OEFENEXAMEN EFFECTENBEDRIJF
NIBE-SVV Examens
Effectenbedrijf
1.
In welk geval is er sprake van een recessie? A. B. C. D.
2.
Als de opwaartse beweging van de conjunctuur omslaat in een neerwaartse beweging. Als de economische groei twee kwartalen achtereen negatief is geweest. Als de economische groei in een kwartaal lager is dan het kwartaal ervoor. Als de economische groei in een jaar negatief is.
Stel dat beleggers verwachten dat de kansen op een recessie toenemen, en inflatie en rente zullen dalen, terwijl de centrale bank de geldmarktrente hoog houdt. Van welke yieldcurve is dan sprake? A. B. C. D.
3.
Van een inverse yieldcurve. Van een vlakke yieldcurve. Van een normale yieldcurve. Van een stijgende yieldcurve.
De vermogensmarkt wordt onderscheiden in verschillende deelmarkten. Wat is kenmerkend voor de secundaire vermogensmarkt? A. B. C. D.
4.
Dat op deze markt beleggers onderling handelen. Dat op deze markt een vermogensoverdracht van financiële instellingen naar ondernemingen plaatsvindt. Dat op deze markt uitsluitend risicomijdend vermogen wordt verhandeld. Dat dit een openbare markt is.
Bij de schermhandel op Euronext.liffe Amsterdam zijn Primary Market Makers (PMM’s) en Competitive Market Makers (CMM’s) actief. Wat is JUIST? PMM’s en CMM’s A. B. C. D.
5.
zijn bemiddelaars met als voornaamste taak het aannemen van derivatenorders van particuliere en institutionele beleggers. mogen alleen door tussenkomst van een dealer orders uitvoeren. moeten hun specifieke markten maken en als het nodig is als brokers optreden. zijn market makers in respectievelijk alle optieseries en in enkele specifieke optieseries van een optieklasse.
Iedere handelsdag op Euronext.liffe Amsterdam kent een aantal perioden. Hoe heet de periode waarin members hun laatste orders kunnen doorgeven? A. B. C. D.
©
De open periode. De pre-close periode. De day start periode. De pre open periode.
NIBE-SVV Examens
2
Effectenbedrijf
6.
Philips koopt eigen aandelen in. Waarom is dit een voorbeeld van een mandatory corporate action zonder optieelement? A. B. C. D.
7.
Welke bewering over handelsinformatie is JUIST? A. B. C. D.
8.
Omdat het een corporate action is die voor alle aandeelhouders van Philips wordt uitgevoerd, waarbij zij NIET aan de gevolgen ervan kunnen ontkomen. Omdat het een corporate action is die bestaat uit meerdere vast aaneengeschakelde corporate actions. Omdat Philips de keuze NIET heeft om deze corporate action wel of NIET uit te voeren, maar dit op grond van de wet moet doen. Omdat het een corporate action is waarvoor GEEN goedkeuring van de AVA nodig is.
NSC is een indicator die de belegger of analist inzicht kan geven in de stemming op de beurs. De AEX-koersindex voor aandelen is samengesteld uit fondsen die qua beursomzet de middenmoot van de Nederlandse aandelenfondsen bevat. De effecten- en derivatenbeurzen verkopen hun koersinformatie aan datavendors. De call/put ratio geeft de verhouding weer tussen het aantal verhandelde long en short call-opties of long en short put-opties.
Eén van de taken van de leadmanager die een emissie begeleidt, is dat hij zich ervan moet verzekeren dat de informatie in het prospectus juist is. Hoe heet het onderzoek dat hij hiervoor uitvoert? A. B. C. D.
9.
Een due-diligence onderzoek. Een tombstone onderzoek. Een book-building onderzoek. Een as-if-when-issued onderzoek.
Als een transactie is afgesloten, administreert de broker deze en bevestigt de transactie aan de cliënt. Hoe heet het document waarin de broker aangeeft wat de status is van een order? A. B. C. D.
10.
Het uitvoeringsbericht. Het inschrijvingsbericht. De effectennota. Het toewijzingsbericht.
