5630-handboek2007
14-02-2007
11:18
Pagina 436
436
JAAROVERZICHT JAAROVERZICHT 1. Inleiding
Uit mijn jeugd herinner ik mij de radiopraatjes van mr. G.B.J.Hilterman over de toestand in de wereld. Normaal ging de radio niet op zondag aan, maar voor hem werd een uitzondering gemaakt. Hij deed op een knappe manier wat commentatoren in de kranten nog steeds doen: hij zette de gebeurtenissen van de week in een kader. Wat moet je met al die feiten en feitjes en hoe passen ogenschijnlijk tegengestelde zaken in de buitenlandse politiek toch bij elkaar. Hoe laat je zien dat er een verband ligt tussen de concrete beslissingen die genomen worden en de erachter liggende visie van de groten der aarde. Dat had iets geruststellends en tegelijk iets beangstigends. Om het laatste maar eerst te noemen: veel maskers werden afgerukt en de toestand van de wereld was nooit ongedeeld positief. Het geruststellende was het idee dat je kreeg dat je al analyserend ook vat hebt op wat er gebeurt. Dit soort commentaar staat ook in een geur van objectiviteit. Je begint immers bij de feiten en van daaruit analyseer je en geef je een betekenis aan die feiten. Maar dat gebeurt vanuit een in de praktijk vaak verzwegen visie op de wereld. Bijvoorbeeld een visie dat gezond verstand en het kiezen van een liberale koers uiteraard samenvallen. Echt objectief is het dus niet en kan het ook niet zijn. Voor een jaaroverzicht van de kerken in 2006 leer ik eruit dat het nodig is om wat er gebeurt te plaatsen in een verband. Daar kun je de lezers mee helpen, als je het tenminste goed doet. En ook dat je heel eerlijk moet zijn over het kader dat je gebruikt. Waarom en hoe maak je je keus uit de grote reeks van gebeurtenissen. Welk vuur wil je aanwakkeren? De toon van het publieke debat. Niemand kan er meer onderuit, nu de Wetenschappelijke Raad voor het regeringsbeleid eind 2006 een dik rapport heeft uitgebracht over de rol van de religie in het publieke domein. Het leuke van die rapporten is dat je ze in dit digitale tijdperk gratis kunt downloaden van internet. Je hebt dan heel wat materiaal in handen. De raad ziet een paar lijnen lopen. Terwijl de publieke rol van de kerken steeds verder achteruitgaat, wordt de rol van religie steeds belangrijker. De raad constateerde overigens ook als gevaarlijke ontwikkeling dat er een groeiend aantal mensen is dat religie helemaal aan de kant schuift en in een cynische levenshouding vervalt. Toch zijn dit soort studies belangrijk om de tijd waarin we leven te leren kennen. Bij die tijd moet het evangelie aansluiten immers. Al eerder had A.McGrath het einde van het atheïsme aangekondigd. Hij was daarvoor naar Nederland gegaan om te debatteren met de belijdend atheïst Herman Philipse. Misschien heeft hij gelijk: het gaat niet goed met het humanistisch verbond, dat in 2006 zestig jaar bestond. Anderen wijzen erop dat religie dus ook goed verkoopt. Daar kun je op inspelen. Alleen de kern van het geloof, vrede door het bloed van het kruis, blijft nog steeds een struikelblok. Dit laatste rapport van de WRR werd warmer ontvangen dan een eerder rapport, over Islamterrorisme, waarbij sommigen de indruk hadden dat het teveel ingegeven was door angst. Een voorbeeld van de toenemende rol van religie vond ik in een bericht dat je rituelenbegeleider kunt worden. Als mensen op een belangrijk moment van hun leven
5630-handboek2007
14-02-2007
JAAROVERZICHT
11:18
Pagina 437
437
of relatie staan, bij het begin of aan het einde, kun je een rituelenbegeleider laten komen die je helpt om op een zinvolle manier dat moment vorm te geven. Er zit geen boodschap bij. Hij of zij kan dit werk doen bij christenen en niet-christenen. Dat is de moderne tijd. Op een wat minder wetenschappelijk, maar niettemin toch interessante manier heeft het dagblad trouw ingespeelt op de belangstelling voor religie met hun publicatie God in Nederland. Ds. Haitsma uit Bunschoten-Spakenburg kreeg in dat kader de kans om het evangelie te laten horen. De beleving als canon Even modern is ook het uitgebreide gesprek in het dagblad Trouw over de vraag of je God persoonlijk kunt kennen en of je dat zou moeten willen. In een uitgebreide serie komen veel mensen aan het woord. Soms met ontroerende getuigenissen over de band die mensen met God hebben, heel vaak ook met directe belijdenissen dat dit natuurlijk niet zo kan. Als Hij er al is, dan in ieder geval niet als persoon. Het is prima om het over Hem te hebben, zolang Hij maar niet dichtbij komt. In het verlengde ervan licht een onderzoek onder predikanten binnen de Protestantse kerk van Nederland, waaruit bleek dat een groot gedeelte van hen niet geloof. Sommige komen daar heel openlijk voor uit en belijden hun atheïsme publiek. Dat deed een van de hervormde predikanten in Zeeland. Anderen willen dat weer wel. Een persoonlijke band met God van wie je dan ook iets merkt. Dat sluit aan bij de belevingscultuur van nu. Enig opzien baarde een zoektocht naar wonderen van de Evangelische omroep. Een aantal mensen reisde de wereld af om bij diverse soorten genezers een wonder te zoeken. Het is er niet van gekomen. Niet alle leden waren blij met deze serie. Het accent lag wel heel erg op de resultaten. Iets van die hierboven genoemde afstand zie je opeens opduiken in al die mensen die niet meer uit de voeten kunnen met de zogenaamde geweldsteksten in de bijbel, vooral het oude testament. Natuurlijk geef ik direct toe dat dit een heel moeilijk onderwerp is. Ik heb daar niet zomaar een verklaring voor – en niemand. Ds. H. de Jong geeft dat ook aan in Opbouw in een serie over het bijbelboek Jozua. Misschien is er wel een goede verklaring, maar dan een die ingaat tegen de geest van deze tijd. Daar zit namelijk het probleem. Toch is de openbaring dat God woedend wordt over de zonde heel persoonlijk geladen. De Almachtige Schepper van hemel en aarde neemt de moeite om boos te worden op mij, Zo serieus neemt Hij mij. Maar over deze God gaat het niet in de discussie of er een zekere plaats is voor religie in het publieke domein. Daarin komt meer de afstand naar voren. Voor mensen is het beangstigend om te lezen dat het volk Israël hele volksstammen moest uitroeien. Stel dat fundamentalistische christenen – en in hun optiek horen gereformeerden daar zeker onder – ook zulke dingen gaan doen? Men neemt afstand van deze bijbel. Er is ook een herleving geconstateerd van het oude heidendom in de aandacht voor hekserij. Een afstand die je ook proeft in de belangstelling voor het evangelie naar Judas. Dat is een geschrift uit de eerste eeuwen van deze jaartelling, toegeschreven aan Judas. Het leunt sterk tegen de gnostiek aan. Het gaat om een herwaardering van de discipel Judas die Christus overgegeven heeft. Hij heeft God en Christus daarmee een handje geholpen. Het kwade wordt daarmee op een onverwachte manier toch weer goed. Het is een wereldbeschouwing die goed en kwaad naast elkaar zet en daarmee
5630-handboek2007
14-02-2007
438
11:18
Pagina 438
JAAROVERZICHT
het laatste een wettige plaats geeft in deze wereld. Het trieste daarbij is dan dat het kwaad dus onvermijdelijk wordt. Je komt het nooit te boven. Dit jaar overleed de kenner van de gnostiek bij uitstek, Prof.dr. G.Quispel. Helaas komen heel veel mensen onder invloed van dergelijke ideeën te staan, ook door het dit jaar verfilmde boek van Dan Brown, de Da Vinci code. Oosterse religiositeit is in opmars. Die sluit daar prima bij aan. Vrijheid van meningsuiting We noemden al de angst voor het fundamentalisme. Die zit er diep in bij de mensen. In 2006 was het 5 jaar geleden dat de Twin Towers van het World Trade Center in new York instortten na een terroristische aanslag. Dat heeft diep ingevreten in de cultuur van het westen. Het heeft de droom van een ongestoorde ontwikkeling naar een steeds leukere maatschappij verstoord en sindsdien kijken mensen met een behoorlijke dosis wantrouwen naar de islam, een godsdienst die zich ondanks de aantrekkingskracht ervan op Grefojongeren vanwege de helderheid niet zomaar laat karakteriseren. Het dagblad Trouw besteedde veel aandacht aan het islamonderzoek, waarbij voor hen in ieder geval duidelijk werd dat de teksten van de Koran niet uit de lucht zijn gevallen en dat de ontstaansgeschiedenis van het boek ingewikkelder is dan het zelf suggereert. De oerteksten konden wel eens uit christelijke kringen komen. Wij kennen echter de islam vooral van de breed uitgemeten gewelddadige kant van sommige aanhangers van dit geloof. Ayaan Hirsi Ali, die de Tweede Kamer moest verlaten omdat haar verhaal over haar identiteit niet klopte, ziet het als haar roeping om juist daarvoor te waarschuwen. Dit leidt tot felle discussies in Nederland over vrijheid van meningsuiting. De koningin ging er in haar kerstboodschap ook op in. In 2006 was de aanleiding daarvoor de verschijning in een Deense krant van cartoons over Mohammed. Dat riep veel protesten op uit de islamitische wereld. Mensen schrokken van de felheid ervan. Een voorbeeld daarvan is de manier waarop prof. Van der Horst te Utrecht gecensureerd werd door de academische senaat, omdat hij in zijn afscheidsrede waarschuwde voor hernieuwd antisemitisme dat gevoed werd door sommige islamitische kringen die ook de vernietiging van het joodse volk ontkennen. Wie als westerling kennisneemt van die cartoons (ze hebben een tijd lang geprijkt op de website van Geert Wilders) kijkt er niet zo van op. Over christenen en joden worden ergere dingen gepubliceerd, en niet alleen door fundamentalistische moslims. Bij cabaret in Nederland bijvoorbeeld lijkt te horen dat je je lawinepijlen van goedkope kritiek afschiet op de mensen die waarschijnlijk toch niet in de zaal zitten, de christenen. Bestaat het recht om te beledigen? Hoort dat bij de vrijheid van meningsuiting? Die is inderdaad een groot goed. Maar de koningin hield ons voor dat die nooit het recht kan betekenen om anderen te beledigen. We zij benieuwd naar de uitwerking. Het is uiteraard helemaal niet erg als anderen je een spiegel voorhouden en je je eigen tekortkomingen daarin ontdekt, ook al is het een lachspiegel. Maar waar ligt de grens tussen milde spot en belediging. Websites Binnen de kerken speelde een vergelijkbaar gesprek een rol. Naast de sinds tientallen jaren bekende bladen zijn er immers ook websites, waarop mensen hun visie op de gang van zaken binnen de kerken kunnen geven. Je hoeft het niet met het daar
5630-handboek2007
14-02-2007
JAAROVERZICHT
11:18
Pagina 439
439
gestelde eens te zijn. Vaak roept het daar gestelde tot tegenspraak en prikkelt het om de dingen nog eens uit te zoeken. Ze zijn in ieder geval leerzaam om te zien waar mensen mee bezig zijn en welke vragen ze daarbij hebben. We gaan er daarbij van uit dat ze schrijven vanuit een oprechte zorg over het kerkelijk leven. Zelf zou ik ook liever de discussie gevoerd zien worden in de bladen die er zijn, liever dan een website te moeten opzoeken om te zien wat er nu weer is. Maar ook binnen de kerken hebben mensen de vrijheid om voor hun mening uit te komen, binnen de afgesproken grenzen. Ds. J.Wesseling heeft in De Reformate van 2 december 2006 een andere mening. Volgens hem moeten de broeders en zusters die het initiatief genomen hebben, deze opheffen. Een andere scribent wees er echter op dat een website vandaag dezelfde functie heeft als pamfletten en brochures vroeger. En nadeel is dat het veelal gaat om de manier waarop bezwaren gepubliceerd worden. Als je daarbij blijft hangen, kom je aan een serieus gesprek niet toe. En dat is broodnodig. Zelf heb ik daarbij wel eens de indruk dat de thermometer die je het kerkelijk leven aanlegt, blijft hangen op het geconstateerde minimum. Er is een voorval geweest waarover misschien wel terecht vragen gesteld kunnen worden. Daarna worden de kerken gemeten alsof dat voorval normatief is. Een voorbeeld zou ik kunnen geven naar aanleiding van de publicatie; Woord op Schrift, niet namens de theologische universiteit, maar wel in die kring geboren. Zonder ook in het kader van dit jaaroverzicht maar enigszins kritiek te oefenen op dit geschrift van alweer een aantal jaren geleden, wijs ik erop, dat telkens opnieuw vragen naar aanleiding van deze publicatie gesteld worden zonder daarmee te rekenen met de manier waarop bijvoorbeeld in het kerkblad van het noorden inmiddels dr. De Bruijne ingaat op de gemaakte opmerkingen,c.q. kritiek. In 2006 heeft ds. E.A. de Boer een aantal punten van vermeende schriftkritiek behandeld in De Reformatie. Toch vindt zijn weerlegging niet of amper nieuwe weerlegging. Ds. Gerrit Riemer riep in het Nederlands Dagblad daarom op om op te houden met het uitvergroten van verschillen. De moeite ligt ook hierin dat er verschil is in taxatie van de geconstateerde verschillen. Br. A.Capellen bijvoorbeeld vindt dat er grenzen binnen de kerken overschreden worden, die niet overschreden mogen worden. Hij kreeg gelijk weerwoord van anderen in het Nederlands Dagblad. Zijn bedoeling was om te komen tot een stevig gesprek. Dat is inderdaad belangrijk. Stap niet te snel over verschillen heen. In de wereld geldt ook dat er sprake is van een conflict als een van de betrokken partijen dat aangeeft. Dan kun je in de kerk zeker niet volstaan met te roepen: niets aan de hand. Er is geen scherpe afbakening te maken van wat we allemaal in theorie beamen: verschillen van inzicht moeten mogelijk zijn binnen het kader van de bijbel en de belijdenis. Maak dat maar eens concreet in de huidige situatie. Het helpt dan weinig dat dr. P. van Gurp in Reformanda wijst op de noodzaak om niet half te zijn, maar heel. Radicaal. Laten we er van uit gaan dat iedereen dat wil. Of we nu wel of niet veranderd zijn qua opvattingen (een discussie rond een uitlating van ds. P.L.Voorberg), allemaal zingen we graag liedboek 473: neem mijn leven, laat het Heer, toegewijd zijn aan uw eer. Dat kun je, ook gezien het vervolg, niet half doen. Landelijke dag van verontrusting In Spakenburg is een landelijke dag van verontrusting georganiseerd, waar een volle kerk mensen op af kwam. Diverse sprekers wezen op bedenkelijke ontwikkelingen binnen onze kerken, met name rond het schriftgezag. Wanneer ze daarbij ge-
