Op het scherp van de snede Resultaten veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
april 2012
Op het Scherp van de Snede Resultaten Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
6 april 2012
Mogelijk gemaakt door: SFA - Stimuleringsfonds voor Architectuur Nationale Postcode Loterij
Auteurs: Landschap Noord-Holland DS landschapsarchitecten Wingender Hovenier Architecten
varen tijdens veldatelier
Inhoudsopgave 1.
Introductie
p. 6
2.
Locatie
p. 8
3.
Veldatelier
p.14
4.
Vondsten
p. 20
5.
Kansenkaart
p. 26
6.
Concrete voorstellen
p. 28
Bijlage Deelnemers
1. Introductie 1.1 Aanleiding en doel van het project De aanleiding voor dit voorstel is de Open Oproep “Het Landschap van de stad” van het Stimuleringsfonds voor Architectuur (SFA) met de vraag hoe de bereikbaarheid en de beleefbaarheid van het landschap dicht tegen de stad aan vergroot kunnen worden. Landschap Noord-Holland (LNH) heeft als terreinbeherende organisatie een aantal terreinen in eigendom die op de grens van het stedelijke en landelijke gebied liggen. De opgave voor het verbeteren van bereikbaarheid en beleefbaarheid pakt LNH aan in een groter verband door de opgave te beschouwen vanuit zowel een stedenbouwkundig als een landschapsarchitectonisch perspectief, en door eigenaren van omliggende gronden te betrekken bij het ontwerp van de randen. Van belang in het project is dat LNH als de eigenaar van kansrijke delen in het stadsrandgebied het initiatief neemt. De aanwezigheid van uitloopgebieden is immers van invloed op de kwaliteit van de woon en werkomgeving van stedelijke gebieden. Op een zeer directe manier komt dit bijvoorbeeld al tot uitdrukking in het feit dat het meehelpen bij het onderhoud van de gebieden voor de vele vrijwilligers aangesloten bij LNH een belangrijke vorm van recreatie is. Veel van deze vrijwilligers wonen in het stedelijk gebied. Voorts worden sommige van de gebieden al wel doorkruist door fietsers/skaters, maar de beleving ervan is nog nihil. Intussen is de aansluiting stad-land fysiek niet aantrekkelijk.
6
In feite is er sprake van een gevoelige balans want bijvoorbeeld een te goede bereikbaarheid van de randgebieden geeft een te grote druk op natuur, landschap en cultuurhistorie waardoor leefgebieden voor mens, plant en dier verdwijnen en de landschapsbeleving voor de bezoekers achteruit holt. Dit leidt weer tot vermindering van het draagvlak voor het werk van LNH.
cases. Zij zijn bereid in de vorm van cofinanciering en een actieve bijdrage in de voorbereiding van de cases en de veldworkshops bij te dragen aan het project. Het doel van het project is het ontwikkelen van (praktijk) voorbeelden waarin de landschapsbeheerorganisatie met een (pro)actieve houding invloed uitoefent in het bereikbaar maken van landschap in de stadsrand.
De opzet van het project betreft een drietal case studies in de regio Amsterdam: respectievelijk bij Halfweg, bij Aalsmeer en bij Beverwijk. In de cases worden de mogelijkheden maar ook dilemma’s die aan het verbeteren van de bereikbaarheid en de beleefbaarheid van deze gebieden vastzitten onderzocht. Daarnaast zijn de cases ook een proeftuin om de samenwerkingsvormen tussen ontwerppartijen en de rol van LNH daarin te verkennen. De casestudies worden voorbereid door een klein team: terreineigenaar/ beheerder Landschap Noord-Holland (LNH) DS landschapsarchitecten (DS) en Wingender Hovenier Architecten (WH). De kennisuitwisseling omtrent bereikbaar maken en meer beleving bieden vindt ontwerpenderwijs plaats. In veldwerkateliers worden de kansen en problemen onderzocht in een setting van eigenaren, belanghebbenden en deskundigen. Het doel is dat de verschillende eigenaren in het projectgebied coalitiepartners worden en dat het niet bij woorden en schetsen blijft maar dat de open oproep ook leidt tot daadwerkelijke verbeteringen in bereikbaarheid en beleefbaarheid. In de uitwerking van de cases worden dus ook de samenwerkingsvormen tussen betrokken partijen onderzocht.
1.2 Omschrijving van het project
Gemeenten, projectontwikkelaars en gebiedsbeheerders hebben zich zeer geïnteresseerd getoond voor de drie
Op het Scherp van de Snede
Het bezit van en de opgave voor de verbetering van toegankelijkheid en beleefbaarheid van landschappelijke gebieden aan de rand van de stad vormen de concrete aanleiding voor het project. Uit het bezit van LNH zijn drie locaties geselecteerd waar de opgave actueel is: Oosteinderpoel (Aalsmeer), Batterij/Spaarnwouderveen (bij Halfweg) en Fort aan de St. Aagtendijk (Beverwijk). In deze case studies worden de mogelijkheden en dilemma’s onderzocht om deze gebieden op stadsranden beter, zowel in het stedelijke als in het landelijke in te bedden. Tevens dienen de casestudies ertoe de rol die LNH kan spelen bij transformatieprocessen te onderzoeken en om de belangen te onderscheiden die de ontwerpvraag bepalen. Het team bereidt de cases voor en voert de studies uit in samenwerking met gemeenten en ‘buur’partijen op de diverse locaties. LNH heeft in de gebieden eigendom en treedt daarom op als hoofdverantwoordelijk projectleider, in staat om ook vervolgacties te sturen. DS is vakinhoudelijk specialist landschap en WH is specialist stad.
