René Tönissen, september 2012
2
Inhoud ............................................................................................................................................................ 2 Voorwoord .................................................................................................................................................... 3 1.
Visieontwikkeling.................................................................................................................................. 4
2.
Communicatie en netwerk ............................................................................................................... 6
3.
Duurzaamheid in het onderwijs ...................................................................................................... 13
4.
Duurzaamheid in projecten en onderzoek .................................................................................. 18
5.
In bedrijfsvoering ............................................................................................................................... 27
6.
Personeelsbeleid................................................................................................................................ 28
7.
Op weg naar 4 sterren?? ................................................................................................................. 29
Bijlage: footprint 2011 Built Environment ............................................................................................... 30 1.
Organisatie ......................................................................................................................................... 30
2.
Energie ................................................................................................................................................. 30 Gas, elektriciteit ................................................................................................................................. 30 Maatregelen energieverbruik ......................................................................................................... 30
3.
Afval ..................................................................................................................................................... 31 Afval BE totaal.................................................................................................................................... 31 Maatregelen papier, batterijen, koffiebekers, inventaris .......................................................... 31 Studievereniging Trifonius: evaluatie en maatregelen .............................................................. 32 Werkplaatsafval ................................................................................................................................. 32
4.
Water ................................................................................................................................................... 32 Besparing ............................................................................................................................................ 32 Regenwater ........................................................................................................................................ 32
5.
Lucht .................................................................................................................................................... 32 Maatregelen ...................................................................................................................................... 32
6.
Groen ................................................................................................................................................... 32 Binnen .................................................................................................................................................. 32 Buiten ................................................................................................................................................... 32
7.
Geluid .................................................................................................................................................. 33 Probleemgebieden........................................................................................................................... 33
8.
Vervoer ................................................................................................................................................ 33 Woon/werk ......................................................................................................................................... 33
Faciliteiten........................................................................................................................................... 33 9.
Concrete maatregelen HAN-Breed in 2010 met een (energie)besparend effect .............. 33
10. Vergelijkingstabel energiegebruik Hogescholen Nederland ................................................... 34
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk:
Studenten ........................................................................................................................................... 33
2
Voorwoord
3
Dit is het tweede jaarverslag van het instituut Built Environment van de HAN dat zich uitsluitend richt op duurzaamheid. In september 2011 kwam het eerste uit, dat als voorbeeld heeft gediend in de HAN, en een bijdrage heeft geleverd aan het behalen van de derde ster van het DHO/Hobéon duurzaamheidskenmerk. Duurzaamheid is een zeer belangrijk agendapunt voor het instituut, en dat heeft zich geuit in het behalen van het drie-sterren duurzaamheidskeurmerk van Hobéon, dat de auditfunctie op dit terrein van de stichting DHO heeft overgenomen. Daarmee is HAN-BE het eerste instituut in de bouwbranche in de Benelux dat voor beide opleidingen – zowel Bouwkunde als Civiele Techniek – dit keurmerk heeft. Sterker: HAN-BE behoort nu tot een zeer selectief gezelschap van drie-sterren instellingen: Hanzehogeschool Groningen met 3 opleidingen, Fontys met één opleiding, en nu dus ook de HAN met 2 opleidingen. Vanzelfsprekend is de voorbereiding en aanloop naar de audit, eind maart 2012, een belangrijke rode draad geweest in de activiteiten van het instituut rond het thema. Om zichtbaar te maken - en te houden – zowel voor interne als externe stakeholders, wat de duurzame activiteiten van het instituut het afgelopen studiejaar zijn geweest, welke ontwikkelingen hebben plaatsgevonden, en hoe het instituut zich verder heeft geprofileerd als duurzame kennisinstelling, is dit jaarverslag 2011-2012 geproduceerd. Dit jaarverslag moet bijdragen aan het streven van HAN-BE om duurzaamheid blijvend onder de aandacht van alle stakeholders te brengen; dat is HAN-BE ook aan haar status verplicht met haar drie sterren.
Hoofdstuk: Voorwoord
september 2012, René Tönissen Directeur instituut Built Environment, Lid van het duurzaamheidsteam
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
3
Visieontwikkeling
4
In het proces naar de realisatie van het twee-sterren-keurmerk heeft HAN-BE in december 2009 haar door docenten en studenten gedeelde visie op duurzaamheid in het instituut geformuleerd. Die visie staat tot op de dag van vandaag als een huis.
Het instituut Built Environment (BE) is onderdeel van de faculteit Techniek van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN). De HAN wil een voortrekkersrol (blijven) spelen bij duurzame ontwikkeling in het hoger onderwijs. De HAN - en BE in het bijzonder - baseren zich in het thema op de bekende Brundtland-definitie (1987): Duurzame ontwikkeling is ‘ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen.’ Daarbij heeft BE aandacht voor de 3P’s: People, Planet en Prosperity. Zowel in de bedrijfsvoering, als in het onderwijs wil BE duurzaamheid vóórleven.
In de discussie met collega’s intern, en met stakeholders extern, wordt steeds duidelijker dat BE een voorloper is op dit gebied, en een opvoedende rol heeft. In eerste instantie naar haar
Hoofdstuk: Visieontwikkeling
Medewerkers en studenten van Built Environment beseffen dat de manier waarop wij de gebouwde omgeving inrichten een belangrijke rol speelt in het thema van duurzame ontwikkeling – juist daarom wil BE binnen de HAN weer een voorloper zijn. Planet Zowel voor de Bouwkunde, die zich bezighoudt met de bouw van woonhuizen en andere bebouwing, als Civiele Techniek, die zich richt op het inrichten van de openbare omgeving, vooral op het gebied van weg- en waterbouw is het omgaan met materiaal, en dus grondstoffen, een belangrijk item. Duurzaam gebruik van materiaal betekent dat we niet alleen kijken naar de herkomst van de grondstoffen, en de wijze waarop deze zijn geproduceerd, maar ook naar de manier waarop we ze verwerken, met het oog op de volledige levenscyclus. Multifunctionaliteit, hergebruik en waar mogelijk upgrading zijn daarin de sleutelbegrippen. De wijze waarop onze gebouwde omgeving is gerealiseerd is bovendien een van de belangrijkste factoren die ons energieverbruik bepaalt. De technieken om energiezuinige, –neutrale of zelfs producerende gebouwen of wegen te realiseren bestaan al. Ook het energiegebruik in de productiefase is daarbij een belangrijk onderwerp. In het onderwijs integreert BE deze en soortgelijke thema’s in alle courses. People BE heeft een essentiële rol in de voortdurende bewustwording van studenten (én medewerkers), dat in elke fase van het bouwproces, vanaf ontwerp tot en met sloop, duurzame(r) alternatieven bestaan. Dat geldt ook in minder voor de hand liggende delen van het proces, zoals de inrichting van de bouwplaats, de keuze van de bouwlocatie, en de organisatie van het bouwproces. Dit betekent onder andere dat BE veel waarde hecht aan een multidisciplinaire aanpak van (bouw-)projecten. En het betekent dat er behalve voor techniek ook aandacht is voor gedrag en houding van alle leden van de BE-gemeenschap in de eigen schoolomgeving. Dat heeft ook consequenties voor de manier waarop we ons eigen gebouw inrichten en er in samenleven – een duurzame(r) bedrijfsvoering vraagt om bewust (duurzaam) gedrag van de bewoners. Prosperity Duurzaam gedrag levert wat op – voor de toekomst een blijvend leefbare planeet, maar ook op de korte termijn in de portemonnee. Duurzaam betekent ook ‘met een lange levensduur’ en recyclebaar, en dat is ook financieel gunstig voor de huidige en toekomstige bevolking. Ook zuinig zijn met energie of het zelfs zelf produceren is economisch aantrekkelijk. Daarbij mag BE zich ook landelijk profileren met haar duurzame karakter, om daarmee nieuwe studenten te trekken.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
4
Studenten van Built Environment van nú, geven vorm aan de gebouwde omgeving en openbare inrichting van straks. Door hen op te leiden in een omgeving, waarin duurzaamheid een vanzelfsprekendheid is, draagt ons instituut bij aan een duurzamere leefomgeving in de toekomst.
Bouwend op deze visie heeft BE in studiejaar 2011-2012 haar duurzame activiteiten uitgevoerd en verder uitgebouwd.
