Ondersteunende informatie bij Routeplan Meerbegaafde kinderen / kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong
A. B. C. D. E. F. G. H. I. J. K. L.
Kenmerken van meerbegaafde kinderen Kenmerken van onderpresterende (meer)begaafde kinderen Profielen van meerbegaafde kinderen Relevante boeken en tijdschriften Formulier 'Algemene gegevens' Registratieformulier voor 1e gesprek tussen ouder(s), leerling, leerkracht en IB'er Tips voor communicatie tussen leerkracht en ouders Denk ook nog even aan... Signaleringslijst leerkracht Signaleringslijst ouder(s) Signaleringslijst leerling Registratieformulier voor 2e gesprek tussen ouder(s), leerling, leerkracht en IB'er
A. Kenmerken van meerbegaafde kinderen 1. Hoge intelligentie (IQ hoger dan 130) 2. Vroege ontwikkeling 3. Uitblinken meerdere gebieden 4. Gemakkelijk kunnen leren 5. Goed leggen van (causale) verbanden 6. Makkelijk kunnen analyseren van problemen 7. Het maken van grote denksprongen 8. Voorkeur voor abstractie 9. Hoge mate van zelfstandigheid 10. Brede of juist specifieke interesse/hoge motivatie/veel energie 11. Creatief/origineel 12. Perfectionistisch 13. Apart gevoel voor humor 14. Hoge mate van concentratie
Hieronder wordt een verdere uitwerking gegeven van de bovengenoemde eigenschappen.
1. Hoge intelligentie Er wordt gesproken van hoogbegaafdheid als iemand een intelligentiequotiënt (IQ) heeft van 130 of hoger. 2. Vroege ontwikkeling Hoogbegaafde leerlingen zijn geestelijk vroegrijp en worden gekenmerkt door een ontwikkelingsvoorsprong. Zij kunnen meestal op vroege leeftijd al lezen, praten, schrijven en hebben een vroege ontwikkeling van getalbegrip. Hierdoor kunnen zij zich gemakkelijk leerstof uit hogere leerjaren eigen maken. Ook stellen zij op jonge leeftijd al levensbeschouwelijke vragen en denken zij al vroeg na over de zin van het leven. 3. Uitblinken meerdere gebieden Een bijzondere begaafdheid kan tot uitdrukking komen in motorische, sociale, artistieke en intellectuele vaardigheden. Vaak treden deze begaafdheidsvormen gecombineerd op en blinken hoogbegaafde leerlingen uit in meerdere gebieden, zoals bijvoorbeeld in taal en wiskunde. Hoogbegaafde leerlingen hebben op taalgebied een grote woordenschat en vertonen een zeer goed en adequaat woordgebruik. 4. Gemakkelijk kunnen leren Hoogbegaafde leerlingen hebben over het algemeen een zeer goed geheugen en kunnen hierdoor goed informatie onthouden en verwerken. Zij begrijpen nieuwe leerstof dan ook aanzienlijk sneller dan gemiddelde leerlingen en zijn daardoor sneller klaar met opdrachten en huiswerk. Hierdoor hebben zij vaak een leertempo dat beduidend hoger is dan het tempo van de gemiddelde leerling. 5. Goed leggen van (causale) verbanden Hoogbegaafde leerlingen kunnen gemakkelijk (causale) verbanden leggen en hebben hierover een goed overzicht. Ze hebben verder de neiging om zaken op een ongebrui-kelijke manier te combineren.
6. Het makkelijk kunnen analyseren van problemen Hoogbegaafde leerlingen zijn snelle probleemanalyseerders. Zij kunnen snel vaststellen wat de aard van een probleem is. Daarnaast zijn hoogbegaafde leerlingen vaak vindingrijk, ze ontwikkelen vaak hun eigen oplossingsmethoden. Dit kan echter problemen opleveren als zij een bepaalde verkeerde oplossingsmethode moeilijk weer los kunnen laten. 7. Het maken van grote denksprongen Een begaafde leerling maakt grotere leerstappen en houdt daarom tijd over voor andere onderdelen in zijn programma. 8. Voorkeur voor abstractie Hoogbegaafde leerlingen kunnen goed abstract denken. Zij generaliseren gemakke-lijker dan hun andere klasgenoten en hebben een goed overzicht van de kennis-gehelen. Zij hebben geen behoefte aan concretisering van de lesstof door het gebruik van voorbeelden. 9. Hoge mate van zelfstandigheid Hoogbegaafde leerlingen willen liever niet geholpen worden en geven de voorkeur aan zelfstandig werken. Bij het werken in groepsverband vertoont de hoogbegaafde leer-ling veel initiatief en neemt vaak de leiding. Bovendien wil de leerling dingen graag op eigen wijze doen, bijvoorbeeld het zelf bedenken van een methode voor reken-sommen. Dit kan problemen opleveren in situaties waarin de leerling met anderen moet samenwerken. 10. Brede of juist specifieke interesse/hoge motivatie/veel energie Het is belangrijk dat het onderwerp van de opdracht de leerling interesseert. Bij hoogbegaafde leerlingen is namelijk het kunnen een voorwaarde, maar het willen van even groot belang. Als het onderwerp aansluit bij de interesse van de leerling, dan is motivatie verzekerd. Er is aangetoond dat talent pas doorzet als de leerlingen plezier beleven aan de (leer)activiteiten. Een kenmerk van hoogbegaafde leerlingen is dat zij zeer leergierig zijn. Als een onderwerp de leerling interesseert dan pluist hij het onderwerp vaak tot op de bodem uit. Maar het tegenovergestelde geldt ook: als een hoogbegaafde leerling geen interesse heeft voor een bepaald onderwerp, dan kan hij moeilijk de motivatie opbrengen om zich hierin te verdiepen. 11. Creatief/origineel In opdrachten laten hoogbegaafde leerlingen vaak zien dat zij originele en creatieve ideeën en/of oplossingen hebben. Zij maken onverwachte zijsprongen en hebben grote verbeeldingskracht. 12. Perfectionistisch Hoogbegaafde leerlingen zijn perfectionistisch aangelegd. Zij houden niet van half werk en stellen hoge eisen aan zichzelf. 13. Apart gevoel voor humor Hoogbegaafde leerlingen bezitten over het algemeen een apart gevoel voor humor. Al op jonge leeftijd zijn ze in staat om bijvoorbeeld beeldspraken te begrijpen. 14. Hoge mate van concentratie Hoogbegaafde leerlingen kennen een hoge mate van concentratie en hebben daarbij een langere aandachtsspanne dan de gemiddelde leerlingen. Dit is echter wel afhankelijk van de taak waar ze mee bezig zijn. Als ze iets minder interessant vnden, neemt de concentratie ook af.