Op uitnodiging van LNH worden op de plekken zelf de bijeenkomsten gehouden in diverse samenstellingen. In veldwerkateliers worden bestaande en potentiële recreatieve routes gelegd naast cultuurhistorische, ecologische en landschappelijke verbindingen. Barrières worden tegen het licht gehouden, openingen opgezocht, concrete voorstellen worden aangedragen. In de eerste workshop gaat het om relatief vrijdenken. In de tweede workshop gaat het om vertalen naar concrete maatregelen (sturings- en aanpassingsmogelijkheden). In de derde workshop wordt haalbaarheid financieel en organisatorisch getoetst. De opzet is in een brede groep toe te werken naar versmalling en conretisering van de opgave en afspraken te maken wie zich erachter schaart. Concreet zullen de nieuwe krachtenvelden voor de drie cases worden onderzocht in steeds een serie van gesprekken rond een thema, danwel met de insteek om een nieuwe combinatie van partijen bij elkaar te brengen. De grafische methodiek om het ontwerp te laten meegroeien zal per casus verschillen en zal bijvoorbeeld bestaan uit schetsen, verhalen, luchtfotomontages, maquettes, collagetechnieken. De presentatieresultaten hebben een pragmatische insteek en dienen deels om te zien of het ontwerpresultaat haalbaar is, en deels om andere partijen te enthousiasmeren en mee te denken. Het samen werken aan het verbeteren van de bereikbaarheid en de beleving moet leiden tot èn wederzijdse begripsverhoging, èn concrete specifieke voorstellen èn nieuwe coalities. Naast de directe resultaten van de studies voor deze locaties leidt het project ook tot nadere kennis over de manier waarop
ontwerpers voor stad en landschap samen op kunnen trekken en hoe een terreinbeherende organisatie de bakens kan (helpen) verzetten van zowel de eigen organisatie als die van de stedelijke en landelijke buren. 1.3 Betekenis voor de ruimtelijke ordening Stedenbouwers en landschapsarchitecten werken in het project samen op de stadsrand: Het voorliggende project is een voorbeeld waarin we de dialoog tussen de spelers in de stadsrand gaan intensiveren: stedenbouwers, landschapsarchitecten, ambtenaren RO, grondeigenaren en mensen in de recreatiesector. De kennis die eruit voortvloeit, kan worden gebruikt om aan te tonen hoe een pro-actieve (in plaats van volgende) houding van een landschapsbeherende organisatie kan zorgen voor nieuwe coalities om doelen te verwezenlijken. In het project is sprake van vier niveaus van adressering van de opgave. Als eerste op het niveau van de opgave. Het project brengt partijen rond een concrete opgave bijeen en werkt aan een oplossing voor de ontwerpopgave. Ten tweede leveren de opgaves en hun onderlinge verbanden kennis en inzicht over de partners en reikwijdte. Ten derde zorgt het project voor afstemming van doelen en oplossingsrichtingen tussen belanghebbenden in hetzelfde gebied. En ten vierde levert het project een algemener perspectief voor een kwalitatief pro-actieve rol voor landschapsbeheerorganisaties in ruimtelijke ordeningsprocessen. Het brede publiek leert door het project de stadsrand kennen als waardevol overgangsgebied tussen stedelijk en landelijk gebied.
Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
7
2. Locatie
groen een stevige dichte wand. Alleen bij de Zwarte Molen aan de Jan Takkade is de Oosteinderpoel zichtbaar.
Het projectgebied is onderdeel van de Bovenlanden in Aalsmeer, gelegen tussen de Ringvaart en de Oosteinderweg. De Bovenlanden zijn onverveende gronden die rond 1100 na Christus ontgonnen zijn. Het gebied is al lang in gebruik voor tuinbouw en het slotenpatroon is ongewijzigd gebleven. Het natuurbosje in de Oosteinderpoel is de laatste 150 jaar onveranderd. De Oosteinderpoel ligt verscholen achter de lintbebouwing en de dikke rijen loodsen en kassen die direct achter de woningen liggen. Vanaf de Ringvaart vormt het bosgebiedje samen met wat ander particulier
Economisch gezien is het gebied rond de Oosteinderpoel zich aan het transformeren van productielandschap naar recreatief landschap. Dit gaat geleidelijk en niet geheel via een legale route. De oorzaak van de transformatie is de terugloop in de seringenteelt. Het is voor ondernemers geen aantrekkelijke en lucratieve business. Seringenteelt is een zwaar en intensief handwerk en bovendien kan vanwege de eilandenstructuur van het gebied geen intensivering van de tuinbouw worden gerealiseerd. De grond van het projectgebied is momenteel grotendeels bestemd voor zowel agrarische doeleinden als ‘natuur’. Op de kaart (fig. 4.3) is niettemin te zien
fig. 2.1: Cultuurhistorisch rijk gebied
Fig. 2.2: Land te koop voor particulieren
8
Op het Scherp van de Snede
dat het gebied is volgelopen met andere functies zoals recreatieplekjes en woonboten. Meerdere seringentelers moeten vanwege hun leeftijd en het ontbreken van opvolging hun werk stoppen. Er ligt momenteel veel grond (stil) te koop. Ecologisch gezien is het gebied gelegen in de Groene As; een verbinding van Halfweg tot aan Aalsmeer. Tegelijkertijd ligt het onder de landingsbaan van Schiphol, waardoor het gebied enorme geluidoverlast kan hebben, afhankelijk van de windrichting. De Oosteinderpoel is één van de weinige onverveende oeverlanden in de omgeving en vervult een belangrijke functie voor de instandhouding van verschillende stadia in de successie van laagveenvorming. Het behoort tot de meest zeldzame natuur en is beschermd als natuurmonument. Het is met name waardevol vanwege
Fig. 2.3: Opslag boten e.d. in gedekte kassen
haar vegetatie: moerasheide met zes heideachtige soorten en belangrijke veenmos-berkenbroekbos. De recreatieve druk op het gebied komt ook voort uit de ligging aan de Ringvaart. De vaart is een belangrijke vaarroute en een dankbare plek voor de sportvisserij. Aalsmeer profileert zich als watersport gemeente en stimuleert allerlei initiatieven verbonden met de watersport. Verspreid in het gebied liggen aangemeerde motorboten, woonboten, soms diep verstopt in de bosjes, landjes in particulier eigendom, boten opslag en reparatie, et cetera. Er wordt zichtbaar land te koop aangeboden voor recreatieve doeleinden door een seringenkweker (fig. 2.2). In de regionale context ligt het gebied in de groene scheg Amsterdamse bos / Nieuwe Meer tot aan de Westeinder Plassen. Er loopt een druk bevaren route aan de westzijde en een pelgrimsroute voor wandelaars naar Santiago de Compostella aan de oostzijde. Fietsers draaien vanaf de Jan Takkade de Oosteinderweg op. Het gebied is bekend bij de bewoners, de telers en andere gebruikers ervan. Andere Aalsmeerders kennen het waterrijke gebied omdat er een buitenzwembad en een ijsbaan in ligt. Zij komen echter niet verder dan deze bestemmingen omdat het gebied verder alleen uit prive-eigendommen bestaat. Juist omdat het gebied een onzichtbare locatie in handen is van verschillende particuliere eigenaren is, is het vraagstuk van openbare bereikbaarheid en beleefbaarheid over land moeilijk op te lossen. Het vergroten van de bereikbaarheid en beleefbaarheid biedt vanaf het water op het eerste gezicht de meeste mogelijkheden.
