Professionele & communicatieve vaardigheden 3 Logistiek en Economie - jaar 2 - trimester 3
Opdracht 3 Discussie
Kim Goud 113424 Stefan Fritsema 112211 Vera de Bruin 113340 George Melskens 113695 Melvin de Kok 112389 Yorick Plouvier 111067
Juni 2013
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
Inhoudsopgave 1. Opdracht 3 Discussie 1.1 Deelnemers discussie 1.2 4 tot 6 discussiepunten 1.3 Schriftelijke bronnen 1.4 Filmopname discussie 1.5 Observatie discussieleider 1.6 Observatie discussianten
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
3 3 3 3 5 6 8
2
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
Opdracht 3 Discussie Voor deze opdracht is er met twee drietallen een discussie gehouden over een vakinhoudelijk onderwerp, gebruikmakend van de kennis, inzichten en vaardigheden op het gebied van discussiëren en argumenteren die in de bijeenkomsten zijn opgedaan. In dit hoofdstuk zullen de analyses die van deze discussie gemaakt zijn worden besproken. 1.1 Deelnemers discussie Van twee drietallen is een zestal gevormd die voor deze opdracht samen een discussie hebben gevoerd, deze bestaat uit: George Melskens Melvin de Kok (discussieleider) Yorick Plouvier Kim Goud Vera de Bruin Stefan Fritsema 1.2 4 Tot 6 discussiepunten Er is gekozen voor het onderwerp “Bezuinigingen in het onderwijs” en hieronder staan vier discussiepunten die in de discussie zijn behandelt: - Afschaffing basisbeurs studiefinanciering - afschaffing studenten OV-chipkaart - Invoering van de langstudeerboete - Vermindering subsidie per leerling voor scholen 1.3 Schriftelijke bronnen Hieronder staan alle gevonden bronnen die opgezocht en gebruikt zijn voor de discussie. Algemene bronnen: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/middelbaar-beroepsonderwijs http://www.joop.nl/opinies/detail/artikel/4173_afschaffen_studiebeurs_is_elitair/ http://www.lsvb.nl/2013/04/18/geen-ov-kaart-geen-bezuinigingen/ http://financieel.infonu.nl/lenen/103859-sociaal-leenstelsel-argumenten-voor-en-tegen.html Gevolg: van afschaffing basisbeurs studiefinanciering - Geen studiefinanciering studenten gaan niet studeren over een paar jaar kan er een tekort aan hooggeschoolden ontstaan. studenten krijgen geen geld dus gaan ook niet op kamers slecht voor de huizen branche - geen studiefinanciering in plaats van stufi komt er een sociaal leenstelsel studenten moeten dus gaan lenen na de studie gaan studenten hun volgende levensfase in met een studieschuld. studenten zullen hun studie niet ‘nominaal doorlopen’ = er langer dan 4 jaar over doen dus niet binnen het aantal jaar waar de opleiding voor staat. nog een extra jaar langer lenen. ARTIKEL: Iemand met een bruto inkomen van 2.100 euro per maand (30.000 euro per jaar), moet bij een studieschuld die enkel is veroorzaakt door het afschaffen van de studiefinanciering en OVstudentenkaart (17.144 euro + rente), zo’n 11 jaar lang 132 euro van zijn netto salaris (+/- 1600 euro per maand) aan het DUO overmaken. Indien de schuld zelfs nog hoger is dan moet zelfs over de volledige periode van 15 jaar dit bedrag worden afgelost, terwijl er een (groot) deel zal worden
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
3
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
kwijtgescholden. http://www.arnout.eu/2012/11/afschaffen-studiefinanciering-zorgt-voornivellering-in-de-toekomst/ de jeugd gaat gewoon lenen want een deel wordt toch wel kwijtgescholden… Afschaffen basisbeurs studiefinanciering http://nieuws-uitgelicht.infonu.nl/financieel/89240-afschaffen-basisbeurs-studiefinanciering.html Het kabinet ziet het afschaffen van de basisbeurs (onderdeel van de studiefinanciering) als reëele optie, nu er extra bezuinigingen worden doorgevoerd. Het afschaffen van de basisbeurs levert een bezuiniging op van 800 miljoen euro. Het afschaffen van de ov-chipkaart voor studenten zou nog eens 200 miljoen euro extra opleveren. Extra bezuinigingen zijn mogelijk om de overheidsfinanciën op orde te brengen. Nu het kabinet miljarden extra moet bezuinigen, is het niet ondenkbaar dat er een einde komt aan de basisbeurs. De basisbeurs bedraagt € 95,61 voor thuiswonenden en € 266,23 voor uitwonenden. Iedere student die recht heeft op studiefinanciering, ontvangt in ieder geval de basisbeurs voor de officiële duur van de studie. Daarnaast is het mogelijk om een aanvullende beurs aan te vragen, afhankelijk van het inkomen van de ouders of verzorgers. Als de studiefinanciering wordt afgeschaft, zou er een zogenaamd “sociaal leenstelsel” worden ingevoerd. Studenten lenen geld om hun studie te bekostigen, tegen gunstige voorwaarden, zoals een lage rente. Ze betalen na de studie de lening terug als ze werk gevonden hebben. is heel veel geld per jaar (sowieso €95 * het aantal studenten) + soms nog aanvullende beurs. studenten kunnen tegen lage rente lenen + goede regelingen (pas terug betalen als je werk hebt en je moet het terug betalen aan de hand van je inkomen, hoe hoger je inkomen hoe meer je per maand kan aflossen). Als de studiefinanciering – of in ieder geval de basisbeurs – wordt afgeschaft, heeft dat een aantal gevolgen. Studenten zullen een lening af moeten sluiten om hun studie te bekostigen. Volgens het NIBUD geeft een uitwonende student gemiddeld € 1.100 per maand uit. Een simpel rekensommetje leert dat dit € 13.200 per jaar is. Een gedeelte van de kosten kan worden betaald met de inkomsten uit een bijbaantje, maar dat is niet voldoende. Natuurlijk is het geen probleem voor studenten met welgestelde ouders of ouders die geld voor de studie van hun kind opzij hebben gezet. Maar de andere studenten zullen toch echt moeten lenen. Of zij de lening na hun studie af kunnen betalen, is maar zeer de vraag, gezien de situatie op de arbeidsmarkt. Basisbeurs studiefinanciering niet afschaffen: Het afschaffen van de studiebeurs leidt onvermijdelijk tot minder studenten. Ongeveer dertig procent van de jongeren ziet af van een studie als alles geleend moet worden. Dat zijn vooral de minder draagkrachtige jongeren en allochtonen. Verhalen over terugbetalen naar draagkracht, doen daar niets aan af. Als je 18 jaar bent, is een studieschuld van 30.000 euro een hoge drempel. Zonder rijke ouders denk je nog wel drie keer na of je gaat studeren. Extra investeringen in onderwijs financieren met de basisbeurs is een misplaatste koppelverkoop. De maatregel zal als een boemerang terugslaan, omdat Nederland Kennisland leegloopt als een luchtballon. http://www.joop.nl/opinies/detail/artikel/4173_afschaffen_studiebeurs_is_elitair// http://www.joop.nl/opinies/detail/artikel/4173_afschaffen_studiebeurs_is_elitair/
