Directieverslag 2014 Neos
Neos DIRECTIEVERSLAG 2014
Directieverslag 2014 Neos
INHOUDSOPGAVE VOORWOORD I
DIRECTIEVERSLAG
1.
UITGANGSPUNTEN VAN DE VERSLAGLEGGING
5
2.
PROFIEL VAN DE ORGANISATIE
6
2.1. 2.2. 2.3. 2.4.
Algemene identificatiegegevens Structuur van het concern Samenwerkingsverbanden Resultaten
6 6 7 8
3.
BESTUUR, TOEZICHT, BEDRIJFSVOERING EN MEDEZEGGENSCHAP
14
3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5. 3.6.
Normen voor goed bestuur Raad van Bestuur Raad van Toezicht Bedrijfsvoering Centrale Cliëntenraad Ondernemingsraad
14 14 14 18 19 20
4.
BELEID, INSPANNINGEN EN PRESTATIES
22
4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6.
Meerjarenbeleid Algemeen beleid verslagjaar Algemeen kwaliteitsbeleid Kwaliteitsbeleid medewerkers Samenleving en belanghebbenden Financieel beleid
22 22
5.
JAARREKENING
6.
BIJLAGEN
Bijlage 1: Overzicht sponsoren Bijlage 2: Lijst met afkortingen
23 24 26 26
Zie separate bijlage 28 28 29
Pagina 2 van 29
Directieverslag 2014 Neos
VOORWOORD VAN DE RAAD VAN BESTUUR Neos heeft de afgelopen jaren substantieel bijgedragen aan de resultaten van het Stedelijk Kompas. Het beleidskader van het Stedelijk Kompas is destijds vastgesteld om dakloosheid, verkommering en verloedering onder kwetsbare burgers tegen te gaan met behulp van een gedifferentieerd pakket van opvangvoorzieningen, arbeidsmatige activiteiten, re-integratie en begeleid wonen. De aanpak die we samen met onze partners hebben ontwikkeld, strekt zich uit van preventieve woonbegeleiding en 24uurs opvang tot en met begeleide terugkeer en nazorg. In het najaar van 2014 heeft de gemeente een evaluatie uitgevoerd en zijn voorstellen ontwikkeld voor een vervolgaanpak. Door de transities van de AWBZ, Jeugdzorg en Participatiewet zal de prioriteit de komende jaren steeds meer verschuiven naar preventie van dak- en thuisloosheid, vroegtijdige interventies en het versterken van sociale netwerken in wijken en buurten. In het sociaal domein zullen wijkteams en wijkverpleegkundigen in de eerstelijn een cruciale rol gaan vervullen om sociale uitsluiting en uitval van kwetsbare burgers te voorkomen. De verwachting is dat de capaciteit en het karakter van de maatschappelijke en vrouwenopvang zal gaan veranderen en zich steeds meer gaat toeleggen op kortdurende vormen van crisisopvang, bed op recept en gecombineerde arrangementen op het gebied van (beschermd) wonen, participatie en herstelondersteuning. Daarnaast zullen we ons ook blijven richten op die kwetsbare burgers die door psychiatrische en sociaal-maatschappelijke factoren onvoldoende zelfredzaam zijn en tijdelijk danwel permanent niet meer in staat zijn om zich te handhaven in de samenleving. De transities in het sociaal domein maken het noodzakelijk om onze positionering opnieuw tegen het licht te houden en gelijktijdig te blijven investeren in de samenwerking met onze ketenpartners. De complexe transformatieopgave waar de gemeente Eindhoven voor staat, is vertaald in de visie van WIJeindhoven. De systeemverandering van het sociaal domein biedt zeker nieuwe perspectieven, ook voor burgers die tot op heden te snel werden doorverwezen naar de gespecialiseerde tweedelijn. Ook Neos zal het komende jaar haar kennis en deskundigheid inzetten om van deze gezamenlijke opgave een succes te maken. Naar verwachting worden alle voorkomende eerstelijns activiteiten medio 2015 ondergebracht in een aparte stichting WIJeindhoven en zullen de wederzijdse verhoudingen en verwijsprocedures opnieuw tegen het licht worden gehouden. We sluiten het jaar af met de verheugende mededeling dat Neos met woningcorporatie ‘thuis begin 2015 een samenwerkingsovereenkomst zal ondertekenen voor het realiseren van nieuwbouw van het Labrehuis. Op de huidige locatie van het Labrehuis wordt medio 2018 een moderne woonvoorziening met 80 zelfstandige woonstudio’s en 16 appartementen geopend voor dakloze cliënten die nu nog zijn aangewezen op de beperkingen van een intramurale opvangvoorziening. In deze nieuwe voorziening wordt ook het scheiden van wonen en zorg doorgevoerd, waardoor cliënten beter in staat zijn om zich voor te bereiden op het zelfstandig wonen in een wijk of buurt. Door “gewoon wonen” meer centraal te stellen zal een snellere en duurzame terugkeer in de samenleving sterk bevorderd kunnen worden.
Eindhoven, 14 april 2015
P. Dijkstra MHA Voorzitter Raad van Bestuur
Drs. T.Y. Chu Lid Raad van Bestuur
Pagina 3 van 29
Directieverslag 2014 Neos
VERANTWOORDING RAAD VAN TOEZICHT In het kader van Good Governance is het van belang om het jaarlijkse directieverslag te voorzien van een korte terugblik door de Raad van Toezicht. De Raad reflecteert hiermee op zijn eigen rol die de Raad het afgelopen jaar vanuit zijn specifieke verantwoordelijkheid heeft gespeeld. Ook wordt in dat verband ingegaan op de samenwerking en het samenspel tussen de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht. In zijn voorwoord heeft de Raad van Bestuur reeds aangegeven dat het bestuur zich het afgelopen jaar heeft voorbereid op een aantal ingrijpende wijzigingen die vanaf 1 januari 2015 van kracht zijn geworden. Het betreft de transitie en decentralisatie van de AWBZ, de Jeugdzorg en de nieuwe Participatiewet. Met de decentralisatie van overheidstaken heeft het kabinet voor ogen om de transparantie van het openbaar bestuur via de lagere overheden te versterken om daarmee tevens de zichtbaarheid voor de burger te vergroten. Als uitvloeisel van dit overheidsbeleid wordt een participatiesamenleving nagestreefd die er voor zorgt dat burgers een grotere invloed en regie kunnen uitoefenen op hun eigen bestaan. Door de stapeling van diverse overheidsmaatregelen in een relatief kort tijdsbestek, bestaan er echter ook grote zorgen over de effecten van deze maatregelen op de cliënten van Neos. Over het algemeen betreft het zeer kwetsbare burgers die niet meer kunnen voorzien in hun eigen bestaansvoorwaarden en bovendien een grote achterstand hebben op de arbeidsmarkt. Vanuit zijn rol als toezichthouder heeft de Raad van Toezicht de actuele ontwikkelingen op de voet gevolgd. De ingrijpende transities in het zorgstelsel en het sociaal domein èn de transformatieopgave voor Neos, waren het afgelopen jaar regelmatig onderwerp van gesprek via een kritische dialoog met de Raad van Bestuur. De Raad van Toezicht heeft hierbij de nodige aandacht besteed aan het bespreken en becommentariëren van een nieuwe strategische koers met als belangrijkste doelstelling om voor de organisatie een effectief en flexibel systeem van checks and balances te waarborgen. Het identificeren van de belangrijkste stakeholders in een veranderend speelveld zal het komend jaar meer aandacht vragen. Dit stelt specifieke eisen aan de rol van het bestuur, maar vraagt ook van de Raad van Toezicht een daarop aangepaste visie op de continuïteit van de organisatie. De nieuwe toezichthouder zal steeds meer gericht zijn op het bieden van een gezond tegenspel in een kritische dialoog met de Raad van Bestuur. In dat tegenspel gaat het om het opzoeken naar de juiste balans tussen enerzijds betrokkenheid en anderzijds gepaste afstand bewaren. De Raad van Toezicht heeft geconstateerd dat het afgelopen jaar het samenspel en het debat tussen Raad van Toezicht en Raad van Toezicht op een constructieve wijze heeft plaatsgevonden. Tot slot willen we opmerken dat ook de gepassioneerde en professionele werkwijze van de medewerkers van Neos het afgelopen jaar tot een relatief hoge klantwaardering heeft geleid. De Raad van Toezicht spreekt daarvoor langs deze weg zijn grote waardering uit.
Eindhoven, 14 april 2015
Namens de Raad van Toezicht,
Drs. G.J. van Nuland Voorzitter Raad van Toezicht
Pagina 4 van 29
Directieverslag 2014 Neos
1.
UITGANGSPUNTEN VAN DE VERSLAGLEGGING
Zorginstellingen zijn verplicht om elk jaar verantwoording af te leggen over de manier waarop zij de middelen uit de AWBZ en Zorgverzekeringswet besteden. Naast informatie over de besteding van de middelen, bevat deze verantwoording ook informatie over onderwerpen als kwaliteit, productie en personeel. Deze verantwoording wordt afgelegd in het Jaardocument Zorginstellingen. Hiervoor zijn door het CIBG (Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg) richtlijnen opgesteld. Het CIBG is een uitvoeringsorganisatie van het ministerie van VWS. Het Jaardocument bestond tot 2011 uit drie onderdelen: het Maatschappelijk Verslag, de Jaarrekening en DigiMV. Het maatschappelijk verslag is met ingang van het verslagjaar 2012 vervallen. Hiervoor in de plaats komt het Directieverslag voor middelgrote en grote zorginstellingen. Neos doet conform het Jaardocument verslag van haar activiteiten over 2014. Het Directieverslag en de Jaarrekening worden voor de verantwoording tevens verzonden aan de centrumgemeente Eindhoven en de Provincie Noord-Brabant. De Raad van Bestuur geeft met dit verslag inzicht in de belangrijkste ontwikkelingen en activiteiten van Neos in het verslagjaar 2014. Naast het Jaardocument geeft Neos het “Jaarbeeld 2014” uit. Dit Jaarbeeld is een journalistiek verslag van de activiteiten over het verslagjaar en is per 1 juni 2015 te downloaden via onze website: www.st-neos.nl. Tevens kan het Jaarbeeld 2014 vanaf juli 2015 besteld worden bij het bestuurssecretariaat van Neos via 040 - 250 15 80.
