Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
Auteur
Merlijn Draisma
Laatst gewijzigd
02 June 2015
Licentie
CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie
Webadres
http://maken.wikiwijs.nl/52286
Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, vergelijkt, maakt en deelt. Stel zo voor iedere onderwijssituatie de optimale leermiddelenmix samen.
Inhoudsopgave Wat is de persoonsvorm en hoe vind ik die in een zin? De persoonsvorm vinden met de tijdproef en de vraagproef Oefenen met de tijdproef en de vraagproef Spelling persoonsvorm in de tegenwoordige tijd Oefenen met werkwoordspelling in de tegenwoordige tijd ? Voor de pro's: waarom is de persoonsvorm zo'n belangrijk werkwoord? Samenvatting Meer weten?
Over dit lesmateriaal
Pagina 1
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
Wat is de persoonsvorm en hoe vind ik die in een zin? In deze les leer je wat een persoonsvorm is, waarom deze belangrijk is voor je kennis van de Nederlandse taal en spelling, en hoe je een persoonsvorm kunt vinden.
Pagina 2
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
De persoonsvorm vinden met de tijdproef en de vraagproef In elke zin staan werkwoorden (ww). Dat zijn woorden in een zin die vertellen wat iets of iemand doet of overkomt. Bijvoorbeeld: Jan drinkt een glas cola. Of: Ik moet mijn huiswerk maken. In die laatste zin staan zelfs twee werkwoorden. Net als in de zin: De jongens hebben hun best gedaan. Eén van de werkwoorden in de zin is altijd de persoonsvorm (pv). De rest van de werkwoorden zijn of een infinitief (het hele werkwoord: maken) of een voltooid deelwoord (gedaan). Er zijn twee manieren om de persoonsvorm in een zin te vinden: 1: de tijdproef: je zet de zin een andere tijd. Je maakt dus van een zin in de verleden tijd een zin in de tegenwoordige tijd, of andersom. Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm. Ik moet mijn huiswerk maken wordt Ik moest mijn huiswerk maken | moet is dus de persoonsvorm. 2: de vraagproef: je maakt van een (niet-vragende) zin een vraagzin. Het werkwoord dat vooraan in de zin komt staan, is de persoonsvorm. Jan drinkt een glas cola wordt Drinkt Jan een glas cola? | Drinkt is dus de persoonsvorm LET OP: Als een zin in de vragende vorm (Wie helpt mij met afwassen?) staat, kun je er natuurlijk niet opnieuw een vraag van maken. Je kunt dan twee dingen doen: Kijken naar het eerste werkwoord in de zin: Wie helpt mij met afwassen? Of alsnog de tijdproef toepassen: Wie hielp mij met afwassen?
Pagina 3
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
Oefenen met de tijdproef en de vraagproef Hieronder vind je vier oefeningen voor het vinden van de persoonsvorm. Let op: de laatste oefening is alleen voor gevorderden...
Pagina 4
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
de persoonsvorm vinden met de tijdproef kn.nu/p46j5
1. Zet de onderstaande zinnen in een andere tijd. Het werkwoord in de zin dat verandert, is de persoonsvorm. 2. wijs met de muis van je computer de persoonsvorm aan.
Zet de onderstaande zinnen (voor jezelf) in een andere tijd en wijs de persoonsvorm aan. In zijn vrije tijd gaat Chiem graag crossfietsen. Onze klas heeft een actie voor een goed doel georganiseerd. Van hun ouders mochten zij niet te laat thuiskomen. Waarom verwijderde de politie alle verkeerd gestalde fietsen? De arbeiders protesteerden tegen de verlenging van de arbeidstijden. Door de aanleg van voetbalveldjes, wil de gemeente het sporten stimuleren
het vinden van de persoonsvorm door de vraagproef kn.nu/29pst
Maak van de onderstaande zinnen (in gedachten) een vraagzin en wijs dan de persoonsvorm aan.
Vind de persoonsvorm door het toepassen van de vraagproef. Maak van onderstaande zinnen in gedachte een vraagzin en wijs de persoonsvorm aan. Mark en Ben gaan volgend jaar naar Middelburg. Tijdens het wandelen werden we overvallen door een onweer. De minister moest zich verantwoorden voor de ministerraad. In de vakantie heb ik een snorkelcursus gevolgd Uit jouw verhaal kan ik verschillende conclusies trekken. Dit spel kan je op de meeste computers makkelijk spelen. Ik zou die vraag anders beantwoord hebben. De meeste roosterwijzigingen staan altijd op magister.
