Instituut Asbestslachtoffers
Verslag over 2011
Instituut Asbestslachtoffers (IAS) Het Instituut Asbestslachtoffers (IAS) adviseert de Sociale Verzekeringsbank (SVB) over het recht op een tegemoetkoming voor asbestslachtoffers met de ziekte mesothelioom. Daarnaast bemiddelt het IAS tussen (ex-)werkgevers en (ex-)werknemers over het betalen van een schadevergoeding. Het IAS is daarvoor in 1999 opgericht door organisaties van werkgevers en werknemers, het Comité Asbestslachtoffers, het Verbond van Verzekeraars en de overheid. Meer informatie vindt u op de website van het IAS: www.asbestslachtoffers.nl.
Colofon Uitgave van Instituut Asbestslachtoffers IAS publicatie 2012/1 Redactie Simone Aarendonk Derk Morreau Machiel van der Woude Druk en vormgeving Elan Strategie & Creatie BV Maart 2012
Inhoudsopgave • Voorwoord
2
• Het IAS in 2011
4
• Juridische ontwikkelingen
28
- Schadevergoeding bij mesothelioom - Schadevergoeding bij andere asbestziektes
- Resultaten bemiddeling en advies
- Straffen en boetes bij illegale asbestverwijdering
- Samenwerking met BSA, SVB, NKAL
- Asbest en scholen
- Asbestose
- Slachtoffer moet zelf TNS aanvragen
- Ontwikkeling datastructuur/IAS Monitor
- Pleidooi voor internationaal strafhof asbest
- Onderzoek • IAS Monitor
- Voorlichting
- TAS/TNS • Kerncijfers IAS 2011
8
- Beroepen/sectoren - Asbest en mesothelioom
- Instroom, uitstroom, voorraad
14 16, 18 20
- Regeling TAS en Regeling TNS • Interviews
- Afgewikkelde aanvragen - Resultaten 2000-2011 • Klanttevredenheid
13
• Epidemiologische ontwikkelingen
15
- Joop Atsma
7
- Jan Mulder
17
- Mario van Mierlo
19
- André Mol
23
- Jos Werner
27
- Aantal mensen met mesothelioom in Nederland • Nieuws
- Kenmerken asbestslachtoffers IAS
- Politiek • Nederlandse asbestontwikkelingen
21
- Onderzoek TNO/RIVM: risicogroepen
6
- Asbest en verzekeringen
22
- Voorlichting
26
asbestblootstelling - Beleid kabinet en advies Sociaal-Economische
• Personalia
31
• Financieel verslag over 2011
32
• Controleverklaring onafhankelijke accountant
42
• Missie, taken en werkwijze
43
Raad (SER) • Internationale ontwikkelingen - Asbestproductie en gebruik
24
- Internationale ontwikkeling asbestziekten 1
• Summary
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
44
Voorwoord Ook in 2011 hield asbest de wereld ernstig bezig. In Europa en Noord-Amerika is men druk doende de gevolgen van de grootschalige toepassing van asbest in de periode 1960-1985 te inventariseren en aan te pakken. Op andere continenten wordt asbest nog gebruikt om de economie te stimuleren en de woningen te voorzien van goedkope daken. De wereldproductie van asbest nam zelfs nog iets toe, ondanks alle gevaren voor de gezondheid en de enorme maatschappelijke kosten die dit onvermijdelijk met zich mee brengt. In een editorial van de IAS-nieuwsbrief, verschenen in oktober 2011, wordt hier onder de titel ‘L’histoire se répète bij stil gestaan. De harde asbestlessen uit het verleden worden in opkomende landen als India, China en Brazilië nog steeds niet getrokken. Dit onder invloed van de economische belangen en het door de lange latentietijd nog relatief beperkte aantal asbestslachtoffers. Het wordt tijd, zo eindigt deze editorial, dat de westerse landen het voortouw nemen. Het IAS draagt al vast via haar internationale netwerk, waar mogelijk een steentje bij. Dat geldt ook voor Nederland, waar het besef van de negatieve gevolgen van asbestblootstelling inmiddels groot is. Ook bij de overheid. In dit verslag onderstreept staatssecretaris Atsma van Infrastructuur en Milieu dat de aanpak van asbest voor hem een prioritair onderwerp is. Hij neemt een samenstel van maatregelen om die aanpak inhoud te geven. Bij elkaar is het een geweldige operatie om de 777.000 ton asbestvezels, die na de Tweede Wereldoorlog in ons land in duizenden producten is verwerkt, het hoofd te bieden. Dit op basis van informatie over de talloze plekken waar asbest is toegepast. De heer Atsma noemt in dit verband het Landelijk Asbest Volg Systeem (LAVS), dat alle handelingen met asbest, van inventarisatie tot vrijgave, in kaart dient te brengen. Daarnaast zou het Asbest Blootstellings Register (ABR) kunnen voorzien in de informatiebehoefte. Dit in 2012 door het IAS te ontwikkelen datasysteem biedt mensen die aan asbest zijn blootgesteld, maar niet ziek zijn, de mogelijkheid de omstandigheden te laten vastleggen waaronder zij aan asbest zijn blootgesteld. Op deze manier kan de rechtspositie van betrokkenen in de toekomst, wanneer een asbestziekte zich heeft geopenbaard, worden versterkt en kunnen beleidsrelevante ontwikkelingen op asbestgebied in kaart worden gebracht. Wat betreft de kennisontwikkeling over de asbestsituatie in Nederland is 2011 een belangrijk jaar geweest voor het IAS. In nauwe samenwerking met de Sociale Verzekeringsbank (SVB) en de Nederlandse Kanker Registratie (NKR) is de databank van het IAS flink uitgebreid met kerncijfers over asbest en mesothelioom. De onderzoeksgegevens zijn via de website van het IAS (www.ias.nl) onder de noemer IAS Monitor voor iedereen beschikbaar. Raadpleging van de monitor leert o.a. dat momenteel ca. 500 mensen (merendeels man en voor een groot deel boven de 65) per jaar de diagnose mesothelioom krijgen, dat de diagnose op 2
steeds hogere leeftijd wordt gesteld en dat de meeste mesothelioompatiënten in Zuid-Holland wonen. De IAS Monitor bevat nu ook gegevens over de meest risicovolle sectoren en beroepen waar werknemers met mesothelioom hebben gewerkt en gegevens met betrekking tot verschuivingen in de tijd tussen de sectoren en beroepen. Verder wordt het verband in kaart gebracht tussen medische kenmerken en beroep van de mesothelioompatiënt. Het ligt in de bedoeling om dit data onderzoek in 2012 voort te zetten. Het is nu mogelijk de asbestkaart (www.asbestkaart.nl), die in 2002 in opdracht van het IAS door de Erasmus Universiteit Rotterdam en de Technische Universiteit Delft is ontwikkeld, te valideren. Ook kan meer inzicht verkregen worden in de manier waarop werknemers met mesothelioom aan asbest zijn blootgesteld in relatie tot bepaalde medische, demografische kenmerken als overlevingsduur, leeftijd en geslacht.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
In 2011 handelde het IAS wederom een groot aantal aanvragen van mesothelioomslachtoffers af. Gelet op de prognoses, hoe moeilijk ook te geven, is het helaas de verwachting dat deze instroom in de eerstkomende jaren niet zal afnemen. Zaak dus om de afhandeling van aanvragen zo zorgvuldig, snel en laagdrempelig als mogelijk te blijven doen en waar mogelijk nog verbeteringen in de procedure door te voeren. In dat kader is het van belang dat de dienstverlening van het IAS regelmatig uitgebreid gemonitord wordt, o.a. via een belevingsonderzoek en een evaluatie van het huisbezoek. De bemoedigende resultaten hiervan over 2011 vindt u in dit jaarverslag. Om de aanvragen goed en snel af te handelen is de volledige medewerking noodzakelijk van werkgevers en de verzekeraars. Beide groepen staan via hun organisaties (VNO-NCW, MKB-Nederland, LTO Nederland, VSO (overheidswerkgevers) en het Verbond van Verzekeraars) mede aan de wieg van het IAS en participeren tot op heden nog volop in het instituut. In dit jaarverslag komen vertegenwoordigers van de werkgevers en verzekeraars, die nauw betrokken zijn bij het IAS aan het woord. De heer Van Mierlo van VNO-NCW/MKB Nederland onderstreept de goede samenwerking tussen de verschillende partijen en wijst er op dat het ook in het belang van werkgevers is de aanvragen zo goed mogelijk af te handelen. De heer Mol, contactpersoon namens het Verbond van Verzekeraars en via verzekeraar Allianz al lang betrokken bij het asbestdossier in de scheepsbouwindustrie, wijst op de aanzienlijke bekorting van de aansprakelijkheidsprocedure die door het IAS tot stand is gebracht, de primaire reden waarom het IAS aan het eind van de vorige eeuw is opgericht. Voor de mensen met mesothelioom die door blootstelling aan asbest zo zwaar getroffen zijn is een korte, zo min mogelijk belastende procedure van grote betekenis. Dat wordt in dit verslag beaamd door de heer Mulder die door zijn werk in de bouw in de jaren zestig en zeventig nu geconfronteerd wordt met deze ziekte. Zijn bijzondere verhaal is er helaas één uit vele. Van belang is dat al die patiënten optimaal worden geïnformeerd, een situatie waarvoor de heer Werner, de nieuwe voorzitter van de Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties (NKF) een lans breekt in dit jaarverslag. In dat verband kunnen de sociale media veel gaan betekenen. Tot slot past een woord van dank aan de organisaties waarmee het IAS intensief en vruchtbaar samenwerkt. Wij zijn de SVB, BSA Schaderegeling, het Nederlands Mesotheliomen Panel (NMP), de werkgroep Mesotheliomen van de longartsenvereniging NVALT, TNO en het Nederlands Kenniscentrum Arbeid en Longaandoeningen (NKAL) zeer dankbaar voor hun grote inzet. Samen met deze organisaties zal het IAS zijn werk met onverminderde energie in de toekomst blijven vervullen. Het is belangrijk werk dat al deze aandacht verdient. Den Haag, 1 maart 2012 3
M.R. van der Heijden, voorzitter
M.A. van der Woude, directeur
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Het IAS in 2011 12 jaar na oprichting van het Instituut Asbestslachtoffers (IAS) overschrijdt het totale aantal aanvragen de 5000. Sinds 2008 ligt het aantal aanvragen steeds boven de 500 per jaar. Hierna volgt een toelichting op de resultaten en de belangrijkste gebeurtenissen in 2011.
Resultaten bemiddeling en advies Het IAS neemt in 2011 554 aanvragen in behandeling en wikkelt 587 aanvragen af. In totaal zijn in de afgelopen 12 jaar 5256 aanvragen in behandeling genomen. Aan de Sociale Verzekeringsbank (SVB) worden in 2011 535 adviezen afgegeven in verband met een aanvraag voor een tegemoetkoming in het kader van de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers (TAS) of de Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers van mesothelioom (TNS), 410 voor een TAS en 125 voor een TNS. Het IAS adviseert de SVB voor 454 aanvragen (84,9%) de tegemoetkoming toe te kennen, verdeeld over 347 (76,4%) positieve adviezen voor een TAS en 107 (23,6%) voor een TNS-tegemoetkoming. Sinds de invoering van de regeling TAS in 2000 en de regeling TNS in december 2007 hebben 3349 slachtoffers na een positief advies van het IAS een financiële tegemoetkoming ontvangen in de vorm van een voorschot of eenmalige uitkering (€ 18.392,- (2011). Deze groep bestaat voornamelijk (90%) uit mannen. Bijna driekwart is boven de 65. 59% van de in 2011 afgewikkelde bemiddelingen voor werknemers of huisgenoten resulteert in volledige schadevergoeding voor de aanvrager (€ 58.026,- normbedrag 2011). De resultaten van het belevingsonderzoek laten zien dat de slachtoffers of hun contactpersonen de werkwijze van en benadering door het IAS goed beoordelen. Ook het huisbezoek wordt op prijs gesteld. Op pagina 13 worden deze resultaten nader toegelicht.
Samenwerking met BSA, SVB en NKAL Letselschadespecialist BSA Schaderegeling BV verzorgt voor het IAS de afhandeling van aanvragen voor tegemoetkoming en bemiddeling tussen asbestslachtoffers met mesothelioom en hun (ex-)werkgevers. Per 1 april 2011 is de samenwerkingsovereenkomst met BSA verlengd tot 1 januari 2015. Op hoofdlijnen stemt deze overeenkomst inhoudelijk overeen met de vorige. Naast uitvoering van de regelingen TAS en TNS heeft de SVB in 2011 het IAS ondersteund in de verdere ontwikkeling van haar kennisfunctie (zie hierna onder Ontwikkeling datastructuur). Ten behoeve van de bemiddeling start het IAS in 2011 een samenwerking met het Nederlands Kenniscentrum Arbeid en Longaandoeningen (NKAL). Dit instituut ontwikkelt, verspreidt en past ‘evidence based’ kennis toe op het gebied van diagnostiek, behandeling en preventie van arbeidsgerelateerde longaandoeningen.
Asbestose 4
De convenantpartijen bereiken in 2011 overeenstemming over uitbreiding van de dienstverlening van het IAS naar asbestslachtoffers met de ziekte asbestose, een stoflongziekte veroorzaakt door asbestblootstelling. Als uitgangspunt is overeengekomen dat de te verstrekken tegemoetkoming, net als in de TAS-regeling, op een aansprakelijke werkgever zal worden verhaald. Het IAS heeft hierover in oktober per brief de staatssecretaris van SZW geïnformeerd. Zodra de staatssecretaris zijn fiat geeft, kan de regeling verder worden uitgewerkt.