Pagina 5 van 29
Directieverslag 2014 Neos
2.
PROFIEL VAN DE ORGANISATIE
2.1.
Algemene identificatiegegevens
Naam: Adres: Plaats: Telefoonnummer: Identificatienummer(s) NZa: Nummer Kamer van Koophandel: E-mailadres: Internetpagina:
2.2.
Neos Hoogstraat 224 Postbus 922 5600 AX Eindhoven 040-250 15 80 120-2307 17124397
[email protected] www.st-neos.nl
Structuur van het concern
Juridische en organisatorische structuur De juridische structuur van Neos is een stichting met een tweehoofdige Raad van Bestuur die door een Raad van Toezicht is benoemd. De organisatiestructuur is in 2012 opnieuw vastgesteld op basis van een hernieuwde en geïntegreerde visie op het primaire en ondersteunende proces. Neos beschikt over drie leidinggevende niveaus: Raad van Bestuur, clustermanagers en diensthoofden en tenslotte het niveau van de teamleiders. De structuur van de organisatie vanaf 1 oktober 2012 is weergegeven in onderstaand organogram.
Raad van Toezicht
Centrale Cliëntenraad
Raad van Bestuur
Ondernemingsraad
Stafbureau
Financiën, Control & Informatisering
Bestuurs- en Managementsecretariaat
Personeel & Organisatie
Facilitaire Dienst
Cluster Regie
Cluster Opvang en Verblijf
Cluster Participatie
Centrale Aanmelding & Intake
Blijf van m’n Lijf
Begeleid Wonen
Trajectregie
Verpleegzorg
Werk en Activering
Sociaal Pension
Financiële Dienstverlening
Ritahuis Labrehuis Instroomhuis Crisisopvang
Pagina 6 van 29
Directieverslag 2014 Neos
De Raad van Bestuur is eindverantwoordelijk en belast met het besturen van de gehele organisatie, is statutair bestuurder in de zin van de wet en treedt als zodanig op als werkgever en contractpartner voor medewerkers en management. De aansturing door de Raad van Bestuur vindt onder andere plaats via het managementteam (MT), waarin zowel clustermanagers als diensthoofden zitting hebben. Neos hanteert integraal management als besturingsfilosofie. Hieronder wordt verstaan dat de clustermanagers en diensthoofden de verantwoordelijkheid dragen voor hun werkeenheid (inhoud en kwaliteit, productie, personeel en het beheer van middelen) binnen de kaders die door de Raad van Bestuur zijn vastgesteld. Binnen deze kaders is veel ruimte voor initiatieven en ondernemerschap om tijdig en adequaat te kunnen inspelen op zorginhoudelijke trends en externe ontwikkelingen. Daarbij worden zij ondersteund door teamleiders en gefaciliteerd door de centrale ondersteunende diensten. Jaarlijks worden de resultaatafspraken tussen de clustermanagers en diensthoofden enerzijds en de Raad van Bestuur anderzijds vastgelegd in een managementcontract. Aan Neos worden uit hoofde van haar activiteiten door cliënten gelden en vermogensbestanddelen toevertrouwd die niet bestemd zijn voor Neos, maar worden beheerd voor cliënten of andere derden. In het kader van risicobeperking en financiële integriteit is een aparte stichting derdengelden opgericht om de vermogensbestanddelen die door cliënten aan Neos zijn toevertrouwd, gescheiden te houden van het vermogen van Neos. Deze Stichting Neos Administratie Cliëntgelden (SNAC), verricht geen andere activiteiten dan het in ontvangst nemen, het tijdelijk beheren en het betalen of het overdragen van gelden. De beide bestuurders van Neos zijn ook statutair bestuurders van de Stichting Neos Administratie Cliëntgelden.
Segmentering In de jaarrekening van de stichting vindt conform de richtlijnen Zorginstelling een segmentering van de resultaatrekening plaats in de volgende segmenten: Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO, gemeente Eindhoven), AWBZ (Zorgkantoor Zuidoost Brabant), Jeugdzorg (Provincie Noord-Brabant) en overige.
Toelatingen Neos heeft in het kader van de AWBZ-financiering voor 2014 een toelating voor de functies Verblijf, Verpleging, Persoonlijke verzorging, Ondersteunende begeleiding en Ondersteunende begeleiding dag. Sinds 2007 heeft Neos van de provincie Noord-Brabant tevens een toelating als aanbieder van jeugdzorg verkregen voor het verlenen van geïndiceerde Jeugdzorg.
Medezeggenschapstructuur De medezeggenschap van de medewerkers is geborgd door de instelling van een Ondernemingsraad (OR). Deze bestaat uit negen gekozen vertegenwoordigers, afkomstig uit verschillende afdelingen en wordt ondersteund door een ambtelijk secretaris. Voor de medezeggenschap van de cliënten heeft iedere locatie een bewonersraad of vanwege de sterk wisselende cliëntengroep, een aangepaste vorm van medezeggenschap ondersteund door vrijwilligers of ex-cliënten. De Centrale Cliëntenraad (CCR) is samengesteld uit vertegenwoordigers van de bewonersraden uit de 24-uurs voorzieningen, cliëntvertegenwoordigers van andere afdelingen en ex-cliënten. De CCR heeft een werkplan en kent een eigen professionele ondersteuning waaraan jaarlijks door de Raad van Bestuur een geoormerkt werkbudget ter beschikking wordt gesteld.
2.3.
Samenwerkingsverbanden
Het afgelopen jaar is met uiteenlopende maatschappelijke organisaties bestuurlijk en operationeel overleg gevoerd over samenwerking en afstemming in de zorgketen. Met vertegenwoordigers van politie, gemeente en buurtbewoners vond het afgelopen jaar regelmatig afstemming plaats over de uitvoering van beheerconvenanten en andere veiligheidsthema’s. Afspraken die zijn vastgelegd in convenanten en beheerplannen zijn per locatie kritisch beoordeeld door alle betrokkenen.
Pagina 7 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Geconstateerd is dat, behoudens het concretiseren en naleven van een aantal maatregelen, er geen fundamentele wijzigingen in de beheerafspraken nodig waren. Op stedelijk en regionaal niveau werd intensief overleg gevoerd met woningcorporaties over (her)huisvesting van bijzondere doelgroepen en over de kwaliteit en resultaten van de geboden woonbegeleiding. Via het samenwerkingsverband DOOR werden opnieuw contingent afspraken gemaakt voor het leveren van huurwoningen aan cliënten van Neos. Met woningcorporatie ‘thuis is een intentieovereenkomst afgesloten ter voorbereiding op de nieuwbouwplannen van het Labrehuis. Deze huisvestingsopgave voorziet in een toekomstbestendige verblijfs- en woonvoorziening waarbij het principe van scheiden van wonen en zorg op deze locatie wordt doorgevoerd en afscheid wordt genomen van het verouderde internaatsmodel. Ter voorkoming van huisuitzetting van probleemhuurders werd opnieuw een beroep gedaan op het inzetten van onze preventieve woonbegeleiding. De samenwerking en afstemming met directies en woonconsulenten van de woningcorporaties verloopt over het algemeen constructief en is voor beide partijen en de betrokken probleemhuurders van groot belang. Op bestuurlijk en strategisch niveau wordt Neos bij meerdere woningcorporaties jaarlijks uitgenodigd om als belanghouder mee te denken over het toekomstige beleid en de huisvesting voor bijzondere doelgroepen. Met de wijkteams in de stad Eindhoven is overleg gevoerd over de afgrenzing van taken, rollen en verantwoordelijkheden. Het afgelopen jaar werd de inkooprelatie met onze financiers sterk beïnvloed door de transities en door de decentralisaties van de AWBZ, Jeugdzorg en de komst van de nieuwe Participatiewet. In het kader van de contractering in 2014 en 2015 hebben wij bij de centrumgemeente en het zorgkantoor, aangedrongen om voor de meest kwetsbare burgers te streven naar een gezamenlijk inkoopmodel. De afstemming met de gemeente verliep het afgelopen jaar niet altijd even soepel. Dit werd mede veroorzaakt door onduidelijkheid over de herverdeling van beschikbare budgetten voor Jeugdzorg, WMO, AWBZ en Participatiewet. Daarnaast waren er veel wisselingen in de ambtelijke organisatie als gevolg van een ingrijpend reorganisatieproces van de gemeentelijke vakdiensten. Met het brede onderwijsveld heeft Neos de samenwerkingsrelatie versterkt door een actieve bijdrage te leveren aan het beroepsprofiel, de beroepsontwikkeling en het stagebeleid van zowel HBO- als MBO-studenten van respectievelijk de Fontys Hogeschool Sociale Studies en het Summa College (ROC). Met het Summa College werd een educatief lesprogramma ontwikkeld voor cliënten uit de maatschappelijke opvang die zich voorbereiden op uitstroom en zelfstandig wonen. Hierna worden nog enkele activiteiten genoemd waarbij samenwerking met uiteenlopende partners voorop stond:
In samenwerking met de stichting Present werd het afgelopen jaar een actie georganiseerd voor het werven van vrijwilligers. In totaal hebben zich 24 vrijwilligers gemeld om hun diensten aan te bieden ter ondersteuning van het primaire proces. Met behulp van Krachtbedrijf, een initiatief voor startende vrouwelijke ondernemers van Josette Dijkhuizen, en met toestemming van de gemeente Eindhoven, werden vier vrouwelijke cliënten van Blijf van m’n Lijf ondersteund bij het opzetten van een eigen bedrijf, zoals een dierenpension, een kappers- en pedicurezaak, een nagelstudio en een Turkse lunchroom. Met ondersteuning van Tranzo, het wetenschappelijk instituut van de Universiteit Tilburg werden ervaringsdeskundige cursusleiders opgeleid om de cursus Herstellen doe je Zelf uit te voeren bij Neos en bij de collega-instellingen SMO Breda en Traverse in Tilburg.Met Impuls, het onderzoekscentrum van de Radboud Universiteit te Nijmegen, werd het afgelopen jaar samengewerkt op het gebied van wetenschappelijk onderzoek en professionalisering van de sector maatschappelijke opvang. Neos participeert o.a. in twee academische werkplaatsen.