Conclusie
gebied onder de landingsbaan van Schiphol.
De belevingskwaliteit van het gebied is te vinden in de kleinschaligheid van het landschap. Het landschapsbeeld wisselt voortdurend. Dit in combinatie met het waterrijke karakter van het gebied maakt een vaartochtje met kleine boten zo aantrekkelijk. De andere kwaliteit is van cultuurhistorische aard: hier ligt een landschap met een eeuwenoude tuinbouwcultuur, (nu seringenteelt) en natuur verborgen. Daar staat tegenover dat er erg veel lawaai van Schiphol kan zijn.
Het gebied kan een rijke aanvulling worden op het Amsterdamse Bos. Het kan een bestemming worden voor de bewoners van het dichtbebouwde ‘kassenlandschap’ rondom. In de Schinkelpolder ligt het florerende paardenpension met zijn weides vol paarden. Het gebied kan wellicht naar voorbeeld van die paardenondernemer en ‘the Beach’ (oude veiling), door eigenaren zelf worden getransformeerd naar een recreatief landschap, mits ontwikkeling van de landschappelijke waarden meer aandacht krijgen. In de aanloop naar een gepland nieuw bestemmingsplan is nu het moment om als gezamenlijke grondeigenaren een nieuwe toekomst in te slaan met cultuurhistorie, recreatie en biologische tuinbouw als selling item.
Het grootste probleem waarmee dit gebied te kampen heeft is vanuit economisch oogpunt helder te benoemen. Het landschap gaat op korte termijn veranderen omdat de telers stoppen met telen. Op meerdere plekken is te zien wat de gevolgen zullen zijn voor het landschap wanneer dit gebeurt. Perceelsgewijs gedekte kassen die worden gebruikt voor opslag rukken op en er verschijnen heel wat recreatielandjes met (woon)boten. Te midden van dit alles ligt geïsoleerd het hoogbeschermde natuurgebiedje van Landschap Noord-Holland. De hierboven geschetste ontwikkelingen bieden geen aantrekkelijk perspectief voor de natuurbeheerders, noch voor de telers die dit landschap gedurende generaties lang telen zelf geschapen hebben. De kansen voor het gebied liggen in haar uniciteit ten opzichte van andere toegankelijke recreatiegebieden in de groene scheg. De attractiewaarde van deze omgeving schuilt in de combinatie van hoogwaardige natuur en tuinbouw, nu seringenteelt, in een kleinschalig landschap. Het gegeven dat dit eilandenrijk middenin een dichtbevolkte regio ligt maakt dat het gebied nog unieker is en meer potentie voor het verbeteren van de bereikbaarheid en beleving in zich draagt. Het blijft een
Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
9
Bovenlanden Aalsmeer: kaart 1600 De nu nog zichtbare verkaveling van het gebied dateert van rond 1100 na Christus. In deze tijd waren de Bovenlanden een verzorgingsgebied voor de vraag naar levensmiddelen voor de grote steden. Rond 1500/1600 veranderde de behoeften van deze steden. De vraag naar brandstof steeg en de tijd van de vervening brak aan. In de omgeving van Aalsmeer werd veel turf gestoken. Zo ontstonden grote meren en plassen zoals de Oosteinderpoel en de Westeinderplassen. Ook het Haarlemmermeer werd mede als gevolg van vervening steeds groter De Oosteinderweg is de ontginningsbasis van de huidige Bovenlanden, die in de tijd van de ontginning ‘t Oost ende van Aelsmeer geheten was. De dichtheid aan sloten was bij aanvang van de veenontginning nog gering. Het Haarlemmermeer in 1600 lag verder terug dan enkele eeuwen later. De molens aan het einde van de brede sloten pompten het water in het Haarlemmermeer. De rode vlek op de kaart is het huidige eigendom van Landschap Noord-Holland.
huidig eigendom LNH
Fig. 2.4: Situatie 1600
10
Op het Scherp van de Snede
Bovenlanden Aalsmeer 1850 De Bovenlanden zijn in enkele eeuwen door het Haarlemmermeer afgeslagen en verveend. De Zwarte molen staat veel verder naar het oosten dan zijn voorgangers. De ringdijk rond de Haarlemmermeer is inmiddels aangelegd. Het boezemwater van de Haarlemmermeer is de hoogte van het water in het veengebied. Drooglegging van de Haarlemmermeer in 1852 (twee jaar na dit kaarbeeld) heeft de Bovenlanden behoed voor nog meer afslag. De Oosteinderweg is verder verdicht en het zakkende veen noodzaakte tot het maken van veel meer afwateringsslootjes. Dit heeft gezorgd voor het nu nog kenmerkende patroon van smalle opstrekkende kavels. De teelt op het veen is in 1850 zeer divers; men vond er akkerbouw, tuinbouw en graslanden.
eigendom LNH studiegebied
Fig. 2.5: Situatie 1850
Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
11
Bovenlanden Aalsmeer: kaart 1905 De ontveende gronden en het Haarlemmermeer zijn inmiddels ingepolderd. De Bovenlanden liggen hoog en nat in het agrarisch gebied. Het bos van Landschap Noord-Holland is ook hier onveranderd. Er is een pontje vanaf de Veerkade naar de nieuwe bebouwing op de rand van de Haarlemmermeer, vanaf de uitspanning ‘t Oude Veerhuys.
