Jurisprudentie contractenrecht W.L. Valk senior raadsheer Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden senior onderzoeker Radboud Universiteit
Programma • Twee arresten van de Hoge Raad: – HR 12 december 2014, ECLI:NL:HR:2014:3593 (FAR/Edco) – HR 11 juli 2014, NJ 2015/2, m.nt. TTT (Eneco/Ronde van Nederland)
• Twee arresten van het HvJ EU: – HvJ EU 14 maart 2013, NJ 2013/374 m.nt. Mok (Aziz) – HvJ EU 16 januari 2014, NJ 2014/247, NJ 2014/247 m.nt. Mok (Constructora Principado)
Ontwikkeling klachtplicht (1) • ontdekt door de praktijk als valbijl, vervolgens inperking • niet ambtshalve door de rechter toe te passen (Robinson/Molenaar) • bewijslast wat betreft beweerdelijke klacht rust op koper (Ploum/Smeets I) • ruimte om voorlopige bevindingen eerst te toetsen voordat er moet worden geklaagd (Fabels/Meenderink en Pouw/Visser)
Ontwikkeling klachtplicht (2) • geen vaste termijn, ook niet als uitgangspunt (Pouw/Visser) • naarmate de koper er meer op mag vertrouwen dat de zaak deugdelijk is, zal van hem minder snel een (voortvarend) onderzoek mogen worden verwacht (Ploum/Smeets II) • als verkoper niet is benadeeld zal er geen reden zijn om klachtplichtige partij een gebrek aan voortvarendheid te verwijten (Ploum/Smeets II)
Ontwikkeling klachtplicht (3) • lengte van de termijn is afhankelijk van belangenafweging op basis van alle relevante omstandigheden, waaronder de vraag of verkoper nadeel lijdt; tijdsfactor weliswaar belangrijk, maar niet doorslaggevend (Van de Steeg/Rabobank) • FAR/Edco: alleen bewijslast dat en op welk moment is geklaagd ligt op de koper; voor het overige ligt de stelplicht en bewijslast op de verkoper; klachtplicht vorm van rechtsverwerking; middel dat klaagt dat het hof geen rekening heeft gehouden met afwezigheid van nadeel faalt, omdat daarop door de koper geen beroep was gedaan
verkoper draagt stelplicht en bewijslast
overeenkomst
verkoper draagt de bewijslast met betrekking tot door hem gestelde omstandigheden; door koper gestelde omstandigheden kunnen in het kader van tegenbewijs aan de orde komen koper draagt stelplicht en bewijslast
moment van ontdekken (of behoren te ontdekken)
= beginpunt van klachttermijn
door koper gestelde klacht
lengte klachttermijn = afweging van belangen aan de hand van alle omstandigheden van het geval, waaronder ook nadeel
nog juist binnen bekwame tijd
= eindpunt van klachttermijn (zal zelden worden geëxpliciteerd; wel of de door de koper gestelde klacht er voor of na ligt)
Samenhangende rechtsverhoudingen • • • •
Begonnen met Jans/FCN: gelijktijdig gesloten huurkoopovereenkomst en financieringsovereenkomst waarbij de financier zich heeft verbonden rechtstreeks aan de huurverkoper te betalen Lotsverbondenheid, bijvoorbeeld wat betreft ontbinding en opschorting Zo vaak als de partijen bij de samenhangende overeenkomsten niet dezelfde zijn, komt deze lotsverbondenheid neer op derdenwerking. Ronde van Nederland/Eneco: Uitgangspunt is dat overeenkomsten alleen partijen binden. De enkele feitelijke economische samenhang die tussen de verschillende overeenkomsten bestaat, is op zichzelf onvoldoende voor doorwerking van een contractueel beding in een daarmee samenhangende rechtsverhouding; die doorwerking behoeft een specifieke motivering.
Oneerlijke bedingen • Rechtspraak HvJ EU over ambtshalve toetsing • Maar sinds kort ook over begrip ‘oneerlijk’ • Context is artikel art. 3 lid 1 van de richtlijn: ‘Een beding in een overeenkomst waarover niet afzonderlijk is onderhandeld, wordt als oneerlijk beschouwd indien het, in strijd met de goede trouw, het evenwicht tussen de uit de overeenkomst voortvloeiende rechten en verplichtingen van de partijen ten nadele van de consument aanzienlijk verstoort’
Aziz (1) • Hypothecaire lening. Drie bedingen: – vervroegde beëindiging van de overeenkomst op grond waarvan de gehele lening kan worden teruggevorderd wanneer één termijn niet tijdig is betaald – vertragingsrente van 18,75% – eenzijdige vaststelling door kredietverstrekker van de hoogte van de schuld
Aziz (3) Het begrip ‘aanzienlijke verstoring van het evenwicht’ ten nadele van de consument moet aan de hand van een onderzoek van de toepasselijke nationale regels worden beoordeeld wanneer partijen geen regeling hebben getroffen, zodat bepaald kan worden of, en in voorkomend geval, in welke mate de overeenkomst de consument in een juridisch minder gunstige positie plaatst dan die welke het geldende nationale recht bepaalt.
Aziz (4) Om te bepalen of sprake is van een verstoring van het evenwicht ‘in strijd met de goede trouw’ moet worden nagegaan of de kredietverstrekker door op eerlijke en billijke wijze te onderhandelen met de consument redelijkerwijs ervan kon uitgaan dat de consument het betrokken beding zou aanvaarden indien daarover afzonderlijk was onderhandeld. De bijlage waarnaar artikel 3 lid 3 van de richtlijn verwijst, bevat slechts een indicatieve en niet uitputtende lijst van bedingen die als oneerlijk kunnen worden aangemerkt.
