Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2014
Volgnummer:
KD2013-2014-WS-MU-FE-001
Organisatie:
Swing 2000
Gevraagd bedrag:
20.000,00 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
Swing Wespelaar is een driedaags gratis festival rond blues en aanverwante genres. In 2013 zal het festival aan zijn zevenentwintigste editie toe zijn. Het festival bereikt volgens de organisatoren tussen de 14.000 en 20.000 toeschouwers. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
De Beoordelingscommissie Muziek stelt vast dat het dossier op artistiek vlak weinig inhoud bevat. Het driedaagse festival wordt volledig ondersteund door vrijwilligers en heeft een grote inbreng van eigen middelen. Over het programma voor de komende periode is niets terug te vinden, maar op basis van de website blijkt dat er voor 2011 naast enkele Britse en Nederlandse overwegend Amerikaanse bands worden geprogrammeerd. De organisatie geeft aan dat het gevraagde bedrag bedoeld is om de artistieke kwaliteit te handhaven, maar uit het dossiers blijkt niet dat de kwaliteit zonder subsidies zou dalen. Hoewel het festival gratis is, geeft de organisatie in het dossier aan dat er zestien activiteiten zijn waarop alles samen driehonderd betalende toeschouwers 2.200 euro inkom betalen, maar hierover is er verder geen uitleg. 1.3
Profilering en positionering
Het festival bestaat vijfentwintig jaar en bereikt een behoorlijk publieksaantal. Het werkt binnen een zekere niche, namelijk blues in de ruime zin, en dat onderscheidt dit festival van de meeste andere. 1.4
Langetermijnvisie
Uit het dossier blijkt geen langetermijnvisie. Wellicht wil de organisatie verder werken zoals in het verleden. 1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
Het festival heeft enkel een lokale uitstraling. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Het festival heeft een goede integratie in het plaatselijke verenigingsleven.
Pagina 1 van 109
1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Door de samenwerking met de plaatselijke verenigingen maatschappelijk belang voor de plaatselijke bevolking. 1.8
is
er
een
relevant
Samenwerking en netwerking
De organisatie zegt met heel wat plaatselijke organisaties samen te werken, maar ze geeft weinig concrete namen. 1.9
Publieksgerichtheid
Het festival bereikt een niet onaardig publieksaantal. Om het laagdrempelig te houden, is de inkom gratis. Het festival wil zich naar bepaalde doelgroepen richten: jongeren, 35+, bluesliefhebbers, lokale bevolking, families met kinderen. Of er een uitgewerkt communicatieplan is, blijkt niet uit het dossier. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
De organisatie besteedt hier geen aandacht aan. In de huidige Vlaamse maatschappelijke context vindt de commissie echter dat aandacht voor interculturaliteit een absolute noodzaak is. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
De organisatie draait volledig op vrijwilligers. Ze heeft behoorlijk wat sponsors en inkomsten uit drankverkoop (op het eigen festival en via een bardienst op Rock Werchter) en lokale subsidie. De commissie vindt niet dat voor een dergelijk lokaal festival een Vlaamse subsidie verantwoordbaar is. Bovendien is ze van oordeel dat een festival van slechts drie dagen geen structurele ondersteuning nodig heeft. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren. 3
adviseert
de
Gemotiveerde behandeling repliek
De organisatie maakte geen gebruik van de mogelijkheid om een repliek in te dienen op het artistieke advies. De Beoordelingscommissie Muziek handhaaft dan ook haar advies. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren.
adviseert
de
Pagina 2 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2014
Volgnummer:
KD2013-2014-WS-MU-FE-001
Organisatie:
vzw Swing 2000
Gevraagd bedrag:
20.000 euro
1
Zakelijk advies
Beknopte historiek organisatie
Het bluesfestival Swing Wespelaar, een initiatief van vzw Swing 2000, wordt al ruim 25 jaar georganiseerd. Het festival vindt doorgaans plaats in augustus en duurt drie dagen. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
Niet van toepassing, dit is de eerste aanvraag. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
De organisatie definieert zich als laagdrempelig en niet-commercieel. Met het aanbod van blues en aanverwante muziekgenres ziet het zichzelf als een nichespeler ten opzichte van andere organisaties. De jaarwerking is louter receptief en omvat in de eerste plaats het gekende festival Swing Wespelaar, dat gratis wordt aangeboden. Daarnaast wil men ook enkele andere optredens organiseren, zowel met buitenlandse artiesten (in een zaal en met betalende toeschouwers) als met lokale artiesten (op een kleinschalig podium buiten de zaal). Het zou telkens gaan om twee optredens op jaarbasis. Het beleidsplan, dat inhoudelijk erg summier wordt toegelicht, geeft geen blijk van een visie op lange termijn. 3.2
Samenwerking en netwerking
De opsomming van de partners is erg vaag, alleen de gemeente Haacht en de provincie Vlaams-Brabant worden expliciet vernoemd. Uit het inhoudelijk beleidsplan is niet op te maken met welke verenigingen wordt samengewerkt, welke bedrijven het festival commercieel zouden ondersteunen en welke artiesten op het podium hebben gestaan. Dat de informatie over de artiesten alleen wordt aangeboden in de perscompilatie van Swing Wespelaar 2011, vindt het agentschap weinig overtuigend en niet professioneel. 3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven worden geraamd op 113.300 euro waarvan het grootste deel wordt besteed aan de vergoedingen van de artiesten (87.000 euro). Er is geen vast personeel in dienst, er wordt uitsluitend een beroep gedaan op vrijwilligers (12.500 euro). Aan de inkomstenzijde wordt gerekend op eigen opbrengsten voor een bedrag van 83.000 euro (73% van het totale budget). Het gaat vrijwel uitsluitend om inkomsten uit de horeca. Naast de gevraagde subsidie van de Vlaamse Gemeenschap (20.000 euro of 17% van het budget) zijn er ook subsidies van de gemeente Haacht en de provincie Vlaams-Brabant (elk voor 5.000 euro). De toelichting bij de begroting is summier en bevat nauwelijks duiding over de eigen inkomsten en over de vergoedingen van de artiesten.
Pagina 3 van 109
3.4
Publieksgerichtheid
De doelgroepen worden erg breed gedefinieerd, behalve uiteraard de liefhebbers van het genre gaat het zowel om jongeren, om 35-plussers als om families met kinderen. De publieksopkomst wordt geschat op jaarlijks tussen 14.000 en 20.000 toeschouwers. Aangezien de toegang tot het festival gratis is, kan dit aantal moeilijk worden geverifieerd. De publiekswerving gebeurt via de eigen website. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
Deze organisatie heeft tot nu toe geen meerjarige subsidiëring ontvangen, in die zin is er nog geen groeipad. De werking van de organisatie is bovendien louter projectmatig, er is geen sprake van een jaarwerking. De vraag waarom het festival nu plots overheidssubsidie zou nodig hebben, wordt nauwelijks of niet beantwoord. De organisatie argumenteert dat ze hiermee het artistieke niveau verder wil uitbouwen. Er is echter geen enkele programmering opgegeven voor 2013 en 2014, er is ook geen zakelijke afrekening van het festival 2011 dat als referentie zou kunnen dienen. Bovendien heeft het agentschap bedenkingen bij het feit dat overheidssubsidie wordt gevraagd omdat er geen inkomsten zijn uit ticketverkoop. Een festival kan ook laagdrempelig zijn door een gedifferentieerd prijsbeleid toe te passen. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistiek en zakelijk beleidsplan zijn niet goed op elkaar afgestemd. 3.8
Haalbaarheid
Rekening houdend met de lange traditie van Swing Wespelaar is de organisatie van dit festival ook zonder subsidie zeker haalbaar. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. Het agentschap merkt echter op dat het festival plaatsvindt tijdens één weekend en erg beperkt is in de tijd. Het is daarom van mening dat de aanvraag eerder past binnen de projectwerking dan binnen de meerjarige subsidies. Er wordt weliswaar voor het eerst een bescheiden jaarwerking voorgesteld (een viertal activiteiten), maar het gaat hier om nieuwe initiatieven die nog helemaal niet concreet zijn ingevuld. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren.
Pagina 4 van 109
5
Gemotiveerde behandeling repliek
Het gezelschap maakte geen gebruik van de mogelijkheid om een repliek in te dienen. Het agentschap handhaaft dan ook zijn advies. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren.
Pagina 5 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2014
Volgnummer:
KD2013-2014-WS-MU-FE-002
Organisatie:
Lootgenot
Gevraagd bedrag:
76.000,00 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
Het Dunk!festival ontstond in 2005. De eerste editie had drie bands op het programma. In de daaropvolgende jaren werden er meer bands geprogrammeerd en werd de affiche internationaler. Vanaf 2008 werd de werking uitgebreid met cross-overs zoals Dunk!cinema en Dunk!chateau. Het festival heeft een maximumcapaciteit van 700 personen. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
De Beoordelingscommissie is van oordeel dat Lootgenot een artistiek waardevol festival heeft opgezet dat binnen zijn niche een ruime uitstraling heeft. Het festival heeft een uitgesproken niche-invulling, heeft ruimte voor experiment en brengt een goede mix van internationale bands en lokaal talent. De commissie heeft wel bedenkingen bij de grote groei die de organisatie ambieert. Ze is van oordeel dat de organisatie zich moet focussen op haar niche en hoogstens op een organische manier groeien. Ze vindt het uitgroeien naar een groter festival met meerdere podia op dit moment zeker nog niet aan de orde. Bovendien is ze van oordeel dat de organisatie op een eerder kunstmatige manier een aantal bijkomende activiteiten wil organiseren om zo een meerjarige werking te kunnen verantwoorden. De commissie waarschuwt voor een overaanbod aan spin-offs, waardoor de organisatie de artistieke focus en bijgevolg de artistieke scherpte kwijt zou kunnen raken. Bepaalde zaken komen trouwens niet voor subsidie binnen het Kunstendecreet in aanmerking. Zo vindt de commissie het niet prioritair voor Lootgenot om instrumentenlessen op te zetten, aangezien er al een voldoende ruim aanbod is binnen het DKO. Verder stelt ze vast dat de organisatie een fototentoonstelling vermeldt in het dossier, maar dat die nog helemaal niet inhoudelijk is ingevuld. 1.3
Profilering en positionering
Lootgenot heeft met het festival een duidelijk profiel als actieve speler in de niche van indie en post-rock en is op dit vlak een voortrekker in Vlaanderen. De commissie waarschuwt ervoor dat de organisatie dit scherpe profiel zou kunnen verliezen door te sterk te groeien op een te korte termijn, zowel voor het festival zelf als op vlak van het aantal spin-offs. 1.4
Langetermijnvisie
De organisatie wil het festival verder verdiepen en de werking uitbreiden, onder meer met educatie. Ook wil ze het label verder uitbreiden. Zeker voor het luik educatie is de commissie van oordeel dat er andere spelers zijn die daar beter voor geschikt zijn.
Pagina 6 van 109
1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
Met het festival bereikt de organisatie binnen haar niche zeker een uitstraling over heel Vlaanderen. De laatste jaren is ook de internationale uitstraling gestaag gegroeid. De meeste andere activiteiten van de organisatie hebben dan weer eerder een lokale tot beperkt bovenlokale uitstraling. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Lootgenot is een organisatie die actief is in een regio waar het aanbod aan alternatieve muziek eerder beperkt is, waardoor er een meerwaarde is op het vlak van spreiding. Binnen het festival wordt voldoende aandacht besteed aan regionale bands. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Het maatschappelijk belang is hoog bij het festival omdat een subcultuur hier een professioneel platform krijgt. Bovendien krijgen jonge bands en muzikanten hierdoor speelkansen. 1.8
Samenwerking en netwerking
Lootgenot werkt goed samen binnen de Vlaamse en de internationale scène. De organisatie kent de belangrijkste spelers in haar niche in Vlaanderen en slaagt er ook in om internationale partners te vinden. 1.9
Publieksgerichtheid
Lootgenot focust met het festival op haar niche en slaagt erin om deze goed te bereiken. De organisatie doet het goed op het vlak van communicatie en weet hiervoor de juiste online en offline media aan te spreken. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
Op het vlak van programmering is er oog voor diversiteit. Aan interculturaliteit besteedt de organisatie dan weer geen aandacht. In de huidige Vlaamse maatschappelijke context vindt de commissie dat aandacht voor interculturaliteit een absolute noodzaak is. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
Lootgenot vraagt een aanzienlijk hoger subsidiebedrag ten opzichte van de projectsubsidies van de afgelopen jaren. Dit is vooral bedoeld voor de professionalisering van de werking en de uitbreiding van het aantal activiteiten. De commissie heeft een grote appreciatie voor de artistieke invulling van het festival, maar vindt dat een festival van slechts enkele dagen geen structurele omkadering kan verantwoorden. Ze gaat dan ook niet mee in het voorgestelde personeelskader. Ze is ook van oordeel dat de organisatie niet moet doorgroeien naar een werking als muziekclub. Bovendien zijn bepaalde onderdelen van de werking te opgeblazen of minder relevant binnen het Kunstendecreet. De commissie stelt vast dat de voorgestelde uitbreiding van het festival wel voor veel meer uitgaven zorgt, maar niet voor meer inkomsten, noch voor een aanzienlijke uitbreiding op het vlak van publieksopkomst, wat niet realistisch is. Ze merkt ook op dat
Pagina 7 van 109
er veel bookerfees worden aangerekend, wat met de prospectie en het internationale netwerk niet zou mogen. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren. 3
adviseert
de
Gemotiveerde behandeling repliek
In haar repliek geeft de organisatie enkele verdere toelichtingen, onder meer in verband met de verschillende dunk!concepten, de groei van de organisatie en de locatie. De commissie neemt hiervan nota, maar omdat het gaat om verduidelijkingen die geen fundamentele wijziging van het voorlopige advies inhouden, handhaaft ze dan ook haar voorlopige advies. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren.
adviseert
de
Pagina 8 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2014
Volgnummer:
KD2013-2014-WS-MU-FE-002
Organisatie:
vzw Lootgenot
Gevraagd bedrag:
76.000 euro
1
Zakelijk advies
Beknopte historiek organisatie
De vzw Lootgenot organiseert sinds 2005 het jaarlijkse Dunk!festival. Het is een driedaags festival voor alternatieve muziek dat wordt georganiseerd in de gemeente Zottegem in de loop van maart of april. Het festival kreeg de laatste jaren telkens een projectsubsidie. Ook voor 2012 werd een aanvraag ingediend maar hierover is er nog geen beslissing genomen. Voor de periode 2013-2014 wordt nu een meerjarige subsidiëring gevraagd. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
Bij de evaluatie van de projectwerking van de voorbije jaren werden geen bijzondere problemen vastgesteld. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
Lootgenot heeft een hoofdzakelijk receptieve werking met het dunk!festival als voornaamste project. Het nevenproject dunk!cinema zal niet verder apart worden uitgebouwd maar geïntegreerd in het gewone festival. Het is de bedoeling om het festival in 2013 en 2014 uit te breiden naar verschillende podia en zalen. Het aantal bands zou hierdoor verdubbelen (van een twintigtal naar een veertigtal). Of dit ook een significante toename betekent van het aantal toeschouwers in onduidelijk. In het dossier is zowel sprake van 1.000 à 1.200 bezoekers als van een verdubbeling naar 2.200 toeschouwers in 2013 en naar 2.500 toeschouwers in 2014. Deze cijfers zijn echter niet weergegeven in de begroting, de inkomsten uit ticketverkoop in 2013 zijn geraamd op 700 betalende toeschouwers. Er is ook een kunsteducatief initiatief nl. de Dunk!rockschool maar deze werking moet nog verder worden ontwikkeld. 3.2
Samenwerking en netwerking
Het Dunk!festival werkt samen met een aantal andere vergelijkbare Europese festivals, in het bijzonder op het vlak van promotie. In eigen land zijn er contacten met muziekclubs en met de lokale overheid. Dunk!records werkt samen met muzieklabels in Nederland en Duitsland. 3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven bedragen 206.000 euro waarvan 76.000 euro voor het personeel in loondienst (1,67 vte). Het gaat om de artistiek leider en nog drie andere artistieke en technische medewerkers. Er zijn ook een aantal onbezoldigde vrijwilligers. Als artistieke productiekosten is een bedrag van 71.000 euro in de begroting ingeschreven (waarvan 35.000 euro uitkoopsommen).
Pagina 9 van 109
Aan de inkomstenzijde wordt gerekend op eigen opbrengsten voor in totaal 63.000 euro waarvan 40.000 euro uit de ticketverkoop en 23.000 euro via sponsoring en drankverkoop. Naast de meerjarige subsidie van de Vlaamse Gemeenschap (76.000 euro of 37% van het budget) is er ook 30.000 euro begroot als projectsubsidie van de Vlaamse Gemeenschap. Een bijkomende projectsubsidie kan echter alleen in overweging worden genomen indien het zou gaan om een werking die duidelijk verschillend is van het Dunk!festival. Dit is uit het dossier echter niet op te maken. Ook aan de haalbaarheid van de Europese subsidie (30.000 euro) kan worden getwijfeld. Als conclusie is het agentschap van mening dat de overhead binnen de perken wordt gehouden en dat er voldoende wordt besteed aan artistieke productie en aan artistieke medewerkers. De begroting is voldoende gedetailleerd maar een aantal inkomsten zijn niet realistisch. 3.4
Publieksgerichtheid
Lootgenot richt zich op de liefhebber van alternatieve muziek met een voorkeur voor instrumentale werken. Ook het buitenlands publiek is een belangrijke doelgroep, wat blijkt uit de ticketverkoop die online verloopt. De publiekswerving gebeurt behalve door middel van pers en radio vooral via internet en via de nieuwe sociale media. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
De vergelijking van de begrotingen 2012 en 2013 roept een aantal vragen op. Het is de bedoeling om het aantal optredens te laten stijgen van 21 in 2012 naar 30 à 35 in 2013 en naar 40 à 45 in 2014. Dit betekent in 2013 bijna een verdrievoudiging van het budget (van 70.800 euro naar 206.000 euro). Een aantal belangrijke kostendrijvers zijn de gages van de groepen (van 25.000 euro naar 35.000 euro, dit lijkt zelfs een onderschatting, zeker in 2014), geluid en licht in de zalen (van 11.000 euro naar 32.000 euro), en een stijging van alle andere uitgavenposten. De eigen inkomsten (tickets, drankverkoop en sponsoring) nemen tegelijkertijd wel toe van 35.000 euro in 2012 naar 63.000 euro maar het relatieve aandeel daalt van 50% naar 30%, hetgeen moet worden gecompenseerd door heel wat meer subsidies. Voor de Vlaamse Gemeenschap betekent dit dat de gevraagde subsidie in 2012 (30.000 euro) meer dan verdubbelt tot 76.000 euro in 2013 terwijl het aantal festivaldagen ongewijzigd blijft (de 9de editie vindt plaats van 29 tot 31 maart 2013). Het agentschap vindt dit geen gunstige evolutie en adviseert dat een eventuele groei van het festival wordt ondersteund door een meer voorzichtig zakelijk beleid. De noodzaak voor een structurele werking wordt niet aangetoond. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistieke en het zakelijke beleidsplan zijn matig op elkaar afgestemd, het agentschap heeft twijfels over de haalbaarheid van een aantal inkomsten. 3.8
Haalbaarheid
Rekening houdend met de expertise die vzw Lootgenot de laatste jaren heeft opgebouwd, is de realisatie van het festival wel haalbaar.
Pagina 10 van 109
3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. Het agentschap merkt echter op dat het festival plaatsvindt tijdens één weekend en erg beperkt is in de tijd. Het is daarom van mening dat de aanvraag eerder past binnen de projectwerking dan binnen de meerjarige subsidies. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
Het agentschap heeft goed kennis genomen van de bijkomende duiding die de organisatie heeft verstrekt. Het vindt hierin echter niet voldoende argumenten om af te wijken van het preadvies. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren.
Pagina 11 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2014
Volgnummer:
KD2013-2014-WS-MU-FE-003
Organisatie:
Afro-Latino
Gevraagd bedrag:
50.950,00 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
Afro-Latino is een driedaags wereldmuziekfestival in Bree dat sinds 1999 wordt georganiseerd. Het vindt plaats in twee overdekte tenten en brengt een cross-over van muziek uit de Caraïben, Zuid-Amerika, Afrika en Zuid-Europa. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
De Beoordelingscommissie Muziek stelt vast dat er nog geen aanzet tot programma is voor de komende jaren, maar gaat er van uit dat de organisatie in de lijn van het verleden verder wil werken. Afro-Latino plant optredens gedurende drie dagen, waarvan een dag met dj-acts. Op basis van de affiches van de voorgaande jaren, stelt de commissie vast dat heel wat van de geprogrammeerde namen commercieel zijn, waardoor het festival zelfbedruipend zou kunnen zijn. Veel van deze namen keren terug op (niet-gesubsidieerde) wereldmuziek- en stadsfestivals doorheen Vlaanderen en zijn niet van die aard dat Afro-Latino een kwetsbaar festival kan worden genoemd. De affiches van de afgelopen jaren tonen niet dat ze uitzonderlijk zijn voor het Vlaamse muzieklandschap. De commissie stipt ook aan dat het opzetten van een medialounge geen creatie is, zoals de organisatie aangeeft. Bovendien kunnen de activiteiten die de organisatie als kunsteducatie vermeldt, niet als dusdanig worden beschouwd, maar als randanimatie, iets wat gebruikelijk is op alle festivals. Voorbeelden hiervan zijn de dansinitiaties en het buikdansen. Naast het festival wil Afro-Latino vanaf 2013 een vijftal clubconcerten organiseren in samenwerking met Muziekodroom. De commissie vindt dit niet de core business van het festival en gelooft ook niet dat dit een meerwaarde zal vormen voor de uitstraling van het festival, onder meer door het aanbod dat Muziekodroom al heeft. 1.3
Profilering en positionering
Afro-Latino is een wereldmuziekfestival in Limburg en neemt op die manier een bijzondere plaats in het landschap in. 1.4
Langetermijnvisie
De organisatie wil het aantal bezoekers doen toenemen en hogere sponsoropbrengsten genereren om tegen 2020 financieel gezond te zijn. De commissie is van oordeel dat, gezien de commerciële programmering, de organisatie er zeker moet in kunnen slagen een festival op te zetten dat minstens break-even draait.
Pagina 12 van 109
1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
Het festival heeft een bovenlokale uitstraling. In Vlaanderen is die beperkt tot heel Limburg, maar wellicht genereert het festival ook een publiek uit de Euregio, al wordt daarover niets vermeld in het dossier. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Het festival heeft zeker een meerwaarde voor de regio. Door verschillende sociale tarieven, bereikt het festival ook groepen uit de omgeving die anders geen kennis zouden kunnen maken met wereldmuziek. Anderzijds merkt de commissie wel op dat laagdrempeligheid niet per definitie wil zeggen dat er veel gratis tickets ter beschikking moeten worden gesteld. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Door de workshops en initiaties is er een hoog maatschappelijk belang. Deze vormen van randanimatie hebben echter een beperkte artistiek-inhoudelijke kwaliteit. Er is speciale aandacht voor gezinnen met kinderen, jongeren, ouderen, personen in armoede, personen met een handicap. Dit heeft een meerwaarde op het vlak van participatie, maar de commissie stelt wel dat volgens het Kunstendecreet de artistieke kwaliteit hier niet onder mag lijden. 1.8
Samenwerking en netwerking
Afro-Latino heeft samenwerkingen met Vlaamse en internationale organisaties actief in de wereldmuziek. Voorbeelden hiervan zijn het Festival Mundial in Tilburg en Club Bahnhof Ehrenfeld in Keulen. 1.9
Publieksgerichtheid
De organisatie heeft een goed uitgebouwde promotiewerking, zowel via traditionele kanalen als nieuwe media. Afro-Latino heeft speciale aandacht voor jongeren. Door op vrijdagavond dj-sets en meer dancegerichte acts te programmeren, worden de jongeren gemakkelijker bereikt en hoopt men dat ze de volgende dagen ook op het festival zullen blijven. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
De organisatie heeft oog voor diversiteit, zowel qua programma als binnen de eigen werking. Op die manier geeft ze een aanzet tot interculturaliteit. De commissie geeft wel mee dat het creëren van een Afrikaans dorp op het festival geen voorbeeld is van een interculturele werking. In de huidige Vlaamse maatschappelijke context vindt de commissie echter dat aandacht voor interculturaliteit een absolute noodzaak is. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
De organisatie vraagt een subsidie aan die voornamelijk bedoeld is voor de verdere professionalisering van de werking. De commissie vindt een structurele werking voor een kort festival als Afro-Latino echter niet verantwoordbaar. Een dergelijk festival moet immers geen volledige jaarwerking uitbouwen.
Pagina 13 van 109
De commissie vindt het vreemd dat er geen sponsorinkomsten worden vermeld in het dossier. Uit de brochures en de website blijkt echter dat er wel degelijk sponsors zijn. Los van het feit dat de commissie een structurele subsidie voor kleine festivals niet aan de orde vindt, primeert de artistiek-inhoudelijke appreciatie in het advies. De commissie vindt het programma te commercieel en te weinig kwetsbaar om voor subsidie in aanmerking te kunnen komen. Daardoor moet het festival trouwens ook zelfbedruipend kunnen zijn. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren. 3
adviseert
de
Gemotiveerde behandeling repliek
In haar repliek geeft de organisatie enkele verdere toelichtingen, onder meer in verband met het inhoudelijk concept, de langetermijnvisie, de uitstraling, de interculturaliteit en de inkomsten uit sponsoring. De commissie neemt er nota van dat er in het dossier wel degelijk inkomsten uit sponsoring zijn opgenomen, namelijk voor 85.000 euro. De commissie zet dit recht in haar definitieve advies en geeft mee dat het net de bedoeling is van de replieken om dergelijke materiële fouten recht te kunnen zetten. De organisatie lijkt uit deze vergissing te besluiten dat het advies voor een andere organisatie is, wat uiteraard niet het geval is. De commissie stelt vast dat bij de overige punten geen fundamenteel nieuwe elementen worden toegevoegd aan het oorspronkelijke dossier. Ze herhaalt haar standpunt dat kortlopende, hoofdzakelijk receptieve festivals geen structurele werking van een volledig jaar moeten opbouwen, wat ze ook consequent heeft geadviseerd. De commissie geeft wel mee dat bepaalde onderdelen van een dergelijk festival die artistiek kwetsbaar en interessant zijn, via projectsubsidie kunnen worden gesubsidieerd. De commissie is van oordeel dat, afgezien van de rechtzetting in verband met de sponsorinkomsten, de verduidelijkingen niet van die aard zijn dat ze een fundamentele wijziging van het voorlopige advies inhouden. Ze handhaaft dan ook haar voorlopige advies. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren.
adviseert
de
Pagina 14 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2014
Volgnummer:
KD2013-2014-WS-MU-FE-003
Organisatie:
vzw Afro-Latino
Gevraagd bedrag:
50.950,00 euro
1
Zakelijk advies
Beknopte historiek organisatie
Afro-Latino is een driedaags wereldmuziekfestival in het Limburgse Bree dat in 1999 voor het eerst werd georganiseerd. Voor de periode 2010-2012 werd een structurele subsidie aangevraagd maar deze werd niet gehonoreerd. De organisatie kreeg al wel verschillende keren een projectsubsidie, het laatst in 2009 (15.000 euro). Voor 2012 werd eveneens een projectsubsidie aangevraagd, over dit dossier is nog geen beslissing genomen. Voor de periode 2013-2014 wordt nu gemiddeld 50.950 euro gevraagd (53.900 euro in het eerste jaar). 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
Bij de evaluatie van de projectwerking in 2009 werden geen bijzondere problemen vastgesteld. Er kan worden opgemerkt dat dit project een bijkomende subsidie van 13.500 euro kreeg via het Participatiedecreet. Een meerjarige subsidie heeft de organisatie in het verleden nog niet gekregen. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
De werking op middellange termijn, zowel receptief als productief, wordt uitgebreid toegelicht. De organisatie bepaalt verder zijn positie ten opzichte van andere vergelijkbare wereldmuziekfestivals. Het Afro-Latino festival is begonnen als kleinschalig evenement en ook nu blijft de groei bescheiden. Nieuw is wel dat er vanaf 2013 buiten de festivalperiode (eind juni) eveneens een vijftal clubconcerten worden georganiseerd in de Muziekodroom in Hasselt. Hiermee wordt een stap gezet van een eerder projectmatige activiteit naar een meer structurele werking. Ook de kunsteducatieve en de sociaal-artistieke werking komen ruim aan bod. 3.2
Samenwerking en netwerking
De samenwerking is uitgebreid en divers, gebeurt op verschillende niveaus en wordt gedetailleerd besproken. Voor de programmering zijn er veel internationale partners, met sommige buitenlandse festivals werden zelfs samenwerkingsakkoorden gesloten. Meer lokaal gaat het om cultuurhuizen zoals Muziekodroom en Villa Basta uit Hasselt, verder zijn er ook contacten met socio-culturele organisaties, jeugdhuizen en multiculturele verenigingen. 3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De begroting wordt gedetailleerd en transparant toegelicht. De totale uitgaven bedragen 916.500 euro waarvan 25.600 euro voor het personeel in loondienst. Het gaat alleen om de artistiek/zakelijk leider die halftijds in dienst is. Daarnaast wordt vooral een beroep gedaan op vrijwilligers (15.000 euro). Het totaal aan
Pagina 15 van 109
personeelskosten bedraagt bijgevolg 40.600 euro, hetgeen bijzonder weinig is binnen het globale budget (4,4%). Voor de uitkoopsommen van de bands is 265.000 euro voorzien (in de begroting vermeld bij ‘vergoedingen aan derden’ in plaats van bij de artistieke productiekosten), dit is op zich een goed bedrag (29% van de totale uitgaven). Daarnaast zijn er nog een aantal andere grote uitgavenposten zoals aankoop van goederen, o.m. drank, diverse diensten (195.500 euro) en huur van tenten, installaties (143.500 euro). De promotiekosten bedragen 91.000 euro. Aan de inkomstenzijde is er een eigen omzet van 852.600 euro (93% van het budget). Het gaat enerzijds om de ticketverkoop (463.600 euro), anderzijds om de opbrengst van drankverkoop en verhuur van standplaatsen, samen goed voor 304.000 euro. Als sponsoring is 85.000 euro ingeschreven. Binnen het totale kostenplaatje vertegenwoordigt de gevraagde subsidie bij de Vlaamse Gemeenschap (53.900 euro in 2013) minder dan 6%. De stad Bree en de provincie Limburg geven elk 5.000 euro. Als conclusie zijn we van mening dat er voldoende wordt besteed aan artistieke producties maar de overheadkosten zijn wel hoog. De ticketverkoop is goed (50% van de inkomsten), maar de raming van 14.600 betalende bezoekers is eerder aan de voorzichtige kant, een verdere groei lijkt realistisch. 3.4
Publieksgerichtheid
De publieksgerichtheid wordt gedetailleerd besproken. Het festival richt zich op een breed publiek, het gaat om personen met een andere etnisch-culturele afkomst, jongeren, families met kinderen, 55-plussers en gehandicapten. Om deze doelgroepen te bereiken wordt de publiekswerking gedifferentieerd. Behalve de eigen website, affiches, advertenties e.d. zijn er eveneens specifieke acties naar de Gezinsbond, naar jeugdhuizen en wordt er informatie gegeven aan bv. etnisch-culturele websites. Een vrij grote groep festivalgangers krijgt gratis toegang, zoals jongeren onder de 14 jaar en gehandicapten, andere doelgroepen krijgen een korting. In de marketingstrategie wordt veel aandacht besteed aan de contacten met de media. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er zijn enkele allochtone medewerkers, vooral voor logistieke taken. In het bestuur zijn ze niet vertegenwoordigd, maar deze vaststelling heeft verder geen invloed op het zakelijke advies. 3.6
Realisme groeipad
De organisatie wenst een artistiek/zakelijk leider in dienst te nemen (0,5 vte), hetgeen een meeruitgave betekent van euro. Dit lijkt een verantwoorde keuze met het oog op verdere professionalisering van het festival. De introductie van het jaarprogramma (5 concerten) is uiteraard de vrije artistieke keuze van de organisatie. Er kan wel worden opgemerkt dat dit in de begroting wordt berekend als een meeruitgave van 27.000 euro waar slechts 10.000 euro aan eigen inkomsten tegenover staan. Binnen het totaal aan uitkoopsommen vertegenwoordigt deze jaarwerking slechts 20.000 euro op 265.000 euro (7,5%). Het agentschap is er daarom niet van overtuigd dat dit een opstap naar een structurele subsidiëring verantwoordt. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistieke beleidsplan wordt goed gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan.
