JAARRAPPORT 30 JUNI 2014 RELAX FUND
Evolutie YTD : - 0,67 % (1.194 € NAV begin 2014 – 1.186 € Huidige NAV 30/06/2014)
RELAX FUND 1. Naam van het fonds RELAX FUND
2. Naam van de Asset Manager Merit Capital N.V. Museumstraat 12 D B – 2000 Antwerpen
3. Investeringsstrategie van het fonds The Relax fund is a managed fund of bondfunds investing with a world-wide basis. The underlying funds will be selected by using the Morningstar 4 and 5 star ratings or selected by the fundmanager himself. (Cfr. Interne richtlijnen van het intern fonds)
4. Evolutie van de unitwaarde Zie bijgevoegde grafiek van de evolutie van het Relax fund.
5. Marktbespreking van het jaar 2014 5.1. Algemene context Wereldbeurzen kleuren groen met dank aan centraal bankiers Ondanks de twijfel over het herstel en de soms magere bedrijfsresultaten blijft het feestje op de markten duren. In de eerste helft van het jaar dikten de beurzen nog eens 5 procent aan. Eenrichtingsverkeer. Dat woord volstaat om de prestaties van de beurzen in de eerste helft van het jaar samen te vatten. Na de stijging met 23 procent vorig jaar koerste de wereldwijde MSCI World Index de voorbije zes maanden nog eens 4,8 procent hoger. Een jaar geleden schurkte het marktsentiment nochtans tegen het vriespunt aan. Ben Bernanke, toen nog voorzitter van de Amerikaanse centrale bank (Fed), had net aangekondigd dat hij overwoog het stimulusbeleid in de VS terug te schroeven. De mededeling sloeg in als een bom. Op de westerse beurzen verdwenen de jaarwinsten als sneeuw voor de zon. Maar vooral de groeilanden werden midscheeps getroffen door de kapitaalvlucht die Bernanke op gang floot. Sindsdien is de rust opnieuw over de markten gedaald. Zozeer zelfs dat de indicatoren voor de volatiliteit op historisch lage niveaus noteren. De verklaring is simpel: hoewel de Fed zijn stimulusprogramma nu stelselmatig afbouwt, hebben de markten begrepen dat het soepel monetair beleid daarmee niet ten einde is.
Integendeel. In de VS wordt de eerste renteverhoging pas in de tweede helft van volgend jaar verwacht. En op het oude continent versoepelde de Europese Centrale Bank (ECB) begin vorige maand haar beleid nog drastisch. Het goedkopegeldfeestje op de markten loopt dus nog lang niet op zijn laatste benen. Die focus op het beleid van de centrale banken betekent wel dat de markten een aantal andere nijpende problemen met de mantel der liefde bedekken. Zo weet het economisch herstel zeven jaar na het uitbreken van de crisis nog steeds niet te overtuigen. En vooral in Europa kunnen de bedrijfsresultaten de beursprestaties niet rechtvaardigen. Wereldwijd gaan dan ook steeds meer alarmbellen af. Zo waarschuwde de Bank voor Internationale Betalingen (BIB), de bank der centrale banken, dit weekend nog dat de financiële markten te ver vooruitgelopen zijn op het economisch herstel (lees hiernaast). Maar alle waarschuwingen ten spijt spookt beleggers maar één vraag door het hoofd: waar vind ik met de huidige lage rente enig rendement? Het antwoord lag in het eerste halfjaar verrassend dicht bij huis. Met een winst van 25 procent kroont Slovenië zich tot de beurskampioen van de eerste helft van 2014. Niet veel meer dan een jaar geleden werd nog druk gespeculeerd over een internationale reddingsboei voor het CentraalEuropese land, maar zover kwam het uiteindelijk niet. Wat volgde, was een opluchtingsrally. Ook andere (voormalige) probleemlanden uit de eurozone konden de belegger bekoren. Vooral Italië en in mindere mate Spanje vielen in de smaak nu de ongerustheid over hun banksector wat geweken is. In Ierland en Griekenland dikten de indexen minder vlot aan, maar de eerste slachtoffers van de eurocrisis maakten de afgelopen twee jaar al een opgemerkte remonte. Met een winst van 7 procent doet de beurs van Brussel het beter dan zijn grote buren. De Bel20 houdt zelfs gelijke tred met de S&P500, de brede Amerikaanse