Jaarverslag 2012
Geworteld in Vlaardingen
De boom leeft, groeit, bloeit en biedt bescherming en beschutting. Met de groei van een boom groeien ook zijn wortels en staat de boom steviger in de grond, maar vangt hij tegelijkertijd ook meer wind. De boom is robuust. Een betrouwbare en stabiele kracht voor zijn omgeving. De boom staat symbool voor Waterweg Wonen, geworteld in de samenleving. Een boom draagt zelf zorg voor het onderhoud, herstel en de vernieuwing van zijn wortels, bast en bladerdek om zo voor zijn omgeving en bewoners te kunnen blijven
zorgen. Zijn omgeving plukt de vruchten. De boom is betrokken en sociaal. Hij kent zijn omgeving en de bewoners. De omgeving kent hem, vertrouwt hem en bouwt op hem. Dankzij een zorgvuldig opgebouwd netwerk aan wortels staat hij stevig in de grond. De boom siert, draagt bij en helpt zijn omgeving om verder te groeien. De boom is niet meer weg te denken, verankerd in de samenleving en onmisbaar in een stad die floreert.
Jaarverslag 2012
Geworteld in Vlaardingen
Duurzaam Duurzaamheid is één van onze zes ambities. Dit kunnen we alleen bereiken als we onze verantwoordelijkheid nemen daar waar het mogelijk is. Binnen onze organisatie zijn wij volop bezig met duurzaam ondernemen. Deze gedachte willen we ook doorvertalen in onze externe uitingen. Dit jaarverslag is een goed voorbeeld van een duurzame productie. Zo is het jaarverslag 2012 volledig gedrukt op papiersoort Digigroen. Digigroen is 100% gerecycled uit oud papier. Er zijn dus geen bomen gekapt om dit bedrijfsplan te realiseren. Bovendien is bij het vervaardigen van dit papier 55% minder water en 35% minder energie verbruikt én is er 28% minder CO2-uitstoot. Het aantal pagina’s en de oplage van het jaarverslag is nadrukkelijk beperkt tot een minimum. In het druk- en bindproces is zoveel mogelijk rekening gehouden met de gestelde normen. De gebruikte inkten zijn op basis van plantaardige oliën en hierdoor minder belastend voor het milieu. De drukker heeft het FSC- en het PEFC-certificaat. Zelfs de vervaardiging van de drukplaten gebeurt geheel zonder chemische materialen.
Inhoud Woord vooraf
1
Verslag van de directeur-bestuurder
2
Verslag van de Raad van Commissarissen
3
Verslag van de Ondernemingsraad
5
Waterweg Wonen in strategisch perspectief
7
Ambitie 1 Wij staan voor partnerschap
11
Ambitie 2 Wij staan voor het Actieplan Wonen
21
Ambitie 3 Wij staan voor goed beheer
35
Ambitie 4 Wij staan voor maatwerk
49
Ambitie 5 Wij staan voor rendement
59
Ambitie 6 Wij staan voor duurzaamheid
65
Focus 1
Focus op risicomanagement
73
Focus 2
Focus op organisatieontwikkeling
77
Bijlagen
80
Meerjarenprognose
82
Jaarrekening
J1
Overige gegevens Maatschappelijk Rendementmodel Waterweg Wonen 2012 (MR)
J33 uitklapvel
1
Woord vooraf Met het jaarverslag legt Waterweg Wonen verantwoording af aan de samenleving over haar activiteiten, bestede middelen en behaalde prestaties in 2012. Bovendien willen wij u als klant, belanghouder, collegacorporatie, instantie, medewerker of anders geïnteresseerde inzicht geven in de maatschappelijke effecten van onze activiteiten binnen Vlaardingen. Hiervoor maken wij gebruik van o.a. de Sociale Index, Grote Woontest 2012, WoON2012, het onderzoek ‘De Beste Gemeenten’ van Elsevier en ons imago-onderzoek. In 2012 heeft Waterweg Wonen haar middelen uitsluitend besteed in het belang van de volkshuisvesting en het wonen. Onze financiële positie stelt ons in staat om maatschappelijk rendement te realiseren en de continuïteit van de (maatschappelijke) onderneming te waarborgen. Als bekroning van de (hoge) kwaliteit van ons jaarverslag in de afgelopen vier jaar ontvingen wij in 2012 een ‘Achievement Award’ van de jury van de Deloitte FG Kordes Award. Met dit jaarverslag denken wij deze lijn voort te kunnen zetten. Onze maatschappelijk legitimering hebben wij verkort samengebracht in ons maatschappelijk rendementmodel(MR). Hierin maken we in de lijn van de ambities uit het bedrijfsplan ‘Wij staan voor partnerschap’, ‘Wij staan voor het Actieplan Wonen’ en ‘Wij staan voor goed beheer’ inzichtelijk: • hoeveel middelen (=input) uitgegeven zijn; • welke maatschappelijke prestaties (=output) door ons behaald zijn; • welke maatschappelijke effecten (= outcome) zich hebben voorgedaan.
Geworteld in Vlaardingen Het jaar 2012 was het eerste jaar van ons bedrijfsplan 2012 - 2015 ‘Wij staan voor Vlaardingen’. Ons bedrijfsplan illustreert Waterweg Wonen als een boom, stevig geworteld in de Vlaardingse samenleving. Evenals een boom speelt Waterweg Wonen een belangrijke rol bij de inrichting van de woon- en leefomgeving, willen wij huisvesting bieden aan wie een beroep op ons doet en willen wij een betrouwbare en stabiele kracht voor onze omgeving zijn. Dit kunnen wij doen dankzij een zorgvuldig ontwikkeld netwerk, waarmee wij stevig in de Vlaardingse samenleving staan. Het jaarverslag verschijnt zowel in gedrukte vorm als online op www.waterwegwonen.nl/jaarverslag2012. Met behulp van deze website willen wij alle geïnteresseerden op maat bedienen. Bezoekers van deze website kunnen niet alleen die onderwerpen selecteren waarin zij zijn geïnteresseerd, maar kunnen de verslaglegging ook aan de hand van beeldmateriaal bekijken.
2
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Verslag van de directeur-bestuurder Algemeen Het jaar 2012 stond de bouw- en woonsector in het teken van een voortdurende crisis met als belangrijk gevolg een sterk verminderde verkoop en productie van (nieuwe) woningen. Op het politieke front was er sprake van een kabinetscrisis in het voorjaar, verkiezingen in september en daarna de vorming van een nieuw kabinet van VVD en PvdA. Het Regeerakkoord bevat een aantal ingrijpende voorstellen voor de woningmarkt en daarbinnen ook voor de huursector. Er is sprake van een huurverhoging, die voor iedereen boven het niveau van de inflatie ligt. Om de doorstroming te bevorderen gaan de huren voor de inkomens boven de d 33.000 en d 43.000 nog eens extra omhoog. Deze extra huurinkomsten worden vervolgens via een zogeheten verhuurdersheffing van landelijk d 1,75 miljard direct door het Rijk afgeroomd. Eind 2012 was de discussie over deze huurverhogingen en de verhuurdersheffing nog onderwerp van heftig debat. Het kabinet is daarnaast van mening dat corporaties zich weer op hun kerntaak moeten richten, te weten het bouwen, verhuren en beheren van sociale huurwoningen. Duidelijk is in ieder geval dat de financiële ruimte voor corporaties sterk zal afnemen. Dit geldt ook voor Waterweg Wonen. Ook onze huurders zullen geconfronteerd worden met extra huurverhogingen. Wel kiezen we ervoor de rekening van de verhuurdersheffing niet volledig bij de huurder te leggen. Onder het motto ‘Scherp aan de Wind’ zullen wij de omvang van de organisatie en daarmee ook de bedrijfslasten sterk terugbrengen. Dit zoveel mogelijk met behoud van het niveau van dienstverlening voor onze huurders en woningzoekenden.
Voortgang Actieplan Wonen In 2012 heeft Waterweg Wonen verder gewerkt aan verbeteringen van de woningvoorraad in nagenoeg alle wijken in Vlaardingen. Naast projecten in de sfeer van groot onderhoud en renovatie ging het ook om de grootschalige gebiedsontwikkeling in de Babberspolder en de aanloop tot een vergelijkbare ontwikkeling in Holy-Zuidoost.
Tegen de crisis in is in 2012 in de Babberspolder-Oost gestart met de bouw van Vlaardings Geluk en aan de Van Hogendorplaan met de bouw van het winkelcentrum en woningen. Dit heeft veel inzet en creativiteit gevraagd van alle betrokken partijen. Vlaardings Geluk is voor een deel al in 2012 opgeleverd en bewoond, het resterende deel en het winkelcentrum en de woningen aan de Van Hogendorplaan zullen in het najaar van 2013 gereed komen. Samen met de collega-corporatie Samenwerking zijn we gestart met de bouw van het Hospice, oplevering is voorzien in april 2013. Voor Holy-Zuidoost is met de gemeente gewerkt aan een gebiedsovereenkomst voor de sloop van 800 woningen en de bouw van 500 woningen in een periode van ongeveer 10 jaar. Besluitvorming en ondertekening vinden begin 2013 plaats. Start van de realisatie is voorzien vanaf 2014. Er zal ook in de toekomst ruimte gemaakt worden voor (onrendabele) investeringen, o.a. ten behoeve van herstructurering in de Westwijk en vervanging van verouderd bestaand bezit.
Bedrijfsplan 2012 - 2015 Na een intensief proces, waarin belanghouders en Huurdersraad uiteraard een voorname rol hebben gespeeld, is in 2012 het Bedrijfsplan 2012 - 2015 ‘Wij staan voor Vlaardingen’ vastgesteld. Ook onder de gewijzigde omstandigheden vormen de uitgangspunten van dit bedrijfsplan het richtinggevend kader voor de inzet van Waterweg Wonen. Wel zal er op onderdelen sprake zijn van aanscherping, nuancering en prioriteitsstelling.
Wisseling van de wacht Eind 2012 namen de voorzitter van de Raad van Commissarissen, de heer Faro en de vicevoorzitter, de heer Keizerwaard na 10 jaar afscheid van Waterweg Wonen. Namens de medewerkers wil ik ze van harte danken voor de belangrijke bijdrage die ze aan het functioneren van Waterweg Wonen hebben geleverd. Dit geldt natuurlijk ook voor de overige leden van de Raad van Commissarissen. Waardering wil ik ook uitspreken voor de Ondernemingsraad, de bewonerscommissies en de Huurdersraad. Op 1 oktober heb ik het stokje van directeur-bestuurder mogen overnemen van de heer De Jong. Ik heb inmiddels de eerste “100 dagen” in Vlaardingen erop zitten. Ik ben aangenaam verrast over de resultaten die door Waterweg Wonen in de afgelopen 10 jaar zijn geboekt, de kwaliteit van dienstverlening door de medewerkers en het plezier en de gepaste trots waarmee de medewerkers aan het werk zijn. Ook de huurders hebben een belangrijke inbreng via de Huurdersraad en bewonerscommissies. Mijn voorganger heeft hierin onmiskenbaar een belangrijke rol vervuld. Waterweg Wonen en breder ook Vlaardingen is hem hiervoor veel dank verschuldigd. Ik ervaar het als een eer en een uitdaging deze goede uitgangspositie op mijn eigen wijze en onder gewijzigde omstandigheden verder uit te bouwen.
Harrie Bosch, Directeur-bestuurder
3
Verslag van de Raad van Commissarissen In dit verslag berichten wij u over het door de Raad van Commissarissen (RvC) in 2012 gevoerde toezicht.
Werkwijze van de Raad van Commissarissen Toepassen governance code Waterweg Wonen leeft de governance code – de regels van goed bestuur – van de sector na. Waar van de code wordt afgeweken, wordt dat in dit verslag vermeld en gemotiveerd. De statuten, integriteitcode, klokkenluiderregeling, de beschrijving van de governance structuur, het directiereglement, het reglement voor de RvC, de jaarrekening en het jaarverslag alsmede de samenstelling van de RvC en het schema van aftreden zijn gepubliceerd op www.waterwegwonen.nl.
Leningen en garanties Waterweg Wonen verstrekt geen leningen dan wel garanties aan leden van de RvC, aan de directeurbestuurder of aan het personeel.
Onafhankelijkheid accountant In overeenstemming met de statuten wordt de accountant benoemd door de RvC. Waterweg Wonen maakt geen gebruik van deze accountant voor advisering. De accountant kent een jaarlijkse aanstelling. Nog in 2010 vond op initiatief van het desbetreffende accountantskantoor en met instemming van de RvC een wisseling van de verantwoordelijk partner plaats.
Inhoud van het toezicht Algemeen
Afwijkingen van de governance code De heer De Jong, directeur-bestuurder tot 1 oktober 2012, was voor de invoering van de governance code reeds in dienst bij Waterweg Wonen. Hij ging met pre-pensioen na een dienstverband van tien jaar. De nieuwe directeurbestuurder heeft een aanstelling als directeur-bestuurder voor onbepaalde tijd gekregen. Daarvoor is gekozen met het oog op de leeftijd (59 jaar) van de heer Bosch bij indiensttreding. In de code wordt echter een benoemingstermijn van vier jaar gehanteerd, met als doel dat de RvC periodiek beoordeelt of de bestuurder nog steeds de juiste persoon op de juiste plaats is. De achterliggende gedachte van de code wordt onderschreven. De RvC beoordeelt hiertoe jaarlijks het functioneren van de directeur-bestuurder.
Onafhankelijkheid van de directeur-bestuurder en leden RvC Over de onafhankelijkheid van de directeur-bestuurder zijn afspraken gemaakt in de arbeidsovereenkomst. Zo is het hem niet toegestaan nevenfuncties te betrekken, anders dan de bij de indiensttreding gemelde nevenactiviteiten, of na goedkeuring van de RvC. De RvC waakt doorlopend over de onafhankelijkheid van de (te benoemen) leden. Ten aanzien van een mogelijke belangenverstrengeling tussen leden van de RvC en de corporatie geldt dat deze volgens het Reglement van de RvC gemeld dient te worden bij de voorzitter van de RvC.
De RvC heeft in 2012 zeven maal vergaderd in aanwezigheid van de directeur-bestuurder. Daarnaast hebben overleggen plaatsgevonden met de Huurdersraad en de Ondernemingsraad en zijn leden van de RvC aanwezig geweest bij de belanghoudersbijeenkomst die voornamelijk handelde over de keuzes in het Bedrijfsplan 2012 - 2015. Gedurende deze overleggen heeft een aantal onderwerpen in 2012 extra aandacht gekregen: • de totstandkoming van het bedrijfsplan – het vastleggen van belangrijke strategische uitgangspunten hiertoe; • de beperkte wijzigingen in het Actieplan Wonen en de impact daarvan op Waterweg Wonen; • het contract voor de herstructurering van Holy-Zuidoost betreffende de realisatie van 500 woningen en de sloop van 800 woningen; dit contract zal begin 2013 getekend worden; • Jaarverslag 2011 – de financieringsstructuur van de sector – de impact van de hersteloperatie van een collega-corporatie – de omvang van de risico’s die met het gebruik van derivaten gepaard gaan; • CFV rapportages over de omvang van het vermogen en de impact van de voorgenomen verhuurdersheffingen.
Gedurende het jaar 2012 is de RvC is in haar volle omvang onafhankelijk geweest. Over dit jaar hebben noch transacties plaatsgevonden waarbij sprake is geweest van tegengestelde belangen tussen de stichting en de leden van de RvC noch tussen de stichting en het bestuur. Wel is op zeer bescheiden schaal gebruik gemaakt van juridische advisering door een kantoor waarvan een van de eind 2012 vertrokken leden van de RvC partner is.
De RvC wordt door de directeur-bestuurder geïnformeerd door middel van begrotingen, kwartaalrapportages, jaarverslagen en specifiek over volkshuisvestelijke aangelegenheden middels het Strategisch Voorraadbeleid. Tevens laat de RvC zich uitgebreid op de hoogte stellen van de uitkomsten en beoordelingen van officiële instituten zoals het WSW en CFV. Gegeven de grote herstructureringsopgave van Waterweg Wonen is de financiële weerbaarheid, uitgedrukt in solvabiliteit en financieringsruimte, een grootheid waarover intensief van gedachten wordt gewisseld. Daarnaast krijgt het vraagstuk van risicomanagement veel aandacht.
Zelfevaluatie en ontwikkeling
Goedkeuring operationele en strategische doelstellingen
De zelfevaluatie over het gevoerde toezicht in 2012 heeft niet plaatsgevonden. De heer Van der Vossen (financiën) was in 2012 lid van de Commissie Honorering Toezichthouders van de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW).
In de vergaderingen zijn – zoals in de statuten beschreven – de onderdelen over de planning & control cyclus door de directeur-bestuurder ter goedkeuring voorgelegd. Dit betreft de begroting 2013, de meerjarenbegroting 2013 - 2022, het jaarverslag, de jaarrekening en het
4
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Met de heer De Jong zijn met het oog op zijn naderende vertrek over het jaar 2012 geen prestatieafspraken gemaakt. Met de heer Bosch worden voor 2013 prestatieafspraken gemaakt.
rapporteert over de voortgang op alle prestatievelden – zowel volkshuisvestelijk, als financieel – door kwartaalrapportages. Voor de volkshuisvestelijke functie zijn normeringen bepaald ten aanzien van onder meer de leegstand, betalingsachterstand en de huisvesting van bijzondere doelgroepen. • de RvC toetst het doelmatig functioneren; voor bedrijfslastenontwikkeling, solvabiliteit, liquiditeit en rendementseisen ten aanzien van planontwikkeling zijn normen ontwikkeld die worden gehanteerd bij het toetsen van alle planvorming. • de RvC neemt kennis van het treasury jaarplan dat mede is gebaseerd op de uitgangspunten van het treasurystatuut. In het jaarplan wordt aangegeven hoe wordt omgegaan met renterisico’s en wordt het bestuur gemandateerd tot het aangaan van leningen, het wegzetten van overtollige middelen dan wel het inzetten van derivaten. • de bedrijfsrisico’s van Waterweg Wonen worden door het CFV getoetst. Het CFV acht het noodzakelijk dat de solvabiliteit aan een ondergrens voldoet. De RvC constateert dat Waterweg Wonen voldoet aan die grens. • de RvC ziet erop toe dat het bestuur relaties aangaat en onderhoudt met een diversiteit aan belanghouders. Hiertoe heeft de Raad de lijst van belanghouders vastgesteld. ऀ• de RvC heeft 1 á 2 keer per jaar overleg met de ondernemingsraad en overleg met de Huurdersraad.
Remuneratierapport
Verbindingen
De omvang van de bezoldiging en vergoedingen van de voormalige directeur-bestuurder vallen binnen de norm van het rapport Westerlaken, dat sinds 1 juli 2012 als bindend voor de sector geldt. Ook de vergoedingen van de leden van de RvC vallen binnen de norm die gold op het moment van benoeming. De bestuurdersbeloning bestaat uit een vast inkomen, een prestatiegebonden bonus variërend van 0 tot 20% van het basissalaris en een auto van de zaak. Voor de nieuwe directeur-bestuurder, werkzaam vanaf 1 oktober 2012, is erop toegezien dat alle afspraken passen binnen de op dat moment geldende normen van de overheid en de sector.
Gedurende het verslagjaar heeft de directeur-bestuurder gerapporteerd over de verbindingen die Waterweg Wonen kent met onder meer BV’s, Maaskoepel, Woonnet en de VvE’s. De RvC is op de hoogte van het belang van deze verbindingen evenals van de risico’s die daarmee gepaard gaan.
Strategisch Voorraadbeleid inclusief het financieel meerjarenperspectief. De begroting 2013 is vastgesteld met inachtneming van het feit dat de invloed van het Regeerakkoord op de voorgenomen plannen voor 2013 nog niet wezenlijk zal zijn.
Volkshuisvestelijk en bedrijfsvoering De RvC heeft aandacht besteed aan diverse onderwerpen op het gebied van volkshuisvesting en bedrijfsvoering. Hierbij moet worden gedacht aan: • jaarrekening en jaarverslag; • huurbeleid en huurverhoging; • voortgang van de organisatieontwikkeling; • risicomanagement; • kwartaal-managementrapportages; • project- en investeringsvoorstellen; • overleg met de accountant; • de management letter. De rapportages van de externe accountant bevatten een overwegend positief oordeel over de kwaliteit van de organisatie.
Functioneren directeur-bestuurder
Toezichtkader De RvC hanteert ten aanzien van het functioneren van Waterweg Wonen een toezichtskader. Dit omvat onder andere de volgende elementen: • de strategie wordt vastgelegd in een vierjaarlijks bedrijfsplan; de RvC ziet hierin toe op de maatschappelijke oriëntatie; in het bedrijfsplan ligt vast voor wie Waterweg Wonen werkt en met welke diensten en aan welke maatschappelijke vraagstukken Waterweg Wonen een bijdrage wenst te leveren. • het bestuur legt de strategieontwikkeling vast in een jaarlijks bij te werken Strategisch Voorraadbeleid, waarvan het meerjarenperspectief onderdeel uitmaakt. • de RvC toetst alle planvorming op eisen van solvabiliteit en liquiditeit en beoordeelt of de planvorming past binnen het Strategisch Voorraadbeleid. Bij de vaststelling van het Strategisch Voorraadbeleid is geconstateerd dat de herstructureringsopgave van Waterweg Wonen past binnen de gestelde financiële kaders. • de RvC maakt met de directeur-bestuurder prestatieafspraken over – op zijn minst – de prestatievelden van het BBSH; het bestuur
Auditcommissie In 2012 hebben de heren Van der Vossen (financiën) en Kemperman (vastgoed) zitting in de auditcommissie. Deze commissie heeft vergaderd over de volgende onderwerpen: • de begroting en het meerjarenperspectief; • de opzet en werking van het systeem van interne controle; • projectmanagement; • het treasurybeleid,de uitvoering van dit beleid en de rapportages over het gebruik van derivaten. Ook is gesproken over de aanpassingen benodigd op dit terrein als gevolg van wetswijzigingen en de maatschappelijke opvattingen omtrent de gebruikte producten. • de bevindingen van de accountant naar aanleiding van de controle evenals de opzet van de controle, in het bijzijn van de accountant; • de financiële gezondheid van de organisatie in brede zin en scenario’s die daarop van invloed kunnen zijn.
Samenstelling RvC In 2012 is de werving gestart en succesvol geëffectueerd voor twee nieuwe leden voor de RvC. Per 1 januari 2013 beschikt de RvC over vervanging voor de twee vertrekkende leden die langdurig aan de Raad verbonden zijn geweest en belangrijke bijdragen hebben geleverd aan het maatschappelijk presteren van Waterweg Wonen. Waterweg Wonen en de RvC werkten in 2012 in overeenstemming met de Aedes code. Er is een duidelijke
5
scheiding tussen bestuur en toezicht. De RvC streeft naar een evenwichtige spreiding over haar leden van de kennis van volkshuisvesting, financiën, bedrijfsvoering, onroerend goed, projectontwikkeling, juridische zaken, techniek en beheer, ondernemerschap, zorg en welzijn, veiligheid en organisatieontwikkeling. De RvC is van mening dat alle relevante deskundigheden zijn vertegenwoordigd. Voor een beschrijving van de achtergrond, expertises en zittingstermijnen van de individuele leden wordt verwezen naar de betreffende bijlage.
Samenstelling Bestuur In 2012 zijn door een commissie vanuit de RvC, aangevuld met een MT-lid en een lid van de OR, gesprekken gevoerd met kandidaten voor de per 1 oktober 2012 vacante functie directeur-bestuurder. Deze kandidaten zijn geselecteerd
door een daartoe gespecialiseerd wervingsbureau. Dit heeft ertoe geleid dat op 19 september in de vergadering van de RvC een besluit is genomen voor de benoeming van de heer Bosch tot directeur-bestuurder.
Tot slot Gebaseerd op het door haar gevoerde toezicht en op rapportages van derden, spreekt de RvC haar waardering uit voor de door Waterweg Wonen in 2012 geleverde prestaties en bedanken hiervoor bestuur en medewerkers. Bijzondere waardering spreekt de RvC uit voor de extra bijdrage die daarbij geleverd wordt door de leden van de ondernemingsraad (vanuit de medewerker) en de leden van de bewonerscommissies en de Huurdersraad (vanuit de huurder). Zij vervullen, ieder vanuit hun eigen positie, een belangrijke rol in het succesvol reilen en zeilen van Waterweg Wonen.
Verslag van de Ondernemingsraad Samenwerking
Communicatie
De ondernemingsraad (OR) van Waterweg Wonen bestaat uit zeven leden en krijgt ondersteuning van een ambtelijk secretaris. De OR heeft om de zes weken formeel overleg met de directeur-bestuurder en daarnaast in dezelfde frequentie een informeel koffie-uurtje. Ook is in 2012 tweemaal een themabijeenkomst georganiseerd.
Alle stukken die de OR heeft behandeld, evenals de agenda en notulen van directie-overleggen, worden openbaar op intranet geplaatst voor alle medewerkers. De OR informeert de medewerkers over lopende zaken bovendien via kORtnieuws, dat in 2012 tien keer is verstuurd. De OR krijgt voldoende opleidingsmogelijkheden. Leden hebben in het voorjaar een driedaagse cursus op maat gevolgd. Daarnaast zijn twee leden naar de jaarlijkse OR workshop dag in Utrecht geweest. Een van de leden volgt daarnaast nog de opleiding HBO bedrijfskunde van FNV formaat.
De OR-leden hebben zelf wekelijks regulier overleg. Twee OR-leden maken daarnaast deel uit van de Arbocommissie. De OR heeft een eindejaargesprek gevoerd met een afvaardiging van de Raad van Commissarissen. Daarbij evalueerden RvC en OR gezamenlijk het afgelopen jaar en brachten de leden zaken die zij van belang vinden onder de aandacht. De samenwerkingsverbanden tussen OR, directeurbestuurder en RvC zijn goed.
Verlenging termijn Het onderwerp waarop de OR haar aandacht het meest heeft gericht het afgelopen jaar was het aanstaande organisatieontwikkelingstraject. Om de aanwezige kennis van het organisatieontwikkeltraject te borgen hebben de OR-leden een verlenging van hun zittingstermijn aangevraagd. Zij hebben hiervoor toestemming gekregen van directie, bonden en medewerkers. De termijn is verlengd tot 1 april 2014.
Adviezen In 2012 heeft de OR in het selectieproces voor een nieuwe directeur- bestuurder geadviseerd over de wisseling van directeur-bestuurder. Twee maal is een achterbanraadpleging gehouden. Dit betrof het peilen van de belangstelling voor het bedrijfsuitje versus het afdelingsuitje en het afschaffen van het tijdregistratiesysteem. Overige zaken waar de OR mee bezig is geweest zijn de wijziging van het pakket aan personeelsregelingen, de sluiting van twee projectbureaus, personele verschuivingen in het MT, de begroting en de kwartaalrapportages.
De OR waardeert de prettige samenwerking met de directie en de RvC en wel in het bijzonder dat zij als een volwaardige gesprekspartner in een vroeg stadium betrokken wordt bij het organisatieontwikkelingstraject. Daarnaast hecht de OR grote waarde aan het vertrouwen dat ze krijgt van de medewerkers van Waterweg Wonen, dat onder meer tot uitdrukking kwam in het verlengen van het mandaat van de zittingstermijn van de OR-leden.
De boom is geworteld in Vlaardingen. Door de boom goed te beheren en gezond te houden, kan hij zijn taken uitvoeren en bijdragen aan een stad die floreert.
Waterweg Wonen in strategisch perspectief
8
In de eerste helft van 2012 werd de tekst van ons nieuwe bedrijfsplan definitief vastgesteld. Ons Bedrijfsplan 2012 2015 met als titel ‘Wij staan voor Vlaardingen’ portretteert Waterweg Wonen als een boom, geworteld in de Vlaardingse samenleving.
Missie ‘Wij zorgen – vaak in nauwe samenwerking met bewoners en andere partners – dat onze klanten prettig wonen in de Vlaardingse buurten en wijken waar wij bezit hebben. Mensen met een laag inkomen en/of in een kwetsbare positie op de woningmarkt staan voor ons voorop. Om onze doelen te bereiken ontwikkelen en beheren wij in de eerste plaats woonvastgoed. Daarnaast leveren we allerlei woonen maatschappelijke diensten, ontwikkelen en beheren wij maatschappelijk vastgoed en investeren we in stedelijke voorzieningen. Dit willen wij op een maatschappelijk verantwoorde, duurzame wijze vormgeven.’
Visie Wij willen ervoor zorgen dat onze klanten plezierig wonen in een stad die floreert. Dat is ons hoofddoel. Wij willen ‘staan voor Vlaardingen’. In onze visie betekent dit specifiek dat wij: 1. voldoende en betaalbare huisvesting willen bieden voor lagere inkomensgroepen; 2. voldoende toegesneden huisvesting willen bieden voor speciale kwetsbare groepen; 3. starters op de woningmarkt kansen willen bieden op betaalbare en goede huisvesting; 4. senioren en mensen die zorg nodig hebben voldoende en geschikte huisvesting willen bieden; 5. actief willen bijdragen aan het voorkomen en bestrijden van overlast; 6. onze lokale verankering willen versterken; 7. een bijdrage willen leveren aan de veiligheid rond onze woningen; 8. willen bijdragen aan de verduurzaming van onze woningvoorraad en ons handelen.
Ambities Onze doelen halen we niet vanzelf. Daar moeten we hard voor werken. We hebben ze vertaald in zes ambities: 1. Wij staan voor partnerschap 2. Wij staan voor het Actieplan Wonen 3. Wij staan voor goed beheer 4. Wij staan voor maatwerk 5. Wij staan voor rendement 6. Wij staan voor duurzaamheid Onze interne organisatie staat voor de nodige uitdagingen. Goed risicomanagement en een goede organisatieontwikkeling zorgen voor een stevig fundament onder onze ambities.
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Dag van het Bedrijfsplan Om alle medewerkers van Waterweg Wonen kennis te laten maken met onze zes ambities zoals verwoord in het bedrijfsplan en om een ieder te laten nadenken over de wijze waarop hij/zij daaraan kan bijdragen, vond op 26 april 2012 de Dag van het Bedrijfsplan plaats. 150 medewerkers volgden die dag acht workshops, waarin zij actief bezig waren met de ambities door een doorvertaling te maken naar de dagelijkse praktijk.
En toen kwam Rutte II Bij de totstandkoming van het bedrijfsplan hielden wij rekening met de huidige en voorziene maatschappelijke ontwikkelingen, met de regionale en lokale ontwikkelingen en het destijds vigerende Rijksbeleid en de Europese regelingen. Bovendien namen we bij het opstellen van dit plan toekomstige financiële uitdagingen in ogenschouw, zoals het opbrengen van de huurtoeslag door de corporaties vanaf 2014, de financiering van commerciële activiteiten zoals de bouw van vrije sector woningen die niet langer te borgen zijn door het WSW en de gevolgen van de nieuwe Woningwet. Met de bekendwording van de contouren van het nieuwe Regeerakkoord, is het echter duidelijk geworden dat onze sector en daarmee onze organisatie in de nabije toekomst grote veranderingen te wachten staan. Het nieuwe Regeerakkoord dat op 31 oktober 2012 openbaar werd, zegt over de corporatiesector het volgende: “Woningbouwcorporaties moeten weer dienstbaar worden aan het publiek belang in hun werkgebied. Hun taak brengen we terug tot het bouwen, verhuren en beheren van sociale huurwoningen en het daaraan ondergeschikte direct verbonden maatschappelijke vastgoed. Corporaties komen onder directe aansturing van gemeenten. De extra huuropbrengsten van corporaties die het gevolg zijn van de maatregelen in de huursector worden via een heffing afgeroomd. De beloning van bestuurders van woningbouwcorporaties wordt versneld aangepast op basis van de nieuwe wet normering topinkomens.” De huurtoeslag blijft intact om woningen voor lagere inkomens betaalbaar te houden. Dat maakt een gedifferentieerde huurverhoging mogelijk. Het belangrijkste punt daarbij is dat het kabinet de woningcorporaties de mogelijkheid biedt om meer inkomsten uit huur te verwerven (via een versnelde invoering van een inkomensafhankelijke huurverhoging) en deze extra inkomsten vervolgens direct weer afroomt via een verhuurdersheffing die de corporaties moeten afdragen aan het rijk. Daarmee vervalt de mogelijkheid om dit opbrengst-potentieel in te zetten voor investeringen van
Waterweg Wonen in strategisch perspectief
9
Wij staan voor Vlaardingen
Wij staan voor partnerschap
2015
2014
2013
2012
2011
2010
2009
2008
2007
2006
2005
2004
2003
2002
2000 2001
1999
Wij staan voor het Actieplan Wonen
Wij staan voor goed beheer Wij staan voor maatwerk
Wij staan voor rendement
Wij staan voor duurzaamheid
de corporaties voor bijvoorbeeld onderhoud, renovatie, duurzaamheid en nieuwbouw. Om deze gevolgen te kunnen opvangen, zal Waterweg Wonen de komende jaren ‘Scherp aan de Wind’ moeten varen. De koers van het bedrijfsplan zal daarbij zo veel mogelijk als uitgangspunt blijven dienen. Vanaf het jaar 2013 zullen de plannen op onderdelen aangepast, versoberd en gefaseerd moeten worden. Nog sterker dan voorheen zal de vraag van de huidige en toekomstige bewoners centraal staan. Ook het goed beheren van onze woningen – met inbegrip van het onderhoud, de renovatie en de verduurzaming – blijft een kernpunt in ons functioneren. Dat Waterweg Wonen duurzaamheid omarmt, biedt interessante nieuwe perspectieven en ontwikkelingen voor onze organisatie en onze klanten. Daarnaast
zullen we de centrale punten uit het Actieplan Wonen samen met onze partners zo veel als mogelijk overeind houden. Een verdere verlaging van de bedrijfskosten en een vermindering van onze formatieomvang is echter onvermijdelijk. Het organisatieontwikkelingsproces, zoals dat reeds was ingezet vanwege de afnemende woningvoorraad en de daaraan gerelateerde werkzaamheden, zal meer focus en snelheid krijgen.
Dankzij een zorgvuldig opgebouwd netwerk aan wortels staat de boom stevig in de grond en kan hij zijn taken goed uitvoeren.
Ambitie 1
Wij staan voor partnerschap
12
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Partnerschap (MR) is een noodzakelijke randvoorwaarde om ons hoofddoel – ervoor zorgen dat onze klanten prettig wonen in een stad die floreert – waar te kunnen maken. Wij kunnen dat namelijk niet alleen bereiken. Verschillende partners moeten in Vlaardingen eendrachtig samen werken om dit doel te behalen. Daarom investeren wij in de totstandkoming van een heldere gezamenlijke maatschappelijke agenda. Als dat nodig is zullen wij de benodigde samenwerking organiseren of activeren. Wij versterken de contacten tussen de medewerkers van Waterweg Wonen en de medewerkers werkzaam bij elk van haar belangrijkste partners, op verschillende niveaus. Wij versterken daarnaast ook het gezamenlijke netwerk van Waterweg Wonen en haar partners. En tenslotte zetten wij in op verbreding en vernieuwing van de bewonersparticipatie.
Activiteit
Score Realisatie
Actieve bijdrage leveren aan de totstandkoming van een maatschappelijke agenda.
+/-
Al onze relevante belanghouders zijn op bestuurlijk niveau vertegenwoordigd op onze jaarlijkse Dag van de belanghouder.
+
In maart 2012 is een bijeenkomst gehouden met al onze belanghouders over het nieuwe bedrijfsplan. De reacties van de belanghouders op het bedrijfsplan zijn overwegend positief.
De belanghouders waarderen het belanghouderschap minimaal met een acht.
-
In 2012 is geen oordeel gevraagd over het belang houderschap aan onze belanghouders. Dit zal in 2013 plaatsvinden.
Met de Huurdersraad en bewonerscommissies ontwikkelen van een eigentijds participatiemodel dat recht doet aan de interesses van en diversiteit aan bewoners.
-
Met de Huurdersraad is overeengekomen nieuwe vormen van participatie te ontwikkelen. Hier is nog geen nadere actie op ondernomen. Dit zal in 2013 verder gevolg krijgen.
De gemeente en collega-corporatie Samenwerking De gemeente voert de regie bij het tot stand komen van de maatschappelijke agenda. In het tweede kwartaal zijn hierover eerste gesprekken gevoerd met de gemeente. De gemeente geeft aan dat een gemeenschappelijke agenda nodig is, maar dat we niet bij nul beginnen gezien het APW (Actieplan Wonen), de prestatieafspraken en gebiedsvisies die al bestaan. De gebiedsvisies en de daarop gebaseerde gebiedsplannen vormen een geschikte basis om de gezamenlijke maatschappelijke agenda vorm te geven en hieraan uitvoering te geven. In het derde kwartaal is door diverse maatschappelijke instellingen intensief gewerkt aan adviezen omtrent de bezuinigingsagenda van de gemeente.
Prestatieafspraken In maart 2010 vertaalden de gemeente en de twee Vlaardingse corporaties het Actieplan Wonen in prestatieafspraken. Het betrof onder meer de nieuwbouw en renovatie voor de periode 2010 - 2014. Voor het programmamanagement zijn tevens de activiteiten in de periode 2010 - 2014 in beeld gebracht die nodig zijn ter voorbereiding op de in 2015 - 2019 geplande projecten. Hieronder zijn de belangrijkste prestatieafspraken voor de periode van het Actieplan Wonen opgenomen:
De inzet van Waterweg Wonen bij de totstandkoming van een gezamenlijk maatschappelijke agenda is afhankelijk van het initiatief van de gemeente om te komen tot deze agenda. De discussies omtrent de maatschappelijke agenda zijn op dit moment vooral gesprekken over bezuinigingen.
1. Doelgroepen a. Huisvestingsgarantie 7.630 BBSH-huishoudens (waarvan 5.720 voor Waterweg Wonen) b. Herhuisvesting SV-urgenten: introductie wijkgebonden voorrangsrecht (gemeente) gekoppeld aan inspanningsverplichting corporaties. Beide afspraken zijn door Waterweg Wonen geregeld en/of er wordt doorlopend door ons in voorzien. 2. Bestaande woningvoorraad a. 3.900 door Waterweg Wonen te renoveren woningen, waarvan 1.150 woningen uitgerust zijn voor de huisvesting van senioren. b. Benoeming van gebieden waar particuliere woningverbetering gestimuleerd gaat worden, inclusief rolverdeling van de partijen en aanpak op hoofdlijnen. Een nadere uitwerking van deze afspraken vindt u bij ambitie 2: Wij staan voor het Actieplan Wonen. 3. Productie nieuwbouwwoningen inclusief stedelijke voorzieningen a. Sloop van circa 1.500 woningen (waarvan 1.350 door Waterweg Wonen), gecombineerd met de nieuwbouw van tenminste 1.850 woningen (waarvan circa 850
13
Ambitie 1 Wij staan voor partnerschap
Figuur 1.1 D e partners- en belanghoudersgroepen van Waterweg Wonen
Partner Partner én belanghouder
bewoners (groepen)
gemeente
onderwijs / kinderopvang
orde en veiligheid
Collega corporaties
ondernemers
welzijn en zorg
Huurdersraad
Zie voor belanghouders/partners ook de samenwerkingsmatrix op pagina 20/21
door Waterweg Wonen). Generieke afspraken maken over archeologie, parkeerbeleid, waterberging en fysieke/sociale woonomgeving. b. Voorwaardelijke afspraak dat de gemeente de komende vijf jaar d 30 mln. investeert in maatschappelijke en stedelijke voorzieningen. c. Gezamenlijk oppakken van Citymarketing. Zie voor een nadere uitwerking van afspraak 3a bij ambitie 2: Wij staan voor het Actieplan Wonen. De gemeente is vanwege haar bezuinigingen niet langer in staat gebleken afspraak 3b na te komen. Het citymarketingplan voor de stad Vlaardingen is gereed. Waterweg Wonen draagt evenals de gemeente Vlaardingen, in 2013 en 2014 d 100.000 per jaar bij. Onze directeur-bestuurder neemt geen zitting in het bestuur van de Stichting Citymarketing Vlaardingen, maar adviseert het bestuur wel bij strategische vraagstukken. Ook blijft Waterweg Wonen nauw betrokken bij de uitvoering van het citymarketingplan op het gebied van wonen. 4. Duurzaamheid en kwaliteit a. Energieprestatie woningvoorraad 2018, uitgesplitst naar energielabels. b. Gebruik van duurzame bouwmaterialen en hergebruik van sloopmaterialen.
Een nadere uitwerking van beide afspraken vindt u bij ambitie 6: Wij staan voor duurzaamheid.
Het Vlaardings Model In juni waren de gemeente Vlaardingen, Woningstichting Samenwerking Vlaardingen en Waterweg Wonen opnieuw aanwezig op de PROVADA om het Actieplan Wonen onder de aandacht te brengen. De PROVADA is het jaarlijkse ontmoetingspunt voor de vastgoedbranche. Deze vindt plaats in de RAI in Amsterdam. Op de PROVADA presenteerden wij de samenwerking van de APW-partners onder de noemer Het Vlaardings Model. Het model kan als voorbeeld dienen voor die gemeenten en woningcorporaties die – net als wij – grote ambities hebben voor hun stad. Met de kreet ‘Maak kennis met Het Vlaardings Model’ werden de bezoekers van de PROVADA uitgenodigd om onze stand te komen bezoeken.
Holy-Zuidoost Het proces in De Nieuwe Vogelbuurt (Holy-Zuidoost) stond in 2012 in het teken van de totstandkoming van een gebiedsovereenkomst. In december was het eerste concept gereed. De verwachting is dat de overeenkomst in het eerste kwartaal van 2013 kan worden getekend. Een belangrijke mijlpaal en grote stap in de verdere ontwikkeling van deze wijk.
14
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Bijzondere doelgroepen (MR) Per bijzondere doelgroep is door de gemeente en de Vlaardingse corporaties eind 2012 bekeken welke voorzieningen er zijn en/of wellicht maatregelen nodig zijn. Waar mogelijk is dit gekoppeld aan een meetbare doelstelling – zoals concrete aantallen, zowel individueel als voor groepsgewijze huisvesting – en afspraken op lokaal en regionaal niveau. Op deze wijze is zichtbaar gemaakt voor welke doelgroepen onze dienstverlening goed verloopt en op welke gebieden nog (vervolg)acties noodzakelijk zijn. Bijzondere aandacht in 2013 is nodig voor: • huisvesting MOE-landers(1) (voldoende initiatieven, maar technisch knelpunt bij de toewijzing door de regels voortvloeiend uit de Tijdelijke regeling DAEB en accountantsbeoordeling) • huisvesting jongeren (vaststellen ambities) • gevolgen scheiding wonen en zorg • dak- en thuislozencentrum (afspraken maken over uitstroom naar reguliere woningen)
Nieuw Protocol Regionaal Vangnet en Regionale Registratie De binnen Maaskoepel samenwerkende woningcorporaties in de stadsregio Rotterdam hebben een gezamenlijke registratie van hun ‘probleemhuurders’. Daarbij hebben de samenwerkende corporaties de verplichting om (onder voorwaarden) deze huurders nog één extra laatste kans te geven. In 2012 is een nieuw aangescherpt protocol opgesteld met als doel de migratie van ‘probleemhuurders’ tegen te gaan. De in de regionale registratie opgenomen personen zijn voor vijf jaar uitgesloten van de woningmarkt. Onder voorwaarden volgt soms een extra kans: het regionaal vangnet. Alleen bij gebruik van het lokale Laatste Kans Beleid kan een huurder in aanmerking komen voor het regionaal vangnet. Het protocol is ondertekend door alle bestuurders van de woningcorporaties in de regio en is ingediend bij het College Bescherming Persoonsgegevens. Bij een positief oordeel zal het protocol worden geimplementeerd.
Welzijn, zorg, onderwijs en kinderopvang In 2012 deden wij maatschappelijke investeringen in de realisatie van huisvesting voor bijzondere doelgroepen, waaronder een hospice, jongerenhuisvesting en diverse vormen van extramurale groepsopvang voor de zorgsector.
Huisvesting bijzondere doelgroepen (MR) Figuur 1.2 Individuele huisvesting bijzondere doelgroepen Categorie (in aantallen)
2012
2011
Gehandicaptenzorg
33
33
Geestelijke gezondheidszorg
20
20
Asielzoekers / statushouders
110
113
Maatschappelijke opvang
190
245
Laatste Kans Project (LKP) en Project Ontruimingspreventie (POP) Totaal
51
49
404
460
Onze interne norm voor individuele huisvesting van bijzondere doelgroepen is minimaal 125. Deze 1 MOE-landers: Midden en Oost-Europeanen
norm is in 2012 ruimschoots behaald. De categorie ‘Maatschappelijke opvang’ nam af doordat minder woningen werden verhuurd aan uitzendbureaus voor de huisvesting van MOE-landers. Door sloopwerkzaamheden namen de beschikbare woningen voor deze doelgroep af. Vraaguitval voor de Valkenhof in de Westwijk deed ons realiseren dat dit complex niet langer geschikt is voor bewoning door senioren. Op 28 augustus ging het college van B&W akkoord met ons voorstel om de 131 woningen te verhuren aan uitzendbureaus ten behoeve van de huisvesting van arbeidsmigranten. In tegenstelling tot de senioren zullen arbeidsmigranten niet de gehele dag in de woning aanwezig zijn, aangezien zij werken. Dit maakt de kleine appartementen van 30 m² beter geschikt voor deze nieuwe doelgroep. De huidige bewoners van de hoogbouw worden om die reden met voorrang en een tegemoetkoming verhuisd. Met de kennis van nu gaan wij ervan uit dat de Valkenhof hoog tot 2018 verhuurd wordt, waarna het complex wordt gesloopt. Figuur 1.3 Groepsgewijze huisvesting bijzondere doelgroepen Categorie (in aantallen)
2012
2011
Gehandicaptenzorg
24
36
Geestelijke gezondheidszorg
10
10
100
100
Maatschappelijke opvang Groepswonen voor dementerende ouderen Totaal
18
18
152
164
Aangezien Mobile in Holy-Zuidoost in 2012 haar deuren moest sluiten, is deze categorie afgenomen.
Scheiden van wonen en zorg Ouderen en mensen die minder gezond of mobiel zijn, willen en moeten steeds langer zelfstandig blijven wonen. Door veranderingen in de AWBZ en bezuinigingen bij overheidsinstanties komt er minder geld beschikbaar voor ondersteuning van deze doelgroepen. Het aanzienlijk korten op de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) en veranderingen in de zorgzwaartepakketten raken deze doelgroep. Daar waar mensen voorheen werden opgenomen, zien we nu dat zij – soms met minimale ondersteuning – thuis blijven wonen. Deze trend zal de komende jaren doorzetten. Burgers en maatschappelijke instellingen zullen steeds meer vanuit hun eigen middelen en naar eigen vermogen moeten handelen. Het scheiden van wonen en zorg met als onderdeel aparte financiering van wonen en zorg, start op 1 januari 2013 en wordt de komende jaren verder uitgebreid. Een aantal van onze belanghouders geeft aan dat dit verstrekkende gevolgen zal hebben voor kwetsbare doelgroepen. Omdat nu nog niet geheel duidelijk is wat de reikwijdte van de veranderingen zal zijn, zullen we ons in 2013 herbezinnen op ons beleid ten aanzien van wonen en zorg. We gaan daarvoor in gesprek met onze belanghouders en andere partijen.
Investeringen in maatschappelijk vastgoed (MR) Uitzicht Zonnehuisgroep Vlaardingen heeft Waterweg Wonen gevraagd of wij iets kunnen betekenen voor de herstructurering van het vastgoed op de locatie van zorgcentrum Uitzicht in Holy-Noord. Uitzicht is een
Ambitie 1 Wij staan voor partnerschap
15
Eerste paal Stadsleven (‘t Palet)
verzorgingshuis dat valt onder de landelijke Stichting Cedrah. Cedrah is een reformatorische stichting die actief is op het gebied van wonen, zorg en welzijn voor ouderen in de regio Zuid-Holland. Het complex Uitzicht heeft ongeveer 100 kamers en 88 aanleunwoningen. Het vastgoed op de locatie Uitzicht is verouderd en aan vervanging toe. Daarnaast neemt de huidige doelgroep van Uitzicht in Vlaardingen af, waardoor de continuïteit op termijn in gevaar komt. Zonnehuisgroep en Zorgcentrum Uitzicht hebben de handen ineen geslagen en onderzoeken samen met Waterweg Wonen of de huidige locatie geschikt is om gezamenlijk te ontwikkelen waarbij een deel van de locatie bestemd wordt voor cliënten van stichting Cedrah en een deel voor cliënten van de Zonnehuisgroep. In 2012 is gewerkt aan een haalbaarheidsonderzoek voor deze locatie. Deze studie wordt in het eerste kwartaal van 2013 afgerond. Stadsleven (‘t Palet) Waterweg Wonen bouwt samen met onderwijs- en zorginstellingen een brede school met buitenschoolse opvang en zorgappartementen in het centrum van Vlaardingen. De voorbereidingsfase van het project Stadsleven (voorheen ‘t Palet) is in 2012 afgerond. Het gebouw bevat een brede school die wordt geëxploiteerd door de Stichting Interconfessioneel en Katholiek Onderwijs (SIKO) en de Stichting Kinderopvang Vlaardingen (SKV). De 29 appartementen en ondersteunende ruimtes worden gehuurd door de Stichting Middin (voorheen Steinmetz/de Compaan). De Stichting Middin zal in deze appartementen mensen met een beperking huisvesten. In 2012 is het gebouw aanbesteed, de grond is aangekocht, de voorwaarden voor de huurovereenkomsten zijn vastgesteld, de tijdelijke huisvesting voor de school is gerealiseerd en de sloop van de bestaande school heeft plaats gevonden. In januari 2013 wordt de grond verder bouwrijp gemaakt waarna in februari de bouw zal starten. De oplevering van Stadsleven vindt naar verwachting plaats in maart 2014. Sociale Onderneming Marnixplantsoen Begin dit jaar is een opdracht gegeven om het businessplan van de Sociale Onderneming Marnixplantsoen verder aan te scherpen. Het aangescherpte businessplan werd besproken met betrokken wethouders, het gebiedsmanagement en de projectleider. Het ontbreekt aan een partij die de trekkersrol op zich neemt. Realisatie van dit project is daardoor voorlopig niet aan de orde.