B. Kenmerken van onderpresterende (meer)begaafde kinderen Positieve en negatieve eigenschappen van onderpresterende (meer)begaafde kinderen Positieve: 1. Grote en uitzonderlijke kennis 2. Grote interesse 3. Wisselend schoolwerk 4. Positief thuiswerk 5. Grote verbeelding 6. Hoge mate van sensitiviteit Negatieve: 7. Afnemende prestaties, wisselend schoolwerk 8. Negatief gedrag 9. Haperende sociaal-emotionele ontwikkeling 10. Geringe taakgerichtheid 11. Negatieve houding
Hieronder wordt een verdere uitwerking gegeven van de bovengenoemde eigenschappen.
1. Grote en uitzonderlijke kennis Onderpresterende (meer)begaafde leerlingen hebben vaak kennis die nog niet in de groep is behandeld en een grote algemene ontwikkeling. 2. Grote interesse Onderpresterende leerlingen hebben op veel gebieden belangstelling en ze houden ervan om dingen te onderzoeken, bijvoorbeeld door in hun vrije tijd veel te lezen of op een andere manier informatie te verzamelen. Als een onderwerp (dat vaak wat moeilijker is) hun interesse heeft, begrijpen en onthouden ze veel. 3. Wisselend schoolwerk (bekijken in relatie tot kenmerk 7) Onderpresterende leerlingen laten vaak wisselend schoolwerk zien; afnemende presta-ties (zie kenmerk 7), maar bij ingewikkelde vragen juist wel het goede antwoord weten, mondeling beter dan schriftelijk presteren, wel goed uit de verf komen bij individueel onderwijs op maat. 4. Positief thuiswerk Onderpresterende leerlingen werken thuis vaak verder aan zelfgekozen schoolprojecten en ontwikkelen thuis op eigen initiatief allerlei activiteiten. 5. Grote verbeelding Onderpresterende leerlingen hebben vaak een levendige, grote verbeelding en zijn creatief. 6. Hoge mate van sensitiviteit Onderpresterende leerlingen geven vaak blijk van een enorme sensitiviteit: ten opzichte van zichzelf, maar ook van anderen. 7. Afnemende schoolprestaties, wisselend schoolwerk Opvallend is dat de schoolprestaties van deze leerlingen afnemen; ze presteren (vooral in schriftelijk werk) beneden niveau, in elk geval beneden hun eigen niveau, maar soms zelfs ook beneden groepsniveau. Vaak schrijven ze slordig, houden ze niet van instampen en inprenten, missen ze leerinhouden en instructiemomenten en zijn ze slechts selectief enthousiast: wel voor nieuwe onderwerpen, niet voor uitwerkingen.
8. Negatief gedrag In de klas vertonen onderpresterende meerbegaafde leerlingen vaak negatief gedrag; ze zijn lastig en onaangepast, vragen steeds om aandacht, vervelen zich, dromen weg en wijzen pogingen van de leraar om zich aan de groepsnormen te conformeren af. 9. Haperende sociaal-emotionele ontwikkeling Onderpresterende meerbegaafde leerlingen zijn vaak ontevreden over zichzelf en de verrichte werkzaamheden, vermijden nieuwe activiteiten uit angst voor mislukking, hebben minderwaardigheidsgevoelens, zijn wantrouwend of onverschillig en doen niet graag mee aan groepsactiviteiten, zijn minder populair bij leeftijdsgenootjes en zoeken vriendjes onder gelijkgestemden. 10. Geringe taakgerichtheid Onderpresterende meerbegaafde leerlingen zijn vaak weinig taakgericht. Ze hebben een laag werktempo, hebben hun huiswerk vaak niet af, stellen zichzelf onrealistische doelen, zijn snel afgeleid, vergeetachtig en/of impulsief, hebben geen duidelijk leertraject voor ogen, een korte spanningsboog, voelen zich hulpeloos, willen niet geholpen worden, willen zelfstandig zijn. 11. Negatieve houding Onderpresterende meerbegaafde leerlingen hebben vaak een wisselende motivatie, hebben een hekel aan routine, verzetten zich tegen autoriteit, nemen geen verantwoordelijkheid voor hun eigen daden en staan onverschillig of afwijzend tegenover de school.