Visieontwikkeling
5
eigen studenten. BE wil Bouwkunde en Civiele Techniek afgestudeerden aan de markt afleveren, die in hun opleiding zó ‘vanzelfsprekend’ met duurzaamheid zijn opgegroeid en opgeleid, dat zij zich niet meer kunnen voorstellen dat er in het werkveld om ons heen nog partijen zijn die géén aandacht aan duurzame aspecten van het bouwproces geven. Het is immers nog steeds zo dat Bouw & Infra een tamelijk conservatieve bedrijfstak is; regelmatig stellen wij vast dat er (technische) innovaties beschikbaar zijn, die een duurzamer alternatief betekenen voor de conventionele oplossing, maar die toch niet in beeld komen vanwege onbekendheid of het korte termijn kostenaspect. Door haar duurzame opleidingen wil BE via haar afgestudeerden, dus feitelijk ook de omgeving, ‘opvoeden’ en zorgen dat alle partijen die in het professionele bouw- en infrawerk betrokken zijn (opdrachtgevers, opdrachtnemers en adviseurs) duurzaamheid te allen tijde (leren) te betrekken als essentieel onderdeel van de werkprocessen.
Hoofdstuk: Visieontwikkeling
De duurzaamheidsacademie Op initiatief van de Regieraad Bouw Oost Nederland is een samenwerkingsverband opgericht, in eerste instantie met de collega-hogescholen in het Oosten van Nederland, Saxion en Windesheim in de zgn. duurzaamheidsacademie. In het vorige jaarverslag is hiervan reeds melding gemaakt. Hoewel het initiatief nog steeds bestaat, gebiedt de eerlijkheid te zeggen, dat de voortgang moeizaam is. Niet alle partijen zijn even doordrongen van de waarde van het initiatief, en het idee om in dit verband bijvoorbeeld te werken aan een masteropleiding ‘duurzame bouwtechniek’, ontmoette naast enthousiasme ook gereserveerde reacties. Met het bouwen van een website waarin aanbod en initiatieven op het terrein van duurzaam bouwen in de regio zijn samengebracht is inmiddels wel begonnen.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
5
Communicatie en netwerk
6
Een belangrijk aspect van het thema duurzaamheid in het instituut BE is zorgen dat er ‘voortdurend’ over gepraat wordt, dat het onderwerp telkens op de agenda staat. Het is essentieel voor studenten, medewerkers en externen dat elke gelegenheid gebruikt wordt om te vertellen dat duurzaamheid echt ‘ons ding’ is. Naast allerlei uitingen en activiteiten die vorig studiejaar al opgestart zijn, en in het afgelopen studiejaar zijn voortgezet (zie daarvoor het vorige jaarverslag), zijn er ook tal van nieuwe initiatieven ontplooid. Audit 3 sterren De centrale activiteit in het afgelopen studiejaar op dit terrein is vanzelfsprekend de audit van Hobéon voor de het driesterren-duurzaamheids-keurmerk geweest. De audit is voorbereid door het duurzaamheidsteam, en in het bijzonder de duurzaamheidsfunctionaris, Lienke Clijsen. Op 29 maart kwam Olivier Bello als auditeur, in gezelschap van Foka Brouwer (Hobéon) voor een dag lang ‘consensusgesprek’.
De auditsessie in beeld
Een impressie van de beginmetingen: welk niveau denken de deelnemers dat BE op de 20 facetten heeft bereikt – de start van het consensusgesprek
Het eindresultaat overtrof de verwachtingen. Niet alleen kon worden vastgesteld dat we op alle facetten het minimaal vereiste niveau hadden bereikt, waarmee niets de uitreiking van drie sterren in de weg stond; maar ook bleek dat we in de helft van alle facetten al het juiste niveau voor 4 sterren hadden bereikt. Hoewel we altijd uitgegaan zijn van de veronderstelling dat drie sterren het maximaal haalbare zou zijn voor een onderwijsinstelling, is er nu toch twijfel of we moeten resp. kunnen werken aan vier sterren! Voor de komende tijd staat een actieplan op stapel om te bepalen op welke manier we het thema verder ontwikkelen, en in hoeverre het streven naar 4 sterren daarbij realistisch is.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Communicatie en netwerk
In een geanimeerde, maar lange bijeenkomst, waarin docenten, studenten, management en werkveld vertegenwoordigd waren, werd facet voor facet bepaald op welk niveau BE staat (dus zowel de opleiding Bouwkunde als Civiele Techniek). Aan het eind van de dag kon zo worden bepaald of de opleidingen van BE inderdaad, zoals verwacht werd, aan de driesterren-eisen zouden voldoen.
6
Communicatie en netwerk
7
De uitslag van de 20 facetten in één oogopslag:
De rode bolletjes in dit schema geven de daadwerkelijke situatie aan; de groene drietjes geven het minimumniveau voor drie sterren aan, de blauwe pijlen geven aan waar de ambitie van BE ligt. Te zien is dat de ‘zaagtand’ van de rode bolletjes geheel voldoet aan de minimumeisen voor drie sterren; ook is af te lezen dat in 10 facetten al een hoger niveau bereikt is, als strikt noodzakelijk voor 3 sterren.
Daarnaast heeft Built Environment voor een aantal grote bijeenkomsten de rol van gastheer gespeeld – en daarbij ook altijd een inhoudelijke bijdrage geleverd. De twee belangrijkste bijeenkomsten waren de netwerkbijeenkomst ‘Samen aan de slag’ van de stichting Dubonetwerk Arnhem –Nijmegen, op 21 september 2011, en de CAP’EM bijeenkomst ‘Duurzaam bouwen een kwestie van doen’, op 19 april 2012; beide drukbezochte en goedgewaardeerde netwerkbijeenkomsten. Netwerkbijeenkomst Dubonetwerk Arnhem - Nijmegen De netwerkbijeenkomst van de stichting Dubonetwerk Arnhem-Nijmegen ‘Samen aan de slag’ op 21 september 2011 werd bezocht door circa 175 belangstellenden, vooral Gelderse bedrijven die elkaar hun duurzame oplossingen lieten zien. Een uitgebreid programma, dat door alle aanwezigen buitengewoon werd gewaardeerd.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Communicatie en netwerk
De definitieve toekenning heeft plaatsgevonden op 29 juni 2012; de viering van die toekenning is gepland op de eerste lesdag van 2012-2013 in een korte bijeenkomst met veel studenten, een gastlezing (van Jan Willem van de Groep, SEV, een bekende spreker in het veld van duurzaam bouwen) en een vertegenwoordiger van Hobéon die officieel het certificaat zal uitreiken.
7
Een foto-impressie van de Dubonetwerk-bijeenkomst
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
8
Hoofdstuk: Communicatie en netwerk
Communicatie en netwerk
8
Het programma van de netwerkbijeenkomst, en de aankondiging in de regionale pers (‘De Gelderlander’)
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
9
Hoofdstuk: Communicatie en netwerk
Communicatie en netwerk
9
Communicatie en netwerk
10
CAP'EM event at 19th April at the HAN
Duurzaam bouwen een kwestie van doen
De Hogeschool van Arnhem en Nijmegen nodigt u, namens de Europese projecten CAP’EM, SIA RAAK en RCT’s, uit voor een bijeenkomst op het gebied van duurzaamheid in bouwmaterialen.
15.00-16.00 Interactieve groepssessies
Verschillende bedrijven presenteren hun duurzame producten. Mogelijkheid tot kennismaken met de innovatiemakelaars van het RCT.
16.00-16.30 Plenaire sessie 2
Michiel van Beek, AlphaRainbow marketing, spreekt over het vermarkten van duurzame bouwmaterialen.
16.30-17.30
Netwerkborrel.
Het programma van het CAP’EM / SIA event
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Communicatie en netwerk
Datum en tijd : Donderdag 19 april 2012 van 12.30 – 17.30 uur. Plaats : Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN), Ruitenberglaan 26 te Arnhem. 12.30 - 14.00 Bedrijvenmarkt (met broodjeslunch) van Gelderse ondernemers met duurzame/ecologische producten. 14.00-15.00 • Welkom door René Tönissen, directeur Instituut Built Environment Plenaire HAN. sessie 1 • Jan Markink, Gelders gedeputeerde, opent de bijeenkomst en legt uit hoe Gelderland bijdraagt aan duurzaam bouwen. • Daan Bruggink, ORGA, zet de praktijk van het ontwerpen en het bouwen met natuurlijke, biobased en ecologische materialen uiteen. • Sander Giesen, architect, gaat in op de mogelijkheden van stro en leem in de bouw. • Frits Schultheiss, HAN expertisecentrum Energieneutraal Bouwen, presenteert de tussenresultaten van het SIA RAAK project. • Anthony Folkers, architect en eigenaar van het bedrijf African Architecture Matters, vertelt over duurzame Afrikaanse Architectuur.
