[Praktijkverhalen over ondernemend onderwijs]
MARKTPLAATS juni 2004 - nr.
1
INHOUD Column: Koos Breur
2
Voorwoord
3
Inzet van eigen talenten door leerkrachten • de bakklas • de scheepvaartklas • reacties van kinderen
4 5 7 8
Een ouderavond als een bijzondere onderneming • een verhalend ontwerp: de stedentrip • sleutelvragen
9 10/11 12
Talentontwikkeling bij leerlingen: Ik wil graag een zombie zijn 13 Poëzieroutes door de wijk
14/15
Marktplaats is een periodieke uitgave van:
Colofon
Stichting voor Bijzonder Primair Onderwijs in de Zaanstreek
Ontwerpbureau De Educatieve Stad
16
In ieder katern van Marktplaats nodigt de redactie iemand uit een column over ondernemend leren te schrijven. Deze keer Koos Breur, Algemeen directeur Agora.
AGORA-scholen willen ondernemende scholen zijn Wat kan daar in een paar zinnen over gezegd worden? Zomaar een paar flarden van herinneringen en associaties. Nog niet zolang geleden liep ik even binnen in een groep 3. Zo maar, om weer eens even de sfeer te proeven. Een meisje zat een beetje om zich heen te kijken. Ik vroeg: Wil je wat vragen? Ja, meneer, hoe wordt een vlinder geboren? Tja, dat weet ik wel, maar het antwoord kun jezelf best vinden. Hoe dan? Kijk eens in een boek. Dan ga je toch straks gewoon in de boekenhoek in een boek over een rupsje kijken. Daarin kun je vast het antwoord vinden. In de pauze zag ik op het plein het meisje weer en ik vroeg haar of ze het al wist. Het antwoord: in Rupsje Nooitgenoeg had ze gezien dat ‘een vlinder uit een rups’ wordt geboren. In mijn ogen is dit een mooi begin van zelf iets ondernemen om –uiteindelijk- zelfstandig te kunnen reageren op vragen uit de wereld. In een gesprek met een van onze directeuren stelde ik aan de orde dat het ondernemend zijn niet mag worden verward met zomaar ‘een paar leuke zichtbare activiteiten op touw zetten’. Als we ondernemend zijn, trekken we initiatieven naar ons toe en zoeken zelf naar oplossingen. Dat zal ons telkens weer verrijken, juist op die gebieden waar we iets van weten of waar we meer van willen weten – of waarin we samen iets willen bereiken. Ondernemend leren is niet alleen voor de kinderen, het vraagt van iedereen in de school een veranderde houding . Dat laatste sluit aan bij wat de inspecteur mij vertelde. Zij had in het schoolplan van bijna alle scholen wel iets gelezen over ondernemende scholen. Ondernemend leren is een houding die overal in terug moet komen. AGORA wil vanuit haar identiteit een instelling zijn die inspeelt op de talenten van mensen. Wat je kunt moet je goed doen. Wat je nog niet beheerst moet je trachten te leren. Iedereen mag zijn of haar eigen plafond bereiken. De hoogte van het plafond heeft niets te maken met de manier waarop je naar kinderen en volwassenen kijkt. En daarbij moeten we vooral kijken naar elkaars successen en niet, zoals zo vaak gebeurt, naar elkaars tekortkomingen.
M
Marktplaats opnieuw van start!