C. Profielen van meerbegaafde leerlingen Profielen van (meer)begaafde leerlingen De opsomming van eigenschappen van zowel goedpresterende als onderpresterende meerbegaafde kinderen betekent niet dat deze kinderen allemaal dezelfde eigenschappen hebben. Binnen deze twee groepen kunnen ook weer verschillen voorkomen. Door Betts & Neihart zijn in een Amerikaans kwartaalblad al in 1988 profielen van 6 verschillende typen meerbegaafde leerlingen beschreven. Door het Centrum van Begaafdheidsonderzoek in Nijmegen zijn deze profielen vertaald en bewerkt. Deze profielen ('de succesvolle leerling', 'de uitdagende leerling', 'de onderduikende leerling', 'de drop-out', 'de leerling met leer- en/of gedragsproblemen' en de 'zelfstandige leerling') zijn hieronder opgenomen en in drie kolommen verder uitgewerkt. De gedragskenmerken van elk van de profielen worden beschreven, hoe je ze kunt herkennen staat aangegeven, maar ook welke begeleiding je deze leerlingen op school zou kunnen bieden staat puntsgewijs aangeduid. Profiel 1 de succesvolle leerling
Profiel II de uitdagende leerling
Gedragskenmerken • perfectionistisch • goede prestaties • zoekt bevestiging van de leerkracht • vermijdt risico • accepterend en conformerend • afhankelijk
Herkenning • schoolprestaties • prestatietests • intelligentietests • nominatie door leerkracht
•
corrigeert de leerkracht stelt regels ter discussie is eerlijk en direct grote stemmingswisselingen vertoont inconsistente werkwijzen slechte zelfcontrole creatief voorkeur voor activiteit en discussie komt op voor eigen opvattingen competitief ontkent begaafdheid doet niet mee in programma's vermijdt uitdaging zoekt sociale acceptatie wisselt in vriendschappen
•
neemt onregelmatig deel aan onderwijs maakt taken niet af zoekt buiten-
•
• • • • • • • •
Profiel III de onderdui-kende leerling
• • • • • •
• •
Profiel IV de drop-out
•
• •
• • • • •
• • • • •
•
•
nominatie door medeleerlingen nominatie door ouders interviews geleverde prestaties nominatie door volwassene buiten het gezin creativiteitstests
Begeleiding van de school • versneld en verrijkt curriculum • ontwikkelen van persoonlijke interesses • vooraf testen, uitsluitend leerstof die nog niet beheerst wordt: leerstofinkorting • ontwikkeling van vaardigheden voor zelfstandig leren • mentor • begeleiding van school- en beroepsloopbaan • tolerant klimaat • zoveel mogelijk bij passende leerkracht plaatsen • cognitieve en sociale vaardigheden trainen • directe en heldere communicatie met de leerling • gevoelens toestaan • mentor • zelfwaardering opbouwen • gedrag besturen met contacten • verdieping
nominatie door begaafde medeleerlingen nominatie door ouders prestatietests intelligentietests prestaties
•
analyse van verzameld werk informatie van leerkrachten uit het verleden discrepantie
• • •
• • •
• •
begaafdheid herkennen en adequaat opvangen niet participeren in speciale activiteiten toestaan sexe-rol modellen geven (vooral meisjes) doorgaan met informeren over opleidings- en beroepsmogelijkheden
diagnostisch onderzoek groepstherapie niet-traditionele studievaardigheden verdieping mentor
• • • •
• •
•
Profiel V de leerling met leer- en/of gedragsproblemen
• • •
schoolse uitdaging verwaarloost zichzelf isoleert zichzelf creatief bekritiseert zichzelf en anderen werkt inconsistent verstoort, presteert gemiddeld of minder defensief werkt inconsistent presteert gemiddeld of minder verstoort, reageert af
• • •
•
•
• •
• •
Profiel VI de zelfstandige leerling
• • • • • •
• •
•
goede sociale vaardigheden werkt zelfstandig ontwikkelt eigen doelen doet mee werkt zonder bevestiging werkt enthousiast voor passies creatief komt op voor eigen opvattingen neemt risico
• • • • •
• •
tussen intelligentiescore en geleverde prestaties inconsistenties in prestaties creativiteitstest nominatie door begaafde medeleerlingen geleverde prestaties in nietschoolse setting
•
niet-traditionele leerervaringen buiten de klas
sterk uiteenlopende resultaten op onderdelen van een intelligentietest herkenning door relevante anderen herkenning door leerkracht met ervaring met onderpres-teerders interview wijze van presteren bereikte schoolresultaten producten prestatiestests interviews nominatie door leerkracht, klasgenoot, ouders, zichzelf intelligentietests creativiteitstests
•
plaatsing in programma voor begaafden voorzien van benodigde bronnen niet-traditionele leerervaringen begin met onderzoek en ontdekkingen tijd met ontwikkelingsgelijken doorbrengen (niet perse leeftijdgenoten) individuele begeleiding
• • • •
•
• • • •
• • •
ontwikkelen van een langetermijnplan voor studie versneld en verrijkt curriculum belemmeringen in tijd en plaats wegnemen vooraf testen, uitslui-tend leerstof die nog niet beheerst wordt: leerstofinkorting mentor begeleiding van school- en beroepsloopbaan vervroegde toelating tot vervolgopleiding