1 0
Communicatie en netwerk
!
" #
Michiel van Beek, dagvoorzitter
Welkom door René Tönissen, directeur Instituut Built Environment HAN.
Jan Markink, Gelders gedeputeerde, opent de bijeenkomst en legt uit hoe Gelderland bijdraagt aan duurzaam bouwen.
Daan Bruggink, ORGA, zet de praktijk van het ontwerpen en het bouwen met natuurlijke, biobased en ecologische materialen uiteen.
Sander Giesen, architect, gaat in op de mogelijkheden van stro en leem in de bouw.
Frits Schultheiss, HAN expertisecentrum Energieneutraal Bouwen, presenteert de tussenresultaten van het SIA RAAK project over het eerste jaar. Studenten Wybren de Jong en Anne Peter Jager presenteren tussenresultaten over het tweede jaar. CAP' EM is een EU transnationaal Interreg IVB project over de promotie van ecologische bouwmaterialen met partners uit Duitsland, België, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. In Nederland is Stichting Agrodome verantwoordelijk voor de uitvoering daarvan. CAP' EM wordt gefinancierd door de Europese Unie en de provincie Gelderland.
Anthony Folkers, architect en eigenaar van het bedrijf African Architecture Matters, vertelt over duurzame Afrikaanse Architectuur.
Michiel van Beek, AlphaRainbow marketing, spreekt over het vermarkten van duurzame bouwmaterialen.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Het SIA RAAK – internationaal project “Van passiefhuizen tot energieleverende woningen met Cradle to Cradle materiaalgebruik” is een 2-jarige samenwerking tussen HAN, Fachhochschule Münster en het bedrijfsleven.
Hoofdstuk: Communicatie en netwerk
! ! !
11
1 1
Communicatie en netwerk
12
Verder: •
De HAN heeft een prominente rol gespeeld in de ‘viering’ van de dag van de duurzaamheid op 11/11/11. De aula van onze faculteit was het centrum van een
•
Lienke Clijsen, duurzaamheidsfunctionaris van ons instituut heeft op 5 maart voor een deel van het personeel het introductiecollege Duurzaamheid verzorgd, in het kader van de zgn. ‘sirenelezingen’. Daarmee is ook aan de docenten duidelijk wat de studenten in het eerste jaar als kader meekrijgen (algemene inleiding, triple P, etc.)
•
De duurzaamheidsfunctionaris en de directeur van het instituut participeren in de plannen om het campusterrein van de HAN in Arnhem te verduurzamen – het gaat daarbij om een complete herinrichting van de openbare ruimte op een duurzame wijze.
•
In mei is in het kader van een studiereis een groep van 16 Amerikaanse ECUstudenten (East Carolina University, een samenwerkingspartner van de HAN) op bezoek geweest bij HAN-BE. Deze studiereis stond in het teken van ‘sustainability’, en in dat kader hebben verschillende sprekers vanuit zeer verschillende invalshoeken aandacht aan het thema besteed.
•
Vanzelfsprekend namen verschillende BE-medewerkers deel aan de eerste netwerkbijeenkomst Duurzaamheid in de HAN. Op deze eerste bijeenkomst van het netwerk, georganiseerd door een paar enthousiaste medewerkers van het Service Centrum Onderwijs (SCO) van de HAN werd vooral veel informatie uitgewisseld over duurzame activiteiten in de verschillende instituten en diensten van de HAN.
•
BE heeft verschillende HAN-instituten de weg gewezen in de voorbereiding op een AISHE-audit, om een duurzaamheidskenmerk te behalen, middels een of meer sterren.
•
Een aantal HAN-BE-ers verzorgt min of meer regelmatig bijdragen aan de HANduurzaamheidsblog: http://blog.han.nl/duurzameontwikkeling .
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Communicatie en netwerk
geslaagde dag vol lezingen en workshops, met als een van de hoogtepunten het optreden van Wubbo Ockels in de aula.
1 2
Duurzaamheid in het onderwijs
13
Curricula In het kader van de voorbereiding op de audit naar drie sterren is veel werk gemaakt van het verder verduurzamen van het curriculum. In samenwerking met de curriculumcommissie heeft de duurzaamheidsfunctionaris de duurzame leerlijn geïmplementeerd. Op basis van een totaaloverzicht van alle voor Bouwkunde en Civiele Techniek relevante duurzame onderwerpen is een schema gemaakt van die onderwerpen verdeeld over de verschillende courses in het leerplan. Daardoor is bereikt dat in alle courses aandacht voor een duurzaam deelonderwerp is gekomen, waarbij bovendien is gerealiseerd dat het totale pakket van de relevante duurzame deelonderwerpen in het leerplan is verwerkt. In schema – om een indruk te krijgen - ziet het er als volgt uit:
Schema duurzame leerlijn in het Civiele Techniek curriculum
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Duurzaamheid in het onderwijs
Schema duurzame leerlijn in het Bouwkunde curriculum
1 3
Duurzaamheid in het onderwijs
14
Naast de vele duurzame onderwerpen die geïntegreerd worden in alle courses zijn de hoogtepunten uit de veranderingen de aanpassing van het thema in course 3 Bouwkunde, dat sinds dit studiejaar gaat om het ontwerp van een passiefhuis en de focus op duurzaam ontwerpen in course 7 Civiele Techniek, De Schutsluis. Ook is besloten om het handzame en praktische boekje Duurzame ideeën & DCBAmethodiek (Peter Teeuw e.a., ISBN 9789461040091) op te nemen op de boekenlijst van zowel Bouwkunde als Civiele Techniek, en daarop als verplicht boek aan te merken. Het boekje kan in praktisch elke course worden ingezet. In de documentatie (Opleidingsstatuut) is per course expliciet aangegeven welke duurzame deelonderwerpen in die course aan bod komen. Zowel in het curriculum van Civiele Techniek als dat van Bouwkunde is één course aangewezen waarin studenten een prijs kunnen verdienen voor de duurzaamste (ontwerp-)oplossing in het eindproduct. Bij Civiele Techniek is zo’n prijs vorig studiejaar voor het eerst uitgereikt – opnieuw in course 7, de schutsluis, waarbij gelet wordt op alle relevante deelthema’s op gebied van duurzaamheid, water, lucht, etc. (volgens de eerder genoemde DCBAmethodiek – zie hiernaast). Bij Bouwkunde is dit studiejaar course 8, de naoorlogse woonwijk aangewezen, omdat het thema zich goed leent voor een duurzaam ontwerp resp. oplossing. Daar zal deze prijs volgend studiejaar voor het eerst worden uitgereikt. Het gaat om een geldprijs van 50 euro per student.
..and the winners are… Hamid Afantrous Maurice Franken
Paul Meerdink Phillip Heyermann
uitreiking duurzaamheidsprijs 2012, course 7, Civiele Techniek
Het winnende team heeft - naast de voor de hand liggende maatregelen zoals het toepassen van duurzame materialen, hergebruik en een goede afvalscheiding - op een groot aantal gebieden duurzame ontwikkeling toegepast, o.a.: • Energievoorziening geheel op eigen terrein opgelost d.m.v. een PV-panelen-weide • Extra groenvoorzieningen t.b.v. het ecologische systeem en tegen geluidshinder • OV-mogelijkheden, fietspaden, oplaadpunt elektrische auto • Uitbreidingsmogelijkheden t.b.v. de levensloopbestendigheid
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Duurzaamheid in het onderwijs
Nick Fronik
1 4
Duurzaamheid in het onderwijs
15
Minor Wind Energy Project Management Zoals in het vorig jaarverslag aangekondigd heeft in dit studiejaar de eerste uitvoering van de minor Wind Energy Project Management plaatsgevonden. 30 studenten, waarvan 3 internationale – één uit Canada, één uit Spanje en één uit Finland, hebben de Engelstalige minor gevolgd, met groot succes. In de verbredende minor is aandacht besteed aan het gehele traject van ontwerp tot en met exploitatie van een offshore Windpark. Daarbij komen alle aspecten aan de orde: het technisch ontwerp, de realisatie met alle specifieke eigenaardigheden van bouwen op zee zoals de beperkte tijdswindows gezien de weersomstandigheden, de juridische ingewikkeldheden bij bouwen op het continentaal plat, inclusief de vergunningenproblematiek, de economische – internationale – aspecten van bouw en exploitatie en de politieke kanten. Hoogtepunten in de minor waren de excursies naar bestaande projecten.