Pagina 16 van 109
3.8
Haalbaarheid
Op basis van de huidige en de voorbije werking en in functie van het criterium haalbaarheid lijkt de realisatie van het festival zeker mogelijk. De organisatie heeft op dit vlak de nodige expertise kunnen aantonen. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. Het agentschap merkt echter op dat het festival plaatsvindt tijdens één weekend en erg beperkt is in de tijd. Het is daarom van mening dat de aanvraag eerder past binnen de projectwerking dan binnen de meerjarige subsidies. Er wordt weliswaar voor het eerst een bescheiden jaarwerking voorgesteld (5 concerten in Hasselt), maar het gaat hier om een eerste experiment waarvan de resultaten nog moeten blijken. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
De organisatie ziet de opmerkingen van het agentschap in verband met de langetermijnvisie als een erkenning van de structurele werking. Dit is geen correcte lectuur van het advies. Het agentschap stelt louter vast dat de vzw Afro-Latino deze ambitie heeft en die werking ook toelicht. De evaluatie van het groeipad en de opmerkingen over de plaats in het instrumentarium ondersteuning en subsidiëring Ministerie Vlaamse Gemeenschap geeft juist aan dat de structurele werking niet kan overtuigen. In verband met de overhead mag het duidelijk zijn dat deze meer omvat dan de personeelskosten, hiertoe behoren uiteraard ook uitgaven zoals promotie, aankoop van goederen, huur van tenten en installaties. Het agentschap vindt in de repliek geen nieuwe argumenten om af te wijken van het preadvies. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren.
Pagina 17 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2014
Volgnummer:
KD2013-2014-WS-MU-FE-004
Organisatie:
General Events
Gevraagd bedrag:
250.000,00 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
General Events werd in 2004 opgericht en organiseerde aanvankelijke LAN-party's en fuiven. Gaandeweg kwamen er meer samenwerkingen en in 2009 ontstond House Clubbing door een versmelting van bestaande organisaties. House Clubbing is een nieuw tweedaags festival rond clubbing en house waarvan de eerste editie in augustus 2011 plaatsvond. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
De organisatie heeft als missie een doelgroep aan te spreken met een passie voor house, discotheken en festivals om zo een community te creëren. De Beoordelingscommissie Muziek merkt op dat een dergelijke community ondertussen al lang bestaat en vindt een 'passie voor discotheken en festivals' niet bepaald een degelijke artistieke motivatie. De organisatie wil de grootste openluchtdiscotheek van de Benelux creëren met een zomerse partysfeer. Focus ligt op de beleving. Het dossier geeft nergens blijk van een artistieke noodzaak voor subsidie uit het Kunstendecreet. Het festival is commercieel, artistiek niet uitzonderlijk of waardevol en helemaal niet kwetsbaar. De commissie vindt geen enkel artistiek-inhoudelijk element waardoor dit dossier in aanmerking zou moeten worden genomen voor subsidie uit het Kunstendecreet. 1.3
Profilering en positionering
De organisatie wil zich positioneren als de grootste openluchtdiscotheek van de Benelux en het enige festival in Vlaanderen dat zich richt op house en subgenres. De commissie stelt vast dat dit initiatief niet nieuw is in Vlaanderen en twijfelt aan de unieke positie die het zou innemen in het muzieklandschap. 1.4
Langetermijnvisie
De organisatie geeft geen artistieke toelichting bij de langetermijnvisie. Voor de organisatie lijkt het belangrijkste punt het wegwerken van de schulden te zijn. 1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
Binnen het genre heeft het initiatief zeker een Vlaamse en wellicht een internationale uitstraling. De eerste editie zou 10.000 bezoekers hebben gegenereerd. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Op artistiek vlak is er geen meerwaarde voor de regio.
Pagina 18 van 109
1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Het maatschappelijke belang van het initiatief is gering. Met vermeldt een samenwerking met Poppunt voor minder bekend talent en de mogelijkheid tot try-out: mensen uit het publiek mogen zelf achter de knoppen gaan staan en krijgen begeleiding van een dj. 1.8
Samenwerking en netwerking
De organisatie heeft heel wat samenwerkingen met clubs en organisatoren binnen het genre. Het eigen bookingskantoor djbooking neemt hierbij een prominente plaats in. Voor catering en randactiviteiten wordt samengewerkt met plaatselijk actoren. 1.9
Publieksgerichtheid
Het festival is publieksgericht. Het besteedt immers heel wat aandacht aan publiek, beleving en community. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
De organisatie besteedt hier geen aandacht aan. In de huidige Vlaamse maatschappelijke context vindt de commissie echter dat aandacht voor interculturaliteit een absolute noodzaak is. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
De organisatie vraagt een zeer groot bedrag voor een tweedaags evenement. De commissie merkt op dat dit initiatief commercieel is opgezet. Het genre spreekt immers vooral een publiek aan dat naar discotheken gaat. Wanneer een organisatie er niet in slaagt om een dergelijk project winstgevend of op zijn minst zelfbedruipend te maken, dan schort er iets aan de organisatie. De commissie vindt het opgebouwde gecumuleerd verlies na één editie dan ook problematisch. De commissie is van oordeel dat het initiatief gericht is op ontspanning, community, sfeer en gezelligheid. Een artistiek-inhoudelijk onderbouwde visie ontbreekt. Los daarvan is de commissie van oordeel dat een tweedaags festival geen structurele omkadering verantwoordt. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren. 3
adviseert
de
Gemotiveerde behandeling repliek
In haar repliek geeft de organisatie aan dat ze vindt een meerwaarde te hebben voor de regio door voor een ander genre te kiezen dan de meeste andere festivals in de regio. De commissie neemt hier nota van, maar vindt dit geen argument dat het voorlopige advies fundamenteel zou kunnen wijzigen. Ze handhaaft dan ook haar voorlopige advies.
Pagina 19 van 109
4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren.
adviseert
de
Pagina 20 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2014
Zakelijk advies
Volgnummer:
KD2013-2014-WS-MU-FE-004
Organisatie:
vzw General Events (festival ‘House Clubbing’)
Gevraagd bedrag:
250.000 euro
1
Beknopte historiek organisatie
Vzw General Events, opgericht in 2004, organiseerde ‘House Clubbing’ voor het eerst in in Torhout, in augustus 2011. Het tweedaags openluchtfestival, opgevat als een grote openluchtdiscotheek (Benelux’s Biggest Outdoor Disco), richt zich op house muziek en op daarmee verwante genres. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
Niet van toepassing, dit is de eerste aanvraag. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
House Clubbing is momenteel de enige productie van General Events. De organisatie wil verder groeien en tegen 2019 een tiental producties in eigen beheer hebben. Verdere informatie hierover ontbreekt. De programmering voor het eigenlijke beleidsplan 2013-2014 is nauwelijks of niet concreet ingevuld. 3.2
Samenwerking en netwerking
Er wordt samengewerkt met andere discotheken in binnen- en buitenland, zoals o.m. met Amnesia Ibiza. Er worden ook enkele andere organisaties genoemd maar waar die partners voor staan en hoe die samenwerking wordt ingevuld, is verder niet toegelicht. 3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven worden geraamd op 669.846 euro waarvan euro voor het personeel in loondienst (2 voltijdse medewerkers). Uit de toelichting bij de begroting blijkt dat het gaat om een zakelijk leider en om een administratief medewerker. Hierbij is echter een bedrag vermeld van in totaal euro. Dit is onduidelijk. De andere medewerkers (artistiek, logistiek, promotie, administratief) worden betaald als zelfstandige, via de kleine vergoedingsregeling of als vrijwilliger (totale vergoeding aan derden van 163.552,84 euro). De totale personeelskosten bedragen bijgevolg 208.552 euro (31%). De promotiekosten zijn met 207.703 euro (eveneens 31%) een belangrijke uitgavenpost. Een verantwoording voor dit hoge bedrag ontbreekt. De kosten voor de artiesten worden geraamd op 113.588 euro (in de begroting vermeld bij ‘vergoedingen aan derden’ in plaats van bij de artistieke productiekosten). Aan de inkomstenzijde is in de begroting een eigen omzet vermeld van 587.435 euro (bijna 55%), waarvan 161.995 euro als ticketverkoop, 243.139 euro uit verkoop van drank, standplaatsenverhuur in de zgn. bar street en een sponsoring van liefst 170.596 euro (hoewel elders in het dossier sprake is van 25.396 euro als sponsoring). Aan de Vlaamse Gemeenschap wordt een subsidiebedrag gevraagd van 250.000 euro per jaar.
Pagina 21 van 109
We stellen echter vast dat in de begroting 2013 een subsidiebedrag van 450.000 euro is vermeld waardoor er een winst is van 401.641 euro. In de begroting 2014 is echter maar 50.000 euro aan werkingssubsidie ingeschreven, desondanks is er nog een positief resultaat van 74.739 euro. Als conclusie vindt het agentschap de overhead veel te groot ten opzichte van de besteding aan artistieke producties, bovendien is de begroting slordig en foutief opgemaakt. 3.4
Publieksgerichtheid
De doelgroep van het festival bestaat uit jongeren tussen 16 en 35 jaar die willen behoren tot de community die zich aangetrokken voelt tot house muziek (elektronische muziek) en de sfeer van de discotheken. Over de publiekswerking en de publiekswerving is er verder geen informatie. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
Het gaat om een eerste aanvraag, bovendien werd het festival in 2011 pas voor het eerst georganiseerd. In 2011 zou er een verlies zijn geboekt van -374.879 euro, voor 2012 wordt nu al gerekend op een verlies van -86.572 euro. Dat een organisatie ervan uitgaat om dan in 2013 en 2014 winst te realiseren, is wel erg onrealistisch en ongeloofwaardig. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistieke beleidsplan wordt niet goed gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan. Bij de receptieve werking wordt vermeld ‘dat het te vroeg is om de receptieve werking voor het eerste jaar van de subsidieperiode uiteen te zetten’. In het algemeen is het duidelijk dat dit dossier niet voldoet aan de vereiste kwaliteitsnormen binnen het Kunstendecreet. 3.8
Haalbaarheid
De realisatie van het festival is niet haalbaar op basis van het ingediende dossier. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past in principe wel binnen het Kunstendecreet. Het agentschap merkt echter op dat het festival plaatsvindt tijdens één weekend en erg beperkt is in de tijd. Het is daarom van mening dat de aanvraag eerder past binnen de projectwerking dan binnen de meerjarige subsidies. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren.
Pagina 22 van 109
5
Gemotiveerde behandeling repliek
Het agentschap heeft goed kennis genomen van de bijkomende duiding die de organisatie heeft verstrekt. Het vindt hierin echter geen argumenten om af te wijken van het preadvies. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren.
Pagina 23 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2014
Volgnummer:
KD2013-2014-WS-MU-FE-005
Organisatie:
Ars Musica
Gevraagd bedrag:
90.000,00 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
Ars Musica is een festival voor hedendaagse klassieke muziek uit de twintigste en eenentwintigste eeuw. Uitgangspunt is de westerse traditie. Sinds 2010 vindt het festival niet alleen in Brussel, maar ook in Brugge (Concertgebouw), Antwerpen (deSingel), Luik en Bergen plaats. De organisatie kende de laatste jaren heel wat directeurswissels. Nu neemt Tarquin Billiet de rol van programmacoördinator op zich. Elk jaar wordt er gewerkt met een gastcurator. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
De Beoordelingscommissie Muziek stelt vast dat Ars Musica uit een moeilijke periode komt met heel wat personeelswissels. Wellicht daardoor is de artistiek-inhoudelijke invulling van het voorliggende dossier niet voldoende concreet. De commissie merkt op dat niettegenstaande de ups en downs het programma de laatste jaren opnieuw interessant was. De concrete plannen voor 2013 zijn echter erg vaag. Patrick Davin wordt de curator voor dat jaar en zal in de komende maanden samen met de directeur het programma vervolledigen. Voor 2014 is er nog geen curator aangesteld. De commissie is van oordeel dat er minstens een intentieverklaring zou moeten zijn waarin de curatoren aangeven op welke manier zij het festival willen invullen. De commissie stelt vast dat de krachtlijnen die voor 2013 genoemd worden eerder theoretisch zijn. Er wordt slechts een aanzet gegeven met een aantal concerten in samenwerking met de Munt, Flagey, Musiques Nouvelles & Cinematek, Orchestre Philharmonique de Liège en Bozar. Ars Musica geeft aan verder te willen investeren in creatieopdrachten, maar maakt dit niet concreet. De commissie vraagt zich af wat de meerwaarde van een festival als Ars Musica nog is en in hoeverre hedendaagse klassieke muziek in Vlaanderen al niet door andere spelers wordt ingevuld. Bovendien betreurt ze dat door de verschillende samenwerkingen in bijvoorbeeld Concertgebouw Brugge en deSingel, er geen echt festivalgevoel meer is. Door de eigen accenten die de verschillende partners willen leggen, verliest het festival bovendien ook wat focus. De commissie vindt het problematisch dat Ars Musica in hoofdzaak een Franstalige aangelegenheid blijft. Dat uit zich niet alleen in de raad van bestuur, maar ook in de dagelijkse werking. De commissie vindt het anderzijds positief dat Ars Musica wel aandacht besteedt aan Vlaamse ensembles Tot slot stelt de commissie vast dat de organisatie de termen productie, coproductie en receptieve werking veelvuldig door elkaar haalt. Productie is immers niet gelijk aan het organiseren van een concert. 1.3
Profilering en positionering
Ars Musica heeft een duidelijk profiel als festival voor hedendaagse muziek, niettegenstaande het feit dat er af en toe ook uit het puur klassieke repertoire wordt geput. Voorbeeld hiervan is Stravinsky die al lang niet meer hedendaags te noemen is.
Pagina 24 van 109
Door interne problemen heeft de organisatie wat aan impact verloren. 1.4
Langetermijnvisie
Uit het dossier blijkt geen langetermijnvisie. Hoe de organisatie verder evolueert, zal in de komende jaren moeten blijken. De commissie vindt het belangrijk dat de organisatie in de toekomst duidelijk werkt aan een langetermijnvisie. 1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
Vooral in het Brusselse heeft Ars Musica een zekere traditie en geniet het bekendheid als festival voor hedendaagse muziek, maar inmiddels staat het niet meer alleen Verder heeft Ars Musica zijn internationale connecties, vooral door de samenwerking met soortgelijke festivals, ensembles en componisten. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Ars Musica heeft een duidelijke meerwaarde in Brussel. Voor Antwerpen en Brugge lijkt de impact minder groot te zijn, al kan dit door de samenwerking met deSingel en Concertgebouw Brugge wel nog toenemen. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
In het dossier wordt hier weinig aandacht aan besteed. Er wordt aangegeven dat Ars Musica scholieren en studenten in contact wil brengen met hedendaagse muziek, maar de organisatie gaat daar niet verder op in. Verder geeft de organisatie aan zich maatschappelijk te willen engageren voor kansengroepen, maar dit is eerder een ad-hocgebeuren. Tot slot geeft de commissie mee dat prijsdifferentiatie beter zou zijn dan een zo laag mogelijke ticketprijs voor iedereen, wat ook een invloed heeft op de eigen inkomsten. 1.8
Samenwerking en netwerking
De structurele samenwerkingen zijn goed uitgebouwd en geografisch gespreid doorheen Vlaanderen. Ook internationaal zijn er heel wat contacten. 1.9
Publieksgerichtheid
Ars Musica doet grote inspanningen om een ruim publiek te werven voor haar concerten. In Brussel slaagt ze er in om een goede publieksopkomst te genereren. De publiekswerking en -werving zijn goed uitgewerkt. Door de samenwerking met grote huizen in Vlaanderen, kan de organisatie daar ook putten uit de achterban van die huizen. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
De organisatie besteedt hier geen aandacht aan. In de huidige Vlaamse maatschappelijke context vindt de commissie dat aandacht voor interculturaliteit een absolute noodzaak is, zeker in een grootstad als Brussel, met een multiculturele bevolking.
Pagina 25 van 109
1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
De organisatie vraagt een aanzienlijke verhoging ten opzichte van de vorige periode. Dit zou vooral bedoeld zijn voor een hoger budget aan compositieopdrachten, maar dit wordt in het dossier niet verder geconcretiseerd. Bovendien is het programma voor de komende periode nog maar beperkt ingevuld. De Beoordelingscommissie Muziek wil het festival het voordeel van de twijfel gunnen en geeft bijgevolg een positief advies. Ze geeft wel mee dat de organisatie terug de focus op hedendaagse muziek moet zien te vinden en een duidelijke, goed gestructureerde langetermijnvisie ontwikkelen. De commissie zal de komende jaren de organisatie opvolgen om te zien welke stappen ze neemt om dit te doen. Omwille van de vele opmerkingen en voorwaardelijkheden, adviseert ze wel een beperking van het subsidiebedrag ten opzichte van de vorige periode. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag. 3
Gemotiveerde behandeling repliek
In haar repliek geeft de organisatie enkele verdere toelichtingen, onder meer in verband met de invulling van het programma, de samenwerkingen en de personeelsinvulling. De commissie neemt hiervan nota, maar omdat het gaat om verduidelijkingen die geen fundamentele wijziging van het voorlopige advies inhouden, handhaaft ze dan ook haar voorlopige advies. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag.
Pagina 26 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2014
Volgnummer:
KD2013-2014-WS-MU-FE-005
Organisatie:
vzw Ars Musica
Gevraagd bedrag:
90.000 euro
1
Zakelijk advies
Beknopte historiek organisatie
Ars Musica is een internationaal muziekfestival dat zich profileert met het hedendaagse klassieke muziekrepertoire uit de westerse traditie (vooral naoorlogse periode 20ste eeuw en 21ste eeuw). Het festival bestaat 23 jaar en wordt al lange tijd gesubsidieerd. In 20072009 kreeg de organisatie een subsidie van 50.000 euro, in de periode 2010-2012 bleef die vrijwel ongewijzigd (51.000 euro, waarbij in 2011 49.088,96 euro werd toegekend), voor 2013-2014 wordt 90.000 euro per jaar gevraagd. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
Uit de evaluatie van de werking 2010 blijkt dat het actieplan goed werd gerealiseerd. Ook de financiële situatie van vzw Ars Musica is gezond, er was in 2010 een licht positief resultaat waardoor het eigen vermogen verder is toegenomen tot ruim 145.000 euro. De voortdurende veranderingen in het management blijven een aandachtspunt. In de periode april tot september 2011 was er zelfs helemaal geen directie. Directeur Patrick De Clerck is na twee edities (2010 en 2011) vanaf september 2011 opgevolgd door artistiek leider Tarquin Billiet. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
De langetermijnvisie wordt goed toegelicht. Het festival is aanwezig in de twee grote cultuurgemeenschappen, de activiteiten vinden plaats tijdens drie weekends in Brussel, en telkens één dag in Antwerpen, Brugge, Luik en Bergen. Voor de programmering van het festival, dat vooral gericht is op coproducties, wordt er jaarlijks een curator aangesteld. De artistieke visie van curator Patrick Davin voor 2013 is toegevoegd aan het dossier. Men wil opnieuw initiatieven ontwikkelen op het vlak van kunsteducatie met gespecialiseerde partners zoals Jeugd en Muziek/Jeunesses musicales. Mogelijk komen er ook enkele sociaal-artistieke projecten maar dit luik is momenteel nog eerder vrijblijvend. 3.2
Samenwerking en netwerking
Ars Musica beschikt niet over een eigen concertinfrastructuur en heeft daarom in Brussel een samenwerking op lange termijn ontwikkeld met een aantal toonaangevende cultuurhuizen zoals Flagey, Bozar, De Munt en Kaaitheater. Ook in de andere steden zijn er partnerships met grote organisaties zoals deSingel en het Concertgebouw. Tot de ensembles waarmee wordt samengewerkt, behoren zowel de grote orkesten als de kleinere ensembles hedendaagse muziek uit binnen- en buitenland. Op Europees vlak is het festival o.m. betrokken bij het project ‘Ulysses’.
Pagina 27 van 109
3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven bedragen 633.500 euro waarvan euro voor het personeel in loondienst (29%). Het gaat vooral om de artistiek en zakelijk leider (beide voltijds) en om een administratief bediende (0,5 vte). Voor de medewerkers op zelfstandige basis (curator, administratie en promotie) is 73.000 euro ingeschreven, wat de totale personeelskosten brengt op 257.000 euro (40,5%). De artistieke productiekosten bedragen 240.000 euro (bijna 38%). Bij de auteursrechten en royalties is ook nog een budget van 40.000 euro voorzien, waarvan het grootste deel voor creatieopdrachten. Dit brengt de artistieke uitgave op 280.000 euro (44%). Het promotiebudget is met 17.300 euro (2,7 %) wel erg bescheiden. Aan de inkomstenzijde is er een eigen omzet van 88.655 euro (14%). Dit is erg laag en bovendien wordt het grootste deel gehaald uit sponsoring (o.m. Loterie Nationale Prestige, Nationale Bank). De inkomsten uit verkoop van tickets is slechts goed voor 25.000 euro (4%). Dit festival is bijgevolg alleen leefbaar door subsidies, die bedragen dan ook 542.000 euro (85,5%). De grootste subsidieverlener is de Franse Gemeenschap met 354.000 euro, daarnaast o.m. ook het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met 40.000 euro. Aan de Vlaamse Gemeenschap wordt 90.000 euro gevraagd (14% van het totale budget). Als conclusie stellen we vast dat op het vlak van de uitgaven een redelijk percentage wordt besteed aan artistieke productiekosten. Anderzijds zijn de personeelskosten wel hoog en is het promotiebudget uitzonderlijk laag, wat verwonderlijk is gezien de beperkte eigen inkomsten. 3.4
Publieksgerichtheid
De publiekswerking wordt doordacht en gedetailleerd besproken, de organisatie probeert elke doelgroep op een specifieke manier te benaderen. Naast het traditionele nichepubliek van hedendaagse muziek opteert men ook voor een minder hermetische programmering om een breder publiek te bereiken. In het kader van de verdere publieksopbouw wil men in het bijzonder initiatieven nemen naar jongeren. Er zijn contacten met conservatoria en er worden masterclasses georganiseerd. Het is verwonderlijk dat deze op zich goede initiatieven nauwelijks bijdragen tot hogere inkomsten uit ticketverkoop. Inzake verkoop wordt een gedifferentieerd prijsbeleid gevoerd. Er zijn reducties voor sommige categorieën. Het is ook de bedoeling om opnieuw abonnementsformules aan te bieden. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
Momenteel krijgt Ars Musica een vierjarige werkingssubsidie. Omwille van de moeilijke overgangsperiode in 2011 werd gekozen voor een tweejarige aanvraag en is de planning van de activiteiten nog niet zo gedetailleerd. De organisatie vraagt een jaarlijkse subsidie van 90.000 euro, dit is een stijging met 39.000 euro of 76% tegenover de huidige subsidieperiode. Ten opzichte van het referentiejaar 2010 zou het aandeel van de werkingssubsidie hiermee verdubbelen van 7% naar 14%. Dit geldt echter niet voor de omzet, in absolute cijfers zou die terugvallen tot bijna de helft, nl. van 160.760 euro in 2010 (22% van de totale inkomsten, dit is al aan de lage kant) naar slechts 88.655 euro of 14%. Met de eigen verkoop (tickets, uitkoopsommen, coproductiebijdragen) binnen die omzet is de evolutie nog ongunstiger.
Pagina 28 van 109
Terwijl die in 2010 ten opzichte van de sponsoring nog het grootste deel van de eigen inkomsten vertegenwoordigde (132.605 euro of 18% van de totale inkomsten), zakt die weg naar 25.000 euro (alleen nog kaartenverkoop) of slechts 4% van de totale inkomsten. Voor een publieksgericht festival is dit absoluut onvoldoende. Tegelijk neemt de personeelsbezetting toe van 1,67 vte naar 2,5 vte. In personeelskosten (in loondienst en als zelfstandige samengeteld) betekent dat een stijging van euro (24%) naar euro (40,5%). De vergoedingen die daarbij worden voorzien voor promotie (50.000 euro) liggen dubbel zo hoog als wat men daarmee denkt te recupereren aan eigen tickets en bijna drie keer zo hoog als het promotiebudget zelf. Als conclusie zijn we van mening dat deze begroting erg onevenwichtig is opgemaakt, de overhead neemt sterk toe, tegelijk dalen de eigen inkomsten en de promotiestrategie is niet verantwoord uitgewerkt. Het agentschap kan hieruit niet anders dan besluiten dat er geen grote nood lijkt te zijn bij de organisatie om zakelijk een goed beleid te voeren – ondanks de goede intenties in het beleidsplan – zolang de hoge subsidiëring verzekerd is. Voor het agentschap is dit niet aanvaardbaar en daarom stelt het voor om het festival niet te subsidiëren. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistiek beleidsplan wordt voldoende gekoppeld aan het zakelijk beleidsplan maar de onevenwichtige begroting roept ernstige vragen op. 3.8
Haalbaarheid
Op basis van de huidige en voorbije werking heeft de organisatie de nodige expertise kunnen aantonen. In functie van het criterium haalbaarheid, lijkt de realisatie van de voorgelegde plannen mogelijk, ten minste in zoverre het festival verder kan blijven rekenen op de huidige aanzienlijke subsidiestromen. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
De organisatie reageerde in haar repliek enkel op elementen uit het artistieke advies. Het agentschap handhaaft dan ook zijn advies. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren.
Pagina 29 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Artistiek advies
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-001
Organisatie:
Festival van Vlaanderen - Vlaams-Brabant
Gevraagd bedrag:
320.000,00 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
De Leuvense concerten van het Festival van Vlaanderen werden aanvankelijk georganiseerd door het Festival van Vlaanderen Brussel. Onder de impuls van de provincie Vlaams-Brabant, de stad Leuven en KULeuven werd in 1995 een afzonderlijke vzw opgericht: het Festival van Vlaanderen - Vlaams-Brabant. Ze organiseert sinds 2006 klassieke concerten in de Vlaamse rand, een cyclus met twintigste-eeuwse muziek (Novecento) en een creatiefestival van uitsluitend eenentwintigste-eeuwse muziek (Transit). 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
Het Festival van Vlaanderen - Vlaams-Brabant focust zich met Novecento op muziek van de twintigste eeuw en met Transit op muziek van de eenentwintigste eeuw. Dit geeft dit festival een duidelijke positie in Vlaanderen. De Beoordelingscommissie Muziek vindt het positief dat het festival binnen Transit voldoende aandacht besteedt aan creaties van beginnende Vlaamse componisten en deze combineert met werk van buitenlandse componisten, waardoor er kansen worden gecreëerd op buitenlandse festivals. De geprogrammeerde ensembles zijn van hoge artistieke kwaliteit en worden internationaal geprezen. Ook Novecento brengt een boeiend programma met een lovenswaardige mix van vrij gekend en weinig gespeeld, maar interessant repertoire uit de twintigste eeuw. De commissie merkt wel op dat het luik Festival+ weinig meerwaarde biedt aan de organisatie omdat het vooral om boekingen gaat. Desalniettemin worden ook hier interessante ensembles geprogrammeerd. 1.3
Profilering en positionering
De keuze voor uitsluitend twintigste- en eenentwintigste-eeuwse klassieke muziek is bijzonder in het totale festivallandschap, mede door het samenhangende programma vooral gericht op de creatie van hedendaagse klassiek en het uitvoeren van vrij ongekende twintigste-eeuwse muziek. 1.4
Langetermijnvisie
De visie die in 2006 werd ontwikkeld, blijft ook op lange termijn behouden. Het is ondertussen een beproefd concept en zowel binnen Transit als binnen Novecento zijn er nog voldoende onontgonnen mogelijkheden.
Pagina 30 van 109
1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
De commissie merkt op dat de belangstelling voor Novecento en Transit over heel Vlaanderen reikt. Zeker voor Transit is er ook een internationale uitstraling, die nog steeds groeiend is. De impact van het luik Festival+ is eerder lokaal. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Door de bovenlokale tot internationale uitstraling van Transit en in mindere mate Novecento, biedt dit festival een belangrijke artistieke meerwaarde voor de regio. Festival+ biedt dan weer een meerwaarde in functie van de spreiding. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Transit en Novecento hebben een belangrijk sociaal belang omdat ze een alternatief bieden voor de vele soorten populaire (al dan niet klassieke) muziek. Het festival besteedt aandacht aan jongeren door de verschillende kortingen, ook gecombineerd met CJP. Artistiek is er slechts één educatief project (in samenwerking met Matrix) terug te vinden in de huidige aanvraag. Positief is dat de helft van de bezoekers van het Transitfestival jonger dan veertig jaar is. 1.8
Samenwerking en netwerking
Voor Festival+ wordt er vooral met plaatselijke cc's en lokale podia samengewerkt. Intensieve samenwerkingen zijn er met KULeuven, Stuk en Matrix. De commissie vindt de internationale samenwerkingsverbanden met andere festivals lovenswaardig. 1.9
Publieksgerichtheid
De organisatie heeft heel wat samenwerkingsverbanden met andere instanties die er gericht zijn om een breder publiek te bereiken dan de studentenpopulatie en geïnteresseerde 45-plussers. De organisatie probeert dit vooral door allerlei kortingen publiciteit. De commissie stelt wel vast dat er in het dossier weinig te vinden is over artistiek-inhoudelijke informatieve initiatieven. Dit luik kan zeker worden uitgebreid. 1.10
op de en de
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
Op artistiek vlak biedt het festival een grote diversiteit. Op het vlak van interculturaliteit worden er echter geen activiteiten ontwikkeld. De commissie vindt dit een gemiste kans in een middelgrote stad als Leuven. In de huidige Vlaamse maatschappelijke context vindt de commissie immers dat interculturaliteit een absolute noodzaak is. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
De organisatie vraagt een verhoging van de subsidie ten opzichte van de vorige periode, onder meer voor een personeelsuitbreiding. De commissie is echter van oordeel dat het festival al een personeelskader heeft dat uitgebreid genoeg is om het festival te kunnen organiseren. Ze geeft mee dat het festival aansluiting zou moeten kunnen vinden bij bestaande structuren, wat de personeelskosten en andere overhead aanzienlijk zou kunnen drukken. Bovendien is er weinig synergie tussen de verschillende Festivals van
Pagina 31 van 109
Vlaanderen. Een grotere administratieve ondersteuning vanuit de koepel, leidt ook tot een beperking van de overheadkosten. Verder merkt de commissie op dat de organisatie de ISCM-days voor vier jaar gebudgetteerd heeft, terwijl die enkel in 2012 plaatsvinden. De commissie stelt vast dat voor Novecento alle composities speciaal worden gecreëerd, wat leidt tot een hoge kost. Ondanks een behoorlijke publieksopkomst zijn de inkomsten uit ticketverkoop vrij laag. Ook op vlak van sponsoring zou de organisatie meer inspanningen kunnen leveren. Het is op te merken dat in het financiële overzicht geen duidelijke vermelding staat over creatieopdrachten in samenwerking met anderen. Samenvattend vindt de commissie het festival artistiek waardevol genoeg om op dat vlak iets te groeien, maar door samenwerking op administratief vlak moet het mogelijk zijn om de overhead te beperken. Ze vindt dan ook een verhoging van het subsidiebedrag ten opzichte van de vorige periode niet aan de orde. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag. 3
Gemotiveerde behandeling repliek
In haar repliek geeft de organisatie enkele verder toelichtingen, onder meer in verband met het aanbod aan artistiek-inhoudelijke informatieve activiteiten en enkele zakelijke aspecten. De commissie neemt hier nota van, maar omdat het gaat om verduidelijkingen die geen fundamentele wijziging van het voorlopige advies inhouden, handhaaft ze dan ook haar voorlopige advies. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag.