D. Relevante boeken en tijdschriften Relevante boeken 1.
Barreveld-Teisman, I. Hagar, een hoogbegaafd meisje Ina Barreveld beschrijft de ervaringen van haar hoogbegaafde dochter met het basisonderwijs, die uiteindelijk leidden tot het besluit Hagar op tienjarige leeftijd naar het gymnasium te laten gaan. Het is een persoonlijk verslag, geschreven vanuit de betrokkenheid van een moeder en daardoor geschikt voor ouders van hoogbegaafde kinderen. In het tweede deel van het boek behandelt de schrijfster het onderwerp hoogbegaafdheid in een theoretisch karakter. Uitgeverij Ambo, Baarn, 1996, ISBN 90 263 14388, € 15,84.
2.
Boer, G.Ch. de (red.) Ruimte voor leren: hoogbegaafde leerlingen in basis- en voortgezet onderwijs Conferentiebundel waarin beschrijvingen en verschillende workshops zijn opgenomen. CPS, Amersfoort, 2000, bestelnummer 31039, € 13,10.
4.
Boer, G.Ch. de (red.) Slim begeleiden: hoogbegaafde leerlingen in de klas Congresbundel waarin beschrijvingen van verschillende workshops zijn opgenomen. CPS, Amersfoort, 2001, bestelnummer 31087, € 13,10.
5.
Boulanger, M., Peters, W. en Hoogeveen, L. Help, mijn dochter is hoogbegaafd! In dit boek worden de eerste 19 levensjaren beschreven van Nanette, een uitzonderlijk hoogbegaafd meisje. Het is een gedetailleerd verslag dat onder andere de volgende zaken illustreert: de onzekerheid bij ouders en leerkrachten over versnellingsmaatregelen, het gebrek aan begrip, de vooroordelen en het totaal gebrek aan inlevingsvermogen in de psychologische situatie van het kind bij buitenstaanders. Uitgeverij LEMMA, Utrecht, 2000, ISBN 90 518 9856 8, € 17,02.
6.
Bronkhorst. E. en Drent, S. Anders kijken naar je methode, compacting van taal-/leesonderwijs In deze publicatie staat weergegeven hoe bestaande leerstof (vijf taal- en leesmethoden) kan worden aangepast zodanig dat hoogbegaafde leerlingen minder kans maken gedemotiveerd te raken en zij meer tijd overhouden om aan voor hen uitdagender leerstof te werken. De publicatie is geschreven voor basisschoolleerkrachten en schoolbegeleidingsdiensten. Stichting Leerplanontwikkeling (SLO), Enschede, 2001, ISBN 90 329 2054 5, € 11,34.
7.
Busato, V. Intelligentie. Zin en onzin Dit boekje behandelt algemene en theoretische kennis over intelligentie en intelligentietests. Swets & Zeitlinger, Lisse, 2000, ISBN 90 265 1624X, € 9,30.
8.
Bruin-de Boer, A. de en Greef, E. de Hoogintelligente kinderen in het basisonderwijs De hoofddoelstelling van de schrijvers is een praktijkgericht handboek te verschaffen voor de individuele begeleiding van hoogintelligente kinderen. Tevens beoogt het een leidraad te zijn voor scholen die structureel hun zorgbreedte willen vergroten voor hoogintelligente kinderen. Uitgeverij De Ruiter, Gorinchem, 1993, ISBN 90 052 13361.
9.
Doornekamp, G., Drent, S. en Bronkhorst, E. Een slimme aanpak voor slimme leerlingen Beschrijving van en reflectie op de werkwijze van twaalf scholen, die trachten hun curriculum zo in te richten dat ook de (hoog)begaafde leerlingen op hun niveau worden aangesproken. Stichting Leerplanontwikkeling (SLO), Enschede, 1999, ISBN 90 329 1956 3, € 11,34.
10.
Drent, S. Hoogbegaafde kinderen kunnen meer Praktische richtlijnen voor verbreding in het basisonderwijs. Uitgeverij Ajodakt, Voorschoten, 1998, ISBN 90 740 80464, € 17,50.
11.
Drent, S. en Gerven, E. van Professioneel omgaan met hoogbegaafde kinderen in het basisonderwijs Een stapsgewijze instructie voor (aankomende) leerkrachten. Uitgelegd wordt hoe zij een traject van individuele leerlingbegeleiding voor hoogbegaafde leerlingen op kunnen zetten. Uitgeverij LEMMA, Utrecht, 2002, ISBN 90 593 1012 8, € 21,50.
12.
Drenth, P. en Resing, W. Intelligentie weten en meten Het boekje is bedoeld voor iedereen die meer wil weten over de achtergronden en de praktische toepassing van het begrip intelligentie, zowel in het onderwijs als daarbuiten. Uitgeverij Nieuwezijds, Amsterdam, 2001, ISBN 9057120402, € 15,90.
13.
Gerven, E. van Zicht op hoogbegaafdheid. Handboek voor leerkrachten in het basisonderwijs In de publicatie wordt onder meer ingegaan op het gebruik van signaleringsinstrumenten, kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong, de argumenten voor en tegen versnelling, verrijkingsonderwijs en het werken met onderpresteerders. De publicatie laat echter ook ouders het onderwijs aan hun (hoog)begaafde kind bekijken door de ogen van een leerkracht. Uitgeverij LEMMA, Utrecht, 2001, ISBN 90 518 9928 9, € 17,92.