Het eerste nummer lag er al in oktober 2003 en daarna bleef het lange tijd stil op de Marktplaats van Agora. In april 2004 is er een kleine, voorlopige redactie gevormd bestaande uit Jos van Dort (directeur De Regenboog), Ton Kroon (directeur De Hoeksteen) en Marianne Schuurmans (De Educatieve Stad). Vanaf vandaag zijn de marktkramen weer gevuld met mooie onderwijsontwerpen uit onze eigen scholen. Als glimmende appeltjes liggen ze te wachten om opgepakt te worden. Sommige ontwerpen - zo blijkt uit de beschrijving zijn nog volop in ontwikkeling. De bakklas en de scheepvaartklas zijn op dit moment in vol bedrijf, maar daarom niet minder interessant. Leerkrachten Pauline Adams en Wim Noom van De Hoeksteen vertellen er over. Het inzetten van eigen talenten en affiniteiten van de leerkrachten staat daarbij centraal. Het enthousiasme van de leerkrachten werkt aanstekelijk zo blijkt uit de uitspraken van de kinderen. Ze participeren actief in het leerproces en ‘weten wat ze weten’. Het eerste begin van grip krijgen op je eigen ontwikkelingsproces. Datzelfde streefde Leonie Klanderman van de Evenaar na, toen zij haar kinderen vanuit een bezinning op eigen én gevraagde talenten liet solliciteren naar rollen in de eindmusical. Andere verhalen in deze Marktplaats laten ontwerpen zien die reeds afgerond zijn en een succes bleken: poëzieroutes ontwikkeld en uitgevoerd door leerkrachten en leerlingen van Toermalijn. Peter Tolhuijs vertelt erover. Ook hier blijkt het enthousiasme van de leerkracht een belangrijke drager van het succes. En dat geldt ook voor de ouderavond rond verhalend ontwerpen. Robert Pouw van De Regenboog, stak zijn enthousiasme en zijn talent niet onder stoelen of banken – en dat werkte, naar de ouders net als naar de kinderen. Het planningsschema van dit verhalend ontwerp hebben we in deze
3
Marktplaats in z’n geheel opgenomen. Wellicht komt het in jouw kraam te pas! Ook alle andere verhalen in marktplaats zijn bedoeld als een onderlinge inspiratie bij het vormgeven van ondernemend leren. Misschien denk je bij het lezen van het een of ander wel "dat kan ik veel beter". Zie dat dan als een compliment aan je zelf en niet als kritiek op de ander – waartoe ook Koos Breur in zijn column oproept. Wat alle onderwerpen in deze Marktplaats verbindt is het versterken van ondernemend gedrag, startend vanuit iets waar jij (leerkracht, leerling) je goed bij voelt: omdat je het leuk vindt, omdat je het kunt, omdat je er wel wat vanaf weet. Dat is het begin van iedere ontwikkeling. Immers om beter te worden hoef je niet ziek te zijn; beter volgt op goed! De redactie
Leerkrachten zetten eigen talenten in Op de Hoeksteen kiezen we er in de bovenbouw voor om binnen het ondernemend leren, de talenten van leerkrachten in te zetten. Elke leerkracht geeft vanuit eigen bijzondere kwaliteit een extra impuls aan het onderwijs in zijn of haar klas. Dit schooljaar zijn we op weg om dat vorm en inhoud te geven. Zo kennen we nu de bakklas, de klas van weven en keramiek, de scheepvaartklas, de klas waar we reizen en de klas waar we een opera gaan uitvoeren. In al deze klassen ervaren kinderen dat ze dit jaar wel met héél iets bijzonders bezig zijn, bijvoorbeeld: • oefenen voor de opera, kleding en decors maken, optreden in het Zaantheater, en zorgen dat alle kosten betaald kunnen worden. • een wandeltocht voorbereiden, de tocht lopen en allerlei opdrachten uitvoeren, zo ook een fietstocht door Krommenie en omgeving, wat kunnen we allemaal zien en hoe organiseren we het. Kinderen maken kennis met een grote verscheidenheid aan activiteiten, interesses en talenten van leerkrachten. Kind en leerkracht zullen elkaar beïnvloeden. Vanuit eigen affiniteit en talent groeit de ondernemendheid van de leerkracht: immers de leerkracht daagt het kind uit om als het ware mee op pad te gaan. En het kind krijgt ruimte en kansen om ook eigen talenten te ontdekken en mee te ontwikkelen. Het kind mag ergens goed (misschien wel ‘meesterlijk’ goed) in worden. Met twee leerkrachten en enkele kinderen hebben we een kort interview over ‘de bakklas’ en
4
‘de scheepvaartklas’.
Wij zijn de bakklas! Bakken en koken vind ik erg leuk, vertelt Pauline Adams, leerkracht van groep 6 van De Hoeksteen. Vaak krijg ik zo maar zin om taart en cake te bakken. Niet eens om zelf op te eten, we zijn maar met zijn tweeën, maar eigenlijk vooral om uit te delen bv. aan mijn vader en moeder. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Pauline er voor koos om dit ‘talent’ in te zetten in school. Haar klas werd de bakklas van De Hoeksteen. Pauline vertelt op welke manier leerkracht en kinderen enthousiast en ondernemend sámenwerken!