Hospice Nieuwe Waterweg Noord (HNWN) De bouw van het Hospice Nieuwe Waterweg Noord startte in maart 2012. De werkzaamheden verliepen voorspoedig, waardoor eind 2012 het gebouw grotendeels was gerealiseerd. Deze ontwikkeling is tezamen met collegacorporatie woningstichting Samenwerking Vlaardingen gerealiseerd. In januari 2013 wordt de huurovereenkomst met de stichting HNWN officieel ondertekend, waarna het hospice in april 2013 in gebruik zal worden genomen. Uitvalbasis zorgteam en kleinschalige dagverzorging Zonnehuisgroep Vlaardingen Zonnehuisgroep Vlaardingen koos in 2012 complex De Wouthof als de thuisbasis voor haar wijkteam. Zonnehuisgroep Vlaardingen heeft gekozen voor de Wouthof omdat op deze manier de zorg voor bewoners van heel dichtbij kan worden geleverd. In de Wouthof voeren Waterweg Wonen en Zonnehuisgroep Vlaardingen gezamenlijk een domoticaproject uit. Ook heeft Zonnehuisgroep Vlaardingen in 2012 een kleinschalige dagverzorging in de Wouthof geopend. Dagverzorging is bedoeld voor mensen met een zorgindicatie die zo lang mogelijk thuis willen blijven wonen maar door lichamelijke of psychische beperkingen een steuntje in de rug nodig hebben. Er vinden, onder professionele begeleiding, verschillende activiteiten plaats die zijn afgestemd op de mogelijkheden en interesses van de bezoekers. Een groep bestaat uit maximaal twaalf personen. Nieuwbouw Argos Stelco-locatie / Nieuwe Wetering De ontwikkeling van de nieuwbouw van een verpleeghuis annex woontoren met appartementen op de locatie van de Nieuwe Wetering is aangehouden. Of Argos hier gaat bouwen is mede afhankelijk van de afweging van de Rijksoverheid om de zorgzwaarte voor patiënten van verpleeghuizen te verhogen. In 2013 wordt definitief besloten over de voortgang van dit project. Stichting Denksportcentrum Vlaardingen Op verzoek van de Stichting Denksportcentrum hebben wij ons in 2012 ingespannen om een onderkomen voor hen te zoeken. De door hen gewenste nieuwbouw kunnen wij niet realiseren. Er lijkt een goed alternatief te zijn in de HolyZuidoost dat eind 2012 nog werd onderzocht.
16
Woonzorgarrangement bij renovatie (MR) Waterweg Wonen biedt samen met Careyn, Zonnehuisgroep Vlaardingen en Seniorenwelzijn bij grootschalige renovatie van wooncomplexen ondersteuning aan kwetsbare doelgroepen. Gebleken is dat een deel van de bewoners vanwege de hoge leeftijd of vanwege psychische of lichamelijke beperkingen, niet in staat is grip te krijgen op de ingrijpende veranderingen. Een groot deel van hen vraagt om verblijf in een wisselwoning gedurende de renovatiewerkzaamheden. Aanvullende begeleiding is soms nodig in de vorm van morele steun en/of praktische hulp bij het in- en uitpakken van huisraad. Eind 2012 is de samenwerkingsovereenkomst met de betrokken partners voor een jaar verlengd.
Huurdersraad en bewoners(commissies)
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
In 2012 is, al dan niet in werkgroepverband, overleg gevoerd over onder meer onderstaande beleidsonderwerpen: • SVB 2012 en 2013 • de begroting 2013 • het meerjarenperspectief (MJP) • de onderhoudsbegroting 2013 • het huurprijsbeleid • het leefstijlenexperiment • de huurronde van 1 juli 2012 • de woningkwaliteit (inclusief APK) en klantenwaardering (inclusief APK) • de communicatie over servicekosten • het Regionaal Vangnet • de woningwaarderingspunten (WWS) • de doorstroming binnen ons woningbezit • de kleine woningaanpassingen • het Laatste Kans Beleid.
(werkgroepen) Huurdersraad en bewonerscommissies De samenwerking met de Huurdersraad en bewonerscommissies vond in 2012 plaats op basis van de samenwerkingsovereenkomst uit 2011. De overeenkomst is aangegaan voor onbepaalde tijd en gaat verder dan de regels uit de Wet op het Overleg Huurders Verhuurder (Overlegwet 2009). In 2012 is het co-makerschap verder uitgewerkt. Co-makerschap is een tijdelijke samenwerkingsvorm waarbij Waterweg Wonen en de Huurdersraad gezamenlijk tot een eindproduct komen. Op basis van wederzijds respect trekken beide partners samen op en zijn betrokken bij het ontwikkelingsproces. In dit proces vindt onderlinge kennisoverdracht plaats. Dit stimuleert het denkproces, waarbij beide partijen met kennisoverdracht hun kennis en expertise uitbreiden. Met de bereikte synergie kunnen we naar verwachting een beter eindproduct leveren dan bij een werkwijze waarbij Waterweg Wonen een uitgewerkt beleidsvoornemen ter advies voorlegt aan de Huurdersraad. Bij het werken in co-makerschap is veel ruimte en tijd nodig voor overleg. In gezamenlijk overleg bekijken we jaarlijks welke onderwerpen in co-makerschap opgezet worden. Gezamenlijk worden opdrachtformuleringen gemaakt voor werkgroepen en wordt de werkplanning opgesteld voor de te bespreken beleidsonderwerpen. De voortgang en planning worden gezamenlijk per kwartaal bekeken en bijgestuurd.
Nieuwbouw van Hospice Nieuwe Waterweg Noord (HNWN)
Over de citymarketing, het leefstijlenexperiment en de WWS punten zijn presentaties gehouden voor de Huurdersraad.
Participatie Met de Huurdersraad werden in 2012 nieuwe vormen van participatie bestudeerd. Zo bezocht de Huurdersraad woningcorporatie Woonstad uit Rotterdam waar zij uitleg kreeg over het veranderingsproces dat deze corporatie heeft doorgemaakt op het gebied van participatie. Ook presenteerde het adviesbureau Quintis nieuwe vormen van participatie. In 2013 zullen de Huurdersraad en Waterweg Wonen samen verder werken aan nieuwe vormen van participatie. In 2012 hebben wij bovendien besloten niet langer deel te nemen aan het Participatielabel KWH.
Huurdersparticipatie in gemengde complexen koop/huur In 2012 hebben huurders en Waterweg Wonen de evaluatie van het bestaande convenant afgerond. De conclusie is dat het model goed functioneert. Toch is het convenant op verzoek van de huurders aangevuld met enkele punten uit de Samenwerkingsovereenkomst. Dit stelt de bewonerscommissie in staat advies uit te brengen over de meerjarenonderhoudsbegroting (MJOB) van de Vereniging van Eigenaren, ook wanneer in de technische commissie geen huurder zitting heeft. Huurders en Waterweg Wonen streven naar een eenduidig standpunt in de VvE.
17
Ambitie 1 Wij staan voor partnerschap
Waterweg Wonen sponsorde in 2012 onder andere de Kroezerbus van de Kroepoekfabriek, het UitFestival en het Zomerterras.
Ondernemers Intensief participatietraject met winkeliers Na een intensief participatietraject met winkeliers is het nieuwe winkelcentrum – het Van Hogendorpkwartier – in Babberspolder ontwikkeld. De huidige en nieuwe wijkbewoners hebben meegedacht over het ontwerp en de inrichting van de drie groene wiggen onder het motto: ‘Hoe groen wordt mijn Babberspolder?’ De herijking van de gebiedsovereenkomst uit 2005 tussen de gemeente Vlaardingen en Waterweg Wonen en de daaruit voortvloeiende bijdragestructuur van Waterweg Wonen, is in 2012 nagenoeg afgerond. De besluitvorming hierover zal in het eerste half jaar van 2013 plaatsvinden.
Verhuur aan maatschappelijke instellingen (MR) Waterweg Wonen verhuurt, in bepaalde gevallen, bedrijfsof opslagruimten met korting aan sociaal-maatschappelijke organisaties die op non-profit basis werken. Gebleken is dat die werkzaamheden waarvoor de organisaties zijn opgericht niet altijd uitvoerbaar zijn wanneer de organisatie ons de commerciële huurprijs moet betalen. In 2012 hebben wij de aanvragen van vier organisaties in behandeling genomen. Daarvan zijn er drie gehonoreerd. De vierde instelling heeft te kennen gegeven een andere oplossing te hebben gevonden.
Promotie Media Waterweg Wonen draagt actief en publiekelijk haar trots op de stad Vlaardingen uit, evenals op het belang van onze stad in de regio. De afgelopen twee jaren heeft Waterweg Wonen haar reactieve persbeleid omgebogen naar een actief persbeleid. Met als doel om onze organisatie van ‘bescheiden’ naar ‘onderscheiden’ te bewegen en de rol van Waterweg Wonen in Vlaardingen meer zichtbaar te maken, zijn in 2012 meer persberichten naar de diverse media gestuurd. Deze persberichten bevatten feitelijke en interessante informatie over de vele activiteiten die onze corporatie in de stad onderneemt. Dit heeft inmiddels geresulteerd in meer en vooral in meer positieve persaandacht. In 2012 haalde Waterweg Wonen 144 keer de pers. In 35 artikelen werd alleen onze naam genoemd (neutraal), 106 maal (74%) was de trant van het artikel positief en drie maal (2%) negatief. In 2011 haalde Waterweg Wonen 123 keer de pers, met 26 neutrale, 88 positieve (69%) en
9 negatieve berichten (7%). In vergelijking met 2011 is het aantal berichten dus gestegen, terwijl het percentage negatieve berichten juist is afgenomen. Het proactieve persbeleid lijkt te werken. Belangrijke positieve items in 2012 waren de bouw van Vlaardings Geluk fase I, het Van Hogendorpkwartier, de bouw van het Hospice NWN en de komst van de nieuwe directeur-bestuurder Harrie Bosch. Over een brand aan de Boterbloemstraat, waarbij enkele gewonden vielen, en over de verhuur van De Valkenhof aan MOE-landers was de berichtgeving neutraal. Negatieve publicaties gingen over de koperdiefstallen in de Babberspolder ten tijde van de sloopwerkzaamheden en over de koudeklachten aan de Zwaluwenlaan Even. Berichten over Waterweg Wonen werden met name gepubliceerd in de lokale en regionale media. Het aantal artikelen op websites neemt zienderogen toe.
Sponsoring (MR) Met sponsoractiviteiten streven wij de volgende doelstellingen na: • de naamsbekendheid en herkenbaarheid van Waterweg Wonen vergroten (imago); • bijdragen aan Vlaardingen als bruisende stad, waar het fijn wonen en recreëren is (citymarketing); • onze verbondenheid met de stad tonen. Onze huurders in het bijzonder en Vlaardingers in het algemeen steunen met gratis toegankelijke evenementen. Juist voor onze doelgroepen is dit heel belangrijk. (sympathie); • nieuwbouwprojecten van Waterweg Wonen onder de aandacht brengen van de bezoekers van het evenement (verkoop). In 2012 sponsorde Waterweg Wonen het Vl. Loggerfestival, de (jeugd)avondvierdaagse, het Zomerterras, het Uitfestival, het theaterfestival Avondturen en de Kroepoekfabriek. Waterweg Wonen is omwille van de herkenbaarheid tijdens deze evenementen prominent aanwezig met vlaggen, banieren en spandoeken. In de diverse communicatieve uitingen rondom deze evenementen plaatsten wij advertenties waarin helder werd uitgelegd waarom Waterweg Wonen dit evenement sponsort. Bovendien maken we gebruik van ons intranet, onze website en van de social media om de evenementen en onze rol onder de aandacht van een brede doelgroep te brengen. In 2012 zijn tevens de eerste stappen gezet in speciale huurdersacties rondom de door ons ondersteunde evenementen via de social media. Dit zullen wij in 2013 verder ontwikkelen.
18
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Kleine sponsoractiviteiten 2012 In 2012 ondersteunden wij ook een aantal kleinere initiatieven op lokaal niveau. Op deze wijze stimuleren wij initiatieven van bewoners, die bijdragen aan prettige wijken en buurten. Met een kleine financiele tegemoetkoming konden wij vaak een grote en positieve bijdrage leveren aan deze activiteiten. Figuur 1.4 Overzicht kleine sponsoractiviteiten in 2012
Samenwerkingsmatrix
Theehuis/ ontmoetingsplek Marnixplantsoen
Stichting Metamorphose
Sponsoring Recycling Art Project
Regionaal vangnet
Sponsoring sport/beweegdag Drevenbuurt
Thuis in de wijk (uitbreiding)
Sponsoring aanschaf koffiemachine taalcentrum
Hospice Project ontruimingspreventie
x x
x x
x
x
x
x
Renovatie projecten naar sterrenkwaliteit
x
Zorgarrangementen voor zelfstandig wonende senioren Domotica
Ontwikkeling stationslocatie Onderwijs/kinderopvang Combinatie van school, kinderdagverblijf, naschoolse opvang en woningen voor mensen met een lichamelijke beperking (Stadsleven) Orde en veiligheid Asbestsanering
x
Hennepconvenant
x
GBA-portal
x
x x
(Wijk)ontwikkeling Collectief Particulier Opdrachtgeverschap Samuel Esmeijer
x
In voorbereiding
Babberspolder-Oost o.a. winkelcentrum
x
In uitvoering/ lopend
Holy-Zuidoost
x
Citymarketing
x
Niet praktisch haalbaar, vooral door bezuinigingen bij de samenwerkingspartner
Argos
Vele Vlaardingers Een Huis
x
Kleinschalig wonen voor ouderen
Verkenning plannen
Rog-plus
Belastingdienst
Politie Rotterdam Rijnmond
x
Herstructurering vastgoed locatie Uitzicht
Sponsoring nieuwe band biljarttafel
Vluchtelingenwerk Maasdelta, afd. Vld
x
Bouw appartementen om zorgvoorziening mogelijk te maken/ toepassen woonzorgconcept
Biljartvereniging De Westwijk
Sponsoring excursie Speeldernis
Zorg/welzijn
Zorg/welzijn
Sponsoring 2 avondvoorstellingen
Basisschool Het Kompas
Maaskoepel
Overige
Amateurtoneelvereniging Het Masker
Stichting op Dreef
Wst. Samenwerking
In dit schema zijn de belanghouders en partners weergegeven.
Gemeente
Kerstkaartenactie In plaats van het sturen van kerstkaarten stelt Waterweg Wonen jaarlijks haar kerstkaartenbudget van d 1.500 ter beschikking aan een goed doel. Middels social media konden onze huurders, de Vlaardingers, maar ook andere geïnteresseerden uit het hele land stemmen op het goede doel dat volgens hen ons kerstkaartenbudget verdiende. In 2012 wist de Spring Foundation Vlaardingen de meeste stemmen te vergaren. De Spring Foundation is een netwerkclub van vrouwen die tot doel heeft om de (sociale) armoede in Vlaardingen te bestrijden. Het kerstkaartenbudget zullen zij spenderen aan kleine initiatieven waarmee zij een groot verschil maken voor hun doelgroep. Met deze actie hebben wij in de media veel positieve aandacht gekregen en een flink aantal volgers van onze nieuwe Facebookpagina.
x
x
x x x x x x
x
x
x x
x x
x x x x x
x x
Onderwijs/ kinderopvang
x
x
x
x
x
Energiebedrijf
Synchroon
NS Spoor
Era Contour
Dura Vermeer
Stichting Interconfessioneel en Katholiek Onderwijs / SIKO
Lentiz College
Prins Willem Alexanderschool
St. Kinderdagverblijf Vlaardingen
Steunpunt Integratie Vlaardingen
Steunpunt Huiselijk Geweld
Pameijer
Het Bureau Welzijnsprojecten
Stichting Cedrah
Seniorenwelzijn
MDV Nieuwe Waterweg Noord
Zonnehuisgroep Vlaardingen
Bureau Jeugdzorg Rotterdam Rijnmond
Frankenlandgroep
Middin
Careyn
GGZ Delfland
Bouman GGZ
Noodopvangcentrum
Riagg Rijnmond
Stichting Hospice Nieuwe Waterweg Noord
GGD Rotterdam Rijnmond
Ambitie 1 Wij staan voor partnerschap 19
Ondernemers
x
x
x x x
x
x
x x
x
x
Alle bomen vormen samen het bos. Door goed samen te werken, zorgen ze ervoor dat het bos floreert.
Ambitie 2
Wij staan voor het Actieplan Wonen
22
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
In het Actieplan Wonen (MR) hebben wij een concrete aanpak afgesproken om de woningvoorraad van de stad te transformeren. Waterweg Wonen neemt haar aandeel in de uitvoering van het Actieplan Wonen voor haar rekening. Wij voeren de afspraken uit zoals die met de gemeente en Woningstichting Samenwerking Vlaardingen zijn overeengekomen. Eventuele aanpassingen in het uitvoerings programma komen alleen in gezamenlijk overleg tot stand. Met de uitvoering van het Actieplan Wonen realiseert Waterweg Wonen een toekomstbestendige vastgoedportfolio in het licht van prijs, kwaliteit, mate van toe- en doorgankelijkheid, woningtypen, doelgroepen en energieprestaties.
Activiteit
Score Realisatie
Huisvestingsgarantie BBSH-doelgroep geven, waardoor de huurwoningenvoorraad minimaal 9.820 woningen dient te bedragen en 11.843 per einde 2012.
+
De woningvoorraad bedraagt 11.888 woningen per einde 2012.
Renovatie van 781 woningen
-
584 woningen zijn in verschillende wijken in Vlaardingen na renovatie opgeleverd.
Nieuwbouw van 77 woningen
+
103 nieuwbouwwoningen opgeleverd, waarvan 48 woningen Werffhoven, 29 Parkwoningen en 26 woningen Vlaardings Geluk
Slopen van 332 woningen
+
332 woningen gesloopt 60 woningen deelplan 5a Babberspolder-Oost 272 woningen deelplan 7/8 Babberspolder-Oost
Verkopen van 51 woningen bestaand bezit
-
In 2012 zijn 44 woningen verkocht.
Woningmarktontwikkelingen Voor de woningmarkt was 2012 een moeilijk jaar. Het consumentenvertrouwen lag dit jaar op een ongekend laag niveau, hetgeen grote consequenties had voor de vraag naar koopwoningen. Tegelijkertijd had de sociale huurmarkt te maken met vele aankondigingen van wijzigingen in het rijksbeleid.
Sociale huursector: rijksbeleid beïnvloedt de woningmarkt De akkoorden die in 2012 op rijksniveau zijn gesloten zeggen over de corporatiesector onder meer het volgende: • voor de sector worden hogere huurinkomsten voorzien die vervolgens door een verhuurdersheffing afgeroomd gaan worden; • de aftrek van de hypotheekrente wordt voor een deel afgebouwd; • het Rijk kijkt naar de aansturing van corporaties door gemeenten. Eind 2012 was de wereld ten aanzien van deze punten nog volop in beweging. Waterweg Wonen voorziet dat in haar geval de heffing in enige mate kan worden opgevangen middels de extra huurverhogingsruimte die de minister schept en door een verlaging van de bedrijfslasten. Bij het bepalen van de omvang van de reductie van de bedrijfslasten blijft de koers van het bedrijfsplan zoveel mogelijk het uitgangspunt en wordt de investeringsruimte intact gelaten. In 2013 zal meer duidelijkheid ontstaan over het rijksbeleid. Gecombineerd met de uitkomsten van de in 2012 uitgevoerde consumentenonderzoeken WoON2012 en de
Grote Woontest 2012, zullen wij ons in 2013 fundamenteel herbezinnen op ons voorraadbeleid. In 2012 hebben wij ons tot het noodzakelijke beperkt.
Resultaten woonconsumentonderzoeken In 2012 participeerde Waterweg Wonen in twee grote woonconsumentonderzoeken: Grote Woontest 2012 en WoON2012. Daaruit bleek dat de woontevredenheid in Vlaardingen stabiel is gebleven. Uit de Grote Woontest kwam naar voren dat in de andere regiogemeenten -met uitzondering van Rotterdam- de tevredenheid daalde. Verhoudingsgewijs is de positie van Vlaardingen dus verbeterd. Met name in buurgemeente Schiedam nam het percentage tevreden bewoners af. Uit de onderzoeken bleek wederom dat Vlaardingen goed scoort op de winkel- en groenvoorzieningen. Blijvende aandacht is nodig voor netheid en veiligheid en ook voor de bewonerssamenstelling. De Westwijk, VOP en Hoofdstedenbuurt worden door bewoners als minst positief beoordeeld. De scores liggen echter significant hoger dan die van diverse buurten in Rotterdam-Zuid en de Schiedamse buurten Oost en Nieuwland. De Vlaardingse buurten Holy-Noord en de Indische Buurt onderscheiden zich zeer positief. De herstructureringswijken Holy-Zuidoost en BabberspolderOost kenden een dalende tevredenheid van bewoners in combinatie met een negatieve buurtontwikkeling. Over de verwachte ontwikkeling in deze gebieden zijn de bewoners echter positief. Vertrouwen in de herstructurering is er dus wel. In de afgelopen drie jaar is het aantal huishoudens met een laag inkomen in Vlaardingen gegroeid met circa 5%.
23
Ambitie 2 Wij staan voor het Actieplan Wonen
Het wonen in Vlaardingen werd duurder, maar blijft relatief goedkoop ten opzichte van het regiogemiddelde. Zowel qua absolute huurprijzen als de verhouding tussen de woonlasten en het inkomen. Uit de Grote Woontest is een grote vraag af te leiden naar ‘vrij wonen’, ‘landelijk wonen’ en naar woonproducten die individualiteit uitstralen. De portemonnee van mensen levert hier echter wel beperkingen op. Wij zien daarnaast een verschuivende vraag van koopwoningen naar huurwoningen. De cijfers uit beide onderzoeken laten wel verschillen zien. Bijzonder is dat in de Grote Woontest voor het eerst een overschot aan koopwoningen in Vlaardingen gemeten wordt. De onderzoekers tekenen hierbij aan dat een deel van de vraag naar huurwoningen tijdelijk is vanwege het lage consumentenvertrouwen en de waardedaling van koopwoningen. In het WoON-onderzoek is er –zoals in het verleden – een overschot aan huurwoningen gemeten. Duidelijk is dat er een overschot aan portiekwoningen is, zowel in de huur- als in de koopsector. Er is veel vraag naar grondgebonden woningen. Beperktere vraagoverschotten meten we in seniorenwoningen en appartementen met lift. De imagometingen door niet-bewoners leverden ook interessant materiaal op. Het imago van Vlaardingen kenmerkt zich door associaties als ‘groen’, ‘haven’, ‘dorps’ en ‘gezellig’, en kent weinig negatieve associaties die er echt uit springen. Genoemd worden ‘oninteressant’, ‘ongezellig’, ‘saai’, ‘flats’ en ‘stank’, maar geen van allen treden op de voorgrond. Onderzoek ‘De Beste Gemeenten’ (Elsevier) Jaarlijks doet het tijdschrift Elsevier een onderzoek naar ‘de beste gemeenten’ van Nederland. In de beoordeling worden ook de subjectieve oordelen van de inwoners zelf meegenomen. Vlaardingen nam in 2012 de 227e plaats (2011:208) in op de ranglijst van 415 gemeenten (2011:418) van Nederland. Maassluis bezet de 356ste plaats (2011:341) en Schiedam werd nummer 310 (2011:275). Rotterdam komt op een 312ste plaats (2011:294). Het gemiddelde inkomen van de Vlaardingers scoorde in 2011 een 340ste plaats. In 2012 is het inkomen niet gemeten. Vlaardingen heeft volgens de Elsevier als sterke punten: goede basisvoorzieningen (voor kinderen en jongeren, zorgpakket en winkels), goede mogelijkheden om uit te gaan, voor sport en fitness en cultuur, goed openbaar vervoer en goede gemeentelijke diensten en gunstige tarieven. Vlaardingen scoort volgens de Elsevier minder
Continu onderhoud is van groot belang
Het nieuwbouwproject Vlaardings Geluk in Babberspolder
op: aantrekkelijke buurten, natuur/ rust/ ruimte (!), overlast, misdaad, samenstelling van de bevolking en saamhorigheid.
Prestatieafspraken Actieplan Wonen (MR) Waterweg Wonen heeft een duidelijke ambitie om haar voorraad woningen aanzienlijk aan te passen: minder kwaliteitsarme en goedkope woningen, meer eengezinswoningen, meer woningen voor senioren en voor mensen met een fysieke beperking (sterrenwoningen). De plannen passen binnen de afspraken in de regio en maken deel uit van het Vlaardingse Actieplan Wonen (APW). Waterweg Wonen heeft in 2008 prestatieafspraken gemaakt met de gemeente Vlaardingen en met Woningstichting Samenwerking Vlaardingen over de transformatie van het vastgoed in Vlaardingen. De partners van het Actieplan Wonen hebben besloten te streven naar 300 nieuwbouwwoningen per jaar, exclusief woningbouwprojecten voor bijzondere doelgroepen. Die plannen worden uitgevoerd, zij het met enige vertraging. In de nieuwe programmering wordt de herstructurering van Holy-Zuidoost één jaar later gestart. In 2012 heeft Waterweg Wonen de sloop/ nieuwbouw van drie projecten verschoven naar na 2030. In een aantal van deze 281 woningen zal extra worden geinvesteerd om zo de langere exploitatieperiode mogelijk te maken. Alhoewel Waterweg Wonen niet rechtstreeks actief is op de markt van nieuwbouw vrije sectorwoningen, zijn onze belangen daarin wel zeer groot. Het tempo van het Actieplan Wonen met zijn hoge percentage nieuwbouwkoopwoningen is afhankelijk van de afzetmogelijkheden. De inkomsten uit de nieuwe kavels ten behoeve van de woningbouw vormen de belangrijkste financieringsbron voor de herstructurering. Grondprijzen dalen als woningprijzen dalen. De financiële haalbaarheid van de geplande herstructurering komt daarmee onder druk te staan. De relatie tussen de ontwikkelingskosten van de nieuwbouw en de opbrengsten worden daartoe zorgvuldig gemonitord. De renovaties lopen over het algemeen op schema en worden uiterlijk in 2014 afgerond. Vanwege het lange besluitvormingsproces rond de A4 zijn de renovaties Eksterlaan en Zwaluwenlaan Even enkele jaren
24
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
doorgeschoven. Bij het project ’Pieter Karel Drossaartstraat kluswoningen’ vindt de gevelrenovatie op korte termijn
plaats en start begin 2013 een pilot-samenvoeging van een beneden- en bovenwoning.
Figuur 2.1 Prestatieafspraken Actieplan Wonen, voortgang projecten Project
Afspraak
Stand van zaken (eind 2012)
Nieuwbouw Spiegelhof
Gereed 2010
Gereed in 2010 - 2012
Van der Werffstraat
Gereed 2011
Gereed 2012
Samuel Esmeijerstraat (CPO)
Gereed 2011
Gesloopt, prognose nieuwbouw: 2014 gereed
’t Palet/ Stadsleven
Gereed 2012
In uitvoering, 2014 gereed
Stadsherstel
Geen
Prognose: 2013 gereed
Overig Babberspolder-Oost
Gereed 2014
Prognose: 2016 gereed
Fase 1 Toekomst Noord, HZO
Gereed 2014
Prognose: 2015 - 2016 gereed
Locatie VOP-Zuidoost
Geen
Prognose: 2014 gereed
Renovaties Wenenweg
Gereed 2010
Gereed 2011
Bonnweg laagbouw
Gereed 2010
Gereed 2011
Heerdehoeve
Gereed 2010
Gereed 2011
Albertine Agneslaan I
Gereed 2010
Gereed 2010
Toekomst-Zuid, Sperwerlaan
Gereed 2010
Gereed 2010
Rotterdamseweg
Gereed 2010
Gereed 2010 - 2011
Dirk de Derdelaan
Gereed 2010
Gereed 2010
Elckerlyc
Gereed 2010
Gereed 2010
De Bolder hoogbouw
Gereed 2010
Gereed 2010
Overig Hoevenbuurt
Gereed 2011
Gereed 2011 - 2012
Albertine Agneslaan II
Gereed 2011
Gereed 2011
Eksterlaan 10- en 13-hoog
Gereed 2011
Prognose: 2013 - 2014 gereed
Zwaluwenlaan Even
Gereed 2011
Prognose: 2013 - 2014 gereed
Gedempte Biersloot
Gereed 2011
Gereed 2011
De Wouthof
Gereed 2011
Gereed 2011
Nagelkruid
Gereed 2012
Loopt, prognose: gereed 2012 - 2013
Robert Schumanring (incl. 2k)
Gereed 2012
In voorbereiding, prognose: gereed 2012 - 2013
Lissabonweg 5- en 7-hoog
Gereed 2012
Gereed 2012
Lissabonweg 13-hoog
Gereed 2012
Gereed 2012
Bonnweg
Gereed 2012
In voorbereiding, prognose: gereed 2013
Salviastraat e.o. eengezinsw.
Gereed 2012
Loopt, prognose: gereed 2012 - 2013
Prof. Rutgerstraat (sterren)
Gereed 2012
Gereed 2012
Indische Buurt
Gereed 2012
Gereed 2012
Lombokstraat e.o.
Gereed 2012
Gereed 2012
Bangkastraat e.o.
Gereed 2012
Gereed 2012
PKD-straat e.o. kluswoningen
Vanaf 2012
Pilot samenvoeging in 2013, gevels 2013
Roland Holstraat / Valeriusstraat
Gereed 2012
Loopt, gereed 2012 - 2013
Vettenoordsestraat
Gereed 2012
Loopt, gereed 2012 - 2013
Haydnstraat
Gereed 2012
Loopt, gereed 2012 - 2013
Van Beethovensingel hoog
Gereed 2012
In voorbereiding, prognose: 2013 - 2014
Van Beethovensingel laag
Gereed 2012
In voorbereiding, prognose: 2013 - 2014
Markgraaflaan
Gereed 2012
Loopt, gereed 2012 - 2013
De Bolder laagbouw
Gereed 2012
In voorbereiding, prognose: 2013
25
Ambitie 2 Wij staan voor het Actieplan Wonen
Renovatie, nieuwbouw en sloop (MR) In de begroting 2012, zoals opgesteld in de herfst van 2011, was rekening gehouden met de oplevering van 781 woningen na renovatie in 2012. Bovendien zouden 420 andere woningen aan het einde van het jaar in de bouwfase van de renovatie verkeren. De werkelijke cijfers wijken aan het einde van 2012 af van de begrote aantallen: 584 woningen waren opgeleverd na renovatie en bij 256 woningen was de bouwfase van de renovatie gaande. De verklaring ligt in het feit dat een deel van de woningen eerder is gerenoveerd dan gepland (nog in 2011) en een deel van het renovatieproces naar achteren is verschoven (2013 - 2014). De nieuwbouw verloopt voorspoediger dan voorzien: er zijn vorig jaar 106 woningen opgeleverd (begroot: 77) en de bouw van 103 nieuwbouwwoningen is gestart (begroot: 151). De sloop van 332 woningen was voorzien. Deze woningen zijn daadwerkelijk gesloopt. De aard van de verschillen in begrote en gerealiseerde aantallen en de uitleg daarvoor, vindt u in de overzichten per wijk.
Spiegelhof in Babberspolder
de 44 woningen van Vlaardings Geluk. 52 woningen in het torentje en 36 dekwoningen zijn in aanbouw. Sloop: 322 woningen van de deelplannen 5a, 7 en 8 zijn gesloopt.
Figuur 2.2 Totaal aantallen renovatie / nieuwbouw / sloop in 2012 Proces
Status
Renovatie Nieuwbouw
Aantal begroot
Aantal werkelijk
onderhanden per 31-12-12
420
256
opgeleverd in 2012
781
584
onderhanden per 31-12-12
151
103
77
106
332
332
opgeleverd in 2012 Sloop
gesloopt in 2012
Stedelijke vernieuwing Babberspolder-Oost (BPO) Gebiedsvisie 2030: Het Actieplan Wonen is in uitvoering. In Vlaardinger Ambacht/Babberspolder-Oost worden op grote schaal woningen gesloopt en nieuw gebouwd voor een brede doelgroep. De nadruk ligt hierbij op jonge gezinnen. Kinderen en jongeren groeien straks op in een vertrouwde, veilige omgeving. De wijk is schoon, heel en veilig en de leefbaarheid van de wijk wordt samen met bewoners op peil gehouden (Bron: gebiedsvisie Ambacht).
In de wijk Babberspolder-Oost vindt grootschalige sloop plaats van 1.400 kleine en kwaliteitsarme woningen. Dit zijn voornamelijk portiekwoningen zonder lift. De eenzijdige opbouw van de wijk maakt plaats voor een variatie aan huur- en koopwoningen. Door de stedelijke vernieuwing wordt het voor de bewoners mogelijk een wooncarrière te maken in hun wijk. De herstructurering in deze wijk wordt doorgezet, maar het tempo wordt aangepast aan de (markt) ontwikkelingen. Figuur 2.3 Aantal renovatie / nieuwbouw / sloop in Babberspolder-Oost Proces Nieuwbouw
Status onderhanden per 31-12-12 opgeleverd in 2012
Sloop
gesloopt in 2012
Aantal begroot
Aantal werkelijk
122
103
29
58
332
332
Nieuwbouw: 29 woningen Spiegelhof G-types (Parkwoningen) zijn opgeleverd, evenals de eerste 29 van
Sloop en bouwproces • Spiegelhof (deelplannen 3 en 4) In het eerste half jaar zijn vrijwel alle woningen in de Spiegelhof verkocht of verhuurd. Het oprichten van VvE’s ten behoeve van de mandelige gebieden heeft eind 2012 plaatsgevonden. • Vlaardings Geluk – 1e paal 122 woningen (kavel 1-deelplan 9) De eerste fase van Vlaardings Geluk bestaat uit 122 grondgebonden eengezinswoningen: 78 in het koopsegment en 44 sociale huurwoningen. Via internetenquêtes en klantenpanels hebben potentiële bewoners meegedacht over de opzet, architectuur, indeling, prijs en het materiaalgebruik. Er bleek een sterke voorkeur te zijn voor tweelaagse woningen met een kap, in plaats van de beoogde drielaagse woningen met plat dak. Door deze interactieve planontwikkeling realiseren we Vlaardings Geluk conform de wensen van de doelgroep. Vlaardings Geluk trekt een nieuwe, jonge groep startende en doorstromende gezinnen naar de wijk. Dankzij een innovatieve bouwmethode met prefabonderdelen en de intensieve samenwerking met co-makers kon de speciaal gebouwde modelwoning al enkele maanden voor de start van de bouw worden bezichtigd. Nadat de eerste paal van Vlaardings Geluk in september 2012 was geslagen, konden de eerste woningen, voornamelijk sociale huurwoningen, al eind 2012 worden opgeleverd. Voor alle betrokken partijen, zoals nutsbedrijven en de gemeente Vlaardingen, vraagt het hoge bouwtempo een aanpassing van hun werkzaamheden. Daarover is regelmatig overleg geweest tussen de betrokkenen. • Vlaardings Geluk fase 2 (kavel 1, deelplannen 6 t/m 8) Waterweg Wonen, ERA Contour en de gemeente Vlaardingen zijn, na de versnelde sloop van de deelplannen 7 en 8, gestart met de planvorming voor dit gebied. Hier zijn circa 135 woningen voorzien. Ook de makelaardij en financieel adviseurs (hypotheken) worden bij deze planvorming betrokken. Het co-creatie
26
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Vlaardings Geluk: het nieuwbouwproject waarin de 1.250ste woning onder de vlag van het Actieplan Wonen wordt gebouwd
proces, vergelijkbaar met dat voor Vlaardings Geluk in fase 1, is tegelijk met de start planvorming ingezet. Zowel de start bouw als de oplevering zal naar verwachting plaatsvinden in 2014. Daarna volgen nog 115 woningen voor het resterende woonveld (deelplan 6). De aanleg van de wig tussen de Spiegelhof en het Vlaardings Geluk zal begin 2013 starten.
• Winkelcentrum e.o. – start bouw 26 september 2012 (kavel 2, deelplannen 5a en 10a) Na een intensief participatietraject met winkeliers is het nieuwe winkelcentrum Van Hogendorpkwartier ontwikkeld. Na de uitverhuizing van de winkeliers die in het middenblok van de Van Hogendorplaan waren gevestigd naar het Noordblok en het Zuidblok, kon in april worden gestart met de sloop van het middenblok (deelplan 5a). Eind augustus was het gebied bouwrijp en klaar voor de bouw van het nieuwe winkelcentrum. Voor de veiligheid van de omwonenden zijn de 272 woningen van de deelplannen 7 en 8 versneld gesloopt. Met de scholen is regelmatig contact, in verband met de bereikbaarheid, de veiligheid en mogelijke overlast. Het bestaat uit circa 6.500 m² bruto vloeroppervlakte verdeeld over zo’n 25 winkels: van klein tot groot, van filiaalbedrijf tot lokale ondernemer, van ‘intern’ verhuizende huurder tot nieuwe huurder. Eind 2012 is ongeveer 80% van de m2 verhuurd en op de overige 20% rusten opties. Boven het winkelcentrum komen 36 sociale huurwoningen en 18 terraswoningen (koop). 52 vrije sector huurappartementen worden gerealiseerd in de naastgelegen toren en er komen nog 19 koopeengezinswoningen. Ook wordt een ruim parkeerterrein gerealiseerd voor
het winkelend publiek en een afgesloten parkeerterrein voor de bewoners. Het winkelcentrum is functioneel én gezellig met een sterke sociale component. Het credo luidt immers: ‘Van Hogendorpkwartier, daar kom je elkaar tegen!’ De omgevingvergunningen werden in augustus 2012 afgegeven. Op 3 september startte de bouw, waarna op 26 september op feestelijke wijze de zogenaamde eerste paal werd geslagen.
In het eerste kwartaal 2012 is het Bestemmingplan Babberspolder-Oost onherroepelijk geworden. Gebiedsmarketing De gebiedsmarketing voor Babberspolder-Oost – die nu de naam Babberspolder-Nieuw heeft – begint haar vruchten af te werpen. Begin 2012 kwamen de eerste signalen dat het imago van Babberspolder een positieve verandering heeft ondergaan. Het negatieve begrip ‘achter de Van Hogendorplaan’ werd langzaam aan verleden tijd. Deze positieve trend is mede door de snelle voortgang van de bouw van Vlaardings Geluk en het Van Hogendorpkwartier verder doorgezet. Bezoekers zijn verrast over de ontwikkelingen in Babberspolder. Deze signalen versterken het vertrouwen van bewoners en winkeliers. Vanuit gebiedspromotie zijn er in 2012 drie markante momenten geweest, te weten: • het slaan van de eerste paal van Vlaardings Geluk; • het slaan van de eerste paal van het Van Hogendorpkwartier; • de manifestatie kerstmarkt. In Babberspolder, maar ook in Vlaardingen en in de regio, is de communicatie groots ingezet met diverse middelen: full-color advertenties in Algemeen Dagblad en Groot Vlaardingen ten behoeve van de Woonbeurs Vlaardingen, een item over onze Parkwoningen in TV-makelaar en de Open Huizendag, abri’s door de stad en op NS-stations, actuele informatie op onze websites (waterwegwonen. nl, babberspoldernieuw.nl, deparkwoningen.nl, vlaardingsgeluk.nl, vanhogendorpkwartier.nl), continue berichtgeving via de social media, een banner op Funda, etc.
Stedelijke vernieuwing Holy-Zuidoost Gebiedsvisie 2030:
Van Hogendorpkwartier in Babberspolder
Het Actieplan Wonen is tevens in uitvoering in de wijk Holy. In Holy-Zuidoost zijn woningen gesloopt en gerenoveerd en nieuwe woningen gebouwd. De bewoners van de wijk Holy zijn gericht op zichzelf
27
Ambitie 2 Wij staan voor het Actieplan Wonen
en op de eigen ruimte: op het gezin, de eigen woning en de directe buren. Men stelt prijs op rust, stilte en privacy. De bewoners zijn nuchter met een doe-maar-gewoon-mentaliteit. (Bron: gebiedsvisie Holy)
De visie van de wijk Holy-Zuidoost bestaat uit het renoveren van circa 1.000 woningen, het slopen van ongeveer 800 woningen (veelal flats zonder lift) en het realiseren van 430 eengezinswoningen en 100 appartementen in het middensegment. Deze activiteiten moeten plaatsvinden in de periode tot 2020. Vanaf 2004 zijn verschillende renovatieprojecten ontwikkeld en uitgevoerd. Het grootste deel van de renovatieopgave is inmiddels gerealiseerd. De grootschalige sloop- en nieuwbouwactiviteiten die in HolyZuidoost zouden starten in 2013, zijn in de nieuwe APWprogrammering één jaar later gepland.
Projectlogo De Nieuwe Vogelbuurt
Figuur 2.4 Aantal renovatie / nieuwbouw / sloop in Holy-Zuidoost Proces
Status
Renovatie
onderhanden per 31-12-12
Aantal begroot
Aantal werkelijk
248
-
opgeleverd in 2012
Renovatie: de projecten Eksterlaan 13-hoog (80 woningen) en Zwaluwenlaan Even (168 woningen) zijn niet gestart in 2012. Deze worden in 2013 - 2014 uitgevoerd. • Eksterlaan In de maand juli zijn projectvoorstellen uitgewerkt voor de complexen Eksterlaan 13-hoog (80 woningen) en Eksterlaan 10-hoog (140 woningen). Voor het eerste complex stellen wij de Vereniging van Eigenaren voor om de mechanische ventilatie te verbeteren, de standleiding en balkonhekken te vervangen en hier gezamenlijk de kosten voor te dragen. De huurwoningen brengen we op standaardkwaliteit. De strategie voor de Eksterlaan 10-hoog is het doorzetten van de exploitatie en na 10 jaar de vrijgekomen woningen verkopen. Medio 2013 start de uitvoering. • Zwaluwenlaan Even In 2012 is onderzocht of een wijziging van het karakter van dit complex, om de woningen zo aantrekkelijk te maken voor een hoger marktsegment, wenselijk was. Uit dit onderzoek bleek een grote onbalans te ontstaan tussen de inzet van middelen en de uiteindelijk te verwachten opbrengsten. Om die reden is ervoor
De Toekomst in Holy-Zuidoost
gekozen het karakter (en daarmee de doelgroep) van dit woongebouw niet ingrijpend te wijzigen. Het overleg met Rijkswaterstaat over de te nemen geluidsmaatregelen in verband met de aanleg van de snelweg A4 is eind 2012 afgerond. Het is duidelijk welke maatregelen genomen moeten worden en hoe Waterweg Wonen en Rijkswaterstaat de onderlinge afstemming en samenwerking zien. De uitvoering van de geluidsmaatregelen door Rijkswaterstaat en de aanpak van de buitenkant door Waterweg Wonen zullen naar verwachting in 2013 starten.
• De Nieuwe Vogelbuurt: De Toekomst A3 architecten en Waterweg Wonen hebben het cascorenovatieproject De Toekomst in 2012 aangemeld voor de Gulden Feniks. Deze prestigieuze prijs looft het Nationaal Renovatie Platform ieder jaar uit voor de beste renovatie- en transformatieprojecten van Nederland. De Toekomst was genomineerd in de categorie Renovatie, samen met het Scheepvaartmuseum, het St. Ignatiusgymnasium en De Koningsvrouwen van Landlust (allen in Amsterdam). In deze categorie won De Koningsvrouwen van Landlust de Gulden Feniks. • De Nieuwe Vogelbuurt In 2012 heeft het marketingplan voor De Nieuwe Vogelbuurt (voorheen Holy-Zuidoost) vorm gekregen. De afdeling communicatie ontwikkelde de strategie, de huisstijl en de bijpassende communicatiemiddelen, zoals de website www.denieuwevogelbuurt.nl en het twitteraccount: @nwvogelbuurt. Op de Woonbeurs Vlaardingen in februari werd de nieuwe wijkstijl enthousiast ontvangen en dit leverde relatief veel geïnteresseerden op. Vanwege de vertraging in de plan- en contractvorming, zetten wij gedurende het jaar de marketing op een lager pitje. Na de verwachte ondertekening van de gebiedsovereekomst, samen met de gemeente Vlaardingen, zullen in 2013 de marketingactiviteiten weer worden opgepakt. Sluiting projectbureau Holy-Zuidoost Na tien jaar aanwezigheid in de wijk, heeft het projectbureau Holy-Zuidoost haar deuren gesloten. De fysieke aanwezigheid van Waterweg Wonen in de wijk was gezien het proces niet langer noodzakelijk. De werkzaamheden worden voortgezet vanuit het wijkkantoor in Babberspolder.
28
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Stedelijke vernieuwing Westwijk Gebiedsvisie 2030: In het kader van het Actieplan Wonen staat er tot 2030 bijzonder veel te gebeuren in de Westwijk. Gemeente en corporaties hebben te maken met een herstructureringsopgave van formaat. De fysieke aanpak duurt 20 jaar en in de tussentijd zal er veel aandacht zijn voor de mensen en de voorzieningen. In 2030 wonen ouderen in voor senioren geschikte woningen, die voldoen aan hun mogelijkheden en behoeften. Er wordt ruimte geboden aan alle verschillende doelgroepen. De Westwijk is een afspiegeling van de moderne samenleving. Duurzaamheid in gebouwen en infrastructuur is belangrijk. (Bron: Gebiedsvisie West)
Stedenbouwkundig plan In de tweede helft van 2012 zijn presentaties van het stedenbouwkundig programma gegeven aan vertegenwoordigers van de gemeente Vlaardingen, Woningstichting Samenwerking Vlaardingen en Waterweg Wonen. Dat het belangrijk is zicht te hebben op de fysieke ontwikkeling wordt onderschreven door alle partijen. De leefbaarheid van de wijk is daarbij een essentieel thema. Afgesproken is dat nu prioriteit wordt gegeven aan een toegesneden projectplan bij bovenvermeld programma. Een vervolgoverleg hierover zal op bestuurlijk niveau in het eerste kwartaal van 2013 plaatsvinden. Figuur 2.5 Aantal renovatie / nieuwbouw / sloop in de Westwijk Proces
Status
Nieuwbouw
onderhanden per 31-12-12 opgeleverd in 2012
Aantal begroot
Aantal werkelijk
48
48
• Nieuwbouwproject Werffhoven De bouw van de 48 woningen was in 2012 gereed. De woningen werden in enkele étappes opgeleverd. Met de komst van Werffhoven is de diversiteit van bebouwing en van inwoners in de Westwijk toegenomen. De bouw, de marketing en de verkoop van Werffhoven werden verzorgd door projectontwikkelaar Schouten de Jong. Het woonrijp maken door Waterweg Wonen.
Werffhoven in de Westwijk
• Samuel Esmeijerstraat/ Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO) Na besluitvorming eind 2011 over de nieuwe stedenbouwkundige randvoorwaarden, zijn de daaruit voortvloeiende grondtransacties in 2012 voorbereid. Naar verwachting passeren begin 2013 de akten. Daarna kan Waterweg Wonen de voorbereidingen voor het realiseren van ongeveer 40 betaalbare koopwoningen in Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO) afronden. Door het bureau BIEB zal begin 2013 de voorbereiding van de werving van geïnteresseerden in gang worden gezet. In het tweede kwartaal van 2013 zullen wij met het CPO-project naar buiten treden. Sluiting projectbureau Westwijk Het Projectbureau Westwijk van Waterweg Wonen aan de Floris de Vijfdelaan sloot in april haar deuren. Vanuit dit projectbureau werkte Waterweg Wonen aan de leefbaarheid in de Westwijk. Een aantal beproefde leefbaarheidsprojecten en werkwijzen, zoals Thuis in de Westwijk, is zo succesvol verlopen dat Waterweg Wonen nu heeft besloten deze in de reguliere werkzaamheden op te nemen. Daarmee is er een einde gekomen aan de experimentele fase van de aanpak van de leefbaarheid. Per 1 april worden de werkzaamheden voortgezet vanuit het hoofdkantoor.
Stedelijke vernieuwing Hoofdstedenbuurt De uitvoering van de in 2005 vastgestelde visie op de Hoofdstedenbuurt is in volle gang. In deze visie ligt de nadruk op het realiseren van 738 woningen met standaardkwaliteit. In een aantal complexen wordt daarvan afgeweken en is gekozen voor meer diversiteit in de woningtypen en woonvormen. Zo behouden we de flexibiliteit om deze woningen in de toekomst aan te passen aan de veranderingen in de maatschappij. Voor het schilderwerk is met bewoners gekozen voor een nieuw kleurgebruik, voor een levendiger, frisser en moderner aanzien. De materialen zijn duurzaam en transparant en geven een natuurlijke en rustige uitstraling. Waterweg Wonen maakt de woningen meer toe- en doorgankelijk voor senioren. In het kader van diversiteit van woonvormen verkopen wij de woningen aan de Bern- en Brusselweg.
29
Ambitie 2 Wij staan voor het Actieplan Wonen
Figuur 2.6 Aantal renovatie / nieuwbouw / sloop in de Hoofdstedenbuurt
Figuur 2.7 Aantal renovatie / nieuwbouw / sloop Centrum / Indische Buurt
Proces
Proces
Status
Renovatie
onderhanden per 31-12-12
Renovatie Nieuwbouw
Status
Aantal begroot
Aantal werkelijk
onderhanden per 31-12-12
172
256
opgeleverd in 2012
452
255
(1)
(1)
onderhanden per 31-12-12
opgeleverd in 2012 Nieuwbouw
opgeleverd in 2012
In 2012 verliepen de renovaties in de Hoofdstedenbuurt voorspoedig. Het Nagelkruid (172 woningen) is conform planning in uitvoering. Ten tijde van het opstellen van de begroting voorzagen wij voor 2012 de oplevering van de projecten Hoevenbuurt (177 woningen), Lissabonweg 5- en 7-hoog (145 woningen) en Lissabonweg 13-hoog (130 woningen). Deze zijn echter voor een groot deel al opgeleverd in 2011. Het complex aan de Bonnweg (91 woningen) – de laatste in de reeks van te renoveren flatgebouwen – zou naar onze verwachting in 2012 in voorbereiding zijn. Eind 2012 waren de werkzaamheden echter al deels in uitvoering (84 woningen) en 7 woningen waren al opgeleverd. • Nagelkruid Het project Nagelkruid (172 woningen) is volgens planning in het vierde kwartaal in uitvoering gegaan. Naar verwachting volgt in maart 2013 de oplevering. De aanbesteding is gunstig verlopen met een voordeel van d 0,5 mln. • Lissabonweg Het project Lissabonweg is uitgevoerd in co-creatie met projectontwikkelaar Dura Vermeer. Het proces is na afloop geëvalueerd en wordt op onderdelen verbeterd in het volgende project Bonnweg, dat ook in co-creatie wordt uitgevoerd. Het financiële voordeel ten opzichte van de begroting bedraagt d 0,5 mln. op de aanneemsom. Dit voordeel wordt weer tenietgedaan door extra kosten in verband met leegstand en het aanbieden van wisselwoningen. Nieuwbouw: hiermee wordt verwezen naar het Hospice NWN. Meer informatie over het hospice kunt u lezen onder ‘bijzondere doelgroepen’.
Stedelijke vernieuwing Centrum/ Indische Buurt Gebiedsvisie 2030: In het Actieplan Wonen wordt op de ambities voor het centrum hoog ingezet. Maar niet zonder reden: het centrum is immers de motor van de stad: dé plek waar alle Vlaardingers zich thuis moeten voelen en waar mensen van buitenaf hun vertier kunnen vinden. Het Centrumgebied is het visitekaartje van Vlaardingen. In het Centrumgebied zullen nieuwe bevolkingsgroepen komen wonen, die extravert en ondernemingsgezind zijn. (Bron: Gebiedsvisie Centrum).
De aard van het bezit van Waterweg Wonen en het karakter van het centrum vragen eerder om klein- dan grootschalige fysieke ingrepen. Afhankelijk van de omstandigheden kan het gaan om onderhoud, (schil)renovatie of sloopnieuwbouw. Vanuit de visie van het Actieplan Wonen worden strategieën voor verschillende complexen ontwikkeld.
onderhanden per 31-12-12
Aantal Aantal begroot werkelijk 329
329
29
opgeleverd in 2012
Renovatie: de projecten in de Indische Buurt (225 woningen) en Vettenoordse Polder (104 woningen) zijn afgerond. De pilot ‘samenvoeging woningen’ in de Pieter Karel Drossaartstraat zal later starten, vermoedelijk begin 2013. Nieuwbouw: hier refereren wij aan de nieuwbouw van Stadsleven, waarvan 29 woningen onderdeel uitmaken. De bouw start begin 2013. • Visieontwikkeling Van Beethovensingels hoog en laag In 2012 is de visie en projectopdracht gemaakt voor de complexen Beethovensingel hoog en laag. Bijzondere aandacht heeft de esthetiek van de woongebouwen gehad, evenals de plaatsing van schotelantennes en de verwaarloosde privé tuinen van het hoge zuidelijke blok. Er is gekozen voor een strategie waarbij wij beide complexen zonder plattegrondwijziging 25 jaar doorexploiteren. De voor- en zijgevels zullen in 2013 worden aangepakt, net als de binnenkant van de woningen. Extra kwaliteit wordt aangebracht door geluidsisolatie in de woning aan te bengen. Het vervangen van CV-ketels, de dakbedekking en de intercom is op dit moment nog niet nodig. • Pieter Karel Drossaartstraat (PKD-straat) e.o. In 2012 is gewerkt aan het visiedocument voor de PKD-straat e.o. Op deze plek wil Waterweg Wonen kluswoningen in de koopsector realiseren, waarbij beneden- en bovenwoningen worden samengevoegd tot een eengezinswoning. Vanwege maaivelddalingen is besloten deze woningen voorlopig niet te verkopen. Inmiddels is een pilot uitgewerkt waarbij Waterweg Wonen zelf een samenvoeging van een benedenen bovenwoning uitvoert, en deze vervolgens als eengezinswoning verhuurt in de vrije-sector. In de eerste helft van 2013 wordt de samengevoegde woning opgeleverd en zal worden besloten of de pilot een vervolg krijgt.
Verkopen en aankopen Koopmarkt De hypotheekmarkt is in 2012 steeds moeizamer gaan functioneren. De banken zijn uiterst terughoudend geworden in het verstekken van hypotheken. In 2012 is een begin gemaakt om geleidelijk de maximaal te verstrekken hypotheek terug te brengen naar maximaal 100% van de waarde van de woning, waardoor de consument eigen geld nodig heeft om een huis te kopen. Bovendien is het bedrag dat de klant op basis van zijn salaris kan lenen, neerwaarts bijgesteld. Vanaf 2013 moet de hypotheek volledig worden afgelost of is een gedeelte van de lening niet aftrekbaar voor de belasting. Deze aanpassingen betekenen dat de financieringsruimte voor koopstarters per 1 januari 2013 kleiner is geworden en de komende jaren nog wat verder afneemt.
30
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
De consument raakt zijn huidige woning niet of voor een veel lagere prijs kwijt, waardoor de mogelijkheden om door te stromen minder aantrekkelijk zijn. Wij constateren dat de verkoop van Koopgarantproducten wél goed loopt als gevolg van de combinatie van lagere aankoopprijzen en gegarandeerde terugkoop door Waterweg Wonen in geval van verhuizing. Figuur 2.8 Verkoopaantallen (MR) Proces
Soort
Verkoop bestaand bezit
Vrije verkoop
27
18
-9
Koopgarant
24
26
+2
Totaal
51
44
-7
Vrije verkoop
90
75
-15
3
2
-1
93
77
-16
144
121
-23
Verkoop nieuwbouw
Begroot Werkelijk
Erfpacht Totaal Totaal
Verschil
Met name voor de appartementen in de bestaande bouw dienden onvoldoende klanten zich aan. De langdurige onduidelijkheid voor wat betreft woonlasten en fiscale wetgeving deed veel potentiële kopers – met name starters – aarzelen over te gaan tot aankoop van een appartement. Ondanks de gedaalde prijzen durfden zij de stap niet te zetten. Daar waar wij in vorige jaren de gunstig geprijsde appartementen aan de Robert Schumanring veelal aan starters verkochten, tonen zij nu nauwelijks meer interesse. Bovendien ondervonden wij in dit complex concurrentie van de ruime keuze in particulier te koop aangeboden appartementen. Eengezinswoningen met het Koopgarantlabel vormen in deze tijd een zekere investering voor gezinnen en worden om die reden nog goed verkocht. De startersrenteregeling zoals aangekondigd in de begroting 2012 passen we niet toe vanwege de financiële risico’s. Wij hebben besloten vooralsnog geen nieuwe verkooparrangementen aan te bieden, gezien de externe ontwikkelingen. In 2013 zullen wij de wenselijkheid van kooparrangementen bekijken in het perspectief van een woningmarkt met dalende koopprijzen.
Totaal
Vrije verkoop
Koopgarant 20
Eengezinswoningen
22
2
Appartementen
22
16
6
Totaal
44
18
26
e 2.432.823
e 2.432.823
n.v.t.
Resultaat
Parkwoningen in Babberspolder
Bij 41% van de verkopen bedraagt de koopsom minimaal 90% van de onderhandse vrije verkoopwaarde. Bij 59% van de verkopen bedraagt de koopsom 70%, dan wel 75% van de onderhandse vrije verkoopwaarde. In 66% van de gevallen verkochten wij aan starters. De overige 34% werd verkocht aan doorstromers. Bij de Koopgarantwoningen is 45% verkocht aan mensen met een (beneden)modaal inkomen (in 2011 was dit nog 60%). Figuur 2.10 Verkoop woningen nieuwbouw 2012 Parkwoningen Vlaardings Geluk grondpercelen Werffhoven grondpercelen Totaal
Totaal
Vrije verkoop Erfpacht
3
1
68 6 77
Eigen bezit
2
24 vhe’s (verhuurd)
68
0
10 grondpercelen
6
0
0
75
2
34
• van de Parkwoningen (Babberspolder) zijn in totaal vijf van de 29 woningen verkocht, waarvan drie in 2012. De overige 24 woningen zijn verhuurd; • in project Vlaardings Geluk (Babberspolder) bezitten we eind 2012 nog 10 grondpercelen die door Era Contour afgenomen worden zodra klanten zich melden voor de laatste woningen; • in project Werffhoven (Westwijk) leverden we de laatste 6 grondpercelen waarmee Schouten de Jong alle woningen in het project realiseerde.
Continuering
Figuur 2.9 Verkoop woningen bestaand bezit 2012
Het aantal transacties komt uit op 44 woningen. We verkochten daarvan 26 woningen in Koopgarant, 2 meer dan begroot (24), en realiseerden in de vrije verkoop de afzet van 18 woningen (begroot 27). We konden in 3 gevallen zittende huurders enthousiasmeren tot aankoop van de eigen woning en verkochten één keer aan een huurder een lege woning met korting. Er werden 2 woningen teruggekocht, waarvan één eengezinswoning in de Indische Buurt, die binnen een half jaar weer is verkocht en één appartement in het complex De Toekomst, dat sinds november te koop staat.
De aangekondigde overheidsmaatregelen voor 2013 die de voordelen van het bezit van een eigen woning en de financieringsmogelijkheden beperken, hebben voor ons eind 2012 geleid tot een lichte stijging van de verkoopaantallen. Ondanks onze extra inspanningen, zoals badkamerverbouwingen op relatief hoog niveau en de woningen voorzien van nette laminaatvloeren,
31
Ambitie 2 Wij staan voor het Actieplan Wonen
leidden de aangekondigde overheidsmaatregelen voor Waterweg Wonen niet tot meer animo. Bij de geplande open huizen kwam nauwelijks meer publiek. Wij leerden dat het realiseren van een modelwoning geschikt is om een indruk te bieden van de indelingsmogelijkheden, maar dat dit niet meer verkopen genereert, zoals dat in voorgaande jaren het geval was. De tendens van starters om de ‘appartementsfase’ over te slaan bij de zoektocht naar een eigen woning, zal in 2013 nog meer bestendigen. De aangescherpte financieringseisen in combinatie met een soms hoge VvE-bijdrage in een aantal complexen, laat starters afhaken. Daarbij speelt de vrees om een (ouder) appartement in Vlaardingen na een aantal jaren met verlies te moeten verkopen, ook een rol. Het aantal appartementen dat te koop staat, en de hoeveelheid binnen één complex (zoals bijvoorbeeld aan de Robert Schumanring) pakt markttechnisch ongunstig uit.
Verwachting Waterweg Wonen moet alle zeilen bijzetten om voldoende woningen te verkopen in 2013. Het inspelen op de diverse wensen van kandidaat-kopers – bijvoorbeeld ten aanzien van de afwerking van de woningen, het bieden van pakketten daarvoor en/of een zeer scherpe prijsstelling – zijn te hanteren instrumenten. De woningen van Waterweg Wonen lopen in lijn met de landelijke prijsdaling.
Aankopen Waterweg Wonen heeft in 2012 in Babberspolder een (nog te bouwen) appartementengebouw gekocht met 52 woningen. Deze zullen als vrije-sector woningen worden verhuurd. Dit appartementengebouw ligt aan het winkelcentrum dat door Synchroon wordt ontwikkeld. De doelgroep voor deze huurwoningen bestaat uit de middeninkomensgroep. De huurprijs (circa d 700) is hierop afgestemd. Met deze aankoop maakt Waterweg Wonen de herontwikkeling van deze locatie mogelijk en verwachten we een doorstroming van senioren te bewerkstelligen. Binnen Vlaardingen is dit een gelegenheid om door te stromen met een inkomen boven de d 34.000. Grondaankopen In 2012 kocht Waterweg Wonen grond van de gemeente. De locatie van het Hospice NWN werd samen met Woningstichting Samenwerking Vlaardingen aangekocht:
2/9 deel is eigendom van Woningstichting Samenwerking Vlaardingen en 7/9 deel behoort Waterweg Wonen toe.
Verantwoording stichtingskosten nieuwbouw In 2012 zijn 29 Parkwoningen en 29 woningen van het complex Vlaardings Geluk opgeleverd. De stichtingskosten zijn per woning d 307.805 / d 230.792 (Parkwoningen incl./ excl. grond) en d 190.821 (Vlaardings Geluk). De onrendabele top van Vlaardings Geluk bedraagt d 50.250 per woning. In het complex Stadsleven worden 29 huurwoningen gebouwd met stichtingskosten van d 171.931 en een onrendabel deel van d 40.069.
Onrendabele investeringen (MR) Het strategisch voorraadbeleid van Waterweg Wonen bevat een groot aantal investeringen. Een deel daarvan is onrendabel. Waterweg Wonen kiest ervoor om in bepaalde projecten onrendabel te investeren, zodat woningen enerzijds betaalbaar en bereikbaar worden gehouden en anderzijds toch aan de kwaliteitseisen van Waterweg Wonen voldoen. In 2012 bestonden de onrendabele investeringen voor d 10,98 mln. uit afboekingen op voorgenomen projecten. d 9,11 mln. afboekingen wegens onrendabele inversteringen uit eerdere jaren zijn teruggenomen. In het resultaat van 2012 is d 1,87 mln. verwerkt ten laste van het resultaat. De stichtingskosten van het hospice zijn d 1.896.362. Dit bedrag is volledig onrendabel.
Woningvoorraad Aanpassen van voorraad naar prijsklassen Op 31 december 2012 had Waterweg Wonen 11.888 woningen in eigendom. Het bezit is opgedeeld in de volgende drie prijscategorieën: goedkoop, betaalbaar en duur. Het goedkope bezit heeft een subsidiabele huurprijs tot d 366,37. Dit bedrag komt overeen met de kwaliteits kortingsgrens uit de Wet op de Huurtoeslag (WHt). De hoogste aftoppingsgrens uit de WHt bedraagt d 561,98 en is de grens tussen de segmenten betaalbaar en duur. Woningen met een huur boven de huurtoeslaggrens behoren tot het dure segment en hebben een huurprijs vanaf d 664,66.
Figuur 2.11 Grondaankopen in 2012 Locatie
Kadastrale nummers
Prinses Margrietlaan (Hospice)
Sectie K nummer 4774 (gedeeltelijk)
Oppervlakte
Prijs
884 m² (7/9 deel van 1.136 m²)
d 213.171 (7/9 deel van d 274.077)
Deelplan 9 Babberspolder-Oost
Sectie G nummers 4330 t/m 4416
20.606 m²
d 1.007.319
Deelplan 5A Babberspolder-Oost
Sectie G nummers 4419 t/m 4423
20.145 m²
d 984.520
Stadsleven (’t Palet)
Sectie M nummers 56 en 57 (gedeeltelijk)
2.878 m²
d 988.250
32
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Figuur 2.12 Huurprijzen Huur per maand
Goedkoop
Betaalbaar
Duur
Duur > WHt
Totaal
Per 31.12.09
4.395
7.694
472
195
12.756
Per 31.12.10
3.898
7.977
548
200
12.623
Per 31.12.11
3.390
8.011
592
215
12.208
25
25
3
29
-9
-44
Nieuwbouw
(a
Aankoop(b
26
Terugkoop Koopgarant(c
2
Verkopen(d
-3
-27
Sloop(e
-321
-11
Verschuiving goedkoop -> betaalbaar(f
-238
238
Verschuiving goedkoop -> duur
-1
Verschuiving betaalbaar -> goedkoop
3
Verschuiving betaalbaar -> duur(g
-332 1
2
Verschuiving duur -> duur boven de huurtoeslaggrens
118 -2 -1
Verschuiving duur boven de huurtoeslaggrens -> duur Waarvan niet DAEB
1
13
-13
2.830
8.092
744
222
11.888
1
1
1
212
215
(h
Per 31-12-12
2
-3 -118
Verschuiving duur -> betaalbaar
-5
a. b. c. d. e. f.
Nieuwbouw: Spiegelhof eengezinswoningen Aankoop: Vlaardings Geluk eengezinswoningen Terugkoop Koopgarant: twee woningen waarvan één weer in 2012 is verkocht. Verkopen: in totaal zijn 26 woningen verkocht in Koopgarant en 18 woningen in de vrije verkoop. Sloop: in Babberspolder werden 332 woningen uit de exploitatie gehaald en gesloopt. Verschuiving goedkoop naar betaalbaar: - door instroom van 107 nieuwe huurders die de streefhuur betalen: een huurstijging van gemiddeld d 327 naar d 415. De streefhuur is hoger doordat bij renovatie de zittende huurders niet betalen voor de verbeteringen. Pas bij mutatie wordt de huur opgehoogd. - Bij 131 zittende huurders steeg de huur van gemiddeld d 357 naar d 370 door een combinatie van CV-naplaatsingen op verzoek van de huurder en stijgingen van huur en servicekosten (vooral energie). - De huurgrenzen zijn in 2012 opgehoogd met 1,3% terwijl de huurverhoging/ inflatie 2,3% bedroeg. Daardoor zijn woningen die tegen de grens van goedkoop/ betaalbaar aanlagen, van categorie veranderd. g. Verschuiving betaalbaar naar duur: - door instroom van 52 nieuwe huurders die de streefhuur betalen: een huurstijging van gemiddeld d 485 naar d 603. - Bij 66 zittende huurders steeg de huur van gemiddeld d 552 naar d 565. (zie voor een toelichting ook onder f). h. Verschuiving duur boven de huurtoeslaggrens naar duur: 13 woningen zijn bewust weer onder de huurtoeslaggrens gebracht.
Tabek 2.13 Overige verhuureenheden 2012
2011
Winkels en overige bedrijfsruimten*
141
164
Garages
551
560
Parkeerplaatsen
291
291
73
73
Bergingen Maatschappelijk vastgoed Woonwagens en standplaatsen Overigen (zendmasten) Totaal
7
7
11
11
4
4
1.078
1.110
* Afname van het aantal winkelpanden door de sloop van het middenblok aan de Van Hogendorplaan.
Niet opgenomen in dit staatje zijn de inmiddels 351 scootmobielplaatsen. De huurders betalen hiervoor geen huur, maar wel een bijdrage voor de energiekosten. Figuur 2.14 Huurtoeslag Jaar
Aantal
Gemiddelde matiging
Totaal bedrag matiging in december
2012
1.893
d 171,23
d 324.147
2011
2.030
d 171,59
d 348.327
2010
2.154
d 167,68
d 361.192
Huurders kunnen zelf aangeven of de huurtoeslag moet worden gestort op hun eigen bankrekening of direct op de rekening van Waterweg Wonen. Alleen in het laatste geval, bij matiging, ziet Waterweg Wonen dat een huurder huurtoeslag ontvangt. Huurders lijken minder te kiezen voor matiging nu de huurtoeslag via de Belastingdienst loopt. Dit verhoogt de kans op huurachterstand.
Kwaliteit van de woningvoorraad (MR) Waterweg Wonen heeft de ambitie om haar voorraad woningen aanzienlijk aan te passen: minder kwaliteitsarme en goedkope woningen, meer eengezinswoningen, meer woningen voor senioren en voor mensen met een fysieke beperking (sterrenwoningen). Het is onze ambitie woningen te ontwikkelen die voor alle doelgroepen toegankelijk zijn of die voldoende gebruiksflexibiliteit hebben, de zogenaamde levensloop vriendelijke woningen. We spreken om die reden – behoudens de huidige seniorencomplexen – niet langer over ‘seniorenappartementen’ of ‘woningen die exclusief beschikbaar zijn voor senioren’. Met de renovaties ‘sterrenkwaliteit’ maken wij van ‘gewone’ woningen een product voor senioren en voor mensen met een handicap, dat beter tegemoet komt aan de (zorg)vraag. Bovendien realiseert Waterweg Wonen een groot aantal scootmobielplaatsen.
33
Ambitie 2 Wij staan voor het Actieplan Wonen
Figuur 2.15 Voorraad woningen Type en kwaliteitsklasse
Aantal eind 2012
Minimum eengezinswoningen
102
Minimum eengezinswoningen met sterren
1
Standaard eengezinswoningen
1.639
Standaard eengezinswoningen met sterren
4
Nieuwbouw eengezinswoningen
198
Minimum appartementen
2.943
Minimum appartementen met sterren
9
% eind 2012
Aantal eind 2011
% eind 2011
4
} }
1,7
144
1,2
}
3.275 9
}
} }
0,9 13,8
24,8
379 1 1.383
3,1 11,4
26,9
Standaard appartementen
4.408
37,1
4.701
38,5
Standaard app. met sterren
2.106
17,7
1.831
15,0
Nieuwbouwappartementen
14
0,1
14
0,1
Nieuwbouwapp. met sterren
464
3,9
467
3,8
11.888
100,0
12.208
100,0
Totaal
Figuur 2.16 Kwaliteitsklasse Kwaliteitsklasse
Aantal eind 2012
% eind 2012
Bedrijfsplan aantal eind 2012
Bedrijfsplan % eind 2012
Aantal eind 2011
% eind 2011
3.045
25,6
3.055
25,8
3.654
29,9
10
0,1
Standaardklasse
6.053
50,9
5.824
Standaardklasse met sterren
2.104
17,7
Nieuwbouwklasse
212
Nieuwbouwklasse met sterren
464 11.888
Minimumklasse Minimumklasse met sterren
Totaal
10
0,1
49,2
6.084
49,9
2.322
19,6
1.835
15,0
1,8
180
1,5
158
1,3
3,9
462
3,9
467
3,8
100,0
11.843
100,0
12.208
100,0
Het omvangrijke ‘sterren’programma is anno 2012 nagenoeg verwezenlijkt. Naar verwachting komt deze in 2013 tot een afronding. Als gevolg van het genuanceerde herstructureringstempo in de Rivierzone, zal het complex Bolder-laag alsnog sterrenaanpassingen krijgen. De uitvoering van het project Van Riebeeckstraat is afhankelijk van de plannen van Stichting Philadelphia voor hun bijzondere doelgroepwoningen. Het is ons doel hierover in 2013 een besluit te nemen. Tabek 2.17 Aantal toegankelijke woningen op basis van sterren (MR) Aantal sterren
Omschrijving
1 ster
Woning zonder trappen
2 sterren
Rollator toe- en doorgankelijke woning
3 sterren
Rolstoel toegankelijke en rollator doorgankelijke woning
4 sterren
Rolstoel toe- en doorgankelijke woning
Totaal
Aantal woningen 2012
2011
2.575
2.741
338
338
2.397
2.238
179
180
5.489
5.497
In 2012 zijn de woningen van de complexen Lissabonweg 5-, 7- en 13-hoog door de renovatie op het niveau van drie sterren gebracht.
Middeninkomens voorzien van vrije sectorwoningen (MR) Om binnen de huursector doorstroming te kunnen realiseren en om middeninkomens te kunnen huisvesten, streeft Waterweg Wonen ernaar om in de toekomst meer vrije sector woningen in haar woningvoorraad hebben. In ons Bedrijfsplan 2012 - 2015 is het doel vastgelegd om
eind 2015 5% van onze woningvoorraad in het vrije sector segment te hebben. Mogelijkheden om dit te realiseren zijn de liberalisatie van sociale-huurwoningen en de nieuwbouw van vrije sector woningen. Om die reden is in 2012 besloten tot de aankoop van 52 vrije sector huurwoningen in Babberspolder. Daarnaast zijn wij in gesprek over de mogelijke aanschaf van 30 appartementen boven de nieuwbouw van de supermarkt Hoogvliet in het centrum van Vlaardingen. Aan negen nieuwbouw sociale huurwoningen in Vlaardings Geluk voegen we extra kwaliteit toe en verhuren deze tegen een passende huurprijs aan middengroepen. In 2013 zullen wij verder bekijken op welke wijze het aandeel van vrije sector huurwoningen in onze woningvoorraad verder kan worden vergroot. In het kader van het Actieplan Wonen heeft Waterweg Wonen in herstructureringsgebieden al fors ingezet op de realisatie van eigentijdse middeldure koopwoningen om de middengroepen te kunnen bedienen. De marktafzet is vanzelfsprekend bepalend voor het aantal woningen dat wij kunnen realiseren.
Een boom draagt zelf zorg voor het onderhoud, herstel en de vernieuwing van zijn wortels, bast en bladerdek om zo voor zijn bewoners en omgeving te kunnen blijven zorgen. Nu en in de toekomst.
Ambitie 3
Wij staan voor goed beheer
36
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Goed beheer (MR) van onze woningen en wijken is van levensbelang om schone, hele en veilige wijken, buurten en woningen te realiseren waar mensen – ook op langere termijn – graag wonen. Om goed te kunnen meten of we op de goede weg zijn, willen wij in overleg met de gemeente en andere partners de Sociale Index verder vormgeven, de databases helpen vullen met gegevens en samen de gewenste scores op de Sociale Index bepalen. Dat doen we door samen met de gemeente, zorg- en welzijnsinstellingen, scholen en allerlei andere maatschappelijke partners in samenhang te investeren in de buurten. Concreet zullen we onder meer de werkwijze van het succesvolle project ‘Thuis in de Westwijk’ uitrollen over andere wijken en buurten.
Activiteit
Score Realisatie
De bewonerscommissies beoordelen hun wooncomplex minimaal met een zeven.
-
Bewonerscommissies zijn in 2012 niet expliciet gevraagd om een oordeel over hun wooncomplex.
Bij de jaarlijkse buurtschouw moeten onze complexen als ‘schoon, heel en veilig’ worden ervaren.
+
In 2012 zijn in totaal negen buurtschouwen georganiseerd. De commissies beoordelen ons bezit over het algemeen positief. Voornaamste klachten zijn overbegroeiing en rommel in tuinen.
Samen met de gemeente en andere relevante partijen bepalen hoe om te gaan met de Sociale Index, wat wij daaraan kunnen bijdragen en welke normen we willen realiseren in de verschillende buurten van Vlaardingen.
+/-
Met behulp van de Sociale Index zijn metingen uitgevoerd op de onderwerpen sociale stijging, participatie, sociale cohesie en leefomgeving. Met name de Westwijk kent veel scores ‘kwetsbaar’. Normen zullen in 2013 benoemd worden.
Bij alle complexen waar het risico op sociaaleconomische kwetsbaarheid groot is, gaan wij samen met onze partners instromers individueel helpen om eventuele problemen aan te pakken en daarmee de kwetsbaarheid van het complex te verminderen.
+/-
Voor de uitrol van Thuis in uw Wijk over Vlaardingen is in 2012 een geactualiseerde lijst met kwetsbare complexen opgesteld (toename 800 woningen t.o.v. 2010). De presentatie aan de Huurdersraad van deze lijst vond plaats in december 2012. Uitrol van dit project over heel Vlaardingen gaat van start in 2013.
Bij eigen enquêtes over de tevredenheid van klanten over de verschillende vormen van onderhoud willen wij dat minimaal 90% van de bewoners tevreden is over het gedrag van medewerkers.
+
Planmatig onderhoud 85% Reparatie verzoeken 92%
De respons op eigen enquêtes over de tevredenheid van klanten over het reparatieonderhoud moet met 20% worden verhoogd t.o.v. 2011.
+
De respons is met 26% verhoogd.
Het aandeel formele klachten over ons beheer waarbij de huurder door de geschillencommissie in het gelijk wordt gesteld, is maximaal 20%.
-
In 33% van de gevallen werd de huurder in het gelijk gesteld. Het aantal klachten bij de geschillencommissie is wel afgenomen t.o.v. 2011.
Onderhoudswerkzaamheden in de Patrimoniumbuurt
37
Ambitie 3 Wij staan voor goed beheer
Schoon, heel en veilig (MR) Woongenot en leefbaarheid worden voor een groot deel bepaald door de woonomgeving. Het gaat om schone, hele en veilige woningen en wooncomplexen die staan in schone, hele en veilige buurten. Wij willen dit realiseren door te investeren in de sociale samenhang tussen bewoners en in het onderhoud van onze woningen. Dit zal leiden tot tevredenheid en geluk bij onze bewoners. Zo wordt Vlaardingen een (nog) fijnere stad om te wonen. Uit het imago-onderzoek dat Waterweg Wonen eind 2011 hield onder (o.a.) haar klanten, blijkt dat huurders een redelijk goed oordeel geven over de woningen en woonomgeving. Onze klanten oordeelden als volgt: schoon kreeg het rapportcijfer 3,3, heel 3,5 en veilig 3,3. Deze rapportcijfers zijn op een schaal van 1 - 5.
In het Zakgeldproject helpen kinderen de buurt schoonmaken rondom hun eigen flat, portiek of woning, in ruil voor zakgeld.
Bewonerscommissies is in 2012 niet expliciet gevraagd om een oordeel over hun wooncomplex te geven. Ook zijn in dat jaar zijn geen speciale enquêtes uitgezet die de tevredenheid meten van klanten over de mate waarin woningen als ‘schoon, heel en veilig’ worden ervaren. In 2013 wordt dit door de afdeling Sociaal Beheer opgepakt.
altijd terugkoppeling over de schouwresultaten aan de bewonerscommissies. Deze commissies beoordelen de schouw over het algemeen positief. Niet in alle wijken was behoefte aan een buurtschouw. Voor 2013 zijn inmiddels twee nieuwe verzoeken voor een buurtschouw ingediend.
Sociale Index (MR)
In het kader van een leefstijlenexperiment is een enquête over de woonbeleving in de Hoofdstedenbuurt uitgezet. 1.610 enquêtes werden verzonden, waarvan er 685 ingevuld retour kwamen. Met het experiment willen we onderzoeken of bemiddeling met inachtneming van leefstijlen tussen nieuwe bewoners en buurt, de tevredenheid over het wonen in de buurt bevordert. Zo kregen wij een goede indruk van de manier waarop bewoners over het leefklimaat in de flat denken. Een opvallende uitkomst was dat de meerderheid van de bewoners die reageerden het niet belangrijk vindt dat Waterweg Wonen activiteiten organiseert. Meer dan de helft van de bewoners gaf aan een vorm van overlast te ervaren, waarvan de meest voorkomende vormen geluidsoverlast en vervuiling zijn. Onze huurders voelen zich over het algemeen wel veilig in hun flat. Ook is de meerderheid niet van plan binnen twee jaar te verhuizen.
Sinds 2012 beschikt Vlaardingen over de Sociale Index. Daarmee wordt op wijkniveau gemeten op de onderwerpen sociale stijging, participatie, sociale cohesie en leefomgeving. De Sociale Index toont op inzichtelijke wijze de onderlinge verschillen tussen zes Vlaardingse wijken. Het instrument is toepasbaar als indicator voor wijkachterstanden en is (in combinatie met aanvullende onderzoeksgegevens) een mogelijk vertrekpunt voor beleidsbepalers op het gebied van wijkontwikkeling en zorg en welzijn. De belangrijkste en meest opvallende resultaten uit de eerste Sociale Index in Vlaardingen zijn dat op het thema ‘sociale stijging’ in Centrum, Westwijk en HolyZuid de scores aangeven dat de situatie ‘kwetsbaar’ of ‘problematisch’ is op de indicator schoolverlaten. Daarnaast heeft de Westwijk ook veel scores ‘kwetsbaar’ op thema’s als participatie en sociale cohesie en kent ook het Centrum veel scores ‘kwetsbaar’ op het gebied van de leefomgeving.
Buurtschouw In 2012 werden door Waterweg Wonen in diverse buurten in totaal negen buurtschouwen georganiseerd. Waterweg Wonen inspecteert de buurt hierbij samen met gemeente Vlaardingen en politie. Vervolgens gaan wij aan de slag met die zaken waar wij verantwoordelijk voor zijn. Het belangrijkste aandachtspunt is het goed beheer van individuele tuinen gebleken. De voornaamste klachten hierover zijn overbegroeiing en rommel in tuinen. Er volgt
Veilige en schone woonomgeving (MR) Schoonmaakwerkzaamheden Waterweg Wonen concludeert dat de schoonmaak in de hoogbouw goed verloopt. In complexen met een complexbeheerder zijn nagenoeg geen klachten over de schoonmaakwerkzaamheden geweest.
Figuur 3.1 Themascores Vlaardingen Westwijk
Holy-Zuid
Centrum
Vlaardinger Ambacht
Oostwijk
Totaalscore Sociale stijging Participatie Sociale cohesie Leefomgeving Probleem (1 t/m 2,9)
Zeer zwak (3 t/m 4,6)
Kwetsbaar (4,7 t/m 6,2)
Voldoende (6,3 t/m 7,8)
Sterk (7,9 en hoger)
Holy-Noord
38
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
De schoonmaakbedrijven zijn in deze complexen flexibel en het schoonmaakprogramma wordt meer als leidraad gebruikt dan als taakstelling. De kwartaalgesprekken met de schoonmaakbedrijven hebben hun vruchten afgeworpen. In de portiekflats was men iets minder tevreden over de schoonmaakwerkzaamheden dan in de hoogbouw. Gedurende het jaar 2012 ontving Waterweg Wonen in totaal 26 klachten van bewoners over de schoonmaakwerkzaamheden. De klachten varieerden van het niet verschijnen van de schoonmaakploeg tot het slechts gedeeltelijk uitvoeren van de werkzaamheden in de portieken. In enkele gevallen bestond er onduidelijkheid over het schoonmaakprogramma. Deze klachten worden geregistreerd en na de afhandeling ontvangt de huurder een terugkoppeling. In 2013 zullen wij nadenken over een andere organisatie van de controle van de schoonmaakwerkzaamheden. De controlefunctie van de wijkmeesters staat onder druk, omdat hun aantal in de wijken is afgenomen. De verantwoordelijkheid voor een juiste uitvoering van de werkzaamheden zal in toenemende mate bij de schoonmaakbedrijven zelf komen te liggen. Overlast Mensen met een laag inkomen en anderen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt, staan bij Waterweg Wonen voorop. In complexen met veel kwetsbare huishoudens ervaren bewoners sneller overlast dan in complexen waar nauwelijks kwetsbare huishoudens wonen. Waterweg Wonen draagt actief bij aan het voorkomen en bestrijden van overlast. Dit doen wij zoveel mogelijk door bemiddeling in overlastsituaties. In uiterste gevallen nemen wij na een consistente dossieropbouw, gerechtelijke stappen. Een jurist van Huisvestingsadvocaten heeft in 2012 een presentatie gegeven aan de afdeling Sociaal Beheer over de (on)mogelijkheden in het aanpakken van overlast. Als leidraad voor de aanpak van overlast gebruiken wij een onze eigen overlastwijzer. Overlast van directe buren of achteruitgang van de buurt blijft een van de voornaamste redenen om te verhuizen. Klanten merken op dat door een gewijzigde samenstelling van de bewoners in een complex, de leefgewoontes niet meer goed matchen. Om die reden is Waterweg Wonen in de Hoofdstedenbuurt een pilot Leefstijlen gestart. Figuur 3.2 Aantal klachten Klachten verdeeld naar type
2012
2011
156
143
Stank/rommel/vernieling
57
87
Agressie/bedreiging
21
22
Psychiatrie
7
13
Onrechtmatige bewoning
2
3
Hanggroepen
8
3
Verslavingsproblematiek/drugs
9
3
Overig
36
33
Totaal
296
307
Geluidsoverlast
De meeste klachten zijn afkomstig uit de Holy-Zuidoost en het Centrum. Woonfraude Huurwoningen in de sociale sector zijn bedoeld om mensen met een laag inkomen of een kwestbare positie op de
woningmarkt te huisvesten. Er wordt het gehele jaar door scherp gelet op signalen uit de wijken over mensen die misbruik maken van onze huurwoningen. Onder misbruik verstaan wij onderhuur of het gebruik van de woning voor oneigenlijke zaken, zoals een hennepkwekerij. In 2012 zijn vier huurovereenkomsten opgezegd door de huurders na constatering van woonfraude c.q. onderhuur. Daarnaast zijn vier hennepkwekerijen ontmanteld in onze huurwoningen. Waterweg Wonen werkt bij de opsporing daarvan nauw samen met politie en gemeente. Betalingsgedrag De totale huurachterstand van de groep zittende bewoners bedroeg aan het eind van het verslagjaar 1,07% van de brutohuuropbrengst (d 727.000). In 2011 was dit 1,04% (d 628.000). Ontruimingen De landelijke trend laat in 2012 een toename van 10% van het aantal ontruimingen zien in vergelijking met 2011. In 2012 daalde het aantal ontruimingen bij Waterweg Wonen licht. 68 huishoudens (2011: 72) werden ontruimd op grond van huurachterstand en zes huishoudens op andere gronden. Zeven ontruimingen in 2012 (2011: 19) betroffen huishoudens in de tijdelijke verhuur. Bijna 40% van de ontruimingen vindt plaats bij huurders met een woonduur korter dan twee jaar. Van de in totaal 74 ontruimde woningen in 2012 waren 54 (2011: 57) niet in bewoonde staat. Twee ontruimingen betroffen garages. Figuur 3.3 Aangezegde ontruimingen 2012
% in 2012
2011
% in 2011
Ontruimd
74
46%
79
43%
Betalingsregeling
19
12%
16
9%
Alles betaald
34
21%
44
24%
Ontruimingspreventie
22
13%
29
16%
Overig
13
8%
14
8%
Totaal
162
100%
182
100%
Vanaf 1 januari 2012 heeft de gemeente Vlaardingen het project Ontruimingspreventie in het leven geroepen. Medewerkers van de gemeente begeleiden huurders die op het punt van ontruiming staan, mits zij voldoen aan enkele strenge voorwaarden. Het doel is om een fysieke ontruiming te voorkomen. Voor 2011 bestond daarvoor nog het Laatste Kans Project. Beide corporaties in Vlaardingen financieren het Ontruimingspreventieproject mee. Landelijk gezien valt maar de helft van de sociale woningvoorraad onder een Laatste Kans Project. Ondanks dat het aantal ontruimingen is gedaald bij Waterweg Wonen, ligt het aantal uitzettingen in Vlaardingen nog altijd hoog. Dat geldt ook voor het aandeel verlaten woningen.
Kwetsbare complexen / Thuis in uw Wijk De gemeente ontving d 1 mln. subsidie voor wijkinvesteringen in de Babberspolder, omdat de leefbaarheid en de sociale netwerken in deze wijk behoorlijk onder druk staan. Dit geld is onder meer bestemd voor Thuis in uw Wijk in de Babberspolder. Op 1 juli 2011 startte dit traject. De meest in het oog springende resultaten in 2012 zijn: • daling van het aantal gele kaarten uit Babberspolder met 100%, klachtenbrieven met 30% en de overlastklachten zijn licht afgenomen;
39
Ambitie 3 Wij staan voor goed beheer
Aangenaam wonen betekent veel meer dan wonen in een goed en prettig huis. Ook de buurt waarin u woont, speelt daarbij een belangrijke rol. Vroeger was het vanzelfsprekend dat buren elkaar kenden en dat zij het wel en wee van de buurt met elkaar bespraken. Tegenwoordig komt dat veel minder vaak voor. Toch zijn het nog steeds de bewoners die er samen voor moeten zorgen dat het prettig wonen en leven blijft in hun buurt. Zodat iedereen aangenaam kan wonen. Thuis in uw wijk
• in het tweede kwartaal van 2012 waren 94 huishoudens aangemeld bij de deurwaarder. In het laatste kwartaal waren dat nog 39 huishoudens; • het aantal huishoudens dat gebruik maakte van het project Ontruimingspreventie steeg licht. Er werd acht maal doorverwezen naar onder andere het budgetbureau, Maatschappelijke Dienstverlening Nieuwe Waterweg (MDNW) of de GGZ; • tien keer werd een pluscontract(2) opgesteld. Bij alle complexen waar het risico op sociaaleconomische kwetsbaarheid aanwezig is, helpen wij samen met onze partners individuele instromers om eventuele problemen ‘achter de voordeur’ aan te pakken en daarmee de kwetsbaarheid van het complex te verminderen. Voor de uitrol van Thuis in uw Wijk over Vlaardingen is in 2012 een geactualiseerde lijst met kwetsbare complexen opgesteld aan de hand van gegevens van de gemeente. Daarbij zagen wij een toename van 800 woningen in vergelijking met 2010. Indicatoren die wij daarvoor gebruiken zijn de percentages bijstandsgebruikers en niet-werkende werkzoekenden. De presentatie aan de Huurdersraad van deze lijst met kwetsbare complexen vond plaats in december 2012. Uitrol over geheel Vlaardingen gaat van start in 2013. Het project Thuis in uw Wijk moet zorgen voor positieve effecten op het gebied van plezierig wonen, kennen en gekend worden, inburgering en (financiële) zelfredzaamheid. Inmiddels passen wij de werkwijze van Thuis in uw Wijk breder toe binnen de organisatie. Bijvoorbeeld wanneer de afdeling Verhuur het vermoeden heeft dat een kandidaathuurder problemen heeft waarbij hulp nodig is. In een dergelijke situatie verwijzen wij de kandidaat-huurder door naar instanties om grotere problemen te voorkomen.
Thuis in
uw Wijk
Leefbaarheidsprogramma 2012 (MR) De speerpunten van het leefbaarheidsplan 2012 waren ‘schoon, heel en veilig’. De uitgevoerde activiteiten doen ook recht aan deze speerpunten. Tevens is er veel aandacht voor problemen als individualisering en isolement. Dat heeft zich vertaald in activiteiten die gericht zijn op het bij elkaar brengen van bewoners.
2 In een pluscontract staat precies omschreven aan welke regels de bewoners zich dienen te houden, zoals wanneer bewoners zich aan dienen te melden bij zorginstanties of de hulpverlening.
Figuur 3.4 Leefbaarheidsuitgaven Uitdaging
Totaal activiteiten
Begroot (e)
Werkelijk (e)
1. Prettige wijk met goede woningen
43
50.000
27.800
2. Inzetten op kwetsbare wijken in de stad
18
125.000
155.500
3. Inzetten op kwetsbare groepen
14
75.000
75.300
4. Bijdrage aan integratie en participatie
42
124.000
111.600
Leefbaarheid onderhoud Totaal
117
50.000
57.300
424.000
427.500
In het oog springende leefbaarheidsactiviteiten in 2012 waren: • Het WaWo Tientje (uitdaging 1) Met dit project stimuleert Waterweg Wonen individuele huurders om samen met hun buren in de straat of wijk activiteiten te organiseren. Het project is ingezet in de wijken Holy-Zuid, Holy-Noord, VOP en de Hoevenbuurt. Alhoewel het project in alle wijken een moeizame en lange opstartfase kende, resulteerde het in de Hoevenbuurt in Holy-Noord in een groot wijkfeest waaraan bewoners (zowel huurders als eigenaarbewoners), gemeente, politie en een school deelnamen. In de Hoevenbuurt heeft het project bovendien geleid tot een duurzaam samenwerkingsverband tussen een groep actieve eigenaren en een school in de wijk. Zij leverden ondersteuning bij de organisatie van het wijkfeest en later bij andere activiteiten. Voor het WaWo tientje was d 33.500 begroot voor vijf wijken. De werkelijke kosten bedroegen d 27.000. • Leefbaarheidsaanpak Floris de Vijfdelaan (Uitdaging 4) We hebben de organisatie Mijn Wijk In Balans ingehuurd voor het uitvoeren van een onderzoek naar de leefbaarheid in de Floris de Vijfdelaan. Dit onderzoek achtten wij noodzakelijk vanwege klachten die voortkomen uit problemen achter de voordeur, conflicterende leefstijlen en hangjongeren. Opdracht was om de problemen inzichtelijk te maken en vervolgens een aanpak te ontwikkelen samen met Waterweg Wonen. De beoogde outcome van het project is om bewoners met elkaar in contact te brengen en meer betrokkenheid bij hun leefomgeving te creëren. Een verrassende uitkomst was dat 14 van de 74 huishoudens een bijdrage willen leveren aan de leefbaarheid in de
40
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
wijk door ontmoetingsactiviteiten te organiseren of een ronde door de flat te lopen. Voor dit project was d 7.500 begroot. De werkelijke kosten bedroegen d 9.200. Overige leefbaarheidsprojecten die hebben bijgedragen aan het schoon, heel en veilig houden van de verschillende wijken, zijn het project Watch Out (uitdaging 2) en het zakgeldproject (uitdaging 2). Het zakgeldproject is in 2012 beëindigd, aangezien de kosten zich niet verhouden tot het resultaat (per kind).
Toezichthouders van het project Watch Out
Vooruitblik op 2013 Ook in 2013 zullen de speerpunten in het teken staan van ‘schoon, heel en veilig’: • Wij zetten onze wijkmeesters en complexbeheerders zo effectief mogelijk in; • Wij rollen het project ‘Thuis in uw wijk’ in meerdere wijken uit; • Wij blijven gebruik maken van de diensten van onze cliënten van Ipse de Bruggen voor het schoonhouden van de Babberspolder, de Westwijk en de Indische Buurt; • Wij blijven ondersteuning bieden aan vrijwilligers die leefbaarheidsactiviteiten willen organiseren.
Kunst en Cultuur (MR) Uit het imago-onderzoek blijkt dat bij het merendeel van de huurders (54%) niet bekend is dat Waterweg Wonen kunst projecten in de stad mogelijk maakt. 29% geeft aan dat Waterweg Wonen dit naar hun mening in beperkte mate doet. Investeren in kunst en cultuur: Sculpturen Hoofdstedenbuurt Bericht Indische Buurt banken Kunstproject VIA20 Kunstroute promoten
d 38.550 d 25.000 d 20.000 d 250
Kunst Hoofdstedenbuurt Bewoners van de Hoofdstedenbuurt hebben eind januari schetsontwerpen van drie kunstenaars beoordeeld. Zij kozen unaniem voor de beeldenroute van Jan Carel Koster. Het kunstproject bestaat uit drie uit steen gehouwen sculpturen. Deze verwijzen naar de hoofdsteden van Europa. Zij worden verspreid door de wijk geplaatst. De beeldenroute zal naar verwachting in juni 2013 worden onthuld, gelijktijdig met de oplevering van de laatste complexrenovatie van de Hoofdstedenbuurt. In september ging een afvaardiging van bewoners van de Hoofdstedenbuurt op atelierbezoek bij de kunstenaar, om de vorderingen zelf te aanschouwen.
