Publiekszaken Werk Inkomen i n Zorg, Weids- en Pmjecbníwlkkeling
M)r Gemeente Delft
Retouradres :Publieksaken. Postbus l 1l,2600 AC DeHt
Behandelddoor AUe Hoekman Td&or1015-2195329 Fm 015-2602061
[email protected]
Aan de leden van de Gemeenteraad Telefoon 14015 Fax 015 261 65 55 Internet wunni.delf1.d
Datum
Onderwerp
13-09-2011
Aanbieding nota 'Taalonderwijs en bezuinigingen inburgering"
Ons kenmerl<
1179804 Uw bdef van
Uw kenmerk
Geachte heerlmevrouw,
Hierbij bieden wij u ter kennisname de nota "Taalondemijs en bezuinigingen inburgeringnaan.Deze nota is vastgesteld in de collegevergaderingvan 20 september 2011. Wij hopen u hiermee vokloende g e Ï n f o r m e ~ t e ~ n .
Hoogachtend, het College van Burg6
Publiekszaken Werk Inkomenen Zorg, Beleids- en Pmjectontwikkellng
Doorkiesnummers: Telefoon 015-2195329 Fax 015-2602061
Aan
College van Burgemeester en Wethouders Afschrift aan
Nota Datum
Orderwerp
31-08-2011
Taalonderwijs en bezuinigingen inburgering
Ons kenmerk
1179775 Opskller
J.C.J.Nees, W.K.J.v.d. Berg en A. Hoekman Bijlage
7
Inleiding ....................................................................................................... l Over wie gaat het?..................................................................................... ..2 Wat deden we tot nu toe? ............................................................................ 2 Wat is er nu aan de hand? ........................................................................... 2 Wat gaan we doen met het aanbod?............................................................2 ... Financien .....................................................................................................3 Gevraagde besluiten....................................................................................4 Bijlage l:De omvang van de doelgroep in Delft.......................................... 5 Het belang van basiseducatie ......................................................................6 Bijlage 2: De verschillende taalniveaus ........................................................7 Bijlage 3: Veranderend wettelijk kader: Wet inburgering (Wi) en Wet Educatie en Beroepsonderwijs (W EB). .......................................................-8 Bijlage 4: Taal op eigen kracht ...................................................................10 Bijlage 5: De doelgroepen voor wie we de komende jaren een taalcursus wiHen financieren. ...................................................................................... ll Bijlage 6: Het participatiebudget................................................................. 13 Bijlage 7: Lijst met afkortingen ................................................................... 14
Inleiding Een deel van de Delftenaren kan door taalachterstanden niet voldoende meedoen in de samenleving. Het college heeft daarom in haar bestuursprogramma 2011-2014 opgenomen dat zij "wil inzetten op het terugdringen van taalachterstand en functioneel analfabetisme". We zetten taalcursussen in om taalachterstanden terug te dringen. Deze cursussen betalen we uit het participatiebudget'. Het rijk verlaagt het participatiebudget op alle onderdelen. Het inburgeringsdeel vervalt zelfs vanaf 2014. Door de bezuinigingen op de educatie- en inburgeringsbudgetten binnen het participatiebudget, worden we gedwongen ons huidige taalaanbod aan te passen. In deze nota doen we voorstellen hoe we desondanks de komende jaren de collegedoelstelling rondom taalachterstand willen invullen. 1
Dit budget is een combinatie van re-integratiegelden (WWB-werkdeel), gelden volwasseneneducatie (WEB-deel) en inburgenngsmiddelen. De gemeente bepaalt zelf hoe zij dit budget verdeelt, m.u.v. van het WEB-deel. Het WEB-deel moet bij een ROC uitgegeven worden aan volwasseneneducatie
Over wie gaat het? Deze nota gaat over Delftenaren van 18 jaar en ouder die een taalachterstand hebben.
Autochtone inwoners spreken en verstaan het Nederlands wel, maar kunnen moeite hebben met lezen en schrijven. Dit levert problemen op bij het werk maar ook in de priv6-sfeer. Cursussen Nederlands voor hen noemen we NTI. Allochtone inwoners hebben vaker moeite met de beheersing van alle taalonderdelen. Niet alleen lezen en schrijven in het Nederlands is lastig, het is ook moeilijk om een gesprek te voeren of te begrijpen wat een ander zegt. Soms zijn deze inwoners ook onbekend met de Nederlandse gewoonten. Cursussen Nederlands voor hen noemen we NT2. Meer informatie over de omvang van de doelgroep in Delft staat in bijlage l. Wat deden we tot nu toe? Om taalachterstanden te verkleinen biedt de gemeente al heel lang taalonderwijs. Dit doen we via volwasseneneducatie bij het Regionaal Opleidings Centrum (ROC) (NT1 en NTZ), via inburgeringscursussen (NT2) en via losse taaltrajecten (NT? en NT2). Die cursussen geven we op verschillende niveaus. (Van A l ffm C2 en van KSEI tlm KSE 3,zie bijlage 2) Elke Delftenaar die een cursus Nederlands wilde volgen kon dat doen. In bijlage 1 geven we informatie over het aantal deelnemers aan educatie in het verleden. Wat is er nu aan de hand? Het rijk gaat de Wet inburgering aanpassen. Alleen inburgeringsplichtigen vallen nog onder de wet en zij moeten voortaan zelf hun cursus betalen. Vrijwillig inburgeraars kunnen de gemeente vragen hun cursus te betalen. De gemeente betaalt deze taalcursussen uit het participatiebudget. Het rijk vermindert dit budget (zie bijlagen 3 en 7).We hebben daardoor onvoldoende geld om het huidige aanbod aan taalcursussen in stand te houden. We hadden de afgelopenjaren gemiddeld 450 starters per jaar, vanaf 2012 is er, als we geen aanpassingen doen, geld voor ongeveer 150 starters per jaar. We moeten daarom ons bestaande aanbod aanpassen, want de doelstelling "terugdringenvan taalachterstand" verandert niet. Wat gaan we doen met het aanbod? De gemeente wil het bestaande taalaanbod wel zoveel mogelijk voortzetten. Het huidige aanbod is als volgt: Inburgeringscursus in combinatie met een participatietrajectdie in de meeste gevallen resulteren in het taalniveau A2 Staatsexamencursussen die opleiden tot een niveau van B1 of B2 De conversatielessen via Breed Welzijn Delft m Taalcoachproject via het ROC Mondriaan (in combinatie met een inburgeringstraject)
Educatie: NT1 en NT2 gefinancierd uit de WEB-middelen in het participatiebudget. Het gaat hierbij zowel om alfabetiseringscursussen als om taalcursussen B I en 82. Maar we gaan wel aanpassingen doorvoeren: 1) We gaan efficiënter werken Waar mogelijk korten we de cursussen in; We blijven op zoek naar mogelijkheden voor goedkopere alternatieven ; e We kijken nogmaals kritisch naar samenstelling, groepsgrootte en bezettingsgraad van de cursusgroepen; 2) We doen aanpassingen in het aanbod: Het taalaanbod wordt, waar mogelijk, ingebed binnen de concepten werkacademie en participatieaanbod; We stimuleren initiatieven uit de samenleving om taalcursussen te starten via bijvoorbeeld "Taal op eigen Kracht" (zie bijlage 4); We stoppen vanaf 2014 volledig met inburgeringscursussen (als gevolg van de wetswijziging Wet inburgering) 3) We beperken de doelgroep die in aanmerking komt voor een taalcursus Dit betekent dat de gemeente ervoor kiest om Delftenaren met de grootste taalachterstand voorrang te geven. De gemeente blijft Delftenaren hetpen om een basisniveau te bereiken. Als er geld beschikbaar is zal de gemeente ook blijven investeren in hen die verder willen leren, nadat zij een basisniveau hebben bereikt. In bijlage 5 werken we deze doelgroepen verder uit. Veelvuldig verzuim accepteren we niet.
