Met en voor elkaar in nieuwe tijden! Verkiezingsprogramma PS 2011 Limburg
Inhoudsopgave Inleiding: betrokken bij Limburg
p. 3
De rol van de Provincie in Limburg
p. 7
Limburg: sociaal en cultureel
p. 9
Limburg: economie en arbeidsmarkt
p. 17
Limburg: de ruimte
p. 25
Limburg: Europa
p. 37
Limburg: financieel
p. 40
Limburg: bekend
p. 45
pagina 2
Inleiding: betrokken bij Limburg Met en voor elkaar in nieuwe tijden. Dat is de rode draad van dit verkiezingsprogramma. Dit zal ook het motto zijn van het CDA in de nieuwe periode van Provinciale Staten. Want dat er nieuwe tijden zijn aangebroken, is duidelijk. De economische crisis heeft ons geleerd dat we afhankelijk zijn van globale ontwikkelingen. De afgelopen landelijke verkiezingen hebben ons geleerd dat de burger kiest voor een andere koers van de overheid en voor klare taal. Het CDA presenteert een duidelijke kernvisie om de kiezers duidelijk te maken waar we op langere termijn naar toe willen met Limburg. Vanuit die kernvisie kunnen de maatregelen voor de komende 4 jaren geformuleerd worden.
Wat is dan de kernvisie?
I
Het CDA is dé partij die belang hecht aan de intrinsieke waarde van mensen. De kracht van de maatschappij is dat mensen elkaar helpen en dingen samen organiseren. De leerschool waar mensen deze vaardigheden aanleren, is het gezin. De zorg en aandacht die mensen voor elkaar hebben, kan de overheid nooit aanbieden. Het CDA moet mensen die aandacht hebben voor elkaar ondersteunen.
Limburgers zullen in de toekomst zich meer solidair en verantwoordelijk voor elkaar moeten voelen!
II
Limburg maakt de keuze voor duurzaamheid. De keuze voor nieuwe energiebronnen moet zowel in kosten/kwaliteit (korte terugverdientijd) als in maatschappelijke rentabiliteit worden beoordeeld.
pagina 3
Over 10 jaar moet Limburg voorop lopen in Nederland en de Euregio ‘s als het gaat om duurzaamheid!
III
De grenzen met België en Duitsland vormen voor veel inwoners nog steeds obstakels in het openbaar vervoer, in werk en in de zorg. Hierover is al veel gesproken (Limburg is een zogenaamde experimenteerregio), maar er kan veel meer. In de toekomst moet een inwoner in deze regio niet of nauwelijks in de gaten hebben of hij/zij nu reist, werkt of zorgt in Limburg dan wel in Duitsland of België.
Over 10 jaar mogen rijksgrenzen in Limburg geen obstakel meer zijn in openbaar vervoer, werk en zorg!
IV
In Limburg wordt hard gewerkt, maar de arbeidsdeelname is nog altijd fors lager dan het gemiddelde in Nederland. De Provincie zal zich inzetten om de arbeidsparticipatie te vergroten en het aantal arbeidsplaatsen zoveel mogelijk te behouden. Een eigen baan = op eigen benen staan. Dit geldt voor jong en oud!
Over 10 jaar moet de arbeidsparticipatie in Limburg hoger zijn dan ooit!
V
Limburg is Limburgs en dèt mot zo blieve. Naast het feit dat in Limburg hard gewerkt wordt en zaken worden gedaan, is Limburg ook de provincie van wierook en bier. De Limburgse identiteit, die Bourgondisch en relativerend te noemen is, bepaalt in belangrijke mate hoe de provincie als geheel functioneert. Het CDA wil deze identiteit koesteren, door initiatieven in dit kader te stimuleren.
Over 10 jaar moet iedere Limburger die dat wil, zich nog steeds Limburger kunnen voelen in Limburg!
pagina 4
Tijden veranderen ook in Limburg De vergrijzing en ontgroening vragen om duidelijke keuzes vanuit een positieve grondhouding. Want kansen liggen er. Per regio verschilt de mate en de fase van de demografische ontwikkeling. Dit vraagt om maatwerk. Het CDA vindt dat vooral gekeken moet worden naar de periode na de demografische voorsprong. Maatregelen moeten daarop gericht zijn. In Limburg kennen we de ongekende luxe van ruimte. We zijn in staat om hierbij kwaliteit te laten prevaleren boven kwantiteit van woningen en bedrijventerreinen. We kunnen het ons in Limburg veroorloven om flexibel in te spelen op nieuwe ontwikkelingen. We staan samen aan de lat voor een arbeidsmarkt en een leefgemeenschap die de schouders zet onder vernieuwing. Wat ons als CDA hierbij onderscheidt, is dat we dit samen willen doen. Dat we Limburg niet zien als een verzameling van individuen of als een verzameling van etnische groepen die tegenover elkaar staan, maar dat we Limburg zien als een gemeenschap. Een gemeenschap, die zelf de kracht heeft om Limburg leefbaar en dynamisch te houden. Als CDA geloven we hierbij in een overheid op de achtergrond. Een overheid die verantwoordelijkheid neemt daar waar maatschappelijke belangen in het geding zijn, maar die vooral terugtreedt daar waar de gemeenschap met respect voor elk individu zelf de handen uit de mouwen kan steken. Het regeerakkoord spreekt ook klare taal over de toekomstige rol van de Provincie als middenbestuur. De Provincie moet zich focussen op ruimte, economie, mobiliteit en natuuren landschap. Het CDA zou echter het CDA niet zijn, als er vanuit deze gebieden geen doorvertaling wordt gemaakt naar het sociaal en culturele domein. Hier besteden wij in dit verkiezingsprogramma uitdrukkelijk ook als eerste aandacht aan. Het eigen karakter van Limburg laat zich nu eenmaal niet besturen als een monopoliespel, waarin enkel woningen, bedrijventerreinen en financieel gewin op de voorgrond staan. Als CDA durven we ook ons cultureel en maatschappelijk zelfbewustzijn te benoemen. Limburg is niet zomaar een provincie. We hebben meer Europese dan binnenlandse grenzen. Ons landschap biedt afwisseling, van heuvels tot natuurgebieden. Van bruisend stadsleven tot de rust van het landelijk leven. Het CDA-Limburg staat voor deze Limburgse eigenheid, die ons als provincie bepaald geen eenheidsworst maakt.
pagina 5
Deze eenheid in verscheidenheid eist een betrokken provinciaal bestuur op maat. Het CDA-Limburg laat hierbij de regio’s de ruimte maar zal de koorden die deze regio’s samenhouden en Limburg nu juist Limburg maken, stevig blijven vasthouden. Kwaliteit van ruimte, wonen en leven staat bij het CDA-Limburg met stip op één. Kwaliteit boven kwantiteit. Duurzaamheid boven overmatige consumptiedrang. Samenhang boven tweedracht. Het vlakke landschap in het Noorden biedt ruimte aan land– en tuinbouw. Het waterrijke Midden vormt een bassin van toerisme, recreatie en leisure. Terwijl het heuvelachtige Zuiden op de golfbeweging van de demografische ontwikkeling een platform biedt voor toerisme, wellness en chemische en medische technologie. Betrokkenheid bij Limburg betekent ook het behouden van de economische ankers, die jong en oud een basis bieden van bestaan en welbevinden. Het CDA-Limburg zet de schouders onder innovatief ondernemerschap, hoogwaardige technologische bedrijvigheid en een uitgebreide kennisinfrastructuur. Daarbij heeft de ondernemer een belangrijke rol. De provincie zal niet met oogkleppen op alleen naar Den Haag kijken, maar ook Euregionaal, Europees en globaal de handschoen oppakken. Het CDA-Limburg ziet een Limburg om trots op te zijn en trots op te blijven. Dit kan alleen door de maatschappelijke partners en de gemeenten een actieve hoofdrol aan te bieden. Laat overheidsthema’s die de burgers direct raken vooral bij de gemeenten liggen. Maatschappelijke partners op de gebieden van wonen, welzijn, cultuur, sport en zorg moeten hierbij de ruimte krijgen. Maar neem wel verantwoordelijkheid voor regionale thema’s, zoals woningmarkt, ruimte, economie, sociale infrastructuur, kwaliteit van platteland, natuur en mobiliteit. Deze focus op de eigen rol en taak vraagt om een efficiënte en professionele Provincie, die de Limburgers waar biedt voor hun geld. Een Provincie die tolerant is en ruimte biedt, maar ook een Provincie die zich hard kan opstellen waar machtsdenken, polariserend handelen en treden buiten gestelde kaders, de kop opsteken. Het CDA-Limburg staat kortom voor de kwaliteit van Limburgs leven en kiest voor een Limburg als gemeenschap.
pagina 6
De rol van de Provincie in Limburg Het CDA gelooft in de kracht van mensen en in de kracht van de gemeenschap die ze vormen. Als CDA willen we het mogelijk maken, dat deze kracht maximaal ingezet wordt. Daarom gaan we uit van gespreide verantwoordelijkheid. We zijn ervan overtuigd, dat mensen het beste van zichzelf kunnen geven, wanneer ze worden uitgenodigd om met elkaar verantwoordelijkheid te nemen. Vanuit de Provincie willen we hier vooral dienstbaar aan zijn. Waar opgaven liggen die grensoverschrijdend zijn, die passen binnen de kerntaken van de Provincie en die niet of onvoldoende worden ingevuld door ander stakeholders, zet de Provincie zich in om dit regionale gat op te vullen. Daarin kan de Provincie zowel inspireren, dienen als verbinden. Het CDA-Limburg staat voor een provinciale bestuurslaag die gemeenten, maatschappelijke partners, verenigingen, bedrijfsleven en burgers zelf wil laten schitteren. Dat betekent, dat het CDA-Limburg kiest voor een Provincie die voornamelijk in de coulissen opereert, maar daar waar nodig in het voetlicht treedt. De Provincie moet dan ook allereerst voorwaarden scheppen waardoor haar maatschappelijke partners hun rol kunnen waarmaken. Dit kan naast financiële steun, ook inbreng van deskundige expertise en het beschikbaar stellen van lobbykanalen betekenen. Het CDA-Limburg staat voor een provinciale bestuurslaag die samen met de gemeenten mee aan de lat staat voor een kwalitatief hoogstaand bestuur. Dit betekent: houden van toezicht maar ook meedenken over hoe het beter, anders en duurzamer kan. De Provincie treedt hierbij op als partner van gemeenten en zal initiatieven van gemeenten om samen te gaan, faciliteren. Het CDA-Limburg gelooft ook in een speelse bestuurslaag, die out of the box denkt. Een Provincie als ambassadeur voor vernieuwende initiatieven en voor creatieve oplossingen. Het CDA-Limburg gelooft liever in aanpakken, dan in stil zitten uit angst om fouten te maken.