14.
Gerven, E. van en Drent, S. Een doorgaande lijn voor hoogbegaafde leerlingen; een praktische gids voor het maken van beleid Een gids die basisscholen ondersteuning kan bieden bij het ontwikkelen van een goed schoolbeleid voor hoogbegaafde leerlingen. Uitgeverij LEMMA, Utrecht, 2001, ISBN 90 5189 880 0, € 17,92.
15.
Goleman, D. Emotionele intelligentie - Emoties als sleutel tot succes In dit boek geeft Goleman aan dat werkelijke intelligentie maar weinig met kennis en hoge rapportcijfers te maken heeft en veel meer met zelfkennis, invoeling in anderen en vermogen tot samenwerken. Uitgeverij Contact, Amsterdam, ISBN 90 2549 973 2, € 11,34.
16.
Heuvel, D. van den Hoogbegaafde kinderen en hun sociaal-emotionele ontwikkeling Hierin komt aan bod welke misverstanden er zoal bestaan over dit onderwerp, welke belemmeringen kinderen tegenkomen en hoe ouders en leerkrachten ervoor kunnen zorgen dat deze kinderen de kans krijgen zich ook sociaal-emotioneel te ontwikkelen.
2000, te bestellen door € 3,- te storten op giro 1399659, t.n.v. D. van den Heuvel, Riel met vermelding van de titel van de brochure. 17.
Heuvel, D. van den Hoogbegaafde kinderen in hun eerste levensjaren In deze brochure staat beschreven hoe hoogbegaafdheid zich bij jonge kinderen manifesteert, waarom het van belang is dat volwassenen er zo vroeg mogelijk adequaat op inspelen en hoe zij dat kunnen doen. 2000, te bestellen door € 2,50 te storten op giro 1399659, t.n.v. D. van den Heuvel, Riel met vermelding van de titel van de brochure.
18.
Heuvel, D. van den Opvoeden van hoogbegaafde kinderen Hoe een kind volwassen wordt is afhankelijk van de wisselwerking tussen aanleg en omgeving. Volwassenen moeten zich dus bewust zijn van de invloed die zij hebben tijdens het opvoedingsproces, maar ook van de mogelijkheden van het kind dat zij opvoeden. Hoogbegaafde kinderen hebben specifieke mogelijkheden. Dit thema loopt als een rode draad door deze brochure. 1996, te bestellen door € 2,75 te storten op giro 1399659, t.n.v. D. van den Heuvel, Riel met vermelding van de titel van de brochure.
19.
Heuvel, D. van den Voor leerkrachten - over hoogbegaafde kinderen Hoogbegaafde kinderen komen er niet vanzelf. Zij zijn gevoeliger voor zaken die aan hun leeftijdgenootjes voorbij gaan en leren anders en sneller. Toch is het, zowel voor hun leerprestaties als voor hun persoonlijkheidsontwikkeling, van belang dat zij zich veilig voelen in hun groep op school. Hoe leerkrachten en toekomstige leerkrachten door hun gedrag en houding hieraan bij kunnen dragen staat centraal in deze brochure. 1998, te bestellen door € 3,25 te storten op giro 1399659, t.n.v. D. van den Heuvel, Riel met vermelding van de titel van de brochure.
20.
Heuvel, D. van den, Jurgens, K. en Roose, E. Een hoogbegaafd kind in de klas; Ouders en leerkrachten werken samen Deze brochure bevat ideeën en suggesties voor ouders en leerkrachten die willen inspelen op de behoeften van hoogbegaafde leerlingen in de eerste vier groepen van het basisonderwijs. Uitg. Vereniging voor Openbaar Onderwijs, Almere, 2000, te bestellen door € 5,65 (VOO-leden € 3,75) te storten op giro 538566, t.n.v. VOO bestellingen te Almere, onder vermelding van bestelcode 705.
21.
D'Hondt, C. en Rossen, H. van Hoogbegaafde kinderen op school en thuis; een gids voor ouders en leerkrachten In dit boek staat een overzicht van recente inzichten en mogelijke aanpakken om hoogbegaafden thuis en op school goed te begeleiden. Uitgeverij Garant, Leuven-Apeldoorn, 1999, ISBN 90 5350 801 5, € 11,90.
22.
Hoop, F. de en Janson, D.J. Omgaan met hoogbegaafde kinderen; een andere kijk op (hoog)begaafdheid in school en gezin De auteurs, die beiden werkzaam zijn bij een schoolbegeleidingsdienst, geven in dit boek aan hoe ouders en leerkrachten om kunnen gaan met hoogbegaafde kinderen/ leerlingen. Uitgeverij Intro, Baarn, 1999, ISBN 90 557 42023, € 14,-.
23.
Mönks, F.J. en Span, P. (red.) Hoogbegaafden in de samenleving Bundeling van voordrachten gehouden op het eerste Nederlands Symposium over hoogbegaafdheid. Het bevat drie delen en gaat over algemene aspecten van het hoogbegaafdenvraagstuk; de opsporing en onderwijskundige opvang van hoogbegaafden en persoonlijkheid en opvoedkundige begeleiding van hoogbegaafden. Uitgeverij Dekker & van de Vegt, Nijmegen, 1985, ISBN 90 255 0002 1, € 20,30.