e
Financiën Taalcursussen betalen we vanuit het participatiebudgeten voor een klein deel uit gemeentelijke middelen. Door de terugloop van het participatiebudget ( bijlage 6) vermindert het beschikbare budget. In 2010 heeft Delft veel meer inburgeringscursussen aangeboden dan andere gemeenten. Als gevolg daarvan krijgen we bénmalig in 2012 £ 200.000,- meer participatiebudget dan eerder geraamd. Dit budget zetten we volledig in voor taalondewijs. Op de begroting 201lis een bedrag van E 250.000,- gereserveerd voor volwasseneneducatie(herhuisvesting). In het jaawerslag 2009 staat hierover nog dat de volwasseneneducatie gehuisvest zou gaan worden in de van Bleiswijkstraat samen met de Stichting Samenwerkingsverband Praktijkopleiding Bouwnijverheid (SSPB) en Grotius. De gemeente zou vanuit VE-middelen daaraan E 250.000,- bijdragen. Inmiddels is de volwasseneneducatie gehuisvest aan de Brasserskade. Het geld is niet meer nodig voor een gebouw en kan nu ingezet worden voor onderwijs. In de najaarsrapportage stellen wij voor deze middelen conform eerder gemaakte afspraken in te zetten voor taalcursussen (NT1 en NT2). Hierdoor kunnen we het totaal beschikbare budget meer geleidelijk afbouwen..We hebben dan tijd om het taalaanbod aan te passen aan de beperkte middelen in de toekomst. Met deze incidentele middelen kunnen we nieuwe initiatieven zoals de combinatie van de werkacademie en taalcursussen en het programma Taal 3114
op eigen kracht verder ontwikkelen. We verwachten dat dit soort taalcursussen op temlijn goedkoper zijn dan het huidige aanbod. Op basis van de huidige gemiddelde prijs van een taalcursus kunnen we in elk geval nog 110 extra kandidaten taalondennrijs geven.
Gevraagde besluiten Wij stellen voor: - Taalcursussen aan te bieden aan de doelgroepen zoals in deze nota beschreven; - De € 250.000 die binnen de begroting beschikbaar is voor investering in volwasseneneducatie (herhuisvesting Mondriaan) in te zetten voor taalonderwijs; De gemeenteraad deze nota ter kennisname toe te sturen. Wij vragen u akkoord te gaan met deze voorstellen.
-
Bijlage i:De omvang van de doelgroep in Delft. Op basis van landelijk onderzoek zou Delft circa 7.000 inwoners van 16-65 jaar met een lees- enlof schrijfachterstand KSE~(IO%)~ hebben. Hoeveel het er in werkelijkheid zijn is niet na te gaan. Wel zijn er indicaties. Een deel van de Delftenaren met een taalachterstand is oorspronkelijk niet Nederlands. Zij vallen onder de huidige Wet inburgering (Wi). In deze wet wordt onderscheid gemaakt tussen inburgeringsplichtigen en vrijwillig inburgeraars. De inburgeringsplichtigen en vrijwillig inburgeraars samen noemen we inburgeraars. Inburgeraars in Delft Vanaf 1998 was er in Nederland de Wet Inburgering Nieuwkomers (WIN). Iedereen die als nieuwkomer in Nederland kwam moest een inburgeringscursusvolgen en deelnemen aan een afsluitende toets. Bij de start van de Wi (in 2007) kregen wij van het rijk een overzicht van inwoners van Delft die mogelijk inburgeringsplichtigwaren. Dit overzicht heet het Bestand Potentieel Inburgeringsplichtigen(BPI). Er stonden ongeveer 3000 Delftse burgers in. Van al deze mensen is inmiddels vastgesteld of zij inderdaad inburgeringsplichtigzijn. Als iemand inburgeringsplichtigwas of een taalachterstand had, kreeg hijhij een inburgeringscursusaangeboden. In totaal zijn in de jaren 2007 tfm 2010 l548 inburgeraars gestart met een inburgeringscursus. Hiervan zijn er 956 inburgeringsplichtig. Naast de 1548 mensen die zich via een gemeentelijke cursus voorbereiden op het inburgeringsexamen zijn er 646 inburgeringsplichtigen die niet op het gemeentelijk aanbod ingegaan zijn. Zij kozen ervoor zich zelfstandig voor te bereiden op het examen. Omdat alle mensen uit het EPI in de loop van 2010 opgeroepen waren en waar nodig een inburgeringscursus aangeboden hebben gekregen , hebben we in dat jaar ook actief geworven onder vrijwillig inburgeraars. Van de mensen die vorig jaar met een inburgeringscursusgestart zijn, was ongeveer de helft vrijwillig inburgeraar. Het is lastig te achterhalen hoeveel vrijwillig inburgeraars er in Delft zijn. Op basis van gegevens uit het GBA zou het kunnen gaan om zo'n 5000 mensen die mogelijk het Nederlands slecht beheersen. Hoeveel daarvan daadwerkelijk het Nederlands slecht beheersen is niet bekend. We kunnen een inschatting maken op basis van de inburgeringsplichtigen. Bij de start van de Wi veronderstelde het rijk dat we in Delft zo'n 3000 inburgeringsplichtigen hadden. In werkelijkheid bleken dat er zo'n 1600 te zijn. Als we deze vergelijking doortrekken naar vrijwillig inburgeraars zou het gaan om de helft van de groep, zo'n 2500 mensen. Daarvan is dus een deel (ongeveer 600) in 2010 gestart met een inburgeringstraject. Dat betekent dat er in Delfi mogelijk nog zo'n 1900 inburgeraars zijn die de Nederlandse taal zouden willenlmoeten leren.