pagina 7
Kortom: het CDA-Limburg gelooft in een Provincie die faciliteert, regisseert, aanjaagt en verbindt. De Provincie dient haar beleid interactief te voeren, samen met de bestuurlijke partners maar ook met burgers en belangenorganisaties die zo vroeg mogelijk bij de vorming van het beleid moeten worden betrokken. Het sluitstuk daarvan is een heldere en slagvaardige besluitvorming. Samenwerking met bestuurlijke partners met een doeltreffende aanpak van gezamenlijke ambities. Dit dient te gebeuren op basis van een goede afstemming, heldere afspraken en een duidelijke taakverdeling. De bestuursstijl van de Provincie kenmerkt zich door het vasthouden van de focus en door het durven loslaten van zaken die niet behoren tot de kerntaken.
pagina 8
Limburg: sociaal en cultureel
Als gevolg van de economische crisis komen er ook voor het sociale domein minder middelen beschikbaar. Deze ontwikkeling zet de bestaande infrastructuur binnen het sociale domein onder druk. Dit vraagt om maatwerkoplossingen per regio. De combinatie van minder geld en de wijziging in de bevolkingssamenstelling vraagt om een ondubbelzinnig antwoord. Voor het CDA-Limburg is het vanzelfsprekend dat het antwoord ligt in de kracht die mensen samen tot ontwikkeling kunnen brengen. Samen zijn we ongelooflijk sterk. Samen krijgen we het voor elkaar. Het CDA-Limburg gaat er vanuit, dat de Provincie zich ervoor inzet om dit te bereiken. De Provincie is een betrouwbare en dienstbare partner voor gemeenten en maatschappelijke organisaties en zet zich in om organisaties en initiatieven met elkaar te verbinden. Deze samenwerking is ook essentieel om voorzieningen in buurten te behouden en nieuwe concepten te beproeven, zoals publiek-private samenwerkingsvormen en het mobiliseren van de Limburgse burgers. Initiatiefvoorstellen die inspelen op actuele ontwikkelingen (zoals de Titulaer-regeling die bovenlokale evenementen subsidieert die als gevolg van de crisis lastig aan middelen komen) kunnen de Limburgers van de CDA-fractie blijven verwachten. 1. De Provincie zet aan tot samenwerking en is aanspreekbaar op haar dienende en verbindende rol. De Provincie neemt daarbij haar verantwoordelijkheid door te zorgen dat organisaties die op provinciaal niveau georganiseerd zijn, zoals de koepelorganisaties: provinciale Huizen, KBO, Zij Actief, Jong Nederland en LVR, ondersteund worden. De toenemende zorgen op lokaal niveau vragen om een krachtig gemeenschappelijk antwoord vanuit dit provinciale niveau, waarbij professionals ten dienste staan van vrijwilligers. Door de provinciale organisaties krachtig te ondersteunen maakt de Provincie het ook mogelijk dat de ondersteuning van het lokale niveau een extra impuls krijgt.
pagina 9
2. De Provincie ziet de meerwaarde van de provinciale Huizen. Bij de aanstaande evaluatie wil het CDA bereiken dat de Huizen zich puur (blijven) richten op hun dienende en stimulerende functie voor het vrijwilligerswerk. De Provincie wil naast ondersteuning van de provinciale Huizen ook de andere maatschappelijke organisaties die op provinciaal niveau acteren, ondersteunen. Uitgangspunt bij de ondersteuning blijft dat nut en noodzaak altijd aangetoond moet worden. 3. De Provincie zal de infrastructuur waardoor diverse maatschappelijke organisaties op provinciaal niveau actief kunnen zijn, blijven faciliteren. Juist in een samenleving die ontgroent, vergrijst en zelfs krimpt, is het van belang dat er maatschappelijke organisaties als de Zonnebloem, Scouting, ZijActief, KBO, ANBO etc. zijn en blijvend gewaardeerd worden. Cultuur in Limburg Het CDA is trots op onze Limburgse cultuur en cultuurhistorie. We zijn ook trots op de infrastructuur die door de jaren heen tot stand is gekomen. Van LSO tot Pinkpop. Van straattheater tot leedjesaovond. Van Glaspaleis tot Oud Limburgs Schuttersfeest. Limburg bruist tot in de vezels van onze creatieve regio. Dit maakt het leven in Limburg niet alleen mooi, maar ook verrassend. Talenten van jong tot oud die groeien en bloeien in eigenzinnige stadscentra en in authentieke parochiezaaltjes. Het CDA-Limburg staat er borg voor dat de kracht van deze maatschappelijke bruis behouden blijft. Cultuur bevordert niet alleen de gemeenschapszin maar verrijkt het leven van jong tot oud. Sinds 19 maart 1997 heeft de Nederlandse overheid het Limburgs erkend als Regionale taal onder Deel II van het Europees handvest voor Regionale Talen en Talen van Minderheden. Het is echter wel zo dat het Rijk haar deel van de overeenkomsten, zoals vastgelegd in dit handvest weinig tot niet nakomt. Dit dient wel te gebeuren.
pagina 10
4. De Provincie blijft achter de culturele infrastructuur op provinciaal niveau staan. Voorkomen moet worden dat wat zorgvuldig in vele jaren is opgebouwd, in een klap wordt verspeeld. Hierbij denken wij onder andere aan monumenten, streektaal en harmonieën en fanfares. Het Rijk zal worden aangesproken op zijn verantwoordelijkheden op het punt van Limburgs als streektaal. 5.
De provincie Limburg zal de komende jaren alles in het werk stellen om ervoor te zorgen dat het Rijk zijn verantwoordelijkheid neemt inzake Limburgs als streektaal, zowel in faciliterende als in financiële zin.
6.
De Provincie stimuleert initiatieven die er toe leiden dat mensen samen voor en met elkaar cultuur beoefenen en kunnen blijven beoefenen.
Zorg in Limburg In onze provincie is een krachtig en professioneel netwerk van zorgvoorzieningen. Om de kwaliteit te behouden zal een meer doelmatige aanpak vereist zijn. De Provincie is bereid, waar het bovenregionale activiteiten betreft die niet of onvoldoende door stakeholders worden opgepakt, te faciliteren.
pagina 11
7.
De Provincie zal zorgorganisaties die als gevolg van de veranderingen in de financieringsstructuur geen of onvoldoende geldmiddelen kunnen aantrekken, steunen in hun strijd om tot een aangepaste regelgeving te komen. Zo lang deze nog niet afdoende gerealiseerd is, blijft de Provincie bereid om onder strikte voorwaarden ondersteuning te bieden. De Provincie wendt haar invloed aan om samenwerking te stimuleren en tot stand te brengen.
De eerste verantwoordelijkheid voor zorg en welzijn ligt bij de gemeenten. Want als CDALimburg vinden we dat, wat lokaal geregeld kan worden, ook daar geregeld moet worden. Tegelijkertijd is duidelijk dat zorg en welzijn niet ophouden bij de ene gemeentegrens en weer beginnen bij de andere. Vaak spelen gemeentegrenzen nauwelijks nog een rol en hebben activiteiten een regionale uitstraling. Hier ligt het risico op de loer, dat elke gemeente afzonderlijk het wiel gaat uitvinden. Dat moet voorkomen worden. De Provincie heeft hier een verbindende rol. De afgelopen Statenperiode is positieve ervaring opgedaan met gebiedsontwikkeling op sociaal-economisch terrein. Vanuit de Provincie is het initiatief genomen om met de gemeenten en maatschappelijke organisaties in de verschillende regio’s in gezamenlijkheid afspraken te maken. Een dergelijke aanpak is ook denkbaar op het terrein van zorg en welzijn. Daarbij gaat het CDA ervan uit dat het voortouw hierin genomen wordt door de gemeente. De Provincie kan zo nodig hierin faciliteren.
pagina 12
8. De Provincie neemt het initiatief om samen met gemeenten en maatschappelijke organisaties een aanvalsplan per regio te maken op het gebied van zorg en welzijn, vergelijkbaar met de huidige aanpak van de economische gebiedsontwikkeling. Jeugd én ouderen in Limburg Het spreekt vanzelf, dat er binnen deze aanvalsplannen speciale aandacht dient te zijn voor jeugdigen en ouderen. Natuurlijk zijn wensen en noden van beide groepen verschillend. Als CDA hebben we wel een belangrijk gemeenschappelijk uitgangspunt. We vinden dat de Provincie samen met de regio’s een regisserende rol heeft in het afstemmen van het woningaanbod op de vraag van zowel jong als oud. Dat in elke regio een andere aanvliegroute nodig kan zijn, is evident. Dit vraagt om baanbrekende initiatieven, waarbij burgers, overheden en maatschappelijke organisaties samen een nieuwe perspectiefvolle toekomst vormgeven. Er is een versnelling nodig in het realiseren van woningen, waardoor ouderen vitaal en zelfstandig kunnen blijven wonen. Dit vraagt niet alleen om levensbestendige woningen, maar ook om levenskrachtige kernen en wijken waar jong en oud kunnen wonen en recreëren. Het vraagt om buurten en bedrijvige steden, waar een dusdanig sociaal netwerk aanwezig is, dat vereenzaming wordt tegengegaan en gemeenschapzin weer gemeengoed wordt. Het CDA-Limburg wil samen met de gemeenten en partners in steden en dorpen moderne voorzieningen op maat aanbieden, waarbij slimme en innovatieve combinaties worden gemaakt tussen enerzijds moderne zorgtechnologie en anderzijds traditionele gemeenschapzin. Initiatieven waarbij in een buurt mensen elkaar vrijwillig helpen, worden hogelijk gewaardeerd. Het idee is, dat je zelf helpt op die terreinen waar je goed in bent en je geholpen wordt op gebieden waar je hulp nodig hebt. Het kan een geweldige mogelijkheid zijn om kwaliteiten van mensen tot ontwikkeling te laten komen. Tegelijkertijd bevordert het de sociale samenhang in een buurt of wijk.
pagina 13
Zolang de jeugdzorg een provinciale taak is (staat ter discussie) voert de Provincie deze met hart en ziel uit. Daarbij richt zij zich vooral op de verkorting van wachtlijsten en een betere samenwerking, ook met gemeenten en jeugdzorginstellingen. De centra voor jeugd en gezin moeten daarbij het coördinatiepunt blijven. 9.
De Provincie zal de provinciale taak waar het gaat om de jeugdzorg met passie blijven uitoefenen tot het moment dat deze taak wordt overgedragen aan de gemeenten. Waar er regionale gebiedsontwikkelingsplannen tot stand komen, zal de overdracht van taken op het gebied van jeugdzorg niet blind worden bepaald door wettelijk voorgeschreven regels maar zal worden ingezet op een moderniseringsslag en een nieuwe kwalitatieve impuls.
10.
De Provincie kan een regisserende en coördinerende rol spelen in de vraag en het aanbod van de maatschappelijke stages voor scholieren in het voortgezet onderwijs. Het CDA vindt dat scholieren de stage-uren moeten kunnen inzetten in een meer langdurige periode in verzorgingshuizen.
