadelig saldo vs. begroting
Ontwikkelingen
148
p.m.
2015 Begroot Werkelijk € 10.000
€ 10.061.150
p.m.
Meerjarenraming 2016 € 11.000 Meerjarenraming 2016 p.m.
€ 8.023.421
Hiervan verrekend met de bijdrage gemeenten 2013 2014
€ 218.738
2015 Begroot Werkelijk € 11.000
Vreemd vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014
nihil
nihil
2017
2018
2019
€ 11.000
€ 11.000
€ 11.000
2017
2018
2019
p.m.
p.m.
p.m.
Ter voorbereiding op de invoering van de Participatiewet per 1 januari 2015 zijn door de bij de gemeenschappelijke regeling (GR) aangesloten gemeenten in samenwerking met Paswerk en Berenschot, de mogelijke scenario’s voor de toekomst uitgewerkt. Als uitvloeisel van deze discussie en uitwerking heeft het algemeen bestuur van Paswerk op 20 december 2013 besloten om de uitvoering van de Wsw en de re-integratieactiviteiten van elkaar te scheiden en deze laatste onder te brengen in de nevenstructuur van Paswerk. Vanaf 1 januari 2015 zijn alleen de gemeente Haarlem en Zandvoort verantwoordelijk zijn voor de re-integratieactiviteiten. Op basis van het besluit van het algemeen bestuur is door de projectgroep herstructurering Paswerk nader onderzocht wat de consequenties zijn van de voorgenomen scheiding en welke maatregelen moeten worden genomen om dit te bewerkstelligen. De bevindingen zijn door Ernst & Young vastgelegd in de notitie ‘herstructurering Paswerk’ van 3 april 2014. In de vergadering van 9 april 2014 heeft het algemeen bestuur goedkeuring gegeven aan de maatregelen die nodig zijn om de herstructurering te bewerkstelligen.
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Schoolverzuim en Voortijdig Schoolverlaten West Kennemerland Doelstelling
Samenwerking op het gebied van leerplichtadministratie, leerplichthandhaving en RMC (=Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten).
Deelnemende gemeenten
Heemstede, Bloemendaal, Beverwijk, Haarlem, Haarlemmerliede & Spaarnwoude, Heemskerk, Uitgeest, Velsen en Zandvoort.
Bestuurlijk belang
De wethouder onderwijs is lid van het Gemeenschappelijk Orgaan (GO).
Bestuurlijke verantwoording
De begrotingen en jaarrekeningen worden voorgelegd aan de raad.
Financieel belang
De verdeelsleutels zijn vastgelegd in de gemeenschappelijke regeling op basis waarvan de gemeentelijke bijdrage wordt bepaald.
Jaarverslag (2014)
Eigen vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014 nvt
Rekeningsresultaat
nb
Resultaat voor bestemming rekeningsresultaat 2013 2014 nb
Bijdrage vs. begroting
Ontwikkelingen
nb
nb.
Meerjarenraming 2016 € 64.858
nb
Hiervan verrekend met de bijdrage gemeenten 2013 2014
nb
2015 Begroot Werkelijk € 65.568
Vreemd vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014
nb
€ 62.962
2017
2018
2019
€ 64.858
€ 64.858
€ 64.858
In de raadsvergadering van 28 november 2013 heeft de raad van Heemstede besloten per 1 januari 2014 toe te treden tot de Gemeenschappelijk Regeling Schoolverzuim en Voortijdig Schoolverlaten “West Kennemerland”. In december 2013 is de gemeenschappelijke regeling vastgesteld door de raad. Een inhoudelijk jaarverslag 2013-2014 Leerplein is 24 maart 2015 aan het college voorgelegd (C-stuk).
Programmabegroting 2016
149
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Stichting Openbaar Onderwijs Zuid-Kennemerland (STOPOZ) Doelstelling
Het instandhouden van scholen voor openbaar primair onderwijs ten behoeve van het geven van openbaar onderwijs conform de wet op het Primair Onderwijs.
Deelnemende gemeenten
Heemstede, Bloemendaal, Haarlemmerliede & Spaarnwoude en Zandvoort.
Bestuurlijk belang
De bestuursleden worden benoemd door de gemeenteraad van de deelnemende gemeenten.