Onderhoud Planmatig onderhoud In figuur 3.5 worden zowel de oorspronkelijke begroting met het activeren van onderhoud als de begroting zonder het activeren van onderhoud weergegeven. In 2012 is 90% van de begrote uitgave aan planmatig onderhoud daadwerkelijk besteed. Het aanbestedingsresultaat is volgens begroting gerealiseerd. Dit jaar is voor d 1,4 mln. extra werk uitgevoerd en voor d 0,5 mln. meerwerk op diverse projecten. De post extra activiteiten betreft onvoorzien meerwerk naar aanleiding van opleverpunten van renovatieprojecten (d 0,2 mln.), tegenvallers planmatig onderhoud, zoals houtrotherstel (d 0,3 mln.), asbestsanering (d 0,3 mln.), extra aanvraag hang- en sluitwerk (d 0,2 mln.), extra onderhoud sloopcomplex (d 0,1 mln.) en strategiewijziging Patrimoniumstraat (d 0,3 mln.). De kosten van deze extra werkzaamheden worden gecompenseerd door de planmatige werkzaamheden van keukens, badkamers en toilet voor een deel naar 2013 te verschuiven, d 1,4 mln. aan activiteiten op te nemen in 2014 omdat een alternatieve oplossing mogelijk is (toiletten en standleidingen Datheenstraat e.o.) en door d 2,2 mln. onderhoud op te nemen in het project Tramonta. In het kader van de veiligheid van onze klanten is opdracht verstrekt voor het aanbrengen van voorzieningen die de mechanische ventilatie van hoogbouwcomplexen centraal uitschakelen in geval van een industriële calamiteit (d 0,3 mln.). Aan advieskosten is d 65.000 meer besteed dan begroot. In 2012 is d 78.000 besteed aan het opbouwen van een Geografisch Informatie Systeem (GIS) waardoor geografische informatie – zoals fluctuerende grondwaterstanden – beter zichtbaar en daarmee controleerbaar worden. Het onderhoud wordt zo nauwkeurig mogelijk begroot op basis van de te verwachten werkzaamheden aan onze woningen. De belangrijkste werkzaamheden zijn schilderwerk, dakdekkerswerk en de vervanging van keukens, badkamers, toiletten e.d. Het onderhoud aan installaties zoals de verwarming is voor het grootste deel ondergebracht in contracten. Bij het begroten van de onderhoudskosten zijn de uitgangspunten van het strategisch voorraadbeleid (SVB) leidend. Daarin wordt de beoogde kwaliteit voorgeschreven en het jaartal van de beëindiging van de exploitatie. De meerjarenbegroting is een belangrijk gegeven in de financiële meerjarenplanning van de woningcorporatie. De conditiemeting is een gestandaardiseerde werkwijze om de onderhoudsstaat van de woningen middels inspectie vast te stellen. Op deze manier wordt de theorie van de onderhoudsbegroting getoetst aan de praktijk. Alle woningen worden eens in de drie jaar geïnspecteerd op de onderhoudsstaat. Daardoor komt het voor dat bepaalde geplande werkzaamheden een jaar eerder of juist later worden uitgevoerd. Dankzij de conditiemeting kunnen wij geplande onderhoudsbestedingen goed verantwoorden naar de bewonersorganisaties. Van bewoners kregen wij de suggestie om de geplande onderhoudswerkzaamheden in begrijpelijke taal toe te
41
Ambitie 3 Wij staan voor goed beheer
Figuur 3.5 Onderhoud (bedragen in c)
Onderhoud
Totaal begroot
Totaal begroot (geen activering)
Totaal realisatie (geen activering)
16.453.739
16.453.739
16.453.739
- 700.000
- 700.000
- 693.999
Overloop 2012 - 2013
- 6.982.966
- 6.982.966
- 6.795.930
Overloop 2011 - 2012
2.000.000
2.000.000
3.026.438
Planmatig onderhoud Planmatig onderhoud begroting 2012 Aanbestedingsresultaat
Extra activiteiten – meerwerk
1.943.083
Doorgeschoven activiteiten naar projecten en onderhoud 2014 Uitvoering 2012
- 4.082.692 10.770.773
10.770.773
9.850.639
- advieskosten
230.000
230.000
294.222
- ongeriefsvergoeding
150.000
150.000
20.481
- woonwinkel
100.000
100.000
Subtotaal
480.000
480.000
314.703
11.250.773
11.250.773
10.165.342
Bijkomende kosten
Subtotaal planmatig onderhoud Activering onderhoud
6.150.000
Totaal planmatig onderhoud
5.100.773
11.250.773
10.165.342
3.500.000
3.500.000
3.147.140
3.053.000
4.484.532
Correctief onderhoud - reparatieonderhoud activering reparatieonderhoud - mutatieonderhoud activering mutatieonderhoud
-500.000 3.053.000 -384.000
Totaal correctief onderhoud
5.669.000
6.553.000
7.631.672
Contracten en overig onderhoud
2.068.000
2.068.000
1.974.800
Totaal overig onderhoud
2.068.000
2.068.000
1.974.800
-641.135
-641.135
-504.063
12.196.638
19.230.638
19.267.751
Af: onderhoudslasten werkapparaat Totaal onderhoud
lichten. In 2012 hebben wij daarom een nieuwe wijze van rapporteren ontwikkeld. Daarin zijn de werkzaamheden van de meerjarenbegroting voor hun complex op een overzichtelijke wijze aangegeven. Deze planning van de werkzaamheden is daarnaast te raadplegen via het huurdersportaal mijn.waterwegwonen.nl. Wij verwachten op deze wijze bij te dragen aan een goede en transparante communicatie. Bij de uitvoering van onderhoud is binnen de sector een trend waarneembaar dat zowel de organisatie van het onderhoud als de verantwoordelijkheid in meer of mindere mate wordt overgedragen aan de aannemers. Dit staat beter bekend als ketenintegratie. In plaats van het aanbesteden van losse projecten, komen meerjarenafspraken tot stand waarbij aannemers invloed krijgen op het product en op de uitvoeringswijze. Voor Waterweg Wonen biedt dit niet alleen kostenvoordelen, maar betekent deze werkwijze ook dat wij minder uitvoeringsrisico’s dragen. Bovendien realiseren wij door een betere beheersing van het gehele proces, samen met de aannemers, een hogere klanttevredenheidsscore.
Bij Waterweg Wonen zijn wij met ketenintegratie gestart bij de renovatieprojecten. De projecten aan de Lissabonweg en de Bonnweg zijn daarvan voorbeelden. In 2013 zal deze werkwijze ook worden toegepast bij de renovatie van de Eksterlaan. Ten aanzien van het planmatig onderhoud zijn we gestart met ketenintegratie van werkzaamheden aan de binnenzijde van de woning, zoals de grootschalige vervanging van keukens, badkamers en toiletten. In 2013 beogen we ongeveer 25% van het planmatige onderhoud en 25% van de renovatieprojecten middels ketenintegratie uit te voeren. Behalve bij projecten, passen we ketenintegratie toe bij het contractonderhoud aan de installaties. Installatieonderhoud maakt circa 10% uit van het totale onderhoud. Deze contracten worden één voor één geactualiseerd en opnieuw aanbesteed. In de nieuwe contracten maken we meer gebruik van de expertise van de co-maker en realiseren we een hogere efficiency door meer gebruikmaking van automatisering.
42
Correctief onderhoud De uitgaven van het reparatieonderhoud liggen met d 3,15 mln. onder het budget van d 3,5 mln. Voor het mutatieonderhoud gaven wij d 4,5 mln uit. Dit bedrag ligt ruim boven de begrote d 3,1 mln. De uitgaven voor asbestsanering werden begroot op d 360.000 en kwamen uit op d 558.000 met een verdere d 36.000 voor aanvullend werk voortkomend uit asbestsanering. d 191.000 werd besteed aan verbeteringen waar directe huurinkomsten tegenover staan. Ten tijde van de begroting verwachtten wij conform de trend een afname van de mutatiegraad met 10%. In werkelijkheid nam het aantal mutaties – exclusief tijdelijke verhuur en sloop – in 2012 juist toe met meer dan 13%. (Woningen die uit de tijdelijke verhuur komen of worden gesloopt veroorzaken geen mutatiekosten.) De reguliere opzeggingen bestaan voor meer dan 16% (1 op 6) uit opzeggingen in verband met overlijden. Dit is een toename van bijna 10% vergeleken met 2011. Dit zijn vaak woningen die door een lange woonduur van de laatste huurder veel onderhoud nodig hebben. Dit zien wij dan ook terug in de mutatiekosten. Relatief hoge kosten zijn gemaakt in de complexen Muwi I (Babberspolder), de Datheenstraat e.o. (Westwijk) en in Holy-Noord. Woningen waarvan de bewoners eerder besloten niet deel te nemen aan een renovatie- of groot onderhoudsproject in hun complex, kwamen leeg en werden alsnog verbeterd. Dit geldt voornamelijk voor de Muwi en Holy-Noord. De hoge kosten In de Westwijk hebben een andere reden. Daar zijn de planmatige ingrepen meer dan 25 jaar geleden uitgevoerd. Volgens het voormalige SVB (2010) zouden deze complexen inmiddels opgeknapt zijn of binnenkort opgeknapt worden, vanwege strategische SVB keuzes zijn de werkzaamheden in de Westwijk naar later in de tijd verschoven. Dit (achterstallig) onderhoud komt nu bij mutaties naar voren.
Buurtschouw bij Lissabon Laag in Holy
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Figuur 3.6 Contractonderhoud en overig onderhoud Contractonderhoud Beheerkosten VvE
Begroting 2012
Realisatie 2012
1.100.000
d 1.314.200
916.000
663.600
Overig
52.000
-/- 3.000
Totaal
2.068.000
1.974.800
Op contractonderhoud is d 200.000 meer besteed, wat leidt tot lagere kosten voor dagelijks onderhoud in de toekomst. De contracten van individuele en collectieve CV en automatische deuren zijn geactualiseerd. In voorbereiding is de actualisering van de contracten van verlichting, groenonderhoud en liften. Dit verwachten we in 2013 te realiseren. De opbrengst bij ‘overig’ betreft een BTWvoordeel op leegstand. Figuur 3.7 Enquêtes renovatie en overig onderhoud Renovatietraject (tevreden tot zeer tevreden) Aantal enquêtes Score werk
Lissabonweg Hoog
Hoevenbuurt
78 (60%)
71 (46%)
7,0
7,3
Kwaliteit van het werk
73%
69%
Informatie
71%
74%
Medewerkers
71%
72%
Aannemer
69%
78%
Bron: schriftelijke enquête
Renovatie Lissabonweg hoog In 130 woningen aan de Lissabonweg is onderhoud gepleegd aan onder andere de keuken, douche en riolering. Ook zijn de entrees vernieuwd en zijn de complexen weer fris geschilderd. De bewoners van de Lissabonweg geven gemiddeld een 7,0 als rapportcijfer voor het renovatietraject. 57% is (zeer) tevreden over het werk, 34% deels tevreden/ ontevreden en 9% is (zeer) ontevreden. Over het algemeen vinden zij de kwaliteit van het werk goed. Als verbeterpunt werd de trage afhandeling van opleverklachten en schademeldingen opgegeven. De bewoners gaven aan niet tevreden te zijn over het nakomen van afspraken door zowel de medewerkers van Waterweg Wonen (59%) als door de vaklieden (55%). Zij moesten soms meerdere keren contact opnemen om uiteindelijk hun vraag beantwoord of klacht afgehandeld te zien. Het afwijken van de dagelijkse planning zorgde in enkele gevallen voor ergernis bij de bewoners. Wel zijn alle woningen binnen de vooraf gestelde termijn opgeleverd. Renovatie Hoevenbuurt In de Hoevenbuurt zijn 153 woningen voorzien van dubbelglas, nieuwe deuren, een keuken, douche en toilet. Daarnaast zijn de woningen geschilderd en zijn zij voorzien van een CV. 63% van de bewoners was (zeer) tevreden over het uitvoerde werk, 30% was deels tevreden/ deels ontevreden en slechts 7% was ontevreden. Het gemiddelde rapportcijfer voor de werkzaamheden was hier een 7,3. Bij dit renovatieproject heerste eveneens enige onvrede over het niet nakomen van afspraken en het niet informeren van bewoners over vertragingen in de planning. Op basis van dit geluid, hebben wij intern een proces in gang gezet om de communicatie richting bewoners vanuit de diverse partijen (Waterweg Wonen en aannemers) beter op elkaar
43
Ambitie 3 Wij staan voor goed beheer
klanttevredenheid over het planmatig onderhoud van 90%. Na afloop van het werk wordt aan bewoners door middel van een schriftelijke enquête gevraagd een oordeel te geven over de kwaliteit van het werk, de informatievoorziening, de medewerkers van Waterweg Wonen en de aannemer. Hieronder een weergave van de belangrijkste uitkomsten van de verschillende enquêtes. Figuur 3.8 Klanttevredenheid bij planmatig onderhoudsproject Planmatig onderhoudsproject (tevreden tot zeer tevreden)
Dr. Wiardi Beckmansingel e.o.
Aantal enquêtes
Lissabonweg Hoog in Holy
af te stemmen. De bewoners van de Hoevenbuurt bleken het minst tevreden over de kwaliteit van het schilderwerk. Slechts 53% was daarover tevreden. Aangezien de schilders in de regen hadden geschilderd, ontstonden vegen en vlekken. Bovendien was soms schilderwerk vergeten. Dit heeft ertoe geleid dat het schilderwerk deels opnieuw moest worden gedaan. Planmatig onderhoud Overeenkomstig de bij Wonen Plus gemaakte afspraak is in 2012 gemeten in hoeverre de klant tevreden is over het onderhoud aan de woning. Wij streven daarbij naar een
97 (28%)
Kwaliteit van het werk
77%
Informatie
86%
Medewerkers
86%
Aannemer
90%
Totaal
85%
De eigen servicedienst scoort in 2012 qua rapportcijfer gemiddeld iets hoger dan de externe aannemers. Beide scores vertonen een stijging in vergelijking met 2011 en liggen respectievelijk op en boven de norm van 90%. Bij de externe aannemers ligt de ‘wijze waarop de reparatie is uitgevoerd’ onder de norm met 85%. De reden daarvoor kan liggen in de wat complexere reparaties die zij uitvoeren in vergelijking met de werkzaamheden die door de servicedienst worden verricht. De respons op de enquêtes is in lijn met het beoogde resultaat zoals vastgelegd in ons bedrijfsplan, namelijk een verhoging met 26% ten opzichte van 2011. Figuur 3.9 Klanttevredenheid bij ontvangst reparatieverzoeken Reparatieverzoeken (ontvangst) (tevreden tot zeer tevreden)
Totaal 2012
2011
963
763
Klantvriendelijkheid van de medewerker die het reparatieverzoek aannam
93%
91%
Deskundigheid van de medewerker die het reparatieverzoek aannam
91%
87%
Bereikbaarheid van de corporatie met betrekking tot het melden van reparaties
94%
93%
Totaal
93%
90%
Aantal enquêtes
Bron: interne online/ schriftelijke enquête
Figuur 3.10 Klanttevredenheid bij uitvoering reparaties Reparatieverzoeken (uitvoering) (tevreden tot zeer tevreden)
Totaal
Externe aannem.
2012
2011
2012
2011
2012
2011
963
763
240
321
723
442
Klantvriendelijkheid van de medewerker die de reparatie heeft uitgevoerd
92%
91%
94%
93%
92%
89%
De wijze waarop de reparatie is uitgevoerd
86%
85%
90%
88%
85%
84%
Afspraak voor het uitvoeren van de reparatie nagekomen
94%
93%
95%
94%
94%
92%
Totaal
91%
90%
93%
91%
90%
88%
Aantal enquêtes
Bron: interne online/ schriftelijke enquête
De Heerdehoeve en de Nunspeethoeve in de Hoevenbuurt
Eigen Serviced.
44
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Geschillencommissie
Verhuur
Waterweg Wonen beschikt conform het reglement Geschillencommissie, over een onafhankelijke geschillencommissie. Deze is samengesteld uit drie leden: één lid vertegenwoordigt de huurders, één lid Waterweg Wonen en de voorzitter is onafhankelijk. In 2012 is de geschillencommissie acht keer bijeen geweest.
Toename huurcontracten Waterweg Wonen sloot in 2012 voor 897 woningen nieuwe huurcontracten af met particulieren. Dit is een toename van 8% ten opzichte van 2011, toen minder nieuwbouw huurwoningen werden opgeleverd. De toename is het grootst bij verhuringen aan drie- en meerpersoonshuishoudens. Dit is het gevolg van de verhuur aan de doelgroep middeninkomens/ eengezinswoningen in de Spiegelhof II, Parkwoningen en Vlaardings Geluk.
Totaal zijn in 2012 17 geschillen ingediend, ongeveer hetzelfde aantal als in 2011 (16). Van de 17 ingediende geschillen werden er tien niet ontvankelijk bevonden omdat in deze gevallen niet in eerste instantie een schriftelijke klacht was ingediend bij Waterweg Wonen. Dit is voor de geschillencommissie een voorwaarde om een geschil in behandeling te nemen. Deze geschillen zijn vervolgens alsnog als klacht ingediend en afgehandeld door onze organisatie. De norm voor het aandeel formele klachten over ons beheer waarbij de geschillencommissie de huurder in het gelijk stelt, is maximaal 20%. Zes geschillen zijn in behandeling genomen, waarvan twee gegrond werden verklaard (33%). Daarmee voldoen wij helaas niet aan de norm. Echter, het aantal gegrond verklaarde klachten is in vergelijking met 2011 constant gebleven. In dat jaar waren 16 geschillen in behandeling genomen en werden twee geschillen gegrond verklaard (12,5%). In 2012 zijn, net als in 2011, alle adviezen van de geschillencommissie overgenomen door de directeurbestuurder. De behandelde geschillen gingen onder meer over de schoonmaak van een trappenhuis en een schuur met vochtproblemen.
Huurbezwaarschriften Wanneer een huurder een huurbezwaarschrift wil indienen bij de Huurcommissie, zoekt Waterweg Wonen eerst nog samen met deze huurder naar een oplossing. Bij een inhoudelijke behandeling van een geschil betaalt een natuurlijk persoon, de huurder, d 25 aan leges en een stichting zoals Waterweg Wonen d 450. De partij die in het gelijk wordt gesteld krijgt de leges terug. In drie gevallen heeft de huurder geen leges betaald. Twaalf zaken – aangebracht door acht huurders – werden inhoudelijk behandeld. Twee keer betrof het een onderhoudsgebrek, één keer de huur van een geliberaliseerde woning en negen maal handelde het om stookkosten. Waterweg Wonen kreeg in tien gevallen gelijk. In twee zaken over stookkosten tijdens een renovatie (een tijdelijke situatie) werd de huurder in het gelijk gesteld. In 2012 hebben enkele huurders de formulieren om bezwaar te maken tegen de huurverhoging gebruikt om hun ongenoegen te uiten over het tempo van de aanstaande renovatie of sloop. Dit betrof met name het complex Zwaluwenlaan Even (vertraging vanwege de aanleg A4 en het overleg met Rijkswaterstaat). Deze formulieren zijn na overleg met de bewoners niet doorgestuurd naar de Huurcommissie, waardoor kosten voor leges werden voorkomen.
Figuur 3.11 Aantal huurcontracten Samenstelling huishouden
2012 in aant.
2012 in %
2011 in aant.
2011 in %
2010 in aant.
2010 in %
Eenpersoons
551
61,4
540
65,7
668
57,4
Tweepersoons
195
21,8
184
22,1
281
24,1
Drie- en meerpersoons
151
16,8
110
13,2
215
18,5
Totaal
897
100
834
100
1.164
100
Bijzondere/overige toewijzingen Naast de reguliere contracten zijn bovendien 96 contracten (2011:136) afgesloten als ‘bijzondere/ overige toewijzingen’. Dit betrof 92 tijdelijke contracten (2011:122) met uitzendbureaus die MOE-landers huisvesten (55), verhuringen anti-kraak (37) en vier verhuringen aan de Zonnehuisgroep, Stichting Philadelphia, Middin en een Cricketvereniging. In 2012 zijn 120 ‘overige contracten’ afgesloten (2011:149): dit waren 12 bedrijfsruimten (2011:10) waarvan tien in verband met verhuizingen vanwege de ontwikkeling van het Van Hogendorpkwartier en twee kantoren voor de Zonnehuisgroep en Buurtzorg Nederland. Ook verhuurden wij drie bergingen, 52 garages en parkeerplaatsen (2011:76) en 53 scootmobielplaatsen (2011:63). Onze 4 motelwoningen zijn in 2012 tien keer verhuurd (2011:7). Tijdelijke verhuur Die complexen die op de sloopnominatie staan, maar die niet op korte termijn worden gesloopt, worden – indien de staat van de woning het toelaat – tijdelijk verhuurd. Deze mogelijkheid wordt geboden door de Leegstandswet. Eind 2012 waren totaal 509 woningen tijdelijk verhuurd, zowel aan particulieren als aan uitzendbureaus die MOElanders huisvesten. 185 daarvan staan in de Babberspolder en 324 in Holy-Zuidoost. De woningen waarvan de staat tijdelijke verhuring niet meer toelaat, worden ontmanteld. Inkomenstoets in het kader van DAEB In 2011 werd in enkele uitzonderlijke gevallen een woning toegewezen boven de inkomensgrens van d 33.614. Het totaal aantal van 22 toewijzingen van de 945 beschikbaar gekomen sociale huurwoningen, lag binnen de 10% norm. Daarnaast zijn in 2011 in het kader van de Leegstands wet 77 woningen verhuurd aan uitzendbureaus die deze kamergewijs doorverhuurden aan MOE-landers. De inkomenstoets bij deze MOE-landers geschiedde op basis van werkgeversverklaringen en een aanvullende verklaring van de accountants van de uitzendbureaus. Waterweg Wonen was van oordeel op deze wijze tenminste materieel aan de wet te voldoen.
45
Ambitie 3 Wij staan voor goed beheer
Figuur 3.12 Aantallen huurcontracten per huurgrens Huurgrenzen =< kwaliteits kortingsgrens
> kwaliteitskortings grens =< laagste Aftoppingsgrens > aftoppingsgrens laagste aftoppingsgrens
Totalen
Eenpersoonshuishoudens Jonger dan 65 jaar, inkomen lager of gelijk inkomensgrens Wht*)
125
197
10
332
Jonger dan 65 jaar, inkomen hoger dan inkomensgrens Wht
29
111
13
153
65 jaar of ouder, inkomen lager of gelijk inkomensgrens Wht
10
38
4
52
5
7
2
14
169
353
29
551
14
69
21
104
23
37
63
65 jaar of ouder, inkomen hoger dan inkomensgrens Wht Totaal eenpersoonshuishoudens Tweepersoonshuishoudens Jonger dan 65 jaar, inkomen lager of gelijk inkomensgrens Wht Jonger dan 65 jaar, inkomen hoger dan inkomensgrens Wht
3
65 jaar of ouder, inkomen lager of gelijk inkomensgrens Wht
14
65 jaar of ouder, inkomen hoger dan inkomensgrens Wht Totaal tweepersoonshuishoudens
14
1
10
3
14
18
116
61
195
> kwaliteitskortings grens =< hoogste Aftoppingsgrens > aftoppingsgrens hoogste aftoppingsgrens
Totalen
Huurgrenzen =< kwaliteitskortingsgrens Drie- en meerpersoonshuishoudens Jonger dan 65 jaar, inkomen lager of gelijk inkomensgrens Wht
3
73
38
114
Jonger dan 65 jaar, inkomen hoger dan inkomensgrens Wht
1
16
20
37
4
89
58
151
191
558
148
897
65 jaar of ouder, inkomen lager of gelijk inkomensgrens Wht 65 jaar of ouder, inkomen hoger dan inkomensgrens Wht Totaal drie- en meerpersoonshuishoudens Totaal * De afkorting WHt staat voor Wet op de Huurtoeslag Huurgrenzen WHt Kwaliteitskortingsgrens (=maximale huurgrens huurtoeslag < 23 jaar) Laagste aftoppingsgrens (=aftoppingsgrens 1-2 persoonshuishouden) Hoogste aftoppingsgrens (=aftoppingsgrens 3 en meerpersoonshuishouden) Maximale huurgrens huurtoeslag > =23 jaar/ liberalisatiegrens Inkomensgrenzen WHt Eenpersoons, jonger dan 65 jaar Meerpersoons, jonger dan 65 jaar Eenpersoons, 65 jaar of ouder Meerpersoons, 65 jaar of ouder
d 366,37 d 524,37 d 561,98 d 664,66
d 22.025 d 29.900 d 20.675 d 28.225
In mei 2012 startte het controleprotocol van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Daaruit bleek dat de inkomenstoets door de accountant strikter werd toegepast dan in de wetgeving is aangegeven. Op dat moment was op basis van de woningtoewijzingen uit 2011 het beleid voor 2012 al bepaald. Aangezien Waterweg Wonen in staat bleek de toewijzingen binnen de 10% te kunnen waarborgen, was voor 2012 besloten een gedeelte van de woningtoewijzingen boven de in 2012 geldende grens van d 34.085 toe te staan, waarbij een maximum inkomen van d 39.000 is gehanteerd. Tevens was besloten om in het kader van de verhuurbaarheid de inkomensgrenzen voor 55+woningen los te laten. Op grond van het controleprotocol is eind juni 2012 de goedkeuring van de inkomenstoets door de accountant voor 2011 onthouden. De accountant meende dat de toets op inkomen uit vermogen voor de 77 woningtoewijzingen aan uitzendbureaus (voor de huisvesting van MOE-
landers) in 2011 niet voldoende was uitgevoerd. Ons verzoek om deze 77 woningtoewijzingen dan alsnog bij de 22 woningtoewijzingen boven de DAEB-grens in te delen, werd niet gehonoreerd. Wanneer in totaal 99 van 1.022 verhuringen boven de DAEB-grens waren toegewezen, zou er sprake zijn van 9,6% toewijzingen boven de inkomensgrens. Dit is binnen de gestelde norm van 10%. Na het bekend worden van het controleprotocol van de accountant, hebben wij de MOE-landers verzocht aanvullend een IB-60 formulier aan te leveren. De Belastingdienst weigerde echter IB-60 formulieren te verstrekken aan personen die niet in Nederland verbleven. Was de huurder in Nederland, dan werd het IB-60 formulier gestuurd naar het laatst bekende adres, bijvoorbeeld in Polen. Een verzoek van de uitzendbureaus om de IB-60 formulieren collectief aan hen te sturen werd niet gehonoreerd in verband met de wet op de privacy. Eén en ander heeft geleid tot een bezwaar van Waterweg Wonen
46
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
bij het ministerie. Als resultaat heeft het ministerie haar beleid aangepast. Huurders uit de Centraal Orgaan opvang A sielzoekers (COA) en studenten hoeven vanaf 2013 géén IB-60 formulier aan te leveren bij woningtoewijzing. In 2013 geldt voor MOE-landers dat zij een IB-60 moeten aanleveren waarop het (Nederlands) inkomen uit het voorgaande jaar is vermeld én het (Nederlands) inkomen uit vermogen. Het gevolg is dat de Belastingdienst haar beleid heeft moeten aanpassen. Zij verstrekt nu ook IB-60 formulieren voor MOE-landers als zij nog in het buitenland verblijven of wanneer het (Nederlands) inkomen onbekend is. Volgens het op het jaar 2011 gebaseerde beleid, heeft Waterweg Wonen in 2012 897 reguliere woningen toegewezen, waarvan er 84 zijn toegewezen aan huurders met een inkomen tussen de d 34.085 en de d 39.000. Dit komt neer op 9,3%, waarmee wij in 2012 binnen de norm van 10% zijn gebleven. Daarnaast zijn er 55 woningen in de Leegstandswet aan uitzendbureaus voor MOE-landers uitgegeven. Figuur 3.13 Verhouding inkomen/ huurprijs Inkomen in overeenstemming met de huurprijs Inkomen te laag voor de huurprijs Inkomen te hoog voor de huurprijs Totaal
2012
2012
2011
2011
786
87,6%
916
94,5
73
8,1%
40
4,1%
38
4,3%
14
1,4%
897 100,0%
970 100,0%
Bij de woonruimteverdeling in de stadsregio Rotterdam kunnen huishoudens met een laag inkomen in een duurdere woning gaan wonen. Waterweg Wonen vermeldt in de advertentie in de Woonkrant de huurtoeslag(on) mogelijkheden. Ook wijzen we kandidaathuurders in een persoonlijk gesprek op de consequenties van het huren van een (te) dure woning. In de praktijk leidde deze werkwijze er de afgelopen jaren toe dat vrijwel alle woningen passend zijn toegewezen. In 2012 zien we echter een forse toename van de ‘niet passend toegewezen’ categorieën van 5,5% naar 12,4%: De groep met een inkomen onder de inkomensgrenzen WHt die koos voor een woning boven de laagste of hoogste aftoppingsgrens groeide van 40 naar 73 huishoudens: 17 huishoudens (6 twee- en 11 meerpersoons-) trokken in een nieuwbouweengezinswoning in Vlaardings Geluk, ruim 30 huishoudens verhuisden naar appartementen in de Hoofdstedenbuurt en de Vogelbuurt-Noord in de Holy. De overige huishoudens vestigden zich verspreid over de stad. De groep van 38 huurders met een inkomen dat in principe te hoog ligt voor de huurprijs, bestaat vooral uit personen onder de 65 jaar met een inkomen tussen de d 22.025 en d 34.085. Zij wonen door de hele stad heen, maar bijna niet in seniorenwoningen. Figuur 3.14 Mutaties Jaar
2012
Aantal mutaties/ mutatiegraad
1.187
Aantal mutaties / mutatiegraad excl. sloop, tijdelijke verhuur en verkoop
Landelijke mutatie graad
10,0%
826
7,0%
Nog niet bekend
2011
1.200
9,8%
751
6,2%
7,9%
2010
1.265
10,0%
922
7,3%
7,9%
Het aantal mutaties is al enkele jaren stabiel. In 2012 muteerden exact 1.187 woningen (mutatiegraad:10,0%). Wanneer de mutaties in verband met sloop, tijdelijke verhuur en verkoop niet meegerekend worden en we de ‘natuurlijke’ mutatiegraad bezien daalt deze naar 7,0%, wat gelijk staat aan 826 mutaties. Dat is een lichte stijging ten opzichte van 2011. De mutatiegraad van Waterweg Wonen ligt boven de landelijke mutatiegraad.
Huurprijsbeleid In 2012 bleef het huurprijsbeleid ongewijzigd. Waterweg Wonen hanteerde ook dat jaar een inkomensneutraal huurbeleid als uitgangspunt: de huurder betaalt de huurprijs die de woning waard is. Dit noemen wij kwaliteitsconform huurbeleid. De kwaliteitsklassen uit het SVB waren leidend voor de formulering van het huurbeleid. Waterweg Wonen onderscheidde in haar huurbeleid streefhuurpercentages voor: • standaardkwaliteit (82%); • nieuwbouw (90%); • woningen met een sloopstrategie (intentiebesluit tot sloop) die in de prestatieafspraken met de gemeente verankerd zijn (72%). Waterweg Wonen zal binnen de huursombenadering maximaal gebruik maken van de mogelijkheden voor differentiatie in de huurprijsstijgingen en -bevriezingen. Maximale differentiatie is binnen de huursombenadering de snelste manier om de relatie tussen kwaliteit en prijs te verstevigen. Opgemerkt moet worden dat een inflatievolgend huurbeleid geen tot weinig ruimte geeft om te differentiëren. Waterweg Wonen kiest ervoor om bij het merendeel van de kwaliteitsinvesteringen (op basis van de kwaliteitsklassen) geen huurprijsverhoging aan de zittende huurders door te berekenen. Bij mutatie vindt harmonisatie-ineens naar boven plaats. Wanneer de nieuwe streefhuurprijs lager is dan de huidige feitelijke huurprijs, dan vindt er geen bijstelling naar beneden plaats. Nieuw huurprijsbeleid? Met de Huurdersraad zijn in 2011 en begin 2012 overleggen geweest over nieuwe uitgangspunten en vormgeving voor het huurprijsbeleid. Door de rijks- en marktontwikkelingen is er alle reden om het huurprijsbeleid breed te bespreken. Begin 2012 is besloten dit onderwerp niet verder in co-makerschap op te pakken. Hiervoor liggen de standpunten te zeer uiteen. Vanwege de onduidelijkheid op rijksniveau heeft Waterweg Wonen in 2012 geen nieuw huurprijsbeleid meer geformuleerd. Ook de huurronde 2012 is noodgedwongen inflatievolgend vormgegeven in plaats van inkomensafhankelijk. Reden is dat het rijksbeleidsvoornemen door de Eerste Kamer werd aangehouden. Hierdoor verviel de extra huurverhoging voor huishoudens met een inkomen van meer dan d 43.000. In het Regeerakkoord zijn weer nieuwe voornemens bekendgemaakt over het inkomensafhankelijk huurprijsbeleid en de te hanteren methodiek om het wettelijk maximum van huurprijzen te bepalen. We zullen het nieuwe huurprijsbeleid in 2013 oppakken, één en ander afhankelijk van hoe de discussie op rijksniveau verloopt.
47
Ambitie 3 Wij staan voor goed beheer
Figuur 3.15 Leegstandspercentage voortschrijdend 2,5% 2% 1,5% 1% 0,5%
Norm
December
November
Oktober
September
Augustus
Juli
Juni
Mei
April 2012
33
57
51
60
90
Totaal
50
Totaal
Verhuur
> 12 maanden
Verkoop stuwmeer
33
Verkoop Koopgarant
Renovatie
27
Verkoop
Sloop
1
> 3 en = <12 maanden
Bouwkundige staat
Logeerwoningen
Periode
5
9
6
0
13
94
3
5
0
6
0 154
8
14
6
6
13 248
Logeerwoningen:
deze woningen zijn niet in de verhuur, maar worden gebruikt om tijdens renovatie bewoners op te vangen. Sloop: door daadwerkelijke sloop staan veel minder woningen leeg dan voorheen (2011: 191, 2010: 327). Bouwkundige staat: leegstand vooral voor nader technisch onderzoek of in verband met verzekeringskwesties. Verkoop stuwmeer: 6 woningen in de Bern- en Brusselweg. Verhuur: ongeveer gelijk aan 2011 (14). Woningen staan langer dan drie maanden leeg vanwege asbestproblematiek soms in combinatie met een CV-naplaatsing of door het overlijden van een huurder waarbij de erfenis door de erfgenamen wordt verworpen. Vrije sector huur: eind 2012 en 2011 stonden geen woningen leeg, in 2010 nog 11.
Figuur 3.17 Acceptatiegraad 100% 90% 80% 70% 60% 50%
Norm
2011
December
November
Oktober
September
Augustus
Juli
Juni
Mei
April
Maart
40% Februari
Leegstand De leegstand is in 2012 verder opgelopen. Dit valt te verklaren door het vasthouden van seniorenwoningen voor het uitverhuizen van de bewoners van de Valkenhof Hoog. We hebben daarnaast nog steeds te maken met moeilijk verhuurbare 55+ woningen, vanwege het kameraantal of de slechte locatie (in hoeken of lagere verdiepingen zonder uitzicht). De reguliere leegstand ontstaat, los van de frictie leegstand, door woningen die we niet snel genoeg verhuren omdat kandidaten niet komen opdagen (no-shows). We hebben een aantal veranderingen doorgevoerd om dit probleem aan te pakken. De tijden voor groepsbezichtigingen zijn verzet naar 15.30 uur en 19.00 uur. De verwachting is dat op deze tijdstippen de opkomst groter is met als gevolg eerdere acceptatie. Andere maatregelen zijn het actief bellen van kandidaat huurders en het sturen van een e-mail wanneer een woningzoekende meerdere keren niet heeft gereageerd op een aanbieding.
2011
Figuur 3.16 H et aantal woningen dat per 31-12-2012 meer dan 3 maanden leegstond
Januari
Huurronde 1 juli 2012 De huurprijs van al onze sociale-huurwoningen is met de inflatie verhoogd (2,3%) met uitzondering van de woningen die huurbevriezing krijgen als gevolg van sloopplannen. Dit resulteerde in totaal 847 huurbevriezingen (6,9% van de woningvoorraad). De overige 11.370 woningen kregen de inflatoire huurverhoging (93,1% van de woningvoorraad). Bij de huurronde zorgden wij er overigens voor dat de huurliberalisatiegrens van d 664,66 niet werd overschreden. Dit om te waarborgen dat zittende huurders hun eventuele rechten op huurtoeslag behouden. Alle woningen met een geliberaliseerd huurcontract (huurprijs hoger dan d 664,66 per maand), kregen in 2012 een inflatievolgende huurverhoging, tenzij in het huurcontract anders is bepaald. De totale huursomstijging voor de woningen resulteerde in 2,1986%. Dit ligt onder het wettelijk maximum van 2,3%. De huurprijs van garages en vergelijkbare objecten is ook met de inflatie verhoogd.
Maart
Februari
0% Januari
Aanpassing WWS-punten Het vermelden waard is verder dat een WoningWaardering Systematiek (WWS)-puntenaanpassing in voorbereiding is op het gebied van luchtkwaliteit en geluidsoverlast. In de afgelopen jaren is de luchtkwaliteit verbeterd, wat resulteert in een aanzienlijke toename van het aantal WWS-punten en een daarmee samenhangende substantieel hogere streefhuurprijs. Ook de geluidsoverlastpunten komen niet overeen met de werkelijke overlast. De Huurdersraad is het op voorhand niet eens met de voorgenomen aanpassing van de puntenaantallen door Waterweg Wonen. Vooralsnog bestudeert de Huurdersraad de resultaten van Waterweg Wonen en gaan we ervan uit dat begin 2013 helder wordt hoe we op dit punt verder gaan.
2012
De acceptatiegraad ligt per eind 2012 op het niveau van eind 2011 en daarmee netjes boven de norm van minimaal 70%.
De boom biedt elk van zijn bewoners een fijn thuis. De een vindt rust en veiligheid in een nest, de ander in een vogelhuisje en weer een ander zoekt gewoon een rustig plekje in de schaduw.
Ambitie 4
Wij staan voor maatwerk
50
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Wij vinden het belangrijk om aan de vraag van onze klanten te kunnen voldoen met producten en diensten die zij ook echt willen tegen een prijs die zij ervoor over hebben. Onze klanten vinden ‘gewoon presteren’ niet goed genoeg. Zij nemen zelden genoegen met ‘nee, dit kan niet’. In principe lossen we elke vraag die zij hebben in overleg met hen op. Onze houding is er een van ‘ja, tenzij’, waarbij we de tenzij’s tot het minimum beperken. Om dat te bereiken moeten we onze klanten en hun wensen eerst beter leren kennen. Onze medewerkers zullen zich ten volle bewust moeten zijn van het belang van onze klanten.
Activiteit
Score Realisatie
We willen de eerste plaats in de directe omgeving innemen bij het huurlabel van KWH.
-
We hebben met een totaalscore van 7,82 een hogere score behaald dan woningstichting Maasdelta Groep (7,60) en een lagere score dan woningbouwvereniging Hoek van Holland (8,09).
Tijdige afhandeling van binnengekomen klachten. Minimaal 90% binnen de termijn.
+
91% van de klachten is tijdig afgewikkeld.
We nemen 85% van de telefoontjes naar het Woonpunt op binnen de gestelde norm van gemiddeld 30 seconden. Klantenpanels bij renovaties waarderen de renovatie minimaal met een zeven. Eind 2013 ervaart 50 procent van onze klanten de ‘jatenzij’-houding in hun contacten met Waterweg wonen.
Krantenknipsel uit Groot Vlaardingen
+/-
In 2012 is 75% van de telefoontjes binnen de 30 seconden opgenomen. Opgemerkt kan worden dat de huurders nog steeds tevreden zijn over de bereikbaarheid van Waterweg Wonen.
+
Het klantenpanel bij het complex de Lissabonweg waardeert de renovatie met een zeven en een half.
n.n.b. In 2013 zal begonnen worden met het opleiden van een groep medewerkers volgens de ‘ja, tenzij’ principes (aandacht, betrouwbaar, geruisloos en daadkracht).
51
Ambitie 4 Wij staan voor maatwerk
Om onze klanten beter te leren kennen voeren wij diverse onderzoeken en metingen uit:
Figuur 4.1 Score KWH-huurlabel
Imago onderzoek
Totaalscore
In 2011 heeft USP Marketing Consultancy een onderzoek uitgevoerd naar het imago onder onze belangrijkste doelgroepen. De huurders beoordelen het imago van Waterweg Wonen precies op de norm van 3,5. Het hoogst scoort vasthoudendheid/ lange termijn (3,6). ‘Vlaardings’, betrouwbaar en klantvriendelijk scoren met 3,5 op de norm. De punten ter verbetering uit dit onderzoek zijn: • kennis van haar klanten (3,1) • luisteren naar de wensen van de klanten (3,3) • oprecht interesse tonen in de klanten (3,3) • prijs-kwaliteitverhouding van onze producten en diensten (3,4) • één-op-één communicatie met onze huurders (3,4) Huurders die meerdere keren per maand contact hebben met Waterweg wonen zijn minder tevreden over Waterweg Wonen dan huurders die meerdere keren per jaar of nauwelijks contact hebben met Waterweg Wonen. Aannemelijk is te veronderstellen dat voornamelijk huurders met een klacht of probleem meerdere keren per maand contact hebben met Waterweg Wonen. Aanbevolen wordt om meer energie te steken in klachtenmanagement of het voorkomen van klachten.
KWH-Huurlabel Het KWH heeft in 2012 haar meetmethodiek aangepast. Zo is het bijvoorbeeld belangrijker dat de klanten tevreden zijn over de snelheid waarmee de telefoon opgenomen wordt, dan dat een norm wordt gesteld van 30 seconden of drie telefoonimpulsen. De beleving van de klant staat meer centraal dan voorheen. Dit sluit naar onze mening goed aan op onze ‘maatwerk’-ambitie. Ook is de methode van meten van periodiek naar continu gegaan. Dat wil zeggen dat de meting voorheen over drie maanden plaatsvond en we aan het einde van dit tijdsbestek de uitslag ontvingen. Nu wordt continu gemeten en kunnen we de resultaten online bekijken en bijsturen waar nodig.
Labelonderdeel
Score 2012
Regio (van de 72)
Grootteklasse (van de 33)
7,7
33e
7e
Contact
7,6
42e
10e
Bereikbaarheid
7,6
43e
1e
Communicatie en informatie
8,2
31e
13e
Klantcontact
Verhuizen Woning zoeken
8,2
6e
1e
Nieuwe woning
8,5
7e
1e
Huur opzeggen
7,9
e
53
29e
Reparaties
7,0
72e
33e
Onderhoud
7,6
53e
24e
7,1
18e
1e
Onderhoud
Klachten behandelen Klachten behandelen
Bron: KWH-onlinerapportage 2012 (schaal 1 t/m 10)
Ook uit de metingen van het KWH-huurlabel komen punten ter verbetering: • (80%) gesprekken binnen 30 seconden beantwoorden (huidige score: 5,0) • reactietijd e-mails binnen 48 uur (huidige score: 1,0) en terugbelnotitie binnen 24 uur (huidige score: 5,0) • probleemoplossend vermogen vergroten (huidige score: 5,6) • voorkomen van zelfde problemen in de toekomst (huidige score: 6,0)
Tevredenheidsenquêtes Figuur 4.2 Klanttevredenheid bij het betrekken van een woning Betrekken van de woning (tevreden tot zeer tevreden)
2012
2011
Aantal enquêtes
156
156
Dienstverlening
89%
88%
Ontvangen informatie
97%
98%
We hebben met een totaalscore van 7,82 een hogere score behaald dan woningstichting Maasdelta Groep (7,60) en een lagere score dan woningbouwvereniging Hoek van Holland (8,09).
Klantvriendelijkheid van de bij oplevering betrokken medewerker
97%
94%
De staat van de woning bij het betrekken
83%
75%
Totaal
94%
89%
Wij zijn nu nummer 33 van de 72 deelnemende corporaties in de regio en in vergelijking met corporaties uit onze ‘grootte’- klasse staan we op de zevende plaats van de 33. Landelijk staan we op plek 78 van de 168 woningcorporaties.
Bron: interne telefonische enquête
De norm van het KWH ligt voor alle onderdelen op minimaal een 7,0, met uitzondering van het onderdeel ‘klachten behandelen’ waar de voorgeschreven norm een 6,5 is.
Het resultaat van deze enquête ligt met 94% precies 5% boven de score van 2011 en 5% boven de norm van 89%. Het onderdeel ‘staat van de woning’ is met 83% aanzienlijk verbeterd ten opzichte van vorig jaar. Punt van aandacht is dat meerdere klanten opmerken dat de tijd voor het bezichtigen van de woning te kort is. Intern zal nagegaan worden of de bezichtigingsduur verlengd kan worden.
52
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Klachtenafhandeling
Figuur 4.3 Klanttevredenheid bij het verlaten van een woning Verlaten van de woning (tevreden tot zeer tevreden)
2012
2011
153
156
Prettig in de woning gewoond
72%
72%
Dienstverlening
92%
90%
Ontvangen informatie
98%
96%
Aantal enquêtes
Klantvriendelijkheid van de medewerkers die de controle uitvoerden
88%
90%
Totaal
87%
87%
Bron: interne telefonische enquête
Het resultaat van deze enquête ligt met 87% op het niveau van 2011 en 2% onder de norm van 89%. Het onderdeel ‘prettig in de woning gewoond’ ligt met 72% eveneens op het niveau van 2011. Onze huurders geven als voornaamste reden van vertrek aan, behoefte te hebben aan een ander soort woning. De reden ’overlast’ is weliswaar gezakt van de eerste naar de derde plek, maar blijft een punt van aandacht (zie ook ambitie 3).
Om inzicht te krijgen in de waardering van onze klanten voor onze producten en diensten maken wij gebruik van gele en groene kaarten. Voor complimenten zijn er de groene kaarten. Wanneer een klant een klacht heeft over Waterweg Wonen moedigen wij hem of haar aan dit aan ons kenbaar te maken door middel van een gele kaart. Vanzelfsprekend mogen ook klachten op andere manieren bij ons ingediend worden, zoals per brief, e-mail of via mijn.waterwegwonen.nl. De klachten worden centraal behandeld door de klachtencoördinator en geadministreerd in ons klachtenregister. De klant ontvangt binnen vijf werkdagen een ontvangstbevestiging, waarin staat dat hij binnen tien werkdagen schriftelijk antwoord krijgt en bij wie de klacht in behandeling is. Van elke klacht leren wij en in enkele gevallen leidt een klacht tot een aanpassing van ons beleid, proces of werkwijze.
Klanten geven als punt van kritiek aan dat ze geen mogelijkheid hebben om goederen ter overname aan te bieden aan de nieuwe huurder. Voor wat betreft het laminaat wordt dit veroorzaakt doordat we voor de asbestcontrole de laminaatvloer moeten verwijderen.
22 juni 2012 dden, overlast ha reden water water oende het Hierbij de complim n balkon bij zod ege om gel kt enten van J. van ons aa en Loon voor het oplos klacht betreffende Daar de bov lkons uitsparingen gem dat al het water van sen van zijn de wateroverlast op de ba laas is erheef bleem is nu in zijn tuin. zijn er in t even geduurd tkomt. He Hetwa aar het pro ech M ter ter en. n , maar uiteinde loz en afw in de tui gekomNu lijk is men overstag n te kunnen ons ede ach bij ten ben ns of het daadwerkel gegaan. e balko t maa al het naar da ijk om help gen Nog t bovenliggend oer zor bij een hevige regenbu afv en ls bedankt voor jullie inzet. grond geen i. er voor kunn de begane weg Wonen . Zou Water af te voeren t? kom oplossing een or rvo hie
16 december
Als belangrijkste reden van vertrek wordt door de huurder genoemd:(3)
Bij voorbaat
dank.
De heer J.
Figuur 4.4 Reden vertrek 2012
2011
Ander soort huurwoning (beneden/goedkoper/kleiner/ groter)
24%
18%
Wijziging gezinssamenstelling (trouwen/samenwonen/ scheiden/geboorte)
22%
17%
Overlast
14%
20%
Koopwoning
12%
11%
Woning met meer/betere voorzieningen(3)
8%
16%
Woning in een andere buurt
7%
4%
Sloop
2%
4%
Werk/studie
1%
3%
Niet meer zelfstandig kunnen wonen
1%
3%
Aankomende renovatie
1%
1%
Anders
8%
3%
100%
100%
Totaal
2012
Bron: interne telefonische enquête
Circa 31% (2011: 21%) van de respondenten is opnieuw naar een woning van Waterweg Wonen verhuisd, 29% (2011: 40%) naar een woning van een andere corporatie, 34% (2011: 30%) naar een koopwoning, 5% (2011: 6%) naar een particuliere verhuurder en tenslotte 1% (2011: 3%) naar een verzorgingshuis/verpleeghuis.