Met scholen en zorginstellingen die deel willen nemen, kan worden bekeken hoe vraag en aanbod op elkaar afgestemd kunnen worden. Op dit moment hebben veel scholen moeite met de organisatie van de stage en de instellingen moeten de scholieren een week op sleeptouw nemen. Indien een leerling zijn stage-uren verdeelt over bijvoorbeeld 20 woensdagmiddagen, kan de leerling bijna een half jaar van dienst zijn om bijvoorbeeld koffie te schenken in een verzorgingshuis. Dan kan ook begrip en respect groeien tussen jongeren en ouderen. Binnen één week is dit resultaat minder. Bij de jeugd heeft de Provincie een specifieke taak op het gebied van de jeugdzorg. Op termijn is (een bepaalde mate van) overdracht naar de gemeenten voorzien. Vooruitlopend daarop brengt de Provincie haar taak op het terrein van jeugdzorg transparant in binnen de regionale gebiedsontwikkeling zorg en welzijn, zodat een soepele overdracht mogelijk wordt. Het CDALimburg wil zich bij deze overdracht niet laten leiden door een blind wettelijk voorgeschreven automatisme maar wil de overdracht van taken op het gebied van jeugdzorg benutten om deze zorg van een nieuwe kwalitatieve impuls en moderniseringslag te voorzien.
pagina 14
11.
Binnen de regionale gebiedsontwikkelingsplannen zorg en welzijn stimuleert de Provincie krachtig dat: - ouderen vitaal en zelfstandig kunnen blijven wonen; - mensen in buurten gestimuleerd worden om elkaar van dienst te zijn.
Voor het CDA-Limburg blijft de Provincie dan ook haar warme rol voor het samen leven in Limburg vervullen. Sterker nog: we gaan extra impulsen geven. De huidige tijden vragen om met elkaar er voor elkaar te zijn. De Provincie kan daartoe een geweldige aanjager zijn door te inspireren, te dienen en te verbinden. Sport in Limburg Sport is laagdrempelig en heeft de unieke kracht om mensen met elkaar te verbinden en te inspireren. Sport draagt bij aan een gezonde en sociale Limburgse samenleving. Het CDA-Limburg ondersteunt het Olympisch Plan en ziet hierin een meerwaarde voor de Limburgse bevolking. De belangrijkste uitdaging ligt in een leven lang sport en bewegen voor álle inwoners. Dit leidt zowel jong als oud naar een actieve Limburgse levensstijl. Het CDA-Limburg wil hierbij extra investeren in het ontplooien van jong talent, het bouwen aan gezonde en sterke sportverenigingen met toekomst en het creëren van sportieve scholen. 12. Het CDA-Limburg kiest voor de insteek dat sport een positieve invloed heeft op een gezonde en vitale samenleving en daarmee ook op het vestigingsklimaat in Limburg. Het CDA wil investeren in een actief verenigingsleven mede door de realisatie van toekomstbestendige en laagdrempelige multifunctionele accommodaties in dorpen en steden waar sport, onderwijs en buurtactiviteiten elkaar versterken. Het CDA-Limburg wil dit mogelijk maken door financieel steun te geven aan lokale initiatieven met een regionaal karakter. Sport moet ouderen boeien en jongeren binden.
pagina 15
13.
Het CDA-Limburg vindt dat sportdiversiteit in Limburg mogelijk moet blijven. Daarvoor dienen multifunctionele sportaccommodaties gerealiseerd te worden met een regiofunctie. Waarbij belangrijk is dat iedere burger zijn of haar sport kan blijven uitoefenen.
pagina 16
Limburg: economie en arbeidsmarkt
Een sterke economie is de basis om de welvaart en het welbevinden van onze mensen te versterken en een basis van waaruit we onze solidariteit invulling kunnen geven. Het CDALimburg wil dat er sterk wordt ingezet op economische groei en versterking van de economische kracht. Naast een goede visie, draagvlak, betrokkenheid van ondernemers en gemeenten zijn ontwikkelingsnelheid, middelen en de juiste kennis en kunde hierbij voorwaarden om daar ook in te slagen. Het CDA-Limburg hecht er grote waarde aan dat ondernemers in samenspraak met de overheid strategische agenda’s ontwikkelen met economische structuurversterking als doel. Als ondernemers dit doen, zelf de trekker zijn en zelf mee investeren, zal de Provincie substantieel bijdragen aan de realisatie van deze agenda’s. Naast het sectorale economische beleid wil de Provincie in samenspraak met gemeenten een actuele regionale investeringsagenda opstellen voor de regio’s. Het zijn immers de regio’s die de balans beheren tussen stad en platteland en die in staat zijn om gemeenschappelijk regionale projecten tot successen te brengen. Het CDA-Limburg steunt de initiatieven die de regionale economische structuur versterken. Hierbij valt te denken aan de versterking van de kennisinfrastruur, de totstandkoming van toeristische en recreatieve voorzieningen en de opgaven rond gebiedsontwikkeling. 14. De Provincie zal in haar aanbestedingstrajecten voor de uitvoering van projecten in het bestek als voorwaarde stellen dat bedrijven jongeren een leer/werkplek moeten bieden. 15. Ondernemers moeten in samenspraak met de overheid strategische agenda’s ontwikkelen met economische structuurversterking als doel waarbij de Provincie deze agenda ondersteunt. Het CDA-Limburg steunt de initiatieven die de regionale economische structuur versterken.
pagina 17
Werken in Limburg Het hebben van voldoende maar ook voldoende gekwalificeerde arbeidskrachten is van groot belang om onze economische positie te versterken. Het CDA-Limburg vindt het van groot belang dat we hoogwaardige kenniswerkers, maar ook geschoold MBO-personeel en ambachtslieden voor Limburg weten te behouden en weten te winnen. Dat komt gelet op de demografische ontwikkelingen niet vanzelf. Het CDA-Limburg wil dat de Provincie de groei van hoogwaardig onderwijs ondersteunt. Samen met gemeenten en het bedrijfsleven staat de zorg voor interessante banen, kwalitatief goede en betaalbare woningen, deugdelijke voorzieningen in veilige kernen en steden, een vlottende infrastructuur en goede culturele voorzieningen hoog op de agenda. Een Limburg waar we trots op zijn en dat we zowel nationaal als internationaal uitdragen. Succes trekt aan. Het CDA-Limburg wil faciliteren dat mensen die om welke reden dan ook thuis zitten, weer actief worden in onze samenleving. Dit kan met betaalde banen maar ook door mensen te stimuleren om actief te worden als vrijwilliger. Om dit mogelijk te maken is het zaak dat Provincie, UWV en gemeenten gezamenlijk optrekken. Daarenboven zal de Provincie bevorderen dat, daar waar zich tekorten op de arbeidsmarkt voordoen, aan arbeidsmigranten de mogelijkheid wordt geboden om deel te nemen aan het arbeidsproces. De Provincie ondersteunt daarbij de acties die worden ingezet door gemeenten, bedrijven en instellingen om deze arbeidsmigranten een toekomst te geven als nieuwe Limburger. 16. Arbeidsmigranten wordt de mogelijkheid geboden om volledig ingebed te zijn in de Limburgse samenleving. Het CDA-Limburg ondersteunt de voortzetting van de Euregionale arbeidsmonitor, waarbij de belangrijkste ontwikkelingen op de arbeidsmarkten in de Euregio’s Maas–Rijn, Rijn–Maas-Noord en Rijn–Waal in kaart worden gebracht. Dit moet leiden tot vernieuwende arbeidsmarktprojecten die mede worden gefinancierd uit financiële middelen vanuit het Rijk en Europa.
pagina 18
Het CDA-Limburg stimuleert initiatieven die de ervaring en kennis van ouderen koppelen aan starters op de arbeidsmarkt en starters van eigen bedrijvigheid. Het CDA-Limburg spreekt zich in dit kader uit voor een voortzetting van het uitgeven van startersvouchers, die startende ondernemers kunnen gebruiken om zich te laten begeleiden door een ervaren ondernemer. 17. Het CDA-Limburg wil dat de Provincie samen met gemeenten en het bedrijfsleven een actief arbeidsmarktbeleid ondersteunt om arbeidspotentieel in Limburg te behouden en te versterken. 18. Het CDA-Limburg stimuleert initiatieven die de ervaring en kennis van ouderen koppelen aan starters op de arbeidsmarkt en spreekt zich in dit kader uit voor een voortzetting van het uitgeven van startersvouchers. De toekomst van Nedcar, gerelateerd aan Mitsubishi, is onzeker. Het CDA vindt het van belang om maximaal in te zetten op het behoud van de Automotive-industrie in onze provincie. Dat heeft Limburg echter niet geheel zelf in de hand. Samen met het Rijk en Nedcar zal de Provincie zich maximaal inzetten voor de doorontwikkeling van deze Automotive-fabriek. Hierbij zijn er bijvoorbeeld mogelijkheden voor assemblage-activiteiten, maar ook voor de ontwikkeling van nieuwe vormen van bijvoorbeeld elektrische auto’s. De samenwerking met de RWTH-Aken biedt hier mogelijk perspectief. 19. Het CDA blijft zich inzetten voor het behoud en ontwikkeling van de Automotive industrie. In NAVO-verband vindt momenteel een heroriëntatie plaats over het aantal en de vestigingsplaats van de diverse hoofdkwartieren. Het hoofdkwartier in Brunssum is van grote betekenis voor de werkgelegenheid en heeft grote economische effecten. Op verzoek van het CDA is dit aspect ook opgenomen in het regeringsakkoord. Wij zijn van mening dat de Provincie hier een bemiddelende rol dient te spelen. Doel is behoud en waar mogelijk doorontwikkeling 20. Het CDA zet erop in om de Joint Forces Headquarters (NAVO-hoofdkwartier) in Brunssum te behouden.
pagina 19
Het CDA wil dat de Provincie de ambitie van Greenport Venlo om uit te groeien tot de Voedingstuin van Europa krachtig ondersteunt, waarbij het bedrijfsleven nadrukkelijk de lead moet gaan nemen om de kansen die door de overheid zijn gecreëerd om te zetten in resultaten. In een kwalitatief hoogwaardige duurzaam ingerichte werk-, leef- en woonomgeving moet Greenport Venlo, in de komende 10 jaar, gaan zorgen voor een verdubbeling van de toegevoegde waarde-omzet van 1 naar 2 miljard euro en voor duizenden nieuwe banen. 21. Het CDA vindt de ontwikkeling van Greenport Venlo van cruciaal belang. De Provincie moet stimuleren dat het bedrijfsleven deze economische structuurversterking tot waarde gaat brengen. De Floriade 2012 zal het toonbeeld zijn voor de promotie van de tuinbouw in Nederland en de toepassing hiervan in de Regio Venlo. Bedrijventerreinen Het CDA-Limburg geeft de voorkeur aan het revitaliseren van bestaande bedrijventerreinen boven het realiseren van nieuwe bedrijventerreinen. Gronden zijn schaars en verpaupering van industrieterreinen moet vermeden worden. Op deze manier behouden we werkgelegenheid in de kernen. Het CDA-Limburg is daarbij voorstander van een excellent vestigingsklimaat voor bedrijven, waarbij niet alleen de fysieke infrastructuur, maar ook de infrastructuur van dienstverlening – ook van de overheid – optimaal en Europees concurrerend moet zijn. De initiatieven die zijn ontplooid door de Limburgse Herstructureringsmaatschappij, die samen met de maatschappelijke partners 1.000 ha verouderde bedrijventerreinen aanpakt en hierin risicodragend investeert, moeten worden voortgezet. Daarbij moet er uiteraard aandacht zijn voor duurzaamheid en een marktgericht aanbod van bedrijfskavels. 22. Het CDA-Limburg geeft de voorkeur aan het revitaliseren van de bestaande bedrijventerreinen boven het realiseren van nieuwe bedrijventerreinen.
