>>LopendVuur05. Ervaring is belangrijker dan winnen tijdens Jeugd Olympische Spelen Feiten en cijfers Nanjing 2014

>>LopendVuur05 De krant van de Nederlandse Topsport >>juli 2014

Hans Gootjes: “We hebben nog niets” > 3

Dorien Hoekstra: “Dit was altijd al mijn droom” > 4

Prijzengeld in het buitenland: fiscus deelt ook in de winst > 5

Nederlandse CP-voetballers ‘best of the rest’ > 6

Ervaring is belangrijker dan winnen tijdens Jeugd Olympische Spelen 2014

>> Voor de tweede keer staan komende maand de Jeugd Olympische Zomerspelen op het programma. Vier jaar geleden had Singapore de primeur. Van 16 tot en met 28 augustus is het Chinese Nanjing gastheer van zo’n 3.800 talentvolle sporters tussen de veertien en achttien jaar. Nederland vaardigt 42 jeugdsporters af. Chef de mission is oud-judoka Mark Huizinga: “Voor de meeste sporters is het voor het eerst dat ze op zo’n groot multisportevenement in actie komen. Er zijn natuurlijk EK’s en WK’s voor junioren, en je hebt het Europees Jeugd Olympisch Festival, maar die zijn allemaal een stuk kleiner. Voor onze talenten is het goed om zo’n toernooi eens mee te maken, met een openingsceremonie, een Olympisch dorp, enzovoorts, zodat ze de volgende stap kunnen zetten in hun topsportcarrière.’’

Voorspellingen Uiteraard gaat iedereen straks in China zijn of haar best doen en wordt er alles aan gedaan om goed te presteren. Maar een goede prestatie hoeft niet per se een medaille of een finaleplaats te betekenen. “Het is sowieso lastig inschatten waar onze sporters staan ten opzichte van andere landen. Het verschil in deze leeftijdsgroep kan heel groot zijn en binnen een jaar kunnen de verhoudingen anders liggen’’, zegt Huizinga. Aan voorspellingen durft hij zich dan ook niet te wagen. Wel weet hij dat de Nederlandse deelnemers allemaal bij de wereldtop in hun leeftijdscategorie horen. “De internationale kwalificatie-eisen waren streng. Er zijn een stuk minder deelnemers dan tijdens de Olympische Spelen voor volwassenen, maar er staan dezelfde sporten op de agenda. Dat wordt opgelost doordat er bijvoorbeeld bij het zwemmen minder afstanden en bij

FOTO:SPORTFOTOGRAFIE.NL

De top 10-ambitie is al een aantal jaren leidend bij elke Olympische Spelen, maar niet bij de Jeugd Olympische Spelen. Ervaring opdoen op een groot evenement is voor de jonge Nederlandse sporters komende maand in China veel belangrijker. “Ik heb liever dat iemand straks zesde wordt en over zes jaar tijdens de echte Olympische Spelen goud wint dan andersom’’, zegt chef de mission Mark Huizinga.

Karl Koszta tijdens de kwalificatie voor de eerste editie van de Jeugd Olympische Spelen.

het judo minder gewichtsklassen zijn. Maar ook kunnen er een stuk minder sporters meedoen, waardoor alleen de allerbeste zich hebben gekwalificeerd. Zelf had ik mij als junior nooit geplaatst.’’ Goed terecht gekomen In zijn tijd bestonden de Jeugd Olympische Spelen ook nog niet. Hij kan niet zeggen of hij zo’n toernooi gemist heeft in zijn opleiding tot topsporter. “Wat er niet is, kun je niet missen. Uiteindelijk denk ik dat ik wel goed terecht ben gekomen’’, zegt hij grijnzend. Huizinga won als 22-jarige op zijn eerste Spelen (Atlanta, 1996) brons en later in 2000 goud. “Het is niet zo dat een sporter nu geen goede carrière kan hebben als hij of zij niet naar de Jeugd Olympische Spelen

gaat. Maar de Jeugd Olympische Spelen kunnen wel helpen in de voorbereiding op de latere carrière.’’ Nu maakt Huizinga als chef de mission toch nog zijn opwachting op de Jeugd Olympische Spelen. Samen met een team is de voormalig judoka bezig reis en verblijf tot in de puntjes te regelen. Hij vindt het leuk om een groot toernooi eens van de organisatorische kant mee te maken. “Als sporter heb je geen idee wat er allemaal bij komt kijken. Dat moet ook niet, want je moet je met trainen en je voorbereiding bezig houden.’’ Hij heeft gesproken met Maurits Hendriks. Ook Ad Roskam, die vier jaar geleden in Singapore chef de mission was, heeft Huizinga geholpen. “Gelukkig >> lees verder op pagina 2

Feiten en cijfers Nanjing 2014 Wat: Jeugd Olympische Zomerspelen Waar: Nanjing, China Wanneer: 16 tot en met 28 augustus 2014 Aantal deelnemers: 3.800

Aantal Nederlandse deelnemers: 42 Aantal sporten op het programma: 21 Aantal sporten met Nederlandse deelname: 14

Sporten waar Nederland aan meedoet: badminton, basketbal, golf, handboogschieten, hockey, judo, paardensport, taekwondo, tafeltennis, triatlon, turnen, watersport, wielrennen en zwemmen.