Wat vinden studentenvakbonden van het sociaal leenstelsel? Studentenvakbond LSVB spreekt van een uitermate slechte maatregel voor de toegankelijkheid van het hoger onderwijs. Studenten worden opgezadeld met torenhoge schulden en velen zullen afzien van een studie. De irritatie bij de vakbond wordt nog extra in de hand gewerkt omdat coalitiepartners PvdA en VVD even daarvoor nog prat gingen op afschaffing van de
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
4
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
Langstudeerboete: Universiteiten niet afwijzend over leenstelsel De Vereniging van Universiteiten (VSNU) laat bij monde van voorzitter Louise Gunning weten "niet negatief" te staan tegenover het sociaal leenstelsel. De vereniging beschouwt het leenstelsel als een aansporing voor studenten om hun studie sneller te voltooien. Het zet hen ertoe aan om meer structuur daarin aan te brengen en efficiënter te studeren. Wel is Gunning van mening dat de besparingen die deze maatregel voor de overheid oplevert, moeten terugvloeien naar het onderwijs. http://financieel.infonu.nl/lenen/103859-sociaalleenstelsel-argumenten-voor-en-tegen.html Studentenprotest afschaffing studiebeurs De gemiddelde student heeft na zijn afstuderen een studieschuld van 15.000 euro. Als daar vier jaar lang ook nog eens een bedrag van ruim 260 euro per maand (basisbeurs uitwonende) bij komt, wordt die schuld nóg veel hoger. Studeren wordt zo weer iets voor de welgestelden. Het spreekt dan ook voor zich dat de studenten zich volstrekt niet kunnen vinden in de voorgestelde bezuinigingen van 20 procent. Het moet maar eens afgelopen zijn met de discussie over het al dan niet afschaffen van de basisbeurs vindt men. http://financieel.infonu.nl/lenen/50496-terugbetalen-basisbeurs.html Gevolg afschaffing studenten ov-chipkaart: Momenteel wordt onderzocht op welke manier de OV-kaart wordt vervangen: door een kortingskaart, een trajectkaart of een ander alternatief. http://www.lsvb.nl/2013/04/18/geen-ovkaart-geen-bezuinigingen/ Bij het afschaffen van de OV-kaart zullen de OV-bedrijven directe inkomsten missen, daarnaast zullen studenten ook hun reisgedrag aanpassen, zo zullen zij minder met het openbaar vervoer gaan reizen. Waar mogelijk wordt gekozen voor fiets of zelfs auto, waardoor zeker de lokale vervoerders een klap zullen krijgen. Dit verlies aan inkomsten zullen de OV-bedrijven moeten compenseren en dat kan op twee manieren. Ofwel reizigers gaan meer betalen ofwel de voorzieningen gaan sterk achteruit en het vervoer gaat minder vaak rijden. Beiden zullen ook een nog sterkere achteruitgang van het openbaar vervoer kunnen betekenen. Daarnaast is er nog aan neveneffecten te denken, zoals een grotere druk op autowegen, meer milieuvervuiling en een nog groter fietsprobleem in de studentensteden. De afschaffing van de OV-kaart zal ten nadele zijn van de student, de maatschappij en de overheid. En boven alles: het is geen bezuiniging. Door: Iko Koevoets (algemeen bestuurslid VIDIUS)
1.4 Filmopname discussie Hieronder zijn staan twee links naar Youtube waarop de discussie is geplaatst. De afronding van de discussie paste er helaas niet meer bij vandaar dat film twee opeens abrupt stopt, maar in het echt had Melvin nog de discussie afgesloten. Film 1 http://youtu.be/Xo7b73eDi8Y Film 2 http://youtu.be/aalV4t4E56Y
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
5
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
1.5 Observatie discussieleider Beoordeelde discussiant/discussieleider: Melvin de Kok 1. Hoe leidt hij/zij de discussie in? Is de introductie helder? Melvin zegt in minuut 0.00-0.13 film 1: ‘Goede middag allemaal. Ik wil met jullie praten over de afschaffing van de basisbeurs, het afschaffen van de OV chipkaart, de langstudeer-boete en minder subsidie per leerling’……. De opening van de discussie is kort en niet concreet genoeg. In de opening werd gesproken over de basisbeurs. Er wordt in de opening niet duidelijk waarvoor deze basisbeurs precies is. Vervolgens wordt ‘het afschaffen van de OV-chipkaart’ genoemd. Hier is het niet duidelijk of het over het hele systeem van de OV-chipkaart gaat of dat het alleen over het gratis reizen van studenten gaat. Aan het derde onderwerp kan afgeleid worden dat het over studenten gaat. De opening had beter gekund door betere omschrijvingen te geven van de te bespreken onderdelen. Wanneer dit gebeurt tijdens een discussie waar niet gezamenlijk voorbereidt wordt, kunnen er onduidelijkheden ontstaan. 2. Maakt hij/zij de (open) beginvraag voldoende duidelijk voor iedereen? Melvin zegt in minuut 0.13-0.16 film 1: ‘Wat vinden jullie daarvan?’ Ook deze vraag is niet concreet genoeg. Na de inleiding wordt met deze vraag niet bekend welk onderdeel Melvin wil bespreken. Een betere openingsvraag zou kunnen zijn: ‘Wat vinden jullie ervan dat studenten een bijdrage krijgen voor het betalen van hun studie?’ Door op een andere manier de vraag te stellen, wordt het onderwerp voor deelnemers duidelijker. 