pagina 20
Kennis in Limburg De inzet van kennis moet er op gericht zijn om in samenwerking met universiteiten en hogescholen de kwaliteit van het onderwijs en de aantrekkelijkheid om in Limburg te gaan studeren, nog meer te vergroten. De magneet van het in Limburg goed toeven, studeren en werken, moet jongeren uit de rest van Nederland, Europa en de wereld aantrekken. Universiteiten en hogescholen zijn daarbij belangrijke broedplaatsen voor creativiteit en innovaties. Het CDA-Limburg is voorstander van het creëren van campussen rond universiteiten en hogescholen om op deze manier innovaties en creativiteit te stimuleren en daarmee ook een interessante vestigingsfactor te zijn voor nieuwe bedrijvigheid. 23. Het CDA-Limburg wil dat de provincie o.a. door het creëren van campussen rond universiteiten en hogescholen en in samenwerking met het bedrijfsleven en gemeenten, zich actief inzet om nationale en internationale studenten naar Limburg te trekken en te behouden. Het CDA-Limburg zet zich in om kennisoverdracht tussen kennisinstellingen in de Euregio en het bedrijfsleven te versterken. De Provincie zal initiatieven die de ontwikkeling van kennis laten aansluiten op de vraag vanuit de markt detecteren en ondersteunen. Hierbij is het van belang dat er naast innovaties op het gebied van producten ook vernieuwingen van diensten, processen en organisaties komen. 24. De Provincie zal initiatieven die de ontwikkeling van kennis laten aansluiten op de vraag vanuit de markt actief detecteren en ondersteunen zodat er in Limburg blijvend innovatieve krachten worden ontwikkeld. 25. Het CDA-Limburg vindt dat de Provincie Limburg moet positioneren als een belangrijke Europese technologische topregio. 26. De Provincie Limburg zal fors inzetten om aansluiting te vinden bij de zogenaamde Brainport Zuid-Oost Nederland.
pagina 21
Het CDA-Limburg zal het midden– en kleinbedrijf actief ondersteunen, daar waar het de ontwikkeling van innovatieprocessen betreft. Het CDA-Limburg is in dit kader voorstander van het voortzetten van het huidige innovatiefonds. Dit is een fonds waaruit investeringen plaatsvinden in de vorm van leningen die na verloop van tijd weer worden terugbetaald en waaruit vervolgens weer andere innovaties worden gefinancierd. Voor een blijvend sterkere economische en sociale positie van Limburg en de Limburgers is het van groot belang dat de Limburgse jeugd structureel en op hoog niveau kennis opdoet van de buurtalen. Indien op jonge leeftijd een tweede (buur)taal wordt aangeleerd, versterkt dat de positie van de Limburgers zowel in hun persoonlijke ontwikkeling als in hun positie van de Limburgers zowel in hun persoonlijke ontwikkeling als in hun positie op de arbeidsmarkt. De sociale contacten over de grens worden gemakkelijker en de aantrekkingskracht van Limburg in de concurrentie tussen regio’s wordt vergroot. 27.
CDA-Limburg wil dat Limburgers structureel via het regulier onderwijs een tweede buurtaal gaan leren. Er worden verstrekkende initiatieven genomen om dit te bereiken, te beginnen met het faciliteren van scholen in basis-, voortgezet- en beroepsonderwijs die tweetalig onderwijs in Duits of Frans willen aanbieden. Dit is ook Rijksbeleid.
28. Het CDA-Limburg is voorstander van een integrale aanpak voor startende bedrijven, waarbij de Provincie ondersteuning verleent aan organisatie en acquisitie, waaronder investeringen in vastgoedvoorzieningen. 29. Het CDA-Limburg is voorstander van het voortzetten van het huidige innovatiefonds. 30.
Initiatieven die inspelen op een actuele problematiek, zoals de Lebens-regelingen in het kader van de kredietcrisisbestrijding, waarmee duizenden manjaren werk in de bouwsector en aangrenzende sectoren zijn gecreëerd, kunnen de Limburgers van het CDA blijven verwachten.
pagina 22
Duurzaamheid Het CDA kiest voor duurzaamheid in combinatie met rentmeesterschap. Wij streven naar een balans tussen mens, milieu en economie. Dat betekent dat we kiezen voor het milieu én voor bedrijvigheid. Voor de natuur én voor de landbouw. Voor schone lucht én voor bereikbaarheid. We stellen ambitieuze en toch haalbare milieudoelen, we gaan verantwoord om met belastinggeld en we betrekken bedrijven en burgers bij de overgang naar een meer duurzame maatschappij. De verbindingslijn Duurzaamheid uit het coalitieakkoord 2007-2011 is zinvol gebleken. Deze zal in de komende periode moeten worden doorontwikkeld. 31. De Provincie moet de regisserende rol oppakken om de duurzame energie in brede zin in Limburg te ontplooien. Werkgelegenheid, milieu en huishoudens zijn hierbij gebaat. In de afgelopen jaren zijn verschillende goede en goedwillende initiatieven gepresenteerd als het gaat om duurzame energie. Echter, het gaat erom dat de Provincie structuur aanbrengt in deze initiatieven, zodat dit tot een duurzame aanpak zal leiden. Uiteraard is het van groot belang dat op korte termijn succesvolle projecten naar voren worden geschoven, die het vertrouwen in duurzame energie versterken. Om duurzame energie te stimuleren is Rijksbetrokkenheid en -verantwoordelijkheid absoluut nodig. Waar duurzame vormen van energie niet marktconform zijn, is stimulering vanwege het Rijk een must. De Provincie is in beginsel bereid om financiële middelen voor de bevordering van duurzame energie in te zetten, mits de financiële risico’s worden beperkt en er in beginsel sprake is van een investering met een revolverend karakter. 32. Indien het Rijk de mogelijkheid biedt om via ondersteuningsmaatregelen te komen tot een verduurzaming van de energie, is de Provincie bereid hierin op revolverende wijze te investeren. 33.
De Provincie moet binnen 2 jaar met een regeling komen die een burger een gesubsidieerd “all-in-pakket” aanbiedt voor zonnepanelen. Hiervoor kunnen gemeenten, de installatiebranche en de zonne-energie-industrie benaderd worden als partner.
pagina 23
Indien het kabinetsplan voor 500 animal cops wordt gerealiseerd, zet het CDA in op de hoofdvestiging van deze activiteit in Limburg. Als daarbij een dierenwelzijnscentrum op basis van private middelen in Limburg kan worden gerealiseerd, is de koppeling met de hoofdvestiging van animal cops voor de hand liggend en kan dit een impuls geven voor nieuwe werkgelegenheid in onze provincie Het CDA wil deze ontwikkeling ruimte bieden. Ook als het gaat om educatieve mogelijkheden, biedt dit nieuwe kansen. Ouderen die hun huisdieren niet meer thuis kunnen houden, kunnen daar terecht voor opvang en bezoek van het huisdier. Door de verbinding te leggen met het kabinetsplan van de 500 animalcops, kan het centrum worden aangereikt als hoofdkantoor. Naast het dierenwelzijnaspect, het educatieve, duurzame en ouderenwelzijnsaspect biedt dit ook de mogelijkheid arbeidsplaatsen in Limburg te creëren. De Provincie kan mee zoeken naar een goede locatie, die centraal in Limburg ligt. 34.
Het dierenwelzijnscentrum is een kans voor de provincie. Limburg kan zich hiermee op de kaart zetten als innovatieve provincie via de dierenverzorging nieuwe stijl. Daarnaast kan het een pilot-project voor duurzame bouw worden. Voor de ontwikkeling van een hoofdvestiging van animal cops in Limburg gerelateerd aan het dierenwelzijnscentrum wordt ruimte geboden.
35. Voor de opslag van energie is Opac een ontwikkeling die we als Provincie zullen ondersteunen onder de voorwaarde dat zowel Rijk als bedrijfsleven substantieel mee investeren. 36. Ook het inzetten van aardwarmte zoals o.m. voorzien in de projectvestiging glastuinbouw, is een essentieel onderdeel van de duurzaamheidsaanpak van het CDA in de komende jaren. 37. Provinciale Staten moeten binnen 2 jaar papierloos vergaderen. De digitale mogelijkheden zijn enorm. De kosten van papier, kopieermachines, inkt en frankering wegen niet op tegen de kosten van bijvoorbeeld een i-Pad voor alle Statenleden. Daarbij komt dat het verbruiken van zoveel stapels papier niet milieuvriendelijk is.
pagina 24
Limburg: de ruimte
De Provincie zal zich voortvarend als trekker en investeerder moeten inzetten om de fysieke infrastructuur en het gebruik van ruimte ook voor de toekomst veilig te stellen De Provincie heeft de afgelopen jaren een grondbedrijf opgezet waarin diverse gewenste gebiedsontwikkelingen een start hebben gemaakt. Deze aanpak zal in nauwe samenspraak en afstemming met gemeenten worden doorgezet. Het CDA zet zich blijvend in voor goede verbindingen via weg, water en spoor. We zijn betrouwbaar en consistent op dit punt. Onderdeel hiervan vormt de afronding van de wegenverbetering zoals de verbetering van de A2 en de fly-over bij Kerensheide. Verdergaande aanpassing van de A2 en de A67 waar het gaat om verbreding van deze wegen zal vanuit Limburg in de richting van het Rijk worden bepleit. In het kader van de N280 zal op basis van een variantenstudie in de komende statenperiode besluitvorming plaatsvinden over de aan te leggen variant alsook over de financiële dekking van de realisatie hiervan. De Parkstad Buitenring zal in de komende statenperiode tot afronding worden gebracht. De N270 en de N271 zijn wegen die in de komende jaren in het kader van de gebiedsontwikkeling van functie zullen veranderen. De aansluiting vanuit Limburg naar Vliegveld Weeze zal serieus worden onderzocht. Op het gebied van de spoorwegen zijn in de afgelopen periode belangrijke stappen gezet door goed samenspel tussen de CDA-statenfractie en de Limburgse vertegenwoordiging in de Tweede Kamerfractie en de regering. De agenda voor het treinverkeer in Limburg van 2008 dient nu in uitvoering worden genomen. Concreet betekent dit dat verdere investeringen dienen te worden gedaan aan de Maaslijn (Roermond-Nijmegen), zodat sneltreinen tussen Roermond en Nijmegen kunnen gaan rijden en nieuwe stations kunnen worden bediend, zoals Belfeld en Grubbenvorst. Verder betekent dit dat de grensoverschrijdende intercity-verbindingen via Venlo tot Düsseldorf, via Heerlen tot Aken en via Maastricht tot Luik in de nieuwe landelijke spoorwegconcessie tot stand worden gebracht.