HET LOPEND VUUR JULI 2014 NOC*NSF 1

VERVOLG PAGINA 1

werken we met een team van acht mensen die allemaal ervaring hebben met de organisatorische kant. Dat zijn mensen van NOC*NSF, medici en mensen met een media-achtergrond.’’ Missie geslaagd Zij gaan er samen met de coaches alles aan doen om de Nederlandse sporters optimaal voor te bereiden. Vier jaar geleden kwam Nederland thuis met vier medailles. De wielerploeg won brons. Handboogschutter Rick van den Oever zilver, net als

zeilster Daphne van der Vaart, en de meisjeshockeyploeg won goud. Van de deelnemers in Singapore heeft inmiddels een aantal een succesvolle overstap naar de senioren gemaakt. Zo deden zwemmer Dion Dreesens en bmx’er Twan van Gendt (die in Singapore nog derde werd met de wielerploeg) al mee aan de Spelen in Londen. Van Gendt werd daar vijfde. Vanuit de hockeyploeg zaten Marloes Keetels en Frederique Derkx in het team dat vorige maand in Den Haag wereldkampioen werd. Het zijn mooie

voorbeelden en Huizinga hoopt dat veel van de deelnemers in China hun pad volgen. “Over twee of zes jaar kun je eigenlijk pas zeggen of de doelen voor deze Jeugdspelen gehaald zijn. Als iemand die dan succesvol is op de echte Olympische Spelen zegt: ‘die Jeugdspelen in China in 2014, daar heb ik echt wat aan gehad’, dan is onze missie geslaagd.’’ >> Meer info: www.nocnsf.nl/nanjing2014

Bondscoach van de Paralympische wielrenners ziet uitzonderlijk goede renners Op Papendal werd op 25 mei de zesde Paralympische Talentendag gehouden. Ook deze editie leverde voor de verschillende aanwezige (bonds)coaches weer nieuw talent op. Dit keer waren de sporten atletiek, wielrennen, tafeltennis, boccia, handboogschieten, schietsport, zitvolleybal en rolstoelbasketbal vertegenwoordigd.

>> Eelke van der Wal, bondscoach van de Paralympische wielrenners, sprak na afloop van een geslaagde editie van de jaarlijks terugkerende zoektocht naar nieuw talent. “Wij hebben een aantal uitzonderlijk goede renners gezien. De renners uit mijn ploeg, die mij assisteren, waren heel enthousiast over wat ze hier aan talent op de weg

hebben gezien. Bij het testen heb ik ook twee jongens gehad van wie ik echt onder de indruk was. Ik ben erg blij.” Achterrijder Van der Wal is onder andere op zoek naar een achterrijder voor Teun Mulder, de winnaar van Olympisch

brons die is overgestapt naar de Paralympische tandem. “We zoeken een explosieve, slechtziende jongen die achterop kan zitten. Eén jongen op de talentdag, Tommy van den Eijnde, past precies in dat plaatje. Bij de dertigsecondentest ging hij helemaal kapot. Dat zegt mij dat hij geschikt is voor topsport, dat hij van nature weet wat de bedoeling is van die test: alles geven. En de waarden uit die test waren gewoon heel goed. De jongens die ik op dit moment voor die positie heb, moeten zich wat mij betreft al een beetje zorgen gaan maken om Tommy.”

“Studeren moet financieel haalbaar blijven voor topsporters” Studie en topsport; het is en blijft een lastige combinatie. De expertgroep FLOT (Flexibel Onderwijs en Topsport) zou graag hebben gezien dat voor topsporters een uitzonderingspositie binnen het nieuwe sociaal leenstelsel voor studenten zou gelden. Nu dit onhaalbaar blijkt te zijn, wordt gezocht naar andere manieren om de nadelige effecten voor topsporters op te vangen. Nadelige effecten zijn er vooral voor topsporters die geen stipendium ontvangen of voldoende andere inkomsten hebben.

>> Het sociaal leenstelsel houdt in dat de basisbeurs met ingang van het studiejaar 2015-2016 verdwijnt en dat studenten voortaan geld moeten lenen om hun studie te bekostigen. Uit een onlangs gehouden enquête onder ruim duizend topsporters blijkt dat zij gemiddeld meer dan dertig uur per week aan hun topsportcarrière besteden. Het gevolg is dat topsporters weinig ruimte hebben voor een bijbaan om de studie te betalen. Rekening houdend met de topsportkosten die topsporters en ouders maken en het feit dat ruim zestig procent van de topsporters niet meer verdient dan 20.000 euro bruto per jaar, kan het sociaal leenstelsel ertoe

leiden dat hoger onderwijs – met name voor topsporters die geen stipendium genieten – niet meer financieel haalbaar en toegankelijk is. Compensatie Om extra hinder voor de topsporter te voorkomen (niet om hem of haar een betere positie te geven dan ‘gewone’ studenten) zal NOC*NSF samen met de NOC*NSF Atletencommissie en NL Sporter met de overheid in overleg treden over mogelijke compensatieregelingen. Els van Kernebeek, hoofd unit topsport NOC*NSF en tevens voorzitter van de expertgroep FLOT: “Zo’n compensatie zou kunnen

bestaan uit beurzen, het opzetten van een studiefonds of sponsorbijdragen. In andere sectoren worden dit soort regelingen al ontwikkeld. Voor professionele dansers bestaat bijvoorbeeld een omscholingsfonds.” Overbrugging en pensioen Het overleg met de overheid gaat verder dan deze verkenning. Zo onderzoeken de partijen ook of er faciliteiten ontwikkeld kunnen worden om de overbrugging van een sport- naar maatschappelijke carrière en het pensioen te verbeteren. Ter onderbouwing hiervan is de al genoemde enquête gehouden. De werkgroep Athlete Services, bestaande

Eelke van der Wal tijdens de Paralympische Talentendag.

uit een aantal (technisch) directeuren van bonden, is hierbij een belangrijk klankbord. Actieplan FLOT Een andere manier om de positie van topsporters in het onderwijs te verbeteren is het actieplan FLOT, dat op dit moment wordt uitgerold. Met dit plan – een gezamenlijk initiatief van NOC*NSF en hogeronderwijsinstellingen – wordt beoogd het onderwijs voor topsporters flexibeler te maken in zoveel mogelijk opleidingen en studie-uitval te verminderen. >> Meer info: [email protected]

Expertgroep FLOT bestaat uit vertegenwoordigers van NOC*NSF, de NOC*NSF Atletencommissie, regionale topsportorganisaties, universiteiten, hbo-instellingen en de overheid. Voor meer informatie over FLOT: www.nocnsf.nl/flexibelonderwijs-en-topsport.

