OPLEIDINGS- EN BEGELEIDINGSPLAN VOOR PROMOVENDI DIE AANGESTELD ZIJN OP DE FACULTEIT DER RECHTSGELEERDHEID VAN DE UNIVERSITEIT LEIDEN (zoals bedoeld in artikel 6.8 van de CAO Nederlandse Universiteiten 2007/2010)
Naam promovendus
:
1e begeleider (tevens promotor / copromotor)
:
Medebegeleider (tevens promotor / copromotor) :
2e medebegeleider (tevens promotor / copromotor):
Leden van eventuele begeleidingscommissie
*
:
Model vastgesteld op 11 oktober 2010 door prof.mr. C.J.J.M. Stolker, Dean van de Graduate School
*
2
Onderwerp van het promotieonderzoek
:
Dit wordt op de facultaire website opgenomen; daarom hier het onderwerp zowel in het Nederlands als in het Engels vermelden.
Onderzoeksprogramma (en deelprogramma)
:
Afdeling waar de promovendus is aangesteld
:
Functie
: PhD-fellow / promovendus / anders, nl.:
Geldstro(o)m(en)
: eerste / tweede / derde / anders, nl.:
Ingangsdatum eerste aanstellingsperiode
:
Einddatum eerste aanstellingsperiode
:
Voorziene einddatum totale aanstellingsperiode :
Maand en jaar voorzien voor eerste evaluatiegesprek:
De criteria aan de hand waarvan de promovendus in dat evaluatiegesprek beoordeeld wordt, zijn (naast vele andere rechtspositionele punten) te vinden in ‘Regels en beleid PhD-fellows’ respectievelijk ‘Rules and policies for salaried PhD candidates (except PhD fellows)’. Beide regelingen zijn, evenals de ‘Vuistregels promovendibegeleiding’ en de facultaire notitie ‘Promoveren op artikelen’, te vinden op www.law.leidenuniv.nl/onderzoek/promovendi/soortenpromotietrajecten.
3
Opleiding Toelichting: De CAO die voor promovendi geldt eist een opleidingsplan. Het is de bedoeling dat promovendus, eerste begeleider en promovendidecaan gezamenlijk in de onderstaande tabellen aangeven waaruit de opleiding in ieder geval dient te bestaan. Daarna kan de promovendus op een kopie van het plan bijhouden wanneer welke vakken, conferenties, e.d. daadwerkelijk zijn gevolgd. Zonodig kan dit Opleidings- en begeleidingsplan later worden bijgesteld of aangevuld (bijvoorbeeld bij het eerste evaluatiegesprek).
De opleiding waartoe promovendus, begeleiders en faculteit zich verplichten, bestaat uit vier elementen: a. het zelf opdoen van ervaring (in het doen van onderzoek, in het daarover schrijven, in het geven van onderwijs, en in overige academische activiteiten); b. de begeleiding door promotor en eventuele andere begeleiders; c. het leren van andere onderzoekers (en eventueel praktijkjuristen) in Leiden, elders in het land en in de wereld; d. het volgen van vakken, cursussen, trainingen, enz. Voor zover ten aanzien van de inhoud van deze vier elementen in dit Opleidings- en begeleidingsplan geen afwijkende afspraken worden vastgelegd, is de tekst van dit model onverkort van toepassing, evenals het voor de functie van de promovendus vastgestelde Standaardtijdpad, zoals dat te vinden is op www.law.leidenuniv.nl/onderzoek/promovendi/soorten-promotietrajecten/index.
4
In het kader van met name de onderdelen a en c zal de promovendus actief deelnemen aan de onderzoeksbijeenkomsten van onder meer de volgende netwerken: Het hierboven genoemde facultaire onderzoeksprogramma en het daartoe behorende deelprogramma De afdeling waarin de promovendus is aangesteld De (interuniversitaire) onderzoekschool: n.v.t. /School of Human Rights Research / andere onderzoekschool, nl.:
De ‘promoclub’ die de promovendus met circa vijf andere promovendi zal vormen. De wetenschappelijke vereniging:
Het netwerk:
De kosten van deelname aan deze netwerken komen in beginsel ten laste van het persoonlijk reis- en cursusbudget van de promovendus of van het overeenkomstige door NWO ter beschikking gestelde budget. De promovendus zorgt er verder voor dat zijn of haar onderzoek vermeld wordt op zijn of haar Nederlandstalige en Engelstalige medewerkerspagina op de facultaire website. Daarnaast meldt de promovendus gegevens over zichzelf en zijn of haar promotie-onderzoek rechtstreeks aan bij de Nederlandse Onderzoek Databank (www.onderzoekinformatie.nl/nl/oi/nod).