Ontwikkeling datastructuur/IAS Monitor De samenwerking met de SVB heeft in 2011 geleid tot verdere ontwikkeling van de datastructuur van het IAS. Met name de IAS Monitor is verbeterd en uitgebreid. De IAS Monitor laat op de website van het IAS in de vorm van interactieve figuren (flash) een aantal relevante cijfers zien over het asbestgebruik,
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
specifieke kenmerken van asbestslachtoffers en de ontwikkeling van de ziekte mesothelioom, zowel in Nederland als wereldwijd. Daarbij is gebruik gemaakt van gegevens van de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) en uit de databanken van het IAS en de SVB. In 2011 zijn uit de databank van het IAS een aantal kenmerken van asbestslachtoffers op een rijtje gezet. Het gaat onder andere om de meest risicovolle sectoren en beroepen waar werknemers met mesothelioom hebben gewerkt en gegevens met betrekking tot verschuivingen in de tijd tussen de sectoren en beroepen. Verder is een vergelijking gemaakt tussen slachtoffers die als werknemer aan asbest zijn blootgesteld (TAS) en degenen die op een andere manier met asbest in aanraking zijn geweest (TNS). Daarnaast wordt het verband in kaart gebracht tussen de medische kenmerken en het beroep van de mesothelioompatiënt. Enkele opvallende resultaten: - 80% van de aanvragers is als werknemer met asbest in aanraking geweest; - er is sprake van onderaanmelding door vrouwen met mesothelioom; - asbestblootstelling vond vooral plaats in de bouwnijverheid/installatiebouw en in de industrie; - timmerman en monteur zijn de meest voorkomende beroepen in de databank van het IAS. In dit jaarverslag wordt op de pagina’s 14, 16, 18 en 20 een aantal belangrijke gegevens uit de IAS Monitor weergegeven. Zie verder op www.ias.nl.
Onderzoek In het Medisch Onderzoeksprogramma (MOPI) is in 2011 de eindrapportage inzake de evaluatie van het medisch protocol afgerond. Belangrijke conclusie is dat biomarkers weinig waarde hebben in het kader van vroegontdekking van mesothelioom. Ze zijn onvoldoende betrouwbaar om de diagnostische waarde van het Nederlands Mesotheliomen Panel (NMP) te kunnen vervangen. Onderzoekers van de Erasmus Universiteit concluderen in het voorjaar van 2011 dat rechters voor smartengeld aansluiting zoeken bij het IAS-normbedrag. Aanleiding voor dit onderzoek in opdracht van het IAS was een opmerking in de Raad van Toezicht en Advies dat bij een bepaalde zaak het smartengeld hoger uitviel dan normaal door het IAS wordt bemiddeld. Ook is in 2011 een startnotitie voor een asbestblootstellingsregister uitgewerkt. Achtergrond voor dit project is een voorstel van de FNV om relevante informatie over de asbestblootstelling zo snel en volledig mogelijk vast te leggen en zo een beeld te krijgen waar de huidige risico’s op asbestblootstelling liggen.
Voorlichting Het IAS verricht in 2011 allerlei voorlichtingsactiviteiten, zowel voor haar primaire doelgroep, de asbestslachtoffers, als voor andere betrokkenen. De patiëntenfolder wordt begin 2011 vernieuwd en breed verspreid. Voor longartsen is een handzaam boekje samengesteld met praktische informatie over werkwijze van het IAS. Inleidingen worden verzorgd voor asbestsaneerders en relaties van de bedrijven Search en Hertel, studenten van de Erasmus Universiteit en voor deelnemers aan het symposium ter gelegenheid van de benoeming van dr. Paul Baas tot bijzonder hoogleraar Pulmonale Oncologie aan de Faculteit Geneeskunde van de Universiteit van Amsterdam. Verder is de startpagina van de IAS-website vernieuwd. De verschillende rubrieken en het aanmeldingsformulier zijn hierdoor meer toegankelijk. Speciale aandacht is er voor donaties. De laatste tijd ontvangt het IAS met enige regelmaat donaties van slachtoffers en nabestaanden. Het geld wordt in overleg met de betrokkenen besteed aan wetenschappelijk onderzoek op het gebied van asbestziekten. Bijna 25.000 mensen bezoeken in 2011 minimaal één keer de IAS-website. Aan een vast adressenbestand wordt vier keer de elektronische nieuwsbrief verstuurd met informatie over gebeurtenissen die wereldwijd plaatsvinden op aan asbest gerelateerde thema’s op het gebied van gezondheid, recht en politiek. Geïnteresseerden kunnen de nieuwsbrieven van de website downloaden.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
5
Nieuws Politiek Resultaten asbestdebat Tweede Kamer De Tweede Kamer neemt in april vijf moties aan inzake het asbestbeleid. Samengevat:
meeste schoolbesturen weten niet of dat bij hen ook het geval is.
dering moeten voor particulieren betaal-
Verhuurder heeft asbestinformatieplicht
baarder
De Tweede Kamer vraagt de regering afspra-
1. kosten en procedures voor asbestverwijen
aantrekkelijker
worden
ken met (brancheverenigingen van) verhuur-
gemaakt; 2. verhuurders moeten huurders gaan informeren als een woning asbest bevat; 3. de pakkans bij illegale asbestverwijdering
ders te maken om hun huurders te informeren als zij kennis hebben van de aanwezigheid van asbest, nog voordat de situatie onveilig wordt. In een brief meldt minister Donner
moet omhoog; 4. scholen moeten direct maatregelen tref-
(BZK) de Tweede Kamer dat woningcorpora-
fen als er sprake is van direct asbestge-
tiekoepel Aedes in overleg met het ministerie
vaar;
van Infrastructuur en Milieu (I & M) aan de uit-
5. er moet een protocol komen dat duidelijk
werking van de motie werkt en al een aantal
maakt op welke wijze een ziekenhuis
acties in gang heeft gezet om de voorlichting
moet handelen als er sprake is van asbest
aan huurders te verbeteren.
in het gebouw.
Scholen moeten asbest in kaart brengen
6
zig in oudere schoolgebouwen, maar de
Verbod op asbestdaken niet eerder dan 2024 Staatssecretaris Atsma van I & M houdt vast
Scholen moeten uiterlijk voor juli 2012
aan het jaar 2024 als moment waarop asbest-
weten of in hun gebouwen asbest aanwezig
daken definitief uitgebannen moeten zijn.
is. Staatssecretaris Atsma (I & M) maakt hier-
Dat is 30 jaar nadat het gebruik van asbest
over in 2011 afspraken met de branche-
werd
organisaties. In een uitzending van het tv-
Kamerleden zouden graag zien dat er eerder
programma Zembla in januari werd gesteld
een verbod wordt ingesteld. Atsma vindt dat
dat bij één op de vier middelbare scholen
niet verantwoord. Hij wijst op de gevolgen
die zijn onderzocht op de aanwezigheid van
voor veel boerenbedrijven met schuren en
asbest, er een gevaar voor de volksgezond-
stallen met een asbestdak. Die zijn in veel
heid bestaat. Bij basisscholen gaat het om
gevallen nog lang niet afgeschreven. Verder
één op de twintig. Atsma benadrukt dat het
is het lastig om daken met asbest in kaart te
gevaar van asbest op school in eerste instan-
brengen. Dat maakt handhaving van een
tie een verantwoordelijkheid is van de
verbod moeilijk.
schoolbesturen. Het gebruik van asbest is sinds 1993 verboden. Het is vaak nog aanwe-
verboden.
Verschillende
* Voor bronvermelding zie website IAS: www.asbestslachtoffers.nl onder Nieuws
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Tweede
Interview Joop Atsma, staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu (I &M)
‘Voor een gezond, veilig en asbestvrij Nederland’ ‘Asbest is levensgevaarlijk. Daarom bestaan er al jaren strenge regels voor asbest. Het advies van de Gezondheidsraad [2010] was een ‘wake up call’. Probleem is dat asbest overal aanwezig is: in wegen, in gebouwen, in woningen, op daken. We hebben het jarenlang toegepast tot het verbod in 1993. We zitten kortom met een historische erfenis van vele miljoenen tonnen asbest. En daarom stel ik alles in het werk om verantwoordelijke partijen aan te sporen tot asbestverwijdering. Scholen, woningcorporaties, asbestbedrijven, overheden en particulieren; allen moeten alert en actief zijn in de aanpak van asbest. Mijn inzet is: maximaal voorkomen van blootstelling aan asbest. De veiligheid en gezondheid van mensen moet voorop staan. Daarom werk ik aan betere informatie, betere bewustmaking van burgers en bedrijfsleven en beter toezicht en handhaving door uniforme en eenvoudige regelgeving. Ik geef een paar praktische voorbeelden van hoe ik de asbestproblematiek aanpak. - Dit jaar starten we met een zogeheten Landelijk AsbestVolgSysteem [LAVS]. Doel is alle handelingen met asbest -van inventarisatie tot asbestvrijgave- eenvoudiger, duidelijker en krachtiger maken. Dit systeem gaat veel lastenverlichting opleveren voor overheden en bedrijven. En belangrijker: zij zullen effectiever en doelmatiger te werk kunnen gaan met het inventariseren en verwijderen van asbest. - Een ander voorbeeld is de aanpak van asbest in schoolgebouwen. Ik pleit ervoor dat gemeenten en scholen een actiever asbestbeleid voeren. Dat wil zeggen een inventarisatie maken en vervolgens het asbest verwijderen of beheersbaar maken. Schoolbesturen moeten in 2012 geïnventariseerd hebben of hun schoolgebouwen asbest bevatten. Anders zal ik hen verplichten tot een asbestinventarisatie. In dit kader heb ik een ‘asbestkaart’ laten opnemen in de Atlas van de Leefomgeving. Op deze digitale atlas kun je voor je eigen stad, wijk, straat onder andere vinden hoe het staat met de luchtkwaliteit en de geluidsoverlast van spoor en wegverkeer. Ouders, schoolpersoneel en andere betrokkenen kunnen nu ook op deze kaart zien of ‘hun’ schoolgebouw al op de aanwezigheid van asbest onderzocht is. - Een derde voorbeeld is mijn oproep aan gemeenten, provincies en de boerenorganisatie LTO een ‘Green Deal’ af te sluiten voor het versneld vervangen van giftige asbestdaken door duurzame zonnepanelen. Het saneren van asbestdaken en het plaatsen van zonnepanelen worden fiscaal gestimuleerd door het Rijk. Daarmee snijdt het mes aan twee kanten; een veiliger én een duurzamer Nederland. Kortom, asbest eraf, zonnepanelen erop. Dit zijn drie voorbeelden van hoe ik aandacht vraag en blijf vragen voor een effectieve aanpak van de gevaren van asbest. Alle betrokkenen moeten hun verantwoordelijkheid nemen. Ik neem de mijne. Ook de rol van het IAS blijft daarbij nodig. Uw instituut doet zeer belangrijk werk. U helpt slachtoffers bij het krijgen van schadevergoeding of een tegemoetkoming. Dat is mede door de aandacht die u aan deze problematiek hebt gegeven veel beter [juridisch] geregeld dan voorheen. Ik moedig u aan verder te gaan met uw zeer nuttige werk. Het is nog absoluut nodig. En ik zal van mijn kant alle betrokken partijen blijven aanspreken op hún verantwoordelijkheid’.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
7
Kerncijfers IAS 2011 Het IAS adviseert de Sociale Verzekeringsbank (SVB) over het recht op een tegemoetkoming van € 18.392,- (2011) voor asbestslachtoffers met de ziekte mesothelioom op grond van de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers (TAS) of de Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers van mesothelioom (TNS). Daarnaast bemiddelt het IAS tussen (ex-) werkgevers en (ex-) werknemers over het betalen van een schadevergoeding van € 58.026,- (2011). Als het slachtoffer overleden is kunnen nabestaanden bemiddeling aanvragen voor vergoeding van materiële schade en overlijdensschade (2011: elk € 2.904). Hierna volgen de belangrijkste cijfers over 2011 inzake de adviesen bemiddelingsactiviteiten van het IAS. Eerst de belangrijkste cijfers met betrekking tot de ontwikkeling in het aantal aanvragen, vervolgens de resultaten van de adviezen richting SVB voor de regeling TAS en TNS. De bemiddelingsresultaten worden daarna geanalyseerd. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een totaal overzicht van resultaten over 12 jaar IAS.
Instroom, uitstroom, voorraad Het IAS neemt in 2011 554 aanvragen in behandeling, iets meer dan in 2010 (544) en wikkelt 587 aanvragen af, ook meer dan in 2010 (562).
Dossierontwikkeling 2011 Instroom Uitstroom
Jan 43 72
Feb 55 40
Mrt 53 49
Apr 48 44
Mei 50 52
Jun 44 38
Jul 47 57
Aug Sep 32 52 53 57
Okt 50 44
Nov 42 44
Dec 38 37
Totaal 554 587
Tabel: totale instroom en uitstroom per maand in 2011
Dossierontwikkeling 2000-2011 Het diagram op de volgende pagina toont de afwikkeling van de instroom sinds de start van het IAS in 2000. Te zien is dat de instroom in 2011 iets hoger is dan in 2010. Het diagram laat eveneens zien dat het aantal aanmeldingen in 2000 exceptioneel hoog is, en in 2003, 2007 en 2008 een sprong maakt. In 2000 is de instroom bijzonder hoog door de ‘oude claims’, die met de komst van het IAS vooral in de eerste maanden ingediend worden (het zgn. stuwmeereffect). De invoering van de voorschotregeling is de meest waarschijnlijke oorzaak van de toename van aanmeldingen in 2003. De stijging van 2007 en 2008 vloeit voort uit de introductie van de TNS-regeling in december 2007 en een algehele toename van het aantal slachtoffers met mesothelioom. In totaal zijn in de afgelopen 12 jaar 5256 aanvragen 8
in behandeling genomen. Hiervan zijn eind december 2011 5021 dossiers afgewikkeld. De voorraad bedraagt op dat moment 235 dossiers, op een jaarlijkse instroom van tussen de 500-600 dossiers.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
afgerond
700 600
549
voorraad
601 525
500
529
335
500 400
342
300
244
343
375
373
260
200 219
100 0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
16
2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 Diagram afwikkeling instroom 2000-2011
Regeling TAS en Regeling TNS Sinds de invoering van de Regeling TAS in 2000 en de regeling TNS in december 2007 hebben 3349 slachtoffers na een positief advies van het IAS een financiële tegemoetkoming ontvangen in de vorm van een voorschot of eenmalige uitkering. Sinds 2003 wordt de tegemoetkoming in de vorm van een voorschot uitgekeerd op basis van de diagnose maligne mesothelioom en de aannemelijkheid dat het slachtoffer in zijn werk of op andere wijze is blootgesteld aan asbest. Pas daarna vindt het onderzoek in het kader van de bemiddeling plaats. Vóór 2003 diende eerst bemiddeling plaats te vinden, voordat sprake kon zijn van een tegemoetkoming op basis van de Regeling TAS. De voorschotregeling is ingevoerd omdat veel slachtoffers overleden voordat het bemiddelingstraject volledig was afgerond.