24.
Mönks, F.J. en Ypenburg, I. Hoogbegaafde kinderen thuis en op school In deze publicatie wordt ingegaan op vragen die ouders en leerkrachten hebben in hun omgang met kinderen en adolescenten die intellectueel vooruit zijn. Uitgeverij (Kluwer) Tjeenk Willink, Alphen a/d Rijn, 1995 (2e druk), ISBN 90 1692 861X, € 20,01.
25.
Mooij, T. (red.) Onderwijs aan hoogbegaafde kinderen Dit boek gaat over de kenmerken van hoogbegaafde kinderen en hun functioneren in het onderwijs. De meeste aandacht in het boek gaat uit naar verschillende concrete onderwijsmaatregelen om onnodige problemen van hoogbegaafde leerlingen in de onderwijspraktijk te verminderen en zo mogelijk te voorkomen. Uitgeverij Coutinho, Muiderberg, 1991, ISBN 90 6283 833 2, € 13,50.
26.
Schouten, M. Hoera, ik ben hoogbegaafd! Dit boek bevat levenservaringen van leden van Mensa waarvoor Marga Schouten brieven heeft verzameld van hoogbegaafde volwassenen, die zij een aantal vragen heeft gesteld. Vereniging Mensa Nederland, Utrecht, Uitgeverij Alpha, Zutphen, 1996, ISBN 905658023X, € 13,39.
27.
Span, P., Bruin-de Boer, A.L. en Wijnekus, M.C. Het testen van hoogbegaafde kinderen; Suggesties voor diagnostiek & begeleiding Dit boek bevat evaluaties van in Nederland veel gebruikte intelligentietests. Daarnaast bevat het hoofdstukken over signalering en diagnostiek en geeft richtlijnen voor de begeleiding van (hoog)begaafde kinderen. Uitgeverij Kluwer, Alphen a/d Rijn, 2001, ISBN 90 140 7056X, € 30,97.
28.
Span, P. en Nelissen, J. Begaafde kinderen op de basisschool; Suggesties voor didactisch handelen Dit boek besteedt aandacht aan de manier waarop vastgesteld kan worden dat kinderen hoogbegaafd zijn. Tevens beschrijft het hoe je in het onderwijs kunt inspelen op de behoefte van hoogbegaafde leerlingen. Uitgeverij Bekadidact, Baarn, 2000, ISBN 90 2622 428 1, € 16,56.
29.
Vries, H. de Intelligente kinderen; een handleiding voor opvoeders Deze bundeling van eigen werkmethoden van de schrijver is een gevarieerd mengsel van psychologische analyses, opvoedkundige adviezen en levensbeschouwelijke uitspraken. Uitgeverij Ambo, Amsterdam, 2001, ISBN 90 2631 416 7, € 17,58.
30.
Vries, H. de
Teveel mens, te weinig dier; leefadviezen voor intelligente mensen Deze uitgave is een handreiking aan volwassen intellectuele mensen. Het boek bevat leefadviezen waaruit een welgemeend 'laat je niet kisten' gehaald kan worden. Uitgeverij Ambo, Amsterdam, 2001, ISBN 90 2631 590 2, € 17,58. 31.
Webb, J.T. e.a. De begeleiding van hoogbegaafde kinderen: een praktische gids voor ouders en andere opvoeders Dit boek, waarin de ontwikkeling van de emotionele intelligentie van het kind voorop staat, biedt een handreiking voor ouders. Het boek geeft talloze gedragssuggesties waarmee zowel ouders als ook leerkrachten een basis kunnen leggen voor het versterken van het zelfvertrouwen, het zelfrespect en het zelfbeeld van hoogbegaafde kinderen. Vertaald en bewerkt door K. Jurgens en F. de Mink, uitgeverij van Gorcum & Comp, Assen, 2000, ISBN 90 2323 348 4, € 22,46.
32.
Zanten, J. van Hoogbegaafde kinderen Jenny van Zanten is moeder van twee hoogbegaafde kinderen en lid van HINT ZuidHolland. Dit boek is een praktische leidraad voor ouders, leerkrachten en andere betrokkenen die met hoogbegaafdheid te maken hebben en er meer over willen weten. Uitgeverij Boom, Meppel, 1997, ISBN 90 5352 279 4, € 12,80.
Relevante tijdschriften 1.
JSW (Jeugd, school en wereld) Themanummer: Hoogbegaafdheid in de klas In dit nummer onder andere aandacht voor de volgende onderwerpen: signalering, verbreding in de kleutergroep, een groep overslaan, hoogbegaafdheid en leerstoornissen, contacten tussen ouders en school en het maken van beleid. Verder is er in de vaste rubrieken aandacht voor leermateriaal, boeken voor leerkrachten en kinderen en relevante internetsites. Bekadidact, Baarn, jaargang 86, nummer 3, november 2001.
2.
