Zie je wat ik bedoel?
Over moeilijk gedrag bij autisme Drs. Jan Schrurs, GZ-psycholoog Docent Fontys OSO Ma SEN Autisme-specialist 1 9-3-2009
Moeilijk gedrag en ASS
‘t kan bijna niet anders
vanwege de beperkingen in sociale interactie, communicatie en verbeelding waardoor ze problemen hebben in het meedoen in ONZE wereld (Dijkshoorn,. 2007).
In HUN wereld hebben wij het probleemgedrag! Gelukkig zijn wij in de meerderheid! 2 9-3-2009
Moeilijk gedrag en ASS gedrag
sociale interactie communicatie verbeelding Zintuiglijke waarneming cognitieve stijl
Omgaan met moeilijk gedrag
3
1
Moeilijk gedrag is ……?
Communicatie, dus een boodschap Challenging behaviour (Emerson, 2001) – cultureel abnormaal gedrag dat de fysieke veiligheid van een persoon of anderen in gevaar brengt of dat een ernstige belemmering is om deel te nemen aan maatschappelijke activiteiten of dat leidt tot uitstoting hiervan.
voor iedere begeleider anders, afhankelijk de persoon, het moment en van de draagkracht en draaglast 4 9-3-2009
Moeilijk gedrag……… gedrag……… (Heijkoop, Heijkoop, 1996, Mevissen Mevissen,, 2005, Serruys Serruys,, 2005)
is een oplossing voor problemen is een ontsnapping voor iets moeilijks is te sociaal moeten doen is een signaal omdat je geen oplossing hebt is communicatie als er geen woorden zijn is onveiligheid is overprikkeling is weg moeten van iets interessants
5 9-3-2009
Wat gebeurt er met een moeilijk iemand? iemand ? Zoekt naar bescherming: afsluiten ivm teveel prikkels, petje op, terugtrekken Houdt controle: minder activiteiten, minder tijd, minder ruimte, kleiner maken Gaat iets doen als bescherming: lichamelijke activiteiten
Probeert te beinvloeden 6 9-3-2009
Omgaan met moeilijk gedrag
2
Waarom moeilijk gedrag?
Wij onderschatten: – Prikkelgevoeligheid, moeilijkheden in vrije tijd, inspanningen, overgangen, het tempo
Wij overschatten: – begrijpen van taal, tijd, emoties, motivatie, inzicht in sociale processen, intelligentie en praktische uitvoering, initiatief nemen, oplossingsvaardigheden, ons begrijpen van autisme 7 9-3-2009
Omgaan met moeilijk gedrag IJSBERG DENKEN Moeilijk gedrag zien in de context Geen symptoombestrijding
Wat zit eronder?
8 9-3-2009
Algemene effecten (Herzinger en Campbell, 2007)
Aversieve procedures zorgen niet voor positieve verandering Niet effectief Niet humaan, onethisch
Reinforcement of beloning is effectiever dus: Positive Behavior Interventions (Jordan, 2006)
Fontys OSO MA SEN AUD1
Omgaan met moeilijk gedrag
9 9-3-2009
3
Omgaan met moeilijk gedrag Preventief • Eerste graadsstrategie • • • •
Verduidelijking van: ruimte tijd Activiteiten
Curatief
Leerdoelen
• Derde graadsstrategie • Eigenheid • Zelfverwerkelijking (Mevissen, 2006)
10 9-3-2009
Omgaan met moeilijk gedrag Curatief • Eerste graadsstrategie
Preventief
• • • • • •
Onderbreken Belonen Afleiden Beschermen Alternatief gedrag stimuleren Positive behavior interventions
Leerdoelen
11 9-3-2009
Omgaan met moeilijk gedrag Leerdoelen • Tweede graadsstrategie
Preventief
Curatief
• Sociale vaardigheden • Communicatie • Discriminerende vaardigheden • Psycho-educatie en zelfinzicht met gespreksformulier en ABC-analyse • Zelfregulatie
12 9-3-2009
Omgaan met moeilijk gedrag
4
Gespreksformulier. Wanneer er iets is pak je dit formulier. Je vult dit samen in. Je hoeft de vragen niet in deze volgorde te beantwoorden. •
Wie waren er bij je?
•
Wanneer is het gebeurd?
•
Waar is het gebeurd?
•
Wat was je aan het doen?
•
Wat heb jij gedaan?
•
Wat heeft de ander gedaan?
•
Wat is er gebeurd?
……..…………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………..…………… ……………………………………………………………………………..…………… ……………………………………………………………………………..…………… …………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………...…………… …………………………………………………………………………………………… ……..……….……………………………………………………………………..…….
Ben ik tevreden?
0—1—2—3—4—5—6—7—8—9—10
Wat zijn de oplossingen? …………………………………………………………………………………………… ……………….…………………………………………………………………………..
13 9-3-2009
Het voorval: A. Wat is er gebeurd? …………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………
B. Wat heb jij gedaan? …………………………………………………………………………………... ……………………………………………………………………………………
C. Wat was het gevolg? …………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………...
Ben ik tevreden? 0—1—2—3—4—5—6—7—8—9—10 Nieuwe B. …………………………………………………………………………………... ……………………………………………………………………………………
Nieuwe C. ………………………………………………………………………………... ……………………………………………………………………………………
Wat zijn mijn oplossingen? 1. 2. 3.
………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………….. …………………………………………………………………………..
14 9-3-2009
Zelfregulatie Wat gebeurt er met mij?
niveau
Signaleringsplan Hoe kan ik ontspannen?
Wat kan mijn ouder / de begeleider doen?
10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 0
15 9-3-2009
Omgaan met moeilijk gedrag
5
Wat als er een conflict dreigt te ontstaan? (van der werf, 2004 en Bartels, 2006) Zijn de eisen goed afgestemd? Kun je nog afleiden? De aandacht nog verleggen? Werkt humor nog? Onderhandel (win-win situatie) Beloon medewerking Na vervelende activiteit iets leuks
16 9-3-2009
Als de spanning toeneemt? Niet waarschuwen, niet negatief spreken Geen verwachtingen uitspreken Visuele duidelijkheid, begin zelf maar Minder interactie, meer doen Tempo omlaag Controleer eigen emoties, geen machtsvertoon Controleer lichaamstaal , niet aanraken
17 9-3-2009
Conflict?: beperk impact van gedrag Zorg voor ontsnappingskansen Reorganiseer omgeving Reorganiseer jezelf Reorganiseer de persoon Mogelijkheden: niets/team/vertrouwen Plan en train alarm, personeel (rollenspel)
18 9-3-2009
Omgaan met moeilijk gedrag
6
Na afloop van incident Wat is de betekenis? analyseer Geen excuses Zorg voor slachtoffers Evaluatie van de reacties Bespreken met leiding Bespreken met persoon??
19 9-3-2009
Maatwerk Elke persoon is anders, geen receptenboek Zoek naar wat wel goed gaat en doe daar meer van Doseer activiteiten Vraag hulp in je organisatie, laat meekijken
20 9-3-2009
Omgaan met moeilijk gedrag
7