EDITIE september 2012
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK ondernemend vakmanschap
Onderzoeksspecial Resultaten uit de DIAFOS trial Opleidingen
Het erkennen en ondersteunen van leerbedrijven
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Voorbereiding op de Paralympics
Interview met Marije Smits --------------------------------------------------------------------------------------------------------
orthopedische schoentechniek - orthesen & prothesen - therapeutisch elastische kousen
2
INHOUD
ONDERZOEK
20 23 26 LOOPSTOORNISSEN BIJ KINDEREN EN JONGEREN MET SPINA BIFIDA
14
32
Richtlijn Diagnostiek en behandeling loopstoornissen bij kinderen en jongeren met Spina Bifida
ONDERZOEKSSPECIAL
14
DIAFOS onderzoeksspecial, met o.a.: Hoe trouw dragen patiënten hun orthopedisch schoeisel? Kan orthopedisch schoeisel met verbeterde drukverlaging voetulcera voorkomen?
Epidemiologie van amputaties aan de onderste extremiteit Wat zeggen getallen?
ZORG & KWALITEIT
42
Samen stappen zetten voor betere voetenzorg
NIEUWS
10
Nieuwsberichten Ontwikkelingen en actualiteiten
BEURSNIEUWS
19 29
TERUGBLIK OP IVO 2012 TE SYDNEY
19
21 DIAFOS ONDERZOEKSSPECIAL
Een terugblik op IVO 2012 te Sydney Tevreden exposanten en bezoekers op ORTHOPÄDIE + REHA-Technik
INNOVATIE
39
Uit de wereld van de therapeutische elastische kousen
OPLEIDINGEN
16 34
Het erkennen en ondersteunen van leerbedrijven Afstuderen als orthopedische (schoen)technoloog anno 2014
INTERVIEW
30 36 40
29 ORTHOPÄDIE + REHA-TECHNIK
Paralympisch topsporten Interview met Marije Smits
CAD/CAM bij Mimpen Shoetech Interview met Antoine Mimpen
Ik zei nog zo: ‘Geen pumps’ Uit de praktijk van Jaap de Boer
MAATSCHAPPELIJK VERANTWOORD ONDERNEMEN
30
IK ZEI NOG ZO: 'GEEN PUMPS'
08
Dar es Salaam, Tanzania Op maat gemaakte steunzolen in Tanzania
EN VERDER
05 07 45 46
PARALYMPISCH TOPSPORTEN
40
Voorwoord Door Rob Verwaard
Column Door Lenie de Kock
Meneertje Voet Kinderen voorbereiden op het aanmeten van orthopedisch schoeisel.
Vooruitblik Wat kunt u verwachten in de editie van december 2012?
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
3
Penders Voetzorg is met haar 11 vestigingen en 120 medewerkers een vooraanstaande onderneming op het gebied van voetzorg in Nederland. Centraal staat een klantgerichte en multidisciplinaire aanpak bij het oplossen van voetproblemen. Spreekuren worden gehouden in onze vestigingen en in ziekenhuizen, revalidatiecentra en verzorgingstehuizen. Tevens kunnen klanten terecht voor advies op het gebied van geselecteerd gemaksschoeisel.
Inlichtingen: Nadere informatie over deze functie is verkrijgbaar bij Henk Engelen, technisch directeur, bereikbaar via e-mail:
[email protected]
Voor diverse vestigingen zijn wij op zoek naar een:
Sollicitatie: Bij interesse kun je je sollicitatie richten aan
[email protected] Of per post aan:
Orthopedisch schoentechnicus/ Adviseur
Penders Voetzorg t.a.v. Rianne Cortenbach Postbus 3116 6093 ZJ Heythuysen
Functie: Kijk voor een uitgebreide functieomschrijving omtrent deze vacature op onze website:
www.pendersvoetzorg.nl
Heythuysen • Roermond • Weert • Tegelen • Venlo • Delft • Gouda • Rotterdam • Den Haag • Tiel • Doetinchem
Leder
Instrumentaria
Zoolmaterialen
Verbandmiddelen
Siliconen
Praktijkinrichting
Werkplaatsinrichting
Verbruiksmaterialen
A healthy focus on feet
Een unieke leercollectie Voor een orthopedisch schoenmaker is niet alleen kwaliteit belangrijk. Een uitgebreide collectie, afgestemd op het actuele modebeeld en een snelle levering uit voorraad geven hem optimale keuze en betrouwbaarheid. Het maakt Medical Leather uniek als leverancier van (boven)leer.
Leder
Zanddonkweg 6, 5144 NX Waalwijk T +31 (0)416 37 69 87 F +31 (0)416 37 56 02 E
[email protected] W www.medical-leather.nl
4
FOTO Eric Grashoff
VOORWOORD
door Rob Verwaard
NEDERLAND KIEST Op 12 september kiest Nederland weer haar volksvertegenwoordigers voor de Tweede Kamer. Deze nieuwe regering, uit welke partijen deze ook mag bestaan, staat voor grote uitdagingen. Een grote uitdaging is de verdere hervorming van de gezondheidszorg. Deze operatie om meer marktwerking te introduceren én kosten te beheersen is tot nu toe nog niet geslaagd te noemen. De kosten stijgen harder dan verwacht en de marktkeuze voor de patiënten is ook nog maar beperkt. De beleidsmakers zetten in op betaalbare, aantoonbare kwaliteit en vragen aan veldpartijen om mee te denken en mee te werken aan een oplossing. NVOS-Orthobanda neemt deze handschoen op en werkt actief mee aan duurzame oplossingen voor de hulpmiddelenzorg. In dit extra dikke september vakblad leest u alles over het laatste wetenschappelijk onderzoek, richtlijnen, opleidingen en nieuws op uw vakgebied. Deze “DIAFOS special” staat in het teken van de uitkomsten van het DIAFOS onderzoek. Dit 5-jarige onderzoek naar de effectiviteit van orthopedisch maatschoeisel is een grote prestatie en was niet mogelijk geweest zonder de medewerking van NVOS-Orthobanda en de subsidie die door het OFOM fonds is verstrekt. Deze belangrijke wetenschappelijke kennis zal worden ingezet om in de toekomst betere richtlijnen voor hulpmiddelenzorg te kunnen maken. U leest, verdeeld over zes artikelen, de belangrijkste resultaten uit dit onderzoek, gepresenteerd door de onderzoekers Sicco Bus, Mirjam de Haart en Frans Nollet.
kijken terug op het wereldcongres IVO voor de orthopedische schoentechniek in Sydney en de Orthopädie + Reha Technik in Leipzig. Over terugkijken gesproken; na de geweldige prestaties van de Nederlandse Olympiërs Epke Zonderland, Dorian van Rijsselberge en Ranomi Kromowidjojo is het nu de beurt aan het Paralympic team van Nederland. Zij strijden ook in Londen tegen de top van de wereld. Van 29 augustus tot en met 9 september wordt er gesport om het brons, zilver en goud. Topsportster Marije Smits vertelt over haar voorbereidingen op Londen 2012 op pagina 30. Volg de prestaties van ons Paralympic team via www.paralympisch.nl Zorginkoper Alco Ausma van Menzis is betrokken bij het inrichten van de zorg voor
haar verzekerden en heeft samen met de branche stappen gezet naar een betere voetenzorg. U leest zijn artikel op pagina 42. Op het gebied van opleidingen is ook het nodige te melden. De overgangsregeling van mbo- naar hbo-beroepsbeoefenaren is te lezen op pagina 38 en het servicepunt leerbedrijven presenteert zich op pagina 16. Afgelopen 4 september organiseerde het Hoofdbedrijfschap Ambachten de “Dag van het Ambacht”: een live BNR radiodiscussie en inspiratiemiddag op de Dutch Health Tec Academy in Utrecht, waarbij de kansen en uitdagingen voor de ambachtseconomie en kleine ambachtelijke opleidingen werden besproken. Zonder Haagse hulp wordt het voor de branches en bedrijven steeds moeilijker om kleine specialistische opleidingen in leven te houden. De nieuwe regering van Nederland heeft nog heel wat te kiezen voor de toekomst. Maar eerst zijn de kiezers van Nederland aan het woord. Ik wens u veel wijsheid en leesplezier namens de gehele redactie. ■
Vanuit de Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen is gestart met het ontwikkelen van een richtlijn voor diagnostiek en behandeling van loopstoornissen bij kinderen en jongeren met spina bifida. U leest hier meer over in het artikel van onze wetenschappelijke redactie op pagina 14. In het artikel van revalidatiearts Dr. G.M. Rommers leest u over de epidemiologie van amputaties aan de onderste extremiteiten in Nederland. We ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
5
Eén met Genium Baanbrekende nieuwe technologie en decennia aan praktijkervaring; de nieuwe Genium is de eerste van een nieuwe generatie intuïtieve prothesen. De functies gebeuren in ‘real time‘ en soms zelfs anticiperend op de situatie. De techniek van de Genium geeft de loper een ongeëvenaard fysiologisch gangbeeld, met een schat aan functies die andere systemen achter zich laat. www.ottobock.com/genium
ottobock.nl ·
[email protected] T +31 (0)499 474 585
6
COLUMN
‘NEEM HET HEFT IN EIGEN HAND’ (deel 2) In mijn vorige column schreef ik over ‘het heft in eigen hand nemen’. Na de mooie periode van de Olympische Spelen in Londen heb ik gezien dat ‘het heft in eigen hand nemen’ ook te maken heeft met ‘geloof in eigen kunnen’. De Olymische Spelen. Wie keek er niet? En wie niet wilde kijken: er was geen ontkomen aan. Alle media hebben aandacht hieraan besteed. Zelf heb ik gekeken en genoten en op vele sporters was de titel ‘het heft in eigen hand nemen’ van toepassing. Bijvoorbeeld op Marianne Vos, onze fietsster. Ze wachtte niet af, nee, voorop rijden, de kar trekken, doen. Ze nam ‘het heft in eigen hand’. Wat dacht je van Epke Zonderland? Met het durven doen van zo’n bijzondere oefening geldt bij hem in mijn ogen ‘geloof in eigen kunnen’. Maar nu terug naar ons. Hoe is het jou vergaan de afgelopen tijd? Ben je in gesprek met je werkgever over je plannen en/of verbeteringen voor het bedrijf die veel kunnen opleveren? Hoe dan ook: het is belangrijk dat we ons ervan bewust worden en/of zijn dat we ook binnen onze branche het heft in handen moeten nemen. Dat we geloof hebben in eigen kunnen. Daarbij hebben we elkaar ook nodig. Als bestuur worden samen met een groot aantal leden vele acties opgepakt om een stap voorwaarts te zetten, omdat we zien dat het nodig is.
door Lenie de Kock, voorzitter NVOS-Orthobanda
Door maatschappelijke ontwikkelingen zoals vergrijzing in combinatie met leefgewoonten, zullen welvaartziekten zoals obesitas, diabetes en infarcten alleen maar gaan toenemen. Daarnaast zullen behalve productinnovaties ook veel meer innovaties plaatsvinden op het gebied van de digitale ontwikkelingen, die grote invloed hebben op de interne en externe processen van de bedrijfsvoering. Denk hierbij aan CAD/CAM, e-health (zelfzorg, zorg op afstand), digitale informatieverwerking en dossiervorming. De kosten van de gezondheidszorg blijven sterk toenemen mede als gevolg van de demografische ontwikkelingen, maar ook door introductie van nieuwe technieken en technologieën en de toenemende invloed/ veeleisendheid van de klant. Mede door de vergrijzing zal de arbeidsmarkt steeds krapper worden en moet NVOS-Orthobanda concurreren met steeds meer andere beroepsgroepen. We zullen onze doelgroep voor de opleidingen anders moeten inrichten om ervoor te zorgen dat we voldoende instroom voor de branche creëren. Het zorglandschap wordt in de nabije toekomst sterk bepaald door de mate van complexiteit en de frequentie van de zorgvraag. Beleid is er dus mede op gericht om de verantwoordelijkheid van de cliënt zelf veel meer centraal te stellen. Daar begint het en daar eindigt het.
Als je mee wilt doen aan de wedstrijd zul je de regels van het spel moeten spelen. En ervoor zorgen dat je aan tafel zit om de spelregels mede te bepalen
Voor alles geldt dus: als je mee wilt doen aan de wedstrijd zul je de spelregels van het spel moeten spelen. En ervoor zorgen dat je aan tafel zit om de spelregels mede te bepalen. Uiteindelijk draait het ook hier weer om ‘het heft in eigen hand nemen’. In het veld hoor ik nog weleens dat bepaalde beroepsgroepen al verder zijn in ontwikkelingen, of wel aan tafel zitten bij bijvoorbeeld de beleidsbepalers. Dan denk ik dat het te makkelijk is om te zeggen dat anderen al verder zijn en dat wij het niet goed doen. Uiteindelijk moeten we het zelf doen. En NVOS-Orthobanda heeft het heft in eigen hand genomen en gelooft in eigen kunnen. Daarom vraag ik jullie allen om samen met ons – het bestuur – de bal op te pakken en het spel wat er aankomt te spelen, om ervoor te zorgen dat we voorop lopen! ■
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
7
TEKST Redactie Orthopedische Techniek
DAR ES SALAAM, TANZANIA
Drie profvoetballers van Azam FC hebben zojuist steunzolen opgehaald bij CCBRT (Comprehensive Community Based Rehabilitation). Vandaag zullen ze er de wedstrijd op spelen tegen Simba S.C. Het belooft een top wedstrijd te worden! De steunzolen zijn aangemeten door een Tanzaniaanse orthopedisch instrumentmaker, die door twee adviseurs van Livit Orthopedie, lid van NVOS-Orthobanda, uit Nederland werd geadviseerd. Niet eerder was het mogelijk om in Tanzania op maat gemaakte steunzolen aan te schaffen. Maar het CCBRT heeft een winkel geopend om confectie braces en op maat gemaakte steunzolen aan particulieren te verkopen. De start van deze winkel is mogelijk gemaakt door de samenwerking die met Livit Orthopedie is aangegaan. Het bedrijf ondersteunt CCBRT vanuit haar maatschappelijke betrokkenheid, want ook voorbij de Nederlandse grenzen heeft iedereen het recht zich vrij te bewegen. CCBRT is in 1994 opgezet met het doel Tanzanianen met een visuele en/of lichamelijke beperking toegang te bieden tot betaalbare (revalidatie)zorg. Door de jaren heen is het met steun van internationale ontwikkelingsorganisaties en de Tanzaniaanse overheid uitgegroeid tot een revalidatie ziekenhuis met ruim 300 betaalde medewerkers en biedt het jaarlijks aan ruim 120.000 cliënten kwalitatieve goede revalidatiezorg van diverse aard: o.a. behandeling van oogaandoeningen, chirurgische reconstructie van open gehemelte en brandwonden, behandeling van klompvoetjes, fysiotherapie voor kinderen met hersenbeschadiging (CP) en leveren van op maat gemaakte pro- en orthesen. In een land waar geen systeem van verplichte verzekering voor ziektekosten bestaat, heeft 8
CCBRT een uniek betalingssysteem ontwikkeld. De allerarmsten en kinderen onder de 5 jaar worden gratis behandeld. De overige patiënten dragen bij naar draagkracht. Ruim 20% van de kosten wordt op deze manier gedekt. De overige kosten worden gedragen door lokale en internationale fondsen. Om minder afhankelijk te worden van deze donaties, heeft CCBRT een strategie uitgezet waarbij ook de mensen met de hogere inkomens bij hen terecht kunnen in plaats van dat men uitwijkt naar Zuid-Afrika, Azië of Europa. Deze mensen krijgen dezelfde medische behandeling, met daarnaast verzorging op luxe niveau en minimale wachttijden. Hiervoor betalen ze extra geld, waarmee behandelingen voor anderen kunnen worden bekostigd.
De eerste serieuze contacten tussen CCBRT en Livit Orthopedie dateren van juni 2010. Na een jaar van voorbereiding werd er in juni 2011 een samenwerkingsovereenkomst voor 3 jaar getekend. De samenwerking houdt in dat het bedrijf CCBRT zal ondersteunen op het gebied van kennis, vaardigheden, materialen en producten. Tevens wil het NVOSOrthobanda-lid CCBRT helpen bij het verbeteren van de financiële zelfredzaamheid en onafhankelijkheid van de orthopedische werkplaats/revalidatie afdeling. CCBRT formuleert de vraag voor specifieke ondersteuning zelf en Livit Orthopedie beoordeelt daarna op welke wijze zij daarin een rol kan spelen. Voor Livit is dit een project waaraan gezamenlijk en in de volle breedte van het bedrijf wordt gewerkt vanuit haar maatschappelijke
“Op gebied van handigheid konden wij veel van de mensen in Tanzania leren” betrokkenheid. De eerste uitdaging in Dar es Salaam was het opzetten van de winkel voor de verkoop van confectie braces en op maat gemaakte steunzolen. Allereerst mocht CCBRT voor ruim € 25.000,- uit de Livit voorraad winkelen. Daarnaast zijn er 2200 paar prefab steunzolen en 500 paar semi-orthopedische schoenen op transport naar Dar es Salaam gezet. Op verschillende plaatsen in het land is door vrijwilligers verzameld en ingepakt. Naast het versturen van goederen was er ook ondersteuning in kennis en advies. Vanuit Nederland is er meegedacht over de inrichting van de winkel. Bij aankomst van het transport in februari dit jaar hebben twee orthopedisch adviseurs (Wim Steenbeek en Hans Schonis) gedurende 2 weken ter plaatse uitleg gegeven over indicatiestellingen en het aanmeten en afleveren van confectie braces en de steunzolen. De orthopedisch adviseurs hebben het een zeer inspirerende ervaring gevonden. Het was hard werken. Er zijn veel indrukken opgedaan en er is op maat advies gegeven zonder het over te nemen. Wim en Hans over hun ervaring: "Ouderwetse handarbeid en qua materiaal 15 jaar terug in de tijd, maar geweldig om te doen! Op gebied van handigheid konden wij nog veel van de mensen in Tanzania leren. Als het moest, maakten ze nog een prothese van een bezemsteel. Echt ongelooflijk, zo handig en slim. Vanaf dag 1 hebben wij ons erg welkom gevoeld en hebben het gevoel gekregen aan het begin te staan van iets moois."