5630-handboek2007
14-02-2007
440
11:18
Pagina 440
JAAROVERZICHT
lijk hebben, is de toestand ernstig. Maar daarover kan juist een gesprek gevoerd worden. Ds. E.A. de Boer heeft dat geprobeerd in De Reformatie, maar zijn weerlegging van de beschuldigingen is niet weerlegd. Je kunt dan zeggen; niets aan de hand; er was geen weerwoord, maar daarvoor is de beschuldiging te ernstig. Die raakt het fundament van alles wat we doen binnen de kerk. Daarmee kun je niet verder. Het gesprek was er wel op de conferentie in Garderen eind 2005, waarvan vorig jaar een verslag verscheen. Het raakt dit jaaroverzicht omdat die conferentie is aangeduid in de pers als crisisberaad (P. van Gurp in Reformanda). Vanuit zijn standpunt klopt dat wel. Als je de dingen anders taxeert, is zo’n zwaar woord helemaal niet nodig. Het ging om een goed gesprek tussen mensen die elkaar misschien niet elke dag zagen en dat om besloten kring zonder het gevaar dat je dus voor ik weet niet hoe lang vastgepind wordt op je uitspraken van dat congres. Ondertussen moet je als kerken ook zo eerlijk zijn om aan te nemen dat als een van de leden roept dat het crisis is, je er ook serieus naar kijkt. Misschien heeft de man gelijk en kun je laten merken dat je luistert. Misschien kun je onrust wegnemen door te laten merken dat je wandelt in gehoorzaamheid aan God. Door er, het liefst samen, naar te kijken geef je ook aan dat de dingen bespreekbaar zijn. Voorlichting Het word wel duidelijk dat gereformeerd zijn niet meer voor iedereen vanzelfsprekend een rijkdom betekent. Velen zullen de wenkbrauwen fronsend optrekken als ze de woorden van K.Schilder over de weelde van het gereformeerd zijn vernemen. Het is altijd belangrijk geweest om je geloof in rapport met de tijd te brengen – niet om aan de bijbel af te doen maar juist vanwege de erkenning van het wonder dat God met zijn eeuwig blijvende woord mensen vandaag in hun eigen leven aanspreekt. Vanuit die verwondering over de blijvende actualiteit daarvan heeft ds. Jasper Klapwijk zijn boekje geschreven over gelukkig gereformeerd, waarin hij aan de hand van de vijf sola’s van de reformatie laat zien wat je daar allemaal vandaag wel niet mee kunt doen. Het is zeker geen herhalen van oude vertrouwde waarheden in bekende, geijkte termen geworden, woorden die dr. J.Hoek gebruikte in een lezing. Hij wees daarin op de noodzaak om het mooie van vroeger actueel te houden. Dat is nu net wat nodig is, ook in onze kerken en daarover zijn op diverse plaatsen cursussen gehouden. Door Jasper Klapwijk, maar ook vanuit de classis Utrecht. Docenten van de Theologische Universiteit zijn daarvoor uitgenodigd. Ze hebben ook op andere plaatsen hun verhaal gehouden. Een misverstand wil iedereen wel uit de weg ruimen: dat gereformeerd een kwestie van regels zou zijn, een knellend juk. Leef in de ruimte van de kerk. Gereformeerd zijn is een proces om vanuit de verbondenheid met Christus de hele bijbel, de hele kerk en de hele wereld te omvatten. Geloof en wetenschap We nemen de draad weer op. Vanuit de angst voor de rol die de godsdienst mogelijk zou kunnen gaan spelen is ook de teneur van het wetenschappelijke gesprek te begrijpen. Dat gesprek, bijvoorbeeld over de vragen rond schepping en evolutie ging gewoon door. Dit jaar was het tachtig jaar geleden dat de synode van Assen een uitsprak deed over de manier waarop dr. J.G.Geelkerken omging met de exegese van Genesis 3. Dat trok ook de aandacht in de noordelijke pers. De aanleiding voor de afstand die deze doctor nam , lag vooral in de uitkomsten van het onderzoek van de
5630-handboek2007
14-02-2007
11:18
Pagina 441
JAAROVERZICHT
441
oud-oosterse literatuur, niet eens het verhaal van de evolutie. Bij hem vindt je toch een vervluchtiging van de geschiedenis in de eerste hoofdstukken van Genesis door dat accent op de andere manier van geschiedschrijving dan wij kennen. Daar heeft de synode van Assen indertijd nee tegen gezegd. In de inzet op het concrete ligt nog steeds de waarde van dat besluit voor de omgang met de bijbel vandaag. Hiermee zijn niet al de vragen rond Schepping en evolutie beantwoord. Daarover is binnen en buiten de kerken druk gediscussieerd. Prof.dr.J.Leever, bioloog, mocht in het Nederlands Dagblad uit de doeken doen hoe het bij hem zover gekomen was dat hij geloof en evolutie kom combineren. Ouderen weten nog wel hoe in de jaren zestig van de vorige eeuw hij al daarmee naar voren kwam in de toenmalige synodaal gereformeerde kerken. Het lijkt daarbij misschien veilig om je terug te trekken op de traditionele manier van uitleg (er is overigens niets mis met tradities). Vragen blijven echter bestaan. Of het idee van Intelligent Design daarbij uitkomst geeft, moet nog bezien worden. Prof.dr. A. van de Beek vindt in ieder geval dat dit niet zo is. Het blijft een boeiende vraag hoe je omgaat met de informatie die de bijbel als het ware tussen neus en lippen door verschaft over ontstaan en geschiedenis van de aarde. Ook als je erkent dat het de goddelijke auteur te doen was om geloofskennis aan te reiken, kan die informatie over andere dingen toch gebruikt worden, net als uit andere bronnen? Het gesprek over de aard van het schriftgezag en de gelding van natuurwetten moet doorgaan. Het is maar een onderdeel van het gesprek tussen geloof en wetenschap. Terwijl onze ministerpresident, prof.dr. J.P.Balkenende niet schroomt openlijk voor zijn geloof uit te komen, zijn er vele oud-colllega’s van hem die er de nadruk op leggen dat geloof en wetenschap bijvoorbeeld strikt gescheiden moeten blijven. Natuurlijk is er het gevaar dat je door je overtuigingen niet meer eerlijk naar de werkelijkheid kijkt. Dat probleem kun je echter ook elders tegenkomen. Historici hebben veel werk gestopt in het ontwikkelen van de canon voor de Nederlandse Geschiedenis. De keuze van gebeurtenissen uit de kerkgeschiedenis roept bij velen vragen op: hoe was de blikrichting bij de selectie? Als je rondkijkt in Nederland zijn er positieve dingen te melden: de toenemende aandacht voor de rol van godsdienst bijvoorbeeld. Er blijven ook veel vragen over de diepgang van alles . Religie kan weer, maar gereformeerd zijn is nog steeds iets dat veel vragen en weerstand oproept. In zo’n tijd zijn we kerk van Christus. 2. Statistiek Er zijn leugens, grote leugens en statistieken, is een bekend gezegde. Het hoeft daarom nig niet waar te zijn. Het geeft wel aan dat het belangrijk is om voorzichtig te zijn met cijfermateriaal en er niet teveel en zeker niet te snel conclusies uit te trekken. Ledental Elders in dit handboekje vindt u een statistisch overzicht van het ledenverloop van de kerken. Was er in 2005 sprake van een afname van het ledental met 340; dit jaar is de afname beperkt gebleven tot 45. Het is merkwaardig dat je dat zo opschrijft. Uit het aantal mensen dat zich onttrokken heeft, blijkt dit niet. Dat is ongeveer even hoog als vorig jaar. Wel zijn er duidelijk meer kinderen geboren en ook zijn er veel
5630-handboek2007
14-02-2007
442
11:18
Pagina 442
JAAROVERZICHT
meer mensen toegelaten tot de gemeenschap van de kerk. Vooral dat laatste is een gegeven om intens dankbaar voor te zijn. Uit de cijfers blijkt niet hoe dat komt. Evangelisatie? verkering? Je kunt zomaar een aantal mogelijke redenen noemen. In ieder geval geldt van 128 van hen dat ze voordien geen lid van een kerk waren. Dit jaar en vorig jaar hebben zich rond de duizend leden onttrokken, waarvan 325 zonder zich bij een andere kerk te voegen. Van 401 mensen is niet bekend of ze zich bij een andere gemeenschap gevoegd hebben. Het betekent vaak intens verdriet bij de familie, vooral bij ouders van kinderen die andere wegen gaan. Dat zijn er heel veel. Als er elk jaar zo rond de 3000 kinderen gedoopt worden, zou het idealiter zo zijn dat een vergelijkbaar aantal mensen belijdenis doet. Dat is niet zo. Het getal daarvoor ligt ongeveer op de helft van het getal van gedoopte kinderen. Een paar jaar geleden wees iemand erop dat in verhouding veel jongeren afhaken binnen de gereformeerde kerken. Daar werd met wat ongeloof op gereageerd. Dat valt toch wel mee? Uit de cijfers lees ik af dat het beslist niet meevalt. Een groot deel van de jongeren is gegrepen door het geloof, doet goed mee in de kerk (en krijgt daar tegenwoordig gelukkig ook de ruimte voor). Als er dan zo’n groep vooraan in de kerk staat om hun geloof te belijden, – en uit de getuigenissen in de dienst of via een boekje blijkt dan hoe ze er mee bezig zijn - ben je dankbaar. Er blijkt ook sprake te zijn van grensverkeer, ook met kerken met wie wij in gesprek zijn. Dat gesprek kan natuurlijk bevorderen dat de drempel lager wordt: als je in een plaats woont zonder vrijgemaakten, zou je kunnen overwegen om Christelijk gereformeerd te worden, net als het omgekeerde gebeurt bij de opheffing van de Christelijke-Gereformeerde kerk van Heerenveen, waarvan de leden wellicht onderdak bij de NGK-kerk ter plaatse. Over kerkverlating heeft ds. K. v.d. Geest geschreven in De Reformatie van 2 december 2006. Uit de getallen komt het niet naar voren, maar het sterke vermoeden bestaat dat de evangelische en baptistische richtingen een sterk appel doen op leden van onze kerken. Dat wordt inzoverre bevestigd van andere kant doordat uit een onderzoek bleek dat de bekende Bethel-gemeente te Drachten onder leiding van ds. Orlando Bottenbley zijn groei vooral te danken heeft aan de overkomst van mensen die elders al lid van een kerk waren. Ruim 9 % van de toetreders vulde in dat ze eerder vrijgemaakt waren bijvoorbeeld. Dat houdt de kerken in Drachten scherp. Overigens blijkt uit het onderzoek (zie verderop) dat bijna de helft van de kerken nog weer contact zoekt met wie zich onttrokken heeft. Deze aandacht leidde maar in een enkel geval ertoe dat mensen terugkwamen op hun besluit. Een kerkenraad heeft een appelbrief verzonden naar de hersteld-vrijgemaakten. Antwoorden enquête Sinds een paar jaar stelt de uitgever een aantal vragen bij de statistische gegevens. We zijn heel blij dat de meeste kerken daar antwoord opgeven. Meestal zijn dat de scribae die dat doen. Dit jaar vertegenwoordigen zij meer dan honderdduizend kerkleden. Onze dank hiervoor is groot. In dit jaaroverzicht komen de grote lijnen naar voren en de conclusies die je daaruit zou kunnen trekken. Daarnaast worden de uitkomsten van dit jaar en vorige jaren klaargemaakt voor publicatie op de website van het handboekje: www.handboekgkv.nl. Deze vragen hebben de bedoeling om een natte vinger in de lucht te steken en de wind op te vangen. Ze hebben niet de pretentie van kwalitatief wetenschappelijk on-
5630-handboek2007
14-02-2007
JAAROVERZICHT
11:18
Pagina 443
443
derzoek , al is het wel een droom van mij dat wat er aan onderzoek gebeurt binnen de kerken, gebundeld wordt en dat mensen die goed verstand hebben van statistiek, ermee gaan stoeien om er zinnige conclusies uit te trekken. Ik heb daarbij inderdaad een droom. Ik ben namelijk niet de enige die vragen stelt. Ik kan me voorstellen dat een scriba er horendol van wordt als er weer eens zijn lijst binnenkomt. Van een deputaatschap, of van een student die onderzoek doet, van de redacteur van het handboek etc. En wat gebeurt er met al die resultaten, al dan niet verantwoord opgezet vanuit de eisen voor een kwalitatief onderzoek. Ik kan me voorstellen dat er hierin enige coördinatie komt. Om die scriba’s te ontlasten, maar ook om de gegevens ter beschikking te stellen aan anderen. Misschien ook wel om de vragen op elkaar af te stellen, zodat je kunt vergelijken. Voor mijn werk in het kader van het jaaroverzicht zijn alle onderzoeken die ik kan achterhalen, belangrijk. Maar waar vind ik die en hoe weet ik dat ze uitgevoerd zijn? Hier zit een overtuiging achter. Wil je immers als plaatselijke gemeente en koers ontwikkelen voor de toekomst, dan heb je diep inzicht nodig in wat God zelf over zijn volk vertelt in de bijbel. De leeservaring van dat volk die in de belijdenis meekomt, is daarbij een goede hulp. Maar je moet ook weten wat er speelt in deze tijd. Zowel in de kerk als in de wereld. Hoe staan de dingen ervoor? Daarbij kunnen die gegevens helpen, die via onderzoeken en onderzoekjes beschikbaar komen. Het is te gemakkelijk om dan zoals hierboven te zeggen dat er leugens, grote leugens en statistieken zijn en het daarbij te laten. Uiteraard moet je de gegevens die er zijn, correct interpreteren. Onmisbaar is die kennis van de werkelijkheid wel. En natuurlijk niet omdat wat de meerderheid doet opeens normaal is. Dit jaar heb ik een aantal vragen gesteld om wat zicht te krijgen op het ledental en de vraag waarom dit al dan niet toeneemt. Vraag 1: ging over het ledental. De resultaten ervan zijn te vinden in het statistisch overzicht. Vraag 2. is er sprake van groei, stilstand of achteruitgang. De helft van de gemeenten blijkt stabiel te zijn in ledental, van de andere helft gaat het grootste gedeelte achteruit. Een kleiner gedeelte groeit. Mijn veronderstelling bij de vraag of gemeenten groeien was dat dit samenhangt met uitbreidingsplannen bij de burgerlijke gemeente. Daarvan is sprake in ongeveer de helft van de gemeenten. Er ligt dus geen duidelijke relatie. Misschien levert detailonderzoek van de gegevens meer op. Hetzelfde geldt voor de vraag over de nabijheid van gereformeerd onderwijs en de groei van de gemeente. Een gemeente in het westen betreurt het in dat kader dat er niet meer actie is ondernomen om gereformeerd middelbaar onderwijs in de streek te behouden. Een ander geeft aan dat alleen de kinderen van de predikant nog gereformeerd onderwijs volgen. Vraag 3: zijn er de laatste jaren mensen lid geworden die eerst niet geloofden? Dat is in 44 % van de gemeenten zo. Als je dat per provincie vergelijkt, valt op dat dit in het westen, vooral in Utrecht, sterker geldt dan in het noorden van het land. Een kerk had wat kritiek op de vraagstelling. Die ging over mensen die wel/niet geloven. "een typisch vrijgemaakt begrip: er zijn geen mensen die niet geloven… Ik geef de schrijver toe dat iedereen gelooft. Dat heb ik geleerd van de typisch vrijgemaakte Joh. Francke (het vooroordeel in de wetenschap).