5
Het cursorisch gedeelte van de opleiding (d) bestaat uit de onderstaande drie delen, met een gezamenlijke omvang van 30 EC. 1. Algemeen academisch deel van de opleiding Bijzonderheden (bijv. vrijstelling of vervanging) De taaltoets Engels (plus eventueel andere taal) van het Talencentrum van de Faculteit der Geesteswetenschappen Eventueel een of meer taalcursussen (voor zover gewenst volgens resultaat van taaltoets van het Talencentrum), nl.:
Deelname aan de BKO (1 EC). Promovendi die niet als PhD-fellow zijn aangesteld, kunnen echter ook volstaan met deelname aan tenminste één cursus onderwijsvaardigheden (bijv van het ICLON) Tenminste één cursus uit het universitaire aanbod van promovendicursussen (1 EC) op www.medewerkers.leidenuniv.nl/opleidin gen/wetenschappelijkpersoneel/promotieonderzoek of op http://research.leiden.edu/courses/phdresearch/ (bijv. Onderzoeksmanagement, Timemanagement/Selfmanagement, Subsidievoorstellen schrijven, Presentatievaardigheden, Effectief communiceren), nl.:
Periode / datum bij begin aanstelling
EC
6
2. Algemeen rechtswetenschappelijk deel van de opleiding Bijzonderheden (bijv. vrijstelling of vervanging)
Periode / datum
EC
Bijzonderheden (bijv. vrijstelling of vervanging)
Periode / datum
EC
Het vak Philosophy of science for lawyers (5 EC) Het vak Legal Research: elements (5 EC) Het vak Empirical research methods in law (5 EC) De cursus Rechtsvergelijkend Onderzoek in theorie en praktijk (in Utrecht, georganiseerd door Onderzoekschool Ius Commune) (2 EC)
3. Bijzonder deel van de opleiding
Een inhoudelijk verdiepend vak (bijv. een Honours Class of een vak van een van de Advanced LL.M. programmes) (5 EC), nl.:
De hieronder vermelde onderdelen van het opleidingsprogramma van de onderzoekschool waartoe de promovendus behoort (indien van toepassing): Jaarlijks twee of meer PAO cursussen, studiedagen of conferenties, die hieronder ingevuld kunnen worden (6 EC):
Voor zover aan een vak, cursus, studiedag of conferentie als bedoeld onder 1, 2 of 3 hierboven kosten zijn verbonden, komen deze in beginsel ten laste van het persoonlijk reis- en cursusbudget van de promovendus of van het overeenkomstige door NWO ter beschikking gestelde budget.
7
Begeleiding Conform punt D1 van de voor de functie van de promovendus vastgestelde ‘Regels en beleid’ respectievelijk ‘Rules and policies’, spreekt de eerste begeleider de promovendus in het eerste jaar tenminste twee maal per maand, en daarna tenminste een maal per maand. De medebegeleider spreekt de promovendus in het eerste jaar tenminste een maal per twee maanden, en daarna tenminste een maal per kwartaal. De promovendus heeft aldus per maand recht op tenminste twee uren persoonlijke begeleiding (zie artikel 6.8, derde lid, onder c, CAO). Andere afspraken met betrekking tot de begeleiding:
8
Overige afspraken Bijvoorbeeld met betrekking tot door de promovendus te schrijven teksten, of met betrekking tot onderwijstaken, onderzoekskosten, bestuurstaken, buitenlandse reizen, of indien men wil afwijken van het voor de promovendus toepasselijke Standaardtijdpad dan wel van de voor de functie van de promovendus vastgestelde ‘Regels en beleid’ dan wel ‘Rules and policies’, zoals die te vinden zijn op www.law.leidenuniv.nl/onderzoek/promovendi/soorten-promotietrajecten/index.
Ondertekening Datum:
Promovendus:
Eerste begeleider:
Promovendidecaan:
