museum NIEUWS www.persmuseum.nl
10 JUNI 2005
Gevoeligheid voor Duitse geschiedenis
Journalistiek in de tropen
Van Straaten kan het niet laten!
Jaarverslag van de ‘Vrienden’
pagina 3
pagina 4/5
pagina 6
pagina 7
Van der Laan: Een passie om lokaal nieuws onder de mensen te brengen door Servaas
Smulders
’Het brengen van het nieuws op menselijke maat.’ Beter had staatssecretaris Medy van der Laan de rol van de Nederlandse Nieuwsbladpers niet kunnen karakteriseren. Bij de officiële opening van de expositie ’De lokale krant van Nederland, hartstochtelijk roeien tegen de stroom in’, op donderdag 12 mei, gaf Van der Laan, onder meer verantwoordelijk voor mediabeleid, ook haarscherp aan hoe lastig en moeilijk deze vorm van journalistiek kan zijn. ,,Lokale journalistiek heeft in relatie tot de onafhankelijkheid een hoge moeilijkheidsgraad. Journalisten bij nieuwsbladen zitten dicht op de materie, dicht op de plaatselijke gemeenschap, op wethouders en andere plaatselijke bestuurders. Dat maakt de confrontatie met de journalistieke loyaliteit sterker, de moeilijkheidsgraad in dit vak wordt onderschat.’’ De wijze waarop de staatssecretaris de loftrompet uitstak voor de Nederlandse Nieuwsbladpers (NNP) moet bij menig dagbladuitgever de tenen in de schoenen hebben doen krullen: ,,De medewerkers van de lokale media schrijven geschiedenis. Daar waar in het krantenlandschap de grote concerns zorgen hebben, bieden de lokale media juist het hoofd aan die bedreigingen. De lokale media zien kansen en die wil ik graag ondersteunen. In dat licht moet de adviesaanvrage voor eventuele steun uit het
Vertrekkend directeur Jan Maarten Pekelharing van de NNP overhandigt staatssecretaris Van der Laan het eerste exemplaar van zijn boek. FOTO: RON VAN DER STEEG/HOOFDDORPSE COURANT
Bedrijfsfonds voor de Pers voor gratis huis-aan-huisbladen, die voorzien in de lokale nieuwsvoorziening, worden gezien.’’ De lof van Van der Laan voor de NNP, die tevens haar zestigjarig bestaan vierde, kon niet op. ,,Het leven begint bij zestig, zeker daar het met de NNP tot dusver niet altijd over rozen is gegaan. De NNP bestaat bij de gratie van mensen die het als een passie zien om in deze tak van sport het lokale nieuws onder de mensen te brengen.’’ Fijntjes wees ze
erop dat het NOS-Journaal tegenwoordig ook meer oog heeft voor kleine menselijke dingen. ,,Eigenlijk heel on-journaals’’, aldus Van der Laan.
jubileumkaart en begeleid door de voorzitter van de NNP, Ton Roskam, bekeek Van der Laan de expositie in het Persmuseum. Die expositie, te bezichtigen tot en met 12 juni, geeft een goed inzicht in zowel de geschiedenis van de NNP als de betekenis van de nieuwsbladen, waarvan een aantal al veel ouder is dan zestig jaar. Zo is een van de blikvangers, de eerste uitgave van de Meppeler Courant, uit 1840.
Voorzien van een ter plekke op een antieke degelpers gedrukte
Vervolg op pagina 2
Tot en met 12 juni De expositie De lokale krant van Nederland/60 jaar NNP. Hartstochtelijk roeien tegen de stroom in is nog tot en met 12 juni te zien in het Persmuseum.
museum
pagina 2
Kinderen in debat over persvrijheid Onder leiding van Floris Roubos, presentator van het schooltv-weekjournaal op Z@ppelin, debatteerden op woensdag 18 mei ongeveer twintig kinderen van tien tot twaalf jaar in het Persmuseum over persvrijheid en vrijheid van meningsuiting. De kinderen kwamen beslagen ten ijs in het Persmuseum: ter voorbereiding kregen ze eerder die week een gastles over het onderwerp. Bovendien bevond zich onder hen een KinderPersBuro van digitaal trapveld Cybersoek in Amsterdam. Deze jonge reporters waren op 3 mei, op de Dag van de Persvrijheid, aanwezig om verslag te leggen van deze bijzondere dag.
Wat wel en wat niet Het Persmuseum en Stichting Krant in de Klas wilden onderzoeken hoe het onderwerp persvrijheid leeft bij kinderen van deze
Floris Roubos leidt het kinderdebat over persvrijheid op de Dag van de Media in het Persmuseum.
leeftijdsgroep. Wat mag je nu wel en niet zeggen in Nederland? Mag je wel openlijk politici ’voor gek zetten’ of andere culturen veroordelen, en hoe ver ga je daar dan in? Dit soort vragen stonden centraal. De resultaten van het debat zullen door het Persmuseum en
Stichting Krant in de Klas worden gebruikt om in de toekomst dit onderwerp, dat van zo’n wezenlijk belang is voor een democratische samenleving, bij meer scholen te introduceren. Een verslag van het debat is te downloaden via www.persmuseum.nl
FOTO: PERSMUSEUM
Mede mogelijk gemaakt door
‘Nieuws uit eigen achtertuin al jaren met stip in topdrie’ daarmee blijft uw uitgave betrouwbaar en spraakmakend in de lokale samenleving, gemaakt door redacteuren, die zorgen voor objectieve berichtgeving en feiten aandragen waarop de lezer zich een mening kan vormen. Gekscherend zeg ik altijd tegen journalisten: ’als je het goed doet in je werkgebied, ben je belangrijker dan de burgemeester’. ’’
Vervolg van pagina 1 De expositie laat ook zien dat het de nieuws- en huis-aan-huisbladen niet altijd van een leien dakje is gegaan. Direct na de oorlog was het als gevolg van papierschaarste moeilijk om bladen uit te geven. Maar ook tien jaar geleden nog waren er, zo lichtte Roskam toe, momenten waarop werd getwijfeld aan het toekomstperspectief van de lokale nieuwsmedia en de brancheorganisatie. ,,De overlevingsdrang van de lokale uitgevers en de bereidheid om vanuit een collectiviteitsgedachte er met elkaar de schouders onder te zetten, zorgden ervoor dat de NNP kon overleven’’, aldus Roskam. Vandaag de dag is, stelde de NNPvoorzitter, ‘lokaal hot’. ,,De lokale uitgever heeft goud in handen, namelijk lokale content. Het nieuws uit de eigen achtertuin staat voor nagenoeg iedere Nederlander al jaren met stip in de topdrie van de meest interessante nieuwsitems. Uitgevers van regionale dagbladen hebben enkele jaren geleden voorname-
Boek
Staatssecretaris Van der Laan verricht onder toeziend oog van NNP-voorzitter Ton Roskam de opening met behulp van een oude degelpers.
lijk gekozen voor schaalvergroting met als consequentie dat de aansluiting met de lokaliteit werd verloren. Zij zijn de band met haar klantengroep, de abonnee, de lezer, kwijtgeraakt.’’ De lokale nieuwsmedia hebben die rol naar zich toegetrokken.
FOTO: RON VAN DER STEEG/HOOFDDORPSE COURANT
Roskam waarschuwde ook in zijn boodschap naar zijn leden: ,,Blijf acteren als hoeder van de lokale democratie. Vertolk wat er plaatselijk speelt, zorg voor een podium voor openbare discussie en zorg dat de krant ’meedenkt’ met de lokale gemeenschap. Alleen
Naast het openen van de expositie had de NNP nog een verrassing voor staatssecretaris Van der Laan: het eerste exemplaar van een boek over ’De Nieuwsbladpers in Nederland’, ontwikkeling van de lokale pers aan de hand van zestig jaar NNP, geschreven door Jan Maarten Pekelharing, directeur van het NNP-bureau. Voor het boek worstelde Pekelharing door het archief van de Nieuwsbladorganisatie, dook hij in de archieven van de verschillende leden en nam hij kennis van gewichtige brieven van tal van personen die een bijdrage leverden aan de geschiedenis van de NNP.
museum
pagina 3
Gastcolumn Koos van Weringh Gevoeligheid voor Duitse geschiedenis Wordt iemand anti-Duits die over een periode van meer dan 130 jaar Nederlandse politieke prenten bekijkt waarop Duitsland het onderwerp is? De eerste tekeningen die ik over Duitsland onder ogen kreeg waren die van Jordaan uit het album dat na de Tweede Wereldoorlog door De Groene Amsterdammer werd uitgegeven: Nachtmerrie over Nederland. Mijn vader had dat album, ik was destijds twaalf jaar oud. Hoe Duitsland als een dief in de nacht Nederland binnenkwam, hoe de kranten werden gelijkgeschakeld, hoe de nieuwe (h)orde marcheerde ... al die tekeningen staan al meer dan een halve eeuw in mijn geheugen gegrift – en zullen daar ook nooit meer uit verdwijnen (even aangenomen dat mijn
geheugen blijft functioneren). Die beelden zijn niet altijd present, ze kunnen zelfs geruime tijd sluimeren, maar als ik dan een horde kaalgeschoren types van de Nationale Partei Deutschlands (NPD) met gebalde vuisten en leuzen brullend zie marcheren, dan komen ze ongevraagd op mijn innerlijke scherm. Misschien is dat een reactie als die van het hondje van Pavlov? In het midden van de jaren vijftig van de vorige eeuw was ik voor de eerste keer in Duitsland. Studenten in de sociale wetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen, tot wie ik behoorde, hadden een uitwisseling met studenten uit Münster. Mij is toen duidelijk geworden dat die Duitse leeftijdsgenoten, allen rond de twintig, niet op de oorlog konden worden aangekeken. Toch stel ik bij mijzelf nog altijd een extra
gevoeligheid vast als de Duitse geschiedenis en de Duitse politiek onderwerp van discussie zijn. En dat terwijl ik ruim vier jaren in München gewoond heb en al meer dan elf jaren in Keulen woonachtig ben. Zelfs een huwelijk van meer dan twintig jaren met een Duitse doet (voor)oordelen niet eenvoudig uitslijten ... Nederland ligt, wat Duitsland betreft, altijd op de loer. Met argwaan wordt gevolgd wat daar gebeurt en besloten wordt. Dat was al zo in de tijd van Otto von Bismarck en keizer Wilhelm II en dat is zo gebleven – tot op de huidige dag. Het nationaal-socialistische regime van 1933-1945 heeft daar uiteraard nog een extra accent aan gegeven. De apartheidspolitiek in ZuidAfrika, het bewind van Pinochet in Chili of dat van de generaals in Argentinië werden door Nederlandse tekenaars voorzien
van hakenkruizen, Hitler-snorretjes en SS-tekens. En ook onwelgevallige toestanden in Nederland zelf worden met Duitsland in verband gebracht. Toen de minister van cultuur (enz.) weigerde de P.C. Hooftprijs aan Hugo Brandt Corstius te verlenen - dat was in 1985, de naam van de bewindsman laat ik hier achterwege - kwam Teo Gootjes in Het Vrije Volk met een tekening die herinnerde aan de boekverbrandingen in Duitsland op 10 mei 1933 op de Opernplatz in Berlijn. Toen de NPD in de deelstaat Saksen in het parlement vertegenwoordigd bleek te zijn - verkiezingen in februari 2005 - liet Len Munnik in Trouw de partij marcheren tegen de achtergrond van de opbouw van de puinhopen uit de Tweede Wereldoorlog: Nieuw Dresden. Kortom: Nederland en Duitsland zijn tot elkaar veroordeeld.
Expositie ‘Het beeld van Duitsland in de Nederlandse politieke karikatuur’ vanaf 13 oktober De reizende tentoonstelling ‘Altijd op de loer/Ständig auf der Lauer’ Het beeld van Duitsland in de Nederlandse politieke karikatuur 1871-2005’ werd samengesteld door Koos van Weringh en betreft een gemeenschappelijk project van het Haus der Niederlande in Münster en het Persmuseum Amsterdam. In 130 tekeningen van onder anderen Albert Hahn, Leen Jordaan, Opland, Fritz Behrendt en Fokke & Sukke geeft de expositie een treffend beeld van de houding van de Nederlandse politiek tekenaars ten opzichte van Duitsland door de jaren heen. De tentoonstelling is van 10 mei tot en met 25 juni in Münster te
zien en zal van 13 oktober 2005 tot en met 15 januari 2006 in het Persmuseum worden getoond. Ter gelegenheid van deze expositie stelde Koos van Weringh het boek ‘Altijd op de loer’/’Ständig auf der Lauer’ samen, in het Nederlands en in het Duits. Het is uitgegeven bij Mets & Schilt en kost € 29,95. Koos van Weringh (1934) was van 1970 tot 1987 hoogleraar criminologie aan de Universiteit van Amsterdam. Daarna was hij werkzaam als vrij gevestigd publicist, eerst in München en Moskou, daarna in Keulen. Al vijftig jaar verzamelt hij politieke prenten. Ook schreef hij artikelen en boeken over Nederlandse en Duitse tekenaars.
Fritz Behrendt, Egon Krenz Oostduits partijleider Krenz verklaart dat het afbreken van de Muur niet ter discussie staat. De Telegraaf, 7 november 1989 (twee dagen voor de Muur daadwerkelijk viel).
Korte Berichten Dag van de Persvrijheid 2005 Op dinsdagmiddag 3 mei hield Ayaan Hirsi Ali, Tweede-Kamerlid voor de VVD, de Persvrijheidlezing 2005 in Perscentrum Nieuwspoort te Den Haag. Arendo Joustra, hoofdredacteur van het opinietijdschrift Elsevier en bestuurslid van het Nederlands Genootschap van Hoofd-
redacteuren, trad op als haar coreferent. Binnenkort verschijnt bij het Persmuseum de uitgave Persvrijheidlezing 2005. Op de website www.persmuseum volgt hierover spoedig bericht. De persvrijheidlezing en de reactie van Arendo Joustra zijn ook via de website te bekijken.
Lezing op 19 juni In het kader van de tentoonstelling ‘Journalistiek in de tropen’ zal Angelie Sens, directeur van het Persmuseum, op 19 juni om 19.00 uur tijdens de Pasar Malam Besar een lezing verzorgen over dit onderwerp: de Indisch- en Indonesisch-Nederlandse pers 1850-1958.
De bijeenkomst wordt gehouden in het Bibit-Theater in Den Haag. Toegang tot het theater met de toegangskaart van de Pasar Malam Besar. Meer informatie over de Pasar Malam: www.pasarmalambesar.nl
museum
pagina 4
Journalistiek in de tropen door
Angelie Sens
Vele honderden Nederlands talige kranten en tijdschriften hebben voor kortere of langere tijd bestaan in Nederlands-Indië en Indonesië. En vele honderden journalisten hebben hun geluk beproefd in Insulinde in de ruim honderd jaar tussen 1850 en 1958. Het is deze weinig bekende, maar zeer interessante Nederlandstalige pers die centraal staat – met de nadruk op de twintigste eeuw – in de dubbeltentoonstelling ‘Journalistiek in de tropen’ in het Persmuseum en het Internationaal Pers centrum Nieuwspoort in Den Haag. In de negentiende eeuw komt de Nederlandstalige pers schoorvoetend van de grond. Zijn het rond 1840 nog wekelijks verschijnende advertentieblaadjes, in 1856 verandert de situatie met het ‘Drukpersreglement’ voor Indië. Het reglement blijkt niet de verwachte persvrijheid te regelen, maar het beschrijft de overtredingen van de drukpers en de daarbij behorende straffen, die in de tweede helft van de negentiende eeuw vaak worden opgelegd. Ondanks dit repressieve beleid ontwikkelt de Indische pers zich in razend tempo. Niet alleen nieuws siert de kolommen maar ook opiniërende artikelen, vaak van geëngageerde hoofdredacteuren die zich allerlei misstanden aantrekken en zich kritisch uitlaten over het koloniale bestuur en zijn ambtenaren. Multatuli’s Max Havelaar (1860) dient velen als voorbeeld.
De redactie van het A.I.D. De Preangerbode, begin jaren vijftig. Van links naar rechts: Hans Flotat, Hadely Hasiboean, Jan Verhoek, Henk Hefting en Ed Schornack van der Waag (collectie journalistenbiografieën Persmuseum, Amsterdam).
In 1906 wordt het ‘Drukpersreglement’ herzien. De scherpste kantjes verdwijnen en de pers krijgt meer armslag. Journalisten belanden niet langer om de haverklap in de gevangenis. De grotere persvrijheid valt vrijwel samen met het begin van de nieuwe welvaartspolitiek – de ‘ethische politiek’ – en het begin van het Indonesisch nationalisme. De ‘ethische politiek’ wordt uitgedragen door kranten als De Locomotief. En de emanci-
patie van de Indo-europese bevolking wordt ondersteund en gepropageerd door hoofdredacteuren als Karel Zaalberg van het Bataviaasch Nieuwsblad. Nederlands-Indië kent in het begin van de twintigste eeuw geen equivalent van de Nederlandse ‘verzuiling’. Er bestaat zelfs aversie tegen religieuze scherpslijperij. De elite schaart zich achter de ‘ethische politiek’ en leest De Locomotief en de
De Indisch- en IndonesischNederlandse pers, 1850-1958
Eén redacteur Het aantal krantentitels neemt toe. Sommige zijn een lang leven beschoren, zoals De Locomotief (Semarang) en de Java-Bode (Batavia/Djakarta), andere verdwijnen weer snel, vaak door een gebrek aan voldoende - Nederlandse - abonnees. De oplagen zijn klein en de redactie bestaat vaak uit één persoon, die als een spin in het web de krant ‘maakt’. Bekende voorbeelden van deze intellectueel en literair begaafde duizendpoten zijn H.J. Lion, C.E. van Kesteren, P.A. Daum en P. Brooshooft. Conflicten met de overheid blijven hun niet bespaard.
Java-Bode. Maar als deze ertoe leidt dat Indonesiërs ook daadwerkelijk hun plaats in de samenleving en op de arbeidsmarkt verwerven, trekken deze kranten fel van leer tegen de in hun ogen misplaatste ‘inlanderpolitiek’. De wat goedkopere dagbladen als het Bataviaasch Nieuwsblad en Het Nieuws van den Dag voor Nederlandsch-Indië hebben onder hun abonnees ook Indo-europeanen. Hun hoofdredacteuren, Karel Zaalberg en Karel Wybrands, zijn actief betrokken bij de nieuwe Indo-europese organisaties. Het zijn vooral Zaalberg en Ernest Douwes Dekker (een achterneef van Multatuli) die de naam ‘strijder voor de Indo’ krijgen. Douwes Dekker, journalist, activist en propagandist voor het Indonesisch nationalisme, richt in 1911 zijn eigen ‘partij’krant op, De Expres. ‘Zijn’ Indische Partij, nationalistisch en strevend naar onafhankelijkheid, wordt al snel verboden door het gouvernement en Douwes Dekker wordt verbannen.
Onenigheid
Abonneewerving voor de Java-Bode, januari 1931 (collectie Persmuseum)
Er tekent zich al snel onenigheid af tussen de verschillende kranten en hun hoofdredacteuren. Zo keren Wybrands en Henri Zentgraaff zich tegen het nationalisme. Een felle polemiek is
museum
Kerstmis Kinderkrant-Courant van de Java Bode,
pagina 5
Nieuwsgier, Ochtendblad voor Indonesië, 31 augustus 1949
Jubileumnummer van De Locomotief, 23 mei 1951
23 december 1939
het gevolg. Beschuldigingen in de pers over en weer van ‘inlanderhater’ en ‘Nederlanderhater’ geven een indruk van de toenemende politieke tegenstellingen in Nederlands-Indië. Rond 1920 is de pers haar rol van voortrekker en aanjager grotendeels - kwijt. Onafhankelijke journalistieke ‘objectiviteit’ wordt steeds moeilijker vol te houden. Hoofdredacteuren zijn te nauw betrokken bij de politieke ontwikkelingen en kunnen geen professionele afstand meer nemen. De pers wordt meer en meer een speelbal van politieke én economische belangen. In de jaren twintig kondigt zich een nieuwe, gematigder generatie journalisten aan. Veel van hen worden in Nederland gerecruteerd. Professionele journalisten als J.H. Ritman, W.A. van Goudoever en Herman Salomonson nemen de plaats in van leden van de ‘oude’ garde die nooit een blad voor de mond namen. Zij zijn overleden, ontslagen of hebben de eer aan zichzelf gehouden. Veel dagbladen worden verkocht en er zet zich een proces van persconcentratie in. Eind jaren dertig hebben drie eigenaren, C.W. Wormser, J.C. Kolling en N. Metzelaer, alle belangrijke titels in handen.
’Blank front’ De communistische opstanden van 1926-1927 zetten de zaken op scherp. Behalve leden van de communistische partij (PKI) wor-
Expositie in het Persmuseum tot en met 2 oktober De tentoonstelling in het Persmuseum is te zien van 24 juni tot en met 2 oktober 2005. De tentoonstelling in Nieuwspoort (niet voor publiek toegankelijk) loopt van 14 juni tot en met 31 augustus 2005. Van 2 september tot en met 30 september is deze tentoonstelling voor het publiek te bezichtigen in de Centrale Bibliotheek, Spui 68 in Den Haag. Bij de tentoonstellingen wordt het boekje Journalistiek in de tropen. De Indisch- en Indonesisch-Nederlandse pers, 1850-1958 uitgegeven, met bijdragen van Gerard Termorshuizen, Ulbe Bosma en Angelie Sens. Het wordt uitgegeven door Aksant en kost ongeveer 12.50 euro. Vanaf half juni is ook de website www.indische-pers.nl te bekijken. den ook tal van nationalistische leiders opgepakt en gedeporteerd in de jaren daarna. Journalisten trekken zich, evenals hun medeNederlanders, terug in eigen kring en sluiten zich meer en meer aan bij het ‘blanke front’. Voorheen ‘ethische’ dagbladen als De Locomotief veranderen hun koers in de jaren twintig richting ‘rechts’. Die verrechtsing zet zich in de jaren dertig door. De NSB wint in deze jaren aan populariteit. Toch ontbreekt het niet aan luizen in de pels. Zo wil het tijdschrift Kritiek en Opbouw, dat in 1938 het licht ziet, een tegenwicht bieden tegen de verrechtsing van de Indische samenleving en de onderdrukking van het Indonesisch nationalisme. Hoofdredacteur D.M.G. (Marcel) Koch omringt zich met journalisten en literatoren, mannen en vrouwen, Nederlanders, Indo’s en Indone-
siërs, zoals Eddy du Perron, Beb Vuyk, Rob Nieuwenhuys, Soewarsih Djojopoespito, Willem Walraven en Jacques de Kadt. Als in maart 1942 de Japanners in Nederlands-Indië landen, wordt de Nederlandstalige pers monddood gemaakt. De Japanse bezetting maakt de facto een einde aan het koloniale Nederlandse gezag. Maar met deze bezetting, de politionele acties en de onafhankelijkheid van Indonesië komt er nog geen einde aan de geschiedenis van de Nederlandstalige pers in Indonesië. Vrij snel na de Japanse capitulatie en het uitroepen van de Republik Indonesia door Soekarno en Hatta in augustus 1945, verschijnen er op diverse plaatsen Nederlandstalige gestencilde nieuwsbulletins om aan de lees- en nieuwshonger van geïnterneerden en geïsoleerde Nederlanders
tegemoet te komen. Maar vooroorlogse tijden keren niet terug. De Republik is een niet meer weg te denken realiteit. Het Indonesisch is voortaan een officiële taal en de politieke en militaire situatie, geld- en materiaalgebrek, papierschaarste en het wegvallen van abonnees en adverteerders maken het uitgevers en hoofdredacteuren zeer lastig hun vooroorlogse kranten en tijdschriften weer het licht te doen zien.
RVD De Nederlands-Indische Regeringsvoorlichtingsdienst (RVD) doet er alles aan om in 1945 media in handen te krijgen en kundige en ‘betrouwbare’ - liefst volgzame - journalisten in te zetten om de berichtgeving weer op gang te krijgen. In de jaren 19451947 verschijnen er onder auspiciën van de RVD overal in de archipel nieuwsbulletins, kranten en tijdschriften. Vanaf 1947 worden ook niet-regeringsgebonden Nederlandstalige persorganen – weer – uitgegeven: vooroorlogse zoals De Preangerbode, De Locomotief, de JavaBode en het Soerabaiasch Handelsblad en nieuwe titels als de Nieuwsgier en de Vrije Pers. Zowel vooroorlogse journalisten – Marcel Koch, Jan Ritman, Willem Belonje en A.H. FühriMierop en anderen – als ‘nieuwkomers’, zoals Eddy Evenhuis, Jan Verhoek en Kees Princen, vullen de kolommen van deze bladen tot 1958.
museum
pagina 6
Van Straaten! Van Straaten! Gij kunt het maar niet laten! door BERT
STEINMETZ
Zoals alleen Peter van Straaten kan kijken – een tikje gegeneerd, licht blozend, alsof hij het heel vervelend vindt, maar toch ook trots en volop genietend in het middelpunt – zo stond hij er naast zijn vrouw Els Timmerman bij, die vrijdag 8 april, toen het Persmuseum een speciale hommage aan hem had aangericht, vlak na zijn uitbundig gevierde zeventigste verjaardag. Het ging officieel heel ergens anders om: een soort verlate opening van de expositie ‘Politiek in Prent’, die traditioneel na het Haagse Perscentrum Nieuwspoort in het Amsterdamse Persmuseum te zien is. Die was weliswaar al vanaf 25 maart voor het publiek te bezoeken, maar ach, het was toch maar een alibi.