pondje Veerkade huidig eigendom LNH studiegebied
Fig. 2.6: Situatie 1905
12
Op het Scherp van de Snede
Bovenlanden Aalsmeer: kaart 2011 De verstedelijking rondom de Bovenlanden is immens en grootschalig. De smalle strook veen (hogergelegen dan de afgegraven polders) ligt als een enclave in het gebied: een laatste restje historisch veenlandschap. De teelt van seringen is nog steeds gaande, maar er is ook al een substitutie aan de gang, zoals opslag in voormalige kassen en loodsen, en recreatieve ontwikkelingen. In de groenzone (voorheen sloopzone) mag niet meer gewoond worden maar er mag nog wel land bewerkt worden. De verlegde N201 ligt in een open bak middenin het veengebied. Het pontje vaart niet meer, maar ‘t Oude Veerhuys is een uitspanning gebleven. ‘t Oude Veerhuys
ver leg de N2 01 (in
groenzone (sloopzone)
aa nb
uitspanning
ou w)
tunnel in aanleg eigendom LNH studiegebied
Fig. 2.7: Huidige situatie
Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
13
3. Veldatelier
wellicht in het kader van de bestemmingsplan procedure Uiterweg voor de gehele Bovenlanden worden opgepakt. Vrij snel wordt namelijk duidelijk dat de problematiek van de Oosteinderpoel exemplarisch is voor de gehele Bovenlanden. Besloten wordt dat de uitkomsten uit dit project een voorbeeld zijn voor de verdere aanpak van het geheel.
Landschap Noord-Holland is eigenaar van een aantal percelen en water samen genaamd de Oosteinderpoel. Het veldatelier vindt plaats in de ernaast gelegen oude Veilinghal die tegenwoordig een overdekte beachvolleybalhal huisvest. Vanaf het water brengen we een bezoek aan het gebied varend in typisch Aalsmeerder pramen. Atelier 1 - Fysiek Het verbeteren van de bereikbaarheid en de beleefbaarheid van dit historisch stukje landschap, waarin Landschap Noord-Holland groot eigenaar is, kan
De Bovenlanden zijn deel van de Groene As. Met compensatiegeld van Schiphol en subsidiegelden van de gemeente en de provincie worden door de Stichting Bovenlanden gronden aangekocht welke liggen in de groenzone (voorheen sloopzone), en welke worden aangeboden door tuinders die hun grond niet willen verkopen voor recreatieve activiteiten. Op deze gronden wordt de seringenteelt voortgezet en/of ze krijgen een natuurdoelstelling. Op de overige gronden verandert de sierteelt in opslag
Fig. 3.2: Molenpoel
fig. 3.1: gedeputeerde Rob Meerhof tijdens 3e atelier
14
Op het Scherp van de Snede
en recreatie, zonder dat daar een beleid aan ten grondslag ligt. Voorlopig houdt de gemeente bijna alle initiatieven tegen. Toch ziet men hier botenverhuur, botenopslag, uitbreiding van beachvolleybalvelden en parkeergelegenheid. Er worden verschillen in grondprijzen genoemd van 8 euro voor teelt tot 80 euro voor recreatie. Betrokkenen in de workshop vinden het gebied waardevol als cultuurhistorisch landschap: de kleinschalige eigendommen, de waterrijke omgeving en de historische waarde van de resterende nog levendige seringenteelt, de kleinschalige verkaveling, de monumentwaardige gebouwen en oud bos. Anno 2011 koopt een overheid niet meer een waardevol gebied op om vervolgens te bepalen wat er gaat gebeuren. Tegenwoordig stelt de overheid samen met de belanghebbenden een toekomstvisie op. Het is dan aan de overheid om richtlijnen vast te leggen om de zorg
Fig. 3.3: Seringenteelt
voor het gebied op de langere termijn te waarborgen. De particulieren kunnen vervolgens, met inachtneming van de richtlijnen tezamen bouwen aan een toekomstig landschap. Volgens Caroline Jansen (projectleider groenzone, voorheen sloopzone) is de communicatie met de eigenaren momenteel niet optimaal. Het gesprek met de buren kan een oplossing zijn om op korte termijn eigenaren in het gebied te enthousiasmeren actief mee te denken over de toekomst en daarbij over het creëren van mogelijkheden de bereikbaarheid en beleefbaarheid te verbeteren. Landschap Noord-Holland kan als groot grondeigenaar hierin een trekkersrol vervullen. Atelier 2 - Gebruikers De economische verarming moet niet alleen als probleem beschouwd worden, maar ook als kans.
fig. 3.4: Bezoek kwekerij tijdens veldatelier
Ondernemers zijn immers op zoek naar ruimte voor allerlei activiteiten en seringentelers naar bestemming voor hun sierteeltgrond. Wat zou een nieuwe invulling kunnen zijn? De toekomst voor bestemming en invulling van de gronden zou op het gebied van recreatie kunnen liggen. De situering van het projectgebied als uitloper en onderdeel van het Amsterdamse Bos biedt ook kansen. Een historisch landschap maakt nog geen deel uit van het aanbod van het Bos. De Bovenlanden zouden bestemd kunnen worden voor duurzame watersport. Het gebied sluit gezien haar kwaliteiten het beste aan bij wensen van recreanten die van de natuur en rust willen genieten. Een duurzame bestemming past bovendien ook het beste bij het type beheer dat Landschap Noord-Holland uitvoert op de eilanden: behoud en ontwikkeling van soortenrijkdom. In de regio is behoefte aan uitloopgebieden. Veel
Fig. 3.5: Aflsuitend atelier in de oude Veiling
Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
bewoners van Aalsmeer zeggen zich opgesloten te voelen tussen de kassen. Betere verbindingen vanuit de wijken naar het eilandenrijk zouden de Aalsmeerders richting Ringdijk kunnen trekken. Daarnaast kunnen lange afstandwandelingen en fietsroutes beter aangetakt worden op het gebied. Ook zou het gebied een adres kunnen krijgen aan de Oosteinderweg, in de vorm van een bezoekerscentrum en startpunt voor excursies. Door het gebied een ontvangstpunt te geven, wordt De Oosteinderpoel een zichtbare en vindbare recreatieve bestemming. Daarnaast kunnen richtlijnen worden opgesteld over het inrichten en onderhouden van de kavels. Een meer consequente handhaving vanuit de gemeente kan zorgen voor een vermindering van het rommelige karakter van het gebied.