Instroom aanvraag tegemoetkoming TAS/TNS Uit de hieronder gepresenteerde cijfers blijkt dat het aantal aanvragen voor een tegemoetkoming als voorschot in 2011 (504) ongeveer even hoog is als in 2010 (503) en flink hoger dan in 2007 (368). De stijging ten opzichte van 2007 ligt enerzijds in de uitbreiding van de reikwijdte naar alle mensen met de ziekte mesothelioom (sinds december 2007), maar ook in een algehele toename van het aantal aanvragen. Het aantal aanvragen per maand ligt in 2011 tussen de 29 en 60. Jaar 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 Totaal
jan
21 17 28 28 38 66 45 41 40 324
feb mrt
apr mei
jun
jul aug sep
okt nov dec
1 1 1 2 26 19 21 17 14 31 38 26 19 17 27 21 24 26 23 23 26 23 29 20 26 18 29 20 22 36 34 19 37 31 26 28 28 22 33 28 24 24 36 30 28 30 41 25 21 32 14 32 30 33 35 22 27 31 53 68 47 52 37 45 41 36 35 39 36 29 33 31 33 36 34 34 64 53 40 49 39 34 48 33 35 35 44 47 49 41 36 60 29 44 53 60 40 38 45 40 37 45 33 284 298 282 300 279 302 356 313 279 310 314
Tabel: aanvraag TAS/TNS als voorschot per maand en jaar van instroom
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Totaal 5 276 276 338 349 368 531 491 503 504 3641
9
Beslissing op aanvraag tegemoetkoming In 2011 adviseert het IAS de SVB 535 keer in verband met een aanvraag voor een tegemoetkoming in het kader van de TAS- of TNS-regeling: 410 adviezen voor een TAS en 125 voor een TNS. TAS
aantal adviezen
waarvan negatief
%
waarvan positief
%
2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 Totaal
223 293 317 354 371 390 391 394 410 3143
85 63 68 63 61 82 76 47 63 608
38,3% 21,5% 21,5% 17,8% 16,9% 21,0% 19,.4% 11,9% 15,4% 19,3%
138 230 249 291 310 308 315 347 347 2535
61,9% 78,5% 78,5% 82,2% 83,6% 81,1% 80,6% 88,1% 84,6% 80,6%
TNS
aantal adviezen
waarvan negatief
%
waarvan positief
%
2007 2008 2009 2010 2011 Totaal
5 148 90 106 125 473
28 18 6 18 70
18,9% 20,% 5,7% 14,4% 14,8%
5 120 72 100 107 403
100,0% 81.1% 80,0% 94,3% 85,6% 85,2%
Tabel: verdeling beslissing op aanvraag voorschot
Voor 454 aanvragen (84,9%) adviseert het IAS de SVB de tegemoetkoming toe te kennen, verdeeld over 347 (76,4%) positieve adviezen voor een TAS en 107 (23,6%) voor een TNS. Het advies is in 81 gevallen negatief (15,1%). In de meeste gevallen (64,2%) 6,2% diverse redenen
is de afwijzingsgrond ‘geen mesothelioom’. In 25 gevallen (29,6%) gaat het om mensen die al zijn overleden en geen nabestaande hebben in
29,6% geen nabestaande
de zin van de TAS- of/TNS-regeling. De SVB kent in 2011 352 TAS-tegemoetkomingen en 104 TNS-tegemoetkomingen toe. Dit aantal wijkt
10
64,2% geen maligne mesothelioom
iets af van het aantal positieve adviezen dat het IAS heeft afgegeven. De belangrijkste reden hiervoor is jaaroverschrijding (IAS adviseert in
Figuur: Reden voor afwijzing tegemoetkoming
het ene jaar, SVB beslist in het volgende jaar).
Afgewikkelde aanvragen In 2011 heeft het IAS totaal 544 dossiers financieel afgewikkeld. Na ontvangst van de aanvraag vraagt het IAS aan expertpanels (pathologen en longartsen) om bevestiging van de diagnose mesothelioom. Tegelijkertijd wordt samen met de aanvrager nagegaan hoe het contact met asbest heeft plaatsgevonden en of een (ex-) werkgever aansprakelijk is te houden voor de gezondheidsschade. Dit resulteert in:
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
389 loondienstgerelateerde aanvragen voor TAS en bemiddeling van werknemers (381) of huisgenoten (8), 110 niet-loondienstgerelateerde aanvragen voor TNS en 45 aanvragen van nabestaanden voor vergoeding van materiële schade en overlijdensschade.
Resultaten onderzoek werknemers/huisgenoten 71,5% van alle in 2011 afgewikkelde aanvragen betreft loondienstgerelateerde aanvragen van slachtoffers zelf (werknemers of huisgenoten). Bij hen is onderzocht of er recht is op een tegemoetkoming in het kader van de TAS-regeling en, of via bemiddeling met een werkgever c.q. verzekeraar schadevergoeding kan worden verkregen. De tabel hierna vermeldt de resultaten die voor deze groep zijn bereikt, waarbij een onderverdeling is gemaakt naar de groep die niet bemiddelbaar blijkt en de groep die wel voor bemiddeling in aanmerking komt. In de rechterkolom staat de belangrijkste reden voor het niet toekennen van tegemoetkoming of voor het niet verkrijgen van de schadevergoeding. Te zien is dat 59% (156) van de groep die bemiddeld kon worden de volledige schadevergoeding van € 58.026,- heeft ontvangen. Resultaat Groep niet bemiddelbaar Geen vergoeding TAS-tegemoetkoming Bemiddelbare groep TAS-tegemoetkoming, maar geen schadevergoeding Volledige schadevergoeding Totaal
Aantal
Aantal 125
48 77
Reden afwijzing Geen mesothelioom Werkgever onvindbaar, failliet
264 108
Stelplicht, bewijslast onvoldoende ingevuld; discussie over verjaring
156 389
Tabel: resultaten werknemers/huisgenoten
Resultaten onderzoek nabestaanden Als het slachtoffer is overleden en zichzelf niet bij het IAS heeft aangemeld, kan zijn nabestaande het IAS verzoeken te bemiddelen voor een vergoeding van tenminste € 2.904 voor materiële schade en nog eens datzelfde bedrag voor overlijdensschade. In 2011 zijn 45 aanvragen van nabestaanden afgewikkeld. Hieronder de tabel met de verdeling naar financieel resultaat. Meer dan een derde deel van de groep blijkt niet bemiddelbaar. In de gevallen waarin wel bemiddeling mogelijk was resulteert 31% in schadevergoeding voor de aanvrager. Resultaat Groep niet bemiddelbaar Geen vergoeding Bemiddelbare groep Geen vergoeding Vergoeding materiële en overlijdensschade Totaal
Aantal
Aantal 16
16
Reden afwijzing geen mesothelioom, geen bestaande werkgever, geen bewijs dienstverband
29 20 9
Stelplicht,bewijslast en verjaringsdiscussie
45
Tabel resultaten nabestaanden
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
11
Resultaten 2000-2011 In de afgelopen 12 jaar hebben 5256 mensen het IAS weten te vinden. Ondanks de harde eis van zorgvuldigheid zijn de dossiers in de loop der tijd steeds sneller afgewikkeld. Momenteel worden de meeste aanvragen voor een tegemoetkoming binnen twee maanden afgewikkeld. Bemiddelingen met werkgevers/verzekeraars nemen in het algemeen niet meer dan zes maanden in beslag. Verder ontvangt bijna 90% van de rechthebbenden sinds de komst van de Voorschotregeling in 2003 bij leven een tegemoetkoming. De Sociale Verzekeringsbank (SVB) kent de afgelopen 12 jaar totaal 3349 maal een tegemoetkoming toe in het kader van de regeling TAS (sinds 2000) of de regeling TNS (sinds december 2007). Bemiddeling met een werkgever en/of verzekeraar resulteert in 1762 gevallen in een schadevergoeding voor het slachtoffer. De belangrijkste afwijzingsgronden voor tegemoetkoming en/ of bemiddeling zijn ‘geen mesothelioom’ en ‘het ontbreken van een aansprakelijke werkgever c.q. verzekeraar’. De dienstverlening van het IAS wordt gewaardeerd door de mesothelioomslachtoffers, blijkt uit het belevingsonderzoek (zie pag. 13). Kerncijfers IAS over 12 jaar
12
Aantal
Aanvragen
5256
Afgewikkelde aanvragen
4924
Afgewikkeld: geen financieel resultaat slachtoffer
1176
Adviezen richting SVB voor regeling TAS/TNS
4002
Toekenning tegemoetkoming TAS (SVB)
2949
Toekenning tegemoetkoming TNS (SVB)
400
Afgewikkeld met schadevergoeding
1762
% bemiddelingen met schadevergoeding*
58%
* % bemiddelingen met schadevergoeding heeft betrekking op aanvragen waarbij sprake is van mesothelioom en werkgever/rechtsopvolger
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Klanttevredenheid Belevingsonderzoek De dienstverlening van het IAS wordt in 2011 opnieuw goed gewaardeerd door de aanvragers. Dit kan geconcludeerd worden uit het resultaat van het belevingsonderzoek. Sinds 1 juli 2007 meet het IAS de tevredenheid van de aanvragers, teneinde de kwaliteit van de dienstverlening te monitoren en daar waar nodig te verbeteren. Aanvragers ontvangen direct na afronding van hun aanvraag een vragenlijst. Ruim 67% van de in 2011 verstuurde vragenlijsten wordt aan het IAS ingevuld teruggestuurd. Dit resulteert in 338 lijsten, met de volgende antwoorden.
Vraag Gaf het IAS voldoende uitleg bij het invullen van het vragenpakket? Verliep het intakegesprek goed? Werd tijdens de behandeling voldoende informatie verstrekt over de voortgang? Werd de informatieverstrekking over het algemeen als duidelijk ervaren? Was het contact met de medewerkers van het IAS prettig?
Ja % 95 96 92 95 95
Nee % 3 1 4 2 2,5
Geen Mening % 2 3 4 3 2,5
Van de ruimte voor suggesties en opmerkingen maakt meer dan de helft van de respondenten gebruik, waarbij in de meeste gevallen lovende tot zeer lovende opmerkingen worden gemaakt over de dienstverlening van het IAS. Negatieve opmerkingen worden uitsluitend gemaakt door slachtoffers en nabestaanden, bij wie de aanvraag is afgewezen, of aan wie geen schadevergoeding is uitgekeerd.
Huisbezoek Sinds 2007 biedt het IAS de mogelijkheid voor huisbezoek. De indiener van een aanvraag wordt altijd gevraagd of een huisbezoek gewenst is. Inmiddels wordt in ruim 75% van de gevallen gebruik gemaakt van deze mogelijkheid. Uit de in 2011 gehouden evaluatie van het huisbezoek blijkt dat de asbestslachtoffers of diens contactpersonen tevreden zijn over de wijze waarop het gesprek heeft plaatsgevonden. Het onderzoek spitste zich toe op de beleving van het huisbezoek. Is er voldoen-
13
de tijd genomen voor het bezoek, is het grondig genoeg, hoe wordt het optreden van de IAS-medewerker ervaren? De conclusie is dat het huisbezoek op prijs wordt gesteld. Als rapportcijfer scoort het gemiddeld een 8+.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
IAS MONITOR TAS/TNS Mannen
Mannen
Vrouwen
1600
140
1400
120
1200
100
1000
Vrouwen
80
800 60
600 40
400
20
200 0
0
<50 jaar
50-64 jaar
65-74 jaar
75-84 jaar
>84 jaar
<50 jaar
50-64 jaar
65-74 jaar
75-84 jaar
>84 jaar
Fig: TNS naar geslacht en leeftijd bij aanmelding: 2007-2010
Fig: TAS naar geslacht en leeftijd bij aanmelding: 2000-2010
Verdeling TAS/TNS naar geslacht en leeftijd en overlevingsduur De figuren hierboven tonen een verdeling van aanvragers TAS/TNS per leeftijdsgroep en geslacht over de periode 2000/2007 t/m 2010. Opvallend is dat voor TNS op jongere leeftijd een aanvraag wordt ingediend dan voor TAS. Dat verklaart mogelijk ook de langere overlevingsduur van mensen voor wie een TNS-tegemoetkoming is aangevraagd (zie figuur hieronder). Jongere mesothelioompatiënten leven na diagnose gemiddeld langer dan oudere patiënten.