3. Stelt hij/zij geschikte (open) deelvragen? Melvin zegt in minuut 05.35 – 05.56 film 1: ‘Ja inderdaad, binnen de logistiek is een grote vraag naar mensen en wanneer het straks economisch beter gaat komt er door de belemmering misschien een tekort. Wat vinden jullie daarvan?’ Melvin probeert hier vooruit te kijken naar de gevolgen van het afschaffen van de studiefinanciering. 4. Vat hij/zij tussentijds bijdragen van discussianten adequaat samen? Tussentijds zijn er geen samenvattingen gegeven. 5. Maakt hij/zij notities t.b.v. het samenvatten? Nee, Melvin maakt geen aantekeningen tijdens de discussie. Hierdoor zou hij mogelijk punten kunnen missen tijdens het schrijven. 6. Vat hij/zij samen bij overgangen, dus voor hij/zij naar de volgende vraag gaat? Melvin vat niet samen wat er gezegd is tijdens de discussie. Hij vat wel samen wat het volgende punt is wat besproken gaat worden. Met deze samenvatting probeert hij duidelijkheid te creëren over het te bespreken onderwerp. 07.40 – 07.55 film 1 Door dat er aan het einde geen samenvattingen gegeven zijn, komen de onderdelen met een klap tot een einde. In het deel waar de samenvatting wel gegeven werd, verliep de overgang beter. 7. Is de overgang naar de volgende vraag logisch? De volgorde uit de inleiding is aangehouden: - Afschaffing basisbeurs studiefinanciering - afschaffing studenten OV-chipkaart - Invoering van de langstudeerboete - Vermindering subsidie per leerling voor scholen
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
6
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
De volgorde van de verschillende onderwerpen kan op verschillende manieren opgebouwd worden. Deze opbouw is niet verkeerd. Eerst komen de onderwerpen aan bod die betrekking hebben op de ontvangst van middelen, daarna wordt gesproken over mogelijke straffen en vervolgens wordt de overheid erbij betrokken. Een andere mogelijkheid had kunnen zijn om eerst de afschaffing van de studiefinanciering aan te halen. Daarna verder gaan met het verlagen van de subsidie, vervolgens de langstudeer boete en afsluiten met het afschaffen van het studentenreisproduct. In deze opstelling kunnen de eerste twee onderwerpen aan elkaar verbonden worden omdat deze veel met elkaar te maken hebben. 8. Brengt hij/zij verschillen en gemeenschappelijkheden tussen discussianten helder op tafel? Nee. Melvin heeft soms ook actief deelgenomen aan de discussie. Hierdoor heeft hij een kant gekozen en heeft niets gezegd over gemeenschappelijkheden. 9. Signaleert hij/zij uitweidingen en afdwalingen van het onderwerp en hoe grijpt hij/zij dan in? Tijdens het onderwerp langstudeer boete(08.18-08.36 film 2) werd afgedwaald naar de keuze van de opleiding. Dit heeft niet veel met het onderwerp te maken maar Melvin liet de discussie lopen 10. Wat doet hij/zij bij voorbarige opmerkingen en herhalingen? Melvin merkt geen herhalingen op. Kim zei twee keer in korte tijd (01.55 – 2.00 film 2 en 03.05-03.15 film 2) dat zij haar OV-kaart voor meer gebruikt dan nodig is. Melvin heeft hier niets van gezegd. 11. Op welke manier sluit hij/zij de discussie af? Melvin zegt: (Dit is helaas buiten de opname gevallen) ‘Op welk gebied kan volgens jullie het meest bezuinigd worden?’ Met deze vraag zorgt Melvin ervoor dat er nog een keer over de punten van de discussie nagedacht wordt. Het is eigenlijk een rondvraag die bij iedere vergadering ter afsluiting wordt gesteld. 12. (Waaraan) kun je merken dat hij/zij (niet) neutraal blijft in de discussie? Op verschillende momenten doet Melvin mee aan de discussie. Door bijvoorbeeld het woord ‘inderdaad’ en ‘natuurlijk te gebruiken kiest hij al een kant. 01.22 – 01.33 film 1 00.56 – 01.08 film 2 13. (Hoe) reageert hij/zij op (non-)verbale signalen van deelnemers? Melvin luistert vaak aandachtig naar de discussie. Wanneer hij iets wil zeggen gaat hij rechtop zitten en probeert hij ruimte te vinden. Wanneer hij merkt dat er niets meer gezegd wordt, gaat hij verder naar het volgende punt. 14. Signaleert hij/zij onduidelijkheden bij deelnemers en hoe reageert hij hierop Wanneer Yorick niet uit zijn woorden komt en zijn punt niet helemaal duidelijk is, vat Melvin zijn zin samen op een andere manier waardoor dit wel duidelijk is. 06.20-06.25 film 1 15. Hoe reageert hij/zij wanneer een deelnemer zich rechtstreeks tot hem richt? Wanneer Vera het totaal niet eens is met Melvin, gaat Melvin even goed zitten om klaar te zijn voor een reactie. Dit doet hij waarschijnlijk automatisch maar dat geeft wel aan dat hij strijdvaardig is. 01.33 – 01.45 film 1 16. Wat doet hij/zij om te bereiken dat deelnemers op elkaar reageren? Melvin probeert George vaak het woord te geven zodat hij kan reageren op wat ervoor gezegd is. 03.34 film 1 Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
7
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
17. (Hoe) zorgt hij/zij dat alle deelnemers voldoende inbreng hebben? Melvin probeert meerdere keren anderen het woord te geven. Hij doet dit tijdens de video 2 keer bij naar George. 03.34 film 1 18. (Hoe) probeert hij/zij 'veelpraters' af te remmen en stille deelnemers te motiveren? Melvin houd nauwelijks rekening met veelpraters. Hij probeert George soms het woord te geven maar Stefan heeft ook niet heel veel gezegd. 19. Wat doet hij/zij als deelnemers door elkaar praten en/of elkaar in de rede vallen? In alle gevallen heeft dit zichzelf opgelost. Hier heeft Melvin niets voor hoeven doen. 20. Wat doet hij/zij als de discussie stokt of te traag verloopt? Op het einde van het punt studiefinanciering valt een stilte. Melvin verbreekt deze stilte door met het volgende onderwerp door te gaan. 07.40 film 1 21. Heeft hij/zij de tijd goed verdeeld? Wat doet hij/zij om de tijd te bewaken? Melvin heeft voor zich zijn telefoon liggen waar de tijd op te zien was. Hiermee heeft hij de discussiepunten goed verdeeld.