3 Als voorzieningen worden genoemd: betere isolatie, centrale verwarming, (g)een tuin en gelijkvloers.
van Loon
Van de 453 binnengekomen klachten waren er 427 ontvankelijk. Een groot deel van de niet ontvankelijke klachten had meer het karakter van een verzoek tot schadevergoeding of een verzoek tot vervanging van bijvoorbeeld het hang- en sluitwerk, een keuken of schuur. Ook ontvingen wij klachten over zaken waar wij niet eerstverantwoordelijk voor zijn, maar bijvoorbeeld de gemeente. In 2012 is 91% van de klachten binnen de daarvoor gestelde termijn van twee weken afgewikkeld tegenover 95% in het voorgaande jaar. Deze 91% is boven de door ons gestelde norm van 90%. Steekproefsgewijs bellen wij de klanten om hen te vragen of ze tevreden zijn over de geboden oplossing. Mijn.waterwegwonen.nl wordt door 9% van onze huurders voor het indienen van een klacht gebruikt. Figuur 4.5 Aantal klachten en complimenten Ontvangen klachten en complimenten
2012 aantal
Gele kaarten
175
2011 % aantal 39%
166
% 35%
E-mail
141
31%
165
34%
Brief
96
21%
107
22%
Mijn.waterwegwonen.nl
41
9%
44
9%
Totaal klachten
453
100%
482
100%
Groene kaarten
43
70
496
552
Totaal
53
Ambitie 4 Wij staan voor maatwerk
Telefonie De bereikbaarheid van Waterweg Wonen is in 2012 afgenomen vergeleken met 2011. Dit jaar is 75% van het telefoonverkeer binnen de 30 seconden wachttijd beantwoord (82% in 2011). Belangrijke reden is dat er veel telefoongesprekken binnenkomen over Woonnet Rijnmond en de woonpas. Dit als gevolg van het aanpassen van de website door Woonnet Rijnmond per 1 januari 2012. Klantvriendelijkheid onderzoek Maaskoepel In september werd Waterweg Wonen in opdracht van Maaskoepel enkele malen telefonisch benaderd door een mystery guest. Deze deed zich voor als klant en stelde diverse vragen over de wijze waarop Woonnet Rijnmond in verschillende situaties werkt. De vragen waren toegespitst op de regelgeving, de website, het automatiseringssysteem en de veranderingen die per 1 januari 2012 in dit woningverdeelsysteem zijn doorgevoerd. Waterweg Wonen kwam dit jaar als beste uit de bus en nam de prijs – een artistiek beeldje – in ontvangst. Met een 9,4 scoorden wij uitstekend. In 2010 was dit een 6,0 en in 2011 een 4,9.
De inschatting van de hoeveelheid telefoonverkeer en de benodigde formatie was gebaseerd op de verwachting dat het vermindering van het telefoonverkeer van de voorgaande jaren zou doorzetten, door een toename van het gebruik van mijn.waterwegwonen.nl. Dit bleek echter niet het geval. De doelstelling dat niet meer dan 1,5% van de telefoongesprekken langer hoeft te wachten dan 2 minuten is dit jaar niet gehaald. Moest in 2011 nog 1,4% van de bellers langer dan 2 minuten wachten, in 2012 is dit opgelopen tot 3,3% van de bellers.
Klantenpanel Door middel van klantenpanels krijgen wij inzicht in hoe bewoners een renovatieproject (hebben) ervaren. De uitkomsten gebruiken wij om onze werkwijze in het vervolg van het project aan te scherpen. In 2012 is een klantenpanel gehouden voor het complex Lissabonweg. Figuur 4.8 Score van klantenpanel voor complex Lissabonweg Lissabonweg
Figuur 4.6 T elefoongesprekken beantwoordingstijd <= 30 sec. (%, cumulatief) in 2012
Algemeen Eindresultaat van de woning
7,7
100%
Gehele traject
7,4
De verschillende fases
90%
Voorlichting vooraf
7,3
Uitvoering van de werkzaamheden
7,5
Oplevering
7,5
Werkzaamheden buiten de woning
7,7
70%
Totaal (norm > 7)
7,5
60%
Over het algemeen zijn de bewoners die in het klantenpanel zitting hebben genomen, tevreden. Wel wordt geconcludeerd dat de hele setting, de omstandigheden en het gebrek aan overzicht (mede) veroorzaken, dat bewoners tijdens de bouw regelmatig hun onvrede uiten. Bij terugkeer in de opgeknapte woning, echter, zien zij het eindresultaat en relativeren ze. Na circa drie maanden is de onrust van de renovatie vergeten en zijn zij over het algemeen blij met de aangebrachte verbeteringen.
80%
Norm
2011
December
November
Oktober
September
Augustus
Juli
Juni
Mei
April
Maart
Februari
Januari
50%
2012
Vanuit de klantenpanels zijn de volgende aanbevelingen gedaan die door ons zijn opgepakt: • Bewoners na oplevering van hun woning meer tijd geven om hun woning op orde te brengen, voordat zij worden terugverhuisd. Besloten is om de bewoners hier vijf dagen de tijd voor te geven; • Door betere afstemming tussen verschillende disciplines de bouwtijd verkorten. Bij de Bonnweg heeft dit geleid tot het terugbrengen van de bouwtijd van 20 naar 15 dagen.
Figuur 4.7 B eantwoordingstijd telefoongesprekken <= 2 min. (%, cumulatief) in 2012 3,5% 3% 2,5% 2% 1,5% 1% 0,5%
2012
December
November
Oktober
Augustus
Juli
Juni
Mei
April
Maart
2011
September
Norm
Februari
Januari
0%
54
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Onderstaande Figuur (4.9) geeft nog eens schematisch weer dat (individuele) klanten om meer maatwerk vragen.
Klantenpanel
Telefonie en balie
Klachtenafhandeling
Eigen enquêtes
KWH
Imago-onderzoek
Figuur 4.9 Aandachtsgebieden uit de verschillende onderzoeken
Kennis v/d klant Empathie Prijs/kwaliteit Communicatie (1 op 1) Beantwoordingstijd Gekozen oplossing
Om onze klanten beter en op maat te kunnen bedienen zetten wij in op:
1. ‘Ja, tenzij’ als basishouding van medewerkers
De houding van de medewerkers van Waterweg Wonen moet blijken uit de aspecten: a. Aandacht: zowel menselijk als zakelijk b. Betrouwbaar: beloofd is beloofd en het gebeurt deskundig c. Geruisloos: de interne processen zijn voor de klant ‘onzichtbaar’ d. Daadkracht: het snel, gericht, creatief en flexibel oplossen van vragen In 2013 zal begonnen worden met opleiden van een groep medewerkers volgens deze principes. Van hen wordt verwacht dat ze optreden als ambassadeurs en andere medewerkers meenemen om overeenkomstig deze principes te werken.
2. www.mijn.waterwegwonen.nl Met behulp van unieke inloggegevens heeft de huurder 24 uur per dag/ 7 dagen per week toegang tot specifieke informatie over de woning of het bedrijfspand.
In de eerste helft van 2012 is de site ‘mijn waterweg wonen’ uitgebreid met nieuwe functies. • Mogelijkheid tot het uploaden van foto’s bij het indienen van een reparatieverzoek • Controle op aanwezigheid van een bankrekening nummer bij het wijzigen van de incassomethode • Voorschot stookkosten zelf aanpassen Dit heeft helaas niet geleid tot meer gebruik van de website. De website had in 2012 6.220 unieke bezoekers. Gemiddeld waren de bezoekers 4 minuten en 23 seconden aanwezig op de website. Ter vergelijking: in 2011, 7.394 unieke bezoekers. Gemiddeld waren de bezoekers 5 minuten en 12 seconden op de website. Via de website zijn in 2012 968 reparatieverzoeken (in 2011: 979) ingediend. Er is daarnaast maar 171 maal persoonlijke informatie opgevraagd (in 2011: 555) en 284 maal een vraag gesteld (in 2011: 463). De site wordt vooral gebruikt voor het plaatsen van reparatieverzoeken en betalen van de huur. Voor huurders die internetbankieren bij de ING, ABN AMRO of Rabobank is er een nieuwe manier om de huur te betalen. Zij kunnen de ‘acceptgiro’ van Waterweg Wonen nu via de Finbox ontvangen. Alle huurders die maandelijks een acceptgiro van ons ontvangen (circa 5.000 huurders), kregen in de maand juli een brief waarmee zij geattendeerd werden op betaling via Finbox. Het huidige aantal aanmeldingen is 325 (6% van de acceptgiro ontvangers). Hierbij lopen we achter bij de verwachtingen. De doelstelling was 20%, vergelijkbaar met andere organisaties. In 2013 wordt bezien of een aanmeldportaal op onze website klanten over de streep kan trekken. In de markt wordt intussen 50% van de aanmeldingen via zo’n portaal verwerkt. Daarnaast zal onze kennisbank in 2013 gekoppeld worden aan de site. Zo beschikt de klant over dezelfde informatie als ons woonpunt. Dit zal de communicatie met de klant verder verbeteren. In 2013 zullen we bezien of we de normen voor de afhandeling van verzoeken/ klachten via mijn.waterwegwonen.nl verkorten. Tenslotte zullen we 2013 gebruiken om de site meer onder de aandacht van onze klanten te brengen. We willen het aantal gebruikers van mijn.waterwegwonen.nl en het aantal reparatieverzoeken en Ideal-betalingen via de site met 25% verhogen.
3. www.waterwegwonen.nl De website had gedurende het jaar 67.123 unieke bezoekers. Gemiddeld waren de bezoekers 2 minuten en 22 seconden aanwezig op de website. Ter vergelijking: in 2011 59.105 unieke bezoekers. Gemiddeld waren de bezoekers 2 minuten en 52 seconden aanwezig op de website. Achter de schermen is hard gewerkt aan de nieuwe website www.waterwegwonen.nl. De huidige website is zendergericht en biedt weinig mogelijkheden voor interactie met de klant. Bij het nieuwe ontwerp van de website staat de klant centraal. In het laatste kwartaal van 2012 hebben we de wireframes (bouwtekeningen van de website) vastgesteld. Er kan dus begonnen worden met de bouw. In de eerste helft van 2013 verwachten we de oplevering van de nieuwe website.
Het inlogscherm van mijn.waterwegwonen.nl
Ambitie 4 Wij staan voor maatwerk
4. Doelgroepdifferentiatie en social media Het doel voor 2013 is om onze in- en externe communicatiemiddelenmix dusdanig te optimaliseren dat wij de klant die informatie op die momenten en op die wijze kunnen geven, die hij of zij zelf wenst. a. De klant centraal – doelgroepdifferentatie Onze communicatiemiddelenmix willen we volledig afstemmen op de wensen van onze doelgroep. Dat doen wij door differentiatie aan te brengen in onze doelgroepen en de doelgroepen beter te leren kennen. De basis voor deze differentiatie is de indeling volgens SMART – agent in combinatie met de wooncarrièrefase waarin onze doelgroepen zich bevinden. Waterweg Wonen maakte mood boards van de vier doelgroepen. In 2013 gaan we dit verder uitwerken en toetsen bij de doelgroep zodat we waar nodig verbeteringen kunnen aanbrengen in onze communicatiemiddelenmix. b. Social media In het najaar van 2011 is Waterweg Wonen gestart met het gebruik van Twitter. In het najaar van 2012 zijn we gestart met Facebook. Eind 2012 hebben we 954 volgers op Twitter en 84 fans op Facebook. Met de inzet van deze nieuwe media willen we onze doelgroepen meer keuzes geven in hun informatievoorziening. Met Twitter en Facebook zijn er twee nieuwe media waarop de doelgroep het nieuws van onze organisatie kan volgen. Maar, belangrijker nog: met de inzet van deze nieuwe media willen wij de interactie met onze huurders bevorderen. Zo posten we bijvoorbeeld polls en geven we fans de gelegenheid om mee te doen met speciale acties. In 2012 hebben we het volgende gerealiseerd: • we monitoren wat er gezegd wordt en leeft op het gebied van social media • we reageren actief en snel op vragen via social media • we plaatsen iconen van onze social media kanalen op onze uitingen, zoals e-mail en internet
5. Vernieuwing woonruimteverdeling Waterweg Wonen wil zich bedienen van een meer op de klant gerichte benadering van woningbemiddeling, waarbij leefstijlen onderwerp van gesprek zijn met de woningzoekenden en waarin gezocht wordt naar een goede match van woningzoekende en toekomstige buurt. Hiertoe wil Waterweg Wonen bij de verhuur van woningen ook informatie verstrekken over de leefstijl in de wooncomplexen. We willen dit samen met bewoners(commissies) uitwerken. Eind 2011 is toestemming gekregen van de gemeente en de Stadsregio Rotterdam om in 2012 - 2013 het experiment ‘leefstijlen’ uit te voeren in de Hoofdstedenbuurt. In het experiment heeft de verhuurmedewerker de ruimte om een woningzoekende een alternatieve, gelijkwaardige woning in Vlaardingen aan te bieden in een omgeving waar een betere match is. Dit kan door in de Woonkrant al informatie te geven over de leefstijl van de zittende bewoners. De keuze blijft echter bij de woningzoekende liggen. In 2012 heeft een 0-meting plaatsgevonden via een enquête onder de bewoners, waarvan de uitkomsten in 2013 besproken worden met de Huurdersraad.
55
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
De boom zorgt voor een gezond en vol bladerdek waarin zijn bewoners een thuis kunnen bouwen, bescherming kunnen vinden en een prettige leefomgeving hebben.
Ambitie 5
Wij staan voor rendement
60
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
We moeten rendement halen om voldoende draagvlak te hebben voor onze activiteiten. Hierbij gaat het zowel om maatschappelijk als financieel rendement. De woningcorporaties zullen de komende jaren financieel gaan bijdragen aan het dekken van de overheidstekorten. Om te kunnen blijven investeren in partnerschap, de uitvoering van het Actieplan Wonen, goed beheer, maatwerk en duurzaamheid, zullen we voldoende financieel rendement moeten halen. Tegelijkertijd moet ons maatschappelijke rendement goed zijn, want anders brokkelt het maatschappelijke draagvlak voor wat wij doen af. We zullen focussen op duurzame (maatschappelijke) waardeontwikkeling.
Activiteit
Score Realisatie
Met betrekking tot onze vermogensontwikkeling werken wij met de volgende grenzen: - A1 status CFV - Loan to value maximaal 75%
+ +/-
Behaald: - Kwalificatie ‘A1-corporatie’ - Loan to Value: 68% - 79% (meerjarig)
De kasstroom uit onze basisexploitatie moet minimaal positief zijn: - Direct rendement vastgoed >= 4,27 - Interest dekkingsratio >= 1,30
+/+
Behaald: - Direct rendement vastgoed: 4,07% - 5,46% - Interest dekkingsratio: 1,35 - 1,70
We verlagen in de begroting 2013 de bedrijfslasten per verhuureenheid met 2,5%.
+
Deze afname is in de begroting en het meerjarenperspectief gerealiseerd.
Wij realiseren jaarlijks een hogere vastgoedwaardeontwikkeling dan vergelijkbare aanbieders in Vlaardingen en de regio Rijnmond.
-
Inspanningen zijn verricht voor het inzichtelijk maken van de waardes van woningen en wijken. Dit heeft vooralsnog niet tot het gewenste resultaat geleid.
De meerjarenprognose (pag. 84) laat een gezonde ontwikkeling van het vermogen zien. Deze positieve vermogensontwikkeling is noodzakelijk om financieel in staat te zijn de herstructurering van de Westwijk en de vervangingsvraag, die bij Waterweg Wonen in de komende jaren zal ontstaan, te kunnen faciliteren. Deze ontwikkeling gebeurt ondanks oplopende bijdragen voor de huurtoeslag (verhuurdersheffing) tot d 8,6 mln. in 2017 en de ingerekende CFV-heffing van d 1,4 mln. in 2017. Dit wordt met name veroorzaakt doordat de extra huurruimte die het kabinet schept voor een belangrijk deel zal worden gerealiseerd en doordat de organisatie flink in omvang zal afnemen (beoogde krimp van 150 fte. in 2012 naar 105 fte. in 2018). Het investeringsniveau (circa d 70 mln. tot en met 2017) en de inspanningen op het terrein van de leefbaarheid van wijken en buurten blijven gehandhaafd. Over de vijfjaarsperiode dient d 170 mln. aan financiering te worden aangetrokken, en wordt een overeenkomstig bedrag afgelost. In deze periode neemt het aandeel externe financiering af tot 71% uitgedrukt in de bedrijfswaarde. De interest dekkingsratio/ intrest coverage ratio schommelt in de deze jaren tussen de 1,7 en 1,35 (minimum in 2014). Het aandeel niet-DAEB investeringen (circa d 8 mln. in 2013) past binnen het recent geformuleerde eigen middelen beleid van het WSW. Waterweg Wonen is niet voornemens in de jaren daarna omvangrijk te investeren in niet-DAEB activiteiten. Met de crisis is verkoop voor Waterweg Wonen geen vanzelfsprekendheid meer en waardestijging evenmin. Sturen op waarde en rendement worden voor ons steeds belangrijker. Wij denken steeds bewuster na over kasstromen, maatschappelijke uitgaven en rendement.
Waterweg Wonen hanteert een aantal financiële kaders voor haar bedrijfsvoering ten aanzien van: 1. de vermogensontwikkeling: status Centraal Fonds voor de Volkshuisvesting (CFV) en Loan to value (LTV) 2. de exploitatie (inkomsten en uitgaven): direct rendement en interest dekkingsratio/intrest coverage ratio (ICR) 3. de waarde van het vastgoed: indirect rendement 4. de nieuwe projecten: (IRR - internal rate of return)
De vermogensontwikkeling Het CFV controleert hoe de corporaties ervoor staan. In haar analyse CFV 2012 ‘Corporatie in Perspectief’ wordt Waterweg Wonen gekwalificeerd als A1-corporatie. Dat wil zeggen: een corporatie die volgens het CFV beschikt over vermogen waarbij zij zich geen bijzondere zorgen hoeft te maken over de toekomst. Het kengetal Loan to value (LTV) laat zien welk aandeel van het bezit extern gefinancierd is. Daarbij wordt voor de waarde van het bezit uitgegaan van de bedrijfswaarde. Algemeen aanvaardbaar is maximaal 75% externe financiering. Met uitzondering van de jaren 2012 tot en met 2014 blijft Waterweg Wonen volgens het vigerend strategisch voorraadbeleid binnen deze norm. In het vorig perspectief lagen de jaren 2012 en 2013 boven de norm. Door het (extra) aantrekken van leningen zullen we in 2013 en 2014 niet aan onze norm voldoen. De bedrijfswaarde volgens het strategisch voorraadbeleid is aanzienlijk lager
61
Ambitie 5 Wij staan voor rendement
dan de gemiddelde WOZ-waarde in 2012 van d 1,6 miljard. De netto schuldpositie in procenten van de WOZ-waarde komt volgens deze berekening uit op 22%. Als norm hanteren wij daarvoor maximaal 28%. Figuur 5.1 Loan to value (Bedragen x d 1.000)
Loan to value
2012
2013
2014
2015
2016
2017
Netto schuldpositie
351.267 406.489 417.700 411.281 395.170 374.774
Bedrijfswaarde
517.894 511.640 552.196 549.498 540.940 528.165
Aandeel externe financiering
68%
79%
76%
75%
73%
71%
Derivaten Waterweg Wonen heeft negen swaps (rente-instrument, waarbij in ons geval korte rente wordt uitgeruild tegen lange rente) voor een bedrag van in totaal d 95 mln. Voor deze swaps is gebruik gemaakt van slechts één product waarbij lange rentes geruild worden voor korte rentes; anders gezegd: op deze swaps betaalt Waterweg Wonen lange rente en ontvangt korte rente; zodat bij het aantrekken van financiering tegen korte rentecondities (en termijnen die overeenstemmen met de swaps) gesteld kan worden dat er feitelijk lange rente betaald wordt over de financiering. De acute problematiek van Vestia lijkt opgelost; op dit moment verwachten wij niet langer op korte termijn door het WSW aangesproken te worden op ons obligo (verplichting tot storting van circa d 14 mln.). Ieder kwartaal sturen wij het WSW een overzicht van de swaps waarop is aangegeven welke lening gekoppeld is aan welke swap. Een belangrijk risico met betrekking tot swaps is de omvang van de marktwaarde; deze wordt bepaald door de actuele rentestand te vergelijken met de werkelijk te betalen rente. Voor de portefeuille van Waterweg Wonen geldt dat de te betalen lange rente hoger is dan de huidige rentestand. Dit betekent dat onze rente te duur is en daarmee de waarde van de swaps negatief. Deze waarde schommelt dit jaar rond de d 15 mln. negatief en zal nog eens d 6 mln. oplopen als de rente daalt tot 0%. In een normaal scenario zal bij een rentestand van 0% circa d 900.000 borg (margin call) betaald moeten worden. In een extreem scenario zal de bank deze negatieve waarde claimen; dit kan onder enkele bijzondere condities: zoals wanneer het WSW/ CFV haar handen van Waterweg Wonen aftrekt; of als de overheid het systeem ingrijpend verandert en uitholt ofwel als Waterweg Wonen failliet gaat.
De exploitatie (inkomsten en uitgaven) De kasstroom uit onze basisexploitatie moet minimaal positief zijn. Inkomsten Gegeven de ontwikkelingen in het Regeerakkoord zullen wij de extra huurinkomsten nodig hebben voor de verhuurdersheffing en zullen deze niet leiden tot een verbeterde basisexploitatie.
Uitgaven Waterweg Wonen werkt verder aan de reductie van de bedrijfslasten. In de periode 2012 - 2015 zou reeds 10% efficiencybesparing gerealiseerd worden. Tevens dient de projectorganisatie door verminderd werkaanbod afgebouwd te worden. Met de beoordeling (jaarcijfers 2011) van het toezichthoudende college CFV in de hand, waarin werd aangegeven dat de oorspronkelijke, reeds door Rutte I aangekondigde, verhuurdersheffing niet zonder aanvullende maatregelen opgevangen konden worden, en de aankondiging van allerlei extra verhuurdersheffingen in het Regeerakkoord heeft Waterweg Wonen besloten aanvullend te besparen op haar bedrijfslasten onder de titel ‘Scherp aan de Wind’. Voor de organisatie van Waterweg Wonen betekent dit dat gewerkt wordt aan een nieuwe vorm waarin het aantal afdelingen wordt teruggebracht, gepaard gaand met een forse afbouw van de formatie. De begroting 2013 is vastgesteld; in december wordt een meerjarenperspectief aangeboden aan de Raad van Commissarissen waar rekening is gehouden met een daling van de lasten op grond van efficiency, woningaantallen en afname van productie (renovatie, nieuwbouw en dergelijke). Voor de bepaling van het direct rendement wordt de operationele kasstroom uitgedrukt in een percentage van de waarde van het onderliggende bezit. Als het direct rendement onder de gemiddelde vermogenskostenvoet uitkomt, wordt ingeteerd op het vermogen. In 2012 blijven wij met een direct rendement van 4,34% boven onze gemiddelde vermogenskosten van 4,27% (minimale norm). In de jaren 2013 en 2014 zal dit naar verwachting niet het geval zijn. Figuur 5.2 Rendement (Bedragen x d 1.000)
2012
2013
2014
2015
2016
2017
Bedrijfsresultaat
22.146
20.924
24.580
28.181
29.356
25.112
Verkopen
-2.960
-2.025
-2.699
-3.833
-3.544
-6.530
Afschrijving
21.974
678
602
538
426
Waardeverandering -18.693
1.936
Kasstroom uit bedrijfsoperaties Bedrijfswaarde Direct rendement vastgoed
22.467
21.513
1.645 22.483
26.531
458 9.813
26.238
28.853
517.894 511.640 552.196 549.498 540.940 528.165 4,34%
4,20%
4,07%
4,83%
4,85%
5,46%
Het kengetal interest dekkingsratio/intrest coverage ratio geeft de verhouding weer tussen de operationele kasstroom en de rentelasten. Als de dekkingsratio onder de 1,3 ligt (norm WSW), wordt onvoldoende kasstroom uit de exploitatie gegenereerd om de rentelasten en de aflossing(sfictie) te betalen. De komende jaren blijven wij ondanks de oplopende financieringslasten nog boven de minimumgrens van 1,3 uitkomen.
62
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Figuur 5.3 Interest dekkingsratio (Bedragen x d 1.000)
2012
2013
2014
2015
2016
2017
Kasstroom uit bedrijfsoperaties
22.467
21.513
22.483
26.531
26.238
28.853
Financierings lasten
13.560
14.736
16.651
16.963
17.501
16.963
1,66
1,46
1,35
1,56
1,50
1,70
Interestdekkings ratio
In de basis kan uit bovenstaande kengetallen geconcludeerd worden dat Waterweg Wonen over een gezonde basisexploitatie beschikt. Zie ook bijlage 1 en 2 op pagina 80 en 81.
Waarde(ontwikkeling) van het vastgoed Eind 2011 startte Waterweg Wonen met een uitgebreide beschouwing en rekenexercitie over vastgoedsturing gebaseerd op waardeontwikkeling van woningen en wijken. In 2012 zijn de resultaten beschikbaar gekomen. Het is moeilijk gebleken het indirecte rendement modelmatig in te schatten. Hier zullen we in 2013 nadere aandacht aan besteden.
Nieuwe projecten Waterweg Wonen heeft rendementseisen gesteld aan haar investeringen. Als indicatie van bedrijfseconomisch rendement wordt het interne rendement (IRR - internal rate of return) gehanteerd. Het interne rendement geeft het werkelijke rendement van de investering weer. De aanname is dat alle toekomstige investeringsprojecten gefinancierd worden met vreemd vermogen. Als basis daarvoor hanteren wij het 10-jaars rentetarief, naar boven afgerond op 0,5%. Deze rente stellen wij eenmaal per jaar intern vast aan de hand van de geldende tarieven. Naast de goed te maken financieringslasten dient de investeerder ook een vergoeding voor gelopen risico mee te nemen in de rendementseis. De opslag is afhankelijk van de soort investering.
Het bouwbord en de modelwoning van het nieuwbouwproject Vlaardings Geluk
Investeringen nieuwbouw huur De exploitatie van het reguliere bezit van Waterweg Wonen is positief. Daarnaast genereert Waterweg Wonen vermogen door de verkoop van het bestaand bezit en de verkoop van nieuwbouw. Dit vermogen wordt ingezet voor de exploitatie van huurwoningen voor de primaire doelgroep in de vorm van het realiseren van een laag rendement. Op deze wijze kan het dus heel goed mogelijk zijn dat een investering met een onrendabele top, bedrijfseconomisch voldoende rendeert. De interne rendementseis is naar doelgroep gedifferentieerd. Figuur 5.4 Vereist rendement Huurwoningen onder maximale huurtoeslag-/ liberalisatiegrens (2012: d 664,66)
Correctie (C)
Vereist Rendement
bR - 1,5%
2,5%
Overige woningen: boven maximale huurtoeslag-/ liberalisatiegrens
bR + 1%
5,0%
Commerciële ruimten (bijv. winkels)
bR + 2%
Maatschappelijk vastgoed
6,0% maatwerk
Primaire doelgroep Wij maken onderscheid tussen huurwoningen onder en boven de maximale huurtoeslag- of liberalisatiegrens (2012: d 664,66). Woningen onder deze grens zien wij als specifiek voor de primaire doelgroep. Met een rendement ter hoogte van de rentekosten minus 1,5% nemen wij genoegen. Wij rekenen dan de daarvoor omschreven risico’s niet in de huurprijs door en nemen genoegen met een 1,5% lager rendement dan direct noodzakelijk. Overige woningen Overige woningen betreffen woningen met een huur boven de huurtoeslaggrens. De doelgroep voor deze woningen bestaat niet uit onze primaire doelgroep. Investeren met een te laag rendement in deze doelgroep gaat ten koste van de investeringen ten behoeve van de primaire doelgroep. Deze projecten moeten dan ook voldoende renderen. Commerciële ruimten Het verhuren van commerciële ruimten brengt grotere risico’s met zich mee, zodat een hoger rendement is vereist. Met commerciële ruimten worden bedrijfsruimten
63
Ambitie 5 Wij staan voor rendement
en overige ruimten (garages, scootmobielplaatsen e.d.) bedoeld en niet kantoorruimten waar een veel groter risico aan is gekoppeld.
beleid van de directeur-bestuurder en de gang van zaken binnen Waterweg Wonen en de met haar verbonden onderneming(en).
Maatschappelijk vastgoed Vanwege het maatschappelijk belang is Waterweg Wonen bereid met een financieel verlies te investeren in dit type vastgoed. Standaard wordt een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd om te bepalen of het project zowel maatschappelijk als financieel haalbaar is.
Het doel van de audit commissie betreft het geven van ondersteuning aan de RvC bij het toezicht op bestuur op het gebied van de financieel-economische besturing en beheersing van de organisatie in brede zin en de opzet, (personele) invulling en de uitvoering van de financiële functie.
Investeringen in bestaand bezit Investeringen die aan bovengenoemde vereisten voldoen kunnen op bedrijfseconomische grondslagen doorgang vinden. Wanneer deze investeringen plaatsvinden in het bestaande bezit, zetten wij deze af tegen het rendement en de onrendabele top bij doorexploiteren van het complex. Immers, wij hebben in ons bezit verschillende complexen met een relatief hoog rendement. Deze ‘cash cows’ leveren investerings- en financieringsruimte op voor andere complexen. Investeren in een positief renderend complex kan betekenen dat het complex na investering nog steeds aan de bedrijfseconomische vereisten voldoet, maar wel een grote afname van de investerings- en financieringsruimte tot gevolg heeft. Daardoor kunnen financieringsproblemen ontstaan. Een vergelijking tussen de investerings- en financieringsruimte voor en na investering is daarom essentieel. Als norm wordt gesteld dat een rendementsval van meer dan 10% volkshuisvestelijk bijzondere motivatie verdient.
Vanuit de verantwoordingstaak dient het bestuur aan de belanghouders zekerheid te geven dat de organisatie ‘in control’ is, doordat de organisatie beschikt over een goed functionerend beheersings- en controle-instrumentarium.
Verantwoordingsstructuur Onze verantwoordingsstructuur ziet er als volgt uit: De Raad van Commissarissen (RvC) vervult een cruciale rol in het bouwwerk van adequate checks en balances. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 16 lid 1 van de statuten heeft de RvC tot taak toezicht te houden op het
De interne controle heeft als functie het bestuur zekerheid te geven over de mate waarin de risico’s worden beheerst die de organisatiedoelstellingen bedreigen. De interne controle fungeert ten behoeve en in opdracht van de directeur-bestuurder. De interne controle functie legt ook verantwoording af aan deze directeur-bestuurder en doet periodiek verslag aan de directeur-bestuurder over de uitgevoerde interne controles en de uitkomsten daarvan. De accountant heeft als belangrijkste taak het controleren van financiële verantwoordingen die jaarlijks door de onderneming worden afgelegd. Door middel van controlewerkzaamheden voegt de accountant zekerheid toe aan de getrouwheid van die verantwoordingen. Belanghouders van woningcorporaties zijn alle partijen, individuen, groepen en organisaties waarvan rechten en belangen in het geding zijn. Deze partijen kunnen aanspraak maken op het feit dat in de bestuurlijke besluitvormingsprocessen hun rechten en belangen in beeld zijn gebracht. Er zijn interne belanghouders (werknemers) en externe belanghouders (onder andere huurders, collega-corporaties, zorg- en welzijnsinstellingen).
Figuur 5.5 Verantwoordingsstructuur belanghouders en partners externe accountant
Raad van commissarissen
cfv en wsw
verantwoording
audit commissie
bestuur
bedrijfsprocessen interne controle functie
Management
Ondersteunend Primaire bedrijfsprocessen
Een boom zorgt voor nieuw leven. Met zijn zaden, schaduw en zorg, creëert hij een voedingsbodem waar nieuw leven kan ontkiemen.
Ambitie 6
Wij staan voor duurzaamheid
66
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Duurzaamheid staat wat ons betreft voor een robuuste ontwikkeling. Robuust op verschillende fronten. We kijken zowel naar ‘People’, ‘Planet’ als ‘Profit’. We sturen op zes thema’s uit de duurzaamheidmethodiek van Deloitte: ‘visie en beleid’, ‘verankering in de organisatie’, ‘duurzame woningportefeuille’, ‘leefbaarheid’, ‘financiën en fiscaliteiten’ en ‘transparante communicatie’. We willen onze scores op deze thema’s de komende jaren verbeteren. Op energieterrein in een sneller tempo verder gaan met het verlagen van de CO2-uitstoot van ons woningbezit. Daarnaast willen we het waterverbruik van onze voorraad verminderen. Het gebruik van milieuvriendelijke materialen bij onze nieuwbouw- en onderhoudsactiviteiten en in onze eigen bedrijfsvoering zullen we verder uitbreiden. We gaan ook het gedrag van onze klanten proberen te veranderen als het gaat om duurzaamheid.
Activiteit
Score Realisatie
We hebben ons beleid rond het brede duurzaamheidbegrip People, Planet, Profit (3 P’s) vastgelegd in een concreet plan van aanpak met concrete maatregelen.
+
In overeenstemming met het bedrijfsplan is in een (gedragen) duurzaamheidsbeleid uitgewerkt, wat heeft geresulteerd in een plan van aanpak. In 2012 is het beleidskader ingevoerd en toetsen we voortaan vraagstukken aan de 3 P’s.
In de bedrijfsvoering reduceren we het papiergebruik met 20% en gebruiken we chloorvrij en/of gerecycled papier.
+
Het papiergebruik in 2012 ligt ruim een kwart lager dan in 2011. Dit wordt met name veroorzaakt door het dubbelzijdig printen. Gebruik wordt gemaakt van papier met het FSC-keurmerk. Dit keurmerk verzekert dat grondstoffen voor hout- en papierproducten afkomstig zijn uit verantwoord beheerde bossen, met alle aandacht voor de mensen die van het bos afhankelijk zijn.
Een besparing van 20% realiseren op het energiegebruik van onze woningen in 2018.
+
Deze taakstelling zal reeds in 2015 gerealiseerd gaan worden. Dit voornemen is uitgewerkt in de investeringsbegroting en is onderdeel van het meerjarenperspectief 2013 - 2022.
Duurzaamheidmethode Deloitte Vanuit haar maatschappelijke verantwoordelijkheid wil Waterweg Wonen de komende periode haar bedrijfsvoering verder verduurzamen. We werken met een integraal begrip van duurzaamheid, gebaseerd op de pijlers People, Planet en Profit. Deze drie P’s worden inhoudelijk ingevuld aan
Figuur 6.1 Duurzaamheidmethode Deloitte
People, Planet, Profit
1. Visie en beleid
6. Transparante communicatie
2. Verankering organisatie
5. Financiën en fiscaliteiten
3. Duurzame woningportefeuille 4. Sturen op leefbaarheid
Maximum score
Ambitie
Huidige score
de hand van zes thema’s. Hierbij maken we gebruik van de duurzaamheidmethode van Deloitte. We willen onze score op de Deloitteschaal verhogen ten opzichte van de nulmeting in 2011. In de Deloitte-methode is duurzaamheid opgesplitst naar zes thema’s: 1. Visie en beleid; 2. Verankering organisatie; 3. Duurzame woningportefeuille; 4. Sturen op leefbaarheid; 5. Financiën en fiscaliteiten; 6. Transparante communicatie.
We hebben ons beleid rond het brede duurzaamheidsbegrip ‘People’, ‘Planet’, ‘Profit’ vastgelegd in een concreet plan van aanpak met concrete maatregelen. Er is afgelopen jaar zichtbaar werk gemaakt van ons streven naar een duurzame organisatie. In overeenstemming met het bedrijfsplan is in 2012 een (gedragen) duurzaamheidsbeleid uitgewerkt, wat heeft geresulteerd in een plan van aanpak. We hebben vorderingen gemaakt op het onderdeel visie en beleid. Hiervoor is een op Waterweg Wonen toegesneden beleidskader ontworpen. In 2012 is het beleidskader ingevoerd en toetsen we voortaan vraagstukken aan de 3 P’s. Onze prioriteit ligt bij verankering van duurzaamheid in het dagelijkse werken (individueel), de bedrijfsvoering (organisatieniveau) en de woningportefeuille (duurzame woning en duurzaam wonen). Dit zijn voor ons de
67
Ambitie 6 Wij staan voor duurzaamheid
belangrijkste aspecten waarop onze organisatie zich kan onderscheiden. De aspecten financiën en fiscaliteiten en communicatie beschouwen wij als randvoorwaarden in het proces. Leefbaarheid nemen wij op als onderdeel van duurzame woningportefeuille.
Figuur 6.2 Van binnen naar buiten
Persoon
Met duurzaamheid aan de slag
Afdeling Waterweg Wonen Huurders
In 2012 hebben we onze definitie van en visie op duurzaamheid aangescherpt. Voor Waterweg Wonen betekent duurzaamheid een vorm van ondernemerschap waarbij alle medewerkers in de organisatie verantwoordelijkheid nemen. Wij willen een bijdrage leveren aan duurzaamheid door onze bedrijfsvoering zo in te richten dat toekomstige generaties in hun behoeftevervulling geen belemmeringen ondervinden. De uitdaging is om oplossingen te vinden, zonder uitputting van natuurlijk bronnen, met minder belasting van het milieu. Daarbij zijn al onze inspanningen gericht op een prettige toekomstige samenleving. Voorop staat dat we een beter bestaan willen creëren voor zo veel mogelijk mensen. We vinden dat thuis de belangrijkste plek op aarde is. We bieden daarom betaalbare woningen, en nemen daarbij verantwoording voor mens en milieu. Door samen te werken (medewerkers, huurders, belanghouders) en veel (kleine) stappen in de goede richting te nemen, willen wij een duurzame toekomst dichterbij brengen. Duurzaamheid is ook belangrijk om de toekomstige woonlasten beheersbaar te houden en een goede prijs kwaliteit verhouding te behouden in een gezonde leefbare woonomgeving. Duurzaamheid als persoonlijke ambitie In 2012 hebben we onze strategie bepaald, die is gebaseerd op het volgende: duurzaamheid is op de lange termijn alleen succesvol als het voor iedere individuele medewerker persoonlijk iets betekent. Als medewerkers een actieve rol spelen in het proces, is de kans op slagen het grootst. Zo geven we duurzaamheid gestalte in de dagelijkse praktijk. Werken aan duurzame identiteit van binnenuit In 2012 zijn we gestart met het bouwen aan een duurzame identiteit van onze organisatie. Alleen een duurzame identiteit kan leiden tot een duurzamer imago in onze omgeving. Onze identiteit wordt van binnenuit gevormd door medewerkers. De strategie die we daarbij kiezen is om ‘van binnen naar buiten’ te werken.
Deelnemers van de conferentie duurzaamheid
Omgeving
Bijzonder is dat acties gericht op verduurzaming – anders dan anders – vanuit de medewerkers zelf komen in plaats van van bovenaf opgelegd. We vertrouwen erop dat door deze aanpak medewerkers enthousiast worden voor duurzaamheid, zij zelf initiatieven gaan ontplooien en gaan ‘vonken’ waardoor we in staat zijn, op termijn, de gewenste labels ‘vinken’ te behalen. We streven naar een permanente verankering in de organisatie. We hebben dus eerst vastgesteld wat duurzaamheid voor ons betekent en wat we er zelf aan kunnen bijdragen, voordat we onze visie naar buiten uitdragen en hiervoor draagvlak creëren. Medewerker betrokkenheid enquête en klimaatvoetafdruk In april zijn twee onderzoeken gehouden om meer te weten te komen van de medewerker betrokkenheid en onze eigen klimaatvoetafdruk. Bij de medewerkerbetrokkenheid enquête is aan medewerkers gevraagd hun mening te geven over duurzaamheid. Uit de hoge respons op de enquête, 144 medewerkers, blijkt dat ons personeel duurzaamheid belangrijk vindt. Een opvallende uitkomst is het ‘gat’ tussen ‘ik kan’ (66%) en ‘ik doe’ (19%), op dit punt is nog veel winst te behalen. Ongeveer 62 medewerkers willen actief betrokken worden bij duurzaamheid. Door het vaststellen van de klimaatvoetafdruk van de organisatie weten we waar onze kansen liggen om onze bedrijfsvoering te verduurzamen. Conferentie duurzaamheid In september hebben we voor 40 medewerkers een meerdaagse conferentie georganiseerd. Tijdens de conferentie stonden bewustwording en ervaring opdoen met duurzaam denken centraal. Er werden vijf inhoudelijke ontwerpteams geformeerd, gericht op de thema’s: papier en digitaal werken; mobiliteit; inkoop en materiaal gebruik; afval, water en groen; energie(k). Met als resultaat veel bruikbare plannen en ideeën. De ideeën zijn aan de hand van het beleidskader duurzaamheid uitgewerkt in draaiboeken voor de korte en lange termijn. Hiervoor is de methodiek van Global Action Plan Nederland gebruikt. Deze methodiek biedt medewerkers een direct handelingsperspectief, waaruit zij eigen acties gaan ondernemen, naast organisatie gerichte ideeën en maatregelen. Tijdens de conferentie hebben medewerkers handvatten gekregen om mee te werken aan duurzaamheid vanuit een positieve benadering in plaats vanuit het ‘milieu probleem’. Door de zeer gevarieerde samenstelling van denkers en doeners zijn zeer waardevolle ideeën ontstaan. Na terugkomst gingen de vijf ontwerpteams enthousiast
68
aan de slag met de voorbereidingen van ‘quick wins’. Deze zijn in onze ‘ambitiemaand’ oktober uitgevoerd. Ambitiemaand duurzaamheid Oktober was de ambitiemaand duurzaamheid. De medewerkers werden op verrassende wijze vertrouwd gemaakt met het duurzaamheidsdenken. Bewustwording stond in deze maand centraal. De acties bestonden uit themabijeenkomsten, inspiratiesessies, de dag van de duurzaamheid op 10 oktober, voorlichtingsbijeenkomsten onder andere over duurzaam bouwmateriaal, een gezamenlijk opgesteld verlichtingsplan, band op spanning, code printen, mokkenactie etc. Concrete resultaten 2012 Hoewel vele acties in 2012 gericht zijn op bewustwording van medewerkers en de eigen bijdrage zijn er in 2012 vele initiatieven genomen. We zijn ons ervan bewust dat we net zijn begonnen. We hebben in 2012 kleine resultaten (quick wins) geboekt, maar zijn ervan overtuigd dat alle kleine beetjes helpen. De slogan ‘Duurzaamheid is belangrijk, het raakt de hele organisatie. Een schone planeet gaat ons allemaal aan. We kunnen alleen een bijdrage leveren (al is het nog zo klein) als iedereen meedoet!’ vormt de basis van ons handelen. De concrete resultaten zien we naar verwachting terug in de nieuwe metingen van 2013. Echter een significante vermindering van onze klimaatvoetafdruk is pas zichtbaar in 2014 en de jaren daarna.
Doorkijk naar 2013 Van denken naar doen We zijn begin 2013 nog aan het werk met de invoering van de quick wins en met verankering in de organisatie, maar maken de stap van denken naar doen! Ideeën zetten we om in concrete maatregelen met concrete resultaten. Een voorbeeld hiervan is de ‘band op spanning-actie’ die een vast onderdeel wordt van de bedrijfsvoering. In 2013 stellen we een nieuw standaardprogramma voor materialen en leveranciers op. In 2012 hebben we ons al georiënteerd op duurzame inkoopcriteria. Ook kijken we op welke punten we efficiënter kunnen werken en kijken we kritisch naar het mobiliteitsbeleid van Waterweg Wonen. Daar waar mogelijk maken we gebruik van de fiets. Bij het vervangen of aanschaffen van bedrijfsauto’s of bedrijfsscooters, kiezen we voor de meest duurzame oplossing (aardgas-, diesel- of elektrisch vervoer). Ook richten we ons op bewustwording van medewerkers door bewust reisgedrag te stimuleren (woon-werk verkeer en werk-werk verkeer). Bij mobiliteit komt ook het Nieuwe Werken aan de orde. We willen het elektriciteitsverbruik in onze bedrijfsvoering verminderen met minimaal 20% ten opzichte van de klimaatvoetafdruk in 2012. We willen onze medewerkers bewust maken van de mogelijkheden om stroomgebruik te verminderen en zoeken naar technische mogelijkheden voor energiebesparing binnen het huidige pand. Halverwege 2013 zijn we klaar om met onze duurzaamheidsvisie naar buiten te gaan. In 2013 worden resultaten gemeten aan de hand van de Deloittemeting, klimaatvoetafdruk van de organisatie en medewerkerbetrokkenheid-enquête.
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Duurzame woningportefeuille De duurzame woning portefeuille kent een ‘harde’ en een ‘zachte’ kant. De harde kant gaat vooral over het vastgoed. De zachte kant gaat over de gebruiker van het vastgoed, de huurder, die met ‘duurzaam wonen’ ook een belangrijke bijdrage kan leveren. Figuur 6.3 Woningportefeuille Harde kant: duurzame woning
Zachte kant: duurzaam wonen
• Financiën en fiscaliteit: - Rendement - Bedrijfsresultaat - Financieel risico - KPI’s • Wooninfra: - EPA- labels - Gebruik materialen - Techniek (HR, verlichting)
• Huurdersbetrokkenheid • Gedrag en bewustzijn huurders • Leefbaarheid • Betrokkenheid van bewoners bij de wijk • Veiligheidsgevoel
Harde kant: duurzame woning De ‘harde kant’ van de duurzame woning is vastgelegd in het EPA-beleid, standaardkwaliteitseisen en programma’s van eisen voor bestaande woningen en nieuwbouw. Dit beleid is in 2011 opgesteld. De budgetten zijn opgenomen in het Strategisch Voorraadbeleid en de onderhoudsbegroting. De ‘harde kant’ komt daarmee ruim aan bod. Het beleid voor wat betreft energiebesparende maatregelen is zoveel mogelijk geformuleerd in doelstellingen voor woningcomfort. We beogen een collectieve-energiebesparing van 20% op 1 januari 2015 en streven per woning naar minimaal label D (of 2 labels hoger dan het label in 2008). Daarnaast willen we het waterverbruik van onze voorraad verminderen. Tot slot willen we het gebruik van milieuvriendelijke materialen bij onze nieuwbouw- en onderhoudsactiviteiten verder uitbreiden (bedrijfsplan 2012 - 2015). Maatregelen woningbezit Het EPA kent een kader waarbinnen energie investeringen worden getoetst. Uitgangspunt is dat maatregelen zichzelf terugverdienen. Waterweg Wonen heeft al eerder een beperkte inventarisatie van energiemaatregelen opgesteld. Maar de ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid gaan snel. Daarom is als vervolgstap een inventarisatieslag opgenomen waarin de huidige mogelijkheden worden besproken. Als basis hiervoor dient de ‘Trias Energetica’(4). Onderzoekpunten voor de komende periode zijn: portefeuillebreed nagaan of de prijs/ kwaliteitsverhouding optimaal is op het gebied van energie en of er woningen zijn waar we ons naar de toekomst toe zorgen moeten maken over de ontwikkelingen van de energielasten. Als basis geldt hiervoor het huidige EPA. Door groot onderhoud is het aantal woningen in de groene labels A-C in 2012 met 1.041 toegenomen. De
4 Aan de hand van de volgende drie richtlijnen – de Trias Energetica – kan verkend worden welke technieken kansrijk zijn om energieefficiënt te bouwen: • Beperk het energieverbruik door verspilling tegen te gaan. • Gebruik duurzame energiebronnen, zoals wind-, water-, en zonneenergie. • Zet fossiele brandstoffen zo efficiënt mogelijk in om aan de resterende energiebehoefte te voldoen.
69
Ambitie 6 Wij staan voor duurzaamheid
CO2 uitstoot op het in exploitatie zijnde bezit is daarmee in 2012 afgenomen met 5%. Waterweg Wonen heeft als doelstelling om in de periode 2008 - 2015 een afname van 20% te realiseren. De tussenstand eind 2012 is 14%. We liggen daarmee ruim op koers. In 2012 zijn de belangrijkste bijdragen in de besparing: Nagelkruid: aanbrengen Climarad. Effect van label C naar B Lissabonweg: groot onderhoud van F naar B Hoevenbuurt: groot onderhoud van E naar C Indische Buurt: groot onderhoud van E naar C In diverse complexen plaatsten we hoge rendements (HR) CV-ketels met gemiddeld één labelstap als effect.
Voortgang besparing energievoorraad (MR) Figuur 6.4 EPA-labels In 2008 gemiddeld E
Eind 2012 gemiddeld D - 13%
is uitgewerkt in de investeringsbegroting en is onderdeel van het meerjarenperspectief 2013 - 2022. De tweede taakstelling wordt binnen het huidige programma niet gehaald. De besparing blijft beperkt tot 28%. Bovendien heeft een aanzienlijk deel van het bezit een ‘niet-groen’ label. We verwachten wel het tekort ten opzichte van de doelstelling te kunnen dichten. Vooral op installatiegebied gaan de ontwikkelingen snel, waardoor op momenten van regulier onderhoud meer labelverbeteringen gaan plaatsvinden. Door grote prijsdalingen op zonnepanelen tot wel 60% in de afgelopen jaren, is het ook interessant om deze panelen bij huurders aan te bieden. Bij een kostendekkende aanbieding, worden extra verbeteringen in labeling bereikt zonder gevolgen voor onze financiële situatie. Kortom, er zijn nog voldoende mogelijkheden om de doelstellingen uit het convenant te behalen binnen de financiële kaders.
Nieuwe wegen zoeken voor energiebesparing Duurzaamheidsmaatregelen op kleine schaal toepassen en opgedane kennis van verschillende duurzaamheidsmethoden en -technieken toepassen bij andere woningen.