TAS
TNS
14
Overlevingsduur
25 of meer mnd 13 t/m 24 mnd 10 t/m 12 mnd 7 t/m 9 mnd 4 t/m 6 mnd 0 t/m 3 mnd
0
5
10
15
20
25
Figuur: Verdeling TAS/TNS naar overlevingsduur 2000/2007-2010.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
30
35
40
Epidemiologische ontwikkelingen Mesothelioom in Nederland Aantal mensen met mesothelioom in Nederland Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en de Nederlandse Kankerregistratie (NKR), registreren jaarlijks het totaal aantal mensen met mesothelioom (longvlies- en buikvlieskanker samen) in Nederland (zie tabel hieronder). Tussen 1999 en 2005 is het aantal mensen met deze ziekte stabiel en ligt rond de 400 per jaar. Sinds 2006 ligt dit tussen de 400 en 500 per jaar. Naar verwachting zal dit aantal voorlopig niet afnemen. De groep mesothelioompatiënten bestaat grotendeels uit mannen. Ongeveer driekwart is op het moment dat de diagnose wordt gesteld boven de 65. Het aandeel jongeren daalt. Dit komt doordat het asbestgebruik in Nederland in de vorige eeuw vanaf eind jaren 70 sterk afnam. Onderzoek van de Erasmus Universiteit Rotterdam uit het begin van deze eeuw voorspelde dat het aantal sterfgevallen als gevolg van maligne mesothelioom op zal lopen van 65 in 1969 en 265 in 1998 tot 490 in 2017. De cijfers van de NKR laten echter zien dat de piek nu al is bereikt, eerder dan door het Erasmus onderzoek voorspeld. Het totaal aantal sterfgevallen wordt in de periode 2000-2028 geschat op meer dan 12.000 mannen en 800 vrouwen (Segura e.a., 2003). Jaar
CBS
NKR
CBS
NKR
CBS
NKR
Totaal
Totaal
% man
% man
%<65 jaar
%<65 jaar
1990
273
270
86%
87%
41%
48%
1995
323
336
86%
87%
37%
42%
1997
377
350
87%
87%
35%
41%
1998
325
346
89%
92%
39%
38%
1999
402
415
87%
87%
30%
33%
2000
389
402
87%
87%
33%
38%
2001
401
402
86%
84%
30%
36%
2002
394
365
86%
85%
33%
33%
2003
393
411
88%
87%
25%
33%
2004
398
447
87%
88%
30%
35%
2005
382
502
90%
88%
24%
26%
2006
463
491
86%
85%
25%
29%
2007
470
462
86%
86%
24%
26%
2008
421
502
87%
86%
23%
30%
2009
471
481
87%
88%
20%
27%
2010
481
529
89%
88%
21%
23%
Kenmerken asbestslachtoffers IAS De groep asbestslachtoffers met recht op een TAS- of TNS-tegemoetkoming bestaat vrijwel geheel uit mannen (ca. 90%). Driekwart is boven de 65 (zie pag.14). Zij wonen veelal in gebieden waar in het verleden met asbest is gewerkt op scheepswerven, in asbestproductie, isolatie- en asbestverwerkende bedrijven. Het gaat met name om de havens in Zeeland, Rijnmond en Noord-Oost Groningen, de industrie in Noord Holland, de mijnbouw en chemie in Zuid Limburg en de asbestverwerkende industrie in Twente rond Goor (zie plattegrond binnenkant achteromslag van dit jaarverslag).
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
15
IAS Monitor Beroepen/Sectoren Zeker
Misschien
Bouw(materiaal) Schepen Installatie Metalektro Defensie Delfstoffen (Vracht)auto’s Chemie Overheid Textiel en papier Energie Treinen Commercie Voeding Hout/meubels Landbouw Schoonmaak Overslag Overige industrie Vliegtuigen
0
200
400
600
800
1000
1200
1400
1600
1800
Figuur: IAS-aanvragers naar sector: 1950-1993. Bron: IAS-aanvragen 2005 t/m-2010
Asbestblootstelling naar sector en beroep (1950-1993) De figuur hierboven laat zien in welke sectoren IAS-aanvragers sinds 1950 hebben gewerkt en zeker of misschien aan asbest zijn blootgesteld. De belangrijkste tak is de bouwnijverheid (gebouwen en grond-, water- en wegenbouw), gevolgd door schepen (scheepsbouw en transport), installatie (in de bouw: sanitair, verwarming, electra e.d.), Metalektro (basismetaal-, metaalproducten-, machine- en elektrotechnische industrie/handel) en Defensie (vooral dienstplichtigen). In de bouw is vooral met asbestcement gewerkt. Veel bouwmaterialen met asbestcement (naar schatting zo’n 65%) zijn gebruikt als dakbedekking en wandmateriaal. Timmermannen zijn in de bouw veel met asbest in aanraking geweest (zie figuur hieronder). De asbestblootstelling was een gevolg van zagen, slijpen, frezen en boren in asbestcementproducten. Zeker
Mischien
Timmerman Metselaar Chef productieafdeling Monteur 16
Schilder Betonproductenmaker Sloper Manager/eigenaar Bouwvaksjouwer Betontimmerman 0
50 100 150 200 250 300 350 400 450 500 550 600 650 700 750 800 Aantal per beroep
Figuur: Asbestrisicoberoepen in de bouw vanaf 1950. Bron: IAS aanvragen 2005 t/m 2010.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Interview Jan Mulder, ex-werknemer in de bouw en asbestslachtoffer
‘Ik denk dat de ellende kwam met elektrisch gereedschap’ ‘Op mijn 17de ben ik begonnen als timmerman in de bouw. Dat was in 1960. Ik ben vanaf die tijd bij verschillende werkgevers met asbest in aanraking gekomen. Weliswaar niet elke dag, maar toch heel geregeld. Je kunt dan denken aan allerlei werkzaamheden, zoals het op maat zagen en aanbrengen van asbesthoudende dak- en gevelplaten, repareren van asbesthoudende daken en het slopen van oude beplating. Aanvankelijk deden we nog veel handmatig, maar omstreeks 1965 kwam er elektrisch gereedschap om het werk te vergemakkelijken. Ik denk dat toen de ellende is begonnen. In het bijzonder noem ik een doorslijpschijf die we “de straaljager” noemden, omdat die zoveel toeren maakte en waarbij er veel meer asbeststof vrij kwam dan voorheen. In die tijd was nog niet bekend dat asbest gevaarlijk was, al voelde je ergens wel dat al dat stof niet goed was. Je stond er niet zo bij stil, want iedereen werkte met asbest en je kreeg geen bescherming aangeboden. Het echte besef kwam pas halverwege de jaren ‘70. We gingen toen ook met andere materialen werken, zoals glaswol, steenwol en ander niet-asbesthoudend isolatiemateriaal. Maar toen was het dus te laat, tot die tijd ben ik al die jaren met asbest in aanraking geweest. Ik ben sportief en heb nooit gerookt. Ja, op feestjes rookte je wel mee, want iedereen rookte vroeger. Ik zat altijd veel op de racefiets. In januari 2011 ging ik op pad voor een paar uurtjes fietsen in de mooie omgeving van mijn woonplaats Deurningen. Een rondje van ongeveer 60 km, dat ik op mijn leeftijd nog prima kon doen met een gemiddelde van ongeveer 30 km per uur. Maar nu kwam ik opeens niet meer goed vooruit. Ik schrok daarvan en heb mij kort daarna laten onderzoeken in het ziekenhuis van Enschede. Ze hebben gelijk 1,5 liter vocht uit mijn longen gehaald. Niet veel later kwam de diagnose mesothelioom. In het ziekenhuis kreeg ik een folder van het IAS. Ik heb contact opgenomen en een paar dagen daarna kwam er al iemand op bezoek om de zaken door te praten. En enkele weken later ontving ik een uitkering van de SVB. Later in het jaar kreeg ik ook een schadevergoeding, nadat een oud-werkgever aansprakelijkheid had erkend. Over de voorlichting van het IAS en de financiële afhandeling ben ik zeer tevreden. Omdat ik vrij goed in conditie was, kwam ik in aanmerking voor de experimentele behandeling met het medicijn Alimta in het Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis in Amsterdam. Dat was in combinatie met chemotherapie. Een tijd ging dat goed, maar nu is mijn situtatie weer verslechterd. Ik probeer de moed erin te houden en zo fit mogelijk te blijven. De racefiets blijft tegenwoordig in de schuur, maar op de gewone fiets zit ik nog wel. Verder wandel ik veel met mijn vrouw. En als de winter een beetje meezit, hoop ik ook nog een tochtje op de schaats te maken.’
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
17
IAS Monitor Beroepen/Sectoren Zeker
Misschien
Timmerman Monteur Machinebankwerker Verwarmingsmonteur Elektromonteur Loodgieter Lasser Chef productieafdeling Isoleerder Mijnwerker Metselaar Pijpfitter Automonteur Scheepstimmerman Manager/eigenaar Vrachtwagenchauffeur Bedieningsvakman Elektriciën Matroos Militair 0
100
200
300
400
500
600
700
800
900
1000
Figuur: IAS-aanvragers naar beroep: 1950-1993
Asbestblootstelling naar beroep en in de scheepsbouw (1950-1993) De figuur hierboven laat de 20 belangrijkste beroepen zien waarin IAS-aanvragers sinds 1950 hebben gewerkt en zeker of mogelijk (misschien) aan asbest zijn blootgesteld. Timmerman (algemeen- en scheeps-) en monteur (algemeen, verwarming-, elektro-) zijn de meest risicovolle beroepen, gevolgd door: machinebankwerker, loodgieter, lasser, chef productieafdeling en isoleerder. Beroepen als mijnwerker, matroos en militair (dienstplicht) zijn vooral in de beginjaren van belang. Later is een toename te zien van meewerkend leidinggevenden zoals een chef van een productieafdeling. Machinebankwerker, scheepsijzerwerker en scheepstimmerman waren de meest risicovolle beroepen in de scheepsbouw. In de scheepsbouw is geruime tijd op grote schaal asbest gebruikt. In schepen werd op beperkte schaal de asbestmatras, een asbestdoek gevuld met los asbest, als isolatiemateriaal gebruikt. Veel personeel werd direct of indirect blootgesteld aan asbest tijdens de afbouw van de schepen en in de diverse werkplaatsen op scheepswerven. Dit heeft tot medio zeventiger jaren geduurd. In de scheepsreparatie en -sloop is asbestblootstelling tot vandaag de dag aan de orde. Scheepsbouw Zeker
Misschien
Machinebankwerker Scheepsijzerwerker
18
^ĐŚĞĞƉƐƟŵŵĞƌŵĂŶ Lasser WŝũƉĮƩĞƌ Scheepsbeschieter ůĞŬƚƌŽŵŽŶƚĞƵƌ Monteur ^ĐŚŽŽŶŵĂŬĞƌ Manager/eigenaar 0
10
20
30
40
50
60
70
80
Figuur: Asbestrisicoberoepen in de Scheepsbouw vanaf 1950. Bron: IAS aanvragen 2005 t/m 2010.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
90
100
Interview Mario van Mierlo, senior adviseur sociale zaken bij VNO-NCW/ MKB Nederland
‘Het belangrijkste is dat je het toezicht goed regelt’ ‘Ik heb in de persoonlijke sfeer nooit met de asbestproblematiek te maken gehad, maar professioneel houd ik me er al lang mee bezig. Dat hoort bij mijn werk bij VNO-NCW. Ik heb de portefeuille sociale zaken, met daarbinnen als specialisatie arbeidsomstandighedenbeleid. Ik was er al bij in de tijd van het advies van professor De Ruiter, dat uiteindelijk heeft geleid tot het Convenant en de oprichting van het IAS. Later ben ik intensiever bij het IAS betrokken geraakt in de Raad van Toezicht en Advies. Dat was als opvolger van Bob Koning in 2010. Het IAS functioneert naar tevredenheid aan de hand van de uitgangspunten die destijds in het Convenant zijn geformuleerd. In de loop der jaren hebben slachtoffers hun weg naar het instituut steeds beter gevonden en binnenkomende claims worden ordentelijk en snel afgehandeld. Het IAS moet snel werken, maar ook zorgvuldig. Binnen dat krachtenveld doet het instituut het uitstekend, er is een goed evenwicht gevonden. De verschillende partijen binnen het instituut werken vanaf het begin heel goed samen. Dat merk je nu ook weer met het optuigen van een regeling voor slachtoffers met asbestose. De wil om er samen uit te komen is groot. Werkgevers werken over het algemeen zeer loyaal mee aan de afhandeling van schadeclaims. Het is immers ook net zo goed in hun belang om zaken snel en netjes te regelen. Ze willen echter niet betalen voor schade als dat niet nodig is. En zijn ze toch aansprakelijk, dan willen ze een reëele vergoeding betalen en niet meer. Ik vind dat volstrekt logisch. Het IAS kan dus veel voor slachtoffers betekenen, maar helaas niets veranderen aan de problematiek zelf: dat er geen genezing mogelijk is en dat er zoveel mensen van asbest ziek zijn geworden. En nog gaan worden. Want er zit nog steeds heel veel asbest in de wereld, zoals in overheidsgebouwen, in bedrijven en in scholen. Het is nu zaak om de problemen zoveel mogelijk voor te blijven. Werkgevers zijn zich doorgaans bewust van de ernst van het probleem en van de gevaren van asbest. Zij stellen de gezondheid van personeel niet in de waagschaal, zij willen graag dat hun mensen gezond en veilig kunnen werken. Maar we moeten ervoor zorgen- bij de zwaardere normering die we nu hebben- dat de prikkel om niet alsnog illegaal asbest te gaan verwijderen zo klein mogelijk blijft en dat het allemaal op de juiste wijze en door de juiste bedrijven wordt gedaan. Van het grootste belang daarbij is -met name bij de zware asbestverontreiniging- dat het toezicht goed geregeld is. Alleen dan gaat zo’n systeem goed lopen. Als men weet dat de pakkans groot is en dat de inspectie SZW terzake kundig is, dan gaat men het gedrag verbeteren. Mensen zitten nu eenmaal zo in elkaar. De algemene lijn is dus dat het maatschappelijk bewustzijn groot is, maar wel heeft men soms een zetje in de rug nodig om het goede resultaat te bereiken.’
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
19
IAS Monitor Asbest en mesothelioom 5,0
Sterfte per 100.000 inwoners
4,5
1970-1979
4,0 3,5 3,0 1960-1969
2,5 2,0 1,5
1950-1959 1980-1989
1,0 0,5 vóór 1950 0,0 1945
1990-1993 1955
1965
Asbestgebruik
1975 Overleden mannen
1985
1995
Overleden vrouwen
2005
2015
Overleden totaal
Figuur: vergelijking asbestgebruik en ontwikkeling mesothelioom: 1945-2009 Bron: Harmsma, 2006; NKR: cijfers over kanker.nl, januari 2012.