Bestuurlijke verantwoording
De jaarrekeningen en begrotingen van de stichting worden ter besluitvorming voorgelegd aan de gemeenteraad.
Financieel belang
Er is geen sprake van een gemeentelijke bijdrage. Het schoolbestuur ontvangt rechtstreeks de rijksvergoedingen.
Jaarverslag (2014)
Rekeningsresultaat
Eigen vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014
Vreemd vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014
€ 2.225.917
€ 2.035.013
€1.841.855
Resultaat voor bestemming rekeningsresultaat 2013 2014 - € 61.429
Bijdrage vs. begroting
€0 Ontwikkelingen
150
Hiervan verrekend met de bijdrage gemeenten 2013 2014
-€ 384.062
2015 Begroot Werkelijk €0
Meerjarenraming 2016 €0
€ 1.625.674
nihil
nihil
2017
2018
2019
€0
€0
€0
De jaarrekening 2014 van STOPOZ en de begroting 2015 van STOPOZ zijn respectievelijk 25 juni 2015 en 17 december 2014 voorgelegd aan de Raad.
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Bereikbaarheid Zuid-Kennemerland Doelstelling
Instelling van en deelname aan een regionaal mobiliteitsfonds voor de realisering van projecten en maatregelen ter uitwerking van de regionale bereikbaarheidsvisie “Zuid-Kennemerland, bereikbaar door samenwerking”.
Deelnemende gemeenten
Haarlem, Heemstede, Bloemendaal, Zandvoort
Bestuurlijk belang
Heemstede wordt vertegenwoordigd door de wethouder verkeer.
Bestuurlijke verantwoording
Voor vaststelling van de begroting en het jaarverslag wordt de zienswijze van de raden gevraagd. Projectvoorstellen worden voorgelegd aan de raad. Een project wordt uitgevoerd in regionaal verband indien een meerderheid van de raden van de deelnemers daar voor is.
Financieel belang
De vier deelnemende gemeenten storten jaarlijks een bijdrage in het fonds, gerelateerd aan het aantal inwoners. Heemstede stort in de periode 2013 t/m 2027 in totaal € 2.372.000.
Jaarverslag (2014)
Eigen vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014 n.v.t.
Vreemd vermogen 1 jan. 2014 31 dec. 2014
n.v.t.
€0
€0
Maakt deel uit van jaarrekening gemeente Haarlem. Rekeningsresultaat
Resultaat voor bestemming rekeningsresultaat 2013 2014 € 590.000
Hiervan verrekend met de bijdrage gemeenten 2013 2014
€ 635.000
€0
€0
Er zijn nog geen uitgaven gedaan in 2013 en 2014. Bijdrage vs. begroting
2015 Begroot Werkelijk € 119.000
Ontwikkelingen
Programmabegroting 2016
€ 119.000
Meerjarenraming 2016 € 119.000
2017
2018
2019
€ 119.000
€ 144.000
€ 144.000
Het ontwerp jaarverslag 2013-2014 en het ontwerp jaarplan 2015-2016 Gemeenschappelijke Regeling Bereikbaarheid Zuid-Kennemerland (A-stuk) is in september 2015 aangeboden aan de raad.
151
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
7. Paragraaf grondbeleid Inleiding Het grondbeleid heeft vergaande raakvlakken met de beleidsterreinen ruimtelijke ordening en volkshuisvesting en kan daarom grote financiële risico’s voor de financiële positie van de gemeente met zich meebrengen. Het is gebruikelijk onderscheid te maken tussen actief en faciliterend grondbeleid. Actief grondbeleid houdt in dat de gemeente zelf grond verwerft, bouwrijp maakt en uitgeeft. Bij faciliterend grondbeleid stelt de gemeente voorwaarden aan de ontwikkeling van grond in eigendom van derden, bijvoorbeeld projectontwikkelaars. In dat geval stelt de gemeente de planologische grenzen vast van de ontwikkelingsmogelijkheden. Projectontwikkelaars en andere initiatiefnemers zijn gebonden aan de planologische grenzen die worden vastgelegd in bestemmingsplannen. Heemstede kent geen grote uitbreidingslocaties. Het grondbeleid is dan ook in hoofdzaak faciliterend. De uitvoering van de diverse projecten wordt overgelaten aan private partijen, zodat de financiële risico’s voor de gemeente beperkt blijven. Via het bestemmingsplan behoudt de gemeente de regie voor de beoogde ruimtelijke ontwikkeling stevig in handen.