Bron: 'Van A tot Z betrokken.' Aanvalsplan Laaggeletterdheid2006-2010.
511 4
Taalleerders NT1 Hoeveel autochtone Nederlanders een lees-of schrijfachterstand hebben is lastig te achterhalen. Zij schamen zich vaak voor hun gebrek aan kennis. Dankzij een intensieve wervingscampagne halen we elk jaar in Delft weer zo'n 30 nieuwe deelnemers over om mee te gaan doen met taallessen. In totaal zitten er steeds zo'n 70 mensen op taalles NTI. Het belang van basiseducatie Educatie heeft directe invloed op de sociale redzaamheid van deze kwetsbare elft en aren^ en dus op meer participatie in de samenleving. Door te leren, verwerven (kwetsbare) Delftenaren een betere plek in de samenleving. Ze kunnen beter lezen, spreken, schrijven en rekenen. Ze begrijpen meer en kunnen anderen beter 'verstaan'. Een groot deel komt uit het sociale isolement en participeert meer in maatschappelijke organisaties als (sport)verenigingen, wijk-, cultuuractiviteiten, vrijwilligerswerk. Men staat sterker in het leven en wordt assertiever, en door deelname ontmoet men nieuwe mensen en verbeteren contacten. Zij kunnen hun kinderen veel beter begeleiden op school en daarbuiten, voorlezen, met de computer werken, op school en elders hun woordje doen, stimuleren anderen via de school om te leren, en durven meer op andere mensen af te stappen. Aantal cursisten educatie in Delft in de afgelopen jaren We bieden in Delft al heel lang basiseducatie aan. Het grootste deel van de cursussen betreft het leren van de Nederlandse taal en basisvaardigheden zoals rekenen en budgetteren. De gemiddelde bezetting van het aantal cursisten bij het ROC en de inburgeringscursisten bij andere taalaanbieders staan in onderstaande tabel. Jaar
Aantal cursisten ROC
opmerking
Plus aantal startende4 cursisten inburgering (ROC en andere aanbieders)
2010 2009 2008 2007 2006 2005
714 757 510 873
Alleen VE Alleen VE Alleen VE Inburgering en VE samen Inburgering en VE Inburgering en VE
830 418
733 765
28 1 12
De dip in het aantal 2008 is ontstaan doordat in dat jaar veel mensen door de invoering van de Wet inburgering geen gebruik meer mochten maken van de WEB. Dit is in 2009 weer hersteld. In 2009 maar vooral 2010 zijn er extra wervingsacties geweest om mensen te stimuleren taalscholing te gaan volgen.
Onderzoek: 'Leren voor Leven' onder 1127 cursisten op 32 ROCs Spectrum CM0 Gelderland oktober 2009 4 Een cursist kan 2 keer gestart zijn. Dit ontstaat doordat iemand gestopt was met scholing en later toch weer opnieuw begint. In totaal zijn er 1548 mensen gestart.
6/14
Bijlage 2: De verschillende taalniveaus Voor mensen die niet in Nederland geboren of onderwijs hebben genoten maken we in Nederland gebruik van een gemeenschappelijk Europees referentiekader (CEFR) om de verschillende taalniveaus van vreemde talen te duiden. Een taalniveau geeftaan hoe taalvaardig iemand is. Er zijn zes niveaus:
Al: A2:
BI:
82: Cl: C2:
Passieve basiskennis van de taal, bekend met dagelijkse uitdrukkingen en eenvoudige zinnen. Bekend met veelgebruikte uitdrukkingen en in staat zijn eenvoudige gesprekken te voeren over alledaagse zaken. Een eigen mening kunnen geven en zijn ervaringen, gebeurtenissen, dromen en verwachtingen kunnen beschrijven. Hoofdlijnen binnen een complexe tekst kunnen onderscheiden, duidelijke en gedetailleerde tekst kunnen produceren en spontaan kunnen deelnemen aan een gesprek. In staat zijn zichzelf vloeiend uit te drukken en taal flexibel kunnen inzetten voor sociale, academische en professionele doeleinden. Zonder enige moeite alles begrijpen wat hijtzij hoort of leest en zichzelf spontaan, vloeiend, precies en genuanceerd kunnen uitdrukken in complexe situaties.
