Martini Ziekenhuis Samen voor de beste zorg
Vaatchirurgie op het scherpst van de snede
Vaatchirurgie op het van Watscherpst heeft Marco Borsatode metsnede het
Brandwondencentrum Groningen?
Vaatchirurgie op het scherpst van Drama en de snede blijdschap dicht bij elkaar op afdeling Verloskunde
Last van de knie? Wij lossen het op
Last van de knie? Wij lossen het op
Zorgpad Longkanker geeft patiënt snel duidelijkheid
Hans Feenstra, voorzitter Raad van Bestuur Martini Ziekenhuis
Hans Feenstra: ‘Verhalen geven het Martini een gezicht’ De zomer is bijna voorbij, voor de meeste mensen zit de vakantie er weer op. Dat geldt ook voor mij als ziekenhuisbestuurder. Als voormalig internist trek ik nog regelmatig een witte jas aan om betrokken te blijven bij de patiëntenzorg.
In deze zorgbijlage brengen we een aantal ervaringen in beeld. U volgt bijvoorbeeld Aaltje en Boele Beijering bij hun bezoek aan de cardioloog en Marcia en Sander op de afdeling Verloskunde. Dat ook bekende sporters de weg naar ons ziekenhuis weten te vinden, leest in u in het artikel over knieproblemen. Met al deze verhalen geven we ons ziekenhuis een gezicht. Samen met ú en collega-zorgverleners gaan we voor de beste zorg!
Ieder jaar bezoeken ruim 400.000 mensen onze poliklinieken en komen 60.000 mensen naar ons ziekenhuis voor een opname. We werken hard om de patiënten achter deze cijfers optimaal van dienst te zijn. In de eerste plaats met onderzoek, behandeling en verpleegkundige zorg. Daarnaast met service, gastvrijheid en oog voor de menselijke maat. Iedere patiënt heeft immers zijn eigen verhaal wat vraagt om persoonlijke aandacht.
Aaltje en Boele Beijering uit Borger kwamen 25 jaar geleden voor het eerst in het Martini Ziekenhuis nadat de oorarts van Boele in het Wilhemina Ziekenhuis in Assen ermee ophield. Sindsdien zijn ze beiden ‘trouwe’ klant. ‘We komen hier natuurlijk liever niet, maar het is helaas niet anders.’
Op stap met een hartpatiënt We treffen het echtpaar Beijering in de centrale hal. De autorit van Borger naar Groningen verliep probleemloos en een plek in de parkeergarage was snel gevonden. ‘Het is verder dan Assen of Stadskanaal, maar het bevalt ons hier goed’, zegt Boele. Sinds Aaltje twee jaar geleden tijdens een controle de mededeling kreeg dat ze in het ziekenhuis moest blijven om gelijk geopereerd te worden, rijdt hij trouw met haar mee. Verkalking ‘Dat ik toen onverwacht in het ziekenhuis moest blijven, was een grote schrok’, vertelt de 71-jarige
Aaltje. Tijdens een vakantie in Zweden kreeg ze voor het eerst een ‘raar gevoel’ op de borst. De huisarts verwees haar door naar een cardioloog. ‘Ik koos voor cardioloog Posma hier in het Martini, omdat mijn man daar ook goede ervaringen mee had.’ Tijdens een controle twee jaar geleden bleek de verkalking die de klachten veroorzaakt, sneller toe te nemen dan gedacht. Aaltje had met spoed een nieuwe aortaklep nodig. ‘Ik mocht meeluisteren met de stethoscoop. Die klep bewoog nauwelijks nog, dat kon ik horen’, zegt Boele. Zijn vrouw werd overgebracht naar het UMCG in de stad, waar ze een nieuwe hartklep kreeg.
Pacemaker Aaltje en Boele weten inmiddels feilloos de weg in het ziekenhuis. Vanuit de ontvangsthal slaan we linksaf, langs de grote binnentuin. Bij de Spoedeisende Hulp aan het eind van de gang gaan we het trappenhuis in. ‘We gaan nooit met de lift, altijd met de trap.’ Op de eerste verdieping is het linksaf naar de Cardiologie. Na twee minuten in de wachtkamer wordt Aaltje opgeroepen voor haar pacemakercontrole
...
Colofon
Het Martini Ziekenhuis is een topklinisch opleidingsziekenhuis dat zich onderscheidt met een breed aanbod medisch-specialistische zorg in een gastvrije omgeving. We werken nauw samen met huisartsen en andere zorgverleners: samen gaan we voor de beste zorg, met de zorgvraag van de patiënt als uitgangspunt. Sinds 2010 maken we deel uit van de nationale ziekenhuisgroep Santeon. Met vijf andere ziekenhuizen delen we passie voor mensen en innovatieve zorg.