1.6 Observatie discussianten Beoordeelde discussiant: Kim Goud 1. In welke mate heeft hij/zijn inbreng in de discussie? Zijn er veel/weinig, lange/korte bijdragen? Kim levert aan de discussie veel korte bijdragen, vaak bevestigd ze een mening van een andere discussiant door “Ja” te zeggen of herhaald ze stukken van andere. Daarnaast geeft ze af en toe ook haar eigen mening, onderbouwd met feiten. 2. (Hoe) toont hij/zij betrokkenheid bij het onderwerp? Tijdens deze discussie is Kim betrokken bij het onderwerp, ze mengt zich vaak in het gesprek en voegt vaak kleine feiten/eigen mening toe aan de standpunten van andere discussianten. Zoals bij film 1 minuut 02.44 [Stefan: “…ouders geld zat.” Kim: “Dus die hebben het wel hard nodig.” Stefan: “Ja…”] En net zoals bij film 1 minuut 06.55 wanneer Stefan zijn mening heeft verteld over interne opleiding volgen bij een bedrijf [Vera: ”..Ja inderdaad kom je niet meer ergens anders aan de bak.” Kim: “Ja, als je een opleiding hebt is het altijd makkelijker.”] Voor de rest in de discussie brengt Kim 2/3 keer een eigen stuk/mening in de discussie. Dit is vergeleken met de rest van de groepsleden, op Stefan na, vrij weinig. 3. Hoe reageert hij/zij op de discussieleider? Kim reageert in deze discussie zelden op de discussieleider, er is een moment in film 2 bij minuut 06.35 wanneer zij het eens is met de discussieleider en zijn zin af maakt en nog een eigen argument toevoegt. 4. Op wie reageert hij/zij vaak en op wie juist niet? Kim reageert eigenlijk op elk groepslid even veel, vaak door een toevoeging te geven aan een argument/mening van een ander groepslid.
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
8
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
5. Wanneer was er strijd om de gespreksbeurt? In film 2 minuut 01.50 is er een moment met Stefan om de gespreksbeurt. Kim wilt hier in gaan op het argument van Yorick, maar Stefan wil hier ook wat over zeggen en onderbreekt Kim wanneer ze net “Ja, maar uhm ik..” heeft gezegd. 6. Lukte het wel/niet om aan het woord te komen en waardoor kwam dat? Uiteindelijk kwamen ze om de beurt aan het woord. Eerst kwam Stefan aan de beurt en maakt hij zijn zin af daarna zegt Kim wat ze wilde zeggen. 7. Interrumpeert hij/zij anderen of wordt hij door anderen in de rede gevallen? Welk effect heeft dat? Kim wordt een aantal keer in de rede gevallen in het gesprek, ook valt ze zelf een aantal keergroepsleden in de rede. Zoals bijvoorbeeld bij film 2, minuut 06.02 hier is de discussieleider net aan het woord geweest en Kim en Yorick willen beide wat zeggen en vallen elkaar hier in de rede. Het komt vaker voor in het gesprek dat het lijkt of Kim aan het woord wil komen maar dan uiteindelijk niks zegt en andere groepsleden het overnemen en uiteindelijk aan het woord komen. Zo is in film 2 rond de 3 minuut 35 een aantal momenten achter elkaar dat Kim zegt: “Ja,…” en vervolgens stil valt. Ze zegt dit op een manier of ze een zin wilt beginnen maar dan uiteindelijk niet weet wat ze wilt zeggen. Van dit soort momenten heeft ze vaker in de discussie, dit komt over of ze niet zeker is van zichzelf wat ze wilt gaan zeggen. 8. Karakteriseer de inbreng en reacties van de discussiant: A. vragen stellen aan Kim stelt geen vragen in de discussie. B. antwoord geven op In film 2 minuut 03.00 stelt Stefan de vraag aan de groep “wat denken jullie er dan van als die kaart voor een traject wordt uhh wordt gebruikt?” Hier op antwoord Kim meteen en geeft haar mening hierover doordat ze zegt dat dit ook een goede oplossing zou kunnen zijn. C. (vak)inhoudelijk (extra) informatie geven door In het begin van het gesprek wanneer Melvin het onderwerp heeft ingeluid en Yorick al zijn mening hierover heeft gegeven, is er wat verwarring bij andere groepsleden wat er precies wordt bedoelt. Hier geeft Kim extra informatie over studiefinanciering voor de verduidelijking. (film 1 minuut 0.37) D. eigen mening geven over In het eerste filmpje bij minuut 03.57 gaat Kim tegen George in, zij geeft hier haar eigen mening over de afschaffing van studiefinanciering. E. argumenten aandragen bij Kim geeft in film 2 minuut 01.55 een eigen argument over het gebruik van de ov chipkaart, doormiddel van een persoonlijke ervaring. Dat zij zelf namelijk de ov chipkaart wel eens gebruikt voor geen schoolgerichte doeleinden. F. aanvullingen op anderen, nl In film 2 minuut 07.18 praat Vera over de voorbereiding op keuze van je vervolg opleiding, hier geeft Kim een aanvulling op door te zeggen “Ja, er zijn zoveel meeloopdagen en..”