Die beleving van mij moet ook een beleving van de kinderen worden. Onderwijs moet niet alleen realistisch zijn, maar ook doorleefd kunnen worden. In deze “uitdaging” doen kinderen veel, en dat levert veel bruikbare kennis op.
“Onze - uiteindelijke - uitdaging is om met de gehele groep een buffet te maken voor de ouders. We zijn er aan het begin van het schooljaar mee begonnen: wij zijn de bakklas van de school. Er is zoveel mee te doen Met drie stellen koken en bakken we om beurten, eens per maand. Niets uit een pakje of kant en klaar, maar vers, eerlijk en naturel. Net als Jaimy Oliver! De kinderen zijn heel enthousiast, en de samenwerking en aandacht in de groep ervaar ik als heel positief. Op dit moment zijn deelgroepjes bezig om allerlei soorten baksels uit te proberen. Aan het eind van de dag gaan we dan allemaal in de kring zitten. Eerst vertelt het groepje wat ze gemaakt hebben, hoe het proces verlopen is. De taart, de koek, het brood snijden we aan. Met aandacht proeven we. We bespreken met elkaar hoe wij het geheel waarderen. Dit allemaal heel serieus en respectvol naar ieder. Ik ervaar dit als heel belangrijk, zo’n vast ritueel. Zeker ook als ik het afzet tegen het soms thuis zappend bij de televisie “de maaltijd nuttigen”.
Aan die fase gaan we nu beginnen. De vraag aan de kinderen is nu: wat moeten we allemaal ondernemen om straks een buffet aan ouders te presenteren. Eerst ga ik zelf uitzoeken welke activiteiten er allemaal uitgevoerd moeten worden, - mijn eigen scenario - en dan ga ik samen met de kinderen activiteiten plannen, verdelen en uitwerken.”
Om onze ingrediënten en apparatuur te kunnen betalen hebben we al 300 oliebollen als sponsorbollen verkocht. Voor 140,00 kunnen we weer een tijdje werken naar ons eindproduct: het buffet.
Het werk van de kinderen bestaat uit meer dan alleen bakken. Bij brood bijvoorbeeld, is dit: De verkenning van soorten brood. De verschillende ingrediënten bekijken De werking van gist, en de beïnvloeding van suiker, zout en temperatuur daarop. De ontwikkeling van tarwe tot meel. Ik vind het erg leuk om vanuit een stuk eigen beleving mijn onderwijs in te richten. Niet in vast stramien een methode afwerken, maar ook inbrengen wat bij mij past en wat van mij is, en waarmee ik kinderen kan uitdagen tot enthousiast en betrokken werken.
5 Pauline Adams
De Bakklas 6
Interview met Wim Noom, leerkracht van groep 7 van De Hoeksteen
Talent en passie voor schepen leidt tot ‘de scheepvaartklas’ Talent en passie voor het bekijken en fotograferen en verzamelen van gegevens van Nederlandse koopvaardijschepen, dat is kenmerkend voor Wim. “Ik houd een heel documentatiecentrum bij van alle Nederlandse koopvaardijschepen. Hierin neem ik allerlei gegevens op: beschrijvingen van schepen, hun levensloop, de foto’s . Al met al is het heel wat, want ik wil dat van elk Nederlands koopvaardijschip bezitten. Ik ben lang niet de enige die er deze hobby op nahoudt. Ik ben met vele anderen lid van de World Ship Society, met drie takken in Nederland. Ik hoor bij de Rotterdamse tak. Samen met mijn broer ben ik veel langs kanalen en waterwegen te vinden. Ik vind het dus leuk om met scheepvaart bezig te zijn. En dan is het de truc om er iets ondernemends van te maken in het onderwijs, kinderen aan te zetten tot eigen ontdekkingen. Kinderen weten weinig van de scheepvaart. Maar in mijn groep groeit hun kennis op dit gebied als vanzelf. Ze leren veel. En het valt me op hoeveel tijd ik er voor heb, naast de andere vakgebieden.
