PEDAGOGISCH WERKPLAN KINDERDAGVERBLIJF TANTE TIL KDV Inleiding Voor u ligt het pedagogisch werkplan van Kinderdagverblijf Tante Til. Het werkplan vloeit voort uit het pedagogisch beleid van Smallsteps. In dit werkplan wordt beschreven hoe ons centrum inhoud geeft aan de pedagogische basisdoelen die omschreven staan in de Wet Kinderopvang en het centrale pedagogisch beleid. Kindercentrum Tante Til biedt opvang voor kinderen van 0-13 jaar. Tante Til is een klein centrum , met een huiselijke en knusse sfeer, en een vast team , zodat er een veilig, plezierig en positieve omgeving geboden wordt .
Beschrijving van de vestiging en randvoorwaarden Bij Kindercentrum Tante Til worden de kinderen opgevangen in stamgroepen met vaste pedagogisch medewerkers. Elk kind maakt gedurende de week gebruik van maximaal twee stamgroepruimtes. De groepen: Gele zonnetjes: 0-4 jaar. Maximaal 16 kinderen Oranje pluto: 0-4 jaar. Maximaal 14 kinderen Rode lieveheersbeestjes 4-7 jaar. Maximaal 19 kinderen Groene krekeltjes 4-7 jaar. Maximaal 10 kinderen Blauwe libellen 7+ groep, maximaal 10 kinderen In bepaalde situaties kan er afgeweken worden van deze groepen, waarbij de emotionele- en fysieke veiligheid enerzijds, en uitdaging anderzijds worden gewaarborgd. Dit is bijvoorbeeld het geval bij: Ontdekken op andere plekken (OOAP) Op bepaalde momenten en op sommige dagen bieden wij de kinderen de gelegenheid om in andere groepsruimtes of in de hal, met kinderen uit andere groepen aan activiteiten deel te nemen. Een voordeel van deze manier van werken is o.a. dat de kinderen vertrouwd raken met alle kinderen, pedagogisch medewerkers en ruimtes. Daarbij hebben kinderen die ouder worden, naast veiligheid en geborgenheid behoefte aan een grotere leefomgeving. Samenvoegen van groepen Aan het begin en eind van de dag, op rustige dagen en tijdens vakantieperiodes zijn er regelmatig minder kinderen aanwezig. In deze periode bestaat de mogelijkheid dat de groepen worden samengevoegd. Dankzij het werken met OOAP kennen de kinderen alle pedagogisch medewerkers en andersom, waardoor o.a. de emotionele veiligheid gewaarborgd wordt. Daarnaast voegen wij de groepen standaard samen op woensdag, donderdag en vrijdag in de Gele Zonnetjes. Ouders zijn hiervan op de hoogte gesteld middels de nieuwsbrief. Ook is het goed voor de sociale competenties van de kinderen om samen te voegen tijdens zulke momenten, omdat ze anders met bijvoorbeeld drie kinderen op de eigen groep zitten met één pedagogisch medewerker, en na samenvoegen met meerdere kinderen en twee pedagogisch medewerkers. Er is hierbij altijd een vaste pedagogische medewerker van de betreffende stamgroep aanwezig. Het vier-ogen principe wordt hierdoor ook toegepast. Ouders worden op de hoogte gebracht van samenvoeging middels de nieuwsbrief of via het bord.
