KWARTAALRAPPORT 30 JUNI 2015 RELAX FUND
Evolutie YTD : +0,99 % (1.17186 € NAV begin 2015 – 1.18349€ Huidige NAV 30/06/2015)
RELAX FUND 1. Naam van het fonds RELAX FUND
2. Naam van de Asset Manager Merit Capital N.V. Museumstraat 12 D B – 2000 Antwerpen
3. Investeringsstrategie van het fonds The Relax fund is a managed fund of bondfunds investing with a world-wide basis. The underlying funds will be selected by using the Morningstar 4 and 5 star ratings or selected by the fundmanager himself. (Cfr. Interne richtlijnen van het intern fonds)
4. Evolutie van de unitwaarde Zie bijgevoegde grafiek van de evolutie van het Relax fund.
5. Marktbespreking van het jaar 2015 5.1. Algemene context De beurzen hebben in het eerste halfjaar dankzij drie meevallers veel beter gepresteerd dan de obligatiemarkten. Europese aandelen brachten 9 procent op, obligaties daalden in waarde. Voor de financiële markten was de eerste helft van 2015 een verhaal uit twee delen. De Europese aandelenmarkten namen een vliegende start dankzij drie stimuli: de daling van de olieprijs, de daling van de euro en de daling van de rente. De Europese Centrale Bank (ECB) duwde de euro en de rente fors omlaag toen ze op 22 januari aankondigde dat ze tegen september 2016 voor 1.140 miljard euro staatsobligaties en ander schuldpapier zal aankopen. Die grote bazooka deed de obligatiekoersen sterk stijgen en duwde de rente op Europese staatsobligaties naar een historisch dieptepunt. De Duitse tienjaarrente flirtte zelfs even met nul. De succesvolle ingreep van de ECB deed de groeivooruitzichten verbeteren en de inflatieverwachtingen toenemen, waardoor obligatiebeleggers half april hoogtevrees kregen. De mislukking van een veiling van Duitse staatsobligaties en waarschuwingen van enkele invloedrijke investeerders leidden tot massale verkopen van staatsobligaties en een forse rentestijging. De hogere rente liet ook de aandelenmarkten niet onberoerd.
Maar de obligatiemarkten kregen veel zwaardere klappen dan de aandelenmarkten. De vlucht van grote obligatiebeleggers naar de uitgang veegde de winst van de Europese markten sinds begin dit jaar volledig weg. Staatsobligaties van de landen van de eurozone zijn 1 tot 3 procent minder waard dan begin dit jaar. Langlopende obligaties scoorden slechter dan kortlopend papier omdat ze gevoeliger zijn voor een stijging van de rente. Griekse staatsobligaties verloren door de forse koersdaling van de jongste dagen een kwart van hun waarde. De beslissing van de Griekse premier Alexis Tsipras om een referendum te houden heeft de angst voor een grexit sterk doen toenemen. De Griekse beurs kon de schade beperken tot 4 procent, maar ze is sinds begin deze week gesloten tot na het referendum. De aandelenmarkten in de rest van de eurozone hielden goed stand. Ze noteren gemiddeld nog steeds 9 procent hoger dan eind vorig jaar, volgens de Euro Stoxx 50. Met een winst van 8,8 procent presteert de Bel20 in lijn met het Europese gemiddelde. Inclusief netto dividenden bedraagt de Bel20-winst 10,9 procent. De beurzen blijven profiteren van het economisch herstel, de stijging van de bedrijfswinsten, de goedkope euro en de nog steeds lage langetermijnrente en olieprijs. Wall Street presteerde bijna even goed als de Europese beurzen, maar dat was vooral te danken aan de stijging van de dollar. In lokale munt zijn Amerikaanse aandelen nu zelfs wat goedkoper dan eind vorig jaar, omdat de dure dollar de winst van de Amerikaanse bedrijven drukt. De beurs van Sjanghai steeg met ruim 40 procent, hoewel ze sinds half juni met bijna 20 procent terugviel. De hausse van de Chinese aandelenmarkten tot een paar weken geleden was te vooral te danken aan speculatieve aankopen door lokale beleggers. Veel analisten spreken over een zeepbel. Bij de obligatiemarkten valt de uitstekende prestatie op van Zwitserland. De return van 16 procent is te danken aan de koersstijging van de Zwitserse frank. De munt steeg fors omdat de centrale bank op 15 januari onverwacht de plafondkoers van 1,2 frank per euro schrapte. Ook de mooie opbrengst van Amerikaanse staatsobligaties is te danken aan wisselkoersschommelingen. De dollar apprecieerde met 8 procent, waardoor de euro afbrokkelde naar 1,12 dollar.