Samenstelling: Martini Ziekenhuis Groningen Redactie: stafdienst Communicatie Martini Ziekenhuis Vormgeving: NDC Mediagroep Fotografie: archief Martini Ziekenhuis
Kijk voor meer informatie op martiniziekenhuis.nl of volg ons op Twitter
Met dank aan de patiënten die een bijdrage hebben geleverd aan deze bijlage
Precisiewerk op de vierkante centimeter In de operatiekamer staat de concentratie te lezen op de gezichten van vaatchirurg Paul Keller en chirurg Ruby Krol, die in het Martini Ziekenhuis wordt opgeleid tot vaatchirurg. Het is precisiewerk op de vierkante centimeter. De halsslagaderoperatie bij een 82-jarige patiënt. Vijf dagen geleden zat de vrouw vergezeld door drie familieleden voor het eerst in de spreekkamer van vaatchirurg Paul Keller. ‘Ben ik een tikkende tijdbom?’, vraagt ze gespannen. Ze woont zelfstandig, is goed bij de pinken en wil van alles het fijne weten. Mevrouw is doorverwezen door het ziekenhuis in Delfzijl, waar ze werd opgenomen na een herseninfarct. ‘Ik had een stuk gefietst, niets aan de hand. Maar toen ik na het eten opstond wist ik het direct. Dit klopt niet.’ In de Ommelander Ziekenhuis Groep vermoedden de artsen dat de beroerte is veroorzaakt door een vernauwde halsslagader. Patiënten in Noord- en Oost-Groningen met deze aandoening worden doorverwezen naar het Martini Ziekenhuis. ‘U heeft een vernauwing in de linker halsslagader. Dat noemen wij een plaque en daarop ontstaan kleine stolsels. Bij u is zo’n stukje stolsel losgeschoten en in uw hersenen terechtgekomen. Daarom kon u het been niet goed meer gebruiken’, legt Keller uit.
Doelman Luciano da Silva van FC Groningen draait na een ingreep in het Martini Ziekenhuis weer volop mee. Hij werd twee jaar geleden door orthopedisch chirurg Reinoud Brouwer geholpen aan zijn knie.
Last van de knie? Wij lossen het op! ‘Als wij het niet kunnen oplossen, is een patiënt niet te behandelen.’ Klinkt als een boute uitspraak, maar orthopedisch chirurg Reinoud Brouwer heeft recht van spreken. ‘Alleen als een ingreep meer ellende veroorzaakt dan de oorspronkelijke kwaal, sturen we mensen zonder hulp naar huis.’ Leraren, topsporters, boeren en politieagenten. De patiënten in de wachtkamer bij Orthopedie zijn net zo gemêleerd als de samenleving. Want kennen we niet allemaal iemand die last heeft van z’n knie?
Met twee beeldvergrotende verrekijkers op de neus snijdt vaatchirurg Paul Keller stukje bij beetje de vernauwing uit de slagader.
Risico De vaatchirurg stelt een halsslagaderoperatie voor. Via een sneetje in de hals wordt de slagader blootgelegd. Als de halsslagader is afgeklemd en er geen bloed meer doorheen stroomt wordt het bloedvat schoongemaakt. De schone halsslagader wordt vervolgens dichtgemaakt met een lapje kunststof of, als dat kan, met een stukje ader uit de enkel van de patiënt. Het risico op een herseninfarct is drie procent. ‘Dat betekent dat bij drie op de honderd mensen tijdens de operatie iets mis kan gaan’, verklaart Keller. ‘Als we niets doen is het risico dat u in de komende vijf jaar een groot herseninfarct krijgt vijftien tot twintig procent. In het ergste geval raakt u halfzijdig verlamd.’ De uitleg is helder en de cijfers spreken voor zich. Net als de andere vijftig patiënten die jaarlijks voor deze aandoening in het Martini komen, kiest de vrouw voor het kleinste risico. ‘Dan waag ik het erop.’ De dochter bedankt de vaatchirurg voor zijn duidelijke uitleg en het prettige gesprek. ‘Dat is helaas niet overal zo’, verzucht ze. De vaatchirurgen gaan bij het aanraden van operaties niet over één nacht ijs. ‘Iedere week bespreken we de patiënten met een neuroloog en een klinisch neurofysioloog, beiden gespecialiseerd in halsslagaderproblematiek. Pas als alle neuzen dezelfde kant op staan, stellen we een ingreep voor.’ Vlak voor de operatie worden de patiënten ook onderzocht door een internist en een cardioloog om vast te stellen of ze fit genoeg zijn.
Problemen met het kniegewricht komen veel voor en hebben verschillende oorzaken. Als eerste onderscheidt Brouwer de groep tieners, twintigers en dertigers die fanatiek sport. Aan de top of recreatief. ‘Daar zie je problemen met de meniscus. Dat is de schokdemper in de knie. Die kan scheuren waardoor pijn ontstaat en het bewegen moeilijker wordt. Bij deze groep jonge mensen is de losschietende knieschijf een tweede veel voorkomend probleem. Als derde zijn er de gescheurde kruisbanden. Twintig jaar geleden gaven we deze mensen het advies om te stoppen met sporten. Dat hoeft nu gelukkig niet meer.’
Bewaken Toen Paul Keller aan de studie Geneeskunde begon wist hij al snel dat hij vaatchirurg wilde worden. ‘Het is heel afwisselend. De ene keer doe je een grote buikoperatie, de volgende keer werk je heel secuur in de halsstreek.’ Voor deze secure halsoperatie wordt hij bijgestaan door de vaatchirurg in opleiding, een anesthesist, die de patiënt onder narcose brengt, twee OKassistenten en twee laboranten van de Klinische Neurofysiologie. De laatste twee bewaken tijdens de operatie continu de hersenactiviteit van de patiënt. ‘Als het nodig is, leggen we een tijdelijke bypass aan naar de hersenen, zodat die voortdurend bloed en daarmee zuurstof krijgen.’
