NOTULEN OPENBARE RAADSVERGADERING GEMEENTE SCHINNEN 22 december 2011 Voorzitter
burgemeester B.H.M. Link
De raadsleden:
dhrn. J.G. van den Bosch, H.M.C. Driessen, J.H.F. Franssen, R.M.J. Gielen,
Griffier
dhr. W.A.J.M. Huisinga, griffier
M.M.M.H. Heggen, P.L.H.E. Janssen, J.H.A. Leblanc, N.C.P. Meijers, R.A.H.W.
Proost, M.J.M.G. Renkens, H.A.H. Schaffrath, M.M.J. Schevers, mw. Z. Schonewille en mw. M.G.T. Thuis. Het College van B&W:
mw. W.A.C. Adriaans en dhrn. J.J.A. Pleijers en J.P.J. Hermans en
Notuliste:
mw. E.J.M.G. Baggen
Ambtenaren / Publiek
volle zaal
Afwezig m.k.g.
mw. M.A.J.G. Cals – Zuketto
Pers
1.
mr. J.M.C. Roelofs, gemeentesecretaris.
1
Opening en vaststelling agenda. De Voorzitter opent om 19.00 uur de vergadering met het openingsgebed en deelt mede dat bericht van verhindering is ontvangen van mw. Cals – Zuketto.
2.
Aan de orde is het afscheid van wethouder, mevrouw Wilhelmina, Anna, Christine Adriaans. De Voorzitter heet iedereen welkom en in het bijzonder de familie, vrienden en bekenden van wethouder Adriaans, de oud-bestuurders van de gemeente Schinnen, collega-bestuurders uit de Westelijke Mijnstreek alsook de familie, vrienden en bekenden van de beoogd nieuwe wethouder dhr. Hovens en uiteraard het ambtelijk apparaat dat altijd achter ons staat of zit.
”Mevrouw de wethouder, Waarde Wilma, Nick, Birgit, Saskia, Max en Tom, Nicky en Danielle, familie, vrien-
den,
Woensdagmiddag 14 september liep wethouder Adriaans bij mij binnen met de vraag of ik even tijd voor haar had. Dat doet ze uiteraard wel vaker, maar de vraagstelling duidde nu op iets persoonlijks, te meer omdat ik bij haar gewend was dat ze normaal altijd meteen met de deur in huis viel.
Wilma nam mij in vertrouwen en meldde mij dat ze voornemens was om eind dit jaar te gaan stoppen met het wethouderschap. Alsdan is ze 12,5 jaar wethouder, is ze over de gepensioneerde leeftijd (waardoor het ons geen wachtgeld zou kosten) en wil ze samen met Nick genieten van meer vrije tijd. Mij was – bij mijn
aantreden al aangekondigd – dat ze halverwege de vorige bestuursperiode al van plan was te gaan stop-
pen. Om diverse redenen – nog geen opvolger beschikbaar, het bestuurlijke klimaat in Schinnen etc. – heb je toen besloten alsnog aan te blijven om de continuïteit in het bestuur te garanderen. Toch viel de mede-
deling mij rauw op het dak. We werken nu inmiddels 5 jaar samen en zijn – los van elkaars eigenaardighe-
201
den en karaktereigenschappen – gehecht aan de huidige Schinnense werkwijze, gericht op openheid,
transparantheid en eerlijkheid, waar ieder in zijn waarde gelaten wordt en constructief met veel plezier en toewijding samenwerkt in het belang van onze burgers. Ik realiseerde me goed – toen je jouw besluit meedeelde - dat met jouw vertrek het bestuurlijk geweten, zeker ook met jouw jarenlange raadservaring,
deels vertrekt. Samen waren we het er over eens om dit besluit niet direct naar buiten te brengen, omdat je vanaf dat moment minder serieus wordt genomen. Nadat je op 11 oktober de collegeleden hebt geïnfor-
meerd, werd de raad op 10 november verwittigd van je vertrek. Vorig jaar deed wethouder Ubachs dat tijdens de begrotingsvergadering, dit jaar jij. Hopelijk wordt dit geen traditie.
Denken aan Wilma Adriaans, is in eerste instantie denken aan het sprookje van Hans Christian Andersen uit De Efteling over “het meisje met de rode schoentjes”. En ik doel dan niet letterlijk op het schoeisel dat je jaarlijks met carnaval uit de kast haalt of waarin je aan het begin van jouw raadswerk in de jaren 80 mee
binnenkwam en wijlen oud-burgemeester Frans Loefen de uitspraak ontlokte: “Kind, kind, doe toch eens wat fatsoenlijks aan.” Neen, bij mij gaat het om het achterliggende verhaal uit het sprookje: Dat begon als volgt:
“Er was eens een klein meisje, dat heel mooi en allersnoezigst was. 's Zomers moest ze altijd op blote voeten lopen, want ze was arm, en 's winters op grote klompen, zodat haar wreef helemaal rood werd. Heel akelig was dat.
Midden in het boerendorp woonde de oude schoenmakers vrouw. Ze zat zo goed als ze kon van oude, rode stofrestjes een paar schoentjes te maken, heel prutserig, maar het was goed bedoeld. Die schoentjes waren voor het kleine meisje. Dat kleine meisje heette Karen. Precies op de dag dat haar moeder werd begraven,
kreeg ze de rode schoentjes en had ze ze voor het eerst aan. Eigenlijk was het niet iets om te dragen als je in de rouw bent, maar ze had nu eenmaal geen andere en dus liep ze met blote benen in de rode schoentjes, achter de armzalige kist van geperst stro.
Op hetzelfde moment kwam er een grote, oude koets aan en daar zat een grote, oude mevrouw in. Ze keek naar het kleine meisje en ze had medelijden met haar, en dus zei ze tegen de dominee: "Luister, geef mij dat kleine meisje, dan zal ik goed voor haar zorgen."
Karen dacht dat het allemaal door de rode schoentjes kwam, maar de oude mevrouw zei dat die vreselijk
waren. Ze werden verbrand, en Karen zelf kreeg keurige kleertjes aan. Ze moest leren lezen en naaien en de mensen zeiden dat ze er snoezig uitzag, maar de spiegel zei: "Je bent meer dan snoezig. Je bent mooi!" Enige tijd later kreeg ze wederom nieuwe kleren en nieuwe schoenen moest ze ook hebben. De rijke
schoenmaker in de stad nam de maat van haar voetje, thuis in zijn eigen kamer. Daar stonden grote glazen
kasten met beeldige schoentjes en met glimmende laarzen. Het zag er prachtig uit, maar de oude mevrouw kon niet meer zo goed zien, dus veel plezier had ze er niet van. Midden tussen de andere schoenen stond ook een paar rode schoentjes. Mooi dat ze waren!
"Dat zijn zeker lakschoentjes," zei de oude mevrouw. "Ze glimmen zo." - "Ja, ze glimmen," zei Karen. Ze
pasten en ze werden gekocht, maar de oude mevrouw wist niet dat ze rood waren, want ze had het nooit goed gevonden dat Karen werd aangenomen met rode schoenen aan haar voeten, maar dat gebeurde dus wel. Ze droeg de schoenen in het vervolg dagelijks.
Moraal van het verhaal in dit sprookje: ben wilskrachtig en standvastig; niet in de zin van onveranderbaar, maar meer weloverwogen. Verander dus niet op basis van de waan van de dag of de inhoud van de ochtendkrant, maar blijf koersvast.
En Wilma die koersvastheid, die eigen wil had je en heb je tot op de dag van vandaag. Je was de eerste vrouw in de Schinnense politiek. Een vrouw die zich staande hield in de mannenwereld van de toenmalige Schinnense politiek. De rode vrouw van Schinnen – die ook bij Ons Mam in het café – in beginsel argwanend en met gereserveerdheid werd bekeken (want men was niet gewend aan vrouwen in het café na de raadsvergadering), maar wel steeds meer werd gewaardeerd en geaccepteerd.
Maar ook een vrouw die zich staande hield… Ik zal dit adstrueren met 2 voorbeelden:
202
Boek Lokale politiek in Limburg
Ter voorbereiding op mijn burgemeesterschap in Schinnen las ik onder meer het boek “Lokale politiek in Limburg” van Karl Dittrich, waarin hij de raadsverkiezingen van 1981 met die van 1986 vergeleek.