5630-handboek2007
14-02-2007
11:18
Pagina 444
444
JAAROVERZICHT
Lege kerken Dat de Nederlandse kerken leeglopen, heeft grote gevolgen. Het Sociaal Planbureau voor Statistiek wijst er naar aanleiding van hun eigen cijfers op, dat het vrijwilligerswerk onder druk komt te staan. Dat werd vanouds vaak gestimuleerd en opgezet vanuit de kerken. Dat zal wel te maken hebben met het besef dat wij leven van Gods barmhartigheid. Inmiddels verwachten de deskundigendat de ontkerkelijking een percentage van 72 % gaat halen binnen enkele jaren. Ze denken echter dat het daarbij zal blijven. Ze verwachten dat religie in Nederland dan vooral zal betekenen dat je Rooms-katholiek of moslim bent. Europa is daarmee een uitzondering op een wereld die steeds meer religieus wordt. Ze hebben ook naar de inhoud van het geloof gekeken: het geloof in wonderen nam toe. Helaas ontbrak de definitie van wat religieus is en wat in dit verband wonderen zijn. Wel trok het Nederlands Dagblad uit al die cijfers de conclusie dat de toekomst aan kleine kerken is, ondanks het verschijnsel van megakerken in deze wereld, bij wie vergeleken de grootste vrijgemaakte kerk nog maar een dwerg is. Kleine kerken van toegewijde gelovigen blijven over, is de verwachting. Het gegeven dat het er nu zo voorstaat met de kerk, bracht G. van den Brink ertoe om uit te spreken dat christen zijn meer dan ooit om gemeenschap vraagt. Het gaat immers om de identiteit van de kerk, weten wie je bent, om overeind te blijven in de maalstroom van ideeën en meningen. En juist dat besef van identiteit, weten wie je bent, staat onder druk. Dat kerken daarbij belang hechten aan een naam, spreekt bijna voor zichzelf. Er was in het voorjaar enige commotie toen uitlekte dat de PKN-synode zich de rechtmatige opvolger weet van de claim op de naam Gereformeerde kerken in Nederland. Gelukkig ging de aanvankelijke dreiging van een rechtszaak niet door. Ondertussen is de leegstand van kerken een probleem. Er is een speciale taskforce in het leven geroepen om kerken van de sloop te redden en een nieuwe bestemming te geven. In Engeland worden echter ideeen ontwikkeld om plattelandskerken een nieuwe impuls te geven. Een opmerkelijk initiatief, nu vaak gezegd wordt dat de toekomst van de kerk in de stad ligt. Er is behoefte aan een visie op kerk zijn in een dorp zonder de mogelijkheden die een stad met zich meebrengt. Verbindend element is wel dat in beide situaties je het evangelie vooral kunt doorgeven aan de mensen met wie je een relatie hebt. 3. Plaatselijke kerken Het hart van de kerk ligt in de plaatselijke gemeente. Dat is al aan te wijzen in het Nieuwe Testament en dat is vandaag ook zo. Daar ontmoet je God in de samenkomsten en daar beoefen je met elkaar de christelijke gemeenschap. Vanuit die plaatselijke kerken is het volgend te melden (met dank aan de kerken die dit nieuws aangaven via de voor dit overzicht gestelde vragen.). Amersfoort-Centrum: De kerk is opnieuw geschilderd (van binnen) in frisse kleuren en nieuw meubilair. Amersfoort-Vathorst: Onze gemeente groeit bijzonder hard, vanwege de nieuwbouw die in deze wijk plaatsvindt. De gemeente is geïnstitueerd op zondag 5 februari. Amersfoort-Zuid: Vanuit de evangelisatiecommissie worden regelmatig zoge-
5630-handboek2007
14-02-2007
JAAROVERZICHT
11:18
Pagina 445
445
naamde Vriendendiensten georganiseerd. Daarvoor worden de omwonenden van ons kerkgebouw uitgenodigd, terwijl ook de gemeenteleden kennissen proberen mee te krijgen naar deze diensten. Verder worden sinds mei 2006 in ons kerkgebouw Nederlands-Iraanse-Integratiediensten gehouden. Deze diensten staan onder verantwoordelijkheid van de kerkraad van Amersfoort-Centrum. De met de CGKAmersfoort gesloten overeenkomst is dit jaar goedgekeurd door de CG-classis Amersfoort. Reeds eerder stemde de GKv-classis hiermee in. Amsterdam-Centrum: de kerk heeft een project voor Gemeentestichting: de Stroom. Inmiddels zijn er zoveel belangstellenden dat ze uit moesten wijken naar een nieuwe vergadergelegenheid. Van het café "Dwaze Zaken" zijn ze verhuisd naar de bioscoop Kriterion. Amsterdam-Zuid/west: ds. W. van der Schee, tot nu toe in Loenen-Abcoude, is voor de duur van twee jaar gedetacheerd in deze gemeente. Dat is één van de manieren waarop de deputaten Dienst en Recht de kerken wijzen. Apeldoorn-Zuid: Er is een nieuw orgel in gebruik genomen. De kerk moest het gastenboek op de website tijdelijk sluiten wegens scheldpartijen. Assen-Zuid: Op 18 oktober is besloten om het liturgisch centrum aan te passen en de kerk te voorzien van een groter podium en beamers. In Assen hebben een aantal plaatselijke kerken een dienst belegt in de circustent van circus Renz op zondagmorgen. Ds. Sieds de Jong leidde het geheel. Er kwamen veel mensen naar toe. Barneveld-Voorthuizen: de kerk bestaat 25 jaar. Daarom is in oktober een dankweek georganiseerd. Elke dag was de kerk aanwezig in de pers. Beilen: Start van alpha-cursus samen met andere kerkelijke gezindten in de burgerlijke gemeente. Bergschenhoek: Radio programma Woelwater bestaat 20 jaar. Beverwijk: Er is gestart met een verbouwing ten behoeve van gemeenteopbouw. Zo wordt er een soosruimte gecreëerd en wordt de keuken vergroot. Bodegraven: de gereformeerde kerk van Bodegraven-Woerden en de Christelijke Gereformeerde kerk van Woerden willen in 2008 samen een gemeente vormen. Bussum: Verkoop van het kerkgebouw in Bussum, zodat er nog maar één preekplaats overblijft namelijk in Huizen. Capelle aan de IJssel: ondervond hinder van een sportevenement dat op zondag georganiseerd werd en waarop de burgerlijke overheid niet aanspreekbaar bleek. De indruk bestaat dat dit in andere gemeenten ook speelt. Curaçao: de gemeente van Curacao krijgt haar eerste eigen predikant in de persoon van ds. Corné Alderliesten die een beroep naar die kerk aannam. Hij is in januari 2007 begonnen met zijn werk daar, niet in de zendingsgemeente, maar in de ‘gewone’. Daarnaast gaat hij godsdienstles geven op de middelbare school daar. Daarlerveen: De kerk is totaal verbouwd en uitgebreid. Dit was mogelijk dankzij een groot legaat. Gesteld kan worden, dat de contouren (de buitenkant) hetzelfde zijn gebleven. De rest is totaal vernieuwd. Delft: Aankoop nieuw kerkgebouw. Deventer: Gezamenlijke avondmaalsviering met CGK en NGK in Deventer. Dronten: In april is besloten om de gemeente van Dronten te splitsen in twee zelfstandige gemeenten, nl Dronten-Noord met ds. R.Visser en Dronten-Zuid met ds. B.Schaaij.De bedoeling is om deze splitsing per 1 januari 2007 te laten ingaan. Enkhuizen: in september heeft de eerste federatieve gemeente van Christelijke gereformeerden en vrijgemaakten haar beslag gekregen in Enkhuizen. Dat is het voor-
5630-handboek2007
446
14-02-2007
11:18
Pagina 446
JAAROVERZICHT
lopige eindpunt van een lang proces waarin beide gemeenten naar elkaar toegroeiden Franeker-Sexbierum: Er is een nieuw/oud orgel aangeschaft dat afkomstig is van de rooms-katholieke kerk te Lijnden. Inmiddels is het 'materiaal' in ons kerkgebouw opgeslagen, maar de herbouw/restauratie kan niet eerder plaatsvinden dan in mei 2007. De gemeente kreeg een nieuwe predikant in de persoon van ds. J.J.Burger. Hij is parttimer. Het bijzonder is dat zijn vrouw als kerkelijk werker tegelijkertijd is benoemd. Goes: Het huidige kerkgebouw is verkocht er wordt gewerkt aan nieuwe huisvesting. Groningen. Onrust ontstond over een feest voor vrijgemaakte jongeren uit de noordelijke provincies. Angst bestond dat muziek en drankgebruik de jongeren op het verkeerde been zouden zetten. Groningen Noord:d kerkenraad moest besluiten de Noorderkerk, de kathedraal van het noorden, af te stoten. Voor het gebouw wordt een nieuwe bestemming gezocht. Het gebouw werd te groot voor het elk jaar dalend aantal kerkgangers. Haarlem: Onze Fonteinkerk wordt grondig gerenoveerd en zal begin 2007 weer in gebruik worden genomen. Hardenberg-Baalder: Landelijke aandacht gevraagd voor geloofsonderwijs aan kinderen/jongeren met ASS (Autistisch Spectrum Stoornis). Naar aanleiding hiervan belegt de vereniging dit Koningskind 12 mei 2007 een studiedag rond dit thema. Hardenberg Baalderveld: groei in ledental maakte dat de kerk dit jaar gesplitst is in twee gemeenten, Baalderveld Oost en West. Harlingen: Op 17 december hebben we ons kerkgebouw opnieuw in gebruik genomen na een brand 2 jaar geleden. Het gaat om een herbouw van de kerk zoals die eruit gezien heeft. Een nieuw gebouw in oude stijl. Bij die gelegenheid kreeg het gebouw een naam: "de Haven", omdat die je bescherming en veiligheid biedtmet de gelegenheid onderhoud te plegen. Havenmeester is Jezus Christus. Heemse: De instituering van een zelfstandige gemeente in de woonwijk "de Marslanden". per 1 januari 2007. In de kerkenraad van 18 december 2006. valt hierover de definitieve besluitvorming. Nu maakt "de Marslanden"als predikantswijk nog deel uit van Heemse. Hoogvliet-Spijkenisse: nieuw orgel. Kampen-Noord: Inzake de moeiten in Kampen-Noord verwijzen we naar de berichten in het ND; deze geven een correct beeld. Katwijk: Er zijn plannen tot ingrijpende verbouwing van de kerk omdat deze te klein is. Plannen willen we in 2007 , zo de Here wil, realiseren. Leiden: Per 1/9/2005 een kerkelijk werker gestart. Lelystad: Er is een nieuw orgel in gebruik genomen, voor meer info: www.pauwenburg.nl. Maassluis. De kerk van Maassluis kon een kerkgebouw betrekken, het eerste. Tot die tijd maakten ze gebruik van de gebouwen van andere kerken. Meppel: Verbouw/nieuwbouw Kruiskerk. De Opstandingskerk wordt overgedragen aan de roomskatholieke St.Stephanusparochie. verkocht. Middelburg: Verruiming van de entree/hal en verbouw van de kerkzaal. Aanschaf locatie voor vergaderingen en crèche. Mijdrecht: De omvang van het aantal leden heeft ons gedwongen na te denken over
5630-handboek2007
14-02-2007
JAAROVERZICHT
11:18
Pagina 447
447
onze visie. Dit heeft geresulteerd in genoemde doorstart. De officiële naam van onze gemeente luidt nu Veenhartkerk. Onze gemeente is per september 2006 doorgestart als missionaire gemeente. Nijkerk: Vanaf 1-1-6 is de gemeente van Nijkerk gesplitst in Nijkerk-Oost en Nijkerk-West. Op dit moment wordt de kerk verbouwd, de kerkzaal wordt vergroot. Per november 2006 zijn Nijkerk-Oost en Nijkerk-West aangesloten bij de classis Hilversum. Oegtstgeest: Nieuw orgel. Oldenhove: steunt via een plaatselijk project de gemeente te Vista in Hongarije. Roodeschool: kon een grondig gerenoveerd kerkgebouw weer in gebruik nemen. Sneek-Koudum: We zijn per 1 oktober 2006 samen gegaan met de CGK in Sneek. In januari 2007 wordt het een federatie. Spakenburg-Zuid: Besluit tot volledige nieuwbouw van de bijgebouwen. Ten Boer: de kerk kwam in het nieuws door de als propaganda stunt gekwalificeerde (dr. P. van Gurp) najaarslezingen, waarbij ds. Niemeijer, voorzitter van de laatste synode en enkele professoren voorlichting gaven over de situatie in de kerken. De lezingen zijn te raadplegen op de website van het handboekje; www.handboekgkv.nl. Ureterp: kende een jeugdmeeting die niet bedoeld was als concurrent van de jeugdkerk in Drachten, maar weleen extra wil geven boven de gewone kerkdiensten en verenigingen. Valkenburg ZH: in juni is een nieuw/gerenoveerd kerkorgel in gebruik genomen. Veenendaal: In verband met de reorganisatie van de classis Amersfoort hebben de beide Veenendaalse kerken (Oost en West) zich gevoegd bij de classis Arnhem en dus ook tot het gebied van de PS Gelderland. Vrouwenpolder: Nieuwe geluidsinstallatie en kerktelefoon via internet. Wezep: Sinds 1988 wordt samengesproken met de NGK ter plaatse. Na een onderbreking van twee jaar zijn er veel onderwerpen aan de orde geweest, waarover overeenstemming is. De kerkenraad heeft zomer 2006 dit proces afgerond en een convenant aanvaard voor verdere beoefening van de kerkelijke gemeenschap met de NGK ter plaatse. In het convenant zijn bijvoorbeeld afspraken gemaakt over kanselruil. Zo’n 75% van de gemeente heeft bij een peiling aangegeven dit beleid te steunen. Bij een deel van de gemeente leven vragen en bezwaren tegen dit proces. Wageningen: In het jaar dat de gemeente vijftig jaar bestond, promoveerde de predikant (dr. J.H.F.Schaeffer) aan de Theologische Universiteit te Kampen op het proefschrift 'Createdness and Ethics. De studie is gewijd aan een beschrijving van de relatie tussen geschapen-zijn (createdness) en ethiek, vooral in de theologie van Colin Ewart Gunton (1941-2003) en Oswald Bayer (1939). De resultaten van systematisch - theologische analyse worden toegepast op het onderwerp 'huwelijk' als een sociaal-ethisch voorbeeld. Zaandam: Gehele samenwerking met de NGK te Zaandam we opereren als één gemeente met een eigen predikant. Daarin hebben we een voortrekkers rol in Geref. Nederland. We doen dit steeds in overleg met Deputaten Kerkelijke Eenheid en vragen in alles toestemming van classis. Zaltbommel: Bouw van een balkon i.v.m. groei. Zuidlaren: Naast het orgel is er ter begeleiding een piano aangeschaft, dit naast incidenteel andere instrumenten. Zutphen: Er besaan bouwplannen voor een nieuwe kerk.