Openen/sluiten en pauzes Er wordt altijd gezamenlijk geopend in de hal van 7.30 tot ongeveer 8.30 en gesloten in de hal van 17.30 tot 18.30. Drie- maandelijks wordt gecontroleerd middels turflijsten hoeveel kinderen binnen deze tijd gebracht/gehaald worden. Via deze informatie wordt het personeelsrooster gemaakt. Tijdens de pauzes wordt per groep maximaal
1 ½ uur afgeweken van de PKR. (12.30-13.15 1e pedagogisch medewerker met pauze,13.15-14.00 2e pedagogisch medewerker met pauze.) Er kan tijdens de pauze samengevoegd worden in de hal. Achterwacht De kans is nihil dat er een pedagogisch medewerker alleen in het pand is, toch heeft Tante Til uit voorzorg een achterwacht geregeld. Deze staat aangegeven op het basisrooster. De toewijzing van aantallen pedagogisch medewerkers aan de stamgroepen,(PKR) Deze vindt plaats volgens de verhoudingen zoals die voortkomen uit de Regeling Kwaliteit Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en zoals die beschreven staan in het pedagogisch beleid. Ruilen/ incidenteel - en structureel afnemen van extra dagen. Als de PKR van de stamgroep het toelaat kan er geruild, of extra afgenomen worden. Deze dagen kunnen aangevraagd worden bij de vaste pedagogisch medewerker van de groep, of bij de locatiemanager. Betreft het een extra dag, ondertekend de ouder een formulier extra opvang en deze wordt achteraf gefactureerd. Wenbeleid en afscheid van een kind. Wennen nieuw kind Als er een nieuw kind geplaatst is, wordt een maand van te voren gebeld naar de ouder(s) door de vaste pedagogisch medewerker van de groep waar het kind geplaatst is. Er wordt een afspraak gemaakt voor een intakegesprek met kind/ouder en pedagogisch medewerker. Zo kunnen deze aan elkaar “wennen”. De intake neemt ongeveer een ½ uur in beslag en hierna gaat de ouder meestal voor een uurtje weg, zodat het kind kan wennen. N.a.v. deze 1e afspraak worden er vervolg wenafspraken gemaakt. Er wordt hierbij rekening gehouden met het kind, de ouder en de PKR. Afscheid van een kind dat het kinderdagverblijf verlaat Kinderen die het kinderdagverblijf verlaten krijgen een afscheidsfeestje. Aan het eind van de dag krijgen ze een tasje met spulletjes mee. (knutselwerkjes, observaties, kadootje ) Vaak stromen deze kinderen door naar de BSO van Tante Til. Ophalen door derden. Kinderen worden niet door derden meegegeven zonder toestemming van de ouders. Als er een derde is om een kind op te halen zonder medeweten van de pedagogisch medewerker, worden de ouders altijd gebeld om te kijken of het klopt. Als ouders niet bereikbaar zijn, wordt het kind niet meegegeven. Afmelden van kinderen. Als kinderen niet komen, wil de groep hiervan op de hoogte gesteld worden. Er kan telefonisch afgemeld worden op de dag zelf, of mondeling zodra bekend is dat een kind niet komt.
Pedagogische handelen Emotionele veiligheid Kindercentrum Tante Til biedt opvang van 0-13 jaar, hierdoor hebben kinderen een vaste basis voor de gehele kinderopvangperiode. Op elke stamgroep staan vaste pedagogisch medewerkers, want we willen dat de kinderen zich prettig en vertrouwd voelen met de leiding. De stamgroep heeft structuur op een dag, zodat er herkenbare momenten terugkomen voor de kinderen, en ze weten waar ze aan toe zijn. Voorbeelden hiervan zijn de vaste rituelen rondom het slapen en de eetmomenten. Elk kind is een individu, en daarom wordt er ingespeeld op de behoeftes en juiste benadering voor ieder kind afzonderlijk. Al vanaf de babygroep zeggen we wat we doen, en benoemen we wat we zien. We communiceren met de kinderen. ( ) Tijdens het afscheid van de ouders bij het brengmoment, verwoorden wij naar de kinderen wat er feitelijk gebeurt: “kijk, mama gaat weg, ze gaat werken, ga maar zwaaien.” ( ) Persoonlijke competenties, vaardigheden en zelfvertrouwen Spelen is ontwikkelen, plezier beleven. Dit spel wordt gestimuleerd door variatie te bieden en de nieuwsgierigheid