In het LIFFE CONNECT systeem zijn verschillende orders mogelijk. Hoe heet een specifieke order die liquidity providers kunnen inbrengen? A. B. C. D.
©
De market order. De market making order. De market on open order. De limit order.
NIBE-SVV Examens
3
Effectenbedrijf
11.
Het Amstelfonds is een fonds dat belegt in aandelen in de Nederlandse bankensector. Op de dag na aankoop van een flink aantal aandelen Rokinbank komt deze bank met een alarmerend bericht, waardoor de koers keldert. Wie is bij het Amstelfonds verantwoordelijk voor de behaalde slechte performance op de dag na aankoop? A. B. C. D.
12.
Wat is kenmerkend voor de functie van een vermogensbeheerder? A. B. C. D.
13.
B. C. D.
De uitkering van stockdividend komt ten laste van een in het verleden uit de winst of uit de herwaardering gevormde algemene reserve. Stockdividenden moeten ten laste van de agioreserve worden uitgekeerd. De uitkering van bonusaandelen is onder alle omstandigheden een uitkering ten laste van de winst uit het afgelopen jaar. Door een uitkering uit de winst over het afgelopen boekjaar in de vorm van stockdividend, stijgt het geplaatst aandelenkapitaal van de onderneming.
Wat geeft de pay-out ratio weer? A. B. C. D.
15.
De eigenaar van het vermogen heeft GEEN invloed op het beleggingsbeleid. De eigenaar van het vermogen voert meestal NIET zelf de aan- en verkooptransacties uit. Er moet een passendheidstoets worden afgenomen. De beleggingshorizon is kort.
Welke bewering met betrekking tot uitkeringen op aandelen is JUIST? A.
14.
De trader, want die had de timing van de aankoop van aandelen Rokinbank een dag moeten uitstellen. De midoffice manager, want die is verantwoordelijk voor het beperken van het risico. De treasurer, want die is verantwoordelijk voor de uitvoering van transacties door de traders. De portfolio manager, want die heeft blijkbaar een verkeerde visie gehad bij de invulling van zijn beleggingsbeleid.
Het deel van de winst per aandeel dat wordt uitgekeerd in de vorm van dividend. Hoeveel keer de netto jaarwinst per aandeel de beleggers over hebben voor het aandeel. Hoeveel winst per aandeel voor de aandeelhouders beschikbaar is. Het deel van de nettowinst dat per aandeel beschikbaar is en gecorrigeerd is voor de afschrijvingen.
Hieronder volgen twee beweringen over securities lending. I. Bij securities lending zijn het de effecten die geleend worden. II. Bij een repo gaat het primair om de lening en zijn de effecten het onderpand. Wat is JUIST? A. B. C. D.
©
Alleen I is juist. Alleen II is juist. I en II zijn juist. GEEN van beide is juist.
NIBE-SVV Examens
4
Effectenbedrijf
16.
Waarom worden sommige obligaties ook wel ‘high yielders’ genoemd? A. B. C. D.
17.
Omdat de emittenten voor de Europese markt de euro-usance hanteren, waardoor de opbrengst voor de belegger hoger wordt. Omdat de emittenten over het algemeen een goede kredietwaardigheid hebben en de obligaties daarom een hoge zekerheid van terugbetaling kennen. Omdat de buitenlandse emittenten de usances op hun specifieke markt beter kennen en daarom een hoge opbrengst op hun leningen kunnen realiseren. Omdat de emittenten een minder goede kredietwaardigheid hebben en daardoor een relatief hoge coupon moeten betalen.
Cliënt De Geer koopt op zekere dag Engelse staatsobligaties die luiden in GBP. Met welk risico hoeft hij het minst rekening te houden? A. B. C. D.
18.
Met het valutarisico. Met het renterisico. Met het koopkrachtrisico. Met het solvabiliteitsrisico.
Een belegger koopt tegen een koers van 95% een 7% bullet-obligatie met een resterende looptijd van tien jaar. Hoeveel bedraagt het effectief rendement op deze bullet-lening, volgens de benaderingsmethode voor het effectief rendement? A. B. C. D.