5630-handboek2007
448
14-02-2007
11:18
Pagina 448
JAAROVERZICHT
Zwolle-West. In februari 2006 is een eigen kerkgebouw in gebruik genomen. Er was wat commotie omdat in de bouw een pentagram, symbool voor niet-christelijke godsdiensten herkenbaar zou zijn. Dit was nodig voor de stevigheid van de toren die als vijfhoek is opgetrokken. Kampen-Noord Afzonderlijke aandacht vraagt de situatie in Kampen Noord. In oktober 2004 voltrok zich daar een breuk nadat de classis Kampen had bepaald dat de kerkenraad, inclusief ds. E. Hoogendoorn, moest terugtreden vanwege verstoorde verhoudingen. Onder leiding van acht ouderlingen en de predikant gingen toen zo’n honderdvijftig kerkleden apart vergaderen in de scholengemeenschap Ichthus. Tegelijk maakten ze bezwaar tegen de gang van zaken. Op de laatstgehouden generale synode heeft dat bezwaar gediend, na de gebruikelijke gang langs de kerkelijke weg. Deze synode ging terug naar het classisbesluit en sprak uit dat dit rechtmatig was. Aan het begin van dit jaar heeft de Ichthus-gemeente een beroep gedaan op de eerstkomende generale synode, die van 2008. Dit heeft ze aan alle kerken meegedeeld. Stukken die haar zaak ondersteunen zijn gepubliceerd op internet. Intussen staat de zaak niet stil; aan het begin van het jaar heeft de kerkenraad Eudokia ds. Hoogendoorn geschorst en op 3 november deed de classis Kampen bericht dat de zelfde kerkenraad deze predikant afgezet heeft wegens de zonde van scheurmakerij. De Ichthus-gemeente verwerpt deze afzetting. De kerkenraad van Eudokia doet wat deze volgens hen helemaal niet kan omdat ds. Hoogendoorn niet onder het gezag van deze kerkenraad staat. De positie van de kerk binnen het kerkverband is hiermee moeilijk geworden. Er is inderdaad de vrijheid om tegen een besluit in beroep te gaan en revisie aan te vragen. Die vrijheid moet de gemeente ook dubbel krijgen. Maar kan dat samengaan met de oproep nu aan de kerken om de afzetting niet te erkennen? Dan leg je een zaak op de tafel van de plaatselijke kerken, waar deze niets mee kunnen. Ook rond de betaling van het traktement van ds. Hoogendoorn lopen problemen; aanvankelijk weigerde de kerkenraad van Kampen dat uit te betalen, maar in de loop van het jaar kwam er na een kort geding hierover toch de oplossing dat de Eudokia-gemeente een evenredig deel van het traktement alsnog moest betalen. Wanneer je zo in een afstandelijke opsomming de voornaamste feiten op een rij zet, heb je niet door wat voor geweldige impact deze dingen hebben. Dat wordt uit de reacties van alle kanten wel duidelijk De Ichthus-gemeente ervaart de gang van zaken als onrecht. Een lid van hen, de emeritus-hoogleraar prof.drs. J.P.Lettinga, deed dit onrecht jegens de predikant uit de doeken in Trouw. Je proeft in de regels zijn verontwaardiging en zijn pijn. Aan de theologische universiteit van Kampen is op een weekopening gebeden voor de eenheid van de kerk te Kampen Noord. Ook vanuit het besef dat hierdoor Gods naam beslist niet groot gemaakt wordt. Ook in het land merk je dat deze zaak leeft; telkens wordt je als predikant gevraagd om deze zaak in het gebed aan de Heer op te dragen. In de pers zijn twee mogelijkheden aangedragen om verder te komen. We wijzen allereerst op de oproep van ds. Bas Luiten in De Reformatie naar 1 Petrus 2. De apostel houdt daar de gemeenten van Asia voor om de gezindheid van Christus te vertonen die liever onrecht duldde dan terug te schelden. Daar is tegen in gebracht dat de gemeenten in Asia te lijden hadden van heidenen, terwijl het hier zou gaan om kerkmensen. Dat gaat niet op, want in de heel andere situatie van Asia houdt Petrus het
5630-handboek2007
14-02-2007
11:18
Pagina 449
449
JAAROVERZICHT
voorbeeld voor van Christus die te lijden had van de vervolging door zijn eigen volksgenoten, broeders in het verbond. Het lijkt een gemakkelijke, maar is een moeilijke weg. Ten tweede is nu het verzoek bekend geworden van de Classis utrecht om een vervroegde generale synode, met als feitelijke grond de impasse die tussen de beide kerken te Kampen ontstaan is. Voor zo’n verzoek had eerde al de emeritus-predikant J.M.Goedhart gepleit. Met dit verzoek is zo’n vervroegde synode nog geen feit. Ook andere classes moeten zo’n verzoek doen en uiteindelijk moet het gedragen worden door twee particuliere synoden. We kunnen niet veel doen in de praktijk met de zaak die de kerken voorgelegd wordt. We kunnen wel intens bidden met pijn in ons hart om de getrokken scheur in de hoop dat Gods vrede die sterker is dan menselijke overwegingen ook daar in Kampen de vrede onder broeders en zusters kan herstellen. 4. Predikanten Eerst de bijzonderheden bij het predikantencorps: Nieuwe predikanten L.H.Th. Kooij M.K. Drost J.M. Burger
Leidsche Rijn Harderwijk Franeker-Sexbierum
01-04-2006 14-05-2006 03-09-2006
Overleden C. Stam Groningen-Zuid 07-02-2006 H.M. Ohmann Dokkum 16-03-2006 A.P. van Dijk Tiel en Zaltbommel 22-03-2006 W.G. de Vries Zwolle-West 28-07-2006 J. van der Haar Gouda 26-08-2006 E.J. Oosterhuis Kornhorn en Marum 18-10-2006 G. van Rongen Steenwijk 27-10-2006 Van deze predikanten is een In Memoriam opgenomen in dit handboek Emeritaat M. van Veelen M. Nap
Duiven-Velp Leerdam
Afgezet H.Geertsma H.J.D. Smit D. Ophoff E. Hoogendoorn
Assen-Marsdijk Amsterdam-Zuid/West Bunschoten-West Kampen-Noord
Onttrokken P. de Jong
Oldehove
Jubilea 25 jaar: F. van der Pol
Hattem-Centrum
11-06-2006 01-12-2006
04-01-1981
5630-handboek2007
14-02-2007
11:18
450
Pagina 450
JAAROVERZICHT
P.M. de Wit J.C.V. Kruijtenburg R. Heida G. Gunnink E. Meijer J.W. van der Jagt P. Niemeijer J. Glas P.L. Voorberg O.W. Bouwsma A.H. Driest L.S.K. Hoogendoorn
Wezep Haarlem Monster Amersfoort-West Bergentheim Dalfsen Den Helder Maastricht Emmeloord Gouda Groningen-Zuid Uithuizermeeden
11-01-1981 08-03-1981 02-04-1981 12-04-1981 17-05-1981 17-05-1981 17-05-1981 18-06-1981 05-07-1981 17-09-1981 18-10-1981 22-11-1981
40 jaar: P. Schelling W. Triemstra J.T. Oldenhuis
’s-Hertogenbosch Utrecht-Centrum Helpman (gr.)
08-05-1966 22-05-1966 14-08-1966
45 jaar: J. Douma
Brunssum-Treebeek
09-04-1961
50 jaar: D. Berghuis C.J. Smelik
De Bilt-Bilthoven 22-07-1956 Nieuwerkerk aan den IJssel 16-09-1956
55 jaar: C. Trimp
Groningen-Noord
60 jaar: J. Bos Th. Hoff
Nijmegen 03-02-1946 Katwijk en Valkenburg (zh) 05-05-1946
11-02-1951
Het aantal predikanten is dus verminderd. Bij deze gegevens komt ook nog dat ds. Th.Oosterhuis predikant is geworden van de protestantse gemeente van Aruba. Hij heeft van de kerk te Zwolle-Centrum en de classis Zwolle toestemming gekregen het beroep van die gemeente aan te nemen. Hij was eerder docent aan een Theologische School in Indonesië en later regiocoördinator voor De Verre Naaste. Vermeldenswaard is dat er een predikant uit de PKN overgekomen is en beroepbaar is binnen de kerken. Het gaat om ds. Herman Speelman. Hij stelt zichzelf zo voor: Op 9 november 1980 werd ik (die het levenslicht zag op 13 oktober 1953) in het ambt van predikant bevestigd aan de Gereformeerde Kerk in Krabbendijke. Daarna mocht ik de Gereformeerde Kerk op Urk vanaf 8 mei 1986 dienen, de Gereformeerde Kerk in Wilsum en Kamperveen vanaf 6 oktober 1991, de Gereformeerde Kerk in Vorden vanaf 2 juli 1995 en de SoW-gemeente Marrum en Westernijkerk vanaf 24 september 2000 tot 1 oktober 2006. Daarbij was ik als jaarling legerpredikant in ’s-Hertogenbosch (vanaf 15 juli 1984), promoveerde ik op 23 juni 1994 op een studie over "Calvijn en de zelfstandigheid van de kerk" en was ik zendingsdocent aan het Pacific Islands Bible College op Guam Micronesië (in 1999). Vanaf 27 september 2006 ben ik beroepbaar in de Gereformeerde Kerken Vrijgemaakt.1
5630-handboek2007
14-02-2007
11:18
Pagina 451
JAAROVERZICHT
451
In De Reformatie geeft hij inzicht over zijn motivatie voor die stap: " Bij de overgang naar de GKV stond bij ons vooral centraal de opvoeding en scholing van onze kinderen, en de eenheid en identiteit van de kerk. Beide punten hebben natuurlijk met elkaar te maken. Een te grote mate van pluraliteit en vrijblijvendheid in leer en leven, gaat niet alleen ten koste van de eenheid, zoals in de PKN, maar is ook ongewenst bij het helder overdragen van het evangelie op de opgroeiende generatie. Als gezin deden we daarom een stap in het geloof door van kerk te veranderen". Hij ervoer daarbij de leiding van de Here. We wensen hem en zijn gezin een goede plaats toe binnen de kerken.2 In algemene zin kan opgemerkt worden dat er binnen de kerken steeds meer oog komt voor de arbeidsrechtelijke positie van de predikant. Jan Westert, zelf betrokken bij de vereniging Samenwerking Emeritering (VSE) schreef onder meer in de Reformatie over de positie van vroegtijdig geëmeriteerden die weer arbeidsgeschikt worden, maar misschien niet in hun eigen beroep kunnen terugkomen. Het Steunpunt voor Kerkelijke beheerszaken deed een voorstel om de vier schalen voor predikanten te vervangen door drie. Dat komt vooral voorgangers in kleine gemeenten ten goede. Dit voorstel is met andere besproken op de vergadering van de vereniging van predikanten in de Gereformeerde kerken. PKN-klanken over armoede in de pastorie zijn dit jaar bij de vrijgemaakte kerken niet vernomen. Speciaal kwam de rechtsbetrekking tussen predikant en gemeente aan de orde in het kort geding van de afgezette predikant E.Hoogendoorn om de doorbetaling van zijn traktement. De rechter verwees hem terug naar de Commissie van Beroep in predikantszaken die ingesteld is door de synode van 2005. Dat gebeurt in een tijd dat er scherp gelet wordt op het doen en laten van predikanten. In Amersfoort moest een PKN-predikant tenslotte wijken omdat hij geleend had van gemeenteleden. Een ander is in de uitoefening van zijn ambt geschorst wegens het aannemen van een legaat. Zelf hadden we een ex-predikant die voor de rechter veroordeeld is wegens verduistering. De Berea-gemeente heeft een andere naam gekozen en is in feite uiteengevallen toen het financiële handelen van de leiders al dan niet terecht besproken werd. In Engelse literatuur vind je wel eens de verwijzing naar de gentleman- vicar, die bijna als hobby zijn gemeente erbij doet. Dat is ook een karikatuur en doet geen recht aan de manier waarop ook binnen de Anglicaanse kerk velen nauwgezet en gewetensvol hun werk doen. Maar je proeft onmiddellijk het verschil; er is sprake van een professionalisering van het ambt die gelukkig niet alleen uitkomt in goede spelregels die je met elkaar afspreekt, maar bijvoorbeeld ook in het beroepsprofiel dat in Kampen is vastgesteld. 5. Opleiding tot de dienst van het woord Kampen kent geen domineesfabriek. Toch vind ik het voor de plaats binnen de kerken passend om in dit gedeelte te schrijven over de opleiding tot de dienst van het woord, aansluitend aan de gegevens over predikanten. De Theologische Universiteit te Kampen stond dit jaar in het nieuws. Door een paar dingen. Voor het eerst is in juni een universiteitsberaad gehouden. Dit is een nieuwe vorm om het contact met de kerken fris te houden. Uit de meeste deputaatschappen waren mensen aanwezig. Hiervoor is door de synode van Amersfoort gekozen om-
5630-handboek2007
452
14-02-2007
11:18
Pagina 452
JAAROVERZICHT
dat je van deze mensen kunt verwachten dat ze meelevend kerklid zijn en graag in dit verband meedenken over het reilen en zeilen van de universiteit. Vooral het verslag van de visitatiecommissie kwam naar voren. Dat is een commissie van de overheid die het wetenschappelijk peil van de diverse opleidingen in Nederland in de gaten houdt en commentaar levert. Hun rapport is van belang voor de erkenning van de verleende graden en de eventuele bekostiging door de overheid. Van te voren had de Universiteit zelf een evaluatie gemaakt van alles wat er gebeurt. Het rapport en de zelfevaluatie zijn te vinden op de website van de Theologische Universiteit, www.tukampen.nl. Het pakte voor Kampen gunstig uit. Bekendheid met de gehanteerde criteria leidde al eerder tot grotere nadruk op onderzoek. Streven is daarbij om dit onderzoek mede te laten aansluiten bij vragen die binnen de kerken leven. Een assistent in opleiding onderzoekt bijvoorbeeld de vragen rond de vrouw in het ambt. Kampen kent een theologische opleiding tot de dienst van het woord, op wetenschappelijk niveau. Ze kiezen er volgens het Universiteitsberaad niet voor om een seminarie te worden, omdat je dan als afgestudeerde een diploma krijgt dat niet erkend is en ook omdat de aansluiting bij de wetenschappelijke discussie dan ontbreekt. Je leunt dan permanent op wat anderen klaarmaken. Deze opstelling is opvallend in het kerkelijk Nederland van vandaag, waarin de discussie gevoerd wordt of je niet om te voorzien in de predikantennood die eraan komt, kerkelijk werkers kunt en moet aanstellen. Alle protestantse kerken kampen met die moeite. Ook binnen de rooms-katholieke kerk speelt het een rol, zij het, gezien de andere ideeën over het ambt, op een andere manier. Vanuit deze behoefte aan mensen die het woord brengen, werd binnen de PKN een rapport gepubliceerd waarom bepleit werd om HBO-afgestudeerden in de theologie ook toe te laten tot het ambt. Dit rapport is vanwege de kritiek die losbarstte niet in behandeling genomen. Nu zie ik de noodzaak van de discussie wel. Er is inderdaad sprake van een dreigend tekort aan predikanten . Ik heb geen oplossing voor dat tekort bij de hand en ik besef best dat het daarbij nodig kan zijn om dingen te doen die je misschien niet in eerste instantie zou kiezen. In het verleden heeft de gereformeerde kerk gebruik gemaakt van de diensten van oefenaars, dat waren broeders zonder speciale opleiding, maar wel met de gaven om het woord te bedienen. Een HBO-opleiding kerkelijk werk geeft dan heel veel meer basis. Dat erken ik. Toch wil ik hier naar voren laten komen dat de kerk academisch gevormde theologen nodig heeft. Het verschil met de HBO-mensen zit dan vooral in de kennis van de grondtalen, hoewel dit bijvoorbeeld voor de aan de christelijke hogeschool Ede opgeleiden niet hoeft te gelden. Je moet er wel bijzeggen dat het feit dat iemand in het verleden afgestudeerd is helaas nog geen garantie biedt dat hij zijn vak bijgehouden heeft. Dat blijkt wel uit het aanbod dit jaar van post Academisch Onderwijs in Kampen. Overigens heeft dr. H.Post in 2006 een dissertatie verdedigd over de kerkelijk werker. In mijn pleidooi op deze plek voor de plaats van een theoloog binnen de gemeente zit geen vertrouwdheid met het pluche, zoals het vorig jaar geformuleerd is. Ook niet in een vermeende hoge positie. De kerkelijk werker is geen surrogaat predikant. Hij of zij heeft zijn eigen kwaliteiten. Net als de academisch gevormde werker in de gemeente De kerk kan beide goed gebruiken. De christelijke Hogeschool te Ede gaat onderzoek verrichten naar het profiel van de hbo-theoloog.