FC Groningen Doelman Luciano da Silva van FC Groningen draait na een ingreep in het Martini weer volop mee. Hij werd twee jaar geleden door Brouwer geholpen aan zijn knie. ‘Leuke man’, zegt Luciano na afloop van een training. De keeper kwam via de clubarts van de FC bij Brouwer terecht. ‘Ik had voortdurend last van mijn knie. Er bleek een ontsteking aan mijn kruisband te zitten. Die is met een kijkoperatie verwijderd.’ Tijdens de ingreep werd ook een stukje van de buitenmeniscus weggehaald. Luciano kon na de ingreep direct naar huis. ‘Het gaat nu heel goed, ik doe iedere week minstens twee keer krachttraining om te voorkomen dat er vocht in komt en mijn knie instabiel wordt.’ Naast de fanatieke sporters zien de orthopeden veel patiënten met artrose in de wachtkamer, een pijnlijke aandoening door slijtage van het kraakbeen. ‘Dat komt ook voor bij jonge mensen. Meestal in combinatie met O-benen. In dat geval kunnen we mensen helpen door een standbeencorrectie uit te voeren. Dan halen we een stukje bot uit het scheenbeen onder de knie, waardoor het been recht komt te staan.’
In de OK wordt de patiënt gereed gemaakt voor de operatie. Mensen vertellen wie ze zijn, stellen haar gerust en leggen uit wat er allemaal gaat gebeuren. Nadat ze ‘in slaap’ is gebracht wordt ze afgedekt met steriele doeken en kan de operatie beginnen.
Vernuftiger De technieken voor operaties aan de knie worden ieder jaar vernuftiger. ‘De laatste
Rode vlag Tijdens de ingreep steekt de klinisch neurofysioloog één keer een rode vlag op. De hersenactiviteit in de linker hersenhelft neemt af. Voordat de chirurgen verder kunnen met de operatie moeten ze een tijdelijke bypass aanleggen. Wanneer dat is gebeurd, gaat het licht op groen en kan de schoonmaakoperatie van de halsslagader beginnen. Met twee beeldvergrotende verrekijkers op de neus snijdt de vaatchirurg stukje bij beetje de vernauwing uit de slagader. Uiteindelijk ligt er een plaque op tafel van zo’n drie centimeter lang en zeker drie millimeter dik. Na de bijna drie uur durende operatie wordt de patiënt wakker gemaakt. Alles is goed verlopen. Na een paar dagen herstel in het ziekenhuis mag ze weer naar huis. Keller benadrukt dat niet alle patiënten met een vernauwing in de halsslagader in aanmerking komen voor een operatie. ‘Dat doen we alleen bij mensen die al een lichte beroerte of herseninfarct hebben gehad. Zonder deze symptomen zijn mensen beter af met medicijnen als bloedverdunners en cholesterolverlagers.’
Via een sneetje in de hals wordt de slagader blootgelegd
ontwikkeling - waar we heel trots op zijn - is dat we in het Martini Ziekenhuis nu kraakbeentransplantaties kunnen doen. We halen met een kijkoperatie een klein stukje kraakbeen uit de knie van de patiënt. Dat wordt in een laboratorium opgekweekt en negen weken daarna met een operatie terug in de knie geplaatst. Een fantastische ontwikkeling die de komende jaren veel meer mogelijkheden gaat bieden. Daarmee hebben we nu alle operaties die op het gebied van de knie denkbaar zijn, onder ons dak.’ Vervangen Ook de 50-plussers met versleten knieën hebben baat bij kennisontwikkeling en vooruitgang. ‘We weten nu dat een knieprothese zeker vijftien jaar meegaat. Toch adviseren we de jongere patiënten om een nieuwe knie zo lang mogelijk uit te stellen. Protheses slijten en komen op den duur los van het bot. We kunnen ze weliswaar vervangen, maar het resultaat wordt niet meer zo goed als bij de eerste prothese. Wellicht vinden we daar in de toekomst een oplossing voor. We kunnen nu ook delen van de knie vervangen, bijvoorbeeld alleen de binnenkant, de buitenkant of de knieschijf en zo de goede delen ongemoeid laten.’ Van alle ziekenhuizen in het Noorden voert het Martini Ziekenhuis jaarlijks de meeste knieoperaties uit. ‘Wij maken veel vlieguren met zo’n 1500 operaties op jaarbasis. Het is dan ook een geweldig interessant gewricht met heel veel mogelijkheden. We zijn nu een van de voorlopers. Als het aan mij ligt blijft dat zo. Dan blijven we ook interessant als opleidingsziekenhuis. Orthopedisch chirurgen, artsen in opleiding en co-assistenten die zich willen specialiseren in de knie, kunnen hier hun hart ophalen.’
Op stap met... De pacemaker kreeg ze begin dit jaar om de vertraging in haar hartslag te reguleren, maar ze heeft nog steeds klachten. Hartfunctielaborant Bert Schuurman luistert aandachtig naar het verhaal van Aaltje Beijering. Om niets te vergeten heeft ze een soort dagboekje bijgehouden waarop precies staat wat ze wanneer voelde. De pacemaker bestaat uit een microcomputer die met twee elektroden verbonden is aan het hart. Het geheugen in dat computertje wordt nu uitgelezen. ‘Hoe is het met de vermoeidheid’, vraagt de hartfunctielaborant. ‘De ene dag beter dan de andere’, antwoordt Aaltje. Op een computerscherm verschijnen nu grafieken. ‘U heeft last van hartritmestoornissen’, concludeert
Schuurman. De stoornissen vinden plaats in de linkerkamer van het hart. De pacemaker heeft daar geen invloed op, want die is juist verbonden aan de rechterboezem en -kamer. ‘De pacemaker doet z’n werk goed, dus ik zie geen reden om de instelling te veranderen. Ik stuur deze gegevens door naar dokter Posma, ik zie dat u daar zo een afspraak mee heeft.’ Na het bezoek aan de hartfunctielaborant nemen we plaats in de volgende wachtkamer. ‘Ik kende hem nog niet, maar vond ‘m heel prettig. Hij was heel duidelijk in zijn uitleg. Maar wat jammer dat ’t nu toch nog niet goed is hè’, verzucht Aaltje
...
