Jaarverslag 2014 van: De Vereniging tot het verstrekken van basisonderwijs op Gereformeerde Grondslag te Yerseke & Ds. G.H

Jaarverslag 2014 van:

De Vereniging tot het verstrekken van basisonderwijs op Gereformeerde Grondslag te Yerseke & Ds. G.H. Kerstenschool

Jaarverslag 2014 Ds. G.H. Kerstenschool – Yerseke

1

Inhoudsopgave:

Bestuursverslag Algemene informatie 1.

Van de secretaris

2.

Scheiding bestuur en toezicht

3.

De taak en de organisatie

4.

Organisatorische ontwikkelingen, interne en externe contacten

5.

Personeelsbeleid

6.

Huisvesting

7.

Onderwijskundig beleid en studieresultaten

8.

De leerlingen en het toelatingsbeleid

Financiële informatie 9.

Financiële positie

10.

Treasury verslag

11.

Analyse resultaat

12.

Investerings- en financieringsbeleid

13.

Bestemming resultaat

14.

Continuïteitsparagraaf

15.

Begroting 2015-2017

16.

Verantwoording inzet middelen prestatiebox


2

1. Van de secretaris. Hierbij bieden we u het jaarverslag 2014 van de Vereniging tot het verstrekken van onderwijs op Gereformeerde Grondslag te Yerseke aan. Betreffende de verslagperiode willen we het volgende vermelden:  Het Algemeen Bestuur vergaderde in het achterliggende jaar 5 keer. Daarnaast vergaderden de afzonderlijke commissies elk 2 tot 6 keer. De samenstelling van het bestuur is in 2014 niet gewijzigd. Binnen het bestuur wordt gewerkt met de volgende commissies: Personeelscommissie, Kwaliteitscommissie, Financiële commissie, Bouw-/ onderhoudscommissie.  Als reformatorische basisscholen in Zeeland wordt nauw samengewerkt in de Vereniging Primair Onderwijs in Zeeland “Colon”. In 2014 is in dit verband hoofdzakelijk het fusietraject binnen het reformatorisch onderwijs in Zeeland aan de orde geweest.  Binnen de ds. G.H. Kerstenschool is een medezeggenschapsraad (MR) actief. In 2014 heeft de MR 5 keer vergaderd, telkens 1 of 2 weken voorafgaand aan de bestuursvergadering.  Binnen de kring van het personeel noemen we: afscheid, zwangerschapsverlof, geboortes, benoemingen en huwelijk.  In het kader van de huisvesting is in 2014 het onderzoek naar de verbetering van de luchtkwaliteit en de investering in zonnepanelen afgerond. Vanwege de relatie tot de kwaliteitsverbetering van het onderwijs is besloten de investering in luchtkwaliteitsverbetering voorrang te geven. Daarnaast wordt het onderhoud uitgevoerd volgens de meerjaren onderhoudsplanning. Sinds 1 januari 2015 is de doordecentralisatie van het onderhoud van de scholen een feit. Dat betekent dat het groot onderhoud niet meer door de gemeente Reimerswaal wordt betaald maar door de school zelf. Hiervoor worden op grond van leerlingaantal, gekoppeld aan m 2 grondoppervlak, financiële middelen verstrekt vanuit de overheid.  In mei 2014 ontving het bestuur van de onderwijsinspectie bericht dat men, na het 4-jaarlijks bezoek in april 2014 van de vaste contact-inspecteur, tot het besluit was gekomen om de school opnieuw het basisarrangement voor een jaar toe te kennen.  Vrijwel alle uitslagen van de LVS-toetsen lagen in 2014 op of boven het landelijk gemiddelde èn op of boven de inspectienorm. In een aantal groepen wordt extra aandacht besteed aan verschillende hoofdvakken. De score van de CITO-eindtoets lag in 2014 helaas onder het landelijke gemiddelde. Naar aanleiding hiervan zijn een aantal actiepunten geformuleerd en is de verwachting dat de score van de CITO-eindtoets 2015 op hoger niveau zal liggen.  In het jaar 2014 waren er veelvuldig contacten met verschillende (onderwijs)instellingen in het kader van de leerlingenzorg.  We mogen terugzien op een goede samenwerking tussen school en ouders.

Bovenstaande is slechts een korte samenvatting. Uitgebreide informatie en uitwerking van de genoemde punten en zaken treft u in het vervolg van dit jaarverslag aan, we nodigen u van harte uit om hiervan kennis te nemen. De kinderen, personeel, bestuursleden en leden van de medezeggenschapsraad zijn in het afgelopen jaar gespaard en hebben de kracht ontvangen om hun werk te doen. Elke schooldag wordt begonnen en beëindigd met Gods Woord en gebed. Met Gods getuigenis als richtsnoer dienen we als ouders, personeel, bestuur, MR en leden van de schoolvereniging onze verantwoordelijkheid voor de school te nemen om zo onze kinderen Bijbels genormeerd onderwijs te geven en ze voor te bereiden op een plaats in de hedendaagse maatschappij.

J.F. Goud (1e secretaris)


3

2. Scheiding bestuur en toezicht. Per 1 augustus 2010 is de wet “goed onderwijs, goed bestuur” van kracht geworden. Dit betekent dat iedere onderwijsinstelling per 1-8-2011 moet voldoen aan een wettelijk vastgesteld niveau van basiskwaliteit. Het is tevens een bekostigingsvoorwaarde en wordt door de onderwijsinspectie getoetst met als richtlijn het “Toezichtskader PO”. Onder “goed bestuur” verstaat de wet dat er functiescheiding dient te zijn tussen het bestuur van de school dat als bevoegd gezag functioneert èn het toezicht op het bevoegd gezag conform een vastgestelde bestuurscode. Binnen de Vereniging voor Onderwijs op Gereformeerde Grondslag te Yerseke functioneert het zgn. mandaatmodel. Dit model voorziet in het mandateren van nader bepaalde bestuurstaken aan de directie, waarna het bestuur zich voornamelijk bezighoudt met het toezicht houden op het door de directie geformuleerde en uitgevoerde beleid. De verdeling van de bevoegdheden is beschreven in het managementstatuut.

De hoofdtaken van de toezichthouder (= het bestuur) bestaan uit:  de integrale aandacht voor de identiteit van de school en het onderwijs; goedkeuren van de voorstellen.  het in samenspraak met de directeur zorgdragen voor de missie, de visie en de beleidskaders. (De goedkeuring hiervan ligt bij het bestuur.)  het goedkeuren van het jaarverslag, de begroting, het formatieplan en het strategisch beleid  het vaststellen van het toelatingsbeleid en benoemingsbeleid  het toezien op de naleving van wettelijke verplichtingen, de code voor goed bestuur en de afwijkingen daarvan  het toezien op de rechtmatige verwerving en de doelmatige en rechtmatige bestemming en aanwending van de middelen van de school  het jaarlijks afleggen van verantwoording over de uitvoering van de taken en de uitoefening van de bevoegdheden in het jaarverslag  bij de vereniging: verantwoording afleggen aan de algemene vergadering  het vaststellen van acceptabele bronnen van inkomsten  benoeming, schorsing en ontslag van personeel  het aanwijzen en benoemen accountant  het nemen van besluiten inzake fusie, samenwerking en opheffing  (voorstel tot) wijzigen van statuten en reglementen  het vaststellen van de handelingsruimte van het management  het goedkeuren van het schoolondersteuningsprofiel  het uitvoeren van schoolbezoeken  het evalueren van het bestuurlijk beleid en bestuurlijk functioneren Het bestuur geeft zijn taken als toezichthouder op de volgende wijze gestalte: - Tijdens de bestuursvergaderingen waar de directie door middel van de managementrapportage verantwoording aflegt van het uitgevoerde beleid. In de managementrapportage wordt dit uitgesplitst in verschillende domeinen. - Tijdens de vergaderingen van de verschillende commissies. Het bestuur heeft verschillende commissies aangewezen die als toezichthouder functioneren op de verschillende domeinen.


4

Het bestuur/de bestuurscommissies als toezichthoudend orgaan heeft/hebben in het achterliggende jaar 2014 de volgende toezichthoudende taken uitgevoerd: -

-

Analyse en monitoring van de onderwijsresultaten. Deze vinden plaats na afname van de LVS-toetsen in januari, na de afname van de CITO-eindtoets en na de afname van de LVStoetsen in mei/juni. Tijdens de vergaderingen worden o.a. de schoolanalyse van de opbrengsten, de groepsanalyses van de opbrengsten en de analyse van de CITO-eindtoets besproken. Indien sprake is van opbrengsten onder de inspectienorm ziet de toezichthouder er op toe dat afdoende maatregelen worden getroffen en dat actie wordt ondernomen. Vanwege het feit dat de resultaten van de CITO-eindtoets 2014 onder het landelijk gemiddelde lagen, heeft de kwaliteitscommissie expliciet aandacht gevraagd voor de onderwijsinvestering in de hoofdvakken. Toezicht op de voortgang van het jaarplan 2013-2014 en op het jaarplan 2014-2015. Tijdens elke vergadering wordt deze voortgang gerapporteerd d.m.v. de managementrapportage. Toezicht op de ontwikkeling van het ondersteuningsprofiel van de school èn het goedkeuren ervan in het kader van de komst van de wet Passend Onderwijs. Toezicht op de uitvoering van het aanname- en toelatingsbeleid. Goedkeuring van het jaarverslag 2013. Goedkeuring van de jaarrekening 2013. Aanwijzing van de accountant voor de controle van de jaarrekening 2013. Goedkeuring van de financiële kwartaalrapportages, aangeleverd door de directie via de managementrapportage. Goedkeuring van de begroting 2015 tijdens de bestuursvergadering van 9 december 2014. Afleggen van verantwoording van haar uitgevoerde werkzaamheden tijdens de jaarlijkse ledenvergadering op 15 april 2014. Vijf keer per jaar uitvoeren van schoolbezoeken. Het evalueren van het bestuurlijk functioneren bij de periodieke aftreding van de bestuursleden. Het bestuur heeft in de eerste helft van 2014 een interne risico analyse uitgevoerd. Wat de kwaliteit van het toezicht betreft is besloten om d.m.v. coaching het interne toezicht tijdens de bestuursvergaderingen nog beter te laten functioneren, zodat de scheiding bestuur-toezicht in de praktijk helder functioneert. Het beleid ten aanzien van de risicobeheersing is in hoofdstuk 14 nader uitgewerkt.