pagina 25
Dit betekent daarnaast dat regionale (grensoverschrijdende) verbindingen worden gerealiseerd waaronder Aken-Kerkrade , Hasselt-Maastricht (sneltram), Maastricht-Luik (met bediening station Eijsden), alsook Antwerpen-Weert. Nu is het tijd om de uitvoering ter hand te nemen. De treinterminal in het gebied Klavertje-4 zal worden ontwikkeld. De Avantislijn zal worden gerealiseerd. Het vrachtvervoer via de Maas wordt bevorderd en het actieplan modernisering Maasroute, dat van Rijkswege is ingezet, wordt bevorderd. 38. Er wordt een plan van aanpak opgesteld voor de uitvoering van mobiliteitsplannen op het punt van spoor, wegen en water. De uitvoering start uiterlijk in 2012. Het CDA-Limburg is in dat kader voorstander van een vlotte infrastructuur van weg, water en spoor maar ook van kennis, dienstverlening en moderne communicatietechnieken, die niet alleen de Limburgers met elkaar verbindt maar ook vlotte verbindingen legt met de rest van de wereld. 39. Het CDA staat voor een toekomstvast provinciedekkend ICT-netwerk voor zowel consumenten als de zakelijke markt. Hierdoor krijgt de economie in Limburg een impuls en wordt het woon- en vestigingsklimaat voor jong en oud versterkt. Het CDA vindt dat elke Limburger op elke plek recht heeft op snelle internetverbindingen. 40.
Het CDA-Limburg pleit voor een Provincie die niet alleen de verantwoordelijkheid neemt voor een vlotte infrastructuur via weg, water en spoor, maar die ook zowel nationaal als internationaal de voorwaarden biedt voor een snel verkeer van kennis, dienstverlening en communicatie en daarbij samenwerkt met de omliggende provincies.
41.
Voor (Noord) Limburg is de as Rotterdam-Eindhoven-Venlo-Ruhrgebied van groot belang voor personen- en goederenvervoer. De knelpunten van de treinverbindingen en de (snel)wegen zoals de A67 en A2 dienen aangepakt te worden in samenspraak met de Rijksoverheid.
pagina 26
Het CDA-Limburg spreekt de voorkeur uit voor het revitaliseren van bestaande bedrijventerreinen in plaats van het creëren van nieuwe bedrijventerreinen. Het CDA-Limburg realiseert zicht hierbij dat een regionale aanpak op maat nodig is. Het CDA-Limburg wil door de nadruk te leggen op het revitaliseren van bestaande bedrijfsterreinen, de kwaliteit van de huidige bedrijventerreinen verbeteren, zodat het ook voor nieuwe bedrijvigheid aantrekkelijk is zich hier te vestigen. Hierbij denkt het CDA-Limburg niet alleen aan het creëren van een geschikte fysieke, technologische en dienstverleningsinfrastructuur, maar ook aan bedrijventerreinen die veilig zijn en waar ruimte is voor parkmanagement. Het CDA-Limburg wil samen met gemeenten en het bedrijfsleven inventariseren welke bedrijventerreinen aan revitalisering toe zijn en aan deze projecten, die lokale uitvoering moeten krijgen, ook brede ondersteuning bieden. Niet alleen financieel maar ook door het daadwerkelijk aanbieden van professionele kennis. 42.
Het CDA-Limburg zal zich ervoor inzetten, dat de bedrijventerreinen in Limburg dusdanig worden ingericht, dat bedrijven hier optimaal kunnen functioneren. De Provincie zal dit gegeven ook moeten uitdragen, waardoor nieuwe bedrijvigheid zal worden aangetrokken.
Agrarisch Limburg Met betrekking tot de land- en tuinbouw zijn vele bedrijven op het punt van dierenwelzijn, dierengezondheid, milieuvoorzieningen (stank en stof) leidend in ons land en daarmee ook leidend op Europese en mondiale schaal. Deze voorsprong willen we behouden door het bieden van ontwikkelingsruimte met oog voor adequate landschappelijke inpassing en door het toevoegen van de factor kennis om op deze wijze te komen tot een vergroting van toegevoegde waardeontwikkeling. Grootschalige intensieve veehouderij wordt geconcentreerd in de zogenaamde Landbouwontwikkelingsgebieden of sterlocaties. Ook de verbreding van bestaande agrarische bedrijven wordt door het CDA gestimuleerd. Hierbij is te denken aan boeren en kamperen, zorgboerderijen, maar ook aan de stimulering van de verkoop van streekprodukten. Samenwerkingsverbanden met het buitenland, waaronder Piemonte en Toscane, bieden nieuwe mogelijkheden. De landbouw kan een belangrijke invulling geven aan de versterking van de landschappelijke kwaliteit. De beide verklaringen van Roermond worden door het CDA in de komende jaren als uitgangspunt gebruikt voor beleid en uitvoering.
pagina 27
Nieuwe vormen van agrarische bedrijvigheid zoals deze plaatsvinden in bijvoorbeeld de boomteelt, zullen vanwege de Provincie mogen rekenen op voldoende ruimte. Het CDA waardeert de boer. Het agrarisch bedrijf heeft recht op waardering van de samenleving. Deze oorspronkelijke sector zorgt voor voedsel en landschapsinrichting. De maatschappelijke waardering voor de agrarische sector hangt onder andere af van hoe de overheid met deze sector omgaat. 43.
De Provincie zal met name inzet plegen op de onlangs met de LLTB vastgestelde verklaringen van Roermond, inhoudende een zuinig ruimtegebruik ten gunste van de landbouw en de gewenste kwalitatieve versterking van de veehouderij. Grootschalige intensieve veehouderij wordt geconcentreerd in de zogenaamde Landbouwontwikkelingsgebieden of sterlocaties.
Het CDA-Limburg zal het economisch belang van de agrarische sector en het belang van deze sector voor de natuur blijven promoten. De agrarische sector en de daarbij behorende keten is goed voor ±25 % van de werkgelegenheid van Limburg. Het CDA is voorstander om deze sector verder te laten ontwikkelen met als uitgangspunten: draagvlak, duurzaamheid en kwaliteit. Ontwikkelingen in deze sector zullen gepaard moeten gaan met een groot draagvlak. De sector zelf zal het voortouw moeten nemen. Daarnaast zal de Provincie de agrarische sector ook op de verantwoordelijkheid rond voedselveiligheid en dierenwelzijn moeten wijzen en de sector hier ook actief in moeten ondersteunen. Samen met gemeenten, belangenorganisaties en bedrijven zal de Provincie concrete maatregelen moeten uitwerken, die de financiële toekomst, kwaliteit en innovatievermogen van deze bedrijfstak zeker stellen. Daar waar geen rendement haalbaar is, dan wel bedrijven hebben aangegeven een andere weg te willen inslaan, zal de Provincie in haar ruimtelijk– en natuurbeleid deze bedrijven maximale ruimte moeten bieden voor het kunnen ontplooien van andere, in de omgeving passende activiteiten. Hierbij kan met name worden gedacht aan mogelijkheden rondom recreatie, toerisme en natuurbeheer. 44. De Provincie zal samen met gemeenten, belangenorganisaties en bedrijven concrete maatregelen moeten uitwerken die de financiële toekomst, de kwaliteit en het innovatievermogen van de agrarische bedrijfstak veiligstellen.
pagina 28
45. De Provincie zal in haar ruimtelijk en natuurbeleid agrarische bedrijven die hebben aangegeven een andere weg te willen inslaan, maximale ruimte moeten bieden voor het kunnen ontplooien van andere, in de omgeving passende activiteiten. Het CDA-Limburg wil agrarische ondernemers stimuleren om hun bedrijven een hogere architectonische kwaliteit te geven die passend is bij het Limburgse landschap. Het CDA is in dezen voorstander van voortzetting van een herijkt Limburgs Kwaliteitsmenu, waarbij de Provincie samen met de gemeenten afspraken maakt over het verhogen van de kwaliteit van het Limburgse landschap. Wel kan het niet zo zijn dat door dit kwaliteitsmenu de kosten voor bouwen zo hoog worden dat bedrijfsontwikkeling wordt geremd of onmogelijk gemaakt. 46. Het CDA-Limburg pleit voor natuurlijke inpasbaarheid van agrarische bedrijven in het Limburgse landschap. 47. Het CDA vindt de ontwikkeling van Greenport Venlo een zeer goede zaak. Het is een sterk platform voor de innovatie van de land- en tuinbouw in Noord-Limburg. De Provincie moet deze ontwikkeling blijven dragen. Greenport Venlo is een blijvend begrip, met de Floriade als aanjarer. Doel van deze ontwikkeling is een motor te zijn voor een blijvende economische ontwikkeling in de regio. 48. De Provincie moet het beleid van de gescheiden verkeersstromen (bijvoorbeeld langzaam verkeer zoals tractoren op verbrede fietspaden laten rijden) evalueren. Indien blijkt dat het niet het gewenste resultaat (veiliger verkeer) oplevert, dan moet dit beleid gestopt en zo nodig teruggedraaid worden. Gevaarlijke verkeerssituaties met confrontaties tussen groot landbouwverkeer en schoolgaande jeugd op de fiets is zeer onwenselijk. Recreatie en toerisme in Limburg Het belang van recreatie en toerisme is niet alleen economisch. Deze sector zorgt er voor dat er een breed aanbod van voorzieningen is voor eigen inwoners waardoor de aantrekkelijkheid van de leefomgeving wordt vergroot. Investeren in deze sector is ook investeren in de kwaliteit en de kwantiteit van de leefomgeving.
pagina 29
De recreatieve en toeristische sector is daarom van belang, indien de provincie aantrekkelijk wil zijn en werknemers en jongeren aan onze regio wil binden en wil aantrekken. De recreatieve en toeristische sector heeft belang bij een hoogwaardige omgeving. Het CDA-Limburg vindt dat ontstening, ontglazing, aanleg van natuur, openheid, hoogwaardige architectuur, behoud en versterking van cultuurhistorisch erfgoed, goede fiets-, wandel- en ruiterroutes, ruimtelijk mogelijk moeten worden gemaakt. De Provincie moet deze aspecten in haar ruimtelijk beleid betrekken en maatregelen nemen om deze ontwikkelingen ook daadwerkelijk mogelijk te maken. 49.