De kinderen zijn heel enthousiast over het VOCschip dat we bezocht hebben. Ondertussen volgen we de tocht van de ‘Lida’ van Alkmaar naar het Caraibisch gebied. Eerst hebben we het schip bekeken, de machinekamer, de huiskamer, de keuken, en nu houden we via internet contact met de bemanning. We volgen hun tocht via de kaart en via de nieuwsbrieven. Niet alle activiteiten die ik de kinderen aanbiedt worden even gemotiveerd aangepakt. Dit wisselt nog wel eens. Volgend jaar wil ik toch weer de scheepvaart benutten bij het ondernemend leren. Ik stel wel telkens bij. Ik zoek naar optimale kansen voor enthousiasme bij de kinderen. Ik hoop dat mijn collega’s dit (het werken vanuit eigen talenten en interessen) ook doorzetten. Het is goed als kinderen een melange van activiteiten in de school meemaken. En het geeft je als leerkracht voldoening om vanuit je eigen talent kinderen te begeleiden.”
In drie uitdagende episodes heb ik de ondernemende activiteiten verdeeld. • het bezoek aan het scheepvaartmuseum, met daarbij vooral het VOC schip • de moderne scheepvaart met de havens in Zaandam en Amsterdam. • het bezoek aan de Amsterdamse haven. En als afsluiting zelf varen in een kano om te ervaren wat water is: de deining, de kabbeling van het water en de rust.
7 Wim Noom
Lisanne de Boer, De Hoeksteen, groep 7a
Ruben Dietz, De Hoeksteen, groep 7a
Stef, Nicole, Martijn en Shanice leerlingen van Wim Noom vertellen over hun ervaringen in de scheepvaartklas
Wat kinderen ervan vinden Het zijn spannende lessen en je leert er veel van. We voelen ons een beetje speciaal, omdat we dit schooljaar heel bijzondere dingen mogen doen • We mogen zelf een reis naar het scheepvaartmuseum organiseren. • We e-mailen met een echte scheepskapitein. • We nodigen een zeeman uit om in de klas te vertellen • We lezen verhalen over de reizen en belevenissen van de VOC. We zijn trots op dat we er zoveel van geleerd hebben. Wat we geleerd hebben: • Ik kan precies vertellen hoe we het e-mail verkeer regelen met kapitein Jan Wind van het schip De Lida. (Shanice) • Ik ben veel te weten gekomen over het leven aan boord van een VOC-schip, over het voedsel dat ze
meenemen, over de ziektes aan boord en over de schaarste aan water. (Martijn) • Ik weet nu veel over de huidige scheepvaart. Ik kan vertellen over de pk’s van de motoren, en over de werkzaamheden in de havens. (Stef) • Mijn vader is kapitein op een schip. Ik weet dus wat het betekent als mijn vader van huis is, en hoe fijn het is als hij weer thuis komt. (Nicole) We zijn het er allemaal over eens: meester Wim is een heel speciale meester! In andere klassen worden er nu ook aparte dingen gedaan, maar alleen onze klas is “scheepvaartklas”. We willen eigenlijk nog wel meer doen, bijvoorbeeld een voetbaltoernooi organiseren, of een goed plan maken voor de nieuwe speelplaats. Dat kunnen we ook wel!