Colofon Lopend Vuur is een uitgave van NOC*NSF Ontwerp Diep Arnhem, Opmaak en druk Edauw & Johannissen BV, Den Haag, Hoofdredactie Friso Schotanus (Het Sportbureau)/NOC*NSF, Eindredactie Janneke Westermann, Medewerkers Robert Barreveld, Erik Duiven, Tessa de Wekker Productie Arko Sports Media, Nieuwegein, Redactieadres NOC*NSF: Lopend Vuur T.a.v. Annemiek van der Meer, Postbus 302, 6800 AH ARNHEM, Tel.: 026 483 47 83, E-mail: [email protected], www.nocnsf.nl/lopendvuur 2

NOC*NSF HET LOPEND VUUR JULI 2014

OPVALLEND SUCCES TURNEN

Zesde plaats op EK is nog maar het begin

>> “Wij wisten al een tijdje dat we met het mannenteam goed bezig waren. Tijdens de EK hebben we onze progressie als team aan de buitenwereld laten zien. Maar, we hebben nog niets’’, stelt Gootjes. Na de Spelen van Londen werd de Brit Mitch Fenner aangesteld als bondscoach. Al eerder leidde hij de Britse mannen naar de wereldtop en nu heeft hij in Nederland een zelfde soort systeem en opleidingsstructuur geïntroduceerd. Gootjes: “Natuurlijk zijn we bezig met de Spelen van Rio, maar met een grote groep turners en coaches kijken we al verder, naar Tokio. Vanaf 2020 willen we met zowel het heren- als het damesteam structureel bij de beste twaalf landen van de wereld horen.’’ Teamkwalificatie Hoewel de mannen als beste teamprestatie op een WK tot dusver de

zeventiende plaats hebben staan (2010), is een plek bij de beste twaalf landen van de wereld nodig voor plaatsing voor de Spelen. Komend najaar begint de kwalificatie. Alleen de beste 24 landen tijdens de wereldkampioenschappen in China plaatsen zich met een team voor de WK van 2015 in Glasgow. De beste acht landen van dat toernooi verdienen een rechtstreeks ticket voor Rio. De nummers negen tot en met zestien strijden in april 2016 tijdens het zogenaamde Test Event om de overige vier startbewijzen. Daar mikt Nederland op. Hard werken Teamkwalificatie voor de Olympische Spelen is om een aantal redenen belangrijk. Ten eerste past het in de langetermijnambitie van de KNGU en is het een Nederlands mannenteam nog nooit gelukt. “Ook geeft het meer

FOTO: ANP PHOTO

De Nederlandse turnmannen werden dit voorjaar op de Europese kampioenschappen zesde. ‘Sofia’ was echter slechts de eerste stap op weg naar het echte doel: kwalificatie met het team voor de Olympische Spelen van Rio de Janeiro. Technisch directeur van de KNGU Hans Gootjes vertelt over het traject.

Mitch Fenner (links) moet de Nederlandse turnteams bij de beste twaalf van de wereld zien te krijgen.

individuele turners de kans om voor medailles te gaan’’, zegt Gootjes. Plaatst het team zich niet, dan is er via een ingewikkeld kwalificatiesysteem waarschijnlijk maar één individueel startbewijs voor Nederland te verkrijgen, net zoals in Londen het geval was. Voor teams mogen vijf turners in actie komen.

als een verzameling individuen. Daar legt Fenner keer op keer de nadruk op. Gootjes: “Onlangs hadden we een bijeenkomst met alle sporters en coaches in het Rio-traject. Daar zei hij het weer eens mooi: ‘A team is not just a list of names’.’’

Voor het zover is, moet er nog hard gewerkt worden. Als team, en niet

Online module moet sporters wapenen tegen matchfixing Matchfixing is een internationaal groeiend probleem in de sport. Onderzoek afgelopen najaar wees uit dat matchfixing in Nederland nog beperkt voorkomt. Dat was genoeg aanleiding voor NOC*NSF om voorzorgsmaatregelen te treffen. Een van onderdelen van het actieplan is de e-learningmodule Matchfixing, die sinds vorige maand beschikbaar is. >> “Het doel van de online leermodule is sporters, coaches, bonds- en clubbestuurders bewust maken van de gevaren van matchfixing en gokverslaving”, zegt Emiel Krijt. Hij is vanuit NOC*NSF

betrokken bij de ontwikkeling van de module en de voorlichtingsbijeenkomsten over het fenomeen. “De e-learning moet sporters helpen de situatie te herkennen. Bij matchfixing komt een soort loverboy-achtige praktijk naar voren. Heel geleidelijk word je erin gelokt.’’ In de online module, die zo’n drie kwartier duurt, worden veel situaties geschetst aan de hand van filmpjes. Een voetballer vertelt wat hem is overkomen. “Zo zien sporters de gevolgen die matchfixing kan hebben. Hij vergelijkt matchfixingorganisaties met maffia. Eerst zijn het je vrienden, maar al snel blijkt dat je helemaal niets betekent.’’ Buitenlandse wedstrijden De module geeft ook uitleg over regelgeving in Nederland. De meeste sporters weten wel dat ze niet op hun eigen wedstrijden mogen gokken, maar

ook gokken op andere wedstrijden uit je eigen competitie is verboden. Krijt: “Ook kunnen de regels in het buitenland of tijdens deelname aan toernooien anders zijn. Als je meedoet aan de Olympische Spelen mag je bijvoorbeeld helemaal niet gokken. Daar besteedt de module aandacht aan.’’ Ook de gevaren van gokverslaving komen voorbij. “Sporters hebben een grotere kans op gokverslaving dan de gemiddelde Nederlander. Vaak hebben topsporters vergelijkbare karaktertrekken met gokverslaafden. Beide hebben bijvoorbeeld een sterke focus op één doel. Door die eigenschap zijn sporters vatbaarder voor gokverslaving.’’ Doelwit De e-learning is gebaseerd op een internationale module. “We hebben de module vertaald en aangepast, zodat hij

voor alle sporten bruikbaar is en ook de regels bevat die in Nederland van toepassing zijn.’’ Naast de online module is ook een presentatie ontwikkeld om voorlichting te geven aan talenten en topsporters over matchfixing. Deze presentatie is gebaseerd op de voorlichting die de KNVB al haar topvoetballers geeft. Het is de bedoeling dat de les binnenkort op alle CTO’s gegeven gaat worden. Krijt onderstreept het belang: “Matchfixing bestaat niet alleen maar in Azië en Oost-Europa. Het is een kwestie van tijd voor hier de eerste zaak naar voren komt. We moeten als NOC*NSF en sportbonden onze sporters en begeleiders waarschuwen en ervoor zorgen dat ze geen makkelijke doelwitten worden.’’ >> Meer info: www.nocnsf.nl/matchfixing HET LOPEND VUUR JULI 2014 NOC*NSF 3

DE COACH DORIEN HOEKSTRA

achttienjarigen die er eveneens moet staan in 2020.”