Uit de tijd van 01/07/2015
5.2. Toelichting jaarprestaties van de belangrijkste beursindices De MSCI World steeg met 2.95 % uitgedrukt in USD. In EURO steeg deze index met 11,46 %. De DJ Eurostoxx 50 steeg met 9.93 %. De Bel 20 steeg met 9.96 %. De beurzen van Italië (Mib) en Denemarken( OMX Copenhagen20) presteerde ruim beter dan de Eurostoxx 50. Deze beurzen dikte resp. 18 % en 26 %aan in Euro. Binnen Europa was de beurs van Athene de slechts presterende beurs. Deze beurs daalde met ruim 4 %. De Amerikaanse S&P 500 noteerde 0.2% hoger sinds 31/12/2014 en de Dow Jones daalde met 1.14 %. Uitgedrukt in Euro steeg de S&P500 met 8.02% en dikte de Dow Jones met 6.81 % aan. De Nasdaq Comp. steeg met 3,79 % in USD en in Euro steeg deze index met 11.74 %. De Japanse beurs (Nikkei 225) steeg met 16.5 % in Yen en steeg met 22.43% in waarde in Euro. De Shanghai SE Composite index (Chinese Beursindex) steeg met 32.25 % in de lokale munt en dikte in Euro met 43 % aan. De Russische Beurs steeg afgelopen jaar in euro met 27 %. Braziliê was de beurzen die het meest ontgoochelden afgelopen jaar . Deze BRIC beurs presteerde in Euro – 3 %. De EPRA Europe Index (index van vastgoedfondsen) steeg met 4 %. De HFRX index (referentie-index voor hedge funds) steeg met 1.19 % in Euro.
5.3. Sectoren & Grondstoffen De bedrijven uit de autosector, chemiesector en farmaciesector presteerden ruim boven het beursgemiddelde in Europa. Olie & Gas-aandelen en Mijnbouwers waren de slechtst presterende aandelen uit DJ Eurostoxx -index. Binnen de grondstoffen daalde de goudprijs van 1197,54 $ per ounce tot 1171 $ per ounce (YTD – 2.21 % in USD) en kostte een barrel Brent Crude oil 63.83 $ t.o.v. 57.33 $ begin 2015 (YTD 10.81 %) . Eind juni 2008 noteerde een barrel Brent Crude nog 147 $. 5.4. Rentebeleid De Amerikaanse Centrale Bank hield de FED-rente op 0.00 – 0.25 %. Deze lage rente is noodzakelijk om de bedrijfswereld zuurstof te geven. De Europese Centrale Bank hield de rente op 0.15 %. De interbancaire 3-maands rente in Euro daalde van 0.05 % begin 2015 tot 0.025 % nu en de 10-jarige rente steeg van 0.54 % naar 0.79 %. Half april noteerde de 10 jarige Duitse rente op 0.07 %. De 3-maands rente in USD steeg ligt van 0.25 % tot 0.44 % (was 4.68 % begin 2008). De 10-jarige rente steeg van 2.17 % naar 2.36 %. Half juni 2007 stonden de Amerikaanse 3 maands- en 10-jarige rente nog boven 5 %. De referentie-index voor overheidsobligaties, de Citigroup WBGI All Maturities (Bloomberg Active Indices for Funds, SBWGEU) World Bonds Global all Maturities steeg met 6.23 % in Euro maar daalde met ruim 3.76 % in USD. 5.5. Valuta De USD steeg fors van 1.2135 €/$ tot 1.1134 €/$. Dit is een stijging van de USD met 7.95 %. Binnen de dollarmunten, daalde de NZD met ruim6.08 % terwijl de andere dollars stegen. De emerging market munten m.n. de TRY en BRL daalde afgelopen jaar met resp. 5.81 % en 7.56 %
6. Rapport van de verschillende investeringen Sinds begin dit jaar steeg het Relax Fund met 0.99%. De huidige allocatie is als volgt : 27,64%
Carmignac Portfolio / Capital plus
72,36%
Cash