Risico’s Bij grondexploitatie kunnen de risico’s financieel en in het verlengde daarvan politiek van aard zijn. Uitgangspunt bij projectontwikkeling is dat de kosten uiteindelijk door de grondexploitatie worden gedragen. Dat daarin financiële tegenslagen kunnen voorkomen is evident. Kosten kunnen onvoldoende begroot zijn, rentes kunnen tegenvallen en de opbrengsten kunnen ook weer tegenvallen. In alle projecten wordt geprobeerd deze risico’s tijdig te ondervangen en adequate maatregelen te nemen als dat nodig is. In de ruimtelijke ordening is het altijd een bestendig gebruik geweest dat gemeenten de kosten van eventuele planschade doorberekenen aan de projectontwikkelaars. Dit is geregeld in de Wet op de Ruimtelijke Ordening. De regeling zelf is overigens ook gewijzigd. De bevoegdheid om besluiten te nemen over planschadeverzoeken is van de raad naar het college van burgemeester en wethouders gegaan. De wet regelt bovendien dat een recht wordt geheven van € 300 om planschadeverzoeken in behandeling te nemen. Bovendien is er een eigen risico van 2% voor de aanvrager. Hierdoor zal niet alleen het aantal verzoeken om planschade beperkt blijven, maar ook de hoogte van toegekende planschades.
Overzicht projecten in uitvoering Watermuziek: woningbouw bij Spaarne Ziekenhuis. Stand van zaken De omgevingsvergunning voor de laagbouw (41 grondgebonden woningen) is in oktober 2011 verleend. De 6 twee-onder-een-kapwoningen aan de Jan van Gilselaan zijn verkocht. De drie vrijstaande woningen aan de Bronsteevaart staan nog in de verkoop. De patiowoningen in het middengebied zijn uit de verkoop gehaald. Verwachtingen/ontwikkelingen 2016 Onduidelijk voor wat betreft “Spaarnelicht”, het terrein tussen de brug en het ziekenhuis.
Ontwikkeling Hartekamp (nieuwbouw middengebied) Stand van zaken Er is vrijstelling verleend voor de bouw van 45 woningen op zuidstrook en herhuisvesting van cliënten op het middengebied. Het project is opgenomen in het vastgestelde bestemmingsplan Landgoederen en Groene Gebieden. Verwachtingen/ontwikkelingen 2016 De eventuele start van de bouw is nog onbekend.
152
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Van Lent terrein (22 woningen) Stand van zaken Het plan omvat de bouw van 22 eengezinswoningen in de prijsklasse van € 795.000 tot € 1.100.000. Er zijn 6 woningen gerealiseerd en verkocht. In 2015 is de bouw van één grote villa op twee bouwkavels gestart. Verwachtingen/ontwikkelingen 2016 De bouw van de overige woningen is onbekend.
Slottuin Stand van zaken Er is vergunning verleend voor de bouw van 95 woningen op het terrein van het voormalige Nova College aan de Ir. Lelylaan. In verband met de crisis op de woningmarkt heeft de initiatiefnemer (Elan Wonen) besloten het plan te herontwikkelen. Verwachtingen/ontwikkelingen 2016 De ontwikkelaar neemt naar verwachting in de loop van 2016 een besluit of en wanneer wordt herontwikkeld.
Nijverheidsweg 3 Stand van zaken Na sloop aanwezige monteurswoning: nieuwbouw 8 woningen voor jongeren met lichte handicap. Aanvraag omgevingsvergunning ontvangen september 2014; ontwerp-omgevingsvergunning verleend + ontwerpverklaring geen bedenkingen afgegeven in april 2015. Terinzagelegging en inspraak half mei tot eind juni 2015. Verwachtingen/ontwikkelingen 2015/2016 Planning: verlenen omgevingsvergunning oktober 2015. Start bouw in december 2015.