Aziz (5)
• Aanwijzing van Hof wat betreft contractuele vertragingsrente: • De verwijzende rechter dient met name de nationale regels te onderzoeken die van toepassing zijn op partijen indien in de betreffende overeenkomst of in andere dergelijke consumentenovereenkomsten geen regeling is getroffen, en de hoogte van de vastgestelde vertragingsrente met die van de wettelijke rente te vergelijken, teneinde na te gaan of de vertragingsrente geschikt is om de in de betrokken lidstaat met de vertragingsrente beoogde doelen te bereiken en niet verder gaat dan daartoe noodzakelijk is.
Constructora Principado (1) • Koop van een woning. Beding: • ‘De koper betaalt de gemeentebelasting over de stijging van de waarde van stedelijk onroerend goed, aangezien daarmee rekening is gehouden bij de vaststelling van de prijs van het onroerend goed waarop de overeenkomst betrekking heeft. [= € 1.000] • De koper draagt ook de kosten van de individuele aansluiting op de verschillende voorzieningen zoals water, gas, elektriciteit, riolering enz., ook wanneer de verkoper deze kosten heeft voorgeschoten.’ [= € 223,87]
Constructora Principado (2) • Koper heeft betaald, maar vordert vervolgens terugbetaling. • Koper: het beding is oneerlijk, want het wentelt een belastingschuld op mij die volgens de wet door de verkoper wordt betaald. Bovendien stond de hoogte van de verschuldigde belasting niet vast ten tijde van de koop, maar zij wordt achteraf door de bevoegde autoriteit vastgesteld. • Verkoper: het financiële nadeel van het beding voor de consument wordt in voldoende mate gecompenseerd door de overige inhoud van de overeenkomst, zijnde een lagere prijs waarin het nadeel is verdisconteerd.
Constructora Principado (3) • •
Vraag van verwijzende rechter: ‘Moet bij een beding in een overeenkomst dat de betaling van een volgens de wet door de verkoper te betalen bedrag op de consument afwentelt, de in artikel 3, lid 1, van [de] richtlijn […] bedoelde verstoring van het evenwicht aldus worden uitgelegd dat daarvan reeds sprake is wanneer een volgens de wet op de verkoper rustende betalingsverplichting op de consument wordt afgewenteld, of betekent het feit dat de verstoring van het evenwicht volgens de richtlijn ‘aanzienlijk’ moet zijn, dat tevens is vereist dat er in verhouding tot het totale bedrag van de transactie ernstige financiële gevolgen voor de consument zijn?’
Constructora Principado (4) HvJ EU: Voor een ‘aanzienlijke verstoring van het evenwicht’ is niet nodig dat de kosten die uit hoofde van een contractueel beding ten laste komen van de consument, in verhouding tot het bedrag van de betrokken transactie ernstige financiële gevolgen voor hem hebben, maar is reeds voldoende dat de rechtspositie waarin die consument als partij bij de overeenkomst verkeert krachtens de toepasselijke nationale bepalingen, in voldoende ernstige mate wordt aangetast doordat de inhoud van de rechten die de consument volgens die bepalingen aan die overeenkomst ontleent, wordt beperkt of de uitoefening van die rechten wordt belemmerd dan wel doordat aan de consument een extra verplichting wordt opgelegd waarin de nationale bepalingen niet voorzien.
Constructora Principado (5) De vermelding in de overeenkomst dat bij de vaststelling van de koopprijs rekening is gehouden met het feit dat de consument de vermogenswinstbelasting betaalt, kan op zich niet het bewijs vormen dat de consument een tegenprestatie heeft ontvangen. Om redenen die verband houden met het waarborgen van de doeltreffendheid van de controle op oneerlijke bedingen, kan de ondernemer het bewijs dat hij een prijsverlaging heeft toegepast als tegenprestatie voor het feit dat de consument extra verplichtingen heeft aanvaard, namelijk niet leveren door simpelweg een verklaring in die zin op te nemen in een contractueel beding waarover niet afzonderlijk is onderhandeld.
Oneerlijk: balans • 1. Vergelijking met situatie volgens aanvullend recht: vergelijkingstoets (o.a. Ancery: ‘fictieve toets’) – Vervolgens? Spanning tussen beide arresten? – Harmonische uitleg van beide arresten:
• 2. Maatstaf van fictieve aanvaarding bij redelijk en billijk onderhandelen (Aziz) [is uitleg van ‘strijd met de goede trouw’]: fictieve onderhandelingstoets • 3. In voldoende ernstige mate (Constructora Principado) [is uitleg van ‘aanzienlijke verstoring’]: ernsttoets
Klassieke en moderne visie op algemene voorwaarden Individuele geval centraal, concreet te toetsen Duidelijk misbruik van economische macht moet gekeerd
Contractsvrijheid als uitgangspunt Aanvullend recht als optioneel recht
Algemene voorwaarden zijn collectief verschijnsel, dat vraagt om collectieve oplossingen Niet zozeer compensatie van overwicht is het probleem, als wel het ontbreken van vrije onderhandelingen Verantwoordelijkheid van opsteller voor regeling van rechtsverhouding Aanvullend recht als in beginsel passende regeling
Bedankt voor uw aandacht.