Vergelijking asbestgebruik en mesothelioom in Nederland (1960-2009) In ons land is vrijwel alle asbest na de Tweede Wereldoorlog verwerkt, met als zwaartepunt de zeventiger jaren (43%). Hierna loopt het gebruik sterk terug. In de jaren ‘80 is de totale verwerking nog maar 10% van het totaal. Hoewel de absolute aantallen mesothelioomslachtoffers per jaar zijn toegenomen, lijkt de mesothelioomsterfte-incidentie (per 100.000 inwoners) sinds 1999 iets af te nemen, met uitzonderingen in de jaren 2006 en 2007. Nog onduidelijk is of nu ook de definitieve daling is ingezet. De figuur hieronder laat in twee plattegronden de omvang van de regionale asbestblootstelling zien in de jaren ‘60 en in de jaren ‘80. In de jaren ‘60 was de blootstelling relatief het hoogst in Limburg en Zeeland, gevolgd door Zuid-Holland, Noord-Holland en Overijssel. In de jaren ‘80 stak alleen Zeeland er bovenuit. In vergelijking tot de jaren ‘60 is in de jaren ‘80 in alle provincies de blootstelling gedaald.
20
Figuur: omvang regionale asbestblootstelling jaren 60 Bron: IAS-aanvragen 2005 t/m 2010
Figuur:omvang regionale asbestblootstelling jaren 80
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Nederlandse asbestontwikkelingen In 2010 adviseerde de Gezondheidsraad de normen voor blootstelling aan asbest aan te scherpen. Dit omdat de risico’s van blootstelling aan asbest groter zijn dan werd aangenomen toen twintig jaar geleden de huidige normen werden vastgesteld. Ook was er in 2010 veel aandacht voor de grote omvang van illegale asbestverwijdering in Nederland, zowel door bedrijven als particulieren. Op deze pagina een toelichting op ontwikkelingen en maatregelen in 2011 naar aanleiding van deze berichten.
Onderzoek TNO/RIVM: risicogroepen asbestblootstelling TNO en het RIVM onderzochten de praktische consequenties van het advies van de Gezondheidsraad. Verweerde asbestcementdaken en andere asbestcementproducten in gebouwen zijn momenteel de belangrijkste emissiebronnen van asbestvezels, blijkt uit hun rapport. Bij branden of ondeskundige sloop kunnen de huidige geldende niveaus van asbestblootstelling worden overschreden. De grootste kans op normoverschrijdende blootstelling bestaat echter vooral in de binnenlucht van gebouwen waarin zich niet-hechtgebonden asbesthoudend materiaal in slechte staat bevindt, of in gebouwen die ondeskundig zijn gesaneerd. De onderzoekers signaleren de volgende risicogroepen die speciale aandacht verdienen: - blootstelling aan asbest op jonge leeftijd levert een relatief hoger gezondheidsrisico op. De eventuele aanwezigheid van asbesthoudend materiaal in schoolgebouwen en andere gebouwen waar jonge mensen zich vaak bevinden, verdient daarom speciale aandacht; - werknemers in de installatiebranche lopen specifieke risico’s omdat in technische zones in gebouwen van vóór 1994 vaak niet-hechtgebonden asbesthoudend materiaal aanwezig is. Dit kan bij bewerking niet alleen leiden tot blootstelling van deze werknemers, maar ook tot besmetting van de betreffende panden en blootstelling van de gebruikers/ bewoners; - bewoners of gebruikers van gebouwen waarin niet-hechtgebonden asbesthoudend materiaal is verwerkt kunnen passief worden blootgesteld aan asbestvezels. Dit geldt met name tijdens verbouwingen of incidenten in gebouwen waarin amosiethoudende (= bruine asbest) materialen zijn verwerkt; - ook particulieren die op ondeskundige wijze handelen lopen een gezondheidsrisico.
Beleid kabinet en advies Sociaal-Economische Raad (SER) De SER adviseert in 2011 de wettelijke grenswaarde voor blootstelling aan asbest te verlagen naar het streefrisiconiveau dat de Gezondheidsraad in 2010 heeft bepaald. Deze grenswaarde moet goed worden gehandhaafd. Daarom roept de adviescommissie het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) op het toezicht op asbestwerkzaamheden te versterken. Het asbestbeleid van het kabinet is in 2011 gericht op het vermijden van situaties waarin mensen blootgesteld worden aan asbest (zie ook het interview met staatssecretaris Atsma op pagina 7). Alle acties die door het kabinet zijn ingezet, passen in deze aanpak, t.w.: • beleid gericht op het verwijderen van asbest uit de leefomgeving door sanering van asbestwegen en asbestdaken.; • ontwikkeling van een landelijk asbestvolgsysteem voor meer transparantie in het proces van asbestverwijdering; • voorlichting voor het bewust maken van burgers en bedrijfsleven; • aanscherping van het stelsel van certificering van asbestinventarisatie en asbestverwijdering; • versterken en ondersteunen van de uitvoering door gemeenten; • prioriteit in opsporing asbestcriminaliteit, • onderzoek naar stroomlijning van regelgeving en procedures en • uniformering van regelgeving bij het beheersen van de risico’s van asbest zodra het vrijkomt uit gebouwen als gevolg van brand of ondeskundige sloop.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
21
Nieuws Asbest en verzekeringen Minder asbestclaims Nederlandse verzekeraars
hoogte van vergoedingen voor mesothelioom-
Het aantal beroepsziektenclaims is in 2010 met
stijging van de juridische kosten. Jaarlijks krij-
elf procent gedaald. Dat blijkt uit cijfers die het
gen ca. 3000 Amerikanen de diagnose meso-
Centrum voor Verzekeringsstatistiek (CVS) in
thelioom. Asbest werd in 1989 in de Verenigde
2011 meldt. De daling kan worden toegeschre-
Staten verboden.
en andere asbestgerelateerde claims en in een
ven aan de afname van asbestgerelateerde
ziekteclaims bij aansprakelijkheidsverzekeraars
850.000 pond subidie Britse verzekeraars voor onderzoek asbest en gezondheid
voor hun rekening nemen, blijkt dat het aantal
Het Verbond van Britse Verzekeraars heeft
asbestclaims vorig jaar met ruim een kwart is
850.000 pond subsidie beschikbaar gesteld voor
afgenomen.
onderzoek naar asbest en gezondheid, aldus de
claims. Hoewel claims voor asbestziekten nog altijd 69 procent van het totaal aantal beroeps-
najaarseditie van de British Asbestos Newsletter.
Amerikaanse verzekeraars melden toename asbestclaims
Een belangrijk deel van dit geld gaat naar onder-
Amerikaanse verzekeraars melden over de eer-
(multimodale therapie, doelgerichte therapie,
ste helft van 2011 een toename van het aantal
radiotherapie en genetisch onderzoek). Een
asbestclaims. Dit gaat tegen de trend van de
ander deel gaat naar onderzoek naar de actuele
afgelopen jaren in. De verklaring voor de toe-
asbestblootstellingsrisico’s en de gevolgen voor
name ligt, volgens kredietbeoordelaar Moody’s
het risico op mesothelioom.
zoek naar nieuwe medische behandelingen
in een stijging van zowel het aantal als de
22
* Voor bronvermelding zie website IAS: www.asbestslachtoffers.nl onder Nieuws
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Interview André Mol, directeur verzekeringen bij Allianz en contactpersoon IAS bij het Verbond van Verzekeraars.
‘Het IAS stelt ons in staat om schade vlot af te wikkelen’ ‘Binnen de afdelingscommissie algemene aansprakelijkheid van het Verbond van Verzekeraars ben ik contactpersoon voor het IAS. Dat betekent dat ik kan meepraten en meedenken over voor verzekeraars belangrijke zaken die bij het IAS spelen. Ik noem als voorbeelden de discussie die er is geweest over de hoogte van de schadevergoeding en de plannen voor het treffen van een regeling voor slachtoffers met asbestose. Bij dat laatste is overigens iets bijzonders aan de hand, want bij verzekeraars zijn niet of nauwelijks claims met deze ziekte bekend. Namens Allianz ben ik al heel lang betrokken bij het asbestdossier in de scheepvaartindustrie. Begin jaren ‘80 van de vorige eeuw viel het RSV-concern uit elkaar en moesten er per werf polissen worden afgesloten op de assurantiebeurs. Samen met collega’s heb ik me daar toen intensief mee beziggehouden. We waren als acceptant heel verbaasd, toen -eind jaren ‘80- de eerste asbestclaims kwamen. Met de kennis van nu lijkt het misschien vreemd dat we die risico’s hebben geaccepteerd, maar we hebben echt nooit stilgestaan bij de gevaren van asbest. Net als de overheid overigens, want het gebruik van asbest is pas in 1993 verboden. In dat jaar was ook het arrest Cijsouw/De Schelde van de Hoge Raad. Vanaf die tijd hebben wij als verzekeraars te maken met het probleem van grote aantallen asbestclaims. De komst van het IAS is wat dat betreft voor ons - net als voor de slachtoffers- van grote waarde geweest. Het instituut heeft het mogelijk gemaakt om het doorloopproces bij aansprakelijkheidproblemen aanzienlijk te bekorten. We hebben de aansprakelijkheidsvraag nu voor een deel achter ons gelaten en hoeven in ieder geval niet meer over de hoogte van het smartengeld te discussiëren. Het IAS is onmisbaar voor een vlotte afwikkeling. Onze schadebehandelaars zijn daarbij heel goed ingespeeld in de samenwerking met de uitvoerders van BSA. Dat loopt prima. Als verzekeraar probeer je te voorspellen wat de toekomstige schadelast is. Het maakt voor de dekking natuurlijk wel uit of je veel bedrijven hebt verzekerd in bijvoorbeeld de garagesector, de scheepvaart of de bouw. Als je over de juiste cijfers beschikt, kun je dan constateren of het aantal asbestclaims in een bepaalde sector toe- of afneemt. Het IAS heeft ook hierbij voor ons een belangrijke functie, omdat het met de IAS Monitor trends in kaart brengt. Zo lijkt het erop dat de stijgende lijn in de scheepvaartdossiers nu afvlakt en dat er naar verhouding steeds meer mesothelioom voorkomt in de bouw. Dat gaat naar mijn idee nog veel problemen geven bij het vaststellen van de aansprakelijkheid. Vergeleken met de scheepvaart, is het arbeidsverleden van werknemers in de bouw immers wat wisselvalliger. Ik bedoel daarmee dat men op een werf zijn hele leven werkzaam was en dat men in de bouw over het algemeen op veel verschillende projecten zat en ook vaker van werkgever heeft gewisseld. Ga dan maar eens na waar je de ziekte hebt opgelopen.’
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
23
Internationale ontwikkelingen Wereldwijde asbestproductie en gebruik in 2000 en 2010 (productie), gebruik (2010) In volgorde omvang Asbestproductie (in tonnen) 2000 Land
Asbestgebruik (in tonnen)
2010 Omvang
2000
Land
Omvang
Land
Rusland
1.000.000
Rusland
2010 Omvang
Land
Omvang
449.239
China
613.761
Rusland
750.000
Canada
340.000
China
400.000
China
382.315
India
426.364
China
260.000
Brazilië
270.000
Brazilië
172.560
Rusland
263.037
Brazilië
170.000
Kazakhstan
214.000
India
145.030
Brazilië
139.153
Kazakhstan
125.000
Canada
100.000
Thailand
109.600
Indonesië
111.849
Zimbabwe
110.000
India
20.000
Japan
85.440
Oezbekistan
98.635
Oekraïne
80.942
Thailand
79.250
Griekenland
50.000
Zimbabwe
1.000
Swaziland
25.000
Argentinië
300
Kazakhstan
71.737
Vietnam
67.421
India
21.000
Vietnam
44.150
Oekraïne
60.347
Zuid Afrika
18.909
Oezbekistan
43.374
Sri Lanka
47.892
Japan
18.000
Indonesië
42.877
Iran
35.136
Iran
40.707
Mexico
13.837
Overig
367.179
Overig
86.741
Totaal
2.035.150
Totaal
2.029.586
VS
5.260
Overig
4.000
Totaal
1.900.000
Totaal
2.010.000
Bron: Virta, RL: World Asbestos Supply and Consumption Trends from 1900 through 2003; US. Geological Survey Minerals Yearbook 2000 + 2010 (worksheet for world asbestos consumption calculations)
Asbestproductie en gebruik Ondanks de inmiddels algemeen bekende schadelijke gevolgen zijn productie en gebruik van asbest wereldwijd nog lang niet uitgebannen. Als gekeken wordt naar productie in 2000 en 2010 is te zien dat deze zelfs licht is toegenomen. Door steeds meer asbestverboden heeft de productie zich echter geconcentreerd in enkele landen die meer zijn gaan produceren. Dat geldt met name voor Rusland, maar in mindere mate ook voor China, Brazilië en Kazakhstan. De productie in Canada neemt elk jaar af en is in 2010 nog minder dan een derde van de productie in 2000. Rusland is verreweg de grootste producent en alleen verantwoordelijk voor bijna de helft van de asbestproductie wereldwijd. De EECCA 24
regio, een blok van 12 landen in Oost Europa, Kaukasus en Centraal Azie, is sterk vertegenwoordigd zowel in productie als in gebruik van chrysotiel asbest. De regeringen van deze landen ondersteunen het beleid dat chrysotiel (wit) asbest veilig, onder gecontroleerde omstandigheden gebruikt kan worden. Gebruik van asbest gebeurt vooral in Azië, met name in China en India. Rusland, Kazakhstan en Brazilië zijn zowel grootgebruikers als producenten van grote hoeveelheden asbest, hoewel het gebruik in Rusland en Brazilië sinds 2000 sterk is afgenomen. Asbest wordt vooral in de structuur van woningen, daken en waterleidingen gebruikt en is nog steeds goedkoper dan vervangende materialen als polyproleen of aluminium. Zowel de wereldwijde asbestproductie als het gebruik liggen jaarlijks stabiel rond de twee miljoen ton.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Internationale ontwikkeling asbestziekten Het aantal aan de WHO gerapporteerde mesothelioomsterfgevallen is tussen 1994 en 2008 verdubbeld tot totaal 92.253, verdeeld over 83 landen. Dit komt neer op minder dan 1 op de 100.000 inwoners, maar onder oudere mannen is dat 10 x zo veel. De verhouding man/vrouw is 3,6:1 en de gemiddelde leeftijd bij overlijden 70 jaar. 88% komt uit de westerse landen, maar er lijkt een verschuiving gaande naar minder ontwikkelde landen waar asbest meer recent is gebruikt of nog steeds wordt gebruikt. Amerikaans onderzoek schat dat de asbestziekte-epidemie flink groter is dan officieel wordt geregistreerd; één op de vier tot vijf gevallen van mesothelioom wereldwijd wordt volgens dit onderzoek namelijk officieel niet vastgelegd. Landen in onze omgeving als Groot-Brittannië, Frankrijk en Spanje melden in 2011 nog steeds geen afname van het aantal asbestslachtoffers met mesothelioom. Het aantal mensen dat jaarlijks in het Verenigd Koninkrijk aan mesothelioom overlijdt is gestegen van 153 in 1968 tot 2321 in 2009. Meer dan 80% is man. Op dit moment lopen mannen die in de periode dat asbest nog volop werd gebruikt in de bouw werkten het hoogste risico op de ziekte. Het Franse Nationale Kankerinstituut voorspelt dat in 2030 totaal 100.000 Fransen aan de ziekte mesothelioom zullen zijn overleden. De mesothelioomepidemie zal er tussen 2020 en 2025 een piek bereiken. Op dit moment is de gemiddelde leeftijd bij diagnose voor mannen 70 jaar en voor vrouwen 67 jaar. Franse werknemers lopen nu nog steeds risico bij verbouwing en sloop van gebouwen die asbest bevatten. Het jaarlijks aantal asbestgerelateerde sterfgevallen zal in Spanje tot tenminste 2016 toe blijven nemen. Asbest werd in 2001 in Spanje verboden, 8 jaar later dan in Nederland.