Pagina 32 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-001
Organisatie:
Festival van Vlaanderen Vlaams-Brabant
Gevraagd bedrag:
320.000 euro
1
Zakelijk advies
Beknopte historiek organisatie
Het Festival van Vlaanderen Vlaams-Brabant is een festival van klassieke muziek dat jaarlijks concerten organiseert in de periode september-oktober over de hele provincie maar met Leuven als festivalcentrum. Het Festival werd opgericht in 1995 en kreeg vanaf 1999 een meerjarige subsidie. In 2007-2009 kreeg de organisatie een jaarlijkse subsidie van 225.000 euro, in de periode 2010-2012 steeg de subsidie naar 280.000 euro (in 2011 werd 269.508,02 euro toegekend). Voor de subsidieperiode 2013-2016 wordt nu jaarlijks 320.000 euro gevraagd. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
Uit de evaluatie van de werking 2010 blijkt dat het actieplan goed werd uitgevoerd, er werden geen bijzondere problemen vastgesteld. De financiële situatie is gezond, de vereniging realiseerde een positief resultaat in 2010 en bracht het eigen vermogen daarmee op ruim 41.000 euro. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
Het Festival profileert zich ten opzichte van de andere Festivals van Vlaanderen door te kiezen voor vernieuwend en minder bekend repertoire uit de 20ste en 21ste eeuw en door het geven van compositieopdrachten op het vlak van avant-gardemuziek. De programmering bestaat uit drie luiken nl. de concertenreeks Novecento in Leuven met muziek uit de 20ste eeuw, het creatiefestival TRANSIT in Leuven met muziek uit de 21ste eeuw en de concertenreeks Festival+, gespreid over de hele provincie Vlaams-Brabant. De werking op lange termijn, zowel receptief als productief, wordt uitgebreid en gedetailleerd toegelicht en gemotiveerd. Er zijn ook kunsteducatieve initiatieven, o.m. met een jongerenproject in het kader van TRANSIT. 3.2
Samenwerking en netwerking
De samenwerking is uitgebreid en divers en wordt voldoende toegelicht. Op artistiek vlak gaat het zowel om Vlaamse als om internationale ensembles en musici en er wordt verder ook samengewerkt met andere organisatoren, zowel buitenlandse festivals als cultuurhuizen en gemeenschapscentra in Vlaanderen en in het bijzonder in VlaamsBrabant. Belangrijke partners zijn het Festival van Vlaanderen Gent, de K.U. Leuven en vzw De Rand. 3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven bedragen 554.400 euro waarvan euro voor het personeel in loondienst (post 62), wat overeenkomt met een personeelsbezetting van 2,142 vte. Het gaat om een technisch-artistiek medewerker en om een personeelslid voor communicatie.
Pagina 33 van 109
Daarnaast zijn er nog enkele beperkte kosten voor de logistieke medewerkers. Van de vergoedingen ‘buiten loondienst’ gaat 11.800 euro naar de artistieke medewerkers (o.a. naar de artistiek leider). Aan promotie wordt 96.100 euro besteed. De artistieke productiekosten bedragen 222.300 euro (40%) waarvan 135.450 euro (24%) wordt besteed aan uitkoopsommen en aan coproductiebijdragen. Aan de inkomstenzijde wordt gerekend op een eigen omzet van 129.700 euro (23%). Dit is aan de lage kant. Naast de subsidie van de Vlaamse Gemeenschap (320.000 euro of ruim 57%), zijn er nog subsidies ingeschreven van de provincie Vlaams-Brabant (55.000 euro), van de stad Leuven (25.000 euro) en 17.500 euro vanuit vzw De Rand. Als conclusie zijn we van mening dat de overhead aan de hoge kant is en moet worden gestreefd naar een verhoging van de eigen inkomsten. 3.4
Publieksgerichtheid
De publiekswerking wordt doordacht en gedetailleerd toegelicht. Om de beoogde doelgroepen te bereiken wordt gedifferentieerd te werk gegaan. Zo wordt voor de concerten in Leuven structureel samengewerkt met de universiteit om de studenten en het academisch personeel zo optimaal mogelijk te bereiken. In het algemeen wordt gepoogd om de doelgroepen actief te laten participeren aan een festivalconcert, o.m. via het gebruik van de sociale media. De publiekswerving is erg verscheiden, het gaat zowel om het meer klassieke promotiedrukwerk en de advertenties als om online mailmarketing, website en sociale media. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
De organisatie vraagt een subsidie van 320.000 euro per jaar, dit is een stijging met 40.000 euro of met ongeveer 14% tegenover de huidige subsidieperiode. De gevraagde verhoging zou dienen om de artistieke werking op peil te houden (met name 22.500 euro voor TRANSIT) en om de kostprijs van de indexsprongen (17.500 euro) op te vangen. Hoewel het groeipad relatief bescheiden is, kan er op worden gewezen dat de subsidie tijdens de huidige werkingsperiode 2010-2012 werd verhoogd met 55.000 euro, ten opzichte van 2007-2009 was dit een stijging met 24%. Op basis van de afrekening 2010 bedroeg het aandeel van de subsidie van de Vlaamse Gemeenschap 52%. Er wordt niet aanbevolen om dit percentage nog veel verder te laten stijgen. Het agentschap is van mening dat er eerder inspanningen moeten worden gedaan om de eigen inkomsten te verhogen en om de overhead te verminderen. Zo is het promotiebudget begroot op 96.100 euro, dit is 74% van de eigen omzet in 2013 en bijna evenveel als de reële omzet in 2010. Het agentschap stelt een status quo voor in de subsidiëring. Een lichte stijging die rekening houdt met de aanpassing van de lonen aan de index is wel aanvaardbaar. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistieke plan wordt goed gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan. Maar zoals al gesteld is het agentschap van mening dat de werking kan worden gerealiseerd met een lager bedrag dan gevraagd.
Pagina 34 van 109
3.8
Haalbaarheid
Het artistieke en zakelijke beleidsplan getuigen van een duidelijke visie. Op basis van de huidige en voorbije werking heeft de organisatie de nodige expertise en ervaring kunnen aantonen. In functie van het criterium haalbaarheid, lijkt de realisatie van de voorgelegde plannen absoluut mogelijk. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
Naar aanleiding van een opmerking van het agentschap over de hoge promotiekosten geeft het Festival van Vlaanderen Vlaams-Brabant nadere toelichting bij dit budget. De organisatie is van mening dat een aantal kostenelementen niet strikt met promotie te maken hebben, maar veeleer met de drukkosten van programmaboeken en met representatiekosten. Het agentschap neemt kennis van deze nuancering, maar blijft bij zijn mening dat het hoe dan ook om overhead gaat en dat die aan de hoge kant is. Het agentschap apprecieert dat het Festival zijn bezorgdheid deelt over de verhoging van de eigen inkomsten en hiervoor de nodige inspanningen wil doen. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht.
Pagina 35 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Artistiek advies
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-002
Organisatie:
Festival van Vlaanderen Internationaal Brussel-Europa
Gevraagd bedrag:
1.255.088,10 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Het Festival van Vlaanderen Internationaal Brussel-Europa werd opgericht in 1969 en is het grootste festival voor klassieke muziek in Vlaanderen. Belangrijke evolutie in de werking was de oprichting van het Klarafestival in 2004, in nauwe samenwerking met de openbare omroep. De organisatie heeft daarnaast nog andere concepten teneinde specifieke doelgroepen te bereiken. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
Het Festival van Vlaanderen Internationaal Brussel-Europa organiseert zijn werking rond drie pijlers: het Klarafestival, de European Gala's en MUSMA/European Broadcasting Festival. De Beoordelingscommissie Muziek stelt vast dat de organisatie verschillende ideeën en concepten wil combineren en realiseren, zodat een duidelijke lijn ontbreekt. Artistiekinhoudelijk wordt er minder scherp geprogrammeerd dan vroeger en wordt er meer toegankelijke klassieke muziek aangeboden. Bovendien zijn sommige van de geplande producties bijzonder duur. Zo vindt de commissie het geen meerwaarde om de integrale symfonieën van Beethoven te brengen, enerzijds gezien de hoge kostprijs is en anderzijds omdat deze programma's al voldoende gebracht werden in Vlaanderen. De commissie vindt sommige projecten te megalomaan in tijden van beperkte financiële middelen voor cultuur. Hoewel het programma van het Klarafestival iets te mainstream is en geen duidelijke lijn vertoont, vindt de commissie dat het festival toch voldoende waarde heeft om voor subsidiëring in aanmerking te komen, maar met realistischer budgetten. Ze vindt echter dat een aantal andere activiteiten van het festival ofwel minder past binnen het Kunstendecreet ofwel minstens zelfbedruipend zou moeten zijn. 1.3
Profilering en positionering
Door het ruime aanbod aan activiteiten, mist de organisatie een duidelijk profiel. Zo worden verschillende namen zoals Klarafestival, Festival van Vlaanderen Internationaal Brussel-Europa, European Gala's naast elkaar gebruikt, wat de duidelijkheid niet ten goede komt. 1.4
Langetermijnvisie
Het festival heeft veel ideeën voor de toekomst beschreven en er is een visie op middellange tot lange termijn. De commissie vraagt zich wel al in hoeverre het wenselijk is om alle ideeën daadwerkelijk uit te werken in functie van het profiel. Het festival heeft immers nood aan een sterke niche waardoor het zich beter en interessanter kan positioneren.
Pagina 36 van 109
1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
Het festival heeft een bovenlokale en internationale uitstraling. Op Vlaams niveau is het aandeel van Klara belangrijk. Op internationaal vlak zijn de geprogrammeerde orkesten van belang voor de uitstraling. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Vooral het Klarafestival heeft een meerwaarde voor de regio. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Zowel kenners, cultuurminnend publiek als radioluisteraars worden aangesproken. De organisatie heeft een maatschappelijk belang door de verbindende rol als stadsfestival. Zo werkt ze samen met Met-X, werkt ze aan spreiding met initiatieven als 'Festival on Tour' en 'Dorp op Stap' en ontwikkelt ze initiatieven specifiek voor jongeren. 1.8
Samenwerking en netwerking
De organisatie heeft heel wat verschillende samenwerkingen met Brusselse partners, wat op Vlaams niveau wordt uitgebreid met deSingel en Concertgebouw Brugge. Op internationaal vlak is er MUSMA. 1.9
Publieksgerichtheid
De commissie vindt het publieksbereik mager voor een dergelijke grote organisatie. Bovendien blijken heel wat activiteiten te elitair te zijn. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
De organisatie heeft een beperkte aandacht voor diversiteit, bijvoorbeeld door het project rond kinderen dat in samenwerking met Met-X wordt opgezet. Anderzijds scoort de organisatie op vlak van interculturaliteit slecht. In de huidige Vlaamse maatschappelijke context vindt de commissie immers dat aandacht voor interculturaliteit een absolute noodzaak is, zeker in Brussel, een grootstad met een multiculturele bevolking. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
De commissie merkt op dat de organisatie een onrealistisch hoog bedrag vraagt in het huidige financiële klimaat. Ze merkt op dat er heel wat prestigeprojecten in het programma zijn opgenomen, waar een heel hoog prijskaartje aan vast hangt. Bovendien vindt de commissie de artistieke waarde hiervan geenszins in verhouding. De commissie vindt een uitbreiding van het personeelskader niet aan de orde. Ze geeft mee dat het festival aansluiting zou moeten vinden bij bestaande structuren, wat de personeelskosten en andere overhead aanzienlijk zou kunnen drukken. Bovendien is er weinig synergie tussen de verschillende Festivals van Vlaanderen. Een grotere administratieve ondersteuning vanuit de koepel, leidt ook tot een beperking van de overheadkosten.
Pagina 37 van 109
De commissie stelt vast dat de organisatie in hoge mate een beroep doet op subsidies vanuit de Vlaamse overheid. Een echt hecht Brussels festival zou evenwichtig moeten worden gefinancierd door de verschillende gemeenschappen, stad en Europese Unie. De commissie komt niet tot een eensgezind standpunt. Een meerderheid binnen de commissie vindt dat het luik Klarafestival een waarde heeft in Vlaanderen en, afgezien van enkele te megalomane producties, zeker ondersteuning verdient. Ze vindt echter dat het festival een waardevol programma moet kunnen uitbouwen met een subsidie die wat lager ligt dan het bedrag dat in de voorgaande periode werd toegekend. Een minderheid binnen de commissie vindt eveneens dat het Klarafestival nog kan worden ondersteund, maar adviseert een aanzienlijke daling van het bedrag ten opzichte van de voorgaande periode omwille van het inhoudelijk-artistieke programma dat onduidelijk, minder scherp en te mainstream is. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag. 3
Gemotiveerde behandeling repliek
In haar repliek geeft de organisatie enkele verdere toelichtingen, hoofdzakelijk in verband met het artistiek-inhoudelijke profiel, maar ook in verband met de profilering, de langetermijnvisie, de publieksgerichtheid, de interculturaliteit en enkele zakelijke elementen. De commissie neemt nota van de verduidelijkingen in verband met de programmering en gaat er mee akkoord dat die voor het Klarafestival inderdaad niet altijd mainstream of minder scherp is. De commissie herhaalt dat ze dat onderdeel van de werking waardevol vindt en het een uitdaging vindt dat het Klarafestival op een breed publiek mikt. De commissie is minder overtuigd van de overige projecten. Ze stelt vast dat er voor sommige hiervan exuberante uitkoopsommen worden betaald. Het gaat hierbij dan wel om topensembles, maar zonder exclusieve programma's. De commissie vindt het geen probleem dat de organisatie zich op topniveau wil manifesteren, maar geeft aan dat dit niet enkel met grote orkesten hoeft te gebeuren. Samenvattend is de commissie van oordeel dat de organisatie er moet over waken niet te veel haar toevlucht te nemen tot te megalomane projecten. Die zijn immers zeer duur en de huidige conjunctuur laat niet toe om het gevraagde groeiscenario te volgen. Tot slot neemt de commissie nota van de bijkomende informatie over de European Galas, waaruit blijkt dat de subsidie uit het Kunstendecreet hiervoor niet wordt gebruikt. De commissie is van oordeel dat de verduidelijkingen niet van die aard zijn dat ze een fundamentele wijziging van het meerderheidsstandpunt in het voorlopige advies inhouden en handhaaft dit dan ook. Op basis van de verduidelijkingen schrapt de commissie wel haar minderheidsstandpunt. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag.
Pagina 38 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Zakelijk advies
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-002
Organisatie:
Festival van Vlaanderen Internationaal – Brussel/Europa
Gevraagd bedrag:
1.255.088,10 euro
1
Beknopte historiek organisatie
Het Festival van Vlaanderen Brussel is een internationaal muziekfestival met een hoofdzakelijk klassiek repertoire. Het werd opgericht in 1969 en heeft bijgevolg een lange traditie opgebouwd, ook op het vlak van subsidiëring. In 2007-2009 kreeg de organisatie een jaarlijkse subsidie van 450.000 euro, in de periode 2010-2012 steeg de subsidie naar 580.000 euro (in 2011 werd 554.276,06 euro toegekend). Voor de subsidieperiode 2013-2016 wordt nu jaarlijks gemiddeld 1.255.088,10 euro gevraagd (1.200.000 euro in 2013). 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
Uit de evaluatie van de werking 2010 blijkt dat het actieplan goed werd gerealiseerd, er werden geen bijzondere problemen vastgesteld. Op het financiële vlak moet wel worden opgemerkt dat er in 2010 een negatief resultaat werd geboekt van -168.879 euro waardoor er nog maar nauwelijks positief vermogen overblijft. De organisatie heeft zich voorgenomen om hierin bij te sturen. Een tussentijdse balans in 2011 moet dit kunnen aantonen. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
De visie op lange termijn wordt uitgebreid en doordacht toegelicht en is voor 2013 al erg concreet ingevuld. De artistieke werking zal vanaf 2012 en dan ook voor de volgende jaren worden opgesplitst in drie entiteiten. Zo is er het KLARAfestival, een omroepfestival met live uitzendingen (in september), dat een platform wil zijn voor artistieke ontwikkelingen in de klassieke muziek, het tweede luik zijn de Europese Gala’s die vier keer per jaar internationale toporkesten presenteren en ten slotte is er het MUSMA/European Broadcasting Festival, een samenwerking tussen 10 Europese muziekfestivals en 10 radiostations. Ook op het kunsteducatieve vlak zijn er verschillende uitgewerkte initiatieven (o.m. Festival on Tour, Dorp op Stap::Young, ClubK, Shanti!Shanti!) die allemaal drempelverlagend willen zijn. Ook de internationale werking komt uiteraard ruim aan bod. 3.2
Samenwerking en netwerking
De samenwerking en netwerking is uitgebreid en divers en wordt per niveau grondig toegelicht. In Brussel zijn er de structurele samenwerkingsverbanden met de grote huizen zoals o.m. Bozar, Flagey, de Munt, de AB en de Beursschouwburg. Het Klarafestival fungeert daarbij als coördinator. Op het Vlaamse niveau zijn er afspraken met deSingel en het Concertgebouw voor een aantal internationale coproducties (ook in het kader van het Klarafestival). Internationaal zijn er de Europese Gala’s, het Europees project MUSMA en een aantal andere formele en informele netwerken.
Pagina 39 van 109
3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven bedragen 3.260.700 euro waarvan 501.000 euro (15%) voor het personeel in loondienst (brutobedrag post 62), wat overeenkomt met een personeelsbezetting van 7,292 vte. Het gaat daarbij om de zakelijk leider (1 vte), een administratief medewerker (1 vte), medewerkers voor communicatie en publiekswerking (ongeveer 2 vte) en een aantal technische-artistieke bedienden (3,25 vte). De artistiek leider wordt vergoed op zelfstandige basis (komt overeen met 1 vte). Een erg belangrijke uitgavenpost binnen de overhead is de promotie en verkoop voor in totaal 698.000 euro (21% van het budget). Er zijn ook uitzonderlijke kosten voor een bedrag van 349.000 euro. Dit bedrag wordt wel uitgesplitst per project maar wordt verder niet transparant toegelicht. De artistieke productiekosten bedragen 1.320.535 euro (40%), vrijwel volledig besteed aan uitkoopsommen. Aan de inkomstenzijde is er een eigen omzet van 1.681.450 euro (51,5%). Het gaat enerzijds om eigen verkoop, anderzijds om een bijzonder hoog bedrag aan sponsoring (meer dan 1 miljoen euro). Het totaal aan subsidies bedraagt 1.579.250 euro waarvan aan de Vlaamse Gemeenschap 1.200.000 euro (bijna 37%) werkingssubsidie wordt gevraagd. Andere subsidiebronnen zijn o.m. een projectsubsidie van de Vlaamse Gemeenschap (100.000 euro) en subsidies van het Brussels Gewest (190.000 euro). Als conclusie zijn we van mening dat de eigen omzet behoorlijk is en dat het festival zich inspant om voldoende te investeren in artistieke producties. 3.4
Publieksgerichtheid
De publiekswerking wordt doordacht en gedetailleerd toegelicht. Een bijzondere uitdaging is het samenbrengen van twee verschillende doelgroepen nl. zowel de individuele concertbezoekers als de radioluisteraars. Daarnaast richt de programmering zich zowel op het brede publiek als op de melomaan en trouwe festivalbezoeker. Er zijn ook initiatieven om nieuw en jong publiek aan te spreken en er wordt een gediversifieerd prijsbeleid gevoerd. In de communicatie en promotie wordt volop ingezet op de nieuwe mogelijkheden zoals website (te ontwikkelen tot multimediaplatform), e-zines, sociale media en media partnerships. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
De organisatie vraagt voor 2013-2016 een jaarlijkse subsidie van gemiddeld ongeveer 1.255.000 euro. Tegenover de huidige subsidieperiode is dit een jaarlijkse stijging met 675.000 euro of meer dan een verdubbeling. Tegenover het referentiejaar 2010 zou de eigen omzet slechts licht stijgen, van 48% in 2010 naar ongeveer 51% in 2013. Het aandeel van de werkingssubsidie zou in het totale inkomstenplaatje echter aanzienlijk toenemen nl. van ongeveer 23% (referentiejaar 2010) naar bijna 37% in 2013. Nog frappanter is het relatieve aandeel van de werkingssubsidie binnen de globale subsidiëring, deze stijgt nl. van 45,7% in 2010 naar 76% in 2013. Het agentschap kan hierbij alleen maar herhalen wat in het zakelijk advies met betrekking tot het dossier 2010-2012 werd gesteld nl. dat de inkomsten uit de andere subsidiebronnen worden onderschat. De afrekening van 2010 heeft dit nadien duidelijk aangetoond (er werd toen 465.000 euro aan ‘andere subsidies’ gerealiseerd ten opzichte van 160.000 euro die was geraamd in de begroting). Anderzijds is de
Pagina 40 van 109
organisatie ervan overtuigd dat de eigen inkomsten nog kunnen stijgen zowel op het vlak van ticketing (+ 19,3%) als sponsoring (een raming van +7,6% in de periode 20132016). Het agentschap steunt deze ambitie maar begrijpt niet dat er desondanks een verdubbeling van de subsidie wordt gevraagd. Een verhoging van de eigen inkomsten is weinig zinvol als de uitgaven die er tegenover staan, moeten worden gedekt door overheidssubsidie. Als conclusie is het agentschap van mening dat het voorgestelde groeipad van dit nochtans gewaardeerde festival zakelijk niet kan overtuigen en ook niet realistisch is uitgewerkt. Er kunnen meer eigen inkomsten worden gerealiseerd dan aangegeven in de begroting. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistieke beleidsplan wordt goed gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan. Zoals al gesteld, gaat het agentschap echter niet akkoord met de voorgestelde uitbreiding van het personeelsbestand en evenmin met een verhoging van het subsidiebedrag. 3.8
Haalbaarheid
Op basis van de huidige en de voorbije werking heeft de organisatie de nodige expertise kunnen aantonen. In functie van het criterium haalbaarheid, lijkt de realisatie van de voorgelegde plannen mogelijk. Het agentschap wijst er wel op dat de organisatie haar werking mogelijk zal dienen te realiseren met minder middelen dan gevraagd. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
Het agentschap neemt kennis van de toelichting en de detaillering die wordt gegeven over de subsidies in 2010 en in 2011. Voor wat betreft de eigen inkomsten kan het agentschap de repliek aanvaarden dat de ticketinkomsten en de sponsorinkomsten realistisch zijn ingeschat. Dit houdt wel in dat het ingediende beleidsplan slechts kan worden gerealiseerd indien de werkingssubsidie wordt verdubbeld ten opzichte van de huidige subsidieperiode. In dit verband kan alleen maar worden herhaald dat het agentschap het niet wenselijk en niet realistisch vindt dat de werking van het festival in steeds grotere mate afhankelijk wordt van overheidssubsidies. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht.
Pagina 41 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-003
Organisatie:
Trefpunt
Gevraagd bedrag:
150.000,00 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
Trefpunt is een van de belangrijkste organisatoren tijdens de Gentse Feesten. Tijdens dat gratis tiendaagse stadsfestival, neemt Trefpunt de programmering op acht locaties voor zijn rekening, waaronder Sint-Jacobs en het Baudelopark. Trefpunt beperkt zich niet tot muziek, ook aan kruisbestuivingen met andere kunsttakken en debatten wordt aandacht besteed. Buiten de Gentse Feesten organiseert Trefpunt wekelijkse concerten in het eigen café waarbij de klemtoon ligt op speelkansen en ontmoeting. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
De Beoordelingscommissie Muziek erkent dat het aandeel van Trefpunt in de Gentse Feesten groot is. Naast eigen producties zijn er coproducties en samenwerkingen. Binnen de eigen producties staat het artist in residence programma centraal, in de komende periode wordt hiermee doorgegaan. De commissie stelt dat het moeilijk is om de artistieke waarde van dit luik in te schatten. Op het vlak van de samenwerkingen, heeft Trefpunt al concrete plannen. Elk jaar wordt rond een thema gewerkt. Vooral het ambitieuze Marobelproject in 2014 valt hierbij op. De commissie kijkt uit naar de uitwisseling tussen Vlaamse en Marokkaanse muzikanten. De receptieve werking situeert zich vooral tijdens de Gentse Feesten. De commissie stelt vast dat de programmering de afgelopen jaren soms vreemd was: op sommige podia werden op een avond verschillende groepen geprogrammeerd zonder duidelijke lijn. De commissie merkt op dat een deel van de programmering toch redelijk commercieel is geworden, maar vindt het positief dat de organisatie ook nog risico's durft nemen. De commissie stelt zich wel vragen bij de investering in de dansstudio. Ze vindt dat dit geen deel uitmaakt van de werking als muziekfestival en neemt dit dan ook niet voor subsidiëring in aanmerking. 1.3
Profilering en positionering
Hoewel Trefpunt zich profileert als productiecentrum voor kunsten in de breedste zin van het woord, blijft de rode draad muziek. Trefpunt heeft een sterk geëngageerd, kwaliteitsvol en volks profiel dat weliswaar niet altijd even vernieuwend is. 1.4
Langetermijnvisie
Trefpunt heef al concrete plannen voor de komende jaren. De organisatie kan haar werking op lange termijn blijven realiseren en met haar omgevingsbewustzijn is ze een trendsetter. Inhoudelijk moet ze er op letten dat er voldoende ruimte is voor vernieuwing.
Pagina 42 van 109
1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
Door het grote publieksbereik tijdens de Gentse Feesten heeft de organisatie een landelijke uitstraling. Door de programmering en de coproducties ook buiten Vlaanderen. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Trefpunt heeft een duidelijke meerwaarde voor de regio. Een van de sterktes van de organisatie is de actieve rol die ze speelt in haar omgeving. Ze neemt haar verantwoordelijkheid, versterkt het regionale netwerk en werkt drempelverlagend. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Ook het maatschappelijk belang van Trefpunt is groot. Trefpunt wil een multidisciplinair platform zijn voor kunstenaars en biedt trajectbegeleiding aan. Voorbeelden van projecten met een sociaal belang zijn de coproducties zoals Marobel, met een groot educatief luik, het jaarlijkse solidariteitsproject 'One Day for Another World' en de medewerking aan 'Gipsy's in het Park'. 1.8
Samenwerking en netwerking
Trefpunt heeft een ruim netwerk in Gent en Vlaanderen. Actoren die binnen dezelfde filosofie werken, worden betrokken. Op die manier worden de krachten gebundeld. Het is niet altijd even duidelijk wie initiatiefnemer is en wie partner. 1.9
Publieksgerichtheid
De organisatie probeert een zo breed mogelijk publiek te bereiken en dit te confronteren met minder toegankelijke producties. De publiekswerking is vrij traditioneel en maakt gebruik van communicatiemiddelen als affiches, plooifolders en een programmabrochure in Knack. De commissie is van oordeel dat de organisatie met zo een groot potentieel publiek wel iets meer creativiteit in haar publiekswerking zou kunnen vertonen. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit is aanwezig in de hele werking van de organisatie, zowel in de programmatie, de eigen producties als de coproducties. De organisatie ondertekende in 2009 ook het Charter voor Interculturele Dialoog. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
De beoordelingscommissie stelt zich ernstige vragen bij de constructie waarbij de horeca-inkomsten in de aparte vzw Tuin van Eden worden ondergebracht, een vzw met de artistiek leider van Trefpunt als voorzitter. Op die manier worden winstgevende onderdelen uit Trefpunt gehaald, waardoor de vzw op een onnatuurlijke manier meer subsidieafhankelijk wordt. Wanneer Trefpunt de horeca-activiteiten zelf zou blijven doen, zou dit meer inkomsten genereren. De commissie stelt trouwens dat een percentage van 38,5% van de omzet weinig is. De commissie stelt eveneens vast dat een goede verloning van de artiesten geen prioriteit lijkt te zijn voor Trefpunt. Een voorbeeld hiervan zijn de muzikanten van het
Pagina 43 van 109
project Gentse Vleugels, die enkel worden vergoed via een vrije bijdrage van de bezoeker. Dit staat in schril contrast met de horeca-inkomsten die de organisatie heeft of zou kunnen hebben. Samen met het feit dat de commissie het geen prioriteit vindt om een dansstudio te financieren, is ze van oordeel dat een verhoging van de subsidie ten opzichte van de vorige periode niet aan de orde is. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag. 3
Gemotiveerde behandeling repliek
In haar repliek geeft de organisatie enkele verdere toelichtingen, onder meer in verband met de programmering, de publieksgerichtheid, de overeenkomst met Tuin van Eden en de verloning van de artiesten. De commissie neemt hiervan nota, maar omdat het gaat om verduidelijkingen die geen fundamentele wijziging van het voorlopige advies inhouden, handhaaft ze dan ook haar voorlopige advies. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag.
Pagina 44 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Zakelijk advies
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-003
Organisatie:
vzw Trefpunt, Productiecentrum voor Kunsten
Gevraagd bedrag:
150.000 euro
1
Beknopte historiek organisatie
Trefpunt is één van de belangrijkste organisatoren van de Gentse Feesten en staat o.m. in voor de programmering aan Sint-Jacobs en in het Baudelopark. In totaal gaat het nu om 8 locaties tijdens het tiendaagse stadsfestival dat jaarlijks plaatsvindt in juli. In de periode 2007-2009 kreeg de organisatie een jaarlijkse subsidie van 90.000 euro, in 2010-2012 is dat 95.000 euro (in 2011 werd 91.440,22 euro toegekend). Voor de subsidieperiode 2013-2016 wordt nu jaarlijks 150.000 euro gevraagd. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
De organisatie wordt al geruime tijd gesubsidieerd via een meerjarige subsidie. Bij de uitvoering van het vooropgestelde programma zijn geen onregelmatigheden vastgesteld. Uit de evaluatie van de werking in 2010 blijkt dat het actieplan in grote lijnen werd uitgevoerd. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
Trefpunt profileert zich als een ‘productiecentrum voor kunsten’ en wil een multidisciplinair platform aanbieden met een evenwicht tussen traditie en vernieuwing. Muziek blijft wel de rode draad doorheen het festival. De langetermijnvisie, zowel productief als receptief, wordt goed toegelicht. De planning voor de komende jaren is al vrij concreet aangegeven. 3.2
Samenwerking en netwerking
Er zijn heel wat samenwerkingsverbanden zowel op artistiek, zakelijk als sociaal gebied, vele projecten komen ook tot stand via coproductie. De netwerking is erg uitgebouwd. Op het productieve vlak wordt o.a. samengewerkt met Muziekcentrum Dranouter, het Circuscentrum, vzw Hardscore, met NGO’s en met Waalse programmatoren. Ook receptief is er een gevarieerd aanbod en is er een lange lijst van partners. 3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven bedragen 897.092 euro waarvan voor het personeel in loondienst (post 62). Het gaat o.a. om een artistiek directeur, een zakelijk leider en een verantwoordelijke voor productionele ondersteuning en communicatie. Daarnaast is er tijdelijk personeel (vrijwilligers en studenten). De artistieke productiekosten worden geraamd op 417.643 euro (46%) van het totale budget, waarvan 187.453 euro als vergoeding voor de kunstenaars (ongeveer 21% van de totale uitgaven). De overheadkosten worden voldoende onder controle gehouden.
Pagina 45 van 109
Op het vlak van de inkomsten wordt gerekend op een omzet van 504.426 euro (56% van het budget), dit is een goed percentage. In deze omzet bedragen de inkomsten uit foyer, bookshop, café e.d. in totaal 202.500 euro. Onduidelijk is de detail van de gevraagde subsidie bij de Vlaamse Gemeenschap. Het gevraagde bedrag is immers opgesplitst in 120.000 euro meerjarige subsidie en 30.000 euro als projectsubsidie (bijkomend ook nog 20.000 euro ‘internationaal’). Naast de Vlaamse Gemeenschap geeft ook de stad Gent een belangrijke subsidie (148.685 euro in 2010, nu wordt 169.246 euro gevraagd). 3.4
Publieksgerichtheid
Het publieksbereik is erg uitgebreid, volgens de cijfers van de stad Gent zijn er dagelijks 150.000 tot 200.000 bezoekers voor de Gentse Feesten. Trefpunt neemt binnen het stadsfestival een belangrijke plaats in, welk percentage van de bezoekers hiervan kan worden beschouwd als ‘eigen publiek’ is uiteraard moeilijk te becijferen, het is in elk geval erg groot. Er wordt gezocht naar een evenwicht tussen laagdrempeligheid en meer experimentele, vernieuwende initiatieven, als een vorm van ‘cultuureducatie’. In de publiekswerking wordt veel nadruk gelegd op duurzaamheid. Dit gaat van investeringen in geluidsapparatuur (correcte geluidsnormen) tot veiligheid en toegankelijkheid. Het eigen communicatieplan wordt toegelicht. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
De organisatie vraagt een subsidie van jaarlijks 150.000 euro, dit is een stijging met 58%. Tegenover het referentiejaar 2010 zou het aandeel van de werkingssubsidie hierdoor verhogen van 12% naar 16%. Er moet wel worden opgemerkt dat het subsidiebedrag sinds 2007 vrijwel ongewijzigd is gebleven. De stijging wordt in de eerste plaats gevraagd voor de uitbreiding van het personeelskader. In de huidige bezetting (cijfers van het werkingsverslag 2010) is de artistieke en zakelijke leiding voltijds ingevuld, met alle medewerkers samen gaat het om 3,71 vte. In de gewenste situatie zou er een extra voltijds medewerker in loondienst komen voor ‘artistiek productie, communicatie en administratie’. Het aantal vte stijgt in totaal (technisch-artistieke medewerkers inbegrepen) naar 6,41. Dit is toch een duidelijke toename van de overhead. Het concept ‘Gentse Feesten’ waarbinnen Trefpunt actief is, is erg bekend en publiekstoegankelijk. De vraag kan worden gesteld of in dit kader nog meer moeten worden ingezet op communicatie. Anderzijds stellen we vast dat de eigen inkomsten dalen van bijna 65% in 2010 (het gaat om alle opbrengsten behalve de subsidies) naar 56% in 2013. Als conclusie vindt het agentschap het niet wenselijk dat de subsidie wordt verhoogd terwijl tegelijk de overhead toeneemt. Het agentschap stelt daarom een status quo voor in de subsidiëring. Een lichte stijging die rekening houdt met de aanpassing van de lonen aan de index is wel aanvaardbaar. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistieke plan wordt goed gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan. Maar zoals al gesteld is het agentschap van mening dat dit kan worden gerealiseerd met een lager bedrag dan gevraagd.