Iemand met een taalniveau A kun je beschouwen als een beginnend taalgebruiker, iemand met taalniveau B als onafhankelijke taalgebruiker, terwijl iemand met taalniveau C als vaardig taalgebruiker beschouwd kan worden. De meeste Nederlanders lezen en begrijpen Nederlands op niveau BI.
Laaq~eletterdheid/(func~on~l~ analfabetisme Voor mensen die Nederlands als ie taal spreken worden opleidingen leren lezen en schrijven NT-l op het niveau KSE l,2en 3 aangeboden. KSE staat voor Kwalificatiestructuur Educatie. Voor een onderlinge vergelijking van de verschillende niveauaanduidingen zie onderstaand schema:
I Term
I Kwalificatie
I
I Structuur Analfabeet
Laaggeletterd
Functioneel analfabeet
Educatie! NT1
KSE 1eKSE 2
1
Europees Raamwerk
I CEFRIRaamwerk NT2
A l
Toelichting: Laaggeletterd zijn de mensen die onder KSE 2lA2-niveau functioneren; Iemand met taalniveau KSE 2/A2 is geen functioneel analfabeet meer, maar is vaak nog onvoldoende zelfredzaam op arbeidsmarkt. De norm voor het Inburgeringexarnenis niveau A2.
Bijlage 3: Veranderend wettelijk kader: Wet inburgering (Wi) en Wet Educatie en Beroepsonderwijs(WEB). De taken van de gemeente binnen de Wi. In de wet staan 3 taken die de gemeente moet doen: l. Informeren: elke burger die vragen heeft over de Wet inburgering kan deze vragen aan de gemeente stellen. De gemeente moet deze vragen beantwoorden. 2. Faciliteren: Het aanbieden van inburgeringscursussen aan inburgeraars. 3. Handhaven: Mensen die inburgeringsplichtig zijn moeten binnen een bepaalde termijn slagen voor het inburgerings- of staatsexamen. De gemeente heeft de taak aan het einde van deze termijn na te gaan of iemand geslaagd is. Is dat niet het geval, dan zijn er twee opties: of de gemeente verlengt de termijn waarbinnen iemand moet slagen voor het examen (en legt daarbij eventueel een boete op omdat het examen niet tijdig is gehaald) of de gemeente ontheft de inburgeraar van de plicht het examen te halen. Wat is het rijk van plan met inburgering? Het rijk is bezig met een wetswijziging van de Wet inburgering. Daarin staan de volgende voorstellen: a) Inburgering wordt beperkt tot inburgeringsplichtigen; b) Inburgeringsplichtigen moeten zelf taalcursussen inkopen. Zij kunnen daarvoor een lening afsluiten via het rijk; c) Alle taken die de gemeente nu doet rondom de Wet inburgering gaat het rijk vanaf ljanuari 2013 zelf uitvoeren voor iedereen die na ljanuari 2013 inburgeringsplichtig wordt; d) Een inburgeringsplichtige moet binnen 2 jaar slagen voor het inburgeringsexamen (nu binnen 3,5jaar); e) Het rijk gaat handhaven. Zij gaat dan ook boetes opleggen aan inburgeringsplichtigendie niet op tijd slagen voor het examen. Als een WWB-gerechtigde inburgeringsplichtigen een opgelegde boete niet betaalt, moet de gemeente de boete betalen en die vervolgens verrekenen met de WWB-uitkering. f) Vrijwillig inburgeraars die taalonderwijs willen volgen kunnen aan de gemeente om een taalcursus vragen. De Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) De gemeente voert ook een deel van de WEB uit. In deze wet staat dat de gemeente een overeenkomst moet afsluiten met een ROC voor basiseducatie voor volwassenen. Het gaat dan om alfabetiseringscursussen, taalcursussen Nederlands voor zowel autochtone als allochtone burgers, cursussen rekenen, Voortgezet Algemeen Volwassenen Onderwijs (VAVO) en andere basisvaardigheden. Delft heeft een overeenkomst hiervoor met ROC Mondriaan. Inwoners van Delft vanaf 18 jaar en ouder kunnen gebruik maken van al het (taal)aanbod binnen de WEB. In de nota "Scholingsbeleid 2008-2011" (nr 368828) staan de doelgroepen die in aanmerking komen voor de WEB en de toelatingsvoorwaarden. Vóór de invoering van de Wi viel de huidige doelgroep vrijwillig inburgeraars onder de WEB. Met de invoering van de Wi is de WEB gewijzigd. Nu staat 8114