Half augustus zullen opnieuw twee adviseurs naar CCBRT afreizen. Ditmaal voor verdere verdieping van het aanmeten van steunzolen en het geven van een workshop over enkel-voet orthesen voor kinderen. De reis wordt goed voorbereid, zodat de Nederlandse adviseurs en hun Tanzaniaanse vakgenoten weten wat zij kunnen verwachten en de relatief korte tijd optimaal benut kan worden. Livit blijft CCBRT de komende jaren steunen omdat ook in Tanzania iedereen het recht heeft zich vrij te bewegen. De insteek is om kennis, vaardigheden en inzichten, die dagelijks routine zijn binnen het Nederlandse bedrijf, in te zetten bij CCBRT en zo hun bedrijfsvoering te versterken. Momenteel wordt een aantal ideeën uitgewerkt waarbij mogelijk ook zakelijke partners van Livit betrokken zullen gaan worden. Drie profvoetballers van Azam FC hebben hun wedstrijd gespeeld op de nieuwe steunzolen. Helaas mocht dit niet tot een overwinning leiden. Orthopedisch adviseurs, Hans en Wim, genoten niet minder van het spel vanaf de V.I.P. tribune. Een mooie afsluiting van een succesvolle reis, want drie uur later waren ze weer op weg naar Nederland. Vol enthousiasme over de samenwerking zijn zij klaar om het stokje over te dragen aan andere collega’s om deze samenwerking verder vorm te geven. ■
De CCBRT directie is zeer tevreden met de inzet van Livit Orthopedie en laat weten: "It was a pleasure to have them around and it does not often happen that visiting trainers are intermingling so easily in a different culture and context with their professional counterparts! The training and presentations they have delivered are of a very high standard and everybody at CCBRT is very excited about the collaboration and the opportunities it creates." ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
9
NIEUW INITIATIEF ORT SUPPORT Het vinden van een balans met protheses Kevin Garrison was een atletische, artistieke en intelligente 16-jarige, toen hij onverwachts het nieuws ontving dat hij kanker had en daardoor zijn rechtervoet zou verliezen. Nu, 40 jaar later, heeft hij zijn leven opgetekend in een boek met de titel ‘It’s Just a Matter of Balance’ (‘Een kwestie van evenwicht’). Het is een persoonlijk verhaal van iemand waarbij de ziekte leidde tot een succesvolle professionele carrière in protheses. ‘Ik hoop dat het lezen van mijn verhaal anderen zal helpen om goed met het leven en de uitdagingen om te gaan’, zegt Garrison. ‘Door inzicht te krijgen in de woede en het verdriet en de blijvende invaliditeit, kun je in staat zijn een werkelijk gezond herstel te krijgen.’ Het voorwoord in het boek is geschreven door de voorzitter van de American Academy of Orthotists & Prosthetists. ‘Een kwestie van evenwicht’ is een interessant boek op het gebied van leven met een prothese. Kevin Garrison is naast schrijver ook ondernemer (instrumentmaker) en pleitbezorger voor de bewustwording en verdere ontwikkeling van prothesen. Hij reist vaak met Medical Teams International naar Haïti om te helpen bij de behoefte en voorlichting over protheses. Ook werkt hij met de Miami Veterans Administration om zo prothetische zorg te verlenen aan oorlogsveteranen. Hij studeerde aan de UCLA en Northwestern University prothesiologie en heeft diverse wetenschappelijke artikelen geschreven over protheses. Voor meer informatie kunt u terecht op http://www.garrisonsprosthetics.com/book.asp of via Liesl Kasdorf
[email protected] ISBN: 9781462062843
10
Sinds kort is er een nieuw initiatief operationeel, geheel gericht op de orthopedische technologie. Initiatiefnemer Ed van Laar, orthopedisch technicus en technoloog, stelt al het audiovisuele materiaal dat hij in zijn carrière heeft verzameld beschikbaar. Hij heeft al dit materiaal gedigitaliseerd en dit is nu via de website www.ort-support.nl toegankelijk voor een ieder die iets wil weten op dit vakgebied. Hij startte in 1977 zijn carrière als orthopedisch technicus waar hij tot en met 2010 in diverse functies, onder andere als leraar, ISPO bestuurslid en een van de initiatiefnemers van de hbo opleiding Orthopedisch Technologie, actief is geweest in de Orthopedische Techniek. Gedurende die tijd heeft hij een grote hoeveelheid foto’s, video’s en lesmateriaal over alle onderwerpen die de orthopedische techniek behelzen, zelf opgenomen en verzameld. De website www.ort-support.nl bevat een groot aantal rubrieken met items over pro- en orthesiologie en diverse historische beelden. Ook de film ‘Step by step’ is te bekijken. Deze film is ooit met medewerking van ISPO gemaakt en wordt wereldwijd gebruikt bij het revalideren van bovenbeengeamputeerden. Dit tijdloze document is nu ook digitaal beschikbaar. Ook Human Locomotion is een educatief meesterwerk, dat iedere instrumentmaker een keer gezien moet hebben. Veel opnames, hier en daar op welhaast Cruijferiaanse wijze van een bijschrift voorzien, zoals: ‘kijk de video uit en je snapt het’, zijn gemaakt tijdens ISPO cursussen of workshops die Van Laar heeft georganiseerd. Naast beeldmateriaal is er ook veel informatie beschikbaar in de vorm van readers en boeken. Deze zijn te bekijken in de bibliotheek bij Eemland Orthopedie in Amersfoort. Op afspraak vrij toegankelijk. Fred Holkamp nodigt u, namens Ed van Laar, van harte uit voor een bezoek aan de site www.ort-support.nl
Nieuwe voorzitter SEMH Op 1 mei 2012 heeft de SEMH Hans Simons benoemd tot nieuwe voorzitter voor een periode van vier jaar. Hans Simons heeft een grote bestuurlijke ervaring, hij was ondermeer staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur en wethouder in Rotterdam. Ook was hij bestuurder van het Oosterschelde ziekenhuis te Goes en Zierikzee en bestuurder van het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn. Op dit moment is hij voorzitter van de Hogeschool Zeeland en het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk. Ook is hij voorzitter van de koepel van werkgevers van schoonmaakbedrijven en voorzitter van de Raad van Toezicht DBC Onderhoud. Het bestuur van NVOS-Orthobanda feliciteert Hans Simons met de benoeming en hoopt op voortzetting van de goede samenwerking met de SEMH.
30 PLUS REGELING
Branchecode Online sterk verbeterd! De vernieuwde Branchecode Online is beschikbaar. Deze web-applicatie is op vele fronten verbeterd, waardoor het gebruik makkelijker is geworden. De informatie over onder andere wetgeving en ondernemen is sneller te vinden en ook wordt het u makkelijker gemaakt om een verbeterplan voor uw bedrijf te maken. De Code is nog steeds te benaderen via www.hba.nl. De Code in het kort Als professional pakt u voor elke klus het juiste gereedschap. Maar welk ‘gereedschap’ pakt u als u uw bedrijf wilt onderhouden? Het antwoord is de Code. De Code bundelt richtlijnen en voorschriften tot de standaard van uw branche. Wetgeving wordt vertaald naar de praktijk van uw bedrijf. U beschikt met de Code over een zorgvuldig opgesteld naslagwerk om uw bedrijf gezond en up-to-date te houden. De Code is zowel online als op papier beschikbaar via www.hba.nl. Kijk op ww.hba.nl en concludeer zelf dat bedrijfsverbeteren nog nooit zo gemakkelijk was.
NVOS-Orthobanda is tevreden over het feit dat het besluit in het lenteakkoord betreffende stopzetting van de studiebekostiging voor 30-plussers van de baan is. Mbo-studenten van 30 jaar en ouder behouden hun publieke bekostiging. Uit het oogpunt van Leven Lang Leren is dat erg belangrijk. Vooral in deze crisistijd kan de 30+-maatregel bijdragen aan mobiliteit op de arbeidsmarkt. Goed nieuws dus voor mensen die zich in het mbo willen laten bij- of omscholen. Zo kan het mbo een structurele bijdrage blijven leveren aan de vraag in sectoren waar men arbeidskrachten tekort komt, zoals in de orthopedische (schoen) techniek, en daarmee aan het voorkomen van werkloosheid.
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
11
Defauwes wint de Rabo Economy Award De orthopedische schoenmakerij Defauwes heeft onlangs de Rabo Economy Award gewonnen. Rabo Economy Award is een jaarlijkse onderscheiding voor ondernemend Parkstad, een samenwerkingsverband van diverse gemeenten, waaronder Heerlen en Kerkrade in Limburg. Jacques Defauwes, vijfde generatie schoenmaker, begon in 1976 als eenmanszaak. Vrij snel nam hij een andere zaak over en groeide Defauwes Orthopedische Schoentechniek uit tot een begrip. Het familiebedrijf verhuisde later naar Heerlen en kreeg een vestiging in Maastricht. Inmiddels telt het bedrijf vijftig medewerkers. Volgens de jury wordt bij Defauwes innovatie en kwaliteit in hoofdletters geschreven. ‘Het midden- en kleinbedrijf is de groeimotor, daar worden banen gecreëerd én behouden. Defauwes is een van die bedrijven’. Het bestuur van NVOS-Orthobanda feliciteert de directie én medewerkers van Defauwes met het winnen van deze bijzondere prijs.
Bijna 80 studenten orthopedische (schoen) techniek aan de DHTA studeren af. Onlangs heeft een nieuwe lichting afgestudeerden van de DHTA hun diploma in ontvangst mogen nemen. De afgestudeerden zijn: Orthopedisch Technisch Medewerker Ambrosius Swinkels, Auke Hoekstra, Bart Vogel, Gerben Visser, Hermanus Elias, Kirsten Weenink, Lotte Weijers, Nardo Hendriks, Yvon Houpperichs, Wybrand van Zwol Adviseur Techniek Arno Desjardijn, Ilona Lageschaar, Jeroen Meulmeester, Koen Deurloo, Petrus Hendriks, Robert van Denderen, Sjoerd Dijkstra
The Know How of Shoe Techniques Hans van der Elzen, oud leraar van de Orthopedische Schoen technieken in Den Bosch (SVBO), heeft een nieuw boek geschreven, ‘The Know How of Shoe Techniques’. Dit nieuwe engelstalige boek is gebaseerd op meer dan 100 jaar familie ervaring met het maken en beoordelen van de beste pasvorm en het maken van patronen voor schoenen. Het boek bevat meer dan 250 Illustraties en 188 pagina’s. Wilt u meer weten, kijk dan op www.shoesandhans.com.
12
Schoentechnisch Voorzieningenmaker Ben Klaster, Cas Ruijs, Ernst Polder, Jaap Vlietman, Jan de Marie, Kenny Verlinden, Michael Rodriques, Pjotr Lentjes, Sil Pater, Sjaak Egmond, Victor van den Berg, Wahidullah Walli, Wouter Sikma Leestenmaker Annius Hoornstra, Auke van den Berg, Bram Woort, Chiristiaan Cancilleri, Edward Ligtvoet, Ferjani Arfaoui, Freddy Meijer, Hendrik Jan Amsink, Herbert Paling, Jacques van Vliet, Jamie de Graaff, Jeffrey de Vrieze, Johannes Grol, Lobke Wesselink, Mark Jagt, Martijn Loonen, Niels Jansen, Peter Limbeek, Ronny Broekhuijsen, Rudolf Ursem, Ruud Wolter, Sieger Bakker, Zadik Sürüp Adviseur Schoentechniek Anna Elgersma, Bart Kerkdijk, Catharina de Jong, Cornelis Twigt, Edwin Blom, Felix van Mechelen, H.P.H. Nusteling, Hayo Arnold Okkinga, Hein Keurhorst, Jeffrey Duyvestein, Johanna Warringa, Jorg Janssen, Jorik Lampe, Lars Broxterman, Marinus den Heijfer, Marjan van Pijkeren, Merel Eshof, Nils Ykema, Patrick Rodriques, Rianne van Pijkeren, Robert Jan Gebuis, Robertus Reekers, Ron Steenbergen, Willem Linssen, Yasin Oncul Namens de opleiding en het bestuur van NVOS-Orthobanda wensen wij alle afgestudeerden veel succes in hun carrière toe in een goede gezondheid.
de nieuwe proprio foot …omdat de wereld niet vlak is.
© Copyright Össur, Juli 2012
Heuvels, treden en een hobbelige ondergrond; mensen die een been verloren hebben, zijn zich er zeer van bewust dat de wereld waarin zij leven allesbehalve vlak is. Daarom heeft Össur haar unieke innovaties op het gebied van bionische technologie toegepast op PROPRIO FOOT. Door de veilige teenheffing vanaf de grond, intelligente aanpassing aan de ondergrond en de natuurlijke beweging is dit slimme apparaat de meest levensechte voetprothese die op dit moment beschikbaar is.
www.ossur.nl ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
13
TEKST de wetenschappelijke redactie
Geschiedenis van de compressieRichtlijn ‘Diagnostiek en behandeling van therapie in relatie tot beenziekten loopstoornissen bij kinderen en jongeren met tot en met de 18e eeuw
SPINA BIFIDA’ Zolanmpressietherapie steeds meer terrein en met ve. ■
Op initiatief van de sectie kinderrevalidatie van de Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen, is gestart met het ontwikkelen van een richtlijn voor diagnostiek en behandeling van loopstoornissen bij kinderen en jongeren met spina bifida (SB). In dit project participeren de relevante partijen die bij de behandeling van kinderen met SB betrokken zijn. Het project is van start gegaan in oktober 2010. De verwachting is dat de definitieve richtlijn in het najaar 2012 ter autorisatie wordt voorgelegd aan de deelnemende wetenschappelijke verenigingen. Na autorisatie zal er een digitale versie van de richtlijn beschikbaar komen. De richtlijn wil aanknopingspunten bieden om te komen tot een evidence-based, transparant, uniform en efficiënt beleid binnen Nederland ten aanzien van diagnostiek, timing en indicatiestelling van de verschillende behandelingen gericht op verbetering van het zelfstandig lopen van kinderen en adolescenten met SB. Voor dit project werd subsidie verkregen van de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten. Achtergrond Het bereiken en behouden van zelfstandig lopen is een van de belangrijke aandachtspunten bij de behandeling van kinderen en adolescenten met spina bifida. Om het lopen mogelijk te maken ondergaan kinderen met SB vaak neurochirurgische en orthopedische operaties en krijgen ze fysiotherapie, loophulpmiddelen, orthopedisch schoeisel en/of ortheses voorgeschreven. Een multidisciplinaire aanpak ten aanzien van de medische en paramedische behandeling, met in het bijzonder aandacht voor de veranderingen die optreden tijdens de groei, is daarbij van groot belang. Afgelopen twee decennia is er belangrijke vooruitgang geboekt ten aanzien van diagnostiek en behandeling gericht op behoud en verbetering van loopvaardigheid bij kinderen met motorische beperkingen. Deze vooruitgang heeft onder andere te maken met nieuwe chirurgische behandelmogelijkheden, ontwikkelingen op het gebied van ortheses, ontwikkeling van nieuwe trainingprogramma’s om het lopen te bevorderen en de introductie van nieuwe beeldvormende technieken die een systematische beoordeling van het gangpatroon mogelijk maken. Uiteindelijk kan circa 80% van de kinderen met laaglumbaal uitvals-
14
niveau en 90% met sacraal uitvalsniveau een zelfstandige loopfunctie behouden. Een landelijk afgestemd beleid voor de toepassing van diagnostiek en de nieuwe behandelmogelijkheden gericht op het zelfstandig lopen van kinderen en adolescenten met SB is er echter niet. Door de in Nederland bestaande expertise op het gebied van de behandeling van loopstoornissen, de behandeling van kinderen met SB en de bestaande wetenschappelijke literatuur over dit onderwerp, is er een vruchtbare
bodem ontstaan voor het opstellen van een multidisciplinaire richtlijn. In Nederland worden alle kinderen en adolescenten ter controle gezien door een van de 12 landelijke multidisciplinaire SB teams. Deze organisatie van zorg en de samenwerking met vereniging van motorisch gehandicapten en hun ouders (BOSK) bevordert een snelle implementatie van de richtlijn.
Multidisciplinaire werkgroep De richtlijn wordt opgesteld door een multidisciplinaire werkgroep die bestaat uit vertegenwoordigers van verschillende medische specialismen, paramedici en wetenschappers betrokken bij de diagnostiek en behandeling van en wetenschappelijk onderzoek naar loopstoornissen bij mensen met SB. De volgende wetenschappelijke verenigingen hebben hun adhesie verklaard aan het project en worden vertegenwoordigd binnen de werkgroep: revalidatiegeneeskunde, kindergeneeskunde, orthopedische chirurgie, neurologie, neurochirurgie en fysiotherapie. Het perspectief van de mensen met SB en hun verzorgers wordt gezien als een waardevolle en essentiële aanvulling bij het tot stand komen van deze richtlijn. In de werkgroep
Aandoening Spina Bifida / Laesie niveau Cerebrale malformaties Symptomatisch Tethered cord
Functie Mobiliteit van gewrichten Spierkracht Spiertonus Inspanningstolerantie Uithoudingsvermogen Gangpatroon
Activiteiten Lopen Zich verplaatsen
Omgevingsfactoren Training / behandeling Hulpmiddelen Beschikbaarheid sportfaciliteiten Vervoer Sociale normen
Participatie School Relaties Sport Hobby's
Persoonlijke factoren Motivatie ouders / kind Ontwikkeling Leeftijd Leefstijl
worden zij vertegenwoordigd door een afgevaardigde van de BOSK. De werkgroep wordt begeleid door een adviseur van de afdeling Ondersteuning professionele kwaliteit van de Orde van Medisch Specialisten.
Uitgangsvragen De richtlijn is gebaseerd op de uitwerking van een aantal uitgangsvragen door een systematische beoordeling van bewijs uit gepubliceerd wetenschappelijk onderzoek aangevuld met de expertise van de werkgroepleden. Na een inventarisatie van de bestaande vragen en knelpunten heeft de werkgroep de volgende uitgangsvragen opgesteld: 1. Hoe kan het lopen bij kinderen en adolescenten met SB valide en betrouwbaar geclassificeerd worden? 2. Welke meetinstrumenten zijn valide en betrouwbaar om het lopen bij kinderen en adolescenten met SB te evalueren? 3. Wat zijn prognostische factoren voor het bereiken van het lopen bij kinderen en adolescenten met SB? 4. Wat zijn prognostische factoren voor het behoud en verlies van het lopen bij kinderen en adolescenten met SB?
5. Wat is het effect van conservatieve behandeling op het lopen bij kinderen en jongeren met SB? 6. Wat is het effect van chirurgische therapie op het lopen bij kinderen en jongeren met SB? 7. Is er een (ervaren) verschil in maatschappelijke participatie tussen kinderen en jongeren met SB die wel of niet kunnen lopen?
Doelstelling Het project heeft tot doel het opstellen van een praktische richtlijn met conclusies en concrete aanbevelingen ter ondersteuning van de dagelijkse praktijkvoering en de organisatie van zorg. Uit de richtlijn zullen 3 interne indicatoren worden ontwikkeld ter bevordering van de implementatie van de richtlijn. De richtlijn zal ook inzicht geven in de nog aanwezige hiaten over dit onderwerp op het gebied van wetenschappelijke onderbouwing en impulsen geven aan verder wetenschappelijk onderzoek.