5

3. De taak en de organisatie. 3.1. Algemeen: De ds. G.H. Kerstenschool te Yerseke gaat uit van de Vereniging tot het Verstrekken van basisonderwijs op Gereformeerde Grondslag in Yerseke. De vereniging is statutair gevestigd in Yerseke en staat officieel ingeschreven bij de Kamer van Koophandel in Middelburg. 1e Voorzitter: 1e Secretaris: 1e Penningmeester: 2e Voorzitter: 2e Secretaris 2e Penningmeester: Bestuursleden :

Ds. C. van Krimpen J.F. Goud, p/a Postbus 104, 4400 AC Yerseke A.J. de Wolf, Banknummer: 37.39.02.530 P. van Vijven W.J. Klaassen J.E. Everse A. Both S.A. Bruijnooge P.D. de Looff A.C. Scheele H.F. Waverijn Binnen de vereniging worden de activiteiten en de exploitatie van het onderwijs verantwoord aan de leden van de vereniging tijdens de jaarlijkse ledenvergadering. Deze wordt één keer per jaar bij elkaar geroepen, meestal in april. De kernactiviteiten van de school zijn: - Het onderwijs uit Gods Woord. - Het behalen van de kerndoelen en streefdoelen zoals die door het Ministerie als minimum doel zijn gesteld. 3.2. Schoolplan 2011-2015: Schoolplan. Het schoolbeleid voor de periode 2011-2015 is beschreven in het Schoolplan 2011-2015. Het Schoolplan voor deze periode is ingericht naar het INK-kwaliteitsmodel. In dit model zijn onderwijsontwikkeling en kwaliteitszorg integraal met elkaar verweven. De visie op de huidige beleidsperiode en de daaruit voortvloeiende missie zijn in het schoolplan op de navolgende wijze verwoord. Visie voor de beleidsperiode 2011-2015 De ds. G.H. Kerstenschool wil op basis van de in de statuten verwoorde grondslag en de wettelijke regelgeving werken aan de ontwikkeling van het onderwijs in een lerende organisatie met voorhanden zijnde verantwoorde middelen, waarbij de doelstelling is om in 2015 een school te hebben waar de ontwikkelde en te ontwikkelen processen zodanig zijn geborgd (theoretisch en praktisch) dat er sprake is van bovengemiddelde onderwijskwaliteit. In het plan zijn de onderstaande gedeelde waarden als volgt omschreven: 1. De reformatorische school De school is mede-opvoeder van de kinderen en verzorgt tevens het basisonderwijs. De school onderwijst daarbij de leerlingen vanuit de leer van de reformatie; d.i. wijzen op de noodzaak van het eenzijdige Godswonder tot levendmaking, wedergeboorte, bekering en geloof. De school voedt de kinderen op vanuit hetgeen Gods Woord leert voor het dagelijkse leven. De school bereidt de leerlingen voor op het functioneren in het voortgezet onderwijs èn in het maatschappelijk leven door hen te wijzen op de taak die zij daar hebben te vervullen. 2. Het kind in de samenleving: Gezien de leeftijd van onze leerlingen (4-12 jaar) ziet de school het als haar taak om een zekere bescherming te bieden tegen de zondige invloeden die vanuit de samenleving op hen afkomen. Wij stellen daarom vanuit onze identiteit hoge eisen aan leerkrachten, methodes en leermiddelen. Naarmate het kind ouder wordt, zal naast het bieden van bescherming een begeleide confrontatie met de hedendaagse samenleving niet mogen ontbreken.


6

3. De plaats van de ouders: Voor opvoeding en onderwijs zijn de ouders de eerst verantwoordelijken. Zij hebben bij de Doop beloofd hun kind in de eerste plaats te onderwijzen en in de tweede plaats te doen en te helpen onderwijzen. Bij deze tweede taak is de school behulpzaam. De inhoud van de relatie tussen ouders, kinderen en leerkrachten wordt bepaald vanuit het 5e gebod. 4. Het pedagogisch klimaat: Vanuit onze identiteit onderstrepen we het belang van een veilig (sociaal veilig / fysiek veilig) en uitdagend pedagogisch klimaat dat zijn wortels heeft in Gods Woord. We steunen het kind in zijn behoefte aan relatie, competentie en verantwoordelijkheid. Het pedagogisch klimaat van de school moet van dien aard zijn dat het kind ervaart dat de levensbeschouwing in de praktijk functioneert. Dit zal merkbaar zijn in een wederzijds gevoel van vertrouwen, een gevoel van veiligheid, het bieden van ondersteuning en het ervaren van uitdaging om te leren. Het klimaat dient ook van dien aard te zijn dat het kind werkelijk kind kan zijn. Missie Formulering van de missie: De school heeft haar missie voor de nieuwe beleidsperiode als volgt geformuleerd:

“Werken aan MeerWaarde” Uitwerking van de missie: 1. De meerwaarde van onze school verklaren we vanuit het feit: - dat het onderwijs gefundeerd wordt op het onfeilbare Woord van God, - dat de onderwijspraktijk gegeven wordt naar de regels van dit Woord, - dat de leerlingen op de school dé boodschap ontvangen vanuit dit Woord, - dat het onderwijs in al zijn facetten gericht is op de dienst van God overeenkomstig dit Woord. Samengevat: De kinderen worden onderwezen in hetgeen nodig is voor het tijdelijke èn voor het eeuwige leven. 2. Het werken aan meer waarde verklaren we verder vanuit het feit: - dat de teamleden zich steeds verder ontwikkelen in het aanbieden van een betekenisvol curriculum, - dat de school hoge verwachtingen heeft van haar leerlingen, - dat de school streeft naar de bevordering van de eigen waarde van elke leerling, - dat de school in het kader van opbrengstgericht werken streeft naar hoge waarden op de toetsen. Nadat eind 2013 was gestart met de inrichting van een oudertevredenheidsonderzoek en een personeelstevredenheidsonderzoek, zijn deze in het tweede kwartaal van 2014 uitgezet. De uitkomsten hebben heel wat input opgeleverd voor het opstellen van het nieuwe schoolplan. Dit nieuwe schoolplan voor de periode 2015-2019 moet eind juni 2015 gereed zijn. Betrokkenen bij de opstelling zijn het team, de medezeggenschapsraad en het bestuur. Op diverse domeinen wordt gebruik gemaakt van de diensten van extern deskundigen. 3.3. Structuur van de school: Management De dagelijkse leiding van de school is in handen van de directie. De directie bestaat uit een directeur (E.J. de Korte) en een adjunct-directeur (C.J. van der Hart). De eindverantwoordelijkheid ligt bij de directeur. In 2014 zijn een aantal directietaken explicieter aan de onderscheiden directieleden toegewezen. Dhr. de Korte heeft de domeinen personeel, financiën en onderwijs in zijn portefeuille; dhr. Van der Hart heeft onderhoud van gebouwen en terreinen, informatie-/communicatietechnologie èn onderwijs in zijn portefeuille. De directieleden werken voor zowel de beleidsvoorbereiding als voor de beleidsuitvoering binnen een managementteam samen met nog drie andere coördinatoren. In het document “Taakverdeling management” is de taakverdeling binnen het MT vastgelegd en is ook de vervanging bij langere afwezigheid gewaarborgd.