Zoals eerder opgemerkt snijdt deze minor aan vele kanten: het nodigt ook niet-B- of CTstudenten uit een minor te volgen bij BE, er is een mogelijkheid geschapen voor internationale studenten om in een exchange programma bij BE te studeren en het benadrukt de ambitie van BE om zich op een thema te profileren dat bij uitstek past bij duurzaamheid. De minor is uitgevoerd door een multidisciplinair team van docenten, met een keur aan gastdocenten. De minor is goed geëvalueerd en heeft zich in dit studiejaar bewezen. Het komend studiejaar zal de minor opnieuw worden aangeboden, zij het dat de belangstelling beduidend minder groot is dan vorig jaar, wat zonder twijfel te maken heeft met de langdurige afwezigheid van de trekker van de minor, Roy Peters. Er is echter opnieuw internationale belangstelling uit verschillende landen, en ook nationaal is de minor niet onopgemerkt gebleven, reden om de minor hoe dan ook weer uit te voeren. Afstuderen In de afstudeeropdrachten valt meer en meer op dat studenten ‘duurzame’ afstudeeronderwerpen kiezen. In het afgelopen jaar bleek het percentage opdrachten dat zich op een of andere manier met duurzaamheid bezighoudt jaarlijks stijgt. In onderstaande tabel zijn de titels opgenomen van alle afstudeeropdrachten die in het zgn. ABC-jaarboek zijn opgenomen. Daarmee is dit overzicht niet compleet; niet alle afstudeeropdrachten zijn in het jaarboek opgenomen (het initiatief ligt bij de afstudeerder). Alle afstudeerwerk dat niet in de juni-periode is beoordeeld ontbreekt hierin grotendeels ook. Uit de tabel blijkt dat van de 52 genoemde opdrachten, 28 expliciet ingaan op het thema duurzaamheid en daar soms zelfs het hoofdonderwerp van hebben gemaakt.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Duurzaamheid in het onderwijs
Met 4-tallen veilig naar boven in de windmolen bij Terneuzen
1 5
Afstudeeropdrachten Bouwkunde en Civiele Techniek (2011/2012) A11 België Acquisitiestrategie in een sterk veranderende omgeving Afdeling PM&R ' MeeAnder' t' Beheervisie civieltechnische kunstwerken Cradle2Cradle parkeren Cyclisch wonen in Varsseveld De invloed van bomen op een dijk geavanceerd toetsen De invloed van gebouwtypologie op de sociale kwaliteit van wonen binnen woonzorgcomplexen in Nederland De Nieuwe School De toepassing van vezelversterkt beton binnen de civiele techniek De Verpleegkamer Demontabel Uitbreidbaar Module Woning Doorlooptijd reduceren Duurzaam herbestemmen Duurzaam modulair viaduct Duurzaamheid in de bestaande woningvoorraad. Wat is het ons waard. Een duurzame verharding voor een rotonde Energiezuinig maken van bestaande gebouwen Evaluatie van pipingmodellen Faseringsplan "omlegging A9 Badhoevedorp" Geïntegreerd uitbesteden bij kleine projecten Herbestemming Heilig Hartkerk te Arnhem Het Roode Koper Het valt of staat met een goede voorbereiding Implementeren NEN-EN-ISO 9001 binnen Kleinbouw Hallink & Hammink Innovatief verankeringssysteem SC-anchor Invloed van de diameter van een ' zwartebol'op de berekening van de operatieve- en de gemiddelde stralingstemperatuur, als functie van de stabilisatietijd Is de werkmethodiek BIM een meerwaarde voor Aan de Stegge? Knooppunt Velperbroek Lean Bouwen Levensduurverlenging Loggiesaccommodatie: Oprechte gastvrijheid gaat over de menselijke maat Meer met BIM Onderdoorgang N355 te Noordhorn, gemeente Zuidhorn Onderzoek naar het produceren van een geïsoleerde kanaalplaat met een significant hogere Rc-waarde Ontwerpen vispassage Proces- en organisatiestructuur binnen RvB Infra BV Renovatie in de woningbouw. Een onderzoek naar het voortraject van renovatieprojecten Renovatie van een oude vervallen boerderij Revitalisatie Zonnemaat RFEM-SCIA Vergelijking Self Healing Asphalt Station Arnhem Presikhaaf Van internationaal naar regionaal Van Passiefhuizen tot energieleverende woningen met Cradle to Cradle materiaalgebruik Verbetering Dijk bij Tuindorp Verbeterscenario' s voor grondgebonden huurwoningen gebouwd voor 1970 Voorkomen is beter dan genezen - Tweede draagweg Wood Cube Woonwensen Autisme
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
16
Hoofdstuk: Duurzaamheid in het onderwijs
Duurzaamheid in het onderwijs
1 6
Duurzaamheid in het onderwijs
17
Zorggericht Permanent Passend Bouwen Zorgpark Voor het eerst is tijdens de diploma-uitreiking ook de afstudeerprijs duurzaamheid uitgereikt, waarbij de jury (het duurzaamheidsteam van BE) één afstudeerwerk heeft uitgekozen dat meer dan alle andere aandacht heeft besteed aan het thema.
In dit eerste jaar was de keuze direct lastig, omdat veel afstudeerwerk op volstrekt verschillende manieren het thema behandelt. Na ampel overleg is dit jaar de keuze gevallen op het meest innovatieve project: self healing asphalt. Niek Nijhof en Joris van Huet onderzochten bij Heijmans de mogelijkheid om het asfalt zelfhelend te maken, d.m.v. staalvezels in het asfaltmengsel te verhitten zodat haarscheurtjes weer dichtvloeien. Dit type asfalt kan een 50% langere levensduur krijgen en een vermindering van 30% op C02-uitstoot opleveren. Dit project zou een relatief grote invloed kunnen hebben op de samenleving en het milieu; het Nederlandse wegennet bestaat immers uit 135.000 kilometer weg, waarvan het meeste bestaat uit asfalt. De beide andere projecten hebben een eervolle vermelding gekregen.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Duurzaamheid in het onderwijs
Dit jaar waren drie afstudeerwerken genomineerd: • Het project TreeHouse, waarin de Cradle to Cradle visie op eigen wijze herzien wordt; • Het civiele technische project 2e Sluis Eefde waarin een zeer mooie inventarisatie is gemaakt van de bestaande duurzame materialen t.b.v. de sluis; • en het project : Self Healing Asphalt van Niek Nijhof en Joris van Huet
1 7
Duurzaamheid in projecten en onderzoek
18
RAAK-internationaal project In studiejaar 2010-2011 heeft het expertisecentrum Energieneutraal Bouwen onder leiding van Frits Schultheiss een begin gemaakt met het SIA RAAK-internationaal project: “Van passiefhuizen tot energieleverende woningen met Cradle to Cradle materiaalgebruik”, een 2-jarige samenwerking tussen HAN-BE, Fachhochschule Münster en het bedrijfsleven. Het gaat hier om een samenwerkingsproject met de Fachhochschule Münster en heeft als onderwerp het ontwikkelen van zes zeer duurzame sociale huurwoningen. Doel van RAAKinternationaal is het creëren van ruimte voor praktische innovaties door samenwerking en kennisuitwisseling tussen professionals uit de publieke sector of mkb-ers, kennisinstellingen in de regio en partners in het buitenland. Naar aanleiding van de vraag van woningcorporatie Wonion in Varsseveld voor de ontwikkeling van de zes woningen is het internationale samenwerkingsproject opgestart. De bedoeling is om samen met Fachhochschule Münster (Duitsland) de woningen te ontwikkelen. Afstudeerstudenten van de HAN en studenten van de Fachhochschule werken ieder op hun eigen wijze de woningen uit. De verschillen tussen de Nederlandse en Duitse bouwpraktijk worden dan onderzocht waaruit nieuwe kennis ontstaat. Het project is begin februari 2011 gestart, met een bijeenkomst waarbij alle stakeholders aanwezig waren.