Een ouderavond als een bijzondere onderneming Op een ouderavond in De Regenboog hebben we samen met de ouders een verhalend ontwerp beleefd. Het was het ontwerp van ‘de stedentrip’, een ontwerp van Steve Bell. Het verhaal in het kort: Een familie heeft een prijs gewonnen en mag een reis van twee weken maken waarbij ze drie hoofdsteden van Europa mogen bezoeken. Alle kosten worden betaald. De opdrachten: • Stel je familie samen. Bij de ouders ontstaat een levendige discussie over de rolverdeling. Robert Pouw, leerkracht van De Regenboog en leider van deze ouderavond, moet diverse keren uitleggen dat een goed overleg heel belangrijk is. Na de verdeling moet iedere familie zich presenteren. Dit geeft heel veel hilariteit. Juist omdat ouders, net als kinderen, zich kunnen verschuilen in allerlei fantasieën Andere ouders reageren daar weer op. Als workshopleider moet je oppassen dat dit onderdeel niet blijft hangen in leukigheid Kortom ruimte geven, maar ook de tijd in de gaten houden. (Net als in de klas!) • Het uitzoeken van de hoofdplaatsen van Europa. Eerst laten we de ouders zelf modderen. Later wijzen we op het nemen van initiatieven, bv door een atlas te pakken. • Het bespreken van de vraag ‘waar gaan we heen?’ Dit levert heel wat discussie op. De belangen lopen uiteen. Ook hier lijken ouders gewoon op een klas kinderen. Na de presentatie van dit laatste onderdeel, is de tijd helaas alweer om. We hebben er samen drie kwartier heel enthousiast aan gewerkt. Uiteraard kon-
9
den we in dit korte tijdsbestek niet het hele ontwerp behandelen. De ouders vonden het een leerzame avond. Ze hebben een idee gekregen, hoe dit ‘verhalend ontwerpen’ in elkaar steekt, hoe het ondernemend gedrag van kinderen er door versterkt wordt en hoeveel ze op deze manier kunnen leren. Verhalend ontwerpen : een onderneming voor iedereen. Op de volgende pagina staat het ontwerp dat gebruikt werd op de ouderavond. Dit zgn. “verhalend ontwerp” is ooit ontwikkeld door Steve Bell. De Educatieve Stad is geassocieerd met de Golden Cirkel van ‘story line designers’ waarvan Steve Bell de voorzitter is. Mede op uitnodiging van De Educatieve Stad is Steve verschillende keren in Nederland geweest voor workshops en gastlessen. Het planningsschema zoals op de volgende bladzijde is afgedrukt, is goed te gebruiken bij het ondernemend leren. De sleutelvragen dagen de kinderen uit tot optimale participatie en tot het nemen van initiatieven binnen een duidelijke structuur. Het ontwerp van ‘de stedentrip’ leent zich om de aardrijkskunde over Europa wat extra Schwung te geven, maar, met enige aanpassingen, ook om samen met de kinderen een echt uitstapje of reis(je) uit te voeren. In De Korenaar wordt op dit moment door groep 6 gewerkt aan het voorbereiden van een schoolreisje. In een volgende Marktplaats meer daarover.
10
11
Sleutelvragen, middel om het leren van kinderen te activeren Hoe kan je kinderen bij het ondernemend leren vrijheid en inbreng geven én tegelijkertijd ook je eigen onderwijsdoelen halen? Om je eigen geheime scenario te kunnen benutten is het goed je te bezinnen op het stellen van de juiste vragen. Je moet hiervoor goede vragen stellen en geen stomme vragen. Een stomme vraag is een vraag waarop de leerkracht zelf al het antwoord weet, terwijl kinderen beseffen dat ze hiervoor het antwoord moeten raden. Leerkrachten stellen deze vragen om de kinderen te activeren. Helaas lukt dit zelden. Een sleutelvraag zet kinderen zichtbaar aan het denken. • er zijn meerdere antwoorden mogelijk. • de leerkracht is geïnteresseerd in het antwoord. • een sleutelvraag is werkelijk gemeend. Kinderen voelen dit feilloos aan. In een groep oefenen de kinderen aan allerlei acts voor de komende circustentoonstelling. Het is een rennen, gillen en spullen slepen van jewelste. Juf roept de kinderen bij elkaar en stelt in haar wanhoop een prima sleutelvraag: ”Hoe kunnen we zo oefenen dat anderen er geen last van hebben??” De kinderen doen goede suggesties en vanaf dat moment loopt het stukken beter. Kinderen reageren serieus als de vragen echt gemeend zijn. “Jongens en meisjes, weet je wat, we gaan een radiostation maken.” "Welke apparatuur staat er in een radiostation". Het gesprek valt stil. De leerkracht vraagt naar feitelijke antwoorden en vele kinderen weten ze niet. Je kunt ook wat meer ruimte in de vraag brengen, zodat iedereen kan meedenken. “Eerlijk gezegd, ik ben er ook nog nooit geweest, maar …. Welke apparatuur zou je in een radiostation goed kunnen gebruiken?” Op deze vraag kunnen kinderen veel antwoorden bedenken. Zie je het verschil? Een goede sleutelvraag heeft denkruimte nodig. Vragen
12
naar vastliggende feiten geeft die denkruimte meestal niet. Toch… in een vraag teveel ruimte leggen kan soms erg lastig zijn en geeft te weinig richting. “We hebben afgesproken dat we ons eigen schoolreisje gaan plannen. Waar zouden we naar toe kunnen gaan?” De suggesties vliegen de leerkracht om de oren. Beter is het misschien om uit te gaan van een meer omschreven plan: "’we gaan met de hele groep een dag naar het Twiske. Ik heb hier een kaart van de omgeving. Onze school ligt hier, het Twiske daar. De vraag is nu: wat is een goede, veilige fietsroute. Hoe kunnen we dat uitzoeken?” Nu zijn de suggesties gericht op het werken met de kaart en het lezen van de legenda. Een goede sleutelvraag activeert, stuurt en stimuleert. Natuurlijk hebben leerkrachten hun scenario, en weten ze wat ze kinderen willen opdragen. Maar door sleutelvragen maken ze die opdracht uitdagend en uitvoerbaar.