van de kinderen te prikkelen. De variatie bieden we aan door bijvoorbeeld te wisselen van het speelgoedaanbod, het werken met thema’s en het gebruikmaken van de hal. De jongste kinderen bieden we o.a. afwisseling door middel van de box, een wippertje, verschillend speelgoed, voorlezen en de mat. Buiten spelen vinden we erg belangrijk, en als het weer het toelaat zijn we dan ook buiten. Het is belangrijk dat de kinderen beweging en frisse lucht krijgen. We hebben fietsjes, stepjes, hoepels, een zandbak, een speelhuis etc. Maar we doen ook regelmatig bewegingsspelletjes met de kinderen zonder materialen. Binnen Kindercentrum Tante Til willen we het spel van de kinderen stimuleren door ze zelf te laten kiezen waarmee ze willen spelen.( )
Het team laat de kinderen zoveel mogelijk zelf doen, om de zelfredzaamheid, zelfstandigheid en zelfvertrouwen te stimuleren. Dus zelf aan-uitkleden, helpen opruimen en elkaar helpen.( )Wij stimuleren dit door te belonen met een compliment of knuffel. Sociale competenties, omgaan met anderen De gehele dag spelen zich groepsprocessen af. Het team hecht grote waarde aan de sociale contacten/ interactie tussen de kinderen onderling. Dit stimuleren we door de kinderen elkaar te laten helpen, maar ook door conflicten zelf op te laten lossen, en door activiteiten en speelgoed aan te bieden waar meerdere kinderen tegelijk aan deelnemen. ( )Voorbeelden hiervan zijn samen een spelletje te laten doen, of samen in het keukentje te laten spelen. Bij de babygroep stimuleren we de interactie door bijvoorbeeld de kinderen tegenover elkaar te zetten in een wipper. De kinderen hoeven niet altijd samen te spelen, apart spelen mag uiteraard ook. Door de dagindeling maken alle kinderen deel uit van het groepsgebeuren. Zo wordt er bijvoorbeeld voor het eetmoment gezamenlijk met de hele groep gezongen. Normen en waarden Kinderen met verschillende gewoontes en/of cultuur zijn welkom bij Kindercentrum Tante Til. We leren de kinderen dat er verschillen zijn. Elk kind is uniek! Op Tante Til is de voertaal Nederlands. Er zijn groepsregels die de pedagogisch medewerkers uitdragen in de groep, aangepast aan de leeftijd van de kinderen. Bijvoorbeeld het naar elkaar luisteren, elkaar uit laten praten, eerst een broodje hartig en erna een broodje zoet. ( )Vanaf de babygroep worden de omgangsvormen benoemd, zoals het “dankjewel”. De groepsregels zijn benoemd in de huisregels. Zoals hierboven toegelicht, beschikken alle pedagogisch medewerkers over zes pedagogische interactievaardigheden in de omgang met kinderen:
Samen met ouders Kindercentrum Tante Til hecht veel waarde aan de contacten met ouders. Tijdens deze contacten staat het kind centraal. We vinden het belangrijk dat zowel de ouders als de pedagogisch medewerkers goed op de hoogte zijn van het kind. Het is belangrijk dat de ouder-pedagogisch medewerker band goed is, om de opvang van het kind zo fijn mogelijk te laten verlopen. Dit doen we door van beide kanten respectvol met elkaar om te gaan. En bij vragen/opmerkingen de gelegenheid te bieden om samen te komen om te overleggen. Er vindt tijdens de breng – en haalmomenten mondelinge overdracht plaats tussen de ouders en de pedagogisch medewerkers. Er wordt gewerkt met overdrachtsschriftjes, er vinden één keer per jaar 10 minuten-gesprekken plaats, en een aantal keer per jaar komt er een nieuwsbrief uit. Kindercentrum Tante Til vindt ouderbetrokkenheid en inspraak van deze belangrijk. Er is een oudercommissie (OC Tante Til) die een aantal keer per jaar samenkomt en o.a. advies uitbrengt over verschillende zaken omtrent de organisatie en het Kindercentrum. Zo worden ook de verschillende protocollen voorgelegd, als deze aangepast gaan worden. De protocollen zijn inzichtelijk voor alle ouders op het kindercentrum.
Middelen Dagindeling Tante Til werkt met een vaste dagindeling. De jongste kinderen hebben hun eigen ritme.