2.4. Resultaten In 2014 is het aantal opvangplaatsen ten opzichte van 2013 ongewijzigd gebleven. De ambulante begeleidingscapaciteit is met 14 capaciteitsplekken gestegen ten opzichte van 2013. Nadere specificatie van de capaciteitsplekken is terug te vinden In onderstaande tabel.
Pagina 8 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Gemeentelijke Opvangplaatsen
Merknaam
Noodbedden (units)
Noodbedden
Vrouwenopvang (units) Vrouwenopvang
(2de
fasewoningen)
2013
2014 4
4
Blijf van m’n Lijf
14
14
Blijf van m’n Lijf
8
8
Instroomvoorziening zwerfjongeren
Odulpha
13
13
Crisisopvang gezinswoningen (units)
Odulpha
5
5
Odulpha
3
3
82
82
1
1
Crisisopvang
(2e
fasewoningen)
Dak- en thuislozenzorg
Labrehuis
Time-out verslaafde prostituees
Ritahuis
Passantenverblijf
Nachtopvang
10
10
Instroomvoorziening dak- en thuislozen
Instroomhuis
24
24
164
164
Totaal Intramurale AWBZ zorg
Merknaam
2013
Beschermd wonen
Ritahuis
36
36
Beschermd wonen verslaafde vrouwen
Ritahuis
4
4
Beschermd wonen
Sociaal Pension
26
26
Verpleging en verzorging
Verpleegzorg
28
28
94
94
Totaal
2014
Ambulante begeleiding (gelijktijdig)
Merknaam
2013
Ambulante instroomtrajecten
Instroomhuis
9
9
Ambulante instroomtrajecten zwerfjongeren
Aanpak zwerfjongeren
2
2
Ambulante woontrajecten
Begeleid Wonen
140
155
Ambulante woontrajecten
Housing First
25
29
Ambulante woontrajecten zwerfjongeren
Aanpak zwerfjongeren
21
26
Trajecten Preventieve woonbegeleiding
Preventieve woonbegeleiding
15
5
Behandelgroep kamer training jeugdigen 18-
Jeugdzorg
10
10
222
236
Totaal
2014
Centrale Aanmelding In 2014 heeft de Centrale Aanmelding 2651 unieke cliënten geholpen met vragen omr informatie, opvang en begeleidingsmogelijkheden. Van deze aanmeldingen had 36% betrekking op informatie, advies en consultatie en 64% op een directe aanmelding voor opvang en begeleiding.
Centrale Aanmelding Informatie, advies en consultatie Aanmelding Totaal
2013 Aantal 1080 1559 2639
In % 41% 59% 100%
2014 Aantal 956 1695 2651
In % 36% 64% 100%
Pagina 9 van 29
Directieverslag 2014 Neos
De vragen om informatie, advies en consultatie zijn afgenomen van 1080 vragen in 2013 tot 956 in 2014. Het aantal aanmeldingen is daarentegen gestegen van 1559 in 2013 tot 1695 in 2014. Van de 1695 aanmeldingen: is 59% doorverwezen naar een externe voorziening of heeft afgezien van hulp; heeft bij 7% een tijdelijke interventie plaatsgevonden zonder intake- en screening (noodbed, passantenverblijf, crisisinterventie Portaal 040, wachtlijstopname etc.); is met 35% een intake- en screeningsprocedure gestart of heeft directe toewijzing van een Neosproduct plaatsgevonden.
Aanmeldingen Doorverwijzing externe voorzieningen / cliënt ziet af van hulp
Doorverwijzing externe voorzieningen Cliënt ziet af van hulp/plaatsing
Tijdelijke interventie zonder intake- en screeningsprocedure Intake- en screeningsprocedure / directe toewijzing
Intake- en screeningsprocedure met tijdelijke interventie Intake- en screeningsprocedure zonder tijdelijke interventie Directe toewijzing
Totaal
2013 Aantal 690
In % 44%
2014 Aantal 998
In % 59%
-
-
640 358
38% 21%
360
23%
112
7%
509
33%
585
34%
-
-
49
3%
-
-
520
30%
-
-
16
1%
1559
100%
1695
100%
Bij de aanmeldingen is een daling van 16% te zien in het aantal mensen dat een tijdelijke interventie krijgt zonder intake- en screeningsprocedure ten opzichte van 2013. Het aantal cliënten dat wordt doorverwezen naar een externe voorziening of afziet van hulp is daarentegen gestegen met 15% ten opzichte van het voorgaande jaar. Dit is een voortzetting van de lijn die in 2013 gerapporteerd is; door doeltreffende verwijzing van mensen die contact opnemen voor informatie of advies naar het voorliggend veld daalt het beroep op medewerkers van de Maatschappelijke Opvang. Hierbij valt te denken aan de teams van WIJeindhoven, die zich in 2014 nadrukkelijk positioneerden. Ook de methodische gerichtheid van Neos-medewerkers op het zoeken naar oplossingen in het eigen sociaal netwerk van de cliënt heeft er toe geleid dat 59% van de aanvragen niet hebben geleid tot een daadwerkelijke intake.
Pagina 10 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Van de 569 cliënten met wie in 2014 een intake- en screeningsprocedure werd gestart, zijn 309 cliënten ingestroomd voor opname of ambulante begeleiding eventueel na een tijdelijke interventie. Van de resterende 260 cliënten zijn 22 cliënten alsnog doorverwezen, heeft bij 205 cliënten alleen een tijdelijke interventie plaatsgevonden en hebben 33 cliënten afgezien van hulp.
Intake- en screeningsprocedure Doorverwijzing externe voorzieningen / cliënt ziet af van hulp
Doorverwijzing externe voorzieningen Cliënt ziet af van hulp
Tijdelijke interventie zonder instroom Instroom, evt. na tijdelijke interventie
Instroom Instroom na tijdelijke interventie
Totaal
2013 Aantal 71
In % 14%
2014 Aantal 55
In % 10%
-
-
22 33
4% 6%
39 380
8% 78%
205 309
36% 54%
-
-
83 226
15% 40%
490
100%
569
100%
Het aantal cliënten dat gebruik maakt van alleen een tijdelijke interventie tijdens of na de intake- en screeningsprocedure ligt in 2014 28% hoger dan in 2013. Daarnaast is in deze periode een daling van 24% te zien in het aantal cliënten dat instroomt na de intake- en screeningsprocedure.
Pagina 11 van 29
Directieverslag 2014 Neos
In 2014 heeft Neos intern de workflow iets aangepast: tussen intake en daadwerkelijke plaatsing werd door een trajectregisseur al wat zaken opgepakt. Hierbij valt te denken aan afstemming met behandelaar, EPI-screening of een veiligheidsscan. Dit leidde aanvankelijk tot meer (ambulante) interventies door de trajectregisseurs, maar had als resultaat dat er een forse toename was dat er andere beter passende oplossingen werden gevonden. Instroom In 2014 zijn 325 cliënten ingestroomd. Dit is een daling van 55 cliënten ten opzichte van 2013. Instroom Totale instroom
Directe toewijzing Instroom na tijdelijke interventie
2013 380
2014 325
-
99 226
Uitstroom In 2014 is de verhouding tussen succesvol en voortijdig beëindigde trajecten vrijwel gelijk gebleven ten opzichte van 2013.
2013 Aantal afgesloten trajecten Succesvol afgesloten trajecten Voortijdig beëindigde trajecten Afgesloten i.v.m. detentie Afgesloten overig Totaal aantal afgesloten trajecten
aantal 222 74 17 6 319
2014 In % 70% 23% 5% 2% 100%
aantal 246 78 8 5 337
in % 73% 23% 2% 2% 100%
Pagina 12 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Totale trajectduur De trajectduur van succesvol afgesloten trajecten is in 2014 met 83 dagen gestegen ten opzichte van het voorgaande jaar terwijl de trajectduur van voortijdig beëindigde trajecten exact gelijk is gebleven.
Trajectduur in dagen Succesvol afgesloten trajecten Voortijdig beëindigde trajecten
2013
2014
dagen 432 174
dagen 515 176
De stijging in 2014 ten opzichte van 2013 kan op twee manieren verklaard worden. De eerste heeft te maken met de verandering van de begeleidingssystematiek die in oktober 2012 werd geïntroduceerd en in 2013 leidde tot een inhaalslag. De introductie van de trajectregisseur zorgde voor significant kortere trajecten van cliënten met minder complexe problematiek. In 2014 is er op dit vlak een kanteling ontstaan: voor mensen met minder complexe problematiek konden er tussen intake en plaatsing veelal andere beter passende oplossingen gevonden worden. Ergo: de mensen die wel in traject bleven bij Neos zijn de cliënten met meer complexe problematiek. Eén van de problemen die veel complexer ligt in 2014 is de financiële situatie van cliënten. Zowel de toename van schulden als de veranderende wet- en regelgeving (vaak in kader van fraudebestrijding) zorgen voor een langere verblijfsduur. Immers, als er sprake is van het ontbreken van besteedbaar inkomen kan er geen sprake zijn van uitstroom naar een huurwoning. Illustratief hierbij is de maatregel ‘toeslagpartners’. Voor veel cliënten die opgenomen worden in de locatie ‘Blijf’ geldt dat zij wel bij hun partner weg zijn, maar die partner nog wel gezien wordt als ‘toeslagpartner’. Hierdoor kan men geen aanspraak maken op bijvoorbeeld huurtoeslag. Zonder huurtoeslag is het niet mogelijk een eengezinswoning te huren.
Pagina 13 van 29
Directieverslag 2014 Neos
3.
BESTUUR, TOEZICHT, BEDRIJFSVOERING EN MEDEZEGGENSCHAP
3.1.
Normen voor goed bestuur
Neos werkt volgens het Raad van Toezichtmodel. De organisatie wordt bestuurd door een Raad van Bestuur. Deze is belast met de leiding van de stichtingen, de uitvoering van het algemeen beleid en het nastreven van de doelstellingen. De Raad van Toezicht houdt toezicht op het beleid van de Raad van Bestuur. Uitgangspunt voor de besturing van de organisatie, het toezicht en de bedrijfsvoering, is de Zorgbrede Governancecode (2010) en de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi). Goed bestuur en adequate risicobeheersing houden in dat wordt voldaan aan de algemene opvattingen over een goed en verantwoord bestuur, het toezicht houden op, het rekenschap geven aan en het afleggen van maatschappelijke verantwoording vanuit de zorgsector.
