Kaderbrief 2015 inclusief terugblik op realisatie van de doelen uit 2014
Anders organiseren voor de toekomst Samen – Leren - Kwaliteit
Versie 210115
Inhoudsopgave 0. Voorwoord 1. Uitgangspunten 2. Strategische verkenning van de omgeving 3. Wat zijn onze doelstellingen voor 2014-2017? 4. Terugblik doelen 2014 5. Wat zijn de concrete doelen voor 2015?
Versie 150115
2 3 4 8 9 12
1
Voorwoord Voor de periode 2014-2017 is een strategisch beleidsplan opgesteld. Deze kaderbrief is, evenals die van vorig jaar, een afgeleide van dit meerjarig strategisch beleidsplan. De kaderbrief geeft richting aan hetgeen in een jaar gerealiseerd dient te worden. In deze brief wordt het kader geschetst waar scholen en bestuur zich aan dienen te houden. De kaderbrieven en het strategisch beleidsplan zullen meer dan in voorgaande jaren dynamische documenten zijn. In een brede dialoog wordt jaarlijks meerdere keren gesproken over de doelstellingen aan het eind van de planperiode en is er ruimte voor bijstelling en bijsturing. Er is een actuele verkenning van de omgeving gemaakt waaruit nadrukkelijk het dynamische karakter van O2A5 blijkt. De meerjaren doelstellingen van O2A5 geven richting voor de toekomst. Een terugblik op de realisatie van de doelen van 2014 is noodzakelijk omdat dan kan worden bepaald welke doelen die niet zijn behaald op welke wijze mee moeten naar 2015. Hoofdstuk 5 beschrijft de doelen voor het jaar 2015 en die vormen het uitgangspunt voor de sturing naar de individuele scholen. Het bestuur is ervan overtuigd dat goed onderwijs realiseren begint bij het vakmanschap van de leraar op de eigen school in de eigen klas. En dat daarvoor inspirerend leiderschap aan de orde dient te zijn. Immers goede scholen zijn scholen met goede leiders die vanuit eigenaarschap en betrokkenheid adequaat onderwijs verzorgen dat boeiend, passend en bij de tijd is. Een ieder staat open voor de ander en betrekt de ander bij goed onderwijs. In de kaderbrief staan de doelstellingen die voor het jaar 2015 gezamenlijk dienen te worden gerealiseerd. Van tijd tot tijd moeten besluiten worden genomen gehoord hebbende de GMR. Die besluiten zijn uiteindelijk voorbehouden aan het bestuur van de organisatie en onderhevig aan de goedkeuring van de raad van toezicht. De gezamenlijk gekozen thema’s: onderwijskwaliteit, school in de samenleving, visie en onderwijsconcepten, samen leren en anders organiseren zijn leidend voor het meerjarig strategisch beleidsplan en het kader voor ieder afzonderlijk jaar. Met name het ‘anders organiseren’ zal aandacht, energie en ruimte van ons vragen. Ik spreek het vertrouwen uit dat we in gezamenlijkheid goede uitvoering zullen geven aan wat ons in 2015 te doen staat.
A.J.M. van der Lee bestuurder
Versie 150115
2
1. Uitgangspunten Uiteraard verwijzen we hier naar het Strategisch Beleidsplan 2014-2017 - Anders organiseren voor de toekomst.
Samen – Leren - Kwaliteit Voor alles gaat het om het primaire proces: het onderwijs aan onze leerlingen. Binnen O2A5 krijgen medewerkers de ruimte om zich te ontwikkelen. Ze krijgen verantwoordelijkheden en worden aangesproken op eigenaarschap om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van kinderen. We gaan uit van vertrouwen. De sleutelbegrippen zijn voor de komende jaren: Samen, Leren en Kwaliteit.
Samen Door samen te werken, door samen te leren, door samen te spelen bestaat samen leven. Ontmoetingen met de ander, op ieder niveau, leidt tot het delen van kennis en kwaliteiten, van materialen en financiën. Eigenaarschap: de leerling moet eigenaar zijn van zijn eigen leerproces. Ieder moet daarbij gehoord worden, gezien zijn, gelijkwaardig zijn.