19.
Wat is JUIST met betrekking tot een fonds voor gemene rekening? A. B. C. D.
20.
Deze heeft een aandelenkapitaal met een zogenoemde ‘open-end’ constructie. Deze belegt uitsluitend in obligaties. Dit is een zelfstandige rechtspersoon, gebonden aan statuten. Deze geeft GEEN aandelen uit, maar participatiebewijzen.
Wat is voor de particuliere belegger een nadeel van een clickfonds? A. B. C. D.
©
7,5%. 7,69%. 7,87%. 7,95%.
Dat de risicospreiding tijdens de looptijd kan variëren. Dat de koerswinst door opties wordt beschermd tegen koersdalingen. Dat de aanschaf van de putopties tot rendementsverlies leidt. Dat tussentijds toe- of uittreden op iedere beursdag NIET mogelijk is.
NIBE-SVV Examens
5
Effectenbedrijf
21.
Een cliënt heeft, zonder de aandelen te bezitten, vier call-opties WNK geschreven. Op de maandagochtend, nà het expiratie-weekeinde van de opties, ontvangt de cliënt bericht van assignment. Wat moet de cliënt als eerste te doen? A. B. C. D.
22.
400 aandelen WNK kopen. De aankoopnota van de onderliggende aandelen WNK voldoen. Bezwaar maken omdat de assignment alleen voorafgaand aan expiratie mogelijk is. Een closebuy opgeven van vier calls van dezelfde optieserie als hij heeft geschreven.
Wanneer is de tijds- en verwachtingswaarde in de premie van een optie maximaal? Als de optie A. B. C. D.
23.
Wat is kenmerkend voor een knock-in barrier optie? A. B. C. D.
24.
De optie heeft een variabele uitoefenkoers, die zich tussen twee grenzen beweegt. De optie kan pas worden uitgeoefend als de koers van de onderliggende waarde een bepaalde grens wordt overschreden. De optie kan pas worden verhandeld als de intrinsieke waarde een bepaalde grens heeft overschreden. De optie mag alleen worden verhandeld als de premie zich binnen bepaalde grenzen bevindt.
Welke van de onderstaande elementen maakt GEEN deel uit van de gestandaardiseerde contractvoorwaarden van een financial future? A. B. C. D.
25.
veel intrinsieke waarde heeft. at-the-money is. out-of-the-money is. in-the-money is.
De onderliggende waarde. De contractgrootte. De looptijd. De uitoefenprijs.
Beleggers kunnen om uiteenlopende redenen futurescontracten sluiten. Zo kan het doel zijn het behalen van risicoloze winst door een gelijktijdige koop en verkoop van een product op verschillende marken tegen verschillende prijzen. Hoe wordt dit genoemd? A. B. C. D.
©
Convergeren. Arbitreren. Hedgen. Speculeren.
NIBE-SVV Examens
6
Effectenbedrijf
26.
Een converteerbare obligatie van nominaal EUR 1.000,- en een beurskoers van 95, geeft bij omwisseling recht op 30 aandelen met een huidige beurskoers van EUR 25,-. Waardoor wordt de koers van de convertible op dit moment primair bepaald? A. B. C. D.
27.
Door de conversiewaarde. Door de conversiepremie. Door de obligatiewaarde. Door de conversiekoers.
Een reverse convertible van nominaal EUR 1.000,- en een coupon van 8% wordt of in contanten afgelost, of in de vorm van 18 aandelen XYZ. Op het moment dat de obligatie aflosbaar is, is de koers van het aandeel XYZ EUR 53,25. Hoe wordt deze obligatie afgelost? A. B. C. D.
28.
In contanten of in aandelen, naar keuze van de houder van de obligatie. In contanten met een bedrag van EUR 1.000,-. In aandelen. In aandelen met een bijbetaling van EUR 41,50.
