Investment Outlook
KBC Institutional Asset Management
Augustus 2013 •
Vaste grond
•
Aandelen blijven goedkoop in vergelijking met dure overheidsobligaties ….
•
…..maar de winstgroei vertraagt
•
Inflatie is nergens in de wereld een probleem
•
Het monetaire beleid zet zwaar in op het laag houden van de inflatie
•
De hier voorgestelde beleggingsstrategie richt zich op een specifiek beleggersprofiel, namelijk dat van een dynamische belegger met belangstelling voor een sterk gedifferentieerde portefeuille. Naar gelang van het risicoprofiel en de beleggingsvoorkeuren van de cliënt kan KBC de belegger een afwijkende portefeuillesamenstelling adviseren.
macro-economisch scenario
Risico op recessie fors afgenomen
De obligatierente heeft zijn bodem verlaten
Vaste grond
•
De budgettaire besparingsinspanningen in 2013 zijn de grootste in jaren
•
De eurocrisis blijft smeulen
•
Economisch herstel krijgt vaste grond
•
De risicoappetijt in de markt blijft (té?) hoog
•
Aandelenweging opbouwen
•
Aandelenportefeuille defensief invullen met hoge dividenden en buy-back
•
Euro en lage rendementen mijden
•
…. door goed gespreid te beleggen in hoogrentende munten
De risico’s op een conjunctuurinzinking zijn in de voorbije weken sterk afgenomen. De Amerikaanse economie lijkt nauwelijks te lijden onder de besparingen en de bezorgd heid over het begrotingsbeleid en de ontwik kelingen op de arbeidsmarkt lijken er helemaal verdwenen. In Europa is het nog even wachten op betere groeicijfers, maar de vertrouwensindicatoren zijn alvast in posi tieve zin gekanteld. Het is tijd om het risico in de beleggingsportefeuilles op te bouwen.
De wereldeconomie groeit, maar zeker in de westerse wereld gebeurt dat aan een traag tempo. In vergelijking met vorige maand zijn onze vooruitzichten voor de groei van de wereldeconomie ook niet plots fors opgekrikt. Maar er zijn te veel lichtpunt jes om te negeren.
@
In de VS wordt de budgettaire sanering opvallend vlot verteerd. Recente conjunc tuurindicatoren over het ondernemers vertrouwen, de huizenmarkt en de arbeids markt suggereren dat de economische groei in de VS verder aantrekt.
Deze publicatie is online beschikbaar. Op de website www.kbcam.be/investmentoutlook vindt u een uitgebreid, actueel en vlot toegankelijk overzicht van de wereldwijde economische ontwikkelingen en van onze vooruitzichten. Een onderneming van de KBC-groep
De arbeidsmarkt blijft cruciaal. In juni kwamen er netto 195 000 arbeidsplaat sen bij en de cijfers van de voorbije maanden werden fors opwaarts bijge steld. De werkloosheidsgraad is een belangrijke leidraad voor het monetaire beleid van de Amerikaanse centrale bank (Fed). Onrechtstreeks bepaalt hij dus ook mee de stemming op de finan ciële markten. In Europa vertonen de harde groeicij fers nog geen verbetering, maar de vertrouwensindicatoren wel. De toon aangevende Duitse Ifo-index noteert op 106 op een schaal tussen 85 en 115. De PMI barometers van het onder nemersvertrouwen staan nog altijd onder het vriespunt, maar zijn al enkele maanden aan het stijgen. Zuidelijk Europa dicht bovendien in snel tempo de kloof met de kernlanden. Ook het groeiende consumentenvertrouwen stemt hoopvol. De recente onrust over het Chinese groeiverhaal is niet op nieuwe elemen ten gebaseerd. De uitvoercijfers vallen nog altijd tegen en het spookbeeld van een kredietcrisis in China doemde weer even op. Die bezorgdheid lijkt alweer gaan liggen. De Chinese overheden lij ken zich te kunnen vinden in groei cijfers rond 7,5% in plaats van de 10%
uit het verleden. Er zijn verder geen aanwijzingen dat de regering of de cen trale bank de controle over de gebeur tenissen heeft verloren.
rente met een forse opsprong uit vrees dat de appetijt voor obligaties uit de groeimarkten zal afnemen als de Fed de geldkraan dichtdraait.