Een klein ziekenhuisje in het ziekenhuis Eén moment van onoplettendheid kan een leven ingrijpend veranderen. Het klinkt misschien als een cliché, maar bij het Brandwondencentrum in het Martini Ziekenhuis weten ze dat een ongeluk écht in een klein hoekje zit. Uw kind trekt bijvoorbeeld een tafelkleedje met daarop een kop hete thee over zich heen of legt zijn handjes op een gloeiend hete kachel. De cijfers liegen er niet om. Van de ruim 1.100 patiënten die jaarlijks in het Brandwondencentrum worden behandeld, zijn 350 patiënten jonger dan 12 jaar.
Verpleegkundig specialist Ina van Ingen Schenau: ‘Het begint met goede wondzorg. Als na twee weken de wonden niet voldoende zijn genezen, volgen één of meerdere operaties.’ ‘Gelukkig houden de meeste kinderen er op de lange termijn niets aan over’, vertelt Ina van Ingen Schenau. Ze werkt al dertien jaar in het Brandwondencentrum, sinds kort als verpleegkundig specialist. ‘Wat we zien is dat ouders in eerste instantie in paniek raken. Dat is heel begrijpelijk, maar snel handelen vermindert de kans op blijvend letsel aanzienlijk. Gelukkig hebben de meeste mensen het besef dat ze de wond moeten koelen en direct een huisarts of 112 moeten bellen.’ Driekwart van alle patiënten in het Brandwondencentrum komt er goed vanaf. Het grootste deel kan na een kortdurende behandeling naar huis.
we mensen functioneel helpen. Soms lukt het ook om littekens mooier te maken, maar helemaal verwijderen lukt helaas niet.’ Sociale gevolgen De medewerkers van het Brandwondencentrum hebben veel oog voor de sociale gevolgen van brandwonden. ‘Als een kind na lang-
Ernstige brandwonden De patiënten die echter diepere brandwonden over grotere delen van het lichaam hebben, verblijven soms maanden op de geïsoleerde afdeling van het Brandwondencen Ouders van kinderen die zijn opgenomen in het Brandwondentrum. ‘Eigenlijk is ons centrum een ziekenhuisje binnen het ziekenhuis. centrum kunnen in het Kiwanis Huis verblijven en overnachten, We kunnen hier alles’, zegt Ina. ‘Het zodat zij dag en nacht dichtbij hun kind kunnen zijn. begint met goede wondzorg. Als na twee weken de wonden niet voldoende zijn genezen, volgen één of meerdere operaties. Dan wordt de verbrande durige behandeling in het ziekenhuis voor het huid verwijderd en krijgt een patiënt huideerst terug naar school gaat, gaan we mee. Dan transplantaties.’ Omdat littekenweefsel krimpt, leggen we aan de klasgenootjes uit wat er is kan de nieuwe huid pijnlijk zijn of het bewegen gebeurd en dat de klasgenoot er nu iets anders belemmeren. Daarom werkt het Brandwonuitziet maar nog steeds dezelfde persoon is. dencentrum nauw samen met de afdeling PlasDat doen we omdat kinderen er tegenop zien tische Chirurgie als het gaat om reconstructie. om na weken of maanden weer naar school ‘Dat we bijvoorbeeld een patiënt zijn arm beter te gaan.’ Daarnaast komen de medewerkers kunnen laten gebruiken door er een stukje van het Brandwondencentrum steeds vaker huid tussen te zetten’, licht Ina toe. ‘Zo kunnen bij oudere mensen thuis of in verpleeghuizen.
Marco Borsato, dichtbij mensen Hij komt gemiddeld één keer per jaar zomaar even langs. Bijna altijd buiten het oog van de camera’s. Zanger Marco Borsato draagt het Brandwondencentrum en de patiënten in Groningen een warm hart toe. ‘Dat is ontstaan na de ramp in Volendam’, vertelt Bianca Habing, contactpersoon en fan van Marco. Bij de brand in café De Hemel kwamen veertien jongeren om het leven en raakten 240 jongeren gewond. Ook in Groningen werden brandwondenslachtoffers opgenomen. ‘Marco voelt zich verbonden met Volendam, omdat hij daar al jaren zijn platen opneemt. Een paar dagen na de brand belde hij op. Hij wilde langskomen om de patiënten een hart onder de riem te steken. En sindsdien probeert hij altijd even langs te komen als hij in Groningen is.’ ‘Het is fantastisch om te zien hoe gewoon hij met onze patiënten omgaat. Hij kan dat als geen ander, hij laat mensen dichtbij komen. En hij is oprecht geïnteresseerd in de verhalen en leeft intens mee. Laatst was er een wat oudere meneer die niet goed wist wie Marco was. De man noemde een liedje en zei dat hij dat zijn mooiste nummer vond. Bleek dat een nummer van René Froger te zijn. Daar kan Marco dan hartelijk om lachen.’