Een garantieproduct met een inleg van EUR 1.000,- heeft een garantieniveau van 95% van de inleg. Deze gegarandeerde uitkering wordt vermeerderd, afhankelijk van de ontwikkeling van een index. De participatiegraad in deze index is 90% in de procentuele stijging boven het aanvangsniveau van 400. Het op deze wijze berekende percentage wordt toegepast op de inleg. Op het einde van de looptijd van het product is de stand van de index 480. Welke uitkering vindt plaats op dit product? A. B. C. D.
29.
Welk enkel instrument kan een bank gebruiken als zij funding wil aantrekken en tegelijkertijd een deel van de portefeuille kredieten wil securitiseren? A. B. C. D.
30.
Een credit default swap. Een mortgage backed security. Een total return swap. Een credit linked note.
Wat is JUIST met betrekking tot General Clearing Members (GCM’s)? A. B. C. D.
©
EUR 950,-. EUR 1.000,-. EUR 1.130,-. EUR 1.180,-.
Zij oefenen de clearingfunctie voor zichzelf en voor andere members uit. Zij wikkelen alleen de transacties af van de klanten van het eigen bedrijf. Dit zijn kleinere banken en effectenkredietinstellingen (EKI’s). Zij zijn vrijgesteld van de individuele zekerheidsregeling richting LCH Clearnet.
NIBE-SVV Examens
7
Effectenbedrijf
31.
FKB is een contractpartij die bij de settlement van een effectentransactie op een bepaalde partij minimaal tegepartijrisico wil lopen. Wat is JUIST met betrekking tot de condities bij settlement? A. B. C. D.
32.
FKB zal kiezen voor settlement volgens DVP FKB zal kiezen voor settlement volgens FOP. FKB kan zich bij de settlement NIET beschermen tegen tegenpartijrisico. FKB loopt bij settlement GEEN tegenpartijrisico.
In het kader van global custody verricht een bank een aantal activiteiten. Welke van de onderstaande activiteiten behoort daartoe? A. B. C. D.
33.
Welke bewering met betrekking tot de toezichtstructuur is JUIST? A. B. C. D.
34.
Private banking. Cash management. Bedrijfsschadeverzekeringen aanbieden. Professionele beleggingsadvisering.
Het toezichtmodel is primair gericht op drie verschillende sectoren en overschrijdt de functionele grenzen Het gedragstoezicht richt zich op de integriteit van de financiële instellingen en van iedereen die daar werkzaam is. Het prudentieël toezicht heeft als doel het bevorderen van de stabiliteit van het financiële systeem. Het systeemtoezicht is het toezicht op de bedrijfseconomische aspecten van de financiële instellingen in Nederland.
Hieronder volgen twee beweringen over het Markets in Financial Instruments Directive (MiFID). I. Het geven van beleggingsadvies wordt als vergunningplichtige beleggingsdienst aangemerkt. II. Alleen bijkantoren zijn nog uitgezonderd van het home-country-controlbeginsel. Wat is JUIST? A. B. C. D.
35.
Alleen I is juist. Alleen II is juist. I en II zijn juist. GEEN van beide is juist.
Het Dutch Securities Institute (DSI) heeft een aantal commissies die bij het functioneren van DSI een belangrijke rol spelen. Welke commissie doet bindende uitspraken in geschillen tussen professionele partijen in de effectenhandel? A. B. C. D.
©
De arbitragecommissie. De geschillencommissie. De accreditatiecommissie. De functiecommissie.
NIBE-SVV Examens
8
Effectenbedrijf
36.
Welke van de onderstaande risico’s zal NIET worden opgenomen in een Financiële bijsluiter? A. B. C. D.
Het tegenpartijrisico. Het concentratierisico. Het derivatenrisico. Het valutarisico.
n ©
NIBE-SVV Examens
9
Effectenbedrijf
Antwoorden Effectenbedrijf 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27. 28. 29. 30. 31. 32. 33. 34. 35. 36.
B A A D B A C A A B D B D A C D D B D C A B B D B C C C D A A B B C A A
U dient 24 van de 36 vragen goed te hebben om te slagen.
©
NIBE-SVV Examens
10