Alles inzetten om de rente laag te houden
De Fed liet inderdaad een ballonnetje op. Al dit jaar zou ze het inkooppro gramma beginnen afbouwen om het in de loop van 2014 helemaal stop te zetten. Dat was voor veel beleggers sneller dan verwacht. Niemand leek gehoord te hebben dat een dergelijke verstrakking afhankelijk blijft van de economische omstandigheden.
De risico’s op een nieuwe conjunc tuurinzinking zijn dan wel sterk ver minderd, ze zijn niet verdwenen. De olieprijs blijft een risicofactor. Olie is nog altijd te duur in verhouding tot het aanbodoverschot. Een daling van de olieprijs zou logisch zijn en het econo mische herstel verder ondersteunen. Als de premie voor het politieke risico hoog blijft of zelfs toeneemt, kan dat de gunstige inflatievooruitzichten beïnvloeden. Dan kan ook het groei scenario onder druk komen. We gaan ervan uit dat de centrale ban ken de rente, ook de obligatierente, laag kunnen houden. Begin mei bereikten de Amerikaanse (1,65%) en de Europese tienjaarsrente (1,20% in Duitsland) hun bodem. Vandaag lig gen de niveaus al merkbaar hoger. De rentestijging is vooral ingegeven door de vrees voor een nakende afbouw van de inkoopprogramma’s van schuldpapier door de Fed. Ook in de opkomende markten reageerde de
Een verhoging van de beleidsrente is nog niet voor meteen. De Fed schuift midden 2015 als vroegste datum voor een eerste renteverhoging naar voor. De Europese Centrale Bank (ECB) lijkt op dezelfde golflengte te zitten. Met hun rentebeslissingen kunnen ze alleen de geldmarktrente rechtstreeks beïnvloeden. Dat heeft maar een indi rect en beperkt effect op de langeter mijnrente. Daarom kopen de centrale banken in de VS, Japan en het VK ook actief schuldpapier op. Daarmee kun nen ze de lange rente laag houden. De ECB is nog niet tot een dergelijke ‘kwantitatieve versoepeling’ overge gaan.
Ontwikkeling 10-jaars obligatierente 6
6
5
5
4
4
3
3
2
2
1
1
0 2003
2005
2007
2009
2011
2013
0
Duitsland VS
Verwachting KBCAM +12m
Arbeidsmarkt en vertrouwen 800
65
600
60
400
55
200
50
0
45
-200
40
-400
35
-600
-800 30 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013
Tewerkstelling (payrolls, maandwijziging)
Producentenvertrouwen (ISM Manufacturing)
KBC Institutional Asset Management Investment Outlook
2
Ondanks de recente stijging blijft de obligatierente in de kernlanden Duitsland en de VS laag. Of anders gezegd: obligaties zijn nog altijd duur. Ofwel ligt de risicopremie voor aande len extreem hoog, ofwel is de vergoe ding voor risicoloos overheidspapier onredelijk laag. Die grote waarderings kloof kan alleen gedicht worden als ofwel de aandelenkoersen (veel) ster ker stijgen dan de bedrijfswinsten, ofwel de obligatierente (fors) gaat stij gen. Dat hoeft zich niet onmiddellijk voor te doen, maar vormt wel zo’n beetje het beleggingskader voor de volgende jaren. We verwachten in de komende maanden alvast een licht hogere obli gatierente. Een toenemend conjunc tuuroptimisme en/of minder beleggers die de veilige vluchthavens van Duitse of Amerikaanse overheidsobligaties gaan opzoeken, kunnen de obligatie rente onder opwaartse druk zetten.