Leden van de werkgroep Mw. dr. B. Ivanyi, kinderrevalidatiearts, projectleider en voorzitter Dr. J. van Aalst, neurochirurg Mw. dr. H.J.G. van den Berg-Emons, onderzoeker Dr. R.H.J.M. Gooskens, kinderneuroloog Mw. dr. J.F. de Groot, onderzoeker/ fysiotherapeut Drs. T.H.R de Jong, neurochirurg Mw. dr. C.C.E. de Jong-de Vos, kinderarts Dr. C.G.B. Maathuis, kinderrevalidatiearts Dr. M.J. Nederhand, revalidatiearts C.Th. Noppe, orthopedisch technicus Mw. dr. M.A.G.C. Schoenmakers, kinderfysiotherapeut Dr. J.A. van der Sluijs, orthopedisch chirurg Dr. P.A.A. Struijs, orthopedisch chirurg Mw. dr. N.H.J. van Veen, adviseur Orde van Medisch Specialisten J.M.A. Verheijden, beleidsmedewerker BOSK Voor meer informatie over het project kunt u contact opnemen met de projectleider:
[email protected] ■
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
15
TEKST Annemiek Postma, SVGB kenniscentrum
HET ERKENNEN EN ONDERSTEUNEN VAN LEERBEDRIJVEN
Servicepunt Leerbedrijven geven u hier graag verdere informatie over. In onderstaand overzicht treft u de 5 competenties van de praktijkopleider aan:
Veel bedrijven in de orthopedische (schoen)techniek hebben een leerling-werknemer in dienst. Heel belangrijk, want alleen zo kunnen nieuwe vakmensen worden opgeleid. Een bedrijf kan echter niet zomaar een leerling opleiden. Hier zijn voorwaarden aan verbonden. Zo moet er, om een leerling te kunnen begeleiden, een praktijkopleider binnen het bedrijf zijn die beschikt over een vakdiploma. SVGB kenniscentrum helpt u als bedrijf graag verder om erkend te worden als leerbedrijf en/of beantwoordt uw vragen of opmerkingen als u al erkend bent. Hiervoor kunt u terecht bij het Servicepunt leerbedrijven en de website: www.svgb.nl. Het Servicepunt Leerbedrijven Het Servicepunt Leerbedrijven is het onderdeel van SVGB kenniscentrum dat zich volledig richt op het erkennen en ondersteunen van leerbedrijven en hun praktijkopleiders. Hier kunt u terecht met al uw vragen over de erkenning en ondersteuningsmogelijkheden voor de praktijkopleiders. Op het Servicepunt is een drietal medewerkers werkzaam. Zij zijn telefonisch bereikbaar binnen kantoortijden of via de mail. Vragen over uw gegevens in het register, de start van een nieuwe leerling of het verlengen van uw erkenning kunnen zij beantwoorden.
De opleidingsadviseurs kunnen u of uw praktijkopleider daarnaast ondersteunen in het begeleidingsproces van uw leerlingwerknemer. Ze maken hierbij gebruik van de ‘Kracht van Overdracht’. Dit is een competentiescan, die uitgaat van vijf competenties die een praktijkopleider nodig heeft om goed te kunnen begeleiden. Dit instrument helpt u om te kijken waar u staat in het begeleidingsproces. U kunt ook een praktijkopleiders training volgen. Op de website zijn allerlei ondersteunende middelen voorhanden. De opleidingsadviseur of de medewerkers van het
De opleidingsadviseurs Als u een nieuw leerbedrijf bent of u heeft een nieuwe praktijkopleider in dienst, ontvangt u altijd bezoek van een opleidingsadviseur van de SVGB. Bent u al erkend en heeft u toch specifieke vragen die niet telefonisch kunnen worden opgelost, dan kunt u via het servicepunt leerbedrijven een afspraak maken met een opleidingsadviseur. Er zijn negen opleidingsadviseurs bij de SVGB werkzaam met verschillende achtergronden en expertise. Op deze manier is er altijd een opleidingsadviseur die u verder kan helpen.
Medewerkers van Servicepunt Leerbedrijven
16
Communicatief vermogen Vakdeskundigheid Reflectief vermogen
Didactisch vermogen Organisatorisch vermogen
De Rol van de DHTA De DHTA, Dutch HealthTec Academy, is uitvoerend voor het onderwijs en verantwoordelijk voor de leerlingbegeleiding. Als u vragen of opmerkingen heeft over uw leerlingwerknemer of over de lesstof, het rooster of examens dan kunt u het beste direct contact opnemen met de Dutch HealthTec Academy. Zij zijn te bereiken via telefoonnummer: 030-6303555 of
[email protected]. Zie ook www.dhta.nl. Wilt u meer weten over het erkenningstraject, de ondersteuning van uw praktijkopleider of controleren of uw gegevens nog juist in het SVGB register erkende leerbedrijven staan? Kijk op www.svgb.nl, artus. svgb.nl/bedrijvenregister of neem contact op met het Servicepunt Leerbedrijven via 030 – 630 40 41 of
[email protected]. ■
Paskamer medewerker Orthopedie m/v Heb je niveau 4 of HBO Orthopedische technologie en ervaring in orthopedie en revalidatie? Dan nodigen wij je graag uit voor een kennismaking. En natuurlijk lonken wij een beetje extra naar die Zeeuwen die het laatste duwtje nodig hebben om naar
Hier aan de kust, de Zeeuwse kust …
huis te komen. En uiteraard naar jou als je graag in Zeeland wilt komen wonen voor je nieuwe baan. We bieden een prima werkomgeving met een dito salaris. Je krijgt volop de ruimte om je te ontwikkelen. We werken bijvoorbeeld in multidisciplinaire teams in diverse ziekenhuizen en revalidatiecentra en doen veel aan innovatie. Bel met Joery Gardeslen als je meer wilt
Rust, ruimte, de zee, uitstekende
Wij zijn een typisch Zeeuws bedrijf gespecialiseerd
weten over je kansen en mogelijkheden bij ons bedrijf.
voorzieningen, goedkoper wonen.
in orthopedie en revalidatie. Een prachtig ambacht
tel nr. 0113 233080. Stuur je motivatie per e-mail naar
Eigenlijk weet iedereen wel hoe goed het
dat we al meer dan 25 jaar in de vingers hebben.
Joery:
[email protected]
leven in onze provincie is. Nog beter wordt
Alle orthesen, steunzolen en prothesen produceren
het als je er ook lekker kunt werken!
en leveren we. Voor iedereen, ongeacht leeftijd,
Welkom bij Gardeslen.
klacht of kwetsuur. In de provincie maar inmiddels ook verder daarbuiten. Mensen in beweging
Gardeslen
brengen zit ons in de genen.
Van Hertumweg 15 4462 EV Goes, tel nr. 0113 - 23 30 80
Vanwege groei van onze organisatie zijn
[email protected]
wij toe aan uitbreiding van ons team. 4
www.gardeslen-orthopaedie.nl
www.werkenbijsheerenloo.nl
“Kan “Kan jij jij Tom Tom weer weer uren uren buiten buiten laten laten spelen?” spelen?”
Begrijpjijjijwat watTom Tombeweegt? beweegt?Dan Dan willen willen we we graag graag kennismaken kennismaken met jou! Begrijp BijLivit LivitOrthopedie Orthopediewordt wordtvoor voorelke elkepersoonlijke persoonlijkesituatie situatie een een passende passende oplossing oplossing gezocht. gezocht. Of Of het het nu nu Bij gaatom omTom Tomofofonszelf, onszelf,wij wijverkennen verkennenen en benutten benutten voortdurend voortdurend de de mogelijkheden mogelijkheden tot tot persoonlijke persoonlijke gaat groei.Zo Zohalen halenwe wehet hetbeste besteuit uitTom Tomen enhet hetbeste besteuit uitonszelf. onszelf. Denk Denk jij jij ook ook in in persoonlijke persoonlijke oplossingen oplossingen groei. wiljijjijtot totde debeste besteorthopedisch orthopedischadviseurs adviseursvan vanNederland Nederlandbehoren? behoren? enenwil Belvoor vooreen eengesprek gesprek met met onze onze directeur, directeur, Marc Marc van van Willigen, Willigen, op op 023 023 -- 553 553 0486 0486 of of kijk kijk op op Bel www.livit.nlvoor voormeer meerinformatie. informatie. www.livit.nl
Wijbegrijpen begrijpen wat wat uu beweegt. beweegt. Wij
TEKST Claudia Beers
Een terugblik op IVO 2012 te Sydney In 2009 heeft Nederland de gelegenheid gekregen ons binnen ons vakgebied internationaal op de kaart te zetten. Nu, in 2012, kreeg Australië de kans op IVO 2012. Voor Australië was het belangrijk om een wereldcongres te mogen organiseren, aldus Karl-Heinz Schott. De contacten die reeds tijdens het IVO 2009 in Nederland waren gelegd, hadden zeer mooie ontwikkelingen meegebracht en met dit wereldcongres kon dat verder worden uitgebouwd. Vooraanstaande sprekers binnen Australië hebben ook hun medewerking gegeven nu er immers sprake was van een mondiaal evenement. Met Nederland als op een na grootste buitenlandse delegatie, was het een bijzondere gewaarwording om ‘Down Under’ collega’s en relaties te ontmoeten. Tijdens het congres werd het ook weer duidelijk dat veel discussies en beleidszaken welke bij ons in Nederland actueel zijn, zoals bijvoorbeeld vergoedingen, productkeuze, cliëntperspectief, protocollen, richtlijnen en digitalisering, zich wereldwijd voordoen. Ervaringen werden dan ook gedeeld in de zalen en vaak ook voortgezet in de pauzes. Diverse internationale exposanten zorgden voor een breed aanbod op de beursvloer welke gelegen was rondom de zalen. Ook de sprekers waren afkomstig uit verschillende werelddelen en de abstracts van hun presentaties zijn terug te vinden op onze website (www.ivo2012.org.au). Vooral de presentatie van de eerste keynote speaker Ian Alexander (USA) sprak velen tot de verbeelding. Hij is orthopedisch chirurg en sprak over ziektebeelden en de mogelijke oplossingen welke uiteen werden gezet tegenover een kostenplaatje. De genoemde kosten beperkten zich niet tot een mogelijke operatie en ziekenhuisopname versus een te leveren hulpmiddel, maar hij stelde ook duidelijk het belang van de cliënt centraal en benoemde ook het traject van bijvoorbeeld een verdere behandeling en revalidatie, verminderde mobiliteit, het niet kunnen werken etc. Hij onderstreepte de noodzaak om kennis omtrent de ge-
maakte keuzes te vergaren en hij is van mening dat dit reeds bij de medisch specialisten dient te worden verzameld. Kennis is macht, en degene die over dergelijke informatie weet te beschikken zal “koning” zijn. Vanuit Nederland hebben Fred Holtkamp vanuit Fontys hogescholen en Wolter de Vries namens het SVGB een presentatie gegeven. Loopvisie uit Lelystad heeft het mogelijk gemaakt dat twee revalidatieartsen in een duo presentatie een casus konden beschrijven. Ook de presentatie van “onze” Rob Verwaard op de 2e dag van het congres heeft veel aandacht gekregen en na afloop van het congres zijn veel internationale contacten gelegd danwel aangescherpt. Rob Verwaard zette in zijn presentatie de ontwikkeling van het Voet-Schoen protocol uiteen en vulde dit aan met de ambities en ontwikkelingen welke er zijn binnen de branche. De internationale belangstelling is groot en vanuit Amerika en Australië zijn al mogelijkheden geboden om dit samen op te pakken en mogelijke benchmarking uit te voeren wanneer we zover zijn. Over 3 jaar, in 2015, zal het IVO congres worden gehouden in Frankrijk. Enkele collega’s werden in Australië al geprikkeld om daaraan een bijdrage te leveren. En wie weet kunnen we dan ook aan de bovengenoemde presentatie van Rob Verwaard een goed vervolg geven!
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
19
INLEIDING ONDERZOEKSSPECIAL door Sicco Bus, Mirjam de Haart en Frans Nollet, namens de DIAFOS studiegroep
RESULTATEN UIT DE DIAFOS TRIAL Kan orthopedisch schoeisel met verbeterde drukverdeling voetulcera bij diabetes voorkomen? In 2008 is de DIAFOS studie gestart. De DIAFOS studie (DIAbetic Foot Orthopedic Shoe) is een 5-jarig onderzoek naar de effectiviteit van orthopedisch maatschoeisel bij patiënten met een diabetische voet. De studie wordt gesubsidieerd door de NVOS-Orthobanda-OFOM, het Diabetes Fonds en door ZonMw. Specifiek is onderzocht of het verbeteren
van de drukverlagende eigenschappen van OS het opnieuw ontstaan van ulcera op de voetzoolzijde kan voorkomen. Sinds 2008 is in dit vakblad regelmatig verslag gedaan over de DIAFOS studie. Nu aan het eind van het onderzoek een heuse “DIAFOS special” met de belangrijkste resultaten uit het onderzoek, weergegeven in 6 korte artikelen.
S van de DIAFO Veel leden en bij de plenaire sam projectgroep, MC op 6 juni 2012 waar A t e h sessie in ten van het DIAFOS a lt su re werden de presenteerd ge k oe rz e ond
E schoen nkele van de technic i, m betrokke Harold van We et v.l.n.r. Rona n Wim Cu ssel, Jacc ld Lever, en Chr sters, Bart o de Bruin, ist van K den Eij oomen de
De AMC projectgroep met v.l.n.r.: Mirjam de Haart, Roelof Waaijman, Renske Keukenkamp, Sicco Bus, Tessa Busch-Westbroek en Mark Arts. Frans Nollet ontbreekt op de foto.
ie tijdens Prijs voor de beste presentat Enkel het Internationale Voet en il 2012 in Biomechanica Congres in apr erzoek. Sydney, voor het DIAFOS ond
20
ONDERZOEKSSPECIAL ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
Aanleiding voor het onderzoek Voetulcera komen veel voor bij diabetes patiënten en eenmaal genezen komen ze ook vaak weer terug. Deze voetulcera kunnen leiden tot infecties en uiteindelijk amputatie. Preventie is daarom van groot belang. Orthopedisch maatschoeisel (OS) wordt voor dit doel vaak voorgeschreven. Enkele buitenlandse studies naar het effect van op OSB gelijkend schoeisel op het voorkomen van voetulcera zijn wel gedaan. Echter, de meeste studies vertonen methodologische onvolkomenheden en zijn moeilijk toepasbaar in de Nederlandse praktijk waarin maatschoeisel vaak de standaard is. De kennis, kunde en ervaring van de arts en schoentechnicus zijn bepalend voor het schoenvoorschrift en de fabricage van de schoen. Kwantitatieve meetgegevens worden weinig gebruikt in het voorschrijven van OS. Dit heeft er toe geleid dat binnen het Academisch Medisch Centrum (AMC) in Amsterdam en de Ziekenhuisgroep Twente in Almelo onderzoek is gedaan naar de waarde van het gebruik van drukmetingen in de schoen (beschreven in vlakblad nr. 4 uit 2007). De uitkomsten waren zeer positief en lieten zien dat met het aanpassen van de schoen op geleide van drukmetingen een drukverlaging van 15-50% bereikt kan worden. Omdat we weten dat bij diabetes patiënten een hoge druk onder de voet een risico vormt op ulcera, was de vraag of deze drukverlaging in de schoen voetulcera kan voorkomen.
Wat werd er onderzocht? Het DIAFOS onderzoek is onder leiding van de afdeling Revalidatie van het AMC in een tiental ziekenhuizen uitgevoerd (zie afbeelding). In 2,5 jaar tijd werden 171 patiënten geïncludeerd. Allen hadden diabetes, neuropathie en een recent doorgemaakt voetulcus op de voetzoolzijde. De typische patiënt dus die OS voorgeschreven krijgt.
De patiënten in de studie werden willekeurig verdeeld in een groep waarbij drukmetingen in de schoen werden gebruikt om de plantaire drukken te verlagen bij het afleveren van het OS, of een groep waarbij druk wel gemeten werd, maar niet gebruikt werd om de schoen aan te passen. Deze metingen werden elke 3 maanden herhaald. Patiënten werden 18 maanden gevolgd of tot het moment dat ze een voetulcus kregen. Naast de druk in de schoen werd bij elke patiënt eenmalig de druk bij het blootsvoet lopen gemeten. Vragenlijsten over zorggebruik door de patiënt, kwaliteit van leven en wat de patiënten van het schoeisel vonden werden ingevuld. Met behulp van sensoren in de schoen en rond de enkel werden de therapietrouw in het dragen van het OS en de activiteit van de patiënt gedurende de dag gemeten. Met al deze gegevens konden vele interessante analyses gedaan worden die in 6 korte artikelen op de volgende pagina’s beschreven staan.
Bijdrage Vele mensen hebben zich ingezet voor de DIAFOS studie. De revalidatieartsen en in sommige centra ook de podotherapeuten hebben het onderzoek lokaal gecoördineerd en de 171 patiënten in het onderzoek geïncludeerd. Speciale aandacht gaat uit naar de bijdrage van de schoentechnici van de 9 betrokken schoenbedrijven die alle schoenaanpassingen van de patiënten in het onderzoek hebben gedaan. Daarom speciaal genoemd: Paul Mooren, Rob Haspels, Harold van Wessel, Bart Koomen, Hermann Wessendorf, Gerard du Mont, Ronald Lever, Christ van den Eijnde, Jan Pulles, Jacco de Bruin en Wim Custers.
De onderzoekers Mark Arts, Roelof Waaijman en Renske Keukenkamp hebben vele kilometers afgelegd en veel tijd besteed aan het meten van alle patiënten, analyseren van de gegevens en het presenteren van de uitkomsten. Mark en Roelof zullen op de uitkomsten van de DIAFOS studie gaan promoveren. Foto’s van de voet werden beoordeeld door voetexperts die de belangrijke taak hadden om te bepalen of een patiënt in de studie een voetulcus had of niet. Dit grootschalige onderzoek kon niet plaatsvinden zonder de subsidies. van NVOS-Orthobanda / OFOM, het Diabetes Fonds en ZonMw. En uiteraard waren de vele patiënten die bereid waren mee te doen onmisbaar om dit onderzoek tot een goed einde te brengen. ■
Inhoud onderzoeksspecial
>>
Hoe goed verlaagt orthopedisch maatschoeisel de druk onder de voet bij diabetes patiënten?
Pag 22
Hoe trouw zijn diabetes patiënten in het dragen van orthopedisch schoeisel?
Pag 23
Wat vinden patiënten met een diabetische voet van hun orthopedische schoenen?
Pag 24
Wat is het effect van het aanpassen van orthopedisch maatschoeisel bij patiënten met diabetes? Pag 25 Kan orthopedisch schoeisel met verbeterde drukverlaging voetulcera bij diabetes patiënten voorkomen?
Pag 26
Welke factoren voorspellen het krijgen van een voetulcus bij diabetes patiënten?
