1
Programma Regionale en Stedelijke Economie Krachtiger, weerbaarder en duurzamer
Concept
2
3
Programma Regionale en Stedelijke Economie Krachtiger, weerbaarder en duurzamer
Concept
Inhoudsopgave 1. Inleiding
4
2. De opgave
6
2.1 De economische situatie 2.2 Een krachtige, weerbare en duurzame economie 2.3 Doelen 2.4 Werkwijze
6 6 10 10
3. Sterkere economische structuur
12
4. Concurrerende vestigingsvoorwaarden
24
5. Versterken accountmanagement en acquisitie
34
3.1 Sterke clusters 3.1.1 Havengerelateerd cluster 3.1.2 Medisch en zorg 3.2 Stedelijke sectoren 3.2.1 Kennisintensieve zakelijke dienstverlening 3.2.2 Creatieve bedrijvigheid 3.2.3 Consumentendiensten 3.3 Innovatie en duurzaamheid 3.3.1 Een innovatief klimaat 3.3.2 Digitale technologie als vestigingsvoorwaarde 3.3.3 De economische potentie van duurzaamheid 3.4 De regionale dimensie
4.1 Ruimtelijke vestigingsklimaat 4.1.1 Gebieden 4.1.2 Werklocaties 4.2 Bevorderen van het ondernemerschap 4.2.1 Dienstverlening aan ondernemers 4.2.2 Reductie administratieve lasten en aanpak irritatie top-10 4.2.3 Stimuleren ondernemerschap 4.3 Aantrekkelijke stad 4.4 De regionale dimensie
5.1 Accountmanagement 5.2 Acquisitie 5.3 De regionale dimensie
13 13 14 15 15 16 17 18 18 20 21 22
24 24 26 29 29 30 31 31 32
35 37 38
6. Voorwaarden voor succes
40
7. Organisatie en Financiën
46
6.1 Draagvlak en krachtenbundeling 6.2 Sturen op resultaat 6.3 Versterken van kennis en begrip van de economie 6.4 ‘Economie’ richtinggevend in concern 6.5 Samenhang met de ander collegeprogramma’s 6.6 Focus op de regio
7.1 Organisatorische aspecten 7.2 Middelen
Bijlage: Doel Inspanningen Netwerk
40 40 41 43 43 44
46 46 48
6
Hoofdstuk 1
Inleiding Hoe ontwikkelt de economie zich, hoe kunnen we sterktes behouden en uitbouwen en wat doen we om zwaktes te ondervangen? Hoe kunnen we inspelen op trends in de economie? Dit en de maatregelen die daarvoor nodig zijn, worden in dit programma uitgewerkt. Met deze maatregelen wil het college een van haar belangrijkste doelen bereiken, namelijk dat de economie er over vier jaar beter voor staat of, zoals in het collegewerkprogramma staat, de economie “krachtiger, weerbaarder en duurzamer” is. Een deel van de inzet sluit aan op het in de vorige collegeperiode gevoerde economische beleid, maar er zijn belangrijke nieuwe accenten, zoals op het gebied van innovatie en duurzaamheid en het versterken van het accountmanagement. Bij de samenstelling van het programma zijn instellingen, organisaties en het bedrijfsleven betrokken in beleidsateliers, themabijeenkomsten en een schriftelijke consultatieronde. De consultaties hebben bruikbare en welkome suggesties voor het programma opgeleverd en bieden duidelijke aanknopingspunten voor samenwerking. Dit concept Programma Regionale en Stedelijke Economie is vastgesteld in de vergadering van 25 januari 2011 door het college van burgemeester en wethouders. De opbouw van het programma is als volgt. Hoofdstuk 2 behandelt de opgave. In hoofdstuk 3 (economische structuur) wordt beschreven hoe we onze sterke clusters en sectoren kunnen versterken en de economie innovatiever en duurzamer kunnen maken. Hoofdstuk 4 beschrijft de hierbij horende vestigingsvoorwaarden en in hoofdstuk 5 komen accountmanagement en acquisitie aan de orde. Hoofdstuk 6 benoemt voorwaarden voor succes.
7
8
Hoofdstuk 2
De opgave 2.1 De economische situatie De stedelijke economie draait goed door, met zelfs weer een lichte stijging van de werkgelegen heid. In de zorgsector ontstonden de meeste banen. De economie in het Rijnmondgebied kromp in 2009 met 3,3%, maar de werkgelegenheid is redelijk overeind gebleven. Onderdelen die het zwaar hadden, zoals haven en transport, herstellen zich weer. Het aantal starters in de eerste twee kwartalen van 2010 is 12% hoger dan in dezelfde kwartalen van 2009 en 2008. De grootste toename van het aantal vestigingen van nieuwe bedrijven was in de zakelijke dienstverlening. Weliswaar stijgt de werkloosheid, maar de langdurige werkloosheid neemt af: werklozen zijn sneller aan een baan te helpen. Er is een stijgende arbeidsparticipatie, met name van laagopgeleiden1. De crisis heeft de economische verhoudingen flink opgeschud. Alle economische actoren moeten zich daar dan ook op instellen. Het college wil de crisis zo snel mogelijk achter zich laten. Doel is dat de economie er over vier jaar beter voorstaat.
2.2 Een krachtige, weerbare en duurzame economie Volgens het collegewerkprogramma wil het college de Rotterdamse economie krachtiger, weerbaarder en duurzamer maken. Maar wat betekent dit? De Rotterdamse economie wordt gekenmerkt door drie samenhangende economische systemen: 1. De internationale mainport Rotterdam, gebaseerd op productie en logistiek. 2. Het grootstedelijke systeem met (internationale) hoofdkantoren, zakelijke diensten en kennisinstellingen, deels gerelateerd aan de mainport. 3. De omvangrijke stedelijke economie, die bestaat uit diverse vormen van stedelijke consumentendiensten aan bewoners en bezoekers. De drie systemen zijn onderling via allerlei bedrijfs- en netwerkrelaties nauw verweven. Over het algemeen geldt dat bedrijven die (inter-)nationaal opereren, en hun goederen en diensten vooral buiten de regio afzetten, inkomengenererend zijn voor de regio. Dit terwijl bedrijven die hun goederen en diensten vooral afzetten binnen de eigen regio, primair draaien op bestedingen door bewoners en bedrijven uit dat gebied. Dat gaat in het bijzonder op voor de consumentensector. Een krachtige en weerbare economie kent een evenwichtige mix van deze drie systemen en type bedrijven.
1. Economische Verkenning Rotterdam, 2011.
9
10
De internationaal georiënteerde bedrijvigheid staat in het teken van: de havengerelateerde industrie en dienstverlening (transport en logistiek, energie, procesindustrie en maritieme zakelijke dienstverlening) en de kennisintensieve zakelijke dienstverlening (kennisdiensten). Meer op de regio en de stad georiënteerd zijn de clusters medisch en zorg en de sectoren detailhandel, horeca, cultuur (consumentendiensten) en de creatieve bedrijvigheid. Deze sterke sectoren samen dragen de regionale economie en arbeidsmarkt: daar zit onze kracht. Die kracht moet worden vastgehouden om de economie (weer) sterker te maken en te groeien.
Wat is een krachtige, weerbare en duurzame economie?
In een krachtige en weerbare economie is er een hecht stedelijke en regionaal netwerk van bedrijven dat verbonden is met de sterke internationale sectoren en voorziet in de wensen van de bewoners en de bezoekers van de stad. Deze economie wordt gekenmerkt door permanente vernieuwing, zowel door startende en groeiende bedrijven en vestiging van kwalitatief interessante bedrijven als door de voortdurende verbetering van de kwaliteit van arbeid, ondermeer door de voortdurende verbetering van scholing van de bevolking. Bewoners, werknemers en ondernemers dagen elkaar uit succesvol te zijn, zij kunnen zich verbeteren en hun talent ontwikkelen en voelen zich verantwoordelijk voor hun werken leefomgeving. In deze economie bestaat voldoende vraag en dynamiek in de hele arbeidskolom, waardoor iedereen die wil participeren een plaats kan vinden.
11
Wat zijn de belangrijkste sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen?2
Sterk
Zwak
Kansen
Bedreigingen
- De havengerelateerde sectoren en het medisch- en zorgcluster. - Uitstekende internationale bereikbaarheid. - Goed ontwikkelde kennisinfrastructuur. - Groot aanbod aan hoog opgeleide arbeidskrachten.
- De kansen in de sfeer van energie, klimaat en water in mainport, havencluster en de stad. - De sterke medisch en zorgsector in relatie tot de demografische trends. - Grote gebiedsontwikkelingen en programma’s (Binnenstad, Stadshavens en Zuid) bieden kansen om in te spelen op de vestigingswensen van de sterke sectoren. - De Rotterdamse ondernemende cultuur.
- Relatief minder sterk in kennisintensieve stedelijke sectoren. - De economie vernieuwt zich onvoldoen de, groei werkgelegenheid blijft achter. - Het innovatief vermogen van het bedrijfsleven is ondergemiddeld, m.u.v. de zakelijke dienstverlening. - Het opleidingsniveau van de beroepsbevolking is gemiddeld genomen relatief laag.
- Regionale versnippering. - Teruglopende collectieve middelen (ook bij grote bedrijven).
De economische sectoren blijven sterk door zich te vernieuwen, te innoveren en in te spelen op de kansen, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid. Duurzaamheid vertaalt zich zowel in de haven (biobased-economy, CCS), in stadshavens (watertechnologie) en in de stad (bouw & architectuur). Hun bijdrage aan de stad is blijvend, doordat ze goed aarden in een gebied of stadsdeel, door toeleverings- en uitbestedingrelaties of omdat ze zonder veel moeite personeel vinden. 2. Voor de inhoudelijke onderbouwing van dit werkdocument is gebruik gemaakt van de Economische Verkenning Rotterdam, een aantal onderzoeken: w.o. Deloitte (Internationale markt- en sectoranalyse Rotterdamse regio), Wouter Jacobs (World Port City Networks), Roland Berger (Op weg naar nieuwe Economische agenda Zuidvleugel), Frans Nauta (Herijking innovatiebeleid Rotterdam), Intelligence Group (Het behoud van Rotterdamse studenten),
Daarmee is een aantal randvoorwaarden voor kracht, weerbaarheid en duurzaamheid gegeven: een sterk innovatief klimaat, goede fysieke vestigingscondities met ruimte voor ondernemerschap, een goede internationale bereikbaarheid, een goed opgeleide beroepsbevolking en een aantrekkelijke leefomgeving (gezond, groen, voorzieningen).
Arbeidsmarktprognoses 2010 (Bureau Louter) en de Economic Review hoger onderwijs (OECD), de uitkomsten van de consultatieronde en een aantal expertbijeenkomsten.
Om beter voelbaar te maken hoe het er met de economie voorstaat, gaan we gebruik maken van de economische index.
12
2.3 Doelen Als het erom gaat de economie de komende vier jaar sterker te maken, zijn er voor stad en regio drie doelen: 1. De economische structuur versterken. 2. Concurrerende vestigingsvoorwaarden bieden. 3. Voldoen aan de vraag naar arbeid in de economie. De economische structuur versterken De concurrentiekracht van de sterke clusters moet sterker worden, de clusters moeten zo veel mogelijk spin-off opleveren en verankerd zijn in stad en regio. De innovatiekracht van de economie moet groter worden. Concurrerende vestigingsvoorwaarden bieden Stad en regio moeten concurrerend zijn als vestigingsplaats. De beschikbaarheid van bedrijfsruimte, de dienstverlening aan het bedrijfsleven, de kwaliteit van de regelgeving, de bereikbaarheid en de kwaliteit van de stad als woon- en leefstad spelen hierbij mee. Voldoen aan de vraag naar arbeid in de economie Rotterdam heeft naar verhouding veel lager opgeleiden en relatief minder midden- en hoog opgeleiden. Het in balans brengen van de kwaliteit van vraag en aanbod is een belangrijke opgave, waarbij het ook gaat om het vergroten van vitaliteit van de beroepsbevolking. Invalshoeken zijn in- en doorstroming, het ontwikkelen van de werkgelegenheid op middenen hoog niveau, het aanbieden van carrièrelijnen en het stimuleren van werkenden om verder te leren. Deze opgave is zo urgent dat deze in het speciaal daarop gerichte programma Arbeidsmarktontwikkeling wordt opgepakt. Aan de kernopgaven zijn speerpunten verbonden. Het realiseren ervan heeft prioriteit, desnoods ten koste van andere onderwerpen. De speerpunten worden ter plaatse in aparte tekstkaders vermeld. Samen met de partners gaan we ze zo SMART mogelijk definiëren zodat ze als sturingskader voor het PRSE kunnen dienen.