Pagina 5
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
vind de persoonsvorm kn.nu/lvat5
Vind de persoonsvorm. In deze eindopdracht laat je zien dat je alles begrepen hebt. Lees onderstaande zinnen en gebruik de tijdproef of de vraagproef om erachter te komen welk woord in de zin de persoonsvorm is. Op welke website heb je dat gelezen? Wie hebben er allemaal een voldoende voor dit proefwerk? Wat kun je allemaal met een smartphone doen? Ik heb laatst een leuke jas gekocht. Het barokorkest trad op met verschillende instrumenten Huisartsen enten mensen uit de risicogroep in tegen griep. Hoe ben je aan mijn telefoonnummer gekomen? In 1783 vonden de gebroeders Montgolfier de luchtballon uit.
? voor gevorderden: de persoonsvorm in samengestelde zinnen kn.nu/o016k
Deze oefening is voor de havo-leerlingen en voor de leerlingen die gewoon goed zijn in grammatica. Sommige zinnen zijn makkelijk. Er wordt één mededeling gedaan, en dat is de zin. Dat soort zinnen hebben één persoonsvorm. Dat zijn enkelvoudige zinnen. Maar er bestaan ook samengestelde zinnen. Een enkelvoudige zin bestaat uit slechts één hoofdzin, en heeft maar één persoonsvorm: 'Lisa kijkt naar haar buurman.' Een samengestelde zin bestaat uit meerdere hoofdzinnen of heeft een of meer bijzinnen. Elke deelzin heeft een eigen persoonsvorm: De jongen liep de trap op en ging zijn kamer in. Als je goed kijkt , zie je dat hier eigenlijk twee mededelingen worden gedaan: de jongen loopt de trap op + de jongen ging zijn kamer in. De beste truc om in een samengestelde zin alle persoonsvormen te vinden, is de tijdproef: verander de zin van tijd en kijk welke werkwoorden veranderen: De jongen loopt de trap op en gaat zijn kamer in.
Pagina 6
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
Oefening: de persoonsvorm in samengestelde zinnen vinden Klik met je muis op de woorden die volgens jou een persoonsvorm zijn. Je moet goed opletten, want bij deze oefeningen kunnen er meerdere persoonsvormen in één zin staan! Ik ben bang, dat we voor morgen veel huiswerk krijgen. Geloof jij, dat de verzekeringsmaatschappij alle schade vergoedt? Ga onmiddellijk naar je kamer! Mijn vader zette de schaatsen in het vet; hij was bang, dat ze zouden roesten. ‘Ga de klas uit en neem je spullen mee, ik wil je niet meer zien,’ sprak meneer Ten Wolle driftig.
Spelling persoonsvorm in de tegenwoordige tijd In het tweede deel van deze les leer je de spellingsregels voor de spelling van de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd: ik loop, jij loopt, hij loopt zijn werkwoorden die waarschijnlijk niemand verkeerd spelt. Het wordt moeilijker als de ik-vorm van het werkwoord eindigt op een -d, zoals in ik word, jij wordt en hij wordt. Daar kom je opeens een vorm tegen die op -dt eindigt. Hoe zit dat precies? In het volgende filmpje wordt alles uitgelegd.
https://youtu.be/L18ywAjUDUc
Samenvatting van de belangrijkste spellingsregels - Je gebruikt de ik-vorm als 'ik' het onderwerp is Ik loop ik koop ik word als 'jij' achter de persoonsvorm staat loop jij even mee? koop jij die cd? word jij nooit moe? - De hij-vorm is de ik-vorm+t - Je gebruikt de hij-vorm als 'hij/zij' het onderwerp is Hij loopt zij koopt de conducteur wordt als 'jij' het onderwerp is (en 'jij' niet achter de persoonsvorm staat) Jij loopt jij koopt jij wordt
Pagina 7
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
Oefenen met werkwoordspelling in de tegenwoordige tijd Hoe spel je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd? Spel de de persoonsvorm in de onderstaande zinnen. Je spelt de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd; je moet dus kiezen tussen de ik-vorm / ik-vorm+t / het hele werkwoord Voorbeeld: [spellen]: Jan spelt de persoonsvorm [grazen] Een paard _______________ minstens zestien uur per dag. [bloeien]: Deze plant _______________ maar eens in de honderd jaar. [beantwoorden]: Ik _______________ lang niet al mijn e-mails [verliezen]: FC Utrecht _______________ dit seizoen meer dan de helft van zijn thuiswedstrijden. [dragen]: Mensen _______________ soms de raarste kleren. [vinden]: Eric _______________ die nieuwe track van Avicii maar zozo. [houden]: Felix _______________ enorm van zijn hond.