Uitkomsten van het project zijn nieuwe kennis over (bouw)technische aspecten van de zeer duurzame woningen, financiële haalbaarheid door middel van verdienmodellen, uitbouwen en/of versterken van netwerken door internationale uitwisseling en nieuwe kennis over integrale ketensamenwerking om faalkosten te bestrijden. Ondernemers uit Nederland (twee aannemers, twee installatiebedrijven en een architect), Handwerkskammer Bildungszentrum Münster (Duitsland) en het Achterhoeks Centrum voor Technologie ondersteunen dit proces en leren hieruit. Het project duurt twee jaar. Het eerste jaar start met als theoretisch kader een vooronderzoek door middel van een analyse van wetenschappelijke literatuur en bronnen op het gebied van zeer duurzame, integraal ontwikkelde (sociale) woningbouw. De technische en financiële haalbaarheid van de energieneutrale sociale huurwoningen worden uitgewerkt. In het tweede jaar zal de nadruk liggen op Cradle to Cradle materiaalgebruik en energieleverende woningen. Rondom het project zullen diverse bijeenkomsten plaatsvinden voor kennisuitwisseling. In juni 2011 zijn de eerste (Nederlandse) studentgroepen in het project afgestudeerd. De beide groepen hebben de situatie geanalyseerd en op basis daarvan, met in achtneming van de passiefhuis uitgangspunten, opzetten gemaakt.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Duurzaamheid in projecten en onderzoek
Geïnteresseerde gezichten van Nederlandse en Duitse partners in de openingsbijeenkomst van het RAAKinternationaal project
1 8
Duurzaamheid in projecten en onderzoek
19
Concepten Nederlandse studentengroepen BJM en Agreenment
De Duitse groep studenten heeft een Duits concept voor de zes woningen op de situatie in Varsseveld ontworpen.
Concept Duitse studentengroep Akademie Bauhandwerk
In juni 2012 zijn twee Nederlandse studentgroepen in het tweede deel van het project afgestudeerd met een onderzoek naar Cradle to Cradle materiaalgebruik op basis van de reeds eerder ontworpen Nederlandse concepten. Dit heeft onder andere geresulteerd in een studie naar afvalmanagement in de bouw, naar bouwmethodiek met het oog op passiefhuisbouw en in een elementenonderzoek waarin de materialen in de Cradle to Cradle sferen worden onderverdeeld (studentgroep TreeHouse) en in een onderzoek naar de bouwmethode die het beste binnen de Cradle to Cradle filosofie past. Hierbij is er rekening gehouden met het leefklimaat, de constructie, bouwtechniek, uitvoering, Life Cycle Analyse, investeringskosten en Total Cost of Ownership (studentgroep Tomorrow “Talk trash, use trash, live trash”).
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Duurzaamheid in projecten en onderzoek
In totaal zijn drie verschillende concepten ontstaan die in het najaar van 2012 geanalyseerd gaan worden op basis van de technische en financiële haalbaarheid en op basis van de verschillen tussen de Nederlandse en de Duitse aanpak en randvoorwaarden.
1 9
Duurzaamheid in projecten en onderzoek
20
Eind 2012 zal de Duitse studentgroep haar conclusies presenteren over Cradle to Cradle materiaaltoepassing in het eerder ontwikkelde Duitse concept. In het najaar van 2012 wordt nog een excursie naar Duitse voorbeelden van passiefhuisbouw georganiseerd voor alle deelnemers. In juni 2013 zullen alle resultaten van dit speciale project worden gepubliceerd in een symposium aan de HAN in Arnhem. Andere projecten van het expertisecentrum Energieneutraal Bouwen • Het groene dak Zoals aangekondigd in het vorige jaarverslag is in het najaar op het dak van een van de HAN-gebouwen een groene dakbedekking geplaatst. De officiële en feestelijke oplevering vond plaats op 21/12/2012. Het groene dak is een samenwerkingsproject van HAN-BE en de stichting Roof Update. In verschillende vakken van het dak is verschillende beplanting geplaatst, zodat de bedrijven in de stichting meer kennis kunnen opdoen over effectiviteit en langere termijn effecten van de verschillende oplossingen. Uiteraard vindt de monitoring van het dak plaats door studenten via het expertisecentrum Energieneutraal Bouwen. Het dak zit vol sensoren. Het Groene Dak project is mede gefinancierd door een bijdrage vanuit het HAN-duurzaamheidsfonds.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Duurzaamheid in projecten en onderzoek
Nederlandse studentengroep TreeHouse: Cradle to Cradle bouwmethodiek
2 0
Duurzaamheid in projecten en onderzoek
21
Op tal van plaatsen is ruchtbaarheid aan dit initiatief gegeven. Onder meer in het vakblad Dak&Gevel Groen, nr 6, in het HAN-blad, blad voor externe stakeholders van de HAN, en op het duurzaamheidsblog, waarvan hieronder een citaat: Groendak ICA, live
Frits Schultheiss 22 november 2011
Het onderwijs gaat dit dak gebruiken als letterlijke proeftuin: • Studenten van Bouwkunde uit course 3 “De Villa”, waar het groendak een thema is, kunnen hier het dak aanraken, voelen, ruiken en zien wat de opbouw van een groendak is. Leden van Stichting Roofupdate verzorgen gastcolleges over groendaken. • Roy Pape, afstudeerstudent Elektrotechniek, ontwerpt en voert een monitorsysteem uit om de verschillende proefvlakken te laten monitoren over langere tijd. Gemonitord gaan worden o.a. het temperatuurverloop in de diverse opbouwen en de mate van vasthouden van hemelwater. Deze data worden via een website inzichtelijk voor nadere analyse. Analyse van de monitoring van de dakvlakken geeft meer inzicht in het gedrag van sedumdaken. • Peter van de Jagt (Embedded Systems Engineering) ziet invulling voor een ESE-project voor een alternatieve monitoring met als voorlopige omschrijving: “Ontwerp en bouw een apparaatje (“Para-HAN-Sol”), dat in de grond gestoken kan worden en dat autonoom ‘leeft’: het betrekt met een zonnecel zijn eigen energie uit het daglicht en doet daar alles van, al of niet door het merendeel van de tijd ‘slapend’ aanwezig te zijn, maar wel door op nader te bepalen en instelbare momenten wakker te worden en dan diverse voorgeschreven metingen te doen”. Ook Stichting Roofupdate gaat proeven nemen. Bijvoorbeeld het toepassen van olifijn wat CO2 bindt. Of de mate van vasthouden van fijnstof door de diverse sedumbedekkingen. Het groendak is onder andere ontstaan door de verbinding die is gemaakt door Jonathan van Deutekom (SBC) en Tinus Hammink tussen enkele leden van Stichting Roofupdate (GeertJan Derksen (Joosten Kunststoffen), Frans Romijnders (Frans Romijnders Dakgroep), Rik van Ballegoijen (Hoveniersbedrijf Van de Bijl & Heierman) en expertisecentrum Energieneutraal Bouwen (Frits Schultheiss). HAN Huisvesting (Jaap Weijenberg) heeft de toewijzing van dit dakgedeelte mogelijk gemaakt.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Duurzaamheid in projecten en onderzoek
Het groendak op het dak van de ICA van de HAN in Arnhem wordt op woensdag 21 december om 12.00 uur “opgeleverd”. Via deze webcamlink kan live het groendak bekeken worden. De webcam geeft elke 5 seconden een beeld. Het dakvlak van ca. 300 m2 is opgedeeld in een aantal proefvlakken, van extensief groen (sedum) tot meer intensief (struikjes). Verder een “kruidendak”, een boom en het logo van Stichting Roofupdate en van de HAN erin verwerkt. Vanwege de extra belasting op het dak is deze eerst nagerekend door de constructeur. De boom (in een bak) mag bijvoorbeeld alleen geplaatst worden ter plaatse van een bestaande kolom onder het dak. De railing van het dak is extra verhoogd in verband met veiligheid voor betreding van het dak door studenten (het dak was al een vluchtwegroute).
2 1
•
In het verlengde van het Groene Dak project heeft het instituut in het voorjaar de eigen groenvoorziening sterk verbeterd. De planten van het instituut konden een ‘opfrisbeurt’ gebruiken. Tijdens de voorbereiding echter bleek dat de HAN, inclusief de Faculteit Techniek, geen overzicht had van de contracten met groenleveranciers. Zelfs binnen de Faculteit Techniek bestonden vele contracten naast elkaar, al of niet met onderhoud, en allemaal met ‘losse’ prijzen, bij verschillende leveranciers. Ook de hoofdleverancier had geen overzicht. Dit voorval heeft geleid tot een volledige herziening van de groencontracten. De groenvoorziening van het instituut is inmiddels weer geheel op orde: op vele kamers is het weer frisser en groener.