Fig. 3.6: Rondleiding door gebied in praam
15
Atelier 3 - Geld en beleid De reeks van drie bijeenkomsten in Aalsmeer werd op 25 februari afgesloten met een werkbezoek aan het gebied de Bovenlanden. Een uitgebreide delegatie van onder andere de Provincie Noord-Holland, Landschap Noord-Holland, Hoogheemraadschap van Rijnland en Gemeente Aalsmeer maakte een vaartocht door het landschap van de Bovenlanden. Tijdens het werkbezoek werd aandacht besteed aan de resultaten van verschillende projecten: - ‘Op het Scherp van de Snede’ - De voortgang van de Groene As die door Aalsmeer loopt - Het project Vooroevers Oosteinderpoel Behoud door ontwikkeling Een partij met enorm veel kennis van gebied is Stichting de Bovenlanden. Deze stichting maakt zich sterk voor behoud van de natuurlijke en landschappelijke waarden het gebied en en zet zich in voor behoud van de sierheesterteelt. De stichting koopt akkers op die vrijkomen van tuinbouw en biedt deze gedeeltelijk aan ter pacht aan jonge kwekers. Andere delen krijgen de bestemming natuur. Een lastig punt in dit proces is de enorme stijging van de prijs van de akkers. Deze is inmiddels verdubbeld ten opzicht van enige jaren geleden. “De ontwikkelingen van vandaag de dag baart de Stichting zorgen”, aldus de voorzitter van Stichting de Bovenlanden, Nico Borgman. “De vraag hoe het gebied vrij te houden van zaken die er niet in thuis horen is een belangrijke.” Borgman legt uit dat in het kader van watersport de gemeente nieuwe groepen
16
mensen naar Aalsmeer wil trekken. “Er wordt geroepen dat er verblijfsrecreatie moet komen, met name in het gebied ten westen van Aalsmeer en ten noorden van de Uiterweg. Maar dit gebied is juist heel bijzonder vanwege haar seringencultuur,” aldus Borgman. De voorzitter stelt dan ook dat je een probleem creëert wanneer je het gebied gaat “volstouwen met faciliteiten. Het gevaar bestaat dat het gebied geamputeerd wordt.” Eeuwen duurde het voordat het gebied eruit ziet zoals het eruit ziet en het de cultuurhistorische waarde heeft die het nu heeft. Het zou dan ook eeuwig zonde zijn wanneer deze waarden zomaar over boord worden gegooid. Borgman refereert aan het Groene As rapport. “Dit rapport geeft meer body aan het verhaal waar Stichting de Bovenlanden mee bezig is. In het rapport staat aangegeven wie waar verantwoordelijk voor is en kan daarom dienen als een geraamte van het gebied.” Ecologische ‘stapstenen’ Een van de opstellers van het Groene As rapport is Vincent Muijskens van Arcadis. De Groene As verbindt grote en kleine natuurgebieden tussen Amstelland en Spaarnwoude met elkaar. Hierdoor ontstaat een ecologische verbindingszone, maar ook een aantrekkelijk landschap dat onder meer geschikt is voor recreatie en leefgebied voor dieren. De Groene As kent verschillende projecten en maakt op haar beurt deel uit van de Provinciale Ecologische Hoofdstructuur. Een belangrijk onderdeel is het aanleggen van ecologische stapstenen, kleine natuurgebiedjes waardoor dieren en planten zich kunnen verspreiden naar andere, grotere natuurgebieden. Het gaat hier bijvoorbeeld om de waterspitsmuis, meervleermuis en de ringslang. In het Groene As plan staat precies wat wanneer moet
Op het Scherp van de Snede
gebeuren, wie daarvoor verantwoordelijk is en wat de kosten zijn. De As is opgeknipt in 39 projecten die op op vier niveaus zijn geprioriteerd. Per project wordt bekeken wie de trekker is en waar financiering vandaan komt. Uiteindelijk ontstond een gedragen plan dat ook betaalbaar is. Nu is het tijd om het plan uit te werken. Muijskens geeft aan dat het rapport vraagt om inzet van instanties die betrokken zijn en om financiële steun. Innovatieve oeverversteviging Een van de sleutelprojecten van de Groene As, met de provincie als opdrachtgever, is de oeverversteviging van het Voorover voor de Oosteinderpoel. Een van de bedreigingen in het gebied is de oeverafslag van de Ringvaart. De afslag is al jaren punt van discussie bij verschillende partijen. Koosje Lever van de provincie Noord-Holland legt uit dat door golfslag en zuigkracht van de drukke scheepvaart in de Ringvaart de veengrond steeds verder tussen de boomwortels weggespoeld. Zo raken er hapjes en stukken uit de oevers. De Ringvaart moet uitgebaggerd worden om de vaargeul op juiste diepte te houden. Deze bagger kan gebruikt worden om zogenaamde geotubes, een huls van fijngeweven synthetisch doek, te vullen. Zo maak je van bagger een bouwstof. De tubes worden voor de oevers gelegd, zodat daarachter een luwwaterzone ontstaat. Op deze manier creëer je een ideaal leefgebied voor verschillende zeldzame dieren, zoals de meerval. De tubes zullen net onder water staan en er komt een worteldoek overheen waar jonge rietplantjes in worden gepland. Zo wordt er ook riet ontwikkeld. Het is een spannende exercitie. Geotubes zijn namelijk nog nooit toegepast op een plek waar zoveel grote boten varen. Doordat de bagger niet afgevoerd hoeft te worden is de aanleg van duurzame oevers financieel haalbaar.
