Overzicht 1 2 2.1
O
Inleiding
13
Materiaal verzamelen en structureren De voorbereiding
14
2.2
Denk aan de situatie waarin je gaat spreken
14
2.3
Verzamel de gepaste informatie
15
2.4
Baken je onderwerp af
16
2.5
Structureer je informatie
17
2.6
3
2.5.1
De ontwikkelmethode
17
2.5.2
De overzichtsmethode
19
2.5.3
De psychologische ordening
20
2.5.4
Vaste structuren
20
2.5.4.1 De structuur volgens thema‘s
21
2.5.4.2 De structuur volgens methode
21
2.5.4.3 De structuur in de tijd
23
2.5.4.4 De structuur volgens de ruimte of locatie
23
2.5.4.5 De argumentenstructuur
23
2.5.4.6 De causale structuur
24
2.5.4.7 Structuur met vraagstelling en antwoord
24
2.5.4.8 De structuur die past bij evaluaties
24
2.5.4.9 De argumentenstructuur
24
2.5.4.10 De structuur met alternatieven
25
Overtuig en boei je publiek met je tekst
25
De presentatie uitwerken
3.1
De inleiding
29
3.2
De kern
34
3.3
Het slot
38
3.4
De tekst zelf
39
3.4.1
Het taalgebruik
39
3.4.2
Hoe zet je het op papier?
43
3.4.2.1 De tekst volledig uitschrijven
43
3.4.2.2 Een spreekschema gebruiken
44
3.4.2.3 Losse kaartjes
44
3.4.3
Internet en het schrijven van teksten voor een presentatie
45
3.5
Een hand-out maken
48
3.6
De titel van de presentatie
49
Overzicht
5
O 4 4.1
4.2
4.3
4.4
6
Vormgeving en projectiedia‘s Tekst als vorm
50
4.1.1
Lettertype
50
4.1.2
Geschreefd of schreefloos
50
4.1.3
Lettergrootte
51
4.1.4
Interlinie
51
4.1.5
Kapitaal en onderkast
51
4.1.6
Romein en cursief
51
4.1.7
Tekstgedeelten accentueren
52
4.1.8
Lettertypes mengen
52
4.1.9
Tekstvolume
52
4.1.10
Doorlopende tekst of opsomming met merktekens?
52
4.1.11
Consequentie
53
4.1.12
Uitlijnen
53
4.1.13
Werk grafisch
53
4.1.14
Kleur
56
4.1.15
Tekstopmaak
56
4.1.16
Spelfouten
56
4.1.17
Tekst schrijven voor een dia
57
4.1.18
Lange zinnen splitsen
57
4.1.19
Tot slot, groepeer de informatie
58
Grafieken
59
4.2.1
Zie je wat ik bedoel?
59
4.2.2
Keuze grafiektype
62
4.2.3
Assen
76
4.2.4
Gecombineerde grafieken
77
4.2.5
Beelddiagrammen
77
4.2.6
Kleurkeuze
77
4.2.7
Grafische elementen
78
Afbeeldingen
78
4.3.1
Clip art
80
4.3.2
CD-rom
80
4.3.3
Inscannen
80
4.3.4
Digitaal fototoestel
81
4.3.5
Internet
82
Achtergronden
Overzicht
82
O 4.4.1
Niet overheersen
82
4.4.2
Texturen
82
4.4.3
Templates
82
4.5
Tabellen
4.6
Kleur
4.7
4.8
5 5.1
82 85
4.6.1
Leesbaarheid
85
4.6.2
Kleuraccenten
86
4.6.3
Kleurharmonie
86
4.6.4
Kleurcontrasten
86
4.6.5
Kleurbetekenis
87
Pijlen, symbolen en organogrammen 4.7.1
Pijlen en symbolen
4.7.2
Organogrammen
88 88 88
Overgangen
88
4.8.1
Richtingen
88
4.8.2
Overgangseffecten
89
4.8.3
Opbouweffecten
89
Zaal en organisatie Zaal verkennen
90
5.2
Zaalopstelling
90
5.3
Omgevingsfactoren
93
6
5.3.1
De apparatuur en de fysieke omstandigheden
93
5.3.2
Onderbrekingen tijdens de presentatie
93
De presentatie geven
6.1
Over zenuwen en oefenen
95
6.2
Net voor de presentatie
96
6.3
Tijdens de presentatie: je lichaamstaal en houding
97
6.4
6.3.1
Lichaamshouding
97
6.3.2
Oogcontact
97
6.3.3
Handen
98
6.3.4
Benen
99
6.3.5
Je uitstraling
99
Tijdens de presentatie: je stemgebruik
100
6.4.1
Volume
100
6.4.2
De articulatie
100
6.4.3
Tempo
101
6.4.4
Toonhoogte of intonatie
101
Overzicht
7
O 6.4.5 6.5
Ademhaling
Onverwachte voorvallen Je hebt je zenuwen niet onder controle
6.5.2