•
Tegelijkertijd is er, deels met een restant van het budget uit het Groene Dak project, een grote verticale binnentuin gerealiseerd in het studielandschap van BE. Zo’n 35 m2 groenvoorziening is aangebracht, waarmee het binnenklimaat en de luchtkwaliteit een positieve impuls krijgen. Het ligt in de bedoeling ook de binnentuin in het monitoringproject te betrekken.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
22
Hoofdstuk: Duurzaamheid in projecten en onderzoek
Duurzaamheid in projecten en onderzoek
2 2
Duurzaamheid in projecten en onderzoek
De verticale binnentuin direct na installatie 16 mei 2012
23
De verticale binnentuin na de zomervakantie 21 augustus 2012
Paleis van de Toekomst. Een multidisciplinair afstudeerproject waarin studenten Bouwkunde samenwerkten met studenten Werktuigbouwkunde en Bedrijfseconomie. Het project betrof adviezen voor het verduurzamen van het grootste kantorencomplex in Arnhem: het Paleis van Justitie. Starterswoning van de Toekomst. Ter ere van het 100-jarig jubileum organiseerde woningcorporatie Standvast Wonen in 2011 een aantal feestelijke activiteiten. Een daarvan was ' Een toekomst voor jongeren' waarbij drie HAN-studenten en twee ROC-studenten de mogelijkheid kregen om voor Standvast Wonen de ideale starterswoning te ontwerpen: een droom- en een realistische variant. Het project bestaat uit het ontwerpen van hun starterswoning van de toekomst: een droom en een realistische variant. Jongeren kunnen tegenwoordig heel moeilijk een woning gefinancierd krijgen. Eén van de redenen waarom dit lastig gemaakt wordt is omdat de afgelopen jaren geïnvesteerd is in levensloop bestendige woningen. Het nadeel daarvan is dat de woning bij verkoop in de meeste gevallen geen starters woning meer is. Dit is voor “ArchiRevo” een uitdaging. Het ontwikkelen van een aan de buitenkant zo min mogelijk flexibele woning. Hierdoor zal de woning afhankelijk van de woning markt verkocht worden voor hetzelfde bedrag als dat het ooit gekocht is. De studenten hebben nagedacht over trends in levensstijl en behoeften van starters over 25 jaar. Hieruit is een ontwerp voor een droomwoning ontstaan die geheel is ontworpen vanuit de beleving van wonen. De visie van de droomwoning is ook toegepast op een realistisch ontwerp voor de starterswoning. Dit heeft geleid tot twee bijzondere ontwerpen voor de toekomst van starterswoningen, ontworpen door starters zelf. Energiebesparend renoveren. Het verduurzamen van basisschool Meander in Nijmegen naar een energienul gebouw met Frisse Scholen label A. Toepassing van Cradle to Cradle in reële ontwerpen. Een duurzaam renovatieplan van bestaande maisonnettewoningen in de wijk Malvert te Nijmegen. In samenwerking met woningcorporatie Standvast Wonen en Stichting Lenteveld.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Duurzaamheid in projecten en onderzoek
Duurzame afstudeerprojecten: Expertisecentrum Energieneutraal Bouwen (2011/2012)
2 3
Duurzaamheid in projecten en onderzoek
24
IDE-LAB. Ontwerp voor een Innovatief Duurzame Energie Laboratorium voor Lectoraat Duurzame Energie. Het ontwerp is een samensmelting van gebouw en (tuinbouw)kas waardoor een synergie-effect tussen zonlicht, groen en duurzaam materiaalgebruik wordt nagestreefd. Duurzaamheid in het lectoraat Architecture in Health (voorheen ZorgGericht Bouwen) Ook in het lectoraat Architecture in Health, is duurzaamheid een essentieel thema. Het lectoraat Architecture in Health kende de afgelopen vier jaar twee onderzoekslijnen: Avondrood, betreffende de ouderenhuisvesting en Nightingale, betreffende de ziekenhuisbouw. Deze onderzoekslijnen zullen echter vervangen worden door de namen van de HAN-speerpunten respectievelijk ‘Vitale Leefomgeving, Klein Kernen’ en ‘Sneller Herstel’. Deze onderzoekslijnen zijn doelgroepgericht, de mens, de patiënt of bewoner staat centraal. Bij alle projecten speelt de duurzaamheid een nadrukkelijke rol. Dit kan zijn vanuit flexibiliteit in gebruik van het gebouw; in gezondheid, vanuit Healing Environment; in elk geval vanuit kwaliteit van leven.
Zorgparken: De vergrijzing zal de komende jaren toenemen. Het ontwikkelen en bouwen van een zorgpark naar de behoefte van deze doelgroep. Kleinschalig wonen: Ontwerp van een mogelijk ideale kleinschalige woonvorm voor ouderen met dementie Flexibele herbruikbare huisvesting: Flexibel aanpasbare containerwoningen welke geschikt zijn voor meerdere doelgroepen Operatiekamer 3.0: Vergelijken specifieke operatiekamer t.o.v. een algemene operatiekamer Verpleegkamer 3.0: Vergelijken van de omgevingsfactoren, licht, kleur en binnenklimaat voor patiënt en verpleegkundige. De operatiekamer is in zijn opzet "zo klein mogelijk" en daarmee duurzaam, omdat dat ook leidt tot minder ventilatie van het schoongebied en daarmee weer het energieverbruik. Bijzonderheden afgelopen studiejaar: • Werd vorig studiejaar Bouwkunde studente Lienke Clijsen, de huidige duurzaamheidsfunctionaris van BE, uitgeroepen tot student of the year 2010, dit jaar, 2011, viel die eer (mede) te beurt aan Tommy Safe en Maarten Hercules. Hieronder het webbericht waarmee hun bekroning werd aangekondigd. Tommy en Maarten hadden hun in velerlei zin duurzame projectidee weten te laten sponsoren, onder andere door het instituut BE.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Duurzaamheid in projecten en onderzoek
Afgelopen jaar zijn de volgende projecten op duurzame wijze ingevuld: Duurzame afstudeerprojecten: Lectoraat Architecture in Health (2011/2012)
2 4
Duurzaamheid in projecten en onderzoek
25
HAN-Studentenprijs 2011 voor Tommy Safe en Maarten Hercules $
$
%
&
%
% #
& (
+
#
)
% (
-
#
!& #
* & "&
$ % &
#
#
'
! '
"
#$
& "
&
" "& ,
&
%
(
Woningontwerp voor Nigeriaanse middenklasse .' # #
(
+
% !& "
"
#
& /
!
!& !
*
+
."
!
01$
!& !
!
# " "2 1 &
& #
3! #
,
5
3
. 4
(
"
Natuurlijke resources !!
"
!
! # "
3
) 6 82
6 ,
! # 2 7" "
!
" 9
& # #
.
* "
#
"
5 :
& #
##
Afstudeerwerk van bovengemiddelde kwaliteit ,
"
!
!" ,
#
" 5& =
;
; %
&
# &
5
! (
.
; ! + ! ( # 3& <
Het instituut heeft vanwege het uitzonderlijk succes om twee jaar achtereen de student of the year te ‘leveren’, aandacht besteed aan deze gebeurtenis middels banners, die in de hal zijn opgehangen.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Duurzaamheid in projecten en onderzoek
,
2 5
De banner van Maarten en Tommy student of the year 2011
Stefan van ’t Klooster en Peter van Lente
Stefan van ’t Klooster en Peter van Lente – studenten Bouwkunde – wonnen op de dag van de duurzaamheid (11-11-11) de HAN Smart Business Award Zij wonnen op de 11 november 2011 de 1e prijs (€750,-) met het Ideaal Wonen concept. Met dit nieuwe woonconcept voor de zorg wordt de beschikbare woonruimte maximaal benut door o.a. een slimme scheidingswand. De prefab casco constructie van de woning is duurzaam en biedt vele mogelijkheden om snel en efficiënt te bouwen en afval en transportkosten te verminderen. Naast de inhoud van het concept was de jury enthousiast over de ‘out of the box’ denkwijze van Stefan en Peter. Het Ideaal Wonen concept is samen met Siza, VBI en het Lectoraat Architecture in Health ontwikkeld. (voor meer informatie: > 88 )
/ > >
>
>! >
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
>
!
>
26
Hoofdstuk: Duurzaamheid in projecten en onderzoek
Duurzaamheid in projecten en onderzoek
2 6
In bedrijfsvoering
27
!" Met betrekking tot de bedrijfsvoering blijft HAN-BE voor een belangrijk deel afhankelijk van de instelling als geheel. De bedrijfsvoering is namelijk de verantwoordelijkheid van de Service Unit Facilitaire Zaken (FAZ), die de gehele HAN op dit terrein bedient. Zuinig energiegebruik is al vele jaren een belangrijk onderwerp van de HAN, en de SU FAZ heeft op dit terrein opmerkelijke successen geboekt. HAN voldoet al jaren (en als enige hogere onderwijsinstelling) aan de MeerJarenAfspraak op dit gebied. Toch is het voor het instituut BE ook belangrijk om hierin herkenbaar eigen beleid te voeren. Een deel van dat beleid is elders al beschreven: de inrichting van de eigen ruimte, met de groene wand als duidelijke blikvanger, benadrukt direct de duurzame ambities van BE. Stickers bij alle lichtknoppen, met een uitnodiging het licht uit te doen, als je de ruimte verlaat is een andere uiting. Mede om nog eens aandacht voor de duurzame audit (later in die maand) te vragen, hebben alle medewerkers een stalen koffiemok ontvangen, om het gebruik van het aantal kartonnen koffiebekertjes terug te dringen. Bij alle koffieautomaten is een reminder opgehangen hoeveel bekertjes alleen BE al daardoor uit kan sparen.