3.2.
Raad van Bestuur
De Raad van Bestuur is eindverantwoordelijk voor en belast met het besturen van de organisatie, het realiseren van de doelen van de organisatie, het uitvoeren van de strategische koers en de daaruit voortvloeiende resultatenontwikkeling. De Raad van Bestuur legt over het algemene en financiële instellingsbeleid verantwoording af aan de Raad van Toezicht en rapporteert over de beheersing van de bedrijfsrisico’s en de financiering. In 2014 werden in dit kader drie trimesterrapportages besproken en werd de werkbegroting en de jaarrekening vastgesteld. Jaarlijks wordt door de Remuneratiecommissie van de Raad van Toezicht een functionerings- of beoordelingsgesprek gevoerd met de afzonderlijke leden van de Raad van Bestuur en met de Raad van Bestuur als geheel. Het beoordelingsmodel is gebaseerd op de beoordelingssystematiek zoals deze ontwikkeld is door de Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in Zorginstellingen (NVTZ). In de gesprekken met de Raad van Toezicht komen tenminste de volgende vier aspecten aan de orde: resultaten van de instelling, de wijze waarop de resultaten werden verkregen, de relatie tussen de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur en de rol van de Raad van Toezicht als werkgever. De relatie tussen de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht is beschreven in een reglement van de Raad van Bestuur en een apart reglement van de Raad van Toezicht. Samenstelling Raad van Bestuur ultimo 2014 Naam
Bestuursfunctie
Aandachtsgebieden
Nevenfuncties 2014
Dhr. P. Dijkstra MHA
Voorzitter Raad van Bestuur
Besluitvorming Raad van Bestuur Organisatie- en netwerkontwikkeling Externe samenwerkingsverbanden Zorginhoudelijk beleid Zorgmarketing, PR en communicatie
Lid Raad van Bestuur
Personeelsbeleid en HRM Financieel beleid, planning en control Intern beheer en kwaliteitsbeleid Informatiseringsbeleid en ICT Vastgoedbeleid en Facilitaire Zaken
Dhr. drs. T.Y. Chu
3.3.
Lid Raad van Advies Fontys Hogeschool Voorzitter Bestuur Coöperatie Markieza
Voorzitter Raad van Toezicht Amaliazorg en Amaliawonen, Oirschot
Raad van Toezicht
De Raad van Toezicht heeft als primaire taak om toezicht te houden op de strategie, de algemene gang van zaken in de organisatie en op het besturen van de gehele organisatie door de Raad van Bestuur. De Raad van Toezicht is verantwoordelijk voor zijn eigen kwaliteit van functioneren en heeft het afgelopen jaar het eigen functioneren geëvalueerd. De Raad van Toezicht hanteert een reglement waarin afspraken zijn gemaakt op basis van de Zorgbrede Governancecode.
Pagina 14 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Mutaties en werkzaamheden Raad van Toezicht Op 1 augustus 2014 heeft de heer dr. J.E.M. Gilissen wegens het bereiken van de statutaire zittingstermijn, afscheid genomen als voorzitter van de Raad van Toezicht. Op 1 juli 2014 is prof. dr. A.G.L. Romme teruggetreden als lid van de Raad van Toezicht wegens buitenlandse verplichtingen en een sabbatical ter afronding van een wetenschappelijke publicatie. Op 1 december 2014 werd de heer J. Bergs herbenoemd voor een tweede zittingstermijn als lid van de Raad van Toezicht. Op 1 augustus 2014 is de heer drs. G.J. van Nuland benoemd als voorzitter van de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht heeft in 2014 in totaal zes keer vergaderd en overleg gevoerd met de Raad van Bestuur. De Raad van Toezicht heeft zich diverse keren gebogen over het nieuwbouwplan van het Labrehuis. Mede op basis van het advies van de Strategische Vastgoedcommissie van de Raad van Toezicht, werd in de vergadering van december 2014 goedkeuring gegeven aan het beslisdocument en de verdere uitwerking van de nieuwbouwplannen. Daarnaast heeft de Raad van Toezicht in het voorjaar 2014 ook goedkeuring gegeven aan het Strategisch Koersdocument 2014-2016. De voorzitter van de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur hebben het afgelopen jaar acht keer bilateraal overleg gevoerd. In dit werkoverleg werd de vergaderagenda van de Raad van Toezicht voorbereid en zijn actuele organisatiethema’s besproken. De Raad van Toezicht is daarnaast direct betrokken geweest bij de verdere ontwikkeling rondom het proces van de medezeggenschap in de organisatie en liet zich hierbij informeren via de agenda’s van de overleggen tussen de Raad van Bestuur, de Ondernemingsraad en de Centrale Cliëntenraad. Conform artikel 24 van de Wet op de Ondernemingsraden heeft een delegatie van de Raad van Toezicht het afgelopen jaar twee keer overleg gevoerd met de Ondernemingsraad. Met de Centrale Cliëntenraad werd een jaarlijks overleg gevoerd over de actuele ontwikkelingen op het gebied van medezeggenschap, cliëntenparticipatie, voedingsbeleid en organisatieverandering. De Raad van Toezicht werd tevens door de Raad van Bestuur geïnformeerd via periodieke werkbezoeken, interne nieuwsbrieven en het jaarlijkse overleg met het Managementteam. Voorafgaande aan het verlenen van goedkeuring door de Raad van Toezicht aan de Jaarrekening 2013 vond een bijeenkomst plaats met de auditcommissie van de Raad van Toezicht, de Raad van Bestuur en de accountant. Door de auditcommissie zijn de financiële resultaten, de liquiditeitspositie en de bedrijfsrisico’s van de organisatie besproken aan de hand van vragen naar aanleiding van de managementletter. De bevindingen van de auditcommissie zijn gerapporteerd tijdens de vergadering van de Raad van Toezicht. Het afgelopen jaar zijn tevens een tweetal commissies actief geweest: de commissie Strategisch Vastgoed en de Remuneratiecommissie. De commissie Strategisch Vastgoed heeft zich onder andere gebogen over de mogelijkheden van adequate huisvesting op de kortere en langere termijn en de realisatie van de nieuwbouwplannen. De Remuneratiecommissie heeft conform de voorschriften van de Wet Normering Topinkomens (WNT) het afgelopen jaar een advies verstrekt aan de Raad van Toezicht met betrekking tot de klassenindeling en bezoldigingshoogte van de Raad van Bestuur. De Remuneratiecommissie heeft voorafgaand overleg gevoerd met de accountant. De accountant heeft vastgesteld dat de inhoudelijke beoordeling en de voorgenomen klassenindeling op zorgvuldige wijze is uitgevoerd. De Raad van Toezicht heeft vervolgens het indelingsadvies van de Remuneratiecommissie definitief vastgesteld. De Raad van Toezicht heeft in 2014 over uiteenlopende onderwerpen gesproken en de navolgende besluiten van de Raad van Bestuur goedgekeurd: • • • • • • •
Maatschappelijk jaarverslag en Jaarrekening 2013; Periodieke trimesterrapportages; Beslisdocument nieuwbouw Labrehuis; Procesevaluatie Reorganisatieplan “De beweging vooruit” Strategisch Koersdocument 2014-2016; Werkbegroting 2014; Treasury jaarplan 2014;
Pagina 15 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Het afgelopen jaar heeft de Raad van Toezicht zich tevens georiënteerd op de strategische koers en de ontwikkeling van het zorginhoudelijk kwaliteitsbeleid. Ook werd door de Raad van Toezicht een actieve bijdrage geleverd aan een discussiebijeenkomst onder leiding van professor Judith Wolf over de transformatieopgave in de sector maatschappelijke opvang en vrouwenopvang. De leden van de Raad van Toezicht ontvingen in 2014 een vergoeding voor hun werkzaamheden. Deze vergoeding is gebaseerd op de beloningssystematiek van de NVTZ. Samenstelling Raad van Toezicht 2014 Naam
Functie
Hoofd- en nevenfuncties 2013
Datum aftreden
De heer dr. J.E.M. Gillissen
Voorzitter
Laatst vervulde functie: .Directeur Fontys Hogeschool Communicatie
Afgetreden per 31-7-2014
De heer prof. Dr. A.G.L. Romme
Lid en Vicevoorzitter
Hoofdfuncties: Hoogleraar Ondernemerschap & Innovatie TU/e; Decaan Faculteit Industrial Engineering & Innovation Sciences TU/e. Nevenfuncties: Voorzitter Raad van Toezicht Onderzoeksschool BETA; Voorzitter Raad van Toezicht 3TU Centre of Excellence in Ethics & Technology; Lid Raad van Commissarissen KIC InnoEnergy SE Lid Raad van Commissarissen Mignot & De Block B.V.