aandelenindex. Een stevig bewijs dat beleggers nauwelijks oog hebben voor de economische fundamenten, want die zien er bij ons een pak magerder uit dan in de VS. In het clubje groeilanden laat vooral India zich opmerken. Met een winst van 24 procent spreekt de markt duidelijk de hoop uit dat de nieuwe premier Narendra Modi de beloofde hervormingen ook zal doorvoeren. In negatieve zin springt China in het oog met een verlies van 8 procent. De vraagtekens rond het Chinese groeimirakel doen investeerders op de rem staan.In Europa komt de valse noot van Oekraïne. Het stevige robbertje vechten tussen Kiev en de rebellen in het oosten van het land, en vooral de oplopende spanningen met grote buur Rusland wogen duidelijk op de beurs. Rusland kon bij beleggers ook op weinig genade rekenen. Of hoe enkel geopolitieke spanning het feestje van de centrale banken kunnen verstoren
Uit de tijd van 01/07/2014 5.2. Toelichting jaarprestaties van de belangrijkste beursindices De MSCI World steeg met 4.9 % uitgedrukt in USD. In EURO steeg deze index met 5.6 %. De DJ Eurostoxx 50 steeg met 3.84 %. De Bel 20 steeg met 7.1 %. De beurzen van Italie (MIB) en Spanje (IBEX35) presteerde ruim beter dan de Eurostoxx 50. Deze beurzen dikte resp. 12 % en 10 % aan in Euro. De Amerikaanse S&P 500 noteerde 6.05 % hoger sinds 31/12/2013 en de Dow Jones steeg 1.51 %. Uitgedrukt in Euro steeg de S&P500 met 6.53 % en dikte de Dow Jones met slechts 1.97 % aan. De Nasdaq Comp. Steeg met 5.54 % in USD en in Euro steeg deze index met 6.02 %. De Japanse beurs (Nikkei 225) daalde met 5.92 % in Yen en verminderde met 1.92% in waarde in Euro. De Shanghai SE Composite index (Chinese Beursindex) daalde met 3.21 % in de lokale munt en verzwakte in Euro met 5.09 %. De BSE Sensex 30 index (Indische Beursindex) steeg afgelopen jaar in euro met 24.63 % en in lokale munt steeg deze beurs met 20.54 %. Rusland was de beurzen die het meest ontgoochelden afgelopen jaar . presteerde resp.in Euro – 5.85 %.
Deze BRIC beurs
De EPRA Europe Index (index van vastgoedfondsen) steeg met 10.8 %. De HFRX index (referentie-index voor hedge funds) steeg met 1.65 % in Euro. 5.3. Sectoren & Grondstoffen De bedrijven uit de Financiêle-sector, Constructie-sector en Technologie sector presteerden ruim boven het beursgemiddelde in Europa. Telecom-aandelen, Grondstof-aandelen en Chemie aandelen waren de slechtst presterende aandelen uit DJ Eurostoxx -index.
Binnen de grondstoffen steeg de goudprijs van 1197,54 $ per ounce tot 1327.18 $ per ounce (YTD + 10.08 % in USD) en kostte een barrel Brent Crude oil 105,71 $ t.o.v. 98.71 $ begin 2014 (YTD + 10.57 %) . Eind juni 2008 noteerde een barrel Brent Crude nog 147 $. 5.4. Rentebeleid De Amerikaanse Centrale Bank hield de FED-rente op 0.00 – 0.25 %. Deze lage rente is noodzakelijk om de bedrijfswereld zuurstof te geven. De Europese Centrale Bank verlaagde afgelopen jaar de rente tot 0.15 %. De interbancaire 3-maands rente in Euro daalde van 0.28 % begin 2014 tot 0.23 % nu en de 10jarige rente daalde vrij fors en onverwachts van 1.92 % naar 1.25 %. De 3-maands rente in USD daalde van 0.24 % tot 0.23 % (was 4.68 % begin 2008). De 10-jarige rente daalde van 2.98 % naar 2.53 %. Half juni 2007 stonden de Amerikaanse 3 maands- en 10-jarige rente nog boven 5 %. De referentie-index voor overheidsobligaties, de Citigroup WBGI All Maturities (Bloomberg Active Indices for Funds, SBWGEU) World Bonds Global all Maturities steeg met 5.67 % door de onverwachte forse daling van de 10 jarige rente zowel in USD als in Euro. 5.5. Valuta De USD steeg licht van 1.3784 €/$ tot 1.3679 €/$. Dit is een stijging van de USD met 0.79 % . De Yen steeg met 3.73 % tegenover de Euro. Na de forse daling van het afgelopen jaar, stegen dit jaar de NZD, AUD en CAD met resp. 7.3 %, 6.1 % en 0.6 %. De emerging market munten m.n. de TRY en BRL stegen met resp. 2.16 % en 7.5 %.