Talent Talent is een tijdschrift over hoogbegaafdheid. In artikelen wordt u binnen de drie thema's opvoeding, onderwijs en zorg op de hoogte gebracht van de laatste ontwikkelingen op het gebied van lesmethoden en verrijkingmateriaal, IQ-tests, (wetenschappelijke) onderzoeken, politieke besluitvorming, congressen en symposia en vakliteratuur. In achtergrondartikelen en interviews komen onderwerpen aan de orde als sociale en persoonlijke ontwikkeling, beleidsvorming op basisscholen, emotionele intelligentie, de verbaal-performaalkloof, ervaringen van leerkrachten, de rol van school- en consultatiebureauartsen bij signalering, filosofie voor kinderen en muzikaal talent. Talent bevat informatie voor ouders van hoogbegaafde kinderen en voor iedereen die professioneel met hoogbegaafden in aanraking (kan) komen zoals leerkrachten van basisscholen en voortgezet onderwijs, onderwijs- en schoolbegeleidingsdiensten, docenten/studenten Pabo, (ortho-) pedagogische adviesbureaus, consultatiebureaus en schoolartsen. Talent verschijnt 8 keer per jaar. Talent kan besteld worden bij uitgeverij LEMMA, Postbus 3320, 3502 GH Utrecht,
telefoon 030-2545652, fax 030-2512496, E-mail:
[email protected], homepage http://www.lemma.nl, € 42,50 voor een jaarabonnement, € 32,- voor studenten. 3.
Thuis Vooruit Onderdelen van de uitgifte Vooruit zijn nu gebundeld in het boek Thuis Vooruit. Thuis Vooruit bevat creatieve opdrachten voor hoogbegaafde kinderen van 4 tot 12 jaar om thuis te maken. De opdrachten zijn verdeeld over de gebieden rekenen, taal, geschiedenis, creatief, denkvaardigheid, sociaal-emotioneel, aardrijkskunde en biologie. Naast opdrachten bevat Thuis Vooruit artikelen van deskundigen die schrijven over onderwerpen die herkenbaar zijn voor ouders van hoogbegaafden, ondermeer over de communicatie tussen ouders en de leraar op school en het herkennen van hoogbegaafdheid. In de rubriek 'Lezen' worden boeken over hoogbegaafdheid besproken.
4.
Thuis vooruit kan besteld worden bij uitgeverij Kluwer, Postbus 4, 2400 MA Alphen aan den Rijn, E-mail:
[email protected], homepage: http://www.kluwer.nl, ISBN 90 1692 961 6, € 52,41.
5.
Vernieuwing, tijdschrift voor onderwijs en opvoeding Themanummer: Een andere kijk op begaafdheid In dit themanummer aandacht voor de volgende onderwerpen: een constructivistische kijk op begaafdheid, verrijking binnen het rekenonderwijs, signaleren van begaafde leerlingen, onderwijs aan begaafde leerlingen en internationale onderzoeksresultaten op het gebied van begaafdheid. Van Gorcum en Comp, Assen, jaargang 59, nummer 4, april 2000.
E. Formulier 'Algemene gegevens' 1. Gegevens leerling Naam Groep Leerkracht IB'er Datum 2. Gedrag in de klas (zowel cognitief als sociaal-emotioneel) Algemene indruk
Voorbeelden
3. LVS Periode Resultaten
4. Leerlingbesprekingen Samenvatting
5. Gegevens uit voorgaande jaren
6. Evaluatie Vervolg
Voor gezien:
Voor gezien:
Voor gezien:
Leerkracht
IB'er
Ouder(s)
F. Registratieformulier voor 1e gesprek tussen ouder(s), leerling, leerkracht en IB'er 1. Algemene gegevens Leerling: Groep: Docent: IB'er: Datum: Aanwezigen: 2. Bevindingen school (signaleringslijst + extra gegevens)
3. Bevindingen ouders
4. Bevindingen leerling
5. Conclusie
6. Hoe verder? Toelichting keuze:
Korte omschrijving werkwijze:
Volgende evaluatiemomenten:
Voor gezien:
Voor gezien:
Voor gezien:
Leerkracht
IB'er
Ouder(s)
G. Tips voor communicatie tussen leerkracht en ouders Algemene tips over de relatie thuis-school (De begeleiding van hoogbegaafde kinderen, J.T. Webb e.a., 2000, Van Gorcum & Comp B.V., Assen) Erken dat er een wezenlijk verschil is tussen school en thuis, wat betreft doelstel-lingen, taken, situatie en beperkingen. Scholen bereiden in de eerste plaats voor op schoolprestaties, pas in de tweede plaats op sociale ontwikkeling. Thuis ligt de nadruk in de eerste plaats op de sociale ontwikkeling, pas in de tweede plaats op de schoolprestaties. Thuis en school zijn beide erg belangrijk in hun lange termijneffect op (hoog)be-gaafde kinderen, maar van die twee kan 'thuis' meer cruciaal zijn. Voor beide is het ideaal als zij goed samenwerken, conflicten vermijden en proberen kloven te overbruggen. Misverstanden, verschillen in verwachtingen en teleurstellingen kunnen meestal worden vermeden als ouders in een vroeg stadium betrokken worden bij de plannen en acties van de school en hier ook steeds betrokken bij blijven. Het zoeken naar oplossingen voor schoolproblemen moet beginnen bij de realiteit van het klaslokaal, op dezelfde manier als de oplossingen voor thuis moeten beginnen bij de realiteit van de thuissituatie. Contact tussen ouders en leerkrachten is sterk aan te bevelen. Niet alleen geeft dit de mogelijkheid informatie uit te wisselen en vermindert het de kans voor leer-krachten en ouders om door de leerling gemanipuleerd te worden, maar het bevordert ook het