7.30-9.30 9.30-10.00 10.00-10.15 10.15-11.30 11.30-12.15 12.15-12.30
Dagindeling Kinderen worden gebracht Gezamenlijk aan tafel fruit gegeten en sap gedronken Kinderen die zindelijk zijn gaan naar de wc, jongere kinderen krijgen een schone luier Vrij spel ,binnen/buiten spelen, gezamenlijke spelactiviteit, OOAP Gezamenlijk aan tafel wordt brood gegeten en melk gedronken Kinderen die zindelijk zijn gaan naar de wc, jongere kinderen krijgen een schone luier
12.30-14.30
14.30-15.00 15.00-15.30 15.30-17.00 17.00-1830
Kinderen (+/- 1-3 jaar) gaan naar bed. De jongste kinderen hebben een eigen slaapritme. De grote peuters slapen niet meer. Voor de grote peuters wordt op dit tijdstip een 3+ activiteit aangeboden Kinderen komen rond dit tijdstip uit bed en worden opgefrist(schone luier etc.) Gezamenlijk aan tafel wordt een cracker o.i.d. gegeten en sap gedronken Vrij spel, binnen/buiten spelen, gezamenlijke spelactiviteit, OOAP Kinderen worden opgehaald
Eten en drinken Bij het eten en drinken dat we aanbieden op onze locatie hanteren we de ‘richtlijn Voeding en beweging’ als uitgangspunt. Wij willen kinderen gezonde, gevarieerde en verantwoorde voeding en de mogelijkheid tot het krijgen van voldoende beweging bieden. Onze adviezen met betrekking tot voeding zijn gebaseerd op de richtlijnen van het Voedingscentrum. Belangrijke punten hierbij zijn: Wij hanteren vaste eet- en drinkmomenten in het dagritme. Een herkenbaar ritme levert de kinderen rust op. We eten samen aan tafel, nemen de tijd en zorgen voor een fijne sfeer, maar we tafelen niet te lang. Onze pedagogisch medewerkers geven het goede voorbeeld aan tafel. Zij eten samen met de kinderen en begeleiden ze bij de maaltijd. Onze pedagogisch medewerkers bepalen wanneer het kind eet, het kind bepaalt uit een gezond voedingsaanbod wat het eet en hoeveel (binnen de maximale aanbevolen hoeveelheden van het Voedingscentrum) het daarvan eet. Wij dringen geen eten op. Tijdens het eten en drinken stimuleren wij zelfstandigheid, het maken van keuzes (uit 2 tot 3 opties) en het ontdekken van smaken en substanties. Wij dwingen kinderen nergens toe, wij dagen uit en enthousiasmeren. Een aantal voorbeelden hoe we dit tijdens eeten drinkmomenten toepassen: o het zelf vasthouden van lepel of vork (stimuleert o.a. de fijne motoriek) o het drinken uit een tuitbeker en zo vroeg mogelijk uit een gewone beker (stimuleert o.a. de mondmotoriek) o het zelf smeren, snijden van brood en inschenken van drinken (stimuleert o.a. de fijne motoriek) o het aangeven en elkaar helpen (stimuleert o.a. de sociaal-emotionele ontwikkeling) o het dekken en afruimen van de tafel (‘zelf doen’ geeft kinderen zelfvertrouwen) Wij bieden zo min mogelijk zoete dranken zoals limonadesiroop of diksap aan. Deze bevatten veel calorieën en suikers en dit vergroot de kans op overgewicht en tandbederf. Wij geven de kinderen water (met bijvoorbeeld een schijfje sinaasappel). Daarnaast bieden we lauwe (vruchten)thee zonder suiker aan en krijgen de kinderen halfvolle melk bij hun boterham Wij bieden geen (smeer)leverworst aan. In (smeer)leverworst zit namelijk veel vitamine A. Het kan schadelijk zijn als een kind structureel teveel vitamine A binnenkrijgt. Aangezien het kind thuis al (smeer)leverworst zou kunnen krijgen, bieden wij uit voorzorg geen (smeer)leverworst aan. Als alternatief kan vegetarische smeerworst gegeven worden. Wij vinden het belangrijk dat de eetbare traktaties zo gezond mogelijk zijn. We vragen ouders dan ook om traktaties zo klein mogelijk te houden en niet te calorierijk te maken (zie ook onze Smallsteps-richtlijn traktaties). Ouders kunnen daarnaast de richtlijnen trakteren van het Voedingscentrum raadplegen. Voor traktatie-ideeën adviseren wij het boek ‘Feest! 46 traktaties voor school of thuis’ van het Voedingscentrum en de website www.gezondtrakteren.nl. Als kinderen een bepaald dieet volgen, houden wij ons hier uiteraard aan. Als het dieet erg afwijkend is van ons voedingspatroon en het daardoor niet door ons aangeschaft kan worden, vragen wij de ouder(s)/verzorger(s) de dieetvoeding zelf mee te geven. Beweging We vinden het belangrijk dat de kinderen op onze locatie voldoende bewegen. We gaan hierbij uit van onze richtlijn Voeding en beweging. Binnen zorgen we voor voldoende beweging door: -
Regelmatig bieden wij peutergym aan in de hal Kinderen spelen ieder dag in de hal, waar ze kunnen fietsen
Daarnaast gaan we indien het weer het toelaat, minimaal een keer per dag naar buiten. We bieden de kinderen hier verschillende bewegingsactiviteiten aan zoals; -
Actieve spelletjes met de hoepels en de bal
Huisregels Op de groepen: We luisteren naar elkaar. We laten elkaar uitpraten. We eten eerst een broodje hartig, en erna een broodje zoet. We benoemen de omgangsvormen, zoals “dankjewel.” Tijdens het eten zitten we aan tafel. Binnenlopen we, en buiten rennen we. We respecteren elkaar. Als we ruzie hebben, proberen we dit zelf op te lossen.