Op het Scherp van de Snede Het belang van samenwerken wordt door alle partijen onderstreept. Ook door Mireille Dosker van Landschap Noord-Holland. Zij legt uit dat we ons in de Bovenlanden bevinden op het scherp van de snede, daar waar het landschap de stad raakt. Het is dan ook belangrijk aandacht te schenken aan het leggen van duurzame verbindingen. Niet alleen letterlijk, tussen stad en land. Maar ook tussen verschillende betrokkenen. Met het project Op het Scherp van de Snede worden dan ook op locatie veldateliers georganiseerd met allerhande partijen. Zo komen verschillende perspectieven op een gebied aan bod en kunnen betrokkenen elkaar leren kennen en van elkaar horen waar ze mee bezig zijn. Op een eerste bijeenkomst in het kader van het project werden mensen die werken op het gebied uit de Ruimtelijke Ordening genodigd. Op een tweede bijeenkomst zaten gebruikers van het gebied aan tafel. De derde bijeenkomst staat in het teken van actie. Voor Aalsmeer zijn daarom voor het werkbezoek van 25 februari verschillende besluitvormers uitgenodigd. Goede plannen hebben immers besluitvorming nodig om op een hoger niveau getild te worden. Verbinden op verschillende niveaus Een boottocht leidde de groep vervolgens door een gedeelte van de Bovenlanden, waar de besproken onderwerpen ook in werkelijkheid zichtbaar werden. De gedeputeerde, de wethouder, de hoogheemraden, Piet Harting, Nico Kors, Jan Kuiper en Nico Borgman kregen op de boot het boekje ‘Op het scherp van de snede’ en uitvoeringsprogramma “Groene AS” overhandigd. Er was ook gelegenheid om reactie te geven op de verschillende presentaties, alsmede kort voornemens uit te spreken betreffende toekomstig beleid. Aan het woord kwamen gedeputeerde Rob Meerhof, wethouder
Ulla Eurich en bestuurslid van het Hoogheemraad van Rijnland Hans Schouffoer. Het belang van het leggen van verbindingen werd door alle genodigden onderstreept. Rob Meerhof, Gedeputeerde van de provincie Zuid-Holland geeft aan dat in de Bovenlanden verschillende dossiers samenkomen. “Vanuit alle portefeuilles wordt in de Bovenlanden iets gedaan. Samen kun je beter natuur en cultuur beschermen dan wanneer je er alleen voor staat.” Wethouder Ulla Eurich: “Alle projecten en knelpunten zijn nu duidelijk in kaart gebracht, dat is een grote stap voorwaarts. Je ziet dat ontzettend veel mensen en partijen zich bezighouden met dit gebied. Die samenwerking moeten we vasthouden en nu doorpakken.” De wethouder geeft ook aan dat de ideeën die in de werkbijeenkomst naar voren zijn gekomen goed passen bij het beleid van de gemeente Aalsmeer. “Wij willen graag de watersport en recreatie stimuleren, maar daarbij mag de duurzaamheid niet in de knel komen.” Daarnaast werkt de Gemeente Aalsmeer aan het project Groenzone (voorheen ‘Sloopzone’). In dit gebied, dat gelegen is in de Bovenlanden en in het verlengde ligt van de Aalsmeerbaan, is het om veiligheidsredenen niet meer toegestaan om te wonen. “Wij hebben dit gebied echter niet afgeschreven”, zegt Eurich. “We zien het als een enorme kans om het te transformeren in een groen-recreatieve omgeving, waar we natuur- en cultuurwaarden willen laten herleven. We willen dit gebied toegankelijk maken voor recreatie én een belangrijke rol geven binnen de Groene As.” Hans Schouffoer van het Hoogheemraadschap Rijnland benadrukt het belang van werk met werk maken. “Zo
Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
zou je bijvoorbeeld kunnen aanhaken bij het project van de oeverversterking en proberen de gemeente mee te krijgen een fietspad aan te leggen.” Schouffoer spreekt ook zorgen uit over het huidige politieke klimaat. “We hebben van doen met staatssecretaris Bleker die zonder na te denken een streep zet door plannen. Waterberging projecten worden veelal samen met recreatieplannen uitgevoerd. Als het Rijk geen geld meer vrij maakt voor recreatie is dat ook een probleem voor de waterberging.” Bezuinigingen Iedereen lijkt deze zorg te delen met Hans Schouffoer. De ogen zijn gericht op de provincie en gemeente die het financieren van projecten mede mogelijk moeten maken. Zo zijn veel projecten voor een groot deel afhankelijk van financiële steun door de provincie, zoals de aankoop van akkers door stichting de Bovenlanden. Meerhof heeft niet meteen een klinkklare oplossing voor het financieringsprobleem. “Zekerheden kan ik nu niet geven,” zegt hij. De gedeputeerde vraagt om geduld wat betreft aankopen in het kader van de Ecologische Hoofd Structuur. Omdat het Rijk minder geld verstrekt hebben zowel de provincie als de gemeente minder geld te besteden. Hij ziet ook in dat het momentum nu is en noemt de argumenten die gegeven worden om werk met werk te maken goed. “Ik vind het geweldig om te zien hoe al deze plannen bij elkaar komen en het zou prachtig zijn als we deze gouden kans voor samenwerking nu kunnen grijpen. Je moet nu wat doen want je gaat nu baggeren.” Wethouder Ulla Eurich is het eens met de gedeputeerde: “Het is zaak deze energie vast te houden en om te proberen de financiering voor elkaar te krijgen.” De gedeputeerde toont zich wel hoopvol voor de toekomst en geeft aan dat meerdere collegeleden enthousiast zijn over plan.
17
Groene scheg en Groene As Nieuwe Meer
De Bovenlanden van Aalsmeer liggen in een groene scheg van de Westeinder plassen tot aan het Nieuwe Meer in het Amsterdamse Bos. In de onlangs verschenen structuurvisie van Amsterdam wordt deze scheg genoemd als de ‘Amsterdamsebos scheg’ en is zij onderdeel van het metropolitane landschap rondom de stad. Deze scheg maakt op haar beurt weer deel uit van de zogenaamde ‘Groene As’ dat kleine natuurgebieden tussen Amstelland en Spaarnwoude met elkaar moet verbinden. Hierdoor ontstaat een ecologische verbindingszone, maar ook een aantrekkelijk landschap dat onder meer geschikt is voor recreatie In 1995 werd de Groene As als ontwikkelingsplan vastgesteld. Onder andere het Schinkelbos is in dit kader omgetoverd tot een prachtig natuurgebiedje.
Amsterdamse bos
Schinkelbos Paardenpension
Projectgebied Vaarroute
De Bovenlanden is een bijzondere schakel in de bovengenoemde groene ketting. Met haar grote cultuurhistorische waarde contrasteert zij bijvoorbeeld met het Amsterdamse bos, dat juist heel modern is ingericht en géén relatie heeft met het oude landschap.