Hectische tijden in de Schinnense politiek, waarbij in 1986 nog 10 politieke partijen deelnamen aan de
verkiezingen. Naast de huidige politieke partijen zag ik prachtige namen als Recht voor Schinnen 1986,
Amstenraads Politiek Appèl, 6 kerkdorpen, PK ’81, lijst Simons/Heijnen en Lijst Kusters.
In 1983 – tussentijds – door het vertrek van Jo Schmitz – kwam jij in de gemeenteraad, die toen onder voorzitterschap vergaderde van Frans Loefen.
1986 was voor Wilma en haar PvdA het jaar van de grote overwinning. Ik citeer uit het boek:
“Duidelijke winst was er voor de PvdA – mede door actieve politiek van de afgelopen jaren – die van 1 naar 3 zetels ging en in de raad vertegenwoordigd wordt door Wilma Brinkhuis, Jan Knarren en oud-APA-
voorzitter Frans Smeets.”
Ook bij de wethoudersverkiezing in 1986 werd jouw naam reeds genoemd:
“Het wethouderschap van Nic Duysens bleek niet omstreden, aangezien hij met 14 van de 15 stemmen werd verkozen. Alleen Hub Beugels – die nu een eenmansfractie zou voeren, als gevolg van interne me-
ningsverschillen binnen het CDA rondom gemaakte afspraken over de zetelverdelingen over de kernen – stemde blanco.
De van oppositiezijde reeds lang bekritiseerde wethouder Hendrikx werd weliswaar opnieuw gekozen, maar hij kreeg slechts 8 stemmen. De overige stemmen gingen naar de tegenkandidaten Wilma Brinkhuis en Zef Thijssen, terwijl Beugels wederom blanco stemde.” Je werd vervolgens fractievoorzitter.
Ik heb trouwens nog even gekeken naar de verkiezingsuitslagen vanaf 1982 en moet constateren dat jij in 1982 als nieuwkomer persoonlijk beter scoorde dan Nick Duijsens; jij behaalde 20% van de PvdA stemmen, Nick behaalde toen 7% van de CDA-stemmen. Topjaren waren 1990 en 2002 met resp. 895 stemmen en 605 stemmen.
En zo kom ik automatisch op jouw tweede koersvaste houding: Liefdesperikelen in de raadzaal
Later in datzelfde jaar (1986) haalde je wederom de publiciteit, zelfs tot de Telegraaf, het AD en Panorama toe:
“Rooms en Rood minnen in Schinnen” +
“Oppositie uit de raadzaal werd thuis coalitie” Ook hierin bleef je jezelf en liet je je niet uit het veld slaan.
Onlangs vertelde je nog – ik registreer alles – hoe de politiek destijds in Schinnen vergaderde. In huize Duysens vergaderde de PvdA-fractie in de keuken en de CDA-fractie gelijktijdig in de woonkamer; daar-
tussen zal een grote hal, zodat de fractiestandpunten niet voortijdig konden uitlekken. Het is grappig dat de destijds spontaan ingevoerde keukentafelgesprekken nu via de kanteling van de WMO een gewone ge-
meentelijke taak worden (het enige verschil is echter dat er bij de WMO-gesprekken geen jonge jenever op tafel staat).
In de raadzaal bleef je – als dat nodig was – het beleid van de desbetreffende wethouder aanvallen en was er soms functioneel sprake van een water-vuur-verhouding. Een enkel citaat uit Panorama wil ik u niet onthouden:
“Ter gelegenheid van het communiefeest van zijn zoontje, had Nikkela de complete gemeenteraad in zijn
huis uitgenodigd. Nikkela danste met Wilma een tango. De plek waar het nieuwe gemeentehuis moest komen te staan, was toen een politiek heet hangijzer. Nikkela siste Wilma indringend in het oor dat haar fractie voor de locatie Schinnen moest stemmen. Ze maakte zich woedend uit zijn armen los en gooide er
meteen een hele pagina in het huis-aan-huisblad Goed Nieuws tegenaan om dat feestje eens even uit de doeken te doen.”
203
“Die van Schinnen wisten het zeker: de hond van Nikkela Duysens zou nog niet tegen het onkruid in Wilma’s tuin willen plassen.”
Halverwege de bestuursperiode 1998-2002 stopten de wethouders Nick Duysens (CDA) en Marcel Ohlen-
forst (PvdA) en kwam jij samen met Jeu Smeets als wethouder in het college. Praten over Wilma Adriaans als wethouder is denken aan een: - geïnspireerd; - bevlogen;
- betrokken en kritisch bestuurder (dit kan de bestuurlijke afvaardiging op de publieke tribune van regio WMS bevestigen!) Schinnen is wel de kleinste, maar laat het kaas niet van zijn brood eten; - iemand met een groot doorzettingsvermogen, met niet-aflatende inzet;
- iemand met een grote mond – jeetje wat kon zij vloeken (ik heb een tijdje in de collegevergaderingen
haar GvD’s geturfd en kom uit op een gemiddelde van 5 keer per vergadering) – dit was echter geen GvD uit boosheid of ontevredenheid over de besluitvorming, maar had meer betrekking op een uitdrukkingsvaardigheid die spontaan het eerst op haar tong lag (misschien wel stammend uit een tijd dat er alleen mannen in de politiek zaten);
- maar ook de vaak – niets aan duidelijkheid te wensen opmerkingen – “voer maar van de agenda af, dan zijn we af van die zeik”, “sop het je op” of “daarvoor heb ik het schuim uit mijn bek moeten praten”, passen in dit rijtje. Dit wil niet zeggen dat deze wethouder uw raad niet optimaal heeft ingelicht. Integendeel zou
ik zeggen. De laatste weken moest ik echter wel eens lachen als je weer met dergelijke gezegden aankwam en vroeg je mij “heb ik weer iets gezegd wat niet hoort of mag?”
Ook hoorden we een nieuw gezegde in de Beleidscommissie van 6 december: “Ik weet niet hoe hup de haas vangt” (i.p.v. we weten niet hoe de hazen huppen);
- gelijktijdig ben je – en dat siert je - ook vrouwelijk emotioneel met een heel klein hart en zelfs af en toe met een traan; dan reikte wethouder Hermans empatisch een tissue aan je uit;
- met vuur en vlam verdedigde je je dossiers in de raad en kwam je beslagen ten ijs. Dat dit soms te
breedsprakig was (en daardoor weer andere vragen kon oproepen, zij je vergeven). Trouwens het stopwoord: “dit laat onverlet”, zal niemand in deze zaal vergeten;
- Je bent veeleisend, zowel in de raad en het college, als richting onze ambtenaren. Door jouw goed geordende dossiers werd je steeds meer de vraagbaak voor onze organisatie. Menig ambtenaar kwam niet om
jouw geheugen heen. Met jou vertrekt niet alleen een bestuurder, maar ook een coachend-manager. Ik heb heel wat ambtenaren horen en zien zuchten als ze uit jouw kamer vandaan kwamen, want met half werk
nam je geen genoegen. Jouw politieke antenne liet dat niet toe.
Samenvattend ben je een onverstoorbare, doortastende, kleurrijke, bewogen, karaktervolle, scherpzinnige, optimistische en temperamentvolle – en ik noem hem nog een keer – een koersvaste bestuurder die veel heeft bereikt:
Jij bestierde jarenlang het welzijn van Schinnen, gericht op: - jong en oud;
- zorg en maatschappelijk werk; - kunst en cultuur;
- onderwijs en sport; - leefbaarheid, kleine kernenbeleid en accommodatiebeleid.
De afgelopen dagen heb ik het omvangrijke overzicht met voorstellen die jij – namens het college - aan de raad ter goedkeuring hebt aangeboden eens doorgelezen. Ik noem er een aantal: **
Vixia; **
de fusie van Wegom en Millenerpoort tot Vixia, tot aan het Verdiepingsonderzoek Turnarround de samenwerking met onze verenigingen, de renovatie van diverse gemeenschapshuizen in bijna
alle kernen: veel overleg, arbeidsintensief, maar heel bevredigend wanneer het probleem opgelost kon
worden en de accommodatie kon functioneren waarvoor ze bedoeld is: als ontmoetingsplek voor vereni-
204
ging en burger; **
de realisatie van een jeugdhonk in Amstenrade; ik herinner me nog een foto waarop wij samen met
de jeugd in het kader van Make a Difference Day aan het jumpen waren (we zullen het hier niet voordoen!);
**
ik denk verder aan onze jeugdraad; nu al weer de vierde jaargang. Wat een enthousiasme en voor-
bereiding, ook bij de leerkrachten en mentoren. Ongelofelijk hoe snel kinderen leren discussiëren en hun
standpunt verdedigen. Geweldig hoe jij als voorzitter dit mogelijk hebt gemaakt; **
**
je stond aan de wieg van Omnibuzz;
het peuterspeelwerk, waarvan vier peuterspeelzalen formeel de VVE-status hebben; ooit zelf af-
komstig uit deze beroepsgroep, bleef je politiek betrokken bij de verdere professionalisering ervan en was
je laatste mijlpaal vorige week niet voor niets de ondertekening van de intentieovereenkomst met Stichting Spelenderwijs; **
de totstandkoming van de Brede School in Oirsbeek en in Schinnen, de realisatie van het Centrum
voor Jeugd en Gezin; de voor en vroegschoolse educatie + opvang Asielzoekerskinderen in Puth; **
een ruimhartig en humaan minimabeleid + beleid schuldhulpverlening en de zorg voor de meest
kwetsbaren in onze gemeenschap; **
ons ouderenbeleid, de unieke samenwerking binnen het samenwerkingsverband ouderen Schinnen,
de realisatie van de wijksteunpunten en de functie ervan straks bij de invulling van het wijkgerichte werken
in relatie tot de kanteling van de WMO; **
het gezondheidsbeleid in Schinnen, incl. aandacht voor hartveilige gemeente, het binnenklimaat op
**
het kunstbeleid met een goed werkende Kunstadviescommissie en mooie resultaten als bijvoor-
**
etc. etc.
scholen en de kadernota Sport en Bewegen; beeld onze Kunst- en Atelierroute, **
1 aspect noem ik als laatste: de realisatie van het MFC in Oirsbeek + de nieuwbouw van de turnhal
aldaar. Beheer en exploitatie wordt ondergebracht bij de onlangs opgerichte Stichting Exploitatie Sport
Schinnen. Als dank voor jouw inzet heeft het college besloten dat jij de openingshandeling van deze turnhal op 28 januari mag gaan verrichten.
Je vertrekt uit eigen wil, maar – zoals Toon Tellegen ons leerde in zijn bekende dierenverhalen – je bent zeker niet uit ons hart:
'ik moet op reis, eekhoorn, ' zei de mier op een ochtend. Zij zaten op de tak voor de deur van de eekhoorn. De eekhoorn was nog maar net wakker en geeuwde nog. 'En je moet niet vragen of het echt moet, ' zei de mier, ' want het moet.''Maar dat vraag ik helemaal niet, ' zei de eekhoorn. 'Nee, maar je stond wel op het punt om dat te vragen, wees maar eerlijk.'De eekhoorn zweeg.'Het minste wat we kunnen doen', zei de
mier, 'is op een kalme manier afscheid nemen.'Ja, ' zei de eekhoorn. 'Dus niet met gejammer en tranen en wat zal ik je missen en kom gauw terug en zo - daar heb ik toch zo'n hekel aan, eekhoorn, als je dat eens
wist...' De eekhoorn knikte. 'Als jij nou in de deuropening gaat staan...' zei de mier. De eekhoorn ging in de deuropening staan. De mier gaf hem een hand en zei: 'Nou, eekhoorn, tot ziens dan.' 'Dag mier, ' zei de eekhoorn. 'Goede reis.' Maar de mier was niet tevreden over het afscheid en bleef staan. 'Die brok in je
keel, eekhoorn, ' zei hij, 'die hoorde ik wel!' Ze probeerden het opnieuw en nu zei de mier dat hij een traan zag blinken in het oog van de eekhoorn en vond hij 'Goede reis' niet goed. 'Je vindt het erg, eekhoorn, je vindt het heel erg, ik zie het wel!' De eekhoorn zweeg. 'Doe toch kalm!' riep de mier. Ze probeerden het
nog een keer met 'Beste reis', en een keer zonder woorden, zonder elkaar aan te kijken. De eekhoorn deed zo kalm als hij nog nooit had gedaan. Maar de mier vond het niet goed. 'Zo kan ik niet op reis gaan, ' zei
hij verongelijkt. 'Terwijl het in feite moet. Echt moet!' 'Ja, ' zei de eekhoorn. Daarna zwegen zij en zaten in het licht van de opkomende zon op de tak voor de deur van de eekhoorn. Het bos rook naar dennenhout en in de verte zong de lijster.”
Vandaag vertrek je toch definitief uit onze politiek. Graag wil ik je namens het College en de Raad bedanken voor wat je voor Schinnen hebt gedaan en betekend.
205
Namens college en raad wil ik je graag een cadeau aanbieden in de vorm van een kunstwerk. We hebben gekozen voor een kunstwerk van onze plaatsgenoot Lo van der Linden. Denken aan Van der Linden, is
denken aan ijzerobjecten van – zoals hij dat zelf noemt – afgedankte gereedschappen en schroot van de
industrie. Zijn plastieken vertonen een boeiende dubbelheid; ze doen ons bekend aan, maar zijn tegelijkertijd vreemd.
Denk nog maar eens Wilma, aan je entree in deze raad. We hebben gekozen voor het object “Arabesque”; een lijnenspel dat doet denken aan een dans. Kunst is als
het ware een arabesque die door toedoen van een bestuurder geordend kunnen worden (denk aan de door deze wethouder geïntroduceerde Kunst en Atelierroute of de herplaatsing van Ceres, onze Godin van de
Akker). De tweede benaming van de kunstenaar was “Die met de zaag”. De zaag die kritisch en scherp
overkomt, maar tot doel heeft de scherpe kanten en hoeken te verwijderen en zorg te dragen voor een
prachtig resultaat. En zo is de cirkel in mijn afscheidsspeech – denkend aan de tango uit het Panoramaartikel en jouw handelswijze – weer rond. Zo sta jij in het leven, zo heb jij gewerkt!
Namens de gemeenteraad mag ik je verder meedelen dat in een speciaal belegde vergadering op 19 december jl. besloten is om jou:
als blijk van grote erkentelijkheid voor je dynamische gedrevenheid als raadslid en wethouder gedurende respectievelijk 16- en 12,5 jaar;
als blijk van grote dank voor je sociale betrokkenheid bij onze burgers te benoemen tot Ereburger van
Schinnen en ik wil je daartoe graag de oorkonde overhandigen en aansluitend de versierselen die daarbij horen.
Tot slot volgt de ondertekening van het Gulden Boek. Na een muzikaal intermezzo geeft de Voorzitter het woord aan dhr. Proost, fractievoorzitter van de PvdA.
De heer Proost:
”Wilma, je weet dat ik altijd iets korter van stof ben dan de burgemeester, maar in dit geval neem ik het hem niet zo erg kwalijk, gelet op je omvangrijke verdiensten en per slot van rekening heeft een burge-
meester ook extra tijd t.o.v. het gemiddelde raadslid. Dus we nemen het hem niet helemaal kwalijk. Je zult nadrukkelijk overlap zien in het verhaal van de burgemeester en in het verhaal dat ik zal houden. Er zijn wel degelijk aandachtspunten die we graag samen hebben willen benoemen.