Leren Leren is een voortdurend proces, niet alleen voor de leerling, ook voor de medewerkers en voor de organisatie. Een leven lang leren is het motto. De leerling moet ruimte krijgen om invulling aan te geven aan het leren om zelfstandig in de samenleving te kunnen opereren. Ook de leraar, de leidinggevende en de ouders leveren hieraan een bijdrage.
Kwaliteit Wij richten ons op een hoge kwaliteit. Een hoge kwaliteit van de organisatie (zowel op bestuursniveau als op schoolniveau), van (het vakmanschap van) de mensen die er werken, van het geboden onderwijs (dat passend is, waarbij er hoge opbrengsten te zien zijn en het welzijn hoog is).
Versie 150115
3
2. Strategische verkenning van de omgeving Het huidige overheidsbeleid leidt tot schraalheid Er is sprake van afname van de financiële bestedingsruimte: - verschil in personele bekostiging en de werkelijke personele kosten dwingt ook ons tot taakstellende bezuinigingen in de personele sfeer; - vergoedingen voor leer- en hulpmiddelen, energiekosten en het onderhoud van gebouwen liggen al jaren veel lager dan de kosten die het merendeel van de scholen maken voor deze materiële uitgaven; - door krimpende leerlingaantallen is er minder geld beschikbaar. Per 1 januari 2015 krijgen we te maken met de overheveling van het buitenonderhoud van onze schoolgebouwen. Verantwoordelijk worden voor het totale onderhoud is extra ingewikkeld, doordat door de krimp van het aantal leerlingen de bekostiging afneemt. Met minder geld moeten dezelfde gebouwen onderhouden worden. Door krimp en druk op de gemeentebegrotingen is er sprake van een verschraling van het voorzieningenniveau. Leegstand kost geld. Door voorzieningen te bundelen kan efficiënter gewerkt worden en daardoor zijn er op meerdere plekken ontwikkelingen richting kindcentra.
Modernisering arbeidsvoorwaarden Voor de periode juli 2014 tot en met juni 2015 is een onderhandelaarsakkoord bereikt over een cao voor het primair onderwijs. Het bereikte akkoord biedt meer ruimte voor de professionals.. Hierdoor is het beter mogelijk afspraken te maken die passen bij de individuele kwaliteiten en wensen van de werknemer, een optimale verdeling binnen het team en aansluiten bij de mogelijkheden en belangen van de school en de leerlingen. De Bapo is afgeschaft. Hiervoor in de plaats is een regeling gekomen waarbij alle werknemers in het primair onderwijs uren krijgen om te besteden aan professionalisering en duurzame inzetbaarheid. Te denken valt aan tijd voor intervisie, mobiliteit, coaching en dergelijke. Dit is een belangrijke stap in het toekomstbestendig maken van de cao. Voor werknemers die 10 jaar voor hun pensioen staan is een bijzonder budget in tijd beschikbaar. Met een eigen bijdrage is dit ook besteedbaar aan verlof. Beginnende leerkrachten krijgen met de nieuwe cao extra mogelijkheden om zich te ontwikkelen. In drie jaar kunnen zij hun niveau opbouwen van startend leerkracht tot basis bekwaam. In het onderwijsverslag lezen we dat 86% van de leraren beschikt over de basisvaardigheden en derhalve basis bekwaam is. 37% van de leraren beschikt over de complexe vaardigheden (differentiatie vaardigheden). Het streven naar vakbekwame leerkrachten is een opdracht uit het bestuursakkoord met onze minister. Om de werkdruk aan te pakken stapt het primair onderwijs over op een veertigurige werkweek en is het mogelijk nieuwe afspraken te maken over taken en taakverdeling. De nieuwe cao biedt een kwaliteitsimpuls voor het onderwijs, door de professionalisering van alle leerkrachten te faciliteren. Versie 150115
4
De verwerking van deze veranderingen zal extra werkzaamheden voor onze organisatie betekenen.
Gevolgen De afname van de financiële bestedingsruimte zal in deze begrotingsperiode gecompenseerd gaan worden door reductie van de personeelsformatie en het verminderen van de overige instellingslasten. In vrijwel alle scholen betekent dit dat er minder handen voor de klas zijn en er meer combinatiegroepen zullen worden gevormd. Recentelijk is vastgesteld dat de Rijksoverheid er zich van bewust is dat door sluipende bezuinigingen er sprake is van schraalheid. Vanaf 2015 zullen de middelen worden verruimd.