Die ontwenningsverschijnselen moe ten niet overdreven worden. De eerste fase van rentestijging is niet noodza kelijk negatief voor aandelen. Wanneer de rente van heel lage niveaus begint te stijgen, was dit in het verleden eer der een positief element voor de beurs dan omgekeerd. Pas wanneer de geldpolitiek erg restrictief wordt – en dan spreken we over een langeter mijnrente van 6% en hoger – volgen scherpe beursreacties. Vandaag zijn we nog heel ver verwijderd van die renteniveaus.
Ondernemersvertrouwen in Duitsland (Ifo) 130
130
120
120
110
110
100
100
90
90
80
80
70 1993
1998
2003
2008
70 2013
Beoordeling huidige situatie
Verwachtingen
Consumentenvertrouwen in de eurozone 0
110
-5
105
-10 -15
100
-20 -25
95
-30
90
-35 -40
85
-45 -50 2003
2005
2005
2009
2011
80 2013
EMU Spanje
Italië (rechtse schaal)
KBC Institutional Asset Management Investment Outlook
3
GLOBALE ALLOCATIE Als we de koers-winstverhouding van de internationale aandelenmarkten vergelijken met de historische gemid delden, zijn de beurzen zeker niet duur, maar ook niet meer zo goedkoop als een tijdje geleden. De sterke koers stijgingen van de afgelopen maanden gingen gepaard met een eerder beperkte winstontwikkeling; in Europa zelfs met een negatieve. Aandelen zijn dan ook duurder geworden. Als we de jaren van de internetbubbel buiten beschouwing laten, noteert de Ameri kaanse beurs nu ongeveer op het langetermijngemiddelde; de Europese aandelenmarkten blijven er nog wat onder. Bovendien zijn aandelen erg gevoelig voor de wisselvalligheden van de economische groei. Recentelijk zijn een aantal sleutelindicatoren ten goede gekeerd: sterke arbeidsmarkt rapporten in de VS, stijgend produ centenvertrouwen in Europa, een ken tering in het consumentenvertrouwen in de EMU… Zij verdrijven de neer waartse conjunctuurrisico’s naar de achtergrond, zonder daarom de groei vooruitzichten voor de komende kwar talen op te krikken. Wij blijven uitgaan van een gematigde groei, we zijn er alleen sterker van overtuigd dat deze groei positief blijft.
In vergelijking met cash en obligaties (zowel die van de overheden als die van bedrijven) blijven aandelen op middellange termijn veruit de betere optie. Zelfs als de koers-winstverhou ding niet verder stijgt, kunnen de koer sen blijven stijgen aan het tempo van de winststijging. De winstgroei ligt trendmatig hoger dan de groei van het nominale wereld-bbp (die bedraagt 5,5 à 6%) en merkelijk hoger dan de korte of de lange rente (niet hoger dan 2,5%). Voeg daarbij een dividendren dement van 2,65% (wereldaandelen index) tot 3,50% (Europese aandelen) en het verwachte totale rendement ligt merkelijk hoger dan dat van cash of obligaties.
We trekken niet voluit de kaart van aandelen, maar laten de balans toch in hun voordeel overhellen. Aandelen worden in de gemengde portefeuilles licht (+2 procentpunt) overwogen. Dat we een voorzichtige koers blijven varen, komt ook tot uiting in het defen sieve karakter van de aandelenporte feuille (zie verder). We blijven stevig onderwogen in obligaties. (-4 procent punt). Verder blijven we een stevige kaspositie aanhouden (+2 procent punt tegenover de referentie). De ren dementen zijn uiteraard heel laag, maar we houden deze middelen ach ter de hand om de aandelenpositie weer op te bouwen als de marktom standigheden het toelaten.
Globale portefeuillespreiding (Actieve posities, in %)
Aandelen
Obligaties
Cash
-6%
-4%
-2%
+0%
+2%
+4%
+6%
Het gebrek aan alternatieven, mag beleggers natuurlijk niet verblinden. Op korte termijn zijn er nog altijd wat risico’s die voor onrust op de financi ële markten kunnen zorgen. We ver wachten niet dat ze het basisscenario uit balans zullen brengen, maar toch. We denken aan de stresstesten voor de Europese banken en de relatief zwakke ontwikkeling van de wereld economie (belastingverhoging en uit gavenbesparingen in de VS, groeiver traging in Azië).