6. Rapport van de verschillende investeringen Sinds begin dit jaar daalde het Relax Fund met 0.67%. De huidige allocatie is als volgt : 77,99%
Carmignac Portfolio / Capital plus
22,01%
Cash
Door uittredingen uit het fonds en de beperkte beschikbare liquiditeit, wordt alles voorlopig cash gerelateerde fondsen aangehouden.
7. Marktverwachtingen vanwege de Asset Manager Stilte voor de storm? Is 2014 op weg om een grand-cru jaar te worden of moeten we ons voorbereiden op een storm op de beurzen zoals sommigen voorspellen? Als we terugblikken op de prestaties over het voorbije semester van zowel aandelenmarkten, obligatiemarkten en zelfs de grondstoffenmarkten dan kunnen er alleen maar tevreden beleggers zijn. Het gebeurt trouwens erg zelden dat alle activaklassen tesamen er op vooruitgaan. In het eerste kwartaal van het jaar waren het vooral de obligatiemarkten die uitblonken, in het tweede trimester was het de beurt aan de aandelen- en grondstoffenmarkten. In tegenstelling tot de algemene verwachting zocht de lange termijn rente terug lagere niveaus op, waardoor obligatiebeleggers mooie koerswinsten konden boeken. Na een slappe start in het begin van het jaar konden ook de aandelenmarkten in het tweede trimester opnieuw aanknopen met een duidelijke opwaartse trend. Zelfs de vorig jaar verguisde Opkomende Markten zijn aan een heropleving bezig. En tenslotte zien we ook de prijzen van grondstoffen ( behalve koper ) aantrekken.
Deze positieve evolutie doet ongetwijfeld de wenkbrauwen fronsen bij een aantal analisten. Deze groep van analisten verwondert zich al jaren over het beursverloop. Zij zijn er van overtuigd dat de financiële crisis nog niet achter de rug is en zelfs in volle hevigheid terug kan uitbarsten. Er wordt verwezen naar de nog steeds hoge schuldgraad van vele landen ( vooral in Europa ), naar de fragiele economische groei in de VS en Europa, naar het deflatiegevaar in Europa, naar de groeivertraging in China en de omliggende regio, naar de politieke spanningen in sommige regio’s en vooral naar de niet-conventionele maatregelen van de centrale banken waardoor de waarderingen van de aandelenmarkten kunstmatig worden opgepept. Het gevolg van dit ingebakken doemdenken van deze analisten is dat angst hen sinds 2009 grotendeels aan de zijlijn heeft gehouden. Een thema dat door deze doemdenkers de laatste weken steeds meer naar voren wordt geschoven, is het lage niveau van de VIX-index. De VIX-index wordt ook wel de angst index genoemd. Het feit dat deze index op een dieptepunt staat, moet volgens hen als een contra-indicator beschouwd worden en is bijgevolg de voorbode van een nakende correctie op de aandelenmarkten. Wij zijn echter van mening dat deze lage VIX stand een weerspiegeling is van de economische omstandigheden die eveneens weinig volatiel zijn. Er zijn geen economische uitschieters op dit ogenblik en we geloven dat dit klimaat nog een tijd lang kan aanhouden. Trouwens de meeste centrale banken pompen nog steeds liquiditeiten in de markt of treden op als goedkope kredietverschaffers voor banken. Merit Capital zit dus niet in het kamp van de doemdenkers. Het is niet dat wij blind zijn voor de hierboven opgesomde risico’s en ze daarmee onder de mat willen vegen, maar onze bevindingen over de marktomstandigheden zijn veeleer positief. We willen evenmin de indruk wekken van ongebreideld optimisme, maar we stellen vast dat de ondertoon van de belangrijkste economieën in de wereld er één van vooruitgang is, ook al zijn de onderlinge verschillen soms groot. Qua groei van het BBP presteert Europa erg matig ten opzichte van de VS of China. Europese politieke leiders zijn zich hiervan ten volle bewust en beseffen dat steunmaatregelen nodig zijn om de motor terug op volle toeren te laten draaien. De slabbakkende kredietverlening van de banken aan kleine en middelgrote ondernemingen ligt mee aan de basis van deze ondermaatse prestatie. Erg hoopvol is het bijgevolg dat de ECB bereid is 400 miljard euro ter beschikking te stellen van banken tegen een super gunstig tarief op voorwaarde