NOTULEN GEMEENTERAAD ZITTING VAN 11 DECEMBER 2013
Aanwezig :
Piet Buyse, burgemeester-voorzitter; Leen Dierick, Niels Tas, Dirk Abbeloos, Martine Van Hauwermeiren, François De Bleser, Carine Verhelst, Lien Verwaeren, Patrick Meulebroek, schepenen; Annie Van den Berghe, Jan Van Damme, Thérèse Van Gucht, Stefaan Van Gucht, Bart Van Malderen, Marius Meremans, Hilde Raman, Dina Verhavert, Denise Moens, Klaartje Van Havermaet, Dimitri Van Hoey, Nele Cleemput, Walter Deygers, Dieter Mannaert, Bart Claes, Stijn Goossens, Bart Nobels, Tomas Roggeman, Emiel Ravijts, Judith De Smedt, Lien Van Hecke, Laurens Hofman, Gino Van der Vreken, Stijn Pluym, Matthias Coppens, raadsleden; Elke De Man, stadssecretaris
Verontschuldigd :
Barbara Pas, raadslid; Stefaan Van Gucht, raadslid verontschuldigd voor 1., 2., 3., 4.; Bart Van Malderen, raadslid verontschuldigd voor 1., 2., 3., 4.; Marius Meremans, raadslid verontschuldigd voor 1., 2., 3., 4., 5., 6., 7., 8., 9., 10., 11., 12., 13., 14., 15.; Dimitri Van Hoey, raadslid verontschuldigd voor 10 (art 27 GD).
-------------De voorzitter opent de vergadering om 20:00 uur. --------------
Openbare vergadering GOEDKEURING NOTULEN 1.
Goedkeuring notulen d.d. 20 november 2013
De raad keurt de notulen d.d. 20 november 2013 goed. Stemming: 31 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. POLITIERAAD 2.
Lokale politie - collectief besluit - goedkeuring
De gemeenteraad Overwegend dat in het streven naar een doeltreffende werking en een goede uitrusting qua materialen en uitrustingsgoederen voor de lokale politie het noodzakelijk is de hiernavolgende opdrachten uit te voeren: Artikel 330/742-53 – Aankoop informaticamateriaal - Aankoop van een laptop recherche 650,80 EUR (excl. btw) of 787.47 EUR (incl. btw) De politiezone Dendermonde wenst over te gaan tot de aankoop van een laptop voor de afdeling drugs. Deze laptop zal gebruikt worden voor de verhoren en vaststellingen ter plaatse. - Aankoop van twee GPS-toestellen 247,93 EUR (excl. btw) of 300,00 EUR (incl. btw)
De politiezone Dendermonde wenst over te gaan tot de aankoop van twee GPS-toestellen ter vervanging van defecte en onherstelbare toestellen. - Aankoop van 5 PC’s voor het stadsnetwerk 4.062,40 EUR (excl. btw) of 4.915,50 EUR (incl. btw) De politiezone Dendermonde wenst over te gaan tot de aankoop van vijf nieuwe computers ter vervanging van verouderde en defecte toestellen, dienstig voor het stadsnetwerk. - Samenvoegen database Track & Trace 505,60 EUR (excl. btw) of 611,78 EUR (incl. btw) De politiezone Dendermonde wenst mee te werken aan de samenvoeging van de databases van Track & Trace van vijf politiekorpsen. Deze databases beheren het Track & Trace van de voertuigen in de verschillende zones. Bij incidenten of tussenkomsten in een andere zone kunnen de zones elkaar beter bijstaan doordat ze het wagenpark van elkaar kunnen bekijken via Track & Trace. - Aankoop faxtoestel 708,94 EUR (excl. btw) of 857,82 EUR (incl. btw) De politiezone Dendermonde wenst over te gaan tot de aankoop van een fax ten behoeve van de dienst interventie. Dit toestel zal gebruikt worden voor het overmaken en ontvangen van vertrouwelijke documenten voor het commando. Artikel 330/741-51 – Aankoop van bureaumeubilair - Aankoop van een hangmappenwagentje 256,23 EUR (excl. btw) of 310,04 EUR (incl. btw) De politiezone wenst over te gaan tot de aankoop van een hangmappen wagentje ten behoeve van het secretariaat. Overwegende dat deze opdrachten kunnen gegund worden bij middel van een onderhandelingsprocedure; Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructeerd op twee niveaus, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 9; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht; Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, § 1, 1° a (limiet van 85.000 EUR excl.btw btw niet overschreden); Gelet op het Koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 105; Gelet op het Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 4; Gelet op alle latere aanvullingen op voormelde besluiten,geldig op datum van bekendmaking; Gelet op de gemeentewet; Gelet op het decreet de dato 15 juli 2002 houdende wijziging van het decreet de dato 28 april 1993 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op de omzendbrief BA 2002/12 de dato 27 september 2002 houdende wijziging aan het decreet de dato 28 april 1993 door het decreet de dato 15 juli 2002 houdende het administratief toezicht op de gemeenten en de politiezones; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering de dato 2 juni 2006 tot opheffing van bepaalde artikelen van het decreet de dato 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Besluit: Artikel 1 Bovenvermelde opdrachten bestemd voor de lokale politie zullen uitgevoerd worden ten belope van de aangegeven totaalprijzen. Artikel 2 Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd deze opdrachten te gunnen bij middel van een onderhandelingsprocedure.
Artikel 3 De uitgave verbonden aan deze opdrachten, zullen aangerekend worden op bovenvermelde artikels van de buitengewone budgetten van de lokale politie 2013. Artikel 4 Afschrift van dit besluit zal ter kennisgeving worden overhandigd aan de financieel beheerder. Stemming: 31 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. STEDENBOUW EN RO - PLANNING 3.
GECORO - goedkeuring huishoudelijk reglement
Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009, en latere wijzigingen, en meer bepaald artikel 1.3.3; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 19 mei 2000 tot vaststelling van nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale en gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening; Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 20 februari 2013 houdende het vaststellen van de maatschappelijke geledingen die zullen zetelen in de GECORO; Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 19 juni 2013 waarbij de voorzitter, de leden, de plaatsvervangers en de vaste secretaris van de GECORO werden benoemd; Gelet op het besluit van de Deputatie van 18 juli 2013 waarbij bovenvermeld gemeenteraadsbesluit werd goedgekeurd; Overwegende dat het huishoudelijk reglement op de vergadering van de GECORO van 12 november 2013 met eenparigheid van stemmen is aangenomen; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet, de uitvoeringsbesluiten, en de ministeriële omzendbrieven ter zake; Besluit: Artikel. 1 Het huishoudelijk reglement van de GECORO, aangenomen met eenparigheid van stemmen in de vergadering van de GECORO van 12 november 2013, wordt goedgekeurd. Stemming: 31 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. 4.
RUP's afschaffen oude verkavelingen - uitbreiden opdracht
Gelet op het akkoord van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 26 september 2011 om een procedure op te starten om een aantal goedgekeurde niet-vervallen verkavelingsvergunningen op te heffen door de opmaak van een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan; Overwegende dat in het kader van de opdracht “Opmaak van vier gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen in kader van o.a. afschaffing oude grote verkavelingen” een bestek met nr. drosh 01/12 werd opgesteld door de AI - dienst ruimtelijke ordening en stedenbouw; Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 4 juli 2012 betreffende de goedkeuring van de lastvoorwaarden, de raming en de gunningswijze van deze opdracht, met name de algemene offerteaanvraag; Overwegende dat volgens bovenvermeld gemeenteraadsbesluit de opdracht werd geraamd op 78.500,00 EUR excl. btw of 94.985,00 EUR incl. 21% btw; Gelet op het verslag van nazicht van de offertes van 7 september 2012 opgesteld door de AI - dienst ruimtelijke ordening en stedenbouw; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien was in het budget van 2012, op artikel 930/733-51 van de buitengewone dienst en dat de financiering gebeurt met eigen middelen; Gelet op het visum nr. KW 4-5, afgeleverd door de financieel beheerder op 6 november 2012;
Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 12 november 2012 waarin de opdracht voor de opmaak van vier gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen in kader van o.a. afschaffing oude grote verkavelingen gegund werd aan de economisch meest voordelige regelmatige (rekening houdend met de gunningscriteria) bieder, zijnde D+A Consult nv, Meiboom 26, 1500 Halle tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van 98.070 EUR excl. btw. of 118.664,7 EUR incl. 21% btw; Overwegende dat het in het kader van een integrale planningsaanpak wenselijk is de mogelijkheden voor de site ’t Hemelken (stadseigendom met plein en omgeving, gelegen tussen spoorweg en Hemelstraat) mee te onderzoeken binnen het RUP Woonwijken Westhelft Sint-Gillis. Gelet op de offerte van D+A Consult nv voor deze uitbreiding van de opdracht voor een bedrag van 1.360 EUR excl. btw. of 1.645,6 EUR incl. 21% btw; Overwegende dat deze meerprijs realistisch en aanvaardbaar is; Overwegende dat het totale toewijzingsbedrag voor de opdracht hiermee op 99.430 EUR excl. btw. of 120.310,3 EUR incl. 21% btw zou komen; Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 10 juli 2013 betreffende gemeentedecreet - artikelen 43, 57, 159, 160 en 162: aangelegenheden van dagelijks bestuur en visum, meer bepaald artikel 4; Overwegende dat het ramingsbedrag met meer dan 20% wordt overschreden; Overwegende dat hiervoor een akkoord van de gemeenteraad vereist is; Overwegende dat de toewijzing van de hoofdopdracht gebeurd is aan de economisch meest voordelige regelmatige (rekening houdend met de gunningscriteria) bieder; Gelet op het financieel advies van 28 november 2013; Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 16; Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 3, § 1; Gelet op de algemene aannemingsvoorwaarden, opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september 1996, en latere wijzigingen; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 57, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen; Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht;
Besluit: Art 1 De gemeenteraad gaat akkoord met de overschrijding van de oorspronkelijke raming voor de opdracht “Opmaak van vier gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen in kader van o.a. afschaffing oude grote verkavelingen” met 20.930 EUR excl. btw of 26,67%. Art 2 De offerte voor de uitbreiding van het plangebied van het RUP Woonwijken Westhelft Sint-Gillis goed te keuren.
Art 3 Het krediet is beschikbaar op beleidsitem 060000, algemene rekening 2141000. Art 4 Afschrift van dit besluit zal worden bezorgd aan de financieel beheerder. Stemming: 31 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. INFRASTRUCTUUR - MOBILITEIT EN VERKEER 5.
AVR parkeren in de binnenstad - goedkeuring
Gino Van der Vreken, raadslid, dient volgend amendement in : “15 minuten gratis parkeren uitbreiden tot 30 minuten gratis parkeren” Stemming : met 21 stemmen “neen” (CD&V en Groen) bij 12 stemmen “ja” (NVA + Vlaams Belang en Open Vld) Het amendement wordt niet aanvaard.
De gemeenteraad Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer en gelet op de wet van 20 juli 2005 dewelke de verschillende artikels betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968, wijzigt en opheft; Gelet op het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer; Gelet op het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald; Gelet op het ministerieel rondschrijven betreffende de aanvullende reglementen en de plaatsing van de verkeerstekens; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet, de uitvoeringsbesluiten, en de ministeriële omzendbrieven ter zake; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 19 maart 2003, betreffende het aanvullend verkeersreglement ‘Parkeerplan binnenstad’, aangepast met onze besluiten van 17 september 2003, 23 november 2004, 16 februari 2005, 10 juli 2007, 18 mei 2011 en 16 november 2011; Gelet op het retributiereglement dd. 18 december 2013; Overwegende dat de huidige zones voor betalend parkeren voor bezoekers vaak niet geheel duidelijk blijken te zijn; Overwegende dat de zone 1 (rode zone) voor betalend kortparkeren erg beperkt is in oppervlakte en in het aantal beschikbare plaatsen; Overwegende dat deze zone slechts parkeren toelaat voor een maximum van 1 uur;
Overwegende dat er op wandelafstand mogelijkheden zijn om maximum 2 uur en maximum 9 uur te parkeren; Overwegende dat dit voor verwarring zorgt bij gebruikers en deze verwarring kan leiden tot parkeerretributies bij het overschrijden van de maximale parkeerduur van 1 uur; Overwegende dat er in het noordelijk gedeelte van het centrum nog slechts één straat is, de Kazernestraat, die is opgenomen in een blauwe zone; Overwegende dat deze straat doodlopend is voor autoverkeer; Overwegende dat deze straat aansluit bij een rode (Justitieplein) en oranje (Franz Courtensstraat) parkeerzone; Overwegende dat voorgesteld wordt om de rode zone om te vormen tot een oranje zone; Overwegende dat de leesbaarheid en uniformiteit voor de gebruikers duidelijker zou zijn als de Kazernestraat mee wordt opgenomen in deze oranje zone; Overwegende dat betalend langparkeren in het centrum mogelijk moet zijn; Overwegende dat hiervoor geconcentreerde parkeerlocaties het meest aangewezen zijn; Overwegende dat een winkelstraat als de Oude Vest niet beschouwd wordt als een geconcentreerde parkeerlocatie en kortparkeren daar door de aanwezigheid van de diverse handelszaken aangewezen is om een sterkere turnover te hebben; Overwegende dat een gedeelte van de Oude Vest, dat aansluit bij de Papiermolenstraat momenteel nog opgenomen is in een zone voor betalend langparkeren;
Besluit: Artikel 1 Het gemeenteraadsbesluit van 19 maart 2003 met latere wijzigingen, met betrekking tot het parkeerplan binnenstad, wordt gewijzigd, waarbij de rode zone (betalend kortparkeren met max. parkeertijd van 1 uur) wordt afgeschaft en omgevormd tot een oranje zone, (betalend kortparkeren met een maximumparkeertijd van 2 uur). Bewonersvignetten worden toegelaten in de voormalige rode zone ter hoogte van het Justitieplein/Kerkstraat. Art. 2 De Kazernestraat wordt omgevormd van een blauwe zone (parkeertijd maximum 2 uur met verplicht gebruik van de Europese parkeerschijf) naar een oranje zone (betalend kortparkeren met een maximumparkeertijd van 2 uur). Art. 3 De Oude Vest, gelegen tussen de Lindanusstraat, Leopold II-laan en Sint-Jacobstraat – Bogaerdstraat wordt omgevormd van een gele zone (betalend langparkeren met maximum parkeertijd van 9 uur) tot een oranje zone (betalend kortparkeren met maximumparkeertijd van 2 uur). Bewonersvignetten voor het zuidelijk deel van het stadscentrum blijven toegelaten op dit gedeelte van de Oude Vest.
Art. 4 De in de voorgaande artikels omschreven maatregelen worden op het terrein aangeduid met de volgende signalisatie: Vervangen van de borden Ze9 met opschrift ‘betalend parkeren, max. 1 uur’ ter hoogte van de Vlasmarktbrug/Ridderstraat door borden Ze9 met opschrift ‘betalend parkeren, max. 2 uur’. Doordat bewoners hier evenmin kunnen parkeren, in tegenstelling tot de aansluitende zones voor betalend parkeren, kunnen de borden niet gewoon weggelaten worden; Verwijderen van de borden Ze9 met opschrift ‘betalend parkeren, max. 1 uur’ ter hoogte van het Justitieplein/Kerkstraat; Vervangen van het bord Ze9 (begin) met parkeerschijf in de Kazernestraat, ter hoogte van het begin van de parkeerstrook door een bord Ze9 (begin) ‘betalend parkeren, max. 2 uur’; Verwijderen eindebord Ze9 met parkeerschijf in de Kazernestraat; Verplaatsen van het bord einde Ze9 met opschrift ‘betalend parkeren, max. 9 uur’ met uitzondering voor bewoners van het kruispunt van de Oude Vest met de Dijkstraat naar het einde van de Papiermolenstraat; Verplaatsen van het bord begin Ze9 met opschrift ‘betalend parkeren, max. 9 uur’ met uitzondering voor bewoners van het kruispunt van de Oude Vest met de Sint-Jacobstraat naar het begin van de Papiermolenstraat; Plaatsen van borden begin en einde Ze9 ‘betalend parkeren, max. 2 uur’ met onderborden ‘uitgezonderd bewonersparkeren’ ter hoogte van de Oude Vest aan het kruispunt met de SintJacobstraat en Dijkstraat en aan het kruispunt met de Leopold II-laan; Verwijderen van de borden Ze9 (begin en einde) met opschrift ‘betalend parkeren, max. 9 uur’ op het kruispunt met de Oude Vest en de Leopold II-laan; De bestaande signalisatie die tegenstrijdig is met dit reglement en vergeten zou zijn in de bovenstaande opsomming zal worden verwijderd of aangepast. Art. 5 Afschrift van dit besluit wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de Afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid, Koning Albert II-laan 20, bus 2 te 1000 Brussel. Stemming: 33 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. 6.
Periodiek AVR Kerstmarkt - goedkeuring
De Gemeenteraad Gelet op het algemeen politiereglement van Dendermonde, goedgekeurd in de gemeenteraad van 6 juli 2011, bekendgemaakt en afgekondigd op 2 augustus 2011, definitief geworden op 7 augustus 2011; Overwegende dat de dienst middenstand jaarlijks een kerstmarkt in het centrum van de stad Dendermonde organiseert; Overwegende dat tengevolge van deze activiteit, het in het belang van het veilig verkeer, van de openbare orde en rust, het noodzakelijk is beperkende maatregelen te treffen inzake verkeer; Overwegende dat de verkeerssituatie zo min mogelijk wordt aangepast om verwarring bij bewoners en bezoekers van de stad te vermijden; Gelet op het advies van de lokale politie; Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer en gelet op de wet van 20 juli 2005 dewelke de verschillende artikels betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968, wijzigt en opheft; Gelet op het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald;
Gelet op het ministerieel rondschrijven betreffende de aanvullende reglementen en de plaatsing van de verkeerstekens; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet, de uitvoeringsbesluiten, en de ministeriële omzendbrieven ter zake; Gelet op de Nieuwe Gemeentewet;
Besluit: Art. 1 In het kader van de jaarlijkse kerstmarkt in het centrum van Dendermonde worden volgende tijdelijke verkeers- en ordemaatregelen van kracht: Principe – omloop Jaarlijks op de dag van de kerstmarkt heeft van 13.30 u. tot 20.00 u. een kerstmarkt plaats op de kerstkernen Grote Markt, Vlasmarkt, Heldenplein, Oude Vest en gedempte Dender. De volledige omloop omvat volgende straten: Grote Markt, deel Ridderstraat, Vlasmarkt, Brusselsestraat, Oude Vest, gedempte Dender, Justitieplein (bij grote vraag marktkramers: alsook Franz Courtensstraat). Verkeers- en ordemaatregelen: Telkens vanaf de dag voor de dag van de kerstmarkt van 08.00 u. tot de dag van de kerstmarkt om 24.00 u. wordt een zone parkeerverbod ingevoerd op de gedempte Dender over een lengte van 30 meter; Op de dag van de kerstmarkt van 11.00u. tot 23.00u. wordt een parkeerverbod en een algemeen toegangsverbod ingevoerd op de Grote Markt, Vlasmarkt, Heldenplein, Oude Vest (vanaf de Brusselsestraat tot Dijkstraat), Brusselsestraat (vanaf Molenstraat tot Vlasmarkt), Ridderstraat, Franz Courtensstraat en Kazernestraat; Op de dag van de kerstmarkt wordt op de toegangswegen naar de omloop van de kerstmarkt enkel plaatselijk verkeer toegelaten. Op de dag van de kerstmarkt van 08.00u. tot 23.00 u. wordt een parkeerverbod ingevoerd in de Lindanusstraat en wordt in deze straat tweerichtingsverkeer toegelaten. Dit is ook het geval tijdens de wekelijkse markt op maandag. Dezelfde maatregel wordt ingevoerd in de Sint-Jorisgilde en Sint-Rochusstraat; Art. 2 Het gebruik van de omloop zoals beschreven in artikel 1 is op de dag van de kerstmarkt tussen 11.00 u. en 23.00 u. slechts toegelaten voor de voertuigen van politie en de hulpdiensten indien hun dringende opdracht het rechtvaardigt, alsmede dringend opgeroepen geneesheren en veeartsen. Art. 3 De verkeers- en ordemaatregelen beschreven in artikel 1 zullen aangeduid worden met parkeerverbodsborden op de vernoemde locaties waar een parkeerverbod van toepassing is, C3 op de vernoemde locaties waar algemeen toegangsverbod van toepassing is, C3 + onderbord “uitgezonderd plaatselijk verkeer” ter hoogte van alle toegangswegen waar enkel plaatselijk verkeer wordt toegelaten. In de Lindanusstraat, Sint-Jorisgilde en Sint-Rochusstraat wordt een parkeerverbod ingevoerd en worden de borden F19 en C1 afgedekt zodoende er tweerichtingsverkeer mogelijk is. Art. 4 Het wegtakelen van eventueel geparkeerde voertuigen met afwezige bestuurder op een vergunde parkeerverboden plaats, zal gebeuren op kosten van de bestuurder en op risico van de bestuurder en/of de burgerlijk aansprakelijke persoon, behalve wanneer bedoelde personen kunnen aantonen dat ze van de ingestelde reglementering niet op de hoogte konden zijn. Art. 5
Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 7.1.12. van het algemeen politiereglement zullen worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR (overlast) en/of 120 EUR (veiligheidsaspect). Art. 6 Onderhavig besluit is na plaatsing van de nodige signalisatie onmiddellijk verplichtend. Art. 7 de bewoners van bovenvermelde straten zullen via een bewonersbrief geïnformeerd worden over het tijdstip van de kerstmarkt en de plaatsen van verboden parkeren en/of verkeer; Art. 8 Afschrift van dit besluit zal worden toegestuurd aan: de Afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid, Koning Albert II-laan 20, bus 2 te 1000 Brussel. de hoofdgriffier van de politierechtbank te Dendermonde; de hoofdgriffier van de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde; de zonechef van de lokale politie; De Lijn Oost-Vlaanderen; Dienst middenstand; Dienst mobiliteit; Informatiedienst.
Stemming: 33 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. INFRASTRUCTUUR - GEBOUWEN 7.
Stadhuis met belfort. Restauratie en museale inrichting in het kader van de herdenking '100 jaar Groote Oorlog' - goedkeuring uitvoeringsdossier 'restauratie en technische uitrusting'
De gemeenteraad, Gelet op het gemeenteraadsbesluit d.d. 15 maart 2006 waarbij de gemeenteraad principieel akkoord gaat om de ruimtes binnen het belfort te benutten voor een permanente tentoonstelling rond de geschiedenis van het stadhuis, het belfort en de beiaard; Gelet op het gemeenteraadsbesluit d.d. 16 maart 2011 waarbij de gemeenteraad principieel akkoord gaat met het restaureren en herinrichten van het belfort en een deel van het stadhuis tot evocatieve ruimtes rond de thema’s ‘geschiedenis van het stadhuis, het belfort en de beiaard en de verwoesting van de stad en omgeving tijdens de eerste wereldoorlog’. Gelet op bovenvermeld besluit waarbij het college van burgemeester en schepenen gemachtigd wordt een studiebureau aan te stellen door toepassing van de algemene offerteaanvraag; Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen d.d. 6 juni 2011 waarbij de opdracht wordt gegund aan de enige bieder, zijnde Erfgoed & Visie bvba, Turnhoutsebaan 91 te 2390 Oostmalle, tegen het voorlopig becijferd bedrag van 166.779 EUR excl. btw (201.802,59 EUR incl. 21 % btw) (achteraf te berekenen op de eindafrekening der werken); Gelet op bovenvermeld besluit waarbij het dossier restauratie en museale inrichting in het kader van de herdenking ‘100 jaar Groote Oorlog in Dendermonde’ op basis van de inschrijving van Erfgoed & Visie bvba geraamd wordt op 1.290.700 EUR excl. btw (1.561.747 EUR incl. btw); Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen d.d. 6 februari 2012 waarbij het voorontwerpdossier betreffende de restauratie en museale inrichting wordt goedgekeurd;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit d.d. 12 december 2012 waarbij door de gemeenteraad het restauratiedossier wordt goedgekeurd met een raming: 788.208,77 EUR excl. btw (953.732,61 EUR incl. btw); Overwegende dat heden ook het uitvoeringsdossier ‘de museale inrichting’ van de lakenhal, het belfort en het toeristisch onthaal van het stadhuis werd opgemaakt door de ontwerper, Erfgoed & Visie, Turnhoutsebaan 91 te 2390 Oostmalle, met een raming van 334.210 EUR excl. btw (404.394,10 EUR incl. btw) aan de gemeenteraad ter goedkeuring wordt voorgelegd; Gelet op de nota d.d. 26 november 2013 van het diensthoofd gebouwen; Overwegende dat het uitvoeringsdossier ‘restauratie en technische uitrusting’ van de lakenhal, het belfort en het toeristisch onthaal van het stadhuis werd opgemaakt door de ontwerper, Erfgoed & Visie, Turnhoutsebaan 91 te 2390 Oostmalle; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 1.233.080,30 EUR excl. btw (1.492.027,16 EUR incl. btw); Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van open aanbesteding Gelet op het financieel advies d.d. 27 november 2013 van de financieel beheerder waarbij wordt meegedeeld dat: - In de voorstellen voor de opmaak van de meerjarenplanning en het budget 2014 een verbintenissenkrediet werd opgenomen van 1.582.426 EUR en een transactiekrediet van 450.991 EUR; - De uitvoering van de werken wordt geraamd op 1.492.027,16 EUR incl. btw voor de restauratie en technische uitrusting en op 404.394,10 EUR incl. btw voor de museale inrichting, zijnde een totaal van 1.896.421,26 EUR - Het voorziene verbintenissenkrediet ontoereikend is en een aanpassing van de meerjarenplanning zich opdringt; Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 24; Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit van 2 juni 2013 tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 en van de koninklijke uitvoeringsbesluiten ervan; Gelet op alle latere aanvullingen op voormelde besluiten, geldig op datum van bekendmaking; Gelet op de Nieuwe Gemeentewet, Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet, de uitvoeringsbesluiten en de ministeriële omzendbrieven ter zake; Gelet op het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op het decreet van 15 juli 2002 houdende wijziging van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op de omzendbrief BA 2002/12 van 27 september 2002 houdende wijziging aan het decreet van 28 april 1993 door het decreet van 15 juli 2002 houdende het administratief toezicht op de gemeenten en de politiezones;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 2 juni 2006 tot opheffing van bepaalde artikelen van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten;
Besluit: Art. 1 Goedkeuring wordt verleend aan het uitvoeringsdossier en de raming voor ‘de restauratie en technische uitrusting’ van de lakenhal, het belfort en het toeristisch onthaal van het stadhuis in het kader van de herdenking ‘100 jaar Groote Oorlog in Dendermonde. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt: 1.233.080,30 EUR excl. btw (btw te voldoen door medecontractant). Art. 2 Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van open aanbesteding. Art. 3 De uitgave voor deze opdracht is opgenomen in de budgetvoorstellen 2014. Het voorziene verbintenissenkrediet is ontoereikend en dient aangepast te worden. Art. 4 Afschrift van dit besluit zal ter kennisgeving worden overhandigd aan de financieel beheerder. Stemming: 33 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. 8.
