Periodieke rapportage CO2 Rapportage eerste halfjaar 2014 Periode 1 januari t/m 30 juni 2014
Hardinxveld 15 juli 2014
Inhoud 1
Inleiding ........................................................................................................................................... 3
2
Basisgegevens.................................................................................................................................. 3
3
4
2.1
Beschrijving van de organisatie ............................................................................................... 3
2.2
Rapportage .............................................................................................................................. 3
2.3
Wijzigingen in de organisatie .................................................................................................. 3
2.4
Berekeningsmethodiek............................................................................................................ 3
Directe en indirecte emissies .......................................................................................................... 4 3.1
Berekening van basisjaar en historische gegevens ................................................................. 4
3.2
Voortgang directe en indirecte emissie .................................................................................. 5
3.3
Trends ...................................................................................................................................... 5
3.4
Trendanalyse ........................................................................................................................... 6
3.5
Voortgang reductiedoelstellingen ........................................................................................... 6
3.6
Onzekerheden ......................................................................................................................... 6
Relatie met ISO 14064 ..................................................................................................................... 6
1
Inleiding
Jansen Rioolreiniging is een reinigings- en inspectiebedrijf waar duurzaam ondernemen al jaren een vast onderdeel is van de bedrijfsvoering. Als een van de eerste ondernemingen in de rioolreinigingsbranche heeft Jansen in 2003 het ISO 14001 certificaat voor milieu behaald. Daarnaast besteden we ook aan de andere onderdelen van People, Planet en Profit aandacht. Dit komt bijvoorbeeld tot uiting in onze overige certificaten: ISO 9001, VCA**, VCA-P en de BRL’s K10014 en K10015 en de CO2-Prestatieladder. Onze certificaten helpen ons onze ecologische voetafdruk zo klein mogelijk te houden. In ons beleid hebben wij aangegeven dat Jansen Rioolreiniging actief met andere partijen samenwerkt om onder andere via maatregelen voor het bedrijf en sector-initiatieven een CO2verbetering van het bedrijf, de bedrijfstak en/of de dienstverlening te realiseren. Het opstellen van de periodieke rapportage is onderdeel van de evaluatie van cijfers uit het energiemanagementsysteem dat in het kader van de CO₂-prestatieladder is ingevoerd. Het energiemanagementsysteem is geïntegreerd in het bestaande KAM-managementsysteem.
2
Basisgegevens
2.1
Beschrijving van de organisatie
Jansen Rioolreiniging houden zich bezig met het reinigen van kolken en riolen, de inspectie van riolen en het uitvoeren van deelreparaties (relinen). Hiervoor maken we gebruik van diverse zuigwagens en hogedrukspoelwagens. De inspectie wordt uitgevoerd met speciaal daarvoor ingerichte camerawagens. De organisatorische grens is Jansen Rioolreiniging BV waarbinnen de vestiging in HardinxveldGiessendam valt en de wagenstalling in Leidschendam. Het bedrijf bestaat uit 1 BV. Jansen is gecertificeerd en werkt volgens de eisen van ISO 9001, ISO 14001 en VCA**, BRL K10014 en K10015. Er werken op dit moment 32 medewerkers bij Jansen Rioolreiniging.
2.2
Rapportage
Het basisjaar voor de CO2-Prestatieladder is 2013. Deze rapportage beschrijft de emissie in het eerste half jaar na het basisjaar: van 1 januari tot en met 30 juni 2014. Eindverantwoordelijk voor de CO2-Prestatieladder en de daarbij behorende rapportages is Richard Zwarts. Hij is ook de contactpersoon voor de emissie inventaris. Deze emissie inventaris niet extern geverifieerd. Verantwoordelijk voor de stuurcyclus (KAM) is Aram Jansen.
2.3
Wijzigingen in de organisatie
In deze paragraaf zijn veranderingen die worden veroorzaakt in de CO2 uitstoot door aan- of verkoop van bedrijven of onderdelen daarvan vermeld. Deze rapportage betreft het eerste half jaar van 2014. Er zijn in 2014 geen wijzigingen in de organisatie geweest.
2.4
Berekeningsmethodiek
Omdat deze periodieke rapportage onderdeel is van een CO2-Prestatieladder certificaat wordt de methodiek aangehouden zoals voorgeschreven in het Handboek 2.2, geldig m.i.v. april 2014, zoals uitgegeven door de SKAO. Er zijn geen wijzigingen in de berekeningsmethodiek in 2014 geweest.
De eventuele emissie van koelmiddelen is uitgesloten van de berekening. Er is geen gebruik van biomassa of CO2-compensatie
3
Directe en indirecte emissies
3.1
Berekening van basisjaar en historische gegevens
Alle energiegegevens van beide locaties zijn meegenomen in de berekening van het basis jaar. De berekening is niet externe geverifieerd.
Basisjaar 2013
Uitstoot (ton CO2) 0,5
8,4
Elektriciteit Verwarming Transport/reiniging
509
Emissiestroom Elektriciteit Verwarming Transport / reiniging
Uitstoot (ton CO2) 0,5 8,4 509 Totale uitstoot: 517,9
% van de uitstoot 0,1% 1,6% 98,3%
3.2
Voortgang directe en indirecte emissie
Eerste half jaar 2014
Uitstoot (ton CO2) 0,2
4,1
Elektriciteit Verwarming Transport/reiniging
300,8
Emissiestroom Elektriciteit Verwarming Transport / reiniging
3.3
Uitstoot (ton CO2) 0,2 4,1 300,8 Totale uitstoot: 305,1
% van de uitstoot 0,1 1,3 98,6
Trends
Emissie en voorspellingen Jansen Rioolreiniging 600 500 400 Doelstelling
300
Voorspelling 200
Emissie
100 0 Heel 2013
1e half jaar 2014
2015
2016
3.4
Trendanalyse
Op basis van de trendanalyse is nog geen conclusie te trekken
3.5
Voortgang reductiedoelstellingen
Vanwege het recente formulering van de doelstellingen is er nog geen voortgang te melden. Reductiedoelstelling in % Jaar
Scope 1 (%)
Scope 2(%)
2019
5.0
5.0
3.6
Onzekerheden
In het eerste halfjaar zijn schattingen gemaakt van het gas en het elektriciteitsverbruik omdat er nog geen facturen met verbruikscijfers beschikbaar zijn. Hierdoor is er een redelijke onzekerheid in deze tussentijdse cijfers.
4
Relatie met ISO 14064
In onderstaande tabel is aangegeven waar de eisen uit de ISO 14064 in deze rapportage terug komen. Deel van het rapport Inleiding (1) Beschrijving van de organisatie (2.1) Rapportage (2.2) Wijzigingen (2.3) Berekeningsmethodiek (2.4) Berekening basisjaar en historische gegevens (3.1) Voortgang directe en indirecte emissies (3.2) Trends (3.3) Trendanalyse (3.4) Voortgang reductiedoelstellingen (3.5) Onzekerheden (3.6)
Onderdeel paragraaf 7.3 ISO 14064-1 p a, d b, c, j f, g, h, l, m, n, e, i, j, k, q
o