Afgetreden per 30-6-2014
De heer drs. G.J. van Nuland
Voorzitter
Hoofdfunctie: CEO van Brabant Water NV Nevenfuncties: Voorzitter Raad van Toezicht Stichting de Zorgboog Voorzitter Raad van Toezicht Stichting PVP Lid Raad van Commissarissen van Rabobank ’sHertogenbosch en Omstreken Lid Raad van Commissarissen van KWR
31-07-2018
Mevrouw M.L.G. van der Kruis
Lid
Hoofdfunctie: Lid Raad van Bestuur Reinier van Arkelgroep, ’s-Hertogenbosch Nevenfunctie: Lid Bestuur ZANOB ’s-Hertogenbosch Lid Raad van Advies Zorgkantoor Noord-Oost Brabant Lid Raad van Toezicht Transvorm
April 2013 Herbenoemd tot 31-3-2017
Mevrouw P.J.M.G. Blanksmavan den Heuvel
Lid
Hoofdfuncties: Burgemeester Gemeente Helmond; Nevenfuncties uit hoofde van het burgemeestersambt: Wij verwijzen u graag naar volgende link: http://www.helmond.nl/burgemeester
December 2012, herbenoemd tot 30-11-2016
De heer drs. M.B.P.M. Visser
Lid
Hoofdfunctie: Lid Raad van Bestuur, Elisabeth Ziekenhuis, Tilburg Nevenfuncties: Voorzitter Zorgnetwerk Midden-Brabant (samenwerkingsverband van zorgaanbieders op het gebied van transmurale zorg en ketenzorg) Bestuurslid Stichting RUPZ (Regionale Uitwisseling Patiëntengegevens Zuid)
December 2011, herbenoemd tot 16-12-2015
Pagina 16 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Lid Raad van Toezicht Diagnostiek Brabant (Diagnostisch Centrum voor huisartsen in de regio Brabant) Lid Raad van Toezicht Careyn, organisatie voor thuiszorg, verpleging, verzorging en maatschappelijke dienstverlening
De heer J.M. Bergs
Lid
Hoofdfunctie: Zelfstandig adviseur Bergs Business, Waalre Nevenfuncties: Voorzitter Raad van Commissarissen, Marfo Food Group Voorzitter Raad van Toezicht, Zorggroep RSZK
December 2014 Herbenoemd tot 30-11-2018
De heer drs. L.G.M. Bisschops
Lid (kwaliteitszetel Cliëntenraad) vanaf 1-03-2012
Hoofdfunctie: Eigenaar/uitvoerder Adviesbureau Bisschops Gemeenteraadslid Gemeente Best Nevenfunctie: Voorzitter Stichting Alzheimer Zuidoost-Brabant Lid Programmaraad Psychogeriatrie Brabant Lid Adviescommissie Gezondheid en Welzijn van de VNG Lid van het bestuur van de Steunstichting Fiom, Den Bosch Voorzitter Zorgketen Dementie Eindhoven e.o.
31-03-2016
Pagina 17 van 29
Directieverslag 2014 Neos
3.4.
Bedrijfsvoering
Algemeen De jaarplannen van clustermanagers, diensthoofden en teamleiders zijn evenals in 2013 gebaseerd op de aandachtsgebieden van het INK-managementmodel en een nadere uitwerking van het strategisch koersdocument 2014-2016. De combinatie van het jaarplan met de organisatiebrede prestatie- de kwaliteitsindicatoren, vormden samen het jaarlijks af te spreken managementcontract van iedere clustermanager en diensthoofd met de Raad van Bestuur. Maandelijks vond een zogenaamd “stoplichtgesprek” plaats om de voortgang op de doelstellingen te bewaken en bij geconstateerde afwijkingen werden acties besproken en vastgelegd. In het afgelopen jaar hebben de clustermanagers en diensthoofden drie keer een (trimester)rapportage opgesteld, waarin verantwoording werd afgelegd aan de Raad van Bestuur. De plan-do-check-act cyclus is hiermee ingebed in de planning- en control cyclus. Op basis van de informatie uit deze trimesterrapportages werd de Raad van Toezicht periodiek geïnformeerd door de Raad van Bestuur.
Financieel economisch beleid Door de voorgenomen decentralisatie van de Jeugdzorg en een groot gedeelte van de AWBZ in 2015 is het afgelopen jaar een begin gemaakt met de uitwerking van de financiële toekomstscenario’s. Deze worden op basis van de te verwachten bezuinigingen in 2015 vertaald naar strategische en beleidsmatige keuzen en vormen daardoor een goed uitgangspunt voor een verantwoorde en sluitende exploitatie.
Personeel en Organisatie In 2014 heeft het management de gesprekkencyclus voor medewerkers integraal doorgevoerd. Hierbij is de systematiek die bestaat uit een jaarcyclus van een planningsgesprek, een functioneringsgesprek en een beoordelingsgesprek gevolgd. De functiebeschrijving met de daarin opgenomen set aan competenties vormt de basis van de gesprekken. Zowel de medewerkers als de leidinggevenden zijn over het algemeen positief over deze cyclus die houvast biedt voor het ontwikkelen van medewerkers. Per 1 januari 2014 is zowel de HRM- als de roosterapplicatie vervangen. De vervanging van beide applicaties is gedegen voorbereid en voorspoedig verlopen. Desondanks heeft deze forse verandering nog gedurende het gehele jaar de nodige tijd en aandacht gevraagd van leidinggevenden en de afdeling P&O. Dit lag met name aan de koppelingen tussen de verschillende systemen en de nieuwe werkwijze.
Informatisering en Automatisering (I&A) In het afgelopen jaar is NeosNet, een intranetapplicatie, gefaseerd uitgerold waardoor de beschikbaarheid van de interne informatievoorziening is verbeterd. Het werken met deze nieuwe wijze van informeren is in 2014 met ondersteuning van een externe deskundige gaandeweg in de praktijk ontwikkeld. De verdere verfijning van de inrichting en het aansluiten bij de (veranderende) informatiebehoefte van de individuele medewerker zullen ook in 2015 doorlopen. Medio 2014 is een migratieplan opgesteld voor de vervanging van de ICT-infrastructuur, die vijf jaar geleden in gebruik werd genomen. Vanwege de beheersbaarheid en de flexibiliteit is gekozen om de nieuwe servers extern en in een omgeving te plaatsen die door een professionele partij wordt beheerd. Bij de keuze van de verschillende hardwarecomponenten is uitgegaan dat mobiele toepassingen de komende jaren binnen de organisatie meer en meer zullen worden ingezet. De migratie heeft in februari 2015 plaatsgevonden en is zonder problemen verlopen.
Pagina 18 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Facilitaire Dienst en Vastgoedontwikkeling In het afgelopen jaar is de visie Facilitaire Dienst in nieuw perspectief 2015-2018 ontwikkeld. Uitgangspunt daarbij is flexibiliteit, schaalbaarheid en professionaliteit van de facilitaire ondersteuning die nodig is om de verschillende werkprocessen van het primair proces de komende jaren optimaal te kunnen ondersteunen. De daarbij passende inrichting verschuift van het ‘uitvoeren in eigen beheer’ naar het ‘uitbesteden tenzij’ gericht op de doorontwikkeling naar een regie-organisatie. Bij dit ontwikkelproces zijn medewerkers en cliënten betrokken evenals de Raad van Toezicht, de Centrale Cliëntenraad en Ondernemingsraad. In een periode van twee jaar worden gefaseerd de Voedingsdienst, Beheer en Onderhoud, de baliemedewerkers en de Huishoudelijk Dienst onder de loep genomen. In het najaar van 2014 is een begin gemaakt met de nadere uitwerking van de voedingsvisie. Deze wordt per 1 maart 2015 geëffectueerd. Daarnaast heeft het aandachtsgebied Veiligheid veel aandacht gehad en dit zal gecontinueerd worden in 2015. Het betreft hier voornamelijk de organisatie van brandveiligheid van locaties, de bedrijfsnoodorganisatie en het trainen van medewerkers. In 2014 zijn de nieuwbouwplannen voor het nieuwe Labrehuis in een meer definitief stadium gekomen. In het afgelopen jaar heeft de geïntensiveerde samenwerking met woningcorporatie ‘thuis geleid tot de ondertekening van een intentieovereenkomst. In het voorjaar van 2015 zal een samenwerkingsovereenkomst door partijen worden ondertekend, waardoor de realisatie een stap dichterbij komt.
3.5. Centrale Cliëntenraad In dit jaarverslag legt de Centrale Cliëntenraad (CCR) verantwoording af over haar werkzaamheden zoals deze gedurende het afgelopen jaar hebben plaats gevonden. De CCR behartigt de gemeenschappelijke belangen van de cliënten en is een officieel medezeggenschapsorgaan met wettelijke taken en bevoegdheden. De CCR heeft volgens de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorg (WMCZ) een vijftal rechten: het recht op informatie, het recht op overleg, gevraagd en ongevraagd adviesrecht, verzwaard adviesrecht en het recht op bindende voordracht voor de Raad van Toezicht. De CCR heeft gemiddeld één keer per zes weken een intern overleg. Tijdens deze vergaderingen komen zaken zoals adviesaanvragen en aandachtspunten vanuit de locaties aan de orde. Regelmatig worden derden (intern of extern) uitgenodigd om te overleggen of zaken te verduidelijken. Eens per zes weken vindt een overlegvergadering plaats met de Raad van Bestuur. Tijdens de overlegvergadering wordt de CCR geïnformeerd over de voortgang van zaken binnen de organisatie en worden tevens onderwerpen toegelicht en besproken waarover de Raad van Bestuur een advies heeft gevraagd. Ook signalen van de bewonerscommissie en de locaties over allerlei praktische aangelegenheden is een vast agendapunt. Tenminste één keer per jaar wordt er een aparte vergadering met een delegatie van de Raad van Toezicht gehouden over de algemene gang van zaken in de organisatie, de voortgang en het niveau van cliëntenparticipatie en de ontwikkeling van medezeggenschap.
Medezeggenschap Werden in 2013 de bouwstenen gelegd voor een verbeterd medezeggenschapsmodel binnen Neos, in 2014 is hier volop op voortgeborduurd. Inmiddels zijn op 5 van de 7 locaties van Neos bewonersraden opgezet. Tevens heeft het project Changes, wat speciaal gericht is op dak- en thuisloze jongeren, een eigen Jongerenraad gekregen. Het afgelopen jaar stond derhalve in het teken van het uitrollen van het medezeggenschapsmodel over de verschillende locaties. De CCR monitort de invoering van het nieuwe medezeggenschapsmodel. Vanaf 2015 zullen gezamenlijke bijeenkomsten tussen CCR en bewonersraden plaats gaan vinden. Belangrijke thema’s voor de bewonersraden zijn de verbeteracties naar aanleiding van de CQ-index. De verbeteragenda per locatie wordt opgesteld in overleg tussen de teamleider, het team en de bewonersraad. Daarnaast wordt op de locatie op basis van de spelregels van het nieuwe medezeggenschapsmodel gewerkt aan de vastgestelde thema’s. De bewonersraden worden zo optimaal benut.