Geachte voorzitter, geachte Raad, geachte aanwezigen, lieve Wilma en beste familie, ”Ik ben een felle tante”, zo kopte het LD deze week. Een beschrijving die klopt als een bus als beschrijving
van Wilma Adriaans, maar er hadden zoveel andere beschrijvingen genoemd kunnen worden. Van jouw 22jarige politieke loopbaan heb ik slechts de laatste helft mogen meemaken en ik zal en kan dan ook weinig
vertellen over hoe je zelf in de politiek bent gegaan, hoe je je telkens weer hebt laten klaarstomen voor het politieke debat door niet alleen een eerste termijn te oefenen, maar ook een tweede en volgende termijnen
voor te bereiden en te oefenen. Over de uitnodiging aan landelijke politieke prominenten voor een sessie in je garage; of over de reuring die ontstond in het begin van je politieke carrière met koppen als “twee geloven op een kussen: daar slaapt de duivel tussen” zoals o.a. in de Panorama. Ik zal m.n. kort ingaan op de
persoon Wilma, zoals ik jou heb leren kennen gedurende de laatste helft van je politieke carrière. Ik noem
bijv. de verkiezingscampagnes. Want in de verkiezingsperiodes was het schrijven van een verkiezingsprogramma een tijd waarin we altijd veel tijd samen spendeerden. Als we hier aan samen schreven op jouw kantoortje, of eigenlijk beter gezegd: jij dicteerde en ik mocht dan proberen die uitgebreide zinnen ra-
zendsnel op het scherm te toveren, terwijl ik ook maar met twee vingers kon typen. Dan was ik altijd onder de indruk van jouw archief. Een rek vol met relevante stukken uit het verleden; haarfijn geordend. Het was
altijd heel erg fijn om daarvan flarden tekst over te kunnen nemen zodat we zeker waren dat we niks had-
den vergeten. En wanneer Nic dan af en toe hoofdschuddend, maar eigenlijk altijd servicegericht binnen
kwam lopen en ons wilde verwennen met een kopje koffie of wat wordt met mosterd erbij, werd hij door jou heel snel weer de kamer uit gebonjourd nadat de service verleend was. “Nic, maak daste weg kums,
206
vier motte door”. Gedreven als je was om het beste verkiezingsprogramma te presenteren, met ook voor de mensen die het ’t hardste nodig hebben. En iedere verkiezingsperiode weer probeerde ik jou te overtuigen dat ons programma er sterker van zou worden door het meer concreet en meer afrekenbaar te maken en iedere keer was je daar ook van overtuigd en gingen we weer met volle moed aan de slag en iedere keer eindigde dit weer steevast met een lijvig verkiezingsprogramma omdat we toch vooral niets en niemand
mochten vergeten en het sociale gedachtegoed altijd sterk verankerd moest zijn. Dan de vergaderingen: de uitvoerige beschouwingen waar de burgemeester ook al aan refereerde om vooral niets te vergeten zijn
karakteristiek voor de beantwoording van vragen door jou in commissie- en raadsvergaderingen. Wanneer je na een terdege voorbereiding je af en toe getergd voelde door de scherpe toon van de oppositie of door
de algemene domheid van de Raad, dan nam je de tijd die je gegeven was met volle overtuiging en orakelde je overtuigend en zonder stiltes. En wanneer het hoogtepunt in je emotie en daarmee ook vaak de afronding van je betoog naderde, wilde je de boel altijd nog eens samenvatten voor hen waarvoor het nog
steeds niet duidelijk was en dan startte je met de zinsnede “laat ik duidelijk zijn” en vervolgens eindigde je
dan stiekem met het overdoen van je hele betoog. Het feit dat je uitvoerig kon vertellen had natuurlijk alles te maken met de gedegen voorbereiding van de stukken, zoals je altijd deed. Je ging ’s middags naar huis met een dikke stapel papier onder de arm of las de stukken nog uitvoerig ’s avonds en als burgemeester
Cox – en ik heb een aantal vertegenwoordigers van de gemeente Sittard – Geleen gezien – hoe hard jij ge-
werkt hebt in de afgelopen jaren, dan had hij zijn uitspraak in deze zaal bij de installatie van burgemeester Link, nooit gedaan. Want toen burgemeester Link nl. complimenten kreeg over de schitterende gemeente
waarvan hij burgemeester zou worden en waar het zo goed toeven en recreëren was, kon volgens burgemeester Cox hier alleen zo gerecreëerd worden wanneer elders hard gewerkt werd. En daar was hij van. Ik
wil hem vertellen dat ook tegen de grens van Sittard – Geleen aan en m.n. in Sweikhuizen, keihard gewerkt is. Van passie en tomeloze inzet is bij jou altijd sprake geweest. Niet alleen in onze gemeente, maar ook in de samenwerkingsverbanden die we hebben en waarin jij uit hoofde van je functie, participeerde, heb jij
nadrukkelijk van je laten horen en beheerste je ieder dossier. En dat uitgebreide dossier van je, waren niet alleen de stukken die je met je mee zeulde en het archief thuis. Je sleepte ook een enorme bagage mee in
je hoofd vanuit alle stukken die in een eerder stadium de revue hadden gepasseerd. Je irriteerde je er ma-
teloos aan dat je een van de weinigen was die deze geschiedenis nog kon inbrengen en ook in collegeverband heeft dat ongetwijfeld meer dan eens tot hevige discussies geleid. Tijdens die stevige discussie zijn
dan ook wel eens woorden geuit, die burgemeester Link – en hij heeft het zelf ook al aangegeven – bij zijn aantreden nog niet vaak gehoord had. Om dat gebruik van al dat vakjargon schoon te poetsen, zijn heel
wat kruisjes geslagen, weesgegroetjes en onze vaders gebeden en is de H. Augustinus heel wat keren aangeroepen. Het heeft helaas weinig geholpen, behalve dan dat het vocabulaire van onze burgervader de
afgelopen jaren verder verrijkt is. Er is eigenlijk alleen nog je portefeuille. Je bent een manusje van alles, want behalve ruimtelijke ordening en de traditioneel aan de burgmeester toebedeelde portefeuilles, heb je
ze volgens mij allemaal gehad. Zorg, Welzijn, Verkeer, zelfs Financiën. Ik ga niet al je successen benoemen. De burgemeester noemde het ook al; dat is een hele lijst, waar ik niet op in wil gaan, omdat ik makkelijk de kans loop dat ik er eentje vergeet en dat het je dan de mogelijkheid biedt dat je in je allerlaatste termijn
die je vandaag zult krijgen dit in alle details verder gaat aanscherpen. Die kans wil ik je niet geven. Maar
toch wil ik een paar opmerkelijke zaken noemen die mij altijd zijn opgevallen bij jou als portefeullehouder. Deze zaken zullen je niet vreemd in de orden klinken, want bijv. bij de portefeuille Verkeer, kan hij zich
niet herinneren dat we ooit maatregelen hebben moeten terugdraaien, toen het nog jouw portefeuille was, maar ik kan me van jou ook geen verkeersremmende maatregelen herinneren en in de 30 km-zone kwam je zelf weinig. Bij de portefeuille Zorg heb jij je in het verleden erg sterk gemaakt voor de GGD en m.n.
voor campagnes bij de GGD om de volksgezondheid te vergroten zoals campagnes tegen het roken. Ik stel
voor dat we daar maar eens mee gaan stoppen. Bij de portefeuille Welzijn heb jij je altijd ingezet voor sport en bewegen en Meer bewegen voor Ouderen vond je van belang en wel m.n. voor anderen. En in dat ver-
band herinner ik me ook weer een verkeersbord uit jouw tijd. “Dertig minuten bewegen” werd opgehangen
207
in onze gemeente. Vervolgens wil ik als laatste noemen: Kunst en Cultuur. Je hebt je altijd sterk gemaakt
voor de lokale kunst en cultuur en met de Kunst en Atelierroute heb je zelfs de interesse bij cultuurbarbaren als Hugo Schaffrath gewekt m.n. voor de wat laagdrempelige kunst.
Wilma, daar waar bij het afscheid van burgemeesters, straten en pleinen vernoemd worden, is dat bij wethouders meestal niet het geval. Juist jij was altijd wars van pretenties en daarom kon ik dat ook niet zo
laten gebeuren. Wij vonden dat ook jij je eigen bord verdient en daarom ben ik dan ook blij aan te kunnen kondigen dat in overleg met wethouder Pleijers we een nieuwe campagne zijn gestart, waarin we al die
zaken die ik zojuist benoemd heb, hebben gecombineerd en ik wil je dadelijk het eerste exemplaar geven van het verkeersbord dat gezond leven moet stimuleren, waarin voor sport en recreëren in het groen voldoende ruimte is en dat zelfs te combineren is met de geneugten des levens. Een verkeersbord dat ook
ruimte biedt voor onze lokale kunstenmakers om hun kwaliteiten te tonen. Mogelijk is het ook een stimu-
lans voor jou om de tijd die nu aanbreekt je energie aan andere zaken te besteden. De jongens van de buitendienst zijn graag bereid het bord op een voor jou zichtbare plaats op te hangen.