Eind bedrijfsplan 2015 gemiddeld C - 20%
A
B
C
D
Eind sociaal convenant gemiddeld C - 28%
E
F
G
In juni 2012 heeft Aedes een nieuw energie convenant afgesloten met het ministerie van Binnenlandse zaken, de Woonbond en Vastgoedbelang. Belangrijkste afspraak is: ‘Aedes en Woonbond beogen met dit convenant in 2020 tenminste een gemiddelde Energie-index van 1,25 (gemiddeld energielabel B) te bereiken voor de totale huurwoningenvoorraad van de corporaties. Dat komt overeen met een besparing van 33% op het gebouw gebonden energieverbruik van corporatiewoningen in de periode 2008 tot en met 2020. Deze ambitie betreft het gebouw- en installatiegebonden energiegebruik voor met name ruimteverwarming, warm tapwater en ventilatie.’ Allereerst hebben wij afgesproken om binnen het huidige bedrijfsplan de taakstelling van het vorige convenant, namelijk 20% in januari 2018, te realiseren. Dit voornemen
Zonne-energie In 2012 hebben we ons verdiept in de mogelijkheden van het toepassen van zonnepanelen voor het opwekken van elektriciteit. Aanleiding is een sterke prijsdaling van panelen waardoor zonnepanelen voor het eerst rendabel worden. De Woonbond komt regelmatig met onderzoek waaruit blijkt dat zeer veel huurders geïnteresseerd zijn en onlangs heeft Atrivé in opdracht van 31 corporaties onderzocht wat de mogelijkheden voor woningcorporaties zijn. In 2013 zullen we, in samenspraak met huurders, mogelijk een pilot met zonnepanelen uitvoeren. LED In 2012 hebben we ervaringen opgedaan met LEDverlichting, die grote voordelen biedt in levensduur en rendement ten opzichte van onder meer TL-verlichting. Vanaf 2012 passen we daarom bij vervanging van verlichting alleen LED-verlichting toe. De vraag is of voldoende ervaring is opgedaan en of er de mogelijkheid is om financieel neutraal collectief over te stappen op LED. Dit moment lijkt nog niet aangebroken. Vooralsnog wordt in pilot-vorm meer ervaring opgedaan met verschillende fabricaten en toepassingen. In 2013 bekijken we de resultaten van deze pilot. Climarad In één van onze gebouwen is in iedere woning een Climarad geïnstalleerd. Dit is een kleine warmteterugwininstallatie die ervoor zorgt dat de woning continu wordt geventileerd op energetisch verantwoorde wijze. De woning gaat hierdoor van label C naar B. Bij het vervangen van de CV-ketel bereikt dit complex zelfs label A. De Climarad is niet voor ieder complex rendabel, maar wordt alleen ingezet bij vochtproblemen die niet op een reguliere manier kunnen worden opgelost. Oplossingen zoeken voor verminderen waterverbruik In 2012 hebben we geconstateerd dat het belangrijkste waterverbruik wordt veroorzaakt door toiletspoeling en
70
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
douche. Dit zijn twee onderdelen die vanuit de techniek beïnvloedbaar zijn door Waterweg Wonen. In het technisch programma van eisen kijken we naar duurzame mogelijkheden. Eén van de voorbeelden is het toepassen van de waterbesparende douchekop en waterbesparende toiletspoeling. Om de besparingsdoelstelling uit het bedrijfsplan te realiseren, is er voornamelijk een gedragsverandering nodig bij de huurders. Dit aspect wordt in 2013 meegenomen in het huurdersbewustwordingstraject. Zachte kant: huurdersbetrokkenheid en duurzaam wonen In 2012 zijn we in gesprek gegaan met de Huurdersraad over de gekozen strategie ‘van binnen naar buiten’ en is een begin gemaakt met het huurderstraject ‘duurzaam wonen’. Bij de ontwikkeling naar ‘duurzaam wonen’ nemen onze huurders – via de Huurdersraad – een centrale plaats in. Terwijl Waterweg Wonen al veel energiebesparende maatregelen uitvoert (duurzame woning), zijn de meeste huurders nog nauwelijks bezig met het verduurzamen van hun gedrag. Hoewel dit een behoorlijke bijdrage kan leveren aan de besparing. De huurders moeten zich kunnen identificeren met ‘duurzaam wonen’, waarbij het niet alleen gaat om de woning maar ook om de woonomgeving. Ook hier kiezen we de insteek vanuit kansen in plaats vanuit een milieuprobleem. In 2013 ondernemen wij diverse activiteiten richting huurders, die hen moeten stimuleren tot een energiezuiniger en duurzaam bewuste leefstijl. In 2012 hebben we ons, zoals eerder gezegd, in eerste instantie gericht op een gedegen plan van aanpak en de interne organisatie. Dit is in het najaar aan de Huurdersraad gepresenteerd en met hen besproken. De raad heeft positief gereageerd op de gekozen strategie van Waterweg Wonen. Waterweg Wonen heeft daarom samen met de Huurdersraad voor 2013 een bestuurlijke opdracht geformuleerd. In 2013 gaat een werkgroep duurzaamheid van start. Concreet zullen we met dezelfde thema’s aan de slag gaan met onze huurders als met de medewerkers: papier; energie; afval, water en groen; mobiliteit en (duurzaam) materiaal gebruik.
foto’s links: Fluxvelden
van Rachel Bacon in Babberspolder (2008/2009) -
foto rechts: Ingebruikname
Duurzame woningportefeuille; wat gaan we (onder meer) in 2013 doen In 2013 stellen we samen met huurders een plan van aanpak duurzaamheid op. We initiëren twee pilots waarbij de duurzame woning en duurzaam wonen samenkomen. In 2013 zetten we het in gang gezette EPA beleid voort en zullen we een nieuw standaardprogramma voor materialen en leveranciers opstellen. In 2012 hebben we ons georiënteerd op duurzame inkoopcriteria. De beoordeling van de haalbaarheid van de aansluiting van complexen in de Holy op ‘de leiding over Noord’ (waarmee Eneco stadsverwarming gaat realiseren ten noorden van de Maas ter vervanging van bestaande voorzieningen) wordt in 2013 afgerond. In 2013 zullen onze resultaten worden gemeten aan de hand van de Deloittemeting, de klimaatvoetafdruk van de organisatie en medewerkerbetrokkenheid-enquête.
Van duurzaamheid naar maatschappelijk verantwoord ondernemen In 2012 heeft Waterweg Wonen opnieuw de duurzaamheidsprijs gewonnen bij de uitreiking van de Deloitte Kordes Award. Deze Award wordt jaarlijks uitgereikt aan de (semi) publieke instelling met het beste jaarverslag. Waterweg Wonen won de prijs vanwege de concrete duurzaamheidsdoelstellingen en het maatschappelijk rendement model. In 2013 bouwen we onze verantwoordelijkheid voor duurzaamheid verder uit. Ook heeft de jury verbeteringen aangegeven die we, zoals in dit hoofdstuk is aangegeven, dit jaar verder zullen vormgeven. We grijpen duurzaamheidsvraagstukken aan als kansen voor nieuwe producten, diensten of processen die zowel de samenleving als de onderneming ten goede komen.
acht groengasbussen door servicedienst Waterweg Wonen in 2012
Ambitie 6 Wij staan voor duurzaamheid
71
Een boom staat bloot aan diverse invloeden. Dankzij een stevige, gezonde schors kan hij zich goed beschermen tegen mogelijke risico’s.
Focus 1
Focus op risicomanagement
74
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Top 10 belangrijkste risico’s
Projectrisico’s
Voor woningcorporaties is er de afgelopen jaren voldoende aanleiding om risicomanagement toe te passen. De ‘governance code woningcorporaties’(5) schrijft risicomanagement voor, toezichtorganen als het Centraal Fonds voor de Volkshuisvesting en de Raad van Commissarissen hebben informatie over risico’s nodig voor het uitoefenen van hun taak en diverse ‘uitglijders’ in de sector pleiten voor risicomanagement. In de basis bestaat risicomanagement uit het identificeren, analyseren, beheersen en vervolgens evalueren van de organisatie brede risico’s waarbij een methode toegepast wordt waarmee alle betrokkenen praktisch kunnen werken. Risicomanagement levert een bijdrage aan het daadwerkelijk behalen van doelstellingen, en ondersteunt continu de verbetering en de uitbouw van de organisatie.
Risicokaarten projecten
Bij Waterweg Wonen staat risicomanagement hoog op de agenda. Wij denken voldoende handvatten te hebben om op een adequate manier in te kunnen spelen op (verwachte) risico’s. Wij zijn van mening dat goed risicomanagement ons in staat stelt preventief (in tegenstelling tot toetsing achteraf) in te spelen en te sturen op risico’s die zich in de bedrijfsvoering voordoen. Om meer inzicht te krijgen in de mate waarin en de wijze waarop wij risico’s beheersen, hebben wij in 2011 een strategische risicoanalyse uitgevoerd. Hierbij zijn de belangrijkste risico’s in kaart gebracht die onze doelstellingen bedreigen. Tevens is vastgesteld in welke mate sprake is van een voldoende mate van beheersing van deze risico’s en waar aanvullende beheersmaatregelen noodzakelijk zijn. In 2012 hebben wij hier vervolg aan gegeven door deze risico’s toe te wijzen aan risico-eigenaren. Het management van Waterweg Wonen is zich meer bewust geworden van risico’s die relevant zijn voor onze organisatie door het zetten van stappen die onderdeel uitmaken van deze analyse. Het management heeft een beter (gedeeld) inzicht gekregen in deze risico’s en de beheersing daarvan (risicoprofiel). Daarmee voorziet Waterweg Wonen in een behoefte van de toezichthouders en geven wij een duidelijk signaal naar de belanghouders over het belang dat wij hechten aan beheersing en transparantie. In hiernaast staand risicoprofiel zijn de tien belangrijkste risico’s van Waterweg Wonen op een rij gezet.
5 Code ontwikkeld door brancheorganisatie Aedes en de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties, met als doel het vaststellen van normen voor goed bestuur en toezicht, transparantie, externe verantwoording en financiële beheersing.
Met een groep vertegenwoordigers van verschillende afdelingen zijn de risicokaarten renovatie en nieuwbouw aangepast en is een nieuwe risicokaart in het leven geroepen voor de gebiedsontwikkeling. Aan de risicokaarten zijn onder andere actuele financiële risico’s opgenomen als: • Onvoldoende mogelijkheden tot eigen financiering • Onvoldoende mogelijkheden tot financiering van andere partijen door derden • Onvoldoende kredietwaardigheid (onder)aannemer • Fiscale risico’s • Onvoldoende oog voor (beheer)kosten Hieronder wordt een aantal risico’s weergegeven die opgenomen zijn op de risicokaart gebiedsontwikkeling. a. Grondexploitatie 1 Afwezigheid van / onbekendheid met Programma van Eisen (duurzaamheid) 2 Recht van erfpacht is niet vrij van rechten en verplichtingen 3 Niet tijdig slopen van de opstallen 4. Niet tijdig bouwrijp maken van de grond 5. Tegenvallende kwaliteit van de bodem 6. Niet tijdig woonrijp maken van het openbaar gebied 7. Grootte omvang exploitatiegebied b. Opstalexploitatie 1. Markttechnische optimalisatie niet mogelijk 2. Niet tijdig realiseren van het programma 3. Beheer overgangsfase
75
Focus 1 Focus op risicomanagement
Figuur 7.1 Risicoprofiel
1. Ingrijpend Overheidsbeleid Risico’s
Beheersmaatregelen
Onzeker overheidsbeleid
Omzetten koop naar huur
Beperking hypotheekrenteaftrek
Fasering aanpassen
Aankomende verhuurdersheffing
Doorvoeren besparingen
Beperking taken woningcorporaties
Uitbesteden aan projectontwikkelaars
10. Calamiteiten Risico’s
2. Beperkt houdbaar participatiemodel
Beheersmaatregelen
Ontstaan brand/ontploffing Calamiteitenplan opstellen Asbestbesmetting/ Legionellabesmetting
Periodieke inspecties
Ongezond binnenklimaat
Voorlichting
Instorten/ bezwijken van constructies
Inventarisatie risico’s en herstel
Risico’s
Beheersmaatregelen
Huurdersgroepen niet bereiken
Nog geen maatregelen genomen
3. Mismatch woningvraag – aanbod
9. Uitstroomrisico personeel Risico’s
Beheersmaatregelen
Niet de gewenste uitstroom realiseren
Exit begeleiding
Risico’s
Beheersmaatregelen
Meer vraag naar huurwoningen
Omzetten koop naar huur
Meer vraag van middeninkomens
Fasering aanpassen
Sociaal plan Employability vergroten
12 15 18 21 24 27 30 33
8. Onvoldoende competenties Risico’s
Beheersmaatregelen
Gebrek aan kennis, vaardigheden of ervaring
Kwalitatieve formatieplanning Persoonlijke loopbaanplannen
4. Niet-marktconform plannen Risico’s
Beheersmaatregelen
Sombere economische ontwikkelingen
Thermometer koopwoningen (NVB) Dashboard woningmarkt (Maaskoepel)
5. Ontbreken juiste basis samenwerking i.c. projecten
7. Beperkt rendement maatschappelijk vastgoed Risico’s
Beheersmaatregelen
Investeringen niet (maatschap.) rendabel
Verscherpte toetsing uitvoeren
Risico’s
Beheersmaatregelen
Ineffectieve samen werking met partners
Sluiten gebieds overeenkomst BPO Opmaken gebieds overeenkomst HZO
6. Tegenvallende omzet verkoop bestaand bezit Risico’s
Beheersmaatregelen
Verplichte aflossing nieuwe hypotheken
Nieuwe complexen in de verkoop
Beperking hypotheekrenteaftrek
Aanbieden badkamer/ toilet etc. casco Inzetten social media
Door de boom goed te verzorgen en te beheren, krijgt deze weer ruimte om zich te ontwikkelen en te groeien.
Focus 2
Focus op organisatieontwikkeling
78
Met de ambities zoals verwoord in ons Bedrijfsplan 2012 2015 en de opgave vanuit het Actieplan Wonen, ligt er een duidelijke koers voor onze toekomstige ontwikkeling. Naast de maatschappelijke, demografische en technologische ontwikkelingen, hebben onze ambities en de afspraken met onze Actieplan Wonen-partners een direct effect op onze dienstverlening, de organisatie van ons werk en onze werknemers in de toekomst. Zo zal onze woningvoorraad de komende twintig jaar fors afnemen. Dit alleen al heeft consequenties voor onze bedrijfsvoering, de organisatieomvang, de inrichting van de organisatie en de inzet van ons personeel. De gevolgen van het Regeerakkoord voor onze corporatie, zowel qua werkveld als qua financiën, maakten eind 2012 noodzakelijk het al ingezette organisatieontwikkelproces aan te passen qua doelstellingen en dit aanzienlijk te versnellen. Medio januari 2013 zal een startnotitie vorm krijgen, die als uitgangspunt dient voor de aanstaande ontwikkeling van onze organisatie. Met de startnotitie als basis wordt de nieuwe organisatiestructuur ontworpen.
Grote veranderingen in werkaanbod Krimp in formatie In de jaren 2012 - 2015 vermindert het werkaanbod van Waterweg Wonen door een afname van de hoeveelheid project gerelateerd werk. Dit komt onder andere door een afname van renovatiewerkzaamheden en een afname van het aantal woningen in de bedrijfsplanperiode. Daarnaast zal de herstructurering vanuit het Actieplan Wonen minder snel verlopen als gevolg van (de nasleep van) de economische recessie en daarmee gepaarde marktontwikkelingen. Tenslotte verwachten we door een verdergaande efficiencyverbetering in onze bedrijfsprocessen een afname in de formatiebehoefte. Bovenstaand maakt dat meer dan 25% van het aantal formatieplaatsen zal verdwijnen in de periode 2012 - 2018. Dit alles wordt onder de noemer ‘Scherp aan de Wind’ verder uitgewerkt in 2013. Het doel is dat aan het eind van het jaar de organisatiestructuur, formatieomvang en functies bekend zijn en dat alle medewerkers weten of zij in deze nieuwe structuur een plaats hebben. Het uitgangspunt voor het organisatieontwikkelingsproces is dat de formatievermindering wordt gerealiseerd op basis van natuurlijk verloop en zonder gedwongen ontslagen. Door strategische formatieplanning wordt de benodigde kwantitatieve, maar voornamelijk ook kwalitatieve formatie op de korte en op de lange termijn inzichtelijk. Op deze wijze krijgen wij zicht op welke competenties, kennis en vaardigheden Waterweg Wonen nu heeft en in de toekomst nodig zal hebben om haar doelstellingen te behalen. Bovendien biedt het ons de mogelijkheid om maatregelen en beleid te formuleren rondom medewerkers. Reeds in 2012 zijn gesprekken gevoerd met de managers over de (toekomstige) personeelssamenstelling van hun afdeling.
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
Waterweg Wonen kent in 2012 de volgende in-, door- en uitstroomcijfers. Figuur 8.1 In-, door- en uitstroomstatistieken Norm Instroom Doorstroom Uitstroom: korter dan 2 jaar in dienst
2012
2011
6
6
Score
2
4
2
Positief
<= 5
5
1
Positief
Uitstroom: 2 jaar of langer in dienst
>= 6
6
10
Positief
Vacatures gemiddeld openstaand
<= 5
<= 2
<= 3
Positief
Arbeidsmobiliteit vergroten Meer aandacht voor employability en de ontwikkeling van werknemers kan de arbeidsmobiliteit vergroten. Employability veronderstelt een grote mate van zelfsturing door de werknemer. Deze denkt zelf na over hoe hij zijn mogelijkheden en capaciteiten kan ontwikkelen en verbreden. De leidinggevende beoordeelt of de wensen van de werknemer passen bij de behoeften van de organisatie en zorgt voor de benodigde faciliteiten. Medewerkers kunnen gebruik maken van mogelijkheden als FLOW-web, en het ‘persoonlijk loopbaanontwikkelingsbudget’ (PLOP) om invulling te geven aan ontwikkelwensen. Wanneer de ontwikkelwensen passen binnen de doelstelling van Waterweg Wonen zijn er voor vergoeding/honorering meestal ook mogelijkheden vanuit het reguliere opleidingsbudget. Ruim 90 medewerkers hebben in 2012 één of meerdere opleidingen gevolgd. De cursussen variëren van schilderwerk, social media, corporatie & vastgoedsturing tot begroten en financiële meerjarenplanning. Intern is een cursus informatiebeheer gegeven aan alle medewerkers. Flexibilisering vergroten De komst van nieuwe technologieën en de ontwikkeling naar een kenniseconomie heeft grote gevolgen voor de wijze waarop organisaties functioneren en hoe ze met werknemers en partners samenwerken. ‘Het Nieuwe Werken’ is als ontwikkeling niet meer weg te denken uit de werkomgeving van de toekomst. In het Nieuwe Werken staat tijd- en/of plaatsonafhankelijk werken centraal, omwille van efficiency en betere aansluiting op klantvragen in de 24-uurs economie. Vertrouwen, eigen verantwoordelijkheid en flexibiliteit van werknemers zijn daarbij essentieel en zijn zaken die passen bij de ‘nieuwe professional’. Zonder de juiste mentaliteit heeft het Nieuwe Werken geen positief effect. In 2013 stellen wij vast welke mogelijkheden het Nieuwe Werken ons biedt, rekening houdend met de klantvraag, onze (maatschappelijke) taken en diensten en de daaruit afgeleide bedrijfsprocessen en -cultuur.
Focus 2 Focus op organisatieontwikkeling
Figuur 8.2 Personeelsstatistieken Norm
2012
2011
Score
Ziekteverzuim totaal
<= 5,5%
3,9%
5,2%
Positief
Kort verzuim (< 6 weken)
<= 2,5%
2,4%
2,6%
Positief
Lang verzuim (>= 6 weken)
<= 3,0%
1,5%
2,6%
Positief
<= 1,40
1,43
1,43
Negatief
151,2
146,3
147,1
Positief
Frequentie Gemiddeld aantal fte’s
Het verzuim over 2012 is fors gedaald in vergelijking met 2011. Daarover zijn wij bijzonder tevreden. Met name het lang verzuim is sterk afgenomen. Dit verzuim is moeilijker te beïnvloeden dan het kort verzuim. Het kort verzuim nam licht af en de verzuimfrequentie bleef op het niveau van 2011.
De Delftseveer en korenmolen Aeolus
79
Waterweg Wonen
80
Bijlagen Bijlage 1 Vergelijking jaarresultaat voor de stelselwijziging met de begroting 2012 (Bedragen x d 1.000,-)
Bedrijfsopbrengsten - Huuropbrengsten - Opbrengsten servicecontracten - Gerealiseerde opbrengst projecten - Netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille - Geactiveerde productie eigen bedrijf - Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten
Begroting 2012
Resultaat 2012
Resultaat 2011
61.229 106
60.387 5.146
60.157 5.542
12.889
2.683
-387
3.097
2.439
6.884
1.501 593 79.415
1.316 565 72.536
1.526 568 74.290
12.917
1.484
2.455
Bedrijfslasten - Externe kosten onderhanden projecten - Afschrijvingen materiële vaste activa - Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille - Erfpacht - Lonen en salarissen - Sociale lasten - Pensioenlasten - Onderhoudslasten - Leefbaarheid - Lasten servicecontracten - Overige bedrijfslasten Som der bedrijfslasten
536
702
649
5.170 306 7.438 1.145 1.476 12.207 1.497 0 10.401 53.093
-3.318 306 7.614 1.065 1.426 16.437 1.230 5.085 10.771 42.802
7.357 306 7.535 1.038 1.403 12.892 1.215 5.662 11.823 52.335
Bedrijfsresultaat
26.322
29.734
21.955
0 952 -14.516
251 96 -13.656
-241 46 -13.673
12.758
16.425
8.087
0 0
0 2
0 0
12.758
16.427
8.087
-12.595
23.067
-9.532
163
39.494
-1.445
- Waardeveranderingen van financiële vaste activa - Rentebaten - Rentelasten Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen - Belastingen resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening - Resultaat deelnemingen Resultaat na belastingen - Mutatie reële waarde materiële vaste activa Netto resultaat na mutatie reële waarde
Vergelijking jaarresultaat met de begroting 2012 De winst- en verliesrekening over 2012 – inclusief waarde verandering materiële vaste activa – sluit met een positief resultaat van d 39.494.000 na belasting ten opzichte van een begroot positief resultaat van d 163.000. Het verschil van d 39.331.000 is als volgt te verklaren: - Lagere huuropbrengsten door het niet kunnen toepassen van de inkomensafhankelijke huurverhoging - Hogere gerealiseerde opbrengst projecten door het in verhuur nemen van voor de verkoop bestemde woningen, waarop een verkoopverlies verwacht was - Lagere verkoopopbrengsten bij verkoop bestaand bezit door achterblijvende verkopen - Een positieve waardeverandering op onrendabele investeringen voornamelijk door het rekenen met een langere levensduur en een gedeeltelijke vrijval van de voorziening voor het project Stadsleven - Hogere onderhoudslasten vooral veroorzaakt door lagere activeringen - Hogere overige bedrijfslasten door onder andere niet begrote inhuur van derden - De positieve mutatie reële waarde materiële vaste activa wordt veroorzaakt door aangepast beleid - Diverse posten Totale afwijking begroting – resultaat 2012 na belastingen
-842
1.227 -658
8.488 -4.230 -370 35.662 54 39.331
Bijlagen
Bijlage 2 Kengetallen 2012
2011
2010
2009
2008
Aantal verhuureenheden - Woningen in exploitatie - Woningen in aanbouw Totaal woningen
11.899 103 12.002
12.219 0 12.219
12.635 0 12.635
12.756 44 12.800
12.724 44 12.768
- Winkels en bedrijfsruimten - Parkeervoorzieningen en bergingen - Overige objecten Totaal aantal verhuureenheden
148 915 4 13.069
171 924 4 13.318
186 944 4 13.769
182 924 16 13.922
175 924 17 13.884
2.842 8.091 966
3.402 8.010 807
3.910 7.975 750
4.395 7.694 667
4.882 7.338 504
1.419
1.352
1.608
1.561
1.403
2.939 4.188 11.480 1.314 456 57 702 19.823
2.997 3.662 12.723 1.488 483 49 879 20.793
3.283 2.404 11.634 1.233 498 43 1.089 18.951
4.183 3.504 9.304 1.131 583 91 973 18.638
3.476 3.526 8.606 899 550 77 1.042 17.277
- Huurachterstand in % jaarhuur - Huurderving in % jaarhuur (excl. projectderv.) - Mutatiegraad
1,2% 1,6% 10,0%
1,0% 1,7% 8,7%
1,0% 1,3% 10,0%
1,1% 2,1% 10,9%
1,0% 1,4% 10,3%
Financiële continuïteit - Solvabiliteit* - Liquiditeit (current ratio)* - Rentabiliteit eigen vermogen* - Rentabiliteit totale vermogen*
28,3% 5,8% 2,4% 0,7%
19,0% 18,5% -1,5% -0,3%
19,5% 21,4% -11,1% -2,2%
7,0% 29,8% -82,4% -5,8%
15,2% 64,3% -46,0% -7,0%
166.666 19.908 60.387 4.057 0
96.164 35.340 60.601 -1.445 0
97.609 46.311 60.345 -10.877 0
29.429 54.966 57.668 -24.241 37
53.670 35.985 57.053 -24.701 13
Aantal woningen naar huurprijsklasse - Huurprijs =< d 366,37 - d 366,37 < huurprijs =< d 561,98 - Huurprijs > d 561,98 (huurprijsklasse 2011 d 361,66/ d 554,76 en >554,76) Kwaliteit - Aantal gevallen mutatieonderhoud - Kosten reparatieonderhoud (= minus dekking servicedienst) - Kosten mutatieonderhoud (= minus dekking servicedienst) - Uitgaven planmatig onderhoud Waarvan kosten contracten - Groenonderhoud - Onderhoud leefbaarheid - Overig onderhoud - Totaal onderhoud Het verhuren van woningen
Balans en winst- en verliesrekening (x e 1.000,-) - Eigen vermogen* - Voorzieningen* - Huren - Jaarresultaat* - Overheidsbijdragen
* Vanaf 2012 op basis van waardering volgens de nieuwe richtlijn voor de jaarverslaggeving. 2011 en 2010 op basis van waardering op actuele waarde, daarvoor op basis van waardering op minimumwaarde
Waterweg Wonen
82
Meerjarenprognose Balans 2013 - 2017 (Bedragen x d 1.000,-)
2013
2014
2015
2016
2017
Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa
569.387 48 569.435
586.144 48 586.192
583.337 48 583.385
577.351 48 577.399
571.064 48 571.112
Voorraad verkoop Overige voorraden Liquide middelen Overige vorderingen Totaal vlottende activa
2.868 146 0 1.905 4.919
338 146 0 1.905 2.389
4.336 146 0 1.905 6.387
2.352 146 0 1.905 4.403
0 0 0 1.905 1.905
574.354
588.581
589.772
581.802
573.017
110.363 15.726 1.037 25.718 396.331 549.175
123.708 1.970 1.037 28.249 407.700 562.664
130.560 465 1.037 30.769 401.281 564.112
136.216 0 1.037 33.725 385.170 556.148
133.903 11.192 1.037 36.503 364.774 547.409
10.158 15.021 25.179
10.000 15.917 25.917
10.000 15.660 25.660
10.000 15.654 25.654
10.000 15.608 25.608
Balanstotaal
574.354
588.581
589.772
581.802
573.017
Solvabiliteit
19,2%
21,0%
22,1%
23,4%
23,4%
511.640
552.196
549.498
540.940
528.165
ACTIVA
Balanstotaal
PASSIVA Eigen vermogen Voorzieningen (verlieslatende contracten) Voorzieningen overig Terugkoopverplichting Schulden lange termijn Totaal langlopende passiva Leningen o/g < 1 jaar Overige kortlopende schulden Totaal kortlopende passiva
Bedrijfswaarde
De in de meerjarenprognose opgenomen cijfers zijn overeenkomstig de opgave die eind januari 2013 aan het CFV is gedaan. Deze cijfers omvatten inschattingen omtrent voorgenomen beleid van de regering inzake verhuurdersheffing en hogere huuropbrengsten.
Meerjarenprognose
Winst- en verliesrekening 2013 - 2017 (Bedragen x d 1.000,-)
Huuropbrengsten Winst uit verkoop bestaand bezit Gerealiseerde opbrengst projecten Gerealiseerde productie eigen bedrijf Overige bedrijfsopbrengsten Totaal bedrijfsopbrengsten
2013 62.877 2.025 6.101 1.174 873 73.050
2014 65.607 2.699 5.110 496 849 74.761
2015 68.450 3.833 7.831 550 844 81.508
2016 70.308 3.544 2.634 565 540 77.591
2017 71.734 6.530 3.266 581 546 82.657
Externe kosten onderhanden projecten Afschrijvingen Overige waardeveranderingen mva Erfpacht Salarissen en sociale lasten Onderhoud Overige kosten werkorganisatie Verhuurdersheffing Kosten stedelijke voorzieningen CFV heffing Overige bedrijfslasten Totaal bedrijfslasten
6.101 678 1.936 282 9.955 19.293 4.346 229 501 2.518 6.287 52.126
5.110 602 0 267 9.306 16.355 4.232 5.192 477 2.633 6.007 50.181
7.831 538 1.645 259 8.896 14.463 4.158 6.343 480 2.753 5.961 53.327
4.896 426 0 259 8.387 15.178 4.104 7.446 242 1.417 5.880 48.235
4.423 458 9.813 258 7.909 14.628 4.030 8.565 243 1.449 5.769 57.545
Totaal bedrijfsresultaat
20.924
24.580
28.181
29.356
25.112
1.339 -16.075
1.630 -18.281
576 -17.539
115 -17.616
67 -17.030
6.188
7.929
11.218
11.855
8.149
0
0
0
0
0
Jaarresultaat na belastingen voor mutatie reële waarde
6.188
7.929
11.218
11.855
8.149
Mutatie reële waarde
5.346
5.348
-4.243
-6.198
-10.551
11.534
13.277
6.975
5.657
-2.402
Rentebaten Rentelasten Totaal jaarresultaat voor belasting Vennootschapsbelasting
Totaal jaarresultaat na belasting en mutatie reële waarde
Jaarrekening
Waterweg Wonen
J2
Balans per 31 december 2012 (na resultaatbestemming) (Bedragen x d 1.000,-)
Ref.
2012
2011
469.524 8.085 1.886 479.495
439.027 2.617 1.753 443.397
69.785 24.030 13.209 107.024
65.738 21.908 14.527 102.173
38 0 38
38 10 48
586.557
545.618
0 0 98 98
174 4.675 146 4.995
80
134
719 431 213 1.003 2.366
646 463 184 612 1.905
460
129
3.004
7.163
589.561
552.781
VASTE ACTIVA Materiële vaste activa
1.1
- Sociaal vastgoed in exploitatie - Sociaal vastgoed in ontwikkeling - Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie Totaal materiële vaste activa Vastgoedbeleggingen
1.2
- Commercieel vastgoed in exploitatie - Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden - Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Totaal vastgoedbeleggingen Financiële vaste activa
1.3
- Deelnemingen - Leningen u/g Totaal financiële vaste activa Totaal vaste activa
VLOTTENDE ACTIVA Voorraden - Vastgoed bestemd voor de verkoop - Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor de verkoop - Overige voorraden Totaal voorraden Onderhanden projecten Vorderingen - Huurdebiteuren - Overige debiteuren - Overige vorderingen - Overlopende activa Totaal vorderingen Liquide middelen Totaal vlottende activa Totaal activa
1.4 1.4.1 1.4.2 1.4.3
1.5 1.6 1.6.1 1.6.2 1.6.3 1.6.4
1.7
Jaarrekening
J3
Ref.
2012
2011
166.666
137.564
19.201 447 260 0 19.908
38.643 461 325 251 39.680
5.094 321.360 74 24.739 351.267
6.352 308.647 131 22.229 337.359
25.437 9.954 2.986 181 2.434 0 1.347 9.381 51.720
11.718 9.251 3.439 24 1.870 521 1.526 9.829 38.178
589.561
552.781
PASSIVA Eigen vermogen
1.8
- Overige reserves Voorzieningen
1.9
- Voorziening onrendabele investeringen - Voorziening garantie betreffende onderhoud vve - Voorziening persoonlijk loopbaan ontwikkelingsplan - Voorziening negatieve waarde ineffectieve derivaten Totaal voorzieningen Langlopende schulden - Leningen overheid - Leningen kredietinstellingen - Waarborgsommen - Terugkoopverplichting verkoop onder voorwaarden Totaal langlopende schulden Kortlopende schulden - Leningen < 1 jaar - Bank - Schulden aan leveranciers - Pensioenen - Belastingen en sociale verzekeringen - Onderhanden projecten - Overige schulden - Overlopende passiva Totaal kortlopende schulden Totaal passiva
1.10 1.10.1 1.10.2 1.10.3 1.10.4
1.11 1.11.1 1.11.2 1.11.3 1.11.4 1.11.5 1.11.6 1.11.7 1.11.8
Waterweg Wonen
J4
Winst- en verliesrekening over 2012 (Bedragen x d 1.000,-)
Ref.
Resultaat 2012
Resultaat 2011
2.1 2.2
60.387 5.146
60.157 4.518
2.3 2.4 2.5 2.6
466 2.960 1.316 565 70.840
-387 3.379 1.526 568 69.761
2.7 2.8 2.9 2.10 2.11 2.12 2.13 2.14 2.15 2.16
21.974 -18.693 306 7.614 1.065 1.426 16.437 1.230 5.085 12.250 48.694
21.102 -3.848 306 7.535 1.038 1.403 12.892 1.215 4.638 14.492 60.773
22.146
8.988
Bedrijfsopbrengsten - Huuropbrengsten - Opbrengsten servicecontracten - Wijzigingen in voorraad vastgoed bestemd voor de verkoop en onderhanden projecten - Netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille - Geactiveerde productie eigen bedrijf - Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten Bedrijfslasten - Afschrijvingen materiële vaste activa - Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille - Erfpacht - Lonen en salarissen - Sociale lasten - Pensioenlasten - Onderhoudslasten - Leefbaarheid - Lasten servicecontracten - Overige bedrijfslasten Som der bedrijfslasten Bedrijfsresultaat Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille
2.17
-4.782
-2.607
- Waardeveranderingen van financiële vaste activa
2.18
251
-241
- Rentebaten - Rentelasten
2.19 2.20
96 -13.656
46 -13.673
4.055
-7.487
0 2
0 0
4.057
-7.487
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen - Belastingen resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening - Resultaat deelnemingen Resultaat na belastingen
2.21 2.22
Jaarrekening
J5
Kasstroomoverzicht over 2012 (Bedragen x d 1.000,-)
Ref.
2012
2011
J4
22.146
10.025
2.5
20.032 -1.316 -18.301
18.110 -1.526 -4.689
1.9
-330
176
1.4 1.6 1.11
4.897 -407 -880
1.469 100 -2.465
25.841
21.200
96 -14.750 2 0
46 -14.737 0 0
11.189
6.509
1.1+1.2 1.1+1.2 1.3 1.3
-42.653 3.204 0 261 -39.188
-34.194 6.884 0 -241 -27.551
1.10 1.10
40.510 -12.883 27.627
34.221 -12.216 22.005
-372
963
129 -9.251 -9.122
505 -10.590 -10.085
331 -703 -372
-376 1.339 963
460 -9.954 -9.494
129 -9.251 -9.122
Kasstroom uit operationele activiteiten Bedrijfsresultaat Aanpassingen voor: Afschrijvingen (incl. boekresultaten verkoop materiële vaste activa) Geactiveerde productie eigen bedrijf vaste activa Overige waardeveranderingen immateriële vaste activa en vastgoedportefeuille Vrijval/ dotatie voorzieningen Veranderingen in werkkapitaal: Mutatie voorraden Mutatie vorderingen Mutatie kortlopende schulden Kasstroom uit bedrijfsoperaties Ontvangen rente Betaalde rente Resultaat deelnemingen Resultaat belastingen
2.19 2.20 2.22 2.21
Kasstroom uit operationele activiteiten Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen in materiële vaste activa en vastgoedbeleggingen Desinvesteringen materiële vaste activa en vastgoedbeleggingen Investeringen in financiële vaste activa Desinvesteringen in financiële vaste activa Som van de kasstroom uit investeringsactiviteiten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangsten uit langlopende schulden Aflossingen langlopende schulden Som van de kasstroom uit financieringsactiviteiten Netto kasstroom De afname van de geldmiddelen in boekjaar sluit als volgt aan op de mutatie in de balanspost liquide middelen: Stand per 1 januari Liquide middelen Schulden aan kredietinstellingen Mutaties boekjaar Liquide middelen Schulden aan kredietinstellingen Stand per 31 december Liquide middelen Schulden aan kredietinstellingen Stand per 31 december
J6
Waterweg Wonen
Toelichting jaarrekening Waarderingsgrondslagen Algemene toelichting Algemeen Waterweg Wonen is een stichting met de status van “toegelaten instelling volkshuisvesting”. Zij heeft specifieke toelating in de gemeente Vlaardingen en is werkzaam binnen de juridische wetgeving vanuit de Woonwet en het Besluit Beheer Sociale Huursector. De statutaire en feitelijke vestigingsplaats is Burgemeester Van Lierplein 51 te Vlaardingen. De activiteiten bestaan voornamelijk uit de exploitatie en ontwikkeling van woningen in de sociale huursector. Consolidatie Waterweg Wonen heeft eind 2007 een tweetal vennootschappen opgericht die nog geen activiteiten hebben ondernomen. Deze dienden als uitwerking van de modelkeuze onder het fiscale regime over 2006 en 2007. Omdat er geen activiteiten plaatsvinden buiten de rente inkomsten vanuit het gestort kapitaal is besloten dat een geconsolideerde jaarrekening het inzicht niet zou vergroten en wordt volstaan met een vennootschappelijke jaarrekening over 2012. Stelselwijziging Op 31 januari 2011 heeft de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ) de herziene Richtlijn 645 Toegelaten Instellingen volkshuisvesting gepubliceerd. Toepassing van deze Richtlijn is verplicht voor verslagjaren vanaf 2012. De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de Richtlijn versie 2005 zijn: • Het classificeren en kwalificeren van de onroerende zaken in exploitatie; • Het aanscherpen van het actuele waarde begrip voor het sociaal en commercieel vastgoed; • De methode van afschrijvingen; • De verwerking van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden (VOV); • Het opnemen van aangepaste modellen voor de balans en winst-en-verliesrekening; • De verwerking van de vennootschapsbelasting; • Het niet langer verplicht opnemen van een mutatie overzicht bedrijfswaarde in de toelichting; • Geen specifieke voorgeschreven verwerking van de gecombineerde bouwprojecten; • Het is niet langer toegestaan de rentabiliteitswaardecorrectie op de leningenportefeuille toe te passen. In 2012 hebben zich op grond van de overgang naar de herziene Richtlijn 645 bij Waterweg Wonen de volgende stelselwijzigingen voorgedaan: • Ter bepaling van de actuele waarde (zijnde de bedrijfswaarde) van het sociaal vastgoed in exploitatie werd tot en met 2011 een andere basis voor de bedrijfswaarde gehanteerd dan vanaf 1 januari 2012. De rentabiliteitswaarde correctie wordt niet langer toegerekend, de integrale kostenbenadering is gewijzigd in een benadering met alleen nog vastgoedgerelateerde kosten en de minimum levensduur bij afwezigheid van
andere concrete beleidsvoornemens is gewijzigd van 10 naar 15 jaar. Hierdoor is de bedrijfswaarde van het sociaal vastgoed in exploitatie begin 2012 d 31,6 mln. hoger, het sociaal vastgoed in ontwikkeling d 1,3 mln. lager en de voorziening onrendabele investeringen d 4,3 mln. hoger dan eind 2011. • Waardering commercieel vastgoed (van actuele waarde op basis van bedrijfwaarde naar actuele waarde op basis van taxatie als vastgoedbelegger). Hierdoor is de waarde van het commercieel vastgoed begin 2012 d 15,4 mln. hoger dan eind 2011. • Met ingang van 2012 wordt afgeschreven over (op bedrijfswaarde gewaardeerd) Sociaal vastgoed in exploitatie. De hieruit voortvloeiende extra lasten worden volledig gecompenseerd door een tegengesteld effect in de mutatie bedrijfswaarde, welke afhankelijk van de specifieke omstandigheden als terugname van eerdere afwaarderingen ten gunste van het resultaat of direct ten gunste van het eigen vermogen wordt verwantwoord. Op basis van deze stelselwijzigingen is het vermogen per 1 januari 2012 herrekend. Het eigen vermogen is toegenomen met een bedrag van d 41,4 mln. De overige reserves zijn gestegen van d 96 mln. naar d 137,6 mln. Het resultaat over 2012 op basis van de nieuwe grondslagen bedraagt d 4,1 mln. positief. Indien op de oude grondslagen zou zijn gewaardeerd, dan zou het resultaat d 39,5 mln. positief hebben bedragen. Het resultaat over 2011 bedraagt op basis van de oude grondslagen d 1,4 mln. negatief. Indien op de nieuwe grondslagen zou zijn gewaardeerd, dan zou het resultaat d 7,5 mln. negatief hebben bedragen. De vergelijkende cijfers over het boekjaar 2011 zijn herrekend naar de nieuwe waarderingsgrondslagen. Presentatiewijziging In de herziene Richtlijn 645 zijn aangepaste modellen voor de balans en resultatenrekening voorgeschreven. In de balans zijn een aantal posten toegevoegd en voor de resultatenrekening biedt de herziene Richtlijn naast een uitgebreider categoriaal model tevens een functioneel model als alternatieve optie. Waterweg Wonen kiest voor het categoriale model volgens het model van de herziene Richtlijn 645. Hierbij zijn de vergelijkende cijfers dienovereenkomstig aangepast. Schattingen Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt Waterweg Wonen zich verschillende oordelen en maakt schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten. Dit is met name het geval bij de bepaling van de bedrijfswaarde en het verantwoorden van verwachte verliezen op investeringen.
Jaarrekening
Grondslagen voor waardering van activa en passiva Regelgeving De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de bepalingen van het Besluit Beheer Sociale Huursector, Titel 9 Boek 2 BW, en Richtlijn 645 van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving en de stellige uitspraken van de overige Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Activa en verplichtingen worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de balans, de winst-en-verliesrekening en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelichting. Vergelijking met voorgaand jaar De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten op zichte van het voorgaande jaar, met uitzondering van de toegepaste stelsel- en schattingswijzigingen zoals hiervoor opgenomen. Verwerking verplichtingen In de jaarrekening wordt naast juridisch afdwingbare verplichtingen tevens rekening gehouden met feitelijke verplichtingen die kunnen worden gekwalificeerd als “intern geformaliseerd en extern gecommuniceerd”. Hiervan is sprake wanneer uitingen namens de corporatie zijn gedaan richting huurders, gemeenten en overige stakeholders aangaande verplichtingen inzake toekomstige herstructureringen en toekomstige nieuwbouwprojecten. Een feitelijke verplichting is gekoppeld aan het besluitvormingsproces van de corporatie rondom projectontwikkeling en herstructurering.
Materiële vaste activa Algemene uitgangspunten Tenzij bij de afzonderlijke balansposten iets anders wordt vermeld gelden voor alle materiële vaste activa de volgende algemene uitgangspunten. Verkrijgings- of vervaardigingsprijs De verkrijgings- of vervaardigingsprijs wordt bepaald als de som van alle direct toe te rekenen uitgaven onder aftrek van afschrijvingen gedurende de geschatte toekomstige gebruiksduur. Op grond wordt niet afgeschreven. Voor zover verkregen subsidies kwalificeren als investeringssubsidie worden deze in mindering gebracht op de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Tevens worden hierbij de rente tijdens de bouw op vreemd vermogen en direct toerekenbare interne kosten alsmede transactiekosten geactiveerd. Rente wordt uitsluitend toegerekend indien voor te vervaardigen materiële vaste activa noodzakelijkerwijs een aanmerkelijke hoeveelheid tijd nodig is om deze gebruiksklaar te maken, en vangt aan bij start van de bouw. De geactiveerde rente wordt berekend tegen de gemiddelde rentevoet over het totale vreemde vermogen. Voor onroerende zaken waarvoor specifieke financiering is aangetrokken wordt de interestvoet van deze specifieke financiering gehanteerd. Er wordt rekening gehouden met bijzondere
J7
waardeverminderingen die op balansdatum worden verwacht. Verwerking van onderhoud Waterweg Wonen verwerkt de kosten van onderhoud aan haar materiële vaste activa als onderdeel van de boekwaarde indien wordt voldaan aan de criteria voor activering. De geactiveerde kosten worden als afzonderlijke component behandeld. Voor zover sprake is van vervanging van onderdelen van het actief wordt de nog aanwezige boekwaarde van deze onderdelen gedesinvesteerd. Indien de boekwaarde van deze te desinvesteren onderdelen niet afzonderlijk uit de activa registratie zijn te herleiden wordt deze benaderd op basis van de huidige uitgaven, teruggerekend naar de datum van oorspronkelijke investering, en indien van toepassing rekening houdend met de naar benadering tot het moment van vervanging hierover gepleegde afschrijvingen. Voor de toekomstige kosten van groot onderhoud aan vastgoed is geen voorziening voor groot onderhoud gevormd. De kosten worden rechtstreeks in het resultaat verantwoord. Componenten Binnen het vastgoed worden componenten onderkend met een verschillende levensduur. Naast de grond (geen afschrijving) en de opstal worden installaties en inventaris onderkend. Van een afzonderlijke component is sprake indien deze component meer dan 10% uitmaakt van de waarde van het actief en/of indien de afschrijvingslast (als gevolg van een afwijkende levensduur van de component ten opzichte van de opstal) meer dan 10% afwijkt van de situatie dat geen component zou zijn onderkend.
Sociaal vastgoed in exploitatie Typering Sociaal vastgoed omvat woningen in exploitatie met een huurprijs onder de huurtoeslaggrens, het maatschappelijk vastgoed en het overige sociale vastgoed. De huurtoeslaggrens is een algemeen huurprijsniveau dat jaarlijks per 1 januari door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt vastgesteld. Maatschappelijk vastgoed is bedrijfsonroerend goed dat is verhuurd aan maatschappelijke organisaties, waaronder zorg-, welzijn-, onderwijs en culturele instellingen en dienstverleners en tevens is vermeld op de bijlage zoals deze is opgenomen in de Beschikking van de Europese Commissie d.d. 15 december 2009 aangaande de staatssteun voor toegelaten instellingen. Kwalificatie Het beleid van Waterweg Wonen is er primair op gericht de sociale vastgoedportefeuille aan te houden voor de doelgroep van beleid. Daarmee kwalificeert Waterweg Wonen zich als vastgoed beheerder en is de bedrijfswaarde de basis voor de invulling van de actuele waarde. Waarderingsgrondslag Het sociaal vastgoed in exploitatie wordt bij eerste verwerking tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs gewaardeerd en daarna tegen de actuele waarde zijnde de laagste van de vervangingswaarde of de bedrijfswaarde onder aftrek van cumulatieve afschrijvingen.
J8
Waterweg Wonen
Bepaling bedrijfswaarde Onder de bedrijfswaarde wordt verstaan de contante waarde van de aan een actief of samenstel van activa toe te rekenen toekomstige kasstromen die kunnen worden verkregen met de uitoefening van het bedrijf. De bedrijfswaarde wordt gevormd door de contante waarde van de geprognosticeerde kasstromen uit hoofde van toekomstige exploitatieopbrengsten en toekomstige exploitatielasten over de geschatte resterende looptijd van de investering.
De verwachte opbrengstwaarde van woningen geoormerkt voor verkoop wordt gedefinieerd als de contante waarde van het bedrag dat kan worden verkregen bij vrijwillige verkoop binnen een verwachte termijn, onder aftrek van verkoopkosten die niet door de koper worden gedragen. Ter bepaling van dit bedrag worden zo nodig taxaties uitgevoerd door onafhankelijke externe deskundigen of worden vergelijkbare onroerende zaken als referentie gehanteerd.
De kasstroomprognoses zijn gebaseerd op redelijke en onderbouwde veronderstellingen die de beste schatting van de directie weergeven van de economische omstandigheden die van toepassing zullen zijn gedurende de resterende levensduur van het actief. De kasstromen zijn gebaseerd op de eind 2012 intern geformaliseerde meerjaren begroting en bestrijken een periode van 5 jaar behoudens de verwachte kosten van groot onderhoud, erfpacht en overige contracten met een werkingsduur van meer dan vijf jaar. De kosten van planmatig groot onderhoud worden gebaseerd op de in de meerjaren onderhoudsbegroting onderkende cycli per component. Voor latere jaren wordt uitgegaan van de verwachte gemiddelde groeivoeten voor inflatie, huurstijging en rente alsmede genormeerde lastenniveaus.
De bepaling van de restwaarde van de grond opgenomen in de bedrijfswaarde vindt voor zover er nog geen herbestemming van de grond heeft plaatsgevonden plaats op basis van de huidige vergelijkbare kavel- of vierkante meterprijs voor een sociale huurwoning. Deze kavelprijs wordt geïndexeerd naar het einde van de levensduur en verminderd met verwachte sloopkosten en kosten van uitplaatsing. Indien feitelijke dan wel in rechte afdwingbare verplichtingen zijn aangegaan die consequenties hebben voor de bestemming van de grond dan wordt met deze gewijzigde bestemming in de waardering rekening gehouden.