Dorien Hoekstra is talent development coach bij het Watersportverbond en stoomt in die hoedanigheid op het Nationaal Trainingscentrum in Scheveningen jonge windsurftalenten klaar voor de top. Ze praat met passie over haar vak en voor wie niet beter weet, is het moeilijk te geloven dat de winnares van Olympisch brons van 1992 zich jarenlang niet met windsurfen bezighield. Dat ze coach zou worden, stond echter vast. “Dit was altijd al mijn droom.”

FOTO: WATERSPORTVERBOND

“Ik wil autonome topsporters creëren” Dorien Hoekstra: "Toen het kon, ben ik direct het vak

Het aanbod van jong talent is groot in het windsurfen. Vooral de gouden plak die Van Rijsselberghe in Londen won, gaf de sport een forse impuls. “Dorian is een jongen met een verhaal. Hij heeft een mooie uitstraling, hij is in alles een voorbeeld voor de jeugd. Na Londen zag je dat de ledenaantallen bij de verenigingen groeiden. Vorige week hadden we bij onze vereniging nog een talentendag en gaven veel jongetjes ook duidelijk aan dat ze Dorian als voorbeeld hadden.”

weer ingestapt."

Naam: Dorien Hoekstra-de Vries

Leeftijd: 48 jaar

Functie: Talent development coach Watersportverbond

In dienst sinds: 2010

>> Nadat de nu 48-jarige Hoekstra in 1996 stopte met windsurfen, duurde het nog jaren voordat zij zich volledig op het coachingvak stortte. “Dat wilde ik nog niet. Ik wilde in die periode bij mijn kinderen in de buurt zijn. Als

coach moet je veel reizen en ik wilde daarmee wachten tot mijn kinderen oud genoeg waren. Maar toen het kon, ben ik direct weer het vak ingestapt.” Verantwoordelijk Hoekstra creëerde in haar huidige functie samen met haar collega’s een structuur waarbinnen jonge talenten optimale kansen hebben om de top te bereiken. “School, trainingsprogramma’s, voeding, het hele plaatje moet kloppen, zodat die sporters zich alleen maar hoeven te concentreren op presteren. Dat is mijn verantwoordelijkheid. Ze moeten zich echter wel bewust zijn van het proces waarin ze zitten, zodat

je topsporters aflevert die goed beseffen dat ze zelf verantwoordelijk zijn. Ik wil autonome topsporters creëren.” Medaillekansen De intensieve begeleiding werpt zijn vruchten af. Lilian de Geus (22) bemachtigde vorig jaar als eerste vrouw in achttien jaar de A-status van NOC*NSF in het windsurfen en ook Kiran Badloe (19), die traint met Olympisch kampioen Dorian van Rijsselberghe, is op de goede weg. “Lilian is absoluut al een medaillekandidaat voor Rio (2016) en Kiran is vooral een kanshebber voor vier jaar later. Verder ben ik nu bezig met een groep

Kennis delen “Coachen is best een eenzaam vak”, weet Hoekstra. Mede daarom hecht ze grote waarde aan haar deelname aan het Nationaal Coach Platform, het halfjaarlijkse evenement van NOC*NSF waar coaches uit verschillende takken van sport op allerlei vlakken hun kennis delen. “Als je het maximale uit je sporters wil halen, moet je je blijven ontwikkelen. De kennis in Nederland is heel groot, daar moeten alle coaches optimaal van profiteren. Door het platform kan dat op een ‘veilige’ manier. Je bent immers geen concurrenten van elkaar, iedereen is daar om beter te worden.”

Paratriatlon ook in Nederland bezig aan opmars >> “Toen ik vorig jaar begon, was er niks”, legt De Bruin uit. “Er deden een paar sporters mee aan reguliere triatlons en dat was het wel. Als bondscoach doe ik alles: training, materiaal, sponsoring, talentscouting, medische begeleiding: ik ben echt een manusjevan-alles. Paratriatlon is een sport in opkomst. Zowel voor de sporters als voor mij is het zoeken naar de juiste weg. Natuurlijk wil je als coach graag een fulltime programma, maar het is logisch dat dat er nu nog niet is.” Met Geert Schipper, Saskia van den Ouden, Sjaak van den Berg en Odette van Deudekom heeft De Bruin vier sporters in zijn selectie die vol voor de paratriatlon gaan. Daarnaast zijn wielrenster Joleen Hakker en handbiker 4

NOC*NSF HET LOPEND VUUR JULI 2014

Jetze Plat actief in de sport. De Bruin: “Omdat paratriatlon bestaat uit zwemmen, wielrennen en hardlopen/wheelen, kijk ik bij die sporten ook naar nieuwe talenten. Sporters die in één sport misschien geen medailles halen, maar door de combinatie wél bij de wereldtop horen.” De Bruin voegt daar aan toe dat dat in goed overleg gebeurt met de betreffende coaches: “Ik ga geen sporters afpikken.” Inmiddels zijn drie van de zes medailleonderdelen, eerlijk verdeeld over dames en heren, voor de Paralympische Spelen van 2016 bekend. Handicapklasse PT4 (atleten met een prothese) staat voor beiden op het programma. Voor de heren staat ook handicapklasse PT1

FOTO: SPORTFOTOGRAFIE.NL

Vanaf Rio 2016 staat triatlon op het programma van de Paralympische Spelen. Sinds het Internationaal Paralympisch Comité (IPC) dat besluit nam, groeit de sport ontzettend snel. Dat ziet ook Bas de Bruin, sinds vorig jaar bondscoach paratriatlon.