Formaliteiten Zo kon een keur aan collega’s van Van Straaten worden opgetrommeld zonder dat Peter zelf in de gaten zou hebben dat het om hém te doen was. Dus werden er wat formaliteiten verricht, totdat museumdirecteur Angelie Sens het woord tot Van Straaten richtte. Zij eerde de tekenaar met een speciale extra tentoonstelling met prenten van illustere voorgangers, onder de titel ‘Favorieten van Peter’ (was helaas maar tot 3 mei te zien). Tekeningen van Johan Braakensiek, Eppo Doeve, Albert Hahn, Piet van der Hem, L.J. Jordaan, Opland, Louis Raemakers en Jo
Spier – groten uit het verleden die Van Straaten zeer bewondert. Dit eresaluut kon tot stand komen dankzij de medewerking van het Stedelijk Museum Zutphen (dat de tekeningen van Jo Spier koestert), Francine Wout (de weduwe van Opland) en het IISG, het archief waar het Persmuseum zo dankbaar bij inwoont. Namens het Persmuseum gaf Angelie Sens een originele prent van Van der Hem uit 1935 aan Peter cadeau – hij was er zichtbaar verguld mee – plus de wens ’dat je hier nog vaak mag hangen’.
Zilveren medaille Maar dat was nog maar een opwarmertje. Tot verrassing van Van Straaten verscheen daar ineens burgemeester Job Cohen, die hem met een hilarische toespraak de zilveren medaille van de stad Amsterdam kwam uitreiken. Dat was wel het laatste waar Peter op had gerekend. ,,Ik vind het echt een eer’’, zei hij. ,,Ik ben
Peter van Straaten toont de hem door het Persmuseum geschonken tekening van Piet van der Hem. FOTO: REMKO SCHEEPENS
hier niet geboortig, dus het heeft even geduurd voordat ik een Amsterdammer werd. Nu voel ik me er een.’’ Want zo sprak Cohen hem toe: als een Amsterdammer bij uitstek. ,,Ik behoor tot de liefhebbers’’, bekende de burgemeester. En hij beschreef waarom: ,,Peter van Straaten beschikt over het talent door te dringen tot in de
diepste krochten van de menselijke ziel. Dat is geweldig, akelig en buitengewoon knap.’’ Waarna hij overging op een prachtige pastiche op het hekeldicht van Frederik van Eeden op de domineesdichter J.J.L. ten Kate. We drukken die lofzang hieronder helemaal af, om Job Cohen recht te doen en Peter van Straaten nogmaals het plezier te gunnen.
Lofzang voor Peter van Straaten Van Straaten! Van Straaten! Gij kunt het maar niet laten! Gij telt alreeds zeventig jaren En blijft maar tekeningen baren. Een lijntje hier, een arcering daar, En weer is er een tekening klaar, De een vileiner nog dan d’ander. En ieder jaar weer een kalander. Van Straaten, Van Straaten, Hoe glanst gij in uw state.
Van Straaten! Van Straaten! Wij kunnen ons op u verlaten! Gij hangt bij ons op de wc, Je neemt er altijd wat van mee, In huis en tuin, in bed en op kantoor Houdt gij ons steeds een spiegel voor En daarom zingen wij in koor Deez’ kleine feestcantate Voor u, Peter van Straaten.
Van Straaten! Van Straaten! Er zijn er die u haten! Hoewel gij even vaardig als oprecht Alleen in liefd’ ons de waarheid zegt. Wij minnen alles wat gij doet, Want wat Van Straaten doet is goed. In Het Parool en in Vrij Nederland Zien wij daaglijks, weeklijks het werk van uw hand. Zo kunnen wij ons steeds op u verlaten. Heb dank, heb dank, Peter van Straaten.
Van Straaten! Van Straaten! ‘k Wil nu niet langer praten! De reden dat ik tot u kwam In uw en mijn stad Amsterdam Is om u iets te geven Voor heel uw verder leven. Iets wat u tot op heden nog niet had: De zilveren medaille van de stad, Want, Van Straaten! Van Straaten! Die stad bemint u boven mate!
museum
pagina 7
Trik wint eerste Junior Inktspotprijs
Penning
Naast de Inktspotprijs – de onderscheiding voor de beste politieke prent van het jaar – is er nu ook de Junior Inktspotprijs, de keus van scholieren. De primeur van deze nieuwe prijs was 8 april in het Persmuseum.
Naast een aantal kranten en tijdschriften van individuele schenkers ontving het Persmuseum een bijzondere penning van oudjournalist J.D. Lammerts van Bueren. De koperen perspenning uit 1963 vormde een wel heel chic toegangsbewijs tot de ‘door de Politie afgezette terreinen’, uitgegeven door de toenmalige hoofdcommissaris van politie in Nijmegen.
Het initiatief is genomen door het Persmuseum, de Stichting Pers & Prent (die jaarlijks de expositie Politiek in Prent organiseert) en de Stichting Krant in de Klas.