7

Het MT als geheel richt zich op de hoofdlijnen van het beleid, elk lid afzonderlijk spitst zich toe op de onderwijsvernieuwingen binnen zijn/haar eigen taakgebied/deelteam en de bewaking/borging ervan voor de toekomst. Onderwijzend personeel De gezamenlijke groepsleerkrachten (genoemd OP = Onderwijzend Personeel) nemen een belangrijke plaats in binnen het geheel van de onderwijsstructuur. Zij zijn verantwoordelijk voor de onderwijsprocessen in de klas. Elke klas heeft één leerkracht die als eindverantwoordelijke optreedt. In vrijwel alle gevallen is dat de leerkracht die de klas het grootste deel van de week heeft. Daarnaast is er in de meeste groepen een duo-leerkracht. Bij uitval van de eindverantwoordelijke leerkracht neemt de duo-leerkracht de eindverantwoording op zich. Onderwijsassistenten Verder zijn ten behoeve van het onderwijs verschillende onderwijsassistenten aangesteld. (genoemd OOP = Onderwijs Ondersteunend Personeel) Deze verzorgen de uitvoering van de extra hulp aan leerlingen. In sommige gevallen wordt de extra hulp binnen de klas gegeven; in andere gevallen is hulp buiten de klas nodig. (vb. begeleiding dyslecten) Naast het RT-werk (remedial teaching) voeren enkele onderwijsassistenten ook lesgevende taken uit. Schoonmaakpersoneel Een conciërge en verschillende interieurverzorgers maken het personeelsplaatje compleet. De interieurverzorgers en de conciërge worden eveneens als OOP aangeduid. 3.4. Taakverdeling binnen het bestuur: Ook in 2014 is binnen het bestuur gewerkt met een aantal commissies. Deze hebben hun eigen bestuurlijke en/of toezichthoudende taken en doen van het uitgevoerde werk in een periode verslag tijdens de vergadering van het bestuur als geheel. Binnen het bestuur functioneren de volgende commissies: - Personeelscommissie - Kwaliteitscommissie - Financiële commissie - Bouw-/ onderhoudscommissie. Een aantal belangrijke zaken vanuit de verschillende commissies vermelden we hieronder: * De personeelscommissie is verantwoordelijk voor de uitvoering van het personeelsbeleid. Deels zijn de taken betreffende personeelsbeleid gemandateerd aan de directie; de eindverantwoording van het personeelsbeleid ligt bij het bestuur. De personeelscommissie kwam in 2014 vier keer bij elkaar. Agendapunten waren o.a. procedures rond vacatures, langdurig zieken, nieuw geformuleerd deeltijdbeleid, functiemix, wijzigingen n.a.v. de nieuwe cao e.a. * De kwaliteitscommissie voert namens het bestuur de toezichthoudende taken uit op het terrein van de onderwijskwaliteit. In de vergaderingen van deze commissie worden de uitslagen van de LVStoetsen, de uitslag van de CITO-eindtoets en andere onderwerpen die te maken hebben met de onderwijskwaliteit besproken. De kwaliteitscommissie ziet er op toe dat (indien nodig) verbeteringsacties worden geformuleerd en metterdaad uitgevoerd. D.m.v. de managementrapportage wordt het volledige bestuur geïnformeerd over de uitgevoerde taken. (zie ook hoofdstuk 2) In het vervolg van het schooljaar 2014-2015 is de kwaliteitscommissie ook nauw betrokken bij de opstelling van het nieuwe schoolplan 2015-2019. Vanwege het feit dat de resultaten van de CITO-eindtoets 2014 onder het landelijk gemiddelde lagen, heeft de kwaliteitscommissie expliciet aandacht gevraagd voor de onderwijsinvestering in de hoofdvakken. Tijdens de analyse van de CITO-toetsen worden in het kader van benchmarking de resultaten ook afgezet tegen die van de andere reformatorische scholen die zijn aangesloten bij Berséba Zeeland. * De financiële commissie bewaakt het evenwicht tussen de inkomsten en uitgaven en voert de toezichthoudende taken uit op het terrein van de financiën. Elk kwartaal worden de cijfers besproken en wordt bezien wat de afwijkingen zijn t.o.v. de begroting. Verslag aan het bestuur als geheel vindt plaats d.m.v. de managementrapportage. (zie ook hoofdstuk 2) Indien nodig vraagt de financiële commissie actiepunten van de directie. Jaarverslag 2014 Ds. G.H. Kerstenschool – Yerseke

8

Bij het vaststellen van de begroting 2015 is wat de totstandkoming van het investeringsplan betreft vooral gekeken naar de relatie tot onderwijsverbetering en onderwijsvernieuwing. Verder is besloten om in 2014 een uitgebreide risicoanalyse uit te voeren; deze is in het tweede kwartaal van het verslagjaar afgerond. * De bouw- en onderhoudscommissie treedt op als adviseur van de directie bij het beheer en onderhoud van de gebouwen en terreinen. In 2014 kwam de bouwcommissie diverse keren bij elkaar om een aantal lopende zaken aangaande het onderhoud te bespreken. Het onderzoek naar de verbetering van de luchtkwaliteit en de investering in zonnepanelen is afgerond. Vanwege de relatie tot de kwaliteitsverbetering van het onderwijs is op advies van de bouw- en onderhoudscommissie in overleg met de financiële commissie besloten de investering in luchtkwaliteitsverbetering voorrang te geven.


9

4. Organisatorische ontwikkelingen, interne en externe contacten 4.1. Bestuur: Het Algemeen Bestuur vergaderde in het achterliggende jaar 5 maal. Daarnaast vergaderden de afzonderlijke commissies elk 2 tot 6 keer. De samenstelling van het bestuur is in 2014 niet gewijzigd. Tijdens de jaarlijkse ledenvergadering werden dhr. J.F. Goud, dhr. P.D. de Looff, dhr. P. van Vijven en dhr. A.J. de Wolf opnieuw als bestuurslid gekozen. De volledige samenstelling van het bestuur (incl. de functie- en taakverdeling van de bestuursleden) staat vermeld in de Schoolgids. 4.2. Colon 4.2.1. Colon - diensten: Sinds 2008 werkt onze school samen met andere reformatorische scholen in de regio, eerst in de FNOZ, later binnen de vereniging “Colon”. Het bestuur van Colon wordt gevormd door mensen uit de plaatselijke schoolbesturen. Voorzitter is dhr. J. Bakker uit ’s Gravenpolder. Het management wordt gevormd door een tweetal personen die ook actief zijn als directeur van verschillende basisscholen. Op een aantal beleidsterreinen is een (beleids)medewerker of coördinator actief, nl. - Financiën: dhr. J. Jansen - Personeel: mevr. E.K. van Gilst - Onderwijs: dhr. D. van Kleef - Zorg: dhr. M.C. Dek (Niet meer binnen Colon, maar binnen Berséba) - Engels: mevr. M. de Wolf - ICT: dhr. A.C. de Bonte - Arbo: dhr. J. Paauwe. Belangrijkste agendapunten tijdens de vergaderingen, bijeenkomsten en tweedaagse van Colon waren op de verschillende domeinen: * Onderwijs - Gestalte geven aan de identiteit - Talentontwikkeling - Benchmarking op de resultaten van de hoofdvakken * Financiën - De begrotingen voor 2015 - Federatieve contracten - Benchmarking op de begrotingen - Meerjarenonderhoudsplanning - Doordecentralisatie groot onderhoud * Personeel - Uitvoering van de functiemix - Scholing/nascholing van personeel - Leernetwerken op een zestal onderdelen - Invoering nieuwe cao - Gesprekkencyclus * Zorg - Het domein zorg valt nu onder Berséba. 4.2.2. Colon – Personeelswisselingen: Dhr. J.C. de Waal heeft per 1 mei 2014 afscheid genomen van Colon, waar hij als directeur verantwoordelijk was voor de domeinen onderwijs & personeel. Hij is opgevolgd door dhr. J.W. Nieuwenhuyzen (directeur van de 2 scholen te Middelburg) welke een benoeming gekregen heeft als interim directeur (Colon) voor 1 jaar. De directie van Colon bestaat nu dus uit de heren H.P.A. Poortvliet en J.W. Nieuwenhuyzen. Verder heeft mevr. E.K. van Gilst heeft de functie beleidsmedewerker HRM van dhr. L.W. Koppejan overgenomen. Vanwege de uitbreiding van het aantal activiteiten op het beleidsterrein onderwijs is de benoemingsomvang van dhr. D. van Kleef verhoogd. 4.2.3. Colon - Fusie-proces: 4.2.3.1.: Fusiescholen Van de 24 Colon-scholen cq besturen hebben een 8 tal scholen besloten om te participeren in de implementatie fase van het fusie traject. Kort gezegd, deze scholen zullen behoudens onvoorziene omstandigheden toetreden tot de nieuwe bestuurlijke scholen-eenheid. Het totaal aantal leerlingen dat deel uit maakt van deze bestuurlijke fusie bedraagt 1710 leerlingen. Jaarverslag 2014 Ds. G.H. Kerstenschool – Yerseke

10

4.2.3.2.: Fusietraject Het fusie traject heeft in 2014 de volgende stappen chronologisch doorlopen: 29 april: verzenden concept modelstatuten naar alle besturen 20 mei: uiterste datum van reageren 21 mei: bespreken vragen en opmerkingen in stuurgroepvergadering 26 mei: bespreking van totale eindrapport inclusief bijlagen met alle betrokkenen 27 mei: verzenden eindrapportage met bijlagen naar alle besturen 11 juni: ALV: presentatie eindrapport aan besturen Einde onderzoekstraject. Afronding en oplevering opdracht. Start implementatietraject om bestuurlijke fusie te effectueren. Gezien het belang van het fusietraject worden de randvoorwaarden welke gesteld zijn aan het fusieproces nogmaals vermeld: • De lokale school met de eigen kleur/identiteit blijft behouden; • Er is lokale betrokkenheid bij benoemings- en toelatingsbeleid; • De betrokkenheid van de kerken blijft gehandhaafd; • Er zijn geen scholen kwetsbaar op financieel, onderwijskundig en bestuurlijk terrein binnen de gefuseerde groep Zeeuwse scholen; • Er is een lokaal aanspreekpunt voor ouders op iedere school; • De samenwerking leidt tot continuïteit en kwaliteit; • De Colon functie blijft zoals die momenteel is; • Er is sprake van een kleine, daadkrachtige en passende organisatie. 4.2.3.3.: Besluitvorming Op 30 september 2014 werd van alle scholen een beslissing verwacht over het wel/niet meegaan in de implementatieronde. De scholen ontvingen vanuit Colon een beslisdocument. Het bestuur van de Ds G.H. Kerstenschool heeft besloten op dit moment niet toe te treden tot de fusie-groep; het standpunt van het bestuur is niet gewijzigd t.o.v. vorig jaar. Argumentatie: De Ds. G.H. Kerstenschool te Yerseke bevindt zich momenteel in een stabiele situatie, zowel vanuit het oogpunt van onderwijskwaliteit, directie/management, bestuur alsook financiën. Daarbij moet opgemerkt worden dat de ondersteuning en bijdrage van Colon zeer waardevol is en naar de toekomst ook nodig blijft. Vanuit Colon wordt steeds benadrukt en bevestigd dat de ondersteuning voor alle scholen (gefuseerd en niet gefuseerd) hetzelfde is en blijft. 4.2.3.4.: Toetreding op later tijdstip Toetreding blijft in principe voor alle Colon-scholen mogelijk. Om continuïteit en stabiliteit van de nieuwe vereniging niet in gevaar te brengen, kan dat niet op ieder gewenst moment. De aanvraag van een bestuur moet vergezeld gaan van documenten als een meerjarenbegroting en meerjarenonderhoudsplan. De aanvraag zal, nadat de RvT zich erover heeft gebogen en beoordeeld, aan de ALV worden voorgelegd ter besluitvorming 4.2.4. Ondersteuning Colon: In het achterliggende jaar is op de verschillende domeinen (onderwijs, financiën, personeel) veel werk verzet door Colon. Onze school ervaart duidelijk de meerwaarde die vanuit Colon geleverd wordt. Of dit nu op het gebied van “Engels” is, bij de doordecentralisatie van het groot-onderhoud of het mediabeleid, samen sta je sterker als alleen. Ook de directieberaden zijn zeer waardevol waarbij kennis en ervaring gedeeld wordt. Op het gebied van onderwijsresultaten vindt een benchmark plaats tussen de Colon-scholen en kan er onderling ervaring uitgewisseld worden om elkaar naar een hoger niveau te brengen. Financiëel vindt eveneens achter de schermen benchmark plaats en kunnen bij afwijkingen snel knelpunten blootgelegd en optimalisatieslagen doorgevoerd worden. We zijn “Colon” dankbaar voor het vele werk wat verricht is in het achterliggende jaar. 4.3. Berséba - Passend Onderwijs Berséba is naam van het landelijke samenwerkingsverband van reformatorische scholen voor primair onderwijs, speciaal onderwijs en speciaal basisonderwijs. Berséba is één van de vele samenwerkingsverbanden die zijn opgericht als wettelijke opdracht vanuit de komst van de wet op Passend Onderwijs. Jaarverslag 2014 Ds. G.H. Kerstenschool – Yerseke