2.4 Werkwijze De maatregelen vragen goed op elkaar afgestemde inspanningen van gemeente en stedelijke en regionale partners. Met deze partners wil het college de samenwerking aangaan. Het college wil samen met de partners investeren in de onderbouwing van kennis en begrip van de economie, waardoor de maatregelen doelgerichter en effectiever kunnen worden. Het wil ook met de partners nadenken over de koers op langere termijn. En het wil waar mogelijk samen de uitvoering van de benodigde maatregelen ter hand nemen. In het programma is aangegeven hoe het college die samenwerking wil organiseren. Dit betreft ook de samenwerking met regionale partners.
13
14
15
Hoofdstuk 3
Sterkere economische structuur In de economische theorie wordt onder het begrip economische structuur verstaan: ‘Het geheel van factoren die het productief vermogen van de economie bepalen’. Het gaat om het soort bedrijven dat in stad en regio gevestigd is, in welke sectoren deze actief zijn, in welke levensfase ze verkeren, hoe concurrerend en innovatief ze zijn binnen hun markt en welke omvang ze hebben. Ook hoort de kwaliteit en beschikbaarheid van de productiemiddelen erbij, waaronder arbeid. Er is geen ‘one size fits all’ definitie. Elke stad en regio heeft haar eigen unieke kenmerken, die met elkaar bepalen hoe sterk de economische structuur is. Het gaat om een gebalanceerde mix van grote en kleine bedrijven, internationaal opererende ondernemingen en bedrijven die de lokale markt bedienen, starters, groeiers en volwassen bedrijven, zittende bedrijven en nieuwe vestigingen van buiten. Behalve de sectorstructuur zijn grootte, de dynamiek van bedrijven (starters, uitbreidingsinvesteringen) en het innovatief vermogen belangrijke onderdelen van die mix.
3.1 Sterke clusters 3.1.1 Havengerelateerd cluster Het havenindustrieel cluster is belangrijk voor de nationale en regionale economie en ook voor de stad en de Rotterdamse bevolking. De grote investeringen en logistieke stromen die ermee gemoeid zijn, zorgen ervoor dat (de regio) Rotterdam een vestigingsplaats wordt voor haven gerelateerde dienstverlening in de sfeer van maritiem recht, verzekeringen, kennisdiensten, financiering en merchant banking. Het havengerelateerd clusters omvat twee deelsectoren die hieronder worden beschreven. Tabel 1
Kansen voor havengerelateerd cluster Deloitte, Jacobs (EUR), Ecorys, Louter en Roland Berger.
haven en industrie complex (hic)
Speerpunt – Sterke clusters De concurrentiepositie van de sterke clusters wordt sterker 3
havengerela teerde zakelijke dienstverlening
kwalitatieve bijdrage
kwantitatieve bijdrage
Verdere groei van HIC vertalen naar afgeleide groei in de stedelijke economie (zie onderstaande sectoren)
Omvang arbeidsmarkt (2010): 45.000 (Rotterdam). Verwacht aantal baanopeningen voor HIC 1.775-2.400 in regio groot Rijnmond. Toegevoegde waarde: € 13,5 mln.
Kennisintensieve sector op raakvlak zakelijke dienstverlening en haven. Internationale niche en bijdrage Rotterdam ‘Smart Port’. Kennisdiensten bieden ook banen aan lageropgeleiden.
Omvang arbeidsmarkt (2010): 3.600 – 7.200 Verwachte groei 2% / in unieke internationale nichemarkt. Verwachte groei toegevoegde waarde: 3 tot 4 miljoen (2 – 2,5%) Toegevoegde waarde: €159 mln.
De Rotterdamse economische structuur wordt sterk gekenmerkt door en bepaald door het havengerelateerde cluster en het cluster medisch en zorg. Deze clusters zijn belangrijk voor het behoud en de groei van de werkgelegenheid en bedrijvigheid, nu en in de toekomst. Hoe sterker de concurrentiepositie van deze clusters; des te groter het groeivermogen van de economie4. De beleidsinzet is de concurrentiepositie van deze clusters te versterken, door zo gunstig mogelijk randvoorwaarden aan te bieden en door gerichte inzet van de instrumenten van het economisch beleid. Naast deze clusters onderscheiden we enkele stedelijke sectoren. Dit zijn sectoren die belangrijk zijn voor werkgelegenheid en een betekenisvolle bijdrage leveren aan het stedelijke woon en leefklimaat, namelijk de zakelijke dienstverlening, de creatieve bedrijvigheid en de consumentendiensten. De inzet voor deze sectoren is primair randvoorwaardenscheppend.
3. Afgemeten aan het marktaandeel van de clusters. 4. Bronnen:o.a. OECD review, onderzoek Roland Berger, Randstad 2040 (in lijn met de Rotterdamse Economische Visie).
Het cluster maakt de komende decennia een transitie door. Traditionele sectoren zoals transport en logistiek, chemie en energie ontwikkelen en vernieuwen zich volop. Dat gebeurt op allerlei manieren: door efficiencyverhogende en kostenbesparende maatregelen, door waarde toe te voegen aan bestaande producten en processen en door nieuwe groeimarkten aan te boren. Een voor haven en stad strategisch toekomstperspectief is te vinden in kansen en trends op het gebied van water- en deltatechnologie, de biobased economy en duurzaam en energiezuinig bouwen. De vernieuwing binnen de havengerelateerde sectoren kenmerkt zich door de opstap naar nieuwe economische activiteiten. Een deel van de bedrijvigheid die hieruit voortvloeit, is kennisintensief en kantoorhoudend. Het gaat om activiteiten in de sectoren zelf, maar ook in toeleverende havengerelateerde dienstverlening. Deze bedrijven vragen om een vestigingsmilieu dat goed aansluit op de kwaliteiten die de grootstedelijke agglomeratie Rotterdam biedt: • Goede bereikbaarheid en connectiviteit. • Voldoende aanbod van centrumstedelijke, goed bereikbare werklocaties en aantrekkelijke woonlocaties. • De nabijheid van kennisinstellingen, zakelijke en overige dienstverleners (financieel, commercieel, facilitair, cultureel, detailhandel) en een groot aanbod van hoogopgeleiden.
16
Wat willen we bereiken? - Sterke concurrentiepositie van het cluster. Grotere synergie tussen haven en stad en sterke havengerelateerde economie. De groei van de haven wordt vertaald naar afgeleide groei in deelsectoren in de stedelijke en regionale economie, namelijk transport en logistiek, metaal, procesindustrie, energie en de maritieme (zakelijke) dienstverlening. Inspanningen en activiteiten van gemeente en van gemeente en samenwerkingspartners - Aanbieden van passende vestigingsvoorwaarden in de programma’s Haven Industrieel Complex en in de gebiedsgerichte aanpak. Samen met regionale partners (Havenbedrijf Rotterdam en bedrijfsleven) zetten we in op de kansen in de haven. resulterend in kansrijke uitvoeringsprojecten in vooral stadhavens en de binnenstad. - Bouwen aan een sterke triple helix in verband met Clean tech Delta. - De uitvoering van vijf strategische regionale samenwerkingsprojecten (Deltri, Strategische Agenda Zuidvleugel, Regionale herstructureringsopgave bedrijfsterreinen, Programma Regionale Knooppunten van de Stadsregio). Deze opgaven hebben hun zwaartepunt binnen het haven industrieel complex, maar hebben ook invloed op andere sectoren en delen van de stad. - Met bedrijven en het Havenbedrijf werken aan een attractieve arbeidsmarkt, opleidingenstructuur; (door)ontwikkelen van ‘Smart Port’. - In het Uitvoeringsprogramma Haven wordt gekeken of het programma Carrière in de haven wordt voortgezet of misschien wordt verweven in een andere (bredere) aanpak. - Acquisitie en accountmanagement top-100. 3.1.2 Medisch en zorg De gezondheidszorg krijgt veel aandacht in de regio Rotterdam. Het gezond zijn, houden en krijgen van de bewoners is van groot belang. Bovendien levert het banen op. De medische en zorgbedrijven vormen samen (qua werkgelegenheid) de grootste stedelijke economische sector met 60.900 banen (2010). De sector biedt banen voor starters, stimuleert de doorstroom van lager opgeleiden en bindt hoger opgeleiden aan stad. De zorgsector levert een hoop bedrijvigheid op, zoals de innovatie van zorgverlening en zorgondersteuning (door technologische ontwikkelingen). De sector biedt groeikansen in zorginnovatie: 25% van de MKB- innovaties komt uit de gezondheidszorg. Het medisch cluster, gekoppeld aan het Erasmus Medisch Centrum, en in Medical Delta-verband met de TU Delft en de Universiteit Leiden, is klein maar kansrijk, innovatief en genereert hoogwaardige werkgelegenheid.
17
Tabel 2
Kansen voor medisch en zorg Deloitte, Louter en Roland Berger.
medisch en zorg
kwalitatieve bijdrage
kwantitatieve bijdrage
Zorg- en welzijn sector met werkgelegenheid op alle beroepsniveaus, biedt kansen voor startbaan en doorstroom.
Omvang arbeidsmarkt (2010): 60.900
Klein en kansrijk zijn biomedische R&D en nieuwe bedrijvigheid in zorginnovatie.
Verwachte groei +10.000 banen tot 2015 (3% p.j. 2010 – 2015) ) en medisch en zorg grootste banenmotor Omzet (2009) € 2,5 mrd
Wat willen we bereiken? - Sterke concurrentiepositie van het cluster. Inspanningen en activiteiten - Voorzetting van het programma economische ontwikkeling Medisch en Zorg Rotterdam (ER), waarin door gemeente en partners zoals EMC, Maasstad Ziekenhuis wordt gewerkt aan gebiedsontwikkeling, kennisvalorisatie (biomedical fund, incubator), zelfredzaamheid (E-health, domotica) en arbeidsmarkt. - Bouwen aan een sterke triple helix (samenwerking tussen overheid, kennisinstellingen en bedrijfsleven) en Rotterdamse propositie rond kansrijke biomedische R&D, E-health & domotica en Zorginnovatie. - Creëren van concurrerende vestigingsvoorwaarden via de gebiedsgerichte aanpak (m.n. Binnenstad en Zuid en het programma werklocaties). - Vergroten beschikbaarheid personeel (in het programma Arbeidsmarktontwikkeling). - Accountmanagement instellingen en acquisitie; vergroten internationale zichtbaarheid en ondersteunen branding op excellente deeldomeinen.
3.2 Stedelijke sectoren 3.2.1 Kennisintensieve zakelijke dienstverlening De kennisdienstverlening is onderdeel van de zakelijke dienstverlening, met als deelsectoren juridische en financiële dienstverlening, accountancydiensten en adviesbureaus5. Unieke internationaal onderscheidende niches voor Rotterdam zijn de havengerelateerde zakelijke dienstverlening en de architectuursector. Deze hoogwaardige sector is belangrijk voor het aantrekken en vasthouden van kenniswerkers. De sector stelt hoge eisen aan het vestigingsklimaat. In de kennisintensieve zakelijke dienstverlening verwachten we tot 2015 1.000 extra banen (Louter 2010, prognose 2010 – 2015).