Jetze Plat: “Handbiken blijft mijn sport, maar triatlon prikkelt mijn lichaam.”

(rolstoelgebonden atleten) op het programma. Hierin komen Geert Schipper en Jetze Plat uit. De drie andere onderdelen worden in oktober bekendgemaakt. De Bruin: “We zorgen er nu voor dat iedereen zo hoog mogelijk op de wereldranglijst staat, zodat dát niet het probleem is.” Europees kampioen Jetze Plat en Saskia van den Ouden werden eind juni in het Oostenrijkse Kitzbühel Europees kampioen. Plat

kennen we als handbiker, maar in de paratriatlon hoort hij ook bij de top. Vorig jaar werd hij ook al tweede op het WK. Plat wil echter niks weten van een ‘overstap’. “Handbiken blijft mijn sport! Daarin heb ik nog niet gehaald wat ik wil: goud op een WK of de Paralympische Spelen. Triatlon is een mooie afleiding, het prikkelt mijn lichaam. Zwemmen deed ik sowieso al veel, en bij wheelen gebruik ik dezelfde spieren als bij handbiken. Ik word er alleen maar sterker van.”

Hulp bij de aangifte inkomstenbelasting voor topsporters Als Nederlandse topsporter ben je misschien niet alleen in Nederland actief met je sport, maar neem je ook in het buitenland deel aan toernooien of wedstrijden. Als je hiermee startgeld, medaillebonussen of prijzengeld behaalt, is de vraag wat je hier netto aan overhoudt. Moet je over deze inkomsten nog belasting betalen in Nederland of in het buitenland?

>> Het komt voor dat topsporters denken dat ze de verdiensten in het buitenland niet hoeven aan te geven in de aangifte inkomstenbelasting, bijvoorbeeld omdat in het buitenland al belasting is betaald. Als Nederlandse topsporter moet je de buitenlandse inkomsten echter wel degelijk in je aangifte inkomstenbelasting aangeven. Je betaalt over deze inkomsten in Nederland nog eens maximaal 52 procent. Het precieze

bedrag is afhankelijk van het land waar het inkomen is verdiend, de kosten die je hiervoor hebt gemaakt, de belasting die je al in het buitenland hebt betaald en je persoonlijke omstandigheden. Ook de afspraken die Nederland met andere landen heeft gemaakt, zouden de uiteindelijk te betalen belasting kunnen verlagen. Boete Het niet aangeven van de

buitenlandse inkomsten in je belastingaangifte kan grote gevolgen hebben. Krijgt de fiscus namelijk achteraf informatie over de niet aangegeven buitenlandse inkomsten, dan moet alsnog belasting worden betaald, verhoogd met rente en mogelijk met een boete die fors kan oplopen. Geef je je buitenlandse inkomsten wel op in je aangifte inkomstenbelasting, dan liggen er misschien ook kansen: wellicht heb je kosten gemaakt die je in mindering mag brengen op je inkomsten. Of is er misschien een (gunstige) afspraak gemaakt tussen Nederland en het buitenland? Ondersteuning Ook voor de stipendiumregeling is de aangifte inkomstenbelasting van belang. Of je niet te veel hebt

bijverdiend naast het stipendium wordt mede beoordeeld op basis van de door jouw ingediende aangifte inkomstenbelasting. Het indienen van een juiste en volledige aangifte is daarmee nog belangrijker geworden voor topsporters. Kortom, het is verstandig een juiste en volledige aangifte in te dienen, ook met het oog op buitenlandse inkomsten. Maak daarom gebruik van de faciliteiten die NOC*NSF aanbiedt: neem eens contact op met een van de fiscalisten van EY. Zij ondersteunen je hier graag bij.

>> Meer info: www.ey.com > house of sports, of mail naar: [email protected]

NOG ÉÉN JAAR TE GAAN TOT PRIMEUR

Baku telt af tot eerste Europese Spelen In de Azerbeidjaanse hoofdstad Baku vindt over minder dan een jaar, op 12 juni 2015, de openingsceremonie van de eerste Europese Spelen plaats. Ook Nederland zal met een team deelnemen aan dit negentien sporten tellende evenement. Jeroen Bijl, manager topsport bij NOC*NSF en chef de mission van de Nederlandse delegatie, was onlangs in Baku voor het chef de mission-seminar.

FOTO: NOC*NSF

ritmische gymnastiek) geweest. Het Olympisch stadion wordt in januari opgeleverd. We zijn ook in het atletendorp geweest. Het ziet er goed uit.”

Jeroen Bijl: “Mijn indruk van Baku is prima.”

>> “Mijn indruk van Baku is prima”, aldus Bijl. “Ze zijn een eind op weg als het gaat om logistieke zaken als accommodaties, transport en accreditaties. Het zwembad is in aanbouw. De National Gymnastics Arena is in april opgeleverd. Daar is inmiddels een testevent (de Europese kampioenschappen

Onduidelijk Aan de andere kant zijn er nog wel wat zaken onduidelijk. “Maar dat komt natuurlijk mede doordat het de eerste keer is dat deze Spelen worden gehouden. Er was bijvoorbeeld wat discussie over het volleybal. De organisatie stelt dat de top 10 van de Europese ranglijst hier straks aanwezig is. Maar tijdens het volleybaltoernooi zijn er ook World League-wedstrijden. Daar hebben ze dan geen antwoord op. Het niveau van de competitie in de verschillende takken van sport blijft een puntje van zorg. Dat heeft ook met de Europese bonden te maken.” Eerder werd al bekend dat atletiek een landenwedstrijd voor de landen in de laagste Europese divisie wordt. Nederland zal daar niet aan meedoen. Ook bij het beach soccer zal Nederland niet vertegenwoordigd zijn.