11

In 2014 heeft de organisatie in zijn geheel vaste vorm gekregen. De aangesloten scholen zijn de leden van de vereniging. Vanuit de achterban is een Raad van Toezicht gevormd èn een Ondersteuningsplanraad. Het dagelijks bestuur van het landelijk verband is in handen van een Raad van Bestuur die gevormd wordt door dhr. G.R. van Leeuwen en dhr. J. de Vin. Deze landelijke organisatie stelt de kaders voor Passend Onderwijs binnen het reformatorisch onderwijs. Regionaal is er volop de gelegenheid om inhoud te geven aan de items die er voor Zeeland toe doen. Regiocoördinator is dhr. M.C. Dek. Zijn belangrijkste taak is ontwikkelingen te initiëren, de belangen van het Zeeuwse te behartigen, overlegvormen te creëren en de scholen steeds te informeren over de voortgang van Passend Onderwijs. Onze eigen school heeft evenals alle andere Bersébascholen een SchoolOndersteuningsPlan (SOP) In dit SOP staat beschreven wat de basiszorg op onze school is en welke vormen van aanvullende zorg op de ds. G.H. Kerstenschool geboden kunnen worden. De school heeft ook beschreven wat haar ambities en plannen zijn. Uitgangspunten daarbij zijn: - Geen kind tussen wal en schip - Gewoon primair onderwijs waar het kan; speciaal (basis)onderwijs waar het moet. - Daadwerkelijk passend onderwijs voor alle leerlingen van Yerseke (dit is niet per definitie thuisnabij onderwijs) Binnen het domein van de basisondersteuning zijn de volgende onderwijsontwikkelingen te melden: - Aandacht voor dyscalcullie: Om deze rekenproblematiek beter te signaleren en erop te anticiperen zijn één van de rekencoördinatoren en de collega’s onderwijsassistenten gestart met een cursus rekenproblemen. - In het verslagjaar is het werken met groepsplannen verder verdiept. Naast de behoefte daaraan vanuit het traject HGW was het ook de onderwijsinspecteur die aangaf dat er actiepunten geformuleerd moesten worden in het kader van de planmatigheid van de zorg. - Op het terrein van de sociaal-emotionele ontwikkeling (mede in relatie tot het pedagogisch klimaat in de groep) is in 2014 gestart met een traject rond leerlingen- en leerkrachtengedrag. 4.4. De ouders: Het is van groot belang dat er een goede samenwerking is tussen de school en de ouders van de leerlingen. In 2014 is gestart met het voeren van ouderluistergesprekken. In het jaar 2014 zijn er geen officiële klachten bij de school, de vertrouwenspersonen, de klachtencommissie of de onderwijsinspectie ingediend. Informatie naar en vanuit de ouders vond plaats door middel van: - Schoolnieuws (gewoonlijk) om de 14 dagen - Schoolgids voor het cursusjaar 2014-2015 - Eenmaal per jaar een schoolkrant - Contactavonden voor de bespreking van het rapport - Eindgesprekken voor de ouders van groep 8 - Bezoeken van ouders aan de school - Ouderbezoeken bij de leerlingen thuis - Weekbrieven in de groepen 1 t/m 4 - Telefonische contacten en mailcontacten - Ouderluistergesprekken (NIEUW) Er werden weer verschillende ouderavonden georganiseerd: - Informatieavond voor de ouders van toekomstige leerlingen - Ouderavond over het onderwerp “Gedragsvorming” in april - Ouderavond ter kennismaking met leerkrachten en methodieken in september - Ouderavond over “Sociale media” in november - Tenslotte was er de gezamenlijke kerstviering met kinderen en ouders in december - De geplande ouderavond over pestgedrag is verzet naar april 2015 Er is een jaarlijkse ledenvergadering voor de leden. - De jaarlijkse ledenvergadering werd in april gehouden.


12

Er zijn diverse activiteiten te noemen waar gebruik gemaakt werd van ouderhulp. De school waardeert de inzet van de ouders voor verschillende zaken enorm. Zonder hulp van ouders zouden veel zaken niet kunnen worden uitgevoerd. Hierbij kan gedacht worden aan: Overblijven, excursies, schoolreizen, leesonderwijs, werken met het Ontdekkasteel, luizencontrole, schoonmaak en natuuronderwijs. 4.5. De medezeggenschapsraad: De medezeggenschapsraad heeft een oudergeleding en een personeelsgeleding. Met ingang van 1 augustus 2014 heeft de voorzitter, dhr. J.J. Dalen, afscheid genomen van de MR. De oudergeleding bestaat vanaf dat moment uit dhr. A.P. Steenpoorte (secretaris) en mevr. T. Walhout-Nijsse (voorzitter). Met de verkiezing van dhr. M.P. Riemens in de personeelsgeleding is die weer compleet. Naast dhr. Riemens bestaat deze geleding uit mevr. J.L. Brouwer-Geense en mevr. A.M. van WeeleKoeveringe. In 2014 heeft de medezeggenschapsraad 5 keer vergaderd, telkens 1 of 2 weken voorafgaand aan de bestuursvergadering. In één van de maanden juni of juli brengt de MR een jaarverslag uit, waarin ze verantwoording aflegt van haar activiteiten. Als bestuur en directie zien we terug op een goede samenwerking met de medezeggenschapsraad in het verslagjaar 2014. 4.6. Externe contacten: Met een aantal instanties heeft de school contacten voor bepaalde diensten. We noemen de belangrijkste: - Gemeente Reimerswaal: Huisvesting en gemeentelijk onderwijsbeleid - VGS: Personeels- / financiële administratie en juridische ondersteuning - GGD: Jeugdgezondheidszorg - Arbo-unie: Begeleiding ziekteverlof, reïntegratie en veiligheid - Calvijn College: Overgang naar en aansluiting op Voortgezet Onderwijs - Samuël en Eben-Haëzer Scholen voor speciaal (basis)onderwijs in Kapelle


13

5. Personeelsbeleid 5.1. Personeelsbeleid (algemeen) Diverse facetten van het personeelsbeleid zijn in verband met vernieuwing/wijziging van wet- en regelgeving in de achterliggende jaren beschreven in diverse beleidsplannen. De school werkt met een Procedure werving en selectie, Notitie deeltijdbeleid, Notitie functiemix, Regeling gesprekkencyclus e.a. In 2014 is de ds. G.H. Kerstenschool de laatste fase van de invoering van de functiemix ingegaan. Daarnaast waren er noch vanuit de overheid, noch vanuit het gevoerde bestuursbeleid, noch vanuit de maatschappij ontwikkelingen met een aanzienlijke personele betekenis. Als belangrijk gegeven vermelden we nog de komst van de nieuwe CAO voor primair onderwijs. Een aantal zaken bij de uitvoering daarvan binnen de school wordt besproken binnen personeel, medezeggenschapsraad en bestuur. O.a. de keuze tussen basismodel en overlegmodel is aan de orde en moet voor 1 augustus 2015 geregeld zijn. 5.2. Benoemingen, afscheid e.d.: In 2014 vonden de volgende mutaties plaats binnen de kring van het personeel. * Afscheid In juni 2014 werd tijdens een samenzijn van bestuur, medezeggenschapsraad en personeel afscheid genomen van mevr. A. de Looff-van Vijven. Heel veel jaartjes was ze actief bij het afnemen van de LVS-toetsen voor technisch lezen. Eind 2014 werd afscheid genomen van schoonmaakster mevr. A. Slabbekoorn-Versprille. * Zwangerschapsverlof en geboortes In 2014 waren mevr. A.M. Butijn-den Besten, mevr. N. Boone-Meulmeester en mevr. R.W. de Jonge-van Dalfsen een periode afwezig i.v.m. zwangerschapsverlof. In hun gezinnen werd resp. het eerste, het tweede en het derde kindje geboren. Bij de jaarwisseling 2014-2015 was mevr. A.M. van Weele-van Koeveringe nog met verlof. * Benoemingen Per 1 april 2014 werd mevr. W.C. Butijn benoemd als groepsleerkracht in de bovenbouw. * Huwelijken In 2014 traden de volgende collega’s in het huwelijk: Mevr. H.A. Möhlmann met dhr. P. Averesch, mevr. J.L. Schrijver met dhr. H. Uyl en dhr. A. Steenpoorte met mevr. P. Meulmeester. * Vacatures Per 1 januari 2014 waren er geen vacatures binnen de school. 5.3. Nascholing en professionalisering: Elke leerkracht is verplicht een wettelijk vastgesteld aantal uren te besteden aan deskundigheidsbevordering en scholing. In het achterliggende jaar waren er de volgende trajecten. - Scholing onderbouw. In het najaar van 2013 is een start gemaakt met de scholing op rekenen wiskundeonderwijs bij de kleuters; in 2014 heeft deze een vervolg gekregen en in 2015 wordt dit traject afgerond. In 2014 zijn verder diverse bijeenkomsten bezocht in het kader van de ontwikkeling doorgaande lijn peutergroep – onderbouw. - Handelingsgericht Werken. In 2014 heeft de implementatie van HGW een vervolg gekregen. Op de volgende onderdelen heeft nascholing plaatsgevonden:  Werken met groepsplannen  Voeren van kindgesprekken  Voeren van ouderluistergesprekken - Engels Vrijwel alle collega’s hebben intussen de driejarige cursus voor Engels afgerond. Nieuwe collega’s hebben soms de gevraagde certificaten al behaald tijdens de 4-jarige PABO of zij starten direct het Jaarverslag 2014 Ds. G.H. Kerstenschool – Yerseke

