= =
PERSBERICHT Bokrijkdag 13 juli 2014 ‘BOERDERIJDIEREN IN ACTIE IN BOKRIJK ‘
=
De zomer is ook in Bokrijk weer van start gegaan. Bovenop het uitgebreide zomeraanbod kan je je elke zondag van de vakantie aan allerlei extra activiteiten verwachten. “Tijdens de Bokrijkdagen, acht zondagen in juli en augustus, wordt er telkens een ander aspect uit ons rijke culturele erfgoed belicht,” zegt gedeputeerde van Toerisme, Cultuur en Erfgoed Igor Philtjens, eveneens voorzitter van vzw Het Domein Bokrijk. “Dit op een interactieve en hedendaagse manier. Zo wil Bokrijk een eigentijds venster op het verleden bieden.” Nu zondag spelen de boerderijdieren de hoofdrol en kan je in het Openluchtmuseum terecht voor dierenvertier. Je ontdekt er tal van historische dierenrassen, leert hoe mens en dier 100 jaar geleden samenleefden onder één dak en ziet hoe de dieren vroeger werkten op de boerderij. Historische boerderijdieren Op zondag 13 juli maak je tijdens de tweede Bokrijkdag kennis met de schapen-, runder-, hoender- en paardenrassen die vroeger de Belgische erven bevolkten. Van het Belgisch landvarken over de lakenvelder tot het Kempisch heideschaap, in het Openluchtmuseum van Bokrijk kan je de meest diverse historische dierenrassen bewonderen. Zo biedt het museum plaats aan negen soorten kippen, twee soorten varkens, zeven soorten schapen, vier soorten runderen en enkele paarden, ezels, geiten en Vlaamse reuzen. Je kan niet enkel ontdekken hoe deze dieren er uitzien, maar ook hoe ze zo’n 100 jaren geleden onder één dak leefden met de mens en wat hun functie toen was, in een gratis rondleiding met gids. Op bezoek bij de imker Naast de typische boerderijdieren biedt het Openluchtmuseum ook onderdak aan enkele andere diersoorten. Zo zijn er in Bokrijk altijd wel kerkuilen te vinden, aangetrokken door de natuurlijke omgeving en aanwezigheid van originele schuren, torens, oude gebouwen en kerken. Ook is er een bijenvolk aanwezig in het Openluchtmuseum. Dankzij een bijenkijkkastje kan je zien hoe de bijen af en aan vliegen en een raam volbouwen, of kan je de bijenkoningin bewonderen. Je kan ook zelf ontdekken hoe de was van deze bijen vroeger verwerkt werd tijdens de workshop ‘een kaars uit bijenwas maken’. Of je kan terecht bij de imker om te proeven van verschillende soorten honing, of om te voelen of ruiken aan wasplaten en waszeep. Dieren in actie Je kan de boerderijdieren niet enkel op het erf of in de wei bewonderen. Ze komen tijdens de Bokrijkdag ook in actie. Paarden tonen hun kracht tijdens een demonstratie boomslepen, een activiteit die vandaag de dag bijna volledig vervangen is door machines. En ook om de rosmolen te laten draaien, wordt er een beroep gedaan op paardenkracht. Vervolgens gaan de os en de ezel aan het werk om de karren gemalen gerst van de rosmolen naar de Schuur van Oevel te brengen. Daar wordt het varkensvoer bereid en kunnen kinderen helpen met het voederen van de varkens. Ook voor de verplaatsing door het Openluchtmuseum kan je op de dieren rekenen. De ‘Hop on – Hop-off Huifkar’, getrokken door Belgische trekpaarden, brengt je van het ene museumdeel naar het andere. Dierenvertier Op het Kempens dorpsplein kan je de ganzenfanfare aan het werk zien: dertien ganzen die marcheren op de maat van de tamboer. Ook kan je er een bezoekje brengen aan het sprekend schaap of een infosessie over kippen in de tuin bijwonen. De kleinsten kunnen terecht op de mobiele kinderboerderij, waar ze de kans krijgen om te knuffelen met konijnen, cavia’s, eenden en schapen. Of ze kunnen leren vilten met de wol van de