Aandacht voor talentontwikkeling bij leerlingen
Ik wil graag een zombie zijn! In de cursus ondernemend leren voor leerkrachten bekeken we een videofilm uit Schotland. Het hele proces van het opzetten van een onderneming door leerlingen wordt daarin stap voor stap getoond. Leonie Klanderman leerkracht van groep 7/8 van De Evenaar is vooral enthousiast over de manier waarop de kinderen solliciteren naar een functie in hun onderneming. Een goede manier om kinderen zichzelf bewust te laten worden van hun eigen kwaliteiten en de kwaliteiten die nodig zijn voor een bepaalde functie. Leonie besloot dit in vereenvoudigde vorm toe te passen in haar groep bij de rolverdeling voor de musical. “Dit jaar hebben we gekozen voor HeartBreak; een griezel musical. Ik zocht een leuke manier om de rollen te verdelen. Een manier die door de kinderen als eerlijk zou worden ervaren, zodat alle kinderen het met de rolverdeling eens zouden zijn. Na het zien van de video besloot ik de kinderen niet zondermeer een rol te geven, maar dat ze daar zelf naar zouden moeten kunnen ‘solliciteren’. Dat verliep als volgt: We beginnen met het lezen van de tekst van de hele musical. Daarna geef ik ieder kind een briefje met daarop een rol en vraag: “wat moet je als acteur goed kunnen om déze rol te kunnen spelen?”
De kinderen schrijven dingen op als: Goed zingen, want je moet solo zingen. Voor de rol van Zombie: op een toon kunnen praten. Voor de rol van Mike: met een engels accent kunnen praten en heel moeilijke woorden kunnen uitspreken en in de rol van meester of juf moet je goed kunnen schreeuwen(!) en propjes in de prullenbak kunnen gooien. Alle briefjes worden op de werktafel gelegd. Een dag later mogen de kinderen (schriftelijk) solliciteren: ze schrijven op, welke rol ze graag willen en waarom ze menen dat ze die rol goed kunnen spelen. Malou wil bv graag de rol van juf spelen en schrijft: Ik wil deze rol spelen omdat ik het een leuke rol vind; ik heb een horloge; ik kan best goed mikken en kan ook best goed schreeuwen. Vervolgens doen alle kinderen auditie in aanwezigheid van de moeder die de musical zal inoefenen. De kinderen zijn dan al enigszins getraind, want ze hebben vooraf met haar al een aantal drama oefeningen gedaan. Tijdens de auditie zijn alle kinderen aanwezig en kijken mee. Telkens worden een paar kinderen naar voren geroepen, er wordt een situatie geschetst die zij daarna samen uitbeelden. Op basis van de sollicitatie en de auditie maak ik samen met de hulpouder de definitieve rolverdeling. Hoewel niet ieder kind de rol krijgt die het in eerste instantie gevraagd heeft, is er toch duidelijk sprake van grote instemming bij alle kinderen. Ze voelen dat er rekening gehouden is met hun voorkeur én hun talent. Als ik dit volgend jaar weer doe, ga ik nog wat meer in op de argumenten bij de sollicitatie. Nu staat er toch nog te vaak op de briefjes “omdat ik het leuk vind”. Een volgende keer wil ik meer aandacht voor de kwaliteiten die nodig zijn en die ze zelf menen te hebben, misschien wel door dit mondeling toe te laten lichten. Bovendien laat ik ze ook een tweede keuze aangeven. Maar wat ook nu al duidelijk is geworden, is dat kinderen die zicht krijgen op hun eigen kwaliteiten en zich daarin serieus genomen voelen, tevreden kinderen zijn. En dat draagt bij aan een goede sfeer in de klas en aan de kwaliteit van hun werk!”