Het zwemtoernooi is een jeugd EK. Basketbal wordt gespeeld met teams van drie tegen drie. Positief Bijl voert in Nederland gesprekken met alle betrokken sportbonden. “Die gesprekken verlopen positief. Het past niet bij alle sporten in de wedstrijdkalender, maar ze nemen het evenement wel serieus. Voor sommige kleinere sporten is het financieel lastig om Europese kampioenschappen te organiseren. Dan is dit een mooie kans om toch een continentale wedstrijd van een hoog niveau te hebben. Daarnaast heeft een aantal sporten een directe relatie met de Olympische Spelen. De winnaars van de triatlon en de vijftien disciplinewinnaars van het sportschieten bemachtigen een plaats voor Nederland voor de Spelen in Rio. De winnaars van het tafeltennis plaatsen zich direct en wel op naam. Bij atletiek en zwemmen kunnen de limiettijden van de internationale federaties voor

Rio worden gehaald. Bij het handboogschieten, beachvolleybal, wielrennen en taekwondo zijn rankingpunten te verdienen.” Top acht NOC*NSF neemt de eerste Europese Spelen dan ook serieus. “We beschouwen dit als een prestatie-evenement, dus we hanteren soortgelijke eisen als bij de Olympische Spelen. De minimale eis voor kwalificatie is een redelijke kans op een plaats bij de top acht. Gezien de beperkte financiële middelen zullen er in de aanloop geen trainingskampen worden belegd en zal er ook geen High Performance Centre in het atletendorp zijn. Maar binnen de mogelijkheden doet NOC*NSF het maximale om met een zo sterk mogelijk team naar Baku te gaan.” >> Meer info: www.nocnsf.nl/baku2015

HET LOPEND VUUR JULI 2014 NOC*NSF 5

Financiële topsportmiddelen wintersportbonden opnieuw verdeeld

FOTO: SPORTWERKGEVER.NL

Het langebaanschaatsen zal de komende Olympische cyclus kunnen rekenen op meer financiële steun. Bij verschillende skiprogramma’s treedt juist een afbouwregeling in werking. De komende jaren loopt de financiële ondersteuning trapsgewijs terug. De evaluatie van Sochi, maar vooral de ingediende plannen voor de komende Olympische periode zijn bepalend geweest in de gemaakte keuzes bij de verdeling van de gelden over de topsportprogramma’s van de wintersportbonden.

Marvin van Heek is een van de individuen in wie NOC*NSF investeert.

>> De grootste bijdrage gaat naar het langebaanschaatsen omdat daar de afgelopen jaren enorme prestaties geleverd zijn en het daarmee de belangrijkste wintersport blijft. Bij shorttrack zijn er door de gerichte aanpak enorme stappen gemaakt in de afgelopen jaren. Voor hen is de toekenning gebaseerd op 2013, maar licht gestegen, en wordt er geld vrijgemaakt voor de aanstelling van een fulltime assistent-bondscoach. Grootste kansen NOC*NSF heeft verder besloten in een individuele snowboardster en een aantal individuele alpineskiërs te investeren, onder wie Marvin van Heek, die nu met de Amerikaanse selectie meetraint. Voorts heeft NOC*NSF de intentie het programma snowboard freestyle te blijven ondersteunen. Binnen de Olympische sneeuwdisciplines biedt snowboard freestyle voor Nederland de grootste kansen op het realiseren van een bondsprogramma dat structureel leidt tot sporters die presteren op het hoogste mondiale platform. Ook de Paralympisch

programma’s alpineskiën en snowboarden worden gefinancierd. De investeringsaanvraag voor het programma bobslee is afgewezen. Wanneer de prestaties daar aanleiding toe geven komen particuliere bobsleeteams echter in aanmerking om zich, net als andere presterende sporters, aanvullend via NOC*NSF te laten ondersteunen. Tussentijdse evaluatie De toekenning van de gelden is in principe bedoeld voor de periode 2015-2018. Evenals bij de zomersporten is er gelegenheid tot aanpassing als tussentijdse evaluatie daar aanleiding toe geeft. Technisch directeur Maurits Hendriks: “We zullen altijd zeer scherp de ontwikkelingen in de gaten houden. Deze toekenning is nu het uitgangspunt. Maar zodra er een sport of sporter is die uitzonderlijk presteert kunnen we bijstellen. Het systeem is nooit gesloten. Maar voor een plaats in de top 10 van de wereld als sportland zetten we onze helaas ook nog teruglopende middelen steeds gerichter in.”

“We willen op het EK ‘best of the rest’

>> De historie toont aan dat de Nederlandse CP-voetballers op ieder EK meedoen om de prijzen. Sinds het eerste EK in 1991 reikte de ploeg steeds tot de halve finales. “Ons doel op het EK is een plaats op het podium”, zegt Geestman. “Oekraïne en Rusland zijn de laatste jaren toonaangevend. Wij voetballen steeds beter mee, maar die landen zijn voor ons nog een matje te groot. Wij willen op het EK best of the rest zijn.” In vergelijking met de laatste Paralympische Spelen heeft de ploeg een verjonging ondergaan. “Een aantal ervaren jongens stopte na Londen 2012”, legt Geestman uit. “Een grote 6

NOC*NSF HET LOPEND VUUR JULI 2014

MATHILDE DUSOL

Voor de Paralympische CP-voetballers staat vanaf 24 juli het Europees Kampioenschap op het programma. In het Portugese Maia strijden elf landen om de titel. Nederland behoort zeker tot de medaillekandidaten. Oekraïne en Rusland zijn volgens bondscoach Marcel Geestman de grote favorieten.