Voor de mensen van het Brandwondencentrum is Borsato een welkome afleiding. Bianca: ‘Steeds weer benadrukt hij hoeveel respect en bewondering hij voor onze inzet heeft. Voor Marco zetten wij altijd graag de achterdeur open, dat begrijp je.’
‘We zien al jaren een stijging van het aantal ouderen met brandwonden. Mensen blijven langer zelfstandig wonen en krijgen sneller ongelukjes. Ze stappen bijvoorbeeld onder een te hete douche of laten de hete frituurpan vallen. Routineklusjes die duizend keer goed gaan en één keer niet.’ Schuldgevoelens en angst Naast de huis-, tuin- en keukenongelukken met hete vloeistoffen, sfeerverlichting met bio-ethanol, kaarsen en chemische gootsteenontstopper zijn er bedrijfsongevallen. ‘Mensen kunnen jarenlang probleemloos werken met gevaarlijke vloeistoffen en op een dag gaat het mis. We krijgen ook elektromonteurs die ineens een grote steekvlam veroorzaken bij het werken in de meterkast.’ In alle gevallen zijn de medewerkers van het Brandwondencentrum alert op de psychische gevolgen. ‘Ouders van slachtoffers die kampen met een groot schuldgevoel. Slachtoffers van bedrijfsongevallen die bang zijn weer aan het werk te gaan. We zijn allemaal getraind om dit te signaleren en hebben een psycholoog en verpleegkundige in ons team om te helpen met deze emoties om te gaan.’ Onderwijs Het Brandwondencentrum voor Noord- en Oost-Nederland is ook een regionaal opleidingscentrum. Sinds dit jaar wordt bijvoorbeeld brandwondenonderwijs gegeven aan huisartsen, doktersassistenten en ambulancemedewerkers. ‘We willen deze zorgverleners meer kennis bijbrengen van brandwonden, zodat ze sneller de aard en ernst ervan kunnen beoordelen’, legt afdelingshoofd Jacob Blik uit. Het brandwondenonderwijs wordt gege-
ven aan zorgverleners in Groningen, Friesland, Drenthe, Overijssel en Gelderland, maar gaat ook over onze grenzen heen. Twee keer per jaar reist een aantal verpleegkundigen naar een ziekenhuis in Tanzania om daar lessen te geven over brandwonden. ‘Dat doen we via de Stichting Burns Turiani, een Groningse stichting die brandwondenslachtoffers in Afrika wil helpen. Dan zie je hoe ver we hier in Nederland zijn en hoeveel in andere landen nog te winnen valt. Dat is ontzettend dankbaar werk.’
Eerste hulp bij brandwonden Koel de wond 10 min. met lauw water Voorkom onderkoeling, koel alleen de wond Verwijder kleding die aan de wond kleeft Waarschuw een arts bij blaren, aangetaste huid of elektrische en chemische verbranding Smeer niets op de wond Bedek de wond met steriel gaas of een schone doek Geef het slachtoffer geen eten of drinken Vervoer het slachtoffer indien mogelijk, zittend
Op stap met... Ook het verblijf in de wachtkamer van de polikliniek Cardiologie duurt niet lang. ‘Mevrouw Beijering, u mag verder komen’, klinkt het al snel. Vóór het bezoek aan cardioloog Jan Posma wordt nog een hartfilmpje gemaakt. Aaltje Beijering wordt gemeten, gewogen en krijgt elektroden op haar lichaam geplakt. Het hartfilmpje registreert precies wat haar hart doet. De ‘filmopname’ duurt ongeveer anderhalve minuut. Ondertussen wordt ook de bloeddruk gemeten. Die is 171-108. Deze uitkomst is een schok voor Aaltje. ‘Zo hoog heb ik mijn bloeddruk nog nooit gehad.’
gehad. Toen had ik heel veel last van benauwdheid en druk op de borst. Ik wilde de afspraak met Posma naar voren halen, maar ze vertelden me dat dit niet kon. Ik was in paniek en begon te huilen. Later die middag werd ik teruggebeld en kreeg ik het advies om met de medicijnen te stoppen, maar die slikte ik al twee maanden niet meer omdat ik er een allergische reactie van kreeg.’
Het hartfilmpje wordt direct naar de cardioloog gestuurd. In afwachting daarvan nemen we weer plaats in de wachtkamer. Dit keer zitten we er iets langer, tien minuten ongeveer. Boele vertelt dat hij nu klachtenvrij is, maar ook de nodige hartproblemen heeft gehad. ‘Ik liep al lang voor mijn vrouw klachten kreeg bij Posma. Een jaar of vijftien geleden heb ik twee omleidingen gehad in het UMCG. Voor de controles achteraf ben ik teruggegaan naar het Martini.’ ‘Het personeel is hier heel vriendelijk’, vult Aaltje aan. ’Ik heb in al die jaren hier maar één vervelende ervaring
‘Eigenlijk’, gaat Boele verder, ‘zouden we vandaag alleen de pacemaker laten controleren en moesten we morgen terugkomen voor de afspraak met de cardioloog. Dat proberen de secretaresses altijd op één dag te plannen, maar soms lukt dat niet. We hadden ons dus ingesteld op twee ziekenhuisbezoeken deze week, maar drie dagen geleden kregen we een brief dat we toch op dezelfde dag bij de cardioloog terecht konden. Dat vind ik mooi.’ Dan zijn ze aan de beurt. Boele, die ook bij het uitlezen van de pacemaker was, gaat mee naar binnen
...