7. Marktverwachtingen vanwege de Asset Manager Veel plezier hebben we in het tweede trimester aan de financiële markten niet beleefd. De financiële markten hebben beleggers in het tweede trimester van dit jaar niet kunnen verwennen. Op diverse fronten ondervonden de markten een terugslag. De Europese beurzen verloren, na een sterke rally in het begin van het jaar, heel wat terrein. De obligatiemarkten lijken nu ook definitief een trendbreuk te hebben ingezet. Tenslotte stokte de voorbije weken de opmars van de Amerikaanse dollar. De meerderheid van de beleggers heeft de negatieve gevolgen daarvan ongetwijfeld ondervonden. Zijn de beurzen over hun top of is er nog steeds ruimte om hogere regionen op te zoeken? Het is een vraag die velen onder ons bezighoudt, maar waar helaas niemand een eensluidend antwoord op kan geven. Toch gaan we de uitdaging niet uit de weg om te poneren dat de beurzen toch nog over munitie beschikken om nieuwe toppen te realiseren.
VS: Moeten de vooruitzichten worden bijgesteld? De VS lijkt er een traditie van te maken om met zwakke groeicijfers naar buiten te komen voor het eerste kwartaal. De strenge winters en andere seizoensgebonden effecten spelen hierin een belangrijke rol, maar dit jaar kwam daar ook de sluiting van een aantal havens aan de Westkust bij en het lage investeringspeil in de energiesector omwille van de lage olieprijzen. Dit deed het groeicijfer voor het eerste trimester op – 0,7 % uitkomen, toch wel een kleine verrassing. Voor het tweede kwartaal lijkt het tij te keren. We mogen ervan uitgaan dat de Amerikaanse economie opnieuw zal groeien, wellicht aan een matig tempo. Het is de energiesector die de groei in de VS enigszins verlamt. Deze sector maakt ongeveer 20% uit van het BBP en als de investeringen uitblijven dan heeft dat een aanzienlijke impact op de groeicijfers in de VS. Zolang de olieprijzen op het huidige niveau blijft, zal de negatieve impact daarvan blijven doorsijpelen in de Amerikaanse economie.
Europa: Acropolis adieu ? Het Griekse referendum is een pyrrhusoverwinning geworden. De Grieken dachten met een duidelijke ‘neen’ na het referendum sterker aan de onderhandelingstafel te komen, maar inmiddels heeft het Griekse parlement een knieval gedaan en ingestemd met een aantal verzuchtingen van Europa. Maar de inschikkelijkheid van de Grieken lijkt nog niet voldoende voor een aantal leden uit de Eurogroep. De onverdeeldheid binnen de Eurogroep is groter dan ooit. Enkele hardliners binnen de leden van de Eurogroep blijven hameren op bijkomende garanties vanwege Griekenland. Eerder gemaakte beloftes werden niet of onvoldoende nagekomen waardoor het vertrouwen tussen Griekenland en Europa grondig geschonden is. Om de Griekse vernedering compleet te maken moet het Griekse parlement ten laatste op 15 juli enkele belangrijke en noodzakelijke hervormingen door het parlement laten goedkeuren, zo niet gaat het steunpakket niet door. Griekenland heeft het mes dus op de keel. Ofwel plooit het 100% voor de eisen van Europa, ofwel verlaat het Europa. De laatste optie is wellicht de slechtste uitkomst voor de Grieken. Naast de goedkeuring door het Griekse parlement moet het plan ook nog groen licht krijgen bij diverse andere Europese regeringen. Het zal dus nog even duren vooraleer dit schouwspel definitief achter de rug is en hopelijk haalt het plan de eindmeet. De gevoelens omtrent de deal zijn erg gemengd. Van een win-win is er hier geen sprake ondanks de steun die Griekenland van Europa zal krijgen. De Grieken zullen ongetwijfeld zeer moeilijke jaren tegemoet gaan en hopelijk kan Griekenland binnen een aantal jaren haar onder curatele statuut achter zich laten.