Van der Hout
Veertig leerlingen van havo-4 op het Rijnlands Lyceum in Oegstgeest hebben de keus gemaakt uit dezelfde selectie tekeningen waaruit in januari al de ‘volwassen’ Inktspotprijs was gekozen.
Favoriet Hans Westra Hoekzema, voorzitter van Krant in de Klas, kwam bij de opening van de expositie Politiek in Prent in het Persmuseum samen met enkele leerlingen onthullen welke tekening de favoriet bij de jongeren was geworden. ,,Het bleek heel belangrijk dat ze meteen kunnen zien waar het over gaat’’, zei Westra. En Joost, een van de scholieren, verklaarde ook dat de winnaar het was geworden ‘omdat direct duidelijk was wat bedoeld werd’. Hij vond die tekening bovendien ‘heel origineel’.
De winnende tekening van trik
Aanwinsten
Trik ontvangt de allereerste Junior Inktspotprijs uit handen van één van de juryleden. FOTO: REMKO SCHEEPENS
De winnaar werd trik – in het dagelijks leven Raymond Hendriks – voor zijn tekening in Nieuwe Revu na de moord op Theo van Gogh. We zien een pakje sigaretten (merk: Theo van Gogh Blondes) met daarop de waarschuwing: ‘Een eigen mening is dodelijk’. Bert Steinmetz
Van de heer J. van der Hout ontving het museum persoonlijke archiefstukken met betrekking tot zijn oom, W. N. van der Hout. Deze journalist was in 1947 oprichter van een zusterinstelling van het Persmuseum, het Internationaal Persmuseum in Den Haag. Na de dood van Van der Hout in 1963 ging het bergafwaarts met het museum. In 1978 werd het museum opgeheven en werd de collectie overgedragen aan het Persmuseum Amsterdam.
Teruggang van aantal donateurs Jaarverslag Stichting Vrienden 2004 De Stichting Vrienden van het Persmuseum is in 2004 geconfronteerd met een teruggang van het aantal donateurs. In de laatste jaren zakte het aantal van 234 in 2003 tot 220 een jaar later en thans 197.
Persmuseum. De kosten van het Persmuseumnieuws worden tegenwoordig gedragen door het Persmuseum. In het verslagjaar financierde de stichting de uitgaaf van de Persvrijheidlezing 2004 door Job Cohen.
Een belangrijke oorzaak is ongetwijfeld de economische teruggang en de moeilijke situatie waarin de kranten zich bevinden. De stichting beraadt zich op acties om het aantal donateurs op te krikken.
‘Visitekaartje’
Verder was het afgelopen jaar vooral een periode van stabilisatie van de activiteiten. Zo is het Persmuseumnieuws onder leiding van eindredacteur Leen de Ruiter een regelmatige en gewaardeerde uitgaaf geworden. De ‘Vriendendag’ bleek geen succes. Deze speciale dag voor de leden van de stichting Vrienden werd vanaf 2004 opgenomen in de Dag van de Persvrijheid, op 3 mei. Ook blijft de stichting alert op mogelijkheden om de collectie van het Persmuseum te verrijken. Jaarlijks maakt ze in beginsel een vast bedrag over aan het
De stichting werkt nog aan de uitgaaf van een ‘visitekaartje van de Stichting Vrienden’, te realiseren in 2005. Waarschijnlijk krijgt dit ‘visitekaartje’ de vorm van een cd met daarop hoogtepunten van de collectie van het Persmuseum. Van het stichtingsbestuur maakten eind 2004 deel uit: M. de Bok (voorzitter), W. Burgers (secretaris), M. de Jong (penningmeester), P. Jonkman, J. van Miltenburg, L. de Ruiter, S. Smulders en B. Steinmetz.
museum
pagina 8
Bezoekersinformatie
Routebeschrijving
Persmuseum
Bus:
A Zeeburgerkade 10, 1019 HA Amsterdam T 020-692 88 10 F 020-468 05 05 E
[email protected] W www.persmuseum.nl
Studiezaal / Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis A Cruquiusweg 31, 1019 AT Amsterdam T 020-668 58 66 F studiezaal: 020-663 03 49 E studiezaal:
[email protected] Online publiekscatalogus: www.iisg.nl/opcnl.html
Openingstijden Persmuseum dinsdag-vrijdag 10.00 - 17.00 uur zondag 12.00 - 17.00 uur Het museum is gesloten op zaterdag, maandag en tijdens de feestdagen.
Openingstijden studiezaal/ Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis: maandag - vrijdag 09.00 - 17.00 uur De studiezaal is gesloten op zaterdag, zon- en feestdagen.