‘Echt super, beter hadden we het niet kunnen treffen’ Op de afdeling Verloskunde - de kraamafdeling - hangt een wand vol met bedankbriefjes en geboortekaartjes van blije moeders en kersverse vaders. Een teken dat het goed zit met bevallen in het Martini Ziekenhuis. In de provincie is dit bekend. ‘Wij doen de meeste bevallingen van alle ziekenhuizen in het Noorden. Verloskundigen raden ons aan en patiënten vertellen hun positieve ervaring door’, zegt gynaecoloog Aren van Loon. Voor de wand is inmiddels een nieuw bedankkaartje onderweg. Die van de 36-jarige Marcia. Voor haar stond vast dat ze zou bevallen in het Martini Ziekenhuis. ‘Na de geboorte van onze eerste zoon kwam de placenta niet los. De kans dat dit weer zou gebeuren was groot. Ik had bovendien zwangerschapsdiabetes.’ Verder was er een kans dat haar kindje snel medische hulp nodig had, omdat voor de geboorte al was vastgesteld dat Sander een hartafwijking heeft. ‘We kregen ook te horen dat hij een verhoogde kans had op het syndroom van Down.’
slaan niet op de trom, wij doen gewoon wat we moeten doen, met een geweldig verpleegkundig team. Het belang van moeder, partner en kind staat bij ons altijd centraal. We overleggen zoveel mogelijk en leggen goed uit waarom we iets doen. Zélfs als de moeders op het hoogtepunt van de bevalling ons de verloskamer uit willen foeteren.’
‘Verloskundigen raden ons aan en patiënten vertellen hun positieve ervaring door’, zegt gynaecoloog Aren van Loon. Samen met unithoofd Aly Hoekstra bekijkt hij de wand met bedankbriefjes en geboortekaartjes op de kraamafdeling.
Drama en blijdschap De afdeling Verloskunde is net als het hele ziekenhuis ruim, licht en kleurrijk. ‘Het is geen kille klinische afdeling, maar heeft juist een huiselijke sfeer. Ook al kunnen mensen hier heel dicht bij de dood zijn. Denk maar aan moeders met vergevorderde zwangerschapsvergiftiging of hele ernstige bloedingen of aan baby’s die in de baarmoeder dreigen te overlijden of al overleden zijn’, legt Van Loon uit. Dat drama en blijdschap op de afdeling naast elkaar staan, ondervindt ook Marcia. Na 39 weken zwangerschap De kraamafdeling maakt gebruik van clip-on-cribs. Dat zijn gaat ze naar het ziekenhuis voor wiegjes die aan het bed van de moeder worden gehangen, zodat de bevalling. ‘Haar’ gynaecoloog zij zonder hulp de baby bij zich kunnen nemen. Van Loon heeft dienst. ‘Dat was een gelukkig toeval. Hij kende mijn Groningse nuchterheid situatie exact.’ Marcia krijgt een ruggenprik Marcia werd naar de kindercardioloog in het en weeënopwekkers maar de bevalling duurt UMCG gestuurd, die de afwijking bevestigde. te lang. ‘Ik wist ook niet goed hoe ik persen ‘Zij boden mij aan om in het UMCG te bevallen, moest, omdat mijn rechterbeen door de rugmaar ik wilde terug naar het Martini. Daar voegenprik verdoofd was.’ len we ons goed.’ Getuige de tientallen bedankkaartjes is Marcia daar niet uniek in. Wat maakt Dekking zoeken het Martini zo goed in de zorg voor moeder Sander wordt geboren met behulp van een en kind? Op die vraag komt bij unithoofd Aly vacuümpomp. ‘Hij floepte er ineens uit. Ik heb Hoekstra van de verpleegafdeling Verloskunde achteraf erg gelachen, omdat er na hem een direct de Groningse nuchterheid boven. ‘Wij hele lading vruchtwater uitkwam. Ik zag drie
mensen dekking zoeken.’ Het samenzijn van moeder en kind duurt niet lang. Sander heeft moeite met ademen en wordt naar de kinderafdeling gebracht. Marcia gaat naar de OK, waar de placenta wordt verwijderd. In de uitslaapkamer hoort ze dat het met Sander goed gaat. Hij huilt krachtig, haalt zelf adem en z’n hartje doet het goed. ‘Toen voelde ik dat ik wegzakte.’ De oorzaak is een heftige nabloeding. Marcia wordt voor de tweede keer met spoed de OK opgereden. Ze verliest vier liter bloed, krijgt een bloedtransfusie en moet een aantal dagen op de kraamafdeling blijven om aan te sterken. Sander doet het zo goed dat hij bij haar mag liggen. Drie dagen na de bevalling mogen moeder en kind naar huis. Blijven ontwikkelen Gelukkig voor de gynaecologen, verpleegkundigen en verloskundigen verloopt het merendeel van de bevallingen in het ziekenhuis voorspoediger. ‘De meeste mensen kiezen voor een bevalling thuis of in het ziekenhuis met een verloskundige erbij. Aanstaande moeders die frequent onder controle van de gynaecoloog staan, omdat ze bijvoorbeeld diabetes of een hoge bloeddruk hebben, moeten altijd in een ziekenhuis bevallen’, vertelt Van Loon. Alle vrouwen die in het Martini Ziekenhuis bevallen, worden gevraagd een evaluatiefor-
mulier in te vullen. ‘Zo blijven we leren en ontwikkelen’, zegt Aly Hoekstra. ‘Als de uitkomsten aanleiding geven om bij te sturen, doen we dat. Daarnaast volgen we de trends en ontwikkelingen. We kijken daarbij wel goed naar onze doelgroep. In de Randstad zie je momenteel kraamhotels verrijzen, waar patiënten na de bevalling een aantal dagen kunnen bijkomen. Dat hoeven we hier niet te doen, want noorderlingen willen gewoon zo snel mogelijk naar huis.’ Naar huis Dat geldt ook voor Marcia en Sander. Na drie dagen in het ziekenhuis mogen moeder en kind naar huis. Helaas niet voor lang omdat Marcia ’s avonds hoge koorts krijgt. In het ziekenhuis wordt een infectie geconstateerd. Uit angst voor de gevreesde kraamvrouwenkoorts wordt ze opnieuw opgenomen. Ditmaal voor vier dagen. Als we Marcia vier weken later spreken, gaat het heel goed. Sander heeft geen syndroom van Down. ‘Hij heeft afwijkingen aan zijn hartje waaraan hij binnen zes maanden tot een jaar geopereerd moet worden. Maar zijn kansen zijn heel wat beter dan ik in mijn ergste momenten heb gedacht.’