5. De activiteiten in schoonmaak, beveiliging en catering zijn onderdeel van de zakelijke dienstverlening, maar behoren niet tot de kennisintensieve zakelijke dienstverlening.
18
Tabel 3
Kansen voor kennisintensieve zakelijke dienstverlening Deloitte, Jacobs (EUR), Louter en Roland Berger.
kennisdiensten
kwalitatieve bijdrage
kwantitatieve bijdrage
41% van de zakelijke dienstverlening (25.300 banen) is hoogwaardige arbeid.
Omvang arbeidsmarkt (2010): 54.900
Wat willen we bereiken? - Sterke concurrentiepositie van de sector. Inspanningen en activiteiten - Creëren van gunstige vestigingsvoorwaarden door gebiedsgerichte aanpak (o.a. Binnenstad, Stadshavens, werklocaties). - Aanbieden van up to date ICT infrastructuur (Glazen Maas, ook relevant voor andere sectoren). - Vergroten beschikbaarheid personeel (in het programma Arbeidsmarktontwikkeling). - Inzet van acquisitie en accountmanagement (top 100 en accountmanagement instellingen). 3.2.2 Creatieve bedrijvigheid De creatieve bedrijven zijn aantrekkelijke werkplekken voor hoger opgeleiden. Creatieve bedrijvigheid en creatieve professionals zijn goed voor het imago van de stad en maken van Rotterdam een aantrekkelijke vestigingsstad. Beleving, identiteit en lifestyle spelen daarbij een grote rol. Tabel 4
Kansen voor creatieve bedrijvigheid Deloitte, Jacobs (EUR), Louter en Roland Berger.
kwalitatieve bijdrage
kwantitatieve bijdrage
Draagt bij aan het innovatievermogen van andere sectoren, zowel bedrijfsmatig als maatschappelijk.
Omvang arbeidsmarkt (2010): 9.900
Draagt bij aan een stedelijk aantrekkelijk vestigingsklimaat en de kwaliteit van gebiedsontwikkelingen.
Inspanningen en activiteiten - Creeren van gunstige vestigingsvoorwaarden. - Stimuleren van ondernemerschap onder de creatieve beroepsgroepen. - Op peil houden van het aantal creatieve werkplaatsen. Dit gebeurt door vastgoedeigenaars te stimuleren vastgoed (tijdelijk) beschikbaar te stellen voor creatieve bedrijvigheid.
Waarvan 25.300 hoogwaardige banen Verwachte groei voor zakelijke dienstverlening: + 3.000 banen tot 2015 (1,1% p.j.) en voor hoogwaardige banen + 1.000 tot 2015 (0,9%)
creatieve bedrijvigheid
19
Verwachte groei: Het cluster blijft de komende jaren stabiel. Hierbinnen vindt enige verschuiving plaats.
Wat willen we bereiken? - De creatieve industrie moet zoveel mogelijk bijdragen aan gebiedstransformatie en gebiedsverbetering, talentontwikkeling, de innovatie in andere bedrijfstakken en op andere maatschappelijke terreinen.
3.2.3 Consumentendiensten Hieronder vallen horeca, detailhandel en de vrije tijdseconomie. De sector staat garant voor veel banen, biedt (lager)opgeleiden de kans om door te groeien en zorgt voor bestedingen in de stad. De vrijetijdseconomie is (met de creatieve bedrijvigheid) belangrijk voor de beeldvorming van Rotterdam als aantrekkelijke en levendige stad. De sector consumentendiensten is voor ca. 80% afhankelijk van de lokale markt. De groei is afhankelijk van consumentenbestedingen. Om die groei te bereiken, is diversiteit en onderscheidendheid van het aanbod belangrijk. Tabel 5
Kansen voor consumentendiensten Deloitte, Jacobs (EUR), Louter en Roland Berger.
consumenten diensten
kwalitatieve bijdrage
kwantitatieve bijdrage
Draagt bij aan kwalitatief woon- en leefklimaat en imago stad
Omvang arbeidsmarkt (2010): 46.300
Veel werk op MBO-niveau (doorgroei).
22% van de bestedingen afkomstig mensen buiten de stad.
Verwachte groei + 3.000 banen tot 2015 (1,3%)
Wat willen we bereiken? - Sterke concurrentiepositie van de sector. Inspanningen en activiteiten - Creëren van gunstige vestigingsvoorwaarden door gebiedsgerichte aanpak (o.a. Binnenstad). - Aantrekken van bezoekers, bedrijven en bewoners van buiten Rotterdam. - Citymarketing en de inzet van evenementen.
2 20
figuur 1
Kansrijke clusters en stedelijke sectoren
concurentiepositie
boven gemiddeld
Bron: OBE Economie.
7.200 a.p. 45.000 a.p.
15.500 a.p.
45.000 a.p. 46.300 a.p.
maritieme zak. dienstverlening
HIC (Rotterdam)
medisch
kennisdiensten
creatieve bedrijvigheid
beneden gemiddeld
9.900 a.p.
25.300 a.p.
laag
hoog kennis intensiteit
aantal arbeidsplaatsen:
<10.000,
groei aantal arbeidsplaatsen (a.p.):
>10.000 – <40.000, boven gemiddeld,
Desondanks blijft de innovatiegraad van Rotterdamse (industrie)bedrijven -met uitzondering van de zakelijke dienstverlening- achter bij het landelijk gemiddelde. Op meerdere fronten is verbetering mogelijk. Kansen liggen er als het gaat om (de voorwaarden voor) een goed werkend innovatiesysteem6. Ontwikkelingen zoals het Nieuwe Werken en de opkomst van de sociale media kunnen als draagolf dienen. Een belangrijke sleutel voor verbetering is te vinden in het veel beter afstemmen en samenwerken tussen bedrijfsleven, overheid en gemeente t.a.v. koers, prioriteiten en inzet van middelen. Innovatie is veel meer dan kennis en R&D. Of kennisontwikkeling daadwerkelijk tot bestendig economisch effect leidt voor bedrijf en regio, hangt in sterke mate af van ondermeer: • De kwaliteit van het ondernemerschap. • De flexibiliteit en competenties van het personeel. • De kwaliteit van het bedrijvennetwerk. • De verbinding tussen kennisinstellingen en bedrijfsleven.
zorg
consumentendiensten
21
>40.000 geen groei
3.3 Innovatie en duurzaamheid 3.3.1 Een innovatief klimaat Innovatie is een belangrijke bron van welvaartsgroei en maakt de stad en regio economisch weerbaarder. Steden die kennisintensief zijn, blijken minder gevoelig voor conjunctuurschokken. Innovatieve kracht is nodig voor een sterke economische structuur. In een goed werkend innovatiesysteem wordt (nieuwe) kennis gegenereerd en uitgewisseld. Vervolgens benutten bedrijven dit voor de ontwikkeling van nieuwe diensten en producten. De gemeente ondersteunt al langer initiatieven en projecten om innovatie te bevorderen. Ze zijn gericht op de basisvoorwaarden voor innovatie: • Onderwijs en talentontwikkeling. • Een aantrekkelijk woon- en leefklimaat voor kenniswerkers. • Het creëren van hoogwaardige werkgelegenheid. • Een krachtige ICT-sector.
Feitelijke voorwaarde voor economisch effect is innovatie in brede zin. Het effect wordt vergroot door sociale innovatie: het ontwikkelen van nieuwe managementvaardigheden (dynamisch managen), het hanteren van innovatieve organisatieprincipes (flexibel organiseren) en het realiseren van hoogwaardige arbeidsvormen (slimmer werken en talentontplooiing). Het doel: de productiviteit verbeteren en een vernieuwing in de arbeidsorganisatie en arbeidsrelatie. Dit leidt tot verbeterde prestaties van de organisatie en de ontplooiing van talenten. In het programma Regionale en Stedelijke Economie, de Innovatieagenda en het programma Arbeidsmarktontwikkeling wordt deze brede basis gekozen. Wat willen we bereiken? - De achterstand van de innovatiegraad ten opzichte van het landelijk gemiddelde wordt verkleind, of wordt zelfs hoger dan het landelijk gemiddelde, door een betere samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen.
Speerpunt – Beter innovatief klimaat Drager: breed gedragen innovatieagenda, een door partners in de regio gedeelde lange termijn visie, strategie en aanpak voor het bevorderen van innovatie.
6. Onderzoeken: OECD review, Frans Nauta, EVR 2011, Volberda.
22
Onze inspanningen en activiteiten in samenwerking met bedrijfsleven en kennisinstellingen - Opstellen Innovatieagenda door gemeente samen met kennisinstellingen en bedrijfsleven. Deze beschrijft hoe het innovatievermogen wordt vergroot, geeft koers en rollen aan en benoemt doelen en inspanningen. De Innovatieagenda zorgt voor meer samenhang en coördinatie tussen de inspanningen van gemeente, kennisinstellingen en bedrijfsleven. - Belangrijke onderdelen en aspecten van de agenda: • Lange termijn beleid, inhoudelijk focus (kansrijke sectoren). • Kennis benutten door bedrijven, kennisontwikkeling en -diffusie. • Interactie en samenwerking binnen het systeem (triple helix). • Samenhang en coördinatie op bestaande programma’s, projecten en activiteiten. • Het stimuleren van (inter)nationale netwerkvorming, branding en communicatie. • Het afstemmen met regionaal en nationaal beleid. • Het benutten van de kansen die sociale innovatie biedt. • Clean Tech (Clean Tech Delta), medisch (Medical Delta) en zorg. - De agenda sluit aan op de ‘Innovatieagenda Rotterdam – Delft’ (follow up van de OECD review hoger onderwijs). De Innovatieagenda is medio 2011 gereed voor besluitvorming. 3.3.2 Digitale technologie als vestigingsvoorwaarde In vrijwel alle bedrijfstakken en sectoren is ICT een essentieel onderdeel voor de bedrijfsvoering. Daarnaast is het ook de drijvende kracht achter innovatie en vernieuwing van producten en dienstverlening. Digitale technologie en glasvezelinfrastructuur zijn daarom van belang voor gemeentelijke dossiers als werkplek 2020, Clean Tech Delta, Rotterdam Climate Initiative en het programma ER. De toenemende groei van dataverkeer en vraag naar snellere verbindingen, afhandeling en opslag, vraagt om een hoogwaardige infrastructuur op basis van glasvezel. Dit wordt door Rotterdam dan ook gezien als een belangrijke vestigingsfactor. De markt blijft echter achter in het realiseren van deze netwerken met bijbehorende voorzieningen. Het programma de Glazen Maas doorbreekt deze impasse. Het effect: ondernemers vinden alle basisfaciliteiten binnen de stadsgrenzen. Wat willen we bereiken? - Hoogwaardige en snelle internetverbindingen zijn een integraal onderdeel van het pakket aan vestigingsvoorwaarden dat wij bieden. Onze inspanningen en activiteiten - Zowel operationeel als op beleidsniveau stimuleren van nieuwe generatie open datanetwerken. - Uitbreiding datacenter Spaanse Kubus en realiseren van een ultramodern ‘groen’ datacentrum door marktpartijen. - Een proef met digitale zorg in de wijk. - Onderzoek naar de mogelijkheden om de activiteiten van Glazen Maas te verzelfstandigen. - Aandacht bij andere overheden voor de specifieke problematiek van grote steden, waar de markt niet wil investeren.