Passend onderwijs Het bestuur stelt zich tot taak om optimale ontplooiingsmogelijkheden voor alle kinderen te bieden en de aanwezige talenten van kinderen maximaal te ontwikkelen binnen een passende leerroute met respect voor sociale, culturele en religieuze aspecten in de omgeving. Door de invoering van passend onderwijs met ingang van augustus 2014 zullen meer leerlingen met een beperking en een specifieke onderwijsbehoefte in de reguliere school blijven. Ook daardoor is er sprake van toenemende druk op het vakmanschap van de leerkrachten. Dit vraagt om goede scholing, intervisie, samenwerking en collegiale consultatie (op weg naar meer vakbekwame leerkrachten) en om bezinning op de interne schoolorganisatie.
Technologische ontwikkelingen De technologische ontwikkelingen gaan heel snel. Voor het onderwijs hebben de technologische ontwikkelingen grote invloed op het verwerven van kennis, van vaardigheden en van een onderzoekende houding; op socialisatie, opvoeden tot burgerschap; en op talentontwikkeling en toeleiden naar een plek in de samenleving. Kinderen leren steeds meer buiten de school; veel vindt plaats via ICT (computer, tablet, smartphone). Kennis veroudert snel. Een ontwikkeling waar de scholen niet omheen kunnen en waar bij de tijd, passend en boeiend op gereageerd dien te worden.
Herbezinning Onze missie is niet gewijzigd, maar de omstandigheden om deze missie te realiseren zullen de komende jaren ingrijpend veranderen. De organisatie staat voor de opdracht om het huidige organisatiemodel aan te passen aan de nieuwe omstandigheden. Efficiënt organiseren en kwaliteit waarborgen zal het uitgangspunt moeten zijn. Een evenwichtige spreiding van het openbaar en algemeen toegankelijk onderwijs over de stad, het dorp of de streek is voor O2A5 een belangrijke opdracht. Versie 150115
5
Met gemeenten in onze regio zal gesproken gaan worden over opheffing dan wel centralisatie van voorzieningen. Ook samenwerking met andere besturen om het voorzieningenniveau op het platteland in stand te houden is aan de orde. Het in stand houden van zoveel mogelijk kleine scholen staat behoorlijk onder druk. Door de vergrijzing en bevolkingskrimp krijgen we op korte termijn te maken met een aantal scholen die kleiner zijn dan de gemeentelijk opheffingsnorm toestaat. Nu nog kunnen die scholen in stand worden gehouden doordat op het niveau van het totale bestuur er voldoende leerlingen zijn. Binnen nu en twee jaar, zo laten de prognoses zien, is dat niet meer mogelijk en in elk geval zal van een aantal scholen onder de gemeentelijke opheffingsnorm de zelfstandigheid moeten worden ontnomen. De financiële gevolgen van een dergelijke actie zijn aan de orde en hebben ogenblikkelijk gevolgen voor de andere scholen in termen van bekostiging. Het openbaar en algemeen bijzonder onderwijs heeft evenals de andere denominaties last van de vergrijzing en bevolkingskrimp. De impact in het openbaar onderwijs is groot omdat traditioneel in de regio van O2A5 de openbare scholen al kleiner zijn dan de scholen van andere denominaties. De kleine school is een meer kwetsbare school, zeker als er sprake is van een aantal leerlingen dat kleiner is dan 80. O2A5 heeft veel kleine scholen. De gemiddelde schoolgrootte ligt op 117. Zowel voor de leerlingen als leerkrachten heeft dit voor- en nadelen, er zijn ook risico’s aan verbonden. Kleine scholen, zo leert inspectieonderzoek, zijn kwetsbaar. Deze kwetsbaarheid heeft vrijwel altijd gevolgen voor de kwaliteit van het onderwijs. Tot nu toe is er altijd voor gekozen om openbaar onderwijs passend en dichtbij aan te bieden. Vertrek uit een kern zal vrijwel altijd leiden tot verlies van meer voorzieningen dan alleen het (openbaar) onderwijs. In zijn algemeenheid wordt bij 100 leerlingen gesproken over een kleine school. Scholen tot 145 leerlingen krijgen een ‘kleine scholen toeslag’. Van onze 27 schoollocaties zitten er slechts 7 boven de 145 leerlingen, 7 hebben 100 tot 145 leerlingen en 13 locaties hebben minder dan 100 leerlingen. Om risico’s te verminderen en de nadelen te compenseren gaan de scholen samenwerken. Schoolteams vormen onderwijsteams en gaan inhoudelijk en organisatorisch samenwerken en ook voor de leerlingen komen er gezamenlijke activiteiten. Bij het werken in onderwijsteams gaan we niet langer uit van schoollocaties, maar vanuit clusters van locaties, waar één directeur leiding geeft aan één onderwijsteam.