Stadhuis met belfort. Restauratie en museale inrichting in het kader van de herdenking '100 jaar Groote Oorlog' - goedkeuring uitvoeringsdossier 'museale inrichting'
De gemeenteraad, Gelet op het gemeenteraadsbesluit d.d. 15 maart 2006 waarbij de gemeenteraad principieel akkoord gaat om de ruimtes binnen het belfort te benutten voor een permanente tentoonstelling rond de geschiedenis van het stadhuis, het belfort en de beiaard; Gelet op het gemeenteraadsbesluit d.d. 16 maart 2011 waarbij de gemeenteraad principieel akkoord gaat met het restaureren en herinrichten van het belfort en een deel van het stadhuis tot evocatieve ruimtes rond de thema’s ‘geschiedenis van het stadhuis, het belfort en de beiaard en de verwoesting van de stad en omgeving tijdens de eerste wereldoorlog’. Gelet op bovenvermeld besluit waarbij het college van burgemeester en schepenen gemachtigd wordt een studiebureau aan te stellen door toepassing van de algemene offerteaanvraag; Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen d.d. 6 juni 2011 waarbij de opdracht wordt gegund aan de enige bieder, zijnde Erfgoed & Visie bvba, Turnhoutsebaan 91 te 2390 Oostmalle, tegen het voorlopig becijferd bedrag van 166.779 EUR excl. btw (201.802,59 EUR incl. 21 % btw) (achteraf te berekenen op de eindafrekening der werken); Gelet op bovenvermeld besluit waarbij het dossier restauratie en museale inrichting in het kader van de herdenking ‘100 jaar Groote Oorlog in Dendermonde’ op basis van de inschrijving van Erfgoed & Visie bvba geraamd wordt op 1.290.700 EUR excl. btw (1.561.747 EUR incl. btw); Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen d.d. 6 februari 2012 waarbij het voorontwerpdossier betreffende de restauratie en museale inrichting wordt goedgekeurd; Gelet op het gemeenteraadsbesluit d.d. 12 december 2012 waarbij door de gemeenteraad het restauratiedossier wordt goedgekeurd met een raming: 788.208,77 EUR excl. btw (953.732,61 EUR incl. btw); Overwegende dat heden ook het uitvoeringsdossier ‘restauratie en technische uitrusting’ van de lakenhal, het belfort en het toeristisch onthaal van het stadhuis werd opgemaakt door de ontwerper,
Erfgoed & Visie, Turnhoutsebaan 91 te 2390 Oostmalle, met een raming van 1.233,080,30 EUR excl. btw (1.492.027,16 EUR incl. btw) aan de gemeenteraad ter goedkeuring wordt voorgelegd; Gelet op de nota d.d. 26 november 2013 van het diensthoofd gebouwen; Overwegende dat het uitvoeringsdossier ‘museale inrichting’ van de lakenhal, het belfort en het toeristisch onthaal van het stadhuis werd opgemaakt door de ontwerper, Erfgoed & Visie, Turnhoutsebaan 91 te 2390 Oostmalle; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 334.210 EUR excl. btw (404.394,10 EUR incl. btw); Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij open offerteaanvraag; Gelet op het financieel advies d.d. 27 november 2013 van de financieel beheerder waarbij wordt meegedeeld dat: - In de voorstellen voor de opmaak van de meerjarenplanning en het budget 2014 een verbintenissenkrediet werd opgenomen van 1.582.426 EUR en een transactiekrediet van 450.991 EUR; - De uitvoering van de werken wordt geraamd op 1.492.027,16 EUR incl. btw voor de restauratie en technische uitrusting en op 404.394,10 EUR incl. btw voor de museale inrichting, zijnde een totaal van 1.896.421,26 EUR - Het voorziene verbintenissenkrediet ontoereikend is en een aanpassing van de meerjarenplanning zich opdringt; Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 25; Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2; Gelet op het koninklijk besluit van 2 juni 2013 tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 en van de koninklijke uitvoeringsbesluiten ervan; Gelet op alle latere aanvullingen op voormelde besluiten, geldig op datum van bekendmaking; Gelet op de Nieuwe Gemeentewet, Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet, de uitvoeringsbesluiten en de ministeriële omzendbrieven ter zake; Gelet op het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op het decreet van 15 juli 2002 houdende wijziging van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op de omzendbrief BA 2002/12 van 27 september 2002 houdende wijziging aan het decreet van 28 april 1993 door het decreet van 15 juli 2002 houdende het administratief toezicht op de gemeenten en de politiezones; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 2 juni 2006 tot opheffing van bepaalde artikelen van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten;
Besluit:
Art. 1 Goedkeuring wordt verleend aan het uitvoeringsdossier en de raming voor ‘de museale inrichting’ van de lakenhal, het belfort en het toeristisch onthaal van het stadhuis in het kader van de herdenking ‘100 jaar Groote Oorlog in Dendermonde. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraag: 334.210 EUR excl. btw (btw te voldoen door medecontractant). Art. 2 Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van open offerteaanvraag. Art. 3 De uitgave voor deze opdracht is opgenomen in de budgetvoorstellen 2014. Het voorziene verbintenissenkrediet is ontoereikend en dient aangepast te worden. Art. 4 Afschrift van dit besluit zal ter kennisgeving worden overhandigd aan de financieel beheerder. Stemming: 33 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. 9.
Herinrichting van het voormalig OCMW restaurant (sociaal restaurant ’t VORK) ten bate van de jeugddienst - goedkeuring lastenboek en gunningsvoorwaarden
De gemeenteraad, Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op het gemeenteraadsbesluit d.d. 18 januari 2012 waarbij de gemeenteraad akkoord gaat om allerlei studieopdrachten voor het renoveren, verbouwen en uitbreiden van stadsgebouwen toe te wijzen aan een studiebureau binnen een raamovereenkomst en het bestek goedkeurt van de meervoudige studieopdracht (cluster nr. 3); Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 4 juni 2012 betreffende de goedkeuring van de gunning van de opdracht “Studieopdrachten op afroep 2012 (cluster nr. 3)” aan TV Ontwerpatelier Bert Gebruers-Peter Jannes-A20 Architecten cvba, Koning Boudewijnlaan 5 te 2250 OLEN tegen de ereloonpercentages vermeld in de offerte van deze inschrijver; Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen d.d. 5 augustus 2013 waarbij de studieopdracht voor de herinrichting van het voormalig OCMW restaurant (sociaal restaurant ’t VORK) ten bate van de jeugddienst en het opvoedingspunt Opdracht wordt gegund aan TV Ontwerpatelier Bert Gebruers-Peter Jannes-A20 Architecten cvba uit OLEN tegen het voorlopig becijferd bedrag van 6.750 EUR excl. btw (achteraf te berekenen tegen 9 % op de eindafrekening der werken); Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen d.d. 26 augustus 2013 waarbij het voorontwerp wordt goedgekeurd met een raming van 71.663,38 EUR excl. btw (btw te voldoen door medecontractant); Gelet op de nota d.d. 20 november 2013 van de bouwkundig adviseur van de dienst gebouwen; Overwegende dat de jeugddient momenteel gelokaliseerd is in het stadhuis; Overwegende dat door de geplande werken in het stadhuis in het kader van het project ‘100 jaar Groote Oorlog’ de jeugddienst moet verhuizen; Overwegende dat in het kader van deze opdracht een bestek met nr. 1057 werd opgesteld door de ontwerper, TV Ontwerpatelier Bert Gebruers-Peter Jannes-A20 Architecten cvba, Koning Boudewijnlaan 5 te 2250 OLEN; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 71.663,38 EUR excl. btw (btw te voldoen door medecontractant); Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking;
Gelet op het financieel advies d.d. 27 november 2013 financieel beheerder waarbij wordt meegedeeld dat de uitgave voor deze opdracht is opgenomen in de budgetvoorstellen 2014; Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, § 1, 1° a (limiet van 85.000,00 EUR excl. btw niet bereikt); Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 105; Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2; Gelet op het koninklijk besluit van 2 juni 2013 tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 en van de koninklijke uitvoeringsbesluiten ervan; Gelet op alle latere aanvullingen op voormelde besluiten, geldig op datum van bekendmaking; Gelet op de Nieuwe Gemeentewet, Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet, de uitvoeringsbesluiten en de ministeriële omzendbrieven ter zake; Gelet op het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op het decreet van 15 juli 2002 houdende wijziging van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op de omzendbrief BA 2002/12 van 27 september 2002 houdende wijziging aan het decreet van 28 april 1993 door het decreet van 15 juli 2002 houdende het administratief toezicht op de gemeenten en de politiezones; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 2 juni 2006 tot opheffing van bepaalde artikelen van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten;
Besluit: Art. 1 Goedkeuring wordt verleend aan het bestek met nr. 1057 en de raming voor de opdracht “De herinrichting van het voormalig OCMW restaurant (sociaal restaurant ’t VORK) ten bate van de jeugddienst”, opgesteld door de ontwerper, TV Ontwerpatelier Bert Gebruers-Peter Jannes-A20 Architecten cvba, Koning Boudewijnlaan 5 te 2250 OLEN. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt 71.663,38 EUR excl. btw (btw te voldoen door medecontractant). Art 2 Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Art 3 De uitgave voor deze opdracht is opgenomen in de budgetvoorstellen 2014. Art 4 Afschrift van dit besluit zal ter kennisgeving worden overhandigd aan de financieel beheerder.
INFRASTRUCTUUR - GROENBELEID EN LANDBOUW 10. Uitvoeren van werken op afroep - natuurbeheer en landschapsherstel 2014 - goedkeuring lastvoorwaarden, raming, bestek en gunningswijze De gemeenteraad, Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Overwegende dat in het kader van de opdracht “Uitvoeren van werken op afroep - natuurbeheer en landschapsherstel 2014” een bestek met nr. 2014.01 werd opgesteld door de AI - dienst groenbeleid en landbouw; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 135.000,00 EUR excl. btw of 163.350,00 EUR incl. 21% btw; Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de open aanbesteding; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht zal voorzien worden in de budgetten van 2014, op budgetcode 6110600/068000 van de gewone dienst; Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 24; Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2; Gelet op het koninklijk besluit van 2 juni 2013 tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 en van de koninklijke uitvoeringsbesluiten ervan; Gelet op alle latere aanvullingen op voormelde besluiten, geldig op datum van bekendmaking; Gelet op de Nieuwe Gemeentewet, Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet, de uitvoeringsbesluiten en de ministeriële omzendbrieven ter zake; Gelet op het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op het decreet van 15 juli 2002 houdende wijziging van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op de omzendbrief BA 2002/12 van 27 september 2002 houdende wijziging aan het decreet van 28 april 1993 door het decreet van 15 juli 2002 houdende het administratief toezicht op de gemeenten en de politiezones; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 2 juni 2006 tot opheffing van bepaalde artikelen van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten;
Besluit: Art 1
Goedkeuring wordt verleend aan het bestek met nr. 2014.01 en de raming voor de opdracht “Uitvoeren van werken op afroep - natuurbeheer en landschapsherstel 2014”, opgesteld door de AI - dienst groenbeleid en landbouw. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt 135.000,00 EUR excl. btw of 163.350,00 EUR incl. 21% btw. Art 2 Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de open aanbesteding. Art 3 In toepassing van artikel 22 van de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten is de opdracht voorbehouden aan sociale werkplaatsen. Art 4 Het standaard publicatieformulier wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal niveau. Art 5 De uitgave voor deze opdracht zal voorzien worden in de budgetten van 2014, op budgetcode 6110600/068000 van de gewone dienst. Art 6 Afschrift van dit besluit zal ter kennisgeving worden overhandigd aan de financieel beheerder. Stemming: 32 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. 11. Onderhoud groenobjecten sector Dendermonde 2014 - goedkeuring lastvoorwaarden, raming en bestek De gemeenteraad, Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Overwegende dat in het kader van de opdracht “Onderhoud groenobjecten sector Dendermonde 2014” een bestek met nr. 2014.04 werd opgesteld door de AI - dienst groenbeleid en landbouw; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 118.388,73 EUR excl. btw of 143.250,36 EUR incl. 21% btw per jaar en circa 473.466,92 EUR excl. btw of circa 572.894,97 EUR incl. 21% btw voor een periode van 4 jaar; Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de open aanbesteding; Overwegende dat deze raming de limieten van de Europese bekendmaking overschrijdt; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht zal voorzien worden in het gewone budget van 2014 op budgetcode 6110600/068000 en bij eventuele verlenging van de opdracht in het gewone budget van de volgende drie dienstjaren (2015-2016-2017) op dezelfde budgetcode; Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 24; Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2;
Gelet op het koninklijk besluit van 2 juni 2013 tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 en van de koninklijke uitvoeringsbesluiten ervan; Gelet op alle latere aanvullingen op voormelde besluiten, geldig op datum van bekendmaking; Gelet op de Nieuwe Gemeentewet, Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet, de uitvoeringsbesluiten en de ministeriële omzendbrieven ter zake; Gelet op het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op het decreet van 15 juli 2002 houdende wijziging van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op de omzendbrief BA 2002/12 van 27 september 2002 houdende wijziging aan het decreet van 28 april 1993 door het decreet van 15 juli 2002 houdende het administratief toezicht op de gemeenten en de politiezones; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 2 juni 2006 tot opheffing van bepaalde artikelen van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Besluit: Art 1 Goedkeuring wordt verleend aan het bestek met nr. 2014.04 en de raming voor de opdracht “Onderhoud groenobjecten sector Dendermonde 2014”, opgesteld door de AI - dienst groenbeleid en landbouw. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt 118.388,73 EUR excl. btw of 143.250,36 EUR incl. 21% btw per jaar en circa 473.466,92 EUR excl. btw of circa 572.894,97 EUR incl. 21% btw voor een periode van 4 jaar. Art 2 Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de open aanbesteding. Art 3 De opdracht zal Europees bekend gemaakt worden. Art 4 Het standaard publicatieformulier wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal en Europees niveau. Art 5 De uitgave voor deze opdracht zal voorzien worden in het gewone budget van 2014 op budgetcode 6110600/068000 en bij eventuele verlenging van de opdracht in het gewone budget van de volgende drie dienstjaren (2015-2016-2017) op dezelfde budgetcode. Art 6 Afschrift van dit besluit zal ter kennisgeving worden overhandigd aan de financieel beheerder. Stemming: 33 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. PATRIMONIUM 12. Erfpachtovereenkomst voor een cabinelokaal gelegen Leopold II-laan te Dendermonde goedkeuring De gemeenteraad Gelet op het collegebesluit van 30 juni 2008 waarbij het college toestemming verleent aan de cvba Ganzevelt om de bestaande cabine gelegen op stadseigendom langsheen de Leopold II-laan te Dendermonde, te vervangen en uit te breiden en een overcapaciteit te voorzien (voor eventuele latere stroomvoorziening voor de brandweerkazerne) en waarbij de vermelde cvba dient in te staan voor de nodige stedenbouwkundige aanvragen en de financiering;
Gelet op de brief van 7 november 2013 van c/o – Imewo – Intergem, Heistraat 88 te 9100 Sint-Niklaas met de vraag een erfpachtovereenkomst af te sluiten m.b.t. een gebouw dat zal ingericht worden als gasen elektriciteitscabine met een oppervlakte van 33,48 m² gelegen langsheen de Leopold II-laan te e Dendermonde en kadastraal gekend als 1 afd. Sie D nummer 813W; Overwegende dat de hieraan verbonden kosten (opmaken opmetingsplan, aktekosten,….) ten laste worden genomen door de erfpachter; Gelet op het ontwerp van erfpachtovereenkomst als bijlage; Overwegende dat Intergem voorstelt: - Het erfpachtrecht te verlenen voor een termijn van 99 jaar welke ingaat op de datum van ondertekening van de notariële akte - Het erfpachtrecht toe te staan mits een éénmalige vergoeding van 99 EUR te betalen door de erfpachter aan de erfpachtgever bij de ondertekening van de authentieke akte - Dat de stad Dendermonde verzaakt aan het recht van natrekking op de uitrusting; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet, de uitvoeringsbesluiten en de ministeriële omzendbrieven ter zake; Besluit: Art. 1 De gemeenteraad gaat akkoord met het afsluiten van een erfpachtovereenkomst met c/o – Imewo – Intergem, Heistraat 88 te 9100 Sint-Niklaas betreffende . een gebouw dat zal ingericht worden als gasen elektriciteitscabine met een oppervlakte van 33,48 m² gelegen langsheen de Leopold II-laan te e Dendermonde en kadastraal gekend als 1 afd. Sie D nummer 813W. Art. 2 De in artikel 1 vermelde erfpachtovereenkomst wordt afgesloten: voor een termijn van 99 jaar welke ingaat op de datum van ondertekening van de notariële akte - mits een éénmalige vergoeding van 99 EUR te betalen door de erfpachter aan de erfpachtgever bij de ondertekening van de authentieke akte - op voorwaarde dat alle hieraan verbonden kosten (opmaken opmetingsplan, aktekosten,…) ten laste worden genomen door de erfpachter; - onder de andere voorwaarden vermeld in het ontwerp van erfpachtovereenkomst als bijlage BIBLIOTHEEK 13. Convenant Vlaamse Overheid gevangenisbibliotheek - goedkeuring De gemeenteraad
Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet, de uitvoeringsbesluiten, en de ministeriële omzendbrieven ter zake; Gelet op het decreet lokaal cultuurbeleid van 6 juli 2012 ter vervanging van het decreet van 13 juli 2001 houdende het stimuleren van een kwalitatief en integraal lokaal cultuurbeleid en zijn uitvoeringsbesluiten; Gelet op het decreet van 18 januari 2008, houdende flankerende en stimulerende maatregelen ter bevordering van de participatie in cultuur, jeugdwerk en sport, hierna “participatiedecreet” genoemd, meer bepaald art. 18 , alsmede de uitvoeringsbesluiten; Gelet op de aanwezigheid van een gevangenis op het grondgebied van de stad Dendermonde; Gelet op het positief advies van de Raad van beheer van de Stedelijke Bibliotheek van 30.10.2013; Overwegende dat het tot de taak van de openbare bibliotheken behoort tegemoet te komen aan de behoeften van ontspanning, vorming en informatie van alle personen in haar werkingsgebied en in het bijzonder ook van kansengroepen; Overwegende dat de stad in kader van het participatiedecreet reeds in de gemeenteraadszitting van 17 maart 2010 een convenant met de Vlaamse Overheid heeft afgesloten dat tot eind 2013 een subsidie van 20.000 euro voorziet voor de uitbreiding van de reguliere bibliotheekwerking tot de gevangenis; Overwegende dat zowel de Vlaamse Overheid, de provincie Oost-Vlaanderen, als de Dendermondse gevangenisdirectie zich bereid hebben verklaard samen te werken met de Stedelijke Openbare
Bibliotheek van Dendermonde en de ingeslagen weg van de vorige convenant te verlengen in een nieuwe convenant; Overwegende dat de Provincie Oost-Vlaanderen aan de Dendermondse gevangenis een extra subsidie zal uitkeren van 5.000 euro per jaar indien de stad met de Vlaamse Overheid de huidige convenant zal verlengen; Besluit: Art. 1 De gemeenteraad keurt het document in bijlage, genoemd “Convenant tussen de Vlaamse overheid en de stad Dendermonde, met betrekking tot de bibliotheekwerking in de gevangenis van Dendermonde in het kader van het participatiedecreet”, goed. Art. 2 Afschrift van dit besluit zal toegezonden worden aan de Vlaamse overheid, de provincie OostVlaanderen, de Dendermondse gevangenisdirectie en de Stedelijke Openbare Bibliotheek. Stemming: 33 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. BRANDWEER 14. Brandweerzone Oost - Overeenkomst zonale uitrukprocedure in het kader van de snelste adequate hulp - goedkeuring De gemeenteraad Gelet op de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele veiligheid; Gelet op van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid in het bijzonder art 2, Art. 119 en artikel 221; Gelet op de ministeriële omzendbrief van 3 juni 2013 betreffende de organisatie van de hulpverlening volgens het principe van de snelste adequate hulp; Gelet op de ministeriële omzendbrief OPCOM 2006/1 van 7 juli 2006 betreffende het gebruik van gespreksgroepen en het nummeringplan ASTRID; Overwegende dat deze omzendbrief stelt dat de systematische dubbele uitruk van twee brandweerkorpsen maximaal moet vermeden worden; Overwegende dat veel delen van het grondgebied waarop de snelle en adequate hulp van toepassing is op verdere afstand van de posten gelegen is en verkeersdrukte, weersomstandigheden, type van de te gebruiken wegen, e.a. een invloed kunnen hebben, Gelet op het Koninklijk Besluit van 2 februari 2009 tot vaststelling van de territoriale afbakening van de hulpverleningszones; Gelet op het besluit van de gemeenteraad in zitting van 16 november 2011 waarbij de ondertekening van de overeenkomst omtrent de operationale prezone werd goedgekeurd; Gelet op op het Koninklijk Besluit van 10 november 2012 tot vaststelling van de minimale voorwaarden van de snelst adequate hulp; Wordt overeengekomen als volgt: Voorwerp van de overeenkomst. Artikel 1. Deze overeenkomst heeft als doel de afspraken in het kader van de snelste adequate hulp tussen de gemeente met de snelste brandweerdienst en de gemeente met de territoriaal bevoegde brandweerdienst vast te leggen. Definities en toepassingsgebied
Artikel 2. De snelste dienst is de brandweerdienst die voor specifieke geografische entiteit, op basis van de software van de 100-centrale van de provincie waar de territoriaal bevoegde brandweerdienst deel van uit maakt, aangeduid werd als brandweerdienst die het snelst op de plaats van de interventie kan zijn. De territoriaal bevoegde dienst is de brandweerdienst die voor een geografische entiteit als verantwoordelijke brandweerdienst aangeduid werd overeenkomstig de wet van 31 december 1963. Artikel 3. Deze overeenkomst is van toepassing op alle interventies zoals vermeld in de ministeriële omzendbrief van 9 augustus 2007, met uitzondering van de interventies in het kader van de dringende medische hulpverlening, en waarbij de snelste brandweerdienst niet dezelfde is als diegene die de territoriaal bevoegde brandweerdienst is. De post die door het hulpcentrum 100 in het kader van de snelste adequate hulp aangewezen wordt als snelste post organiseert zich dermate dat binnen de 2 minuten, voor een post met een permanente bezetting, en conform het aangegane arrangement voor een post zonder permanente bezetting, na alarmering een adequaat voertuig kan vertrekken. Afhankelijk van eventuele bijkomende informatie kan de snelste post meer middelen sturen na overleg met de bevoegde post. Artikel 4. De zonale uitrukprocedure, in het kader van de wettelijk verplichte snelste adequate hulpverlening, moet garant staan voor een degelijke toekomstgerichte operationele zonale samenwerking. Deze procedure wordt beschouwd als onderrichting van de burgemeester aan de betreffende officierdienstchef conform artikel 2 van het organiek reglement. Elke officier- dienstchef in de hulpverleningszone OOST verbindt zich ertoe om deze uitrukprocedure correct uit te voeren . Wanneer het blijkt dat de tijdsverschillen tussen de snelste en bevoegde post van die aard zijn dat het nodig om is om de uitrukprocedures opgenomen in artikel 8 aan te passen ten behoeve van de veiligheid van de burgers en de hulpverleners dan dienen hiertoe de nodige afspraken gemaakt te worden tussen de diverse korpsen / posten en hun gemeentebesturen. Het hulpcentrum 100 zal hiervan eveneens ingelicht worden. Informatie-uitwisseling Artikel 5. De partijen verbinden zich ertoe de uitwisseling van informatie tussen de snelste brandweerdienst en de territoriaal bevoegde brandweerdienst, zoals bepaald in de omzendbrief van 1 februari 2008, te bewerkstelligen en op regelmatige basis te actualiseren. Zo zal het territoriaal bevoegde korps het snelste korps minimaal een exemplaar bezorgen van de beschikbare voorafgaandelijke interventiedossiers van de aanwezige bedrijven, instellingen en risico’s in het desbetreffende gebied waar er gezamenlijke tussenkomsten kunnen zijn in het kader van de snelle adequate hulp. Inzake het gebruik van sleutelkluizen dienen tussen het snelste en bevoegde korps de nodige afspraken gemaakt te worden. Deze afspraken worden opgenomen in een bijlage aan deze overeenkomst. Alle mogelijke verkeershinder, omleidingen, evenementen, enz… worden door de bevoegde gemeentebesturen periodiek en dit minimaal wekelijks overgemaakt aan al de mogelijke posten waarmee er een samenwerking is in het kader van de SAH en dit via de vooraf afgesproken communicatiemiddelen. De stratenplannen met alle nuttige informatie (bv. hydranten) van de diverse gemeenten worden aan elkaar overgemaakt, alsook zal men bij iedere wijziging, uitbreiding onmiddellijk de nodige aanpassingen bezorgen.