Voor de ouders: Om te voorkomen dat kinderen zonder toezicht naar buiten lopen, is het belangrijk dat u de deuren altijd goed sluit. Als er in de thuissituatie veranderingen optreden die van invloed kunnen zijn op uw kind(eren) is het prettig dat de groepsleiding hiervan op de hoogte is, dit kunt u melden tijdens de mondelinge overdracht of in het schriftje. Als uw telefoonnummer en/of gegevens veranderen, wilt u dit dan doorgeven aan de groepsleiding tijdens de mondelinge overdracht of in het schriftje. Wilt u uw kind geen snoep meegeven. Wilt u geen eigen speelgoed meegeven. Speelgoed is vaak niet geschikt en/ of gevaarlijk voor de kinderen. Uiteraard mag een knuffel/speentje van thuis wel meegegeven worden. (speen zonder spenenkoord i.v.m. verstikkingsgevaar.) Graag uw kind geen kleding aangeven met touwtjes en/of cappuchon. Wantjes en handschoenen mogen i.v.m. verstikkingsgevaar niet met touwtjes aan/door de jas worden bevestigt. Wilt u bijzonderheden betreffende de kinderen, zoals bijvoorbeeld ziekte, verwonding en allergie altijd direct melden bij de groepsleiding. Als u kind niet komt horen wij dit graag via een telefoontje. Medicijnen, worden alleen toegediend als het meegenomen is in de originele verpakking, thuis al een keer gegeven is en de houdsbaarheidsdatum goed is. Ook dient u het medicijnformulier van het kindercentrum volledig in te vullen en te ondertekenen. Wilt u er bij het halen/brengen op letten dat uw tas niet onbeheerd op kinderhoogte staat. Kinderen kunnen hier dingen uit halen die gevaarlijk zijn. Binnen het centrum en op de speelterreinen mag niet worden gerookt. Het kan zijn dat een kind door een derde wordt opgehaald. U moet dit van te voren doorgeven. Als u dit vergeet geven wij het kind/de kinderen niet mee totdat we telefonisch contact hebben gehad. Afgekolfde melk mogen wij geven op het centrum, mits de naam van het kind en de datum van aanmaak genoteerd staan op de meegegeven verpakking. Tevens dient de moedermelk direct in de koelkast gezet te worden. Indien u opvolgmelk meegeeft, wilt u dit dan in goede afsluitbare bakjes meenemen. De torentjes zijn erg handig. Neem altijd een extra voeding mee. Het bakje moet voorzien zijn met de naam van het kind. Bederfelijke voedingsmiddelen mogen wij alleen geven als ze niet langer dan 30 minuten buiten de koelkast geweest zijn. Houdt hier rekening mee.
Inrichting binnen en buiten De pedagogisch medewerkers besteden graag aandacht aan de inrichting van de groepsruimtes en de buitenruimtes. Ze creëren een huiselijke sfeer waar de kinderen zich veilig voelen. Door middel van hoeken gebeurt dit. Afwisseling en uitdaging in deze hoeken staat centraal. Denk hierbij aan een poppenhoek, waar o.a.de fantasie van de kinderen tot leven komt, of een duplohoek waar de fijne motoriek van de kinderen gestimuleerd wordt. De buitenplaats is ook in hoeken verdeeld. Zo heeft elke groep een eigen buitenruimte, afgestemd op leeftijd. De hal wordt in vlakken verdeeld door tafels met stoelen. Hier kunnen verschillende activiteiten op worden aangeboden. Tijdens de breng-haalmomenten worden de vlakken verdeeld als rustpunt voor de kinderen. Er is dan bijvoorbeeld een puzzeltafel, een tekentafel en een spelletjestafel. Tijdens de OOAP momenten kan er juist een parcours neergezet worden voor peutergym, of gereden met de dreumesfietsjes door de kleine kinderen als het slecht weer is.
Materialen aanbod Per groep is er verschillend materiaal aanbod. Zoals knutselspullen, en speelgoed. Per groep kunnen deze materialen uitgewisseld worden. Voor de verticale groep en de peutergroep is er een speciaal aanbod voor de 3+ kinderen. We werken met VVE methode Uk & Puk, dagelijks bieden wij de kinderen activiteiten aan volgens het thema.
Observatiemethode Kinderdagverblijf Tante Til werkt met de methode Ontwikkeling en Welbevinden van het Kind. Deze bestaat uit formulieren voor ouders én pedagogisch medewerkers. Jaarlijks worden deze formulieren ingevuld en besproken tijdens de 10minutengesprekken. Er zijn twee werkbare formulieren: 0-2jaar en 2-4 jaar.
Kwaliteitszorg De werving, selectie en aanname van onze pedagogisch medewerkers voldoen aan de wettelijk gestelde eisen. Om de veiligheid van kinderen maar ook de kwaliteit van opvang te garanderen is het van belang dat pedagogisch medewerkers zo min mogelijk voorspelbaar lang met een kin alleen zijn. Om dit te voorkomen heeft de commissie Gunning de term vierogenprincipe geïntroduceerd. Bij beschrijving van de vestiging en randvoorwaarden wordt hier al over gesproken onder het kopje samenvoegen. Onze locatie is transparant, en voegen samen bij openen en sluiten of dal-dagen. Er kan overal naar binnen worden gekeken, doordat er lage ramen in de deuren zitten. En er is altijd onverwachts aanloop van ouders en pedagogisch medewerkers. Er zijn ook stagiaires aanwezig die de pedagogisch medewerkers ondersteunen in hun dagelijkse werkzaamheden. Binnen Tante Til werken we met de Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. Elke pedagogisch medewerker handelt volgens deze meldcode. De pedagogisch medewerkers zijn middels een (team)vergadering getraind om te werken met dit protocol. Tijdens de (team)vergadering wordt er aandacht besteedt aan de borging van dit protocol. De locatiemanager is aangesteld als aandachtsfunctionaris. De meldcode is terug te vinden in de protocollenmap. Zorgkinderen Sommige kinderen hebben extra zorg nodig. Het kan zijn dat bij de aanmelding of bij het intakegesprek met ouders naar voren komt dat er extra zorg voor het kind nodig is. Er wordt voor de plaatsing zorgvuldig gekeken naar de mogelijkheden op de locatie. We gaan met de ouders en eventuele andere (externe) betrokkenen in overleg om te kijken of de opvang op de locatie haalbaar is binnen onze mogelijkheden en aansluit bij wat het kind nodig heeft. We streven er naar om voor elk kind het juiste opvangklimaat te creëren en alle mogelijkheden te bieden om zich te kunnen ontwikkelen. Om ervoor te zorgen dat we continue aansluiten bij de behoefte van het kind stellen we een plan van aanpak op, waar we de opvang evalueren zodat we tijdig afspraken kunnen bijstellen. Wij werken samen met lokale opvoedinstanties en/of zorginstanties die we in samenspraak met ouders kunnen inschakelen om met ons mee te kijken. Tijdens de opvangperiode kunnen er zorgen ontstaan over het gedrag of de ontwikkeling van een kind. Deze zorgen worden door de pedagogisch medewerkers met ouders besproken zodat er samen gekeken kan worden wat nodig is voor het kind. Daarnaast bespreekt de pedagogisch medewerker de zorg rondom een kind altijd met de locatiemanager. Dit kan bijvoorbeeld tijdens een groepsoverleg of een individueel overleg. De locatiemanagers kunnen de business partner compliance raadplegen voor vragen en eventuele observaties. De pedagogisch medewerkers kunnen een kind met behulp van een observatieformulier observeren. Dit gaat altijd in samenspraak met ouders. Er zijn in de verschillende gemeenten diverse initiatieven die onder verschillende namen bekend staan zoals; Alert4you, Cardea, Yorneo, Okido, etc. Zij werken samen met de kinderopvang om te ondersteunen in de opvang van (zorg) kinderen. Zij kunnen de pedagogisch medewerkers ondersteunen in de omgang met het kind of ondersteunen in de begeleiding van een individueel kind. Daarbij is het ook van belang om de zorg van de ouders en de opvang met elkaar af te stemmen. Zo ontstaat voor het kind de juiste balans en kan hij gebruik (blijven) maken van de reguliere opvang. In de sociale kaart van de locatie staan alle externe instanties met wie wij kunnen samenwerken als wij vragen hebben over kinderen. Ook kunnen we ouders naar deze instanties verwijzen zodat zij daar hun vragen kunnen stellen en via deze instanties de nodige zorg kunnen ontvangen. We hebben een protocol zorgkinderen dat de pedagogisch medewerker helpt bij het proces rondom de zorg voor een kind . Daarnaast wordt er gebruik gemaakt van een pedagogische coach die ondersteuning biedt.