23
3.3.3 De economische potentie van duurzaamheid Het coalitieakkoord benadrukt dat duurzaamheid een belangrijke katalysator is voor de Rotterdamse economie. Ook in het huidige regeerakkoord hebben duurzaamheid en energie een plek gekregen, waarbij verschillende bewindslieden zich positief hebben uitgelaten over de Rotterdamse duurzaamheidaanpak, juist ook vanwege de economische invalshoek. De duurzaamheidaanpak kent twee sporen: 1. het realiseren van de beleidsdoelstellingen (CO2-reductie, adaptatie en dergelijke) met het daarbij behorende pakket van maatregelen, met als doel op korte termijn resultaten te halen; 2. het ontwikkelen van een structurele innovatieaanpak gunste van de economie. De voor Rotterdam belangrijkste focusgebieden zijn: - Energie en klimaat. Mondiaal treedt een verschuiving op van fossiele naar duurzame energie. Daarnaast wordt veel aandacht gegeven aan het verminderen van energieverbruik en de toepassing van biomassa. De vraag naar brandstoffen en chemicaliën gebaseerd op biologische grondstoffen groeit. In de mainport wordt fors geïnvesteerd in nieuwe fabrieken voor de productie van bio-brandstoffen en aanverwante dienstverlening zoals opslag en distributie. Dit is een kans voor de stedelijke kennisdienstverlening. Rotterdamse bedrijven spelen een leidende rol in Europa, dit kan verder worden uitgebouwd door de bio-based economy (o.a. groene chemie) nadrukkelijk te positioneren. Andere kansen zijn gelegen in investeringen in CO2-opslag, duurzame energie en de uitwisseling van warmte - Duurzaam bouwen. Er zijn kansen inzake energiebesparende investeringen in de bestaande bouw. De gemeente en een betrokken samenwerkingspartners (o.a. woningbouwcorporaties, mkb, ontwikkelaars) worden vanuit het programma Duurzaamheid aangejaagd tot het doen van deze investeringen. Voor de keten ontwikkelaars, architecten, aannemers en installatiebedrijven is dit van groot belang, zeker gezien de huidige crisis in bouw. - Water. Stedelijke gebieden in delta’s krijgen te maken met groeiende regenafvoer en stijgende zeespiegels. Deltagebieden moeten zich aanpassen, onder meer door de aanleg van dijken. In de mondiale groeimarkten rond klimaat, water en energie liggen kansen voor Rotterdam. Rotterdam is nu al een belangrijke showcase voor de toepassing van Nederlandse kennis en kan daar in de toekomst nog meer van profiteren. Bijvoorbeeld door de vestiging van het Nationaal Watercentrum. - Als laatste zien we dat grote Rotterdamse bedrijven en sectoren zich in toenemende mate toeleggen op het verduurzamen van relevante productieketens (o.a. AVR en Unilever). Bezien moet worden, hoe hier economisch winst uit te halen valt bijv. in de kennisdienstverlening. Voor biobased-economy, bouwsector en water- en deltatechnologie zijn er dus kansen. De diverse onderzoeken die vanuit en voor Rotterdam zijn gedaan rond het thema duurzaamheid laten veelal hetzelfde beeld zien. Inzet op duurzaamheid leidt tot een transitie van de economie en daarmee ook tot een transitie van de werkgelegenheid: van banen in de bestaande, meer conventionele, bedrijvensectoren naar banen in duurzame bedrijvensectoren. Niet investeren in duurzaamheid leidt tot banenverlies aan andere regio’s, duurzaamheid heeft dus ook daarom een hoge prioriteit.
24
De afgelopen jaren is al veel opgebouwd; er zijn convenanten met kennisinstellingen, er zijn goede bouwstenen in de keten innovatie, kennisontwikkeling, incubators, experimenteerruimte etc. Nu gaat het erom, om gezamenlijk met allereerst het programma Duurzaamheid en Stads havens de verbinding met de economische instrumenten te maken en deze concreet in te vullen. Wat willen we bereiken? - De best mogelijke randvoorwaarden om in te spelen op de ontwikkelingen op het gebied van klimaat, energie en water. Zo wordt de vooraanstaande positie van het Rotterdamse Haven- en Industriecomplex op het vlak van biobased energy, klimaat en water verder versterkt en uitgebouwd. Onze inspanningen en activiteiten - In 2011 worden zowel het beleidskader als het uitvoeringsprogramma geschreven. De inspanningen vallen onder de uitgangspunten van het programma Duurzaamheid.
3.4 De regionale dimensie De relaties tussen bedrijven, kennisinstellingen en overheden overstijgen al snel de gemeente grenzen. De mate waarin dat het geval is, en het relevante regionale schaalniveau waarop, verschilt per cluster. In het bijzonder bij de clusters medisch en zorg, clean tech (incl. water en deltatech, biobased economy en duurzaam bouwen) en het Haven Industrieel Complex is regionale samenwerking geboden. We investeren daarom in de continuering en versterking van de regionale samenwerking binnen de lopende samenwerkingsverbanden van Medical Delta (met Delft en Leiden), Clean Tech Delta (vooral met Delft) en voor het Haven Industrieel Complex in Deltri-verband (met Drechtsteden en West-Brabant). Hierbij wordt voortgebouwd op het advies van de EDBR naar aanleiding van het OECD rapport over het Hoger Onderwijs (Regionale Kennisagenda 2010 – 2015). Er is ook nauwe samenwerking tussen de samenstellende delen van de triple helix boven de bestaande clusterinitiatieven noodzakelijk. Er is een start gemaakt met intensievere regionale samenwerking op dit systeemniveau. De gemeente Rotterdam heeft hierbij neemt hierbij de regierol. De regionale dimensie wordt in de Innovatieagenda uitgewerkt.
25
26
27
Hoofdstuk 4
Concurrerende vestigingsvoorwaarden Voor een ondernemer zijn goede bereikbaarheid, een adequate fysieke werklocatie en een gezond en aantrekkelijk woonklimaat (voor zichzelf en het personeel) de belangrijkste vestigingsfactoren. Maar ondernemers vinden ook de kwaliteit van de gemeentelijke dienstverlening belangrijk.
4.1 Ruimtelijke vestigingsklimaat Bij het ruimtelijk vestigingsklimaat gaat het, afhankelijk van de soort bedrijvigheid, om gebieden en werklocaties. 4.1.1 Gebieden Rotterdam voert integraal gebiedsgericht beleid: de ontwikkeling van een gebied wordt breed opgepakt, waarbij rekening wordt gehouden met economische, fysieke en sociale doelen. Het overkoepelende economisch stadsbelang/beleid wordt gematcht met de specifieke gebieds ontwikkeling. Hierdoor wint de stad als geheel aan kwaliteit en gaat de ontwikkeling van het ene gebied niet ten koste gaat van andere delen in de stad. Dit gebeurt samen met de (deel) gemeenten, diensten, instellingen, woningcorporaties, de markt en bewoners. Uiteindelijk doel: genereren van een aantrekkelijk leef- en ondernemersklimaat. Het accent bij het gebiedsgericht economisch beleid ligt op de binnenstad, Zuid en Stadshavens en – door middel van het accountmanagement MKB – op het versterken van de wijkeconomie. Stadshavens Het Stadshavensprogramma vormt (in ruimtelijke en in economisch-functionele zin) de brug tussen de mainport en de stad. Het fysieke brandpunt en boegbeeld is de ontwikkeling van het RDM terrein. Hier wordt door innovatie, onderwijs en start-ups gewerkt aan technologie en innovatie. Deze hebben zowel de haven als stad nodig om de komende decennia naast elkaar door te groeien (clean tech delta). Vernieuwing en verduurzaming komen hier samen. Het European China Centre is een goed voorbeeld van transformatie op korte termijn. Omliggende wijken profiteren van de ontwikkelingen. De gemeente investeert daar namelijk extra in onderwijs. Hierdoor kwalificeert de jonge, lokale beroepsbevolking zich voor de banen die Stadshavens genereert. Binnenstad De binnenstad heeft met de ontwikkeling rond het Centraal Station (Central District Rotterdam, (CDR)), in combinatie met de hoge snelheidstrein en Rotterdam - The Hague Airport, een belangrijke troef in handen om internationaal opererend bedrijfsleven aan de stad te binden (zakelijke dienstverlening, finance & insurance, energie). Het programma voor de binnenstad heeft de ambitie dat er meer mensen gaan wonen en werken en meer bezoekers komen, die langer blijven en meer besteden. Ook moet de binnenstad een plek zijn waar het aangenaam is om te verblijven voor bezoekers, bewoners, studenten, bedrijven en investeerders. Deze doelstellingen zijn in lijn met de economische doelen in het programma. De samenhang tussen beide programma’s zit in de grote gebiedsontwikkelingen, zoals CDR, maar ook in
elementen als aanpak leegstand, plintenaanpak, bruisende binnenstad, verruimde openingstijden en evenementen. Vanuit het programma Regionale en Stedelijke Economie wordt de nadruk gelegd op een aantrekkelijk en onderscheidend vestigingsmilieu voor het internationale bedrijfsleven, een sterk voorzieningenaanbod, een kwaliteitsimpuls voor het winkelaanbod en logische verbindingen tussen de binnenstedelijke winkelgebieden. Zuid Het programma Zuid wil door middel van talentontwikkeling en het benutten van het arbeidspotentieel, de problemen in Zuid aanpakken. De drie thema’s zijn: jeugd en onderwijs, werk en economie en kwetsbare woonmilieus. De focus ligt op het benutten van de economische potentie van de Stadshavens, Stadionpark, Zorgboulevard en Hart van Zuid. Wijkeconomie en functiemenging Het stimuleren en faciliteren van economische ontwikkeling in de wijk vraagt vaak om een gebiedsgerichte aanpak. Maatwerk op het vlak van visie, netwerkvorming, samenwerking tussen diensten onderling en de deelgemeente en het schakelen tussen operationeel (wat is er nu nodig) en strategisch niveau (input voor hoger beleid/agendasetting). De gebiedsgerichte aanpak wordt toegepast op de West Kruiskade en bij de grote gebiedsontwikkelingen zoals CS, Hoboken en het Wijnhaveneiland. Ook zijn er stedelijke programma’s voor bedrijventerreinen en winkelgebieden, die gebiedsgericht en op wijkniveau worden uitgevoerd. Wanneer vanuit wijkeconomie gesproken wordt over functiemenging is het voornamelijk in gebieden waar wonen de belangrijkste bestemming is maar waar ook ruimte is voor ondernemerschap en bedrijvigheid. Functiemenging kent verschillende vormen. Variërend van zeer kleine, niet direct zichtbare bedrijvigheid, tot woon-werkunits, bedrijfs- en winkelruimtes, grootschalige kantoorgebouwen en bedrijfsverzamelgebouwen in de woonwijken. De focus van wijkeconomie ligt meer dan voorheen op het versterken van wat goed en kansrijk is. Wat willen we bereiken? - Bij de uitwerking en inrichting van de diverse wijkplannen, maar ook de collegeprogramma’s voor Zuid, de binnenstad en het programma Stadshavens, wordt rekening gehouden met de vestigingskarakteristieken van de sterke Rotterdamse sectoren en het MKB. Onze inspanningen en activiteiten - Samen met de deelgemeenten werken aan de verbetering van de wijkeconomie. - Stedelijke economische doelstellingen/beleid vertalen we in kansen en opgaven voor het gebied, met het oog op de belangen en met draagvlak van stakeholders in het gebied. Input leveren aan de gebiedsvisie, de gebiedsontwikkelingen en het stedelijk economisch beleid. Gewenste inspanningen van samenwerkingspartners - Aansluiting zoeken bij de (stedelijke) economische doelstellingen/beleid. - Deelgemeenten werken aan een veilige openbare ruimte, waarin gehandhaafd wordt. - Vastgoedeigenaren investeren mee in een aantrekkelijke omgeving. - Woningcorporaties investeren mee in de economische ontwikkeling van wijken.