Bestuursakkoord In juli 2014 is tussen de staatssecretaris van OCW en de PO-Raad een bestuursakkoord gesloten. Men gaat er van uit dat de huidige trends zullen leiden tot een informatie- en netwerkmaatschappij. De scholen zullen in de nabije toekomst de leerlingen hierop moeten voorbereiden. Het akkoord bevat de volgende vier actielijnen: -
Lijn 1: Talentontwikkeling door uitdagend onderwijs
-
Lijn 2: Een brede aanpak voor duurzame onderwijsverbetering
-
Lijn 3: Professionele scholen
-
Lijn 4: Doorgaande ontwikkellijnen.
Versie 150115
6
Dit betekent o.a. dat van de schoolbesturen en scholen wordt verwacht dat er een doorbraak komt in het benutten van digitalisering – in 2015 moet er een implementatieen investeringsplan zijn -, dat toptalenten herkend worden en een uitdagend onderwijsaanbod krijgen, dat er gewerkt wordt aan een brede vorming van alle leerlingen (via techniekonderwijs, bevorderen van onderzoekend leren, cultuureducatie). Scholen en besturen moeten planmatig werken aan een verbetercyclus, er moet sprake zijn van goed bestuur en er moet transparant verantwoord worden, onder meer middels Vensters PO. Verwacht wordt dat de didactische vaardigheden van leraren versterkt worden (met het leraarregister als sluitstuk hiervan) en startende leraren dienen intensief begeleid te worden. Tenslotte heeft men zich uitgesproken over een betere verbinding tussen school en omgeving, er moet meer gedaan worden aan sport en bewegen en er moet een doorgaande leerlijn po-vo gerealiseerd worden.
Versie 150115
7
3. Wat zijn onze doelstellingen voor
2014-2017? Anders organiseren Er is een nieuwe, duurzame organisatie die gaat voor kwalitatief hoogwaardig onderwijs Schoolteams vormen onderwijsteams en werken inhoudelijk en organisatorisch samen onder leiding van een directeur
School in de samenleving De school bevordert actief burgerschap: zij heeft verbinding met en levert een actieve bijdrage aan de wijk/het dorp Openbaar onderwijs is bereikbaar.
Leren van en met elkaar Er is een professionele leergemeenschap: er is een leercultuur gerealiseerd, voor allen in de organisatie, leerlingen, medewerkers, leidinggevenden. Er is sprake van coöperatief leren: - leerlingen leren samen - tussen onderwijsteams wordt samengewerkt op de diverse specialisaties/functies - binnen ieder onderwijsteam wordt geleerd van en met elkaar, leidinggevenden leren van en met elkaar (gezamenlijke scholing, intervisie, collegiale consultatie, scholing aan elkaar) Kennis en deskundigheid van ouders wordt als waardevol gezien en benut.
Onderwijsconcepten Iedere leerling wordt voldoende toegerust voor deelname aan de maatschappij, is autonoom en sociaal betrokken. De leerling is eigenaar van zijn eigen leerproces en wordt uitgedaagd tot zelfkennis, zelfsturing en verantwoordelijkheid. Dit zelfde geldt ook voor de leraar, de directeur, de bestuurder. Op ieder niveau is er sprake van eigenaarschap wat betreft het leren.