Pag 27
ONDERZOEKSSPECIAL ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
21
TEKST Mark Arts namens de DIAFOS studiegroep
HOE GOED VERLAAGT ORTHOPEDISCH MAATSCHOEISEL DE DRUK ONDER DE VOET BIJ DIABETES PATIËNTEN? Voetdeformiteiten komen vaak voor bij patiënten met diabetes en sensibiliteitsstoornissen en veroorzaken hoge druk onder de voet. Deze patiënten krijgen vaak orthopedisch maatschoeisel (OS) voorgeschreven om de druk te verdelen en te verlagen. Het is op dit moment echter nog onduidelijk hoe goed deze schoenen dit eigenlijk doen. In deze studie hebben we met behulp van drukmetingen in de schoen bepaald in welke mate de voet in het gedragen OS wordt ontlast. Wat hebben we gedaan?
vastgesteld of er sprake was van één of meerdere voetdeformiteiten, zoals hallux valgus, hamer- of klauwtenen, prominerende metatarsaalkopjes, platvoet (pes planus), holvoet (pes cavus), Charcot en teen- of voorvoetamputatie. Deze voeten werden vervolgens ingedeeld in groepen per deformiteit en vergeleken met voeten zonder deformiteiten. De drukken in de schoen op locaties waar de blootsvoetse druk het hoogst was en waar het vorige ulcus had gezeten, werden geanalyseerd. We beschouwden de drukontlasting door het schoeisel effectief als de druk lager was dan 200 kPa, op basis van eerder uitgevoerd onderzoek.
Bij 171 “DIAFOS” patiënten werden blootsvoetse drukmetingen over een plaat en drukmetingen in de schoenen met flexibele meetzooltjes gedaan. Bij alle voeten werd
“Het drukverlagende effect van orthopedisch schoeisel is vaak nog niet optimaal”
De resultaten We vonden gemiddeld hogere drukken in de schoen bij voeten met een voorvoetdeformiteit (druk tussen 211 en 308 kPa) dan bij de niet-gedeformeerde voeten (druk tussen 191 en 222 kPa), zie figuur 1. In de voeten met een deformiteit in de middenvoet was de druk lager dan bij voeten met een voorvoetdeformiteit (druk tussen 140 en 184 kPa),
maar ook weer hoger dan de druk in de nietgedeformeerde voeten (112 kPa). Uitgaande van ons criterium van 200 kPa bleek dat 61% van alle schoenen effectief druk verlaagde. De drukontlasting was wel een stuk succesvoller bij de deformiteiten van de middenvoet (81%) dan bij de deformiteiten van de voorvoet (44%) en de locatie waar het vorige ulcus zat (62%).
Wat betekent dat voor de praktijk? Het blijkt dat het drukontlastende effect van OS vaak nog niet optimaal is, voornamelijk bij voorvoetdeformiteiten. De meest succesvolle drukverlaging vonden we bij de voeten met de ergste complicaties, zoals Charcot, voorvoetamputaties en voormalig ulcuslocaties. Dat komt misschien doordat de focus veelal ligt op de eenvoudig te bepalen risicolokaties. Risicogebieden in vooral de voorvoet worden minder vaak vastgesteld, met als gevolg minder succesvolle drukontlasting. Met voetdrukmetingen kunnen alle risicolocaties in de voet gevonden worden, wat dit een waardevol instrument maakt in de evaluatie en verdere verbetering van OS. Daarnaast zou de beschikbaarheid van schoenvoorschriften en protocollen op basis van bewijslast mogelijk kunnen leiden tot meer drukontlasting en zo ulcera voorkomen. ■
VOETDEFORMITEITEN 450 400 Gedeformeerde voeten
Niet gedeformeerde voeten
350
Piekdruk (kPa)
300 250 200 150 100
Figuur 1. De gemiddelde drukwaarde en spreiding per type deformiteit. De rode stippellijn geeft het afkappunt van 200 kPa aan waarboven schoeisel als niet effectief werd beschouwd.
22
50 0 Hamertenen
Klauwtenen
Hallux Valgus
Prom. MTHs
Pes Planus
Pes Cavus
Charcot
Amputatie (tenen)
Amputatie (MTH)
TEKST Roelof Waaijman namens de DIAFOS studiegroep
HOE TROUW ZIJN DIABETES PATIËNTEN IN HET DRAGEN VAN ORTHOPEDISCH SCHOEISEL? Orthopedisch maatschoeisel (OS) kan alleen effectief zijn in het voorkomen van ulcera bij diabetes patiënten als het ook gedragen wordt. Eerder onderzoek laat zien dat de therapietrouw bij deze patiëntengroep laag kan zijn en dat slechts een kwart van de patiënten hun voorgeschreven OS meer dan 80% van de tijd draagt. Dit onderzoek is echter uitgevoerd met vragenlijsten en interviews, die minder betrouwbare antwoorden kunnen opleveren. Wij hebben voor dit doel de beschikking over een sensor die we in de schoen plaatsen. Omdat therapietrouw een groot probleem lijkt bij deze patiëntengroep, hebben we dit in deze studie met deze sensor objectief gemeten. Wat hebben we gedaan? Bij 107 “DIAFOS”patiënten werd met behulp van een temperatuursensor in de schoen en een stappenteller rond de enkel bepaald hoeveel procent van de stappen die de patiënt zet op een dag, het OS werd gedragen. Maximaal twee paar OS van de patiënt werd gemeten. Patiënten werden gedurende 7 opeenvolgende dagen gemeten. Met behulp van een dagboek dat de patiënt elke dag bijhield wisten we wanneer de patiënt weg van huis was, om zo de therapietrouw in huis en weg van huis te kunnen onderscheiden en vergelijken.
De resultaten De patiënten droegen gemiddeld 71% van de stappen die ze zetten het voorgeschreven OS. In de grafiek staat weergegeven hoe de therapietrouw verschilde tussen de patiënten. Ongeveer de helft van de patiënten droeg het OS meer dan 80%, en één derde droeg het OS minder dan 60%. Patiënten droegen hun schoenen in huis (61%) veel minder vaak dan buitenshuis (87%). Vooral de “lage” therapietrouw groep bleek het OS in huis weinig te dragen, in slechts 28% van de stappen. Daar komt bij dat de patiënten in huis juist actiever waren dan buitenshuis.
Wat betekent dat voor de praktijk? De therapietrouw blijkt een stuk hoger dan gevonden in eerdere studies, misschien omdat de patiënten ernstige complicaties
hebben waardoor het besef van het dragen van OS beter is. Toch dragen veel patiënten het OS weinig, vooral in huis, terwijl ze in
huis juist actiever zijn. Dit betekent een extra belasting van een niet goed beschermde voet die het risico op een voetulcus kan vergroten. Manieren om de therapietrouw te verhogen moeten zich dus vooral richten op de thuissituatie. Belangrijk is om te achterhalen waarom patiënten hun OS thuis niet dragen. Goede educatie over het belang van het dragen van adequaat schoeisel en het verstrekken en vergoeden van speciaal op maat gemaakt schoeisel voor thuis zijn mogelijk effectieve oplossingen. ■
Één derde van de patiënten draagt hun schoeisel minder dan 60% van het aantal stappen 60
50
40
30
20
10
0 0-20
20-40
40-60
60-80
80-100
Percentage stappen dat orthopedisch schoeisel wordt gedragen Figuur 2. Verdeling van de therapietrouw over de gemeten patiënten.
“Patiënten zijn in huis veel minder therapietrouw dan buitenshuis”
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012 ONDERZOEKSSPECIAL ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
23
TEKST Mark Arts namens de DIAFOS studiegroep
WAT VINDEN PATIËNTEN MET EEN DIABETISCHE VOET VAN HUN ORTHOPEDISCHE SCHOENEN? Orthopedisch maatschoeisel (OS) kan bij patiënten met diabetes alleen druk onder de voet ontlasten en voetwonden voorkomen als het gedragen wordt. Vaak wordt gesuggereerd dat OS minder gedragen wordt door patiënten met voetproblemen omdat zij het schoeisel niet aantrekkelijk vinden, oncomfortabel vinden zitten of te zwaar vinden. Onduidelijk is of dat voor diabetes patiënten met sensibiliteitsstoornissen en een ulcusverleden ook geldt. Daarom hebben we een grote groep diabetes patiënten gevraagd naar hun mening over het OS en onderzocht of er een verband bestaat met het draaggedrag. Wat hebben we gedaan? Drie maanden na aflevering van nieuw OS hebben we bij 153 ‘DIAFOS’ patiënten een vragenlijst afgenomen over hun ervaring met het nieuw afgeleverde OS. De vragenlijst is eerder gebruikt ter evaluatie van OS*. In de vragenlijst komen verschillende aspecten naar voren waaronder het ervaren comfort, de cosmetiek, het gewicht, het nut van OS, etc. De patiënten werden gevraagd hun ervaring op een schaal van 1 tot 10 aan te geven, waarbij 1 de meest negatieve en 10 de
meest positieve ervaring was. Daarnaast gaven patiënten aan wat voor hen de belangrijkste schoeneigenschap is en hoe vaak en hoe lang ze per week hun OS droegen. Verbanden werden gelegd tussen patiëntgebonden, schoengebonden eigenschappen en de mate van schoengebruik.
“Patiënten die minder nut zien in het dragen van orthopedische schoenen, dragen ze ook minder”
De resultaten Patiënten waren het minst te spreken over het gewicht van de schoen (gemiddelde score 6.5) en het meest over gemak bij aanen uittrekken van de schoen (gemiddeld 9.6). De scores voor de verschillende onderdelen zijn weergegeven in figuur 3. Dit figuur laat ook zien dat de ervaring met OS sterk individueel bepaald is, met een grote spreiding in de scores. De meeste patiënten waren dus redelijk positief over hun OS, maar voornamelijk jongere patiënten en hoger opgeleide patiënten waren minder tevreden over het uiterlijk van hun OS. Daarnaast waren de ervaringen met OS type A minder positief dan met OS type B, waarin ervaren comfort en gewicht bepalend zijn. 35% van de hele groep gaf ‘comfort’ aan als belangrijkste schoeneigenschap, zie figuur 4. Slechts 5-8% van de patiënten gaf ‘ gewicht’ en het ‘uiterlijk’ van de schoen aan als hoogste prioriteit. 42% van de patiënten droeg hun OS veel, meer dan 8 uur per dag.
Patiënten die een lage score gaven aan het ervaren nut van het OS, droegen de schoenen minder vaak.
Wat betekent dat voor de praktijk? Het draaggedrag van OS door een patiënt blijft lastig te voorspellen, maar het ervaren nut van het dragen van OS speelt een belangrijke rol. Dit benadrukt het belang om deze patiënten met een hoog risico op voetcomplicaties goed te informeren over de noodzaak en functie van OS in het voorkomen van voetwonden. Gewicht scoort het laagst en is bepalend in sommige uit komsten, toch is het geen prioriteit bij de meeste patiënten. Comfort is dat wel en behoeft dus aandacht in de schoenpraktijk. ■
Referentie: * De Questionnaire of Usability Evaluation; Ontwikkeld en gevalideerd door Michiel Jannick in 2004.
10
8 Comfort 35%
Steun 11%
Score
6
4 Pasvorm 18% 2 Bescherming 8% 0 Algemeen
Gewicht
Uiterlijk
Comfort
Zooldikte
Aan- / uittrekken
Pijn reductie 3%
Functionaliteit 9%
Ervaren meerwaarde
Figuur 3. Scores op de onderzochte schoeiseleigenschappen. Bolletjes geven de middelste waarde aan in de groep en de staafjes de spreiding op basis van 50% van gegeven antwoorden.
24
Gewicht 5%
Uiterlijk 8% Gemak aan/uittrekken 3%
Figuur 4. Schoeneigenschappen die voor de patiënten de hoogste prioriteit hadden.
TEKST Mark Arts namens de DIAFOS studiegroep
WAT IS HET EFFECT VAN HET AANPASSEN VAN ORTHOPEDISCH MAATSCHOEISEL BIJ PATIËNTEN MET DIABETES? Een belangrijk doel van orthopedisch maatschoeisel (OS) bij patiënten met een diabetische voet is het herverdelen en verlagen van de druk onder de voeten. Hiervoor kunnen verschillende (correctieve) biomechanische principes worden toegepast, zoals op maat inlegzolen, toegevoegde elementen, dempende toplagen en een afwikkelvoorziening in de schoen. Deze voorzieningen worden in de praktijk echter amper tot niet toegepast. Dit komt mogelijk door het ontbreken van ‘evidence-based’ richtlijnen voor biomechanische voorzieningen in de schoen. In deze studie onderzochten we de drukverlagende effecten van verschillende typen schoenaanpassingen, met het bestaande schoenrecept als uitgangspunt. Wat hebben we gedaan?
De resultaten
Bij 85 ‘DIAFOS’ patiënten werden drukmetingen uitgevoerd in nieuw afgeleverd OS. Op basis van de gemeten druk werden per voet maximaal 3 locaties geselecteerd: de vorige ulcuslocatie en twee locaties met de hoogste piekdrukken boven de 200 kPa. De schoentechnici probeerden in maximaal 3 ronden van schoenaanpassingen de druk op deze locaties substantieel te verlagen. Schoenaanpassingen werden door de schoentechnicus gekozen. De biomechanische eigenschappen van het OS werden op basis van beschikbare schoenreceptformulieren bepaald en alle schoenaanpassingen tijdens de meetsessies werden geregistreerd. De relatieve drukverandering na iedere ronde van aanpassingen werd bepaald en vergeleken tussen de typen aanpassingen en combinaties van aanpassingen.
Alle schoenaanpassingen bleken gemiddeld de druk te kunnen verlagen, maar de mate waarin was verschillend per aanpassing en per patiënt (zie figuur 5). Hoewel een extra ondersteuning van het mediale voetgewelf, meestal ter ontlasting van de mediale bal van de voet, relatief weinig werd toegepast (in totaal 11 keer) was het de meest effectieve enkelvoudige aanpassing (-18% drukverandering). Ruim een derde van de inlegzolen werd afgeleverd met een leren toplaag, welke vaak werd vervangen. De grootste drukafname werd bereikt door het leer te vervangen door een combinatie van PPT en plastazote (-27%). Bij lokale polstering bleek het gebruik van plastazote sterker de druk te verlagen dan PPT (-17% tegen -7%). Het combineren van biomechanische aanpassingen (Figuur 6) leidde tot meer drukafname, in individuele
gevallen soms meer dan de effecten van de enkelvoudige aanpassingen opgeteld.
Wat betekent dat voor de praktijk? Deze resultaten geven duidelijk aan hoe de druk onder de voet het best verlaagd kan worden. Gecombineerde schoenaanpassingen zijn, logischerwijs, effectiever dan enkelvoudige aanpassingen. Het grootste drukeffect wordt verkregen door het lokaal polsteren in combinatie met het vervangen van de toplaag, maar ook vele andere aanpassingen zijn mogelijk, afhankelijk van de individuele situatie. Met het gegeven dat in meer dan 60% van het afgeleverde OS nauwelijks gebruik was gemaakt van extra drukverlagende voorzieningen, geeft dit aan dat er al bij het voorschrift of ontwerp van OS ruimte bestaat voor verbetering. Deze resultaten dragen bij aan de ontwikkeling van ‘evidence-based’ richtlijnen voor het optimaliseren van schoenvoorschriften voor patiënten met een diabetische voet. ■
“De meest effectieve schoenaanpassing is een combinatie van lokaal polsteren en vervangen van de toplaag van de inlegzool”
Polsteren+Vervangen toplaag Transversaalsteun+Vervangen toplaag Diepleggen + Vervangen toplaag Diepleggen + transversaalsteun
0%
Afwikkeling (onderwerk)
Afwikkeling (supplement)
Mediaal gewelf onderst.
Pelot/opdruk
Polsteren
Transversaal-steun
Diepleggen
Vervangen toplaag
0%
-10%
-20%
-30%
Percentage druk reductie
Percentage druk reductie
-10%
-20%
-30%
-40%
-40%
-50%
-50%
Figuur 5. Gemiddelde relatieve drukafname per type schoenaanpassing.
Figuur 6. Gemiddelde relatieve drukafname van de meest voorkomende gecombineerde schoenaanpassingen.
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012 ONDERZOEKSSPECIAL ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
25
TEKST Sicco Bus namens de DIAFOS studiegroep
KAN ORTHOPEDISCH SCHOEISEL MET VERBETERDE DRUKVERLAGING VOETULCERA BIJ DIABETES PATIËNTEN VOORKOMEN? Van orthopedisch schoeisel (OS) weten we nog niet zo goed hoe effectief het is om voetulcera bij diabetes te voorkomen. De onderzoeken die zijn gedaan geven wisselende uitkomsten, maar bijna geen enkele studie meet de druk in de schoen, terwijl druk belangrijk is bij het ontstaan van voetulcera. Uit eigen onderzoek blijkt dat in OS de druk vaak aanzienlijk te verlagen is door de schoen aan te passen na afleveren. In dit onderzoek hebben we onderzocht of deze drukverlaging ook leidt tot minder recidive voetulcera bij diabetes patiënten. Wat hebben we gedaan? 171 “DIAFOS” patiënten werden willekeurig ingedeeld in 2 groepen. Groep 1 had OS waarin de voetdruk bij afleveren van het schoeisel en daarna elke 3 maanden gemeten werd en verlaagd werd door aanpassen van de schoen op geleide van de druk. Groep 2 had OS waarin wel druk gemeten werd, maar geen aanpassingen plaatsvonden. Patiënten werden 18 maanden gevolgd, of tot het moment dat een ulcus ontstond. Eenmalig werd de blootsvoetse druk, de therapietrouw in het dragen van OS en hoe actief de patiënt was gemeten. Bij elke bezoek werden ook kleine laesies beoordeeld, zoals eeltvorming, blaren en bloeduitstortingen.
De resultaten Door de schoenaanpassingen werden de piekdrukken gemiddeld met ongeveer 20% verlaagd. In totaal kreeg 42% van de patiënten
een voetulcus, vooral op de plek waar het vorige ulcus zat. In groep 1 kreeg 39% een ulcus, in groep 2 44%, een klein verschil. Groep 1 had minder ernstige wonden (d.w.z. met infectie- of vaatproblemen) en ook minder kleine laesies. Patiënten in groep 1 hadden een lagere blootsvoetse druk, waren actiever, maar ook minder therapietrouw dan patiënten uit groep 2. Van de 81 patiënten die therapietrouw waren (d.w.z. > 80% van de stappen het voorgeschreven schoeisel dragen), bleek groep 1 veel minder ulcera te hebben dan groep 2: 26% tegen 48%.
Wat betekent dat voor de praktijk? Het aanpassen van OS met als gevolg een drukverlaging van 20% bleek weinig effect te hebben op het aantal recidive voetulcera. Misschien is 20% drukverlaging te weinig en zal gezocht moeten worden naar manieren om OS verder te optimaliseren. Het zou ook
“Zolang het orthopedisch schoeisel gedragen wordt, kan drukverlaging leiden tot minder voetulcera”
26
Afbeelding 1. Het orthopedisch maatschoeisel dat in de studie werd voorgeschreven.