Pagina 46 van 109
3.8
Haalbaarheid
Het artistieke en zakelijke beleidsplan getuigen van een duidelijke visie. Op basis van de huidige en voorbije werking heeft de organisatie de nodige expertise kunnen aantonen. In functie van het criterium haalbaarheid, lijkt de realisatie van de voorgelegde plannen mogelijk. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
Het agentschap neemt kennis van de duiding die de organisatie geeft over het communicatieplan, maar vindt hierin geen nieuwe argumenten om zijn standpunt over een realistisch groeipad bij te sturen. De repliek van Trefpunt, dat de gevraagde subsidieverhoging niet enkel wordt aangevraagd om personeelskosten te dekken, maar hoofdzakelijk dient voor de uitbreiding van de artistieke werking, kan het agentschap niet overtuigen. Het ingediende financiële beleidsplan legt vooral de nadruk op een uitbreiding van de personeelsbezetting. Dat de verhoging nu veeleer zou worden besteed aan de artistieke werking, wordt in de repliek niet verder financieel onderbouwd. Het agentschap blijft daarom bij zijn advies voor een status quo wat betreft de subsidiëring. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht.
Pagina 47 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Artistiek advies
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-004
Organisatie:
Festival van Vlaanderen - Gent en Historische Steden
Gevraagd bedrag:
360.635,00 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Festival van Vlaanderen - Gent en Historische Steden bestaat al 54 jaar en is de basis van het concept Festival van Vlaanderen. Jaarlijks programmeert het een 180-tal concerten en andere activiteiten. De meeste daarvan vinden plaats in het kader van het eigenlijke stadsfestival in Gent. Daarnaast zijn er een aantal concerten in andere locaties in Oost-Vlaanderen (het luik ‘historische steden’). Sinds 2006 is er een mooie evolutie merkbaar. Naast de traditionele programmering van klassieke concerten is er immers een steeds interessanter aanbod van alternatieve, vaak multidisciplinaire concerten en voorstellingen. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
Festival van Vlaanderen – Gent en Historische Steden heeft oog voor vernieuwing, vooral wat concertformules betreft en programma’s. De programmering is eigenzinnig en biedt een waaier van verschillende genres. De concerten zijn van een hoge artistieke kwaliteit. Er wordt publieksverbredend gewerkt, ook waar de programmering moeilijker is. Af en toe staan er moeilijker werken op het programma, die een ruim publiek weten te genereren. De enorme publieksopkomst voor het startevenement ‘OdeGand’ staat mee garant voor dit succes. Er is recent een wissel in de artistieke directie van Festival van Vlaanderen - Gent en Historische Steden doorgevoerd. Isaline Claeys is de nieuwe artistieke coördinator in opvolging van Jelle Dierickx. Het is wel opvallend dat het aanvraagdossier op geen enkele manier ingaat op deze wissel en de eventuele gevolgen daarvan. De nieuwe artistieke coördinator wordt zelfs niet eens voorgesteld. De Beoordelingscommissie Muziek vindt dit zeer eigenaardig. De voorgestelde planning geeft wel de indruk dat men de lijn van de voorbije jaren wil voortzetten. De plannen voor de periode 2013-2016 zijn nog weinig concreet. Vaak wordt de artistieke werking geschetst vanuit het verleden met een aantal mogelijke pistes voor de toekomst. De festivaledities worden steeds uitgewerkt rond thema’s, wat zorgt voor een heldere structuur en een duidelijke communicatie. In de periode 2013-2016 wil men werken rond kernbegrippen als vervoering en wetenschap, maar veel meer is er nog niet geweten. Ieder jaar is er een aantal eigen producties. Happenings als OdeGand, KidsOdeGand, Avanti en uFo=FOU zijn gericht op creaties. Het festival brengt ook steeds een aantal muziekeducatieve activiteiten en sociaal-artistieke projecten. Daarvoor werkt men samen met Matrix, Musica - Impulscentrum voor Muziek, Victoria Deluxe en het Forum voor Amateurkunsten. Men kan zich afvragen of het luik van de concerten in de historische steden buiten Gent wel bij dit festival kan worden gerekend. In veel gevallen worden die concerten volledig georganiseerd door een lokale organisator en is de enige betrokkenheid van het Festival van Vlaanderen – Gent en Historische Steden het gebruik van de naam.
Pagina 48 van 109
1.3
Profilering en positionering
Festival van Vlaanderen - Gent en Historische Steden heeft in de eerste plaats het profiel van een stadsfestival dat de laatste jaren evolueerde tot de opener van het nieuwe cultuurseizoen. Het programmeert binnen een brede niche en beoogt zoveel mogelijk bewoners te betrekken. 1.4
Langetermijnvisie
FvV Gent heeft een duidelijke langetermijnvisie. De structuur van het festival is stevig. Het dossier geeft de indruk dat de nieuwe artistieke leiding bereid is verder te werken in het spoor van de vorige. De toekomst zal moeten uitwijzen of het festival onder de nieuwe artistieke coördinator het evenwicht tussen artisticiteit en verbreding, tussen niche en groot publiek kan behouden. In het dossier worden een aantal succesformules in verband met concertvernieuwing verder uitgewerkt. 1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
Festival van Vlaanderen - Gent en Historische Steden heeft een landelijke uitstraling en heeft in het buitenland een goede reputatie. Het festival gaat de komende jaren nog meer focussen op zijn internationale dimensie. In 2012 verzorgt het mee de ouverture van de World Music Days die in Vlaanderen worden georganiseerd. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Het stadsfestival is uiteraard van groot belang voor Gent. Vooral de creatieve manier om een ruimer publiek te betrekken is voorbeeldig. De spreiding van concerten in de provincie Oost-Vlaanderen is een meerwaarde voor de regio. Het festival trekt (buitenlandse) programmatoren aan en biedt zo kansen aan lokale componisten en uitvoerders om (internationaal) opgemerkt te worden. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
De muziekeducatieve en sociaal-artistieke initiatieven in het kader van het stadsfestival zijn maatschappelijk en sociaal belangrijk. Met het project ‘Jouw Sleutel naar het Festival’ probeert men de participatie van kansarmen aan het festival te verhogen. 1.8
Samenwerking en netwerking
Festival van Vlaanderen - Gent en Historische Steden werkt goed samen met diverse andere organisatoren in Gent en ook met organisatoren op andere plaatsen (voor het luik historische steden). Voor deelaspecten van de werking wordt samengewerkt met gespecialiseerde partners. De organisatie maakt deel uit van een groot internationaal netwerk. 1.9
Publieksgerichtheid
De werking van Festival van Vlaanderen - Gent en Historische Steden is in feite een schoolvoorbeeld voor publieksgerichtheid omwille van de diverse publieksverbredende initiatieven. Voor elke festivaleditie is er een intensieve communicatiecampagne via diverse kanalen.
Pagina 49 van 109
Met het project 'Jouw Sleutel naar het Festival' voor kansengroepen blijkt dat Festival van Vlaanderen - Gent oog heeft voor moeilijker bereikbare publieksgroepen. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
De werking van Festival van Vlaanderen - Gent en Historische Steden getuigt zeker van aandacht voor diversiteit op artistiek vlak. De organisatie besteedt geen aandacht aan interculturaliteit. In de huidige Vlaamse maatschappelijke context vindt de commissie echter dat interculturaliteit een absolute noodzaak is. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
Festival van Vlaanderen - Gent vraagt een forse verhoging van het subsidiebedrag ten opzichte van de vorige periode. De toelichting bij de begroting is karig, waardoor de motivering van de vraag voor een hogere subsidie niet helemaal duidelijk is. De personeelskost beslaat bijna evenveel als de artistieke productiekosten. Het festival kan wel een deel van deze kost recupereren via samenwerking met Festival van Vlaanderen - Brussel. Dit zorgt echter voor een weinig transparant systeem. Sommige personeelsleden blijken zowel voor de afdeling Brussel als de afdeling Gent te werken.. Een aantal personeelsleden wordt wel zeer riant vergoed. Op zich heeft een organisatie uiteraard het volste recht om dergelijke vergoedingen te betalen, maar het kan niet de bedoeling zijn dat dit mede met subsidiegeld wordt gefinancierd. Het festival wenst een bijkomende deeltijdse werknemer aan te werven, meer bepaald een muziekdramaturg. Die zou de inhoudelijke invulling van het festivalthema op zich moeten nemen. De vraag is natuurlijk of muziekdramaturgie niet (ook) de taak is van de artistieke leiding. De promotiekosten zijn immens, maar wellicht is dat beeld wat vertekend doordat het vaak om ruilsponsoring gaat. Wat de inkomsten betreft, wordt het festival zeer evenwichtig gefinancierd. De eigen inkomsten zijn hoog omwille van goede sponsordeals, vip-arrangementen en publiekswerving. Het festival krijgt ook aanzienlijke subsidies van de stad Gent en de provincie Oost-Vlaanderen. De commissie komt niet tot een eensgezind standpunt. Een meerderheid binnen de commissie adviseert een substantiële verhoging ten opzichte van de voorgaande periode. Een minderheid binnen de commissie is van oordeel dat de plannen moeten kunnen worden gerealiseerd met een beperkte verhoging omwille van indexering en anciënniteit. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag. 3
Gemotiveerde behandeling repliek
In haar repliek geeft de organisatie enkele verdere toelichtingen, onder meer in verband met wissel van de artistieke leider en de overige personeelsinvulling, de interculturaliteit en de plaats van de concerten buiten Gent in de volledige werking van de organisatie. De commissie neemt hiervan nota, maar omdat het gaat om verduidelijkingen die geen fundamentele wijziging van het voorlopige advies inhouden, handhaaft ze dan ook haar meerderheidsstandpunt. Op basis van de bijkomende toelichtingen, schrapt ze wel haar minderheidsstandpunt.
Pagina 50 van 109
4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag.
Pagina 51 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Zakelijk advies
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-004
Organisatie:
Festival van Vlaanderen - Gent & Historische Steden
Gevraagd bedrag:
360.635,00 euro
1
Beknopte historiek organisatie
In de periode 2007-2009 kreeg de organisatie een subsidie van 250.000 euro per jaar, in 2010-2012 werd de subsidie verhoogd naar jaarlijks 280.000 euro (in 2011 werd 269.508,02 euro toegekend). Voor 2013-2016 wordt jaarlijks gemiddeld 360.635,00 euro gevraagd. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
De organisatie heeft een degelijke werking uitgebouwd en is financieel gezond, er werd een beperkte financiële reserve opgebouwd. Uit de evaluatie van de werking 2010 blijkt dat het actieplan getrouw werd uitgevoerd, er werden geen bijzondere problemen vastgesteld. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
Het Festival van Vlaanderen Gent & Historische Steden profileert zich als een internationaal muziekfestival met een traditie in het brengen van klassiek, kwaliteitsvol concertrepertoire én is tegelijkertijd ook bereid om artistieke risico’s te nemen. Op jaarbasis worden ongeveer 180 concerten georganiseerd. In het beleidsplan wordt aandacht besteed aan de werking op lange termijn. 3.2
Samenwerking en netwerking
Het aantal partners is erg uitgebreid en divers. Er wordt jaarlijks samengewerkt met artistieke huizen zoals Vooruit, Handelsbeurs en de Vlaamse Opera en met ensembles en organisaties zoals o.a. Collegium Vocale, Les Ballets C. de la B., Lod, Transparant en Victoria Deluxe. Door de samenwerking met ruim dertig steden in Oost-Vlaanderen wordt de formule van het klassieke stadsfestival doorbroken. Organisatorisch zijn er bijgevolg partners op alle bestuursniveaus (lokale verenigingen, steden en gemeenten, provincie) en uiteraard ook internationaal. 3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven bedragen 2.440.728 euro waarvan 827.600 euro (34%) voor het personeel in loondienst (post 62 in de begroting). Wat overeenkomt met 9,17 vte (13 medewerkers). Daarnaast is er nog vergoeding voor een artistieke medewerker op zelfstandige basis (ongeveer 92.000 euro). De omzet bedraagt 1.459.228 euro (bijna 60% van de totale inkomsten). Naast de verkoop van tickets en de inkomsten uit samenwerking, valt vooral het hoge bedrag op dat als sponsoring is ingeschreven nl. 840.550 euro. Naast de subsidie van de Vlaamse
Pagina 52 van 109
Gemeenschap zijn er nog belangrijke subsidies van o.m. de provincie en van de stad Gent. Het artistieke budget (post 61) wordt geraamd op 893.640 euro (36% van het totale budget) waarvan 470.000 euro aan uitkoopsommen. Rekening houdend met het budget dat daarbovenop aan het artistiek personeel wordt besteed, is er een voldoende evenwicht tussen de overhead en de artistieke kosten. 3.4
Publieksgerichtheid
De publiekswerking is doordacht en wordt gedetailleerd toegelicht. Men wil een zo divers mogelijk publiek aanspreken, zowel qua leeftijd (jongeren, studenten, senioren) als wat betreft de sociale achtergrond en de economische draagkracht (kortingen voor specifieke doelgroepen). Naast de reguliere ticketverkoop wordt veel samengewerkt met scholen, groepen en organisaties. Voor de ticketverkoop wordt een beroep gedaan op Uitbureau, dat ook andere organisaties bedient. Op het vlak van de werving zijn er een aantal communicatiecampagnes (affichage, flyers, interactieve website) en partnerships. De publieksgerichtheid is professioneel uitgewerkt. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
De organisatie vraagt een subsidie van jaarlijks gemiddeld 360.635 euro, dit is een stijging met ongeveer 80.000 euro of ongeveer 28%. Tegenover het referentiejaar 2010 zou het aandeel van de werkingssubsidie hiermee stijgen van ongeveer 10% naar bijna 15%. Er wordt met name een bijkomende aanwerving voorzien van een muziekdramaturg die de artistieke coördinator moet bijstaan om het festivalthema en de inhoud van de concerten mee vorm te geven. In de huidige bezetting van het personeel in loondienst (cijfers van het werkingsverslag 2010) bedraagt het aantal vte 7,83. In de begroting 2013-2016 stijgt dit naar 9,17 vte, dit is een uitbreiding met 1,34. Het gaat daarbij in hoofdzaak om een voltijds extra ‘artistiek-inhoudelijk medewerker’. Het agentschap gaat ervan uit dat hiermee de muziekdramaturg is bedoeld. Voor 2013 is hiervoor een loon ingeschreven van 56.000 euro. Anderzijds stellen we vast dat de eigen inkomsten dalen van ruim 65% in 2010 (het gaat om alle opbrengsten behalve de subsidies) naar gemiddeld 60% in de nieuwe periode, wat zeker nog een goed cijfer is. Als conclusie zijn we van mening dat de huidige personeelsomkadering nu al ruim is, een hogere subsidie om de uitbreiding van het personeelskader te financieren, wordt niet aanbevolen. Het agentschap stelt een status quo voor in de subsidiëring. Een lichte stijging die rekening houdt met de aanpassing van de lonen aan de index is wel aanvaardbaar. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistiek beleidsplan wordt goed gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan, de begrotingsposten worden voldoende toegelicht.
Pagina 53 van 109
3.8
Haalbaarheid
Op basis van de huidige en de voorbije werking heeft de organisatie de nodige expertise en ervaring kunnen aantonen. In functie van het criterium haalbaarheid, lijkt de realisatie van de voorgelegde plannen absoluut mogelijk. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
In zijn repliek argumenteert het Festival dat de subsidieverhoging zou worden gebruikt voor meer eigen producties die zowel in binnen- als buitenland zullen worden gepresenteerd. Dit zou toelaten om verder te groeien als voorbeeldfestival. De organisatie wijst ook op de vrijwel maximale zaalbezetting die weinig groeimarge toelaat. Het agentschap heeft begrip voor deze argumenten en laat de noodzaak voor een subsidieverhoging afhangen van de appreciatie door de beoordelingscommissie Muziek. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht.
Pagina 54 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-005
Organisatie:
Funky Fun Productions
Gevraagd bedrag:
50.000,00 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
Funky Fun Productions organiseert jaarlijks Reggae Geel, een tweedaags reggaefestival in augustus. Het festival is kleinschalig gestart in 1968. De bedoeling was om Jamaica naar Geel te halen, en dan in het bijzonder de daar befaamde reggae muzikanten. Sindsdien is het uitgegroeid tot een van de grootste roots-reggaefestivals van Europa, met vooral oog voor het authentieke, en aandacht voor samenwerking met binnen- en buitenlandse acts, muzikanten en soundsystems. Sinds 2008 is er een verschuiving van randprogrammatie naar een tweede inhoudelijk luik. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
Reggae Geel is een festival dat zijn artistieke interessegebied duidelijk kan omlijnen en dat binnen het brede idioom ‘reggae’ boeiende keuzes blijft maken. De opgebouwde knowhow en de nuchtere aanpak van de organisatoren zorgen steeds voor een zeer gevarieerd aanbod. Als men de invloed ziet van dub op de hedendaagse elektronische muziek, kan men stellen dat het doelpubliek van dit festival zich niet uitsluitend tot pure reggaeliefhebbers beperkt. Reggae Geel bouwt zijn festival, net als een hedendaags rockfestival, uit op vier podia: Bounce Dancehall, 18” Corner (soundsystems), Skavillecircus en bijkomend op zaterdag de Main Stage. Deze zijn samen goed voor zo’n vijfentwintig optredens per editie. Het festival stelt wel dat het zich niet wil opblazen tot een marathonfestival. Het wil bewust de euvels van de commerciële megafestivals vermijden. De engagementen op het vlak van duurzaamheid, debatcultuur en maatschappelijke relevantie vormen hierbij een meerwaarde. 1.3
Profilering en positionering
Reggae Geel is een puur reggaefestival. Het is tevens het enige reggaefestival in Vlaanderen op deze schaal. 1.4
Langetermijnvisie
Reggae Geel is een festival dat reeds meer dan vier decennia meegaat en nog steeds up-to-date is. Het blijft binnen hetzelfde concept verder evolueren zonder ingrijpende veranderingen. Wel zouden er enkele nieuwe, jongere mensen worden aangezocht om het festival over te nemen en voort te zetten, wat bewijst dat het nog steeds springlevend is.
Pagina 55 van 109
1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
Door zijn unieke positie heeft Reggae Geel landelijke en ook internationale uitstraling. Er komen reggaefans uit heel Europa. Internationaal is Reggae Geel ook betrokken bij de International Reggae Competition met preselecties op hun festival. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Door de uniciteit van het festival heeft Reggae Geel in feite een artistieke meerwaarde voor heel Vlaanderen en dus zeker ook voor de eigen regio. Vele lokale en regionale organisaties werken mee aan de organisatie van het festival (opbouw, afbraak, parking, security,…) en worden daarvoor vergoed. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Reggae Geel vertegenwoordigt een belangrijke subcultuur. Samenwerkingsverbanden met sociaal-culturele verenigingen en instellingen zoals Elkeen Lommel (voor probleemjongeren) of MPI Oosterlo bewijzen dat het festival zijn sociaalbewuste filosofie ook in de praktijk omzet. Op het festival staan ook diverse infostands van organisaties die actief zijn op het vlak van milieu, mensenrechten,... Het festival is een sociaal gebeuren voor de ganse regio. 1.8
Samenwerking en netwerking
Er is samenwerking met diverse lokale en regionale partners voor ondersteuning bij de organisatie van het festival. Reggae Geel vormt een netwerk met andere Europese reggaefestivals, wat belangrijk is voor de programmering. 1.9
Publieksgerichtheid
Reggae Geel geeft blijk van een grote publieksgerichtheid over de landsgrenzen heen. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
De aandacht voor diversiteit blijkt uit het feit dat het festival de verschillende subgenres binnen het reggaegenre aan bod laat komen. Gezien de artistieke focus op een muziekgenre uit een andere cultuur is aandacht voor interculturaliteit eigen aan de werking. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
Funky Fun Productions vraagt voor de periode 2013-2016 een werkingssubsidie van 50.000 euro per jaar wat een relatief beperkte stijging is ten opzichte van de vorige periode. De subsidieverhoging is vooral bedoeld voor een uitbreiding van de omkadering. Een nieuwe generatie vrijwilligers die secretariaatswerk verrichten moeten intensiever omkaderd worden. Hiervoor wil het festival een zakelijk leider gedurende drie maanden in dienst nemen, alsook een productieleider aanwerven. Op zich lijkt dit niet onredelijk. Er zijn echter enkele aspecten van het zakelijk beleidsplan die vragen oproepen. De organisatie is van plan om de horeca-activiteiten van het festival uit de vzw-werking te halen en onder te brengen in een aparte bvba. In ruil zal de bvba het grootste deel van de infrastructuurkosten op zich nemen. Alle overige activiteiten zullen wel nog onder de
Pagina 56 van 109
vzw vallen. Een dergelijke constructie zal de financiën van de organisatie compleet ondoorzichtig maken. In het dossier is geen detail te vinden van de vergoedingen aan sleutelfiguren binnen de organisatie (diensten op zelfstandige basis publiekswerking en algemene leiding bedragen 73.700 euro). De bijgesloten samenwerkingsovereenkomsten zijn hierin vaag. Men heeft het over een vergoeding die per jaar door de raad van bestuur zal worden bepaald. Wat de opbrengsten betreft, stelt de Beoordelingscommissie Muziek vast dat de organisatie ruime eigen inkomsten weet te verwerven, wat uiteraard positief is, maar dit stelt de nood aan subsidiëring ernstig in vraag. Concluderend kan de Beoordelingscommissie Muziek, ondanks een positieve artistieke appreciatie voor het festival, niet meegaan in een voortzetting van de subsidiëring van Funky Fun Productions in de periode 2013-2016 omwille van de hierboven vermelde zakelijke opmerkingen. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren. 3
adviseert
de
Gemotiveerde behandeling repliek
De organisatie maakte geen gebruik van de mogelijkheid om een repliek in te dienen op het artistieke advies. De Beoordelingscommissie Muziek handhaaft dan ook haar advies. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren.
adviseert
de
Pagina 57 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-005
Organisatie:
Funky Fun Productions vzw / Reggae Geel
Gevraagd bedrag:
50.000,00 euro
1
Zakelijk advies
Beknopte historiek organisatie
De vzw Funky Fun Productions organiseert jaarlijks het zomerfestival Reggae Geel. Het festival vindt begin augustus plaats en wordt al georganiseerd sinds 1978. Voor de periode 2007-2009 kreeg de organisatie een jaarlijkse subsidie van 40.000 euro. De aanvraag voor een meerjarige subsidie 2010-2012 kreeg een negatief zakelijk maar een positief artistiek advies en werd opnieuw gehonoreerd met 40.000 euro (in 2011 werd 38.501,14 euro toegekend). Voor de subsidieperiode 2013-2016 wordt jaarlijks 50.000,00 euro gevraagd. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
De organisatie heeft de voorbije jaren een goede werking uitgebouwd. Financieel bevindt zij zich in een heel gunstige situatie. In 2010 werd een positief resultaat geboekt van meer dan 320.000 euro. Samen met de winst van de vorige jaren bedraagt het eigen vermogen nu bijna 1.100.000 euro. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
De organisatie van het festival Reggae Geel blijft de essentie van de werking van de vzw. De langetermijnvisie is in de eerste plaats gericht op continuïteit. Behalve de verdere uitbreiding van de programmering, zal er wel meer aandacht zijn voor de randanimatie, zoals de muziekeducatieve werkwinkels, workshops en creatie van een debatruimte. Op die manier is de werking gericht op twee pijlers: het podiumgedeelte en het inhoudelijke niet-podiumgedeelte. 3.2
Samenwerking en netwerking
Voor de opbouw en de afbraak van het festival wordt er samengewerkt met een aantal jeugdverenigingen. Tijdens het festival zijn er 1.300 medewerkers aan de slag die worden gerekruteerd uit diverse socio-culturele verenigingen. De stad Geel geeft logistieke steun. Voor de talentenjacht ‘Catch a Mic at Reggae Geel’ is Poppunt Vlaanderen de vaste partner. Op internationaal vlak zijn er de samenwerkingsverbanden met andere Europese Reggaefestivals zoals European Reggae Contest (ERC) en de Benelux Reggae Contest. 3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven zijn begroot op 762.500 euro waarvan 295.750 euro (38% van het budget) voor artistieke productiekosten. Het gaat daarbij voor een belangrijk deel om de te betalen uitkoopsommen en om de verblijfskosten van de kunstenaars. Uiteraard is er
Pagina 58 van 109
ook een aanzienlijke overhead die o.m. te wijten is aan de hoge logistieke kosten, verbonden aan een dergelijk festival. 3.4
Publieksgerichtheid
Het publiek is jong, tussen 16 en 35 jaar en hoofdzakelijk zelfs tussen 16 en 25 jaar. De financiële drempel tot het festival wordt laag gehouden door een bescheiden toegangsprijs te vragen. Volgens het dossier zou er ook veel publiek zijn uit Nederland en zelfs uit andere Europese landen. Er wordt gerekend op een 36.000 bezoekers. De publiekwerving gebeurt via de gewone kanalen (affiches, kranten, media, nu ook via websites). Studio Brussel is een vaste partner als mediasponsor. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
De volledige organisatiestructuur wordt gedetailleerd meegedeeld. Er worden in verband met personeel en bestuur echter geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
Momenteel wordt er elk jaar één coördinator logistieke ondersteuning en één coördinator artist-handling en promotie aangeworven voor elk 3 maand. Daarnaast zijn er een aantal contracten op zelfstandige basis. Funky Fun Productions wenst het secretariaat te versterken met een voltijds zakelijk leider en met een productieleider, elk voor 3 maand. Voor de komende beleidsperiode vindt er ook een reorganisatie plaats. Het horecagedeelte wordt afgescheiden van de vzw Funky Fun Productions en ondergebracht in een aparte bvba. Het agentschap heeft geen bezwaar tegen de bijkomende aanwerving van de genoemde coördinatoren met het oog op de efficiënte organisatie van het festival. Gezien het positief financieel resultaat van de voorbije jaren, lijkt een verhoging van het subsidiebedrag echter niet noodzakelijk. Meer nog, het agentschap is van mening dat de positieve resultaten van de voorbije jaren erop wijzen dat dit succesvol en goed opgezet festival geen werkingssubsidie nodig heeft. In de voorliggende aanvraag vertegenwoordigt de gevraagde subsidie slechts 6,5% van het totale budget. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistieke beleidsplan wordt goed gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan en de verschillende begrotingsposten worden voldoende toegelicht. De inkomsten uit ticketverkoop zijn realistisch verwerkt in de opbrengsten. 3.8
Haalbaarheid
Op basis van de huidige en de voorbije werking en in functie van het criterium haalbaarheid lijkt de realisatie van het festival zeker mogelijk. De organisatie heeft op dit vlak de nodige expertise kunnen aantonen. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. Het agentschap merkt echter op dat het festival plaatsvindt tijdens één weekend en erg beperkt is in de tijd. Het is daarom van mening dat de aanvraag eerder past binnen de projectwerking dan binnen de meerjarige subsidies.
Pagina 59 van 109
4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
De organisatie maakte geen gebruik van de mogelijkheid om een repliek in te dienen. Het agentschap handhaaft dan ook zijn advies. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren.
Pagina 60 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-006
Organisatie:
Festival van Vlaanderen - Mechelen
Gevraagd bedrag:
392.224,00 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
Festival van Vlaanderen - Mechelen werd 45 jaar geleden opgericht. Aanvankelijk een bescheiden reeks van orgel- en beiaardconcerten, is het uitgegroeid tot een festival dat concerten van klassieke muziek organiseert in verschillende steden en gemeenten van de provincie Antwerpen en dus niet alleen in Mechelen zelf. Festival van Vlaanderen - Mechelen wordt reeds jaren structureel gesubsidieerd door de Vlaamse overheid. In de vorige adviesronde kreeg de aanvraag van het festival een negatief advies. De Beoordelingscommissie Muziek vond toen dat de programmering weinig gedurfd was en dat het festival te weinig vernieuwende kracht had. De Vlaamse Regering besliste echter om het festival toch te subsidiëren. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
Mede als gevolg van het negatieve advies van de vorige ronde heeft Festival van Vlaanderen - Mechelen haar werking in de lopende periode aangepast. De concertreeks ‘Mechelen hoort Stemmen’ bestaat pas sinds 2010. Centraal in deze concertreeks staat de menselijke stem, met vocale muziek van alle culturen en tijden, solo of in koorvorm, a capella of begeleid met instrumenten. Daarnaast is er de twaalfdelige concertreeks ‘Mechelen/Kempen’, met concerten die voornamelijk worden georganiseerd in abdijen en begijnhoven. Vanaf 2013 krijgt de reeks een nieuwe naam, een fris logo en een nieuw thema met originele evenementen. De reeks ‘Festival+’ verdwijnt vanaf 2013. Volgens de organisatie gebeurt dit omwille van te veel overlappingen met de werking van andere organisatoren in de regio en omwille van de te kleine personeelsbezetting van Festival van Vlaanderen - Mechelen. De Beoordelingscommissie Muziek kan zich wel vinden in de keuze om de reeks te laten vallen. Hierdoor kan de organisatie zich concentreren op de twee andere concertreeksen en daarbij een meer diepgaande artistieke werking realiseren. Het programma van de editie 2013 van ‘Mechelen hoort Stemmen’ met als thema ‘music(e)motion’ ziet er veelbelovend uit. Het omvat zowel oude muziek als hedendaagse muziek en niet-Westerse muziek. De betrokken uitvoerders zijn meestal goede ensembles. De reeks ‘Mechelen/Kempen’ bestaat in 2013 uit acht concerten op verschillende locaties in Mechelen en de Kempen en vier concerten in Kempische abdijen gedurende hetzelfde weekend. Van sommige concerten van deze reeks is het programma nog niet ingevuld. De Beoordelingscommissie Muziek heeft bedenkingen bij de planning voor de periode 2013-2016. Het festivalcentrum komt telkens op een andere plek te liggen. In 2012 is dat het stadhuis, in 2013 't Arsenaal en De Maan. De Beoordelingscommissie Muziek vraagt zich af welke meerwaarde deze verplaatsingen kunnen hebben. Het luik oude muziek binnen de programmering van ‘Mechelen hoort Stemmen’ is over het algemeen niet zo origineel of uitzonderlijk. Het luik hedendaagse muziek is interessanter, al zou het nog scherper kunnen. Bart Van Reyn krijgt als koordirigent een residentie die uitmondt in telkens twee concerten per editie in samenwerking met buitenlandse ensembles, al dan niet samen met Octopus. Dit is een goed idee en het is positief dat een jonge dirigent uit eigen land
Pagina 61 van 109
gevraagd wordt, maar men focust wel vier jaar op dezelfde artiest. Elk jaar een andere ‘artist in residence’ is wellicht beter. De bijdrage van Octopus is beperkt. In het aanvraagdossier worden nogal wat activiteiten voorgesteld als onderdeel van de werking van Festival van Vlaanderen – Mechelen, terwijl de organisatie er maar in beperkte mate bij betrokken is. Zo zijn de meeste concerten van de reeks ‘Mechelen/Kempen’ in de eerste plaats het werk van plaatselijke concertorganisatoren. Een deel van commissieleden is van oordeel dat Festival van Vlaanderen – Mechelen een veelbelovende nieuwe start heeft genomen met de reeks ‘Mechelen hoort Stemmen’, al vinden ze ook dat de invulling van deze reeks beter kan. Ze vinden het ook positief dat het Festival van Vlaanderen – Mechelen historische locaties in stad en provincie opzoekt voor haar concertwerking en dat de organisatie een nieuwe kans verdient. Andere commissieleden zijn echter van mening dat Festival van Vlaanderen – Mechelen opnieuw een inhoudelijk zeer ontgoochelend dossier heeft voorgelegd. Zij vinden dat het de leiding van de organisatie ontbreekt aan artistieke visie, aan bevlogenheid en aan creativiteit. 1.3
Profilering en positionering
Niettegenstaande in Antwerpen, Brussel en Leuven al grote spelers op het vlak van klassieke muziek actief zijn, is er in Mechelen ruimte voor een afdeling van het Festival van Vlaanderen, zeker nu de organisatie een scherper profiel heeft gekregen door een focus op vocale muziek. ‘Mechelen hoort stemmen’ is tijdens de voorbije seizoenen wel kenmerkend geworden binnen het landschap. 1.4
Langetermijnvisie
In vergelijking met de vorige aanvraag is een langetermijnvisie aanwezig met nog veel vage ideeën. De programma´s voor 2014 zijn nog niet bekend. Del samenwerkingsverbanden worden niet volledig geconcretiseerd. Hoe men de werking met het gegeven vocale muziek in de toekomst wil voortzetten, ontbreekt. 1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
De landelijke uitstraling van Festival van Vlaanderen – Mechelen is beperkt tot Mechelen en omgeving. De internationale uitstraling is gering en beperkt zich tot enkele internationale samenwerkingsverbanden met de professionele muzieksector. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Met het aanscherpen van zijn profiel kan Festival van Vlaanderen – Mechelen opnieuw een rol spelen in Mechelen en de omliggende regio. Uit de ticketverkoop van de voorbije edities blijkt dat de organisatie na de profielverandering een groter publiek bereikte. De meerwaarde van het festival voor de regio kan mogelijks groeien met de tijd, mits de invulling van het festival degelijk blijft. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Festival van Vlaanderen – Mechelen wil in de komende periode een aantal individuele kunstenaars ondersteunen. Via het evenement Tenso Days wil Festival van Vlaanderen Mechelen meehelpen om het kamerkoorleven aan te moedigen binnen Vlaanderen. Daarnaast heeft het festival de intentie om een educatief project van Koor en Stem te verspreiden in de Mechelse scholen. Deze projecten zijn wel geen initiatieven van het festival zelf, maar worden uitgewerkt door respectievelijk Tenso en Koor en Stem.