Toegangsprijzen Persmuseum volwassenen 6-18 jaar, 65+, CJP, Stadspas, groepen vanaf 10 personen
€
E PIET
2,50
EL
TUNN
HEIN
AN
A OL
1,75
M EU US DE SM URGERKA R E EB
BO
P
ZE
AN
EN
G
LA
IIS
AN
NA PA
N
AA
AN
EL
LA
VE
MA
gratis
A GL
E RN
onderwijs
EG
€ 40,- per groep, inclusief lesmateriaal afhankelijk van educatief programma (zie www.persmuseum.nl) combinatie Persmuseum/ bezoek Telegraaf op aanvraag
basisonderwijs voortgezet onderwijs
rondleidingen
H OT
EP
R NT
UR IJB
€
0 - 6 jaar, Museumkaart, Vrienden
N
E AV
EO
RN
BO
3,50
ER EST NE VA
NS-voordeelurenkaart, studenten met collegekaart
€
Bus 43: Vanaf Centraal Station richting Borneo Eiland, halte Cruquiusweg (ieder kwartier). Bus 22: Vanaf Centraal Station (via Muiderpoort station) richting Indische Buurt, halte Zeeburgerdijk (iedere 20 minuten). Bus 59: Vanaf Station Muiderpoort richting KNSM Eiland, halte Cruquiusweg (ieder kwartier). Tram: Tram 14 naar het Javaplein (5 minuten lopen), tram 10 naar de Van Eesterenlaan (5 minuten lopen) of tram 7 naar de Molukkenstraat (10 minuten lopen). Trein: Vanaf Centraal Station een van de hierboven genoemde bussen. Vanaf station Muiderpoort: lopend (ca. 15 minuten) of met een van de hierboven genoemde bussen. Auto: Vanaf de rondweg (A10) afslag Zeeburg (S114). De borden Zeeburg volgen. Voor de Piet Heintunnel linksaf, richting Indische Buurt. Bij de eerste stoplichten na de brug rechtsaf. Vervolgens de tweede rechts. Bij de rotonde de tweede afslag nemen (= doodlopend) om op de Zeeburgerkade te komen. Deze geheel uitrijden (ca. 200 m.), aan het einde bevindt zich het Persmuseum. Naar het IISG: Vanaf de rondweg (A10) afslag Zeeburg (S114). De borden Zeeburg volgen tot in de Piet Heintunnel. Aan het eind van de tunnel bij de stoplichten naar links. Eerste straat links, met de bocht mee naar links en vervolgens rechtdoor. NB: door werkzaamheden kunnen er omleidingen zijn!
W US
UI
UQ
CR
AD RP
GE
UR
EB
ZE
E
AD
K US
UI
Q RU
€ 22,50
C
JK
DI
ER
RG
BU
E ZE
Word Vriend
Colofon
De Stichting Vrienden van het Persmuseum stelt zich ten doel de bloei en de naamsbekendheid van het Persmuseum te bevorderen en extra inkomsten te verwerven ten behoeve van collectieaankopen en activiteiten.
De uitgave van PersmuseumNieuws wordt mogelijk gemaakt door de Stichting Vrienden van het Persmuseum
U wordt al Vriend met een bijdrage van minimaal € 25,- per jaar!
Redactie:
Persmuseum
Als vriend van het Persmuseum krijgt u: - gratis toegang tot de vaste opstelling en de wisselexposities van het Persmuseum - 10 % korting op uitgaven van het Persmuseum - een uitnodiging voor de jaarlijkse Vriendendag en overige speciale activiteiten - twee tot drie keer per jaar het Persmuseumnieuws.
Redactieadres:
Zeeburgerkade 10 1019 HA Amsterdam
Oplage:
2.000
Druk:
Drukkerij Bakker, Roelofarendsveen
Voor minimaal € 50,- per jaar krijgt u tevens: - een gratis publicatie/catalogus - een originele historische krant
Copyright:
Persmuseum Amsterdam
ISSN nummer:
1569-0318
Ja, ik word Vriend van het Persmuseum
Het Persmuseum is mede mogelijk gemaakt door: Aegon, ANWB-media, BASF Drukinkt, Bedrijfsfonds voor de Pers, Boekhandel Scheltema Holkema Vermeulen, Boom, Bührmann, Central National Company, Dagblad De Telegraaf, de Volkskrant, Emico Offset, Euronext, Gemeente Amsterdam, Getronics, Groep publieks- en opinietijdschriften, GTI Installatietechniek, R. Hazewinkel, S.S.F. Hazewinkel, Holdingmaatschappij De Telegraaf, Hollandse Dagbladcombinatie, Hooge Huys Verzekeringen, ING Groep, Joh. Enschedé, Koninklijke Ahold, Koninklijke BDU Uitgeverij, Koninklijke Philips Electronics, Lucas Ooms Fonds, Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, Mondriaan Stichting, Nederlands Uitgevers Verbond, Nederlandse Nieuwsblad Pers, Nederlandse Vereniging van Journalisten, Nieuwsblad van het Noorden, Noordelijke Dagblad Combinatie, Parenco, PCM Uitgevers, Prins Bernhard Cultuurfonds, Rotterdams Dagblad, Siemens, F.W. Sijthoff, SNS Reaal Fonds, Stadsdeel Zeeburg, Stichting Het Parool, Trouw, Veen Magazines, Vereniging de Nederlandse Dagbladpers, VNU, VSB Fonds, Weekbladpers, Wegener.
❏ voor minimaal € 25,- per jaar ❏ voor minimaal € 50,- per jaar Naam Adres Postcode en woonplaats E-mail U kunt deze bon ingevuld retourneren via ons antwoordnummer (Antwoordnummer 9364, 1000 XH Amsterdam. Een postzegel is niet nodig). Wacht met betalen tot u een acceptgirokaart heeft ontvangen.
verschijnt tenminste drie maal per jaar