5630-handboek2007
14-02-2007
11:18
Pagina 453
JAAROVERZICHT
453
Dat zal gedaan worden door dr. Stefan Paas, lector gemeenteopbouw daar. Promoties Te feliciteren valt de universiteit met drie promoties. Een van een docent, drs. A.L.Th. de Bruijne is afgestudeerd aan de universiteit van Leiden op een proefschrift over de manier waarop christenen leven in de staat. Hij sloot in de titel ervan aan bij het bekende boek van Thomas Hobbes, keviathan. Hij noemde zijn studie: levend in leviathan, een onderzoek naar de theorie over "christendom’ in de theologie van Oliver O’Donovan. Hij onderzoekt daarin de relevantie van deze Angelsaksische theoloog uit de staatskerktraditie voor de ethische vragen die hierbij een rol spelen. Zijn collega-ethicus Patrick Nullens recenseerde dit werk in het Nederlands Dagblad. Hij had liever gehad dat de bruijne aandacht gegeven had aan een theoloog die een minder nauwe verbintenis voorstaat tussen kerk en staat. Aan de universiteit zelf promoveerde ook dr. J.H.F. Schaeffer met een proefschrift waarin hij nader inging op het belang van een goed zicht op de schepping voor de ethiek.: Createdness and ethics. The doctrine of creation and Theological Ethics inthe theology of Colin E.Gunton and Oswald Bayer. Het is uitgegeven bij de prestigieuze uitgeverij Walter de Gruyter in Berlijn. Ook is gepromoveerd dr. M.H.Oosterhuis met een proefschrift over de reinheidswetten en de betekenis daarvan voor nu. Die wijst hij aan vanuit Johannes 15: jullie zijn rein door alles wat ik tegen jullie gezegd heb, zegt Christus daar. Er loopt dan een lijn van reinheid naar vruchtdragen. Anderen zijn nog bezig met hun promotiestudie. In dit verband vermeld ik ook het ereprofessoraat van dr. J. Douma dat hij ontving van de gereformeerde theologische faculteit van Sárospatak te Hongarije. Deze faculteit dateert van 1531! Dit en ander onderzoek is belangrijk, Vergelijk wat we eerder gezegd hebben over de roeping gereformeerd te zijn. Wat dit betreft is het mooi dat de naam reformanda weer vrij komt en gebruikt kan worden voor het doorgaande proces van reformatie die doorwerkt in je verhouding met de wereld. Band met de kerken Komt in het bovenstaande de band met de kerken al sterk naar voren, dit jaar maakte het curatorium bekend ook opener te zijn over bezwaren die vanuit de kerken naar voren komen tegen het onderwijs. Tot nu toe ging het curatorium daar heel terughoudend mee om. Wel werd aan de synode vertrouwelijk opening van zaken gegeven. Maar het moet mogelijk zijn ook publiek daarover dingen bekend te maken. De schooldag is vanouds het middel om de band met de kerken te onderhouden. De universiteit richt zich bij het programma naar de eisen van deze tijd. Zo is er een speciaal programma geweest voor dertig- tot vijftig jarigen. Het programma voor de jongeren kwam in het nieuws omdat twee studenten daar en cabaret hadden gehouden, waarvan de inhoud, zeker uitgewerkt op papier, door een aantal mensen als te schokkend ervaren is. De rector verklaarde dat publiek in een advertentie in het ND. Het verhaal gelezen hebbend, kan ik me voorstellen dat het zo ervaren is. Toch vraag ik me af of we niet met elkaar de schokkende boodschap van Christus menswording en vernedering ingekapseld hebben in mooie liederen en ontroerende teksten. Het verhaal was voor het dagblad Trouw mede aanleiding om een heel verhaal
5630-handboek2007
14-02-2007
11:18
454
Pagina 454
JAAROVERZICHT
te publiceren over een op handen zijnde scheuring. Het was echter grotendeels gebaseerd op verkeerd geïnterpreteerde gegevens oude informatie. Postacademisch onderwijs Sinds een aantal jaren biedt de Theologische Universiteit post Academisch Onderwijs aan aan de predikanten. Dit vanuit het besef dat het doctoraal examen in Kampen een startbekwaamheid meegeeft die je moet onderhouden. Het is goed om dat te beseffen: je zou van dokter veranderen, als je wist dat van bijscholen en bijleren in zijn vak bij hem niets terechtkomt. Om over de advocaat die na zijn afstuderen de veranderde wetgeving niet bijhoudt, maar te zwijgen. Het is dus eigenlijk vanzelfsprekend dat een gemeente die een afgestudeerd predikant beroept, van hem verwacht dat hij zijn vak bijhoudt. Zijn studie in de theologie is immers een van de dingen waarom hij beroepen is. Je mag dan verwachten dat hij zij vak bijhoudt. Je moet er zelfs als gemeente op staan. Anders maak je als gemeente niet optimaal gebruik van de gaven die iemand heeft. Ik kwam het een paar jaar geleden tegen toen een gemeente iemand beroepen had die bezig was met een promotie. Toen ik er, puur uit nieuwsgierigheid, naar vroeg of met hem ook gesproken was over de ruimte om dit af te ronden, keken ze wat verbaasd op. Wat dit betreft is het een veeg teken dat ik onlangs een herhaald bericht kreeg van Kampen over de post academische opleiding: er is nog plaats. Dat kan natuurlijk te maken hebben met het aanbod; het kan ook te maken hebben met het gegeven dat we van onze predikanten inmiddels heel andere dingen verwachten dan ze meekrijgen in Kampen. Daarover moeten we met elkaar nadenken: wat voor soort predikant gaan we beroepen? In veel gemeenten wordt daarover een profiel opgesteld. Als ik die profielen lees, krijg ik soms het vermoeden dat het zwaartepunt ligt bij andere zaken dan in Kampen bijgebracht worden en dat er bij de gemeenten op dit punt een bezinning nodig is. Waarom beroepen we een afgestudeerd theoloog? Het belang van kennis van de grondtalen We hechten sterk aan het historische karakter van de Bijbel. Je kunt hele discussies voeren over de vraag, wat dit dan precies inhoudt. Maar we gaan uit van de heilsfeiten. God komt onze geschiedenis binnen. We hebben dat opnieuw ontdekt in de jaren dertig van de vorige eeuw. Het zal best waar zijn, dat in de vreugde over die herontdekking in het begin wel eenzijdige accenten gelegd zijn. Niet iedere preek die de vlag heilshistorisch meekreeg, was het ook. Wel historisch, dat in ieder geval. Maar juist daarom misschien geen moment van ontmoeting met de sprekende God en daar gaat het toch om. Die benadering, waarbij we vaste grond onder de voeten krijgen, vraagt om een precies lezen van wat er nu eigenlijk staat. Dat is anders dan in de benadering van de Bijbel als puur literaire tekst. Hoe waardevol op zich die ook is, juist de exclusieve aandacht voor het literaire geeft die ruimte voor een benadering waarbij de bijbeltekst niet uitgangspunt voor een preek is, hooguit aanknopingspunt. Startpunt voor je eigen gedachten. Onze gereformeerde voorgeschiedenis vraagt om volop ruimte voor degelijke schriftstudie voor de prediking. Om Gods woord echt Gods woord te laten. Kennis van de grondtalen helpt om feeling te krijgen voor de tekst. Het gaat niet om gewichtigdoenerij, maar om aandachtig luisteren naar wat er staat. Als je daar de tijd voor neemt, hoef je niet meer te pronken met -meestal andermans - geleerdheid. Wie veel naar films kijkt, ziet op den duur de ondertiteling niet meer. Dan
5630-handboek2007
14-02-2007
11:18
Pagina 455
JAAROVERZICHT
455
valt op, hoeveel er vertalend verloren gegaan is. Elke vertaling maakt een keus. Dr. Pieter J.Lalleman is echter een andere mening toegedaan. Vanuit zijn ervaring in Engeland sprekend is hij van mening dat niet elke predikant de grondtalen hoeft te kennen. Beroepsprofiel Juist daarom is het goed dat in Kampen inmiddels een beroepsprofiel voor de predikant is vastgesteld. Daarbij gaat het er natuurlijk niet om dat je als beroepende gemeente ergens iemand vindt die alle genoemde taken kan vervullen. Het helpt wel om hoofd- en bijzaken te onderscheiden en het is een goed handvat voor het gesprek van de predikant met zijn kerkenraad. Het is opgesteld mede naar aanleiding van wat er op kwam uit de ronde die de universiteit door het land heeft gemaakt. Overlijden drs. H.M. Ohmann In de week waarin ook een oud-leerling van de school bij God geroepen werd (Rolinda Both), overleed ook de emeritus hoogleraar Oude Testament prof.drs. H.M.Ohman. Van hem is een In memoriam opgenomen in dit handboek, waarin zijn opvolger, prof.dr. G.Kwakkel aanwijst waarin we als kerken God dankbaar mogen zijn voor zijn gaven in deze unieke man. We gedenken met dankbaarheid zijn inzet voor de Universiteit en de beoefening van de theologie. Congres Veenhof Binnen de kerken is een herbezinning op gang aan het komen rond de gebeurtenissen in de jaren zestig toen een deel van de kerken buiten verband kwam te staan. In dit kader past heel goed dat het archief- en documentatiecentrum, nauw gelieerd aan de universiteit, een dag organiseerde over leven en werk van prof.Cornelis Veenhof, hoogleraar te kampen van 1945-1968. Door het blad Opbouw is dit mede gezien als eerherstel voor de man die gewoon met emeritaat hing, maar voor wie eerst geen foto of schilderij werd opgehangen in de gebouwen van de universiteit. Als hoogleraar homiletiek heeft hij velen beïnvloed en gevormd. Voor veel aanwezigen was het dan ook een emotioneel gebeuren om elkaar te ontmoeten en te herkennen in de waardering van Gods gaven in die hoogleraar, die niet uitblonk in oorspronkelijkheid, zoals aangegeven werd op het congres, maar wel velen wist te bezielen, vooral door zijn eigen prediking. Theologie We kennen een eigen opleiding tot de dienst des woords. Goede contacten zijn er met die van de Christelijke Gereformeerde kerken in Apeldoorn. We nemen echter een unieke positie in binnen Nederland. De PKN besloot dat er een universiteit moest komen voor iedereen die binnen die kerken predikant wil worden. Het is een organisatorische zaak: de bestaande kerkelijke opleidingen worden bijeengevoegd in dat nieuwe geheel dat per 1 januari 2007 van start gegaan is. 6. De kerk naar zijn functies In de weken dat ik bezig ben met het afronden van het jaaroverzicht 2006 voor het handboek van de Gereformeerde Kerken in Nederland, vroeg ook een ander project mijn aandacht: de herziening van een artikel op de website "Gemeente Vandaag"
5630-handboek2007
14-02-2007
456
11:18
Pagina 456
JAAROVERZICHT
over de functies van de kerk. In wezen gaat het daarbij over dezelfde dingen: er gebeurt geweldig veel binnen de gemeente van Christus en die gemeente heeft haar eigen plaats in deze wereld, maar hoe orden je die gebeurtenissen. Hoe krijg je daar een beetje overzicht over. Tegelijk was ik bezig met het redigeren van andere artikelen over geestelijk leiderschap, missie en visie voor de kerk en dan komt weer een andere vraag boven: is er een lijn te ontdekken in wat je doet, als plaatselijke gemeente en in mindere mate ook als gemeenten samen? Wat daarin naar voren komt is de behoefte of noodzaak om te weten waar je staat. Tegelijk is er het verlangen om uit te komen waar je wilt. En dan kun je de stappen beschrijven die nodig zijn om daar te komen. (ik gebruik nu even niet de management vaktermen die je daar ook bij zou kunnen noemen) Vanuit de combinatie van deze onderwerpen kom ik bij het idee om een en ander in elkaar te schuiven en de stof voor het jaaroverzicht te ordenen volgens de vier functies van de kerk die te onderscheiden zijn: een verkondigende, missionaire, pastorale en diaconale functie. Het is immers ook mogelijk om te zeggen: een jaaroverzicht? Dat is gewoon een zak vol gegevens en geef die maar chronologisch weer. Begin met januari en ga zo de maanden langs. Dan zijn er maanden waarin veel te noemen valt en andere, bijvoorbeeld juli/augustus, waarover je weinig te vertellen hebt. Het lijkt een heel eerlijke oplossing. De kroniekschrijver loopt de anderen niet met zijn mening voor de voeten en ieder kan met het materiaal doen wat je maar wilt. Bovendien blijft er niets liggen, omdat het niet in een van te voren bedacht schema geperst hoeft te worden. Toch is deze objectiviteit maar schijn. Vergelijk het even met een krant, die dagelijks uitkomt. Uit de enorme massa nieuwsberichten die binnenkomt van diverse kanten, maakt een redactie haar keus: dit plaatsen we wel en dit nu net niet. Dat geeft iedere krant zijn eigen kleur. Ook bladen die zeggen dat ze alleen maar nieuws geven (Metro, Spits en zo), laten in de selectie ervan dus wel degelijk iets van zichzelf zien: wij vinden het belangrijk dat u het volgende weet. Je merkt dat als er iets gebeurt dat de aandacht trekt, bijvoorbeeld een heel triest geval van huiselijk geweld. Dan zie je opeens allerlei berichten daarover verschijnen die misschien anders niet eens vermeld zouden worden. Zo ontstaat ook een hype. Een stortvloed van berichten die inspeelt op angstgevoelens bij de mensen. Kortom: je geeft wel in een chronologisch overzicht de schijn van objectiviteit, maar meer dan een schijn is het ook niet. Je kunt niet alles vermelden. Zeker niet in het beperkt aantal pagina’s voor een jaaroverzicht. Dus je maakt een keus, zonde die in de opzet van je verhaal te kunnen verantwoorden. 6.1 de Verkondigende functie Aan de kerk is Gods woord toevertrouwd. Het is haar bestaansrecht omde grote daden van God te verkondigen. Dat gebeurt op allerlei manieren. Enkele daarvan stippen we in dit overzicht aan. De invoering van de NBV Sinds 2004 hebben we de Nieuwe Bijbelvertaling. Een heel belangrijk middel om Gods grote daden bekend te maken in begrijpelijk Nederlands. Uit de aan de kerken gestelde vragen blijkt dat deze in 94% van de kerken in gebruik is en dat een meerderheid van 63% deze vertaling positief waardeert. Hiermee lopen we voor op de rest van kerkelijk Nederland. In de CGK-kerken wordt er nog over gesproken en
5630-handboek2007
14-02-2007
JAAROVERZICHT
11:18
Pagina 457
457
zelfs in de PKN-kerken is die beslist niet overal gangbaar. De Hersteld-Gereformeerden (nieuwe vrijgemaakten) onderzoeken of de Herziening van de Statenvertaling misschien een goed alternatief is. Deze herziening is nog niet rond. Er blijven mensen die de vertaling niet mooi vinden of gewoon niet willen. " Enkele ouderen vinden dat de taalkundige aanpassing veroorzaakt dat het 'gezag' van de Bijbel minder geworden is". De keuze van de vertalingen blijkt ook vragen op te roepen. Een kerk noemt hierbij vooral de manier waarop de zegen weergegeven is. Vergelijk hiervoor de toespraak van dr.W.H.Rose op de schooldag 2006 (te vinden op de website van te Theologische Universiteit). Hij maakt duidelijk dat de weergave van de NBV correct is en niets tekort doet aan de zekerheid van het ontvangen van de zegen. Dat die ook nog voordelen heeft, bijvoorbeeld ten aanzien van de vraag wat zegen nu precies is. Maar als je je leven lang de zegen in bepaalde woorden hebt ontvangen, kan ik me indenken dat de manier waarop de NBV de zegen weergeeft op zijn minst ‘wennen’ betekent. Het Nederlands Bijbelgenootschap roept mensen nu op om hun commentaar te leveren op de vertaling in verband met de herziene editie die volgt. Dus wie niet uit de voeten kan met gevolgde vertaalkeuzes, heeft zijn kans om de mensen hierop te wijzen. Ik zou me kunnen voorstellen dat je dat zou doen naar aanleiding van de tekst van het tweede gebod en vergelijkbare schriftgedeelten. Een van de predikanten meldt: " Als predikant loop ik regelmatig tegen ernstige beperkingen van de NBV aan. Ik begrijp niet dat het zo zonder slag of stoot door de Synode is gekomen". Bij de vraag of je al dan niet waardering hebt voor de vertaling, speelt de verwachting die je van een bijbelvertaling hebt een rol. Als je op de klassieke manier woordstudies wilt verrichten en de grondtalen niet ken, ben aangewezen op vertalingen van het type Statenvertaling en kun je niet zoveel met de NBV. Als je op zoek bent naar een vertaling die een toevallige bezoeker in de kerk begrijpt, kun je met de vertaling Groot Nieuws waarschijnlijk beter uit de voeten. Elke vertaling heeft zijn doelgroep en zijn groep gebruikers. Zoals de Fransen zeggen: vertalen is verraden. Je kunt in de ontvangende taal niet alles weergeven wat in de schenkende taal staat. Keuzes zijn onvermijdelijk. Gelukkig blijft de inhoud van Gods boodschap aan mensen daardoor onaangetast. De inhoud van de boodschap Opvallend is dat de boodschap van verzoening in discussie komt. Dat is niets nieuws; de apostel Paulus schrijft daar al over in zijn brieven. Het is wel elke keer schokkend. Je hoeft dan daarbij nog niet de legendarische woorden van een hervormde hoogleraar te spreken dat zijn deel van het verzoeningswerk voor het hondje is. Soms komt het wat minde direct, maar wel even helder naar voren. Dat was bijvoorbeeld het geval in de Nederlandse vertaling van de Matteüs Passie van Johann Sebastian Bach. Op uiterst deskundige en taalgevoelige manier zijn daaruit de herinneringen aan het verzoenend sterven van Christus weggepoetst. Deze editie van dat werk is in groten getale verkocht, bereikte zelfs de cd-toptien en kon dus in Nederland concurreren met de bestsellers van de popmuziek. Hier zie je de fronten verschuiven. Nog niet zo lang geleden keken veel kerkleden bedenkelijk naar dit blijvend indrukwekkende muziekstuk. Indrukwekkend in zijn ingetogenheid en ontzetting over wat Christus voor ons gedaan heeft. Het lijkt immers even dat Bach Christus in het graf laat liggen aan het einde van zijn stuk.