KBC Institutional Asset Management Investment Outlook
4
We behouden de positie in bedrijfs obligaties. De rentevergoeding voor Europese bedrijven van goede kwali teit is sinds begin 2012 met meer dan 220 basispunten afgenomen. De wis selende stemming over de problemen van de overheidsschulden in de euro zone blijft zich uiten in hoge rentepre mies op schuldpapier van Europese financiële bedrijven. Die hebben van nature veel overheidspapier in porte feuille. Door de hechte interbancaire relaties binnen de eurozone dreigt het overstag gaan van zelfs een kleine
In een omgeving van lage nominale rendementen is elk extraatje meege nomen, tenminste als daarvoor geen overdreven risico’s moeten worden genomen. Bedrijfsobligaties voldoen aan dit criterium, al moet in de komende maanden het extra rende ment komen van de hogere rentever
Aandelen zijn beetje duurder geworden
5
5
0
0
Koers-winstverhouding Europa
Koers-winstverhouding VS
20
20
20
20
20
20
20
19
19
13
10
11
10
09
15
07
15
05
20
03
20
01
25
99
25
97
30
95
30
93
Hoe dan ook weerspiegelt een premie van gemiddeld 0,70 procentpunt voor Europese bedrijven de verwachting, dat over een tijdspanne van vijf jaar 6 tot 8% van de investment grade debi teuren failliet zou gaan. Zoiets heeft zich in de voorbije veertig jaar nooit voorgedaan. Concreet: vanaf 1971 bedroeg het hoogste falingspercen tage 2,4% en 4,8% voor een volledige vijfjaarsperiode voor debiteuren met respectievelijk een rating AAA en BBB. In de voorbije vijf jaar, toch geken merkt door een diepe recessie, zijn de verliezen op bedrijfskredieten zelfs uit zonderlijk laag gebleven. Kleinere ren teverschillen hadden daar ook een logisch gevolg van moeten zijn.
goeding en niet meer zozeer van koerswinst door dalend renteverschil. Bijkomend rendement in een obliga tieportefeuille kan ook gezocht wor den door het opzoeken van muntri sico. De vrees voor een snel dichtdraaien van de liquiditeitskraan in de VS zorgde de afgelopen periode voor een verkoopsdruk op de financi ële markten. Ook hoogrentende obli gaties in vreemde munt konden niet ontkomen aan de algemene risi coaversie. Naast een aantal specifieke problemen (zoals de politieke onrust in Turkije en Brazilië) leden deze markten vooral onder de idee dat de belang stelling vanuit de westerse beleg gingswereld sterk zou afnemen. In weinig liquide markten zorgen kleine bewegingen bovendien meestal voor overdreven grote schommelingen. Aan de stevige economische funda menten van deze landen (lage schuld graad, beperkte inflatie, de sterkste groei in de wereld, ...) is niks veran derd. Wanneer het stof van de recente marktwind wat is gaan liggen zullen beleggers opnieuw hun huiswerk maken. Ze zullen vaststellen dat met (de recent wat gestegen) marktrentes in het Westen de koopkracht van hun beleggingsportefeuille nog steeds nauwelijks kan gevrijwaard worden. De hogere rentes en ondergewaar deerde munten in de groeilanden bie den betere vooruitzichten.