Artikel 6. De snelste brandweerdienst neemt bij het vertrekken onmiddellijk contact op met de territoriaal bevoegde brandweerdienst, om te melden welke de daadwerkelijk uitgestuurde middelen zijn, zodat de territoriaal bevoegde brandweerdienst eventueel het vertrek van zijn middelen kan aanpassen.(materieel dat niet bij de snelste post aanwezig of beschikbaar is. (vb; tankwagen, ladderwagen, hoogtewerker…)) Dit contact verloopt via de radiogroep van de territoriaal bevoegde brandweerdienst (gericht op de interzonale afspraken). Minimaal wordt bij dit radiocontact het volgende meegedeeld: 1. op het exacte ogenblik van vertrek: welke middelen uitgestuurd werden, wanneer men precies is vertrokken en welke de graad is van de leider van de operaties; 2. op het ogenblik van aankomst op de plaats van de interventie; een korte omschrijving van de omstandigheden die toelaat een beeld van de interventie te krijgen; 3. op het einde van de verkenning door de leider van de operaties van de eerst aangekomen brandweerdienst: een bondige beschrijving van de aard van de interventie De radiokamer van de opgeroepen post zal steeds bemand zijn. Enkel de bevelvoerende overste van de betreffende post kan beslissen om van deze regel af te wijken. Na bemanning van de radiokamer zal de hoogste in rang die nog niet is uitgerukt zich ervan vergewissen hoeveel en welke manschappen er ter beschikking zijn in de kazerne en hoeveel manschappen de post nog ter beschikking heeft om gevolg te kunnen geven aan volgende oproepen en/of vraag tot versterkingen (deze laatste zijn de manschappen welke nog niet opgeroepen zijn, doch wel beschikbaar zijn). Men zal melding maken aan het HC 100 indien men onvoldoende materiaal of personeel ter beschikking heeft om gevolg te geven aan bijkomende oproepen. Uitruk / ingezette middelen Artikel 7. De partijen verbinden zich ertoe voor de interventies waarop deze overeenkomst van toepassing is, als snelste brandweerdienst, steeds een multifunctionele autopomp of een gelijkwaardige inzet met in totaal een minimum van 6 personen ter plaatse te sturen. De territoriaal bevoegde post stuurt enkel de aanvullende middelen noodzakelijk voor de desbetreffende interventie. Bij uitruk van een post gebeurt dat steeds met minstens een onderofficier of korporaal met brevet sergeant als bevelvoerder. In geval het, door omstandigheden, niet mogelijk is de hierboven vermelde middelen en personeel te leveren, verbinden de partijen zich ertoe onmiddellijk de desbetreffende post op de hoogte te stellen zodat de ontbrekende adequate middelen onverwijld vanuit de territoriaal bevoegde post of andere posten kunnen worden uitgestuurd. Afhankelijk van bijkomende informatie, de situatie ter plaatse of vooraf gemaakte afspraken in functie van de risico’s of de risicoanalyse kan de snelste post andere middelen ter plaatse sturen na overleg met de bevoegde post. Kosten Artikel 8. De partijen verbinden zich er toe elkaar wederzijds en kosteloos volgens de bepalingen van de overeenkomst en in overeenstemming met hun mogelijkheden de wettelijk verplichte bijstand te leveren in het kader van de snelle en adequate hulpverlening, dit met uitzondering van de verbruiksgoederen. Aan de gemeente die de wettelijk verplichte bijstand heeft verleend worden de verbruiksgoederen ingezet bij de tussenkomst (absorberende producten, blusschuim, detergenten,…) zo snel als mogelijk vergoed, vervangen of aangevuld door de gemeente van de territoriaal bevoegde brandweerdienst,
behoudens in die gevallen waarbij de verbruiksgoederen kunnen worden vervangen uit de zonale voorraad of vergoed uit of aangekocht via het zonaal budget van de bevoegde zone. Artikel 9. De gemeente die de bijstand verleent, kan de kosten voortvloeiende uit ongevallen, overkomen aan brandweerpersoneel of aan materieel naar aanleiding van de bijstandsverlening, niet verhalen op de gemeente van de territoriaal bevoegde brandweerdienst. Leiding / samenwerking: Artikel 10: De leider van de operaties is de aanwezige officier / onderofficier met de hoogste graad volgens de wettelijke bepalingen dit ongeacht hij behoort tot de snelste of bevoegde post. Gelet op de kennis van het terrein of de locatie kan het aangewezen zijn het bevel samen te voeren met de bevelvoerder van het territoriaal bevoegde korps of het bevel over te dragen. Artikel 11: Op de interventieplaats zal er in een positieve en collegiale sfeer worden samengewerkt door alle manschappen ongeacht hun graad. Inwerkingtreding, duur en opzegmogelijkheden van de overeenkomst.
Artikel 12. Deze overeenkomst treedt in werking op de dag van de ondertekening door beide partijen en wordt afgesloten tot de inwerkingtreding van artikel 220 van de wet van 15 mei 2007. Elke partij kan deze overeenkomst opzeggen via aangetekend brief met ontvangstmelding gericht aan de andere partij en mits het respecteren van een opzegtermijn van 3 maanden. De opzegtermijn vangt aan de eerste dag van de maand volgend op de datum van ontvangst van de aangetekend brief.
Artikel 13. Een afschrift van deze overeenkomst zal ter informatie overgemaakt worden aan de -
de Minister van Binnenlandse Zaken de Gouverneur van de provincie Oost-Vlaanderen de zoneraad van de zone OOST de Technische commissie van de zone OOST de bevoegde 100/112 centrale
Opgemaakt in 7 exemplaren, waarbij elke partij een origineel heeft
ontvangen, te….…………………op …./ …./ 2013.
Namens de stad Dendermonde, Elke De Man, De gemeentesecretaris,
Piet Buyse, De burgemeester,
…………………………
………………………
Namens de gemeente Berlare, Frank Lippens, De gemeentesecretaris,
Katja Gabriëls, De burgemeester,
…………………………
………………………
Namens de gemeente Buggenhout, Bart Biesemans, De gemeentesecretaris,
Tom Van Herreweghe , De burgemeester,
…………………………
………………………
Namens de gemeente Hamme, André Reuse, De gemeentesecretaris,
Herman Vijt, De burgemeester,
…………………………
………………………
Namens de gemeente Lebbeke, Luc Vermeir, De gemeentesecretaris,
François Saeys, De burgemeester,
…………………………
………………………
Namens de stad Lokeren, Jean Pierre Van Speybroeck, De gemeentesecretaris,
Filip Anthuenis, De burgemeester,
…………………………
………………………
Namens de gemeente Zele, Robert Ivens, De gemeentesecretaris,
Patrick Poppe, De burgemeester,
…………………………
………………………
Stemming: 33 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. 15. Gewestelijke vrijwillige brandweer - vacantverklaring van een betrekking van sergeant-majoor in de bijpost Oudegem
De Gemeenteraad, Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 18 januari 2012, goedgekeurd bij besluit dd. 2 maart 2012 door de heer Gouverneur van de provincie Oost-Vlaanderen, en latere wijzigingen, houdende vaststelling van het organiek reglement en van de personeelsformatie van de gewestelijke vrijwillige brandweer Dendermonde; Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 20 november 2013 waarbij Robby Testard, sergeant-majoor bij de gewestelijke vrijwillige brandweer, bijpost Oudegem, vanaf 1 december 2013, via mutatie aangesteld wordt tot sergeant-majoor in de hoofdkazerne; Overwegende dat er bijgevolg een betrekking van sergeant-majoor in de bijpost Oudegem, vacant is; Gelet op de nota dd. 21 november 2013 van Georges De Smet, kapitein-dienstchef, en Dirk Van Den Berghe, luitenant-secretaris, van de gewestelijke vrijwillige brandweer, waarbij wordt voorgesteld voormelde betrekking vacant te verklaren en deze te bezetten vanuit de wervingsreserve; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet, de uitvoeringsbesluiten en de ministeriële omzendbrieven ter zake; Besluit: Art. 1 Bij de gewestelijke vrijwillige brandweer, bijpost Oudegem, wordt de betrekking van sergeant-majoor, vacant verklaard. Art. 2 Deze betrekking zal bezet worden vanuit de bestaande wervingsreserve. Art. 3 Afschrift van deze beslissing zal worden toegestuurd aan de kapitein-dienstchef. Stemming: 33 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. BURGERZAKEN 16. Aanpassingen politiereglement - goedkeuring De gemeenteraad Overwegende dat het “algemeen politiereglement” werd herbekeken door de gemeenteraad, in zitting van 17 maart 2010, in zitting van 27 april 2011 en in zitting van 6 juli 2011 en dat de huidige versie van het “algemeen politiereglement” zonder opmerkingen van de gouverneur definitief is geworden , bekendgemaakt en afgekondigd op 2 augustus 2011 en van kracht is gegaan vanaf 7 augustus 2011; Overwegende dat het “algemeen politiereglement” een belangrijk instrument is met het oog op een goed samenleven binnen de stad Dendermonde; Overwegende dat het “algemeen politiereglement” een levendig instrument is, waarbij regelmatig aanpassingen dienen doorgevoerd te worden omwille van het algemeen belang, inzonderheid het bevorderen van de veiligheid, het comfort en de rust van alle betrokkenen op het grondgebied van Dendermonde; Gelet op de bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet, het Gemeentedecreet, de uitvoeringsbesluiten en de ministeriële omzendbrieven ter zake; Gelet op het algemeen belang; Besluit: Art. 1: In het vigerende politiereglement worden volgende aanpassingen doorgevoerd: 10.1. Algemene bepalingen inzake de stedelijke BEGRAAFPLAATSEN
10.1. Algemene bepalingen inzake de stedelijke begraafplaatsen
Art. 10.1.1. De stad Dendermonde beschikt over tien begraafplaatsen gelegen te Dendermonde-centrum, Appels, Mespelare, Oudegem, Vlassenbroek, Sint-Gillis, Baasrode, Briel, Schoonaarde, Grembergen.
Art. 10.1.1. De stad Dendermonde beschikt over tien begraafplaatsen gelegen te Dendermonde-centrum, Appels, Mespelare, Oudegem, Vlassenbroek, Sint-Gillis, Baasrode, Briel, Schoonaarde, Grembergen.
Art. 10.1.2. De stedelijke begraafplaatsen van Dendermonde * zijn bestemd voor de begraving, de bijzetting in een columbarium of urnenveld en de asverstrooiing van : - menselijke resten ontdekt op het grondgebied van Dendermonde; - overleden personen ingeschreven in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van Dendermonde; - personen die Dendermonde effectief bewonen, doch ingevolge wettelijke of internationale overeenkomsten vrijgesteld zijn van inschrijving in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van Dendermonde; - personen opgenomen in een instelling buiten Dendermonde, die voor hun opneming hun gewone verblijfplaats in Dendermonde hadden; - personen die vroeger in Dendermonde waren ingeschreven gedurende minstens 25 jaar, alsook personen die omwille van hun hoge leeftijd of gezondheidsredenen bij een bloedverwant of kennis buiten Dendermonde zijn gaan wonen; - ten uitzonderlijke titel en voor zover de overledene een bijzondere relatie heeft gehad met de gemeente, kan de burgemeester toestemming geven tot begraving op een gemeentelijke begraafplaats; - niet-inwoners die begunstigde zijn van een concessie of wiens assen verstrooid worden tegen betaling.
Art. 10.1.2. De stedelijke begraafplaatsen van Dendermonde * zijn bestemd voor de begraving, de bijzetting in een columbarium of urnenveld en de asverstrooiing van : - menselijke resten ontdekt op het grondgebied van Dendermonde; - overleden personen ingeschreven in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van Dendermonde; - personen die Dendermonde effectief bewonen, doch ingevolge wettelijke of internationale overeenkomsten vrijgesteld zijn van inschrijving in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van Dendermonde; - personen opgenomen in een instelling buiten Dendermonde, die voor hun opneming hun gewone verblijfplaats in Dendermonde hadden; - personen die vroeger in Dendermonde waren ingeschreven gedurende minstens 25 jaar, alsook personen die omwille van hun hoge leeftijd of gezondheidsredenen bij een bloedverwant of kennis buiten Dendermonde zijn gaan wonen; - ten uitzonderlijke titel en voor zover de overledene een bijzondere relatie heeft gehad met de stad, kan de burgemeester toestemming geven tot begraving op een stedelijke begraafplaats; - niet-inwoners die begunstigde zijn van een concessie of wiens assen verstrooid worden tegen betaling.
De nodige bewijsstukken dienen voorgelegd door de aanvrager.
De nodige bewijsstukken dienen voorgelegd door de aanvrager.
* Wat het kerkhof van Vlassenbroek betreft zijn deze bepalingen alleen van toepassing op de inwoners van dit gehucht Vlassenbroek.
* Wat het kerkhof van Vlassenbroek betreft zijn deze bepalingen alleen van toepassing op de inwoners van dit gehucht Vlassenbroek.
Art. 10.1.3. De begraafplaatsen zijn, behoudens afwijking vastgesteld door de burgemeester, toegankelijk voor het publiek op : Werkdagen : Van 1 oktober tot 31 maart : van 9.00 uur tot 16.00 uur Van 1 april tot 30 september : van 9.00 uur tot 19.00 uur
Art. 10.1.3. De begraafplaatsen zijn, behoudens afwijking vastgesteld door de burgemeester, toegankelijk voor het publiek:
Zaterdag , zondag en feestdagen : Van 1 oktober tot 31 maart : van 9.00 uur tot 16.00 uur Van 1 april tot 30 september : van 9.00 uur tot 16.00 uur
Zaterdag , zondag en feestdagen : Van 1 oktober tot 31 maart : van 9.00 uur tot 16.00 uur Van 1 april tot 30 september : van 9.00 uur tot 16.00 uur
Vanaf 1 week vóór Allerheiligen tot en met 11 november zijn de begraafplaatsen gesloten vanaf het invallen van de duisternis. De kerkhoven van Appels, Mespelare (oud-kerkhof) en Vlassenbroek zijn steeds toegankelijk.
Vanaf 1 week vóór Allerheiligen tot en met 11 november zijn de begraafplaatsen gesloten vanaf het invallen van de duisternis. De kerkhoven van Appels, Mespelare (oud-kerkhof) en Vlassenbroek zijn steeds toegankelijk.
Van 1 oktober tot 31 maart : van 8.00 uur tot 18.00 uur Van 1 april tot 30 september : van 8.00 uur tot 20.00 uur
Voor dienstnoodwendigheden kunnen de begraafplaatsen, tijdens de openingsuren, op bevel van de burgemeester, tijdelijk voor het publiek gesloten worden.
Voor dienstnoodwendigheden kunnen de begraafplaatsen, tijdens de openingsuren, op bevel van de burgemeester, tijdelijk voor het publiek gesloten worden.
10.2. Pleegvormen die de begravingen/crematies voorafgaan
10.2. Pleegvormen die de begravingen/crematies voorafgaan
10.2.1. Aangifte
10.2.1. Aangifte
Art. 10.2.1.1. Voor begraving en lijkverbranding is toelating vereist van de ambtenaar van de burgerlijke stand.
Art. 10.2.1.1. Voor begraving en lijkverbranding is toelating vereist van de ambtenaar van de burgerlijke stand.
Art. 10.2.1.2. Elk overlijden in de gemeente wordt zonder verwijl aangegeven aan de ambtenaar van de burgerlijke stand. Dit geldt eveneens in geval van ontdekking van een menselijk lijk op het grondgebied van de gemeente.
Art. 10.2.1.2. Elk overlijden in de stad wordt zonder verwijl aangegeven aan de ambtenaar van de burgerlijke stand. Dit geldt eveneens in geval van ontdekking van een menselijk lijk op het grondgebied van de stad.
Het overlijden wordt door de ambtenaar van de burgerlijke stand vastgesteld op basis van een getuigschrift afgeleverd door de behandelende geneesheer.
Het overlijden wordt door de ambtenaar van de burgerlijke stand vastgesteld op basis van een getuigschrift afgeleverd door de behandelende geneesheer.
Art. 10.2.1.3. Diegene die voor de begraving instaan regelen met het gemeentebestuur de formaliteiten betreffende de begraving. Bij ontstentenis daarvan, wordt door het gemeentebestuur het nodige gedaan.
Art. 10.2.1.3. Diegenen die voor de begraving instaan regelen met het stadsbestuur de formaliteiten betreffende de begraving. Bij ontstentenis daarvan, wordt door het stadsbestuur het nodige gedaan.
10.2.2. Kisting
10.2.2. Kisting
Art. 10.2.2.1 Een balseming of enige andere conserverende behandeling, voorafgaand aan de kisting, kan in de door de Vlaamse regering bepaalde gevallen, toegelaten worden. (toelichting:. Deze gevallen zijn opgenomen in het besluit van de Vlaamse regering van 14 mei 2004, tot organisatie, inrichting en beheer van begraafplaatsen en crematoria, artikel 25, 26 en 27.)
Art. 10.2.2.1 Een balseming of enige andere conserverende behandeling, voorafgaand aan de kisting, kan in de door de Vlaamse regering bepaalde gevallen, toegelaten worden. (Toelichting: deze gevallen zijn opgenomen in het besluit van de Vlaamse regering van 14 mei 2004 tot organisatie, inrichting en beheer van begraafplaatsen en crematoria, artikel 25, 26 en 27.)
Art. 10.2.2.2. Zo de overledene een implantaat draagt dat werkt op een batterij, moet deze batterij worden verwijderd vóór de begraving of crematie. Art. 10.2.2.3. Tot balseming of kisting mag slechts worden overgegaan nadat het overlijden werd vastgesteld door de ambtenaar van de burgerlijke stand, op voorlegging van het daartoe nodige doktersattest. Wanneer het overlijden te wijten is aan een gewelddadige of verdachte oorzaak, kan dit pas na vrijgave van het lijk door de procureur des Konings.
Art. 10.2.2.2. Zo de overledene een implantaat draagt dat werkt op een batterij, moet deze batterij worden verwijderd vóór de begraving of crematie. Art. 10.2.2.3. Tot balseming of kisting mag slechts worden overgegaan nadat het overlijden werd vastgesteld door de ambtenaar van de burgerlijke stand, op voorlegging van het daartoe nodige doktersattest. Wanneer het overlijden te wijten is aan een gewelddadige of verdachte oorzaak, kan dit pas na vrijgave van het lijk door de procureur des Konings.
De burgemeester of zijn gemachtigde mag de kisting bijwonen.
De burgemeester of zijn gemachtigde mag de kisting bijwonen.
Art. 10.2.2.4. De kisting van het te cremeren of naar het buitenland
Art. 10.2.2.4. De kisting van het te cremeren of naar het buitenland
(met uitzondering van Luxemburg en Nederland), te vervoeren stoffelijk overschot heeft plaats in aanwezigheid van de burgemeester of diens afgevaardigde, die de toepassing van de wettelijke en de reglementaire bepalingen nagaat.
(met uitzondering van Luxemburg en Nederland) te vervoeren stoffelijk overschot heeft plaats in aanwezigheid van de burgemeester of diens afgevaardigde, die de toepassing van de wettelijke en de reglementaire bepalingen nagaat.
Art. 10.2.2.5. Het gebruik van doodskisten, foedralen, doodswaden, producten en procédés die de natuurlijke en normale ontbinding van het lijk of de crematie beletten, is verboden.
Art. 10.2.2.5. Het gebruik van doodskisten, foedralen, doodsgewaden, producten en procédés die de natuurlijke en normale ontbinding van het lijk of de crematie beletten, is verboden.
Art. 10.2.2.6. Behalve om te voldoen aan een rechterlijke beslissing mag de kist na de kisting niet meer geopend worden.
Art. 10.2.2.6. Behalve om te voldoen aan een rechterlijke beslissing mag de kist na de kisting niet meer geopend worden.
Art. 10.2.2.7. De begrafenisondernemer dient zich ervan te vergewissen dat de kist / urne niet groter is dan de voorziene plaats in de kelder / columbarium / urnenveld en dient hierbij rekening te houden met de maximale afmetingen zoals bepaald in het huishoudelijk reglement betreffende de gemeentelijke begraafplaatsen (zie bijlage 11).
Art. 10.2.2.7. De begrafenisondernemer dient zich ervan te vergewissen dat de kist / urne niet groter is dan de voorziene plaats in de kelder / columbarium / urnenveld en dient hierbij rekening te houden met de maximale afmetingen zoals bepaald in het huishoudelijk reglement betreffende de stedelijke begraafplaatsen (zie bijlage 11).
Bij de begraving van een sierurne in het urnenveld dient de sierurne afgesloten (dichtgeplakt) te worden.
Bij de begraving van een sierurne in het urnenveld dient de sierurne afgesloten (dichtgekleefd) te worden.
Art. 10.2.2.8. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.2. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR.
Art. 10.2.2.8. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.2. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR.
10.3. Lijkenvervoer
10.3. Lijkenvervoer
Art. 10.3.1. Wanneer het stoffelijk overschot zich op het grondgebied van de gemeente bevindt, wordt het vervoer door een private onderneming waargenomen onder het toezicht van het gemeentebestuur dat ervoor zorgt dat het vervoer ordelijk en met de aan de overledene verschuldigde eerbied verloopt.
Art. 10.3.1. Wanneer het stoffelijk overschot zich op het grondgebied van de stad bevindt, wordt het vervoer door een private onderneming waargenomen onder het toezicht van het stadsbestuur dat ervoor zorgt dat het vervoer ordelijk en met de aan de overledene verschuldigde eerbied verloopt.
Art. 10.3.2. Het vervoer van lijken, naar de begraafplaats of naar het crematorium, gekist of in een lijkwade, gebeurt in een lijkwagen of op de meest passende wijze. Het vervoer dient steeds over de kortst mogelijke afstand te gebeuren.
Art. 10.3.2. Het vervoer van lijken naar de begraafplaats of naar het crematorium, gekist of in een lijkwade, gebeurt in een lijkwagen of op de meest passende wijze. Het vervoer dient steeds over de kortst mogelijke afstand te gebeuren.
Over de wijze van overbrenging van de asurne van het crematorium naar de begraafplaats, waar deze begraven zal worden, bijgezet of de as verstrooid zal worden, beslist diegene die bevoegd is om in de lijkbezorging te voorzien. Dit gebeurt volgens de eisen van welvoeglijkheid.
Over de wijze van overbrenging van de asurne van het crematorium naar de begraafplaats, waar deze begraven of bijgezet zal worden of de as verstrooid zal worden, beslist diegene die bevoegd is om in de lijkbezorging te voorzien. Dit gebeurt volgens de eisen van welvoeglijkheid.
Art. 10.3.3. Het vervoer van stoffelijke overschotten binnen of buiten de gemeente kunnen plaatsvinden vanaf het moment dat de behandelende geneesheer of de
Art. 10.3.3. Het vervoer van stoffelijke overschotten binnen of buiten de stad kan plaatsvinden vanaf het moment dat de behandelende geneesheer of de geneesheer die het
geneesheer die het overlijden heeft vastgesteld een attest heeft opgesteld waarin hij verklaart dat het om een natuurlijke doodsoorzaak gaat en dat er geen gevaar voor de volksgezondheid is. Art. 10.3.4. Voor zover stoffelijke overschotten van de in België overleden personen naar het buitenland moet vervoerd worden, is het vervoer, naargelang het geval, onderworpen aan de formaliteiten vermeld in : a) het KB van 8 maart 1967, wanneer het lijk moet vervoerd worden naar Luxemburg of Nederland; b) het akkoord van Straatsburg van 26 oktober 1973, wanneer het lijk moet vervoerd worden naar een ander land dan vermeld onder a) en dat het akkoord van Straatsburg ondertekend heeft; c) het Regentsbesluit van 20 juni 1947, wanneer een lijk moet vervoerd worden naar een land, niet bedoeld in a) of b). Art. 10.3.5. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.3. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR.
overlijden heeft vastgesteld een attest heeft opgesteld waarin hij verklaart dat het om een natuurlijke doodsoorzaak gaat en dat er geen gevaar voor de volksgezondheid is.
Art. 10.3.4. Voor zover stoffelijke overschotten van de in België overleden personen naar het buitenland moeten vervoerd worden, is het vervoer, naargelang het geval, onderworpen aan de formaliteiten vermeld in : a) het KB van 8 maart 1967, wanneer het lijk moet vervoerd worden naar Luxemburg of Nederland; b) het akkoord van Straatsburg van 26 oktober 1973, wanneer het lijk moet vervoerd worden naar een ander land dan vermeld onder a) en dat het akkoord van Straatsburg ondertekend heeft; c) het Regentsbesluit van 20 juni 1947, wanneer een lijk moet vervoerd worden naar een land, niet bedoeld in a) of b). Art. 10.3.5. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.3. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR.
10.4. Begravingen 10.4. Begravingen Art. 10.4.1. De begraafplaatsen zijn bestemd voor het begraven van de stoffelijke overschotten van de in artikel 10.1.2. vermelde overledenen. Art. 10.4.2. De begraving wordt uitgevoerd binnen de tien dagen, ingaande de dag na de dag van het overlijden of vrijgave van het lichaam ingeval van inbeslagname door het parket.
Art. 10.4.1. De begraafplaatsen zijn bestemd voor het begraven van de stoffelijke overschotten van de in artikel 10.1.2. vermelde overledenen. Art. 10.4.2. De begraving wordt uitgevoerd binnen de tien dagen, ingaande de dag na de dag van het overlijden of vrijgave van het lichaam ingeval van inbeslagname door het parket. Een uitzondering kan enkel worden toegestaan mits de toestemming van de burgemeester. Motivatie: in de zomer aantal keren de vraag gekregen, aangezien heel wat van de nabestaanden in het buitenland zaten. Om deze de kans te geven, zou er een uitzonderling kunnen toegestaan worden.
De begravingen kunnen doorgaan : - elke werkdag van 9 uur tot 16 uur; - elke zaterdag van vanaf 9 uur tot 16 uur.
De begravingen kunnen doorgaan elke werkdag of zaterdag van 9 uur tot 17 uur.
Op zondagen, officiële en statutaire verlofdagen worden geen begravingen uitgevoerd. In dit geval zal de begraving of bijzetting de eerst volgende werkdag worden uitgevoerd.
Op zondagen, officiële en statutaire verlofdagen worden geen begravingen uitgevoerd. In dit geval zal de begraving of bijzetting de eerstvolgende werkdag worden uitgevoerd.
Wettelijke feestdagen zijn : 1 januari, Paasmaandag, 1 mei, Hemelvaartdag, Pinkstermaandag, 21 juli, 15 augustus, 1 november, 11 november en 25 december. Officiële en statutaire verlofdagen zijn : 11 juli, 2 november, 15 november en 26 december.
Wettelijke feestdagen zijn : 1 januari, Paasmaandag, 1 mei, Hemelvaartdag, Pinkstermaandag, 21 juli, 15 augustus, 1 november, 11 november en 25 december. Officiële en statutaire verlofdagen zijn : 11 juli, 2 november, 15 november en 26 december.
Art. 10.4.3.
Art. 10.4.3.
Tenzij in speciale gevallen en op advies van de behandelende geneesheer, vindt ten vroegste 24 uur na het overlijden, de begraving van niet-gecremeerde stoffelijke overschotten of de crematie met daarop volgend de begraving, de berging of de verstrooiing van de as, plaats. De burgerlijke stand beslist in elk geval, na overleg met de familie of de belanghebbenden, over dag en uur van de begrafenis.
Tenzij in speciale gevallen en op advies van de behandelende geneesheer, vindt ten vroegste 24 uur na het overlijden, de begraving van niet-gecremeerde stoffelijke overschotten of de crematie met daarop volgend de begraving, de berging of de verstrooiing van de as, plaats. De burgerlijke stand beslist in elk geval, na overleg met de familie of de belanghebbenden, over dag en uur van de begrafenis.