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
9
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
G. herhalingen van anderen, nl: In film 1 minuut 06.50 herhaalt/ vat Kim samen wat Vera en Stefan zeggen, dat je namelijk zonder diploma niet veel kan. Kim zegt dat door: “Als je een opleiding hebt is het altijd makkelijker, dan heb je iets om op terug te vallen.” H. sturen van het proces/de structuur, door In deze discussie is Kim niet de persoon die de discussie stuurt of bijstuurt. I. aanvullende bijzonderheden Tijdens deze discussie zijn er geen aanvullende bijzonderheden opgevallen. 9. Welke van de rollen van Belbin zijn van toepassing op de deelnemers en waarom? Wat is de invloed van deze rollen op het verloop van de discussie? Kim neemt de rollen van bedrijfsman in combinatie met zorgdrager op zich deze discussie. Ze had zich namelijk goed voorbereid op de discussie, maar heeft weinig van haar voorbereidde argumenten gebruikt. Verder luisterde ze tijdens de discussie goed naar wat andere personen te zeggen hadden en wanneer ze wist dat ze een goed statement had zei ze dit, anders hield ze haar mond en bevestigde ze alleen de mening van een ander persoon.
Beoordeelde discussiant: George Melskens 1. In welke mate heeft hij inbreng in de discussie? Zijn er veel/weinig, lange/korte bijdragen? George mengt zich over het algemeen niet vaak in de discussie. In de 25 minuten is George acht keer aan het woord. Maar dit is dan meestal van korte duur. Tijdens deze keren dat hij aan het woord is verteld hij meestal even zijn mening de gespreksstof, maar vormt niet echt een standpunt. 2. (Hoe) toont hij betrokkenheid bij het onderwerp? George toont zijn betrokkenheid, door een wedervraag te stellen naar die gene die aan het woord is. Of wanneer hij het met iemands mening eens is, dan betrekt hij zich tot het gesprek. 3. Op wie reageert hij vaak en op wie juist niet? Er zijn niet bepaalde personen waar George juist vaak of niet vaak op reageert. De enige personen waar George vaker op reageert dan de rest. Zijn Melvin de Kok (discussie leider) en Kim Goud. En dit is meestal in het verband dat hij en met die gene er niet mee eens is of dat er iets op hem wordt gevraagd. 4. Hoe reageert hij op de discussieleider? George heeft niet vaak interactie met de discussieleider. Het enige moment wanneer zei met elkaar te maken hebben. Is wanneer de discussieleider de mening van George vraagt over het onderwerp. 5. Wanneer was er strijd om de gespreksbeurt? De enigste keren dat er mogelijk spraken is van strijd om de gespreksbeurt, zijn op 3.45 minuten in film 1 en om 8.45 minuten in film 1. Maar op deze momenten is George al aan het woord en probeert iemand er tussen door aan het woord te komen. Maar George laat zich zelf uitspreken waardoor die gene vanzelf George ook laat uitspreken. 6. Lukte het wel/niet om aan het woord te komen en waardoor kwam dat? Uiteindelijk kon George aan het woord blijven. En dit door alleen zijn zinnen wil afmaken, waardoor de rest vanzelf respect krijgt om George uit te laten praten.