Grote bestaande en nieuw te ontwikkelen attracties worden waar mogelijk gesteund. Voorbeelden hiervan zijn de ontwikkeling van de Maasplassen in de regio Roermond, de mogelijke vestiging van een adventurepark bij de Oostflank van Brunssum, het behoud van de Zuid-Limburgse Stoomtreinmaatschappij en Park de Peelbergen. Kleinschalige activiteiten zoals het kamperen bij de boer, wordt ruimte geboden onder de voorwaarde van kwalitatieve versterking.
50. Het CDA-Limburg vindt dat ontstening, ontglazing, aanleg van natuur, openheid, hoogwaardige architectuur, behoud en versterking van cultuurhistorisch erfgoed, goede fiets-, wandel– en ruiterroutes, ruimtelijk mogelijk moeten worden gemaakt. In overleg met stakeholders zal hiervoor ruimtelijk beleid worden geformuleerd met daaraan gekoppeld de benodigde sturingsinstrumenten. 51. Het CDA is voor een Toeristen-OV-kaart in Limburg. 52. Het CDA-Limburg wil dat de Provincie gaat praten met de vervoersbedrijven om ook MBO-leerlingen een ov-kaart te bieden vanaf het begin van de opleiding. Toeristisch recreatieve activiteiten verdienen steun primair door het feit dat de Provincie deze ontwikkeling ruimtelijk mogelijk wenst te maken. Waar deze activiteiten een overwegend publiek karakter hebben, kan de Provincie investeringsbijdragen leveren. De vele toeristen maken weinig gebruik van het openbaar vervoer. In de vakantieperiodes, als de meeste toeristen in Limburg verblijven, zijn de treinen en bussen (van Veolia) vaak leeg, maar rijden toch. De toeristen rijden over provinciale en gemeentelijke wegen, maar betalen geen provinciale opcenten. Hoe minder zij op de weg en hoe meer zij in het openbaar vervoer zitten, hoe beter.
pagina 30
Wonen in Limburg Op dit moment verkeren de bouw en de daaraan verwante sectoren in een crisis. De verwachting is dat de productie pas in 2013 aan gaat trekken. Elke woning die minder wordt gebouwd heeft directe gevolgen voor de werkgelegenheid. De bouwsector is een belangrijke economische sector in Limburg en heeft een grote impact op het functioneren van andere sectoren in onze economie. De Provincie moet een pakket van maatregelen ontwikkelen om de bouwsector te stimuleren niet meer primair te denken en te handelen in termen van kwantiteit, doch in termen van kwaliteit. Ongebreidelde woningproductie is niet meer van deze tijd. Het gaat erom slim te bouwen en te verbouwen, met het oog op de toekomstige eisen van de markt. Met betrekking tot het wonen zal de provincie met betrokken partijen dienen te komen tot een op de demografische ontwikkeling afgestemd programma. In dit verband wordt extra aandacht gegeven aan starters op de woningmarkt. Het kan niet zo zijn dat deze in onze provincie niet op korte termijn van adequate huisvesting worden voorzien. Dit geldt ook voor arbeidsmigranten van wie we er nu velen uit Oost-Europa aantreffen. Daarom zal de Provincie, samen met gemeenten en woningcorporaties blijven inzet om de positie van deze groepen op de woningmarkt te verbeteren. Hierbij kan worden gedacht aan de instandhouding van leningen voor starters, een kortingsregeling van woningbouwcorporaties bij de aankoop van huurwoningen en garantiestellingen voor particulieren gericht op de vrijkomende woning na aankoop van een nieuwe woning. De herstructurering van wijken behoort tot de primaire verantwoordelijkheid van de gemeenten. Deze spreken de betrokken partijen in de wijken en buurten hierop aan (denk aan woningcorporaties, beleggers en particuliere woningeigenaren). Ook het Rijk zal op (verevenings)instrumenten worden aangesproken. De Provincie heeft hierbij primair een sturingsopgave. Ook kan gedacht worden aan het mede ontwikkelen van nieuwe financieringsinstrumenten (systeembenadering). Indien ook provinciale middelen worden ingezet zal het revolverend karakter en het aanjagen van projecten centraal staan.
pagina 31
53. De Provincie stimuleert de bouw voor starters op de woningmarkt. M.b.t. de herstructurering van wijken, ligt het voortouw bij de gemeenten. De Provincie heeft daarbij primair een sturingsopgave. 54.
Het CDA-Limburg wil de startersregeling uitbreiden voor starters waarvan het aannemelijk is dat zij op korte termijn een boven modaal inkomen verdienen. Deze starters kunnen dan ook woningen boven de 140.000 euro aanschaffen met hulp van de Provincie en gemeente.
55. Het CDA-Limburg wil dat de Provincie een pakket van maatregelen ontwikkelt om de bouwsector te stimuleren niet meer primair te denken en te handelen in termen van kwantiteit, doch in termen van kwaliteit. De demografische ontwikkelingen, zoals krimp, ontgroening en vergrijzing raken heel Limburg. Is de krimp in de ene regio al een actueel thema, de andere regio’s staan aan de vooravond van deze ontwikkeling. Dit vraagt om een aanpak op maat. De Provincie moet de regio’s ruimtelijk in staat stellen een eigen antwoord te formuleren op de uitdagingen rond krimp, maar zal er hierbij op toezien dat regio’s elkaar niet als concurrenten gaan zien. De aanpak van de krimpproblematiek in de ene regio kan dus een andere zijn dan de aanpak in een andere regio. Provinciale maatstaf is echter dat de leefbaarheid en economische bedrijvigheid in alle regio’s vergroot wordt en handig gebruik wordt gemaakt van de kansen die de demografische ontwikkeling in combinatie met ruimtewinning biedt. Door de opgave van herstructurering groeit de noodzaak van sturing op provinciaal niveau. Het CDA-Limburg streeft naar een ontwikkeling van een aanbodgerichte naar een vraaggerichte woningmarkt. Dit streven is gericht op een divers woonklimaat – zowel in steden als in dorpen – waarin voor elk wat wils is weggelegd. De Provincie zal zich samen met gemeenten en woningbouwcorporaties moeten blijven inzetten om de positie van starters op de woningmarkt te verbeteren. Hierbij kan worden gedacht aan het in stand houden van leningen aan starters en een kortingsregeling van woningbouwcorporaties bij de aankoop van huurwoningen. 56. Het CDA-Limburg vindt dat regio’s vrij moeten zijn in hun aanpak van de krimp. De enige voorwaarde die gesteld moet worden is dat regio’s elkaar onderling niet beconcurreren maar versterken.
pagina 32
Het CDA-Limburg vindt dat Provincie en gemeenten gezamenlijk instrumenten moeten ontwikkelen om – waar nodig – particulier bezit te betrekken in de herstructurering. Het CDA-Limburg pleit voor instandhouding van een transformatiefonds, dat elke regio samen met het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld moet inrichten en waaruit een bijdrage zal worden geleverd. Dit transformatiefonds wordt gevoed met Europese middelen, vereveningsfondsen op Rijksniveau, middelen van gemeenten, bancaire leningen en bijdragen van bedrijven. In gezamenlijk overleg zullen per regio speerpunten worden benoemd over de wijze waarop de herstructurering concreet vorm zal krijgen. De Provincie zal in haar ruimtelijk ordeningsbeleid wel strak sturing gaan geven en aangeven hoeveel woningen uit de markt moeten worden gehaald, teneinde leegstand en verloedering te voorkomen. 57. Het CDA-Limburg pleit voor instandhouding van een transformatiefonds, dat elke regio samen met bedrijfsleven en woningcorporaties moet inrichten. Het CDA-Limburg is voorstander van een ruimtelijk beleid, waarin voorwaarden worden geschapen die het mogelijk maken dat ouderen en jongeren optimaal kunnen wonen. Daarbij moeten zorgvoorzieningen dichtbij mensen ruimtelijk mogelijk worden gemaakt. Maar er moet ook sprake zijn van een leefklimaat dat uitdaagt en prikkelt. Dit betekent dat innovatieve vernieuwingen in steden mogelijk moeten worden gemaakt en traditionele vormen van landelijk leven ruimtelijk inpasbaar moeten zijn. Uiteraard moeten we bij het inrichten van de ruimte ook rekening houden met de roep om veiligheid. Sociale en fysieke veiligheid beginnen immers aan de voorkant, bij het ontwikkelen van ruimtelijke plannen. Bij het vaststellen van provinciaal ruimtelijk beleid moeten ook de hulpdiensten worden betrokken. 58.
De Provincie zal in haar ruimtelijk beleid ruime aandacht moeten besteden aan het scheppen van voorwaarden die het mogelijk maken dat ouderen en jongeren optimaal kunnen wonen. Zorg, een uitdagende leefomgeving en veiligheid zijn hierbij belangrijke uitgangspunten.
pagina 33
Duurzaam en milieubewust in Limburg Het CDA-Limburg heeft het rentmeesterschap hoog in het vaandel staan. Dat betekent dat bij de vestiging van bedrijven zoveel mogelijk zicht moet bestaan op de ruimtelijke effecten op lange termijn en dat hier in het ruimtelijk beleid ook transparant rekening mee wordt gehouden. Het CDA-Limburg wil dat de Provincie initiatieven ondersteunt om door middel van vernieuwende technologieën de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen en te komen tot een duurzame energieopwekking. De Provincie moet ook nieuwe technieken stimuleren die leiden tot hergebruik van afvalstoffen. 59. De Provincie moet vernieuwende technologieën ondersteunen die de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen verminderen en die leiden tot hergebruik van afvalstoffen. Onder duurzaamheid verstaat het CDA-Limburg ook het in stand houden van waardevolle landschappen. De Provincie moet in haar ruimtelijk beleid de instandhouding van deze landschappen borgen en waar mogelijk uitbouwen, waarbij ook aansluiting moet worden gezocht met de Euregio’s. 60.
De Provincie moet in haar ruimtelijk beleid de instandhouding van waardevolle landschappen borgen en waar mogelijk uitbouwen, waarbij met name de aansluiting zal worden gezocht met de Euregio’s. Het beleid met betrekking tot de beeldbepalende ontwikkelingen zal worden voortgezet.