Stoppen met roken heeft altijd zin De afdeling Longziekten heeft alles in huis om snel een ernstige aandoening aan de longen vast te kunnen stellen. Maar voorkomen is natuurlijk beter dan genezen. Longkanker en COPD zijn de meest vastgestelde longziekten en worden in tachtig procent van de gevallen veroorzaakt door roken. ‘Als u vandaag stopt met roken, neemt de kans op een ernstige ziekte de komende jaren drastisch af’, zegt longarts John van Putten. Het Martini Ziekenhuis biedt patiënten het zorgpad Longkanker aan. Dat heeft van de grootste zorgverzekeraar in het Noorden het predikaat Topzorg gekregen. ‘Met dit zorgpad garanderen we onze patiënten vooral dat we ze binnen veertien dagen duidelijkheid geven’, aldus Van Putten. ‘Een afwijkende plek op een longfoto zorgt voor veel stress bij patiënten. Het beste dat je dan kunt doen, is snel een diagnose stellen.’ Afwijkende plek Patiënten worden verwezen door de huisarts of een andere specialist als een afwijkende plek zichtbaar is op de röntgenfoto van de borstkas. Binnen een week worden aanvullende onderzoeken gedaan. Denk aan een longfunctieonderzoek, waarbij de inhoud van de longen wordt getest. Vaak zal ook een scan worden gedaan, waarbij de patiënt een kleine hoeveelheid radioactieve stof krijgt toegediend waardoor eventuele tumoren en uitzaaiingen goed zichtbaar gemaakt kunnen worden. Meestal is ook een inwendig onderzoek van de luchtwe-
gen nodig - een bronchoscopie - om zo precies mogelijk het type afwijking te achterhalen. Als blijkt dat de verdachte plek inderdaad uit kankercellen bestaat wordt met de PET-scan bekeken of de lymfeklieren of andere organen ook zijn aangetast. Afhankelijk daarvan wordt een behandelplan opgesteld. Twintig procent Van Putten: ‘Longkanker is een van de dodelijkste vormen van kanker. De kans op genezing is klein, slechts twintig procent. Dat komt omdat er vaak al uitzaaiingen zijn voordat de ziekte wordt ontdekt. Opvallend is dat we de laatste jaren een toename zien van het aantal vrouwen met longkanker. Dat komt omdat er meer vrouwen zijn gaan roken. Ook zien we vaker patiënten met longkanker die niet is veroorzaakt door roken. Dat is feitelijk een ander soort kanker, waarin we soms specifieke afwijkingen zien. Deze mutaties in een kanker maken het mogelijk een meer gerichte behandeling in te stellen, met grotere kans op succes. Dat is het goede nieuws.’
Rokers met COPD COPD is een chronische aandoening die wordt veroorzaakt door ontsteking van de bronchiën. De ziekte leidt tot vernauwing van de luchtwegen en verlies van longfunctie. Voor het vaststellen en behandelen ervan hebben de longartsen ook een uitgebreid programma. ‘De groep rokers met COPD is echter zo groot dat we die onmogelijk allemaal zelf in behandeling kunnen nemen. Daarom geven we extra bijscholing aan huisartsen en praktijkondersteuners om COPD vast te kunnen stellen en te kunnen behandelen. De meeste huisartspraktijken hebben daarvoor longfunctieapparatuur in huis. Verder geven we instructies over het gebruik van
medicatie, die meestal uit verschillende soorten inhalatoren bestaat. Als de diagnose onduidelijk is, worden patiënten naar ons doorverwezen. Wij brengen ze dan goed in kaart om andere ziekten als hartproblemen en longkanker uit te sluiten.’ Afhankelijk van de ernst worden deze patiënten verder behandeld door de huisarts of door de longarts en de COPD-verpleegkundige. ‘Nee, roken doet mensen geen goed. Daarom hebben wij op de afdeling Longziekten een Rookstoppoli. Iedereen die een zetje in de rug nodig heeft om te stoppen kan daar terecht. Want stoppen met roken heeft altijd zin. Zelfs als je al veertig jaar een verstokt roker bent.’