Art. 10.4.4. De begravingen worden volgens plan, in regelmatige volgorde uitgevoerd. Dit plan wijst de percelen aan voor begraving in volle grond, kindergraven, alsook voor de bijzetting in de nissen van het columbarium.
Art. 10.4.4. De begravingen worden volgens plan, in regelmatige volgorde uitgevoerd. Dit plan wijst de percelen aan voor begraving in volle grond, kindergraven, alsook voor de bijzetting in de nissen van het columbarium.
De grafmaker of een daartoe gemachtigde houdt een register bij waarin de identiteit wordt vermeld van al de personen op de begraafplaats begraven, alsook de datum van de begraving, de dagtekening van de begrafenistoelating en de sectie en nummer van de plaats van de grafsteen.
De grafmaker of een daartoe gemachtigde houdt een register bij waarin de identiteit wordt vermeld van al de personen op de begraafplaats begraven, alsook de datum van de begraving, de dagtekening van de begrafenistoelating en de sectie en nummer van de plaats van de grafsteen.
Art. 10.4.5. Uitsluitend de gemachtigde van de gemeente is ertoe bevoegd te zorgen voor : - het aanhechten van een volgnummer aan de urne; - het uitstrooien van de as op een hiertoe voorbehouden asverstrooiingsweide; - het plaatsen van de kist of de urne in de kuil, de grafkelder, het urnenveld of het columbarium; - het delven van een graf voor begravingen of bijzettingen in volle grond en het vullen van de kuil; - het openen, plaatsen en afsluiten van de nis in een columbarium of de urne op het urnenveld; - het aanbrengen van herdenkingsplaatje aan de herdenkingszuil voor de strooiweides.
Art. 10.4.5. Uitsluitend de gemachtigde van de stad is ertoe bevoegd te zorgen voor : - het aanhechten van een volgnummer aan de urne; - het uitstrooien van de as op een hiertoe voorbehouden asverstrooiingsweide; - het plaatsen van de kist of de urne in de kuil, de grafkelder, het urnenveld of het columbarium; - het delven van een graf voor begravingen of bijzettingen in volle grond en het vullen van de kuil; - het openen, plaatsen en afsluiten van de nis in een columbarium of de urne op het urnenveld; - het aanbrengen van een herdenkingsplaatje aan de herdenkingszuil voor de strooiweides.
Art. 10.4.6. Het parket kan in bepaalde gevallen bevelen tot de opening van een grafkelder.
Art. 10.4.6. Het parket kan in bepaalde gevallen bevelen tot de opening van een grafkelder.
In de andere gevallen mag een grafkelder slechts open gedaan worden bij een bijzetting en mits voorafgaandelijke toelating van de burgemeester. De familie of belanghebbende stelt een private persoon aan om de grafkelder te openen en deze na bijzetting opnieuw vakkundig te sluiten. Alle kosten hieraan verbonden zijn ten laste van de opdrachtgever.
In de andere gevallen mag een grafkelder slechts geopend worden met het oog op een bijzetting en mits voorafgaandelijke toelating van de burgemeester. De familie of belanghebbende stelt een private persoon aan om de grafkelder te openen en deze na bijzetting opnieuw vakkundig te sluiten. Alle kosten hieraan verbonden zijn ten laste van de opdrachtgever.
Voor het bijzetten van een lichaam in een bestaande concessie dient de familie of belanghebbende eveneens een private persoon aan te stellen die de zerk daags voor de dag van begraving verwijdert. Na de begraving plaatst deze de zerk terug. Het graven van de put voor de kist en het dichten ervan geschiedt door de zorgen van de gemeente.
Voor het bijzetten van een lichaam in een bestaande concessie dient de familie of belanghebbende eveneens een private persoon aan te stellen die de zerk daags voor de dag van begraving verwijdert. Na de begraving plaatst deze de zerk terug. Het graven van de put voor de kist en het dichten ervan geschiedt door de zorgen van het stadsbestuur.
Art. 10.4.7. In volle grond worden de lijken horizontaal begraven in een afzonderlijke kuil op een minimum diepte van 65 cm, het ene naast het andere.
Art. 10.4.7. In volle grond worden de lijken horizontaal begraven in een afzonderlijke kuil op een minimum diepte van 65 cm, het ene naast het andere.
Art. 10.4.8. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.4. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR.
Art. 10.4.8. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.4. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR.
10.5. Ontgravingen
10.5. Ontgravingen
10.5.1. Algemene bepalingen
10.5.1. Algemene bepalingen
Art. 10.5.1.1. Ontgravingen zijn enkel mogelijk : a) op bevel van de gerechtelijke overheid; b) bij terugneming door de stad van het geconcedeerd graf of nis, wegens openbaar belang of dienstnoodwendigheden; c) bij wijziging van de bestemming van de begraafplaats; d) op verzoek van de belanghebbende en mits voorafgaande machtiging van de burgemeester. Het verlenen van toestemming tot opgraving van een lijk door de burgemeester kan enkel om ernstige redenen.
Art. 10.5.1.1. Ontgravingen zijn enkel mogelijk : a) op bevel van de gerechtelijke overheid; b) bij terugneming door de stad van het geconcedeerd graf of nis, wegens openbaar belang of dienstnoodwendigheden; c) bij wijziging van de bestemming van de begraafplaats; d) op verzoek van de belanghebbende en mits voorafgaande machtiging van de burgemeester. Het verlenen van toestemming tot opgraving van een lijk door de burgemeester kan enkel om ernstige redenen.
Art. 10.5.1.2. Indien om de ontgraving van een stoffelijk overschot of asurne door een belanghebbende verzocht wordt voor wederbegraving op één van de tien begraafplaatsen van Dendermonde, gebeurt dit uitsluitend op geconcedeerde grond na betaling van de retributie volgens het retributiereglement.
Art. 10.5.1.2. Indien om de ontgraving van een stoffelijk overschot of asurne door een belanghebbende verzocht wordt met het oog op wederbegraving op één van de tien begraafplaatsen van Dendermonde, gebeurt dit uitsluitend op geconcedeerde grond na betaling van de retributie volgens het retributiereglement.
Art. 10.5.1.3. Behalve bij een ontgraving op gerechtelijk bevel, dient de aanvraag tot ontgraving door de nabestaande schriftelijk te worden gericht aan de burgemeester. Onverminderd het recht van de burgemeester om in de toelating bijzondere voorwaarden op te leggen, moeten steeds volgende beschikkingen worden nageleefd : a) dag en uur waarop de ontgraving zal geschieden worden in overleg met de dienst van de begraafplaatsen vastgesteld. Deze zal geschieden uiterlijk binnen het jaar na de aanvraag; b) het openleggen van het graf, het openen van de grafkelders, het lichten van de kist uit het graf en het vullen van de kuil geschiedt door een gespecialiseerde firma die door de gemeente wordt aangesteld; c) het grafteken, de beplantingen en alle andere aanwezige voorwerpen op het graf worden door de gespecialiseerde firma verwijderd en meegenomen; d) de nabestaanden kunnen echter het grafteken, de beplantingen en alle andere aanwezige voorwerpen op het graf recupereren mits voorafgaandelijke kennisgeving. De te recupereren zaken dienen 24 uur voor de ontgraving verwijderd te zijn door de nabestaanden en dit onder toezicht van de begraafplaatsverantwoordelijke; e) het openen van de nis, het uitnemen van de urne uit de nis en het terug sluiten van de nis, geschiedt
Art. 10.5.1.3. Behalve bij een ontgraving op gerechtelijk bevel, dient de aanvraag tot ontgraving door de nabestaande schriftelijk te worden gericht aan de burgemeester. Onverminderd het recht van de burgemeester om in de toelating bijzondere voorwaarden op te leggen, moeten steeds volgende beschikkingen worden nageleefd : a) dag en uur waarop de ontgraving zal geschieden worden in overleg met de dienst van de begraafplaatsen vastgesteld. Deze zal geschieden uiterlijk binnen het jaar na de aanvraag; b) het openleggen van het graf, het openen van de grafkelders, het lichten van de kist uit het graf en het vullen van de kuil geschiedt door een gespecialiseerde firma die door de gemeente wordt aangesteld; c) het grafteken, de beplantingen en alle andere aanwezige voorwerpen op het graf worden door de gespecialiseerde firma verwijderd en meegenomen; d) de nabestaanden kunnen echter het grafteken, de beplantingen en alle andere aanwezige voorwerpen op het graf recupereren mits voorafgaandelijke kennisgeving. De te recupereren zaken dienen 24 uur voor de ontgraving verwijderd te zijn door de nabestaanden en dit onder toezicht van de begraafplaatsverantwoordelijke; e) het openen van de nis, het uitnemen van de urne uit de nis en het terug sluiten van de nis, geschiedt
door de zorgen van de gemeente.
door de zorgen van het stadsbestuur. 10.5.2. Ontgravingen van niet-gecremeerde lichamen
10.5.2. Ontgravingen van niet-gecremeerde lichamen Art. 10.5.2.1. Behalve bij gerechtelijk bevel worden vanaf 1 oktober tot 30 november en op zondagen of wettelijke feestdagen geen ontgravingen verricht. Tijdens de ontgraving wordt de plaats ervan voor het publiek visueel afgeschermd. Er moet tot een ontgraving worden overgegaan in tegenwoordigheid van de begraafplaatsbewaarder en een gemachtigde door de burgemeester aangesteld die er verslag van opmaakt. Een lid of een afgevaardigde/mandataris van de familie kan hierbij aanwezig zijn. De begraafplaatsbewaarder of de gemachtigde door de burgemeester kunnen de vernieuwing van de kist voorschrijven indien zij zulks nodig achten en elke andere maatregel nemen die van die aard is dat de welvoeglijkheid en de openbare gezondheid worden beschermd, zulks op kosten van de aanvrager. Art. 10.5.2.2. Indien wordt vastgesteld dat kledingstukken of andere omhulsels het verteringsproces ernstig vertragen moet de ondoordringbaarheid voor lucht van deze omhulsels worden opgeheven. Zo mogelijk wordt het storende omhulsel verwijderd. Art. 10.5.2.3. Indien het op te graven lijk naar een andere begraafplaats op het grondgebied of naar dit van een andere gemeente moet overgebracht worden, is het verplicht de opgegraven kist in een hermetisch gesloten omhulsel te plaatsen alvorens zij mag vervoerd worden. Art. 10.5.2.4. Het overbrengen van een opgegraven lijk naar een ander gemeente kan maar geschieden na toelating van de burgemeester. Art. 10.5.2.5. Het is niet toegelaten een lijk te ontgraven om het een graf te geven van een kortere duur dan diegene die oorspronkelijk werd bepaald. Art. 10.5.2.6. Voor crematie na opgraving is de toestemming nodig van de procureur des Konings van het arrondissement van de plaats waar het crematorium of van de hoofdverblijfplaats waar de aanvrager is gevestigd, of van de plaats van overlijden of van de plaats waar het stoffelijk overschot is begraven. Art. 10.5.2.7. Het recht verschuldigd bij ontgraving wordt vastgesteld
Art. 10.5.2.1. Behalve bij gerechtelijk bevel worden vanaf 1 oktober tot 30 november en op zondagen of wettelijke feestdagen geen ontgravingen verricht. Tijdens de ontgraving wordt de plaats ervan voor het publiek visueel afgeschermd. Er moet tot een ontgraving worden overgegaan in tegenwoordigheid van de begraafplaatsbewaarder en een gemachtigde door de burgemeester aangesteld die er verslag van opmaakt. Een lid of een afgevaardigde/mandataris van de familie kan hierbij aanwezig zijn. De begraafplaatsbewaarder of gemachtigde door de burgemeester kan de vernieuwing van de kist voorschrijven indien hij zulks nodig acht en elke andere maatregel nemen die van die aard is dat de welvoeglijkheid en de openbare gezondheid worden beschermd, zulks op kosten van de aanvrager. Art. 10.5.2.2. Indien wordt vastgesteld dat kledingstukken of andere omhulsels het verteringsproces ernstig vertragen moet de ondoordringbaarheid voor lucht van deze omhulsels worden opgeheven. Zo mogelijk wordt het storende omhulsel verwijderd. Art. 10.5.2.3. Indien het op te graven lijk naar een andere begraafplaats op het grondgebied of naar dit van een andere gemeente moet overgebracht worden, is het verplicht de opgegraven kist in een hermetisch gesloten omhulsel te plaatsen alvorens zij mag vervoerd worden. Art. 10.5.2.4. Het overbrengen van een opgegraven lijk naar een ander gemeente kan maar geschieden na toelating van de burgemeester. Art. 10.5.2.5. Het is niet toegelaten een lijk te ontgraven om het een graf te geven van een kortere duur dan diegene die oorspronkelijk werd bepaald. Art. 10.5.2.6. Voor crematie na opgraving is de toestemming nodig van de procureur des Konings van het arrondissement waar het crematorium of de hoofdverblijfplaats van de aanvrager is gevestigd, of van de plaats van overlijden of van de plaats waar het stoffelijk overschot is begraven.
Art. 10.5.2.7. Het recht verschuldigd bij ontgraving wordt vastgesteld
door het retributiereglement. Alle kosten zijn ten laste van de aanvragers.
door het retributiereglement. Alle kosten zijn ten laste van de aanvragers.
Art. 10.5.2.8. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.5. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR.
Art. 10.5.2.8. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.5. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR.
10.6. Ruimen van (deel van) begraafplaats
10.6. Ruimen van (deel van) begraafplaats
Art. 10.6.1. Voor de ruiming van een begraafplaats of van een deel ervan, wordt een draaiboek opgemaakt. De werkzaamheden, de richtlijnen, opgenomen voor de bescherming van het uitvoerend personeel, en de werkwijze bij en de bestemming van mogelijke onverteerbare resten, alsook de bestemming van mogelijk aangetroffen waardevolle voorwerpen, worden erin omschreven. De te ruimen graven zijn graven waarvan de concessie verstreken is of graven zonder concessie na 15 jaar.
Art. 10.6.1. Voor de ruiming van een begraafplaats of van een deel ervan, wordt een draaiboek opgemaakt. De werkzaamheden, de richtlijnen voor de bescherming van het uitvoerend personeel, de werkwijze en de bestemming van mogelijke onverteerbare resten, alsook de bestemming van mogelijk aangetroffen waardevolle voorwerpen, worden erin omschreven. De te ruimen graven zijn graven waarvan de concessie verstreken is of graven zonder concessie na 15 jaar.
Art. 10.6.2. Bij ruimingen wordt de plaats van de te ruimen graven voor het publiek afgeschermd.
Art. 10.6.2. Bij ruimingen wordt de plaats van de te ruimen graven voor het publiek afgeschermd.
Art. 10.6.3. Tijdens het vervoer van onverteerbare resten wordt gebruik gemaakt van een al dan niet herbruikbare lucht- en vloeistofdichte kist. Zo deze kist uitsluitend voor het vervoer bestemd is, mag deze kist vervaardigd zijn uit niet-afbreekbaar materiaal.
Art. 10.6.3. Tijdens het vervoer van onverteerbare resten wordt gebruik gemaakt van een al dan niet herbruikbare lucht- en vloeistofdichte kist. Zo deze kist uitsluitend voor het vervoer bestemd is, mag deze kist vervaardigd zijn uit niet-afbreekbaar materiaal.
Art. 10.6.4. Als de bestemming van het lijk buiten de begraafplaats van opgraving is gelegen, moet de kist in afwachting van vervoer koel worden bewaard in een lucht- en lekdichte kist.
Art. 10.6.4. Als de bestemming van het lijk buiten de begraafplaats van opgraving is gelegen, moet de kist in afwachting van vervoer koel worden bewaard in een lucht- en lekdichte kist.
Art. 10.6.5. De bij het opruimen van een graf gevonden resten van kleding of van een doodskist of een lijkwade worden afgevoerd voor verbranding.
Art. 10.6.5. De bij het opruimen van een graf gevonden resten van kleding of van een doodskist of een lijkwade worden afgevoerd voor verbranding.
Art. 10.6.6. Als bij ruiming een omhulsel wordt aangetroffen die de zuurstoftoetreding belemmert, moet die worden verwijderd. Indien dit onmogelijk is, moet het in ieder geval luchtdoorlatend worden gemaakt.
Art. 10.6.6. Als bij ruiming een omhulsel wordt aangetroffen dat de zuurstoftoetreding belemmert, moet dat worden verwijderd. Indien dit onmogelijk is, moet het in ieder geval luchtdoorlatend worden gemaakt.
Art. 10.6.7. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.6. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR.
Art. 10.6.7. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.6. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR.
10.7. Graftekens, bouw- en beplantingswerken – onderhoud der graven
10.7. Graftekens, bouw- en beplantingswerken, onderhoud der graven
10.7.1. Procedure
10.7.1. Procedure
Art. 10.7.1.1. Tenzij de overledene anders heeft beschikt of zijn verwanten zich ertegen verzetten, heeft eenieder het recht op het graf van zijn verwante of vriend(in) een grafteken te doen plaatsen zonder afbreuk te doen aan het recht van de concessiehouder.
Art. 10.7.1.1. Tenzij de overledene anders heeft beschikt of zijn verwanten zich ertegen verzetten, heeft eenieder het recht op het graf van zijn verwante of vriend(in) een grafteken te doen plaatsen zonder afbreuk te doen aan het recht van de concessiehouder.
Art. 10.7.1.2. Het plaatsen van graftekens is onderworpen aan een voorafgaande en schriftelijke toelating, verleend door de ambtenaar van de burgerlijke stand.
Art. 10.7.1.2. Het plaatsen van graftekens is onderworpen aan een voorafgaande en schriftelijke toelating, verleend door de ambtenaar van de burgerlijke stand.
Art. 10.7.1.3. Na het bekomen van de nodige toelating, gebeurt de plaatsing, wegneming of de verbouwing van graftekens en de uitvoering van beplantingen op de begraafplaatsen onder toezicht van de grafmaker. Minstens twee werkdagen vóór de aanvang van de werken neemt de aannemer contact op met de grafmaker. De grafmaker duidt de juiste plaats aan en ondertekent de schriftelijke toelating voor correcte uitvoering conform het huishoudelijk reglement.
Art. 10.7.1.3. Na het bekomen van de nodige toelating, gebeurt de plaatsing, wegneming of de verbouwing van graftekens en de uitvoering van beplantingen op de begraafplaatsen onder toezicht van de grafmaker. Minstens twee werkdagen vóór de aanvang van de werken neemt de aannemer contact op met de grafmaker. De grafmaker duidt de juiste plaats aan en de aannemer ondertekent de schriftelijke toelating van de grafmaker voor correcte uitvoering conform het huishoudelijk reglement.
10.7.2. Tijdstip 10.7.2. Tijdstip Art. 10.7.2.1. De bouw-, beplantings- of aanaardingswerken en elke plaatsing, herstelling, afbraak van graftekens is verboden op zaterdagen, zondagen en wettelijke, officiële en daarmee gelijkgestelde feestdagen en statutaire verlofdagen en brugdagen, alsook de laatste week voor Allerheiligen. Dit verbod geldt eveneens op alle andere dagen vóór 8.00 uur ‘s morgens en na 16.30 uur ’s avonds. Art. 10.7.2.2. Het is verboden graftekens op te richten vóór het verstrijken van zes maanden, volgend op de datum van de begrafenis. Bovenvermelde regel geldt niet bij grafkelders of begravingen in het urnenveld.
Art. 10.7.2.1. De bouw-, beplantings- of aanaardingswerken en elke plaatsing, herstelling, afbraak van graftekens is verboden op zaterdagen, zondagen en wettelijke, officiële en daarmee gelijkgestelde feestdagen en statutaire verlofdagen en brugdagen, alsook de laatste week voor Allerheiligen. Dit verbod geldt eveneens op alle andere dagen vóór 8.00 uur ‘s morgens en na 17 uur ’s avonds. Art. 10.7.2.2. Het is verboden graftekens op te richten vóór het verstrijken van zes maanden, volgend op de datum van de begrafenis. Bovenvermelde regel geldt niet bij grafkelders of begravingen in het urnenveld.
Art. 10.7.2.3. De aangevoerde grafsteen of –tekens, die één week vóór Allerheiligen bij de sluiting van de begraafplaats niet zouden geplaatst zijn, moeten door toedoen van de betrokken familieleden daags nadien vóór 10.00 uur ’s morgens verwijderd zijn, zo niet zullen grafstenen, tekens en andere voorwerpen op risico en ten laste van de overtreder en zonder enig verhaal opgeruimd worden door de zorgen van de gemeente.
Art. 10.7.2.3. De aangevoerde grafsteen of –tekens, die één week vóór Allerheiligen niet zouden geplaatst zijn, moeten door toedoen van de betrokken familieleden daags nadien vóór 10.00 uur ’s morgens verwijderd zijn, zo niet zullen grafstenen, -tekens en andere voorwerpen op risico en ten laste van de overtreder en zonder enig verhaal opgeruimd worden door de zorgen van de stad.
Art. 10.7.2.4. Op 1 en 2 november is het verboden de grafzerken schoon te maken.
Art. 10.7.2.4. Op 1 en 2 november is het verboden de grafzerken schoon te maken.
10.7.3. Uitvoering
10.7.3. Uitvoering
Art. 10.7.3.1. Alle werken die, als voorbereiding, elders mogelijk zijn, mogen niet op de begraafplaats gebeuren. De materialen moeten zoveel mogelijk geprefabriceerd ter plaatse worden gebracht om de werken op de begraafplaats tot het strikte minimum te beperken. Eventuele inscripties dienen reeds aangebracht te zijn. Dit geldt niet voor graven waar meerdere personen kunnen begraven worden.
Art. 10.7.3.1. Alle werken die, als voorbereiding, elders mogelijk zijn, mogen niet op de begraafplaats gebeuren. De materialen moeten zoveel mogelijk geprefabriceerd ter plaatse worden gebracht om de werken op de begraafplaats tot het strikte minimum te beperken. Eventuele inscripties dienen reeds aangebracht te zijn. Dit geldt niet voor graven waar meerdere personen kunnen begraven worden.
Art. 10.7.3.2. Het is niet toegelaten grafstenen of andere gedenktekens te plaatsen die door hun vorm, afmetingen, hun opschriften of aard van de materialen, de reinheid, gezondheid, veiligheid en rust op de begraafplaats kunnen verstoren.
Art. 10.7.3.2. Het is niet toegelaten grafstenen of andere gedenktekens te plaatsen die door hun vorm, afmetingen, hun opschriften of aard van de materialen, de reinheid, gezondheid, veiligheid en rust op de begraafplaats kunnen verstoren.
Art. 10.7.3.3. Geen enkel hulpmateriaal of restmateriaal mag binnen de omheining van de begraafplaats worden achtergelaten na 16 uur. Uitzonderingen kunnen door de burgemeester worden toegelaten. De materialen worden aangevoerd en geplaatst naarmate de behoeften. Na een zonder gevolg gebleven ingebrekestelling wordt er op bevel van de burgemeester van ambtswege overgegaan tot de wegneming van de materialen op kosten van de overtreder.
Art. 10.7.3.3. Er mag geen hulpmateriaal of restmateriaal (losse zerken, gedemonteerde zerken) binnen de omheining van de begraafplaats worden achtergelaten na 17 uur. Uitzonderingen kunnen door de burgemeester worden toegelaten. De materialen worden aangevoerd en geplaatst naarmate de behoeften. Na een zonder gevolg gebleven ingebrekestelling wordt er op bevel van de burgemeester van ambtswege overgegaan tot de wegneming van de materialen op kosten van de overtreder.
Art. 10.7.3.4. Zij die graftekens plaatsen moeten ervoor zorgen dat : - geen aarde, materiaal, bouwstukken of andere voorwerpen op de graven terecht komen of erop gelegd worden; - boompjes of beplantingen niet kunnen gebruikt worden als aanhechtingspunten voor stellingen, koorden, kabels en dergelijke; - de overblijvende aarde en andere voorwerpen verzameld en gebracht worden op plaatsen door het gemeentepersoneel aangewezen; - de grafzerken moeten onderhouden en desgevallend hersteld worden door de eigenaars. Art. 10.7.3.5. Degenen die aangesteld zijn tot het plaatsen van zerken of gedenktekens, zullen hun materialen op het kerkhof mogen aanbrengen met een aangepast voertuig, met dien verstande dat zij aan de wegen of aan de andere graven geen schade berokkenen. Het is verboden met voertuigen op de graspleinen te rijden of deze er te parkeren. Art. 10.7.3.6. De graftekens moeten zodanig opgericht en onderhouden worden dat zij de veiligheid en doorgang niet belemmeren en zonder schade aan te brengen aan de aangrenzende graftekens en graven. Het grafmonument, met uitzondering van het
Art. 10.7.3.4. Zij die graftekens plaatsen moeten ervoor zorgen dat : - geen aarde, materiaal, bouwstukken of andere voorwerpen op de graven terecht komen of erop gelegd worden; - boompjes of beplantingen niet kunnen gebruikt worden als aanhechtingspunten voor stellingen, koorden, kabels en dergelijke; - de overblijvende aarde en andere voorwerpen verzameld en gebracht worden op plaatsen door het gemeentepersoneel aangewezen; - de grafzerken moeten onderhouden en desgevallend hersteld worden door de eigenaars. Art. 10.7.3.5. Degenen die aangesteld zijn tot het plaatsen van zerken of gedenktekens, zullen hun materialen op het kerkhof mogen aanbrengen met een aangepast voertuig, met dien verstande dat zij aan de wegen of aan de andere graven geen schade berokkenen. Het is verboden met voertuigen op de graspleinen te rijden of deze er te parkeren. Art. 10.7.3.6. De graftekens moeten zodanig opgericht en onderhouden worden dat zij de veiligheid en doorgang niet belemmeren en zonder schade aan te brengen aan de aangrenzende graftekens en graven.
grafmonument op het urnenveld, dient geplaatst te worden op funderingspalen van minimum 1,80 meter binnen de zone van één meter op twee meter. Betonnen funderingsplaten worden niet toegelaten. Art. 10.7.3.7. Op geconcedeerde percelen moet ten laatste na één jaar, maar niet voor zes maanden en gedurende de hele duur van de concessie een grafteken behouden blijven.
Het grafmonument, met uitzondering van het grafmonument op het urnenveld, dient geplaatst te worden op funderingspalen van minimum 1,80 meter binnen de zone van één meter op twee meter. Betonnen funderingsplaten worden niet toegelaten.