Bij de bedrijfswaardeberekening gelden de volgende uitgangspunten: • een inflatievolgend huurbeleid binnen de kaders van het ministerie van Wonen, 2013: 2,5%, 2013 en verder 2,0% (voorgaand jaar: 2012: 2,3%, 2013 en verder 2,0%); • een stijging van de variabele lasten tot einde levensduur gelijk aan de percentages van de huurverhoging; • een disconteringsvoet van 5,25% (overeenkomstig voorschrift van het CFV) (voorgaand jaar: 5,25%); • een levensduur van 50 jaar of na ingrijpende renovatie 30 jaar (voorgaand jaar: 50 jaar of na ingrijpende renovatie 25 jaar); • een minimum restant levensduur van 15 jaar, tenzij er concrete besluitvorming bestaat; • een restwaarde van de grond aan het einde van de exploitatieperiode; • verkopen van bestaand bezit worden voor een periode van vijf jaar in de waardering betrokken; • de eventueel te betalen vennootschapsbelasting maakt geen onderdeel uit van de bedrijfswaarde. • Bij herwaardering is geen rekening gehouden met eventuele belastinglatenties. Bij de bepaling van de bedrijfswaarde is uitsluitend rekening gehouden met vastgoedgerelateerde kosten. Hiertoe worden niet gerekend: directe kosten gerelateerd aan projectontwikkeling en woningverkopen, leefbaarheidsuitgaven, heffingen CFV en vennootschapsbelasting, alsmede een aan projectontwikkeling en woningverkopen toe te rekenen aandeel in de indirecte kosten van het werkapparaat. Bij de bepaling van de bedrijfswaarde wordt niet langer rekening gehouden met de rentabiliteitswaardecorrectie van de bestaande leningenportefeuille en beleggingen. De rentabiliteitswaardecorrectie betrof het tijdelijke verschil tussen de contante waarde van de verwachte kasstromen uit hoofde van leningen en beleggingen en de waardering van deze posten op de balans.
Herwaardering Het per saldo positieve verschil tussen de bedrijfswaarde van een complex enerzijds en de boekwaarde die dat complex zou hebben gehad bij toepassing van waardering tegen historische kostprijs minus afschrijvingen anderzijds, wordt als ongerealiseerde herwaardering (hierna aangeduid als ‘herwaarderingsreserve’) toegevoegd aan het eigen vermogen. Een per saldo negatief verschil komt ten laste van het resultaat. Positieve en negatieve verschillen op verschillende complexen worden hierbij niet gesaldeerd. Mutaties in bedrijfswaarde Mutaties in de bedrijfswaarde van een complex worden als volgt verwerkt: • Bij een waardestijging: als een ongerealiseerde waardestijging ten gunste van het eigen vermogen (herwaardering) indien en voor zover de bedrijfswaarde hoger is dan de boekwaarde op dat moment zou zijn geweest bij toepassing van waardering tegen historische kostprijs minus afschrijvingen, en voor een eventueel resterende overige waardestijging als terugname van een bijzonder waardeverminderingsverlies; • Bij een waardedaling: als een negatieve herwaardering indien en voor zover er voor het betreffende complex op dat moment nog sprake is van een ongerealiseerde waardestijging, en voor het overige als een bijzonder waardeverminderingsverlies. Het hiervoor genoemde bijzondere waardeverminderingsverlies (respectievelijk de terugname daarvan) worden ten laste (respectievelijk ten gunste) van de winst- en verliesrekening verantwoord onder de bedrijfslasten als ‘Overige waardeveranderingen immateriële vaste activa en vastgoedportefeuille’. Afschrijvingen Vanaf 2012 zijn de afschrijvingen niet langer gebaseerd op de annuïtaire methode maar wordt per component lineair over de geschatte resterende levensduur afgeschreven over het verschil tussen de boekwaarde per 1 januari 2012 en de geschatte restwaarde van (de component van) het actief. Na verwerking van een mutatie in de bedrijfswaarde geldt
Jaarrekening
de nieuwe bedrijfswaarde vanaf dat moment als basis voor de afschrijvingen in de toekomst. Voor de restant levensduur wordt aangesloten met de uitgangspunten voor de bedrijfswaardeberekening.
J9
De algemene uitgangspunten van Materiële vaste activa zijn ook van toepassing op Vastgoedbeleggingen, tenzij hierna anders is vermeld.
Commercieel vastgoed in exploitatie Sociaal vastgoed in ontwikkeling Typering Dit betreffen complexen in aanbouw die zijn bestemd om te worden ingezet als vastgoed in eigen exploitatie niet zijnde een vastgoedbelegging. Waarderingsgrondslag Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie wordt gewaardeerd tegen uitgaafprijzen en toegerekende kosten van het werkapparaat uit hoofde van voorbereiding, toezicht en directievoering. Voorts wordt rente tijdens de bouw toegerekend vanaf het moment dat daadwerkelijk met ontwikkeling is gestart. Rente wordt uitsluitend toegerekend indien voor te vervaardigen materiële vaste activa noodzakelijkerwijs een aanmerkelijke hoeveelheid tijd nodig is om deze gebruiksklaar te maken. De geactiveerde rente wordt berekend tegen de gemiddelde rentevoet over het totale vreemde vermogen. Voor onroerende zaken waarvoor specifieke financiering is aangetrokken wordt de interestvoet van deze specifieke financiering gehanteerd. Bijzondere waardevermindering Waterweg Wonen beoordeelt op iedere balansdatum of er aanwijzingen zijn dat een vast actief aan een bijzondere waardevermindering onderhevig kan zijn. Indien de verwachte realiseerbare waarde lager is dan de verwachte totale geactiveerde kosten wordt een bijzondere waardevermindering verwerkt indien en voor zover deze waardevermindering niet wordt gecompenseerd door een ongerealiseerde herwaardering van de kasstroomgenererende eenheid waartoe het vastgoed in ontwikkeling gaat behoren. Indien en voor zover de bijzondere waardevermindering hoger is dan de waarde van het vastgoed in ontwikkeling, dan wordt het vastgoed in ontwikkeling op nihil gewaardeerd en wordt een voorziening aan de creditzijde van de balans opgenomen. Afschrijvingen Op vastgoed in ontwikkeling wordt niet afgeschreven. Afschrijving vindt eerst plaats nadat de betreffende complexen in exploitatie zijn genomen.
Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie Deze activa zijn gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs, onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de verwachte toekomstige gebruiksduur en bijzondere waardeverminderingen. De afschrijving varieert tussen 5 en 10 jaar.
Typering Het commercieel vastgoed in exploitatie omvat woningen in exploitatie met een huurprijs boven de huurtoeslaggrens, het bedrijfsmatig vastgoed (niet zijnde maatschappelijk vastgoed) en het overige commerciële vastgoed. Waarderingsgrondslag Het commercieel vastgoed in exploitatie wordt bij eerste verwerking tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs gewaardeerd, daarna tegen actuele waarde. Overige uitgangspunten De overige uitgangspunten van Sociaal vastgoed in exploitatie zijn ook van toepassing op Commercieel vastgoed in exploitatie, met uitzondering van het volgende: Als invulling van de actuele waarde geldt niet de bedrijfswaarde maar de reële waarde. Reële waarde De reële waarde is gebaseerd op de actuele marktsituatie en omstandigheden per balansdatum en geeft de meest waarschijnlijke prijs weer die redelijkerwijs op balansdatum had kunnen worden verkregen. De reële waarde is als volgt vastgesteld: 1. Recente verkoopopbrengsten van vrijwel identiek vastgoed; of (indien deze niet beschikbaar zijn): 2. Recente verkoopopbrengsten van vergelijkbaar vastgoed met correcties voor verschillen in waardebepalende factoren van het te waarderen vastgoed en het vergelijkbare vastgoed; of (indien deze niet beschikbaar zijn): 3. Minder recente verkoopopbrengsten van vrijwel identiek vastgoed met aanpassingen die de veranderingen in de economische omstandigheden weergeven sinds de laatste transactiedata; of (indien deze niet beschikbaar zijn): 4. Contante waarde van verwachte toekomstige kasstromen. In alle gevallen wordt tevens rekening gehouden met de contractuele verplichtingen van Waterweg Wonen, zoals lopende huurcontracten. Bovenstaande waardebepalingen worden uitgevoerd door externe taxateurs van taxatie-validatie instituten welke zijn erkend door de Stichting Taxaties en Validaties (STenV). Jaarlijks wordt 33 1/3% van het bezit getaxeerd hetgeen betekent dat elk bezit minimaal eens per drie jaren getaxeerd wordt.
Vastgoedbeleggingen Algemeen Vastgoedbeleggingen zijn onroerende zaken die worden aangehouden om huuropbrengsten, waardestijgingen of beide te realiseren. Vastgoedbeleggingen worden geclassificeerd als ‘vastgoedbeleggingen in exploitatie’ indien ze beschikbaar zijn voor verhuur.
Mutatie reële waarde Mutaties in de reële waarde van Commercieel vastgoed in exploitatie worden in de winst-enverliesrekening verantwoord onder ‘Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille’. Mutaties in de reële waarde worden binnen het eigen vermogen afzonderlijk als ‘niet-gerealiseerde herwaardering’ bijgehouden en in de toelichting op het eigen vermogen vermeld.
Waterweg Wonen
J10
Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Onroerende zaken die in het kader van een regeling Verkoop onder Voorwaarden (VOV) zijn overgedragen aan een derde en waarvoor Waterweg Wonen een terugkoopplicht kent worden aangemerkt als financieringsconstructie. De betreffende onroerende zaken worden gewaardeerd tegen actuele waarde zijnde de met de koper overeengekomen contractprijs (eerste waardering); het verschil met de boekwaarde op dat moment wordt verwerkt: • Bij een waardedaling: als een negatieve herwaardering indien en voor zover er voor de betreffende woning(en) op dat moment nog sprake is van een ongerealiseerde waardestijging, en voor het overige als een bijzonder waardeverminderingsverlies; • Bij een waardestijging: als een herwaardering indien en voor zover de actuele waarde hoger is dan de boekwaarde op dat moment zou zijn geweest bij toepassing van waardering tegen historische kostprijs minus afschrijvingen, en voor een eventueel resterende overige waardestijging als terugname van een bijzonder waardeverminderingsverlies; De woning wordt voor de overeengekomen contractprijs opgenomen onder de Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden; de (nog te) ontvangen contractprijs wordt opgenomen als Verplichtingen uit hoofde van Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden (eerste waardering). De woning wordt jaarlijks per balansdatum gewaardeerd tegen de marktwaarde op basis van de geldende contractvoorwaarden van de verkoop onder voorwaarden; eventuele waardemutaties worden verwerkt als ‘nietgerealiseerde waardeverandering vastgoedportefeuille’. De terugkoopverplichting wordt jaarlijks gewaardeerd op het bedrag dat de toegelaten instelling verschuldigd zou zijn indien op balansmoment het actief tegen de overeengekomen contractvoorwaarden teruggekocht zou moeten worden. Eventuele mutaties in deze verplichtingen worden in het resultaat verwerkt als ‘niet-gerealiseerde waardeverandering vastgoedportefeuille’. Indien de verwachting bestaat dat de terugkoop binnen één jaar zal plaatsvinden is de verplichting onder de kortlopende schulden verantwoord.
Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Typering Dit betreffen complexen in aanbouw die zijn bestemd om te worden ingezet als vastgoed in eigen exploitatie zijnde een vastgoedbelegging. Waarderingsgrondslag Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie als vastgoedbelegging wordt bij eerste verwerking gewaardeerd tegen uitgaafprijzen en toegerekende kosten van het werkapparaat uit hoofde van voorbereiding, toezicht en directievoering. Voorts wordt rente tijdens de bouw toegerekend vanaf het moment dat daadwerkelijk met ontwikkeling is gestart. De geactiveerde rente wordt berekend tegen de gemiddelde rentevoet over het totale vreemde vermogen. Voor onroerende zaken waarvoor specifieke financiering is aangetrokken wordt de interestvoet van deze specifieke financiering gehanteerd. Daarna vindt waardering plaats tegen de uitgaafprijzen en de toegerekende kosten, danwel de lagere bedrijfswaarde.
Mutatie reële waarde Mutaties in de reële waarde van Commercieel vastgoed in ontwikkeling worden in de winst-enverliesrekening verantwoord onder ‘Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille’. Mutaties in de reële waarde worden binnen het eigen vermogen afzonderlijk als ‘niet-gerealiseerde herwaardering’ bijgehouden en in de toelichting op het eigen vermogen vermeld.
Financiële vaste activa Leningen u/g De leningen u/g worden initieel gewaardeerd tegen de reële waarde van het verstrekte bedrag, gewoonlijk de nominale waarde, onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen. Vervolgens vindt waardering plaats tegen geamortiseerde kostprijs waarbij rekening wordt gehouden met een eventuele bijzondere waardevermindering. Deelnemingen Deelnemingen waarin invloed van betekenis kan worden uitgeoefend worden gewaardeerd volgens de nettovermogens-waardemethode. Invloed van betekenis wordt in ieder geval verondersteld aanwezig te zijn bij een aandeelhoudersbelang van meer dan 20%. De nettovermogenswaarde wordt berekend volgens de grondslagen die gelden voor deze jaarrekening. De eerste waardering van gekochte deelnemingen is gebaseerd op de reële waarde van de identificeerbare activa en passiva op het moment van acquisitie. Voor de vervolgwaardering worden de grondslagen toegepast die gelden voor deze jaarrekening, uitgaande van de waarden bij eerste waardering. Andere deelnemingen Deelnemingen waar geen invloed van betekenis kan worden uitgeoefend worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of, indien hiertoe aanleiding bestaat, een lagere waarde. Bijzondere waardeverminderingen van financiële vaste activa Ook voor financiële vaste activa, waaronder financiële instrumenten, beoordeelt Waterweg Wonen op iedere balansdatum of er objectieve aanwijzingen zijn voor bijzondere waardeverminderingen van een financieel actief of een groep van financiële activa. Bij aanwezigheid van objectieve aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen bepaalt Waterweg Wonen de omvang van het verlies uit hoofde van de bijzondere waardeverminderingen, en verwerkt dit direct in de winst-en-verliesrekening. Bij financiële activa die gewaardeerd zijn tegen geamortiseerde kostprijs wordt de omvang van de bijzondere waardevermindering bepaald als het verschil tussen de boekwaarde van het actief en de best mogelijke schatting van de toekomstige kasstromen, contant gemaakt tegen de effectieve rentevoet van het financiële actief zoals die is bepaald bij de eerste verwerking van het instrument. Een eventueel bijzonder waardeverminderings verlies wordt teruggenomen indien de afname van de waardevermindering verband houdt met een objectieve gebeurtenis na afboeking. De terugname wordt beperkt
Jaarrekening
tot maximaal het bedrag dat nodig is om het actief te waarderen op de geamortiseerde kostprijs op het moment van de terugname, als geen sprake geweest zou zijn van een bijzondere waardevermindering. Het teruggenomen verlies wordt in de winst-en-verliesrekening verwerkt. Latente belastingen Latente belastingvorderingen en -verplichtingen worden opgenomen voor tijdelijke verschillen tussen de waarde van de activa en passiva volgens fiscale voorschriften enerzijds en de boekwaarden die in deze jaarrekening gevolgd worden anderzijds. De berekening van de latente belastingvorderingen en -verplichtingen geschiedt tegen de belastingtarieven die op het einde van het verslagjaar gelden, of tegen de tarieven die in de komende jaren gelden, voor zover deze al bij wet zijn vastgesteld. Latente belastingvorderingen uit hoofde van verrekenbare verschillen en beschikbare voorwaartse verliescompensatie worden opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat er toekomstige fiscale winst beschikbaar zal zijn waarmee verliezen kunnen worden gecompenseerd en verrekeningsmogelijkheden kunnen worden benut. Latente belastingvorderingen worden opgenomen onder de financiële vaste activa, latente belastingverplichtingen worden opgenomen onder de voorzieningen. Omdat naar de toestand per balansdatum Waterweg Wonen niet verwacht binnen een overzienbare termijn tot afwikkeling van latente belastingen te komen zijn de belastinglatenties gewaardeerd op nihil.
Voorraden Vastgoed bestemd voor de verkoop Opgeleverd vastgoed beschikbaar en bestemd voor de verkoop wordt gewaardeerd op vervaardigingsprijs of lagere opbrengstwaarde. De vervaardigingsprijs omvat alle kosten die samenhangen met de verkrijging of vervaardiging, alsmede gemaakte kosten om de voorraden op hun huidige plaats en in hun huidige staat te brengen. In de kosten van vervaardiging zijn begrepen directe loonkosten en toeslagen voor aan de productie gerelateerde indirecte vaste en variabele kosten, alsmede toegerekende rente. De opbrengstwaarde is de geschatte verkoopprijs onder aftrek van direct toerekenbare verkoopkosten. Bij de bepaling van de opbrengstwaarde wordt rekening gehouden met de incourantheid van de voorraden. Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor de verkoop Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor de verkoop omvat nog niet opgeleverde en nog onverkochte woningen uit projectontwikkeling en wordt gewaardeerd op vervaardigingsprijs of lagere opbrengstwaarde. De vervaardigingsprijs omvat alle kosten die samenhangen met de verkrijging of vervaardiging, alsmede gemaakte kosten om de voorraden op hun huidige plaats en in hun huidige staat te brengen. In de kosten van vervaardiging zijn begrepen directe loonkosten en toeslagen voor aan de productie gerelateerde indirecte vaste en variabele kosten, alsmede toegerekende rente. Magazijn onderhoudsmaterialen De voorraad onderhoudsmaterialen wordt gewaardeerd op
J11
verkrijgingsprijzen onder toepassing van de LIFO-methode (last in, first out) of lagere opbrengstwaarde.
Onderhanden projecten Onderhanden projecten in opdracht van derden wordt gewaardeerd tegen de gerealiseerde projectopbrengsten (bestaande uit de gerealiseerde projectkosten en toegerekende winst). Indien van toepassing, worden hierop de verwerkte verliezen en reeds gedeclareerde termijnen in mindering gebracht. Indien het saldo van alle onderhanden projecten negatief bedraagt, worden onderhanden projecten gepresenteerd onder de kortlopende schulden. Uitgaven voor projectkosten voor nog niet verrichte prestaties worden opgenomen onder de voorraden.
Vorderingen Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Vorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, veelal gelijk aan de nominale waarde. Een voorziening voor oninbaarheid gebaseerd op een statische beoordeling per balansdatum wordt in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering. Alle vorderingen hebben een looptijd van korter dan een jaar.
Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit banktegoeden. Rekeningcourantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. De banktegoeden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. De liquide middelen staat ter vrije beschikking van de stichting.
Eigen Vermogen De overige reserves staan ter vrije beschikking van het bestuur. Conform de BBSH-regels zullen deze vrije reserves uitsluitend aangewend worden voor werkzaamheden op het gebied van de volkshuisvesting.
Voorzieningen Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen en voor verliezen die op balansdatum bestaan waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de hoogte redelijkerwijs kan worden geschat. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld. Voorziening onrendabele investeringen Verwachte verliezen als gevolg van onrendabele investeringen nieuwbouw worden als bijzondere waardeverandering in mindering gebracht op de boekwaarde van het complex waartoe de investeringen gaan behoren. Indien en voor zover de verwachte verliezen de boekwaarde van het betreffende complex overtreffen wordt voor dit meerdere een voorziening gevormd. Onder verwachte verliezen wordt in dit verband verstaan de netto
Waterweg Wonen
J12
contante waarde van alle investeringsuitgaven minus aan deze investering toe te rekenen ontvangsten. Het gebruikte disconteringspercentage is 5,25%. Voorziening garantie betreffende onderhoud VvE Dit betreft een voorziening gevormd uit een deel van de marge op verkopen van appartementen die vallen onder het regime van in 2005 opgerichte Verenigingen van Eigenaren. Deze voorziening is benodigd voor toekomstige contractueel overeengekomen onderhoudsuitgaven die gegarandeerd door Waterweg Wonen betaald zullen worden als het onderhoud daadwerkelijk benodigd is en de Verenigingen niet over de nodige middelen beschikken. Voorziening persoonlijk loopbaan ontwikkelingsplan Vanuit de CAO woondiensten bouwen medewerkers een loopbaanontwikkelingsbudget op. Dit budget hebben, in dienst zijnde, medewerkers ter beschikking zonder dat hieraan een vervaldatum is gekoppeld. Voorziening negatieve waarde ineffectieve derivaten Dit betrof de voorziening welke is getroffen voor de negatieve reële waarde van derivaten waarvan de hedge relatie niet volledig effectief is. Met ingang van 2012 wordt, indien sprake is van ineffectiviteit, de reële waarde van het ineffectieve deel van derivaten als verplichting opgenomen onder de schulden.
Langlopende schulden Langlopende leningen Langlopende schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Transactiekosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving van de schulden worden in de waardering bij eerste verwerking opgenomen. Schulden worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs, zijnde het ontvangen bedrag rekening houdend met agio of disagio en onder aftrek van transactiekosten. Het verschil tussen de bepaalde boekwaarde en de uiteindelijke aflossingswaarde wordt op basis van de effectieve rente gedurende de looptijd van de schulden in de winst-en-verliesrekening als interestlast verwerkt. In leningen besloten derivaten worden niet afgesplitst en niet separaat verantwoord. Het effect van de dergelijke contractuele bepalingen wordt meegenomen in de effectieve rentevoet. De aflossingsverplichting voor het komend jaar van de langlopende schulden is opgenomen onder de kortlopende schulden. Terugkoopverplichting verkoop onder voorwaarden In het kader van de verkoop van woningen onder voorwaarden heeft de corporatie een terugkoopverplichting die mede afhankelijk is van de ontwikkeling van de waarde van de woningen in het economisch verkeer en de specifieke contractuele voorwaarden. De terugkoopverplichting wordt jaarlijks gewaardeerd. Indien de verwachting bestaat dat de terugkoop binnen één jaar zal plaatsvinden is de verplichting onder de kortlopende schulden verantwoord. Afgeleide financiële instrumenten (derivaten) Waterweg Wonen maakt gebruik van rentederivaten. Deze worden tegen geamortiseerde kostprijs opgenomen. De
wijze van verwerking van waardeveranderingen van het afgeleide financiële instrument is afhankelijk van of er met het afgeleide financiële instrument hedge accounting wordt toegepast. Indien er geen kostprijs hedge accounting wordt toegepast, wordt er door Waterweg Wonen een voorziening getroffen voor een eventuele reële waarde van het derivaat die lager is dan de kostprijs. Waterweg Wonen past waar mogelijk kostprijs hedge accounting toe. Op het moment van aangaan van een hedge relatie, wordt dit door Waterweg Wonen gedocumenteerd en stelt middels een test periodiek de effectiviteit van de hedge relatie vast. Dit gebeurt door het vergelijken van de kritische kenmerken van het hedge instrument met die van de afgedekte positie, of door het vergelijken van de verandering in reële waarde van het hedge-instrument en de afgedekte positie indien de kritische kenmerken van het hedge instrument en die van de afgedekte positie niet aan elkaar gelijk zijn. Bij het toepassen van kostprijshedge-accounting is de eerste waardering en de grondslag van verwerking in de balans en de resultaatbepaling van het hedge-instrument afhankelijk van de afgedekte post. Dit betekent dat Waterweg Wonen derivaten tegen kostprijs waardeert, omdat de afgedekte leningen ook tegen kostprijs in de balans worden verwerkt. Het ineffectieve deel van de hedgerelatie wordt direct in de winst-en-verliesrekening verwerkt, indien het hedge instrument een negatieve reële waarde heeft.
Kortlopende schulden Alle kortlopende schulden hebben een looptijd korter dan een jaar.
Pensioenen Waterweg Wonen heeft één pensioenregeling. De pensioenregeling van het bedrijfstakpensioenfonds voor de Woningcorporaties. De belangrijkste kenmerken hiervan zijn: • Waterweg Wonen heeft voor al haar werknemers een toegezegde pensioenregeling. Deze is van toepassing op alle werknemers. Zij bouwen jaarlijks een pensioenrecht op over de pensioengrondslag van het loon van januari van dat jaar. Het betreft een middelloonregeling. • De verplichtingen, welke voortvloeien uit deze rechten van haar personeel, zijn ondergebracht bij de Stichting Pensioenfonds voor de Woningcorporaties (SPW). Waterweg Wonen betaalt hiervoor premies waarvan de werkgever ongeveer tweederde en de werknemer eenderde betaalt. • De pensioenrechten worden jaarlijks geïndexeerd, indien en voor zover de dekkingsgraad van het pensioenfonds (het vermogen van het pensioenfonds gedeeld door haar financiële verplichtingen) dit toelaat. Naar de stand van ultimo december 2012 is de dekkingsgraad van het pensioenfonds 106%. In 2014 dient het pensioenfonds een dekkingsgraad van ten minste 105% te hebben. Het pensioenfonds verwacht hieraan te kunnen voldoen en voorziet geen noodzaak voor de aangesloten instellingen om extra stortingen te verrichten. Waterweg Wonen heeft geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen in geval van een tekort bij SPW, anders dan het effect van hogere toekomstige premies.
Jaarrekening
J13
Op de Nederlandse pensioenregelingen zijn de bepalingen van de Nederlandse Pensioenwet van toepassing en worden op verplichte, contractuele of vrijwillige basis premies aan pensioenfondsen en verzekerings maatschappijen betaald door Waterweg Wonen. De premies worden verantwoord als personeelskosten zodra deze verschuldigd zijn. Vooruitbetaalde premies worden opgenomen als overlopende activa indien dit tot een terugstorting leidt of tot een vermindering van toekomstige betalingen. Nog niet betaalde premies worden als verplichting op de balans opgenomen.”
in verhouding tot de geschatte totale projectkosten. Als het resultaat (nog) niet op betrouwbare wijze kan worden ingeschat, dan worden de opbrengsten als netto-omzet verwerkt in de winst-en-verliesrekening tot het bedrag van de gemaakte projectkosten, dat waarschijnlijk kan worden verhaald; de projectkosten worden dan verwerkt in de winst-en-verliesrekening in de periode waarin ze zijn gemaakt. Zodra het resultaat wel op betrouwbare wijze kan worden bepaald, vindt opbrengstverantwoording plaats volgens de PoC-methode naar rato van de verrichte prestaties per balansdatum.
Grondslagen van resultaatbepaling
Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de projectopbrengsten en projectkosten. Projectopbrengsten zijn de contractueel overeengekomen opbrengsten en opbrengsten uit hoofde van meer- en minderwerk, claims en vergoedingen indien en voor zover het waarschijnlijk is dat deze worden gerealiseerd en ze betrouwbaar kunnen worden bepaald. Projectkosten zijn de direct op het project betrekking hebbende kosten, die kosten die in het algemeen aan projectactiviteiten worden toegerekend en toegewezen kunnen worden aan het project en andere kosten die contractueel aan de opdrachtgever kunnen worden toegerekend.
Het resultaat wordt bepaald als verschil tussen de opbrengstwaarde van de geleverde prestaties en de kosten en andere lasten over het jaar. Baten en lasten worden in beginsel toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben; verliezen worden toegerekend zodra zij voorzienbaar zijn. Het resultaat wordt tevens bepaald met inachtneming van de verwerking van ongerealiseerde waardeveranderingen van op actuele waarde gewaardeerde vaste activa en afgeleide financiële instrumenten.
Opbrengstverantwoording Opbrengsten uit de levering van goederen worden verwerkt zodra alle belangrijke rechten en risico’s met betrekking tot de eigendom van de goederen zijn overgedragen aan de koper. Opbrengsten uit de levering van diensten geschieden naar rato van de geleverde prestaties, gebaseerd op de verrichte diensten tot aan de balansdatum in verhouding tot de in totaal te verrichten diensten.
Huuropbrengsten Onder deze post worden de huuropbrengsten verantwoord die betrekking hebben op het boekjaar, onder aftrek van de werkelijke huurderving wegens leegstand. Dotaties aan de voorziening voor oninbare huurvorderingen zijn verantwoord onder de overige bedrijfslasten.
Opbrengsten servicecontracten Dit betreffen ontvangen bedragen van huurders en bewoners ter dekking van te maken en gemaakte servicekosten. Jaarlijks vindt verrekening plaats op basis van de daadwerkelijke bestedingen. De kosten worden verantwoord onder de lasten servicecontracten.
Wijzigingen in voorraad vastgoed bestemd voor de verkoop en onderhanden projecten Onder deze post worden de wijzigingen opgenomen in de posten Vastgoed bestemd voor de verkoop (opgenomen onder de Voorraden) en Onderhanden projecten. Bij realisatie van een verkoop wordt de boekwaarde direct voorafgaand aan de verkoop teruggenomen op deze regel. Voor onderhanden projecten, waarvan het resultaat op betrouwbare wijze kan worden bepaald, worden de projectopbrengsten en de projectkosten verwerkt als nettoomzet en kosten in de winst-en-verliesrekening naar rato van de verrichte prestaties per balansdatum (de ‘Percentage of Completion’-methode, ofwel de PoC-methode). De voortgang van de verrichte prestaties wordt bepaald op basis van de tot de balansdatum gemaakte projectkosten
Indien het waarschijnlijk is dat de totale projectkosten de totale projectopbrengsten overschrijden, dan worden de verwachte verliezen onmiddellijk in de winst-enverliesrekening verwerkt. Dit verlies wordt verwerkt in de kostprijs van de omzet. De voorziening voor het verlies maakt onderdeel uit van de post onderhanden projecten.
Netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille Onder deze rubriek worden de volgende verkoopresultaten opgenomen: • Boekresultaat van gerealiseerde verkopen van vastgoed in exploitatie; • Netto verkoopopbrengst bij levering van Vastgoed bestemd voor de verkoop; • Netto verkoop opbrengst bij levering van Onderhanden projecten. De boekwinst van gerealiseerde verkopen van vastgoed in exploitatie betreft het saldo van de behaalde verkoopopbrengst minus de boekwaarde. Resultaten worden verantwoord op het moment van levering (passeren transportakte). Eventuele verliezen op nieuwbouw koopprojecten worden verantwoord zodra deze voorzienbaar zijn. De opbrengst uit woningen verkocht onder voorwaarden worden niet verantwoord als verkoopopbrengst daar de belangrijkste economische rechten niet zijn overgedragen aan de koper. De gegarandeerde terugkoopverplichting wordt opgenomen onder de post Langlopende schulden, terugkoopverplichting VOV woningen en wordt jaarlijks met inachtname van de contractvoorwaarden gewaardeerd.
Geactiveerde productie ten behoeve van het eigen bedrijf De toegerekende interne directe kosten ten behoeve van onroerende zaken in ontwikkeling worden hieronder verantwoord, met uitzondering van geactiveerde rente welke onder de financiële baten en lasten worden opgenomen.
Waterweg Wonen
J14
Afschrijving materiële vaste activa De afschrijvingen op onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie worden gebaseerd op basis van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. De afschrijvingen op Sociaal vastgoed in exploitatie wordt gebaseerd op basis van de actuele waarde (vervangingswaarde of lagere bedrijfswaarde). Afschrijvingen vinden plaats volgens de lineaire methode op basis van de verwachte gebruiksduur. Met een mogelijke restwaarde wordt rekening gehouden. Over terreinen en op reële waarde gewaardeerde vastgoedbeleggingen wordt niet afgeschreven. Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de toekomstige gebruiksduur, dan worden de toekomstige afschrijvingen aangepast. Boekwinsten en -verliezen bij verkoop van onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie zijn begrepen onder de afschrijvingen.
Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille De onder deze post verantwoorde bedragen hebben betrekking op een afboekingen uit hoofde van bijzondere waardevermindering dan wel een terugneming daarvan. (Mutaties in) bijzondere waardeverminderingen ontstaan door een jaarlijkse toets van de bedrijfswaarde ten opzichte van de waarde gebaseerd op historische kostprijs minus cumulatieve afschrijvingen.
Erfpacht Jaarlijks wordt door de gemeente voor het gebruik van de grond onder de verhuureenheden erfpacht in rekening gebracht op basis van canons. De eenmalig afgekochte meerjarige erfpachtcontracten maken onderdeel uit van de vervaardigingsprijs en zijn daarmee onderdeel van de materiële vaste activa in exploitatie en/of de vastgoed beleggingen.
Lonen en salarissen Lonen en salarissen worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de winst-enverliesrekening voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers.
Sociale lasten Sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de winst-enverliesrekening voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers.
Pensioenlasten Alle pensioenregelingen zijn verwerkt volgens de verplichtingenbenadering. De over het verslagjaar verschuldigde premie wordt als last verantwoord.
Lasten onderhoud Onder deze post worden alle direct aan het verslagjaar toe te rekenen kosten van onderhoud verantwoord. Van toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke werkzaamheden in het verslagjaar hebben plaatsgevonden. Reeds aangegane verplichtingen waarvan de werkzaamheden nog niet zijn uitgevoerd op balansdatum worden verwerkt onder de niet uit de balans blijkende verplichtingen. Het reparatie- en mutatieonderhoud wordt onderscheiden in kosten van derden en eigen dienst, alsmede de kosten
van het materiaalverbruik. In de winst-en-verliesrekening zijn de kosten van de eigen dienst opgenomen bij de kostensoort salarissen en sociale lasten. De lasten van onderhoud onderscheiden zich van activeerbare kosten door het feit dat er geen sprake is van een waardeverhoging van het actief.
Leefbaarheid De hieronder verantwoorde kosten betreffen kosten van fysieke ingrepen niet zijnde investeringen en uitgaven voor activiteiten in de omgeving van woongelegenheden van leefbaarheid, die de leefbaarheid in buurten en wijken ten goede moeten komen.
Overige bedrijfslasten De overige bedrijfslasten worden toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben.
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille De niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoed portefeuille hebben betrekking op waardemutaties van op reële waarde geactiveerde activa.
Waardeverandering financiële vaste activa Hieronder wordt de waardemutatie van verplichtingen uit hoofde van verkoop onder voorwaarden verantwoord. In het kader van deze verkoop van woningen onder voorwaarden heeft de corporatie een terugkoopverplichting en/of recht die/dat mede afhankelijk is van de ontwikkeling van de waarde van de woningen in het economisch verkeer. De terugkoopverplichting / recht wordt jaarlijks gewaardeerd.
Rentebaten en rentelasten Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen die als onderdeel van de berekening van de effectieve rente worden meegenomen. Activeren van rentelasten Rentelasten worden geactiveerd voor kwalificerende activa gedurende de periode van vervaardiging van een actief, indien het een aanmerkelijke hoeveelheid tijd vergt om het actief gebruiksklaar of verkoopklaar te maken. De te activeren rente wordt berekend op basis van de verschuldigde rente over specifiek voor de vervaardiging opgenomen leningen en van de gewogen rentevoet van leningen die niet specifiek aan de vervaardiging van het actief zijn toe te rekenen, in verhouding tot de uitgaven en periode van vervaardiging. Geactiveerde rente wordt in de winst-en-verliesrekening in mindering gebracht op de post rentelasten en soortgelijke kosten.
Belastingen Vanaf 1 januari 2008 is Waterweg Wonen integraal belastingplichtig geworden voor de vennootschapsbelasting. Corporaties zijn sindsdien verplicht over hun integrale activiteiten vennootschapsbelasting te betalen. Een en ander is vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst (VSO 2). In deze VSO zijn specifieke bepalingen opgenomen met betrekking tot de waardering van posten op de fiscale
Jaarrekening
openingsbalans en de wijze van resultaatneming. Voor de periode 2006 - 2007 gold een partiële vennootschapsbelastingplicht (VSO 1). De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de winst-en-verliesrekening, rekening houdend met beschikbare fiscaal compensabele verliezen uit voorgaande boekjaren (voor zover niet opgenomen in de latente belastingvorderingen) en vrijgestelde winstbestanddelen en na bijtelling van nietaftrekbare kosten. Tevens wordt rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief.
Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. Bij deze methode wordt het nettoresultaat aangepast voor posten van de winst-en-verliesrekening die geen invloed hebben op ontvangsten en uitgaven in het verslagjaar, mutaties in de balansposten en posten van de winst-en-verliesrekening waarvan de ontvangsten en uitgaven niet worden beschouwd als behorende tot de operationele activiteiten. In het kasstroomoverzicht wordt onderscheid gemaakt tussen operationele, investerings- en financieringsactiviteiten. De kasstromen uit hoofde van de financiering zijn gesplitst in kasstromen met betrekking tot mutaties in de hoofdsom (opgenomen onder financieringsactiviteiten) en betaalde interest (opgenomen onder operationele activiteiten). De investeringen in materiële vaste activa worden opgenomen rekening houdend met de onder overige schulden opgenomen verplichtingen.
J15
Waterweg Wonen
J16
Risicoparagraaf
Renterisico
Financiering- en liquiditeitsrisico Waterweg Wonen onderkent de volgende liquiditeits- en financieringsrisico’s: • Met betrekking tot operationele kasstromen; deze risico’s bestaan vooral uit schoksgewijze veranderingen in het kostenniveau (bijvoorbeeld door BTW-verhoging of bezitsheffingen) enerzijds en beperkingen in de mogelijkheden om huurverhogingen door te voeren anderzijds; • Met betrekking tot kasstromen uit hoofde van investeringen in, en verkopen van woningen; het grootste risico hier is de onzekerheid over timing en omvang van opbrengsten uit woningverkopen als gevolg van stagnatie in de woningmarkt; • Met betrekking tot kasstromen uit financieringsactiviteiten; de belangrijkste risico’s op dit punt zijn beschikbaarheid van nieuwe financiering en het renterisico op de leningportefeuille. Relevante indicatoren voor het liquiditeitsrisico dat Waterweg Wonen loopt per balansdatum zijn als volgt: 31 december 2012 Bankschuld Benodigde buffer
d 10,0 mln d 1,6 mln
Obligo inzake WSW
d 12,3 mln
Kredietlimiet
d 18,1 mln
Benodigde nieuwe financiering (investeringen alsmede aflossing bestaande schulden) voor 2013
d 64,0 mln
Nog niet benutte borgingsruimte WSW
d 64,0 mln
Waterweg Wonen stuurt actief op haar liquiditeitspositie door gebruik te maken van kasstroomprognoses per maand voor de eerstkomende 12 maanden, aangevuld met kasstroomprognoses per jaar voor de daarop aansluitende eerste 9 jaar. De hieruit voortvloeiende financieringsbehoefte wordt in hoofdlijnen ingevuld met het aantrekken van leningen. Waterweg Wonen is voor de beschikbaarheid van financiering sterk afhankelijk van het blijvend functioneren van het borgingsstelsel via het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Door het sectoraal in een aantal jaren terugbrengen van het verstrekken van een faciliteringsvolume door het WSW voor meerdere jaren naar het verstrekken voor slechts 2013 is een situatie ontstaan waarin zeer terdege gekeken zal moeten worden wanneer welke investeringsverplichtingen worden aangegaan. De gemeente Vlaardingen heeft met het WSW een achtervangovereenkomst afgesloten voor de financieringsbehoefte van Waterweg Wonen tot en met 2014. Uit hoofde van het borgingsstelsel heeft Waterweg Wonen een obligo verplichting jegens het WSW van 3,85% van de restschuld van de door Waterweg Wonen opgenomen, door het WSW geborgde leningen. Indien het WSW dit obligo zou opeisen dient Waterweg Wonen het bedrag binnen 30 dagen aan het WSW over te maken. Waterweg Wonen heeft berekend dat zij een eventuele daling van de rentestand met 2% kan opvangen met haar liquiditeitsbuffer en overige faciliteiten.
Waterweg Wonen loopt renterisico over rentedragende langlopende en kortlopende schulden (waaronder schulden aan kredietinstellingen). Voor schulden met variabele renteafspraken loopt Waterweg Wonen risico ten aanzien van toekomstige kasstromen, met betrekking tot vastrentende schulden loopt Waterweg Wonen risico’s over de marktwaarde. Met betrekking tot bepaalde schulden met een variabele rente (schulden aan kredietinstellingen) heeft Waterweg Wonen renteswaps gecontracteerd, zodat zij variabele rente ontvangt en vaste rente betaalt. Om renterisico’s te beheersen volgt Waterweg Wonen een stappenplan waarin achtereenvolgens de leenbehoefte wordt bepaald en de renterisico’s zoveel mogelijk in de tijd worden gespreid. Wordt het renterisico in enig jaar te hoog, dan wordt deze naar gelang de zekerheid van het risico afgedekt, door middel van bijvoorbeeld voorfixeren van financiering. Het jaarlijkse renterisico wordt uitgedrukt als het totale bedrag waarvoor in dat jaar (her) financiering of renteaanpassing aan de orde is. Ter beheersing van dit renterisico streeft Waterweg Wonen ernaar dat in geen enkel jaar meer dan 15% van de restschuld in aanmerking komt voor herfinanciering of renteconversie. Op basis van de vervalkalender laten de toekomstige renterisico’s zich als volgt weergeven (zie de grafiek renterisico op de pagina hiernaast).
Kredietrisico Waterweg Wonen heeft geen significante concentraties van kredietrisico met betrekking tot haar financiële instrumenten. Waterweg Wonen maakt gebruik van meerdere banken als tegenpartij teneinde kredietrisico te spreiden. Limieten zijn formeel vastgelegd in het treasurystatuut en naleving daarvan wordt voortdurend gemonitord.
Rente-instrumenten Het gebruik van rente-instrumenten (ook wel: derivaten of afgeleide instrumenten) is alleen toegestaan voor het afdekken van renterisico’s conform de uitgangspunten van het treasurystatuut en binnen de vigerende regels en richtlijnen van het WSW en het treasury jaarplan. De voorwaarden voor het gebruik van rente-instrumenten zijn: • Moeten te allen tijde gekoppeld zijn aan daadwerkelijke financieringspositie; • Mogen niet leiden tot “open” posities; • Mogen alleen een onderliggende waarde hebben in euro’s; • Mogen alleen ingezet worden om renteniveaus te fixeren, te begrenzen of de rentetypische looptijd aan te passen; • Transacties beperken tot overheidsgegarandeerde partijen en banken met minimaal een kredietwaardigheid van A.
Jaarrekening
J17
Renterisico 10.000 0 (10.000) (20.000) (30.000) (40.000) (50.000) (60.000) (70.000) 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
6.473
(46.549)
(47.176)
(50.729)
(49.398)
(22.730)
(54.650)
(32.349)
(6.665)
(9.158)
Totaal renterisico
(50.539)
(57.685)
(58.610)
(45.611)
(41.999)
(23.683)
(50.307)
(39.181)
(6.913)
(10.970)
Norm Waterweg Wonen
(52.783)
(59.235)
(60.187)
(60.865)
(58.933)
(56.456)
(50.961)
(47.549)
(47.188)
(45.582)
Totaal excl. inv.
Effecten voorgenomen regeringsbeleid Waterweg Wonen wordt in haar bedrijfsvoering geconfronteerd met diverse (voorgenomen) regeringsmaatregelen voor de gereguleerde huursector. Deze maatregelen betreffen onder meer de Wet verhuurdersheffing en een verruiming van het huurbeleid. Daarnaast wordt de sector geconfronteerd met een door het CFV opgelegde extra heffing voor saneringssteun. De voorgenomen verhuurdersheffing naar de kennis van heden loopt voor Waterweg Wonen op van d 0,2 mln. in 2013 naar d 8,6 mln. in 2017. Het aandeel in de saneringssteun bedraagt voor 2013 d 2,5 mln. Voor de jaren 2014 tot en met 2017 houdt Waterweg Wonen rekening met een totale saneringsteun-heffing van d 8,3 mln. Om te blijven voldoen aan kengetallen zoals die door externe partijen gehanteerd worden en relevant zijn voor het behouden van toegang tot de kapitaalmarkt heeft Waterweg Wonen een beleid ingezet van kostenbesparing. De kostenbesparingen zijn voor de jaren vanaf 2017 begroot op d 1,5 mln. structureel en zien op personeel,
organisatie en overige bedrijfslasten. Deze besparing komt bovenop een eerdere besparingsronde dit jaar. Dit zal een positief effect hebben op onze exploitatiekasstroom. Waterweg Wonen heeft in haar projecties rekening gehouden met een verruiming van het huurbeleid. De ingerekende stijging van de huurinkomsten bedraagt gemiddeld 1,2% boven inflatie en ligt daarmee duidelijk boven het huurbeleid zoals dit tot nu toe werd gehanteerd. Waterweg Wonen heeft in haar projecties rekening gehouden met een investeringsvolume in de komende jaren van gemiddeld d 26,5 mln. per jaar. Haar gecommitteerde investeringen per 31 december 2012 liggen onder dit bedrag. Met deze maatregelen kan Waterweg Wonen in financieel opzicht de gevolgen van de genoemde heffingen opvangen. Zij verwacht blijvend te kunnen voldoen aan de kengetallen (ICR, loan to value en 2% aflossingsfictie) en daarmee toegang te blijven houden tot de kapitaalmarkt. Het bestuur zal de voorgenomen maatregelen in de komende jaren conform de projecties moeten realiseren.
Waterweg Wonen
J18
Toelichting op de balans (Bedragen x d 1.000,-)
VASTE ACTIVA 1.1 Materiële vaste activa De mutaties in de materiële vaste activa zijn in het navolgende schema samengevat:
Stand 31 december 2011 Gevolgen van stelselwijziging Stand per 1 januari Verkrijgings- of vervaardigingsprijzen Herwaarderingen Cumulatieve waardeverminderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 1 januari Mutaties in het boekjaar - Investeringen - Desinvesteringen - Herwaardering - Afschrijvingen - Afschrijvingen desinvesteringen - Waardeverminderingen - Terugneming van waardeverminderingen - Overboekingen Totaal mutaties Stand per 31 december Verkrijgings- of vervaardigingsprijzen Herwaarderingen Cumulatieve waardeverminderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 31 december
Vastgoed bestemd voor verkoop Waterweg Wonen heeft een verkoopplan opgesteld waarin 938 onroerende zaken voor verkoop zijn geoormerkt. Naar verwachting worden 17 woningen binnen één jaar verkocht. De verwachte opbrengstwaarde van deze onroerende zaken bedraagt d 2.318.748. Dit wijkt niet wezelijk af van de bedrijfswaarde van deze panden. Verzekering Het vastgoed in exploitatie is verzekerd tegen het risico van brand- en stormschade voor de herbouwwaarde. De activa ten dienste van de exploitatie zijn per 31 december 2012 voor circa d 6,9 mln. verzekerd tegen het risico van brandschade en inbraak. WOZ waarde De waarde volgens de onroerende zaakbelasting is circa d 1,5 mld. (peildatum 1 januari 2012). In 2011 was dit d 1,6 mld.
Sociaal vastgoed in exploitatie
Sociaal vastgoed in ontwikkeling
407.393 31.634
3.897 -1.280
Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie 1.753 0
600.552 129.258 -290.783 439.027
12.819 0 -10.202 2.617
5.282 0 -3.529 1.753
2.357 -4.431 25.045 -21.272 3.411 -4.750 19.738 10.399 30.497
34.637 -47 0 0 0 0 0 -29.122 5.468
867 -541 0 -702 509 0 0 0 133
622.586 147.802 -300.864 469.524
20.917 0 -12.832 8.085
5.608 0 -3.722 1.886
Financiering Het onroerend goed is nagenoeg in zijn geheel gefinancierd met rijksleningen of met kapitaalmarktleningen onder overheidsgarantie. Er zijn geen hypothecaire zekerheden afgegeven. Sociaal vastgoed in ontwikkeling In 2012 is d 0,3 mln. aan rente geactiveerd in sociaal vastgoed in ontwikkeling met een rentevoet van 4,23%. In 2012 zijn er diverse renovatieprojecten opgeleverd. Onder andere aan de Lissabonweg, Hoevenbuurt en de Wouthof. Daarnaast zijn er 26 nieuwbouwwoningen in Vlaardings Geluk opgeleverd.
Jaarrekening
Waardeverandering In 2012 zijn besluiten geformaliseerd voor onrendabele investeringen tot een bedrag van d 11 mln. Door nieuwe inzichten in levensduur wordt de onrendabele investering lager dan vorig jaar begroot. Hierdoor komt het totaal aan onrendabele investeringen op lopende en toekomstige projecten op d 37,6 mln. Hiervan is d 17,5 mln. in mindering
J19
genomen op de activa in ontwikkeling. Het restant van d 20,1 mln. is opgenomen onder voorzieningen. Materiële vaste activa ten dienste van de exploitatie De mutaties in het boekjaar 2012 zijn voornamelijk toe te schrijven aan de aanschaf van nieuwe soft- en hardware, apparatuur en bedrijfsauto’s.