14

eerste jaar van hun benoeming met de nascholing Engels. De cursussen Engels worden in het Zeeuwse door Colon georganiseerd. Verder verzorgt mevr. A.M. van Weele-van Koeveringe individuele coaching van de leerkrachten. - Dyscalcullie Als verplichting vanuit het schoolondersteuningsprofiel is scholing gevolgd op het terrein van dyscalcullie door de volgende betrokkenen: Interne begeleider, rekencoördinator en de onderwijsassistenten. - Begeleiding studenten In de overeenkomst die er is met Driestar-Educatief inzake het opleiden van studenten in de regio (Samen Opleiden) is de verplichting opgenomen om de groepsleerkrachten die studenten begeleiden te scholen. Omdat alle groepsleerkrachten op de school hiermee te maken krijgen is gekozen om teambreed te scholen. Alle deelnemers hebben in 2013 hun certificaat behaald. Jaarlijks is er een herhalingsbijeenkomst, waarin meteen nieuwe ontwikkelingen binnen de stagebegeleiding met de deelnemers worden gedeeld. Nieuwe collega’s volgen direct in het eerste jaar van hun benoeming de Mentor+ opleiding. - Scholing rond sturing op het leerlingengedrag In 2014 is er tweetal studiebijeenkomsten geweest rond het leerlingengedrag. Samen met dhr. G. v/d Waerdt is nagedacht over een aantal thema’s in relatie tot gedrag. In 2014 is dit onderwerp ook binnen Colon-Berséba opgepakt. Binnen een subsidietraject staat de opstelling van een gedragsprotocol centraal. Adviserend orgaan in dit traject is RPCZ. (Regionaal Pedagogisch Centrum Zeeland) In het vervolg van ons schooleigen traject zal dit orgaan ook ons adviseren. - Leernetwerken vakgebieden In het afgelopen jaar draaiden binnen Colon de onderstaande leernetwerken. Deze leernetwerken zijn vooral bedoeld om ervaringen op deze vakterreinen uit te wisselen, tips en adviezen te geven/ mee te nemen en gezamenlijke afspraken te maken. (Vanuit de coöperatieve leergedachte) Vanuit de ds. G.H. Kerstenschool werden de bijeenkomsten door één of meerdere mensen bezocht.  Leernetwerk Taal – lezen – spelling: Mevr. A.M. Butijn en dhr. A. Steenpoorte  Leernetwerk Rekenen: Dhr. J.A. Jansen en dhr. M.P. Riemens  Leernetwerk Engels: Mevr. A.M. van Weele  Leernetwerk Talentontwikkeling: Mevr. A.M. Butijn, mevr. M. Slabbekoorn en dhr. M.J. van der Werf  Leernetwerk Integraal: Dhr. E.J. de Korte en dhr. M.J. van der Werf  Leernetwerk Onderwijsassistenten: Mevr. J.L. Brouwer, mevr. P.S.S. Slabbekoorn en mevr. J.L. Uyl  Leernetwerk secretaresses Mevr. A.J. Delzenne - Individuele trajecten Een aantal personeelsleden volgde in 2014 een persoonlijk scholingstraject. Dit waren mevr. B.K. Aarnoudse, dhr. C.J. van der Hart, dhr. E.J. de Korte, mevr. C.M. Niewenhuijse, mevr. S. van Setten, mevr. A.M. van Weele-van Koeveringe en dhr. M.J. van der Werf. 5.4. Ziekteverlof: Het ziekteverzuim was in 2014 vrij laag. Mevr. C. Dekker-van Noorden had begin 2014 het werk hervat, maar ging per augustus opnieuw met verlof i.v.m. een intensiever revalidatietraject. Eind 2014 kon voorzichtig worden vastgesteld dat dit aanvullende traject resultaat heeft opgeleverd. Op dat moment is ook besloten om het werk per 1 januari 2015 stapsgewijs weer op te pakken. Bij ziekteverlof van leerkrachten kan de school gelukkig rekenen op een trouwe groep van vervangende krachten. In 2014 waren mevr. Baaij-Gunter, mevr. De Bruijn-Moerdijk, mevr. Hage-de Koeijer, mevr. Klaassen-van Vijven en mevr. Marijs-de Korte voor langere of kortere periodes actief in het vervangingswerk als leerkracht. Dankzij hun inzet kon het onderwijs zijn voortgang hebben.


15

6. Huisvesting 6.1. Uitbreiding Binnen het schoolgebouw is sinds de uitbreiding van 2008 voldoende ruimte om het onderwijs in de verschillende groepen te geven. Uitbreiding is ook op de meerjarentermijn niet aan de orde. 6.2. Interieur Elk jaar opnieuw bekijkt de interieurcommissie of er zaken zijn die aanpassing of vernieuwing vragen. Per 31 december waren de plannen uitgewerkt om een aantal ruimtes waar zeil ligt te vervangen door ander materiaal. 6.3. Tapijt en meubilair De vervanging van het tapijt is reeds in 2011 voltooid. De vervanging van leerlingensetjes in de laatste drie groepen zal in 2015 worden uitgevoerd. In 2014 werd in een aantal kantoorruimtes nieuw materiaal geplaatst. 6.4. Exterieur In 2014 zijn de actiepunten uit het inspectierapport schoolgebouw uitgevoerd. Verder is er aan de noordzijde van de school een pannakooi geplaatst voor de leerlingen van groep 6 t/m 8. 6.5. Brandveiligheid Het brandalarmsysteem wordt elke eerste woensdag van de maand getest. Twee keer per jaar vindt een ontruimingsoefening plaats. Bij één van de oefeningen is de plaatselijke brandweer aanwezig. De brandblusapparatuur wordt jaarlijks gecontroleerd. Het gaat daarbij om de kleine apparatuur en de droge blusleiding. 6.6. Schoolplein Diverse onderhoudswerkzaamheden werden door de conciërge uitgevoerd. Sinds het achterliggende kalenderjaar 2014 vindt de controle van het buitenspeelmateriaal plaats door Speelmaatje. Met dit bedrijf is in federatief verband een contract afgesloten. In 2014 zijn op een aantal plaatsen de rubbertegels vervangen. In 2014 is besloten om begin 2015 nog een aantal aanpassingen te doen aan het middenplein. 6.7. Onderhoud De school heeft een meerjarenonderhoudsplan, waarin de planning tot 2030 is opgenomen. Hoe minder ver in de toekomst, hoe gedetailleerder het uit te voeren onderhoud is beschreven. Sinds 1 januari. 2015 is de doordecentralisatie van het onderhoud van de scholen een feit. Dat betekent dat op grond van leerlingaantal, gekoppeld aan m2 grondoppervlak geld binnenkomt voor onderhoud. Omdat de verantwoordelijkheid voor het onderhoud nu geheel bij de school ligt, worden er extra eisen gesteld aan het meerjarenonderhoudsplan. In 2015 zal dhr. C.J. van der Hart met advies vanuit Colon zich daarover buigen.