Pagina 19 van 29
Directieverslag 2014 Neos
De CCR heeft in 2014 de contacten met andere cliëntenraden in de regio verder uitgebouwd. Er wordt structureel overleg gepleegd met de cliëntenraden van de GGzE en Novadic-Kentron. Ook wordt in gezamenlijkheid het overleg met de gemeente Eindhoven gezocht. Mutaties en werkzaamheden Centrale Cliëntenraad In 2014 werd de functie van voorzitter CCR vervuld door respectievelijk de heer E. de Ruiter (tot medio februari) en mevrouw K. Miedema (vanaf maart 2014). Mevrouw A. Sweep vervulde de taak van secretaris. Hierin werd zij opgevolgd door mevrouw D. Zwart (vanaf augustus 2014). Mevrouw S. Anwar vervulde de functie van penningmeester. Daarnaast bestond de CCR uit de leden mevrouw D. Zwart en de heer T. Korenman. De CCR wordt ondersteund door de staffunctionaris cliëntparticipatie. De CCR heeft in het verslagjaar een werkplan en een begroting opgesteld voor het jaar 2014. Leden van de CCR zijn regelmatig aanwezig op locaties om signalen op te vangen en cliënten te ondersteunen in het naar voren brengen van deze signalen. Deze werkzaamheden zullen worden teruggedraaid in het kader van de nieuwe medezeggenschapsstructuur. Op locaties nemen de bewonersraden deze taak over. In 2014 heeft de CCR over de volgende onderwerpen formeel (verzwaard) advies uitgebracht en/of deelgenomen aan:
evaluatie jaarrapportage 2013 van de Cliëntvertrouwenspersoon en Zorgbelang Brabant procesevaluatie “de beweging vooruit” koersdocument 2014-2016 “Kracht van verbinden” wijziging voedingsconcept invoering nieuwe opzet medezeggenschap en bewonersraden meting cliëntenwaardering 2014 via de CQ-index
3.6.
Ondernemingsraad
Een goede relatie tussen Raad van Bestuur en Ondernemingsraad is van belang voor het goed functioneren van de organisatie en het borgen van de medezeggenschap daarbij. Het vroegtijdig betrekken van de Ondernemingsraad bij het personeels- en organisatiebeleid is hierbij steeds het gekozen uitgangspunt. In het verslagjaar 2014 werd vanwege de algemene OR-verkiezingen die om de drie jaar plaatsvinden, een nieuwe OR gekozen. Zowel de opkomst alsmede het aantal aanmeldingen ten behoeve van. deze OR-verkiezingen waren groot; Neos kan zich beroepen op betrokken medewerkers die de medezeggenschap actief ondersteunen. In het verslagjaar 2014 zijn de Ondernemingsraad en de Raad van Bestuur twaalf keer bijeengekomen in de zogeheten Overlegvergadering. Daarnaast zijn er twee overleggen geweest tussen de Raad van Toezicht, de Ondernemingsraad en de Raad van Bestuur in het kader van het artikel 24-overleg (Wet op de Ondernemingsraden). Verder hebben de Ondernemingsraad en Raad van Bestuur twee keer op informele basis met elkaar overlegd, waarbij vooral het delen van elkaars visie centraal stond. De Ondernemingsraad heeft daarnaast overleg gevoerd met andere sleutelfunctionarissen binnen Neos zoals het diensthoofd P&O en de concerncontroller over personele aangelegenheden en financiële aangelegenheden over de diverse instemmingsaanvragen, adviesaanvragen en evaluaties van personeelsbeleid. Tevens heeft de OR twee keer met de CCR gesproken. Twee keer per jaar vindt er overleg plaats tussen het Managementteam en de Ondernemingsraad: ook in 2014 is dit het geval geweest. In totaal zijn er zeven adviesaanvragen en zes instemmingsaanvragen aan de Ondernemingsraad aangeboden. Al deze aanvragen zijn naar tevredenheid van beide partijen afgewikkeld. Bijzondere aandacht vanuit de OR was er voor het rapport evaluatie implementatie Krachtwerk en het Medewerkerstevredenheidsonderzoek 2014.
Pagina 20 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Advies gevraagd over Adviesaanvraag Procesevaluatie ‘De beweging vooruit’ Adviesaanvraag Koers 2014-2016 Adviesaanvraag beleid medische en farmaceutische zorg Vernieuwing ICT en infrastructuur Uitvoeringsplan en bijlagen “De beweging vooruit 2.0” Gewijzigde bijlage ‘Werkmodel Functieprofielen’ bij uitvoeringspan ‘De beweging vooruit 2.0 Adviesaanvraag herinrichting Voedingsdienst Instemming gevraagd over Instemmingsaanvraag (aangepaste) gedragscode Instemmingsaanvraag grensoverschrijdend gedrag Attentiebeleid Instemmingsaanvraag Roosterregeling Opleidingsplan 2014 Werkkostenregeling 2015
Neos hecht belang aan een goed geoutilleerde Ondernemingsraad, zodat deze in staat wordt gesteld zijn werk zo professioneel en zorgvuldig mogelijk te kunnen doen. Naast het beschikbaar stellen van tijd voor het OR-werk, volgt de Ondernemingsraad vier keer per jaar een maatwerkcursus, waar de Raad van Bestuur tevens een dagdeel bij aansluit. De Ondernemingsraad wordt in zijn taken ondersteund door een ambtelijk secretaris.
Pagina 21 van 29
Directieverslag 2014 Neos
4.
BELEID, INSPANNINGEN EN PRESTATIES
4.1.
Meerjarenbeleid
Door de decentralisatie van overheidstaken en de transities van de AWBZ, Jeugdzorg en de komst van de Participatiewet, staan gemeenten voor een complexe opgave. Gemeenten worden opdrachtgever voor onderdelen en zorgactiviteiten die het afgelopen jaar nog vanuit de AWBZ en de Provincie werden gefinancierd. Voor de maatschappelijke en vrouwenopvang zullen de ontwikkelingen invloed hebben op het meerjarenbeleid van de organisatie. De verwachting is dat de druk op de laagste vangnetten zal toenemen en dat er extra aandacht nodig zal zijn voor kwetsbare burgers die door uiteenlopende oorzaken uitvallen. Het decentralisatieproces gaat gepaard met bezuinigingen in het sociaal domein. Eind vorig jaar is duidelijk geworden dat ook voor Neos de komende jaren sprake zal zijn van een krimpscenario met personele onzekerheid en toenemende bedrijfsrisico’s. De transformatieopgave was voor de gemeente Eindhoven aanleiding om de offerteprocedures in 2014 anders in te richten. Naast de reguliere offerteprocedure voor het sociaal domein werd voor het begrotingsjaar 2015 een Europese aanbesteding met verschillende inkoopprocedures uitgezet om de drie decentralisaties (AWBZ, Jeugdzorg en Participatiewet) te laten landen in het sociaal domein. In het offertetraject voor het nieuwe begrotingsjaar zijn maatregelen opgenomen om generieke kortingen en bezuinigingen ook in de toekomst te kunnen opvangen. De gemeente Eindhoven zal de komende jaren gaan werken vanuit één breed en geïntegreerd sociaal domein. Het transformatieproces wordt aangeduid met de titel “WIJeindhoven”, waarbij de eigen kracht en zelfredzaamheid van de burger en de samenkracht van de maatschappij als uitgangspunt geldt. De beoogde maatschappelijke effecten zijn er op gericht om uitval uit het “gewone leven” te voorkomen en escalatie vanuit de eerstelijn naar de (duurdere) tweedelijn te ontmoedigen. WIJeindhoven wordt beschouwd als de ‘landingsbaan’ om de samenhang en integraliteit tussen de drie decentralisaties te waarborgen. Met deze aanpak kunnen de financiële risico’s die met de budgetkortingen gepaard gaan zoveel mogelijk worden ingedamd. WIJeindhoven is vanaf 2015 leidend voor de werkwijze, samenwerking en uitwerking van alle nieuwe opdrachten in het sociaal domein. Stedelijk Kompas Neos heeft de afgelopen jaren als belangrijkste partner substantieel bijgedragen aan de resultaten van het Stedelijk Kompas. Het beleidskader van het Stedelijk Kompas is, evenals in andere grote steden, destijds vastgesteld om dakloosheid, verkommering en verloedering onder kwetsbare mensen tegen te gaan met behulp van een gedifferentieerd pakket aan voorzieningen, diensten en activiteiten. De integrale aanpak die we samen met onze partners hebben ontwikkeld, strekt zich uit van preventieve woonbegeleiding en crisisopvang tot en met arbeidsparticipatie, begeleid wonen en nazorg. De interne reorganisatie van Neos met als werktitel “De beweging vooruit” en het invoeren van een krachtgerichte basismethodiek, heeft tot op heden voor veel cliënten tot goede resultaten geleid. Regie en sturing op het logistieke proces leidt aantoonbaar tot betere effectiviteit van de in- door- en uitstroomprocessen. Cliënten stromen ten opzichte van voorgaande jaren sneller, succesvoller en ook duurzamer uit. Tot slot is de afgelopen jaren het uitvalpercentage van de cliënten in begeleid wonen opmerkelijk laag. Het afgelopen jaar is door de gemeente Eindhoven een evaluatie uitgevoerd over de resultaten van het Stedelijk Kompas en hebben de ketenpartners hun mening gegeven op welke wijze deze succesvolle aanpak overeind kan blijven in samenhang met het transformatieproces van het sociaal domein. Van groot belang is op welke wijze de laagdrempelige en bijzondere toegang voor dak- en thuislozen en zwerfjongeren naar de maatschappelijke opvang geregeld wordt in relatie tot de wijkteams. Op termijn zal de indicatiestelling voor zorg en opvang in de tweedelijn nagenoeg volledig worden uitgevoerd door de generalisten van de wijkteams.
4.2.
Algemeen beleid verslagjaar
Zorginhoudelijke ontwikkelingen Het afgelopen jaar zijn het nieuwe besturingsmodel en de uitgangspunten van de interne reorganisatie geëvalueerd door middel van een uitgebreide procesevaluatie. De procesevaluatie heeft geleid tot een beperkt aantal aanpassingen en wijzigingen in de processtructuur. Ook cliënten hebben hun oordeel gegeven over de nieuwe aanpak. Door de nieuwe werkwijze is de succesvolle uitstroom van cliënten het afgelopen jaar significant toegenomen maar daarmee ook de vraag naar sociale huurwoningen.