19
In de obligatieportefeuille houden we de ‘modified duration’ licht onder die van de referentie-index. Recentelijk kon de langetermijnrente wat aantrek ken, toen de vrees groeide dat de Amerikaanse centrale bank de aan kooppolitiek van schuldpapier weldra zou gaan terugschroeven. Zelfs na de recente stijging liggen de Duitse en de Amerikaanse tienjaarsrente nog onder de gemiddelde inflatie die over de looptijd van deze beleggingen mag worden verwacht. Geen aantrekkelijke beleggingsoptie dus, en hoewel we niet snel een wijziging in het beleid van de centrale banken verwachten, moe ten beleggers op middellange en zeker op lange termijn toch rekening houden met een stijgende langetermijnrente.
overheid niet alleen de nationale bank sector in zijn val mee te sleuren, maar kan het voor een hele kettingreactie in de unie zorgen. De hoge premies voor niet-financiële debiteuren zijn evenwel veel minder te rechtvaardigen, gezien hun ijzersterke solvabiliteit en hun lage financieringsbehoeften.
19
OBLIGATIEPORTEFEUILLE
Aandelen blijven goedkoop 10
10 9 8 7
Relatieve waardering van aandelen (MSCI EMU) t.o.v. obligaties op basis van het earnings yield/ bond yield model (Fed-model).
9 8
Hoe hoger de ratio, hoe aantrekkelijker aandelen zijn t.o.v. obligaties.
7
6
6
5
5
4
4
3
3
2
2
1
1
0 1998
2000
2002
2004
2006
2008
2010
Gemiddelde voorbije 5 jaar
Gemiddelde voorbije 15 jaar
Relatieve waardering aandelen vs. obligaties
2012
KBC Institutional Asset Management Investment Outlook
0
5
AANDELENPORTEFEUILLE Ondanks een (weliswaar licht) overwo gen positie in de portefeuille, houden we het conjunctuurgevoelige karakter van de aandelenportefeuille beperkt. We doen dit in de eerste plaats door de stijlfactor “waarde” te blijven bena drukken en dat nog wat sterker dan voorheen. Dat gebeurt door de opname van rendementsaandelen en van aandelen met lage koersvolatiliteit (“Minimum Variance”). We pikken aandelen op van bedrijven die in vergelijking met de sectorgeno ten een riant dividend uitkeren. Deze bedrijven storten hun overtollige cash door aan de aandeelhouders. In het verlengde hiervan stellen we ook belang in bedrijven die inkoopprogram ma’s van eigen aandelen lanceren. Ook dit is een manier om de overtollige cash aan de aandeelhouders uit te keren. Daarmee geven de bedrijven ook het signaal dat zij hun aandeel als ondergewaardeerd beschouwen en wordt de toekomstige winst over een kleiner aantal aandelen verdeeld. Hierbij focussen we op de Amerikaanse markt. Cash uitkeren gebeurt in Europa eerder door het dividend uit te
keren, in de VS door aandelen in te kopen. Er zijn genoeg redenen om de voorkeur te geven aan de Amerikaanse boven de Europese aandelenmarkt: ze is defensiever, minder gevoelig voor de eurocrisis, een lagere blootstelling aan de recessie in Europa en de winst verwachtingen voor 2013 zijn er vlotter haalbaar. Het defensieve karakter van de porte feuille uit zich op de tweede plaats in de belegging in een korf aandelen met lage koersvolatiliteit (“Minimum Variance”). Die aandelen selecteren we niet op basis van hun (verwachte) rendement, maar omdat hun koersen minder sterk schommelen. Daardoor bieden ze een betere bescherming tegen eventuele neerwaartse markt bewegingen dan klassieke aandelen. We blijven participeren in koerswin sten van de aandelenmarkten, maar door de lagere schommelingsgraad heeft de korf een risicoprofiel dat over eenstemt met dat van een gemengd fonds met 60% aandelen en 40% obligaties. Het rendement ligt in prin cipe evenwel hoger dan op basis van deze verhouding zou kunnen worden verwacht, onder meer omdat het divi dendrendement bij deze aandelen doorgaans hoger ligt dan het gang
bare in de brede markt. De aandelen worden gekozen door middel van een wiskundig algoritme. Dat vermijdt een te grote concentratie van regionale, sectorale, stijl- en liquiditeitsgebon den risico’s. De opkomende markten blijven het groeiaccent in onze aandelenporte feuille. De Aziatische beurzen zijn dit jaar relatief zwak begonnen. Ze klom men wel hoger maar moesten hun meerdere erkennen in de Amerikaanse en de Japanse markten. De prospec tieve koers-winstverhouding bedraagt momenteel 10,6. Die waardering ligt veel lager dan die van de wereldindex (12,8) die op zich al laag is. Aziatische beurzen noteren meestal met een kor ting. Er zijn evenwel goede argumen ten, die veeleer een premie rechtvaar digen in plaats van een korting: de economische groei ligt er fiks hoger dan in het kwakkelende Westen, de bankensector worstelt niet met giftige beleggingsinstrumenten op de balans, de publieke financiën zijn door de kre dietcrisis niet ontwricht geraakt, de externe rekeningen vertonen een overschot … Dit betekent dat ze voor hun economische groei niet afhanke lijk zijn van buitenlands kapitaal.