De apparatuur werkt niet
103
6.5.3
Je bent je tekst kwijt
103
6.5.4
Je slaat per ongeluk tekst over
103
6.5.5
Een vraag uit het publiek brengt je van je stuk
103
6.5.6
Freudiaanse versprekingen
103
6.5.7
Een voorval binnen of buiten de zaal leidt de aandacht af
104
6.5.8
Het publiek is passief en gedesinteresseerd
104
6.5.9
Iemand uit het publiek is je vijandig gezind
104
6.5.10
Je raakt in tijdsnood
Net na de presentatie
6.7
Tips voor verschillende soorten van presentaties in het bedrijfsleven
8
104 105 106
Een bedrijfspresentatie geven
107
6.7.2
Onderzoeksresultaten voorstellen
108
6.7.3
Een lezing geven
108
6.7.4
Een spreker aankondigen
109 109
6.7.4.2 Reactie van de spreker
111
6.7.5
Een spreker bedanken
111
6.7.6
Een openingsspeech geven
112
6.7.7
De nieuwjaarstoespraak
112
6.7.8
Het afscheid van een medewerker
113
6.7.9
Een jubileumtoespraak
113
6.7.10
Een tafelspeech
113
6.7.11
Een beleidsplan presenteren
114
6.7.12
Een verkooppresentatie geven
114
6.7.12.1 De voorbereiding
7
102
6.7.1
6.7.4.1 Hoe bereid je je voor als inleider
7.1
102
6.5.1
6.6
6.8
102
114
6.7.12.2 Hoe leid je de verkooppresentatie?
115
6.7.12.3 Opbouw van de presentatie
116
Panelgesprekken
116
6.8.1
Deelnemen aan een panelgesprek
116
6.8.2
Optreden als een moderator
117
Beeldweergave-apparatuur Projectiesystemen
Overzicht
119
O
7.2
7.3
8 8.1
8.2
7.1.1
Televisieschermen
119
7.1.2
Grootbeeldprojectie
120
Schermen
124
7.2.1
Type projectiescherm
124
7.2.2
Schermformaat
125
7.2.3
Beeldverhouding
125
7.2.4
Doeksoort
125
7.2.5
Schermopstelling
126
Andere audiovisuele middelen
128
7.3.1
Papierbord (flipchart)
128
7.3.2
Whiteboard
129
7.3.3
Overheadprojector
129
7.3.4
Video
130
Geluid Geluid en muziek
131
8.1.1
Gesynchroniseerde geluiden
131
8.1.2
Achtergrondgeluiden
131
8.1.3
Muziek
131
Geluidsweergave-apparatuur
131
8.2.1
De microfoon
131
8.2.2
Het mengpaneel
135
8.2.3
De versterker
135
8.2.4
De luidsprekers
136
8.2.4.1 Soorten luidsprekers
9
137
8.2.4.2 Plaatsing van luidsprekers
138
8.2.5
Simultaanvertaling
139
8.2.6
Communicatieve functies van het geluid
139
8.2.7
Vinklijstje maken
140
Een presentatie maken met PowerPoint
9.1
PowerPoint starten
143
9.2
Een ontwerpsjabloon kiezen
143
9.3
Een dia-indeling kiezen
144
9.4
Een titeldia maken
145
9.4.1
Tekst selecteren
146
Overzicht
9
9.4.2
Tekst wissen
146
9.4.3
Tekst wijzigen
146
9.4.4
Tekst groter of kleiner maken
146
9.4.5
Tekstkleur aanpassen
147
9.4.6
Tekst vet zetten
147
9.4.7
Tekst cursief zetten
147
9.4.8
Lettertype wijzigen
148
9.5
Een tekstdia maken
152
9.6
Een dia met clip art maken
154
9.7
Een dia maken met een beeld uit een website
156
9.8
Een dia maken met geometrische figuren en tekst erin
158
9.9
Een dia maken met een grafiek
9.10
9.11
10
162
9.9.1
Een grafiek maken
9.9.2
Het grafiektype wijzigen
165
9.9.3
Het grafiektype wissen
166
9.9.4
De presentatie bewaren
167
De diapresentatie maken
162
167
9.10.1
Dia’s in de juiste volgorde brengen
167
9.10.2
Dia’s wissen
168
9.10.3
Overgangseffecten instellen
168
Hand-outs printen en presenteren
169
9.11.1
Hand-outs printen
169
9.11.2
De diavoorstelling starten
170
9.11.3
De diavoorstelling sturen
170
Analyserooster presentatietechnieken
172
Je doet het morgen toch in het Engels?
177
Literatuurlijst
182
Overzicht