Pagina 8
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
[kleven]: Er _______________ een stukje plakband aan je mouw. [verrassen]: Zijn ideeën over integratie _______________ mij behoorlijk. [worden]: De nieuwe schoolkrant _______________ volgende week gedrukt.
Herhaling werkwoordspelling tegenwoordige tijd Als je in de vorige opdracht meer dan twee fouten had, is het beter om deze tweede opdracht ook te maken. Denk voor je iets invult goed na: is het onderwerp (degene die het werkwoord 'uitvoert') "ik"? Gebruik dan de ik-vorm ("ik loop") is het onderwerp "jij" en staat "jij" achter het werkwoord? Gebruik dan de ik-vorm ("loop jij?") is het onderwerp "jij" en staat "jii vóór het werkwoord? Gebruik dan de ik-vorm+t ("jij loopt") is het onderwerp "hij / zij"? Ook dan gebruik je de ik-vorm+t ("de kantinejuffrouw loopt") is het onderwerp "wij / jullie / zij"? Gebruik dan het hele werkwoord ("zij lopen") Als je bij de vorige opdracht 8 werkwoorden of meer goed had, mag je deze herhalingsopdracht overslaan. Of ga je proberen je vorige score te verbeteren? [worden]: De toets _______________ morgen afgenomen. [vinden]: Ik _______________ mens-erger-je-niet een vreselijk spel. [spelen]: Jan _______________ met de gedachte zijn gitaar te verkopen. [beantwoorden]: De docent _______________ geduldig al onze vragen. [laten]: De veiligheid op school _______________ gelukkig weinig te wensen over. [herstellen]: Mijn moeder _______________ gelukkig snel van haar operatie. [houden]: Oma _______________ er niet van als je achter haar rug om over haar roddelt. [verbazen:] Het _______________ me niets dat hij zulke goede cijfers haalt. [leveren]: Al dat extra leerwerk _______________ natuurlijk wel wat op. [bestellen]: Ferdinand _______________ maar weer eens een kipcorn.
? Voor de pro's: waarom is de persoonsvorm zo'n belangrijk werkwoord? Veruit de meeste spelfouten die mensen maken, zijn fouten in de werkwoordspelling. Is het nou "hij vertelt een mop" of "hij verteld een mop"? Zowel "vertelt" als "verteld" zijn op zich goed gespelde werkwoordsvormen. Alleen is de eerste (vertelt) een persoonsvorm en de tweede (verteld) een voltooid deelwoord. De persoonsvorm spel je door de vervoeging ik-vorm (vertel) of ik-vorm+t (jan vertelt een mop). Het voltooid deelwoord spel je door de vorm 'langer' te maken: het is vertelde, dus "hij heeft een mop verteld" spel je met een d. Maar om te weten wélke van deze twee spellingsregels je moet toepassen, moet je dus eerst weten of het werkwoord dat je tegenkomt, een persoonsvorm is of niet.
Pagina 9
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
Is het ww een pv ja of nee? kn.nu/8ixa5
Bepaal van de volgende (werk)woorden of ze: A – altijd een persoonsvorm zijn B – soms een persoonsvorm zijn C – nooit een persoonsvorm zijn D – in deze vorm niet bestaan TIP: het helpt om zinnen te maken met deze woorden!