China: Softlanding, no hardlanding De transitie waarover we in het verleden het regelmatig hebben gehad, voltrekt zich steeds duidelijker. De dienstensector in China overtreft nu ruimschoots de industrie en bouwsector. Deze evolutie verklaart ook in grote mate de zwakkere vraag naar grondstoffen. Dat grondstofbedrijven een moeilijke periode ondergaan, heeft dus alles te maken met de transitie die zich in China voltrekt. Chinese leiders proberen de schokken die in principe met een periode van economische omvorming gepaard gaan zo goed als mogelijk onder controle te houden. Monetaire teugels laten vieren of strakker aantrekken is de strategie die de centrale bank van China bij uitstek hanteert. Op dit ogenblik is de Centrale bank in een fase waarbij de afkoeling van de economie moet bijgestuurd worden door monetaire versoepeling om een zachte landing tot stand te brengen. De Centrale bank heeft reeds drie maal de rente verlaagd en selectief de reserveratio’s voor sommige banken versoepeld. Deze politiek werpt haar vruchten af. De huizenmarkt trekt terug aan en de arbeidsmarkt blijft stevig.
Japan: Laat Japan niet meer links liggen ! De Japanse beurs blijft in topconditie. Ooit het land van de rijzende zon, is Japan sinds de jaren negentig in een economisch verval terecht gekomen door een mangelend politiek beleid waar deflatie het gevolg van werd . Vele beleggers hebben sinds jaren Japan definitief de rug toegekeerd, denkend dat dit nooit meer goed zou komen. Dat blijkt nu een schromelijke vergissing. Onder het bewind van premier Abe waait er sinds 2012 een nieuwe wind doorheen het Japanse financiële landschap. Het is Abe menens om komaf te maken met het verleden. Zijn beleid begint steeds meer vruchten af te werpen. Dankzij de devaluatie van de Yen vieren Japanse bedrijven hoogtij. Japanse bedrijven zien dit jaar hun winsten wellicht met 11% stijgen. De groei van het BBP voor het eerste kwartaal ten opzichte van het vorige kwartaal zal in de buurt van 3.9% op geannualiseerde basis uitkomen. Tenslotte ondervinden de Japanse
beursindexen steun van de pensioenfondsen die zich geëngageerd hebben Japanse aandelen aan te kopen. Dit proces is nog niet teneinde. Wij blijven bijgevolg positief voor de Japanse markt. Conclusie: Wij verkiezen nog steeds aandelen boven obligaties ondanks het feit dat de volatiliteit in de toekomst kan toenemen. Hiervoor zijn er diverse redenen: 1. De wereldeconomie zit in een positief momentum. 2. De waarderingen zijn nog steeds niet overdreven hoog vanuit een historisch perspectief, alhoewel selectiviteit de boodschap is. 3. De rente blijft erg laag. 4. Het dividendrendement is aantrekkelijker dan het obligatierendement van dezelfde emittent.
Bijlage :
- koersevolutie Relax fund - Portefeuille inhoud
BIJLAGE
Evolutie Relax Fund
Portefeuillesamenstelling van het Relax fund