Pagina 62 van 109
De samenwerking met Dienst Diversiteit van de stad staat nog in haar kinderschoenen, maar het festival heeft wel de intentie om met allochtone verenigingen samen te werken rond de concertreeksen. 1.8
Samenwerking en netwerking
Door de nieuwe focus op vocale muziek zijn er nieuwe samenwerkingsverbanden ontstaan, zowel nationaal als internationaal. Het samenwerkingsverband met Tenso voor het slotevenement van ‘Mechelen hoort Stemmen’ is positief. Een deel van de concerten in het kader van ‘Mechelen hoort Stemmen’ vindt plaats in diverse cultuurhuizen van Mechelen. Deze huizen stellen in 2013 enkel een concertlocatie ter beschikking, maar bij enkele huizen bestaat de intentie om vanaf 2014 te coproduceren. De intentie op samen te werken met de Bijloke in Gent en Musica Sacra uit Maastricht werd nog niet geconcretiseerd. 1.9
Publieksgerichtheid
Festival van Vlaanderen – Mechelen zet alle gebruikelijke communicatiekanalen en de nieuwe sociale media in voor publiekswerving. Het is positief dat de organisatie haar website in de beleidsperiode 2013-2016 verder wil uitbouwen tot een interactief informatiecentrum. Het valt toe te juichen dat het festival ook in beperkte mate een brug slaat naar de betere amateurkoren via workshops en in de werking. Dit zorgt voor nieuw publiek. Verder wil de organisatie door samenwerking met het allochtone verenigingsleven, de dienst diversiteit en Vormingplus de participatie van minderheidsgroepen bevorderen, door deze te betrekken bij de vrijwilligerswerking of door het organiseren van een randevent. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
De programmering van Festival van Vlaanderen - Mechelen is zeker divers te noemen. De programma’s van sommige concerten omvatten ook muziek uit andere culturen (Indisch, Sefardisch, Marokkaans, Jemenitisch,…). De toekomstige samenwerking met allochtone verenigingen via de Dienst Diversiteit van de stad Mechelen staat eveneens in het teken van diversiteit en interculturaliteit. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
Festival van Vlaanderen – Mechelen vraagt voor de periode 2013-2016 een forse stijging van het subsidiebedrag ten opzichte van de huidige periode. De vraag om een hogere subsidie wordt voor een deel ingegeven door de wens om het personeelskader uit te breiden met een voltijdse equivalent. De geplande artistieke werking is echter niet dermate toegenomen dat dit een personeelsuitbreiding verantwoord. Een andere reden voor de vraag om een subsidieverhoging is blijkbaar een verwachte vermindering van de subsidies van de provinciale en stedelijke overheden. Het kan echter niet de bedoeling zijn dat de Vlaamse overheid het wegvallen of verminderen van subsidies van andere overheden compenseert. Sommige kosten liggen behoorlijk hoog, zoals bijvoorbeeld de reis- en verblijfkosten van buitenlandse ensembles en de kosten voor lay-out. De Beoordelingscommissie Muziek komt niet tot een eensgezind standpunt. Een meerderheid binnen de commissie is voorstander van de voortzetting van de subsidiëring van Festival van Vlaanderen – Mechelen in de periode 2013-2016, maar, gelet op diverse
Pagina 63 van 109
opmerkingen op artistiek en zakelijk vlak, voor een bedrag dat lager ligt dan de huidige subsidie. Een minderheid binnen de commissie brengt een negatief advies uit over deze aanvraag. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert een meerderheid binnen de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag. Een minderheid adviseert om de organisatie niet te subsidiëren. 3
Gemotiveerde behandeling repliek
In haar repliek geeft de organisatie enkele verdere toelichtingen, onder meer in verband met de plaats van Mechelen/Kempen en Mechelen hoort Stemmen in de totale werking van de organisatie, de artistieke invulling van Mechelen hoort Stemmen, de langetermijnvisie, het profiel en de uitstraling, de interculturaliteit en enkele zakelijke elementen. De commissie neemt nota van de verduidelijkingen omtrent de relatie tussen de organisatie en het stadsbestuur, maar blijft van oordeel dat er een sterke verwevenheid bestaat tussen beide. De commissie is van oordeel dat de verduidelijkingen niet van die aard zijn dat ze een fundamentele wijziging van het meerderheidsstandpunt van het voorlopige advies inhouden. Ze handhaaft dit dan ook. Op basis van de bijkomende toelichtingen, schrapt ze wel haar minderheidsstandpunt. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag.
Pagina 64 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-006
Organisatie:
Festival van Vlaanderen - Mechelen
Gevraagd bedrag:
392.224,00 euro
1
Zakelijk advies
Beknopte historiek organisatie
Het Festival van Vlaanderen - Mechelen brengt concerten klassieke muziek in de provincie Antwerpen. In de periode 2007-2009 kreeg de organisatie een subsidie van 175.000 euro per jaar, de aanvraag voor een meerjarige subsidie 2010-2012 kreeg een positief zakelijk maar een negatief artistiek advies maar werd uiteindelijk gehonoreerd met een jaarlijkse subsidie van 178.000 euro (in 2011 werd 171.330,10 euro toegekend). Voor de periode 2013-2016 wordt nu jaarlijks 392.224,00 euro gevraagd. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
Uit de evaluatie van de werking 2010 blijkt dat het actieplan vrijwel volledig werd uitgevoerd, er werden geen bijzondere problemen vastgesteld. Met een omzet van 110.313 euro op een totaal budget van 511.439 euro (21%), blijven de eigen inkomsten wel aan de lage kant. Hoewel de organisatie geen grote reserves heeft, is de financiële situatie wel gezond. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
Na het negatief artistiek advies over het dossier 2010-2012 werd het beleidsplan aangepast. Sinds 2010 bestaat de werking uit drie pijlers, nl. de stem (‘Mechelen hoort Stemmen’), samenwerking met lokale besturen en culturele verenigingen in het programma ‘Festival+’ en de concertreeks in de regio Mechelen/Kempen. In de nieuwe beleidsperiode wordt het ‘Festival+’-programma opgedoekt wegens overlapping met de andere pijlers. Er is voldoende aandacht voor een visie op lange termijn en de activiteiten worden al vrij gedetailleerd toegelicht. 3.2
Samenwerking en netwerking
Zowel op het vlak van de productieve als receptieve werking zijn er heel wat partners. In de eerste plaats gaat het om organisaties uit Mechelen zoals o.m. ´t Arsenaal, cc Mechelen, DE MAAN, kc nOna en Zefiro Torna. Op Vlaams niveau zijn dat de andere leden van het Festival van Vlaanderen, De Bijloke, Koor & Stem, Operastudio Vlaanderen, Mons 2015 (als Europese culturele hoofdstad), KLARA. Op Europees niveau is er de samenwerking in het kader van TENSO (een netwerk van professionele kamerkoren). In dit verband is er ook een kunsteducatieve werking. De netwerking wordt goed gedetailleerd. 3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven bedragen 842.454 euro waarvan voor het personeel in loondienst, wat overeenkomt met een personeelsbezetting van 3,613 vte. Het gaat om de zakelijk/artistiek leider, een artistiek medewerker, een communicatieverantwoordelijke
Pagina 65 van 109
en een medewerker voor de administratieve ondersteuning. De artistieke productiekosten bedragen 503.660 euro (bijna 60%). Van dit budget wordt 388.350 euro (46% van de totale uitgaven) besteed aan uitkoopsommen en aan coproductiebijdragen. Dit is een behoorlijk cijfer. Voor de promotiekosten is 84.500 euro voorzien. Aan de inkomstenzijde wordt gerekend op een eigen omzet van 230.430 euro (27%). Naast de subsidie van de Vlaamse Gemeenschap (392.224 euro of ruim 46% van het totale budget) zijn er nog belangrijke subsidies ingeschreven van de provincie (130.000 euro) en van de gemeente (80.000 euro). Als conclusie stelt het agentschap vast dat er voldoende wordt besteed aan artistieke producties maar dat de eigen inkomsten ook in de nieuwe beleidsperiode eerder aan de lage kant blijven. 3.4
Publieksgerichtheid
Het Festival van Vlaanderen richt zich op een breed publiek. In die zin zijn de doelgroepen heel divers, er zijn zowel laagdrempelige initiatieven als avondconcerten voor een hoogopgeleid publiek. Meer onbekend repertoire wordt gekaderd via inleidingen of lezingen. Er zijn ook een aantal workshops en masterclasses en om het publieksbereik te vergroten wordt samengewerkt met verenigingen. Er wordt in het beleidsplan doordacht ingegaan op de strategie om de publiekswerving te verbeteren (enquêtes, promotiecampagnes, marketing). Deze aandacht vindt het agentschap zeker belangrijk om de publieksopkomst en uiteindelijk ook de eigen inkomsten te verhogen. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
De organisatie vraagt een subsidie van 329.224 euro per jaar, dit is een verhoging met 214.224 euro of een stijging met 120%. Tegenover het referentiejaar 2010 zou het aandeel van de werkingssubsidie van de Vlaamse Gemeenschap hiermee aanzienlijk toenemen nl. van 33% naar 46%. De eigen inkomsten zouden licht naar boven gaan, van 21% naar 27%. Uit de toelichting bij de begroting kan worden afgeleid dat men in de gewenste personeelssituatie één administratief/logistiek medewerker extra wenst aan te werven (voltijds). Het agentschap is van mening dat er vooral meer initiatieven moeten worden genomen om de eigen inkomsten te verhogen en vindt ook dat de toename van de overhead niet door bijkomende subsidie moet worden ondersteund. Bovendien wordt helemaal niet transparant toegelicht waarom meer dan een verdubbeling van de subsidie wordt gevraagd. Het voorgestelde groeipad is onrealistisch en ongemotiveerd. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistieke beleidsplan wordt goed gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan. 3.8
Haalbaarheid
Op basis van de huidige en de voorbije werking heeft de organisatie de nodige expertise kunnen aantonen. In functie van het criterium haalbaarheid, lijkt de realisatie van de voorgelegde plannen mogelijk. Het agentschap wijst er wel op dat de organisatie haar werking mogelijk zal dienen te realiseren met minder middelen dan gevraagd.
Pagina 66 van 109
3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
Het agentschap stelt met tevredenheid vast dat de eigen inkomsten zijn gestegen van 21% in 2010 naar 25% in 2011. Op basis hiervan lijkt een verdere stijging naar 27%, zoals vermeld in de begroting, haalbaar. Het festival geeft nadere duiding bij de grote stijging in de subsidievraag. Deze stijging heeft vooral te maken met de globale kostprijs van de programmering zoals de uitbouw van het najaarsfestival Mechelen/Kempen, de organisatie van de TENSO-days en de internationale coproducties. Het agentschap heeft waardering voor de initiatieven die het festival wil ontwikkelen, maar blijft zijn standpunt dat het groeipad niet organisch en niet realistisch is als de uitvoering van het beleidsplan meer dan een verdubbeling van de subsidies vereist. Het agentschap adviseert daarom een status quo in de subsidiëring. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht.
Pagina 67 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-007
Organisatie:
Festival van Vlaanderen - Brugge
Gevraagd bedrag:
305.183,50 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
Het Festival van Vlaanderen - Brugge zal in 2013 zijn vijftigjarig jubileum vieren. Oorspronkelijk droeg het festival de naam ‘Internationale Muziekdagen’, daarna werd het bekend als het ‘Musica Antiqua Festival’, wat sinds enkele jaren wordt afgekort tot het MAfestival. Al vroeg lag de focus op oude muziek en op de historische uitvoeringspraktijk (HIP). Het festival had hierin een pioniersfunctie in de laatste halve eeuw. Het festival bestaat uit dertig à veertig concerten per seizoen en internationale muziekwedstrijden. Het MAfestival is onlosmakelijk verbonden met de stad Brugge, wiens Concertgebouw en historische locaties zich uitstekend lenen tot speelplekken. Enkele jaren geleden nam het duo Tomas Bisschop en Hendrik Storme de leiding van het tanende festival over en dit met succes. Ze slaagden erin het festival een nieuw elan te geven. Het nieuwe concept om het festival binnen een week te concentreren (in plaats van het te spreiden over twee weken) bleek een goede zet. Sinds 2009 staat Tomas Bisschop alleen in voor de directie. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
Het MAfestival brengt oude muziek volgens de HIP. Naast oude muziek besteedt MAfestival aandacht aan de hedendaagse context. Aspecten zoals actuele muziek, experiment en creatieopdrachten voor historisch instrumentarium zijn vaste onderdelen van het concept. De Musica Antiqua-muziekwedstrijden dragen bij tot de internationale uitstraling. Al deze elementen maken het festival uniek. Elk jaar wordt een bepaald werk als thema genomen. In 2013 is het thema ‘Celebrate this Festival’, een werk van Purcell, wat verwijst naar de viering van de 50ste editie van het festival. Naast de uitvoering van dit werk staan een accordeonorkest, middagconcerten, een muziektheatervoorstelling en 'Happy Hour', en een nieuw concept met vijf concerten geprogrammeerd rond een componist, los van het festivalthema op het programma. Uniek is dat oude muziek een hedendaagse spiegeling krijgt via een compositieopdracht. Deze nieuwe muziek zal worden gecreëerd op historische instrumenten, wat een interessant uitgangspunt is. Aan jongerenwerking wordt veel aandacht besteed. Hierbij is de concertreeks Fringe een positief initiatief. Er komt een grote nadruk te liggen op vorming en educatie, niet alleen van kinderen, jongeren en jonge professionelen, maar ook van de toehoorders. Het festival geeft mee dat het ook wenst te investeren in muziektheater- en operaprojecten. De commissie vraagt zich af of deze zware investeringen wel verantwoord zijn, gezien de werking en opdracht van het Concertgebouw Brugge. De Beoordelingscommissie Muziek heeft alle vertrouwen in de kwaliteit van de geplande uitvoeringen, de andere activiteiten en van de organisatie in het algemeen. Daar staat tegenover dat ze de indruk heeft dat de organisatie teveel hooi op haar vork neemt. Het is wellicht niet zo’n goed idee om het aantal activiteiten dermate uit te breiden met nieuwe concertreeksen. Festival van Vlaanderen – Brugge zou zich best concentreren op zijn core business, dat wil zeggen op de wedstrijd en op de bijhorende concerten op historische locaties en op een synergie met de werking van het Concertgebouw Brugge.
Pagina 68 van 109
1.3
Profilering en positionering
MAfestival is geïntegreerd in het stedelijke weefsel in Brugge en is complementair aan andere festivals van oude muziek, zoals LausPolyfoniae in Antwerpen, dat zich op de polyfonie richt. In verband met de positionering van Festival van Vlaanderen - Brugge maakt de Beoordelingscommissie Muziek volgende bedenkingen. Een van de voornaamste redenen voor de nieuwe dynamiek van het festival is de nauwe samenwerking met het Concertgebouw Brugge. Dit roept de fundamentele vraag op of het noodzakelijk is dat het festival als aparte entiteit verder blijft bestaan. Waar het Festival van Vlaanderen - Brugge decennialang een unieke en belangrijke rol speelde in de regio als aanbieder van oude muziek, wordt deze rol nu grotendeels overgenomen door het Concertgebouw. Het festival wil naar eigen zeggen topproducties naar Brugge halen om op die manier een groter publiek te bereiken. Dit is wel een ambivalente ambitie in een stad waar het Concertgebouw Brugge zo goed als wekelijks grote producties brengt. Het lijkt logischer dat het festival in de toekomst een onderdeel zou kunnen worden van de werking van het Concertgebouw, met uitzondering wellicht van de internationale Musica Antiqua-wedstrijden. 1.4
Langetermijnvisie
In de planning van het festival is continuïteit op te merken, met duidelijke artistieke keuzes voor de toekomst. 1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
MAfestival heeft landelijk een stevige reputatie en een vast publiek. Het festival heeft een internationale uitstraling, vooral in de sector zelf en bij een gespecialiseerd publiek. Ongeveer 20% van de concertbezoekers komt uit het buitenland. Het is vooral de Musica Antiqua-wedstrijd die het internationale uithangbord is van het festival. De lange voorgeschiedenis en de locatie Brugge, zijn eveneens belangrijk voor de uitstraling in het buitenland. Deze wordt versterkt door het Iinterreg-project MuzeMuse en de samenwerking met het Festival Oude Muziek Utrecht voor de Fringereeks. The European Union Baroque Orchestra (EUBO) zal vanaf 2013 tijdens het festival één project voorbereiden en presenteren. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Het festival biedt zeker een meerwaarde voor de regio. In vijftig jaar heeft men een zeer mooi festival uitgebouwd in een stad met zoveel historische locaties, met een programmering die oude muziek aanbiedt in een boeiend geheel. Het trekt jaarlijks zo’n 12.000 bezoekers. Het festival is goed ingebed in de eigen regio via vaste samenwerkingsverbanden met Concertgebouw Brugge, Stedelijke Musea Brugge, Cultuurcentrum, dienst Cultuur en dienst Toerisme. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
De organisatie doet inspanningen om het maatschappelijk belang van het MAfestival te vergroten door hedendaagse maatschappelijke thema’s aan bod te laten komen en door sommige concerten laagdrempelig te houden door kortingen. Er wordt ook sterk ingezet op het educatieve luik en de jongerenwerking.
Pagina 69 van 109
1.8
Samenwerking en netwerking
Sinds het aantreden van de nieuwe leiding toont Festival van Vlaanderen - Brugge een duidelijke wil om samen te werken met de andere Brugse cultuuractoren. Zeker de samenwerking met Concertgebouw Brugge geeft een meerwaarde aan het festival. Partners buiten Brugge zijn enkele andere afdelingen van het Festival van Vlaanderen, in de eerste plaats Kortrijk en Brussel, alsook Transparant en het Festival Oude Muziek Utrecht. Op internationaal vlak wordt een netwerk onderhouden met gelijkaardige festivals voor oude muziek. 1.9
Publieksgerichtheid
MAfestival doet inspanningen om het publiek te verjongen en de drempel voor het bijwonen van concerten te verlagen, zoals de gratis toegankelijke Fringe-concerten. Daarnaast biedt men 50% korting aan personen jonger dan 26 en ouder dan 60. Er zijn speciale acties voor participatiepashouders. Er bestaat ook een vriendenvereniging met de naam I Love MAfestival. Op het vlak van de publiekswerving werkt het festival met alle gebruikelijke communicatiekanalen. Er is een extra publicatie rond het vijftigjarige jubileum voorzien. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
Het geheel van de artistieke werking is wel vrij divers van aard, maar interculturaliteit ontbreekt binnen deze werking. In de huidige Vlaamse maatschappelijke context vindt de commissie echter dat aandacht voor interculturaliteit een absolute noodzaak is. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
Festival van Vlaanderen – Brugge vraagt een forse verhoging van het subsidiebedrag ten opzichte van de vorige periode. Het grote gecumuleerde deficit uit het verleden is grotendeels weggewerkt tijdens de laatste twee werkjaren, onder meer door een aantal drastische besparingen op artistieke kosten en door het verwerven van sponsoring. Men streeft ernaar de eigen inkomsten te verhogen tot 40%. De gevraagde verhoging is onder meer bedoeld als inhaalbeweging om de internationale ambities te realiseren. Momenteel bedraagt het personeelsbestand van het festival 2,5 voltijdse equivalenten. Zelfs al zijn de lonen niet overdreven, toch moet de vraag gesteld worden of een investering van die orde voor een tiendaags festival haalbaar blijft. De inbedding in het Concertgebouw (secretariaat, presentatieplaats) en nauwe samenwerking is uiteraard efficiënt voor het festival, maar doet onvermijdelijk vragen rijzen of een autonome werking wel noodzakelijk is. Concluderend kan de Beoordelingscommissie Muziek akkoord gaan met een voortzetting van de subsidiëring van Festival van Vlaanderen - Brugge in de periode 2013-2016, maar vindt ze ook dat het subsidiebedrag in die periode niet moet stijgen ten opzichte van de huidige subsidie. De Beoordelingscommissie herhaalt nog eens haar standpunt dat de organisatie opnieuw moet focussen op haar core business en dat ze het een goed idee zou vinden indien het MAfestival zou opgaan in de werking van het Concertgebouw Brugge.
Pagina 70 van 109
2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag. 3
Gemotiveerde behandeling repliek
In haar repliek gaat de organisatie enkel in op de relatie tussen de organisatie en het Concertgebouw Brugge en haalt enkele redenen aan waarom een fusie van het festival met het Concertgebouw niet aangewezen zou zijn. De commissie neemt hiervan nota, maar is niet overtuigd van de argumenten die de organisatie aanhaalt. De commissie blijft er van overtuigd dat de werking van het festival perfect zou kunnen worden opgevangen door het Concertgebouw Brugge, iets waar in de repliek dan weer niet wordt ingegaan. De commissie is van oordeel dat de elementen in de repliek niet van die aard zijn dat ze een fundamentele wijziging van het voorlopige advies inhouden. Ze handhaaft dan ook haar voorlopige advies. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag.
Pagina 71 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Zakelijk advies
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-007
Organisatie:
Festival van Vlaanderen - Brugge (MAfestival)
Gevraagd bedrag:
305.183,50 euro
1
Beknopte historiek organisatie
Het Festival van Vlaanderen - Brugge heeft al een lange traditie, in 2013 wordt de 50ste editie gevierd. Het festival is gespecialiseerd in oude muziek, met nadruk op de authentieke uitvoeringspraktijk. Sinds 2008 wordt het daarom ook het MAfestival genoemd (MA is de afkorting van Musica Antiqua). In 2007-2009 kreeg de organisatie een subsidie van 200.000 euro per jaar, in de periode 2010-2012 steeg die naar jaarlijks 230.000 euro (in 2011 werd 221.381,59 euro toegekend). Voor de periode 2013-2016 wordt nu jaarlijks gemiddeld 305.183,50 euro gevraagd. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
Uit de evaluatie 2010 blijkt dat er wat betreft de uitvoering van het actieplan geen bijzondere opmerkingen waren. Minder positief is de financiële situatie van de vereniging. Het gecumuleerde verlies van 2009 liep in 2010 verder op en bedraagt nu -114.673 euro. De afbouw van dit gecumuleerd verlies blijft dus een belangrijk aandachtspunt voor de toekomst. De organisatie gaat er wel van uit dat 2011 met een positief resultaat zal worden afgesloten maar dit moet dus nog blijken. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
Het MAfestival vindt jaarlijks plaats gedurende een tiental dagen in de loop van augustus. De inhoudelijke visie op het festival en zijn plaats in het landschap wordt uitgebreid toegelicht. Men wil zich profileren als een centrum van expertise, als een eigentijds festival met aandacht voor nieuwe evoluties en met kansen voor jonge uitvoerders. De werking op langere termijn, zowel receptief als productief, is al vrij concreet ingevuld. Naast de klassieke concerten zal er eveneens aandacht zijn voor muziektheater en voor kunsteducatieve initiatieven. 3.2
Samenwerking en netwerking
De samenwerkingsverbanden zijn uitgebreid en divers en worden goed toegelicht. Een bijzondere partner is het Concertgebouw Brugge waarmee zowel artistiek, communicatief als logistiek wordt samengewerkt. Ook belangrijk en vernieuwend zijn de coproducties en de uitwisseling van expertise met het Festival van Vlaanderen Kortrijk dat zich zelf toelegt op nieuwe muziek. De buitenlandse contacten verlopen via grensoverschrijdende en internationale netwerken en er is samenwerking met andere vergelijkbare festivals zoals het Festival Oude Muziek Utrecht.
Pagina 72 van 109
3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
Voor de speciale festivaleditie 2013 wordt 334.200 euro gevraagd, voor de jaren nadien is het bedrag kleiner nl. 293.150 euro in 2014, iets meer in 2015 en in 2016 maar het gaat dan telkens om een indexverhoging. In 2013 bedragen de totale uitgaven 717.700 euro waarvan voor het personeel in loondienst (post 62). Het gaat om een personeelsbezetting van 2,5 vte nl. 2 voltijdse bedienden (1 voor communicatie en 1 logistieke medewerker) en 0,5 vte voor de zakelijk leider. Daarnaast zijn er nog een aantal medewerkers buiten loondienst voor een bedrag van 29.693 euro waarvan 14.000 euro voor artistieke medewerkers, er zijn ook een aantal vrijwilligers voor logistieke opdrachten. Aan promotie wordt 101.750 euro besteed. Dit is wel een stuk hoger dan in 2014 (68.100 euro) omwille van de extra publiciteit voor de 50ste editie. De artistieke productiekosten bedragen 328.000 euro (bijna 46%) waarvan 298.000 euro (41,5%) aan uitkoopsommen en aan coproductiebijdragen. Dit zijn goede cijfers. Aan de inkomstenzijde is er een eigen omzet van 249.500 euro (bijna 35%). Het totaal aan subsidies bedraagt 451.700 euro waarvan aan de Vlaamse Gemeenschap 334.200 euro (46,5% van het totale budget) wordt gevraagd, verder zijn er ook subsidies van de provincie West-Vlaanderen en van de stad Brugge. Als conclusie zijn we van mening dat de eigen omzet redelijk is en dat het festival zich inspant om voldoende te investeren in artistieke producties. Het aandeel van de overhead is aanvaardbaar, hoewel de promotie toch aan de hoge kant is. 3.4
Publieksgerichtheid
Er wordt gewerkt aan publieksverbreding en er is een actieve vriendenvereniging. Voor de verschillende doelgroepen worden specifieke acties ondernomen. Opvallend is het buitenlands publiek dat wordt geschat op 20%. In het feestjaar 2013 zullen er extra initiatieven zijn om het publiek te bereiken. De communicatie en promotie gebeurt zowel op de klassieke manier via advertenties en affiches als via de eigen website en elektronische nieuwsbrieven. Ook de dienst toerisme van Brugge is een evidente partner. De publiekswerking en de publiekswerving is in het aanvraagdossier voldoende, hoewel vrij schematisch uitgewerkt. Een gemiddelde bezettingsgraad van 85% is in elk geval een mooi percentage. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
De organisatie vraagt een gemiddelde jaarlijkse subsidie van 305.183,5 euro, dit is een stijging met 75.000 euro of ongeveer 32% tegenover de huidige subsidieperiode. Het aandeel van de werkingssubsidie zou hiermee licht toenemen tot 46% ten opzichte van het referentiejaar 2010 (binnen de totale inkomsten van 533.557 euro bedroeg de werkingssubsidie in 2010 ongeveer 224.206 euro of 42%). Een deel van de verhoging zou worden besteed aan extra personeel tijdens de festivalperiode en voor tijdelijke opdrachten voor externe coördinatoren maar het huidige vaste team zou niet worden uitgebreid. Ook de promotiekosten liggen in 2013 hoger dan in 2014. Het agentschap is echter niet overtuigd van de noodzaak om voor de viering van de 50ste editie in 2013 extra subsidies aan te vragen. Het feestjaar is immers ook een kans om meer inkomsten te behalen. De organisatie is daar zelf trouwens van overtuigd en heeft de ambitie om ter gelegenheid
Pagina 73 van 109
van dit feestjaar nieuwe sponsors aan te trekken. Anderzijds wordt gepleit voor een inhaalbeweging, rekening houdend met het ambitieuze artistieke beleidsplan. Er wordt geargumenteerd dat de organisatie sinds 2005 werd geprofessionaliseerd en dat het profiel van MAfestival Brugge in 2008 grondig werd bijgestuurd. De eigen inkomsten stijgen relatief lichtjes nl. van 33% in 2010 naar 35% in 2013. Als conclusie is het agentschap van mening dat de afbouw van de schuld een voorwaarde is voor de verdere goede werking van de organisatie. Ook in de toekomst dient op zakelijk vlak een voorzichtig en realistisch beleid te worden gevoerd waarbij de overhead onder controle wordt gehouden en er voldoende eigen inkomsten worden gerealiseerd. Het agentschap adviseert een status quo in de subsidiëring. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistiek beleidsplan wordt goed gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan. 3.8
Haalbaarheid
Op basis van de huidige en de voorbije werking heeft de organisatie de nodige expertise er ervaring kunnen aantonen. In functie van het criterium haalbaarheid, lijkt de realisatie van de voorgelegde plannen zeker mogelijk. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
Het agentschap stelt met tevredenheid vast dat in 2011 een positief resultaat werd geboekt van ruim 17.000 euro, dat zal worden gebruikt voor de verdere afbouw van de schuld. Het Festival beantwoordt hiermee de opmerking die werd geformuleerd bij de evaluatie van de voorbije werking. Dit belet niet dat er de volgende jaren nog inspanningen moeten worden gedaan om het gecumuleerd verlies verder weg te werken. Het agentschap ziet in dit positief resultaat van 2011 echter geen nieuwe elementen om het zakelijke preadvies bij te sturen. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht.