Wilma, ik wil je vanaf deze plek nogmaals en namens iedereen bedanken voor de passie die je getoond hebt voor het politieke ambt; voor je betrokkenheid met de mensen waarvoor je het deed en doet en voor je ambitie, kansen te willen bieden aan iedereen, ook aan hen die een extra steuntje in de rug verdienen.
Als socialiste heb je mijn hart gestolen. Bedank voor je harde werk en je ongelofelijke inzet voor onze partij en m.n. voor onze schitterende gemeente. Het ga je goed!
De Voorzitter geeft vervolgens het woord aan dhr. Kleijnen, de voorzitter van de PvdA Limburg. De heer Kleijnen:
Wilma, ik heb jou leren kennen als iemand die betrouwbaar, aimabel en loyaal is en nooit te beroerd om iets voor anderen te doen. Je bent ook geen carrière politicus, maar iemand die uit gedrevenheid in de politiek zat en dat is vaak een verademing. Als jij gevraagd werd voor bijzondere dingen zoals bijv. de
kandidaatstellingscommissie voor Provinciale Staten, hoef de je maar een keer te bellen en zei je gewoon
“zeg maar waar ik hoe laat moet zijn”. Dat was dan geregeld. Je gaat nu stoppen en je bent ereburger van Schinnen geworden. Ik denk dat dit heel leuk is, maar dat het nog leuker is om Oma te zijn en je wil meer
tijd hebben om naar Den Bosch en Engeland te gaan om je kleinkinderen te zien en ik kan me dat ook helemaal voorstellen. Ook bij jou past om te wachten tot je van je pensioen kan genieten en niet ten laste van het wachtgeld komt, zoals sommige andere politici dat doen. Jouw bijzondere gaven zijn natuurlijk landelijk bekend en dat komt ook door publicaties in de Telegraaf en de Panorama, zoals je al hebt kunnen horen. Het is zelfs ons partijbestuur niet ontgaan en ik mag je een brief voorlezen van Lilian Ploumen: ”Geachte mevrouw Adriaans, beste Wilma,
Het landelijk partijbestuur van de PvdA heeft vernomen dat je na een periode van ruim 28 jaar afscheid neemt van de lokale politiek in Schinnen. Het partijbestuur is van mening dat dit zo’n belangrijke gebeur-
tenis is, dat ze aan dit afscheid speciaal aandacht wil besteden.
Het partijbestuur is je bijzonder dankbaar voor al het werk dat je voor de PvdA hebt verricht. Allereerst heb je aan de wieg gestaan van de oprichting van de PvdA-afdeling Schinnen in 1977. nadat je daarvoor al
werkte en actief was in een van de eerste peuterspeelzalen van heel Limburg, die verbonden was met het Sociaal Cultureel Centrum Terborgh, dat wel als een ‘rood bolwerkje’ bekend stond. In 1983 werd je ge-
meenteraadslid in Schinnen en daar ben je niet meer weggeweest tot 2 juli 1999. Ook toen verliet je niet
het gemeentebestuur, maar werd je benoemd tot wethouder en ben je je onder meer gaan bezighouden
met onderwijs, welzijn, sport en zorg. Een portefeuille die naadloos aansluit bij je werk en activiteiten van de afgelopen decennia. Vooral jeugd- en ouderen hadden je grote belangstelling.
Je hebt nu besloten afscheid te nemen van de politiek. Je wilt meer tijd besteden aan andere hobby’s, en aan je kinderen en kleinkinderen. Overigens nemen we aan dat het bloed zal kruipen waar het niet gaan
kan en dat je vast wel weer in een bestuursfunctie zult gaan van de een of andere vereniging of stichting. Dat past bij je en je bent er goed in. Je wilt immers wel maatschappelijk betrokken bezig blijven.
208
Het partijbestuur stelt vast dat je van grote waarde bent geweest voor de partij, voor de afdeling Schinnen en voor de sociaaldemocratie. Je kunt terecht trots zijn op het enorme netwerk dat je hebt opgebouwd;
binnen de verschillende lagen van de partij, maar natuurlijk ook binnen de diverse verenigingen, buurten, scholen en andere organisaties. Zo ook de peuterspeelzalen, waar je vorige week woensdag, nog samen
met de peuterspeelzalen van Schinnen de intentie verklaring met “Spelenderwijs” tekende voor de professionalisering, waar je al jaren naar streefde.
Wij kennen je als iemand met een enorm sociaaldemocratisch hart en je wordt omschreven als een ontzettend fijne partijgenote, op wie men altijd een beroep kan doen. Altijd bereid anderen te helpen, alles be-
spreekbaar houden, soms wat emotioneel, altijd opkomend voor de zwakkeren. Altijd heb je je voor 100%
ingezet om "jouw" partij zo groot en sterk mogelijk te krijgen.” (was getekend Lilian Ploumen).
Misschien moet ik nu voor de aanwezigen even uitleggen dat het voor de PvdA het volgende iets heel bij-
zonders is. Onze partij gaat doorgaans niet heel sterk om met leden die grote verdiensten hebben gehad. Om een voorbeeld te noemen: als men minimaal 33 jaar lid is van de PvdA, krijg je een brief als volgt: “het is mogelijk dat u langer dan 25 jaar lid bent en daarom krijgt u dit bronzen speldje”. Maar zo vergaat het
Wilma niet, want zij is kennelijk heel erg opgevallen en het partijbestuur zegt “het is dan ook een genoegen dat ik namens het landelijk bestuur van de PvdA je de zilveren speld van verdienste van de PvdA mag toe-
kennen. Wij hopen dat je nog lang en actief betrokken blijft binnen de PvdA en dat wij je nog regelmatig bij partijbijeenkomsten mogen tegen komen. We wensen je veel geluk en een goede gezondheid en bedanken je nogmaals voor alles wat je voor de partij en voor de mensen hebt gedaan. De Voorzitter geeft tot slot het woord aan de ereburger, mw. Adriaans. Mevrouw Adriaans:
Ja dames en heren, daar sta ik dan. Normaal gesproken niet voor een kleintje vervaard, maar nu, nu het
tijdstip van mijn afscheid een feit is, word ik er zelfs een beetje stil van. Ik sta hier met gemengde gevoelens. Natuurlijk is mijn vertrek op dit tijdstip mijn eigen keuze geweest, maar dat laat onverlet dat dat be-
sluit voor mij toch echt niet zo eenvoudig was.
“Partir , c’est mourir un peu. ….. Vertrekken is een beetje sterven” zegt een mooi Frans spreekwoord. Maar met zoveel mensen hier voelt dat helemaal niet zo. En toch, gemengde gevoelens. Ik realiseer me dat ik
vandaag afscheid neem van de gemeente Schinnen, waarin zoveel jaren van mijn leven zitten. Waar ik in de
loop der jaren heel veel mensen heb leren kennen en de zorgen van veel mensen heb gedeeld. Afscheid
nemen van iets dat je dierbaar is, is lastig maar schept ruimte voor weer nieuwe uitdagingen. En daar heb ik, na zo’n lange politieke loopbaan wel behoefte aan.
Het is voor mij een eer om vanaf deze plaats nog éénmaal als wethouder het woord te voeren.
Allereerst: Berry, Roy en gemeenteraad: Bedankt voor jullie lovende en warme woorden. Bedankt ook voor het geweldige verkeersbord, waar ik een mooie plek voor zal zoeken. Bedankt voor het kunstwerk en vooral bedankt voor het ereburgerschap en dat er in een huis straks twee ereburgers wonen is iets waar ik erg trots op ben en toen ik dit kreeg besefte ik wat het een voorrecht is om ereburger te zijn van onze ge-
meente en ik zal alles doen om in de toekomst een goede invulling te geven aan het ambassadeursschap dat bij een ereburgerschap hoort.