Afbeelding 2. Het protocol van opeenvolgende drukmetingen en schoenaanpassingen om de druk onder de voet te verlagen.
kunnen dat een combinatie van verminderde therapietrouw, hoge activiteit en hoge blootsvoetse drukken de veroorzaker is van de meeste ulcera. Aanwijzing hiervoor uit de resultaten waren dat zolang patiënten hun OS veel droegen, de verlaagde druk in het OS wel degelijk tot minder ulcera leidde. Dit betekent voor de praktijk: verbeter de therapietrouw en verbeter de drukverlagende eigenschappen van het OS, bijvoorbeeld door goede educatie en het gebruik van drukmetingen in de schoen. ■
TEKST Roelof Waaijman namens de DIAFOS studiegroep
WELKE FACTOREN VOORSPELLEN HET KRIJGEN VAN EEN VOETULCUS BIJ DIABETES PATIËNTEN? Vele factoren verhogen het risico op een voetulcus bij diabetes patiënten, zoals neuropathie, een eerder doorgemaakt ulcus of amputatie en vaatlijden. Verhoogde druk onder de voet is ook een risicofactor. Orthopedisch schoeisel (OS) heeft tot doel deze drukken te verlagen en zodoende ulcera te voorkomen. Echter, de kans op het opnieuw krijgen van een ulcus (recidief) is nog steeds hoog, tot wel 40% in 1 jaar tijd. Het drukverlagende effect van het OS kan hierin een rol spelen, net als therapietrouw en de activiteit van de patiënt. Deze zijn nog niet eerder onderzocht in één studie. In deze studie hebben we onderzocht welke van deze factoren voorspellend is voor het krijgen van een recidief ulcus. Wat hebben we gedaan? Bij 171 “DIAFOS” patiënten werden bij de start van de studie vele patiënt- en ziektegerelateerde factoren bepaald (zoals leeftijd, gewicht, voetdeformaties, diabetes duur, mate van neuropathie) en werd de blootsvoetse druk tijdens het lopen gemeten over een plaat in de grond. Elke drie maanden gedurende 18 maanden werd de voetdruk in het OS gemeten met flexibele meetzolen. Daarnaast werd elke drie maanden aan de hand van foto’s bepaald of er een ulcus, blaar, eeltvorming, of bloeduitstorting zichtbaar was en werd het aantal bezoeken aan de behandelaar gevraagd. Therapietrouw en het aantal stappen per dag werd gemeten over 7 opeenvolgende dagen. In een analyse werd vervolgens bepaald welke factoren het sterkst zijn in het voorspellen van voetulcera op de voetzoolzijde bij de patiënten.
Welke factoren voorspellen het ontstaan van ulcera? De factoren die de 71 ulcera die ontstonden in 18 maanden tijd voorspelden waren: aantal malen een ulcus in het verleden, het hebben van een pre-ulcus (overmatig eelt, bloeduitstorting, of blaar) onder de voet, variatie in het aantal stappen dat van dag tot dag gezet wordt en blootsvoetse druk. Bij de ulcera die ontstonden op dezelfde locatie als het vorige ulcus, vonden we dat een lage druk in de schoen in combinatie met een hoge therapietrouw ulcera kan voorspellen.
De sterkste voorspeller van voetulcera was een pre-ulcus.
Wat betekent dat voor de praktijk? Sommige factoren waren zwakke voorspellers die, als je ze beter zou behandelen, slechts een gering effect op het ontstaan van wonden zou hebben. Een pre-ulcus is de belangrijkste factor, wat een duidelijk signaal is dat pre-ulcera voorkomen moeten worden en, indien aanwezig, snel herkend en behandeld moeten worden. Goede frequente voetzorg is een must. Omdat een pre-ulcus vaak al aanwezig was bij afleveren van het schoeisel, is langer doorbehandelen van de voet na ulcusgenezing misschien nodig om de huid sterker te maken en is de kans op een nieuw defect kleiner. Het zorgen voor adequaat OS dat vooral de druk op de vorige ulcuslocatie verlaagt is belangrijk, samen met het (nog meer) benadrukken dat lopen op blote voeten uit den boze is. ■
“Overmatige eeltvorming, blaren en bloeduitstortingen zijn de belangrijkste voorspellers van voetulcera”
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012 ONDERZOEKSSPECIAL ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
27
“De combinatie van meedenken, techniek en commerciële inzet is een constante uitdaging” OIM Orthopedie is een toonaangevende speler in de markt van orthopedische hulpmiddelen met vestigingen in het hele land. Als zorgleverancier adviseren we over hulpmiddelen en leveren mobiliteit. Cliënten kunnen bij ons rekenen op deskundig advies en persoonlijke dienstverlening. Onze betrokken medewerkers zijn onderscheidend in het adviseren over en het aanmeten en vervaardigen van hulpmiddelen. Ben jij op zoek naar een constante uitdaging en maak je graag onderdeel uit van ons team? Kijk dan op www.oim.nl voor onze vacatures of neem contact op met onze afdeling HRM. Mail naar
[email protected] of bel met 0592 - 39 42 80. Wij maken graag kennis met jou! Acquisitie naar aanleiding van deze advertentie wordt niet op prijs gesteld.
28
www.oim.nl
TEKST Jaap de Boer
Tevreden exposanten en bezoekers op
ORTHOPÄDIE + REHA-Technik Van 16 tot 18 mei is in Leipzig de tweejaarlijkse ‘Orthopädie en Reha-technik’ gehouden. De beurs telde 584 exposanten en mocht op de belangstelling van 19.500 bezoekers uit 93 landen rekenen. De vakbeurs stond in het teken van innovaties op het gebied van revalidatiehulpmiddelen, pro- en orthesen en orthopedische schoentechniek. Bij zeker 100 exposanten kon de technicus zich laven aan gewijzigde of nieuwe ontwikkelingen, producten of materialen. Een van de trends is de vernieuwing van het begrip semi-orthopedische schoen. Producenten uit binnen- en buitenland leggen steeds meer de nadruk op ‘individueel vervaardigd’ met tal van uitgebreide mogelijkheden met een persoonlijke toets. Daarnaast veel scanapparatuur met freesbanken in allerlei soorten en maten, schoenmaterialen voor diabetici; ook kousenfabrikanten kennen een verhoogde belangstelling vanuit onze beroepsgroep. Men ziet een toename van nieuwe breitechnieken met daarbij een uitgebreide keuze in kleuren. In de orthopedie techniek ziet men een aanbod in computergestuurde protheseknieën, met naast het dagelijks gebruik ook veel sporttoepassingen.
4200 deelnemers uit verschillende zorgechelons; artsen, therapeuten en technici. Veel van de presentaties stonden in het teken van pro- en orthesen, diabetische wondbehandeling maar ook workshops voor schoentechnici. Afsluitend kan worden geconcludeerd dat de ‘Orthopädie en Reha-technik-beurs’ de rit naar Leipzig waard is geweest. De volgende ORTHOPÄDIE + REHA-Technik wordt van 13 - 16 mei 2014 gehouden in Leipzig. ■
Wetenschappelijk congres Aan de expositie was tevens een wereldcongres gekoppeld. Het congres stond in teken van ‘bruggenbouwen’ tussen de klassieke en innovatieve technieken in de technische orthopedie. De opkomst van de high-techknieën en handen was een belangrijk onderwerp in de congreszalen en op de beursvloer. Een keur van aanbieders trachtten de orthopedisch techneuten te verleiden met prachtige animaties en live shows. Op wetenschappelijk gebied werd er gedebatteerd om vooral in een ‘vreemde keuken’ te kijken om nieuwe visies te ontwikkelen. Soms is dat door de perspectieven van andere wetenschappen te combineren. Na een langere periode kan een interdisciplinaire benadering als combinatie van disciplines zelf ook weer een discipline worden. Mede door deze nieuwe aanpak trok het congres
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
29
TEKST Marije Smits
IK LOOP DUS IK BESTA: PARALYMPISCH TOPSPORTEN Ik ben Marije Smits. 25 jaar, topsporter met één been op weg naar de Paralympische Spelen van Londen 2012 en promovendus aan het Emma Kinderziekenhuis/AMC op de MDL afdeling. Een hele mond vol. Ik zal beginnen bij het begin: mijn amputatie. Toen ik 12 jaar was werd er een kwaadaardige tumor, een Ewing Sarcoom, in mijn rechter onderbeen ontdekt. Een jaar van chemokuren en een knie-exarticulatie volgde. Rigoureus, maar met effect: ik ben er nog steeds. 2001: ik leerde lopen met een prothese maar wilde meer. Mijn prothesemaker Frank Jol stuurde me naar de atletiekbaan om te leren rennen en maakte mijn eerste sportprothese. Ik werd verliefd op steeds harder rennen en verder springen. Sport werd topsport, en sindsdien ben ik dus vooral op en om de atletiekbaan te vinden. Vanaf seizoen 2008-2009 fulltime. De trainingen zijn divers: springen, kracht, sprinten, starten, core stability. Daaromheen rusten, fysiotherapie, ijsbaden en bezoekjes aan mijn mental coach, diëtiste en prothesemaker. We gaan drie keer per jaar een aantal weken op trainingsstage, plus een groot toernooi wat meestal ook een week of vier buitenland betekent.
Inmiddels is het zeker dat er vijf vrouwen en vijf mannen naar de Paralympische Spelen mogen, atletiek specifiek, waaronder ikzelf. Er wordt maar een beperkt aantal atleten toegelaten, puur omdat het de organisatie anders te veel geld kost. Paralympische Spelen zijn minder rendabel dan de Olympische versie. En omdat er in Nederland minimaal zes (waarschijnlijk zeven) vrouwen zijn die aan de kwalificatie eisen voldoen, moesten we onderling strijden voor die plekken tijdens het Europees Kampioenschap. Op 2, 4 en 5 september zijn ‘mijn’ onderdelen op de Paralympics. Best spannend dus. Als ik op de atletiekbaan sta, voel ik me super. Het gevoel van rennen, van hard gaan, van mogen presteren in een vol stadion: het is echt onbetaalbaar. Mijn persoonlijke records heb ik op het Europees Kampioenschap aangescherpt. En er zit nog meer in het vat. Ik hoop dat ik het mag laten zien in Londen. Mijn prestatie daar is het directe resultaat van een flinke portie geluk, hard werken en kansen grijpen als ze er liggen. Ik ben een enorme geluksvogel. ■
“Ik werd verliefd op steeds harder rennen en verder springen” 30
www.marijesmits.nl | twitter.com/marijesmits
Fotografie bij dit artikel: Helene Wiesenhaan Photography
In 2004 en 2008 nam ik deel aan de Paralympische Spelen in de klasse bovenbeenamputees. Ik werd 8e (2004) en 5e en 6e (100 m en verspringen in 2008). Ik wil meer, echt bij de beste horen. Tot nu toe ben ik goed op weg, met als voorlopig hoogtepunt WK zilver op het onderdeel verspringen in 2011. Londen is het volgende doel.
Of je nu orthopedisch instrumentmaker, maatschoenmaker, orgelbouwer of zadelmaker bent... Je bent hoe dan ook kritisch in de keuze van je leer. Want daar waar de kwaliteit te wensen overlaat, loop je het risico dat je ambachtelijk vakmanschap volledig teniet wordt gedaan. Bij Van Oosterum Leder begrijpen we dat al sinds 1929. En dat merk je zodra je met onze leermeesters Ger van Wanrooij en Peter Wolfs rondloopt langs het grootste leerassortiment van Nederland. Zij vertellen je graag álles over de meest uiteenlopende leersoorten en hun specifieke eigenschappen. En laten je zien waar je op moet letten.
Meer informatie? Kijk op: www.oosterumleder.nl •
[email protected] • Telefoon +31(0)162 522 580
Wij zoeken een enthousiaste
zorgaanbieder op het gebied van het
Orthopedisch schoentechnicus / paskamermedewerker
oplossen van voetproblemen. Wij zijn
Je werkzaamheden bestaan uit een combinatie van het behandelen van cliënten en het vervaardigen van diverse
werkzaam
orthopedische voorzieningen. Je adviseert de cliënten op een professionele en persoonlijke wijze. Je overlegt indien
Kaptein
orthopedie
vanuit
is
onze
een
regionale
vestiging
in
Noordwijkerhout en hebben in de regio
nodig met voorschrijvers en andere disciplines om tot een adequate oplossing te komen voor de diverse voetproblemen.
Duin- & Bollenstreek en Kennemerland
Je voelt je van A tot Z verantwoordelijk voor de producten die je adviseert. Daarnaast stuur je de technische medewerkers
een viertal vaste servicelocaties. Daarnaast
aan en zul je zelf ook regelmatig in de productie meewerken.
verzorgen wij spreekuren in ziekenhuizen en
verzorgings-
en
verpleeghuizen.
Wij vragen
Centraal staat een klantgerichte aanpak bij
Je hebt het diploma orthopedisch schoentechnicus (MBO-nivo 4) of orthopedisch adviseur richting schoentechniek
het oplossen van voetproblemen op zowel
(HBO). Je hebt voldoende praktische evaring op dit gebied. Je bent correct en vlot in de omgang, kunt duidelijk
medisch-functioneel als cosmetisch gebied,
communiceren en je bent goed in het oplossen van voetproblemen. Uiteraard ga je soepel en efficiënt om met
in samenwerking met de voorschrijvend
wisselende werkzaamheden. Accuratesse en empathie zijn vereist in deze functie.
specialist of arts.
Wij bieden Een uitdagende en afwisselende functie binnen een modern en innovatief bedrijf met een prettige werksfeer. Salariëring is afhankelijk van ervaring en prestaties. Bij voldoende motivatie en inzet zijn er zeker doorgroeimogelijkheden. Ben jij de aangewezen persoon om ons bedrijf te komen versterken, stuur dan je schriftelijke sollicitatie met CV aan:
Kijk voor meer informatie over ons bedrijf op
Kaptein Orthopedie t.a.v. Wim Kaptein, Zeestraat 93a, 2211 XD Noordwijkerhout
www.kaptein-orthopedie.nl
of per email:
[email protected]
KAPT persadv 210x144.indd 1
06-07-12 11:30
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
31
TEKST Dr. GM Rommers, revalidatiearts UMC Groningen
Geschiedenis van de compressietherapie in relatie tot beenziekten tot en met de 18e eeuw
epidemiologie van amputaties aan de onderste extremiteit:
WAT ZEGGEN GETALLEN? Zolanmpressietherapie steeds meer terrein en met ve. ■
In de gezondheidszorg in Nederland worden veel registraties bijgehouden. Voor het geven van extra informatie over amputaties aan de onderste extremiteit is een kort overzicht gemaakt van de huidige situatie in Nederland. Ondanks alle verwachtingen van verandering van de leeftijdsopbouw van de samenleving is duidelijk dat het aantal amputaties aan de onderste extremiteit de laatste 20 jaar niet veranderd is. Hoe zit het nu precies? In de laatste twintig jaar (t/m 2012) is in Nederland het aantal geregistreerde amputaties aan de onderste extremiteit, van sacro-iliacaal tot aan de voorvoet, vrijwel constant gebleven. Dit aantal amputatieoperaties bedraagt ongeveer 3300 per jaar1. Het aantal teenamputaties varieert van 2500-3500 per jaar en wordt in deze beschouwing niet meegenomen. De aantallen, die door de diverse auteurs1,2,3
32
worden vermeld, zijn gebaseerd op de landelijk beschikbare cijfers van de Stichting Prismant4 Deze getallen, die jaarlijks verspreid worden, geven een indruk van de aantallen operaties over de verschillende amputatieniveaus. Recent onderzoek in Noord-Nederland heeft laten zien dat er in aantallen amputatieoperaties weinig verandering is opgetreden, ondanks veranderingen in diabetes zorg en nieuwe behandelmogelijkheden van vaatziekten en vaatoperaties.
Incidentie De incidentie (het aantal nieuwe amputaties per jaar) van het aantal amputatieoperaties in Nederland van de laatste jaren wordt gebaseerd op de registratie van deze amputaties in de Nederlandse ziekenhuizen. In de periode 1991-2012 verstrekten ongeveer 99% van de Nederlandse ziekenhuizen deze gegevens aan Prismant.
Als we alle amputaties aan de onderste extremiteit (hoofd- en nevendiagnosen) optellen, ontstaat het incidentiegetal na deling door het aantal inwoners in Nederland volgens de gegevens van het CBS. Dit wordt weergegeven in aantallen per 100.000 inwoners in Nederland.
Reden van amputatie In Nederland is op grond van de Prismantgegevens niet precies bekend wat de reden tot het verrichten van een amputatie is geweest. In diverse studies wordt 85-95% aan vasculaire oorzaken toegeschreven3. Recent onderzoek in Noord-Nederland toont aan dat het aantal patiënten met diabetes mellitus (suikerziekte) in de amputatiegroep schommelt rond de 50%. De belangrijkste redenen voor amputatieoperaties zijn: in percentage van het totaal aantal amputatieoperaties: • 95% vaatproblemen • 4% ongevallen en fracturen • 1% kwaadaardige gezwellen
Overleven De overlevingstijd na amputatie van patiënten met een vasculaire aandoening, is relatief kort. De literatuur geeft waarden van 50% overleving over periodes van 2 tot 5 jaar. Pohjolainen et al6 melden in hun studie van 577 patiënten in de periode van 1984-1985 dat na 1 jaar 58% van de vasculaire amputatiepatiënten nog in leven was. Na 2 jaar was dit nog 37%. Kald8 meldt 55% overleving na twee jaar. Recente gegevens uit Schotland van Stewart melden 50% overleving van vaatpatiënten na 4,1 jaar en van diabetes patiënten na 3,6 jaar na amputatie. Nederlandse cijfers van Hoofwijk10 uit de periode 1977-1984 geven een 50% overlevingspercentage voor transfemorale amputaties na 1,2 jaar. Voor transtibiale amputaties betreft
dit 4 jaar. Echter, worden de patiënten geschikt bevonden voor een prothesevoorziening dan blijken ze 48,4% kans te hebben vijf jaar te overleven. Van de groep die geen prothesevoorziening kreeg aangemeten, bleek na 5 jaar nog 10% in leven te zijn. De epidemiologie van amputaties geeft een overzicht van het aantal amputaties in de loop van de tijd. De verandering van de samenstelling van de bevolking en de risicofactoren op het verkrijgen van een amputatie zullen in de komende jaren mogelijk wel veranderen11-12. Het blijft echter de taak van alle behandelaars om iedereen een zo optimaal mogelijke revalidatiebehandeling te geven het best passend bij het niveau van de ampuatie.
TT
Stewart komt op grond van een onderzoek in Schotland bij 1846 amputaties in de periode van 1965 tot 1989 tot vergelijkbare waarden. Onderzoek van Rommers1 in Noord-Nederland toont voor de Nederlandse populatie in 1991 en 1992 nagenoeg dezelfde waarden. Het aantal amputaties t.g.v diabetes mellitus ligt in Nederland rond de 40%-50%.