schaapjes in het knutselatelier. Voor wie zelf in actie wil komen, is er een initiatie hoefijzerwerpen in museumdeel Oost- en West-Vlaanderen. Meer dan genoeg dus voor een dag dierenplezier. /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// PRAKTISCHE INFO Openingsuren: Het Openluchtmuseum is geopend van 29 maart t.e.m. 28 september 2014, van 10u tot 18u. Maandag gesloten, behalve op feestdagen en de maandagen van juli en augustus. Toegangsprijzen: Vanaf 13 jaar: €10 excl. De sixties - €15 incl. De sixties Groepen (vanaf 20 personen), 60+, andersvaliden: €8,5 excl. De sixties, €13 incl. De sixties Kinderen van 3 t.e.m. 12 jaar: €1 excl. De sixties, €2 incl. De sixties Kinderen tot 3 jaar: gratis Parking: €5 Tickets voor een bezoek aan ‘De sixties’ kunnen op voorhand gereserveerd worden via www.bokrijk.be. ‘De sixties’ zijn niet toegankelijk voor kinderwagens en honden. Adresgegevens: Het Domein Bokrijk Bokrijklaan 1 3600 Genk Tel.: 011 26 53 00 E-mail:
[email protected] www.bokrijk.be Gps: Bokrijklaan > volg de bewegwijzering P1 Kasteel (hoofdingang) of P2 Evenementen (op zon- en feestdagen en dagelijks in juli en augustus). /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Niet voor publicatie: Perscontact voor het Domein Bokrijk: Zondag 13 juli: An Tournelle
[email protected] GSM: 0477 76 07 59 Algemeen: Hilde Franssen Coördinator Sales
[email protected] Tel.: 011 26 53 13 GSM: 0496 38 93 13 Perscontact voor gedeputeerde Igor Philtjens: Algemeen (uitgezonderd van 10 t.e.m. 24 augustus 2014): Steven Coenegrachts Tel.: 011 23 70 57 GSM: 0477 36 81 11
[email protected]
Van 10 t.e.m. 24 augustus: Ilse Dalemans Tel.: 011 23 70 58
[email protected]
EXTRA HISTORISCHE (VERDIEPENDE) INFO OVER DE DIEREN IN BOKRIJK Het dierenbestand Het dierenbestand van het Domein Bokrijk werd opgericht rond 1990, op initiatief van toenmalig directeur J.Jans. Dit om het Openluchtmuseum te verlevendigen. De dieren in Bokrijk bestaan uit twee voorname groepen. Ten eerste zijn er de lastdieren, waartoe de trekpaarden, ezels en trekossen behoren. Hun functie is om de oude ambachten terug tot leven te brengen. Ten tweede zijn er de oude gedomesticeerde rassen van schapen, geiten, runderen, varkens en hoenders. Concreet zijn de volgende dierensoorten in het Openluchtmuseum aanwezig: Ezels: West-Europese ezel Geiten: hertegeit Paarden: Belgisch trekpaard Schapen: Ardense Voskop, Belgisch melkschaap, Entre-Sambre-et-Meuse, Houdlandschaap, Kempens schaap, Mergellangschaap, Vlaams schaap Runderen: West-Vlaams Rood rund, Oost-Vlaams Wit-Rood rund, Belgisch Wit-Blauw dubbeldoelrund, Lakenvelder Varkens: Belgisch landvarken, Piétrain Pluimvee: Braekelhoen, Brabants hoen, Mechels hoen, Izegemse koekoek, Ardenner hoen, Belgische vechter, batterijkip, Vethaan, Kalkoen van Ronquières Konijnen: Vlaamse reus De functie van boerderijdieren vroeger en nu De historische dierenrassen hadden vroeger tal van functies. Ten eerste maakte men gebruik van de kracht van lastdieren zoals paarden, ezels en ossen om de landbouwmachines te trekken of in beweging te brengen en te houden. Tegenwoordig is de dierlijke trekkracht