16

7. Onderwijskundig beleid en studieresultaten 7.1. Schoolplan: In het schooljaar 2013-2014 is door middel van velerlei activiteiten gewerkt aan de doelen die voor dat jaar in het Schoolplan 2011-2015 zijn geformuleerd. Voor het jaar 2014-2015 stond veel minder op het programma, omdat bij de opstelling van het plan in 2011 veel ontwikkelingen nog niet bekend waren. Naast de in het Schoolplan genoemde zaken zijn er diverse andere ontwikkelingen tussentijds in gang gezet. Het schooljaar 2014-2015 wordt gebruikt om een nieuw Schoolplan 20152019 in te richten. De verwachting is dat dit plan eind juni gereed zal zijn. 7.2. Inspectie: Zowel in november 2013 als in november 2014 ontving het bevoegd gezag van de onderwijsinspectie bericht dat op basis van de verzamelde gegevens men tot het besluit was gekomen om de school opnieuw het basisarrangement voor een jaar toe te kennen. Toekenning van het basisarrangement betekent dat de school eens in de vier jaar wordt bezocht voor de periodieke controle. Aan het begin van 2014 was min of meer bekend dat de inspectie de school zou bezoeken, omdat het laatste bezoek dateerde van 2009. De inspectie heeft ook daadwerkelijk de school bezocht, nl. in april 2014. Het bezoek werd uitgevoerd door de vaste contactinspecteur, mevr. M. Roders. Naast tevredenheid op een groot aantal domeinen, zijn een aantal zaken benoemd die om actie vragen. Voorbeeld daarvan is de doorgaande lijn van onder- naar middenbouw en de planmatigheid van de zorg. Grote tevredenheid sprak de inspecteur uit over het onderwijs en de zorg in de onderbouw. Slotconclusie was dat het basisarrangement kon worden gehandhaafd. 7.3. Onderwijskundige ontwikkelingen We noemen de onderwijsontwikkelingen die in 2014 prioriteit hadden - Handelingsgericht Werken * Integraal met opbrengstgericht werken * Werken met de groepsplannen - “Met Engels hogerop” * Uitzetten van een leerlijn groep 1 t/m 8 * Afronden van scholing van de leerkrachten - Rekenen en wiskunde in de onderbouw - Pedagogisch klimaat (aandacht voor gedrag) * Activiteiten door de stuurgroep * Werken aan regels op sociaal-pedagogisch gebied * Concrete gedragsafspraken - Mediaopvoeding - Hernieuwde aandacht voor de hoofdvakken door actie op personeel gebied * Aanstellen coördinator rekenen * Aanstellen coördinator taal - Talentontwikkeling * Coaching van twee collega’s via leernetwerken * Inrichten plusklas * Aanschaf diverse materialen 7.4. Organisatorische zaken - In 2014 zijn de schooltijden na ingewonnen advies van de medezeggenschapsraad gewijzigd. - In 2014 is frequent gecontroleerd op de effectieve onderwijstijd. 7.5. Leerlingenresultaten 7.5.1. Afname LVS-toetsen in januari/februari 2014 (Afname van de M-toetsen) In de groepen 3 t/m 8 is getoetst op de vier hoofdvakken; in groep 8 wordt ook Engels getoetst. Vrijwel alle uitslagen lagen op of boven het landelijk gemiddelde èn op of boven de inspectienorm. Tijdens het bezoek in april heeft de inspecteur dit ook vastgesteld. In een aantal groepen vroeg na de genoemde LVS-afname één van de hoofdvakken extra aandacht. Het ging om: - Technisch lezen in groep 3 - Begrijpend lezen in groep 5 Jaarverslag 2014 Ds. G.H. Kerstenschool – Yerseke

17

- Begrijpend lezen in groep 8 Vanwege het grote belang van goed technisch lezen in groep 3 is daar direct een intensief verbeterplan voor opgesteld. Dit leverde in korte tijd het gewenste resultaat op. Bij het bezoek van de inspecteur in april 2014 lagen de resultaten van technisch lezen groep 3 reeds op niveau. 7.5.2. Afname van de LVS-toetsen in mei/juni 2014 (Afname van de E-toetsen) In de groepen 3 t/m 8 wordt is getoetst op drie hoofdvakken. In groep 3 is ook Begrijpend lezen getoetst; in groep 8 is ook Engels getoetst. Alle uitslagen lagen op of boven het landelijk gemiddelde èn op of boven de inspectienorm. 7.5.3. Afname van de CITO-eindtoets. De score van de CITO-eindtoets lag helaas onder het landelijke gemiddelde. N.a.v. de analyse zijn een aantal actiepunten geformuleerd. Lettend op de scores van de groepen 7 in mei/juni 2014 is de verwachting dat de score van de CITO-eindtoets 2015 op hoger niveau zal liggen. Eén en ander is in april 2014 meteen met de inspectie besproken. Voor de uitslagen van de laatste jaren: Zie schoolgids 7.5.4. Afname Engels Voorzichtig kan geconcludeerd worden dat de investering in het vak Engels de eerste resultaten laat zien. 7.6. Kwaliteitszorg Praktische documenten in het kader van kwaliteitszorg zijn het jaarplan en de kwaliteitskalender. Het nieuwe schoolplan voor de periode 2011-2015 vormt een integraal document, waarin de kwaliteitszorg is geborgd. De interne kwaliteitszorg is in april als goed beoordeeld door de inspectie en tijdens een externe audit vanuit Berséba. Aanbevelingen zijn omgezet in actiepunten en worden systematisch ingevoerd. De interne kwaliteitszorg wordt op een aantal niveaus gestalte gegeven: - Na afname van de methodetoetsen analyseren de leerkrachten de resultaten en stellen actiepunten op. Deze worden verwoord in het groepsplan. De planmatigheid van de zorg krijgt zo in de praktijk beter gestalte. - Na afname van de LVS-toetsen worden door het Managementteam opbrengstgesprekken gevoerd met de leerkrachten van de verschillende groepen. De resultaten worden geanalyseerd en er worden concreet afspraken gemaakt rond evt. verbeterpunten. Verder staan de opbrengsten centraal in de bouwvergaderingen. - De toezichthoudende taken op het terrein van de onderwijsresultaten worden uitgevoerd door de kwaliteitscommissie van het bestuur. Zowel na afname van de LVS-toetsen (2x per jaar) als na de afname van de CITO-eindtoets vergadert de genoemde commissie. De directie legt verantwoording af van de behaalde resultaten èn van de evt. acties. - In 2014 is gestart met het kwaliteitsprogramma “Integraal” De coördinator zorg en de directeur bezoeken de bijeenkomsten van het leernetwerk. 7.7. Arbo-beleid : Het arbo-beleid wordt uitgevoerd volgens de afspraken van het arbo-beleidsplan. Binnen het managementteam zijn mevr. Deurloo, dhr. De Korte en dhr. Van der Werf verantwoordelijk voor de diverse onderdelen van het arbobeleid. In 2014 is vanuit Colon de jaarlijkse scan uitgevoerd. Deze was tot tevredenheid. De collega’s die de BHV-ploeg vormen, doen elk jaar mee aan de herhalingsoefeningen. 7.8. Informatie en communicatie technologie: Per 1 september 2014 waren alle groepen in de midden- en bovenbouw voorzien van een digitaal bord. Voor de groepen van de onderbouw staat een flexibel digibord op de investeringsbegroting. Binnen verschillende vakgebieden wordt in de verschillende groepen veelvuldig gebruik gemaakt van de computer. De school is in 2014 gestart met een brainstormsessie rond de visie op ICT voor de schoolplanperiode 2015-2019. 7.9. Schoolbegeleiding en ondersteuning: In 2014 waren er veelvuldig contacten met verschillende (onderwijs)instellingen in het kader van de leerlingenzorg. Steeds meer complexe situaties vragen de aandacht. Advisering en hulp van


18

deskundigen zijn daarbij onmisbaar. Zo neemt o.a. het aantal leerlingen dat te maken heeft met problemen op sociaal-emotioneel gebied toe. Voor ondersteuning en hulpverlening maakt de school gebruikt van de diensten van DriestarEducatief, Colon, Ondersteuningsteam, de Dienst Ambulante Begeleiding Kapelle, de GGD (jeugdarts) en andere (jeugd) zorginstellingen. Vaste adviseurs binnen onze school waren de orthodidact (mevr. A.P. Struijck) en de orthopedagoog (mevr. J. Nijsse) van Driestar-Educatief. Een tweetal zaken zijn van belang te vermelden: - De ZAT’s zijn omgedoopt in Ondersteuningsteams - De gemeentelijke gelden voor schoolbegeleiding zijn gedaald, maar nog wel blijven bestaan. (i.t.t. tot de situatie in veel andere gemeenten) 7.10. Onderwijs in de klassen. Veel werk is in 2014 door zowel leerkrachten als leerlingen verricht. Elke dag mocht begonnen worden met Gods Woord. Soms was dit door een Bijbelvertelling, soms door bespreking van de Catechismus, soms door het aanleren van een Psalmvers of op een andere wijze. De Heere gebiede er Zijn zegen over tot eeuwig heil van leerlingen en personeel. De verschillende vakken werden gegeven. De wettelijke kerndoelen zijn daarbij leidend. We hopen dat de lessen een goede bijdrage mogen leveren aan de maatschappelijke vorming van de kinderen. Vanuit bestuur en directie is een woord van dank en waardering aan het adres van alle collega’s en leerlingen zeker op zijn plaats.


19

8. De leerlingen en het toelatingsbeleid De jaarlijkse teldatum van 1 oktober is nl. bepalend voor de bekostiging in een volgende cursusjaar. Per 1 oktober 2012 bezochten 394 leerlingen onze school, per 1 oktober 2013 waren dat er 397. Eerstgenoemde aantal was bepalend voor de personele bekostiging van het cursusjaar 2013-2014, het tweede aantal voor de personele bekostiging van het cursusjaar 2014-2015. Het aantal van 397 op 1 oktober 2013 was ook bepalend voor de materiële bekostiging in 2014. De genoemde aantallen op deze beide data waren dus belangrijke factoren voor de financiën van 2014. Het aantal leerlingen op de teldatum van 1 oktober 2014 jl. bedroeg 385. Er is dus sprake van een lichte daling. Oorzaak is te vinden in het feit dat in juli 2014 er 54 leerlingen vertrokken naar het voortgezet onderwijs, terwijl er slechts een instroom was van 42 aan de onderkant. De meeste leerlingen kwamen uit Yerseke, enkele uit omringende plaatsen. Bestuur en directie hebben het protocol toelatingsbeleid in 2014 geëvalueerd en op een aantal kleine punten aangepast. (o.a. in verband met de komst Passend Onderwijs) Het aantal leerlingen uit groep 8 dat onze school verliet, was 54. Daarvan gingen er 53 naar het Calvijn College en 1 naar het Ostrea College. Verder was er instroom van enkele leerlingen door verhuizing òf door overkomst van een andere school, maar ook vertrek van een aantal door verhuizing òf door overstap naar een andere school. Op 31 december 2014 waren er leerlingen met leerlinggebonden financiering op school; al deze leerlingen werden ambulant begeleid. Deze ambulant begeleiding werd verzorgd door Auris, De Korre en de Dienst Ambulant Begeleiding Kapelle De leerlingen die per 1 oktober 2014 de school bezochten, waren afkomstig uit gezinnen die kerkelijk meelevend zijn binnen de volgende kerkverbanden: Kerkgenootschap Gereformeerde Gemeenten Protestantse Kerk Nederland Hersteld Hervormde Kerk Christelijk Gereformeerde Kerk Totaal

Aantal 353 20 11 1 385

De ontwikkeling van het leerlingenaantal van de laatste jaren is als volgt: Datum 1 oktober 2014 1 oktober 2013 1 oktober 2012 1 oktober 2011 1 oktober 2010 1 oktober 2009 1 oktober 2008 1 oktober 2007 1 oktober 2006 1 oktober 2005 1 oktober 2004 1 oktober 2003 1 oktober 2002

Aantal 385 397 394 395 392 379 377 395 387 382 363 349 330

De prognoses wijzen op een stabiel leerlingenaantal tussen 385-395 op 1 oktober van de eerste 4 jaren.