Bovenlanden Amsterdamsebosscheg Westeinder plassen Projectgebied
Pelgrimspad
Fig. 3.7: Bovenlanden als onderdeel van een groene scheg
18
Op het Scherp van de Snede
Fig. 3.8: Amstelbosscheg (bron: Structuurvisie Amsterdam 2040)
sleutelgebied zoekgebied stapsteen stapsteen knelpunt (voor)oever project projectgebied op het scherp van de snede
Projectgebied
Fig 3.9: Provinciale Ecologische Hoofdstructuur (bron: Groene As)
Fig 3.10: Uitvoeringsplan Groene As (bron: Arcadis, februari 2011)
Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
19
4. Karakteristieken en kwaliteiten
20
Op het Scherp van de Snede
Oosteinderpoel Aalsmeer: veel partijen De kaart toont een impressie van de verdeling van eigendommen in het gebied, het is dus niet exact de situatie. Opmerkelijk: - Er zijn 7 seringentelers nog actief, slechts 1 teler heeft actief gemeld graag het bedrijf aan zijn zoon over te dragen. De anderen hebben nog geen opvolging (diverse kleuren) - Landschap Noord-Holland heeft het grootste eigendom, enkel ontsloten vanaf en gelegen aan de Ringvaart (roze) - De gemeente Aalsmeer vult de gaten op in de eigendommen van Landschap Noord-Holland. Ze heeft de oude vuilstort en het brede water te midden van de percelen in eigendom (olijfgroen) Kwaliteit landschap: Het landschapsbeeld is op veel plekken nog weinig verstoord en soms ronduit idyllisch van karakter. Het contrast tussen intensief bewerkte percelen en percelen met extensieve natuur is wel heel groot. De natuur vormt een stevige achtergrond van het landschapsbeeld, dat met de tuinbouw een heel oud landschapsbeeld is, uit de tijd dat Amsterdam zijn Gouden Eeuw beleefde. Landschap NH provincie NH gemeente Aalsmeer particulier
Fig. 4.1: Indicatie eigendomssituatie
Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
21
Amsterdam
Oosteinderpoel Aalsmeer: bereikbaarheid water De Oosteinderpoel is via het water verbonden met de omgeving. Het is met kleine boten goed bevaarbaar. De seringentelers gebruiken pramen, platte houten boten die in ondiepe sloten kunnen varen. Over de Ringvaart gaat een belangrijke vaarroute. De hoge vaarsnelheid en de zuigende werking van steeds grotere vrachtschepen veroorzaken sterke afkalving van het veen.
Ri
n
a gv
ar
t
Rotterdam
Fig. 4.2: Waternetwerk
22
Op het Scherp van de Snede
Oosteinderpoel Aalsmeer: transformatie landschap Er vindt een versnelde transformatie van het landschap plaats omdat de tuinbouwgronden een ander gebruik en nieuwe invulling krijgen. In plaats van seringen vind je verspreid door het gebied opslagloodsen en opslag in kassen, en diverse recreatieve nederzettingen zoals landjes om de boot aan te leggen, vakantiehuisjes en woonboten. Bezien vanuit de Ringvaart ziet het gebied er erg gesloten uit. Ook vanaf de Oosteinderweg is de landschappelijke kwaliteit niet waarneembaar. Slechts vanaf de Zwarte Molen is een prachtig zicht op het landschap mogelijk. Vlak naast de molen wordt binnenkort een grote villa neergezet. Het beeld zal derhalve ook hier, na eeuwen van stilstand, veranderen. Afhankelijk van de windrichting en aanvliegroute is de geluidsoverlast van Schiphol nihil tot zeer ernstig. Het hart van het gebied is nog vrij gaaf gebleven met seringenteelt en natuur. Maar ook hier wordt nu (zichtbaar) land aangeboden voor recreatieve doeleinden. Hierdoor bestaat een grote kans dat het landschapsbeeld haar cultuurhistorische kenmerken gaat verliezen. De natuur geeft een grote landschappelijke kwaliteit aan het gebied, al is het maar dat de natuur de gebouwen op Schiphol verhult waardoor het verblijven hierin labyrintisch wordt. De kleinschaligheid is een kwaliteit.
lintbebouwing recreatie / woonboten loodsen en kassen The Beach
Fig. 4.3: Opstal en programma
Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
23
Rondje Ringvaart
Oosteinderpoel Aalsmeer: bereikbaarheid vanaf de weg
Amsterdam Amstelveen
panorama paardenweide
Vanaf de Oosteinderweg zouden korte ommetjes gerealiseerd kunnen worden, steeds over een klein aantal percelen (‘nietjes’ genoemd) zodat de bovenlanden beter beleefbaar worden. Mogelijk met een uitspanning, bijvoorbeeld aan de rand van de Oosteinderpoel. Klein Giethoorn in Hazerswoude kan hiervoor als referentie dienen.
De Zwarte Ruiter
buiten zwembad ‘t Oude Veerhuys
oude Veiling / The Beach
Rondje Ringvaart
regionale fietsroute pelgrimsroute pondje Rijsenhout
Kudelstaart
Santiago de Compostela
Fig. 4.4: fietspadennetwerk en pelgrimspad
bijzonder punt route
Fig. 4.5: Uitspanning ‘Klein Giethoorn’ midden tussen de kwekerijen
24
Op het Scherp van de Snede
Oosteinderpoel Aalsmeer: (on)voorspelbaar lawaai
Aa lsm eer ba an
Het lawaai van vliegtuigen in de Oosteinderpoel is sterk afhankelijk van de windrichting. Het kan er bij oostenwind bladstil zijn, en bij noordenwind enorm lawaaierig.