28
4.1.2 Werklocaties Bedrijventerreinen Er is nog altijd een gebrek aan voldoende kwalitatief goede bedrijventerreinen. Veroudering van de terreinen leidt tot verschraling en het wegtrekken van bedrijven naar andere vestigingslocaties buiten de regio. Het Rijk, de provincies en de gemeente hebben in 2010 afspraken gemaakt over de uitgifte en herstructurering van bedrijfsterreinen. Partijen hebben afgesproken dat de zogenaamde ‘SER-ladder’ van toepassing is en verkiezen herstructurering boven de uitgifte van nieuwe terreinen. In Stadsregionaal verband wordt samengewerkt in het Regionaal Herstruc tureringsoverleg Bedrijfsterreinen (RHOB). Hierin worden ook de regionale herstructurerings middelen verdeeld. Wat willen we bereiken? - Betere aansluiting op de markt van huidige en toekomstige ondernemers. - Adequaat aanbod voor verschillende sectoren, door revitalisering van verouderde terreinen, functiemenging (realisatie van bedrijfsruimten binnen stedelijk gebied voor bedrijven in lage Hinderwetcategorieën).en door het realiseren van nieuwe bedrijventerreinen. Onze inspanningen en activiteiten - Behoud van bestaande bedrijventerreinen voor bedrijven die niet gemengd kunnen worden met wonen. Tegengaan van transformatie. - Realisatie van nieuwe bedrijventerreinen Nesselande, Hoog Zestienhoven en Nieuw Reijerwaard (Ridderkerk) en revitalisering van bedrijventerreinen (als eerste Spaanse Polder, Noordwest, Hordijk, Gadering-Hoogvliet, Laagjes en Schiebroek). - Functiemenging in stedelijk gebied. - Realisatie en uitbouw van parkmanagement op Spaanse Polder, Noordwest, Hordijk, Gadering-Hoogvliet, Laagjes en Schiebroek (samen met de partners). - Eigenaren stimuleren hun vastgoed te onderhouden en/of te herontwikkelen om waardevermindering tegen te gaan. Gewenste inspanningen van onze samenwerkingspartners - Provincie levert een subsidiebijdrage aan de herstructurering van bedrijventerreinen en stelt provinciale herstructureringsopgaven vast. De provincie speelt een belangrijke rol in de planning van nieuwe bedrijventerreinen (RO bevoegdheid). - Regio stemt de planning van nieuwe bedrijventerreinen en de revitalisering van bedrijventerreinen af (onderdeel Regionale Strategische Agenda (Stadsregio)). - Rijk speelt een belangrijke rol bij de realisatie van infrastructuur en draagt bij aan de aanleg van Nieuw Reijerwaard. Kantoren Door de stagnerende economie lopen vraag aanbod van werklocaties, zowel in de kantorenmarkt als bij bedrijventerreinen, niet meer gelijk op. Wanneer alle plannen onverkort worden uitgevoerd, neemt de leegstand toe. Dit heeft nadelige economische consequenties: slecht voor het imago van gebieden, het draagvlak voor voorzieningen komt onder druk en
29
vastgoedeigenaren worden voorzichtig met investeringen in kwaliteit. Zonder nieuwbouw wordt het echter lastig over voldoende kwalitatief hoogwaardige vestigingsmogelijkheden te beschikken. Wat willen we bereiken? Minder leegstand in bestaande panden en overaanbod van nieuwbouwplannen. Wat is marktconform voor het gebied en hoe verhoudt dit zich tot de integrale stedelijke ontwikkeling? Deze vraag is aan de orde bij de herijking van gebiedsontwikkelingen, maar ook bij de toetsing van projectprogramma’s. Uitgangspunt is dat de binnenstad (en in het bijzonder Central District) en Stadshavens prioriteit hebben bij de programmering van nieuwbouw. Hetzelfde geldt voor de aanpak van de leegstand. De genoemde gebieden hebben voorrang bij de omzetting van verouderde kantoren naar andere economische functies of woningbouw. Vernieuwing en aanvulling van verouderd/ontbrekend aanbod Hoewel de nieuwbouwproductie omlaag moet, is vernieuwing van het vestigingsaanbod wel nodig. Vooral om nieuwe bedrijven aan te trekken en geen bedrijven te verliezen in de concurrentie met andere steden en regio’s. Verbreding wordt gezocht door een relatie te leggen met de arbeidsmarkt: zijn locaties goed bereikbaar en leiden ze tot meer werkplezier? Aanpak leegstand Hoewel duidelijk is dat er meer leegstand is dan wenselijk, is de problematiek nog onvoldoende uitgezocht. Leegstand kan voor de eigenaar problematisch zijn. Toch zijn er ook voorbeelden van kantoren die vrijwel leeg staan, maar die voor de belegger toch rendabel zijn. In dat geval is er soms sprake van maatschappelijke overlast. Bewoners en bezoekers van het gebied zien verloedering ontstaan. Dit betekent dat, afhankelijk van het type leegstand, er een aanpak op maat moet komen. Eventueel is het ook mogelijk om af te wachten als er geen direct probleem is voor eigenaar en de gemeente. In de gevallen van gewenste aanpak wordt met eigenaren en andere indirect betrokkenen via tenminste vijf pilots (gezamenlijk onderzoek naar mogelijkheden, met eventueel onorthodoxe maatregelen) naar oplossingen gezocht. Afstemming met regio en marktpartijen De gemeente kan de aanbodontwikkeling en acquisitie van nieuwe bedrijven niet onafhankelijk van anderen sturen. Zowel bij regio-gemeenten als bij diverse marktpartijen ontbreekt echter een duidelijk beeld van de huidige situatie en het toekomstperspectief. Door de kennis van werklocaties te delen ontstaat inzicht en vertrouwen om gezamenlijk, en in onderlinge afstemming, te werken aan de twee eerder genoemde gewenste effecten.
De Navigator Werklocaties geeft 2x per jaar een stand van zaken geven van vraag en aanbod op de verschillende vastgoedmarkten. Behalve bedrijventerreinen, kantoren en winkels wordt ook informatie over horeca en maatschappelijke voorzieningen geleverd.
30
Onze inspanningen en activiteiten - Opzetten, verder ontwikkelen en de beleidsinterpretatie van de Navigator Werklocaties. - Aanpak leegstand. - Accountmanagement en kennisontwikkeling. Gewenste inspanningen van samenwerkingspartners - Om meer marktconform aanbod te ontwikkelen, meer verouderde kantoren uit de markt te nemen en draagvlak voor een nieuwe koers te krijgen,is vooral consultatie van grote kantoorgebruikers (via accountmanagement) en investeerders/beleggers gewenst. Gesprekken met Den Haag, Delft en Breda zijn nodig. Detailhandel en winkelgebieden De detailhandel is sterk in beweging, zowel aan de vraag- als aanbodzijde. Rotterdam kent forse volumes aan geplande winkelontwikkeling. De totale plannen lopen op tot zo’n 40% van het totale winkelaanbod. Vooral gericht op niet-dagelijks producten én vooral op Zuid. De inschatting is dat, kijkend naar een beperkte bevolkingsgroei en koopkracht, de uitbreidingsruimte beperkt is. Om overprogrammering te voorkomen, is sturing noodzakelijk.
31
- Realiseren van een kwalitatieve impuls. Samen met de markt wordt bepaald welke projecten hieraan bijdragen.
4.2 Bevorderen van het ondernemerschap Ondernemerschap staat aan de basis van de concurrentiekracht van onze economie. En het MKB heeft een belangrijke functie in de economische structuur. Starters en kleine bedrijven kunnen makkelijk in niches springen en brengen innovaties naar de markt. De aanwezigheid van een sterk MKB is aantrekkelijk voor grote bedrijven, die gebaat zijn bij goede toeleveranciers. De allerkleinste bedrijven vormen de opstap vanuit studie of loondienst naar ondernemerschap. Het Rotterdamse MKB zit door alle sectoren heen en verbindt deze met elkaar. Starters en bestaande ondernemers lopen nogal eens vast in de gemeentelijke organisatie of hebben moeite bij het aanvragen van ondernemersproducten (lening, subsidie, huisvesting, vergunning, personeel etc.). Een verbeterde dienstverlening aan ondernemers helpt hen zich te concentreren op de kerntaak. Dat is ondernemen.
Wat willen we bereiken? Rotterdam streeft naar een evenwichtige detailhandelsstructuur, waarbij samenhang is tussen de verschillende winkelgebieden. De detailhandelsmarkt is een verdringingsmarkt. Daarom wordt steeds een afweging gemaakt welke aanpassingen noodzakelijk zijn voor een optimale functionerende structuur. Bij deze afweging staat de wens en het gedrag van de consument centraal en moet flexibel ingespeeld worden op de veranderingen in de retailmarkt. Rotterdam staat open voor vernieuwing en biedt hieraan ruimte, maar niet ten koste van een evenwichtige en bestaande winkelstructuur. Kwaliteit is belangrijker dan kwantiteit. De Detailhandelsvisie en de herijking van het Actieprogramma Winkelgebieden geven hier verdere invulling aan.
Om het ondernemerschap maximaal te faciliteren, worden drie wegen bewandeld: dienstverlening aan ondernemers, wegnemen administratieve lasten & irritaties bij de ondernemer en het startersbeleid.
Onze inspanningen en activiteiten Opstellen en uitvoeren Detailhandelsvisie, bestaande uit: - De Detailhandelsnotitie voor de binnenstad; - Een update van het Actieprogramma Winkelgebieden. Dit benoemt de gebieden die levensvatbaar zijn en gebieden waarvoor een andere invulling wordt gezocht. Het functioneren wordt beoordeeld op de ontwikkeling van aanbod, de branchering, trekkers, leegstand, huurniveaus, verloop winkeliers, uitstraling, bereikbaarheid, nieuwbouw(plannen) en koopkrachtontwikkeling. Op basis hiervan wordt de inzet bepaald; - Perifere detailhandelsvestigingen/grootschalige detailhandelsvestigingen; een afweging van de verschillende gebieden. De detailhandelsvisie is medio 2011 gereed voor besluitvorming.
Wat willen we bereiken? - De houding van de gemeente wordt meer ondernemersgericht en de dienstverlening aan ondernemers wordt sneller en beter: • 50% van de MKB ondernemers (22.000) kent het centrale loket van de gemeente. • 7.000 klantcontacten (aan de balies en virtueel) per jaar. • De ondernemers waarderen de dienstverlening met een 7. • De contacten met de front office leiden tot de vestiging van nieuwe bedrijven in Rotterdam en het oplossen van problemen van ondernemers die vastlopen.
Gewenste inspanningen van samenwerkingspartners - Afstemming met ontwikkelaars en eigenaren over de ontwikkeling en programmering van (nieuwe) locaties, zodat deze goed gebrancheerd worden.
4.2.1 Dienstverlening aan ondernemers Startende en gevestigde ondernemers hechten veel waarde aan een centraal en helder aanspreekpunt, de ‘front office’. Dit kan zowel een digitaal als fysiek bedrijvenloket zijn. De dienstverlening bestaat uit het verstrekken van de juiste informatie via het ‘één ingang, één uitgang’ – principe en een goede doorverwijzing naar de geschikte organisatie.
Onze inspanningen en activiteiten - Het verstrekken van snelle en juiste informatie aan ondernemers via één ingang, één uitgang’-principe en bemiddelen voor ondernemers die vastlopen in de ambtelijke organisatie. - Uitbouw van digitale aanvraag en uitgifte ondernemersproducten via Mijn Loket voor bedrijven, invoering van e-herkenning en een 1410 nummer voor ondernemers. - Het inrichten van een regiebureau op ondernemersproducten.
32
4.2.2 Reductie administratieve lasten en aanpak irritatie top-10 Regeldruk hoort bij de moderne samenleving, maar het betekent voor de ondernemer verloren tijd en dus geld. Administratieve lasten voor Rotterdamse bedrijven worden geraamd op € 1,9 miljoen per jaar. De regeldruk moet dus tot het uiterste worden teruggedrongen. Waar dat niet mogelijk is, moet een goede dienstverlening het leed verzachten. Maar er zijn ook andere irritatiefactoren, zoals het lokettenprobleem, wachttijden en tegenstrijdige regels. Het is nodig die irritaties zoveel mogelijk weg te nemen. Dit kan door procesaanpassing, betere samenwerking tussen diensten. Maas soms ook gewoon door de gang van zaken beter uit te leggen en door een klantgerichte instelling.