U kunt er maar beter snel bij zijn Als u de volgende symptomen heeft, ga dan voor de zekerheid naar de huisarts! Hardnekkige prikkelhoest Bloed ophoesten Slijmvorming Kortademigheid Heesheid Pijn op de borst Zwelling in gezicht of nek Ontsteking van de luchtwegen
Wist u dat het Martini Ziekenhuis…
dit najaar een verkorte én overdek-
een nieuw restaurant heeft waar
deling een afspraak hebben, uitnodigt om vooraf op bezoek te komen om te ervaren dat een ziekenhuis minder eng is dan het lijkt (achteraf met de hele schoolklas komen, mag ook).
patiënten, bezoekers en medewerkers zich terug kunnen trekken voor rust en bezinning of ruimte kunnen vinden om te gedenken.
iedereen welkom is voor een aangekleed kop koffie, een lunch of warme maaltijd.
te looproute van de parkeergarage naar het ziekenhuis opent.
kinderen die voor onderzoek of behan-
een Stiltecentrum heeft waar
een heuse Skybox heeft - in de
verwenmomenten aanbiedt op
kleuren van de Euroborg - waar u wedstrijden van FC Groningen kunt kijken.
Op stap met... ‘Ik heb de uitlezing van de pacemaker bekeken en al overleg gehad met onze specialist op het gebied van ritmestoornissen’, zegt cardioloog Jan Posma. ‘Wat u voelt, kunnen wij zien. Het goede nieuws is dus: u bent niet gek’, breekt Posma de spanning. ‘U bent wel een ingewikkelde patiënt. Uw ritmestoornissen zijn het best te verhelpen met medicijnen, maar helaas verdraagt u die niet en dat maakt het heel lastig. Ik heb het er met een aantal collega’s over gehad. We willen nu een andere combinatie medicijnen uitproberen. Hopelijk kunt u daar wel tegen. Het is een ongebruikelijke combi, dus uw apotheker zal ongetwijfeld vragen of het klopt.’ De ritmestoornissen van Aaltje Beijering zijn dus niet gevaarlijk, maar veroorzaken wel klachten. Of zoals de cardioloog zegt: ’U heeft er wel last van.’ Hij vervolgt: ‘We gaan deze combinatie van medicijnen een paar weken uitproberen. Als het
niet beter wordt of u verdraagt ook dit middel niet, kunnen we u doorsturen naar het UMCG om het plekje weg te schroeien.’ Posma heeft er vertrouwen in dat de nieuwe medicijnen zullen helpen. De hoge bloeddruk wijt hij aan de spanningen en omstandigheden van dit moment. Dat lucht Aaltje zichtbaar op. ‘Ik zie u over een paar weken terug, dan geven we u een kastje mee dat 24 uur lang uw hartritme registreert. Dan weten we of de nieuwe medicijnen helpen. Ga vooral niet op de bank zitten. Doe de dingen die u leuk vindt’, adviseert Posma. In de wachtkamer is het nog even wachten tot het recept komt. ‘We zien wel hoe het loopt, we maken er geen drama van hoor’, zegt Aaltje. ‘Het is nu eenmaal zo, we lossen het wel op’, meldt Boele, terwijl hij hand in hand met zijn vrouw naar de uitgang loopt
.
de verpleegafdelingen: schoonheidsspecialiste, kapper, pedicure, manicure en voetreflextherapeut komen op afspraak langs.
Volgend zomer is het nieuwe paviljoen, dat ontworpen is door architect Arnold Burger, gereed. Daarmee is ook de binnentuin - die samen met stichting Natuurmonumenten opnieuw wordt aangelegd - voor iedereen toegankelijk.
Martini krijgt uniek paviljoen in binnentuin Sponsoren bedankt!
Stelt u zich eens voor dat u vanuit de centrale hal van het Martini Ziekenhuis een grote huiskamer instapt met sfeervolle zithoeken, een gezellige bar en een rustgevend terras dat grenst aan een tuin met kwetterende vogels en klaterend water. Deze wens van heel veel mensen in en rond het ziekenhuis wordt snel werkelijkheid. De werkzaamheden voor een uniek paviljoen in de binnentuin gaan namelijk volgende maand van start.
Met het Paviljoen haalt het ziekenhuis de ‘buitenwereld binnen.’ Patiënten, medewerkers, bezoekers en andere belangstellenden kunnen in de beschermde binnentuin afleiding en ontspanning vinden. In het midden van het paviljoen komt een podium dat gebruikt wordt voor kleine concerten en voorstellingen. ‘Het is fantastisch dat deze lang gekoesterde wens dankzij de inspanningen van de Stichting Vrienden van het Martini Ziekenhuis in vervulling gaat’, zegt Hans Feenstra, voorzitter Raad van Bestuur. Ook Tonnie Plas, voorzitter van de Vriendenstichting is blij dat het project nu van start kan gaan. ‘We willen alle sponsoren van harte bedanken voor hun bijdrage. Hiermee bieden wij patiënten en hun naasten de mogelijkheid om in het ziekenhuis even los te komen van wat hen bezighoudt. Even ontspannen, elkaar ontmoeten en genieten van cultuur en natuur.’