5630-handboek2007
14-02-2007
458
11:18
Pagina 458
JAAROVERZICHT
Ook op andere manieren kwam de afkeer van verzoening door Christus’ bloed naar voren; een bijbels woordenboek waarin geen bespreking staat van het woord verzoening. Het loopt in dit opzicht parallel aan de gedeelde afschuw van de film The Passion of the Christ van 2005. Niemand kon om de orthodoxe boodschap van de film heen, hoewel de populariteit van de regisseur inmiddels behoorlijk gedaald is na een aantal uitingen van jodenhaat. Maar die boodschap wekt verzet. De invulling van de kerkdienst En nou willen we naar een leuke kerk. Dat zeiden mensen tegen ds. J.T.Oldenhuis als rechtvaardiging voor hun keus om naar een andere kerk te gaan. Een kerk die kinderen wat te bieden heeft. In Christianity Today, het blad van de Amerikaanse evangelicals, kwam een dergelijke redenering voor. Tot ontzetting van de man die het allemaal aan moest horen. Het is wel een trend in het omgaan met de kerkdienst. Er komt dan een consumentenhouding naar boven die een gevaar is voor de profetie. Hier in de klassiek gereformeerde zin gebruikt. Na de vrijmaking zette de voorlopige generale synode van Enschede het besluit van 1905 buiten werking ter wille van die vrijheid van profeteren. Die houdt ook in dat je als voorganger geroepen bent om soms dwars tegen de verwachtingen van de mensen in te gaan. Die vrijheid moet je hebben. Dan is een kerkdienst niet altijd leuk. In steeds meer gemeenten wordt je geconfronteerd als voorganger met zogenaamde kindermomenten. Mooi, al roept het wel vragen op dat alleen wie tot en met onderzocht is op zijn bekwaamheid en betrouwbaarheid een eigen preek mag houden in de kerken en dat iedereen kennelijk zo’n moment mag vullen. Het is belangrijk dat er goed overleg is tussen de voorganger en vaak de lerares basisschool die zo’n moment verzorgt. Het mag, evenmin als tienerdiensten, ook nooit fungeren als alibi om in de rest van de dienst lekker moeilijk te kunnen doen. Gemeenten hebben baat bij een helder gestructureerde preek, juist ter wille van hen, van oud en jong. (Zie het In memoriam voor ds. J.Kok in dit handboekje). Dit is des te belangrijker omdat het erop lijkt dat de jeugdkerken over hun hoogtepunt heen zijn. Dan heb je toch in de gewone kerkdiensten te maken met de aanwezigheid van jonge mensen die je niets in de weg mag leggen om te geloven, volgens de woorden van de Heiland. Een belangrijk gebeuren was het verschijnen van de tweede editie van het gereformeerde kerkboek in november. De aanleiding daarvoor lag op twee punten. Allereerst een heel gewone; de voorraad bij de uitgever was op en wat is dan het beste. De tweede lag wat anders. Als er dan toch een nieuwe editie komt, plaatsen we alle nieuwe mogelijkheden daarbij op de goede plek. De nieuwe formulieren en de gezangen vooral. De uitgave beperkt het aantal mee te nemen boeken tot twee. Een nbv-vertaling met liedboek en het gereformeerde kerkboek. Overigens is dit nog maar een tussenuitgave. Bij de volgende synode al komen er weer veranderingen. De tekst van de formulieren wordt dan aangepast aan de nieuwe vertaling en waarschijnlijk is er weer een reeks nieuwe gezangen. En over een jaar of acht komt de definitieve bundel pas uit. Ontwikkelingen rond de catechese Jarenlang hebben catecheten het moeten doen met de methode ‘Ik geloof" Eind jaren tachtig was die een grote sprong voorwaarts in vergelijking met de methode ‘de
5630-handboek2007
14-02-2007
JAAROVERZICHT
11:18
Pagina 459
459
Weg’, die voor die tijd gebruikt werd en op zich al een sprong voorwaarts was op de situatie dat iedereen deed wat goed was in eigen ogen. Gelukkig stond de catechismus toen centraal. De nadelen van ‘ik geloof’ werden echter met het jaar duidelijker. Dat lag niet aan het boekje maar wel aan de snel veranderende tijd. En ook aan de veranderende inzichten op het gebied van catechese. In 2006 verschenen maar liefst twee compleet nieuwe methoden. Follow up, is ontwikkeld door de Gereformeerde Hogeschool en werkt met modules. Het is een methode die bedoeld is voor gebruik in de GKV, NGK en CGK. Kenmerkend voor de eerste jaren catechese is daarbij dat het vertrouwde memoriseren van de catechismus er niet in voorkomt. Dat is wel het geval met de andere, geloof.nu. Deze is ontwikkeld door de kerk van Hardinxveld-Giessendam. Daar zijn catechisatie en jeugdvereniging bij elkaar geschoven en dat vraagt om geheel nieuwe vormen. Beide zijn rijkelijk voorzien van opdrachten en mogelijkheden om dingen te oefenen. Wat dat betreft sluiten ze aan bij de methoden van het ‘nieuwe leren’ die in het onderwijs opgeld doen. Daar echter zijn ze al weer op de terugtocht en klinkt de roep om teru te keren naar de klassieke vormen van onderwijs. Vaardigheden zonder kennis werken niet echt. Hiermee zeg ik uiteraard niet dat de genoemde catechisatiemethoden nu al weer verouderd zijn. Ze bieden een ruime gelegenheid om de grote daden van God door te geven en lokken veel gesprekken uit. In de PKN wees dr. W.Verboom op het ontstellend gebrek aan kennis bij jongeren. Met deze methoden zijn we er overigens niet. Er is behoefte gesignaleerd aan de ene kant voor catechesemateriaal voor verstandelijk gehandicapten; aan de andere kant is er ook behoefte aan begeleiding voor hoogbegaafden. Zodra die behoefte wordt uitgesproken, staan er altijd mensen klaar om te zeggen dat die kinderen zich wel redden. Of dat waar is, kan betwijfeld worden. Je zou ook vanuit een andere kant je kunnen afvragen of zij niet hoeven te woekeren met hun talenten? 6.2 de missionaire functie Dit jaar is er veel werk verzet om een visie op zendingswerk te omschrijven. Ik denk aan het congres, eind september georganiseerd door Deputaten toerusting Evangeliserende gemeente. Aan het einde van het jaar brachten de deputaten Aanvullende Steun verlening ook een brochure uit met daarin omschreven een visie. Het belang ervan is dat ze je helpen om overdag te dromen van de toekomst, bijvoorbeeld van de kerk. Binnen de kerken wordt er ook steeds meer mee gewerkt om richting te geven aan alles wat er gebeurt, Een visie helpt m te kiezen. Volgend jaar komt er een conferentie van Europese leden van de ICRC om tot overeenstemming te komen over het doel van de zending. Een paar andere voorbeelden van wat er op het gebied van de zending en evangelisatie gebeurt: - Een nieuw project te Lichtenvoorde, - De omturning van de gemeente te Bergen op Zoom naar een missionaire gemeente; - ds. G.J.Bruijn gaat docent worden in Afrika. - Evangelisatie en recreatie richt zich meer op volwassenen en ouderen. - Het zendingswerk in de Oekraïne breidt uit.
5630-handboek2007
14-02-2007
460
11:18
Pagina 460
JAAROVERZICHT
Elders in dit handboekje vind u meer gegevens over de zendende kerken en hun werk. In dit jaaroverzicht gaat het alleen om wat achtergronden en zijdelingse opmerkingen. Veel kerken worden zich bewust van de mogelijkheden die ze krijgen om het evangelie uit te dragen. In Steenwijk bijvoorbeeld waar de gereformeerden samenkomen in een historisch kerkgebouw, is met het oog op de open monumentendagen een speciale folder klaargemaakt voor de bezoekers. Deze openheid wordt gewaardeerd, zoals blijkt uit reacties. De Verre Naaste vroeg de aandacht op een paar punten. De vereniging is aspirant lid geworden van de Zendingsraad. Ze steunt een kerkplanter die studeerde bij de Redeemer Church in New York. Het is de bedoeling dat hij na afronding ervan in Nederland aan de slag kan. Hun speciale dag werd weer onder grote belangstelling gehouden. Na heel veel jaren dienst werd het blad Tot aan de einden der aarde vervangen door een nieuw blad met een andere formule: Naast/. 6.3 de pastorale functie Het stond zo onopvallend in het verslag van de classis Groningen, in een oktobernummer van de kerkbode van het noorden : de meeste kerken in de classis volgen het nieuwe bestuursconcept van het Steunpunt Gemeenteopbouw met de nadruk op onderling pastoraat die daarbij hoort. Ik geef het even met eigen woorden weer. Ik vermoed dat classisverslagen niet tot de meest populaire leesstof in de kerkbodes horen, hoe nuttig het ook is dat de kerkelijke vergaderingen publiek maken wat besproken is. Toch ligt hier een belangrijke ontwikkeling, die vrij geruisloos gegaan is. In tegenstelling tot andere zaken die druk besproken worden, lijkt hier als vanzelf een groeiende overeenstemming over ontstaan te zijn. Dat in deze kerkbode er aandacht voor gevraagd wordt, heeft twee redenen: 1. De eerste is dat hier geweldige mogelijkheden liggen voor de manier waarop de gemeente gestalte geeft aan haar roeping. Juist in het er ‘voor elkaar’ zijn, laat je zien dat de liefde van Christus concreet gestalte krijgt. 2. Een tweede reden is dat het dus kennelijk mogelijk is zonder kleerscheuren met elkaar te groeien naar een ingrijpend andere manier van gemeentezijn. Wat zegt dit over de andere discussies die gaande zijn? Hiermee komt ook de pastorale gemeente in zicht. Iemand vatte dat in de titel van een boekje samen: schapen met het hart van een herder 2. Als geloven betekent dat we steeds meer op Christus gaan lijken. Zijn we daarmee allemaal herdertjes geworden? We hebben wel een duidelijke taak tegenover elkaar. Je kunt daarvoor beginnen bij Kaïn, die God een vraag stelt: moet ik soms waken over mijn broer? Het antwoord is zo vanzelfsprekend dat God het niet eens uitwerkt. Christus zelf werkt de zorg voor elkaar wel uit in Matteüs 18. In dat hoofdstuk heeft het een spits naar de omgang met zonde. Dat treft ook in de rest van het nieuwe testament, als het gaat om het werk van oudsten. Je kunt dat samenvatten in twee woorden, die in de grondtekst samenvallen; vermanen en vertroosten. De Goede Herder is met zijn schapen op weg en Hij wil niet dat mensen achterblijven. Zo bezien is het pastorale aspect maar een deel van gemeentezijn. De gemeente van Christus is pastoraal, diaconaal verkondigt het evangelie en staat met beide benen in deze tijd 3. Niet iedereen heeft daarbij dezelfde mogelijkheden en dezelfde taak. Daar zit geleding in, verticaal en horizontaal.