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
10
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
7. Interrumpeert hij anderen of wordt hij door anderen in de rede gevallen? Welk effect heeft dat? Op 3.30 minuten en 6.50 minuten van het tweede deel van het gesprek, probeert George in de reden te vallen. In 3.30 minuten probeert George ertussen te komen, maar dan ziet hij dat Melvin net wat eerder aan het woord was. Waardoor hij Melvin toch laat uit praten. Het effect hiervan is dat George later niet meer aan het woord komt om dat gene te vertellen wat hij wilde vertellen. Op 6.50 minuten film 2 daarentegen wil George door de menigte wel zijn mening geven. En blijft ook door praten tot dat iedereen zich gedeisd houdt en hij rustig kan vertellen wat hij wilde zeggen. Het effect hiervan is, wanneer George door iedereen heen praat en toch blijft praten. Houd vanzelf iedereen zijn mond en kan hij dat gene vertellen dat hij duidelijk wil maken. 8. Karakteriseer de inbreng en reacties van de discussiant: A. vragen stellen aan Vragen stellen aan Vera, en 2x aan de hele groep. B. antwoord geven op Antwoord geven op de discussie leider 2x en Stefan. C. (vak)inhoudelijke (extra) informatie geven over George geeft in deze discussie geen (vak)inhoudelijke (extra) informatie. D. eigen mening geven over In film 1 minuut 3.30 tot en met 3.58 geeft George duidelijk zijn mening over het onderwerp wat Yorick aankaart. Op dit onderwerp wordt in eerste instantie veel kritiek gegeven waarna George vervolgens Yorick ondersteunt, door zijn mening hierover te uiten. In deze passage gaat het over het feit of de studiefinanciering wel/niet moet worden afgeschaft. E. argumenten aandragen bij In de passage van 8.45 minuten in film 1 geeft George zijn mening over het afschaffen van de studiefinanciering en de ov-chipkaart. Hij vindt dat deze 2 aspecten niet mogen worden afgeschaft. Dit beargumenteerd hij, door te zeggen dat er daardoor minder mensen gaan studeren en dus minder hoog opgeleiden in de maatschappij zijn. F. aanvullingen op anderen, nl Op 8.00 in film 1 geeft George een aanvulling op Vera en Kim. In deze passage vraagt de discussie leider, wat de rest vind over het afschaffen van de ov-chipkaart. Hierna geven Kim en Vera eerst een bevestiging dat ze het hier niet mee eens zijn. Waarop George vervolgens ook een bevestiging met een aanvulling daarop geeft, waarom hij het daar ook niet mee eens is. In minuut 5.04 tot en met 5.18 van het tweede deel geeft George weer een bevestiging met daarna een aanvulling over zijn eigenmening. In deze aanvulling geeft hij duidelijk weer dat hij de boete een goed principe vindt, maar dat de regels wel iets versoepeld mogen worden. G. herhalingen van anderen, nl George herhaalt niets in deze discussie. H. sturen van het proces/de structuur, door Sturen van het proces/ de structuur, door een wedervraag te stellen op Yorick. Dit doet hij op minuut 1.45 in film 1. Hij wil hier meer duidelijkheid krijgen op het standpunt van Yorick. In de passage 6.45 tot en met 7.10 stuurt George het gesprek even een andere
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
11
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
kant op door een nieuw aspect over het probleem aan te kaarten. Door de opmerking ’’Heel veel studenten maken in hun eerste jaar de verkeerde keuze, waardoor ze van de opleiding af gaan.’’ Hierdoor wordt de kern van de discussie op dat moment verplaatst naar de opmerking van George. I. aanvullende bijzonderheden George heeft in deze discussie geen aanvullende bijzonderheden. 9. Welke van de rollen van Belbin zijn van toepassing op de deelnemers en waarom? Wat is de invloed van deze rollen op het verloop van de discussie? George heeft wat trekjes van een ‘’Groepswerker’’ (rood). Dit omdat hij vooral veel luistert naar wat er gezegd wordt. Hij kan zich goed inleven in beide partijen van een discussie en geeft vervolgens de mening waarvan hij denkt dat dit het beste voor de maatschappij is. En een klein beetje ‘’Waarschuwer’’ (blauw). Dit vanwege het feit dat George eerst goed luistert naar wat er gezegd wordt. Dan gaat hij denken over het onderwerp en geeft vervolgens zijn mening over de andere kant van het verhaal waar niet iedereen op dat moment aan dacht. Beoordeelde discussiant: Stefan Fritsema 1. In welke mate heeft/zij inbreng in de discussie? Zijn er veel/weinig, lange/korte bijdragen? Stefan heeft weinig bijdrage geleverd aan deze discussie in vergelijking met andere groepsleden. 2. Hoe toont hij/zij betrokkenheid bij het onderwerp? Stefan is betrokken bij de onderwerpen die besproken worden. Hij mengt zich in de discussie en praat over de meesten onderwerpen mee. Soms reageert hij wel weinig tot niet bij bepaalde onderwerpen of discussie. 3. Op wie reageert hij vaak en op wie juist niet? Hij reageert niet in het bijzonder op een bepaalde persoon wel of niet. Het is lastig te bepalen op wie hij reageert en op wie niet, omdat Stefan vrij weinig inbrengt tijdens de discussie. Door dat hij terughoudend is met inbrengen reageert hij bijna alleen maar als iedereen hem de kans geeft en er een kleine stilte valt. 4. Hoe reageert hij/zij op de discussieleider? Hij reageert niet direct op de discussieleider als deze een nieuw onderwerp of aanvullende vraag stelt aan de groep. Anderen discussianten reageren feller waardoor Stefan geen kans krijgt om er tussen te komen met zijn terughoudendheid. 5. Wanneer was er strijd om de gespreksbeurt? Er was tijdens de discussie verschillende strijd om de gespreksbeurt. De strijd was niet langer dan 30 seconden. 6. Lukte het wel niet om aan het woord te komen waardoor kwam dat? In het begin van de discussie zegt Stefan de eerste 3 minuten niks. Aan zijn lichaamstaal is te zien dat hij wel wat wil inbrengen maar dat hij telkens weer twijfelt en dan afhaakt. 7. Interrumpeert hij anderen of wordt hij door anderen in de rede gevallen? Welk effect heef dat? Hij wordt door andere niet in de rede gevallen en valt zelf ook niemand in de rede. Dit wordt ook mede veroorzaakt doordat hij terughoudend in de discussie staat.
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
12
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
8. Karakteriseer de inbreng en reacties van de discussiant: Film 1 (2.50) Hij geeft antwoord op waar Vera heeft verteld dat studenten het zelf moeten betalen ondanks dat de ouders genoeg verdienen. De ouders verdienen dus genoeg om ook nog de studie voor hun kinderen te betalen. (03.17) Stefan geeft hierbij antwoord op dat er heel studenten geen steun van hun ouders krijgen. Ook al hebben die ouders geld genoeg. (4.40) Stefan geeft een aanvulling op Yorick en zegt Dat een paar mensen het kunnen betalen. Mensen met een gemiddeld inkomen kunnen het dan niet meer financieren. (6.52) Er wordt een aanvulling gedaan op Yorick. Hij zegt dat er zonder diploma in tijden van crisis het heel lastig is om aan een baan te komen (09.27) Stefan stelt een algemene vraag aan alle discussianten . De vraag is of mensen die naar een stad verhuizen dan ook een ov-chipkaart moeten krijgen.