Meneer de voorzitter, zoals gebruikelijk in speeches heeft degene die afscheid neemt het voorrecht om in haar afscheidswoord een blik in de spiegel te werpen en terug te kijken, te reflecteren op de afgelopen
12,5 jaar. Daar wil ik dankbaar gebruik van maken, en ik beloof u dat ik mij in mijn woord mij zal beperken tot niet meer dan 10 minuten.
Bij mijn aantreden als raadslid voor de Partij van de Arbeid in 1983 bestond onze partij uit een eenmansfractie en maakte deel uit van de oppositie. De herindeling was net achter de rug en dit gemeentehuis was er toen nog niet. Dát waren tijden: actie voeren tegen onrecht en sociale ongelijkheid, actie voeren tegen
het dumpen van chemisch afval op het voormalige stort, actie voeren voor subsidie aan de peuterspeelzalen.
209
De gemeentelijke terreinen waren destijds nog beperkt; het College was de baas, de wethouder nam een zelfstandige positie in, hij of zij was eigenlijk de leider van de fractie, voerde eigenhandig de regie over
zijn beleidsterreinen, en afhankelijk van zijn daadkracht en overtuigingskracht wist hij de gemeenteraad wel of niet achter zijn standpunt te scharen.
Onze partij groeide al snel, vormde in 1994 samen met het CDA en VVD een coalitie, waarna de PvdA in 1998 haar eerste wethouder leverde. In juli 1999 volgde mijn intrede als wethouder.
Terugblikkend op die periode prijs ik me bijzonder gelukkig dat ik ruim 12,5 jaar wethouder van deze
schitterende gemeente mocht zijn. In die periode heb ik samen met mijn collega’s, met de gemeenteraad, met de ambtenaren en de inwoners mogen werken aan het wel en wee van onze gemeente.
De gemeente waar je van houdt en waar je trots op bent. De gemeente die je een leefbare toekomst gunt, mooier dan dat is nauwelijks voor te stellen.
Ik vraag me wel eens af wat me zo gedreven heeft om de politiek in te gaan. Ambitie? Macht? Ja dus: maar dan wel gevoed vanuit de gedachte om iets te betekenen voor onze burgers. Ik zal u hier een opsomming van mijn sociaaldemocratische idealen besparen, maar ik hoop wel dat ik in de afgelopen jaren mijn bij-
drage heb kunnen leveren aan een beleid dat helpt om mensen te laten meetellen, dat bijdraagt aan ont-
plooiing, solidariteit en bestaanszekerheid. Vooral voor die mensen die dit het hardste nodig hebben.
Dat ik af en toe kleine en grote successen kon boeken heeft mij altijd gestimuleerd in mijn werk. De dankbaarheid van mensen, op welk gebied dan ook, gaf me de bezieling, de inspiratie en het doorzettingsvermogen dat ik nodig had.
De afgelopen jaren heb ik deel uitgemaakt van 6 verschillende samenstellingen van het College. De eerste perioden werd ik geflankeerd door 2 CDA wethouders, sinds 2006 door wethouders afkomstig vanuit het CDA en de Vernieuwingsgroep, en vanaf eind 2007 enkel vanuit de Vernieuwingsgroep.
Zonder een waardeoordeel uit te spreken over welk college dan ook, moet ik toch constateren dat met de
jaren de opvatting over de wijze van besturen is veranderd. Dat heeft natuurlijk ook alles te maken met de invoering van het Dualisme: de verhoudingen tussen college en gemeenteraad veranderden; de raad als kaderstellend en controlerend orgaan, het college verantwoordelijk voor de uitvoering.
Dat was even wennen voor het college, maar ook voor de gemeenteraad. Aarzelend, en met vallen en opstaan hebben partijen hun draai gevonden, en na een aantal jaren zoekende naar de juiste rolinvulling,
mag ik stellen dat er tussen college en gemeenteraad een constructieve relatie is ontstaan: gebaseerd op wederzijds respect en vertrouwen in elkaars rollen.
Met de veranderde positie van de wethouder, veranderde ook de relatie binnen het college. In de loop der jaren heb ik in het college een groeiende samenwerking mogen bemerken, een collegiaal bestuur waarbij besluitvorming met open vizier, op een transparante wijze en met respect voor ieders standpunt wordt
genomen. Er is ruimte voor discussie, integrale afstemming en interesse voor elkaars portefeuilles. Bijkomstigheid is dat onze collegevergaderingen wat langer duren. Met name “de keek op de week” gaf veel
transparantheid in elkaars portefeuilles; teamgericht samenwerken was het credo van de laatste jaren ! Meneer de voorzitter, ik ben er trots op dat ik aan zoveel goede besluiten heb mogen meewerken. Er zijn
de afgelopen 12,5 jaar zoveel hoogtepunten geweest. Ik zal ze niet allemaal meer noemen, want dat heeft u reeds grotendeels gedaan: het ouderenwerk, de wijksteunpunten, ons minimabeleid, de professionalisering van de peuterspeelzalen, de kunst- en atelierroute, de jeugdraad, de bouw van de scholen en last but not least:de recente bouw van de turnhal waarbij ook het beheer geregeld is middels de oprichting van de St.SESS.
Voorzitter, ik realiseer mij ook dat werk nooit af is. Er is altijd een vervolg dat noodzaakt tot aanpassing of
ontwikkeling van nieuw beleid.
De gemeente staat de komende jaren voor grote uitdagingen; uitdagingen enerzijds ingegeven door een
tekort aan financiële middelen vooral door de rijksbezuinigingen, anderzijds vanwege gewijzigde wetgeving (denk aan de Wet Werken naar Vermogen), en uitbreiding van taken (kanteling WMO en decentralisatie van de Jeugdzorg). De bestuurskracht staat onder druk: het zoeken naar kansen in samenwerking, in bin-
210
den en verbinden zullen noodzakelijke sleutelwoorden zijn tot het vergroten van kwaliteit, continuïteit en effectiviteit. De gemeente staat voor een moeilijke opgave en ik wens u hierbij veel wijsheid.
Rest mij iedereen te bedanken met wie ik heb mogen samenwerken. Ik weet dat ik niet altijd gemakkelijk
was voor degenen met wie ik samenwerkte. Zie dat maar als een uiting voortkomend uit mijn gedrevenheid en bezieling voor mijn werk. Ik, van mijn zijde, heb onze samenwerking zeer gewaardeerd.
Dank aan alle medewerkers van de ambtelijke organisatie, in het bijzonder zij die de afgelopen periode het dichtst bij mij stonden. Zij waren het die mij de afgelopen jaren door dik en dun hebben gesteund, en die mij, ondanks mijn soms heftige en emotionele reacties zijn blijven steunen. Bedankt allemaal.
Ik bedank mijn collega wethouders, de burgemeester en secretaris. Als teamspeler ben je helemaal nergens zonder team. Voor mij is er geen andere manier van besturen dan collegiaal besturen. Alleen dan kom je tot goed afgewogen en gedragen besluiten. Bedankt allemaal.
Dank ook aan al mijn collega’s uit de regio met wie ik in de afgelopen perioden over heel wat beleidsterreinen heb vergaderd. Samenwerking is een must en ik waardeer het in het bijzonder dat onze discussies gericht waren op inhoud en niet op de macht van het getal, ook al is onze gemeente de kleinste. Ik wil
bijzondere herinneringen bewaren aan de goede samenwerking binnen de stuurgroep arbeidsmarktbeleid en het bestuur van de GR Vixia. We hebben heel wat discussie in onze gemeenteraden voor onze “kiezen”gekregen. Jammer Jose, dat het zo in de Steinse gemeenteraad moest aflopen. De dossiers waren
moeilijk, zeer complex en vroegen om veel bestuurlijk overleg. Ik dank u allen voor die blijvende goede samenwerking, ook in moeilijke tijden, vooral in het belang van ons WSW-bedrijf, Vixia.