13
Poëzieroutes door de wijk Basisschool Toermalijn ontwikkelt zich stap voor stap tot een ondernemende school. ‘Maak de school wat uitdagender’ adviseerde de inspecteur enkele jaren geleden. Een opmerking die het begin werd van een reeks van bijzondere activiteiten. Zo werden er bijvoorbeeld met kinderen allerlei routes ontworpen in het dorp: historische routes, routes langs bijzondere gebouwen, poëzieroutes, e.d. Er was een zang- en dansoptreden in het bejaardenhuis. Als zgn. brede school heeft Toermalijn werkrelaties met buitenschoolse instellingen, zoals Fluxus, OZK (kinderopvang) en Welsaen. Ook met hen worden na schooltijd bijzondere activiteiten uitgevoerd: jongleren, dans, muziek en koken voor kinderen en cursussen voor ouders. Voor ‘gasten in de klas’ is nu een potentieel van wel 100 personen die op uitnodiging graag iets komen vertellen of doen. Er is ook een Spaanse school waar kinderen van Spaanse afkomst extra les krijgen in het Spaans. Van de poëzieroutes een kort verslag: Poëzieroutes met bestaande gedichten. Elke leerkracht van De Toermalijn zet met haar/zijn leerlingen van de groep een poëzieroute uit. Hiervoor kiezen de kinderen zelf gedichten uit bestaande poëziebundels. Ze schrijven of printen deze gedichten op grote vellen papier, die ze vervolgens illustreren en thuis voor de ramen hangen. Ze leren gedichten uit het hoofd en declameren ze thuis en in de klas. Daarna ontwerpen de kinderen een route die langs de gedichten loopt. Deze route tekenen ze op de plattegrond van het dorp. De kinderen lopen diverse routes van de verschillende groepen op 25 januari. Met de kinderen spreken we af hoe de routes worden gemarkeerd, welke ouders meegaan, op welke tijd gestart, waar gepauzeerd e.d.
Wat heeft dit te maken met ondernemend leren? De leerkrachten zijn ondernemend. Iedere leerkracht heeft nl: • een verzameling gedichten aangelegd, waaruit keuzen worden gemaakt door kinderen. • een ‘ondernemingsplan’ gemaakt, dat wil zeggen het traject uitgezet dat leidt tot de poëzieroute op 25 januari. • bedacht hoe je kinderen kunt verleiden om mee te doen. (ondernemend leren veronderstelt ‘spannend onderwijs’) • nagedacht over wat kinderen kunnen leren en waarin je een vorm van ‘meesterschap’ nastreeft. (declameren; verbetering van uitspraak; woordenschat-uitbreiding; zinsmelodie enz) • contact gezocht met ouders of de kinderen gestimuleerd om dat contact op te nemen. De leerlingen zijn ondernemend. • Elk kind kiest een eigen gedicht dat het thuis voor het raam ophangt. • De kinderen bepalen met elkaar de route voor hun eigen klas. (eerst in groepjes/ daarna proberen om een gezamenlijke route uit te zetten) • Kinderen nodigen ouders uit om met hen op route te gaan op 25 januari. • Bepalen de markering van hun eigen route. • Regelen waar ze onderweg chocolademelk kunnen schenken of andere dingen kunnen doen. • Gaan zelf dichten en jureren (samen met experts). • Nodigen de ouders uit om samen met hen naar de expositie in het Zaans Museum te gaan.
Zelf dichten. Met twee andere scholen in Wormerveer spreken we af dat kinderen zelf gedichten maken over plekken in het dorp met een bijzondere historische waarde. Per school maken we een selectie van bv. 10 gedichten gemaakt door een jury. De gekozen gedichten zenden we in. Deze gedichten (incl. foto’s en tekeningen) exposeren we in het Zaans Museum. Tevens maken we van deze gedichten een bundel.