Hoofdstuk: In bedrijfsvoering
Ten behoeve van de audit is een footprint gemaakt van BE, waarbij aandacht is gegeven aan zaken als energie- en materiaalgebruik, water, lucht, vervoer etc., alles specifiek voor BE. De auditeurs waren enthousiast over deze aanpak, reden om de footprint integraal als bijlage van dit jaarverslag op te nemen.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
2 7
Personeelsbeleid
28
# $ Op het terrein van personeelsbeleid is een aantal uitgangspunten vanzelfsprekend gehandhaafd. Affiniteit met duurzaamheid is nog steeds één van de selectiecriteria in het aannamebeleid van nieuw personeel. Heel praktisch heeft dat geleid tot de aanname van Peter Wienberg, die als architect een voorloper was in het ontwikkelen en realiseren van nieuwe duurzame bouwconcepten. Met name zijn kennis op het terrein van Bouwen met groen en glas, is een welkome aanvulling voor het instituut. Zijn sirenelezing met dat onderwerp was een eyeopener voor de aanwezige medewerkers. In de verdere verduurzaming van het curriculum is dit jaar ook specifiek gekeken naar de benodigde deskundigheid op het terrein van duurzaamheid in elke course. Dat heeft geleid tot het organiseren van een algemene cursus rond duurzaam bouwen voor al het onderwijsgevend personeel. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat in deze cursus bleek dat het nog niet zo eenvoudig is om dit onderwerp voor alle medewerkers even interessant te maken: voor sommigen was het detailniveau veel te hoog, voor anderen ging het niet ver genoeg. Specifiek voor de docenten in B-course 3, is deskundigheidbevordering rond het thema van de course, het passiefhuis, georganiseerd. Op deze plaats is tot slot vermeldenswaard dat een van de docenten gedurende het 2e semester van het studiejaar met onbetaald verlof is geweest, om in Brazilië onder meer kennis te maken met lokale concepten van ecologisch bouwen. Het ligt natuurlijk in de bedoeling om de verworven inzichten ook in de Nederlandse opleidingssituatie te gebruiken. Een sirenelezing om zijn ervaringen met de collega’s te delen staat al in de agenda.
Samenstelling duurzaamheidsteam Het duurzaamheidsteam blijft de motor achter de duurzame agenda van BE. In voorjaar 2011 is een ondersteunende medewerkster aangenomen (Lienke Clijsen) om de voorbereidingen voor het behalen van de derde ster te regisseren en entameren. Zij is als duurzaamheidsfunctionaris de onmisbare spil gebleken in het verder brengen van duurzaamheid als leidend thema in het instituut. Heel verheugend was het feit dat het duurzaamheidsteam in Edwin Kant een enthousiaste eerstejaarsstudent trof, die bereid was het team te komen versterken. Daarmee heeft het team aan draagkracht aanmerkelijk gewonnen. Überhaupt is opvallend dat de belangstelling voor het thema onder studenten aanmerkelijk is gegroeid. Zo bleek ook de studievereniging (Trifonius) anders dan 2 of 3 jaar geleden nu wel geïnteresseerd om iets met het thema te doen. Duurzaamheid is sinds dit jaar een integraal aspect van de agenda van alle deelcommissies van Trifonius!
Ook gebleven is natuurlijk de aandacht voor duurzaamheid in de R&O-cyclus. In elke beoordeling is geformuleerd op welke manier de medewerker een bijdrage levert aan de duurzame ambities van het instituut. Deze bijdragen variëren van een bewustere leefstijl; een andere vorm van vervoer naar de HAN, met fiets, OV of carpoolend (woon-werkverkeer neemt 60% van de totale energiebehoefte van de HAN in); specifieke aandacht voor duurzaamheid in de courses; door middel van gastlezingen etc. etc.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Personeelsbeleid
Duurzaamheid in R&O-cyclus
2 8
Op weg naar 4 sterren??
% &
29
''
Het behalen van AISHE-sterren is voor BE altijd een vehikel geweest om op een systematische en structurele manier met het thema van duurzaamheid bezig te zijn, en nooit doel op zich. De drie sterren zijn hoogstens een zichtbaar bewijs dat het BE gelukt is om duurzaamheid tot een centraal en leidend thema te maken in praktisch al haar activiteiten. Natuurlijk laat BE overigens de kansen niet onbenut om de sterren als ‘marketing-instrument’ in te zetten. De vraag of BE aan het werk gaat om de ultieme 4e ster te behalen moet nog beantwoord worden. De duurzaamheidsfunctionaris heeft de opdracht gekregen om een actieplan te formuleren voor de toekomst. Het doel van dat plan is in eerste instantie om het thema zo prominent op de agenda te houden als het nu staat en nu de 3 sterren ‘binnen’ zijn, niet achterover te leunen. In de audit is bij verschillende facetten gebleken dat het niveau voor 4 sterren al bereikt is, bij andere facetten bleek de ambitie van BE om door te groeien naar het volgend niveau – niet vanwege de sterren, maar om de inhoud. Mocht uit het actieplan blijken dat het realiseren van alle ambities ook zou leiden tot een kans om de 4e ster te bereiken, dan zullen we dat vanzelfsprekend niet laten. Niet om die ster, al is het mooi meegenomen – we zouden de eerste en vooralsnog de enige zijn, maar om de inhoud!!
Hoofdstuk: Op weg naar 4 sterren??
Lienke Clijsen, de duurzaamheidsfunctionaris van HAN-BE
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
2 9
Bijlage: footprint 2011 Built Environment
(
)!
*
(
30
+ "
1. Organisatie HAN Built Environment heeft een vaste duurzaamheidfunctionaris aangesteld. Eén van diens taken is het jaarlijks samenstellen en evalueren van de footprint van BE en het nemen van maatregelen waar mogelijk is op instituutsniveau. Daarnaast blijft de duurzaamheidfunctionaris invloed uitoefenen op de milieuzorg HAN-breed. Dit in samenwerking en overleg met het vaste duurzaamheidteam van het Instituut BE. De duurzaamheidfunctionaris stimuleert de studentenvereniging Trifonius van BE hun activiteiten duurzaam te ontwikkelen. 2. Energie Gas, elektriciteit
Energie 2009
Gas
Elektriciteit
Per m2
13,64 m³
66,03 kWh
27.996 m2
381.865
1.848.576
BE
3.454 m2
47.113
228.068
Algemeen
1.516 m2
20.678
100.101
246 m2
3.355
16.243
71.146
344.412
Gas
Elektriciteit
Per m2
10,38 m³
61,06 kWh
27.996 m2
29.0598
1.709.436
BE
3.454 m2
35.856
210.923
Algemeen
1.516 m2
15.738
92.577
246 m2
2.554
15.026
54.148
318.525
Ruitenberglaan 26
Gemeenschappelijk Totaal
5.216 m2
Energie 2010
Maatregelen energieverbruik Er zijn in het studielandschap nog maar 53 vaste computers aanwezig t.b.v. de studenten. Er zijn 228 aansluitpunten t.b.v. laptops voor studenten geplaatst. De beeldschermen van de vaste computers gaan na tien minuten in de ‘slaapstand’. Op de vaste computers zit een oproep de computer uit te schakelen na gebruik. Er wordt regelmatig gecontroleerd of hier gehoor aan gegeven wordt.
Hoofdstuk: Bijlage: footprint 2011 Built Environment
Ruitenberglaan 26
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
3 0
Gemeenschappelijk Totaal
5.216 m2
De bovenstaande gegevens laat zien dat het gasverbruik in het jaar 2010 ten opzicht van het jaar 2009 gedaald met 3,26 kubieke meter per m2. Het elektriciteitgebruik is gedaald met 4,97 kWh per m2.