Ik bedank de gemeenteraad voor de goede samenwerking. Onze discussies waren soms fel, mijn beantwoording van vragen veelal te lang, maar al met al beschouw ik uw constructieve kritiek als een welkome
bijdrage aan de verbetering van de kwaliteit van het bestuur. En dat komt onze burger waar we het tenslotte voor doen, alleen maar ten goede.
Ik spreek ook mijn waardering uit voor de inhoudelijke kwaliteit van uw debat en uw intentie en bereidheid in het zoeken naar gezamenlijke standpunten en vormen van samenwerking. Juist in een tijd waarin moeilijke keuzes voor de deur staan is een gezamenlijke blik op de toekomst onontbeerlijk. Ik wens jullie veel succes.
Een woord van dank aan onze coalitiepartij, de Vernieuwingsgroep en vooral ook aan al mijn partijgenoten binnen de Partij van de Arbeid. Zij hebben het mogelijk gemaakt dat ik al die jaren dit schitterende werk
voor onze gemeente mocht doen. Dank voor jullie steun en vertrouwen.
Peter, ik geef het stokje zo dadelijk symbolisch aan jou over. Symbolisch, omdat de gemeenteraad daar zo dadelijk pas over beslist. En zo hoort dat! Ik wil je vanaf deze plaats alvast heel veel succes toewensen. Er wacht je een uitdagende, arbeidsintensieve, maar o zo schitterende job. Succes!
Tot slot, last but not least, wil ik Nic, maar ook mijn kinderen bedanken voor de steun en het begrip dat ik al die jaren heb gehad om deze mooie functie te kunnen uitoefenen. Het was bepaald geen negen tot vijf baan, en ik realiseer me dat mijn bijdrage aan huiselijke gezelligheid veel te wensen heeft overgelaten.
Maar daar komt nu verandering in. En ja, ik zal meer tijd hebben voor man en huis, mijn kinderen en vooral voor mijn kleinkinderen. Maar lieve familie: maak jullie echter ook geen zorgen; ik zal niet dagelijks op
jullie “lip” zitten; Nic, blijf rustig lekker jagen en zoals je weet: ik zit nog vol met adrenaline die ik kwijt zal moeten. Weet dan ook dat er nog heel veel vrijwilligerswerk te doen valt.
Geachte aanwezigen, beste mensen. Wethouder zijn in deze mooie gemeente is het mooiste wat mij overkomen is. Het was inspirerend, leerzaam en uitdagend, maar ook moeilijk, arbeidsintensief, tijdrovend en gezinsonvriendelijk. Toch zou ik het zo weer doen. Het ga u goed. 3.
Voorstel tot het benoemen van een nieuwe wethouder in de ontstane vacature door het vertrek van wethouder Adriaans, gem. blad 2011/75.
211
De Voorzitter vraagt allereerst dhr. Proost om aan te geven wie hij namens zijn fractie wil voordragen.
De heer Proost zegt dat ter invulling van de vacature die door het vertrek van wethouder Adriaans is ontstaan, wil de PvdA graag de heer Peter Hovens voordragen als nieuwe wethouderskandidaat.
De Voorzitter constateert dat er geen andere voordrachten zijn en start de benoemingsprocedure voor de
wethouder. Er is een commissie “Benoembaarheid wethouders” ingesteld bestaande uit de VG, het CDA en
de VVD die voor aanvang van deze vergadering heeft onderzocht, of de kandidaat-wethouder voldoet aan de voorwaarden die de Gemeentewet aan wethouders stelt. Hij stelt de commissie in de gelegenheid verslag uit te brengen en geeft het woord aan dhr. Schaffrath.
De heer Schaffrath: “Aan de Raad van de gemeente Schinnen,
Door de Voorzitter van de Raad is in de raadsvergadering van 19 december 2011 een ad hoc commissie “Benoembaarheid wethouders” ingesteld, bestaande uit de heren Schaffrath, Schevers en Heggen die, con-
form artikel 7a van het vastgestelde Reglement van Orde voor de raad, voor aanvang van deze vergadering heeft onderzocht, of de kandidaat-wethouder voldoet aan de voorwaarden die de Gemeentewet aan wethouders stelt. In handen van deze commissie werden gesteld de geloofsbrieven van dhr. Petrus Hubertus Hovens, woonachtig Daalstraat 37 te 6150 TJ Geleen.
De leden van de commissie hebben deze geloofsbrieven o.g.v. de Gemeentewet, het RvO, artikel 7a, lid 4, de gedragscode bestuurlijke integriteit voor leden van de Raad, wethouders en burgemeesters, laatstelijk
geactualiseerd bij raadsbesluit van 29 maart 2007, onderzocht. Deze geloofsbrieven hebben betrekking op benoembaarheidsvereisten, nevenfuncties en onverenigbare betrekkingen. De commissie rapporteert de
Raad van de gemeente Schinnen dat zij bovengenoemde bescheiden heeft onderzocht en in orde bevonden. De commissie komt tot de volgende conclusies:
a. gebleken is dat de gekozen wethouder aan de in de Gemeentewet gestelde eisen voldoet; b. na deze voorwaardelijke benoeming dient er nog een onderzoek cfr. het gestelde onder artikel 7b van
het RvO, zijnde een risico analyse integriteit te worden uitgevoerd. Hierbij dient een verklaring omtrent het gedrag te worden overlegd. Wij verzoeken de burgemeester ons van de uitkomsten van deze analyse te verwittigen;
c. Wethouders zijn verplicht in de gemeente te wonen waar zij het ambt uitoefenen cfr. artikel 36a van de
Gemeentewet. Een te benoemen wethouder hoeft niet uit de gemeente zelf te komen, maar zal zich vervolgens na benoeming daar wel moeten vestigen. De gemeenteraad kan voor de duur van één jaar ontheffing verlenen van het ingezetenschap. In bijzondere gevallen kan de Raad telkens voor de periode van een jaar
ontheffing verlenen. Voorgesteld wordt de te benoemen wethouder van buiten de gemeente, de heer Petrus Hubertus Hovens voor de periode van één jaar ontheffing te verlenen in de zin van artikel 36a, lid 2 van de Gemeentewet, zijn de het vereiste van ingezetenschap van de gemeente Schinnen.
De commissie adviseert tot voorwaardelijke benoeming van de heer Petrus Hubertus Hovens, woonachtig Daalstraat 37 te 6150 TJ Geleen. Schinnen, 22 december 2011
De Voorzitter zegt vervolgens over te willen gaan naar de schriftelijke stemming over de voor-
dracht,rekening houdend met de adviezen die de onderzoekscommissie heeft gesteld. Hij stelt voor om drie leden uit de Raad te benoemen tot lid van het stembureau, te weten, dhrn. Janssen, van den Bosch en
Meijers.
Na de stemming, bedankt de Voorzitter de commissie voor deze gewichtige taak en hij kan mededelen dat er 14 stemmen zijn uitgebracht en 14 stemmen zijn uitgebracht op de heer Hovens. Bij deze is hij unaniem benoemd. Vervolgens vraagt hij of dhr. Hovens deze benoeming wil aanvaarden. De heer Hovens aanvaardt de benoeming.
De Voorzitter vraagt hem naar voren te komen voor zijn beëdiging en allen daarbij te gaan staan. Hij verzoekt de heer Hovens de volgende belofte af te leggen:
212
“Ik verklaar dat ik, om tot wethouder benoemd te worden, rechtstreeks noch middelijk, onder welke naam of voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd. Ik verklaar en beloof dat ik, om iets uit dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middelijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen. Ik beloof dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als wethouder naar eer en geweten zal vervullen. “Dat verklaar en beloof ik!” De heer Hovens: Dat verklaar en beloof ik.
De Voorzitter feliciteert de nieuwe wethouder Hovens en nodigt hem uit naast hem aan de collegetafel plaats te nemen. De belofte zal in Schinnen volgens het integriteitprotocol worden vastgelegd door twee protocollen proces verbalen daarbij te ondertekenen.
T.a.v. de Verhuisplicht heeft de commissie al geadviseerd. Formeel vraagt hij of de Raad bereid is aan de
nieuwe wethouder een jaar de mogelijkheid te geven om zich hier te vestigen.