20

9. De Financiële positie De financiële positie per 31 december 2014 laat een gezond beeld zien. Er zijn voor de financiële kengetallen geen minimale streefwaarden vastgesteld. Als gevolg van aanvullende middelen die in het zogenaamde Najaarsakkoord door de politiek voor het onderwijs zijn vrijgemaakt, en in december 2013 uitbetaald, is de vermogenspositie vorig jaar fors versterkt. De bufferfunctie van het eigen vermogen (weerstandsvermogen) is ruim voldoende voor een onderwijsinstelling met een gemiddeld risicoprofiel. Onderstaand is in verkorte vorm de balans per 31 december 2014 en 31 december 2013 weergegeven.

31 december 2014 € €

31 december 2013 € €

ACTIVA Vaste activa: Materiële vaste activa

643.059

Vlottende activa: Vorderingen Liquide middelen

153.329 507.296

Totaal

672.716

79.600 479.894 660.625

559.494

1.303.684

1.232.210

PASSIVA Eigen vermogen Verenigingsvermogen Publieke reserves

404.375 707.451

Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Totaal

399.428 629.367 1.111.826

1.028.795

35.202 156.656

24.060 179.355

1.303.684

1.232.210

De volgende financiële ratio’s zijn te noemen: Solvabiliteit Solvabiliteit Liquiditeit Weerstandsvermogen Kapitalisatiefactor

Eigen vermogen/balanstotaal Eigen vermogen/vreemd vermogen Vlottende activa/kortlopende schulden Eigen vermogen-/-MVA/Rijksbijdrage Balanstotaal / jaarlijkse baten

2014

2013

0,85 5,80 4,22 28% 58%

0,83 5,06 3,12 21% 56%

Van de totale materiële vaste activa betreft het bedrag circa van € 249.000 investeringen in gebouwen en € 37.000 in terreinen. Deze investeringen hebben in 1986, 1996, 2002 en 2008 plaatsgevonden. De jaarlijkse afschrijvingskosten van deze investeringen á € 9.375 komen ten laste van de publieke exploitatierekening. De instelling beschikt over een kapitalisatiefactor die lager is dan de boven signaleringsgrens van 60%, zoals gedefinieerd door de Commissie Vermogensbeheer Onderwijsinstellingen. Daarbij dient nog opgemerkt te worden dat het private deel van het eigen vermogen 31 % van het balanstotaal bedraagt. Het aanwezige private vermogen heeft een financieringsfunctie voor de investeringen in het schoolgebouw.


21

Onder weerstandsvermogen wordt verstaan het deel van het eigen vermogen dat niet nodig is voor de financiering van de materiële vaste activa ten opzichte van de jaarlijkse Rijksbijdragen. Het weerstandsvermogen laat vanaf 2011 een stijging zien van 9 % naar 28 % eind 2014. De ontwikkeling van het percentage weerstandsvermogen over een reeks van jaren is als volgt weer te geven:

Ontwikkeling weerstandsvermogen in %

30% 25% 20% 15% 10% 5% 0%

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

10. Treasury verslag In het verslagjaar hebben er conform het vastgestelde bestuursbeleid, geen beleggingen plaatsgevonden in risicodragend kapitaal. De beschikbare vrije middelen werden op spaarrekeningen geparkeerd. Er hebben zich in het verslagjaar geen liquiditeitsproblemen voorgedaan. Het administratiekantoor en de penningmeester van de vereniging hebben een machtiging ontvangen om over de banktegoeden te beschikken. De betalingen worden door het administratiekantoor verzorgd. De in 2014 beschikbare liquiditeiten, zijn dagelijks opvraagbaar belegd in een spaarrekening bij de Rabobank Oosterschelde welke de beschikking heeft over de vereiste A-rating.

11. Analyse resultaat De begroting van het jaar 2014 sloot af met een verwacht overschot van € 22.281, het gerealiseerde resultaat is echter € 83.031. De analyse van het resultaat en de afwijking ten opzichte van de begroting is als volgt: realisatie 2014 Baten:

€

€

begroting 2014 €

€

Afwijking €

realisatie 2013 €

€

Rijksbijdrage

1.665.805

1.610.525

55.280

1.691.473

Overig baten

94.341

60.312

34.029

85.949

Totaal baten

1.760.146

1.670.837

89.309

1.777.422

Lasten: Personele lasten

1.421.987

1.412.029

Afschrijvingen

60.221

61.227

9.958

Huisvestingslasten

57.729

47.500

Overig instellingslasten

70.232

72.200

1.968-

69.307

Leermiddelen

69.984

61.000

8.984

60.820

1.00610.229

1.680.153

1.653.956

3.038

5.400

83.031

22.281

Financiële baten en lasten Exploitatiesaldo


22

26.197 2.36260.750

1.394.388 58.972 52.651

1.636.138 3.306 144.590

Toelichting op de afwijking ten opzichte van de begroting:

Baten De hogere inkomsten van € 89.000 zijn voornamelijk het gevolg van incidentele vergoedingen die bij het opstellen van de begroting niet voorzienbaar waren. Deze extra baten zijn een slotuitkering van het oude Samenwerkingsverband dat als gevolg van de invoering Passend Onderwijs wordt opgeheven (€ 28.000), enkele projectmatige vergoedingen voor aanvullende zorg aan leerlingen (€ 17.000) en een bijstelling van het personele budget op basis van het bestuursakkoord. Daarnaast is er uit de groeiregeling op basis van de tussentijdse instroom in de eerste maanden van 2014 ook nog € 10.000 ontvangen. Onder de overige baten zijn ook de inkomsten van de vereniging ten bedrage van € 32.187 opgenomen die op € 28.000 waren begroot. Lasten De personeelskosten zijn per saldo € 10.000 hoger. Omdat er meer financiële ruimte is ontstaan, is de reguliere personele inzet voor de school vergroot. De personele verplichtingen, excl. vervanging bij ziekte en zwangerschapsverlof, bedraagt in 2014 25,8 fte (begroot 24,6 fte) tegenover 25,2 fte vorig jaar. De totale overschrijding van de loonkosten is beperkt gebleven door de lagere vervangingskosten en een beperkte vervanging van personeelsleden tijdens zwangerschapsverlof. De materiële kosten hebben zich voor het merendeel conform de verwachtingen ontwikkeld met uitzondering van de computerkosten en onderhoudskosten.

12. Investerings- en financieringsbeleid In 2014 is er geïnvesteerd in schoolinventaris zoals meubilair en 2 digitale schoolborden. Voor het buitenplein is een pannakooi aangeschaft. De aanschaf van methodes bleef beperkt tot € 7.100. De totale investeringen bedroegen € 30.564 en zijn volledig gefinancierd met eigen middelen. Het financieringsbeleid is daarop gericht dat er geen gebruik gemaakt behoeft te worden van externe kredietverstrekkers.

13. Bestemming resultaat Het totale exploitatieresultaat van 2014 komt uit op een positief saldo van € 83.031. Gesplitst in een school- en verenigingsexploitatie is de verwerking van het resultaat als volgt: Schoolexploitatiesaldo: Algemene reserve

78.084

Verenigingsvermogen

4.947

Totaal


83.031

23

14.

Continuïteitsparagraaf

Om de continuïteit van de instelling te waarborgen is het van essentieel dat het bestuur en de toezichthouder inzicht hebben in de interne organisatie en daarnaast ook in interne- en externe risicofactoren. Onbekende risico’s met een grote impact kan de continuïteit op korte termijn in gevaar brengen. Het in kaart brengen van de risico’s geeft het bestuur de mogelijkheid maatregelen te nemen om dit risico het hoofd te bieden. Risicobeheersing Verantwoord beleid vraagt om inzicht in de risico’s. In het Financieel Beleidsplan vormt de risicoanalyse, inclusief het preventief en zo nodig curatief beleid, nadrukkelijk onderdeel van het plan. Er wordt gewerkt met een Handboek Administratieve Organisatie/Interne Controle, dat alle administratief- financiële procedures aangeeft. Met betrekking tot de dienstverlening van de het administratiekantoor VGS is een Service Level Agreement van toepassing. De directie doet elke bestuursvergadering verslag van het uitgevoerde beleid aan het bestuur d.m.v. een zogenaamde managementrapportage.