1.2 Vastgoedbeleggingen De mutaties in de vastgoedbeleggingen zijn in het navolgende schema samengevat:
Stand 31 december 2011 Gevolgen van stelselwijziging
Commercieel vastgoed in exploitatie
Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
50.352 15.386
21.908 0
Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie 14.527 0
47.842 24.392 -6.496 65.738
14.767 7.141 0 21.908
21.275 0 -6.748 14.527
126 -676 -211 -4.085 298 8.596 4.047
0 0 -784 0 0 2.906 2.122
7.197 0 0 0 0 -8.515 -1.318
57.055 21.954 -9.224 69.785
15.830 8.200 0 24.030
18.576 0 -5.367 13.209
Stand per 1 januari Verkrijgings- of vervaardigingsprijzen Herwaarderingen Cumulatieve waardeverminderingen Boekwaarde per 1 januari Mutaties in het boekjaar - Investeringen - Desinvesteringen - Herwaardering - Waardeverminderingen - Terugneming van waardeverminderingen - Overboekingen Totaal mutaties Stand per 31 december Verkrijgings- of vervaardigingsprijzen Herwaarderingen Cumulatieve waardeverminderingen Boekwaarde per 31 december Vastgoed bestemd voor verkoop Door de corporatie is een verkoopplan opgesteld waarin 159 onroerende zaken voor verkoop zijn geoormerkt. Naar verwachting zal 1 woning binnen één jaar worden verkocht. De verwachte opbrengstwaarde van deze onroerende zaak bedraagt d 182.651. De boekwaarde bedraagt ultimo het verslagjaar d 166.800. WOZ waarde De waarde volgens de onroerende zaakbelasting is circa d 0,75 mld. (peildatum 1 januari 2012). In 2011 was dit d 0,73 mld. Bedrijfswaarde De bedrijfswaarde volgens dezelfde uitgangspunten als het sociaal vastgoed in exploitatie is circa d 58 mln. (2011: d 52 mln.). Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie In 2012 zijn er diverse nieuwbouwprojecten opgeleverd. Een woning in de Spiegelhof, welke voor verkoop bestemd
was is in verhuur genomen. Van de Parkwoningen zijn alle 29 woningen opgeleverd, waarvan 24 woningen in 2012 verhuurd. Bij Vlaardings Geluk zijn 3 woningen in verhuur genomen. In 2012 is d 0,8 mln. aan rente geactiveerd in vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie met een rentevoet van 4,23% Waardeverandering In 2012 zijn geen besluiten geformaliseerd voor onrendabele investeringen. Door nieuwe inzichten in levensduur wordt de onrendabele investering lager dan vorig jaar begroot. Hierdoor komt het totaal aan onrendabele investeringen op lopende en toekomstige projecten op d 5,4 mln. Dit bedrag is in mindering genomen op de activa in ontwikkeling. Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden In de post Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden zijn in totaal 191 verhuureenheden opgenomen. Deze
Waterweg Wonen
J20
zijn verkocht met een terugkoopplicht. Gebruik wordt gemaakt van contracten gebaseerd op het “Koopgarant” principe waarbij sprake is van verleende kortingen op de
marktwaarde tussen 20% en 30%. Deze contractvorm heeft de goedgekeuring van de minister.
1.3 Financiële vaste activa De mutaties in de financiële vaste activa zijn in het navolgende schema samengevat: Deelnemingen
Leningen u/g
Totaal
38 0 38
45 -35 10
83 -35 48
0 0 0
0 0 -10
0 0 -10
38
0
38
Aandeel
resultaat boekjaar
100% 100%
0 0
netto vermogenswaarde per 31-12-2012 19 19
netto vermogenswaarde per 31-12-2011 19 19
Saldo per 1 januari - Netto vermogenswaarde resp. nominale waarde - Afwaardering Boekwaarde per 1 januari Mutaties - Resultaat deelnemingen - Herwaardering - Desinvesteringen Boekwaarde per 31 december De deelnemingen betreffen:
Waterweg Wonen B.V. te Vlaardingen Waterweg Wonen F.B.I. B.V. te Vlaardingen
Leningen u/g Renteloze lening Stichting Durban-Rotterdam Housing Project met een looptijd tot 31-12-2011 zonder zekerheden.
In afwachting op ontwikkelingen is deze lening op nihil gewaardeerd.
2012
2011
1.4.1 Vastgoed bestemd voor de verkoop
0
174
1.4.2 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor de verkoop
0
4.675
VLOTTENDE ACTIVA
1.4 Voorraden
Voorzieningen voor verwachte verliezen worden genomen in de periode waarin komt vast te staan dat er sprake is van verliesgevende projecten en worden in mindering gebracht op de post onderhanden werk. 1.4.3 Overige voorraden - Magazijn onderhoudsmaterialen - VVV en dinerbonnen Totaal overige voorraden
97 1 98
145 1 146
2.275 -2.345 150 80
519 -385 0 134
1.5 Onderhanden projecten - Onderhanden werk verkochte woningen - In rekening gebrachte verkoopnota’s - Verantwoorde winst Totaal onderhanden projecten
1.6 Vorderingen Alle vorderingen hebben een resterende looptijd korter dan een jaar. De reële waarde van de vorderingen benadert de boekwaarde, gegeven het kortlopende karakter ervan en het feit dat waar nodig voorzieningen voor oninbaarheid zijn gevormd.
Jaarrekening
J21
1.6.1 Huurdebiteuren De huurdebiteuren kunnen als volgt naar tijdsduur worden gespecificeerd: Aantal huurders 2012 Periode - Tot 1 maand - 1 tot 2 maanden - 2 tot 3 maanden - Langer dan 3 maanden Totaal huurdebiteuren 1.6.2 Overige debiteuren - Vordering vertrokken bewoners - Service- en stookkosten huidige huurders - Te ontvangen termijnen verkoop nieuwbouw - Diversen - Voorziening dubieuze debiteuren Totaal overige debiteuren 1.6.3 Overige vorderingen - Te vorderen brand- en stormschades - Vorderingen op personeel - Overige vorderingen Totaal overige vorderingen 1.6.4 Overlopende activa - Vooruitbetaalde kosten - Overige overlopende activa Totaal overlopende activa
359 116 44 387 906
2011 355 94 41 369 859
Huurachterstand 2012
2011
138 54 30 497 719
120 43 36 447 646
1.452 8 0 423 -1.452 431
1.356 31 0 432 -1.356 463
52 21 140 213
6 17 161 184
830 173 1.003
484 128 612
460 460
129 129
96.164 41.400
97.609 40.296
137.564 4.057 25.045 166.666
137.905 -7.487 7.146 137.564
1.7 Liquide middelen - Bank Totaal liquide middelen De liquide middelen zijn direct opvraagbaar. PASSIVA
1.8 Eigen vermogen Overige reserves per 31 december 2011 Gevolgen stelselwijziging Overige reserves Overige reserves per 1 januari - Resultaat boekjaar - Herwaardering direct ten gunste van het Eigen vermogen Overige reserves per 31 december Ultimo 2012 is in totaal d 137,9 mln. aan ongerealiseerde herwaarderingen in de overige reserves begrepen (2011: d 121,7 mln.). De mutatie in de ongerealiseerde herwaardering bestaat naast de hierboven vermelde
d 25,0 mln. uit de volgende mutaties: d 1,2 mln. realisatie door verkoop en sloop en d 7,6 mln. realisatie door afschrijving over herwaardering.
Waterweg Wonen
J22
1.9 Voorzieningen De mutaties in de voorzieningen zijn in het navolgende schema gevat: Negatieve waarde ineffectieve derivaten 251 0
Totaal
Saldo per 1 januari 38.643 461 325 251 - Onttrekkingen 0 -14 -31 0 - Dotatie 8.386 0 16 0 - Vrijval -12.091 0 -50 -251 - Overboekingen -15.737 0 0 0 Saldo per 31 december 19.201 447 260 0 Van de voorzieningen is een bedrag van d 19,3 mln. als langlopend (langer dan een jaar) aan te merken.
39.680 -45 8.402 -12.392 -15.737 19.908
Onrendabele investeringen
Garantie betreffende onderhoud VvE
34.303 4.340
461 0
Stand 31 december 2011 Gevolgen van stelselwijziging
Onrendabele investeringen De voorziening onrendabele investeringen betreft het per saldo verlieslatende deel van contracten afgesloten ten
Persoonlijk loopbaan ontwikkelingsplan 325 0
35.340 4.340
behoeve van de ontwikkeling van huurwoningen waarvoor nog onvoldoende kosten zijn gemaakt om het bedrag daarop in mindering te brengen. 2012
2011
1.10.1 Leningen overheid Saldo per 1 januari - Reguliere aflossingen Saldo inclusief kortlopend per 31 december - Af te lossen in volgend boekjaar Saldo per 31 december
6.492 -1.251 5.241 -147 5.094
8.412 -1.920 6.492 -140 6.352
1.10.2 Leningen kredietinstellingen Saldo per 1 januari - Storting nieuwe leningen - Reguliere aflossingen Saldo inclusief kortlopend per 31 december Af te lossen in volgend boekjaar Saldo per 31 december
320.225 38.000 -11.575 346.650 -25.290 321.360
298.892 31.600 -10.267 320.225 -11.578 308.647
1.10 Langlopende schulden
Rentevoet, aflossing 2013 en leningen langer dan vijf jaar De gemiddelde rentevoet van de uitstaande leningen bedraagt per 31 december 2012 4,23%. Het aflossingsbestanddeel in het komende boekjaar bedraagt d 25,4 mln. en is onder de kortlopende schulden verantwoord. Het aflossingsbestanddeel vanaf 2017 bedraagt in totaal d 185 mln. voor de huidige
leningportefeuille. De gemiddelde looptijd van de leningportefeuille is 8,12 jaar. Alle leningen zijn geborgd door het WSW. Rentederivaten Waterweg Wonen heeft renteswaps afgesloten met de volgende looptijden:
Begindatum
Einddatum
Nominaal
Vaste rente
1-10-2008 4-1-2010 1-3-2010 1-10-2010 1-11-2009 1-11-2012 1-12-2012 1-4-2013 1-10-2013 Totaal
1-10-2018 6-1-2014 1-3-2016 1-10-2016 1-11-2019 1-11-2019 1-12-2020 1-4-2018 1-10-2019
15.000.000 10.000.000 10.000.000 10.000.000 10.000.000 10.000.000 10.000.000 10.000.000 10.000.000 95.000.000
4,6720% 4,4300% 4,5425% 4,6000% 4,7700% 3,3325% 3,4550% 3,3600% 3,7300%
Marktwaarde per 31-12-2012 -3.466.471 -862.926 -1.689.385 -1.661.312 -2.597.823 -1.616.528 -1.775.771 -1.323.393 -1.562.747 -16.556.356
Bank BNG ABN AMRO ABN AMRO BNG ABN AMRO ABN AMRO ABN AMRO Deutsche Bank Deutsche Bank
Effectiviteit hedge 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100%
Jaarrekening
De renteswaps zijn bedoeld om renterisico’s van toekomstige leningen met een variabele rente af te dekken. De te ontvangen variabele rente van deze renteswaps is 3-maands euribor. De reële waarde van de derivaten bedraagt per balansdatum d 16,6 mln. (2011: d 11,8 mln.) negatief. De waarde van de swaps wordt berekend door alle kasstromen contant te maken tegen de X-M Euriborcurve.
J23
In de derivaatcontracten staan voorwaarden die (mogelijk) toezicht belemmerend zijn. Deze gaan over het veranderen van zeggenschap, het failliet gaan van de onderneming of een surceance van betaling, of een belangrijke wijziging in de wetgeving die betrekking kan hebben op deze overeenkomst. Bij de ABN AMRO en Deutsche Bank is geen sprake van een mogelijke margin call. Tevens zijn hier geen voorwaarden die aangemerkt kunnen worden als toezicht belemmerend.
De threshold bij de BNG is d 6,1 mln. Zodra de waarde van de bij deze bank afgesloten swaps negatiever wordt dan dit bedrag moeten wij een borg stellen. De margin call is bij een rente van 0% d 0,8 mln.
1.10.3 Waarborgsommen Dit betreft de van huurders ontvangen gelden bij aanvang van het huurcontract. 2012 131 -57 74
Saldo per 1 januari - Mutatie boekjaar Saldo per 31 december
De waarborgsommen worden uit hoofde van huurovereenkomsten van huurders ontvangen en dienen als eerste zekerheid voor de voldoening van eventueel
verschuldigde achterstallige huur en mutatiekosten. De waarborgsommen worden bij beëindiging van de huurovereenkomst verrekend.
1.10.4 Terugkoopverplichting verkoop onder voorwaarden - Terugkoopverplichting ontstaan bij overdracht - Verminderingen / vermeerderingen Saldo per 1 januari - Nieuwe terugkoopverplichting - Betaald in verband met terugkoop - Herwaardering schuld Totaal mutaties - Terugkoopverplichting ontstaan bij overdracht - Verminderingen / vermeerderingen Saldo per 31 december Terugkoopverplichting verkoop onder voorwaarden Waterweg Wonen heeft woningen verkocht onder
2011 160 -29 131
22.683 -454 22.229
19.866 -258 19.608
3.157 -255 -392 2.510
2.927 -110 -196 2.621
25.585 -846 24.739
22.683 -454 22.229
Koopgarant voorwaarden. Het bedrag geeft de terugkoopverplichting van deze activa weer.
1.11 Kortlopende schulden 1.11.1 Leningen < 1 jaar
De leningen < 1 jaar betreft het kortlopende deel van langlopende schulden. Wij verwijzen naar de toelichting op 1.11.2 Bank
Waterweg Wonen heeft vanaf 2004 haar krediet overeenkomst niet uitgedrukt in kasgeldleningen, maar in rekening courant krediet. Dit betekent dat voor de complete faciliteit “rood” kan worden gestaan tegen ongeveer dezelfde kosten als kasgeldleningen. De totale kredietfaciliteit bedraagt d 18,1 mln.
25.437
11.718
9.954
9.251
de langlopende schulden.
Er is een bankgarantie van d 635.913 (aanvankelijke jaarhuur) afgegeven voor de huur van het pand aan het Burgemeester Van Lierplein 51.
Waterweg Wonen
J24
1.11.3 Schulden aan leveranciers 1.11.4 Pensioenen 1.11.5 Belastingen en sociale verzekeringen
2012 2.986
2011 3.439
181
24
2.434
1.870
0 0 0 0
-1.502 2.023 0 521
1.347 0 1.347
1.525 1 1.526
6.376 900 2.105 9.381
6.862 927 2.040 9.829
1.11.6 Onderhanden projecten - Onderhanden werk verkochte woningen - In rekening gebrachte verkoopnota’s - Verantwoorde winst Totaal onderhanden projecten 1.11.7 Overige schulden - Te verrekenen leveringen en diensten - Overige schulden Totaal overige schulden In de post “Te verrekenen leveringen en diensten” zijn de nog met huurders te verrekenen servicekosten opgenomen. 1.11.8 Overlopende passiva - Nog niet vervallen rente - Vooruitontvangen huren - Overige overlopende passiva Totaal overlopende passiva
Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen Planmatig onderhoud Er is voor een totaal van d 4,2 mln. aanbesteed waar nog geen werkzaamheden voor zijn verricht. Van de aanbesteding heeft d 1,0 mln. betrekking op investeringen. Projecten Er is voor een totaal van d 21,5 mln. aanbesteed waar nog geen werkzaamheden voor zijn verricht. Hiervan heeft d 0,3 mln. betrekking op de bouw van koopwoningen. Huisvesting Op 22 mei 2012 is de huurovereenkomst hersloten m.b.t. het pand Burgemeester Van Lierplein 51. Deze overeenkomst loopt t/m 30 april 2018. De huur bedraagt d 707.995 in 2013 en wordt jaarlijks geïndexeerd. d 2.530.858 heeft een looptijd van meer dan een jaar, waarvan d 193.355 een looptijd van meer dan 5 jaar heeft (ongeïndexeerd). Heffing saneringsfonds Waterweg Wonen moet in 2013 naar verwachting in totaal d 2,5 mln afdragen aan door het Centraal Fonds voor de Volkshuisvesting opgelegde saneringsheffingen. Deze middelen worden ingezet om noodleidende corporaties financieel er weer bovenop te helpen.
Obligo’s WSW Als uitvloeisel van het afgeven van borgstellingen door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW), dient Waterweg Wonen per geborgde lening een obligo aan te houden ter grootte van 3,85% van het schuldrestant van de geborgde lening. Voor een lening met een variabele hoofdsom is 75% hiervan verschuldigd. Per 31 december 2012 bedroeg het totale obligo d 12,3 mln. Dit obligo wordt opeisbaar indien het garantievermogen van het WSW onder een bepaald niveau dreigt te komen. Van dit bedrag heeft d 0,9 mln. betrekking op nieuwe leningen. Verbonden partijen Als verbonden partij worden aangemerkt alle rechtspersonen waarover overheersende zeggenschap, gezamenlijke zeggenschap of invloed van betekenis kan worden uitgeoefend. Ook rechtspersonen die overwegende zeggenschap kunnen uitoefenen worden aangemerkt als verbonden partij. Ook de statutaire directieleden, andere sleutelfunctionarissen in het management van Waterweg Wonen en nauwe verwanten zijn verbonden partijen. De deelnemingen van Waterweg Wonen betreffen uitsluitend twee lege BV’s. Er zijn verder geen verbonden partijen.
Jaarrekening
J25
Fiscale positie per 31 december 2012 (Bedragen x d 1.000.000,-)
De samenstelling van verwerkte en niet-opgenomen beschikbare verrekenbare tijdelijke verschillen en compensabele verliezen is als volgt:
Verrekenbare tijdelijke verschillen Verrekenbare tijdelijke verschillen passief Compensabele verliezen Van de niet-opgenomen verrekenbare tijdelijke verschillen en compensabele verliezen is het (nog) niet waarschijnlijk dat toekomstige fiscale winst beschikbaar komt ter compensatie of dat verrekeningsmogelijkheden kunnen worden benut. Indien de actieve latentie zou worden gewaardeerd tegen nominale waarde dan bedraagt deze eind 2012 circa d 211 mln. (eind 2011 d 214 mln.) en een passieve latentie
Materiële vaste activa / vastgoedbeleggingen in exploitatie Materiële vaste activa / vastgoedbeleggingen in ontwikkeling Materiële vaste activa / vastgoedbeleggingen verkopen onder voorwaarden Financiële vaste activa Passiva Terugkoopverplichting VOV
Niet verwerkt 31-12-2012 801 -26 83
Niet verwerkt 31-12-2011 817 -24 74
van d 7 mln. (eind 2011 d 6 mln.), dit betreft met name het vastgoed. Naar verwachting zal de latentie over het vastgoed niet tot afwikkeling komen binnen een afzienbare termijn. Per balansdatum zijn de belangrijkste verschillen in waardering tussen deze jaarrekening en de fiscale jaarrekening als volgt: Jaarrekening 544 17 24
Fiscaal 1.319 14 1
Verschil 775 -3 -23
0
2
2
-24
0
24
Totaal verschillen
775
Met potentieel actieve latentie Met potentieel passieve latentie
801 -26
Compensabele verliezen
Toelichting Met de belastingdienst zijn afspraken gemaakt ten aanzien van de verschillende balansposten van de beginbalans en is de verwerking van de onderhoudslasten (activeren/dan wel het ten laste van het resultaat verwerken van uitgaven) afgeregeld tot eind 2012.
83
Bij het uitvoeren van planmatig onderhoudswerk/alsmede de renovatieopgave is afgesproken dat de uitgaven voor 65% ten laste van de fiscale resultatenrekening zullen komen. Waterweg Wonen maakt in de jaren tot en met 2012 fiscaal verlies: eind 2012 bedraagt het fiscale verlies cumulatief circa d 83 mln. (2011: nog d 74 mln.).
Waterweg Wonen
J26
Toelichting op de winst- en verliesrekening (Bedragen x d 1.000,-)
2012
2011
59.431 3.031 62.462 -1.012 -511 -552 60.387
58.949 3.133 62.082 -1.040 -441 -444 60.157
5.085 188 135 -215 -47 5.146
4.638 170 139 -190 -239 4.518
-1.079 1.484 61 466
-2.408 2.021 0 -387
2.439 -1.696 743 1.138 1.079 2.960
4.087 -3.505 582 389 2.408 3.379
1.316
1.526
0 31 150 333 51 565
4 29 135 256 144 568
Bedrijfsopbrengsten
2.1 Huuropbrengsten - Woningen en woongebouwen - Onroerende zaken niet zijnde woningen Te ontvangen nettohuur - Huurderving wegens algemene leegstand - Huurderving wegens leegstand niet zijnde regulier - Huurderving wegens oninbaarheid Totaal huuropbrengsten
2.2 Opbrengsten servicecontracten - Berekende lasten leveringen en diensten - Vergoeding personeel - Administratiekosten leveringen en diensten Af : Vergoedingsderving wegens leegstand Af : Vergoedingsderving wegens oninbaarheid Totaal opbrengsten servicecontracten
2.3 Wijzigingen in voorraad vastgoed bestemd voor de verkoop en onderhanden projecten - Mutatie Vastgoed bestemd voor de verkoop - Mutatie Onderhanden projecten - Gerealiseerde opbrengst onderhanden projecten Totaal wijzigingen in vastgoed bestemd voor de verkoop en onderhanden projecten
2.4 Netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille - Netto opbrengst verkopen bestaand bezit Af : Boekwaarde Verkoopresultaat bestaand bezit - Netto verkoopopbrengst Vastgoed bestemd voor de verkoop - Netto verkoopopbrengst Onderhanden projecten Totaal netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille
2.5 Geactiveerde productie eigen bedrijf - Geactiveerde personeelskosten
2.6 Overige bedrijfsopbrengsten - Vergoedingen voor beheeractiviteiten inzake: - Doorbelaste uren - Afsluiten huurcontracten - Erfpacht - Domotica - Overige opbrengsten Totaal overige bedrijfsopbrengsten
Jaarrekening
J27
2012
2011
21.272 702 21.974
20.453 649 21.102
-19.711 2.415 -1.397 -18.693
-5.990 1.105 1.037 -3.848
Bedrijfslasten
2.7 Afschrijving op materiële vaste activa - Afschrijving sociaal vastgoed in exploitatie - Afschrijving onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie Totaal afschrijving op materiële vaste activa
2.8 Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille - Waardeveranderingen sociaal vastgoed in exploitatie - Waardeveranderingen sociaal vastgoed in ontwikkeling - Waardeveranderingen vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Totaal overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille
De waardeveranderingen sociaal vastgoed in ontwikkeling zijn onrendabele toppen nieuwbouw en renovatie en
bestaan voor d 13,1 mln. uit nieuw besloten projecten en voor d 9,8 mln. positief aan mutaties.
2.9 Erfpacht - Woningen en woongebouwen en overige onroerende goederen
306
306
7.614
7.535
1.065
1.038
1.426
1.403
8.607 4.485 3.147 702 -504 16.437
5.355 3.914 3.203 879 -459 12.892
2.10 Lonen en salarissen - Lonen en salarissen inclusief vakantietoeslag en overwerk
2.11 Sociale lasten - Sociale lasten
2.12 Pensioenlasten - Pensioenlasten
2.13 Onderhoudslasten - Planmatig onderhoud - Mutatie onderhoud - Reparatie onderhoud - Overig onderhoud - Af: onderhoudslasten werkapparaat Totaal lasten onderhoud
De werkelijke uitgave voor planmatig onderhoud 2012 bedraagt d 10,2 mln. exclusief contracten (inclusief d 11,5 mln.). Van de d 10,2 mln. is d 2,9 mln. in de activa
opgenomen en d 7,3 mln. ten laste van het resultaat gebracht.
2.14 Leefbaarheid - Onderhoud leefbaarheid en groenonderhoud - Stedelijke voorzieningen - Overig leefbaarheid Totaal leefbaarheid
De personeelsuitgaven voor leefbaarheid zijn: d 1.088.500. Daarover wordt een opslag voor overhead
514 262 454 1.230
gerekend van d 292.000.
532 293 390 1.215
Waterweg Wonen
J28
2012
2011
5.085
4.638
- Overige personeelskosten - Huisvestingskosten - Kosten Raad van Commissarissen - Automatiseringskosten - Voorbereidingskosten stedelijke vernieuwing - Overige algemene kosten Subtotaal beheerskosten
1.250 1.361 157 499 169 1.708 5.144
2.000 1.295 102 449 301 1.941 6.088
Heffingen - Belastingen - Verzekeringen - Bijdrageheffing - Contributies aansluitingen Subtotaal heffingen
4.327 166 210 146 4.849
4.398 171 718 68 5.355
1.484 156 617 2.257 12.250
2.021 319 709 3.049 14.492
76 7 0 9 92
71 6 0 11 88
2.15 Lasten servicecontracten - Lasten servicecontracten
2.16 Overige bedrijfslasten Beheerskosten
Overige bedrijfslasten - Kosten onderhanden projecten - Bijdrage Verenigingen Van Eigenaren - Overige bedrijfslasten Subtotaal overige bedrijfslasten Totaal overige bedrijfslasten De in de kosten voor de RvC begrepen beloning van de RvC bedraagt d 75.014 (2011: d 73.258). In het boekjaar zijn de volgende bedragen aan accountantshonoraria ten laste van het resultaat gebracht: - Controle van de jaarrekening - Andere controle werkzaamheden - Fiscale advisering - Andere niet-controlediensten Totaal accountantshonoraria
Bovenstaande honoraria betreffen uitsluitend de werkzaamheden die bij Waterweg Wonen zijn uitgevoerd door accountantsorganisaties en externe accountants
zoals bedoeld in art. 1, lid 1 Wta (Wet toezicht accountantsorganisaties).
2.17 Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille - Waardeveranderingen commercieel vastgoed in exploitatie - Waardeveranderingen onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Totaal niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille
De waardeveranderingen vastgoed in ontwikkeling voor eigen exploitatie zijn onrendabele toppen nieuwbouw en
-3.997 -785 -4.782
-2.288 -319 -2.607
renovatie en bestaan voor d 1,4 mln. positief aan mutaties.
Jaarrekening
J29
2012
2011
0 251 251
10 -251 -241
3 93 96
6 40 46
415 14.520 301 -486 -1.094 13.656
367 14.328 9 33 -1.064 13.673
2.18 Waardeveranderingen van financiële vaste activa - Waardeverandering leningen u/g - Mutatie negatieve waarde ineffectieve derivaten Totaal waardeverandering financiële vaste activa
2.19 Rentebaten - Rente leveringen en diensten - Overige rentebaten Totaal rentebaten
2.20 Rentelasten - Rente leningen overheid - Rente leningen overige geldgevers - Rente kasgeldleningen/rekening courant krediet - Mutatie transitorische rente Af : Geactiveerde rente Totaal rentelasten
In de rentelasten is d 108.652 opgenomen die als last voortkomt uit een rentederivaat (renteswaps) die het laatste kwartaal niet gehedged is aan een lening. De betaalde langlopende rente voor deze renteswaps voor het laatste
kwartaal is d 114.361, terwijl er d 5.709 aan kortlopende rente is ontvangen. De gehanteerde rentevoet voor de geactiveerde rente is 4,23%.
2.21 Belastingen resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening - Vennootschapsbelasting
0
0
2 0 2
0 0 0
3.772
-6.083
2.22 Resultaat deelnemingen - Resultaat Waterweg Wonen B.V. - Resultaat Waterweg Wonen FBI B.V. Totaal resultaat deelnemingen
Toerekening Jaarresultaat - Het resultaat boekjaar wordt toegevoegd aan de overige reserves
Waterweg Wonen
J30
Overige informatie Persoonlijke gegevens toezichthouders per 31 december 2012 Naam De heer mr. M.J. Faro
Functie Voorzitter
Leeftijd 60
De heer M.M. Keizerwaard
Vicevoorzitter 64
De heer mr. H.P. Kuijpers MCM
Lid
51
De heer ing. A. Warnaar
Lid
72
Mevrouw mr. A.C. Spindler
Lid
56
De heer mr. G.J.A.M. van der Vossen RC
Lid/auditcommissie
50
De heer drs. E. Kemperman MBA
Lid/ auditcommissie
48
Hoofdfuncties Partner bij Certa Legal Associate Boer & Croon Eigenaar Farò Consultancy Voorheen commissaris van politie Rotterdam-Rijnmond Directeur Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie Partner bij ICP+Vastgoedconsultants Rotterdam Eigenaar Ontwikkeld beheer woningen Gemeentesecretaris/ algemeen directeur gemeente Bergen op Zoom Vennoot Holland Consulting Group Directeur Project Control Online B.V. (eigenaar)
Nevenfuncties geen
geen 1. Lid van het College van Beroep Reclame Code Commissie 1. Lid College van deskundigen VGOkeur FOSAG (Keurmerk Vastgoed Onderhoudsbedrijven) geen
1. Lid RvT Yulius 2. Lid RvT Stichting DOEN 1. Lid Raad van Commissarissen Vallei Wonen 2. Lid bestuur Vereniging van Toezicht houders bij Woningcorporaties 3. Lid Raad van Commissarissen Area
Beloning toezichthouders 2012 Naam De heer mr. M.J. Faro De heer M.M. Keizerwaard De heer mr. H.P. Kuijpers MCM De heer ing. A. Warnaar Mevrouw mr. A.C. Spindler De heer mr. G.J.A.M. van der Vossen RC De heer drs. E. Kemperman MBA
Vergoeding 14.129 11.205 9.036 9.036 9.036 9.036 9.036 70.514
Onkostenvergoeding 0 750 750 750 750 750 750 4.500
Totaal 14.129 11.955 9.786 9.786 9.786 9.786 9.786 75.014
Onkostenvergoeding 0 750 750 750 750 750 750 4.500
Totaal 13.798 11.675 9.557 9.557 9.557 9.557 9.557 73.258
* Mogelijkheid tot herbenoeming. De overige leden zijn aftredend.
Beloning toezichthouders 2011 Naam De heer mr. M.J. Faro De heer M.M. Keizerwaard De heer mr. H.P. Kuijpers MCM De heer ing. A. Warnaar Mevrouw mr. A.C. Spindler De heer mr. G.J.A.M. van der Vossen RC De heer drs. E. Kemperman MBA
Vergoeding 13.798 10.925 8.807 8.807 8.807 8.807 8.807 68.758
Aftredend 1 januari 2013 1 januari 2013 1 januari 2014 1 januari 2015 1 januari 2016 1 januari 2014 1 januari 2013*
Jaarrekening
J31
Persoonlijke gegevens bestuurder per 31 december 2012 Naam Dhr. H.P.A.M. Bosch
Functie Directeurbestuurder
Leeftijd 59
Dhr. L.C. de Jong
Directeurbestuurder
62
Nevenfuncties 1. Voorzitter bestuur de KOM, Stadstheater en Kunstencentrum Nieuwegein, vanaf jan. 2012 2. Voorzitter Balans, vereniging voor ouders van kinderen met ontwikkelingsstoornissen bij leren en/of gedrag Bilthoven, vanaf dec. 2012 Geen
Werkzaam in huidige functie fulltime sinds 1-10-2012
fulltime van 1-10-2002 tot 30-09-2012
Bezoldigingsgegevens op grond van artikel 2:383 BW
Periodiek betaalde beloningen Beloningen betaalbaar op termijn Uitkering bij beëindiging van het dienstverband Bonus Totaal
Dhr. H.P.A.M. Bosch 2012 36.277 5.910 0 0 42.187
Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens Deze wet is met ingang van 1 januari 2013 ingetrokken. Voor de volledigheid melden wij dat over 2012 er geen beloningen en uitkeringen in verband met beëindiging dienstverband zijn gedaan die onder de WOPT gemeld hadden moeten worden.
2011 0 0 0 0 0
Dhr. L.C. de Jong 2012 126.491 26.656 0 25.527 178.674
Werknemers Gedurende het jaar 2012 had Waterweg Wonen gemiddeld 148,6 werknemers in dienst (2011: 152,7). Dit aantal is gebaseerd op het aantal fulltime equivalenten. Geen van de werknemers is buiten Nederland werkzaam.
Stichting Waterweg Wonen, 22 mei 2013 Directie De heer H.P.A.M. Bosch, directeur-bestuurder
2011 160.877 26.656 0 25.527 213.060
De Raad van Commissarissen De heer drs. F. Verschoor, voorzitter
De heer mr. G.J.A.M. van der Vossen, vicevoorzitter
De heer mr. H.P. Kuijpers MCM, lid
Mevrouw mr. A.C. Spindler, lid
Mevrouw mr. I.M. Haisma, lid
De heer ing. A. Warnaar, lid
Stichting Waterweg Wonen, Burgemeester Van Lierplein 51, Vlaardingen
J32
Waterweg Wonen Jaarverslag 2012
J33
Overige gegevens
Waterweg Wonen
J34
Overige gegevens Voorstel resultaatbestemming Voorstel resultaatbestemming is conform de statuten het resultaat ter grootte van d 4.057.000 ten bate van de overige reserves te brengen.
Gebeurtenissen na balansdatum Het voorgenomen beleid van het huidige kabinet richt zich voor wat betreft de woningcorporaties op een verhuurdersheffing en verruiming van het huurbeleid. Dit regeringsbeleid is nog onderdeel van wetsvorming. De verhuurdersheffing voor Waterweg Wonen zou voor de jaren 2013 - 2017 circa d 30,2 mln. kunnen bedragen op grond van de huidige kennis van de wetsontwikkeling. De betekenis van de verruiming van het inkomensafhankelijke verhuurbeleid kan nog niet berekend worden omdat de inkomensinformatie op dit moment nog niet beschikbaar is. In de toelichting van de jaarrekening is de betekenis hiervan uitgezet. Indien deze voornemens daadwerkelijk in wetgeving worden verankerd dan heeft dit belangrijke invloed op de financiële positie van Waterweg Wonen.
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de Raad van Commissarissen en de directeur-bestuurder van Stichting Waterweg Wonen
Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit jaarverslag opgenomen jaarrekening 2012 van Stichting Waterweg Wonen te Vlaardingen gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2012 en de winst-en-verliesrekening over 2012 en de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van de directeur-bestuurder De directeur-bestuurder van de toegelaten instelling is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met de bepalingen inzake de jaarrekening en het jaarverslag als opgenomen in artikel 26, eerste lid, van het Bbsh, richtlijn 645 van de Raad voor de Jaarverslaggeving en de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens. De directeur-bestuurder van de toegelaten instelling is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij
hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het controleprotocol in rubriek A van bijlage III bij het Bbsh. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de toegelaten instelling. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de directeur-bestuurder van de toegelaten instelling gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controleinformatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Waterweg Wonen per 31 december 2012 en van het resultaat over 2012 in overeenstemming met artikel 26, eerste lid, van het Bbsh, richtlijn 645 van de Raad voor de Jaarverslaggeving en de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 28, onderdeel b, van het Bbsh, voor wat betreft het in dit artikel genoemde jaarverslag, melden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig de van toepassing zijnde bepalingen van titel 9 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek is opgesteld, en of de in artikel 2: 392 lid 1 onder g, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek bedoelde gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 391, vierde lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Rotterdam, 24 mei 2013 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Origineel getekend door E.C.P. Verstraete RA
Notities
Maatschappelijk rendementmodel Waterweg Wonen 2012 1. Wij staan voor partnerschap (P.11)
Partnerschap is een noodzakelijke randvoorwaarde om ons hoofddoel - ervoor zorgen dat onze klanten prettig wonen in een stad die floreert - waar te kunnen maken. Wij kunnen dat namelijk niet alleen bereiken. Verschillende partners moeten in Vlaardingen eendrachtig samenwerken om dit doel te behalen. Daarom investeren wij in de totstandkoming van een heldere maatschappelijke agenda.
(hoofdstuk 5 uit bedrijfsplan 2012 - 2015 ‘Wij staan voor Vlaardingen’) Beoogde maatschappelijke effecten
Hoe bereiken we deze effecten?
Investeringen
Resultaten
Gerealiseerde maatschap pelijke effecten (P.37)
26% van de maatschappelijke uitgaven bestemd voor (maatschappelijke) partners We willen zorgen voor kwetsbare groepen
Huisvesting van bijzondere doelgroepen (individueel)
d 41.500
d 3.000 Huisvesting van bijzondere doelgroepen (groepsgewijs) (P.14)
Leefbaarheidsactiviteiten: (P.39) - Onff Activiteitencentrum - Mobiele Speelotheek
Ontwikkelen en investeren in woongerelateerde voorzieningen (onrendabel) (P.15)
We willen bewoners invloed geven op hun woonomgeving (P.39)
We willen zorgen voor betaalbare niet/semicommerciële ruimtes voor dienstverlening zonder winstoogmerk (P.17)
-
d 3.058.400
Leefbaarheidsactiviteiten: - Training en coaching bewonerscommissie - Brunches bewoners - WaWo tientje
d 111.600
Inzet accountbeheerders: - Overleg met de bewonerscommissies - Het opstellen en uitvoeren van de leefbaarheidsprogramma’s - Initiatieven van huurders financieel ondersteunen en faciliteren
d 315.200
Huurkorting aan dienstverleners zonder winstoogmerk geven
d 240.400
Bijdrage leveren aan activiteiten: - Loggerfestival - Theaterfestival ‘Avondturen’ - Uitfestival - Citymarketing
Subtotaal
Huisvesting ‘tussen wal en schip huishouden’:
7 (2011: 12)
Groepsgewijze verhuringen aan bijzondere doelgroepen: Gehandicaptenzorg: 24 (36) Geestelijke gezondheidszorg: 10 (10) Maatschappelijke opvang: 100 (100) Groepswonen voor dementerende ouderen: 18 (18)
152 (2011: 164)
Nieuwe voorzieningen: - Zorgcentrum Uitzicht - Hospice - Stadsleven
- haalbaarheid - in uitvoering - in uitvoering
Effecten worden gerealiseerd door maatschappelijke instellingen (belanghouders)
Sociale Index-participatie: 6,7 (Lemonmeting 2011: 6,0)
+3 (norm ≥ 3) => 41 o.a. - Buurtzorg - Gemeente - Zonnehuis 74% van de artikelen heeft een positieve inhoud, 24% neutraal en 2% negatief
d 262.000
Sociale Index- deelname aan activiteiten/uitgaan: 6,9 (Lemonmeting 2011: 7,1)
e 4.107.400
In het actieplan Wonen hebben wij een concrete aanpak afgesproken om de woningvoorraad van de stad te transformeren. Waterweg Wonen neemt haar aandeel in de uitvoering van het Actieplan Wonen voor haar rekening. Wij voeren de afspraken uit zoals die met de gemeente en Woning stichting Samenwerking Vlaardingen zijn overeengekomen. Eventuele aanpassingen in het uitvoeringsprogramma komen alleen in gezamenlijk overleg tot stand. Met de uitvoering van het Actieplan Wonen realiseert Waterweg Wonen een toekomstbestendige portfolio in het licht van prijs, kwaliteit, mate van toe- en doorgankelijkheid, woningtypen, doelgroepen en energieprestaties.
(hoofdstuk 6 uit bedrijfsplan 2012 - 2015 ‘Wij staan voor Vlaardingen’)
Hoe bereiken we deze effecten?
Effecten worden gerealiseerd door maatschappelijke instellingen (belanghouders)
51 (49)
Nieuwe verhuringen niet/semi-commerciële ruimten aan maatschappelijke instellingen
2. Wij staan voor het Actieplan Wonen (p.21) Beoogde maatschappelijke effecten
404 (2011: 460) 33 (33) 20 (20) 110 (113) 190 (245)
d 75.300
Verhogen van verhuur van aantal ruimten aan maatschappelijke instellingen
Verhogen van de aantrekkelijkheid van de stad voor haar (toekomstige) inwoners (P.17)
Verhuringen aan bijzondere doelgroepen: Gehandicaptenzorg: Geestelijke gezondheidszorg: Asielzoekers / statushouders: Maatschappelijke opvang: Laatste Kans Project (LKP) en Project Ontruimingspreventie (POP):
Investeringen
Resultaten
Gerealiseerde maatschap pelijke effecten (P.37)
52% van de maatschappelijke uitgaven bestemd voor transformatie van de woningvoorraad We willen zorgen voor kwalitatief goede en betaalbare (huur)woningen
Huisvestingsgarantie BBSH-doelgroep geven, waarvoor de huurwoningvoorraad minimaal 9.820 woningen dient te bedragen
Sloop/samenvoegen: verminderen van de woningvoorraad huurwoningen die geen toekomstwaarde heeft
We willen graag dat middeninkomens in Vlaardingen blijven wonen of terugkomen.
We zien het als taak senioren te helpen om zo lang mogelijk zelfstandig te blijven wonen en toegankelijkheid voor mensen te bevorderen die zorg nodig hebben
We willen graag starters voorzien van woningen
P.M.
11.888 (norm: 11.843)
Sloop/samenvoegen
332/0 (norm: 332/1)
Renovatie: opleveren van sociale huurwoningen (incl. vernieuwbouw) (onrendabele investeringen) (P.23 en P.25)
d 6.678.000
Renovatie, sociaal (opgeleverd)
536 (norm: 733)
Nieuwbouw: opleveren van sociale huurwoningen (goedkoop en middelduur) (onrendabele investeringen)
d 1.457.300
Nieuwbouw sociale huur (opgeleverd)
29 (norm: 0)
Nieuwbouw vrije sector huur/ duur (opgeleverd)
0 (norm: 0)
Nieuwbouw: vrije sector huur / duur (excl. vernieuwbouwwoningen) (onrendabele investeringen)
Nieuwbouw: koopwoningen (P.23 en P.25)
niet onrendabel
Nieuwbouw koop (opgeleverd)
77 (norm: 77)
Renovatie: dure huurwoningen
niet onrendabel
Renovatie, duur (opgeleverd)
48 (norm: 48)
Verkoop van woningen via Koopgarant: (p.30)
P.M.
Verkoop bestaand bezit Koopgarant
8 (2011: 7)
Verkoop van woningen niet via Koopgarant: (p.30)
P.M.
Verkoop bestaand bezit niet Koopgarant
4 (2011: 4)
Appartementen met sterren (opgeleverd)
165 (norm: 275)
Nieuwbouw: opleveren appartementen met sterrenkwaliteit (onrendabel investeren) (p.32)
Nieuwbouw appartementen met sterren (opgeleverd)
0 (norm: 0)
Huurwoningen verhuren aan starters
Huurwoningen verhuren aan starters
Renovatie: opleveren appartementen met sterrenkwaliteit (onrendabel investeren)
Verkoop van woningen via Koopgarant: (p.30) Verkoop van woningen niet via Koopgarant: (korting) (p.30)
(maakt onderdeel uit van d 6.678.000)
P.M. d 35.600
Nieuwbouw - starterwoningen opleveren: Beperking energieverbruik en milieuvriendelijk bouwen (CO2-reductie van 20% per einde 2015) (p.69)
Huurwoningvoorraad
Woningen voorzien van energielabel
(maakt onderdeel uit van d 6.678.000)
Subtotaal
e 8.170.900
Sociale Index- tevredenheid met huidige woning: 6,8 (Lemonmeting 2011: 6,9)
46% van de woningen verkregen door starters (2011: 48%)
Verkoop bestaand bezit Koopgarant
18 (norm: 24)
Verkoop bestaand bezit niet Koopgarant
14 (norm: 27)
Nieuwbouw starterwoningen
0 (norm: 0)
Woningen met energielabel: (A is het meest zuinig en H het minst zuinig)
Totaal 11.888 A: 399 B: 1.848 C: 2.883 D: 3.506 E: 1.874 F: 1.168 G: 210
CO2-reductie: 14,0% (norm: 12,5% vanaf 2008)
3. Wij staan voor goed beheer (p35)
Goed beheer van onze woningen en wijken is van levensbelang om schone, hele en veilige wijken, buurten en woningen te realiseren waar mensen – ook op langere termijn – graag wonen. Om goed te kunnen meten of we op de goede weg zijn, willen wij in overleg met de gemeente en andere partners de Sociale Index verder vormgeven, de databases helpen vullen met gegevens en samen de gewenste scores op de sociale index bepalen. Dat doen we door samen met de gemeente, zorg- en welzijninstellingen, scholen en diverse andere maatschappelijke partners in samenhang te investeren in de buurten. Concreet zullen we onder meer de werkwijze van het succesvolle project ‘Thuis in de Westwijk’ uitrollen over andere wijken en buurten.
(hoofdstuk 7 uit bedrijfsplan 2012 - 2015 ‘Wij staan voor Vlaardingen’)
Beoogde maatschappelijke effecten
Hoe bereiken we deze effecten?
Investeringen
Resultaten
Gerealiseerde maatschap pelijke effecten (P.37)
22% van de maatschappelijke uitgaven bestemd voor goed (maatschappelijk) beheer Bijdrage aan het verbeteren van de leefbaarheid in wijken en buurten (schoon, heel en woongenot)
Leefbaarheidsactiviteiten: - Stichting IPSE - Buurtschouwen - Project Watch Out (P.37) - Zakgeldproject
d 183.300
Inzet woonconsulenten: - Uitvoeren van de leefbaarheidsprogramma’s - Initiatieven van huurders financieel ondersteunen en faciliteren
d 466.600
Sociale Indexparticipatie: (Lemonmeting 2011: 6,0)
Inzet wijkmeesters: - Aanspreekpunt in de wijk - Controle schoonmaak - Kleine technische handelingen - Schoon, heel & veilig
d 537.000
Sociale Index- tevredenheid met huidige woonomgeving: 6,7
Onderhouden speeltuinen
Onderhouden groen
d 543.300
Onderhoudgerelateerde leefbaarheidsactiviteiten: (p.39) - Verlichten achterpaden - Verwijderen graffiti
d 57.300
Kunst- en cultuuractiviteiten (p.40) - VIA20 - Sculpturen Hoofdstedenbuurt - Bericht Indische Buurt banken
d 83.800
Laatste Kans Project (LKP) en Project Ontruimingspreventie (POP)
d 61.300
Inzet overlastconsulenten: (p.38) - Bemiddelingen - Waar nodig externe partijen betrekken - Lokaal Zorgnetwerk overleggen - Huisbezoeken - Inschakeling jurist Ontmantelen hennepkwekerijen
Inbraakpreventie: aanbrengen inbraakwerend hang- en sluitwerk Verminderen van de overlast voor bewoners bij renovatie en slooptrajecten (p.16)
d 19.900
Bewonersbegeleiding: - Huisbezoeken t.b.v. sloop/renovatie - Begeleiden ten tijde van sloop renovatie - Bewoners ondersteunen bij kleurkeuze trajecten - Bemensen van modelwoning - Spreekuren houden voor bewoners - Koffieochtenden organiseren
d109.000
d 3.000
d 1.130.000
d 246.000
Subtotaal
e 3.440.500
Eindtotaal
e 15.718.800
Evaluaties n.a.v. activiteiten. Bij ontevredenheid wordt de activiteit niet herhaald.
Goed onderhouden speeltuinen
Goed onderhouden hectaren groen
44 (2011: 47)
31,2 (2011: 31,5)
Sociale Index- schoon en goede woonsfeer: 6,6 (Lemonmeting 2011: 6,5) Imago-onderzoek schoon: 3,3 heel: 3,5 veilig 3,3 (schaal 1 - 5)
Sociale Index- speel gelegenheid jonge kinderen: (Lemonmeting 2011: 6,4) Sociale Index- groen voorzieningen: (Lemonmeting 2011: 6,9)
6,7
6,8
7,3
Sociale Index- veiligheid/ vernieling: 6,8
LKP-ers en POP-ers Ontruimingen
22 (2011: 31) 74 (2011: 79)
Sociale Index- bekendheid met schuldhulpverlening: 7,2
Aantal binnengekomen overlastklachten
296 (2011: 307)
Sociale Index- overlast: 6,5 (Lemonmeting 2011: 6,2)
Aangetroffen hennepkwekerijen
4 (2011: 12)
Sociale Index- veiligheid: 6,7 Sociale Index- inbraak: 7,0 (Lemonmeting 2011: 6,7)
Braakveilige woningen
+1.534 (2011: 1.562)
Tevredenheidsenquetes: Minimaal 7 (norm) tevredenheid over bewonersbegeleiding - Lissabonweg Hoog - Hoevenbuurt
Geworteld in Vlaardingen
Voldoende tevredenheid wordt ervaren over bewonersbegeleidingstraject van de renovatie, resp. 7,0 en 7,3
Colofon Samenstelling en redactie Waterweg Wonen Ontwerp en realisatie PanArt creatie en communicatie Fotografie Nanning Barendsz BK2 Ton Delfos Esther Didden John van Helvert Michelle Muus Dhr. H. Nagel PanArt creatie en communicatie Gemeente Vlaardingen Angelique van Woerkom Drukwerk Grafisch Compleet
Niets uit deze uitgave mag worden gebruikt zonder schriftelijke toestemming van Waterweg Wonen.
Stichting Waterweg Wonen Internet
www.waterwegwonen.nl
Facebook
www.facebook.com/WaterwegWonen
Twitter
@WaterwegWonen
Bezoekadres Burgemeester Van Lierplein 51 Postadres
Postbus 3, 3130 AA Vlaardingen
E-mail
[email protected]
Telefoon
(010) 248 88 88
Inschrijving Kamer van Koophandel Rotterdam 41133736 Datum vaststelling statuten 28 december 1998 Waterweg Wonen is lid van KWH (Kwaliteitszorg Woningcorporaties Huursector)