25 25
Jeffreys asbestmijn in Canada. Is momenteel gesloten, maar wordt mogelijk binnenkort heropend met subsidie van de Canadese regering.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Nieuws Voorlichting IAS bereikt driekwart mesothelioompatiënten
longarts op allerlei manieren op de hoogte te
Ongeveer driekwart van de mesothelioom-
nieuwsbrieven, website, presentaties en over-
patiënten doet een aanvraag bij het Instituut
leg. Ook biedt het instituut gratis IAS-folders en
Asbestslachtoffers. Dat blijkt uit een vergelij-
informatieboekjes voor patiënten en specialis-
king van de aanmeldingen bij het IAS in 2008
ten. Hierin wordt de procedure beknopt en op
en 2009 met de gegevens van de Nederlandse
eenvoudige wijze uitgelegd (zie onderaan deze
Kankerregistratie (NKR). Een resultaat dat beke-
pagina).
houden van ontwikkelingen: via jaarverslag,
ken moet worden in het licht van het gegeven het moment dat hen gemeld wordt dat ze een
Britse overheid start asbestbewustwordingstraining
terminale ziekte hebben. Patiënten die snel
De Britse Health and Safety Executive (HSE)
overlijden (binnen drie maanden na diagnose),
biedt in 2011 opleidingsinstituten de mogelijk-
vrouwen, ouderen (80-plus), jongeren (onder
heid via een training vakmensen met een risi-
de 50) en patiënten met buikvliesmesotheli-
coberoep zoals timmerman, loodgieter en elec-
oom dienen minder vaak een aanvraag in bij
triciën, bewust te maken van de risico’s van
het IAS. In omvang zijn vooral de eerste drie
asbest. De subsidie is voor 4000 uur training op
groepen van belang. Het IAS probeert patiën-
locatie en 4000 uur online. De trainingen vin-
ten en professioneel betrokkenen zoals de
den in oktober en november plaats.
dat patiënten heel veel te verwerken krijgen op
26
Informatieboekje atieboekje voor longarts en patiëntenfolder IAS
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Interview Jos Werner, voorzitter van de Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties (NFK)
‘De sociale media gaan veel voor patiënten betekenen’ ‘Sinds een half jaar ben ik voorzitter van de NFK, een federatie van 24 kankerpatiëntenverenigingen, waaronder de Asbestslachtoffers Vereniging Nederland (AVN). Ik ben voor deze functie gevraagd door mijn voorgangster Els Borst, die ik kende uit de politiek en de gezondheidszorg. Ik was 16 jaar senator in de Eerste Kamer, waarvan 8 jaar voorzitter van de CDA-fractie en ben verder mijn hele werkzame leven in de gezondheidszorg actief geweest. Bijvoorbeeld als vice-voorzitter van het AMC in Amsterdam, in de periode dat de twee ziekenhuizen uit de binnenstad in het AMC opgingen. En daarna 12 jaar als berstuursvoorzitter van het Radboud in Nijmegen, waar we een nieuw universitair medisch centrum hebben gemaakt. Ik heb daar toen overigens voor het eerst iets met asbest te maken gekregen. Ik zie nog die maanmannen voor me in hun witte pakken. Dat gebouw zat van onder tot boven vol met asbest, het zat zelfs in de ventilatieschachten. Het ziekenhuis moest absoluut worden herbouwd. Het NFK is een bundeling van patiëntenverenigingen die vooral oog hebben voor de behandelingskant en de kwaliteit van de psycho-sociale zorg bij kanker. Dat zijn de zaken die breed leven en niet zozeer de kant van juridische claims bij gezondheidsschade. Terwijl het IAS zich bij mesothelioom juist op het gebied van de aansprakelijkheid en de schadvergoeding bevindt. Die ziekte is uniek door het monocausale karakter en de lange incubatietijd. Bij andere kankers spelen veeleer zaken als erfelijkheid, leefstijl en leeftijd een rol. Het zijn natuurlijk ook gewoon ouderdomsziektes, omdat de cellen het op een gegeven moment begeven. Binnen mijn federatie zie ik geen kankers die met mesothelioom te vergelijken zijn. Ik hoor ook nooit geluiden om een instituut als het IAS op te tuigen. In die zin is het ook logisch dat we niet zoveel met het IAS te maken hebben. Wel kan ik me voorstellen dat we de expertise van het IAS zouden kunnen gebruiken voor onze slachtoffers, zoals die vertegenwoordigd zijn in de AVN. Misschien kunnen we iets voor elkaar betekenen op het gebied van het delen van informatie. Want daar draait het in toenemende mate om. Ik zie uiteindelijk voor de NFK ook als doel dat we, naast het zorgen voor een goede behandeling, patiënten zoveel mogelijk faciliteren door gebruik te maken van moderne informatietechnologie. Ik denk dan aan één van onze nieuwe initiatieven, de website kankerpunt.nl, waarbij we patiënten zo compleet mogelijke informatie willen verschaffen. Het kan wat dat betreft de moeite waard zijn om te linken naar het IAS, waarbij asbestslachtoffers op dat spoor worden gezet. Uit oogpunt van een optimale informatievoorziening voor de patiënt en een beter bereik voor organisaties van de doelgroep, verwacht ik ook veel van de sociale media. Die gaan naar mijn idee veel voor de mensen betekenen. Zo was het altijd een hele klus om als patiënt informatie te krijgen over de juiste behandeling of de juiste medicijnen. Dat zal straks enorm verbeteren.’
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
27
Juridische ontwikkelingen Schadevergoeding bij mesothelioom In 2011 heeft het IAS een onderzoek laten uitvoeren naar rechterlijke uitspraken met betrekking tot het toekennen van schadevergoeding bij mesothelioom. Dit naar aanleiding van een uitspraak van een kantonrechter in Middelburg, waarbij aan een slachtoffer een hoger smartengeld was toegekend dan het door het IAS gehanteerde normbedrag in de bemiddelingsprocedure. Achterliggende vraag bij het onderzoek was of dit normbedrag eventueel zou moeten worden verhoogd. Genoemd onderzoek door mevr. Van der Zalm, onder leiding van Prof. Lindenbergh heeft echter uitgewezen dat rechters de afgelopen jaren aansluiting hebben gezocht bij de IAS-norm. De uitspraak van de kantonrechter uit Middelburg staat dus op zich. In die zaak heeft de oud-werkgever ook hoger beroep ingesteld (Ktr RB Middelburg 23-08-2010).
Schadevergoeding bij andere asbestziektes Asbestose Een 60-jarige timmerman ontving 50.000 euro schadevergoeding omdat hij door zijn werk asbestose heeft gekregen. FNV Bureau Beroepsziekten heeft dit via een schikking met de verzekeraar van de werkgever geregeld. De man had als werknemer van een bouwbedrijf twintig jaar lang onderhoudswerk gedaan bij ruimtevaartonderneming ESTEC in Noordwijk. Gedurende deze periode moest hij vaak plafondplaten vervangen waarboven asbest zat (bron: FNV, 18 mei 2011). Het IAS werkt momenteel samen met sociale partners aan een compensatieregeling voor mensen met deze ziekte.
Pleurale plaques Het Britse Hooggerechtshof heeft een verzoek van verzekeraars afgewezen om een Schotse wet ongeldig te verklaren. De wet biedt Schotse asbestslachtoffers de mogelijkheid een schadevergoeding te claimen voor pleurale plaques, een niet-kwaadaardige verdikking van het longvlies. Dit gaat in tegen een uitspraak van het House of Lords van vijf jaar geleden. De “lords”oordeelden toen dat verzekeraars geen schadevergoeding meer hoefden te betalen aan mensen die door asbestblootstelling pleurale plaques hadden opgelopen (bron: The Daily Telegraph, 13 oktober 2011).
Straffen en boetes bij illegale asbestverwijdering Asbest is veel gevaarlijker dan gedacht, concludeerde de Gezondheidsraad in 2010. Dit was aanleiding voor de overheid om zich te beraden op strengere maatregelen bij illegale asbestsloop en aanscherping van de normen voor het werken met asbest. In lijn daarmee laten rechters steeds vaker zien dat 28
ongeoorloofde verwijdering van asbest niet straffeloos kan gebeuren. In 2011 kreeg de eigenaar van een stal met asbesthoudende golfplaten 1000 euro boete opgelegd voor het illegaal afbreken daarvan. De eigenaar van een schuur kreeg 5000 euro boete, waarvan 3500 voorwaardelijk, voor de sloop zonder vergunning van een 164 m2 groot dak van asbest golfplaten. Dit ondanks zijn verweer dat de werknemer die het dak moest slopen, beschermende kleding droeg en dat er een gecertificeerd bedrijf was ingeschakeld voor de verwerking van het sloopmateriaal (bron: asbestenbouw.nl, 5 oktober 2011). Een installatiebedrijf kreeg van de politierechter 7500 euro boete voor het klakkeloos laten slopen van een bedrijfsgebouw zonder te controleren of er asbest in het spel was. De eigenaar zelf kreeg daarnaast 5000 euro boete. De rechter had daarbij geen oor voor het betoog van de advocaat dat de eigenaar al gestraft was, aangezien de saneringskosten door de asbestontdekking 2,5 ton duurder waren uitgeval-
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
len dan begroot. Hij had ook forse kritiek op de gemeente, die wel erg snel een sloopvergunning had afgegeven (bron: Noordhollands Dagblad, 7 april 2011). Bovenstaande boetes vallen overigens in het niet bij wat een Britse rechter oplegde aan het bedrijf Marks & Spencer. De warenhuisketen kreeg 1 miljoen pond boete, omdat het verzuimd had tijdens twee renovaties klanten en werknemers tegen risico’s van asbestblootstelling te beschermen (bron: Bournemouth Echo, 28 september 2011).
Aansprakelijkheid asbest op scholen Schoolbesturen moeten in 2012 geïnventariseerd hebben of hun schoolgebouwen asbest bevatten, aldus staatssecretaris Atsma op pagina 7 van dit verslag. Een grondige en gedetailleerde uitgevoerde inventarisatie zal ook van belang kunnen zijn om de aansprakelijkheidsvraag bij mesothelioom van bijvoorbeeld oud-leerkrachten te kunnen beantwoorden. Advocate Dufour concludeert in juridisch vakblad PIV-Bulletin wel dat de regels uit de zogenaamde ‘De Schelde/Eternit/Hertel- jurisprudentie’, niet zonder meer zijn toe te passen op schoolbesturen. Dit omdat de intensiteit en duur van de asbestblootstelling niet in de buurt komen van de blootstelling destijds in de risico-industrie. Daarnaast kunnen schoolbesturen qua kennis van de gevaren van asbest, niet op een lijn worden gesteld met werkgevers van grote bedrijven waar veel met asbest werd gewerkt (bron: L.C. Dufour, PIV-Bulletin 5, juni 2011). Besturen van (openbare) scholen kunnen aansprakelijkheidskwesties in verband met asbestclaims overigens niet zonder meer doorschuiven naar gemeenten. Dat blijkt uit jurisprudentie over asbestclaims in het onderwijs. Van belang is vooral de periode waarop een claim betrekking heeft. Iemand die nu een claim bij een school indient voor een asbestziekte die een aantal decennia geleden is veroorzaakt, zal weinig kans op succes hebben. Er wordt dan namelijk rekening gehouden met de situatie van toen en de destijds geldende opvattingen en wet- en regelgeving (bron: Vereniging van openbare en algemeen toegankelijke scholen, 24 januari 2011).