opbouwen van een bondgenootschap, dat erop gericht is de prestaties en het gevoel van eigenwaarde van het kind te stimuleren. Tips voor gesprekken tussen school en ouders (De begeleiding van hoogbegaafde kinderen, J.T. Webb e.a., 2000, Van Gorcum & Comp B.V., Assen). Omschrijf (als leerkracht of ouder) voor uzelf duidelijk wat u hoopt te bereiken tijdens de leerkracht-ouderbesprekingen. Toon begrip voor de gevoelens en zienswijzen van de ander met betrekking tot de situatie. Probeer de ander liever als bondgenoot dan als vijand te krijgen. Houd er wel rekening mee dat de ander u als indringer kan zien. Vermijd het om iemand de schuld te geven. Erken dat de meeste mensen niet vanuit kwade opzet handelen, maar dat ze eerder in de problemen komen omdat ze dingen over het hoofd zien, te weinig of juist te veel geïnformeerd zijn. Beschouw de (hoog)begaafdheid van de leerling als een gezamenlijk probleem. Als u nieuwe informatie over de leerling heeft, is het verstandig om te beginnen met de onderdelen daarvan die waarschijnlijk het meest aansluiten bij de waar-nemingen van de ander en zodoende de basis voor een gemeenschappelijke uitgangspositie kunnen vormen. Vraag de mening van de ander over uw informatie. Sta zoveel mogelijk open voor nieuwe informatie van de ander. Stel liever uit nieuwsgierigheid vragen dan dat u in het defensief gaat. Als er gegevens van een 'expert van buitenaf' zijn kunnen die heel bedreigend overkomen, omdat het lijkt aan te geven 'Zie je wel, je had ongelijk!'. Dit wordt door de ouders niet zo bedoeld. Voor hen is het een middel om hun bevindingen kracht bij te zetten. Ouders willen gehoord worden en willen uiteraard het beste voor hun kind. Richt u bij het oplossen van problemen op een stapsgewijze aanpak (met een meetbaar resultaat) die realiseerbaar is. Probeer tot overeenstemming te komen over een bepaald gemeenschappelijk plan van aanpak, ook al wordt hiermee slechts een deeloplossing bereikt. Plan een nieuwe afspraak om de voortgang te bespreken. Als er geen overeenstemming wordt bereikt, of slechts gedeeltelijk, is het beter om uzelf de tijd te gunnen om na te denken en de nieuwe mogelijkheden of het nieuwe idee te overwegen.
Het kan vaak verstandig zijn om de interne begeleider, het schoolhoofd of anderen te betrekken in de ouder-leerkrachtgesprekken, hoewel sommige ouders het idee kunnen hebben dat 'er tegen ze wordt samengespannen'. Soms laat het resultaat van een gesprek te wensen over. Weet wanneer u uw pogingen om een brug te bouwen om een kloof te overbruggen of een situatie te veranderen moet opgeven. In plaats daarvan kunnen de ouders zich er dan beter op richten de leerling te leren met de situatie om te gaan, een vangnet te maken of de leerling naar een andere klas of zelfs een nieuwe school over te plaatsen.
H. Denk ook nog even aan... Onderstaande tips zijn afgeleid van de tips uit het boek 'Hoogintellligente kinderen in het basisonderwijs' van A. de Bruin-de Boer en E. de Greef, 1993, uitgeverij De Ruiter, Gorinchem. Stimuleer de leerling in zijn/haar ontwikkeling en probeer zo responsief mogelijk te zijn (stel echter geen te hoge eisen/verwachtingen). (Hoog)begaafde leerlingen ontwikkelen zich beter in een anti-autoritaire atmosfeer van wederzijds respect waar je vragen mag stellen. Zorg voor positieve terugkoppeling en bied hulp om beperkingen te accepteren (beperkingen zijn voor (hoog)begaafde leerlingen vaak moeilijk te accepteren en te verwerken). Geef de leerling mogelijkheden voor succes en stimuleer het in zichzelf te geloven. Probeer de leerling aan te spreken op zijn/haar niveau (wees niet te kinderlijk) en schaf (ontwikkelings-)materialen aan waar de leerling aan toe is. Zorg dat de leerling een positieve houding ten aanzien van school houdt.
I. Signaleringslijst leerkracht J. Signaleringslijst ouder(s) K. Signaleringslijst leerling voor jonge kind voor groep 3-8 U dient bij deze onderdelen gebruik te maken van signaleringslijsten uit bestaande signaleringsinstrumenten. Op de website www.infohoogbegaafd.nl staat hier een overzicht van. Bijvoorbeeld: • Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid. Gerven, E. van & Drent, S. (2004). • Observatielijst diagnosticering. SBD Midden Holland Rijnstreek. • Sidi-R protocol. Bruin-de Boer, A. de & Kuipers, J. (2004) • Vragenlijst leerkracht t.b.v. signalering. SBD Midden Holland Rijnstreek.
L. Registratieformulier voor 2e gesprek tussen ouder(s), leerling, leerkracht en IB'er 1. Algemene gegevens Leerling: Groep: Docent: IB'er: Datum: Aanwezigen: 2. Bevindingen school (signaleringslijst + extra gegevens)
3. Bevindingen ouders
4. Bevindingen leerling
5. Conclusie
6. Hoe verder? { compacten { verrijken Toelichting keuze:
{ versnellen
{ anders
(kruis aan)
Korte omschrijving werkwijze:
Volgende evaluatiemomenten:
Voor gezien:
Voor gezien:
Voor gezien:
Leerkracht
IB'er
Ouder(s)