Pagina 22 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Door de economische ontwikkelingen is de vraag naar dergelijke huurwoningen vele malen groter dan het huidige aanbod. Hierdoor ontstaat het risico dat de door- en uitstroom in de maatschappelijke opvang opnieuw stagneert, de gemiddelde verblijfsduur toeneemt en dat wachtlijsten aan de voordeur ontstaan. Daarnaast signaleren we een toename van zorg mijdende cliënten en dakloze gezinnen die onder het laagste vangnet terecht zijn gekomen en een beroep doen op de crisisopvang (‘last resort’). Ketenaanpak Huiselijk Geweld Het afgelopen jaar is met medewerkers en met ondersteuning van het stafbureau, een doorstart gemaakt met het systematisch werken in de vrouwenopvang. In de voorziening Blijf van m’n Lijf verblijven veelal moeders met jonge kinderen die de thuissituatie zijn ontvlucht als gevolg van huiselijk geweld. Ook voor de kinderen in deze opvangvoorziening is bijzondere aandacht nodig. Blijf van m’n Lijf vervult tevens een regionale functie en maakt onderdeel uit van het Landelijk Netwerk Vrouwenopvang. De crisisopvang voor slachtoffers van huiselijk geweld kan bij dreigende geweldsescalatie een beroep doen op de veilige opvangplaatsen via dit landelijke netwerk. Het afgelopen jaar is het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG) geïntegreerd met het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK). De nieuwe werkorganisatie is zowel landelijk als regionaal herkenbaar aan de merknaam “Veilig Thuis”. In deze werkorganisatie zijn de taken, de verantwoordelijkheden en de bevoegdheden ook op wettelijke grondslag geregeld. Voor een succesvolle ketenaanpak is het van groot belang dat zowel de toegang als de laagdrempeligheid van de crisisopvang en nazorg voor slachtoffers een herkenbare plaats vervullen in dit samenwerkingsverband. We signaleren dat kinderen vaak getraumatiseerd zijn omdat zij jarenlang getuige en ook slachtoffer zijn van geweld in huiselijke kring. Door de overheveling van de Jeugdzorg beschikken de gemeenten thans over meer regieverantwoordelijkheid om gespecialiseerde jeugdhulp tijdig in te zetten bij traumaverwerking van zeer jonge kinderen. Daarom zullen we het komende jaar prioriteit geven aan het thema “kinderen in de opvang”. Daarnaast pleiten we ook voor een integrale financiering om in complexe gezinssituaties met geweldsproblematiek, een systeemgerichte aanpak mogelijk te maken.
Ervaringsdeskundigheid Het inzetten van ervaringsdeskundige medewerkers en het borgen van deze ervaringsdeskundigheid vereist dat er duidelijke randvoorwaarden binnen de organisatie zijn afgesproken. Het afgelopen jaar heeft Neos beleid vastgesteld rondom het inzetten van ervaringskennis en ervaringsdeskundigheid. Ervaringsdeskundige medewerkers dienen te voldoen aan de gebruikelijke functie-eisen en worden als gewone medewerker ingezet. Ervaringsdeskundige medewerkers dienen te beschikken over een afgeronde MBO- of HBO-opleiding of volgen deze opleidingsroute. Zij kunnen daarnaast eventueel de aantekening “ervaringsdeskundigheid” opvoeren. Hierdoor worden ook zij verondersteld over dezelfde kennis te beschikken en op hetzelfde niveau te functioneren als niet-ervaringsdeskundige collega’s in dezelfde functie. Zij hebben geleerd op een professionele, systematische wijze hun eigen ervaringen ten behoeve van het herstelproces van cliënten in te zetten en kunnen inschatten wanneer dit zinvol is. Deze laatste twee kwaliteiten kunnen feitelijk beschouwd worden als de toegevoegde waarde van de ervaringsdeskundige medewerker. Neos maakt in toenemende mate gebruik van ervaringskennis en investeert daarom in de coöperatie Markieza, Academie voor Herstel en Ervaringsdeskundigheid.
4.3.
Algemeen kwaliteitsbeleid
In 2013 is het kwaliteitsmodel HKZ vervangen door ISO Zorg en Welzijn (NEN 15224). Inmiddels werken we bijna 2 jaar met tevredenheid volgens deze ISO norm. Voorvloeiend uit de missie en visie en kernwaarden heeft Neos een kwaliteitsbeleid geformuleerd. Kwaliteit betekent voor Neos: “De mate waarin de zorg en dienstverlening voldoet aan de behoeften en de verwachtingen van de cliënt en de stakeholders”. Kwaliteit is het voldoen aan de verwachtingen van de belanghebbenden van Neos. Hiervoor is ten eerste inzicht nodig in wie de belanghebbenden zijn, ten tweede wat de verwachtingen van de belanghebbenden zijn en tenslotte hoe Neos kan voldoen aan deze verwachtingen. Kwaliteit vormt hiermee een onlosmakelijk onderdeel, of sterker nog, de basis van het algemeen beleid. Immers de doelstellingen van Neos worden bepaald door de verwachtingen van de cliënten. Het middel om hier binnen de organisatie een gestructureerde vorm aan te geven is een kwaliteitsmanagementsysteem.
Pagina 23 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Het opgezette kwaliteitsmanagementsysteem stelt de cliënt centraal, het geeft inzicht in de impact van de wensen van de cliënt op het management van personeel, middelen en processen, het is in staat te meten wat de resultaten zijn en het is in staat verbetertrajecten in gang te zetten. De uitgangspunten van het kwaliteitsmanagementsysteem van Neos zijn: -
het begrijpen van en voldoen aan de (kwaliteits-) eisen; de behoefte, eisen en wensen van cliënten staan centraal; de noodzaak om processen te zien in termen van toegevoegde waarde (te weten het verhogen van de cliënt- of stakeholderstevredenheid); het verkrijgen van resultaten uit het proces in termen van prestaties en doeltreffendheid;. er wordt gestreefd naar voortdurende verbetering van de doeltreffendheid van het kwaliteitsmanagementsysteem.
Naast de specifieke eisen die de cliënt en stakeholders aan de zorg en dienstverlening stellen, heeft Neos ook de kwaliteitseisen conform norm NEN-EN 15224 in beschouwing genomen en vanuit deze eisen kwaliteitskenmerken voor Neos geformuleerd en hieraan indicatoren gekoppeld om naleving hiervan te kunnen bewaken.
4.4.
Kwaliteitsbeleid medewerkers
4.4.1. Personeelsbeleid Met het oog op de transities naar de WMO in 2015 heeft Neos het afgelopen jaar hierop geanticipeerd door het handhaven van de flexibele schil. Dit betekende concreet dat in de loop van 2014 geen tijdelijke arbeidsovereenkomsten zijn omgezet naar vaste overeenkomsten. Tevens is er aandacht geweest voor de evaluatie van de in 2012 doorgevoerde reorganisatie “De beweging vooruit”. Deze evaluatie heeft geresulteerd in een geringe bijstelling van de formatie binnen bepaalde organisatieonderdelen. Daarnaast zijn met name de functies van cliëntbegeleider en groepsbegeleider aangepast zodat deze beter aansloten bij het zorgproces.
Opleiding en scholing Om haar medewerkers blijvend te scholen en te ontwikkelen heeft Neos in 2014 een opleidingsplan samengesteld en uitgevoerd. Het opleidingsplan is van toepassing voor de gehele organisatie en opgebouwd uit een standaard aanbod en specialistische modules. In 2014 zijn de nieuwe medewerkers getraind in de basismethodiek Krachtwerk en omgang met agressie en geweld. Daarnaast is gericht ingezet op het verkrijgen en vergroten van specialistische kennis en vaardigheden, zoals mentale weerbaarheid, samenspel, CTI (Critical Time Intervention) en interne auditvaardigheden. In totaal zijn hiervoor 43 trainingen georganiseerd met 349 deelnemers. Verschillende teams en individuele medewerkers hebben een coachingstraject gevolgd dat is begeleid door een interne trainer/ coach. Neos is van mening dat al deze opleidingsactiviteiten een belangrijke bijdrage leveren om de medewerkers verder te professionaliseren en beter toe te rusten op hun (toekomstige) werkzaamheden. Het nieuwe roosterpakket en het nieuwe HRM-salarissysteem zijn succesvol ingevoerd. Op 1 november 2014 is “Mijn P&O” (het digitale personeelsinformatiesysteem) toegankelijk voor alle medewerkers. De medewerkers kunnen vanuit het werk of vanuit huis persoonlijke gegevens inzien en wijzigen. Tijdens verschillende bijeenkomsten zijn de medewerkers geïnformeerd over deze nieuwe werkwijze. De digitalisering van de processen en het automatisch koppelen van gegevens leiden al zichtbaar tot een efficiëntere procesbeheersing en betere managementinformatie. In 2015 wordt verder ingezet op optimalisering van de processen. Ziekteverzuim Het ziekteverzuim over 2014 is 4,38% en hiermee lager dan in 2013 (4,68%). De meldingsfrequentie is ook gedaald van 1,15 in 2013 naar 0,93 in 2014.
Pagina 24 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Verzuimpercentage Meldingsfrequentie
2014 4,38 0,93
2013 4,68 1,15
Het lagere ziekteverzuim in 2014 komt met name door een daling van het kortdurende verzuim. Medewerkers hebben zich in 2014 minder vaak ziek gemeld. Het middellange verzuim en het langdurig verzuim zijn vrijwel gelijk gebleven. In 2014 is Neos begonnen met het sneller inzetten van multidisciplinaire re-integratie trajecten voor medewerkers die dreigen langdurig ziek te blijven. Medewerkers die een soortgelijk traject hebben gevolgd re-integreren doorgaans sneller en het risico op terugval bij deze medewerkers is lager. In 2014 hebben een aantal agressie-incidenten tegen medewerkers geleid tot (langdurig) verzuim. Deze medewerkers zijn uitgebreid opgevangen en begeleid door hulpverleners van traumaopvang. In 2014 hebben we ook gebruik gemaakt van traumaopvang voor medewerkers die zijn uitgevallen doordat ze psychische klachten ervaren na een traumatische gebeurtenis in het verleden.
4.4.2.