Pagina 74 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-008
Organisatie:
Sfinks Animatie
Gevraagd bedrag:
180.000,00 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
Sfinks Animatie werd in 1975 opgericht. Het meest bekende deel van de werking is het Sfinks Festival: een vierdaags wereldmuziekfestival met een zevental podia dat plaatsvindt in Boechout tijdens het laatste weekend van juli. In de loop van zijn bestaan veranderde het festival verschillende keren van gezicht. Het vond de eerste maal plaats in 1976 als een klein folkfestival met hoofdzakelijk Angelsaksische groepen in het park van de lokale school. Vanaf 1982 ging het festival zich op wereldmuziek richten en in 1993 verhuisde het festival naar het Molenveld in Boechout. Sinds 1994 werd het een vierdaags festival met een divers programma. De laatste jaren zoekt Sfinks aansluiting bij de jongerencultuur met aandacht voor genres als groove en hiphop, en het is tevens multidisciplinair geworden door ook dans, theater, circus en film te programmeren, op voorwaarde dat die gerelateerd zijn aan livemuziek. Om deze reden wordt het festival nu ook Sfinks Mixed genoemd. Naast het Sfinks Festival bestaat de werking van de vzw uit het uitbaten van het Sfinks Café en de organisatie van nog een ander festival, met name Sfinks Mundial. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
Het Sfinks Festival is toonaangevend. Behalve muziek staan andere disciplines op het programma, maar over het niet-muzikale luik is jammer genoeg weinig terug te vinden in de artistieke planning. Voor de rest is de planning wel helder uitgewerkt. Er wordt een wereldmuziekprogramma voorgesteld dat plaatsvindt op zeven podia, gespreid over vier dagen. Sfinks zegt duidelijk wat de inhoudelijke invulling is van elke festivaldag en welk karakter de verschillende podia krijgen. Elke festivaldag is opgebouwd rond een grote naam uit de wereldmuziek wat een breed publiek aanspreekt en de nodige media-aandacht genereert. Daarrond staan minder bekende, maar kwaliteitsvolle acts die na wereldwijde prospectie naar Boechout gehaald worden. De programmering voor de editie 2013 staat uiteraard nog niet vast, maar uit de programmering van de editie 2011 blijkt dat de organisatie dit theoretisch model ook in de praktijk omzet. De Beoordelingscommissie Muziek heeft enkele opmerkingen bij de voorgestelde planning. Sfinks zegt in het aanvraagdossier dat de gevraagde ondersteuning bedoeld is voor de nieuwe aspecten van het festival zoals de uitbreiding van de internationale samenwerkingen met festivals via creaties en het opzetten van een extra festivaldag rond Urban Culture. In rubriek 1.2.2 'Productieve werking: coproducties en samenwerkingen' van het artistieke beleidsplan staat dat Sfinks met een aantal partners, dit zijn vooral buitenlandse festivals, artistieke samenwerkingsprojecten wil opzetten, waarbij Vlaamse artiesten samen met artiesten uit het buitenland een nieuwe creatie maken. Er wordt echter nog geen enkel concreet plan voor een dergelijk samenwerkingsproject voorgesteld. Uit de detailinformatie in deze rubriek valt af te leiden dat de samenwerking met andere festivals zo goed als volledig draait om de uitwisseling van bands. Dit is evenwel geen echte productieve werking, maar veeleer een receptieve werking.
Pagina 75 van 109
Ook de bewering dat men een extra festivaldag wil opzetten klopt niet. In de planning voorziet men vier festivaldagen, maar dit aantal is er al sinds 1994. Het gaat blijkbaar enkel om het geven van een nieuwe invulling aan een van de reeds bestaande festivaldagen. De commissie is van oordeel dat een vierdaags festival, hoe interessant ook, geen meerjarige structurele subsidie verantwoordt. 1.3
Profilering en positionering
Sfinks Festival neemt een sterke positie in binnen de sector van de wereldmuziek. De naam staat voor kwaliteit, ontdekkingen, gezelligheid, zorg voor omkadering, gezinsvriendelijkheid en maatschappelijk engagement. Het profiel van het Sfinks Festival is uniek in Vlaanderen. De organisatie heeft een grote vertrouwensband opgebouwd met haar publiek en kan daardoor breder en avontuurlijker programmeren dan andere gelijkaardige festivals. Sfinks trekt de multidisciplinaire kaart omdat gebleken is dat wereldmuziek meestal verbonden is met andere podiumkunsten: in Afrika met dans, in Azië vertellen marionetten hun verhaal op muziek, en in Brazilië gaan de traditionele ritmes samen met theater. 1.4
Langetermijnvisie
Sfinks Festival heeft duidelijke plannen voor de komende subsidieperiode. Door de grote inspanningen voor prospectie en de aandacht voor vernieuwing is de organisatie zeker in staat om op lange termijn een belangrijke rol te blijven spelen binnen de festivalscène. Vooral de inspanningen om de nieuwe ontwikkelingen in de grootsteden op de voet te volgen en te vertalen in een aangepaste programmatie (Urban Worlds) zijn op dit vlak positief te noemen. Verder wil Sfinks op lange termijn nog beter samenwerken met festivals in de wereld en wil het een voortrekker zijn in het European Forum of Worldwide Music Festivals dat vijfenveertig wereldmuziekfestivals in Europa en dertien daarbuiten groepeert. 1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
Sfinks Festival is bekend in heel Vlaanderen en ook daarbuiten. Het heeft zichzelf ontwikkeld tot een voorbeeld voor andere wereldmuziekfestivals. De internationale uitstraling van het festival blijkt ook uit de rol die het speelt binnen gespecialiseerde netwerken en als partner in samenwerkingen. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Sfinks zet Boechout en omstreken op de kaart. Alle inwoners uit Boechout, Mortsel, Borsbeek en Hove mogen één dag gratis naar het festival komen. Voor Vlaanderen toont het festival dat interculturaliteit op festivals mogelijk is en geeft het een positieve uitstraling aan onze festivalcultuur. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Sfinks is sterk maatschappelijk en sociaal geëngageerd, wat de commissie als een voorbeeld voor het muziekveld in Vlaanderen beschouwt. Het wil zich niet profileren als een migrantenfestival, maar het haalt de wereld naar Boechout en levert op die manier een serieuze bijdrage tot een open visie op de maatschappij. Het roept tevens op tot mondiale solidariteit en tot aandacht voor de nieuwe culturele identiteiten. Er is aandacht voor milieu, fairtrade, solidariteit en bijzondere aandacht voor mensen met financiële problemen door lage toegangsprijzen en gratis tickets voor kwetsbare
Pagina 76 van 109
groepen. Er is tevens aandacht voor de toegankelijkheid van het festival voor mensen met een lichamelijke beperking. De buurt wordt nauw betrokken bij de organisatie. 1.8
Samenwerking en netwerking
Sfinks werkt samen met diverse lokale verenigingen voor de organisatie van het festival, alsook met talrijke NGO’s en vluchtelingencentra. Artistiek zoekt het samenwerking met festivals in en buiten Europa. Sfinks is ook actief op het vlak van netwerking. Het neemt zelf initiatieven voor overleg. Zo is het bijvoorbeeld medeoprichter en coördinator van het EFWMF, het enige Europese netwerk voor wereldmuziekfestivals. 1.9
Publieksgerichtheid
Sfinks is een open festival dat een divers, intercultureel en breed publiek wil mobiliseren. Door in te zetten op verschillende stijlen, genres en disciplines wordt een divers publiek bereikt. Sfinks wil in de eerste plaats een familiefestival zijn, maar vindt ook aansluiting door een gerichte programmatie (urban, hiphop, groove,…). Er gaat ook specifieke aandacht naar het bevorderen van de participatie van allochtonen, kansarmen en personen met een handicap. De publiekswerving gebeurt niet alleen via de gebruikelijke kanalen, maar ook via scholen, verenigingen, belangenorganisaties en de eigen vrijwilligerswerking. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
Alhoewel het Sfinks Festival is opgebouwd rond andere culturen, blijkt het toch niet evident om de allochtone gemeenschappen in de eigen omgeving te bereiken. Sfinks probeert de drempel te verlagen door inspraak in de programmering of door gerichte communicatiecampagnes in samenwerking met vertegenwoordigers of verenigingen van de allochtone gemeenschappen. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
Sfinks Animatie vraagt een forse stijging van het subsidiebedrag in vergelijking met de huidige periode. De gevraagde ondersteuning zou bedoeld zijn voor de nieuwe aspecten van het festival: de uitbreiding van de internationale samenwerkingen met festivals uit de wereld via creaties, en het opzetten van een extra festivaldag rond Urban Culture. De Beoordelingscommissie Muziek kan hierin niet meegaan. De intentie om creaties te brengen is veel te vaag uitgewerkt in het aanvraagdossier. Er is ook helemaal geen extra festivaldag. Een nieuwe artistieke invulling van een bestaande festivaldag verantwoordt geen extra subsidiëring. De laatste jaren boekt Sfinks mooie financiële resultaten. In 2010 werd zelfs in een keer het gecumuleerde verlies uit het verleden weggewerkt en tegelijk een reserve van meer dan 200.000 euro opgebouwd. Een deel van die reserve werd gebruikt voor de editie 2011, maar deze was blijkbaar ook financieel positief. Gelet op wat voorafgaat, is de Beoordelingscommissie Muziek van oordeel dat het Sfinks Festival niet langer subsidiëring nodig heeft. Daarom adviseert ze om Sfinks Animatie niet meer te subsidiëren in de periode 2013-2016, hoewel ze een grote appreciatie heeft voor de artistieke werking van de organisatie.
Pagina 77 van 109
2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren. 3
adviseert
de
Gemotiveerde behandeling repliek
In haar repliek geeft de organisatie enkele verdere toelichtingen, onder meer in verband met het programmeren van andere disciplines, de samenwerkingsprojecten, de vraag naar meerjarige structurele ondersteuning en enkele zakelijke elementen. De commissie neemt er akte van dat Sfinks geen vier- maar een driedaags festival is. Ze gaat er mee akkoord dat Sfinks thuishoort binnen het Kunstendecreet, maar is wel van oordeel dat dit eerder als project dan als meerjarig gesubsidieerde organisatie moet zijn. Ze is van oordeel dat kortlopende festivals geen structurele werking van een volledig jaar moeten opbouwen. Ze geeft ook mee dat bepaalde onderdelen van het festival die artistiek kwetsbaar en interessant zijn, via projectsubsidie kunnen worden gesubsidieerd. De commissie is van oordeel dat de verduidelijkingen niet van die aard zijn dat ze een fundamentele wijziging van het voorlopige advies inhouden. Ze handhaaft dan ook haar voorlopige advies. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren.
adviseert
de
Pagina 78 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-008
Organisatie:
Sfinks Animatie vzw
Gevraagd bedrag:
180.000,00 euro
1
Zakelijk advies
Beknopte historiek organisatie
Sfinks Animatie vzw organiseert jaarlijks het zomerfestival Sfinks Mixed. Het festival vindt eind juli plaats en wordt al georganiseerd sinds 1976. Het groeide uit van een klein folkfestival naar een wereldmuziekfestival van een viertal dagen. Sinds 2008 heet het festival Sfinks Mixed om de nadruk te leggen op het multidisciplinaire karakter. Muziek blijft wel de belangrijkste discipline. De aanvraag voor een meerjarige subsidie 2010-2012 kreeg een negatief zakelijk maar een positief artistiek advies en werd gehonoreerd met jaarlijks 120.000 euro (in 2011 werd 115.503,43 euro toegekend). Voor de subsidieperiode 2013-2016 wordt jaarlijks gemiddeld 185.472,36 euro gevraagd (180.000,00 euro in 2013). 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
Uit de evaluatie van de werking in 2010 blijkt dat het actieplan voor het grootste deel werd uitgevoerd, er was een positief resultaat van ruim 241.000 euro waardoor het gecumuleerd verlies volledig kon worden weggewerkt. Een deel van het eigen vermogen (210.000 euro) werd in 2011 geïnvesteerd in het festival. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
Het huidige profiel als multidisciplinair festival wordt verdergezet. Zowel de productieve als de receptieve werking is gevarieerd. Er worden twee nieuwe aspecten aangegeven voor de periode 2013-2016. Enerzijds wil men de internationale samenwerking met andere festivals uitbreiden, anderzijds wordt een extra festivaldag gepland rond het thema Urban Culture. 3.2
Samenwerking en netwerking
Er zijn heel wat partners. In Vlaanderen gaat het om organisaties zoals ManiFiesta, Let’s Go Urban en een aantal culturele migrantenverenigingen. Verder zijn er contacten met verenigingen in Wallonië, op Europees vlak met het European Forum of Worldwide Music Festivals. Er is ook een lijst van festivals in andere continenten, het is duidelijk dat Sfinks Animatie een goed netwerk heeft uitgebouwd. De meerwaarde van de samenwerking wordt duidelijk toegelicht. 3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven zijn begroot op 1.674.150 euro waarvan 418.100 euro (25%) aan loonkosten personeel (post 62). Met alle personeelsleden is een arbeidsovereenkomst afgesloten. Daarnaast wordt er traditioneel ook veel met vrijwilligers gewerkt.
Pagina 79 van 109
Aan de uitkoopsommen van de kunstenaars wordt 362.250 euro (21%) besteed. Dit percentage ligt aan de lage kant, het is wel eigen aan een festival dat de overhead vrij hoog is. Aan de inkomstenzijde wordt gerekend op een eigen omzet van 1.264.300 euro (75,5% van het totaal), waarvan 373.000 euro (29,5%) als ticketverkoop. De inkomsten van foyer, bookshop, café e.d. zijn berekend op 717.000 euro (dit is bijna 57% van de eigen omzet en bijna 43% van de totale inkomsten). 3.4
Publieksgerichtheid
Er is een goed doordachte publiekswerking. De organisatie richt zich op liefhebbers van niet-westerse muziek, op families met kinderen en op jongeren maar probeert op een actieve manier ook groepen te benaderen die in andere festivals minder specifiek worden aangesproken of bereikt zoals allochtonen, kansarmen, asielzoekers. Dit blijkt ook uit de samenwerkingsverbanden met mondiaal geëngageerde verenigingen. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. Diversiteit en interculturaliteit spelen wel een rol op de festivalweide (o.m. in vrijwilligerswerking). 3.6
Realisme groeipad
Er wordt een subsidie gevraagd van jaarlijks gemiddeld 185.472 euro (180.000 euro in 2013), wat neerkomt op een reële stijging van zowat 35% tegenover de huidige subsidie. De subsidie van de Vlaamse Gemeenschap die nu ongeveer 6,6% van de uitgaven dekt (afrekening 2010), zou hiermee stijgen naar ongeveer 11%. Deze verhoging wordt gevraagd voor meer internationale activiteiten en voor een extra festivaldag rond ‘Urban Culture’. Uit de planning van het festival blijkt echter niet dat het festival een dag langer duurt dan anders (in 2013 van donderdag tot zondag, dit zijn 4 dagen zoals de vorige jaren). Evenmin wordt transparant toegelicht wat de precieze extrakosten zijn en of er inspanningen worden gedaan om deze binnen het budget op te vangen door eigen inkomsten. De personeelsbezetting in 2013 bedraagt op jaarbasis 9 VTE (een vaste kern van 7,5 VTE, aangevuld met 1,5 VTE tijdelijke krachten). Dit is een wel erg ruime personeelsomkadering. De eigen inkomsten bedroegen in het referentiejaar 2010 in totaal 1.397.852 euro (80% van de totale inkomsten) waarvan 491.818 euro als ticketverkoop (35%). De begroting van 2013 geeft minder gunstige cijfers. Het agentschap is van mening dat dit een onderschatting is. Het is duidelijk dat dit festival een breed publiek aanspreekt en zakelijk ook op een commerciële manier wordt gerund. Dit vindt het agentschap op zich geen bezwaar maar als conclusie kan de vraag worden gesteld of een festival met deze traditie en naambekendheid en met een groot positief resultaat in 2010, niet zelfbedruipend kan zijn. Een verhoging van het subsidiebedrag ten opzichte van de huidige periode 20102012 is zeker niet aan de orde. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistieke beleidsplan wordt goed gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan. Maar zoals al gesteld heeft het agentschap bedenkingen bij het gevraagde bedrag.
Pagina 80 van 109
3.8
Haalbaarheid
Het artistieke en zakelijke beleidsplan getuigen van een duidelijke visie. Op basis van de huidige en voorbije werking heeft de organisatie de nodige expertise kunnen aantonen. In functie van het criterium haalbaarheid, lijkt de realisatie van de voorgelegde plannen mogelijk. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. Het agentschap merkt echter op dat het festival slechts enkele dagen duurt en is daarom van mening dat de aanvraag eerder past binnen de projectwerking dan binnen de meerjarige subsidiëring. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
De organisatie wijst erop dat het festival sinds 2009 drie (3) dagen duurt. Waarvan akte. In verband met de verhouding tussen artistieke producties en overhead, was in het zakelijk preadvies al opgemerkt dat het eigen is aan een festival dat die overhead vrij hoog is. Het agentschap gaat ermee akkoord dat Sfinks Animatie inspanningen levert om voldoende middelen te besteden aan de artiesten. Voor wat betreft het realisme van het groeipad, vindt de organisatie dat een vergelijking met de afrekening 2010 een vertekend beeld geeft. Bij de beoordeling van het groeipad is echter logisch dat er een vergelijking wordt gemaakt met het meest recente werkingsverslag. Zo blijkt daaruit duidelijk dat er een subsidieverhoging wordt gevraagd van 35%. Er wordt ook gesteld dat een vergelijking met de reële eigen inkomsten 2010 een erg vertekend beeld geeft omdat de eigen inkomsten een stuk lager waren begroot. Het agentschap apprecieert dat de organisatie als een goede huisvader de eigen inkomsten voorzichtig inschat, maar dit bevestigt toch alleen maar het argument dat er meer eigen inkomsten zijn gehaald in 2010 en dat dit ook in 2013 haalbaar moet zijn. De opmerking dat het festival zakelijk op een commerciële manier wordt gerund, was zeker niet negatief bedoeld. Dat het festival op een zakelijk professionele manier wordt gerund, is wellicht een betere woordkeuze. Net daarom blijft het agentschap bij zijn mening dat het festival niet langer een beroep moet blijven doen op subsidies van de Vlaamse overheid. Voor wat betreft de plaats in het instrumentarium, kan inderdaad worden geargumenteerd dat een festival als Sfinks Animatie, gezien het gaat om een werking van vier dagen en gezien de omvang van de organisatie, zich op de snijlijn bevindt van een structurele organisatie en van een grote projectwerking. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren.
Pagina 81 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-009
Organisatie:
Festival van Vlaanderen - Kortrijk
Gevraagd bedrag:
275.117,00 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
Festival van Vlaanderen - Kortrijk is sinds 2010 de naam van de organisatie Happy New Festival, die zelf ontstond uit Happy New Ears. Het festival heeft als dusdanig geen enkele band met de gelijknamige organisatie die enkele jaren geleden werd ontbonden, maar wou wel diens positie als de Kortrijkse afdeling van het Festival van Vlaanderen overnemen. Het nieuwe Festival van Vlaanderen - Kortrijk focust op hedendaagse muziek en vooral op geluidskunst, en dit op een heel eigenzinnige manier. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
De vernieuwende en frisse aanpak van het Festival van Vlaanderen - Kortrijk resulteerde en resulteert in een interessant concept dat een zeer divers en groeiend publiek confronteert met allerlei cross-overs in een op zijn minst boeiende context. De bezoeker wordt niet enkel ontspanning en amusement geboden, maar vooral een programma dat stemt tot nadenken, uitnodigt tot kritiek en de confrontatie met het nieuwe en het ongewone (vreemde, andere) niet schuwt. Het leidmotief is en blijft 'luisteren uit verwondering'. De programmering is doordacht, avontuurlijk en samengesteld vanuit een duidelijke visie. Het gaat om een boeiende mix van hedendaagse muziek, klassiek symfonisch, barok en oude muziek in onverwachte combinaties met niet-westerse of meer jazzy muziek en geluidskunst. Vooral de programmatie van geluidskunst is interessant en uniek binnen het totale Vlaamse festivalaanbod. Het publiek wordt geconfronteerd met een brede waaier aan klankarchitecturen uit zowel verleden als heden in een uitdagend concept, dat voor 2013 al vrij concreet is uitgewerkt. Het idee van de late night-concerten in samenwerking met muziekclub de Kreun is een interessant nieuw initiatief, dat ongetwijfeld een jonger publiek zal kunnen aantrekken door het programmeren van ensembles die het grensgebied tussen rock en hedendaags klassiek zoeken. Het gaat voorlopig slechts over een tweetal concerten, maar dit kan hopelijk op termijn ook nieuw publiek genereren voor de reguliere concerten. 1.3
Profilering en positionering
Binnen het Vlaamse muzieklandschap en meer in het bijzonder binnen het geheel van de Festival van Vlaanderen-afdelingen zijn zowel het profiel als de positie van de Kortrijkse afdeling vrij uniek. Het is het enige festival dat terecht zoveel aandacht besteedt aan geluidskunst. Door de focus op de hedendaagse muziek lijkt de programmering van het Festival van Vlaanderen - Kortrijk deze van de afdeling Vlaams-Brabant te overlappen, maar ze is veeleer aanvullend te noemen omdat ze eigen accenten legt. De nadruk ligt meer op allerlei cross-overs.
Pagina 82 van 109
1.4
Langetermijnvisie
Een langetermijnvisie is duidelijk aanwezig en uitgewerkt. De gestelde criteria om deze visie gestalte te geven, zijn duidelijk omschreven: niet te vaag, maar met voldoende ruimte om steeds de vinger aan de pols te kunnen houden betreffende de internationale evoluties ter zake. 1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
Festival van Vlaanderen - Kortrijk is een festival dat anders is dan de andere en als zodanig niet enkel landelijk, doch meer en meer internationaal wordt geapprecieerd. Zeker het deel geluidskunst (wat vroeger ‘Happy New Ears’ was) kent internationale uitstraling, althans binnen de eigen niche. Met de geciteerde namen en de frisse aanpak kan dit voor de andere luiken van het programma ook lukken. De ligging in het grensgebied met Frankrijk en de contacten in de omliggende regio, onder meer in het kader van Muze/Muse, kunnen een troef zijn wat betreft het bevorderen van de uitstraling. De toekomst zal moeten uitwijzen of deze troeven hier echt kunnen worden uitgespeeld, maar de initiatieven en aanzetten zijn alvast zeer veelbelovend. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Het is voor Kortrijk zeker een goede zaak dat het festival er zo’n frisse wind doet waaien. Het is een snel groeiend festival met nog heel wat potentieel. De happening ‘Stadsmuziek’ zorgt voor een grote betrokkenheid van de hele binnenstad. De avontuurlijke programmatie en de samenwerking met het Stedelijk Conservatorium betekenen ongetwijfeld een artistieke meerwaarde voor de regio. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Door het festival wordt Kortrijk stilaan een culturele ontmoetingsplaats waar botsende meningen en opvattingen op een vreedzame manier met elkaar worden geconfronteerd. Er zijn diverse pedagogische en andere initiatieven die drempelverlagend werken. Zo kan het gratis geluidskunstparcours Klinkende Stad heel wat mensen met drempelvrees voor concertzalen, toch bij het festivalgebeuren betrekken. Festival van Vlaanderen - Kortrijk stelt eerlijk dat muziekeducatie niet zijn core business is, maar probeert toch iets te doen op dit vlak. Relevante partners worden aangezocht om het festival daarbij te ondersteunen. De samenwerkingen met Matrix en Wit.h, een sociaal-artistieke werkplaats, zijn zinvol. 1.8
Samenwerking en netwerking
Het Festival van Vlaanderen - Kortrijk is stevig ingebed in zowel Vlaamse als internationale netwerken en vervult er een belangrijke rol, vooral op het vlak van geluidskunst. De organisatie is onder meer stichtend lid van Resonance. Het Festival is een van de initiatiefnemers van het grensoverschrijdend samenwerkingsverband Muze/Muse. De andere leden zijn Concertgebouw Brugge, MAfestival, Opéra de Lille en Théâtre d’Arras. Er wordt samengewerkt zowel op artistiek, organisatorisch en financieel gebied.
Pagina 83 van 109
1.9
Publieksgerichtheid
Dat het Festival van Vlaanderen - Kortrijk een publiek dat wil verrast worden tracht te bereiken en via allerlei initiatieven in samenwerking met andere organisaties dit tracht te vergroten, kan de beoordelingscommissie enkel toejuichen. Ondanks het feit dat de publieksopkomst in stijgende lijn verloopt, acht de commissie een verdere uitbreiding van de communicatiestrategieën wenselijk. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
Binnen de artistieke werking van Festival van Vlaanderen - Kortrijk is er heel wat aandacht voor diversiteit. Door de keuze voor vele soorten cross-overs is er aandacht voor interculturaliteit, maar die is eerder beperkt. In de huidige Vlaamse maatschappelijke context vindt de commissie echter dat aandacht voor interculturaliteit een absolute noodzaak is. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
Festival van Vlaanderen - Kortrijk vraagt een forse verhoging van het subsidiebedrag ten opzichte van de vorige periode. De gewenste verhoging is bedoeld voor een lichte verhoging van het artistieke budget en vooral voor de uitbreiding van het personeelsbestand van 1,73 naar 2,39 voltijdse equivalenten. De huidige bezetting is in verhouding tot de schaal van de werking minimaal te noemen en de gevraagde uitbreiding is niet exuberant. De geraamde kosten lijken zeker niet overdreven, maar de eigen inkomsten, vooral uit ticketverkoop, zouden wel iets beter kunnen. Festival van Vlaanderen - Kortrijk is een jong festival, dat zich duidelijk op de kaart heeft gezet. De Beoordelingscommissie Muziek adviseert om de organisatie in de periode 2013-2016 te blijven ondersteunen. Gezien de groei van de organisatie is een verhoging van de subsidie terecht, maar niet tot het gevraagde bedrag. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag. 3
Gemotiveerde behandeling repliek
De organisatie maakte geen gebruik van de mogelijkheid om een repliek in te dienen op het artistieke advies. De Beoordelingscommissie Muziek handhaaft dan ook haar advies. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag.
Pagina 84 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-009
Organisatie:
Festival van Vlaanderen Kortrijk vzw
Gevraagd bedrag:
275.117,00 euro
1
Zakelijk advies
Beknopte historiek organisatie
De eerste editie van het nieuwe Festival van Vlaanderen Kortrijk ging van start in april 2010. Daarbij werd de organisatie meteen opgenomen binnen de koepel van het Festival van Vlaanderen. Voor de periode 2010-2012 kreeg het Festival (nog onder de naam ‘Happy New Festival’) een subsidie van jaarlijks 200.000 euro (in 2011 werd 192.505,72 euro toegekend). Voor de periode 2013-2016 wordt jaarlijks gemiddeld 275.117,00 euro gevraagd. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
De evaluatie van de werking beperkt zich momenteel tot 2010 maar is positief. Het actieplan werd vrijwel volledig uitgevoerd, er is een accurate budgetopvolging. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
Er is veel aandacht voor een visie op lange termijn, zowel op het vlak van de actieplannen, de uitstraling in de regio, de publiekswerking en de samenwerkingsverbanden. Het Festival van Vlaanderen Kortrijk definieert zichzelf als een muziekfestival in Zuid-West-Vlaanderen maar bij uitbreiding ook binnen de Eurometropool Lille-Kortrijk-Tournai. 2017 wordt gezien als streefdatum om het festival binnen die metropool te verankeren. De data voor de volgende jaren liggen vast, het festival begint telkens twee weken na Pasen (periode april-mei) en duurt ruim twee weken. 3.2
Samenwerking en netwerking
Samenwerking gebeurt op drie niveaus. Op regionaal niveau zijn er een vijftal partners voor coproductie en copresentatie (o.m. cc Kortrijk, vzw Euterpe, Jeugd en Muziek Kortrijk en Buda). Op Vlaams niveau gaat het o.m. om het Centrum voor nieuwe muziek Matrix, Koor & Stem en Festival van Vlaanderen Mechelen. Ook internationaal wordt samengewerkt, via het Resonance-netwerk en via een netwerk van festivals nieuwe muziek. Aan het aanvraagdossier zijn heel wat intentieverklaringen toegevoegd van organisaties die de al bestaande samenwerking herbevestigen voor de komende jaren. 3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven zijn begroot op 466.629 euro waarvan euro bij post 62 als loonkosten, wat overeenkomt met een personeelsbezetting van 2,74 voltijdse equivalenten. Daarnaast zijn er nog een aantal andere vergoedingen op zelfstandige basis (32.886 euro), het gaat zowel om artistieke honoraria als om honoraria voor publiekswerking. De publiekswerking is met ruim 23.000 euro een belangrijke kost maar uiteraard erg
Pagina 85 van 109
belangrijk voor de goede werking van een festival. De artistieke productiekosten zijn geraamd op 152.000 euro. Aan de inkomstenzijde wordt gerekend op een eigen omzet van 86.375 euro (18,5%), dit is aan de lage kant. Naast de subsidie van de Vlaamse Gemeenschap (267.000 euro in 2013 of 57%) zijn er nog subsidies van de stad Kortrijk, de provincie West-Vlaanderen en van de Europese Gemeenschap. Als conclusie zijn we van mening dat de verhouding tussen de artistieke kosten en de overhead aanvaardbaar is, de verhoging van de eigen inkomsten blijft echter een aandachtspunt. 3.4
Publieksgerichtheid
Het FVK richt zijn werking op verschillende doelgroepen en zorgt daarom voor een divers aanbod. Er zijn zowel projecten met een groot publieksbereik (Klinkende Stad, Stadsmuziek, internationale toppers) als kleine projecten (concerten hedendaagse muziek) en participatieve projecten (binnen de educatieve werking). De communicatiestrategie is goed doordacht, aangepast aan de doelgroepen en wordt gedetailleerd toegelicht. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
Er wordt een subsidie gevraagd van jaarlijks gemiddeld 275.117 euro (267.000 euro in het eerste jaar), wat neerkomt op een reële stijging van zowat 75.000 euro ten opzichte van de huidige subsidie (er werd jaarlijks 200.000 euro toegekend voor de periode 20102012). In het inhoudelijke plan is echter eveneens een aanzienlijke stijging van de totale inkomsten voorzien van 354.000 euro (begroting 2011) naar 466.000 euro (begroting 2013). De subsidie van de Vlaamse Gemeenschap bedroeg in 2010 196.400 euro, dit is 69% van de totale inkomsten (284.875 euro). In de begroting 2013 daalt het procentuele aandeel van de Vlaamse Gemeenschap naar 57%. Tegelijk stellen we vast dat de eigen inkomsten in 2013 worden geraamd op 18,5 %, weliswaar nog bescheiden maar toch een groei ten opzichte van 2010, (toen 14,8%) en zeker opvallend in absolute cijfers (van 42.180 euro in 2010 naar 86.375 euro in 2013). Momenteel bedraagt de personeelsbezetting 1,73 VTE, dit zou stijgen naar 2,74 VTE. Het gaat hier niet om één extra medewerker maar om een uitbreiding van de inschrijving van 4 personeelsleden en van de engagementen van de punctuele technici. De artistiek en zakelijk directeur is momenteel in dienst voor 0,65 VTE, dit zou worden uitgebreid naar 0,9 VTE, een verhoging met zowat een derde of een 20.000 euro. Voor een festival met een meerjarige werking is dit zeker aanvaardbaar. Daarnaast is er een uitbreiding op vlak van communicatie (van 0,50 VTE naar 0,65 VTE), een bijkomende administratief medewerker (0,5 VTE) en enkele punctuele engagementen nl. een festivalmedewerker en technici (samen 0,35 VTI). Dit is een belangrijke groei van de overhead, het agentschap meent dat hierin enige beperking mogelijk is. In zijn vorig zakelijke advies had het agentschap gepleit voor een geleidelijke organische groei. De doorlichting van de werking in 2010 en het professioneel opgemaakte dossier voor de periode 2013-2016 kunnen deze mening alleen maar versterken. Een realistisch financieel groeipad is dan ook aanvaardbaar.
Pagina 86 van 109
3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistieke beleidsplan wordt goed gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan. De verschillende begrotingsposten worden zeer gedetailleerd en transparant toegelicht en gemotiveerd. 3.8
Haalbaarheid
Op basis van de huidige en de voorbije werking en in functie van het criterium haalbaarheid, lijkt de realisatie van het festival zeker mogelijk. Ondanks een nog maar korte werking sinds 2010 heeft de organisatie al de nodige expertise kunnen aantonen. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
Het agentschap heeft kennis genomen van de bijkomende duiding die het Festival van Vlaanderen Kortrijk heeft gegeven bij de gewenste personeelsbezetting en kan zich vinden in een aantal opmerkingen. De gevraagde uitbreiding van het deeltijds engagement van de communicatiemedewerker zou moeten resulteren in een verhoging van de eigen inkomsten. Ook voor een betere administratieve en technische omkadering worden valabele argumenten gegeven. Dit zou een verdere organische groei van het Festival vergemakkelijken. Anderzijds moeten ook voldoende inspanningen worden geleverd om het procentuele aandeel van de eigen inkomsten te verbeteren. Het agentschap gaat akkoord met een reële stijging van de subsidie, maar niet voor het volledige gevraagde bedrag, voor zover de beoordelingscommissie Muziek deze piste volgt. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht.