Slachtoffer moet zelf TAS aanvragen De Centrale Raad van Beroep heeft bevestigd, dat een tegemoetkoming op basis van de regeling TAS door het slachtoffer zelf moet worden aangevraagd. Een weduwe had in plaats van haar aan mesothelioom overleden man de tegemoetkoming aangevraagd, omdat zij pas meer dan een maand na zijn dood de diagnose kreeg medegedeeld. De Raad oordeelde dat het recht op een tegemoetkoming een persoonlijk recht is van de door maligne mesothelioom getroffen werknemer. Een slachtoffer moet er dus zelf blijk van hebben gegeven het voorschot te willen ontvangen (bron: CRvB LJN: BQ4739, 17 maart 2011). 29 29
Pleidooi voor internationaal strafhof asbest De Italiaanse advocaat Sergio Bonetto en de Franse professor Annie Thebaud-Mony, twee verdedigers van asbestslachtoffers, pleiten voor de oprichting van een internationaal strafhof voor arbeids- en milieumisdrijven. Dit omdat multinationals doorgaans volledig straffeloos zijn als het gaat om het welzijn van werknemers. Zo wordt het product Eternit, zonder dat daar justitieel tegen wordt opgetreden, nog steeds verhandeld in tal van landen zoals Brazilie, Peru, Mexico, Nicaragua, Senegal, Ivoorkust en India (bron: Belgisch Magazine Knack, 23 maart 2011).
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
30
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Personalia Het Instituut Asbestslachtoffers is een zelfstandige stichting. De stichting wordt geleid door een onafhankelijk bestuur en een directeur. De stichting werd opgericht op 10 maart 1999 door negen maatschappelijke organisaties, die zijn vertegenwoordigd in de Raad van Toezicht en Advies.
Bestuur M.R. van der Heijden, voorzitter J. van der Linden Prof. dr. mr. dr. B.A.J.M. de Mol Jhr. mr. J.P.H. Six Mr. G.J.H.M. Wagemans
Raad van Toezicht en Advies Drs. J. Gmelich Meijling, voorzitter Mw. mr. C.C. de Boer (MHP) Drs. A.W. Hokken (LTO Nederland) Mr. C. van der Lingen (VSO) Mr. W.M.J.M. van Mierlo (VNO-NCW en MKB-Nederland) Mw. mr. R.M.L.A. Martius (Verbond van Verzekeraars) Mr. R.F. Ruers (Comité Asbestslachtoffers) Drs. W. van Veelen (FNV) Drs. A. Woltmeijer (CNV)
Bureau Drs. M.A. van der Woude, directeur Mw. drs. S.A. Aarendonk, sr. beleidsmedewerker Mw. N. Martens, bureausecretaris
Medewerkers* Drs. ing. M.C. Roumen, directeur
Mw. F. Madjoe - assistent dossierverantwoordelijke
E.H.J. Joosten, re, directeur
Mw. M. Schild - assistent dossierverantwoordelijke
Mr. M. Kuiper, Registermediator Hoofd unit IAS
H. Bout, re - huisbezoek
Mw. A.B.M. Fiege - dossierverantwoordelijke
R. Kroezen - huisbezoek
Mw. N.J. van Osch LL.B. - dossierverantwoordelijke
Mw. J. Koster - huisbezoek
Mw. D.M. Valstar LL.B - dossierverantwoordelijke en
Mw. G. Vogeler, re - huisbezoek
huisbezoek
Mw. drs. A. van Veen - huisbezoek
Mw. mr. J. Wong Fong Sang - dossierverantwoordelijke
Mw. drs. E. van Doorn - huisbezoek
Mw. B. Hinsbeeck - dossierverantwoordelijke
J. Knoben - huisbezoek
A. Angoelal - dossierverantwoordelijke
*De medewerkers van BSA Schaderegeling BV, die in 2011 deel uit maakten van de uitvoeringsunit van het IAS.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
31 31
Financieel verslag over 2011 Jaarrekening Balans (bedragen in euro’s) (Voor resultaatverdeling) Activa Onderhanden werk Debiteuren Belastingen en sociale premies Overige vorderingen Overlopende activa Vorderingen en overlopende activa
31/12/2010
157.764
178.025
53.126 11.742 240.519 36.634
Liquide middelen Totaal activa
Passiva Eigen vermogen Bestemmingsfonds
31/12/2011
98.554 38.874 250.121 36.017 342.021
423.566
569.668
740.333
1.069.453
1.341.924
31/12/2011
31/12/2010
300.000
300.000 300.000
300.000
0
0
overlopende passiva Subsidie SZW Subsidie Defensie (R&D) Algemene projectreserve
70.835 340.239 26.200
112.071 340.239 26.200
Crediteuren Belastingen en sociale premies Overlopende passiva
61.442 5.038 265.699
168.978 7.502 386.934
1.069.453
1.341.924
Langlopende schulden Kortlopende schulden en
32
Totaal passiva
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Winst- & verliesrekening (bedragen in euro’s) 31/12/2011 Gefactureerde omzet Mutatie onderhanden werk Netto omzet Uitvoeringskosten Mutatie nog te besteden kosten Kostprijs van de omzet
631.305 -20.261
693.275 -15.880 611.044
1.178.234 -23.838
Brutomarge Personeelskosten Inhuurkosten Overige algemene kosten Overige bedrijfskosten
31/12/2010
677.395 1.116.910 -18.605
1.154.396
1.098.305
-543.352
-420.910
-175.108 -103.418 -157.720
-180.827 -103.596 -178.811 -436.246
-463.234
-979.598
-884.144
Financiële baten en lasten
12.722
14.637
Resultaat voor subsidies
-966.876
-869.507
Bedrijfsresultaat
Incidentele baten Vergoeding uitvoeringskosten SVB
Resultaat
74.382 892.494
2.886 866.621 966.876
869.507
0
0
33
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Grondslagen voor waardering en bepaling van het resultaat Tenzij in het navolgende anders wordt vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde. Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voorzover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden
Toelichting op de balans Onderhanden werk De waardering van het onderhanden werk geschiedt aan de hand van ervaringscijfers. Er wordt bepaald hoeveel procent van de afgesloten dossiers heeft geleid tot een verhaalbare opbrengst. Het gemiddelde percentage voor de jaren 2000 tot en met 2007 is berekend op 44,7%. Als gevolg van de nieuwe overeenkomst met BSA en de neergaande trend van het slagingspercentage in de afgelopen jaren is vanaf 2007 voorzichtigheidshalve een slagingspercentage gehanteerd van 40% (werkelijk percentage 2011: 37,84%). Het op basis van dit percentage berekende aantal lopende dossiers, vermenigvuldigd met het bijbehorende tarief, resulteert in de opbrengstwaarde van de nog te factureren omzet. Hierbij is rekening gehouden met een gemiddelde voortgang van de onderhanden dossiers van 50%. Het aantal dossiers in behandeling is van 259 dossiers ultimo 2010 gedaald tot 230 dossiers ultimo 2011, waarvan 20 dossiers op grond van de TNS-regeling niet zullen leiden tot een verhaalbare opbrengst. De berekening van de opbrengstwaarde is als volgt: • 13 dossiers
* € 3.700 *40% * 50% = € 9.620 (tarief dossiers 2010)
• 197 dossiers * € 3.760 *40% * 50% = € 148.144 (tarief dossiers 2011) € 157.764
Totaal Vorderingen en overlopende activa
De post vorderingen en overlopende activa is als volgt opgebouwd: 34
31/12/2011 Debiteuren Omzetbelasting Vergoeding uitvoeringskosten SVB Vooruitontvangen SVB Overlopende activa Totaal vorderingen en overlopende activa
53.126 11.742 892.494 -651.975 36.634
31/12/2010 98.554 38.874 866.621 -616.500 36.017
342.021
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
423.566
In het debiteurensaldo is een voorziening voor dubieuze debiteuren opgenomen ad € 23.541. De overlopende activa bestaat uit opgebouwde rente op banktegoeden (€ 13.034), nog te factureren omzet (€ 15.040) en vooruitbetaalde verzekeringspremies (€ 8.560).
Liquide middelen 31/12/2011 Kas Rabobank rekening-courant Rabobank bedrijfstelerekening Rabobank bedrijfsbonusrekening Totaal liquide middelen
180 58.719 0 510.769
31/12/2010 107 89.279 0 650.947
569.668
740.333
Bestemmingsfonds Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Begin 2004 heeft de directie van het IAS een projectenplan ten behoeve van de besteding van de ontvangen subsidies bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (hierna te noemen: SZW) ingediend. Vervolgens werd door het ministerie van SZW vastgesteld het Instituut een eigen vermogen ad € 300.000 toe te staan. Na opheffing van het IAS en de eventuele afwikkeling van de lopende verplichtingen zal het bedrag ad € 300.000 of het restant hiervan terugvloeien naar het ministerie van SZW. Het verloop van dit fonds is als volgt: 2011 Beginstand Mutatie boekjaar m.b.t. herbestemming Eindstand bestemmingsfonds
300.000 0
2010 300.000 0
300.000
300.000
35
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Kortlopende schulden en overlopende passiva In 2004 heeft het ministerie van SZW het IAS akkoord gegeven op het ingediende projecten bestedingsplan, welke door de directie van het IAS is ingediend. In november 2008 is een Medisch Onderzoeksprogramma (MOPI) gestart dat in 2011 gedeeltelijk is afgerond.
Subsidies SZW
2011
Project IAS monitor Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
36.220 -2.637
Project best practices Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
0 0
Project ODIS Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
69.700 -38.600
Projectreserve SZW Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
6.151 0
Totaal toegewezen subsidies SZW
2010
50.000 -13.780 33.583
36.220
0 0 0
0
93.700 -24.000 31.100
69.700
66.151 -60.000 6.151
6.151
70.835
112.071
Betreffende subsidiegelden dienden volgens de subsidieverstrekking vóór 1 november 2011 te zijn 36
besteed. Het IAS heeft met betrekking tot de resterende subsidie een bestedingsvoorstel voor 2012 ingediend bij het ministerie van SZW. Afhankelijk van de beslissing van het ministerie van SZW zal het restant als subsidie benut kunnen worden of terug worden betaald.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Subsidies Defensie
2011
2010
Project evaluatie protocol diagnose maligne mesothelioom Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
100.000 0
Project asbestkaart 2 Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
199.904 0
Project onderzoek asbestgerelateerde longkanker Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
100.000 0 100.000
100.000
199.904 0 199.904
40.335 0
Totaal toegewezen subsidies Defensie
199.904
40.335 0 40.335
40.335
340.239
340.239
Voor deze projecten zullen in 2012 nadere bestedingsvoorstellen worden uitgewerkt. Algemene projectreserve Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Totaal algemene projectreserve
2011 26.200 0
2010 26.200 0
26.200
26.200
Belastingen en sociale premies De post te betalen belastingen en sociale premies bestaat volledig uit loonheffing.
37
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Overlopende passiva Het saldo ultimo boekjaar is als volgt opgebouwd: 31/12/2011 Nog te besteden kosten onderhanden dossiers Reservering uitvoeringskosten NMP/NVALT Reservering loon- en detacheringskosten Geld derden Overige overlopende passiva Totaal overlopende passiva
181.525 50.000 0 10.136 24.038
31/12/2010 205.363 50.000 72.031 26.287 33.253
265.699
386.934
Bij het bepalen van de nog te besteden kosten van de onderhanden dossiers is rekening gehouden met het feit dat 95% van de onderhanden TAS-dossiers in rekening zullen worden gebracht en de gemiddelde voortgang van de dossiers 50% bedraagt. De berekening is dan als volgt: - 210 TAS dossiers * € 1.700 * 95% * 50% = € 169.575 - 20 TNS dossiers * € 1.195 * 50%
€ 11.950
Totaal
€ 181.525
Niet in de balans opgenomen verplichtingen Vanaf 1 april 2011 is met BSA een contract aangegaan voor een periode van 3 jaren en 9 maanden, derhalve eindigend op 31 december 2014, waarbij door BSA (achteraf) op basis van afgewikkelde dossiers wordt gefactureerd. Per 1 september 2011 is er een overeenkomst gesloten om de detacheringovereenkomst tussen de Stichting Instituut Asbestslachtoffers en het ministerie van Sociale Zaken & Werkgelegenheid te verlengen. Deze overeenkomst loopt tot 1 mei 2014 en de loonkosten zullen één op één worden doorbelast wat op een bedrag van circa € 104.000 per jaar zal neerkomen. 38
Ten slotte heeft het IAS een huurverplichting, welke minstens zes maanden van te voren moet worden opgezegd. De huurprijs op jaarbasis bedraagt circa € 30.200.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Toelichting op de winst- & verliesrekening Algemeen In de winst- & verliesrekening worden baten en lasten verantwoord die gedurende het boekjaar voortvloeien uit bedrijfsactiviteiten en toerekenbaar zijn aan het boekjaar.
Netto omzet In 2011 is er een netto omzet gerealiseerd van € 611.044. Dit is € 66.351 lager dan de omzet in 2010. Dit heeft een aantal oorzaken: -
Van de 444 (2010: 444) afgewikkelde dossiers heeft een lager percentage (37,84%, 2010: 41,44%) geleid tot een bemiddelingsopbrengst. Dit percentage omvat alle aanmeldingen die tot een TASdossier hebben geleid, inclusief de dossiers waar geen werkgever meer bestaat of geen mesothelioom is gediagnosticeerd.
-
De afname van het aantal onderhanden dossiers is in 2011 groter dan in 2010 (31, resp. 26). De mutatie in de verwachte opbrengsten is tevens opgenomen in de netto omzet.