Kwaliteit van het werk
Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) en Plan van aanpak ARBO In 2013 is een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) uitgevoerd, mede door de wijzigingen als gevolg van “De beweging vooruit”. Deze RI&E heeft geleid tot een Arbo-plan van aanpak voor 2013 en 2014. Hierin zijn de maatregelen opgenomen die voortvloeien uit de RI&E’s en de geconstateerde risico’s uit de Arbozorg-checklijsten. Het plan van aanpak is in samenwerking met de preventiemedewerkers/leidinggevenden opgesteld met instemming van de Ondernemingsraad. Het plan van aanpak is elk kwartaal geëvalueerd en bijgesteld. De nog actuele maatregelen zijn overgenomen in het Arbo-plan van aanpak 2015. Preventiemedewerkers Alle teamleiders en diensthoofden zijn in het afgelopen jaar benoemd als preventiemedewerker. Zij waren als leidinggevende belast met preventietaken voor hun eigen team en/of locatie. De rol van de leidinggevende/preventiemedewerker was, naast de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het preventiebeleid, dat hun medewerkers zich terdege bewust waren van de risico’s en gevaren in hun werkomgeving en op de hoogte waren van de bijbehorende procedures. De leidinggevenden leverden input voor de RI&E en zorgden er tevens voor dat deze ook goed werden uitgevoerd. Ook zorgden zij voor de controles van de uitvoerende taken op preventiegebied. Ze werden daarbij ondersteund door een Arbo-ondersteuner. In 2014 zijn de preventiemedewerkers verder ondersteund door overzichtelijke procedures en integrale actielijsten over met name facilitaire zaken en gebouwenveiligheid. Bedrijfshulpverlening Iedere locatie van Neos heeft een aantal bedrijfshulpverleners aangesteld en opgeleid. Deze medewerkers volgen jaarlijks een herhalingscursus bij een gecertificeerd opleidingsinstituut. In 2014 hebben vier medewerkers de tweedaagse basistraining gevolgd en hebben 101 medewerkers de herhalingstraining van een halve dag gevolgd. Ontruimingsoefeningen Onder leiding van de preventiemedewerkers en Arbo-ondersteuner zijn in 2013 bij alle locaties ontruimingsoefeningen gehouden. De ontruimingsoefeningen bij het Labrehuis, Crisisopvang, Ritahuis, Sociaal Pension, Verpleegzorg en Het Bedrijf zijn uitgevoerd met ondersteuning en inzet van de Brandweer Eindhoven.
Pagina 25 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Training omgang met agressie en geweld De nieuwe medewerkers in het primaire proces hebben de tweedaagse basistraining omgang met agressie en geweld gevolgd; deze training heeft twee keer plaatsgevonden in 2014. De teamtrainingen omgang met agressie zijn voornamelijk gericht op mentale weerbaarheid, de leerdoelen zijn specifiek afgestemd op de behoeften van het team en risico’s van het werk en de werklocatie. Voor het team Ritahuis en het team Blijf van m’n Lijf is de eerder gevolgde training mentale weerbaarheid verder uitgerold en verfijnd. Arbo jaarverslag In een verslag naar belanghebbenden wordt gerapporteerd over relevante Arbo-zaken die in 2014 zijn uitgevoerd ten behoeve van de veiligheid, gezondheid en het welzijn van medewerkers en of bezoekers van Neos
4.5.
Samenleving en belanghebbenden
In het verslagjaar heeft Neos via diverse publicaties, de website en tijdens overleg met stakeholders en ketenpartners aandacht gevraagd voor de kwetsbare positie van dak- en thuislozen, slachtoffers van huiselijk geweld en dakloze gezinnen. Samen met vrijwilligersorganisaties zijn diverse initiatieven uitgevoerd waarbij cliënten een centrale rol vervulden. Social Return Neos draagt als maatschappelijke organisatie actief bij aan social return. Deze inspanningen zijn in 2014 beoordeeld op de Prestatieladder Sociaal Ondernemen (PSO), waarmee de status van ‘aspirant’ is bereikt. Met deze erkenning levert Neos een bijdrage aan de werkgelegenheid voor mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt. Ook door werk uit te besteden aan andere organisaties met een PSO certificering of WSW-bedrijf draagt Neos hier indirect aan bij. Het afgelopen jaar zijn vier medewerkers met een Wajong, WIA of WAO-status, twee medewerkers met een WW-achtergrond en vier leerling-werknemers in dienst gekomen.
4.6. Financieel beleid Resultaat Het jaar 2014 heeft Neos afgesloten met een positief resultaat van € 577.000 tegenover € 403.000 positief in 2013. Het positieve resultaat 2014 draagt bij aan de verdere versteviging van het weerstandsvermogen ter dekking van niet voorziene omstandigheden met financiële consequenties in de toekomst. Hiermee anticipeert Neos op het toenemende risicoprofiel als gevolg van de effecten van de marktwerking in de komende jaren. Financiële positie Het Treasury Statuut heeft als belangrijkste doel de algehele financiële beleidskaders van Neos vast te stellen, de financiële risico’s beter in zicht te krijgen en meer proactief te beheersen. Op basis van dit statuut is in de Raad van Toezichtvergadering van december 2013 het Treasury Jaarplan 2014 vastgesteld en goedgekeurd. De financiële positie van Neos ultimo 2014 ten opzichte van 2013 ziet er als volgt uit: Financieel kengetal Liquiditeit Budgetratio Solvabiliteitsratio Netto werkkapitaal (x 1000 €)
Realisatie 2014
Realisatie 2013
2,06 20% 33% 3.510
1,89 18% 28% 3.223
norm > 1,50 > 20% > 20% > 1.000
Pagina 26 van 29
Directieverslag 2014 Neos
In 2014 bedroegen de positieve kasstromen uit reguliere bedrijfsvoering circa € 0,9 miljoen. Door de in 2014 gepleegde investeringen uit eigen werkkapitaal voor een bedrag van € 0,7 miljoen en de aflossing van langlopende leningen van € 0,3 miljoen zijn de vrij beschikbare liquiditeiten met € 0,1 miljoen afgenomen tot een niveau van € 5,9 miljoen. De stijging van de liquiditeitsratio is het gevolg van nagenoeg gelijkblijvende vlottende passiva in combinatie met een daling van de vlottende passiva van ongeveer 0,3 miljoen. De budgetratio is in 2014 gestegen naar 20% en is daarmee aangegroeid tot een gewenst niveau. De solvabiliteitsratio (33%) ligt binnen de in het Treasury Statuut vastgestelde bandbreedte. Ten opzichte van 2013 is de solvabiliteitsratio toegenomen hetgeen betekent dat het risico, dat Neos op langere termijn (> 1 jaar) niet aan haar verplichtingen kan voldoen, zeer beperkt is. Het netto werkkapitaal is ten opzichte van 2013 iets gestegen. Deze stijging wordt verklaard door de daling van de vlottende passiva met ongeveer € 0,3 miljoen. Verwachtingen De sector waarbinnen Neos werkzaam is, zal de komende jaren geconfronteerd worden met forse bezuinigingen. De vaste subsidierelatie wordt afgebouwd en vervangen door een inkooprelatie waarbij sprake is van marktwerking. Het risicoprofiel van Neos neemt hierdoor toe. Met deze ontwikkelingen dient er een nieuw en duurzaam evenwicht gevonden te worden tussen kwaliteit en financiën. Flexibilisering van de kostenstructuur is hierbij een belangrijk thema voor de komende jaren.
Pagina 27 van 29
Directieverslag 2014 Neos
5.
BIJLAGEN
Bijlage 1: Overzicht met sponsoren en donateurs Met onze grote dank voor de ondersteuning en betrokkenheid.
Café Restaurant Queens Eindhoven DEF Americans Guusje Nederhorst Foundation/Stichting Het Vergeten Kind DELA Eindhoven IKEA Eindhoven Joke Zwanikken Verwenzorg Mevrouw R. Kremers Oranje Comité Oranjefonds Parochiële Charitas Instelling St. Catharina MEN@Work Rotary Club Eindhoven-Veldhoven Rotary Club Heeze Skanfonds Stichting Present en vrijwilligers Stichting Thomas van Villanova Tigre Blanco Univé Stam + De Koning Bouw BV Joop en Gertie Spoorenberg Reinartz Advocaten Kindercircus Sim Sala Bim CZ Fonds R.B.A.M. Bos-Maas Augustijnenkerk Eindhoven Carglass Eindhoven Lionsclub Eindhoven
Pagina 28 van 29
Directieverslag 2014 Neos
Bijlage 2: Lijst met afkortingen ARBO AWBZ BBL CCR
ARBeidsOmstandigheden Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten BeroepsBegeleidende Leerweg Centrale CliëntenRaad
CIBG Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg CQ-I Consumer Quality Index Dr. Doctor Drs. Doctorandus e.o. En omstreken GGD Gemeenschappelijke GezondheidsDienst GGZ Geestelijke GezondheidsZorg GGzE Geestelijke Gezondheidszorg Eindhoven en de Kempen HBO Hoger BeroepsOnderwijs HKZ Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector HRM Human Resource Management I&A Informatisering & Automatisering ICT Informatie en Communicatie Technologie INK Instituut Nederlandse Kwaliteit ISO International Organisation for Standarisation MBO Middelbaar BeroepsOnderwijs MD Management Development MDP Management Development Program MHA Master of Health Administration MT ManagementTeam NVTZ Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in Zorginstellingen NZa Nederlands Zorgautoriteit OGGZ Openbare Geestelijke GezondheidsZorg Omz Onderzoekscentrum Maatschappelijke Zorg OR OndernemingsRaad P&O Personeel & Organisatie PR Public Relations RI&E Risico Inventarisatie & Evaluatie Regionaal OpleidingsCentrum ROC Short Message Service SMS Stichting Neos Administratie Cliëntgelden SNAC Transitie Programma Innovaties in de Langdurige Zorg TPLZ Universitair Medisch Centrum UMC Uitvoeringsinstituut WerknemersVerzekeringen UWV Verpleeg- en Verzorgingshuiszorg en Thuiszorg VV&T Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport VWS WAJONG Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten WIA Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen WMCZ Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen WMO Wet Maatschappelijke Ondersteuning WTZi Wet Toelating Zorginstellingen WWB Wet werk en bijstand ZRM Zelfredzaamheid-Matrix
Pagina 29 van 29