Pagina 87 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-010
Organisatie:
Jazz en Muziek
Gevraagd bedrag:
594.742,75 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
Het Gent Jazz Festival (dat oorspronkelijk de naam Blue Note Festival droeg) bestaat sinds 2002 en vindt plaats gedurende acht dagen in juli in Muziekcentrum de Bijloke in Gent. Sinds 2008 heeft de vzw rond het festival, Jazz en Muziek, ook de organisatie van het al bestaande Jazz Middelheim overgenomen, een vijf dagen durend festival in augustus in Park Den Brandt in Antwerpen. Vanaf 2010 is er in november op verschillende locaties in Gent het Jazz & Sounds Festival, een driedaags festival rond vernieuwende jazz en experimentele muziek. In 2011 kwam daar ook nog Jong Jazztalent Gent bij, een jongerenwedstrijd voorafgaand aan het Gent Jazz Festival. De organisatie kampt sinds lange tijd met een aanzienlijke gecumuleerde schuld en blijft een ondoorzichtig financieel beleid voeren. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
Jazz en Muziek brengt concerten van internationale jazzsterren en Belgische jazzformaties verspreid over een aantal festivals. In de periode 2013-2016 zijn er geen grote veranderingen of nieuwigheden voorzien. Het Gent Jazz Festival en Jazz Middelheim blijven hun geijkte koers varen. Jazz en Muziek heeft in het verleden bewezen zowel inhoudelijk als organisatorisch professioneel te werken, maar over de concrete programmering voor de komende periode is in het aanvraagdossier nog niets terug te vinden, ook niet voor het eerste jaar. Onder rubriek 1.2 van het beleidsplan (artistieke en inhoudelijke plannen) is enkel een profielbeschrijving van Gent Jazz Festival en van Jazz Middelheim terug te vinden. Voor de concrete uitwerking verwijst het dossier naar het bijgevoegde Excelbestand. Daarin vindt men de dagen van de verschillende festivals, de ticketprijs, de namen en lonen van de medewerkers, resultatenrekeningen, een planning van persconferenties en internationale meetings,… maar geen namen van muzikanten die in 2013 zullen aantreden. Er zijn dus weinig elementen om een artistiek oordeel te vellen. In feite is het nogal ongeloofwaardig dat er midden 2011 nog zo weinig gegevens voor de editie 2013 bekend zijn. Het Gent Jazz Festival heeft een breed profiel. Men kan stellen dat het geen louter jazzfestival is. De voorbije edities hadden wel een goed programma (zij het dat deze programma’s niet meteen risicodragend waren omdat de geprogrammeerde groepen zich vaak binnen het meer commerciële segment van de jazzsector situeerden) en het werd altijd op een degelijke manier georganiseerd. De voorbije edities bereikten dan ook een groot publiek. Het festival wordt voorafgegaan door Jong Jazztalent Gent, een wedstrijd met enige renommee. Deze wedstrijd wordt opgezet in samenwerking met JazzLab Series. De jury oogt professioneel. De winnaars krijgen een aantal betaalde optredens aangeboden. Jazz en Muziek heeft de organisatie van Jazz Middelheim overgenomen van de VRT. Dit festival biedt naast het podium in het park ook nevenpodia in deSingel en enkele andere locaties in Antwerpen. De huidige programmering sluit voor een deel aan bij de programmalijnen van Gent Jazz Festival. Het festival brengt breed toegankelijke vormen van jazz naast minder courante uitingsvormen als free jazz en cross-over. Voor het Jazz & Sounds Festival werkt de organisatie samen met Muziekcentrum de Bijloke, kunstencentrum Vooruit en het Gentse conservatorium (Hogeschool Gent). Dit
Pagina 88 van 109
festival focust op intiemere jazzprojecten die indoor beter tot hun recht komen dan binnen een openluchtcontext. Op het programma staan dan ook kleinere concerten met creaties en experimenten, cross-over, elektronica,... Er vallen al enkele namen, maar voor de concrete planning wordt in het beleidsplan wederom verwezen naar de bijlagen. Meer dan de vermelding ‘derde week November: Jazz and Sounds’ valt daar echter niet te lezen. De modaliteiten van de samenwerking met de partners komen in het dossier niet echt duidelijk naar voren, maar de voorbije edities was Jazz en Muziek in feite slechts in beperkte mate betrokken bij de organisatie van het Jazz & Sounds Festival omwille van de financiële problemen. Vanaf 2012 zou de organisatie er een grotere rol in willen spelen. Volgens het aanvraagdossier heeft Jazz en Muziek ook een educatieve werking, maar deze lijkt vooral te bestaan in het ondersteunen van initiatieven van andere organisaties, zoals het Conservatorium van Gent en de Artesis Hogeschool in Antwerpen. Dit geldt ook voor de workshops die in het kader van de festivals worden opgezet voor semiprofessionele muzikanten en amateurs. Deze workshops worden eigenlijk aangeleverd door Jazzmozaïek. De Beoordelingscommissie Muziek merkt op dat het aanvraagdossier over het algemeen slordig is opgesteld: hier en daar blijken er zinsdelen te ontbreken, redeneringen krijgen geen eindpunt,... Daarbij komt dat Jazz en Muziek blijkbaar in de veronderstelling verkeert dat ze alle rubrieken van het standaardformulier moet invullen. Zo wordt rubriek 1.2.1 van het standaardformulier (productieve werking: eigen producties) omstandig ingevuld terwijl van eigen artistieke creaties geen sprake is. De organisatie heeft immers een louter receptieve werking. De organisatie heeft verder ook de rubrieken ‘creatieopdrachten’ en ‘onderzoek en onderzoeksopdrachten’ van het standaardformulier ingevuld, maar komt niet verder dan een aantal gemeenplaatsen zonder concrete inhoud, planning, werkmethode,... Tenslotte wenst de Beoordelingscommissie Muziek op te merken dat lage uitkoopsommen en de eisen om exclusiviteit het Gent Jazz Festival een slechte reputatie bezorgen. 1.3
Profilering en positionering
Jazz en Muziek heeft in wezen drie profielen, omdat het gaat om drie verschillende festivals. Zeker met Gent Jazz en Jazz Middelheim is Jazz en Muziek er in geslaagd om zich te positioneren tussen de grootste jazzfestivals van West-Europa. In eigen land zijn deze festivals belangrijk binnen het jazzveld. Niet alleen bereiken ze zeer veel toeschouwers, maar de organisatie houdt de balans tussen grote en kleinere namen, koestert de Belgische muzikanten en reikt hen via het steeds toenemender netwerk van het festival nieuwe internationale mogelijkheden aan. 1.4
Langetermijnvisie
Uit het aanvraagdossier blijken weinig concrete plannen op lange termijn. In de inleidende brief wordt wel gewag gemaakt van het willen afbouwen van de schuldenberg uit het verleden. Men kan er dan ook van uitgaan dat de organisatie vooral haar huidige werking wil voortzetten. Alleen de wedstrijd voor jonge jazzmuzikanten en de educatieve werking wijzen er enigszins op dat Jazz en Muziek toch wel met de toekomst bezig is en wil focussen op nieuwe talenten binnen de internationale jazzwereld. Elke langetermijnvisie zal echter staan of vallen met het vinden van een oplossing voor de problemen van de organisatie, in de eerste plaats de financiële problemen. 1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
Het Gent Jazz Festival is het grootste jazzfestival in ons land. Het heeft in de tien jaren van zijn bestaan een flinke reputatie opgebouwd en had tijdens de laatste editie 38.000
Pagina 89 van 109
bezoekers. Jazz Middelheim heeft al lang een grote naambekendheid en trekt vooral wat oudere festivalgangers aan. De professionaliteit van zowel programmering als organisatie is verbeterd sinds Jazz en Muziek het festival van de VRT overnam. Deze festivals hebben ook internationale uitstraling, maar dan vooral bij de professionals van de jazzsector. Dit blijkt bijvoorbeeld uit het recent toetreden van Jazz en Muziek tot de International Jazz Festivals Organisation, een organisatie die momenteel de zestien meest toonaangevende jazzfestivals van de wereld samenbrengt. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Omdat Gent Jazz en Middelheim de grootste en meest bekende jazzfestivals zijn, kan de organisatie bekende internationale namen aantrekken die een groot publiek op de been brengen. Hierdoor krijgen ook Vlaamse jazzgroepen de mogelijkheid om voor datzelfde grote publiek aan te treden. De internationale uitstraling van beide festivals maken dat Vlaanderen meespeelt in de wereldwijde jazzscène, wat ook weer podiumkansen in het buitenland kan creëren voor de Vlaamse jazzmuzikanten. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Voor de jazzscène in Vlaanderen zijn de realisaties van Jazz en Muziek van groot belang. De festivals, de wedstrijd en de educatieve werking bieden een toekomstperspectief voor talrijke jazzmuzikanten en -studenten. 1.8
Samenwerking en netwerking
Jazz en Muziek werkt op landelijk, regionaal en lokaal vlak nauw samen met diverse partners. Met de VRT heeft Jazz en Muziek een ruilcontract afgesloten voor samenwerking op zowel promotioneel als inhoudelijk vlak. De VRT geeft voor 200.000 euro reclame in ruil voor de captatie- en uitzendrechten van de verschillende concerten. Jazz Gent en Middelheim krijgen op die manier een grote mediacampagne. De organisatie beweegt zich tevens in internationale netwerken. Zo is Jazz en Muziek lid van de International Jazz Festivals Organisation, een netwerk van de meest toonaangevende jazzfestivals in de wereld en werkt het samen met het European Jazz Network. 1.9
Publieksgerichtheid
De publiekscijfers en -samenstelling van de werking tonen de publieksgerichtheid van de organisatie aan. Zeker voor de twee grote festivals weet Jazz en Muziek publiek op de been te krijgen door een goede mediacampagne. Opvallend is ook de grootschalige vipwerking. Deze uitgebreide vip-werking gaat meer dan eens ten koste van de ontvangst van vertegenwoordigers van de pers. Jazz en Muziek heeft oog voor de verscheidenheid van haar publiek. Er is voor elk wat wils: van de muziek op de grote podia voor de gewone jazzliefhebber tot jamsessies voor de freaks en workshops en masterclasses voor de jongeren. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
De artistieke programmering van beide jazzfestivals getuigt weliswaar van diversiteit binnen het geheel van het jazzgebeuren en men heeft oog voor de toegankelijkheid van mensen met een lichamelijke beperking, maar over het algemeen laat de organisatie serieuze kansen liggen op dit vlak. Jazz en Muziek is absoluut niet bezig met interculturaliteit. De Beoordelingscommissie vindt dat in de huidige Vlaamse
Pagina 90 van 109
maatschappelijke context aandacht voor interculturaliteit een absolute noodzaak is. De jazz (zelf afkomstig uit een culturele minderheid) is als geen andere muzieksoort geschikt om hier een rol te spelen. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
Jazz en Muziek vraagt ongeveer een verdubbeling van het subsidiebedrag ten opzichte van de huidige periode. De motivering voor deze subsidieverhoging is echter lang niet duidelijk. Dit doet vermoeden dat de echte reden voor de forse verhoging wellicht in de eerste plaats ligt bij de nog steeds bestaande schuldenlast. Ter verantwoording van een hogere subsidieaanvraag voert Jazz en Muziek aan dat er voor Jazz Middelheim onvoldoende geld is voor een mediaplan. Nochtans krijgt Jazz en Muziek van de VRT 200.000 euro voor mediacampagnes rond dit festival. Er wordt een groot bedrag aan inkomsten uit sponsoring voorzien, maar dit moet volgens het dossier vooral dienen voor de financiering van de catering voor de vip-gasten, dus voor dezelfde mensen die deze sponsoring geven. De bedragen die aan vrijwilligers worden uitgekeerd, tonen aan dat de organisatie niet echt gedragen wordt door die vrijwilligers. Eigenlijk zijn ze de goedkoopste werkkrachten. Algemeen kan men stellen dat het Gent Jazz Festival een groot publieksbereik heeft en dus winstgevend zou moeten zijn. Hetzelfde geldt wellicht ook voor Jazz Middelheim. Het is dan ook zeer vreemd dat Jazz en Muziek kampt met zo’n groot gecumuleerd verlies. Dit doet een verregaand zakelijk wanbeheer vermoeden. De commissie komt niet tot een eensgezind standpunt. Een meerderheid binnen de Beoordelingscommissie Muziek geeft een negatief advies, vooral omwille van de hierboven geformuleerde bedenkingen. Een minderheid binnen de commissie adviseert om de organisatie toch meerjarig te subsidiëren, maar dan wel voor een bescheiden bedrag, omwille van het belang van de festivals voor het jazzgebeuren in Vlaanderen. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert een meerderheid binnen de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren. Een minderheid adviseert om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag. 3
Gemotiveerde behandeling repliek
In haar repliek geeft de organisatie enkele verdere toelichtingen, onder meer in verband met de invulling van het programma, de samenwerking met Glimps, de educatieve werking, de uitkoopsommen, de opvolging van de financiën en het personeel en partnerschappen tijdens de festivals. De organisatie geeft aan initiatieven de nemen om jonge Vlaamse muzikanten op internationaal vlak te steun. De commissie heeft hier waardering voor. Wat de uitkoopsommen betreft, blijft de commissie bij haar standpunt dat die laag zijn, zeker wanneer er exclusiviteit in Vlaanderen geëist wordt gedurende een vrij lange periode voor en na het festival. Verder betreurt de commissie dat er opnieuw een sabbatjaar wordt ingelast voor het Jazz and Sounds festivals, wat net een artistieke interessant en gedurfd onderdeel van de werking van de organisatie is. Tot slot neemt de commissie nota van de zakelijke opmerkingen, maar vindt hierin geen elementen die sterk verschillend zijn ten opzichte van het oorspronkelijke aanvraagdossier.
Pagina 91 van 109
De commissie is van oordeel dat de verduidelijkingen niet van die aard zijn dat ze een fundamentele wijziging van het voorlopige advies inhouden. Ze handhaaft dan ook haar voorlopige advies. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies adviseert een meerderheid binnen de Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren. Een minderheid adviseert om de organisatie te subsidiëren, maar niet voor het gevraagde bedrag.
Pagina 92 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-010
Organisatie:
Jazz en Muziek vzw
Gevraagd bedrag:
594.742,75 euro
1
Zakelijk advies
Beknopte historiek organisatie
In 2002 organiseerde Jazz en Muziek voor de eerste keer het ‘Blue Note Festival’, vanaf 2008 omgedoopt tot het ‘Gent Jazz Festival’. In dit kader vindt ook de jongerenwedstrijd ‘Jong Jazztalent Gent’ plaats. Vanaf 2008 werd ook Jazz Middelheim, dat al een lange traditie kent, door Jazz en Muziek georganiseerd. In 2010 werden de activiteiten nog verder uitgebreid met het indoorfestival ‘Jazz&Sounds’. In 2007-2009 kreeg de organisatie een jaarlijkse subsidie van 110.000 euro, in de periode 2010-2012 steeg de subsidie naar 300.000 euro (in 2011 werd 288.758,59 euro toegekend). Voor de subsidieperiode 2013-2016 wordt nu jaarlijks 594.742,75 euro gevraagd. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
Uit de evaluatie 2010 blijkt dat er negatief resultaat werd geboekt waardoor het gecumuleerd verlies opliep tot 620.000 euro. Als gevolg van de slechte financiële situatie werd o.m. de samenwerking met Jazz in het Park stopgezet. In 2011 worden anderzijds wel ernstige inspanningen gedaan om de schuld af te bouwen. De laatste kwartaalrekening van 2011 wijst op een aanzienlijke winst maar pas bij de eindafrekening 2011 zal blijken in welke mate dit is gelukt. In het aanvraagdossier gaat de organisatie ervan uit dat er een schuldafbouw kan zijn van 320.000 euro. Het agentschap zal hierop verder nauwlettend blijven toezien. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
Het is de bedoeling om de sanering ook in 2012 verder door te voeren (er wordt gerekend op een verdere schuldafbouw van 200.000 euro) zodat het nieuwe beleidsplan op een gezonde financiële basis kan worden gerealiseerd. De planning is nog maar weinig gedetailleerd uitgewerkt maar de organisatie van het Gent Jazz Festival (8 dagen in juli) en van Jazz Middelheim (4 dagen in augustus) wordt gewoon verdergezet. Dit geldt ook voor de andere initiatieven zoals Jazz&Sounds (derde week van november) en Jong Jazztalent Gent. De visie op de productieve en de receptieve werking en op de invulling van het kunsteducatieve luik wordt goed toegelicht. 3.2
Samenwerking en netwerking
De samenwerkingsverbanden zijn uitgebreid en divers en worden gedetailleerd besproken. Op artistiek vlak zijn er de Vlaamse en internationale jazzfestivals, ook de internationale netwerken waarvan Jazz en Muziek deel uitmaakt, zoals bvb. de IJFO (‘International Jazz Festival Organisation). In het kader van Jazz Middelheim zijn er partnerships met de Artesis Hogeschool, het platenlabel ‘De Werf’, Jazzmozaïek en DeSingel. In Gent wordt samengewerkt met Vooruit, Muziekcentrum De Bijloke en de Hogeschool Gent. Met de VRT, tot 2007 de organisator van Jazz Middelheim, is er een belangrijke sponsorovereenkomst.
Pagina 93 van 109
3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven bedragen 3.867.428,75 euro waarvan 307.340 euro (8%) voor het personeel in loondienst (brutobedragen onder post 62). Het gaat om 6 voltijdse bedienden waarvan 3 voor promotie en publiekswerking, 1 voor administratieve ondersteuning en 2 artistiek/inhoudelijke medewerkers. Daarnaast zijn er nog belangrijke personeelskosten voor de vrijwilligers (105.040 euro) en voor de diensten op zelfstandige basis (167.500 euro waarvan 90.000 euro voor de zakelijke leiding). De artistieke productiekosten bedragen 1.828.250 euro waarvan 1.252.250 euro (32%) wordt besteed aan uitkoopsommen en coproductiebijdragen. Opvallende grote uitgaven zijn de verplaatsings- en verblijfkosten (563.000 euro) en de promotie/verkoop (500.500 euro). Aan de inkomstenzijde wordt gerekend op een eigen omzet van 2.992.686 euro (77%), het gaat zowel om eigen ticketverkoop als om sponsoring. Aan deze sponsoring (voor een bedrag van 1.118.400 euro) is echter wel een return verbonden via media, VIParrangementen en tickets, het gaat dus niet om zuivere inkomsten. Het hoge percentage eigen inkomsten moet dus in die zin worden genuanceerd. De totale subsidies bedragen 874.742 euro waarbij het aandeel van de Vlaamse Gemeenschap 594.742 euro vertegenwoordigt (15% van het totale budget). Belangrijk zijn ook de subsidies op gemeentelijk niveau (steden Gent en Antwerpen) met in totaal 245.000 euro en een relatief klein bedrag van de provincie Oost-Vlaanderen (35.000 euro). Als conclusie zijn we van mening dat het percentage dat wordt besteed aan artistieke producties op zich niet zo slecht is voor een festival maar een stuk hoger zou liggen als bepaalde overheadkosten meer onder controle worden gehouden. 3.4
Publieksgerichtheid
De publiekswerking wordt gedetailleerd toegelicht. Belangrijk daarbij is het doorgedreven en jaarlijks publieksonderzoek. Elk festival heeft zijn eigen doelgroepen, de strategie van de publiekswerving wordt hieraan aangepast. Sommige activiteiten zoals het Jong Jazztalent Gent, worden gratis aangeboden. De communicatie gebeurt zowel via de klassieke nieuwsbrief als via een brede mediacampagne. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
De organisatie vraagt een subsidie van 594.742 euro per jaar, dit is bijna een verdubbeling ten opzichte van het huidige subsidiebedrag. Deze verhoging zou o.m. worden gebruikt voor 2 bijkomende personeelsleden (2 vte, éen voor administratie en één voor publiekswerking) wat het team zou brengen op 6 voltijdse medewerkers. Hierdoor neemt de overhead verder toe, hetgeen niet wenselijk is. In welke mate een deel van de gevraagde verhoging zou worden besteed aan artistieke producties blijft vaag en wordt niet transparant verantwoord. Het aandeel van de werkingssubsidie, dat in 2010 ongeveer 9,4% bedroeg, zou hiermee stijgen tot ruim 15%. Het agentschap vindt dat het groeipad niet realistisch is en ook niet de gewenste richting uitgaat nl. een grotere toewijzing van de financiële middelen aan de artistieke werking. Er kan ook aan worden herinnerd dat in de huidige subsidieperiode 2010-2012 al een belangrijke verhoging werd toegekend en dat er desondanks een ernstig deficit werd opgebouwd. De organisatie maakt zich sterk dat dit tegen 2013 in grote mate zal zijn
Pagina 94 van 109
weggewerkt, maar dit moet nog worden aangetoond. Het is ook niet de bedoeling dat de bijkomende subsidiëring hiervoor wordt gebruikt. Als conclusie is het agentschap van mening dat de werking van de voorbije jaren heeft aangetoond dat een drastische schuldafbouw een eerste vereiste is en dat in het algemeen de zakelijke opvolging veel te wensen overlaat. Ook in de toekomst dient op zakelijk vlak een voorzichtig en realistisch beleid te worden gevoerd waarbij op een aantal overheadposten zoals o.m. promotie, zeker kan worden gesnoeid. Bijgevolg wordt een beperking van de huidige subsidie geadviseerd. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistieke beleidsplan wordt goed gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan. Zoals al gesteld, gaat het agentschap echter niet akkoord met de voorgestelde uitbreiding van het personeelsbestand en evenmin met een verhoging van het subsidiebedrag. 3.8
Haalbaarheid
Op basis van de huidige en de voorbije werking heeft de organisatie de nodige expertise kunnen aantonen. In functie van het criterium haalbaarheid, lijkt de realisatie van de voorgelegde plannen mogelijk. Het agentschap wijst er wel op dat de organisatie haar werking mogelijk zal dienen te realiseren met minder middelen dan gevraagd. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
De organisatie reageerde in haar repliek enkel op elementen uit het artistieke advies. Het agentschap handhaaft dan ook zijn advies. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie te subsidiëren, maar voor een lager bedrag dan gevraagd, voor zover de beoordelingscommissie subsidiëring ook opportuun acht.
Pagina 95 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-011
Organisatie:
Personal Mountains
Gevraagd bedrag:
140.000,00 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
Personal Mountains organiseert het festival C-mine Jazz Genk. De eerste editie van dit festival vond plaats in 2004 onder de naam Motives Festival Genk. Het ging toen om een groots opgezet vijfdaags festival, gefinancierd met middelen uit de impulssubsidies Limburg. De edities 2005 en 2006 werden teruggeschroefd naar vier dagen. In 2007 werd het festival voor het eerst erkend en structureel gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap voor een bedrag van 200.000 euro. Vanaf 2008 werd de duur van het festival gereduceerd tot drie dagen. In de huidige subsidieperiode 2010-2012 werd de subsidie teruggebracht naar iets minder dan 70.000 euro. In 2010 verhuisde het festival naar de nieuwe C-mine-site te Genk. De duur van het festival werd intussen ook weer gereduceerd. Nu duurt het nog maar twee dagen. In 2011 heeft er om onduidelijke redenen geen festivaleditie plaatsgevonden. De leiding van het festival is nu doorgegeven aan Michel Bisceglia (artistiek) en Kati Vandevelde (zakelijk). 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
Zeker de eerste jaren had dit festival een scherp profiel met een ambitieus, kwalitatief en gedurfd programma. Het festival had oog voor hedendaagse evoluties in het jazzgebeuren en multimedia. Er was ruimte voor experiment, fusion en improvisatiemuziek van jonge muzikanten. Iedere editie was er ook een echte creatie- of productieopdracht. Het publiek liet het echter afweten, wellicht omdat het te gedurfd was. Een dergelijk profiel zou meer op zijn plaats zijn in een stad als Antwerpen of Gent. Daardoor werd de programmering jaar na jaar meer mainstream, al bleef ze artistiek waardevol. Onder de huidige artistieke leiding wil C-mine Jazz Genk deze evolutie voortzetten. Men gaat voor een relatief kleinschalig, overzichtelijk en verkoopbaar tweedaags project, waarbij men rekent op een 300-tal aanwezigen per dag. Naast twee headliners per dag wil men een aantal minder bekende bands of artiesten plaatsen. Voorlopig zijn er nog geen concrete namen voor 2013. Van de namen die al voor 2012 bekend zijn, vindt de commissie dat ze geen pioniersfunctie hebben binnen de eigentijdse jazz. Naast de receptieve presentatie ambieert de organisatie ook een productieve werking, waarbij men enkele bands en artiesten bijeenbrengt en met elkaar laat samenwerken. Jaarlijks zouden er enkele projecten worden opgezet, waarbij men vooral een samenwerking tussen grote internationale namen enerzijds en Vlaamse bands of artiesten anderzijds beoogt. De producties die hieruit voortvloeien zouden niet enkel op het festival zelf aantreden, maar ook op tournee worden gezet. In het dossier worden al enkele samenwerkingsprojecten voorzien voor de komende jaren. Het zijn al plannen die echter nog niet helemaal op punt staan. Tot slot is de beoordelingscommissie van oordeel dat een tweedaags festival geen meerjarige structurele subsidie rechtvaardigt.
Pagina 96 van 109
1.3
Profilering en positionering
C-mine Jazz Genk is het belangrijkste jazzfestival in Limburg en een beetje het sluitstuk van de inspanningen van de provincie om de jazz te stimuleren en coördineren (met Motives For Jazz). Het heeft over het algemeen een kwaliteitsvol en gevarieerd programma, met meestal ook veel aandacht voor binnenlandse bands. Het profiel komt echter alsmaar dichter te liggen bij dat van andere Vlaamse jazzfestivals. Dit getuigt enerzijds wel van een realistische inschatting vanwege de organisatie op het vlak van de publiekswerving, maar het is anderzijds jammer dat het ooit scherpe artistieke profiel nagenoeg verdwenen is. 1.4
Langetermijnvisie
Er zijn nog weinig concrete plannen voor de toekomst, zeker wat betreft de artistieke werking. Uit het ganse dossier blijkt dat men vooral de huidige werking wil consolideren in de toekomst. Door de voorgeschiedenis (scherp artistiek profiel, maar weinig publieksbereik) beseft de organisatie dat de huidige formule de meeste kans op succes geeft: kleinschalig festival, bekendere namen, nauwe samenwerking met C-mine, inzetten op muzikanten en publiek uit de Euregio. Men kiest er ook uitdrukkelijk voor om geen eigen personeel in dienst te nemen. Het festival heeft zelfs geen eigen kantoorruimte en ambieert die ook niet. 1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
C-mine Jazz Genk heeft enkel landelijke uitstraling bij kenners en voor de niet-kenners vooral een provinciale uitstraling. De specifieke inzet op promotie in de Euregio, meer specifiek promotie gericht op de jazzkernen in Maastricht, Aken en Luik, verleent het een zekere internationale bekendheid. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
C-mine Jazz Genk heeft op zich al een meerwaarde als belangrijkste jazzfestival in de regio, vooral dan voor de jazzliefhebbers en voor de jazzmuzikanten. Door de inbedding in de huidige locatie, de C-mine-site, en samenwerking met andere organisaties die daar gevestigd zijn, kan het festival ook een bijdrage leveren aan de uitbouw van deze site tot een cultureel zwaartepunt in de regio. 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Er zijn weinig podia waarop jazzmuzikanten terecht kunnen. Jazzfestivals als dit hebben dus een maatschappelijk belang in die zin dat zij deze leemte voor een stuk invullen. 1.8
Samenwerking en netwerking
In de rubriek publiekswerking van het aanvraagdossier staat vermeld: 'Het typische profiel van het festival (actuele jazz met zijn evoluties) maakt dat veel samengewerkt wordt met partners uit de cultuur- en kunstenwereld maar ook daarbuiten. Het publiek maakt zo kennis met tal van disciplines en staat open voor allerhande ontwikkelingen en prikkels.' Dit statement wordt echter niet geconcretiseerd in de opsomming van de partners in de rubriek samenwerking en netwerking. Er is samenwerking met enkele andere jazzorganisaties uit de Euregio, maar deze samenwerking betreft blijkbaar enkel het opzetten van een gezamenlijk communicatie-initiatief, met name de portaalsite www.eujazz.com. De netwerking van het festival draait voor de rest vooral rond lokale en regionale instanties.