Film 2 (1.54) Stefan geeft een aanvulling en zegt dat studenten meer in meer in de stad blijven omdat ze daar wonen. (02.20) Stefan reageert nu op de discussieleider en geeft hierbij een passend antwoord op. (02.58) De discussiant komt met een voorstel voor traject kaart. De overige discussianten reageren hier goed op en komen met verschillende aanvullingen. Als vervolg wordt er tijdens discussie over de werking van een de traject kaart gepraat. Hierbij stuurt het proces door een nieuw onderwerp te introduceren. (07.16) Hij zegt dat een student makkelijk een verkeerde keuze kan maken en dat de langstudeerboete dus niet moet gelden. (09.21) Hij geeft een aanvulling op een andere discussiant en zegt dat het tijdens de meeloopdagen mooi wordt voorgespiegeld.
9. Welke van de rollen van Belbin zijn van toepassing op de deelnemers en waarom? Wat is de invloed van deze rollen op het verloop van de discussie? Stefan is volgens de rollen van Belbin een zorgdrager, hij is rustig en introvert. Tijdens de discussie houdt hij vooral in de gaten over niks wordt overgeslagen. Wanneer hij van iets zeker is dan durft hij het te melden tijdens de discussie. Het belangrijkste kenmerk is dat Stefan innerlijk gespannen is. Dit is te herkennen aan de onrustige houding die hij aanneemt wanneer hij niet aan woord is. Daarnaast als hij aan het woord wil komen wordt de onrustige houding erger.
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
13
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
Beoordeelde discussiant: Vera de Bruin 1. In welke mate heeft hij/zij inbreng in de discussie? Zijn er veel/weinig, lang/korte bijdragen? Vera heeft een goede bijdrage geleverd tijdens de discussie. Bij de inleiding van het eerste onderwerp: ‘Afschaffing van de basisbeurs studiefinanciering’, ontstaat er wat verwarring. Vera vat samen wat Yorick heeft gezegd en vraagt vervolgens wat er nou precies bedoelt wordt. Ze heeft dan ook een lange bijdrage tijdens de discussie. 2. (Hoe) toont hij/zij betrokkenheid bij het onderwerp? Vera toont betrokkenheid bij het onderwerp door zichzelf als voorbeeld te nemen. Hierdoor krijgt het onderwerp een andere wending en wordt er via een ander opzicht tegen het onderwerp aangekeken. De meeste studenten gebruiken de studiefinanciering om leuke dingen te doen, maar sommige studenten gebruiken de studiefinanciering echt om zijn of haar studie te betalen. 3. Op wie reageert hij/zij vaak en op wie juist niet? Vera reageert niet specifiek wel of juist niet op iemand tijdens de discussie. Ze reageert op het gene wat gezegd wordt. Vera is niet terughoudend en zegt duidelijk wat ze ervan vindt. 4. Hoe reageert hij/zij op de discussieleider? Vera reageert geïnteresseerd naar de discussieleider toe. Als de discussieleider het onderwerp toelicht luistert ze aandachtig en ligt vervolgens haar mening toe. 5. Wanneer was er strijd om de gespreksbeurt? Toen het onderwerp ‘afstudeer boete’ aan de orde kwam, was er enige strijd om een gesprekbeurt. Iedereen had er duidelijk een andere mening over dus er kon goed gediscussieerd worden. 6. Lukte het wel/niet het om aan het woord te komen en waardoor kwam dat? Het lukte Vera prima om aan het woord te komen. Als ze haar mening wilde geven onderbrak ze iemand of reageerde meteen nadat iemand zijn of haar mening had geformuleerd. Het was op sommige momenten een wat rustigere discussie, het was op deze momenten dus geen probleem om aan het woord te komen. 7. Interrumpeert hij/zij anderen of wordt hij/zij door anderen in de rede gevallen? Welk effect heeft dat? Als Vera iets wilde zeggen wist ze diegene op het juiste moment te onderbreken. Het is meerdere malen voorgekomen dat Vera bijvoorbeeld Yorick of Kim onderbrak en haar mening gaf over hetgeen wat Yorick of Kim dan had gezegd. Dit heeft als effect dat er echt een discussie los barst tussen deze twee discussianten. 8. Karakteriseer de inbreng en reacties van de discussiant: A. vragen stellen aan Vera stelt zelf geen vragen aan discussianten aangezien Melvin die taak meer op zich neemt. Wel reageert ze soms in vragende vorm. In het film 2 van de discussie minuut 01.22 wordt er gesproken over een eventuele korting. Hierop reageert Vera: ‘Korting?’. B. antwoord geven op In film 2 van de discussie komt het onderwerp ‘lang studeer boete’ aan de orde. Kim vraagt zich af of de boete ook geldt als je na deze opleiding nog een vervolg opleiding gaat doen. Hier wordt vervolgens op ingegaan door Stefan en uiteindelijk geeft Vera nog een duidelijke uitleg waarin ze antwoord geeft op Kim haar vraag.