Op niet-geconcedeerde percelen mag een grafteken geplaatst worden tussen de zes maanden en een jaar. De opschriften en de grafschriften moeten steeds leesbaar zijn, en zullen van die aard zijn om de welvoegelijkheid, de orde en de aan de doden verschuldigde eerbied te vrijwaren.
Art. 10.7.3.7. Op geconcedeerde percelen moet tussen 6 maanden en 12 maanden na de begraving een grafteken geplaatst worden. Een grafteken moet gedurende de hele duur van de concessie behouden blijven. Dit geldt niet in geval van bijzetting. Op niet-geconcedeerde percelen mag een grafteken geplaatst worden tussen de zes maanden en een jaar. De opschriften en de grafschriften moeten steeds leesbaar zijn, en zullen van die aard zijn om de welvoegelijkheid, de orde en de aan de doden verschuldigde eerbied te vrijwaren.
Art. 10.7.3.8. De graftekens, grafmomumenten en grafzerken moeten voldoen aan de bepalingen opgenomen in het huishoudelijk reglement betreffende de gemeentelijke begraafplaatsen. Gedenktekens die niet overeenstemmen met de bepalingen van de gemeentelijke reglementering of welke geplaatst werden zonder voorafgaandelijke toelating vanwege de ambtenaar van de burgerlijke stand, dienen verwijderd te worden door diegenen in wiens opdracht ze geplaatst werden. De betrokkene(n), indien gekend, zal (zullen) hiervoor schriftelijk in gebreke worden gesteld. Wanneer geen opdrachtgevers bekend zijn, zal een bericht gedurende een jaar worden uitgehangen aan het grafteken. Bij gebrek aan herstel binnen een periode van een jaar na de ingebrekestelling of na de aanplakking van het bericht, zal de verwijdering door het gemeentebestuur gebeuren, en zullen de kosten ten laste gelegd worden van de bekende opdrachtgever(s).
Art. 10.7.3.8. De graftekens, grafmonumenten en grafzerken moeten voldoen aan de bepalingen opgenomen in het huishoudelijk reglement betreffende de stedelijke begraafplaatsen. Gedenktekens die niet overeenstemmen met de bepalingen van de gemeentelijke reglementering of welke geplaatst werden zonder voorafgaandelijke toelating vanwege de ambtenaar van de burgerlijke stand, dienen verwijderd te worden door diegenen in wiens opdracht ze geplaatst werden. De betrokkene(n), indien gekend, zal (zullen) hiervoor schriftelijk in gebreke worden gesteld. Wanneer geen opdrachtgevers bekend zijn, zal een bericht gedurende een jaar worden uitgehangen aan het grafteken. Bij gebrek aan herstel binnen een periode van een jaar na de ingebrekestelling of na de aanplakking van het bericht, zal de verwijdering door het stadsbestuur gebeuren, en zullen de kosten ten laste gelegd worden van de bekende opdrachtgever(s).
Art. 10.7.3.9. Aanplantingen moeten conform het huishoudelijk reglement betreffende de begraafplaatsen gebeuren. Het planten van bomen en heesters op de graven is verboden.
Art. 10.7.3.9. Aanplantingen moeten conform het huishoudelijk reglement betreffende de begraafplaatsen gebeuren. Het planten van bomen op de graven is verboden.
Art.10.7.3.10. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.7. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR, met uitzondering van artikel. 10.7.2.2. en artikel 10.7.3.6. welke gesanctioneerd worden met een administratieve geldboete van 120 EUR.
Art.10.7.3.10. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.7. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR, met uitzondering van artikel. 10.7.2.2. en artikel 10.7.3.6. welke gesanctioneerd worden met een administratieve geldboete van 120 EUR.
10.8. Verwaarlozing 10.8. Verwaarlozing Art. 10.8.1. De graftekens, hun omgeving en de kleine hofjes moeten voortdurend in perfecte staat van bewaring,
Art. 10.8.1. De graftekens, hun omgeving en de kleine hofjes moeten voortdurend in perfecte staat van bewaring, onderhoud en reinheid gehouden worden.
onderhoud en reinheid gehouden worden. De verantwoordelijke families of belanghebbenden moeten elk grafteken dat bouwvallig is, doen herstellen of wegnemen. Na een zonder gevolg gebleven ingebrekestelling wordt op bevel van de burgemeester van ambtswege overgegaan tot de afbraak of tot de wegneming van de materialen op koste van de in gebreke gebleven families. Art. 10.8.2. Het onderhoud van de graven op geconcedeerde grond rust op de belanghebbenden. Wanneer een graf doorlopend onzindelijk, door plantengroei overwoekerd, ingestort of bouwvallig is, wordt een akte van verwaarlozing opgesteld door de burgemeester of zijn gemachtigde. Die akte blijft een jaar lang bij het graf en aan de ingang van de begraafplaats aangeplakt. Na het verstrijken van die termijn en bij niet herstelling wordt op bevel van de burgemeester van ambtswege overgegaan tot afbraak of tot het wegnemen van de materialen op kosten van de in gebreke blijvende familie. Bovendien kan een einde gesteld worden aan het recht op een concessie. De gemeenteraad draagt deze bevoegdheid om een einde te stellen aan het recht op een concessie over op het college van burgemeester en schepenen.
De verantwoordelijke families of belanghebbenden moeten elk grafteken dat bouwvallig is, doen herstellen of wegnemen. Na een zonder gevolg gebleven ingebrekestelling wordt op bevel van de burgemeester van ambtswege overgegaan tot de afbraak of tot de wegneming van de materialen op kosten van de in gebreke gebleven families. Art. 10.8.2. Het onderhoud van de graven op geconcedeerde grond rust op de belanghebbenden. Wanneer een graf doorlopend onzindelijk, door plantengroei overwoekerd, ingestort of bouwvallig is, wordt een akte van verwaarlozing opgesteld door de burgemeester of zijn gemachtigde. Die akte blijft een jaar lang bij het graf en aan de ingang van de begraafplaats aangeplakt. Na het verstrijken van die termijn en bij niet-herstelling wordt op bevel van de burgemeester van ambtswege overgegaan tot afbraak of tot het wegnemen van de materialen op kosten van de in gebreke blijvende familie. Bovendien kan een einde gesteld worden aan het recht op een concessie. De gemeenteraad draagt deze bevoegdheid om een einde te stellen aan het recht op een concessie over aan het college van burgemeester en schepenen.
Art. 10.8.3. Ingeval van dringende noodzakelijkheid (gevaar voor directe omgeving) kunnen graftekens of een gedeelte ervan ambtshalve door de burgemeester worden weggenomen, zonder verhaal of aanspraak te maken op een vergoeding. De dringende noodzaak wordt door de burgemeester in een akte vastgesteld. De akte wordt aan het betrokken graf en aan de ingang van de begraafplaats bekendgemaakt. Zij zal verstuurd worden aan eventueel gekende nabestaanden.
Art. 10.8.3. Ingeval van dringende noodzakelijkheid (gevaar voor directe omgeving) kunnen graftekens of een gedeelte ervan ambtshalve door de burgemeester of zijn gemachtigde worden weggenomen, zonder verhaal of aanspraak te maken op een vergoeding. De dringende noodzaak wordt door de burgemeester in een akte vastgesteld. De akte wordt aan het betrokken graf en aan de ingang van de begraafplaats bekendgemaakt. Zij zal verstuurd worden aan eventueel gekende nabestaanden.
Art. 10.8.4. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.8. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR.
Art. 10.8.4. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.8. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR.
10.9. Algemene ordemaatregelen
10.9. Algemene ordemaatregelen
Art. 10.9.1. De gemeente staat niet in voor de bewaking van de op de graven geplaatste voorwerpen. Het gemeentebestuur kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de diefstallen of beschadigingen welke op de begraafplaatsen ten nadele van de families zouden gepleegd worden aan de graven, erop aangebrachte gedenktekens, beplantingen en andere voorwerpen.
Art. 10.9.1. De stad staat niet in voor de bewaking van de op de graven geplaatste voorwerpen. Het stadsbestuur kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de diefstallen of beschadigingen welke op de begraafplaatsen ten nadele van de families zouden gepleegd worden aan de graven, erop aangebrachte gedenktekens, beplantingen en andere voorwerpen.
Art. 10.9.2. Op de begraafplaatsen zijn alle handelingen verboden
Art. 10.9.2. Op de begraafplaatsen zijn alle handelingen verboden
waardoor de orde of de aan de doden verschuldigde eerbied verstoord wordt. Het is in het bijzonder verboden : - aanplakbrieven of opschriften aan te brengen, behoudens in de gevallen bepaald bij het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging of bij deze politieverordening; - goederen te koop aan te bieden of zijn diensten aan te bieden.
waardoor de orde of de aan de doden verschuldigde eerbied verstoord wordt. Het is in het bijzonder verboden : - aanplakbrieven of opschriften aan te brengen, behoudens in de gevallen bepaald bij het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging of bij deze politieverordening; - goederen te koop aan te bieden of zijn diensten aan te bieden.
Art. 10.9.3. Het is verboden : a) de begraafplaats te betreden buiten de voorziene openingsuren voor het publiek; b) de grasperken en de aanplantingen van de begraafplaats en aanhorigheden te betreden (met uitzondering van dienstpersoneel) of op welke wijze dan ook te beschadigen; c) de strooiweiden en de stille kinderweiden te betreden, met uitzondering van dienstpersoneel; d) de omheining van de begraafplaats te beklimmen, te beschadigen; e) op de graven de graftekens, symbolen, opschriften, bloemen, kransen, beplantingen, versieringen en dergelijke : te beschadigen, besmeuren, verminken, vernielen, verplaatsen of ontvreemden; weg te dragen van de begraafplaats zonder voorafgaande toelating van de burgemeester. Deze toelating moet vertoond worden aan het gemeentepersoneel, dienstdoend op de begraafplaats; f) binnen de omheining van de begraafplaats en de aanhorigheden vuilnis en afval neer te leggen, tenzij op de daartoe bestemde plaatsen; g) op de begraafplaats of de aanhorigheden zich te gedragen op een wijze die met de ernst en de stilte der plaats en met de eerbied verschuldigd aan de doden niet overeenstemt; h) met rijwielen, bromfietsen en voertuigen (uitgezonderd dienstvoertuigen, kinderwagens, voertuigen voor aanbrengen materiaal graftekens) de begraafplaats binnen te rijden, zelfs aan de hand geleid, tenzij om uitzonderlijke redenen waartoe toelating wordt verleend door de burgemeester;
Art. 10.9.3. Het is verboden : a) de begraafplaats te betreden buiten de voorziene openingsuren voor het publiek; b) de grasperken en de aanplantingen van de begraafplaats en aanhorigheden te betreden (met uitzondering van dienstpersoneel) of op welke wijze dan ook te beschadigen; c) de strooiweiden en de afgebakende stille kinderweiden te betreden, met uitzondering van dienstpersoneel; d) de omheining van de begraafplaats te beklimmen, te beschadigen; e) op de graven de graftekens, symbolen, opschriften, bloemen, kransen, beplantingen, versieringen en dergelijke : te beschadigen, besmeuren, verminken, vernielen, verplaatsen of ontvreemden; weg te dragen van de begraafplaats zonder voorafgaande toelating van de burgemeester. Deze toelating moet vertoond worden aan het stadspersoneel, dienstdoend op de begraafplaats; f) binnen de omheining van de begraafplaats en de aanhorigheden vuilnis en afval neer te leggen, tenzij op de daartoe bestemde plaatsen; g) op de begraafplaats of de aanhorigheden zich te gedragen op een wijze die met de ernst en de stilte der plaats en met de eerbied verschuldigd aan de doden niet overeenstemt; h) met rijwielen, bromfietsen en voertuigen (uitgezonderd dienstvoertuigen, kinderwagens en voertuigen voor het aanbrengen van materiaal voor graftekens) op de begraafplaats te rijden. Om uitzonderlijke redenen kan de burgemeester hierop een uitzondering toestaan; zo worden er omwille van de verkeersveiligheid wel fietsen toegelaten op de begraafplaats van Grembergen;
i) vergezeld te zijn van honden of andere dieren, met uitzondering voor visueel gehandicapten of andere mindervaliden met hun geleidehond, politiediensten en erkende bewakingsondernemingen met waak-, speur- en verdedigingshonden; j) opschriften of grafschriften aan te brengen die de welvoeglijkheid, de orde en de aan de doden verschuldigde eerbied verstoren; k) filmen of fotograferen, van op het even welke plaats, van begrafenissen of lijkstoeten op het domein van het kerkhof, tenzij op uitdrukkelijk
i) rijwielen te stallen tegen zerken;
j) vergezeld te zijn van honden of andere dieren, met uitzondering voor personen met een handicap met hun assistentiehond, politiediensten en erkende bewakingsondernemingen met waak-, speur- en verdedigingshonden; k) opschriften of grafschriften aan te brengen die de welvoeglijkheid, de orde en de aan de doden verschuldigde eerbied verstoren; l) begrafenissen of lijkstoeten op het domein van het
verzoek van de getroffen familie. In alle andere gevallen kan door de burgemeester de toelating worden verleend; l) aanbevelingen te plaatsen op de graven of op de concessiegronden. Alleen de naam, voornaam en het adres van de bouwer of ontwerper mag op het grafteken bescheiden worden vermeld; m) kinderen aan zichzelf over te laten, ze te laten rondlopen of te laten spelen op de begraafplaatsen; n) te spelen, te schreeuwen, te zingen, muziek te laten maken of zich luidruchtig te gedragen. Art. 10.9.4. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.9. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR, behoudens Artikel 10.9.3. e). Inbreuken op artikel 10.9.3. e) worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 120 EUR. Voor de inbreuken gepleegd tegen de bepalingen van onderhavig reglement zijn de ouders burgerlijk aansprakelijk voor hun minderjarige met hen samenwonende kinderen en de werkgevers voor hun aangestelden. Vergunninghouders of hun familie blijven burgerlijk aansprakelijk voor alle ongevallen veroorzaakt wegens de door hun zorgen geplaatste graftekens of andere oorzaken van welke aard ook.
kerkhof te filmen of te fotograferen, van om het even welke plaats, tenzij op uitdrukkelijk verzoek van de getroffen familie. In alle andere gevallen kan door de burgemeester de toelating worden verleend; m) aanbevelingen te plaatsen op de graven of op de concessiegronden. Alleen de naam, voornaam en het adres van de bouwer of ontwerper mag op het grafteken bescheiden worden vermeld; n) kinderen aan zichzelf over te laten, ze te laten rondlopen of te laten spelen op de begraafplaatsen; n) te spelen, te schreeuwen, te zingen, muziek te laten maken of zich luidruchtig te gedragen. Art. 10.9.4. Inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk 10.9. worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 60 EUR, behoudens Artikel 10.9.3. e). Inbreuken op artikel 10.9.3. e) worden gesanctioneerd met een administratieve geldboete van 120 EUR. Voor de inbreuken gepleegd tegen de bepalingen van onderhavig reglement zijn de ouders burgerlijk aansprakelijk voor hun minderjarige met hen samenwonende kinderen en de werkgevers voor hun aangestelden. Vergunninghouders of hun familie blijven burgerlijk aansprakelijk voor alle ongevallen veroorzaakt wegens de door hun zorgen geplaatste graftekens of andere oorzaken van welke aard ook.
Art. 2: In het vigerende politiereglement wordt in het huishoudelijke reglement aangaande de stedelijke begraafplaatsen, bijlage 11, volgende aanpassingen doorgevoerd:
Huishoudelijk reglement betreffende de gemeentelijke begraafplaatsen
Huishoudelijk reglement betreffende de gemeentelijke begraafplaatsen
1. Algemeen
1. Algemeen
Artikel 1 De stad Dendermonde beschikt over tien begraafplaatsen gelegen te Dendermonde-Centrum, Appels, Mespelare, Oudegem, Vlassenbroek, Sint-Gillis, Baasrode, Briel, Schoonaarde en Grembergen.
Artikel 1 De stad Dendermonde beschikt over tien begraafplaatsen gelegen te Dendermonde-Centrum, Appels, Mespelare, Oudegem, Vlassenbroek, Sint-Gillis, Baasrode, Briel, Schoonaarde en Grembergen.
Artikel 2 De stedelijke begraafplaatsen van Dendermonde (*) zijn bestemd voor de begraving, de bijzetting in een columbarium of urnenveld en de asverstrooiing van - Menselijke resten ontdekt op het grondgebied van Dendermonde; - Overleden personen ingeschreven in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van Dendermonde; - Personen die Dendermonde effectief bewonen, doch ingevolge wettelijke of internationale overeenkomsten vrijgesteld zijn van inschrijving
Artikel 2 De stedelijke begraafplaatsen van Dendermonde (*) zijn bestemd voor de begraving, de bijzetting in een columbarium of urnenveld en de asverstrooiing van : - Menselijke resten ontdekt op het grondgebied van Dendermonde; - Overleden personen ingeschreven in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van Dendermonde; - Personen die Dendermonde effectief bewonen, doch ingevolge wettelijke of internationale overeenkomsten vrijgesteld zijn van inschrijving
-
-
-
-
in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van Dendermonde; Personen opgenomen in een instelling buiten Dendermonde, die voor hun opneming hun gewone verblijfplaats in Dendermonde hadden; Personen die vroeger in Dendermonde waren ingeschreven gedurende minstens 25 jaar, alsook personen die omwille van hun hoge leeftijd of gezondheidsredenen bij een bloedverwant of kennis buiten Dendermonde zijn gaan wonen; Ten uitzonderlijke titel en voor zover de overledene een bijzondere relatie heeft gehad met de gemeente, kan de burgemeester toestemming geven tot begraving op een gemeentelijke begraafplaats; Niet-inwoners die begunstigde zijn van een concessie of wiens assen verstrooid worden tegen betaling.
-
-
-
-
in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van Dendermonde; Personen opgenomen in een instelling buiten Dendermonde, die voor hun opneming hun gewone verblijfplaats in Dendermonde hadden; Personen die vroeger in Dendermonde waren ingeschreven gedurende minstens 25 jaar, alsook personen die omwille van hun hoge leeftijd of gezondheidsredenen bij een bloedverwant of kennis buiten Dendermonde zijn gaan wonen; Ten uitzonderlijke titel en voor zover de overledene een bijzondere relatie heeft gehad met de stad, kan de burgemeester toestemming geven tot begraving op een stedelijke begraafplaats; Niet-inwoners die begunstigde zijn van een concessie of wiens assen verstrooid worden tegen betaling.
De nodige bewijsstukken dienen voorgelegd door de aanvrager.
De nodige bewijsstukken dienen voorgelegd door de aanvrager.
(*) Wat het kerkhof van Vlassenbroek betreft zijn deze bepalingen alleen van toepassing op de inwoners van dit gehucht Vlassenbroek.
(*) Wat het kerkhof van Vlassenbroek betreft zijn deze bepalingen alleen van toepassing op de inwoners van dit gehucht Vlassenbroek.
Artikel 3 De teraardebestelling van stoffelijke overschotten is mogelijk op werkdagen en zaterdagen van 9.00 uur tot 16.00 uur en is uitgesloten op zondagen, officiële en statutaire verlofdagen.
Artikel 3 De teraardebestelling van stoffelijke overschotten is mogelijk op werkdagen en zaterdagen van 9.00 uur tot 17.00 uur en is uitgesloten op zondagen, officiële en statutaire verlofdagen.
Er moet vooraf een toelating tot begraven bekomen zijn van het gemeentebestuur.
Er moet vooraf een toelating tot begraven bekomen zijn van het stadsbestuur.
Voor de plaats en het tijdstip moeten de betrokkenen zich schikken naar de beslissingen van de burgemeester of zijn aangestelde.
Voor de plaats en het tijdstip moeten de betrokkenen zich schikken naar de beslissingen van de burgemeester of zijn aangestelde.
2. Niet-geconcedeerde percelen
2. Niet-geconcedeerde percelen
Artikel 4 Deze kosteloze percelen zijn uitsluitend bestemd voor de begraving of bijzetting van de stoffelijke overschotten of asurnen van inwoners of gelijkgestelde categorieën zoals bepaald in artikel 2.
Artikel 4 Deze kosteloze percelen zijn uitsluitend bestemd voor de begraving of bijzetting van de stoffelijke overschotten of asurnen van inwoners of gelijkgestelde categorieën zoals bepaald in artikel 2.
Personen vreemd aan de stad, en niet vermeld in artikel 2, kunnen alleen als begunstigde van een concessie op één van de begraafplaatsen van Dendermonde begraven worden, met uitzondering van een asverstrooiing.
Personen vreemd aan de stad, en niet vermeld in artikel 2, kunnen alleen als begunstigde van een concessie op één van de begraafplaatsen van Dendermonde begraven worden, met uitzondering van een asverstrooiing.
Personen vreemd aan de stad, en niet vermeld in artikel 2, kunnen mits het betalen van een retributie uitgestrooid worden.
Personen vreemd aan de stad, en niet vermeld in artikel 2, kunnen mits het betalen van een retributie uitgestrooid worden.
Artikel 5
Artikel 5
In niet-geconcedeerde grond worden de lijken begraven de ene naast de andere, naargelang van hun aankomst op de begraafplaats.
In niet-geconcedeerde grond worden de lijken begraven het ene naast het andere, naargelang hun aankomst op de begraafplaats.
Urnen worden begraven op het urneveld (uitgezonderd in Vlassenbroek) of bijgezet in het collumbarium. Sierurnen kennen een hoogte van maximum 25 cm en een diameter van maximum 17 cm.
Urnen worden begraven in volle grond, bijgezet in het columbarium of begraven op het urnenveld (uitgezonderd in Vlassenbroek). Sierurnen kennen een hoogte van maximum 30 cm en een diameter van maximum 17 cm.
Deze kosteloze begravingen gebeuren op daartoe door het stadsbestuur aangeduide plaatsen alwaar de graven gedurende een periode van 15 jaar zullen behouden blijven.
Deze kosteloze begravingen gebeuren op daartoe door het stadsbestuur aangeduide plaatsen alwaar de graven gedurende een periode van 15 jaar zullen behouden blijven.
Na een periode van 15 jaar worden deze nietgeconcedeerde percelen ontruimd. Hiertoe zal een afschrift van de beslissing tot ontruiming gedurende één jaar voor het vervallen van de begravingstermijn aangeplakt worden : - Aan het betrokken graf en/of in de nabijheid van het te ontruimen perceel; - Aan de ingang van de begraafplaats.
Na een periode van 15 jaar worden deze nietgeconcedeerde percelen ontruimd. Hiertoe zal een afschrift van de beslissing tot ontruiming gedurende één jaar voor het vervallen van de grafrusttermijn aangeplakt worden : - Aan het betrokken graf en/of in de nabijheid van het te ontruimen perceel; - Aan de ingang van de begraafplaats.
De belanghebbenden zullen, te rekenen vanaf de datum van de bekendmaking bedoeld in vorige alinea, beschikken over een termijn van één jaar om de graftekens weg te nemen. Na die termijn worden zij van ambtswege verwijderd, en worden ze eigendom van de gemeente. Het college van burgemeester en schepenen beslist over de bestemming van deze materialen.
De belanghebbenden zullen, te rekenen vanaf de datum van de bekendmaking bedoeld in vorige alinea, beschikken over een termijn van één jaar om de graftekens weg te nemen. Na die termijn worden zij van ambtswege verwijderd, en worden ze eigendom van de stad. Het college van burgemeester en schepenen beslist over de bestemming van deze materialen.
Vanaf de datum van aanplakking is het niet meer mogelijk een concessie aan te gaan voor nietgeconcedeerde graven.
Nabestaanden van niet-geconcedeerde graven kunnen tijdens de aanplakking (de periode voorafgaand aan de ontgraving) een aanvraag richten tot het college van burgemeester en schepenen tot het ontgraven van het lichaam en het aangaan van een concessie voor de overledene. Motivatie: verschillende vragen van nabestaanden gekregen. Praktisch is het mogelijk om deze ontgraving te realiseren, en willen we zo de mogelijkheid bieden aan nabestaanden om toch nog over te gaan tot een concessie.
Artikel 6 – strooiweide De asverstrooiing op de strooiweide is kosteloos. Enkel voor het uistrooien van de as van gecremeerde personen vreemd aan de gemeente en er ook niet overleden, wordt er een belasting aangerekend conform het tariefreglement.
Artikel 6 – strooiweide De asverstrooiing op de strooiweide is kosteloos. Enkel voor het uitstrooien van de as van gecremeerde personen vreemd aan de stad en er ook niet overleden, wordt een belasting aangerekend conform het retributiereglement.
Artikel 7 – stille kinderweide Levenloos geboren kinderen die de wettelijke levensvatbaarheidgrens nog niet hebben bereikt, worden na een zwangerschapsduur van ten volle 12 weken op verzoek van de ouders kosteloos begraven op een voorbehouden gemeenschappelijke stille
Artikel 7 – kinderbegraafplaats Levenloos geboren kinderen die de wettelijke levensvatbaarheidgrens nog niet hebben bereikt, worden na een zwangerschapsduur van ten volle 12 weken op verzoek van de ouders kosteloos: begraven op een voorbehouden
kinderweide.
gemeenschappelijke stille kinderweide ; begraven op de kinderbegraafplaats in volle grond; bijgezet in een urne in de paddenstoel; Motivatie: de wetgever biedt de mogelijkheid om foetussen te begraven op de stille kinderweide alsook op de kinderbegraafplaats. Op deze manier kunnen de nabestaanden kiezen voor een anoniem graf of een individueel graf van de overleden foetus.
Kinderen die de wettelijke levensvatbaarheid bereikt hebben, worden op verzoek van de ouders kosteloos: begraven op de kinderbegraafplaats in volle grond; bijgezet in een urne in de paddenstoel; begraven op concessiegrond; De naaste verwante meldt deze begraving aan de dienst der begraafplaatsen, minstens twee werkdagen vooraf, via het geëigende formulier.
De naaste verwante meldt deze begraving aan de dienst der begraafplaatsen, minstens twee werkdagen vooraf, via het geëigende formulier.
De burgemeester kan de plaatsing in dezelfde doodskist toelaten van de lijkjes van twee doodgeboren of kort na de geboorte overleden meerlingen.
De burgemeester kan de plaatsing in dezelfde doodskist toelaten van de lijkjes van twee doodgeboren of kort na de geboorte overleden meerlingen.
Artikel 8 – kinderbegraafplaats De begravingen in volle grond van het stoffelijk overschot en asurnen van kinderen kunnen gebeuren op de kinderbegraafplaats, een afzonderlijk perceel grond voorzien op de begraafplaats. De grafruimte is echter beperkt waardoor de lengte van de kist maximum 1,50 meter mag bedragen.