Po
rb lde
aa
n
10
-6
-5
48 dB(a )
10
-5
58 dB(a )
10
58 d B (a ) groenzone (voorheen sloopzone)
Fig. 4.6: Vliegtuig boven de Ringvaart
Fig. 4.7: Lawaai Schiphol (bron: Beleid/programma Schiphol, Provincie NH, 2009)
Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
25
5. Kansenkaart; als opmaat voor gebiedsproces en bestemmingplan
26
Op het Scherp van de Snede
Oosteinderpoel Aalsmeer: bereikbaarheid vanaf de weg We zijn in het atelier tot de constatering gekomen dat er een proces van aankoop voor natuur op gang is gebracht langs de trekvaart in het kader van de Groene As (provincie Noord-Holland) en de sloopzone (Schiphol). Het effect ervan is dat grootschalige natuurontwikkeling ontstaat op de westkant van de Bovenlanden. Ondertussen wordt de oostkant steeds kleinschaliger en rommeliger. Het gebied wordt ruimtelijk door dit proces in tweeën gedeeld. Naar aanleiding van de ateliers is het idee geopperd om een ontwikkeling van natuur en particuliere eigendommen te richten op behoud van de kleinschalige kwaliteiten. Een intensieve mix van gebruiksvormen, waaronder natuur, sluit meer aan bij de cultuurhistorische en landschappelijke kwaliteiten die momenteel in het gebied aanwezig zijn.
variant tweedeling
In de kleinschalige variant is het noodzakelijk dat onderling wordt samengewerkt om het landschap een nieuwe toekomst te geven. Als voorbeeld wordt aangehaald de herstructurering van de Haarlemmerdijk, een lint van particuliere winkeleigenaren. De winkelstraatmanager, in dit geval een eigenaar, wist alle buren te verenigen om te werken aan het opknappen van de winkels en de straat. In de Bovenlanden kan dit voorbeeld een geslaagde en inspirerende referentie zijn. Het particulier recreatie ondernemerschap van de paardenhouder laat zien dat de overheid beter niet de trekker is, maar dat het krachtiger is als het initiatief van de eigenaren zelf komt, wel gefaciliteerd door de overheid. In de tweedelingsvariant kunnen de overheid en Schiphol doorgaan met aankoop zonder veel inmenging van derden.
kleinschalige variant
Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
27
6. Spin off
28
Op het Scherp van de Snede
Dit laatste hoofdstuk behandeld de resultaten die zijn geboekt tot moment van schrijven (april 2012), op dat moment zijn er nog volop ontwikkelingen gaande. Landschapsfonds Landschap Noord-Holland is in gesprek met de gemeente Aalsmeer, het Nationaal Groenfonds en de Rabobank om een Landschapsfonds op te richten. Beheerplan terreinen Stichting de Bovenlanden en Landschap Noord-Holland Inmiddels is een beheerplan in de maak, waarin de belangrijkste adviezen uit ‘Op het scherp van de snede’ worden overgenomen als uitgangspunten voor toekomstig beheer en aankoopbeleid. Gebiedsvisie en voorwaarden stellend bestemmingsplan Met de gemeente Aalsmeer en de Provincie NoordHolland is op de boot en in het oude veilinggebouw geconcludeerd dat het verstandig is om Stichting Bovenlanden en LNH partner te maken in het opstellen van een visie en te zorgen voor een voorwaarden stellend bestemmingsplan. Het advies is om pro-actief ruimte te maken voor bijvoorbeeld een theehuis achter op een kavel aan de Oosteinderweg, grenzend aan de Oosteinderpoel, zodat het kwetsbare natuurgebied vanaf de rand beter beleefbaar wordt.
Aansluiting met Amsterdamse Bos De beheerders van het Amsterdamse Bos bleken zeer bereid de bovenlanden van Aalsmeer in te tekenen op de borden van het Amsterdamse Bos. Het gevolg zal zijn dat fietsers attent worden gemaakt op de bereikbaarheid en aantrekkelijkheid van die bovenlanden. Concreet moet hier nog actie op worden ondernomen. Winkelstraatmanager Het advies is om een ‘winkelstraatmanager’ aan te stellen, om de verschillende belangen van alle private partijen bijeen te brengen en gezamenlijke belangen na te streven. Hiertoe is op dit moment nog geen actie ondernomen. Korte ommetjes in het gebied Het advies om ‘nietjes’ te realiseren zodat het gebied vanaf land beter beleefbaar wordt, is neergelegd bij gemeente en Groen Akkoord. Zodra ontwikkelingen in het gebied meer perspectief laten zien, kan hier meer vaart achter gezet worden. Groen Akkoord Landschap Noord-Holland gaat verder met ‘Groen Akkoord’ (samen met Woningstichting Eigen Haard en Van der Leijgroep).
Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
29
Bijlage: Deelnemers
Mireille Dosker Jaap Beets Nicky Schuurman Maike van Stiphout Chris van der Zwet Jan Peter Wingender Marieke Berkers
Landschap Noord-Holland, initiator project Landschap Noord-Holland, projectleider Landschap Noord-Holland, medewerker DS landschapsarchitecten, landschapsarchitect, initiator project DS landschapsarchitecten, landschapsarchitect Wingender Hovenier Architecten, architect architectuurhistoricus, notulist
Veldwerkatelier 1: Fysiek Leon Kieft gemeente Aalsmeer Caroline Jansen gemeente Aalsmeer, projectleider sloopzone Leo Kiep gemeente Aaslmeer, stedenbouwkundige Jarno Deen Hoogheemraadschap Rijnland Helga van der Haagen DRO Amsterdam, stedenbouwkundige Koosje Lever Provincie Noord-Holland, werkgroep Groene As
Veldwerkatelier 2: Gebruikers Arie van der Schilden Bewoner Van de Nieuwendijk Amsterdamse Bos, uitvoering
30
Op het Scherp van de Snede
Maarten Bouten Arno van der Mark Jos Wennekers Piet Harting Cathy Hermans Kees de Jong Francis Schennink
APPM, Procesmanager sloop DRFTWD office, kunstenaar Manege stal Wennekers, eigenaar Stichting Bovenlanden, vice-voorzitter Amsterdamse Bos Seringenteler Landschap Noord-Holland, hoofd terreinbeheer
Veldwerkatelier 3: Geld en beleid Rob Meerhof Ulla Eurich Nico Kors Aad Straathof Hans Schouffoer Jan Kuiper Nico Borgman Vincent Muijskens Koosje Lever Michiel Tromp Yuri Klaver
Provincie Noord-Holland, gedeputeerde Gemeente Aalsmeer, wethouder Rabobank, directeur regio Schiphol Hoogheemraad van Rijnland Hoogheemraad van Rijnland, bestuurslid Landschap Noord-Holland, directeur Stichting de Bovenlanden Aalsmeer, voorzitter Arcadis Provincie Noord-Holland Provincie Noord-Holland, programmacoördinator en moderator Gemeente Aalsmeer, beleidsadviseur milieu en duurzaamheid
Veldatelier Bovenlanden Aalsmeer
31
© Landschap Noord-Holland DS landschapsarchitecten Wingender Hovenier Architecten