TF Voet KE
Figuur 1: Aantal amputaties in Nederland 1982-2010 (Hoofd- en Nevendiagnosen, overzicht is exclusief teenamputaties) TF: Transfemoraal KE: knieexarticulatie TT: transtibiaal Voet: van voorvoet tot enkel.
Literatuur: 1. Rommers GM, Vos LD, Groothoff JW, Schuiling CH, Eisma WH: Epidemiology of lower limb amputees in the north of The Netherlands: aetiology, discharge destination and prosthetic use. Prost Orthot Int. 1997Aug;21(2):92-9 2. Dwars BJ, Amputation level selection, Academisch proefschrift, VU Amsterdam. VU University Press, Amsterdam 1990. 3. Jaegers SMHJ, The morphology and function of the muscles around the hip joint after an unilateral transfemoral amputation. Academisch proefschrift, Rijksuniversiteit Groningen 1993, 147 pp. 4. Stichting Prismant, Landelijke registratie amputaties onderste extremiteit. 1982-2012. www.prismant.nl 5. Ebskov LB, Level of lower limb amputation in relation to etiology: an epidemiological study. Prosthet Orthot Int 1992, 16: 163-167. 6. Pohjolainen T, Alaranta H, Kärkaïnen M, Prosthetic use and functional and social outcome following major limb amputation. Prosthet Orthot Int 1990, 14: 75-79. 7. Pohjolainen T, Alaranta H, Wikström J, Primary survival and prosthetic fitting of lower limb amputees. Prosthet Orthot Int 1989, 13: 63-69. 8. Kald A, Carlsson R, Nilsson, Major amputation in a defined population: incidence, mortality and results of treatment. Br J Surg 1989, 76: 308-310. 9. Ebskov LB, Lower limb amputations for vascular insufficiency. Int J Rehabil Res 1991, 14: 59-64. 10. Hoofwijk AGM, Kritieke ischaemie van het been. (Severe lower limb ischaemia) Academisch proefschrift. Rijksuniversiteit Utrecht 1990. 11. Houtum van WH, Diabetes related lower extremity amputations. Thesis. Vrije Universiteit Amsterdam, The Netherlands 1998. 12. Van der Erf, R, 2006 Nederland vergrijst minder dan rest EU Demos Jaargang 22 Sept./Okt. 69-73
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
33
TEKST Mark van der Pluijm
AFSTUDEREN
ALS ORTHOPEDISCHE (SCHOEN)TECHNOLOOG ANNO 2014 Bij de opleiding orthopedische technologie, maar feitelijk bij alle opleidingen Fontys Hogescholen, hebben zich de afgelopen maanden grote veranderingen voorgedaan met betrekking tot de afstudeerprojecten. Voor de opleiding orthopedische technologie betekent dat een flinke wijziging in het curriculum, waardoor er ook een aantal wijzigingen zijn in de plaatsing van de stages. Aanleiding De aanleiding voor alle veranderingen binnen het afstudeertraject is een aanscherping van het accreditatiekader met betrekking tot het afstuderen. Deze reageert hiermee op alle negatieve berichtgeving in de pers over andere HBO instellingen. In de afgelopen jaren zijn er namelijk regelmatig HBO-opleidingen in het nieuws gekomen, die HBO-onwaardige diploma’s hebben afgegeven, waarvan in de media de voorbeelden te vinden zijn. Na het ontdekken van de eerste problemen bij HBO-instellingen is hierop gereageerd door de politiek, door de eisen aan te scherpen. Dit zorgt ervoor dat de onderwijsinspectie en de NVAO strengere eisen stellen aan de opleidingen. (De NVAO is de Nederlands-Vlaamse accreditatieorganisatie, die alle HBO en universitaire opleidingen periodiek accrediteert). Vandaar dat besloten is het niveau van het afstuderen fors te verhogen. Fontys wil geen enkel risico nemen en loopt daarom flink vooruit op veel andere Hogescholen.
Concreet De belangrijkste verandering is de ‘verwetenschappelijking van het afstuderen’. Om het afstuderen naar een hoger plan te brengen is ervoor gekozen om in alle afstudeerwerken het wetenschappelijk onderzoek terug te laten komen. Grofweg kan gezegd worden dat elk verslag uit twee delen moet bestaan: een
34
systematisch reviewartikel over de beschikbare literatuur en een wetenschappelijk praktijkonderzoek.
Nieuwe opzet afstudeerjaar Een van de zaken die daarvoor moet worden aangepast is het uitvoeren van een uitgebreider onderzoek dan tot nu toe het geval was. Dit onderzoek moet een studie omvang hebben van 25 studiepunten (720 uur). Voor de opleiding Orthopedische Technologie heeft deze maatregel nogal wat gevolgen voor de indeling van het curriculum. Belangrijkste verandering is een herverdeling van het afstudeerjaar. Voor de studenten die komend schooljaar gaan afstuderen zal er nog niet veel veranderen. Zij doen een onderzoek voor 10 SBU (280 uur) en stage van 20 SBU (560 SBU). Dit is de manier van afstuderen zoals dat al jaren gebeurt, in het voorjaar. Tijdens de stage doet de student ervaring op met het werk. De student werkt en leert zowel de vaardigheden in de paskamer als de verschillende productietechnieken. De nieuwe opzet van het afstudeerjaar heeft tot gevolg dat er in het curriculum een herverdeling heeft plaatsgevonden met enkele vakken in de eerste drie jaar van de opleiding. Het afstudeerjaar bestaat vanaf het studiejaar 2014-2015 uit een stage (gevolgd door enkele vakken) voor 30 SBU (840 uur) in het najaar en een groot onderzoek voor 25 SBU (720 uur) in het voorjaar.
Om dit mogelijk te maken zullen de studenten die afgelopen studiejaar (2011-2012) in het eerste studiejaar zaten, een ander traject gaan volgen dan voorgaande jaren. Deze studenten gaan na één jaar op Fontys lessen te hebben gevolgd, nog één jaar naar de Katholieke Hogeschool Kempen in Geel en daarna nog twee jaar terug naar Fontys. Waarbij er stages zullen zijn: • Vanaf schooljaar 2012-2013 in jaar 1 van 2 x 3 dagen (1 keer in een OT en 1 keer in een ST bedrijf). In de periode van maart tot mei • Vanaf schooljaar 2013-2014 in jaar 3 van 2 x 4 weken of 1 x 8 weken. In de periode van mei tot juli (zit nu in de periode november tot december)
Afstudeeronderzoeken In veel gevallen wordt zowel de stage als het onderzoek binnen een orthopedisch bedrijf gedaan. Maar er is ook de mogelijkheid om het onderzoek niet in het stagebedrijf te doen. Het onderzoek kan dan voor een externe worden uitgevoerd zoals revalidatieartsen of promotietrajecten. Maar ook voor de orthopedische bedrijven is er de mogelijkheid om onderzoeksvragen neer te leggen bij de opleiding orthopedische technologie. In overleg zal een onderzoeksformat worden opgesteld en ter beschikking worden gesteld aan de studenten. De student kan dan het onderzoek van zijn voorkeur kiezen. De externe zal als opdrachtgever fungeren. Voor vragen of het indienen van onderzoeksvragen kunt u contact opnemen met
[email protected] Alle onderwerpen zullen uiteindelijk wel onderdeel moeten worden van grotere onderzoeken die lopen vanuit het wetenschappelijk instituut van de Fontys Paramedische Hogeschool, het lectoraat Health Innovations & Technology (HIT). Dit lectoraat ziet ook toe op het wetenschappelijke niveau van de afstudeerwerken, stelt hiervoor de criteria op en geeft vorm aan het wetenschappelijke onderwijs bij alle opleidingen. ■
Een m middelgroot bedrijf met missie en visie, visie,ingespecialiseerd gespecialiseerd d bedrijf el oo met missie en Een middelgroot metbedrijf missie en visie, gespecialiseerd de vervaardiging in de de vvervaardiging van kwalitatieve orthopedische in rvaardiging van kwalitatieve orthopedische van kwalitatieve orthopedische schoenen en aanverwante hulpmiddelen. schoenen en aanverwante aanverwante hulpmiddelen. hulpmiddelen. ch e en en Zoekt ter uitbreiding van zijn jonge team een enthousiast, goed communicerend en empathisch Zoekt ter ter uitbreiding uitbreiding van van zijn jonge team team een een enthousiast, enthousiast,goed goed communicerend communicerend en en empathisch empathisch ij jonge
Orthopedisch Schoentechnicus/Adviseur m/v Orthopedisch Schoentechnicus/Adviseur m/v m/v hopedisch Schoentechnicus/Adviseur De werkzaamheden bestaan onder andere uit: De werkzaamheden werkzaamheden bestaan bestaan onder onder andere andere uit: uit: De Het bijwonen van specialistische spreekuren inin de de ziekenhuizen en diverse verpleeghuizen; Het bijwonen bijwonen van van specialistische specialistische spreekuren spreekuren in de ziekenhuizen ziekenhuizen en en diverse diverse verpleeghuizen; verpleeghuizen; Het het verzorgen van spreekuren inin onze onze eigen vestiging. het verzorgen verzorgen van van spreekuren spreekuren in onze eigen eigen vestiging. vestiging.Aanspreekpunt Aanspreekpuntzijn zijninininde debegeleiding begeleiding het Aanspreekpunt zijn de begeleiding van eigen cliënten/patiënten.Het van eigen eigen cliënten/patiënten. cliënten/patiënten.Het Hetaanmeten aanmetenen enleesten leestenmaken. maken. van aanmeten en leesten maken. Het aansturen aansturen van van de de productie productie medewerkers. medewerkers. Het
Allround medewerker(productie) (productie) m/v Allround werkplaats werkplaats medewerker medewerker (productie) m/v Allround werkplaats m/v De werkzaamheden werkzaamheden bestaan bestaan uit: uit:Alle Allevoorkomende voorkomendewerkzaamheden werkzaamhedeninininde dewerkplaats. werkplaats. De Alle voorkomende werkzaamheden de werkplaats. Wij bieden afwisselende functies met ruimte voor eigen ideeën en inbreng; een prettige werksfeer bieden afwisselende functies metruimte ruimtevoor vooreigen eigen ideeën eninbreng; inbreng;een eenprettige prettigeons werksfeer Wij bieden afwisselende met ideeën en werksfeer inWij een informeel bedrijf.functies Bij gebleken geschiktheid zijn er groeimogelijkheden binnen bedrijf. in een een informeel bedrijf. Bij gebleken gebleken geschiktheid zijn er er groeimogelijkheden binnen ons ons bedrijf. bedrijf. in bedrijf. Bij geschiktheid zijn binnen Salaris isinformeel afhankelijk van ervaring en prestaties volgens degroeimogelijkheden CAO Maat- en Orthopedische schoenmakerijen. Salaris isis afhankelijk afhankelijk van van ervaring ervaring en en prestaties prestaties volgens volgens de de CAO CAO MaatMaat- en en Orthopedische Orthopedische Salaris schoenmakerijen. schoenmakerijen. Bent u geïnteresseerd in één van de bovenstaande functies? E-mail uw sollicitatiebrief met CV naar:
[email protected] of stuur het naar Bent u geïnteresseerd geïnteresseerd inin één één van de de bovenstaande functies? functies? Bent Pruis uSchoentechniek t.a.v. devan heer A.bovenstaande Brunekreeft, Arnhemseweg 11, 7331 BA Apeldoorn. E-mail uw uw sollicitatiebrief sollicitatiebrief met met CV CV naar: naar:
[email protected] [email protected] of of stuur stuur het het naar naar E-mail Voor meer informatie over beide functies kunt u contact opnemen met de heer A. Brunekreeft, Pruis Schoentechniek Schoentechniek t.a.v. t.a.v.de de heer heerA. A.Brunekreeft, Brunekreeft, Arnhemseweg Arnhemseweg 11, 11,7331 7331 BA BAApeldoorn. Apeldoorn. Pruis tel.nr. 055 - 5332783 of kijk op www.pruis-orthopedie.nl Voor meer meer informatie informatie over over beide functies functies kunt uustap contact opnemen opnemen met de de heer heerA. A.Brunekreeft, Brunekreeft, Voor beide kunt contact met helpt u een vooruit tel.nr.055 055 -- 5332783 5332783 tel.nr. Pruis - briefpapier.indd 1
Schonagen Orthopedische Op dit moment zijn wijSchoentechniek op zoek naar: Op moment wij openzoek naar: B.V.dit is gevestigd in zijn Harderwijk gespeciaOp dit moment zijn wij op zoek naar: liseerd in het maken van orthopedische
16-1-12 8:52
Ons team bestaat uit 11 medewerkers. Al onze taken hebben een ambachtelijke oorsprong en worden met de hand uitgevoerd; daarbij ondersteund door geavanceerde productietechnieken.
allround medewerker werkplaats (m/v) voorzieningen (bijv. voetbedden en schoenen) allround medewerker werkplaats (m/v) allround medewerker werkplaats (m/v) voor mensen met voetafwijkingen. die zich prettig voelt in een modern, middelgroot bedrijf en wil werken in
(m/v)
die zich prettig voelt in een modern, middelgroot bedrijf en wil werken in die voelt in een modern, bedrijf en wil werken in eenzich jongprettig en enthousiast team. Ben jijmiddelgroot flexibel, gemotiveerd, nauwkeurig een jong en enthousiast team. Ben jij flexibel, gemotiveerd, nauwkeurig Op dit moment zijn wij op zoek naar een fulltime een jongjeen enthousiast team. Ben jij flexibel, nauwkeurig en heb verantwoordelijkheidsgevoel dan zijngemotiveerd, wij op zoek naar jou. en heb je verantwoordelijkheidsgevoel dan zijn wij op zoek naar jou. enSCHOENHERSTELLER heb je verantwoordelijkheidsgevoel dan zijn wij op zoek naar jou. / VOORZIENINGENMAKER Je krijgt een fulltime aanstelling en salariëring vindt plaats volgens de CAO Je krijgt een fulltime aanstelling en salariëring vindt plaats volgens de CAO Je krijgteneen fulltime aanstelling en salariëring vindt plaats volgens de CAO maatorthopedische schoenmakerijen. maatorthopedische schoenmakerijen.Interesse? Richt dan je schriftelijke Die zichen prettig voelt in een modern, maaten orthopedische schoenmakerijen. sollicitatie met CV aan Karla van Veluw. middelgroot bedrijf en wil werken binnen een enthousiast team. Je bent opgeleid Ben je geïnteresseerd? Richt dan je schriftelijk sollicitatie voorzien van een Ben Richt dan je schriftelijk sollicitatie voorzien van een Ons adres is tot - je engeïnteresseerd? hebt ervaring als schoenhersteller, Ben je geïnteresseerd? Richt dan je schriftelijk sollicitatie van een CV aan Karla van Veluw, Wethouder Jansenlaan 214, 3844voorzien DG Harderwijk, maar je wilt doorgroeien in het Schonagen Orthopedische CV aan Karla van Veluw, Wethouder Jansenlaan 214, 3844 DG Schoentechniek Harderwijk,B.V. CV aan Karla van Veluw, Wethouder Jansenlaan 214,Jansenlaan 3844 DG214Harderwijk, e-mail:
[email protected] . orthopedisch schoentechnisch vak. Wethouder e-mail:
[email protected] . Ben je leergierig en weet je van aanpakken, 3844 DG Harderwijk e-mail:
[email protected] . dan ben jij wellicht de geschikte kandidaat tel. (0341) 42 61 12 Wil meer informatie dan kun je contact opnemen met voorjeons.
[email protected] Wil je meer informatie dan kun je contactemail: opnemen met Wil je Schonagen meer informatie dan Hagen, kun je contact opnemen met Frank of Jeroen tel. 0341 42 61 12. Frank Schonagen of Jeroen Hagen, tel. 0341 42 61 12. Frank Schonagen of Jeroen Hagen, tel. 0341 42 61 12. ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
35
TEKST John Lavrijsen
CAD/CAM BIJ MIMPEN SHOETECH
“De technieken bieden steeds meer mogelijkheden” Antoine Mimpen
Antoine Mimpen is als onderwerkmaker in de schoenindustrie begonnen in 1985 bij Helioform en Van Haren. In 1989 begon Antoine als modelleur bij Renata kinderschoenen en in 1995 werd bij Renata een CAD/CAM systeem in gebruik genomen voor het technisch modelleren van patronen en het graderen daarvan. Vervolgens breidde Antoine zijn CAD/CAM modelleerkennis uit met kinderschoenen bij Bunnies, damesschoenen en sandalen bij Smits en dameslaarzen bij JJ Durabel. Bij zijn laatste werkgever Gerla werkte hij aan modellen met houten zool en aan veiligheidsschoenen voor Neskrid. Wat is en doet Mimpen Shoetech? In 2008 is Antoine Mimpen voor zichzelf gestart met een eenmanszaak in Drunen genaamd Mimpen Shoetech. Mimpen Shoetech doet technisch modelleerwerk voor zowel schoenindustrie als voor de orthopedische schoentechniek. Voor beide branches worden schachten ontwikkeld in het CAD/ CAM systeem en hiermee worden voor allerlei type schoenen patronen gemaakt. Deze patronen worden geleverd in digitaal formaat en kunnen gesneden worden in diverse materialen, over de gehele wereld.