Afval
31
Op de lichtknoppen van alle ruimtes zit de licht-uit-sticker, ter stimulans het licht altijd uit te doen bij afwezigheid. Indien een kantoor verbouwd wordt, wordt deze voorzien van bewegingsmelder die de verlichting. regelt Het personeel wordt gewezen op de waarde van zonnewarmteopbrengst in de wintersituatie. De temperatuur van de ventilatie dient regelmatig gecontroleerd te worden, vooral in de wintersituatie. De computers van het personeel worden binnenkort voorzien van een zogenaamde Ecobutton. Dit is een energiebesparingknop waarmee met één druk op de knop de computer in slaapstand wordt gebracht. De waterkranen in het toilet leveren enkel koud water. 3. Afval Afval BE totaal Afval 2011
Restafval
Papier
Per m2
1.3 m³
1.08 m³
Ruitenberglaan 26
27.996 m2
36.395
30.236
BE
3.454 m2
4.490
3.730
Algemeen
1.516 m2
1.970
1.637
Gemeenschappelijk
246
320
266
6.771
5.634
Totaal
m2
5.216 m2
Maatregelen papier, batterijen, koffiebekers, inventaris Papier Dubbelzijdig printen, maillijst regelmatig updaten, verzenders nutteloze catalogi contacteren, dozen direct hergebruiken. Batterijen Vaste inleverplek bij de receptie.
Hoofdstuk: Afval
Koffiebekers De gehele HAN verbruikt circa 1,2 miljoen koffiebekers per jaar. Zo’n zesduizend bekers per dag. De medewerkers BE zijn zich bewust van deze aantallen. Deze rekensom hangt op diverse centrale plaatsen in het gebouw. Daarnaast gebruikt een groot deel van de
medewerkers de HAN-beker (RVS).
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
3 1
Water
32
Inventaris HAN-breed is er een tweedehands-winkel ‘De groene HANd’ opgezet. In ‘De groene HANd’ worden afgeschreven materialen (van de HAN) in de breedste zin van het woord verkocht om elders een tweede leven te beginnen. De winkel is toegankelijk voor medewerkers en studenten. Studievereniging Trifonius: evaluatie en maatregelen De studievereniging organiseert een introductie evenement voor alle nieuwe studenten van BE. De studenten overnachten een aantal nachten in een grote tent op het terrein van de HAN. Er zijn allerlei activiteiten georganiseerd. Er wordt een karrenrace gehouden met zelfgemaakte houten karren en er worden bruggen gebouwd. Het hout dat hiervoor gebruikt wordt zal een FSC-keurmerk hebben en in onbehandeld. Na de wedstrijden zal het hout hergebruikt worden voor de maquettebouw in het eerste jaar. De consumpties worden genuttigd door middel van biodegradable bekers, bestek en borden. Op deze manier zal al voor dat de studie begonnen is een duurzaam signaal gegeven zijn aan onze nieuwe studenten. Werkplaatsafval Hout: het houtafval van de werkplaats wordt door een aantal docenten gebruikt om hun houtkachel mee te stoken. Het zaagafval wordt naar de plaatselijke kinderboerderij gebracht t.b.v. de konijnenhokken. 4. Water Besparing Er wordt bij alle toiletten een water besparingsknop toegepast en de herenurinoirs werken zonder waterspoeling. Regenwater De mogelijkheden van hergebruik van regenwater zullen onderzocht worden en dit zal een educatieve waarde gegeven worden in het curriculum. Het nieuwe groendak van de afdeling ICA (een project van betaald door ons Instituut) is tevens een waterbuffer. 5. Lucht Maatregelen Om de luchtkwaliteit binnen het gebouw te verbeteren wordt er een groot aantal luchtzuiverende planten in de kantoren en studieruimten toegevoegd (zie hoofdstuk: Groen). Bovendien is een verticale binnentuin in het studielandschap ‘in bestelling’; deze zal in het voorjaar van 2012 worden geïnstalleerd (zie ook hieronder: Groen)
Binnen De studieruimten en kantoren zijn groener gemaakt door middel van het toevoegen van het verdubbelen van het aantal planten. Het studielandschap krijg een groene wand van twee verdiepingen hoog (± 40 m2). Buiten Er is dit jaar een groendak aangelegd op een dak van de HAN (Ruitenberglaan 26). Dit dak zal educatief gebruikt worden. Bouwkundestudenten kunnen met eigen ogen de technische kanten van het groene dak zien. Daarnaast wordt dit dak gemonitord (vochtigheid, warmte, koude) en wordt dus als onderzoeksomgeving gebruikt. Er wordt HAN-breed gewerkt aan de verduurzaming van het terrein. De directeur van BE (de heer Tönissen) en de duurzaamheidsfunctionaris (Lienke Clijsen) zijn leden van deze projectgroep.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Water
6. Groen
3 2
Geluid
33
7. Geluid Probleemgebieden De akoestiek in het studielandschap wordt verbeterd door middel van hoge kasten, grote planten en de groene wand. 8. Vervoer Woon/werk HAN BE telt 66 medewerkers. Er gaan 36 tot 40 medewerkers regelmatig tot altijd met de auto naar het werk. 16 tot 20 medewerkers gaan met de fiets en tien medewerkers gaan met de trein. Hieronder een schema met de aantal kilometers die gereden worden met de auto, fiets en trein. Daarnaast de CO2 -productie en het aantal bomen die geplant moeten worden ter compensatie (bron: Greenchoice klimaatcalculator i.s.m. Trees for Travel). De medewerkers worden gestimuleerd de fiets te pakken voor woon-werk-verkeer , door middel van het HAN-fietsenplan, waaraan een substantieel aantal medewerkers deelneemt. Auto
Fiets
Enkele reis Heen en terug
3.782,5 Enkele reis Heen en 7.565 terug
40 weken ±1.450 bomen ± 480 ton CO2
Trein
302.600 km
502,5 Enkele reis Heen en 1.005 terug
40 weken
40 weken
0 bomen
± 9 bomen
0 ton CO2
40.200 km
± 3 ton CO2
1.186 2.372
94.880 km
Studenten HAN BE telt ± 1000 studenten. Het gros van deze studenten reist met hun Ov-studentenkaart per trein en trolleybus van en naar school. Beide vervoersmiddelen gebruiken groene stroom. De gemiddelde reisafstand is: Trein
900 studenten
Aantal dagen/week Enkele reis Heen en terug
4 93.600 187.200
40 weken ± 674 bomen ± 225 ton CO2
7.488.000 km
9. Concrete maatregelen HAN-breed in 2010 met een (energie)besparend effect Ruitenberglaan 26: Photovoltaische zonnepanelen van 1-1-2010 t/m 31-12-2010 opbrengst ca 2000 kWh (ca 2000Wp, de invalsrichting van de zon volgend).De panelen zijn in sept 2009 in gebruik genomen. Gegevens : Sunny Webbox link http://145.74.130.60/ Totale opbrengst op 26-01-2011 = 2513 kWh.
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Hoofdstuk: Geluid
Faciliteiten Op het terrein van onze opleidingen is een aantal oplaadpunten ten behoeve van elektrische voertuigen aanwezig.
3 3
Vergelijkingstabel energiegebruik Hogescholen Nederland
34
Ruitenberglaan 26: 20 m2 enkel glas vervangen de isolatieglas (HR++), besparing ca 20 m2 x 25 m3 aardgas/m2 j = 500 m3 aardgas/j.
10. Vergelijkingstabel energiegebruik Hogescholen Nederland
1. INHolland
122.698
80,4
8,5
Primair 2008 GJ/m2 0,99
2. Saxion Hogescholen
83.705
81,8
8,6
1,01
0,96
3. Hogeschool Leiden
26.592
72,8
7,1
0,88
0,79
4. Marnix Academie
8.874
90,9
13,6
1,25
1,15
5. De Haagse Hogeschool
90.000
79,7
7,4
0,95
0,91
6. Hogeschool Zeeland
22.505
83,6
19,7
1,38
1,04
7. Van Hall Larenstein
29.665
67,4
11,6
0,98
0,90
8. HAS Den Bosch
17.026
86,5
14,6
1,24
1,17
9. Windesheim
85.885
51,5
8,5
0,73
0,70
10. Fontys
266.000
53,2
9,6
0,78
0,64
11. Hogeschool Zuyd
118.184
54,7
11,8
0,86
0,86
12. HAN
130.189
64,4
7,6
0,82
0,75
13. Hogeschool Rotterdam
124.319
72,3
10,9
1,00
0,86
14. Stenden Hogeschool
29.000
92,2
10,5
1,16
66,8
9,6
0,91
Gemiddeld
BVO m2
Elektriciteit Gas+warmte kWh/m2 m3/m2
Jaarverslag duurzaamheid Built Environment 2011-2012
Primair 2007 GJ/m2 1,04
0,91
Hoofdstuk: Vergelijkingstabel energiegebruik Hogescholen Nederland
Instelling
3 4