Speerpunt – Wegnemen irritaties De irritaties van ondernemers die hun oorsprong vinden in handelen of nalaten van de gemeente wegnemen.
Wat willen we bereiken? - In 2013: 15% vermindering van de administratieve lastendruk voor ondernemers in de non-profit en profit sector ten opzichte van 2009 (volgens het standaard kosten model). - Daarnaast houden we de irritatie top-10 bij op basis van enquêtes en gesprekken met ondernemers. Samen met de stakeholders, inventariseren we mogelijke oplossingen en pakken ze aan als de irritaties zijn terug te voeren op handelen of nalaten van de gemeente. De irritatie top-10 wordt elk jaar samengesteld. Onze inspanningen en activiteiten - Terugdringen lastendruk en voorkomen nieuwe regeldruk. - Afschaffen van de reclame en precario belasting. - Aanpak irritatie top-10, inclusief het garanderen van oplossingen7. - Aanwijzen van twee zones waar tijdelijk minder regels gelden (regelvrije zones). Wat vragen we van samenwerkingspartners - De partijen van het convenant ‘Vermindering Regeldruk Ondernemers’ (KvK, MKB Rotterdam, Deltalinqs, EDBR, VNO CNW en Gemeente Rotterdam) leveren ondernemers voor de pilot ‘Digitale Uitgifte Ondernemersproducten’ van de gemeente Rotterdam. - Ondernemers spannen zich in voor een correcte en volledige subsidie- of vergunningaanvraag.
33
4.2.3 Stimuleren ondernemerschap Nieuw ondernemerschap is een belangrijke bron van economische dynamiek. Elk jaar starten circa 10.000 Rotterdammers een eigen bedrijf. Rotterdam blijft hiermee nog achter bij de andere grote steden. We gaan daarom door met promoten van goed voorbereid ondernemerschap bij allerlei doelgroepen, van jong tot niet meer zo jong. Wat willen we bereiken? - De mogelijkheden om een eigen bedrijf te starten zijn bekend bij alle Rotterdammers. Voor specifieke groepen, jongeren en hoger opgeleiden, organiseren we aparte bijeenkomsten en evenementen. Belemmeringen om te starten worden zoveel mogelijk weggenomen. Onze inspanningen en activiteiten - Wegnemen belemmeringen voor starters. - Verzorgen van workshops, presentaties en voorlichtingsbijeenkomsten. - Competities en het uitwisselen van ervaringen (the Enterprize), coaching voor jonge ondernemers (Your Navigator). Gewenste inspanningen van samenwerkingspartners - Zorg dragen voor de kennis van, en ingangen tot, externe keten ondernemersproducten KvK, belastingdienst, makelaars, woningbouwcorporaties, adviesbureaus, financiële instellingen, ondernemersverenigingen, netwerkorganisaties. - Intensieve samenwerking met deelgemeenten en Ondernemersbalie/Ondernemershuis Zuid. - Bijdrage aan bevorderen ondernemerschap in onderwijs door kennisinstellingen8.
4.3 Aantrekkelijke stad Een stad die aan hoge standaarden voldoet rond wonen, buitenruimte, cultuur en voorzieningen trekt makkelijk studenten, hoger opgeleiden en bedrijven aan. De aantrekkelijkheid van de stad is voor iedereen, maar zeker ook voor hoger opgeleiden (en daarmee ook voor bedrijven), een steeds belangrijkere reden om zich in een stad te vestigen en er te blijven. Om onderscheidend te zijn voor deze doelgroep moet Rotterdam goede banen bieden, maar vooral ook een fijne plek zijn om in te verblijven. Wij moeten daarom blijven werken aan imago, kwaliteit, diversiteit en samenhang in het aanbod van (vrije tijds)-voorzieningen, sterke consumentendiensten (zoals horeca, sport, cultuur) en evenementen. Dit gebeurt in het programma Regionale en Stedelijke Economie en daarin zit ook de verbinding met het programma Binnenstad.
7. De irritatie top-10 wordt samengesteld op basis van enquêtes en gesprekken met ondernemers. Aangezien de irritaties nog niet bekend zijn, kan niet worden aangegeven op welke termijn irritaties kunnen worden opgelost.
Dit hangt af van de aard en omvang van de irritatie. Uiteraard is het streven dit zo snel mogelijk te doen. 8. Hogeschool Rotterdam, InHolland, EUR en het ROC werken aan een plan voor talentontwikkeling en ondernemerschap
met als onderdeel in opleidingen ondernemerschap te stimuleren en aansluiting te zoeken met het bedrijfsleven.
34
Wat willen we bereiken? - Een aantrekkelijk woon- en verblijfsklimaat, dat mensen aantrekt en bindt; bewoners, studenten, werknemers en bezoekers, zowel met toeristisch als zakelijk motief. Onze inspanningen en activiteiten - Marketing en promotie: met het oog op specifieke doelgroepen wordt het aanbod aan cultuur, sport, winkelen, horeca, evenementen en uitgaan in samenhang aangeboden. Voorbeelden van product-marktcombinaties zijn: winkels later open voor werknemers en bewoners, het stimuleren van meerdaags, herhalings en combinatiebezoek van toeristen en zakelijke bezoekers en meertalige informatievoorziening. - Productontwikkeling: meer onderscheidend en divers aanbod in cultuur, sport, winkels, horeca, evenementen en uitgaansgelegenheden. Met scherpere kwaliteitseisen voor evenementen onderscheidt Rotterdam zichzelf. - Productvernieuwing: marktinitiatieven die passen in het beleid, worden geholpen met bijvoorbeeld de zoektocht naar locaties, panden en door eventuele knelpunten in wet- en regelgeving op te lossen. Gewenste inspanningen van samenwerkingspartners - Onder regie van de gemeente maken de partners, zoals Rotterdam Marketing, Rotterdam Festivals, Rotterdam Topsport, stichting Woonpromotie en branchevertegenwoordigers Rotterdam nog aantrekkelijker.
4.4 De regionale dimensie De stad Rotterdam heeft een belangrijke regionale verzorgingsfunctie met tal van voorzieningen, waar ook bewoners en bedrijven van de omliggende regio gebruik van maken. Rotterdam vormt daarmee het kloppend hart van een aantrekkelijke en ondernemende Rotterdamse regio. Als je kijkt naar de werklocaties vraagt dat om versteviging van de regionale samenwerking. Het terugdringen van structurele leegstand op de kantorenmarkt en de nieuwe ontwikkelingen op een beperkt aantal sterke locaties, vereist afspraken in regionaal verband. Om te beginnen binnen de stadsregio, maar ook op hogere regionale schaalniveaus, bijvoorbeeld met Den Haag. Bij bedrijventerreinen moet de profilering van de verschillende terreinen meer marktconform worden. Op het gebied van detailhandel gaat het om het actualiseren van de regionale visie. Van hieruit worden regionale afspraken gemaakt over onder andere de ontwikkeling van grootschalige en perifere detailhandel. Met de uitbouw van de Rotterdamse Navigator Werklocaties naar het schaalniveau van de stadsregio Rotterdam, en op termijn naar de Metropoolregio Rotterdam – Den Haag en Deltri – regio, wordt een belangrijke bron van informatie aangeboord voor het onderbouwen en implementeren van in regionaal verband gemaakte afspraken.
35
36
37
Hoofdstuk 5
Versterken accountmanagement en acquisitie In Rotterdam zijn ca 22.000 bedrijven (24.000 vestigingen) en instellingen te vinden. Dit bestand verandert voortdurend, door de komst van nieuwe bedrijven en instellingen of vanwege nieuwe vestigingen van de al aanwezige bedrijven. Door goede contacten met het bedrijfsleven en instellingen weet de gemeente wat hen beweegt en wordt ingespeeld op de vestigingswensen. Het accountmanagement verzamelt ook stuurinformatie voor het arbeidsmarktprogramma en informatie over de staat van de economie en informeren daarnaast over het gemeentelijk beleid. Accountmanagement wordt ook gebruikt om gemeentelijke doelen te realiseren, bijvoorbeeld door het bedrijfsleven te verleiden actief te zijn op de arbeidsmarkt. We streven naar een goede balans tussen halen en brengen. Het accountmanagement wordt aangeboden aan drie doelgroepen: bedrijven die tot de zogenaamde top-100 behoren, het MKB en de meest toonaangevende non-profit organisaties en instellingen in het onderwijs, medisch en zorg, cultuur en sport. Voor elk van deze drie doelgroepen komt een aanspreekpunt.
5.1 Accountmanagement We zien het belang in van goed accountmanagement, dat zich bezig houdt met bedrijven en instellingen die de Rotterdamse economie versterken. Het gaat hier om partijen die de stad versterken (met uitbreidingsplannen of netwerk meebrengen), hoogwaardige arbeidsplaatsen bieden en/of de sterke clusters ondersteunen.
Speerpunt – Versterken accountmanagement Met de belangrijkste accounts uit het bedrijfsleven (top-100 en MKB) en de instellingen worden jaarlijks gesprekken gevoerd. Hierover wordt viermaandelijks gerapporteerd.
Tabel 6
Aantal Rotterdamse vestigingen van bedrijven en instellingen Bedrijveninfo Zuid-Holland.
groot MKB
bedrijf
>10
>50
>100
<10 wp*
<50
<100
<250
>250
industrie, energie, water en landbouw
1.074
209
43
44
23
1.393
bouwnijverheid
1.852
212
40
20
7
2.131
categorie / sector
totaal
groothandel
1.301
244
32
11
2
1.590
detailhandel en reparatie
3.626
494
63
47
14
4.244
horeca
1.334
190
21
6
2
1.553
transport
774
256
50
25
9
1.114
post en telecommunicatie
199
29
7
11
5
251
bank en verzekering
259
71
16
12
11
369
5.365
665
116
57
33
6.236
12
45
26
22
21
126
378
309
27
5
8
727
1.652
559
86
81
43
2.421
zakelijke dienstverlening openbaar bestuur en overheid onderwijs gezondheids- en welzijnszorg overige dienstverlening Totaal
*wp = aantal werkzame personen.
1.894
187
27
17
3
2.128
24.283
3.470
554
358
181
24.283
Zoals gezegd richt het accountmanagement zich op drie doelgroepen: 1. De top-100 bedrijven: Met een groep bedrijven en instellingen die door hun omvang, internationale netwerk of uitstraling veel voor de stad betekenen gaan we een één op één relatie aan. Dit is de top-100. Hierdoor kunnen zij zich goed ontwikkelen en behalen wij de gezamenlijke doelen die van belang zijn voor de ontwikkeling van de Rotterdamse economie. Dit noemen we ‘Current Investor Development’ (CID). 2. Accountmanagement MKB: Van de 22.000 bedrijven en instellingen in Rotterdam behoort 95% tot het MKB. In totaal zijn zij verantwoordelijk voor ruim 72% van de totale werkgelegenheid. Dit is een hele brede, diffuse groep. Door versterking van accountmanagement voor het MKB willen we beter zicht krijgen op wat leeft, welke problemen er zijn en welke informatiebehoefte er is. Het is niet mogelijk, maar ook niet nodig, relaties te onderhouden met alle MKB ondernemers in de stad. Accountmanagement voor het MKB gaat daarom uit van key-accountmanagement gericht op drie doelgroepen: • Ondernemerscollectieven: relaties opbouwen met deze groepen is van groot belang om te weten wat er leeft in de stad, om beleid van de gemeente te toetsen en om input te vragen van ondernemers. • Gebiedsgericht: per relevant gebied stellen wij een lijst van ‘smaakmakers’ (key accounts) van MKB-ondernemers op.