Kwaliteit Hoge onderwijskwaliteit door persoonlijk en onderwijskundig leiderschap in alle lagen van de organisatie, van de leraar en de intern begeleider tot en met de schoolleider en de bestuurder. Iedere directeur is competent om leiding te geven aan een onderwijsteam. Er is sprake van een goede onderwijspraktijk: basisondersteuning op het niveau van de PO-kwaliteit (zie de 13 ijkpunten). Alle scholen hebben een basisarrangement. Er is op iedere school sprake van resultaten die minimaal op het niveau van de schoolgroep liggen.
Versie 150115
8
4. Evaluatie doelen kaderbrief 2014 Anders organiseren De gestelde doelen zijn nog niet behaald. Het proces is op gang en vraagt zorgvuldigheid. De verwachting is dat voor juli 2015 deze doelen wel behaald zullen zijn. Datgene wat voorzien was voor 2014, namelijk de contouren van de reorganisatie vaststellen, is gerealiseerd.
School in de samenleving Er is niet heel actief gestuurd op het formuleren van beleid m.b.t. actief burgerschap; dat geldt ook voor een verantwoording in de schoolgids. Een deel van de scholen heeft dit inmiddels wel in orde. De rest van de scholen heeft dit nog niet op orde. er is dus sprake van gedeeltelijke realisatie. Het is noodzakelijk om, middels voorbeeldteksten, dit komend jaar te realiseren; ook zal er in ieder schoolplan een tekst dienaangaande moeten worden opgenomen. In iedere school is een aan de specifieke situatie aangepast aanbod als het gaat om kinderopvang en dagarrangementen. Dit is overigens een voortdurend proces.
Leren van en met elkaar Hier geldt hetzelfde als bij ‘anders organiseren’: gezamenlijke scholing, intervisie en collegiale consultatie zijn nog niet schooloverstijgend georganiseerd en er zijn nog geen leerkringen geformeerd. Wanneer het proces van ‘anders organiseren’ is afgerond, kunnen deze zaken vanaf de zomervakantie ook gerealiseerd worden. Anders organiseren heeft het vormen van leerkringen in de weg gestaan. Het doel is daardoor niet gerealiseerd. Op bescheiden schaal vindt er binnen de regio’s overigens wel een en ander aan activiteiten plaats. De competenties van de medewerkers zijn nog niet in beeld gebracht. Het betreft een operatie die meer voorbereidingstijd vraagt dan was ingeschat. Realisatie is derhalve in 2015 aan de orde.
Visie en onderwijsconcepten Hoewel alle scholen zich ontwikkelen en bezig zijn vorm te geven aan welke vaardigheden nodig zijn voor deelname aan de huidige en toekomstige maatschappij, blijkt het moment om dit expliciet te beschrijven niet te pakken te zijn; dit is een voortdurend proces. In het komend schoolplan zullen de scholen moeten bepalen wanneer zij met nadruk aan het onderwijsconcept willen werken. Zorgvuldige planning passend bij het ritme van de school is voorzien voor het nieuwe schoolplan Aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben wordt een passende onderwijsplek geboden. Er is een innovatiefonds ingesteld t.b.v. facilitering van nieuwe visie en concepten.
Versie 150115
9
Kwaliteit De scholen verantwoorden zich allemaal door een integraal jaarverslag op basis van een integraal jaarplan. Tussentijdse integrale rapportages zijn niet tot stand gekomen. Alle scholen verantwoorden zich via Vensters PO; een klein aantal scholen heeft alle inmiddels beschikbare rubrieken ingevuld. Er zijn enkele kleine stappen gemaakt bij de verdere vulling van het kwaliteitsinstrument Integraal. Er zijn 11 audits uitgevoerd, enkele daarvan na een verbetertraject. De scholen hebben geen afspraken gemaakt over het invullen van het leraarregister. Slechts een klein deel van de directeuren is inmiddels officieel geregistreerd in het schoolleidersregister. De meeste scholen hebben bij basisondersteuning de ijkpunten 1 t/m 3, 6, 7, 9 en 10 gerealiseerd. Voor ijkpunt 4 geldt dat de leerlingen zich in een veilige omgeving kunnen ontwikkelen, maar de scholen hebben nog geen document voor veiligheidsbeleid ontwikkeld; gewacht wordt op voorbeeldformats van de PO-Raad. De resultaten liggen niet op alle scholen minimaal op het niveau van de schoolgroep; in 2014 waren de resultaten op de eindtoets op 8 scholen onder dat niveau. Alle scholen hebben nu een basisarrangement. Alle scholen hebben een Schoolondersteuningsprofiel.
