Les 1 Wat zei je daar? In de heksenkring ‘Brrr’, zegt Samia. ‘Het wordt vroeger en vroeger koud en donker. Het is nog maar vier uur!’ ‘Ik heb het helemaal niet koud’, zegt Loes. 5
‘Wil je mijn jas?’ Samia knikt. Dankbaar trekt ze de wollen jas aan. ‘Veel beter’, lacht ze. Loes zucht.
10
‘We hebben weer een project opgekregen. Deze keer moet het over de herfst gaan. En over magie.’ ‘Bedoel je heksen en tovenaars met magie?’, vraagt Raf. Hij tokkelt op de kleine rekenmachine die hij altijd bij zich heeft.
15
‘Getallen zijn magisch’, lacht hij. ‘Je kunt er oneindig mee goochelen. Net als tovenaars eigenlijk.’ ‘Haha’, moppert Loes. ‘Lach jij maar. Jij hoeft niet zo’n idioot project te maken.’ Ze trekt een gezicht.
20
‘En ik heb buikpijn. Te veel gegeten vanmiddag.’ ‘Met taal kun je ook goochelen’, troost Raf. ‘Of met voedsel’, smakt Sander, die alweer honger heeft.
63 DTBE22L boek.indb 63
03-09-12 13:25
‘Met voedsel?’, zegt Samia. ‘Met paddenstoelen bijvoorbeeld’, zegt Sander. 25
‘Ik zag ze buiten staan, netjes in een kring.’ ‘Een heksenkring!’, zeggen Loes en Mo tegelijk. ‘Laat eens zien waar je die paddenstoelen hebt gevonden, Mo!’, zegt Loes opgewonden. De kinderen klimmen uit de boomhut. Mo laat zien waar hij de heksenkring vond.
30
Het bos is hier al wat dichter. Af en toe klinkt gekraak. Een uil vliegt over. ‘Brrr’, rilt Noor weer. ‘Heb je het nog steeds koud?’, vraagt Samia.
35
‘Nee, ik ben bang’, bibbert Noor. Ze gaat vlug wat dichter bij de anderen staan. Stel je voor dat er spoken komen! ‘Woehahahaa!’, lacht Mo met een donkere stem. ‘Waaaa!’, gillen Samia en Noor.
40
‘Hou op met plagen, Mo’, zegt Sander. ‘Kijk liever naar die paddenstoelen hier.’ ‘Wat een grote kring’, zegt Raf. ‘De Taalbende kan er helemaal in.’ ‘Nee,’ zegt Noor, ‘dat moet je niet doen!
45
Dan verdwijn je! Heb je dat spookverhaal nooit gehoord? Mensen gingen in een heksenkring staan en toen waren ze opeens spoorloos verdwenen.’ ‘Dat is bijgeloof’, lacht Raf.
64 DTBE22L boek.indb 64
03-09-12 13:25
‘Ik heb gehoord dat deze kringen door de bliksem worden veroorzaakt. 50
En zijn jullie gisteren net als ik wakker geworden door dat felle onweer?’ De kinderen kijken elkaar ongerust aan. ‘Mijn oma vertelde altijd dat heksen op deze plek samenkomen en dansen’, zegt Loes met een klein stemmetje. ‘Soms zijn ze zelfs vermomd als katten!’
55
‘Dat is allemaal niet waar’, klinkt plots een stem. Het is Samia. Ze staat midden in de heksenkring en heeft haar armen gespreid. ‘Wat … wat …!’, roept Noor. ‘De kring!’, zegt Sander opgewonden.
60
‘Je staat in de kring!’ ‘Die kring doet niets’, zegt Samia rustig. ‘Mij kan niets overkomen, maar wat jullie niet weten, is dat ik een heks ben.’ Het blijft even stil. Dan verbreekt Raf de stilte.
65
‘Alle gekheid op een stokje, Samia’, begint hij. ‘We weten toch allemaal dat heksen niet bestaan?’ ‘Heksen bestaan wel’, zegt Samia fel. Haar ogen schitteren. ‘Maar heksen zijn toch … je weet wel …’, aarzelt Sander.
70
Hij kijkt naar Mo, maar die haalt zijn schouders op. ‘Hoe bedoel je?’ Samia’s stem klinkt dreigend. ‘Niet zo mooi om te zien, toch? Wratten en kromme neuzen en zo’, antwoordt Sander dan.
65 DTBE22L boek.indb 65
03-09-12 13:25
‘Dat is alleen maar zo in stripverhalen’, zegt Samia boos. 75
‘Ben ik dan zo lelijk? Of mijn moeder? En mijn oma?’ ‘Je maakt een grapje, Samia, is het niet?’, lacht Raf. Maar Samia lacht niet. Ze stapt uit de kring en komt bij de bende staan. ‘Je begrijpt het niet’, begint ze.
80
‘Een heks is geen krom vrouwtje met een grote neus en een wrat. Heksen bestaan echt, hoor! Ik ben er ook eentje.’ ‘Nee toch’, schrikt Noor. Samia knikt. ‘Mijn oma weet heel veel over kruiden’, vertelt ze. ‘En die kennis wordt van moeder op dochter doorgegeven.
85
Zij leerde het mijn mama. En mijn mama leert het mij.’ ‘Toverspreuken?’, vraagt Loes met grote ogen. Ze duwt haar handen tegen haar buik. ‘Geen toverspreuken’, lacht Samia nu. ‘Maar wel dingen die mensen kunnen helpen.
90
Veel dingen hebben te maken met gezondheid. Zo moet je peterselie of munt bij schapenvlees voegen, dat helpt bij de spijsvertering. En kaneel is goed voor het bloed.’ Uit de zak van haar rok diept ze een groen blaadje op. ‘Hier’, zegt ze tegen Loes.
95
‘Eet dat maar op, dat helpt tegen je buikpijn.’ ‘Wat is het?’, vraagt Loes achterdochtig. ‘Het is een takje munt’, zegt Samia. Loes knabbelt het op, en inderdaad ... Na een tijdje neemt haar buikpijn af.
100
‘Dat moet ik onthouden!’, lacht ze.
66 DTBE22L boek.indb 66
03-09-12 13:25
‘Voor als ik nog eens te veel eet!’ ‘En geen heksenonzin meer’, zegt Samia streng. ‘Heksen zijn lief!’ ‘Heksen zijn heel lief’, lacht De Taalbende. 105
Samen doen ze nog een rondedansje om de heksenkring. (Inge Misschaert)
67 DTBE22L boek.indb 67
03-09-12 13:25