er in de WEB dat we inburgeringsplichtigen geen taalcursus mogen aanbieden op grond van de WEB. Vrijwillig inburgeraars mogen nu alleen onder bepaalde voorwaarden gebruik maken van de WEB. Straks vallen vrijwillig inburgeraars niet meer onder de Wi. Dan mogen zij wel gebruik maken van taalcursussen op grond van de WEB. Uit de WEB middelen betalen we ook VAVO. Het geld voor het VAVO zal vanaf 2013 of 2014 rechtstreeks van het ministerie naar de ROC's gaan. Het rijk denkt nu dat wij ongeveer 50% van ons educatiebudget aan VAVO uitgeven. In werkelijkheid is dit maar zo'n 10 %. Toch is het rijk nu van plan het WEB-budget van de gemeente te halveren om daarmee het VAVO te kunnen betalen. Deze halvering van het huidige budget zal in 2013 of 2014 gebeuren.
Bijlage 4: Taal op eigen kracht Het college wil de komende jaren een regiegemeente zijn. Daarbij behoort het stimuleren van initiatieven uit de samenleving zelf. Zo ook op het gebied van taalonderwijs. Daarom start de gemeente Delft in 2011 twee pilotprojecten met de naam "Taal op eigen kracht". Het idee is hierbij dat initiatieven uit de samenleving om een taalproject op te zetten beloond worden. Met dit project neemt de gemeente niet alleen haar rol als regiegemeente serieus, maar gaat er ook een empowerende werking uit van "Taal op eigen Kracht".
Stichtingen en verenigingen kunnen een voorstel indienen voor het starten van een taalcursus. We stellen duidelijke doelen aan het te behalen taalniveau. Bovendien is de inzet van een professionele docent vereist. De gemeente Delft beoogt de pilot "Taal op eigen kracht" te verbeteren, te continueren en uit te breiden. Een inburgeringscursus of taalcursus kost gemiddeld £ 4000,- per persoon, terwijl voor een bedrag van rond de E 10.000 een groep van twintig Delftenaren een half jaar taalonderwijs kunnen volgen via Taal op eigen Kracht.
Bijlage 5: De doelgroepen voor wie we de komende jaren een taalcursus willen financieren. Doelgroepen taalonderwijs a. Wegeven hoogste prioriteit aan: b. We blijven het P-budget inzetten voor:
-
c. We zetten het P-budget alleen in als er geld voor is:
-
Analfabeten, die we opleiden tot en met niveau AIIKSE l Asielgerechtigde nieuwkomers en geestelijk bedienaren Taalleerders die we opleiden van AIIKSE 1 tlm A21KSE2 met uitzondering van inburgeringsplichtigen zonder WWBMIJuitkering Opleiding voor KSE 3/61 of hoger financieren we alleen voor uitkeringsgerechtigde WWBMIIJ-ers met groeipotentieel en kans op werk binnen 2 jaar. Voor inburgeringsplichtige cursisten A2 zonder gemeentelijke uitkering Voor cursussen KSE31Bl(staatsexamen)voor niet-uitkeringsgerechtigden en WWBNVIJ-ers zonder groeipotentieel of kans op werk binnen 2 jaar.
Analfabeten tot en met niveau AIIKSE 1 a. Alfabetisering voor Nederlandstaligen en niet Nederlandstaligen. Zoals de niveau-indelingen in bijlage 3 al duidelijk maakt, is er een onderscheid tussen analfabeten en functioneel analfabeten. De gemeente kiest er voor om Delftenaren met de grootste taalachterstand voorrang te geven. Dit betekent dat de gemeente Delftenaren blijft helpen om een basisniveau (KSEIIAI) te bereiken.