Toekomstige financiële ontwikkelingen: Als gevolg van de wetgeving Passend Onderwijs dient de school rekening te houden met lagere budgetten voor aanvullende leerlingenzorg. De zogenaamde rugzakfinanciering wordt vanaf 1 augustus 2014 niet meer rechtstreeks aan de school uitbetaald. Deze financieringsvorm bedraagt momenteel € 85.000 tegenover € 95.000 in 2013 en zal mogelijk nog met 15 % afnemen. De meerjarenbegroting 2015-2017 sluit voor 2016 en 2017 met een aanvaardbaar tekort af door:  Herverdeeleffect Passend Onderwijs en uitstroom leerlingen met een rugzakfinanciering.  Tijdelijke daling van het aantal leerlingen  In 2015 en 2016 geen aanspraak kunnen maken op aanvullend budget wegens tussentijdse instroom van leerlingen Deze negatieve ontwikkelingen worden ten dele gecompenseerd door de extra gelden de beschikbaar komen vanuit het bestuursakkoord. Door het voeren van meerjarig financieel beleid waarbij deze ontwikkelingen nauwlettend worden gevolgd, is door het tijdig bijsturen van de organisatie en een afname van de inkomsten naar verwachting te compenseren door een vermindering van de kosten. Daarnaast zijn er reserves aanwezig om een eventueel tijdelijk tekort zoals voor 2016 is berekend te overbruggen. (zie pag. 20) Risicofactoren Het bestuur heeft in de eerste helft van 2014 een interne risico analyse uitgevoerd. De volgende risico’s werden van een actiepunt voorzien: - Kwaliteit van de toezichthouder. Besloten is om d.m.v. coaching het interne toezicht tijdens de bestuursvergaderingen nog beter te laten functioneren, zodat de scheiding bestuur-toezicht in de praktijk helder functioneert. Financieel gaat om een kleine investering. Daarnaast zal in 2015 onderzoek worden gedaan met een aantal collega scholen binnen Reimerswaal of een extern orgaan te prefereren is boven interne toezicht zoals het nu geregeld is. - De onderwijsresultaten. Ondanks de goede scores op de LVS-toetsen vallen de resultaten van de CITO-eindtoets tegen. In 2014 lag de score zelfs onder het landelijk gemiddelde. Medio 2014 werd een hernormering van de LVS-toetsen doorgevoerd. De uitkomsten zouden daardoor een reëler beeld geven van wat op de eindtoets verwacht kan worden. Om in deze zaak proactief te handelen investeert de school opnieuw extra in de hoofdvakken. De financiering van de bijhorende scholing past binnen het budget nascholing.


24

15.

Begroting 2015-2017

Op basis van de bekende gegevens is er voor de jaren 2015-2017 een meerjarenbegroting opgesteld. De achterliggende jaren stonden in het teken van bezuinigingen. Inmiddels is daarin een keerpunt waar te nemen. Door het ministerie worden weer aanvullende middelen verstrekt waar overigens ook wel aanvullende onderwijskundige doelen aan verbonden zijn. Daarnaast nemen de inkomsten vanaf 2015 ook toe wegens de overheveling van de financiële verantwoordelijkheid voor het buitenonderhoud. Naar verwachting zal het aantal leerlingen na een dip in 2014 de komende jaren weer stijgen en daarna stabiliseren rond de 395 leerlingen. De school kan naar verwachting in 2017 weer extra middelen krijgen voor de hogere tussentijdse instroom tussen 1-10 en 1-4 van een schooljaar. Wel is het van belang om de actuele- en trendontwikkelingen goed te volgen en hier vroegtijdig op te anticiperen. Er is voor 2015 een investeringsplan vastgesteld van € 198.000. Bij het opstellen van deze begroting is rekening gehouden met de middelen die nodig zijn het huidige onderwijskwaliteitsniveau te waarborgen. In dit investeringsplan is € 90.000 opgenomen voor de realisatie van een WTW installatie / binnenklimaatbeheersing. Dit totale investeringsplan zet de bufferfunctie van het eigen vermogen wel onder druk. Het percentage weerstandsvermogen zal daarmee afnemen tot circa 20 % dat als ondergrens wordt geadviseerd. Op de volgende pagina staat de meerjarenbegroting met het te verwachten verloop in de vermogenspositie voor de komende drie jaar. Deze uitwerking is aangevuld met de kengetallen uit de leerlingen prognose en personele inzet. De kengetallen personeel betreft de inzet excl. de vervangingen wegens ziekte of zwangerschapsverlof.


25

Begroting 2015-2017 realisatie 2014 Baten: Rijksbijdrage Overige baten Totaal baten Lasten: Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overig instellingslasten Leermiddelen

begroting 2015

1.665.800 94.300

begroting 2016

1.698.800 30.500

1.682.200 30.500

1.760.100

1.422.000 60.200 57.700 70.200 70.000

begroting 2017

1.729.300

1.447.600 81.000 69.500 73.400 63.500

1.706.200 30.500 1.712.700

1.454.600 87.700 69.500 73.400 63.500

1.736.700

1.459.900 92.900 69.500 73.400 63.500

1.680.100

1.735.000

1.748.700

1.759.200

3.000

5.800

4.700

4.700

83.000

100

31.300-

17.800-

Kengetallen leerlingen en personeel Leerlingen prognose

385

388

393

394

Personele inzet in fte: Directie Onderwijzend personeel Onderwijs ondersteunend personeel Totaal

1,0 17,9 6,9 25,8

1,0 17,4 6,2 24,6

1,0 17,4 6,2 24,6

1,0 17,4 6,2 24,6

Financiële baten en lasten Exploitatiesaldo

Vermogensontwikkeling: 31-12-2014

31-12-2015

31-12-2016

31-12-2017

ACTIVA: materiele vaste activa vorderingen liquide middelen Totaal

643.100 153.300 507.300 1.303.700

756.200 79.500 490.400 1.326.100

758.500 79.500 495.100 1.333.100

744.600 79.500 511.700 1.335.800

PASSIVA: eigen vermogen privaat eigen vermogen publiek voorzieningen kortlopende schulden Totaal

707.400 404.400 35.200 156.700 1.303.700

711.000 400.900 33.100 181.100 1.326.100

714.600 366.000 71.100 181.400 1.333.100

718.200 344.600 92.100 180.900 1.335.800

Bij het opstellen van de vastgestelde begroting 2015-2017 is uitgegaan van een geraamd exploitatie saldo 2014. In de bovenstaande opstelling is het daadwerkelijke exploitatiesaldo 2014 doorberekend in de balansposities. Het beleid van de school is er op gericht jaarlijks de uitgaven bij sturen en zo ook op termijn het evenwicht tussen de inkomsten en uitgaven te handhaven. Het initiatief hiervoor ligt bij de financiële commissie.


26

16.

Verantwoording inzet prestatiebox middelen

De regeling prestatiebox vraagt om een aanvullende verantwoording in jaarverslag. Het bestuur van de school is weliswaar geen lid van de PO raad, maar wel gebonden aan de doelstellingen van het bestuursakkoord die aan de aanvullende middelen ten grondslag ligt. Onderstaand een overzicht van de doelstellingen en de instrumenten die ingezet worden om deze doelstellingen te realiseren.

Ambitie Schoolbestuur heeft meetbare doelstellingen geformuleerd gericht op leeropbrengsten taal en rekenen.

School werkt opbrengstgericht.

School meet de opbrengsten van vroegschoolse educatie

Taal- en reken sterke school

Acties We stellen meerjaren streefnormen vast o.a. voor taal en rekenen. Per groep worden er voor elke periode groep specifieke streefdoelen vastgesteld. Wij werken volgens de Zeeuwse Toetskalender: Afname LOVS Voeren van opbrengstgesprekken Werken met groepsplannen Afname toetsen taal en rekenen voor kleuters Werken met observatiesysteem Kijk! Werken met groepsplannen Deelname aan leernetwerken taal/lezen en rekenen Aanschaf specifiek materiaal, met name voor de meer- en hoogbegaafde leerlingen

Inzet Faciliteren opbrengstgesprekken

Aanschaf van nieuwe toetsen Schoolontwikkeling: werken met groepsplannen in het kader van OGW en HGW Aanschaf toetsen Scholing Kijk! Scholing: werken met groepsplannen Aanschaf methodieken voor de hogere niveaus Aanstellen van een coördinator voor deze beide vakgebieden

De bekwaamheid van leraren in afstemmen van het onderwijs op de behoefte van kinderen is op orde

Nascholing in HGW (i.c.m. OGW) door externen. Consultatie door externen, management en collega’s

De leerkrachten beheersen Engels op zodanige wijze dat ze “boven” de stof staan in de jaargroep waar ze deze taal aanbieden

Nascholing door Colon Inzet coördinator

Aanschaf aanvullend materiaal

De school biedt meer- en hoogbegaafden kansen om hun ontwikkeling optimaal gestalte te geven

Er wordt een protocol “talentontwikkeling” ontworpen

Aanstellen van twee collega’s als talentcoach die o.a. de leernetwerken bezoeken en een leerlijn voor de benoemde doelgroep binnen de school ontwikkelen

De bekwaamheid van leraren met betrekking tot opbrengstgericht werken is op orde.

Cyclus OGW/HGW toepassen, mede op basis van de Zeeuwse Toetskalender

Alle leraren onderhouden hun bekwaamheden systematisch.

In het kader van de normjaartaak werken de medewerkers aan hun eigen professionalisering in relatie tot de plaats in de organisatie Teambrede scholing op mentor+

Verbetering begeleiding en ondersteuning beginnende leraren.


27

Begeleiding studenten + instrument inzicht eigen handelen

Opmerkingen De streefnormen worden vastgesteld voor een periode van drie jaar

Jaarverslag 2014 van: De Vereniging tot het verstrekken van basisonderwijs op Gereformeerde Grondslag te Yerseke & Ds. G.H

Recommend Documents