5630-handboek2007
14-02-2007
JAAROVERZICHT
11:18
Pagina 461
461
Met horizontaal bedoel ik: er is meer in de gemeente dan pastoraat. Al is over alles de beschermende paraplu van de Goede Herder uitgebreid. Er is ook diaconaat. En de kerk moet ’s zondags ook weer netjes zijn. Allemaal heel belangrijke diensten. Er is ook verticaal een geleding. Dat moet niet uitgelegd worden in die zin dat je in de kerk promotie kunt maken; als je als pastoraal bezoeker je werk goed doet, word je misschien wel ouderling. En wie weet wat er daarna nog komt. Maar wel: ieder heeft zijn of haar eigen taak en mogelijkheden. Naast de vrijwilliger werkt de ambtsdrager en de beroepskracht. Dit ter inleiding op enkele punten rond het thema pastoraat die dit jaar naar voren kwamen. Pastoraat rond echtscheiding Over het pastoraat rond echtscheiding en huwelijk heb ik ook vragen gesteld aan de kerken. Dat heeft de volgende achtergrond: de synodes van Zuidhorn en Amersfoort-centrum hebben besluiten genomen over echtscheiding die de bedoeling hebben de norm van de schrift strak te hanteren. Van diverse zijden wordt het verwijt gemaakt dat juist het tegengestelde zal gebeuren. Dit gebeurt vooral door wie verontrust is over de gang van zaken binnen de kerken en dat toespitst op deze besluiten. Vandaar de vragen over dit punt. Vraag: De synode van Amersfoort heeft huwelijkscatechese ten sterkste aangeraden, ter voorkoming van latere moeiten. Is er in uw gemeente de mogelijkheid om deze vorm van catechese te volgen? 13 % van de kerken meldde dat dit niet nodig was. Daar hoeft niets achter te zitten; ineen kleine gemeente kan het soms jaren duren voordat er weer iemand gaat trouwen. Dit ook naar aanleiding van een opmerking van een van de kerken dat de kerkenraad op het moment teveel in beslag genomen was door allerlei andere moeiten en dat ze daarom de vraagstelling suggestief vonden. Ik had niet aan deze mogelijkheid gedacht, maar juist met het oog daarop wel de gelegenheid gegeven om opmerkingen te maken. Zonder de moeiten van die kerkenraad te bespreken (die zich in deze opmerking zelf uiteraard herkent), ben ik inderdaad in het algemeen van oordeel dat het opbouwwerk van zo wezenlijk belang is dat je alles op alles moet zetten om dat te laten doorgaan. Maar als het huis is brand staat, is de eerste taak uiteraard: blussen. In 38 % van de gemeenten is er al de mogelijkheid voor huwelijkscatechese en in de overige gemeenten bestaan er plannen om dit op te starten. De besluiten van de synodes hebben dus goede ingang gevonden binnen de kerken. Een gemeente uit het zuiden wijst erop dat je zulke cursussen en gespreksgroepen ook samen kunt geven in classicaal verband. Het Steunpunt gemeenteopbouw speelt op deze behoefte in door trainingen aan te bieden voor deze huwelijkstrainers. Vraag: Is er aandacht in de vorm van een cursus, gespreksgroep voor de mensen die pas getrouwd zijn? Die blijkt er te zijn bij bijna de helft van de gemeenten. Zelf heb ik de indruk dat deze vorm van begeleiding minstens even belangrijk is als de voorbereiding vooraf. Als je samen een leven opbouwt, kunnen allerlei dingen naar voren komen die voor die tijd slechts theorie waren en die toch een beginnend huwelijk goed onder druk kunnen zetten. Vraag: De laatste synodes hebben de mogelijkheid van een publieke vermaning bij dreigende echtscheiding aangegeven. Is zoiets in uw gemeente voorgevallen? Dit is
5630-handboek2007
14-02-2007
462
11:18
Pagina 462
JAAROVERZICHT
een nieuwe vorm van vermaan en wordt nog maar in 13 % van de gemeenten toegepast. Het vereist ook veel invoelingsvermogen en goed overleg om dit op een goede en opbouwende manier te doen. Er waren ook vragen rond de bevestiging van een tweede huwelijk. De laatste synodes hebben huwelijksbevestiging bij een tweede huwelijk na echtscheiding sterk ontraden. Je geeft je beloften voor het leven en als je er om wat voor reden toe komt om ze voor de tweede keer te geven, blijkt daaruit toch een stuk armoede van ons leven. Vraag:. Is er in 2006 in uw gemeente sprake van een huwelijkssluiting waarbij een of beide partners eerder gescheiden waren? Dit was in 13 % van de gemeenten het geval. In de helft van die gevallen is het huwelijk wel kerkelijk bevestigd. Op dit punt kwam ook vanuit de kerken veel kritiek op het rapport en de voorstellen rond huwelijk en echtscheiding, omdat het toch als onbillijk ervaren wordt dat een in de steek gelaten partner bijvoorbeeld bij een tweede huwelijk niet de kans heeft op een vernieuwd begin. Een van de kerken geeft dit aan als reden om toch over te gaan tot huwelijkbevestiging. Anderen wijzen op de mogelijkheid van voorbede. Ook kan de predikant bijvoorbeeld bij de burgerlijke huwelijkssluiting aanwezig zijn. De voor deze moeilijke situaties aangestelde Raad van Advies blijkt hier goede diensten te verlenen. Teruglezend had ik de vraag erbij willen stellen: is er sprake geweest van echtscheiding. Ook had ik wel willen weten of de vorm van scheiding van tafel en bed voorkomt en hoe vaak. Deze vorm is bedacht om christenen de gelegenheid te geven uit elkaar te gaan omdat samenleven niet langer kan zonder het huwelijk te ontbinden. Soms stuit het op problemen als een uitkering aangevraagd wordt. De discussie over de gaven Met enige aarzeling geef ik aandacht aan het thema van de gaven van de Geest onder dit kopje. Ik wil ermee uitdrukken dat gaven gegeven zijn om elkaar te dienen en elkaar op te bouwen in het geloof. Andere indelingen zijn echter ook denkbaar. Allereerst geef ik aandacht aan het congres dat door de theologische universiteit georganiseerd was op 17 en 18 maart. Het was helemaal volgeboekt. Een ruim aantal theologen/predikanten en een behoorlijk aantal anderen waren bij elkaar om door te praten over de vraag of er binnen de gereformeerde kerken ruimte is voor charismatische vernieuwing. Een van de inleiders was prof. dr. C.v.d.Kooy, die zich in zijn vakgebied speciaal met deze vagen bezig houdt. De andere waren dr. E.A. de Boer en drs. Ph. Troost, die vanuit het menszijn van Christus lijnen tokken naar het vernieuwde menszijn van de gelovige. Er waren duidelijk een aantal winstpunten en er blijven een behoorlijk aantal vragen. Bij mij in ieder geval. Maar ook bij de congresgangers. Second blessing geen voorwaarde Een van de winstpunten werd duidelijk geboekt naar aanleiding van de lezing van dr. v.d.Kooy. Hij liet zien dat het altijd terugkerend punt van gesprek tussen pinkstergelovigen en gereformeerden niet doorslaggevend is voor de vraag of charismatische vernieuwing binnen de kerken plaats kan vinden. Ook kerken met heel andere signatuur kennen dit verschijnsel. Het idee dat een speciale geestesdoop onderscheid maakt tussen gelovigen en dat charismatische vernieuwing bij hen hoort die
5630-handboek2007
14-02-2007
JAAROVERZICHT
11:18
Pagina 463
463
zo’n speciale doop ontvangen hebben, is niet houdbaar. Dat neemt een heleboel spanning af van het gesprek binnen de kerk. Er is verschil tussen charismatische vernieuwing en de charismatische beweging. Op het congres Stelde ds. G.Gunnink daarom ook voor om te spreken van geestelijke vernieuwing; dat sluit misverstand uit. Later werkte hij dat uit voor het Nederlands Dagblad. Geen aanvullende openbaring Een van de punten die ook altijd naar voren komen is de angst dat openstaan voor charismatische vernieuwing betekent dat je aanvaardt dat iemand in deze tijd aanvullende openbaring kan ontvangen. Min of meer berucht zijn de profetieën die je soms toegestuurd worden en waarin allerlei ideeën over het wereldeinde uitgewerkt worden. Op het congres was daarvan niets te merken. Ik vind het belangrijk dit op te merken, omdat in Reformanda, naar aanleiding van de gesprekken die binnen de vrijgemaakte kerken over de gaven van de Geest gevoerd worden, dit als het grote bezwaar wordt aangevoerd. Het ware is daarbij dat je dit inderdaad soms kunt tegenkomen. De discussie in het Nederlands Dagblad aan het einde van het jaar maakte dat wel duidelijk. Alleen, je kunt de vragen over charismatische vernieuwing binnen de gereformeerde kerken niet afdoen met verwijzing naar uitwassen elders. Als er al sprake is van dingen die je onder leiding van de heilige Geest zou kunnen ontvangen, dan blijven die altijd onderworpen aan de kritische toets vanuit het gegeven woord van God zelf. Ruimte voor experiment De helderheid die er op dit punt kwam, bleek velen over de streep te trekken naar openheid om dit veld te verkennen. Ontvankelijkheid was een woord dat als een rode draad door het congres liep: ontvankelijkheid voor wat God geeft. Als die er is, moet er ook ruimte zijn om in alle onbevangenheid te krijgen wat de Geest geeft. Die ruimte vroeg en kreeg een van de congresgangers. Dat is een belangrijk punt binnen de kerken; de uitslagen van het onderzoek dat ik voor het handboekje 2006 gehouden heb, deden vermoeden dat juist hier binnen de gemeenten een moeite kan liggen: wat als iemand de gave van genezing heeft, is daar ruimte voor? Je kunt in Kampen daar fijn over praten, maar in de plaatselijke gemeente moet je daarin met elkaar een weg vinden. En het is dan helemaal niet gezegd dat de genuanceerdheid waarmee op het congres de zaken benaderd werden, dan ook te vinden is bij voor en tegenstanders van dit verschijnsel. Een andere benadering van de werkelijkheid Een van de belangrijkste die zich aan mij opdrong was die over de benadering van de werkelijkheid. Hoe zie je die? Wij hebben die in vakjes opgedeeld, waarin alles zijn eigen plaats krijgt: het lichamelijke, het psychische, het sociale enz. Daarnaast weten we van de werkelijkheid van God die soms parallel loopt met de onze en soms daarin ingrijpt. Als het dan om gaven van de Geest gaat, leidt dit tot het verschil tussen gewone en buitengewone gaven. Je kunt je goede verstand als gave van Hem zien om daarmee de gemeente en God te dienen (en laten we dat alsjeblieft blijven doen). Een buitengewone gave is dan een die ingrijpt in het natuurlijke verloop van de dingen. Op het congres werd afstand van deze benadering genomen. Vooral in de lezing van de Boer en Troost, die de gaven van de Geest in het verlengde zagen liggen van het door de Geest vervulde menszijn van Christus. Ik vermoed dat hier nog wel wat filosofische bezinning overheen mag gaan. Hebben
5630-handboek2007
464
14-02-2007
11:18
Pagina 464
JAAROVERZICHT
we inderdaad ons teveel laten beïnvloeden door een natuurwetenschappelijk wereldbeeld? Dat heeft gevolgen voor pastoraat. We hebben geleerd een soort werkverdeling te hanteren tussen de psycholoog en de pastor. Dat was een intensieve discussie eind jaren zeventig. Nu lijken beide dichter bij elkaar te komen en zelfs door elkaar heen te lopen. Gaan we met elkaar die weg op, dan is op zijn minst een herverkaveling op zijn plaats. Deze indruk wordt bevestigd door twee dingen. Ten eerste een interview met Wubbo Scholte, zelf psycholoog in De Reformatie. Ten tweede door de samenwerking van ds. Philip Troost en de therapeut Dick Mostert in een praktijk. Daar komen mooie dingen uit voort. Maar het zet gelijk aan het denken en aan het werk om de verhouding psychologie-pastoraat opnieuw door te denken. Hoe lees je de Bijbel Een punt waarmee Troost zich sterk maakte, was de verbinding die er zijns inziens ligt tussen de opdracht van Christus aan zijn discipelen om te verkondigen en tegelijk de macht van het woord te demonstreren. Van der Kooy bracht daar in een workshop tegen in dat je geweldig moet blijven oppassen voor een biblicisische benadering van de Bijbel. Ga je niet te snel van de specifieke opdracht aan de discipelen, voor en na de opstanding, naar de tijd van nu. Misschien ligt er meer in de manier waarop zondag 12 spreekt over het ambt/de taak van de christen. Hoe gebruik je de belijdenis? In de Dordtse Leerregels bijvoorbeeld staat veel over het werk van de Geest. Dat opmerken is alleen al belangrijk om een antwoord te vinden op het verwijt dat de gereformeerden nooit zoveel aandacht ervoor hadden. Toch blijven er vragen over. God kennen en jezelf kennen, was het onderwerp van een workshop. Een titel die zo bij Calvijn wegloopt. Zo begint hij zijn werk: de Institutie. Beide gaan samen op. Bij Calvijn echter ligt de nadruk op het jezelf kennen als zondig mens, terwijl ik de indruk heb dat in het streven naar charismatische vernieuwing de opnieuw geboren gelovige alle accent ontvang. Er loopt niet zomaar een lijn van de zestiende eeuw, de ontstaanstijd van de belijdenis, naar deze nieuwe zaken. Ook hier is nog stevig studie nodig. Later is dit thema opgepakt in een gesprek over de plaats van praiseliederen in de kerkdienst. Terwijl de hymnoloog Jan Smelik (en hij niet alleen) erop wijst dat deze toch vaak een theologie van de glorie kennen, brak de theoloog Bas Luiten een lans voor opwekkingsliederen. Ik ben blij met dit congres omdat het mogelijk bleek om in alle openheid met elkaar over deze dingen te praten. Ook omdat bij alle verschil van mening er een sterke verbondenheid was in de bereidheid samen te luisteren naar het onderwijs van God zelf. Tegelijk heeft het congres het onderwerp van charismatische vernieuwing duidelijk een plaats gegeven binnen de kerken. Openstaan voor een andere benadering dan gebruikelijk bleek nu niet alleen mogelijk te zijn om een toogdag buiten de kerkelijke kanalen om, maar op een studiecongres van de universiteit van de kerken. Hiermee zijn niet alle vragen beantwoord en alle zorgen weggenomen. Wel is er een kader van vertrouwen gekomen waarin we binnen de kerken verder kunnen praten. Er is een bundel in het vooruitzicht gesteld met de referaten en resultaten. De aanwezigheid van prof.dr. van der Kooy op het congres maakte het al duidelijk; het gesprek over de gaven van de Geest wordt overal gevoerd. Met name in de
5630-handboek2007
14-02-2007
JAAROVERZICHT
11:18
Pagina 465
465
Roomskatholieke kerk speelt het een grote rol. Er is ook wel op gewezen dat dit heel goed bij elkaar past. New Wine blijft een onderwerp dat druk besproken wordt. Deze beweging die ook het ministrygebed propageert, wordt door sommigen gezien als een bedreiging voor de kerken, terwijl anderen er juist een verrijking in zien. He bijbelgebruik van New Wine roept in ieder geval vragen op. De gezochte vernieuwing is inmiddels zover doorgedrongen binnen de kerken dat de werkgroep Gods Geest werkt stopt omdat deze zaken nu redelijk in discussie zijn binnen de kerken. Dat komt onder andere ook uit in het boek Geestrijk Leven, waarin een aantal predikanten die kritisch ingesteld zijn met betrekking tot de geestesgaven, er nu genuanceerder mee omgaan. Homoseksualiteit Al jarenlang is homoseksualiteit een onderwerp dat de aandacht vraagt. Dat is goed voorstelbaar. Seksualiteit is immers iets dat je zelf raakt. Twee mensen zijn niet meer predikant binnen onze kerken. De een omdat hij niet langer de gangbare mening kon delen dat samenleven als homoseksuelen vanuit de bijbel beslist niet kan en een ander omdat hij inmiddels een vriend had. Dat maakt duidelijk hoe de zaken juist rond dit onderwerp erop aan komen. Dezelfde vragen spelen binnen de Anglicaanse kerk, waar de aartsbisschop Rowan Williams te maken heeft met mensen die vinden dat de kerkelijke ambten open moeten staan voor wat men dan praktiserende homoseksuelen noemt. De kerk staat hier en daar op springen. De Amerikaane TVpersoonlijkheid en predikant Ted Haggard moest zijn positie opgeven omdat hij, getrouwd en al, tegelijk homoseksuele relaties bleek te onderhouden. De Nederlands Gereformeerde kerk van Oegstgeest heeft de landelijke vergadering verzocht om een pastorale handreiking te doen over homoseksualiteit. Het gaat ze daarbij niet alleen om ethische overwegingen maar ook om een aangeven van de ruimte binnen de NGKvoor verschillen in beleid. De NGK-kerken kennen evenals de GKv-kerken een diversiteit in beleid op dit punt. Dezelfde vraag gaat ook naar de synode van de CGK-kerken. Op de vrijgemaakte synode is het verzoek voor een studiedeputaatschap afgewezen. Peet Botha trok de aandacht doordat hij vanuit Zuid-Afrika ook ons and aandeed en spreekbeurten hield met als strekking dat je van homoseksualiteit kunt genezen. En christelijke gemeenschap in de VS had dat juist afgezworen. Seksverslaving Vorig jaar lag er veel nadruk op mensen die verslaafd zijn aan de seks, Een predikant kwam ervoor uit dat hij ook zich eraan schuldig had gemaakt; dan komen de verhalen los van mensen die hetzelfde probleem kenden, maar er nu beter mee kunnen omgaan. Het is een breed probleem. De krant schreef ook over pastoraal contact dat teveel vriendelijk wordt. Steeds meer gevallen van seksueel misbruik in pastorale situaties worden gemeld. De ambten Aan het begin van het jaar was er aandacht voor de studie van ds. E.A. de Boer, waarin hij het pleit voert voor vrouwelijke diakenen. Dit werd gematigd welwillend ontvangen, waarbij de indruk bestaat dat mensen inmiddels verder willen gaan. De Gereformeerde Bond binnen de PKN (die vorig jaar ook honderd jaar bestond)