bl. Asielgerechtigde nieuwkomers en geestelijke bedienaren De gemeente Delft moet op grond van de Wet inburgering asielgerechtigde nieuwkomers en geestelijke bedienaren een inburgeringscursus en maatschappelijke begeleiding aanbieden. b2. Taalleerden die we opleiden van AIIKSE ltlm A2lKSE2 met uitzondering van inburgeringsplichtigen zonder WWBMIIJ-uitkering in principe bieden we Delftenaren scholing aan tot en met niveau A21KSE2. Voor inburgeringsplichtigen is dit een participatieaanbod op grond van de WWB of WIJ. De enige uitzondering hierop zijn inburgeringsplichtigen die geen gemeentelijke uitkering hebben. Zij zijn verplicht het inburgeringsexamente behalen. Zij kunnen gebruik maken van een voorliggende voorziening via het sociale leenstelsel van de Dienst Uitvoering Ondennrijs (DUO). b3 Opleiding KSE3lBI alleen voor uitkeringsgerechtigdeWWBMfIJ-ers met groeipotentieel en kans op werk binnen 2 jaar. We definiëren het basistaalniveau als beheersing van het Nederlands op niveau A2lKSE 2. (Niveau A2 komt ook overeen met het niveau dat bij het inburgeringsexamen gevraagd wordt).
De gemeente Delft hecht er veel waarde aan dat Delftenaren met een gemeentelijke uitkering zo snel mogelijk weer aan de slag gaan (nota Reintegratie in nieuwe kaders). In sommige gevallen vormt taalachterstand daarbij een belemmering en kan het noodzakelijk zijn een hoger taalniveau te bereiken om zo de kans op werk te vergroten. Wij bieden dan een reintegratietraject met een taalcomponent aan als zij groeipotentieel en binnen twee jaar perspectief op werk hebben. De consulent bepaalt of dit voor de klant noodzakelijk is. c l Inburgeringsplichtige cursisten zonder gemeentelijke uitkering die taalniveau A2 willen behalen. Deze groep komt in aanmerking voor een gemeentelijk aanbod indien daar geld voor is. \s dat niet het geval, dan kunnen zij gebruik maken van het sociale leenstelsel van DUO.
c2 Voor cursussen KSE3/Bl(staatsexamen) voor nietuitkeringsgerechtigden en WWBMIIJ-ers zonder groeipotentieel of kans op werk binnen 2 jaar. We bieden zoveel mogelijk Delftenaren de kans in elk geval het basisniveau Nederlands te behalen. Als daar geld voor is krijgen mensen de kans niveau KSE 3 of B1 te doen.
Bijlage 6: Het participatiebudget Het inburgeringsgeld, bedoeld om inburgeringscursussenin te kopen, maakt deel uit van het participatiebudgef. Het rijk verlaagde het inburgeringsbudget in 201 1 t.o.v. 2010 en de komende jaren krijgen we nog minder geld. In 2014 is er geen inburgeringsgeld meer. Ook op de andere onderdelen( Educatie (WEB) en Wet Werk en Bijstand(WWB))van het participatiebudget bezuinigt het rijk. Dat betekent dat de gemeente binnen het hele participatiebudget in samenhang keuzes moet maken.
Ter informatie hieronder een overzicht van de verschillende bestanddelen van het participatiebudget en de terugloop van dat budget. Participatiebudget (bedragen in miljoenen) 1 2011 1 2012 1 2013 Re-integratie 11,5 5,7 4,4 3,7 lnburgering6 1,77 O 2,7 0,7 Educatie of3" 0,7 0,7 0,3 4 14,9 Totaal %l 5,4 Voor het educatiedeel van het participatiebudget geldt noei tot en met 2013 - dat wij het genoemde bedrag moeten besteden aan een overeenkomst met het Regionaal Opleidings Centrum (ROC).
..
Dit budget is een combinatie van re-integratiegelden (WWB-werkdeel), gelden ~ 0 i ~ a ~ ~ e B e n e d(WEB-deel) ~caüe en inburgeringsmiddelen.De gemeente bepaalt zelf hoe zij dit budget verdeelt, m.u.v. van het WEB-deel. Het WEB-deel moet bij een ROC uitgegeven worden aan volwasseneneducatie. ~ egrootste t deel van dit budget 2012 is bestemd voor doorlopende kosten uit 2011. Dit is exclusief de E 200.000,- die we extra krijgen i.v.m. de realisatie 2010. Het bedrag 2013 en 2014 is een schatting i.v.m. VAVO (zie bijlage 3)
'
l3114
Bijlage 7 : Lijst met afkortingen