36
Werkt Mimpen Shoetech nog met andere bedrijven samen? Ja, sommige klanten willen alleen de patronen op papier. Deze kunnen worden aangeleverd als PDF, maar deze kunnen ook gesneden worden in het gewenste materiaal of zelfs als compleet gestikte schacht geleverd worden. Mimpen Shoetech werkt daarom vaak samen met 2 snijbedrijven en 2 stikbedrijven (Danico in Belgie en Vastre in Waalwijk). Een snijbedrijf in Berkel Enschot (snijdt in Drunen) is ook een eenmanszaak (Ad Hamers) die toch al een 10.000 paar
orthopedische schoenen compleet heeft gesneden, in vele soorten leder inclusief voering, tufta etc. Een ander veel groter snijbedrijf is Marcol in Kaatsheuvel, deze snijdt ongeveer alles, van schoenen tot vliegtuigonderdelen. Deze bedrijven zitten in de buurt, maar omdat de patronen digitaal aangeleverd kunnen worden, kunnen ze evengoed en even snel aan de andere kant van de wereld gesneden worden. Is een CAD/CAM systeem voor schachten rendabel voor een eenmanszaak? Ja, sterker nog; het is onmisbaar voor het ontwikkelen van patronen en graderen voor de schoenindustrie. Ook in de orthopedische schoentechniek kun je tijd besparen en tevens de kwaliteit verbeteren door inzet van een CAD/CAM systeem. Zonder CAD/CAM had Mimpen Shoetech zelfs niet bestaan. Toen Mimpen Shoetech in 2008 begon, hebben zij het CAD/CAM systeem in
eerste instantie gehuurd en veel tijd geïnvesteerd in een effectieve werkwijze en een ruime modellenbibliotheek voor de orthopedische schoentechniek. Na 1 jaar hebben zij het CAD/CAM systeem zelf aangeschaft. Zitten er grote verschillen tussen schoenindustrie en de orthopedische schoentechniek? Ja, er zit veel verschil in de werkwijze. In de schoenindustrie wordt op een leest een nieuw model ontworpen, de patronen ontwikkeld en deze worden vervolgens in alle maten gegradeerd. Deze patronen worden gesneden in karton waar een stansmesmaker stansmessen naar maakt (waarna de productie kan beginnen) of direct gesneden in leder in de gewenste maten op een snijmachine. In de orthopedische schoentechniek maak je eerst handmatig of met CAD een kopie van de leest van de klant. Daarna worden er, in het geval van een nieuw model, de patronen op gemodelleerd of je legt daarop een bibliotheekmodel dat op de juiste maat wordt verschaald. Eventueel nog wat wijzigingen doorvoeren en daarna kunnen de patronen in papier of leder worden gesneden. Ondanks de verschillen in de werkwijze kunnen beide gemakkelijk met hetzelfde
CAD/CAM systeem worden uitgevoerd. Het is een kwestie van in een andere volgorde op de knoppen drukken. Wat zijn de laatste ontwikkelingen in schachten CAD/CAM? De laatste ontwikkelingen hebben betrekking op 3D scanners, waarmee in een tiental seconden een leest kan worden gescand. Na de 3D scan heb je een 3D puntenwolk van de leest. Voordat deze in een 3D CAD/CAM systeem kan worden gebruikt moet je het zoolvlak en de mediale en de laterale kant van de leest bepalen. Zodra dat is gedaan kun je met het 3D CAD/CAM systeem een leestkopie maken van de klantleest. Tot 2011 maakte Mimpen Shoetech alle kopieën van de leesten met de hand en dat is zeker in de orthopedie, met voor iedere klant 2 leesten, een flink stuk handwerk. In januari 2011 heeft Mimpen Shoetech in een Infoot 3D voetscanner geïnvesteerd waarmee hij zijn klantleesten kan scannen. Na een paar maanden experimenteren heeft Mimpen Shoetech de afstelling in de hand om de 2D kopieën te krijgen zoals hij ze wil hebben en sinds een jaar maakt hij daar nu alle kopieën mee. Op dit moment zijn dat zo'n 20 paar per week.
Welke mogelijkheden voorziet Mimpen Shoetech voor de toekomst? De techniek gaat steeds verder en Mimpen Shoetech ziet binnen een aantal jaren ook mogelijkheden voor kleine bedrijven of zelfs eenmanszaken om zelf leesten te produceren. Misschien met CNC technieken, maar wellicht ook met 3D printen. De technieken bieden steeds meer mogelijkheden en worden beter, sneller en goedkoper. Het ligt daarom voor de hand dat deze mogelijkheden kunnen worden ingezet om kleine hoeveelheden leesten te kunnen vervaardigen. Is er nog een boodschap voor de collega's in de orthopedische schoentechniek? Veel collega's werken nog op traditionele wijze en maken nauwelijks gebruik van CAD/CAM. Zelfs scholen voor de schoenindustrie onderwijzen geen CAD/CAM, terwijl deze technieken al meer dan 20 jaar in de schoenindustrie worden toegepast. Mimpen Shoetech adviseert daarom aan scholen en bedrijven om te innoveren. Door de huidige technieken toe te passen kan er ook gemakkelijk en snel worden samengewerkt met productiebedrijven, waar ook ter wereld. De technieken zijn ook voor kleine bedrijven bereikbaar en kunnen zelfs voor een eenmanszaak rendabel worden ingezet. Stilstand is achteruitgang. ■ www.mimpenshoetech.nl
Ad Hamers, Snijservice
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
37
TEKST Rob Verwaard
VAN MBO NAAR MBO & HBO BEROEPSBEOEFENAREN NVOS-Orthobanda zet zich in voor het behouden en ontwikkelen van vakopleidingen ten behoeve van de orthopedische (schoen-)techniek. Zo is er naast de mbo-opleidingen bij de DHTA Utrecht hard gewerkt aan de hbo-opleiding bij Fontys Hogeschool te Eindhoven. In 2012 heeft het SVGB Kenniscentrum in opdracht van NVOSOrthobanda beroepscompetentie-profielen (bcp's) ontwikkeld voor de mbo- en de hbo-beroepsbeoefenaren (vakblad dec 2011, p24). Daarmee is alles gereed om in de praktijk deze deskundigen op de in de bcp's omschreven wijze in te gaan zetten. In de commissie Opleidingen van NVOS-Orthobanda is een overgangsregeling ontwikkeld om de overgang van alleen mbo-opgeleiden in het bedrijf naar de situatie van mbo- en hbo-opgeleiden binnen het bedrijfsleven vorm te geven. NVOS-Orthobanda stelt voor om nieuwe gediplomeerden vanaf 1 augustus 2015 volgens de laatste mbo- en hbo-beroepscompentieprofielen in de praktijk in te gaan zetten. Dit zal geadviseerd worden aan de SEMH met betrekking tot de deskundigheidseisen van de verschillende erkenningsregelingen. Voor de professionals die zijn opgeleid vóór 1 augustus 2015 geldt een overgangsregeling om vanuit de alleen mbo-opleidingsystematiek naar de mbo en hbo-opleidingsystematiek te gaan. De uitgangspunten van deze overgangsregeling zijn als volgt: • Inherent aan internationale ontwikkelingen streeft de branche naar opleiding en uitoefening van het vak in de paskamer op hbo-niveau. • De kwaliteit van de paskamermedewerkers trachten op hbo niveau te brengen zonder de bestaande capaciteit te verminderen en huidige voldoende functionerende adviseurs onnodig te belasten met aanvullende certificering. • De focus van het opschalen van het opleidingsniveau moet liggen op toekomstige instromers. • Een moment nemen om eenmalig af te rekenen met het verleden en voor de toekomst duidelijkheid te scheppen over de beroepsuitoefening op mbo-niveau en hbo-niveau.
38
• Voor paskamermedewerkers in de orthopedische schoentechniek en uit de orthopedische techniek gelden dezelfde regelingen. Therapeutisch elastische kousen zijn in dit voorstel buiten beschouwing gelaten. De paskamerprofessionals die vóór 1 augustus 2015 zijn gediplomeerd, worden in de overgangsregeling verdeeld in vier verschillende groepen:
1
Groep 1: mbo-4 professional of hbo orthopedisch technoloog
Alle mbo-4 gediplomeerden van de vakopleidingen orthopedische techniek en orthopedische schoentechniek behoeven geen omscholing om hun functie na 1 augustus 2015 uit te voeren. De eisen die in de SEMH erkenningsregeling zijn opgenomen over bij- en nascholing blijven onverminderd van kracht. Tot deze groep behoren ook de hbo gediplomeerden van de opleiding orthopedische techniek van de Fontys Hogeschool.
2
Groep 2: Ervaren (>10 jr.) professional, anders opgeleid
Alle medewerkers die niet over een mbo-4 vakdiploma beschikken maar over een vakgerelateerde opleiding mbo-1, mbo-2 of mbo-3 , en beschikken over minimaal 10 jaar aantoonbare ervaring als paskamer professional in de laatste 20 jaar, behoeven
geen omscholing te doen. Deze ervaring zou bijvoorbeeld kunnen worden aangetoond middels gevolgde opleidingen, bij- en nascholingen, functieomschrijvingen, SEMH erkenningen in de voorgaande jaren en andere relevante informatie. De eisen die in de SEMH erkenningsregeling zijn opgenomen over bij- en nascholing blijven onverminderd van kracht.
3
Groep 3: Minder ervaren (< 10 jr.) professional, anders opgeleid
Alle medewerkers met minder dan tien jaar aantoonbare ervaring in de afgelopen twintig jaar als paskamer professional en die niet beschikken over een mbo-4 vakdiploma of over een hbo diploma dat bewegingsgerelateerd is, dienen middels een nader te bepalen route (Erkennen van Verworven Competenties (EVC) of verkort opleidingstraject) gecertificeerd te raken. Dit dient te gebeuren vóór 1 augustus 2015. De eisen die in de SEMH erkenningsregeling zijn opgenomen over bij- en nascholing blijven onverminderd van kracht.
4
Groep 4: hbo-niveau anders dan orthopedische technologie
Alle medewerkers die een hbo-opleiding hebben afgerond op het gebied van bewegingstechnologie, fysiotherapie, podotherapie, ergotherapie of een relevante wo-opleiding (zoals bewegingswetenschappen), zullen via een nader te ontwikkelen zij-instroom traject vakinhoudelijk worden omgeschoold en een Proeve van Bekwaamheid op mbo-4 moeten afleggen. De eisen die in de SEMH erkenningsregeling zijn opgenomen over bij- en nascholing blijven onverminderd van kracht. Via Fontys is het mogelijk om voor de groepen 3 en 4 een EVC-traject te doorlopen, waarmee de eerder of elders verworven competenties kunnen worden vastgesteld. Met dit als beginpunt kan dan een maatwerktraject worden opgesteld waarmee de opleiding orthopedische technologie te doorlopen is. ■
TEKST Ina Sissingh, voorzitter VATEK
Uit de wereld van de
THERAPEUTISCHE ELASTISCHE KOUSEN Zoals in bijna alle zorgbranches is ook de wereld van de Therapeutische Elastische Kousen (TEK) in beweging. Laverend tussen bezuinigingen en innovaties, proberen we de kous met de nodige zorg te leveren. Momenteel zijn er allerlei zaken aan de orde die de wereld van de TEK kunnen veranderen. Zorgverzekeraars moeten meer bezuinigen, de branche en onze leden zijn op zoek naar samenwerking en ketens en de cliënt staat er tussen in en kan, naar zijn of haar gevoel, geen kant op. Terwijl de cliënt de belangrijkste factor is in het verhaal. Opleiding De brancheorganisatie NVOS-Orthobanda en beroepsvereniging VATEK hebben de handen ineen geslagen wat betreft de opleidingen. Het beroepscompetentieprofiel Compressietherapeut is gezamenlijk opgesteld. Het doel van een beroepscompetentieprofiel is om bij studenten competenties (vaardigheden) te ontwikkelen die nodig zijn om een goede (start)positie op de arbeidsmarkt te krijgen en voldoende groeimogelijkheden. Verbetering van de opleiding verhoogt de kennis en kunde bij medewerkers en zorgt dus voor een betere zorg voor de cliënten. Op dit moment
worden in overleg met NVOS-Orthobanda en de VATEK de bijbehorende onderwijsprogramma's opgesteld.
SEMH Ook op het gebied van kwaliteit & richtlijnen en markt & regels wordt samengewerkt. NVOS-Orthobanda en VATEK hebben beide zitting in de Raad van Advies TEK van de SEMH. Onlangs zijn de algemene eisen en de branchespecifieke eisen TEK tegen het licht gehouden. Een efficiency slag wordt zowel bij de algemene eisen als bij de branchespecifieke eisen van de SEMH doorgevoerd. Ook is er overleg met zorgverzekeraars en met CVZ. Samen staan we sterker in deze markt dan ieder voor zich. Het lid zijn/worden van een van deze verenigingen is altijd, maar zeker in deze tijd, zeer verstandig.
Deze avonden worden georganiseerd door patiënten en zorgverleners uit de regio en worden gevuld met lezingen en praktische presentaties. De regio Groningen-Drenthe heeft in juni jl. een actieve avond georganiseerd met de workshops bootcamp en yoga. Belangrijk is cliënten te laten zien wat er mogelijk is. Deze avonden worden zeer goed bezocht en daar merken we dat er veel onrust is en vragen zijn onder de kousendragers. Uniek in Nederland op lymfologisch gebied: het grootste lymfologie congres ooit georganiseerd! Met als thema de patiënt centraal, meet & greet. Op vrijdag 28 september 2012 is er een programma samengesteld voor paramedici (fysiotherapeuten en huidtherapeuten) en op zaterdag 29 september heeft NLNet een programma samengesteld voor patiënten. Meer informatie kunt u vinden op www.lymfoedeem.nl. We houden u op de hoogte van alle ontwikkelingen betreffende TEK. Op de onderstaande websites kunt u aanvullende informatie vinden.www.nvos-orthobanda.nl en www.vatek.nl
Bijeenkomsten Vanuit de lymfoedeemvereniging NLNet wordt geprobeerd de cliënten zoveel mogelijk te informeren. Lymf- en lipoedeempatiënten kunnen hier met vragen terecht. Daarnaast organiseert de vereniging in het hele land regionale supportavonden.
Samen staan we sterker in deze markt dan ieder voor zich. ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
39
TEKST Jaap de Boer
IK ZEI NOG ZO: ‘GEEN PUMPS’
Ongeduldig loop ik door de paskamer; mijn klant komt klaarblijkelijk niet opdagen. De secretaresse begrijpt er niets van, want zij heeft mevrouw Kovacs wel zes keer aan de lijn gehad. Kovacs wilde van alles weten; of ik gediplomeerd ben en hoe lang ik in het vak zit, of ik bekend ben met fybromialgie, of ik ook gekleurde schoenen maak of alleen zwart of bruin en of ik mij wel modern kleed. Na al deze telefoontjes wordt uiteindelijk een afspraak gemaakt. Mijn collega stuurt voor de zekerheid een berichtje met daarin nog een herinnering. Op de betreffende middag echter geen mevrouw Kovacs. Net op het moment dat ik, na een uur wachten, de volgende klant wil gaan aanmeten, komt het ‘lijdend voorwerp’ dood gemoedereerd binnenstappen. Mevrouw is zich van geen kwaad bewust. De secretaresse legt haar uit dat ze een uur te laat is en dat ze een half uur moet wachten. Dat voorstel valt niet in goede aarde, maar mevrouw besluit toch te wachten. Nadat ik afscheid heb genomen van mijn klant, treed ik mevrouw Kovacs tegemoet. Een magere vrouw, achter in de veertig, halflang sluik haar, zo’n een meter zestig lang en gestoken in een verschoten grijs jogging pak met koffievlekken. Aan haar voeten een paar vormeloze roze schuimplastic sloffen. Voordat ik iets heb kunnen zeggen steekt zij met een Slavisch accent van wal: ‘Ik ben boos op oe, want oe laat mij zomaar voor nieks komen en laat mij ook wachten!’ Ik kijk haar vragend aan. ‘Alle schoenmakers zijn hetzelfde, ze liegen en komen hoen afspraken niet na!’ Ik wacht enkele ogenblikken en vraag of ik misschien ook wat mag zeggen. Haar hoofdknik zie ik als bevestiging. Ik laat haar de agenda en haar afspraak zien. Maar daar klopt volgens mevrouw niets van. Ik besluit het zo te laten en informeer naar de reden van haar komst. Mevrouw heeft fybromialgie en heeft schoenen nodig. Maar het moeten wel mooie schoenen zijn. Niet van die Hollandse klompen! Ik vraag of ze al een
40
bepaald idee in haar hoofd heeft. Mevrouw wil graag wat voorbeelden en catalogi bekijken. Ik overhandig haar de modellenboeken om een en ander te laten zien. Al snel werpt ze de boeken op tafel; ‘Rubbish.’, roept ze. Vuilnis, denk ik bij mijzelf, dat is een boute uitspraak. Op mijn vraag wat mevrouw in gedachten heeft zegt ze: ‘Poemps.’ Ik antwoord haar dat ik van alles kan maken, maar dat pumps niet tot de mogelijkheden behoren. Ik bied haar aan om samen op het internet te kijken naar schoenen. Na een dikke twintig minuten webbezoek en talloze sites, houd ik het voor gezien. Ik vraag haar thuis achter de pc op zoek te gaan naar een model. Tenslotte vraag ik of mevrouw op de hoogte is van de wettelijke eigen bijdrage. Ze heeft ervan gehoord, maar haar schoenen worden helemaal betaald door het ziekenfonds en de sociale dienst. Ik stel voor om een offerte voor de sociale dienst te maken zodat deze vooraf op de hoogte is van de kosten en eventuele vergoeding. Volgens Kovacs is dit niet nodig, maar ze neemt de offerte mee en er wordt een gipsafspraak gemaakt. Volgende week, dezelfde tijd. Weeks daarna heb ik een déjà vu; iedereen komt voorbij behalve mevrouw Kovacs. Dit ondanks het feit dat ze ’s morgens nog gebeld is over het te verschijnen tijdstip. Een dag later staat mevrouw ’s middags in de winkel en is verbolgen over het feit dat
ze nu niet gegipst kan worden; ‘wat maakt een dag nou uit’. Ze heeft een plaatje van een leuke schoen mee. Trots toont ze een pump van Jimmy Choo met een stilettohak van 15 cm waarvan de hak bekleed is met een rits, openstaand uitlopend aan de bovenzijde van het hielpand. Het staat zo leuk bij haar grijze jogging pak. Ik knipper drie keer met mijn ogen en zeg dat pumps niet kunnen. We maken een nieuwe afspraak. Op de nieuw ingeplande afspraakdag duikt mevrouw Kovacs zowaar op, hetzij een half uur te laat. De voeten worden opgemeten en gegipst en ten slotte komt wederom het model ter sprake. Ik leg uit waarom pumps technisch en medisch gezien niet mogelijk zijn. Ze knikt begrijpend en vraagt of ik haar nogmaals wat voorbeelden wil laten zien. Samen surfen we van de ene naar de andere schoenensite, maar na een half uur vind ik het welletjes en beëindig ik de sessie. Kovacs ogen spugen vuur. ‘Voor een paar schoenen van meer dan duizend euro mag oe best wat meer aandacht aan oe klanten besteden’, briest ze. Ik leg haar uit dat ik haar graag ter wille wil zijn, maar dat ik geen pumps voor haar kan maken. Maar die andere schoenen vindt ze niet zo vrouwelijk. Ik vraag haar of ze wellicht zelf een modelletje kan schetsen? Maar dat kan mevrouw niet. Ik maak een pasafspraak over twee weken en schrijf op haar afspraakkaartje de opdracht om naar schoenen te kijken. Geen pumps. Daags voor de afgesproken datum krijg ik een brief van het ziekenfonds waarin mij als leverancier wordt uitgelegd, dat voor de aanvraag van schoenen een offerte niet meer noodzakelijk is. De naam op de offerte is mevrouw Kovacs. Traditiegetrouw is mevrouw de volgende dag weer een half uur te laat. De passchoenen zitten goed en
het spitse neusmodel valt in de smaak. Het model is nog niet gekozen, want haar internetkabel was doorgebeten door de kat en zodoende was ze verstoken van de laatste modellen uit Parijs en Milaan. Ik laat haar de brief van het ziekenfonds lezen. ‘Ik heb hem naar de sociale dienst gestuurd niet naar het ziekenfonds’, zegt ze. Ik print een nieuwe offerte en leg haar nogmaals uit hoe te handelen. Mevrouw zegt met de schoenen te stoppen totdat er uitsluitsel is over de betaling van de eigen bijdrage.
mevrouw Kovacs. Wie denk ik wel dat ik ben, om te weigeren pumps te maken voor een modebewuste dame! Met het stoom uit mijn oren wijs ik voor het eerst in dertig jaar een klant de deur. ’s Middags word ik gebeld door een dame van het ziekenfonds met de vraag waarom het moeilijk is om voor een dame met deze medische indicatie schoenen te maken. Ik leg haar de situatie uit en gaandeweg het gesprek wordt mij duidelijk dat ik de derde schoenmaker in rij ben waarbij het niet gelukt is.