beheerst a. is nooit een pv b. is altijd een pv c. is soms een pv d. komt in deze vorm nooit voor
bestraft a. altijd een pv b. kan een pv zijn maar ook een voltooid deelwoord c. nooit een pv d. bestaat niet in deze vorm
beheersd a. altijd een pv b. kan een pv zijn, maar ook een voltooid deelwoord c. nooit een pv d. komt in deze vorm niet voor
beweerdt a. altijd een persoonsvorm b. soms een persoonsvorm c. nooit een persoonsvorm d. dit werkwoord bestaat niet in deze vorm
Samenvatting Bij werkwoordspelling is het allereerst van belang om te weten of het werkwoord een persoonsvorm is of niet. Er zijn twee manieren om daar achter te komen:
Pagina 10
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
door de vraagproef, waarbij de persoonsvorm vooraan in de zin komt te staan (Jan maakt – maakt Jan?) door de tijdproef, waarbij de persoonsvorm van tijd verandert (Jan maakt - Jan maakte)
In de TEGENWOORDIGE TIJD zijn de regels voor het spellen van de persoonsvorm als volgt: je gebruikt de ik-vorm als ik het onderwerp is: ik loop, ik word, ik houd, ik maak etc. als jij het onderwerp is èn achter de persoonsvorm staat: loop jij, word jij, maak jij etc. je gebruikt de ik-vorm+t als jij het onderwerp is èn voor de persoonsvorm staat: jij loopt, jij wordt, jij maakt als hij / zij het onderwerp is: hij loopt, zij wordt, de machinist maakt je gebruikt het hele werkwoord als het onderwerp meervoud is (wij / jullie / zij): de mensen lopen, jullie worden, wij maken maar met deze laatste vorm heeft waarschijnlijk niemand spellingsproblemen.
Meer weten? Wil je meer weten of de spelling van werkwoorden in de tegenwoordige tijd oefenen? Neem dan een kijkje op één van de volgende websites: http://cambiumned.nl/hpoefpvtt.htm http://www.beterspellen.nl/website/index.php?pag=72
Pagina 11
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
Antwoorden Antwoorden: de persoonsvorm vinden met de tijdproef Zet de onderstaande zinnen (voor jezelf) in een andere tijd en wijs de persoonsvorm aan. In zijn vrije tijd gaat Chiem graag crossfietsen. Onze klas heeft een actie voor een goed doel georganiseerd. Van hun ouders mochten zij niet te laat thuiskomen. Waarom verwijderde de politie alle verkeerd gestalde fietsen? De arbeiders protesteerden tegen de verlenging van de arbeidstijden. Door de aanleg van voetbalveldjes, wil de gemeente het sporten stimuleren Aantal punten juist antwoord: 6
Antwoorden: het vinden van de persoonsvorm door de vraagproef Vind de persoonsvorm door het toepassen van de vraagproef. Maak van onderstaande zinnen in gedachte een vraagzin en wijs de persoonsvorm aan. Mark en Ben gaan volgend jaar naar Middelburg. Tijdens het wandelen werden we overvallen door een onweer. De minister moest zich verantwoorden voor de ministerraad. In de vakantie heb ik een snorkelcursus gevolgd Uit jouw verhaal kan ik verschillende conclusies trekken. Dit spel kan je op de meeste computers makkelijk spelen. Ik zou die vraag anders beantwoord hebben. De meeste roosterwijzigingen staan altijd op magister. Aantal punten juist antwoord: 8
Antwoorden: vind de persoonsvorm Persoonsvorm vinden
Pagina 12
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
Jammer... (0 tot 5 punten) Je hebt minder dan 60% van de vragen goed. Dat betekent dat je nog even zult moeten oefenen! Lees ook de theorie nog een keertje door. Goed gedaan! (5 tot 8 punten) Goed gedaan! Je hebt laten zien dat je zelf in staat bent om de persoonsvorm in een zin te vinden!
Vragen en antwoorden in deze categorie Vind de persoonsvorm. In deze eindopdracht laat je zien dat je alles begrepen hebt. Lees onderstaande zinnen en gebruik de tijdproef of de vraagproef om erachter te komen welk woord in de zin de persoonsvorm is. Op welke website heb je dat gelezen? Wie hebben er allemaal een voldoende voor dit proefwerk? Wat kun je allemaal met een smartphone doen? Ik heb laatst een leuke jas gekocht. Het barokorkest trad op met verschillende instrumenten Huisartsen enten mensen uit de risicogroep in tegen griep. Hoe ben je aan mijn telefoonnummer gekomen? In 1783 vonden de gebroeders Montgolfier de luchtballon uit. Waarde: 8 punten
Antwoorden: ? voor gevorderden: de persoonsvorm in samengestelde zinnen Oefening: de persoonsvorm in samengestelde zinnen vinden Klik met je muis op de woorden die volgens jou een persoonsvorm zijn. Je moet goed opletten, want bij deze oefeningen kunnen er meerdere persoonsvormen in één zin staan! Ik ben bang, dat we voor morgen veel huiswerk krijgen . Geloof jij, dat de verzekeringsmaatschappij alle schade vergoedt ? Ga onmiddellijk naar je kamer! Mijn vader zette de schaatsen in het vet; hij was bang, dat ze zouden roesten. ‘ Ga de klas uit en neem je spullen mee, ik wil je niet meer zien,’ sprak meneer Ten Wolle driftig.