Het kabinet is voornemens om fors te bezuinigen op de natuur. Dit noopt tot een heroverweging. Immers, de meeste middelen voor natuurontwikkeling komen uit Den Haag. De positie van de EHS staat onder druk. Het CDA wil dus geen “nieuwe natuur” ontwikkelen, maar de EHS zo goed mogelijk vormgeven. Het CDA pleit voor minder natuur met een hek eromheen en meer natuur waar mensen kunnen recreëren. Het CDA pleit waar mogelijk en/of wenselijk voor een herbegrenzing van de EHS, om bijvoorbeeld goede gronden te sparen en zoveel mogelijk op marginale gronden de EHS te realiseren. Het CDA wil gezien de financiële positie geen extra provinciale gelden inzet voor de realisatie van de EHS, maar is van mening dat d.m.v. het inzetten van overheidsgronden, welke kunnen worden verkocht of uitgeruild, de resterende EHS moet worden gerealiseerd, i.s.m. natuurcompensaties. Ook behoort agrarische natuurrealisatie tegen reële vergoeding tot de mogelijkheden.
pagina 34
61. Het CDA vindt dat de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) er moet komen. Alle natuurcompensatie die elders in de provincie wordt opgelegd, moet geëffectueerd worden binnen de EHS. 62.
Met betrekking tot de ontwikkeling van de EHS kiezen we ervoor dat de schaarse middelen in de komende jaren zoveel mogelijk worden ingezet om de Natura 2000 gebieden up to date te maken. Secundair vindt inzet plaats op verplaatsing van agrarische bedrijven die gelegen zijn in de EHS en op de versterking van de natte natuur door agrarische bedrijven te faciliteren binnen hun toekomstvastheid. Indien de EHS op Rijksniveau wordt herbegrensd zullen passende bedrijven die thans gelegen zijn binnen de EHS, maar als gevolg van de bezuinigingen daarbuiten vallen, ontwikkelingsmogelijkheden krijgen, passend binnen Pespectief 2.
Het CDA vindt dat de natuur beschermd moet worden, daarom is de natura 2000 regelgeving in het leven geroepen. Er moet echter ook aandacht besteed en rekening gehouden worden met menselijke en bedrijfsmatige activiteiten die altijd al in de betreffende gebieden hebben plaatsgevonden. De regelgeving moet niet een juridisch en bureaucratisch circus worden dat vooral belemmerend werkt en dat iedereen hindert. 63. Het CDA vindt dat de Provincie geen aanvullende maatregelen voor natura 2000 gebieden moet nemen. Waterveiligheid De dijken langs de Maas kennen veel zwakke plekken en plekken waar nog steeds tijdelijke oplossingen aan de orde zijn, naar aanleiding van de overstromingen in 1993 en 1995. De meest zwakke plek ligt bij Ooijen-Wanssum. De kosten om dit project vlot te trekken bedragen ca € 125 miljoen. Het CDA vindt dat we voortvarend moeten inzetten op de versterking van de kades en dat het Rijk daarvoor de komende 10 jaar ca € 300 miljoen extra beschikbaar moet stellen. Waar mogelijk zal rivierverruiming boven kade-aanleg/kade-verhoging gaan. 64. Het CDA zet in op spoedige realisatie van de 1 op 250 norm voor de hoogwaterbescherming langs de Maas.
pagina 35
65. Het CDA vindt dat we niet moeten wachten op een dijkdoorbraak en dat de Provincie zich sterk moet maken om Rijkswaterstaat te bewegen om met het beloofde geld over de brug te komen. De recente dijkdoorbraak in België naar aanleiding van hoog water als gevolg van hevige regenval, kostte minstens € 130 miljoen aan schadeherstel. Het is dus niet zinvol om te wachten op een doorbraak. Verkeersveiligheid 66. Het CDA is voorstander van het nul-beleid als het gaat om verkeersslachtoffers. Het nul-beleid wil zeggen dat het streven naar nul ernstige verkeersslachtoffers per jaar het uitgangspunt is. Verkeersslachtoffers zijn geen noodzakelijk kwaad, maar te voorkomen als we daar als samenleving voor kiezen. Dit vraagt om een cultuuromslag in het denken van burgers en bedrijven als het gaat om verkeersgedragingen. De Provincie moet hierbij de ingezette koers van het Regionaal Overlegorgaan Verkeersveiligheid Limburg (ROVL) ondersteunen. Veiligheid in Openbaar Vervoer Bus- en treinterroristen die het de chauffeur of conducteur lastig maken en de reizigers onprettig, moeten aangepakt worden. De Provincie moet in overleg treden met Veolia en de politie. Zij moeten tot maatregelen komen. 67. Het CDA vindt dat bussen en treinen vrij moeten zijn van zogenaamde bus- en treinterroristen.
pagina 36
Limburg: Europa Europa speelt een belangrijke rol in de Limburgse samenleving. In een Europa dat steeds nauwer samenwerkt, biedt de unieke geografische locatie van Limburg vele kansen op tal van beleidsdomeinen. Het CDA wil deze kansen optimaal benutten door een diepgaande samenwerking met onze buurlanden op het gebied van veiligheid, economie, regelgeving, wonen, werken, natuur en cultuur. In een moderne samenleving kan het niet zo zijn dat staatsgrenzen het functioneren beperken. Ze moeten een verrijking voor het functioneren zijn. Europa begint bij de Limburger die werk zoekt in de Euregio, die er wil wonen, die er wil recreëren. Europa begint bij onze buren, die van hun kant werk zoeken in Limburg, die er willen wonen en willen recreëren. Dit is niet het Europa van de vergezichten, maar dit is het Europa van iedere dag. De Provincie moet zich ervoor inzetten om de bureaucratische en wetgevende belemmeringen die het iedere dag grensoverschrijdend werken, wonen en zaken bemoeilijken, weg te nemen. Het is de taak van de Provincie deze problemen standvastig te blijven aankaarten bij de nationale overheid en de Europese instanties. Het is de taak van de Provincie om door middel van instrumenten, zoals bijvoorbeeld Euregionale samenwerkingsverbanden, deze belemmeringen op te heffen. Er dient meer aandacht te komen voor de (nieuwe) migranten uit onder andere Middenen Oost-Europa . Integratie van migranten, werknemers en hun gezin, zal beter gecoördineerd moeten worden. Regionale overlegtafels van betrokken instanties die een rol kunnen vervullen zijn hiervoor nodig. Aandacht voor wonen in de reguliere woningbouw, dus in wijken en buurten. Het leren van de Nederlandse taal is hierbij een must. De blijvers moeten het gevoel hebben dat ze welkom zijn, als wij aandacht en begrip hebben voor de ander dan heeft deze ook meer begrip en respect voor ons. Uit het verleden hebben we geleerd dat we het anders op moeten aanpakken.
pagina 37
68. De Provincie Limburg heeft als taak zich er voor in te zetten dat bureaucratische en wetgevende belemmeringen, die grensoverschrijdend werken, wonen en zaken doen bemoeilijken, weg te nemen. Europa is een Europa van kansen. De Provincie zal samen met de regio’s actief Europa moeten benaderen en deze kansen grijpen. Dit kan door zowel het maximaal gebruik maken van Europese subsidiemogelijkheden, als toetreding tot Europese netwerken of deelname aan Europese projecten. 69. De Provincie heeft een initiërende en coördinerende rol om samen met de regio’s Europese kansen voor Limburg te grijpen. De grensregio kent ook haar nadelen, daar waar het grensoverschrijdende criminaliteit of de drugsproblematiek betreft. Het is de taak van de Provincie om samen met politie, justitie en gemeenten de specifieke problematiek van de grensregio aan te kaarten en er bij de nationale instanties op aan te dringen, dat Limburg over voldoende middelen beschikt om criminaliteit en drugsoverlast aan te pakken. Ter bevordering van de veiligheid moeten daarbij de ogen niet enkel op Den Haag worden gericht maar zal ook, nog meer dan nu, de samenwerking moeten worden gezocht met politie en justitie in onze buurlanden. De Provincie kan hier een verbindende rol vervullen. 70.
De Provincie zal samen met politie, justitie en gemeenten sterk moeten pleiten voor voldoende middelen om de grensoverschrijdende criminaliteit en drugsoverlast aan te pakken en zal voorts een verbindende rol kunnen spelen om de samenwerking met politie en justitie in de buurlanden te verbeteren.
De sleutel van het economisch potentieel voor de Limburgers ligt in Europa en in het bijzonder in de Euregio’s. Limburgse ondernemers vaak goed overweg met collega-ondernemers in België en Duitsland. Dit biedt een uitgelezen kans tot marktverruiming. Samen met onder meer het LIOF zal de Provincie deze bijzondere positie bij het aantrekken van nieuwe bedrijvigheid moeten promoten. Anderzijds ligt er voor de Provincie eveneens een uitdaging om samen met de partners in het onderwijs opleidingen dusdanig in te richten, dat Limburgers voldoende zijn toegerust om Euregionaal de handen uit de mouwen te kunnen steken.
pagina 38
71.
De Provincie zal de bijzondere positie van Limburg in de Euregio’s bij het aantrekken van nieuwe bedrijvigheid moeten promoten en samen met de partners in het onderwijs opleidingen dusdanig moeten inrichten, dat Limburgers voldoende zijn toegerust om Euregionaal de handen uit de mouwen te kunnen steken.
In het regeerakkoord is afgesproken dat grensregio’s beter bereikbaar worden voor treinverkeer en dat er een grensoverschrijdende ontwikkeling van het treinverkeer in grensregio’s komt, waaronder aansluiting op buitenlandse hogesnelheidstreinen. 72.
Het CDA pleit ervoor om snel, samen met andere grensprovincies, de belanghebbende steden en het ministerie bindende afspraken te maken over grensoverschrijdend treinverkeer. Van groot belang is dat er kan worden doorgereden naar stations die aansluiten op de HSL-stations. Specifiek voor Limburg zijn dat Düsseldorf, Aken en Luik.
73. Het CDA steunt Maastricht en de omringende omgeving in haar ambitie om in 2018 Culturele Hoofdstad van Europa te worden en de zogenaamde Cultuursprong om het culturele klimaat in de gehele provincie op een hoger niveau te brengen. In de begroting is voorgesteld om hiervoor € 78 miljoen beschikbaar te stellen, terwijl over de besteding nog veel onduidelijk is. Het geraamde bedrag is erg groot, zeker gelet op de voorziene bezuinigingen op cultuur in de komende jaren. De investering moet daarom nogmaals op nut en noodzaak getoetst worden. Maastricht als Culturele Hoofdstad moet een motor zijn voor blijvende economische versterking en positionering van Limburg.
pagina 39
Limburg: financiëel
De taken van de Provincie gaan veranderen. Dit komt doordat enerzijds taken door het Rijk naar de Provincie worden gedelegeerd en anderzijds de Provincie op haar beurt weer taken aan gemeenten toebedeelt. Het CDA-Limburg wil daarnaast maatschappij, burgers en ondernemers zelf verantwoordelijk maken voor het vervullen van een aantal taken. Dat betekent, dat de Provincie het met een kleinere, afgeslankte organisatie kan doen. Een kleinere organisatie die echter wel bestaat uit hoogwaardige professionals die met kennis, ervaring en vaardigheden de kunst verstaan het maximale voor Limburg en de Limburgers eruit te slepen, in goed overleg met de partners. De hervorming van de provinciale overheid moet leiden tot structurele bezuinigingen op de provinciale begroting. 74. Het CDA-Limburg is voorstander van een kleine provinciale organisatie die bestaat uit hoogwaardige professionals die de kunst verstaan het maximale voor Limburg en de Limburgers eruit te slepen, in goed overleg met de partners. De Provincie is bereid om in overleg met andere overheden afspraken te maken over verzelfstandiging van uitvoerende diensten, zoals vergunningverlening, handhaving en wegbeheer zodat hiermee niet alleen efficiencywinst, maar ook kwaliteitsverbetering wordt bereikt. Door een stroomlijning van processen moet de kwaliteit van de dienstverlening worden verbeterd, maar moeten ook structurele besparingen van kosten worden bewerkstelligd. Trajecten tot verzelfstandiging zullen dan ook gepaard moeten gaan met taakstellingen op financieel gebied. 75.