KBC Institutional Asset Management Investment Outlook
6
China pakt de problemen op de hui zenmarkt aan en de investeringen in infrastructuur, voornamelijk spoorwe gen, zijn fors toegenomen. Het onder nemersvertrouwen blijft hangen rond de 50. Een cijfer dat wijst op een gemiddelde economische groei. Recent viel de groei van het bbp (+7,7% in het eerste kwartaal en +7,5% in het tweede kwartaal van 2013) wat tegen, maar hij blijft toch wel hoog. Terwijl de kleinere econo mieën van Zuid-Oost Azië wel op volle toeren draaien, is de balans in zwaar gewicht India dan weer gemengd: goede en slechte economische cijfers wisselen elkaar af, het land blijft kam pen met structurele problemen (hoog overheidstekort, hoge inflatie en een rigide regelgeving). Samengevat: Azië is een heel diverse regio met één gemeenschappelijk kenmerk: de eco nomische groei is de hoogste ter wereld en wordt vooral ondersteund door een ontluikend leger van mid denklasse consumenten. Daarom blij ven we positief.
KBC Institutional Asset Management Investment Outlook
7
“Believe me, It will be enough” (M. Draghi, 2 augustus 2012 ) Licht aan het einde van de Europese tunnel In het voorbije jaar werd nauwelijks of geen vooruitgang geboekt bij de uitbouw van de instellingen van de muntunie. Integendeel, men kwam terug op eerder gedane engagementen. De Bankenunie zal uiteindelijk veel minder ver gaan dan aanvankelijk werd voorgespiegeld. De Europese Centrale Bank staat alleen om de EMU te ondersteunen. Voorlopig slaagt ze daar ook in. Mario Draghi, de voorzitter van de Europese Centrale Bank, kondigde begin augustus 2012 aan alles in het werk te zullen stellen om de euro “die onomkeerbaar is” te beschermen. Die uitspraak alleen was al vol doende om de markt ervan te overtuigen dat de crisis het voortbestaan van de eurozone niet kon bedreigen. Niet dat het opbreken van de euro ooit een reëel risico is geweest, maar het leefde wel in een aantal geesten. De voorbije maanden zijn er genoeg aanleidingen geweest om de vlam in de pan te doen slaan, maar dat is niet gebeurd. De financiële markten hebben leren leven met het losse samenwerkingsmodel van een confederale muntunie, zonder transfers of solidariteit. Obligatiebeleggers moeten niet rekenen op een garantie van een supranationale instelling. Hooguit zal Europa geval per geval en onder auspiciën van de ECB ingrijpen als het financiële systeem door besmetting in gevaar dreigt te komen. Eens de Europese conjunctuur opklaart, zal de eurocrisis verder naar de achtergrond verdwijnen. De eerste tekenen van een conjunctuurkanteling zijn merkbaar: Het ondernemersvertrouwen blijft nog altijd onder het vriespunt, maar gaat in stijgende lijn en het consumentenvertrouwen is ten goede gekanteld.