John Swinkels is een van de spelers die tijdens het EK alles op alles zullen zetten om een podiumplek te bereiken.

verandering is ook dat ik nu veertien in plaats van twaalf spelers mag selecteren. Twaalf was krap, omdat je maar één reservekeeper en vier wisselspelers hebt. En we spelen tijdens toernooien om de dag, of zelfs elke

dag. Nu, met veertien spelers, kunnen we bovendien zeven tegen zeven trainen. Dat is een groot voordeel.” Op termijn verwacht Geestman dat Oranje weer kan wedijveren met de toplanden. “We hebben een jonge

ploeg, daar zit sowieso groei in”, legt hij uit. “Daarnaast hebben we sinds vorig jaar een CTO-programma en trainen we veel meer: vier, vijf dagen per week. Veel vaker dan voorheen, toen we twee keer per week centraal

Koers schoon, gebruik je doppen! Alle licentiehouders van de KNWU hebben speciale 100% Dope Free-stuurdoppen ontvangen. Door de doppen op de fiets te monteren spreken de wielrenners zich op een subtiele manier uit voor een integere, eerlijke en gezonde sportbeleving. >> De eliterenners hadden de primeur. Het merendeel van het peloton reed tijdens het TenCate NK wegwielrennen in Ootmarsum met de stuurdoppen. Een sterk statement, waarbij de Nederlandse profrenners duidelijk te kennen geven de ingezette cultuurverandering binnen het wielrennen ten volste te steunen. In totaal zijn er 12.000 stuurdoppensetjes in omloop gebracht. Bewustwording Het uiteindelijke doel van de stuurdoppenactie is het vergroten van de bewustwording onder de wielrenners. Huib Kloosterhuis, directeur van de KNWU, zegt hierover: “Deze campagne is juist zo krachtig omdat die topsport verbindt met breedtesport. De renners en rensters op het NK zijn een voorbeeld voor de jeugd. Via deze actie laten ze zien dat schoon presteren belangrijk is.”

’ zijn” trainden. Dat is goed. Of we daarmee Oekraïne kunnen verslaan? We kunnen alleen zorgen dat we het zelf goed doen. Wat anderen doen, daar hebben we geen invloed op.” Europees kampioenschap Het EK begint voor de Nederlandse CP-voetballers op 24 juli tegen Denemarken. In de groepsfase treft Oranje ook Finland (25 juli) en Ierland (27 juli). “Denemarken en Finland zijn kleinere voetballanden, daar verwacht ik geen problemen tegen”, zegt Geestman. “Samen met Ierland gaan we uitmaken wie eerste en tweede wordt in de groep.” De finale van het EK vindt plaats op 2 augustus. >> Meer info: www.paralympisch.nl

Wat is CP-voetbal? CP-voetbal (internationaal football 7-a-side genoemd, red.) wordt gespeeld door voetballers die als gevolg van een hersenbeschadiging een motorisch probleem hebben. De beschadiging is meestal het gevolg van een geboortetrauma. Sinds 1984 staat de sport op het programma van de Paralympische Spelen.

schoon, gebruik je doppen!’ werd nog eens de nadruk gelegd op de rechten en plichten bij dopingcontroles en de risico’s van onbewust dopinggebruik. Alles met als doel toekomstige dopingovertredingen te vermijden en zo de ingezette cultuurverandering in de (wieler)sport een extra impuls te geven. Impact Cultuurverandering is een langzaam proces en vereist dus een lange adem. De stuurdoppenactie alleen zal dus niet voldoende zijn om de omslag te maken. Wel geeft deze aan wat er leeft bij de renners. Het creëert een sterk ‘wij-gevoel’. Het signaal: ‘wij kiezen voor een breuk met het verleden. Wij kiezen voor een schone wielersport!’ Daarom is het ook mooi

om te zien dat de actie zo massaal gesteund wordt. Actieplan Daarnaast is de stuurdoppenactie slechts een onderdeel van het grotere actieplan ‘Koersen op een schone sport’ van de KNWU, Dopingautoriteit en NOC*NSF. Via dit actieplan wordt opvolging gegeven aan de aanbevelingen uit het rapport ‘Meedoen of stoppen’ van de Commissie Anti-Doping Aanpak (Commissie Sorgdrager). Het plan bestaat uit vijf pijlers: bewustwording, openheid, trainers & begeleiders, wielrennen internationaal en dopingcontroles en zal worden uitgevoerd naast de al bestaande initiatieven van de KNWU. >> Meer info: www.knwu.nl/koersschoon

Informatiepakket Naast de stuurdoppen ontvingen de licentiehouders ook een informatiebrochure. Onder de slogan ‘Koers

Nieuw netwerk voor ex-topsporters: TeamNL Alumni Tijdens het afgelopen WK hockey in Den Haag heeft de eerste netwerkbijeenkomst plaatsgevonden van TeamNL Alumni, een nieuw platform voor de Nederlandse (top) sportgemeenschap. >> Merel Mooren is projectleider van dit nieuwe platform en het licht het doel ervan toe. “TeamNL Alumni is een groep waar ex-topsporters zich bij aan kunnen sluiten zodat zij met NOC*NSF in contact kunnen blijven en er gebruik kan worden gemaakt van elkaars expertise en diensten”. De eerste bijeenkomst van TeamNL Alumni werd georganiseerd in samenwerking met de Batavieren, de alumnivereniging van de Nederlandse hockeymannen. In Den Haag maakte Randstad als partner van TeamNL Alumni bekend dat de diensten van Goud op de Werkvloer voortaan voor alle leden van TeamNL Alumni beschikbaar zijn. Dit houdt in dat zij bij Goud op de Werkvloer terecht kunnen

voor loopbaanadvies, carrièrecoaching, sollicitatiebegeleiding en een ‘duurzame inzetbaarheid scan’. Veel bonden beschikken niet over een alumnivereniging zoals de Batavieren. Een dertigtal sporters, aangesloten bij verschillende bonden zonder zo’n alumnigroep, gaf tijdens de bijeenkomst aan hierin verandering te willen brengen. De zwemmers zijn hiermee met hulp van de Batavieren al concreet aan de slag gegaan, hun groep zal de naam, ‘de Nautoiren’ dragen. Mooren: “Er lijkt voldoende enthousiasme en draagvlak om dit project de komende tijd verder uit te werken. TeamNL Alumni en de Batavieren ondersteunen dit soort initiatieven in elk geval graag.”

Wedstrijd van de Batavieren tegen het Rabobankteam (2011).