Onderzocht moet worden in hoeverre uitvoerende diensten, zoals vergunningverlening, handhaving en wegbeheer in afstemming met de gemeenten kunnen worden verzelfstandigd. Voorop staat dat dit niet ten koste mag gaan van de kwaliteit van de dienstverlening.
Nu de bijdragen van het Rijk aan de Provincie verminderen, ziet het CDA-Limburg niet enkel heil in het verminderen van kosten, maar voelt zij zich ook uitgedaagd om door slimme koopmansgeest een maximaal rendement voor Limburg te verkrijgen. Out-of-the-box-denken is hiervoor wel een vereiste. Hierbij valt te denken aan publiek–private samenwerkingsvormen of partnerships met maatschappelijke bondgenoten, zoals woningbouwcorporaties, onderwijsinstellingen en gemeenten. pagina 40
In dit programma zijn in dit kader onder meer revolverende fondsen, investeringsmaatschappijen en gerichte leningen genoemd, waarbij niet alleen de Provincie, maar ook gemeenten, maatschappelijke partners en bedrijfsleven participeren. Deze middelen zullen actief moeten worden aangevuld met Europese middelen en middelen vanuit het Rijk. Meer doen met minder is hierbij het motto. Onze inzet richten we daarbij op projecten en programma’s die gericht zijn op •
Provinciale en bovenregionale belangen (grensoverschrijdend en themaoverstijgend)
•
De invulling van het regionale gat
•
Het waarmaken van de kerntaken van de provincie (economie, infrastructuur, ruimte, ruimtelijke kwaliteit, cultuur)
•
Draagvlak , zich uitend in samenwerkingsprojecten met gezamenlijke financieringen, in het bijzonder gebiedsontwikkelingen
Gebiedsontwikkelingen, met daarin opgenomen beeldbepalende ontwikkelingen hebben de voorkeur boven losstaande projecten. 76. Het CDA-Limburg bepleit een out-of-the-box-denken om door middel van een onorthodoxe aanpak het maatschappelijk rendement voor Limburg te maximeren tegen zo gering mogelijke publieke kosten. 77. Het CDA-Limburg wil extra inspanningen leveren teneinde Europese middelen, middelen van het Rijk en investeringen vanuit het bedrijfsleven voor Limburg veilig te stellen. Een deel van de opbrengsten uit de Essent-gelden zijn nodig om de begroting sluitend te krijgen. Het resterende deel wil het CDA-Limburg investeren in de Limburgse samenleving. Dit kan zijn door middel van traditionele subsidieverlening, maar de nadruk zal de komende Statenperiode komen te liggen op het doen van investeringen die zich op termijn zowel maatschappelijk als financieel terugverdienen. Dit vereist een provinciale koopmansgeest.
pagina 41
Het CDA-Limburg ziet voor de provincie een taak weggelegd om economische ontwikkelingen aan te jagen, waardoor behoud, vernieuwing en versnelling van werkgelegenheid, een motor kan zijn om het welbevinden van de mens in zijn directe omgeving positieve impulsen te geven. Voorbeelden hiervan zijn investeren in infrastructuur, campussen, in kennisinfrastructuur en in startende bedrijven. Het investeren in Limburgse projecten, die werkgelegenheid en een beter vestigingsklimaat brengen wordt eveneens als prioriteit gezien, mits op deze investeringen een redelijk rendement kan worden gehaald. Voorbeelden hiervan kunnen zijn OPAC en breedband internet. Ook kan de provincie investeren in gewenste maatschappelijke ontwikkelingen, waar de private partijen, vanwege de aanwezige economische crisis en/of een groot aandeel publiek belang, onvoldoende in bijdragen en die behoren tot het provinciale kerntakenpakket. Voorbeelden daarvan zijn Maastricht culturele hoofdstad , de Floriade en gebiedsontwikkelingen die een sluitende exploitatie bieden . Bescherming en behoud van cultureel en landschappelijk erfgoed behoort ook tot de mogelijke investeringsprojecten. 78. Het CDA kiest ervoor om beschikbare financiële investeringsmiddelen in volgorde van prioriteit in te zetten voor economie, infrastructuur, versterking vestigingsklimaat, cultureel erfgoed en landschap. Met betrekking tot de houding van de provincie in de samenleving geldt als uitgangspunt dat het bestuur dicht bij mensen dient te staan. Dat betekent vermindering van regelgeving en bestuurlijke drukte. Efficiënt je werk doen, en een houding van meewerken, waar het kan, in plaats van meewerken, waar het moet. De houding zal meer moeten zijn van “het kan wel, dan van het kan niet”. Het bestuur dicht bij mensen wordt in de praktijk gebracht door in de regio’s georganiseerde spreekuren, waarbij de leden van GS ruimte bieden aan burgers, bedrijven en instellingen met elkaar in contact treden over zaken waar de provincie een rol in speelt, maar ook over zaken waar (delen van) de Limburgse samenleving geen vat meer op kan krijgen. 79. Het CDA kiest voor vermindering regelgeving en een “Ja het kan wel” mentaliteit.Het college van GS houdt regiogewijs spreekuur. pagina 42
Het CDA is voorstander van een gematigd tarieven- en belastingbeleid. Inflatiecorrectie, gerelateerd aan kostendekkendheid is hierbij de norm. Met betrekking tot de tariefstelling voor de motorrijtuigenbelasting geldt dat de ontwikkeling van dit tarief te maken krijgt met de afnemende benodigde middelen voor de Buitenring Parkstad Limburg (BPL) en de verwachte oplopende kosten voor de aanpak van de N280 problematiek. 80. Het CDA kiest voor een terughoudend tarieven- en belastingregime, rekeninghoudend met inflatie en waar het betreft de motorrijtuigenbelasting zal worden ingespeeld op afnemende (BPL) en oplopende kosten (N280). Daarnaast is de voortdurende lobby naar Den Haag en Europa van groot belang. Zoveel als het college van GS in de periode 2007-2011 extra naar Limburg heeft gehaald (ca 800 miljoen euro) zal naar verwachting niet haalbaar zijn in de komende periode. Maar het mag wat het CDA betreft gerust de ambitie zijn die een nieuw college aan het begin van de nieuwe regeerperiode uitspreekt. 81. De lobby naar Den Haag en Brussel wordt afgestemd op de kerntaken van de provincie. De ambitie is om in de huidige kabinetsperiode dezelfde resultaten te behalen als de hieraan voorgaande kabinetsperiode. In Zuid-Limburg is het van het grootste belang om een gezamenlijke agenda op te stellen om de bedreigingen die voortkomen uit een economie die onder druk staat, de bezuinigingen op de overheden inbegrepen de daaraan gelieerde instanties en een krimp die steeds meer toeslaat, op adequate wijze het hoofd te bieden. Nadat deze agenda is opgesteld en waarbij focus en toedeling van functies dient plaats te vinden, zal de uitvoering van deze agenda centraal moeten staan. De keuze van zowel agenda, de uitvoeringsstructuur, als ook de bestuurlijke inbedding, zal op basis van een afgewogen proces, waarin stakeholders en burgers een plek krijgen, dienen plaats te vinden. De commissie Deetman zal daarover in de eerste maanden van 2011 rapporteren. Voor eind 2011 zal bezien moeten worden op welke wijze het beoogde doel: “een sterk en toekomstgericht Zuid-Limburg met behoud van de vele aanwezige kwaliteiten” het best bereikt kan worden.
pagina 43
82. Voor eind 2011 zal voor ZuidLimburg een uitspraak worden gedaan over agenda, uitvoeringsaanpak en bestuurlijke inbedding daarvan. Het CDA is van mening dat alvorens mensen toe treden tot een nieuw college van Gedeputeerde Staten een integriteitstoets heeft moeten plaatsvinden. Daarover worden concrete afspraken gemaakt met Provinciale Staten. De controlerende positie van de Staten blijft onaangetast. Door vooraf een duidelijk protocol op te stellen, kan voorkomen worden dat achteraf discussie ontstaat en kan de aanwezige energie meer ingezet worden op verbetering en versterking van de bestuurlijke processen. 83. De leden van GS zullen een integriteitstoets ondergaan en de controle functie van PS wordt op positieve wijze vorm gegeven.
pagina 44
Limburg: bekend
Het CDA-Limburg is trots op zijn provincie en op de Limburgers en wil deze trots niet onder stoelen of banken steken. Het huidige brandingprogramma van Zuid-Limburg moet worden geëvalueerd, eventueel worden aangepast, maar vervolgens onverkort worden voortgezet. Dit brandingprogramma verdient ook uitbreiding naar Midden en Noord-Limburg. De Provincie zal dit in de breedste zin ondersteunen. Ter versterking van het vestigingsklimaat is het voor de economie belangrijk dat mensen graag in Limburg wonen en werken. Het CDA wil het Bourgondische karakter van Limburg behouden ten behoeve van de leefkwaliteit en ter stimulering van het toerisme. Binnen dit Bourgondische karakter nemen streekproducten en streekgebonden gastronomie een wezenlijke plaats in. De Provincie dient de keten streekproducten – gastronomische verwerking – promotie/branding te stimuleren. 84. Het CDA-Limburg vindt dat het huidige brandingprogramma van Zuid-Limburg na eventuele bijstelling onverkort moet worden voortgezet en ook uitbreiding verdient naar Midden en Noord-Limburg. Evenementen in Limburg moeten worden gekoesterd. Niet alleen omdat ze een uiting zijn van een terecht Limburgs zelfbewustzijn, maar ook omdat evenementen bij uitstek een middel zijn om Limburg letterlijk en figuurlijk op de kaart te zetten. De Provincie zal samen met haar partners actief moeten inzetten op het verkrijgen van internationale sportevenementen en culturele manifestaties. 85.
De Provincie zal samen met haar partners actief moeten inzetten op het verkrijgen van internationale sportevenementen en culturele manifestaties. De Floriade, het WK wielrennen 2012 en Maastricht Culturele Hoofdstad zijn unieke evenementen met een sterk internationaal karakter. Maar ook Pinkpop, het carnaval en het OLS dragen bij aan de versterking van de Limburgse couleur locale met een nationale uitstraling.
pagina 45
pagina 46