KBC Institutional Asset Management Investment Outlook
8
16-07-13
ECONOMISCHE VOORUITZICHTEN
Reële BBP-groei
Inflatie
EMU VS Japan
2012 -0,5 +2,2 +1,9
(in %, jaargemiddeld) 2013 -0,7 +1,9 +1,9
2014 +1,0 +2,7 +1,6
VK
+0,2
+1,0
+2,4
16-07-13 EUR USD JPY GBP
(jaargemiddelde verandering consumptieprijzen, in %) 2012 2013 2014 +2,5 +1,4 +1,6 +2,1 +1,3 +1,9 +0,0 +0,2 +1,4 +2,8
+2,8
+2,5
RENTE- & WISSELKOERSVOORUITZICHTEN
Officiële rente Tienjaarsrente Officiële rente Tienjaarsrente USD per EUR Officiële rente Tienjaarsrente JPY per EUR Officiële rente Tienjaarsrente GBP per EUR
07-2013
10-2013
01-2014
07-2014
0,50 1,56 0,25 2,53 1,31 0,10 0,83 130,15 0,50 2,30 0,87
0,25 1,60 0,25 2,60 1,27 0,10 0,90 127,00 0,50 2,30 0,86
0,25 1,80 0,25 2,80 1,25 0,10 0,90 125,00 0,50 2,50 0,86
0,25 2,10 0,25 3,30 1,20 0,10 1,00 120,00 0,50 2,80 0,86
Commerciële contactpersonen: Tom Feys, Head Private Clients
[email protected] Geert Rosiers, Head Institutional Clients
[email protected] Redactie Investment Outlook: Luc Van Heden,
[email protected] Verantwoordelijke uitgever: Dirk Thiels, Havenlaan 2, B-1080 Brussel Correspondentieadres: KBC Asset Management NV, AVI-Investment Outlook, Havenlaan 2, 1080 Brussel. Tel. +32 (0)2/429 00 20, Fax +32 (0)2/429 61 94, E-mail:
[email protected] Dit document is een publicatie van KBC Asset Management NV, Havenlaan 2, 1080 Brussel, en mag niet worden beschouwd als beleggingsadvies, noch als beleggingsaanbeveling. De informatie dient alleen voor informatieve doeleinden. Beleggingsbeslissingen worden bij voorkeur gebaseerd op het prospectus, de essentiële beleggingsinformatie (KIID) en de laatste periodieke verslagen die kosteloos ter beschikking zijn bij KBC Asset Management NV en KBC Bank NV en voor het publiek toegankelijk op www.kbcam.be. KBC Asset Management NV werkt de informatie naar best vermogen bij op het moment van opname, maar biedt geen garantie over de actualiteit, juistheid, volledigheid of geschiktheid ervan. De informatie in dit document was geldig op het ogenblik waarop ze werd opgesteld maar kan zonder kennisgeving worden gewijzigd en biedt geen garantie voor de toekomst. Indien de resultaten van de weergegeven financiële instrumenten en financiële indices uitgedrukt zijn in een andere valuta dan EUR, kan het rendement door valutaschommelingen hoger of lager uitvallen. Deze informatie behoort niet tot een contract, en kan op geen enkele wijze worden aangewend in het kader van contractuele aansprakelijkheid. KBC Asset Management NV noch enige andere vennootschap van de KBC-groep kan aansprakelijk worden gesteld voor enige schade, van welke aard ook, ontstaan uit het gebruik van of de toegang tot deze informatie. Niets in dit document mag gereproduceerd worden zonder de voorafgaande uitdrukkelijke en schriftelijke toestemming van KBC Asset Management NV. Deze informatie is onderworpen aan het Belgisch recht en aan de uitsluitende rechtsmacht van de Belgische rechtbanken. Gebruikte foto’s: www.shutterstock.com Alle historische koersen, statistieken en grafieken zijn actueel tot en met 16 juli 2013 tenzij anders vermeld. De beschreven meningen en strategieën zijn die zoals ze gelden op 18 juli 2013.
KBC Institutional Asset Management Investment Outlook
9