TeamNL Alumni is (in ieder geval) bedoeld voor: - voormalige Olympische en Paralympische deelnemers; - voormalige A-, B- en HP-statushouders (ingevoerd in 1996); - EK- en WK-deelnemers van voor 1996, van sporten die op dat moment tot het Olympische programma behoorden; - huidige statushouders (met het oog op hun toekomst als alumni). Sluit je ook digitaal aan bij TeamNL Alumni via LinkedIn: linkedin. com/groups/TeamNL-Alumni en Facebook: facebook.com/pages/ TeamNL.Alumni

HET LOPEND VUUR JULI 2014 NOC*NSF 7

AGENDA 2014 23-27 juli: WK BMX, Rotterdam 3 augustus: launch landelijke campagne ‘Sport, daar geef je om!’ 4-8 augustus: IOC World Press Briefing Rio 2016, Rio de Janeiro 4-10 augustus: EK Paralympisch zwemmen, Eindhoven 7 augustus: teamoverdracht Nederlands Jeugd Olympisch team, Papendal 15-24 augustus: WK softbal dames, Haarlem 16-28 augustus: Jeugd Olympische Spelen Nanjing, China 19-21 augustus: Gerard Dielessen en Maurits Hendriks brengen eerste werkbezoek aan Pyeongchang 24-31 augustus: WK roeien, Amsterdam 10 september: perspresentatie ‘Normen en Limieten Baku 2015 en Rio 2016’, Papendal 18 september: Platform Talentdag, Papendal 16 december: NOC*NSF | NOS Sportgala, Amsterdam RAI

HET TALENT MARIT HARRYVAN

“Ik wil echt iets bereiken” Het is snel gegaan met Marit Harryvan, het zestienjarige golftalent van de Noord-Nederlandse Golf & Countryclub in Glimmen. In 2012 had ze nog nauwelijks nationale toernooien gespeeld en nu bereidt ze zich voor op de Jeugd Olympische Spelen, die in augustus in het Chinese Nanjing worden gehouden. “Als ik mijn hoogste niveau haal, is het voor anderen heel moeilijk om mij te verslaan.”

Jong Oranje Als Marit het voorbeeld van haar ouders had gevolgd, had ze al op zeer jonge leeftijd op de golfbaan gestaan. De sport kon haar aanvankelijk echter niet boeien. “Het pakte me niet. Ik wilde liever tennissen en voetballen en vooral voetballen deed ik op een goed niveau. Ik zat in de nationale meisjesselectie van de KNVB. Vanaf 2010

begon ik echter weer meer te golfen en vond ik het toch wel leuk. In 2012 nam ik voor het eerst deel aan het NK tot vijftien jaar en dat won ik direct. Dat had niemand verwacht. Eind 2012 werd ik al geselecteerd voor Jong Oranje.” Goed voor golf Over twee jaar in Rio keert golf na honderd jaar ook terug op het programma van de ‘grote’ Olympische Spelen. Marit is daar dolblij mee. “Voor golf is dit heel goed. Want het is een echte sport. Veel mensen denken nog steeds dat golf geen intensieve sport is, maar als je op het hoogste niveau speelt, is vijf uur lang de concentratie vasthouden zwaarder dan je denkt. En daar komt het fysieke aspect nog bij. Mensen die iets minder verstand van golf hebben, denken vaak dat het vooral iets is voor oudere mensen, maar dat is niet meer zo.”

NIEUWS

Marit Harryvan: "Vijf uur lang de concentratie vasthouden is zwaarder dan je denkt."

Nummer één Hoewel ze nog maar weinig internationale ervaring heeft, gelooft Marit in een medaille in China. “Als ik echt op mijn best ben, maak ik zeker kans om het daar heel goed te doen. Dan is een medaille mogelijk.” De weg naar de absolute top is nog lang, maar

de jongeling uit Winschoten weet al precies wat ze wil bereiken in haar golfloopbaan. “Ik wil later de LPGA Tour op, ik wil pro worden. En ik wil ook zeker naar de ‘grote’ Olympische Spelen. Natuurlijk wil ik ook nummer één van de wereld worden, ik wil echt iets bereiken.”

NIEUWS

Ex-topsporters lopen hard Leden van TeamNL Alumni en van de NVOD worden in de gelegenheid gesteld om deel te nemen aan de acht kilometer of halve marathon tijdens de Amsterdam Marathon op zondag 19 oktober. Voorafgaand zal er dan meerdere malen samen worden getraind en ontvangen de deelnemers een trainingsschema van Olympisch marathonloper Marti ten Kate. Twee

FOTO: RONALD SPEIJER

>> “Ik hoorde in december dat de hoogst geklasseerde speler van Jong Oranje op het NK strokeplay (tot 21 jaar, red.) naar de Spelen mocht. Toen heb ik samen met mijn coach besloten kwalificatie tot mijn hoofddoel van het seizoen te maken. Ik ben steeds meer gaan trainen om alles te perfectioneren, we hebben echt toegewerkt naar het NK.” De aanpak had het gewenste resultaat. In juni won Marit het NK op haar thuisbaan in Glimmen.

Benoeming Van Commenée van de gezamenlijke trainingen worden gekoppeld aan een evenement. Op 27 juli is dat een bezoek aan het NK atletiek in het Olympisch Stadion en op 30 augustus de laatste dag van het WK roeien. >> Meer info: [email protected].

Charles van Commenée (56) is per 1 juli prestatiemanager bij NOC*NSF. Van Commenée werkte eerder (van 2005 tot eind 2008), als technisch directeur bij de sportkoepel maar keerde kort na de succesvolle Spelen van Beijing terug naar Groot-Brittannië om zijn loopbaan bij UK Athletics te vervolgen. Prestatiemanagers zijn ondersteunend bij de ontwikkeling en uitvoering van hoog-

waardige sporttechnische programma’s. Bovendien dienen zij als klankbord voor de coaches en signaleren zij de behoeften uit de dagelijkse coachpraktijk. Na het vertrek van Roelant Oltmans (Hockey India) en Ad Roskam (Atletiekunie) was NOC*NSF op zoek naar versterking. “Met de komst van Charles hebben we die zeker gevonden”, aldus technisch directeur Maurits Hendriks.