38
•
Themaspecifiek accountmanagement: identificeren van ontwikkelingen en knelpunten bij specifieke groepen MKB-bedrijven. Denk aan het Haven en Industriecomplex en de Medische en Zorgsector. Maar ook bijvoorbeeld de vrijetijdssector, creatieve sector, detailhandel, starters, bedrijven op bedrijventerreinen en innovatieve starters kunnen om een speciale inzet vragen. Jaarlijks stellen wij de thema’s en acties vast.
3. Accountmanagement instellingen: De non-profit organisaties en instellingen in het onderwijs, medisch en zorg, cultuur en sport zijn van belangrijk voor de economie. Het aandeel van instellingen in de Rotterdamse werkgelegenheid groeide het laatste decennium aanzienlijk tot1 meer dan 25% op dit moment. Het is relatief hoogwaardige arbeid. De maatschappelijke voorzieningen die zij voortbrengen zijn van groot belang voor de centrumfunctie van de stad. Deze organisaties zijn belangrijke partners in de samenwerking met overheid en bedrijfsleven op het gebied van innovatie en arbeidsmarktbeleid. figuur 2
ondernemers collectieven/ netwerken
gebiedsgericht deelgemeente
thema specifiek
dienstverlening op verzoek
één op één relatie
één op één relatie
current investor development
ondernemers MKB
instellingen
Wat willen we bereiken? - De accounts voor de stad behouden en/of hun activiteiten verder uitbreiden. Onze inspanningen en activiteiten - Door deze bedrijven en instellingen op gestructureerde wijze te benaderen, voelen bedrijven en instellingen zich welkom, ontvangen we feedback over het investeringsklimaat en toetsen we of Rotterdam een rol kan spelen in behoeften van bedrijf of instelling. - De accounts worden elk jaar bezocht, gefaciliteerd en geëvalueerd. Gewenste inspanningen van samenwerkingspartners - Accountmanagement gaat over het aangaan en onderhouden van relaties. Van onze partners verwachten wij dat zij investeren in de relatie met de gemeente; dat zij open communiceren met de accountmanagers en bereid zijn actief informatie te delen.
5.2 Acquisitie
Accountmanagement voor bedrijfsleven en instellingen
ondernemers top 100
39
We richten ons op acquisitie van bedrijven die goed zijn voor de Rotterdamse economie. Het gaat hierbij om bedrijven die de investeringen in de stad versterken (met uitbreidingsplannen of een netwerk meebrengen), hoogwaardige arbeidsplaatsen bieden en/of de sterke clusters versterken. De speerpuntsectoren zijn de Haven en Industrie en gerelateerde business waaronder clean tech delta, zakelijke dienstverlening, medisch en creatief. De acquisitie is met name gericht op de landen USA, China, Duitsland, UK, Brazilië, India en Turkije. Voor het aantrekken van nieuwe bedrijven spelen de dienstverleners in de stad en het (internationale) netwerk van de top-100 een belangrijke rol.
Speerpunt – Versterken acquisitie Eind 2013 zijn minimaal 100 investeringsprojecten gerealiseerd ten opzichte van begin 2010.
accountmanagement top 100
accountmanagement instellingen
min. 1 x contact per jaar
min. 1 x contact per jaar
accountmanagement MKB
Ondernemersbalie Ondernemershuis Zuid Mijn Loket (virtueel)
accountmanagement pro-actief
accountmanagement reactief
initiatief bij gemeente
initiatief bij ondernemer
40
Onze inspanningen en activiteiten - Bedrijven opsporen (identificeren en benaderen) en bedienen (informatie, introductie in netwerken en praktische assistentie) om investeringsprojecten te behouden, uit te breiden of aan te trekken. Gewenste inspanningen van samenwerkingspartners - Er is een consultatiegroep acquisitie, die fungeert als klankbord.
5.3 De regionale dimensie Rotterdam staat internationaal goed bekend als het gaat om de acquisitie van internationale bedrijven, in het bijzonder gerelateerd aan de Rotterdamse haven. Rotterdam maakt samen met Den Haag, Delft en Leiden deel uit van een grotere stedelijke regio. Dit maakt Rotterdam voor bedrijven aantrekkelijk als vestigingsplaats. Sterkere externe profilering van deze brede regionale context komt de acquisitieresultaten van Rotterdam ten goede. Daarom wordt in de komende periode de samenwerking binnen de stadsregio Rotterdam op het gebied van gezamenlijke promotie, acquisitie en account management versterkt. Daarnaast wordt de gezamenlijke externe profilering van Rotterdam als onderdeel van de Metropoolregio Rotterdam - Den Haag geïntensiveerd. Beide steden nemen het voortouw om een samenwerkingsagenda tussen beide Investment Agencies (RIA en WFIA) voor de periode 2010 – 2014 op te stellen. Doelen zijn daarbij om, waar nuttig en nodig: - Buitenlandse missies af te stemmen; - Gezamenlijke internationale promotieactiviteiten te organiseren; - Samen optrekken naar het NFIA.
41
42
43
Hoofdstuk 6
Voorwaarden voor succes 6.1 Draagvlak en krachtenbundeling De gemeente richt zich in het economisch beleid vanouds op acquisitie, op bepaalde specifieke investeringen in het economisch klimaat en op het creëren van goede vestigingsvoorwaarden. Als opdrachtgever en werkgever is de gemeente een belangrijke economische actor. De huidige opgave vraagt echter veel meer dan deze gemeentelijke inzet alleen. Daarvoor zijn de gebundelde kennis en creativiteit van het bedrijfsleven, kennisinstellingen, intermediairen en maatschappelijke organisaties nodig. Inzet van gemeentelijke diensten en partners in stad en regio wordt gecoördineerd en uitvoeringsactiviteiten worden op elkaar afgestemd. De toekomst van onze economie is het gemeenschappelijk belang van overheid, bedrijven, intermediaire organisaties, instellingen en andere stakeholders: het is een gemeenschappelijke business case. Het is elementair de stedelijke partners te binden. In lijn met het EDBR advies wordt daarom een Strategisch Beraad ingericht, waarin bestuurders van gemeente, grote bedrijven en organisaties overleggen over koers en aanpak en samen aan oplossingen werken. Het Strategisch Beraad adviseert tevens over het programma Arbeidsmarktontwikkeling.
Het Strategisch Beraad wordt samengesteld uit bestuurders van gemeente en vertegenwoordigers van het regionaal economische veld. Het komt eens per kwartaal bijeen om te overleggen over een strategisch thema. De gemeente voert samen met de EDBR de regie.
- De programmadirecteur Economie, tevens programmadirecteur Arbeidsmarktontwikkeling, is ambtelijk opdrachtnemer. De programmadirecteur stuurt op het bereiken van de programma doelstellingen. De speerpunten hebben prioritaire status. - Voor de afstemming en de sturing in het concern wordt een directieteam ingericht, bestaande uit programmadirecteur Economie (voorzitter), JOS, SoZaWe, dS+V, OBR, DKC/S&R, BSD. Ook de Stadsregio is in het directieteam vertegenwoordigd.
6.3 Versterken van kennis en begrip van de economie Om het beleid en de samenwerking goed in te richten is het nodig te begrijpen hoe de economie werkt. Er is veel kennis bij alle betrokken partijen, maar dit wordt nog onvoldoende gedeeld en benut. Daarnaast vinden de duiding en interpretatie van gegevens, en het vertalen van kennis naar strategie, beleid en uitvoering, nog te veel op ad hoc basis en te zeer door de gemeente alleen plaats. Samen met de stedelijke partners wil het college de kennis beter ontsluiten en benutten, de denkfunctie versterken en ervoor zorgen dat de benodigde kennis en instrumenten beschikbaar komen.
Speerpunt – Versterken kennis en begrip van de economie De samenwerkingspartners zorgen voor een actuele, goed onderbouwde SWOT van de regionale economie, werken gezamenlijk aan het aanscherpen van de toekomststrategie,
6.2 Sturen op resultaat Bij de sturing wordt gebruikt gemaakt van de filosofie en de instrumenten van het programma management9. In het programma Regionale en Stedelijke Economie staan de doelstellingen en de te realiseren resultaten, wordt de gemeentelijk inzet van middelen en mensen omschreven en wordt duidelijk welke inspanning van samenwerkingspartners wordt verwacht. De sturing van het programma is als volgt: - Afspraken over de richting en de uitvoering van het programma worden in het Strategisch Beraad gemaakt. Het Programma fungeert als een gezamenlijke, ‘levende’ agenda, die door de samenwerkingpartners wordt gedragen. - Het college, vertegenwoordigd door de portefeuillehouders, is bestuurlijk opdrachtgever van het programma. Koersbepaling en voortgang van ervan, en afstemming met programma Regionale en Stedelijke Economie en programma Arbeidsmart, worden besproken in de staf Economie – Arbeidsmarktontwikkeling.
9. Als bijlage is een zogenoemd Doel Inspanningen Netwerk (DIN) opgenomen
aan input voor het jaarlijks bij te stellen actiepakket programma Regionale en Stedelijke Economie en aan stuurinformatie voor de collegeprogramma’s en voor de economie belangrijke beleidsterreinen. Wat willen we bereiken? - Een sterke, vraaggericht ontsloten informatiebron, waarmee ingespeeld wordt op de informatiebehoefte van partijen in de regio (bedrijfsleven, instellingen, regionale publieke partners). Onderwerpen: economische situatie en kansen & bedreigingen. - We weten hoe wij er economisch voorstaan, hoe de economie werkt (het economisch DNA), een breed gedragen visie en lange termijn strategie wordt vertaald naar handelingsperspectief.
44
- Aan het einde van deze collegeperiode is een goed onderbouwde, breed gedragen lange termijn perspectief beschikbaar (bijvoorbeeld: scenarioanalyse en toekomststrategie 2050).
Voor de economische index maken we gebruik van het vitaliteitsweb van de Economische Verkenning Rotterdam, dat een beeld geeft van hoe de belangrijkste factoren inwerken op de regionale en stedelijke economie. Daarbij wordt vooral gekeken naar de elementen die locaal door de gemeente kunnen worden beïnvloed, zoals omvang, opleiding en ervaring van de bevolking en de kwaliteit van woon-, werk- en leefklimaat. In de index worden deze begrippen vertaald naar baankans (werkgelegenheid), arbeidsinkomen en koopkracht (economische groei) en innovatiescore en aandeel kenniswerkers (arbeidsproductiviteit), zodat duidelijk wordt hoe de statistische kernvariabelen zich verhouden tot de beleving van de economie door inwoners, werkzame personen en werkzoekenden. De ontwikkeling van de uitzendbanen, de omvang van de investeringen en het aantal kennisintensieve starters worden gebruikt als een barometer voor de verwachte ontwikkeling.
Onze inspanningen en activiteiten - Uitgeven van de Economische Verkenning Rotterdam, de Werkgelegenheidsmonitor en de monitor Werklocaties. De feiten die hieraan ten grondslag liggen worden ontsloten en vertaald, zodat hiermee de economische kant van het gemeentelijke beleid wordt belicht. Vormen hiervoor zijn de economische index, de SWOT en het economisch dashboard. - Deze informatieverschaffing wordt verbreed, zodat ingespeeld wordt op de informatiebehoefte van bedrijfsleven, organisaties, regionale publieke partners ruimtelijk-economische en sociaal-economische situatie, trends en ontwikkelingen (kenniscentrum). - Opstellen van de Economische index. - Samen met de partners monitoren en analyseren van de economische situatie. Signaleren van trends en het onderbouwen van uitvoeringsactiviteiten. In de geest van het EDBR advies Beter bestuur wordt een Analysegroep ingericht.
De Analysegroep bestaat uit een kleine vaste kern bestaande uit de gemeente (trekker), EDBR secretariaat, Havenbedrijf, aangevuld – afhankelijk van het onderwerp – met experts van bedrijven en kennisinstellingen.
Gewenste inzet van samenwerkingspartners - Bijdragen & meewerken aan het verzamelen van gegevens. Samenwerken bij het ontsluiten en interpreteren van deze gegevens. - Het meedenken over de economische visie en koers en het deelnemen aan de activiteiten die in de analysegroep worden georganiseerd.