14
[twee gedichten van leerlingen van De Toermalijn]
De spits van de kerk
De reigerkolonie van Wormerveer Reigers in hun nesten Zomers in een boom Samen op het plein Daar kunnen ze met de hele familie zijn In mei krijgen ze baby’s Lief, zacht en mooi Dat is toch geweldig Reigers bij elkaar
Hoog in de lucht…. Hoor ik de bel: van ding dong del! Hoog in de lucht…. Zie ik de spits: van prot pret prits! Rob Brands, groep 3a
15
Manon de Klerk, groep 8b
Terugblik door Peter Tolhuijs. Peter is adjunct directeur op school, twee dagen ambulant, drie dagen belast met groep 7 en 8. Is coördinator bredeschool en zeer betrokken bij het poëzieproject. Het beginsel van ondernemend leren spreekt hem zeer aan. Peter is zelf ‘gelegenheidsdichter’ en ervaart poëzie als een verrijking in zijn bestaan. Zijn terugblik op het project: “Ik ben gefascineerd geraakt door het scheppend verbaal vermogen van kinderen. Kinderen hebben een groot plezier in het spelen met de taal en zijn vindingrijker dan ik voor mogelijk hield. Aan hun taaluitingen bewaar ik warme herinneringen. Ineens begreep ik de waarde van het declameren, toen ik een kleuter voor 80 volwassenen op het podium zag staan om een gedicht te declameren. Later ging een kind van groep 3 bij ons op school alle klassen langs met zijn gedicht. Het ging totaal op in zijn voordracht en deed de oudere leerlingen verbazen. Dit project werkt op mij verslavend. Volgend jaar doe ik het zeker weer. De fraai uitgevoerde gedichtenbundel was samen met de expositie in het Zaans museum een bekroning op het werk. De ouderbetrokkenheid was groot. Op zondag 25 januari had Wormerveer een ander aanzien. Veel ouders liepen met hun kinderen over straat langs de gedichten. Het mooie weer hielp uiteraard een handje, maar toch.. het was geweldig! De poëzieroutes hebben veel losgemaakt bij de kinderen. Door hun grote betrokkenheid en hun eigen inbreng bleven ze gemotiveerd tot het einde.”
Wil je met jouw onderneming ook in Marktplaats? M e l d t h e t d e r e dac t i e !
Zie je er tegenop om zelf te schrijven? Maak een foto reportage! M e l d t h e t d e r e dac t i e !
Wil je wel over je onderneming vertellen maar niet schrijven! M e l d t h e t d e r e dac t i e ( da n n e m e n w e j o u e e n i nt e rvi e w a f ) !
Heb je een goed idee? M e l d t h e t d e r e dac t i e !
Wil je reageren..? M e l d t h e t d e r e dac t i e !
Wil je zitting in de redactie? M e l d t h e t d e r e dac t i e !
Colofon Marktplaats – Juni 2004 Redactie
Vo r m g e v i n g & o p m a a k
Ton Kroon, directeur De Hoeksteen Jos van Dort, directeur De Regenboog Marianne Schuurmans, De Educatieve Stad.
Peter Louman, Assendelft Studio Welgraven, Limmen Druk & afwerking
Marktplaats wordt geschreven door en voor onderwijsgevenden, ter inspiratie en ondersteuning bij het ontwikkelen van ondernemend onderwijs. Verschijnt driemaal per schooljaar en wordt verstuurd naar alle scholen van Agora.
Aranea Offset, Zaandam Informatie Agora De Weer 10 1504 AG Zaandam tel 075 616 86 30
In dit nummer bijdragen van Pauline Adams (De Hoeksteen) Koos Breur (alg. dir. Agora) Piet Conijn (De Educatieve Stad) Jos van Dort (De Regenboog) Leonie Klanderman (De Evenaar) Ton Kroon (De Hoeksteen) Wim Noom (De Hoeksteen) Robert Pouw (De Regenboog) Marianne Schuurmans (De Educatieve Stad) Peter Tolhuijs (Toermalijn) Tekeningen van leerlingen van groep 7 van Wim Noom. Foto’s van Jos van Dort en Ton Kroon, behalve de foto van Peter Tolhijs, die gemaakt werd door Jerry de Jong (leerling van groep 8 Toermalijn).
of De Educatieve Stad Zwanenbloemlaan 20b 1562 SC Krommenie tel 075 622 67 22 Inzenden van kopij: E-mail:
[email protected] met vermelding: kopy marktplaats
Marktplaats is een periodieke uitgave van Agora, ondernemende scholen, i.s.m. Ontwerpbureau De Educatieve Stad.