Overige Financiën: Binnen de vastgestelde begroting de doelstellingen uitvoeren. Is gerealiseerd. Uitvoering geven aan de financiële kaders. Is gerealiseerd. Meerjarenbegroting op basis van meerjarenformatieplanning. Is gerealiseerd. Huisvesting: Adequate overdracht buitenonderhoud huisvesting. Nog niet gerealiseerd. Herijking meerjarenonderhoudsplan binnenkant gebouw. Nog niet gerealiseerd. Opstellen meerjarenonderhoudsplanning voor zowel buiten- als binnenonderhoud. Nog niet gerealiseerd. Realisatie volgt in december 2014 c.q. januari 2015 Leegstandbestrijding realiseren. Nog niet gerealiseerd. Schoolgebouwen aanpassen aan onderwijskundige concepten. Is gerealiseerd Het overleg met gemeentes heeft nog niet tot resultaat geleid. Personeel: Ziekteverzuim reductie minimaal op het niveau van het landelijk gemiddelde. Gerealiseerd Actualisering van de gesprekkencyclus. Niet gerealiseerd Het percentage LB-functies is vastgesteld op 29%. Niet gerealiseerd. Medewerkertevredenheid 80% of meer. Niet gemeten in 2014.
Versie 150115
10
Klant: De tevredenheid van de directeuren over het bestuursbureau ligt boven de 80%. Oudertevredenheid is pas op een enkele school gemeten in 2014; er is ruimte aan de scholen voor peilingen gegeven, in de aanloop naar het nieuwe schoolplan, in de periode november 2014 – februari 2015. Klachten zijn binnen een week in behandeling genomen en binnen enkele weken afgewerkt. Directeuren tevredenheid bestuursbureau 80% of meer. Gerealiseerd. Tevredenheid Medezeggenschap wordt zowel op schoolniveau als bestuursniveau besproken en is 80% of meer en wordt voor de GMR mede bepaald door de proactieve doelstelling van de GMR. Gerealiseerd. Communicatie: Actief communiceren gericht op een positieve Public Relations op schoolniveau. Gedeeltelijk gerealiseerd ter zake van anders organiseren. ICT: Omdat er nog geen onderwijsteams zijn geformeerd, is ook nog niet bepaald wie de gewenste ICT-coördinatoren zijn. Nog maar een beperkt aantal scholen heeft in een beleidsnotitie geregeld hoe ICT op basis van het onderwijskundig profiel specifiek wordt ingezet. Cultuur: Het bereiken van de kerndoelen voor kunstzinnige oriëntatie in een 4-jarig traject. We starten in 2014. Door het beoogde aantal scholen gerealiseerd.
Versie 150115
11
5. Wat zijn de concrete doelen voor 2015? Anders organiseren Binnen een regio/gemeente gaan de scholen samenwerken in onderwijsteams: Duidelijk is hoe de toekomstige onderwijsteams samengesteld zijn, welke teams worden samengevoegd. Duidelijk is op welke wijze vanuit het bestuursbureau zal worden aangestuurd. Nieuwe functies zijn beschreven.
School in de samenleving Iedere school heeft beleid geformuleerd m.b.t. actief burgerschap. Iedere school verantwoordt zich in schoolgids en schoolplan m.b.t. actief burgerschap.
Leren van en met elkaar Binnen ieder onderwijsteam gaat geleerd worden van en met elkaar: gezamenlijke scholing, intervisie en collegiale consultatie worden schooloverstijgend georganiseerd. Er zijn ‘leerkringen’ geformeerd. Competenties van alle medewerkers worden in beeld gebracht, zodat gerichte scholing kan worden aangeboden.
Visie en onderwijsconcepten Beschreven is welke vaardigheden nodig zijn voor deelname aan de huidige en toekomstige maatschappij. Iedere school heeft bepaald hoe hier vorm aan wordt gegeven in het onderwijs. Scholen bepalen in de cyclus van 4 jaar wanneer zij aan het onderwijsconcept werken. Dit doen zij in het schoolplan dat in 2015 opnieuw wordt vastgesteld voor de komende 4 jaar. Scholen ontwikkelen een nieuwe visie en nieuwe concepten, waarbij gebruik gemaakt kan worden van het innovatiefonds voor met name activiteiten op het gebied van techniek en ICT.