De grafruimte is echter beperkt waardoor de lengte van de kist maximum 1,50 meter mag bedragen.
De maximum leeftijd voor een begraving op de kinderbegraafplaats bedraagt 12 jaar.
De maximum leeftijd voor een begraving op de kinderbegraafplaats bedraagt 12 jaar.
Buiten de kinderbegraafplaats wordt gratis begraving of plaatsing van een asurne toegestaan voor minderjarigen.
Buiten de kinderbegraafplaats wordt gratis begraving of plaatsing van een asurne toegestaan voor minderjarigen.
Het graf wordt gedurende 25 jaar behouden en kan op aanvraag kosteloos verlengd worden met een periode van telkens 15 jaar. Dit geldt zowel voor de kinderbegraafplaats als voor graven en asurnen van minderjarigen elders.
Het graf wordt gedurende 25 jaar behouden en kan op aanvraag kosteloos verlengd worden met een periode van telkens 15 jaar. Dit geldt zowel voor de kinderbegraafplaats als voor graven en asurnen van minderjarigen elders.
3. Geconcedeerde percelen
3. Geconcedeerde percelen
3.1 Verlenen van een concessie
3.1 Verlenen van een concessie
Artikel 9 Zolang de omvang van de begraafplaatsen dit mogelijk maakt, worden concessies verleend voor het begraven van stoffelijke overschotten en voor het begraven of bijzetten van urnen, volgens de tarieven opgenomen in het gemeentelijke tariefreglement betreffende de gemeentelijke begraafplaatsen.
Artikel 8 Zolang de omvang van de begraafplaatsen dit mogelijk maakt, worden concessies verleend voor het begraven van stoffelijke overschotten en voor het begraven of bijzetten van urnen, volgens de tarieven opgenomen in het retributiereglement betreffende de stedelijke begraafplaatsen.
Artikel 10 Er worden geen concessies verleend vóór het overlijden, behalve bij een meervoudige concessie waarbij de eerste onmiddellijk benut wordt voor een overleden persoon en de tweede en derde voorbehouden wordt aan de begunstigde(n).
Artikel 9 Er worden geen concessies verleend vóór het overlijden, behalve bij een meervoudige concessie waarbij de eerste onmiddellijk benut wordt voor een overleden persoon en de volgende concessies voorbehouden worden aan de begunstigde(n).
Artikel 11 Het verlenen van een concessie houdt noch verhuring noch verkoop in. De concessies zijn persoonlijk en onoverdraagbaar. De toegewezen concessies kunnen enkel door de concessiehouder of zijn erfgenamen schriftelijk gewijzigd worden.
Artikel 10 Het verlenen van een concessie houdt noch verhuring noch verkoop in. De concessies zijn persoonlijk en onoverdraagbaar. De toegewezen concessies kunnen enkel door de concessiehouder of zijn erfgenamen schriftelijk gewijzigd worden. Een concessie wordt aangegaan voor de grond die in gebruik wordt genomen, zowel voor de urnenvelden als voor de volle grond. Een verlenging van een concessie wordt steeds aangegaan voor alle overledenen die op dat moment tot de concessie behoren. De concessie kan pas opnieuw aangegaan worden nadat de termijn van de concessie van de eerste begraving is verstreken. Concessie grond: Enkele grond: retributie te betalen bij aanvang van de concessie --> keuze tussen 1 kist in volle grond 1 urne in volle grond begraven Indien er wordt gekozen om een urne te plaatsen. o Kan er worden toegestaan dat er max. 3 urnen worden bijgeplaatst ondergronds. o Per urne wordt een retributie betaald. o De concessie wordt steeds verlengd voor het aantal urnen er zich bevinden in de grond. Dubbele grond: retributie te betalen bij aanvang van de concessie
o
o o
--> keuze tussen 2 kisten 1 kist en maximum 4 urnen Max. 8 urnen De termijn wordt verlengd en de concessie wordt opnieuw aangegaan bij het verstrijken van de 25 jaar na de eerste begraving. Bij het bijplaatsen van een urn wordt een retributie aangerekend. De eerste 2 plaatsingen (hetzij een urne of een kist) zitten reeds vervat in de retributie die
betaald is bij aanvang van de concessie. Concessie urnenveld/columbarium: 1/2-personen: retributie te betalen bij aanvang van de concessie.
3.2 Begunstigden
3.2 Begunstigden
Artikel 12 In eenzelfde geconcedeerd graf (perceel grond) mogen maximaal drie personen begraven worden. In eenzelfde geconcedeerde nis of begraafplaats op het urnenveld kunnen maximaal twee personen begraven worden.
Artikel 11 In eenzelfde geconcedeerd graf (perceel grond) mogen maximaal drie personen begraven worden. In eenzelfde geconcedeerde nis of begraafplaats op het urnenveld kunnen maximaal twee personen begraven worden.
In eenzelfde concessie mogen enkel samen begraven worden : - Ofwel de aanvrager zelf, zijn/haar partner, zijn/haar bloed- of aanverwanten; - Ofwel de leden van één of meerdere religieuze gemeenschappen; - Ofwel derden aangewezen door de concessiehouder en die daartoe schriftelijk hun wil bij de gemeentelijke overheid te kennen hebben gegeven; - Ofwel de persoon of de personen waarmee de overledene op het ogenblik van het overlijden een feitelijk gezin vormde waarvan de nodige bewijsstukken worden voorgelegd.
In eenzelfde concessie mogen enkel samen begraven worden : - Ofwel de aanvrager zelf, zijn/haar partner, zijn/haar bloed- of aanverwanten; - Ofwel de leden van één of meerdere religieuze gemeenschappen; - Ofwel derden aangewezen door de concessiehouder en die daartoe schriftelijk hun wil bij de gemeentelijke overheid te kennen hebben gegeven; - Ofwel de persoon of de personen waarmee de overledene op het ogenblik van het overlijden een feitelijk gezin vormde waarvan de nodige bewijsstukken worden voorgelegd. Bijzettingen in de concessie dienen niet nominatief bekendgemaakt te worden bij de aanvang van de concessie.
Een concessie mag worden ingediend ten behoeve van een derde en diens familie.
Een concessie mag worden ingediend ten behoeve van een derde en diens familie.
3.3 Aanvraagprocedure
3.3 Aanvraagprocedure
Artikel 13 Het college van burgemeester en schepenen wordt door de gemeenteraad gemachtigd om de concessies te verlenen conform de modaliteiten van het huishoudelijk reglement en de tarieven voorzien in het tariefreglement betreffende de gemeentelijke begraafplaatsen. Deze concessies hebben betrekking op ofwel een perceel, grond, een nis in een columbarium of een plaats op het urnenveld.
Artikel 12 Het college van burgemeester en schepenen wordt door de gemeenteraad gemachtigd om de concessies te verlenen conform de modaliteiten van het huishoudelijk reglement en de tarieven voorzien in het retributiereglement betreffende de stedelijke begraafplaatsen. Deze concessies hebben betrekking op ofwel een perceel grond, een nis in een columbarium of een plaats op het urnenveld.
Het college van burgemeester en schepenen wordt tevens gemachtigd om de concessies te beëindigen bij toepassing van een procedure van verwaarlozing.
Het college van burgemeester en schepenen wordt tevens gemachtigd om de concessies te beëindigen bij toepassing van een procedure van verwaarlozing.
Artikel 14 De concessie dient schriftelijk bij het college van burgemeester en schepen aangevraagd te worden via
Artikel 13 De concessie dient schriftelijk bij het college van burgemeester en schepenen aangevraagd te worden via
het daarvoor bestemde formulier.
het daarvoor bestemde formulier.
Eenzelfde concessie kan dienen voor de aanvrager, zijn echtgenoot, zijn bloed- of aanverwanten evenals voor allen daartoe aangewezen door de concessiehouder en die daartoe bij de gemeentelijke overheid hun wil te kennen hebben gegeven. Wanneer iemand overlijdt terwijl hij op dat ogenblik een feitelijk gezin vormde, kan de overlevende een concessie aanvragen.
Eenzelfde concessie kan dienen voor de aanvrager, zijn echtgenoot, zijn bloed- of aanverwanten evenals voor allen daartoe aangewezen door de concessiehouder en die daartoe bij de gemeentelijke overheid hun wil te kennen hebben gegeven. Wanneer iemand overlijdt terwijl hij op dat ogenblik een feitelijk gezin vormde, kan de overlevende een concessie aanvragen.
De aanvraag voor een concessie in een nis of op een plaats op het urnenveld is standaard voor twee personen. De tarieven in het tariefreglement zijn conform bepaald.
De aanvraag voor een concessie in een nis of op een plaats op het urnenveld is standaard voor twee personen. De tarieven in het retributiereglement zijn conform bepaald.
Indien er geen hernieuwing wordt aangevraagd tussen de datum van de laatste bijbegraving in de concessie en het verstrijken van de periode waarvoor deze werd verleend, blijft de concessie bestaan gedurende een termijn van 15 jaar die begint te lopen op de datum van het overlijden, indien dit overlijden zich minder dan 10 jaar voor het verstrijken van de concessie heeft voorgedaan.
Indien er geen hernieuwing wordt aangevraagd tussen de datum van de laatste bijzetting in de concessie en het verstrijken van de periode waarvoor deze werd verleend, blijft de concessie bestaan gedurende een termijn van 15 jaar die begint te lopen op de datum van het overlijden, indien dit overlijden zich minder dan 10 jaar voor het verstrijken van de concessie heeft voorgedaan.
Artikel 15 Bij het verkrijgen van een concessie verbindt de houder er zich toe om het graf te onderhouden en om binnen het jaar een grafzerk te plaatsen. Indien dit niet vrijwillig gebeurt, kan het stadsbestuur op kosten van de ingebreke blijvende concessiehouder een grafzerk laten plaatsen.
Artikel 14 Bij het verkrijgen van een concessie verbindt de houder er zich toe om het graf te onderhouden en om binnen het jaar een grafzerk te plaatsen. Indien dit niet vrijwillig gebeurt, kan het stadsbestuur op kosten van de ingebreke blijvende concessiehouder een grafzerk laten plaatsen.
3.4 Termijnen
3.4 Termijnen
Artikel 16 De concessies worden verleend voor een termijn van 25 jaar met uitzondering van keldergrond welke steeds voor 50 jaar is. De concessietermijn begint te lopen op datum van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 15 De concessies worden verleend voor een termijn van 25 jaar met uitzondering van keldergrond welke steeds voor 50 jaar is. De concessietermijn begint te lopen op datum van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 17 De wet van 20 juli 1971 betreffende de begraafplaatsen en de lijkbezorging heeft de eeuwigdurende concessies omgezet in verlengbare concessies van 50 jaar. Elke belanghebbende kan telkens na 50 jaar zonder betaling een verlenging aanvragen. De aanvangsdatum van verlengbare concessies start op datum van bekendmaking van de wet van 20/07/1971 in het Belgisch Staatsblad.
Artikel 16 De wet van 20 juli 1971 betreffende de begraafplaatsen en de lijkbezorging heeft de eeuwigdurende concessies omgezet in verlengbare concessies van 50 jaar. Elke belanghebbende kan telkens na 50 jaar zonder betaling een verlenging aanvragen. De aanvangsdatum van verlengbare concessies start op datum van bekendmaking van de wet van 20/07/1971 in het Belgisch Staatsblad.
3.5 Hernieuwingen
3.5 Hernieuwingen
Artikel 18 – hernieuwingen eeuwigdurende concessie De eeuwigdurende concessie kan telkens na 50 jaar en zonder retributie op aanvraag van enig belanghebbende hernieuwd worden. Minstens één jaar voor het verstrijken van de concessie of van de verlenging ervan maakt de burgemeester of zijn gemachtigde een akte op die zowel aan het graf als
Artikel 17 – hernieuwingen eeuwigdurende concessie De eeuwigdurende concessie kan telkens na 50 jaar en zonder retributie op aanvraag van enig belanghebbende hernieuwd worden. Minstens één jaar voor het verstrijken van de concessie of van de verlenging ervan maakt de burgemeester of zijn gemachtigde een akte op die zowel aan het graf als
aan de ingang van de begraafplaats aangeplakt wordt. De nabestaanden kunnen dan een aanvraag tot hernieuwing richten aan het gemeentebestuur.
aan de ingang van de begraafplaats aangeplakt wordt. De nabestaanden kunnen dan een aanvraag tot hernieuwing richten aan het stadsbestuur.
Artikel 19 – hernieuwing zonder bijzetting De concessies zonder bijzetting kunnen, na het verstrijken van de termijn, worden hernieuwd met een termijn van telkens 15 jaar voor gewone grond en 30 jaar voor keldergrond.
Artikel 18 – hernieuwing zonder bijzetting De concessies zonder bijzetting kunnen, na het verstrijken van de termijn, worden hernieuwd met een termijn van telkens 15 jaar voor gewone grond en 30 jaar voor keldergrond.
Artikel 20 – hernieuwing met bijzetting Inzake de hernieuwing van een concessie met bijzetting zijn er twee mogelijkheden.
Artikel 19 – hernieuwing met bijzetting De bestaande concessie, voor zover deze verleend is voor het aantal te begraven personen blijft doorlopen. Indien de laatste begraving zich evenwel heeft voorgedaan minder dan 10 jaar voor het verstrijken van de concessie moet de concessie 15 jaar behouden blijven.
a)
De bestaande concessie, voor zover deze verleend is voor het aantal te begraven personen blijft doorlopen. Indien de laatste begraving zich evenwel heeft voorgedaan minder dan 10 jaar voor het verstrijken van de concessie moet de concessie 15 jaar behouden blijven.
b) De bestaande concessie kan op uitdrukkelijke aanvraag worden hernieuwd voor een periode van 25 jaar vanaf de laatste bijzetting mits betaling van een retributie voor de verstreken jaren.
3.6 Uitbreiding van de concessie
3.6 Uitbreiding van de concessie
Artikel 21 – uitbreiding van een eeuwigdurende concessie Indien het praktisch mogelijk is en de nabestaanden geven toelating om een bijkomende begraving of asurn te plaatsen bij een eeuwigdurende concessie, dan wordt de concessie voor de bijkomende begraving aangerekend a rato van de nog resterende duurtijd van de eeuwigdurende concessie. De grafrust van 40 jaar dient gerespecteerd te worden.
Artikel 20 – uitbreiding van een eeuwigdurende concessie Indien het praktisch mogelijk is en de nabestaanden geven toelating om een bijkomende begraving of asurn te plaatsen bij een eeuwigdurende concessie,dan wordt de concessie voor de bijkomende begraving aangerekend a rato van de nog resterende duurtijd van de eeuwigdurende concessie. De grafrust van 40 jaar dient gerespecteerd te worden.
Nadat de eeuwigdurende concessie en de bijkomende verleende concessie zijn verlopen, worden de eeuwigdurende concessietermijnen zonder retributie vernieuwd voor de duurtijd van 50 jaar en dient voor elke bijkomende concessie een retributie betaald te worden over een periode van 50 jaar.
Nadat de eeuwigdurende concessie en de bijkomende verleende concessie zijn verlopen, worden de eeuwigdurende concessietermijnen zonder retributie vernieuwd voor de duurtijd van 50 jaar en dient voor elke bijkomende concessie een retributie betaald te worden over een periode van 50 jaar.
3.7 Einde van een concessie
3.7 Einde van een concessie
Artikel 22 Op schriftelijk verzoek van de concessiehouder of zijn erfgenamen, of bij ontstentenis hiervan, iedere belanghebbende, kan het college van burgemeester en schepenen een concessie voortijdig beëindigen.
Artikel 21 Op schriftelijk verzoek van de concessiehouder of zijn erfgenamen, of bij ontstentenis hiervan, iedere belanghebbende, kan het college van burgemeester en schepenen een concessie voortijdig beëindigen.
Bij beëindiging op verzoek, kan de betaalde concessieprijs noch geheel noch gedeeltelijk
Bij beëindiging op verzoek, kan de betaalde concessieprijs noch geheel noch gedeeltelijk
teruggevorderd worden.
teruggevorderd worden.
Vooraleer de gemeenteraad tot beëindiging overgaat, zal de vraag tot beëindiging worden aangeplakt gedurende zes maanden aan de ingang van de begraafplaats en aan de betrokken concessie, en zal, indien mogelijk, de concessiehouder schriftelijk in kennis worden gesteld. Bezwaren tegen een voortijdige beëindiging moeten schriftelijk worden ingediend bij het college van burgemeester en schepenen.
Vooraleer de gemeenteraad tot beëindiging overgaat, zal de vraag tot beëindiging worden aangeplakt gedurende zes maanden aan de ingang van de begraafplaats en aan de betrokken concessie, en zal, indien mogelijk, de concessiehouder schriftelijk in kennis worden gesteld. Bezwaren tegen een voortijdige beëindiging moeten schriftelijk worden ingediend bij het college van burgemeester en schepenen.
Na het verstrijken van de door het college van burgemeester en schepenen vastgestelde termijn worden de niet weggenomen graftekens en de nog bestaande ondergrondse constructies eigendom van de stad.
Na het verstrijken van de door het college van burgemeester en schepenen vastgestelde termijn worden de niet weggenomen graftekens en de nog bestaande ondergrondse constructies eigendom van de stad.
Artikel 23 – terugname van een geconcedeerd perceel of geconcedeerde nis In geval van terugneming van een perceel wegens openbaar belang of dienstnoodwendigheden kunnen de concessiehouders geen aanspraak maken op enige vergoeding. Zij hebben slechts recht op het kosteloos bekomen van een perceel of nis van dezelfde afmetingen op een ander deel van de begraafplaats of op een andere begraafplaats op het grondgebied van Dendermonde, tot het einde van de concessietermijn. De eventuele kosten voor het overbrengen van de stoffelijke overschotten en van de graftekens zijn ten laste van het stadsbestuur.
Artikel 22 – terugname van een geconcedeerd perceel of geconcedeerde nis In geval van terugneming van een perceel wegens openbaar belang of dienstnoodwendigheden kunnen de concessiehouders geen aanspraak maken op enige vergoeding. Zij hebben slechts recht op het kosteloos bekomen van een perceel of nis van dezelfde afmetingen op een ander deel van de begraafplaats of op een andere begraafplaats op het grondgebied van Dendermonde, tot het einde van de concessietermijn. De eventuele kosten voor het overbrengen van de stoffelijke overschotten en van de graftekens zijn ten laste van het stadsbestuur.
Artikel 24 – sluiting van een begraafplaats/wijziging van bestemming In geval van sluiting en/of wijziging van de bestemming van de begraafplaats kunnen de concessiehouders geen aanspraak maken op enige vergoeding. Zij hebben slechts recht op het bekomen van een perceel of nis van dezelfde afmetingen op een andere stedelijke begraafplaats, tot het einde van de concessietermijn. De eventuele kosten zijn ten laste van het stadsbestuur. De kosten voor het overbrengen van de graftekens zijn ten laste van diegenen die de overbrenging hebben aangevraagd.
Artikel 23 – sluiting van een begraafplaats/wijziging van bestemming In geval van sluiting en/of wijziging van de bestemming van de begraafplaats kunnen de concessiehouders geen aanspraak maken op enige vergoeding. Zij hebben slechts recht op het bekomen van een perceel of nis van dezelfde afmetingen op een andere stedelijke begraafplaats, tot het einde van de concessietermijn. De eventuele kosten zijn ten laste van het stadsbestuur. De kosten voor het overbrengen van de graftekens zijn ten laste van diegenen die de overbrenging hebben aangevraagd.
Het recht op het kosteloos bekomen van een nieuw perceel is afhankelijke van het indienen van een aanvraag door enige belanghebbende, binnen een termijn van zes maanden, volgend op de bekendmaking van de gemeenteraadsbeslissing.
Het recht op het kosteloos bekomen van een nieuw perceel is afhankelijk van het indienen van een aanvraag door enige belanghebbende, binnen een termijn van zes maanden, volgend op de bekendmaking van de gemeenteraadsbeslissing.
4. Graven voor oudstrijders
4. Graven voor oud-strijders
4.1 Ereperken
4.1 Ereperken
Artikel 25 Op de stedelijke begraafplaatsen worden de bestaande ereperken behouden. Eens deze volledig ingenomen zijn kan geen beroep meer gedaan worden om er op te begraven.
Artikel 24 Op de stedelijke begraafplaatsen worden bevinden zich de bestaande ereperken behouden. Eens deze volledig ingenomen zijn kan geen beroep meer gedaan worden om er op te begraven.
Kunnen op het ereperk begraven worden :
Kunnen op het ereperk begraven worden :
-
De oud-strijders van de oorlogen 1914-1918 en 1940-1945; De erkende politieke gevangen; De erkende gewapende weerstanders en weerstanders door de sluikpers; Drager zijn van de eretitel van veteraan (zie K.B. van 12/10/2006).
-
De oud-strijders van de oorlogen 1914-1918 en 1940-1945; De erkende politieke gevangenen; De erkende gewapende weerstanders en weerstanders door de sluikpers; Dragers van de eretitel van veteraan (zie K.B. van 12/10/2006).
De rechthebbende familieleden zullen de aanvraag met de nodige bewijsstukken richten aan de burgemeester, die toelating tot begraving op het erepark toestaat.
De rechthebbende familieleden zullen de aanvraag met de nodige bewijsstukken richten aan de burgemeester, die toelating tot begraving op het ereperk toestaat.
Worden uitgesloten van deze maatregel, zij die wegens onvaderlandse houding in oorlogstijd een veroordeling opliepen die wegens dezelfde redenen van hun burgerlijke of politieke rechten werden beroofd en niet in hun rechten werden hersteld.
Worden uitgesloten van deze maatregel, zij die wegens onvaderlandse houding in oorlogstijd een veroordeling opliepen die wegens dezelfde redenen van hun burgerlijke of politieke rechten werden beroofd en niet in hun rechten werden hersteld.
De grafmonumenten op de ereperken dienen aan volgende afmetingen te voldoen: Lengte : 1,80 meter Breedte : 0,90 meter Hoogte : 1,80 meter
De grafmonumenten op de ereperken dienen aan bepaalde afmetingen te voldoen, conform de bestaande grafzerken van dat ereperk: Lengte : 1,80 meter Breedte : 0,90 meter Hoogte : 1,80 meter
Het onderhoud van de ereperken gebeurt door de stadsdiensten.
Het onderhoud van de ereperken gebeurt door de stadsdiensten.
4.2 Buiten de ereperken
4.2 Buiten de ereperken
Artikel 26 De personen vermeld in artikel 25 kunnen eveneens begraven worden buiten de ereperken samen met hun partner.
Artikel 25 De personen vermeld in artikel 24 kunnen eveneens begraven worden buiten de ereperken samen met hun partner.
Het graf wordt gedurende 25 jaar behouden en kan op aanvraag kosteloos verlengd worden met een periode van telkens 15 jaar.
Het graf wordt gedurende 25 jaar behouden en kan op aanvraag kosteloos verlengd worden met een periode van telkens 15 jaar.
5. Graven van lokaal historisch belang, graven erkend door monumentenzorg en peterschap van graven
5. Graven van lokaal historisch belang, graven erkend door monumentenzorg en peterschap van graven
Artikel 27 – graven van lokaal historisch belang Het college van burgemeester en schepenen bepaalt autonoom welke graven van lokaal historisch belang zijn. Deze grafmonumenten worden gedurende 50 jaar bewaard. De termijn is verlengbaar. Het onderhoud is ten laste van het gemeentebestuur.
Artikel 26 – graven van lokaal historisch belang Het college van burgemeester en schepenen bepaalt autonoom welke graven van lokaal historisch belang zijn. Deze grafmonumenten worden gedurende 50 jaar bewaard. De termijn is verlengbaar. Het onderhoud is ten laste van het stadsbestuur.
Artikel 28 – graven erkend door monumentenzorg Het college van burgemeester en schepenen bepaalt autonoom voor welke graven er een aanvraag tot erkenning door monumentenzorg zal gebeuren. Eens deze erkend zijn, dienen ze volgens de voorwaarden van monumentenzorg gerestaureerd en onderhouden te worden. Het gemeentebestuur kan hiervoor rekenen op subsidies ontvangen van monumentenzorg.
Artikel 27 – graven erkend door monumentenzorg Het college van burgemeester en schepenen bepaalt autonoom voor welke graven er een aanvraag tot erkenning door monumentenzorg zal gebeuren. Eens deze erkend zijn, dienen ze volgens de voorwaarden van monumentenzorg gerestaureerd en onderhouden te worden. Het stadsbestuur kan hiervoor rekenen op subsidies ontvangen van monumentenzorg.
Artikel 29 – peterschap van graven
Artikel 28 – peterschap van graven
Elke persoon geïnteresseerd in een bepaald grafmonument kan de concessie van dat grafmonument overnemen mits toelating van de concessiehouder. De nieuwe concessiehouder staat dan in voor de restauratie en het verdere onderhoud van het grafmonument. In het geval van grafkelders, en mits deze nog niet volzet is, kan de nieuwe concessiehouder eveneens in deze kelder bijbegraven worden. Er wordt dan enkel een klein gedenkpaaltje aan het grafmonument gehangen met zijn gegevens zodat de originele inscripties behouden blijven.
Elke persoon geïnteresseerd in een bepaald grafmonument kan de concessie van dat grafmonument overnemen mits toelating van de concessiehouder. De nieuwe concessiehouder staat dan in voor de restauratie en het verdere onderhoud van het grafmonument. In het geval van grafkelders, en mits deze nog niet volzet is, kan de nieuwe concessiehouder eveneens in deze kelder bijbegraven worden. Er wordt dan enkel een klein gedenkplaatje aan het grafmonument gehangen met zijn gegevens zodat de originele inscripties behouden blijven.
Ook verenigingen kunnen het peterschap op zich nemen van een grafmonument. Dit kan ook een graf van lokaal historisch belang zijn. De vereniging staat dan in voor het onderhoud van het desbetreffende graf. Bijbegravingen zijn dan niet mogelijk daar het om een vereniging gaat.
Ook verenigingen kunnen het peterschap op zich nemen van een grafmonument. Dit kan ook een graf van lokaal historisch belang zijn. De vereniging staat dan in voor het onderhoud van het desbetreffende graf. Bijbegravingen zijn dan niet mogelijk daar het om een vereniging gaat.
Scholen kunnen het peterschap op zich nemen van graven van oud-strijders of van een oorlogsmonument. Ze staan dan in voor het onderhoud van deze graven of dit monument.