Kostprijs van de omzet De uitvoeringskosten zijn als volgt opgebouwd: 2011 Uitvoeringskosten BSA Uitvoeringskosten NMP/NVALT Overige uitvoeringskosten Totaal uitvoeringskosten
1.023.361 116.773 38.100
2010 969.936 107.605 39.370
1.178.234
1.116.910
De uitvoeringskosten van BSA zijn gestegen door een toename van het aantal afgewikkelde dossiers, zowel met betrekking tot de TNS-regeling als de TAS-regeling. De werkzaamheden betreffende onderzoek van bovennormatieve materiële schade zijn in 2010 door BSA en door ingehuurde expertisebureaus uitgevoerd. Onder de post “uitvoeringskosten overige” zijn de volgende kosten geregistreerd; • Onderzoeken bovennormatieve materiële schades • Aansprakelijkheidsonderzoeken • Expertise uitgaven betreffende beoordeling asbestzaken • Overig (medisch) advies • Uittreksels Kamer van Koophandel
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
39
Personeelskosten, inhuurkosten en overige bedrijfskosten De inhuurkosten zijn de kosten van detachering van de directeur van de Stichting Instituut Asbestslachtoffers, evenals de kosten ten behoeve van managementondersteuning bij het Instituut. De opbouw is als volgt: 2011 Personeelskosten Detacherings- & overige kosten m.b.t.
175.108
inhuur personeel
103.418
2010 180.827 103.596
278.526 Voorlichting Kosten juridische vraagstukken Huisvestingskosten Bestuurskosten Administratiekosten Overige algemene kosten
20.001 3.882 31.730 29.778 16.805 55.524
284.423 54.354 0 31.473 27.984 22.697 42.303
157.720
178.810
436.246
463.234
Totaal personeelskosten, inhuurkosten en overige bedrijfskosten
Het IAS heeft in 2011 twee medewerkers in dienst, waarvan één bureausecretaris en één senior beleidsmedewerker. Daarnaast is in de loonadministratie van 2011 een supplement van de loonkosten en onkostenvergoedingen van de directeur van het Instituut opgenomen. De gehele administratie wordt door een derde partij uitgevoerd en in de financiële administratie van het IAS opgenomen. De kosten voor voorlichting in 2011 betreffen de productie van het jaarverslag en organisatie van bijeenkomsten. Een groot gedeelte van de kosten in 2010 heeft betrekking op het lustrumcongres. De bestuurskosten betreffen met name de vergoedingen, welke op kwartaalbasis aan de bestuursleden en de voorzitter van de RTA van het Instituut worden uitgekeerd. 40
De stijging van de overige algemene kosten is het gevolg van de toename van de voorziening voor dubieuze debiteuren (€ 14.291, 2010: € 2.643).
Financiële baten & lasten 2011 Bankkosten en provisie Ontvangen bankrente Totaal financiële baten en lasten
-312 13.034
2010 -466 15.103
12.722
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
14.637
Vergoeding uitvoeringskosten IAS door SVB In 2011 is er door de SVB een voorschot aan het IAS uitbetaald ad € 651.975. De SVB zal het tekort voor de daadwerkelijke uitvoeringskosten nog aanvullen. 2011
2010
Verrekening uitvoeringskosten met voorschotten SVB Tekort uitvoeringskosten Te ontvangen van de SVB
651.975 -892.494
616.500 -866.621 -240.519
-250.121
Verdeling TNS- en TAS-regeling In de jaarrekening van de Stichting Instituut Asbestslachtoffers zijn de kosten welke gemaakt zijn ten behoeve van (de implementatie van) de TNS-regeling volledig meegenomen. Naast de direct toerekenbare kosten wordt voor de overige kosten een verdeling gemaakt op basis van het aantal afgewikkelde dossiers van TAS (444 stuks) respectievelijk TNS (125 stuks). Een uitsplitsing van de winst- en verliesrekening tussen TNS- en TAS-regeling is als volgt: TNS 31/12/2011 Gefactureerde omzet Mutatie onderhanden werk Netto omzet
0 0
TAS 31/12/2011 631.305 -20.261
631.305 -20.261
0
Uitvoeringskosten Mutatie nog te besteden kosten Kostprijs van de omzet
220.010 1.195
Brutomarge Personeelskosten Inhuurkosten Overige algemene kosten Overige bedrijfskosten
Totaal 31/12/2011
611.044 958.224 -25.033
611.044 1.178.234 -23.838
221.205
933.191
1.154.396
-221.205
-322.147
-543.352
-38.468 -22.719 -34.649
-136.640 -80.699 -123.071
-175.108 -103.418 -157.720
-95.836
-340.410
-436.246
-317.041
-662.557
-979.598
Financiële baten en lasten
2.795
9.927
12.722
Resultaat voor subsidies
-314.246
-652.630
-966.876
Bedrijfsresultaat
Incidentele baten Vergoeding uitvoeringskosten SVB
Resultaat
0 314.246
74.382 578.248
74.382 892.494
314.246
652.630
966.876
0
0
0
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
41
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de directie van de Stichting Instituut Asbestslachtoffers Wij hebben de jaarrekening 2011 van Stichting Instituut Asbestslachtoffers te Den Haag gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2011 en de winst-en-verliesrekening over 2011 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de Stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening in overeenstemming met de door de Stichting gekozen en beschreven grondslagen, zoals uiteengezet in de Grondslagen voor waardering en bepaling van resultaat van de toelichting van de jaarrekening. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de Stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de Stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel is de jaarrekening 2011 van Stichting Instituut Asbestslachtoffers, in alle van materieel belangzijnde aspecten, opgemaakt in overeenstemming met de door de Stichting gekozen en beschreven grondslagen, zoals uiteengezet in de Grondslagen voor waardering en bepaling van resultaat op pagina 4 van de toelichting van de jaarrekening. 42
Beperking in gebruik en verspreidingskring De basis voor financiële verslaggeving betreft de door de Stichting gekozen en gehanteerde grondslagen. Dit doet geen afbreuk aan ons oordeel. De jaarrekening 2011 van Stichting Instituut Asbestslachtoffers en onze controleverklaring daarbij zijn daarom uitsluitend geschikt voor het bestuur en de Sociale Verzekeringsbank en kunnen derhalve niet voor andere doeleinden worden gebruikt. Den Haag, 8 februari 2012 Ernst & Young Accountants LLP w.g. W. Flikweert AA/CA
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Missie, taken en werkwijze Instituut Asbestslachtoffers (IAS) Missie Het Instituut Asbestslachtoffers (IAS) is op 10 maart 1999 opgericht door het Comité Asbestslachtoffers, FNV, CNV, MHP, VNO-NCW, MKB-Nederland, LTO-Nederland, Verbond Sectorwerkgevers Overheid en Verbond van Verzekeraars. Dit op basis van het Convenant Instituut Asbestslachtoffers, dat naast bovengenoemde organisaties, op 23 november 1998 mede ondertekend werd door de ministeries van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Justitie. Het Convenant omvat afspraken die gericht zijn op de versnelling van de procedures met betrekking tot schadeclaims van asbestslachtoffers met de ziekte maligne mesothelioom. De missie van het IAS is de in het Convenant verankerde procedures zo snel en zorgvuldig mogelijk af te handelen. Dit door het uitoefenen van vier hoofdtaken: advies, bemiddeling, voorlichting en onderzoek.
Taken van het IAS Advies Mensen met de ziekte mesothelioom kunnen via het IAS een aanvraag indienen voor een tegemoetkoming van € 18. 392,-*. Het IAS gaat met hen na hoe het contact met asbest heeft plaatsgevonden en adviseert de Sociale Verzekeringsbank (SVB) over het recht op een tegemoetkoming op grond van de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers (TAS) of de Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers van mesothelioom (TNS). De SVB beslist vervolgens om wel of niet de tegemoetkoming toe te kennen en te betalen. Bemiddeling Het IAS bemiddelt ook tussen (ex-)werkgevers en (ex-)werknemers of hun huisgenoten over het betalen van een schadevergoeding. Hierover zijn afspraken gemaakt met het Comité Asbestslachtoffers, organisaties van werkgevers en werknemers, het Verbond van Verzekeraars en de overheid. Het IAS heeft als doel deze schadeclaims zo snel en zorgvuldig mogelijk af te handelen. Dit geldt zowel voor de bemiddeling zelf als voor het hieraan voorafgaande medische en arbeidshistorische onderzoek. De hiermee samenhangende kosten worden bij werkgevers en verzekeraars in rekening gebracht. Voor slachtoffers is de dienstverlening van het IAS daardoor altijd kosteloos. Wel is het van het allergrootste belang zo snel mogelijk de (ex-)werkgever per aangetekende brief aansprakelijk te stellen. Hiervoor kan de aanvrager de tekst van een door het IAS beschikbaar gestelde voorbeeldbrief gebruiken. De (ex-)werkgever of diens verzekeraar betaalt standaard een schadevergoeding van € 58.026,-*. Voorlichting Het IAS vervult een verwijs- en voorlichtingsfunctie voor asbestslachtoffers, werkgevers, verzekeraars en intermediaire organisaties. Via jaarverslagen, brochures, rapporten, de IAS-website (www.asbestslachtoffers.nl), elektronische nieuwsbrief en de Asbestkaart (www.asbestkaart.nl) wordt hieraan invulling gegeven. Onderzoek Het IAS verricht medisch en juridisch onderzoek.
Werkwijze van het IAS 1. Aanmelding De aanvrager meldt zich aan bij het IAS: telefonisch (079-750 71 50), met de antwoordkaart uit de brochure of per e-mail (
[email protected]). De medewerker van het IAS vult telefonisch samen met de aanvrager de aanvraagformulieren in. In een tweede gesprek gaat het IAS met de aanvrager na hoe het contact met asbest heeft plaatsgevonden. Dat kan telefonisch of bij de aanvrager thuis. Het IAS stuurt daarna de ingevulde formulieren toe. De aanvrager controleert ze en stuurt ze direct ondertekend terug. Ook machtigt hij/zij het IAS om medische informatie op te vragen en de SVB om eventuele schade via de rechter te verhalen. 2. Tegemoetkoming Het IAS vraagt het Nederlands Mesotheliomen Panel (NMP) om bevestiging van de bij de aanvrager gestelde diagnose maligne mesothelioom. Daarna adviseert het IAS de SVB om wel of niet de tegemoetkoming te betalen. Beslist de SVB positief, dan ontvangt de aanvrager € 18.392,-*. Het IAS en de SVB streven ernaar de procedure voor de tegemoetkoming binnen twee maanden af te ronden. 3. Schadevergoeding Als de aanvrager bij een werkgever aan asbest is blootgesteld, stelt hij/zij deze per aangetekende brief aansprakelijk. Hiervoor kan de voorbeeldbrief gebruikt worden die het IAS beschikbaar stelt. Het IAS onderzoekt daarna of de (ex-)werkgever aansprakelijk is te houden voor de gezondheidsschade en bemiddelt vervolgens tussen de aanvrager en de (ex-)werkgever of zijn verzekeraar. Als de werkgever of verzekeraar aansprakelijkheid aanvaardt, ontvangt de aanvrager een schadevergoeding van € 58.026,-*. Het IAS streeft ernaar het gehele traject binnen zes maanden af te ronden. * Genoemde bedragen voor schadevergoeding en tegemoetkoming gelden voor 2011 en worden jaarlijks geïndexeerd.
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
43
Summary This report for 2011 gives a brief account of the twelfth operational year of the Dutch Institute for Asbestos Victims (IAS). The IAS advises the Social Insurance Bank (SVB) on entitlement to compensation for asbestos victims suffering from mesothelioma. The IAS also mediates between current and former employers and employees about the payment of compensation. The IAS was set up for these purposes in 1999 by employers’ and employees’ organisations, the Asbestos Victims Committee, the Association of Insurance Companies and the government. The Institute has three main tasks: - to advise the SVB with respect to claims under the Asbestos Victims Compensation Scheme (TAS scheme) and the Compensation Scheme for Victims of Non-work-related Mesothelioma (TNS scheme). The compensation amount is 18,392 for each scheme; - to mediate between asbestos victims with mesothelioma and their employers or former employers to secure compensation for health damage. The standard amount in 2011 was 58,026; - to increase knowledge and provide information on the subject of asbestos and health damage.
Results of mediation and advice In 2011, the IAS started processing 554 claims, and 587 claims were settled. In the 12 years up to the end of 2011, the IAS took on 5256 claims, and succeeded in settling 95.5% of them (5021). In 2011, 410 assessment decisions under the TAS scheme and 125 under the TNS scheme were sent to the SVB. Of these, 454 (84.9%) recommended the award of compensation: 347 (76.4%) awards under the TAS scheme and 107 (23.6%) under the TNS scheme. Since the introduction of the TAS scheme in 2000, and the TNS scheme in December 2007, a total of 3349 people have received financial compensation in the form of an advance payment or a lump-sum payment following a positive recommendation by the IAS. Mediation cases for employees or housemates which were completed in 2010 resulted in 59% of claimants receiving full compensation.
Other events in 2011 - The parties to the IAS agreement decided together to extend the work of the Institute to include people with asbestosis, a lung disease caused by breathing in asbestos fibres. - It was decided to extend the cooperation with the implementing organisation (BSA) until 1 January 2015. - The IAS Monitor on the IAS website was improved and extended. Using interactive flash elements, the 44
monitor shows figures relating to asbestos use and the development of malignant mesothelioma in the Netherlands as well as in the rest of the world, and relevant characteristics for asbestos victims such as profession or employment sector. The most prevalent professions are carpenter and mechanic, and the most important sectors are the building trade, fitting and installation, and the industrial sector. - The IAS Medical Research Programme delivered a tangible result at the end of 2011 in the form of the final evaluation report concerning the medical protocol. An important conclusion is that biomarkers contribute little to the early diagnosis of mesothelioma. They are too unreliable to be a viable substitute for the diagnostic value of the Netherlands Mesothelioma Panel (NMP).
JAARVERSLAG 2011 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
TAS/TNS-gerechtigden 2000 t/m 2011: aantal mesothelioomslachtoffers per 100.000 inwoners op 31 december 2011. Bron: Sociale Verzekeringsbank, L. van Eekelen, maart 2012.
Stichting Instituut Asbestslachtoffers
www.asbestslachtoffers.nl
Directie en bureau: Bezuidenhoutseweg 60 Postbus 90405 2509 LK Den Haag Telefoon: 070 - 349 97 54 E-mail:
[email protected]
Uitvoering: Bredewater 6 Postbus 684 2700 AR Zoetermeer Telefoon: 079 - 750 71 50 E-mail:
[email protected]