De heer Schevers zegt dat het CDA met stemverklaring akkoord gaat voor één jaar, aangezien men het
belangrijk vindt dat de wethouder toch in de toekomst in Schinnen zal gaan wonen. B.
Zonder hoofdelijke stremming AKKOORD en aldus besloten. De Voorzitter wil wethouder Hovens kort toespreken. ” Graag richt ik mij – na deze wethoudersbenoeming – graag even tot de heer Hovens en verwelkom graag zijn kinderen, familie en vrienden op de tribune. Speciaal Mariëlle en Renaldo; Anne; Thessa en Pieter. Beste Peter,
Twee jaar geleden heeft Onderzoeksbureau Hay Group een gedetailleerd profiel opgesteld van “de ideale wethouder” opgesteld.
Deze profielschets is opgesteld op basis van eigen onderzoek en interviews met burgemeesters en wethouders van diverse gemeenten.
Als bestuurskundige met een generalistische opleiding heeft u zich uiteraard verdiept in uw nieuwe functie. Toch wil ik u nog de kenmerken van de meest ideale wethouder – volgens de onderzoekers – niet onthou-
den: •
goed kan samenwerken en niet solistisch handelt;
•
hij mensen om zich heen verzamelt met afwijkende standpunten en stijl;
•
hij leiderschap vertoont;
•
anderen kan overtuigen van zijn standpunt;
•
een uitgebreid netwerk heeft;
•
analytisch kan denken;
•
resultaatgericht en flexibel is;
•
handelt conform eigen normen en waarden en integriteit hoog in het vaandel heeft staan;
•
politiek sensitief is en politieke verhoudingen doorziet;
•
zich bewust is van de problemen die zich afspelen in de gemeente;
•
de raad op hoofdlijnen informeert en hen behoed voor detaillisme;
•
weet waaraan hij begint……
De afgelopen dagen heb ik een eerste kennismaking met u mogen hebben. Zonder dat te melden, speelde tijdens dat gesprek, uiteraard deze profielschets in mijn achterhoofd een rol.
Los van het feit dat de burgemeester niet over de voordracht van wethouderskandidaten gaat – wil ik de PvdA complimenteren met deze voordracht en de raad met uw benoeming.
213
Ik spreek de wens uit op een constructieve samenwerking. Zowel binnen het collegiaal bestuur van ons
college, maar zeker ook in de richting van de twee andere gemeentelijke bestuursorganen, uw raad en de burgemeester, en richting ons ambtelijk apparaat.
Laten we samen deze uitdaging aangaan. Ik legde bewust de klemtoon op samen, want iedereen weet dat tegenwerken veel gemakkelijker is dan samenwerken.
Ik wens u veel succes en arbeidsvreugde in het belang van onze Schinnense gemeenschap. Deze wens en felicitatie wil ik graag vergezeld laten gaan met een bloemetje. Wethouder Hovens:
”Voorzitter, leden van de Raad, geachte aanwezigen.
Ik zal beginnen met de Raad te bedanken voor het in mij gestelde vertrouwen. Ik weet dat er een grote taak op mij wacht. Ik zal een behoorlijke klus moeten klaren, maar dat wist ik van te voren. Ik werd ergens in
juni geconfronteerd met de vraag “zou dat wat voor je zijn om Wilma Adriaans op te volgen”. Ik schrok daar in eerste instantie van want het zal toch niet zo zijn dat Wilma in de politieke problemen is gekomen. Dat was gelukkig niet het geval. Wilma bleek ouder te zijn, dan dat ze uitziet. Ik heb natuurlijk over die vraag
moeten nadenken en achteraf gezien was ik er vrij snel uit of ik wel of niet dat traject in zou gaan. Voor mij waren twee dingen essentieel en wel: wil ik dat wethoudersambt en wil ik dat wethoudersambt bekleden in Schinnen. Vraag 1 was snel beantwoord. Ik ambieer het wethoudersambt. Partijgenoten die wisten dat en
via dat netwerk ben ik hier terecht gekomen. Ik vind het een heel mooie functie. Bestuurskundig heb ik al diverse functies bekleed in het openbare en m.n. in het lokale bestuur. Ik ben al georganiseerd burger
(voorzitter van de voetbalvereniging Geleen Zuid) en in die zin heb ik te maken met het openbaar bestuur en in mijn geval is dat de gemeente Sittard – Geleen en ook als ambtenaar, consultant, als raadscommis-
sielid en zelfs als griffier. Ik heb al die functies al bekleed met uitzondering van deze bestuurlijke functie en voor mijn gevoel is dat een functie die bij mij past. Ik heb dan maatschappelijk gezien veel bestuurlijke functies vervuld. Het wethouderschap voelt heel goed, Schinnen voelt goed en past bij mij. Het is een heel mooie gemeente en ik woon er hemelsbreed vlakbij. Ik kom er vaker, ken er mensen en er woont familie
van mij. Maar voordat ik daadwerkelijk de procedure inging en het gesprek aanging met mijn eigen partijgenoten, dacht ik dat ik Schinnen wel goedmoest leren kennen. Ik heb mij daarin verdiept en de website
grondig bestudeerd. Ik heb documenten bestudeerd om te zien wat er politiek aan de hand was. Ik heb ook een tiental keren de wandelschoenen aangetrokken en heb in deze mooie gemeente gewandeld. Ik denk
dat ik alle wandelpaden hier wel gehad heb en ik ben ook allerlei zaken gaan bekijken. Ik heb ook besloten om vanaf dat moment alleen nog maar bier van de Alfa te drinken, want ik wil inburgeren. Ik eet alleen nog maar boterhammen met stroop van Canisius en draag alleen nog maar hoeden van Van der Broek, want ik wil er bij horen en eentje van Schinnen zijn. Daarvoor ga ik!
De Voorzitter noemde al samenwerking en dat is een belangrijk thema om deze zware portefeuille tot een succes te maken en natuurlijk heb ik in eerste instantie in gesprek met de PvdA dit doorgeakkerd en het klikte. Nadien heb ik nog met andere fracties gesproken en ook dat klikte. Ik heb kennis mogen maken
met het College, de burgemeester en de secretaris en het voelde goed. Ik wil daarin investeren en ik stel
dan ook voor om met elk raadslied een gesprek van een uurtje te voeren op een plek die men zelf kan kiezen over een thema dat u bezig houdt in deze gemeente. Dan leer ik u en de gemeenten Schinnen kennen Ik hoop dat u daar in wil meewerken, want ik vind het belangrijk om daarin te investeren.
Ik heb mijzelf de ambitie opgelegd om net zo’n goede wethouder te worden als Wilma Adriaans. Nadat ik
de verhalen vanavond heb gehoord is mij het angstzweet uitgebroken en wik weet niet of ik dat ga redden. Ik weet alleen dat ik mijn stinkende best doen om er het beste van te maken en zal hier op mijn eigen manier invulling aan geven. Er wacht een zware taak op mij. De portefeuille die ik ga bekleden is een behoorlijk zware en omvangrijke. Ik ga de uitdaging aan en dat wil ik samen doen met de gemeenteraad en met
de samenleving, want beleid begint bij de samenleving. Wij zullen van buiten naar binnen en van onderop e.e.a. moeten vorm geven en dat is een belangrijke opgave waar ik voor sta. Ik hoop ook op veel steun van
214
mijn gezin en dat moet het lukken. Ik dank u voor uw aandacht. 4.
Sluiting. Niets meer aan de orde zijnde, sluit de Voorzitter de vergadering met het dankgebed.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de Raad der gemeente Schinnen op 9 februari 2012.
De Griffier,
de Voorzitter,
215
Besluitenlijst
van de vergadering van de gemeenteraad van Schinnen van 22 december 2011. 1.
Na de opening wordt de agenda vastgesteld.
2.
Hierna volgt het afscheid van wethouder, mevrouw Wilhelmina, Anna, Christine Adriaans, de benoeming tot Ereburger van de gemeente Schinnen alsmede de uitreiking van de Zilveren Speld van verdienste van de
PvdA 3.
Vervolgens wordt de heer P.H. Hovens benoemd tot wethouder van de gemeente Schinnen, waarna deze wordt beëdigd, middels het afleggen van de belofte.