Scholen kunnen het peterschap op zich nemen van graven van oud-strijders of van een oorlogsmonument. Ze staan dan in voor het onderhoud van deze graven of dit monument.
6. Percelen en grafmonumenten
6. Percelen en grafmonumenten
6.1 Afmetingen percelen
6.1 Afmetingen percelen
Artikel 30 De percelen geconcedeerd voor het begraven in volle grond van het lijk van één persoon hebben een eenvormige oppervlakte van 2 m² (1m x2m).
Artikel 29 De percelen geconcedeerd voor het begraven in volle grond van het lijk van enkele grond hebben een eenvormige oppervlakte van 2 m² (1m x2m), in dubbele grond 4m².
Gaat het om een vergunning van twee personen, dan zal er per persoon 2m² bijkomen.
Gaat het om een vergunning van meerdere personen, dan zal er per persoon 2m² bijkomen.
Het verwijderen van eventuele grafzerken om latere bijzetting van lijken of urnen mogelijk te maken moeten in opdracht en op kosten van de familie of belanghebbenden verwijderd en teruggeplaatst worden.
Het verwijderen en terugplaatsen van eventuele grafzerken met het oog op latere bijzetting van lijken of urnen moeten in opdracht en op kosten van de familie of belanghebbenden gebeuren.
De percelen geconcedeerd voor het begraven in een grafkelder van één lijk hebben een oppervlakte van 2,75 m² (2,75m x 1m).
De percelen geconcedeerd voor het begraven in een grafkelder van één lijk hebben een oppervlakte van 2,75 m² (2,75m x 1m) Gaat het om een vergunning van meerdere lichamen dan zal er per lijk 2,75 m² bijkomen. Er mogen hoogstens twee lijken boven elkaar begraven worden.
Gaat het om een vergunning van meerdere lichamen dan zal er per lijk 2,75 m² bijkomen. Er mogen hoogstens twee lijken boven elkaar begraven worden. De percelen geconcedeerd voor bijzetting van het urneveld zijn steeds bestemd voor twee urnen en hebben een eenvormige oppervlakte van 0,62 m² (0,65 m x 0,65 m).
De percelen geconcedeerd voor bijzetting van het urnenveld zijn steeds bestemd voor twee urnen en hebben een eenvormige oppervlakte van 0,42 m² (0,65 m x 0,65 m).
De nissen geconcedeerd voor bijzetting voor een periode van 25 jaar zijn steeds bestemd voor de twee urnen.
De nissen geconcedeerd voor bijzetting voor een periode van 25 jaar zijn steeds bestemd voor de twee urnen.
6.2 Plaatsen van grafmonumenten
6.2 Plaatsen van grafmonumenten
Artikel 31
Artikel 30
Het plaatsen van grafmonumenten is onderworpen aan een voorafgaande en schriftelijke toelating, verleend door de ambtenaar van de burgerlijke stand.
Het plaatsen van grafmonumenten is onderworpen aan een voorafgaande en schriftelijke toelating, verleend door de ambtenaar van de burgerlijke stand.
Artikel 32 Na het bekomen van de nodige toelating, gebeurt de plaatsing, wegneming of de verbouwing van graftekens en de uitvoering van beplantingen op de begraafplaatsen onder toezicht van de grafmaker. Minstens twee werkdagen vóór de aanvang van de werken neemt de aannemer contact op met de grafmaker.
Artikel 31 Na het bekomen van de nodige toelating, gebeurt de plaatsing, wegneming of de verbouwing van graftekens op de begraafplaatsen onder toezicht van de grafmaker. Minstens twee werkdagen vóór de aanvang van de werken neemt de aannemer contact op met de grafmaker.
Artikel 33 Op het perceel, waarin een stoffelijk overschot begraven werd in geconcedeerde grond, moet vanaf de zesde maand na de begraving een grafmonument of afdekplaat worden aangebracht. Deze dienen te voldoen aan de volgende voorschriften : Hoogte : maximum 1,20 meter te rekenen vanaf het maaiveld Breedte : 1, 00 meter per lijk Lengte : 2,00 meter
Artikel 32 Op het perceel waarin een stoffelijk overschot begraven werd in geconcedeerde grond, moet vanaf de zesde maand na de begraving een grafmonument of afdekplaat worden aangebracht. Deze dienen te voldoen aan de volgende voorschriften : Hoogte : maximum 1,20 meter te rekenen vanaf het maaiveld Breedte : 1, 00 meter per lijk Lengte : 2,00 meter
De onderbouw van de zerken dient op dezelfde hoogte te zijn aangebracht als deze van het eerste graf op dezelfde rij.
De onderbouw van de zerken dient op dezelfde hoogte te zijn aangebracht als deze van het eerste graf op dezelfde rij.
Bovenstaande voorschriften gelden ook voor begravingen in niet-geconcedeerde grond indien er een grafmonument geplaatst wordt. In geval van bijbegraving moet na de begrafenis het perceel onverwijld in een ordentelijke staat gebracht worden.
Bovenstaande voorschriften gelden ook voor begravingen in niet-geconcedeerde grond indien er een grafmonument geplaatst wordt. In geval van bijbegraving moet na de begrafenis het perceel onverwijld in een ordentelijke staat gebracht worden.
Indien binnen de voorziene termijn de plaatsing van het monument niet is uitgevoerd, of indien tijdens de verdere duur van de concessie niet langer aan die voorwaarden voldaan is, kan zulks aanleiding geven tot het –treffen van dezelfde maatregelen als deze die ingevolge de wet op de begraafplaatsen en de lijkbezorging zijn voorzien bij verwaarlozing van graven.
Indien binnen de voorziene termijn de plaatsing van het monument niet is uitgevoerd, of indien tijdens de verdere duur van de concessie niet langer aan die voorwaarden voldaan is, kan zulks aanleiding geven tot het treffen van dezelfde maatregelen als deze die ingevolge de wet op de begraafplaatsen en de lijkbezorging zijn voorzien bij verwaarlozing van graven.
Artikel 34 Voor het plaatsen van grafkelders worden geprefabriceerde betonbakken toegelaten. De werkplaats, die geopend wordt met het oog op het plaatsen van een grafkelder moet behoorlijk aangeduid zijn. De kuil mag slechts open blijven gedurende de tijd nodig voor de bouw van de grafkelder, die niet langer dan 14 kalenderdagen mag duren.
Artikel 33 Voor het plaatsen van grafkelders worden geprefabriceerde betonbakken toegelaten. De werkplaats die geopend wordt met het oog op het plaatsen van een grafkelder moet behoorlijk aangeduid zijn. De kuil mag slechts open blijven gedurende de tijd nodig voor de bouw van de grafkelder, die niet langer dan 14 kalenderdagen mag duren.
Artikel 35 Het grafmonument voor een urneveld dient vervaardigd te zijn uit jasberggraniet en dient aan volgende voorschriften te voldoen : Lessenaarsmodel met platte sluitsteen van 65 cm x 65 cm, onderstel 60 cm x 60 cm met aan de voorzijde een hoogte van 5 cm en achteraan een hoogte van 15 cm. Alle onderdelen hebben een dikte van 3 cm en de opstaande wanden worden in verstek gezaagd.
Artikel 34 Het grafmonument voor een urnenveld dient vervaardigd te zijn uit jasberggraniet en dient aan volgende voorschriften te voldoen : Lessenaarsmodel met platte sluitsteen van 65 cm x 65 cm, onderstel 60 cm x 60 cm met aan de voorzijde een hoogte van 5 cm en achteraan een hoogte van 15 cm. Alle onderdelen hebben een dikte van 3 cm en de opstaande wanden worden in verstek gezaagd.
De keuze van belettering is vrij, net als de aanbreng van een foto en een ander gedenkteken, maar met een maximum hoogte/dikte van 3 cm.
De keuze van belettering is vrij, net als de aanbreng van een foto en een ander gedenkteken, maar met een maximum hoogte/dikte van 3 cm.
Artikel 36 Op de columbariumnissen worden uniforme gedenkplaten aangebracht die geleverd en geplaatst worden door de stedelijke diensten. De kostprijs ervan wordt door het tariefreglement bepaald en is ten laste van de nabestaanden. Het graveren is steeds ten laste van de nabestaanden.
Artikel 35 Op de columbariumnissen worden uniforme gedenkplaten aangebracht die geleverd en geplaatst worden door de stedelijke diensten. De kostprijs ervan wordt door het retributiereglement bepaald en is ten laste van de nabestaanden. Het graveren is steeds ten laste van de nabestaanden.
Op de gedenkplaten mogen enkel de volgende gegevens vermeld worden : - Naam en voornaam van de overledene; - Geboorte- en overlijdensdatum; - Naam en voornaam van partner. Behalve bovenvermelde inscripties is het enkel toegelaten om op de afdekplaat een symbool en/of foto’s van de overledene van maximaal 12 cm x 9 cm aan te brengen en een bloemenhouder. Alle andere versierselen zijn verboden.
Op de gedenkplaten mogen enkel de volgende gegevens vermeld worden : - Naam en voornaam van de overledene; - Geboorte- en overlijdensdatum; - Naam en voornaam van partner. Behalve bovenvermelde inscripties is het enkel toegelaten om op de afdekplaat een symbool en/of foto’s van de overledene van maximaal 12 cm x 9 cm aan te brengen en een bloemenhouder. Alle andere versierselen zijn verboden.
Artikel 37 Op de strooiweiden van de begraafplaatsen worden herdenkingszuilen geplaatst. De nabestaanden kunnen verzoeken een naamplaatje op de herdenkingszuil te plaatsen. De kostprijs ervan wordt door het tariefreglement bepaald en is ten laste van de nabestaanden.
Artikel 36 Aan de strooiweiden van de begraafplaatsen worden herdenkingszuilen geplaatst. De nabestaanden kunnen verzoeken een naamplaatje op de herdenkingszuil te plaatsen. De naamplaatjes worden verwijderd na 15 jaar. De kostprijs ervan wordt door het retributiereglement bepaald en is ten laste van de nabestaanden.
Op de strooiweide zelf mogen geen kentekens of gelijk welke versiering worden aangebracht. Enkel losse, natuurlijke bloemen zijn toegelaten bij de gemeenschappelijke gedenksteen.
Op de strooiweide zelf mogen geen kentekens of gelijk welke versiering worden aangebracht. Enkel losse, natuurlijke bloemen zijn toegelaten bij de gemeenschappelijke gedenksteen of op de voorziene tegels aan de strooiweide.
Het onderhoud van de strooiweide is ten laste van de stad.
Het onderhoud van de strooiweide is ten laste van de stad.
Artikel 38 Op stille kinderweide mogen geen individuele aanduidingen worden geplaatst. Enkel losse, natuurlijke bloemen zijn toegelaten bij de gemeenschappelijke gedenksteen.
Artikel 37 Op de stille kinderweiden mogen geen individuele aanduidingen worden geplaatst. Enkel losse, natuurlijke bloemen zijn toegelaten bij de gemeenschappelijke gedenksteen.
Artikel 39 De grafmonumenten op de kinderbegraafplaats dienen aan volgende afmetingen te voldoen : Lengte : maximum 1,20 meter Breedte : maximum 0,70 meter Hoogte : maximum 0,70 meter
Artikel 38 De grafmonumenten op de kinderbegraafplaats dienen aan volgende afmetingen te voldoen : Lengte : maximum 1,20 meter Breedte : maximum 0,70 meter Hoogte : maximum 0,70 meter
De kopstukken moeten op één lijn geplaatst worden.
De kopstukken moeten op één lijn geplaatst worden.
Artikel 40 Alle graftekens op de ereperken dienen gelijkvormig te zijn. Deze zullen worden geplaatst door de zorgen en op kosten van de aanvrager of de naaste familieleden.
Artikel 39 Alle graftekens op de ereperken dienen gelijkvormig te zijn. Deze zullen worden geplaatst door de zorgen en op kosten van de aanvrager of de naaste familieleden.
Artikel 41
Artikel 40
Het grafmonument of de afzoming moeten aan eensluitend geplaatst worden. Er mag bijgevolg geen plaats tussen de zerken openblijven.
Het grafmonument of de afzoming moeten aaneensluitend geplaatst worden. Er mag bijgevolg geen plaats tussen de zerken openblijven.
Artikel 42 De afstand tussen twee rug-aan-rug geplaatste monumenten bedraagt maximum 10 cm. Deze ruimte moet vrij gehouden worden, er mag geen beplanting, bedekkingmateriaal of enig ander voorwerp worden geplaatst. Indien dit toch gebeurt worden deze ambtshalve verwijderd.
Artikel 41 De afstand tussen twee rug-aan-rug geplaatste monumenten bedraagt maximum 10 cm. Deze ruimte moet vrij gehouden worden, er mag geen beplanting, bedekkingmateriaal of enig ander voorwerp worden geplaatst. Indien dit toch gebeurt worden deze ambtshalve verwijderd.
Artikel 43 De afstand tussen twee monumenten van het urnenveld bedraagt 30 cm. Deze ruimte moet vrij gehouden worden, er mag geen beplanting, bedekkingmateriaal of enig ander voorwerp worden geplaatst. Indien dit toch gebeurt worden deze ambtshalve verwijderd.
Artikel 42 De afstand tussen twee monumenten van het urnenveld bedraagt 30 cm. Deze ruimte moet vrij gehouden worden, er mag geen beplanting, bedekkingmateriaal of enig ander voorwerp worden geplaatst. Indien dit toch gebeurt worden deze ambtshalve verwijderd.
6.3 Aanplanting
6.3 Aanplanting
Artikel 44: De aanplantingen moeten derwijze aangelegd en onderhouden worden dat zij zich niet uitbreiden buiten de afmetingen toegewezen aan het graf, noch het zicht op de identificatiegegevens op het grafteken belemmeren. De hoogte moet beperkt blijven tot maximum 60 cm. Verwelkte bloemen en planten, evenals verwaarloosde bloemstukken kunnen ambtshalve verwijderd worden.
Artikel 43 De aanplantingen moeten derwijze aangelegd en onderhouden worden dat zij zich niet uitbreiden buiten de afmetingen toegewezen aan het graf, noch het zicht op de identificatiegegevens op het grafteken belemmeren. Bijgevolg is het verboden om kiezelsteentjes, sierkeien of grond aan te brengen op de begraafplaats. De hoogte moet beperkt blijven tot maximum 60 cm. Verwelkte bloemen en planten, evenals verwaarloosde bloemstukken kunnen ambtshalve verwijderd worden.
7. Afsluitende bepalingen
7. Afsluitende bepalingen
Artikel 45 Alle niet in dit reglement voorziene gevallen worden beslecht door het college van burgemeester en schepenen, in zoverre zij niet door een wet, besluit of decreet aan een andere overheid worden toegewezen.
Artikel 44 Alle niet in dit reglement voorziene gevallen worden beslecht door het college van burgemeester en schepenen, in zoverre zij niet door een wet, besluit of decreet aan een andere overheid worden toegewezen.
Artikel 46 Dit huishoudelijk reglement betreffende de gemeentelijke begraafplaatsen vervangt alle vorige reglementeringen en beslissingen.
Artikel 45 Dit huishoudelijk reglement betreffende de stedelijke begraafplaatsen vervangt alle vorige reglementeringen en beslissingen.
Art. 3 Deze wijzigingen worden goedgekeurd in afwachting van een volledige herziening van het politiereglement begin 2014.
Stemming: 20 stemmen 'ja', 10 stemmen 'neen', 4 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. PERSONEEL 17. Verlofregeling 2014 - vastlegging dagen voor collectieve sluiting - goedkeuring De Gemeenteraad
Gelet op het gemeenteraadsbesluit d.d. 7 juli 2010 en latere wijzigingen betreffende de goedkeuring van de rechtspositieregeling; Overwegende dat artikel 259§2 bepaalt dat als een feestdag samenvalt met een zaterdag of zondag, deze dag vervangen wordt door een andere dag; dat de raad bepaalt dat de vervangingsdag ofwel vrij kan genomen worden, overeenkomstig de regels die gelden inzake jaarlijkse vakantie, ofwel collectief wordt vastgelegd; Overwegende dat in 2014 drie wettelijke feestdagen op een zaterdag of een zondag vallen, zijnde: zaterdag zondag zaterdag
1 november 2014 2 november 2014 15 november 2014
Gelet op de gewoonte en de vraag van het merendeel van het personeel om tussen kerstdag en Nieuwjaar de diensten collectief te sluiten, met uitzondering van de diensten die wegens specifieke dienstverlening ten aanzien van de burger geopend zijn; Gelet op de vraag van het personeel om een brugdag vast te leggen na Hemelvaartsdag (vrijdag 30 mei 2014); Gelet op het voorstel d.d. 2 oktober 2012 van het managementteam en het besluit d.d. 7 oktober 2013 van het college van burgemeester en schepenen om deze drie dagen vast te leggen tussen kerstdag en Nieuwjaar en om één vakantiedag vast te leggen op vrijdag 30 mei 2014:
zaterdag 1 november 2014 zondag 2 november 2014 zaterdag 15 november 2014 Één vakantiedag
vastgelegd op maandag 29 december 2014 dinsdag 30 december 2014 woensdag 31 december 2014 vrijdag 30 mei 2014
Overwegende dat het aantal vakantiedagen met één dag verminderd wordt: één vakantiedag wordt vastgelegd op vrijdag 30 mei 2014; Gelet op de vraag aan alle diensten of wegens specifieke dienstverlening ten aanzien van de burger er moet afgeweken worden van de vooropgestelde vakantieregeling; Overwegende dat Patricia De Vrieze, coördinator Sociale Dienst, voorstelt dat de sociale dienst van de stad de regeling van het Sociaal Huis volgt; Overwegende dat volgende diensten een eigen regeling voorstellen: bibliotheek, Olympos, sportdienst; het “Initiatief Buitenschoolse Opvang”; Overwegende dat Wendy Van den Abbeele, directeur bibliotheek en coördinator verenigingsleven, volgende regeling voorstelt voor de bibliotheek:
zaterdag 1 november 2014 zondag 2 november 2014 zaterdag 15 november 2014
vastgelegd op vrijdag 30 mei 2014 vrij te nemen vrij te nemen
Overwegende dat Tijs Robbens, zwembadcoördinator gemeentebedrijf Olympos, volgende regeling voorstelt voor Olympos: volgende 6 feestdagen blijven behouden/worden vastgelegd: 1 januari, 2 januari, 24 december, 25 december, 26 december en 31 december 2013; de resterende 8 feestdagen worden bij de jaarlijkse vakantiedagen bijgeteld en zijn op te nemen volgens de regels van de jaarlijkse vakantie; Overwegende dat Suzy Adriaenssens, sportfunctionaris, volgende regeling voorstelt voor de sportdienst:
zaterdag 1 november 2014 zondag 2 november 2014 zaterdag 15 november 2014
vastgelegd op vrijdag 30 mei 2014 woensdag 24 december 2014 woensdag 31 december 2014
Overwegende dat Rita De Schryder, coördinator Initiatief Buitenschoolse Opvang, volgende regeling voorstelt voor het “Initiatief Buitenschoolse Opvang”:
zaterdag 1 november 2014 zondag 2 november 2014 zaterdag 15 november 2014 Één vakantiedag Één vakantiedag
vastgelegd op maandag 29 december 2014 dinsdag 30 december 2014 woensdag 31 december 2014 vrijdag 2 mei 2014 vrijdag 30 mei 2014
Gelet op het voorstel in het college van burgemeester en schepenen d.d. 2 december 2013; Gelet op de onderhandelingen met de vakbonden; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet, de uitvoeringsbesluiten, en de ministeriële omzendbrieven ter zake;
Besluit: Art. 1 De drie wettelijke feestdagen die in 2014 op een zaterdag of zondag vallen, worden als volgt vastgelegd:
zaterdag 1 november 2014 zondag 2 november 2014 zaterdag 15 november 2014
vastgelegd op maandag 29 december 2014 dinsdag 30 december 2014 woensdag 31 december 2014
Bijkomend wordt één vakantiedag vastgelegd op vrijdag 30 mei 2014 (na Hemelvaartsdag). Art.2 Voor de sociale dienst, de bibliotheek, Olympos, de sportdienst en het “Initiatief Buitenschoolse Opvang”:geldt volgende specifieke regeling: Voor de sociale dienst: de regeling van het Sociaal Huis.
Voor de bibliotheek: De drie wettelijke feestdagen die in 2014 op een zaterdag of zondag vallen, worden als volgt vastgelegd:
zaterdag 1 november 2014 zondag 2 november 2014 zaterdag 15 november 2014
vastgelegd op vrijdag 30 mei 2014 vrij te nemen vrij te nemen
Voor Olympos: 6 feestdagen blijven behouden/worden vastgelegd op: 1 januari, 2 januari, 24 december, 25 december, 26 december en 31 december 2013; de resterende 8 feestdagen worden bij het verlof bijgeteld en zijn op te nemen volgens de regels van de jaarlijkse vakantie.
Voor de sportdienst: De drie wettelijke feestdagen die in 2014 op een zaterdag of zondag vallen, worden als volgt vastgelegd:
zaterdag 1 november 2014 zondag 2 november 2014 zaterdag 15 november 2014
vastgelegd op vrijdag 30 mei 2014 woensdag 24 december 2014 woensdag 31 december 2014
Voor het “Initiatief Buitenschoolse Opvang”:
zaterdag 1 november 2014 zondag 2 november 2014 zaterdag 15 november 2014 Één vakantiedag Één vakantiedag
vastgelegd op maandag 29 december 2014 dinsdag 30 december 2014 woensdag 31 december 2014 vrijdag 2 mei 2014 vrijdag 30 mei 2014
Stemming: 34 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. MUSEA EN ARCHIEF 18. Aanvaarding Schenking Jeanne De Dijn De Gemeenteraad Overwegende dat de Private Stichting Kunstpatrimonium Jeanne De Dijn aan de stad Dendermonde een belangrijke schenking voorstelt van ontwerptekeningen, ontwerpen, voorstudies, werken, boeken, documentatiedossiers en andere documentatie betreffende de Dendermondse beeldhouwster Jeanne De Dijn, een schenking die een verrijking zal betekenen voor de kunstcollecties van de stad Dendermonde. Gelet op de brief van de Private Stichting Kunstpatrimonium Jeanne De Dijn van 17 september 2013, gericht aan het college van burgemeester en schepenen. Gelet op de nota van A. Stroobants, conservator-archivaris, van 25 oktober 2013, gericht aan het college van burgemeester en schepenen. Gelet op het verzekeringsadvies van Ward Mannaert van 30 september 2013. Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 4 november 2013.
Gelet op de Nieuwe Gemeentewet, inzonderheid artikel 117. Gelet op het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaams Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten. Besluit: Enig artikel Zijn goedkeuring te hechten aan de door de Private Schenking Jeanne De Dijn voorgestelde schenking aan de stad Dendermonde van kunstwerken en memorabilia van beeldhouwster Jeanne De Dijn, op basis van de bijgevoegde, geïllustreerde inventaris met vermelding van alle stukken.
Stemming: 34 stemmen 'ja', 0 stemmen 'neen', 0 onthouding(en) en 0 blanco stemmen. BIJGEVOEGDE PUNTEN BP 1. Bijgevoegd punt aangevraagd door Walter Deygers, raadslid Verminderde doorstorting APB in 2013 Interpellant : Stijn Goossens, raadslid Verklarende nota, als bijlage Verminderde doorstorting APB in 2013 Recent werden door de FOD Financiën nieuwe ramingen meegedeeld aan onze gemeente inzake de doorstorting van de aanvullende personenbelasting voor het lopende boekjaar 2013. Voor alle Vlaamse gemeenten samen betekent dit in 2013 in totaal een tijdelijke onverwachte minderinkomst van een kleine 200 miljoen euro. In dat verband had ik volgende vragen met betrekking tot de mogelijke financiële gevolgen voor onze gemeente: 1. In welke mate wijkt deze tweede herraming van oktober 2013 af van de eerste herraming van juli 2013 en van de initiële raming van oktober 2012? Kortom, zijn er onverwachte minderinkomsten voor 2013 en om hoeveel gaat het? 2. Op welke manier zal de gemeente deze onverwachte tijdelijke minderinkomsten opvangen? 3. Wat zijn de concrete financiële gevolgen hiervan voor onze gemeente voor boekjaar 2013? Interpellant Stijn Goosens, raadslid Recent werden door FOD Financiën nieuwe ramingen meegedeeld aan onze gemeente inzake de doorstorting van de aanvullende personenbelasting voor het lopende boekjaar 2013. De meeste Vlaamse gemeenten zien hun ontvangsten onverwacht sterk dalen. Voor alle Vlaamse gemeenten samen betekent dit in 2013 in totaal een tijdelijke onverwachte minderinkomst van een kleine 200 miljoen euro. De Fod Financiën heeft door problemen met het berekeningsprogramma de vooraf ingevulde aangifte op tax-on-web eerst verwerkt. Deze vooraf ingevulde aangiftes (vooral gepensioneerden) betreffen doorgaans opbrengsten die minder zwaar wegen, waardoor dit aanleiding geeft tot lagere ontvangsten voor de gemeenten. Door deze problemen bij de FOD Financiën beschikt de federale overheid langer over de aanvullende personenbelasting wat de federale begroting éénmalig opsmukt op de kap van de Vlaamse gemeenten. Gezien de Aanvullende personenbelasting een substantieel deel uitmaakt van de gemeentelijke inkomsten heeft dit dus zonder twijfel een zware budgettaire impact.
Daarom volgende vragen :
4. In welke mate wijkt deze tweede herraming van oktober 2013 af van de eerste herraming van juli 2013 en van de initiële raming van oktober 2012? Kortom, zijn er onverwachte minderinkomsten voor 2013 en om hoeveel gaat het? 5. Op welke manier zal de gemeente deze onverwachte tijdelijke minderinkomsten opvangen? 6. Wat zijn de concrete financiële gevolgen hiervan voor onze gemeente voor boekjaar 2013?