Pagina 13
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
Aantal punten juist antwoord: 5
Hoe spel je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd? Spel de de persoonsvorm in de onderstaande zinnen. Je spelt de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd; je moet dus kiezen tussen de ik-vorm / ik-vorm+t / het hele werkwoord Voorbeeld: [spellen]: Jan spelt de persoonsvorm [grazen] Een paard _______________ minstens zestien uur per dag. [bloeien]: Deze plant _______________ maar eens in de honderd jaar. [beantwoorden]: Ik _______________ lang niet al mijn e-mails [verliezen]: FC Utrecht _______________ dit seizoen meer dan de helft van zijn thuiswedstrijden. [dragen]: Mensen _______________ soms de raarste kleren. [vinden]: Eric _______________ die nieuwe track van Avicii maar zozo. [houden]: Felix _______________ enorm van zijn hond. [kleven]: Er _______________ een stukje plakband aan je mouw. [verrassen]: Zijn ideeën over integratie _______________ mij behoorlijk. [worden]: De nieuwe schoolkrant _______________ volgende week gedrukt.
Juist antwoord:
Spel de de persoonsvorm in de onderstaande zinnen. Je spelt de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd; je moet dus kiezen tussen de ik-vorm / ik-vorm+t / het hele werkwoord Voorbeeld: [spellen]: Jan spelt de persoonsvorm [grazen] Een paard graast minstens zestien uur per dag. [bloeien]: Deze plant bloeit maar eens in de honderd jaar. [beantwoorden]: Ik beantwoord lang niet al mijn e-mails [verliezen]: FC Utrecht verliest dit seizoen meer dan de helft van zijn thuiswedstrijden. [dragen]: Mensen dragen soms de raarste kleren. [vinden]: Eric vindt die nieuwe track van Avicii maar zozo. [houden]: Felix houdt enorm van zijn hond. [kleven]: Er kleeft een stukje plakband aan je mouw. [verrassen]: Zijn ideeën over integratie verrassen mij behoorlijk. [worden]: De nieuwe schoolkrant wordt volgende week gedrukt.
Pagina 14
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
Herhaling werkwoordspelling tegenwoordige tijd Als je in de vorige opdracht meer dan twee fouten had, is het beter om deze tweede opdracht ook te maken. Denk voor je iets invult goed na: is het onderwerp (degene die het werkwoord 'uitvoert') "ik"? Gebruik dan de ik-vorm ("ik loop") is het onderwerp "jij" en staat "jij" achter het werkwoord? Gebruik dan de ik-vorm ("loop jij?") is het onderwerp "jij" en staat "jii vóór het werkwoord? Gebruik dan de ik-vorm+t ("jij loopt") is het onderwerp "hij / zij"? Ook dan gebruik je de ik-vorm+t ("de kantinejuffrouw loopt") is het onderwerp "wij / jullie / zij"? Gebruik dan het hele werkwoord ("zij lopen") Als je bij de vorige opdracht 8 werkwoorden of meer goed had, mag je deze herhalingsopdracht overslaan. Of ga je proberen je vorige score te verbeteren? [worden]: De toets _______________ morgen afgenomen. [vinden]: Ik _______________ mens-erger-je-niet een vreselijk spel. [spelen]: Jan _______________ met de gedachte zijn gitaar te verkopen. [beantwoorden]: De docent _______________ geduldig al onze vragen. [laten]: De veiligheid op school _______________ gelukkig weinig te wensen over. [herstellen]: Mijn moeder _______________ gelukkig snel van haar operatie. [houden]: Oma _______________ er niet van als je achter haar rug om over haar roddelt. [verbazen:] Het _______________ me niets dat hij zulke goede cijfers haalt. [leveren]: Al dat extra leerwerk _______________ natuurlijk wel wat op. [bestellen]: Ferdinand _______________ maar weer eens een kipcorn.