45
6.4 ‘Economie’ richtinggevend in concern Economie is meer dan alleen werk en bedrijvigheid. Aspecten zoals aantrekkelijk wonen, goede opleidingen en een breed cultuuraanbod zijn net zo goed een onderdeel van de Rotterdamse economie. Een economische analyse maakt het mogelijk vooraf effecten in te schatten en achteraf een oordeel te vellen over het effect van onze acties. Dit kan op een veel breder terrein dan alleen dat van werk en bedrijvigheid. Gegevens & begrip van de werking van de economie zijn dan essentieel om het beleid te voeden dat invloed heeft op de economie. Aan het eind van de collegeperiode wil het college dat er beter wordt ingespeeld op wat voor de economie wenselijk is en dat de benodigde informatie beschikbaar is. Als eerste stap wordt een motiveringsplicht ingesteld voor nieuwe voorstellen, waardoor beter op de verbinding met economie kan worden gestuurd. Binnen de diensten moet ook veel meer economisch gedacht worden: economie moet onderdeel zijn van het DNA van de medewerkers.
Speerpunt – ‘Economie’ geeft richting in concern In alle relevante nieuwe gemeentelijke ruimtelijke, juridische en beleidsmatige kaders is een economische paragraaf opgenomen, waarin is aangeven op welke wijze wordt ingespeeld op het bereiken van de economische doelen
6.5 Samenhang met de ander collegeprogramma’s Elk collegeprogramma heeft zijn eigen perspectief en doel. Maar op onderdelen raken zij elkaar. Zo hebben het programma Binnenstad en het Programma Regionale en Stedelijke Economie gezamenlijke belangen en inspanningen om het vestingingsklimaat te verbeteren en versterken elkaar dus. Waar de samenhang in het progamma Regionale en Stedelijke Economie aan de orde is, is die in de tekst geduid. Ten aanzien van de lobby richting andere overheden wordt de samenhang met andere collegeprogramma’s gezocht.
3 47
46
6.6
Focus op de regio
De economie van Rotterdam is onderdeel van het internationale economische netwerk, maar is ook nauw verbonden met de omliggende regio. Rotterdam vervult met een groot aantal voorzieningen een regionale verzorgingsfunctie. Rotterdamse bedrijven en kennisinstellingen onderhouden nauwe contacten met bedrijven en kennisinstellingen in het regionale netwerk en ook de Rotterdamse arbeidsmarkt kent een grote regionale component. Het economisch beleid van heeft daarmee invloed op ontwikkelingen in de regio en andersom. Het economisch belang van Rotterdam, en van de omliggende regio, vraagt daarom om nauwe samenwerking met overheden, kennisinstellingen en bedrijven buiten de stad. We doen dit in de overtuiging dat regionale samenwerking bijdraagt aan het realiseren van de economische doelstellingen. Dit uitgangspunt levert voor het programma Regionale en Stedelijke Economie geen additionele inhoudelijke doelstellingen op vanuit de regionaal-economische activiteiten.
figuur 3
Regionale samenwerking per opgave Logistiek & Transport (o.a. Deltrisamenwerking (met Drechtsteden en West-Brabant), Dinalog, SMART Port)
Chemie & Energie (o.a. Petrochemie, Gasrotonde, RCI, Clean Tech Delta (met Delft), CCS)
Water & Delta (o.a. Stadshavens, Ecoshape Dordrecht)
Medisch & Zorg: Medical Delta (Rotterdam – Delft – Leiden)
Speerpunt – Regionale afstemming Met onze regionale partners de uitvoering oppakken van de regionale economische agenda’s.
Het relevante schaalniveau van de samenwerking verschilt per opgave. We onderscheiden samenwerking met de buurgemeenten in de direct omliggende regio (stadsregio Rotterdam) en met de grotere omliggende regio ten noorden van de stad: - Haagse regio / Metropoolregio Rotterdam – Den Haag; - De samenwerking Rotterdam – Delft in het kader van de follow-up van de OECD review; - De Zuidvleugel; - De rest van de Randstad. Ten zuiden van de stad onderscheiden we Drechtsteden en West-Brabant / Deltri-platform.
In deze collegeperiode: • Onze kansrijke innovatieve clusters verankeren wij sterker in het regionale netwerk van bedrijven, kennisinstellingen en overheden. Op deze manier vergroten wij de spin off naar de stad. • We leiden meer buitenlandse bedrijven naar de regio, door intensiever samen te werken op het gebied van promotie & acquisitie. • We streven naar een regionaal gedeeld ambitieniveau als het gaat om de dienstverlening aan ondernemers en de administratieve lastendruk. • Het overaanbod van werklocaties op het gebied van kantoren en winkels vraagt om gezamenlijke actie in regionaal verband. Op het gebied van bedrijventerreinen, in het bijzonder havengerelateerd, zijn juist regionale inspanningen nodig om voldoende ruimte voor bedrijven te bieden. • We bespreken het voorzieningenpeil regiobreed. • We geven de regionale dimensie van de relatie onderwijs en arbeidsmarkt vorm door samen te werken aan het versterken van de relaties tussen onderwijs en bedrijfsleven.
48
49
Hoofdstuk 7
Organisatie en Financiën 7.1 Organisatorische aspecten Organisatieprogramma - De programmadirecteur wordt ondersteund door een programmabureau, dat ook de programmamanager Arbeidsmarktontwikkeling ondersteunt. Het bureau ‘arbeidsmarkt meester’ gaat in het programmabureau op. - Het programmabureau kan klein van omvang zijn, aangezien uitvoerende activiteiten gebeuren in de lijn/sector/domein, binnen het kader van het programma. - De afdeling Economie is de belangrijkste ‘uitvoerder’, maar ook andere diensten dragen bij aan de doelen. Deze activiteiten zijn opgenomen in het programma Regionale en Stedelijke Economie. Bij het programma AM werkt het net zo, met als belangrijkste ‘uitvoerders’ SoZaWe, JOS en OBR. - De programmadirecteur Economie, het programmabureau en de afdeling Economie zijn gehuisvest in het WTC en zijn aangehaakt aan Stadsontwikkeling. ‘Bruggen en bogen’ Om ‘economie’ goed te verbinden met andere werkterreinen van de gemeente worden enkele organisatorische verbindingen tussen de afdeling Economie en andere dienstonderdelen aangebracht: - Het Rotterdam Investment Agency wordt dicht bij het bestuur georganiseerd, met grote zelfstandigheid, maar blijft via het back office van het accountmanagement (verzorgd door de afdeling Economie) verbonden met Economie. - In verband met de reductie van administratieve lasten komt er een verbinding met de gemeentelijke Belastingdienst. - In het kader van aantrekkelijke stad wordt de samenwerking tussen OBR, S&R en DKC versterkt. - Om de verbinding binnen de arbeidsmarktketen ook organisatorisch te versterken, wordt binnen de afdeling Economie het cluster arbeidsmarkt ingericht. - Ter versterking van de economische strategievorming wordt het team economische strategie gevormd.
7.2 Middelen In oktober 2010 heeft de gemeenteraad de begroting voor 2011 vastgesteld incl. een raming voor 2012 en verder. In de begroting is een post opgenomen voor het beleidsveld Economie, waarmee de uitvoering van het Programma Regionale en Stedelijke Economie betaald wordt. Uit onderstaand overzicht blijkt dat er per jaar een bedrag van ca. € 32 miljoen beschikbaar is, waaruit de uitvoering van het programma Regionale en Stedelijke Economie wordt betaald.
Dit is inclusief apparaatskosten (personeel). Na aftrek hiervan is jaarlijks ca. € 17 mln. beschikbaar voor projecten. Tabel 9
Begroting voor het beleidsveld Economie (bedragen * € 1.000,-) begroting 2011
raming 2012
raming 2013
raming 2014
31.423
31.818
31.822
31.822
50
Bijlage
Figuur B
Doel Inspanningen Netwerk weerbaarder
krachtiger
duurzamer
Sterkere economische structuur
Aantrekkelijker vestigingsklimaat
Voldoen aan de vraag naar arbeid in de economie
De concurrentiepostitie van sterke clusters wordt sterker.
Realiseren van 100 investeringsprojecten (succesvolle proposities)
Zie programma Arbeidsmarktontwikkeling
Speerpunten
Speerpunten
Speerpunten
Regionale afstemming - Samen met onze regionale partners pakken wij de uitvoering op van de regionale economische agenda’s.
Versterken accountmanagement - Met de belangrijkste accounts uit het bedrijfsleven (top-100 en MKB) en de instellingen worden jaarlijks gesprekken gevoerd. Hierover wordt viermaandelijks gerapporteerd.
Zie programma Arbeidsmarktontwikkeling
Beter innovatief klimaat - Er is een innovatieagenda; Dit is een door de partners in de regio gedeelde lange termijn visie, een strategie en een aanpak voor het bevorderen van innovatie.
Versterken acquisitie - Eind 2013 zijn er minimaal 100 investeringsprojecten ontwikkeld ten opzichte van begin 2010.
Sterke Clusters - De concurrentiepositie van sterke clusters wordt sterker.
Wegnemen irritaties ondernemers - De irritaties van ondernemers, die hun oorsprong vinden in handelen of nalaten van de gemeente, worden weggenomen.
Innovatie - Opstellen uitvoeringsprogramma Innovatie* - Concrete afspraken maken met kennisinstellingen en relevante bedrijven
Acquisitie van bedrijven* - Acountmanagement top-100 - Bevorderen ondernemerschap • Aanpakken irritatie ondernemers • Verlenen gemeentelijke diensten aan ondernemers • Accountmanagement MKB en instellingen • Uitvoeren startersbeleid • Verlagen administratieve lasten - Creëren vestigingsvoorwaarden • Aanpakken leegstand kantoren* • Revitaliseren bedrijventerreinen* • Aanpak kwetsbare winkelgebieden - Creëren aantrekkelijke stad • Verruimen winkeltijden • Afschaffen precario kleine terrassen - Gebieden: relatie met programma’s Binnenstad, Stadshavens en Zuid
Sterke clusters en stedelijke sectoren - Uitvoeren programma’s sterke clusters en stedelijke sectoren*: • Inzetten op innovatie en kansen rond digitale technologie en duurzame bedrijvigheid (relatie met Programma Duurzaamheid)
Zie programma Arbeidsmarktontwikkeling
* In afstemming en uitvoering met relevante partijen in de regio (buurgemeenten, stadsregio, Rotterdam - Delft, Metropoolregio Rotterdam - Den Haag, Zuidvleugel, Deltri, HBR, EDBR, KVK etc). Versterken Kennis en begrip van de economie - De samenwerkingspartners zorgen voor een actuele, goed onderbouwde SWOT van de regionale economie. Ze werken samen aan: het aanscherpen van de toekomststrategie, input voor het jaarlijks bij te stellen actiepakket programma Economie, stuurinformatie voor de collegeprogramma’s en voor de economie belangrijke beleidsterreinen. ‘Economie’ geeft richting in concern - In alle relevante nieuwe gemeentelijke ruimtelijke, juridische en beleidsmatige kaders is een economische paragraaf opgenomen, waarin staat op welke wijze de economische doelen worden bereikt.
53
Colofon
Uitgave Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam, januari 2011 Informatie Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam Sector Economie 010 205 37 69
[email protected] Grafisch ontwerp Studio Minke Themans Tabellen en figuren Studio Minke Themans i.s.m. Klaar voor gebruik Fotografie cover: Enith en Claire Droppert pagina 5: Daarzijn pagina 7: Enith pagina 11: Jan van der Ploeg pagina 23: Zoe Khouw (Willem de Kooning Academie) pagina 33: Totenmetontwerpen pagina 39: Totenmetontwerpen Oplage 700
54
Programma Regionale en Stedelijke Economie Krachtiger, weerbaarder en duurzamer
Concept