Kwaliteit Verantwoording vindt plaats middels (integrale) jaarverslagen op basis van (integrale) jaarplannen en m.b.v. (integrale) rapportages en middels Vensters PO (alle beschikbare rubrieken). Alle scholen hebben een nieuw schoolplan (2015-2019). Het kwaliteitssysteem Integraal wordt door alle scholen gebruikt voor zelfevaluatie. Het schoolbestuur voert op een kwart van de scholen een audit uit. Alle scholen hebben een volgsysteem voor sociaalemotionele ontwikkeling. Er wordt een keuze gemaakt voor de te gebruiken eindtoets vanaf 2016. Versie 150115
12
Scholen maken afspraken over het invullen van het Lerarenregister in het schoolplan. Alle directeuren zorgen uiterlijk maart 2015 voor registratie in het Schoolleidersregister. In 2015 is basisondersteuning op het niveau van de PO-kwaliteit (zie de 13 ijkpunten) voor alle ijkpunten gerealiseerd. Alle scholen hebben veiligheidsbeleid ontwikkeld.
Resultaten Er is op iedere school sprake van resultaten die minimaal op het niveau van de schoolgroep liggen. Alle scholen hebben een basisarrangement.
Overige Financien: De doelstellingen worden binnen de vastgestelde begroting uitgevoerd. Er wordt uitvoering gegeven aan de financiële kaders. Meerjarenbegroting vindt plaats op basis van meerjarenformatieplanning. Huisvesting: De meerjarenonderhoudsplanning voor zowel buiten- als binnenonderhoud wordt herijkt en opgesteld. Scholen en bestuur formuleren concrete acties om leegstand te voorkomen of te minimaliseren. Personeel: Ziekteverzuim is gereduceerd tot minimaal op het niveau van het landelijk gemiddelde. Het percentage LB-functies is vastgesteld op 29%. Medewerkertevredenheid 80% of meer. Er wordt een nulmeting van de competenties van leerkrachten uitgevoerd. Beleid m.b.t. functionerings- en beoordelingsgesprekken is geformuleerd. Hierbij is de focus op de vaardigheden van leerkrachten (vakbekwaam) van belang. Beleid op duurzame inzetbaarheid (zie cao) is geformuleerd. Professionaliseringsbeleid (zie cao/Bestuursakkoord) is geformuleerd. Beleid Wet Werk en zekerheid is geformuleerd en besluitvorming m.b.t. Transfercentrum (gericht op behoud werkgelegenheid en duurzame inzetbaarheid) heeft plaatsgevonden. Beleid Werkkostenregeling is geformuleerd. Klant: Oudertevredenheid is 70% of meer. Directeuren tevredenheid m.b.t. bestuursbureau is 80% of meer. Tevredenheid Medezeggenschap wordt zowel op schoolniveau als bestuursniveau besproken en is 80% of meer en wordt voor de GMR mede bepaald door de proactieve doelstelling van de GMR. Klachten worden binnen een week in behandeling genomen en zo spoedig mogelijk afgewerkt door de klachtencommissie. Versie 150115
13
Communicatie: Scholen en besturen formuleren concrete acties m.b.t. public relations op school- en bestuursniveau. ICT: Alle scholen hebben in een beleidsnotitie geregeld hoe ICT op basis van het onderwijskundig profiel specifiek wordt ingezet. Binnen ieder onderwijsteam is er minimaal een ICT-coördinator c.q. een ICTaanspreekpunt. Office 365 wordt geïmplementeerd op stichtingsniveau: voor het bestuursbureau in ieder geval en minimaal voor de scholen die het netwerksysteem zullen gaan vervangen. Implementatie en investeringsplan m.b.t. benutten digitaliseringsafspraken (bestuursakkoord). Cultuur: Het bereiken van de kerndoelen voor kunstzinnige oriëntatie in een 4-jarig traject. Wederom dient een deel van de scholen hieraan te voldoen. De betrokken scholen hebben dit in hun jaarplan en meerjarenplan opgenomen.
Versie 150115
14