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
14
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
C. (vak)inhoudelijk (extra) informatie geven over In het film 2 van de discussie in minuut 08.39 legt Vera uit, wat ze op haar middelbare school allemaal deden om de studenten zo goed mogelijk voor te bereiden op het beroepsonderwijs. Door middel van opleiding voorlichting avond. D. eigen mening geven over In meerdere delen van de discussie geeft Vera haar eigen mening. In minuut 09:04 van deel twee zegt Vera dat het de eigen schuld is van de studenten als ze een foute keuze maken. Ook zegt ze dat studenten zich er goed op voor kunnen bereiden dus dat een foute keuze maken niet nodig is. E. argumenten aandragen bij Gedurende de discussie draagt Vera argumenten aan. Over elke onderwerp heeft ze haar mening bijgedragen. F. aanvullingen op andere, nl In minuut 00.27 van film 2 vult Vera Melvin aan door te zeggen; ‘dat moet je sowieso doen anders krijg je geen studenten OV’. G. herhalingen van anderen, nl Vera vat af en toe wel samen wat een andere discussiant heeft gezegd en formuleert vervolgens haar mening daarop. H. sturen van het proces/ de structuur, door Deze taak ligt meer bij de discussieleider. Melvin nam dan ook de taak op zich om het proces duidelijk te sturen zodat de structuur erin bleef. I. aanvullende bijzonderheden Er zijn geen aanvullende bijzonderheden opgetreden gedurende de discussie. Welke van de rollen van Belbin zijn van toepassing op de deelnemers en waarom? Wat is de invloed van deze rollen op het verloop van de discussie? Vera is tijdens de discussie een groepswerker, ze is stabiel en niet overheersend. Als er iets niet duidelijk is, legt ze het uit zodat alle discussianten het begrijpen. Ook al onderbreekt ze af en toe wel een discussiant, luistert ze wel goed naar wat hij/zij te zeggen heeft. Vera zou ook geschikt zijn voor een leidinggevende rol aangezien ze rust en structuur behoudt. Beoordeelde discussiant: Yorick Plouvier 1. In welke mate heeft hij/zij inbreng in de discussie? Zijn er veel/weinig, lange/korte bijdragen? Hij heeft een goede inbreng in de verschillende discussies. Dit komt doordat hij over vrijwel ieder onderwerp een goede onderbouwde mening heeft en deze ook laat horen. De lengte van de bijdrage verschilt per onderwerp. 2. Hoe toont hij/zij betrokkenheid bij het onderwerp? Door zijn mening goed naar voren te brengen en af en toe met voorbeelden uit zijn eigen ervaring te komen. 3. Op wie reageert hij/zij vaak en op wie juist niet? Hij reageert vaak op Kim en Vera. Op George, Stefan en Melvin reageert hij minder vaak.
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
15
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
4. Hoe reageert hij/zij op de discussieleider? Door vaak direct zijn mening te geven nadat de discussieleider iets gezegd heeft. Een voorbeeld hiervan is als de discussieleider zegt dat er een tekort aan hoger opgeleiden zal komen als er bezuinigd wordt. Hierop antwoord hij dat er dan toch nog een aanvullende beurs is voor de minder rijken, dit stukje is terug te vinden vanaf minuut 5.00 in film 1. 5. Wanneer was er strijd om de gespreksbeurt? Toen er tijdens het gesprek begonnen werd over de langstudeer boete. Over dit onderwerp hadden verschillende personen een andere mening waardoor er goed over gediscussieerd kon worden. 6. Lukte het wel/niet om aan het woord te komen en waardoor kwam dat? Het lukte hem meestal erg gemakkelijk om aan het woord te komen door op het juiste moment iemand te onderbreken of na een discussie zijn eigen mening over het huidige onderwerp te geven. 7. Interrumpeert hij/zij anderen of wordt hij door anderen in de rede gevallen? Welk effect heeft dat? Tijdens de gehele discussie is er vrijwel geen sprake van interruptie. Als hij anderen interrumpeert wordt dit op een subtiele manier gedaan, andersom is dit ook zo. 8. Karakteriseer de inbreng en reacties van de discussiant: A. vragen stellen aan Hij stelt geen vragen aan anderen, dit komt doordat de discussieleider (Melvin) deze taak voornamelijk op zich neemt. B. antwoord geven op Film 1 minuut 0.16: Antwoord geven op de openingsvraag van Melvin, hij vraagt hier aan de gehele groep wat ze vinden van de afschaffing van de basisbeurs. Zijn antwoord hierop is dat hij vindt dat de studiefinanciering afgeschaft moet worden behalve voor de ouders die een inkomen hebben dat onder een bepaalde grens komt. C. (vak)inhoudelijke (extra) informatie geven over Film 1 minuut 3.02: Hij geeft meer informatie en zijn mening over het onderwerp dat betrekking heeft op de studiefinanciering en het leenstelsel. D. eigen mening geven over Film 2 minuut 5.15: hier geeft hij zijn mening over de langstudeer boete, hier laat hij duidelijk merken dat hij het goed vindt omdat er extra druk op de student komt te staan waardoor ze beter hun best gaan doen om hun opleiding zo snel mogelijk af te ronden en dus te halen. E. argumenten aandragen bij Film 2 minuut 9.06: argumenten aandragen bij het onderdeel dat gaat over de langstudeer boete. Hij geeft enkele argumenten waarom hij vindt dat studenten op de middelbare school meer geholpen moeten worden bij het zoeken naar de juiste studie. F. Aanvullingen op anderen, nl Film 2 minuut 2.03: aanvulling op Kim die verteld dat ze de OV-chipkaart vaak voor recreatieve doeleinden gebruikt, hij vult haar hier op aan om te vertellen dat het daar eigenlijk niet voor bedoeld is.
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
16
Professionele & Communicatieve vaardigheden 3
G. herhalingen van anderen, nl Film 2 minuut 5.52: hij herhaalt/vult aan op het stuk dat Melvin verteld dat de overheid de rest van het bedrag betaald. H. sturen van het proces/structuur door Film 2 minuut 1.45: hij stuurt het proces door te beginnen over mensen die in de zelfde stad wonen als waar ze ook studeren. Hierdoor ontstaat er een nieuw deelonderwerp en een nieuwe discussie tussen verschillende groepsleden. I. Aanvullende bijzonderheden Tijdens de discussie zijn er geen aanvullende bijzonderheden opgevallen. 9. Welke van de rollen van belbin zijn van toepassing op de deelnemers en waarom? Wat is de invloed van deze rollen op het verloop van de discussie? Hij is een onderzoeker, dit komt doordat hij het meeste overeenkomt met deze kenmerken. Hij is namelijk stabiel, dominant en extrovert. Daarnaast weet hij zich gemakkelijk te mengen in een discussie.
Kim Goud - Stefan Fritsema - Vera de Bruin - George Melskens - Melvin de Kok - Yorick Plouvier
17