Pagina 97 van 109
1.9
Publieksgerichtheid
C-mine Jazz Genk heeft de intentie om zo laagdrempelig mogelijk te blijven, maar in het dossier wordt niet echt toegelicht hoe men dit concreet wil bereiken. Men zegt ook dat men de cultuurcompetentie bij het publiek wil ontwikkelen, maar veel eigen initiatieven daarvoor staan er niet vermeld in het dossier. Men heeft het enkel over het geven van toelichting bij de concerten (maar dit gebeurt dan enkel via de programmabrochures en de website), alsook over samenwerking met een videokunstenaar (voor live visuals bij concerten) en over het opzetten van een tentoonstelling. De publiekswerving gebeurt via de gebruikelijke kanalen. De organisatie wil hierbij wel bijzondere aandacht besteden aan bepaalde doelgroepen, met name jongeren, het publiek uit de Euregio en de migrantengemeenschappen in Limburg. Het dossier blijft echter zeer vaag over hoe men dat wil aanpakken, behalve dan dat men voor het bereiken van het Euregio-publiek een speciale portaalsite heeft ontwikkeld. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
Het festival houdt rekening met de diversiteit van de Limburgse bevolking, al zal het voor een niche als jazz niet eenvoudig zijn om andere culturen te bereiken. Het dossier geeft aan dat het festival wil samenwerken met migrantengemeenschappen uit Genk, maar men stelt daarbij wel de voorwaarde 'indien de nodige middelen worden vrijgemaakt'. Dit is echter veeleer een kwestie van prioriteiten en keuzes maken dan van extra middelen. In de huidige Vlaamse maatschappelijke context vindt de commissie immers dat aandacht voor interculturaliteit een absolute noodzaak is. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
Personal Mountains vraagt ongeveer een verdubbeling van het subsidiebedrag ten opzichte van de vorige periode. De Beoordelingscommissie Muziek vindt in het voorliggende beleidsplan echter geen elementen terug die een dergelijke stijging van de subsidie zouden verantwoorden. Daarenboven heeft de Beoordelingscommissie enkele ernstige bedenkingen bij deze aanvraag. De verhuis naar de C-mine-site is een goede zaak, maar een dergelijk grote infrastructuur schept ook extra verwachtingen naar publieksbereik. C-mine Jazz Genk realiseert maar weinig eigen inkomsten. In het dossier zegt de organisatie daarover dat het festival een scherp, niet-commercieel profiel heeft en dat het daardoor onmogelijk voldoende eigen inkomsten kan genereren. Zoals hierboven reeds aangegeven, stelt de commissie net vast dat de programmering steeds meer mainstream is. Er heeft in 2011 geen editie van C-mine Jazz Genk plaatsgevonden, wel twee losse concerten. Deze twee concerten verantwoorden geenszins de toegekende werkingssubsidie. In het dossier wordt beweerd dat er in 2011 geen festivaleditie werd georganiseerd wegens de concurrentie van het festival Mecc Jazz Maastricht. Volgens de website van deze organisatie is er in 2011 echter helemaal geen Mecc Jazz geweest. Dit is zeer vreemd en doet vermoeden dat C-mine jazz een festivaljaar heeft overgeslagen om louter financiële redenen. Op pagina 21 van het festival staat immers: 'Tot op heden was ieder werkingsjaar verlieslatend, voor het eerst kon in 2011 een reserve aangelegd worden van ongeveer 7000 euro'. In ieder geval is het scenario om een festivaljaar over te slaan een zeer bedenkelijke ingreep. Dit schaadt het vertrouwen gezien de structurele subsidiëring inhield dat er een jaarlijks festival zou plaatsvinden. De samenwerking met boekingskantoor Redcat Artists van Kati Van De Velde roept eveneens vragen op. Dit boekingskantoor moet zorgen voor de verkoop van de eigen producties van de organisatie. Personal Moutains zou 12,5% (625 euro) terugkrijgen per
Pagina 98 van 109
concert op de uitkoopsom van 5.000 euro. Wat Redcat krijgt is onduidelijk. Op pagina 27 staat: 'Momenteel wordt de overeenkomst met het verkoopsbureau Redcat Artists concreet uitgewerkt opdat beide partijen hierin een degelijk akkoord bereiken'. Het is ongeloofwaardig dat de onderhandelingen hierover zo lang zouden duren dat men dit niet in het dossier kan vermelden. Helemaal bizar wordt het als men op pagina 24 leest: 'Daarnaast vervoegde ook Kati Van de Velde, als zijnde artistiek medewerker, het festivalteam. Kati zal Michel ondersteunen, maar ook instaan voor de dossiervorming, promotie en verkoop en spreiding van eigen producties'. Subsidies vragen om creaties op te zetten terwijl men iemand tewerkstelt die daarnaast voor eigen rekening commissies opstrijkt bij de verkoop van deze creaties, is deontologisch niet verantwoord. De omkadering van de organisatie bestaat uit drie mensen die op zelfstandige basis werken. De vergoeding die ze daarvoor krijgen (ieder tien maanden aan een vergoeding van per maand) is hoog in verhouding tot de beperkte duur van het festival. In de rest van het jaar realiseert de organisatie nauwelijks activiteiten (enkele Jazzlab concerten en wat educatieve activiteiten). Deze activiteiten hoeven niet door het festival uitgewerkt te worden. Dit kan ook in de reguliere werking van het C-mine Cultuurcentrum. In feite kan men zich afvragen waarom het hele festival niet wordt geïntegreerd in de werking van dit cultuurcentrum. De werking van de vzw Personal Moutains is eigenlijk te beperkt om meerjarige subsidiëring te verantwoorden. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren. 3
adviseert
de
Gemotiveerde behandeling repliek
De commissie stelt vast dat de reactie op het artistieke advies terecht is gekomen op de plaats waar normaal de reactie op het zakelijke advies had moeten staan. In haar repliek geeft de organisatie enkele verdere toelichtingen, onder meer in verband met de historiek van het festival, de visie van het festival, de artistiek-inhoudelijke invulling, de interculturaliteit en de samenwerkingsverbanden. De commissie herhaalt haar appreciatie voor de artistieke invulling van het festival, maar blijft van oordeel dat voor een dergelijk kortlopend festival geen structurele omkadering van een volledig jaar nodig heeft, zeker gezien de samenwerking met en steun van het cultuurcentrum en C-Mine. Ze vindt het programma dan ook eerder in aanmerking komen voor projectsubsidie. De commissie is van oordeel dat de verduidelijkingen niet van die aard zijn dat ze een fundamentele wijziging van het voorlopige advies inhouden. Ze handhaaft dan ook haar voorlopige advies. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren.
adviseert
de
Pagina 99 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-011
Organisatie:
Personal Mountains
Gevraagd bedrag:
140.000,00 euro
1
Zakelijk advies
Beknopte historiek organisatie
In 2004 werd het vijfdaags ‘Motives Festival Genk’ voor het eerst opgezet. Vanaf 2008 werd het een driedaags festival, in 2010 werd het verplaatst naar de C-mine site, waarbij het festival werd omgedoopt tot C-mine Jazz Genk. In 2012 vindt het festival plaats tijdens een weekend in april. In de periode 2007-2009 kreeg de organisatie een jaarlijkse subsidie van 50.000 euro, in de periode 2010-2012 steeg die naar jaarlijks 70.000 euro (in 2011 werd 67.377 euro toegekend). Voor de subsidieperiode 2013-2016 wordt nu jaarlijks 140.000,00 euro gevraagd. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
De evaluatie van de werking in 2010 heeft geen bijzondere problemen vastgesteld. Het kleine gecumuleerde tekort werd weggewerkt, er is nu een bescheiden overschot. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
Het is de bedoeling om nog meer in te zetten op de al bestaande productieve werking, in 2013 komt dit neer op twee grote internationale producties en één grote nationale productie. Op de planning van de volgende jaren wordt weinig concreet ingegaan, de profilering als internationaal jazzfestival met aandacht voor de laboratoriumfunctie en voor vernieuwing blijft wel behouden. Op het receptieve vlak voorziet men enerzijds programmering van actuele jazz, anderzijds is er de EU-jazzstage met jong talent en nieuwe jazz uit de Euregio. In geval er voldoende financiële mogelijkheden zijn, wil Cmine Jazz Genk ook een complementair aanbod kunsteducatie uitwerken. 3.2
Samenwerking en netwerking
De stad Genk en het cultuurcentrum Genk bieden financiële en logistieke ondersteuning bij de organisatie van het festival. Op inhoudelijk vlak wordt samengewerkt met diverse jazzorganisaties uit de Euregio, met het Internationaal Jazz Festival Bern en er is het lidmaatschap van het Europe Jazz Network. 3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven zijn begroot op 196.000 euro, waarvan 35.000 euro aan personeelskosten. De personeelsleden zijn niet in loondienst maar worden in hoofdzaak vergoed als zelfstandige. Het artistieke budget nl. alle honoraria, transport- en verblijfskosten van de artiesten wordt geraamd op 102.100 euro (52% van het totale budget). Dit is een goede verhouding met de overige kosten hoewel sommige overheaduitgaven toch aan de hoge kant zijn. Zo bedraagt het communicatiebudget,
Pagina 100 van 109
waarop men extra wil inzetten, 25.000 euro en de kosten van techniek en logistiek lopen op tot 28.500 euro. De toelichting bij deze uitgavenposten is eerder vrijblijvend en weinig transparant. Aan de inkomstenzijde wordt gerekend op een eigen omzet van 41.000 euro of ongeveer 21%. Dit is aan de lage kant. De overige inkomsten zijn subsidies, waarvan 140.000 euro (71% van het budget) aan de Vlaamse Gemeenschap wordt gevraagd en 15.000 euro aan de stad Genk. Als conclusie zijn we van mening dat de verhouding tussen de artistieke kosten en de overhead aanvaardbaar is, de verhoging van de eigen inkomsten blijft echter een aandachtspunt. 3.4
Publieksgerichtheid
Er is een goed doordachte en gediversifieerde publiekswerking. Men tracht ook specifieke doelgroepen te bereiken zoals scholen en de migrantengemeenschappen in Genk. De zichtbaarheid van het festival wordt op verschillende niveaus nagestreefd, zowel lokaal (via de gebruikelijke stadscommunicatie), provinciaal (via de website van het platform Motives for Jazz) als op het niveau van Vlaanderen en de Euregio (meertalige communicatie). Sinds 2011 wordt samengewerkt met een boekingsagent van Redcat Artists. 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
De subsidie die wordt gevraagd voor de volgende periode is een verdubbeling tegenover 2010-2012 (van 70.000 euro naar 140.000 euro). De personeelskost zou stijgen van 19.772 euro in 2010 naar 35.000 euro in 2013. De huidige personeelsbezetting bestaat uit een artistiek leider (6 maand), zakelijk leider/logistiek verantwoordelijke (8 maand) en een coördinator Eujazz-stage (1 maand). Deze omkadering zou vooral artistiek worden versterkt nl. de artistiek leider van 6 naar 10 maand, een bijkomend artistiek medewerker (10 maand) en de zakelijk leider/logistiek verantwoordelijke van 8 naar 10 maand. De honorering op zelfstandige basis blijft daarbij ongewijzigd nl. iedereen ontvangt 1.000 euro per maand, dit zijn bescheiden vergoedingen. Niet onaanzienlijk is de stijging van het budget communicatie (van 11.800 euro naar 25.000 euro) en van de rubriek techniek/logistiek (van 13.000 euro naar 28.500 euro). De subsidie van de Vlaamse Gemeenschap bedroeg in 2010 68.236 euro, dit is 53% van de totale inkomsten (127.342 euro). In de begroting 2013 zou deze stijgen naar 71% van het budget. Tegelijk zouden de eigen inkomsten niet toenemen (40.916 euro in 2010 en 41.000 euro in 2013) maar procentueel dalen van 32% naar 21%. Het agentschap is van mening dat het groeipad niet realistisch is en vooral wordt besteed aan een grotere overhead terwijl de eigen inkomsten niet volgen. Een groei in de subsidie is dus in geen geval aan de orde. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistieke beleidsplan wordt voldoende gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan maar bij een aantal begrotingsposten was meer verantwoording welkom geweest. Zo zijn de stijgende kosten voor communicatie en techniek/logistiek onvoldoende gedetailleerd en gemotiveerd. Voor de optie om een complementair luik kunsteducatie aan te bieden, is dan weer geen budget opgesteld maar wordt de realisatie afhankelijk gemaakt van het krijgen van voldoende financiële mogelijkheden.
Pagina 101 van 109
3.8
Haalbaarheid
Op basis van de huidige en voorbije werking heeft de organisatie de nodige expertise kunnen aantonen. In functie van het criterium haalbaarheid, lijkt de realisatie van de voorgelegde plannen mogelijk. Het agentschap wijst er wel op dat de gevraagde subsidiestijging niet realistisch is. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. Het agentschap merkt echter op dat het gaat om een driedaags festival en dus erg beperkt is in de tijd. Het is daarom van mening dat de aanvraag eerder past binnen de projectwerking dan binnen de meerjarige subsidies. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
In zijn repliek had de organisatie de tekst van zijn reactie op het artistieke en op het zakelijke advies omgewisseld in het formulier. Via e-mail werd deze vergissing rechtgezet. Dit belet niet dat enkele opmerkingen eerder betrekking hebben op het zakelijke luik van het artistieke advies. Hierop wenst het agentschap niet in te gaan. Het agentschap neemt kennis van de bijkomende duiding die wordt gegeven bij de stijgende kosten van communicatie, techniek en logistieke ondersteuning. Het is positief dat het festival voldoende eigen inkomsten als een belangrijk aandachtspunt beschouwt. Het agentschap ziet echter geen nieuwe elementen in de repliek om af te wijken van zijn standpunt over het groeipad en over de plaats van het festival in het instrumentarium ondersteuning en subsidiëring Ministerie Vlaamse Gemeenschap. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren.
Pagina 102 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-012
Organisatie:
Festival van Vlaanderen - Limburg
Gevraagd bedrag:
300.949,85 euro
1
Beoordeling volgens artistieke criteria
1.1
Beknopte historiek organisatie
Artistiek advies
De Limburgse afdeling van het Festival van Vlaanderen ontwikkelde zich uit de in 1957 gestichte Tongerse Basilica Concerten. Het festival had vooral in de jaren 1975-1985 een vrij grote uitstraling, maar kende vanaf 1995 een terugval. Op organisatorisch vlak kende het festival de voorbije jaren heel wat moeilijkheden. Zo heeft het festival vanaf 2003 zeer intensief samengewerkt met het kunsterfgoedfestival Artuatuca, maar door deze samenwerking raakte het bijna zijn volledige identiteit als afdeling van het Festival van Vlaanderen kwijt. Het festival hield daar op financieel vlak een deficit aan over. Daarom werd deze samenwerking in 2007 stopgezet. Naar eigen zeggen is Festival van Vlaanderen - Limburg in de jaren na 2007 bezig geweest met herbronning en heroriëntatie, waarbij het streefde naar een geactualiseerd imago, een nieuw artistiek concept en nieuwe partnerschappen, onder meer vanuit het bedrijfsleven. Om die reden is het festival ook van naam veranderd. Het noemt zich nu B-Classic. 1.2
Kwaliteit van inhoudelijk concept en concrete (uit)werking
B-Classic heeft naar eigen zeggen gekozen voor een moderne, frisse aanpak, maar dit concept wordt in het dossier uiterst vaag omschreven. Het festival wordt voortaan samengebald in een periode van twee weken, met dagelijks een concert op locaties die behoren tot het Limburgse historische erfgoed. Het grootste deel van het festival zal bestaan uit twee cycli: de cyclus ‘Par Excellence’, bestaande uit vier symfonische concerten door toporkesten uit binnen- of buitenland in de basiliek van Tongeren, en de cyclus ‘Kasteelconcerten’, bestaande uit vier concerten bedoeld als toonmomenten in een creatief samenwerkingsproces tussen enkele internationale muzikanten en ensembles afkomstig uit een specifieke regio. Voor dit gedeelte wil het festival vanaf 2013 tot en met 2018 elk jaar focussen op muziek uit een bepaald land of regio. Het festivalprogramma zal worden uitgewerkt door een curator afkomstig uit dat land of deze regio. Het programma voor 2013 staat in het teken van Scandinavië en is al gedeeltelijk uitgewerkt, maar veel is nog nader te bepalen. Hoewel er tamelijk wat minder gekend en uitgevoerd werk van Scandinavische componisten geprogrammeerd wordt, blijft het geheel toch vrij risicoloos. Bij de kasteelconcerten wil men laureaten van gerenommeerde wedstrijden programmeren. Dit biedt wellicht garanties op de kwaliteit van de uitvoeringen, maar toont tevens aan dat de programmering niet wordt ingegeven door artistieke motieven, maar wel door een streven naar prestige. Daarnaast is er een aantal bijkomende projecten waarvan het Festival van Vlaanderen Limburg niet altijd de initiatiefnemer is: Dag van de Oude Muziek, Euregionale orgeltrip met autocar, Een Hart voor Limburg: kunstbeleving voor maatschappelijk kwetsbare kinderen, Festival in het groen: jaarlijkse festivaldag in het Nationaal Park, Brass & Percussion: festivalonderdeel rond brass en percussie, en Openluchtslothappening op een marktplein bedoeld als een volksfeest met in 2013 een optreden van een instrumentale metalband met drie rockcellisten. De beoordelingscommissie heeft sterk de indruk dat het hier om een reeks evenementen gaat zonder duidelijke artistieke samenhang.
Pagina 103 van 109
1.3
Profilering en positionering
B-Classic wil in de regio kwalitatieve klassieke concerten aanbieden. Behalve de wisselende focus op een bepaald land of regio, is er geen duidelijke artistieke profilering aanwezig in de programmering. De nadruk ligt op de muziek van de 19e eeuw, naast slechts enkele werken uit de 20e of 21e eeuw. Dit festivalgebeuren vult in Limburg een lacune op. Het festival vindt zijn relatie tot de koepelorganisatie uiterst belangrijk, wat uitvoerig in dit dossier wordt beschreven. Dit is opmerkelijk omdat de koepelorganisatie zelf weinig of niets doet. Het Festival van Vlaanderen - Limburg wil na de voorbije negatieve jaren wellicht aantonen dat het nog altijd voldoende kwaliteit biedt om tot de koepel te behoren. 1.4
Langetermijnvisie
Er is een zekere artistieke langetermijnvisie aanwezig. Het nog vaag uitgewerkte concept (Connections) toont aan dat men kiest voor muziek en muzikanten uit een bepaald land en dat men wil samenwerken met een curator en met ambassades en culturele diensten of organisaties uit de desbetreffende landen of regio’s. Bovendien wil het festival dat er een dynamische samenwerking tussen muzikanten uit die regio’s tot stand komt tijdens het festival. De organisatie heeft al tot en met 2018 bepaald op welk land of regio men wil focussen, maar voor de rest worden er in het dossier maar weinig concrete plannen vermeld. Alleen voor 2013 is er een en ander bekend. Globaal ontbreekt er ook een verhelderende en interessante of uitdagende visie rond het omgaan met dit concept. In de toekomst is men van plan met drie adviesraden te werken: een artistieke, een strategische en een commerciële. Dit zou moeten leiden tot een grotere professionalisering van de werking. 1.5
Landelijke en/of internationale uitstraling
In de provincie Limburg heeft B-Classic zeker uitstraling, maar de landelijke uitstraling is veeleer beperkt. Internationale uitstraling is er niet, tenminste niet voor het festival als geheel. De Dag van de Oude Muziek in Alden Biezen kent wel al sinds jaren internationale erkenning en belangstelling. Zelfs naar de Euregio toe is de uitstraling eerder beperkt. Het Connections-concept zou mogelijks kunnen leiden tot het verwerven van enige internationale uitstraling, maar dit valt nog af te wachten. 1.6
Meerwaarde van het initiatief voor de regio
Er is een leemte in de provincie Limburg op het vlak van het aanbod van klassieke muziek. Daarom alleen al heeft het Festival van Vlaanderen – Limburg een meerwaarde voor de regio rond Tongeren en voor Limburg in het algemeen. Deze meerwaarde wordt versterkt door het gebruik van het infrastructureel erfgoed. Deze meerwaarde zou veel groter kunnen zijn door een profielverandering naar een meer gedurfde en creatieve programmering, die getuigt van een grondiger kennis van zaken (historisch, actueel, experiment, andere luisterattitudes, intercultureel, cross-overs,...). 1.7
Maatschappelijk of sociaal belang
Festival van Vlaanderen – Limburg participeert in het sociaal-artistiek project ‘Een Hart voor Limburg’. Dit is een kunstproject voor jongeren met een beperking, andersvalide en sociaal achtergestelde kinderen.
Pagina 104 van 109
Van een festival als B-Classic zou men verwachten dat het aandacht heeft voor de ondersteuning van Vlaamse muzikanten door hen podiumkansen te bieden. Afgaande op het dossier krijgt men echter de indruk dat het festival vooral focust op buitenlandse muzikanten. Het festival zou ook een belangrijke rol kunnen spelen bij de ontwikkeling van lokaal jong talent. Er zijn echter nauwelijks initiatieven op dit vlak binnen de werking van het festival. 1.8
Samenwerking en netwerking
In het aanvraagdossier vermeldt Festival van Vlaanderen – Limburg een groot aantal partners, die worden onderverdeeld in drie categorieën: artistiek-inhoudelijk, structureelorganisatorisch en ondersteunend. De concrete bijdrage van elk van de vermelde partners is echter niet altijd even duidelijk. Het merendeel van deze partners zijn lokale organisaties of instellingen. In het kader van het Connections-concept wil het festival ook samenwerken met buitenlandse culturele instanties, maar concrete plannen worden er niet vermeld. Uit dit dossier blijkt vooralsnog geen echte nationale, laat staan internationale, netwerking. 1.9
Publieksgerichtheid
B-Classic zegt te streven naar publieksverruiming. Het festival wil de komende jaren aandacht besteden aan het bereiken van een breder en jonger publiek, onder meer door het opzetten van een festivalshop in het toeristisch centrum, een nieuwe huisstijl, reductietarieven en speciale formules en een passende begeleiding voor kansarmen, andersvaliden en bewoners van rusthuizen. Deze plannen worden in het dossier niet verder concreet uitgewerkt. Festival van Vlaanderen - Limburg is ook van plan om een communicatieplan te ontwikkelen in samenwerking met communicatiegroep RCA. De beoordelingscommissie heeft in het kader van de na te streven publieksverruiming wel bedenkingen bij het oprichten van een club van ondernemers voor muziek. 1.10
Aandacht voor diversiteit en interculturaliteit
De verscheidenheid van de projecten draagt bij tot diversiteit op artistiek vlak en tot het bereiken van diverse publiekssegmenten. Aandacht voor diversiteit op publieksvlak blijkt ook uit de participatie aan een project voor kinderen met een fysieke en/of sociale beperking. De programmering besteedt geen aandacht aan interculturaliteit, wat wel vreemd is voor een festival in een regio waarin diverse migrantengemeenschappen aanwezig zijn. In de huidige Vlaamse maatschappelijke context vindt de commissie echter dat aandacht voor interculturaliteit een absolute noodzaak is. 1.11
Zakelijke opmerkingen (maximale besteding aan artistieke producties, beperken overhead / realisme groeipad / sporen artistiek en zakelijk beleidsplan / haalbaarheid)
Festival van Vlaanderen – Limburg vraagt een forse stijging van het subsidiebedrag ten opzichte van de vorige periode. De motivering voor de vraag om een hogere subsidie is echter niet zo duidelijk. Afgezien daarvan heeft de Beoordelingscommissie enkele bedenkingen bij het zakelijk beleidsplan van deze organisatie. De organisatie heeft een vrij uitgebreid personeelsbestand, bestaande uit twee voltijdse medewerkers in loondienst en daarbovenop nog enkele personeelsleden die op zelfstandige basis werken, waaronder de
Pagina 105 van 109
artistieke en zakelijke leiders, terwijl het aantal activiteiten dat ze organiseert toch niet zo uitgebreid is. Het financieel beleidsplan benadrukt de nood aan extra middelen, maar de impact van de geplande verkoop van het Basilicahuis op de financiën van de organisatie wordt daarin niet uitgewerkt. Sommige kosten lopen vrij hoog op, zoals bijvoorbeeld meer dan 10.000 euro voor bloemen en recepties. Hetzelfde geldt voor de drukkosten en de verplaatsingskosten buitenland en de kosten van sociale lasten uit voorgaande jaren. De eigen inkomsten zijn daarentegen vrij laag. Concluderend vindt de Beoordelingscommissie Muziek dit een teleurstellend dossier en een gemiste kans. Het festival heeft blijkbaar nagedacht over zijn toekomst, maar is nog altijd bezig met een herstructurering. Bovendien is er nog altijd een gebrek aan duidelijke artistieke keuzes. Dit wijst duidelijk op een falend beleid. Sommige van de voorgestelde festivalactiviteiten horen duidelijk niet thuis binnen het Kunstendecreet. De activiteiten die daar wel in thuishoren zijn beperkt in aantal en verantwoorden op geen enkele manier het momenteel toegekende subsidiebedrag, laat staan het gevraagde bedrag. 2
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren. 3
adviseert
de
Gemotiveerde behandeling repliek
In haar repliek geeft de organisatie enkele verdere toelichtingen, onder meer in verband met de historiek, de artistiek-inhoudelijke invulling van het programma, de uitstraling, de langetermijnvisie, publieksgerichtheid, interculturaliteit en enkele zakelijk elementen. De commissie stelt vast dat in de repliek niet altijd op het preadvies wordt ingegaan, maar heel wat nieuwe elementen worden aangedragen die zelfs niet in het oorspronkelijke dossier staan, wat niet de bedoeling van de repliek is. Het oorspronkelijke dossier blijft immers de basis voor de beoordeling. Verder stelt ze vast dat de organisatie een aantal zaken uit het preadvies op een verkeerde manier heeft geïnterpreteerd. Zo vindt de commissie het feit dat er tamelijk wat minder gekend en uitgevoerd werk van Scandinavische componisten wordt geprogrammeerd, net een positief element in het programma. Verder slaagt de organisatie er niet in om aan te tonen dat de overslag naar een nieuw soort festival als 'B-Classic' wel degelijk zal werken. De commissie is er immers van overtuigd dat door communicatie alleen er geen geheel ander festival succesvol kan worden uitgebouwd. Dat er vooral sterk wordt ingezet op marketing blijkt uit de stelling dat B-Classic 'een nieuw product van het merk Festival van Vlaanderen' is. De commissie is van oordeel dat de verduidelijkingen en aanvullingen niet van die aard zijn dat ze een fundamentele wijziging van het voorlopige advies inhouden. Ze handhaaft dan ook haar voorlopige advies. 4
Definitief artistiek advies
Rekening houdend met alle elementen in het artistieke advies Beoordelingscommissie Muziek om de organisatie niet te subsidiëren.
adviseert
de
Pagina 106 van 109
Kunstendecreet
Meerjarig 2013-2016
Zakelijk advies
Volgnummer:
KD2013-2016-WS-MU-FE-012
Organisatie:
Festival van Vlaanderen - Limburg vzw / B-CLASSIC
Gevraagd bedrag:
300.949,85 euro
1
Beknopte historiek organisatie
Het Festival van Vlaanderen - Limburg kent een lange traditie. Het is als festival van klassieke muziek gegroeid uit de Basilicaconcerten Tongeren die in 1957 voor het eerst werden georganiseerd. In de periode 2007-2009 kreeg de organisatie een subsidie van 170.000 euro per jaar, de aanvraag voor een meerjarige subsidie 2010-2012 kreeg een positief zakelijk maar een negatief artistiek advies maar werd uiteindelijk gehonoreerd met een jaarlijkse subsidie van 173.000 euro (in 2011 werd 166.517,45 euro toegekend). Voor de periode 2013-2016 wordt nu jaarlijks gemiddeld 300.949,85 euro gevraagd. 2
Korte evaluatie voorbije werking indien gesubsidieerd
De organisatie wordt al jaren gesubsidieerd maar kende een aantal jaren geleden een aantal organisatorische en inhoudelijke problemen wat ook resulteerde in een gecumuleerd verlies. Uit de evaluatie van de werking 2010 blijkt dat het gecumuleerde verlies toch nog een belangrijk aandachtspunt blijft. Over de uitvoering van het actieplan 2010 zijn er geen bijzondere opmerkingen te maken of problemen vastgesteld. Voor het werkingsjaar 2011 wordt echter opnieuw rekening gehouden met een negatief saldo van -19.102 euro. 3
Beoordeling volgens zakelijke criteria
3.1
Langetermijnvisie
Onder de nieuwe naam ‘B-CLASSIC’ verwijst het festival enerzijds naar de traditie die vanuit de Basilicaconcerten werd opgebouwd, anderzijds kiest het voor vernieuwing en voor een meer moderne aanpak. Het festival vindt plaats tijdens de laatste week van juni en de eerste week van juli. Belangrijke activiteiten van het festival zijn de cyclus van 4 symfonische concerten en het aanbod van de kasteelconcerten. Er wordt weliswaar gereflecteerd over de werking op lange termijn maar programmatorisch is dit nog maar weinig gedetailleerd uitgewerkt naar de komende jaren. 3.2
Samenwerking en netwerking
De samenwerkingsverbanden worden gesitueerd op drie niveaus nl. artistiek-inhoudelijk, structureel-organisatorisch en ondersteunend. Artistiek zijn er diverse partners zoals o.m. Belgian Brass, Stichting Papageno (uit Nederland), de Vlaamse Beiaard Vereniging en verschillende muziekwedstrijden. Structureel-organisatorisch zijn er coproducties met een aantal overwegend Limburgse organisaties zoals cc De Velinx, Musica, Landcommanderij Alden Biesen, verder met een aantal steden en toeristische organisaties. Ook bij de ondersteunende partners vinden we in hoofdzaak een aantal lokale overheden en verenigingen. De lijst van organisaties is lang maar de concrete invulling van het partnerschap is in het aanvraagdossier nog eerder vrijblijvend.
Pagina 107 van 109
3.3
Maximale besteding aan artistieke producties / beperken overhead
De totale uitgaven bedragen 557.611 euro waarvan voor het personeel in loondienst, wat overeenkomt met een personeelsbezetting van 2 vte (1 communicatiemedewerker en 1 administratief medewerker). Voor het personeel dat niet in loondienst is (in hoofdzaak is dat op zelfstandige basis) is 103.825 euro ingeschreven (18% van het budget). Het gaat om de artistiek en zakelijk leider (elk voor 0,5 vte) en om nog wat bijkomende administratieve ondersteuning. De artistieke productiekosten belopen 193.450 euro (35%) waarvan 161.215 euro wordt besteed aan uitkoopsommen en aan coproductiebijdragen. Voor promotie wordt 47.250 euro uitgetrokken. Aan de inkomstenzijde wordt gerekend op een eigen omzet van 115.150 euro (21%). Naast de subsidie van de Vlaamse Gemeenschap (281.318 euro in 2013 of 50%), zijn er nog bijkomende subsidies ingeschreven van o.m. provincie, gemeente en van andere fondsen , zoals de Limburgse Ontwikkelingsmaatschappij. Als conclusie is het agentschap van mening dat de besteding aan artistieke producties te laag is en de overhead te hoog. 3.4
Publieksgerichtheid
B-Classic wil streven naar publieksverruiming en heeft aandacht voor verschillende doelgroepen. Wie dat zijn en hoe men die wil bereiken, wordt weinig toegelicht. Hiervoor wordt een communicatieplan uitgewerkt door de communicatiegroep RCA (‘Let’s create impact’). In het kader van de publiekswerking werden de stichting Basilica en de club ‘Ondernemers voor Muziek’ opgericht. Om nog meer publiek te bereiken, vooral jongeren dan, wordt ook samengewerkt met andere organisaties en met de stad Tongeren (citymarketing). 3.5
Concretisering interculturaliteit op vlak van personeelsbeleid en bestuur
Er worden in verband met personeel en bestuur geen opmerkingen geformuleerd over interculturaliteit. 3.6
Realisme groeipad
De organisatie vraagt voor 2013-2016 een gemiddelde jaarlijkse subsidie van ongeveer 300.900 euro. Tegenover de huidige subsidieperiode is dit een verhoging met 127.900 euro of een stijging met 74%. Tegenover het referentiejaar 2010 zou het aandeel van de werkingssubsidie hierdoor verhogen van 34% naar 50%. Anderzijds stellen we vast dat de eigen inkomsten van ongeveer 25% in 2010 (wat al aan de lage kant is) verder dalen naar 21%. Als we de personeelskosten vergelijken met de situatie in 2010, dan bedroegen die in 2010 (al dan niet in loondienst) in totaal 128.322 euro. In het aanvraagdossier (in ‘de gewenste situatie’) zouden die stijgen naar 190.049 euro. Hoe dit te rijmen valt met de statements (punt 2.2.2) over de vermindering van de overheadkosten en het financieel gezond maken van de organisatie is totaal onduidelijk. Het groeipad is ongeloofwaardig en onrealistisch. 3.7
Sporen artistiek en zakelijk beleidsplan
Het artistieke beleidsplan wordt weliswaar gekoppeld aan het zakelijke beleidsplan maar roept ernstige vragen op inzake realisme en haalbaarheid.
Pagina 108 van 109
3.8
Haalbaarheid
Om dit beleidsplan te realiseren wordt een verhoging van de subsidie gevraagd met liefst 74%. Deze verhoging is nauwelijks gemotiveerd, draagt niet bij tot meer middelen voor artistieke producties en maakt de overhead alleen maar groter. Tegelijkertijd dalen de al bescheiden inkomsten. Het agentschap vindt daarom dat dit dossier zakelijk niet genoeg garanties biedt en is onvoldoende overtuigd van de haalbaarheid. 3.9
Plaats in instrumentarium ondersteuning en subsidiëring MVG
Dit dossier past binnen het Kunstendecreet. 4
Conclusie
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren. 5
Gemotiveerde behandeling repliek
Het agentschap heeft met aandacht kennis genomen van de uitgebreide en gedetailleerde repliek. Op een aantal punten wordt meer duiding gegeven bij de verschillende rubrieken van het beleidsplan. Het agentschap neemt akte van de opmerking dat de verwijzing naar het LSM-fonds vanaf 2013 niet meer relevant is. Voor wat betreft het realisme van het groeipad, wenst het agentschap met nadruk de redenering tegen te spreken dat hetgeen vorige keer als subsidie werd aangevraagd, maar niet toegekend door de Vlaamse Regering, als referentiepunt kan worden gebruikt. De zakelijke analyse is uiteraard gebaseerd op de effectief toegekende subsidie in de huidige periode, waarvoor een aangepast beleidsplan is opgemaakt, zowel artistiek als zakelijk. Op het vlak van de eigen inkomsten maakt het Festival zich sterk dat die in stijgende lijn gaan. Het agentschap vindt hiervan geen bevestiging in de cijfers. In de begroting 2013 wordt de omzet geraamd op 115.150 euro, wat lager is dan in 2010. Wat het negatief saldo van 2011 betreft, gaat de organisatie wel erg licht om met het verlies van -19.102,21 euro. In het aanvraagdossier werd aan dit cijfer nog de opmerking toegevoegd dat de begroting ondanks dit verlies perfect onder controle is. In de repliek wordt bij de evaluatie van de voorbije werking zelfs gesteld dat dit kan en mag beschouwd worden als een wissel op de toekomst van het festival. De organisatie moet er zich van bewust zijn dat dit uitgangspunt het agentschap zakelijk niet kan overtuigen. Het agentschap blijft bij zijn standpunt dat het groeipad ongeloofwaardig en onrealistisch is. Er is weliswaar begrip voor de interne herstructureringsproblemen en de personeelswissels in 2011, zoals die in de repliek worden toegelicht. Het agentschap wijst er echter uitdrukkelijk op dat ook in de vorige aanvraag met betrekking tot de subsidieperiode 2010-2012 de organisatie al een herstructurering en herprofilering voorstelde. We kunnen nu enkel vaststellen dat zij zich anno 2012 weer in dezelfde situatie bevindt. Op basis van al deze argumenten blijft het agentschap bij de conclusie van zijn preadvies. 6
Definitief zakelijk advies
Rekening houdend met alle elementen in het zakelijke advies adviseert het agentschap om de organisatie niet te subsidiëren.
Pagina 109 van 109