vervangen door mechanische kracht. Daarnaast werd vee vaak op stal gehouden omwille van de mest, maar ook dat is vandaag de dag verminderd door de introductie van kunstmest. Dieren waren ook belangrijke producenten van voedsel. Ze hadden hierbij een dubbel doel, ze produceerden eerst melk of eieren, en werden daarna geslacht voor het vlees. Na de Tweede Wereldoorlog kwam er echter een grote ommekeer. Sommige bedrijven gingen zich specialiseren in het produceren van melk of eieren, anderen in het produceren van vlees. Hiervoor selecteerde men rassen die ofwel veel melk of eieren produceerden, ofwel voor veel en kwaliteitsvol vlees zorgden. De oude dierenrassen die beide doelen dienden, de zogenaamde dubbeldoelrassen, verdwenen langzamerhand van de boerderijen en zijn op sterven na dood. Slechts op enkele plaatsen, waaronder in het Openluchtmuseum van Bokrijk, zijn ze nog terug te vinden. Met de dieren onder één dak Op de zandgronden van de Limburgse Kempen waren voornamelijk kleine gemengde landbouwbedrijfjes gevestigd. De boeren waren er voorzien op het onderhoud van het eigen gezin. De weinige dieren die ze zich konden veroorloven waren daarom erg kostbaar. Vaak ging het om een magere Kempense koe, wat geiten en varkens en enkele scharrelende kippen. Omdat deze dieren zo kostbaar waren, stalde de boer ze dichtbij, in stallingen die grensden aan het woongedeelte. Mens en dier leefden zo samen onder één dak. Tegenover deze arme boeren stond de landadel. Ook zij hielden dieren, maar niet om in het eigen onderhoud te voorzien. De adel was voornamelijk in het bezit van lakenvelders, niet voor niets ook wel ‘Kasteelrund’ genoemd. In tegenstelling tot andere dierenrassen werd het nooit gekruist met andere rassen om de productiviteit te verhogen. De lakenvelder werd uitsluitend geteeld omwille van zijn unieke vachttekening, die door de landadel als esthetisch en mooi werd ervaren. Doorheen de tijd stierf het ras in België volledig uit, tot enkele runderen vanuit Amerika werden overgebracht, waarmee een nieuwe populatie kon worden opgebouwd. Het ras blijft echter zeldzaam in België. Naast het Openluchtmuseum van Bokrijk, is de lakenvelder op maar weinig plaatsen te bewonderen. Het belang van bijen Bijen behoorden eeuwenlang tot de normale veestapel van de boerderij. Net zoals de andere boerderijdieren vervulden ze een belangrijke functie. De honing die de bijen produceerden, diende lang als voornaamste de zoetmiddel, tot de suikerbiet daar in het begin van de 19 eeuw verandering in bracht. Ook gebruikte men
vroeger honing als bewaarmiddel en zelfs als geneesmiddel. De bijenwas werd verwerkt tot kaarsen, boenwas, verf en vernis. Bijen hadden en hebben nog steeds een enorme impact op de biodiversiteit en fruitteelt. Elk jaar zorgen hobbyimkers voor zo’n 110.000 bijenkasten in Vlaanderen. Zo’n bijenkast bestaat uit één koningin en 50 à 60.000 bijen. Volgens het Proefcentrum Fruitteelt van Limburg zou 80 tot 90% van de appel-, kersenen aardbeienoogst afhangen van deze bijen. Dat houdt in dat bijen in heel België mede verantwoordelijk zijn voor een omzet van meer dan 180 miljoen euro. De jongste jaren kampen imkers echter met problemen zoals bijenvolksterfte. Die sterfte is te wijten aan onder andere de varroamijt, klimaatveranderingen, het gebruik van insecticiden en een gebrek aan plantendiversiteit.