Juist antwoord:
Pagina 15
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
Als je in de vorige opdracht meer dan twee fouten had, is het beter om deze tweede opdracht ook te maken. Denk voor je iets invult goed na: is het onderwerp (degene die het werkwoord 'uitvoert') "ik"? Gebruik dan de ik-vorm ("ik loop") is het onderwerp "jij" en staat "jij" achter het werkwoord? Gebruik dan de ik-vorm ("loop jij?") is het onderwerp "jij" en staat "jii vóór het werkwoord? Gebruik dan de ik-vorm+t ("jij loopt") is het onderwerp "hij / zij"? Ook dan gebruik je de ik-vorm+t ("de kantinejuffrouw loopt") is het onderwerp "wij / jullie / zij"? Gebruik dan het hele werkwoord ("zij lopen") Als je bij de vorige opdracht 8 werkwoorden of meer goed had, mag je deze herhalingsopdracht overslaan. Of ga je proberen je vorige score te verbeteren? [worden]: De toets wordt morgen afgenomen. [vinden]: Ik vind mens-erger-je-niet een vreselijk spel. [spelen]: Jan speelt met de gedachte zijn gitaar te verkopen. [beantwoorden]: De docent beantwoordt geduldig al onze vragen. [laten]: De veiligheid op school laat gelukkig weinig te wensen over. [herstellen]: Mijn moeder herstelt gelukkig snel van haar operatie. [houden]: Oma houdt er niet van als je achter haar rug om over haar roddelt. [verbazen:] Het verbaast me niets dat hij zulke goede cijfers haalt. [leveren]: Al dat extra leerwerk levert natuurlijk wel wat op. [bestellen]: Ferdinand bestelt maar weer eens een kipcorn.
Antwoorden: Is het ww een pv ja of nee? beheerst 1. is nooit een pv 2. is altijd een pv De vorm beheerst is een 'hij-vorm en bestaat uit de ik-vorm 'beheers'+t. Je komt dit woord tegen in een zin als: 'Hij beheerst zijn kunstje goed.' 3. is soms een pv 4. komt in deze vorm nooit voor Aantal punten juist antwoord: 1
bestraft 1. altijd een pv
Pagina 16
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
2. kan een pv zijn maar ook een voltooid deelwoord Bestraft kan zowel een PV zijn als een voltooid deelwoord. Als PV is het een 'hij-vorm': de ikvorm 'bestraf'+t. 'Hij bestraft zijn leerlingen' bijvoorbeeld. Maar 'bestraft' kan ook een voltooid deelwoord zijn: in een zin als 'hij werd bestraft voor zijn wangedrag' is bestraft dus ook goed gespeld. 3. nooit een pv 4. bestaat niet in deze vorm Aantal punten juist antwoord: 1
beheersd 1. altijd een pv 2. kan een pv zijn, maar ook een voltooid deelwoord 3. nooit een pv 4. komt in deze vorm niet voor het is geen pv: de ik-vorm is beheers, de hij-vorm is beheers+t een voltooid deelwoord kan het ook niet zijn: het is namelijk beheersTe – je hoort een T dus beheerst is met een -t en niet met een -d Aantal punten juist antwoord: 1
beweerdt 1. altijd een persoonsvorm 2. soms een persoonsvorm 3. nooit een persoonsvorm 4. dit werkwoord bestaat niet in deze vorm Dit is een mooi voorbeeld van 'overcorrectie': mensen die te fanatiek de taalregeltjes willen toepassen en dan de mist in gaan. Een werkwoord kan alleen op -dt eindigen als de ik-vorm op een -d eindigt en je er in de hij-vorm een -t achter zet. Zoals bij worden-word-wordt. Maar in de ik-vom van beheersen (beheers) kom helemaal geen -d voor! Beheersdt is dus altijd fout. Aantal punten juist antwoord: 1
Pagina 17
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd
Over dit lesmateriaal Colofon Auteur
Merlijn Draisma
Laatst gewijzigd
02 June 2015 om 01:07
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie
Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau
VMBO theoretische leerweg, 1; HAVO 1; VWO 1;
Leerinhoud en
Schrijven; Spelling, interpunctie en grammatica; Nederlands; Schrijfvaardigheid;
doelen Eindgebruiker
leerling/student
Moeilijkheidsgraad gemiddeld Studiebelasting
Pagina 18
0 uur en 50 minuten
Persoonsvorm & spelling in de tegenwoordige tijd