Dirk Abbeloos, schepen 1. De oorspronkelijke raming van de ontvangsten uit de aanvullende personenbelasting voor 2013 bedroeg 13.605.525,92 EUR (brief van 26 oktober 2012). De tweede herraming van de ontvangsten uit de aanvullende personenbelasting voor 2013 bedraagt 13.087.844,33 EUR EUR (brief van 25 oktober 2013). 2. De eventuele minderontvangst zal het resultaat van boekjaar 2013 negatief beïnvloeden en bijgevolg ook het gecumuleerd budgettair resultaat dat kan overgedragen worden naar 2014. Hierbij moet echter opgemerkt worden dat dit geen definitief verlies van ontvangsten betekent, maar een verschuiving tussen boekjaren. Uit een tweede brief van 25 oktober 2013 (zelfde datum als de brief van de tweede herraming van 2013) blijkt immers dat de ontvangsten uit de aanvullende personenbelasting voor 2014 mogen geraamd worden op 14.358.572,75 EUR, wat meer is dan een normale stijging. Het concrete financieel gevolg is een minderontvangst in 2013 van 517.681,59 EUR en vermoedelijk een verschuiving van dit bedrag naar 2014. Verder heeft de Minister van Financiën op 6 december 2013 medegedeeld dat hij de gemeenten zal tegemoet komen via een voorschottensysteem. Voor het jaar 2013 zal er in de maand december nog een voorschot uitbetaald worden. Het globaal voorschot bedraagt 218 miljoen EUR en zal verdeeld worden onder de 377 gemeenten waarvan de doorstortingen onder het niveau van de ramingen zitten. Het voorschottensysteem zal de komende jaren structureel ingevoerd worden teneinde de gemeentefinanciën voorspelbaarder te maken. Ons individueel aandeel werd ons nog niet medegedeeld
Volgende persoon is tussengekomen : Bart Van Malderen, raadslid BP 2. Bijgevoegd punt aangevraagd door Walter Deygers, raadslid Herdenking WO I Interpellant : Tomas Roggeman, raadslid Verklarende nota, als bijlage Herdenking WO I Om van de evenementen die opgezet worden rond de herdenking van WOI een succes te maken, zijn communicatie en promotie bijzonder belangrijk. In verband met de verschillende initiatieven rond de herdenking, wil de N-VA fractie het college graag interpelleren over de stand van zaken van de promotie, de communicatie en de aanwending van de bijhorende budgetten. Interpellant Toman Roggeman, raadslid
Collega’s, U weet het of u weet het niet, maar in het kader van de herdenking van de Eerste Wereldoorlog volgend jaar, organiseert het stadsbestuur zes grote evenementen. Dat zijn stuk voor stuk mooie projecten die onze goedkeuring verdienen. Het is natuurlijk belangrijk om voor al deze evenementen voldoende publiek aan te trekken. Zodat de geleverde inspanningen renderen, en al de geïnvesteerde tijd en moeite ook iets opleveren.
Om inderdaad voldoende volk aan te trekken, is er nood aan reclame en promotie, ook buiten de gemeentegrenzen. Het is dan ook een goede eerste stap dat er in het budget 2013 een bedrag uitgetrokken werd van 13.500 euro voor “wervende en spraakmakende communicatie” over de herdenking. Toch lijkt de impact daarvan beperkt. Er is 1 initiatief dat binnen de stadsgrenzen aan bekendheid gewonnen heeft, namelijk het eventweekend. Dat heeft vooral te maken met de oproep die de projectorganisatie Martelaarsteden en enkele culturele instanties uitstuurden. Maar dat is het dan ook. De overige 5 evenementen zijn zo goed als onbekend. Op de website van Toerisme Vlaanderen staan enkel de twee evenementen van Martelaarsteden vermeld, de overige vier niet. Op de officiële nationale herdenkingswebsite (be14-18.be) komt Dendermonde al helemaal niet voor. Op dit moment lijkt het er dus op dat de meeste evenementen onbekend en dus onbemind zijn, binnen de gemeentegrenzen en al zeker erbuiten.
Vragen:
Is de burgemeester zich bewust van de geringe bekendheid van de evenementen?
Heeft de burgemeester ook de ambitie om ook mensen uit andere gemeenten naar Dendermonde te halen?
Welke acties onderneemt de burgemeester om meer bekendheid te geven aan deze evenementen?
Hoe werd de 13.500 euro die bestemd was voor promotie in 2013, uitgegeven?
Piet Buyse, burgemeester Geacht raadslid Van bij het begin van ons project ‘100 jaar Groote Oorlog Dendermonde’ is er al heel wat communicatie geweest: Er vonden de laatste twee jaar meerdere persconferenties plaats, soms vanuit de projectvereniging Martelaarsteden waar wij deel van uit maken. Zo was er een grote persconferentie van de zeven Belgische Martelaarsteden in Leuven op 10 oktober 2011 hun verhaal en hun project voorstelden aan de Belgische pers. Ter gelegenheid van de bij de ondertekening te Dendermonde van de samenwerkingsovereenkomst tussen de Vlaamse projectvereniging Martelarensteden en de Waalse ASBL Villes Martyres in het stadhuis van Dendermonde was er een persconferentie. Ter gelegenheid van het bezoek van de Duitse ambassadeur op 1 maart 2013 hielden wij een persconferentie waar het campagnebeeld werd voorgesteld, samen met algemene informatie over het herdenkingsprogramma. De toespraak van de ambassadeur staat trouwens op de website van de ambassade. http://www.bruessel.diplo.de/contentblob/3843100/Daten/3088633/DD_RedeDendermonde.pdf/ U vindt trouwens heel wat informatie op verschillende websites over De Groote Oorlog in Dendermonde. Het volstaat trouwens om Groote Oorlog Dendermonde op te googelen om in 0,32 seconden 77.900 resultaten te hebben. Die zijn natuurlijk niet allemaal even relevant maar wie zoekt vindt heel wat informatie. Waaronder uiteraard de site van de stad, met informatie over het project Martelaarssteden en de Initiatieven 2014 - Dendermonde Martelaarstad. Maar ook op de site van cc Belgica en van de Erfgoedcel wordt het project beschreven.
http://www.dendermonde.be/100jaargrooteoorlog/4531/default.aspx?id=2761&rf=1/ http://www.ccbelgica.be/mvc/project.jsp?id=350/ http://www.egclandvandendermonde.be/item.php?itemno=1_235_229&lang=nl/ http://www.erfgoedcelpz.be/sites/default/files/brochure_100_jaar_groote_oorlog.pdf/ Ook op de site van TV Oost vindt u een uitzending over de herdenking en de collectiedag. http://www.dendermonde.be/file_uploads/11962.jpg/ Onze stad en ons project werden twee jaren geleden reeds duidelijk vermeld op de deelwebsite ‘Groote Oorlog’ van de VRT: http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/project2014-18. Op Youtube staat een uitzending waarnaar veel gelinkt wordt, onder andere door de vriendenkring paracommando Dendermonde maar ook vanop de Facebookpagina van onze bibliotheek. http://www.youtube.com/watch?v=yb5QcaCM4HI/ https://www.facebook.com/bibdendermonde/posts/331549613635197/ Op Uit in Vlaanderen en andere sites vindt u verschillende activiteiten. http://www.uitinvlaanderen.be/agenda/e/de-grote-oorlog-in-romans/f58276fa-9e1d-4cd5-a02bc68fd79dda85/ http://tijd-schrift.be/?page_id=467/ http://www.davidsfonds.be/activity/division/activitydetail.phtml?id=27066/ Op Visit Flanders werd Dendermonde opgenomen tussen een hele reeds andere belangrijke herdenkingsinitaitieven in Vlaanderen. De surfers vinden er ook de algemene brochure ‘100 jaar Groote Oorlog in Vlaanderen’ die verspreid wordt door Toerisme Vlaanderen en waarin de activiteiten en geplande toeristische waaronder de herdenking in Dendermonde. http://www.tourismebelgique.com/points-dinteret/evenements/great-war-centenary/dendermonde-inruins.jsp/
Er worden naar aanleiding van het herdenkingsjaar de laatste tijd heel wat lezingen en referaten gehouden over de Eerste Wereldoorlog. Ikzelf krijg heel wat vragen om over dit thema te gaan spreken. Ik probeer daar altijd ja op te zeggen. De voorbije periode ben ik over dat thema veelvuldig gaan spreken op diverse plaatsen en voor heel diverse doelpublieken: in de freinetschool, bij de Rotaryclub, in het sociaal restaurant TVORK, bij de vereniging NEOS, in het Koninklijk Atheneum (in het kader van herinneringseducatie), bij NSB te Grembergen, bij CD&V Buggenhout, enz. En ook voor de komende periode moet ik daarover meerdere lezingen gaan geven, o.a. in het SintVincentiusinstituut, bij KWB Sint-Gillis, in de GO-school De Bijenkorf, voor de Landelijke Gilde Appels, voor de KWB van Dendermonde, voor Femma in Sint-Gillis, enz. Ik doe dit graag en ik maak op zo’n momenten de toehoorders warm voor het boeiende programma dat men hier in 2014 kan meemaken. Een eerste geslaagde teaser vanuit ons departement cultuur werd overigens al ingezet met de oproepingsflyer voor het publieksspektakel. Dit was een groot succes met een massale opkomst van lokale zangers, amateuracteurs,… Hierrond werden in de lokale pers meerdere artikels gepubliceerd. In samenspraak met de projectvereniging Martelarensteden wordt de aftrap van de grote, nationale campagne gegeven op 18 en 20 februari 2014. Tijdens nationaal opgezette persmomenten wordt het project in de verschillende steden voorgesteld. Ook Minister Bourgeois komt de input vanuit Toerisme Vlaanderen dan toelichten. Op dat moment zullen zowel de website, de app, de lokale brochures, alsook enkele publicaties worden voorgesteld. Bij eventcommunicatie is het strategisch beter om zoveel mogelijk info in één ‘communicatieflow’ te lanceren. Dit gebeurt best wanneer alle praktische gegevens (o.a. prijzen) vast liggen want dan kan alle info compleet worden voorgesteld. Aangezien de laatste aanvullingen en wijzigingen pas in de loop van de laatste weken pas werden overlegd en beslist, kon dit op heden sowieso niet gebeuren.
Het is overigens gebruikelijk en aangeraden om niet te ver op voorhand de communicatiecampagne op te starten. Daarom hebben we ook beslist om de aanvankelijk geplande communicatiestart NIET te houden tijdens het cultuurinitiatief BoulevART op 21-22 september jongstleden. Indien we de communicatie over ons herdenkingsproject op dat moment hadden gestart, dan zou deze informatie verloren gegaan zijn tussen alle andere cultuurinfo die in dat weekend werd gelanceerd én dan hadden we bepaalde details over ons programma nog niet kunnen meedelen. Bij publieke events wordt overigens een termijn van één à anderhalve maand vooraf geadviseerd. Dan dient wel de communicatie volop te draaien: dus met een korte, maar zeer krachtige storm of vloed aan prikkels. Ook hier plannen we dus een eerste ‘storm’ aan communicatie met enkele latere golven in de loop van 2014. Vanaf februari zal de communicatieflow dus volop lopen. Dan zullen onze projectactiviteiten overal te lezen, te horen en te bekijken zijn. Ik ben ervan overtuigd dat de communicatiestrategie van ons project goed in elkaar zit en dat al onze initiatieven veel publiek zullen trekken. De communicatietrein wordt echter maar in februari 2014 opgestart. In verband met de promotie/communicatie van het project ‘Herdenking Groote Oorlog in Dendermonde” werd een behoorlijk ruim budget voorzien.
Veel communicatie zal gebeuren via de Projectvereniging Martelaarsteden. Hierbij enkele gegevens m.b.t. de nationale campagne:
algemene communicatie (Bureau Absoluut: website, affiches, radiospot,… ) pers en trade (o.a. 365 toerisme,…) App (Bureau Madoc, ontwikkeling mobiele app op tablet of smartphone)
€ 38.333,33 € 2.333,33 € 16.666,67
De totaalbudgetten voor de verschillende acties zijn dus te vermenigvuldigen met 3, aangezien het een samenwerking is met de 3 steden. Voor de website en de nationale campagne is dus een budget voorzien van 115 000 euro, naast de ontwikkeling van de app en gezamenlijke tradewerking.
Voor onze lokale campagne zijn volgende bedragen voorzien: fotoconstructies in het straatbeeld (3 grote constructies in het straatbeeld van april tot november , via Beeld In Zicht)
€ 15.000,00
Communicatiecampagne (lokale affiches, flyers, …)
€ 26.000,00
gidsen (studiemap)
€ 4.000,00
openingsevent expo, persuitnodiging tentoonstelling
€ 21.100,00
promotie en communicatie (catalogus) (o.a. lokale brochure, oproepingsbrief, flyer eventweekend,..)
€ 25.900,00
De lokale communicatiecampagne wordt ook opgestart in februari 2014.
Er is dus zeker voldoende budget voorzien om ons scala aan initiatieven op een professionele wijze te promoten en te doen slagen! Volgende personen zijn tussengekomen : Stefaan Van Gucht en Marius Meremans, raadsleden
BP 3. Bijgevoegd punt aangevraagd door Stijn Pluym, raadslid Beleid inzake mindervaliden Interpellant : Laurens Hofman, raadslid Verklarende nota, als bijlage Beleid inzake mindervaliden In navolging van het incident waarbij een Dendermondse schepen haar voertuig parkeerde op een parkeerplaats voor mindervaliden wensen wij het debat ter zake inhoudelijk vorm te geven. Wij wensen te interpelleren omtrent het beleid inzake mindervaliden. Interpellant Laurens Hofman, raadslid Personen met een beperking. Zij staan al te zelden hoog op de politieke agenda. Wij wensen het intussen welbekende incident van schepen Van Hauwermeiren te gebruiken als hefboom om dit alsnog te doen. M.b.t. het incident as such wens ik kort te zijn. Wij zijn er immers van overtuigd dat dit forum dient om politieke discussies aan te gaan, niet het bediscussiëren van persoonlijke fouten. Als fractie kunnen we dit gebrek aan respect voor mindervaliden enkel veroordelen. Desalniettemin geloven wij als liberalen in de goedheid van ieder en zijn er van overtuigd dat het bij deze ene uitschuiver zal blijven. 1. Komende legislatuur In het meerjarenplan voor de volgende jaren staat te lezen dat de stadsdiensten gecentraliseerd zullen worden. De politieke discussie hierover gaan we op de volgende gemeenteraad aan. In navolging van het memorandum van de KVG, willen wij onze wens uitdrukken alle stadsdiensten, in het bijzonder de administratieve diensten en de sportfaciliteiten, adequaat uit te rusten voor personen met een beperking. Dit betreft zowel de eigenlijke gebouwen en infrastructuur als de omliggende omgeving. De herinrichting van het stadhuis kunnen wij in het kader hiervan toejuichen. 2. Beleid op heden A) Graag vernemen wij van de bevoegde schepen of er een inventaris werd opgemaakt van de parkeerplaatsen voor personen met een beperking én of de richtlijn in de omzendbrief ter zake (BS 25.05.2003) wordt gehaald. Uit het antwoord van schepen Tas blijkt dat hier nog marge voor progressie aanwezig is. B) Wij konden vaststellen dat er bij de laatste editie van de Dendermondse sporttrofeeën geen sporters met een beperking waren betrokken. Onze fractie heeft, bij monde van Gino Van der Vreken, diverse malen de lijst met "uitgenodigde" sporters met een beperking opgevraagd. Tot op heden zonder resultaat. Ook het antwoord van de bevoegde schepen kon ons niet overtuigen. Wij nemen ons bijgevolg de vrijheid te concluderen dat geen sporters met een beperking werden uitgenodigd. Dit betreuren wij ten zeerste. Wij willen met aandrang vragen dit te remediëren bij de volgende editie.
Niels Tas, schepen Vanuit het vergunningenbeleid kan er het volgende meegegeven worden: Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid Afdeling V. - Bepalingen met betrekking tot parkeerplaatsen Art. 27. Als een constructie beschikt over één tot en met honderd eigen parkeerplaatsen, moet minstens zes procent van het totale aantal parkeerplaatsen, en minstens één parkeerplaats, een aangepaste parkeerplaats zijn. Vanaf vijf tot en met honderd eigen parkeerplaatsen, moeten de aangepaste parkeerplaatsen ook voorbehouden parkeerplaatsen zijn. Als een constructie beschikt over meer dan honderd eigen parkeerplaatsen, moet bovendien per extra schijf van vijftig parkeerplaatsen, telkens één parkeerplaats een aangepaste en voorbehouden parkeerplaats zijn.
Als het totale aantal nieuw aan te leggen parkeerplaatsen minder bedraagt dan zes procent van het totale aantal parkeerplaatsen, beperkt de verplichting van het eerste en het tweede lid zich tot de nieuw aan te leggen parkeerplaatsen. Een aangepaste parkeerplaats voldoet aan de volgende normen : 1° ze bevindt zich zo dicht mogelijk bij de toegankelijke ingang van de constructie of bij de voetgangersuitgang van de parkeervoorziening; 2° bij dwarsparkeren en schuinparkeren bedraagt de breedte van de aangepaste parkeerplaats minstens 350 cm en bij langsparkeren bedraagt de lengte van de aangepaste parkeerplaats minstens 600 cm; 3° het oppervlak van de aangepaste parkeerplaats helt niet meer dan twee procent. Om als voorbehouden parkeerplaats in aanmerking te komen, moet een parkeerplaats aan de bepalingen van de derde alinea voldoen en voorbehouden worden voor personen met een handicap, conform het koninklijk besluit houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg van 1 december 1975, en aangegeven volgens de bepalingen van het voormelde koninklijk besluit en het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald. Deze verordening wordt door de dienst stedenbouw en RO rigoureus toegepast. Als bijlage vind je ook uitleg over de nieuwe procedure die gehanteerd wordt voor het toekennen van parkeerplaatsen voor personen met een handicap op het publieke domein, de beoordelingsmethodiek die daarmee gepaard gaat en een voorbeeld van een aanvraagformulier dat de mensen bij ons moeten indienen voor het bekomen van een dergelijke parkeerplaats. Ik wil ook nog meegeven dat personen met een handicap overal in het centrum gratis kunnen parkeren waar betalend parkeren van toepassing is. Ook op gewone parkeerplaatsen dus, indien ze hun parkeerkaart voor de ruit leggen.
Carine Verhelst, schepen Ik heb aan het hoofd van de sportdienst gevraagd om u de lijst op te sturen van al de sporters die worden aangeschreven en ze heeft u dat overgemaakt zegt ze mij. Het is zo het is een evenement georganiseerd door de sportraad en wij doen altijd een oproep via de sportclubs. Wij hebben geen lijsten van individuele mindervaliden-sporters, daar beschikken wij niet over. Dus wij doen altijd een oproep via die clubs en in de informatiekrant van alle sportclubs dat opgemaakt wordt door de sportdienst zelf, in die opsomming kan je ook zien welke clubs er aan sport doet voor mindervaliden. Het is dus een oproep aan de clubs die de sportraad doet en geen individuele oproepen. Wij zouden niet weten hoe wij dat moeten organiseren; Dus die vraag die je gesteld hebt daar heb je een degelijke antwoord op gekregen, de gegevens waarover wij beschikken, maar geen individuele namen van mindervaliden-sporters, daar beschikken wij niet over. Ge hebt wel degelijk de lijst van de sportclubs gekregen, over meer informatie beschikken wij niet.
Volgende personen zijn tussengekomen : Gino Van Der Vreken en Bart Van Malderen, raadsleden
BP 4. Bijgevoegd punt aangevraagd door Matthias Coppens, raadslid Stembureaus in rusthuizen of dienstencentra Verklarende nota, als bijlage Stembureaus in rusthuizen of dienstencentra Naar de verkiezingen 2014 toe zal Minister Milquet - teneinde participatie van ouderen te verhogen - de gemeenten aanmoedigen om stembureaus in rusthuizen of dienstencentra te organiseren. Groen Dendermonde vraagt het stadsbestuur of en hoe het aan deze aanbeveling gevolg zal geven? Interpellent Matthias Coppens, raadslid
Naar aanleiding van een vraag om uitleg van Mieke Vogels in de Senaat [Nr. 5-4134] bevestigde Minister Milquet op 26 november 2013 dat zij ook bij haar administratieve instructies in 2014 de gemeenten opnieuw ertoe zal aanzetten om stembureaus in rusthuizen of dienstencentra te organiseren.
In onze vergrijzende maatschappij kan het belang om onze ouderen van dagen te blijven laten participeren in het democratisch proces, om hen actief betrokken te laten zijn bij ook het politieke gebeuren, niet onderschat worden. Niet alleen dient ook hun stem mee genomen te worden in het beleid. Ook bevordert deze betrokkenheid het actief ouder worden: men blijft beter 'volgen'. Van de zorgbehoevende bejaarden in rusthuizen zou slechts 10%¨gaan stemmen. Elke verkiezing duiken er wel onfrisse verhalen op over het ontfutselen van stemmen, gedoe met volmachten of het beïnvloeden van bejaarden. Vb. http://www.demorgen.be/dm/nl/3625/Verkiezingen2012/article/detail/1514130/2012/10/10/Politici-proberen-bejaarden-hun-stem-te-ontfutselen.dhtml. Het kan beter. In een aantal gemeenten en steden werden reeds succesvolle projecten gelanceerd (Antwerpen, Gent, Charleroi, Nijvel,…). Uit de beschikbare cijfers van het OCMW Gent blijkt overigens de zeer positieve evolutie op de opkomst. Ook de burgemeester van Merelbeke reageerde op een gelijkluidende vraag van een Groen collega reeds positief, en dacht in elk geval aan een testproject. Ook GroenPlus zet haar schouders onder deze projecten. [Zie in bijlage uittreksel Nota GroenPlus 'Verkiezingen en Zorgbehoevenden' d.d. 7 november 2013 - http://www.groenplus.be/nationaal/zorgcentra/StemmenZorgCentra%20dossier%20versie%203%20H-verb.pdf ]. Juridisch stellen er zich geen bezwaren. Het collega van burgemeester en schepenen speelt in elk geval een sleutelrol om op deze manier. Groen Dendermonde vraagt dan ook aan het Dendermondse stadsbestuur om mee op de kar te springen en al bij de volgende verkiezingen stembureaus in rusthuizen of dienstencentra te organiseren.
Piet Buyse, burgemeester Geacht raadslid
Ik begrijp ten volle de suggestie die u doet. Ze komt tegemoet aan onze gezamenlijke democratische bekommernis om zoveel mogelijk mensen de mogelijkheid te bieden om bij verkiezingen hun stem uit te brengen. Niet alleen de theoretische mogelijkheid, maar ook de praktische mogelijkheid. De realiteit is inderdaad zo dat heel wat bewoners van rusthuizen niet gaan stemmen doordat ze daar fysiek niet toe in staat zijn of doordat ze de moeite hiervoor niet nemen. Dit wordt ofwel opgelost door aan familieleden een volmacht te geven of door het indienen van een doktersbriefje. In dit laatste geval gaat er een stem verloren. De praktijk is echter anders, niet alleen in Dendermonde maar ook in de meeste andere gemeenten. Deze praktijk is zelfs het gevolg van een aanbeveling vanuit de FOD Binnenlandse Zaken naar aanleiding van de eerste elektronische verkiezingen in juni 1999. Toen werd er vanuit deze FOD gevraagd om het aantal stemlokalen te beperken en de kiesverrichtingen zoveel mogelijk te centraliseren naar lokaties waar er voldoende mogelijkheden zijn om alle stembureaus van één deelgemeente of meerdere samen te brengen en waar er een goede toegang voor mindervaliden en genoeg parkeergelegenheid is. In navolging van deze richtlijn zijn wij dus gaandeweg gekomen tot de 7 stemlokaties zoals die bij de verschillende recente verkiezingen gebruikt worden. Deze beperking van het aantal lokaties heeft meerdere voordelen: hoe minder lokalen hoe minder hinder; de opstelling gebeurt een paar dagen op voorhand waardoor deze lokalen niet meer kunnen gebruikt worden voor de normale functies (scholen, sporthal); de technische dienst moet maar op enkele lokaties de stembureaus opstellen: het is vlugger 10 stembureaus opgesteld op één plaats dan op drie of vier plaatsen; er is minder stadspersoneel nodig; op elke locatie dient minstens één medewerker van de dienst burgerzaken aanwezig te zijn;
-
bij panne is de technieker van de onderhoudsfirma (aangesteld door FOD BiZa) vlugger ter plaatse, hij moet niet van hier naar daar rijden; elk stembureau is voorzien om 900 kiezers te laten stemmen; hoe meer gecentraliseerd, hoe meer dit optimale aantal kan gehaald worden. Bij decentralisatie kan het zijn dat er maar 300 kiezers voor één stembureau zijn (zoals vroeger in Mespelare dat probleemloos bij Oudegem is gevoegd zonder extra stembureau in Oudegem). Bij geautomatiseerde stemming moet dit normaal tussen de 540 en 1300 kiezers zijn. Er kan wel een afwijking gevraagd worden bij de FOD BiZa.
Navraag leert ons dat de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg, die ambtshalve toezichthouder is op het correcte verloop van de verkiezingen, geen voorstander is om de huidige regeling te wijzigen en om opnieuw decentraler te werken. Hij haalt volgende redenen aan: het is niet of moeilijk te verwezenlijken op het terrein om de eerder aangehaalde redenen vooral naar optimaal gebruik van de stembureaus, parking, ruimte voor opstelling stembureaus waarbij het geheim van de stemming dient gewaarborgd te zijn; er kan sowieso toch niet in ieder rusthuis gestemd worden; waarom dan in het ene wel en niet in het andere? wat met zowel private versus de openbare rusthuizen? wat met de kleine versus de grote rusthuizen? er zouden ook problemen rijzen met het aanduiden van extra voorzitters, bijzitters en plaatsvervangende bijzitters. Dit is een opdracht van de rechtbankvoorzitter die nu soms al voor problemen zorgt. Wij hebben ook gepolst naar de visie van het OCMW, dat in onze stad eigenaar is van verschillende rusthuizen en dienstencentra. Enerzijds laat OCMW-voorzitter Patrick Meulebroek ons weten dat het OCMW zal uitvoeren wat het stadsbestuur beslist en dat zij indien nodig hun lokalen ter beschikking zullen stellen. Anderzijds sluit het OCMW zich volledig aan bij de vernoemde tegenargumenten, vooral m.b.t. de vaststelling dat de in te richten ruimte gedurende een paar dagen niet door de bewoners kan gebruikt worden. Wij stellen daarom voor om de huidige regeling, die er precies is gekomen om tegemoet te komen aan de richtlijnen van de FOD BiZa, te behouden en ons dus te beperken tot de 7 gekende lokaties. Wij zullen wel de oudere bevolking aansporen om geen stemmen verloren te laten gaan en dus ofwel zelf te gaan stemmen (mits vervoer door familie of kennissen enz.) ofwel volmacht aan iemand anders te geven.
Volgende persoon is tussengekomen : Walter Deygers, raadslid
-----De voorzitter sluit de vergadering om uur 22:30 uur. ------
Elke De Man stadssecretaris
Piet Buyse burgemeester-voorzitter