5630-handboek2007
14-02-2007
11:18
Pagina 466
466
JAAROVERZICHT
denkt er echter niet over om hier zelfs maar studie aan te wijden. Opvallend was het besluit van en Anglicaanse geestelijke die ontslag vroeg. Predikant binnen de protestantse gemeente zag ze nog wel zitten, maar haar moeite lag in de bediening van het avondmaal, omin onze eigen vertrouwde termen te blijven. De vrouw in het ambt was ook een thema in Zuid-Afrika voor de Gereformeerde kerke in SuidAfrika. Deze kerken hebben besloten dit niet toe te staan. Wel gaan zij correspondentie voeren met de GKv. Heeft een predikant de taak geestelijk leider te zijn? Daar is veel over geschreven vorig jaar. Ook met aandacht voor de vele falende leiders. Als je jezelf tussen Christus en de mensen duwt, val je vroeg of laat door de mand. Maar als je bereid bent om te dienen, kan je capaciteit als leider van grote betekenis zijn voor de gemeente, ook in het pastoraat bijvoorbeeld. Bij ambt hoort leiding geven. 6.4 de diaconale functie Solidariteit. Dat was het thema waarbij dr. P.W.van der Kamp de diakenen bepaalde op hun jaarlijkse studiedag, de centrale diaconale conferentie. De solidariteit van de diakenen is gegrond op die van Christus. Paulus beschrijft die indrukwekkend in Filippenzen 2. Z loopt als een rode draad door al het werk van de diakenen heen. Dit jaar stond in het teken van de Michacampagne. Een actie gericht op bewustwording van de moeiten in de wereld en de bereidheid om mensen in nood te helpen. Het is geen actie waarbij eenmalig geld nodig is; de bedoeling is om in een paar jaar in elk geval de milenniumdoelen van de verenigde Naties bereikt te hebben. De actie is breed uitgezet binnen de kerkelijke gemeenschappen van Nederland. Solidariteit is ook in Nederland zelf een thema. Zeker nu de regering de bal van de sociale verzorging weer teruglegt bij de burger. Diaconieën hebben te maken met de nieuwe WMO. Het is nog even afwachten wat de consequenties ervan precies zijn. 7. Kerk naast andere kerken Christelijke Gereformeerde kerken Bij de lokale kerken is vermeld dat hier en daar er verblijdende berichten te vernemen zijn over verdergaande eenwording. Langzamerhand groeit de erkenning en de waardering. Toch gaat het niet overal goed. In de kranten verscheen het bericht dat de samenwerking vaak moeizaam verliep waar de Christelijke gereformeerde kerken een ‘bewaar het pand-gemeente’ vormen. Daar blijven de oude gesprekspunten over toeëigening van het heil nog volop actueel, ondanks de erover al jaren geleden bereikte overeenstemming. Nederlands-Gereformeerde kerken Het was dit jaar veertig jaar geleden dat de Open brief verscheen. Een door een aantal predikanten ondertekend schrijven aan de tehuisgemeente in Groningen, waarin uitspraken gedaan werden over het fundament van de kerken en waarin ook duidelijk bleek dat er wel waardering was voor de vrijmaking van 1944, maar niet als reformatie van de kerk. Deze brief was aanleiding voor het ontstaan van de buitenverband kerken, later de Nederlands Gereformeerden. Wie nu de stukken leest van lang geleden, merkt hoe diep het bij de broeders en zusters zat. De synodes van
5630-handboek2007
14-02-2007
JAAROVERZICHT
11:18
Pagina 467
467
Amersfoort-West en Hoogeveen hebben uitspraken hierover gedaan en daarmee was het gesprek jarenlang over en uit. De verwachting was toen dat de kerken buiten verband snel zouden afglijden richting de synodale kerken. Toen in het Nederlands Dagblad de emeritus hoogleraar J.Kamphuis herinnerd werd aan deze profetie, gaf hij toe dat die niet uitgekomen is. Iets om dankbaar voor te zijn. Nu alles veertig jaar geleden gepasseerd is, leek het een goed moment om bij die gebeurtenissen stil te staan. Dat gebeurde onder andere in een gezamenlijk nummer van De Reformatie en Opbouw dat geheel gewijd was aan deze dingen. Ook het gezamenlijke congres over de hoogleraar C.Veenhof is een uiting van de gegroeide verbondenheid. Dat dit gezamenlijk kon, was onder meer mogelijk denk ik, omdat al duidelijk was geworden dat er een verblijdende overeenstemming is tussen beide kerken juist op het punt van de belijdenis. Daarover is een gezamenlijke verklaring uitgegeven van onze deputaten en hun commissie om dat te onderstrepen. Dat betekent dat op een wezenlijk punt van verschil, de hantering van de belijdenis, er een grote stap vooruit gezet is. We zijn er daarbij nog niet. Op het moment is het een punt van bespreking dat de NGK-kerken de ambten hebben opengesteld voor vrouwen. In de vrijgemaakte kerken kan dat niet. Overigens is dit onderwerp wel in bespreking en studie. Toch blijft het verleden liggen. Er klinken dan ook telkens geluiden om nog eens kritisch te kijken naar wat er gebeurd is 40 jaar geleden en naar de manier waarop. Anders blijft het verleden je achtervolgen. Hetzelfde geldt voor de vrijmaking. Een prachtig gebeuren, dat ook helder voor vandaag de identiteit van de kerk aangeeft: geen andere dan recht te doen, gerechtigheid lief te hebben en ootmoedig te wandelen met uw God. Geen binding boven de schrift uit. Tegelijk ook een gebeuren dat telkens vragen oproept . Een benadering van de bijzonder hoogleraar G.Harinck is dan die vanuit de cultuur van die tijd. Hij geeft die in het nieuwe handboek Nederlandse kerkgeschiedenis. Beide dingen hangen samen: een van de veertig jaar geleden in geding zijnde punten was immers de waardering van de vrijmaking als werk van God. Om nu al dichter bij elkaar te komen, heeft de predikant Sieds de Jong voorgesteld een nieuwe Open Brief te schrijven, maar nu een met verontschuldigingen en een vraag om vergeving van onterechte en te snelle schorsingen indertijd. Dit heeft niet voldoende weerklank gevonden om meer te zijn dan een gebaar van hemzelf. Ook niet iedereen blijkt in te stemmen met de geconstateerde overeenstemming. En hoeveel zijn we zelf veranderd; Ds. Schoep, een van de sleutelfiguren uit die tijd, heeft de indruk dat de ruimte binnen de vrijgemaakte kerk nu groter is dan hij indertijd voorstond. Gebed om eenheid Al een groot aantal jaren organiseert het Gereformeerd Appel gebedssamenkomsten voor de eenheid. Zorgen zijn daar uitgesproken over de traagheid waarmee dit proces verloop. Och is het goed om te blijven bidden voor de zichtbare eenheid van christenen die de verschijning van Christus hebben liefgehad. Achter de noodzaak van zichtbare eenheid zette prof.dr.L.Wierenga in het Nederlands Dagblad vraagtekens. Soms komt het niet tot een gesprek. De synode van de hersteld-gereformeerden besloot de duur de synode van Amersfoort-West uitgestoken hand niet te aanvaarden en noemde de brief zelfs onwaarachtig. Je kunt je daarbij afvragen of gezien de inhoud van de brief de afwijzing niet te verwachten was. Maar de afwijzing als on-
5630-handboek2007
14-02-2007
11:18
Pagina 468
468
JAAROVERZICHT
waarachtig gaat wel heel ver. Zelf ga ik liever ervan uit dat ook mensen met wie ik het radicaal oneens ben, hun standpunt innemen ook voor het aangezicht van God. Juist daarom is het gebed om eenheid tussen Gods kinderen ook altijd een gebed van verootmoediging over de opgetrokken schotten en de al lang niet meer als zodanig gevoelde belemmeringen die we zelf opwerpen. De deputaten voor kerkelijke eenheid hebben de kerken ook gevraagd daarvoor te bidden op 5 november 8. Betrokkenheid bij de wereld ChristenUnie Voor de ChristenUnie was 2006 het jaar van de doorbraak. Terwijl de banden met de SGP losser gemaakt werden, kon de partij zich beter profileren. Dat bleek al bij de gemeenteraadsverkiezingen van vorig voorjaar. Op veel plaatsen kon de ChristenUnie flink wat winst halen. Ze bleek een grote aantrekkingskracht te hebben op andere christenen. Van evangelische overtuiging en ook van Roomskatholieke zijde was er belangstelling. Dat levert een spanning op. De unie heeft een grondslag en die verwijst naar de gereformeerde belijdenisgeschriften in hun waarde voor de politiek. Nu is die grondslag op zichzelf een soort compromis tussen de oude van GPV en RPF. Had het GPV de hele belijdenis als grondslag, de RPF was daarin beknopter: alleen die gedeelten die voor de politiek relevant zijn. Ook de tegenstander van de kinderdoop kon zonder zich in allerlei bochten te wringen lid zijn van die partij – en in deze tijd van de Christen Unie. Het succes bij de gemeenteraadsverkiezingen roept de vraag op of de grondslag met de expliciete verwijzing naar de gereformeerde belijdenis aangepast moet worden. Staat die grondslag verdere groei in de weg? Het Wetenschappelijk Instituut van de CU, de Groen van Prinstererstichting, zwengelde die discussie aan in hun blad Denkwijzer. Voor wie het na wil lezen; het is te vinden op de website van de Christenunie, www.christenunie.nl., onder documenten>magazines>denkwijzer. Het gaat om het nummer van april 2006. Opvallend is tot nu toe het ontbreken van een reactie waarin men het heel duidelijk opneemt voor de grondslag met zijn verwijzing naar de belijdenis. Terwijl wij daarover tien jaar geleden nog zwaar discussieerden, is het nu niet meer vanzelfsprekend om dat weer te doen, behalve in Ingezonden brieven in de krant. Vermoeidheid? Ik vermoed dat er meer aan de hand is. Tussen toen en nu ligt de discussie over de hermeneutiek. In nieuwere opvattingen daarover gaat het daarbij om de manier waarop we van de bijbel van lang geleden naar vandaag komen. Dat speelt ook een rol in de concrete politieke stellingnames. Dat zit voor een deel al in de fundering zelf. Die spreekt immers over wijsheid voor vandaag. Wijsheid gaat in de bijbel zelf altijd over de toepassing van Gods geboden. Zie in Denkwijzer het artikel van Cees Stavleu over de omgang met de bijbel. Een ander opvallend punt in het nummer van Denkwijzer is de verschuiving in de manier waarop we met elkaar tegen de samenleving aankijken. Vooral als het gaat om de plek van de kerk daarin. Drs. Ad de Bruijne geeft zelfs als zijn visie door dat de rechte lijn die vroeger getrokken werd van kerk naar politiek ons nu in de liberale samenleving in de weg staat. Juist het denken vanuit de eigen zuil maakt het gemakkelijk het geloof als privézaak te zien.
5630-handboek2007
14-02-2007
JAAROVERZICHT
11:18
Pagina 469
469
In het najaar waren er de Tweede-Kamerverkiezingen. De partij kon het opvallende resultaat boeken van 6 zetels, een behoorlijke winst. Dit leidde ertoe dat ze meedoet aan de formatiebesprekingen voor het nieuwe kabinet, samen met J.P.Balkenende en W.Bos. Als dit jaaroverzicht geschreven wordt, is de tekst van het regeerakkoord nog niet bekend. De verwachtingen zijn misschien hoog gespannen. Wat kunnen ze nog bewerken in het geseculariseerde Nederland van vandaag? De marges waarbinnen geopereerd kan worden, zijn smal. Het stelt ook voor indringende vragen rond de toelaatbaarheid van een compromis. Het doet altijd pijn, maar hoeveel pijn kun je daarbij verdragen. We wensen de heren en dames politici alle wijsheid van God toe om in deze tijd en naar Nederland en naar de eigen achterban een goede koers te varen. Een punt waarop dat zeker nodig is, geldt de houding ten opzichte van de democratie. Andre Rouvoet heeft een aanbeveling voor een wat merkwaardig boek geschreven waar hij achteraf spijt van heeft. Het kan gelezen worden als een afscheid van de democratie. Velen zijn er ook boven opgesprongen om de suggestie te wekken dat Nederland een achterlijk land zou worden als de ChristenUnie mee zou gaan regeren. Nu is het zeker zo dat vanuit de geschiedenis van de christelijke politiek in Nederland er altijd een behoorlijke reserve geweest is ten opzicht van de staatsvorm en de grondwet zoals wij die sinds 1848 kennen. Daarin komt immers het principe van de volkssoevereiniteit uit en dat wijze we af met van Prinsterer en Kuyper (die dit jaar het slachtoffer werd van een biografie die er blijk van gaf hem niet te kunnen volgen in zijn diepste motivatie). Dat wil echter helemaal niet zeggen dat het maar oppassen geblazen is met de ChristenUnie voor het behoeden van de democratische waarden in deze wereld. Ik zie dan ook voorlopig geen reden om van dit oude antirevolutionaire standpunt af te wijken. Deze discussie werd aan het begin van het jaar in feite al gevoerd aan de Vrije universiteit met en studie over de publicatie van Abraham Kuyper over het Calvinisme als oorsprong van onze vrijheden. Vrijheid van Onderwijs 2006 was voor het onderwijs een markant jaar. Allereerst omdat elke keer opnieuw en dus ook vorig jaar de vraag gesteld werd naar de vrijheid van onderwijs. Dit keer heel helder door Patrick van Schie, die daarover als liberaal schreef in Christendemocratische verkenningen. Voor hem mogen de religieuze privileges afgeschaft worden. Daar horen zeker de bijzondere scholen bij. Dr. Kars Veling ziet echter een andere oplossing. Hij wil met het bijzonder maken van alle scholen bereiken dat het gemorrel aan artikel 23 dat de vrijheid van onderwijs waarborgt, eindelijk eens ophoudt. Ook Eimert van Middelkoop had dit standpunt verdedigd. Is het niet heel liberaal om onderwijs juist aan de ouders over te laten? Het bleek ook in antirevolutionaire kringen een oude gedachte te zijn. Bij Veling speelt nog iets anders een rol: hij wil ook van de richtingen af waaruit je nu kunt kiezen. Laat iedere school zijn eigen identiteit bepalen. Dat levert ook heel wat minder problemen rond het toelatingsbeleid op. Mr. J.J. van der Tol vind dit echter de nekslag voor gereformeerd onderwijs. Veel van die scholen zijn nu toegelaten als laatste school van een richting; dat kan in de optiek van Veling niet meer. Identiteit is echter een onderwerp dat ook vorig jaar in de belangstelling stond. Terwijl de bouwer aan de gereformeerde school overleed (Klaas Nolles, 1910-2006) zijn de scholen zelf op zoek naar hun identiteit. Die is niet te vangen in een grondslag alleen, werd betoogd op een speciale bijeenkomst over de identiteit. Het gaat
5630-handboek2007
14-02-2007
11:18
Pagina 470
470 ook om de praktische invulling daar van voor de klas. De besturenorganisatie kwam kort daarvoor met een basisdocument over de identiteit. Dat moet om de vijf jaar herzien worden. 9. Afsluiting Een van de vele mooie dingen van het jaar 2006 was het congres Kerk waar ben je, van de Deputaten voor de Toerusting van de Evangeliserende Gemeente. Je kunt daar alles over nalezen op de website www.missionair.nl. Mooi vanuit mijn optiek omdat daar precies bij elkaar komt, waar het in dit jaaroverzicht over gaat. Kerkzijn in het Nederland van 2006. Evangelisatie, niet als hobby voor de enkelingen, maar als bestaanswijze van de gemeente. Wat gaat dat in de praktijk betekenen? Je visie op kerkzijn werkt door in de praktijk. Het is belangrijk omdat uit het materiaal van dit congres blijkt dat het hebben van visie heel praktisch is. Het stimuleert enorm. Zo leeft de kerk. Juist zulke dingen stimuleren om ook het jaaroverzicht die positieve instelling mee te geven. Vanuit de zekerheid dat wij hier in onze tijd bezig zijn om zo getrouw mogelijk Christus te dienen, maar dat Hij zelf onvermoeibaar doorgaat met de vergadering van zijn gemeente van het begin van de wereld tot aan het einde. De toekomst is van Christus en voor zijn gemeente. 1
2
ds. H.A. Speelman, Pantsjewier 43, 9073 HM Marrum, (0518) 411933, a
[email protected], rekening 3341666 In vroegere edities van het handboek stond een overzicht van beroepbare predikanten en kandidaten. Het werd ook wel eens in de Reformatie bijgehouden. Tegenwoordig verleent het deputaatschap 'Dienst en Recht' goede diensten door predikanten en gemeenten bij elkaar te brengen. De kerken van Vollenhove en Balkbrug melden dat op die manier een goed ruiling tot stand is gekomen. Wellicht is het te overwegen om op een website toch nog een lijstje van beroepbare predikanten en kandidaten beschikbaar te houden.