Pandahof Stand van zaken De voormalige Pandahof is verworven door Stadsherstel Amsterdam NV, die de intentie heeft het pand te verbouwen tot appartementen met inachtneming van het monumentale karakter van het pand. Stadsherstel heeft aangegeven de procedure voor een omgevingsvergunning voor het hoofdgebouw voor de zomer van 2014 te willen afronden en na de zomer te willen starten met de bouw. De procedure voor de bouw van de twee woningen op het achterterrein start na de zomer van 2014. Verwachtingen/ontwikkelingen 2015 Realisatie 7 appartementen
Programmabegroting 2016
153
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Overzicht projecten waarvoor nog geen omgevingsvergunning is verleend Havendreef Stand van zaken Het plan gaat uit van 61 eengezinshuizen en 15 appartementen, een horecavoorziening en een nieuwe locatie voor de in het gebied aanwezige dierenspeciaalzaak. De raad heeft het bestemmingsplan havendreef in 2015 vastgesteld. Verwachtingen/ontwikkelingen 2016 De bouwaanvraag wordt in 2015 ingediend. Start van de bouw is afhankelijk van de verkoop.
Albert Heijn Stand van zaken Het plan voor sloop en nieuwbouw is verlaten. Het besluit van Albert Heijn over de verdere planontwikkeling wordt afgewacht. Verwachtingen/ontwikkelingen 2016 Onduidelijk.
154
Programmabegroting 2016
Voorwoord
|
Inleiding
|
Programma’s
|
Paragrafen
|
Kerngegevens
Kerngegevens 2012
2013
2014
2015
2016
werkelijk
werkelijk
begroot t/m kadernota
begroot
begroot
26.242
26.317
26.364
26.480
26.910
218
213
220
220
235
965 ha.
965 ha.
965 ha.
965 ha.
965 ha.
binnenwater
16 ha.
16 ha.
16 ha.
16 ha.
16 ha.
aantal woonruimten per 1 januari
12.630
12.630
12.747
12.536 *
12.549
lengte van landwegen
88 km.
88 km.
88 km.
88 km.
88 km.
4 km.
4 km.
4 km.
4 km.
4 km.
132 ha.
132 ha.
132 ha.
132 ha.
132 ha.
wandelplaatsen en plantsoenen
46 ha.
46 ha.
46 ha.
46 ha.
46 ha.
wandelbos ''Groenendaal''
76 ha.
76 ha.
76 ha.
76 ha.
76 ha.
begraafplaats
10 ha.
10 ha.
10 ha.
10 ha.
10 ha.
44.663
43.499
43.070
48.794
48.820
5.401
5.618
5.768
5.855
5.957
algemene uitkering gemeentefonds ultimo boekjaar
20.370
19.847
20.540
27.011
27.267
boekwaarde geactiveerde kapitaaluitgaven (per 1 januari)
66.678
65.253
62.496
63.130
57.879
- materiële vaste activa met economisch nut
49.475
48.114
45.850
45.354
40.885
- materiële vaste activa met maatschappelijk nut
14.748
14.751
14.526
15.537
14.747
0
0
0
0
0
2.455
2.388
2.316
2.239
2.247
40.092
37.290
34.488
31.686
28.884
2.802
2.802
2.802
2.902
2.802
22.103
21.164
20.681
22.669
15.638
6.522
6.553
6.603
6.462
7.769
A. Sociale structuur aantal inwoners per 1 januari aantal uitkeringsgerechtigden WWB per 1 januari B. Fysieke structuur oppervlakte gemeente waarvan:
lengte van de waterwegen openbaar groen waarvan:
C. Financiële structuur (bedragen x € 1.000) uitgaven exploitatie ultimo boekjaar (excl.mutaties reserves) opbrengst onroerende-zaakbelastingen
waarvan:
- immateriële vaste activa - financiële vaste activa vaste schuld (per 1 januari) aflossing langlopende geldleningen o/g: - reguliere aflossing reserves van de algemene dienst (per 1 januari) voorziening van de algemene dienst (per 1 januari)
* Er is in 2015 sprake van een daling van het aantal woonruimten omdat vanaf 2015 het aantal woonruimten gedefinieerd wordt volgens de wet Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) en niet meer volgens de woningstatistieken van het CBS.
Programmabegroting 2016
155