dat de banken het geld aanwenden om krediet te verstrekken aan die middelgrote en kleine bedrijven. Tegelijkertijd worden banken ontmoedigd om deposito’s te plaatsen bij de ECB. Banken die dat wel doen wordt een negatieve rente aangerekend, m.a.w. banken zullen voortaan moeten betalen om geld te plaatsen bij de ECB. De hoop is ook gedeeltelijk gericht op het economisch herstel in de VS en Azië. Beide regio’s kenden, door omstandigheden, een moeizame start dit jaar maar de laatste cijfers wijzen op beterschap. Tenslotte zou een daling van de euro erg welkom zijn voor Europa, alhoewel de voorzitter van de Duitse Bundesbank geen fervente voorstander van een muntdepreciatie is omdat hij van mening deelt dat kwalitatief hoogstaande producten de concurrentie met het buitenland moet kunnen weerstaan. Na een uitzonderlijk harde winter is de Amerikaanse economie er inmiddels in geslaagd terug aan te knopen met degelijke groeicijfers. De huizenmarkt presteert beter dan ooit en de jobcreatie verloopt volgens schema. Bovendien doen enquêtes om het vertrouwen bij ondernemers te peilen een verder herstel van de economie vermoeden. Het gevolg hiervan is dat de FED haar beleid van tapering ( het verminderen van het opkoopprogramma van obligaties ) onverwijld verder zet en dat eerste signalen van stijgende inflatie de kop op steken. Het monetair beleid in de VS is er nog steeds één van versoepeling, maar toch steeds minder. In Europa liggen de kaarten anders. Het soepele monetaire beleid zal nog een tijd lang moeten aangehouden worden en zelfs nog verruimd. Van tapering dus geen sprake in Europa. Ook Japan voert nog steeds een expansief monetair beleid. Mogelijk wordt het tempo nog opgevoerd, mocht blijken dat de BTW-verhoging van april de economische groei zou hinderen. De eerste cijfers wijzen niet in de richting van een substantiële vertraging en verklaren de hernieuwde belangstelling voor de Japanse beurs. China voert eerder een selectief monetair beleid. Enerzijds worden soepelere kapitaalvereisten toegepast voor regionale banken om de economie op het platteland te stimuleren, anderzijds heerst nog steeds grote bezorgdheid over een huizenbubbel in de grote steden. De vooropgestelde groei van 7.5 % zal nog moeilijk te verwezenlijken zijn omwille van een ondermaatse groei in het eerste kwartaal. De vooruitzichten voor de volgende kwartalen zien er beter uit, althans dat is de boodschap die we distilleren uit betere PMI cijfers ( een indicator die naar de gezondheid van de industrie peilt ). Af en toe lezen we in de financiële pers dat aandelenmarkten erg hoog gewaardeerd zijn. Het klopt dat de beurzen op een veel hoger niveau staan dan in de jaren na de financiële crisis, maar van een extreme overwaardering is er ons inziens absoluut geen sprake. Ten opzichte van het historisch gemiddelde zijn de
meeste beurzen iets hoger gewaardeerd, China zit daar zelfs nog onder. Volgens ons zit er dus nog steeds heel wat rek op. Vandaar onze voorkeur voor aandelenbeleggingen in plaats van obligaties waar de rentevoeten opnieuw tot een dieptepunt zijn gedaald. Voor Europese obligatiemarkten vrezen we niet meteen een trendommekeer, maar we kunnen ons moeilijk inbeelden dat beleggers tevreden kunnen zijn met ultra lage rendementen. Wij zien onder andere heil in obligaties in vreemde munten met een hoger rendement ( bv. de NOK, EM munten ), obligatiefondsen met een absolute return focus en stilletjes aan kijken we uit naar inflatie-gebonden obligaties. Om onverwachte schokken in de markten te kunnen opvangen, zijn we ook voorstander van beleggingsfondsen die niet gecorreleerd zijn met de markt. Samengevat kunnen we stellen dat de economische groei nog steeds van de partij is, dat het monetaire beleid van de centrale banken erg soepel is en dat de aandelenmarkten niet overgewaardeerd zijn. Dit zijn voor ons de ideale omstandigheden om te geloven dat de beursrally naar hogere niveaus kan.
Bijlage : - koersevolutie Relax fund - Portefeuille inhoud
BIJLAGE
Evolutie Relax Fund
Portefeuillesamenstelling van het Relax fund