Na drie weken meldt Kovacs zich in haar grijze koffievlek outfit met een gemeentelijke toelage; de schoenen kunnen worden afgemaakt. Of we samen nog eventjes naar een model kunnen kijken. Met tegenzin zoek ik het internet af. Maar nadat mevrouw voor de duizendste keer een paar extravagante pumps heeft aangewezen, breekt er wat in mij. Ik zeg mevrouw dat ik stop met de vervaardiging van haar schoenen en dat ze op zoek mag naar een andere leverancier. Maar dat gaat zomaar niet bij
Enkele weken later loop ik door de winkelstraat en wordt mijn aandacht getrokken door een opstootje verderop. Op de plek des onheils aangekomen, zie ik iemand liggen met een grijs met koffievlekken gedecoreerd joggingpak. De voet, met daaraan een pump met een 12 cm stilettohak, staat gedraaid naast haar onderbeen. De vrouw schreeuwt van de pijn. Ik buig naar voren om te kijken of ik eerste hulp kan verlenen. Ik kijk mevrouw aan en ze zegt: ‘Oe zei nog zo, geen poemps…’’ ■
Onderzoek toont aan dat slimme ICT oplossingen minimaal 10% proces kosten kunnen besparen. Durf jij in de voetsporen te treden van 80 jaar ervaring?
ONZE VACATURES
.nl
otcare
fo www.
Een compleet cliëntendossier voor Orthopedisch schoenmakers; Eenvoudig en veilig U bespaart op (in)directe kosten en verhoogt uw veiligheid www.open2bizz.nl
[email protected]
TOTALE VOETZORG
de oprechte eenvoud
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
41
TEKST Redactie Orthopedische Techniek
SAMEN STAPPEN ZETTEN VOOR BETERE VOETENZORG Hoe kunnen orthopedisch schoentechnici en zorgverzekeraar Menzis gezamenlijk de zorg voor voeten in Nederland verder verbeteren? Dat was de insteek van een reeks gesprekken die Menzis onlangs had met vertegenwoordigers uit de orthopedisch schoenenbranche. De uitkomst: een nieuwe overeenkomst die aanbieders van orthopedische schoenen meer zekerheid geeft en een aantal gerichte beleidskeuzes voor Menzis. Goed nieuws voor de schoentechnici én voor de klant. Als zorginkopers van hulpmiddelen waren Alco Ausma en Marjolein Breedijk namens Menzis betrokken bij de gesprekken. Met voldoening wordt teruggekeken op de gesprekken en de behaalde resultaten. “Menzis heeft als visie dat wij onze verzekerden de toegang tot kwalitatieve goede zorg nu en in de toekomst blijven garanderen. Daarvoor is het nodig dat we, steeds in overleg met onder andere zorgaanbieders en patiëntenorganisaties, de zorg zo inrichten dat hij voldoet aan de veranderende samenleving en zorgvraag. Als we dat niet zouden doen, dan kan de toegang tot zorg in de toekomst onder druk komen te staan.
verkennende gesprekken. Daarnaast werd met een aantal fabrikanten van orthopedische schoenen gesproken. Alco Ausma: “Het doel van die gesprekken was een open discussie over een aantal actuele issues uit de branche.” Niet alleen de maatschappelijke ontwikkelingen stonden op de agenda, ook de mogelijke beleidskeuzes van Menzis werden besproken en getoetst. “Van beide kanten was het even aftasten maar geleidelijk aan ontstond een ontspannen en open gesprek. We bespraken onder andere kwaliteitscriteria, productkeuzes, voorschrijvers, levering- en declaratieproces, kosten en differentiatie.”
Dat is een actueel vraagstuk dat speelt in de gehele gezondheidszorg en dus ook in de branche voor orthopedische schoenen en hulpmiddelen. Om een heel concreet voorbeeld te noemen zien we dat de vraag naar orthopedische schoenen stijgt terwijl het aantal orthopedische schoenmakers afneemt. Daarom nemen we onze rol op als belangenbehartiger en spelen we met de branche in op dit soort ontwikkelingen.”
Het gesprek was meer dan een dialoog; er onderstonden ook onderlinge discussies. “Al snel werd duidelijk dat we niet zozeer alleen over schoenen spraken maar veel breder over voetenzorg. Dan praat je over een combinatie van het juiste advies aan de consument, duidelijke communicatie tussen leverancier en consument, kiezen voor het juiste product en goede nazorg.” Alle geleverde input is gebundeld, getoetst aan de wettelijke kaders en in de beleidsoverwegingen van Menzis meegenomen.
“We zien ook dat de verzekerde steeds kritischer wordt op het hulpmiddel en de dienstverlening die hij krijgt. Dat is ook heel duidelijk merkbaar in de markt van orthopedische schoenen. Verzekerden zijn mondiger dan voorheen en vinden het cosmetische aspect van een schoen steeds belangrijker. Soms verkiezen zij zelfs het uiterlijk boven functionaliteit van de schoen.”
Open discussie Deze en andere branchespecifieke ontwikkelingen waren voor Menzis aanleiding om een aantal leveranciers van orthopedische schoenen uit te nodigen voor een reeks 42
Zekerheid Het meest tastbare resultaat van deze gesprekken is een nieuwe overeenkomst tussen orthopedisch schoentechnici en Menzis. Volgens Alco Ausma is het centrale thema van deze overeenkomst ‘vertrouwen’. “Wij hebben bijvoorbeeld de voorafgaande toestemming voor levering binnen de termijn losgelaten. Daarnaast mag de orthopedisch schoentechnicus, als door de zorgverzekeraar aangewezen bevoegd persoon, conform het NPI-protocol zelf de productkeuze vaststellen. Maar het meest opvallen-
de punt uit de overeenkomst is voor mij dat we leveranciers nu een overeenkomst aanbieden voor onbepaalde tijd. Dat is in deze economisch roerige tijden goed nieuws voor de leverancier want het biedt hem en de markt zekerheid voor de komende periode.” “Nieuwe toetreders krijgen niet direct een overeenkomst voor onbepaalde tijd. Voor de levering van orthopedische schoenen gaan we in eerste instantie met hen een overeenkomst aan voor een half jaar. Als beide partijen na deze periode tevreden zijn en als de leverancier voldoet aan de contractuele eisen dan wordt de overeenkomst verlengd tot het einde van het lopende kalenderjaar. Blijft de leverancier daarna gewoon goed functioneren dan gaan we met hem een overeenkomst aan voor onbepaalde tijd.” De uitkomsten van de gesprekken zijn deels ook vertaald in het orthopedisch hulpmiddelenbeleid van Menzis. “Een aantal van onze voorgenomen beleidskeuzes is door de gesprekken bevestigd. Van sommige andere voorgenomen beleidskeuzes hebben we door de input van de leveranciers juist afgezien. Wij hadden bijvoorbeeld het voornemen om differentiatie in de beroepsgroep toe te passen. Maar gaandeweg de overleggen raakten we er van overtuigd dat het beter is dit niet te doen. Het gaat immers om een relatief kleine beroepsgroep en dan zou differentiatie eerder een negatief dan een positief effect hebben.”
Lagere kosten, hogere kwaliteit Belangrijke gespreksonderwerpen waren ook de beheersing van de zorgkosten en het behoud van kwaliteit. Alco Ausma: “Het kan niemand ontgaan dat de kosten in de zorg stijgen. En als dat ongeremd doorgaat de
zorg in de toekomst onbetaalbaar wordt. Dat de kosten stijgen komt niet alleen door de vergrijzing en de daarbij behorende toename van de zorgvraag. Maar hoe gek het misschien ook klinkt, ook door de groei van de welvaart. Hoe welvarender mensen zijn, des te minder ongemakken ze accepteren en hoe meer oplossingen ze daarvoor zoeken in de zorg.” Ook in de hulpmiddelenzorg is een stijging van de zorgkosten merkbaar. Bij het neerzetten van het beleid keek Menzis daarom naast kwaliteit ook naar beheersing van de kosten. “Bij de levering van orthopedisch schoenen keken we daarbij niet direct naar de tarieven maar dachten we meer vanuit het proces en het terugdringen van bureaucratie.” Zorgkosten zijn uit te drukken in bedragen en getallen. Maar hoe meet Menzis behoud van kwaliteit? Marjolein Breedijk: “Bij de beoordeling van de kwaliteit van orthopedische schoenen hanteert Menzis de criteria van de Stichting Erkenningsregeling Medische Hulpmiddelen als basiseis. Hierin zijn met name aspecten geregeld die te maken
hebben met opleiding, bedrijfsinrichting, levertijden en klachtenprocedures. Daarnaast maken we met orthopedische schoenmakers ook meer specifieke afspraken.” Kwaliteit en kosten zijn ook aan elkaar gerelateerd. “Het is belangrijk dat het hulpmiddel dat de verzekerde krijgt, aansluit op het doel wat de verzekerde wil bereiken. Wij vinden dat daarbij altijd gedacht wordt vanuit het meest doelmatige en minst complexe hulpmiddel.”
Consument centraal De kwaliteit van een product wordt ook bepaald door de ervaring van de consument. Zijn wensen en behoeftes staan daarom centraal. Communicatie tussen leverancier en klant kan deze ervaring sterk beïnvloeden. “Wat wij het afgelopen jaar merkten, is dat communicatie tussen de leverancier en onze verzekerde ontzettend belangrijk is. Bij de meeste klachten is gebrekkige communicatie zelfs de oorzaak van de klacht. De verzekerde heeft een ander verwachtingspatroon dan hetgeen hij ervaart nadat hij de schoenen heeft ontvangen. Dat maakt het vervolgens
moeilijk voor de klant om het product te accepteren. Onze boodschap is dan ook: wees transparant naar de verzekerde zodat vóóraf duidelijk is wat hij mag verwachten van het product. Ook ‘in een keer goed’ leveren draagt bij aan de ervaren kwaliteit.” Om de kwaliteit die de verzekerde ervaart structureel en gericht verder te blijven verhogen, gaat Menzis vaker met orthopedisch schoenmakers in gesprek. “We willen graag dat we met elkaar nadenken over de vraag hoe we de voetenzorg verder kunnen verbeteren en de kosten beheersbaar kunnen houden,” vertelt Marjolein Breedijk. “Door daarover met elkaar in gesprek te gaan, komen we tot nieuwe ideeën en oplossingen. Uiteraard werkt dit in twee richtingen. We hebben de gezamenlijke taak om de processen overzichtelijk in te richten met zo min mogelijk bureaucratie. Met dit in het achterhoofd hebben wij de overleggen als zeer prettig en zinvol ervaren. En we kregen van onze gesprekspartners ook veel positieve feedback op de overleggen. We zijn dan ook van plan om hier een vervolg aan te geven. Zo blijven we samen stappen zetten.” ■
21 septemb
er 20
12 Congres Podo therapie On the move Locatie: Hou ten www.podothe rapie.nl 28 - 29 sep
tembe
r 2012 Lymfologiec ongres Con gres 2012 Locatie: De Doelen, Rott erdam www.lymfoed eem.nl 5 oktober 2
012
ISPO Neder land Jubileum congres www.ispo.n l
1 - 2 novem
ber 20
12 VRA Congres Innovation: from creatio n to implementa tion Locatie: Noo rdwijkerhout www.revalid atiegeneesku nde.nl
19 novemb
er
Ledenverga dering NVOS-Ortho banda Locatie: Utr echt www.nvos-or thobanda.n
l
4 - 7 februa
ri 2013
14th ISPO W orld Congres s Locatie: Hyd erabad, Indi a www.ispo20 13.org
13 -16 mei
2014
Orthopädie + Reha-Techn ik Locatie: Leip zig, Duitsland www.ot-leipz ig.com
ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
43
Het dynamisch productpakket van Bledsoe DUO
De enige echte dynamische OA braces
THRUSTER
ALIGNER
NEW
Unieke Dubbel upright & Dynamisch
Single upright
PATELLO FEMORAAL
Single upright AXIOM DYNAMIC
Patellofemoral brace - luxatie uitgesloten!
De enige dynamischfunctionele ACL/PCL brace
Wilt u meer informatie of een gratis opleiding over waarom kniebraces noodzakelijk zijn, neem dan contact met ons op. Onze ‘Education on tour’ workshops zijn al in verschillende bedrijven succesvol gegeven in de Benelux. De orthesen worden sneller en efficiënter aangelegd en aangepast. Dit met een tevreden actieve en pijnvrije patiënt tot gevolg. Verdeler Benelux 44
Ortho-Medico NV - Mutsaardstraat 47 - B-9550 Herzele Tel. +32(0)54 50 40 05 - Fax +32(0)54 50 20 28
www.orthomedico.be -
[email protected]
TEKST Sandarijn Hilkhuijsen
MENEERTJE VOET
Het verhaal van Meneertje Voet werd geboren toen ik mijn twee jongste kinderen op een speelse manier wilde voorbereiden op het aanmeten van orthopedisch schoeisel. Het is geschreven vanuit het standpunt dat orthopedisch schoeisel niet tot een beperking leidt, maar een effectieve manier is om voeten de kans te geven zich zo optimaal mogelijk te ontwikkelen. Jonge kinderen benaderen een nieuwe situatie het beste vanuit een veilige basis. Door Meneertje Voet in een melodieus rijmschema te schrijven en uitdagend te illustreren, speelde ik in samenwerking met Richard Beerens, de illustrator, in op de wereld van het jonge kind. Door de voet een gezicht te geven, breiden we de voet uit naar de hele persoon en dat geeft een grappig effect. Meneertje Voet start vanuit zijn eigen positie. Zijn oude schoen doet zo’n pijn, dat hij een super-schoen wil ontdekken, waarin hij zonder problemen kan dansen, springen en bewegen. De zoektocht kent hedendaagse elementen, zoals de laptop en de mobiele telefoon, maar gedurende het proces verschijnen er ook elementen uit sprookjes. Want welk jong kind waant zich niet graag in een sprookje. Zo werd het plastic
schoentje meteen door mijn kinderen gezien als het glazen muiltje van Assepoester. De orthopedisch schoentechnicus uit het verhaal heet Japie Zool. Deze naam verwijst natuurlijk naar een deel van de schoen. Moeilijke termen als ‘orthopedisch schoentechnicus’ zijn vermeden en aangepast aan de term die kinderen eigen is: schoenendokter. Simpel, maar helder. Uiteindelijk verschijnt er aan het eind van het boekje een moderne sneaker in modieuze kleuren. Hiermee geef ik aandacht aan de enorme positieve ontwikkeling die het orthopedisch schoeisel door de jaren heeft doorgemaakt. Tegenwoordig is er heel veel mogelijk en kun je als kind ook nog eens een schoen kiezen die je mooi vindt.
Meneertje Voet is een uniek concept geworden, dat door Prof. Dr. Lodewijk van Rhijn (hoofd afdeling orthopedie MUMC+) wordt ondersteund. Het boekje kent een handzaam formaat en bestaat uit 44 fullcolour geïllustreerde pagina’s. Het is een dankbaar relatiegeschenk voor kinderen die een orthopedische schoen krijgen aangemeten. Door jonge kinderen op een manier te ontvangen, die ze gewend zijn vanuit het onderwijs, maak je als bedrijf een kindgerichte indruk. Dat geeft vertrouwen en vanuit deze basis gaan kinderen op een veilige manier een nieuwe situatie tegemoet. Samen met hun ouders kunnen kinderen ook thuis nog genieten van een beeldend en educatief verhaal. Meneertje Voet is te bestellen (€ 15,00 exclusief verzendkosten) via de website www.woordkriebels.nl onder ‘producten’. ■
Tegenwoordig is er heel veel mogelijk en kun je als kind ook nog eens een schoen kiezen die je mooi vindt. ORTHOPEDISCHE TECHNIEK - september 2012
45
COLOFON
VAKBLAD VAN NVOS-ORTHOBANDA Postbus 120, 3760 AC Soest, telefoon: 035-588 04 95. CONCEPT EN REALISATIE GaGa-Republic, Barendrecht. EINDREDACTIE Rob Verwaard (NVOS-Orthobanda), GaGa-Republic. REDACTIERAAD Dr. S. Bus, bewegingswetenschapper, Ing. J.A.P.F. Lavrijsen, Ing. J. Olsman, orthopedisch technoloog, H. Wessendorf, orthopedisch schoentechnicus, J.P.M. De Boer, orthopedisch schoenmaker en Ing. Mark v/d Pluijm, orthopedisch technoloog en docent. CONTACTADRES REDACTIE GaGa-Republic (
[email protected]). OPLAGE 1.500 exemplaren. DRUKKERIJ JP Offset Duiven. ISSN 2210-7894 Het vakblad Orthopedische Techniek wordt o.a. verspreid onder de leden van NVOS-Orthobanda. ABONNEMENTEN kunnen via e-mail
[email protected] worden aangevraagd bij het secretariaat van NVOS-Orthobanda, Eigendomweg 4, 3765 ED Soest. ABONNEMENTSPRIJS € 36 per jaar, exclusief 6% BTW. Losse nummers of extra bewijsnummers zijn beschikbaar op verzoek. ADVERTENTIEVERKOOP NVOS-Orthobanda, Eigendomweg 4, 3765 ED Soest. TEL +31(0)35-5880495, FAX +31(0)35-6025170, MAIL
[email protected]. AANLEVERING ADVERTENTIES voor editie december 2012: uiterlijk 19-10-2012. voor editie april 2013: uiterlijk 08-02-2013. Opzegging van het abonnement dient schriftelijk en minimaal drie maanden voor aanvang van het nieuwe kalenderjaar te geschieden. Dit vakblad verschijnt drie keer per jaar. Voor het geheel of gedeeltelijk overnemen of bewerken van artikelen dient men toestemming te vragen aan de redactie. In de meeste gevallen zal die graag worden gegeven. Dit vakblad is met de grootst mogelijke zorgvuldigheid samengesteld. De vereniging en de uitgever zijn niet aansprakelijk voor fouten en/of omissies.
Editie december 2012
VOORUITBLIK Nabeschouwing Olympische Spelen/ Paralympics 40 jaar ISPO Met Marije Smits kijken we terug op haar ervaringen en prestaties Atletiek tijdens de Paralympics in Londen.
46
ISPO Nederland bestaat 40 jaar. Een verslag van het jubileumcongres van 5 oktober 2012. Met een terugblik in de tijd, maar ook samen met de gastspreker Wubbo Ockels, vooruitkijkend op de toekomst.